2014
Delft, 9 juni 2015
Landelijke vereniging ter bevordering van de kennis van archeologie, architectuur en bouwgeschiedenis, cultuurlandschap en monumenten
Jaarverslag en jaarrekening
Voorwoord In 2014 heeft de KNOB inzet geleverd op actuele onderwerpen, zoals de afstoting van monumentaal rijksbezit en de wijziging van het monumentenstelsel met de nieuwe Erfgoedwet. De KNOB wilde rond deze onderwerpen de brede discussie opstarten, over de veranderende taakopvatting van de rijksoverheid bij behoud van erfgoed en de toegevoegde waarde van een instandhoudingsplicht in een steeds meer gedecentraliseerd monumentenstelsel. Het bestuur van de KNOB heeft in 2014 verkennende gesprekken gevoerd met ‘zusterorganisaties’ om te bezien of in de toekomst een vorm van samenwerking mogelijk is. De KNOB is er van overtuigd dat het particuliere erfgoedveld in de toekomst baat heeft bij het bundelen van krachten. Het is goed te constateren dat samenwerking al vorm krijgt, bijvoorbeeld in de studiedagen die samen met RMIT (tegenwoordig Heritage and Architecture) In 2014 trad Arthur Met uit het bestuur terug. Hij was 8 jaar actief als penningmeester. De KNOB is hem dankbaar voor zijn inzet in de afgelopen jaren. Pieter Baars neemt zijn taak over. De jaarrekening, voor het eerst toegevoegd aan dit jaarverslag, is van zijn hand. dr. mr. G.H. Medema secretaris
Jaarverslag 2014
2
Inhoudsopgave
Algemene Ledenvergadering en studiedagen
4
KNOB Bulletin
7
Redactie Jaargang Overzicht jaargang
7 7 7
Bestuur, bureau en leden Bestuur Bureau Ledenaantal
10 10 10 10
Bestuursactiviteiten Missie Communicatie Jaarrekening
10 10 11 12
Jaarverslag 2014
3
Algemene ledenvergadering en studiedagen Wiens bezit?' Over afstoting van monumentale gebouwen door overheden Studiedag in samenwerking met RMIT Vrijdag 10 januari 2014, Faculteit Bouwkunde TU Delft Op 10 januari 2014 organiseerde de KNOB in samenwerking met kenniscentrum RMIT (tegenwoordig Heritage and Architecture), faculteit bouwkunde van de TU Delft, een studiedag over afstoting van monumentale gebouwen door overheden. Onder de titel Wiens bezit werd de veranderende taakopvatting van de (rijks)overheid besproken met betrekking tot het beheer en de verbondenheid met erfgoed. Aanleiding was het besluit van de rijksoverheid om een deel van het bezit aan monumentale gebouwen en objecten, waarvoor in het gebruik niet direct een meerwaarde ligt voor de overheid, af te stoten. Dit betekent een koerswijziging, want nog slechts enkele jaren hiervoor stelde het rijk een lijst van ‘bezield bezit’ vast: onvervreemdbaar erfgoed waarvan het beheer zonder meer tot de kerntaak van de overheid zou behoren. Vandaag de dag staat die vanzelfsprekendheid ter discussie. Particuliere instellingen zouden beter de taken met betrekking tot beheer vorm kunnen geven. Uit de diverse bijdragen bleek dat het op dit moment vooral ontbreekt aan een fundamentele discussie over de rol van de (rijks)overheid bij de instandhouding van specifiek erfgoed. Het ontbreken van een duidelijke argumentatie waarom de 34 monumenten met erfgoedfunctie uit de rijksportefeuille moet verdwijnen is vreemd, omdat er in de geschiedenis duidelijke redenen zijn waarom dat erfgoed juist bij de rijksoverheid terechtkwam. Het is opmerkelijk dat de instandhouding van nationale monumenten voor nationale helden of gebeurtenissen nu niet langer als rijksopgave wordt gezien. Het uit de weg gaan van die discussie zegt veel over de huidige betrokkenheid van onze nationale wetgever bij het erfgoed. Het betreft immers eigen erfgoed van de rijksoverheid. De rijksoverheid verwijst naar de publiekrechtelijke waarborgen die de rijksmonumentale gebouwen en objecten afdoende beschermen en naar de bijbehorende subsidiemogelijkheden. Dat laatste vraagt om een stevig beleid vanuit het rijk ten aanzien van de monumentenzorg. Dirk Baalman wees in zijn bijdrage echter juist op toenemende veronachtzaming van de instrumenten van monumentenzorg. Het instrument van de Monumentenwet, binnenkort op te gaan in een Erfgoedwet, wordt ‘buiten werking gesteld’, bijvoorbeeld door het besluit geen nieuwe monumenten meer aan te wijzen en de huidige lijsten niet te evalueren en te actualiseren. Tegelijk gaat monumentenzorg in enge zin steeds verder op in erfgoedzorg in ruime zin. Joks Jansen ziet hierin een gevaar en zelfs het failliet van het gehele systeem. Als de erfgoedorganisaties over alles gaan, dan gaan zij uiteindelijk over niets. De overdracht naar particuliere organisaties van erfgoed van overheden is technisch mogelijk, maar het is de vraag of dit niet een stap terug is. Particuliere erfgoedorganisaties dienen particuliere belangen en de discussie wordt onvoldoende gevoerd of overheden niet ook verantwoordelijkheid moeten blijven nemen als eigenaar omdat dit publieke belang zo groot is dat het logisch is dat dit direct door een publieke organisatie wordt behartigd.
