INLEIDING
Hetbes t emmi ngs pl anBui t engebi edv andev oor mal i gegemeent eHummel oenKeppeli s op27j anuar i1998doordegemeent er aadv as t ges t el d.Gedeput eer deSt at env anGel der l andhebbenbi jbes l ui tv an8s ept ember1998-nr .RE98. 18626, hetpl angedeel t el i j k goedgek eur d.Nadeher i ndel i ngmaak tdev oor mal i gegemeent eHummel oenKeppel deelui tv andegemeent eBr onc k hor s t . Degedeel t el i j k egoedk eur i ngv anhetbes t emmi ngs pl anBui t engebi edv andev oor mal i ge gemeent eHummel oenKeppeli saanl ei di ngt othetmak env aneenher z i eni ngal sbedoel di nar t i k el30v andeWetopdeRui mt el i j k eOr deni ng( eenz ogenaamdec or r ec t i ev e her z i eni ng)doordegemeent eBr onc k hor s t .I nv oor l i ggendbes t emmi ngs pl anwor dende gedeel t env andepl ank aar tenv oor s c hr i f t enwaar aangoedk eur i ngi sont houdenher z i en. Tev ensz i j neenaant alt ek or t k omi ngeni nhetv i ger endebes t emmi ngs pl anenr ec ent e v er ander i ngenenont wi k k el i ngeni nhetpl anmeegenomen.
DECORRECTI EVEHERZI ENI NG Dec or r ec t i ev eher z i eni ngbes t aatui teenpl ank aar t ,v oor s c hr i f t enendez et oel i c ht i ng. Opdepl ank aar tz i j nenk eldedoordez ec or r ec t i ev eher z i eni ngaangebr ac ht ewi j z i gi ngen aangegev en.Dev oor s c hr i f t env andec or r ec t i ev eher z i eni nggev ens l ec ht saanwel k e wi j z i gi ngenz i j naangebr ac hti ndev oor s c hr i f t env anhetv as t ges t el debes t emmi ngs pl an Bui t engebi edv andev oor mal i gegemeent eHummel oenKeppel .
|
1 B ES TEMMINGS PLA N B UITENGEB IED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING 2006|
AANLEI DI NG
Wel i s waarz i j ndev oor s c hr i f t enaant emer k enal sv oor s c hr i f t eni ndez i nv anar t i k el10 WRO, maarz ek unnenni etz el f s t andi gdi enenal sj ur i di s c ht oet s i ngs k aderv oorr ui mt el i j k e i ni t i at i ev en.Daar t oedi enenz i jgel ez ent ewor deni ns amenhangmetdev oor s c hr i f t en v anhetbes t emmi ngs pl anBui t engebi ed.Di ti si nar t i k el2v andev oor s c hr i f t env as t gel egd endaar doort ez amenmetdebi jdi tbes t emmi ngs pl anbehor endepl ank aar tj ur i di s c h bi ndend. I ndet oel i c ht i ngv anhetpl anwor dteenv er ant woor di ngv andewi j z i gi ngengegev en. Daar bi ji sz onodi gni euw v as t ges t el dbel ei dv andepr ov i nc i e, v er woor dti nhetSt r eek pl an Gel der l and2005enhetRec ons t r uc t i epl anAc ht er hoek Li emer s , aangehaal d.Ooki sz onodi gaandac htges c honk enaanhetr egi onal ebel ei dv oorher gebr ui kv anv r i j k omende ( agr ar i s c he)bebouwi ngz oal sv er woor di ndenot aFunc t i esz oek enpl aat s enz oek en f unc t i es .
S A B • A RNHEM
OPZET VAN HET PLAN De toelichting bestaat uit 5 hoofdstukken. Na dit inleidende hoofdstuk volgen in de voltoelichting. De wijzigingen als gevolg van het besluit van Gedeputeerde Staten van Gelderland komen aan de orde in hoofdstuk 2 en 3. De wijzigingen als gevolg van de uit-
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2 2006 |
gende hoofdstukken een beschrijving van de aangebrachte wijzigingen voorzien van een
spraak van de Raad van State worden behandeld in hoofdstuk 4en in hoofdstuk 5 tot slot komen de ambtshalve wijzigingen aan de orde.
W I JZ I G I N G E N A L S G E V O L G V A N H E T B E S L U I T V A N G E D E P U T E E R D E S TAT E N V A N 8 S E P T E M B E R 1 9 9 8 (BEDENKINGEN)
bedenki nga Reclamanten zijn van mening dat er onvoldoende rekening wordt gehouden met de hoge waterhuishoudkundige waardering van grote delen van de gemeente, welke volgens het in 1996 vastgesteld provinciale Waterhuishoudingsplan zijn aangewezen als F4- en F5gebied (“ water voor landbouw en kwelafhankelijke land- en waternatuur”en “ waternatuur voor het hoogste ecologische niveau” ). Bescherming van deze gebieden dient in het bestemmingsplan te gebeuren. Het integraal Waterbeheersplan Oost-Gelderland is niet verwerkt in het bestemmingsplan.
GS overwogen daarbij het volgende Op basis van het Waterhuishoudingplan dient te worden gestreefd naar een gerichte invulling van het waterhuishoudkundig sy steem. Daarbij dient bescherming van het bestaande areaal wateren met natuurwaarden als uitgangspunt te dienen. De door de gemeente gekozen wijze om die bescherming te regelen biedt volgens GS onvoldoende garantie dat de waardevolle gebieden voldoende worden beschermd. Voor de gevoelige gebieden zoals die gedefinieerd zijn in het Waterhuishoudingsplan zal een aanlegvergunontbrekende poelen en vennen alsnog op de plankaart worden opgenomen.
|
reactie
SAB•ARNHEM
ningenstelsel moeten worden opgenomen. Tevens moeten de in het voorliggende plan
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
GELDERSE MILIEUFEDERATIE, JANSBUITENSINGEL 14, 6811 ABARNHEM EN STICHTING MILIEUWERKGROEP DE OUDE IJSSELSTREEK, PEPPELENLAAN 11, 7001 CM DOETINCHEM
2006 |
3
Inmiddels is op 15 december 2004 het derde Waterhuishoudingsplan door de provincie Gelderland vastgesteld. Ook in dit waterhuishoudingsplan zijn gebieden aangewezen met eenzelfde functie als in het hiervoor geldende Waterhuishoudingsplan. Namelijk natte landnatuur (FII), beschermingszone natte landnatuur (FIIb), wateren van het hoogste ecologische niveau (FIII-1) en wateren met een specifiek ecologische doelstelling (FIII2). Wateren van het hoogste ecologische niveau komen in het gebied niet voor. Voor de overige gebieden is een aanlegvergunnig opgenomen. Daartoe zijn deze gevoelige gebieden op de plankaart aangegeven met een dubbelbestemming. Het kaartje op de volgende pagina geeft een duidelijk overzicht van de gebieden.
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
4
Tevens zijn de ontbrekende poelen en vennen alsnog op de plankaart opgenomen. Daartoe is alleen de aanduiding “poel of ven” ter plaatse opgenomen.
bedenking b Reclamanten stellen dat in het streekplan ex pliciet staat dat aanleg van een golfterrein binnen Landelijk Gebied A uitgesloten wordt. Het “zoekgebied uitbreiding golfbaan” ligt in het Landelijk Gebied A.
GS overwogen daarbij het volgende Het blijkt te gaan om een vrij geringe uitbreiding van de golfbaan en niet een uitbreiding naar een 18-holes-baan. Omdat er sprake is van een geringere uitbreiding, kan ook het zoekgebied worden verkleind. Gelet hierop wordt goedkeuring onthouden aan een deel van het “zoekgebied uitbreiding golfbaan”. Tevens wordt goedkeuring onthouden aan artikel 34, lid A, onder 3 tweede “”, laatste gedachtestreepje. De omvang van de ontwikkeling dient te worden bijgesteld conform de beoogde geringere uitbreiding.
reactie Het gedeelte op de kaart “ontwikkelingsvisie” waaraan goedkeuring is onthouden is opgenomen in deelgebied 3. De gemeenteraad heeft inmiddels het bestemmingsplan voor de uitbreiding van de Keppelse golfbaan vastgesteld. Het bestemmingsplan is inmiddels ook goedgekeurd en in werking getreden.
