In dit nummer o.a.: Onderzoek Agis Schoenen maken in Archeon Hamerteencorrectie
25e jaargang, maart 2005
1
sinds 1893
Joh. Th.
b.v. Groothandel in orthopedische- en revalidatieartikelen
SCHEIN – KRAEMER – RUCKGABER:
STEUNZOLEN MATERIALEN, GEREEDSCHAP EN MACHINES ORTHO SPORTIV ORTHO LADY ORTHO GENT ACTIFLEX LUCRO AV, ORTHESE EN KORSETSCHOENEN
FLD ( VOORHEEN SPAC)
PULMAN VERBANDSCHOENEN BRUMAN VERBANDPANTOFFELS ADOUR COMFORTSCHOENEN
CAROLI
PERONEUS ORTHESE EN VEREN BREUKBANDEN QUENGEL SCHARNIEREN
REVALIDATIE ARTIKELEN
CARE: KRUKKEN, STOKKEN, LOOPREKJES ENZ. HANDY-CAR: ROLLATORS POPULAIR: ROLSTOELEN
HALFFABRIKATEN VOOR ORTHOPEDIE, ORTHOPEDISCHE SCHOENTECHNIEK EN PODOLOGIE ORTHESEN EN PROTHESEN
SEMI-ORTHOPEDISCHE (B) SCHOENEN
BETISCHE-EN REUMATISCHE VOETEN ORTHESE SCHOENEN
VERBAND SCHOENEN
KORSET SCHOENEN
SCHOENEN VOOR DIA-
ANTI-VARUS SCHOENEN
REVALIDATIE ARTIKELEN
Schulte b.v. Portsmuiden 17, 1046 AH Amsterdam T 020 611 84 55 - F 020 611 53 88 - E
[email protected]
STEUNZOLEN
Voorwoord
Colofon Maar t 2005 Officieel orgaan van de Nederlandse Vereniging van Orthopedische Schoentechnici
Redac tiecommissie O.J.A. Toornend, voorzitter J.P.M. de Boer P.J.A. ten Hengel W. Kaptein Mevr. M. van Vondelen (Tekstblok) M. van der Zande
Redac tiesecretar iaat J. Knook Postbus 227 2300 AE Leiden Tel. 071 - 515 76 26 Kopij aan:
[email protected] Foto’s en andere illustraties aan:
[email protected]
Abonnementspr ijs
€ 35,– per jaar, exclusief 6% BTW
Als ik dit zit te typen, zit ik in het vliegtuig naar Portugal, niet voor een vakantie, maar voor mijn werk. Verwonderd over de techniek zit ik op 10.000 meter met een snelheid van ca. 600km/per uur achter mijn computer. Bedenk, hoe snel de ontwikkelingen van sommige dingen gaan zoals bijvoorbeeld de computer. Vroeger groot, log, zwaar en langzaam. Nu een supersnel handzaam apparaat, dat de wereld binnen handbereik brengt. Schreven wij vroeger brieven en moesten wij soms weken wachten op antwoord, nu gaat dat veelal per email en kunnen wij binnen enkele seconden het getypte woord overal ter wereld afleveren. Daarnaast heeft de computer zich ontwikkeld tot presentatie-medium. De dia en overheadprojector hebben plaatsgemaakt voor multimedia presentaties via de computer. In deze uitgave van het vakblad gaan wij dieper op deze ontwikkelingen in. Wij weten nu allemaal, dat schoeisel ter bescherming dient van gevaren van buitenaf. In de 20ste eeuw kwam daarbij, dat schoeisel ook ter ondersteuning van onze voet kan dienen en zo ontstond de orthopedische maatschoen. Van de fabricage van de eerste schoen naar een onderzoek naar modern orthopedische schoeisel lijkt hier misschien een kleine stap, maar is een ontwikkeling van meer dan 5000 jaar. Ik ga toch nog even terug naar het verleden. Als orthopedisch schoentechnicus zagen wij veel klompvoeten. In de opleiding werd zelfs veel aandacht besteed, hoe deze groep te beschoeien. Nu zien wij ze bijna niet meer, niet, omdat ze er niet zijn, maar de operatieve ingrepen verbeteren zich steeds, zodat over een nieuwe techniek wordt gesproken. Altijd lastig een hamerteen, omdat deze in de schoen drukt en veelal een vervelende likdoorn oplevert. Deze afwijking wordt vaak operatief behandeld, maar zijn deze mensen wel tevreden na de operatie ? Dit lijkt er wel op, zo bijkt uit een recent onderzoek . Wat wij nu wel zien zijn de diabetische voeten, hoewel de ontwikkelingen op dit terrein ook niet stilstaan. Tijdens een ISPO- mini -congres gedurende afgelopen winter is dat wel duidelijk geworden. In een tijd waarin het economisch minder gaat, gaan wij ons steeds meer afvragen of wij een product of dienst nodig hebben en of de prijs/kwaliteit-verhouding nog steeds goed is. Een grote zorgverzekeraar wilde wel eens weten, hoe het nu staat met die orthopedische schoenen bij hun verzekerden. Een uitgebreide enquête volgde, resultaten werden geanalyseerd en een interview met ons vakblad hierover mag dan ook niet ontbreken. Leiding geven aan een bedrijf brengt zo de nodige zorgen en stress met zich mee. Wat doet de eigenaar/ directeur met zijn vrije tijd en hoe ontstrest hij/zij. Een nieuwe rubriek wil dit jaar mensen aan het woord laten over hun manier van ontstressen. Ook nog te lezen in het vakblad: de columns van onze voorzitter en een klant. Informatie over onze OFOM projecten. En er was een feestje bij LIVIT vanwege de opening van een nieuwe zaak en een 25-jarig dienstverband. Veel leesplezier Olav Toornend
Administratie Sels Advies en Secretariaat B.V. Postbus 21328, 3001 AH Rotterdam Telefoon 010 - 205 24 36 Annulering van abonnementen dient schriftelijk drie maanden voor het eerstvolgende kalenderjaar te geschieden.
Adver tentieverkoop Karstens, druk met communicatie Postbus 164, 2300 AD Leiden Telefoon 071 - 51 43 244 Fax 071 - 51 43 549 E-mail
[email protected]
Uitgave Stichting Voorlichting Orthopedische Schoentechniek
Vor mgeving en dr uk Karstens, druk met communicatie Willem Barentszstraat 9, 2315 TZ Leiden Postbus 164, 2300 AD Leiden Telefoon 071 - 514 32 44 Telefax 071 - 514 35 49 Niets uit dit blad mag op welke wijze dan ook worden overgenomen dan met schriftelijke toestemming van de uitgeefster.
Voorwoord Van de voorzitter Kort NVOS nieuws Veslag ISPO congres Geslaagden SVGB OFOM-projecten Column Othopedische schoentechniek en de computer Ontstressen Nieuw filiaal Livit en jubilaris J. Basemans 10 tips e-mail Harry’s tips Onderzoek Agis Archeon Degeneratieve voetafwijkingen Hamerteencorrectie Uit de literatuur Opmerkelijke opmerkingen Evenementen
Inhoud
3 5 7, 10, 15, 19, 25 7 8, 9, 10 10 11 11 13 14 15 16 17 19 20, 21, 23 24, 25 26, 27 28, 29 29 30
H ET
ST EUNPUNT
VOOR U W ORGANISATIE ! Ruime ervaring in uw branche Rootven 41 • 5066 AV Moergestel • Telefoon 013 - 513 60 36 • Fax 013 - 513 60 37 E-mail
[email protected] • Website www.vandampartners.nl
Overleer Voering Plaatmaterialen PISANA steunzolenprogramma Vraag naar onze catalogus! Telefoon
036 - 54 90 258 Footwork - Hopperzuigerstraat 35 - 1333 HM ALMERE Tel: 036-54 90 258 - Fax: 036-54 99 370 - e-mail:
[email protected]
Van de voorzitter Piet de Ruiter
Waar staat de NVOS in 2008? Even met elkaar de hei op. Dat doe je in deze tijd van het jaar niet alleen om uit te waaien, maar ook om alleen of samen met anderen eens goed na te denken over je eigen toekomst of over die van je vereniging. Het NVOS-bestuur zag voldoende aanleiding om eens stevig bij zichzelf te rade te gaan en na te denken over de toekomst van onze branchevereniging. Dat hebben we begin februari gedaan. Medisch-technische ontwikkelingen, schaalvergroting, vergrijzing, Europese wetgeving, nieuwe mededingingsregels en het toezicht van de Nederlandse Mededingings Autoriteit daarop, een nieuw zorgverzekeringsstelsel in 2006, de concurrentie tussen zorgverzekeraars, de deregulering van het hulpmiddelenbeleid, de concurrentie van andere, al dan niet para-medische, beroepsgroepen. Noem maar op. Er komt heel veel op onze branche af: kwade en goede kansen. Zo veel dat je jezelf moet afvragen: hoe ziet de branche er uit in 2008 en wat voor gevolgen moet dat hebben voor onze vereniging? Nauw hangt daar mee samen het beeld dat je wilt oproepen bij je omgeving, de ambities die je daarbij hebt en de vraag met je wil samenwerken. Of juist niet. Valt de nadruk in 2008 nog steeds op de schoen, met andere woorden: ben je op de eerste plaats schoenmaker, of is je
missie breder, d.w.z. is je opdracht de klant – letterlijk! - op de been te houden? In dat tweede geval ben je dus allereerst adviseur en betrek je in de uitvoering meer disciplines dan alleen de orthopedisch schoenmaker, maar ook bijvoorbeeld podologen en podotherapeuten. In dat tweede scenario zijn de bedrijven in onze branche multidisciplinair. Maar niet alleen schaalverbreding, ook schaalvergroting is opgetreden. Het puur ambachtelijke orthopedisch schoenmakersbedrijf is in de meeste gevallen deel gaan uitmaken van een grotere en bredere onderneming die alles in huis heeft dat met de verzorging van voet en been te maken heeft. Daarmee behoeft ambachtelijk vakmanschap niet verloren te gaan. Integendeel; de verschillende disciplines die dat bedrijf in huis heeft kunnen elkaar alleen maar versterken. We hebben over die scenariokeuze pittig met elkaar gediscussieerd. Over één ding waren we het in ieder geval eens: we moeten zo veel mogelijk invloed zien uit te oefenen op de ontwikkelingen om eens heen en daarom niet afwachten totdat anderen voor ons gekozen hebben. Het is een belangrijke strategische keuze waarin de leden het laatste woord behoren te hebben. Die discussie kan niet even op een achternamiddag worden gevoerd. Het NVOS-bestuur wil daarom het gesprek met de leden in etappes voeren en haar uiterlijk in het voorjaar van 2006 afronden. Themaavonden, maar ook ons digitale informatiebulletin en straks onze nieuwe website zullen daarin een belangrijke rol spelen. De uitkomst van die discussie heeft uiteraard ook gevolgen voor onze relatie met andere spelers in de gehele keten van activiteiten in de hulpmiddelenzorg, met zorgverzekeraars, met OFOM, met het beroepsonderwijs, met de politiek, enz. Die relaties zullen opnieuw beproefd worden en ongetwijfeld veranderingen ondergaan. Ook daarom hecht het bestuur aan een duidelijk mandaat van de NVOS-leden, zodat we in 2008 weten waar we staan als branchevereniging. Kortom, petje af voor het verleden, maar verder niet omzien en de mouwen opstropen voor de toekomst.
maar t 2005
5
FDI?@MOC@M
CJ@I@I
@ID@PR@¿½½Á¿½½Â >
/SSN"NBJ"DMDKTW"5 FF@MNMDEO¾Á¾¿ÂÃÆ¿JI@IM@PB@G@?@MGF{?@RRR{JOOJ=J>F{IG
Nieuws van de NVOS Ton Sels
Projec t stoffeninventar isatie
Brandpreventie
De NVOS is erin geslaagd om voor het uitvoeren van een inventarisatie naar stoffenproblematiek in de branche een subsidie van het ministerie van SZW binnen te halen. In dat kader zal dit jaar een inventarisatie worden gedaan naar de situatie bij de bedrijven. Op basis van de uitkomsten worden maatregelen aangereikt waardoor bedrijven eventuele problemen met stoffen kunnen tegengaan of voorkomen. De inventarisatie dit jaar wordt uitgevoerd door BMD Advies. Dit bureau werkt ook op ander vlak al samen met de NVOS en heeft bijzondere expertise in huis als het gaat om stoffenproblematiek bij bedrijven. Voor deze inventarisatie zal een aantal bedrijven met een enquête benaderd worden. Ook vindt er een aantal bedrijfsbezoeken plaats door de BMD. Het bestuur verzoekt u vriendelijk om uw medewerking als op u een beroep wordt gedaan. Wilt u meer informatie over de inventarisatie, dan kunt u contact opnemen met secretaris Ton Sels, tel: 010 – 205 24 36.
Een ander groot risico waar u preventief aan kunt werken is het voorkomen van brand. De gevolgen van brand in uw bedrijf kunnen diep ingrijpen. Denk aan gereedschappen, leesten, machines en het bedrijfspand die door brand kunnen worden vernietigd. Soms zijn de gevolgen van een brand zo ernstig dat de continuïteit van het bedrijf in gevaar komt. In de praktijk blijkt dat veel branden voorkomen hadden kunnen worden of eerder in de kiem gesmoord hadden kunnen zijn. Weet u eigenlijk wat u bij brand moet doen? Heeft u de middelen om brand op tijd te ontdekken en te bestrijden? Ook op het gebied van preventie-advies en preventiemiddelen kan NVOS Risk u adviseren. Denkt u aan het nemen van bouwkundige maatregelen, het verzorgen en onderhouden van blusmiddelen en het geven van cursussen hoe u en uw medewerkers ermee om moeten gaan. Bij brand speelt het element tijd een doorslaggevende rol. Het doel is om de tijd van het ontdekken, voorkomen van uitbreiding en blussen zo kort mogelijk te houden. Een goed plan is daarom van essentieel belang. Belangrijk in dit verband zijn een Ontruimingsplan en een Bedrijfs Noodplan.
