Zonne-energie
Biomassa
Duurzaam bouwen
Energie
Duurzame energie Nederland Duitsland
N D G I
E M A N Energienetwerk van onschatbare waarde
Nummer 1/ januari 2012
N A Z E
Van de redactie
Voorwoord
Een jaar geleden ging NEND van start. Eén jaar is niet lang. Zeker niet als het gaat om het opzetten van nieuwe samenwerkingsprojecten in twee verschillende landen. Toch is er in dat ene jaar al zo veel gedaan en tot stand gebracht, dat we het zinvol vinden u daarover via dit magazine te informeren.
Op onze hogescholen en universiteiten is veel kennis beschikbaar over duurzame energie. In combinatie met de sterke positie van de energiesector, de hoogwaardige agro-bedrijvigheid en de landschappelijke kwaliteiten van onze regio’s leidt dit tot kansen voor nieuwe innovatieve producten en diensten, die op hun beurt bijdragen aan een gezonde en duurzame economische structuur.
Wilma Mansveld Gedeputeerde provincie Groningen voor o.m. Economische zaken, Energie en klimaat
4 7
Duurzaam bouwen als computerspel 7 E-learning over innovatieve materialen en technieken
Ontwerpen tussen droom en daad 10 Duitse en Nederlandse studenten ontwerpen duurzame woongebieden Duurzame wijk Papenburg in de prijzen 12 Stad en bewoners doen het samen Slim wonen 13 Op weg naar 100.000 energiezuinige woningen
Inspiratieboek Duurzaam renoveren 13
Weggooien is zonde 20 Op weg naar het oogstbare landschap Speciale machines voor natte veenlandschappen 21 Hogere opbrengst door ander beheer 21
Friese grap wordt serieuze zaak 24 Hoe de Elfstedentocht voor zonneboten internationale innovaties op gang brengt Hitte in het middelpunt 26 Zonthermische energiecentrales uit Dersum Lectoraat Zonnestroom bij NHL Hogeschool 27 Fabriek voor zonnepanelen naar Friesland 27 Voor niets gaat de zon op 28 De onuitputtelijke energie van zonnepanelen, zonneboliers en Concentrated Solar Power
8/9
10 13
Subsidie voor nieuwe materialen 13
Minder moeite, meer energie 18 Drassige natuurgebieden efficiënter beheren
Even voorstellen
Bruggen slaan tussen theorie en praktijk 8 Thorsten Schoolmann (Climate Center North) en Woud van Woudenberg (Kenniscentrum Duurzame Energie NHL Hogeschool).
Grensgevallen
Hamvraag of Treppenwitz? 14 Duitsers en Nederlanders. Die verstaan elkaar wel. Maar soms is een woordenlijstje toch wel handig...
16/17
18 21
In het midden 16 Ooit gescheiden door veen en moeras. Hoe het was en hoe mooi het nog altijd is.
Expert aan het woord
Duitsland-Nederland: 10-1 Prof. dr. Henk Moll legt uit wat Nederland van zijn buren leren kan. Over subsidies die nooit opraken.
Zonne-energie
Bij Nieuweschans hoeven we al vele jaren ons paspoort niet meer te tonen. Fysiek merken we niets meer van de grens. Het zou goed zijn als we dat ook in mentale en economische zin zouden bereiken. De NEND-partners werken daaraan. Ik hoop van harte dat dit magazine u zal inspireren hun voorbeeld te volgen.
Klimacenter Werlte 6 Energie- en CO2-balans in Landkreis Emsland 7
Energie uit biomassa
Duurzaam en grensoverschrijdend. Dat zijn belangrijke doelen. In veel opzichten zijn Noord-Nederland en Noord-Duitsland vergelijkbare regio’s, waar mensen elkaar – ook zonder tolk - meestal prima verstaan. Dan is het goed dat we elkaar ook in de praktijk van ons werk vaker opzoeken en meer samen optrekken. Duurzame bedrijvigheid biedt daarvoor veelbelovende aanknopingspunten.
320 basisscholen onder de loep 6 In actie tegen vieze lucht en energieverspilling
Duurzaam bouwen
De bijdragen in dit eerste NEND-magazine spreken voor zich. Ze tonen u hoe energieke ondernemers, onderzoekers en andere betrokkenen gezamenlijk werken aan nieuwe duurzame en grensoverschrijdende bedrijvigheid in Nederland en Duitsland.
Varkens geven energie! 4 Over spek, eiwit, reuzelolie en restwarmte voor 2.500 huishoudens
Energiebesparing
De provincie Groningen is leadpartner in NEND, het Duits-Nederlandse samenwerkingsverband gericht op het stimuleren van grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van duurzame energie.
22/23
24 29
Over NEND Energiek samenwerken met blijvende waarde 30 Wat we willen, wat we doen en wie we zijn. Contactgegevens NEND-partners 31 Excursie Eemshaven 31
30/31
Duurzame energie heeft de toekomst. Wie daarbij een partijtje mee wil blazen, moet aan de slag. Niet alleen, maar samen! Dat is de gedachte achter NEND (Nachhaltige Energien NiederlandeDeutschland), een Duits-Nederlands samenwerkingsproject gericht op het versterken van de samenwerking tussen Duitse en Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen op het gebied van duurzame energie. Met als belangrijk achterliggend doel om langs die weg de economie in de noordelijke regio’s te versterken. NEND focust op vier thema’s: Energiebesparing, Duurzaam bouwen, Energie uit biomassa en Zonne-energie. Op elk van deze thema’s zijn sinds de start van NEND in het najaar van 2010 inititatieven ontstaan en projecten gestart. In dit eerste NEND-magazine geven wij u een indruk van waar dat in het eerste jaar van NEND toe heeft geleid. Het zal u verrassen! Dat varkens hun aardse bestaan op uw bord beëindigen, dat wist u wel. Maar wist u ook dat ze brandstof voor uw vrachtauto leveren en warmte voor uw kachel? U leest het op bladzijde 4. Als je nieuwe woonwijken bouwt, doe het dan duurzaam! Dat is de uitdaging die zeventig Nederlandse en Duitse hogeschoolstudenten aangaan, vooralsnog als concurrenten, maar straks als internationale collega’s met hetzelfde doel. Zie pagina 10. Biomassa, dat is alles wat er zomaar groeit in de natuur. Niet wegggooien, maar er nuttige energie uithalen! Kan dat? Ja dat kan, zelfs in drassige natuurgebieden. U leest het op bladzijde 19. En dan het vierde thema: zonne-energie. In Friesland doen ze het vooral met bootjes. Maar het kan ook op allerlei andere manieren. Op pagina 24 e.v. leest u er alles over. Hoe verschillend al deze en alle andere verhalen in dit magzine ook zijn, gemeenschappelijk is dat u overal enthousiaste onderzoekers, bestuurders en ondernemers tegenkomt. Allemaal energiek aan de slag met duurzame samenwerking in Noord-Nederland en Noord-Duitsland. Samenwerking in eigen land en met de buren. Grenzen vervagen en samen staan we sterk. Reibekuchen in de koffieshop? Ook dat geeft energie! Wij zien uit naar het volgende nummer. U ook? Het redactieteam.
4
Energiebesparing
5
Energiebesparing
Meer doen met varkens
Een bedrijf dat Vrachtwagens op reuzelolie dierlijke bijproducten Een belangrijke pijler van Ten Kate ENERGIEBESPARING ENERGIE UIT is innovatie: zoals uitgebeende BIOMASSA het ontwikkelen van nieuwe methoden om dierlijke resten varkenskoppen te verwerken. Zo ontdekte oprichter verwerkt, is niet Sjoerd ten Kate in de jaren vijftig dat je margarine kon maken door vet te kristallisebepaald sexy. Toch is ren. Een recent voorbeeld van een vernieuwing Ten Kate innovatiever en DUURZAAM ZONNE-ENERGIE is te vinden in de vetsmelterij in Ter Apelkaduurzamer dan het gros van BOUWENnaal waar reuzel wordt gemaakt. Een deel van deze reuzel wordt omgezet in reuzelolie waar de Nederlandse bedrijven. ook vrachtwagens van Ten Kate op rijden. Dankzij een subsidie van De andere pijler van het bedrijf is duurzaamNEND wordt nu onderzocht heid. Zo maakt de fabriek in Ter Apelkanaal deel uit van een zogeheten ‘industrieel ecoof de warmte die vrijkomt cluster’. Van Eerden: “We hebben ons tien in een productievestiging in jaar geleden met vier bedrijven op één terrein het Duitse Sögel kan worden gevestigd. De gedachte hierachter: wat voor hergebruikt om andere gebouwen te verwarmen.
V
erwacht van Gerard van Eerden geen geitenwollensokkenverhalen over duurzaamheid. Over het redden van de aarde rept hij niet en evenmin vertelt hij verhalen over ‘hoe we de wereld aan onze kinderen achterlaten’. “Natuurlijk is het goed als je het milieu kunt ontlasten door innovaties toe te passen. Maar uiteindelijk moet het geld opleveren. Ook het project in Sögel moet leiden tot economische voordelen.” Ten Kate, het familiebedrijf waar Van Eerden manager is, werd in 1920 opgericht als handelaar in boter en spek. Anno 2011 verwerkt de onderneming, met vestigingen in Nederland, Duitsland en Hongkong, dierlijke bijproducten tot hoogwaardige vetten en eiwitten voor vele toepassingen. De afnemers zijn onder andere de levensmiddelen- en diervoedingsindustrie wereldwijd. Ten Kate is inmiddels een van de grootste producenten van dierlijke vetten en eiwitten in Europa.
Ten Kate in het kort Ten Kate verwerkt jaarlijks 240.000 ton dierlijke bijproducten. Het hoofdkantoor van het bedrijf staat in Musselkanaal. Productievestigingen zijn er in Ter Apelkanaal en het Duitse Sögel en Nordhorn. Sinds kort heeft het bedrijf
Wat voor de één een afvalstof is, is voor de ander een grondstof.” de één een afvalstof is, is voor de ander een grondstof. Gelita, een grote Duitse producent van gelatine, heeft naast onze vetsmelterij een gelatinefabriek neergezet. Zij krijgen van ons de eiwitten en halen daar de gelatine uit. De eiwitten die ze niet kunnen gebruiken, gaan naar het Amerikaanse AFB dat geur- en smaakstoffen voor de diervoedingsdustrie produceert. Gelita, AFB en Ten Kate worden voorzien van stoom en elektriciteit door de warmtekrachtcentrale van een aardappelzetmeelfabriek van Avebe op het terrein.”
een verkoopkantoor in Hongkong Het bedrijf heeft 160 medewerkers. De jaarlijkse omzet bedraagt circa 120 miljoen euro. Innovatie en duurzaamheid spelen een belangrijke rol in het bedrijf. De afdeling Research & Development telt drie medewerkers.