Artikel 34, lid A, onder 3 tweede “”, laatste gedachtestreepje is niet opnieuw opgenomen.
bedenking c
de mogelijke omzetting van kampeerfunctie naar recreatiebungalows (verstening).
GS overwogen daarbij het volgende Camping Jena De hier beoogde uitbreiding is in het bestemmingsplan onvoldoende onderbouwd. Om die reden wordt aan deze camping goedkeuring onthouden. Camping De Gr aaf schap De ontwikkeling op dit terrein betreft geen uitbreiding van de capaciteit. De bouw van een dienstwoning betreft een verplaatsing en heeft derhalve geen invloed op de woningbouwcapaciteit. Voor het overige gaat het om het vastleggen van de feitelijke situatie. Deze camping komt derhalve in zijn geheel voor goedkeuring in aanmerking.
reactie Camping Jena De beoogde uitbreiding van deze camping is niet opnieuw opgenomen. Op dit moment kan onvoldoende worden onderbouwd dat deze ontwikkeling binnen de gegeven beleidskaders en regelgeving mogelijk is. Medewerking aan de uitbreiding middels een eventuele partiële herziening zal, indien de initiatiefnemer dit wenst, aan de hand van nadere
Camping De Gr aaf schap Gelet op de overwegingen van GS heeft deze bedenking geen wijziging van het bestemmingsplan tot gevolg.
bedenking d Reclamanten zijn van oordeel dat de mogelijkheid om de bouwpercelen via vrijstelling te vergroten tot 1.5 hectare in strijd is met de grote natuur- en landschappelijke waarden van het gebied. In dat kader geeft het Gelders Milieuplan aan dat bouwpercelen groter dan 1 hectare in natuurgebieden slechts in goed gemotiveerde uitzonderingsgevallen zouden moeten worden toegestaan.
GS overwogen daarbij het volgende De bedenking geeft aanleiding om, met uitsluiting van een tiental agrarische bouwpercelen binnen de bestemming “agrarisch gebied”, aan de agrarische bouwpercelen gelegen binnen 1 kilometer afstand van de in het ARP (Ammoniak Reductie Plan) aangewezen voor verzuring gevoelige gebieden (vvgg), goedkeuring onthouden. Aan de tien agrarische bouwpercelen waaraan geen goedkeuring is onthouden geldt de beperking dat artikel 7 lid 2 sub 2 (bouwperceel overschrijden tot 1.5 hectare) voor deze percelen niet van toepassing is. Ten aanzien van de bouwpercelen waaraan goedkeuring is onthouden binnen zowel de bestemming “agrarisch gebied” als “agrarisch gebied met landschapswaarden” dient een nauwere relatie te bestaan tussen de aanwezige bebouwing en de omvang van het toe te kennen agrarisch bouwperceel. De nuance kan daarbij mogelijk worden gezocht in de
SAB•ARNHEM
|
onderzoeksgegevens worden overwogen.
2006 |
lijk Gebied A en B, en van camping De Graafschap (Landelijk Gebied A) geen recht aan de hoge natuur- en landschapswaarden van het omliggend gebied. Dit geldt tevens voor
5
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
Volgens reclamanten doet uitbreiding van camping Jena, gelegen op de grens van Lande-
gebruiksdoeleinden van bebouwing, waarbij criteria duidelijk zijn verwoord. Uitgaande van deze gedachten kan de gewenste dynamiek in stand blijven. GS is verder van mening dat binnen de 1-km-zone vvgg geen nieuwe bouwpercelen
vallend binnen de zone van 1 km van voor verzuring gevoelig gebied zoals aangewezen
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
1-km-zone. Om die reden wordt aan artikel 33, lid B, sub 1, onder eerste “” voorzover
2006 |
dienen te worden gecreëerd. Deelgebied 1 van de ontwikkelingsvisie ligt deels binnen de 6
in het ARP, niet voor goedkeuring in aanmerking.
reactie De mogelijkheid tot overschrijding van de indicatieve bouwperceelsgrenzen bij recht is vervangen door een vrijstellingsbevoegdheid. De vrijstellingsbevoegdheid biedt de mogelijkheid om per geval na afweging van alle betrokken belangen tot een goed besluit te komen ten aanzien van een overschrijding. De indicatieve grenzen liggen zodanig, dat deze een voorkeursrichting aangeven voor een eventuele uitbreiding van het agrarisch bedrijf, rekening houdend met functies en waarden in de omgeving. Op deze wijze wordt er toch sturing gegeven aan de ruimtelijke belangen en wordt aan de agrarische bedrijven de vereiste flexibiliteit toegekend. De overschrijding van de normatieve bouwperceelsgrenzen is niet langer mogelijk na een vrijstelling, maar daartoe is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. De vorm respectievelijk het oppervlak van het bouwperceel kan dus pas na een wijzigingsprocedure worden veranderd c.q. vergroot. Van deze bevoegdheid kan onder bepaalde in de voorschriften nader omschreven voorwaarden gebruik gemaakt worden. Ten tijde van het opstellen van voorliggende correctieve herziening is de Wet ammoniak en veehouderijen (hierna:Wav) sedert 8 mei 2002 van kracht. Deze wet schrijft voor dat binnen kwetsbare gebieden in een zone van 25 meter daaromheen aanvullen ammoniakregels gelden. Kwetsbare gebieden op grond van de Wav zijn gebieden die deel uitmaken van de ecologische hoofdstructuur en:
onmiddellijk voorafgaand aan het vervallen van de Interimwet ammoniak en veehouderij als voor verzuring gevoelig krachtens artikel 1 van die wet waren aangemerkt of
waarop onmiddellijk voorafgaand aan het vervallen van de Interimwet ammoniak en veehouderij een convenant als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b, van de Uitvoeringsregeling ammoniak en veehouderij van toepassing was, met ingang van het tijdstip waarop het convenant niet meer van toepassing is.
Voor de toepassing hiervan stellen gedeputeerde staten bij besluit vast welke gebieden in hun provincie deel uitmaken van de ecologische hoofdstructuur. Inmiddels is er een besluit genomen door Gedeputeerde Staten van Gelderland aangaande de Gelderse Ecologische Hoofdstructuur als bedoeld in de Wav (Kaart Ecologische Hoofdstructuur zoals bedoeld in de Wet ammoniak en veehouderij behorende bij het besluit van gedeputeerde Staten van Gelderland van 9 mei 2006). Op grond van dit besluit is vastgesteld welke gebieden tot de EHS behoren. De kaart op de volgende pagina geeft een beeld van voor verzuring gevoelige gebieden binnen de gemeente Bronckhorst welke zijn gelegen binnen de EHS en derhalve als kwetsbaar zijn aan te merken in de zin van de Wav. De agrarische bouwpercelen waaraan goedkeuring is onthouden en welke zijn gelegen buiten deze gebieden zijn ongewijzigd opnieuw opgenomen. Bij de agrarische bouwpercelen waaraan goedkeuring is onthouden en welke zijn gelegen binnen deze gebieden, is
bij het opnieuw toekennen van het agrarisch bouwperceel rekening gehouden met de aanwezige bebouwing. Verder is rekening gehouden met de bebouwbare ruimte die voor een normale rendabele bedrijfsvoering nodig is. Getracht is maatwerk te leveren. Het Streekplan Gelderland 2005 geeft geen nadere eisen ten aanzien van de grootte van een
wordt voor de intensieve veehouderij maximaal 1 ha groot mag zijn. De bebouwing ten behoeve van de intensieve veehouderij kan uitgebreid worden met 10% zonder het aantal dierplaatsen te vergroten. Agrarische bouwpercelen voor intensieve veehouderij die reeds groter zijn dan 1 ha worden in de bestaande omvang gerespecteerd. Voor extensiveringsgebied geldt dat voor de intensieve veehouderij de bebouwing uitgebreid kan worden met 10% zonder het aantal dierplaatsen te vergroten. Het agrarisch bouwperceel kan daarmee wel groter zijn dan de bestaande bebouwing ten behoeve van de intensieve veehouderijtak om dat deel te gebruiken voor andere agrarische activiteiten als een akkerbouwbedrijf. Artikel 33, lid B, sub 1, onder eerste “” wordt gewijzigd opgenomen, in die zin dat de wijzigingsbevoegdheid niet kan worden uitgeoefend binnen de kwetsbare gebieden en een zonering van 250 m rond deze gebieden als aangegeven op de Kaart Ecologische Hoofdstructuur zoals bedoeld in de Wet ammoniak en veehouderij behorende bij het besluit van gedeputeerde Staten van Gelderland van 9 mei 2006.
