Een Een uitgave uitgave van van de de GrootoudersGrootouders- en en Seniorenactie Seniorenactie van van de de Gezinsbond Gezinsbond 19 maart 2010 nummer 4 11 juni 2010 - nummer 2
INHOUD bio-oma en -opa
Van 5 tot 9 juli palmen grootouders en kleinkinderen het vakantiecentrum Reigersnest in. De midweek ’Met oma en opa op vakantie aan zee’ wordt ongetwijfeld een van de toppers van de komende zomer. Wie met de familie op vakantie wil, kan niet alleen in Koksijde terecht maar is ook meer dan welkom in De Bosberg te Houthalen.
4-5
veerkracht
6
relaties
7
Nog meer vakantieaanbod via www. gezinsvakantie.be en op bladzijde 5 want dit jaar trekt de Grootoudersen Seniorenaktie voor zijn vijfdaagse rondreis naar het minder bekende maar beminnelijke Harzgebergte in Duitsland. (foto familie Buyse)
Meedenken over pensioenen? Al jaren schreeuwden diverse organisaties en onderzoekscommissies van de daken dat de vergrijzingsgolf pas echt op snelheid komt vanaf 2010. Onze regeringen moesten via begrotingsoverschotten de nodige reserves opbouwen om de toenemende kosten door deze vergrijzing en vergroening te kunnen dragen. Welnu, 2010 is bijna halfweg. Hebt u al nieuwe maatregelen gezien?
De vorige regeringen bouwden geen reserves op. Integendeel, onze begroting vertoont een nooit gezien tekort. Een begrotingsevenwicht is pas voorzien tegen 2015. Het zogenaamde Zilverfonds blijkt een lege doos. Ondertussen lopen de kosten voor de vergrijzing op. Van de economische groei moeten we het ook niet verwachten, want onze economie groeit na een periode van zware recessie slechts schoorvoetend. En ondertussen bouwen we nog altijd geen reserves op. En loopt onze overheidsschuld zorgwekkend op. Het is
geen vijf vóór, maar al kwart na twaalf. Onze ontslagnemende regering kwam inzake hervormingen van pensioenen in het zogenaamde groenboek niet verder dan een oplijsting van de verschillende pensioenstelsels en hun knelpunten. Het witboek met de noodzakelijke oplossingen was voorzien tegen juni, maar komt er door de val van de regering niet. Ondertussen behoren onze pensioenen tot de laagste in Europa: het gemiddelde pensioen bedroeg op 1 januari
2008 slechts 1.115 euro per maand. Ruim 46% van de gepensioneerden (900.000), waarvan tweederde vrouwen, moet rondkomen met minder dan 1.000 euro per maand. Bijna 300.000 gepensioneerden (15%) zelfs met minder dan 500 euro. Terwijl het armoederisico van de gemiddelde Belg 14,7% bedraagt, loopt het armoederisico van 65-plussers op tot 21,3%. Moeten gepensioneerden morgen noodgedwongen gaan bijverdienen?
Lees verder op pag. 2
Werkten mee aan dit nummer: Chris Dutry, Geert Van Hecke, Els Messelis, Ronny De Schuyter, Philip Windey, Paul en Barbara Verstraete Coördinatie: Ronny De Schuyter Eindredactie: Jef Bergmans Lay-out: Anneke Joris ’Aktief’ is een uitgave van de Grootouders- en Seniorenactie van de Gezinsbond en verschijnt vier keer per jaar als bijlage bij de Bond. Troonstraat 125, 1050 Brussel, tel. 02-507.89.45, aktief@ gezinsbond.be
11 juni 2010
2
Aktief
Bijverdienen als gepensioneerde?
Vervolg van pag. 1
Ons pensioenstelsel staat dus zwaar onder druk. Gezinnen hebben almaar meer twijfels over hun (later) pensioen. Zal dat nog leefbaar zijn? Hebben de jongeren van vandaag nog zicht op een degelijk pensioen? Kan onze sociale zekerheid dat nog betalen? Er resten ons nog meer onbeantwoorde vragen. Moeten we binnenkort langer werken? Wordt de pensioenleeftijd opgetrokken van 65 naar 70 jaar? Gemiddeld werken we vandaag maar tot 60,7 jaar. Mannen gaan op 61,2 jaar met pensioen na een beroepsloopbaan van 39,9 jaar, vrouwen op 60 jaar na een beroepsloopbaan van 35,6 jaar. De regering moet mensen stimuleren om hun beroepsloopbaan langer vol te houden. Maar hoe?
Sommige gepensioneerden zoeken een bij-
tie van een pensioen met een beroepsin-
kend maar de kans is groot dat de cijfers van 2009 ook voor dit jaar van toepassing zijn. Werknemers dienen hun bruto jaarinkomen te vergelijken met deze grenzen. Voor zelfstandigen liggen deze grenzen 20 % lager maar zij dienen dan ook te vergelijken met hun nettoinkomen.
Toegelaten beroepsinkomen Om zijn volledige pensioen te behouden, dient een gepensioneerde zijn inkomen te beperken. Hoeveel hij mag bijverdienen is afhankelijk van de leeftijd en van het aantal kinderen ten laste. Aansluitend vindt u de grenzen voor werknemers voor het jaar 2009. De cijfers voor 2010 zijn nog niet be-
Overschrijdt uw bijverdienste de toegelaten grens met minder dan 15 %, dan zal u pensioen moeten inleveren. Bedraagt de overschrijding bv. 9 % dan zal uw pensioen ook met 9 % dalen. Lag uw inkomen echter 15 % of meer boven de toegelaten grens dan verliest u voor dat jaar uw volledige pensioen! Opletten dus. De bovenstaande grenzen gelden bo-
verdienste om hun karige inkomen wat aan te vullen of om sociale contacten te behouden.