Leidingnet in Sögel Het meest recente duurzame initiatief is te vinden bij de productievestiging in het Duitse Sögel. Daar worden dierlijke bijproducten zoals varkensbotten verwerkt. De botten worden eerst verkleind en dan in een frituurbad gedaan. Het water verdampt, vet en eiwit blijven over. “We vroegen ons al sinds enige tijd af hoe we de restwarmte uit Sögel nuttig kunnen aanwenden. Hiervoor willen we de samenwerking aangaan met onze overburen op het bedrijventerrein: het Trocknungswerk Sögel dat gewassen droogt. Dit bedrijf verbruikt veel aardgas om droogtrommels te verwarmen. We onderzoeken nu of het mogelijk is om onze restwarmte hiervoor te gebruiken.” Ten Kate produceert zoveel restwarmte dat ook anderen daarvan kunnen profiteren. De veertig GWh zijn voldoende om ruim 2500 huishoudens van warmte te voorzien. “Je zou daarvoor een leidingnet moeten aanleggen van ons naar andere gebouwen. In eerste instantie gaat het om grote openbare gebouwen zoals het gemeentehuis, het ziekenhuis en het zwembad. Daarnaast kunnen ook particulieren worden aangesloten.” Voor het onderzoeken van de mogelijkheden heeft Ten Kate samen met het Trocknungswerk subsidie aangevraagd bij NEND. Daar is inmiddels positief op gereageerd. Naar verwachting is het onderzoek in 2012 afgerond. “We gaan onderzoek doen naar de technische mogelijkheden. Daarnaast maken we een overzicht van de afnemers. Verder speelt de economische haalbaarheid natuurlijk een rol. Het moet voor ons rendabel zijn en ook gunstig zijn voor de afnemers. Als de warmte voor afnemers in Sögel meer kost dan wat ze nu kwijt zijn, komt het niet van de grond.”
Veel onderzoeken worden samen met onderzoeksinstellingen als Rijksuniversiteit Groningen, Landbouwuniversiteit Wageningen en TNO uitgevoerd.
6
Energiebesparing
7
Energiebesparing
Het Klimacenter in Werlte is een advies- en informatiecentrum voor duurzaam bouwen en hernieuwbare energie dat wordt geleid door 3N - Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe. Op 25 oktober 2011 heeft een groep hoogbegaafde leerlingen uit de deelstaat Nedersaksen de expositie in het het Klimacenter bezocht. Bij een bak houtsnippers die worden gebruikt in een houtsnipperverwarming vertelt Harald Fricke van het Klimacenter over de toepassing van herwinbare grondstoffen als brandstof.
ENERGIEBESPARING
Op de tafel zijn proeven over het thema energie te zien. Deze proeven zijn afkomstig uit een ‘Energiekoffer’die wordt uitgeleend aan scholen. De meisjes op de voorgrond proberen een infrarood thermometer uit. Hiermee kan je op afstand de temperatuur van een oppervlakte bepalen.
Duurzaam bouwen als computerspel
ENERGIE UIT BIOMASSA
320 basisscholen onder de loep DUURZAAM BOUWEN
ZONNE-ENERGIE
Hoofdpijn, concentratieproblemen en aandoeningen van de luchtwegen. Meesters, juffen en kinderen hebben er last van in een klaslokaal met een slecht binnenklimaat. Dat is het geval in maar liefst 80% van de scholen in Nederland. Scholen scoren ook slecht op hun energieverbruik. Daar moet verandering in komen. Een speciaal expertiseteam is daar in Groningen en Drenthe inmiddels mee aan de slag. Het Expertiseteam Duurzame Scholenbouw neemt 320 basisschoolgebouwen in Groningen en Drenthe onder de loep. De experts kijken daarbij niet alleen naar het binnenklimaat en het energiegebruik, maar ook naar de architectonische waarde, de historie en de functionaliteit van het gebouw. Elke school ontvangt een integraal verslag: een belangrijke informatiebron voor gemeenten en schoolbesturen die de kwaliteit, duurzaamheid en bruikbaarheid van hun schoolgebouwen willen verbeteren. Vocht en schimmel Nieuwe kozijnen, dubbel glas, goed geïsoleerde muren en deuren zonder kieren. Daarmee gaat de energierekening flink om-
de geschiedenis van de school in de lokale gemeenschap. Met het rapport in de hand kunnen gemeenten en schoolbesturen dus beter een integrale afweging maken.
laag. Maar ook de instroom van frisse lucht. Juist daarin schuilt het gevaar voor de gezondheid. De kunst is om het te combineren: én energiezuinig én voldoende frisse lucht. Het Expertisecentrum brengt in beeld hoe dat kan. Elke school is weer anders, toch zijn er ook zaken die vaker voorkomen. Veel schoolgebouwen van voor 1980 zijn inmiddels geïsoleerd, maar helaas is daarbij nogal eens te weinig - of verkeerd - aandacht besteed aan ventilatie. Als er dan achteraf alsnog een ventilatiesysteem is geïnstalleerd, kan het gebeuren dat er vieze lucht uit vochtige en schimmelige kruipruimten
Zorgen voor gezonde en energiezuinige schoolgebouwen de klaslokalen wordt ingezogen. Of dat op mooie dagen de ventilatieroosters achter de zonwering komen te zitten, waardoor het probleem nog groter wordt.
Overigens is alle opgedane kennis ook beschikbaar voor anderen: gemeenten, schoolbesturen, scholen en het regionale MKB. Belangstellenden kunnen terecht bij Wendy Veenstra (Provincie Groningen, +31 (0)50 316 4628) of Erwin Veldman (Provincie Drenthe, +31 (0)592 365 536)
Integrale afweging Zoals gezegd informeert het Expertisecentrum gemeenten over hoe zij bestaande scholen zowel energiezuinig als gezond kunnen maken. Maar daar blijft het niet bij. Want er zijn meer kwesties die aandacht behoeven. Op veel scholen in de Groningse en Drentse
dorpen loopt het leerlingenaantal terug. Zo veel zelfs dat scholen moeten fuseren. Bij de keuze van het schoolgebouw is het dan belangrijk zo goed mogelijk zicht te hebben op de kwaliteit en de toekomstbestendigheid van het gebouw. Ook in het licht van mogelijk ander gebruik van het gebouw
in de toekomst, ten gevolge van onderwijskundige vernieuwingen, of door samengebruik van het gebouw met bijvoorbeeld bibliotheek, peuterspeelzaal of andere voorzieningen. In zulke situaties is het rapport heel waardevol. Temeer omdat het ook ingaat op de architectonische kwaliteit en
Energie- en CO2-balans in Landkreis Emsland Ook in Duitsland wordt gewerkt aan betere energieprestaties van openbare gebouwen. De Landkreis Emsland ontwikkelt een energie- en CO2-balans voor de verschillende publieke en private sectoren. Een zwaartepunt van het project betreft de systematische inventarisatie van de basisenergiegegevens van alle openbare gebouwen. Deze gebouwen- en energiedatabank vormt de basis voor een breed inzetbaar energiemanagementsysteem van openbare gebouwen.
‘Bouw een virtueel huis en bedrijf waar bezoekers diverse toepassingen van duurzame energie, duurzaam bouwen en comfort op een ‘game-achtige’ manier kunnen ontdekken.’ Dat is de opdracht van TechnologieCentrum NoordNederland (TCNN) aan de NHL Hogeschool Leeuwarden. Studenten van de opleiding Communicatie & Multimediadesign bouwden een Virtueel Kenniscentrum Duurzame Energie, Duurzaam Bouwen en Comfort als zinvolle aanvulling op de voorlichting over innovatieve materialen en technieken die verschillende organisaties al geven. Geïnteresseerden kunnen in het virtuele kenniscentrum zelf ontdekken hoe zij in hun bedrijf of woning met duurzame energie aan de slag kunnen. Website Samenwerken met NHL Hogeschool zorgt voor een kwalitatief hoogstaande website over duurzaam bouwen. Docenten werken
mee als inhoudsexperts en de kwaliteitsbewaking van de verschillende producties ligt bij professionals uit de markt. Studenten werken projectmatig aan de website. Daarbij komen verschillende disciplines aan de orde: ICT-technieken, e-learning en gaming. De website waar bezoekers virtueel door een ingericht schoolgebouw en een woning kunnen lopen is inmiddels ontworpen. MKB Een aantal studenten werkt nu hard aan de verdere invulling ervan. Dat betekent dat zij aan duurzame toepassingen/ installaties in de school en woning didactisch verantwoorde animaties hangen. Er wordt druk gewerkt om ook het MKB te linken aan deze website. Bezoekers kunnen dan zien wie het product of de toepassing maakt en waar het te koop is. In 2012 komt de website online! Alvast een kijkje nemen? Bezoek www.tcnn.nl voor de demoversie.
even voorstellen 8
9
Thorsten Schoolmann, projectleider van het Climate Center North
D
E
at het loont om verstandig met energie om te gaan, weten de meeste ondernemers wel. Maar waar moet je precies op letten? En welke mogelijkheden zijn er? Wie antwoorden op deze vragen zoekt, kan sinds 2010 terecht bij het Climate Center North (CCN) in Aurich. Het CNN richt zich voornamelijk op Nederlandse en Duitse mkb’ers in de Eems Dollard Regio.