Jaarverslag 2014
De sprekers waren de heer drs. ing. D.H. Baalman, directeur van Het Oversticht in Zwolle, de heer prof. dr. J.E. Bosma, hoogleraar Architectuurgeschiedenis en Erfgoedstudies aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, de heer drs. A. Jolles, manager bij de Directie Vastgoed / Real Estate van de Rijksgebouwendienst en betrokken bij de afstoot van monumentaal vastgoed door het Rijk, de heer prof.dr.ir. J. Janssen, buitengewoon hoogleraar Ruimtelijke Planning & Cultuurhistorie aan de Universiteit Wageningen, de heer drs. L. Hendriks, werkzaam bij de Rijksgebouwendienst en werkt aan een kader voor afstoting op basis van waardestelling, de heer dr. ir. C.S.T.J. Huijts,
4
directeur van Vereniging Hendrick de Keyser. De vereniging is partner in de nieuw opgerichte Nationale Monumentenorganisatie, mevrouw dr. ir. H.T. Remoy, universitair docent verbonden aan de sectie Real Estate & Housing van de Faculteit Bouwkunde aan de TU Delft, de heer ir. J. Roos, universitair hoofddocent bij sectie AE&T van de Faculteit Bouwkunde aan de TU Delft en mede eigenaar-directeur van Braaksma en Roos Architecten, de heer drs. D.B. Stadig, voorzitter van het Nationale Herbestemmingsteam, mevrouw ir. M.A.J. Timmermans, plv. directeur/hoofd beleid van het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf en de heer F.T. Velthuijs, portefeuillemanager bij de Utrechtse Vastgoedorganisatie (UVO) van de gemeente Utrecht.
De Nederlanden in Europa. Europese uitstraling van de architectuur uit de Nederlanden in de zestiende en zeventiende eeuw Studiedag in samenwerking met de OSK Vrijdag 9 mei 2014, Het Nieuwe Instituut, Rotterdam De studiedag in samenwerking met de Onderzoeksschool Kunstgeschiedenis markeerde de afsluiting van een onderzoeksproject van de universiteiten van Leuven en Utrecht naar de Europese uitstraling van architectuur uit de Nederlanden in de zestiende en zeventiende eeuw. Het bijhorende boek, The Low Countries at the Crossroads, Netherlandish Architecture as an Export Product in Early Modern Europe, werd dan ook deze dag gepresenteerd. In de zestiende en zeventiende eeuw waren er diverse bouwmeesters en beeldhouwers die als coryfeeën beschouwd werden en die opdrachten van allerhande Europese vorstenhoven kregen, zoals Cornelis Floris in de zestiende eeuw in Antwerpen en Hendrick de Keyser in de zeventiende eeuw in Amsterdam. Daarnaast waren er in die eeuwen ook andere, minder bekende kunstenaars, die hun vaderland verlieten om elders in Europa een werkplaats te stichten en een bestaan op te bouwen. Zij vestigden zich bij voorkeur in de grote handelssteden, waar de kans het grootst was om nieuwe opdrachtgevers te vinden. Sprekers waren Koen Ottenheym (Universiteit Utrecht, Krista De Jonge (KU Leuven), Arjan de Koomen (Universiteit van Amsterdam) Pieter Martens (KU Leuven/UCL Louvain-la-Neuve), Piet Lombaerde (U Antwerpen), Gabri van Tussenbroek (BMA Amsterdam/Universiteit Utrecht) en Antoni Folkers (FBW architecten).
De Algemene Ledenvergadering Donderdag 26 juni 2014, Faculteit Bouwkunde, TU Delft De Algemene Ledenvergadering van 2014 was eerst georganiseerd op 14 juni, met aansluitend een excursie in Zwolle. Vanwege het geringe aantal aanmeldingen verviel de excursie en de Algemene Ledenvergadering is verplaatst.
