Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans, Den Haag Bestuurlijk Jaarverslag 2008
INHOUDSOPGAVE 1. VOORWOORD COLLEGE VAN BESTUUR............................................................ 5 2. BESTUUR EN ORGANISATIE ............................................................................ 7 Profiel van de hogeschool ................................................................................... 7 Algemene instellingsgegevens ............................................................................. 7 Kernactiviteiten ................................................................................................. 9 Omgevingsanalyse........................................................................................... 10 Samenwerkingspartners ................................................................................... 11 Verslag van de Raad van Toezicht ...................................................................... 13 Medezeggenschap ........................................................................................... 14 3. ONDERWIJS.................................................................................................. 15 Overzicht van de aangeboden opleidingen ........................................................... 15 Visitaties ........................................................................................................ 18 Ontwikkelingen in de diverse curricula ................................................................ 19 De School voor Jong Talent ............................................................................... 24 Dansvakopleiding ............................................................................................ 28 Kwaliteitszorg en studeerbaarheid binnen de instelling .......................................... 30 4. ONDERZOEK ................................................................................................. 35 De lectoraten .................................................................................................. 35 Promotietrajecten ............................................................................................ 37 5. STUDENTEN .................................................................................................. 39 Ontwikkelingen in de studentenpopulatie ............................................................ 39 Rendementen ................................................................................................. 43 Wervingsbeleid................................................................................................ 43 Toelating en selectie ........................................................................................ 44 Aansluiting op het hoger beroepsonderwijs.......................................................... 45 Het decanaat .................................................................................................. 45 College van Beroep voor de Examens ................................................................. 46 Buitenlandse Studenten.................................................................................... 47 Prijzen en vermeldingen ................................................................................... 51 6. PERSONEEL EN ORGANISATIE ...................................................................... 53 Personele aspecten .......................................................................................... 53 Professionalisering en ontwikkeling .................................................................... 58 Arbeidsomstandigheden ................................................................................... 58 Organisatie..................................................................................................... 59 7. FACILITEITEN............................................................................................... 61 Huisvesting..................................................................................................... 61 Facility en milieuzorg ....................................................................................... 61 Bibliotheken.................................................................................................... 61 PR ................................................................................................................. 62 ICT................................................................................................................ 62 8. FINANCIËN ................................................................................................... 63 Bestuursverslag .............................................................................................. 63 Balans en exploitatierekening ............................................................................ 68 Kasstroomoverzicht ......................................................................................... 72 Bijlage I............................................................................................................ 75 Samenstelling Raad van Toezicht ....................................................................... 75 Bijlage II .......................................................................................................... 76 Concerten, exposities en overige projecten.......................................................... 76 Bijlage III......................................................................................................... 81 Specificatie kengetallen faculteiten..................................................................... 81 Bijlage IV ......................................................................................................... 82 Bilaterale overeenkomsten ERASMUS Levenlang Leren programma......................... 82
4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
1. VOORWOORD COLLEGE VAN BESTUUR In het voorwoord van dit jaarverslag staan wij stil bij enkele vermeldenswaardige feiten die in 2008 de revue zijn gepasseerd. Het College van Bestuur heeft Henk van der Meulen verwelkomd als nieuwe collega vanwege zijn benoeming als directeur van het Koninklijk Conservatorium en lid van het College per 1 oktober 2008. Jack Verduyn Lunel heeft tot die tijd de leidinggevende taken binnen het conservatorium waargenomen en richt zich sindsdien weer op zijn hoofdtaken als directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten en vice-voorzitter van het College van Bestuur. In januari hebben de dansvakopleidingen van ons Koninklijk Conservatorium en de Rotterdamse Dansacademie van Codarts, Hogeschool voor de Kunsten besloten om te gaan samenwerken in de begeleiding van jonge danstalenten. Met deze bijzondere samenwerking zien beide instituten nieuwe mogelijkheden om een groter potentieel aan Nederlandse danstalenten op te leiden voor een carrière in de professionele dans. Het huidige imago van het vak zal hierdoor worden verbeterd en zodoende kan de versnippering van de begeleiding van jonge talenten worden omgebogen in een optimale voorbereiding op een opleiding en carrière in de dans. In 2008 heeft het College van Bestuur van de Universiteit Leiden besloten de Graduate Schools te versterken. Dit heeft onder meer tot gevolg gehad dat een aantal faculteiten, waaronder onze gemeenschappelijke Faculteit der Kunsten, is gefuseerd tot de nieuwe Faculteit der Geesteswetenschappen. Als consequentie hiervan is de oude Gemeenschappelijke Regeling tussen de Hogeschool en de Universiteit Leiden per 1-6-2009 met terugwerkende kracht tot 1 september 2008 vervangen door een nieuwe, waarin zowel de promotietrajecten als de gezamenlijke onderwijscomponenten zijn ondergebracht binnen de Academie der Kunsten. Ter verrijking van de curricula van de bacheloropleidingen op hogeschoolniveau heeft het College van Bestuur in 2008 een aanvraag ingediend in het kader van de Subsidieregeling Sirius Programma, uitgevaardigd door de Minister van OCW. Via deze regeling stelt OCW ruim 38 miljoen euro beschikbaar voor bekostigde universiteiten en hogescholen die zich inspannen om in de bachelorfase excellentie te bevorderen. Onder de titel “Schitteren in de Kunsten” hebben wij onze ambities beschreven gericht op de excellente 5% van de bachelorstudenten van de gehele hogeschool. Een adviescommissie heeft de aanvraag beoordeeld met het predikaat ‘veelbelovend’. Op grond van deze kwalificatie is ons de gelegenheid geboden om de aanvraag op onderdelen nader uit te werken en in 2009 opnieuw in te dienen. In de loop van 2008 heeft OCW de voormalige Voortgezette Kunstopleidingen Opera en Type and Media aangemerkt als volwaardige hbo-mastersopleidingen. Samen met de Masters Muziek, Opera en Sonologie verzorgt de hogeschool nu vier hbo-masters. Ook in 2008 zijn weer spraakmakende projecten ontwikkeld. Niet alleen als onderdeel van de vele onderwijsprogramma’s, maar ook als visitekaartje voor iedereen die geïnteresseerd is in de artistieke prestaties van onze studenten. Vermeldenswaardig zijn de deelname aan de vermaarde meubelbeurs il Salone del Mobile in Milaan, The Business of Design Week in Hongkong, alsmede de modeshow en de eindexamenexpositie van de academiestudenten. Het conservatorium organiseerde een 14-daags festival rondom Heiner Goebbels in een traditie van de serie met de grote toonmeesters van de 20e/21e eeuw: Stockhausen, Messiaen, Cage, Kagel, Ligeti, Kurtág en Reich. Ook waren er weer talrijke succesvolle concerten in en rondom Den Haag en producties van de dansvakopleiding en de opera-afdeling. Tijdens de matinee bij gelegenheid van de 70e verjaardag van Hare Majesteit de Koningin en de 65e van Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Margriet in Theater Carré in Amsterdam waren onze Haagse, koninklijke opera-zangers, dansers, slagwerkers en andere instrumentalisten markant aanwezig. Collegevoorzitter Frans de Ruiter had het eervolle verzoek gekregen om te adviseren over de programmering van deze feestelijke gebeurtenis. Met een gevarieerd en hoogstaand programma presenteerden alle Nederlandse conservatoria zich aan een gezelschap genodigden. Alles overziende kan de hogeschool zich gelukkig prijzen met een breed en interessant opleidingsaanbod, dat wortelt in het adagium ‘vernieuwing door en vanuit traditie’, waarbij beide worden gekoesterd, in een omgeving van onderzoek, productie en presentatie, en voor vrijwel alle fasen waarin de ontwikkeling van talent aan de orde is, van de jongsten in de PI-programma’s voor 5- en 6-jarigen, via een waaier van andere voorbereidende trajecten, naar bachelor- en masteropleidingen, tot internationale doctoraats-, c.q. PhD-programma’s, en dat alles vanuit een houding van Life Long Learning, in alle fasen. Alles bijeen zwaarte en kracht genoeg om in welk toekomstig sectorplan voor het kunstonderwijs dan ook onbetwist de eredivisie aan te voeren. Juni 2009, College van Bestuur
6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
2. BESTUUR EN ORGANISATIE Profiel van de hogeschool De Stichting Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans is op 1 januari 1990 ontstaan uit het samengaan van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten en het Koninklijk Conservatorium te Den Haag. Zij vormt sindsdien een verticale, monosectorale instelling voor hoger onderwijs op het gebied van Beeldende Kunst en Vormgeving, Muziek en Dans met een sterke internationale inslag.
Algemene instellingsgegevens Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving Prinsessegracht 4 2514 AN Den Haag 070-3154777 (telefoon) 070-3154778 (fax)
[email protected] (e-mail) www.kabk.nl
Koninklijk Conservatorium Faculteit Muziek en Dans Juliana van Stolberglaan 1 2595 CA Den Haag (telefoon) 070-3151515 (fax) 070-3151518 (e-mail)
[email protected] www.koncon.nl
De Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans bestaat uit twee faculteiten en twee interfaculteiten: Faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving Faculteit Muziek en Dans Interfaculteit ArtScience Interfaculteit School voor Jong Talent
Organigram Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans
Faculteit (sinds sept. 2008
Raad van Toezicht
Academie) der Kunsten Universiteit Leiden
College van Bestuur
P&O
Koninklijke Academie Faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Financiën
Interfaculteit ArtScience
Bestuurssecretariaat
Interfaculteit School voor Jong Talent
Koninklijk Conservatorium Faculteit Muziek en Dans
8
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Raad van Toezicht Prof. mr. S.E. Eisma, voorzitter R. Rietveld Drs. W.J. Deetman Drs. J.C.M. Schönfeld Drs. H.K. de Geus Mw. mr. D.M.C. Schuurmans
per 16 juni 2008 per 16 juni 2008 tot 24 september 2008 tot 24 september 2008
College van Bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Prof. Frans de Ruiter, voorzitter Jack Verduyn Lunel, vice-voorzitter Henk van der Meulen, lid
per 1 oktober 2008
Per 1 oktober 2008 is Henk van der Meulen benoemd tot lid van het College van Bestuur en directeur van het Koninklijk Conservatorium. Ter bevordering van de continuïteit binnen de Hogeschool heeft Jack Verduyn Lunel, vice-voorzitter College van Bestuur, in de periode november 2007 tot en met september 2008 de leidinggevende taken binnen het conservatorium waargenomen.
Koninklijk Conservatorium
Koninklijke Academie
Henk van der Meulen, directeur Koninklijk Conservatorium (per 1 okt. 2008)
Jack Verduyn Lunel, directeur Koninklijke Academie
Jack Verduyn Lunel, leiding managementteam KC (wnd. tot 1 okt. 2008) managementteam: Bridget Kievits onderwijsuitvoering (tot aug. 2008) Jan Kleinbussink onderwijsontwikkeling Jelle Veenstra onderwijsondersteuning Wim Broeckx Tom Bosma
Johan van Oord, hoofd Beeldende Kunst Corinne Noordenbos, hoofd Fotografie Ada Lopes Cardozo, hoofd Grafisch Ontwerpen Wim Ros, hoofd Interieur Architectuur Erik Verdonck, hoofd Textiel en Mode Ernst Bergmans, hoofd Deeltijdopleidingen
directeur dansvakopleiding adjunct-directeur dansvakopleiding
Interfaculteit ArtScience
Joost Rekveld, hoofd (per feb. 2008) Horst Rickels, wnd. hoofd (tot feb. 08)
Centraal Bureau van de Hogeschool Arthur Gieles, secretaris College van Bestuur Catharina Boon, bestuursassistent Margot Bebseler, hoofd Personeel & Organisatie Wout Zinkstok, stafmedewerker centraal bureau tot sept. 2008 tevens wnd. hoofd Financiële Zaken Caroline Bogaards, hoofd Financiële Zaken (per sept. 2008) Jelle Veenstra, hoofd onderwijs- en studentzaken
Interfaculteit School voor Jong Talent
Jan van Bilsen, directeur Zanne Zwart, coördinator beeldende kunst Wim Broeckx, coördinator dans Anthony Zielhorst, coördinator muziek
9
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Kernactiviteiten De hogeschool kent de volgende doelstellingen: 1. het aan studenten bieden van een hogere beroepsopleiding en voorbereidende beroepsopleiding op een zo hoog mogelijk internationaal georiënteerd niveau ter voorbereiding op het scheppend, uitvoerend, docerend, bestuderend en/of registrerend beoefenen der kunsten op het gebied van beeldende kunsten, vormgeving, muziek en dans; 2. het doen van onderzoek; 3. het bijdragen aan de ontwikkeling van de studenten; 4. het bijdragen aan de ontwikkeling en beoefening der kunsten. In de preambule van het beleidsplan Herstructurering Kunstvakonderwijs, een belangrijk visiedocument, zijn de doelstellingen van de hogeschool verder uitgewerkt en in de context geplaatst van een integrale visie op cultuur, kunst en kunstonderwijs. [...] Conservatoria en Academies zijn niet alleen opleidingsinstituten maar tegelijkertijd zelf belangrijke bronnen van vernieuwing van de kunsten. Dat brengt een onlosmakelijke verbondenheid met zich mee van onderwijs, onderzoek en productie. De hogeschool draagt zo bij aan kennisontwikkeling, kennisdiffusie en kennisgebruik. [...] De beroepsuitoefening binnen en buiten de kunstensector is niet in statische termen te beschrijven. Docenten en studenten zoeken en ervaren dagelijks de confrontatie met de maatschappij, de economische kaders en de uitdagingen van de nieuwe technologische infrastructuur. Studenten dienen daarom een compleet zicht op de cultuur te ontwikkelen. Het kunstvakonderwijs moet zo ingericht zijn dat de mogelijkheid tot een dynamische ontwikkeling in de curricula een plaats krijgt. [...] Vanuit deze visie op de cultuur willen wij ons kunstvakonderwijs zodanig inrichten, dat het studenten op inspirerende wijze tot uitstekende en veelzijdige vakmensen opleidt. Tegelijkertijd echter moet een Conservatorium bijdragen aan de ontwikkeling van de cultuur, nieuwe uitingsvormen in de kunst bevorderen, experimentele producties in gang zetten en het voortouw nemen in nieuwe interpretaties van het cultureel erfgoed. In het verlengde van een ander belangrijk visiedocument “Lijnen”, een notitie voor de docenten van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, opgesteld door directeur Jack Verduyn Lunel, over de richtingen die hem voor ogen staan bij de ontwikkeling van het kunstvakonderwijs aan de KABK, wordt gesteld dat: […] het accent op de inhoud, de kunst en het kunstonderwijs wordt gelegd en dat veel belang wordt gehecht aan de ontwikkeling van de visie van de academie en die van de afzonderlijke studierichtingen. Er zijn eigen beroepsprofielen geformuleerd en de systematiek van de kwalificaties is verfijnd door voor elk jaar en zelfs voor de toelating competenties te formuleren. De nadruk wordt ook op de inhoud gelegd als het gaat om de inzet van personeel. [...] De KABK is er op uit in het onderwijs de studenten zo op te leiden dat ze als zelfstandige en zelfbewuste beeldend kunstenaars en ontwerpers de academie verlaten om vervolgens, gedreven door een onderzoekende instelling, een eigenzinnige inbreng te hebben in hun disciplines en de maatschappij. Ons staat daarbij zeker ook een internationale beroepspraktijk voor ogen en we bereiden de studenten daar ook op voor. Via de studierichtingen gaan we samenwerkingsverbanden aan met buitenlandse kunstacademies. Op termijn streven we ernaar, en we werken daar gestaag aan, om uit te groeien tot een academie die op alle gebieden internationaal functioneert. De Hogeschool geeft haar missie vorm in een breed scala van educatieve en artistieke activiteiten, o.a. via cursorisch onderwijs in tal van opleidingen, diverse projecten, exposities, gastdocenten, internationale samenwerking en uitwisseling, interdisciplinair onderwijs, onderzoek. Als specifieke kenmerken waarmee de Hogeschool zich wil onderscheiden binnen het hoger onderwijs kunnen worden genoemd: - het streven naar een hoog technisch en artistiek niveau, gerelateerd aan internationale maatstaven - vernieuwing vanuit traditie - het samengaan van onderwijs, onderzoek en productie - studentprofielen komen in de plaats van beroepsprofielen
0 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Omgevingsanalyse Kunst en cultuur bewegen zich in schatkamers en kraamkamers. Vanuit een zorgvuldige en liefdevolle omgang met het verleden zoeken wij onze weg daar waar nieuwe kunst gemaakt wordt. We doen dat te allen tijde met een onderzoekende houding en zelfs door het doen van onderzoek. Dit leidt tot een op de actualiteit gerichte uitvoerings- en presentatiepraktijk. Deze activiteit is de spiegel voor de scheppende kunst die eveneens in onze huizen wordt verwekt. In dit verband kunnen ook de in sommige domeinen vervagende grenzen worden genoemd tussen kunst, cultuur en entertainment. Waar kunst met nieuwe technologie vervaardigd, bewerkt, gereproduceerd en waargenomen wordt doen zich ongekende mogelijkheden voor, waarbij echter beheersing van het ambacht, vakkennis en goede smaak absolute voorwaarden zijn om tot verantwoorde resultaten te komen. Als instelling voor kunst en cultuur beseft de hogeschool dagelijks dat hij onderdeel is van de immateriële infrastructuur van ons land, die het hele weidse landschap omvat van alle kunstdisciplines, in hun monodisciplinaire verschijningsvormen, maar tevens multi- en interdisciplinair bezien. De wereld van kunst en cultuur is het laatste decennium drastisch veranderd. De vele honderden aanvragen in de recente kunstenplanprocedure tonen de creativiteit en fantasie van de makers. Des te schrijnender is dat zij budgettair ernstig worden beknot. Het kunstonderwijs leidt op voor de beroepsuitoefening in dit stelsel. Dat vraagt om kunstenaars die niet worden geoormerkt door beroepsprofielen en startkwalificaties. Zij zullen zich door disciplines heen moeten bewegen, op basis van een solide beheersing van het ambacht; zij zullen in ondernemende zin en dienende rollen werkzaam zijn; zij zullen hun reguliere bacheloropleiding op enig moment aanvullen met een masteropleiding en eventueel zelfs een PhD-traject, maar ook anderszins opereren in een situatie van lifelong learning. De afgestudeerde kunstenaar zal veel moeten ondernemen teneinde bij gebrek aan gestructureerde banen zijn weg te vinden in competitieve omgevingen. Hij moet dan ook geen ondernemer worden, maar een creatieve entrepreneur, die binnen de eigenheid van kunst en cultuur voortdurend verbanden legt met opdrachtgevers, binnen gesubsidieerde en zelffinancierende systemen. De schoolverlater kan een afgestudeerde zijn, maar ook een student die om een goede reden de hogeschool zonder getuigschrift verlaat. Dit kan om familiaire, persoonlijke of financiële redenen zijn, maar vaak ook omdat betrokkene zijn weg in de beroepsuitoefening al gevonden heeft. Rendement moet in het kunstonderwijs genuanceerd worden gezien: zij die reeds na enkele jaren het systeem verlaten kunnen hun opleiding veelal goed in elke verdere studie of beroepsuitoefening inzetten. In verband met al het bovenstaande worden de curricula sterk aangepast. De individuele contacttijd zal worden heroverwogen en zal (of is al) geflexibiliseerd, team teaching en peer teaching hebben hun intrede gedaan en de zelfwerkzaamheid van de student op basis van een sterke motivatie van begin af aan geïmplementeerd. Vanzelfsprekend gaat het bij de kunsten om een internationale biotoop. Verschil maken tussen landen van herkomst is oncreatief en onterecht. De selectie van studenten aan de poort kan niet geschieden op basis van EU of niet-EU, op basis van herkomst uit rijke of arme landen of van rijke of arme ouders; zij vindt uitsluitend plaats op basis van kwaliteit. De aanwezigheid van buitenlandse studenten, die vaak al onderwijs- en onderzoekservaring meebrengen, is sterk kwaliteitsbevorderend voor de hele hogeschoolgemeenschap. Probleem is wel dat in de officiële Socrates/Erasmus-programma’s vele buitenlanders in Den Haag willen studeren, terwijl de hogeschool daar noch bekostiging, noch collegegeld voor ontvangt, en weinigen van onze studenten tijdelijk naar het buitenland wensen te gaan. De student krijgt onderwijs, maar leert ook te onderzoeken, uit te vinden en vorm te geven; ook wordt hij de aanjager van of onderdeel van productieprocessen, zowel binnenschools als ook in de professionele buitenwereld. De hogeschool kenmerkt zich door een breed aanbod van opleidingen en uitstroomprofielen, met veel aandacht voor diverse voorbereidende trajecten en in een inmiddels unieke positie in het HBO/WO-stelsel, van december 2001 tot september 2008 als negende faculteit, de Faculteit der Kunsten van de Universiteit Leiden, en vanaf die datum als Academie der Kunsten, zelfstandig instituut in de Faculteit der Geesteswetenschappen.
1 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Samenwerkingspartners a. b. c. d. e.
Prins Claus Conservatorium, ‘school’ van de Hanzehogeschool Groningen Faculteit der Kunsten, Universiteit Leiden Conservatorium van Amsterdam Codarts, Hogeschool voor de Kunsten Rotterdam Overige samenwerkingsrelaties
- Prins Claus Conservatorium Reeds enige jaren werkt het Koninklijk Conservatorium nauw samen met het Prins Claus Conservatorium, één van de 19 ‘schools’ van de Hanzehogeschool Groningen. Deze samenwerking is in oktober 2001 geformaliseerd door een gemeenschappelijke regeling op grond van artikel 8.1. WHW en de oprichting van een samenwerkingsinstituut, dat per 1 september 2001 operationeel is. Partijen werken samen op het terrein van het kunstonderwijs in de muziek en in het bijzonder ten aanzien van onderwijsontwikkeling, curriculumopbouw en onderwijsaanbod, lectoraat, projecten en masterclasses. - Academie der Kunsten, Universiteit Leiden De hogeschool heeft sinds 14 december 2001 een bijzondere samenwerking met de Universiteit Leiden. Twee leden van het College van Bestuur van de hogeschool zijn qualitate qua lid van het bestuur van de gezamenlijk opgerichte Faculteit der Kunsten van de universiteit. Dit is het enige voorbeeld in Nederland waar universiteit en hogeschool zo effectief kunst en wetenschap samenbrengen en uitwerken in onderwijs en onderzoek, en samenwerking met de andere Leidse faculteiten tot stand weten te brengen en aldus synergie bereiken en interdisciplinariteit bevorderen. Er is wederzijds onderwijs ontwikkeld en toegankelijk gemaakt, er is (promotie)-onderzoek gestart en er zijn kunstenaars als hoogleraar aangesteld. Jaarlijks volgen circa 300 studenten bij- en keuzevakken over en weer. Er is een stabiel aantal van 15 dubbelstudenten, die tegelijkertijd een volledige opleiding aan de Leidse universiteit én aan onze Hogeschool volgen. Ruim 45 studenten volgen het practicum musicae, waarvan het tweede en derde jaar onderdeel zijn van een facultair honourstraject. De samenwerking beweegt zich op het terrein van het bacheloronderwijs, het masteronderwijs én het PhDonderwijs en geldt zowel voor het Koninklijk Conservatorium (KC) als de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten (KABK). In de bacheloronderwijs van de Hogeschool worden Haagse studenten in staat gesteld Leids onderwijs te volgen (zowel in Leiden als in Den Haag). Wat Leiden betreft gaat het om reguliere keuze- en bijvakken van de diverse Leidse opleidingen. Wat Den Haag betreft, hierbij gaat het o.a. om het minorprogramma Kunst en Zaken dat aan de Haagse kunstvakstudenten wordt aangeboden. Voor Leidse studenten is een grote variëteit aan theoretische en praktische vakken aan zowel het KC als de KABK opgezet. Ook hier gaat het om keuze- en bijvakken en een viertal driejarige minorprogramma’s. Op het gebied van het masteronderwijs (Master in Photographic Studies) werkte de Faculteit der Kunsten nauw samen met de KABK en de opleiding kunstgeschiedenis van de Universiteit Leiden. Dit geldt ook voor het Masterprogramma Media Technology; het gaat hierbij om een samenwerking tussen de interfaculteit Beeld en Geluid en de faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Leidse universiteit. Het Koninklijk Conservatorium en de Faculteit der Kunsten werken sinds 2004 onder de naam ‘docARTES’ samen met het Gentse Orpheus Instituut en het Conservatorium van Amsterdam, en inmiddels ook met de Katholieke Universiteit Leuven, in de doctoraatsopleiding muziek voor promovendi. Binnenkort zullen de eerste promoties plaatsvinden. In 2008 volgden 27 promovendi dit programma. DocARTES figureert daarnaast prominent in het derdecyclusproject van het Polifonia-programma van de Europese Commissie. Het docARTESverband maakt deel uit van het Europese consortium MIDAS. In 2008 is een Engelstalig joint programme ontwikkeld en ingevoerd in samenwerking met het Royal College in Londen, Royal Holloway (University of London) en Oxford University, onder de naam “Documa - doctoral curriculum in musical arts”. Door onze faculteit de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten is reeds in 2007 samen met de Faculteit der Kunsten het initiatief genomen om een internationaal, hoogstaand en kwaliteitsvol doctoraatstraject te ontwikkelen in de beeldende kunst en design; de tweede doctoraatsopleiding waar onze Hogeschool in participeert. Dit gebeurt onder de naam PhDArts in samenwerking met het Instituut voor Onderzoek in de Kunsten (IvOK), onderdeel van de Katholieke Universiteit Leuven. In september 2008 zijn 2 promovendi van start gegaan. Daarnaast zijn nog 13 andere kunstenaars vanwege de Faculteit der Kunsten geregistreerd in doctoraatstrajecten. In 2008 heeft het College van Bestuur van de Universiteit Leiden besloten de Graduate Schools te versterken. Dit heeft onder meer tot gevolg gehad dat een aantal faculteiten, waaronder de Faculteit der Kunsten, is gefuseerd tot de nieuwe Faculteit der Geesteswetenschappen. Als consequentie hiervan is de oude Gemeenschappelijke Regeling tussen de Hogeschool en de Universiteit Leiden per 1-6-2009 met terugwerkende kracht tot 1 september 2008 vervangen door een nieuwe, waarin zowel de promotietrajecten als de gezamenlijke onderwijscomponenten zijn ondergebracht binnen de Academie der Kunsten. De voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool is qualitate qua directeur van de rechtsopvolger van de Faculteit der Kunsten: de Academie der Kunsten en heeft samen met de andere decanen een raadgevende stem binnen het College voor Promoties van de Universiteit.
2 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
- Conservatorium van Amsterdam Het Koninklijk Conservatorium heeft de samenwerking met het Conservatorium van Amsterdam in het verslagjaar gecontinueerd op het terrein van De Nieuwe Opera Academie. De Nieuwe Opera Academie is een tweejarige masteropleiding voor opera, een samenwerkingsverband tussen het Conservatorium van Amsterdam en het Koninklijk Conservatorium. In samenwerking met het Asko/Schönberg Ensemble is de Ligety Academy opgericht, waarin masterstudenten muziek van beide conservatoria na een positieve auditie telkens een jaar lang speciale coaching krijgen bij het uitvoeren van nieuwe en 20e-eeuwse muziek. De eerste lichting, achttien musici en vier dirigenten, is in september 2008 van start gegaan. Verder is in 2008 een begin gemaakt met het ontwikkelen van gezamenlijke directieopleidingen. - Codarts, Hogeschool voor de Kunsten, Rotterdam In januari hebben de dansvakopleidingen van het Koninklijk Conservatorium en de Rotterdamse Dansacademie van Codarts, Hogeschool voor de Kunsten besloten om te gaan samenwerken in de begeleiding van jonge danstalenten. Met deze bijzondere samenwerking zien beide instituten nieuwe mogelijkheden om een groter potentieel aan Nederlandse danstalenten op te leiden voor een carrière in de professionele dans. Het huidige imago van het vak zal hierdoor worden verbeterd en zodoende kan de versnippering van de begeleiding van jonge talenten worden omgebogen in een optimale voorbereiding op een opleiding en carrière in de dans. Beide dansvakopleidingen gaan samen op zoek naar jonge mensen die de passie en gedrevenheid hebben om aan de top van de internationale danswereld te komen. De samenwerking richt zich op het scouten en begeleiden van jonge kinderen in de leeftijd van 9 tot 18 jaar. Voor deze talenten wordt zowel voor de moderne dans van de RDA als voor de academische theaterdans van het KC gezorgd voor een soepele doorgaande leerlijn. Vanaf 2008 stemmen beide instituten de scoutingactiviteiten op elkaar af en breiden deze verder uit. Ter verdere professionalisering van de talentbegeleiding zullen er ook gastdocenten worden uitgewisseld en worden er gezamenlijk voorstellingen georganiseerd. - Overige samenwerkingsrelaties Internationale lidmaatschappen en contacten. De hogeschool is lid van de International Association of Universities and Colleges of Art, Design and Media (Cumulus), de Association Européenne des Conservatoires, Académies de Musique et Musikhochschulen (AEC), European Association of International Education (EAIE), European League of Institutes of the Arts (ELIA), PhDArts, docARTES, Documa/EMPaR en MIDAS. De jazzafdeling is medeoprichter en actief in het internationale samenwerkingsverband, de International Association of Schools of Jazz, de IASJ. Deelname de jaarlijkse bijeenkomst leidt veelal tot uitwisseling van onderwijsmethodieken door deelnemende docenten en tot het begin van een internationale carrière voor de participerende studenten. Het overzicht van de Europese instellingen voor hoger onderwijs waarmee de Koninklijke Academie en het Koninklijk Conservatorium in het jaar 2008 nauw contact onderhielden in het kader van het Europese SOCRATES-ERASMUS programma is als bijlage opgenomen. Tevens wordt elders in dit verslag ingegaan op hoe externe projecten en partners bijdragen aan de ontwikkeling van de studenten, en hoe dit de beoefening van de kunsten bevordert (zie o.m. bijlage II).
3 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Verslag van de Raad van Toezicht Samenstelling De Raad van Toezicht van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans bestond in 2008 uit de volgende leden: · Prof. mr S.E. Eisma voorzitter · R. Rietveld · Drs. W.J. Deetman per 16 juni 2008 · Drs. J.C.M. Schönfeld per 16 juni 2008 · Drs. H.K. de Geus tot 24 september 2008 · Mw. mr D.M.C. Schuurmans tot 24 september 2008 · twee vacatures In bijlage I zijn de personalia van de leden opgenomen als ook gegevens over de zittingstermijnen en hoofd- en nevenfuncties. Bezoldiging In hun vergadering van 24 september 2008 hebben de leden van de Raad van Toezicht besloten af te zien van een financiële vergoeding voor hun diensten. Profielschets Ieder lid heeft affiniteit met het internationale kunstonderwijs Ieder lid is in staat het beleid van het CvB op hoofdlijnen te beoordelen Ieder lid is gewend om in teamverband te opereren Ieder lid heeft voldoende tijd en gelegenheid om de vergaderingen van de RvT voor te bereiden en bij te wonen en is daarnaast desgewenst beschikbaar voor verder overleg met (leden) van de RvT en/of CvB De leden hebben een zodanige mix van ervaringen, kennis en deskundigheden dat de RvT ook op onderdelen het beleid van het CvB kan beoordelen en het CvB kan adviseren bij financiële, bestuurlijke, maatschappelijke, sociale, juridische en andere veel voorkomende vraagstukken en bij vraagstukken die de omgang met de overheid in haar diverse, voor de Hogeschool relevante hoedanigheden raken. Bij het aanzoeken van kandidaatleden wordt een spreiding nagestreefd over specifieke deskundigheid op de terreinen kunst & cultuur, Hoger Onderwijs, financiën, het bedrijfsleven en de wereld van het bouwen. De Raad van Toezicht is zodanig samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar, het College van Bestuur en welk deelbelang dan ook, onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. Naar het oordeel van de Raad van Toezicht is aan de geformuleerde onafhankelijkheidscriteria voldaan. Commissies De Raad van Toezicht functioneert als een geheel. Er zijn derhalve geen commissies ingesteld die verantwoordelijk zijn voor deeltaken. Wel zijn er twee aandachtsgebieden verdeeld. Zo is de bezoldiging van de leden van het College van Bestuur deel van de portefeuille van voorzitter Eisma en financiën van raadslid Schönfeld. Branchecode Governance Ten aanzien van het governance-beleid vervult de Raad van Toezicht een tweeledige rol. Enerzijds houdt de Raad controlerend toezicht op het beleid van de Hogeschool en anderzijds staat hij het College van Bestuur met raad en daad terzijde. Een cyclische agenda en jaarplanning fungeren hierbij als leidraad. In 2008 heeft de Raad van Toezicht de organisatie getoetst aan hetgeen is opgenomen in de Branchecode Governance. Hieruit bleek dat het overgrote deel van de elementen uit de code reeds onderdeel uitmaken van de governancestructuur van de Hogeschool. Ter optimalisering van het governancebeleid wordt in 2009 een accent gelegd op de interne risicobeheersings- en controlesystemen. Werkzaamheden De Raad van Toezicht kwam in het verslagjaar viermaal bijeen samen met het College van Bestuur: op 7 maart, 16 juni, 24 september en 9 december. Naast de reguliere mededelingen van het College van Bestuur, het governancebeleid en de vaststelling van de jaarstukken, vermeldde de agenda onderwerpen als de benoeming van een nieuwe directeur voor het conservatorium, tevens lid van het College van Bestuur in de persoon van Henk van der Meulen, P&O-beleid, de samenwerking met de Universiteit Leiden, de huisvesting in het algemeen en de nieuwbouw van het conservatorium als onderdeel van het beoogde Internationaal Dans- en Muziekcentrum aan het Spuiplein in het bijzonder, als ook de meerjarenafspraken met OCW. Een deel van het overleg in september vergaderde de Raad zonder College van Bestuur. Buiten de vergaderingen om heeft de voorzitter van de Raad intensiever contact met de voorzitter van het College. Daarnaast hebben individuele leden contacten met de leden van het College en met andere personen in de organisatie. De voorzitter heeft overleg gevoerd met een delegatie van de Medezeggenschapsraad en in verschillende samenstelling heeft de Raad sollicitatiegesprekken gevoerd met kandidaten voor de functie van Directeur conservatorium / Lid CvB.