In uw agenda: Op de volgende data zijn er weer bijeenkomsten van de NVOS: Maandag 18 april (16.00 tot 20.00 uur) voorjaarsledenvergadering Zaterdag 5 november (10.00 tot 16.00 uur) najaarsledenvergadering
NVOS Risk: Voorkomen is beter dan genezen De titel is misschien een oud en veel gebruikt spreekwoord, maar het gat nog steeds op. Ook op het gebied van ondernemersrisico’s. Door het nemen van de juiste preventieve maatregelen kunt u risico’s verminderen of vermijden en daardoor veel geld besparen. En, nog veel belangrijker dan geld besparen, u houdt uw onderneming gezond.
Voorkom cr iminaliteit Bedrijven en personen krijgen steeds vaker te maken met criminaliteit. Het voorkomen ervan verlangt een professionele aanpak. Inbraak en diefstal leidt tot hoge kosten en veel productieverlies. Maatregelen die genomen kunnen worden lopen uiteen van organisatorische en bouwkundige maatregelen tot gerichte opleidingen. Via NVOS Risk kan een scan worden gemaakt van de situatie in uw bedrijf en worden preventieve maatregelen voorgesteld. Aan deze advisering zijn geen kosten verbonden.
Verklein de kans op schade Er zijn nog meer zaken waaraan u kunt werken om de schadekansen te verkleinen, maar we zullen niet alles opnoemen. Het verschilt ook van onderneming tot onderneming met welke risico’s u te maken krijgt. Een goed advies kan dus alleen worden gegeven na een bezoek aan uw onderneming. Wilt u op maat gesneden advies, neem dan contact op met uw adviseur van NVOS Risk. Het telefoonnummer is 030 – 28 48 611.
Kerstkleur wedstr ijd Het was een kleurige boel op de laatste redactievergadering. De redactie heeft enorm genoten van alle inzendingen. Dat is weer eens wat anders dan alleen maar vergaderen. Unaniem was mening van de redactie: Luke van Noorden uit Purmerend is de grote winnaar van de kleurwedstrijd. Luke heeft inmiddels een prachtig prentenboek via de post ontvangen en namens de gehele redactie nogmaals: Van harte gefeliciteerd Luke!
maar t 2005
7
Verslag ISPO prakt ‘De neuropatische vo “voorkomen is beter Jaap de Boer
Zaterdag 20 november organiseerde ISPO Nederland een praktijkcursus ‘De neuropatische voet bij Diabetes Mellitus’. Het seminar was overtekend dus het deelnemersveld had er goede zin in. Om 9.30 uur opende de secretaris van ISPO Nederland Woytek Polomski de cursus. In zijn introductie was hij verheugd met een dergelijke goede opkomst. De sprekers waren geïnstrueerd om praktijkvoorbeelden te berde te brengen om alle werkers in het veld van nieuwe input te voorzien. Een voorzet op maat, maar wordt deze ook ingekopt?
Diabetes mel litus geen diagnose maar een sy ndroom Het spits van de ochtend wordt afgebeten door Dr. Jan-Willem Meyer; zijn presentatie heeft de titel ‘De diabetische voet, diagnostiek en risicoclassificatie’. In zijn betoog behandelt hij de verscheidenheid aan afwijkingen aan de voeten bij patiënten met diabetes mellitus (DM). Gevolgen van de neuropathie en klinische manifestatie krijgen de volle aandacht. Terecht want in Nederland zijn er 450.000 mensen met DM. Van deze groep heeft 15% een ulcus waarvan 5% leidt tot een amputatie. Door een goede preventie moet een halvering van dit aantal mogelijk zijn. Dr. Meyer heeft een onderzoek verricht waardoor een ‘voorspellend waarde risicoprofiel’ kan worden opgesteld. Dit gebeurt onder andere door de patiënten in te delen in categorieën. In dit profiel speelt diagnostiek een belangrijke rol. Hierbij wordt gekeken naar de voetvorm en verminderde voetbewegelijkheid (LMJ), angiopathie, neuropathie en schoeisel. Daarnaast worden klinische tests gedaan om polyneuropthie vast te stellen (naast de CBO/NDFconsensus) van 1998 op basis van Diabetic Neuropathy Symptomscore (DNS) en Diabetic Neuropathy Examination(DNE) score. Hier worden factoren als o.m. stabiliteit bij het lopen, prikkelende pijnzin aan de orde. Ook spiersterkte, pijnprikkel en vibratiezin aan de orde waarbij een stemvork een onmisbaar hulpmiddel is. De DNE -en DSN-score wordt specifiek opgesteld voor polyneuropthie en heeft een goede voorspellende waarde, is goed reproduceerbaar en eenvoudig door verpleegkundigen en paramedici uit voeren. Een vroegtijdige screening is van groot belang waardoor er in vroeg stadium kan worden ingegrepen. De volgende spreker is mevrouw I. Ruys podotherapeut. Als podotherapeut is zij klinisch werkzaam in het diabetesteam. In dit team werken naast een internist, diabetesverpleegkundige,
8
or thopedische schoentechniek
diëtiste en podotherapeut ook psycholoog. Een discipline die noodzakelijk blijkt om onder andere het omgang met diabetes noodzakelijk maakt. Aan de hand van twee casus wordt getoond wat het werk van het multidisciplinaire DM-teamleden behelst en wat de resultaten zijn. Deze resultaten zijn bemoedigend, maar regelmatig worden de gestelde eisen als niet haalbaar gezien. Vooral vrouwen hebben vaak moeite met de voorgestelde maatregelen zoals maatschoeisel. De lage graad van compliance bij vrouwen zorgt, in tegenstelling tot de mannelijke populatie, ervoor dat bijvoorbeeld een vierjarige multidisciplinaire behandeling toch leidt tot amputatie. De volgende spreker is mevrouw Angelique Penders van het gelijknamige Orthopedische Schoentechniek uit Heythuysen. Zij is werkzaam in organisatie waar 9 podotherapeuten en 13 orthopedisch schoentechnici werkzaam zijn. In haar verhaal schetst Penders dat de podotherapeut verschillende behandelmethoden in huis heeft die van waarde kunnen zijn in een samenwerkingsverband. Naast de teenorthesen, instrumentale wond- en voetbehandelling zijn vilttherapie en schoen- en voetverzorgingsadviezen het werkterrein van de podotherapeut. In de dagelijkse praktijk ziet de schoentechnicus de podotherapeut als een bedreiging en is de samenwerking niet optimaal. Dit is slechts een van de valkuilen die wordt genoemd. Om tot een betere coöperatie te komen zullen o.a. terminologie, verschil van inzicht, communicatie en kennisniveau op elkaar moeten worden afgestemd. Ook willen de beroepsgroepen alles het liefste zelf oplossen en houden ze vast aan hun eigen traditionele werkwijzen. Ter optimalisering van de samenwerking tussen podotherapeut en schoentechnicus doet Penders een aantal aanbevelingen. Zij moeten kennis opdoen van elkaars grenzen en therapie(on-)mogelijkheden bijvoorbeeld d.m.v. regionale bijeenkomsten. Zich richten op
ijkcursus et bij Diabetes Mellitus, dan genezen ” aspecten van samenwerking i.p.v. concurrentie daarbij behoren ook afspraken ten aanzien van beleid en aanpak van bepaalde voetproblemen bij wederzijdse klanten/ patiënten. Hierdoor zal er wederzijds respect ontstaan en zal de drempel om kennis en kunde uit te wisselen worden geslecht. Tijdens deze kruisbestuiving leert de podotherapeut van de OST meer inzicht te verkrijgen in het corrigeren van grotere standafwijkingen, de mogelijkheden van schoentechnische voorzieningen en kennis op het gebied van orthopedische zolenen voorvoetontlasting. De schoentechnicus leert van de podotherapeut o.a. het maken van teenorthesen, andere therapiemogelijkheden, terminologie en rapportageopzet. Ten slotte poneert Penders een aantal stellingen waar bovenstaande waarheden in gevat zijn.
Geduld is een schone zaak Na de koffiepauze is het katheder gereserveerd voor orthopedisch chirurg Dhr. Dr. P. Nolte. Hij vertelt dat het belang van de chirurg vooral het behoud en geen amputatie behelst. Bij wondbehandeling maakt hij onder andere gebruik van een curette om bij osteomyelitis goed op de plaats des onheils te kunnen komen. Zijn devies is vooral: ‘Geduld is een schone zaak’. Soms is de behandeling onconventioneel door naast (gips-)verband ook larven van de huisvlieg of meelwormen in te zetten, want een bedreigde voet is een bedreigd been. Hierbij worden alle middelen ingezet om alles te behouden. Een vaatonderzoek gecombineerd met een controle op de gesteldheid van de vaten en botten! Operaties ten behoeve van een verbeterde perfusie en capillaire refill. De spreker haalt in de presentatie aan, dat bij D.M. niet zo snel het mes wordt getrokken; samenwerking in een multidisciplinair voetenteam verhoedt dat. De aangekondigde gipsverbandmeester laat verstek gaan zodat collega Frans Buchrnhornen zijn betoog ‘Voorkomen is beter dan genezen’ kan starten. Hij zegt dat deze titel ook een missie behelst. De orthopedisch schoentechnicus maakt deel uit van een diabetisch voetenbehandelteam. Slecht passend schoeisel vormt een groot risico voor voetproblemen m.n. ulcera. Dus hier ligt een belangrijke taak en missie voor de orthopedisch schoentechnicus. Zijn missie is geen eenvoudige want de behandelaars vragen hier in dit voorbeeld om een ‘verstandige’ schoen afhankelijk van het stadium waarin de voet verkeert. Deze stadia zijn: preventief, preventieve stadium gepasseerd, doorgemaakt ulcus en post amputatie en Charcotvoet. Aan de hand van beelden wordt alles verduidelijkt. Het hele scala van schoenvoorzieningen, adaptaties
en sluitingen passeert de revue. Ook pleit Buchrnhornen voor een stempel ‘D.M.’ op de productieformulieren zodat iedereen weet welke materialen gebruikt en productiemethode moet worden gevolgd. Hij besluit zijn relaas met aanbevelingen: multidisciplinaire samenwerking dus de schoentechnicus in het voetenbehandelteam; periodieke voetcontrole en behandeling door de podotherapeut; samenwerking van technicus en podotherapeut en als laatste het overwegen van een drukmeting bij voeten met beschadigingrisico. Drukmeting is het volgende onderwerp dat namens Dr. Ir. Ton de Lange door de heer Nick Guldemond, onderzoeker aan de Universiteit van Maastricht, wordt gepresenteerd. Hij stelt dat veel drukken statisch i.p.v. dynamisch worden gemeten. Daarbij worden drukken in de m.t.p.-regio óverschat en op de grote teen ónderschat. Om deze drukken te meten is een blauwdruk onvoldoende. Een gestandaardiseerd digitaal meetsysteem is noodzakelijk maar biedt veel voordelen. De reproduceerbaarheid is een belangrijk gegeven zeker in combinatie met bijvoorbeeld een inlegzooltherapie waar verschillen in vormen en materialen van de diverse beroepsgroepen zoals podotherapeut, schoentechnicus en instrumentmaker. Aandachtspunten in een dergelijk traject zijn standaardisatie m.b.t. loopsnelheid, cadans en loopactiviteit; zoals starten en stoppen, versnellen en vertragen, traplopen en draaien. Ten slotte rest de vraag: ‘Wat wil je meten?’. Mogelijk geven de workshops van de middag antwoord op al deze vragen.
Uitbui ken na de lunch Bij congressen is het na de lunch vaak uitbuiken. Echter de organisatie had in een carrousel een drietal interactieve workshops op het programma gezet, waarbij de nodige calorieën werden verbrand. De workshop telemetrie behandelt ‘de invloed van veranderingen aan de schoenvoorziening objectiveren met behulp van drukmeting in de zool.’ Deze workshop sluit naadloos aan op de ochtendsessie en biedt de deelnemers een blik in de drukmeetkeuken. Met behulp van meetsystemen in de schoenen werden konden drukverschillen worden waargenomen door verschuiving van afwikkeling, afwikkelpunt en bijvoorbeeld polstermateriaal. Uit de workshop blijkt dat er verschillen zijn in belasting van de voetzool bij een bewegelijke - en een geïmmobiliseerde voet, veroorzaakt door de verschillen in het contactoppervlak tijdens lopen: veranderlijk versus constant. Daarnaast zijn er verschillen in het krachtenverloop en de snelheid waarmee de
maar t 2005
9
krachten inwerken. De voetafwikkeling bij een bewegende voet is in een dynamische fase (hielcontact) en een semi-statische fase (afzet voorvoet) in te delen, waarbij tijdens elke fase een krachtpiek ontstaat. Het contactoppervlak is tijdens de tweede krachtpiek relatief klein, wat een hoge weefselbelasting veroorzaakt. Tijdens een stap met onderbeengips is er maar één krachtpiek die gelijktijdig over een groot oppervlak wordt verdeeld. Zowel bij onderbeengips als bij de hiellanding van een bewegelijke voet, kan de landing worden afgeremd door ‘schokdempende’ materialen. Tijdens de voorvoetafzet van een bewegelijke voet kan drukverdeling niet worden bereikt door vergroting van het contactoppervlak, maar wel door het toepassen van materialen met verschillende mate van indrukbaarheid en/of door het maken van uitsparingen. Een onderwerp dat in de toekomst zeker verdere aandacht verdient. Collega Jaap de Boer diepte het onderwerp ‘Onderbeenkoker voor de kwetsbare (bedreigde) voet: het aanmeten, de eigenschappen en technische vervaardiging.’ Dit was een bijzonder actieve workshop mede door de casus in vivo. De deelnemers maakten een gang langs een patiënt met een forse Charcot-voet. Daarna werd de discussie gestart. Bij alle groepen verliep deze geanimeerd en leverde hier en daar nieuwe gezichtpunten op. Men name de wijze van polsteren en de manier van drukvrij leggen van ulcera verloopt op een gewijzigde methode ten aanzien van enkele jaren terug. Ook was er aandacht voor de verschillende schuimmaterialen. Collegae schroomden niet hun mening onder stoelen of banken te steken; erg verfrissend. ‘Screening van de voet’ is het vervolg op de ochtendpresentatie van mevrouw I. Ruys. Aan de hand van een screeningformulier nemen de deelnemers een anamnese af, gevolgd door een sensibiliteitsonderzoek. Heldere vragenformulieren geven binnen enkele minuten uitsluitsel over risicovoeten; een mogelijke surplus bij onze anamnese.
