ANNICK VAN CAMPEN
Personal & Finance
De financiële nieuwsbrief van uw Independent Financial Advisor
dinsdag 9 oktober 2012
INHOUD NIEUWSBRIEF Edito België doet het lang niet slecht News Antimisbruikwet en vermogensplanning Investors corner Uw beleggingsportefeuille aanpassen aan uw leeftijd? Producten & diensten Gewijzigde spaarfiscaliteit Het pensioen van bedrijfsleiders
Edito Is het glas half vol of half leeg? Dat is de vraag. In deze turbulente tijden verkopen de pessimisten het meeste lawaai. Wie veel decibels produceert, heeft daarom nog niet de wijsheid in pacht. Er bestaan ook goede argumenten voor een positieve interpretatie van de werkelijkheid. In deze newsletter vestigen we de aandacht op de troeven van België. Ons land schoof op van een plaats vlak voor de staartgroep naar de subtop van de eurozone. Moord en brand wordt er over die eurozone geschreeuwd. Oké, de problemen van de Europese Unie ontkennen, komt neer op het ontkennen van het zonlicht. Maar de intentieverklaring die Mario Draghi, voorzitter van de Europese Centrale Bank, op 26 juli aflegde, loog er niet om: “The ECB is ready to do whatever it takes to proserve the euro, and believe me, it will be enough.” Intussen blijken de Belgen rijker dan ooit. Je zou al dat geld op onze spaarboekjes ‘het geld van de angst’ kunnen noemen. U bewijst uw geld niet de beste dienst door het op een spaarboekje te parkeren. Een hoger rendement is mogelijk, zelfs zonder risico’s te nemen. Als uw persoonlijke financieel adviseur ben ik altijd bereid om u hierin bij te staan met raad en daad.
Ik wens u alvast veel leesgenot! Annick Van Campen
1
België doet het lang niet slecht
“We mogen best wat optimistischer zijn.” Dat antwoordde premier Elio Di Rupo toen hij vragen kreeg over de sterke stijging van de loonkosten in België van de voorbije tien jaar. “België doet het nog niet zo slecht. Wel moeten we onze verantwoordelijkheid nemen zodat België zijn statuut als serieus land kan behouden.” En hoewel beslist niet iedereen het volmondig eens zal zijn met de premier, zit er zeker een grond van waarheid in die uitspraak. België doet het lang niet kwaad. Onze centrale ligging, met hoofdstad Brussel als episch centrum van de Europese instellingen en het NAVOhoofdkwartier, is een belangrijke troef voor België. Europees president Herman Van Rompuy, EUcommissaris Karel De Gucht en ECB-directeur Peter Praet bekleden internationale sleutelposities. Dat België op het kruispunt van cruciale verkeersassen ligt, is minstens even belangrijk. De voornaamste Europese autosnelwegen, lijnvluchten en hogesnelheidslijnen lopen over ons grondgebied. We hebben al een windmolenpark in de Noordzee, enkele goed gelegen zeehavens en tegen 2017 zal de SeineScheldeverbinding een Europese vaarweg creëren die onze industriële regio’s verbindt. Dat is allemaal goed nieuws. De Belg is nog nooit zo rijk geweest De Belgische tienjaarrente zakte deze zomer naar het laagste peil in ruim drie jaar en voor het eerst werd een negatieve rente betaald voor staatsleningen op drie maanden. Dat is een ferme opsteker voor de schatkist (die nu goedkoop kan lenen) en eigenlijk ook voor het imago van heel ons land. Meer dan 221 miljard euro op de spaarboekjes, een verdubbeling van vastgoed tot 1.066 miljard euro en een grote koopkracht per inwoner: de Belgische particulier is nog nooit zo rijk geweest. Uit de pas gepubliceerde halfjaarcijfers van de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie blijkt dat de gemiddelde vastgoedprijzen er licht op vooruitgegaan zijn. De lage rente maakt echter veel goed voor potentiële kopers.