4 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Informatiebronnen De primaire bron van informatie voor de Raad van Toezicht is het College van Bestuur. In de statuten en in de reglementen is een nadere uitwerking gegeven aan de wijze waarop het College de Raad informeert, zowel schriftelijk als mondeling en zowel regulier als incidenteel. De verschafte informatie wordt in de reguliere vergaderingen van de Raad met het College besproken. Daarnaast is de externe accountant een belangrijke bron van informatie voor de Raad. Dit geldt met name voor de management letter die de accountant voorafgaande aan de bespreking van de jaarrekening aan de Raad verschaft en de toelichting die de accountant bij gelegenheid van de bespreking van de jaarrekening verschaft. Ook contacten met de Medezeggenschapsraad vormen een welkome bron van informatie voor de Raad. In een uitzonderlijke situatie is het denkbaar dat de Raad voor een specifiek facet zelfstandig informatie inwint. Mocht dit het geval zijn dan gebeurt het na overleg met de voorzitter van het College. Jaarrekening en begroting De Raad van Toezicht heeft kennisgenomen van het door het College opgestelde jaarverslag en de jaarrekening over 2007. Beide stukken zijn met het College uitvoerig besproken in een vergadering waarin ook de externe accountant aanwezig was. Na kennis genomen te hebben van de management letter van de externe accountant en haar goedkeurende verklaring bij de jaarrekening heeft de Raad de jaarrekening vastgesteld. De begroting voor het jaar 2009 en de verwachte resultaten van de daarop volgende jaren zijn na bespreking met het College van Bestuur door de Raad van Toezicht goedgekeurd. De Raad van Toezicht is veel dank verschuldigd aan de aftredende leden voor hun jarenlange actieve betrokkenheid met het wel en wee van de Hogeschool. Tot slot spreekt de Raad zijn waardering uit voor de in 2008 getoonde inzet van het College van Bestuur en de medewerkers van de Hogeschool.
Medezeggenschap De regelgeving rondom de medezeggenschap is vastgelegd in het Medezeggenschapsreglement en het bijbehorende Huishoudelijk Reglement Medezeggenschapsraad van oktober 1997. De hogeschool heeft twee deelmedezeggenschapsraden, één voor de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, de DMR-KABK, en één voor het Koninklijk Conservatorium, de DMR-KC. Uit beide deelraden wordt de Centrale Medezeggenschapsraad gekozen. De (deel)medezeggenschapsraden komen regelmatig bij elkaar om de lopende zaken te bespreken, zelfstandig en/of met de faculteitsdirecteur. Een greep uit de onderwerpen die gedurende het verslagjaar aan de orde zijn geweest: · de profielschets directeur Koninklijk Conservatorium / lid College van Bestuur; · de resterende functie-omschrijvingen ter vervolmaking van het Functiegebouw HBKMD; · de Vakantieregeling NOP 2008 e.v.; · het beleid rondom addenda en tijdelijke taakuitbreidingen; · het jaartaakbeleid op het KC; · de renovatiewerkzaamheden huisvesting KC; · de interne communicatie, w.o. het Bulletin DMR-KC; · reglementen beoordelings- en functioneringsgesprekken; · actualisering van de medezeggenschapsreglementen.
5 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
3. ONDERWIJS Overzicht van de aangeboden opleidingen KONINKLIJKE ACADEMIE Faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
De Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten biedt in het kader van de Bachelor-Masterstructuur sinds 1 september 2002 onderstaande opleidingen (voltijd en deeltijd).
Overzicht van CROHO-geregistreerde HBO-opleidingen van de KABK Domein
Beeldende Kunst en Vormgeving
Opleiding (CROHOregistratie) Bachelor opleiding Autonome Beeldende Kunst (39110) Bachelor opleiding Vormgeving (39111)
Uitstroomprofiel
Profiel Visuele Communicatie
Profiel Productontwerp
Profiel Ruimtelijk ontwerp
Studierichting
Specialisaties voltijd
Beeldende Kunst
Schilderen
2D
Grafiek
ArtScience
3D Autonoom ArtScience
Fotografie
Wervend
3D --
Redactioneel Grafisch Ontwerpen Interactive Media Design Textiel en Mode
Interieurarchitectuur
Specialisaties deeltijd
Wervend Redactioneel
--
Grafisch Ontwerpen
--
--
Vanaf 3e jaar: Mode Vanaf 3e jaar: Textiel Vanaf 2e jaar: Interieurarchitectuur Vanaf 2e jaar: Meubelontwerpen
--Interieurarchitectuur
Type and Media
Master opleiding Type and Media
--
(49106) Het aanbod bestond verder uit:
PostGraduate Course KABK 3jr deeltijd cursus
Industrial Design
Faculteit der Kunsten van de Universiteit Leiden Master MA
Master of Photografic Studies
Faculteit der Kunsten + Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Leiden Master MSc
Mediatechnology
6 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Daarnaast verzorgde de Koninklijke Academie voorbereidend onderwijs: • Oriëntatiecursus (dertig zaterdagen) • Voorbereidend jaar (voltijdsprogramma voor alle afstudeerrichtingen) • School voor Jong Talent: combinatieprogramma Vmbo (Tl)- Havo- VWO /KABK • Samenwerkingsprojecten met het voortgezet onderwijs in Den Haag en omstreken: - Johan de Witt College - Segbroek College - Bonaventura College - Haags Montessori Lyceum • Diverse trajecten voor individuele leerlingen uit het voortgezet onderwijs KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
De Muziekvakopleiding van de Faculteit Muziek en Dans (Koninklijk Conservatorium) biedt in de bachelorfase uitsluitend voltijdopleidingen aan met een studieduur van vier jaar. Afgestudeerden van de bacheloropleiding Muziek verwerven via een specialisatie-programma tevens de kwalificatie als docent (docerend kunstenaar). De bacheloropleiding Docent Muziek betreft een ongedeelde eerstegraadsopleiding die kwalificeert voor de schoolvakken muziek en CKV2 en CKV3 in het voortgezet onderwijs, muziekdocent binnen overige vormen van regulier onderwijs en een aantal beroepen in de kunsteducatie. In de masterfase worden drie voltijdopleidingen aangeboden met een studieduur van twee jaar. Het betreft de HBO-masteropleidingen Muziek, Sonologie en Opera. Deze opleidingen zijn toegankelijk voor een beperkte groep studenten, omdat scherp wordt geselecteerd op het potentieel van de student zich verder te kunnen verdiepen en/of verbreden. De Master Opera wordt verzorgd via De Nieuwe Opera Academie, het samenwerkingsverband van het Koninklijk Conservatorium en het Conservatorium van Amsterdam. De Dansvakopleiding van de faculteit verzorgt de bacheloropleiding Dans. Deze opleiding kent in het algemeen slechts één afstudeerrichting: Academische Theaterdans. In een enkel geval is het mogelijk om af te studeren in Internationale Folkloredans. Daarnaast verzorgt het Koninklijk Conservatorium voorbereidend onderwijs: • Voorbereidend jaar • School voor Jong Talent: combinatieprogramma Vmbo (Tl)- Havo- VWO/KC • PI-projecten
7 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Overzicht van CROHO-geregistreerde HBO-opleidingen van het Koninklijk Conservatorium Domein
Muziek
Opleiding (CROHOregistratie) Bachelor opleiding Muziek (34739)
Uitstroomprofiel
Studierichting
Musicus
Klassieke Muziek Jazz Oude Muziek en Historische Uitvoeringspraktijk Directie
Specialisaties voltijd
Koor Orkest Harmonie/fanfare/brassband
Theorie der Muziek Kerkmuziek
Bachelor opleiding Docent Muziek (39112) Master opleiding Muziek (44739)
Scheppen, onderzoeken, ontwikkelen Klankregie en opnameleiding Docent Muziek
Musicus
Scheppen, onderzoeken, ontwikkelen Klankregie en opnameleiding Educatie
Muziek
Dans
Master opleiding Sonologie (49104) Master opleiding Opera (49105) Bachelor opleiding Dans (34798)
Sonoloog
Compositie Sonologie Art of Sound Docent Muziek
Klassiek Jazz Oude Muziek en Historische Uitvoeringspraktijk Directie
Compositie ArtScience Arrangeren/Componeren/Jazz Onderzoek in de Kunsten Art of Sound (v/h muziekregistratie) Theorie der Muziek Muziekpedagogiek Sonologie
Opera (via De Nieuwe Opera Academie)
Opera
Uitvoerend danser
Academische theaterdans
Koor Orkest Harmonie/fanfare/brassband
8 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Visitaties KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Op basis van de adviesrapporten van de VBI uit december 2007, met positieve adviezen voor accreditatie van zowel de twee bacheloropleidingen Autonome Beeldende Kunst en Vormgeving als van de Voortgezette Kunstopleiding Type and Media, heeft de NVAO in de loop van 2008 besloten genoemde opleidingen te accrediteren. Bovendien is de Voortgezette Kunstopleiding Type and Media per 31 juli 2008 door de Minister van OCW officieel aangemerkt als hbo-masteropleiding. De accreditatieperiode van de masteropleiding Type and Media duurt tot en met 15 juli 2014; die van genoemde bacheloropleidingen tot en met 31 december 2014. In het najaar is een start gemaakt met de ontwikkeling van een nieuwe masteropleiding Interieurarchitectuur. Dit gebeurde in het kader van een gecoördineerde actie van acht hogescholen, die tot nu toe de bacherloropleiding interieurarchitectuur verzorgen. Het proces begon met de herziening van de Wet op de Architectentitel, onder leiding van de Rijksbouwmeester, met als directe consequentie dat interieurarchitecten in het vervolg over een mastertitel dienen te beschikken, willen zij in het Architectenregister opgenomen worden. Dit leidde in november 2008 tot het rapport “Ruimte voor verdieping – naar een masteropleiding interieurarchitectuur in Nederland”. Daarin werkte het Platform Interieurarchitectuur, als samenwerkingsverband van het werkveld en onderwijsinstellingen, de contouren van de nieuwe opleiding uit in de vorm van een geïntegreerd landelijk beroeps- en opleidingsprofiel. De aanvraag van de Koninklijke Academie is eind februari 2009 ter beoordeling voorgelegd aan de NVAO. De masteropleiding moet een kwaliteitsimpuls geven aan de discipline interieurarchitectuur, die om een specifieker opgeleide beroepsbeoefenaar vraagt, die in staat is om voor complexe ontwerpopgaven toekomstgerichte oplossingen te genereren. KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Op 17 juli heeft de NVAO het besluit genomen om de Voortgezette Kunstopleiding Opera te accrediteren. Bovendien is deze per 31 juli 2008 door de Minister van OCW officieel aangemerkt als hbo-masteropleiding. De accreditatieperiode van de masteropleiding Opera duurt tot en met 17 juli 2014. Ter opstart en voortgang van de komende visitatie van de bacheloropleidingen Muziek en Docent Muziek in 2009-2010 is tijd en aandacht besteed aan informatieverzameling ten behoeve van de managementrapportage. In dit kader is het initiatief genomen tot de vorming van een projectgroep, die is belast met de dagelijkse coördinatie en voortgang van het proces en met het toebedelen van deelonderwerpen en taken aan diverse, hiervoor primair verantwoordelijke collega’s binnen het instituut. Ook coördineert de projectgroep het afnemen van de nodige vraaggesprekken en is hij verantwoordelijkheid voor het vastleggen van de uitkomsten in het Managementreview of zelfevaluatierapport.
9 1
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Ontwikkelingen in de diverse curricula HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
Door de vertaling van de uitgangspunten van de interne beleidsplannen, de vaststelling van de landelijke opleidingsprofielen, de gevolgen van de zelfevaluaties in het kader van de sectorale kwaliteitszorg, de visitatierapporten, de invloed van de lectoraten, de bachelor/master structuur en de samenwerking met de Universiteit Leiden is de ontwikkeling van curricula hogeschoolbreed een permanent punt van aandacht. Hieronder worden de belangrijkste ontwikkelingen binnen de verschillende faculteiten, opleidingen en afstudeerrichtingen vermeld in aansluiting op de verslagen van voorgaande jaren.
Het Sirius Programma Ter verrijking van de curricula van de bacheloropleidingen op hogeschoolniveau heeft het College van Bestuur in mei 2008 een aanvraag ingediend in het kader van de Subsidieregeling Sirius Programma, uitgevaardigd door de Minister van OCW. Via deze regeling stelt OCW ruim 38 miljoen euro beschikbaar voor bekostigde universiteiten en hogescholen die zich inspannen om in de bachelorfase excellentie te bevorderen. Met dit programma beoogt de minister kennis en inzicht te krijgen in de wijze waarop in het hoger onderwijs de beste bachelorstudenten tot een zo hoog mogelijk niveau kunnen worden gebracht en in de belemmeringen die daarvoor in de huidige situatie zijn. Onder de titel “Schitteren in de Kunsten” heeft het College van Bestuur zijn ambities voor de bevordering van excellentie beschreven en een concreet activiteitenplan opgesteld gericht op de excellente 5% van de bachelorstudenten van de gehele hogeschool. De adviescommissie heeft de aanvraag beoordeeld met het predikaat ‘veelbelovend’. Op grond van deze kwalificatie is ons de gelegenheid geboden om de aanvraag op onderdelen nader uit te werken en in 2009 opnieuw in te dienen. Het advies bevatte onder meer aanbevelingen ter versterking van de aanvraag.
KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Een permanent proces Curriculumontwikkeling is een doorgaand proces dat niet wordt geagendeerd door begin of eind van een nieuw cursusjaar. Ontwikkelingen in het werkveld en de maatschappij in het algemeen geven stof tot herbezinning. In toenemende mate ook zijn het de ervaringen van studenten en alumni die impulsen geven voor nieuwe studieonderdelen, desnoods tijdens het lopende studiejaar. Een voorbeeld hiervan is dat carrières van jonge kunstenaars in hoge mate verlopen langs een internationaal parcours van werkperiodes en tentoonstellingen in gastateliers. In 2008 heeft dit gegeven een plek gekregen in een uitgebalanceerd programma van beroepsvoorbereiding. Om de propedeuse studenten een realistisch en compleet beeld van het werkveld te geven, zijn stages ingevoerd na de 1ste semesterbeoordeling. Gedurende een week werken zij individueel of in kleine groepen in tal van situaties waarin de producerende en publieke aspecten van het kunstenaarschap centraal staan. Hoewel de propedeuse een aparte fase is in de opleiding, is het van belang dat de gehele studie één ‘gebouw’ is, waarin de student op een organische manier van de ene naar de andere verdieping kan. Naast de reeds bestaande verbindingen tussen propedeuse en hoofdfase zal deze structuur in 2009 worden versterkt door een grotere inzet van hoofdfase-docenten in de propedeuse. De gezamenlijke presentatie van de afdeling Fotografie en Beeldende Kunst, tijdens de eindexamens kan een succes genoemd worden. Desalniettemin zijn studenten van de diverse afdelingen nog maar beperkt geneigd om elkaar op te zoeken. Om dit inspirerende veld open te leggen, is besloten een aantal keer per jaar een groep studenten te vormen, die alle afdelingen vertegenwoordigen om gezamenlijk in korte tijd het concept voor een tentoonstelling uit te werken en te realiseren in de zalen van de Koninklijke Galerie. De eerste editie van deze afdelingsoverschrijdende tentoonstelling heeft onder de noemer ‘student works 1’ inmiddels in december plaats gevonden. Het verhogen van het intellectuele peil van alle studenten van de KABK staat hoog op de agenda. Daarom zal in het cursusjaar 2009/2010 academiebreed in de propedeuse het vak ‘academische vaardigheden’ worden ingevoerd.
0 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Joint Master Muziek een internationaal samenwerkingsverband Na drie jaar van voorbereiding in samenwerking met het Prins Claus Conservatorium in Groningen, de Guildhall School for Music and Drama in Londen, de Academie voor Kunsten in IJsland en de Muziekafdeling van de Universiteit voor Toegepaste Wetenschappen in Jyväskylä in Finland, ging in september 2008 de pilot van start van de Joint Music Master for New Audiences and Innovative Practice. Het Koninklijk Conservatorium zette als partner in dit programma direct hoog in door in deze pilot drie van wat uiteindelijk vier verplichte modules worden te testen. Ook werd een mentoring programma gestart en konden studenten deelnemen aan diverse keuzevakken. Uit vijftien aanmeldingen werden zes studenten geselecteerd die tot de pilot werden toegelaten. Zij voltooiden eerder een Bachelor in viool en zang (klassiek), trompet en contrabas (jazz) aan het Koninklijk Conservatorium en het Conservatorium van Amsterdam. Een student voltooide bovendien een Master in nietWesterse muziek in Engeland en is inmiddels als docent voor niet-Westerse muziek verbonden aan het Conservatorium van Amsterdam. Daarnaast nemen twee studenten die een andere Master volgen aan het KC (piano klassiek en pedagogie) deel aan afzonderlijke modules uit het Joint Music Master programma. De verplichte module Performance & Communication leert de studenten 'ambassadeur' te zijn van een muzikaal project, een muziekstijl, een programma of een muziekstuk, nog voor de muziek zelf tot klinken is gebracht. Bovendien leert het programma hoe een muzikaal project, een muziekstijl, een programma of een muziekstuk van betekenis kan veranderen door het te presenteren in andere dan de gebruikelijke context. De module Leading & Guiding bereidt de studenten voor op het leiding geven aan groepen en het begeleiden van leerprocessen waarin muzikale vorming is gebaseerd op de creatieve aspecten van het musiceren: improvisatie en compositie. In de module Project Management leren de studenten hun toekomstige praktijk vorm te geven en projecten op te zetten die gebaseerd zijn op een doorwrocht projectplan, inclusief een marketing- en publiciteitsplan, risicoanalyse, een begroting en een plan voor financiering en fondsenwerving. Gecombineerd met de module Action Research (die pas in het studiejaar 2009-2010 van start gaat), moet dit de studenten in staat stellen om in het tweede jaar van deze Joint Music Master het zogenaamde Professional Integration Project te realiseren: het project waarmee ze zich op de kaart zetten als excellent musicus met de vaardigheid om nieuwe publieksgroepen te bereiken en de eigen uitvoeringspraktijk te vernieuwen. Behalve het opstarten van deze pilot, was het KC nauw betrokken bij het inhoudelijk verder ontwikkelen van deze master, met name op het gebied van research, mentoring en staff-development. De ervaringen die inmiddels zijn opgedaan in deze pilot zullen na analyse en evaluatie met alle betrokkenen, studenten, staf en andere belanghebbenden, verwerkt worden in de opzet van de Joint Music Master zoals die in september 2009 van start gaat.
1 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Curriculaire ontwikkelingen op deelgebieden: enkele Capita Selecta Deeltijdopleidingen Beeldende Kunst en Vormgeving Het jaar 2008 stond in het teken van de bevordering van de studeerbaarheid van de deeltijdopleidingen. Zowel het kerncurriculum van de afdeling fotografie als dat van de afdeling Grafisch Ontwerpen werden tot vier studiejaren teruggebracht. De opleidingen tot interieurarchitect zijn landelijk onderwerp van herstructurering, o.a. in het kader van een nieuwe ‘BaMa’-structuur. De deeltijdopleiding Interieurarchitectuur heeft in 2008 de lesroosters zodanig aangepast dat het aantal lesdagen is gereduceerd bij een gelijkblijvend aantal contacturen. Wij verwachten met deze maatregelen onder meer het aantal studiestakers te kunnen verminderen en de belangstelling voor deze deeltijdstudies te vergroten. De opleiding Beeldende Kunst duurt vooralsnog vijf studiejaren. Wel worden er in toenemende mate talentvolle studenten gestimuleerd de opleiding in vier jaar af te ronden. Fotografie Begin januari 2008 vond de eerste 3e jaars tentoonstelling plaats als nieuw onderdeel van het curriculum van de afdeling Fotografie. Deze presentatie buiten de deur heeft als doel om ervaring op te doen met exposeren vóór het eindexamen. Er werd samengewerkt met de broedplaats DCR die de studenten onderdak bood. Financiering werd gezocht via sponsoring en de KABK stelde zich garant door de huurprijs. Deze externe presentatie is positief geëvalueerd en zal een vast onderdeel worden van het 3e jaars curriculum. De samenwerking met het beroepsveld wordt hechter en werpt zijn vruchten af. Zo gaven verschillende internationaal gerenommeerde fotografen een gastlezing naar aanleiding van de presentatie van een boek of tentoonstelling: de Zuid-Afrikaanse fotograaf Pieter Hugo was te gast en de Nederlandse fotografen Rob Hornstra, Erwin Olaf en Geert van Kesteren. In de netwerkweek werd een forumdiscussie georganiseerd over het verzamelen van Fotografie waaraan de ING vanuit de kunstcollectie, Hans Kemna als verzamelaar en de galeriehouders Jurriaan van Kranendonk en Lars Boering hun medewerking verleenden. De stage wordt meer en meer gebruikt om internationale grootheden van nabij in hun werk mee te maken. Zo werd er stage gelopen bij James Nachtwey. Praktijkopdrachten werden uitgevoerd met en voor het Nederlands Dans Theater, het Nutshuis, de Huurcommissie en het College Hotel. Dit resulteerden in diverse tentoonstellingspresentaties en publicaties. Grafisch Ontwerpen 2008 stond in het teken van het verder uitwerken van de vakken en de versterking van de onderlinge samenhang binnen het curriculum. Er waren bijeenkomsten van zowel de docenten typografie als de docenten die zich bezighouden met het bewegend beeld, dat geen apart vak is op het rooster, maar aan bod komt bij IMD, beeldconcept en ontwerpen. In beide gevallen leidde dit tot een opzet waar de aansluiting beter werd. Bij beeldconcept wisselden docenten van studiejaar om een betere verdeling van het onderdeel bewegend beeld in het curriculum te verkrijgen. Er is onder voormalige studenten Grafisch Ontwerpen een toenemende belangstelling voor het volgen van een masteropleiding: in 2008 studeerden er drie aan The Royal College of Art in Londen, twee bij Graphic Design en één aan de afdeling Interactive Design. Drie alumni volgden in Leiden de masteropleiding Media Technology. Ook volgden alumni een vervolgopleiding aan de typografische werkplaats in Arnhem en de master ArtScience aan de KABK. Voor al deze instituten geldt een selectie. Op het internationale vlak is er meer belangstelling voor stages in het buitenland is (Berlijn, Wenen en New York) en komt de uitwisseling van studenten van de KABK naar het buitenland weer op gang: naar Praag en verschillende instituten in Engeland. De populatie van buitenlandse studenten op de afdeling groeit nog steeds. Praktijkprojecten vormen een vast onderdeel van het curriculum, in verschillende constructies: binnen bestaande lessen zijn er voorbeelden, zoals de affiche voor Crossing Border (de winnende affiche wordt uitgevoerd en verspreid over de stad), affiches voor de tramtunnel, samen met de afdeling Fotografie: 62 van de ontwerpen werden gekozen en uitgevoerd en waren in juli in de tramtunnel te zien. Zo ook visuele reacties op actualiteit in nrc next, die 15 weken lang in de rubriek “met andere woorden” te zien waren. Daarnaast zijn er praktijkprojecten die volwaardige opdrachten zijn en vaak door twee of meer studenten worden uitgewerkt, zoals het jaarverslag van het Historisch museum en verschillende opdrachten vanuit de Gemeente Den Haag. In December verzorgden de bachelorafdeling Grafisch Ontwerpen en de masteropleiding Type and Media een tentoonstelling met werk van veertien recente eindexamenprojecten, aangevuld met het werk van een student fotografie, meubelontwerpen en een presentatie van het AR+RFID Lab. Een aantal ingezette lijnen zullen worden uitgebouwd: de internationalisering, praktijkprojecten en de grotere samenhang in het curriculum. Wat het laatste betreft is nu vooral de theorievorming en het onderdeel ruimtelijk aan de beurt. Ook zal onderzocht worden of het wenselijk is de afdeling te splitsen in een typografische en een beeldende afstudeerrichting.