Geslaagd sy mposium Nadat de deelnemers met kennis verrijkt, tevreden huiswaarts zijn gekeerd en de ISPO-organisatie de evaluatieformulieren heeft verwerkt kan met spreken van een zeer geslaagd evenement dat door de participanten, met uitzondering van de accommodatie, beoordeeld werd met goed tot zeer goed. Het volgende ISPO symposium staat gepland voor 12 maart met als thema ‘Voetproblemen bij HMSN’. Wederom een aanrader.
Afstudeerrichting orthopedische schoentechnologie Fontys Hogeschool Werktuigbouwkunde in Eindhoven start met een nieuwe opleiding: de duale versie van de HBO Opleiding Orthopedische Technologie. Deze opleiding krijgt een nieuwe afstudeervariant orthopedische schoentechnologie. De ontwikkeling vindt plaats in samenwerking met twee andere onderwijsinstituten; de SVGB (Stichting Vakopleidingen Gezondheids technische Beroepen) uit Nieuwegein en de Belgische Katholieke Hogeschool Kempen. De branche organisaties NVOS (Nederlandse Vereniging van Orthopedisch Schoentechnici) initiator van dit initiatief en Orthobanda participeren beide in de ontwikkeling van dit scholingstraject. De duale opleiding duurt 3 jaar en is speciaal bedoeld voor mensen die al in de orthopedische of schoentechnische branche werken en nu een HBO getuigschrift Orthopedische Technologie willen behalen, met als specialisatierichting of Orthopedische Schoentechnologie of Orthopedische Technologie. Voor het onderwijs wordt naast plenaire bijeenkomsten gebruik gemaakt van actuele projecten die in het bedrijf worden uitgevoerd waarbij theorie en praktijk bij elkaar komen. Het contact met de docenten en de leerstof zal gedeeltelijk via internet verlopen in een e-learning omgeving. Na een basisjaar waarin een theoretische basis neergelegd wordt zal een verdiepingsjaar naar keuze; of Orthopedische Technologie of Orthopedische Schoentechnologie volgen. Centrale thema’s zullen zijn: innovatie, ontwikkeling en implementatie van nieuwe technologieën en inzichten. Het laatste jaar wordt besteed aan een afstudeeropdracht waarin een onderzoeksopdracht uitgevoerd moet gaan worden. De afgestudeerden, Bachelors of Engineering in Orthopedische Technologie (Ba. of ing.) zullen binnen hun vakgebied een belangrijke rol gaan spelen in de uitoefening van hun professie, en beter in staat zijn aansluiting te vinden bij relevante disciplines in de gezondheidszorg zoals artsen, fysiotherapeuten, zorgverzekeraars, ingenieurs etc. De opleiding gaat van start in september 2005 en zal voor een deel in Eindhoven en in Nieuwegein plaatsvinden.
Geslaagde examenkandidaten bij de SVGB De kandidaten hebben in januari - februari 2005 examen gedaan. Paskamermedewerker oude stijl: De heer J.B. Gepken
10
or thopedische schoentechniek
Orthopedisch Schoentechnicus oude stijl: De heer M.C.M. Benders De heer F.J.W. Theunissen Mevrouw W.W. Staats De heer F. Lieben
Onderwerkmaker nieuwe stijl: De heer T.A.A. Volman
Stand van zaken OFOMprojecten De NVOS werkt hard aan een aantal projecten, die met medewerking van de stichting OFOM mogelijk zijn geworden. De stand van zaken is als volgt:
Schrijf- en uitgeefproject Dit project heeft een prachtige serie vakboeken opgeleverd van een hoge kwaliteit, zowel qua tekst als fotografie. In de serie van zes boeken zijn de volgende titels verschenen: 1. Anatomie en pathologie 2. Orthopedie 3. Maatnemen en leesten 4. Patronen en schachten 5. Onderwerk 6. Orthopedische schoenvoorzieningen De serie is nog steeds beschikbaar. De kostprijs voor de gehele serie is € 295,- (inclusief btw en verzendkosten). De prijs per deel bedraagt € 55,- (inclusief btw en verzendkosten). U kunt een bestelformulier aanvragen bij het secretariaat van de NVOS, tel: 010 - 205 24 36.
Schoen Advies Systeem / Leesten Advies Systeem Dit is een groot project dat in diverse fasen is opgesplitst. De laatste fase is nu aangebroken onder de naam Leesten Advies Systeem (LAS). Hiervoor wordt in opdracht van de NVOS software ontwikkeld om de leestgegevens van cliënten op een uniforme wijze te registeren en op te slaan.
Ook met klompvoeten kom je een heel eind! Je moet het leven nemen zoals het komt. Zoals ik het zie, heb ik het zo slecht nog niet. Ik ben 76 jaar geleden geboren met twee klompvoeten en werd al snel geopereerd. Het moge duidelijk zijn dat ik als kind duidelijk beperkingen had betreffende sporten en buiten spelen. Van sloffen via aangepaste schoenen naar maatschoenen ben ik in 1981 in de handen van de orthopedische schoentechnicus gevallen. Heel vaardige handen. Bij dit bedrijf kan ik ook terecht voor een pedicurebehandeling en voor steunkousen. De kleinschaligheid, het gevoel voor kwaliteit spreken mij in dit familiebedrijf aan. De onderlinge communicatie tussen de disciplines is goed. En dat is belangrijk want ik ben sinds kort van Den Haag naar Nijmegen verhuisd. Een bezoek aan de orthopedische schoentechnicus is een echte dag uit. Mijn mobiliteit is nogal beperkt. Dat betekent dat ik in mijn werk als pater van de orde van Jezuïeten weinig of niet kon voorgaan in de liturgie, geen recepties kon bijwonen en al helemaal geen musea of Rome kon bezoeken. Hierdoor ben ik in het bureauwerk terecht gekomen en heb ik de laatste 30 jaar als secretaris-archivaris van de Provinciaal, hoofd van de Jezuïeten van Nederland, in Den Haag gewerkt. Doordat ik minder mobiel ben, ben ik dus min of meer genoodzaakt om achter mijn bureau te zitten en heb ik veel tijd om na te denken. Ik ben nu aan het schrijven over Jezuïeten in Nederland en daarbuiten in de laatste 60 jaar. Dankzij mijn p.c., e-mail en internet ben ik op mijn manier mobiel! Na mijn verhuizing naar het Kloosterverzorgingshuis Berchmanianum, het klooster waar ik overigens mijn loopbaan in de orde ben begonnen als student, heb ik meer tijd. Helaas dus niet om de mooie bosrijke omgeving af te stropen of te shoppen. Dat is jammer, maar stel nou dat ik wel mobiel was geweest. Dan had ik nooit de tijd genomen om veel na te denken en om te schrijven. Ik prijs mij gelukkig als ik om mij heen kijk. Ook anderen hebben lichamelijke beperkingen als ze ouder worden. Dan vallen die klompvoeten nog wel mee.
Duale opleiding HBO Orthopedische Technologie Onlangs hebben de voorlichtingsbijeenkomsten plaatsgevonden. Alle leden van de NVOS hebben daarvoor een uitnodiging ontvangen. De eerste pilotgroep van deze nieuwe driejarige opleiding met afstudeervariant orthopedische schoentechnologie zal uit ongeveer 15 personen bestaan en start in augustus van dit jaar. Voor de orthopedische schoentechniek is dit een novum omdat hiermee de branche ook een opleiding op hbo-niveau krijgt.
Pater Ben A.J. Henkus S.J.
Website NVOS De opdracht voor het vernieuwen van de huidige niet meer up-todate zijnde website van de NVOS is gegeven. De komende maanden wordt hard gewerkt aan het realiseren van de nieuwe website.
maar t 2005
11
12
or thopedische schoentechniek
De orthopedische schoentechniek en de computer In onze huidige samenleving is de computer niet meer weg te denken. Zowel zakelijk als privé neemt de pc een prominente plaats in. In een vorige bijdrage heb ik de basisprincipes van het programma PowerPoint besproken. In deze editie gaan we wat dieper graven in dit programma om de presentaties een persoonlijk tintje te geven. Er wordt gewerkt met de Windows XP-versie. Jaap de Boer
Sjablonen Nadat PowerPoint geopend is kunnen we aan de gang met een nieuwe presentatie of kunnen we een oude presentatie aanpassen. We kunnen gebruik maken van een bestaand sjabloon. Elk sjabloon bevat tekst en afbeeldingen, die op elkaar zijn afgestemd. De bewerkingen zijn stap voor stap: klik op Opmaak -> Diaontwerp Het diaontwerp (fig. 1) verschijnt met daarin miniaturen van de beschikbare sjablonen. Nadat een van de sjablonen is geselecteerd, is het mogelijk om deze sjabloon van een persoonlijk tintje te voorzien en zelfs op te slaan als je eigen standaard sjabloon.
onbegrensd; lichter, donkerder, meer of minder contrast, kleur opvullen, transparant, enz. De afbeelding ligt nu bovenop de tekstvelden. Op deze manier is het niet mogelijk zichtbaar teksten aan je presentatie toe te voegen. Om nu de indeling van het diamodel zichtbaar te maken, ga je met de cursor op de afbeelding staan en klikt met de rechter muisknop.In dit menu Klik je Volgorde -> naar achtergrond en de dia-indeling wordt zichtbaar en bewerkbaar.Wanneer je zelf ontworpen sjabloon naar je zin is kun je het opslaan: Bestand -> Opslaan als -> Bestandsnaam invullen -> Opslaan als ONTWERPSJABLOON. Bij het maken van een nieuwe presentatie kun je gebruikmaken van je unieke achtergrond. Bedenk wel dat de achtergrond rustig van ontwerp en kleur en niet te donker of licht moet zijn.
Kleurenschema wijzigen Als je een ontwerpsjabloon hebt gevonden dat je aanstaat, maar waarvan de kleuren niet helemaal naar je zin zijn, dan kun je de kleuren van de verschillende elementen wijzigen. Klik op Kleurenschema in het venster Diaontwerp (fig. 2). Er verschijnt een lijst met kleurenschema’s. Klik op het kleurenschema dat je in je presentatie wilt toepassen. Het kleurenschema wordt vervolgens geselecteerd. Klik op kleurenschema’s bewerken wanneer je de kleuren van de afzonderlijke elementen van de dia wilt wijzigen. Klik voor de elementen waarvan je de kleur wilt veranderen op het kleurvakje in de sectie Kleurenschema. Klik op kleur wijzigen. Klik op Standaard of op kleur die je op het element wilt toepassen. Klik na de wijzigingen op ok en toepassen; en de wijziging wordt toegepast. Ook is het mogelijk je eigen sjabloon te ontwerpen en dit als achtergrond bij je presentaties te gebruiken. Als uitgangspunt kun je bijvoorbeeld een logo of foto gebruiken. Klik op Beeld -> Model -> Diamodel (fig. 3). Vervolgens open je het programma waar je betreffende foto of logo is opgeslagen. Je selecteert deze afbeelding (Ctrl A) en kopieert (Ctrl C) deze naar PowerPoint, naar het scherm dat je zojuist hebt geopend. Vervolgens plak je je afbeelding (Ctrl V) op notitiemodel. Indien de afbeelding niet beeldvullend is, is deze beeldvullend te maken door op de hoeken of in het midden op ‘o‘ te gaan staan, en het beeld uit te rekken. De afbeelding is met de werkbalk Figuur te bewerken. De mogelijkheden zijn
Figuur 1
Figuur 2
Opmaakprofiel dia-indeling wijzigen Om het Opmaakprofiel dia-indeling te wijzigen Klik je Beeld -> Model -> Diamodel. Dit scherm laat je de indeling zien en een aantal velden waar opmaakprofiel, datum, voettekst en nummer ingevuld kunnen worden. Deze velden kunnen voorzien worden van je persoonlijke lettertype en tekst. In het grote opmaakprofielblok kun je opsommingen en het inspringen op de verschillende niveaus aanpassen door middel van de tabs op de liniaal te verschuiven. Bij voettekst kunnen bijv. plaats en evenement worden vermeld en in het veld ‘nr.’ kan in het klein het logo worden geplaatst. Wanneer alle instellingen zijn opgeslagen kan er worden begonnen met het maken van de presentatie. De presentatie start met een titeldia, overzichtsdia van de te behandelen onderwerpen en een conclusie of pay-off. Gebruik op de dia’s kernwoorden, geen lappen tekst; dit leidt de aandacht alleen maar af. Ook is het mogelijk om de kernbegrippen na behandeling lichter te laten kleuren. Dit kan met behulp van de optie Animatieschema’s in het menu Diavoorstelling. De animatieschema’s bieden een scala aan mogelijkheden, maar ook hier geldt: ‘Overdaad schaadt’. Houd ’t rustig zodat het publiek geboeid blijft door uw tekst en beelden en niet wordt afgeleid door effecten welke op de lachspieren werken. Momenteel is een enorm boekenaanbod voor het maken van presentaties in allerlei softwareprogramma’s. In de boekhandel is het daarom soms lastig kiezen en een dure miskoop is zo gedaan. Een tip is wellicht om een aan te schaffen boek eerst in de bibliotheek te lenen. Succes met het maken van je presentatie.