bedenking e Reclamanten merken op dat (ten opzichte van het ontwerpplan) op de plankaart ten zuiden van de Oude IJssel, bij de Jonker Emielweg, een deel van het natuurgebied van
GS overwogen daarbij het volgende Het gaat om een deel van het gebied, gelegen ten westen van de hoek Jonker Emielweg/ Slondeweg. Eerder is al aangegeven dat in het voorliggende plan de ontbrekende poelen en vennen alsnog op de plankaart moeten worden opgenomen. Genoemd gebied zal daarin meegenomen moeten worden.
reactie De wijziging tussen het ontwerpplan en het vastgestelde bestemmingsplan, heeft te maken met de uitkomst van het onderzoek naar de feitelijke situatie ter plaatse. Zoals uit onderstaande luchtfoto blijkt, zijn de gronden in het vastgestelde bestemmingsplan overeenkomstig de feitelijke situatie bestemd. Om die reden is dit gebied niet in deze correctieve herziening meegenomen, het bestemmingsplan blijft ter plaatse ongewijzigd. De poel, gelegen in het natuurgebied ten oosten van de Jonker Emielweg, is wel op de plankaart opgenomen middels de aanduiding “poel of ven”.
SAB•ARNHEM
|
de kaart is verwijderd.
2006 |
maximale maten ten aanzien van intensieve veehouderij op een agrarisch bouwperceel. Voor verwevingsgebied geldt dat een agrarisch bouwperceel voor het deel dat gebruikt
7
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
agrarisch bouwperceel. Het Reconstructieplan Achterhoek-Liemers daarentegen geeft
bedenking f Reclamanten menen dat de aanlegvergunningen beter zijn te toetsen wanneer de codes, genoemd op de landschapswaarderingskaart, tevens op de plankaart staan aangegeven. De huidige landschapswaarderingskaart vermeld geen “v” voor deelgebied 1. Dit is niet in overeenstemming met het F4- en F5 gebied.
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
8
GS overwogen daarbij het volgende In de voorschriften wordt verwezen naar de landschapswaarderingskaart en de daarop aangegeven codes. GS is van mening dat deze werkwijze een goede toetsing van aanlegvergunningen niet in de weg staat. Voor het ontbreken van de code “v” voor deelgebied 1 wordt erop gewezen in het voorliggende plan de ontbrekende poelen en vennen alsnog op de plankaart moeten worden opgenomen.
reactie De ontbrekende poelen en vennen zijn op de plankaart opgenomen middels het opnemen van de aanduiding “poel of ven” op de plankaart.
bedenking g Reclamanten constateren dat op de vastgestelde plankaart -in tegenstelling tot op de ontwerpkaart- midden in de Ulenplas, gesitueerd in Landelijk Gebied A, een theekoepel staat vermeld. Daarnaast is in artikel 14 een vrijstellingsmogelijkheid toegevoegd inzake een 20 meter hoge silo bij de diervoederfabriek.
GS overwogen daarbij het volgende t heekoepel Blijkens de planvoorschriften is de maximale oppervlakte van de theekoepel 10 m2. Bovendien heeft het betreffende bouwwerk geen publieksfunctie en heeft het een directe
Voor wat betreft de bedenking met betrekking tot de silo bij de diervoederfabriek, verwijst GS naar het door haar gestelde onder “planbeoordeling”. Daar heeft GS ten aanzien van de silo niet geoordeeld dat aan deze vrijstellingsbepaling goedkeuring zou moeten worden onthouden. Ook in de beslissing is dit niet weergegeven. Ten aanzien van dit aspect wordt het bestemmingsplan dan ook niet herzien.
reactie t heekoepelen sil o Nu aan beide bepalingen geen goedkeuring is onthouden, heeft de bedenking geen herziening van het bestemmingsplan tot gevolg.
MAATSCHAP WINKELHORST, OUDE ZUTPHENSEWEG 13, 6997 CG HOOG-KEPPEL
bedenkingen De bedenkingen zijn gericht tegen de wijzigingsbevoegdheid om in deelgebied 3 de bestemming “agrarisch gebied met landschapswaarden” om te zetten in “sportvoorzieningen”, ten behoeve van de uitbreiding van de golfbaan. Het landbouwbedrijf van reclamante ligt in het gebied dat is aangewezen als “zoekgebied uitbreiding golfbaan”. Reclamante vreest dat de ontwikkeling en voortzetting van haar bedrijf in geding komt door deze wijzigingsbevoegdheid. Reclamante is niet overtuigd dat de voorschriften voldoende bescherming bieden aan bestaande functies, wanneer initiatieven worden ontplooid om tot uitbreiding van de golfbaan te komen.
GS overwogen daarbij het volgende Het blijkt te gaan om een vrij geringe uitbreiding van de golfbaan en niet een uitbreiding naar een 18-holes-baan. Omdat er sprake is van een geringere uitbreiding, kan ook het zoekgebied worden verkleind. Gelet hierop wordt goedkeuring onthouden aan een deel van het “zoekgebied uitbreiding golfbaan”. Tevens wordt goedkeuring onthouden aan artikel 34, lid A, onder 3 tweede “”, laatste gedachtestreepje. De omvang van de ontwikkeling dient te worden bijgesteld conform de beoogde geringere uitbreiding.
reactie Het gedeelte op de kaart “ontwikkelingsvisie” waaraan goedkeuring is onthouden is opgenomen in deelgebied 3. De gemeenteraad heeft inmiddels het bestemmingsplan voor de uitbreiding van de Keppelse golfbaan vastgesteld. Het bestemmingsplan is inmiddels ook goedgekeurd en in werking getreden. Artikel 34, lid A, onder 3 tweede “”, laatste gedachtestreepje is niet opnieuw opgenomen.
2006 | BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
sil o
|
denbouwkundige bedenkingen, zodat hieraan geen goedkeuring wordt onthouden.
9
SAB•ARNHEM
relatie met het nabijgelegen landgoed. Tegen deze theekoepel zijn vanuit GS geen ste-
ADVOCAAT H. RAVENSHORST, IJSSELKADE 26A, 7201 HD ZUTPHEN, NAMENS DE HEER J.H.A. HUIJINK, ROZEGAARDERWEG 17, 6999 DW HUMMELO
bedenkingen
10 2006 |
De bedenkingen richten zich tegen de mogelijkheid voor hondendressuur in de Kruisbergse bossen en de mogelijkheid een gebouwtje op te richten ten dienste van deze ge-
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
bruiksmogelijkheid. Reclamant is van mening dat er geen recht wordt gedaan aan de belangen betreffende:
ongestoord woon- en leefgenot van omwonenden;
vrije doorgang over een tot nu toe openbare zandweg;
natuurbehoud en -bescherming.
GS overwogen daarbij het volgende Het blijkt dat alvorens over te gaan tot het bestemmen van de hondendressuurterrein de gemeente lange tijd op zoek is geweest naar een alternatieve locatie. Deze was echter niet voorhanden. Tevens is via een gebruiksovereenkomst voorzien in beperkende maatregelen ten aanzien van het gebruik. De in deze overeenkomst opgenomen voorwaarden bieden naar onze mening voldoende waarborgen. Er wordt derhalve aan het gebruik van deze gronden en de bijbehorende voorschriften geen goedkeuring onthouden. Wel is GS van mening dat de gemeente in het kader van de herziening als bedoeld in artikel 30 WRO, de ruimtelijk relevante criteria in het planvoorschrift dient op te nemen.
reactie De gronden die in deze correctieve herziening worden bestemd tot hondendressuurterrein zijn aangepast op het besluit aanwijzing terrein artikel 5.4.1, lid 2 APV d.d. 7 sep-
|
tember 2004. De gronden die in het bestemmingsplan Buitengebied van de voormalige
SAB•ARNHEM
gemeente Hummelo en Keppel waren bestemd voor de hondendressuur, zijn thans opgenomen als bouwblok. Hierbinnen vallen de bestaande gebouwen behorende bij het hondendressuurterrein. De in door GS bedoelde overeenkomst c.q. het aanwijzingsbesluit in de zin van de APV, zijn geen criteria opgenomen met een ruimtelijke relevantie die kunnen worden opgenomen in het bestemmingsplan. Het gaat hier over bijvoorbeeld de gebruikstijden en de wijze waarop de lichtmasten geplaatst moeten worden. Wel is in de voorschriften een regeling opgenomen met betrekking tot de hoogte van de lichtmasten. Op een oefenveld mogen deze maximaal 10 m hoog en op de stelbaan maximaal 7 m hoog worden. Zie ook hoofdstuk 4 van deze toelichting onder “beroep J.H.A. Huijink”.
