v
p
E ectrotechniek in het licht van de rijzende zon
Verslag van een studiereis naa r Japan,door leden van de ele,ctr61€chnische,~ " . renigi8gen
"
.,<;'
,.,1"
A~
/ r ' :- ';"'"-: , .
E. T. V., Scintilla en THOR van de drie Nederlandse Technische Hogescholen.
BIJLAGEN
APRIL 1982
Electrotechniek in het licht van de rijzende zon ,BIJLAGEN
VOORWOORD De elektrotechnische studieverenigingen van de drie Technisc:he Hogescholen uit Nederland, ETV (Delft), Scintilla (Twente) en Thor (Eindhoven) hebben in november 1981 gezamenlijk een studiereis naar Japan gemaakt. Het voornaamste doe1 van de studiereis was een onderzoek naar de toekomst van de Japanse (elektrotechnische) industrie. In het rapport "electrotechniek in het licht van de rijzende zon" komen de belangrijkste resultaten van het onderzoek uitgebreid aan de orde. De tien schrijvers van dat rapport hadden vele informatiebronnen tot hun beschikking. In het bijzonder konden zij putten uit verslagen van: * lezingen * een symposium * schaduwexcursies * voorstudies * bedrijfsbezoeken in Japan. Deze verslagen zijn opgenomen in deze "bijlagen". AIle 40 deelnemers aan de studiereis , schreven enkele van deze verslagen. Dit gebeurde zowel tijdens de voorbereiding van de reis als tijdens het verblijf in Japan. Over de voorbereiding en de bedrijfsbezoeken vindt U hieronder wat achtergrondinformatie. Lezingen. Voor het vertrek hebben de deelnemers de volgende bijgewoond: -Mevr. drs. C.M. Steegers-Groeneveld (vakgroep Japanologie Leiden): "Historie en Landschap van Japan"
lezingen
-Dhr. ir. J.J.T.M. Bongenaar: "De Japanse bevolking en haar gewoonten" -Dhr. drs. J.J.P. Kuyper (Economische Voorlichtings Dienst): "De Japans-Nederlandse handelsbetrekkingen" -Dhr. drs. J.A. Stam (Erasmus Universiteit Rotterdam): "he t sociaal-economische klimaat in Japan" -Dhr. T. Morita (Directie General Electric Company/ Hitachi Ltd.): "Productivity through quality management" -Dhr. ir. van der Ouderaa (Philips Data Systems): "Ontwerpen van elektronische produkten"
VOORWOORD -Dhr. ir. Vis (Philips Data Systems): "Produktie van elektronische produkten" -Ohr. ir. P. Kuipers (Directie Philips HIG. Video): "De Japanse Stoomwals" -Dhr. ir. Korthals Altes (Philips Eindhoven): "Automatisering in de elektrotechnische industrie" De eerste vier lezingen hadden een inleidend karakter. Zij z1Jn niet apart verslagen, maar direct verwerkt in hoofdstuk 1 van het eindrapport. De andere lezingen gingen over onderwerpen die direct met de Japanse industrie te maken hebben of gingen juist over onderwerpen in de Nederlandse industrie. Deze laatste groep lezingen had tot doel om de deelnemers voldoende materiaal te geven, om hun observeringen in Japan mee te kunnen vergelijken. Symposium. De volgende vier sprekers vormden het forum van een klein voorbereidend symposium, dat op 1 september 1981 op de T.H. Delft gehouden werd: - Drs. J. de Boer, Philips Telecommunicatie Industrie Hilversurn, financiele afdeling. - Drs. J.A. Starn, Erasmus Universiteit Rotterdam, tevens secretaris van het Nederland Genootschap voor Japanse studien. - Drs. H.J. Timmermans, Concern t1arketing Support Department, Philips Eindhoven. - Ir. A. Walraven) Natuurkundig Laboratorium, Philips Eindhoven. Voorzitter van het symposium was Prof. ir. J.L. de Kroes, hoogleraar aan de T.H. Delft, afdeling de Elektrotechniek. De stellingen van de vier sprekers zijn in dit verslag opgenomen.
inclusief
hun
toelichtingen
Schaduwexcursies. Voor de Reis naar Japan zijn door de deelnemers enkele Europese industrieen bezocht. Deze excursies dienden weer om voldoende vergelijkingsmateriaal te hebben tijdens het bezoek in Japan. Dit is zeer belangrijk: een bezoek aan zeer geautornatiseerde fabrieken bijvoorbeeld zal nauwelijks indruk maken zonder een voorafgaand bezoek aan minder geautomatiseerde fabrieken. Bovendien zal men na het bestuderen van de rnotivaties van een bepaald beleid in Nederland, genuanceerder kunnen oordelen over hetgeen men in Japan ziet.
VOORWOORD Wij hebben de volgende vier bedrijven bezocht: - Volvo Car bv., als voorbereiding op het bezoek aan Nissan - Estel Hoogovens IJmuiden, als voorbereiding op het bezoek
aan
NKK - Philips Volt - Philips CBRT, Brugge, beide om een indruk massafabricage van consumentartikelen.
te
krijgen
van
de
Zowel in Nederland als in Japan hebben wij ons geconcentreerd de volgende vijf deelgebieden van de elektrotechniek: - Very Large Scale Integration Telecommunicatie - Meet- en regeltechniek - Computers - Energie.
op
Voorstudies
De studies die hiervan zijn gemaakt, vindt u verslag.
samengevat
in
dit
Bedrijfsbezoeken in Japan. Van ieder bedrijfsbezoek in Japan is een gestandaardiseerd verslag gemaakt, dat bestaat uit vier pagina's. Op de eerste pagina staan bedrijfseconomische gegevens en de organisatie structuur vermeld. De tweede pagina beschrijft de produkten, produktie processen en afzetmarkten en de derde pagina beschrijft de bedrijfsstrategie het onderzoek en de toekomstverwachtingen van het bedrijf. De vierde pagina, tenslotte, geeft een samenvatting van de indrukken die het gezelschap heeft gekregen. AIle hierboven beschreven verslagen zijn voor vertrek of in Japan geschreven. Na terugkomst zijn er nauwelijks wijzigingen aangebracht. Deze verslagen geven daarom een goed beeld van de voorbereiding en van het bezoek aan Japan. Ze hebben de basis gevormd van het rapport "electrotechniek in het licht van de rijzende zon". Om te voorkomen dat aIle informatie zoals , die in de verslagen is vervat maar niet in het eindrapport verwerkt is, verloren gaat worden deze verslagen gepubliceerd. Zoals al gezegd zijn de verslagen door 40 man geschreven, zodat het onvermijdelijk is dat er verschillen optreden in kwaliteit en stijl. Tenslotte bevat dit verslag nog enkele artikelen uit Eiseviers Weekblad, geschreven door wetenschapsjournalist Ir. F. Kappeteijn die de reis meemaakte. F. Biemans.
INHOUD VOORWOORD INHOUD LEZINGEN T.H.TWENTE Ir.
Korthals Altes "Automatisering in de Elektrotechnische lndust rie" Ir. Kuipers "De Japanse Stoomwals, een Nederlands antwoord" Dhr. T. Morita "Produc ti viteit door Kwaliteitsmanagement" Ir.Van der Ouderaa "He t ontwikkelingsproces" lng. Vis "Produktie van Elektronische Produkten" SYMPOSIUM T.R.Delft stellingen van: Drs. de Boer Drs. Stam Drs. Timmermans Ir. Walraven VOORSTUDIES Computers Energietechniek Regeltechniek en Automatisering Telecommunicatie VLSI SCRADUWEXCURSIES Philpis' CBRT Hoogovens Philips' VOLT Volvo Car BEDRIJFSBEZOEKEN Canon
INHOUD Computer Service Kahushiki Kaisa Fujitsu Hi-Ovis Hitachi IBM Kyoto University Hatsushita H1T1 Mitsubishi Nlppon Electric Company Nippon Kokan Nissan
NTT OK1 Sharp Sony Tokyo Electric Power Company Tokyo University Toshi ba Tsukuba Science City
Stukken uit Elseviers Weekblad
LEZINGEN THT : KORTHALS ALTES Automatisering in de elektrotechnische industrie. Verslag van de lezing door ir. Korthals Altes van de N.V. Philips gloeilampenfabrieken (Centrum voor Fabricage Technieken) te Eindhoven, gehouden op 22 september 1981 aan de TH Twente. Deze lezing behandelt enige algemene tendensen in de elektrotechnische industrie. Eerst wordt vastgesteld, dat de produkten van deze industrie altijd betrekking hebben op informatie. Daaronder wordt verstaan: het inwinnen van informatie (sensoren, mikrofoon enz.) - het opslaan ,, ,, ,, - het verwerken " - het transporteren ,, - het weergeven " " Er is hierbij een duidelijke trend waarneembaar van een toenemende informatiedichtheid (per oppervlakte of inhoud). Voorbeelden: Bij het opnemen van informatie is de ontwikkeling gegaan van zwart-wit naar kleuren tv, het plumbicon is ontwikkeld, kleinere gehoorapparaten enz. Bij de opslag is de 78 toeren plaat gevolgd door de LP en die alweer door de compact disk, de (video) magneetband is verder ontwikkeld, alsmede DOR(digital optical recording). Bij het verwerken van informatie is de buis-flipflop via de transistor geworden tot de one chip CPU. Bij het transport is de draaggolf telekommunikatie en de glasvezeltechnologie verder ontwikkeld. Bij het weergeven is de informatiedichtheid van tv toegenomen door de ontwikkeling van de zwart-wit naar de kleuren tv en van het halfgeleider display. Deze steeds voortgaande miniaturisatie en integratie worden mogelijk gemaakt door: - een betere beheersing van de fabrikage processen - meer gebruikmaking van fysische en chemische hulpmiddelen De elektrotechnische industrie wordt steeds meer een fysische en chemische procesindustrie en steeds minder een montage industrie. De ontwikkeling van de laatste 25 jaar ziet er als voIgt uit: - 25 jaar geleden waren de produktiemiddelen het terrein van de werktuigbouwers. Men sen worden vervangen door machines. Men spreekt van mechanisatie. Dit is een mono- disciplinaire aangelegenheid. - Vervolgens komen er elektrotechnici bij voor het meten e.d. en voor het flexibeler maken van de besturing. Daarna worden software specialisten bij het besturen
LEZINGEN THT : KORTHALS ALTES ingesehakeld. - Thans is het zo, dat fysiei de produktiemiddelen en methoden ontwerpen. De ontwikkeling van bedrijfsmechanisatie (BM) naar produktiemiddelen en methoden (PMM) is er een geweest van monodiseiplinaire naar multidisciplinaire aanpak. Een probleem bij de multidisciplinaire aanpak is het op elkaar afstemmen van de inbreng van de betrokken disciplines en het hooghouden van het nivo van elke inbreng. Een veelzeggend voorbeeld is de elektronenbuis, die is uitgevonden door elektrotechniei, terwijl de benodigde kenn.is voor de transistor al aanwezig was. De transistor is dan ook niet door elektrotechnici maar door fysici ontwikkeld! Een goede multidisciplinaire aanpak moet voorop staan met specialisten in goede onderlinge samenwerking. Montage van elektronische onderdelen is arbeidsintensief en werd (wordt) ondergebracht in kleine fabrieken. De ontwikkeling van montage industrie naar fysisch-chemische industrie maakt het echter noodzakelijk de produktie te centraliseren, gezien de aard en de kosten van het produktieproces. Wat betreft de gevolgen voor de werkgelegenheid is het van belang op te mer ken dat het produkt ontwerp van grotere invloed is dan het invoeren van de automatisering aIleen. Technische vooruitgang is noodzakelijk voor het overleven van een bedrij£: anders ontstaat er nog meer werkloosheid. Enige technische aspekten van de automatisering: - Proeesbesturing en nauwkeurigheid zijn op aIle gebieden nodig en toegenomen. - kompleksere machines moeten sneller produeeren i.v.m. de hoge i nves ter ingen. In volgorde van geavaneeerdheid worden toepassingsgebieden van automatisering besproken.
nu
vier
I.Het testen van elektronische circuits. In de diagnostiek wordt gebruik gemaakt van testapparatuur voorzien van enorme computers. Deze vergen grote investeringen in geld (miljoenen guldens) en mankracht (rekencentra). De testkosten bedragen daardoor tot tientallen procenten van de toegevoegde waarde van het produkt. Het gaat hier om komplekse diagnostische problemen en niet om eenvoudige go-no go tests. Na reparatie wordt een produkt opnieuw getest: bij een fout wordt de gehele produktie twee maal getest. Ook het automatisch trimmen is zeer ingewikkeld. Voor de toekomst wordt een interessante ontwikkeling verwacht in het kombineren van digitale en ana loge technieken, bijvoorbeeld
LEZINGEN TlIT : KORTHALS ALTES bij het "ijken in software": hierbij wordt een inferieure (lees sterk niet lineaire) opnemer met behulp van digitale technieken gelineariseerd. 2.Automatische inspektie van produkten en halffabrikaten. visueel zeer snel afwijkingen konstateren De mens kan (waar sc hi j nli jk dankzij een vorm van parallel processing). In technische inspektie systemen kunnen we twee delen onderscheiden: - een optisch deel: laser scanner, halfgeleider kamera - verwerking: zeer veel informatie per tijdseenheid Voor het inspekteren van een printplaat met een nauwkeurigheid van SOu bij een snelheid van 1 a 2 dm /sec moeten meer dan 10 Mb/sec verwerkt worden. Seriele verwerking met miniof mikrocomputers is daarvoor niet meer toereikend. De ontwikke1ing gaat in de richting van parallel signal processing (real time) met behulp van een aantal mikroprocessoren en speciale hardware verbonden door middel van een bus en onder besturing van een centrale processor. Bij Philips wordt van dit systeem gebruik gemaakt, evenals bij Texas Instruments, waar het FFA (Function to Function Architecture) genoemd wordt. Hen kan een groot aantal standaard funkties voor automatisehe inspektie en beeldverwerking onderscheiden. Dit maakt het toepassen van speciale snelle hardware mogelijk. 3.Fleksibele automatsering Men spreekt van massamechanisatie als de machines slechts een weg-tijd diagram kennen. De besturing geschiedt door middel van nokkenschijven. Deze vorm van automatisering is aIleen rendabel bij grote massa's, d.w.z. als elke 2 a 3 sekonden een produkt gefabriceerd wordt. Voor elke bewerking is er een aparte machine. Bij groot-serie fabricage is nog sprake van veel handmontage. Ben oplossing wordt hier geboden door wat genoemd wordt: flexibele automatisering: machines met een instelbaar (programmeerbaar) weg-tijd diagram. Veelal wordt hier gebruik gemaakt van servo's. Indien het aantal vrijheidsgraden van de machine vier of is spreekt men van industriele robot.
1000 montagekosten in f 100 per 100 stuks. 1 ([) 1.handmontage 2.flex. autom. 1 3.machanisering
• ,- ,
groter
.'·.•
.. 1 -'-• _--; .... _ \.' .... _...••....... . _',.:.. • ~ • _ • _ ........ ., ,,\
........
\ . .
,,-.~.
.-., ...*. ..".... . _.2.
_.,'- ........
... .... " .......... .............. *.:. .. - .... - ••
-0.1
~
.. - .........-..,..:3....
-0 .. 01
10
8 6 10 produktie/ jaar 10
~.-
LEZINGEN THT : KORTHALS ALTES De grafiek hierboven geeft het verband aan tussen jaarproduktie en montagekosten voor handmontage, flexibele automatisering en mechanisatie. In Japan heeft men een sterke aandacht voor flexibele automatisering. Daar is dan ook het grootste aantal robots te vinden: -Japan :10.000 N.B. In Japan worden soms ook de machines met -USA 3.250 minder dan vier vrijheidsgraden tot de robots -Europa 4.250 gerekend. Ret Japanse aantal verandert dan in -rest 1.400 90.000! Bij huidige typen robots wordt vaak nog geen terugkoppeling toegepast van uitgeoefende druk en zeker niet van visuele informatie. Deze robots worden bijvoorbeeld gebruikt bij lassen, spuiten of het in- en uitvoeren van werkstukken. Men spreekt van robots van de eerste generatie. Aan montagerobots worden veel hog ere eisen gesteld kwa nauwkeurigheid. Er zijn vele toepassingen mogelijk in allerlei assemblage-werkzaamheden voor deze tweede generatie-robots. Echter de overgang voor de robots van de tweede generatie van laboratorium-fase naar toepassing in de fabriek wordt tegengehouden doordat de verwerking van de visuele feedback nog te traag verloopt. (zie punt 2. automatisch inspecteren van ... ) De Raad van Bestuur van de N.V. Philips noemt in een stuk over automatisering als redenen voor de toepassing van robots in Japan: - de Japanse industrie houdt moeilijk werk in Japan - er is grote aandacht voor konstante kwaliteit (het succes van voor het Japan); in het westen is meer aandacht rentabiliteitsaspekt; de praktijk wijst echter uit dat bet ere kwaliteit (t.g.v. robottoepassing) ook leidt tot hogere rentabiliteit oa. door lagere uitval en testkosten - de uurlonen stijgen ook in Japan - er is een gebrek aan arbeiders - gastarbeiders voor vuil of onaangenaam werk - door het life-time-employment systeem met een basis loon + deel van winst of verlies werken de bonden niet tegen - er zijn fiscale tegemoetkomingen Al met al is Japan zeker voor op het gebied van de toepassing van robots van de eerste generatie; niet op het gebied van assemblagerobots. Bij Nippon Denzo waar dashboard-instrumenten voor de autoindustrie worden gemaakt heeft men bij de produktontwikkeling terdege rekening gehouden met mechanisering en automatiseren. Er
LEZINGEN THT : KORTHALS ALTES worden meer dan 50 verschillende typen metertjes gemaakt. Na analyse van het produktenpakket kon men verschillende standaardfunkties onderscheiden en de meters modulair ontwerpen. Het resultaat was, dat met een klassieke gemechaniseerde produktiestraat toch de grote verscheidenheid aan meters kon Er worden vervaardigd. Er staan dus geen robots in de lijn. wordt een meetinstrument per seconde gefabriceerd (massaproduktie) terwijl er in feite van groot-serieproduktie sprake is vanwege de vele typen metertjes. 4.Computer aided manufacturing. Met Computer Aided Manufacturing (CAM) wordt bedoeld het effektief gebruiken van computertechnieken bij de technische en bestuurlijke organisatie van een bedrijf. Op management-nivo wordt dan gebruik gemaakt van een centrale computer die gekoppeld is aan een aantal minicomputers op het onderliggende beheersnivo. Op dit nivo wordt de logistieke organisatie verzorgd. Bij een computerized tussenmagazijn met halffabrikaten verzorgen de minicomputers de routing van de halffabrikaten door de fabriek. Dit systeem wordt trouwens door Philips gebruikt in de IC-fabriek in Nijmegen. Op het laagste groepsnivo vindt men tenslotte weer minicomputers en microcomputers die zowel onderling als met de computers op het beheersnivo gekoppeld zijn. Op dit nivo komt aIle voor de produktie noodzakelijke informatie beschikbaar: magazijnbeheer, produktiespecificatie etc. Op deze manier ontstaat dus een heel netwerk door de fabriek. (recapitulerend) TRENDS IN DE TECHNIEK
*
produktielijnen
* assemblage * miniaturisatie,
snelle realisatie betrouwbaarheid flexibiliteit
door: modulaire opbouw programmeerbaarheid systeemaanpak
processen/technologie integratie van funkties
LEZINGEN THT : KORTHALS ALTES
*
nauwkeurigheid
*
automatisering
maken meten
door: grens materiaaleigenschappen andere materialen kontaktloos bewerken en meten proceskunde verspanen in massafabrikage
Tenslotte nog een opmerking over het nastreven van de "unmanned factory" in Japan: het antwoord op een vraag hierover aan een Japans manager luidde: "Eigenlijk horen mensen in een fabriek niet thuis; mensen maken men sen zijn er niet om te produceren, maar om mdar fouten; produkten te kopen. II
De Japanse samenleving staat bovendien zeer positief tegenover automatisering, in tegenstelling tot de situatie in het westen.
Discussie na afloop van de lezing. Vraag: Betreft het artikel van de Raad van Bestuur: met behulp van mechanisering houdt men het moeilijke werk In Japan en het eenvoudiger werk wordt in het buitenland ondergebracht; waarom wordt dat dan niet geautomatiseerd? Antwoord: De prijs van bijvoorbee ld weerstandjes, waarvan de prod uk tie vergaand geautomatiseerd is, hangt in belangrijke mate af van de loonkosten (overhead). Aangezien een echte unmanned factory ondenkbaar is, probeert men de loonsom zo laag mogelijk te houden Vraag: Wat zijn de redenen voor het vriendelijke klimaat in Japan t.a.v. automatisering? Antwoord: Zie stuk van de Raad van Bestuur over robots (punt 3: fleksibele automatisering), bovendien: - De ontwikkeling en aanmaak van produktiemiddelen geeft ook werk - Werknemers zijn bereid het bedrijf in voor- en tegenspoed te steunen. - Hoe meer automatisering en mechanisering, hoe goedkoper en
LEZINGEN THT : KORTHALS ALTES beter de produkten worden met als gevolg een groter aandee1 van de wereldmarkt. De Japanners moeten het immers van de export (van arbeid in feite) hebben, vanwege de grote import van energie en grondstoffen. Vraag:
Hoe zal de toekomstige ontwikkeling zijn in Japan?
Antwoord: Een Japans hoogleraar heeft eens gezegd: "Vooraanstaan in de wereld op technologisch gebied is essentieel, anders zal het Japan slecht vergaan". Er is echter een terugloop van de werkgelegenheid in Japan tl~ konstateren. Na 1970 kwam de schok van de energiekrisis. De groei van de industriele produktie heeft voor die tijd weI 15% bedragen, bij een verhoging van de efficiency van 8%. Thans bedraagt deze groei minder dan 6% bij een verhoging van de efficiency van 8%. Dit betekent netto 2% verlies van arbeidsplaatsen in de indust riele sector. N. b. ook in Japan groeit de bevolking en maakt een toenemend aantal vrouwen aanspraak op een plaats in het arbeidsproces. Het totaal aantal banen neemt dus af en in de produktieve sector komen beslist geen banen meer vrij. Vraag: Betreft de grafiek van de kostenaspekten van montage bij verschillende jaarprodukties: hoe is dit verband blj langer lopende processen en is een investering in een robot rendabe1 vanwege zijn (her)programmeerbaarheid? Antwoord: De spreker heeft dit laatste zelf ook lange tijd gedacht, maar het is niet de enige mogelijkheid: het andere verschi1 met gemechaniseerde produktie is dat in het Iaatste geval een machine slechts een handeling uitvoert, terwijl eeo robot weI een groot aantal handelingen op een plaats achter elkaar verricht. Een robot vervangt dus een aantal mechanismen. Herprogrammeerbaarheid bestaat overigens al veel langer voor bijvoorbeeld wikkelmachines.
LEZINGEN THT: KUIPERS "DE JAPANSE STOOMWALS, EEN NEOERLANDS ANTWOORO" OOOR: IR. P.G. KUIPERS Samenvatting van de voordracht gehouden op 22 september 1981 door Ir. P. Kuipers, in het kader van het voorbereidingsprogramma voor de studiereis van de elektrotechnische studieverenigingen van de drie nederlandse TH's naar Japan. Dhr. Kuipers is van huis uit fysicus en heeft binnen het Philips concern reeds diverse functies vervuld. Hij was ondermeer betrokken bij het opzetten van de medical electronics afdeling en 2 1/2 jaar bedrijfsdirecteur ELA- vestiging in Breda. Hij is sinds 2 1/2 jaar directie- lid van de Philips' Hoofd Industrie Groep Video. Ohr. Kuipers is tot op heden twee maal in Japan geweest. In z'n voordracht vertolkt dhr. Kuipers veelal zijn persoonlijke mening. INLEIDING Het antwoord op de 'Japanse stoomwals' moet liggen in het herwinnen van het initiatief, er moet niet worden gewerkt vanuit een defensieve opstelling. voor het herwinnen van het initiatief moeten we analyseren waar onze specifieke sterktes liggen. Hierbij moet er voor worden gewaakt dat er niet te vee 1 vanuit het verleden wordt geextrapoleerd. We moeten meer puur analytisch kijken naar krachten en zwakten t.o.v. japan. Het zal blijken dat er nog vele kansen liggen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Tijdens de studiereis zal er dan ook veel aandacht moeten worden besteed aan die verschillen tussen het Japanse en het Nederlandse bedrijfsleven waaruit wij (Nederland) munt kunnen slaan. PROBLEEMSTELLING Door de toenemende acceptatie van Japanse produkten dreigt de Nederlandse (Westerse) industrie op dit moment op vele gebieden te worden overvleugeld door de Japanse. Oit is vooral het geval op het gebied van de microelektronika en de fijnmechanica en dan speciaal voor die industrietakken waarbij deze beiden verweven zlJn binnen een produkt. Voorbeelden hiervan op de consumentenmarkt zijn onder andere camera's, horloges en videoapparatuur. ANALYSE Ooordat in Japan vrijwel geen grondstoffen worden gevonden, is de Japanse industrie specifiek een veredelingsindustrie. Ret vertrouwen in het MITI en de uitgebreide strategische plannen vormen enkele van de grote krachten achter het Japanse succes.
LEZINGEN TRT: KUIPERS Een andere is de kwaliteit. Door het definieren van kwaliteitseisen voor de afzonderlijke componenten ontstaat een beter inzicht in het totale proces en (daardoor) een betere procesbeheersing. Een voortvloeisel van de betere procesbeheersing is de geweldige materiaalbeheersing die de japanners bezitten. Ze stellen Westerse deskundigen steeds weer voor nieuwe verrassingen voor wat betreft (fysische) grenzen van materialen. Vanuit Japan is twee derde van de wereldmarkt tote overzien" hetgeen een enorme stimulans is voor de industrie claar. Ren positief punt van de Japanse industrie is ook de logistiek, een sleutel-factor voor de massaproduktie. Ret gevolg is een zeer goede beheersing van de goederenstromen. Naast bovengenoemde "beta"- factoren zijn er ook een aantal "alpha"-factoren die (sterk) afwijken van het Westen. Op de eerste plaats de sterke collectiviteit. Na het werk duikt men onder in de anonimiteit van de massa en er bestaat vrijwel geen onderlinge revaliteit. Eigen belang wordt ondergeschikt gemaakt aan het collectieve belang. Ook de besluitvorming in het bedrijfsleven is geheel anders van opbouw. Besluiten worden bij consensus genomen. De mensen worden in het hele denk-overleg proces betrokken, waardoor iedereen weet wat er gaande is en weet waarvoor men staat.Ret verschil in management is dat de Westerse management praat en het Japanse luistert. Van zeer groot belang in japan is het prestige, gezichtsvelies is onmogelijk. EeD gevolg hiervan is dat, hoewel vertegenwoord igers van het Japanse bedrijfsleven in het algemeen goed engels spreken, de werkelijke onderhandelingen toch m.b.v. tolken in het Japans plaatsvinden om elke mogelijke onduidelijkheid ( en dus mogelijk gezichtsverlies), te voorkomen. SYNTHESE Het Nederlandse antwoord op de Japanse stoomwals moet zoals gezegd, z1Jn het (gedeeltelijk) terugwinnen van het initiatief. een belangrijk hulpmiddel kan hierbij zijn het werken met scenario's, of weI strategische planning. Door het vergelijken van de scenario's met die welke men bij de concurrentie vermoedt, kunnen de gemeenschappelijke, en dus veelal zinvolle, punten eruit gelicht worden. Ret criterium bij dit alles moet zijn het betreffende proces beter in de hand te krijgen. In de scenario's moeten ook zgn. zwaartepunten worden aangebracht. Men moet de maatstaven die bij de uitvoering worden gehanteerd bekend maken zodat iedereen weet waar hij/zij aan toe is. Ret Westerse management houdt op dit moment veel te weinig rekening met het individu. We hebben het individu geschapen. Nu moeten we het leren accepteren en gebruik maken van de specifieke eigenschappen van het individu. Daartoe moet oak de managementstijl veranderen. Er moet meer worden gewerkt vanuit een
LEZINGEN THT: KUIPERS vertrouwensbasis, het man~gement moet de werknemers niet voor verrassingen stellen, etc .• Dit proces moet ook omgekeerd plaats vinden. Er moet vertrouwen in de leiding zijn. Het gaat hier om de stijl van het leiding nemen. Bij het creeren van dit "nieuwe" management kunnen de opleidingen een belangrijke rol spelen. Zij sluiten op het moment nog te weinig aan op de praktijksituatie.
AANOACHTSPUNTEN japanse Een aantal aandachtspunten met betrekking tot het bedrijfsleven zijn: -een zeer belangrijke plaats wordt ingenomen door de marketing, waarin veel geld wordt geinvesteerd. Opvallend is hierbij dat de fantasie veelal wordt gebruikt voor de creatie van een produkt en niet zozeer direkt voor de toepassingen ervan. -ten gevolge van de steeds grotere complexiteit van de samenleving wordt veel gewerkt met zg. systemen waarbij ingespeeld wordt op de infrastructuur van de samenleving (bv. teletekst) . -als het Westen opnieuw het initiatief wil nemen, zal de financiering een groot probleem worden door de belangentegenstellingen. Men zal geld moe ten onttrekken aan goed lopende produkten om te investeren in nieuwe produkten. Met andere woorden de prioriteiten moe ten worden herzien. -om te slagen moeten we in het Westen komen tot beter teammanagement. Daarbij behoort men niet bang voor elkaar te zijn en op elkaars zwakten in te spelen. -samenwerking met japanse bedrijven zal pas plaats moe ten vinden na het herwinnen van het initiatief.
GEVAREN Sluimerende gevaren in het westerse bedrijfsleven zijn onder andere: -onderschatting de eigen inspanning hoeft niet altijd goed te zijn. -" sloppiness": de manier waaro p men met e lkaar omgaat , het zoeken en aanwijzen van schuldigen (altijd "de ander"). -verdeeldheid -de neiging tot extrapolatie vanuit het verleden. -op het maken van een plan en het realiseren ervan voIgt veelal teleurstelling. Op zo'n moment is men te gemakkelijk geneigd af te haken. -het management moet kunnen en durven zeggen hoe onzeker bepaalde plannen zijn. -de gedachte dat we teveel kunnen. We verdelen onze inspanning te veel ,waarbij we weinig rekening houden met de noodzakelijk reserves en marges.
