Inspectierapport ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg (KDV) Albardagracht 1 1063 NN AMSTERDAM Registratienummer: 199671667
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 15-10-2015 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 11-12-2015
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
1/11
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
2/11
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 15 oktober 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. In dit onderzoek is naar aanleiding van het risicoprofiel slechts een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht, namelijk de kwaliteitseisen op het gebied van het pedagogisch klimaat, de eisen aan het personeel en aan de beroepskracht-kind-ratio. De kwaliteitseisen die zijn onderzocht staan achter in het rapport vermeld. Aangezien niet alle documenten tijdens het inspectiebezoek konden worden getoond is de leidinggevende in de gelegenheid gesteld deze na te sturen. Hier heeft de leidinggevende gebruik van gemaakt.
Beschouwing Organisatie: Kinderdagverblijf ZigZagZorg is een van de drie locaties van ZigZagZorg B.V. / ZigZag Beheer B.V. Twee van deze locaties zijn gevestigd in Amsterdam, de derde locatie in Hoorn. De organisatie heeft een vierde locatie in Kerkrade, maar deze is geregistreerd onder een andere houder. In de vier kindercentra worden langdurig of chronisch zieke kinderen opgevangen. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om kinderen zonder medische behoeften op te vangen. De directie van de organisatie bestaat uit drie leden en is op het hoofdkantoor gevestigd, in hetzelfde pand waarin ook de locatie in Amsterdam Zuid gevestigd is. De directie stuurt de leidinggevenden van de verschillende locaties aan. De organisatie beschikt over een pedagogisch consulent die op de verschillende locaties komt en advies geeft of meedenkt. Verder is er een vertrouwenspersoon aangesteld. De vertrouwenspersoon heeft een eigen praktijk voor onder andere loopbaanadvies, coaching en training. De organisatie heeft geen klachtencoördinator aangesteld. De organisatie is HKZ-gecertificeerd. Locatie: Deze locatie in Amsterdam Nieuw West is in september 2013 verhuisd en is nu gevestigd in MOC 't Kabouterhuis. Het kindercentrum heeft 16 kindplaatsen en beschikt over twee stamgroepen: een babygroep en een peutergroep. In beide stamgroepen kunnen maximaal acht kinderen worden opgevangen. In de praktijk worden per groep meestal niet meer dan zes of zeven kinderen opgevangen. Door de medische achtergrond van de kinderen zijn er regelmatig kinderen afwezig; soms worden daardoor slechts drie of vier kinderen per groep opgevangen. Het team bestaat uit een groep van beroepskrachten onder wie pedagogisch medewerkers en verpleegkundigen. Dagelijks zijn er per groep zowel een pedagogisch geschoolde beroepskracht als een verpleegkundig geschoolde beroepskracht aanwezig. Er worden daarnaast invalkrachten vanuit de invalpool ingezet. De aansturing van het team ligt bij de leidinggevende. Zij is vier dagen in de week aanwezig.
Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
3/11
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De toezichthouder heeft de pedagogische praktijk geobserveerd gedurende het ochtendprogramma op de peutergroep en de babygroep. De toezichthouder constateert dat de persoonlijke competentie wordt gestimuleerd en dat er voldoende emotionele veiligheid wordt geboden. Op de groepen heerst een rustige sfeer. De beroepskrachten praten over het algemeen rustig en duidelijk met de kinderen. Als de kinderen op de peutergroep 's ochtends aan tafel gaan wensen de beroepskrachten hen goedemorgen en wordt het 'smakelijk eten-liedje' gezongen. De vaste rituelen bieden de kinderen houvast en structuur. Ook wordt de toezichthouder aan de kinderen voorgesteld. De beroepskrachten praten tijdens het eten met de kinderen en ze benoemen hun handelingen. Ook kondigen ze aan wat er gaat gebeuren ('Ik ruim nog even op, daarna kom ik met jullie spelen'). Dit draagt bij aan een voorspelbare situatie. Wanneer een kind boos is blijft de beroepskracht rustig en geduldig en benoemt de reden dat het kind misschien boos is ('Duurt het allemaal te lang voor je?'). Op de peutergroep mogen de kinderen na het eten vrij spelen in de groepsruimte. Er wordt ook met de kinderen gedanst op muziek. Later zit een beroepskracht met een aantal kinderen op de zitzak en zingen ze liedjes. Op de babygroep krijgen de kinderen veel individuele aandacht (er zijn slechts drie kinderen waarvan er één slaapt). Een van de beroepskrachten zit veelal bij de kinderen op de grond. Ze maakt grapjes en praat met de kinderen en stoeit en knuffelt met hen. Ook neemt ze de kinderen op schoot en speelt ze samen met hen met het aanwezige speelgoed. Als de kinderen, terwijl ze zelf spelen of rondkruipen, aandacht vragen door geluiden te maken, reageert de beroepskracht hierop. De beroepskrachten stimuleren de sociale competentie door de kinderen op eenvoudige wijze inzicht te geven in interacties die plaatsvinden op de groep. Wanneer één kind op de babygroep erg druk met zijn handen wappert en meerdere keren tegen een ander kind aan slaat, legt de beroepskracht uit dat het wat rustiger moet doen, omdat het het andere kind zo pijn kan doen. Wanneer een kind op de peutergroep een ander kind pijn doet, wordt het even op een stoel gezet. Terwijl de beroepskracht het andere kind troost legt ze uit dat ze verdrietig is en dat je sorry kunt zeggen om het goed te maken. Gebruikte bronnen: - Observatie op de baby- en peutergroep tussen 9.00 en 10.30 uur.
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
4/11
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Dit is gebaseerd op een steekproef onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden. Passende beroepskwalificatie De vaste beroepskrachten die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Eén van de invalkrachten (een voormalig stagiaire) zit in het vierde leerjaar van de HBO-opleiding SPH en beschikt over een overgangsbewijs voor het vierde leerjaar in combinatie met voldoende werkervaring. Conform de cao kinderopvang voldoet dit. Deze beoordeling is gebaseerd op een steekproef onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in twee stamgroepen. Ieder kind behoort bij één stamgroep. Beide stamgroepen hebben acht kindplaatsen. De groepen worden dagelijks aan het begin en einde van de dag samengevoegd. Het komt niet voor dat kinderen (buiten het samenvoegen om) in een andere stamgroep worden opgevangen. Beroepskracht-kind-ratio Er worden voldoende beroepskrachten op het kindercentrum ingezet. Tijdens het inspectiebezoek worden er in de babygroep drie kinderen opgevangen door twee beroepskrachten en in de peutergroep worden vijf kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Op basis van de presentielijsten van oktober 2015 (week 41 en 42) en de bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat er ook in deze periode voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. Er worden op beide groepen dagelijks niet meer dan zes kinderen opgevangen door twee beroepskrachten of drie kinderen door één beroepskracht. Door de medische achtergrond van de kinderen zijn er regelmatig kinderen afwezig; soms worden er daardoor in totaal slechts drie of vier kinderen op een groep opgevangen. De beroepskrachten worden van 7.30 tot 16.00 uur of van 9.30 tot 18.00 uur