in grote lijnen
Februari 2011
1. Waarom werd het Mediafonds opgericht?
•
•
•
•
Economische crisis: eist zijn tol binnen Vlaamse televisieomroepen en binnen productielandschap. Ook VAF heeft door besparingen moeten inleveren. Kwalitatief audiovisueel aanbod is belangrijk voor gevarieerde en gewaardeerde media-participatie en een bloeiend medialandschap. Daarom belangrijk dat de overheid investeert in Vlaamse tv-fictie, tv-documentaire en tv-animatie. Televisie-omroep en productiesector stelt veel mensen te werk. We mogen creatief talent in Vlaanderen niet verloren laten gaan. Sterke audiovisuele producties bevorderen het imago van Vlaanderen als creatieve, dynamische regio. Minister Ingrid Lieten beslist Mediafonds op te richten.
2. Doelstelling
•
• •
De Vlaamse overheid wil via het Mediafonds een impuls geven aan de creatie van kwalitatieve en hoogwaardige tv-fictie, tvanimatie en tv-documentaire. Het Mediafonds moet bijdragen tot hogere continuïteit en stabiliteit van de Vlaamse productiehuizen. Het Mediafonds creëert via de ondersteuning van tv-reeksen een specifiek kader voor: – samenwerking rond kwalitatieve Vlaamse televisiereeksen – tussen de Vlaamse onafhankelijke creatie- en productiesector enerzijds – en de Vlaamse omroepen anderzijds.
3. Timing •
Officiële startdatum: 01/01/2011 (volledig budgetjaar)
•
Operationele opstart: voorjaar 2011
•
Eerst doorlopen procedure: – – – –
Ontwerp beheersovereenkomst Inspectie Financiën Vlaamse Regering Europese Commissie
Informatie is onder voorbehoud tot na de goedkeuring door de Europese commissie. VAF onderzoekt inmiddels de aanvragen doch zonder formele beslissing.
4. Budget 2011 •
Mediafonds beschikt over 4 miljoen € budget Media (minister Ingrid Lieten)
•
+ max. 2,52 miljoen € culturele bijdrage uit budget VAF/Filmfonds, dwz Cultuur (minister Joke Schauvliege) – opgelet: afzonderlijke beoordeling op basis van culturele criteria, door zelfde beoordelingscommissie op zelfde ogenblik.
•
= max. 6,52 miljoen € in totaal
Bijkomende zuurstof voor tv-fictie, tv-animatie, tvdocumentaire
5. Wie? Wat? • • • • • •
Bevoegde minister Mediafonds: Ingrid Lieten (Media) Bevoegde minister ‘culturele bijdrage’: Joke Schauvliege (Cultuur) Ingebed binnen en beheerd door de vzw VAF, in het Huis van de Vlaamse Film. Algemene leiding: VAF-directie: Pierre Drouot en Hans Everaert Operationele leiding: Hoofd Creatie: Karla Puttemans Projectbeheerders (1e lijnsopvang en dossierbeheer): – Animatiereeksen: Inge Verroken (tot 1 september vervangen door Sander Vanhellemont) – Documentairereeksen: Myriam De Boeck – Fictiereeksen: Dirk Cools
6. Wat wordt ondersteund? •
Tv-reeksen geselecteerd op basis van onafhankelijke kwaliteitstoets: animatie, documentaire, fictie (VAF ‘Filmfonds’ beperkt zich vanaf 2011 tot single formaten + culturele bijdrage aan reeksen)
•
Reeks (algemeen) = Audiovisuele creatie die uit meerdere afleveringen bestaat. Dit kunnen zowel reeksen zijn van afgeronde producties, als reeksen van afleveringen die niet op zich staan.
6. Wat wordt ondersteund? • Animatiereeks = een audiovisuele creatie in de vorm van een reeks, die in haar productieproces hoofdzakelijk gebruik maakt van enkelbeeldtechnieken, gaande van de verfilming van poppen, voorwerpen en/of tekeningen (b.v. tekenfilm) tot meer digitale, computergeanimeerde technieken. Afbakening binnen het Mediafonds: minimum 3 afleveringen met een minimum totale uitzendduur van 30’ voor de volledige reeks.