Zolang ze zich hierbij aan
de ’toegelaten inkomensgrenzen’ hou-
Worden mensen die hun loopbaan onderbreken voor zorg en opvoeding later bestraft met een lager pensioen? En hoe beantwoordt ons pensioenstelsel aan de noden van almaar meer gescheiden partners? Toch is het nog niet te laat. Leefbare én betaalbare pensioenen moeten prioritair één van de speerpunten van onze nieuwe regering worden. De Gezinsbond gaat daarvoor graag de barricaden op. Wil u met de Gezinsbond meedenken over voorstellen om ons pensioenstelsel te hervormen? Neem deel aan onze Themagroep Pensioenen op de geplande gespreksavonden of discussieer mee via mail of op ons forum (http://gezinsforum.gezinsbond.be). Laat het ons vóór 30 juni 2010 weten: 02/507.88.77 of studiedienst@ gezinsbond.be.
Yves Coemans Studiedienst
den, vormt deze bijverdienste voor hun pensioen geen enkel probleem.
Op
vlak
van de personenbelasting is de cumulakomen echter niet altijd interessant.
Neem gerust contact op met de sociaaljuridische dienst van de Gezinsbond indien u graag wil weten wat u zal overhouden van uw bijverdienste. Een simulatie belastingberekening kan u heel wat wijzer maken.
U ontvangt alleen een over- U ontvangt een rustpensioen levingspensioen en u bent al dan niet in combinatie met nog geen 65 jaar oud. een overlevingspensioen en u bent nog geen 65 jaar oud
U ontvangt een rustpensioen al dan niet in combinatie met een overlevingspensioen en u bent al 65 jaar oud
Zonder kind ten laste 17.280 euro/jaar op 1 januari van het jaar
7.421,57 euro/jaar
21.436,50 euro/jaar
Met kind(eren) ten laste 21.600 euro/jaar op 1 januari van het jaar
11.132,37 euro/jaar
26.075,00 euro/jaar
vendien ook voor de huwelijkspartner van een gepensioneerde met een gezinspensioen. Overschrijdt de huwelijkspartner de grens dan wordt het gezinspensioen verlaagd tot het pensioen voor een alleenstaande. In de meeste gevallen dient u ook op voorhand uw werkgever in te lichten van het feit dat u een pensioen ontvangt. Hij zal op zijn beurt uw pensioeninstelling moeten verwittigen. Enkel 65-jarige bijverdieners zijn hiervan vrijgesteld.
Paul en Barbara Verstraete (illustratie)
bijverdienste. Niet echt aanmoedigend dus. Door de specifieke belastingberekening is het zelfs zo dat u in bepaalde situaties meer belastingen verschuldigd bent dan uw bijverdienste u oplevert. Een alleenstaande gepensioneerde met een pensioen van 13.545 euro bruto belastbaar is geen belastingen verschuldigd. Verdient hij 500 euro bruto belastbaar bij dan dient hij plots meer dan 600 euro belastingen te betalen. Totaal onlogisch maar werkelijkheid.
Belastingen Ook de fiscus wenst echter zijn deel en dat kan spijtig genoeg flink oplopen. Gepensioneerden krijgen van de fiscus een belastingvermindering voor vervangingsinkomens (= het pensioen). Deze vermindering daalt echter naarmate uw andere inkomsten hoger zijn. Hierdoor kan de belastingdruk op uw bijverdienste vrij hoog oplopen. Een alleenstaande gepensioneerde met een pensioen van 20.000 euro bruto belastbaar en met een nevenactiviteit die 10.000 euro bruto oplevert, houdt ongeveer de helft over van deze
Meer uitgebreide info over pensioen en bijverdienen leest u ook op de website van de Rijksdienst voor Pensioenen (RVP), www.rvponp.fgov.be of bij de Sociaal-juridische dienst, Gezinsbond Troonstraat 125, 1050 Brussel Tel. 02/507.88.66.
[email protected] Benieuwd naar uw pensioen? Weinigen onder ons kunnen een goede schatting geven van hun latere pensioen. De pensioenberekening is dan ook vrij ingewikkeld. Sinds kort kunt u via www.mypension.be na aanmelding met uw elektronische identiteitskaart een pensioenberekening krijgen. De (loon)gegevens die op dat ogenblik bekend zijn, worden automatisch ingevuld en verwerkt.
Philip Windey
Aktief
11 juni 2010
3
Lou wonen op 30 km afstand, ze hebben een boeiende computer en leuke vrienden, ze werken behoorlijk hard voor school… en zolang oma en opa zelf om de 14 dagen langs komen, is er dan een probleem?