Het CCN biedt het zogeheten ‘bedrijfsmatige energiecontrolling’. Hierbij worden op een internetportal (een webpagina die dienstdoet als toegangspoort tot andere websites die over hetzelfde onderwerp gaan) alle gegevens over het verbruik van stroom en gas verzameld en automatisch verwerkt. De gegevens worden voor ondernemers overzichtelijk geordend en bieden mogelijkheden om deze uit te werken en het energieverbruik te sturen. Daarnaast biedt de portal de mogelijkheid om verschillende hardwarecomponenten direct aan te klikken. Zo kan je bijvoorbeeld regelen dat de temperatuur van de verwarming op bepaalde tijdstippen automatisch daalt of dat een machine uitgeschakeld wordt. Eerste stap Het CCN begeleidt ondernemingen bij de invoering van deze energiecontrolling. Het transparant maken van de gegevens over het energieverbruik is een belangrijke stap bij het nemen van maatregelen voor energiebesparing. Thorsten Schoolmann, projectleider van het CCN: “We bespreken met de ondernemingen onder andere het verloop van het energieverbruik. Hoe komt het dat u op die plek en op dat moment in uw bedrijf zoveel energie verbruikt? Waar kunt u op een efficiëntere manier met energie omgaan? We adviseren de bedrijven ook om bij de aanschaf van nieuwe machines te letten op het energieverbruik. Machines die minder energie verbruiken zijn vaak duurder in de aanschaf, maar door het geringere energieverbruik heb je het geld snel terugverdiend.” Momenteel heeft CCN contact met vijf bedrijven in het district Aurich waar energiecontrolling wordt toegepast. Hierbij gaat het onder andere om een slijterij en een meubelwinkel. “Bij deze bedrijven zijn we nu bezig om de verbruiksgegevens transparant te maken”, zegt Schoolmann. “Je moet gegevens gedurende een langere tijdspanne verzamelen
Woud van Woudenberg, coördinator kenniscentrum voor duurzame energie, NHL Hogeschool in Leeuwarden
en transformatie van onderwijsinstelling naar kenniscentrum. Dat is waar de NHL Hogeschool in Leeuwarden momenteel mee bezig is. Met de internationale profilering als ‘Regional University of Applied Sciences’ onderstreept de NHL deze ambitie. “Wij richten ons steeds nadrukkelijker op toegepast onderzoek, waarbij we ons openstellen voor vragen uit de markt. Wij vertalen fundamentele kennis naar de praktijk, we zijn de schakel tussen wetenschap, maatschappij en
voordat je concrete maatregelen kunt nemen. Energiecontrolling is slechts de eerste stap”, zegt Schoolmann: “Het is ons doel om
40 tot 60 procent energiebesparing is haalbaar.” een zogeheten energiemanagementsysteem in de bedrijven in te voeren. Een energiemanager moet dit managementsysteem ondersteunen en coördineren. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor de implementatie van het managementsysteem. Het CCN biedt ook een internetcursus voor energiemanagers aan.” Over de grenzen heen Verder maakt het CCN de balans op van het energieverbruik en de uitstoot van schadelijke stoffen zoals broeikasgassen in de Eems Dollard Regio die dit tot gevolg heeft. Hierbij wordt gebruikgemaakt van de software EcoRegion die het mogelijk maakt om de gegevens snel op te roepen. Ook is het dankzij deze software mogelijk om vergelijkingen te trekken tussen verschillende gebieden in de regio. Daarnaast organiseert het CNN bijeenkomsten, lezingen, seminars en workshops over actuele onderwerpen. Een voorbeeld is het grensoverschrijdende energiecongres in de ‘Alte Werft’ in Papenburg dat in samenwerking met de provincie Groningen in april 2012 zal plaatsvinden. Verder geeft het CCN bedrijven advies over bijvoorbeeld het binnenhalen van subsidies voor innovatieve projecten op energiegebied.
Rechts: Jan-Hendrik Gastmann, bedrijfsadviseur bij CCN.
Prijs Het CCN heeft op dit moment een netwerk van ongeveer veertig ondernemingen en organisaties. “Het is ons doel om een EnergieTechnologie-Benchmark op te bouwen, waarbij alle netwerkpartners van elkaar leren, ook over de grenzen heen. Daarbij gaat het vooral om vragen als: Wat heeft die of die maatregel opgeleverd? Was een andere maatregel wellicht effectiever geweest? De effectiefste maatregelen op het gebied van energiebesparing kunnen elke twee jaar aanspraak maken op een prijs.” “Maatregelen om energie te besparen”, zegt Schoolmann, “leveren vaak meer op dan mensen denken. 40 tot 60 procent van het energieverbruik kan op een economisch haalbare manier worden bespaard.”
bedrijsleven”, aldus Woud van Woudenberg, projectmanager van NHL Hogeschool en trekker van het NEND-thema PV-toepassingen (PV staat voor Photo-Voltaïsch) .
problemen die ontstaan door de uitzettingsverschillen van zonnecel en composiet. We doen daarom in dit project vooral materiaalonderzoek.”
Van Woudenberg: “Als we zonne-energie een grotere rol willen geven, zijn goede verbindingen tussen overheden, kennisinstellingen en bedrijven noodzakelijk. Overheden kunnen belemmeringen wegnemen en optimale voorwaarden creëren. Kennisinstellingen ontwikkelen nieuwe toepassingen en vertalen de nieuwe kennis naar nieuw onderwijs; bedrijven maken er business van. Wij richten ons op het versterken van deze samenhang. Op die manier dragen we bij aan innovatieve en aantrekkelijke producten waar markt voor is. “In het werkpakket PV-toepassingen van het NEND-project zetten we in op twee sporen: communicatie en projecten. Met communica-
Van Woudenberg: “In het project PV-Sloep is de uitdaging om zo veel mogelijk zonnecellen in de constructie van de boot te integreren. Een sloep heeft echter weinig dek, maar wel veel bankjes. Maar een bankje met zonnecellen werkt niet als er iemand op gaat zitten. Ondanks dat enkele zonnecellen door afdekking niet kunnen bijdragen aan de energieopwekking, moet de rest van de cellen kunnen zorgen voor voldoende lading van de accu’s. Het gaat in dit project dus vooral om de integratie van zo veel mogelijk cellen in de diverse vlakken van de sloep tegen aanvaardbare bouwkosten, maar ook om onderzoek naar een optimale aandrijving en elektronische regelsystemen.”
Met onderzoek naar PV-toepassingen loopt de NHL behoorlijk voorop.”
“Bij elektrische mobiliteit denken de meeste mensen eerst aan auto’s en scooters. Maar in Friesland doen we het met boten. We werken nauw samen met het Kenniscentrum Jachtbouw. In totaal zijn er gemiddeld zo’n 25 studenten in ons expertisecentrum actief, uit diverse studierichtingen: werktuigbouwkunde, elektrotechniek, informatica en bouwkunde. Als NHL lopen we hierin behoorlijk voorop.”
tie over duurzame energie werken we aan het bundelen van kennis en het versterken van draagvlak voor duurzame energie. Daarmee vergroten we ook de succeskansen van de bedrijfsprojecten. Momenteel zijn dat er drie: PV-Sportboot, PV-Sloep en PV-GIDS.” Friesland = watersport “Wie aan Friesland denkt, denkt aan watersport. In de zomer varen hier vele duizenden plezierbootjes waarvan een groot deel is uitgerust met een lawaaiige en rokende motor. Welbeschouwd past dat helemaal niet bij waterrecreatie. Die zou juist stil en schoon moeten zijn. Wie zich dit realiseert, ziet direct hoe groot de potentie is voor boten met een elektromotor op zonne-energie. Daar werken de bedrijven in dit project aan. En dan niet aan boten met zonnepanelen op het dek, maar in het dek. Wij doen onderzoek naar de integratie van zonnecellen in het composietmateriaal waar de boot zelf van is gemaakt. Daarbij moeten we oplossingen vinden voor de
Van asbest naar energie “PV-GIDS staat voor Geïntegreerd Isolerend Dak Systeem. Ook in dit project gaat het om integratie van zonnecellen in ander materiaal, in dit geval dakbedekking. Momenteel worden zonnepanelen nagenoeg altijd op het dak gemonteerd. Maar het zou natuurlijk een stuk handiger, goedkoper en fraaier zijn als de zonnepanelen zelf ook als dakbedekking functioneerden. Daar gaan de bedrijven in dit project mee aan de slag. De zonnepanelen worden zo (her)ontworpen dat ze passen in de gebruikelijke maatvoeringen en constructies in de bouw en voldoen aan de bouwvoorschriften. In dit project werken we onder meer samen met een Duitse dakdekker en een Nederlandse installateur. In eerste instantie zien we vooral kansen voor toepassing op grote boerenschuren. Momenteel hebben veel van die schuren nog daken waarin asbest is verwerkt. Als die vervangen moeten worden, willen wij een duurzaam alternatief kunnen bieden.”
10
Duurzaam bouwen
11
Duurzaam bouwen
In het studiejaar 2011-2012 is er in het kader van het NEND een wedstrijd in energiezuinig bouwen voor studenten. Hierbij maken studenten van vijf hogescholen een ontwerp voor de duurzame doorontwikkeling van drie woongebieden in de Eems Dollard Regio
Ontwerpen tussen droom en daad
ENERGIEBESPARING
ENERGIE UIT BIOMASSA
DUURZAAM BOUWEN
ZONNE-ENERGIE
“
H
et is ongelooflijk hoeveel potentieel er in studenten zit. Hun ideeën zijn heel fris omdat ze nog geen beroepservaring hebben.” Aan het woord is Kathrin Volk, docent aan de Detmolder Schule für Architektur und Innenarchitektur aan de Hochschule Ostwestfalen-Lippe. Ze is projectleider van de wedstrijd die ze samen met haar collega’s prof. Martin Hoelscher en prof. dr. Reiner Staubach organiseert. Als Volk over de wedstrijd praat wordt, één ding direct duidelijk: ze is zeer enthousiast over haar studenten en de wedstrijd. Ongeveer zeventig leerlingen van vijf hogescholen zullen deelnemen: de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden, Hanzehogeschool Groningen, de Jade Hochschule Oldenburg, de Hochschule für angewandte Wissenschaft (HAWK) Hildesheim en de Detmolder Schule für Architektur und Innenarchitektur (HSOWL) . De wedstrijd hoort bij de leergang stedelijke planning die in het studiejaar 20112012 is gestart op de hogeschool uit Detmold.
In de wedstrijd moeten de studenten ontwerpen maken voor de duurzame doorontwikkeling van twee gebieden. Een in Nederland, de Blauwe Stad, en een in Duitsland, het terrein ten zuiden van de Spillmannsweg in Papenburg. “Studenten houden zich niet alleen bezig met de werkelijke situatie, maar moeten zich ook richten op onconventionele ontwerpen voor de doorontwikkeling van deze gebieden. De studenten moeten zich, met andere woorden, bewegen in het gebied tussen droom en daad.” Excursies Voordat de wedstrijd start, zijn er in het eerste semester voorbereidende colleges bij de verschillende hogescholen. “Hierbij draait het om duurzaamheid en efficiënt energieverbruik. Ook willen we excursies organiseren naar locaties waar deze twee aspecten daadwerkelijk gerealiseerd zijn.” De feitelijke wedstrijd begint met workshops op de projectlocaties. “Studenten krijgen hierdoor de gelegenheid om de plekken goed te leren kennen. Ze maken daar ook een voorlopig
Zo komen we tot internationale samenwerking.”
ontwerp. We zullen de bewoners er eveneens bij betrekken. Ze kunnen langskomen en de resultaten bekijken.” Na deze week met workshops kunnen de studenten aan hun hogeschool in teams van twee tot drie mensen verder werken aan hun ontwerp. Ongeveer midden juli leveren ze het eindresultaat in. “In september worden de resultaten beoordeeld en prijzen uitgeloofd. We gaan ervan uit dat in elke gemeente zes tot zeven teams meedoen. Omdat we overal een eerste, tweede en derde prijs uitloven, hebben de teams een goede kans om een prijs te winnen.” Uitgebreide tentoonstelling Na de prijsuitreiking zijn de ontwerpen te zien in een uitgebreide tentoonstelling in de Hochschule Ostwestfalen-Lippe. Daarna is de
expositie in de betrokken gemeenten te zien. Ook verschijnt er een afsluitende publicatie over de ontwerpen. Het is niet waarschijnlijk dat deze daadwerkelijk worden gerealiseerd. “In het ideale geval levert de wedstrijd ideeën op die samen met een professioneel bureau verder kunnen worden ontwikkeld. Maar het komt niet vaak voor dat bij wedstrijden voor studenten de ontwerpen één op één worden uitgevoerd.” Of dit nu gebeurt of niet, Volk verheugt zich op de mogelijkheden die deze wedstrijd biedt. “Het is leuk dat het tot internationale samenwerking komt. Bovendien kunnen we nu, dankzij het budget van NEND, studenten mogelijkheden bieden die ze normaal niet hebben.” En dan is er nog een reden waarom Volk zich verheugt op de wedstrijd. “Je krijgt op een heel andere manier contact met het gebied waarvoor je een ontwerp maakt. Het ontwerpen is geen abstracte opgave, maar er is een concrete aanleiding. Dat is ook mooi, toch?”