2 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Textiel en Mode In 2008 is een kernteam samengesteld om het curriculum van textielontwerpen te actualiseren en de opdrachtstelling naar de collectie toe te verduidelijken. Het kernteam bestaat uit Marina Yee, Gerdi Esch, Gerrit Uittenbogaard en Erik Verdonck. Eén van de nieuwe aspecten is dat het jaarprogramma van de afdeling textiel nadrukkelijk zal worden gevoed met diverse workshops. Dit jaar is voor het eerst aandacht besteed aan het schoenontwerpen o.l.v. Catherine Willems. De afdeling Textiel en Mode is versterkt met twee nieuwe docenten het team: Fransje Killaars die in het curriculum van textielontwerpen met name het gedeelte presentatie en ruimte belicht, en Marina Yee, die samen met Gerrit Uittenbogaard de begeleiding van het mode ontwerpen in jaar 3 en 4 op zich neemt. Art of Sound Het praktijkonderwijs in het eerste studiejaar is wezenlijk uitgebreid door het toevoegen van de cursussen Practicum Recording, Practicum Production en Practicum Sound Reinforcement. Een pilot versie van de minor Art of Sound is van start gegaan. Studenten worden geacht om jaaroverschrijdend samen te werken met als doel het leren van en aan elkaar. Het voornemen is om een uitgebreider en veelzijdiger praktijkonderwijs te introduceren, gericht op een betere aansluiting van de afgestudeerde student op de beroepspraktijk. Het muziektheoretisch curriculum wordt afgestemd op de specifieke behoeftes van het muziektechnologisch onderwijs in plaats van het bestaande klassieke en jazz curriculum te volgen. De scheiding tussen muziekstijlen wordt uit de opleiding verwijderd voorheen Jazz Recording versus Classical recording - omdat deze kunstmatig overkomt voor de moderne muziektechnoloog, die van alle markten thuis moet zijn. Compositie 2008 was een dynamisch jaar voor de compositieafdeling van het KC. De studentenpopulatie bestond uit 60 studenten met 29 verschillende nationaliteiten: 36 bachelor- en 16 masterstudenten, een contract- en een uitwisselingsstudent, en 6 studenten verdeeld over het Voorportaal, de Voorbereidende klas, bijvak en Practicum Musicae i.s.m. de Universiteit Leiden. Er is nog steeds een lichte tendens zichtbaar naar een relatief groter wordende groep Nederlandse studenten, nu 18 personen. Opvallend was weer het aantal aanmeldingen van studenten die reeds een opleiding aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht voltooiden en nu ‘echt’ wilden leren componeren. Met de nieuwe docentenbenoemingen van vorig jaar is het team bijzonder levendig en breed in expertise. Caliope Tsoupaki richt zich o.a. op de jonge compositietalenten. Thans geeft zij ook les aan hoofdvakstudenten. Guus Janssen is vanuit zijn dubbelpraktijk als componist en internationaal vooraanstaand improvisator de aangewezen persoon om samenwerkingsverbanden in de toekomst tot stand te brengen tussen de jazzafdeling en compositie. In dat opzicht is een eerste belangrijke stap gezet doordat Guus Janssen vanuit de afdeling compositie ook les geeft aan een aantal jazzstudenten die tevens compositie studeren. Improvisatie heeft altijd een belangrijke rol gespeeld op de compositieafdeling. Met het oog op de nabije toekomst, wanneer improvisatie schoolbreed een vaste plaats binnen het curriculum zal vinden, is de compositieafdeling uitstekend voorbereid. Dit jaar zijn we tevens begonnen met een onderzoeksproject i.s.m. Peter van Bergen om te bezien hoe de cursus improvisatie voor componisten kan worden vormgegeven. De veranderingen in het curriculum zijn steeds aan kleine mutaties onderhevig. De docenten streven naar een opleiding met een curriculum dat flexibel kan zijn om zo in te spelen op nieuwe ontwikkelingen binnen het componeren. Yannis Kyriakides is begonnen met zijn cursus ‘Strategies in live electronic music’. Deze cursus is gericht op allerlei aspecten van toegepaste nieuwe, interdisciplinaire, technologie die er bij het componeren toe doen. Tevens is Marco Ciciliani (oud student KC) begonnen met zijn cursus ‘Introduction to the Karlheinz Stockhausen studio’, als technische ondersteuning van het onderwijs van Yannis Kyriakides en Gilius van Bergeijk. Ook komen in toenemende mate allerlei initiatieven vanuit het veld op ons af, vaak projectmatig. Ervan uitgaand dat wij ook een sterke praktijkgerichte opleiding willen bieden, dient ons onderwijs zowel theoretisch als in het compositieonderwijs op die initiatieven te kunnen inspelen. Een interessante ontwikkeling is dat steeds meer studenten betrokken worden bij het onderwijs. Zij komen zelf met initiatieven tot het geven van workshops, cursussen, lezingen of series van lessen. In sommige gevallen heeft dit geleid tot een aanvulling van ons curriculum. B.v. de cursus ‘Ensemble for composers’, gegeven door ex-student Ezequiel Menalled en ‘Analyses of Medieval music for composers’ door Sacha Zamler Carhart, die daarmee de aandacht heeft getrokken van een groot aantal studenten uit de zang- en oude muziekafdeling. Deze cursus is ontstaan als gevolg van de theorielessen ‘The technique of beauty’ van Cornelis de Bondt. Daarnaast zijn er de initiatieven van compositiestudenten die schoolbreed hun waarde bewijzen, w.o. ‘The Hague improvisers orchestra’ o.l.v. Yedo Gibson. In dit improvisatie-orkest musiceren studenten uit de afdelingen compositie, jazz, oude muziek en klassieke muziek met elkaar. Nieuw dit jaar was de cursus ’New vocal techniques’ door (Bachelor 1) compositiestudente Sandra Pugols Spangenberg, die werd gevolgd door veel compositie- en zangstudenten. De betrokkenheid van de studenten neemt toe doordat zij meer verantwoordelijkheid krijgen bij belangrijke producties zoals ons jaarlijkse Springfestival, bij het maken van een website over onze activiteiten en bij het overleg inzake uit te nodigen gasten. In verband met het invullen van de PAP (Personal Activity Plan) is onder de studenten en docenten van de compositieafdeling nogal wat beroering ontstaan over de wenselijkheid en de vorm ervan. Vanuit de afdeling is een manifest uitgevaardigd en is er een discussieavond georganiseerd met studenten en de directie die nog een vervolg zal krijgen
3 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Intro In het eerste jaar wordt de muziekstudent middels een serie workshops, colleges, concerten en excursies in contact gebracht met de veelzijdige aspecten van de beroepspraktijk. Doelen zijn het kennismaken met de beroepspraktijk en de mogelijkheden in de opleiding, het prikkelen van de nieuwsgierigheid, en het ontwikkelen van oordeelsvorming en een kritische houding. Intro verschaft tevens informatie over de keuzemogelijkheden die er binnen het programma worden aangeboden vanaf het tweede studiejaar en legt de nadruk op collectieve leerprocessen: het leren samenwerken en het opbouwen van netwerken die reiken tot buiten de eigen discipline. Gebaseerd op kwaliteitsmeting en wensen van de betrokken studenten zal Intro met ingang van het cursusjaar 2009-2010 in geconcentreerde vorm worden verwerkt en aangeboden in de vorm van het First Years Festival voor alle eerstejaars studenten. De opzet van het huidige ‘Friday Mix’, waarbij eenmaal per week op vrijdagmiddag een afdeling van het Conservatorium zich presenteert middels een 30 minuten concert, presentatie of voorstelling, gevolgd door een interview van circa 30 minuten, met coördinator, docenten en enkele studenten van de afdeling, zal in de nieuwe Introweek worden geïntegreerd. Jazz-afdeling Centraal in de jazz-opleiding staat het spelen in combo’s. De structuur en de inhoud van de combo’s is geflexibiliseerd. In het propedeutische jaar participeren de studenten in twee combo’s waarin de basisvaardigheden aan bod komen. In het tweede en derde jaar kan de student kiezen uit een aantal combo’s met een thematisch onderwerp. In het laatste jaar laat de student zich coachen door een docent in een zelf geformeerd combo of ensemble. In de jazz-afdeling wordt het werkboek “Requirements” voortdurend bijgesteld. In dit boek wordt een matrix geven van de competenties waarover een jazzmusicus moet beschikken. Het bijstellen van het werkboek komt voort uit de ervaringen die de docenten als uitvoerende musici in de beroepsuitoefening tegenkomen. Muziektheorie Bachelor In september 2008 zijn de studenten die in september 2006 waren gestart, ingestroomd in het derde studiejaar van het nieuwe curriculum. Het derde – en tevens laatste - bachelorjaar muziektheorie is net als het tweede jaar opgebouwd uit drie delen: een gedeelte bestaat uit verplichte vakken per sectie, een gedeelte van de vakken kan worden gekozen uit een aanbod in voorgeschreven categorieën en een gedeelte kan vrij worden gekozen. Studenten kunnen zich door middel van keuzevakken richten op theoretische en praktische vakken die het beste aansluiten bij hun specifieke vakmatige en artistieke ontwikkeling. Enkele vierdejaars studenten ronden hun theoriestudie nog af in het oude curriculum. Om de verbinding tussen theorie en hoofdstudie verder te versterken is gedurende het studiejaar 2007-2008 een aantal avonden ‘Analyse & Uitvoeren’ georganiseerd. Tijdens deze avonden werd door een instrumentale of vocale docent samen met een theoriedocent vooraf afgesproken repertoire behandeld, in het bijzijn van zoveel mogelijk studenten en docenten van een afdeling. Studenten uit hogere studiejaren leverden een actieve bijdrage door de besproken stukken te spelen. Door studenten en docenten werd deze samenwerking zeer gewaardeerd. De avonden ‘Analyse & Uitvoeren’ worden daarom in 2009 voortgezet. Vanuit het Minorprogramma ‘Theorie’ is één van de 8 studenten, die het afgelopen jaar als invulling van hun vrije studieruimte (30 EC) hadden gekozen, doorgestroomd naar de studierichting ‘Theorie der Muziek’. Een groep van 6 nieuwe studenten is ingestroomd in de Minor ‘Theorie’. Master Studenten in de masteropleiding zijn verplicht om een deel van hun studie te besteden aan ‘theorie & onderzoek’. Daarvoor werden in 2008 opnieuw verschillende series ‘mastercolleges’ aangeboden: elke serie mastercolleges bestaat uit een tiental bijeenkomsten rond een vastgesteld thema, waarin de stand van zaken in onderzoek op dit gebied wordt verkend. De series dienen ter inspiratie en informatie; elke student kiest vervolgens een eigen onderwerp van onderzoek, om in zijn tweede studiejaar te presenteren. Studenten worden bij hun onderzoek en de voorbereiding van de presentatie individueel begeleid door een docent, de zogenaamde ‘coach’. In mei 2008 vond een aantal geslaagde presentaties plaats van masterstudenten. De wens bestaat om ‘onderzoek’ een duidelijker aandachtspunt te laten zijn in de aandacht van docenten en studenten. Onder andere masteropleidingen en vervolgtrajecten (PhD) in binnen- en buitenland kunnen hierbij als inspiratiebron dienen (bijv. in UK, Scandinavië en Australië). Sonologie Het Instituut voor Sonologie houdt zich traditiegetrouw bezig met compositie van elektronische muziek, algoritmische compositie, onderzoek naar klankeigenschappen en muzikale structuren, klanksynthese, uitvoeringspraktijk van live elektronische muziek en de ontwikkeling van soft- en hardware voor interfaces. De studenten wordt een esthetische, praktische en historische context geboden waarin zij naast een gemeenschappelijk lestraject worden aangezet tot zelfstandige werkzaamheden die zich toespitsen op een of meer van de genoemde onderwerpen. Naast de bachelor- en masteropleiding wordt nog steeds de eenjarige cursus Sonologie gegeven, die al sinds 1966 bestaat. Deze cursus trekt voornamelijk post graduate studenten uit het buitenland en is een belangrijke voedingsbodem voor de Masters opleiding. Bovendien is op basis van vakken uit het cursusaanbod een minor Sonologie beschikbaar, die door studenten van andere afdelingen van het conservatorium en door studenten van de Universiteit Leiden gevolgd kan worden. Vanwege het succes van een workshop Field Recording door Justin Bennett in het cursusjaar 2007-2008, is Justin Bennett met ingang van het schooljaar 2008-2009 als docent verbonden aan het Instituut voor
4 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Sonologie. Naast Field Recording besteedt hij in zijn lessen ook aandacht aan klankinstallaties en andere relaties tussen elektronische muziek en beeldende kunst. Het samenwerkingsverband met de stichting “The Game of Life” is voortgezet, evenals de daaruit voortgekomen bruikleen van hun Wave Field Synthesis luidsprekersysteem. Omdat het conservatorium nog geen ruimte ter beschikking heeft waarin dit systeem van 192 luidsprekers permanent kan worden opgesteld is ook de huur van Expo 2 van het Scheltema-complex in Leiden voortgezet. In deze ruimte kan de soft- en hardware verder worden ontwikkeld en kunnen studenten en docenten van Sonologie met het systeem experimenteren, componeren en uitvoeringen geven. In april 2008 was de in Rome woonachtige Amerikaanse componist James Dashow te gast voor een lezing over zijn computerprogramma’s voor compositie en klanksynthese en voor een concert waarin delen uit zijn videoopera “Archimedes” werden uitgevoerd. In december 2008 was de Parijse Groupe de Recherches Musicales ter gelegenheid van hun 50-jarig bestaan te gast tijdens een driedaags festival. Directeur Daniel Teruggi kwam met een team van componisten en technici voor een lezing, workshops en 5 concerten met het Acousmonium: een luidsprekerorkest dat stond opgesteld in de Arnold Schönberg-zaal. Tijdens een van de concerten presenteerden studenten Sonologie de resultaten van de workshops. Tevens stond Jan Boerman’s “Kompositie 1972” op het programma, waarmee Sonologie als enige aandacht besteedde aan de 85e verjaardag van deze belangrijke Nederlandse componist. Masterstudent Yota Morimoto presenteerde werk tijdens de International Computer Music Conference 2008 in Belfast. Bachelorstudent Luc Döbereiner presenteerde werk tijdens de Sound Music Computation conferentie 2008 in Berlijn. Van Nic Collins kwam het verzoek aan Kees Tazelaar om een sectie te verzorgen in Leonardo Music Journal met artikelen van oud-studenten op basis van hun eindexamenscripties. Met het Nederlands Muziek Instituut wordt een samenwerking aangegaan op het gebied van archivering en conservering van historisch bandmateriaal. Het NMI heeft hiervoor de middelen in huis (koelcellen met constante temperatuur en luchtvochtigheid) en Sonologie het materiaal (bandenarchief) en expertise. In april 2009 zal tussen GRM en Sonologie een Partnershipovereenkomst worden getekend. Dit zal het begin zijn van samenwerking op het gebied van concerten, onderzoek, publicaties, archivering en conservering op het gebied van elektronische muziek.
De School voor Jong Talent INTERFACULTEIT
Algemene informatie Het jaar 2008 was in tegenstelling tot het drukke jubileumschooljaar 2007 een stabiel schooljaar. In dit verslag worden slechts de belangrijkste ontwikkelingen in 2008 vermeld. Een deel ervan komt rechtstreeks voort uit de doelstellingen zoals vermeld in het Schoolplan 2006-2009. •
•
•
•
In de periode maart tot mei 2008 is intensief overlegd met het Ministerie van OCW, samen met de collega-kunsthogescholen, om te komen tot een versteviging van de voortrajecten waarin talentontwikkeling wordt nagestreefd op het gebied van dans en muziek in Nederland. Belangrijkste gespreksonderwerpen waren een juiste formeel juridische structuur van de voortrajecten, de daaraan gekoppelde veranderende toezichtkaders, de onderwijskundige structuur (inclusief de raamregeling) en de financiering. Dit traject is nog gaande, maar heeft in december in ieder geval al geleid tot een additionele financiële bijdrage van € 120.000,- vooruitlopend op een definitieve regeling. De Interfaculteit is in belangrijke mate betrokken bij deze gesprekken. Sinds 1 mei 2007 is de School voor Jong Talent omgevormd tot een interfaculteit van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans te Den Haag, rechtstreeks ressorterend onder het College van Bestuur. Ook de managementstructuur is daartoe aangepast. De dagelijkse leiding van de interfaculteit was sindsdien in handen gelegd van de huidige directeur Jan van Bilsen, met Zanne Zwart als coördinator beeldende kunst, Wim Broeckx als coördinator dans (tevens directeur dansvakopleiding) en Anthony Zielhorst als coördinator muziek. Met tevredenheid kan in 2008 geconcludeerd worden dat deze constructie zijn vruchten afwerpt. De interfaculteit heeft meer slagkracht en discipline-overstijgende besluiten worden sneller genomen. Vooral in de afdeling muziek (“Jong KC”) zijn er belangrijke ontwikkelingen te melden (zie de aparte paragraaf in dit hoofdstuk). In 2008 zijn er nieuwe afspraken gemaakt met het Rijnlands Lyceum teneinde de gereserveerde bedragen (zoals afgesproken in het Convenant) concreet te oormerken voor specifieke projecten. Dit leidt tot een betere begeleiding van de leerlingen die het profiel NG en N&T volgen en een intensievere samenwerking op het gebied van muziek en dans. De automatisering van de administratie middels het programma Magister is sterk verbeterd. Inmiddels worden alle schoolrapporten, muziek- en balletrapporten automatisch gegenereerd. Dit geldt ook voor de absentieregistraties en het leerlingvolgsysteem. Ook is het nu mogelijk dat docenten via internet gegevens kunnen aanleveren en stelt het ouders in staat om vorderingen van hun kinderen, absenties en andere informatie via internet in te zien, dit alles via een persoonlijke inlogprocedure. Dit is een belangrijke ontwikkeling, vooral in het licht van het nationale karakter van de school en het feit dat veel ouders op grote afstand van de school wonen.
5 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
•
•
In 2008 zijn twee “kwaliteitszorg”-documenten voltooid: een “zorgprotocol” en een “excursieprotocol” voor het VO. Daarnaast is in het kader van de kwaliteitszorg een leerlingenenquête afgenomen - de uitkomsten van deze enquête zullen door de stuurgroep worden geëvalueerd en leidt tot acties in het schooljaar 2008-2009 - en is er een start gemaakt met de borging van de kwaliteit van de Schoolexamens. In de eerste helft van 2009 zal dit laatste kwaliteitsdocument zijn afgerond. Tenslotte dient vermeld te worden dat de Interfaculteit een nieuwe missie heeft geformuleerd. Deze is inmiddels in de schoolgids van de SvJT opgenomen. Met betrekking tot de basisschool kan opgemerkt worden dat er sinds de komst van een nieuwe collega een periode van rust is aangebroken. Na jarenlange personele strubbelingen is er sprake van een nieuwe teamgeest en is ook een nieuw schoolplan voor de basisschool ontwikkeld. In januari 2009 is dit schoolplan voltooid en aan de Inspectie aangeboden.
Samenwerkingspartners Via een convenant zijn de Stichting Rijnlands Lyceum en de Haagsche Schoolvereeniging samenwerkingspartners. Ook is de School voor Jong Talent lid van het Pre University College van de Universiteit Leiden. Hierdoor kunnen de leerlingen desgewenst deelnemen aan het onderwijsprogramma aldaar. Met het Segbroek College (Den Haag) is er samenwerking op het gebied van het vak Cultureel Kunstzinnige Vorming 3, waarbij leerlingen van de genoemde scholen verrijkingsmodules volgen op het Koninklijk Conservatorium. Daarnaast onderhoudt de School voor Jong Talent contacten met partnerscholen in Veneto Vittorio, Praag en London. In mei participeerde de Interfaculteit in een conferentie te Oslo waar voor het eerst alle Europese Conservatoria met voortrajecten op het gebied van muziek elkaar ontmoetten. Tijdens deze conferentie zijn waardevolle contacten gelegd met partnerscholen waarin met name de contacten met de Yehudi Menuhin School (London) en het Sächsisches Landesgymnasium Dresden in 2009 tot uitwisselingen zullen leiden. Resultaten van het reguliere voortgezet onderwijs De examenresultaten in 2008 waren uitstekend: slechts één havo-leerling was niet geslaagd, alle andere leerlingen behaalden hun diploma.
Schooltype
Aantal kandidaten
Geslaagd 2008
Vmbo (tl)
8
8
100%
Havo
16
15
94%
Atheneum
6
6
100%
Schooltype
aantal kandidaten
Vmbo (tl)
8
vervolgstudie: 4 2 1 1
leerlingen doorgestroomd naar havo SvJT leerlingen doorgestroomd naar HBO dans KC leerling naar het buitenland vertrokken leerling doorgestroomd naar het LUZAC
4 leerlingen doorgestroomd naar HBO muziek KC 1 leerling doorgestroomd naar HBO dans KC 2 leerlingen doorgestroomd naar HBO beeldende kunst KABK Havo
16
Atheneum
6
1 1 2 1 2 1
leerling is doorgestroomd naar HBO beeldende kunst elders leerling is gaan werken leerlingen zijn doorgestroomd naar conservatorium elders leerling naar de Royal Ballet School te Londen leerlingen zijn doorgestroomd naar 5 vwo SvJT leerling is een andere HBO-studie elders gaan volgen
1 leerling is doorgestroomd naar HBO muziek KC 3 leerlingen zijn doorgestroomd naar HBO ballet KC 2 leerlingen zijn gaan studeren aan een universiteit elders (psychologie en Italiaans)
6 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
MUZIEK Interfaculteit School voor Jong Talent
Balans interne en externe leerlingen In het schooljaar 2007-2008 is nadrukkelijk gefocust op het aspect aanmelding en inschrijving. Dit is gedaan met de bedoeling zoveel mogelijk leerlingen in staat te stellen om ons volledige kerncurriculum te volgen binnen Jong KC intern, de combinatie van regulier primair of voortgezet onderwijs en kunstonderwijs. Door een beleidswijziging werd de mogelijkheid om in Jong KC Extern te worden ingeschreven beperkt. In het verleden was de verhouding “Intern - Extern” 25% - 75%. Per 1 september 2008 hielden de twee groepen elkaar in evenwicht: 50% - 50%. Naar verwachting zal deze ontwikkeling zich voortzetten. Doorlopende leerlijn In december 2008 zijn beslissingen genomen ter verbetering van de doorstroming tussen Jong KC en het HBO. Doel is dat de leerlingen in de School voor Jong Talent kunnen instromen in het HBO met een studiepakket dat recht doet aan de tot dan toe bereikte individuele resultaten. Daartoe zal in de maanden vóór het toelatingsexamen een beschrijving van het actuele niveau van de leerling worden vastgesteld. Hieruit kan de leerling - in overleg met zijn docenten – een studieplan voor de propedeuse samenstellen. Bij het feitelijke toelatingsexamen stelt de commissie vast of dit plan kan worden gerealiseerd. Om de doorstroming te versoepelen zullen HBO-docenten eerder dan tot nu toe gebruikelijk, deel uitmaken van de tentamencommissie in Jong KC. Leerlingen uit Jong KC doen hun toelatingsexamen in de reguliere tentamenperiode (april). Zij weten dus vóór hun eindexamen VO of zij hun studieplan in het Koninklijk Conservatorium kunnen realiseren. Versterking kerncurriculum In 2008 is het kerncurriculum voor elke leerling versterkt. Alle muziekleerlingen uit de School voor Jong Talent hebben de volgende vakken op hun rooster: hoofdvak, correpetitie (voor strijkers en blazers klassiek), bijvak piano, solfège, muziektheorie, harmonie aan de piano (voor pianisten), orkest (voor strijkers, blazers en slagwerk), kamerkoor voor de muziekleerlingen , ensemblezang, kamermuziek, planning individuele studietijd in de vroege ochtend (vrije lokalen in het KC), en portfolio ter stimulering van de reflectie op het eigen leerproces. Dit programma omvat een complete muziekopleiding en wordt gevolgd naast een regulier curriculum in het VO. Overige curriculaire ontwikkelingen In 2008 is het individuele maatwerk verfijnd. Leerlingen die te zwaar belast werden tengevolge van een intensief muziekprogramma, kregen verlichting in het schoolprogramma. Bijzondere bijvakken waar de leerlingen om vroegen, werden waar mogelijk toegekend. De ervaring leert dat het proces van individualisering van het onderwijs bijzondere inspanningen vergt, juist omdat het onderwijspakket zo veelvormig en gecompliceerd is. Met ingang van 1 september 2008 ontmoeten de muziekleerlingen elkaar elke maandagmorgen vroeg in de weekopening. Tijdens deze korte ontmoeting worden de belangrijkste bijzondere activiteiten van de komende week besproken, wordt kort teruggeblikt op de vorige week, worden eenvoudige ontspanningsoefeningen, elementaire houdingsoefeningen en concentratieoefeningen uitgevoerd. De weekopening dient op deze wijze zowel een sociaal doel (de cohesie binnen de groep muziekleerlingen) als een algemeen vormend doel (verstandig omgaan met lijf en geest). Per 2008-2009 wordt bij de vakken solfège en muziektheorie explicieter dan in het verleden gewerkt met niveaugroepen. Hiertoe is besloten om beter te kunnen aansluiten bij de individuele ontwikkeling van de leerlingen. Als uitgangspunt wordt het Gradesystem van de Britse Associated Board of the Royal Schools of Music gehanteerd, een systeem dat wereldwijd wordt gebruikt als inhoudelijke richtlijn. Naar verwachting komen de eerste resultaten van dit proces van differentiatie in de loop van 2009 beschikbaar. Omdat het kamermuziekprogramma inhoudelijk een groot succes is gebleken, wordt ook vanaf 1 september 2008 intensief gewerkt aan de realisering van dit programma. In 2008 is vanuit Jong KC het initiatief genomen om de samenwerking met de jazz-afdeling van het conservatorium te versterken en met de afdeling Oude Muziek een samenwerking te beginnen. Concrete plannen voor de oprichting van een Big Band en een Oude Muziek-ensemble worden verder uitgewerkt. Bij het Instrumentenfonds van het Koninklijk Conservatorium is een aanvraag ingediend voor de aanschaf van een aantal oude barokstokken, die leerlingen kunnen gebruiken als zij muziek van vóór 1750 uitvoeren. Docenten uit de afdeling Oude Muziek zijn bereid gevonden de leerlingen te coachen. Met de benoeming van Arjan Tien als vaste dirigent van het Atheneum Kamerorkest is een nieuwe periode van het orkest ingezet. De keuze om op tournee te gaan naar Spanje (Galicië) heeft aan artistiek niveau en sociale cohesie van het orkest een enorme impuls gegeven. Bij terugkeer uit Spanje is onder grote belangstelling op 1 november 2008 een succesvol concert gegeven in de Arnold Schönbergzaal. Het succes van het orkest heeft de leerlingen geïnspireerd op het gebied van gedrevenheid en motivatie.
7 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Instelling van nieuwe prijzen Vanuit Jong KC is een prijs ingesteld voor veelbelovende deelnemers in de compositiewedstrijd Op weg naar het Nieuwjaarsconcert van het Nederlands Blazers Ensemble in samenwerking met VARA Televisie. De Koninklijk Conservatoriumprijs voor jonge componisten is ingesteld voor de jonge generatie die zich op bijzondere wijze onderscheidt op het terrein van het ambachtelijk componeren. De prijs is tevens ingesteld om bij getalenteerde jonge componisten belangstelling te wekken voor de opleiding compositie in Jong KC. De prijs bestaat uit drie compositieworkshops in het Koninklijk Conservatorium Den Haag, geleid door Calliope Tsoupaki, docent compositie in Jong KC. In het voorjaar 2008 namen vier zeer jonge componisten deel; de prijswinnaars die in 2009 de workshops gaan volgen zijn alle rond 16 jaar. Ook op jazzgebied is een prijs ingesteld met de bedoeling jonge mensen die op het terrein van de jazz al zeer actief zijn, met de jazzafdeling van het KC in contact te brengen. Tijdens het Prinses Christina Concours Jazz werd voor het eerst de Jong KC Jazzprijs uitgereikt. De winnaar wordt in de gelegenheid gesteld om op 26 april 2009 in de serie De Ontmoeting in Theatercafé Studio 3 van de Dr. Anton Philipszaal te Den Haag een concert te geven samen met de docentenband van het Koninklijk Conservatorium. Tijdens het concours wees de jury de Jong KC Jazzprijs toe aan de 14-jarige pianist Jochem Le Cointre uit Leeuwarden. PI: Muziek met kleuters In september 2008 is een blaasinstrument aan het programma voor kleuters toegevoegd. Met PIBO (Programma Initieel Blokfluit Onderwijs) hebben de kinderen de kans om blokfluit te leren spelen vanuit de brede benadering die zo kenmerkend is voor het PI-programma. In het eerste jaar is met een kleine groep gestart. Dat geeft de docenten de mogelijkheid uiterst zorgvuldig te reflecteren op het onderwijs dat zij de allerjongsten bieden. Op initiatief van één van de ouders, die elk zaterdag met haar kind uit Utrecht naar Den Haag komt, zijn besprekingen gestart met het Utrechts Centrum voor de Kunsten. Het is de bedoeling om in september 2010 te starten met een ‘dependance’ van ons PI-programma in Utrecht. De eerste geluiden zijn positief, maar concrete beslissingen zijn ultimo 2008 nog niet genomen. BEELDENDE KUNST Interfaculteit School voor Jong Talent
Curriculaire ontwikkelingen Vanaf het schooljaar 2008/2009 zijn er veranderingen doorgevoerd in het curriculum. Zo heeft het vak grafiek in de onderbouw plaats gemaakt voor het vak theorie en expositievoorbereiding. Grafiek en fotografie worden nu in de onderbouw gegeven in de vorm van projectweken. In september is voor alle leerlingen een cursus webdesign gestart. Zij maken allemaal hun eigen site voor hun portfolio. In het curriculum is ook meer plaats ingeruimd voor exposities. De leerlingen van de bovenbouw hebben hieraan invulling gegeven met de succesvolle expositie Zwart/Wit in Villa Nuts. Onderwijsprojecten In het weekend van 23 en 24 maart 2008 werd het Boekids festival gehouden waar prachtige platen en werkstukken van onze leerlingen te bewonderen waren. Theater ’t Spui was zo onder de indruk van de tentoonstelling dat deze ook na het festival nog lange tijd voor het theaterpubliek te bezichtigen is geweest. In april hebben de leerlingen van de onderbouw in het kader van het "project achterdoek" o.l.v. Lilian Kreutzberger en Zanne Zwart het achterdoek voor de eindvoorstelling van de dansafdeling ontworpen en beschilderd. Het betrof een horizon op een doek van 16 bij 8 meter. In mei heeft Bram de Leeuw de wedstrijd gewonnen voor het ontwerpen van de poster voor het Jong KC Zomerfestival. Later dat jaar heeft hij ook het ontwerp gemaakt voor de truien van de AKO-leerlingen die in de herfstvakantie naar Santiago zijn geweest. In mei hebben de vier eindexamenleerlingen van de SvJT met beeldende kunst als richting toelating gedaan bij de KABK. Zij waren alle vier toelaatbaar tot de hbo-opleiding. Twee van hen werden ook elders aangenomen en hebben ervoor gekozen hun opleiding daar voort te zetten. In juni hebben de leerlingen van de onderbouw op Terschelling het Oerolfestival bezocht en intensief kennis gemaakt met de vele kunstvormen aldaar. DANS Interfaculteit School voor Jong Talent
De informatie over de dansafdeling van de School voor Jong Talent is geïntegreerd in de volgende paragraaf ‘Dansvakopleiding’.
8 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Dansvakopleiding Talent-scouting In aansluiting op de oriënterende gesprekken die gedurende het vorige verslagjaar plaatsvonden, werd een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de Rotterdamse Dansacademie van collega-instelling Codarts. De samenwerking heeft tot doel: de verbetering van het imago van de dans in Nederland en het scouten van jong talent, het onderzoeken van meerdere mogelijkheden om leerlingen te huisvesten, het doorverwijzen van jonge leerlingen naar de voor hen relevante opleiding op het gebied van de dans, het verstrekken van uitgebreide en relevante informatie aan potentiële ouders en het bundelen van de krachten op het gebied van PR en gastdocenten. Relaties met het werkveld Gesprekken die plaatsvonden met Jet de Ranitz, zakelijk leider van het Nederlands Dans Theater (NDT) waarmee de Dansvakopleiding een samenwerkingsovereenkomst heeft, hebben tot gevolg gehad dat er door NDT twee plaatsen gereserveerd zijn voor twee talentvolle HBO-studenten van onze Dansvakopleiding voor de door hun opgezette “Summer Intensive”. Tegelijkertijd wordt er ook jaarlijks via sponsoring een stageplaats voor het NDT-II beschikbaar gesteld voor een talentvolle Nederlandse hbo-student van het Conservatorium. De beslissing wie er voor deze stages in aanmerking komt, wordt in overleg besloten tussen de directie van de Dansvakopleiding en directie van het NDT. In de jaarlijkse vergaderingen van het landelijke Netwerk Dans zijn de huidige ontwikkelingen met betrekking tot voorzieningen voor talentvolle dansers en musici uitvoerig aan bod gekomen. (Voor nadere informatie wordt u verwezen naar de rubriek ‘algemene informatie’ over de SvJT.) Daarnaast waren gespreksonderwerpen: de fysieke belasting van balletbegeleiders, medewerking aan het IT’s festival, ontwikkeling van docentopleidingen, de bachelorstructuur in de dans en de kwaliteitszorg. HBO-studenten van de Dansvakopleiding zijn met regelmaat te gast op zaterdag in het Amsterdamse Muziektheater bij Het Nationale Ballet, waar zij onderwezen worden op het gebied van klassiek, repertoire en pas de deux door solisten van Het Nationale Ballet tezamen met leerlingen van de Nationale Ballet Academie. Uitwisselingen In navolging van de twee voorgaande verslagjaren vond in 2008 weer de jaarlijkse uitwisseling plaats met de Dansvakopleiding van het Praags Conservatorium. In september gingen de leerlingen van balletgroep V van de Dansvakopleiding op bezoek in Praag. In oktober kwamen de leerlingen uit Praag op tegenbezoek. Gastdocenten In 2008 waren de volgende gastdocenten aan de Dansvakopleiding verbonden: academische theaterdans: Yannick Boquin, Yannick Sempey, Reuven Voremberg, Monique Sand, Marian Sarstädt, Martin Meng en Michele Politi; caractère: Peter Vree; repertoire: Shirley Esseboom (NDT), Stefan Zeromski (NDT), Monique Sand en Armando Navarro; blessure-preventie: Ted Willemsen; pilateslessen: Jane Poerwoadmodjo; workshops choreografie: Regina van Berkel en workshop improvisatie: Dylan Newcomb. Gastdocentschap in het buitenland Van 23 februari t/m 1 maart 2008 was Tom Bosma, adjunct-directeur en caractère-docent van onze dansvakopleiding, werkzaam als gastdocent caractère-dans aan de dansvakopleiding van de Haceteppe Universiteit te Ankara, een project georganiseerd in samenwerking met de Nederlandse Ambassade te Instanbul. In december 2008 doceerde hij een workshop caractère-dans aan leerlingen tussen 8 en 18 jaar en een cursus pedagogiek te Tokyo. Dit project was georganiseerd in samenwerking met de Nederlandse Ambassade te Tokyo. Beoordelingen Als gastdocent voor de jaarlijkse HBO-beoordeling werd Martin Meng uitgenodigd. Externe examencommissieleden dit jaar waren: Ted Brandsen (Artistiek directeur Het Nationale Ballet), Roel Voorintholt (Artistiek Directeur Introdans) en Gerald Tibbs (Artistiek directeur Nederlands Dans Theater II). Beurzen / stages / contracten / wedstrijden Eind januari werden de hbo-studenten Mara Hulspas en Frank van Tongeren tijdens de jaarlijkse auditie van de Stichting Dansersfonds ’79 geselecteerd. De prijs is een geldbedrag dat zij moeten benutten om een zomerstage te volgen. Wim Broeckx, directeur van de Dansvakopleiding werd uitgenodigd door Gailene Stock, Artistiek Directeur van de Royal Ballet School te London, als voorzitter van de jury voor de “Young British Dancer of the Year”prijs. In de jury zaten de artistieke leiders van het Engelse Royal Ballet, English National Ballet, Scottish Ballet, Northern Ballet en Birmingham Royal Ballet. HBO-studente Wendeline Wijkstra werd geselecteerd via een dvd-voorselectie, uit circa 170 kandidaten, om samen met 74 geselecteerden deel te nemen aan de halve finale van de internationaal gerenommeerde Prix de Lausanne.