Andere tijden, andere zeden… Voor enkele weken kon je in de kranten lezen onder vette koppen: ”Ik zie de kleinkinderen zelden” of nog: ”Gelukkig is er nog Facebook om de kleinkinderen te zien.” Uit onderzoek blijkt dat moderne tieners nog amper tijd hebben voor hun grootouders. Heel wat grootouders zouden hun kinderen graag wat meer zien. Enkele weken later lees je in dezelfde kranten en hoor je op de radio hoeveel kinderen (zelfs al in de lagere school) kampen met stress. Je hoorde een knaap uit het vijfde leerjaar verklaren hoe zijn agenda er uit ziet: maandag tennis, dinsdag paardrijden, woensdag muziekschool… en zo was er elke dag van de week wel wat. Tja, hoe pas je daar je schooltaken nog in en blijft er dan nog wel tijd voor een bezoek aan oma en opa? Trouwens, als de juf van een zesde leerjaar een bescheiden huistaak opgeeft, reageert een boze vader prompt in de agenda dat zijn zoon naar het kickboksen moet en achteraf moe is. Nieuwe tijden, nieuwe zeden. Je herinnert je nog levendig hoe je eigen mama aan je kinderen met hun verjaardag voorstelde om samen de stad in te gaan om iets moois uit te kiezen als geschenk… dat liep gewoonlijk uit op een knuffel- en zoenpartij in ‘t midden van de winkelstraat. Oma zeer vereerd! Als je nu aan je eigen kleinkinderen, die je al over het hoofd gegroeid zijn, vraagt wat ze zouden wensen voor hun verjaardag, reageren ze, na diep nadenken: ”Geef maar gewoon geld” en het wordt nog gekker, je hoeft ”dat gewoon geld” zelfs niet letterlijk te geven, je hoeft de deur niet uit, je mag het online overschrijven op hun eigen rekening. Overigens zijn het lieve, wijze en toffe kleinkinderen… maar ja, ze
Natuurlijk bestaan er ook oma’s bij wie de kleinkinderen ’s morgens worden gebracht, zij serveren het ontbijt. Oma zorgt ervoor dat ze netjes op tijd naar school vertrekken en dat ze na schooltijd weer opgevangen worden, ze bakt stapels pannenkoeken en als pa of ma de kinderen weer opgehaald heeft, ploft oma met een zucht in de zetel. Ze zou die jonge lui niet willen missen, ze ziet ze vrijwel elke dag maar
je ziet die oma wel denken: ”Waar is nu mijn eigen vrije tijd?” Zo zie je maar. DE grootouder en HET kleinkind bestaan niet. Ieder zoekt zijn eigen weg. De ene grootouder heeft 14 kleinkinderen, de ander 2. Maar feit is: kleinkinderen hebben het druk (ze zien trouwens van hun ouders niets anders) en moderne grootouders hebben het ook nog druk. Daarenboven wonen ze lang niet altijd meer in elkaars buurt en zijn de levensgewoonten in heel wat gezinnen flink veranderd. Vergeten we dan de één ouder- en de nieuw samengestelde gezinnen niet. Voor wie wegens hoge leeftijd of
fysieke ongemakken naar een R.V.T. verhuist, kan het weinige bezoek van kinderen en kleinkinderen heel hard aankomen, dan hoor je kleinkinderen wel eens klagen: ”Maar ik heb geen zin om er naartoe te gaan”. Best is dus dat grootouders niet te veel zeuren over dat weinige bezoek, zoek maar liever naar mogelijkheden om het samen prettig te hebben. Je stelde al vast dat niks zo zalig is als samen een weekend door te brengen op een plek die voor iedereen gezellig is en laat dat jonge grut voelen hoeveel je nog om hen geeft en hoe blij je bent als het hen goed gaat.
11 juni 2010
4
Aktief
”Een bioproduct is niet langer een luxeproduct” Bijna een kwarteeuw geleden koos Walter Debergh uit Keiem bij Diksmuide voor biolandbouw, eerst voor de productie van biomelk en later voor de verwerking ervan tot biokaas. Zijn vrouw Magda Rommelaere werkt sinds kort weer deeltijds als verpleegster in een bejaardenhome, maar helpt intussen bij de verkoop van de kaas, zowel thuis als op de markt. Samen hebben ze vier kinderen en ook al vijf kleinkinderen. We waren benieuwd of ze aan hun kleinkinderen ook het bioverhaal meegeven.
Magda: ”We hebben twee dochters en twee zonen, maar enkel oudste dochter Lien en oudste zoon Dieter hebben al kinderen. De drie kleinkinderen van Lien - die dichtbij woont en wiens honderd koeien onze kaasmakerij van biomelk voorzien - zien we het meest. De twee kleinkinderen die in de omgeving van Gent wonen, bezoeken we zowat elke maand. De kinderen van Lien gaan naar de dorpsschool in Keiem en komen hier eens per week ’s middags eten. Maar Lucas, de oudste van tien jaar, komt na school vaak nog even langsgefietst. Soms rijdt hij het kleine gazon af in ruil voor wat zakgeld. Zus Emma is dan een beetje jaloers en dus proberen we voor haar een gepast werkje te vinden, zoals
het verpakken van kaas. Zo kan ze ook iets verdienen. Al maken we hen duidelijk dat ze evengoed iets moeten kunnen doen, zonder er ’eurootjes’ voor te krijgen. Vrijwilligerswerk leer je van jongs af aan, niet? Het is me altijd bijgebleven dat ons eerste kleinkind net naar school begon te gaan, toen onze jongste zoon Dries zijn middelbare studies in Diksmuide afmaakte. Zo was de cirkel gesloten…” Walter: ”Dries werkt nu al bijna twee jaar mee in de kaasmakerij, nadat hij in Frankrijk daarvoor een speciale opleiding had gevolgd. Hij is van opleiding wel industrieel bio-ingenieur voeding, maar met die theoretische kennis alleen maak je nog geen biokaas. Gelukkig hebben ze nu op de boerderij van Lien een melkrobot, zodat mijn dochter meer tijd heeft voor haar gezin. Voordien was zij daar dagelijks vele uren mee bezig en dat was soms lastig. Je moest destijds geen melkveehouder worden om veel geld te verdienen. We werden dan ook meewarig bekeken door onze collega’s veetelers die op sommige momenten heel goed verdienden. Twee, drie jaar geleden was er ineens een groot tekort aan melkpoeder op de wereldmarkt, wegens een langdurige droogte in Australië en Nieuw-Zeeland. Daardoor steeg de melkprijs bruusk, om anderhalf jaar later in te storten. Zo erg zelfs, dat de melk onder de productiekost werd verkocht. Dat was nog nooit gebeurd. Maar zoiets kan niemand lang volhouden… De beelden van de boze melkproducenten die begin dit jaar hun melk over de akkers uitreden, blijven op mijn netvlies gebrand. Dat was echt een wanhoopsdaad, al denk je dan ook aan zo veel jonge kinderen die niet eens melk krijgen en daardoor voortijdig sterven. En dan nog weten dat er mensen zijn die zonder enig gewetensprobleem op voedselprijzen speculeren. Dat kan me heel kwaad maken. Opmerkelijk genoeg hebben wij als bioproducent geen nadelige gevolgen gehad van de financiële crisis die twee jaar geleden begon. In zekere zin kan je hieruit besluiten dat ’bio’ niet langer een luxeartikel is. Onze klanten zijn bovendien heel trouw.
