Milieu consultancy Watermanagement Ruimtelijke ordening
Aqua-Terra Nova BV Zuidweg 79
Inventarisatie vleermuizen Ziekenhuis Leyenburg te Den Haag
2671 MP Naaldwijk telefoon 0174 – 625246 fax 0174 – 629744 www.aquaterranova.nl
Opdrachtgever: Gemeente Den Haag
Datum Rapportnummer
: 16 september 2008 : 08/Aqua-Terra Nova568/CG
© 2008 Aqua-Terra Nova B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Colofon Titel
: Inventarisatie vleermuizen Ziekenhuis Leyenburg
te Den Haag
Opdrachtgever
Projectteam Projectmanager Auteur Veldwerkers
: Gemeente Den Haag afdeling DSO t.a.v. dhr. R. Jonker
: ing. A.P. Wubben (Aqua-Terra Nova) : drs. C.E. van der Graaf (Aqua-Terra Nova) : R. van der Kuil (Stichting Zoogdierwerkgroep Zuid-Holland), C.E. van der Graaf (Aqua-Terra Nova)
Projectnummer
: 27229
Status
: definitieve rapportage
Aqua-Terra Nova is lid van het Netwerk Groene Bureaus, de branche organisatie voor kwaliteitsbevordering en belangenbehartiging van groene adviesbureaus.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage 16 september 2008
2
INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave................................................................................................................... 3 1 Inleiding ..................................................................................................................... 4 1.1 Aanleiding ............................................................................................................... 4 1.2 Doelstelling ............................................................................................................. 4 1.3 Leeswijzer ............................................................................................................... 4 2 Werkwijze .................................................................................................................. 5 2.1 Materiaal, methode en werkwijze ........................................................................... 5 3 Resultaten................................................................................................................... 7 3.1 Resultaten voorkomen verleden.............................................................................. 7 3.2 Resultaten veldwerk ................................................................................................ 7 3.3 Resultaten functies van het leefgebied .................................................................... 8 4 Interpretatie van de resultaten .............................................................................. 13 4.1 Projectomschrijving .............................................................................................. 13 4.2 Activiteiten en effecten ......................................................................................... 13 4.3 Gunstige staat van instandhouding........................................................................ 13 5 Conclusie .................................................................................................................. 15 5.1 Resumé resultaten inventarisaties ......................................................................... 15 5.2 Effecten project ..................................................................................................... 15 5.3 Ontheffing ............................................................................................................. 15 5.4 Gunstige staat van instandhouding........................................................................ 16 5.5 Mitigerende maatregelen....................................................................................... 16 5.6 Compenserende maatregelen ................................................................................ 16 5.7 Dwingende redenen van openbaar belang......Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 6 Aanbevelingen ......................................................................................................... 17 6.1 Inrichten plangebied als foerageergebied voor vleermuizen................................. 17 6.2 Uitwerking Groene Assen Zuidwest ..................................................................... 17 6.3 Verblijfplaatsen voor vleermuizen in gebouwen .................................................. 17 7 Bronvermelding....................................................................................................... 19 Bijlage 1: Achtergrond Vleermuizen............................................................................. 20 Bijlage 2: Inventarisatiegegevens................................................................................... 22 Inventarisatiegegevens 24 april 2008............................................................................ 22 Inventarisatiegegevens 7 mei 2008 ............................................................................... 22 Inventarisatiegegevens 17 mei 2008 ............................................................................. 23 Inventarisatiegegevens 18 juni 2008............................................................................. 23 Inventarisatiegegevens 20 augustus 2008 ..................................................................... 24 Inventarisatiegegevens 28 augustus 2008 ..................................................................... 24 Inventarisatiegegevens 1 september 2008..................................................................... 25 Bijlage 3: kaarten met Inventarisatiegegevens............................................................. 26 Bijlage 4: kaart licht en donker in plangebied ............................................................. 27 Bijlage 5: kaart bomen en boomholtes plangebied ...................................................... 28
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
3
1
INLEIDING
1.1
Aanleiding
Gemeente Den Haag is voornemens om op een deel van het terrein van Ziekenhuis Leyenburg woningbouw te realiseren. Op deze locatie is momenteel een ziekenhuis gevestigd met een aangrenzend park. Voor de nieuwe functie van dit perceel is een herziening van het bestemmingsplan nodig. Hierbij dienen onder andere de gevolgen van de ruimtelijke ingrepen op de aanwezige flora en fauna te worden weergegeven. Uit voorgaand onderzoek (de Eco-Effectscan van Aqua-Terra Nova, kenmerk 08/AQT056/NO), is gebleken dat er vleermuizen in het plangebied kunnen voorkomen. In dit onderzoek wordt het voorkomen van vleermuizen in het plangebied geïnventariseerd door Aqua-Terra Nova BV in opdracht van DSO gemeente Den Haag uitgevoerd. 1.2