9 2
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Voorstellingen Op 1 februari vierden H.M. Koningin Beatrix en Prinses Margriet gezamenlijk hun verjaardag met een galavoorstelling in Theater Carré te Amsterdam. Leerlingen uit HBO en de laatste jaren van de Dansvakopleiding namen hieraan deel en dansten een gedeelte uit het ballet “Falling Angels” van Jiri Kylian, dit onder begeleiding van percussionisten van de muziekafdeling van het Koninklijk Conservatorium. Enkele weken later dansten Wendeline Wijkstra en Benji Soerel, HBO-studenten, de pas de deux uit “Lieder eines Fahrenden Gesellen” van Jiri Kylian in de Pieterskerk te Leiden ter gelegenheid van de Dies Natalis van de Universiteit Leiden. In de maand maart stond het gehele Conservatorium in het teken van de componist Heiner Goebbels. De Dansvakopleiding nodigde voor dit festival de Nederlandse choreografe Regina van Berkel uit, die een nieuw werk creëerde voor de HBO-studenten: “Red Run”. In deze voorstelling stonden zowel muziekstudenten als dansvakstudenten op het toneel. Als voorproefje op de eindvoorstelling en representatie van de Dansvakopleiding tijdens het jaarlijkse IT’s Festival in Amsterdam, dansten Hbo-studenten van de Dansvakopleiding enkele gedeeltes uit “Le Marriage d’Aurore”, “Sh-boom” en “Lieder eines Fahrenden Gesellen” in een voorstelling die gedeeld werd met de Nationale Ballet Academie. Tijdens een jubileum benefietvoorstelling voor het Ronald McDonald Huis te Leiden dansten studenten van de Dansvakopleiding gedeelten uit de pas de dix van het avondvullende repertoire ballet “Raymonda” en voerden enkele leerlingen de “Russische Polka” uit van Tom Bosma, adjunctdirecteur en caractère-docent van de Dansvakopleiding. HBO studenten van de Dansvakopleiding verleenden in de maand december hun medewerking aan de “Notenkraker”-productie van Het Nationale Ballet. Tijdens deze voorstellingen voerden zij de Russische Dans uit en functioneerden als extra kracht voor enkele bijrollen. De jaarlijkse serie eindvoorstellingen van de Dansvakopleiding toonde een breed scala aan repertoire en bestond uit de volgende werken: Regina van Berkel’s choreografie voor het KC’s Goebbels Festival “Red Run”, een nieuwe creatie van docent Tessa Cooke: “Oceaniden”, gedeelten uit bestaand NDT-repertoire: “Sh-Boom” van Paul Lightfoot & Sol León alsmede een pas de deux uit “Lieder eines Fahrenden Gesellen” van Jiri Kylian en een heropvoering van “Le Marriage d’Aurore” van het ballet de Marquis de Cuevas, gezet door Armando Navarro. In samenwerking met de gastprogrammering van het Lucent Danstheater en Codarts, is het plan ontwikkeld om leerlingen van de Dansvakopleiding te laten optreden in enkele “Danstips”. Deze danstips hebben tot doel om geïnteresseerd publiek voor te lichten over: Danstip 1: De opleiding van jonge dansers (oktober 2008) Danstip 2: De verschillende dansstijlen (januari 2009) Afgestudeerden In 2008 studeerden drie danssector waarvoor zij hieronder vermeld. Wendeline Wijkstra Benji Soerel Asuka Watanabe
studenten af aan de Dansvakopleiding van het KC. Allen vonden zij direct werk in de zijn opgeleid. De betreffende gezelschappen die hen een contract aanboden staan Het Nationale Ballet Royal Ballet School Holland Dance Festival
Personele aangelegenheden - Docente Mariëtte Redel ging gedurende een week naar de London Royal Ballet School. Hier woonde zij lessen bij en werd zij in de gelegenheid gesteld om zich te verdiepen in het functioneren van docenten en hun didactische werkwijze. - Onder de dansdocenten hebben er gedurende het verslagjaar geen mutaties plaats gevonden. Bij de muzikaal begeleiders van de afdeling heeft Gerard Bouwhuis een sabbatical jaar opgenomen en nam Gene Carl onbetaald verlof om met de Toneelgroep Amsterdam te werken. Erwin Weerstra, een student afkomstig uit de School voor Jong Talent, en nu HBO-student muziek bij het Koninklijk Conservatorium, werd ingezet als student-assistent voor het begeleiden van balletlessen.
0 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Kwaliteitszorg en studeerbaarheid binnen de instelling Kwaliteitsbewaking van kunstvakopleidingen Binnen het totale aanbod van opleidingsprogramma’s en onderwijsinstellingen van het Hoger en Wetenschappelijk Onderwijs nemen de kunstvakopleidingen ten aanzien van de kwaliteitsbewaking een eigen positie in als gevolg van de wijze waarop de beoordeling van de competentieontwikkeling, en in het bijzonder de beoordeling van het ambacht en de artistieke vermogens, plaatsvindt. De door de hogeschool gevoerde kwaliteitsbewaking zet in op beoordeling, selectie, het onderwijsprogramma en de kwaliteit van de onderwijsgevenden. De eerste stap in de keten van kwaliteitsbewaking is het wegen van het artistieke vermogen en de artistieke potentie tijdens de aanmelding voor de kunstopleiding en in voorkomende gevallen zelfs al eerder tijdens de vooropleidingen. Binnen de HBKMD betekent dit dat slechts een beperkt deel van alle aanmeldingen wordt gehonoreerd. Zo wordt bijvoorbeeld van de vele jonge dansers die zich aanmelden slechts een klein percentage van 15 tot 20% toegelaten tot de dansvakopleiding. Kwaliteitszorg op hogeschoolniveau Het College van Bestuur heeft ervoor gekozen de faculteiten op het gebied van de onderwijskundige aanpak en de onderwijskundige processen zo zelfstandig mogelijk te laten functioneren. Voor een aantal andere beleidsterreinen, waaronder financiën en personeelszaken en ook kwaliteitszorg, kiest het CvB voor een hogeschoolbreed beleid of hogeschoolbrede oplossingen, waarbij de faculteiten zelf de verantwoordelijkheid dragen voor de operationele uitvoering van het beleid. Binnen de KABK is de facultaire kwaliteitszorg sinds 2001/2002 in handen gelegd van een speciale functionaris. In de afgelopen jaren is er een aanzienlijk aantal enquêtes uitgezet onder de direct en indirect betrokkenen bij de Academie. De uitkomsten worden gebruikt om het beleid via verbetervoorstellen bij te stellen. Dit element van de kwaliteitszorg zal in 2008 verder tot ontwikkeling worden gebracht. Binnen het KC is de kwaliteitszorg tot het najaar 2007 bij verschillende functionarissen belegd. Sindsdien is op het KC een specifieke medewerker kwaliteitszorg aangesteld. De Hogeschool rekent het tot zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid om in een open dialoog inhoud te geven aan onderwijs en onderzoek. Deze dialoog stelt de hogeschool in staat zowel te anticiperen op de steeds veranderende vragen die kunst, cultuur en de samenleving stellen, alsook die vraagstelling te beïnvloeden en zelfs te sturen. Uiteraard geldt het beroepsveld daarbij als een voorname partner. Daarnaast gelden ook de beroepsverenigingen, het onderwijs (vanwege de instroom in de voortrajecten en de doorstroommogelijkheden), de overheden, de brancheorganisaties en de internationale samenwerkingpartners als ‘betrokken partijen’. Ten aanzien van de contacten met het beroepsveld behoeft het geen nadere toelichting dat de hogeschool een omvangrijk netwerk aan contacten heeft. Niet alleen op bestuurlijk niveau maar ook inhoudelijk, doordat bijna het complete docententeam van academie en conservatorium actief is in de beroepsuitoefening. Dit biedt een ongekende rijkdom aan contacten in binnen- en buitenland. Verder participeren de directies in diverse besturen van lokale, regionale, landelijke en internationale culturele organisaties. Dat de hogeschool zich bewust is van het feit dat formeel en frequent overleg met het werkveld van toegevoegde waarde is, blijkt uit het feit dat deze contacten inmiddels als vast onderdeel zijn ingebed in het onderwijsproces via de breed georiënteerde werkveldcommissies. Ook de lectoraten hebben de afgelopen jaren een belangrijke initiërende rol gespeeld als het gaat om het organiseren van meer formele momenten waarop kunstvakonderwijs en kunstpraktijk elkaar ontmoeten. Op diverse momenten hebben levendige dialogen plaatsgevonden tussen vertegenwoordigers uit het werkveld en medewerkers van de hogeschool. Deze bijeenkomsten zijn vastgelegd in verslagen en in publicaties. In het kader van dit jaarverslag wordt de kwaliteitszorg per faculteit beschreven. KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Bij de interne kwaliteitszorg van de KABK zijn medewerkers, studenten, alumni en het werkveld van de studierichtingen actief betrokken. Zowel academiebreed als binnen de studierichtingen wordt groot belang gehecht aan het kwaliteitsbeleid. De Academie peilt de mening over het onderwijs en de resultaten. Dit gebeurt intern bij studenten en medewerkers en extern bij oud-studenten, gecommitteerden, belangrijke personen in de wereld van kunst en ontwerp, stagebedrijven en kunstinstellingen in het werkveld.
1 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
De kwaliteitszorg van de Academie bestaat uit de volgende aandachtsgebieden: Onderzoek en enquêtes 1. Recent afgestudeerden Aan de afgestudeerden van juni wordt in oktober-november een vragenlijst toegezonden, eerst op papier, de laatste jaren digitaal. In die vragenlijst gaat het om twee onderwerpen: een recente terugblik op de opleiding en een vraag naar de opstart van het leven na de Academie: aan de slag als kunstenaar/ontwerper of vervolgopleiding. jaar
2.
3.
4. 5.
6.
7.
02-03
03-04
04-05
05-06
06-07
07-08
Alumni/ afgestudeerden van dat jaar
123
144
140
154
181
207
Aantallen respondenten--->
40
61
53
58
76
85
% respondenten 33% 42% 38% 38% 42% 41% Zittende studenten * Op facultair niveau: aan studenten wordt sinds studiejaar 2004-2005 een beoordeling op studieonderdeel/vakniveau gevraagd. Een student krijgt steeds meerdere vakken te beoordelen. In de eerste jaren ging het om een of twee vakken per student, in het huidige studiejaar hebben we de studenten gevraagd om alle vakken te beoordelen. Het gaat dan ook om grote aantallen formulieren: rond de duizend in de voorafgaande jaren, meer dan 3000 dit jaar. De gegevens worden op meerdere niveaus geaggregeerd: per docent, ter bespreking met het hoofd, per studierichting uitgesplitst waar nodig naar voltijd en deeltijd, ter bespreking met het team op de afdelingsvergaderingen en op academieniveau. * Algemeen: In 2008 is een landelijk ontwikkeld StudentTevredenheidsOnderzoek (STO) uitgevoerd. Ongediplomeerde studieverlaters Exit-onderzoek onder studenten die ongediplomeerd de studie afbraken. De meerderheid van de respondenten stopte in het 1e of 2e jaar. Als redenen werden aangevoerd: praktische bezwaren zoals verhuizing, ziekte, andere verwachtingen over hoe de opleiding zou zijn, ongeschiktheid voor de studie, moeite om deeltijdstudie te combineren met werk en gezin. Projectevaluatie Tevredenheidsonderzoek naar aanleiding van de projectweken die bij de opleiding Vormgeving (studierichting Fotografie en Grafisch Ontwerpen) jaarlijks plaatsvinden. Panelgesprekken met studenten Door jaarlijkse paneldiscussies tussen klassenvertegenwoordigers per studierichting (uitgesplitst naar voltijd en deeltijd) en de directeur wordt een onmisbare aanvulling op schriftelijke evaluatiemethoden gerealiseerd. Studiemiddagen Gedurende enkele dagdelen per jaar wordt door coördinatoren, hoofddocenten, directeur en stafmedewerker onderwijs gereflecteerd op onderwijsinhoudelijke zaken als competentiegericht onderwijs, flexibilisering van leerwegen, toetsen en beoordelen, instructie strategieën/werkvormen. In dit jaar is hiervan een meerdaagse variant geweest in een conferentieoord in Bergen. Verzamelen en benutten instituutsgegevens Het vergaren van instellingsgegevens, in de managementrapportages over diverse factoren in het primaire proces (vooropleiding, rendement, herkomst) vindt systematisch en regelmatig plaats.
Bindend negatief advies De representativiteit van de propedeuse, alsmede de regeling van het bindend studieadvies krijgen expliciet de aandacht. In de studieonderdeelevaluatie zijn enkele algemene vragen opgenomen, waaronder naar de representativiteit van de propedeuse.Die is in beide onderzoeksjaren goed: rond de 3.55 op een schaal van 1-5. Toetsen en beoordelen De transparantie van het beoordelingsysteem van individuele en ‘collectieve’ beoordelingen is groot. Bij beide opleidingen - en de respectievelijke studierichtingen die daaronder vallen - worden de ontwikkelingen binnen de competenties beoordeeld en vermeld. De beoordelingsresultaten worden schriftelijk vastgelegd in het studentenarchief. De ingebruikname van een geautomatiseerd studentenvolgsysteem is verschoven naar 2009, omdat gekozen is voor maatwerk en niet voor een standaardpakket. Curriculum en Vakbeschrijvingen De opleidingsprofielen worden sinds 2006 verder ontwikkeld tot competentiegerichte curricula waarin de lesprogramma’s inzichtelijk en samenhangend worden beschreven. De vakbeschrijvingen worden jaarlijks geactualiseerd. Studielast in EC Het verfijnen van de studielast, uitgedrukt in studiepunten, heeft zijn beslag gekregen in overzichten in de studiegids. Telkens zal door middel van overleg met de studenten, en zo mogelijk door tijdschrijven, de adequaatheid hiervan tegen het licht worden gehouden.
2 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Opleidingscommissie Sinds januari 2003 zijn de opleidingscommissies voor Beeldende Kunst en Vormgeving formeel geïnstalleerd. De bijeenkomsten vinden gezamenlijk plaats. De commissie komt jaarlijks viermaal bijeen en bespreekt zowel onderwerpen die de leden inbrengen als onderwerpen die worden besproken in de hoofddocentenvergaderingen. De directeur neemt deel aan de bijeenkomsten door als gast het laatste half uur aanwezig te zijn. Alumni In 2004 is het alumnibureau gestart. Op de website van de Koninklijke Academie zijn de namen geplaatst van de afgestudeerden vanaf 1992. Er is een emailadres voor oud-studenten (
[email protected]). De ontwikkeling van een systeem waarbij oud-studenten werk op de website kunnen plaatsen, is vergevorderd. Flexibilisering van leerwegen Door de invoer van het “Individueel Studietraject” (IST) is het voor hoofdfase-studenten mogelijk 20% van de studielast per leerjaar zelfstandig in te richten. Voor het IST is een planningsformulier ontwikkeld dat de studenten voorafgaand invullen en moeten laten goedkeuren. Hun begeleider, de coach, beoordeelt het plan op inhoudelijke en organisatorische aspecten. Mogelijkheden zijn: volgen van een minor, van keuzevakken, introductiecursussen en het uitwerken van eigen theoretische dan wel praktische opdrachten. Voor het individuele studietraject (IST) is in de hoofdfase 12 ECTS per jaar gereserveerd. In de deeltijdstudie varieert het van 3 tot 12 ECTS. In de studentenenquêtes is specifiek gevraagd of de studenten het idee hebben dat het IST hun studie verbreedde. Het antwoord was ruim voldoende (3.28 op een schaal van 1-5). Studentenbegeleiding Alle eerstejaars krijgen tweemaal per jaar een gesprek met hun mentor over hun studievoortgang. De hoofdfase-studenten hebben een- of tweemaal per jaar een studievoortgangsgesprek met hun coach. Alle studenten kunnen te rade gaan bij het decanaat indien daartoe aanleiding is. Introductiecursussen Met als doel een zekere ontschotting te realiseren tussen de verschillende opleidingen zijn onder de naam introductiecursussen enkele interdisciplinaire, academiebrede lessenseries ontwikkeld. Behalve training in audiovisueel- en internetgerelateerde onderwerpen, is bij de introductiecursussen ook aandacht voor onderwijs in software en in conceptontwikkeling voor interactive media in een breder perspectief. Ook waren er theorielessen over 'new media theory'. Het cursusaanbod bestond uit Web Design in Flash, Moving Image, Sound, 3D animation / 3D animation in AR, The Language of New Media en Programming Interactions. RAAK-projecten In 2006 is het eerste project over nieuwe visualisatietechnieken goedgekeurd. In 2007 is het tweede, tweejarige project goedgekeurd. Deelnemers zijn naast de HBKMD, de TU-Delft, musea, enkele ontwerpbedrijven en zelfstandige kunstenaars. Binnen het onderwijs kunnen studenten en docenten door middel van cursussen met deze nieuwe technieken kennismaken. Eind 2008 is een aanvraag voorbereid voor een 4-jarig project, waarin ook de Universiteit Leiden zal meewerken. Medio 2009 valt hierover een besluit. KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Status van de kwaliteitszorg Het is de verantwoordelijkheid van het Koninklijk Conservatorium om de relatie opleiding/ studierichting enerzijds en de diverse aspecten van de beroepsuitoefening van morgen waarin de studenten van vandaag terecht zullen komen anderzijds, nauwlettend in de gaten te houden. Het KC beschouwt het continue monitoren van de mate waarin de verschillende curricula en de faciliteiten nog voldoen aan de eisen die het KC zichzelf stelt en/of die voortkomen uit de eisen van de beroepsuitoefening als een prioriteit. Het versterken van onze positie als kwaliteitsinstituut in een internationale context is de uitdaging voor de komende jaren. In het verlengde van de curriculumvernieuwing willen we op systematische en structurele wijze aandacht besteden aan de diverse aspecten van kwaliteit waar we voor staan. Daarbij worden naar vermogen de Hogeschoolgemeenschap en zoveel mogelijk partners van buiten het instituut betrokken. Op basis van deze doelstellingen, ervaringen met eerdere accreditaties en de rapportages die hieruit voortkwamen is een kwaliteitsplan gedefinieerd dat jaarlijks wordt geactualiseerd en daarmee een kader biedt voor alle activiteiten op dit gebied. Het afgelopen jaren zijn aanzienlijke stappen gezet in het (her)structureren van diverse opleidingsonderdelen. De integratie van resultaten van onderzoek en theorie in het hoofdvakdomein was een belangrijk uitgangspunt bij het implementeren van het postgraduate mastercurriculum. Daarnaast is een component keuzevakken en minoren ontwikkeld ingaande het tweede jaar van het bachelorprogramma. Beide initiatieven zijn in de loop van het jaar geëvalueerd op effectiviteit en doelmatigheid. Studenten, alumni, vertegenwoordigers uit de beroepsuitoefening en anderen zijn uitgenodigd feedback te leveren op het Koninklijk Conservatorium als onderwijsinstituut. De vragen die daarbij centraal werden gesteld vloeien direct voort uit: a. de kwaliteitseisen en streefdoelen die het Koninklijk Conservatorium zichzelf stelt (intern); b. de kwaliteitseisen en verwachtingspatronen, die de wereld van de beroepsuitoefening aan ons stelt;
c.
3 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
het accreditatiestelsel voor het Hoger Onderwijs (extern). Daarbij gaat het om de lijst van onderwerpen, zoals het programma en de geboekte resultaten, die in het accreditatiekader, tevens raamwerk voor zelfevaluatie, zijn opgenomen.
Onderzoek en enquêtes De reikwijdte van deze verschillende vormen van onderzoek is zeer divers. Er is sprake van zeer breed onderzoek, zoals de deelname aan het Landelijk StudentTevredenheidsOnderzoek (STO), gecoördineerd door de HBO-raad. In dit onderzoek zijn benchmarks gerealiseerd, zowel op landelijk als op sectorniveau die onze resultaten in een bredere context plaatsen. Daarnaast worden instituutsbrede alumni-onderzoeken en onderzoeken onder studiestakers structureel en jaarlijks uitgevoerd. Door de resultaten hiervan te relateren aan onderzoeken onder andere betrokkenen (zoals studenten) ontstaan relevante inzichten die kunnen bijdragen aan de verbetering van het onderwijs. In 2008 zijn de diverse vormen van onderwijsevaluaties die de afgelopen jaren binnen het KC werden gehanteerd geïnventariseerd en naar aanleiding hiervan is aangevangen om – met inbreng van coördinatoren, docenten en tutoren - een gestandaardiseerd en instituutsbreed formulier te ontwikkelen. Onderwijsevaluaties worden op het KC gefaseerd ingevoerd, gebaseerd op de behoefte hieraan en in samenwerking met de verschillende afdelingen. In 2008 is een begin gemaakt om naar aanleiding van de onderwijsevaluaties binnen de diverse programmaonderdelen verbeteringen aan te brengen. In de ontwikkeling van het proces van onderwijsevaluaties wordt expliciet rekening gehouden met informatie-uitwisseling tussen docenten en coördinatoren in het kader van de beleidscyclus en ingezet op het integreren van de resultaten van dit onderzoek in de functioneringscyclus. Daarnaast wordt afstemming gezocht met partners van buiten het conservatorium in het kader van voor het instituut relevante onderwijsevaluaties. De Ligeti Academy, de Academie van het Asko/Schönberg Ensemble (een samenwerkingsverband met het Conservatorium van Amsterdam), maakt sinds 2008 gebruik van dit gestandaardiseerde KC-evaluatieformulier bij het evalueren van de tevredenheid van haar studenten. Daarnaast zijn er eerste stappen gezet in het op deze wijze evalueren van vakken en minoren uit het keuzecurriculum die worden aangeboden in samenwerking met de Universiteit Leiden. Tenslotte is er sprake van relatief kleine onderzoeken, zoals het evalueren van de Open Dag, waarbij bezoekers zijn geënquêteerd en hieruit voortvloeiende verbeteracties worden meegenomen in de planning van volgend jaar. De informatie die wordt gegenereerd met behulp van het gehele scala aan structurele kwaliteitsonderzoeken wordt jaarlijks geoptimaliseerd en aangevuld. Niet alleen wordt de gehanteerde vraagstelling bij iedere herhaling van een onderzoek kritisch onder de loep genomen en gerelateerd aan relevante beleidsmatige vragen of thema’s die spelen binnen het KC; ook wordt het mogelijk om – naarmate een onderzoek vaker wordt herhaald - trends te onderscheiden in bepaalde resultaten en de eventuele effecten van (verbeter)acties zichtbaar te maken. Het Koninklijk Conservatorium hecht zeer aan haar eigen unieke identiteit en in (landelijke) initiatieven worden de gehanteerde kaders niet altijd kritiekloos overgenomen. Zo ervaart het Conservatorium een sterke verantwoordelijkheid om met de informatie verzameld in de diverse onderzoeken op een effectieve en zichtbare wijze om te gaan. Bij ieder onderzoek onder iedere betrokken partij, wordt feitelijk van respondenten gevraagd om tijd en energie te investeren in onze opleidingen. Het KC wil graag zichtbaar maken op welke cyclische wijze deze investering invloed heeft op (verbeter)acties binnen het instituut en waartoe deze moeten leiden. Het analyseren en het met elkaar in verband brengen van de resultaten is een eerste stap in dit proces. Hieruit voortkomende verbetermogelijkheden dienen vervolgens op diverse niveaus te worden afgestemd, alvorens kan worden gestart met implementatie en communicatie hierover. In het voorbeeld van het Landelijke StudentTevredenheidsOnderzoek heeft het KC geconstateerd dat – om recht te doen aan de hierboven beschreven cyclus van resultaatverwerking - herhaling van het studenttevredenheidsonderzoek in 2009 niet gewenst is, maar dat wordt ingezet op een herhaling in 2010. Voorbereiding accreditatie De komende periode zal veel tijd en energie worden gestoken in werkzaamheden rondom de accreditatie van de bacheloropleidingen Muziek en Docent Muziek. Na een aanloopfase van informatieverzameling in 2008 zal in 2009 een nieuwe managementrapportage tot stand komen, die op alle relevante niveaus dient te worden afgestemd en aangevuld. Om de continuïteit van de diverse structurele, hierboven beschreven kwaliteitsonderzoeken te borgen, en de analyse en gerelateerde verbeteracties te borgen is eind 2008 besloten om voor het komende jaar tijdelijk extra capaciteit vrij te maken op het gebied van kwaliteitszorg. Op deze wijze kunnen de implementatie van verbeteracties en het continueren van de structurele onderzoeken in 2009 doorgang vinden. Verder zal het komende jaar een impuls worden gegeven aan werkveldonderzoek, waarin ook samenwerking wordt gezocht met de relevante lectoraten.
4 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
5 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
4. ONDERZOEK In de Hogeschool hebben de uitvoerende en scheppende kunsten altijd centraal gestaan. In het laatste decennium is daar het onderzoek naar en in de kunsten bij gekomen. Ons instituut faciliteerde in heden en verleden een viertal lectoraten, waarvan ‘Denkprocessen in de kunst’ en ‘Kunstenaarstheorieën en de artistieke praktijk’ bij de academie zijn ondergebracht en ‘Lifelong Learning voor Musici’ en ‘Docent van de 21ste eeuw’ bij het conservatorium. Na de afronding van het lectoraat ‘Denkprocessen in de kunst’ eind 2007 kent de Hogeschool een drietal lectoraten. Deze worden in dit hoofdstuk achtereenvolgens besproken. Ook wordt aandacht besteed aan de RAAK-projecten en onze promotietrajecten.
De lectoraten Lectoraat ‘Docent van de 21e eeuw’ (SKO-033b) Lector: Bart van Rosmalen (per maart 2007) In de voortzetting van het lectoraat ‘docent van de 21e eeuw’ in de periode 2007-2011 wordt het accent op de onderwijskundige aspecten van het docentschap uit de periode 2002-2006 (lector Nico Smit) verschoven naar een meer artistieke benadering. In de samenleving groeit de behoefte aan nieuwe verbindingen tussen de cultuursector en andere maatschappelijke sectoren. Naast spelen, zingen of componeren op het hoogste niveau geeft dat jonge professionals de ruimte om vanuit hun kunstenaarschap nieuwe contexten voor hun werk te scheppen. Vanuit dat perspectief onderzoekt en ontwikkelt het lectoraat ‘de kunst van het gesprek’. Drie praktijkprojecten, met respectievelijk de focus op de ontmoeting met nieuw publiek, een gesprek tussen kunst en bedrijfsleven en een vakgesprek in het kunstvakonderwijs, vormen de basis voor het onderzoek naar ‘de kunst van het gesprek’. De uitkomsten werken in visie, stijl, vorm, ontwerp, inhoud en werkwijze door in de andere activiteiten van het lectoraat. Binnen het onderwijs initieert en ondersteunt de lector het “Lab21, Art In Conversation” in het kader waarvan masterstudenten gelijktijdig werken aan het leren improviseren en het ontwikkelend verkennen van de kunst van het gesprek. Voor het docententeam organiseert het lectoraat thematische kringen van docenten die onderling het gesprek aangaan over een gedeelde fascinatie of expertise rondom Improviseren, Effectief studeren, De docerend musicus en Kunstenaarschap en onderzoek. Lab21 en de kringen van docenten worden in hun kennisontwikkeling ondersteund met de website artistry21. Er wordt met deze website onderzocht hoe nieuwe media kunnen bijdragen aan kennisontwikkeling. Als lid van de werkgroep research van de AEC ontwikkelde de lector in 2008, samen met de Guildhall School of Music and Drama London en het collega-lectoraat Lifelong Learning, een internationaal model voor professional development van vakdocenten aan conservatoria: de Polifonia Innovative Conservatoire Seminars. Nieuwe werkvormen en gespreksvormen voortkomend uit de kunst van het gesprek en het muzikantschap van de deelnemende docenten nemen hierbij een centrale plaats in. Er zal vanaf 2009 een groep van 25 docenten meedoen. De deelnemers worden toegerust om in hun eigen instituten bij te dragen aan innovatie en verandering. De lector is actief in het Landelijk Overleg Kunstlectoren (LOK). In 2008 is gewerkt aan de voorbereiding van de conferentie over de positionering van het kunstvakonderwijs in de culturele industrie. In 2008 heeft de lector als lid van het presidium mede richting gegeven aan het nieuwe Forum voor Praktijkgericht Onderzoek. Het Forum verenigt alle HBO-lectoren in een landelijk netwerk. De aandacht is gericht op versterking van het beroep van lector door o.a. lectoral development. Lectoraat ‘Lifelong Learning voor Musici’ (SKO-168) Lector: dr. Rineke Smilde (per januari 2004) Dit lectoraat is een gemeenschappelijk initiatief van de Hanzehogeschool Groningen en de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Den Haag - als uitwerking van de samenwerkingsrelatie tussen beide hogescholen conform ex Art. 8.1. van de WHW – en richt zich op het onderzoek naar en toepassing van concepten van Lifelong Learning, met als doel het creëren van adaptieve leeromgevingen, waarin conservatoriumstudenten worden voorbereid op het flexibel functioneren in een voortdurend veranderende beroepspraktijk en daarmee hun professionele inzetbaarheid verbreden. Concepten van Lifelong Learning worden operationeel en meetbaar gemaakt en getoetst via pilots die geëvalueerd worden en vervolgens geconcretiseerd in onderwijsprogramma’s. Het uitgangspunt van de samenwerking tussen beide hogescholen, die mede in dit lectoraat tot uitdrukking komt, is de complementariteit van opleidingen van de beide conservatoria van de hogescholen. Het concept van Lifelong Learning kan hierdoor in de volle breedte van de beroepspraktijk getoetst worden en in verschillende onderdelen van onderwijsaanbod geïmplementeerd.
6 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Op grond van de uitstekende beoordeling van de periode 2004-2007 hebben beide hogescholen besloten tot voortzetting van het lecoraat voor een tweede periode van vier jaar. In 2008 heeft de lector leiding gegeven aan de verdere ontwikkeling van de joint master “For New Audiences and Innovative Practice” (zie ook hoofdstuk 3 onder Ontwikkelingen in de diverse curricula). Deze is gestoeld op het gedachtegoed van het lectoraat en heeft zich ontwikkeld tot het niveau van een Europees project. In dit kader werd in april een professional development seminar voor mentoren georganiseerd. Het pilotjaar is van start gegaan in september 2008. Naar aanleiding van het project “Opera in de flat”, in het najaar van 2007 uitgevoerd i.s.m. Yo! Youth Opera Festival in Utrecht, is vanuit het lectoraat onderzoek verricht naar de optimale dialoog tussen de conservatoria en de professionele organisatie (Yo!) inzake het verbreden van het beroepsperspectief. Dit heeft geleid tot de publicatie ‘Dialoog en Samenwerking in Muzikale Partnerships’. Met het project “Groningen String Masters” is een jong startend strijkorkest naar filosofie van het lectoraat ondersteund om zich als professionals te presenteren. Dit gebeurde via coaching op het terrein van marketing & communicatie, projectmanagement en artistiek leiderschap. De lector leverde bijdragen aan diverse (inter)nationale symposia, seminars en adviescommissies. Zij was evaluator van verschillende projecten rondom talentontwikkeling en begeleidde onder meer een masterstudente Music Management in Wenen met haar thesis. In juli 2008 verzorgde de lector een lezing over het aspect ‘biografisch leren’ tijdens het symposium ‘Lifelong Learning in Music’ tijdens het wereldcongres van de International Society for Music Education (ISME) in Bologna. Dit als onderdeel van een samenhangende reeks presentaties over mentorschap, organisatie inbedding en professional partnerships. Daarnaast heeft lector Rineke Smilde in de loop van 2008 haar promotietraject afgerond. Op 17 december 2008 promoveerde zij summa cum laude in de sociale wetenschappen aan de Georg-August Universität in Göttingen. Haar proefschrift “Musicians as Lifelong Learners: Discovery through Biography” behandelt het concept van lifelong learning door middel van biografisch onderzoek naar leerstijlen, attitudes en waarden van musici in formele en non-formele onderwijscontexten. Lectoraat ‘Kunstenaarstheorieën en de artistieke praktijk” (SKO-271b) Lector: drs. Janneke Wesseling (per februari 2007) Het lectoraat “Kunstenaarstheorieën en de artistieke praktijk” onderzoekt de rol van de theorie in de praktijk van beeldende kunstenaars en vormgevers. Aan de Nederlandse kunstacademies groeit het inzicht dat “het onderzoek in de kunst” (artistic research) van cruciaal belang is voor de ontwikkeling van het kunstonderwijs in het kader van de wederzijdse toenadering tussen hogescholen en universiteiten. Daarenboven speelt ook in kunst en design zelf het onderzoek in de kunst een steeds belangrijkere rol. De kunstenaar-als-onderzoeker is een vertrouwd fenomeen geworden. Er bestaat steeds meer aandacht, zowel bij kunstenaars als bij theoretici, voor dit theoretische aspect van de kunstpraktijk, als ook voor de cognitieve functie van het kunstwerk: kunst als manier om de werkelijkheid te leren kennen. De praktijk van hedendaagse kunstenaars kenmerkt zich in veel gevallen door een voortdurende reflectie op de betekenis van het eigen handelen. Bij kunststudenten bestaat een toenemende vraag naar onderwijs dat beantwoordt aan deze ontwikkelingen en waarin kunst en theorie op een vanzelfsprekende manier met elkaar zijn verbonden. Het lectoraat speelt hierop in en vervult op dit gebied een initiërende en stimulerende rol. Dit gebeurt op drie onderwijsniveaus: op bachelorniveau, door het theorie-onderwijs te stimuleren en de integratie van praktijk- en theorieonderwijs te bevorderen, door middel van concrete voorstellen en pilots waarin geëxperimenteerd wordt met nieuwe onderwijsvormen waarin theorie en praktijk zijn geïntegreerd; op masterniveau, door het opzetten van een mastertraject Artistic Research i.s.m. het Koninklijk Conservatorium, en door aan dit traject leiding te geven, zowel organisatorisch als inhoudelijk; op PhD-niveau, door het voeren van de co-directie over PhDArts, het PhD-programma voor beeldende kunstenaars en ontwerpers dat in het najaar van 2008 van start is gegaan aan de Academie der Kunsten van de universiteit van Leiden. PhDArts werkt samen met het Instituut voor Onderzoek in de Kunsten (IvOK) van de Katholieke Universiteit Leuven. Deze drie trajecten hebben allemaal een betere afstemming tussen het onderwijs aan de Hogeschool en het wetenschappelijk onderwijs tot doel. De wijze waarop het lectoraat is ingebed in de onderwijsorganisatie of het kennismanagement van de hogeschool en in de regionale of (inter)nationale kennisinfrastructuur is als volgt te duiden. De samenwerking tussen de KABK en de Academie der Kunsten van de Universiteit Leiden komt middels het PhDArts-programma in belangrijke mate in dit lectoraat tot uitdrukking. Het lectoraat slaat een brug tussen beide onderwijsinstellingen. Er is een nauwe samenwerking met de Universiteit Leiden door middel van een gezamenlijk Honour’s Programme, getiteld “Kijken en benoemen”. Hieraan nemen studenten van de kunstacademie en van de universiteit gezamenlijk deel. Hogeschool en Universiteit zijn beide in de kenniskring van de lector vertegenwoordigd. Het Engelstalige mastertraject Artistic Research, dat een initiatief is van de lector, is een samenwerkingsvorm tussen de KABK en het KC. Het programma wordt samen met het KC vormgegeven en is bestemd voor studenten van KC en KABK. Het traject wordt van KABK-zijde aangestuurd door het lectoraat. In februari 2008 heeft de lector het initiatief genomen tot oprichting van Het Landelijk Platform voor het PhD in kunst en design, om binnen de universiteiten een draagvlak te creëren voor het promoveren in beeldende kunst en design, als ook om een vuist te kunnen maken in de richting van politiek en subsidieverstrekkers. Aan het platform nemen vertegenwoordigers van verschillende universiteiten en lectoraten deel. Zij houden zich allen
7 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
op de een of andere manier bezig met het verschijnsel van onderzoek in de kunst. Ook betrokken personen en instellingen uit Vlaanderen participeren, zoals het Instituut voor Onderzoek in de Kunsten van de Katholieke Universiteit Leuven. Eind 2008 heeft het Platform op verzoek van NWO algemene richtlijnen en criteria geformuleerd voor het PhD in de kunst, en deze aangeboden aan NWO. Hieraan voorafgaand organiseerde het Platform in november 2008 een symposium i.s.m. NWO. De lector neemt deel aan het Landelijke Overleg Kunstlectoren. RAAK-projecten Een voorbeeld bij uitstek van onderzoek als samenwerkingsproject tussen de Hogeschool, TU-Delft, het beroepsveld en het bedrijfsleven is het RAAK-project, dat in 2006 aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten is toegewezen. Dit project, binnen de regeling RAAK-MKB, getiteld ‘Ontwikkelingen van toepassingen van visualisatietechniek AR+RFID’ (Augmented Reality + Radio Frequency Identification), is goedgekeurd door de Stichting Innovatie Alliantie (SIA), welke is opgericht om kenniscirculatie tussen regionale partijen te bevorderen, in het bijzonder tussen hogescholen en het midden- en kleinbedrijf. In het AR+RFID-project werken de TU-Delft, enkele ontwerpbedrijven en zelfstandige kunstenaars en de hogeschool samen. Het eerste project heeft een goedgekeurd budget van 380.000 euro, gebaseerd op 50/50-vergoeding tussen deelnemers en overheid. Binnen het onderwijs worden studenten en docenten door middel van cursussen in de gelegenheid gesteld om met deze nieuwe technieken kennis te maken. Ook De Haagse Hogeschool had een rol in dit geheel: eindexamenstudenten van Commercieel Ingenieur doen onderzoek naar toepassing en valorisatie van deze technieken. Dit project is goedgekeurd en afgerond op 1 januari 2007. In 2006 is het eerste project over nieuwe visualisatietechnieken goedgekeurd. In 2007 is het tweede, tweejarige project goedgekeurd binnen de regeling RAAK-Publiek; het heeft een budget van 490.000 euro. Deelnemers zijn naast de Hogeschool, de TU-Delft, musea, enkele ontwerpbedrijven en zelfstandige kunstenaars. In het voorjaar van 2009 is een vierjarig vervolgproject aangevraagd, waarover nog geen besluit is gevallen. Aan dit nieuwe project zal ook de Universiteit Leiden meewerken.
