KWALITEITSONDERZOEK MBO Landstede te Zwolle -
Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel) Reizen (Verkoper reizen) Sport- en bewegingsbegeleider Sport en bewegen (Sport- en bewegingsleider)
definitief Maart 2013
BRIN: Onderzoeksnummer: Onderzoek uitgevoerd in: Conceptrapport verzonden op: Rapport vastgesteld te Utrecht op:
01AA 127969 December 2012 4 februari 2013 15 maart 2013
Inhoudsopgave
1 Inleiding................................................................................................. 1 2 Conclusie en vervolgtoezicht ...................................................................... 3 2.1 Conclusie .......................................................................................... 3 2.2 Vervolgtoezicht .................................................................................. 4 3 Resultaten van het onderzoek .................................................................... 7 3.1 Oordeel Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel) .......................... 7 3.2. Oordeel Verkoper reizen ................................................................... 10 3.3 Oordeel Sport en bewegen ................................................................. 12 Bijlagen .................................................................................................. 17 Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden................................................... 17 Bijlage II Overzicht cp-codes ................................................................... 19 Bijlage III Beoordeling indicatoren opleiding Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel), crebo 90384 .............................................. 20 Bijlage IV Beoordeling indicatoren opleiding Reizen (Verkoper reizen), crebo 94090................................................................ 22 Bijlage V Beoordeling indicatoren opleiding Sport- en bewegingsbegeleider, crebo 91380/95300 en Sport en bewegen (Sport en bewegingsleider), crebo 91390/95280 ........................................................................................ 24
1 Inleiding De Inspectie van het Onderwijs voerde in december 2012 een kwaliteitsonderzoek uit bij Landstede. Dit onderzoek had betrekking op het mbo-onderwijs. De aanleiding voor dit kwaliteitsonderzoek is het volgende. In het onderzoek Staat van de instelling, waarvan het rapport op 11 juni 2012 is vastgesteld, bleek er mogelijk sprake te zijn van risico's bij onderstaande opleidingen. De opbrengstgegevens van 2010-2011 gaven een ernstig of zeer ernstig risico aan. Wij hebben bij deze opleidingen kwaliteitsonderzoeken uitgevoerd om vast te stellen of er daadwerkelijk sprake is van tekortkomingen. Deze onderzoeken richtten zich op het onderwijsproces, de examinering en diplomering, de opbrengsten, de kwaliteitsborging en de naleving van wettelijke vereisten. De volgende opleidingen zijn onderzocht: cpcode1 Com43
Htv04
Com60
Com59
Gebied Onderwijsproces crebo 90384 Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel) crebo 94090 Reizen (Verkoper reizen)
Gebied Examinering en diplomering crebo 90384 Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel) Crebo 94090 Reizen (Verkoper reizen)
crebo 91380/95300 Sport- en bewegingsbegeleider crebo 91390/95280 Sport en bewegen (Sport en bewegingsleider)
crebo 91380 Sport- en bewegingsbegeleider crebo 91390 Sport en bewegen (Sport en bewegingsleider)
Leerweg, niveau, locatie leerweg bol, niveau 3, locatie Dokterspad 2 Zwolle leerweg bol, niveau 3, locatie Westeinde 33-37 Harderwijk leerweg bol, niveau 2, locatie Rechterland 1 Zwolle leerweg bol, niveau 3, locatie Rechterland 1 Zwolle
De informatie over de instelling die bij de inspectie aanwezig is, zoals het jaarverslag, opbrengstgegevens, uitkomsten tevredenheidonderzoek en signalen is geanalyseerd en is aangevuld met een onderzoek op uw instelling. Tijdens dit onderzoek zijn gesprekken gevoerd met studenten, docenten en management, zijn aanvullend documenten onderzocht en zijn onderwijsactiviteiten geobserveerd. Ook maakte een gesprek met de directie deel uit van het onderzoek. De resultaten van het kwaliteitsonderzoek hebben geleid tot het bepalen van het eventuele vervolgtoezicht. De inspectie heeft zich bij het onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader bve 2012. Dit is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. De normering is als bijlage I toegevoegd aan dit rapport. In hoofdstuk 2 leest u de conclusies waaronder ook het vervolgtoezicht voor de instelling. De resultaten van het kwaliteitsonderzoek vindt u in hoofdstuk 3.
1 Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruikgemaakt van cijfers uit BRON, schooljaar 2010-2011. In bijlage II zijn de opleidingen van de onderzochte cp-codes opgenomen.
Rapport kwaliteitsonderzoek mbo - Landstede
pagina 1 van 25
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 2 van 25
2 Conclusie en vervolgtoezicht In dit hoofdstuk geven we aan welke conclusie we trekken uit het kwaliteitsonderzoek van de opleiding en wat het vervolgtoezicht inhoudt. 2.1 Conclusie Het kwaliteitsonderzoek bij Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel), crebo 90384 heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. 2. 3. 4.
Goed
Voldoende
Onderwijsproces Examinering en diplomering Opbrengsten Kwaliteitsborging
Onvoldoende
Slecht
• • • • Voldoet •
5. Naleving wettelijke vereisten
Voldoet niet
Het oordeel leidt ertoe dat we vervolgtoezicht uitvoeren. In paragraaf 2.2 wordt de aard van dit vervolgtoezicht nader uitgewerkt. Het kwaliteitsonderzoek bij Reizen (Verkoper reizen), crebo 94090 heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. 2. 3. 4.