ingezet. Er wordt altijd gezorgd dat er een verpleegkundige beroepskracht aanwezig is bij het openen en sluiten van het kindercentrum. De beroepskrachten pauzeren om de beurt dertig minuten in tweetallen tussen 12.30 uur en 13.30 uur. Op woensdag en vrijdag zijn er in totaal drie diensten. De beroepskrachten pauzeren dan om de beurt. Gezien de beroepskracht-kind-ratio die gehanteerd wordt in dit kindercentrum, leidt de eindtijd van de vroege dienst (16.00 uur) niet direct tot een afwijking van de beroepskracht-kind-ratio buiten de toegestane tijdstippen. De beroepskrachten verklaren dat meerdere kinderen om 16.00 uur met de taxi worden opgehaald. Bovendien is gebleken dat er dagelijks kinderen afwezig zijn waardoor er geen sprake is van een volledige bezetting. Hierdoor kan er met de eindtijd van 16.00 uur worden volstaan. De houder dient bij een volledige kindbezetting wel aan te kunnen tonen dat er tussen 16.00 uur en 16.30 uur niet afgeweken wordt van de beroepskracht-kind-ratio. Het komt niet voor dat beroepskrachten alleen in het kindercentrum aanwezig zijn; er wordt dagelijks immers door twee beroepskrachten geopend en gesloten. Daarnaast zijn er altijd medewerkers van MOC 't Kabouterhuis (zoals de receptionist) in het pand aanwezig. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: - Gesprekken met de beroepskrachten/leidinggevende - Steekproef afschriften verklaringen omtrent het gedrag, ontvangen op 28 oktober 2015 - Steekproef afschriften beroepskwalificaties, ontvangen op 28 oktober 2015 - Overzicht inzet beroepskrachten week 41 en 42 (2015) ingezien op de locatie - Presentielijsten week 41 en 42 (2015) ingezien op de locatie - Overgangsbewijs vierde leerjaar SPH
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
5/11
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De beroepskrachten worden op de hoogte gesteld van het veiligheids- en gezondheidsbeleid door middel van werkoverleg en door middel van e-mails. De verschillende protocollen met betrekking tot veiligheid en gezondheid kunnen door de beroepskrachten worden geraadpleegd via het digitale netwerk op een computer op de groep en er hangen een aantal werkinstructies op de groepen. Beroepskrachten worden jaarlijks getoetst of zij op de hoogte zijn van het beleid en de uitvoering. Er worden regelmatig invalkrachten ingezet. De invalkrachten worden via een inwerkprocedure ingewerkt en dienen ook alle protocollen en beleidsstukken te lezen. In de praktijk blijkt dat de beroepskrachten voldoende op de hoogte zijn van het veiligheidsbeleid en het gezondheidsbeleid met betrekking tot de luchtkwaliteit op het kindercentrum, de handhygiëne en het verstrekken van medicatie. - Binnenmilieu De beroepskrachten verklaren dat er gebruik wordt gemaakt van mechanische ventilatie en dat er gelucht wordt middels het openzetten van ramen. Verder wordt de luchtkwaliteit van de verschillende groepsruimtes en slaapruimtes wekelijks gecontroleerd en geregistreerd. Gegevens met betrekking tot de CO2-waardes, de temperatuur en de luchtvochtigheid in alle ruimtes van het kindercentrum worden op een lijst genoteerd. Dit is ook conform het beleid 'luchtverversing' en 'temperatuur- en vochtbalans'. Uit de geregistreerde gegevens blijkt dat de CO2-waardes in de verschillende ruimtes op het kindercentrum goed zijn, namelijk rond de 500 ppm. Uit de geregistreerde gegevens blijkt dat de temperatuur in de groepsruimtes doorgaans rond de 21 graden Celsius is. Dit valt binnen de norm die is beschreven in het beleid 'temperatuur- en vochtbalans'. - Hand- en verschoonhygiëne De beroepskracht verklaart dat hand- en verschoonhygiëne erg belangrijk is bij deze doelgroep. Het beleid met betrekking tot de handhygiëne op het kindercentrum voldoet en de beroepskrachten handelen ernaar. De beroepskrachten wassen hun handen onder andere voor en na voedingshandelingen, verschoonhandelingen en medische handelingen. In sommige gevallen wordt er gebruikgemaakt van handalcohol indien er geen sprake is van zichtbaar vuil op de handen. Dit is een juiste werkwijze en conform het beleid met betrekking tot handhygiëne. Na iedere verschoonbeurt wordt het verschoonkussen gereinigd met allesreiniger. Bij bloed of bloederige diarree wordt het verschoonkussen vervolgens met alcohol gedesinfecteerd. Dit is een juiste werkwijze en conform het beleid met betrekking tot