Er was eventjes een ’bokkesprong’ met de dioxinecrisis – we hadden toen zelfs te weinig biomelk – maar kort nadien zaten we met een overschot. Gelukkig is er nu een gestage groei, onder meer omdat wij 40 procent van onze kazen naar Duitsland exporteren.” Zorg in de genen Magda: ”Sedert Dries meehelpt in de kaasmakerij, heb ik mijn vroegere verpleegwerk weer opgenomen. Weliswaar deeltijds, want ik wil verder meehelpen met het beantwoorden van telefoons, de thuisverkoop en de markten. Voor ik met Walter trouwde, werkte ik in de thuisverpleging en deed dat heel graag. Het moet wel in de genen zitten want twee van mijn kinderen werken ook als verpleegkundigen. Maar die acht à negen dagen op een maand vallen goed te combineren met mijn werk hier op het Dischhof. Met Pinksteren stond ik op de jaarlijkse kaasmarkt in Diksmuide en tijdens de Bioweek nemen we vermoedelijk deel aan een biomarkt. Ik vind het even belangrijk dat onze kazen lokale afzet vinden, wat beter is voor het milieu want minder transport over de weg. In sommige cafés in de omgeving kent een plankje met onze biokaas veel bijval. Meer en meer mensen die aan de kust verblijven, komen hier kaas kopen. Voor het overige leveren we onze acht kaasvarianten vooral aan groothandels.” Walter: ”We proberen ecologisch te leven: globaal denken en lokaal eten. Zelf ben ik vegetariër en je kunt je inbeelden dat ik vroeger op een feestmaaltijd in het landbouwersmilieu nogal in de kijker liep. Je wordt
Aktief
11 juni 2010
5
Het HARZGEBERGTE: een boeiend verhaal tussen Oosten West-Duitsland De Grootouders- en Seniorenactie van de Gezinsbond trekt dit jaar van 20 tot en met 24 september naar het Harzgebergte. De uitvalsbasis is Wernigerode, een gemoedelijke stad waar het heerlijk wandelen is. Met de Bimmelbahn bereiken we het schitterende Schloss Wernigerode. Op het lijstje ’te ontdekken’ staat verder onder meer de Bodetal-Hexentanzplatz en Rosstrappe, een plaats vol legenden en heksenverhalen. Natuurlijk kunnen we niet omheen Goslar, de keizerstad in het Harzgebergte. Na een stadswandeling o.l.v. onze ervaren gids, halen we de glaasjes boven in de plaatselijke stokerij. Op de slotdag van deze vijfdaagse vertoeven we nog even in Duderstadt waar we een bezoekje brengen aan het grensmuseum.
foto’s: Kristof Ghyselinck
bovendien meestal eerst of laatst bediend, waardoor het nog meer opvalt dat je ’anders’ eet. In bepaalde restaurants lukt het nu al eens om zowel vegetariërs als niet-vegetariërs samen te bedienen. Ondertussen is er ook al meer begrip voor mijn keuze en is een wekelijkse veggiedag zelfs trendy... Dat ruim een miljard mensen zich niet goed kunnen voeden, heeft rechtstreeks te maken met het feit dat het grootste deel van onze landbouwpercelen bestemd zijn om voedergewassen en ook steeds meer energiegewassen te kweken. Om één kilo kippenvlees te bekomen, heb je al minstens twee kilogram graan nodig, bij rundsvlees is dat al een veelvoud daarvan. En tegenover één kilogram kweekzalm staan er enkele kilo’s vismeel.” Magda: ”Thuis kook ik vegetarisch, maar elders pas ik me wel aan. Ik eet trouwens erg graag vis, al is dat ook een dier. Als de kleinkinderen komen, bakken we meestal kaasburgers. Groenteburgers of seitan lusten ze niet echt. We bakken ook zelf brood, onder meer met spelt. De kleinkinderen komen natuurlijk graag naar hier, maar ik denk niet dat ze echt veel belang hechten aan het verschil tussen gangbare en biologische landbouw. Lucas is nu vooral gefascineerd door die indrukwekkende tractor van zijn vader. Hij wil later loonwerker worden…” Van biomelk tot biokaas Walter: ”Thuis ben ik als enige van acht kinderen in de boerenstiel gebleven. Mijn vader heeft zijn kinderen ook niet echt aangemoedigd om in de
landbouw te blijven werken. Maar ik was een ’natuurmens’ en vond dat ik als boer dichter bij de natuur kon blijven. Ik ben trouwens lid van de Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren (Velt) vanaf de prille beginjaren. Toen werd er nog niet nauwlettend op toegezien of alles wel biologisch was. Een omschakeling naar ‘bio’ bestond toen zelfs nog niet. Maar dat zullen de kinderziekten geweest zijn. Wijzelf zijn in 1986 omgeschakeld naar biomelk. ’Bio in omschakeling’ werd toen nog gelijkgesteld met ’bio’. Omdat er destijds nog geen aparte ophaaldienst voor biomelk was, ben ik begonnen met het verwerken van biomelk tot biokaas en bioboter. Nu heet dat heel mooi ’verbreding’ van het bedrijf. Al zijn we niet langer een echte boerderij, maar een soort paraagrarisch bedrijf.”
Magda: ”Over de toekomst onze kleinkinderen maak ik me niet echt veel zorgen. Wat me wel bekommert, is de situatie van die vijfduizend kinderen die elke dag voortijdig sterven door ondervoeding, onveilig drinkwater of makkelijk te genezen aandoeningen. Mijn dochter Lore, die tot voor kort bij Artsen Zonder Grenzen werkte, bracht die realiteit regelmatig binnen in onze huiskamer. Vanzelfsprekend proberen we die organisatie ook financieel te steunen. En daarnaast werk ik als vrijwilliger mee in het Vlot, een regionale organisatie die opkomt voor de armen in onze samenleving.” Meer op www.dischhof.be. De Bioweek duurt nog tot 13 juni.