IEZINGEN THT:MORITA De heer T. Morita van Hitachi-General Electric TV Ltd. in Engeland heeft op de T.H.Twente een lezing gehouden in het kader van de voorbereidingen op de Japanse studiereis van de elektrotechnische studieverenigingen der Technische Hogescholen, die in november '81 zal plaatsvinden. Het onderwerp van de lezing was: "Producti viteit door Kwaliteitsmanagement "verschillen in management concept tussen het Westen Japan. Het nu volgende is een weer gave van de belangrijkste de lezing:
(UK)
punten
en uit
Arbeidsproduktiviteit kan worden gedefinieerd als geproduceerde hoeveelheid gedeeld door aantal werknemers, of als verkoop gedeeld door aantal werknemers. Het overleven van een bedrijf in de markt is aIleen mogelijk door verhogen van de produktiviteit. De produktiviteit kan op drie manieren worden verhoogd, te weten: 1) Door vergroten van de geproduceerde hoeveelheid; 2) door vergroten van de verkoop door middel van prijs!volume; 3) door vermindering van het aantal werknemers (ongewenst en aIleen vanwege de volledigheid. De oplossingen 1) en 2) staan duidelijk niet los van elkaar. Produktie vergroting zonder vergroting van de verkoop is immers niet zinvol. Men kan produktiviteitsvergroting alleen bereiken met de volgende maatregelen: 1) Betere kwaliteit en betrouwbaarheid van het produkt; 2) beter , geavanceerder ontwerp , continue verbetering daarvan; 3) betere en modernere componenten gebruiken en nauw samenwerken met de producent daarvan; 4) betere kwaliteitsbewaking in het produktieproces (hierop wordt uitgebreid nader ingegaan); 5) betere prijs!prestatie verhouding door kostenbesparende maatregelen zoals ontwerpverbetering, value-analysis project, materiaal en energiebesparing, automatisering, beter kwaliteitsbeheersing, zie 4); 6) betere prestaties door ontwerpdiversificatie, extra mogelijkheden (features) en betere betrouwbaarheid. De verschillen tussen het Westen en Japan worden gevoriden in 1) De acceptatie van het produktiviteitsconcept als de enige manier om te overleven en als richtlijn in de onderhandelingen voor loonsverhoging met de bonden: aIleen loonsverhoging als de produktiviteit gestegen is; 2) de rol van het midden-management (hierop wordt nader ingegaan) ; 3) de positieve houding (participatie) van de werknemers dankzij
IEZINGEN THT:MORITA aanmoediging en motivatie door het management met als resultaat tevredenheid in het helpen draaiend houden van het bedrijf. Er zal nu worden verschillen:
ingegaan
op
een
aantal
management-concept
KWALITEITSBEHEERSINGSCONCEPT. Met kwaliteit wordt bedoeld de mate van gebruiksgeschiktheid (of de mate van tevredenheid van ve gebruiker) en niet het voldoen aan een standaard. Het grondbeginsel van de kwaliteitsbewaking is afkomstig uit de V.S.:Kwaliteit wordt NIET gemaakt door inspectie maar moet ontstaan IN HET PROCES! In Japan heeft men het concept aangepast aan de lokale omst and igheden en ver doorgevoerd: men spreekt van "Company Wide Quality Control". Een bekende Quality-Control Consultant in de VS, Juran, schrijft in zijn publicatie "Japanese en Western Quality- a contrast" het volgende: "In Japan heerst er een stemming van ontevredenheid met bereikte kwaliteit en er is een programma van revolutie; In het Westen daarentegen heerst een stemming van tevredenheid en is er een programma van evolutie; dat is de drijvende kracht achter de reusachtige verbetering van kwaliteit en produktiviteit in Japan." Kwaliteitsverbetering kan worden bereikt door: Werkstandaardisering en taakinstruktie voor iedere werknemer met controle op opvolging van instrukties, "on the job training" , terugkoppeling van reject-informatie, wegnemen van de oorzaken van uitval na analyse, participatie-activiteiten van de werknemers zoals QC-circles en Zero Defect groups, ideeenbus en nauwe samenwerking met de componenten-fabrikanten. Ret verwerpen van produkten die buiten de toleranties vallen levert geen kwaliteit op en is aIleen een bestrijden van de symptomen. Ret gaat erom de oorzaken van uitval te voorkomen in aIle produktiestappen. Net zoals het belangrijk is de werkruimte niet aIleen schoon te maken, maar vooral te zorgen, dat die niet vuil wordt. Goede instructies en de juiste instelling van de werknemers zijn erg belangrijk. Verschillen met het Westen zijn: 1) De produktie-afdeling is verantwoordelijk voor hoeveelheid, kwaliteit, prijs en levertijd. Deze verantwoordelijkheid wordt gedragen door elke werknemer, want defecte onderdelen of apparaten komen na inspectie niet bij een speciale reparateur (zoals in het Westen) maar zo worden teruggestuurd naar de oorspronkelijke produktlemedewerker. Deze moet de volgende werknemer in het proces zien als "klant". 2) Bij ontvangst van onderdelen wordt de AQL bepaald. Zelfs als de AQL aan de eisen voldoet, zal toch veelal een verzoek worden
IEZINGEN THT:MORITA gericht aan de producent om de volgende keer de AQL nog beter maken en aan dit verzoek wordt bovendien voldaan!
te
3) Lange termijn winstegevendheids-concept. In Japan wordt het bedrijf gezien als een eeuwigdurende eenheid, waarmee werknemers, gezinnen en klanten nauw verbonden z1Jn voor hun levensonderhoud. Het management is verantwoordelijk voor het voortbestaan van het bedrijf. Er wordt dan ook de meeste waarde gehecht niet aan korte-termijn winsten maar aan investeringen voor de lange-termijn, desnoods ten koste van winst op de korte termijn, om produktiviteit te verbeteren. De geschiktheid, prestaties en filosofie van het topmanagement worden dan ook niet afgelezen uit de Winst-Verlies rekening, maar uit de balans van het bedrijf. Dit in tegenstelling tot het Westen waar het streven naar grote (kortstondige) winsten hoog in het vaandel geschreven staat. Het uitkeren van winst aan de aandeelhouders is in Japan helemaal niet belangrijk. De aandeelhouders zelf zijn niet belangrijk. BOTTOM-UP MANAGEMENT CONCEPT. In Japan worden de bedrijfsopvattingen beleidslijnen volle dig uitgelegd aan het middenmanagement. Het middenmanagement is namelijk van groot belang voor de ontwikkeling en implementatie (uitvoering) van het beleid. De ideeen van het middenmanagement worden doorgegeven naar het topmanagement om consensus over het beleid te bereiken, om de planningsmogelijkheden te ontwikkelen, om het verlangen tot participatie en samenwerking te bevredigen en om opgeleid te worden als de volgende generatie topmanagers. Daarentegen vindt men in het Westen uitsluitend instruering van boven-naar-beneden (top-down t.o. bottom-up) dus: minder verklaring van het beleid, minder delegeren van gezag, minder vereiste tot participatie: het midden-management wordt ontmoedigd problemen op te lossen terwijl juist de vrijwillige uitdaging problemen op te lossen sterk produktiviteitsverhogend werkt. STANDAARDTIJD BEPALING DOOR MANAGEMENT. In Japan is het de verantwoording van het management om de standaardtijden vast te stellen. De standaardtijd wordt gewoonlijk van te voren bepaald, gebaseerd op de MTM/WF methode. Het is het werk van de industriele technici en produktiemanagers om nieuwe produktietechnologien in te voeren om zodoende de kosten te verminderen. Dit is de meest effectieve manier om de arbeidsproduktiviteit te vergroten. De werknemers zijn bovendien graag bereid om soms briljante ideeen naar voren te brengen om de standaardtijd te verkleinen. De kostenbesparing wordt zo bereikt door zowel management als werknemers met als resultaat: betere
IEZINGEN TRT:MORITA concurrentiepositie voor Japanse prod uk ten op de wereldmarkt en dus hogere produktiviteit en ROGER LOON of salaris. In het Westen is de standaardtijd steeds onderwerp van overeenkomsten tussen management en vakbond: de standaardtijd beinvloedt het loon. Vermindering van de standaardtijd betekent vermindering van loon. FLEXIBILITEIT IN WERK-TAAK-VERDELING. In Japan is het de taak van het management om nieuwe produktiemethoden en technologien in te voeren en te zorgen dat het personeel ermee vertrouwd raakt en ermee om leert gaan. Ret personeel accepteert de veranderingen in het werk ten gevolge van nieuwe technologie en ziet in dat het overleven van het bedrijf op de wereldmarkt in het geding is. In feite wordt er door management en werknemers en de bedrijfsbond overlegd over de maatregelen om te overleven. In het Westen is er een lange traditie van horizontale vakbonden (dus geen bedrijfsgebonden vakbonden) en van vastliggende taakverdelingen (demarkatie). PROBLEMEN IN JAPAN. De problemen waarmee Japan te kampen heeft zijn tweeerlei: 1) Gebrekkige ontwikkeling van creatieve of originele technologie; sommige bedrijven hebben dit probleem erkend en doen investeringen om de situatie te verbeteren. Men richt zich op de gebieden: Materialen, energie, geneeskunde, computers, communicatie en ruimte onderzoek/technologie. 2) Verzadigde economische groei. Ret jaarlijks groeipercentage is afgenomen tot 3%. Ret life-time-employment systeem, dat inhoudt dat geen enkele werknemer zijn baan hoeft te verliezen bij ongeacht welke nieuw in te voeren maatregel kan aIleen bestaan bij economische groei. Nu deze afneemt liggen conflicten op de loer. De conclusie van de 1ezing is: De enige constante factor is VERANDERING; hoe passen we ons aan aan constante verandering? (We moeten de ontwikkelingen in de wereldmarkt in de gaten houden).
IEZINGEN THT:MORITA Opmerkingen en vragen uit de zaal: Er is altijd voorspeld dat het in Japan zou mislopen, nu eens met energievoorziening, dan weer met iets anders. De voorspellingen zijn nooit uitgekomen en de huidige problemen zullen ook weI opgelost worden (Prof. Vorstman) Antwoord op vraag: Het direkt toepassen van de Japanse concepten is niet mogelijk; ze moeten worden aangepast net als Japan de Amerikaanse concepten heeft aangepast. Het lukt ook niet met dwang maar men moet het zelf willen, men moet zelf de problemen zien en begrijpen welke oplossingen nodig zijn. Bij Hitachi-GEe in Engeland wordt het Japanse chassis gebruikt en Japanse componenten. Na het aangaan van het samenwerkingsverband is de produktiviteit gestegen met 38%, te verdelen over: standaardtijd vermindering 20%, introduktie van automatic insertion machines 10%, reject rate reduction 5%, verbetering van efficiency 3 a 5%. Bovendien werd er een nieuwe lijn opgezet. Problemen bij het introduceren van een nieuw model .in de produktie worden zo vee I mogelijk van te voren opgelost in de vier stadia: 1. ontwerpoverzicht stadium. 2. product example sample test. 3. trial run test. 4. massaproduktie. Reject rates op het niveau van tv-apparaten in Japan: 0,5% in UK: 1% voor een groot deel op gebied van afwerking en niet op gebied van grove storingen. 80 tot 90% Japanse componenten wordt gebruikt vanwege lage prijs en hoge kwaliteit: 30-40 ppm reject bij inspectie na binnenkomst bij Hitachi. In het produktieproces van de componenten is de reject rate kleiner dan 5% (bij de ijskasten divisie, waar de heer Morita heeft gewerkt was dat 0,3%). De investeringen ten behoeve van creatieve bedragen 5 tot 6% van de totale verkoop.
ontwikkelingen
Bij wereldwijd verspreide bedrijven is de terugkoppeling moeilijk. Daarom z~Jn er maandelijkse rapporten van de verkooporganisaties voor het HQ en een jaarlljkse conferentle.
LEZINGEN THT
V. D. OUDERAA
HET ONTWIKKELINGSPROCES
Ontwikkeling kan omschreven worden als 'het omzetten van vage wensen en verlangens in een produkt'. Het ontwikkelingsproces kan worden onderverdeeld in een conceptie- en ontwikkelingsfase. Als een produkt deze beide fasen doorlopen heeft kan tot fabrikage worden overgegaan. In de conceptiefase definieren de klanten hun wensen, waarby b.v. de technische uitvoerbaarheid of de prys nog niet in acht genomen is. In overleg met de ontwikkelaar worden de wensen doorgesproken en eventueel aangepast. Zo is uiteindelyk het wensenpakket van de klant in overeen- stemming gebracht met de technische realiseerbaarheid. Deze zogenaamde wensarchitektuur wordt dan vastgelegd in een CRS (commercial requirement specification). Dit is de afsluiting van de conceptiefase. Hierna komt de ontwikkelingsfase, waarin een drietal stadia te onderscheiden zyn. Er wordt begonnen met het opstellen van een EPS, gevolgd door het design- proces en afgesloten door het implementa tiestadium. In de EPS (element performance specification) komt te staan hoe de ontwikkelingsafdeling de wensarchitektuur denkt te gaan realiseren. In de EPS is de werkelyke architektuur (funktionele gedrag) beschreven. Hierin is rekening gehouden met de techische mogelykheden om de wensen van de klant om te zetten in een apparaat. De EPS is opgesteld in het engels, en wordt verder officieel beheerd. Het laatste houdt in, dat wyzigingen aleen via een CR (change request) aangebracht kunnen worden. By het ontwerp (design) wordt de EPS als uitgangspunt gekozen. Er worden blokschema's gemaakt, deze worden verder uitgedetailleerd, er wordt een computerbeschryving gemaakt en een prototype. In al deze fasen in het ontwerpproces wordt er naar mogelyke fouten gezocht. Als die gevonden worden, vindt er een terugkoppeling plaats naar voorgaande stadia. Uiteindelyk resulteert dLt in het definitieve ontwerp, waarmee de ontwikkelingsfase overgegaan is in het implementatiestadium. Voordat een projekt begonnen kan worden moet het goedgekeurd zyn door de commissie projektbeheer. Daarnaast verzorgt deze commissie nog een aantal andere taken, zoals het opdelen van nieuwe produkten in een aantal projekten, het per projekt opstellen van planning en budget, en bewaking van de voortgang van het ontwikkelingsproces m.b.v. computerhulpmiddelen en een relatiediagram. Dit diagram geeft de verbindingen en koppelingen tussen de mylpalen aan. De eisen, die aan het produkt, dat gemaakt gaat worden, gesteld worden zyn testbaarheid en toepassing van toegestane komponenten.
LEZINGEN THT
V.D.OUDERAA
Toegestane komponenten zyn komponenten die betrouwbaar en verkrygbaar zyn. In het voorgaande is een globaal overzicht gegeven van het computerproces. Naast dit stramien kunnen zich in de verschillende fasen onverwacht gebeurtenissen voordoen. De klant kan b.v. zyn verlangens wyzigen. Afhankelyk van hoever het ontwikkelingsproces gevorderd is, kan hiermee rekening gehouden worden. Een andere onverwachte gebeurtenis is, dat er meer komponenten dan aanvankelyk voorzien nodig zyn, of dat er een ontwerpfout gemaakt is, of dat er meer prototypen nodig zyn. Het kunnen inspringen op deze onverwachte gebeurtenissen bepaalt in belangryke mate de flexibiliteit van het ontwikkelingsproces. De samenwerking in een onderafdeling tussen de verschillende groepen of tussen de ontwikkelingsafdelingen verloopt formeel via dokumenten. De konklusies die gemaakt kunnen worden, zyn: 1. Know-how en infrastruktuur zyn onontbeerlyk met betrekking tot b.v. het inspelen op wyzigingen. 2. Teamgeest is nodig, onder meer voor aanpassingen aan onvoorziene omstandigheden. 3. Tydens het ontwikkelen zyn veel kontakten nodig. 4. Het ontwikkelingsproces wordt begeleid door een grote hoeveelheid dokumenten.
LEZINGEN THT- VIS
lng P. Vis, leider van de produkt- en engineeringgroep. heeft op de T.H Twente een voordracht gehouden over het produktieproces van Philips Data Systems, om ons een referentiekader voor onze studiereis naar Japan aan te rei ken. Naast de daadwerkelyke produktie (=montage en keuring) is er ook de zorg v~~r de inkoop en de (eventuele) keuring van de te gebruiken onderdelen alsmede de kwaliteitszorg voor het afgeleverde produkt en de dokumentatie van het gehee 1. Oit leidt ertoe dat de produktengineering een slelltelfunktie heeft by de overname van nieuwe produkten vanuit de ontwikkelingsafdeling. Zij immers kennen de technische mogelijkheden in de montage en de keuring en moe ten er samen met ~ontwikkeling~ voor zorgen dat de produktiemiddelen en de ~keurtools~ kfijn in orde zijn als de serieproduktie start. Om dit te bewerkstelligen moet er steeds enkele jaren vooruitgekeken worden naar nieuwe (efficientere) technologieen om daaruit voorstellen voor technische verbeteringen en i.nvesteringen te destilleren en voor te bereiden. Als we naar de montage kijken zien we dat deze gericht is op mechanisatie. We kunncn by de montage drie stadia onderscheiden: - automatisch plaatsen van IC's half-auto~atisch plaatsen van overige komponenten - handmontage voor komplementering Het half-automatisch plaatsen gebeurt met behulp van een lichtvlek welke de juiste montage-locatie van de component aanwijst. Hoewel de foutkans hierby klei.ner is dan by handmontage komen fouten toch nogal eens voor. (note: de halfautomaat is voorzien van een montageprogramma.) Door optimalisatie van het gehele proces wil men de kwaliteit verbeteren en daardoor hoge testkosten voorkomen. Deze optimalisatie wordt vooral hereikt door een snelle terugkoppeling binnen de montageafdeling van de by de keuring gevonden fouten, daar veel fouten uit de komponenten of uit de assemblage komen. Het spreekt voor zich dat om deze doelstelling te bereiken de keuring erg belangryk is. De keuring is gericht op komponentniveau van losse IC op kaartniveau en op systeemni veau. Het streven is momenteel om in gesprekken met de lC-toeleverancier, te komen tot een betere IC-kwaliteit, opdat in de IC-keuring in onze fahriek dan aIleen getest behoeft te worden op de door de leverancier geleverde kwaliteit. (steekproefcontrole en dus geen 100 % keuring meer van de volledige part yen.) (testkosten minimaliseren) = AQL (Accepted Quality level» Voor de keurlng op kaartniveau heeft men de beschikking over een tester met een fakirbed met 7000 meetpennen om de geassembleerde kaart op de juiste werking te controleren. Als 1aatste is er dan de keuring op systeemniveau. Door foutenanalyse vindt upgrading
LEZINGEN TnT: VIS (verbetering) van de test programma' s plaats. (IC-keuring en kaartkeuring) Tevens vindt terugkoppeling plaats naar de montage v.w.b. montagefouten; voorkomen is immers beter dan genezen. Na een grondige test van de eerste batches en een goede fout-analyse is het streven om snel naar steekproefkeuring over te gaan op systeemniveau. Achter dit geheel van montage en keuring schuilt de vo1gende produktf ilosofie - vermijdt foutendoor : 1. standaardisatie in ontwikkeling en produktie 2. produktiegericht ontwerpen 3. automatisering (de mens maakt de fout) 4. grote aandacht voor procesterugkoppeling 5. goede werk- voorbereiding tracht touten zo snel mogelyk te vinden. indien mogelyk .in de volgende produktiestap (kostenaspekt) - produceer in batches: efficiente foutrapportage - werk met een kwaliteitsrapportage systeem.
SYMPOSIUM THD : DE
BOER
drs J. de Boer SOGO SHOSHA, DE STILLE MOTOREN ACHTER JAPANSE CONCURRENTIEKRACHT. STELLING:
De relatieve achteruitgang van onze concurrentiekracht t.o.v. Japan kan door Nederland aIleen niet tot staan worden gebracht. Dit is slechts mogelijk in Europees verband.
Sogo Shosha wordt in het Nederlands vertaald met handelshuizen, hetgeen eigenlijk een understatement is. Het gaat hier namelijk om handelshuizen met een hoop bindingen. Zo is een nauwe samenwerking met het bankwezen voor het goed functioneren van de handelshuizen onontbeerlijk. De relatie met de bank is vaak heel oud, en men treft soms dezelfde naam aan voor zowel het handelshuis als de daarmee verbonden bank. Ook heeft het handelshuis een zeer nauwe relatie met een aantal industrieen. Indien men een Nederlandse industrieele onderneming zou vergelijken met een Japanse, dan komt men tot de verbazingwekkende conclusie dat de Japanse onderneming bijna helemaal wordt gefinancieert met "vreemd" geld. Er zijn geen aandelen maar allenen bankkredieten die allen van een bank komen. Iedere industrie heeft een relatie met een bank en iedere industrie heeft een relatie met een handelshuis. Deze blndingen, vanouds heten ze Zaibatsu, zijn gedurende de Amerikaanse bezetting buiten de wet gesteld, hetgeen niet verhindert, dat de relatie's vandaag de dag nog steeds hun werk doen. In de bepaling van de strategieen tussen de handelshuizen, banken en industrie spelen het MITI en de Keidandren, een soort werkgeversorganisatie, een belangrijke role De Japanse topmanager is genegen enorme hoeveelheden tijd te steken in het bepalen van lange termijnstrategieen, waarbij men naast de zakelijke besprekingen ook veel aandacht schenkt aan informelere betrekkingen, zowel binnen het bedrijf als naar buiten. De belangrijkste taak van de handelshuizen is de verzorging van de import naar Japan. Japan is geweldig afhankelijk van het buitenland, daar Z1J geen grondstoffen bezit. Zoals ieder land streeft oak Japan naar een sluitende handelsbalans, hetgeen de Japanse export voor een gedeelte verklaard. De handelshuizen reiken daarbij een sterke helpende hand. Hoe moeten we de Japanse concurrentie positie internationaal zien? Daartoe kunnen we de verschillen tussen Europa en Japan beschouwen. Op het gebied van technologische know-how kan de stelling verdedigd worden, dat Japan niet echt sterker is dan Europa. Japan heeft echter, veel meer dan Europa, een strategies speerpuntenbeleid. Als Japanners iets werkelijk tot een speerpunt verklaren, worden daar aIle krachten en flnanciele middelen op ingezet. Op deze manier weet men grate successen te behalen, dit kan echter weI ten koste gaan van sectoren, die men niet tot speer punt heeft verklaard.
SYMPOSIUM THD : DE
BOER
In Japan draagt men het begrip kwaliteit hoog in het vaandel. Men is zich in een Japans bedrijf van hoog tot laag bewust, dat wat uit je hand en komt van onberispelijke kwaliteit moet zijn. In Europa ontbreekt het nog weI eens aan deze mentaliteit. Japan bezit een zeer grote homogene thuismarkt. Dit maakt een bijzondere grootschalige aanpak mogelijk en heeft invloed op de leerkromme ten aanzien van het produkt, hetgeen de prijs gunstig beinvloedt. Er wordt vaak beweerd dat de lonen in Japan laag zouden zijn. Echter ook in Japan worden hoge lonen uitbetaald. Het verschil met Nederland is aIleen dat het collectieve deel in de lonen veel kleiner is en dat maakt voor het bedrijfsleven een groot verschil. Ook gezien het uitgavenpatroon is Japan zeker niet armer dan Nederland, eerder het tegendeel is waar. Wat betreft de wederzijdse handel tussen Nederland en Japan is het volgende op te merken: Japan is bijzonder goed met de aanpassing van produkten aan locale eisen, terwijl daarentegen de Europese industrie het verwijt gemaakt kan worden dat zij in Japan slecht uit haar ogen kijkt. Een andere kwestie is die van de handelsbelemmeringen. Een Japanner koopt uit principe Japanse goederen: dat is goed voor Japan en voor hemzelf. Het is zelfs zo dat er dealers zijn die geen buitenlandse goederen mogen verkopen: de zogenaamde "captive dealers". De handelskanalen worden beheerd en beheerst door de handelshuizen en handelsbanken. Kartels en verticale prijsbinding zijn er toegestaan. De financiering van de afzetkanalen is dan ook heel anders dan in Europa. In Europa zijn de afzetkanalen namelijk open voor iedereen en is er concurrentie door middel van prijs en kwaliteit. Die kwaliteit vormt ook een belemrnering: buitenlandse goederen moeten voldoen aan de Japanse standaarden. Nederland is voor 54 % van het nationaal inkomen afhankelijk van Ondanks aIle Westerse nervositeit bedraagt in Japan de export. de export slechts 13 % van het nationale inkomen. Dit betekent weI dat de overheid genoeg ruimte heeft voor het steunen van die export. In Japan is het gebruikelijk producten te verkopen voor een prijs die in het begin verliezen kan opleveren. Zo brengt men een goedkoop product dat in de toekomst weI winst oplevert. De eventuele verliezen worden gefinancierd en de ontwikkelingskosten worden op de thuismarkt gedekt. Op deze wijze is het Japanse bedrijfsleven erop uit om posities te veroveren. Nederland aIleen kan zich niet effectief verzetten tegen de door handel en politiek scheef getrokken concurrentiepositie maar dit is weI mogelijk in Europees verband. Men kan dan denken aan een vergaande Europese samenwerking op researchgebied, waar de Europese Commissie overigens al hard aan werkt. Er wordt nu nog gezocht naar mogelijkheden om de nationale organisaties daarbij te betrekken. De EEG moet in dit proces een belangrijke rol gaan
SYMPOSIUM THD : DE
BOER
spelen. Verder moet er worden gestreefd naar een liberalisatie van het industriebeleid. Nederland kan nooit tegen Japan concurreren wanneer voor vestiging van een industrie er talloze procedures afgehandeld moe ten worden en een nauwelijks te overziene hoeveelheid papieren ingevuld moet worden.
SYMPOSIUM THO: STAM Stelling: door:
drs.
ER BESTAAT GEEN UNIEK JAPANS MANAGEMENT SYSTEEM J .A.
Stam
Ik zal het hebben over Japan op het niveau van de organisatie en mijn stelling in deze. Oaartoe eerst een inleiding. Ais we de Japanse naoorlogse economische ontwikkeling schetsmatig willen weergeven komen we tot het volgende overzicht: 1950 - 1960 Rehabilitatie van de economie, verbreding van de industriele basis 1960 - 1970 Sterke groei door massaficatie van het produktie proces. 1970 - 1980 Afnemende groei van het bruto nationaal produkt als gevolg van de oliecrisis. technologische innovatie, groei van de investeringen in het buitenland 1980 - 1990 Export van knowhow door groeiende belangstelling voor het Japanse management Waarom heeft men opeens zoveel belangstelling voor het Japanse management? In de jaren '70 en '80 hebben de Japanners veel geinvesteerd en ondernemingen overgenomen of nieuw opgezet in West Europa. Oeze worden door de Japanners gerund op een zeer doeltreffende manier. Dit stimuleerde de nieuwsgierigheid bij westerlingen en vormde een intellectuele uitdaging. Als gevolg daarvan probeert men er ook wat van te leren. Ter bepaling van een strategie is het belangrijk aandacht te besteden aan de activiteiten van Japan indien men als industrie wil overleven. Waar moet men nu op letten bij de bestudering van het Japanse Management Systeem? Er bestaat geen "toverformule" op dit gebied, weI vallen twee dingen op namelijk: - Het grote pragmatisme - Het aanpassingsvermogen van de Japanse manager De kracht van het Japanse Management ligt onder in de organisatie in het shopfloor management oftewel in de wijze waarop men de productie organiseert. Hen weet de mensen te motiveren tot hoge pretaties: niet tot louter hard werken maar tot toegewijd en efficient werken met als resultaat een hogere produktie van een hoge kwaliteit. Het shopfloor management of kortweg SFM is zeer procesgeorienteerd en niet taakgeorienteerd. Leiderschap is niet directief maar supportief. Heel belangrijk in het Japanse Management is het aspect: leren, dat wil zeggen het leren van nieuwe technieken en het leren in het kader van de
SYMPOSIUM THO: STAM zelfontwikkeling. .Japanners zijn binnen hun eigen organisatie meesters in "social engineering" : een goede combinatle van hoge eisen stellen en kansen bieden om hogerop te komen door zelfontwikkeling heeft een homogeen prestatlegericht arbeidspotentieel als gevolg. Oit sluit een universele aanpak uit. Oe sleutel iigt in het personeelsmanagement dat goed functioneert ten behoeve van het bedrijf maar ook van de werknemer.
SYMPOSIUM THO: TIMMERMANS JAPANSE CONCURRENTIE IN DE CONSUMENTENELEKTRONlKA DOOR DRS. H.J. TIMMERMANS
DE
INDUSTRIE
VAN
DE
"The Japanese electronic industry has completely mastered entrepreneurial know-how, ranging from the production of consumer electronic products all the way down to the marketing and serv~c~ng of these products. This attribute is equated with the entrepreneurial power of Japanese household electrical appliance makers dating back to the postwar recovery period, and now represents a competitive strength that is being displayed to the world. It is here that one can straightforwardly see how awesome the international competitiveness of Japanese electronic products is". De ontwikke1ing in de elektronische consumptiegoederenindustrie geeft voor de verschi11ende markten het volgende bee1d: West-Europa:
Een industrie die in een reorganisatieproces verkeert.
V.S.
Een nauwelljks meer existerende eigen industrie. Aanbod is voorname1ijk in handen van japanse bedrijven.
Japan
Marktbeheerser zowel technologisch als commerciee1.
Wat is er de oorzaak van dat West-Europa en de Verenigde Staten hun greep op de wereldmarkt aan Japan hebben verloren? Om het antwoord op deze vraag te kunnen geven, moeten we terug in de tijd. Na de Tweede Wereldoorlog was Japan om economische redenen gedwongen een exportindustrie op te zetten ter compensatie van de grote grondstoffenimporten. De e1ektronische industrie en met name die van consumptiegoederen werd gekozen als een van de speerpuntindustrieen. Omdat de basiskennis ontbrak, was Japan gedwongen de benodigde know-how uit het buitenland te halen (voora1 de V.S.). In Japan werd toen gestart met de produktie van goedkope en kwa11tatief matige produkten. De V.S. hadden met het afstoten van deze low-end aktiviteiten weinig moeite. Een neveneffekt was dat Japan op deze wijze binnen de Amerikaanse invloedsferen b1eef. Naast de produktie van low-end consumer elektronics produkten zetten de Japanners een lange termijn strategie op met de volgende kenmerken: 1) het werken aan de beheersing van het massafabricage, 2) het opzetten van eigen R en D aktiviteiten, 3) het beschermen van de eigen markt.
proces
van
SYMPOSIUM THD: TIMMERMANS In het begin en het midden van de zeventiger jaren ontstonden er problemen met de elektronische consumptiegoederenindustrie in de V.S.. Deze bleek niet bestand tegen de Japanse concurrentie en vroeg om protectionistischemaatregelendieerook kwamen (o.a. importbeperkingen voor K.T.V.'s). Het antwoord van Japan op deze akties was: 1) het zoeken en betreden van nieuwe markten zoals West Europa en het Midden-Oosten, technologisch geavanceerde 2) het zich richten op nieuwe produkten, 3) het verplaatsen van de produktiecentra van Japan naar de betreffende markt. Thans zijn bijna aIle grote Japanse fabrikanten voor consumentenelektronika in de V.S.. Daar vindt dan de assemblage van de Japanse produkten voor de Amerikaanse markt plaats. Ook op de nieuwe markten, met name West-Europa en het Midden-Oosten, vestigden zich een groot aantal Japanse bedrijven zodat de problemen die zich eerder voor deden met Amerika zich niet konden herhalen bij deze twee nieuwe afzetgebieden. Nieuwe produkten zoa1s de videotaperecorders verschenen op de markt waarbij de concurrentie gering is. AIleen Philips en Grundig zijn potentiele concurrenten voor de Japanners.
SYMPOSIUM THD: WALRAVEN De e1ektrotechnische industrie RD in Japan in 1990 door: ire A. Walraven
de
jaren
Stelling : West-Europa wordt eerder bedreigd door de snelle ontwtkkeling dan door de Japanse industriele research.