Figuur 3 maar t 2005
13
Ontstressen
Bart van Liebergen loopt marathons Een nieuw jaar en een nieuwe rubriek. Over ontstressen. Commercieel directeur van Livit Orthopedie Bart van Liebergen (40) liep zijn eerste marathon in 1988 in Amsterdam. En dat smaakte naar meer. In 2003 liep hij zelfs de marathon van New York (ruim 42 km) en overweegt serieus om ook dit jaar weer van de partij te zijn. Mariska van Vondelen
Hoe gaat u als commercieel direc teur van een groot bedr ijf om met stress? “Gemiddeld werk ik 60 uur per week en heb ik elke dag minimaal een uur reistijd. Daarnaast moet ik s’avonds nog wel eens werken. Toch ervaar ik mijn werk niet als extreem stressvol. Eigenlijk ben ik redelijk easy going. Dat klinkt misschien iets te makkelijk. Sommige zaken lossen zich vanzelf op. En de situaties die direct een reactie vereisen, krijgen die ook.”
Echt geen stress? “De meeste stress komt van de hoeveelheid werk; 35 vestigingen, 400 medewerkers, 15 zorgverzekeraars, etc. Daarnaast moet je vaak overschakelen op verschillende niveaus’s. Zo kan je op één dag aan tafel
zitten met een zorgverzekeraar over een contract, een gesprek hebben met een medewerker over zijn functie en met de accountant om de jaarrekening te bespreken. Tegelijkertijd is dat ook wel de uitdaging. Ook een goede secretaresse voorkomt veel stress. Onze directiesecretaresse Bianca ten Bosch selecteert voor ons, ze neemt boodschappen aan, beheert de agenda en neemt zelfstandig werk uit onze handen.”
Op het werk dus weinig stress. Waarom dan toch trainen voor marathons? “Vanaf mijn jeugd sport ik. Eerst tennis en later hockey. Op de middelbare school won ik enkele loopwedstrijden van 3 km. Tijdens mijn studie in Amsterdam ben ik elk jaar de halve marathon van Amsterdam gaan lopen . Ik ben nog een blauwe maandag lid geweest van de Amsterdamse Atletiek Club. In mijn laatste studiejaar liep ik mijn eerste marathon.
bepaalde cadans en dat ontspant. Pas in 1992, 1993 en 1995 ben ik weer marathons gaan lopen met een team van Unilever, waarmee ik ook binnen de 3 uur gelopen heb. In 2003 liep ik voor het eerst de Marathon in New York.”
New York. Dat is toch wel het ultieme. Hard trainen dus. “Deze marathon is altijd de eerste zondag in november, hiervoor trainde ik vijf maanden drie tot vier keer per week ruim 40 km volgens een persoonlijk schema van een professionele looptrainer (collega van Livit!). Ook loop ik één keer in de week met een groep vrienden. Met hen heb ik samen in New York gelopen. En ja, voor zo’n lange afstand training op zondag ben ik toch wel ruim drie uur van huis. In 2003 liep mijn vrouw ook mee. En dit jaar misschien ook. Dan is het wel schuiven met de tijden.”
Blijft het bij New York? En toen werd u aangestoken door het vir us?
Bart van Liebergen is de 2e van rechts op de bovenste rij, met haarband in.
“Ik ben altijd blijven lopen, gemiddeld twee keer in de week. Voor mij is het belangrijk om in een mooie omgeving te lopen. Vanaf mijn huis loop ik binnen vijf minuten aan de Amstel. De eerste tien minuten loop ik mijn hoofd leeg en daarna kom je in een
“Afgelopen jaar hebben we met een team van tien medewerkers van Livit de ‘Dam tot Damloop’ gelopen onder het mom ‘Lopen met Livit’. Want lopen is toch onze business. Binnen het bedrijf stimuleer ik het graag en ik hoop volgend jaar met een dubbel aantal lopers aan de start te verschijnen.”
ONTSTRESSEN Vanaf nu wil de redactie regelmatig aandacht besteden aan branchegenoten, die met het doel niet in de stress te geraken een speciale hobby beoefenen of op sportief gebied uitblinken. Deze keer Bart van Liebergen, die een verwoed marathonloper is. Kent u mensen in de branche, die voor deze rubriek in aanmerking komen? Of bent u zelf een branchegenoot met die speciale hobby of sport? De redactie houdt zich voor uw reacties aanbevolen.
14
or thopedische schoentechniek
Livit opent filiaal in Zwolle en feliciteert jubilaris John Basemans Begin november is de vestiging in Heino van Livit verhuisd naar een nieuw pand in de Floresstraat in Zwolle. Zaterdag 11 december was de feestelijke opening voor genodigden. En meteen werd vestigingsmanager John Basemans (45) door de directie van Livit gefeliciteerd met zijn vijfentwintig jarige dienstverband bij Livit, voorheen Toornend Orthopedic Service. Mariska van Vondelen
De ligging van het pand aan de Floresstraat kan met recht een Alocatie genoemd worden. Vlakbij de snelweg, aan de rand van het centrum van Zwolle. En omringd door revalidatiecentrum De Vogellanden, de Isala klinieken en andere diverse verzorgingsinstellingen waar door Livit al jaren spreekuren worden gehouden. Voor het gebouw is voldoende gratis parkeerplaats op het kleine bedrijventerrein en openbaar vervoer is dicht in de buurt. John Basemans is dan ook erg blij met de nieuwe locatie. “Sinds een aantal jaren werken we vanuit Heino, waar we een schoenwinkel omgebouwd hebben tot een orthopedische schoentechnisch bedrijf. Deze vestiging zal binnenkort sluiten, maar is uit service naar de cliënten toe nog tot volgend jaar op afspraak twee dagen per week open.” Het nieuwe pand telt 310 m2 die Basemans samen met de medewerkers naar eigen inzicht mocht indelen. “Fantastisch. In de jaren ontwikkel je toch een bepaalde kijk op de routing en de combinatie van winkel en werkplaats. Die ideeën kon ik nu, in overleg met de aannemer, verwezenlijken.” Dit resulteerde in een open ontvangstruimte met winkelfunctie en een uitnodigende ruime balie. Twee paskamers met een mogelijkheid tot uitbreiding naar drie paskamers en een ruime werkplaats. “Ook biedt het de mogelijkheid om de intergratie van pro- en orthesen te bevorderen. En het digitaal scannen van de voeten, waardoor de afdrukken op afstand gelezen kunnen worden in een vestiging elders, waar de steunzolen worden gemaakt. Momenteel zijn wij een pilotfiliaal voor deze laatste ontwikkeling.” In de vestiging werken twee administratief medewerksters, drie werkplaatsmedewerkers en twee orthopedisch schoentechnici. In het bedrijf wordt tot en met de leest en de voorziening zelf gemaakt. Daarna worden de schachten en onderwerken in Portugal of in de vestiging Amsterdam gemaakt voor het compleet afmaken van de orthopedisch schoenen.
John Basemans vier t jubi leum “Toen ik vijfentwintig jaar geleden begon had ik een heel romantisch beeld van het vak. Vooral het met de hand een schoen in elkaar naaien vond ik prachtig,” herinnert Basemans (45) zich met een lach. “Ik had in de schoenenzaak van mijn vader gewerkt en mijn opa was schoenmaker. Doordat ik regelmatig orthopedische schoenen repareerde werd mijn interesse gewekt. Toen ik bij Jan Toornend in Amsterdam aanklopte, mocht ik direct beginnen. Ik volgde naast het werk de opleiding voor orthopedisch schoentechnicus.” Al snel hield Basemans spreekuren in het VU Ziekenhuis en zeven jaar geleden werd hij vestigingsmanager in Groningen en Emmen. Toen het orthopedisch schoentechnische bedrijf in Heino uit haar jasje groeide, stond hij in 2004 aan de wieg van de nieuwe vestiging in Zwolle. Hiervan is hij vestigingsmanager. Ruim achttien jaar reist hij vanuit zijn woonplaats Almere naar Amsterdam, Groningen, Emmen, Heino en Zwolle. Hij houdt spreekuren, bezoekt artsen, is manager en maakt patronen en schachten. “Het werken bij zo’n groot bedrijf is voor mij aantrekkelijk omdat we vernieuwend zijn. In de toekomst wil ik de productgroep meer in de breedte trekken door het aanmeten van elastische kousen en pro- en orthesen te integreren in het orthopedisch schoentechnisch bedrijf.” En op de vraag wat zijn beste eigenschap is, antwoordt hij bescheiden: “Ik ben flexibel en kan goed omgaan met tegenslagen.”
Orthopedische schoenen oubollig? Op prime-time werd een paar orthopedische schoenen expliciet genoemd en getoond door enkele jongeren van een zeer goed bekeken soap voor jongeren tussen de 13 en 17 jaar. Elke werkdag om 19.00 uur wordt op Nickelodeon dit programma uitgezonden. Het speelt zich af in een dierenpark. Een groepje jongeren volgt hier een opleiding tot dierenverzorger. Maandag 31 januari jl. ontdekten de jongeren wie enkele dieren had vergiftigd. En wat bleek, dat deden zij na de vondst van voetafdrukken bij de hokken. Deze waren van ongelijke diepte en hierdoor concludeerden de jongeren dat de dader ORTHOPEDISCHE SCHOENEN moest dragen. Al snel werd de dader gevonden. Een jonge vrouw, in dienst van een projectontwikkelaar, die de grond van het park wilde aankopen voor de bouw van huizen. Dus orthopedische schoenen oubollig? Bij Nickelodeon denken ze daar anders over.
maar t 2005
15
10 tips voor een prettig en effectief e-mail verkeer Wat zijn we blij met e-mail. Even snel de ander voorzien van informatie die niet uitgeprint hoeft te worden. Het is vooral een snel medium. Maar hier ligt juist het gevaar van het onzorgvuldig gebruiken van deze vorm van communicatie. Dus zorg voor een professionele uitstraling en vergeet niet de gebruikelijke van omgangsvormen te handhaven. Mariska van Vondelen
1. 4. 2. 5. 3. 6.
Begin het ber icht met een aanhef en sluit af met een groet .
Elk bericht begint met ‘beste’, ‘geachte’ of voor collega’s met ‘hoi’, waarna de naam van de geadresseerde wordt genoemd. Ook als u een e-mail beantwoordt en hiervoor de knop ‘beantwoorden’ gebruikt en dus het eerder genoemde bericht weer wordt meegezonden, is het beleefd om niet alleen met het woord ‘ja’ of ‘nee’ te antwoorden. Gebruik de aanhef en sluit ook weer af met een groet en uw naam.
Verstuur geen e-mai l in de avond. Wilt u voorwerken doe dat dan niet met uw mail. Ten eerste bent u moe van een drukke werkdag en kunt u de zaken misschien niet meer zo relativeren. In de ochtend ziet alles er toch weer beter uit. Ook staat het niet professioneel. De ontvanger ziet dat u lang doorwerkt en dus uw werk niet af heeft. Daarentegen staat het erg enthousiast als u de e-mail vroeg in de ochtend heeft verstuurd. U bent schijnbaar een vroeg vogel die zin heeft in weer een werkzame dag.
Houdt de taal zakelij k.
U zult de eerste niet zijn die ruzie krijgt om een te informeel verzonden e-mail. Denk goed na voor u de eenmaal geschreven email verzendt. Kan de boodschap niet op verschillende manieren worden uitgelegd? Gebruik dus duidelijke, zakelijke taal. Omdat de geadresseerde u niet kan zien, komen grapjes vaak niet over. Bij sommige bedrijven is afgesproken om het symbool van een lachebekje achter zo’n opmerking te zetten. Bij e-mail verkeer buiten het bedrijf om is dat ten zeerste af te raden. Het komt erg onprofessioneel over.
Ver mijdt onnodige e-mai ls.
E-mail is makkelijk en snel. Maar door miscommunicatie kan e-mail juist ophouden. Denk maar aan het maken van afspraken en het heen en weer mailen van potentiële data. Pak in dat geval de telefoon. Persoonlijke e-mails horen niet thuis in de zakelijke e-mail box.
Beantwoordt een e-mai l niet direc t .
E-mail is snel. En het is een manier van communiceren waar weinig gevoel in ligt. Daardoor kunnen boodschappen verkeerd worden opgevat. U krijgt de e-mail ook te pas en te onpas. Open uw mailbox op een rustig tijdstip. Niet als u druk bent met allerlei andere zaken. Beantwoordt moeilijke e-mails, waar u boos om wordt, niet direct. Laat de boodschap bezinken. Blijft u boos, pak dan de telefoon of loop naar uw collega toe. Schrijf geen boze email terug. Het wordt van kwaad tot erger.
16
or thopedische schoentechniek
Gebr ui k het juiste e-mai l adres. Binnen een bedrijf is vaak heel efficiënt om iedere medewerker die gebruik maakt van e-mail een eigen box te geven met zijn of haar persoonlijke naam. Dit voorkomt irritatie en spaart tijd omdat iedereen zijn of haar eigen mail krijgt. Het is dan niet meer nodig dat een persoon de binnengekomen e-mails moet doorsturen.
Harry’s tips: Stalen neuzen aanbrengen
7. 8. 9. 10.
Schr ijf kor te ber ichten.
Een e-mail hoort snel te zijn. Vertraag de e-mail niet door ellenlange stukken te schrijven. Een goede e-mail is niet langer dan het beeldscherm groot is. Maak ook gebruik van opsommingen. Zo is het in een blik duidelijk voor de ontvanger waar het bericht over gaat.
Op de leest, voor het dichtpennen van de voering, wordt aluminium folie aangebracht om te voorkomen dat de kit aan de leest hecht. Ook tussen de binnenzool en het supplement. Dan een leer neus op de voering aanbrengen, goed laten drogen en het model aanpassen aan de stalen neus. Bij de overgang van de stalen neus naar de rubberen strip: 5 mm. plastazote aanbrengen op de leren neus, dit modelleren naar staal neus – volume beperking (minder kit nodig) en mooie zachte overgang
Benoem het ber icht .
Het onderwerp van een bericht is belangrijk. Hierdoor valt uw bericht op en heeft u meer kans dat de ontvanger snel reageert. Dus niet ‘hallo’, maar bijvoorbeeld ‘vergaderdata’ als u de data van de komende vergaderingen doormailt. Ook bijvoegsels, de zogenaamde attachments dienen een duidelijke titel te hebben.
Vast tijdstip.