Doelstelling
Het onderzoek wordt uitgevoerd naar aanleiding van de uitbreiding van het ziekenhuis en de realisatie van een grootschalig woningbouwproject. Onderzocht wordt er in de te slopen gebouwen en het de rooien park vaste verblijfplaatsen of foerageergebieden van vleermuizen aanwezig zijn. Het onderzoek richt zich op het ‘voorkomen van soorten’ en de functies ’verblijfplaats’ en ‘baltsplaats’ van de gebouwen en de bomen in het park en de functie ‘foerageergebied’ van het park. De doelstelling van de inventarisatie is vast te stellen: - welke soorten vleermuizen op de te ontwikkelen locatie en de directe omgeving daarvan voorkomen, - wat de functie van het gebied voor vleermuizen is, - of er negatieve effecten te verwachten zijn, welke een aanvraag van een ontheffing van de Flora- en faunawet noodzakelijk maken. Op basis van deze inventarisatie worden adviezen geformuleerd om mogelijke negatieve effecten van het bouwproject te vermijden, mitigeren, en/of compenseren. 1.3
Leeswijzer
In de inleiding worden de aanleiding en de doelstelling van het onderzoek beschreven. Hierna volgt een hoofdstuk met de werkwijze. In hoofdstuk 3 en 4 komen de resultaten van de inventarisatie en de interpretatie ervan aan de orde. Dit leidt in hoofdstuk 5 tot een conclusie over het voorkomen van vleermuizen en de te nemen maatregelen. In hoofdstuk 6 worden aanbevelingen gegeven. Hierna volgen de bronvermeldingen en de bijlagen. In de bijlagen staan achtergrondinformatie over vleermuizen en hier zijn de inventarisatiegegevens opgenomen.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
4
2
WERKWIJZE
2.1
Materiaal, methode en werkwijze
Literatuuronderzoek Om het voorkomen van vleermuizen in de omgeving van het plangebied in het verleden te achterhalen, is een literatuuronderzoek uitgevoerd. Op een wijze vergelijkbaar met de ‘Toelichting op de protocollen voor vleermuisinventarisaties’ van het Netwerk Groene Bureaus (NGB) is vervolgens nagegaan welke vleermuissoorten er in het plangebied verwacht worden. Batdetectoronderzoek Voor onderzoek naar het ‘voorkomen van soorten’ en de functies ’verblijfplaats’, ‘baltsplaats’ en ‘foerageergebied’ wordt veldwerk met de batdetector als methode afdoende geacht. Er is gebruik gemaakt van detectors van het type Pettersson D100. Naast het plangebied is ook de directe omgeving bezocht, namelijk de kinderboerderij, en de aangrenzende woonwijk. De inventarisaties worden tijdens het voortplantingsseizoen van mei - september uitgevoerd, omdat de vleermuizen dan in grote groepen (kraamkolonies) bij elkaar zitten èn er veel vleermuisactiviteit is. Omdat de activiteit van de vleermuizen afhankelijk is van de weersomstandigheden en vleermuizen regelmatig verhuizen tussen verschillende verblijfplekken, is het noodzakelijk meerdere malen bij gunstige weersomstandigheden te inventariseren. Gunstige weersomstandigheden zijn nachten met een temperatuur van >10ºC en zonder harde wind of regen. Aan de hand van het (concept) Protocol Vleermuizen NGB is bepaald hoeveel inventarisaties er nodig zijn: - Baltskwartieren van grootoorvleermuizen: in de periode 1 april - 15 mei 3 x 3 uur. - Zomerkolonies (gebouwen en bomen) van gewone dwergvleermuis, gewone grootoorvleermuis, watervleermuis en laatvlieger: in de periode 1 maart – 15 oktober 2 x 2 uur, waarvan 1 ochtend. - Kraamkolonies (gebouwen en bomen) van gewone dwergvleermuis en laatvlieger: in de periode 15 juni – 15 juli, om de 5-14 dagen 2 uur tot zekerheid. - Kraamkolonies (gebouwen en bomen) van gewone grootoorvleermuis en watervleermuis: in de periode 15 juni – 15 juli, 3x 3 uur. - Foerageergebied (hele plangebied) voor gewone en ruige dwergvleermuis, gewone grootoorvleermuis en laatvlieger: 15 mei – 1 augustus, 2x 1 tot 4 uur. - Paarplaats (gebouwen en bomen) van gewone dwergvleermuis en ruige dwergvleermuis: in de periode 15 aug - 15 oktober, 2x 3 uur. Op basis hiervan is het onderstaande veldwerkschema opgesteld, waarbij de inventarisaties zijn uitgevoerd door 1 á 2 ervaren veldwerkers: - 24 april ‘08: avondronde t.b.v. baltsen, foerageren en zomerverblijven - 17 mei ’08: avondronde t.b.v. baltsen, foerageren en zomerverblijven - 18 juni ‘08: avondronde t.b.v. foerageren, kraamverblijven en zomerverblijven - 24 juni ‘08: ochtendronde t.b.v. kraamverblijven en zomerverblijven - 20 augustus ‘08: avondronde t.b.v. baltsen, foerageren en zomerverblijven - 28 augustus ‘08: baltsen, foerageren en zomerverblijven
Visuele inspectie
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
5
Naast de inventarisatie met batdetector is visueel onderzocht of het plangebied potentieel geschikte verblijfplekken heeft. Er is gebruik gemaakt van verrekijker, spiegel en zaklamp. Tegelijkertijd zijn aantekeningen gemaakt van de mate van verlichting in het plangebied. Verwerking resultaten Tijdens de inventarisatie zijn de waargenomen soorten genoteerd. Hierbij is een aantekening gemaakt van het tijdstip van de waarneming, de locatie en het gedrag van de vleermuizen. De resultaten van de inventarisaties zijn weergegeven in tabellen en op kaarten. Hierbij zijn de weersomstandigheden vermeld. De geschiktheid van de bomen en bouwwerken wordt omschreven en zo nodig met foto’s verduidelijkt. Beoordeling resultaten Door de resultaten van de inventarisaties en de beoordeling van de geschiktheid van het plangebied voor vleermuizen te combineren met de activiteiten, die er in het plangebied zijn voorgenomen, wordt een inschatting gemaakt of er artikelen uit de Flora- en faunawet overtreden zullen worden. Aan de hand hiervan worden de te nemen vervolgstappen aangegeven. Voor het vleermuizenonderzoek is samen gewerkt met de Stichting Zoogdierwerkgroep Zuid-Holland. De gegevens zullen aan hen ter beschikking worden gesteld, tenzij de opdrachtgever aangeeft hier bezwaar tegen te hebben.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
6
3
RESULTATEN
3.1
Resultaten literatuuronderzoek