Chris Dutry
Voor de scherpe prijs van 495 euro (toeslag single: 45 euro) krijg je: * vervoer met luxeautocar voorzien van toilet, bar en video * verblijf in driesterrenhotel op basis van halfpension * begeleiding door een ervaren Nederlandstalige gids * onkosten van de chauffeur * alle uitstappen (zonder toegangsgelden). Niet in de prijs begrepen: vrije middagmaaltijden, persoonlijke uitgaven, dranken tijdens de maaltijden, bijstanden annulatieverzekering 5 %: vrij af te sluiten bij reservatie. Informatie en reservatie bij Gezinsvakantie-Familiatours, Troonstraat 125, 1050 Brussel tel. 02 - 507.89.89,
[email protected], www.gezinsvakantie.be
11 juni 2010
6
Aktief
Veerkracht voor kinderen van verslaafde ouders Ook
kinderen van verslaafde ouders
hebben recht op een gewoon gezinsleven.
Daarom pleit het drugshulpcentrum De Sleutel bij de overheid voor meer ondersteuning van grootouders of andere verwanten die deze kinderen opvangen.
Een
van de preventieacties is het voor-
leesboekje
’Bobbie’,
bedoeld om kinderen
van verslaafde ouders meer veerkracht te geven.
Veel te veel kleine kinderen leven in een omgeving met problemen door alcohol of andere drugs, zo stelt De Sleutel vanuit zijn eigen hulpverlening vast. Deze kinderen begrijpen niet wat er rondom hen gebeurt en soms blijven ze vastzitten in dat onbegrip. Maar als ze goed opgevangen worden door verwanten, riskeren ze zelf minder schade te ondervinden van het alcohol- en drugmisbruik van hun ouders. Stresserende ’plicht’ De grootouders, ooms, tantes enzovoort die deze zorg op zich nemen, hebben vaak het gevoel geen andere keus te hebben. De kleinkinderen opvangen zien ze als hun plicht. Soms is er zelfs druk van de familie om de rol van ’netwerkpleegzorger’ op zich te nemen. Met alle gevolgen van dien, zo blijkt uit getuigenissen die De Sleutel verzameld heeft bij 183 pleegzorgers, waaronder 115 grootmoeders en 13 grootvaders. De opvang van verwante kinderen vinden heel wat pleegzorgers best stresserend. Ze willen immers het beste voor het kind en hebben daar veel voor over. Sommigen geven hun eigen job op, anderen gaan net weer werken om het al-
lemaal financieel te beredderen… Ook hun gezondheid en welzijn lijden onder de situatie en vaak blijft er niet veel tijd of geld meer over om de relaties met vrienden te onderhouden. In tegenstelling tot andere Europese landen, zoals het Verenigd Koninkrijk, bestaat er bij ons geen regelgeving om netwerkpleegzorg voor verwanten van kinderen met verslaafde ouders te ondersteunen. Omdat deze verwanten ’door de feiten’ pleegzorger geworden zijn, zetten de meesten ook niet zelf de
Veerkracht is het toverwoord: jezelf sterker maken in je kwetsbare positie. stap naar een erkenning als pleegouder. Een aantal wil dat ook niet, want ’professionals komen soms bemoeiziek over’, aldus nog de getuigenissen. Toch zou een statuut meer duidelijkheid creëren, bijvoorbeeld in de contacten met externe instanties zoals de school. Toverwoord Hoe kunnen grootouders of andere verwanten ervoor zorgen dat de kinderen die ze opvangen, minder risico lopen om dezelfde weg op te gaan als hun ouders? Daarvoor heeft De Sleutel het boekje ’Bobbie’ ontwikkeld over een speelse hond waarvan het bazinnetje verslavingsproblemen heeft. De hond zoekt met de hulp van zijn buurhond Felix een oplossing om te blijven spelen en lachen.
Brusselse MOBIB-kaart ook voor 65+!
”Het verhaal nodigt uit om als netwerkpleegzorger samen met je (klein)kind aan de slag te gaan”, legt hoofd preventie Peer van der Kreeft van De Sleutel uit. ”In een apart instructieboekje hebben we een heleboel tips verzameld om grootouders of andere verwanten daarbij te helpen. Er staan opdrachten in zoals met een bal gooien, samen spelen zoals twee hondjes zouden spelen enzovoort. De achterliggende idee is kinderen op die manier veerkrachtiger maken.” ’Veerkracht’ is volgens Van der Kreeft het toverwoord, want deze kinderen moeten de kans krijgen zichzelf sterker te maken in hun kwetsbare positie. ”Niet alle kinderen dragen de negatieve gevolgen van de moeilijke gezinssituatie waarin ze opgroeien met zich mee”, weet deze preventiewerker. ”Sommigen lijken op latere leeftijd redelijk onbeschadigd door hun ervaringen heen geraakt te zijn. Maar dat is net omdat ze meer veerkracht hebben. Als volwassene zijn we vooral gefocust op de risico’s voor kinderen als ze later groot worden. Daarbij vergeten we te kijken naar de veerkracht die de meeste kinderen nu hebben als ze nog jong zijn en die we kunnen losmaken. Die veerkracht bij zichzelf ligt trouwens dichter binnen hun bereik dan de alcoholproblemen van hun ouders, waaraan zij toch niets kunnen veranderen.”
Geert Van Hecke Info: bovengenoemde publicaties zijn gratis te verkrijgen op tel. 09-231.57.48 of via www.desleutel.be.