Jaarverslag 2014
De toekomst van de Bond blijft een punt van aandacht. De gestage afname van het aantal leden zet voort, terwijl de activiteiten van de Bond veel aandacht trekken en de LinkedIn Group van de KNOB populair is. Er blijft behoefte aan de rol van de KNOB binnen het erfgoedveld, maar de vanzelfsprekendheid om deze behoefte om te zetten in een lidmaatschap is verdwenen. In oktober 2013 kwam het bestuur bijeen om uitvoerig over de toekomst van de KNOB te spreken. Hierbij werd onder andere geconcludeerd dat het erfgoedveld voor wat betreft de behartiging en stimulering van wetenschappelijk onderzoek versnipperd is geraakt. De KNOB wil meer samenwerking zoeken. Hiertoe zijn in 2013 en 2014 gespreksrondes gestart met diverse organisaties. De KNOB wil onderzoeken op welke wijze de Bond zijn rol in de overdracht van kennis binnen het erfgoedveld kan versterken, door intensievere samenwerking met universiteiten, hogescholen en beroepsopleidingen. De verkenning van samenwerking zal de komende jaren de focus zijn van het bestuur, waarbij vanzelfsprekend de positie van het Bulletin KNOB nooit ter discussie zal staan.
5
Tegelijkertijd wil de KNOB zich nadrukkelijker profileren bij studenten. Om die reden is gezocht naar versterking van het bestuur door studenten. Hiervoor wordt een bestuursreglement vastgesteld en vervolgens worden drie studentleden benoemd: Mariska Krikken, Sterre Brummel en Martijn van der Meer. De penningmeester, de heer A.P.P. Met nam na twee volle termijnen, onder dankzegging, afscheid van het bestuur. Het jaar 2013 is afgesloten met een negatief resultaat van € 14.069,- Dat staat in scherp contrast met het positieve resultaat van € 10.258,- in het afgelopen jaar. Vanwege de uitkering van de brandverzekering had de Bond in 2011 en 2012 een positief saldo. Zonder deze uitkeringen zouden ook de jaarcijfers van 2011 en 2012 negatief zijn geweest. Er is dus sprake van een bestendig tekort. De kascommissie heeft de jaarstukken in orde bevonden en geeft een aantal adviezen die door het bestuur worden overgenomen. Het volledige verslag van de ALV op te vragen.
Erfgoedwet en instandhoudingsplicht Vrijdag 9 januari 2015, Koninklijk Instituut Van Ingenieurs, Den Haag In 2016 treedt de nieuwe Erfgoedwet in werking. De wet komt voor een deel in de plaats van de Monumentenwet 1988 en regelt straks veel zaken op het gebied van cultuurbehoud. Zo zal de aanwijzing van rijksmonumenten onderdeel uitmaken van de Erfgoedwet en vormt de nieuwe wet ook de basis voor de regelgeving op het gebied van archeologie. De instandhoudingsplicht of onderhoudsplicht voor eigenaren van (rijks-)monumenten is in de geschiedenis van de monumentenzorg een terugkerend onderwerp van discussie. De KNOB heeft in het verleden die discussie diverse malen aangezwengeld. Toch is juist de instandhoudingsplicht nooit wettelijk vastgesteld en hebben eerdere politieke debatten niet tot deze plicht geleid. In het proces naar de vaststelling van de nieuwe Erfgoedwet – naar verwachting wordt de wet begin 2015 voorgelegd aan de Tweede Kamer – wilde de KNOB het onderwerp opnieuw aan de orde stellen. Het programma voor de studiedag is uitgewerkt in 2014, maar het bleek niet mogelijk om in december de studiedag te organiseren. Om die reden vond deze net in het nieuwe jaar plaats op vrijdag 9 januari 2015.
Jaarverslag 2014
6
KNOB Bulletin Redactie Mevrouw dr. M.T.A. van Thoor was als hoofdredacteur voor de gehele jaargang 2014 verantwoordelijk. Het eindredacteursschap kreeg vorm door de inzet van drs. Els Brinkman, die deze taak overnam van drs. Caroline Gautier. Mevrouw Gautier nam dit jaar afscheid als chef de bureau van de KNOB. De redactie bestond aan het begin van het verslagjaar verder uit: prof. dr. Lex Bosman, dr. Reinout Rutte, dr. Freek Schmidt en dr. Guido Steenmeijer en dr. Fredie Floré. De heer Steenmeijer en mevrouw Floré zijn in dit verslagjaar teruggetreden uit de redactie. Dr. Jaap Evert Abrahamse, werkzaam bij de RCE, trad toe tot de redactie. De redactieleden zetten zich belangeloos in voor het hoge wetenschappelijk niveau van het Bulletin KNOB. Het bestuur van de KNOB is hen daar erkentelijk voor. Eén maal per jaar is er een gezamenlijke vergadering van redactie en bestuur. Deze vergadering werd gehouden op 12 september in Leiden. Aansluitend vond een diner met de redactie plaats.
Jaargang De redactie van het Bulletin slaagde er, zoals altijd, in om de 113de jaargang van het Bulletin KNOB te voorzien van vier interessante nummers, met gevarieerde artikelen, waarvan diverse met een internationaal karakter. Hierbij verdient het artikel van Daan Lavies aandacht, omdat zijn artikel over het fort São Sebastião in Mozanbique mede een gevolg was van zijn onderscheiding met de KNOB stimuleringsprijs voor jong talent in 2012. Het artikel van Ghislain Kieft over de betekenis van de Medusahoofden op het grafmonument van Willem van Oranje, laat de breedte zien van de onderwerpen die in het Bulletin aan de orde komen.