12
Duurzaam bouwen
13
Duurzaam bouwen
Op weg naar 100.000 energiezuinige woningen
Energie besparen in bestaande woningen. Daar liggen grote kansen voor zowel adviseurs, banken, makelaars en architecten als aannemers, installateurs, isoleerbedrijven en schilders. De uitdaging is om het de woningeigenaar zo gemakkelijk en aantrekkelijk mogelijk te maken om de woning te verduurzamen. Dat kunnen bedrijven doen door samen te werken in consortia. Bedrijven bieden kopers een totaalpakket en stimuleren te investeren in de eigen woning. De Nederlandse provincies zetten de financiële middelen vanuit NEND om in een subsidie om deze manier van innovatief samenwerken op gang te bengen en vorm te geven. De mogelijkheid voor zo’n subsidie werd enthousiast ontvangen door het bedrijfsleven. Dertig consortia met daarin ruim tweehonderd bedrijven maakten een businessplan en schreven zich in. De plannen moesten onder meer realistisch en innovatief zijn, de klant ontzorgen en waar mogelijk samenwerking met een Duitse partner creëren. Uiteindelijk ontvingen dertien consortia subsidie. Twee daarvan intorduceren we hier in het kort.
Papenburg in de prijzen In oktober 2010 heeft de stad Papenburg voor het ontwerp van een duurzaam bouwgebied een onderscheiding ontvangen van de deelstaat Niedersachsen. De stad kreeg de prijs in het kader van een wedstrijd voor gemeenten over klimaatbescherming. Papenburg ontving een bedrag van 16.000 euro voor de ontwikkeling van een woongebied in de wijk Obenende. Daar worden op een terrein van drie hectare grondstukken verkocht aan particulieren die een duurzaam huis willen (laten) bouwen. Deze huizen moeten zo worden gebouwd dat ze zo weinig mogelijk energie verbruiken. Het concept van dit duurzame bouwgebied wordt ondersteund door het NEND-project. Energiebesparingscertificaat “Kopers van een stuk grond worden verplicht om zich bij de bouw te houden aan bepaalde regels op het gebied van energie”, zegt Silvia Sandmann, hoofd van de afdeling stedelijke planning in Papenburg. “Dat wordt gecontro-
leerd doordat ze vóór de bouw een zogeheten ‘energiebesparingscertificaat’ opstellen. Hiermee kan je berekenen hoeveel energie je kunt besparen door het gebruik van bijvoorbeeld bepaalde ramen of een verwarmingsinstallatie. Als het huis klaar is, moet de eigenaar aantonen dat alles volgens de planning is uitgevoerd.” Vroegtijdig De kopers zijn door de stad Papenburg vroegtijdig betrokken bij de ontwikkeling van het gebied. Zo
zijn er informatiebijeenkomsten geweest en werden er workshops aangeboden waarin experts informatie gaven over duurzaam bouwen. Kopers kunnen ook terecht bij het historisch-ecologisch opleidingscentrum in Papenburg en het klimaatcentrum 3-N in Werlte. Een groot deel van de grondstukken is inmiddels verkocht. Vóór de kerst zullen de eerste bewoners hun woning betrekken.
MijnWoningPlus MijnWoningPlus is een fullservice consortium van BAM Woningbouw, KAW architecten en adviseurs en Noorderlings Communicatie uit Groningen. “Wij willen belemmeringen bij de koper wegnemen,” vertelt penvoerder Henk Kieft enthousiast. “Dat doen we door vooraf prijsgaranties te geven en een pakket van verbeteringen naar eigen keuze aan te bieden. Wij regelen eventuele subsidies. De bureaus in dit consortium zijn op vele plekken in Noord-Nederland actief in de wijkvernieuwing. We weten daarom uit ervaring dat het goed werkt als we vanuit de vernieuwing van de sociale
Plus is straks te vinden op het web. Deze website geeft kopers inzicht in mogelijke energiebesparende maatregelen en wat die daadwerkelijk opleveren. Met een gerichte marketingcampagne maken we kopers attent op de website. We hebben hoge ambities, en kijken ernaar uit deze waar te maken!”
‘Consortia ten behoeve van verduurzaming bestaande woningvoorraad Noord-Nederland’ is één van de twaalf projecten binnen het 100.000 woningenplan. De doelstelling van dit plan is dat in 2015 100.000 woningen energiezuiniger zijn. Om deze doelstelling te halen jagen de drie Noordelijke provincies allerlei projecten aan. Het project Consortia gaat de komende tijd onder de merknaam :SLIM de markt op. huurvoorraad de brug slaan naar eigenaren in de buurt. Wij zullen hen actief benaderen. Naast deze directe benadering gaan we ook gebruik maken van vernieuwende onderzoeksmethoden. Onder meer van de leefstijlbenadering. We hopen hiermee mogelijke doelgroepen te vinden. MijnWoning-
Energie(k) Loket Tietsjerkstradeel Dertien lokale bedrijven, specialisten in het energiezuiniger maken van woningen, de beide banken en de gemeente Tietsjerkstradeel hebben de handen ineengeslagen in het consortium Energie(k) Loket. Samen gaan ze vanuit een speciaal Energieloket klanten geheel vrijblijvend voorlichten over de (financiële) voordelen van het energiezuiniger maken van hun woning. ‘Alle leden van dit consortium hebben uitgesproken ambassadeur te willen zijn”, vertelt Rob Schuil van Schuil Isolatiezorg. “Dat betekent dat wij van elkaar weten wat we doen en dit met onze klanten delen. Het is een service naar klanten om in alle vrijheid te kijken wat de mogelijkheden zijn. Leden van dit consortium kunnen elkaar versterken en specialismen overdragen of combineren. Dat maakt deze samenwerking uniek.”
Subsidieregeling nieuwe materialen Bij duurzaam bouwen gaat het ook om het gebruik van nieuwe materialen uit hernieuwbare grondstoffen of om nieuwe innovatieve producten. Om de ontwikkeling daarvan te stimuleren is er een subsidieregeling van max. 75.000 euro per project in het leven geroepen. Deze subsidie is bedoeld voor bedrijven binnen een Duits-Nederlands samenwerkingsverband. In september zijn twee subsidies toegekend. De Natuur en Milieufederatie Drenthe krijgt subsidie om een aantal innovatiemogelijkheden van hennepisolatie te onderzoeken. Deze onderzoeken zouden in de nabije toekomst kunnen leiden tot nieuw isolatiemateriaal of aanpassing van bestaand hennepmateriaal. KIEM Innovations BV uit Onstwedde krijgt subsidie om een biopaneel te ontwikkelen. Dit is een volledig duurzame variant op de al bestaande sandwichpanelen in de bouw die gemaakt zijn van kunststof.
Inspiratieboek Duurzaam renoveren In Nederland en Duitsland staan veel slecht geïsoleerde woningen uit de jaren ’50 tot ’70. Deze woningen zouden een stuk energiezuiniger gemaakt kunnen worden door ze duurzaam te renoveren. Er is al veel bekend over energieprestaties, praktijkervaringen rondom duurzaam renoveren en energiekwesties die spelen tijdens de gehele levenscyclus van een gebouw. De TU Delft verzamelt, bundelt en maakt deze kennis toegankelijk in één inspiratieboek over duurzaam renoveren. Doel van dit boek is te laten zien dat renoveren meer is dan alleen een bestaand gebouw saneren. Het is leuk in een historische en traditionele omgeving te leven, het is nóg leuker dingen mooier én beter te maken!
Over de grens
15
Wat zegt u? Duits en Nederlands, het lijkt best veel op elkaar. Maar pas op! Niet alles is wat het lijkt. Twee pagina’s die u helpen uw buurman nog beter te begrijpen.
„Kopftuchsteuer“, in PVV-Jargon: „Kopflumpenabgabe“, vorgeschlagen vom Parteivorsitzenden Geert Wilders.
Het schamele bezit van iemand die bijna niets meer heeft, zoals de paar spullen die een slachtoffer van een natuurcatastrofe of een vluchteling heeft weten te redden. In 2004 is het woord verkozen tot mooiste Duitse woord omdat het een combinatie is van het wereldse ‘haben’ (= hebben) en het hogere: ‘Seligkeit’ (= gelukzaligheid, hemelse vreugde).
Officieel betekent het woord ‘bloedsomloop’. In de dagelijkse praktijk wordt het vooral gebruikt in de samenstelling ‘Kreislaufbeschwerden’ (letterlijk: klachten over de bloedsomloop). In Duitsland wordt dit woord gebruikt om aan te geven dat men zich op de een of andere manier niet zo lekker voelt. En dat is redelijk vaak.
ecke
Regel aus dem Eisschnelllauf, nach der Läufer, die in der Geraden mit der Kufe über die Bahnbegrenzung geraten, disqualifiziert werden. Abgeleitet von dem beliebten Geschicklichkeitsspiel „Doktor Bibber“, bei dem die Spieler vorsichtig alle Organe aus einer Puppe operieren müssen.
Onbekende buren van Dik Linthout bevat een uitgebreid overzicht van overeenkomsten en verschillen tussen Nederlanders en Duitsers. De auteur belicht daarnaast de oorzaken van vooroordelen en misvattingen die er vooral aan Nederlandse zijde bestaan. Voor wie zich beroepsmatig bezighoudt met Duitsland en Duitsers is het boek (Uitgeverij Atlas) een goede informatiebron.
hoekje
Voor Nederlanders In Lass mal sitzen; Het wonderlijke steenkolenduits van Hollanders geeft auteur Reinhard Wolff vele voorbeelden van taalfouten die Nederlanders maken die een (zaken)reis naar de oosterburen maken. Ook wordt in dit boekje van uitgeverij Scriptum aangegeven hoe het dan wél zou moeten.
boeken
Boekentips voor mensen die beroepsmatig veel met de buren te maken hebben.
Minderheitsregierung, die in bestimmten Fragen von Fraktionen, die nicht zur Regierung gehören, unterstützt wird. Die entsprechende Partei hat mit den Koalitionsparteien eine Tolerierungsvereinbarung geschlossen. In den Niederlanden regiert derzeit ein Minderheitskabinett aus der rechtsliberalen VVD und Christdemokraten (CDA), das von der rechtspopulistischen PVV toleriert wird.
Een burger die uit kwaadheid en teleurstelling over bepaalde politieke beslissingen de straat op gaat om te protesteren. Dat gebeurt de laatste tijd in Duitsland overigens steeds vaker, zoals bij de aanleg van een nieuw station in Stuttgart of een nieuwe luchthaven in Berlijn.