Wie 65 jaar of ouder is, kan vandaag met zijn Omnipas 65+ overal in ons land gratis met bus, tram en metro reizen. Maar in Brussel is deze seniorenpas vanaf juli niet meer geldig. Zoals alle andere abonnees bij de Brusselse vervoermaatschappij MIVB moeten ook 65-plussers zich een MOBIBkaart aanschaffen om gratis te reizen op het Brusselse net. De MOBIB-kaart is een chipkaart die de papieren vervoersbewijzen vervangt. Op deze kaart kun je een vervoersbewijs naar keuze (abonnement, tienrittenkaart, enkele rit) laden. Dat doe je aan de zogenaamde GO-verkoopautomaten, die opgesteld staan in de metrostations en aan belangrijkste bus- en tramhaltes. Hoe aanvragen? Voor de aanvraag van een MOBIBkaart stap je een KIOSK of BOOTIK van de MIVB binnen. Je moet wel een pasfoto meebrengen – die je achteraf terugkrijgt – je identiteitskaart tonen en een waarborg van 5 euro betalen. De MOBIB-kaart is vijf jaar geldig. Als je ze na een jaar niet meer wilt gebruiken, krijg je 4 euro terugbetaald (na twee jaar 3 euro enzovoort). Je kan de MOBIB-kaart ook telefonisch en online aanvragen. Voor het net van de TEC hebben de Vlaamse 65-plussers geen nieuwe kaart nodig. De Omnipas 65+ van De Lijn blijft daar geldig. De MOBIB-kaart is de voorloper van een toekomstige chipkaart die geldig wordt op alle openbaar-vervoersnetten in ons land.
G.V.H. Info: tel. 070-23.20.00, www.mivb.be
Kleurrijke Klein(kind)verhalen Naar aanleiding van onze oproep: ”Vertel in het kort een verhaal van je kleinkind” kregen we heel wat leuke reacties. We selecteerden twee kleurrijke inzendingen, Lutgart ontvangt de originele tekening. Paardenprocessie Paasmaandag ging in Hakendover de jaarlijkse paardenprocessie uit. We gingen er met onze kinderen en kleinkinderen naar toe. Ieder jaar is het een waar spektakel om naar de paardengalop te kijken, gevolgd door een lange stoet van ongeveer 300 paarden. Jarne, Jerbe en Joni hadden ogen te kort om al die mooie zwarte, bruine, witte, gevlekte... paarden te zien voorbijkomen. Plots zei Jarne, wijzend naar een grijs gevlekt paard: ”Kijk, mimi, dat is het mooiste paard van allemaal... het heeft dezelfde kleur als uw haar!” Jos Arnauts Op de bus Toen Eva en Sara in de vakantie een paar dagen bij mij kwamen logeren, gingen we ook
een dagje naar Leuven. Op de terugreis van Leuven naar Kessel-Lo zat de bus tjokvol. Een oudere heer stapte op en ik vroeg aan Sara om bij mij op de schoot te komen zitten zodat er plaats was voor de man op leeftijd. Dankbaar ging hij zitten, verontschuldigde zich, want “hij wou de mama van Sara geen last bezorgen door het kind op haar te nemen”. Waarop Eva: ”Dat is onze mama niet, dat is onze oma.” Waarop die mijnheer repliceerde: ”Dan hebben jullie toch wel een heel jonge oma!” En Eva opnieuw: ”Ja, maar ze heeft haar haar geverfd!” Meer was er niet nodig om een stampvolle bus aan het lachen te krijgen en een warme blos op de wangen van oma te toveren. Lutgart Besard uit Kessel-Lo
Aktief
11 juni 2010
7
Mannen willen seks, vrouwen willen intimiteit… Wat 50-plussers er zelf over denken De 50-plussers
van vandaag zijn een di-
verse groep van midlifers, babyboomers, medioren, senioren en ouderen.
Ze
zijn
opgegroeid in een andere tijdsgeest, met andere waarden en normen rond seksualiteit en intimiteit.
Waarover
hebben we het als we praten
50-plussers? Els Messelis, lector aan de opleiding ’Seniorenconsulent’ van het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen, schreef er een boek over. over seks en intimiteit bij
Het cliché ’Mannen willen seks, vrouwen willen intimiteit’ stamt uit een nog niet zo ver verleden. In het tijdperk waar Kerk en vader het voor het zeggen hadden, was de emancipatie en de seksuele beleving van de vrouw quasi dode letter. Seks was in vele opzichten ’slecht’, ’vies’ en voorbehouden voor voortplanting. Seksualiteit werd daarnaast gezien als een mannenzaak waarbij de vrouw ’onderging’. De seksualiteit was gekoppeld aan de huwelijks- en voortplantingsmoraal. Genot werd niet in beschouwing genomen. Vrouwen – en vooral oudere vrouwen – werden gezien als seksloze wezens. Dit alles heeft zijn weerslag gehad op de relaties die vrouwen uitbouwden en hoe zij seksualiteit beleefden. Het beeld van de seksueel actieve vrouw op rijpere leeftijd was vooral negatief gekleurd. Seksualiteit werd en wordt vandaag nog steeds gekoppeld aan jong zijn. Er kan nu wel opener over bepaalde seksuele thema’s worden gesproken dan pakweg veertig jaar geleden. Maar daaruit besluiten dat seks en intimiteit een open domein geworden zijn voor de meeste 50-plussers is een brug te ver. Senioren, jong of oud, zijn opgevoed in een tijd waar de seksualiteitsbeleving wel aan verandering onderhevig was. Seksuele revolutie? De babyboomgeneratie geldt in de volksmond als een generatie die mondig, assertief en kritisch is, die de seksuele revolutie van dichtbij heeft meegemaakt en die op straat ’baas in eigen buik’ scandeerde. De seksuele revolutie is echter voorbijgegaan aan veel 50plussers. Seks is ook voor hen wel meer bespreekbaar geworden, maar het is een misvatting te denken dat er geen seksuele taboes meer bestaan. Mannen verschillen van vrouwen. Zoveel is zeker. Hoe de liefdesrelatie – waar seksualiteit en intimiteit de lijm zijn voor de kwaliteit van de relatie – uitgebouwd wordt, hangt echter af van diverse factoren. We zetten enkele invloeden op een rijtje:
De duur van de relatie Binnen een affectievolle partnerrelatie is er eerst een toename van de ”passie”: het gevoel iets heel speciaals, opwindends en unieks te beleven. Na enige tijd vermindert die hartstocht en komt de ”intimiteit” in toenemende mate op de voorgrond. Tenslotte is er de ”overgave/toewijding” of de wens om de relatie te behouden en te laten lukken die op latere leeftijd steeds meer aan belang wint. Met andere woorden, naarmate de partners langer samen zijn (en dus ouder worden), verdwijnen passie en seksuele activiteit meer op de achtergrond ten voordele van tederheid en loyaliteit. Uit verkennend onderzoek is gebleken dat jongvolwassenen (intussen dertigers en veertigers) die een relatie hadden met een duur tussen 4,5 en 12 jaar een aantal gemeenschappelijke kenmerken ervoeren met betrekking tot de beleving van hun relatie en seksualiteit. In alle gevallen stelden de onderzoekers een afname van de frequentie van seks vast. Dit leidde echter niet tot een daling van de tevredenheid omtrent seksualiteit. Belangrijke factoren hierbij zijn: acceptatie, meer aandacht voor elkaar, soms experimenteren en communicatie. Vermoed wordt dat er in langdurige relaties een aantal gelijkaardige evoluties zijn, die zowel bij jonge mensen als bij 50-plussers spelen. Bij rijpere personen komen wellicht nog extra factoren om de hoek kijken die de druk op de relatie kunnen vergroten, zoals: seksuele en lichamelijke problemen, gezondheidsproblemen, midlife crisis, opnieuw leren samenleven in het ”lege nest”, vorm geven aan het leven na de pensionering enzovoorts. Dat betekent niet dat duurzame liefdesrelaties ten dode zijn opgeschreven.