RENTMEESTERSKANTOOR WITTE B.V., NAMENS MEVROUW BARONES VAN BOETZELAER-BARONES VAN PALLANDT, MEESTER C.W.J. BARON VAN BOETZELAER EN B.V. LANDGOED ’T MULRA De namens mevrouw Barones Van Boetzelaer-Barones Van Pallandt en meester C.W.J. Baron van Boetzelaer ingebrachte bedenkingen hebben geen wijziging van het bestemmingsplan tot gevolg.
STICHTING RECHTSBIJSTAND, POSTBUS 77, 8000 AB ZWOLLE, NAMENS DE HEER H.M.A. WEIJERMARS, RIJKSWEG 99, 6999 EA HUMMELO De namens de heer H.M.A. Weijermars ingebrachte bedenkingen hebben geen wijziging
De namens Villa Johanna B.V. ingebrachte bedenkingen hebben geen wijziging van het bestemmingsplan tot gevolg.
2006 | BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
E.E.M.J. VAN DEN ENDE, POSTBUS 85250, 3508 AG UTRECHT, NAMENS VILLA JOHANNA B.V., SLIEKSTRAAT 1A, 6999 DXHUMMELO
|
11
SAB•ARNHEM
van het bestemmingsplan tot gevolg.
WIJ ZIG IN GEN ALS GEVOLG VAN HET BESLUIT VAN G E D E P U T E E R D E S TAT E N V A N 8 S E P T E M B E R 1 9 9 8 (PLANBEOORDELING)
ALGEMEEN
landgoed Torenallee/Zomerweg Het terrein gelegen op de hoek van de Torenallee en de Zomerweg is bestemd tot “landhuis” in de bestemmingscategorie 2. Volgens deze bestemming is realisering van een nieuw landgoed mogelijk op een locatie waar thans geen bebouwing aanwezig is. Het Streekplan biedt mogelijkheden om tot oprichting van nieuwe landgoederen te komen. In dergelijke gevallen is het echter van belang dat duidelijk wordt gemaakt hoe door middel van een nieuw landgoed invulling kan worden gegeven aan een kwaliteitsimpuls voor het landelijk gebied. Uit het voorliggende bestemmingsplan blijkt op geen enkele wijze hoe het nieuwe landgoed er uit zou moeten zien. Het gaat dan om aspecten als vormgeving (architectuur, omvang en landgoedstructuur) en te realiseren nieuwe kwaliteiten met betrekking tot natuur en landschap. Een dergelijke nieuwe bestemming vraagt eveneens een analyse van de milieuconsequenties voor de omliggende agrarische bedrijven. Het bestemmingsplan biedt onvoldoende inzicht om de invulling van het landgoed aan het streekplanbeleid te kunnen toetsen. Het “landhuis La 2” dient derhalve buiten de goedkeuring te blijven.
reactie Het terrein is opgenomen bij de omliggende agrarische bestemming “agrarisch gebied met landschapswaarden”.
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
12
bodem Ieder bestemmingsplan dient vergezeld te gaan van een bodemonderzoek. Omdat het onderhavige plan een integrale herziening van het buitengebied betreft en deze in hoofdzaak strekt tot actualisering kan hier een nuancering op worden aangebracht. Echter er zijn binnen het plangebied een aantal locaties met (een vermoeden van) ernstige bodemverontreiniging. Met dit gegeven is ten onrechte in het kader van de totstandkoming van het voorliggende plan niets gedaan. In de beslissing heeft GS aan de plandelen, zoals met een punt aangegeven op de bij het besluit behorende kaart, goedkeuring onthouden. Aan de navolgende vier locaties wordt derhalve goedkeuring onthouden: 3912 Zelhemseweg 3 Hummelo; 3915 Rijksweg Drempt; 7342 Ruurlose Allee Laag-Keppel; 10502 H. Remmelinkweg 15 Drempt.
reactie Zelhemseweg 3 Hummelo De locatie was verdacht, omdat het gezien werd als voormalige stortplaats. Tijdens historisch onderzoek door De Straat in opdracht van de provincie Gelderland is op of in de directe nabijheid van de locatie geen melding over een stortplaats gevonden. De locatie is van de VOS-lijst afgevoerd. Er is dan ook geen reden meer aan te nemen dat het hier een verdachte locatie betreft. Het perceel is opnieuw en ongewijzigd opgenomen.
Rijksweg achter nr. 4 Drempt Dit is een voormalige stortplaats. De provincie Gelderland heeft in de afgelopen jaren drie maal een grondwatermonitoring uitgevoerd. De verontreiniging die daarbij is gevonden vormt nauwelijks een belemmering voor het gebruik van de locatie. De resultaten geven
in de deklaag een lichte verhoging ten opzichte van de streefwaarde van de geanalyseerde stoffen voorkomt. Ook deze resultaten geven vooralsnog geen aanleiding op dit moment maatregelen te nemen. De verontreiniging staat het gebruik dat thans van het perceel niet in de weg. Het perceel is derhalve opnieuw en ongewijzigd opgenomen. Ruurlose-Allee Laag-Keppel Dit is een voormalige stortplaats. De provincie Gelderland heeft in de afgelopen jaren een aantal malen een grondwatermonitoring uitgevoerd. Uit de verrichte analyses van de grondwatermonsters blijkt, zoals aangegeven is in bovenstaande tabel, dat het grondwater ter plaatse alleen licht is verontreinigd met een of meerdere stoffen. Omdat hier slechts lichte verhogingen ten opzichte van de streefwaarde zijn aangetroffen, geven deze resultaten geen aanleiding op dit moment maatregelen te nemen. Daarnaast heeft een deklaagonderzoek plaatsgevonden. Uit de analyseresultaten van dit onderzoek blijkt dat de deklaag ter plaatse (zeer) sterk verontreinigd is met een of meerdere geanalyseerde stoffen. Nader onderzoek is gewenst. Door de provincie is verder geconcludeerd dat uit onderzoek blijkt dat de dikte van de deklaag meer dan 50 cm bedraagt en daarmee voldoet aan het diktecriterium voor de functie extensief gebruikt openbaar groen. Derhalve is het perceel opnieuw en ongewijzigd opgenomen.
Het verkennend bodemonderzoek van 22 augustus 1996 concludeert dat er nader onderzoek nodig is naar verontreiniging met minerale olie en vluchtige aromaten. Dat nader onderzoek is uitgevoerd door De Klinker Milieu Adviesbureau en heeft geresulteerd in een rapportage van 15 december 2005. Het onderzoek wordt als bijlage bij het bestemmingsplan gevoegd. Dit onderzoek was gericht op verificatie van de verontreinigingen welke zijn aangetroffen ten tijde van het verkennend bodemonderzoek. Ter plaatse van de bedrijfsruimte (voormalige nieuwbouwlocatie) is geconcludeerd dat geen verhoogd gehalte aan nikkel is aangetroffen. Ter plaatse van de ondergrondse dieseltank blijkt de ondergrond op één locatie de ondergrond licht verontreinigd te zijn met minerale olie. De huidige onderzoeksresultaten geven geen aanleiding tot de uitvoer van een aanvullend nader bodemonderzoek. Wel zal bij het vrijkomen van deze grond er rekening mee worden gehouden dat deze niet geschikt is voor onbeperkt hergebruik. Het perceel is opnieuw en ongewijzigd opgenomen.
niet-agrarische bedrij ven In het voorliggende plan wordt op grond van artikel 13 lid 1 sub d vestiging van bedrijven mogelijk gemaakt die zijn opgenomen in “bijlage 1, mits het geen publieksaantrekkende functie betreft, alsmede voor het behoud en herstel van de aanwezige landschappelijke waarden en natuurlijke waarden”. Bijlage 1 bevat bedrijven die niet in overeenstemming te brengen zijn met de beperkende voorwaarde in het betreffende artikellid. Tevens bevat de lijst bedrijven die niet passen bij het cultuur-historische belang en het belang om het complex ’ t Mulra te behouden.
