Evaluatie en herijking minimabeleid gemeente Diemen
0. Samenvatting.______________________________________________________________3 1. Voorwoord/leeswijzer._______________________________________________________4 2. Inleiding._________________________________________________________________5 3. Speerpunten van het coalitieakkoord.___________________________________________6 4. Wat is armoede ?___________________________________________________________6 5. Hoe is het huidige armoedebeleid vormgegeven ?_________________________________8 6. Mag de gemeente gedifferentieerd beleid voeren ?_________________________________8 7. Waar ligt de beleidsvrijheid van de gemeente in brede zin ?_________________________9 Materieel of immateriële ondersteuning ?.............................................................................. 9 Maatwerk of generiek beleid ?................................................................................................9 Eigen initiatief of eigen verantwoordelijkheid voor gebruik van diverse regelingen?...........9 Ligt de nadruk op werk of op inkomen, zorg en welzijn?.................................................... 10 Welke verhouding tussen uitvoeringskosten en kosten van verstrekkingen is wenselijk?...10 Welke inkomensgrens en eigen bijdrage worden gehanteerd?.............................................10 Zijn er doelgroepen of problemen waarvoor (extra) voorzieningen noodzakelijk zijn?.......10 Met welke andere beleidsterreinen moet het armoedebeleid worden afgestemd?................10 Voert de gemeente preventief en/of curatief beleid voor (dreigende) schulden?.................11 Zijn er noodzakelijke kosten die niet uit de bijstandsnorm kunnen worden betaald?..........11 Welke doelstellingen worden geformuleerd?....................................................................... 11 Hoe gaat de gemeente om met particuliere initiatieven, bv de voedselbank?......................11 Is maatschappelijke participatie een doelstelling in het armoedebeleid?..............................11 Kiest de gemeente voor keuzevrijheid van de burger, of bepaalt de gemeente voor welke kosten burgers een vergoeding kunnen krijgen?...................................................................12 8. Wat kan verbeterd worden ?_________________________________________________13 9. Financiële paragraaf. _______________________________________________________14 10. Voorstellen._____________________________________________________________16 Bijlagen: __________________________________________________________________18 Standpunten en voorstellen cliëntenraad...............................................................................18 Armoede in Diemen, cijfers en aantallen._________________________________________22 WWB - Normen_____________________________________________________________24
2
0. Samenvatting. De nota herijking minimabeleid is bedoeld om de raad inzicht te geven in het door het college gevoerde armoedebeleid op het gebied van inkomensondersteuning. Er wordt een historisch overzicht gegeven qua aantallen aanvragen, uitgaven etc. In de nota wordt kort toegelicht op welke wijze momenteel invulling wordt gegeven aan het minimabeleid, en welke beleidskeuzes daaraan ten grondslag liggen. Op basis daarvan kan de raad zich een oordeel vormen over het huidige niveau van armoedebeleid op het gebied van inkomsensondersteuning. In de nota wordt vevolgens kort ingegaan op de belangrijkste kaderstellende beleidskeuzes. Daar waar mogelijk, en in de visie van het college noodzakelijk, worden aanpassingen geadviseerd. Belangrijkste conclussie van de nota is dat de grootste uitdaging qua verbeteringen ligt in de detectie, comunicatie, verruiming en het wegnemen van drempels om niet-gebruik tegen te gaan. De belangrijkste verbetervoorstellen richten zich dan ook op deze onderwerpen (detectie-bedrijfsvoering-communicie-en aanpassing/verruiming van de regelingen).
3
1. Voorwoord/leeswijzer. Drie jaar na de invoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB) hebben de raad en het college gevraagd om een herijking van het minimabeleid. Zo kan een uitspraak worden gedaan over het niveau van het minimabeleid in Diemen, en kunnen raad en college besluiten nemen over het bijstellen of aanpassen van het minimabeleid. De speerpunten in het college akkoord 2006/2010) worden meegenomen in de beleidsvoorstellen. Deze notitie is tot stand gekomen in samenspraak met de cliëntenraad. Bij het schrijven is gebruik gemaakt van de onlangs verschenen uitgave “gemeentelijk armoedebeleid” van SGBO, StimulanSZ en het ministerie van SZW en het rapport “de cirkel doorbreken” van de gemeente Tilburg. Aan het rapport “gemeentelijk armoedebeleid” zijn de in hoofdstuk 7 geformuleerde beleidsvragen ontleend. Om een duidelijk kader te scheppen wordt in het derde hoofdstuk ingegaan op de speerpunten van het coalitie akkoord. Het vierde hoofdstuk behandelt een definitie van armoede. In het vijfde hoofdstuk wordt ingegaan op de huidige stand van zaken, hoe is inkomensondersteuning/minimabeleid tot op heden vormgegeven. Het zesde en zevende hoofdstuk verkennen de beleidsvrijheid van de raad en het college. Welke keuze kunnen de raad en het college maken ?, en waar ligt nog rek en nieuwe mogelijkheden? Op basis van deze verkenning in relatie tot de huidige stand van zaken worden aan de raad in hoofdstuk acht aanbevelingen gedaan voor het vernieuwde beleid, uiteraard in combinatie met een financieel plaatje (hoofdstuk negen). Zo kan een inhoudelijke discussie tussen raad en college worden gevoerd over de nieuw te varen koers. Na vaststelling van de herijking met bijgaande raadsvoorstellen kan het nieuwe beleid worden verwerkt in de uitvoeringsprotocollen van WIZ. Voorgestelde aanpassingen van de bedrijfsvoering zijn niet van de ene op de andere dag geregeld, deze zullen in 2007 plaatsvinden. Deze herijking richt zich dus vooral op de door de gemeente uitgevoerde regelingen en voorzieningen in het kader van het minimabeleid/inkomensondersteuning. Na invoering van de WMO zou het armoedebeleid in breder perspectief omschreven en geëvalueerd kunnen worden. In het kader van armoedebeleid kan bijvoorbeeld ook gekeken worden naar het gezondheidsbeleid en de per 1 januari 2007 in te voeren Wmo, naar activiteiten op het gebied van reïntegratie, sociale activering en vrijwilligerswerk, inburgering van oud- en nieuwkomers, maatschappelijke opvang en verslavingszorg, jeugdbeleid en volwasseneneducatie. Over de voortgang van reïntegratie en sociale activering, het verlengde van het armoedebeleid, is de raad inmiddels apart geïnformeerd. Voor wat betreft de overige beleidsvelden is dit nu niet zinvol. Deze zijn bij de invoering van de WMO door de raad behandeld en zijn nu nog niet uitgekristalliseerd.