Aan de hand van de ‘Atlas van de Nederlandse vleermuizen’ en de ‘Vleermuizeninventarisatie van het onderzoeksgebied Den Haag’ is de aanwezigheid van vleermuizen in de omgeving van het plangebied achterhaald. Uit de vleermuisinventarisatie blijkt dat er in de duinen, de Uithof en het Zuiderpark zomer- en winterverblijven en foerageergebieden voor vleermuizen aanwezig zijn. Via bomenrijen en watergangen kunnen vleermuizen deze foerageergebieden bereiken. Boombewonende soorten, die in Den Haag worden waargenomen zijn ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis, watervleermuis en baardvleermuis. Rosse vleermuizen en watervleermuizen zijn in het verleden voornamelijk in de grotere parken van Ockenburg en het Haagse bos waargenomen. De baardvleermuis is erg zeldzaam en is alleen in Sorghvliet en de bosjes van Zanen waargenomen. De ruige dwergvleermuis is aan te treffen in de buurt van groenelementen in combinatie met water, zoals ook in de omgeving van het plangebied aanwezig is. Gebouwbewonende soorten, die in Den Haag worden waargenomen zijn laatvlieger, gewone dwergvleermuis en gewone grootoorvleermuis. De gewone grootoorvleermuis is lastig te inventariseren en daardoor weinig waargenomen. Dhr. Van der Kuil heeft mondeling aangegeven, dat er waarschijnlijk een kolonie gewone grootoorvleermuizen in de kinderboerderij gezeten heeft. Naast de kinderboerderij ligt een klein eiland. Op dit eiland is een kelder aanwezig, die zo’n 25 jaar geleden door de gemeente geschikt is gemaakt voor vleermuizen. De Stichting Zoogdierwerkgroep Zuid-Holland heeft deze kelder achtereenvolgens ca. 10 jaar in de winter geïnventariseerd, maar er zijn nooit vleermuizen aangetroffen. De laatste jaren is de kelder niet meer meegenomen in het monitoringprogramma. De meervleermuis overwintert in de bunkers in de duinen. Omdat de soort zich in de zomer in veenweidegebieden bevindt, wordt hij (midden) in Den Haag niet verwacht. Bij hoge gebouwen langs de kust worden in het late najaar wel eens baltsende tweekleurige vleermuizen waargenomen. In het plangebied wordt deze soort niet verwacht. In de omgeving van het plangebied kunnen de onderstaande soorten worden verwacht: - gewone dwergvleermuis - ruige dwergvleermuis - laatvlieger - watervleermuis - rosse vleermuis - gewone grootoorvleermuis 3.2
Resultaten veldwerk
Een overzicht van de waarnemingen tijdens de inventarisatie is in bijlage 2 en 3 opgenomen. Tijdens de inventarisaties zijn in het plangebied vijf soorten vleermuizen waargenomen: gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, laatvlieger, watervleermuis en rosse vleermuis. Er zijn geen uitvliegende of zwermende dieren gevonden. De vleermuizen foerageren met name in de donkere gedeelten van het park,
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
7
rond de kinderboerderij en boven de waterpartij bij de speelplek (zie bijlage 3). Ook onder de bomen van het fietspad rond het ziekenhuis worden veel foeragerende vleermuizen waargenomen, met name in het gedeelte tussen de Escamplaan en de entree bij de Leyweg. De watervleermuizen zijn boven de waterpartij bij de speelplek en de vijver bij de kinderboerderij gehoord. Laatvliegers zijn met name foeragerend rond de kinderboerderij waargenomen. De rosse vleermuis is een enkele keer voorbij vliegend waargenomen. Er zijn in het voorjaar en de zomer geen grootoorvleermuizen gehoord. In het najaar zijn er geen baltsende ruige dwergvleermuizen gehoord. Tijdens een zeer winderige avond zijn er meerdere roepende gewone dwergvleermuizen gehoord, maar tijdens een windstille avond de week erop zijn er geen baltsende dwergvleermuizen meer waargenomen. Een derde avond is er één heen en weer vliegende baltsende gewone dwergvleermuis gehoord. 3.2.1 Discussie veldwerk Aangezien de inventarisatie van 24 april laat in de avond heeft plaatsgevonden is een extra inventarisatieronde voor baltsende grootoorvleermuizen op 7 mei ’08 uitgevoerd. In overleg met de stichting zoogdierwerkgroep Zuid-Holland is ervoor gekozen de ochtendronde achterwege te laten, gezien de resultaten van de inventarisaties op 7 mei, 17 mei en 18 juni ’08. Er zijn geen groepen uitvliegende dieren waargenomen en er zijn geen grote groepen foeragerende dieren in het park aanwezig. Een ochtendronde is alleen noodzakelijk als er (kraam)verblijven worden verwacht. Gezien de sterke verschillen in de resultaten van de twee baltsrondes is een derde korte inventarisatie op 1 september ’08 uitgevoerd. 3.3
Resultaten functies van het leefgebied
3.3.1 Locatiebeschrijving Voor een uitgebreide locatiebeschrijving wordt verwezen naar de Eco-effectscan met kenmerk 08/AQT056/NO d.d. 14 februari 2008. Het plangebied van het ziekenhuis Leyenburg ligt midden in de bebouwde kern van Den Haag. Het gebied wordt begrensd door de Leyweg, Escamplaan, Dedemsvaartweg en de Zuidwoldestraat. Achter de Leyweg en de Zuidwoldestraat liggen galerijflats, achter de Escamplaan liggen rijtjeswoningen met tuinen en achter de Dedemsvaartweg ligt een bedrijventerrein.
foto 1: hoofdgebouw vanaf de Leyweg
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
foto 2: twee-onder-één-kap-woning Escamplaan
8
Het plangebied bestaat uit het ziekenhuisterrein en een deel van het Florence Nightingalepark. Het ziekenhuisterrein bestaat uit het hoofdgebouw van het ziekenhuis (foto 1) met een aanbouw van een zijvleugel, het Zustergebouw, het voormalig oogziekenhuis, een hoogspanningsgebouw, een aantal parkeerterreinen, een twee-onderéén-kap woning (foto 2) en een plantsoen. De parkeerplaatsen en het ziekenhuis zijn sterk verlicht. Achter het voormalig oogziekenhuis zijn enkele donkere plekken aanwezig.
foto 3: grasveld met bossages er omheen
foto 4: watergang langs Dedemsvaartweg
