Fiche 1: Het belang van SOM SOMeWHERE OVER THE RAINBOW Het Chirokader bestaat uit de gewesten, verbonden en nationale commissies. Zij staan in de eerste plaats ten dienste van onze plaatselijke groepen. Als zij de wagens zijn, is het kader de weg. Wij proberen ze een goed traject te laten volgen, en zorgen ervoor dat ze niet van de weg geraken. Als er zo nu en dan een wagen uit de bocht dreigt te vliegen, proberen we hen te helpen. Gewesten en verbonden doen hun best om die groepen te ondersteunen, loodsen hen door de problemen heen naar mooiere tijden. We helpen hen om te overleven. Dat noemen we SOM: ze bieden namelijk Steun Op Maat van onze groepen. Een mogelijk leidingstekort? Een aanslepend tekort aan leden of een geval van drankgebruik dat volledig uit de hand dreigt te lopen? Het zijn allemaal voorbeelden van hoe een gewest SOM kan toepassen bij zijn groepen. Met dit SOM-traject willen we gewesten ondersteunen om hun taak zo goed mogelijk uit te voeren. Op kader.chiro.be vind je heel wat info over Steun Op Maat. Zoek rustig op, kijk in de online brochures en probeer voor het specifiek probleem van jouw Chirogroepen een gepast antwoord te vinden.
SOMeWAY OR THE HIGHWAY: Over het SOM-traject Het SOM-traject is een verzameling methodieken om je SOM-taken tot een goed einde te brengen. Je kunt er je groepen beter mee leren kennen, doelstellingen opstellen voor je groepen en peters en meters verdelen. Kies zelf wat je bruikbaar, doenbaar en/of leuk vindt om met jouw gewest of verbond te doen. We hebben al een voorbeeldtraject gemaakt van hoe jullie SOM-jaar er kan uitzien. Misschien kunnen jullie deze weg volgen? Augustus-september: de groepen leren kennen September-oktober: de peter-meterverdeling Oktober-juni: de groepen helpen Mei-juni: het SOM-spel Juli: evaluatie van de actiepunten
In deze doos vind je: Een fiche met uitleg over de methodieken Het blitse SOM-spelbord Racekaarten om vaststellingen op te formuleren en op het bord te kleven Keuringsbewijzen om de actiepunten te evalueren.
Colofon Deze brochure is het resultaat van het denkwerk van de commissie Continuïteit van Chirojeugd-Vlaanderen vzw, Kipdorp 30, 3000 Antwerpen. Werkten mee aan deze publicatie: Karen Thibo, An Verdeyen, Maaike Bruwaert en Simon Kenens. Taalcorrectie door Bart Boone en vormgeving door Valerie Vanderlooy. Druk: drukkerij Bulckens Wettelijk Depot: D/2011/2909/11
Met steun van de Vlaamse Gemeenschap
met steun van de Vlaamse gemeenschap
Groetjes De commissie Continuïteit
Fiche 2: Groepen leren kennen SOMe SAY IT’S HOLDING ON THAT MAKES OTHERS STRONGER In het begin van het jaar is het belangrijk dat je je Chirogroepen goed leert kennen. Zo weet iedereen over welke groep je praat, waar hun lokalen zijn en wie er de lakens uitdeelt. Het is vooral belangrijk om jullie nieuwe gewestleiding de kans te geven om de andere groepen en hun gebruiken te leren kennen. Als je nog geen idee hebt welke groep je beter wilt opvolgen als peter of meter helpt dit zeker om een goede keuze te maken.
Alles over peter-meterverdeling kan je vinden op fiche 4
Een-tegen-allen Voorbereiding: Pas het spel aan naargelang de grootte van je gewest, het aantal Chirogroepen, de tijd die je hebt. Andere opdrachten zijn zeker mogelijk! Je kan dit spel een weekend laten duren, of enkele weken. Iemand van het gewest kan spelleiding zijn, maar misschien is het wel leuk om daar een oud-gewestmedewerk(st)er of de meter/peter vanuit het verbond voor in te schakelen. Geef je voor alle groepen dezelfde vragen en opdrachten? Je kunt het lijstje per groep aanpassen aan hun situatie. Je kunt er ook opdrachten in steken waarbij de gewestploeg samen iets moet doen, kwestie van ‘je team te builden’. Speluitleg De gewestleiding / ex-gewesters / het verbond/ ... stelt jullie voor een uitdaging. Zij denken dat jullie er niet in slagen al deze opdrachten binnen de tijd te volbrengen. Neem de uitdaging aan en werk samen om ze het tegendeel te bewijzen. Splits jullie op in groepjes. Zo wordt het ook nog eens een strijd tegen elkaar, wat het extra spannend maakt.