6. Wat wordt ondersteund? •
Documentairereeks = een non-fictiereeks, die een behandeling of interpretatie weergeeft van de realiteit, vanuit de persoonlijke betrokkenheid van de maker, met een intrinsiek lange termijnwaarde. Dus niet: reeksen, die louter tot doel hebben informatie te verstrekken of louter beschrijvend zijn, zoals bijvoorbeeld bedrijfsfilms, didactische films, reportages, zuiver wetenschappelijke documentaires, bijdragen voor het journaal of voor een actualiteitenprogramma, …. Afbakening binnen het Mediafonds: minimum 3 en maximum 13 afleveringen met een minimum uitzendduur van 25’ per aflevering.
6. Wat wordt ondersteund? •
Fictiereeks = een audiovisuele, voornamelijk live action-reeks met hoofdzakelijk denkbeeldige personages en gebeurtenissen. Niet: Soap, telenovelles, sitcom in hun gangbare betekenis binnen het televisiemilieu. Afbakening binnen het Mediafonds: minimum 3 en maximum 13 afleveringen met een minimum uitzendduur van 25’ per aflevering.
7. Criteria? •
kwalitatieve Vlaamse televisieproducties: producties in reeksvorm met een hoogwaardig artistiek gehalte, overwegend van Vlaamse origine en met een hoog potentieel bereik (= criteria Media; zie verder voor criteria ‘culturele bijdrage’). – ‘hoogwaardig artistiek gehalte’: hangt samen met, onder andere, de kwaliteit en de originaliteit van het ingediende plan. – ‘hoog potentieel bereik’: vertaalt zich in eerste instantie in nationale en/of internationale waardering en/of publieksbereik. Uitgangspunt is ook dat de gesteunde reeksen in principe door zo veel mogelijk kijkers zouden moeten kunnen bekeken worden – dit wordt mogelijkerwijze nog vertaald in een specifiek criterium. – ‘overwegend van Vlaamse origine’: Accent ligt op reeksen geïnitieerd in Vlaanderen, maar coproducties zijn niet uitgesloten (zie verder).
7. Criteria? •
originaliteit van projecten: dus geen remakes en vervolgreeksen
•
Het moet gaan om producties die niet behoren tot het doorsnee aanbod van de zenders. Het zijn projecten die niet of erg moeizaam tot stand kunnen komen binnen de huidige middelen van de omroepen.
•
Vlaamse tv-omroep is altijd financiële partner. Zijn financiële input bepaalt het plafond dat het Mediafonds in ontwikkelingsen productiefase kan financieren (ontwikkeling: 50/50 Mediafonds/omroep; productie: systeem met multiplicatoren – zie verder).
8. Wie selecteert? •
Afzonderlijke beoordelingscommissies voor het Mediafonds – Commissie animatiereeksen – Commissie documentairereeksen – Commissie fictiereeksen
•
Per commissie: 6 effectieve leden / 6 plaatsvervangers, systeem met rapporteurs, Raad van Bestuur VAF beslist op advies commissies, …
•
Voorzitter: Karla Puttemans
8. Wie selecteert? Beoordelingscommissie Animatie Effectieve leden Sjoerd Raemakers Tom Van Waveren Bruno Felix Christian Willem Alexandra Mores Jan Van Rijsselberghe
Plaatsvervangers Joeri Christiaen Jeroen De Jonckheere Kris Van Alphen Roman Klochkov Gerda Dendooven Arnaud Demuynck
8. Wie selecteert? Beoordelingscommissie Documentaire Effectieve leden Marc Didden Fleur Knopperts John Vandekerckhove Kathleen De Béthune Dorian van der Brempt Bert Beyens
Plaatsvervangers Frank Moens Anna Luyten Pieter Van Huystee Don Verboven Niek Koppen (vanaf 1 mei 2012) Cis Bierinckx
8. Wie selecteert? Beoordelingscommissie Fictie Effectieve leden Jos Geysels Robert Alberdingk Thijm Joop Daalmeijer Frans Lefever Emmy Oost Alain Dessauvage
Plaatsvervangers Jan De Clercq Tom Naegels Boris Pavel Conen Guillaume Van der Stighelen Filip Callewaert Ilse Somers
9. Wanneer en hoe indienen? Deadlines 2011: – 4 april (beslissing juni 2011) – 5 september (beslissing november 2011) – Beslissingsdata onder voorbehoud van formele goedkeuring van – het systeem door Vlaamse Regering en Europese Commissie.