1980
Japanse
Men kan zich afvragen hoe het is gekomen dat een oosters land, dat we in eerste instantie niet zagen als een centrum van wetenschap en onderzoek zo'n belangrijke rol is gaan spelen. Vanuit westers oogpunt verwachten wij uit het Oosten immers niet direct wetenschappelijke kennis. Het is echter niet toevallig dat juist in Japan deze situatie is gegroeid. Japan heeft een zeer oude beschaving, die via China en Korea een lange weg heeft afgelegd en zich tenslotte heeft gevestigd. Het is merkwaardig dat men dergelijke cultuurcentra ook in Indonesie en China vindt maar dat een lange periode van isolatie is verstreken voordat men in Japan kennis nam van het Westen. Deze isolatie in de periode van het Shogunaat ging zover, dat het zelfs verboden was voor Japanse burgers naar het buitenland te reizen en dat de scheepvaart aan allerlei beperkingen was onderworpen. Er was eigenlijk sprake van een bamboegordijn in plaats van een ijzeren gordijn. Achter dat gordijn heeft zich over een periode van circa 300 jaar een bijzonder proces voltrokken, namelijk een zeer sterke homogenisering van de maatschappelijke cultuur, voorafgegaan door interne oorlogen en sterke verdeeldheid, gevolgd door een geleidelijk groeiend contact met de buitenwereld, hetgeen inhield een uitwisse1ing van kennis. Met de afloop van het Shogunaat en de binnendringing van de Amerikaanse handelsdelegaties kwam Japan voor het harde feit te staan dat het een aanzienlijke achterstand had op het geindustrialiseerde Westen. Na 1856 is er toen vanuit Japan een geconcentreerde poging ondernomen, die door de staat werd ondersteund om een reis naar het Westen te maken om zo er achter te komen hoe deze achterstand kon optreden. Deie reis werd ondernomen door de Iwakura-missie, die uit meer dan honderd leden bestond. De reis, die langs Amerika, West-Europa en Noord-Afrika ging werd vastgelegd in vijf foliobanden en in Japan uitgegeven. Wat we hierin terugvinden is een soort statistische opname van het Westen, een soort opsomming van alles wat belangrijk is in de verschillende landen. De reis heeft voor Japan een grote historische waarde en menig geschiedkundig boekje geeft er een uitvoerlge beschrijving van. Het gevolg is dat bij veel ta kk en van wetenschap, voora1 de exacte, de westerse oorsprong te bespeuren valt, hetgeen door de
SYMPOSIUM TIm: WALRAVEN Japanners ook eerlijk wordt toegegeven. Met de vermelding dat ze de traditionele Japanse wetenschappen ook weI zien als een grote bijdrage tot hun kracht. Research in Japan is ontstaan in een aantal golven. Nadat men in aanraking kwam met de Westerse beschaving heeft men geprobeerd OlD equivalenten op te richten van hetgeen men aantrof in Berlijn, Londen en Parijs. In 1888 worden wetenschappelijke verenigingen opgericht zoals de Society of Chemical Engineers in Japan, Japan Electrical Society en de Scientific Society, die allemaal exact een parallel hebben in het Westen. Echter in de loop van de tijd, in de periode voor de Tweede Wereldoorlog is er een zekere verbreding opgetreden. In 1911 is er een nieuwe inbreng geweest vanuit de eerste immigratiepoging van de Japanners, waaronder een nederzetting in Brazilie en een genootschap in Hawai. Er ontstond zo een blijvend contact. Voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog is er een zekere toestand van stabilisatie gekomen, die na de oorlog een sterke opleving gehad heeft. Na het contact met de Amerikaanse troepen heeft men zich gereorienteerd op Amerika. Naar het patroon van het IEEE is nog het Institute of Electrical and Communications Engineers in Japan, het IECEJ, tot stand gekomen. Daarnaast is er natuurlijk de nlet mis te verstane research in de industrie en industriele instelling. We kunnen nu echter tot de volgende conclusie komen die ook als stelling centraal in dit stuk staat: Vormt de Japanse industriele Westerse industrie?
Research
een
bedreiging
voor
de
Men moet zich hierbij afvragen waar de research plaatsvindt. De industriele research in Japan kan men zien als een RQ operatie met meer een ontwikkelingskarakter. De meer fundamentele onderzoekingen worden meer gegradueerd verricht waarbij gebruik wordt gemaakt van instituten, staatsinstellingen en universiteiten en zogenaamde "public corporations", waarvan de taak vergelijkbaar is met die van de PTT in Nederland, zoals bijvoorbeeld de Nippon Telegraph and Telephone Company en de Japan National Railways. In deze public corporations treedt een belangrijk verschijnsel op: Omdat deze bedrijven niet zijn ingeschakeld in de interne concurrentieslag tussen de bedrijven kunnen zij fungeren als "neutral meeting ground" waar de industrie kan binnenkomen en vergaderingen kan beleggen. Japan vormt weI degelijk een bedreiging voor het Westen. Deze bedreiging komt niet voort uit de geisoleerde industriele research die plaatsvindt in commerciele bedrijven maar wordt veroorzaakt door een zeer efficiente taakverdeling. Een
SYMPOSIUM THD: WALRAVEN taakverdeling waardoor overheid, openbare instellingen als universiteiten en instituten naast de industrie een soort in de tijd gefaseerde en getrapte verdeling van het werk krijgen. Men kan zeer risicodragend werk in eerste instantie uitstekend kwijt door naar de daarvoor in aanmerking komende universiteit te gaan. Een sprekend voorbeeld hiervan is de universiteit van Osaka, die een centrum is voor fysica en magnetisme en die voor de periode van 1970 tot 1979 een aantal van 8000 publicaties op haar naam heeft staan: ongeveer 1000 publicatie per jaar voor een universiteit! Een belangrijk deel van dit materiaal komt nooit in het Westen omdat het in de Japanse taal gepubliceerd wordt en in de Japanse gemeenschap circuleert. Kijkt men naar het moment waarop deze informatie naar het buitenland doordringt, dan kunnen er zo'n twee tot vijf jaren verstrijken voor een publicatie gelezen en vertaald is door het grote gebrek aan bekwame vertalers in het Westen. De enige hoop die men daarnaast kan hebben is dat men misschien met marginale vertalingen per computer een oplossing voor het probleem kan vinden. Japan heeft hier als eerste aan gedacht en in Kyoto vinden we de eerste publicaties om overzettingen te plegen vanuit het Engels naar het Japans, helaas niet omgekeerd. Er zijn in Amerika proeven gedaan om hiervoor computers te maken di.e aIle gestrand zijn bij het vinden van geschikte software. Ook in Engeland zijn hiertoe pogingen ondernomen. Een oplossing in de toekomst zal liggen in het hebben van geschikte software die zou kunnen dienen om een van een nieuw uitgebrachte publicatie een ruwe vertaling te lOa ken , die dan naderhand gepolijst kan worden door officiele vertalers die daardoor een grotere produktie zouden kunnen halen. Dit zou een eerste stap kunnen zijn om de meest belangrijke publicaties toegankelijk te maken voor een groot aantal wetenschappers. vooropgesteld natuurlijk dat het mogelijk blijft om in Japan de hand te leggen op de informatie.
VOORSTUDIES : COMPUTERS DE JAPANSE COMPUTER INDUSTRIE. Terwijl de Japanse auto-, staal-, scheepsbollw- en electronica industrie een belangrijke rol in de wereldmarkt spelen, is er nog maar weinig bekend over de software industrie in Japan. Om enig inzicht in het achterblijven van deze tak van technologie te krijgen, zal allereerst een overzicht van de Japanse hardware-markt worden gegeven. Vervolgens zal het belangrijkste software-bureau uit Japan aan de orde komen, waarmee direct een toekomstverwachting van dat bedrijf naar voren kan worden gebracht. Alhoewel de behandeling hierdoor specifiek wordt, zal een algemene tendens vanzelf naar voren treden. GROTE COMPUTERS. Zoals al op zoveel gebieden duidelijk is geworden, probeert Japan ook op het gebied van de grote computers een goed marktaandeel in handen te krijgen, niet in de laatste plaats m.b.v het MITI. Om de huidige situatie enigszins te overzien, moet eerst worden bekeken hoe de Japanse producenten zich hebben ontwikkeld. De Amerikaanse firma IBM heeft al meerdere decennia een grote greep op de wereld computermarkt. Tot in de zeventiger jaren was IBM vrijwel de enige leverancier van grote computers (mainframes) in Japan. In 1962 yond het MITI dat de positie van de Japanse computerproducenten enige verbetering behoefde, zodoende werd 338 miljoen yen (waarvan MITI de helft bijdroeg) gestoken in een samenwerkingsproject tussen Fujitsu, OKI en Nippon Electric Corp. genaamd FONTAC ('62 tot '66). Fujitsu ging zich wat meer toeleggen op cpu's, OKI op mechanische perifere apparatuur en NEC op magnetische perifere apparatuur. De destijds aanwezige producenten hadden zich tot dan toe, noodgedwongen. beperkt tot het produceren van mini's; er was niet voldoende kennis op het gebied van mainframes aanwezig. Toen IBM in '64 met de bekende IBM 360 op de markt kwam, konden Fujitsu en NEC slechts mini's (resp. Facom 230/30 en NEAC 2200) leveren. In de daarop volgende jaren ('66 tot '72) werd 10 miljard yen geinvesteerd, werd de nadruk op een hogere performance gelegd en deden ook Hitachi, Toshiba en Mitsubishi Electric mee. F-r werd weer een onderlinge afspraak over de taakverding gemaakt. NEC, Fujitsu en Hitachi werkten aan CPU's, Mitsubishi zou zich op image processing gaan toeleggen en OKI werkte aan de zg. kanji-displays (voor de chinese tekens). In de jaren van '72 tot '76 probeerde het MITI de producenten onder een niet zo zachte financiele dwang bij elkaar te krijgen, omdat het er tevee 1 waren geworden. Fujit su en Hi tachi produceerden daarop samen de zg. M-series, een hele computerfamilie, NEC en Toshiba de ACOS-family en Mitsubishi en
VOORSTUDIES : COMPUTERS OKI de COSMO-series. Deze situatie bleek echter niet houdbaar wegens de te grote concurrentie van de producenten onderling. Dit 1aatste veroorzaakte ook dat Toshiba en OKI zich uit de mainframe-markt terugtrokken. Vanaf dat moment (midden '70-er jaren) was de benodigde hoevee1heid kennis aanwezig bij de overgebleven producenten om zich op de grote mainframes te gaan stoeten. H.b.v. invoertarieven en -beperkingen 1ukte het de Japanse producenten a1 sne1 wat terrein op het immer goed vcrkopende IBH te winnen en met de introductie van LSI en VLSI C76 tot '80) kon een "antwoord" gegeven worden op de E- en Hseries van IBM. 7.oa15 uit bijgaand staatje blijkt, zijn Fujitsu, Hitachi en NEC na [BM de grootste 1everanciers in Japan. Deze positie hebben zij mede te danken aan het feit, dat vrijwe1 a1 hun producten op z-n minst "IBM-compatible" zijn en soms ze1fs verrassend veel op IBM apparatuur lijken.
Burroughs 5.7 % GR 3.8% Overigen 1.2% 1 ') c.
IBl'fi
Hi tacbi
TJni vac
15.8
7.3%
NEG 14.6
%
%
Mitsubishi
Mitsubishi
55%
nCR - - - - '-----Overigen ~.~~ Qverzee 0.8% Tolaal $ 14 miljard
Totaal 27000 stuks
Figuur 1. Mainframe marktaandeel in Japan. Juni 1979 (uit: computopia, jan. 1980)
Figuur 2. Marktaandeel in aantallen, behalve micro's. Juni 1979 (uit: computopia, jan. 1980)
Tot zover de Japanse markt. Daarbuiten hebben de Japanse producenten nog niet veel terrein gewonnen. Reeds langer opererende producenten als IBM, Burroughs, NCR, Honeywell, CDC en UNIVAC hebben nag steeds de wereldmarkt in handen. Verwacht mag echter worden, dat met name Fujitsu en Hitachi buiten Japan ook van de markt mee gaan snoepen, met als voornaamste reden hun IBH-compabiliteit. De Japanse plannen voor de toekomende jaren zijn om vooral mini's
VOORSTUDIES : COMPUTERS te produceren met steeds grotere processoren, alles concurrerend met "wat IBM in de '80-er jaren ook zal aankondigen". Met de voortgaande technologien hopen zij voor 1990 een 1000 x snellere machine te maken dan de CRAY-1 en de CDC Syber 205, de huidige snelste machines. De Japanse industie heeft zolangzamerhand een achterstand op het gebied van grote computers ingelopen, juist op het moment dat steeds meer grotere taken door mini's en micro's worden vervuld. Een bezinning op wat er in de nabije en verdere toekomst op het gebied van mainframes moet worden ontwikkeld is daarom juist nu zinvol. Voor oktober 1980 hebben de Japanse producenten daarom hun concurrent en uitgenodigd om gezamenlijk hun research-activiteiten uit te wisselen. Kennelijk willen ze in een gezamenlijk overleg als gelijkwaardige partners bepalen hoe de machines van na 1990 eruit zullen gaan zien, anders dan de tot nu toe gebruikelijke von Neumann"-machines (simpel gezegd: data-flow- in plaats van instructie-voor-instructie machines). Tot slot nog een kleine vergelijking. Hitachi produceert op het moment o.a. de AS/9000, een krachtige general-purpose machine. Deze bestaat uit een aantal sterk gemicroprogrammeerde processoren, zoals twee onafhankelijke voor de CRT-displays, drie voor input/output, enz. De performance ligt op 5 Million Instructions Per Sec.(IBM 3033: 4,5 MIPS, IBM 3081: 10 MIPS, Amdahl 5860: 12 tot 14 MIPS). De cpu-chips bestaan uit 550 gates en schakeltijden liggen in de orde van 700 psec. (IBM 3081: 700 gates en 1 tot 2 nsec.).
HICROPROCESSOR ONTWIKKELINGEN De hedendaagse ontwikkeling op het gebied van de microprocessor bestaat voornamelijk uit het vergroten van de chips en het sneller maken van de processor. Er zijn op dit moment enke1e microprocessorsystemen (met 16 en 32 bit databus breedte) \.;elke kunnen concurreren met bestaande mainframes. De belangrjkste verbeteringen zljn echter nog steeds van Amerikaanse zijde afkomstig. Een hiervan parale1 lopende ontwikkeling is de uitgave van microprocessoren in CMOS technologie. Deze uitvoeringen verbruiken aanzienlijk minder energie dan hun col1ega's in ~~OS uitgevoerd. Deze CMOS processoren zijn echter voornamelijk copien van bestaande microprocessoren. De 16-bit microprocessor van Fujitsu is hier een opmerkelijke uitzondering op, omdat dit een gehee1 nieuw ontwerp is. Deze processor vormt de basis van de eerste Japanse small-business computers op de markt buiten Japan.
VOORSTUDIES : COMPUTERS microprocessor markt (nog) niet zo hard van stapel loopt, moet toch de Japanse aanval op het gebied van de "personal computer" worden opgemerkt. Een sprekend voorbeeld hiervan is de FACOM 9450 (ontwikkeld in een joint-venture van Fujitsu en het Amerikaanse TRW: Panafacom). Deze machine heeft aanzienlijk meer mogel ijkheden dan de Amerikaanse mod ellen voor dezelfde prijs. Ook op de Japanse thuismarkt is de aanval op de kleinere Amerikaanse computers van start gegaan (Hitachi, Fujitsu en NEC) de poplai re PET-compu ter van Commodore wordt snel verdrongen van haar sterke marktpositie door de Japanse modellen, die vaak honderden dollars goedkoper zlJn en betere eigenschappen bezitten: meer toepassingen, betere graphics en kleuren displays.
SOFTWARE INDUSTRIE. Zoals al eerder vermeld, zlJn een aantal fabrikanten met IBMcompatible apparatuur op de markt verschenen, waardoor het grootste deel (59%) van de software markt gericht is op onder IBM-operating systems draaiende programmatuur. De software markt moet zodoende vrlj gunstig zijn voor software-huizen, maar de praktijk bewijst het tegendeel. Vrijwel het grootste deel van de software-markt wordt door de gebruikers zelf ingevuld. Daarnaast verzorgen mainframe fabrikanten nog een deel (ca. 6.0%). Dit deel is in feite groter, aangezien de mainframers behalve software-systemen ook veel assistentie verlenen bi j de ontwikkeling van s.w. In figuur 3 is het programma's. 7.3% aandee 1 van de software-huizen in Main -----J~ software markt de totale Framers weergegeven.
5.6%
Pas de laatste jaren is er sprake van een toenemende ontkoppeling tussen mainframers en software leveranciers. De oorzaak hiervan ligt op financieel gehied, aangezien de bundeling niet voordelig blijkt te zijn. Figuur 3.
Software markt.
In figuur 4 en 5 is een over7.icht gegeven van de verdeling van de uitgaven van een Japans bedri Hierbij is ook een gemiddeld Amerikaans bedrijf weergegeven. In figuur 5 zijn de specifieke software kosten apart belicht.
VOORSTUDIES
V.s.
COMPUTERS Figuur 4. Ve rdeling van de uitgaven van een Amerikaans en een Japans bedrijf.
Japan
overig 22.6% personeel 30.3'1u
Ilsoft'\tJare pakketten mankracht 4.1% hardware 42.0% gebruikers softwar $630 M oftware pakketten $58 mankracht $239 M
v.s. $1945 M
IV!
Figuur 5.
Japan $;;97 M software uitgaven.
Figuur 5 is sprekend voor de Japanse software industrie. Aan software pakketten wordt slechts 58 miljoen dollar uitgegeven, hetgeen in vergelijking tot de Amerikaanse markt relatief s1echts 3% bedraagt. In werkelijkheid is de software markt echter groter dan de 297 miljoen gebruikerskosten. In 1978 telde Japan ca. 800 software-huizen, maar 90% van deze bureaus kende een omzet, die lager lag dan 10 miljoen dollars. Een groot deel van het software-werk werd verricht bij de 6 grootste mainframers, die elk onafhankelijk een eigen operating system ontwikkelden en gebruikers bijstonden met vooral eigen personeel. Het aandeel van personeel van software-huizen groeit evenwel. F.nige karakteristieken van de software markt: De mainframers zijn gewikkeld in cen hevige concorrentiestrijd, omdat de software ontkoppeling nog niet ver gevorderd is. De software huizen kennen een hierarchische structllllr met de software afdelingen van de mainframers aan de top. Gebruikers ontwikkelen hun eigen systemen met software specialisten van software bureaus.
De rHtachi Software Engineering Company.
de
hu1p
van
VOORSTUDIES : COMPUTERS In 1959 stichtte Hitachi Ltd. de Hitachi Software Engineering Company (HSE). Aanvankelijk met als enig doel de ondersteuning van de Hitachi mainframers. In korte tijd verzestienvoudigde de ornzet tot $ 50 miljoen en moest het aantal werknemers van 360 naar 1500 worden verhoogd. Hierdoor werd HSE het grootste Japanse software huis. Hoewel het ontwikkelen van programmatuur voor de eigen mainframes op de eerste plaats staat, werd de druk om als software huis op de markt te verschijnen steeds groter. Homenteel is de omzet voor 40% afkomstig van de mainframe onafhankelijke verkopen. De volgende stap, die HSE wil maken, is de toetreding tot de Europese en Amerikaanse markt. Opleiding. Eet grootste probleem, dat de Japanse software-bureaus kennen, alvorens de overzeese markten betreden kunnen worden, is de taal. Ais deze barriere genomen kan worden, dan lijkt Japan ook op software gebied een zeer belangrijke rol te kunnen gaan spelen in de wereldmarkt. Tegenover het taalprobleem staat evenwel de gebondenheid van de Japanse werknemer aan zijn bedrijf. Hierdoor is het mogelijk en zinvol om geld en tijd te stoppen in de opleiding van veelal jonge, net afgestudeerde werknemers. HSE neemt per jaar tussen de 100 en 200 afgestudeerden aan, die elk een 3 maanden durende programmeercursus krijgen. Vervolgens worden de nieuwkomers gedurende 4 maanden aan een baanspecifieke training onderworpen, waarna de echte werkzaamheden beginnen. Ook hierna volgen de cursussen elkaar regelmatig op, zodat de kennis kan worden opgevoerd. In Amerika en Europa is het verloop van werknemers veel groter, zodat het vele geld dat aan een werknemer wordt besteed niet in aIle gevallen ten dienste van het bedrijf komen. De Japanner verlaat zijn bedrijf zelden.
Planning. HSE kampte in de beginjaren met grote problemen aangaande de berekening van te verwachten kosten en leverdatum. Na veel experimenten met verschillende methoden kwam men tenslotte tot een systeem met tabellen en diagrammen, waarin wekelijks de stand van zaken gecontroleerd kon worden. In geval van afwijkingen tussen planning en werkelijkheid kan de manager direct ingrijpen. r'lomenteel slaagt nSE erin om 98% van zijn projec ten op ti jd en 99% tussen 90% en 110% van de geraamde kosten te vol tooien • Een ander punt, dat vee1 aandacht opeist, is de kwaliteitscontrole. De Japanse industrie heeft vrijwel 01' aIle produkten en goede naam, wat betreft kwa1iteit en betrouwbaarheid. De kwaliteitscontrole wordt als zeer effectief beschouwd, ook a1 betekent het een be1angrijke korte termijn uitgave. Binnen HSE
VOORSTUDIES : COMPUTERS kent men een Quality Assurance Division, die erop toeziet, dat de geleverde software foutloos is.
Toekomst. Ais Japan erin slaagt de taalbarriere te doorbreken, dan lijkt en zeer levensvatbare Japanse penetratie in Amerika en Europa een bedreiging voor Westerse software producenten. Deze laatste bedrijven kunnen in de toekomst een gedeelte van de werkloosheicl opvangen, tenzij Japan een belangrijk aandeel in de markt weet te krijgen. De software industrie zal de komende jaren b1ijven groeien door de toename van het computergebruik. Bovendien zullen de software kosten een relatief groter deel van de bedrijfsuitgaven beslaan, waardoor een nieuw werkterreln, het drukken van de software kosten, ontstaat voor de software bureaus. Betrouwbaarheid van de software zal gezlen de bredere toepassing van computers nog verder opgevoerd dienen te worden . Tenslotte zal het produktie proces steeds hogere eisen stellen aan de gebruikte technologie, die in de toekomst nog sterker de prijs zal bepalen. Ook hier zullen software specialisten een belangrijke rol gaan spelen.
Conclusies. Dc software industrie heeft nog niet veel van zich laten horen, mede doordat de Japanse markt op dit gebied pas de 1aatste jaren toeneemt. De eerste tekenen (USE) wlJzen echter op de intrede van Japanse software bureaus op de Westerse markten. Tegenover het taalprobleem staan een aantal voordelen, die de Japanse bedrijven een geduchte concurrent kunnen doen maken. Ten eerste zeer gespecialiseerde mensen die een jarenlange intensieve opleiding door het software bedrijf achter de rug hebben; ten tweede een zeer goed management apparaat en ten slotte een enorme betrokkenheid van de werknemers bij het werk. Daarentegen staat een geringe ervaring op het gebied van de Westerse software markt, maar de ervaring (auto-industrie) heeft geleerd, dat Japan zich zeer snel aan kan passen aan de markt.
literatuur. IEEE Spectrum januari 1981. Datamation juni en augustus 1981.
VOORSTUDIES
ENERGIETECHNIEK
Inleiding Ret Japanse energiebeleid wordt bepaald door het energieplan, daterende van 12 december 1975, en opgesteld door de Ministeriele Raad voor de Algemene Energiepolitiek. Ret doel van het energiebeleid van Japan is het verzekeren van voldoende energieaanbod om de economische groei veilig te stellen. Dit doel wi] men met vier hoofdlijnen bereiken: 1.
Het effectueren van totale energieafname door woningen, geleverd door centrales. Ret promoten van atoomenergie als quasi totale energiedrager voor woningen. Spreiding van de risico's door diversicatie van energiebronnen.
2.
Het voorlopig stabiliseren van de oliebevoorrading, olie als belangrijkste energiedrager.
3.
Promotie van energiebehoud; van energieomzettingen.
4.
Bet ontwikkelen van technologieen voor nieuwe energiebronnen: kernfusie, zonneenergie, geometrische energie, kolenverbranding, energie uit water en nieuwe types atoomreactors.
d.i.
Aan de hand van deze hoofdlijnen heeft ontwikke1d in zeven richtingen;
het
het rendabeler
MITI
een
met
maken
strategie
1.
Besparing in energieconsumptie.
2.
Ret maximaliseren van energiebronnen zoals olie, liquid natural gas (LNG), waterkracht, geometrische energie.
3.
Bevordering van overzeese ontwikkelingen, import van alternatieve energiebronnen. met highly supply potentioneel zoals atoomenergie, kolen en liquid natural gas.
4.
Het veiligstellen van de energieinvoer door diversificatie en langdurige contracten met buitenlandse leveranciers.
5.
Het instandhouden van voorraden van de energiebronnen in samenhang met de vraag.
verschillende
VOORSTUDIES : ENERGIETECHNIEK aftQPpen
van
de
6.
voorlichting He t, door energievraagcurve.
7.
Het afschaffen van faciliteiten voor de ontwikkeling van alternatieve bronnen.
Opwekking en samenwerking van de productiebedrijven Inleiding Een land bestaande uit ei1anden, met een stijgende vraag naar geimporteerde energie en voorzien van twee bedrijfsfrequenties. Zie hier in kort bestek de problemen van de japanse elektriciteitsbedrijven. In de navolgende beschouwingen zul1en de oplossingen van deze problemen aan de orde komen. Evena1s in andere landen is niet altijd de gehele bevolking het eens met deze oplossingen, bijvoorbeeld met betrekking tot de kernenergieproblematiek. Hier gaan we echter uit van de off iciele japanse gedachtengang en geven we een beeld van de structuur van de elektriciteitsvoorziening. Organisatie van de elektriciteitsbedrijven Japan telt meerdere elektriciteitsbedrijven en toont hiermee enige overeenkomst met Nederland. Nederland telt vele provinciale en gemeentelijke bedrijven die vaak maar enke1e onderdelen van de opwekking, transmissie en distributie verzorgen. In Japan is dit geheel in handen van negen regionale bedrijven, die nauw samenwerken. Deze bedrijven zijn;Hokkaido (op het gelijknamige eiland), Tohoku, Tokyo, Chubu, Kansai, Hokuriku , Chugoku (op Honshu), Shikoku en Kyushu (op hun resp. eilanden) De omgeving van Okinawa (Riukyu) is na de akkoorden met de Amerikanen in 1971 een eigen regio gaan vormen.(Okinawa Electric Company) Buiten deze productiebedrijven zijn er ook nog andere firma's; Electric Power Development Company (E.P.D.Co.) Oorspronkelijk had deze als taak op grote schaal centrales met groter vermogen te ontwikkelen. Deze firma beheert de grote waterkrachtcentrales t.b.v. de negen bedrijven. Japan Atomic Power Company (J.A.P.Co.) Ontwikkeling van kernenergie. 32 particuliere ondernemingen, allen met kleinere waterkrachtcentrales Sumitomo Kyodo Electric Power Company,Ltd. 15 joined ventured firma's met thermische opwekking (grote bedrijven)
VOORSTUDIES : ENERGIETECHNIEK 3 hele kleine waterkracht genererende bedrijven. De verdeling van de geleverde energie was in 1980 als voIgt: 73.5% - Negen regionale bedrijven 5.6% - E.P.D.CO. 1.7% - J.A.P.CO. 19.7% - kleine bedrijven en partikulieren Het grote aandeel van de partikulierensector valt op. Dit aandeel is vee1 groter dan in Nederland. De negen regionale bedrijven en de E.P.D.Co. werken samen op productietechnisch gebied. Ze Z1Jn financieel onafhankelijk, maar de tarieven worden door het M.I.T.I. vastgesteld. Ook de uitbreiding en de aard van de primaire brandstof wordt door het M.I.T.I. vastgesteld.
Organisatie van de elektriciteitsbedrijven.
Opwekking Japan is op dit moment de twee na geleverde jaarlijkse energie. USA 2328 10+9 USSR 1191 10+9 Japan 5~ 10+9 BRD 353 10+9 Frankrijk 217 10+9 Nederland 54 10+9 Opgewekte elektriciteit in 1978
grootste
natie
wat
betrefd
kWh kWh ~h
kWh kWh ~h
Japan heeft de laatste jaren t.g.v. de economische ontwikkeling een sterke groei beleeft van de elektriciteitsproductie. Zie tabel ( 1955=100% ) Japan 900% USSR 700% USA 350% Rest westerse wereld tussen de 300% en 400% . Japan beschikt over een breed scala van brandstoffen De centrales zijn te verdelen in drie groepen: thermische-, nuclaire- en waterkrachtcentrales. Op 31 maart 1980 was de verdeling van het opgesteld vermogen tussen deze centrales als voIgt:
VOORSTUDIES : ENERGIETECRNIEK Thermisch
elektriciteitsbedrijven particulieren (bedrijven) Nuclair elektriciteitsbedrijven particulieren Waterkracht elektriciteitsbedrijven particulieren Totaal opgesteld vermogen was 137.939 Hw
81994 12506 14952 178 27207 1102
Mw Mw Mw Mw Mw Hw
De maximale belasting bedroeg: 88140 Mw op 22 juli 1980. In Nederland bedroeg de maxima Ie belasting in dat jaar 9480 M,,, op 14 januari. Het opgestelde vermogen is in Nederland 15137 Mw (1980). De piek valt in Japan in de zomermaanden. Dat komt door het gebruik van airconditioners, die door de helft van de gezinnen gebruikt worden. Vanaf 1963 is het beleid er op gericht themische centrales als basisvermogen te gebruiken en waterkracht als piekvermogen. Na 1973 is het aandeel van de thermische centrales aan het dalen en de basislast wordt overgenomen door kerncentrales. Deze daling van oliegebruik voor elektriciteitsopwekking is internationaal overeengekomen (ook door Nederland). De oliegestookte centrales worden in een vrlJ snel tempo vervangen door centrales voor alternatieve brandstoffen zoals kernbrandstoffen, kolen en LNG. Ret aandeel van de olie in de primaire energie moet van 74,5% in 1977 tot 62,9% in 1985, 50% in 1990 en 43,1% in 1995 zijn afgenomen. In combinatie met een verwachte economische groei van 5,7% levert dit een groot bouwprogramma op van 74.100 Mw tot elnd maart 1980(in de bouwfase eind maart 1980:11.620ml waterkracht, 18.720MW thermische en 12.930~J nuclair), ondanks de grate verwachting van energiebesparingen. (17 ,1% in 1995) Bet aandeel van de brandstoffen was in 1977 als voIgt: waterkracht 4,9% eigen olie 0,9% eigen kolen 3,2% kernenergie 2,0% geimporteerde kolen 11,6% LNG 2,9% altern. energie 0,1% geimporteerde olie 74,4% In 1980 zag de verdeling er heel anders uit: Nederland Japan kolen 11,5% 3,6% olie 40,6% 69,4% gas 39,4% 15,0% kernenergie 8,5% 12,0% De sterke groei van kernenergie en LNG vallen op. Om Japan onafhankelijk van olie te maken zet deze tendens zich voort.
VOORSTUDIES : ENERGIETECHNIEK Transmissie. Een transmissienet verzorgt het transport over grote afstanden binnen een verzorgingsgebieden de koppeling tussen de verschillende verzorgingsgebieden. Omdat hier grote vermogens getransporteerd kunnen worden heeft het hoge bedrijfsspanningen. In Japan is de hoogste bedrijfsspanning 500 kV. (In Europa 380 kV) Het net met deze spanning verzorgt de koppeling tussen de bedrijven op Honshu. Andere gebruikte spanningen zijn : 275 kV, 220kV, 187 kV. 8i j gra te steden word t het net half cirkelvormig uitgevoerd.(Tokyo, Osaka en Nagoya) Oit net dient dan als voeding voor de stad. In Tokyo geschiedt de voeding met 500kV. De verdere transmissie gebeurt, soms ondergronds, met 275 kV.tot in de stad. In de stad zijn ondergrondse hoogspanningsstations gebouwd. Een van deze stations bezochten wij, namelijk Toshima. Japan is een moeilijk land voor de elektriciteitsvoorziening. Het bestaat uit eilanden en het heeft twee frequenties. (50 Hz en 60 Hz) Om de ( draaiende) reserve van de centrales te verkleinen is het verstandig de gebieden te koppelen. Oit' doet men met een ge1ijkstroomverbinding van Hokkaido naar Honshu. (gegevens: bovengronds 124km, zeekabel 43km, vermogen 300 Mw-225 kV, eigenaar is de Electric Power Development Company). Met Kyushu en Shikoku heeft Honshu al langer bestaande draaistroomverbindingen. Er zijn twee 50/60 Hz convertorstations. Een in Sakuma en een in Shin-Shinano Het Sakuma-station is van de E.P.D.Co. en heeft een vermogen van 300 MW. tIet andere station is van de Tokyo Electric Power Company enheeft eveneens een vermogen van 300 MW. Di t zijn kleine vermogens maar toch voldoende om de stabiliteit te vergroten en de (draaiende) reserve te verkleinen. In 1979 was de uitwisseling tussen de negen EP.Co. en de EPO.Co. 17,3 109 kWh (van de in totaal 570 109 kWh). Ook op andere gebieden werken deze tien bedrijven intensief samen: -gemeenschappelijke ontwikkeling van kernenergie, -gemeenschappelijk vestiging van centrales, -intensive ring van het koppelnet om uitwisseling op te kunnen voeren (500 kV), -interregionale hulpbronnen, -standarisatie van machines en uitrusting.
Opslag van elektrische energie. Energieopslag heeft in het algemeen vier voordelen. De eerste twee ervan zijn reeds nu van toepassing, de andere twee lijken in de toekomst van meer be1ang te zijn. 1.