Goed
Voldoende
Onderwijsproces Examinering en diplomering Opbrengsten Kwaliteitsborging
Onvoldoende
Slecht
• • • • Voldoet •
5. Naleving wettelijke vereisten
Voldoet niet
Het oordeel leidt ertoe dat we vervolgtoezicht uitvoeren. In paragraaf 2.2 wordt de aard van dit vervolgtoezicht nader uitgewerkt. Het kwaliteitsonderzoek bij Sport- en bewegingsbegeleider crebo 91380/95300 en Sport en bewegen (Sport en bewegingsleider), crebo 91390/95280 is gelijktijdig uitgevoerd aangezien deze opleidingen een gelijkwaardige opbouw in onderwijs en examinering hebben. Dit kwaliteitsonderzoek heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. 2. 3. 4.
Goed
Voldoende
Onderwijsproces Examinering en diplomering Opbrengsten Kwaliteitsborging
5. Naleving wettelijke vereisten
Onvoldoende
Slecht
• • • • Voldoet •
Voldoet niet
Het oordeel leidt ertoe dat we vervolgtoezicht uitvoeren. In paragraaf 2.2 wordt de aard van dit vervolgtoezicht nader uitgewerkt. Uit de onderzoeken hebben wij geconstateerd dat er positieve ontwikkelingen zijn met betrekking tot kwaliteitsborging. Bij de opleidingen Sport en bewegen leidt deze ontwikkeling tot het oordeel voldoende. Bij de overige onderzochte opleidingen is de ontwikkeling nog te pril om nu al een voldoende oordeel te kunnen uitspreken. Er is echter zichtbaar sprake van een positieve tendens.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 3 van 25
2.2 Vervolgtoezicht In onderstaande schema's is het vervolgtoezicht te lezen. Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel), crebo 90384 Beoordeling
Toezichtvorm
Vervolgtoezicht
Niveau opbrengsten is onvoldoende*.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende opbrengsten*. Aangepast toezicht vanwege slechte examenkwaliteit.
• Na circa een jaar onderzoek naar kwaliteitsverbetering*.
Kwaliteit examinering is slecht.
Kwaliteitsborging is slecht.
Aangepast toezicht vanwege niet naleving van 1.3.6 van de WEB.
• De inspectie meldt het oordeel aan de minister. • De instelling ontvangt een waarschuwing. • Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering. • Na circa een jaar onderzoek naar kwaliteitsverbetering
* Het oordeel van de opbrengsten betreft de opleidingen binnen de cp-code, zie bijlage II voor het overzicht waaruit blijkt op welke opleidingen dit oordeel van toepassing is. In het vervolgtoezicht voor opbrengsten worden alle bijbehorende opleidingen betrokken.
Reizen (Verkoper reizen), crebo 94090 Beoordeling
Toezichtvorm
Vervolgtoezicht
Niveau opbrengsten is onvoldoende*.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende opbrengsten*. Aangepast toezicht vanwege slechte examenkwaliteit.
• Na circa een jaar onderzoek naar kwaliteitsverbetering*.
Kwaliteit examinering is slecht.
Kwaliteitsborging is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege niet naleving van 1.3.6 van de WEB.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
• De inspectie meldt het oordeel aan de minister. • De instelling ontvangt een waarschuwing. • Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering. • Na circa een jaar onderzoek naar kwaliteitsverbetering
pagina 4 van 25
Sport- en bewegingsbegeleider, crebo 91380/95300 en Sport en bewegen (Sporten bewegingsleider), crebo 91390/95280 Beoordeling
Toezichtvorm
Vervolgtoezicht
Niveau opbrengsten is onvoldoende*.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende opbrengsten*. Aangepast toezicht vanwege onvoldoende examenkwaliteit.
• Na circa een jaar onderzoek naar kwaliteitsverbetering*.
Kwaliteit examinering is onvoldoende.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
• De inspectie meldt het oordeel aan de minister. • De instelling ontvangt een waarschuwing. • Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering.
pagina 5 van 25
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 6 van 25
3 Resultaten van het onderzoek In dit hoofdstuk vermelden we de oordelen over de kwaliteitsgebieden en geven we tevens een toelichting op deze oordelen. 3.1 Oordeel Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel) Het kwaliteitsonderzoek bij Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel), crebo 90384, niveau 3, locatie Dokterspad 2 te Zwolle heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. 2. 3. 4.