2
Ondanks de fiscale maatregelen van de regering blijft België een aantrekkelijke vestigingsplaats voor vermogende particulieren. Zelfs al is alles hier geen rozengeur en maneschijn en bestaat er een zeker degradatierisico op korte en lange termijn, wij Belgen zijn bevoorrecht en we hebben mooie toekomstkansen.
News
Antimisbruikwet en vermogensplanning
Op 1 juni 2012 is het nieuwe artikel 344, paragraaf 1 van het WIB 92 van kracht geworden. Dit artikel definieert het begrip ‘fiscaal misbruik’ inzake schenkingen en successies. De nieuwe versie van de tekst geldt voortaan voor alle verrichtingen die in de privésfeer worden uitgevoerd, onder meer ook voor schenkingen en successieplanning. Deze nieuwe bepaling stipuleert dat een rechtshandeling (bijvoorbeeld een verkoop) of een geheel van rechtshandelingen (bijvoorbeeld een verkoop en een schenking) dat vanaf 1 juni 2012 door een belastingplichtige wordt verricht in het kader van registratie- of successierechten, niet langer tegenstelbaar is aan de belastingadministratie als het uitsluitend bedoeld is om de belastingheffing te ontduiken. Daarvoor moet de fiscus bewijzen dat de belastingplichtige in hoofdzaak de belastingheffing heeft willen ontduiken en dat die verrichting in strijd is met de doelstellingen van de fiscale wetgeving. De belastingplichtige kan proberen om het bewijs van het tegendeel te leveren door zijn handeling te rechtvaardigen aan de hand van burgerrechtelijke of familiale redenen: de bescherming van de langstlevende echtgenoot, het voorkomen van conflicten tussen de erfgenamen enz. Als de belastingplichtige dit bewijs niet kan leveren, zal de fiscus belasting heffen in overeenstemming met zijn interpretatie. Aangezien deze wet geen terugwerkende kracht bezit, heeft de nieuwe bepaling geen betrekking op alle successieplanningen die vóór 1 juni 2012 zijn afgesloten. In zijn eerste versie was de tekst van de antimisbruikwet erg vaag en was er een deerlijk gebrek aan concrete voorbeelden, wat veel onrust en verwarring heeft veroorzaakt zowel bij het bredere als bij het meer gespecialiseerde publiek. Gelukkig heeft de fiscus op 19 juli 2012 de situatie opgehelderd via een circulaire die een lijst met voorbeeldverrichtingen inzake schenkingen en successies bevat die al dan niet als fiscaal misbruik worden beschouwd. Een belangrijke opmerking: de lijst van verrichtingen die in die tekst is opgenomen, is niet exhaustief. Daarom moet iedere afzonderlijke verrichting worden onderzocht, rekening houdend met de concrete context en modaliteiten.
3
De witte lijst Voor zover ze geen deel uitmaken van een constructie van meerdere verrichtingen, blijven de gewone successieplanningen toegestaan en mogen ze als zodanig niet als fiscaal misbruik worden bestempeld. Toegestaan zijn bijgevolg nietgeregistreerde schenkingen (hand- en bankgiften) en geregistreerde schenkingen (met of zonder voorbehoud van het vruchtgebruik) voor een Belgische of Nederlandse notaris. Schenkingen van grootouders aan hun kinderen en/of kleinkinderen (zogenaamde schenkingen met vrijwillige erfenissprong) worden eveneens aanvaard. Deze roerende schenkingen kunnen ook wettig worden aangepast door middel van een clausule ‘onder last’ ten gunste van de schenker of door een clausule van beding van terugkeer. De gespreide schenking van onroerende goederen met een tussenperiode van meer dan drie jaar is eveneens toegestaan. Bepaalde testamenten worden evenmin beschouwd als fiscaal misbruik. Toegestaan zijn bijvoorbeeld testamenten met maximale toewijzing van de voorkeurregelingen, het zogenaamde testament met erfenissprong (generation skipping) en het dubbel legaat. Laatstgenoemde techniek wordt door de belastingadministratie aanvaard voor zover er bij berekening van de last een wezenlijk nettovoordeel voor de vereniging uit voortvloeit. Er zal echter fiscaal misbruik worden verondersteld als dat voordeel onbestaande of onbeduidend is. Ook clausules rond tontine of aanwas blijven toegestaan.