Overzicht jaargang Bulletin 113 (2014) 1 Bianca van den Berg, De bouw van de monumentale Van Berninghkapel in Gouda Erik Lips, Nederlandse vakantiehuizen in het interbellum (1919-1939). Architectuur geeft vorm aan het buitenleven Jacco Vromen, De ‘bemoeijingen’ van Koch. P.J.H. Cuypers, F.C. Koch en de restauratie van de Grote Kerk in Zwolle 1875-1898
Recensies Jan-Willem Oudhof, Arno Verhoeven en Ilse Schuuring, Tiel rond 1000. Analyse van vier opgravingen in de Tielse binnenstad en
Wim Weve, Huizen in Delft in de 16de en 17de eeuw (recensie Gabri van Tussenbroek)
Jaarverslag 2014
Michel Groothedde, Een vorstelijke palts te Zutphen? Macht en prestige op en rond het plein ’sGravenhof van de Karolingische tijd tot aan de stadsrechtverlening (recensie Marcel IJsselstijn)
7
Bulletin 113 (2014) 2 Daan Lavies, Onbegrepen hoeken in de Nederlanden en overzee. De zoektocht naar het ideaal in de zestiendeeeuwse vestingbouw Thomas Coomans, Dom Adelbert Gresnigt. Agent van de roomse inculturatiepolitiek in China (1927–1932) Agnes Kersten, Blikvangers langs de weg. De architectuur van Nederlandse benzinestations tijdens de Wederopbouw
Recensies Jaap Evert Abrahamse, Menne Kosian en Erik Schmitz, Atlas Amstelland – Biografie van een landschap (recensie Hans Renes) Bernard Hulsman, Luuk Kramer, Het rijtjeshuis. De geschiedenis van een oer-Hollands fenomeen (recensie Petra Brouwer) R.P.J. van Hees, H. de Clercq en W.J. Quist (red.), Stenen van binnen, stenen van buiten. Natuursteen in de Jonge Bouwkunst. Syllabus van de 4de Vlaams-Nederlandse Natuursteendag – 15 februari 2012 en Hendrik-Jan Tolboom (red.), Onvermoede weelde. Natuursteengebruik in Rotterdam 1850–1965 (recensies Lex Bosman)
Bulletin 113 (2014) 3 Reinout Rutte en Bram Vannieuwenhuyze, Stadswording in de Lage Landen van de tiende tot de vijftiende eeuw. Een overzicht aan de hand van vijfhonderd jaar ruimtelijke inrichting Ghislain Kieft, De Medusa in de aegis van Hendrick de Keyser. Vorm en functie van een ornament op het grafmonument van Willem van Oranje (1614-1623) Jozefien Feyaerts, De architect als ambtenaar. Philippe Van Boxmeer (1863-1955) aan het hoofd van de Mechelse bouwadministratie (1893-1913) Recensies A.G. Jongmans, M.W. van den Berg, M.P.W. Sonneveld, G.J.W.C. Peek en R.M. van den Berg van Saparoea, Landschappen van Nederland. Geologie, bodem en landgebruik (recensie Wim Denslagen)
Zsuzsanna van Ruyven-Zeman, Stained Glass in the Netherlands before 1795. Part I The North. Part II The South (recensie Jos Koldeweij)
Jaarverslag 2014
Marieke Berkers et al., Koos Bosma (eindred.), Schiphol megastructuur. Ontwerp in spectaculaire eenvoud (recensie David Peleman)
8
Bulletin 113 (2014) 4 Herman van Bergeijk, Een eerste monument van een nieuwe bouwkunst. Het gegoten huis in Santpoort uit 1911 Pepijn van Doesburg, De bouwgeschiedenis van het transept en het schip van de Utrechtse Dom. Een nieuwe methode voor reconstructie op basis van de bouwrekeningen David Keuning, Beeldvorming en reputatieschade. De Ereraad voor Architectuur en Toegepaste Kunst Recensies Ed Taverne e.a. (red.), Nederland stedenland. Continuïteit en vernieuwing (recensie Nikki Brand) Marlite Halbertsma en Marieke Kuipers, Het erfgoeduniversum. Een inleiding in de theorie en praktijk van cultureel erfgoed (recensie Minke Walda) A. Blom (red.), Atlas van de wederopbouw: Nederland 1940-1965. Ontwerpen aan stad en land en D. van Hoogstraten en B. de Vries (red.), Monumenten van de wederopbouw: Nederland 1940-1965. Opbouw en optimisme en F. van Burkom, Y. Spoelstra en S. Vermaat (red.), Kunst van de wederopbouw: Nederland 19401965. Experiment in opdracht (recensies Ed Taverne)
Jaarverslag 2014
9
Bestuur, bureau en leden Bestuur Het bestuur van de Bond bestond aan het begin van het verslagjaar uit drs. Henri Lenferink (voorzitter), drs. Henk Jansen (vicevoorzitter), Arthur Met (penningmeester), dr. mr. Geert Medema (secretaris), Pieter Baars en ir. Jacqueline de Graauw. Bij de Algemene Ledenvergadering trad de heer Met terug als penningmeester en werd de heer Baars in die positie benoemd. Bij deze vergadering werd het bestuursreglement vastgesteld, waarin de positie van studentbestuursleden werd geïntroduceerd. Mariska Krikken, Sterre Brummel en Martijn van der Meer werden als bestuursleden benoemd. Dr. ir. Frank van der Hoeven was vanaf medio 2014 aan het bestuur verbonden als aspirant bestuurslid.