Zowel voor fossiele centrales a1s voor kerncentrales vangt energie-ops1ag de uitbreiding van centrales op wat
VOORSTUDIES : ENERGIETECHNIEK betreft de piekbelasting. Rierdoor zijn minder investeringen nodig en zijn de milieubelastingen minder. 2.
Ten opzichte van centrales kunnen opslagsystemen zeer snel energie leveren. Dit betekent dat minder centrales als draaiende reserve dienst moe ten do en om aan plotselinge pieken aan de vraagkant te kunnen voldoen. Deze draaiende reserves hebben een slecht rendement en zijn daarmee duur in gebruik.
3.
De toepassing van energie-opslagsystemen bevordert het aandeel van kerncentrales in de toekomstige elektriciteitsvoorziening. De reden hiervan is dat kerncentrales nog minder dan fossiele centrales in staat zijn variaties in energie-afname te verwerken. Zelfs de dag en nachtperiodiciteit geeft problemen. Als men niet zorgt dat de pie ken in energie-afname verkleinen dan is het aandeel van de basis last die uitsluitend kerncentrales kunnen leveren, gering en daarmee het aandeel in de totale energievoorziening. De basis last kan sterk worden verhoogd door energie-opslagsystemen. Ret voordeel voor de gebruiker is een lagere kilowattuurprijs.
4.
Wanneer windenergie en zonne-energie beschikbaar komen, is het duidelijk dat vanwege het grillige energie-aanbod (en afname) een buffer noodzakelijk is.
Gesloten schakelmateriaal. Door de steeds groter wordende overbevolking en het daaruit voortvloeiende gebrek aan ruimte, de toenemende vraag naar elektriciteit en meer factoren, is de trend in de elktriciteitsdistributie om meer vermogen over dezelfde trans missielijn te sturen. Schakelaars voor deze vermogens moeten dus grotere stromen kunnen onderbreken, vooral bij kortsluiting. Bovendien moeten de onderstations in de stedelijke gebieden minder ruimte in beslag nemen. Doordat de toenemende verontreiniging de isolatie-eigenschappen van lucht verminderd, wordt het steeds minder aantrekkelijk om schakelaars toe te passen die gebruik maken van de buitenlucht als isolatiemedium. Openlucht schakelstations zijn geen lust voor het oog. Een oplossing voor al deze problemen vormt het gesloten schakelmateriaal met SF-6-gas als isolatiemedium: kleinere schakelaars die meer vermogen aankunnen, niet op de buitenlucht als isolatiemedium aangewezen zijn en in een (geaard) huisje kunnen worden geplaatst. Rierdoor is ook geen onderhoud t.g.v.
VOORSTUDIES : ENERGIETECHNIEK korrosie meer nodig. SF-6-schakelaar. Bij het onderbreken van grote stromen zoals belastings- en kortsluitstromen heeft men te maken met twee effecten: Door de grote stroom heeft men een sterk geioniseerd gas. Na een blussing van de spanningsboog bij de stroomnuldoorgang staat over de kontakten van de schakelaar grofweg de dubbele spanning binnen enkele microsec. Dit betekent dat het gas dan gedeioniseerd moet zijn om herontsteking te voorkomen. Ret toepassen van SF-6 biedt enkele voordelen t.o.v. andere isolatiemedia voor het beheersen van het schakelproces. Ten eerste is SF-6 t.o.v. lucht een goed boogmedium. Door een lage boogspanning heeft men een lage boogenergie. SF-6 geeft een snellere afkoeling na een verminderde energietoevoer (bij nuldoorgang van de stroom). Natuurlijk heeft het gebruik van SF-6 ook nadelen. Ten eerste zijn de restprodukten die na het schakelen ontsaan erg agressief (zwavel en fluor geeft met water fluorwaterstof en zwavelwaterstof). Dit moet afgevoerd of gereinigd worden. Ten lage tweede wordt het gas vloeibaar bij hoge druk c.q. omgevingstemperatuur. Ret gesloten schakelmateriaal. De elektriciteitsconsumptie in Japan stijgt nog steeds, ondanks verwoede pogingen van de regering. Elk jaar moeten dus nieuwe elektriciteitscentrales worden bijgebouwd. Deze centrales kunnen door ruimtegebrek aIleen maar ver van de gebieden worden gebouwd waar de opgewekte elektriciteit wordt geconsumeerd, zodat lange transmissielijnen nodig zijn. Door datze1fde enorme ruimtegebrek in Japan moet het aanta1 transmissie1ijnen worden beperkt, zodat meer vermogen per lijn moet worden vervoerd: grotere stromen en hogere spanningen. (tot nu toe maximaal 500 kV, in 1990 wordt een 1000 kV lijn verwacht). De hoge dichtheid van de energieconsumptie (in sommige gebieden van Japan nu a1 10 Mw per km 2, in het jaar 2000 verwacht men 40 Mw per km 2) maakt het noodzakelijk extra hoog voltage (ERV) onder stations in de stedelijke gebieden te bouwen. Japan heeft een hoge graad van verontreiniging, wordt frequent geplaagd door aardschokken en heeft te kampen met het feit dat, doordat veel onderstations aan zee gebouwd zijn of moeten worden, er zout neers1aat op de apparatuur. A1 met a1 een reden om het gesloten schakelmateriaal op grote schaal te gebruiken en dat heeft men in Japan dan ook gedaan. Op het ogenb1ik is men bezig aan het ontwerpen van URV-systemen (men wi1 10 GW gaan vervoeren over 600 km) en daar za1 het schake1materiaa1 ook tegen bestand moeten zijn. In Japan
VOORSTUDIES : ENERGIETECHNIEK besteedt men veel aandacht aan de gevolgen die aardschokken op de elektriciteitsvoorziening hebben. Het MITI heeft normen opgesteld waaraan het gesloten schakelmateriaal moet voldoen in verband met eventuele aardschokken. Bij een goed ontwerp is het gesloten schakelmateriaal minder kwetsbaar dan het open schakelmateriaal.
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERlNG De vooraanstaande plaats die de regeltechniek en de automatisering innemen in de moderne industrie, waaronder de Japanse, maakt het noodzakelijk aandacht aan deze onderwerpen te besteden. Dit hoofdstuk wordt ingeleid met een beschouwing over de manier waarop men in Japan de automatisering invoert. Vervolgens komen een aantal specifieke gebieden aan de orde, waar automatisering een belangrijke rol speelt of gaat spelen: regeling van fysische en chemische processen, de medische elektronische industrie, cybernetica, industriele robots, numerieke besturing en automatisering in het bank- en kantoorwezen. Als laatste wordt aandacht besteed aan de in Japan omvangrijke milieuproblematiek. INLEIDING Ret hoge tempo en de grote mate waarin men in Japan de automatisering heeft ingevoerd ten opzichte van het westen is te verklaren vanuit een andere visie op de bedrijfsvoering die men in dat land heeft. Dit komt tot uiting in de planning. Planning De planning in het westen is er veelal op gericht gedane investeringen zo snel mogelijk terug te verdienen, zodat primair naar winst wordt gestreefd. In Japan is men er op uit de kostprijs van een produkt te verlagen en de kwaliteit ervan te verhogen, ook als dit tijdelijk verlies oplevert. Dit houdt in dat men in Japan meer geneigd is te automatiseren, hetgeen gepaard gaat met kapitaalintensieve investeringen. Ret tijdelijk verlies wordt opgevangen in samenwerkingsverbanden tussen de overheid en de betreffende industrieen. Verder is men in Japan bereid een groot deel van de gemaakte winst (tot 74 %) te investeren. In de V.S. gaat men tot 63 % en in de Bondsrepubliek investeert men maximaal 30 % van de winst. REGELING VAN FYSISCHE EN CHEMISCHE PROCESSEN In de zestiger jaren werden door het MITI, evenals nu, speciale takken van industrie, zoals de petrochemischeen de staalindustrie, sterk gestimuleerd. Nu deze industrieen zich een goede positie op de wereldmarkt hebben verschaft, vermindert de invloed van het MITI weer. Thans kampen beide industrieen met problemen als een hoge dollarkoers en de terugvallende wereldeconomie. Produktiviteit De produktiviteitssteiging
van
de
Japanse
petrochemische-
en
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING staalindustrie blijkt uit het volgende: In 1962 produceerde Japan 22 miljoen ton staal, wat neerkomt op 100 ton staal per werknemer. Engeland produceerde toen per werknemer ongeveer 400 ton staal. In 1974 echter produceerde de Japanse werknemer vier keer zO veel als zijn Engelse kollega. De totale Japanse staalproduktie bedroeg toen 70 miljoen ton. Daartoe heeft men grote moderne hoogovens opgezet, zoals de Ohgishima Plant van NKK te Kawasaki. Energiebesparing Daar Japan vrijwel zijn gehele behoefte aan energie moet importeren, worden vergaande maatregelen ter energiebesparing genomen: 1.0ververhitting en afkoeling wordt zoveel mogelijk vermeden, hetgeen men met mikroprocessorbesturing tracht te bereiken. 2.De procestemperatuur wordt zo laag mogelijk gehouden. 3.0verbodig gebruik van grondstoffen tracht men te vermijden. 4.Het opstarten en beeindigen van een proces wordt zo snel mogelijk uitgevoerd. S.Er wordt naar gestreeft aIle installaties een zo groot mogelijk rendement te geven. Voor het uitvoeren van deze maatregelen zijn speciaal hiervoor opgeleide 'Heat Control Engineers' ingeschakeld. Dit is door het MITI verplicht gesteld. Bovenstaande heeft tot gevolg gehad, dat men bij de genoemde vestiging van NKK in de periode 1973-1980 20% energie bespaarde per ton staal. MEDISCHE ELEKTRONISCHE INDUSTRIE In het afgelopen decennium is de medische elektronische industrie in Japan steeds belangrijker geworden. Moderne ultrasone diagnose apparaten, automatische biochemische analyse apparatuur en de rontgen computer tomograaf zijn wijd verspreid. In 1978 gaf men in totaal aan medische apparatuur 40,8 miljard yen uit, dit komt overeen met 5,6 % van het BNP. Ten opzichte van 1976 is dit een stijging van 12 %. Een belangrijk gegeven, dat de aard van de geproduceerde medische apparatuur bepaalt, is het veranderde ziektebeeld in Japan. De moderne welvaartsziekten vereisen geavanceerde diagnose apparatuur (v.n.l. rontgen- en ultrasone-apparatuur) om ze in een vroeg stadium te kunnen opsporen en behandelen. De produktie van medische elektronische apparatuur was in de jaren '75 en '76 konstant ten gevolge van een langzaam herstel van de oliecrisis. Sindsdien is de produktie weer stijgende.De drie grootste firma's op dit gebied zijn: Toshiba, Hitachi en Shimatzu. Bij de ontwikkeling van en het onderzoek naar medische elektronische apparatuur richt men zich in Japan op de volgende
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING vijf onderwerpen: 1.minimale 2.systematisering, 3.automatisering 4.mechanisering, 5.veiligheid.
en
stralingsbelasting, arbeidsbesparing,
CYBERNETICA De term cybernetica werd voor het eerst gebruikt door de beroemde wiskundige Norbert Wiener. Rij definieerde cybernetica als het hele terrein van de besturings- en communicatie theorie zowel in machines als in dieren. Centraal in de cybernetica staat het systeem dat tegenwoordig bekend staat als het servomechanisme. Wiener zag in dat bij de sturing van beweging in dieren het principe van een regelkring met tE8enkoppeling moest worden toegepast. Ret bewust toepassen of nabootsen van principes uit de natuur in technische systemen wordt ook weI bionica genoemd. Verder omvat de cybernetica tegenwoordig ook het gebied van de kunstmatige intelligentie (Eng: Artificial Intelligence, afgekort: AI). Ret onderzoek in Japan richt zich op de volgende drie terreinen: protheses en prothesebesturing, loopgedrag en geavanceerde robots. Protheses Een pro these is een kunstmatige vervanging van een deel van het menselijk lichaam. In het bijzonder gaat het hier om de vervanging door mechanische delen van ledematen, zoals kunstarmen en -handen en loopprothesen. Er bestaan twee hoofdtypen kunstarmen: gemotoriseerde en niet-gemotoriseerde. In Japan wordt onderzoek verricht naar echte armprothesen en naar handvormige manipulatoren. Ret is niet altijd noodzakelijk of zelfs gewenst, dat deze apparaten lijken op hun menselijke voorbeelden: het gaat erom dat ze dezelfde funk tie kunnen vervullen. Anders dan bij kunstarmen, die aangedreven kunnen worden door elektriciteit, gas of een hydraulisch systeem, worden kunstbenen door het lichaam zelf aangedreven. Een goed ontworpen kunstbeen is in staat een gehandicapte te laten lopen zonder pijn of lawaai, maar niet zo goed als een valide persOOn. De beenprothese behoort verder prettig aan te voelen en niet te zwaar te zijn. Kunstmatige intelligentie Kunstmatige intelligentie betekent kunstmatig gedrag of simulering van menselijk (intelligent) gedrag door computers (robots). Omdat onze enige informatieverwerkende machines digitale computers zijn, staat het computermodel, uitgedrukt in logische operaties, ver af van het menselijk brein. Volgens
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING Claude Shannon vereisen intelligente machines voor problemen als patroonherkennen, vertalen e.d. waarschijnlijk een ander type computer dan de huidige Von Neumann machine. Deze zou dan om moe ten kunnen gaan met begrippen, patronen en vage overeenkomstigheden in plaats van met sekwentiele getallen en met logische relaties •• INDUSTRIELE ROBOTS Een industriele robot (IR) is te definieren als een vrij programmeerbare manipulator, die zelfstandig met produkten of gereedschappen kan omgaan op een manier zoals dat gewoonlijk door mensen wordt gedaan. Als voorbeeld kan worden genoemd het ontbramen van een gietstuk of het spuiten van een auto. Men onderscheidt twee typen IR"'s: die van het "limited sequence" type (ook weI aangeduid als: Point-to-Point of Pick-and-place) en het "computer controlled" type (Continuous Path). De tak van industrie waar de IR hoofdzakelijk wordt toegepast is de automobielindustrie. Het aantal toepassingen en gebruiksmogelijkheden van de IR in deze industrie neemt voortdurend toe, al zijn de meest gebruikte robots nog van het Pick-and-place type. IR"'s zijn werkzaam bij het maken van gietstukken, terwijl zij tevens ingezet kunnen worden voor het ontbramen ervan. Een IR is ideaal als in een mensonvriendelijke omgeving moet worden gewerkt: b.v. bij het lassen, bij het spuiten van verf en bij het inbrengen en uithalen van werkstukken uit chemische baden. Robots in Japan IR"'s vindt men over de gehele wereld, maar qua aantal neemt Japan de eerste plaats in. Dit land heeft volgens ruwe schattingen ruim 20.000 robots in gebruik en de produktie bedraagt ongeveer 20 per maand. In totaal zouden over de hele wereld 40.000 robots aan het werk zijn. In de USA zijn 3000 operationeel en in West de helft daarvan. Genoemde aantallen zijn sterk Europa afhankelijk van de definitie die men voor een IR hanteert. Hoewel Japan qua aantal de eerste plaats inneemt, zijn de meeste in dat land in gebruik zijnde robots van een zeer eenvoudig type. Dit grote aantal is voor een deel als voIgt te verklaren: de enorme industriele expansie die Japan heeft doorgemaakt zorgde voor een tekort aan arbeidskrachten, zodat men met name voor het zeer eenvoudige werk al spoedig robots heeft ingezet (PTP-type). Later zijn ook de meer ingewikkelde robots geinstalleerd. Aan deze laatste soort robots wordt in Japan wetenschappelijk onderzoek verricht. Dit onderzoek ligt voor een deel op het terrein van de kunstmatige intelligentie. De resultaten op dit gebied zijn reeds indrukwekkend te noemen.
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING Een robot, die visuele herkenning toepast d.m.v. optische reflektie gedetekteerd met een kamera, kan op deze manier naden lassen door een V-groef te volgen. NliMERIEKE BESTURING De laatste decennia zijn de bewerkingen die met gereedschappen uitgevoerd moeten worden veelvuldiger en complexer geworden. In het begin van de zestiger jaren maakte dit een ommezwaai noodzakelijk van mechanisch bestuurde gereedschappen naar numeriek bestuurde gereedschappen: machines gekoppeld aan (mini)computers. Dit valt onder de term Computer Numeric Control. (CNC). In Japan werd de vraag naar automatische apparatuur enorm geprikkeld door de heersende arbeidskrapte. Fujitsu Ltd. ontwikkelde in 1956 de eerste commerciele, numeriek bestuurde machines. Tegenwoordig is de grootste producent Fujitsu Fanuc Ltd., een onafhankelijke onderneming. Huidige stand van zaken We kunnen twee soorten CNC's onderscheiden: a. software-fixed type (microprocessor, ROM). b. software variabele type (core memory, RAM). Het grootste gedeelte van de bestaande CNC apparatuur behoort tot de eerstgenoemde soort (a) vanwege de lagere Kosten. De apparatuur uit de tweede groep (b) is beter geschikt voor special purpose gereedschappen aangezien de functies makkelijk veranderd kunnen worden. Toepassingen Numeriek betuurde apparatuur wordt onder andere veel toegepast in Kleine Japanse fabrieken waar vroeger met de hand gewerkt moest worden. Ook de 'grote' Japanse industrie maakt veelvuldig gebruik van numeriek bestuurde apparatuur. Zo heeft Canon een volledig geautomatiseerde camerafabriek opgezet, waar de technische mogelijkheden volledig worden uitgebuit. Trends, verder onderzoek De huidige trend is een nog voortgaande integratie van elektrische en mechanische delen. De op meer complexe operaties gerichte ontwikkelingen maken naast CNC-systemen die simultaan verschillende machines besturen, Direct Numeric Control (DNC) noodzakelijk. De centrale processor verschaft automatische programmering, tool-life management, testen van diagnoses, controle over perifere apparatuur en planning en integratie van werkresultaten. Er wordt gebruik gemaakt van probleemgerichte, interactieve talen.
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING Verder vindt steeds vaker de combinatie van robots en numeriek bestuurde gereedschappen plaats. Robots voorzien enkele (bv. 5 bij robot model twee van Fanuc) numeriek bestuurde machines van materiaal en verwisselen gereedschap. Tenslotte vindt onderzoek plaats naar verbetering van vooral magnetische en optische sensoren. AUTOMATISERING IN HET BANK- EN KANTOORWEZEN In de totale produktie van Japan neemt die van de zg. apparatuur' een zeer belangrijke plaats in. De export apparatuur (rekenmachines etc.) blijkt nog steeds toe te totale produktie van 1979 had een waarde van 592 miljard
'kantoor van deze nemen.De Yen.
Rekenmachines Onder rekenmachines zullen we verstaan de zg. 'desk-calculators', varierend van de pocket-calculator tot de buro-boekhoud machines. Opvallend is dat Japan ook vrij veel rekenmachines invoert: hoogwaardige machines uit 'het Westen' (USA) en hele goedkope uit produktielanden zoals Korea, Singapore en Taiwan. Ret blijkt, dat Nederland het op twee na belangrijkste export land is voor Japan voor wat betreft de calculators. De leidinggevende fabrikanten van dit moment zijn Sharp, Casio en Canon. De ontwikkeling van de elektronica heeft het mogelijk gemaakt dat de pr1Js en de afmetingen van de rekenmachines zijn afgenomen, terwijl het gebruik van IC's en LSI's de mogelijkheden vergroot heeft. Nieuwe typen rekenmachines zoals studie-hulpen en elektronische vertaalmachines, met gebruik van meer uitgebreide hardware zoals geheugens met een grote capaciteit, multi-functionele toetsenborden en LCD's of andersoortige displays worden toegepast, er komen elektronische agenda's met ingebouwde klok en wekker en andere, overeenkomstige apparatuur. Verder wordt er een begin gemaakt met VLSI-toepassingen, die moment eel aIleen nog maar in grote computers gebruikt worden, en de ontwikkeling van spraak-generatoren en spraak-herkenning kan toegepast worden op de (pocket-) calculators. Elektrostatische kopieerapparatuur In 1979 werd voor 259 miljard yen aan kopieerapparatuur gefabriceerd, 11,8% meer dan in 1978, hiervan is 94,4% van het elektrostatische type. Opvallend is de gemiddelde prijs van de kopieermachnines 1358 miljoen yen
door (!)•
Japan Deze
ingevoerde trend van
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING invoeren van kleine aantallen zeer geavanceerde, dure kopieermachines en uitvoeren van grote aantallen minder geavanceerde en goedkopere zal zich, naar veler verwachting, in de toekomst voortzetten. De grootste fabrikant op dit gebied is Fuji-Xerox. Elektronische kasregisters (ECR's) ECR's zijn de kassa's welke we kunnen bloemenbedrijven, groothandels etc.
zien
in
supermarkten,
NCR Japan, een dochteronderneming van NCR USA, beheerst ongeveer 50% van de wereldmarkt en exporteert het grootste deel van haar produktie naar de VS. De meest geavanceerde ECR's worden op de binnenlandse (Japanse) markt afgezet. Inmiddels is Tokyo Electric, een dochter van Toshiba, met de goedkopere modellen sterk vertegenwoordigd in Japan. We kunnen verwachten dat Japan meer dan 70% van zijn geproduceerde ECR's zal exporteren, met name naar de VS, omdat men daar nog veel met MCR's werkt. We noemen zes mogelijke ontwikkelingen : -Prijs verlaging. -Ontwikkeling van speciale, aan de diverse typen winkelbedrijven aangepaste, modellen. -Ontwikkeling van in-line systemen die aanpasbaar zijn bij een andere indeling van de winkelvoorraad. -Ontwikkeling van programmeerbare ECR's. -Het gebruik van stemgestuurde I/O. -Het gebruik van laser-technologie (bar-codes). Tekstverwerkende apparatuur (wordprocessors) Wordprocessoren zullen in de toekomst onmisbaar worden in de kantoren omdat zo'n 70% van het 'normale' kantoorwerk bestaat uit het verwerken van documenten. Japanse fabrikanten zijn pas sinds kort op de markt van de word processoren vertegenwoordigd waarbij met name de (grote) computerfabrikanten een belangrijke rol spelen vanwege hun ervaring met het verwerken van tekst-bestanden e.d •• De ontwikkeling van de word processor dient apart bekeken te worden voor die voor de verwerking van Japanse tekens en die voor het verwerken van de westerse (alfabetische) tekens. De ontwikkeling van de 'Japans-talige' word processor begon met het op de markt brengen van de Toshiba JW-IO. Fujitsu-Facom brengt een Japanse tekst processor op de markt, waarbij de tekst in het Katakana wordt ingevoerd met een aangepast ASCII toetsenbord en op het scherm verschijnt als Kanji.
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING MILIEUHYGIENE IN JAPAN Japan heeft een totale oppervlakte van 377435 vierkante kilometer waarvan zo n 80% uit gebergte bestaat en dus onbewoonbaar is. Het overige land wordt bewoond door 114 miljoen mensen (1978) ofwel een lokale bevolkingsdichtheid van 1500 inwoners per vierkante km. (Nederland: 330 personen/vierk. km. (1977». Doordat Japan weinig natuurlijke grondstoffen bezit is de economie in sterke mate afhankelijk van de industrie, die hoofdzakelijk geimporteerde grondstoffen veredelt tot te exporteren. hoogwaardige, produkten. Deze combinatie van hoge bevolkingsconcentratie en hoge industrieconcentratie heeft. vooral in de zestiger jaren, geleid tot een ernstige mate van milieuverontreiniging. Ziekten met namen als Minamata-ziekte, Yokkaichi-asthma, Itaiitai-ziekte(Au-au-ziekte) en Kanemi-olie ziekte kregen wereldbekendheid als symbol en van ongeremde industriele vervuiling en van sociale onverkwikkelijkheden die daarbij soms een rol spelen. Bestrijdingsaktiviteiten Tot ongeveer 1965 kan men stellen dat de nationale overheid de gevolgen van de industriele vervuiling bagatelliseerde. Volgens sommigen is deze houding een voortvloeisel van de sterk kapitalistische structuur van de Japanse overheid waarin het bedrijfsleven het voor het zeggen heeft. De laatste jaren valt er een verandering waar te nemen in de houding van de nationale overheden. Zo zijn er een aantal goede wetten betreffende de bescherming van het leefmilieu verschenen. De controle op de naleving ervan is echter zeer verbeterd door de installering van een nationaal meetnet waar vrijwel continu de vervuiling wordt gemeten. Van groot be lang is de rol die de lokale overheden met betrekking tot deze vervuilingsproblematiek spelen. In het algemeen is het gedrag van de bedrijven in grote mate afhankelijk van deze overheden. In Tokyo en Kawasaki bijvoorbeeld wordt een strengere politiek gevoerd ten opzichte van de (industriele) vervuiling dan elders (t.g.v. de meer links georienteerde besturen in deze steden). Watervervuiling Grote moeite wordt gedaan om het afvalwater te zuiveren voordat het in de natuur geloosd wordt. Hierdoor is het aantal gevallen van te grote concentratie schadelijke anorganische stoffen (bv. cadmium) sinds 1971 met een factor 6 verminderd. De organische vervuiling is echter moeilijker in de hand te houden: slechts 60% van de meetpunten voldeed aan de normen.
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING Olievervuiling aan zeekusten vereist grote oplettendheid.
schijnt
echter
toe
te
nemen
en
Andere soorten vervuiling Lawaai en vibraties: dit zijn moeilijke vervuilingsbronnen omdat ze zeer vele verschillende oorzaken hebben, niet aIleen industrie, maar ook verkeer, bouw, buren, luchthavens, buurtkroegen e.d •• Er wordt echter aandacht aan besteed in de vonn van geluidswallen bij industrieen en langs autowegen en spoorlijnen en door het verstrekken van subsidies bij verhuizing uit lawaaierige buurten. Wetenschappelijk onderzoek tbv.
milieuhygiene
Een van de opvallendste kenmerken van de bestudering der milieuproblematiek is de grote verscheidenheid aan wetenschappelijke disciplines die er een deel aan hebben. Een rijtje: scheikunde, natuurkunde, biologie, ecologie, meteorologie, sociologie, psychologie, perceptieleer, stromingsleer, thermodynamica, economie, regeltechniek etc. Het onderzoeksveld van de laatst genoemde (regeltechniek) richt zich op het optimaliseren van industrieprocessen (als functie van zowel te maximaliseren opbrengst als te minimaliseren milieubelasting), op het realiseren van nieuwe processen om giftige stoffen zoveel mogelijk te verwijderen uit in de industrie of in huishoudens geproduceerd afval of om dit afval zo optimaal mogelijk te recyclen of te verbranden (energieopwekking), of het realiseren van meetmethoden en meetgegevensverwerkingssystemen tbv. opsporen vervuilers, waarschuwen voor normoverschrijdingen, planning nieuwe industrieen e.d .•
VOORSTUDIES: REGELTECHNIEK EN AUTOMATISERING LIJST VAN GERAADPLEEGDE LITERATUUR Inleiding - J.C.Abegglen en A.Etori, Japanese Technology Today Scientific American, Oct.1980. - R.T.Johnson en W.G.Ouchi, Made in America (under Japanese management), Harvard Business Review, Sept.-Oct. 1974. - S.C.Wheelwright, Japan - where operations really are strategic, Harvard Business Review, July-Aug. 1981. - W.D.Morbach, The black-belt manager, Newsweek, May 25, 1981. - M.Montbello, Logiques financiers de la croissance dans les firmes asiatiques, Revue Francaise de Gestion, mars-avril 1981. - S.Emery, Le financement des entreprises, Revue Francaise de Gestion, sept.-oct. 1980. Regeling van fysische en chemische processen - E.F.Vogel, Japan as number 1 - Akira Ohta e.a, Energy control at the Ohgishima Plants of the Keihin Works, Nippon Kokan Technical Report, Overseas No 28, 1980. Cybernetica Medische elektronische industrie Industriele Robots - G.Bylinsky, Those smart young robots on the production line, Fortune, Dec. 17, 1979. - J.Mc.Cool, Microprocessors in control of robots, Electronics and power, Nov-Dec. 1979. - R.Allan, Busy robots spur productivity, IEEE Spectrum, Sept. 1979. - N.Baaijens, Het denkende ding, Radio Elektronica 1978-14. - ---, Germans plan the robot factory, New Scientist Aug. 30, 1979. - H.Rankers, Welke industriele robots zijn er en wat doen we ermee?, Metaalbewerking, 9 okt. 1979. - J.S.Albus en J.M.Evans Jr., Robot systems, Scientific American, Febr. 1976. Numerieke besturing - B.M.Oliver, The role of microelectronics in instrumentation and control,Microelectronics 1977. Recent trends of manufacturing - Y.Oshima, technology in Japan, Automatica, vol 17 1981. - D.Yasuhiro, Robots get smarter and more versatile, IEEE Spectrum, 1977. - R.Allan, Busy robots spur productivity, IEEE
VOORSTUDIES
TELECOMMUNICATIE
In1eiding Ondersteund door een geavanceerde halfgeleiderindustrie heeft Japan op het gebied van de telecommunicatie sleute1posities ingenomen en die in de loop der jaren verstevigd. Wij zullen aan de hand van vijf dee1gebieden de ontwikkeling in Japan beschrijven. Glasveze1communicatie Glasvezels staan sterk in de belangstelling en worden in de telecommunicatie steeds meer toegepast. Voorde1en van dit transportmidde1 boven meta1lieke geleiders zijn onder andere: breedbandigheid, lage transmissiever1iezen. goedkope grondstof, 1aag gewicht en kleine afmetingen. Belangrijke nadelen zijn de uiterst geringe treksterkte en de onmogelijkheid gelijkspanning te transporteren. Met de huidige stand van de techniek is het moge1ijk glasvezels te produceren met een totale lengte van honderd kilometer, waarbij de demping niet meer is dan 0.2 dB/km bij een golflengte van 1.33 um. Bovendien is men er in geslaagd de bandbreedte te vergroten tot 0.8 um (0.8 1.6 um). Dat is gelukt door glasvezels te produceren die geen OH groepen bevatten en een absorbtiepiek vertonen bij 1.35 um. Hiermee zijn de grenzen die door de absorb tie van 8i02 worden veroorzaakt vrijwel bereikt. In oktober 1980 is men er bij NTT in geslaagd om glasvezels met u1tra1age verliezen (0.001 dB/km) te ontwikkelen op basis van germaniumsulfide en fluoride. Een belangrijke faktor is de dispersie. De bereikte waarden zijn: 45GHz.km.nm bij 1.55 um. vrijwel oneindig bij 1.3 um en 5.5 GHz.km.nm bij 0.85 um. Er bestaat ook nog een zogenaamde mode-dispersie, die in het algemeen een grotere invloed op de maximaal haalbare bitsnelheid heeft. Als lichtbron gebrufkt men de LED of de halfgeleider laser. als detektor de PIN foto diode of de APD fotodiode. Wat dit betreft is Japan niet verder dan de rest van de wereld. In Japan doet men veel onderzoek aan de glasvezel. Men heeft een experimenteel netwerk in Tokio met een totale lengte van 21 km en men heeft het HI-Ovis projekt met een totale lengte van 350 km. Er zijn plannen voor een projekt op nog grotere schaal. Verder wordt de mogelijkheid onderzocht beelden over te brengen met 300.000 beeldelementen. Ook onderzoekt men de mogelijkheid optisch energie te transporteren, alsmede de wikkeling van optische computers. Op transmissie-technisch gebied word gewerkt aan 'wavelength division multiplexing': tweerichtingsverkeer over een glasvezel.
bron: Japan ElectroDics Almanac 1981 Chapter 10: • Optoelectronics ,
20
10 AbiGrIMiaoo bv OH ........ 1he2twf .... "-"cy-
5
i
~
lou. by lillY....
S
~
_tefi",
/
2
AbIGrIMiaoo bv SIO.
0.5
--......' ......
0.2
.. 8
--
-
......... ............ ----...... ...........----_....