Goed
Voldoende
Onderwijsproces Examinering en diplomering Opbrengsten Kwaliteitsborging
5. Naleving wettelijke vereisten
Onvoldoende
Slecht
• • • • Voldoet •
Voldoet niet
De kwaliteitsgebieden examinering en diplomering, opbrengsten en kwaliteitsborging zijn niet voldoende. Hierdoor vindt vervolgtoezicht plaats vanwege onvoldoende opbrengsten, onvoldoende examenkwaliteit en niet naleving van de wettelijke vereisten op het gebied van kwaliteitsborging. Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel over de aspecten van de vijf kwaliteitsgebieden weer. In bijlage III is de beoordeling van de onderliggende indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied opgenomen. Kwaliteitsgebied Aspect Gebied 1: Onderwijsproces Programma 1.1 Samenhang 1.2 Maatwerk Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch handelen* 1.4 Leertijd 1.5 Leeromgeving Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 1.8 Zorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1 Exameninstrumentarium* 2.2 Afname en beoordeling* 2.3 Diplomering* Gebied 3: Opbrengsten 3.1 Rendement Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1 Sturing* 4.2 Beoordeling* 4.3 Verbetering en verankering* 4.4 Dialoog en verantwoording Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1 Naleving wettelijke vereisten
Voldoende
Onvoldoende
• • • • • • • • • • • • • • • • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied. Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 7 van 25
Beschouwing Algemeen beeld De opleiding Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel), crebo 90384, wordt binnen Landstede in een tweejarig traject uitgevoerd. Het grootste deel van de studenten heeft na anderhalf jaar het diploma gehaald en een deel daarvan stroomt door naar een niveau 4 opleiding. Kenmerkend is de positieve sfeer waarin wordt gewerkt om de ontwikkeling van de opleiding vorm te geven. Het team van deze opleiding bevindt zich op verschillende kwaliteitsgebieden in een ontwikkelingsproces en zet zich op een constructieve manier in om de kwaliteit van het onderwijs op peil te brengen. Onderwijsproces De kwaliteit van het onderwijsproces is maar net voldoende. Dit komt door de onvoldoende voor het geven van feedback, indicator van didactisch handelen. Deze onvoldoende werkt door in het gehele onderwijsproces, met name bij de studieloopbaanbegeleiding en bij de programmering. Binnen de opleiding krijgen studenten onvoldoende feedback op hun ontwikkeling. De leervorderingen worden door de coaches wel gevolgd, maar hieraan worden geen consequenties verbonden. De coach kan alleen sturen en adviseren, maar heeft geen normen om eisen aan de ontwikkeling van de studenten te stellen. Er vindt dan ook geen diagnose of bijsturing plaats indien de ontwikkeling van studenten achter blijft. Hiermee is niet altijd gegarandeerd dat studenten over voldoende basiskennis beschikken voordat begonnen wordt met de beroepspraktijkvorming. Binnen de opleiding hebben de coaches een centrale rol. De coaches dragen zorg voor de begeleiding van de studenten in hun ontwikkeling en doen dit zeer gedreven. De overdraagbaarheid van de informatie uit de coachgesprekken vraagt nog wel de nodige aandacht, evenals het afstemmen van de wijze waarop met de trajectlijnen gewerkt wordt. Het leren vanuit de praktijk door middel projecten in de zogenaamde lwp's is positief voor de inhoudelijke samenhang en de afstemming op de beroepspraktijk. Binnen de programmering van de opleiding wordt veel tijd aan deze lwp's besteed. Gelet op de spanningsboog van de studenten zou de effectiviteit van deze activiteiten verbeterd kunnen worden door een efficiëntere inrichting, waardoor er minder kans is op onderpresteren van studenten. Alle studenten werken met een laptop, studenten worden onvoldoende gecorrigeerd indien zij andere activiteiten met de laptop uitvoeren dan tijdens de les verwacht wordt. Daarnaast moeten de studenten ook boeken aanschaffen. Als aandachtspunt vragen wij u kritisch te kijken welke boeken de studenten moeten aanschaffen en welke digitale leermiddelen ingezet worden om te voorkomen dat er mogelijk onnodige kosten worden gemaakt. De informatievoorziening aan studenten is voldoende, maar verbetering is mogelijk door de veelheid aan informatie minder versnipperd en meer op elkaar afgestemd aan te bieden. Bij Nederlands, Engels en rekenen zijn er mogelijkheden tot versnelling en vertraging. In het beroepsgerichte gedeelte zijn wel mogelijkheden tot verdieping. Gelet op de duur van deze opleiding lijkt het niet haalbaar om de opleiding in een nog kortere tijd af te ronden. Wij zijn positief over de manier waarop het team de begeleiding van de bpv vorm geeft en contacten onderhoudt met het bedrijf.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 8 van 25
Examinering en diplomering Het exameninstrumentarium is ingekocht bij KC Handel en eerder door ons voldoende beoordeeld. De betrouwbaarheid van de afname en beoordeling is onvoldoende, omdat deze niet verlopen zoals beoogd. Bij het gebruik van dit instrumentarium in de beroepspraktijk wordt namelijk geen onderscheid gemaakt tussen ontwikkelingsgerichte toetsing en de examinering. Bij de theoretische examens wordt dit onderscheid wel gemaakt. Dit onderscheid is wel in het ingekochte instrument aangebracht. De examinering vindt plaats tijdens het CGI. Hierin wordt het werk dat de kandidaat tijdens de examenonderdelen heeft gedaan besproken, aanvullend kunnen er vragen gesteld worden door de begeleider van het bedrijf en de beoordelaar van school. Maar handelingen, zoals beschreven in het kwalificatiedossier, kunnen niet altijd middels een presentatie geëxamineerd worden. Er zijn ook observaties van handelingen nodig, waarbij de beoordeling plaats vindt op basis van het geobserveerde gedrag. De examencommissie heeft onvoldoende zicht op de uitvoering van de examinering in de beroepspraktijk. Wij zien wel dat verbeteracties ingezet worden waardoor de examencommissie meer zicht kan krijgen op de feitelijke examinering. De examencommissie heeft wel grip op de besluitvorming tot diplomering. De diploma's worden verstrekt op basis van de juiste besluiten. Ook voor de overgang naar het nieuwe digitale systeem heeft de examencommissie zich goed voorbereid waardoor fouten in de omzetting voorkomen kunnen worden. Het exameninstrumentarium voor Nederlands en Engels is ingekocht. Dit materiaal hebben we op een eerder moment onderzocht en voldoende beoordeeld. Opbrengsten De opbrengsten zijn in 2010-2011 met een jaarresultaat van 54 procent en een diplomaresultaat van 51,2 procent onvoldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de BRON-gegevens zijn de resultaten van de cp-code com 43, niveau 3 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging is slecht. Het teamplan is zo opgesteld dat hierin vanuit een evaluatie van vorig schooljaar doelen en activiteiten voor het komende schooljaar worden beschreven. Hierdoor kan de pdca-cyclus doorlopen worden. De doelen zijn in het teamplan niet of niet smart beschreven en het ontbreekt aan normen voor het beoordelen van de resultaten. Er zijn geen analyses van resultaten die inzicht geven in het effect van de maatregelen. Een uitzondering hierop is de analyse van de onvoldoende opbrengsten. Vanuit deze analyse zijn acties voor het teamplan geformuleerd. Wel zijn Landstede-brede beleidskeuzes voldoende terug te vinden in het teamplan. Niet duidelijk is hoe het team over het teamplan en de kwaliteit verantwoording aan de directie aflegt en welke eisen daaraan gesteld wordt. De examencommissie draagt onvoldoende zorg voor de borging van de examenkwaliteit. Dit heeft geleid tot een onvoldoende voor het aspect Diplomering. Daarnaast hebben wij geconstateerd dat de borging van de examenkwaliteit vanuit LEC onvoldoende gebeurt. Wettelijke vereisten Voor zover onderzocht voldoen de wettelijke vereisten.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 9 van 25
3.2. Oordeel Verkoper reizen Het kwaliteitsonderzoek bij Reizen (Verkoper reizen), 94090, niveau 3, locatie Harderwijk heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. 2. 3. 4.