Veel echtparen vervallen echter in een ritme van ’naast elkaar leven’. Velen durven de stap naar een relatietherapeut en/of een seksuoloog niet te zetten, wat soms een gemiste kans is. De leeftijd van de partners Hoe ouder, hoe minder behoefte aan seks en hoe meer behoefte aan intimiteit. Het geslacht van de partners Vaak horen we zeggen dat mannen in het algemeen seksueel onbevredigbaar zijn en blijven. Door het hormoon testosteron blijven zij meer dan vrouwen gericht op seksuele driftbevrediging, maar tegelijk minder dan in hun jongere levensjaren. Vaak wordt ook gezegd dat 50-plus vrouwen eerder belang hechten aan intimiteit dan aan seksuele driftbevrediging. Er zijn wel 50-plus vrouwen die er een zeer actief seksleven op nahouden, maar die vormen eerder uitzondering dan regel. Toch kunnen we stellen dat mannen meer op seks gericht zijn dan vrouwen en dat tot op latere leeftijd. Vrouwen zijn meer op intimiteit gericht en blijven dit ook op oudere leeftijd. De kwaliteit van de relatie In een partnerrelatie komen tal van overgangen voor waarbij de partners zich heroriënteren op zichzelf en op elkaar. Het krijgen en opvoeden van kinderen, het ouder worden van de partner en van zichzelf, het verouderende lichaam, confrontatie met ziekte, tegenslag, scheidingen, verlies,... Niet alle liefdesrelaties zijn bestemd om een eeuwigheid mee te gaan. ‘Houden van’ is niet altijd een garantie voor een duurzame en eeuwige liefdesrelatie. Dit wil echter niet zeggen dat alle duur-
zame liefdesrelaties gedoemd zijn om te mislukken. Elkaar graag zien – echt houden van – gaat verder dan pure chemische reacties, ook al is lust, passie, uitstraling en erotiek belangrijk in een liefdesrelatie. Het is een kwestie van elkaar echt graag zien, graag bij elkaar zijn, elkaar graag voelen, ruiken, aanraken, graag met elkaar praten en spelen,... Het heeft ook te maken met respect voor elkaar en de mogelijkheid om een autonoom leven uit te bouwen naast de verbondenheid met de partner. Puur afhankelijke liefdesrelaties die gebaseerd zijn op dominantie, bezit of uitbuiting zijn geen echte liefdesrelaties. Zo ook niet de relaties die gebaseerd zijn op pure onafhankelijkheid waar grenzeloze vrijheid en/of onverschilligheid de maatstaf is. Meer weten? Deze en andere thema’s zijn onderwerp van het boek ’mannen willen seks, vrouwen willen intimiteit’. Eén hoofdstuk wordt gewijd aan een onderzoek dat vanuit het expertisebureau Lachesis werd uitgevoerd in 2007, in samenwerking met Sensoa en het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen. Uit de bevindingen (1037 schriftelijke vragenlijsten werden verwerkt) is gebleken dat seks nog steeds vanzelfsprekend is bij 50-plussers. Zij putten uit een rijk repertoire van seksuele handelingen. Wel blijven de verschillen tussen mannen en vrouwen bestaan: 50-plus vrouwen zijn meer op intimiteit gericht terwijl 50-plus mannen liever meer zouden vrijen.
Els Messelis
11 juni 2010
8
Aktief
Kleine helden, grote gevoelens Begrippen als gemis, eenzaamheid en verdriet op gepaste en gedoseerde wijze aan bod laten komen in (kinder)boeken is geen eenvoudige opgave. Het gevaar om in clichébeelden te vervallen komt al snel om de hoek loeren, vooral als kleinkinderen en grootouders de hoofdrolspelers zijn. In ’Kleinvader’ en ’Hoe oma almaar kleiner werd’ vinden schrijver en tekenares de juiste toon.
Opa is op Filosoferen met je kleinkinderen? Allemaal goed en wel, maar hoe begin je er aan? Soms kan een boek helpen. ’Hebbeding’ is zo’n boek. Je kan er samen in kijken en lezen. Margot Dieleman zorgt voor inspirerende foto’s en Kristel Deweerdt springt creatief om met taal.