Bureau De KNOB geniet academische gastvrijheid bij het onderzoeksinstituut RMIT van de TU Delft, tegenwoordig Heritage & Architecture. Voor de ondersteuning van het bestuur en de redactie maakt de KNOB gebruik van secretariaatsmedewerkers in dienst van RMIT. De KNOB betaalt hiervoor. Dit geeft de nodige flexibiliteit en vergemakkelijkt de personeelsadministratie. Het bureau werd in 2014 voor het laatst bezet door drs. Caroline Gautier. Het bestuur dankt haar voor haar inzet gedurende de jaren dat zij ons secretariaat vorm gaf. De vacature werd in mei 2014 vervuld door Maria Lamslag. Zij zal het bestuur en de redactie de komende jaren ondersteunen, met bijzondere aandacht voor (leden)communicatie en fondsenwerving.
Ledenaantal Begin 2014 bedroeg het aantal leden van de KNOB 671. Dit aantal is in 2014 afgenomen tot 652. Het bestuur geeft uitvoering zijn missie om de gewaardeerde activiteiten nog beter onder de aandacht te brengen en de meerwaarde/voordelen van een lidmaatschap helder onder de aandacht te brengen. Het aantal buitenlandse lidmaatschappen bleef gelijk. Het Bulletin KNOB werd in 2009 verstuurd naar 52 buitenlandse (institutionele) leden, waaronder 21 uit België, zestien uit de Verenigde Staten en elf uit Duitsland.
Bestuursactiviteiten Missie: samenwerking binnen het particuliere erfgoedveld Het bestuur zet zich in om de KNOB nog beter te profileren als het wetenschappelijk geweten van de Nederlandse monumentenzorg zodat de activiteiten van de Bond een vanzelfsprekende ontmoetingsplek worden voor alle betrokken beroepsgroepen. Het bestuur heeft daarom besloten om, in een versnipperd erfgoedveld, de komende jaren te werken aan nauwere samenwerking. Onder de motto’s ‘Streven naar behoud door bundeling’ en ‘Verbreding door samenwerking’ wordt voorgesteld om te onderzoeken of er een monumentbrede organisatie opgezet zou kunnen worden, door verschillende organisaties te laten samenwerken of samengaan. Zowel op inhoudelijk, communicatief en bedrijfsmatig niveau zou dit voordelen kunnen bieden.
Jaarverslag 2014
In 2014 zijn diverse gesprekken gevoerd met Tuinhistorisch Genootschap Cascade, Stichting Bouwhistorie Nederland, Nederlandse Vereniging van Monumentenzorgers, en RCE/Stichting Victor de Stuers. De behoefte aan samenwerking wordt gedeeld, wel met aandacht voor de eigen identiteit. De gesprekken krijgen verder vorm in 2015
10
Communicatieplan
In 2014 is de KNOB Linkedin Group goed benut in de communicatie rond de activiteiten van de KNOB. De KNOB Linkedin Group is opgericht ter bevordering van de onderlinge contacten en de professionele discussie op het gebied van ruimtelijk erfgoed. Leden van de Group kunnen eenvoudig met elkaar in contact treden, profielen van andere Group-leden raadplegen, discussies starten en eraan deelnemen. De activiteiten van de KNOB worden eveneens gecommuniceerd. Om beter studenten te benaderen heeft het bestuur er voor gekozen om specifieke studentbestuursleden aan de ledenvergadering voor te dragen. De studentleden hebben diverse studieverenigingen aan universiteiten benaderd om de KNOB en zijn activiteiten onder de aandacht te brengen. De KNOB is weer actief op twitter en heeft een facebookpagina.