Veel mensen hebben de e-mail de hele dag aanstaan. Bij elk nieuw binnengekomen bericht geeft de computer een geluid en dan is het moeilijk om daar niet op te reageren. We zijn tenslotte allemaal nieuwsgierig, dat zit in de mens. Toch is het efficiënter om emails op vaststaande tijdstippen te openen. Meestal heeft u toch geen tijd om direct te antwoorden en is het vaak ook niet verstandig, zie tip 3.
Spam.
De stalen neus licht opruwen en ruim kit (Bison polyurethane) inspuiten. Dan de stalen neus op de leest schuiven en op de werkbank klemmen. Een nacht laten drogen. Volgende dag de overgang zijdelings afwerken met 5 mm. multiform. De contrefort wordt door mij vaak (hoogt supplement) verstevigd met 2 mm renoflex. Het is handig bij het inlijmen de spatranden –en of sierranden op een oude papieren koker te spannen. Zó kun je ze eenvoudig en kompakt inlijmen met weinig werkruimte!
Als u het nog niet heeft geïnstalleerd dan raden we u deze ten zeerste aan: de spamfilter. Ongevraagde reclame e-mails kost u per dag veel tijd. En die kunt u beter gebruiken om uw echte emails te beantwoorden, ander werk te doen of eens rustig een kop koffie te drinken en uw collega te vragen naar zijn of haar plannen voor het komende weekend. Succes!
maar t 2005
17
PENDERS
Orthopedische Schoentechniek B.V.
Podotherapie
DE NUMMER 1 IN VOETZORG
DE NUMMER 1 IN VOETZORG WIL ZICH VERSTERKEN!
Penders Orthopedische Schoentechniek is een vooraanstaande onderneming op het gebied van voetzorg in Nederland. De disciplines orthopedische schoentechniek en podotherapie werken onder één dak samen bij het oplossen van voetproblemen. In 8 vestigingen zijn in totaal 75 mensen werkzaam. Buiten het bedrijf bij toeleveranciers werken daarnaast nog eens 30 mensen aan de vervaardiging van onze orthopedische schoenen. Wij houden spreekuren in meer dan 15 ziekenhuizen en revalidatiecentra. Speerpunten in ons beleid zijn de multi-disciplinaire aanpak van voetproblemen en verbreding van het produkten- en dienstenpakket, onder andere door uitbreiding van de activiteiten op het gebied van geselecteerde comfortschoenen. Klantgerichtheid, deskundigheid en professionaliteit zijn de kernbegrippen in onze filosofie en werkwijze. Wij zijn op zoek naar geïnteresseerde en gemotiveerde kandidaten voor de functie van:
(Assistent-)Orthopedisch schoentechnicus Wij hebben volop mogelijkheden voor gediplomeerde orthopedische schoentechnici, die een duidelijke stap vooruit willen maken in hun loopbaan. Wij bieden een professionele werkomgeving en de mogelijkheid om zelfstandig spreekuren te draaien in onze eigen vestigingen en ziekenhuis-spreekuren. Je voelt je aangetrokken tot het werken in een professionele setting met veel overleg-spreekuren met revalidatieartsen en orthopedisch chirurgen. De samenwerking met podotherapeuten zie je als een welkome nieuwe dimensie in je werk. Mogelijkheden in Delft, Den Haag, Gouda, Rotterdam en Heythuysen. Uiteraard zijn ook reacties welkom van geïnteresseerden die niet volledig aan bovenstaande profielen voldoen.
Je toekomst bij ons Wij zijn een jong bedrijf en kenmerken ons door ons veelzijdig karakter, de korte communicatielijnen en de professionele uitstraling. Wij willen een multidisciplinair bedrijf zijn dat zich in de volle breedte richt op voetproblemen. Voor wat betreft de arbeidsvoorwaarden streven wij te allen tijde naar op het individu gericht maatwerk, dat concurrerend genoemd mag worden.
Interesse? Neem contact op met Ivo Franssen, verantwoordelijk voor personeel & organisatie, of schrijf een brief met C.V. naar: Penders Orthopedische Schoentechniek B.V., t.a.v. Ivo Franssen, Postbus 3116, 6093 ZJ Heythuysen. Sollicitaties zullen vanzelfsprekend discreet worden behandeld.
Voor meer informatie over ons bedrijf kun je terecht op: www.penders-ost.nl E-mailen kan ook: [email protected] hoofdvestiging te Heythuysen Oude Trambaan 25, 6093 CD Heythuysen Postbus 3116, 6093 ZJ Heythuysen Telefoon: 0475 - 493900, Telefax: 0475 - 494166
ISO 9001
Heythuysen
Roermond
Accredited by the Dutch Council for Certification
Tegelen
Rotterdam
Delft
Gouda
Den Haag
Tiel
Conclusies onderzoek Agis orthopedische schoentechniek positief ontvangen “Orthopedische schoentechnici zijn zelfreflecterend, hebben zelfkritiek staan open voor de toekomst.” In het kader van de wettelijke verplichting om als zorgverzekeraar zorgverleners te controleren heeft Agis Zorgverzekeringen een enquête onder 3620 verzekerden gehouden met betrekking tot de orthopedische schoentechniek. Deze verzekerden vertegenwoordigen 3704 declaraties van 115 orthopedische schoenmakers. Een van de conclusies van het onderzoek: de verzekerden zijn bijna allemaal, enkele uitzonderingen daargelaten, zeer positief over de geleverde kwaliteit en service. Manager materiële controle Agis André van Gessel (53) bracht samen met kwaliteitsbeheerder materiële controle Jelle van Buren (27) de bevindingen in kaart. Mariska van Vondelen
Wat is u het meest opgeval len aan de uitslag van het onderzoek? “Naar aanleiding van een NIPO- enquête hebben we gemeend dat het voor Agis noodzakelijk was om de orthopedische schoentechnische branche eens nader te onderzoeken. Zo krijgen we als zorgverzekeraar beter zicht op de branche en het declaratiegedrag van de verzekerden. Ruim 80% van de declaraties betreft A-schoeisel. Dat is een grote kostenpost en we willen in de toekomst meer controle uitoefenen op de afspraak die we hebben om op een meest eenvoudige manier adequate verstrekkingen te leveren. Want door de komst van B- en C-schoeisel zou het mogelijk kunnen zijn om de kosten te drukken. Daarnaast zijn we ook tegen gekomen dat daar waar de orthopedische schoentechnicus pro-actief cliënten benadert er meer bruikbare pare schoenen in de kast van de verzekerden staan. Dat is niet wenselijk. Schoeisel zou geleverd moeten worden aan mensen die echt nieuwe schoenen nodig hebben.”
Wat gaat Agis hier aan doen? “We hebben met de bedrijven die een pro-actief beleid hebben, afgesproken dat Agis hier niet mee akkoord gaat. Dat moet dus anders. Dat pro-actief beleid werd trouwens door diverse bedrijven op verschillende manieren uitgevoerd. Het ene bedrijf stuurde na een jaar een oproep en weer andere bedrijven belden de cliënten op om service te verlenen. Met alle goede bedoelingen overigens, maar Agis vindt dit niet wenselijk. Tenslotte moet de zorg gaan naar de mensen die het nodig hebben en kunnen nieuwe orthopedische schoenen niet worden aangeschaft als nog een bruikbaar hoofd- en een reserve paar schoenen in de kast staan.”
Hebben jul lie nog meer aanbevelingen aan de afdeling Zorg gedaan? “Naast het afkeuren van pro-actief beleid van de orthopedische
schoentechnici hebben wij de aanbeveling gedaan dat orthopedisch schoeisel gecontroleerd kan worden als daar noodzaak toe wordt gezien en dat eventuele boetes kunnen worden opgelegd. Ook wil Agis de verzekerden informeren hoe om te gaan met de dure schoenen, zodat de levensduur verlengd wordt.”
Hoe is jul lie indr uk van de branche in haar geheel? “We hebben de branche goed in kaart gebracht en zijn van mening dat deze ondernemers en zorgverleners zeer betrokken zijn bij de cliënten en het te leveren product. Er is veel productkennis aanwezig en de orthopedische schoentechnici zijn een zelfreflecterende groep mensen die zelfkritiek hebben en open staan voor de toekomst. Ook toonden de bedrijven een grote mate van openheid. En hebben we het contact met de NVOS als zeer positief ervaren. De communicatie tussen en Agis en de branche zal ook zeker verbeterd worden nu we elkaar weer hebben gesproken en er afspraken gemaakt zijn. En wat belangrijk is: de verzekerden zijn erg tevreden over de geleverde producten. Dat is wat Agis graag wil: verzekerden die waar voor hun geld krijgen. Agis wil haar leden goede en betaalbare zorg bieden.”
Open dag SVGB Op zaterdag 9 april a.s. is er de jaarlijkse open dag van het opleidingencentrum SVGB. Tijdens deze dag vinden er diverse activiteiten plaats, die informeren over de verschillende opleidingsmogelijkheden, waaronder orthopedische schoentechniek, orthopedische techniek, schoenhersteller en ambachtelijk schoenmaker. Belangstellenden zijn welkom op die dag tussen 10.00 en 14.00 uur.
maar t 2005
19
Schoenen uit de Middeleeuwen Een kijkje in de schoenmakerij van Archeon Het stond al een hele tijd op het verlanglijstje van de redactie: een kijkje nemen in de schoenmakerij van Themapark Archeon in Alphen aan de Rijn. Op een koude wintermorgen heeft schoenmaker Judith Ammeraal (48) tijd voor ons. Zij heeft zich in de laatste jaren verdiept in de schoen door de jaren heen. Ook maakt zij de schoenen voor de medewerkers van het park. Archeon is tijdens ons bezoek niet open voor publiek, het is stil. Een dun vliesje ijs ligt over de slootjes en de kippen pikken met hun snavels in de bevroren grond. De os ademt warme wolken de koude lucht in. Even terug in de tijd. De Middeleeuwen (anno 1350). Want uit deze tijd stamt de in Edam gevonden schoenmakerij van het park. Mariska van Vondelen
De schoenmakerij bevindt zich in het straatje vlak bij het Klooster. De vindplaats van de het huis is Edam. De schoenmaker in die tijd werkte in het voorste gedeelte van het huis en via een luikje in de voorpui verkocht hij zijn waar. Aan de muur hangen vellen leer en voorbeelden. In die tijd werden schoenen niet op voorraad gemaakt, maar op maat en op bestelling. Deze schoenen waren gemaakt van geiten-, schaaps-, rund- en kalfsleer.
20
or thopedische schoentechniek
De schoenen werden soms van hele kleine stukjes leer gemaakt. Het was dus niet vanzelfsprekend dat de naden van de linker- en rechterschoen op dezelfde plek zaten. Met metalen leermessen werd het leer gesneden. Het leer werd plantaardig gelooid met eikenschors. Hierdoor kreeg het leer body en werd het sterk en compact. Als het leer vochtig werd gemaakt, ontstond een zeer plooibaar materiaal.
De schoenmaker naaide alle delen met de hand in elkaar. Hiervoor gebruikte hij naalden, gemaakt van varkenshaar of koper. En als draad werd gebruik gemaakt van linnen en hennep. Dit draad werd met bijenwas ingesmeerd zodat deze niet meer pluisde en het beter tegen de wisselingen van natte en droge perioden bestand was. De schoenen werden in die tijd altijd als ‘keerschoen’ gemaakt. Dus binnenstebuiten genaaid, nat gemaakt en omgekeerd.
Eigenlijk hadden de schoenen in die tijd meer weg van sloffen. De zolen, liever gezegd, de onderkanten van de schoenen, werden gemaakt van rundleer en de bovenkant van kalfs- of schapenleer. Deze zolen waren niet altijd waterdicht en boden natuurlijk niet voldoende bescherming op ruwe wegen. Dus ontstond het gebruik van de trippen, een sandaal die over de schoen werd gedragen.
De schoen was voornamelijk een gebruiksvoorwerp. Het beschermde de voeten tegen kou en tegen scherpe ondergrond. Toch werden deze schoenen al verfraaid met diverse motieven. Zo is bekend dat de schoenen met ajourpatronen (uitgestanste vormen) werden versierd. Ook met kerfsnijwerk werden patronen aangebracht op het leer. Aan de vorm van de schoenen in de Middeleeuwen kon men de rijkdom van de drager zien: hoe puntiger, hoe welvarender de drager.
Ladingen kinderzooltjes zijn er bij opgravingen gevonden. Zelfs een paar schoenen van een kindje met klompvoeten. Deze zooltjes zijn zo goed bewaard gebleven omdat leer goed conserveert in een altijd natte bodem. Het krimpt wel enigszins. Hierdoor is ook het misverstand ontstaan dat alle mensen in de Middeleeuwen klein waren. Dat is niet waar. Ze blijken even groot te zijn als rond het jaar 1900. Lees verder op pag. 23
maar t 2005
21
Voeten ons probleem... en heeft het jouw
interesse? Huykman & Duyvestein orthopedisch schoentechniek te Den Haag is op zoek naar:
Een handvaardige spontane medewerker m/v Hij/zij zal worden ingezet op de afdeling leestenmakerij en verder opgeleid worden in het maken van supplementen pas- en voeringsschoenen, en verdere werkzaamheden op niveau 3. Wij bieden jou:
Kun jij: I
Met machines omgaan?
I
Een plezierige werkplek (erkend S.V.G.B.)
I
In teamverband werken?
I
Een fulltime job
I
Salaris via de CAO
I
Interne opleiding en begeleiding
Om ons team van gekwalificeerde schoenentechnici te versterken, zijn wij op zoek naar:
Een onderwerkmaker De werkzaamheden bestaan uit: I
Het individueel maken van zowel heren -als damesonderwerken.
I
Het maken van diverse maakwijzen, zoals lijm, flexibel, doornaaien en binnennaaien.