SAB•ARNHEM
|
H. Remmelinkweg 15 Drempt
2006 |
deklaagonderzoek plaatsgevonden. Uit de analyseresultaten van dit onderzoek blijkt dat
13
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
vooralsnog geen aanleiding op dit moment maatregelen te nemen. Daarnaast heeft een
Artikel 14 lid 1 sub b, bestemmingcategorie IIa, maakt vestiging van niet-agrarische bedrijven mogelijk zoals opgenomen in de “lijst niet-agrarische bedrijven” zoals opgenomen in bijlage 1. Eén perceel, gelegen aan de Zomerweg, valt in deze bestemmingscate-
2006 |
dien dit niet mogelijk blijkt gaat de voorkeur uit naar amoveren. Niet te amoveren befunctieverandering tot gevolg heeft. Daarbij wordt een aantal uitgangspunten gehan-
SAB•ARNHEM
|
planbeleid gaat de voorkeur uit naar specifiek bestemmen van het huidige gebruik. In-
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
gorie. Uit de toelichting blijkt dat het een oude meelfabriek betreft. Volgens het streek14
bouwing die zijn oorspronkelijke functie verliest, kan worden hergebruikt ook als dit teerd. De uitgangspunten betreffen de passendheid in de omgeving, milieubelasting, verkeersaantrekkende werking, uitbreiding en vervanging van bestaande bebouwing, monumentale waarden bebouwing en belemmering van de ontwikkelingsmogelijkheden van bestaande agrarische bedrijven. Het bestemmingsplan geeft geen inzicht in de wijze waarop de uitgangspunten zijn betrokken bij het opstellen van de “lijst niet-agrarische bedrijven”. Bovenstaande leidt tot de conclusie dat aan artikelen 13, lid 1, sub d en artikel 14, lid 1, sub b goedkeuring wordt onthouden.
reactie artikel 13 lid 1 sub d De in bijlage 1 “lijst niet-agrarische bedrijven” genoemde bedrijven zijn getoetst aan de navolgende voorwaarden:
het ontbreken van een publieksaantrekkende functie;
te verenigen met behoud en herstel van de aanwezige landschappelijke en natuurlijke waarden; passend bij het cultuurhistorisch belang en het belang om het complex “’t Mulra” te behouden.
De bedrijven die niet aan de drie voorwaarden voldoen, zijn uitgesloten voor toepassing in artikel 13 lid 1 sub d. Verder zijn binnen dit artikel de voorwaarden, die overigens ook een nadere afweging inhouden, niet opnieuw opgenomen. artikel 14 lid 1 sub b Met de bestemmingscategorie II had GS geen problemen. Gelet op de motivering van het besluit was het in principe niet de bedoeling ook aan dit gedeelte goedkeuring te onthouden. Artikel 14 lid 1 sub b bestemmingscategorie II is opnieuw opgenomen. Op de percelen waaraan deze bestemming is toegekend, zijn nog immer bedrijven gevestigd die binnen deze categorie vallen. De zinsnede “in de bestemmingscategorie IIa: bedrijven zoals bedoeld in de Lijst van niet-agrarische bedrijven zoals opgenomen in bijlage 1” is niet opnieuw opgenomen. Het bedrijf aan de Zomerweg 54, waaraan de bestemmingscategorie IIa was toegekend, wordt bestemd tot categorie II. Toegestaan is derhalve het bedrijf zoals deze ter plaatse gevestigd is op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het voorliggend bestemmingsplan, zijnde een loodgieters- en installatiebedrijf. Op grond van de regionale nota over hergebruik van vrijkomende (agrarische) bebouwing “Functies zoeken plaatsen zoeken functies” wordt de mogelijkheid geboden om bedrijfsactiviteiten te ontplooien op locaties waar nu geen bedrijfsbestemming aanwezig is. Door hergebruik van vrijkomende bebouwing kunnen karakteristieke panden behouden blijven. Hergebruik moet leiden tot een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. De nota geeft echter ook beleid voor bestaande niet-agrarische bedrijven in het buitenge-
bied. De uitbreidingsmogelijkheden die hierin genoemd worden zijn groter dan het bestemmingsplan Buitengebied toestaat. Op grond van de nota Functies zoeken plaatsen zoeken functies bestaan er mogelijkheden om maatwerk, bij in ontwikkeling zijnde bedrijven, te leveren.
de voorschriften is via een vrijstellingsbevoegdheid de bouw van silo’s met een maximale hoogte van 20 meter mogelijk gemaakt. In het bestemmingsplan ontbreekt een onderbouwing omtrent de noodzaak en effecten op de omgeving van deze forse uitbreiding is, gelet op de volgens het Streekplan gewenste terughoudendheid met betrekking tot nietagrarische bedrijven in het buitengebied, niet te beoordelen. Tevens is niet vereist dat een bodemonderzoek wordt bijgevoegd. Op grond van het voorliggende plan kan de uitbreiding van het diervoederbedrijf niet voor goedkeuring in aanmerking komen.
reactie zie hoofdstuk 4 onder “beroep Garretsen”.
"! #
VOORSCHRIFTEN
artikel 3, lid 4 en lid 5 Hierin wordt bepaald dat via een vrijstelling bijgebouwen zijn toegestaan met een oppervlakte van 100 m2 (lid 4) dan wel 150 m2 (lid 5). Ten aanzien van bijgebouwen is in de Nota Handreiking Bestemmingsplannen aangegeven een maat van 50 m2 aan te houden, eventueel met vrijstelling tot maximaal 75 m2. GS acht dit vooralsnog voldoende. Een vrijstellingsbevoegdheid ten behoeve van het oprichten van en gebouw met een oppervlakte van maximaal 100 m2 dan wel 150 m2 is strijdig met het provinciaal beleid terzake. Artikel 3 lid 4 en lid 5 kunnen dan ook niet voor goedkeuring in aanmerking komen.
reactie De leden 4 en 5 van artikel 3 worden niet opnieuw opgenomen.
artikel 4 lid 1 Hierin wordt bepaald dat vrijkomende agrarische bebouwing gebruikt mag worden voor niet-agrarische bewoning. Deze gebruiksbepaling houdt in, dat alle vrijkomende bebouwing -na beëindiging van een agrarisch bedrijf- voor bewoning in aanmerking komt. Deze bepaling biedt te ruime mogelijkheden en dient beperkt te worden in die zin dat alleen woonbebouwing voor bewoning in aanmerking komt. Artikel 4 lid 1 komt dan ook niet voor goedkeuring in aanmerking.
reactie In artikel 4 lid 1 is in de eerste zin de algemene gebruiksbepaling opgenomen. In de tweede zin is daarop een uitzondering geformuleerd voor het gebruik van vrijkomende agrarische bebouwing voor niet-agrarische bewoning. Deze zin wordt niet opnieuw opgenomen. De algemene gebruiksbepaling wel.
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
aan de Molenweg. Het bedrijf krijgt mogelijkheden om te groeien van circa 0.7 hectare tot een omvang van 2,5 hectare. Het maximale bebouwingspercentage bedraagt 50. In
|
Het bestemmingsplan biedt forse uitbreidingsmogelijkheden aan het diervoederbedrijf
SAB•ARNHEM
uitbreiding bedrijf aan de Molenweg
2006 |
15
artikel 11, lid 2 sub f en sub g De bestemmingscategorieën “Vo1” en “Vo 2” uit de voorschriften komen niet overeen met de aanduiding op de plankaart (Vo). Bovendien is de tribune volgens de bouwvoorschriften onder g alleen beperkt in hoogte. Deze omissie heeft echter nauwelijks ruimte-
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
16
lijke gevolgen. Om die reden wordt er geen goedkeuring onthouden. Wel wordt erop gewezen dat bij de planherziening als bedoeld in artikel 30 WRO de plankaart en de voorschriften zodanig dienen te worden aangepast, dat de aanduiding op de kaart overeenkomst met de voorschriften en dat de tribunes beperkt worden in afmeting.
reactie De plankaart is zodanig aangepast, dat de aanduiding op de kaart overeenkomt met de voorschriften. Verder zijn de tribunes beperkt in afmeting door een maximale oppervlakte van 175 m2 op te nemen.