De opdrachten: 1. Neem een foto van elke leidingsploeg in het gewest. 2. Verzamel de handtekeningen van de VB’s uit jullie gewest. 3. Laat een gewestteken achter in elk Chirolokaal en neem een foto als bewijs. 4. Probeer zoveel mogelijk leiding te fotograferen van je gewest. Let wel: ze mogen zich niet in of rond het Chirolokaal bevinden en ook geen Chirokleren dragen. 5. Maak een Facebook-pagina aan van het gewest en verzamel honderd fans in twee dagen tijd (als je al een Facebook-pagina had, kun je werken met ‘nieuwe fans’). 6. Doe de polonaise met dertig leiders en leidsters in Chirokleren. 7. Kom de volgende zaken te weten over iedereen in de leidingsploeg van vier van jullie groepen. a. Huidige afdeling b. Hoeveel jaar al in de Chiro (lid + leiding) c. Favoriete Chirospel d. Favoriete Chirolied e. Favoriet kampthema f. De verjaardagen van iedereen van de leiding 8. Kom de volgende zaken te weten over de Chirogroep a. Hoeveel leden (totaal) b. Hoeveel leden (per afdeling) c. Verdeling anciens-groentjes in de leiding 9. Natuurlijk verzin je zelf nog wel enkele leuke opdrachten voor je gewest. Voel je even weer ribbel. Kijk wat er met je gewesters gebeurt als elke opdracht je dichter naar een verstopte schat leidt.
Kwiske? Graag!
Doe je het liever wat rustiger aan? Organiseer dan eens een kwis met de gegevens die je vindt in de SOM-fichebak. Hieronder staat welke gegevens je daar onder andere kunt vinden. Adres – naam groepsleiding – wie staat bij welke afdeling? – Hoe evolueert hun GTP-cijfer? – hebben ze een website? – VB’s van de laatste tien jaar – leeftijd van de leiding – zijn ze met genoeg leiding? – stamnummer – welke cursussen volgde de leiding? – wie is de eigenaar van de lokalen? – verhuren ze hun lokalen? – Wat zijn de grootste problemen van de groep als het op infrastructuur aankomt? – ...
2
SOM-Fichebak? Chirojeugd Vlaanderen ontwikkelde een leuke tool om al je gegevens over Steun Op Maat online te bewaren. Alle info hierover vind je op de kadersite, ga zeker eens kijken!
Natuurlijk kun je ook vragen stellen over wat je op hun eigen website te weten komt.
Voetbalkwis Verdeel de gewestploeg in twee ploegen. Laat de deelnemers hun stoelen plaatsen zoals een aanvallende voetbalploeg opgesteld wordt: je begint achteraan met een keeper, daarvoor staan twee verdedigers, vervolgens drie aanvallers. Stel de ploegen in spiegelbeeld tegenover elkaar op. Speluitleg Heb je meer spelers? Dan is de algemene regel: maximum vier rijen, en zo weinig mogelijk spelers per rij! Ploeg A zegt een nummer en de naam van iemand op de eerste rij van ploeg B, en gooit dan de bal naar die speler. Bij die nummers hoort een vraag, dus zeg op voorhand welke ze mogen gebruiken. Bijvoorbeeld: “Leen, 33.” De begeleiding leest vraag 33 voor. Kan Leen ze beantwoorden, dan heeft ze goed verdedigd. Zij mag dan de bal naar iemand van de eerste rij van ploeg A gooien, waar dat stramien herhaald wordt. Als de speler van de eerste rij het antwoord niet kent, mag de aanvaller de bal een rij verder gooien en een nieuwe vraag kiezen. Zo probeer je voorbij de keeper te geraken en dus te scoren. De ploeg die een doelpunt geslikt heeft, mag aftrappen. Eerst wisselen wel alle spelers – van beide ploegen – van plaats binnen hun team. Ze moeten daarbij sowieso op een andere rij gaan zitten.
Misschien is dit wel een ideaal moment om aan de nieuwe gewestmensen uit te leggen waar GTP voor staat. Dat is de afkorting van Gezond Toekomstperspectief. Het is een statistische berekening (een cijfer dus) die een idee geeft hoe groot de kans op een toekomstig leidingstekort is. Meer info hierover vind je op de kadersite.
Mag het wat actiever?
Dat kan natuurlijk ook. Voorzie per Chirogroep kaartjes met enkele sets van gegevens. Daarmee kun je de meest actieve dingen doen. Het doel is altijd hetzelfde: de kaartjes sorteren. Met sets van vier gegevens kun je ‘levend stronten’. Met een set van zes kun je zelfs een heel uitgebreid bosspel in elkaar steken, met posten en kaarten, trollen en heksen, wat je maar wilt. De mogelijkheden zijn eindeloos.
Levend stronten
Je maakt verschillende sets van vier gegevens over de verschillende groepen op kaarten of papiertjes. Afhankelijk van het aantal kwartetten maak je groepjes van één, twee of drie personen. Op een bepaald tijdstip schuift elke speler of elk groepje een kaart door die je niet nodig hebt en waar je dus geen kwartet mee wilt vormen. Dit gaat zo door tot één ploegje een kwartet heeft. Zij denken dat ze de juiste informatie over een bepaalde groep hebben. Iemand van de ploeg loopt dan zo snel mogelijk naar een afgesproken plaats. Daar legt die persoon zich neer (op een matras). De anderen volgen en vervoegen de mensenhoop. Wie als laatste op de hoop ligt, krijgt strafpunten of moet een opdracht doen.
Rondgang.