Aan het plantsoen grenst het Florence Nightingalepark. Het park bestaat uit dichte bossages en open grasvelden (foto 3). Op enkele grasvelden staan grote hoge dikke solitaire wilgen. Door het plantsoen loopt een verlicht fietspad. Boven de grasvelden, die door bossages omgeven zijn, is het relatief donker. Een schets, waarop de lichte en donkere delen van het plangebied zijn aangegeven, is in bijlage 4 opgenomen. In en rond het park en het ziekenhuis zijn meerdere watergangen en waterpartijen aanwezig (foto 4). Via duikers sluiten deze watergangen aan op watergangen buiten het plangebied. Langs de watergangen en langs de wegen staan bomenrijen. Er staan bomen langs de Dedemsvaartweg, de Escamplaan (platanen) en de Zuidwoldestraat. Langs de Leyweg staan geen bomen. 3.3.2 Geschiktheid plangebied als verblijfplaats voor vleermuizen Tijdens de inventarisatie is behalve naar de vleermuizen, ook gekeken naar de geschiktheid van de gebouwen en de bomen als verblijfplaats voor vleermuizen. De waarnemingen van de vleermuissoorten en hun gedrag in combinatie met de kenmerken van potentiële verblijfplekken kunnen een indicatie geven van de geschiktheid van het plangebied als zomerverblijfplaats, winterverblijf of baltskwartier. Gewone dwergvleermuizen en laatvliegers verblijven in gebouwen vaak in de spouwmuren, tussen het dakbeschot of achter de daklijsten. Gewone grootoorvleermuizen verblijven vaak in open ruimtes onder het dak, zoals op zolders of in holle bomen. Ruige dwergvleermuizen, watervleermuizen en rosse vleermuizen verblijven in de zomer in boomholtes, scheuren en spleten in bomen of achter losse schors. Als baltsverblijf worden naast bomen ook ruimtes in gebouwen gebruikt. Gewone dwergvleermuizen verblijven, naast gebouwen, ook wel eens in boomholtes. Beschrijving Zustergebouw en hoogspanningsgebouw
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
9
Het Zustergebouw is een hoog gebouw van ca 15 bouwlagen, met betonnen en golfplaten geveldelen, stalen ramen en een plat dak. Achter de betonnen bouwdelen zijn geen kieren of spleten zichtbaar. Het gebouw heeft geen betonnen dakrand. Op het gebouw zijn twee installatieruimtes met golfplaten wanden aanwezig. Naast het gebouw staat een hoogspanningsgebouw. Het gebouw van ca. 10 meter hoog heeft een plat dak en betonnen wanden. Er zijn geen kieren en spleten in de gevel zichtbaar. Rond het gebouw liggen verlichte parkeerterreinen en de verlichte Leyweg. De gebouwen zijn weinig geschikt als verblijfplek voor vleermuizen. Beschrijving voormalig oogziekenhuis Het voormalige oogziekenhuis heeft twee bouwlagen hoog, betonnen geveldelen en een plat dak. Aan de Leyweg heeft het gebouw een opbouw van vier extra lagen met betonnen geveldelen en een plat dak. Achter de betonnen geveldelen zijn kieren en ruimtes zichtbaar. Er zijn op de gevel geen sporen van vleermuizen (uitwerpselen, urine of vetstrepen) aangetroffen. Aan de achterzijde ligt het gebouw in het donker. Het gebouw is potentieel geschikt als verblijfplek voor vleermuizen. Beschrijving ziekenhuis Het ziekenhuis is een hoog gebouw met een plat dak zonder dakrand en geveldelen van beton en glas. Bij de gevels van de uitbouw, die zal worden afgebroken, zijn geen kieren of spleten zichtbaar. Het gebouw is weinig geschikt als verblijfplek voor vleermuizen. Twee onder-één-kap-woning Escamplaan (foto 3) De woning heeft twee bouwlagen en een kap met bakstenen gevels en een schuin pannendak. De gevels hebben smalle spouwgaten. Op de kopgevels zijn er kieren tussen de dakpannen en de gevel zichtbaar. Rond het linkerhuis is veel tuin- en gevelverlichting aanwezig. Het gebouw is potentieel geschikt als verblijfplek voor vleermuizen. Beschrijving bomen in het park Het Florence Nigthingale park bestaat uit grasvelden met solitaire bomen en bomenrijen langs de hoofdpaden. Aan de Dedemsvaartweg is een entree naar het park. De entree heeft aan weerszijden bomenrijen. De entree aan de Escamplaan (A.H. Schimmelweg) heeft een bomenrij van lindes. De entree aan de Leyweg (dr. J. Schoenmakersweg) heeft een dubbele bomenrij van iepen. Vooral de solitaire hoge oude wilgen op de grasvelden hebben holtes (spechtengaten) en andere spleten en kieren. In de bossages staan vermolmde berken met spechtengaten. Op de grasvelden staan ook enkele eiken en lindes met spechtengaten en boomholtes. Een overzicht van de bomen met boomholtes staat in bijlage 5. Hierin zijn de bomen rond de kinderboerderij niet opgenomen. 3.3.3 Functie plangebied voor zomerverblijfplekken - De observaties duiden op de aanwezigheid van vaste verblijfplekken van boombewonende vleermuizen, omdat er foeragerende ruige dwergvleermuizen en watervleermuizen in het plangebied zijn waargenomen. Dit betreffen dan verblijfplekken van solitaire of kleine groepjes mannetjes ruige dwergvleermuizen en watervleermuizen. De solitaire hoge oude wilgen met spechtengaten en andere kieren en spleten op de grasvelden vormen een geschikte verblijfplek voor deze dieren. De dieren kunnen ook in een verderop gelegen park een verblijfplek hebben.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
10
-
-
-
Er zijn geen zwermen of uitvliegende (kraam)kolonies van boombewonende soorten waargenomen en gezien het beperkte aantal foeragerende dieren worden deze er ook niet verwacht. Aan de hand van de visuele controle van de gebouwen en de resultaten van het batdetectoronderzoek worden er geen kraamkolonies van gebouwbewonende vleermuizen verwacht. De waargenomen gewone dwergvleermuizen en laatvliegers zullen waarschijnlijk in één van de omliggende woonhuizen in de naastgelegen wijken verblijven.
3.3.4 Functie plangebied voor baltskwartieren - Er is tijdens de inventarisatie (geringe) baltsactiviteit van gewone dwergvleermuizen rond de bomen in het plangebied waargenomen. Gewone dwergvleermuizen hebben baltskwartieren in gebouwen en heel af en toe in vleermuiskasten. Aangezien gewone dwergvleermuizen niet vanuit een vaste plek roepen, maar al rondvliegend baltsen, is het lastig de exacte locatie van het baltskwartier te lokaliseren. Wellicht ligt het baltskwartier in een woning in de aangrenzende wijk. - De woningen en het oude oogziekenhuis zijn potentieel geschikt als baltskwartier voor gewone dwergvleermuizen en laatvliegers, maar er is tijdens de inventarisatie geen baltsactiviteit rond de gebouwen in het plangebied waargenomen. - De bomen (met name de wilgen met de vele spechtengaten) zijn geschikt als baltskwartier voor grootoorvleermuizen en ruige dwergvleermuizen, maar er zijn geen grootoorvleermuizen waargenomen en er is tijdens de inventarisatie geen baltsactiviteit van deze soorten rond de bomen in het plangebied waargenomen. Kortom: er zijn geen baltskwartieren in het plangebied aangetroffen en ze worden er ook niet verwacht. 3.3.5 Functie plangebied voor winterverblijfplekken Er worden geen winterverblijfplekken verwacht, omdat: - het Zustergebouw en het ziekenhuis weinig geschikt zijn als winterverblijf, door de beperkte hoeveelheid kieren en gaten. Daarbij zijn er in de zomer weinig vleermuizen waargenomen en zijn er in het najaar er geen zwermende vleermuizen (invasies) waargenomen. - er in de zomer in de twee-onder-één-kap-woning en het voormalig oogziekenhuis weinig vleermuizen waargenomen en er in het najaar geen zwermende vleermuizen (invasies) zijn waargenomen, ondanks dat de gebouwen geschikt kunnen zijn als verblijfplek. - er in de zomer rond de bomen met holtes en gaten weinig vleermuizen zijn waargenomen en er in het najaar geen zwermende vleermuizen zijn waargenomen, ondanks dat de bomen geschikt kunnen zijn als verblijfplek. De boomholtes werden wel door halsbandparkieten en spechten gebruikt. 3.3.6