4
2. Inleiding. Armoede is een complex verschijnsel. Vaak gaat het niet alleen om een tekort aan inkomsten, maar ook het gevoel niet mee te kunnen doen. Er ligt een duidelijke relatie tussen deze twee problemen. De gemeente heeft middelen om hier wat aan te doen. Deze nota is bedoeld om inzicht te geven over armoede op het gebied van inkomen in de gemeente Diemen en om tot voorstellen te komen om het armoedebeleid te verbeteren. Er ligt een zeer delicate relatie tussen de hoogte en het niveau van inkomensondersteuning en de prikkels om mensen aan het werk te helpen. Hoe ruimer het minimabeleid van opzet, hoe moeilijker het wordt om mensen vanuit de WWB aan het werk te krijgen. Om deze twee uitersten in balans te krijgen is het noodzakelijk dat de uitvoering van het minimabeleid in breder perspectief wordt getrokken. Voor wat hoort wat ! De gemeente kan tijdelijk ondersteunen om de gevolgen van een laag inkomen op te vangen. In de visie van het college blijft werk het beste middel tegen armoede. Van de klant mogen we verwachten dat hij zich inzet om de oorzaken weg te nemen, er alles aan doet om uit zijn benarde situatie te komen. Daarvoor wordt het werkdeel ingezet. Na gesprekken met de ouderenbonden, de cliëntenraad, vertegenwoordigers van de voedselbank en uitvoerende consulenten blijkt dat er enerzijds onbekendheid is met inkomensondersteunende voorzieningen bij niet-clienten, anderzijds worden hoge drempels ervaren om gebruik te maken van de voorzieningen. Ook schamen mensen zich om gebruik te maken van deze voorzieningen, en is het vaak moeilijk om de stille armoede te detecteren. In de visie van het college is bij het opnieuw formuleren van minimabeleid de grootste winst te behalen in communicatie van de bestaande regelingen, het intensiever inzetten van de tweede lijn en werken aan beeldvorming door het anders benoemen (geen minima of armoedebeleid maar bv inkomens, participatie en reïntegratie ondersteuningsbeleid). Het college hecht er grote waarde aan dat kinderen met ouders in de bijstand maatschappelijk kunnen meedoen, bijvoorbeeld op het gebied van sport en muziek. Deze nota wordt afgesloten met een samenhangend pakket van kaderstellende voorstellen. Op deze wijze kan het inkomensondersteuningsbeleid opnieuw gezicht krijgen voor alle inwoners van Diemen die dat nodig hebben. Tevens ziet het college mogelijkheden om de administratieve handelingen rondom het minima beleid, voor zowel de burgers als de afdeling WIZ te beperken.
5
3. Speerpunten van het coalitieakkoord. In het coalitie akkoord zijn de volgende speerpunten opgenomen.
M.i.v. 2007 is de maximale wachttijd bij de schuldhulpverlening een maand. De aanpak van schuldhulpverlening wordt verbeterd door afspraken te maken over vroegsignalering bij schulden (huur, energieleveranciers). De uitvoering van het minimabeleid wordt verbeterd, waardoor het bereik vergroot wordt. Via bestandskoppelingen (in- en extern) ontvangen inwoners vanaf 2007 rechtstreeks inkomenssuppleties en kwijtschelding van belasting waar men recht op heeft (zie werkwijze Amsterdam). De “knipkaart” (zie Amsterdam) voor minima t.b.v. de aanschaf van duurzame gebruiksartikelen wordt ingevoerd. Een ziektekostenarrangement voor de minima blijft bestaan. Voor 2007 zullen nieuwe onderhandelingen worden gevoerd, gericht op maatwerk en meer keuzemogelijkheden (vraaggericht aanbod). De categoriale toeslag voor ouderen/chronisch zieken en gehandicapten met een minimuminkomen wordt na een inkomens- en vermogenstoets m.i.v. 2006 verhoogd tot € 250,=, cf. het voorstel van de cliëntenraad. Gezinnen met een minimuminkomen kunnen na een inkomens- en vermogenstoets een aanvraag doen voor een PC ten behoeve van hun kind dat start met het voorgezet onderwijs vanaf schooljaar 2006-2007.
4. Wat is armoede ? Armoede beleid omvat veel meer dan uitsluitend inkomens ondersteuning. Het is geen op zichzelf staand beleidsveld binnen de gemeentelijke taken en is ook niet beperkt tot individuele bijzondere bijstand en aanvullende inkomensondersteuning. Het is verweven in het totale gemeentelijke beleid en omvat tal van regelingen en voorzieningen waaronder stadspassen, schuldhulpverlening, kwijtschelding belasting, budgetbegeleiding, maarschappelijk werk, gezondheidsbeleid etc. Armoede komt aan de orde in relatie met bijvoorbeeld veiligheid, jeugdbeleid, welzijnsbeleid, maatschappelijke opvang en reïntegratiebeleid. Om te beginnen wordt het begrip armoede omschreven. “Armoede is een complex verschijnsel met veelal samenhangende dimensies zoals inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau, gezondheid, zelfredzaamheid, wonen en leefomgeving, waarin het toekomstperspectief een belangrijk onderscheidend kenmerk is, vooral in situaties waarin niet of nauwelijks uitzicht is op werk of verandering van leefsituatie”. Armoede in deze brede betekenis is sociale uitsluiting. Armoede in enge zin wordt beschouwd als een tekort aan financiële middelen. De kwetsbaarste burgers zijn personen met een cumulatie van armoederisico’s, zoals een combinatie van slechte arbeidsmarktpositie, problematische schulden, laag opleidingsniveau, dakloosheid en gezondheidsproblemen. Hierdoor kan het armoedebeleid van een gemeente op vele manieren en niveaus worden opgevat. Met andere woorden: je bent niet alleen arm als je te weinig geld hebt, maar vooral ook als dat betekent dat je niet mee kunt doen in de maatschappij. Dat je in een sociaal isolement komt, dat je je kinderen niet aan allerlei dingen mee kunt laten doen, dat je je schaamt voor het feit 6
dat je bijna niets hebt en dus maar liever thuis blijft en dat je ook niet meer ziet hoe je eruit kunt komen. De gemeente heeft moeite met het detecteren van echte armoede. Er bestaat het vermoeden dat er veel verborgen armoede leeft bij ouderen en gezinnen met kinderen. Met name ouderen hebben schroom iets aan hun situatie te doen. De grootste uitdaging ligt daarom in de detectie van armoede, het bereiken van deze mensen en het wegnemen van drempels. Voor zij die iets kunnen doen aan hun situatie moet aan de inkomensondersteuning de reïntegratie en participatie verplichting worden gekoppeld.