VOORSTUDIES : TELECOMMUNICATIE Glasvezel zal vooral aan de in de toekomst steeds groter wordende vraag naar breedband dienstverlening (video, data-transmissie) moeten voldoen, omdat dit waarschijnlijk de meest ekonomische oplossing is. Hikrogolftechniek De strijd gaat hier om het leiderschap in de 12-14 GHz en de 20-30 GHz band en wordt gevoerd door het ontwikkelen van versterkers, filters en antennes voor satellieten. Nieuwe ontwikkelingen op dit gebied zijn te verwachten, om tegemoet te komen aan eisen voor toekomstige systemen met vergroot RF-vermogen, hogere werkfrekwenties, grotere bandbreedtes, lagere ruisnivo's en kleinere komponentdichtheid bij lagere kosten. Hoewe1 het in de VS wordt betwijfeld, voorspellen Japanse industrielen een explosieve groei van de GaAs-FET markt binnen vijf jaar. Miljoenen GaAs-FETs zullen worden gebruikt ter verbetering van UHF-tv tuners en SHF converters voor satelliet tv ontvangst. Nog voor 1985 zullen zowel digitale als analoge schakelingen op monolytisch GaAs beschikbaar zijn. De Japanse industrie kan rekenen op haar halfgeleider kennis ter vergroting van haar traditionele markt, als ter penetratie van de markt van nieuwe radio-relaisstations en aardstations. De grote populariteit van GaAs-halfgeleider materiaal is te danken aan de grote snelheid van de elektronen in dit materiaal vergeleken bij silicium, wat een zeer grote afsnijfrekwentie mogelijk maakt. In de komende jaren verwacht men dat het frekwentiegebied van GaAs-FETs kan worden vergroot tot 30 GHz. De GaAs-FET heeft ook goede ruis eigenschappen: in de X-band is een ruisgetal van 1,5 dB haalbaar. Er is in Japan naast competitie met het westen, ook een grote binnenlandse competitie op de volgende gebieden: - lage ruis FETs - vermogens FETs - monolithische schakelingen - systeemintegratie Deskundigen in Japan zien geen problemen in het verkrijgen van hoogwaardig GaAs materiaal en verwachten de komst van lineaire schakelingen binnen drie jaar en van digitale schakelingen binnen vier a zes jaar. Satel1ietcommunicatie Satellieten worden beschouwd als de meest veelbelovende en doeltreffendste hulpmiddelen voor telecommunicatie netwerken in de toekomst. Vooral Japan met zijn vele eilanden is gebaat met een communicatie netwerk met satellieten. De NTT verricht fundamenteel onderzoek naar nieuwe communicatie systemen. In 1967 startte NTT met het Time Division Multiple
VOORSTUDIES : TELECOMMUNICATIE Access Experiment (SMAX) in de ATS-1 satelliet. In 1973 besloot NTT tot de ontwikkeling van een 20-30 GHz en een 4-6 GHz satelliet-communicatie systeem voor binnenlands gebruik. In Japan kent men naast vaste ook transporteerbare aardstations. Beide typen werken met zogenaamde Cassegrain antennes. Door het ontwikkelen van een nieuw algorithme voor de baanbepaling heeft men het benodigde rekenwerk voor het TT&C (Tracking, Telemetry & Command) systeem met een faktor tien kunnen reduceren. Daardoor kunnen nu twee minicomputers het werk doen in plaats van een grote. Bij de experimenten heeft men zich vooral op de volgende zaken gericht: - karakteristieke eigenschappen van de boorduitrusting. - voortplantingseigenschappen in de 20-30 GHz hand - experimenten met operationele satelliet en communicatie systemen. NTT is thans bezig de R&D aan de eerste genera tie binnenlandse satelliet systemen af te ronden en is op weg naar de tweede generatie systemen. Digitale netwerken Op internationaal nivo en dus ook in Japan wordt hard gewerkt aan het ontwikkelen en standaardiseren van een algemeen digitaal netwerk met een veelheid van diensten, het Integrated Services Digital Network (ISDN). In 1971 werd de 'Public Telecommunications Law' gewijzigd, waardoor NTT zijn monopoliepositie verloor en andere ondernemingen de mogelijkheid kregen zich op deze markt te begeven. Bet MITI heeft hierbij een belangrijke rol gespeeld. De NTT probeert zo goed mogelijk samen te werken met de industrie. In Japan zlJn al een groot aantal informatie diensten beschikbaar. Naast een aantal informatieve diensten kent men ook software service. Met dit systeem is het voor een abonnee mogelijk rekenwerk te laten verrichten op een grote computer via een telefoon of datalijn. Sinds eind 1979 kent men in Europa iets dergelijks onder de naam DIANE (Direct Information Access Network for Europe). Dit net bevat nu lleen nog maar informatieve diensten. In Japan ziet men de invoering van ISDN als voIgt: - uitbreiding van het digitale huurlijnen net - digitalisering van de hoofdverbindingen - introduktie van digitale centrales - digitalisering van abonnee lijnen. Als ISDN voltooid is, kan het elke informatie overzenden, omzetten en verwerken. Omdat het van het begin tot het eind digitale signalen zijn, zal men berichten tussen verschillende soorten terminals kunnen verzenden.
VOORSTUDIES : TELECOMMUNICATIE De activiteiten op ISDN gebied zijn moei1ijk te rangschikken, omdat niemand nog precies weet, hoe a1 deze nieuwe diensten eruit zu11en gaan zien. Ontegenzegge1ijk is men in Japan bezig dit terrein te verkennen, prob1emen te herkennen en op1ossingen te formu1eren. Facsimile Facsimile is een systeem waarmee men op afstand kan copieren. Rond 1966 begon de ontwikke1ing van de facsimile pas goed. Het begon met apparaten van groep 1: ze waren langzaam en hadden een lage resolutie (4 a 6 min voor een A4 vel, 96*96 lijnen per inc
VOORSTUDIES: VLSI Inleiding Roewel reeds rond 1960 werd gesproken van een revolutionaire ontwikkeling in de elektrotechniek, is het gezicht van de elektrotechniek daarna nog drastischer veranderd. Met de overgang van de legeringstechnologie naar de planaire technologie voor de vervaardiging van halfgeleidercomponenten is de weg van de miniaturisering ingeslagen. Van de SSI-fase (small scale integration, minder dan tien poor ten per IC) Z1Jn we nu bij de VLSI-fase (very large scale integration, meer dan duizend poor ten per IC) terecht gekomen. Deze ontwikkeling is een gevolg van drie factoren, namelijk: vergroting van het chipoppervlak door betere procestechniek, verkleining van de afmetingen door nauwkeuriger apparatuur en toepassing van ontwerptrucs met meer raffinement. Ontwerpsystemen. Voor het realiseren van een (V)LSI-circuit zijn de afgelopen jaren vele hulpmiddelen, meestal computerprogramma's, ontwikkeld tot complete ontwerpsystemen. We kennen de volgende fasen in het ontwerpproces: - ontwerpen van de schake ling m.b.v. discrete componenten, - verificatie van het ontwerp m.b.v. computersimulatie, - testvoorbereiding, - ontwerpen van de layout (maskers), - fabricagefase, - testen van het circuit. Om tot een goed ontwerp van de schakeling te komen, zal de ontwerper erg systematisch te werk moeten gaan. Rij zal overzicht moeten hebben op de vele relaties, die de diverse onderdelen van het uiteindelijke circuit met elkaar hebben. Ret totale ontwerp, te zien als een hierarchie van zogenaamde 'building blocks' (transistoren, poorten, deelfuncties), moet in zijn totaliteit worden geoptimaliseerd en moet 'last but not least' kunnen worden getest. Bij de verificatie wordt de schakeling met behulp van de computer op een of meer abstractie niveaus gesimuleerd. Vaak worden de volgende vier niveaus onderscheiden: RTL
(---->
logisch
<---->
timing
(---->
circuit
Bij circuitsimulatie (het laagste niveau) wordt de schakeling met discrete componenten (weerstanden, condensatoren, ed.) beschreven. Door het grote geheugenverbruik hiervan, is het toepassingsgebied beperkt. Maximaal ongeveer honderd transistoren. Ret bekendste programma is SPLICE en wordt onder andere bij NEC gebruikt. Bij logische simulatie wordt op een veel hoger abstractie-niveau gewerkt, namelijk dat van poorten en de efficientie is dan ook 1000 - 10000 maal hoger.
VOORSTUDIES: VLSI Voor het simuleren van schakelingen voor VLSI-circuits gebruikt men vaak het tussengelegen niveau, dat niet zo'n grote nauwkeurigheid geeft en toch ook weer niet te abstract is. Omdat de timingsimulatie vaak vrij goed aansluit bij zowel de circuitals bij de logische simulatie, zijn er hybride simulatieprogramma's ontstaan, die gelijktijdig op deze drie niveaus kunnen werken (bijv. SPLICE en DIANE). De simulatie op RTL-niveau wordt gebruikt voor een eerste 'ontwerpschets' en vindt plaats in termen van gegevensstromen tussen registers. Een van de grootste problemen bij het realiseren van VLSI-circuits is, dat van de testbaarheid (Eng.: Testability), doordat bij groter wordende schakelingen steeds meer interne (niet observeerbare) signalen voorkomen. Uit de testbaarheidseis zijn diverse ontwerpregels ontwikkeld. Bij het ontwerpen van layouts voor (V)LSI-circuits is computerhulp vrijwel onontkoombaar. Hoewel automatische layoutontwerpen vaak 10 tot 100% meer oppervlak gebruiken dan handontwerpen, is de laatste methode commercieel vaak niet meer haalbaar. Een tussenvorm is een symbolische ontwerpmethode met een STICKS diagram als invoer. Een STICKS diagram is een grafische circuitbeschrijving met eenvoudige componentgegevens.
Fabricagetechnologie Als basismateriaal voor geintegreerde schakelingen komen we veel silicium tegen, terwijl ook gallium-arsenide wordt gebruikt. Dit laatste wordt vaak bij vermogens- en/of snelle schakelingen toegepast, omdat silicium hier verstek moet laten gaan. De andere eigenschappen van silicium (oxidatie, isolatie, dotering, ed.) hebben zeer veel bijgedragen tot de huidige technologie van de IC-fabricage. Werd vroeger de dotering van het silicium vrijwel altijd met thermische diffusie bepaald, de laatste jaren wordt dit meer en meer met ionenimplantatie vastgelegd. Hoewel dit vele voordelen, zoals nauwkeuriger doteren en meerdere elementen, biedt kleven er ook diverse nadelen aan, zoals roosterbeschadiging en geringe diepte. Deze nadelen kunnen niet alletnaal worden overwonnen. Om de siliciumplak (Eng.: wafer) klaar te maken voor de diverse diffusie- of implantatiestappen, doet men een beroep op de lithografie. Dit omvat het geheel van stappen (belichten. ontwikkelen, etsen) om de maskerpatronen op de plak over te brengen. Is het voor LSI-circuits nog mogelijk om de conventionele (UV-licht) methode te gebruiken, voor de submicron schakelingen (min. afmetingen liggen rond twee micron) is dit niet zonder meer nog mogelijk en wordt er een rontgen- of een elektronenstraalbron toegepast om de layout-contouren op de plak te projecteren. Het spreekt voor zich dat deze technieken andere eisen stellen aan maskers en laklagen. Hoewel
VOORSTUDIES: VLSI rontgen-lithografie (energetische) voordelen heeft, is men met elektronen-lithografie verder gevorderd in de submicrontechnologie. Ook bij het etsen zijn de nodige wijzigingen aangebracht. De belangrijkste is waarschijnlijk weI de overgang van 'na-etsen' naar 'plasma-etsen' in verband met o.a. het onder-etsen. Een ander aspect dat bij kleinere details een grotere rol gaat spelen, is de uitricht-nauwkeurigheid van de verschiIIende maskers ten opzichte van de plak en ten opzichte van elkaar. Dit probleem vraagt enerzijds om automatische uitrichting terwijl ook zelfuitrichting, het gebruiken van vorige patronen voor de actuele bewerking, enig soulaas kan bieden. Miniaturisatie Bij de huidige ontwikkeling van de integratietechnieken zijn a1 diverse problemen naar voren gekomen, die een verdergaande miniaturisatie niet zullen bespoedigen. Allereerst zijn er de fysische problemen zoals - Energiedissipatie: om voidoende snelheid te houden/krijgen bij visi-circuits zijn reeds andere schakeltechnieken ontwikkeld. Ook een koelvloeistof kan uitkomst bieden. - Elektromigratie en ohmse weerstand: bij afnemende spoorbreedte en toenemende chipgrootte (relatief langere sporen) zal de weerstand en de stroomdichtheid toenemen dit laatste stimuleert sterk (ongewenste) elektromigratie. - Andere effecten: hete elektronen ten gevolge van te hoge veldsterktes en 'soft errors' ten gevolge van straling. Andere moeilijkheden liggen op het gebied van de testbaarheid, het maxima Ie aantal externe connecties en het specialistische karakter. Dit laatste beinvloedt de afzetmogelijkheden. Research Vanwege militaire en commerciele belangen heeft overal de overheid de halfgeleiderindustrie financieel gesteund. In de VS is er daarnaast nog ten gevolge van ondernemerskapitaal een behoorlijke concurrentiestrijd (geweest). De agressieve firma's die hieruit zijn ontstaan hebben dan ook de helft van de wereldmarkt in handen. Ret zijn naast het ministerie van defensie vooral de ruimtevaart (NASA) en de computerindustrie (IBM) geweest die deze ontwikkeling hebben gestimuleerd. De japanse fabrikanten hebben vooral procestechnologisch
VOORSTUDIES: VLSI onderzoek gedaan, onder andere in de bekende research association. Met dit door het MITI gecoordineerde gezamenlijke onderzoek van enkele grote Japanse firma's heeft Japan in korte tijd haar achterstand op technologisch gebied ingehaald. De huidige toonaangevende Japanse bedrijven zijn meestal veelzijdige bedrijven zijn met een elektrotechnische en/of halfgeleidertak. (Zie tabel) TOTAAL Nippon electric Hitachi Toshiba Matsushita Mitsubishi Fujitsu Sony General Electric IBM Texas Instruments
I ELEKTRONISCHI HALFGELEIDERSI
$ 2273 8022 4541 5787 2071 1171 1418
$ 1649
$ 343
1620 817 3212 NA
260 236 210 116
1171 1418
NA
16240 16580 1660
2436 12832 1378
113 NA 655
77
Omzet in miljoenen dollars van grote Japanse bedrijven vergeleken met drie representatieve VS bedrijven (1976). De Japanners herinvesteren meer in de eigen industrie. Verder moet de Japanse economie het hebben van de exporten om de grondstofinvoer te kunnen dekken. Dit is ook de reden dat de Japanse overheid (MITI) de halfgeleiderindustrie steunt. Als voorbeeld van de samenwerking tussen de diverse bedrijven in de research sector, kunnen we de in 1975 en 1976 gestarte projecten noemen m.b.t. de communicatie- en computerresearch. Het hieruit voortvloeiende toegepaste werk wordt zo een uitwisseling van technologieen en een verbetering van de internationale concurrentiepositie tot stand komen. Toepassingen Bij de implementatie van VLSI-circuits in elektronische systemen moet worden gekozen tussen standaardontwerpen en specifieke ontwerpen. Standaardontwerpen hebben een korte ontwikkeltijd, hebben een voorspelbare kwaliteit en zijn algemener toepasbaar. Specifieke ontwerpen (Eng.: custom design) daarentegen zijn kleiner en meer op hun functie toegespitst. We kunnen de toepassingsgebieden globaal in vieren splitsen, namelijk:
VOORSTUDIES: VLSI consumentenelektronika - mecatronics, het vervangen elektrische componenten. toepassingen als - nieuwe huiscomputers.
van
mechanische
door
video
en
audio,
computers - een-chip computer en krachtige microprocessoren. communicatietechniek deze vereist een grote verscheidenheid aan functies, vandaar ook de late doorstoot van de mikro-elektronika. langzamerhand (na de digitalisering) zijn er vele toepassingen ontstaan in de telefonie, satellietcommunicatie, signaalverwerking en hij de optische verbindingen. regeltechniek - digitale inlees- en uitvoerapparaten en robots. Literatuur (1) R.W. Keyes, 'The evolution of digital electronics towards VLSI', IEEE JSSC vol. SC-14, april 1979. (2) C. Niessen, 'Het ontwerpen van LSI sChakelingen m.b.v. een computer', Philips techno tijdschrift, vol. 37 no. 11/12, 1977. (3) H.J. de Man, 'Computer Aided Design for integrated circuits: trying to bridge the gap', IEEE JSSC vol. SC-15, juni 1980. (4) J.Th. Verschoor, 'IC-fouten, effect, oorzaak en preventie', Radio Bulletin, juni/juli 1981. (5) H. Bosma en W.G. Gelling, 'LSI, een revolutie in de elektronika', Philips Techn. Tijdschrift vol. 37 no. 11/12, 1977. (6) I. Kalish, 'VLSI dimensions, design and decisions', RCA Engineer, vol. 26-2, sept./okt. 1980. (7) J. Lyman, 'Scaling the barriers to VLSI's fine lines', Electronics, 19 juni 1980. (8) T. Sugano, 'Research and development of IC technology in Japan'. University of Tokyo, ESSCIRC 79. (9) W.K. Hofker en J. Politiek, 'Implantatie van ionen in half- geleiders', Philips Techn. Tijdschrift vol. 39 no. 1, 1980 (10)R.F. Kramer, 'Lithografie ten behoeve van VLSI', Ned. Tijdschrift Natuurkunde, vol. A46(1), 1980. (ll)A.G. Brouwer, 'de Silicon Repeator', Philips Techn. Tijdschrift no. 11/12, 1977
VOORSTUDIES: VLSI (12)B.M. Oliver, 'The role of microelectronics in instrumentation and control', Sci. Am. vol.237, sept. 1977. (13)J.S. Mayo, 'The role of microelectronics in communication', Sci. Am. vol. 237, sept. 1977. (14)M. Watanabe, 'Impact of VLSI from communications viewpoint', IEEE JSSC vol. SC-14, april 1979. (lS)R. Broderson, VLSI for signal processing', Trends & Persp. Sign. Proc., vol. 1, jan. 1981. (16)N. Wellenstein, 'The semiconductor revolution in telephone switching', Comm. Int., vol. 8, juli 1981. (17)I.J. Cox, 'Voice response systems in telephony', Comm. Int. vol. 8, juli 1981. (18)L. Gimpleson, 'Network transition strategies analogue to IDN to ISDN', Comm. Int. vol. 8, juli 1981. (19)D.F. Barbe, 'Very Large Scale Integration VLSI', Ch.8, Springer Verlag, 1980. (20)B. Musgrave, 'CAD of digital electronic circuits and systems', North Holland Publ. Comp., 1979. (21)C.A. Mead en L. Conway, 'Introduction to VLSI-systems', Addison Wesley, 1980. (22)D.0. Peterson, 'A simulation program with LSI emphasis', Proc. 1978 Int. Symp. on circuits and systems. (23)G. Arnout, 'The use of threshold functions and boolean controlles elements for macromodeling of LSI circuits', IEEE JSSC vol. SC-13, juni 1978. (24)Technology '80, IEEE Spectrum, jan. 1980. (2S)Technology '81, IEEE Spectrum, jan. 1981.
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT RISTORISCR OVERZICRT De naam CBRT Television. 1956
staat
voor
Compagnie
Belgique
Radio
de
opriehting vanuit de asee groep voor overeenkomst gesloten met de nv Philips verkrijgen van teehnisehe bijstand. gestart met 200 personeelsleden. de produktie behelsde 200 zwart-wit TV toestellen dag.
et
het per
een aandelenversehuiving, die leidt tot de volgende situatie: 40% voor Philips 60%voor de Generale Bankmaatschappij. Een en ander als gevolg van de wens van Philips om meer invloed binnen CBRT te krijgen met het oog op de naderende CTV-fabrikage. 1970
Een aandelenverschuiving, die leidt situatie: 70% voor Philips 30% voor de Generale Bankmaatsehappij.
tot
de
volgende
Momenteel zijn aIle aandelen in het bezit van Philips. PRODUKTIE EN WERKGELEGENHEID De werkgelegenheid en het producten jaren het volgende beeld getoond:
scala
hebben
gedurende
de
1957-1967 produktie van de zwart-wit TV. De produktie liep op van 40.000 tot 300.000 toestellen per jaar. Ret aantal personeelsleden nam toe van 200 tot 1.000. 1967-1974 afbouw van de produktie van zwart-wit TV toestellen. 1968 start van de produktie van de kleuren TV met 6000 toestellen per jaar. 1974-1980 produktiecapaciteit van 700.000 toestellen per jaar met 2000 personeelsleden. Prognoses zijn dat in 1981 met 1750 personeelsleden 700.000 CTV's gemaakt zullen worden.
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT Binnen dit aantal toestellen zijn 250 types in produktie. Volgens schattingen zal dit in 1983 opgelopen zal zijn tot ca. 300. Momenteel worden door CBRT ongeveer 20 markten bediend: 20% Beigle 10% overzee 70% rest van Europa (buiten Belgie dus) De CTV's worden onder 16 verschillende merknamen verkocht,hetgeen een van de redenen is voor de grote dlversiteit van de produktie. De beeldmaten zijn 14, 15, 20, 22, 26 inch. Ret aantal direct bij de produktie betrokken personeel tegen aantal geproduceerde toestellen vertoont de 'volgende trend: 1974 250 toestellen per persoon per jaar 1981 700 "...." (progn) 1985 1000 Ret aantal direct varieert volgens: 1974 1981 (progn) 1985
bij
de
produktie
betrokken
het
personeeisleden
70 "directen" per 100 toestellen 32 " 22
Enkele andere trends, illustreren zijn:
die
het
proces
van
auomatisering
Ret uurtarief van de werknemers. Indien we het loon in 1975 op 100% steIIen dan is de trend: 1975 100% 1981 185% Ret gemiddeld aantal componenten in een CTV. Deze bedraagt nu 700. In 1982-83 wordt een reduktie met 25% verwacht. Ret aantal verschillende onderdelen in het magazijn van CBRT bedraagt ong. 4000. Een toes tel dat de poort van CBRT verlaat is qua prijs ui t: 20% meerwaarde. 80% materialen
opgehouwd
KWALITEIT VAN DE PRODUKTEN. Onderstaand worden enkele statistische gegevens vermeId, die giobaal aangeven hoe de kwaliteit van produktieproces en produkt was en wat de toekomstverwachting is. Het aantal reparaties op de produktielijn:
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT 1974 1981 (progn)1985
280 60
reparaties per 100 toestellen ..
n
10-15
Deze cijfers worden bereikt door veranderingen in proces, ontwerp en mentaliteit van de werknemers. De drastische verlaging in het aantal reparaties in 1985 zal bereikt worden door het in gebruiknemen van een nieuw systeemconcept voor de produktie in begin 1982. Een tweede maat voor de kwaliteit is het aantal majors, d.i. het aantal serieuse fouten die een toestel heeft wanneer het de consument bereikt heeft. (overigens wordt slechts ong. de helft door de consument als een ernstige fout ervaren) 1974 10.0% 1981 2.5% (progn) 1985 1.0% In de terukgkomst van apparaten na een gebruikerstijd uren is de volgende trend te ontdekken: 1974 35% 1981 5% (progn) 1985 1%
van
1000
ORGANISATIE Overwegende dat een grote organisatie/concern als nadeel heeft dat het log is maar als voordeel heeft dat het over de nodige specialisten beschikt en dat een kleine organisatie/concern een flexibele aanpak mogelijk maakt, heeft CBRT besloten beide voordelen te combineren. Daartoe heeft ze de organisatie opgesplist in ongeveer 10 kleine fabrieken, die ieder een hoge graad van autonomie hebben op het gebied van planning, kwaliteitsbeheersing en financien. Binnen zo'n fabriek bestaat een korte communicatielijn met de basis, omdat maar drie duidelijke niveau's te onderscheiden zijn: manager, groepschef, produktiekracht. Deze snelle communicatie maakt een snelle flexibele bedrijfsvoering mogelijk. Een bijkomend voordeel is dat een sterke promotiedrang afwezig is door het gering aantal niveau's en dat binnen een sterke functie voldoende mogelijkheden zijn om zich te ontplooien. In de 70-er jaren is men gestart met overlegkringen. Voor veel werknemers was een periode van gewenning aan het feit, dat ze hun mening mochten laten horen, nodig. JAPAN
VB
CBRT
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT De Japanners hebben vee1 succes geoogst in de produktie van CTV's ten gevo1ge van een aanta1 zaken. Bekend zijn o.a.: - sterke eenheidsbe1eving - 25% meerurige werkweek (2000 vs. 1650) - hoge graad van discipline Deze cu1tuurgebonden voorde1en waren door CBRT niet zondermeer overneembaar. Een aanta1 aspecten echter we1, waaronder: - de hoge kwa1iteit van produktieprocessen en produkten. - de storingsvrijheid van process en; de Japanners b1ijken hun (productie)processen in zeer hoge mate te beheersen. - het productie-vriende1ijk ontwerpen van een product. Enke1e voorbee1den hiervan zijn: - minimaa1 aanta1 p1uggen, afrege1punten en bedrading. - automatisch bestukken van printen. het toestaan van een hogere vei1igheidsmarge in de onderde1en, die in de apparaten gebruikt worden. (In Japan schijnt op ong. 80% van printen automatisch bestukt te worden. Bij CBRT is dat nu ong. 40%; er wordt gestreefd naar 70% in 1982) - het testen gebeurt totaa1 en functionee1. - test zo sne1 moge1ijk in het produktieproces. - voer steeds een goede ingangscontrole uit, en zorg voor een goede feedback naar de leverancier; 1aat hem 1eren van de geconstateerde fouten en streef met hem usar een 1agere uitva1. - test pane1en vo11edig op het functioneren voordat ze ingebouwd worden. Interessant in deze is dat meer dan 50% van de gemaakte fouten in een proces te wijten is aan onvo1doende beheersing van de procestechno10gy. Hierin zit dan oak een be1angrijke bron van moge1ijke verbeteringen. Een voorbee1d hiervan zou kunnen zijn: bij het automatsich bestukken van een printp1aat zit erg vee 1 uitva1 in het feit dat de aans1uitpennen van de onderde1en niet op de juiste wljze omgebogen na het "inserten". Is dit proces onderdee1 op de juiste wijze opgelost, dan kan een vee1 bet ere opbrengst gehaa1d worden. In Japan is een trend waargenomen naar de bouw van grotere ha11en voor produktie. In deze bouw neemt een goede uitvoering van de 10gistiek een be1angrijke p1aats in. Deze logistiek is vaak geautomatiseerd en geintegreerd in het produktieproces. Vaak wordt de produktie over twee verdiepingen verdee1d met een onder1inge produkten en componentuitwisse1ing. Let we1, dit is een trend die voorname1ijk bij pasgebouwde ha11en waargenomen is. Een tweede criterium is de f1exibiliteit in het gebruik van de hal. Dit is bij grotere hal1en eveneens beter.
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT Een markant verschil tUBsen de Japanse en de Europese benadering van produktie en marketing is, dat de Japanners zeer hoge produktie-aantallen bereiken met relatief weinig diversificatie, terwijl daarentegen de Europeanen de hele beschikbare markt willen dekken met een hoge diversificatie van produkten en relatief lage produktieaantallen. Ret doel van de Japanners schijnt niet te zijn dat ze de gehele markt proberen te dekken. Wat betreft de Europese markt schijnen de Europese producenten over een groot voordeel te beschikken. Doordat de CTV markt het verzadigingspunt bereikt krijgt de markt een zenuwachtiger karakter: de behoefte verandert snel en wispelturig. Mede hierdoor wordt bij CBRT een produktieplanning gedaan in termijnen van zes weken. Dit is juist de tijd die de Japanners nodig hebben voor transport van hun goederen vanuit Japan cq. het verre Oosten naar Europa. Anderzijds zien we dat de Japanners zich niet storten op de gehele markt, zodat ze zich over deze korte termijnplanning ook niet zoveel zorgen hoeven te maken. Een studie, uitgevoerd door het management van CBRT, naar het Japanse management en de invloed hiervan op de Amerikaanse markt en de Amerikaanse personeelsleden gekoppeld aan een studie van de Japanse produktieprocessen en produkten in Japan heeft het management van CBRT duidelijk geleerd: Ga in hoge mate automatiseren, zorg voor een flexibele automatisering, investeer in de diepte. EINDDISCUSSIE Tamelijk willekeurig worden nu onderwerpen behandeld die slotdiscussie naar voren zijn gekomen.