Functie plangebied als foerageergebied
Het plangebied fungeert als foerageergebied voor gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis en laatvlieger, maar tijdens de inventarisaties zijn er steeds maar weinig vleermuizen waargenomen. De foeragerende vleermuizen concentreren zich rond de waterpartijen, onder de bomen rond het fietspad en in de donkere gedeelten van het park. Via bomenrijen langs de wegen en watergangen zijn ook foerageergebieden in de omgeving (in andere parken) bereikbaar. De watervleermuis gebruikt de waterpartijen als 08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
11
foerageergebied. Voor de rosse vleermuis zal het plangebeid geen belangrijk foerageergebied zijn, omdat deze soort met name in het veenweidegebied foerageert. Bij harde wind wordt er door meerdere vleermuizen in het park gefoerageerd. De dieren worden dan vooral onder de boomkronen aangetroffen. 3.3.7 Functie plangebied als vliegroute / migratieroute - Het park vormt een stapsteen binnen de stedelijke groene structuur van Den Haag en zou als zodanig als vliegroute / oriëntatiepunt kunnen fungeren. Langs de paden en langs de watergangen staan bomenrijen, die als lijnvormig element fungeren. De bossages en randen van het park vormen ook lijnvormige elementen. - De watergangen zijn relatief smal en voor een deel van het jaar begroeid met kroos en daardoor minder geschikt als vliegroute voor watervleermuizen. De waargenomen vleermuizen zouden de watergangen met de aangrenzende bomen en de lijnvormige elementen als vliegroute kunnen gebruiken.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
12
4 4.1
INTERPRETATIE VAN DE RESULTATEN Projectomschrijving
Voor een uitgebreide projectomschrijving wordt verwezen naar de Eco-effectscan met kenmerk 07/AQT495/NO d.d. 21 augustus 2007. Het project betreft de uitbreiding van het ziekenhuis en de bouw van een grootschalig woningbouwproject. De volgende activiteiten kunnen worden benoemd: - Slopen: aanbouw ziekenhuis, Zustergebouw, hoogspanningsgebouw, huisartsenpost, 2 woningen Escamplaan - Kappen: solitaire bomen, laanbomen, bomen in perken of bossages en struiken - Dempen: watergang langs Leyweg - Verbreden watergang langs de Escamplaan en graven waterpartij langs Leyweg - Bouwen: appartementencomplexen, uitbreiding ziekenhuis 4.2
Activiteiten en effecten
Activiteiten met een negatief effect - Met het kappen van de bomen gaan geen kraamkolonies of baltskwartieren van boombewonende vleermuizen verloren. - Met het slopen van de gebouwen gaan geen vaste verblijfplaatsen van gebouwbewonende vleermuizen verloren. -
-
Met het kappen van de bomen kunnen vaste verblijfplaatsen van solitaire mannetjes of kleine groepjes watervleermuizen of ruige dwergvleermuizen verdwijnen. Met het kappen van de bomen en het rooien van een deel van het park gaat een belangrijk deel van het foerageergebied van enkele ruige dwergvleermuizen, gewone dwergvleermuizen en laatvliegers in het park verloren. Dit foerageergebied is met name van belang tijdens stormachtig weer. Met het rooien van een deel van het park, het bouwen van de appartementencomplexen en de uitbreiding van het ziekenhuis zal de kwaliteit van het park als foerageergebied voor vleermuizen afnemen. Ook zal de kwaliteit van het park als stapsteen binnen de stedelijke groene structuur van Den Haag verminderen.
Activiteiten met een positief effect - Met het verbreden van watergangen ontstaan er potentieel nieuwe foerageergebieden voor vleermuizen. 4.3
Gunstige staat van instandhouding
Als gevolg van het kappen van de bomen kunnen er vaste verblijfplekken van een solitair mannetje of een klein groepje watervleermuizen of ruige dwergvleermuizen verloren gaan. Dit heeft geen negatief effect op de populatie watervleermuizen en ruige dwergvleermuizen in de omgeving, aangezien het geen grote groepen vleermuizen betreft en ook geen kraamverblijven. De ruige dwergvleermuizen of watervleermuizen kunnen in de omgeving een nieuwe verblijfplek vinden. Er wordt niet verwacht dat het project op de lange termijn een negatief effect op vleermuizen zal hebben: er blijft een beperkt foerageergebied aanwezig en ook de
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
13
vliegroutes naar andere foerageergebieden blijven bestaan. Het Florence Nightingal park vormt geen kerngebied voor foeragerende vleermuizen in Den Haag. Het project zal geen invloed op de gunstige staat van instandhouding van de gewone dwergvleermuis, de ruige dwergvleermuis, de laatvlieger of de gewone grootoorvleermuis hebben.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
14
5 5.1
CONCLUSIE Resumé resultaten inventarisaties
-
In het plangebied komen vijf soorten vleermuizen voor: rosse vleermuis, laatvlieger, watervleermuis, gewone en ruige dwergvleermuis.
-
Er zijn in het plangebied geen kraamkolonies aangetroffen: niet in de gebouwen en niet in de bomen.
-
In de bomen met holtes zouden zomerverblijfplekken van solitaire mannetjes of kleine groepjes ruige dwergvleermuizen of watervleermuizen aanwezig kunnen zijn. Er zijn geen zomerverblijven waargenomen.
-
Er zijn enkele rondvliegende baltsende gewone dwergvleermuis in het park waargenomen, maar er zijn in het plangebied geen baltskwartieren aangetroffen. Er zijn in het plangebied ook geen baltskwartieren van ruige dwergvleermuizen of laatvliegers aangetroffen, niet in de gebouwen en niet in de bomen.
-
Er worden in het plangebied geen winterverblijven verwacht, omdat er in de zomer en tijdens het baltsseizoen relatief weinig vleermuizen zijn waargenomen en er geen verblijfplekken of sporen van vleermuizen zijn gevonden.
-
Het plangebied vormt een foerageergebied voor laatvlieger, watervleermuis, gewone dwergvleermuis en ruige dwergvleermuis. De dieren foerageren voornamelijk boven de donkere grasvelden en boven de waterpartijen en het betreffen kleine aantallen.
-
De bomenrijen langs de wegen en watergangen en de randen van de bossages kunnen een vliegroute voor de aanwezige vleermuizen tussen andere foerageergebieden vormen.