Jaarverslag 2014
11
Jaarrekening 2014
Jaarverslag 2014
12
1. Balans per 31 december
Activa
31 december 2014
Vlottende activa debiteuren vooruitbetaalde kosten
€
-
€
108
31 december 2013
€ €
2.641 -
€
108
€
2.641
€
62.793
€
61.334
€
62.901
€
63.974
Liquide middelen
Balans totaal
Jaarverslag 2014
13
Passiva 31 december 2014
Verenigingsvermogen beginsaldo
31 december 2013
€
51.139
€
€ €
- 6.613 44.526
€ - 14.069 € 51.139
Kortlopende schulden Overlopende passiva
€
18.375
€
12.835
Balans totaal
€
62.901
€
63.974
resultaat verenigingsjaar
65.208
Jaarverslag 2014
14
2. Staat van baten en lasten Opbrengsten Contributies Omzet Bulletin Omzet studiedagen Donaties en Giften
€ € € €
51.991 428 1.440 3.973
€ € € € €
54.934 1.672 850 1.131
57.832
€
58.587
€ €
74.041 -15.454
Kosten Bureaukosten (TU Delft) Kosten Bulletin KNOB stimuleringsprijs Kosten Studiedagen Kantoorkosten Kosten website Promotie Bestuurskosten Algemene kosten (administratie)
€ € € € € € € € €
26.906 25.787 897 3.171 2.207 439 71 1.860 968
€ € € € € € € € € € €
Bankkosten en renteopbrengsten Buitengewone lasten Buitengewone baten
Resultaat verenigingsjaar
€ € €
33.363 33.023 1.053 771 2.640 203 1.596 1.392
62.306 -4.474
296 -2.435 -
€ € €
1.385 -
€
-2.139
€
1.385
€
-6.613
€
-14.069
Jaarverslag 2014
15
3. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Tenzij anders weergegeven worden bedragen in de jaarrekening vermeld in gehele getallen. Activiteiten De KNOB stimuleert de wetenschappelijke bestudering van het culturele erfgoed en wil de belangstelling en de zorg voor het erfgoed vergroten door het vergaren en verspreiden van kennis. Om die doelstelling te realiseren geeft de KNOB sinds 1899 het Bulletin KNOB uit, een wetenschappelijk tijdschrift dat vier keer per jaar verschijnt. Daarnaast wordt jaarlijks een aantal studiedagen over uiteenlopende (actuele) onderwerpen georganiseerd, wanneer mogelijk in samenwerking met organisaties en universitaire instellingen, die zich met de genoemde vakgebieden bezighouden. Vergelijkende cijfers voorgaand boekjaar Deze jaarrekening heeft betrekking op het gehele boekjaar 2014. Alle vergelijkende cijfers van het vorige boekjaar in deze jaarrekening zijn ontleend aan de jaarrekening 2013. De vergelijkende cijfers zijn, voor zover van toepassing, slechts qua rubricering voor vergelijkingsdoeleinden aangepast.
Algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld volgens in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen en de bepalingen volgens Richtlijn voor de jaarverslaglegging 640 ’Organisaties zonder winststreven’. De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva
Liquide middelen De liquide middelen worden opgenomen tegen nominale waarde. Indien niet anders is vermeld staan deze ter vrije beschikking.
Jaarverslag 2014
Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden opgenomen tegen nominale waarde, onder aftrek van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid.
16
Subsidies Subsidies worden in de jaarrekening verwerkt zodra er een redelijke zekerheid is dat de stichting aan de gestelde voorwaarden voldoet en de subsidie of faciliteit daadwerkelijk wordt verkregen (RJ 274.107). Schulden Schulden zijn opgenomen voor het bedrag waarvoor ze moeten worden afgelost. Eigen vermogen Het eigen vermogen wordt aangehouden in overeenstemming met de vereisten volgens Richtlijn voor de jaarverslaglegging 640 ’Organisaties zonder winststreven’.
Grondslagen voor resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen baten en lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Baten (waaronder nagekomen budgetaanpassingen) en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend.
Jaarverslag 2014
17
4. Toelichting op en specificatie van de balans 1
Debiteuren In 2013 heeft het bestuur van de KNOB in haar vergadering besloten de dubieuze debiteuren over 2012 af te boeken en de betreffende leden te royeren. Dit is in de jaarrekening over 2013 niet verwerkt en derhalve in de jaarrekening over 2014 opgenomen. In totaal is een bedrag van € 2.435,- afgeschreven en ten laste van het resultaat over 2014 gebracht. Per 31 december 2014 zijn er geen vorderingen op debiteuren.
2
Vooruitbetaalde kosten In 2014 is een bedrag van € 108,- abusievelijk opgenomen en in 2015 retour gestort.
3
Liquide middelen Liquide middelen worden aangehouden op diverse rekeningen bij ING bank en (in beperkte mate) op een PayPal-account. Per 31 december 2013 beschikt de KNOB over een creditsaldo van € 62.793,-. Specificatie liquide middelen ING zakelijke rekening ING zakelijk spaarrekening ING (mariaplaats) ING spaar (mariaplaats) PayPal-account Kas
4
2014 3.122
€ € € € € € €
€
2013 3.560
59.273 € - € - € 179 € 220 € 62.793 €
57.503 51 220 61.334
Overlopende passiva Specificatie overlopende passiva 2014 € € € € € € € €
10.261 3.973 4.545 -404 18.375
De nog te betalen posten TU Delft betreffen personele kosten van het bureau en de
€ 8.790 € € 1.200 € € 2.845 € € € 12.835
Jaarverslag 2014
Nog te betalen TU Delft Nog te betalen kosten Bulletin Administratie / accountantskosten Vooruit ontvangen contributie Vooruit ontvangen studiedag Nog te betalen kosten studiedag Overige kosten
2013
18
kantoorkosten (porti, kopieerkosten e.d.). De nog te betalen posten Bulletin betreffen kosten van drukwerk.