bij
de
1. produktiehallen Zoals reeds gezegd worden de nieuwe hallen meer en meer gebouwd op logistieke basis. Netheid in de hallen schijnt een grotere productiviteit tot gevolg te hebben, met gekoppeld daaraan een hogere kwaliteit. Dit is er de reden voor dat CBRT hieraan binnenkort aandacht gaat schenken. Gedacht wordt aan het vervangen van donkere sombere kleuren door frissere op elkaar afgestemde kleuren. 2. markt- en produkiemechanisme Door toenemende mechanisatie, toenemende productieaantallen en grotere diversificatie van de produkten binnen een fabriek is de filosofie "local for local" niet meer actueel. Deze filosofie wordt meer en meer vervangen door een die uitgaat van een grote produktieconcentratie in maar weinig fabrieken. De geografische
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT ligging van de fabrieken wordt minder belangrijk. 3. ontwerp en produktie ontwerpen en produceren wordt steeds meer op elkaar afgestemd. Veelvuldig contact met de ontwerpafdelingen in Eindhoven vindt plaats. De toegepaste ontwikkeling vindt binnen CBRT plaats. 4. motivatie werknemers Een goede motivatie van de werknemrs is een van de hoekstenen van de strategie van CBRT naar verhoogd produktie rendement en kwaliteitsniveau. Een aantal mogelijkheden staan open: - betrek de mensen in hun werk door hen hun verantwoorde1ijkheden en hun plaats binnen de organisatie duidelijk te maken; het bespreekbaar maken van beslissingen schijnt erg be1angrijk te zijn. 1% van de werktijd (=luur per twee weken) wordt besteed aan werkoverleg. - strategieen en doelen worden d.m.v. blaadjes en pub1icaties naar de werk v10er doorgespeeld ter informatie van de merknemers. Genoemd worden de parts per million strategie en invoering van mechaniseringen. - videobanden worden/zijn voorbereid waarin in aanspreekbare taal de werknemers gemotiveerd en ingelicht worden. 5. invoering van mechanisering Enkele overwegingen bij invoering van mechanisering zijn: - flexibiliteit moet blijven - de overgang moet voor de werknemers verteerbaar zijn. - de kwaliteit moet verbeteren. - het rendement moet over het algemeen aanwezig zijn. Wat betreft dit laatste punt kan een aanzienlijke verbetering van de ergonomische omstandigheden een minder economisch rendabele investering rechtvaardigen. Dit ergonomisch aspect is soms erg belangrijk en kan de acceptatie van bepaa1de vormen van mechanisering door de werknemers aanzienlijk vereenvoudigen. CBRT heeft wat betreft de invoering van mechanisering niet de spits afgebeten; hierdoor werd voorkomen dat pionierswerk op dit gebied moest worden gedaan. WeI heeft men steeds met aanloop problemen gekampt. Bij elke invoering is de afweging flexibiliteit vs. mechanisatie gemaakt. NABESCHOUWING In het onderstaande worden enige gedachten geuit naar aanleiding van een bezoek aan CBRT. Deze gedachten staan niet aIleen in re1atie tot dit bezoek maar houden ook verband met bezoeken aan
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT andere bedrijven als voorbereiding op de Japan studiereis. Deze bedrijven zijn: Volvo Car B.V. te Born Volt (Philips) te Tilburg Hoogovens/Estel te Ijmuiden ALGEMENE INDRUKKEN Grote indruk heeft de op Japanse leest geschoeide aanpak van CBRT op ons gemaakt. Vooral de bezoeken van het CBRT management aan Japan en de USA hebben het roer doen omgooien: op vrij revolutionaire manier en met veel enthousiasme heeft men de Japanse aanpak durven overnemen. Grote motivatie en vastberadenheid in de confrontatie met de Japanners leeft bij CBRT. Dit laatste bleek ons onder andere uit het volgende: - men is bereid van de Japanners te leren. - men neemt succesvolle methoden van de Japanners over zonder zich hiervoor te schamen: men blijkt niet te lijden aan het "not invented here syndroom". - men is er zich sterk van bewust dat er ondanks de reeds merkbare verbeteringen in kwaliteitsbeheersing en produktiviteit nog erg veel verbeterd kan worden, dat er nog een grote afstand is met de Japanners. - men blijft enthousiast werken aan steeds weer nieuwe ver. Kenmerkend voor de Japanse aanpak van het CBRT management zijn: - met betere procesbeheersing komen tot storingsvrije processen zodat tussentijdse controles niet meer plaats hoeven vinden. - intensieve voorlichting van de werknemers d.m.v. werkoverleg, videobanden etc. - 100% ingangscontrole (automatisch) en intensief contact met de leveranciers van componenten. - bij ontwerp en componentkeuze er voor zorgen dat componenten niet tot het uiterste belast worden. drang naar hoge kwaliteit voor alles. een organisatiestructuur met relatief veel verantwoordelijkheid bij het midden-management: dit is hiervoor inventief en tevens de flexibele uitvoerende kracht. Een tweeweg structuur van informatie/planning/ideeen is hierdoor mogelijk. Korte communicatiekanalen, weinig verticale structuren. INVOERING VAN AUTOMATISERING De consequenties van invoering van automatisering, sec, brengt in andere bedrijven vaak problemen met zich mee. Bij VOLT Tilburg (Philips) bleek de bestaande, dus historisch gegroeide. organisatiestructuur een belemmering te zijn bij invoering van automatisering. Door de vele niveau's in de organisatie is de
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT informatiestroom naar bene den toe traag en moeilijk. Verder brengt uit automatisring voortvloeiende uitdunning aan de basis, shopfloor, een topzware organisatiestructuur met zich mee. Ook weI genoemd paddestoel-structuur. Er is sprake van een te breed middenkader en een te gering aantal directe produktiekrachten. Een efficiente bedrijfsvoering wordt hiermee in de weg gestaan. Invoering van Japanse procestechnologie om me de daardoor een bet ere procesbeheersing te bewerkstelligen is op verschillende plaatsen geconstateerd. Dit leidt tot de interessante conclusie dat naast Japanse produkten, nu ook Japanse produktieprocessen en -technologieen exportabel zijn. Bijvoorbeeld is bij HOOGOVENS/ESTEL een "continu-gietproces" voor staalproduktie in gebruik genomen, een technologie die door de Japanners is ontwi kkeld. Bij CBRT is een machine voor het automatisch bestukken van printplaten, ontwikkeld door TDR in gebruik genomen. Echter, uit wat we gehoord en gezien hebben zijn deze machines en/of processen niet universeel en zondermeer inpasbaar. Veelal komt er dus op neer dat elke invoering vanuit Japan op z'n merites beschouwd moet worden. De integrale aanpak van de mechanisering blijkt bij CBRT o.a. ook uit het gaan beschouwen van het produktieproces als een procesindustrie. Onderzoek, ontwikeling, produktie en controle worden niet meer als afzonderlijke eenheden beschouwd maar als samenhangende onderdelen van een groot proces met allerlei relaties onderling. Is dit besef eenmaal gegroeid, dan hoeft niet gestreefd te worden naar een optimalisering van de onafhankelijk beschouwde onderdelen van het produktieproces, maar naar een optimalisering van het gehele proces. Het gebruik van de computer in de verschillende procesonderdelen kan hierbij een machtig hulpmiddel zijn (CAD, CAM, CAE). Een voorbeeld dat door CBRT werd genoemd: de resultaten uit het Computer Aided Design van een printplaat kunnen direct gebruikt worden voor het aanbrengen van de kopersporen op de plaat en voor het boren van de gaatjes terwijl ook gelijk de bestukkingsmachine geprogrammeerd kan worden. Ook een testprograma kan gelijk gegenereerd worden. PROBLEMEN BIJ HET INVOEREN VAN AUTOMATISERING VAN BIJ PHILIPS
MASSAFABRICAGE
In Europa heeft zich binnen Philips in het verleden het "local for local" principe ontwikkeld: marketing, planning en vooral produktie werden op nationale leest geschoeid. Korte afstand tot de consument was erg belangrijk. Na de opkomst van Japan als
SCHADUWSEXCURSIES: CBRT massaproducent van consumentenelectronica, dat bovendien door grote automatisering de normen voor kwalitelt en produktlviteit omhoog bracht, werd Philips gedwongen tot andere produktiemethoden. De grote investeringen nodig voor het automatiseren eisen grootschalige, gecentraliseerde, produktie. De oude infrastructuur bij Philips, veelal gebaseerd op local for local, blijkt een blok aan het been. Sociale overwegingen (werkgelenheid) en nationale belangen staan centralisatie in de weg. Op dit punt is Philips fundamenteel in het nadeel van Japan. Wij zijn CBRT erg dankbaar voor excursie
de
indrukwekkende
en
leerzame
SCHADUWSEXCURSIES : HOOGOVENS AUTOMATION OF INFORMATION SYSTEMS ESTEL HOOGOVENS B.V. STRUCTURE OF ESTEL Estel is a Dutch-German group of companies. It was formed in 1972 by the merger of Hoesch AG, W. Germany, and the Koninklijke Nederlandsche Hoogovens en Staalfabrieken NV (Royal Dutch Steelworks), the Netherlands. Estel's operations are subdivided into four divisions Steel, Steelprocessing , Trading and Diversification. Most of the manufacture facilities are located in W. Germany and the Netherlands although Estel also operates in other countries through manufacturing and associated companies, and has a world-wide trading network. The head office of Estel NV is located at Nijmegen, the Netherlands. (see fig. 1) OBJECTIVES OF THE AUTOMATION OF INFORMATION SYSTEMS The objectives of the automation of information systems is to make a significant contribution to the economic objectives of the corporation. The activities should therefore critical applications:
be
directed
to
the
- improved operation • shorter lead times · flexibility in order acceptance • optimal delivery performance · optimal utilization of plant and equipment • inventory control • quality control • critical path scheduling and capacity planning - cost savings • personnel costs • material costs • inventory costs - support of research and development • process technology • statistics • operations research
following
SCHADUWSEXCURSIES : HOOGOVENS BASIC PRINCIPLES FOR THE ORGANIZATION Basic principles activities are:
for
the
organisation
- The users departments are responsible system objectives and specifications.
automation
of
the
for
formulating
the
- The automation department is responsible for the technical design and for the project realization within the limits of the scheduled completion date and approved budget. - The user departments are responsible for the application control of operational systems. (Routine contacts with the data processing centre, periodical evaluation, specification of maintenance requirements, control of maintenance budget, up-dating of user documentation.) - The automation department assists in program maintenance. - The data centre is responsible for processing service, which includes: • system availability for teleprocessing • control of response time for transactions • control of lead times for remote job entry service • timely delivery of the output from batch applications • control of physical data bases and other physical data structures - Costs for system development, system maintenance and are charged to the user departments.
operation
MANAGEMENT INVOLVEMENT AND CONTROL The planning and control of the automtion activities at Estel Hoogovens is assigned to Steering Committees for the following functional areas: - Sales and Order entry department - Production Planning and Control - Production Divisions (steel mills, semi-products, rolling mills) - Quality Control - Accounting, cost control, reporting systems - Transport incl. Shipping Planning & Control - Technical Maintenance and Spare Parts Control - Financial Administration - Personnel and Medical Affairs - Office Automation
SCHADUWSEXCURSIES : HOOGOVENS The general managers of these divisions or departments chairmen of the respective Steering Committees.
are
the
Each committee meets every 2 or 3 month in order to:
* formulate study objectives, * organize study teams, * discuss information development plans, * discuss feasibility studies, * organize project teams, * approve proposals for the project realization, * discuss the progress of the different project teams. The director for Personnel and General Affairs meets once per two years with the chairman of each Steering Committee. Objectives of these meetings are to discuss:
* *
The progress during the past two years, the automation plan for the next four years.
The managing directors of the IJmuiden Works determine the strategy for application development and set the general objectives and priorities. HIERARCHY OF COMPUTER SYSTEMS Our environment, producing steel products to customer orders, requires communication between: - business data processing systems for production planning & control and - process control systems. We have adopted in 1978 a structure for our applications based in a functional hierarchy of systems: (see fig. 4) The applications belonging to the same level in the functional hierarchy have similar EDP-characteristics,as could be seen in fig. 5 Interfaces between the levels are bound by a set of strict rules. Changes of the applications at one level should have a minimum of impact on the applications at other levels. For the next couple of years chosen: see fig. 6
the
following
instrumentation
is
SCHADUWSEXCURSIES : HOOGOVENS A "Hoogovens Data Network" has been developed for communication between the different PDP's (level 3 and 4) and with the IBM and UNIVAC systems (level 2), The department Automation of Information Systems for levelland 2.
is
responsible
The department Automation of Process Control & Mill Control is responsible for level 3 and 4 and for the "Hoogovens Data Network", Implementation of Planning & Control
the
functional
hlerarachy
for
Production
To understand our present situation and future plans the following diagram may be helpful in explaining the different levels for the Production Planning & Control function. (see fig. 7) There is only one level 1 system. Level 2 consists of six different systems: charge and ingot planning; slab planning; hot-rolled product planning; cold-rolled product planning; heavy plate planning and transport planning. For each level-2-system there is at least one, but generally a number of level 3 systems. Between level 3 and 4 exists a similar relationship. We have a definite opinion about the way these logical systems should be physically mapped unto computer hard- and software. In our past and present situation the mapping is certanly not one to one: many logical systems are combined in one computer system. Some systems are not yet computerised at all, specifically those of level 3. In the steel and slabbing area a UNIVAC 418-111 on line communication system is operational which contains level 2 and level 3 functions. This system will be converted to the new structure during the next 3 years. The -
following IMS systems at level 2 are implemented: steel mill scheduling for continuous casting scheduling for pickling lines scheduling for temper mills transport scheduling for slabs, hot rolled coils and tinplate
In the project design and/or realization stage are IMS systems for: - order dressing, loading - scheduling of annealing - transport scheduling for cold rolled products
SCHADUWSEXCURSIES : HOOGOVENS - production scheduling and control systems for slabs, hot rolled and cold rolled products (level 2) - several systems, related to the development of (level 3) systems in the rolling mill area. The working of the transaction oriented applications at level 2 is further explained in the following example concerning temper mill scheduling. A medium term plan has been developed for the automazation in the rolling mill division for the different level 3 systems. Example Temper Mill Scheduling The old database system generates each night an IMS data base with information on material and orders ready for scheduling of the temper mills. Also a summary report is made in batch mode to give the scheduler of the production Planning & Control department a clear picture of the situation, indicating: - tonnages for each quality group ready for tempering and the material that can be expected during the next 3 days. - order priority on the bases of promised delivery date, - special problems. The scheduler, in day shift, studies the report and composes the different tempering schedules for the next 24 hours with the aid of his CRT under IMS/DB/DC. After completion of his selections he evaluates the result and may make some modifications. He then submits a batch job which will produce the detailed schedule with all relevant information. The schedule is printed on a remote printer and then distributed to production personnel of the temper mill. In the future such a schedule will be sent to a dedicated level 3 computer in the mill. New applications and conversion of old functions based on batch processing to new transaction oriented applications need a total conversion of the traditional tailor-made data base system into an IMS data base.
Koninklijke Neder1andsche Hoogovens en Staalfabrieken NV
Hoesch AG
50%
50% 1~
7 J
ESTEL NV
100%
100% I~
~
ESTEL HOOGOVENS BV
ESTEL HOESCH WERKE AG
fig. 1
ORGANIZATION OF ESTEL HOOGOVENS BV =====~============================
MANAGING DIRECTORS ESTEL
MANAGEMENT OF IJMUIDEN WORKS DIRECTOR PURCHASING
DIRECTOR PRODUCTION
PRODUCTION ~ESEARCH & ~LANNING & ~~EVELOPMENT CONTROL
~UTOMATION
TECHNICAL OF PROCESS ~ SERVICES CONTROL & !MILL CONTROL *
TRAFFIC & QUALITY TRANSPORT CONTROL
DIRECTOR PERSONNEL AND GENERAL AFFAIRS
MANAGING DIRECTOR
PLANNING & ENGINEERING
DIRECTOR SALES
PERSONNEL ORGANIZATION
ACCOUNTING
MEDICAL SERVICES
IIN FORMAT ION
iAUTOMATION OF ISYSTEMS
STAFF
IRON DIVISION
STEEL DIVISION
I-
CENTRAL SERVICES
SAFETY
SLABBING DIVISION
HOT A.l'ID COLD ROLLING DIVISION
• 2
EXTERNAL PLANO LOGY
ORGANIZATION OF AUTOMATION OF
INFOR}~TION SYSTL~S
=================================================
MANAGEMENT IJMUIDEN WORKS
TOTAL NUMBER OF PERSONNEL := 324 (BUDGET 1981)
AUTOMATION OF INFORMATION SYSTEMS lSECRETARY (1)1------1 1..-.._-..,......-----'
1------tACCOUNTING (2)/
TECHNICAL SCIENTIFIC COMPUTING
INFORMATION SYSTEMS FOR ORDER ENTRY. PROD. PLANNING & CONTROL
'TOTAL NUMBER = 17 (see page 15)
INFORMATION SYSTEMS FOR TECHN. SUPPORT inEPT •• FINANC. ADMINISTRATION & PERSONNEL V
PPERATIONS & DEVELO PMEN! SUPPORT
DATA PROCESSING CENTRE
./
TOTAL NUMBER = 11'8
TOTAL
(see page 6)
(see page 6)
~UMBER
fig. 3
.. 45
TOTAL NID1BER = 140 (see page 7)
Level 1
Function
Applications
Central planning & control
Long and medium term production planning Order entry and sales Order dressing Weekly loading Shipping planning Invoicing
2
Scheduling & control
(Re)assignment of material to orders Mill scheduling Quality control
3
Mill control
Detailed scheduling
(Flow of material through the
Data distribution in the mill
mill )
Material tracking Data collection
4
Process control
Process control Data logging
fig. 4
Level
1
Function
EDP-characteristics
Central
Batch
Response time requirements
Very large files
planning & Remote batch
2
control
Transactions
Scheduling
On-line
Size and complexity of data files
High degree of complexity
<5 sec.
& control
Medium large files Medium degree of complexity
3
4
Mill
Real time wi th re-
control
gard to actions by mill operators
Process
Real time with re-
control
gard to actions
<3 sec.
Medium files Relatively simple structures
<1 sec.
Limited files Simple structures
by the installation
fig. 5
Level
Instrumentation
1
IBM 3033 - IMS DB/DC
*
2
IBM 3033 - IMS DB/DC
*
3
DEC - PDP 11
4
DEC - PDP 11
,
fig. 6
quarterly planning I
Con straints
I Level orders capacities week-day
1
facility planning weekly planning central
+
produced tonnage plan
.
1
day-shift
I Level 2 material allocation facility scheduling _'product coordination
~
quali ty norms production norms availability of facilities and material in process
produced troducts workorder 1
shift. one process chain
t Level 3 production control transport control storing control mill control
-
ct
quali ty norms production norms availability of facilities, raw materials, production resources and material in process
process rtsults workinstruction \
duration of one process
I Level 4 process control sensor based data logging facility control
fig.
""-
~ 7
quali ty oorms production norms availability of facilities, energy process characteristics facilities characteristics
":.n.,...,, III( )'>ll 6 II»
(.lO8. 1& lUI II 11'11111(.1 '82 ~
C"",,"'U!.
11lI."'SUB
NVS
• 1115
• Tt:S1'-11l!i • /loIn:H L _ _ _ _ _ _ _- '
Ri:MO'I'I f'HlltrnKI I'IllSQB.tL COIIIIJTlJIQ
1111 .lOB - a 101 (.lOa, - 16 Wi 11 11'111110 '82)
11))00/1100
MV3 .1'50
-
~')oo/J100
• OI'IW.
TI
olll!.
r--,
T'_
l......--7 !IlI.TUAd
llII/oo
• ¥SI'O. UL • BAfCl\ 1'Il0liJCTI0II '1.4101110 • C(JfT!lOI.
DI---~
D
tllTn
IlIU
tUlIIIlOll •
I
I L_.....I
• I'ERSOII.U. COIIIIJTlJIQ
f'H0II ORIER Ll'r!l1IO
RT 1-0 DIllIl
T' __ • IllS J.'PUCATlOIII
:';IIU1H.. )lU .I.
C~1'''U.IZllD
IlIU limiT ftiOWC'l'Iot: IlIU
CUfI1!uL
l
:lIOOOCIVillII illY' IfImjQIr
2 1 IIIHOI: 418-/11/1121 UCI i10I 1UI..OII-"'1II IIIDDU:ou.UI
.---
·------------------+-O-~~LI-~--~~I~~W-L1-~-I~~~IIA-T-IO-.-~--~~----------~--~---------------------------------------------------------------------I'\IOliJCfIOW R£I'OPTIIO
~:.=...=.;r==-----'
'1lIIII
,
180'"
I
11.1l1li110 lUlL
I ;flU. i,;Ufl1lvl
I
l
1 fUTLldtlj,
I
1ilj(.... UU
NO • •
110. 2
~A - rcYDlluo ~IIB
_-SlOP
lou
Tt.:i:NINO
I
I
IlO'l' CTRlI'IIlIL 1lI1S11111Q 1 ~00i1ll.
f I
,1 -,
r.),1
()O I OOLlMlLL I
I=~~i~
I
.... H>lUI!1' .l'1'lUtl N.J.!INlltU
t";~:- I
lll.l~N..J 0-0
fir ..J
1
I
IMILI.
·~Rl.l_
"'lOll
L I-..J
110. 2'
'----
MCIlIllO
I
..
I
"' j []:'1 ~:::I ~ MO. I
!l !)lS1\.J4:j
-.----
I
._.\, w~ f 1'G! I -~v.' 1;.l.i tt;IIi.;l!llel;
;:"11ii,,.',dm: ~
.au _1'
tUt;Nl·.t. ....
!
1
I I
I
I I
I)
:J
10. 2 WI'-,I()P
I
~2 IIO'-~IIO'
:m:n
'orll HIIW!
C()()t.IJro
"lAlnUS
CAStIWO
au
'I)TL:"''')
I
I
5UllllIWO
51.1l1li1110
.IIL
I I
1111.1. CooRDI1U11011
COOLIliQ SiXTIQI
16 Sl'JUl/3 I.
;.i', ~l:.L
UCT\J4II&;s,
1iQ.''l
J.lI'!.:... WOo I
SU&blllO IIlLLII
I
I
I I I
.10
•
~o. 2
2
HO. I ~ItE
~ II: II>t
IIO'T
prAll'IULL
S'l'B11tIllL I'f,OC~S5
Oll'l'l10L
1A1"'IUI"S
f-
1UClnlO
6 st,n;:o:;
I
~Ill
I_ I41:OCllU'I' III IL
I
I
I'IlOI1lCTI PUJlN. A PIlCC&S3
CON'MlOL
I I
I I
1'4
~
I
I
I I
jiiO:-2'I ...~
r"r°
IVO. 2
~ 1.2
Llo.
I O. I
~.
co. 0'11 1.1.
~UIlO
n .. 1110
I'!,u:I:SS
!'If",i:,"
lmiOL
OItI'1!OL
Sl"J'WI3
I .Il,£ lIC1' III'1iIPKlLU
I
I
1I1it
I
COLD lilll..:J
LIlli: ""t)C~s'
;O~ThOL
I
-~
L
1:
pu.n
1
I
I I I'!
I I I
1~lu.
j 3t:f:'I.>Cl
I PI.lTI: I
I I
Kl U.
! T..... ,.U<'\"
VOLT
SCHADL~EXCURSIES
INLEIDING Volt behoort tot de hoofdindustriegroep VIDEO van Philips. Het bedrijf vervaardigt hoogwaardige massaprodukten zoals afbuigeenheden, lijnuitgangstransf ormatoren en korrektiemiddelen. Volt vervult een zogenaamde pilot-funktie: hetgeen betekent dat men produkten uit het laboratorium geschikt maakt voor produktie. Het bedrijf biedt werk aan ongeveer 2000 personen, waarvan 200 uit Belgie en 160 uit andere landen (vooral Griekenland en Turkije). Van de geleverde produkten is 75% bestemd voor andere Philips vestigingen en de rest voor derden. Van het totale produktie volume wordt 90% geexporteerd .
..... '............. . ... __ ... , lampen • .f. a.udio
.
.... _--. " ........
" , ', ' k l . ,. zw tv
, ,
,:
"
• ,
"
• ,
,, ,,
'.
I '
'20
fig
I
'30
I
'40
\
'50
tv
"
' t
, " ,.. '70
1 De Volt aktiviteiten in de loop der jaren.
De produktontwikkeling vindt in verkoop volledig in handen managementgroep ELCOMA.
Eindhoven is van
plaats, terwijl de overkoepelende de
directie BOO. zak. admin. ma.t. mag.
D.U. 70 milj'.
LOT 35 milj
teohn.
fig.
2 De interne struktuur en omzetcijfers.
Mechanisatie Redenen om tot mechanisatie over te gaan: - kostprijsverlaging - betere kwaliteitsbeheersing - ergonomische aspekten (opheffing geestdodend werk) - speciaal produktontwerp (mechanisatie opgelegd) - sociaal/organisatorisch (variabele werktijden)
KM
50 milj.
SCHADUWEXCURSIES : VOLT Thans speelt mechanisatie niet aIleen een rol bij de produktie maar steeds meer ook bij het produktontwerp Dit houdt in, dat produkt- en procesontwi~~eling nauw met elkaar verbonden moeten z1Jn. Een belangrijke rol hierbij speelt de minicomputer. De voordelen hiervan zijn: - e,mvoudig uit te breiden - modulaire opbouw - meer en betere informatie - flexibel - eenvoudig te wijzigen via de software Gedacht wordt aan de volgende hierarchie: management level controlling level ground level Toekomstverwachting minicomputers: - CAM
- Robotics - zelfinstellende machines - CAD Financiele overweging Het uitgangspunt bij mechanisering is de rentabiliteit. Hierdoor kan het voorkomen, dat de mechanisering van een produktie proces in verband met de grote kosten wordt afgeraden. Indien de kwaliteit van groot belang is en niet met de hand kan worden geleverd, dan zal mechanisering alsnog worden doorgevoerd. Hierbij kan een flexibelere mechanisering de voorkeur krijgen. Sociale overweging Hechanisering en automatisering elimineren niet altijd het kort cyclisch werk. Geeft men de werknemer echter de verantwoording over een bepaalde machine, dan kan de mens-machine relatie daardoor verbeterd worden. Het machine resultaat is dan direkt het resultaat van de betrokken werknemer. Door hen ook bij de reparatie van de machine te betrekken en hun veel informatie te verschaffen ( bijvoorbeeld door middel van een minicomputer) kan een betere motivatie worden bereikt .
•
Kwaliteit Bij de beheersing van kwaliteit
zijn
een
aantal
problemen
te
SCHADUWEXCURSIES : VOLT onderkennen. Ten eerste is er de grote verscheidenheid aan produkten, met binnen een type produkt erg veel verschillende kodenummers ( bijvoorbeeld een spoel, die leverbaar is met verschillende aantallen windingen). Ten tweede is er een kontinue stroom van nieuwe produkten (gemiddeld een produkt per drie weken), zodat er- steeds weer aanloop problemen zlJn. Het feit dat de afnemers van de produkten technici zijn. stelt oak hoge eisen aan de kwali teit. am een goede kwaliteit te kunnen leveren, dienen het ontwerp, de produktie methode en de produktiemiddelen optimaal te zijn. Een moeilijker te beinvloeden faktor is de menselijke arbeid. De man aan de band moet steeds weer gemotiveerd worden om een goed produkt af te leveren. Bij Volt wordt deze motivaUe deels gegeven door integratie van de kwaliteitskontrole in het produktie proces. Op deze manier is men er meer bij hetrokken en vindt er eerder terugkoppeling plaats van gegevens over de kwaliteit. Binnen de afdeling kwaliteitskontrole wordt veel waarde gehecht aan de klachtenbehandeling. Voor een gebruiker van een produkt, die een klacht heeft is het van belang dat hij weet waar hij met zijn klacht terecht kan en dat hij een snel en reel antwoord kri jgt. Dit is aIleen mogelijk indien er een nauwgezette kwaliteitskontrole is, zodat de oorzaak van de fout sncl opgespoord kan worden. Ook hierbij kan integratie van de kwaliteitskontroles in het proces een positief effekt hebben. Hoe goed de kwaliteit ook is, uit konkurrentie overwegingen (Japan) zal men altijd trachten de kwaliteit te verbeteren. Personeel en organisatie Bet personeelsbeleid bij Volt is er op gericht, via een optima] e samenwerking tussen het personeel het gestelde doel te bereiken. De aandacht moet echter ook op andere zaken worden gericht zoals stages, gepensioneerden, weduwen en de arbeidsmarkt. De twee uitgangspunten daarbij zijn: het personeelsbeleid is een onde~deel van het totale beleid en het personeelsbeleid is onderhevig aan vele externe faktoren (jeugd lonen, mini mumlonen, richtlijnen van de overheid) De personeelsbezetting is de laatste jaren teruggelopen, vooral doordat de produktiepakket is verkleind. Zo worden ondermeer kondensatoren, trimmers en het komplete audiopakket niet meer gemaakt. Bovendien is de verkoop van ELCOMA aan derden verminderd. De mechnisering echter heeft weinig efekt gehad op het totale personeelsbestand. Onder het motto: "Iedereen kan alles leren" worden er elk jaar 300 mensen opgeleid op een groot aantal gebieden, zoals:
SCHADUWEXCURSIES : VOLT elektronika, programmatuur, diskussie en vergadertechniek. Daarbij hanteert men twee uitgangspunten: opleiding is de beste investering en als onze technici goed zijn opgeleid worden de problemen snel opgelost. Problemen binnen de organisatie Omdat men In Nederland veel waarde hecht aan vrije tijd, zijn ploegendiensten erg duur. Het ziekte verzuim is echter ontstellend hoog, evenals de uitkeringen. Het netto aantal arbeisuren bedraagt slechts 1480 tegen 2000 vroeger. Tot de netto arbeidsuren rekent men ook het doktersbezoek en kursussen. Men pleegt in Nederland te vee 1 en te ongestruktureerd overleg. De moderne manager is slecht bekend met het laagste arbeidsnivo. Vragen voor Japan. Hoe verloopt de financiering? Welke nauwkeurigheidsniormen hanteert men daar? Hoe realiseren de Japanners de toevoer van onderdelen? Hoe en hoe snel komt de besluitvorming to stand? Welk kriterium hanteert men in verband met de levensduur? Wordt in Japan met CAM gewerkt? lJelke methoden past men toe om informatie over de kwaliteit te krijgen?
schaduwexcursies: Volvo Car Dit verslag geeft een korte samenvatting van de door ons opgedane indrukken tijdens de schaduwexcursie naar de personenautofabriek van Volvo Car B.V. te Born. Ret doel van dit bezoek was een korte kennismaking met de Nederlandse autoindustrie om de excursie naar de Japanse autoindustrie zinvoller te maken. Men dient echter voorzichtig te zijn met het trekken van een vergelijking tussen Volvo enerZijds en Japanse autofabrieken anderzijds: Volvo is veel kleinschaliger (totale jaarproduktie ongeveer 80.000 eenheden ) en richt zich op een ander marktsegment (duurdere kwaliteits middenklasse auto). De excursie begon met een algemene inleiding van de heer Roogakker over het bedrijf. In een historisch overzicht werd het verloop van het bedrijf geschetst en kwam de binding met de Zweedse organisatie Volvo Car Corporation aan de orde. Commercieel werkt het Nederlandse bedrijf samen met V.C.C. maar financieel gezien is het bedrijf Nederlands. Ongeveer 70% van de aandelen zijn in handen van de Nederlandse staat oa. via indirecte deelname door D.S.M. De rest van de aandelen berust bij V.C.C. Zoals uit talrijke publicaties blijkt is Volvo Car B. V. geen probleemloos bedrijf. De produktie ligt thans nog ongeveer 30.000 stuks onder het break-even punt. Er wordt echter hard gewerkt om het bedrijfsresultaat te verbeteren en men is niet zonder optimisme voor de toekomst. Na de inleiding van de heer Roogakker hield de heer De Vries een lezing over de invoering van de automatisering bij Volvo Car B.V. Gesproken werd over de aard van de automatisering de motieven om tot automatisering over te gaan en de gevolgen voor de werknemers. In het volgende zijn de indrukken van deze lezing en de daarop volgnde rondleiding door het bedrijf verwerkt. Deze rondrit maakte het mogelijk de belangrijkste produktiestadia te volgen: het persen van vlakke platen staal tot portieren, motorkappen e.d. , het samenstellen van de karosserie d.m.v. dee Is geautomatiseerde puntlaswerkzaamheden, het geven van een oppervlaktebehandeling aan de karosserie, het vervaardigen en het aanbrengen van de bekleding en de eindkontrole. De rit liet bij ons een indruk achter van een schoon en en effiecient bedrijf met een goed onderhouden machinepark. De werknemenrs maakten een redelijk zelfbewuste indruk op ons. Samenvattend kunnen we stellen, dat de produktiehal een betere indruk maakte dan gebruikelijk is voor bedrijven waar massaprodukten worden gemaakt. Opvallend was het veelvuldig dragen van oorbeschermers door het personeel. Ret is namelijk in het algemeen moeilijk mensen tot dit soort beschermingsmaatregelen te motiveren. Ret blijkt echter dat het ziekteverzuim hoog is (18%). sommige afdelingen bereikt dit cijfer weI de waarde van 40%.
Op De
schaduwexcursies: Volvo Car hoogte van het ziekteverzuim en de aard van de verrichte werkzaamheden zijn sterk aan elkaar verbonden. Kort, cyclisch monotoon werk blijkt een hoog ziekteverzuim in de hand te werken. Door het automatiseren van dit en ander zwaar werk probeert men het ziekteverZuim omlaag en de produktie omhoog te brengen. Een andere reden voor het automatiseren van bepaalde werkzaamheden is het hoog houden van de kwaliteit van het produkt. Het blijkt dat automatisering zowel de kwaliteit van het eindprodukt als de arbeidsmotivatie kan verhogen. Goed geautomatlseerde processen geven reproduceerbare resultaten van hoge kwalitelt. eventuele fouten kunnen snel opgespoord worden , zodat d.m.v. terugkoppelingen verbeteringen kunnnen worden aangebracht. Door de kleinschaligheid van Volvo is het bedrijf echter geen koploper op het gebied van automatisering. We hebben echter kunnen constateren dat men bij het lassen van de motorophanglng (motief: kwaliteitsverhoging) en bij het spuiten van een beschermende PVC laag onder het chassis (motief: verbetering van arbeidsomstandigheden) Industriele Robots heeft ingezet. Aan de invoering van de automatisering wordt grote zorg besteed. tiet uitgebreide trainingsprogramma's probeert de lei ding van het bedrijf te voorkomen dat het personeel zich door de automatisering bedreigd voelt. Men tracht hen er geleidelijk aan te laten wennen door hen een verantwoordelijke functie (toezicht) te laten vervullen in kombinatie met de nieuwe automaat. Langzamerhand worden de overbodig geworden mensen elders in het bedrijf opgesteld. In feite betekent automatisering dus de promotie voor het betrokken personeelslid. De humane manier waarop men de automatiserin invoerd blijkt uit het feit dat de suggesties voor automatisering vaak van de 'werkvloer komen'. De excursie werd besloten met een discussie, waarin de overgebleven vragen werden beantwoord. Tijdens deze discussie zijn ook een aantal vragen geformuleerd die we mee zullen nemen naar Japan. Tenslotte moet nog worden vermeld dat de fabriek van Volvo Car te Born een moderne indruk maakte (technisch en management). Het blijkt dat het negatieve imago (Dafje) dat dit bedrijf in Nederland nog vaak heeft zeer onjuist is. graag bedanken wij Volvo Car B.V. voor de uitstekend verzorgde excursie en de heren Hoogakker en De Vries voor hun interesante en deskundige uiteenzettingen. Vragen naar aanleiding van dit bezoek, die we studiereis naar Japan kunnen antwoorden.
wellicht
*Op welke manier vindt de
automatisering
invoering
van
de
op
onze in
schaduwexcursies: Volvo Car Japan plaats (technisch en sociaal) ? *De periferie van de Japanse robots heeft de naam erg goed zijn. Is dat inderdaad zo? Waaruit bestaat de periferie? \
te
BEDRIJFSBEZOEKEN : CANON Bezoek aan: Canon Inc., Tamagawa plant (verwisselbare lenzen), pilot plant voor de F1-camera. datum : 5 november 1981. oprichtingsdatum: 1935 (Tamagawa plant in 1964). aantal werkemers plant: 1690. Canon heeft de volgende matrix organisatie:
Geografio Area Subsidiaries
l o
+"
s r-'
'O
o
H
p...