Goed
Voldoende
Onderwijsproces Examinering en diplomering Opbrengsten Kwaliteitsborging
5. Naleving wettelijke vereisten
Onvoldoende
Slecht
• • • • Voldoet •
Voldoet niet
De kwaliteitsgebieden examinering en diplomering, opbrengsten en kwaliteitsborging zijn niet voldoende. Hierdoor vindt vervolgtoezicht plaats vanwege onvoldoende opbrengsten, onvoldoende examenkwaliteit en niet naleving van de wettelijke vereisten op het gebied van kwaliteitsborging. Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel over de aspecten van de vijf kwaliteitsgebieden weer. In bijlage IV is de beoordeling van de onderliggende indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied opgenomen. Kwaliteitsgebied Aspect Gebied 1: Onderwijsproces Programma 1.1 Samenhang 1.2 Maatwerk Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch handelen* 1.4 Leertijd 1.5 Leeromgeving Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 1.8 Zorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1 Exameninstrumentarium* 2.2 Afname en beoordeling* 2.3 Diplomering* Gebied 3: Opbrengsten 3.1 Rendement Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1 Sturing* 4.2 Beoordeling* 4.3 Verbetering en verankering* 4.4 Dialoog en verantwoording Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1 Naleving wettelijke vereisten
Voldoende
Onvoldoende
• • • • • • • • • • • • • • • • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 10 van 25
Beschouwing Algemeen beeld De opleiding Reizen is gecombineerd met de opleiding Receptionist en Informatiemedewerker (Frontoffice) bij Landstede Harderwijk. De studenten hebben de gelegenheid om twee kwalificaties, Frontoffice en Verkoper reizen, te behalen in drie jaar. Het team is betrokken en er is bereidheid tot ontwikkeling en verandering. Uit tevredenheidsonderzoek blijkt dat studenten positief zijn over het onderwijs en de docenten. Het ontbreekt op enkele onderdelen echter aan voldoende geïmplementeerde procedures voor beoordeling, verbetering en verankering waaronder examinering. Landstede-breed wordt hierop ingezet. Onderwijsproces Het onderwijsproces is voldoende. De inhoud sluit aan op het kwalificatiedossier en door de brede opzet van de eerste tien weken kan de student daarna kiezen voor één of beide kwalificaties. De opleiding heeft de studieloopbaanbegeleiding en de begeleiding bij de beroepspraktijkvorming op orde. De coaches vervullen daarbij een centrale rol. De overdraagbaarheid van relevante informatie uit de coachgesprekken en bpv-bezoeken vraagt nog wel de nodige aandacht. Het streven is dat het werken met E-TO (elektronische leeromgeving) hierbij gaat helpen. Het geven van feedback op leerprestaties vindt plaats tijdens coachingsgesprekken. Het werken met projecten (lwp's) is positief voor de inhoudelijke samenhang. Tijdens deze projecten en gedurende de opleiding zijn er voldoende mogelijkheden voor maatwerk. Deelnemers kunnen kiezen voor uitstroom op beide kwalificaties maar bij hoge belasting kunnen zij ook kiezen voor één kwalificatie. Er zijn mogelijkheden tot vertraging. De intake is aangescherpt en ook de informatiestroom naar de student krijgt extra aandacht. Er is een actief netwerk met het bedrijfsleven en studenten hebben allemaal een stageplaats. Zij ervaren voor en tijdens de stage voldoende begeleiding binnen het bedrijf en vanuit de opleiding. Examinering en diplomering De opleiding hanteert een duidelijk onderscheid tussen ontwikkelingsgerichte toetsing en de examinering. Het door de instelling ontwikkelde examenmateriaal is duidelijk en goed verzorgd. De betrouwbaarheid van de afname en beoordeling van de proeve is onvoldoende, omdat er geen onafhankelijke beoordelaar betrokken is bij de uitvoering van de proeve. Tevens is de scheiding van de rollen opleider en beoordelaar niet gemaakt. De opleiding erkent deze problematiek en is bezig om beleid uit te werken om de betrouwbaarheid van de beoordeling te verhogen. De opleiding kan de deskundigheid van de praktijkbeoordelaars onvoldoende aantonen. Van examendossiers van gemaakte proeves was onduidelijk welke student het betrof en de onderbouwing van de beoordeling ontbrak. De examencommissie ziet toe op het proces van examinering, maar vergewist zich onvoldoende van de feitelijke kwaliteit van de examens, de afname en de beoordeling. De examencommissie kan daardoor niet vaststellen dat de examinering adequaat verloopt en de beoordelaars voldoende deskundig zijn. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de examinering ligt in het team. De examencommissie erkent deze problematiek en heeft hiervoor verbetermaatregelen geformuleerd. Na examinering en diplomering kan worden vastgesteld of deze verbetermaatregelen effect hebben. Opbrengsten De opbrengsten zijn met een jaarresultaat van 30,8 procent en een diplomaresultaat van 28 procent onvoldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de BRON-gegevens 2010-2011 zijn de resultaten van de cp-code Htv 04 Reizen, niveau 3 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn. De analyse die het team heeft gemaakt en de daarop gebaseerde verbetermaatregelen zijn ingezet. Onder andere is de intake Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 11 van 25