Naast kwissen of stronten kan je natuurlijk ook gewoon langsgaan bij de groepen uit je gewest. Tijdrovend, maar als je het goed aanpakt, haal je er zeker de meerwaarde uit. Je zoekt een aantal vrijdag- of zaterdagavonden uit waarop de leidingskringen plaatsvinden en je stippelt een rondje uit voor elke mogelijke avond. Je probeert best een drietal groepen per avond te doen. Je stapt natuurlijk niet zomaar binnen bij die groepen: neem een spel- of pretpakket mee (of de gespreksstarters), doe een leuke (en/of korte) activiteit met de hele ploeg of geef ze een uitdaging mee die ze moeten volbrengen tegen een bepaald moment. Die uitdaging kan iets te maken hebben met het jaarthema, kan iets ludieks zijn, ... kortom: alles is mogelijk. Langsgaan is een heel leuke manier om de groepen te leren kennen. Gewoon doen dus!
3
Fiche 3: GROEPEN HELPEN Help SOMone Ondertussen ken je je groepen al iets beter. Tijd voor actie! Tenslotte zit je in het gewest om groepen te helpen. Om goede hulp te bieden, pak je de problemen wel best zo gericht mogelijk aan. Vorig jaar speelden je voorgangers van het gewest het SOM-spel. Ze hebben hierbij verschillende vaststellingen geformuleerd per groep. Wat viel er op en waar wilden ze eigenlijk volgend jaar iets mee doen? Is dit de eerste keer dat jullie hiermee aan de slag gaan? Dan heeft de vorige ploeg natuurlijk nog geen vaststellingen geformuleerd. Je kunt dat makkelijk oplossen: a) Ga naar fiche 5 en doe het SOM-spel. Je kunt het ook in verkorte vorm doen! OF b) Bepaal met wat jullie weten een aantal vaststellingen per Chirogroep. Fiche 6 kan jullie op weg helpen.
Hoe formuleer je goede actiepunten? Specifiek en meetbaar Omschrijf het actiepunt duidelijk en concreet. Het moet een actie, gedrag of resultaat beschrijven waaraan een getal, bedrag, percentage of ander kwantitatief gegeven verbonden is. Een heldere doelstelling geeft antwoord op de volgende vragen: Wat willen we bereiken? Wie is erbij betrokken? Waar gaan we het doen? Wanneer gebeurt het? Welke delen van de doelstelling zijn essentieel? Waarom willen we dat doel bereiken? Iedereen van de gewestploeg moet een duidelijk verband zien tussen de doelstelling en de activiteiten die van hen gevraagd worden. Simpelweg: iedereen moet weten wat ze moeten doen. Naarmate de doelstelling preciezer geformuleerd is, wordt het makkelijker er invulling aan te geven. Enkele voorbeelden Bij Chiro De Pagadders waren er vorig jaar maar vijf speelclubbers op zondag. Ze gingen dan ook maar met vijf speelclubbers op kamp. Actiepunt: We streven ernaar dat Chiro De Pagadders op zondag met tien speelclubbers activiteit heeft en dat ze met acht speelclubbers op kamp gaan. We betrekken de leidingsploeg bij dat doel. Bij Chiro Jijippeke start er volgend jaar een nieuwe leidingsploeg, met vijf mensen die elkaar niet kennen.
Nu is het aan jullie om die vaststellingen in concrete actiepunten te gieten.
Actiepunten?
Actiepunten geven weer wat het eindpunt is dat je wilt bereiken. Als je eenmaal ziet wat het probleem kan zijn, werk je via de actiepunten naar je doel. Goede actiepunten helpen je om gericht te werken. Goede actiepunten formuleren heeft een aantal voordelen: Je maakt een realistische inschatting van de haalbaarheid. Nemen we niet te veel hooi op onze vork? Je schept duidelijkheid en vermijdt misverstanden over waar je wel en niet naar streeft. Een goede actieformulering zorgt er meteen voor dat je als gewestploeg op één lijn staat. Je krijgt een houvast voor evaluatie (zie fiche 6). Als het in het begin duidelijk was waar je naartoe wilde werken, kun je dat op het einde ook gemakkelijker evalueren. Je hebt een realistisch vertrekpunt voor het verloop van je SOM-acties tijdens het jaar.
Actiepunt: het gewest organiseert dit jaar twee ploegvormende activiteiten voor de hele leidingsploeg van Chiro Jijippeke. We streven ernaar om die alle twee in het eerste trimester te organiseren, zodat de ploegvorming snel op gang komt.
Realistisch en inspirerend Is het actiepunt haalbaar? Kan het gewest daadwerkelijk het resultaat beïnvloeden? Dat is belangrijk, want een onbereikbaar doel motiveert mensen niet. Een te makkelijk doel is ook niet interessant, omdat het mensen niet uitdaagt en geen bevrediging oplevert. Als de gewesters iets extra’s moeten doen om het doel te realiseren, voelen ze zich achteraf trots en dat geeft nieuwe energie voor het volgend werkjaar. Durf als gewestploeg een uitdaging aan te gaan!