~
'@
~
Photo Produot s Business Maohines1-+-+-Optioal Produots-+~~~
.+".-1otlD~ '.-I
§~ '0 .!04
AOH
~J:~ Canon System Committees
De produktgroepen produceren de produkten. Elke produktgroep heeft een eigen R & D-, produktie- en marketingafdeling Voor de totale coordinatie van deze afdelingen zorgen systeemgroepen. In 130 landen zorgen verkooporganisaties voor de verkoop en de service. Omzet: 47% (1979) fotoprodukten: fototoestellen, lenzen, 8 en 16 mm filmcamera s. 48% (1979) business machines: copieermachines, laser beam printers, calculators, desk computers. 5% (1979) optische produkten: speciale lenzen, medische apparatuur (waaronder rontgen app.), masker aligners voor IC-produktie. #
BEDRIJFSBEZOEKEN : CANON De produkten van Canon Inc. zijn in te delen naar de drie produktgroepen: de Fotogroep, de Businessgroep en de optische produktengroep. Ze worden hieronder kort behandeld. *FOTOGROEP Deze produktgroep maakt 35 mm spiegelreflex camerabodies, waarvan de bekendste zijn: de professionele F-l, de A-I, AE-l en de AF-l programm. Daarnaast maakt Canon een aantal accessoires zoals diverse lenzen (meer dan 45 verschillende types), motordrives en afstandsbesturing. Een tweede belangrijke sector van deze produktgroep is de 8 en 16 mm filmcamera's, met als nieuwste bijzonderheid een autofocussysteem op een 8 mm film-camera. Het autofocusmechanisme is gebaseerd op een afstandsmeting van twee afbeeldingen van hetzelfde object via een CCD. Dit autofocussysteem wordt ook toegepast in een type 35 mm fotocamera. De produktie van de AE-l is in 1976 gestart, na een ontwikkelingstijd waarbij van het begin af aan de massafabricage van de camerabody voorop staat. Om het aantal onderdelen te reduceren en de betrouwbaarheid te vergroten, besteedt men erg veel aandacht aan de electronificering. *BUSINESSGROEP De markt voor de business machines neemt een steeds belangrijker aandeel van de totale omzet van Canon in beslag. De prod uk ten van deze groep zijn in de volgende drie categorieen te verdelen: - documentatie processing. Men denke aan copieermachines (in dit programma zit een snelle laser beam copier), microfilm en facsimile, Canon is een van de weinige firma's die een kleuren-copieer-machine ontwikkeld heeft. dataprocessing. Men denke aan small business computers, wordprocessors en randapparatuur. - problem processing. Men denke aan calculators etc. *OPTISCHE PRODUKTEN GROEP. Het produkt arsenaal omvat objectieven voor televisieomroepcamera's, objectieven voor gesloten televisiecircuits, halfgeleider productie apparatuur (mask aligners), medische instrumenten en optische meetinstrumenten. Een nieuwe markt voor deze produktengroep wordt de randapparatuur voor huisvideo.
BEDRIJFSBEZOEKEN : CANON De bedrijfsstrategie van Canon is erop gericht technisch hoogwaardige produkten te ontwerpen, ontwikkelen. fabriceren en in zo groot mogelijke aantallen , op de markt te brengen. De groei van Canon in de afgelopen jaren is vooral gebaseerd op grote investeringen in technische research. Van de werknemers bij Canon is 16% werkzaam in de R&D. De laatste tien jaar heeft Canon 10500 patenten in produkten en produktie toegepast. Ais eerste camerafabrikant heeft Canon de massafabricage van camera's met hoge kwaliteit gerealiseerd. Canon beschikt over de know-how om de grote hoeveelheid onderdelen met grote precisie met hoge snelheid te assembleren. Canon verdeelde de functie van de camera over vijf modules, die door robots geassemhleerd konden worden. De besturing van de camera werd elektronisch uitgevoerd waardoor 300 onderdelen in de mechanische camera vervangen konden worden door vijf IC's. Een speciaal op massafabricage gericht ontwerp, waarin nieuwe produkt en produktietechnieken toegepast werden, maakte het mogelijk de AE-1 camera zo'n 20 tot 30 procent goedkoper te produceren dan de camera's, die op dat moment op de markt waren, bij produktie aantallen van een camera per seconde. Ret produktieproces van Canon (C.P.S.= Canon Production System) wordt geoptimaliseerd naar hoge kwaliteit, lage kosten en snelle leveringsmogelijkheden. Met de, door Canon geintroduceerde verspillingsfactoren, wordt het produktieproces op een gestructureerde wijze verbeterd. Ook de produktiemedewerkers werken mee aan verbetering van het C.P.S. Aan produktieverbetering wordt primair gewerkt door R&D mensen, echter de professionele gebruikers worden verzocht verbeteringssuggesties te geven (in de nieuwe F-l 2500 suggesties). Extrapolerend op huidige researchaktiviteiten en marktontwikkelingen ziet Canon de volgende vernieuwingen in de toekomstige camera: *Mechanische konstruktie's worden vervangen door elektronica: - Automatische focusseringstechnieken - Intelligentere belichtingssystemen (stop down automatisch bij tegenlicht) - Accessoires onder CPU besturing van de camera *Optische verbetering, lichtgewicht zoomlenzen met groot zoombereik (35 - 200 mm) *Elektronische fotografie met magnetische opslag van het beeld op floppy disk. *Materialen verbetering: - Betere bodies - Elektronische sluiter - Elektronisch diafragma - Betere lichtwaarde meetkomponenten
BEDRIJFSBEZOEKEN : CANON Canon is, samen met andere grote cameraf abrikanten zoals Asahi-Pentax, Nikon en Olympus, een van de trendsetters voor 35 mm fotoapparatuur in Japan. Canon stelt zich tot taak nieuwe, unieke produkten te ontwikkelen met hoge kwaliteit en grote produktieaantallen. Ret grootste kostenaandeel van de kwaliteitsrealisatie Zl]n de research- en ontwikkelingskosten (80%) en niet de materiaalkosten. Veel van de know-how in patenten wordt verkocht (vijf keer zoveel verkoop van patenten als aankoop). Dit geldt echter niet voor de know-how van het automatische cameraproduktiesysteem wordt niet verkocht. Canon ontwikkelt grote gedeelten van de automatisering zelf. Er is een trend in de cameratechnologie om functies die vroeger mechanisch gerealiseerd werden, meer en meer elektronisch te realiseren. De elektronica in de nieuwe AE-l programm camera bestaat nu uit vijf LSI circuits, waarbij het belangrijkste IC een komplexiteit vertoont vergelijkbaar aan die van de z-80 processor. Deze LSI circuits worden in samenwerking met Texas-Instruments ontwikkeld en door Texas-Instruments gefabriceerd. In de toekomst wil Canon de ontwikkeling van IC's voor prototypes zelf ter hand nemen; enerzijds om snel nieuwe IC's te kunnen uitproberen, anderzijds om nieuwe ideeen zo lang mogelijk binnen Canon te houden. In de research en ontwikkelingsactiviteiten heeft de elektronifisering van camerafunkties gevolgen gehad voor de ingenieurs. Aan de nieuwe F-l werkten 50 elektrotechnici, 50 wertuigbouwkundig ingenieurs en 50 andere technici. Overleg vindt wekelijks binnen deze groep plaats, waarbij dan aIle R&D mensen van elkaars problemen op de hoogte worden gebracht. Door de intensieve automatisering zijn mensen vervangen door machines. Echter per saldo zijn er geen mensen ontslagen vanwege de sterke toename van de afzetmarkt. De arbeiders zijn goed in staat om op korte termijn ander werk bij Canon te aanvaarden. Mocht in de toekomst marktverzadiging optreden dan zal de arbeidsuitstoot door verdergaande automatisering opgevangen worden door het uitbestede werk te verminderen en zelf ter hand te nemen. De arbeiders worden op vele manieren gestimuleerd om in hun taak de produktienorm te verbeteren. Zo is bijvoorbeeld in de produktiehallen door middel van grafieken het produktieverloop in de afgelopen tijd te zien. Ook wordt de motivatie hoog gehouden door in de fabriekshal een scorebord van goede ideeen bij te houden. In 1980 leverde iedere medewerker van Canon gemiddeld 18 ideeen. In dat zelfde jaar werd door deze ideeen ongeveer 24 miljard Yen bespaard.
BEDRIJFSBEZOEKEN : CSK Naam van het bedrijf: Computer Services Kabushiki Kaisha (= Computer Services Corporation ) Adres: 37F Shinjuku Sumitomo Building. 6-1, Nishi-Shinjuku 2-chome, Shinjuku-ku, Tokyo 160-91, Japan. 12 november 1981 Datum bezoek: Jaar van oprichting: 1974 1000 programmeurs Aantal werknemers: 125 system engineers 385 ponstypistes 870 operators 115 overige Totaal aantal: 2595 werknemers (per 20 sept. 1980) Personeelsaanwas: 600 mensen in 1981 Organisatie struktuur: -volledig zelfstandig macro nivo -er is een notering op de beurs van Tokyo aangevraagd (medio 1982) Bedrijfsekonomische karakteristiek: Ontwikkeling van de omzet en de winst bij CSK: Omzet Netto winst (milj. Y) (milj. Y) 14000 700 12000 600 10000 500 8000 400 6000 300 4000 200 2000 100 76 77 78 79 80 76 77 78 79 80 In tabel; (milj. Y) 1979 1980 Omzet 11.865 13.463 Bedrijfsres. 1.010 1.467 Winst voor bel. 1.022 1.459 Winst na bel. 508 702 Het totale eigen vermogen bedraagt 3.850 milj. vermogen omvat een bed rag van 4.017 milj. y. bedrijf is dit een uitzonderlijk hoog percentage De investeringen bedroegen in 1980
Y. Het vreemde Voor een Japans vermogen. eigen milj. y. 622
BEDRIJFSBEZOEKEN
CSK
Overzicht
de
van
akti viteiten
De volgende figuur geeft het terrein
die aan
ontplooit .
CSK
waarop
CSK
opereert:
Base Service De totale Japanse software markt bedroeg in 1980 600 miljard Y. In Japan zijn ongeveer 2600 software buro's werkzaam, waarvan de 20 grootste 60% van de markt in handen hebben. Het grootste software house is NBC, een onderneming die vrijwel uitsluitend voor Hitachi werkt. In grootte voIgt CSK op NBC, maar het is het grootste onafhankelijke software house van Japan. Tachtig procent van de omzet van CSK bestaat uit software voor business administratie en proces besturing. Csk is desondanks breed georienteerd: ze schrijven bijvoorbeeld ook software voor microcomputers (personal computers), robots en programmatuur voor de Shinkansen spoorlijn. Zes procent van hun omzet komt voor rekening van Nippon Steel. De hardware aktiviteiten van CSK bestaan uit het leasen van apparatuur en het verhuren van hun eigen computer (IBM 370/158 systeem). Het beleid is gericht op een verdere expansie van de software aktiviteiten in binnen- en buitenland (VS). De nadruk ligt daarbij vooral op de applikatie software. De markt voor software groeit zo snel, dat een van de belangrijkste problemen voor de toekomst de personeelsvoorziening wordt. De volgende tabel geeft een overzicht van het totale aantal werknemers in de Japanse software industrie: system eng. programmeurs operators inputpers.
1974 19.600 43.500 21. 600 6.800
1979 120.400 154.800 80.100 22.300
Het Er wordt voor 1985 een personeelstekort van 30% verwacht. tekort aan operators en inputpersoneel zou dan zeUs 40% bedragen. Bij CSK tracht men dit probleem als voIgt op te lossen: 1) agressieve werving onder allerlei vakdisciplines. De nieuwe mensen krijgen een gedegen opleiding binnen het eigen bedrijf. 2) automatische software generatie met behulp van een computer (program generator). 3) door het toepassen van patroon- en geluidsherkenning (het bedienen van een computer d.m.v. spraak) probeert men het
BEDRIJFSBEZOEKEN : CSK tekort aan inputpersoneel op te vangen. 4) door het in de toekomst uitbesteden van aan China.
softwareontwikkeling
BEDRIJFSBEZOEKEN : CSK Onze indruk van het bedrijf. Ret blijkt, dat CSK een modern snelgroeiend bedrijf is. Zelf denkt men 2 a 3 jaar op vergelijkbare bedrijven in het 'westen' achter te lopen, maar er wordt hard gewerkt om de achterstand in te halen. De planning bij CSK wordt voor een groot deel bepaald door een goed ontwikkelde lange termijn visie. In de nabije toekomst wil men ook aktiviteiten in het buitenland ontplooien, voornamelijk in de Verenigde Staten en in Europa. Ondanks het moderne karakter van het bedrijf zijn er ook nog weI een aantal Japanse kenmerken te onderscheiden. Zo wordt er iedere dag gezamenlijk een bedrijfslied gezongen en werd er door het personeel naar ons gebogen. In tegenstelling tot vele Nederlandse software huizen schijnt CSK geen last te hebben van financieringsmoeilijkheden. Dit bevordert natuurlijk hun geplande groei en internationalisering in hoge mate.
BEDRIJFSBEZOEKEN: FUJITSU Bedrijf Datum bezoek Oprichtingsjaar Aantal werknemers
Fujitsu Ltd. 4 november 1981 1935 34019 (31 maart 1981)
De belangrijkste bedrijfseconomische gegevens zijn (uitgedrukt in duizenden dollars) per 31 maart 1981 Verkoop per productgroep: Telefoonschakelapparatuur + tel.toestellen Radio en transmissiesystemen Computers en data communicatie apparatuur Electronische componenten en anderen
$232895 347229 1819495 370276
Totaal (netto verkoop) inkomsten voor inkomstenbelasting:
2769895 169014
netto winst kapitaal per 31 maart 1981: common stock total assets
87871 212291 2691429
BEDRIJFSBEZOEKEN: FUJITSU Fujutsu verhandelt produkten in meer dan 100 verschillende landen. Vooral telecommunicatie-apparatuur wordt geexporteerd, zoals telefoonschakelapparatuur, telexapparatuur, transmissiesystemen, onderzeecommunicatie apparatuur, microgolfradiosystemen en grondstations voor satellieten. De Verenigde Staten, Canada, Colombia, Chili, Argentinie, de Scandinavische landen, West-Duitsland, veel Arabische en middenAfrikaanse land en en bijna het hele Verre Oosten kopen deze telecommunnicatieapparatuur. Computerprodukten als mini's, mainframes en terminals worden verhandeld in landen als de Verenigde Staten, Brazilie, Spanje, West-Duitsland, Joegoslavie, Bulgarije en Taiwan; halfgeleiders en andere electronische componenten worden voornamelijk door Frankrijk, West- Duitsland, Groot Brittannie en de Verenigde Staten afgenomen. Fujitsu is de producent van de FACOM M-series (main- frames), die in het Japans te bedienen zijn, de "small business machines" zoals de V830 en V850, het RIPS computer netwerk systeem, dat voorzien is van glasfiber kabels en het OASYS 100 systeem, dat m.b.v. een conversie methode kana- in kanji-tekens kan omzetten. De telefoon- schakelapparatuur bestaat uit diverse centrales voor bedrijven, fascimile apparatuur, mobile telefoons en digitale centrales. Op halfgeleider gebied staat Fujitsu vooral bekend door haar dynamiche RAM's en EPROM's en haar componenten voor videorecorders.
BEDRIJFSBEZOEKEN: FUJITSU De bedrijfsstrategie van de computerafdeling van Fujitsu is er op gericht om, een zo groot mogelijke marktpositie, in ieder geval binnen Japan, te veroveren. Het is daarbij zaak dat de marktpositie van met name IBM wordt teruggedrongen. Dit wil men bereiken door IBM-compatible machines en software te maken, zodat gebruikers makkelijk op Fujitsu kunnen overstappen. Ook wordt veel verwacht van het pas geintroduceerde OASYS 100 systeem, dat het verwerken van Japanse tekens mogelijk maakt. Een andere hoopvolle ontwikkeling bij Fujitsu is de HEMTtransistor (High Electron Mobility Transistor), die plusminus 30x zo snel als de MOSFET kan schakelen. Opvallend is dat Fujitsu nog steeds vertrouwen stelt in de ontwikkeling van bubble-geheugens, in tegenstelling tot een aantal Amerikaanse fabrikanten. Binnenkort wordt een microcomputer met bubble-geheugen op de markt verwacht (Bubcom).
BEDRIJFSBEZOEKEN: FUJITSU De indruk die het reisgezelschap van Fujitsu gekregen heeft, wordt overheerst door het grote zelfvertrouwen,dat men aantrof. Dit geldt met name als het het veroveren van een grotere marktpositie in de computer branch t.o.v. IBM betreft. Dit vertrouwen komt ondermeer voort uit de naar hun zeggen betere kennis van de Japanse markt en de lagere prijzen (Fujitsu claimt 10-15% goedkoper te zijn voor gelijkwaardige apparatuur dan IBM). gedemonstreerde OASYS 100 systeem (uitgebreide Japanse Het word processor lijkt in ruime mate te beschikken over die mogelijkheden die dit optimisme rechtvaardigen. Onze indrukken hebben zich helaas beperkt tot een klein gedeelte van het totale Fujitsu concern. De houding van de door ons ontmoette Fujitsu vertegenwoordigers was evenwel uiterst welwillend te noemen.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HI-OVIS Hi-OVIS (Highly Interactive Optical Visual Information System) Higashi-Ikoma ( Nara Prefecture ) adres: officiele start van het experiment: juli 1978 ruim 2000 tijdens constructie, aantal werknemers: momenteel 30 a 40 Bijna allen zijn geleend van de firma's die aan het project deelnemen. datum bezoek: 20 November 1981 Naam van het project:
Het Hi-DVIS project is een samenwerkingsverband tussen het MITI, de VISDA ( Visual Information System Development Association) en enkele Japanse firma's. De VISDA is in 1972 opgericht onder toezicht van het MITI en heeft de volgende structuur :
I-----------Board of directors
1 1-------------------------1 1
1
Hi-OVIS project center
CCIS project center
1
I----advisory committee 1 1
I----Technical Consultant Committee 1
l----General Administration Division 1
Technical Headquarters 1
1------1---1--------1----------1 Higashi-Ikoma office
Project division
System division
Program Service division
Het project wordt voor 100% gefinancierd door het MITI. (niet door het ministerie van Telecommunicatie ). Inclusief de realisatie heeft het project Y 6 miljard gekost. Hiervan is ca. Y 3 miljard aan hardware, de rest aan overige kosten als personeel, software, verzekering enz. besteed. Hi-OVIS is een twee-weg communicatiesysteem dat volledig gebruik maakt van glasvezels.Aan het experiment doen 158 gezinnen mee.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HI-OVIS Het Hi-OVIS project biedt de volgende faciliteiten normale - TV-heruitzendingsapparatuur. Hiermee worden de TV-programmas naar het kabelnet doorgegeven. (vgl. CAl )( 6 VHF en 3 UHF kanalen ) Locale TV-uitzendingen ( 1 kanaal ) Video informatie diensten: * vaste tijd uitzendingen. Uitzendingen die van te voren geprogrammeerd zijn. Drie verschillende programmas van steeds maximaal drie ononderbroken videotapes kunnen uitgezonden worden. aanvraag service. De abonnee kan zelf een programma * aanvragen uit een videotheek, waarbij de apparatuur automatisch het opzoeken en afspelen van een der 68 tapes verzorgt. * reserverings service. Een bepaald programma kan van te voren gereserveerd worden en op een vooraf gekozen tijdstip naar de abonnee gezonden worden., - Stilstaand beeld diensten: * tekst - ondertiteling - nieuws - dienstregelingen Deze tekst wordt digitaal in een computer opgeslagen en video uitgezonden (max. 1 uur). Ook is het mogelijk spraak toe te voegen. * Stilstaand beeld: dit is een systeem dat micro- fiches op aanvraag voor een camera plaatst en uitzendt (max. 750 fiches). Hierin is de meer duurzame informatie opgenomen. In de oorspronkelijke doelstellingenvan het Hi-OVIS project zijn de volgende aspecten te onderscheiden: het stichten van een gemeenschap waarin de bewoners kunnen deelnemen naar eigen inzicht en behoefte. - het aanbieden van levenslang onderwijs. - het vormen van een veilige locale welzijnsgemeenschap. - het geven van een aanzet tot de selectie van de aangeboden informatie. Om dit te verwezenlijken zijn in het Hi-Ovis project een centrale computer,een twee-weg breedbandig transmissiesysteem en visuele huisterminals met elkaar gecombineerd. Tot nu toe heeft men in het experiment voornamelijk onderzoek verricht naar de sociale gevolgen van een dergelijk systeem. Verder heeft men ook een groot aantal de technische aspecten belicht (storingsgevoeligheid e.d.). Dit heeft over het algemeen erg goede resultaten opgeleverd. Men wil de laatste periode van het onderzoek (loopt tot maart 1983) wijdert aan het vraagstuk van de financiering van de geleverde diensten. Een belangrijke vraag hierbij is hoeveel de abonnees bereid zijn te betalen voor bepaalde diensten. Uit onderzoeken in o.a. de V.S. heeft men geconcludeerd, dat
BEDRIJFSBEZOEKEN .: HI-oVIS voor een Hi-OVIS achtig systeem met minstens 5000 abonnees, een abonneegeld van ongeveer Y 3.000 per maand betaald zal moe ten worden, plus extra voor elke service die aangevraagd wordt. De aansluitkosten zullen ongeveer Y 120.000 bedragen. (voor de telefoonabonnee is dit: Y 4.000 per maand, aansluitkosten Y 192.000). Omdat de kosten vergelijkbaar zijn met de telefoonkosten, verwacht men dat het voor niemand te duur zal zijn. De terminal-apparatuur kost nog eens Y 24.000 extra. Met behulp van enquetes wordt onderzocht hoe de abonnees over bepaalde programmas denken waarna aanpassing van diensten plaats zal vinden. Voor hetzelfde doel en voor het bewaken van de kwaliteit en de objectlvlteit van de programmas is een evaluatie-comltee, bestaande uit producerend personeel en abonnees In het leven geroepen. Met toestemming van de deelnemers worden in het experiment statistische gegevens bijgehouden over bv. de frequentie van bepaalde aanvragen. Het prlvacy-probleem is blj het Hi-OVIS project even groot als bij het telefoonverkeer, omdat de deelnemers altljd zelf hun randapparatuur kunnen uitschakelen. AIle know-how van het project is eigendom van het MITI. Men heeft veelvuldig contact met soortgelijke projecten in het buitenland. Ais gevolg van de technische ontwikkelingen is de splicing-methode van glasveze1s bijna geheel geautomatiseerd. Vroeger duurde het maken van een las ca. 30 min. nu nog maar 5 min.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HI-oVIS To ekomstverwachting Omdat Hi-Ovis een experiment betreft waarbij de commerciele haalbaarhied niet op de eerste plaats staat, wordt het aantal abonnees niet uitgebreid hoewel dit technisch weI mogelijk is. Omdat de behoefte aan informatie geweldig zal toenemen, zal een systeem als Hi-OVIS naast de gangbare informatieverschaffers als kranten ed. kunnen bestaan. Omdat elke stad weer anders is, zal een Hi-OVIS achtig informatiesysteem van plaats tot plaats verschillen. In de toekomst (10 a 20 jaar) wordt weI een standaardisatie van dit soort systemen verwacht. Het systeem kan, technisch gezien, onbeperkt worden uitgebreid. Omdat de aanleg van dergelijke systemen goedkoper is dan bijv. autosnelwegen wordt verwacht dat dit soort systemen op grote schaal worden ingevoerd. Hierdoor kan het reizen van mensen voor het overbrengen van informatie aanzienlijk beperkt kunnen worden. In het Hi-OVIS project worden op dit moment aIleen video-faciliteiten verleend, terwijl in de toekomst verwacht wordt dat ook computing-faciliteiten worden verleend. Men verwacht dat ca. 1/3 van de bevolking van Japan is geintereseerd, 1/3 geen mening heeft en 1/3 niet is geintereseerd in systemen als Hi-OVIS. Hi-OVIS loopt op 31 maart 1983 af. De volgende zaken zullen nog onderzocht worden: - hoeveel is de abonnee bereid te betalen voor aangeboden diensten. in welke vorm van dienstverlening is de abonnee geinteresseerd. in hoeverre kunnen exploitatiekosten door reclame gedekt worden.
BEDRIJFSBEZOEKEN
HI-QVIS
Indrukken Het experiment is opgezet met een duidelijk doel voor ogen dat consequent wordt nagestreefd: het nagaan van de haalbaarheid en wenselijkheid van een 2-weg telecommunicatienetwerk opgebouwd met glasvezels • . Het ontwerp van het netwerk was gebeurd door technici, terwijl het gedrag van de potentiele gebruikers niet tevoren was geanalyseerd. Hierdoor zou de wenselijkheid en de opzet van een systeem als Hi-OVIS niet hoeven aan te sluiten op het gedrag en de wensen van de gebruikers. Door een grondige evaluatie van dit project in de praktijksituatie, wordt zowel op technisch als op sociologisch/maatschappelijk gebied een know how opgebouwd, die bij de opzet van andere prjecten van veel nut zal blijken te zijn.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HITACHI Naam van het bedrijf: Hitachi Ltd Adres hoofdkantoor: New Marunouchi Building, 5-1, Marunouchi I-Chrome, Chi yoda-ku, Tokyo 1000, Japan Adres Central Research Lab. (CRL) : Kokubunij, Tokyo 185, Japan Oprichtingsdatum Hitachi ltd: 1910 CRL : april 1942 SDL :1973 (Systems Development Laboratory) Aantal werknemers: 73.000 Bij dochterondernemingen zijn nog eens 78.000 werknemers werkzaam CRL 1150 SDL 330 Bij SDL zijn hierbij nog ong. 400 projectgebonden Deze zijn veelal van buiten aangetrokken.
werkzaam.
Organisatiestructuur Hitachi is een onafhankelijke firma met vele dochterondernemingen. Het handelshuis is de Dai-ichi Kangyo bank Hitachi heeft joint-ventures op het gebied van beeldbuizen en kleurentelevisie's met General Electric (tevens compact hifi -sets) en de chinese Fuijan fabriek. De Fuijan-Hi tachi Television Company Ltd bouwt in China kleurentelevisie's. In Mexico bestaat met Megatek een joint-venture voor de produktie van grote motoren. Hitachi bezit vele buitenlandse vestigingen over de gehele wereld. De activiteiten van Hitachi zijn verdeeld over de volgende vijf hoofdindustriegroepen: - Power systems and equipment - Consumec products - Information and communiction systems and electronic devices - Industrial machinery and plants - wire, cables, chemicals and other products Hiernaast functioneert de R%D groep, die in zes verschillende laboratoria gevestigd is. Hieronder bevinden zich de bezochte laboratoria (CRL&SDL). Het CRL is het oudste laboratorium. AIle andere laboratoria zijn uit het CRL ontstaan, ieder met een eigen onderzoeksgebied.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HITACHI De totale omzet van Hitachi over het boekjaar 1981 (1980) was $ 15.996.100.000 ($ 14.025.638.000). De winst was $ 614.681.000 ($ 548.529.000). Het R%D heeft per jaar ongeveer $ 609.000.000 te besteden Dit is ongeveer 3,8% van de totale omzet. Het CRL heeft hiervan 10% nodig en het SDL 3,3%. Het vermogen van heel Hitachi is $ 16.261.185.000 ($ 14.789.062.000). De belangrijkste produkten van Hitachi zijn: - Elektriciteitscentrales - motoren, treinen, liften - audio en videosets - datacommunicatieapparatuur. kabels - keukenapparatuur - robots - isolatiemateriaal
BEDRIJFSBEZOEKEN
HITACHI
Hitachi algemeen In de 6 researchlaboratoria wordt de "produktie" in twee kategorien gesplitst. Enerzijds gesponsord onderzoek, anderzijds onafhankelijk onderzoek. Over de 6 laboratoria genomen, is ongeveer 75% gesponsord en ongeveer 25% onafhankelijk onderzoek. Voor het CRL zijn deze cijfers 54,7% resp. 45,3%. De gesponsorde onderzoeken hebben over het algemeen een hoge kans van slagen binnen de 5 jaar. De opdrachten worden voornamelijk door de hoofdindustriegroepen gegeven. Het onafhankelijke onderzoek heeft een looptijd van meer dan 5 jaar. Het wordt riskant en uitdagend genoemd. De opdrachten worden door het centrale management bepaald en passen binnen de politiek van het bedrijf met betrekking tot externe trends. De nieuwe onderzoeken worden door de departementen van de laboratoria gegenereerd. Deze ideeen gaan naar het centrale planbureau. Uit de voorgestelde gebieden worden de nieuwe definitieve onderzoeksgebieden vastgesteld. De projecten worden 5 jaar vooruitgepland. Voor grote projecten worden interlaboratoriumgroepen gevormd. De laatste tijd vindt bij het CRL een verschuiving plaats naar meer onderzoek in de volgende onderwerpen elektronische sChakelingen (IC's), computers, telecommunicatie en consumenten prod uk ten. Deze groei is ten koste gegaan van het basis researchwerk op nieuwe gebieden. Het huidige onderzoeksprogramma richt zich vooral op het materiaalonderzoek, met toepassingen op de genoemde gebieden. De "produkten" van het SDL strekken zich ondermeer over de volgende gebieden uit: -systeemanalyse en ontwerpen van geintegreerde en complexe systemen -systeemmethodologieen en -technologieen, die nodig zijnvoor systeemplanning, -constructie, -operatie en -evaluatie. -Informatieverwerking en softwaretechnologieen voor databases, talen, netwerken, enz. Deze "produk ten" worden toegepast in gebieden van gezondheidszorg, onderwijs, produktiebeheersing informaatieverwerking.
de en
Hitachi Central Research Laboratory In een expositieruimte van het CRL heeft de groep kennis kunnen nemen van de laatste ontwikkelingen bij het CRL. Veel van de produkten zijn op materiaalkundig gebied. Hitachi CRL gaat op dit gebied verder ontwikkelwerk doen. Enkele tentoongestelde prod uk ten worden nu nader bekeken:
BEDRIJFSBEZOEKEN : HITACHI -Glasvezelcommunicatie Er is een optische transmissiemodule ontwikkeld met een halfgeleider laserdiode. De lengte tussen twee repeaters is 4-5 km. De ontwikkelde laser heeft een relatief slecht rendement van 10%. De fabrikage stelt nogal hoge eisen en wordt moeilijk genoemd. Dezelfde laser wordt ook voor printers gebruikt. -MOS Solid State Imager Dit IC vervangt de opneembuis bij consumer TV-camera's. Het bestaat uit 484x384 foto-elementen. De kleurschifting vindt plaats met filters welke mede geintegreerd zijn. Het gebruikte vermogen is veel kleiner dan bij een conventionele TV-opneembuis. -Polykristallijne Silicium Z6nnecel Dit Is een onderdeel van het Sunshine Project, een onderdeel van het MITI. Het rendement is 11,3%; de vulfactor is 75%. Open circuitspanning is 0,567 V, de kortsluitstroom bedraagt 26,4 mA/cm2 (gemeten bij 100 mW/cm2, 20 C). Op dit moment is de zonnecel nog 20-40 maal duurder dan een conventionele elektriciteits- opwekking. De prijs zit hem in de energie die het kost om de polykrlstallijne Si-staaf te fabriceren (volgens het Siemens proces). Deze energie bedraagt meer dan de cel in zijn gehele leven zal opleveren (levensduur ongeveer 10 jaar, terwijl de voor productie benodigde energie pas in 15 jaar terugverdiend kan worden). -Thin type Solid State Lithium Battery Dit is een halfgeleiderbatterij welke veel dunner is en een vee 1 langere levensduur heeft dan een conventionele. Er wordt een opdampmethode toegepast. Voor het gebruik denkt men aan o.a polshorloges. -Magnetic Bubble geheugens Op dit moment is een 1 Mbit geheugen beschikbaar. De accestijd is 2-7 msec. Men doet momenteel onderzoek aan geheugens van 64-256 Mbit. Speech Synthesizer LSI Het systeem bestaat uit een IC welke meer dan 1000 woorden bevat. Als algorithme wordt PARCOR (Partial Autocorrelatie) gebruikt. -Optical Disk memory voor Document Data File Het systeem werkt met een laser op een beeldplaat. Het systeem past op de Pioneer afspeelapparatuur. Hitachi probeert dit systeem als standaard id Japan te krijgen (ivm de ver- koop). De plaat is niet op Philipssystemen afspeelbaar.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HITACHI Hitachi Systems Development Laboratory Enige projecten en hun toekomstverwachtingen bij het SDL zijn -Natural Language Processing Men is nog bezig een programma te contrueren dat vanuit het engels naar het Japans kan vertalen. (N.B. niet van het Japans naar het Engels!) -Office Computers Men werkt aan systemen om het computergebruik in kant oren te bevorderen. Onderzoek wordt verricht aan datasystemen (bijv. memophone) tussen verschillende kantoren van hetzelfde instituut. -Verschillende systemen voor bijv. verwerken vingerafdruk- ken, satellietfoto's, topografische beelden van het menselijk lichaam en andere vormen van imageprocessing zijn momenteel in ontwikkeling.