Standesbeamte, die sich aufgrund ihrer religiösen Überzeugung weigern, die Trauung eines homosexuellen Paares zu vollziehen. Darf ein Standesbeamter da selbst entscheiden oder muss ein Weigerbeamter entlassen werden? Diese Frage konnte noch nicht zur allgemeinen Zufriedenheit geklärt werden. Der „weigerambtenaar“ wurde unterdes zum niederländischen „Wort des Jahres 2011“ gewählt.
In Duitsland Dichterbij vertellen acht Nederlandse ondernemers over het zakendoen in Duitsland. Ook bevat dit boekje praktische tips, achtergrondinformatie en contactgegevens van belangrijke instanties. U kunt de uitgave gratis downloaden via http://www. internationalehandel.mkb.nl/ publicaties.
Nicht gerade die Art von Café, in dem man mit neuen Geschäftskontakten Kaffee trinken sollte. Ein Koffieshop ist in den Niederlanden eine geduldete Verkaufsstelle sog. Softdrugs.
?
Een slimme ingeving die net te laat komt (op het moment dat je de trap afloopt om het huis te verlaten). Het begrip is afgeleid van het Franse L’esprit de l’escalier dat afkomstig is van de Franse filosoof en wiskundige Diderot.
Niederlande? Tips und Informationen zu Alltagsleben, Politik und Wirtschaft, herausgegeben von Bernd Müller, bietet Handreichungen und Hintergründe über Politik, Wirtschaft und Gesellschaft der Niederlande. Die häufig gepriesene holländische Liberalität wird von den Autoren diskutiert. Auch das niederländische „Poldermodell“ wird unter die Lupe genommen. Ein ausführliches Niederlande-Lexikon sowie ein Adressteil machen das Buch zu einem praktischen Leitfaden.
?
Frau Antje und Herr Mustermann. Niederlande für Deutsche von Dik Linthout ist sowohl ein lehrreiches als auch ein leicht zu lesendes und lustiges Buch. Der Autor geht unter anderem Witzen nach und blickt in die Geschichte. Auf dieser Weise wird das gesellschaftliche Leben der Niederlande in seiner ganzen Vielfalt für Deutsche verständlich gemacht.
In den Niederlanden üblicher Wohnungstyp aus der 2. Hälfte des 20. Jahrhunderts. In einer „doorzonwoning“ nimmt das Wohnzimmer die gesamte Tiefe des Hauses ein, vorn und hinten gibt es große Fenster, die den Raum mit Licht durchfluten („durchsonnen“). Der Wohnungstyp ist so weit verbreitet, dass sogar ein Comic nach ihm benannt wurde: die Familie Doorzon.
Rubberachtig snoepje (letterlijk: gombeertje) in de vorm van een teddybeer. In Duitsland is men van jong tot oud gek op dit mierzoete en felgekleurde snoepgoed. Gummibärchen, die kleiner en steviger zijn dan winegums, kan je trouwens ook in Nederland krijgen.
bücher
Entspricht im deutschen der Kern- oder Gretchenfrage. Entstanden aus einem Radioquiz, bei dem der Hauptgewinner einen Schinken (ndl.: ham) gewinnen konnte.
Typ dit woord bij You Tube in en u komt terecht bij een sketch van de befaamde Duitse humorist Loriot die augustus 2011 is overleden. We zien hierin een klaslokaal met volwassenen die leren jodelen door op zeer serieuze wijze een docent na te zeggen die ‘jodelzinnen’ zegt zoals ‘Holleri di dudl jö’. Kijken!
Aardappelpannenkoek, ook wel ‘Puffer’ genoemd (afhankelijk van de regio). Wordt in Duitsland vooral in kraampjes op straat verkocht en in café’s geserveerd. Is ook makkelijk zelf te maken. Lekker met appelmoes! Viele wichtige Fakten, die Unternehmer über die Niederlande kennen solten stehen im Wirtschaftsprofil Niederlande, das die Deutsch-Niederländische Handelskammer (DNHK) im April 2011 veröffentlicht hat. Die Publikation fasst wirtschaftliche Entwicklungen und Trends, aktuelle Außenhandelszahlen und Wachstumsbranchen zusammen. Auf der Website der DNHK (http://www. dnhk.org) kann die Publikation kostenlos heruntergeladen werden. Suchwort: Wirtschaftsprofil Niederlande.
14
16
Grensgevallen
Duitsland of Nederland? Een grensgeval. Moeras en veen vormden eeuwenlang een onneembare barrière tussen beide landen. Totdat het veen als energiebron werd ontdekt en zompige moerassen veranderden in aardappelvelden en
nieuwe grensovergangen. Behalve hier, tussen Zwartemeer en Rühlerfeld. Als herinnering aan hoe het vroeger was. En om te ervaren hoe mooi een grensgeval kan zijn.
52.42’ 2.27’’ NB 7.1’ 49.52’’ OL
19
Biomassa
Van riet tot briket
“Minder moeite, meer energie.”
met het handmatig snijden van riet. In Nederland en DuitsMaar het proces is gaandeweg gemeENERGIEBESPARING ENERGIE UIT land zijn veel drassige BIOMASSA chaniseerd. De machines daarvoor heeft hij zelf ontwikkeld. In 1994 ben natuurgebieden waar ik in het bedrijf komen werken. Ik had riet groeit. Dit riet moet altijd al een grote interesse in techniek en geoogst worden omdat de vond het daarom leuk om hier aan de slag te gaan. ZONNE-ENERGIE gebieden anders DUURZAAM uitgroeien tot BOUWEN bossen. Maar wat doe je er ver- Meststof volgens mee? Tot nu toe is riet Vanaf het begin hebben we ingezet op zeer vooral een afvalproduct. Maar lichte voertuigen die de bodem niet beschadigen. De onderhoudskosten van onze voertuibij Wildeman VOF uit Appinge- gen liggen daardoor hoger dan die van zwaardam hebben ze - mede dankzij dere machines. Maar duurzaamheid is, net als innovatie, altijd een belangrijke pijler van ons een subsidie van NEND - een bedrijf geweest. Vroeger maaiden we vooral manier gevonden om de plant dekriet: hoogwaardig riet dat wordt gebruikt voor daken. Maar door verschillende oorzaken op een rendabele manier te verwerken. Marcel Oomen van zijn de kwaliteit en kwantiteit de laatste jaren teruggelopen. Het meeste riet is nu van lage Wildeman geeft tekst en uitleg. kwaliteit. Daar kan je niet zoveel mee en dus
V
raag je me op een verjaardagsfeestje wat voor werk ik doe, dan zal ik zeggen dat ik medeeigenaar en -directeur ben van Wildeman VOF, een loonbedrijf dat is gespecialiseerd in lagebodemdruktechniek. Als dit abracadabra voor je is, dan kan ik je vertellen dat Wildeman VOF een bedrijf uit Appingedam is dat werkt met rupsvoertuigen met een extreem lage bodemdruk. Deze voertuigen zijn zo licht dat ze kunnen worden ingezet in drassige gebieden. Onze rupsvoertuigen kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt voor het onderhoud van moerasgebieden. Ook maaien we riet in drassige natuurgebieden in Nederland en in Duitsland. Dat doen we in opdracht van onder andere Staatsbosbeheer, Stichting Groninger Landschap en Stichting Het Drentse Landschap. Wildeman VOF is in 1966 opgericht door J. Wildeman. In het begin hield hij zich bezig
Efficiënter beheer van drassige natuurgebieden wordt het deels niet meer gemaaid en deels als meststof uitgestrooid over omliggende landerijen. Briket We vroegen ons een paar jaar geleden af of we de plant niet kunnen verwerken tot een hoogwaardige brandstof. We hebben toen een projectplan geschreven om riet om te zetten in briketten. Daarvoor hebben we samen met Endjer, een rietsnijder uit het Duitse Emden, een subsidie aangevraagd bij NEND. Het plan werd goedgekeurd. Met de subsidie van 37.800
euro hebben we in samenwerking met adviesbureau Hanze Consult uit Kiel-Windeweer technisch onderzoek gedaan en gezocht naar fabrikanten die een machine hebben die riet kan briketteren. Uiteindelijk vonden we een machine in Denemarken die in staat is om briketten te persen. Het probleem was alleen dat de capaciteit te laag is; het is daardoor economisch niet rendabel. Extruder Is het verhaal daarmee afgelopen? Nee. Tijdens ons onderzoek zijn we bij een andere techniek uitgekomen. Ik kan daar op dit moment niet zoveel over vertellen omdat we bezig zijn met de aanvraag voor een octrooi. Maar ik kan je wél zeggen dat we van plan zijn het riet in een zogeheten extruder te stoppen. Zo’n extruder vermaalt het riet waardoor een poederachtig product overblijft dat verder verwerkt kan worden. We hebben deze mogelijkheid besproken met de provincie Overijssel. Dat leidde ertoe dat we daar een provinciale subsidie hebben aangevraagd. Dat is dus een indirect gevolg van de subsidie die we bij NEND hebben aangevraagd. Wat wil je nog meer? We hebben tests gedaan met een extruder en de eerste resultaten overtroffen alle verwachtingen. Wij zijn nu bezig om een mobiele uitvoering van het apparaat te maken. Die gaan we straks neerzetten naast een rietveld. Het riet wordt verwerkt door het apparaat, de grondstof die het oplevert, gaat in een vrachtwagen en die brengt het weer naar een andere locatie waar het verder wordt verwerkt. De toekomstverwachtingen? Die zijn in één woord enorm. Er zijn heel veel natuurgebieden met riet die onderhouden moeten worden en er is dus een enorm aanbod aan riet. Als je dat weet om te zetten in een nuttige grondstof kun je de gebieden goedkoper onderhouden én je levert een brandstof waarmee je anderen van energie kunt voorzien. Wat wil je nou nog meer?
20
Biomassa
21
t e h n i n e t s g o O weggooien
Duizenden tonnen hout, gras, riet en hei. Elk jaar opnieuw gooien we veel daarvan zomaar weg. Dat is zonde. Want in deze enorme berg ‘biomassa’ zit veel energie, waar we niks mee doen. “Daar willen we verandering in brengen”, zegt Erwin Veldman, projectleider van het NENDproject Biomassa uit het landschap. “We werken aan een oogstbaar landschap.” Het beheer van het landschap in Drenthe en Groningen is voor een belangrijk deel uitbesteed aan loonbedrijven. Wat deze bedrijven met het maaisel en snoeiafval doen, is niet goed in beeld. “Voor een deel gaat het snoeihout naar Denemarken en Duitsland, waar de prijzen hoger liggen dan hier. Maaisel gaat naar composteerfabrieken of de afvalverbranding. We weten niet om hoeveel ton het gaat, maar we weten wel dat het grootste deel van de biomassa uit het gebied verdwijnt. Dat is dubbel energieverlies: de energie in de biomassa zelf, en de energie die nodig is voor het transport.”