Aanvraagformulieren: zie www.vaf.be
10. Wie vraagt aan? Scenariosteun: De aanvrager is : Ofwel een scenarist, op voorwaarde dat er een ervaren, onafhankelijke producent aan het project is verbonden. Ofwel een ervaren, onafhankelijke producent. Met ‘ervaren’ wordt bedoeld: een producent die reeds een bepaald aantal minuten in de betrokken categorie heeft geproduceerd, dat beantwoordt aan de kwaliteitsnormen van het VAF en in het reguliere circuit werd geëxploiteerd (voor animatie: 30’ in totaal, voor documentaire: 75’ in totaal, voor fictie: 75’ in totaal). In beide gevallen dient er een interessebrief van één of meerdere omroeporganisaties voorgelegd te worden. Financiële inbreng van de zender is wenselijk maar niet verplicht in deze fase. Enkel voor majoritair Vlaamse projecten (uitleg zie verder bij Productiesteun).
Ontwikkelingssteun: De aanvrager is een onafhankelijke producent. Projecten kunnen enkel voor ontwikkelingssteun worden ingediend indien een omroeporganisatie zich schriftelijk heeft geëngageerd om de ontwikkeling van het project mee te financieren. Het Mediafonds kan maximaal hetzelfde bedrag toekennen als datgene waartoe de omroeporganisatie zich uiteindelijk verbindt. Enkel voor majoritair Vlaamse projecten (uitleg zie verder bij Productiesteun).
Productiesteun: De aanvrager is een onafhankelijke producent. Projecten kunnen enkel voor productiesteun worden ingediend indien een omroeporganisatie zich schriftelijk heeft geëngageerd om de productie van het project mee te financieren. Hier geldt de max. multiplicator van x 1 (fictie), x 3 (documentaire) en x 5 (animatie). Uitleg zie verder. Voor majoritair en minoritair Vlaamse projecten. Majoritair Vlaams: In principe worden als majoritair Vlaams aanzien: de projecten die cumulatief aan volgende 2 criteria voldoen: 1. Het project is Vlaams omwille van de identiteit van het artistieke talent, met als sleutelfiguren de scenarist (in scenariofase) en de regisseur (in ontwikkelings- en productiefase), hierna gezamenlijk genoemd de ‘makers’. Voor animatie kan ook de art director (designer) eventueel als sleutelfiguur gelden in ontwikkelings- en productiefase. EN 2. Het project is Vlaams omwille van de productiecontext, meer bepaald via de producent die initiatiefnemer van het project is of die het grootste aandeel in de financiering aanbrengt.
10. Wie vraagt aan? •
Producent = onafhankelijk
•
D.w.z. de producent a) waarvan de rechtspersoonlijkheid onderscheiden is van die van een omroeporganisatie; b) die rechtstreeks noch onrechtstreeks over meer dan 15 percent van het kapitaal van een Vlaamse omroeporganisatie beschikt; c) waarvan het kapitaal voor niet meer dan 15 percent in handen is van een vennootschap die rechtstreeks of onrechtstreeks meer dan 15 percent van het kapitaal van een Vlaamse omroeporganisatie bezit.
11. Bedragen?
• • •
Zowel goedkope als duurdere producties kunnen terecht bij het Mediafonds. Het is de kwaliteit die primeert. Geen vaste bedragen. Bedrag culturele bijdrage = 66,32% van het bedrag Mediafonds Volgende maxima worden gehanteerd (incl. culturele bijdrage!):
•
Scenariosteun:
•
– – – –
Fictiereeksen: max. € 25.000 Animatiereeksen: max. € 25.000 Documentairereeksen: max. € 15.000 Uitzondering: Voor animatiereeksen kan in scenariofase bijkomend max. € 10.000 extra-steun worden toegekend voor de aanmaak van een aanzet tot storyboard en ander grafisch illustratiemateriaal.
11. Bedragen? •
Ontwikkelingssteun: – – – –
•
Fictiereeksen: max. € 75.000 Animatiereeksen: max. € 75.000 Documentairereeksen: max. € 75.000 Uitzondering: Voor animatiereeksen kan de ontwikkelingssteun tot max. € 125.000 bedragen, indien deze steun ook de aanmaak van een pilootproject inhoudt.
