Hoogopgeleide allochtone vrouwen coachen laaggeletterde allochtone vrouwen 1. Karakteristieken Voor allochtone laaggeletterde vrouwen is de stap naar een opleiding of cursus vaak groot. Hebben ze die stap eenmaal gezet, dan blijkt de kloof tussen hen en hun docenten enorm: De laatsten zijn doorgaans weliswaar zeer gemotiveerd, maar ze spreken de taal van de deelneemsters niet, en kennen de achtergronden van de deelneemsters voornamelijk van horen zeggen. Daardoor is het rendement vaak beperkt, de uitval en frustratie groot en ontstaat zelfs het beeld dat Marokkaanse vrouwen niet bereid zijn om te leren. Om deze hindernissen te overwinnen besloten drie hoogopgeleide allochtone vrijwilligsters om zeven laaggeletterde, uit hetzelfde herkomstland afkomstige vrouwen Nederlands te leren, ze te leren lezen en schrijven en ze te coachen. De eigen taal is daarbij (aanvankelijk) de instructietaal. Wat anderhalf jaar geleden begon als een vrijwilligersproject in een leegstaand pand is inmiddels uitgegroeid tot een door professionals bemande stichting, die twee trajecten verzorgt waarbij taalontwikkeling hand in hand gaat met persoonlijkheidsontwikkeling. Terwijl ‘reguliere’ trajecten vaak niet vol komen, is er voor deze twee trajecten van Stichting IPI een wachtlijst van 110 vrouwen. Bovendien schoolt IPI hoogopgeleide allochtone vrouwen tot coach taalverwerving (NT2onderwijs plus lees- en schrijfonderwijs). Voor laaggeletterde cursistes fungeren de coaches niet alleen als begeleidster en docente, maar ook als rolmodel, intermediair, consulent en adviseur. 2. Wie geven het onderwijs? Het onderwijs voor de laagopgeleide, laaggeletterde allochtone vrouwen wordt verstrekt door de allochtone vrouwen die zelf een opleiding hebben genoten, de Nederlandse taal goed beheersen, desondanks op enige afstand stonden van de arbeidsmarkt, en de training Coach Taalverwerving van Stichting IPI met succes hebben afgerond. De coaches zijn afkomstig uit dezelfde etnische groepen als de laaggeletterde allochtone vrouwen. Doordat zij dezelfde taal spreken en de achtergronden kennen, krijgt het onderwijsaanbod een meerwaarde. De linguïstische en didactische component van de training Coach Taalverwerving wordt gegeven door een NT-docente die een post-HBO-opleiding heeft gedaan. 3. Wie volgen het onderwijs? De primaire doelgroep zijn laaggeletterde Turkse en Marokkaanse vrouwen die in een achterstandspositie verkeren en weinig of geen vooropleiding hebben genoten. Een deel van deze doelgroep bestaat uit inburgeraars die eerder nooit een cursus hebben gehad. Dit deel volgt het oudkomerstraject. Het andere deel van de primaire doelgroep heeft al wel ooit een cursus educatie of een oudkomerscursus gevolgd, en wenst maatschappelijk te participeren of te gaan werken. Dit deel volgt het traject Taal en Praktijk, dat bestaat uit twee deeltrajecten: een beginnerstraject, dat wordt gevolgd door mensen die met een regulier NT2-traject weinig
zijn opgeschoten, en een traject voor gevorderden. De gevorderden hebben al basisonderwijs of LBO gevolgd en doen nu het huishouden of zijn uitgehuwelijkt. Zij zijn, meer dan de beginners, gericht op de arbeidsmarkt. Aan de twee trajecten voor de primaire doelgroep namen in 2005 zeven vrouwen deel, en in de eerste tien maanden van 2006 90. Er staan 110 vrouwen op de wachtlijst. De secundaire doelgroep zijn de allochtone vrouwen die worden opgeleid tot coach taalverwerving. In 2006 zijn er 20 coaches opgeleid. 4. Wie zijn er nog meer bij betrokken? Stichting Interculturele Participatie en Integratie (IPI), UvA (ITTA), gemeente Amsterdam, FORUM, Kerk- en Buurtwerk Oost, Stichting Doen (opbouwwerkster), basisscholen. Deelname aan de projecten Dialoog en Coach je kind. Thans vinden met ROC’s en andere taalaanbieders gesprekken plaats met het oog op samenwerking. 