7
5. Hoe is het huidige armoedebeleid vormgegeven ? In het huidige armoedebeleid van Diemen ligt het accent op individueel maatwerk. Generieke inkomensondersteuning (categoriale bijzondere bijstand) vind uitsluitend plaats voor zover dit binnen de kaders van de WWB mogelijk is. In beleidsregels is vastgelegd welke uitgaven volgens B&W in bepaalde omstandigheden noodzakelijk zijn en niet uit de norm kunnen worden betaald. Bij de individuele bijzondere bijstand wordt in alle gevallen gecontroleerd of de kosten daadwerkelijk zijn gemaakt. De gemeente benut de mogelijkheden die zij heeft binnen de kaders van de WWB om categoriale voorzieningen te treffen. De gemeente kent daarom de volgende categoriale en inkomensondersteunende voorzieningen:
Jaarlijkse Langdurigheidstoeslag (alleenstaande € 331,--, alleenstaande ouder € 425,--, gehuwden € 473,--) Categoriale inkomensondersteuning voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen, momenteel € 250,-- per huishouden per jaar. Inkomensgrens is 110 % van de WWB norm. Categoriale inkomensondersteuning voor 65 plussers € 547,-- per huishouden per huishouden per 3 jaar. Inkomensgrens is 110 % van de WWB norm. Collectieve (aanvullende) zorgverzekering. Inkomensgrens is 110 % van de WWB norm, de gemeentelijke bijdrage is € 60,-- per deelnemer per jaar. Individuele bijzondere bijstand. Kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen. De stadspas. Tijdelijke bijdrage voor sport en muziek ivm het afschaffen van de sportcheques van bureau stadspas.
6. Mag de gemeente gedifferentieerd beleid voeren ? Artikel 35 WWB is het uitgangspunt voor bijzondere bijstand. Bijzondere bijstand wordt verstrekt als de klant noodzakelijke kosten heeft, voortvloeiende uit bijzondere omstandigheden. Dat wil zeggen, dat de bijzondere omstandigheden de rechtsgrond vormen voor de bijzondere bijstand en niet het feit dat belanghebbende tot een bepaalde doelgroep behoort. Individuele bijzondere bijstand vergt dus telkens weer een individuele beoordeling. In die zin is gedifferentieerd niet noodzakelijk. Ten aanzien van specifieke groepen zijn door de wetgever al uitzonderingen gemaakt, te weten de categoriale bijzondere bijstand voor ouderen, chronisch zieken en gehandicapten, die op grond van die omstandigheden geacht worden een aantal extra kosten te hebben en de langdurigheidstoeslag. Recentelijk is een motie van Saskia Noorman-Den Uyl aangenomen, die het mogelijk maakt om ouders van schoolgaande kinderen (categoriaal) bijzondere bijstand te verstrekken.Door het afschaffen van de sportcheques van stadspas is in afwachting van de nieuwe categoriale regeling de vergoeding conform het beleid Amsterdam vastgesteld op maximaal € 350,-- per kind per jaar (sporten en muziek). Een verder differentiatie gericht op specifieke groepen is wettelijk gezien niet mogelijk.
8
Als sluitstuk biedt de individuele bijzondere bijstand de mogelijkheid om vergoedingen te krijgen buiten dit aanbod voor zover het gaat om bijzondere en noodzakelijke kosten van het bestaan. In de bijlagen treft u de cijfers en aantallen aan. 7. Waar ligt de beleidsvrijheid van de gemeente in brede zin ? In de uitgave “gemeentelijk armoedebeleid” van SZW, de VNG, StimulanSZ en SGBO staat precies omschreven voor welke beleidskeuzes wethouders en raadsleden staan ten aanzien van het armoedebeleid. Deze keuzes zijn het fundament van het te voeren beleid. Het is goed om een aantal van deze keuzes tegen het licht te houden en de stand van zaken weer te geven. Op basis van deze keuzes kan vervolgens bijstelling plaatsvinden van het uitvoeringsbeleid. Aan de hand van o.a. de volgende kaderstellende beleidskeuzes kunnen gemeenteraadsleden en wethouders het integrale armoedebeleid bepalen: Materieel of immateriële ondersteuning ? Binnen de taakomschrijving van de consulenten inkomen is geen immateriële ondersteuning opgenomen. Daar is het maatschappelijk werk voor. In de begroting 2007 is extra geld opgenomen om de ondersteuningsfunctie te versterken. De nadruk in de huidige dienstverlening van WIZ ligt op materiele ondersteuning. De consulenten werk verlenen vaak wel enige mate van immateriële ondersteuning maar dan meer in de coachende zin. Een verschuiving naar immateriële dienstverlening door consulenten inkomen heeft consequenties voor de formatie, dat kost veel meer tijd. In de begroting 2007 is 50.000 euro opgenomen voor een ombudsfunctie/vraagbaak. Daar zal de immateriële steun worden georganiseerd, gericht op ondersteuning bij het invullen van formulieren en doorverwijzing naar andere hulp verlenende instanties. Maatwerk of generiek beleid ? In Diemen wordt zowel maatwerk als generiek beleid gevoerd. De zogenaamde “kan” bepalingen van de WWB (de generieke beleidsmogelijkheden) zijn allemaal ingevuld. Door het afschaffen van de sportcheques van bureau stadspas is het generieke beleid op het gebied sport voor jeugdigen aangepast, in aansluiting met de Amsterdamse regeling. Naar verwachting wordt deze regeling later omgezet in een categoriale regeling. Eigen initiatief of eigen verantwoordelijkheid voor gebruik van diverse regelingen? Alle WWB’ers hebben een uitgebreide voorlichtingsmap verstrekt gekregen. In deze map wordt ook ingegaan op de diverse inkomensondersteunende regelingen en de bijzondere bijstand. Het college gaat voor deze groep uit van de eigen verantwoordelijkheid om bijzondere bijstand aan te vragen en gebruik te maken van de overige inkomensondersteunende voorzieningen. De gemeente kan er voor kiezen om de diverse regelingen nog nadrukkelijker onder de aandacht te brengen. Voor de mensen die geen bijstand ontvangen maar wel een laag inkomen hebben is geen voorlichtingsmateriaal beschikbaar. Verder is duidelijk dat het detecteren van armoede lastig is. Het intensiever betrekken van diverse instanties uit het maatschappelijk middenveld kan tot verbetering leiden en niet gebruik tegen gaan. De praktijk leert dat mensen toch hoge drempels ervaren, opzien tegen de bureaucratische rompslomp, het gewoon niet kunnen of schroom hebben. Er worden daarom voorstellen gedaan voor een pro-actievere inzet en wijziging van de bedrijfsvoering (drempels weghalen, door aanvraagprocedure te vereenvoudigen, snelloket etc)
9