artikel 25 lid 3 Hierin wordt bepaald dat burgemeester en wethouders pas na horen van de leidingbeheerder vrijstelling kunnen verlenen voor het oprichten van bebouwing binnen de zone ter bescherming van de aardgasleiding. Het horen van de leidingbeheerder geldt niet voor het oprichten van agrarische bebouwing. Uit het plan blijkt niet waarom agrarische bebouwing is onderscheiden van andere soorten bebouwing. GS is van oordeel dat voor elke vorm van bebouwing de leidingbeheerder gehoord dient te worden. Om die reden komt van artikel 25 lid 3 de zinsnede “tenzij er sprake is van het oprichten van agrarische bebouwing” niet voor goedkeuring in aanmerking.
reactie De zinsnede “tenzij er sprake is van het oprichten van agrarische bebouwing” wordt niet opnieuw opgenomen.
artikel 28 lid 2 Hierin wordt bepaald dat burgemeester en wethouders vrijstelling kunnen verlenen voor bouwen van geluidgevoelige bebouwing binnen de in het akoestisch onderzoek aangegeven 50 dB(A)-zone. GS is van mening dat akoestische aspecten geregeld moeten zijn conform de Wet geluidhinder voordat het bestemmingsplan is vastgesteld. Eventuele afwijkingen ten opzichte van de bij het onderhavige plan behorende akoestische onderzoek dienen geregeld te worden via een (partiële) planherziening. Derhalve kan artikel 28 lid 2 niet voor goedkeuring in aanmerking komen.
reactie Artikel 28 lid 2 wordt niet opnieuw in het plan opgenomen.
artikel 33, lid B 2, 5e “” en artikel 33 lid B 3, 4e “” Noch in artikel 33, lid B 2, 5e “”, noch in de begripsbepalingen is het begrip “horecabedrijf” nader omschreven. Hierdoor zou het ook mogelijk zijn om grote discotheken of andere horecafuncties met een grote verkeersaantrekkende werking in het buitengebied te vestigen. Omdat het betreffende voorschrift daarnaast onvoldoende objectieve criteria bevat om ook overigens een met het streekplan strijdige situatie te voorkomen, wordt artikel 33, lid B 2, 5e “” te ruim van opzet gevonden.
Voor wat betreft artikel 33 lid B 3, 4e “” wordt het volgende opgemerkt. Bij de omzetting van de bestemming in de functie recreatieve woonverblijven is permanente bewoning niet uitgesloten. Ook zijn er voor het overige geen criteria opgenomen welke strijdigheid met het streekplan voorkomen.
Artikel 33, lid B 2, 5e “” en artikel 33 lid B 3, 4e “” worden niet opnieuw opgenomen.
2006 | BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
reactie
|
onthouden.
17
SAB•ARNHEM
Derhalve wordt aan artikel 33, lid B 2, 5e “” en artikel 33 lid B 3, 4e “” goedkeuring
$
Op 5 september 2001 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in het geding tussen:
%
E.M.C. Gravin van Rechteren Limpurg, wonende te Dalfsen;
&
de Gelderse Milieufederatie, gevestigd te Arnhem, e.a.;
'
de gemeenteraad van Hummelo en Keppel;
(
de gewestelijke Land- en Tuinbouw Organisatie Zuid Midden Oost (hierna: GLTO), gevestigd te Deventer;
)
J.H.A. Huijink, wonend te Hummelo;
*
B.A.J. Hakvoort, wonend te Drempt;
+ ,
A.R.E.L. Graaf van Rechteren Limpurg, wonend te Hummelo; de vennootschap onder firma Garretsen (hierna: Garretsen), gevestigd te Drempt;
appellanten, en Gedeputeerde Staten van Gelderland, verweerders. In deze uitspraak verklaarde de Afdeling Bestuursrechtspraak de ingestelde beroepen deels gegrond en deels ongegrond. Zij vernietigde in haar uitspraak het besluit van GS op de volgende onderdelen.
beroep Garretsen Het besluit van GS wordt voor wat betreft de onthouding van goedkeuring aan het plandeel met de bestemming “Bedrijfsbebouwing” en de bestemmingscategorie II voorzover
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
18
WIJ ZIG IN GEN ALS GEVOLG VAN DE U ITSPRAAK VAN DE AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VAN DE RAAD V A N S TAT E V A N 5 S E P T E M B E R 2 0 0 1
gelegen aan de Molenweg 38 te Achter-Drempt (diervoerderbedrijf) vernietigd. De Afdeling ziet aanleiding zelf in de zaak te voorzien en goedkeuring te onthouden aan het plandeel met de bestemming “Bedrijfsbebouwing” en de bestemmingscategorie II voor zover gelegen aan de Molenweg (diervoerderbedrijf). Niet ten onrechte heeft GS zich op het standpunt gesteld dat de noodzaak van de beoogde uitbreiding en de effecten hiervan op de omgeving door hen niet inhoudelijk kunnen worden beoordeeld, nu een daartoe strekkend onderzoek van gemeentewege niet heeft plaatsgevonden. Uit het feit dat het besluit is genomen zonder nader onderzoek te hebben verricht naar de mogelijkheid van verplaatsing naar een bedrijventerrein volgt dat het besluit tot toekenning van de bestemming “Bedrijfsbebouwing” en de bestemmingscategorie II in strijd is met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid. Er is niet ten onrechte geen bodemonderzoek uitgevoerd, gelet op het feit dat voor het perceel geen vermoeden van bodemverontreiniging bestaat.
reactie De behoefte aan uitbreiding van het diervoederbedrijf speelt op dit moment niet. Om die reden is het gedeelte van het perceel waaraan goedkeuring is onthouden, in deze correctieve herziening bestemd overeenkomstig het ontwerp van het bestemmingsplan Buitengebied uit 1997. De mogelijkheden tot uitbreiding worden daardoor beperkt en afgestemd op de huidige situatie. Voor wat betreft de bebouwde oppervlakte zijn de op het moment van de terinzagelegging van het ontwerpplan bestaande bedrijfsgebouwen toegestaan.
beroep Gelderse Milieufederatie e.a. In het besluit van GS is overwogen dat aan bouwpercelen in plandelen met de bestemmingen “Agrarisch gebied” en “Agrarisch gebied met landschapswaarden” goedkeuring moet worden onthouden, omdat de in het plan voorziene uitbreidingen te omvangrijk
De Afdeling ziet aanleiding zelf in de zaak te voorzien en goedkeuring te onthouden aan deze plandelen.
reactie Zie de reactie op de bedenking d van de Gelderse Milieufederatie in paragraaf 2.1.
beroep J.H.A. Huijink Het beroep richt zich tegen het besluit van GS waarbij goedkeuring is verleend aan het plandeel met de bestemming “Bos en natuurgebied” bestemming “B” (bos) en de aanduiding “Hd” (hondendressuur) voor het perceel aan de Rozegaarderweg. De Afdeling is van oordeel dat een akoestisch onderzoek om te bepalen in welke mate het woon- en leefklimaat van appellant wordt aangetast, niet kan worden gemist. Blijkens de stukken is er bij het opstellen van het plan geen akoestisch onderzoek uitgevoerd. Een verwijzing van de gemeenteraad naar de VNG-Brochure Bedrijven en Milieuzonering, waar een afstand van 50 m wordt aanbevolen, kan hier niet voor in de plaats treden. Immers, deze brochure bevat richtlijnen en ontslaat het gemeentebestuur niet van de verplichting rekening te houden met de specifieke omstandigheden van het geval. Het bestreden besluit wordt derhalve vernietigd.
Inmiddels heeft een akoestisch onderzoek plaatsgevonden. Het rapport dat is opgesteld naar aanleiding van dit onderzoek is als bijlage bij het bestemmingsplan gevoegd. De uitkomsten van het onderzoek geven aanleiding tot het stellen van nadere eisen. Voornamelijk het lossen van schoten leidt tot overschrijding van de grenswaarden. Omdat het hier geen milieuvergunningplichtige activiteit betreft, is het niet mogelijk via dit spoor nadere eisen te stellen. Op 7 september 2004 is door het college een aanwijzigingsbesluit APV genomen ten aanzien van dit terrein. Daarin zijn aan het gebruik van het terrein ten behoeve van het trainen van honden regels gesteld voor wat betreft gebruikstijden, gebruik waarbij geluid op mechanische wijze wordt voortgebracht en lichtmasten. Hierin is namelijk bepaald dat voor 12 keer per jaar een ontheffing wordt verleend ten behoeve van overschrijding van de geluidswaarden. Met inachtneming van het in dit besluit gestelde, is gebruik van het terrein ten behoeve van de hondendressuur opnieuw opgenomen, zie ook paragraaf 2.3.1
SAB•ARNHEM
|
reactie
2006 |
sluit. Het beroep van de Gelderse Mileufederatie e.a. ziet hierop en het bestreden besluit is in zoverre vernietigd.