5. Wat zijn de leerdoelen? Leerdoelen van de primaire doelgroep: - bewustwording van de eigen situatie en mogelijkheden; - participatie in de Nederlandse samenleving; - beheersing van de Nederlandse taal; - beheersing van lees- en schrijfvaardigheid. Leerdoelen van de secundaire doelgroep (de coaches-in-opleiding) vallen uiteen in twee categorieën, die overigens parallel worden gerealiseerd: enerzijds gedrags- en persoonlijkheidsontwikkeling, anderzijds didactische vaardigheden. De leerdoelen van de cursus gedrags- en persoonlijkheidsontwikkeling Turning Point zijn: - een positiever zelfbeeld krijgen en het gevoel van eigenwaarde hervinden; - oriëntatie op de Nederlandse samenleving en de eigen rol daarin; - leren een keuze te maken tussen Nederland en Marokko; - leren reflecteren op jezelf; - agogische vaardigheden (houden van een groepsgesprek). De leerdoelen van de component didactische vaardigheden zijn: - competenties ten behoeve van NT2-onderwijs; - kennis van de doelgroep. 6. Methodiekbeschrijving De cursisten stromen toe door mond-op-mond reclame, en doordat zij uit eigen beweging hun buurvrouw of familie mee naar de les nemen. Ook worden er wel wat cursisten toegeleid door de sociale dienst. Gerichte werving vindt plaats door middel van het toneelstuk ‘De reiskosten van Rachid’, waar de Marokkaanse vrouwen massaal op af komen: Zij beschouwen het als een uitje. In het
toneelstuk gaat een Marokkaanse vrouw, die geen Nederlands spreekt, naar de Sociaal Raadslieden om een reiskostenvergoeding voor haar zoon Rachid te vragen. De scènes in het toneelstuk zijn voor de vrouwen dermate herkenbaar, dat ze spontaan beginnen te lachen of te huilen. Die ervaring brengt velen tot het besluit om deze keer de stap naar scholing te zetten. Op dit moment is men bezig nog vier andere toneelstukken te ontwikkelen. Behalve met toneelstukken wordt er ook geworven met folders. Het onderwijs, of liever gezegd: de coaching, is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: - erkenning van de cursist en aandacht voor zijn persoon; dit impliceert onder meer dat cursisten écht naar hun mening wordt gevraagd; gebeurt dat niet, dan haken ze af, waardoor ze door de sociale dienst worden gekort op hun uitkering en dus in een vicieuze cirkel terechtkomen; - afwezigheid van dwang; - niet direct beginnen met leren lezen; - geen lesstof aanbieden die ‘ontwikkeld is vanachter een bureau’; - veel experimenteren; - de cursisten in contact brengen met zakelijke instellingen (bureaucratie, bedrijfsleven); - de cursisten een zakelijke, prestatiegerichte instelling bijbrengen (‘Schaf een agenda aan, draag geen plastic tas, draag de juiste kleding en parfum’); - gebruik van de eigen taal als instructietaal (bijvoorbeeld wanneer cursisten moeten leren hoe je een potlood vasthoudt, hoe een map werkt, of dat je van links naar rechts moet schrijven); - aandacht voor migratieproblemen; - veel ruimte voor het uitleggen van de betekenis van ‘nieuwe’ woorden. De intake neemt de vorm aan van een inleidend gesprek. Na dit gesprek wordt de cursist enkele zelf ontwikkelde toetsen afgenomen. De toetsen meten deels de taalvaardigheid, deels de gedrags- en persoonlijkheidsontwikkeling. De laatste wordt getoetst aan de hand van een spinnewebmodel, waarin vier lijnen samenkomen: communicatie, opinie, initiatief en gevoel. Het spinneweb maakt deze zaken zichtbaar en dus bespreekbaar. Na de intake volgt de cursiste de drie weken durende cursus Turning Point. Door deze cursus leert zij op haar eigen gedrag te reflecteren en de eigen persoonlijkheid te ontwikkelen. Dit gebeurt aan de hand van de RIT-methode (Reflectie Inhoud Taal). De in de cursus gebruikte variant van deze methode is door de docenten zelf ontwikkeld en bevat tevens een instrument om de resultaten ervan te meten. Als onderdeel van de cursus Turning Point stellen coach en cursisten samen een gedragscode op. Deze bevat onder meer afspraken over lestijden, op tijd komen, enzovoort. Doordat de cursisten de gedragscode niet van buitenaf krijgen opgelegd, maar zelf participeren in het opstellen ervan, komt de verantwoordelijkheid bij henzelf te liggen en ontstaat er commitment. Ook draagt het bij aan hun emancipatie en leren zij zo in de praktijk hoe democratie in zijn werk gaat. Het opstellen van de gedragscode probeert men eerst in het Nederlands. Blijkt dat te moeilijk, dan schakelt men over op het Marokkaans.