News
Antimisbruikwet en vermogensplanning
De zwarte lijst Op de zwarte lijst van als verdacht beschouwde operaties staan de verrichtingen die op het laatste moment worden uitgevoerd, en elke opeenvolging van verrichtingen die worden uitgevoerd met de bedoeling een fiscaal voordeel te genieten – op voorwaarde dat er sprake is van eenheid van opzet. Daardoor, en tenzij de belastingplichtige bewijst dat de verrichting andere dan ficale redenen heeft, wordt de inlassing in een huwelijkscontract, enkele dagen vóór het overlijden van de echtgenoot, van een clausule die de toewijzing zonder kosten van de volledige gemeenschap aan de langstlevende echtgenoot bepaalt (de sterfhuisclausule), als fiscaal misbruik beschouwd. Eveneens verboden is de techniek waarbij een echtgenoot een eigen goed inbrengt in de gemeenschap, gevolgd door een schenking door beide echtgenoten. De gesplitste aankoop staat ook op de zwarte lijst. Bijvoorbeeld, Jules schenkt geld aan zijn zoon Denis. Samen kopen ze een onroerend goed; de vader koopt het vruchtgebruik en de zoon de blote eigendom. Denis financiert de blote eigendom met het geld dat hij van zijn vader heeft ontvangen. Bij het overlijden van Jules dooft het vruchtgebruik uit en wordt Denis volledig eigenaar van het onroerend goed zonder successierechten te betalen. De fiscus zal dan menen dat de opeenvolgende verrichtingen (schenking en gesplitste aankoop) uitsluitend tot doel hebben de successierechten op het onroerend goed te vermijden en dus bedoeld zijn om een fiscaal misbruik te plegen. Denis kan altijd proberen te bewijzen dat de door hem ontvangen schenking in tempore non suspecto heeft plaatsgevonden en dat de twee verrichtingen geen verband met elkaar houden. In dat geval zal hij de betaling van de successierechten die door de fiscus bij het overlijden van zijn vader worden geëist, kunnen vermijden. Zoals bekend, komt de successieplanning tegemoet aan uiterst verschillende behoeften, die zowel van burgerlijke (bescherming van de echtgenoot, gezinsverbondenheid enz.) als van fiscale aard (vermindering van de successierechten) kunnen zijn. De nieuwe antimisbruikbepaling heeft als positief gevolg dat de nieuwe successieplanningen opnieuw focussen op burgerlijke en gezinsspecifieke zorgen, ook al mag het fiscale doel niet noodzakelijk worden uitgesloten. Iedere belastingplichtige die zijn erfenis in alle veiligheid wil organiseren, moet er steeds op toezien dat hij andere dan fiscale redenen heeft opdat de verrichting niet zou kunnen worden betwist. Dat geldt zelfs voor de gewone planningstypes die de belastingdienst in zijn lijst heeft toegestaan. Met alle vragen over dit onderwerp kunt u terecht bij uw IFA-specialist.
4
Investors corner
Uw Beleggingsportefeuille aanpassen aan uw leeftijd?
Iedereen die vandaag een belegging doet, moet verplicht een beleggingsprofiel* hebben (MiFIDprofiel voor bankproducten of checklist voor beleggingsverzekeringen). Hierin speelt de beleggingshorizon een belangrijke rol, maar ook de leeftijdsevolutie is belangrijk.