’Kleinvader’ (5+) van Edward van de Vendel en Ingrid Godon verscheen al in 2007. Een kleine jongen kijkt heel erg op naar zijn gedreven grootvader. Deze superopa die zich met volle toewijding over zijn kleinkind buigt, heeft echter ook zijn kwetsbare momenten. Wanneer opa aan oma denkt, is hij heel stil en wordt de troostende kleinzoon ’kleinvader’. Vanuit een kinderblik wordt de intense band tussen grootouder en kleinkind met fijngevoeligheid beschreven. De tekeningen (met zachte pasteltinten)
van Ingrid Godon zorgen ervoor dat de warmte van elke pagina afstraalt.
Illustratie: Kristien Aertssen
Kleinvader, 32 blz., 13,95 euro, Querido Vroeger was oma groot. Groter dan de bezem, maar kleiner dan de ladder die achter in de tuin onder de perenboom staat. Maar zo groot heb ik mijn oma nooit gekend. Want hoe ouder ze werd, hoe kleiner ze werd. Het lijkt misschien eigenaardig, maar krimpen is voor oma’s heel normaal. In het zopas gepubliceerde ’Hoe oma almaar kleiner werd’ (6+) brengt Michael De Cock een weemoedig verhaal waarbij een meisje haar ouder wordende oma observeert. Hoe groter en wijzer de kleindochter wordt, hoe smaller de leefwereld van oma. In het
begin van het boek bladeren we in de jeugdjaren van oma Roos. Opa Matroos is haar grote liefde en wanneer haar man sterft is Roos bijna ontroostbaar. Zichtbaar wordt oma kleiner en kleiner. Kristien Aertssen illustreert het allemaal op zeer inventieve wijze en zet daarmee de positieve grondtoon van het boek in de verf. Hoe oma almaar kleiner werd, 48 blz., 14,95 euro, Querido
Ronny De Schuyter
Volg deze maar even: ”Ik ben op Ben. Maar als mijn oma zegt ’ik ben op’, is ze op niemand. En als mijn opa zegt ’ik ben op’, ligt hij niet meer in bed”. Zo gaat dat maar door. Voor je het weet ga je zelf wegdromen en formuleer je nieuwe zinnen en gedachten. Geen boek om in één ruk uit te lezen, maar om af en toe in te bladeren en… te filosoferen. Hebbeding: over hebben en zijn, Lannoo, 94 blz., 14,95 euro.
R.D.S.
Tentoonstelling Gustave van de Woestyne ”U kent de maat van mijn geduld” De Van de Woestyne-tentoonstelling in het Museum voor Schone Kunsten in Gent is een voltreffer. Nooit eerder werden zoveel schilderijen van Gustave van de Woestyne (1881-1947) op eenzelfde plek tentoongesteld. Je krijgt een heerlijk overzicht van zijn oeuvre en wordt getrakteerd op werken die zelden of nooit geëxposeerd werden. De kwaliteit is hoogstaand. De portretten van Prudence de Schepper, mevrouw De Graaff of David van Buuren zijn uiterst subtiel, de ’papeters’ houdt je blik
lang vast, het doek ’Gaston en zijn zuster’ is imposant, ’De kindertafel’ gewoon verbluffend. Gustave van de Woestyne schilderde ’De kindertafel’ (1919) kort na zijn terugkeer uit Engeland, waar hij tijdens Wereldoorlog I verbleef. Het doek is een bevreemdende combinatie van stilleven en groepsportret, van ernst en humor, van kleur en monochromie. Je blijft ernaar kijken. Vanuit vogelperspectief legt Gustave liefdevol zijn kroost vast, zittend rond de eettafel: links de twee oudste kinderen, Maria Joanna en Maxime, centraal de kleine David en rechts de tweelingzusjes Béatrice en Elisabeth. Via een klein portretje, dat onopvallend aan de muur hangt, is zelfs het vroeg gestorven eerste kindje, Maria Alicia, aanwezig. Aan mevrouw De Graaff vertrouwde de schilder toe: ”Ik geloof dat het nog al een aardig groepje wordt. Het is levens grootte en ‘k heb er nog danig veel werk aan […]. ’t Gaat toch zoo traag vooruit. Maar U kent de maat van mijn geduld.” Van de Woestyne was geen veelschilder. Uiterst behoedzaam zocht hij naar de juiste compositie, de optimale kadrering, de treffendste tinten… net zoals zijn drie jaar oudere broer, de dichter Karel, steeds gepassioneerd op zoek was naar het juiste woord. Voor Gustave was Karel de ultieme toetssteen. De mening van zijn broer was heilig, want niemand was hem meer nabij, niemand begreep hem beter. In zijn aandoenlijke memoires, ’Karel en ik’, legt Gustave hun nauwe
band vast in een prachtig beeld. Toen de twee broers als kleine jongens stiekem een luik openden in het huis van hun grootouders, stonden ze plots oog in oog met het zwarte water van de Leie. Ze schrokken en hielden zich stevig aan elkaar vast. ”En ‘k geloof”, zo noteert Gustave, ”dat we ons, heel ons leven lang, op dezelfde manier, stevig aan elkander gehouden hebben […]”. Het tedere portret dat hij in 1910 van Karel schetste, is een blijvende getuige van zijn liefde voor zijn oudste broer. Meer weten? De knappe catalogus van de Van de Woestynetentoonstelling (Mercatorfonds) is in de museumshop te koop. Binnenkort verschijnt bij Meulenhoff-Manteau de langverwachte biografie van Karel van de Woestijne, geschreven door Peter Theunynck.
Win!
De tentoonstelling loopt nog tot 27 juni in het MSK, Citadelpark te Gent. Open van dinsdag tot en met zondag van 10 uur tot 18 uur. Toegangsprijzen 9/ 6,5 euro. We kunnen 10 duotickets wegschenken. Waag je kans en schrijf of mail naar GezinsbondGOSA, Troonstraat 125, 1050 Brussel of via gosa@gezinsbond. be. Vergeet niet ‘Van de Woestyne’ te vermelden.