4
Heeft de gewestploeg voldoende knowhow, capaciteiten, middelen en bevoegdheden? Zo niet, dan kan ze op zoek gaan naar extra informatie. Je kunt methodieken en tips vragen aan het verbond of een kijkje nemen in de methodiekendatabank die je op de kaderwebsite vindt. Verbond Brussel maakte een SOM-site voor gewesten waar ze per thema heel wat methodieken en achtergrondinfo kunnen vinden over verschillende SOM-thema’s: www.verbondbrussel.be/category/som
kader.chiro.be
Ook op de kaderwebsite (kader.chiro.be) vind je enorm veel info over str het rustig door en versp ategieën om SOM-proble reid het voor je SOM-ve men te tackelen. Lees rgadering. Zoek iets op lijk vind je zo de juiste str en deel je kennis met de an ategie om jouw groep in dere gewesters. Hopenood te helpen. Betrek zoveel mogelijk de leiding bij dat denk werk Als gewest werk je best mét de leidingsploeg, zo dat ze ook zelf sterker wo ken. Het gewest geeft de rden en de groep (opnie leiding met andere woord uw) zelfstandig kan weren de kans om alles wat om jullie actiepunten vo jullie doen ook te leren. or die Chirogroep aan de Het is daarom goed leidingsploeg door te ge ven. Ontdek gratis tips op de kaderwebsite Als je op het SOM-spelb ord de plaats van de gro ep bekijkt – misschien ha dat meerdere groepen ngt de racekaart nog op zich in hetzelfde kwadran de juiste plaats – zie je t bevinden. Vaak kamp der vind je enkele algem en die groepen met dezelfde ene tips over de verschil problemen. Hieronlende groepen. Hopelijk formuleren. kan dat je inspireren om de juiste actiepunten te Schrijf jouw routeplan ner In de SOM-fichebak vin d je een plaats om jouw actiepunten voor elke gro de belangrijkste gegeve ep te registreren. Zo ho ns bij, maar hou je ook u je niet alleen voor jezelf je verbond en Chirojeugd lende actiepunten wie erv Vla anderen op de hoogte. oor verantwoordelijk is Noteer bij de verschil(over peter-meterwerking een effectieve planning lees je alles op de volge van de route die jullie dit nde fiche). Zo creëer je jaar met het gewest en jullie groepen zullen afl eggen. Actiepunten voor het gewest Je hebt nu actiepunten voor jullie groepen. Best bespreek je ook eens de er bij meerdere groepen meest voorkomende in fout? Die actiepunten ve je hele gewest. Wat loo rdienen extra aandacht dienen om jullie gewesta pt dit jaar. Ze kunnen bijvoorb vonden in elkaar te bokse eeld als leidraad n.
naar vormende ploegen niet veel gs in id le e nd ille ch t een actie voor Stel dat vers n je daar als gewes ku n ut op Da . en m ko al groepen iets fo activiteiten opt er bij een aant lo n over ie nd ch vo iss ta m es Of w uitwerken. daar een ge je n ku en n ve er iding w het gebied van le organiseren.
5
Fiche 4: peter/meter? We can’t help everyone, but everyone can help SOMeone DE PETER-METERVERDELING De verantwoordelijkheid om groepen bij te staan, draag je met het hele gewest. Toch kan het zijn dat je de groepen wilt verdelen over verschillende personen. Dan kan een petermetersysteem heel handig zijn. Je bent dan verantwoordelijk voor één of enkele Chirogroepen in je gewest. Om tot een juiste verdeling te komen, geven we hier wat vragen mee en methodieken om ze in groep te bespreken. Verdelen maar.
vragen i. Meter/peter zijn van je eigen Chirogroep of niet? ii. Kunnen groepen van dezelfde gemeente gecombineerd worden? iii. Wat is volgens jullie het beste: met z’n drieën drie groepen onder je hoede nemen, of elk één groep? iv. Als je per twee bij een groep kunt staan: combineer je dan een nieuwe en een ervaren gewester? v. Zet je nieuwe gewesters bij sterke groepen of kies je eerder voor een nieuwe wind? vi. Heeft elke groep een peter of meter nodig? vii. Heeft elke groep er evenveel nodig? viii. Als iemand uit het gewest nog actief is in een Chirogroep, is die dan automatisch peter of meter van die groep? ix. Gewesters die meer tijd hebben, nemen die meer groepen?
Methodieken i. Het Parlement Verdeel de groep in twee ploegen. De begeleid(st)er van Het Parlement lanceert een stelling. Beide groepen bedenken argumenten - de ene voor, de andere tegen - en verdedigen hun standpunt. Het is ook de bedoeling dat ze tegenargumenten bedenken wanneer de andere iets zegt. Wie aan het woord wil komen, gaat rechtstaan - de eerste die dat doet, krijgt de beurt.
kader.chiro.be
ii. Een Piramidediscussie Eerst discussieer je per twee over vijf stellingen. Noteer je bevindingen op een kaart. Daarna ga je per vier bijeenzitten en bespreek je elkaars kaarten. Samen kom je tot nieuwe inzichten, die je op een andere kaart noteert, in een andere kleur. Daarna ga je weer met twee groepjes bijeenzitten, dus met acht personen, en bespreek je de stellingen nog eens. Zo gaat het verder tot je uiteindelijk twee groepen overhoudt. Die kiezen elk een afgevaardigde om hun standpunten naar voren te brengen. De twee afgevaardigden bespreken de uitkomst van alle stellingen en doen een voorstel voor de peter-meterverdeling. Zo zet je gericht mensen bij de verschillende groepen, met argumenten van heel de ploeg. iii. De Lege stoel Maak twee kringen van stoelen: drie of vier in de binnenste kring, de rest errond. Als je met velen bent, mag je er meer in het midden zetten. In de middelste kring moet er één stoel vrij blijven, op de andere gaat er iemand zitten. De rest neemt op de stoelen errond plaats. Lees een stelling voor. De mensen in de binnenste kring mogen hun mening geven en met elkaar in discussie gaan. Wil iemand uit de buitenste kring ook graag iets zeggen, dan mag hij of zij plaatsnemen op de lege stoel. Voor je gaat zitten, duid je iemand van de binnenste kring aan die naar de buitenste kring verhuist. Daarna gaat de discussie verder. Is de discussie afgerond, dan lees je een nieuwe stelling voor. Eventueel kun je telkens eerst allemaal andere mensen in het midden laten plaatsnemen. iv. De Lijn Teken ergens een lijn, en deel die in van één tot tien. 1 = helemaal niet akkoord en 10 = helemaal akkoord. Lees een stelling voor. Iedereen gaat op de lijn staan, naargelang de mate waarin ze wel of niet akkoord gaan. Vraag eventueel aan een aantal mensen om hun positie te verduidelijken. Meer info over peter-meterwerking vind je op de kaderwebsite. Je vindt er ook een leuke verzameling gespreksstarters om aan je groep cadeau te doen. Zo hoef je in ieder geval nooit met lege handen hun lokaal binnen te stappen en weet je direct waarover te babbelen.