uitgebreid en versterkt door middel van het organiseren van meeloopdagen en training van intakers gericht op motivering van studenten. Ook is een intensievere monitoring van tevredenheid van studenten gerealiseerd en zijn verbeteringen in het onderwijsproces aangebracht. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging vertoont tekorten. Bij de evaluatie wordt geen analyse van monitoringsinformatie uitgevoerd om, op basis van vastgestelde normen, mogelijke tekorten en risico’s te achterhalen. Er wordt wel met verschillende instrumenten gemonitord. Aandachtspunt is dat deze monitoringsinstrumenten nog onvoldoende zicht op de feitelijke onderwijskwaliteit laten zien. Bij verbetering en verankering is nog onvoldoende sprake van routines waardoor systematische bijsturing van de kwaliteit niet plaats kan vinden. Het team werkt gestructureerd en legt de planning en werkafspraken vast. De voortgang en de effecten van de vernieuwings- en verbeteringstrajecten wordt nog onvoldoende gevolgd. Het meer planmatig werken, waarbij het teamplan gebruikt wordt, is in ontwikkeling. Er is een teamplan in de vorm van een statisch plan dat twee keer per jaar geëvalueerd wordt. Ook zijn Landstede-brede beleidskeuzes onvoldoende terug te vinden in het teamplan. Daarnaast is nog onvoldoende sprake van een samenhangend verbeterplan om geconstateerde tekorten in het onderwijsproces planmatig aan te pakken. Wij zien hier wel een positieve ontwikkeling. De dialoog met interne en externe betrokkenen werkt in voldoende mate. Wettelijke vereisten Voor zover onderzocht voldoen de wettelijke vereisten.
3.3 Oordeel Sport en bewegen Het kwaliteitsonderzoek bij Opleiding Sport- en bewegingsbegeleider, niveau 2, crebo 91380 en opleiding Sport en bewegen (Sport en bewegingsleider), niveau 3, crebo 91390 locatie Zwolle heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. 2. 3. 4.
Goed
Voldoende
Onderwijsproces Examinering en diplomering Opbrengsten Kwaliteitsborging
5. Naleving wettelijke vereisten
Onvoldoende
Slecht
• • • • Voldoet •
Voldoet niet
De kwaliteitsgebieden examinering en diplomering en opbrengsten zijn niet voldoende. Hierdoor vindt vervolgtoezicht plaats vanwege onvoldoende opbrengsten en onvoldoende examenkwaliteit.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 12 van 25
Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel over de aspecten van de vijf kwaliteitsgebieden weer. In bijlage V is de beoordeling van de onderliggende indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied opgenomen. Kwaliteitsgebied Aspect Gebied 1: Onderwijsproces Programma 1.1 Samenhang 1.2 Maatwerk Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch handelen* 1.4 Leertijd 1.5 Leeromgeving Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 1.8 Zorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1 Exameninstrumentarium* 2.2 Afname en beoordeling* 2.3 Diplomering* Gebied 3: Opbrengsten 3.1 Rendement Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1 Sturing* 4.2 Beoordeling* 4.3 Verbetering en verankering* 4.4 Dialoog en verantwoording Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1 Naleving wettelijke vereisten
Voldoende
Onvoldoende
• • • • • • • • • • • • • • • • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 13 van 25
Beschouwing Algemeen beeld De opleiding Sport en bewegen is een actieve opleiding, waarbij vooral “anderen laten bewegen” centraal staat. De klassieke beeldvorming dat S&B vooral een opleiding is waarbij je zelf een actieve sporter moet zijn, leidt niet altijd tot een succesvolle afronding. Dit heeft zijn weerslag op de opbrengstcijfers. De opleiding maakt de laatste paar jaar een omslag door naar meer resultaatgericht werken. Daarbij staat meer aandacht voor theorie en beroepshouding centraal. De eerste resultaten van deze omslag zijn inmiddels zichtbaar op het gebied van de examinering. Omdat het verbeteringsproces nog niet is afgerond is de examinering op dit moment onvoldoende. Binnen het kwaliteitsbeleid is duidelijk dat het kwaliteitsbewustzijn meer een teamaangelegenheid geworden is. In samenhang met een aantal gerichte activiteiten is er nu sprake van voldoende kwaliteit op het gebied van kwaliteitsborging. Onderwijsproces Omdat het onderwijsproces tijdens het laatste kwaliteitsonderzoek als voldoende is beoordeeld heeft er nu geen nieuw onderzoek op dit gebied plaatsgevonden. De opleiding heeft een aantal maatregelen genomen om de intake te verbeteren en de studievoortgang beter in beeld te krijgen. Zowel de studenten als docenten zijn hierover positief. Vanuit de gesprekken die de inspectie met studenten en docenten voerde, vormen zowel maatwerk als communicatie tijdens de studie een aandachtspunt. Over differentiatie en specifieke begeleidingsvragen (zoals bij dyslexie en dyscalculie of gedragsproblemen) heeft de opleiding de inspectie na afloop van het bezoek schriftelijk voldoende geïnformeerd. Examinering en diplomering De kwaliteit van het huidige exameninstrumentarium voldoet niet, maar vanaf het cohort 2011 worden de proeves van bekwaamheid (PvB) ingekocht bij Angerenstein. Het is het laatste jaar dat het zelf ontwikkelde materiaal ingezet wordt. Daarom betrekken we het onvoldoende oordeel voor het exameninstrumentarium niet bij het oordeel van gebied 2. Een aandachtspunt binnen de huidige toetsing is het feit dat de vorderingen die in de leermeter worden vastgelegd grotendeels gebaseerd zijn op schriftelijke verslagen. Deze grote hoeveelheid schriftelijke verslagen is voor een niveau 2 