verschoonhygiëne. - Medicatie De beroepskracht verklaart dat het toedienen van medicatie volgens vaste afspraken verloopt. Ouders tekenen onder andere wekelijks het medicatieformulier. Er is sinds kort ook een apotheekformulier aanwezig met daarop alle medicatie die het kind krijgt. Voordat de medicatie wordt toegediend, wordt het etiket gecontroleerd. De hoeveelheid en het soort toe te dienen medicatie wordt gecontroleerd door een collega. Als de medicatie is verstrekt, wordt dit afgetekend. Dit is conform het beleid Richtlijn Medicatieverstrekking. Er is per kind een dossier met alle relevante informatie, waaronder de medische informatie, op de groep. Daarnaast hangen er voedingslijsten en allergielijsten in de keukens. Er is te allen tijde een verpleegkundige beroepskracht aanwezig zodat de kinderen altijd de medische zorg kunnen krijgen die ze nodig hebben. Het verpleegkundig beleid is niet door de toezichthouder beoordeeld. Vierogenprincipe Uit de werkroosters blijkt dat er de hele dag minimaal twee beroepskrachten aanwezig zijn. Twee beroepskrachten openen en sluiten het kindercentrum. Als er op een dag slechts drie beroepskrachten worden ingezet is er één beroepskracht met vroege dienst. In dat geval is de leidinggevende vanaf 7.30 uur aanwezig op het kindercentrum. Het komt ook voor dat, in plaats van de leidinggevende, in de ochtend van 7.30 tot 9.00 uur een extra (verpleegkundige) beroepskracht wordt ingezet totdat de twee beroepskrachten met een late dienst starten. De leidinggevende is drie dagen per week op de locatie aanwezig. De beroepskrachten van beide groepen hebben veel zicht op elkaar. De groepsruimtes grenzen namelijk aan elkaar en zijn verbonden door een deur met raam. Deze deur staat regelmatig open en de beroepskrachten van beide groepen hebben onderling contact. De ruimtes bieden veel transparantie; vanaf de gang is er zicht op de groepen door de ramen in de deuren. Er zitten ook ramen in de deuren van beide slaapkamers. In de slaapkamer van de peutergroep staat een babyfoon en in de slaapkamer van de babygroep staat een beeldbabyfoon met geluidsfunctie. Vanuit de groepen is er via grote ramen direct zicht op de aangrenzende verschoonruimtes en de buitenruimtes. Er wordt door middel van deze maatregelen voldoende uitvoering gegeven aan het vierogenprincipe. Gebruikte bronnen: - Gesprekken met de beroepskrachten - Inspectieonderzoek ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
6/11
- Werkrooster week 41 en 41 (2015) ingezien op de locatie - Document 'Hygiene binnen de (verpleegkundige) kinderzorg' d.d. 25 maart 2014 (waaronder de onderwerpen 'Luchtverversing', 'Temperatuur- en vochtbalans', 'Hygiëne tijdens het verschonen' en 'Handhygiene') ontvangen op 28 oktober 2015 - Richtlijn Medicatieverstrekking d.d. 2 april 2015, ontvangen op 28 oktober 2015
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
7/11
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
8/11
genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
9/11
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg 000018677207 http://www.zigzagzorg.nl 16 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website
: : : : :
Zigzagzorg B.V. Amsteldijk 196 1079 LK AMSTERDAM 34265517 www.zigzagzorg.nl
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. S. Smit
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
15-10-2015 19-11-2015 04-12-2015 11-12-2015 11-12-2015
: 11-12-2015 :
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
10/11
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Voor ieder kind is samenspelen, leren en ontwikkelen belangrijk om op te groeien tot een zelfstandig individu. Dankzij gespecialiseerde medewerkers kunnen kinderen van 0-4 jaar met een (chronische) ziekte of beperking bij Zigzag terecht. Zigzag biedt opvang voor elk kind dat intensieve zorg of een beetje meer aandacht nodig heeft Wij zijn blij te lezen dat ook de GGD ziet dat onze beroepskrachten ervoor zorgen dat we onze kinderen in een veilige en rustige omgeving zoveel als mogelijk begeleiden en stimuleren. We scheppen de voorwaarden voor ouders om te kunnen werken en te ontspannen, terwijl hun kinderen bij ons in een veilige, beschermde omgeving zijn. Op die manier levert Zigzag een bijdrage aan de balans tussen de zorg voor het gezin.
ZigZag Verpleegkundige Kinderzorg - Jaarlijks onderzoek 15-10-2015
11/11