19
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
zijn. Deze onthouding van goedkeuring blijkt niet uit het dictum van het bestreden be-
-
A M B T S H A LV E W I J Z I G I N G E N Horstweg 4 en 6 Hummelo Het betreft een dubbele woning. Nummer 6 staat niet op de plankaart. Nummer 6 is op de plankaart opgenomen.
Rijksweg 101a Hummelo Middels een artikel 19 vrijstelling is medewerking verleend aan bewoning van een bestaand bijgebouw op genoemd adres. Deze vrijstelling wordt in deze correctieve herziening meegenomen. Aan de verbouwde schuur is de bestemming “woonbebouwing” toegekend.
Hoefkensestraat 14a Drempt Middels een artikel 19 vrijstelling is medewerking verleend aan bewoning van een bestaand bijgebouw (de oorspronkelijke boerderij) op genoemd adres. Deze vrijstelling wordt in deze correctieve herziening meegenomen. Aan het verbouwde bijgebouw bij de bungalow is de bestemming “woonbebouwing” toegekend. Op 18 juni 2002 heeft de gemeente Hummelo en Keppel besloten om onder meer dit object op de gemeentelijke monumentenlijst te plaatsen. In dit bestemmingsplan is de woning om die reden mede bestemd tot bescherming van karakteristieke, cultuurhistorische bebouwing door de woning op de plankaart te voorzien van de lettercode “K”.
Groeneweg 8a-10-12 In het kader van Ruimte-voor-Ruimte regeling is het agrarisch bouwperceel ter plaatse (Groeneweg 10) verkleind en een nieuwe woning toegevoegd. De bestaande tweede bedrijfswoning is bestemd tot “woonbebouwing”. De woningen hebben de nummers 8a en 10. Een en ander is gebeurd middels een partiële herziening, welke in deze correctie-
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
20
ve herziening wordt meegenomen. Voor deze bestemmingsplanherziening is een algemene gebruiksbepaling opgenomen, welke ziet op het verbod gronden en bouwwerken voor een seks- en/of pornobedrijf dan wel en prostitutiebedrijf in gebruik te nemen. Tevens is een omschrijving van seks- en/of pornobedrijf en prostitutiebedrijf opgenomen. Deze gebruiksbepaling is niet opnieuw opgenomen in de correctieve herziening, om reden dat op deze herziening bestemmingsplan “parapluregeling prostitutiebeleid”, zoals vastgesteld op 29 juni 2004 door de voormalige gemeente Hummelo en Keppel van kracht is.
Horstweg 9-11 Hummelo In het kader van Ruimte-voor-Ruimte regeling is het agrarisch bouwperceel ter plaatse (Horstweg 9) verkleind en een nieuwe woning toegevoegd (Horstweg 11). Een en ander is gebeurd middels een partiële herziening, welke in deze correctieve herziening wordt meegenomen. Voor deze bestemmingsplanherziening is een algemene gebruiksbepaling opgenomen, welke ziet op het verbod gronden en bouwwerken voor een seks- en/of pornobedrijf dan wel en prostitutiebedrijf in gebruik te nemen. Tevens is een omschrijving van seks- en/of pornobedrijf en prostitutiebedrijf opgenomen. Deze gebruiksbepaling is niet opnieuw opgenomen in de correctieve herziening, om reden dat op deze herziening bestemmingsplan “parapluregeling prostitutiebeleid”, zoals vastgesteld op 29 juni 2004 door de voormalige gemeente Hummelo en Keppel van kracht is.
Torenallee 2-2a Hummelo Middels een wijzigingsplan is, na beëindiging van het agrarische bedrijf, medewerking verleend aan wijziging van de agrarische bestemming naar wonen. Middels binnenplanse vrijstelling is daarna medewerking verleend aan het splitsen van de monumentale boer-
Torenallee 8 Hummelo Het ter plaatse gevestigde horecabedrijf is met een wijzigingsplan gewijzigd in een woningstoffeerderij en houtverwerkende industrie. Dit behoort tot categorie II van de bedrijfsbebouwing als opgenomen in artikel 14. Zoals in paragraaf 3.1 onder niet-agrarische bedrijven reeds is aangegeven is de zinsnede “in de bestemmingscategorie IIa: bedrijven zoals bedoeld in de Lijst van niet-agrarische bedrijven zoals opgenomen in bijlage 1” is niet opnieuw opgenomen. Het bedrijf aan de Torenallee 8 wordt dan ook in deze correctieve herziening bestemd tot categorie II. Toegestaan is derhalve het bedrijf zoals deze ter plaatse gevestigd is op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het voorliggend bestemmingsplan, zijnde een woningstoffeerderij en houtverwerkende industrie. De plankaart is als zodanig aangepast.
Monumentenweg 32 Hoog-Keppel Middels een artikel 19 vrijstelling is medewerking verleend aan de bouw van een overdekt zwembad bij het reeds bestaande buitenzwembad, het zogenaamde Hessenbad. Deze vrijstelling wordt in deze correctieve herziening meegenomen. Aan de gronden van het projectgebied is de bestemming “sportvoorzieningen” toegekend in de bestemmingscategorie zwembad, verder is het voorzien van een bouwblok.
Middels binnenplanse vrijstelling is medewerking verleend aan splitsing van de monumentale woonboerderij in twee afzonderlijke woningen. De splitsing wordt in deze correctieve herziening meegenomen. De plankaart is hierdoor gewijzigd.
Broekstraat 25 Hummelo De eigenaar van dit perceel heeft gebruik gemaakt van de binnen de gemeente van kracht zijnde beëindigingsregeling. Om die reden wordt de woning bestemd als burgerwoning en krijgen de omliggende gronden binnen het voormalige agrarisch bouwperceel de agrarische bestemming zonder bouwperceel.
Landgoed Enghuizen Hummelo Middels het wijzigingsplan Buitengebied wijziging ex artikel 11 WRO Landgoed Enghuizen zijn aan gronden behorende tot dit landgoed de bestemming bos- en natuurgebied in de bestemmingscategorieën bos en natuur toegekend. Het doel daarvan is het planologisch mogelijk maken van ontwikkelingen zoals die zijn voorzien in een door de eigenaar opgesteld inrichtingsplan. Ter verduidelijking is de beschrijving van de ruimtelijke ingreep onderstaand uit het wijzigingsplan overgenomen.
SAB•ARNHEM
|
Broekstraat 20-20a Hummelo
2006 |
correctieve herziening meegenomen. De plankaart is hierdoor gewijzigd.
21
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
derij in twee afzonderlijke woningen. De functiewijziging en de splitsing worden in deze
Het plangebied is opgesplitst in een tiental beheerseenheden. In het navolgende worden de geplande maatregelen per beheerseenheid beschreven. Hierbij zijn de beheerseenheden op onderstaande kaart aangegeven.