Werkervaring is vereist. Daarnaast moet u kunnen werken in teamverband. Tot uw beschikking staat een moderne werkplaats en een bedrijf dat werkt volgens de erkenningsregeling. Bent u de persoon die wij zoeken, schrijf, mail of bel naar onderstaand adres, t.a.v. dhr. H. M. Duyvestein
Zilverstraat 21 2524 EJ Den Haag telefoon 070 366 18 98 telefax 070 321 45 22 [email protected] www.hdos.nl
orthopedische schoentechniek
Vervolg van pag. 21
De sluitingen van de schoenen in deze tijd zijn zeer divers. Zo werd gebruik gemaakt van benen en metalen knoopjes en veters. Zelfs gespen van koper, ijzer en brons werden gemaakt. Ook de plaats van de sluitingen variëren nogal. Zo zijn schoenen met riempjes aan de zijkant en aan de bovenkant gevonden.
En dat niet alleen. Over de sluiting werd blijkbaar goed nagedacht. Met dit systeem sluit de schoen zich door aan één enkele leren bandje te trekken. Dit bandje is bevestigd aan een hele reeks leren bandjes. Je moet er maar op komen. Nog een leestip van Judith voor echte liefhebbers van het vak: ‘Stepping through time, isbn 90-801044-6-9, www.archeologie-spa.nl
Themapark Archeon Archeonlaan 1 0172-44744 www.archeon.nl [email protected] Van 25 maart t/m 30 oktober 2005 van dinsdag t/m zondag geopend van 10.00 – 17.00 uur. En op de volgende maandagen 28 maart, 16 mei, 25 juli, 1 en 8 augustus en 17 oktober in 2005.
✁K
O
R
T
I
N
G
S
B
O
N
Tegen inlevering van deze originele bon of van een kopie hiervan krijgt u € 1,75 korting per persoon. Maximaal 4 personen. Geldig tijdens het themaweekend op 22 en 23 oktober 2005.
€ 1,75 korting
Niet gelding in combinatie met andere kortingen
maar t 2005
23
Medisch
Bruikbaarheid van orthopedisch maatschoeisel bij patiënten met degeneratieve voetafwijkingen In het project “Revalidatie Technische Hulpmiddelen”, dat werd gefinancierd door ZonMw, is onderzoek gedaan naar factoren die een rol spelen bij de mate van gebruik van orthopedisch maatschoeisel bij patiënten met degeneratieve voetafwijkingen. Dit promotieonderzoek is uitgevoerd door Roessingh Research & Development met medewerking van een 7-tal revalidatieinstellingen en revalidatieafdelingen van ziekenhuizen en een groot aantal orthopedisch schoentechnische bedrijven. Dr. M.J.A. Jannink, Roessingh Research & Development, Enschede
Inleiding Onderzoek heeft aangetoond dat in de Westerse maatschappij degeneratieve voetafwijkingen relatief veel voorkomen, waarbij op basis van zelfgerapporteerde voetklachten prevalenties worden vermeld van 10% tot 24%. De hoogste prevalentie van voetklachten wordt waargenomen bij vrouwen en bij personen ouder dan 65 jaar. Degeneratieve voetafwijkingen, zoals bijvoorbeeld de hallux valgus, klauwtenen en metatarsalgie veroorzaken vaak pijn tijdens het staan en lopen. Hierdoor worden de activiteiten van het dagelijks leven soms ernstig verstoord. In deze gevallen kan orthopedisch schoeisel verstrekt worden. Helaas bleek uit de (internationale) literatuur dat niet-gebruik van orthopedisch schoeisel relatief veel zou voorkomen, wereldwijd variërend van 8% tot 75%. Deze cijfers werden versterkt door “geluiden” vanuit de klinische praktijk. Het is duidelijk dat dit hoge percentage nietgebruik onbevredigend is en daarnaast verantwoordelijk voor aanzienlijke maatschappelijke en gezondheidszorgkosten. De behandeling van degeneratieve voetafwijkingen door middel van orthopedisch schoeisel is voornamelijk gebaseerd op klinische ervaring en ‘trial and error’ en slechts voor een klein deel op wetenschappelijke bewijsvoering. Er is geen onomsto-
24
or thopedische schoentechniek
telijk bewijs voor associaties tussen verschillende bruikbaarheidsfactoren en daadwerkelijk gebruik van orthopedisch schoeisel. Tevens is het voor revalidatieartsen, orthopedisch chirurgen en orthopedisch schoentechnici niet mogelijk om toekomstig gebruik, dan wel niet-gebruik van orthopedisch schoeisel te voorspellen. De definitie van bruikbaarheid, zoals gehanteerd door de “International Organisation for Standardisation” (ISO), heeft als raamwerk gediend voor dit proefschrift. Binnen de ISO wordt bruikbaarheid gedefinieerd als: “de mate waarin een product door een specifieke gebruikersgroep op een effectieve en efficiënte manier naar tevredenheid gebruikt kan worden binnen een bepaalde gebruikerscontext”. De belangrijkste doelstelling van het in dit proefschrift beschreven onderzoek is het inzicht te vergroten in mogelijke associaties tussen bruikbaarheidsfactoren (effectiviteit, efficiëntie, satisfactie en gebruikerscontext) en het daadwerkelijk gebruik van individueel vervaardigde orthopedische schoenen bij patiënten met degeneratieve voetafwijkingen te vergroten. De belangrijkste vraagstellingen van dit onderzoek zijn: 1. Welke bruikbaarheidsfactoren (effectiviteit, efficiëntie, satisfactie en gebruikerscontext) zijn geassocieerd met het daadwerkelijk gebruik van individueel
vervaardigde orthopedische schoenen? 2. Is het mogelijk daadwerkelijk gebruik van individueel vervaardigde orthopedische schoenen te voorspellen op basis van bruikbaarheidsfactoren en persoonlijkheidsfactoren? 3. Is er een relatie tussen voetdrukparameters en voetpijn van patiënten met degeneratieve voetafwijkingen?
Methoden Vanuit een 7-tal revalidatieinstellingen en revalidatieafdelingen in Nederland zijn 100 opeenvolgende patiënten met degeneratieve voetafwijkingen geincludeerd. Daarbij werden de volgende inclusiecriteria gesteld. Patiënten konden deelnemen indien zij: (1) primair degeneratieve voetafwijkingen hadden; (2) in aanmerking kwamen voor volledig maatschoeisel; (3) nederlands konden spreken en lezen; (4) ouder waren dan 18 jaar. Patiënten werden uitgesloten van deelname indien zij: (1) voetinfecties hadden; (2) niet konden voortbewegen zonder rolstoel; (3) analgetica gebruikten ten tijde van het onderzoek. Na inclusie zijn de deelnemende patiënten twee keer gemeten. De eerste keer 1 maand voor de verstrekking van het orthopedisch maatschoeisel. Op dit moment droegen de patiënten nog hun eigen confectieschoeisel. Met behulp van de
Questionnaire for Usability Evaluation (QUE) of orthopaedic shoes (tevens ontwikkeld binnen dit promotieonderzoek) en de Multidimensional Pain Inventory (MPI) werd de huidige situatie van de patiënt in kaart gebracht en werden de verwachtingen van de patiënt geïnventariseerd ten aanzien van het orthopedisch schoeisel. Tevens vond een voetdrukmeting plaats met het in-de-schoen voetdrukmeetsysteem van Pedar Mobile (Novel GmbH) om meer inzicht te verkrijgen in de drukverdeling terwijl patiënten liepen op hun confectieschoeisel. De tweede meting vond plaats 3 maanden na aflevering van het orthopedisch schoeisel. Wederom werden de QUE en de MPI afgenomen, maar nu om de ervaringen van de patiënt met het volledig maatschoeisel in kaart te brengen. Daarnaast werd ook weer een voetdrukmeting gedaan om de drukverdeling onder de voet in de orthopedische maatschoen te meten.
Resultaten De resultaten van deze studie laten zien dat 23 van de 93 patiënten met degeneratieve voetafwijkingen hun orthopedische schoenen minder dan 3 dagen per week dragen. De volgende factoren zijn significant geas-
socieerd met het daadwerkelijk gebruik van orthopedische schoenen: toename in staduur (effectiviteit), afname in huidafwijkingen (effectiviteit), problemen met het aanen uittrekken van orthopedisch schoeisel (efficiëntie), en het cosmetische uiterlijk van orthopedische schoenen (satisfactie). Deze bevindingen geven het belang aan van de toevoeging van efficiëntie- en satisfactiefactoren in relatie tot de bruikbaarheid van orthopedische schoenen.
Momenteel zijn er geen voorspellende factoren beschikbaar aan de hand waarvan clinici en orthopedisch schoentechnici het toekomstig gebruik van orthopedisch schoeisel kunnen voorspellen. Indien potentiële niet-gebruikers van orthopedisch schoeisel in een vroeg stadium van het revalidatieproces geïdentificeerd zouden kunnen worden, kunnen klinische beslissingen aangaande de behandeling mogelijk worden bijgestuurd overeenkomstig de wensen van de patiënt. Het bleek niet mogelijk toekomstig gebruik van orthopedisch schoeisel te voorspellen door middel van bruikbaarheidsfactoren en pijngerelateerde psychosociale factoren. Daarom is het noodzakelijk dat clinici en orthopedisch schoentechnici adequaat schoeisel – type, materiaal, constructie, cosmetiek, etc – verstrekken én het proces na aflevering van het orthopedisch schoeisel goed bewaken. In het geval van niet-gebruik moeten verfijnde aanpassingen aan het orthopedisch schoeisel gedaan worden, waarbij zowel de karakteristieken van de voet als patiëntervaringen in overweging moeten worden genomen. Om deze verfijnde aanpassingen aan het orthopedisch schoeisel te objectiveren is voetdrukmeetapparatuur beschikbaar. Verondersteld wordt dat de plantaire druk verandert als gevolg van botdeformatie en weke delen atrofie. Clinici en orthopedisch schoentechnici proberen veelal door middel van orthopedisch schoeisel de plantaire druk te reduceren door de inwerkende krachten meer evenredig over het plantaire oppervlak te verdelen. De relatie tussen de verschillende voetdrukparameters en voetpijn zijn echter niet geheel duidelijk. Een
van de doelen van deze studie is het effect van orthopedisch schoeisel bij patiënten met degeneratieve voetafwijkingen te evalueren in termen van voetdruk en voetpijn. Tevens is de relatie tussen verschillende voetdrukparameters en voetpijn bestudeerd. Hierbij is de nadruk gelegd op de regio metatarsale 2-3. Deze regio speelt vaak een belangrijke rol bij patiënten met degeneratieve voetafwijkingen. Op basis van deze studie kan geconcludeerd worden dat individueel vervaardigd orthopedisch schoeisel de subjectief ervaren voetpijn verlaagt met minimaal 33% en dat de gemiddelde voetdruk (Paverage) onder de gehele voet is afgenomen met minimaal 10%. Dit duidt niet alleen op een redistributie van de plantaire druk, maar ook op een afname van plantaire druk als gevolg van individueel vervaardigd orthopedisch schoeisel. Daarnaast is er een bescheiden positieve correlatie gevonden tussen de gemiddelde voetdruk (Paverage) onder metatarsaal regio 2-3 en voetpijn tijdens lopen.
Japans opleidingsinstituut op bezoek Studenten, bestuur en begeleiders van de Highschool for Medical Welfare, die is gevestigd in Kobe in Japan, zijn onlangs op bezoek geweest bij Jos America Machines in Vlijmen. De highschool is een opleidingsinstituut voor de orthopedische schoentechniek in Japan. Japan, met een bevolking van ruim 127 miljoen inwoners, telt ca. 5 à 6 miljoen diabetespatiënten, welk percentage ruim hoger ligt dan de percentages in de landen van West Europa. Ook de vergrijzing van de bevolking betekent een grote uitdaging voor orthopedisten. De kennis op het gebied van orthopedische schoentechniek is nog niet sterk ontwikkeld. De highschool heeft dan ook de dankbare taak daarin verandering aan te brengen. Daarnaast bezoeken de studenten regelmatig opleidingsinstituten, bedrijven en ziekenhuizen in Europa. De groep die Jos America bezocht, bestond uit zo’n 40-tal studenten, die erg enthousiast was over de ontvangst.
maar t 2005
25
Medisch
Tevredenheid na hamerteencorrectie door een resectieartrodese B.H. Bosker (co-assisitent) en C.C.P.M. Verheyen (orthopedisch chirurg)
83 patiënten (124 tenen) ondergingen een resectieartrodese van het PIP-gewricht, wegens een rigide hamerteendeformiteit. De mate van tevredenheid, na een gemiddelde follow-up van 4.5 jaar, werd geëvalueerd. Gegevens werden middels statusonderzoek en telefonische enquête verkregen, tevens werden röntgenfoto’s beoordeeld op de mate van consolidatie. Inventar isatie De afwijking kwam het meest voor bij vrouwen en de tweede teen was vaker aangedaan. De indicatie betrof in 86% pijn. Fixatie vond plaats door een Kirschnerdraad (63 patiënten) of hoedepen (20 patiënten). Patiënten met een röntgenlogisch bevestigde pseudartrose waren in het algemeen minder tevreden ten opzichte van de groep die wel consolidatie bereikte. In totaal was 76% van de patiënten tevreden met het eindresultaat en 82% gaf aan de ingreep opnieuw te willen ondergaan als de indicatie zich weer zou voordoen.
Introductie Een hamerteen is een deformatie van de voorvoet, waarbij er sprake is van een flexiestand in het proximale interphalangeale gewricht (PIP). Als er tevens een (hyper)extensie stand van het metatarsale phalangeale gewricht (MTP) bestaat, betreft het een klauwteen (Figuur 1). Bij lichamelijk onderzoek kan er een onderscheid gemaakt worden tussen een flexibele en een rigide hamerteen waarbij de stand van de hamerteen respectievelijk wel en niet manueel te corrigeren is.3 Een dergelijke deformatie geeft vaak aanleiding tot klachten zoals bijvoorbeeld pijn in de schoen. Dikwijls ontstaan clavusformaties ten gevolge van chronische irritatie op drukpunten hetgeen een ontsteking tot gevolg kan hebben. De etiologie van de hamerteendeformatie is multifactorieel. Het kan onder andere geassocieerd zijn met hallux valgus, trauma, arthrose, arthritis, suikerziekte en neurologische aandoeningen.1,4,5,13,14 De incidentie van hamerteendeformaties neemt toe met de leeftijd met een piek tussen het 40 ste en 70ste levensjaar6,12 en komt vaker voor bij vrouwen.2,6 Correctie van de hamerteen is waarschijnlijk de meest uitgevoerde orthopedische ingreep op de poliklinische behandelkamer.8 Het is dan ook opvallend dat in de literatuur slechts een beperkt aantal onderzoeken naar de resultaten en tevredenheid van deze ingreep zijn verricht. Het doel van deze retrospectieve studie was dan ook het
26
or thopedische schoentechniek
inventariseren van de tevredenheid na hamerteencorrectie door een PIP-resectieartrodese met tijdelijke fixatie.