Ligt de nadruk op werk of op inkomen, zorg en welzijn? Het college vindt dat werk de beste methode van armoedebestrijding is. Als dat (nog) niet mogelijk is wordt inkomen (bijstand) verstrekt. Ook zijn dan alle aanvullende inkomensondersteunende regelingen mogelijk. Daar waar mogelijk wordt de inkomensondersteuning gekoppeld aan reïntegratietrajecten. Welke verhouding tussen uitvoeringskosten en kosten van verstrekkingen is wenselijk? In het jaarplan 2007 heeft de afdeling Werk, Inkomen en Zorg de ambitie om de bedrijfsvoering verder te optimaliseren. Gedacht wordt aan het afschaffen van het inkomstenbriefje (de ROF), het invoeren van een snel loket en geautomatiseerde verstrekking van categoriale bijzondere bijstand, chronisch zieken en gehandicapten. Controles kunnen dan steekproefsgewijs plaatsvinden. Naast het feit dat dit een klantvriendelijkere benadering is, gaan ook de uitvoeringskosten omlaag en worden de administratieve handelingen voor zowel de burger als de eigen organisatie verminderd. Dit veranderingsproces vereist een cultuuromslag binnen WIZ. Bovendien moeten de uitvoeringsrisico’s in kaart worden gebracht. Welke inkomensgrens en eigen bijdrage worden gehanteerd? De huidige inkomens grens is 110 % van de bijstandsnorm. Geadviseerd wordt deze niet te wijzigen, mede gezien de financiële positie van de gemeente. Voor de motivering wordt verwezen naar de financiële paragraaf. In het coalitieakkoord is ten aanzien van kwijtscheldingen gemeentebelasting en de stadspas de volgende passage opgenomen: "Door actief beleid van de gemeente inzake het kwijtschelden van gemeentelijke belastingen en het aanbieden van de stadspas wordt de bestaanssituatie verbeterd voor (werkende) Diemenaren met een inkomen tot 120% van het minimum". Ten aanzien van kwijtschelding gemeentebelasting geldt dat de inkomens- en vermogens grenzen zijn geregeld bij wet, artikel 26 van de invorderingswet, en ministeriële regeling. Het gemeentebestuur heeft geen vrijheid afwijkende grenzen te hanteren. Dit speerpunt uit het coalitieakkoord is dus buitenwettelijk. Het is niet mogelijk om te voldoen aan de wens om van de stadspasvoorwaarden af te wijken. Dit is een regeling die volledig via Amsterdam wordt uitgevoerd (intake en verstrekking van de pas). Diemen heeft zich aangesloten bij de Amsterdamse voorwaarden. Zijn er doelgroepen of problemen waarvoor (extra) voorzieningen noodzakelijk zijn? Het antwoord is ja, en hierin is voorzien in het huidige beleid, en dan met name de categoriale regelingen. Het college vindt het belangrijk dat kinderen van ouders met een minimum inkomen goed kunnen participeren in de maatschappij. Om die reden wordt het wegvallen van de stadspas regeling voor sport gecompenseerd door een Diemense regeling. Daarnaast wil het college een PC regeling voor brugklassers. Dit omdat toegang tot een PC en Internet in het vervolgonderwijs noodzakelijk is. Met welke andere beleidsterreinen moet het armoedebeleid worden afgestemd? Gezien de armoedevalproblematiek ligt er een relatie met het reïntegratiebeleid. Verder ligt er een relatie met sociale activering en vrijwilligerswerk. Ook de cliëntenraad heeft geadviseerd hier meer aandacht aan te geven. Andere beleidsvelden zijn inburgering van oud- en nieuwkomers, maatschappelijke opvang en verslavingszorg, jeugdbeleid en 10
volwasseneneducatie. In de voorstellen wordt uitdrukkelijk geadviseerd om het maatschappelijk middenveld te mobiliseren, zodat armoede beter gedetecteerd kan worden. Inmiddels is een beging gemaakt, op initiatief van de voedselbank en WIZ. Begin januari 2007 vindt een eerste middenveldoverleg plaats op het gemeentehuis tussen de ouderenbond, maatschappelijk werk, buurtregisseur, voedselbank en de coördinatrice Dienstverlening WIZ. Voert de gemeente preventief en/of curatief beleid voor (dreigende) schulden? Er kan gekozen worden voor een meer preventieve benadering. Ook hier geldt weer dat er meer bekendheid gegeven moet worden aan schuldhulpverlening. Vanuit de voedselbank kwam het signaal dat er onduidelijk bestaat omtrent de schuldhulpverlening faciliteiten van gemeente Diemen. Om de wachttijden structureel te bekorten wordt daarom een voorstel voor formatie uitbreiding gedaan. Het college realiseert zicht dat dit haaks staat op de inkrimpingplannen van gemeente Diemen. Momenteel wordt gebruik gemaakt van een tijdelijke stimuleringsregeling intensivering schuldhulpverlening, waardoor één extra medewerker beschikbaar is. Als er sprake is van een reïntegratietraject in combinatie met schuldhulpverlening, dan kan het schuldhulpverlening traject uit het werkdeel betaald worden. Het werkdeel vormt dus een aanvullende financieringsbron voor intensivering van de schuldhulpverlening. Naar verwachting kan de extra formatieplaats volledig worden gefinancierd uit het werkdeel, waarin voldoende dekking aanwezig is. Zijn er noodzakelijke kosten die niet uit de bijstandsnorm kunnen worden betaald? Uitgangspunt van het huidige beleid is dat steeds naar de individuele bijzondere omstandigheden wordt gekeken, vanuit deze beoordeling kan gekeken worden of er sprake is van noodzakelijke kosten. Veel voorkomend zijn bv tijdelijke woonkostentoeslag of eigen bijdrage voor specifieke ziektekosten. Daarnaast zijn de diverse categoriale regelingen van toepassing. Ook voor deze beleidskeuze geldt dat er verbetering in voorlichting voor met name de niet-cliënten noodzakelijk is. Welke doelstellingen worden geformuleerd? De belangrijkste doelstelling is het tegen gaan van niet gebruik. Het jaar 2006 kan qua kosten en aantal aanvragen van niet-cliënten als uitgangspunt worden gebruikt. Verder een vereenvoudiging van bedrijfsvoering, het optimaliseren van de communicatie (mailings, folder etc) en een afname van de wachttijden voor schuldhulpverlening. Het klanttevredenheidonderzoek 2008 kan ingezet worden op de tevredenheid van het gevoerde minimabeleid. Hoe gaat de gemeente om met particuliere initiatieven, bv de voedselbank? Huidige insteek van de afdeling WIZ is dat opengestaan wordt voor elke vorm van samenwerking. Zo wordt inmiddels samengewerkt met de voedselbank. Het college heeft er elk belang bij om klanten die in de problemen zitten zo snel mogelijk in beeld te krijgen. Inmiddels heeft voorlichting plaatsgevonden aan de voedselbank over de werkwijze van WIZ en de voorzieningen die mogelijk zijn. Er is direct contact tussen de voedselbank en de afdeling dienstverlening om in voorkomende gevallen in te grijpen. Is maatschappelijke participatie een doelstelling in het armoedebeleid? Ja, dit vormt de basis. Het beste middel tegen armoede blijft werk. Voor sommige mensen is werk niet haalbaar. Op advies van de cliëntenraad zou er meer aandacht moeten komen voor vrijwilligerswerk. Het is de bedoeling dat ook de vrijwilligersorganisaties betrokken worden in de voorgestelde mobilisering van het middenveld. 11
Kiest de gemeente voor keuzevrijheid van de burger, of bepaalt de gemeente voor welke kosten burgers een vergoeding kunnen krijgen? Deze beleidskeuze richt zich met name op de categoriale regelingen. Deze zijn bedoeld voor collectieve aanvullende ziektekostenverzekering, de regeling chronisch zieken en gehandicapte en duurzame gebruiksgoederen voor ouderen. Voor de laatste twee regelingen staat het de ontvanger helemaal vrij dit geld naar eigen inzicht te besteden. Er vindt geen controle op de besteding plaats. Het college wil dit niet veranderen.