Promotietrajecten Eind 2008 is het promotieonderzoek van Frank Blokland, docent Grafisch Ontwerpen / Type and Media, zijn derde jaar ingegaan. Het onderzoek richt zich op de beschrijving van de harmonieleer van het Latijnse schrift naar analogie van ‘Traité de l’harmonie’ van Jean-Philippe Rameau ten behoeve van het schrijfonderwijs, de letterontwerppraktijk en van automatiseringsprocessen op het gebied van het letterontwerpen. Zijn promotor is prof. dr. G. Unger (Universiteit Leiden). Het promotieonderzoek wordt mede mogelijk gemaakt door de stimuleringsregeling promoveren in het hbo van “Zestor”, het arbeidsmarkt- en opleidingsfonds van het hbo. Vanwege diens vertrek als docent is het onderzoek door docent kunsttheorie Bert Jansen naar de relatie tussen denk-processen en exposeren in het werk van Marcel Duchamp niet aan onze Hogeschool voortgezet. De hogeschool heeft een bijzondere samenwerking met de Universiteit Leiden. In 2001 hebben beide instituten de Faculteit der Kunsten opgericht met het doel om de kunsten en wetenschappen weer bijeen te brengen. In de aanvang vond dat vooral plaats door het stimuleren van trajecten voor dubbeltalenten, het creëren van mogelijkheden voor het over en weer volgen van keuzevakken, de ontwikkeling van major/minor-combinaties en het ontwikkelen van gezamenlijke universitaire masteropleidingen. De voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool is qualitate qua directeur van de rechtsopvolger: de Academie der Kunsten (Faculteit der Geesteswetenschappen). Onder de naam docARTES werkt het KC sinds 2004 samen met het Gentse Orpheus Instituut, de Faculteit (thans Academie) der Kunsten van de Universiteit Leiden en het Conservatorium van Amsterdam, inmiddels aangevuld met de K.U. Leuven, in het doctoraatstraject muziek voor Nederlandse en Vlaamse promovendi. Wie de doctorstitel in de kunsten behaalt, dankt deze titel aan de combinatie van artistieke prestaties en theoretische reflectie. Als basis voor het doctoraat moeten kandidaten artistiek werk van hoog niveau leveren. Concerten, performances, masterclasses en manifestaties horen daar vanzelfsprekend bij. Het resultaat van het onderzoek wordt vastgelegd in een onderzoeksverslag c.q. proefschrift dat de promovendus ter afronding in het openbaar verdedigt. In 2008 is met subsidie van de Europese Commissie een Engelstalig programma voor docARTES ontwikkeld en ingevoerd in samenwerking met het Royal College in Londen, Royal Holloway (University of London) en Oxford University, onder de naam “Documa - doctoral curriculum in musical arts”. Zoals ook beschreven onder het lectoraat “Kunstenaarstheorieën en de artistieke praktijk” is door de KABK samen met de Academie der Kunsten het initiatief genomen om een internationaal, hoogstaand en kwaliteitsvol doctoraatstraject te ontwikkelen in de beeldende kunst en design, het tweede doctoraatsprogramma waar onze Hogeschool in participeert. Dit gebeurt onder de naam PhDArts in samenwerking met het Instituut voor Onderzoek in de Kunsten (IvOK), onderdeel van de Katholieke Universiteit Leuven. In september 2008 zijn 2 promovendi van start gegaan. In het verslagjaar deden 42 promovendi onderzoek in de kunsten. Prof. F.C. de Ruiter treedt veelal op als promotor naast prof. dr. A.G.M. Koopman, prof. L. Andriessen, prof. dr. L.R. de Leeuw, prof. dr. G. Unger en prof. dr. J. Bor. Naar verwachting zullen de eerste promotieonderzoeken in 2009 worden afgesloten. Veertien kandidaten zijn oud-studenten van de Hogeschool, zes anderen geven er in het kader van hun doctoraat gastlessen en seminars.
8 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
9 3
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
5. STUDENTEN Ontwikkelingen in de studentenpopulatie
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans
Studiejaar 03 04 04 05
05 06
06 07
07 08
08 09
Ingeschreven studenten HBO-afdeling
1895
1881
1811
1827
1815
1755
Instroom: Aantal instromende studenten HBO
655
589
561
622
593
492
Uitstroom: Aantal geslaagden einddiploma Aantal studiestakers Bindend negatief studieadvies
380 259 -
386 265 12
416 219 13
410 212 12
403 253 16
Juli 2009 Juli 2009 Juli 2009
Specificaties per faculteit zijn opgenomen in bijlage III
0 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Tabel leeftijdsopbouw studenten naar geslacht KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Leeftijdsopbouw naar geslacht en naar studievorm voltijd / deeltijd (aanwezige studenten 31-12-08) Leeftijdklasse 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 Totaal
Man 22 185 127 33 14 10 3 2 1 397
Vrouw 65 301 109 39 50 11 14 8 6 1 604
VT 85 467 187 26 2 3 1
771
DT 2 19 49 46 62 18 17 9 7 1 230
Totaal 87 486 236 72 64 21 17 10 7 1 1001
Leeftijdklasse 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 Totaal
Man 38 146 156 50 13 2 2 1 408
Vrouw 52 138 113 40 2 1
KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
600 500 400 300
vrouw
200
man
100 0 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
300 250 200 150
vrouw man
100 50 0 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64
346
Totaal 90 284 269 90 15 3 2 1 0 0 754
1 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008 Tabel leeftijdsopbouw studenten naar herkomst KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Leeftijdklasse
Totaal
VT
DT
Ned
EU
niet-EU
15-19
87
85
2
80
1
6
Totaal 87
20-24
486
467
19
445
27
14
482
25-29
236
187
49
194
22
20
230
30-34
72
26
46
52
12
8
72
35-39
64
2
62
53
9
2
64
40-44
21
3
18
18
1
2
21
45-49
17
-
17
16
1
-
17
50-54
10
1
9
10
-
-
10
55-59
7
-
7
7
-
-
7
60-64
1
-
1
1
-
-
1
Totaal
1001
771
230
876
73
52
1001
600 500 400 niet EU
300
EU 200
Ned
100 0 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64
2 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
2008-2009
Bachelor (Muziek/Docent Muziek/ Dans)
Master (Muziek/Sonologie/Opera)
Leeftijdsklasse
Ned
EU
Niet-EU
Totaal
Ned
EU
Niet-EU
Totaal
15-19
66
18
6
90
-
-
-
0
20-24
131
86
26
243
16
18
7
41
25-29
24
82
52
158
13
62
36
111
30-34
6
27
19
52
4
16
18
38
35-39
2
4
2
8
4
1
2
7
40-44
1
-
1
2
1
-
-
1
45-49
2
-
-
2
-
-
-
0
50-54
-
-
-
0
1
-
-
1
55-59
-
-
-
0
-
-
1
0
Totaal
232
217
106
555
39
97
63
199
Leeftijdsopbouw Bachelor (Muziek/Docent Muziek/Dans) naar herkomst
300 250 200
Niet/EU EU Ned
150 100 50 0 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59
Leeftijdsopbouw Master (Muziek/Sonologie/Opera) naar herkomst
120 100 80
Niet/EU EU Ned
60 40 20 0 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59
Tabel studentenaantallen versus nationaliteiten Zie onder paragraaf ‘Buitenlandse Studenten’ in ditzelfde hoofdstuk
3 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Rendementen Een belangrijk uitgangspunt van het onderwijsconcept van de hogeschool is de studentgerichtheid. Door de student als uitgangspunt te nemen, wordt recht gedaan aan de kenmerken van de individuele student. Dit uit zich onder meer in een effectieve studiebegeleiding en in het creëren van een leerklimaat waarin studievertraging tot een minimum beperkt wordt. Om onnodige uitval te voorkomen besteden de opleidingen in het bijzonder in de propedeutische fase veel aandacht aan de controle van de studievoortgang. Aan het einde van het eerste semester wordt een eerste balans opgemaakt en worden de studenten geïnformeerd over de behaalde resultaten en artistieke vorderingen. Aan het eind van het propedeusejaar (bij de voltijdopleidingen aan het einde van het eerste studiejaar, bij de deeltijdopleidingen KABK aan het einde van het derde semester) wordt beslist over het wel of niet voortzetten van de opleiding. In een beperkt aantal gevallen blijkt dat het passeren van het zorgvuldige toelatingsonderzoek niet per definitie de garantie biedt voor een succesvolle studie. Het beleid om na een strengere toelating vooral het propedeusejaar tot selectiejaar te maken en vervolgens de studenten in latere jaren beter en gerichter op het diploma voor te bereiden, begint resultaten op te leveren. Uit de gegevens in de tabel op pagina 39 is op te maken dat het aantal ingeschreven studenten het afgelopen jaar is teruggelopen. Deels is dit het gevolg van het beleid van het College van Bestuur om de instroom van met name studenten van buiten de Europese Economische Ruimte te verminderen. Het aantal geslaagden bedroeg 23% en is daarmee nagenoeg gelijk aan dat van de twee afgelopen jaren (2006: 23% en 2007: 22,5%). Het aantal tussentijdse beëindigingen is 13,9% (t.o.v. 2006: 12% en 2007: 11,6%). Uit onderzoek is gebleken dat deze categorie voor een deel bestaat uit getalenteerde studenten, die juist vanwege hun kwaliteiten al vroeg actief hun weg voortzetten in de professionele beroepsuitoefening. Andere redenen zijn: uitstel vanwege de studie belemmerende fysieke klachten, financiële redenen, gebrek aan motivatie of andere bijzondere persoonlijke omstandigheden. Zestien studenten hebben de school verlaten vanwege een bindend negatief studieadvies, hetgeen overeenkomt met 0,88% (t.o.v. 2006: 0,7% en 2007: 0,65%). Een vergelijking met de rendementen van hoger onderwijsinstellingen met een vergelijkbaar opleidingsaanbod, zoals weerspiegeld in de Kunstenmonitor, geeft te zien dat de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans ook in 2008 ten aanzien van de meeste indicatoren goed in de pas loopt.
Wervingsbeleid HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
De faculteiten van de hogeschool hebben een rijke en lange traditie. Hierdoor is de (internationale) signatuur en statuur van de Koninklijke Academie en het Koninklijk Conservatorium bij aankomende studenten bekend. Men weet goed waar beide faculteiten voor staan. De hogeschool kiest voor een gerichte studentenwerving; er worden b.v. vele externe openbare activiteiten ontplooid om uiting te geven aan wat de faculteiten op het gebied van de kunsten en het kunstonderwijs te bieden hebben. Wie beschikt over de juiste artistieke en technische kwalificaties en voldoende groeipotentieel is van harte welkom, mits de inkomsten (vanwege overheidsbekostiging in relatie tot het relevante collegegeld) toereikend zijn. KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Naast een brede benadering via de jaarlijkse grootschalige open dag, de openbare modeshows, de eindexamenexpositie in het eigen gebouw en de vele tentoonstellingen in galeries, steekt de KABK veel tijd en energie in de individuele benadering en begeleiding van potentiële studenten die zich gedurende het gehele studiejaar aandienen via de spreekuren van de hoofddocenten. Tegelijkertijd is de Academie actief om jonge scholieren beter voor te bereiden op het kunstonderwijs door een voortraject binnen het middelbaar onderwijs te ontwikkelen samen met het Johan de Wittcollege, het Segbroek College, Bonaventura College en het Haags Montessori Lyceum. Pers en relaties worden veelvuldig geïnformeerd over de vele interessante projecten en exposities. Ook het stagebeleid draagt bij aan een effectieve mond-tot-mond reclame. Daarnaast onderhoudt de KABK systematisch contact met oud-studenten. Dezen worden geïnformeerd over de activiteiten van de KABK en kunnen hun website linken aan de website van de Academie, die een steeds belangrijker onderdeel uitmaakt van het wervingsbeleid. Door het internetadres www.KABK.nl op alle uitingen te vermelden en de informatie van de website continu te vernieuwen, is dit een belangrijke communicatie- en informatiebron geworden. Door middel van KABK-tv op de website is het voor buitenstaanders mogelijk een kijkje te nemen in het gebouw zelf.
4 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
De uitstraling van het conservatorium reikt verder dan Den Haag en regio. Uit een interne peiling is gebleken dat de meeste buitenlandse studenten die aan het Koninklijk Conservatorium (KC) studeren, zich aangetrokken voelen tot de goede (internationale) reputatie van het instituut en de docenten die eraan verbonden zijn. Ook de privé-netwerken van de veelal internationaal georiënteerde en de talrijke buitenlandse docenten, dragen bij aan de goede naam van het KC. Middels de jaarlijkse Open Dag krijgen geïnteresseerden de mogelijkheid lessen te volgen, contacten te leggen met studenten en docenten in de natuurlijke setting van een ‘gewone’ onderwijsdag. De jaarlijkse seizoensbrochure, die naar een breed netwerk wordt verstuurd, geeft inzicht in de diverse activiteiten, concerten en voorstellingen die door het KC, in samenwerking met vele culturele instellingen in Den Haag, georganiseerd worden. Het ontwikkelen van podiumervaring staat hierin centraal zodat studenten goed voorbereid worden op de beroepspraktijk en tegelijkertijd al tijdens de studie een eigen netwerk kunnen opbouwen. Van oudsher heeft het conservatorium veel profijt van de “eigen” doorstroom via de School voor Jong Talent en andere voortrajecten. Per afdeling wordt specifieke aandacht besteed aan doelgroepgerelateerde activiteiten waarin intensief wordt samengewerkt met partners in en buiten de stad. Zoals het NEW Examenfestival waarin studenten tien dagen lang hun examens als concerten ten gehore brengen op het podium van Theater de Regentes, of de koffieconcerten in de Dr. Anton Philipszaal die door de afdelingen Jong KC, Jazz, Oude Muziek en Klassiek worden gegeven en live te beluisteren zijn op Radio West. De Dansvakopleiding is dit jaar samen met de Rotterdamse Dansacademie een gezamenlijke campagne gestart om jonge dansers enthousiast te maken voor het vak Dans. Binnen de campagnes wordt gebruikt gemaakt van een communicatiemix waarin vakbladen een doelmatig middel zijn om te adverteren, bijvoorbeeld in de Dans, of voor de opleiding Zijinstroom en Docent Muziek in de Pyramide en voor de jazzafdeling in het North Sea Jazz magazine. De relaties van het conservatorium en de lokale en landelijke media worden regelmatig op de hoogte gehouden van de vele concerten en de producties van de dansvakopleiding en de opera-afdeling die door het KC op diverse lokaties in en rondom Den Haag worden georganiseerd.
Toelating en selectie HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
Voor beide faculteiten van de hogeschool geldt dat ieder jaar het aantal aanmelders vele malen groter is dan het aantal studenten dat uiteindelijk zijn studie aan de Koninklijke Academie of het Koninklijk Conservatorium begint. De toelatings- en selectieprocedure aan beide faculteiten is een grondig proces. KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Aspirant-studenten van de Academie konden zich in het verslagjaar aanmelden voor het spreekuur van de hoofddocent van de betreffende afdeling. De aspirant-student dient recent werk en documenten betreffende de vooropleiding mee te nemen. Aan de hand daarvan volgt een eerste gesprek. Als het niveau van het werk hoog genoeg is, en de aspirant-student blijk geeft van voldoende aanleg en motivatie wordt de aspirant-student uitgenodigd voor het toelatingsonderzoek. Op de dag van het toelatingsonderzoek worden de aspirantstudenten beoordeeld door een toelatingscommissie, bestaande uit de directeur of diens waarnemer, veelal de hoofddocent van de afdeling en enkele docenten. Aan het eind van deze dag krijgt de student te horen of hij/zij toelaatbaar is qua artistiek niveau. KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Bij aanmelding voor het Conservatorium wordt de aanmelder direct gevraagd zijn/haar motivatie te verwoorden en een opname op te sturen. Naar aanleiding van de motivatie en de opname vindt een eerste selectie plaats. Degenen die overblijven worden uitgenodigd voor het toelatingsexamen, dat inhoudt dat de aspirant-studenten zichzelf ten overstaan van een toelatingscommissie met domeindeskundigen gedurende 20 minuten presenteren. Na afloop van het toelatingsexamen wordt bepaald wie artistiek toelaatbaar is en wie een afwijzing ontvangt. De beschreven selectieprocessen toelatingsprocedure.
van
beide
faculteiten
zorgen
voor
een
efficiënte
en
effectieve
5 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Aansluiting op het hoger beroepsonderwijs HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
Het beleid van de hogeschool is erop gericht de aansluiting op het hoger beroepsonderwijs voor instromers afkomstig uit het voortgezet onderwijs en het beroepsonderwijs (als bedoeld in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs) permanent te optimaliseren. Er blijken geen knelpunten in de doorstroomrechten met betrekking tot de profielen. De mogelijkheid om in het kader van een voortraject voor de opleidingen Beeldende Kunst, Vormgeving, Muziek of Docent Muziek reeds tijdens de periode van secundair onderwijs deel te nemen aan activiteiten van de hogeschool draagt daaraan bij uitstek bij. In goed overleg met de schoolleiding van VOscholen blijkt het mogelijk om gebruik te maken van de onderwijskundige inrichting van de tweede fase Havo/VWO (via het profiel Cultuur en Maatschappij en/of de vrije ruimte) om potentiële kunststudenten reeds vroegtijdig te laten kennismaken met of zich adequaat voor te bereiden op een opleiding in het hoger kunstonderwijs. Voor de opleiding Dans blijkt, mede gezien het profiel van de opleiding als topopleiding voor het klassieke ballet, de eigen infrastructuur van Dansvakopleiding plus School voor Jong Talent voor leerlingen vanaf 10 jaar de enige serieuze mogelijkheid. In de HBO-fase is slechts een beperkte instroom gelet op het hoge instapniveau. In de School voor Jong Talent (onderwijssoorten: primair onderwijs groep 7 en 8, Vmbo-theoretische leerweg, Havo, Atheneum en sinds enkele jaren ook Gymnasium) kunnen getalenteerde leerlingen na een toelatingsprocedure terecht voor een voorbereidende kunstvakopleiding in één van de sectoren Dans, Muziek, Beeldende Kunst of Vormgeving. De gecombineerde vooropleiding integreert optimaal het algemeen voorbereidend onderwijs met het voorbereidend kunstvakonderwijs.
Voortrajectmogelijkheden Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Wat
Hoe
Voor wie
Oriëntatiecursus KABK
30 zaterdagen
belangstellenden
JWC-klas
CKV-vakken tijdens het schooljaar
leerlingen VO-scholen
Geïntegreerde vooropleiding muziek, dans,
Dagonderwijs via de
getalenteerde leerlingen na
beeldende kunst en vormgeving
School voor Jong Talent (PO en VO)
toelatingsonderzoek
Speciale voorbereidende klas muziek / docent
Programma op
leerlingen die elders PO, VO of
muziek / beeldende kunst en vormgeving
individuele basis
MBO volgen
Voorbereidend jaar muziek, docent muziek,
Cursusjaar
potentiële studenten na
dans, beeldende kunst en vormgeving
afsluiting van VO of MBO
Het decanaat HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
De Hogeschool heeft diverse vormen van begeleiding voor studenten gecreëerd. Individuele en soms persoonlijke begeleiding van studenten vindt plaats via het tutoraat, het decanaat en de Foreign Students Advisor verbonden aan het conservatorium of de Stafmedewerker internationalisering van de academie. De begeleiding van studenten door hun tutor is in de propedeutische fase intensief (één uur per week) en neemt gedurende de jaren af. Studenten kunnen op eigen initiatief contact opnemen met de studentendecaan. In uitzonderlijke gevallen biedt de decaan hulp bij het ingaan van buitenschoolse trajecten, waarbij de student geestelijk of fysiek wordt begeleid. Ook wordt hulp geboden bij het afsluiten van een goede studentenverzekering. De decaan overlegt met het staflid of de functionaris verantwoordelijk voor onderwijszaken, in geval van buitenschoolse hulp of eventuele opname. Daarnaast is er sprake van nauw contact tussen de decaan, tutor, hoofddocent/coördinator en hoofdvakdocent. Studenten die dreigen te ontsporen worden aangesproken door één van genoemde functionarissen, die in eerste instantie zelf hulp bieden, en indien nodig worden zij gewezen op de mogelijkheid om binnen de school te worden geholpen door de decaan. De Foreign Students Advisor resp. de Stafmedewerker internationalisering bieden ondersteuning op het gebied van internationale problematiek, zoals het aanvragen van verblijfsvergunningen, het vinden van huisvesting of taalonderwijs. Daarnaast worden aanvullende vormen van begeleiding geboden in de professionele ontwikkeling van studenten zoals studievoortgangsoverleg (SVO), het individueel studieplan (ISP), het portfolio en het Career Development Centre (CDO).
6 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
De pensionering van de decaan van de Koninklijke Academie is aangegrepen als een natuurlijk moment om de decanaten van beide faculteiten te integreren. Als consequentie hiervan is Paul Deneer vanaf september 2008 als decaan actief voor het gehele instituut.
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Hieronder volgt een overzicht van het aantal studenten dat in 2007 resp. 2008 een beroep deed op het decanaat van het conservatorium. Afhankelijk van de aard van het probleem ging het meestal om meerdere gesprekken per student. In het geval van ‘coaching’ betrof het studenten die gedurende het jaar met regelmaat een begeleidingsgesprek hadden op grond van Asperger, ADHD of dyslexie. Opvallend is dat meer studenten - en ouders van leerlingen van de School voor Jong Talent - contact opnemen via e-mail. Dat maakt het beantwoorden van e-mails tot een wezenlijk onderdeel van de dagelijkse bezigheden van de decaan. Deze activiteiten en telefonische gesprekken zijn niet in het overzicht opgenomen. Gesprekken in 2007 en 2008 2007
2008
aantal studenten
aantal studenten
faalangst & vermijdingsgedrag
22
16
problemen met studeren
11
13
behoefte aan coaching
17
9
persoonlijke problemen van invloed op de studie
22
26
problemen met een docent
3
6
studiefinanciering
6
9
aanbevelingsbrieven voor fondsen
17
15
leerlingen School voor Jong Talent en Dansvakopleiding
25
22
twijfel bij keuze studie(-onderdelen)
1
4
overleg met ouders
7
5
overleg mentoren SvJT/docenten KC
niet bijgehouden
19
totaal aantal gesprekken
niet bijgehouden
± 500
aard van probleem
College van Beroep voor de Examens In het verslagjaar 2008 zijn geen situaties geweest die hebben geleid tot het inschakelen van het College van Beroep voor de Examens.
7 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Buitenlandse Studenten HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
Stafmedewerker internationalisering / International Students Advisor De Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans heeft een centrale stafmedewerker internationalisering, belast met een aantal hogeschoolbrede taken op het gebied van internationalisering, onder andere het beheer van de diverse stimuleringsprogramma’s voor de inkomende en uitgaande studenten- en docentenmobiliteit, zoals het Europese Lifelong Learning Programma (LLP)-Erasmus, Huygens Scholarship Programme (HSP), het VSBfonds Beurzenprogramma en deelname aan het nationale netwerk Hogescholenoverleg Internationale Betrekkingen (HIB). Een stafmedewerker internationalisering verzorgt de begeleiding van de internationale studenten op de Koninklijke Academie; binnen het Koninklijk Conservatorium is hiervoor de International Students Advisor aangesteld. Samen begeleiden zij de studenten bij de aanvraag van visa en verblijfsvergunningen, het vinden van huisvesting, taalonderwijs, enz. Ook staan zij de internationale studenten met raad en daad terzijde en worden daarbij tevens ondersteund door de studentenadministratie. Verder vindt op hogeschoolniveau afstemming plaats over faculteitsoverstijgende faciliteiten, zoals huisvesting van tijdelijke internationale studenten, voorlichting aan internationale studenten over een studie en verblijf aan de hogeschool, en de problematiek rond het verkrijgen van een verblijfsvergunning. Via de website van de beide faculteiten wordt actuele en specifieke informatie verstrekt voor internationale studenten met betrekking tot het studeren aan de hogeschool en het verblijf in Nederland. De internationaliseringmedewerkers onderhouden op verschillende gebieden contacten met het internationale veld door deelname aan conferenties en studiedagen. Mobiliteits- en stage-programma
Studenten- en docentenmobiliteit i.h.k.v. het Europese LLP-Erasmus programma, 2008 t.o.v. 2007 Koninklijke Academie
Koninklijk Conservatorium
2007
2008
2007
2008
uitgaande studenten
5
11
5
6
inkomende studenten
9
25
11
7
uitgaande docenten
2
0
3
2
inkomende docenten 0 0 1 N.B. De weergegeven aantallen betreffen in- en uitstroom, zoals gestart in het jaar 2008.
0
De hogeschool heeft in totaal 6 aanvragen ontvangen voor de VSBfonds beurs. Een interne selectiecommissie heeft uiteindelijk uit de aanvragen 2 kandidaten en 1 reservekandidaat voorgedragen: Inez de Coo, Erik Tode en Renske Wijma. Het VSBfonds heeft aan alle drie de kandidaten een beurs toegekend. Zes buitenlandse studenten ontvingen een HSP Huygensbeurs: Caroline Kang (Verenigde Staten), Hugo Morales Murguia (Mexico), Marjan Rompay (België), Hernan Schvartzman (Argentinië), Teodora Stepancic (Servië) en Marcin Swiatkiewicz (Polen). Beleidsvoornemens KABK op het gebied van internationalisering voor 2009 De KABK zal de bestaande landelijke netwerken zoals de EVD, de Kamer van Koophandel, de Dutch Trade Board, de Nederlandse onderwijskantoren in het buitenland en haar alumni die in het buitenland wonen en werken gaan inzetten om haar doelstellingen op het gebied van internationalisering te kunnen realiseren. De KABK is van plan haar internationale samenwerking uit te breiden naar landen als India, China en Marokko. Er zal worden onderzocht welke buitenlandse kunstacademies de beste mogelijkheden bieden om samenwerkingsprojecten op te zetten waar zowel de lokale als de KABK-studenten optimaal zullen profiteren van de wederzijdse curricula en de verschillende culturen. E-learning zal hierbij een belangrijke rol gaan spelen. Talentvolle regionale VO-scholieren uit genoemde landen en/of culturen zullen eveneens bij deze samenwerkingsverbanden en projecten worden betrokken. Daarnaast wil de KABK samenwerking aangaan met kwalitatief goede kunstacademies in Australië en de Verenigde Staten om de mogelijkheden van zowel studenten- als docentenmobiliteit te vergroten. De kwaliteitszorg met betrekking tot de internationale stages zal verder worden verbeterd en de organisatie van de internationale stages worden geprofessionaliseerd.
8 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Internationale lidmaatschappen en contacten De hogeschool is lid van: • International Association of Universities and Colleges of Art, Design and Media (Cumulus) • Association Européenne des Conservatoires, Académies de Musique et Musikhochschulen (AEC) • European Association of International Education (EAIE) • European League of Institutes of the Arts (ELIA) • Music Institutions with Doctoral Art Studies (M.I.D.A.S.), het Europese netwerk met 13 leden uit GrootBrittanië, Zweden, Finland, Noorwegen, Estland, Spanje, Nederland en België • International Society for Music Education (ISME) • Internationales Musik Zentrum (IMZ) en werkt nauw samen met: • International Music Council van de Unesco (IMC) • European Music Council (EMC) • International Association of Schools of Jazz (IASJ) • European Festivals Association (EFA) • Association of Conservatoires with Early Music Education (ACEME). Het overzicht van de Europese instellingen voor hoger onderwijs waarmee de Koninklijke Academie en het Koninklijk Conservatorium in het jaar 2008 nauw contact onderhielden in het kader van het Europese ERASMUS Lifelong Learning programma is als bijlage IV opgenomen.
9 4
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008 Tabel studentenaantallen versus nationaliteiten Toelichting: De aantallen betreffen de aanwezigheid op 31 december. Opmerkingen met betrekking tot de omvang van de EU: - tot 04-05 is de oude EU/EER-indeling gebruikt (18 landen), - vanaf 04-05 de latere EU/EER-indeling (28 landen) en - vanaf 07-08 de huidige EU/EER-indeling (30 landen)
KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
Beeldende Kunst en Vormgeving, Type&Media
03 04
04 05
05 06
06 07
07 08
08 09
Totaal
990
1033
1031
1025
1033
1001
NL
835
867
867
878
876
876
Buitenland
155
166
164
147
157
125
* EU/EER
70
85
83
77
83
73
* Niet-EU/EER
85
81
81
70
74
52
Beeldende Kunst en Vormgeving, Type&Media
03 04
04 05
05 06
06 07
07 08
08 09
Totaal
990
1033
1031
1025
1033
1001
NL in %
84%
84%
84%
86%
85%
88%
Buitenland in %
16%
16%
16%
14%
15%
12%
* EU/EER in %
7%
8%
8%
7%
8%
7%
* Niet-EU/EER in %
9%
8%
8%
7%
7%
5%
In percentages:
Het percentage buitenlandse studenten dat is ingeschreven bij de Koninklijke Academie fluctueert de laatste jaren tussen 12-16%.