Biomassa
landschap is zonde
Terug op het land De agrarische bedrijven en natuurorganisaties in het natuurgebied Drentsche Aa zoeken ook naar het optimaal benutten van vrijkomende biomassa. Veldman: “Er loopt een initiatief hoe we daar eerst energie uit kunnen halen, alvorens het weer terug te brengen op het land. Dat zou pure winst opleveren. Je houdt de bodem rijk, terwijl je de energie nuttig gebruikt.”
“Biomassa kan op allerlei manieren een rol spelen in onze energievoorVergisten ziening. We hebben er nu al veel “Met ons project zijn we vorig van, maar met gericht natuur- en jaar van start gegaan. In deze landschapsbeleid kunnen we nog fase zijn we nog vooral bezig ons veel meer oogsten, zonder dat een beter beeld te vormen van hoe de biodiversiteit in het geding we onze biomassa in ons eigen gebied komt. Dat kun je zien als een nuttig zouden kunnen gebruiken en wat terugkeer naar pre-indusdat dan zou kunnen opleveren. Momenteel triële tijden, de mens in loopt er een haalbaarheidsonderzoek naar de balans met zijn natuurmogelijkheden om zowel slib als biomassa uit het lijke omgeving. Maar Drentsche Aa-gebied te gaan vergisten bij de riooldan wel met inzet waterzuiveringsinstallatie in De Punt. Het zuiveringsslib van moderne wordt nu nog via de weg getransporteerd naar Garmerwolde technologie.” in de provincie Groningen. Met toevoeging van biomassa uit het landschap zou een toekomstige vergister groen gas kunnen produceren, waarmee niet alleen de zuivering zijn eigen energie opwekt, maar ook haar naaste omgeving van groene energie kan voorzien. Ook willen we mogelijkheden benutten om ‘droog’ vergisten te ontwikkelen in het Noorden. In Nederland wordt die techniek weinig toegepast. Uit ervaringen in andere landen weten we dat zij kansrijk is.”
Speciale machines voor natte veenlandschappen Drents Loon- en Verhuurbedrijf Fuhler BV uit Emmen en het Duitse ontginningsconcern Klasmann- Deilmann GmbH gaan in het grensgebied bij Zuidoost Drenthe samenwerken om biomassa te oogsten uit natte veenlandschappen. De houtige biomassa zoals stammen, stobben en houtopslag verwijderen deze bedrijven innovatief met specialistisch materieel van Fuhler. Dit doen zij zonder de opbouw van de veenbodem te verstoren. De voor dit project benodigde machines worden doorontwikkeld. De bedrijven houden hierbij rekening met fysieke aspecten van de veenbodem zoals de bodemstructuur en actuele natuurwaarden. Kwalitatieve aspecten waaronder de calorische waarde van de biomassa en de te realiseren opbrengst per vierkante meter zullen de ondernemers gaan monitoren. Daardoor kunnen ze een onderscheid maken tussen hoogwaardige en laagwaardige biomassa als lokale energiebron. De doelgroepen waar deze ondernemers zich op richten zijn lokale overheden, beheerders van natuurgebieden, grondeigenaren, afnemers als biomassacentrales, stadsverwarmingen, tuinbouwcentra en industrieterreinen.
Bovenste drie foto’s: Loon- en Verhuurbedrijf Fuhler BV Emmen
Hogere opbrengst door ander beheer De samenwerkende natuurorganisaties Landschapsbeheer Groningen, Stichting Boer en Natuur, de Agrarische Natuurvereniging en de Stichting Groninger Landschap gaan een praktijkproef uitvoeren om effectief houtsingels te oogsten. Dat doen zij in het Westerkwartier. Het Westerkwartier is een gebied dat bekendstaat om zijn karakteristieke cultuurlandschap met houtsingels. Momenteel wordt 180 km van de 800 km onderhouden op
basis van onderhoudscontracten. Door het testen van een andere beheersmethodiek (50% oogsten in 6 jaar) hopen de beheerders aan te tonen dat planmatig gemechaniseerd onderhoud mogelijk is en bovendien kostenbesparend werkt. De vrijkomende oogst wordt benut als duurzame energie. De verwachting is dat bij positieve resultaten van deze praktijkproef meer eigenaren een onderhoudscontract zullen afsluiten en daarmee ontzorgd worden voor het beheer van hun singels.
22
De expert
23
De expert
Hoe stimuleer je de productie van groene stroom? Op deze vraag heeft de Nederlandse overheid een heel ander antwoord dan de Duitse. Simpel gezegd is er in Nederland een pot met geld voor duurzame energie die telkens snel opraakt. Terwijl de subsidie in Duitsland in principe nooit opgaat omdat daar de energiebedrijven de meerkosten van duurzame stroom betalen. Prof. dr. Henk Moll, hoogleraar Natuurlijke hulpbronnen in relatie tot duurzame productie en consumptie aan de Rijksuniversiteit Groningen, geeft tekst en uitleg.
Duitsland-Nederland: 10 - 1 Het is elk jaar weer een soort paardenrace: wie komt als eerste over de streep en gaat met de subsidie naar huis? Want daar komt de Stimulering Duurzame Energie (SDE) in feite op neer. De belangrijkste subsidieregeling voor duurzame energie in Nederland geeft een vergoeding per opgewekte kWh groene stroom. Het beschikbare budget wordt elk jaar rond 1 april bekendgemaakt. Op dat moment gaat ook de inschrijving van de subsidie open. Voor de subsidie geldt ‘op is op’. Een aantal categorieën, zoals zonnepanelen, wordt jaarlijks overtekend terwijl het budget voor andere categorieën grotendeels ongebruikt blijft. Zodoende wordt het budget nooit volledig vergeven. “Een ander nadeel”, zegt Moll, “is dat er in Nederland geen langetermijnvisie is waardoor onduidelijkheid en onzekerheid worden gecreëerd. Zo is onlangs de SDE-subsididie voor zonnepanelen voor particulieren afgeschaft. In Duitsland wordt sinds 2000 een vaste, kunstmatig hoge prijs betaald voor op duurzame wijze opgewekte energie. Energiemaatschappijen zijn verplicht deze stroom af te nemen tegen een wettelijk vastgestelde, hogere prijs. Deze prijs geldt voor een periode van twintig jaar.” Wat is het voordeel van de Duitse regeling? Moll: “In Duitsland raakt de pot nooit leeg. Want de rekening voor groene stroom wordt betaald door de energiemaatschappijen en die berekenen de kosten door aan hun klanten. Daarnaast is het bedrag per kWh, net als in Nederland, afhankelijk van de technologie: voor zonne-energie zijn de bedragen hoger dan voor windenergie. Dat is omdat productie van zonne-energie op dit moment duurder is dan van windenergie. Zo stimuleer je de gelijktijdige ontwikkeling van verschillende technologieën.” Ziet u nog meer pluspunten in de Duitse aanpak? “De hoogte van de vergoeding voor geleverde energie is afhankelijk van het moment dat je die aanvraagt. Als je
in 2010 een project was gestart voor de opwekking van duurzame energie, was de vaste vergoeding voor productie hoger dan in 2011. Zo wordt de vergoeding elk jaar een beetje lager. Op deze manier stimuleer je producenten van schone energie om zo snel mogelijk van start te gaan en niet te wachten tot de kosten van het opwekken van groene stroom lager zijn geworden. Het is dus ook een prikkel om efficiënter te produceren. Neem een HD-televisie. Die kost nu misschien de helft van wat-ie vijf jaar geleden kostte. Een vergelijkbare ontwikkeling zie je bij zonnecellen.”
Duitsland heeft per hoofd van de bevolking tien keer zo veel zonnecellen als Nederland.” “Door de vergoedingsregeling in Duitsland wordt indirect ook de industrietak gestimuleerd die zich bezighoudt met duurzame energie. Dankzij de subsidie is er immers meer vraag naar zonnecellen, windmolens et cetera.” Kortom, de Duitsers hebben het slimmer aangepakt dan de Nederlanders? “Zeker. Aan de Rijksuniversiteit Groningen hebben we in 2008 onderzoek gedaan naar het verschil tussen duurzame energie in Nederland en Duitsland. Eind jaren negentig was het aantal vierkante meter zonnecellen per hoofd van de bevolking in beide landen nagenoeg gelijk. In 2006 was de
hoeveelheid in Duitsland ruim tien keer zo hoog als in Nederland en het is daarna nog hoger geworden. Duitsland is nu Europees koploper in de productie van duurzame energie. Terwijl Nederland twee na laatste in de ranglijst van 27 EU-landen staat; alleen in Cyprus en Groot-Brittannië wordt relatief minder duurzame stroom opgewekt.” Kleven er ook nadelen aan de Duitse regeling? “Omdat de Duitsers veel zonnecellen kopen, kunnen burgers uit andere landen achteroverleunen en zeggen: ‘we kopen de zonnecellen pas als ze veel goedkoper zijn geworden’. Dat is nu eenmaal het probleem van een first mover: als je de trendsetter bent, ben je altijd duurder uit dan een trendvolger. De eerste kopers van een HD-tv betaalden daar immers ook veel geld voor. Daarnaast werkt de regeling zo goed dat er in de huidige regeringscoalitie stemmen opgaan om deze aan te passen, omdat de Duitse elektriciteitsbedrijven klagen over de hoge kosten.” Stel dat Maxime Verhagen, de Nederlandse minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, uw advies vroeg over het beleid op het gebied van duurzame energie. Wat zou u dan zeggen? “Ik zou adviseren om een soortgelijk systeem als in Duitsland op te zetten. Maak de samenleving verantwoordelijk en laat de burger betalen voor duurzame energie. Belangrijk is ook dat de overheid minder wispelturig wordt in haar beleid en niet het ene jaar hierop en andere jaar weer daarop subsidie geeft. Werkt een regeling goed, dan wordt die altijd snel opgeheven. Daar hebben investeerders een broertje dood aan.”
B E S PA
AM N
24
Zonne-energie
25
Fries geintje wordt innovatief internationaal project R IN G
ENERG IE U IT B IO M ASSA
ZO N N
E -E N E
R G IE
Wat in Australië met de World Solar Challenge op de weg gebeurt, moet in Friesland op het water kunnen! Dat dacht Bouwe de Boer in de zomer van 2004. Samen met Andries van Weperen, organisator van bijzondere evenementen, lukte het hem om Wubbo Ockels enthousiast te maken. Gedrieën presenteerden ze in september 2004 hun plan voor een zonnebootrace. Het provinciaal bestuur was enthousiast. In mei 2006 was de eerste editie van Frisian Solar Challenge een feit.