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
22
beheerseenheid 1 Loofbos (1.41 hectare) Uit oogpunt van landschappelijke aankleding zal dit landbouwperceel (omvang circa 1,41 hectare) bebost worden. Ten aanzien van de boomsoorten is gekozen voor inlandse eik als hoofdboomsoort, gemengd met berk. Als struiklaag zullen soorten als krent en hazelaar gebruikt worden. Het bosperceel zal in de toekomst beheerd worden als bos met een verhoogde natuurwaarde.
beheerseenheid 2 Elzenbroekbos (0.85 hectare) Dit graslandperceel heeft een lage ligging en wordt gekenmerkt door zeer natte omstandigheden. Agrarische exploitatie is vrijwel onmogelijk en de pitrus rukt steeds verder op. Daarom is hier voor bebossing met zwarte els gekozen, waardoor er op termijn een elzenbroekbos kan ontstaan.
beheerseenheid 3a (Half)natuurlijk grasland (1.30 hectare) Deze beheerseenheid bestaat reeds uit grasland dat jarenlang voor agrarische exploitatie aangewend is. Door het achterwege laten van bemesting en hooilandbeheer, eventueel met nabeweiding, toe te passen moeten na zes jaar de doelstellingen van het basispakket (half)natuurlijk grasland haalbaar zijn. Afhankelijk van de grasproductie wordt het grasland één of twee keer per jaar gemaaid en het gewas afgevoerd. Over een oppervlakte van circa 0,50 hectare zal de bouwvoor (circa 1.050 m³ ) verwijderd worden, om zo de pitrushaarden te minimaliseren. Het grasland dient tevens als overgangsgebied naar het moerasgebied (3d) dat geheel omsloten in de beheerseenheid ligt. De overgang van grasland naar moerasgebied is zeer geleidelijk en waarschijnlijk zal op de overgang een ruigtevegetatie ontstaan. Een deel van de bovenlaag zal langs de grens van het moeras verwijderd worden om het overgangsgebied te realiseren.
beheerseenheid 3b Poel (0.04 hectare) Deze poel wordt op de laagste plek ten westen van het moerasgebied aangelegd en is circa 0.04 hectare groot. De situering van de poel is zoveel mogelijk noordelijk ten opzichte van het bosgebied, maar met name door het oude bosgebied aan de zuidzijde zal
0,50 meter water in de poel staat. De vrijgekomen grond (circa 475 m³) kan op een bouwlandperceel ten oosten van het gebied verwerkt worden.
beheerseenheid 3c Poel (0.04 hectare) Deze poel wordt op de laagste plek ten oosten van het moerasgebied aangelegd en is circa 0.04 hectare groot. De situering van de poel is zoveel mogelijk noordelijk ten opzichte van het bosgebied, maar met name door het oude bosgebied aan de zuidzijde zal beperkte schaduwwerking optreden. De noordelijke oever wordt met een flauw talud aangelegd, waardoor een gunstige situatie voor amfibieën ontstaat. Gezien het grondwaterpeil zal de diepte van de poel circa 1,50 meter bedragen, waardoor ’s zomers minimaal 0,50 meter water in de poel staat. De vrijgekomen grond (circa 475 m³) kan op een bouwlandperceel ten oosten van het gebied verwerkt worden.
beheerseenheid 3d Moeras (0.52 hectare) Het moerasgebied is circa 0.52 hectare groot en bestaat uit een diep kerngebied (circa 1,00 meter diep) met een oppervlakte van 550 m²met daaromheen een langgerekt laag gedeelte. Dit gedeelte loopt van 0,80 meter diepte nabij het kerngebied met een flauw talud omhoog richting het (half)natuurlijk grasland. De vrijgekomen grond (circa 5.150 m³) kan op een bouwlandperceel ten oosten van het gebied verwerkt worden. De welke hooguit eens in de drie tot vijf jaar gemaaid dient te worden.
beheerseenheid 3e Bos (0.60 hectare) Deze bosstrook van zwarte els dient als overgang van het aangrenzende oude bosgebied naar het moeras/grasland gebied. Op de overgang zal ruigtevegetatie ontstaan waardoor er een ideale situatie voor diverse faunasoorten ontstaat.
beheerseenheid 3f Plas en ven (0.51 hectare) Op een aantal lager gelegen locaties zal de momenteel gekanaliseerde beek (oppervlakte circa 1.000 m² ) verder verlaagd en verbreed worden, waardoor een effectief wateroppervlak van circa 0,50 meter hectare gerealiseerd wordt. De diepte zal rond de 1,20 meter liggen. Bij hoge waterstanden kan de beek enigszins uittreden, waardoor aantrekkelijke plekken voor de flora en fauna ontstaan en er goed aangesloten wordt bij het nabijgelegen moerasgebiedje. De vrijgekomen grond (circa 4.750 m³) kan op een landbouwperceel ten oosten van het gebied verwerkt worden.
beheerseenheid 4 Bos (2.15 hectare) Om het aanwezige bosgebied verder te versterken wordt een beheerseenheid van circa 2,15 hectare met bos ingeplant. De boomsoorten sluiten aan bij het aanwezige bos en bestaan uit inlandse eik en beuk, waarbij de beuk voornamelijk op hoger gelegen terreindelen wordt geplant. Voor de struiklaag wordt voor krent en hazelaar geopteerd.
SAB•ARNHEM
|
verwachting is dat op het moerasgebied langzamerhand een ruigtevegetatie ontstaat,
2006 |
aangelegd, waardoor een gunstige situatie voor amfibieën ontstaat. Gezien het grondwaterpeil zal de diepte van de poel circa 1,50 meter bedragen, waardoor ’s zomers minimaal
23
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
beperkte schaduwwerking optreden. De noordelijke oever wordt met een flauw talud
beheerseenheid 5 Bos (1.53 hectare) Dit perceel wordt momenteel agrarisch geëxploiteerd, maar leent zich uitstekend voor bebossing. Met de realisatie van dit bosgebied (circa 1,53 hectare) wordt de te realiseren verbindingszone aan de oostzijde afgerond. De hoofdboomsoort is inlandse eik en zwarte els.
maximale inhoud woonbebouwing Uitbreiding van een woning op de deel binnen hetzelfde gebouw en onder dezelfde kap moet tot de mogelijkheden behoren. Dit geldt met name voor (voormalige) agrarische bedrijfswoningen. De begripsbepaling “woning” is hierop aangepast. Onder “woning” wordt verstaan een complex van intern met elkaar in verbinding staande ruimten in een (gedeelte van een) gebouw, inclusief aan- en uitbouwen, bedoeld voor de permanente huisvesting van één of meer personen. Deze begripsbepaling is overgenomen uit het bestemmingsplan Buitengebied 2005; Hengelo/Vorden. Binnen het gehele buitengebied van de gemeente Bronckhorst wordt voor wat betreft dit aspect één lijn getrokken, hetgeen bevordert de rechtsgelijkheid voor de burgers bevordert. Er zijn echter een tweetal afwijkingen. Binnen de agrarische bestemmingen is een inhoudsmaat van woningen toegestaan van maximaal 750 m3, overeenkomstig de inhoudsmaat van het bestemmingsplan Buitengebied. De tweede afwijking betreft de woningen binnen de bestemming “woonbebouwing” voor woningen binnen de bestemmingscategorie “woningen alsmede bedrijven toegestaan”, waarvoor een specifieke regeling is opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied, welke thans nog gehandhaafd blijft. Om tot een goede toepassing van dit begrip te komen zijn ook de begripsbepalingen hoofd- en bijgebouw aangepast, alsmede de bouwvoorschriften voor woningen binnen de agrarische bestemmingen voor wat betreft inhoud.
SAB•ARNHEM
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
24
artikel 11 lid 2 onder b sub 1a In dit artikellid zijn de goot- en bouwhoogte omgedraaid. De voorschriften zijn zodanig aangepast dat voor wat betreft de gronden in de bestemmingscategorie Ma 1 en Ma2 (manege) binnen het bouwvlak uitsluitend is toegestaan een gebouw ten behoeve van een manege met een maximale bebouwde oppervlakte van 2200 m2, een maximale goothoogte van 3,5 m en een maximale hoogte van 4,5 m.
overgangsrecht Sinds de uitspraak Etten-Leur (ABRvS 15 april 1996, BR 1996 p. 571) is bekend dat in de overgangsbepaling voor het gebruik in het bestemmingsplan een uitzondering kan worden gemaakt voor gebruik dat op de peildatum in strijd was met het toentertijd geldende bestemmingsplan. Deze zogeheten “Etten-Leurclausule” is in dit bestemmingsplan opgenomen. Het overgangsrecht is derhalve niet van toepassing op gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. Echter door het opnemen van het overgangsrecht in de bepalingen bij de correctieve herziening, vervallen de overgangsbepalingen in het oorspronkelijke plan. Ook in deze overgangsbepalingen is bovengenoemde uitzonderingsclausule opgenomen.
strafbare feiten Overtredingen van de in het bestemmingsplan opgenomen verboden zijn tegenwoordig geen strafbaar feit als bedoeld in artikel 59 WRO, maar als bedoeld in artikel 1a onder 20 van de Wet op de economische delicten. Deze wijziging is in deze correctieve herziening
|
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HUMMELO EN KEPPEL, CORRECTIEVE HERZIENING
2006 |
25
SAB•ARNHEM
meegenomen.