12
8. Wat kan verbeterd worden ? In de visie van het college zijn er verbeteringen mogelijk. Bij de beschouwing van de beleidskeuzes in brede zin wordt daar al op ingegaan. De verbeteringen zouden zich met name moeten richten op verruiming van bestaand beleid, de detectie van armoede, de communicatie van bestaande regelingen, het bevorderen van participatie van kinderen en het optimaliseren van de bedrijfsvoering. Ook kan gewerkt worden aan de beeldvorming ten aanzien van inkomensondersteuning. Het wegnemen van schroom en het stimuleren van participatie door een actievere inzet van het maatschappelijk middenveld. Omdat er voorstellen tot verruiming van het beleid worden gedaan (sporten, muziek, pc’s, uitbreiding schuldhulpverlening, voorlichting) is een begrotingsaanpassing noodzakelijk. Dit is een consequentie van de speerpunten uit het coalitieakkoord. Daarover meer in de financiële paragraaf. Maar er zijn ook verbeteringen mogelijk die geen geld kosten. Zo kunnen de aanvraagprocedures tegen het licht worden gehouden (ontwikkeling van een snelloket). Onderzocht zal worden of er geautomatiseerd betaald kan worden in combinatie met steekproefsgewijze controles (zoals onder andere in Tilburg het geval is). Het WMO loket zou opengesteld kunnen worden voor aanvullende inkomensondersteuning. De gemeente kan actiever worden in de benadering van doelgroepen door gebruikmaking van de stadspasbestanden en de bestanden van ouderenbonden. De reïntegratie consulenten kunnen nadrukkelijker worden ingezet om ook te werken aan de oorzaak van armoede, vrijwilligerswerk kan daarbij een eerste aanzet zijn. Door een actieve mobilisatie van het maatschappelijk middenveld kan gewerkt worden aan de detectie en bestrijding van armoede. Tenslotte is bekend geworden dat het rijk extra middelen beschikbaar stelt voor schuldhulpverlening. Het kabinet stelt voor de jaren 2007, 2008 en 2009 77 miljoen euro beschikbaar voor schuldhulpverlening. Een deel daarvan kan worden ingezet om te zorgen voor een goede samenwerking en praktische afspraken op lokaal en regionaal niveau. Het ministerie van SZW start binnenkort een meerjarige voorlichtingscampagne om problematische schulden te voorkomen. Hiervoor is 1,7 miljoen euro beschikbaar. De vroeg signalering wordt dus landelijk gestimuleerd. Zodra meer bekend is zal het college aanvullende voorstellen doen. De voorstellen van de cliëntenraad, de ideeën van WIZ en de speerpunten van het coalitie akkoord zijn vertaald in een samenhangend pakket van concrete maatregelen.
13
9. Financiële paragraaf. Het laatste hoofdstuk (10) behandelt een samenvatting van concrete maatregelen/voorstellen op het gebeid van bedrijfsvoering, beleidsverruiming, detectie/signalering, communicatie en beeldvorming van armoede. De financiële gevolgen van het voorgestelde beleid worden in dit hoofdstuk behandeld. Het college stelt zich op het standpunt dat nieuwe beleidsonderdelen pas in 2008 van kracht kunnen worden, voorzover daar in de begroting 2008 ook ruimte voor kan worden gemaakt. De kosten die voortvloeien uit een breder gebruik van bestaande regelingen en de kaderstellende uitvoeringsregels op bestaand beleid zullen in de voorjaarsnota worden verwerkt.
Computers voor brugklassers:
Gemiddeld gaan kinderen met 12 jaar naar de middelbare school. Er zijn nu ongeveer twintig 12 jarigen met ouders die een WWB uitkering hebben. Voor de kosten prognose wordt uitgegaan van : 20 X € 800,-- = € 16.000,-- Dit is wel het maximale bedrag dat verwacht wordt. Een gedeelte van de pc’s kan gefinancierd worden uit het werkdeel, mits de ouder deelneemt aan een reïntegratietraject. Invoering vanaf 1/1/2008, na behandeling van de kadernota 2008.
Sportkosten/muziekkosten en schoolkosten
Tot medio 2006 kon contributie voor sportverenigingen voldaan worden met een cheque uit de stadspas. De stadspasregeling is op dit punt gewijzigd. Daarnaast kon er een beroep gedaan worden op aanvullende bijstand voor sportkleding, muziekinstrumenten en schoolkosten. Hier werd iedere keer een individuele afweging gemaakt. Door het wegvallen van de stadspas faciliteit was het nodig nieuwe uitvoeringsregels te formuleren. Conform het beleid gemeente Amsterdam is de vergoeding bedoeld voor schoolkosten, sporten en muziek. De voorgestelde vergoeding per jaar bedraagt: maximaal € 250,-- voor 4 tm 11 jarigen en maximaal € 350,-- voor 12 tm 16 jarigen. 4 tm 11=113 x € 250,-- = € 28.250 12 tm 15 =75 x € 350,-- = € 26.250,-De verwachting is dat lang niet iedereen aanvraagt omdat niet alle kinderen sporten of muziekles volgen. Voor 2007 verwacht het college hiervoor maximaal € 40.000,-- uit te moeten geven. De voorgestelde regeling (hoogte bedragen) geeft houvast aan de uitvoering omdat in de praktijk aanvragen voor sportkosten/muziek/ouderbijdrage altijd gehonoreerd worden na individuele beoordeling (ivm het afschaffen van de sportcheques). De afschaffing van de stadspasregeling en het meer toegankelijk maken van bijzondere bijstand voor sportkleding, schoolkosten en muziekinstrumenten leidt voor 2007 tot een verwachte extra uitgave van 40.000 euro. De financiële gevolgen hiervan zullen in de voorjaarsnota worden verwerkt
14
Mede naar aanleiding van een motie in de raad stelt het college voor de bijzondere bijstand voor sport ook toegankelijk te maken voor activiteiten van kinderen van 0 t/m 3 jaar. (baby en puppy zwemmen) Hiervoor wordt een bedrag van maximaal 130 euro per kind verstrekt. De totale kosten hiervan zullen naar verwachting maximaal 7.800 euro zijn. Invoering vanaf 1/1/2008
Invoering bijzondere bijstand voor identiteitskaarten.