Productiesteun (= inclusief vorige steun): – Fictiereeksen: max. € 1.150.000 – Animatiereeksen: max. € 500.000 – Documentairereeksen: max. € 400.000
12. Steunintensiteit? Overheidssteun is onderworpen aan regels van DG Concurrentie van de Europese Commissie. Algemeen wordt gesteld dat de steun, toegekend door het VAF, maximum 50 % van het totale productiebudget van de audiovisuele creatie mag bedragen. In volgende gevallen kan hierop een uitzondering worden gemaakt: Steun tot 75 % van het totale productiebudget van audiovisuele creatie is mogelijk voor: •animatiereeksen: low-budget reeksen (zijnde reeksen met een totaal budget lager dan € 2,5 miljoen), debuutreeksen, jeugdreeksen, auteursreeksen, Nederlandstalige reeksen en reeksen die gebaseerd zijn op een onderwerp dat een aanknopingspunt heeft met de Vlaamse culturele identiteit of het Vlaamse cultuurpatrimonium en erfgoed, of gebaseerd zijn op een Nederlandstalig werk. •documentairereeksen, indien het creaties betreft die een opmerkelijke artistieke of culturele waarde hebben.
13. Multiplicatoren? •
Volgende maximum multiplicatoren worden gehanteerd: – Fictiereeksen: bijdrage van het VAF maximaal gelijk aan de bijdrage van de omroep (d.w.z. maximum multiplicator x 1) – Animatiereeksen: bijdrage van het VAF maximaal een vijfvoud van de bijdrage van de omroep (d.w.z. maximum multiplicator x 5) – Documentairereeksen: bijdrage van het VAF maximaal een drievoud van de bijdrage van de omroep (d.w.z. maximum multiplicator x 3). Opgelet: het betreft hier maximum- en geen vaste multiplicatoren. Het VAF Mediafonds kan ook lagere bedragen toekennen. Daarenboven worden de toegekende bedragen geplafonneerd in functie van absolute maximumbedragen (zie punt 11) en toegelaten procentuele steunintensiteit (zie punt 12).
14. Ook buitenlandse reeksen •
Hoofddoel is de Vlaamse audiovisuele sector en dus Vlaamse producties steunen, en zo een meerwaarde creëren in het tvaanbod.
•
Coproducties met andere territoria zijn niet uitgesloten.
•
Altijd betrokkenheid Vlaamse zender nodig, ook bij minoritaire coproducties.
•
Minimum 20 % van de financiering is Vlaams.
•
Bij minoritaire coproducties met andere territoria in principe pas ondersteuning mogelijk in productiefase.
•
Principe van de wederkerigheid met andere territoria.
15. De tvtv-omroepen? •
Definitie: De openbare en/of de erkende en/of aangemelde Vlaamse televisieomroeporganisaties.
•
Selectie op basis van de kwaliteit van de aanvragen. Geen vooraf vastgelegde verdeling tussen de tv-omroepen.
•
De reeks die moet minstens vertoond worden in open net, d.w.z. uitgezonden door een omroeporganisatie die beschikbaar is in het (analoog/digitaal) basispakket van een distributeur, zonder meerprijs op het basisabonnement.
•
Eventuele nadere bepalingen m.b.t. de beschikbaarheid voor het publiek van de audiovisuele reeks zullen worden opgenomen in het Reglement van het Mediafonds.
16. Budgetten per categorie? •
Fictiereeksen (referentiebedrag + max. culturele bijdrage): Totaal (grootteorde)
•
Animatiereeksen (referentiebedrag + max. culturele bijdrage): Totaal (grootteorde)
•
€ 1.2 mio
Documentairereeksen (referentiebedrag + max. culturele bijdrage): Totaal (grootteorde)
•
€ 4 mio
€ 1 mio
Werkingskosten: – ‘Enveloppe’ van € 200.000 (5%), het beschikbaar saldo zal worden toegevoegd aan steun aan creatie
16. Budgetten per categorie? • • •
10 % afwijking mogelijk. Geen automatische overdracht naar andere categorieën bij nietgebruik. Opgelet: culturele bijdrage is facultatief, op basis van afzonderlijke beoordeling volgens volgende criteria (niet cumulatief en niet in volgorde van belangrijkheid): 1. originaliteit/creativiteit 2. ontwikkeling van nieuw talent 3. inhoudelijke of vormelijke vernieuwing 4. eigenzinnigheid 5. inhoudelijke of vormelijke meerwaarde.
17. Vragen?
Contacteer onze projectbeheerders Animatiereeksen: Inge Verroken (tot 1 september vervangen door Sander Vanhellemont)
[email protected] – 02/226.06.48 Documentairereeksen: Myriam De Boeck
[email protected] 02/226.06.49 Fictiereeksen: Dirk Cools
[email protected] 02/226.06.50