Hoe ouder, hoe minder risico’s Zodra u het einde van uw actieve loopbaan nadert, zal wellicht het opgebouwde financiële vermogen, samen met de opgebouwde kapitalen in de 2e en 3e pijler, moeten worden aangesproken om boven op het wettelijk pensioen (1e pijler) een maandelijks extra inkomen te genereren. In de aanloop van dit moment kiest u beter voor beleggingen met minder mogelijke waardeschommelingen. Het komt er dus op aan om, naast het beleggingsprofiel, de verdeling tussen aandelen, obligaties en cash aan te passen aan uw leeftijd. Zo bouwt u het risico van de beleggingsportefeuille af naarmate u in leeftijd vordert. De leeftijd van 50 à 55 jaar zal hier wellicht voor velen een scharniermoment zijn, zeker met het oog op de naderende confrontatie met de pensioenbreuk. Een jaarlijkse check-up van uw beleggingsportefeuille, samen met uw financiële vertrouwenspersoon, dringt zich bijgevolg op. Zo kunt u, naast het maximale percentage aandelen ingevolge uw beleggingsprofiel, een correctie toepassen door ook de leeftijd in rekening te brengen en bijvoorbeeld jaarlijks het percentage vastrentende beleggingen op te drijven.Voor beleggingen in open Tak 23-fondsen kan de overdracht tussen verschillende fondsen eenmaal per 12 maanden volledig kosteloos gebeuren. Bij bankfondsen is kosteloosheid vaak niet mogelijk en dient u bij kapitalisatiefondsen rekening te houden met een beurstaks van 1%.
Wie jong is, zit in de opbouwfase van zijn vermogen. Jonge mensen zijn nog ver verwijderd van hun pensioen zodat ze zich meer beleggingsrisico’s kunnen veroorloven. Wie belegt op lange termijn, is immers beter bestand tegen plotse pieken en dalen van de beurs. Schommelingen worden na verloop van tijd immers ‘uitgevlakt’. Daarnaast is het belangrijk om, afhankelijk van uw professionele situatie (werknemer in privésector, ambtenaar, zelfstandige, beoefenaar van een vrij beroep,…), een kapitaal in de 2e en 3e pensioenpijler op te bouwen. Ondertussen weet namelijk iedereen dat we allemaal langer zullen moeten werken (40 jaar) om aanspraak te kunnen maken op een wettelijk pensioen dat bovendien in België vrij mager uitvalt vergeleken met de andere Europese lidstaten. Alleen statutaire ambtenaren (niet de contractuele) kunnen rekenen op een beter pensioen in de 1e pijler – voor hen geldt het pensioen als een vorm van uitgesteld inkomen. Ondanks recente wijzigingen in de regelgeving leveren de investeringen die u tijdens uw actieve loopbaan uitvoert in het kader van de 2e en 3e pensioenpijler, nog altijd een belangrijk onmiddellijk fiscaal voordeel op. Als u rekening houdt met de eindbelasting (op 60 of 65 jaar) bieden deze investeringen een zeer attractief totaal nettorendement. De fiscale producten, die verzekeraars aanbieden, worden zeer voorzichtig belegd en ze worden dus algemeen als bijzonder veilig beschouwd.
5
Welk percentage vastrentende activa opnemen? Een eenvoudige vuistregel die vaak gebruikt wordt, is dat de procentuele hoeveelheid obligaties in de beleggingsportefeuille overeenkomt met de leeftijd van de belegger in jaren. Bijvoorbeeld: op 50 jaar belegt u idealiter 50% in obligaties. Op 65 jaar belegt u dan weer beter 65% in obligaties, want op dat ogenblik zal u er voornamelijk op uit zijn om een regelmatig extra inkomen te verkrijgen. Bovendien neemt de beleggingshorizon af naarmate de leeftijd toeneemt. Uiteraard is de persoonlijke situatie alsook de vermogensverdeling van iedere belegger verschillend. Het al of niet aanwezig zijn van extralegale pensioenvoordelen kan een aardig verschil maken in het totale eindplaatje. Vandaar dat het nuttig is om samen met uw IFA-adviseur een volledig persoonlijk financieel plan op te maken dat heel uw levenscyclus omvat en rekening houdt met al deze elementen alsook met voorzienbare gebeurtenissen tijdens het leven. * Beleggingsprofiel: op basis hiervan kan de financiële tussenpersoon natrekken of het product past bij het beleggingsprofiel en kan hij op de risico’s wijzen van de gekozen belegging zodat de belegger weet waaraan hij begint.