300 aanvragen (inclusief overige minima) per jaar x € 27,-- per kaart Totale kosten € 8.100,-- , invoering vanaf 1/1/2008,
Uitbreiding formatie schuldhulpverlening met 1 formatieplaats:
De kosten hiervan bedragen € 60.000,-- de financiering hiervan vindt plaats uit werkdeel.
De kosten van het bestaande beleid
Bij deze evaluatie is geconstateerd dat de werkelijke uitgaven de laatste drie jaar structureel 40.000 euro hoger zijn dan de begroting van 285.000 euro. Daarnaast wordt door een actiever communicatie beleid een toename van kosten van bijzondere bijstand verwacht van 5 % verwacht dat is 16.000 euro op jaarbasis
15
10. Voorstellen. Nieuw beleid Akkoord te gaan met het verstrekken van een computer voor kinderen , uit gezinnen met een inkomen tot 110% van de WWB norm, die voor het eerste naar de brugklas gaan tot een bedrag van € 800,-- per gezin. Deze regeling in laten gaan per 1 januari 2008, mits er dekking voor kan worden gevonden. Verwachte kosten zijn € 16.000,-- op jaarbasis. Akkoord te gaan met het verstrekken van bijzondere bijstand in de aanschaf van een gemeentelijke id kaart voor mensen met een inkomen tot 110 % van de WWB norm. Deze regeling in laten gaan per 1 januari 2008, mits er dekking voor kan worden gevonden. Verwachte kosten zijn € 8.100,-- op jaarbasis. Akkoord te gaan met het verstrekken van bijzonder bijstand aan ouder van kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 3 voor deelname aan baby en puppy zwemmen. Deze regeling in te laten gaan op 1 januari 2008, mits er dekking voor kan worden gevonden. Verwachte kosten zijn € 7.800,-- op jaarbasis. Akkoord te gaan met het voor het jaar 2007 de uitbreiden van de formatie ten behoeve van schuldhulpverlening en het dekken van de kosten € 60.000,-- te financieren uit het werkdeel Stroomlijning bestaand beleid Akkoord te gaan met de formalisering van de bestaand uitvoeringspraktijk ten aanzien van sport/muziek en school ouderbijdrage-kosten voor kinderen. Voortzetten ziektekosten arrangement (reeds besloten). De gemeentelijke bijdrage handhaven op € 5,-- per deelnemer per maand. De draagkracht voor deze regeling handhaven op 110 % van de toepasselijke bijstandsnorm. Voor de overige bijzondere regelingen ook de draagkrachtnorm handhaven op 110 %. Geen ophoging van de draagkracht tot 120 % voor kwijtschelding belasting, draagkracht is geregeld bij wet en ministeriele regeling. Onderzoek naar inzet vrijwilligers werk en gemeentelijke ondersteuning daarvan in relatie tot minimabeleid. Stimuleren gebruik regelingen en voorlichting Het ontwikkelen van een folder voor niet-WWB cliënten (€ 4000,-- voor 10.000 stuks) deze verspreiden over de diverse sociale partners en inwoners van diemen (bv als bijlage van de Diemer info). Hierin ook aandacht voor zorg en huurtoeslag en schuldhulpverlening en vrijwilligerswerk. Ontwikkeling gereed 1e kwartaal 2007. Financiering vindt plaats binnen de huidige begroting. Gebruik maken van het adressenbestand van de stadspas van de gemeente Amsterdam om de mensen in Diemen te bereiken. 1e mailing gereed eind 2e kwartaal. Het vanuit de gemeente organiseren van intensieve samenwerking inzake de voorlichting met het maatschappelijk middenveld (thuiszorg, voedselbank, maatschappelijk werk, buurtregisseur, ouderenbond etc) twee maandelijkse voorlichting op locatie, bv de berkenstede, het meldpunt/wmo loket. Aanvang 1e kwartaal 2007. Het online beschikbaar stellen van het handboek voor de bijstand, gekoppeld aan de mogelijkheid digitaal aan te vragen. Dit meenemen in de uitwerking van het jaarplan. Gereed eind 2e kwartaal. 16
In samenwerking met de ouderenbonden een mailing over “financiële ondersteuning” ontwikkelen en deze via de adressenbestanden van de bonden verspreiden of mailen. Aanvang 1e kwartaal. Het openstellen van het WMO loket voor de diverse minima regelingen. Aanvang 2008. Het ontwikkelen van voorlichting over de koppeling tussen inkomensondersteuning beleid en reïntegratie mogelijkheden van de gemeente. Hierin ook uitdrukkelijk aandacht voor vrijwilligerswerk conform het verzoek van de cliëntenraad Dit meenemen in de uitwerking van het jaarplan. Gereed eind 2e kwartaal. Overige voorstellen Onderzoek naar het geautomatiseerd betaalbaar stellen van Langdurigheidstoeslag en de regeling chronisch zieken en gehandicapten in combinatie met steekproefsgewijze controles (beleid Tilburg). Dit meenemen in de uitwerking van het jaarplan. Uitwerking gereed eind 3e kwartaal. Het aanpassen van de draagkrachtmethodiek zodat de inkomensterugval minder wordt bij het aanvaarden van werk. Dit meenemen in de uitwerking van het jaarplan (PvA). Eind 3e kwartaal, Implementatie in 2008. Het herijken van de aanvraag en controle procedure om te komen tot een snel-loket, uitbetaling binnen 3 dagen. Dit meenemen in de uitwerking van het jaarplan WIZ. Besteding van landelijke subsidie ten gunste van optimaliseren vroegsignalering inzake problematische schulden. Nieuw beleid formuleren omtrent de Langdurigheidstoeslag, zodat bij kort werken mensen niet meteen de Langdurigheidstoeslag verliezen.
17
Bijlagen: Standpunten en voorstellen cliëntenraad. Voorstellen van de cliënten raad Aan de cliëntenraad is de uitgave “Gemeentelijk armoedebeleid” verstrekt. Voorafgaand aan het schrijven van deze nota is de cliëntenraad uitgenodigd om vanuit cliënt perspectief tips te geven. Na dit gesprek zijn 26 voorstellen gedaan, waaronder een aantal zeer bruikbare. Deze worden meegenomen in de voorgestelde besluiten. Per voorstel wordt een korte toelichting gegeven.