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Muziek + Dans
03 04
04 05
05 06
06 07
07 08
08 09
Totaal aantal
904
848
780
802
782
754
NL
347
304
295
314
280
271
Buitenland
557
544
485
488
502
483
* EU/EER
321
351
302
302
306
314
236
193
183
186
196
169
Muziek + Dans
03 04
04 05
05 06
06 07
07 08
08 09
Totaal aantal N =
904
848
780
802
782
754
NL in %
38%
36%
38%
39%
36%
36%
Buitenland in %
62%
64%
62%
61%
64%
64%
38%
39%
42%
23%
25%
22%
* niet EU/EER In percentages
* EU/EER in %
36%
41%
39%
* niet EU/EER in %
26%
23%
23%
0 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Muziek Docent Muziek Master Muziek/Sonologie/Opera Ingeschreven studenten HBO
Studenten met de Nederlandse nationaliteit Buitenlandse nationaliteit * EU * buiten EU/EER
Dans
Ingeschreven studenten HBO Studenten met de Nederlandse nationaliteit Buitenlandse nationaliteit * EU * buiten EU/EER
Studiejaar 04 03 05 04 890 342 548 319 229
831 299 532 348 184
Studiejaar 04 03 05 04 14 17 5 5 9 12 2 3 7 9
05 06
06 07
07 08
08 09
766 288 478 302 176
787 307 480 302 178
772 274 498 306 192
739 262 (35%) 477 (65%) 313 164
05 06
06 07
07 08
08 09
14 7 7 0 7
15 7 8 0 8
10 6 4 0 4
15 9 (60%) 6 (40%) 1 5
Het aantal buitenlandse studenten dat is ingeschreven bij het Koninklijk Conservatorium nam in de jaren ‘90 gestaag toe. Waren in het academisch jaar 1993-1994 nog ‘slechts’ 266 van de 750 studenten (35%) binnen de sectoren HBO muziek en dans van buitenlandse nationaliteit, vanaf het studiejaar 2000-2001 was een meerderheid van de studenten van buitenlandse komaf: 446 van de 815 (55%). De laatste jaren fluctueert het percentage tussen 60-65%. Zie voor de tabel ‘leeftijdsopbouw studenten naar herkomst’ de eerste paragraaf van ditzelfde hoofdstuk onder ‘Ontwikkelingen in de studentenpopulatie’. Binnen de afdeling Klassieke Muziek wordt gestreefd naar het herstellen van de balans tussen de aantallen Nederlandse en buitenlandse studenten door het opbouwen van een intensief netwerk van muziekscholen, van scholen voor voortgezet onderwijs (met en zonder cultuurprofiel), jeugdorkesten en koren in de regio. Dat vertaalt zich op dit moment echter nog niet in de cijfers. De afdelingen Jazz en Oude Muziek zullen daarentegen juist hun functie van internationale trekpleister behouden. Ook binnen de afdelingen ArtScience, Art of Sound, Compositie en Sonologie is er sprake van een toenemende internationale belangstelling. Niet-EER-maatregel Met ingang van het bekostigingsjaar 2009 heeft de Nederlandse overheid de directe bekostiging van studenten van buiten de EU/EER beëindigd. Ter compensatie wordt aan de onderwijsopslag een bedrag toegevoegd op basis van de bekostiging van niet-EER studenten op peildatum 1 oktober 2006. Voor onze hogeschool betekent dit dat de rijksbijdrage is verhoogd met het bedrag, gebaseerd op een onderwijsvraag van 245. Welke consequenties deze zogeheten niet-EER maatregel heeft voor de instroom van studenten van buiten de EU/EER voor de lange termijn, is nog niet te zeggen. Het College van Bestuur heeft besloten om met ingang van het studiejaar 2008-2009 op niet-EER studenten een (hoger) instellingscollegegeld van toepassing te verklaren. Studenten behorend tot deze groep konden in uitzonderlijke gevallen in aanmerking komen voor een financiële tegemoetkoming van de Hogeschool in de studiekosten. Hierbij golden specifieke criteria waaronder het draagkrachtbeginsel. Studenten uit landen van buiten de EU/EER dienen altijd een verblijfsvergunning (VVR) voor studie aan te vragen. Vanuit veel landen van buiten de EU/EER moet eerst een Machtiging tot Voorlopig Verblijf (MVV) worden aangevraagd, voordat de student naar Nederland kan afreizen. De Hogeschool kon in de meeste gevallen een verkorte procedure aanvragen voor de student – mede dankzij een daartoe gesloten convenant met de IND - waarbij de instelling echter altijd financieel garant moet staan voor de kosten die voor de Nederlandse Staat en andere openbare lichamen zouden kunnen voortvloeien uit het verblijf in Nederland van de betreffende student. In 2008 was de IND wederom strikt bij de afhandeling van de MVV-aanvragen via de verkorte procedure en van de aanvragen voor de verblijfvergunningen (VVR), met name bij de beoordeling van de door de studenten overgelegde financiële documentatie. Als gevolg van hierdoor ontstane vertraging was het voor een klein aantal studenten niet mogelijk hun studie aan het Koninklijk Conservatorium tijdig aan te vangen. Andere beperkende factoren waren restricties ten aanzien van bijverdiensten, het openen van een bankrekening in Nederland vanwege het uitblijven van een sofi-nummer en de verplichting voor studenten met een bijbaantje en buitenlandse studenten van 30 jaar en ouder, die voor langere tijd in Nederland wensten te blijven, een basisverzekering af te sluiten vanwege de ziektekosten.
Prijzen en vermeldingen Beeldende Kunst en Vormgeving Yukio Hatazawa - Allianz Nederland Grafiekprijs Julia Nieburg - Artolive Jong Talent prijs Lilian Kreuzberger - Buning Brongers Prijs, tweejaarlijkse prijs voor veelbelovende kunstenaars Niels Broszat - Buning Brongers Prijs Xandra van der Eijk - Paul Schuitemaprijs Marieke Berghuis Leeuwens - 1e prijs affichewedstrijd festival Crossing Border Evelien van Benthum - 1e prijs Loomery Awards (textieltalent) Charlotte de Groot - 2e prijs Loomery Awards (textieltalent) Marieke Brommersma Jan Wattjes Hiromi Nishimoto Evi Vingerling
-
nominatie nominatie nominatie nominatie
Grafische studentenprijs Koninklijke Prijs Start Point Prize. Wolvekamp Prijs
Deeltijdopleidingen Beeldende Kunst en Vormgeving Barbara Vos - 1e prijs HEMA-ontwerpwedstrijd in categorie hardwaren Elise Joy Kommer - 1e prijs 'Nederland Leest, Nederland Ontwerpt' met de bekroonde cover voor het boek “De gelukkige klas” van Theo Thijssen Bonnie Severien - nominatie Koninklijke Prijs voor de vrije schilderkunst (alumna BK dt) Fotografie Magdalena Pilko Willem Populier Magdalena Pilko Roland Pupupin Annick Ligtermoet
-
Steenbergenprijs publieksprijs van de Steenbergenprijs Stroomprijs (ook genomineerd voor de Academieprijs) 1e prijs Verbond voor Verzekeraars in categorie lagere jaarsstudenten 2e prijs Verbond voor Verzekeraars
Muziek Ghil Bae (klas 2, SvJT) Sonia Min (klas 5, SvJT) Emmy Storms Strijkensemble EnAccord Huck Hodge Nino Gvetadze
-
2e prijs Concurso Internacional de Piano Maria Campina (Faro, Portugal) 1e prijs viool Prinses Christina Concours 1e prijs viool Prinses Christina Concours 2e prijs Internationaal Charles Hennen Concours (Heerlen) prijswinnaar Internationale Gaudeamus Week (compositie) 2e prijs Internat. Franz Liszt Pianoconcours (alumnus 2007)
1 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
2 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
3 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
6. PERSONEEL EN ORGANISATIE Personele aspecten Personele bezetting Het aantal medewerkers van de hogeschool is ultimo 2008 nagenoeg gelijk aan het aantal van eind 2007. In fte’s is het personeelsbestand licht gekrompen van 270 naar 267,79 fte’s. 2007
Aantal FTE
2008
OP 448 169,96
NOP 122 100,04
Totaal 570 270
OP 446 169,55
Aantal FTE
NOP 123 98,24
Totaal 569 267,79
Personele formatie per 31-12-2008 OP
OBP M
V
Totaal
OP+OBP
M
V
Totaal
M
V
Totaal
In fte
Centraal Bureau
0,08
0,24
0,32
5,70
3,03
8,73
5,78
3,27
9,05
Interfaculteit ArtScience
7,46
0
7,46
0
0
0
7,46
0
7,46
74,10
40,48
114,58 33,98 17,02
51,00
108,08
Koninklijk Conservatorium Koninklijke Academie Totaal Hogeschool
30,70
16,49
47,19 24,28 14,23
38,51
54,98
112,34
57,21
169,55 63,96 34,28
98,24
176,30
57,50 165,58 30,72
85,70
91,49 267,79
In aantallen
Centraal Bureau Interfaculteit ArtScience Koninklijk Conservatorium Koninklijke Academie Totaal Hogeschool
1
2
3
9
5
14
10
7
14
0
14
0
0
0
14
0
17 14
175
104
279
41
24
65
216
128
344
96
63
159
31
19
50
127
82
209
286
169
455
81
48
129
367
217
584
Het afwijkende aantal personen in bovenstaande tabellen (584 t.o.v. 569) wordt veroorzaakt doordat een aantal medewerkers in meerdere organisatie-onderdelen werkzaam zijn. Personeelsverloop Instroom 2007 OP Aantal 52 FTE 10,71
NOP 6 4,57
Totaal 58 15,28
Uitstroom 2007 OP Aantal 47 FTE 11,81
NOP 7 4,67
Totaal 54 16,48
2008
Aantal FTE
OP 48 9,28
NOP 18 13,49
Totaal 66 22,77
OP 52 11,51
NOP 14 11,89
Totaal 66 23,40
2008
Aantal FTE
Flexibele formatie Van de totale personele bezetting van 267,79 fte in 2008 werd 66,79 fte flexibel ingevuld (24,94%). Aan derden door te berekenen fte’s in tijdelijke aanstellingen of uitbreidingen zijn hierbij buiten beschouwing gelaten.
4 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Keuzemenu arbeidsvoorwaarden Van het keuzemenu arbeidsvoorwaarden werd gebruik gemaakt door in totaal 62 medewerkers. Daarbij werd gekozen voor de volgende opties: 2007
Fiets ABP Extra Pensioen Levensloopregeling Levensloopverlof Ouderschapsverlof Totaal deelgenomen aan Keuzemenu
2008
8 16 12 0 1 37
17 31 12 1 1 62
Bijzondere regelingen/toelagen Deelname aan de SOP-regeling: 10 medewerkers Arbeidsmarkttoelage en buitengewone toelage: 23 medewerkers (3 OP, 6 OOP, 14 AOP) Toelage onregelmatige dienst: 16 medewerkers Toelage EHBO: 14 medewerkers Toelage BHV: 24 medewerkers Spaarloonregeling: 188 deelnemers
Leeftijdsopbouw medewerkers per 31-12-2008 OP
<= 19
OBP
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
Totaal Fte
Aantal
Fte
0,00
0
0,00
0
0,00
22
20 t/m 29
4
1,11
15
3,39
19
4,50
3
2,30
7
5,88
10
8,18
7
3,41
9,27
29
12,68
30 t/m 39
39
12,99
40
11,20
79
24,19
8
6,61
10
8,24
18
14,85
47
19,60
50 19,44
97
39,04
40 t/m 49
85
30,33
46
16,34
131
46,67
20 17,63
13
9,37
33
27,00
105
47,96
59 25,71
164
73,67
50 t/m 59
99
44,54
48
21,19
147
65,73
39 31,01
15 10,71
54
41,72
138
75,55
63 31,90
201
107,45
>= 60
53
23,37
17
5,09
70
28,46
8
6,49
60
29,78
18
5,17
78
34,95
280 112,34
166
57,21
212 91,49
569
267,79
Totaal
446 169,55
7
6,41
77 63,96
1
0,08
46 34,28
123 98,24
357 176,30
Een relatief groot aantal medewerkers (40%) zit in de leeftijdscategorie 50 – 59 jaar. De hogeschool is zich bewust van de potentiële risico’s die dat met zich mee kan brengen. Er wordt daarom nadrukkelijk gestreefd naar een evenwichtiger leeftijdsopbouw in de personele bezetting, enerzijds door het natuurlijk verloop maximaal te benutten voor de aanstelling van jonge medewerkers, anderzijds door kennis en ervaring voor de hogeschool te behouden door kennisoverdracht te stimuleren en vitaal werken te bevorderen.
Betrekkingsomvang medewerkers per 31-12-2008 OP
0,00 t/m 0,25999 0,26 t/m 0,50999 0,51 t/m 0,75999 0,76 t/m 1,00999 > 1,00
Totaal
OBP
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte Aantal
Fte
109
19,34
75 13,20
184
32,54
3
1,68
3
0,72
6
2,40
112
21,02
78 13,92
190
34,94
105
39,48
61 22,23
166
61,71
12
4,96
5
2,57
17
7,53
117
44,44
66 24,80
183
69,24
28
17,26
17 10,31
45
27,57
10
6,98
15
9,36
25 16,34
38
24,24
32 19,67
70
43,91
37
35,15
13 11,48
50
46,63
52 50,35
23 21,62
75 71,97
89
85,50
36 33,10
1
1,10
1
1,10
1
1,10
280 112,33
0
0,0
166 57,22
446 169,55
0
0,00
77 63,97
0
0,00
46 34,27
0
0,00
123 98,24
357 176,30
0
0,00
212 91,49
125 118,60 1
1,10
569 267,79
5 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
De gemiddelde aanstellingsomvang van het onderwijzend personeel is 0,38 fte. Het niet-onderwijzend personeel heeft een gemiddelde aanstellingsomvang van 0,80 fte. Voor het totale personeelsbestand is de gemiddelde aanstellingsomvang 0,47 fte.
Salarisstructuur Hogeschool per 31-12-2008 OBP
OP Man
Vrouw
Man
Totaal
Vrouw
Totaal
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 1
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 2
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 3
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 4
0
0,00
0
0,00
0
0,00
13
9,14
5
4,02
18
13,16
schaal 5
0
0,00
0
0,00
0,00
5
5,00
5
3,58
10
8,58
schaal 6
0
0,00
0
0,00
0
0,00
3
3,03
2
2,00
5
5,03
schaal 7
0
0,00
0
0,00
0
0,00
6
8,59
7
6,24
13
14,83
schaal 8
1
0,75
0
0,00
1
0,75
24
16,90
12
6,71
36
23,61
schaal 9
1
0,48
12
2,32
13
2,80
14
10,23
6
5,16
20
15,39
schaal 10
1
0,48
9
5,08
10
5,56
3
2,09
2
1,83
5
3,92
schaal 11
49
14,50
48
13,38
97
27,88
0
0,00
3
1,66
3
1,66
schaal 12
213
85,24
93
33,56
306
118,80
1
0,98
2
1,58
3
2,56
schaal 13
12
9,38
3
2,07
15
11,24
0
0,00
2
1,50
2
1,50
schaal 14
2
1,31
0
0
2
1,31
5
5,00
0
0,00
5
5,00
schaal 15
1
0,20
1
0,80
2
1,00
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 16
0
0
0
0
0
0
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 17
0
0
0
0
0
0
2
2,00
0
0,00
2
2,00
schaal 18
0
0
0
0
0
0
1
1,00
0
0,00
1
1,00
280
112,34
166
57,21
446
169,55
77
63,96
48
34,28
123
98,24
Totaal
OP + OBP Aantal
Fte
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 1
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 2
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 3
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 4
13
9,14
5
4,02
18
13,16
schaal 5
5
5,00
5
3,58
10
8,58
schaal 6
3
3,03
2
2,00
5
5,03
schaal 7
6
8,59
7
6,24
13
14,83
schaal 8
25
17,65
12
6,71
37
24,36
schaal 9
15
10,71
18
7,48
33
18,19
schaal 10
4
2,57
11
6,91
15
9,48
schaal 11
49
14,50
51
15,04
100
29,54
86,22
95
35,14
309
121,36
9,38
5
3,57
17
12,95
schaal 12 214 schaal 13 12
Aantal Fte Aantal
Fte
schaal 14
7
6,31
0
0,00
7
6,31
schaal 15
1
0,20
1
0,80
2
1,00
schaal 16
0
0,00
0
0,00
0
0,00
schaal 17
2
2,00
0
0,00
2
2,00
schaal 18
1
1,00
0
0,00
1
1,00
Totaal
357 176,30 212 91,49 569 267,79
6 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Salarisstructuur Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten per 31-12-2008 OP
OBP
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
schaal 1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 2
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 3
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 4
0
0
0
0
0
0
4
6,00
1
1,00
5
7,00
schaal 5
0
0
0
0
0
0
3
3,00
3
2,42
6
5,42
schaal 6
0
0
0
0
0
0
2
2,00
1
1,00
3
3,00
schaal 7
0
0
0
0
0
0
1
0,76
3
1,92
4
2,68
schaal 8
0
0
0
0
0
0
16
9,76
5
3,96
21
13,72
schaal 9
0
0
1
0,13
1
0,13
2
1,96
1
1,00
3
2,96
schaal 10
1
0,48
1
0,10
2
0,58
1
0,30
2
1,39
3
1,69
schaal 11
20
3,23
20
4,20
40
7,43
0
0
2
0,76
2
0,76
schaal 12
70
23,05
38
9,96
108
33,01
1
0
1
0,78
2
0,78
schaal 13
4
3,06
2
1,30
6
4,36
0
0
0
0
0
0
schaal 14
1
0,88
0
0
1
0,88
0
0
0
0
0
0
schaal 15
0
0
1
0,80
1
0,80
0
0
0
0
0
0
schaal 16
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 17
0
0
0
0
0
0
1
0,50
0
0
1
0,50
schaal 18
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
96
30,70
63
16,49
159
47,19
31
24,28
19
14,23
50
38,51
Totaal
Aantal Fte Aantal Fte Aantal Fte
Totaal Man
Vrouw
Totaal
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
schaal 1
0
0
0
0
0
0
schaal 2
0
0
0
0
0
0
schaal 3
0
0
0
0
0
0
schaal 4
4
6,00
1
1,00
5
7,00
schaal 5
3
3,00
3
2,42
6
5,42
schaal 6
2
2,00
1
1,00
3
3,00
schaal 7
1
0,76
3
1,92
4
2,68
schaal 8
16
9,76
5
3,96
21
13,72
schaal 9
2
1,96
2
1,13
4
3,09
schaal 10
2
0,78
3
1,49
5
2,27
schaal 11
20
3,23
22
4,96
42
8,19
schaal 12
71
23,05
39
10,74
110
33,79
schaal 13
4
3,06
2
1,30
6
4,36
schaal 14
1
0,88
0
0
1
0,88
schaal 15
0
0
1
0,80
1
0,80
schaal 16
0
0
0
0
0
0
schaal 17
1
0,50
0
0
1
0,50
schaal 18
0
0
0
0
0
0
127
54,98
82
30,72
209
85,70
Totaal
7 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Salarisstructuur Koninklijk Conservatorium per 31-12-2008 OP
OBP
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
schaal 1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 2
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 3
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 4
0
0
0
0
0
0
10
7,64
4
3,02
14
10,66
schaal 5
0
0
0
0
0
0
2
2,00
2
1,17
4
3,17
schaal 6
0
0
0
0
0
0
1
0,63
1
0,50
2
1,13
schaal 7
0
0
0
0
0
0
2
4,28
3
2,89
5
7,17
schaal 8
0
0
0
0
0
0
7
5,33
6
2,48
13
7,81
schaal 9
1
0,49
11
2,13
12
2,62
12
7,81
5
4,16
17
11,97
schaal 10
0
0
7
4,43
7
4,43
2
1,69
1
1,00
3
2,69
schaal 11
30
10,88
29
9,02
59
19,90
0
0
1
1,00
1
1,00
schaal 12
136
57,70
56
24,13
192
81,83
0
0
1
0,80
1
0,80
schaal 13
6
4,52
1
0,77
7
5,29
0
0
0
0
0
0
schaal 14
1
0,31
0
0
1
0,31
4
3,80
0
0
4
3,80
schaal 15
1
0,20
0
0
1
0,20
0
0
0
0
0
0
schaal 16
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
schaal 17
0
0
0
0
0
0
1
0,80
0
0
1
0,80
schaal 18
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
175
74,10
104
40,48
279
114,58
41
33,98
24
17,02
65
51,00
Totaal
Totaal Man
Totaal
Vrouw
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
schaal 1
0
0
0
0
0
0
schaal 2
0
0
0
0
0
0
schaal 3
0
0
0
0
0
0
schaal 4
10
7,64
4
3,02
14
10,66
schaal 5
2
2,00
2
1,17
4
3,17
schaal 6
1
0,63
1
0,50
2
1,13
schaal 7
2
4,28
3
2,89
5
7,17
schaal 8
7
5,33
6
2,48
13
7,81
schaal 9
13
8,30
16
6,29
29
14,59
2
1,69
8
5,43
10
7,12
schaal 11
30
10,88
30
10,02
60
20,90
schaal 12
136
57,70
57
24,93
193
82,63
schaal 13
6
4,52
1
0,77
7
5,29
schaal 14
5
4,11
0
0
5
4,11
schaal 15
1
0,20
0
0
1
0,20
schaal 16
0
0
0
0
0
0
schaal 17
1
0,80
0
0
1
0,80
schaal 18
0
0
0
0
0
0
216
108,08
128
57,50
344
165,58
schaal 10
Totaal
8 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Professionalisering en ontwikkeling Functionerings- en beoordelingsgesprekken In 2003 is in de hogeschool een systeem van functioneringsgesprekken ingevoerd met de bedoeling hiermee gedurende twee jaar ervaring op te doen, leidend tot de inrichting van een voor alle betrokkenen bevredigende, definitieve systematiek. Dit systeem kent drie varianten: het teamgebonden overleg, het informeel individueel overleg en het formeel individueel overleg. Alle drie varianten zijn in de afgelopen jaren naar tevredenheid toegepast. Voor de variant formeel individueel overleg is eind 2008 met de vakbonden een regeling overeengekomen. Deze regeling gaat uit van een jaarlijks functioneringsgesprek voor medewerkers met een aanstelling groter dan 0,4 fte en een functioneringsgesprek eenmaal per twee jaar bij een aanstellingsomvang kleiner dan of gelijk aan 0,4 fte. Ook is met de vakbonden overeenstemming bereikt over een regeling beoordelingssysteem. Deze regeling voorziet in een jaarlijkse beoordeling van de medewerkers. Op basis van de beoordeling kan onder andere worden besloten over de toekenning van de jaarlijkse salarisverhoging. De regeling individueel functioneringsgesprek en de regeling beoordelingssysteem zullen stapsgewijs in de hogeschool worden ingevoerd, te beginnen met het functioneringsgesprek. De individuele functioneringsgesprekken die in verschillende onderdelen van de organisatie al periodiek worden gevoerd, zullen binnen de nieuwe regeling worden voortgezet. Opleiding Van de docenten aan de HBKMD wordt verwacht dat zij zich in hun beroepspraktijk ontwikkelen en vernieuwen. Dat vormt het uitgangspunt voor een succesvol opereren als docent binnen de hogeschool. Docenten worden daarnaast ook aangesproken op hun didactische en onderwijskundige vaardigheden. In samenwerking tussen een aantal hbo-kunstonderwijsinstellingen wordt een cursusaanbod op dit gebied ontwikkeld. Het lag in de bedoeling dat dit aanbod in 2008 klaar zou zijn. Nu dit langer op zich laat wachten, overweegt de Hogeschool andere aanbieders te benaderen om dit aanbod te verzorgen. Het komt geregeld voor dat docenten een periode buitengewoon verlof aanvragen om zich een bepaalde tijd toe te leggen op intensivering van (een onderdeel van) hun beroepspraktijk. Dit was in 2008 bij 11 docenten het geval. De Hogeschool stimuleert dergelijke initiatieven en honoreert dit soort aanvragen in principe altijd. Vanuit het Koninklijk Conservatorium hebben vijf docenten deelgenomen aan een cursus lesgeven in de Engelse taal van de Universiteit Leiden. Deze cursus werd door hen zeer gewaardeerd. De cursus zal naar behoefte aan meer docenten worden aangeboden. In het kader van het gezondheidsbeleid hebben vijf groepen van 10 medewerkers deelgenomen aan een preventieve stresstraining. De training werd door de deelnemers positief geëvalueerd. De training zal tweejaarlijks worden herhaald. Een onderdeel van het Actieplan Leerkracht dat de minister van OCW in 2008 heeft gesloten met de sociale partners in het onderwijs is de Lerarenbeurs. Leraren in het primair, voortgezet en beroepsonderwijs kunnen deze beurs aanvragen als zij hun professionele niveau willen verhogen, hun vakkennis willen verbreden of zich willen specialiseren. Twee docenten van de hogeschool hebben een lerarenbeurs aangevraagd. Wervingsbeleid Het beleid ten aanzien van de werving en selectie van nieuwe medewerkers heeft in 2008 geen wijziging ondergaan. De sollicitatiecode en de interne leidraad waren onveranderd van toepassing en als zodanig gehanteerd. Als gevolg van het vertrek van medewerkers (o.a. pensionering, andere baan) is in 2008 meer dan in andere jaren geadverteerd in de landelijke dagbladen voor onderwijsondersteunende functies. Dit leidde tot de succesvolle aanstelling van onder andere twee medewerkers projecten en producties, een medewerker kwaliteitszorg, een medewerker planning en twee medewerkers houtwerkplaats.
Arbeidsomstandigheden Ziekteverzuim Het ziekteverzuimpercentage is in 2008 gehandhaafd op 2,7%. Het landelijk gemiddelde ziekteverzuim lag in 2008 op 4,3%. Voor de sector onderwijs was het 4,8%. De omvang van het ziekteverzuim in de Hogeschool wordt in belangrijke mate bepaald door een gering aantal langdurige ziektegevallen. De ziekmeldingsfrequentie bedroeg 0,65 keer per medewerker. De gemiddelde verzuimduur was 12,66 dagen. Kort verzuim (< 1 week) Middellang (1-6 weken) Lang (> 6 weken) Totaal
2006 0,7% 0,6% 1,8% 3,1%
2007 0,7% 0,6% 1,4% 2,7%
2008 0,6% 0,7% 1,4% 2,7%
9 5
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Arbobeleid Bedrijfsgezondheidsbudget Het bedrijfsgezondsheidsbudget van de hogeschool is in 2007 en 2008 besteed aan een zgn. health check, gehooronderzoek, een training fysieke belasting en een stresstraining. De health check is in november 2007 aangeboden aan alle medewerkers van de hogeschool. Het gehooronderzoek en de trainingen hebben in het voorjaar 2008 plaatsgevonden. Naar aanleiding van het gehooronderzoek hebben 3 KC-docenten gehoorbescherming aangevraagd. Deze is door de hogeschool vergoed. Het is de bedoeling om de onderzoeken en trainingen naar behoefte, maar in ieder geval om de 3 jaar aan te bieden. Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) In 2001 is een RI&E opgesteld voor de KABK; de RI&E voor het KC stamt uit 2002. Aangezien de arbeidsomstandigheden in de afgelopen jaren binnen (de gebouwen van) de hogeschool niet ingrijpend zijn veranderd, vormen deze documenten nog steeds een goede basis voor het arbo-beleid van de hogeschool. Het plan van aanpak RI&E voor KABK is in 2007 geactualiseerd. Eind 2008 is een aanvang gemaakt met de bijstelling van het plan van aanpak RI&E van het KC. Er is op 11 maart 2008 een grootscheepse ontruimingsoefening gehouden in de KABK. In het najaar zijn 16 nieuwe BHV’ers aangewezen en getraind. Bij het KC is in nauwe samenwerking met de brandweer aanzienlijk geïnvesteerd in de brandveiligheid van het gebouw.
Organisatie Verlofregeling Met ingang van de zomer 2007 is binnen de hogeschool een zomersluiting van de gebouwen ingevoerd. Dit is behalve uit oogpunt van kosten- en energiebesparing ook gebeurd op grond van de overweging dat er tijdens de onderwijsperiodes een maximale personele bezetting wordt verlangd. Om die reden is het gewenst dat zowel het onderwijzend als het niet-onderwijzend personeel zijn vakantiedagen zoveel mogelijk binnen de vastgestelde schoolvakanties, c.q. de onderwijsvrije periodes, opneemt. Ter compensatie van de inperking van de mogelijkheden om vakantie op te nemen, is medio 2008 met de centrale ondernemingsraad een vakantieregeling voor het niet-onderwijzend personeel overeengekomen. Op basis van deze regeling wordt het jaarlijkse verlofsaldo van de medewerkers op wie geen specifiek jaartaakbeleid van toepassing is, verhoogd met 36 uur bij een fulltime dienstverband, bij een parttime dienstverband geldt dit aantal uren naar rato van de betrekkingsomvang. Theater Koninklijk Conservatorium Medio 2008 is een extern bureau gevraagd te adviseren over de inrichting en organisatie van de afdeling theater. Het advies is de basis voor een aantal organisatorische en personele ontwikkelingen waar het nieuwe hoofd podiumtechniek vanaf het voorjaar 2009 mee aan de slag zal gaan. Inzet decentrale arbeidsvoorwaarden gelden De in september 2005 beëindigde regeling Vitaal Werken (deeltijd pré-FPU) kende eind 2008 nog 2 medewerkers voor rekening van de Hogeschool. De regeling Vitaal Werken is met instemming van de vakbonden met ingang van november 2008 gereactiveerd. De regeling loopt thans tot november 2011. De totale kosten van de HBKMD-reiskostenregeling woon-werkverkeer bedroegen € 145.377,-. Daarvan is overeenkomstig de bij de invoering van de regeling in 2003 gemaakte afspraak met de bonden € 98.000,- ten laste van de decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen gebracht. De wettelijk verplichte werkgeversbijdrage voor de kosten van kinderopvang bedroeg 0,34% van het premieloon, zijnde voor de HBKMD een bijdrage van € 41.499,-. Voorts is ca. € 6.000,- besteed aan de verruiming van de cao-regeling zorgverlof en ca. € 10.000,- voor individuele trajecten in het kader van preventief gezondheidsbeleid.
0 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
1 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
7. FACILITEITEN Huisvesting De gesprekken met de Gemeente Den Haag over mogelijke huisvesting van het Koninklijk Conservatorium aan het Spui gecombineerd met andere culturele instellingen hebben zich in 2008 toegespitst op de uitwerking van een programma van eisen voor het “Internationaal Dans- en Muziekcentrum Spuiplein”. Uitgangspunt is hierbij dat de meerwaarde van gezamenlijke huisvesting onder meer tot uiting komt in een versterking van de inhoudelijke en organisatorische samenwerking, een verbinding met een bredere culturele infrastructuur, een verbetering van het voorzieningenniveau en de samenhang met de openbare ruimte. Uiteraard binnen de financiële mogelijkheden. In 2009 zal het gemeentebestuur van Den Haag zich over de plannen uitspreken. Aspecten betreffende het groot onderhoud van de gebouwen worden belicht in onderstaande paragraaf Facility en milieuzorg.