D
“
at ons ludieke idee om met zonneboten een wedstrijd te organiseren zo’n succes zou worden, hadden we van te voren niet kunnen bedenken”, zegt Andries van Weperen. “Toen ik hiervoor werd benaderd dacht ik alleen maar, ik moet eerst met iemand spreken die verstand heeft van zonne-energie. Ik belde daarom met Wubbo Ockels van de TU Delft en zei: ‘Dat wat jullie in Australië doen met wagentjes op zonne-energie, willen wij graag in Friesland op het water organiseren.’ Hij vroeg mij: ‘Waarom in Friesland?’ Mijn enige reactie: ‘Omdat hier altijd de zon schijnt!’ Dit leverde natuurlijk enige discussie op, maar uiteindelijk reageerde Wubbo Ockels enthousiast. Hij wilde ons graag helpen.” Met de toezegging van Wubbo Ockels brak er een periode aan van veel regelen en organiseren. Wagens op zonne-energie bestonden al, maar vaartuigen op zonne-energie weren vol-
Zonne-energie
De Frisian Solar Challenge De Frisian Solar Challenge (sinds 2010 de Dong Energy Frisian Solar Challenge) is de grootste zonnebootrace ter wereld en in Nederland één van de grootste duurzaamheids-evenementen. In 2012 wordt de race voor de vierde keer georganiseerd. De wedstrijd voert langs de bekende route van de Friese Elfstedentocht. Deze tocht is maar liefst 220 kilometer lang. Universiteiten en innovatieve, duurzame bedrijven uit binnen- en buitenland kunnen meedoen. Deelnemers moeten het traject in vijf dagen afleggen in zelf ontwikkelde boten die varen op zonne-energie. De race wil elektrisch varen promoten en jongeren hiervoor enthousiast maken.
ledig nieuw. Er moest een wedstrijdreglement geschreven worden met regels over afmetingen van vaartuigen, gewicht, over klunen, over veiligheid en afstanden. “We maakten een soort
Jaarlijkse Elfstedentocht voor zonneboten Formule 1-handboek, maar dan voor zonneboten,” legt Andries uit. “Dat was nodig omdat we er een echte wedstrijd van wilden maken. Deelnemers moeten gelijke kansen hebben. Dit wedstrijdreglement passen we steeds weer aan. De ontwikkelingen op het gebied van zonne-energie staan immers niet stil.”
Friesland op de kaart! Friesland blijkt onder andere door de kennis en ervaring die is opgebouwd met de Solar Challenge een goede vestigingsplaats te zijn voor bedrijven die zich bezighouden met duurzame oplossingen en ontwikkelingen op het gebied van zonne-energie. Denk aan MG Electronics. Dit bedrijf is leverancier van elektrotechnische oplossingen voor elektrisch varen. MG Electronics
Een zonneboot is een complexe ontwerpuitdaging voor de deelnemers. De boot moet hydrodynamisch goed zijn zodat hij weinig weerstand heeft. Het ontwerp moet bovendien constructief veilig en elektrisch goed zijn. Water en elektriciteit zijn immers geen vrienden van elkaar. “Om de veiligheid van deelnemers te garanderen zijn alle ingeschreven teams verplicht om het vaartuig te laten inspecteren. Een technische commissie beoordeelt de boten tijdens de bouw meerdere malen. Ook voorafgaande aan de race is er nog een inspectie. Vaartuigen die niet aan de eisen voldoen, sluiten we uit van deelname”, legt Andries uit. Volle kracht vooruit De Frisian Solar Challenge kreeg in 2008 de European Solar Prize in de categorie ‘Transportsystemen met herbruikbare energie’. De prijs werd toegekend door Eurosolar, een internationale organisatie voor duurzame energie uit Bonn. De FSC kreeg de prijs voor
was ook deelnemer aan de race in 2008 en 2010. Ook heeft NovolectriQ heeft zich in Leeuwarden gevestigd. Dit bedrijf is ontwikkelaar van aandrijfsystemen en bouwer van elektrische auto’s. In oktober 2008 is de Stichting Elektrisch Varen Friesland opgericht. Hierin zitten zowel leden uit het bedrijfsleven als natuurorganisaties. De stichting is spreekbuis van de watersportbranche als het gaat om elektrisch varen.
deze bijzondere vorm van promotie van duurzame energie. In 2006 ontving FSC ook een prijs. Toen kozen Nederlandse jongeren de Frisian Solar Challenge als het meest in het oog springend duurzaam evenement. ‘Je ziet dat zonnebootraces populair zijn,” vertelt Andries. “In Fryslân deden de eerste keer 27 teams mee, in 2008 waren dat er 39 en in 2010 stonden 45 teams aan de start. Door het grote succes en het enthousiasme van de deelnemers zijn er op meer plekken in de wereld zonnebootwedstrijden en plannen daarvoor. Onder meer in Brazilië, Italië, Polen en het Midden-Oosten. Je merkt dat we van elkaar leren en dat ontwikkelingen op het gebied van racen op zonneenergie niet stilstaan. Ik verwacht dat er in 2012 nog meer teams meedoen en dat ze nog sneller varen. Ik zal er dan voor de vierde en laatste keer bij zijn als organisator. Het stokje draag ik over. Maar dat ik op de wal deelnemers blijf aanmoedigen is een ding dat zeker is! Elektrisch varen is prachtig!”
26
Zonne-energie / Energie uit zonnewarmte
27
Zonne-energie
Hitte in het middelpunt
Toekomst begint hier. Deze slagzin is te lezen op de website van Mithras. Het mag dan wat onbescheiden klinken, toch zit er een kern van waarheid in. Want deze onderneming in het noordwesten van Duitsland heeft innovatieve installaties voor zonne-energie ontwikkeld. Deze worden vanaf 2012 in serie geproduceerd en verkocht. Bij de winning van zonne-energie worden op dit moment twee technieken gebruikt: fotovoltaïsche installaties en zonthermische centrales. In het eerste geval wordt zonlicht met hulp van zonnecellen direct omgezet in stroom. In het tweede geval wordt niet het licht maar de warmte van de zonnestraling gebruikt. Belangrijkste voordeel van de zonthermische centrales: de mogelijkheid om thermische energie, ofwel warmte, op te slaan. Paraboolspiegels In 2009 heeft Mithras in Dersum (gelegen tussen het Nederlandse Emmen en het Duitse Papenburg) een testinstallatie met een
Lectoraat Zonnestroom bij NHL Hogeschool In september is bij NHL Instituut Techniek het lectoraat Zonnestroom en Vervoer van start gegaan. Dit lectoraat gaat zich bezighouden met de kernpunten van zonnestroom voor schone en stille mobiliteit: PV-technologie, integratie in vaartuigen en voertuigen en inpassing in ruimte, verkeer en recreatie. zonthermische energiecentrale gebouwd. Deze installatie bestaat onder andere uit grote paraboolspiegels. “De paraboolspiegels weerkaatsen het zonlicht naar een buis in het middelpunt van deze spiegels”, legt directeur Ralf Jungebloed uit. “Door deze buis stroomt een vloeistof. De vloeistof wordt door de gebundelde zonnewarmte onder hoge druk verwarmd tot 380 graden Celsius. Met een warmtewisselaar produceren we stoom. Hiermee wordt een turbine aangedreven die elektriciteit produceert.”
Serieproductie De ontwikkeling van de zonnecollectoren is inmiddels afgerond. Mithras heeft hiervoor een kwalificatie ontvangen van het Deutsche Luft- und Raumfahrtzentrum (onderzoeksinstituut voor o.a. luchtvaart en energie). De serieproductie begint in 2012. “Hoeveel zonnecollectoren geproduceerd zullen worden, kan ik u nog niet zeggen. Daarover lopen op dit moment gesprekken met investeerders. Maar wat ik wel kan zeggen is dat we zonne-installaties
met een capaciteit van meerdere megawatt kunnen leveren.” Groot project Volgend jaar worden de eerste zonnecollectoren verkocht. Namen van afnemers kan Jungebloed helaas niet noemen. “Dat is allemaal zeer vertrouwelijk. Maar we gaan ervan uit dat we volgend jaar een groot project kunnen binnenhalen. De gesprekken lopen inmiddels.” En de verdere verwachtingen? “De ontwikkeling en de verkoop verlopen volgens plan”, klinkt het bescheiden.
Lector is Bert Plomp, ook verbonden aan het Energieonderzoek Centrum Nederland: “NHL wil praktijkgericht onderzoek aanbieden aan bedrijven in de regio en daarbuiten. Ook verzorgen wij onderwijs om de beschikbaarheid van voldoende opgeleide mensen te waarborgen. In Friesland is een toenemende vraag naar schone en duurzame energie in de jachtbouw en recreatie. Het mooie is dat hier al op relatief korte termijn technische oplossingen en kansen voor bedrijven in het verschiet liggen. Op langere termijn dragen die
Zonnepanelenfabriek kiest voor Friesland oplossingen ook bij aan meer duurzame elektriciteit op het net en een schoner wegtransport, en dus aan de reductie van o.a. CO2-uitstoot.” Het lectoraat houdt zich verder bezig met PV-opwekking “op de wal”: in woningen, kantoorgebouwen en boerderijen. Elektrische vaartuigen en voertuigen zullen immers vooral door het laden van batterijen vanuit het elektriciteitsnet van zonnestroom voorzien worden. Bert Plomp: “We willen ons onderscheiden door een integrale systeembenadering van opwekken, integratie, laden en gebruik. We moeten af van het aan elkaar plakken van afzonderlijk geoptimaliseerde delen. Het testen onder realistische condities is daarbij heel belangrijk. Met de NHL expertises bij Engineering, Built Environment en het Kennis Centrum Jachtbouw, en samenwerking met de instituten om ons heen gaat dat zeker lukken.”
Het Noord-Hollandse bedrijf voor de ontwikkeling van zonnestroom Solar Electricity Development heeft sinds 2011 een zonnepanelenfabriek in Leeuwarden. Directeur Teus Olivierse: ‘Vanuit onze vestiging in Broek op Langedijk stropen wij de Europese markt af naar nieuwe ontwikkelingen op het gebied van zonne-energie. Vanuit Friesland leveren wij met onze eigen productlijn (innovatieve) zonnepaneelsystemen die grid parity bieden. Dat wil zeggen: zichzelf binnen tien jaar terugverdienen en er nog mooi uitzien ook. De productie van eigen glas/glaszonnepanelen start in 2012 in Leeuwarden. Dat onze zonnepanelenfabriek in Friesland staat is niet zo vreemd. Zowel de provincie als de hoofdstad Leeuwarden doen veel om zon-PV te promoten. Er is in Friesland al beleid op het gebied van zonne-energie. De mentaliteit van de Friezen over het uitrollen van zonnepanelen
is: gewoon doen! Dat spreekt ons uiteraard erg aan. Wij geloven daarom in een Fries bedrijf voor zonnepanelen.”
DE EINDELOZE ENERGIE VAN DE ZON De zon is gratis, schoon en duurzaam. Zonne-energie is onuitputtelijk. Nieuwe technieken maken praktische toepassing van zonne-energie in huishoudens en bedrijven steeds gemakkelijker en goedkoper. De zon heeft de toekomst.