Bijzondere Bijstand: voor de duidelijkheid van het beleid van de gemeente voor de inwoners, een lijst van onderwerpen/dingen waar je bijzonder bijstand voor kunt aanvragen.
Wordt meegenomen in de raadsvoorstellen, het ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal over minimaregelingen.
Handboek voor de Bijstand: graag daarnaast een eenvoudige maandelijkse nieuwsbrief met waarschuwingen over het (in die maand) terugvragen van belasting, het indienen voor aanvragen van bijzondere bijstand, het werven van nieuwe leden voor de cliënten raad e.d.
Wordt meegenomen in de raadsvoorstellen. Elke maand een mailing is echter niet realistisch, omdat er niet elke maand wat te melden valt.
Handboek voor de Bijstand: een hoofdstuk opnemen over alle dingen de veranderen als het kind van een eenoudergezin 18 jaar wordt.
Wordt meegenomen/overwogen in de volgende update
Categoriale bijstand ook voor ouderen na drie jaar ieder jaar Langdurigheidstoeslag en niet om de drie jaar.
Categoriale bijzondere bijstand is bedoeld voor grote aankoop, duurzame gebruiksgoederen. Dat hoeft niet ieder jaar, het bedrag zou dan ook niet toereikend staan. Voorgesteld wordt het bestaande beleid voor ouderen te handhaven.
Graag het leveren van maatwerk bij mensen die niet meer dan 150 euro hebben om van te eten (de norm van de voedselbank).
Is nu al de praktijk.
Beleid over extra oplettendheid van de gemeente ten opzichte van de alleenstaande ouders met kinderen, allochtonen en ouderen.
Wordt vertaald in de raadsvoorstellen (betrekken middenveld etc)
18
Het hanteren van een inkomensgrens van 120% van de bijstandsnorm. Of in ieder geval na aftrek van alle extra kosten (bijzonder vervoer, noodzakelijke aanpassingen, opleidingskosten kinderen) een mogelijkheid tot aanvulling van het verschil tussen 110% van de norm tot 120%.
Het voorgestelde pakket maatregelen betekent een verruiming van het minimabeleid. Het ophogen van de inkomensgrens zal een forse extra druk leggen. Geadviseerd wordt om de grens op 110 % te laten. Wel wordt voorgesteld de draagkracht methodiek te herzien.
De woonlasten in Diemen zijn zo hoog dat daarmee de noodzakelijk kosten van bestaan niet meer te betalen zijn. Vandaar graag preventief beleid op het ontstaan van schulden door inzet van schuldhulpverlening in een vroeg stadium, budgettering en hulp bij het omlaag krijgen van kosten. Bijvoorbeeld druk uitoefenen op woningbouwverenigingen om blokverwarming te individualiseren. Maatwerk is noodzakelijk.
Schuldhulpverlening wordt onder de aandacht gebracht via de informatiefolder. Met woningcorporaties wordt al samengewerkt ivm vroegsignalering. Blokverwarming wordt besproken met corporaties in het kader van grote renovaties en onderhoud.
De hulpverlening bij schuldenproblematiek daarbij is maatwerk zeker noodzakelijk. Budgettering, begeleiding en behandeling met een spilfunctie bij de schuldhulpverlener. Doel dat de gemeente zou moeten nastreven is het in echte aantallen terugbrengen van gezinnen met schuldenproblematiek.
Wordt overgenomen in raadsvoorstel tot structurele formatie uitbreiding.
Compenseren inkomensverschil bij de 18+ eenoudergezinnen.
Is reeds het geval.
Bijzondere bijstand voor identiteitskaarten.
Dit betekent maximaal 300 (1 x per vijf jaar vervangen, inc. Overige minima) aanvragen Kosten. Indien de raad het voorstel overneemt ophogen budget met € 8.100,-
Een beleidsperiode van 3 jaar (1 jaar om in te voeren, 2 jaar om bij te sturen en te evalueren) Daarna is het wenselijk om opnieuw te kijken naar de speerpunten van beleid.
Voorgesteld wordt het beleid vast te stellen voor deze college periode. Een volgend college en raad kan opnieuw beleid (laten) vaststellen.
Het bovenliggende doel van het armoedebeleid zou moeten zijn dat mensen maatschappelijk moeten kunnen blijven functioneren. De neerdrukkende werking van de ene generatie armoede op de volgende moet worden tegengegaan.
Daar is het minimabeleid voor bedoeld. Er komt nadrukkelijk(er) aandacht voor reïntegratie en vrijwilligerswerk. De inkomensondersteuning wordt gekoppeld aan de reïntegratie verplichting. Voorgesteld wordt voor kinderen wordt een sport, muziek en pc regeling in te voeren. 19
Als mensen niet meer herleidbaar zijn tot de arbeidsmarkt moeten zij aan het werk kunnen als vrijwilligers.
Is nu het geval.
Financiële ondersteuning bij opleidingen (ook voor volwassenen) en het toestaan van studies langer dan een jaar.
Is nu al het geval, daar is het reïntegratie instrumentarium voor bedoeld. De cliëntenraad is daarover geïnformeerd. Reïntegreren is maatwerk. Als het echt niet anders kan wordt zeker toestemming gegeven voor opleidingen langer dan 1 jaar. Duurzame uitstroom is het uitgangspunt.
Voor de ontvangers van een uitkering niet meer het maandelijks invullen van de ROFjes.
Wordt overgenomen en is onderdeel van het jaarplan. Onderzocht wordt om bepaalde groepen Vrij te stellen van het ROFje (inkomstenbriefje).
Aandacht voor de voorlichting van ouderen. Zij komen niet via internet aan hun informatie. Beleidspunt zou moeten zijn ook altijd met gebruikmaking van een een adressenbestand schriftelijk informatie te verstrekken.
Wordt overgenomen. Ouderenbonden worden betrokken in tweedelijn overleg. Ook de tuiszorg kan een rol pelen in de detectie van Armoede.
Gebruik maken van het adressenbestand van de stadspas van de gemeente Amsterdam om de mensen in Diemen te bereiken.
Wordt overgenomen.
Bij kort werken (beleidsmatig aangeven hoe kort bijv. 6 maanden) niet verliezen van Langdurigheidstoeslag.
Is reeds bij wet geregeld, en wordt dus overgenomen. De gemeente mag zelf beleid voeren. De cliëntenraad wordt om advies gevraagd omtrent beleidsmatige invulling.
Meetbare doelstelling, het jaarlijks opmaken van het budget voor bijzondere bijstand aan bijzondere bijstand. Een consulent zou zich daar speciaal op moeten richten.
Budget wordt nu al ruim overschreden.
Meetbare doelstelling het terugbrengen van het aantal huishoudens in Diemen met schuldenproblematiek.