Nadat ze de gedragscode hebben opgesteld, krijgen de cursisten in de klas vijf dagdelen taalverwerving. Daarbij ligt het accent op vergroting van de woordenschat, het inslijpen van communicatiepatronen, en verbetering van de spreekvaardigheid door middel van rollenspelen. Degenen die reeds gevorderd zijn en de arbeidsmarkt willen betreden, leren bovendien omgaan met de computer, oriënteren zich op de arbeidsmarkt, volgen een stage in een bedrijf, en sluiten deze af met een opdracht die behalve kennis, attitude en vakvaardigheid ook de presentatievaardigheden toetst. Het onderwijs voor de gevorderden in het traject Taal en Praktijk is competentiegericht en vraaggericht: Bepalend is een zelf ontwikkelde checklist. Ook wordt er gewerkt met sollicitatietrainingen (rollenspelen) en met een portfolio, dat de gebruikster zelf moet presenteren. In het taalonderwijs gebruikt men het lees- en schrijfpakket 7/43. Ook is er, met name ten behoeve van het traject Taal en Praktijk, veel eigen materiaal ontwikkeld. Om de spreekvaardigheid te vergroten krijgen de deelnemers cassettebandjes mee, waarop zij zichzelf inspreken en waarmee zij thuis kunnen oefenen. Fase 2 van de taaltraining omvat buitenschoolse praktijkcomponenten, zoals de opdracht om je Nederlandse buurvrouw te interviewen, en een matchingstraject dat een Marokkaanse cursiste koppelt aan een Nederlandse vrijwilligster. Deze praktijkcomponenten bevorderen zowel de spreekvaardigheid als de sociale integratie. Zij worden afgesloten met een terugkom in de klas, waarna een nieuwe buitenschoolse opdracht plaatsvindt. De laatste buitenschoolse opdracht was een kennismaking met de lokale democratie: Naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen stelden de cursisten, in samenwerking met organisatieadviesbureau Twijnstra-Gudde, de Amsterdamse ‘Agenda van de Toekomst’ samen. Burgemeester Cohen kwam bij hen langs om de Agenda in ontvangst te nemen. De coaching neemt de vorm aan groepsgesprekken (10 tot 13 deelnemers) en van één-op-één coachingsgesprekken. Indien nodig wordt er een apart traject schrijfvaardigheden aangeboden. De opleiding Coach Taalverwerving duurt een jaar en besteedt aandacht aan vijf deelgebieden: - de persoonlijkheidsontwikkeling van de vrouwen zelf; - competenties met betrekking tot lees- en schrijfonderwijs en NT2; - uitbreiding van de mondelinge en schriftelijke vaardigheden; - ‘netwerkcompetenties’ (sociale vaardigheden, functioneren in overlegstructuren, proactieve houding, competenties als intermediair); - een stage. 7. Dwarsverbanden met andere problematieken - integratie; - emancipatie;
- kennismaking met de democratie. 8. Frequentie van de lessen en duur van het traject Het opleidingstraject voor de coaches en het oudkomerstraject duren elk een jaar. Het traject Taal en Praktijk duurt een half jaar, maar kan met een jaar of langer worden verlengd. De cursus Turning Point omvat zes dagdelen (wekelijks 1 dagdeel) van elk 3 uur. De taaltraining bestrijkt twintig dagdelen. 9. Leeromgeving De gebouwen waarin het onderwijs gegeven wordt, zijn klein: basisscholen en wijkcentra. Ook zijn ze dichtbij huis, want vaak zijn cursisten er pas na een jaar aan toe om te reizen. Aanvankelijk werden de cursussen alleen in Amsterdam-Centrum gegeven, thans verbreiden ze zich over de andere stadsdelen. 10. Financieringsbronnen Oranjefonds, Stichting Doen. Belangrijk hiervoor was het commitment van Stadsdeel Centrum. 11. Resultaten Coach Taalverwerving is succesvol in drieërlei opzicht: 1. Van de 16 vrouwen die tot nu toe hebben deelgenomen aan de opleiding tot Coach Taalverwerving, hebben er acht de opleiding met succes afgerond. Zij zijn zonder uitzondering doorgestroomd naar passend educatief werk met allochtone vrouwen en/of naar een passende vervolgopleiding. 2. De laaggeletterde, zeer laagopgeleide allochtone vrouwen die de ‘primaire’ doelgroep vormen, volgen het onderwijs met veel inzet en enthousiasme, worden gesteund door hun partners en kinderen, en boeken succes. Er is inmiddels een wachtlijst van 110 vrouwen die zich spontaan via mond-op-mond-reclame hebben gemeld. Van het project lijkt dan ook een stevige impuls tot (zelf)emancipatie van de doelgroep uit te gaan. 3. De initiatiefneemsters en de coaches taalverwerving staan zeer open voor het uitwisselen van kennis en ervaring met derden. Zij onderhouden een website, leveren bijdragen aan conferenties, en staan open voor interviews en bezoeken van belangstellenden. De werkwijze, achtergronden en ervaringen van Coach Taalverwerving zijn een eye-opener voor veel NT2-docenten en anderen die werkzaam zijn op het terrein van onderwijs aan zeer laagopgeleide, laaggeletterde vrouwen. 12. Contactpersonen Esma Salama (voorzitter)
SIPI (Stichting Interculturele Participatie en Integratie) p/a Czaar Peterstraat 51 1018 PB Amsterdam 06 – 460 41140
[email protected] Souad Salama (coach, ontwikkelde de methodiek) 020 – 6382808 / 06 – 53253131
[email protected] Bronnen: Formulier voor nominatie ‘Nationale Alfabetiseringsprijzen 2006’ ‘Staatssecretaris Bruno Bruins reikt alfabetiseringsprijzen uit’. Persbericht Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Wetenschappen, 8 september 2006. Website www.s-ipi.nl/sipi.html