HET ZONNEPANEEL VOOR STROOM Een zonnepaneel zet zonlicht direct om in stroom. Hoe meer panelen, hoe groter de opbrengst. Stroom die u zelf niet nodig heeft, levert u aan het elektriciteitsnet. • vrijwel onbeperkte levensduur (minimaal 25 jaar) • zeer bedrijfszeker, nauwelijks onderhoud nodig • vraagt weinig ruimte • gemakkelijk te installeren • produceert schone energie • gratis elektriciteit, zonder uitstoot van CO²
Infographic: Shootmedia.nl
DE ZONNEBOILER VOOR WARM WATER Een zonnecollector op het dak zet zonlicht om in warmte. De warmte wordt opgeslagen in een boiler (op zolder). • zeer lange levensduur (minimaal 20 jaar) • vraagt weinig onderhoud • eenvoudig te combineren met HR-ketel of warmtepomp • vraagt weinig ruimte • produceert schone energie • bespaart tot 10% op de energiekosten voor warm water
WAT LEVERT HET OP? Met zonnepanelen en zonnecollectoren bespaart u op uw energierekening. Hoeveel is afhankelijk van de geïnstalleerde oppervlakte. Op basis van de huidige energie- en installatieprijzen ligt de terugverdientijd tussen de 6 en 10 jaar. Investeren in zonne-energie wordt steeds aantrekkeljker. Want fossiele energie wordt duurder en zonne-energie goedkoper. Bovendien draagt zonne-energie bij aan een duurzamere wereld.
STEEDS GOEKOPER In de afgelopen vijf jaar zijn zonne-energie-installaties meer dan de helft goekoper geworden. Durchschnittlicher Endkundenpreis für fertig installierte Aufdachanlagen bis 100kWp (ohne USt) — Bron: www.solarwirtschaft.de/preisindex
Euro/Kilowattpeak
5000
Q4
Q1
Q2
Q3
Q4
Zonnepanelen op het dak
Zonnecollector op het dak
- 56% Q1
Q2
Q3
4000
Zonnepanelen zijn sinds 2006 meer dan de helft goedkoper geworden Energie
Q4
Warmte
Besparing
Q1 Q2 Q3 Q4
3000
2000
Q1
Q2
Q3
Q4
Q1
Q2 Q3
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Omvormer zet gelijkstroom uit het zonnepaneel om in 230 V wisselstroom
Boiler op zolder
CONCENTRATED SOLAR POWER In een zonthermische elektriciteitscentrale (Concentrated Solar Power) weerkaatsen grote gekromde spiegels de zonnestralen gebundeld op een watervat. Het water raakt aan de kook en de stoom drijft een turbine aan.
PV-CELLEN STEEDS BETER PV-cellen worden steeds beter. Het rendement van de klassieke PV-cellen neemt nog steeds toe. De potentie van recent ontwikkelde technieken is nog veel groter. Photovoltaic technology status and prospects — Bron: IEA pvps
Efficiency rates of industrially manufactured module / product
40 Emerging technologies and novel concepts
III IV
Via de meterkast komt de eigen stroom beschikbaar voor eigen gebruik of voor levering aan het net
Zonnetoren De spiegels bundelen het zonlicht op het watervat bovenin de toren. De stoom gaat door een pijp naar een turbine.
Zo nodig bijverwarmen met een HR-ketel
Turbine De stoomturbine wekt elektriciteit op.
30
Concentrator photovoltaics I Crystalline sillicon technologies: single crystalline, multi crystalline, ribbon
II 10
Thin-Film technologies: cadmium-telluride, copper indium, diselenide / disulphide and related II-IV compounds, Thin-Film sillicon 2008
20
Schone en goedkope stroom 2020
2030
45% besparen op de energiekosten van warm water
Zonnetrog In een zonne trog staan de spiegels in rijen
30
Projectpartners NEND
Over nend
Energiek samenwerken met blijvende waarde
NEND is een samenwerkingsverband in Noord-Nederland en Noord-Duitsland. Het doel van NEND is om de regio een sterkere positie te geven in de opwekking en toepassing van duurzame energie en daarmee de regionale economie te versterken. Aansluitend op de kwaliteiten van de regio - in Nederland en in Duitsland - concentreert NEND zich op vier kansrijke thema’s: • Energiebesparing • Duurzaam bouwen • Energie uit biomassa • Zonne-energie NEND initieert en stimuleert de Duits-Nederlandse samenwerking tussen overheden, kennisinstellingen en bedrijven op het terrein van duurzame energie. Het doel daarvan is Duits-Nederlandse netwerken en clusters van samenwerkende bedrijven tot stand te brengen. NEND richt zich nadrukkelijk op grensoverschrijdende samenwerking. De Nederlandse en Duitse grensregio’s staan voor vergelijkbare opgaven en uitdagingen, die in gemeenschappelijkheid moeten worden opgepakt. Het regionale MKB speelt daarbij een centrale rol. NEND heeft vooral een vliegwielfunctie. NEND concentreert zich op het leggen van contacten en het initiëren van nieuwe samenwerkingsverbanden. Zo ontstaat een wijdvertakt grensoverschrijdend
Energienetwerk van onschatbare waarde
energienetwerk dat na afloop van de projectperiode (2012) op eigen kracht zal blijven functioneren en een duurzame bijdrage zal leveren aan de economische vitaliteit in het EDR-gebied. Projectbureau NEND Het projectureau van NEND is ondergebracht bij de provincie Groningen, de leadpartner in NEND, en wordt door Peter Schouwstra, Brigitte Meiberger en Remko Strobel. “Wij organiseren studiedagen en congressen, wedstrijden en excursies. Ook produceren we de website en brochures. We geven advies, informatie en ondersteuning aan de verschillende projectpartners. In het grote netwerk is altijd een partij te vinden die antwoord heeft op vragen die projectpartners hebben. Bijvoorbeeld in de eigen regio, dus dicht bij huis. Dat betekent korte lijnen en optimale omstandigheden om ook in praktische zin samen te werken. Het projectbureau is de vraagbaak voor alle betrokkenen. Samen maken we NEND tot een succes!” Projectbureau NEND
Zonne-energie
Categorie 1: Energiebesparing Projectcoördinator Jan-Hendrik Gastmann Landkreis Aurich T: +49 (0)4941 168091 E:
[email protected] I: www.climatecenternorth.de
Categorie 2: Duurzaam bouwen Projectcoördinator Dr. Marie-Luise Rottmann-Meyer 3-N Dienstleistungen GmBH T: +49 (0)5951 989312 E:
[email protected] I: www.3-n.info
Climate Centre North / Klimaschutzzentrum Nordwest Thorsten Schoolmann Landkreis Aurich T: +49 (0)4941 168091 E:
[email protected] I:www.climatecenternorth.de of www.climatecenternorth.eu
Duurzame Nieuwbouw Papenburg Silvia Sandmann Stadt Papenburg T: +49 (0)4961 82256 E:
[email protected] I : www.papenburg.de
Klima Center Werlte Dr. Marie-Luise Rottmann-Meyer 3N Dienstleistungen GmbH T : +49 (0)5951 989312 E:
[email protected] I: www.3-n.info Virtueel Kenniscentrum Leo van der Burg TechnologieCentrum Noord-Nederland T: +31 (0)50 575 2826 E:
[email protected] I: www.tcnn.nl Expertisecentrum gezonde en duurzame scholen Wendy Veenstra Provincie Groningen T :: +31 (0)50 316 4628 E:
[email protected] I: www.provinciegroningen.nl Erwin Veldman Provincie Drenthe (zie bij ‘Biomassa’) Energiebesparing bij bedrijven Remko Strobel Provincie Groningen T: +31 (0)50 316 4766 E:
[email protected] I: www.provinciegroningen.nl Energie- en CO2-balans Jennifer Korn Landkreis Emsland T: +49 (0)5931 442626 E:
[email protected] I: www.emsland.de
Provincie Groningen Postbus 610 9700 AP Groningen
Remko Strobel, Peter Schouwstra en Brigitte Meiberger
31
T: +31 (0)50 316 4766 E:
[email protected] I : www.nend.eu
Zelfvoorzienend in Energie Erwin Postma Gemeente Hoogezand-Sappemeer T: +31 (0)598 373892 E:
[email protected] I: www.hoogezand-sappemeer.nl Ontwikkeling nieuwe materialen en constructies Remko Strobel Provincie Groningen T: +31 (0)50 316 4766 E:
[email protected] I: www.provinciegroningen.nl Kenniscentrum Duurzaam Renoveren Linda Hildebrand Technische Universiteit Delft T: +49 176 64045309 E: l.hildebrand.tudelft.nl I: www.tudelft.nl Ontwerpwedstrijd Duurzaam Bouwen Prof. Kathrin Volk Hochschule Ostwestfalen-Lippe T: +49 (0)5231 769795 E:
[email protected] I: www.hs-owl.de Verduurzamen van de particuliere woningvoorraad Derk Jan Wever Provincie Groningen T: +31 (0)50 316 4766 E:
[email protected] I: www.provinciegroningen.nl
Categorie 3: Energie uit biomassa Projectcoördinator, Verwaarding van Biomassa, MKB-investeringsfonds Energie uit biomassa / Valorisatie van biomassa Erwin Veldman Provincie Drenthe T: +31 (0)592 365536 E:
[email protected] I: www.drenthe.nl
Categorie 4: Zonne-energie Projectcoördinator, Zonne-energie Toepassingen Woud van Woudenberg Noordelijke Hogeschool Leeuwarden T: +31 (0)58 251 1173 E:
[email protected] I: www.nhl.nl Efficiëntieverhoging bij convectors Ralf Jungebloed Mirolux Anlagebau GmbH T: +49 (0)4963 917480 E:
[email protected] I: www.mithras-ag.de
Excursie Eemshaven Op donderdag 15 september organiseerde NEND een excursie in de Nederlandse Eemshaven. Zo’n veertig (medewerkers van) NEND-partners lieten zich die dag informeren over wind, kolen en chemie en namen een kijkje bij de in aanbouw zijnde energiecentrale van RWE. Ondertussen was er alle gelegenheid om bestaande contacten te versterken en nieuwe te leggen.
Energienetwerk van onschatbare waarde
C O L O F O N NEND-magazine is een uitgave van Projectbureau NEND januari 2012 Redactie Peter Schouwstra, Brigitte Meiberger (NEND), Alex van Schooten, Judith Meiling, Kees Frenay, Groningen Fotografie Reyer Boxem, Eenrum en anderen Illustraties Birgit Jansen, Keulen, Anne Stalinsky, Groningen Infographic Shootmedia, Groningen Ontwerp/vormgeving Staal & Duiker, Haren/Berlijn Productie Noorderlings Communicatie, Groningen Opmaak en druk Grafische Industrie De Marne, Leens Oplage 1.500 ex.
Mede mogelijk gemaakt door:
INTERREG - Grebzregionen gestalten Europa
Europäischer Fonds für Regionale Entwicklung der Europäischen Union
INTERREG - Grebsregio’s bouwen aan Eurpa
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling van de Europese Unie
www.deutschlandnederland.eu