Patiënten en methoden Van de patiënten die van 1995 tot en met medio 2003 aan een hamerteen geopereerd werden in de Isalaklinieken in te Zwolle werden de polikaarten en röntgenfoto’s opgezocht en geïnventariseerd volgens een vast schema. Tevens werd telefonisch een vragenlijst ingevuld. Statusonderzoek: De volgende items werden genoteerd: personalia (leeftijd, geslacht, datum van de ingreep), comorbiditeit (diabetus mellitus, reumatische arthritis, vasculaire afwijkingen), klacht (aard en duur), lichamelijk onderzoek (stand voeten en tenen, clavusformaties, rigide of flexibele deformiteit, andere voorvoet afwijkingen), operatie (gelijktijdige ingrepen, technieken), nabehandeling (duur van de stabilisatie en immobilisatie, tijdstip verwijdering), complicaties (infekties, reoperatie) en röntgenfoto’s (consolidatie). Vragenlijst: Inventarisatie naar de mate van tevredenheid werd verkregen door middel van een telefonische enquête. Gevraagd werd, of de voornaamste reden voor de ingreep pijn of cosmetisch van aard was, hoe de patiënt het resultaat na de ingreep inschat (uitstekend, goed, matig of slecht) en naar gebruik van orthopedisch schoeisel of steunzolen.Tot slot werd de vraag voorgelegd of de patiënt opnieuw dezelfde hamerteencorrectie zou willen ondergaan indien de indicatie zich zou voordoen. Operatieve techniek: Lokale anesthesie wordt middels een lidocaïne injectie volgens Oberst toegediend. Met de patiënt in rugligging wordt de voet gejodeerd en afgedekt met een gatdoek. Een horizontale ellipsvormige incisie, door huid en pees, over het PIP-gewricht van de aangedane teen waarbij een eventuele clavusformatie wordt geëxcideerd. Na een capsulaire en ligamentaire release worden de condylen van de proximale phalanx verwijderd met een snijdende beentang. Met een curette of knabbeltang
wordt het gewrichtskraakbeen van de midphalanx verwijderd. Indien nodig voor adequate correctie wordt de flexorpees doorgenomen. In de gewenste stand wordt een Kirschnerdraad door het DIP en PIP gewricht geboord of met een extra-ossale hoedepen ondersteund. De incisie wordt met ethylon in één laag gesloten (tenodermodese). Na hamerteencorrectie wordt een drukverband aangelegd en de laatste 4 jaar een voorvoet ontlastende postoperatieve schoen gebruikt gedurende 3 weken (Figuur 2).
Resultaten In de periode maart 1995 - februari 2003 konden van 83 patiënten, bij wie 124 hamerteen-correcties werden uitgevoerd in de Isalaklinieken Zwolle, de gegevens worden verzameld. Het betrof 68 vrouwen en 15 mannen met een gemiddelde leeftijd van 57 jaar (16-87). De gemiddelde followup bedroeg 4.5 jaar (8-109 maanden). De voornaamste indicatie voor de ingreep was pijn (Tabel 1). Een pijnlijke clavusformaties op het dorsum van het PIP-gewricht kwam in 83% van de patiënten voor. Naast de hamerteen deformatie werd in 78% melding gemaakt van een voetafwijking. Tijdelijke K-draadfixatie vond bij 92 tenen van 63 patiënten plaats terwijl de overige 32 tenen van 20 patiënten met een hoedepen ondersteund werden. De tevredenheid staat vermeld in Tabel 2. Van de 124 hamertenen kwam 67% aan de tweede (83 deformaties), 20% aan de derde (25 deformaties), 11% aan de vierde (13 deformaties) en 2% aan de vijfde teen voor (3 deformaties). De resultaten per teen staan vermeld in Tabel 3; de complicaties van de gehele groep zijn weergegeven in Tabel 4. Bij ongeveer 1⁄3 van de patiënten waren postoperatieve röntgenfoto’s beschikbaar waardoor in totaal 43 tenen beoordeeld konden worden op de mate van consolidatie. De laatste foto, gemiddeld 37 maanden (7 wkn79 mnd) postoperatief, werd beoordeeld. Van de 28 patiënten waren 20 met een Kdraad behandeld en 8 middels een hoedepen. Tabel 5 geeft een beeld van de relatie tussen tevredenheid en consolidatie.
Discussie en conclusies Ondanks het feit dat de hamerteen een veel voorkomende teenafwijking is, kan het klinisch toch lastig zijn deze van een klauwteen te onderscheiden. Voor de flexibele variant van beide typen is de behandeling identiek namelijk een buigpeestranspositie . Voor een rigde hamerteen is een PIP-resectieartrodese of resectieartroplastiek meestal afdoende terwijl voor een klauwteen vaker aanvullend een release rond het MTPgewricht en strekpeesverlenging noodzakelijk zijn. De indicatie in de beschreven groep betrof rigide hamertenen maar het is zeer waarschijnlijk dat er sprake is geweest van onderbehandeling waar het eigenlijk een uitgesproken klauwteen betrof. In deze studie bleek dat pijn de voornaamste indicatie (86%) voor de ingreep was. In een vergelijkbare studie door Coughlin et al. was dit 78%3. De meeste patiënten beoordeelden het eindresultaat dan ook op basis van pijnverlichting. Het recidiveren van de deformatie werd door de meeste patiënten niet als hinderlijk ervaren, zolang er maar geen pijn in het spel was. Ons onderzoek bevestigd andere resultaten waaruit blijkt dat de hamerteendeformatie met name aan de tweede teen voorkomt.9, 10, 13, 14, 11, 15 Beweerd wordt dat een langere 2de teen mogelijk een risicofactor voor het ontstaan van de afwijking kan zijn.3 Dhukaram et al7 noemt de mogelijkheid van het dragen van te kleine schoenen. Tevredenheid over correctie van de deformatie aan de tweede teen was niet hoger dan bij de andere tenen terwijl het dan toch enigszins verrassend is dat pseudartrose het minst gezien werd bij digitus 2. In het algemeen namelijk, lijkt het voorkomen van pseudoartrose een verband te hebben met een lagere tevredenheid. Een mogelijke oorzaak kan zijn dat pseudoartrose meer kans geeft op een recidief van de hamerteenstand en pijn. Hierbij dient te worden opgemerkt dat röntgenfoto’s postoperatief in het algemeen niet routinematig gemaakt worden maar naar aanleiding van persisterende klachten, vaker bij relatief “ontevreden” patiënten. Dan zou het aannemelijk zijn dat het percentage pseudoartrose voor de gehele groep wel eens lager zou kunnen zijn dan de 42% in de subgroep waarvan wel foto’s gemaakt zijn. In de literatuur wordt het percentage pseudoartrose tussen 10 en 50% opgegeven.9, 12 In totaal was 76% van de patiënten tevreden met het eindresultaat en 82% gaf aan de ingreep opnieuw te willen ondergaan als de indicatie zich opnieuw voor zou doen. In de studie van Coughlin et al. was de tevredenheid vergelijkbaar (84%)3 en in een andere studie 50%.9 Uitspraken tussen verschillen in fixatie met K-draad of hoedepen kunnen op grond van de data niet gedaan worden. In onze kliniek
is het nu gebruikelijk de K-draad toe te passen. Wat betreft de nabehandeling hebben we de indruk dat de postopschoen een adequate bescherming tegen pijn en ongemak geeft en enige mobilisatie goed toelaat; specifiek onderzocht is dit niet. Dit onderzoek leent zich niet voor statistisch verantwoordde uitspraken en daarom wordt in deze beschouwing niet ingegaan op vergelijkingen van kleine groepen of uitspraken gebaseerd op enkele patiënten. De studie had tot doel de tevredenheid na een correctie van een rigide hamerteen in beeld te brengen; dan blijkt dat globaal 80% tevreden was of de ingreep weer zou ondergaan.
Figuur 2 Postop-schoen
Klacht voor de ingreep
Aantal
Pijn
86%
Cosmetisch
6%
Overig
8%
Referenties 1. Branch H. Pathologic dislocation of the second toe. J. Bone Joint Surg 1937; 19; 978-984. 2 Cameron H, Fedorkow, D.Revision rates in forefoot surgery. Foot Ankle 1982; 3; 47-49. 3. Coughlin MJ, Dorris J, Polk E. Operative repair of the fixed hammer toe deformity. Foot & Ankle 2000; 21; 94-104. 4. Coughlin M, Thompson F. The high cost of high fashion footwear. Instructional course lectures, vol. 44 1995, AAOS, Rosemont, pp.371-378. 5. Dhukaram V, Hossain S, Sampath J, Barrie JL. Correction of hammer toe with an extended release of the metatarsophalangeal joint. JOBJS 2002; 968990. 6. Harmonson J, Harkless L. Operative procedures for the correction of hammer toe, claw toe, and mallet toe. A literature revieuw. Clin Podiatr Med Surg 1966; 13; 211-220. 7. Lehman D, Smith R. treatment of symptomatic hammer toe with a proximal interphalangeal joint arthrodesis. Foot Ankle int 1995; 16; 535-541. 8. Scheck M. Etiology of acquired hammer toe deformity. Clin Orthop 1977; 123; 63-69. 9. Schlefman B, Fenton C, McGlamry E. Peg in hole arthrodesis. J.Am Podiatr Med Assoc 1983; 73; 187195. 10. Schnepp K, Hammer-toe and claw foot. Am J of Surg 1937; 36; 351-359. 11. Shaw A, Alvarez G. The use of digital implants for the correction of hammer toe deformity and their potential complications and management. J Foot Ankle Surg 1992; 31; 63-74.
Tabel 1 Indicatie
K-draad
Hoedepen Totaal
Uitstekend
32%
20%
29%
Goed
49%
40%
47%
Matig
11%
15%
12%
Slecht
8%
25%
12%
Opnieuw? Ja/nee
86/14%
70/30%
82/18%
Aantal patienten
63
20
83
Tabel 2 Resultaten (percentages aantal patiënten).
Dig. 2
Dig. 3
Dig. 4
Dig. 5
Uitstekend of Goed 48/66 ptn 14/18 ptn 10/11 ptn 3/3 ptn (73%)
(78%)
(91%)
(100%)
Pseudoartrose (radiologisch) 11/30 tenen 3/7 tenen 4/6 tenen (37%)
(43%)
(67%)
(-)
Tabel 3 Resultaten per teen
K-draad
hoedepen Totaal
Uitgelopen draad/pen 2 ( 2%) 5 (17%)
7 ( 6%)
24 (25%) 5 (17%)
29 (23%)
Gevoelsstoornissen 8 ( 8%) 5 (17%)
13 (10%)
Standsafwijking Infectie
1 ( 1%) 1 ( 3%)
2 ( 2%)
Tabel 4 Complicaties
Figuur 1 Klauw- en hamerteen
Dit artikel is eerder verschenen in In dit verband. De auteurs zijn werkzaam op de lokatie Weezenlanden van de Isalaklinieken te Zwolle. Meer informatie: e-mail [email protected] of [email protected]
K-draad
Tenen
Pseudoartrose
10 (33%) 3/5 ptn
Uitstekend of Goed
Consolidatie
20 (66%) 14/15 ptn (93%)
(60%)
Hoedepen Pseudoartrose
8 (62%)
1/4 ptn
(25%)
Consolidatie
5 (38%)
3/4 ptn
(75%)
Pseudoartrose
18 (42%) 4/9 ptn
(44%)
Consolidatie
25 (58%) 17/19 ptn (90%)
Totaal
Tabel 5 Relatie radiologische doorbouw en resultaat.
maar t 2005
27
Uit de literatuur P.J.A. ten Hengel
Tijdschrift MOT met speciale editie over klompvoeten Inleiding De klompvoet is een al sinds de oudheid bekend ziektebeeld. De afwijking komt relatief frequent voor (1 tot 2 op de 1000 geboorten). De diagnose kan (zeker bij duidelijke vormen) eenvoudig gesteld worden bij het lichamelijk onderzoek: er zijn geen ingewikkelde hulponderzoeken nodig. De eerste beschrijvingen van de behandeling van de klompvoet stammen uit 1740. Uiteraard betreft dat in die tijd een conservatieve behandeling. Al snel wordt door middel van operatieve ingrepen getracht de voet te corrigeren onder meer door een verlenging van de achillespees. In de loop der tijd is zeer veel gepubliceerd over de behandeling van de klompvoet. Bij perioden lijkt de conservatieve behandeling te prevaleren, daarna volgen weer publicaties waar diverse operatieve ingrepen de eerste keus lijken te zijn. De laatste jaren verschijnen er ook publicaties van behandelingen met Botox, CPM (continous passive motion) en met orthesen. Een uitgave van het tijdschrift Medizinisch Orthopaedische Technik (5/2004) is geheel gewijd aan het ziektebeeld van de klompvoet. Het aardige is dat er verschillende behandelmethodieken naast elkaar staan.