5.2
Effecten project
Negatieve effecten - Met het kappen van de bomen kunnen er vaste verblijfplaatsen van solitaire mannetjes of kleine groepjes watervleermuizen of ruige dwergvleermuizen verdwijnen. - Met het kappen van de bomen en het rooien van een deel van het park gaat er een deel van het foerageergebied van ruige dwergvleermuis, gewone dwergvleermuis en laatvlieger in het park verloren. - Met het kappen het rooien van een deel van het park en het bouwen van de appartementencomplexen en de uitbreiding van het ziekenhuis zal de kwaliteit van het park als foerageergebied voor vleermuizen afnemen. Ook zal de kwaliteit van het park als stapsteen binnen de stedelijke groene structuur van Den Haag verminderen. 5.3 -
Ontheffing Aangezien er in de bomen er geen vaste verblijfplekken van vleermuizen zijn aangetroffen, zal het niet nodig zijn om een ontheffing aan te vragen voor het kappen van de bomen. Omdat er wel verblijfplekken van solitaire of kleine groepjes watervleermuizen of ruige dwergvleermuizen aanwezig kunnen zijn, zullen er tijdens
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
15
-
5.4
het rooien wel mitigerende maatregelen moeten worden getroffen, om overtreding van artikel 11 te voorkomen. Het plangebied is als foerageergebied niet essentieel voor het functioneren van een vaste verblijfplaats van laatvlieger, gewone dwergvleermuis of ruige dwergvleermuis. Daarom zal er voor het rooien van een deel van het park geen ontheffing nodig zijn. Gunstige staat van instandhouding
Het project zal geen invloed op de gunstige staat van instandhouding van de gewone dwergvleermuis, de ruige dwergvleermuis, de laatvlieger of de watervleermuis hebben. 5.5
Mitigerende maatregelen
Om verstoring van vleermuizen tijdens het kappen van de bomen en het rooien van het park te voorkomen of beperken, kunnen de volgende maatregelen worden genomen: - Voer de kapwerkzaamheden uit in het minst kwetsbare periode. Dit is de periode buiten de winterslaap van eind maart t/m oktober. - Controleer van tevoren of er geen vleermuizen in de bomen aanwezig zijn. - Indien er vleermuizen in de bomen aanwezig zijn, dient met het kappen gewacht te worden tot de dieren de boom verlaten hebben. De boomholtes kunnen hiertoe eventueel voor vleermuizen ontoegankelijk gemaakt worden, door eenzijdige kleppen (in de vorm van een sheet) op de boomholtes te bevestigen, waardoor de vleermuizen er wel uit, maar niet in kunnen. 5.6
Compenserende maatregelen
Aangezien de gunstige staat van instandhouding van de aanwezige vleermuizen niet in gevaar zal komen, zal het niet nodig zijn om compenserende maatregelen te nemen. Om het plangebied voor vleermuizen beter geschikt te maken worden er in de aanbevelingen een aantal tips gegeven.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
16
6
AANBEVELINGEN
In dit hoofdstuk worden ideeën gegeven om het plangebied aantrekkelijker in te richten als verblijfgebied voor vleermuizen. Men is niet verplicht deze aanbevelingen over te nemen in het kader van de Flora- en faunawet of de Natuurbeschermingswet. De aanbevelingen dienen ter inspiratie om het plangebied ecologisch interessant in te richten en aan te sluiten op natuur- en recreatiegebieden of ecologische verbindingszones in de omgeving. 6.1
Inrichten plangebied als foerageergebied voor vleermuizen
Om het plangebied als foerageergebied aantrekkelijk te maken kan het volgende worden aangeraden: - Behoud de oude hoge inheemse bomen, zoals de laanbomen en de wilgen langs de waterpartij aan de Leyweg. - Beperkt de verlichting in en richting het Florence Nightingalepark. - Houd een verbinding over de Escamplaan in stand door de grote, hoge bomen hier te behouden en de verlichting te beperken. Hoge bomen met een aangrenzende opgaande begroeiing kunnen als een hop-over fungeren, zodat vleermuizen gemakkelijker de weg kunnen oversteken. 6.2
Creëer lijnvormige elementen. Kies voor bomen die insecten aantrekken, zoals eik, linde, wilg, acacia, robinia, zoete kers, wilde vogelkers, esdoorn, appel (of vruchtenbomen in het algemeen), Kies inheemse boomsoorten (bomen die van origine en Nederland voorkomen), zoals ook zwarte els, es, abeel, beuk, berk, meidoorn, zwarte populier, iep, Leg natuurvriendelijke oevers aan. Natuurvriendelijke oevers trekken insecten aan, die door vleermuizen gegeten worden. Beperkt de verlichting naar de watergangen. Uitwerking Groene Assen Zuidwest
Aangezien het project het Florence Nightigale park deels aantast wordt geadviseerd ter compensatie een bijdrage te leveren aan de verbetering van de inrichting van de Groene Assen. In de nota ‘Stedelijke verbindingszones in Den Haag’ wordt toegelicht welke knelpunten er in deze zone bestaan en aan welke inrichtingseisen voldaan moet worden. In bijlage 5 zijn de bladzijden 20, 21 en 92 uit deze nota opgenomen. Zo kan bijvoorbeeld worden uitgewerkt: - Aan één zijde flauwe oevertaluds (natuurvriendelijke oevers) bij de watergang langs de Escamplaan - Een verbinding met het park ten noorden van de Escamplaan. - Herstel van de bomenstructuur langs de Leyweg, indien mogelijk in combinatie met een watergang met ecologische oever (waterpartij rond woningbouw in deelproject 2a). 6.3
Verblijfplaatsen voor vleermuizen in gebouwen
Voor de nieuwbouw worden er speciale nestkasten vervaardigd welke bij de bouw van de appartementen direct geïntegreerd kunnen worden (figuur 1). Er zijn echter nog weinig resultaten bekend van het gebruik van deze inmetselstenen door vleermuizen. Een andere manier om verblijfplaatsen voor vleermuizen te creëren is om een plaat met een ruwe 08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
17
binnenzijde aan de gevel te bevestigen. De vleermuizen moeten van onderaf achter de plaat kunnen kruipen. De opening tussen de plaat en de gevel hoeft slecht enkele centimeters (2-10 cm) te bedragen. Zo zijn er allerlei varianten te bedenken om een smalle ‘spouw’ met een invliegopening aan de onderzijde te creëren. Ten slotte kunnen er ook vleermuiskasten op de gevel of tegen een boom worden bevestigd (figuur 2).
figuur 1: inbouwsteen voor vleermuizen (bron: Waveka b.v.)
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
figuur 2: vleermuiskast (bron: Waveka b.v.)
18
7
BRONVERMELDING
Literatuur - ‘Handreiking Bestemmingsplan en Natuurwetgeving’, Directie Natuur, Ministerie van LNV, bron: www.minlnv.nl. - ‘Handreiking Flora- en faunawet’, W.R.M. van Heusden & S.J. Vreugdenhil, Dienst landelijk gebied, oktober 2006. - ‘Soorten van de Habitatrichtlijn’, J.A.M. Janssen e.a., KNNV Uitgeverij, Utrecht, 2004. - ‘Bat-detectors in a detailed bat survey: a method’. Limpens, H.J.G.A., 1993. - pp. 79-90. In: K. Kapteyn (ed), 1993. Proceedings of the First European Batdetector Workshop. Netherlands Bat Research Foundation, Amsterdam, 128 pp. - ‘Field Identification: Using Bat Detectors to Identify Species’. Limpens, H.J.G.A., 2004. p. 46-57 in: Brigham, R.M., et al., eds. 2004. Bat Echolocation Research: tools, techniques and analysis. Bat Conservation International, Austin, Texas. 167 pp. - ‘Cursus Vleermuizen en Planologie’. Limpens, H.J.G.A. 2006. Zoogdiervereniging VZZ / Eco Consult & Project Management. 76 pp. - ‘Atlas van de Nederlandse vleermuizen, Onderzoek naar verspreiding en ecologie’, Limpens, H. et al. Stichting Uitgeverij KNNV/Stichting Vleermuisonderzoek, Utrecht, 1997. - ‘Protocol Vleermuizen NGB versie 2 juni 2008’, Vakberaad vleermuizen, Netwerk Groene Bureaus, juni 2008. - ‘Toelichting op de protocollen voor vleermuisinventarisaties’, Vakberaad vleermuizen, Netwerk Groene Bureaus, juni 2008. - ‘Introductie NGB-vleermuisprotocol’, Vakberaad vleermuizen, Netwerk Groene Bureaus, 20 juni 2008. Verspreidingsgegevens - www.minlnv.nl: informatie over de beschermde soorten en gebieden, wetgeving, ontheffingvoorwaarden en gedragscodes, augustus ´08. - www.vzz.nl, augustus ´08. - www.vleermuis.net.nl, augustus ´08. - www.natuurloket.nl: rapportage aantal beschermde soorten per kilometerhok, augustus ´08. - www.waarneming.nl: waarneming en inventariseringpagina, augustus ´08. Locatiespecifieke informatie -
Beleidsplan voor het Haagse Groen 2005 - 2015, "Groen kleurt de stad”, Den Haag, 2004. www.denhaag.nl, informatie over het natuurbeleid van Den Haag, oktober 2006. De Groene Assen Zuidwest, gemeente Den Haag, Dienst Stadsbeheer, januari 2005. Nota ‘Ecologische Verbindingszones in Den Haag, hoofdlijnen voor inrichting en beheer, uitvoeringsprogramma 2008-2018’, Dienst Stadsbeheer, gemeente Den Haag, Den Haag, januari 2008.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
19
BIJLAGE 1: ACHTERGROND VLEERMUIZEN De vleermuis is een vliegend zoogdier. Op aarde komen ongeveer 925 soorten vleermuizen voor, waarvan er 21 soorten in Nederland voorkomen.