opleiding niet wenselijk. Er vinden geen specifieke ontwikkelingsgerichte toetsen plaats, maar als alle werkprocessen op “gevorderd” staan mag er een PvB aangevraagd worden. De check dat deze PvB vervolgens ook binnen de, volgens de procedure, geldende termijn van 16 weken wordt afgelegd is niet in de systematiek opgenomen. Bij de afname van examens is een aandachtspunt dat het onderscheid tussen de rol van coach en van beoordelaar niet altijd duidelijk is. De verwachting is dat het exameninstrumentarium van Angerenstein, na beoordeling door de inspectie, voldoende zal zijn. De opleiding is positief over de samenwerking met de andere S&B-opleidingen bij de ontwikkeling van dit examenmateriaal en speelt daarin ook zelf een actieve rol. De borging van de examenkwaliteit door de examencommissie voldoet niet. Uit de gesprekken die wij voerden en uit de zelfevaluatie blijkt dat de borging van de examenkwaliteit en de processen onvoldoende is. Er vindt geen systematische check op de kwaliteit van de examendossiers plaats door de examencommissie. Ook het monitoren van het proces van de examinering maakt geen onderdeel uit van de borging. Wel evalueert de examencommissie twee keer per jaar de evaluatieformulieren over de afname van de PvB; tot nu toe zijn er geen klachten geweest over de afname. Het is positief dat de examens ook geëvalueerd worden in het studenten- en ouderpanel, de werkveldbijeenkomsten en in een workshop 'waarnemen en beoordelen'. Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 14 van 25
Opbrengsten De opbrengsten van Sport en bewegingsbegeleider (crebo 91380) zijn met een jaarresultaat van 53,8 procent en een diplomaresultaat van 29,4 procent onvoldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de BRONgegevens 2010-2011 zijn de resultaten van de cp-code com 60, niveau 2 gebruikt. De opbrengsten van Sport en bewegingsleider (crebo 91390) zijn met een jaarresultaat van 27,3 procent en een diplomaresultaat van 44,4 procent onvoldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de BRONgegevens 2010-2011 zijn de resultaten van de cp-code com 59, niveau 3 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn. Om een positieve ontwikkeling van de opbrengsten te stimuleren heeft de opleiding een aantal maatregelen genomen zoals de aanscherping van de intake, meer aandacht voor de niveau 2 opleiding, oriëntatie op een niveau 4 opleiding, een summerschool voor taal en rekenen en SAB op de locatie. Daarnaast is er een analyse gemaakt van het rendement en zijn hier verbetermaatregelen aan gekoppeld. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging is voldoende omdat de opleiding zich zichtbaar inzet om kwaliteitsbeleid een proces van alle betrokkenen te laten zijn en de directie hier gericht op stuurt. Naast een teamscan is er een professionaliseringsscan gemaakt; deze scans vormen mede de basis voor een door de directie opgesteld verbeterplan. Dit richt zich op alle facetten van het onderwijs. Daarnaast is er een teamplan met smart geformuleerde doelen. Er wordt een geïntegreerd team- en innovatieplan ontwikkeld. De ondersteuning vanuit de afdeling kwaliteit ervaart men als positief. De opleiding kent een goed functionerend ouderpanel dat nadrukkelijk betrokken wordt bij de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van de opleiding. De praktisch ingerichte werkveldbijeenkomsten worden goed bezocht en leveren input voor kwaliteitsverbetering. Daarnaast is de opleiding actief in verschillende landelijke overlegorganen. De examencommissie draagt onvoldoende zorg voor de borging van de examenkwaliteit. Dit heeft geleid tot een onvoldoende voor aspect 2.3 Diplomering. Wettelijke vereisten Voor zover onderzocht voldoen de wettelijke vereisten.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 15 van 25
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 16 van 25
Bijlagen Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden De normen Op basis van het onderzoek spreekt de inspectie oordelen uit waarvoor zij gebruikmaakt van een normering. Deze bestaat uit: 1. Een normering per indicator: wanneer wordt voldaan aan de indicator? Hiervoor gebruikt de inspectie portretten: de aangetroffen situatie voldoet aan de indicator indien deze over het geheel genomen voldoet aan de beschrijving in het portret. Het gaat hier om een weging van het geheel met hantering van toleranties. 2. Een normering per aspect. 3. Een normering per kwaliteitsgebied. Voor de normering van het Onderwijsproces zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn: aspect 1.3 Didactisch handelen, aspect 1.7 Studieloopbaanbegeleiding en aspect 1.9 Beroepspraktijkvorming. Normering Onderwijsproces Goed
Voldoende
Onvoldoende Slecht
• Aan acht van de negen aspecten is voldaan. • Aan alle kernaspecten is voldaan; daarbij is tevens aan alle indicatoren voldaan. • De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. • Aan zeven van de negen aspecten is voldaan. • Aan alle kernaspecten is voldaan. • Voor elk aspect aan alle indicatoren is voldaan, daarbij mag 1 indicator onvoldoende zijn als een aspect meer dan 2 indicatoren omvat. • Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. • Aan één of meer kernaspecten is niet voldaan. • Aan drie, vier of vijf aspecten is niet voldaan. • Aan geen van de kernaspecten is voldaan. • Aan zes of meer aspecten is niet voldaan.
Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruik gemaakt van onderstaande norm. Voor een oordeel voldoende moet ten minste aan één van de twee normen zijn voldaan. Niveau 1 2 3 4
Jaarresultaat 60,7 56,5 65,3 64,2
Diplomaresultaat 45,1 45,2 67,3 67,3
Bij het gebied Examinering en diplomering zijn alle aspecten als kernaspect aangegeven. Normering Examinering en diplomering Goed
Voldoende
Onvoldoende Slecht
• Aan alle standaarden is voldaan. • De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. • Aan alle standaarden is voldaan. • Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. • Aan één standaard is niet voldaan. • Aan twee of drie standaarden is niet voldaan.
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 17 van 25
Voor de normering van het gebied Kwaliteitsborging zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn 4.1 Sturing, 4.2 Beoordeling en 4.3 Verbetering en verankering. Deze kernaspecten moeten alle drie voldoende zijn om een voldoende beoordeling te krijgen. Bij één of meer onvoldoende kernaspecten is de kwaliteitsborging onvoldoende. De borging van de kwaliteit van de examinering moet voldoende zijn, om tot een voldoende beoordeling van de kwaliteitsborging te komen. Normering Kwaliteitsborging Goed
Voldoende
Onvoldoende Slecht
• Aan alle aspecten is voldaan. • Aan alle indicatoren is voldaan. • De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. • Aan alle kernaspecten is voldaan. • Aan alle indicatoren van deze aspecten is voldaan. • Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. • Aan twee aspecten is niet voldaan. • Aan één of twee kernaspecten is niet voldaan • Aan drie of vier aspecten is niet voldaan.
Normering van het gebied Naleving wettelijke vereisten: de instelling of opleiding voldoet niet aan de wettelijke bepalingen indien de inspectie vaststelt dat één van deze bepalingen niet wordt nageleefd. Bij sommige bepalingen vloeit de norm direct uit de wet voort. Voor enkele bepalingen zijn nadere operationaliseringen opgesteld (bv onderwijstijd).
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 18 van 25
Bijlage II Overzicht cp-codes Hieronder is per onderzochte cp-code aangegeven welke opleidingen betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Overzicht cp-codes Cp-code: com 43
Niveau: 3
Crebo:
Opleiding:
10847 90383
Verkoopchef Verkoopspecialist (Verkoopspecialist detailhandel)
90384
Verkoopspecialist (Eerste verkoper)
90385
Verkoopspecialist (Verkoopspecialist mode)
Cp-code: Htv 04
Niveau: 3
Crebo: 90652
Opleiding: Commercieel medewerker reizen ( verkoper vakantiereizen)
94090
Reizen (verkoper reizen)
Cp-code: com 59
Niveau: 3
Crebo:
Opleiding:
91390
Sport en bewegingsleider
95280
Sport en bewegen 3
Cp-code: com 60
Niveau: 2
Crebo:
Opleiding:
91380
Sport en bewegingsbegeleider
95300
Sport en bewegingsbegeleider
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
pagina 19 van 25
Bijlage III Beoordeling indicatoren opleiding Verkoopspecialist (Eerste verkoper detailhandel), crebo 90384 Gebied 1: Onderwijsproces Aspecten Programma 1.1 Samenhang
1.3.3
Leertijd
1.5
Leeromgeving
1.4.1 1.4.2 1.5.1 1.5.2
Begeleiding 1.6 Intake & Plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding*
1.6.1 1.6.2 1.7.1 1.7.2
1.8
1.8.1
Zorg
1.8.2 Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijk1.9.1 vorming* 1.9.2 1.9.3 1.9.4
Inhoud Programmering Differentiatie
• • •
Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Benutting Werkdruk Schoolklimaat Materiële voorzieningen
• •
Voorlichting Intake en plaatsing Informatievoorziening Studieloopbaanbegeleiding Eerste- en tweedelijnszorg Derdelijnszorg
• • • •
Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door het bedrijf Begeleiding door de opleiding
•
Gebied 2: Examinering en diplomering Aspecten 2.1 Exameninstrumentarium*
2.2 2.3
Afname en beoordeling* Diplomering*
Onvoldoende
Indicatoren
1.1.1 1.1.2 1.2 Maatwerk 1.2.1 Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch 1.3.1 handelen* 1.3.2
1.4
Voldoende
Indicatoren 2.1.1 Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering 2.1.2 Dekking van het kwalificatiedossier 2.1.3 Cesuur 2.1.4 Beoordelingswijze 2.1.5 Transparantie 2.2.1 Authentieke afname 2.2.2 Betrouwbaarheid 2.3.1 Besluitvorming diplomering 2.3.2 Verantwoordelijkheid examencommissie
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
•
• • • •
• •
• • •
Voldoende
Onvoldoende
•
• • • • • • • •
pagina 20 van 25
Gebied 3: Opbrengsten Aspecten 3.1 Rendement
Voldoende Indicatoren 3.1.1 Jaarresultaat en/of diplomaresultaat
Gebied 4: Kwaliteitsborging Aspecten 4.1 Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Indicatoren 4.1.1 Plannen 4.1.2 Informatie 4.1.3 Continuïteit 4.2.1 Monitoring 4.2.2 Evaluatie 4.3.1 Verbeteraanpak 4.3.2 Deskundigheidsbevordering 4.3.3 Verankering 4.4.1 Intern 4.4.2 Extern