Facility en milieuzorg KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
De facilitaire dienst heeft een vaste bezetting van 7,5 fte. Daarnaast maakt de dienst gebruik van twee ingeleende krachten van de Stichting Werkbij voor 1,0 fte ten behoeve van het schilderwerk en voor 1,0 fte voor een medewerker techniek. Via een uitzendbureau werden telefonisten ingehuurd voor 0,45 fte per week. Ook bij ziekte of grote drukte wordt er incidenteel van het uitzendbureau gebruik gemaakt. De facilitaire dienst heeft een vast wekelijks rooster. De bezetting van de receptie heeft altijd voorrang op andere diensten. De overige uren worden besteed aan het op orde houden van het gebouw en het klaarzetten van inventaris voor de diverse activiteiten en de overige omschreven diensten. Verzoeken van facilitaire aard en meldingen van storingen e.d. worden door de medewerkers kenbaar gemaakt via een in eigen huis ontworpen webpagina. Het team bedrijfshulpverleners (BHV) is uitgebreid met 13 extra BHV-ers. KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
In 2008 bestond de vaste bezetting uit ruim 10 fte, voor het merendeel de vaste kern medewerkers die al gedurende vele jaren bij het KC werkzaam is. Voor de balie-werkzaamheden wordt deels ook gebruik gemaakt van uitzendkrachten. Er is een plan ontwikkeld om de organisatie van de afdeling podiumtechniek qua personele invulling en kwaliteit van de dienstverlening te optimaliseren. Concrete resultaten worden in 2009 verwacht. In samenwerking met de afdeling Personeelszaken en de Arbodienst is de Risico-Inventarisatie & –Evaluatie geactualiseerd. Ook is uitvoering gegeven aan het programma van eisen vanwege de brandveiligheid en is onder supervisie van Architecten van Mourik in 2008 veel tijd en geld geïnvesteerd in het groot onderhoud van het gebouw. Ter optimalisering van de veiligheid in en rond het gebouw is het team van Bedrijfshulpverleners in 2008 uitgebreid. Alle BHV-ers hebben wederom bij- en nascholing gevolgd.
Bibliotheken KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving - bibliotheek
In 2008 ontving de bibliotheek een groot aantal schenkingen. Zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht zijn twee schenkingen een extra vermelding waard. De fotoboeken geschonken door Saskia Visser en de architectuurboeken van docent Rainer Bullhorst vormen een zeer waardevolle aanvulling op de bestaande deelcollecties. Het afgelopen jaar is de bibliotheek gestart met het herzien van de tijdschriftabonnementen. Na een grondige inventarisatie is er een wensenlijst per afdeling opgesteld. Eind 2008 zijn de eerste abonnementen besteld dan wel opgezegd. Als gevolg van de extra benadering van enkele afdelingen binnen de academie is de deelname aan de introductielessen ‘bibliotheekgebruik’ door met name eerstejaars deeltijdstudenten het afgelopen jaar weer toegenomen. Anja Novak vervangt de vertrekkende Bert Jansen als lid van de bibliotheekcommissie voor de afdeling Beeldende Kunst.
2 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans – bibliotheek
In 2008 ging een wens van velen in vervulling: de verzamel- en seriewerken werden in een open opstelling geplaatst. Dit werd mogelijk door een herinrichting van de bestaande ruimte, na een lange periode van intensieve voorbereiding. Na de Grove dictionary of music, werden er in de herfst drie nieuwe databestanden online beschikbaar: RILM, RISM en JSTOR. In december 2008 schreef de bibliothecaris Hanne Sons een notitie waarin zij haar visie op de nabije toekomst van de bibliotheek schetst.
PR HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
Vanuit de PR-afdelingen van beide faculteiten worden de dagelijkse activiteiten van de Hogeschool wereldkundig gemaakt in de vorm van persberichten, posters, flyers, samenwerkingsverbanden en de websites van beide instellingen: www.kabk.nl en www.koncon.nl. Jaarlijks krijgen beide instituten de mogelijkheid bijzondere projecten onder de aandacht te brengen bij een nieuw en bestaand publiek ten behoeve van de naamsbekendheid en aantrekkelijkheid van de instituten. Zoals de deelname aan il Salone del Mobile (Milaan), The Business of Design Week (Hongkong) en de Eindexamenexpositie van de KABK-studenten. De studenten van het KC zijn tegenwoordig niet meer weg te denken uit het culturele klimaat van de stad Den Haag en werken regelmatig samen met gerenommeerde Haagse instellingen. Eén keer per jaar worden door beide instellingen de deuren geopend voor iedereen die een kijkje wil komen nemen tijdens de Open Dagen. Naast de externe communicatie verzorgen beide PR-afdelingen tevens de interne communicatie, onder meer via interne nieuwsbrieven en het intranet dat hierin een steeds prominentere rol gaat innemen. Met “De nieuwe K” heeft de Hogeschool, samen met de Academie der Kunsten van de Universiteit Leiden, zijn eigen periodiek. Het blad informeert de lezer over de nieuwe ontwikkelingen op onderwijs- en onderzoeksgebied en bevat een speciale agenda van concerten, exposities, evenementen en andere nieuwswaardige zaken. Ook studenten kunnen hiervoor kopij aanleveren. De ontwerpers van de Studio KABK verzorgen het ontwerp. “De nieuwe K” verschijnt viermaal per jaar.
ICT HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS
Sinds medio 2007 hebben beide faculteiten een eigen systeembeheerder, applicatiebeheerder en helpdeskmedewerker(s) in dienst. Eén van de leden van het College van Bestuur fungeert als portefeuillehouder ICT en bereidt in die hoedanigheid beleidsbeslissingen voor. In 2008 heeft het College van Bestuur het besluit genomen om over te gaan tot aanschaf van het inschrijvingsen studievolgsysteem Osiris, als centraal NAW- en informatiesysteem, en deze in eerste instantie in te voeren binnen het conservatorium. In oktober 2008 werd de NAW-module van dit systeem operationeel. Medio 2009 zal een conversie van de curricula plaatsvinden. Daarmee wordt het mogelijk om het volledige roosterproces en curriculumoverzicht per individuele student en docent te gebruiken. Tijdens de laatste fase wordt een databaseomgeving ingericht voor alle vormen en mogelijkheden van toetsing en examinering binnen het conservatorium en worden de bestaande toetsings- en examenresultaten geconverteerd. Vanaf dat moment kan iedere student inloggen via intranet en beschikken over de meest actuele stand van zaken ten aanzien van zijn persoonlijke studievoortgang, afgelegde of nog af te leggen tentamens, examens en behaalde (deel)resultaten. Docenten en coördinatoren krijgen toegang tot de overzichten van al hun toegewezen studenten. Op landelijk niveau zijn afspraken gemaakt over Studielink. Onze Hogeschool ziet echter geen voordelen in dit nationaal gecentraliseerde systeem van inschrijving en maakt zich sterk voor behoud van autonomie op dit onderdeel. Dankzij de persoonlijke beoordeling van de studenten bij toelating , de zg. selectie aan de poort, is er per definitie een directe relatie met de student. Dat maakt centralisatie overbodig.
3 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
8. FINANCIËN Bestuursverslag (bedragen x € 1.000,-) 1. Resultaat 2008 Het jaarresultaat, genormaliseerd voor de eenmalige posten, komt nagenoeg overeen met het begrote batig saldo van 531. Vanwege incidentele, onverwachte en niet begrote inkomsten, terugbetalingen, vrijgevallen bedragen en uitstel van investeringen is het uiteindelijk gerealiseerde exploitatieresultaat 1.707. Een deel ervan is echter niet vrij besteedbaar, maar verplicht te reserveren voor toekomstige uitgaven. Meer specifiek: het positieve resultaat is onder meer behaald dankzij de hogere uitkomst bij de Rijksbijdragen, welke deels is veroorzaakt door de toevoeging van de gelden inzake Kennisinnovatie HBO (Ontwerp & Ontwikkeling) onder gelijktijdige onttrekking aan de post geoormerkte Rijksbijdragen. Daarnaast steeg de Rijksbijdrage exploitatie ten opzichte van de begroting met + 1,7 % (feitelijk 4,2 %, maar er was in de begroting reeds rekening gehouden met een stijging van 2,5 %) als gevolg van de toegekende loon- en prijscompensatie en de toegenomen studentenaantallen in het HBO. Er was in 2008 een eenmalige niet begrote toevoeging aan de opslag van de Rijksbijdrage in verband met de vooropleidingen van muziek en dans. Ook waren er hogere opbrengsten college- en cursusgelden en extra inkomsten in verband met de opheffing van de Stichting Vangnet en de vrijval van het Afstudeerfonds. Zowel de liquiditeit als het rentepercentage waren hoger dan begroot en er was gedurende het gehele jaar een aanzienlijk bedrag (3 tot 4 m€) in deposito gegeven. De personele lasten zijn ondanks de loonstijging en meerkosten bij incidenteel personeel gedaald vanwege een daling in de formatie. Daarentegen zijn de huisvestingslasten gestegen als gevolg van hogere energielasten, zowel qua prijs als qua verbruik. Bij overige instellingslasten zijn de kosten hoger uitgevallen wegens een grote onderhoudsbeurt vleugels en piano’s en het meer uitgeven dan de daarvoor in de vaste voet van de Rijksbijdrage opgenomen middelen ten behoeve van niet-EER-studenten. De lagere buitengewone lasten betreffen begrote maar niet gemaakte kosten voor de implementatie van een nieuw studentenadministratie- en studentenvolgpakket; deze kosten zijn deels in de reguliere exploitatie opgenomen, en zullen deels ten laste van 2009 komen. De solvabiliteit (eigen vermogen / balanstotaal) is gestegen: ultimo 2007 was deze 26,2 % (6.015 / 23.008), ultimo 2008 32,0 % (7.722 / 24.153). 2. Financiële vooruitzichten Naar aanleiding van het exploitatietekort in het jaar 2003 en de vooruitzichten voor 2004 is in het voorjaar 2004 door het College van Bestuur een aantal maatregelen genomen om een ommekeer tot stand te brengen. Eén van die maatregelen was de invoering van een jaartaakbelastingsysteem. Bij de Koninklijke Academie werd dat ingevoerd in het studiejaar 2004/2005, bij het Koninklijk Conservatorium na een tijdelijke meer gematigde maatregel in begin 2006. Met de invoering hiervan is een verbetering gerealiseerd van de balans tussen aanstellingsomvang en feitelijk gewerkte uren. De Deelmedezeggenschapsraad van het Koninklijk Conservatorium heeft de juridische procedure tegen de invoering van het jaartaakbelastingsysteem, waarover in de vorige bestuursverslagen melding werd gemaakt, medio 2008 ingetrokken. De sinds 2004 ingezette ommekeer heeft zich ook doorgezet in 2008 en geresulteerd in een positief resultaat conform begroting, dat vanwege de hierboven vermelde incidentele effecten en voor de toekomst vastliggende verplichtingen – op het terrein van verbetering voortrajecten, leermiddelen en faciliteiten, alsmede investeringen in onderzoek - thans cumulatief een niveau bereikte van + 1.707; een rentabiliteit van 6,1 %. Voor 2009 is een resultaat begroot van + 437.
2.1. Ontwikkeling Rijksbijdragen Ten opzichte van 2007 steeg de onderwijsvraag (OWV) van 1.696,50 naar 1.740,50, voornamelijk als gevolg van een toename van het aantal studenten dat voor bekostiging in aanmerking komt bij de voortgezette opleiding muziek. De onderwijsvraag is een modelmatig gegeven en is niet direct gekoppeld aan aanwezige studentenaantallen, gekoppeld aan historische gegevens en uitgereikte diploma’s. Met ingang van 2009 worden de niet-EER studenten niet langer bekostigd. Het hiermee gemoeide bekostigingsbedrag, vergelijkbaar met een OWV van 245, is als compensatie toegevoegd aan de onderwijsopslag. Als gevolg daarvan is de OWV in 2009 sterk gedaald, van 1.740,50 naar 1.495,0. Voor de Hogeschool wordt geraamd dat de komende jaren het aantal ingeschreven studenten stabiel zal blijven tussen de 1.750 en 1.800, en de onderwijsvraag rond de 1.500. In tegenstelling tot de verwachting dat de huisvestingsprijs jaarlijks met ca € 2,-- per m² zou dalen, is deze de laatste jaren opvallend constant gebleken: de prijs per Fnm2 bedroeg in 2006 € 91,41, in 2007 € 90,65, in 2008 € 90,67 en voor 2009 is € 90,85 geraamd. Overigens is dit feitelijk wel een achteruitgang omdat het tarief niet geïndexeerd wordt.
4 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
2.2. Formatie De maatregelen genomen in 2004 hebben gevolgen gehad voor de formatie: in 2004 bedroeg deze gemiddeld 288 fte, in 2008 gemiddeld 263 fte. De sterke daling ten opzichte van 2004 is het gevolg van bezuinigingen, de daling van het aantal muziekstudenten, het wegvallen van projecten en door te berekenen uren (met name aan Groningen en Leiden). Het daaraan gekoppelde begrotingsbedrag wordt uiteraard gekoppeld aan verschillende wegingen van diverse soorten personeel conform hun diverse inschalingsniveau’s. Voor 2008 was een formatie begroot van gemiddeld 281 fte; de door het jaar heen gemiddelde afwijking ten aanzien van de begroting (- 18 fte) is grotendeels ontstaan door openstaande vacatures die of niet of op een andere wijze vervuld zijn. Voor 2009 is een formatie van gemiddeld 277 fte begroot. 2.3. Nieuw bekostigingsstelsel Er is nog steeds geen duidelijkheid over het nieuwe systeem en de datum van invoering, maar de contouren zijn wel bekend. De niet-EER studenten worden met ingang van het begrotingsjaar 2009 niet langer bekostigd. Door het CFI is het aantal bekostigde studenten niet-EER-studenten per 1-10-2006 bepaald, op basis waarvan de berekening plaats vindt om het bedrag vast te stellen dat aan de onderwijsopslag moet worden toegevoegd ter compensatie. Het gaat bij de Hogeschool om een OWV van 245. In het beoogde nieuwe bekostigingsstelsel, waarvan voor de invoering vooralsnog het begrotingsjaar 2011 geldt, zou het kunstonderwijs er qua systematiek op achteruit kunnen gaan ten opzichte van de huidige situatie. Nu worden studenten die in het kunstonderwijs instromen voor 4 jaar bekostigd, ongeacht hun studiehistorie in het hoger onderwijs, met uitzondering van een historie in eenzelfde opleiding. In het nieuwe systeem is één van de voorstellen wel rekening te houden met hun historie, hetgeen vergaande consequenties heeft. Studenten zouden dan voor een bachelorstudie maximaal 4 jaar en voor een masterstudie maximaal 2 jaar bekostigd worden, ongeacht welke opleiding in het hoger onderwijs is gevolgd (voor lerarenopleiding en opleidingen in de gezondheidszorg zou de historie niet meetellen; het kunstonderwijs bepleit eenzelfde uitzondering voor zijn sector; de meerderheid binnen het HBO houdt er een pleidooi voor geen enkele uitzondering toe te staan). Naar schatting 50 % van de deelnemers aan het deeltijdonderwijs van onze Hogeschool heeft een WO- of HBO-diploma dan wel enige jaren in het hoger onderwijs doorgebracht. Ook instromers in het voltijdprogramma van het kunstonderwijs hebben vaak al enige jaren in het hoger onderwijs gestudeerd. Een erosie binnen het zogenaamde deeltijdonderwijs kan bijzonder schadelijk zijn voor de Hogeschool. Met de HBO-raad is afgesproken te bereiken dat voor dit probleem minimaal een beurzenstelsel zal worden overeengekomen. De financiële gevolgen voor de student (een eventueel aanzienlijk hoger instellingscollegegeld) zullen anders immers nadelig doorwerken op de instroom. Het is nog onduidelijk of de financiële gevolgen voor de Hogeschool (daling van het aantal bekostigde studenten) anderszins gecompenseerd zal worden middels een toeslag ter hoogte van de gederfde middelen die zal worden toegevoegd aan de onderwijsopslag. Overigens leidt dit er wel toe dat de onderwijsopslag, die bij kunstonderwijs toch al hoog was vanwege de vervanging van de aparte, hoge, prijzen voor kunstonderwijs door de reguliere HBO-prijs, een uitermate hoog percentage gaat worden van de Rijksbijdrage exploitatie. Dit kan grote risico’s met zich meebrengen bij een mogelijke herziening van deze zogenaamde vaste voet, ook wel aangeduid als ‘dynamisering’, zonder voldoende besef van de historie van de totstandkoming ervan. Bij de Hogeschool zitten inmiddels ook de middelen voor het kunstonderwijs aan de School voor Jong Talent, de niet-EER-studenten, de Raulinvergoeding en de excessieve lasten uit het fusie-arrangement 1990 in de onderwijsopslag verwerkt. De toenemende administratieve lasten en bijbehorende kosten die mogelijk voortvloeien uit het nieuwe stelsel, baren zorg. Het is nog niet duidelijk hoe een en ander concreet uitgewerkt gaat worden en in hoeverre de hogescholen compensatie hiervoor krijgen. De recent door de Minister aan de Tweede Kamer gezonden brief over het Kunstonderwijs stelt weer enkele aanvullende mogelijkheden voor bekostigingsaspecten voor. De verwachting is dat, mede in het kader van het door de Minister tegen december a.s. gevraagde sectorplan voor het Kunstonderwijs, nog geruime tijd zal verstrijken voordat er meer duidelijkheid is over een al dan niet van die van het overige HBO afwijkende bekostigingssystematiek voor onze sector. 3. RJ 660 Met ingang van 2008 is de jaarrekening opgesteld volgens de eisen die voortvloeien uit de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs en de nieuwe Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 660 (RJ 660). De wijzigingen betreffen het volgende: - er wordt onderscheid gemaakt tussen publiek en privaat vermogen - overheveling van de voorziening Waarborgfonds van de rubriek Voorzieningen en Fondsen naar de rubriek Eigen Vermogen - de overheveling van het saldo van de egalisatierekening investeringssubsidies naar de rekening vooruitontvangen investeringssubsidies onder de kortlopende schulden - opheffen Afstudeerfonds
5 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
4. Overige relevante zaken 4.1. Notitie Helderheid In de notitie Helderheid en de aanvulling daarop is een aantal zaken expliciet aan de orde gesteld, waar in het jaarverslag aandacht aan besteed dient te worden. Het betreft: 1. Het uitbesteden van onderwijs 2. Investeren van publieke middelen in private activiteiten 3. Het verlenen van vrijstellingen 4. Bekostiging van buitenlandse studenten 5 Collegegeld niet betaald door de deelnemer zelf 6. Studenten volgen modules van opleidingen 7. De student volgt een andere opleiding dan waarvoor hij is ingeschreven 8. Bekostiging van maatwerktrajecten 9. Bekostiging van het kunstonderwijs. - 10. Aantal voor de bekostiging mee te tellen studenten. Ad 1. De Hogeschool besteedt geen onderwijs uit. Ad 2. Van private activiteiten, waarbij een derde partij cq een andere rechtspersoon is betrokken, is slechts in zeer bescheiden mate sprake. Er is een aan de Hogeschool gelieerde stichting Cursussen die een niet-bekostigde oriëntatiecursus beeldende kunsten op zaterdag verzorgt (30 zaterdagen), en een 2-jarige post-HBOopleiding Industriële Vormgeving. De opbrengsten van de cursusgelden dekken de hiervoor gemaakte kosten; er is sprake van een kleine winst. De baten en lasten zijn geconsolideerd in de jaarrekening. Daarnaast worden er binnen de Hogeschool publieke middelen ingezet ten behoeve van voorbereidend onderwijs teneinde de toegankelijkheid van het kunstonderwijs te vergroten en ter verbetering van de kwaliteit. Ad 3. De Hogeschool verleent alleen vrijstellingen op basis van elders verworven competenties. Strategisch handelen (bv. middels versnelde diploma-uitreiking) is daarbij niet aan de orde. Ad 4. Alleen buitenlandse studenten die daadwerkelijk aan de Hogeschool studeren, en de reguliere opleiding volgen, worden betrokken bij de berekening van de bekostiging. Uitwisselingsstudenten worden niet betrokken bij de berekening van de bekostiging. Bij de inschrijving van buitenlandse studenten wordt nauwkeurig toegezien of zij een bewijs van rechtmatig verblijf in Nederland hebben. Indien blijkt dat op 1 december van het teljaar dit bewijs niet aanwezig is in het dossier, wordt de student niet betrokken bij de berekening van de bekostiging. Ad 5. Indien een derde het collegegeld voor een student betaalt, wordt de student gevraagd een verklaring te tekenen dat hij daarmee akkoord is. De Hogeschool kent een noodfonds gevoed uit eigen middelen, waaruit in bijzondere gevallen het collegegeld voor een student betaald wordt. Ad 6. Indien studenten modules volgen, worden zij beschouwd als contractstudenten, en worden zij niet als student ingeschreven. Ad 7. Studenten volgen de opleiding waarvoor zij zijn ingeschreven. Ad 8. De Hogeschool kent geen maatwerktrajecten. Ad 9. Studenten die meer dan een jaar in het buitenland stage lopen, worden niet betrokken bij de berekening van de bekostiging. Indien studenten bij meer dan 1 kuo-instelling ingeschreven staan, worden zij - gegeven de CFI-systematiek - slechts bij één instelling bekostigd; de Hogeschool ziet hier nauwgezet op toe en overlegt in deze gevallen met de desbetreffende andere instelling over waar de student voor bekostiging in aanmerking wordt gebracht. Ad 10. Dit punt is niet van toepassing op het kunstvakonderwijs, gezien de afwijkende bekostigingssystematiek.
6 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
4.2. Nieuw studentenadministratie– en studentenvolgsysteem In 2008 is een begin gemaakt met de implementatie van een nieuw studentenadministratie- en studentenvolgsysteem. Het proces van de implementatie loopt door in 2009. Dit leidt ertoe dat enerzijds de aansluiting met IBG, later eventueel via Studielink tot stand gebracht kan worden, en anderzijds het studentenvolgsysteem verbeterd kan worden. In de begroting 2009 is rekening gehouden met de extra kosten van de verdere implementatie van met name het volgsysteem. 4.3. Lectoraten In 2008 was er een tweetal lectoraten: het lectoraat “Kunstenaarstheorieën en de artistieke praktijk”, en het lectoraat “Docent van de 21e eeuw”, hetgeen een vervolg is op het lectoraat met dezelfde titel dat per 1-42006 beëindigd was. Met de Hanzehogeschool Groningen als penvoerder is er een gezamenlijk lectoraat “Lifelong learning voor musici”. 4.4. Huisvesting Koninklijk Conservatorium De huisvesting van het Koninklijk Conservatorium kent een tweetal problemen: er is dringende behoefte aan uitbreiding van het aantal Fnm2 (ca 3.000), en het gebouw voldoet steeds minder aan de eisen van deze tijd, met name installatietechnisch. Om beide problemen op te lossen lijkt huisvesting elders de meest wenselijke weg. Sinds 2002 hebben er verkennende gesprekken met de Gemeente Den Haag plaatsgevonden over mogelijke dan wel gewenste locaties. Huisvesting van het Koninklijk Conservatorium aan het Spui gecombineerd met andere culturele instellingen lijkt momenteel het meest concreet. Hiertoe is in 2008 een intentieverklaring opgesteld. Dit zou dan in 2017 gerealiseerd worden. Gezien de tijd die hiermee is gemoeid, zullen de komende jaren desalniettemin aanzienlijke investeringen ten aanzien van groot onderhoud en brandveiligheid noodzakelijk zijn teneinde het gebouw op verantwoorde wijze te kunnen blijven gebruiken. In 2008 is hiertoe reeds voor een bedrag van 1,3 m€ geïnvesteerd, en voor 2009 zijn eveneens aanzienlijke investeringen verwacht.
7 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
8 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Balans en exploitatierekening (bedragen x € 1.000,-) HOGESCHOOL KUNSTEN,MUZIEK B A L A N S (N A R E S U L T A A T ACTIVA
31.12.2008
31.12.2007
VASTE ACTIVA
Materiële vaste activa Terreinen Gebouwen Verbouwingen/installaties Inventaris en apparatuur
Totaal vaste activa
2.409.165
2.409.165
11.694.832
12.394.495
1.646.158
500.139
980.984
1.212.189
16.731.139
16.515.988
16.731.139
16.515.988
34.095
36.900
828.253
779.131
VLOTTENDE ACTIVA
Voorraden
Vorderingen Debiteuren collegegelden Te vorderen omzetbelasting
31.321
23.541
733.919
1.047.658
1.593.493
1.850.330
Kas
14.312
21.290
ABN/AMRO-bank
29.076
33.085
3.495
3.477
Overige vorderingen en overlopende activa
Liquide middelen
Fortis-bank ING-bank Ministerie van Financiën – Rijksbankieren
Totaal vlottende activa
TOTAAL GENERAAL
289.108
336.041
5.458.339
4.211.163
5.794.330
4.605.056
7.421.918
6.492.286
24.153.057
23.008.274
9 6
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
VAN BEELDENDE EN DANS BE S T E M M I N G ) P E R 3 1 D E C E M B E R 2 0 0 8 PASSIVA
31.12.2008
31.12.2007
EIGEN VERMOGEN Algemene reserve Algemene reserve (privaat) Bestemmingsreserve huisvesting
2.439.890
1.944.772
144.730
131.700
3.001.504
2.401.504
Bestemmingsreserve informatisering
130.135
130.135
Bestemmingsreserve leermiddelen
175.000
0
1.131.063
876.063
Bestemmingsreserve afdelingen
267.003
218.003
Bestemmingsreserve vooropleidingen
120.000
0
Bestemmingsreserve Randstad-regio
195.102
195.102
Bestemmingsfonds Waarborgfonds
117.334
117.334
7.721.761
6.014.613
1.340.959
1.315.441
0
50.000
1.340.959
1.365.441
Lening o/g OKF 20 jaar (Fortis)
5.600.000
6.000.000
Lening o/g unilokatie (Fortis)
2.949.540
3.100.803
8.549.540
9.100.803
471.263
501.556
Bestemmingsreserve onderzoek en innovatie
VOORZIENINGEN Voorziening wachtgelden Afstudeerfonds
LANGLOPENDE SCHULDEN
KORTLOPENDE SCHULDEN Crediteuren Aflossingen leningen komend boekjaar
551.263
551.263
2.031.424
1.989.230
Vooruitontvangen investeringssubsidies
207.499
271.105
Belastingen, premieheffingen en pensioenpremie
984.481
822.135
Vakantiegeld
755.000
747.000
Nog te betalen vakantiedagen
128.066
68.632
83.751
210.901
1.328.050
1.365.595
6.540.797
6.527.417
24.153.057
23.008.274
Vooruitontvangen collegegelden
Saldi geoormerkte Rijksbijdragen Overige te betalen lasten en overlopende passiva
0 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
HOGESCHOOL VAN BEELDENDE KUNSTEN, MUZIEK EN DANS EXPLOITATIEREKENING 2008 WERKELIJK
BEGROTING
WERKELIJK
2008
2008
2007
1. Baten en lasten
BATEN Rijks- en overige bijdragen
23.119.207
22.274.000
21.942.435
College-, cursus- en examengelden
3.031.932
2.999.000
3.014.858
Overige opbrengsten
1.627.231
1.381.000
1.527.135
27.778.370
26.654.000
26.484.428
18.947.699
19.015.000
18.451.957
Afschrijvingen
1.336.539
1.326.000
1.213.493
Huisvestingslasten
1.882.401
1.711.000
1.784.941
Overige instellingslasten
3.737.982
3.566.000
3.723.741
25.904.621
25.618.000
25.174.132
1.873.748
1.036.000
1.310.296
TOTAAL BATEN
LASTEN Personele lasten
TOTAAL LASTEN
Saldo Baten en Lasten
2. Financiële baten en lasten
Rentebaten
273.659
75.000
202.367
Rentelasten
440.259
440.000
464.989
-166.600
-365.000
-262.622
1.707.148
671.000
1.047.674
Saldo financiële baten en lasten
1 + 2. Resultaat uit gewone bedrijfsvoering
3. Buitengewone bedrijfsvoering
Buitengewone baten
0
0
0
Buitengewone lasten
0
140.000
0
Resultaat uit buitengewone bedrijfsvoering
0
-140.000
0
1.707.148
531.000
1.047.674
4. Exploitatiesaldo
1 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
WERKELIJK
BEGROTING
WERKELIJK
2008
2008
2007
1.707.148
531.000
1.047.674
495.118
484.000
427.386
13.030
-5.000
27.840
600.000
122.000
0
0
-70.000
0
Bestemmingsreserve leermiddelen
175.000
0
0
Bestemmingsreserve onderzoek en innovatie
255.000
0
626.063
49.000
0
66.385
120.000
0
0
Bestemmingsreserve jubileum/accreditatie
0
0
-100.000
Bestemmingsreserve Randstad-regio
0
0
0
1.707.148
531.000
1.047.674
4. Exploitatiesaldo
Bestemming exploitatiesaldo:
Algemene reserve Algemene reserve (privaat) Bestemmingsreserve huisvesting Bestemmingsreserve informatisering
Bestemmingsreserve afdelingen Bestemmingsreserve vooropleidingen
2 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Kasstroomoverzicht (Bedragen x € 1.000,-) 2008
2007
Exploitatiesaldo
1.707
1.048
Afschrijvingen
1.337
1.213
Kasstroom uit operationele activiteiten
Mutaties werkkapitaal: - voorraden
3
-2
- vorderingen
256
3
- schulden
284
519
-271
-71
-25
-198
3.291
2.512
0
0
-1.551
-452
0
0
-1.551
-452
-551
-551
-551
-551
Mutatie liquide middelen
1.189
1.509
Beginstand liquide middelen
4.605
3.096
Mutatie liquide middelen
1.189
1.509
Eindstand liquide middelen
5.794
4.605
Mutaties egalisatierekening Mutaties voorzieningen
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutatie langlopende schulden
BIJLAGEN
I
Samenstelling Raad van Toezicht
II
Concerten, exposities en overige projecten
III
Specificatie kengetallen faculteiten
IV
Bilaterale overeenkomsten ERASMUS Levenlang Leren programma
3 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
4 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Bijlage I Samenstelling Raad van Toezicht Leden van de Raad van Toezicht Prof. mr S.E. Eisma - voorzitter - leeftijd: 59 jaar - eerste zittingstermijn tot 10-12-2011
Hoofdfunctie(s) en relevante nevenfuncties ultimo 2008 Hoofdfunctie: - Advocaat in Amsterdam Nevenfuncties: - bijzonder hoogleraar Universiteit van Amsterdam - lid Raad van Commissarissen Rabobank - lid Raad van Commissarissen HAL Holding - lid Raad van Commissarissen Grontmij nv - lid Raad van Toezicht Haags Kinderatelier
R. Rietveld - leeftijd: 54 jaar - tweede zittingstermijn tot 3-12-2011
Partner Rietveld Architects New York
Drs. W.J. Deetman - leeftijd: 63 jaar - eerste zittingstermijn tot 16-06-2012
Hoofdfunctie: - Lid Raad van State Nevenfuncties: - Voorzitter Teleac/NOT en bestuur Educom - Lid Raad van Advies Burgland Vastgoed B.V. te Stolwijk - Voorzitterschap curatorium Mr. Gonsalves nationale innovatieprijs voor de rechtshandhaving - Voorzitter van de Joint Consultive Committee to discuss administrative issues van de European Patent Organisation, vestiging Rijswijk - Lid van het bestuur van het Innovatie Netwerk op het gebied van agro, groen en voeding - Lid van het bestuur van de Stichting Postacademische Medische cursussen te Indonesië - Lid Raad van Advies Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten
Drs. J.C.M. Schönfeld - leeftijd: 59 jaar - eerste zittingstermijn tot 16-06-2012
Hoofdfunctie: - Chief Financial Officer en vice-voorzitter Raad van Bestuur Stork N.V. (2001-2009) Nevenfuncties: - lid Raad van Commissarissen Arcadis N.V. - voorzitter Raad van Commissarissen Skyline Diagnostics B.V. - lid bestuur Vereniging Effectenuitgevende ondernemingen (VEUO) - lid Raad van Toezicht Sanquin Bloedvoorziening, Amsterdam - lid Raad van Toezicht Technische Universiteit, Delft
Drs. H.K. de Geus - leeftijd: 65 jaar - laatste zittingstermijn en van rechtswege afgetreden op 24-09-2008
n.v.t.
Mw. mr D.M.C. Schuurmans - leeftijd: 61 jaar - laatste zittingstermijn en van rechtswege afgetreden op 24-09-2008
n.v.t.