Producten en diensten
Gewijzigde spaarfiscaliteit
Zoals u wellicht vernomen hebt, treffen de begrotingsmaatregelen van de regering eveneens de fiscale aftrekbaarheid van degenen die aan pensioenopbouw (3e pijler) doen via het fiscaal aantrekkelijke pensioensparen (bank en verzekeringen) en langetermijnsparen. Maar ondanks de verlaagde fiscale aftrekbaarheid blijven het interessante spaarformules. Voortaan geldt voor iedereen, ongeacht het inkomen, een fiscaal voordeel van 30% op de uitgevoerde stortingen sedert januari 2012 (i.p.v. een bijzondere gemiddelde aanslagvoet van 30 tot 40%). De taxatie op termijn voor pensioenspaarfondsen (bank) wordt berekend op de gestorte bedragen, fictief gekapitaliseerd aan 4,75%*. Bij verzekeringsproducten wordt de heffing berekend op de gestorte kapitalen gekapitaliseerd aan hun werkelijke gewaarborgde rente. De winstdeelnames blijven vrijgesteld van belastingen. Stortingen na 60 jaar blijven van de fiscale aftrekbaarheid genieten en ontsnappen aan de belastingen. Heel voordelige jaren om bij te storten!
De maxima in 2012 bedragen voor pensioensparen € 910 en voor het langetermijnsparen € 2.200. Zelfs ondanks de gewijzigde fiscaliteit blijft het aanbevelingswaardig om ook ter aanvulling van het wettelijk pensioen een extra kapitaalpensioen op te bouwen. * 4,75% voor de stortingen uitgevoerd vanaf 1993. Stortingen uitgevoerd t.e.m. 1992 worden fictief aan 6,25% gekapitaliseerd onafgezien het werkelijke rendement van het pensioenspaarfonds.
Het pensioen van bedrijfsleiders Bent u bedrijfsleider met een ‘interne Individuele Pensioentoezegging (IPT) via balansprovisie’? Dan is de verplichte externalisatie ook voor u van toepassing. Maar een externe IPT levert u enkele hoogst aantrekkelijke voordelen op. De programmawet van 22 juni 2012 bepaalt immers dat een interne Individuele Pensioentoezegging gefinancierd door een interne provisie op het passief van de balans van de onderneming voortaan bij een pensioeninstelling moet worden geëxternaliseerd. Praktisch komt dit erop neer dat voortaan – om het oorspronkelijk overeengekomen pensioenkapitaal te kunnen behouden en financieren – geen nieuwe bedragen meer mogen worden ingeschreven op de balans, maar dat deze effectief als premies moeten worden gestort op een externe IPT. Voor de bestaande interne provisies mag het bestaande bedrag intern behouden blijven. Optioneel kunnen die al aangelegde provisies ook naar een externe IPT worden overgedragen. Hiervoor is er geen beperking in de tijd en kan desgewenst slechts een deel worden overgedragen naar een verzekeringsinstelling.
6
Aan een externe IPT is meer dan één voordeel verbonden:
• geen fiscale kosten bij de externalisatie van de bestaande provisies;
• fiscaal voordeliger bij vereffening op 65 jaar als u effectief •
•
•
actief blijft tot deze leeftijd dankzij de voordelige aanslagvoet van 10%; een betere rechtszekerheid met o.m. behoud van alle pensioenaanspraken ook in geval van een faillissement en afkooprecht als u de vennootschap verlaat vóór de normale einddatum van de pensioentoezegging; andere voordelen zoals de mogelijkheid tot vastgoedfinanciering, of nog, een meestal voordeliger premie voor een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid en overlijden als deze aanvullend bij de IPT wordt afgesloten; en, last but not least: aantrekkelijke rentevoeten en/of diversificatiemogelijkheden!