6
Fiche 5: Het SOM-spel In Want of SOMething Met behulp van een leuk spelbord ga je nu op zoek naar de plaats van jouw peter- of metergroep binnen het gewest. Hoe goed zijn ze bezig en bereiken we hen genoeg? Uiteindelijk heb je een mooi zicht op welke groepen jullie hulp kunnen gebruiken en hoe dringend dat is.
Speluitleg
We komen tot het bord door enkele vragen op te lossen. Je kan dit doen door de identiteitskaart in te vullen (online of op papier), door de racekaarten vol te kleuren of via de kortere ja-neeversie. Op het spelbord staan twee assen. De horizontale is die van de Chirogroep, de verticale is de gewestas. Zo is het spelbord verdeeld in vier kwadranten. Aan de hand van je antwoorden op de identiteits- of racekaarten duid je aan waar de groepen zich bevinden op beide assen. Zo zie je in welk kwadrant ze passen, en dus tot welk type ze behoren. Hoe verder ze van het middelpunt verwijderd zijn, hoe explicieter de kenmerken van dat type aanwezig zijn. Roestbak of pussywagon?
Punten tellen! Identiteitskaart
Beantwoord de vragen naar eigen aanvoelen. Als je met het hele gewest elke groep tegelijk overloopt, gaat het sneller vooruit en kun je de verschillende scores beter tegen elkaar afwegen. Zowel de gewest- als de groepsvragen staan op een totaal van 100 punten. Naargelang het belang van de vraag zijn er meer of minder punten toegekend. Wat als een vraag niet van toepassing is? Het kan zijn dat er bijvoorbeeld gevraagd wordt naar een gewestactiviteit die jullie niet organiseren. In zulke gevallen geef je de helft van van de punten, dus bijvoorbeeld 5/10. Wat als je het antwoord op een vraag niet weet? Bij de groepsvragen kan het gebeuren dat je het antwoord op de vraag niet kent. Ook hier geef je de helft van de punten, maar je moet onderaan op de ID-kaart ook een ‘weet niet’-bolletje inkleuren. Wanneer de ID-kaart volledig ingevuld is, tel je de ingekleurde ‘weet niet’-bolletjes.
Op basis daarvan krijgt de Chirogroep een kleur toegewezen: 1-7 gekleurde bolletjes: groen (Jullie kennen de groep goed! Proficiat en houden zo!) 8-14 gekleurde bolletjes: oranje (Deze groep kennen jullie half-en-half. Misschien zijn er dingen die jullie niet weten die wel vrij belangrijk zijn (bv. een tekort bij keti’s)? Ga ernaar op zoek.) 15-21 gekleurde bolletjes: rood (Deze groep is jullie vrij onbekend. Hier moet je extra inspanningen doen om hen te leren kennen, bijvoorbeeld door een meer intensief petermeterschap.)
Online
Om tijd te besparen, en om de gegevens over de Chirogroepen met elkaar te kunnen delen, kun je de vragen ook online invullen. De SOM-fichebak is de place to be. Zo kan iedereen op het gemak thuis de vragen beantwoorden, en de website berekent automatisch de plaats van de groep op het spelbord. Heel snel en efficiënt allemaal - zeker als je weet dat de gegevens voor altijd bijgehouden worden. Zo kun je ook altijd terugkijken naar hoe het vorige jaren was. Om op de SOM-fichebak te geraken, heb je een login nodig. Vraag er een aan via www.chiro.be/gap-login.
Racekaarten Dit is een wat speelsere versie: je racet tegen je collega’s van het gewest. Verdeel de groepen over de aanwezige gewestmedewerk(st)ers. Overloop de vragen van de identiteitskaart en duid de scores aan door een deel van de weg te kleuren. Wie bereikt als eerste de verschillende tussenstops? Die gewester heeft natuurlijk een prijs gewonnen. Niet vals willen spelen is wel de boodschap, je gegevens moeten betrouwbaar zijn. Op het einde van de rit plaats je de auto van de groep op het spelbord. Als je de verschillende onderdelen telkens een andere kleur geeft, kun je ineens zien op welke punten jullie groepen niet goed scoren. Daardoor zal het ook gemakkelijker zijn om vaststellingen te formuleren. Schrijf ze zeker op je racekaart.