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten Aspecten Indicatoren 5.1 Naleving wettelijke 5.1.1 Naleving wettelijke vereisten vereisten
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
Onvoldoende •
Voldoende
Onvoldoende •
• • • • • • • • • Voldoet
Voldoet niet
•
pagina 21 van 25
Bijlage IV Beoordeling indicatoren opleiding Reizen (Verkoper reizen), crebo 94090 Gebied 1: Onderwijsproces Aspecten Programma 1.1 Samenhang
1.3.3
Leertijd
1.5
Leeromgeving
1.4.1 1.4.2 1.5.1 1.5.2
Begeleiding 1.6 Intake & Plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding*
1.6.1 1.6.2 1.7.1 1.7.2
1.8
1.8.1
Zorg
1.8.2 Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijk1.9.1 vorming* 1.9.2 1.9.3 1.9.4
Inhoud Programmering Differentiatie
• • •
Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Benutting Werkdruk Schoolklimaat Materiële voorzieningen
• •
Voorlichting Intake en plaatsing Informatievoorziening Studieloopbaanbegeleiding Eerste- en tweedelijnszorg Derdelijnszorg
• • • •
Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door het bedrijf Begeleiding door de opleiding
•
Gebied 2: Examinering en diplomering Aspecten 2.1 Exameninstrumentarium*
2.2 2.3
Afname en beoordeling* Diplomering*
Onvoldoende
Indicatoren
1.1.1 1.1.2 1.2 Maatwerk 1.2.1 Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch 1.3.1 handelen* 1.3.2
1.4
Voldoende
Indicatoren 2.1.1 Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering 2.1.2 Dekking van het kwalificatiedossier 2.1.3 Cesuur 2.1.4 Beoordelingswijze 2.1.5 Transparantie 2.2.1 Authentieke afname 2.2.2 Betrouwbaarheid 2.3.1 Besluitvorming diplomering 2.3.2 Verantwoordelijkheid examencommissie
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
•
• • • •
• •
• • •
Voldoende
Onvoldoende
•
• • • • • • • •
pagina 22 van 25
Gebied 3: Opbrengsten Aspecten 3.1 Rendement
Voldoende Indicatoren 3.1.1 Jaarresultaat en/of diplomaresultaat
Gebied 4: Kwaliteitsborging Aspecten 4.1 Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Indicatoren 4.1.1 Plannen 4.1.2 Informatie 4.1.3 Continuïteit 4.2.1 Monitoring 4.2.2 Evaluatie 4.3.1 Verbeteraanpak 4.3.2 Deskundigheidsbevordering 4.3.3 Verankering 4.4.1 Intern 4.4.2 Extern
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten Aspecten Indicatoren 5.1 Naleving wettelijke 5.1.1 Naleving wettelijke vereisten vereisten
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
Onvoldoende •
Voldoende
Onvoldoende
• • • • • • • • • • Voldoet
Voldoet niet
•
pagina 23 van 25
Bijlage V Beoordeling indicatoren opleiding Sport- en bewegingsbegeleider, crebo 91380/95300 en Sport en bewegen (Sport en bewegingsleider), crebo 91390/95280 Gebied 1: Onderwijsproces Aspecten Programma 1.1 Samenhang
1.3.3
Leertijd
1.5
Leeromgeving
1.4.1 1.4.2 1.5.1 1.5.2
Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding*
1.6.1 1.6.2 1.7.1 1.7.2
1.8
1.8.1
Zorg
1.8.2 Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijk1.9.1 vorming* 1.9.2 1.9.3 1.9.4
Inhoud Programmering Differentiatie
• • •
Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Benutting Werkdruk Schoolklimaat Materiële voorzieningen
• •
Voorlichting Intake en plaatsing Informatievoorziening Studieloopbaanbegeleiding Eerste- en tweedelijnszorg Derdelijnszorg
• • • •
Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door het bedrijf Begeleiding door de opleiding
•
Gebied 2: Examinering en diplomering Aspecten 2.1 Exameninstrumentarium*
2.2 2.3
Afname en beoordeling* Diplomering*
Onvoldoende
Indicatoren
1.1.1 1.1.2 1.2 Maatwerk 1.2.1 Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch 1.3.1 handelen* 1.3.2
1.4
Voldoende
Indicatoren 2.1.1 Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering 2.1.2 Dekking van het kwalificatiedossier 2.1.3 Cesuur 2.1.4 Beoordelingswijze 2.1.5 Transparantie 2.2.1 Authentieke afname 2.2.2 Betrouwbaarheid 2.3.1 Besluitvorming diplomering 2.3.2 Verantwoordelijkheid examencommissie
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
•
• • • •
• •
• • •
Voldoende
Onvoldoende •
• • • • • • • •
pagina 24 van 25
Gebied 3: Opbrengsten Aspecten 3.1 Rendement
Voldoende Indicatoren 3.1.1 Jaarresultaat en/of diplomaresultaat
Gebied 4: Kwaliteitsborging Aspecten 4.1 Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Indicatoren 4.1.1 Plannen 4.1.2 Informatie 4.1.3 Continuïteit 4.2.1 Monitoring 4.2.2 Evaluatie 4.3.1 Verbeteraanpak 4.3.2 Deskundigheidsbevordering 4.3.3 Verankering 4.4.1 Intern 4.4.2 Extern
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten Aspecten Indicatoren 5.1 Naleving wettelijke 5.1.1 Naleving wettelijke vereisten vereisten
Rapport kwaliteitsonderzoeken mbo – Landstede
Onvoldoende •
Voldoende
Onvoldoende
• • • • • • • • • • Voldoet
Voldoet niet
•
pagina 25 van 25