5 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
6 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Bijlage II Concerten, exposities en overige projecten Matinee bij gelegenheid van de verjaardagen van Hare Majesteit Koningin Beatrix en Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Margriet Het Koninklijk Conservatorium vervulde een markante rol bij het koninklijke verjaardagsfeest op 1 februari 2008 in Theater Carré in Amsterdam. Collegevoorzitter Frans de Ruiter had het eervolle verzoek gekregen om te adviseren over de programmering van een feestelijke matinee waar de Nederlandse conservatoria zich zouden presenteren aan een gezelschap genodigden ter ere van de 70e verjaardag van Hare Majesteit de Koningin en de 65e van Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Margriet. Deze welhaast onmogelijke opgave resulteerde uiteindelijk in een gevarieerd en interessant programma, waarbij sommige opleidingen gezamenlijke producties hadden ontwikkeld of anderszins bereid waren zich onder één noemer te presenteren. Op de middag zelf zorgden 150 optredenden en 40 technici, stagemanagers, inspeciënten, tv-medewerkers, catering, stagiaires en productiemedewerkers in een wonderbaarlijke synergie voor een naadloos verlopend programma met muziek, dans en andere belangwekkende zaken. Onze Haagse, koninklijke operazangers, dansers, slagwerkers en andere instrumentalisten waren markant aanwezig. Heiner Goebbels Festival 2008 In een traditie van door het Koninklijk Conservatorium georganiseerde festivals rondom de toonmeesters van de 20e en 21e eeuw - Stockhausen, Messiaen, Cage, Kagel, Ligeti, Kurtág, Reich – is in 2008 Heiner Goebbels twee weken lang het middelpunt geweest. In de stukken van Heiner Goebbels (1952), inmiddels een van de succesvolste componisten van onze tijd, wordt alles wat gespeeld of gezongen wordt, via microfoons, de mengtafel en luidsprekers weergegeven. Zelf spreekt Goebbels over “mikrophonieren.” Dat gebeurt puur vanuit een esthetisch principe. Goebbels verstaat als geen ander de kunst om muziek ook in niet-ideale zalen goed te laten klinken. Tijdens de festivalperiode van 28 februari tot 15 maart 2008 brachten diverse ensembles werken van Goebbels ten gehore, waaronder het Python Saxofoonkwartet, het Asko-ensemble o.l.v. Hans Leenders, het Ensemble Klang, het Symfonieorkest van het KC o.l.v. Reinbert de Leeuw, de Big band van het KC en enkele ensembles met studenten. Daarnaast waren er mondelinge toelichtingen door Heiner Goebbels zelf, discussies, filmvertoningen, dansvoorstellingen, een Soirée Africaine met zang, kora en percussie en een presentatie door scholieren van zes scholen in en om Den Haag rondom Goebbels’ compositie ‘Surrogate City’. Salone del Mobile Internazionale De Koninklijke Academie presenteerde zich van 15 t/m 21 april in Milaan tijdens de wereldberoemde internationale meubelbeurs Salone del Mobile Internazionale: hét internationale centrum van design, mode en creativiteit. Als naam voor het evenement was gekozen voor “Royal Dutcheese – the Royal Academy of Art”, een verwijzing naar de eerdere bestemming van de fotostudio – een kaasfabriek – waar de academie zich presenteerde. Het gebouw bestond uit een binnenplaats, een studioruimte en een dakterras, waar de afdelingen Textiel, Meubelontwerpen en de interfaculteit Beeld en Geluid / ArtScience in samenwerking met het AR + RFID Lab naar buiten traden. Door het gebruik van een Augmented Reality headset, ontwikkeld door het Lab, konden bezoekers van de tentoonstelling op een compleet innovatieve en virtuele wijze meubels en textielobjecten in een echte omgeving waarnemen of deze volgen op één van de gebeamde schermen. Met de mobiele uitrusting kon de bezoeker vrij rond de ontwerpen van de studenten lopen. Beeldende Kunst Door het sterk toenemend aantal activiteiten van studenten op allerlei podia in en buiten Den Haag en de samenwerking met een fiks aantal veelal jonge curatoren, wordt talent al vroeg gepeild. Een belangrijke rol in dit geheel speelt de pre-examententoonstelling ‘Untitled, artist in building’, een geheel door de eindexamenkandidaten georganiseerde manifestatie, die dit jaar voor de tweede keer in het voormalige KPNgebouw op de Binckhorst heeft plaatsgevonden. In deze tentoonstelling komen alle professionele aspecten van het kunstenaarschap in een natuurlijke context aan bod en worden de eerste contacten gelegd met musea, galeries en kunstenaarsinitiatieven. Het is een eerste springplank voor een carrière in de beeldende kunsten. In de zomer van 2008, heeft een drietal studenten deelgenomen aan het programma van de European Exchange Academy in Beelitz.
Aan Inez de Coo is een VSB beurs toegekend ten behoeve van haar masterstudie aan de Royal Academy in Londen. Overige vervolgopleidingen: Jan Wattjes - Frank Mohr Institute, Groningen Erik Tode - Frank Mohr Institute, Groningen Kiki Cheng - postgraduate programma Sint Joost, Breda Kurt Battal - postgraduate programma Sandberg Institute, Amsterdam Klaas Bijl - postgraduate programma De Nieuwe Academie (DNA), Den Haag Melissa Cruz Garcia - 2de fase ArtScience, HBKMD Nika Neelova - Slade school of fine art, London Naast de reeds bestaande samenwerking met theater Diligentia, Filmhuis Den Haag, de griffie van de gemeente Den Haag, Stroom, Den Haag Sculptuur, Crossing Border en Festival Winternachten, zijn met de volgende
7 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
partners nieuwe activiteiten ondernomen: de Haagse Hogeschool met het project Kiss, de affichegalerij Den Haag met het project ‘vrijheid’ samen met de afdelingen fotografie, beeldende kunst en grafisch ontwerpen. Tevens hebben studenten uit Leiden en studenten beeldende kunst van de academie een werkgroep gevormd, die in 2009 tot een gezamenlijk project moet leiden. Het inmiddels vijfjarige garderobeproject met theater Diligentia is gevierd met een fraai jubileum-boekje, gefinancierd en vormgegeven door de firma Lifoka. Beeldende Kunst deeltijd De Zee Komt! Van 11 t/m 14 september 2008 vond de manifestatie "De Zee Komt!" plaats. Tijdens deze dagen lag het strand tussen het Scheveningse Zuiderhavenhoofd en Kijkduin bezaaid met kunstwerken die ingaan op de klimaatsverandering en was er in en rond de meeste strandpaviljoens een bijzonder inspirerend programma met aandacht voor nieuwe energie! Een aantal deeltijdstudenten van de academie nam hieraan deel. In en om het kampement bij het Zuiderhavenhoofd waren kunstwerken van Maartje Borgers, Isabelle Bruyninckx, Nicole Donkers, Laura van Eeden, Jetty Iestra, Laura Oosterveld, Leonie van der Plas, Vincent Schats en Leon van de Ven te zien. Het werk was gemaakt of kwam voort uit een driedaags werkweekend op 3 lokaties in en om het Zuiderstrand onder begeleiding van docente en beeldend kunstenares Eva Klee. Grafisch Ontwerpen In januari exposeerden vierdejaars studenten Grafisch Ontwerpen hun project ‘Dicht in beeld’ naar aanleiding van gedichten van Hagar Peters in de academiegalerie. De werken waren het resultaat van een opdracht van docent Babette Wagenvoort. Interactive Media Design (I/M/D) Met het doel om een brug te slaan tussen gepassioneerde professionals en de nieuwe generatie interactieve vormgevers heeft de afdeling I/M/D van de academie, samen met de Texelse Boys Foundation, het project Mastermundo mogelijk gemaakt (zie ook www.mastermundo.org). In 2008 werd intensief samengewerkt met BNO, Pictoright, NS, Station06, Wacom, Adobe, TodaysArt, PICNIC, Stedelijk Museum Amsterdam, Zwaan Printmedia, TRUE, Buzamoto, Grafisch Papier, ModovanGelder, LIFT Conference en de eerder genoemde Texelse Boys Foundation. Textiel en Mode De afdeling Textiel en Mode had dit verslagjaar de mogelijkheid om te kunnen samenwerken met het Zeeuws museum te Middelburg. Dit bijzondere in 2007 heropende museum - een door architect Christian Kieckens gerestaureerde abdij - heeft unieke collecties in het museum en zijn depots met onder andere Zeeuwse wandtapijten en de Tachtigjarige Oorlog, streekdrachten, sieraden en accessoires, porselein en zilver, archeologische vondsten, oude schilderijen en kunstnijverheid, natuurhistorie, fossielen en schelpen, moderne en hedendaagse kunst. Al deze schatten worden op een zeer eigen en hedendaagse manier gepresenteerd en sinds de heropening worden regelmatig projecten met kunstenaars en vormgevers georganiseerd, zo ook met kunstacademies. Museumdirecteur Valentijn Byvanck en zijn medewerkers hebben een unieke hedendaagse visie op het brengen van vormgeving en kunst. Zij herkennen veel talent en potentieel in onze afdeling en hebben ons daarom uitgenodigd om met het werk van dit academiejaar 2008-2009 een expositie te organiseren. Deze zal van het najaar 2009 tot het voorjaar 2010 worden getoond. Ook het ontwerpen en uitgeven van eigen producten voor de museumshop behoort tot de mogelijkheden in deze samenwerking. In 2008 is het Textiel en Modelab voorbereid onder de naam LAP T/M. Dit initiatief geeft ruimte aan studenten en alumni van de afdeling Textiel en Mode. Hiervoor transformeerden de studenten een oude garage aan de Korte Beestenmarkt tot atelier en expositieruimte. De officiële opening vond plaats op donderdag 9 april 2009 door de Haagse wethouder van Cultuur en Financiën Marieke Bolle. LAP T/M is tot stand gekomen door een samenwerking met stadsherstel, Stroom, de gemeente Den Haag en de Europese Unie. Art of Sound De onmisbare en wezenlijke bijdragen van de afdeling Art of Sound aan het Goebbels festival 2008 op het gebied van geluidsversterking bij vrijwel alle concerten werd door organisatie en componist met een uitgebreide dankbetuiging op waarde geschat. Compositie Studium Generale Studenten krijgen tijdens deze wekelijks maandagavondsessies gelegenheid hun nieuwste werken te presenteren. Onder leiding van vier docenten worden allerhande aspecten van compositie en uitvoeringspraktijk bediscussieerd. Tevens worden er regelmatig (internationale) gasten van buiten uitgenodigd om lezingen en concerten te geven. Deze avonden werden ook in 2008 zeer goed bezocht. Zij vormen het hart van onze opleiding. Hier worden de grondslagen en het aftasten van wat ‘smaak’ heet verkend en bijgesteld. Hier leren de studenten niet alleen van de docenten maar vooral ook van elkaar. Deze lessen worden met regelmaat bezocht door studenten van andere afdelingen.
Springfestival ‘SOUND SALAD’ 15-19 april 2008 Dit is het belangrijkste moment in het jaar waarop de afdeling zichzelf presenteert middels werken van alle compositiestudenten. De studenten componeren, produceren, maken publiciteit, budgetteren, doen theatertechniek, cateren, kortom komen in aanraking met alle facetten op alle niveaus die te maken hebben met de productie van een groot festival nieuwe muziek. Vijf dagen en avonden concerten, muziektheater, elektronica en performances. In 2008 bracht het pianoduo Post&Mulder de complete piano-installaties van Gilius van Bergeijk ten uitvoering. Daarnaast waren er projecten en concerten i.s.m. het POW ensemble en
8 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
werden er verschillende werken van onze bevriende Sonologieafdeling geprogrammeerd. Het vanuit de compositieafdeling opgerichte ‘Ensemble Royaal’ bracht het werk ‘Corale’ voor vioolsolo met strijkorkest en hoorns van Luciano Berio o.l.v. Bas Wiegers ten gehore. Deze uitvoering was bijzonder succesvol. In totaal zijn er ongeveer 70 nieuwe werken van studenten uitgevoerd. De naam ‘Sound Salad’ werd ingevuld doordat er zich een meesterkok onder de studenten bevindt die op verschillende momenten in de pauzes, na afloop en voorafgaand aan de concerten fantastische gerechten serveerde. De bar werd gerund door onze eigen studenten. Dit blijkt bijzonder positief voor de atmosfeer binnen de afdeling. Structurele ensembleprojecten Asko project o.l.v. Bas Wiegers - april 2008 Belangrijk workshopproject lopend over een periode van een half jaar met meerdere momenten van samenkomst en repetitie van schetsen. Op die basis worden de uiteindelijke versies gemaakt die tijdens een concert werden gepresenteerd. Studenten: Diego Soifer, Teodora Stepancic, Graham Flett. Nieuw ensemble project - april 2008 Het componistenpracticum met het Nieuw Ensemble bood jonge componisten de gelegenheid om tijdens het compositieproces een aantal maanden achtereen samen te werken met professionele musici. Onder leiding van ervaren docenten en dirigent Lucas Vis bespraken de deelnemers hun bevindingen en becommentarieerden elkaars werk. Studenten: Diego Soifer, Teodora Stepancic, Graham Flett, Ryan Carter. Ensemble Royaal Een jaarlijks project waarbij een ‘meesterwerk uit de afgelopen decennia (Corale van Luciano Berio) wordt uitgevoerd en geconfronteerd met vier nieuwe composities van studenten. Het ensemble bestaat uit studenten van het KC o.l.v. Bas Wiegers. Studenten: Ylia Ziblat Shay, James Hewitt, Ann Leung en Diego Soifer Ereprijsproject ‘Canons’ - februari 2008 in CODA museumzaal Apeldoorn Een jaarlijks project als opening van het seizoen door Ensemble de Ereprijs. Dit project heeft een workshopvorm. De studenten krijgen in een lange periode verschillende mogelijkheden om schetsen te laten spelen en zo bijschavend naar een goede vorm toe te werken. Studenten: Renato Fereira, Pau Carnigueral, Maria Olynik, Oscar Jan Hoogland Young composers meeting 2008 Martijn Padding, Louis Andriessen en Gerda van Zelm zijn docenten op deze spraakmakende cursus voor jonge componisten i.s.m. Ensemble de Ereprijs. Hier wordt gewerkt aan leren over de samenwerking tussen zanger en componist. Vaak resulteert deze cursus in nieuwe aanmeldingen voor het KC van de interessantste studenten uit die cursus. POW project - april 2008 Onder leiding van Luc Houtkamp werkten vijf studenten aan nieuwe werken voor het labtop ensemble met electrische gitaar (Wiek Hijmans) aan nieuwe werken. Studenten: Tomo Hashimoto, Yedo Gibson, James Hewitt, Mika Szafirowski, Ofir Klemperer. LIGETI ACADEMIE 2008 Dit is een initiatief van het Asko-Schönberg ensemble om in samenwerking met het Conservatorium van Amsterdam en het KC een hoogwaardig traject te bieden aan jonge getalenteerde musici en componisten die uitzonderlijke talenten ten toon spreiden inzake de nieuwe muziek. Musici werken samen met gelouterde routiniers van het Asko-Schönberg ensemble en met belangrijke gastspelers, dirigenten en componisten. Ieder jaar zullen er verschillende jonge componisten een nieuw werk schrijven voor de Ligeti academie. Dit jaar schreef Ingi Erlendsson een nieuw stuk. Thans werkt Diego Soifer samen met de academie. November Componistenweek Richard Rijnvos - 17-21november 2008 Jaarlijks organiseert de compositieafdeling een componistenweek rond een belangwekkende (internationale) componist. Deze keer was de Nederlander Richard Rijnvos onze gast. Lezingen, concerten, lessen, workshops en repetities werden gegeven en geleid door Rijnvos. Ensemble Modelo 62 voerde ‘Mappamondo” van Rijnvos uit in het KC en later in het kader van November Music 2008, waar het veel succes oogstte. Tevens bracht het Ives ensemble een programma met kamermuziek van Rijnvos. Reguliere samenwerkingsverbanden met theaters/theatergroepen Korzotheater Naast de jaarlijkse twee KC lab concerten die de compositiestudenten zelf programmeren met eigen werk in KORZO’s grote zaal, is er in de afgelopen jaren een intensief samenwerkingsverband ontstaan op het gebied van research naar nieuwe muziektheatrale vormen. Dit jaar vonden premières plaats van opera’s van Nicoleta Chatzoupolou en (ex-studente) Kate Moore. Theater De Regentes Met de inmiddels verdwenen artistiek directeur Michael de Roo zijn gesprekken gevoerd om in de toekomst meer projecten van de compositieafdeling te laten plaatsvinden i.s.m. de Regentes. De eerste aanzet is gemaakt met een pilotproject van 3 korte muziektheaterstukken die kunstenaars van verschillende disciplines bijeen brachten. Dit project heeft een community art element. Studenten: Niels Berentsen, Joe Hughes, Sander Breure en Ji sun Yang.
9 7
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Het Nutshuis In 2008 is de compositieafdeling een nieuwe structurele samenwerking begonnen met het Nutshuis. Gedurende een week krijgen verschillende studenten van de compositieafdeling de tijd en ruimte om hun project in te richten in dit prachtige gebouw in het centrum van Den Haag. Het blijkt een prachtig en aantrekkelijk podium. Inmiddels zijn er twee avonden georganiseerd die zeer succesvol waren. Het Nutshuis wil deze samenwerking graag voortzetten. Binnenschoolse samenwerkingen De nieuwe structuur binnen het conservatorium kent verschillende coördinatoren. Deze hebben onderling veel contact waardoor er winst behaald is op het gebied van onderlinge artistieke afstemming en het maken van gezamenlijke plannen. Onderstaand enkele goede praktijk voorbeelden. Sonologie De Sonologieafdeling is al jaren met electronisch werk vertegenwoordigd tijdens het Springfestival. Nu wordt ook bekeken waar de lesprogramma’s van beide afdelingen elkaar kunnen ondersteunen. Dit omdat er een substantieel aantal studenten is dat artistiek bivakkeert op de grens tussen beide afdelingen. Tevens ontstond een plan om studenten van Sonologie en Compositie te laten samenwerken in een project dat zal worden gepresenteerd tijdens het Springfestival in 2009. Het project is in 2008 van start gegaan o.l.v. Wouter Snoei. Vijf compositiestudenten en vijf sonologen vormen duo’s en experimenteren en ontwikkelen een nieuwe muzikale taal. De presentatie van het project is voorzien in april 2009. Oude Muziek De afgelopen jaren heeft de afdeling compositie meerdere malen de samenwerking met Oude Muziek gezocht, zoals tijdens de Rembrandtprojecten van 2005 en 2006. Oude muziek en Nieuwe muziek gaan zeer goed samen. In 2008 zijn we begonnen met een gigantische productie in het kader van het Händel jaar. Ter beschikking staat een groot orkest van historische instrumenten. O.l.v. docenten Oude muziek en Cornelis de Bondt werken de compositiestudenten aan nieuwe delen hedendaagse muziek, die fragmenten uit een onvoltooide Händelopera zullen doorsnijden, afwisselen en becommentariëren. Er staan verschillende uitvoeringen gepland vanaf april 2009. Een volgend samenwerkingsproject bestaat zo mogelijk uit het bezoek van improvisator, componist, oude muziekman Barry Guy. Zangafdeling Met de zangafdeling doen de componisten al jaren buitengewone zaken. Wij organiseren jaarlijks een vocaal project waarin 12 componisten samenwerken met minstens evenzoveel zangers. Deze samenwerking heeft ertoe geleid dat de zangstudenten nu uit zichzelf de weg vinden naar de compositiestudenten van hun keuze. In 2008 is begonnen met het werken aan de uitvoering van verschillende koorwerken in het kader van de 70ste verjaardag van Louis Andriessen in juni 2009. Naast de door onze afdeling georganiseerde concerten en projecten organiseren de studenten,vaak in teams, vele andere evenementen in maar ook buiten Den Haag. Jazzafdeling Big Band Koninklijk Conservatorium - 8 februari: Concert in Lantaarn/Venster in Rotterdam met gastdirigent Jim McNeely die eigen composities en arrangementen uitvoerde. - 14 maart: “Stimmen” een concert in de Kees van Baarenzaal in het kader van het Goebbels Festival met gastdirigent Clark Rundell die onder andere jazzarrangementen dirigeerde van oude Duitse volksliedjes gezongen door gastsolisten Anette von Eichel en David Moss. - 22 maart: Concert in de Dr. Anton Philipszaal met gastsolist saxofonist Branford Marsalis in het kader van de Muziek Driedaagse. - 25 april: Arnold Schönbergzaal, concert met uitsluitend premières van composities en arrangementen van de studenten uit het laatste jaar van de bacheloropleiding. Van dit concert werd door de afdeling Art of Sound een CD gemaakt. - 30 augustus t/m 5 september: tournee van de Big Band Koninklijk Conservatorium op het eiland Samos in Griekenland. Onder leiding van John Ruocco speelde de band vier concerten op verschillende locatie en waren er workshops en jam sessies. Ook bassist Hein van de Geijn participeerde in dit project. - 10 oktober en 15 november: avondconcerten in Theater aan het Spui. Onder leiding van John Ruocco speelde de big band werken van Nederlandse componisten en arrangeurs.
‘Koninginnenach’ In de nacht van 30 april trad DJ Maestro op het met duizenden bezoekers gevulde Plein in Den Haag samen met acht studenten van de jazzafdeling die ‘live’ samenspeelden met de samples. Leidse Jazzgeschiedenis De in 1899 in Leiden geboren violist David Boekman werd in de jaren twintig van het Koninklijk Conservatorium gestuurd omdat hij jazz speelde. In Amerika maakte hij filmmuziek in Hollywood en werkte met grootheden zoals Frank Sinatra, Miles Davis en vibrafonist Teddy Charles. Deze laatste is op 6 november in Leiden ter gelegenheid van het uitkomen van het boek De Leidse Jazzgeschiedenis, waaraan jazzgeschiedenisdocent Wouter Turkenburg heeft bijgedragen. Walter Wolff, piano, Francesco Angiuli, bas en Thomas Fryland, drums van de jazzafdeling speelden met Teddy Charles tijdens de presentatie van het boek in het Bimhuis – inclusief televisieregistratie - en maakten een CD-opname.
Afdeling Klassieke muziek Kamermuziek Januari 2008 Werken van: Debussy, Milhaud, Poulenc Concerten in: Rotterdam, Leiden, Lisse, Enschede en Utrecht
Kamermuziek 22-24 maart 2008 i.s.m. Muziek3Daagse in de Dr. Anton Philipszaal Den Haag Namens het conservatorium: The Hague String Variations, Duo Bilitis en Wishful Singing. Masterclass Dmitri Bashkirov (piano) Ensemble Royaal April 2008 Berio – Corale en drie nieuwe werken van compositiestudenten Concert: Kees van Baarenzaal, KC Kamermuziek April 2008 Werken van Wolf, Respighi, Rolla en Franck Concerten in: Amsterdam, Enschede, Lisse, Utrecht, Den Haag Koperproject September 2008 Werken van Rimsky Korsakov, Tomasi en Prokofjev Concerten Waalse Kerk en Dr. Anton Philipszaal Den Haag Orkestdirectieproject Oktober 2008 O.l.v. Jac van Steen Symfonie-orkest van het KC Werken van Von Beethoven Kamermuziek Oktober 2008 Saxofoon Werken van Scarlatti, Schmidt, Milhaud en Francaix Concerten in Utrecht, Den Haag, Lisse en Leiden Kamermuziek i.s.m. Dag in de Branding November 2008 Ensembles Werken van Carter en Ives Concerten in Regentes en Dr. Anton Philipszaal Den Haag Koffieconcerten i.s.m. de Dr. Anton Philipszaal zondag 20 januari - barokafdeling: blazers zondag 17 februari - barokafdeling: muziek uit het seicento zondag 16 maart - klassieke afdeling: pianorecital zondag 20 april - klassieke afdeling: kamermuziek zondag 18 mei - jazzafdeling: combo zondag 15 juni - Jong KC: kamermuziek zondag 28 september - klassieke afdeling: The Hague String Variations zondag 26 oktober - klassieke afdeling: kamermuziek sax zondag 30 november - klassieke afdeling: rondom Elliott Carter Masterclasses Tanya Kalmanovitch Laura Young Philip Graffin Dmitri Bashkirov Patricia Morris Ab Koster Pozo Paradzik Isabelle van Keulen Colin Currie
-
improvisatie strijkers (februari) gitaar (februari) viool (februari) piano (maart) piccolo (april) hoorn (april) contrabas (april) viool (mei) slagwerk (november)
0 8
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
1 8
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
Bijlage III Specificatie kengetallen faculteiten
In onderstaande tabellen zijn de studentengegevens per faculteit gespecificeerd. Beeldende Kunst en Vormgeving Master Type & Media Ingeschreven per 31 december: a. bachelor voltijd b. bachelor deeltijd c. Voortgezette Kunstopl. Type and Media
Instroom: Totaal aantal instromende studenten HBO a. instroom propedeuse voltijd b. instroom propedeuse deeltijd c. instroom overige leerjaren - waarvan in totaal van buitenlandse nationaliteit
03 04 05 06 04 05 06 07 991 1033 1031 1025 680 712 733 746 298 309 285 270 13 12 13 9
59
310 227 52 31 52
119 36 104 63
142 35 110 41
133 45 107 31
146 38 130 41
03 04
04 05
05 06
06 07
07 08
08 09
890 692 198
831 630 201
766 592 174
787 585 202
772 564 208
739 540 199
183
158
132
178
155
149
210
170
161
205
182
174
137
117
100
127
119
104
45
28
36
42
39
38
26 68 49
22 60 39
26 52 36
28 66 41
35 57 48
30 53 40
150
127
161
148
130
Juli 2009
74
100
75
76
87
Juli 2009
108 6 102
92 12 80
64 9 55
72 3 69
81 nvt nvt
Juli 2009 nvt nvt
Ingeschreven studenten HBO-afdeling
03 04 14
04 05 17
05 06 14
06 07 15
07 08 10
08 09 15
Instroom: Aantal instromende studenten HBO
11
12
7
8
5
8
3 6
4 6
3 4
8 2
2 1
Juli 2009 Juli 2009
Muziek Docent Muziek Master Muziek/Sonologie/Opera Ingeschreven studenten HBO per 31 december a. Bachelor Muziek en Docent Muziek b. Master Muziek
Instroom/doorstroom Instroom HBO Bachelor Muziek en Docent Muziek, eerste studiejaar Instroom HBO Bachelor en Docent Muziek, alle studiejaren - waarvan buitenlandse nationaliteit Instroom Master Muziek/Sonologie/Opera (excl. doorstroom uit Bachelor en Docent Muziek) - waarvan buitenlandse nationaliteit Doorstroom uit Bachelor en Docent Muziek - waarvan buitenlandse nationaliteit Uitstroom Totaal aantal geslaagden einddiploma Bachelor Muziek en Docent Muziek Totaal aantal geslaagden Master Muziek/Sonologie/ Opera Aantal Studiestakers - met certificaat - zonder certificaat Dans
Uitstroom: Aantal geslaagden einddiploma Aantal studiestakers
319 213 79
305 215 66
66
65
118 35 99 46
08 09 1001 759 230 12
307 235 48 24 47
Uitstroom: Aantal geslaagden einddiploma voltijd Aantal geslaagden einddiploma deeltijd Aantal studiestakers voltijd Aantal studiestakers deeltijd In- en uitstroom: tijdens studiejaar van 1-9 t/m 31-8
321 203 82
07 08 1033 776 246 11
310 229 50 31 57
Juli Juli Juli Juli
2009 2009 2009 2009
Bijlage IV Bilaterale overeenkomsten ERASMUS Levenlang Leren programma KONINKLIJKE ACADEMIE faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving
De Koninklijke Academie heeft in 2008 in het kader van het Europese Erasmus Levenlang Leren programma bilaterale overeenkomsten met: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
École de Recherche Graphique, Brussels Hogeschool Gent, Gent Danmarks Designskole, Copenhagen Royal Danish Academy of Fine Arts, Copenhagen Lahti Polytechnic, Lahti University of Art & Design, Helsinki University of Lapland, Rovaniemi Paris Institute of Art and Design Duperré, Paris Paris Institute of Art and Design Estienne, Paris Fachhochschule Darmstadt, Darmstadt Hochschule für Künste, Bremen Muthesius Kunsthochschule, Kiel Hochschule für Gestaltung, Schwäbisch Gmünd Kunsthochschule Berlin-Weißensee, Berlin Universität Duisburg-Essen, Essen Staatliche Akademie der Bildenden Künste, Karlsruhe Athens School of Fine Arts, Athens Academy of Fine Arts Praha Academy of Arts, Architecture and Design Praha Hungarian Academy of Fine Arts, Budapest Accademia di Belle Arti Pietro Vannucci, Perugia Accademia di Belle Arti di Carrara, Carrara Akademia Sztuk Pięknych w Warszawie, Warszawa Universidad de Barcelona, Barcelona Universidad del Pais Vasco, Bilbao Hochschule für Gestaltung & Kunst, Luzern Hochschule für Künste, Bremen Falmouth College of Arts, Cornwall Norwich School of Art and Design, Norwich University of Wales, Newport Faculty of Fine Arts Marmara University, Istanbul Mimar Sinan University, Istanbul Izmir University of Economics, Izmir Universitat de Barcelona, Barcelona Universitat Autònoma de Barcelona/Escola de Disseny I Art, Barcelona Università di Venezia, Venezia Iceland Academy of the Arts, Reykjavík Vilnius Academy of Fine Arts, Vilnius Estonian Art Academy, Tallinn
2 8
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
3 8
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008
KONINKLIJK CONSERVATORIUM faculteit Muziek en Dans
Het Koninklijk Conservatorium onderhield in het jaar 2008 in het kader van het Europese LLP-Erasmus programma contact met de volgende Europese instellingen voor hoger muziekonderwijs: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Universität für Musik und Darstellende Kunst, Graz Universität für Musik und Darstellende Kunst, Wien Hogeschool Antwerpen/Dept. Dramatische Kunst-Muziek-Dans Erasmushogeschool/Koninklijk Conservatorium, Brussel Musik-Akademie der Stadt Basel/Hochschule für Musik & Schola Cantorum Basiliensis Hochschule der Künste, Bern Conservatoire de Musique de Genève Janáčkovy Akademie Múzických Umění v Brně Akademie Múzických Umění v Praze Universität der Künste, Berlin Hochschule für Musik ‘Hans Eisler’ Hochschule für Musik, Detmold Hochschule für Musik und Darstellende Kunst, Frankfurt Staatliche Hochschule für Musik, Freiburg im Breisgau Hochschule für Musik und Theater, Hamburg Hochschule für Musik, Köln Hochschule für Musik und Theater 'Felix Mendelssohn Bartholdy', Leipzig Staatliche Hochschule für Musik, Trossingen Det Jyske Musikkonservatorium, Århus Det Kgl. Danske Musikkonservatorium, København Rytmisk Musikkonservatorium, København Escola Superior de Música de Catalunya, Barcelona Conservatorio Superior de Música de Salamanca Eesti Muusikaakadeemia, Tallinn Conservatoire National Supérieur Musique et Danse de Lyon Conservatoire National Supérieur de Musique et de Danse de Paris Conservatoire National de Région, Paris Ionian University/Department of Music Studies, Corfu Liszt Ferenc Zenemüvészeti Egyetem, Budapest Conservatorio di Musica di Perugia Conservatorio Statale di Musica 'Giuseppe Verdi', Torino Conservatorio di Musica 'Benedetto Marcello', Venezia Lietuvos Muzikos ir Teatro Akademija, Vilnius Jāzepa Vītola Latvias Mūzikas Akadēmija, Riga Universitetet i Bergen Norges Musikkhøgskole, Oslo Høgskolen i Tromsø, Avdeling for Kunstfag - Musikkonservatoriet Instituto Politécnico de Lisboa/Escola Superior de Música de Lisboa Akademia Muzyczna im Karola Szymanowskiego, Katowice Akademia Muzyczna w Krakowie, Kraków Akademia Muzyczna im I. J. Paderewskiego w Poznaniu Universitatea Naţională de Muzică Bucureşti Göteborgs Universitet Lund Universitet/Malmö Musikhögskolan Kungliga Musikhögskolan i Stockholm Sibelius-Akademia, Helsinki Stadia/Helsingin Ammattikorkeakoulu Royal Academy of Music, London Trinity College of Music, London Royal College of Music, London Guildhall School of Music & Drama, London
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Postbus 11670 2502 AR DEN HAAG
4 8
Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Bestuurlijk jaarverslag 2008