Jaarverslag 2014
19
5. Toelichting op en specificatie van de resultatenrekening OPBRENGSTEN 1. Contributies Per 1 januari 2014 telde de KNOB 671 leden. Dit ledenaantal is in 2014 afgenomen. Ultimo 2014 telde de KNOB 652 leden. Deze brachten gezamenlijk een bedrag aan contributie bij elkaar van € 51.991,- ten opzichten van € 54.934,- in 2013.
Het ledenaantal van de KNOB – en daarmee de contributieopbrengsten – dalen de laatste jaren structureel.
Ledenaantal contributie gem. contributie
2010 2011 2012 2013 2014 902 817 750 671 652 € 51.534 € 59.294 € 59.035 € 54.934 € 51.975 € 57 € 73 € 79 € 82 € 80
2. Donaties en giften In 2014 werd voor € 3.973,- aan giften ontvangen. Hiervan werd € 3.800,- ontvangen van de Stichting financiële ondersteuning KNOB. 3. Opbrengsten studiedagen De door KNOB georganiseerde studiedag ‘Wiens bezit’ bracht € 1.440,- aan inkomsten op. Jaarverslag 2014
4. Omzet Bulletin In 2014 werden 37 Bulletins KNOB los verkocht met een gezamenlijke opbrengst van € 428,-. In 2014 werden in het Bulletin KNOB geen advertenties geplaatst. In 2013 was de opbrengst van advertenties en lossen verkoop (incl. DVD’s) € 1.672,-.
20
KOSTEN
5. Bureaukosten De KNOB geniet academische gastvrijheid bij het onderzoeksinstituut RMIT van de TU Delft. Voor de ondersteuning van het bestuur en de redactie maakt de KNOB gebruik van secretariaatsmedewerkers in dienst van RMIT. De KNOB betaalt hiervoor. Dit geeft de nodige flexibiliteit en vergemakkelijkt de personeelsadministratie. Het bureau is tot 1 mei 2014 gevoerd door mevrouw drs. C.C. Gautier. Vanaf die datum wordt het bureau gevoerd door mevrouw M. Lamslag MA. De personele kosten van het bureau bedragen in 2014 € 26.906,-. In 2013 was dit € 33.363,-. Naast de personele kosten belast TU Delft jaarlijks € 1.200,- door een de KNOB voor de kosten van porti, kopieerwerk e.d.. De bureaukosten hebben zich in de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld.
Bureau (TU Delft) Kantoorkosten
€ €
2010 28.172 € 1.481 €
2011 31.633 € 668 €
2013 34.563 € 727 €
2014 26.900 1.200
Jaarverslag 2014
In 2014 zijn daarnaast de volgende kosten gemaakt: - verzekeringen (premie 2013 én 2014) € 605,- contributies € 302,-
2012 31.633 € 521 €
21
6. Bulletin KNOB De kosten van het Bulletin KNOB bedragen over 2104 € 25.787,-. Een factuur voor het drukwerk van het laatste bulletin van 2014 is in 2015 ontvangen en is in deze kosten niet opgenomen. Inclusief deze kosten bedragen de kosten van het bulletin over 2014 € 29.760. Ten opzichte van 2013 (€ 33.023,-) is dit een besparing van ruim 10%. De kosten van het Bulletin KNOB zijn als volgt te specificeren: Redactiekosten Vormgeving Eindredactie Vertaling Drukwerk
€ 102,€ 4.875,€ 3.335,€ 810,€ 16.663,-
De kosten van het Bulletin KNOB hebben zich in de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld.
bulletin, naar boekjaar bulletin; werkelijke kosten
2010
2011
2012
2013
2014
20.729 26.102
36.573 31.200
27.959 27.959
33.736 33.736
25.787 29.760
Kosten studiedagen, KNOB stimuleringsprijs en ALV In 2014 werd de studiedag ‘Wiens bezit’ georganiseerd. De kosten hiervan bedroegen € 3.172,tegenover de opbrengsten van € 1.440,- in 2014 en € 2.845 aan reeds in 2013 ontvangen opbrengsten. Daarmee is deze studiedag met een positief resultaat van € 1.113,- georganiseerd Jaarverslag 2014
In 2014 is daarnaast € 1.700,- ontvangen voor de studiedag ‘Erfgoedwet en de instandhoudingsplicht’ die in januari 2015 gehouden wordt.