figuur 1: ruige dwergvleermuis (bron: www.minlnv.nl, september ´06, foto R. Verlinde)
De meeste soorten komen echter zeer plaatselijk of slechts in kleine aantallen voor. Vijf soorten zijn erg zeldzaam en tenminste vijf andere soorten zijn de afgelopen vijftig jaar erg zeldzaam geworden of geheel verdwenen (www.vleermuis.net, september ’06). Daarom worden vleermuizen sinds 1973 bij de wet beschermd. In het onderstaande tekstblok wordt de verdragen en publicaties genoemd, waarin de vleermuis is opgenomen (bron: www.minlnv.nl): Overzicht Verdragen en publicaties Internationaal -
Habitatrichtlijn, soort van Bijlage IV, Publicatieblad van de Europese Unie L 236 van 23.9.2003 (selectie Nederlandse soorten: Ministerie van LNV). Bats Agreement, soort van Annex 1, Agreement on the Conservation of Populations of European Bats, Annex 1 (selectie Nederlandse soorten: Ministerie van LNV). Bern-conventie, soort van appendix III, Convention on the Conservation of European Wildlife and Natural Habitats, Appendix III (selectie Nederlandse soorten: LNV). Bonn-conventie, soort van Appendix II, Convention on Migratory Species, Appendix 2 (selectie Nederlandse soorten: LNV) spp. (only European populations).
Nationaal -
-
Flora- en faunawet, beschermde soort als bedoeld in artikel 3 en 4, Staatscourant 2001, 220, bijlage 1. Flora- en faunawet, beschermde soort waarvoor op basis van artikel 75.5 een vrijstelling met gedragscode geldt van artikel 8 t/m 12 of een ontheffing nodig is met uitgebreide toets, niet gepubliceerd. Rode Lijst, Rode Lijst van bedreigde zoogdieren in Nederland; basisdocument (VZZ, 1994). Doelsoortenlijst, soort van Doelsoortenlijst, Handboek Natuurdoeltypen, bijlage 3 (Ministerie van LNV, 2001). Soortbeschermingsplan, Vleermuisbescherming: verleden, heden en toekomst (Ministerie van LNV, 1988). Netwerk Ecologische Monitoring, gemonitorde soort, Landelijke natuurmeetnetten van het NEM in 2004 (CBS, 2005).
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
20
Er zijn verschillende oorzaken voor de achteruitgang van de vleermuis. Met name de verstoring tijdens de winterslaap en de aantasting van foerageer- en leefgebieden dragen hieraan bij. Deze gebieden dreigen meer en meer te versnipperen door de uitbreiding van steden, bedrijven en infrastructuur, waardoor ze kleiner worden en steeds geïsoleerder komen te liggen. Ook de kwaliteit van de gebieden wordt vaak aangetast. Oorzaken van kwaliteitsvermindering zijn bijvoorbeeld het kappen van bomen en struiken en een toename van verlichting en verstoring. Voor de bescherming van de vleermuis is het essentieel om het schaarser wordende foerageer- en verblijfgebied te behouden. In de Flora- en faunawet zijn daarom dan ook zowel de vleermuis als zijn vaste foerageer- en verblijfgebieden beschermd. In deze inventarisatie wordt enerzijds onderzocht welke soorten vleermuizen er in het plangebied en de directe omgeving voorkomen en anderzijds voor welke functies het plangebied voor vleermuizen belangrijk kan zijn. Voorbeelden van functies zijn: foerageergebied, verblijfgebied en baltsplaats.
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
21
BIJLAGE 2: INVENTARISATIEGEGEVENS Inventarisatiegegevens 24 april 2008 Weer: bewolkt, nu droog (heeft vanavond geregend), 15 °C, weinig wind Door: Carolien van der Graaf Aanwezig 1:00 uur - 3:00 uur (zon onder 20:45 uur) Waarnemingen Tijd (uur) 1:00-1:10 1:15-1:45 1:45-2:10 2:10-2:30
2:30-3:00
Waarneming foeragerende gewone vleermuizen onder de bomen langs het pad met de gele lantarens foeragerende gewone vleermuizen in het parkje met de wilgen foeragerende gewone vleermuizen rond de kinderboerderij foeragerende gewone vleermuizen rond de speeltuin, boven het grasveld naast de vijver en foeragerende watervleermuizen boven de waterpartij bij de woningen geen vleermuizen rond oude oogziekenhuis, rond parkeerterreinen en rond Zustergebouw, geen baltsende grootoovleermuizen gehoord
Inventarisatiegegevens 7 mei 2008 Weer: bewolkt, droog, weinig wind, ca 15°C, 22:30 uur wind trekt aan Door: Carolien van der Graaf Aanwezig: 21:30 uur – 24:30 uur (zon onder 21:15 uur) Waarnemingen Tijd 21:45 21:47 21:55 21:05 22:09 22:13 22:18 22:45 22:46
Waarneming foeragerende gewone vleermuizen onder de bomen langs het pad met de gele lantarens 2 foeragerende gewone dwergvleermuizen bij knotwilgen foeragerende gewone dwergvleermuis (ook sociale geluiden) boven vijver achter de kinderboerderij voorbijvliegende laatvlieger bij kinderboerderij groepje gewone dwergvleermuizen voorbijgevlogen bij knotwilgen voorbijvliegende gewone dwergvleermuis bij entree kinderboerderij voorbijvliegende laatvlieger bij hoekje voorbijvliegende gewone dwergvleermuis onder de bomen tussen woning en ziekenhuis egel naast pad, grote molhopen op veld met wilgen
Controle baltsende grootoorvleermuizen: per boom ca. 30 sec geluisterd op 20-40 kHz 22:56: 23:02: 23:07: 23:26:
voorbijvliegende gewone dwergvleermuis bij pleintje met 3 bomen 2x voorbijvliegende gewone dwergvleermuis bij rondje met boompjes veel dwergvleermuizen boven waterpartij bij de woonwijk 1x voorbijvliegende gewone dwergvleermuis bij wilgen voor oude oogziekenhuis
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
22
23:36 23:50: 00:10: 00:15 0:30:
1 foeragerende dwergvleermuis hoek met wilgen bij Leyweg voorbijvliegende rosse vleermuis bij entree met populieren muizen gehoord bij composthoop, weinig vleermuizen, veel kauwen en duiven in de bomen, geen uilen gehoord voorbijvliegende laatvlieger bij de wilgen achter minder foeragerende gewone dwergvleermuizen bij de waterpartij voor de woonwijk vijver, geen foeragerende vleermuizen bij de vijver met de rietkraag, 1 foeragerende vleermuis bij het pad tussen ziekenhuis en woonhuis en 1 bij de parkeerplaats aan de achterzijde
Inventarisatiegegevens 17 mei 2008 Weer: bewolkt, droog, >10 °C, weinig wind, heeft hele dag geregend Door: Carolien van der Graaf, Rudy van der Kuil Aanwezig: 22:00 uur – 23:30 uur (zon onder 21:31 uur) Waarnemingen Tijd Waarneming 22:00-22:20 geen uitvliegende dieren bij de trambocht 22:00-22:20 geen uitvliegende dieren bij het oude oogziekenhuis. Ook geen foeragerende vleermuizen gehoord 22:20-22:30 geen foeragerende vleermuizen boven de waterpartij bij de woonwijk, maar wel bij de speeltuin (gewone dwergvleermuis) 22:30-22:45 foeragerende gewone en ruige dwergvleermuizen tussen de wilgen (donkere deel), bij de vijver bij de kinderboerderij, de vijver bij de woonwijk en onder de bomen tussen het ziekenhuis en de woonwijk
Inventarisatiegegevens 18 juni 2008 Weer: half bewolkt, droog, 15 °C, weinig wind Door: Carolien van der Graaf en Rudy van der Kuil Aanwezig 21:30 uur - 23:30 uur (zon onder 22:03 uur, lantarens aan 22:15) Waarnemingen Tijd (uur) Waarneming 21:30-22:15 geen uitvliegende vleermuizen bij de woningen en geen uitvliegende vleermuizen bij het Zustergebouw 22:18 voorbijvliegende dwergvleermuis in verte, zag ‘m niet 22:18 voorbijvliegende laatvlieger vanaf parkeerplaats richting bos 22:29 voorbijvliegende dwergvleermuis in verte, zag ‘m niet 22:37-22:45 foeragerende dwergvleermuis, was er opeens, foerageert om het huis 22:55 foeragerende dwergvleermuis halverwege Escamplaan 23:00 jagende laatvlieger bij rietoever 23:07 gewone en ruige dwergvleermuis bij vijver kinderboerderij 23:10 voorbijvliegende laatvlieger bij vijver kinderboerderij 23:23 ruige & gewone dwergvleermuizen bij vijver woonwijk en boven het grasveld en 1 foeragerende watervleermuis boven de vijver
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
23
Inventarisatiegegevens 20 augustus 2008 Weer: bewolkt, droog, 15 °C, harde wind met hardere windvlagen (5 á 6) Door: Carolien van der Graaf Aanwezig 21:15 uur - 24:15 uur (zon onder 20:53 uur) Waarnemingen Tijd (uur) Waarneming 21:15-21:45 Foeragerende ruige en gewone dwergvleermuizen boven de vijver bij de woonwijk 21:45-22:00 geen vleermuizen in de woonwijk 22:00-22:15 Heen en weer vliegende en foeragerende gewone dwergvleermuizen langs de bosrand bij de kinderboerderij 22:15-22:30 Foeragerende gewone dwergvleermuizen en een watervleermuis en een laatvlieger boven de vijver bij de kinderboerderij 22:30-22:45 geen baltsende vleermuizen bij de entree aan de Escamplaan 22:45-23:00 Heen en weer vliegende dwergvleermuizen bij het veld met de wilgen en foeragerende dwergvleermuizen onder de wilgen in het park 23:10 Een ringmus in een spechtengat in een wilg op de hoek van het fietspad. 23:00-23:30 Langs het hele fietspad onder de bomen zijn heen en weer vliegende en baltsende gewone dwergvleermuizen hoorbaar 24:00 Foeragerende gewone dwergvleermuis aan de achterzijde van het oogziekenhuis
Inventarisatiegegevens 28 augustus 2008 Weer: bewolkt, droog, 17 °C, matig wind met af en toe hardere windvlagen Door: Carolien van der Graaf en Rudy van der Kuil Aanwezig 21:00 uur - 23:00 uur (zon onder 22:03 uur, lantarens aan 22:15) Waarnemingen Tijd (uur) 21:10 21:15-21:40 21:15-21:40 21:45 22:40-23:50 23:50-23:00 21:00-23:00
Waarneming voorbijvliegende gewone dwergvleermuis (in de verte) achter oude oogziekenhuis geen vleermuizen rond Zustergebouw 3x voorbijvliegende gewone dwergvleermuis bij woonhuis Een ringmus in een spechtengat in een wilg op de hoek van het fietspad. foeragerende gewone en ruige dwergvleermuizen en watervleermuizen boven vijver bij woonwijk foeragerende gewone en ruige dwergvleermuizen en watervleermuizen boven vijver bij kinderboerderij en een voorbijvliegende laatvlieger geen baltsende vleermuizen gehoord
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
24
Inventarisatiegegevens 1 september 2008 Weer: onbewolkt, droog, 15 °C, weinig wind Door: Carolien van der Graaf Aanwezig 2:00 uur - 2:30 uur (zon onder 20:26 uur) Waarnemingen Tijd (uur) 2:00 2:00-2:10 2:10-2:20 2:15 2:20-2:30
2:00-2:30 2:00-2:30
Waarneming Een ringmus in een spechtengat in een wilg op de hoek van het fietspad. foeragerende gewone dwergvleermuizen onder de bomen, waarvan 1 baltsend en heen en weer vliegend op de hoek van het pad foeragerende gewone dwergvleermuizen onder de wilgen in het parkje, waarvan 1 baltsend en heen en weer vliegend geen vleermuizen rond de dode bomen met spechtengaten langs de Escamplaan geen foeragerende of baltsende vleermuizen rond het veldje met de boom met het spechtengat, in de speeltuin en onder de bomen, waarvan 1 baltsend en heen en weer vliegend 2 egels op grasveld achter ziekenhuis en bij het veldje met de boom met het spechtengat. geen baltsende ruige dwergvleermuizen gehoord
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
25
BIJLAGE 3: KAARTEN MET INVENTARISATIEGEGEVENS
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
26
BIJLAGE 4: KAART LICHT EN DONKER IN PLANGEBIED
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
27
BIJLAGE 5: KAART BOMEN EN BOOMHOLTES PLANGEBIED
08/Aqua-Terra Nova568/CG definitieve rapportage,16 september 2008
28