Gebruik verschillende kleuren voor de verschillende onderdelen, zo zie je duidelijk waar de problemen zich bevinden.
7
Wat heb je nodig? De racekaarten, de autootjes en een gigantische hoeveelheid kleurpotloden Om deze vragen te kunnen beantwoorden, moet je de GTPcijfers van jullie groepen hebben. Je vindt ze op de groepsfiches in de SOM-fichebak.
Ja-neeversie
Als je het wel over de staat van jullie Chirogroepen wilt hebben, maar je hebt niet de tijd om het SOM-spel uitgebreid te doen, dan kun je deze methodiek gebruiken. Er zijn – zoals bij de uitgebreide vragenlijst – gewestvragen en groepsvragen. Op het einde van elke reeks kun je noteren hoeveel keer je ‘ja’ antwoordde. Afhankelijk van dat aantal kan de groep op het bord geplaatst worden.
Je mag alleen met ja of nee antwoorden. “Misschien” of “half-en-half” kan dus niet. Markeer de vragen waar jullie eerder geneigd waren om “misschien” te antwoorden. Zo kun je op een ander moment actief naar het antwoord zoeken. Je kunt met de vragenlijst ook al eens bij je meter- of petergroep langsgaan. Zo ken je de antwoorden al en kun je het spel gebruiken om concrete doelstellingen vast te leggen. Het kan handig zijn om met je ploeg na te denken over de vragen en wanneer nodig afspraken te maken. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren als er gevraagd wordt naar ‘goed’ of ‘voldoende’. Wat is goed voor jullie? Wat niet? Overleggen dus. Verder is het heel belangrijk dat je bij deze methodiek consequent antwoordt bij elke vraag. Anders kun je geen vergelijkend beeld opstellen van de groep. Een ja is altijd positief en brengt de groep hoger op de assen. Zeven ja’s kan dus bekeken worden als een vlotte 7/10.
GTP?
De GTP-cijfers kunnen een blik werpen op de nabije toekomst van de groep. Hoe hoger het cijfer, hoe minder makkelijk de leden zullen doorstromen naar de leiding, en dus hoe groter de kans dat de groep binnenkort een leidingsprobleem heeft. Je kunt de GTP-index van de groepen van jouw gewest vergelijken met deze categorieën. Meer dan 100: de teoekomst van de groep is veilig, alleen een ramp kan onheil brengen. Tussen 80 en 100: Toekomst is relatief veilig, de groep kan tegen een stootje. Tussen 60 en 80: Toekomst kan vele richtingen uit, geen onmiddellijke dreiging. Tussen 40 en 60: Toekomst onzeker op middellange termijn. Tussen 20 en 40: Bedreigend op korte termijn. Minder dan 20: Groep op sterven na dood, doorgedreven reddingsactie kan dit beletten. Wat je verder ook moet weten: Het GTP-cijfer is geen beoordeling van de groep. Het zegt niets over de kwaliteit van de werking, wel over de stabiliteit naar de toekomst toe. Het cijfer wordt dus altijd aangevuld met wat jij over de groepen weet. En daarover vind je alles op Fiche 2.
Door die twee tegenover elkaar uit te tekenen, krijg je een punt in een bepaald kwadrant. Aan de hand daarvan kun je bekijken wat je verdere stappen zijn.
8
Fiche 6: Formuleren wat je ziet SOMeTIMES it is what it is Als je het spelbord nu bekijkt, zie je meteen hoe jullie groepen tegenover het gewest staan. Sommige lijk je te bereiken, andere niet. Sommige zijn goed bezig, bij andere heb je wel wat twijfels. Het is goed om die twijfels even vast te leggen. De bedoeling is dat jullie per Chirogroep drie vaststellingen formuleren die die groep kenmerken. Die zullen de basis vormen voor de gewestwerking van volgend jaar. Zo start de nieuwe ploeg niet met een leeg blad wanneer ze de groepen bespreken. Chirogroepen hebben vaak heel wat gemeenschappelijk. Vaak is er meer dan één groep in jouw gewest die een beter contact met de ouders wenst. Sommige groepen staan financieel heel sterk, andere dan weer minder. Enkele groepen zullen op zoek zijn naar nieuwe jonge leden, andere hebben er voldoende. Waar de ene groep sterk in is, kan voor de andere groep een echte uitdaging betekenen. Laat de peters en meters de drie meest belangrijke vaststellingen van hun groep eruit halen. Dat mogen zowel positieve als negatieve zaken zijn. Voorbeeld: Chiro Pako had een score van 65 op de groepsvragen en 79 op de gewestvragen bij het SOM-spel. Sarah vindt de volgende drie vaststellingen het meest typerend voor ‘haar’ Chiro Pako: Ze hebben nood aan meer dan +12 -leden. Ze hebben een leidingstekort. Ze hebben een goede leidingsploeg. Ze vult deze vaststellingen in op haar racekaart. Je kan er als gewestleiding voor zorgen dat deze racekaart meegaat naar het volgende werkjaar, zo leert de nieuwe gewestploeg snel de groepen kennen.
Je kunt die vaststellingen ook online in de routeplanner van de SOM-fichebak kwijt. Zo ben je er zeker van dat ze bewaard blijven en kun je je verbond op de hoogte stellen. Zeker doen, dus.