De wachttijden kunnen worden teruggebracht door inhuur van extra formatie. Wordt meegenomen in de raadsvoorstellen.
20
Armoedebeleid moet worden afgestemd met de beleidsterreinen van de WMO, de ondernemers in Diemen, Sport en recreatie en de gezondheidszorg.
Dat is een keuze, echter de WMO is nog niet uit gekristalliseerd. Bij een volgende herijking kan de raad opdracht geven tot een meer overkoepelende beschouwing waar alle beleidsvelden in worden meegenomen.
Gebruikmaking van door de gemeente beheerde speciale fondsen en stichtingen voor het meedoen aan sport en muzikale vorming door mensen met een bijstandsinkomen.
Er wordt een voorstel gedaan tot structurele bijzondere bijstand voor kinderen (sport/muziek/school). Als deze regeling wordt toegepast op alle WWB’ers moet het budget met maximaal € 245.000,-- worden opgehoogd. Het college acht dit bedrag te omvangrijk.
21
Armoede in Diemen, cijfers en aantallen. Onderstaand volgt een overzicht van cijfers en aantallen over 2004, 2005 en waar mogelijk geschat voor 2006. Eerst wordt inzicht gegeven in het aantal uitkeringen (zowel van UWV als WIZ), aantal lage inkomens. Etc. Deze cijfers geven globaal inzicht in het volume van uitkeringsafhankelijkheid. Met name de door de UWV cliënten (WAO en WW) zullen lang niet allemaal op de armoedegrens leven. Er kan sprake zijn van een verdienende partner of bv vermogen). Vervolgens wordt inzicht gegeven in de kosten en aantal aanvragen op basis van het bestaande minimabeleid. Bij een volgende evaluatie kunnen de zo effecten van nieuw beleid inzichtelijk worden gemaakt. De definitieve afdelingscijfers voor 2006 zijn pas eind februari 2006 bekend. Voor 2006 wordt daarom volstaan met een schatting. Bronnen: Administratie WIZ en CBS statline. Cijfers Diemen algemeen
Aantal Inwoners Aantal ouderen (65+) Aantal lage inkomens*
2004 24049 2999 2950
2005 23932 3070 2950
2006 23871 3167 2950
2004 1360 1160 70 130
2005 1360 1150 70 140
2006 1280 1080 60 140
2004 420
2005 440
2006 430
2004 490
2005 500
10
10
2006 510 (schatting) 10
Door UWV uitgevoerde regelingen, arbeidsongeschiktheid Totaal arbeidsongeschikten WIA/WAO WAZ Wajong Door UWV uitgevoerde regelingen, WW Aantal WW uitkeringen Door WIZ uitgevoerde regelgeving Aantal WWB Aantal Ioaw/IOAZ Totaal Individuele/categoriale Bijzondere bijstand: Begroting Werkelijke uitgaven
2004 2005 2006 € 285.000,-- € 285.000,-- € 285.000,-€ 318.000,-- € 334.000,-- € 320.000,--
2007 € 285.000,--
22
Categoriale bijzondere bijstand Uitgaven Chronisch zieken en gehandicapten Aantal toekenningen Uitgaven duurzame gebruiksgoederen voor 65 plussers Aantal toekenningen
2004 € 7.380,-41 € 14.756
2005 € 7.560,-42 € 13.988
2006 € 9.200,-50 € 15.316
28
26
28
Uitgaven collectieve aanvullende ziektekostenverzekering Aantal deelnemers met WWB Aantal deelnemers met overige inkomsten
€ 2.006 € 29.608 350 63
Uitgaven sport en muziek voor kinderen Aantal toekenningen sport/muziek voor kinderen
€ 10.500,-30
Langdurigheidstoeslag Begroting Werkelijke uitgaven
2004 € 65.100,-€ 38.096,--
2005 € 65.100,-€ 37.260
2006 € 65.100,-€ 39.684,--
2004 € 60.500,--
2005 € 60.500,--
€ 55.348,--
€ 60.008,--
2006 € 60.500,-€ 36.363,-€ 80.000,--
2004 3986 € 35.574 € 40.260
2005 4049 € 39.450 € 47.721
2006 4050 € 52.500 € 52.500
2005 485 € 93.237 473 € 33.616
2006 450 € 84.368 0 0
Schuldhulpverlening Begroting +Eenmalige uitkering Rijk Werkelijke uitgaven
schatting
Stadspassen Aantal stadspassen Begroting Werkelijke uitgave
Financiën, aantal kwijtscheldingen en gederfde inkomsten Aantal kwijtschelding afvalstoffen Kosten Aantal kwijtscheldingen OZB kosten
2004 219 € 58.722 197 € 18.019
23
WWB - Normen Onderstaande normen gelden per 1 juli 2006. De afkorting vt staat voor vakantietoeslag Jongerennormen (artikel 20 WWB) Personen zonder ten laste komende kinderen (lid 1) a. alleenstaande 18, 19 of 20 jaar b. gehuwden, beide 18, 19 of 20 jaar c. gehuwden, één 18, 19 of 20, ander 21+
exclusief vt
vt (4,9%) inclusief vt
€ 198,48 € 396,97 € 772,85
€ 10,23 € 20,45 € 39,82
Personen met ten laste komende kinderen (lid 2)
exclusief vt
vt (4,9%) inclusief vt
a. alleenstaande ouder 18, 19 of 20 jaar b. gehuwden, beide 18, 19 of 20 jaar c. gehuwden, één 18, 19 of 20, ander 21+
€ 428,23 € 626.71 € 1.002,59
€ 22,06 € 32,29 € 51,66
Normen 21 tot 65 jaar (artikel 21 WWB)
exclusief vt
vt (4,9%) inclusief vt
a. alleenstaande b. alleenstaande ouder c. gehuwden
€ 574,37 € 804,11 € 1.148,72
€ 29,59 € 41,43 € 59,19
Normen 65 jaar of ouder (artikel 22 WWB)
exclusief vt
vt (4,9%) inclusief vt
a. alleenstaande b. alleenstaande ouder c. gehuwden, beiden 65 jaar of ouder d. gehuwden, één 65+, ander 21 tot 65
€ 873,61 € 1.084,65 € 1.207,69 € 1.207,69
€ 45,01 € 55,89 € 62,23 € 62,23
Normen in inrichting (artikel 23 lid 1 WWB)
exclusief vt
vt (4,9%) inclusief vt
a. alleenstaande of alleenstaande ouder b. gehuwden
€ 255,78 € 397,87
€ 13,18 € 20,50
€ 208,71 € 417,42 € 812,67 € 450,29 € 659,00 € 1.054,25 € 603,96 € 845,54 € 1.207,91 € 918,62 € 1.140,54 € 1.269,92 € 1.269,92 € 268,96 € 418,37
24