22
De Algemene Ledenvergadering (ALV) in 2014 zou in eerste instantie gehouden worden in Zwolle, gecombineerd met een ledenexcursie naar het Dominicanerklooster. Door gebrek aan belangstelling is deze afgelast. De kosten voor deze ledenexcursie en studiedag konden gelukkig ongedaan worden gemaakt. De door leden reeds overgemaakte bijdragen zijn allen retour gestort naar de leden. De resultaten (opbrengsten minus kosten) van de studiedagen hebben zich in de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld. 2010 resultaat studiedagen
807
2011
2012
2013
2014
2.332
-1.111
79
1.113
7. Promotie Het bestuur van de KNOB wil het ledenaantal van de KNOB laten groeien. Daarvoor wordt in toenemende mate gebruik gemaakt van social media zoals LinkedIn, Facebook en Twitter. In 2014 is een promotiecampagne via Facebook gevoerd. De kosten daarvan bedragen € 71,-. In 2014 is € 439,- aan kosten gemaakt ten behoeve van de website van de KNOB en de vermelding van de Steunstichting KNOB voor de benodigde ANBI vermelding.
8. Bestuur Het bestuur van de KNOB bestond in 2014 uit 9 leden, waarvan 3 studentleden.
Jaarverslag 2014
In 2014 is in totaal € 2.828 aan bestuurskosten gemaakt, waarin inbegrepen € 968,- aan kosten voor administratie/accountant (€ 1.860 excl. administratie-/accountantkosten). Deze kosten zijn als volgt te specificeren: - reiskosten € 609,- vertering en vergaderkosten € 918,- representatie en geschenken € 333,-
23
De bestuurskosten hebben zich in de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld:
bestuurskosten
9.
2010
2011
2012
2013
2014
1.731
1.364
2.656
1.596
1.860
Bankkosten en rente In 2014 is in totaal € 174 aan bankkosten gemaakt tegenover € 221 in 2012. Door het lagere saldo op spaarrekeningen en door de uitermate lage rentestand zijn de renteinkomsten fors afgenomen. In 2013 werd nog € 1.606,- aan rente genoten over een gemiddeld uitstaand saldo van € 63.500,-. In 2014 is dit afgenomen tot € 470,- over een gemiddeld uitstaand saldo van € 62.500,-.
10. Ontwikkeling resultaat De KNOB heeft het jaar 2014 afgesloten met een negatief resultaat van € 6.613,-. Het operationeel resultaat bedraagt € 4.474,- negatief. Een bedrag van € 2.435,- komt voort uit het ten laste van het resultaat brengen van de afboeking van dubieuze debiteuren uit 2012.
Jaarverslag 2014
Het resultaat van de KNOB staat door afnemende leden aantallen al enkele jaren onder druk. Doordat in de jaren 2011 en 2012 nog bijzondere baten werden genoten konden in die jaren nog ‘zwarte cijfers’ worden geschreven. Als gekeken wordt naar het operationeel resultaat is dat ook in die jaren negatief. De onderstaande tabel en grafiek illustreren dat.
24
boekjaar
€
2010 -2.808 €
boekjaar gecorrigeerd voor bijzondere baten/ lasten
€
-3.652 €
2011 7.299 €
2012 10.258 €
2013 -14.069 €
2014 -6.613
-7.701 €
-1.114 €
-14.069 €
-4.178
Jaarverslag 2014
25
11.
Overige Gegevens en resultaatsbestemming
Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben geen gebeurtenissen na balansdatum plaatsgevonden welke van invloed zijn op de jaarrekening. Mededeling omtrent het ontbreken van een controleverklaring Op grond van artikel 2:396 lid 1 BW is de stichting vrijgesteld van de verplichting tot controle van de jaarrekening door een accountant. Op grond daarvan is geen opdracht tot accountantscontrole verstrekt. Derhalve ontbreekt in deze jaarrekening een controleverklaring. De Jaarrekening wordt gecontroleerd door de Kascontrolecommissie van de KNOB. Deze wordt door de leden aangewezen. Het verslag van de Kascontrolecommissie wordt tijdens de Algemene Ledenvergadering vastgesteld.
Fiscale status De Belastingdienst heeft vastgesteld dat voor de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond geen sprake is van ondernemerschap voor de omzetbelasting, inhoudingsplicht voor loonheffingen of belastingplicht voor de vennootschapsbelasting. Vaststelling en goedkeuring jaarrekening Het Bestuur van de KNOB heeft de jaarrekening 2014 vastgesteld in de vergadering van 29 mei 2015. De jaarrekening zal worden vastgesteld in de Algemene Ledenvergadering van de KNOB op 19 juni 2015. Bestuur KNOB Dhr. drs. H.J.J. Lenferink, voorzitter Dhr. drs. H.P. Jansen, vice-voorzitter Dhr. A.P.P. Met, penningmeester (tot 26 juni 2014) Dhr. P.J.A. Baars, penningmeester (vanaf 26 juni 2014) Dhr. dr. mr. G.H. Medema, secretaris Mw. ir. J.J. de Graauw, lid Mw. S. Brummel MA , studentbestuurslid Mw. M. Krikken BA, studentbestuurslid Dhr. M. van der Meer BA, studentbestuurslid Jaarverslag 2014
26