Bereikbare Roestbak Kenmerken van de groep De groepen in dit kwadrant zijn de zwakkere binnen jullie gewest. Op de groepsvragen hebben ze niet zo goed gescoord, dus er zijn blijkbaar wat dingen die verkeerd lopen. Dat kan gaan over leden, leiding, netwerk, enz. Bekijk de ID-kaart eens en formuleer de juiste vaststellingen op de racekaarten. Anderzijds zijn het groepen die jullie als gewest wel bereiken. Ze zijn regelmatig aanwezig op gewestactiviteiten. Mogelijkheden voor het gewest Dit zijn groepen die zeker ondersteuning nodig hebben, aangezien ze laag scoren op de groepsas. Hun toekomst is bedreigd op redelijk korte termijn. Als gewest is het voor jullie makkelijk om hier Steun Op Maat toe te passen. Jullie kennen immers de groep en jullie weten ook wat er aan de hand is, aangezien ze hoog scoren op de gewestas. Dat bespaart je al heel wat tijd en moeite, die je anders in kennismaking moest steken. Denk zeker ook aan deze leidingsploegen wanneer je op zoek gaat naar nieuwe gewesters.
Bereikbare Pimped Out, Chromed out Pussywagon Kenmerken van de groep De groepen in dit kwadrant zijn de sterkere binnen jullie gewest. Ze scoren hoog op de groepsas én op de gewestas. Dat wil ook zeggen dat ze een goede band hebben met het gewest en vaste klanten zijn op gewestactiviteiten. Mogelijkheden voor het gewest Dit zijn geen groepen die Steun Op Maat nodig hebben. Ze staan sterk en hun toekomst is niet bedreigd. Toch zijn ze zeer belangrijk. Het zijn immers de sterkere groepen die de gewestactiviteiten mee helpen opbouwen en dus onmisbaar zijn voor de algemene werking. Vaak leveren die groepen ook mensen voor het gewest, dus is het belangrijk het contact te blijven onderhouden.
9
Misschien kan zo’n sterke, bereikbare groep jullie ook helpen om een zwakkere groep te ondersteunen (bv. vraag aan de groep of zij misschien een activiteit mee willen organiseren voor een andere groep. Willen ze misschien eens samen een +12-activiteit doen met een groep die maar weinig +12-leden heeft? En hoe komt het dat zij zo sterk in hun schoenen staan? Misschien kunnen ze wel tips geven aan andere ploegen!
Mogelijkheden voor het gewest Als jullie erin slagen om die groepen nauwer te betrekken bij het gewest en dus ook bij de andere groepen, wordt iedereen daar beter van. Jullie zullen meer volk trekken op jullie activiteiten én ook deze groepen kunnen op termijn mensen afvaardigen naar de gewestploeg. Op die manier kunnen ze meehelpen aan de SOM voor de zwakkere groepen.
Verlies deze groepen zeker niet uit het oog wanneer jullie bepalen welke SOM-acties jullie allemaal doen dit jaar.
Onbereikbare Roestbak Kenmerken van de groep Dit zijn groepen die niet zo sterk staan en Steun Op Maat nodig hebben. Een groot verschil met hun bereikbare collega’s is dat dit groepen zijn die jullie als gewest moeilijk bereiken: ze komen maar zelden naar gewestactiviteiten en jullie voelen je niet erg welkom als meter of peter. Vaak zijn dit groepen die op zichzelf teruggeplooid zijn omdat ze in problemen zitten en daar wat beschaamd om zijn. Mogelijkheden voor het gewest Hier ligt de grote uitdaging voor het gewest! Jullie weten immers dat die groepen kunnen stoppen op korte termijn, maar jullie hebben geen toegang tot de groep. Je zult dus veel moeten investeren in kennismaking, langsgaan op leidingskringen en eetfestijnen, om zo het vertrouwen van de groep te winnen. Pas als dat gelukt is, kun je werk maken van Steun Op Maat. Het zal tijdsintensief zijn, maar dit zijn de groepen die SOM het meest nodig hebben.
Onbereikbare Pimped Out, Chromed out Pussywagon
Op kader.chiro.be vind je allerlei tips en duidelijke brochures om groepen te helpen.
Kenmerken van de groep Deze groepen staan stevig op hun poten. Er zijn geen grote problemen te melden. De toekomst is redelijk veilig. Het ‘probleem’ stelt zich hier op de gewestas. Deze sterke groepen hebben weinig interesse voor het gewest en zijn moeilijk te bereiken.
10
Fiche 7: SOM-acties evalueren SOMeone’s sitting in the shade today because someone planted a tree a long time ago Een heel jaar heeft de gewestploeg allerlei activiteiten georganiseerd. En misschien liepen die wat moeilijk samen met de SOM-taak van jullie gewest. Tijd dus voor een evaluatie! Ook wanneer het jaar nog maar halfweg is, kan een evaluatie veel bijdragen aan de gewestwerking. Zeker wanneer je zo positief mogelijk evalueert, kan de gewestploeg uit de evaluatie motivatie halen voor de rest van het Chirojaar.
gewesters het laten invullen tijdens de evaluatie zelf, om hun geheugen op te frissen. Alle gewesters mogen nu hun keuringsbewijs scoren. Wat liep er stroef, wat kon beter en waar ben je tevreden over? Vraag om opmerkingen te noteren die vooral het positieve benadrukken, zonder de waarheid geweld aan te doen. Overloop nu elke groep. Zijn de actiepunten gehaald of niet? En hoe zou dat komen? Nadien is het belangrijk om samen naar de toekomst te kijken. Noteer de belangrijkste punten om mee te nemen naar het komende of de rest van het Chirojaar. Hou daarbij rekening met de tips van de inleiding.