De klompvoet De term klompvoet komt van het Engelse clubfoot en refereert aan de vorm van een golfclub. Het heeft niets te maken met een houten klomp. Het beeld bestaat uit een spits- en een varusstand van de achtervoet en een pronatie en een adductie van de voorvoet; in allerlei combinaties en gradaties. De klompvoet kan primair zijn of een onderdeel zijn van een syndroom of een neurologisch ziektebeeld. Probleem bij een klompvoet is, dat de voet als het ware geprogrammeerd is in een afwijkende stand te groeien. Ook indien de voet goed is gecorrigeerd, blijft een voortdurende controle nodig. totdat de voet is uitgegroeid. De voet blijft tijdens de groei voortdurend de neiging hebben om weer te vergroeien. Ook als de klompvoet primair is (en dus geen onderdeel van een syndroom of neurologisch ziektebeeld) dient er altijd goed gekeken te worden naar de heupen. Bij klompvoeten is er een verhoogde kans op een heupdysplasie.
Behandelmogelij kheden De meeste auteurs zijn het erover eens dat de behandeling van de klompvoet in een zeer vroeg stadium moet beginnen en wel met een conservatieve behandeling. Een aantal auteurs noemt de eerste levensdag; anderen beginnen wat later. Aanvullende diagnostiek (bijvoorbeeld een röntgenfoto) is niet nodig en ook
28
or thopedische schoentechniek
niet zinvol De (toekomstige) botdelen van de voet zijn nog niet verbeend en zijn dus niet te zien op de röntgenfoto. Omdat er vele verschillende vormen zijn is op een aantal manieren getracht een indeling te maken. De indeling van Dimeglio (1,3) is een bruikbare indeling en geeft ook een richting aan de behandeling. In de eerste fase bestaat de behandeling uit mobilisatie van de voetbeentjes, redressie,en fixatie door middel van gips. Het gips wordt aanvankelijk frequent gewisseld en later met grotere tussenpozen. In nog een later stadium worden orthesen in diverse vormen gebruikt. Indien met deze methode onvoldoende correctie wordt bereikt worden operatieve ingrepen gepland. Afhankelijk van het probleem en de inzichten of een weke delen operatie of ingrepen aan het bot (of een combinatie van deze operaties).
Een helder protocol Voor eenieder die kennis wil nemen van een heldere behandelrichtlijn voor de klompvoet is het artikel van J Semmelmann (1) een aanbeveling. In een artikel met fraaie foto’s beschrijft hij helder, hoe hij vindt, dat de klompvoet moet worden behandeld. De methode van redressie en de manier van immobilisatie in het gips worden goed beschreven. Na 6 weken wordt het gips verwijderd en wordt verder gebruik gemaakt van spalken. De fysiotherapeut wordt ingeschakeld. Bij onvoldoende correctie kan worden geopereerd De voet moet dan minstens 8 cm lang zijn. Meestal vindt een ingreep plaats tussen de 3e en 7e levensmaand. Ook het gebruik van nachtkokers en enkelvoetorthesen wordt beschreven.
Andere opvattingen Ook Dr. W. Schilling (2) beschrijft een behandelrichtlijn. Hij waarschuwt voor roken van de moeder tijdens de zwangerschap en attendeert operateurs op vaatafwijkingen die bij de klompvoet kunnen voorkomen. Hij adviseert uitgebreide metingen te doen om de klompvoet goed in kaart te brengen en vast te leggen. Deze metingen lijken me erg arbeidsintensief en ik vraag me af hoe betrouwbaar deze metingen bij de hele kleine voeten zijn. Bij de manipulatie en redressie van de voet worden de verschillende technieken van Imhauser Kite en Ponseti beschreven. Meestal worden eerst de adductie en de varusstand gecorrigeerd. In die situatie wordt een spitstand geaccepteerd. In een latere fase kan ook de spits worden gecorrigeerd, eventueel ondersteund door een achillespeesverlenging. De techniek van Ponseti lijkt het beste resultaat te hebben. Uitgebreid beschrijft Schilling de operatieve mogelijkheden op de diverse leeftijden.
Resultaten Dr. A. Schuh (3) beschrijft de resultaten die hij met zijn groep bereikte bij de operatieve behandeling van 130 klompvoeten. Hij hanteert ook de indeling van Dimeglio. De resultaten zien er goed uit. In de discussie vergelijkt hij de resultaten van diverse operateurs. Helaas zijn de resultaten echter in veel gevallen niet goed met elkaar te vergelijken.
Moei lij ke geval len In een aantal gevallen lukt het niet de voet te corrigeren. J. Correll (4) beschrijft een methode met een fixateur externe volgens Ilizarow. Deze methode paste hij toe bij 266 zeer moeilijke voeten. Hij boekte goede resultaten: 57% van de patienten vond het resultaat goed en 36% bevredigend (N.B. het betrof zeer moeilijke voeten die vaak al elders waren geopereerd). De methode bestaat uit het fixeren van de diverse botdelen (calcaneus, talus, naviculare etc.) door middel van snaren. Deze snaren worden bevestigd aan een metalen frame rond de voet. Dit frame bestaat uit verschillende onderdelen, die ten opzichte van elkaar bewogen kunnen worden. Daarmee kan dan de stand van de diverse botdelen van buiten de voet worden veranderd door om de paar dagen een (kleine) beweging naar de gewenste stand te maken. Dit wordt zo nodig ondersteund middels operaties aan de weke delen of aan botdelen. Ook bij een aantal bestaande complicaties zoals huidproblemen en ontstekingen van het bot kan deze methode worden gebruikt. Een goede nabehandeling onder andere met orthesen is van groot belang.
Ar throgry posis multiplex congenita Bij dit ziektebeeld wordt zeer vaak een klompvoet gevonden (62%) Ook hier dient in eerste instantie conservatief met manipulatie, redressie en gips te worden behandeld. Indien dit onvoldoende resultaat oplevert dient er een goede afweging gemaakt te worden of er wel of niet moet worden geopereerd. Daarbij is de prognose of het kind zal gaan lopen van essentieel belang. Daartoe gebruikt Correll (5) een indeling in drie typen. Deze indeling geeft tamelijk nauwkeurig de prognose aan. Timing van de operatie is essentieel: het beste is dit te plannen
vlak voordat (naar verwachting) het kind zal willen gaan lopen. Indien er onvoldoende resultaat geboekt wordt, valt eventueel een arthrodese of een operatie met de Ilizarow methode te overwegen.
Oplossing met een or these ? M. Baise (6) beschrijft een behandelmethode met een orthese (Calcaneus-Rotations-Ringorthese).Deze orthese zou toegepast kunnen worden bij een redresseerbare spastische klompvoet, waarbij de voet ook plantigraad op de grond moet kunnen staan. Uitgebreid wordt de opbouw van de orthese en de veronderstelde werking beschreven. In het artikel zijn er echter geen onderzoeksresultaten te vinden, die de veronderstelde werking kunnen staven.
Overzicht In het laatste artikel van het tijdschrift geeft Baumgartner (7) een overzicht van de klompvoetbehandeling in de loop va de tijd en een aantal gevalsbeschrijvingen.
Literatuur 1) Dr. med. J. Semmelmann: Zur Fruhbehandlung des angeborenen Klumpfusses: Med. Orthop. Technik 124 (5/2004) 7-17. 2) Dr. W. Schilling : Uber den kongenitalen Klumpfuss: Med. Orthop. Technik 124 (5/2004) 19-28 3) Dr. A. Schuh, et al : Die Bedeutung der konsequenten Nachbehandlung nach operativer Versorgung des idiopatischen Klumpfusses met Orthesen und Einlagen. Med. Orthop. Technik 124 (5/2004) 31- 39. 4) Dr. J. Correll, Dr. N. Berger: Die Behandlung der schweren Klumpfussdeformitat mit der Ilizarow-methode Med. Orthop. Technik 124 (5/2004) 41- 51. 5) Dr. J. Correll: Besonderheiten der Behandlung des Klumpfusses bei der Arthrogryposis multiplex congenita (AMC) Med. Orthop. Technik 124 (5/2004) 53-58. 6) Dr. M. Baise, K.Pohlig : Neues Behandlungskonzept des spastisches Klumpfusses mit der Calcaneus-Rotations-Ringorthese : Med. Orthop. Technik 124 (5/2004) 61-68. 7) Dr. R. Baumgartner Der angeborene Klumpfuss des Erwachsenen: Med. Orthop. Technik: 124 (5/2004) 71-82.
Opmerkelij ke opmerkingen In de winkel kunnen klanten nogal verrassend uit de hoek komen. Carlos Grol van Grol Orthopedische Schoentechniek in Wageningen maakte een bloemlezing van de meest opmerkelijke opmerkingen. In dit en de komende nummers van ons vakblad drukken we een aantal van die opmerkingen af. De redactie houdt zich aanbevolen voor toezending van opmerkelijke opmerkingen van uw klanten (redactie OS, Postbus 227, 2300 AE Leiden).
Na het afleveren van orthopedische schoenen zegt de klant nu alles op een rijtje te hebben: “zelfs mijn fiets is in orde gemaakt. Ik heb nu op de trappers nieuwe pendalen tegen het uitglijden”. Nadat de klant poliklinisch werd geholpen, zegt ze: “Alleen mijn voet spookt af en toe nog wel op”. Nadat de klant een herseninfarct heeft gehad, toonde hij zich blij dat hij “een hersenspoeling had gehad. Bovendien heb ik trombose in mijn suiker”. Een reumatische patiënt klaagt over het vele vocht in zijn handen en zegt: “het is ook geen wonder, want de vochtluchtigheid is momenteel erg hoog”.
maar t 2005
29
VAN GILS
ORTHOPEDISCHE SCHOENTECHNIEK
Van Gils Orthopedische Schoentechniek in Leiden is een bedrijf dat zich bezig houdt met het aanmeten, produceren en afleveren van orthopedisch schoeisel en schoenvoorzieningen. Ter versterking van ons team zijn wij op zoek naar:
gediplomeerd orthopedisch schoentechnicus (in opleiding) m/v Wij verwachten voor deze functie een representatief en creatief persoon met goede contactuele eigenschappen, die zelfstandig en kwaliteitsbewust kan werken. Wij bieden: • uitstekend salaris met prima secundaire arbeidsvoorwaarden • variërende werkzaamheden • leuke werksfeer in een hecht, dynamisch team Spreekt dit u aan en bent u toe aan een nieuwe uitdaging, dan zien wij uw sollicitatie tegemoet. Sollicitaties kunt u richten aan:
Van Gils Orthopedische Schoentechniek, t.a.v. H. van Gils Willem Barentszstraat 5 • 2315 TZ LEIDEN • tel: 071-5231515 • email: [email protected]
Evenementen 17 t /m 20 maar t 2005
29 apr i l – 1 mei 2005
GDS – “The Premier Shoe Event” Plaats: Düsseldorf Meer informatie: www.gds-online.com
6de Jaarcongres van de Landesinnung für Orthopädieschuhtechnik Bayern in samenwerking met ISPO Duitsland: Plaats: Congrescentrum Garmisch-Partenkirchen Meer informatie: Landesinnung Bayern Tel. 0049 89 68 99 980 www.liostbayern.de
9 apr i l 2005 Open dag SVGB Plaats: Vlietwal 1 te Nieuwegein Tijd: 10.00 – 14.00 uur. Inhoud: informatie over de verschillende opleidingsmogelijkheden van het SVGB, zoals voor orthopedische schoentechniek, orthopedische techniek, schoenherstellers en ambachtelijk schoenmaken (cursus). Meer informatie: 030-6036756; fax: 030-6051120; e-mail: [email protected].
16 – 19 juni 2005 20ste Jaarcongres van de GOTS Plaats: Hörsaaltrakt des Klinikums München-Großhadern Meer informatie: INTERCONGRESS GmbH Tel.: 0049 761 69699-14. Fax: 0049 761 69699-11
3 en 4 november 2006 IVO-2006 Congress Plaats: Messe Basel Meer informatie: secretariaat IVO-2006 Congress, Bankstrasse 12, CH-8400 Winterthur E-mail: info@ivo-2006CH Website: www.ivo-2006.ch. Tel.: 0041 52 212 89 67
30
or thopedische schoentechniek
E E N L I V I T O RT H O P E D I E O N D E R N E M I N G .
Voor een solide basis.
TOORNEND
schoenen
is de marktleider in Nederland op het gebied van orthopedisch maat-
schoeisel. Met 13 vestigingen en in totaal 130 medewerkers door heel Nederland kent Toornend een landelijke spreiding. Toornend is een onderdeel van LIVIT Orthopedie, dat een breed assortiment aan orthopedische hulpmiddelen aanbiedt (orthopedisch maatschoeisel, pro- & orthesen en therapeutisch elastische kousen). Gezien onze voortgaande groei en ambities bestaan de volgende vacatures binnen ons bedrijf:
(ASS.) ORTHOPEDISCH SCHOENTECHNICUS/ PASKAMER MEDEWERKER
m/v
LEESTENMAKER
m/v
Vestigingen: Amsterdam
Vestigingen: Amsterdam
Functie - Je bent werkzaam in de paskamer en verricht
Functie - Je werkzaamheden bestaan uit het vervaardigen
de daarbij horende activiteiten. Je beschikt over goede
van leesten en orthopedische voorzieningen. Nieuwe
contactuele vaardigheden. Je bent actief in het bedenken
technieken en ontwikkelingen zijn een bron van inspiratie
van creatieve oplossingen op medisch functioneel en
om samen met je collega’s de afdeling een nieuwe
cosmetisch gebied, flexibel, ontplooit eigen initiatieven en
dimensie te geven. Kijk voor meer informatie op
wil werkzaam zijn in een klein teamverband dat deel uitmaakt
www.toornend.nl
van een grote organisatie. Meer info www.toornend.nl
Wij bieden - een afwisselende baan in een flexibele en innovatieve organisatie. Salariëring is afhankelijk van werkzaamheden, ervaring en prestatie. Reacties - kunt u, voorzien van CV, richten aan LIVIT Orthopedie, t.a.v. afdeling P&O, postbus 962 2003 RZ Haarlem. Of mail naar [email protected]..
POSTBUS 962
2003 RZ HAARLEM
TEL. (023) 55 39 966
M A I L I N F O @ L I V I T. N L
TOORNEND. TOONAANGEVEND IN MAATSCHOEISEL.
W W W. L I V I T. N L