Centrale vragen bij de evaluatie: wat liep er goed en moeten we zeker nog eens doen? Uit welke fouten kunnen we leren en wat kan anders? Enkele algemene tips: Sta niet te lang stil bij wat er niet goed liep, maar leer vooral uit wat er wel goed liep! Apprecieer de uitzondering als ze een positief effect had. Ook kleine veranderingen zijn belangrijk. Zoek naar oplossingen voor de toekomst, blijf niet te lang stilstaan bij het probleem van het verleden. Zorg voor een toffe en ontspannen sfeer op de evaluatie, dat geeft motivatie om er volgend Chirojaar weer voor te gaan!
Als iets niet werkt, stop er dan mee. Als iets niet werkt, stop er dan mee en doe iets anders. Als iets wel werkt, doe er meer van. Als iets wel werkt, leer het aan (of van) een ander. 1. Het keuringsbewijs Op de fiche ‘Groepen helpen’ formuleerde je als gewestploeg een aantal actiepunten per Chirogroep. Je vindt die hopelijk terug in de SOM-fichebak en in jullie verslagen. Schrijf de actiepunten op in de linkerkolom van het keuringsbewijs – je kunt dat als gewestleiding al op voorhand doen of de
2. Gewest in de shit We spelen het kaartspel stronten. Gebruik zelfgemaakte kaartjes met trefwoorden op (bijvoorbeeld: stom, vergeten, machteloos, niet welkom, verontschuldiging, te laat, loslaten, geen goesting, enz.). Elke speler krijgt kaartjes. Je mag die bekijken. In het midden van de tafel ligt een hoop kaartjes met een cijfer op. Het cijfer drukt een aantal kilo stront uit. Tijdens het spel moet je twee kaartjes bemachtigen die je gevoel over de al dan niet behaalde actiepunten weergeven, en twee over hoe het beter had gekund. Alle spelers schuiven tegelijk een kaart die ze niet kunnen gebruiken door naar hun linkerbuur. Iedereen geeft dus een kaart weg en krijgt er eentje. Wie vier toepasselijke kaartjes heeft, klopt af op de hoop strafpunten die in het midden van de tafel ligt. De andere deelnemers kloppen ook onmiddellijk af op de eerste hand. De laatste moet een strontkaart nemen. De speler die als eerste afklopte, moet een woordje uitleg geven bij de gekozen woorden. 3. Wij zijn goed bezig Deel de gewestploeg op in twee groepen. Om de beurt doen ze een uitspraak over het onderwerp ‘het gewest & onze groepen’, de ene ploeg een positieve, de andere een negatieve.
11
Voorbeelden: + Chiro Kapelle was na lange tijd nog eens aanwezig op IK. - Chiro Bodegem werd naar huis gestuurd op IK. + Chiro Herenthout heeft drie nieuwe leden bij de keti’s. - Het ledenaantal van Chiro Staden daalt. + Het gewest ging langs op de fuif van Chiro Heilig Hart. - Chiro Liedekerke wil geen contact hebben met het gewest.
Belangrijk! Je mag alleen dingen opnoemen die waar en relevant zijn. Een bepaalde Chirogroep heeft misschien wel een knappe leidster, maar dat is niet relevant in deze evaluatie. Iemand van de ploeg noteert alle positieve en negatieve dingen op een flap. De ploeg die uiteindelijk geen nieuwe zaken kan aanbrengen, heeft verloren. Wat op de flappen staat, kun je gebruiken voor de nabespreking.
Nabespreking: Zijn jullie dingen vergeten te vermelden tijdens het spel? Zijn er nog relevante dingen te melden? Zien we gelijkaardige onderwerpen zowel in de positieve als in de negatieve lijst voorkomen, of zien we tegenstrijdigheden? (bv.: voldoende leiding – leidingstekort) Wat kunnen we hiermee aanvangen? Zijn er mogelijkheden voor de groepen om elkaar te helpen? Waar kan het gewest helpen? Zijn er negatieve zaken die vaak terugkomen? Wat kunnen we veranderen? Hoe kan het gewest hierop inspelen? De positieve elementen die vaak terugkomen: hoe komt het dat die er zijn? Wie of wat heeft daar invloed op? Zijn er groepen die niet in ons lijstje voorkomen? Of alleen maar negatief? Hoe kan dat? Wat kunnen we eraan doen? Waar hebben wij als gewest invloed op gehad in deze lijst?
Dat Chiro Schepdaal drie nieuwe keti’s heeft, is te danken aan een wervingsactie samen met het gewest. Het gewest heeft een positieve invloed. De vorige gewestploeg liet Chiro Liedekerke links liggen. Het gewest heeft een negatieve invloed. Dat Chiro Kapelle op IK was, komt doordat hun VB hen verplicht heeft. Het gewest heeft dus geen invloed.
Na deze evaluaties kunnen jullie als gewest de actiepunten herbekijken. Hebben de opgestelde doelen nog zin? Zijn ze bereikt? Welke nieuwe noden dringen zich op?
12