BEDRIJFSBEZOEKEN : HITACHI Opmerkingen Central Research Laboratory Hitachi kent een tekort aan softwaremensen. Momenteel werkt 2/3 aan onderhoud van software en 1/3 aan ontwerp. De vraag naar software groeit snel. Op het aanwezige computercentrum heersen slecht ergonomische omstandigheden. Het is er warm, lawaaierig en de beeldschermen zijn slecht. Op het CRL werken 1150 per sonen , waarvan 610 acadamici (160 PhD). Betrokken bij research 800 personen, waarvan 350 ondersteunend. De academici zijn te onderscheiden in: 38% electronics and electrotechnical 27% physics 12% chemistry 11% mechanical engeneering 5% mellurgic 4% mathematics 2% others De kontakten met universiteiten zijn van de volgende orde: - aantal contracten buitenlands 10 Japans 73 - bedrag : $ 140.000/jaar ; $ 110.000/jaar De assistentie aan (Japanse) universiteiten bestaan veelal -kleine dona ties aan professoren (voor laboratoria) -ter beschikking stellen van apparatuur -geven van colleges
uit:
In het gemiddelde cariereverloop van een onderzoeker komt men na 18 tot 20 jaar onderzoek in het management of een leidende functie in een fabriek terecht. Ieder jaar neemt Hitachi totaal 700-800 nieuwe onderzoekers aan. Grote computers zijn de steunpilaren van Hitachi. Opmerkingen Systems Development Laboratory In het algemeen waren de ergonomische omstandigheden nogal slecht: veel geluid, warm, weinig ruimte. WeI werden erg moderne terminals met veelal kleuren displays gebruikt. Interessant was het infra-rood communicatie systeem tussen kantoormachines. Hierdoor kunnen kabels tussen de verschillende apparaten achterwege blijven, zodat een flexibele kantoorinrichting mogelijk wordt. Naast Hitachi wordt hieraan (afzonderlijk) gewerkt door IBM en Siemens. Van het totale
BEDRIJFSBEZOEKEN : HITACHI Het resterende is onderzoek is 23% onafhankelijk onderzoek. contract onderzoek. Iemand die, na in het onderzoek te zijn geweest, in de produktie geplaatst wordt, kan later weer terugkeren naar het onderzoek.
BEDRIJFSBEZOEKEN : IBM Naam van het bedrijf : IBM-Tokyo Scientific Center. Datum van het bezoek : 6 november 1981. Oprichtingsdatum : 17 juni 1937. aantal werknemers : 12.368 (31 december 1980). structuur: US
v.s.
IBM EMEA
A/FE
Europe Middle East Africa
America( middle,south, Canada) Far East
IBM heeft in Japan 55 offices ( waarvan 8 data service centra), 2 plants, 1 IR plants, 1 laboratorium, en 1 scientific center. Economische kentallen: (in 100 miljoenen Yen): kapitaal 75 bruto verkoop winst v. belastingen winst n. bealstingen nieuwe investeringen export
338 73.6 36.3 79.6 68.8
IBl-1 krijgt geen subsidies van het MITI.
BEDRIJFSBEZOEKEN : IBM In het Tokyo Scientific Center wordt op de volgende research verricht: *digitale image processing -remote sensing -image data base, document handling *Computer Aided Design -Advanced Integrated Design Assistance System -Architecural/civil engineering
gebieden
BEDRIJFSBEZOEKEN : IBM IBM's zeven principes zijn: 1. respect voor het individu 2. service to the custumer 3. excellence must be a way of life 4. management must lead effectively 5. obligations to stockholders 6. fair deals for the supplier 7. IBM should be a good corperate citizen Bij IBM wordt research als voIgt verricht: Er zijn 3 IBM Basic Research Centra in de wereld,(2 in USA. 1 in Europa). Er zljn 18 Scientific Centers, waarvan 2 in A/FE landen (waaronder het bezochte TSC). Deze centers houden zich bezig met application research. De resultaten ziJn openbaar (conferenties. publicaties) • Verder zijn er 26 product development centers. De resultaten hiervan zijn geheim. Fugiwara is prod. dev center en het enige PDC dat zich bezig houdt met COMMUNICATIE systemen (tussencomputer). Ret (T)SC onderhoudt ook de communicatie met "de buitenwereld". algemeen IBM Japan richt ziet zichzelf als een Japans bedrijf met Japanse werknemers die werken ten bate van de Japanse gemeenschap. IBM is natuurlijk een internationaaal bedrijf en IBM Japan is hiervan een "full subsidary" maar het bedrijf probeert een positieve bijdrage aan de Japanse maatschappij te leveren. De japanse concurrenten en de overheid zien IBM Japan echter als een buitenlands bedrijf en er is dan ook geen geld (bijv. v/h MITI) voor het bedrijf en evenmin doen IBM-ingenieurs mee aan de MITIprogramma's. Er is weI samenwerking met de overheid, of met semi-overheidsinstellingen door middel van onder andere partnership programs. De partners moeten altijd non-profit instellingen zijn en het programma moet een bijdrage leveren aan de japanse gemeenschap. Daarnaast Z1Jn meer dan 500 Japanse bedrijven toeleverancier voor IBM-Japan (van meer dan 70% van aIle gebruikte onderdelen). Ret valt op dat het enige Produkt Development Center van IBM dat zich bezig houdt met computer communicatie in Japan staat (Fujisawa-fabriek), waar aIle concurrentie op dit gebied te vinden is. IBM heeft een sterke positie op de Japanse markt en denkt deze te kunnen handhaven. NB.: Buitenlandse computerfabrikanten mogen niet meer dan 50% van de binnenlandse markt in handen hebben. Bij het TSC werken slechts 20 researchers echter aangevuld met een groot aantal partners en fellows. De computerfaciliteiten worden bovendien gebruikt door outside researchers.
BEDRIJFSBEZOEKEN : IBM Wat betreft de verrichtingen van het TSC: Bekend zijn editor en het Japanse word processing system:
de
image
WORDPROCESSING: KOTODAMA- Japanese Document Processing bestaat uit een verzameling subsystemen waarvan het invoergedeelte is bekeken. Problemen bij de invoer van de Japanse teksten : meerdan 2000 verschillende karakters (Kanji). geen woord afbakening. Oplossingen invoer dmv KANA - toetsenbord met 63 karakters. Deze tekens zijn fonetische symbolen. Een hele regel wordt ineens vertaald naar het Kanji. Hierbij zijn de mogelijk meerdere betekenissen van een Kanji symbool uiteraard een probleem. Deze komen erg veel voor in het Japans. Op grond van een grammaticale analyse van de context wordt het meest waarschijlijke KANJI-teken gevonden. De scheiding tussen de woorden kan met een spatiebalk worden aangegeven en de grammaticale analyse zoals hierboven kan verschillende woordafgrenzingen aan. NB.:
Het systeem leert van zijn gebruiker, vertaalfouten worden na verbetering in principe geen tweede keer gemaakt. Het verbeteren gaat snel met een cursor-control (alternatieve KANJI tekens worden automatisch getoond. Standaard worden er 3500 tekens gebruikt; dit is uit te breiden tot 10600 tekens. Het programma draai t op een groot systeem 370/158 dat echter vrij lange wachttijden oplevert (niet aIleen door TSS). Verbeteringen die op komst zijn: - verkleining van de benodigde systeeMidden grootte (nu 4Mbit nodig) - terugvertaling van en naar Braille - semantische en meer statistische informatie gebruiken IBM heeft dus nog geen bruikbaar systeem zoals sommige concurrenten.
BEDRIJFSBEZOEKEN
IBM
IMAGE EDITOR Test en tekeningen worden door een facsimile achtig proces opgeslagen. Dit betekent lage kosten: geen dure data-entry apparatuur. Er kan geselecteerd worden op tabel. kolom ••••••• Ret doel van het systeem is eenvoudigweg: "cut-paste" image editing. Er kunnen dus gedeelten van het text/tekeningen/beelden hestand bijeengevoegd en/of verwijderd, vergroot. verkleind etc. worden. Combinaties van beelden met EN. OF.exclusief OF funkties zijn mogelijk.
BEDRIJFSBEZOEKEN : KYOTO UNIVERSITY Naam van de instelling: Kyoto University Faculty of Engineering Graduate school of engineering Joshidu-Honmachi, Sakyo-ku, Kyoto 606, Japan Tel (075) 751-2111 ext.5000 Oprichtingsdatum: 18 juni 1897 Aantal studenten: 15.000 totaal, 1/3 deel van de studenten behoort tot de faculty of engineering. Aantal hoogleraren: 624 totaal, waarvan 154 behoren tot de faculty of engineering. Datum bezoek: 16 november 1981 De universiteit bestaat uit 9 faculteiten, te weten: Letters, Education, Law, Economics, Science, Medicine, Pharmaceutical Sciences, Engineering and Argriculture. Verder bestaat een College of Medical Technology. Financien: Het financieren van onderzoeken wordt gedaan door de diverse ministeries (bv. Education). Het bedrijfsleven steunt een onderzoek indirect d.m.v. bijv. het uitlenen van appara tuur.
Robotonderzoek Om misverstanden te voorkomen, is het zinvol de in Japan gangbare definitie van robots te vermelden: "Robots are detached machines, which have the functions for intelligence, sensing and flexible automation". De door ons bezichtigde robots bezaten aIle een zeer hoge mate van intelligentie, maar waren qua toepassing zeer specifiek. Voor gebruik in de industrie waren ze te duur en te weinig op de praktijk gericht. De met deze robots opgedane ervaring komt voornamelijk aan de Japanse industrie ten goede, waarmee goede kontakten bestonden. De gebruikte randapparatuur maakte een experimentele indruk.
Fusieonderzoek Er is kennis gemaakt met de resultaten en plannen op het gebied van plasma- en fusieonderzoek. Dit spitst zich voornamelijk toe op de ongeveer 25 jaar geleden aan de Kyoto University ontlNikkelde Heliotron. In een Heliotron, sterk gelijkend op een Tokamak, wordt de tangentiele component van het magnetische veld niet met (elektro)magneten, doch met een spiraalvormig om de toroide lopende stroom gegenereerd. De behaalde resultaten z1Jn iets slechter dan die behaald met de Tokamak. Het hypothetisch
BEDRIJFSBEZOEKEN : KYOTO UNIVERSITY ontwerp van een fusiereac tor gepresenteerd. Er is een bezoek gebracht aan een Reliotron. Om een idee te geven dat: de straal van de toroide: R de straal van het plasma: r de grootte va het magn. veld: Bn
met
Li thi tnnkoeling
werd
werkende opstelling van de van de dimensies, zij gegeven = 2,2 m = 0,2 m == 20
kG
Ion Beam Engineering In het laboratoritnn voor ion beam engineering wordt studie verricht aan het opbrengen van materialen op een ander materiaal door middel van "ion based techniques". Ret laboratoritnn bevatte dure moderne apparatuur, gedeeltelijk verkregen uit goedkope leveringen vanuit de de industrie. Aan dit project werd gewerkt door: - 2 hoogleraren - 1 lec tor - 1 senior assistant - 1 engineer - 2 students doctors course - 4-8 students masters course - 6-7 undergraduate students Er bestonden kontakten met het FOM (Instituut voor Fundamenteel onderzoek van de Materie) en het Natuurkundig Laboratoritnn van de N.V. Philips in Nederland.
BEDRIJFSBEZOEKEN : MATSUSHITA Hatsushi ta Electric Industrial Co., Ltd 1006, Kadoma, Kadoma City Osaka 571 Japan 's Horgens is de plant Matsushita Electronics Corp. te Osaka bezocht, waar de produktie eenheden van KTV-buizen en TL-buizen zijn hezocht onder begelciding van drie Philips medewerkers die tijdelijk waren gerletacheerd: dhr. S.Frouws, dhr. F.30narius en dhr.E.J.Broekers In 1918 heeft Konosuke Matsushita de basis gelegd voor Matsushita Electric. De maatschappij is nu uitgegroeid tot een met een 18-tal dochters waarvan de belangrijkste zijnHatsushita Electronics Corp. Matsushita Electronics Compo Co ,Ltd Matsushita Communication Ind, Co. ,Ltd Verder Zijn er nu 89 consumer sales companies verspreid over de gehele wereld. Enkele bedrijfseconomische karakteristieken: 1980 Omzet Netto ink. % v.d. Ornzet Werknemers
$ $
13689 milj. 585 milj 4,3 % 107057
1979 $ 11091 milj. $ 461 milj.
42% 98292 Tabe1 1.
De omzet van 1980 heeft de volgende opbomv: - 48 % Consumer Electronic Equipment and Components (43 % in '79) KTV,Video,Audio en e1ectronische componeneten - 24,4% Home Appliances (24,7 % in '79) Electrische verwarmers,gas, keosine toest Ellen, aircond. wasmachines, wasdrogers. vacuumcleaners, microwaves ovens, kooktoeste1len. - 6 % Communication, Heasuring and Bussiness Equipment (5,9 % in 1979) te1efoon,intercom.radio telecom,car audio produkten, small bussiness produkten, facsimile equipment. - 4 ..5 % Indus trial Equipmen t (4.8 % in '79) elect ri'sche motoren, tra fo' s i ndust riele condensatoren - 4,2 % Semiconductors, tubes and lighting Equipment (4 % in '79) - 4 % Batteries (4,2 % in '79) - 8,9 % Other products (8 4 % in '79)
BEDRIJFSBEZOEKEN : MATSUSHITA Jaar 1976 1977 1978 1979 1980
Omzet (maal miljard $) 8 9,2 10 ,2 11 ,0
13.6
Tabel 2.: De omzet in 1980 is in hoofdzaak veroorzaakt door Consumer equipmet and comonents·
El.
De produktietechnologie van TL-buizen is geheel afkomstig van Philips, die met Matsushita een joint-venture is aangegaan: 35 % Philips en 65 % Matsushita. Philips levert de know-how van de lampenfabricage en Matsushita levert het management. Bet produktieproces start met het schoonmaken van de elazen buizen, hierna wordt de fluoriserende laag aangebracht.Vervolgens monteert men de zijkanten, inclusief gloeidraad, terwijl de buis vacuum wordt gezogen.Dit gehele proces is geautomatiseerd. De uitval tijdens het produktieproces is in Japan minder dan in Nederland door de grotere betrokkenheid (toegewijdheid) van de werknemers.
BEDRIJFSBEZOEKEN : MATSUSHITA De joint-venture loopt in 1988 af. maar van men een continuering op prijs te stell en.
Japanse
zijde
zegt
Bedrijfsstrategie. - Kwalitei t· De kwaliteit van de produkten staat boven aan op de prioriteitenlijst van Matsushita.Om dit te bereiken zlJn de Quality Control Circles( Q.C.C.) continu in het produktieproces ingebouwd, dat wil zeggen niet Een controle van het gehele produkt, maar tijdens de verschillende produktiestappen.Hatsushita is ongeveer twintig jaar geleden gestart met de invoering van Q.C.C.'s. waarbij de verantwoordelijkheid bij kleine groepen gelegd werd.Matsushita voorzag, dat de kwaliteitscontroles een belangrijk mense1ijk facet met zich mee brengt. Binnen het bedrijf beschouwd men het opsporen en verbeteren van mankementen als een soort sport. - Samenwerking: Voor de Japanse werknemer is groepsgebonden functioneren van veel belangWaarschijnlijk haalt de Japanner hier een belangrijk deel van zijn motivatie om te werken vandaan, maar ook de godsdienst (Bhoedisme en Sjintoisme) spee1t een rol in de Japanse toewijding.Voor westerlingen is werken door de godsdienst als straf ingevoerd voor de begane zonden van Adam en Eva in het paradijs. Een be1angrijk verschil met het Westen is dat de Japanse vakbonden bedrijsvakbonden ZlJn en hierdoor een veel beter inzicht he bben iIi de bedrijfsproblematiek rian bijv. de Nederlandse vakbonden. - t1arket i ng: Hoewel in Europa een groot aantal V~~r Japan attractieve produkten worden geproduceerd, zien we slechts weinig van de artikelen op de Japanse markt.Omgekeerd geldt het tegengestelde op de Europese markt spelen Japanse produkten een belangrijke rol.Japan heeft hiertoe evenwel veel ener en geld gestoken in een uitgebreid marktonderzoek. Het resul taat hiervan is dat Japanse exportprodukten wezenlijk verschillen van de produkten bestemd voor de eigen markt. Volgens Matsushita is een marktonderzoek van de Japanse markt door Europese fabrikanten noodzakelijk om in Japan binnen te treden.
BEDRIJFSBEZOEKEN
MATSUSHITA
Opmerkingen: De samenwerking tussen Philips en Matsushita heeft een stroom van technologische kennis van Philips naar Matsushita betekent.Anderzijds lijkt Philips wat te kunnen leren van het Japanse management-systeem, maar in praktijk blijkt hiervan niet veel terecht te komen.Volgens Philips is de enorme toewijding van de Japanse werknemer een onmishare faktor in het Japanse management.Toch blijkt het Japanse systeem in Relgie bij de de Philips-Matsushita goed te voldoen met Belgische werknemers ,Ook de Philips-dochters CBRT in Brugge heeft haar systeem aangepast aan het Japanse, nadat men een kijkje had eenomen. In westerse landen is het aanvangssalaris van net afgestudeerden te hoog.Een titel kan nooit een garantie voor een goede werknemer z1Jn. Matsushita besteedt veel aandacht aan research in futuristische systemen.ln een uitgebreide showroom wordt aandacht besteedt aan de veelheid van nieuwe ontwikkelingen, van digitale audio tot complete home-computers.
BEDRIJFSBEZOEKEN: M.l.T.I. Ministry of International Trade and Industry (M.I.T.I.) bezoekdatum:
2 november 1981, Tokyo Grand Hotel
Het MITI is een van de ministeries van de Japanse regering zich bezighoudende met de regulatie van de Japanse handel en industrie, im- en export, milieu en veiligheidsbepalingen, statistieken, internationaal handelscontact, technische en economische samenwerking, kwaliteitseisen en controle, nationaal energie- en natuurlijke hulpbronnen-plan, patenten en Research en Development (zowel eigen R en DaIs regulatie van samenwerking op R en D gebied).
BEDRIJFSBEZOEKEN: M.I.T.I. De kracht van het MITI is dat het in staat is een goed lange termijn plan te maken voor de industriele en economische ontwikkeling en dat het dat plan ook daadwerkelijk gerealiseerd laat worden. De wettelijke bepalingen, zoals het verlenen van vergunningen het vastleggen van kwaliteitsstandaarden en de imen exportbepalingen lijken minder belangrijk dan de grote invloed in de informele sfeer op de bedrijven. Een bedrijf met een politiek zoals MITI die voorstaat kan gemakkelijker investeringen financieren (rechtstreekse subsidies van MITI, leningen van de bank, etc.). Ook wordt er bij de bedrijven gewoon goed geluisterd naar de MITI-officials. De werkelijke greep van MITI op de industrie is daarom niet te schatten aan de hand van een studiebezoek. Belangrijk bij het realiseren van het lange termijnplan is het onderzoek. Er zijn twee soorten onderzoek: R en D waarbij MITI op eigen kracht projecten uitvoert en R en D waarbij MITI verschillende, eventueel concurrerende bedrijven op initiatief van MIT I samenwerken. Het eigen onderzoek van MITI valt onder het Agency of Industrial Science en Technology (A.I.S.T.). Het budget van AIST voor 1981 is Y 109,2 miljard. De activiteiten met betrekking tot R en D zijn onder te verdelen in vier groepen: 1) R en D met als doel het ontwikkelen van basistechnologien voor nieuw op te zetten industrieen (ca. 1990). Budget Y 2,7 miljard. Projecten op het gebied van onderzoek naar nieuwe materialen, biotechnologie en nieuwe typen electronische componenten. 2) R en D om de energievoorziening van Japan in de toekomst zeker te kunnen stell en. Budget Y49,6 miljard. Projecten zijn: Sunshine project voor de alternatieve energiebronnen (Y 33,7 miljard): *Energieopwekking met kolen, projecten zijn de hoogcalorische gasificatie, laagcalorische gasificatie en opwekking en de technologie van het vloeibaar maken van kolen. *Geothermische energie, projecten z~Jn de exploratie en utilisatie van geothermische energie, de energieopwekking m.b.v. heet water en hete gesteenten, het gebruik van niet vulcanisch heet water op grote diepte en om tot een algemener gebruik van geothermische energie te komen, onderzoek naar het reinigen van geothermische bronnen. *Zonneenergie. Projecten zijn de electriciteits opwekking d.m.v. warmte en het photovoltaisch effect en de beheersing van de warmtehuishouding van een huis. *Andere projecten zoals energieopwekking d.m.v. waterstof, winden oceanlsche energie. -Moonlight project voor de energiebesparing (Y 9,2 miljard). Projecten zlJn de gasturbine met hoger rendement (>55%), de exploitatie van afvalwarmte MHD, energieopslag d.m.v. accu's met hoog rendement en de brandstofcel.
BEDRIJFSBEZOEKEN: M.I.T.I. -Subsidies op gerelateerde projecten in de industrie (tot 1/2 of 2/3), waarbij de subsidie terugbetaald wordt als er op zo'n project wordt verdiend (Y 6,7 miljard). 3)Het nationale R en 0 programma (Y 16,8 miljard), wat een aantal technische projecten herbergt die van nationaal belang en urgentie geacht worden. Projecten: raffinering van zware olie, jetmotoren voor vliegtuigen, snelle computersystemen, monocarbon chemische technologie, afvalrecycling en flexibele productiesystemen. 4)Een breed scala van projecten (Y 29,4 miljard), waaronder de localisatie van energiebronnen d.m.v. satellieten, de prolnotie van industriele standaarden, internationale samenwerking op onderzoeksgebied en onderzoek in de medische- en welzijnssector.
BEDRIJFSBEZOEKEN: M.I.T.I. Handelsstrategie. Heden wordt de ongebreidelde voorspoed van de economie geplaagd door een vijftal remmende factoren:
in
Japan
1).De toenemende industrialisatie in de ontwikkelingsianden met hun lagere loonkosten. Grotere hoeveelheden grondstoffen en energie enz., maakt dat de concurrentie positie van de Japanse industrie voor arbeidsof grondstofintensieve produkten achteruit gaat. 2).De hogere prijzen van grondstoffen en energie maken vooral de Japanse producten duurder, omdat Japan weinig eigen grondstoffen en energie heeft. 3).Er is in Japan bijna geen ruimte meer voor nieuwe industrieen. 4).Opkomende protectionistische maatregelen in west Europa en de Verenigde Staten. Het overschot op de Japanse handelsbalans dat aanleiding kan Z1Jn tot protectionistische maatregelen geldt overigens aIleen voor bilaterale handelsbelangen met de industrielanden. In totaal vertoont de handelsbalans een tekort. 5).Stagnerende wereld- en thuismarkt. Het MITI denkt de problemen het hoofd te kunnen bieden door een tweeledige politiek. Ten eerste wil men het accent van de eigen industrie verschuiven, men wil overgaan op de zogenaamde "brainintensive" industry in plaats van zware, energieverslindende industrie. Ten tweede wil men gaan samenwerken met industrieen in de ontwikkelingslanden. Met deze twee punten denkt men ook eventuele problemen te omzeilen die kunnen ontstaan over de handelsbalans van Japan (protectionistische maatregelen), omdat men bij deze brainintensive industry veel halfprodukten nodig zou hebben en deze ingevoerd zouden moeten worden. Het MITI zegt overigens de handelsbalans aIleen vanuit Japans standpunt te beschouwen en wil men deze sluitend maken, dan moet er nog veel meer geexporteerd worden. Een begin met deze politiek is gemaakt door een wet aan te nemen, waarmee het mogelijk is overtollig geworden industrie te liquideren.
BEORIJFSBEZOEKEN: M.I.T.I. Energiepolitiek. Wat betreft de energie is Japan heel erg afhankelijk van het buitenland, 86% van haar energie wordt ingevoerd. Het meeste nog weI van olie, die 71,9% van s lands energiebehoeften dekt, waarvan 99,8% ingevoerd wordt (70% uit het Midden Oosten). Japan voert dan ook een voor de hand liggende energiepolitiek, bestaande uit drie punten: l).Energiebesparing project).
(denk
aan
bijvoorbeeld
het
moonlight
2).Alternatieve energie. Men wil het accent van de energieconsumptie van de olie weg verschuiven. Belangrijk is in dit geval de kernenergie, de politieke opinie is in Japan lang niet zo tegen kernenergie als in Nederland. Er worden in Japan nog steeds splijtingscentrales gebouwd en een experimentele snelle kweekreactor werkt, het prototype is in ontwikkeling. Kernfusie ziet men als de energie van de 21e eeuw en in 1984 wil men het Japan Tokamac 60 experiment starten. 3).Continue oliestroom. Oit wi1 men bereiken door nauwe relaties met de olieproducerende landen te onderhouden (Japanse scholing, e.d.),en de leverancierende landen te varieren (ook niet-OPEC landen zoals Mexico) om een grote voorraad op te bouwen.
BEDRIJSBEZOEKEN: MITSUBISHI naam van het bedrijf: Mitsubishi Electric Corporation Mitsubishi Electric Corporation 1921 Oprichtingsdatum 1940 Itami Works 48.288 aantal werknemers datum van het bezoek: 20 november 1981 Organisatiestructuur
I I I I
hoofdmanager-------------I
I I I I I
Algemene zaken Administratie marketing in- en verkoop fabricageplanning ontwikkeling tr an sf orma t oren schakelapparatuur vervoersystemen industriele apparaten Sanda fabriek
1
2
3 4 5
De manager van elke fabricageafdeling 1 tIm 5 is verantwoordelijk voor het hele proces van ontwikkeling, ontwerp, fabricage, testen, installatie en service na de verkoop. Mitsubishi in cijfers (aIle getallen in miljoenen dollars) omzet winst
1980 5,406.7 148.3
1979 4,630.5 99.8
1978 3,919.5 56.1
1977 3,457.0 42.8
1976 2.966. 14
BEDRIJSBEZOEKEN: MITSUBISHI Overzicht van de produkten van de Itami Works Transformer Dept. - verscheidene soorten transformatoren vermogenscapaciteiten isolatoren Switchgear Dept. - Gas geisoleerde onderstations - gas. olie en vacuumscheiders allerlei transmissie en distributieapparatuur Transportation Dept. - locomotieven - tractiemotoren - motorgeneratoren Industrial - inductieovens apparatus Dept. - industriele verwarmingsapparatuur Sanda Factory - vermogenszekeringen - isolatoren (droog type) - transformatoren voor instrumenten Produkten. productieprocessen en markten In de bezochte Itami fabrieken worden door Mitsubishi vooral die producten gefabriceerd, die betrekking hebben op apparatuur voor opwekking, transmissie, distributie en consumptie van elektrische energie. Voor transmissie en distributie produceert men apparatuur voor 500 KV transmissie en distributiesystemen voor grote vermogens. Tevens produceert men hier onder stations voor spoorwegen. Wat betreft de toepasssing van isolatoren en thyristoren, maken deze produkten een geavanceerde indruk. In de Sandafabrieken worden voornamelijk producten gemaakt voor de vermogensdistributie, zoals schakelaars en transformatoren. Omdat binnen de Itami Works de ontwikkeling van nieuwe produkten een belangrijke rol speelt, ZlJn ter ondersteuning hiervan uitgebreide en betrouwbaar ogende testfacilitieten aanwezig. Van deze apparatuur wordt tevens gebruik gemaakt voor de kwaliteitsbewaking van de afgeleverde produkten. De producten die in opdracht van de klanten worden gefabriceerd worden getest op de plaats waar ze worden gemaakt, dus niet in een aparte hoogspanningshal. Van aIle gefabriceerde produkten gaat 30% naar de elektriciteitsvoorziening, 25% naar de spoorwegen, 15% naar de industrie en 30% is bestemd voor de export. De belangrijkste gebieden zijn het Midden Oosten, Azie en Zuid-Amerika. De belangrijkste exportleveringen van het afgelopen jaar waren: - een 420KV Gas Insulated Substation voor Mexico - een 550KV GIS voor Brazilie - een 420KV GIS voor Saudi Arabie - Vier met een chopper gecontroleerde locomotieven voor Spanje - systemen voor 526 metrostellen voor Mexico
BEDRIJSBEZOEKEN: MITSUBISHI Bedrijfsstrategie Er moeten nieuwe strategieen worden ontwikkeld om in de komende jaren een groter marktaandeel te kunnen verkrijgen. Onder andere door het verbeteren van de concurrentiepositie middels proces-rationalisatie zodat hierdoor nog lagere produktiekosten verkregen worden en door middel van research voor het ontwikkelen van nieuwe produkten. De produktiviteit kan verhoogd worden door speciale aandacht te schenken aan rationalisatie van de fabrieksindeling. Hierdoor is met behoud van kwaliteit minder uren per produkt vereist. Tevens door training en opleiding van het personeel voor maximaliseren van de efficientie in hun handelen bij een verzekerde kwaliteit. Onderzoek en ontwikkeling De afdeling voor research en development (R&D) is een zeer belangrijke afdeling binnen Mitsubishi die zorg draagt voor het verkrijgen van nieuwe produkten en technologieen, die in de behoefte van vandaag en morgen moe ten voorzien. Een speciaal gebied van onderzoek is het gebied van energietechnologie met inbegrip van zonne-energie, windenergie en brandstofcelsystemen. Mitsubishi streeft ook naar het zo efficient mogelijk gebruik maken van energie in industrieele, elektrische, elektronische en huishoudelijke toepassingen. Andere belangrijke R&D onderwerpen zijn het gebruik van supergeleiders, medische apparatuur en computers voor de huishoudelijke en industrieele toepassingen.
BEDRIJSBEZOEKEN: MITSUBISHI Toekomstverwachting Door het beheersen van de technologie voor het maken van ZnO overspanningsafleiders (M.O.A.) in tegenstellling tot de Europese concurrenten hoopt men in de toekomst meer te kunnen exporteren. Door het toepassen van M.O.A. en gesloten onderstations kan zowel de prijs van zo'n station als zijn dimensies aanzienlijk afnemen. Dat Mitsubishi in Europa nog niet echt aan bod gekomen is met de apparatuur voor vermogensopwekking en distributie komt doordat men ten opzichte van de Europese concurrenten te maken heeft met hoge transportkosten. Qua kwaliteit is Mitsubishi volgens ons minstens gelijk. In de nabije toekomst hoopt men met de ZnO overspanningsafleider (MOA) (klein en licht!) de Europese markt te kunnen penetreren. Daarna misschien ook met andere produkten. Momenteel is Japan is het enige land ter wereld waar MOA al geproduceerd wordt. De buitenlandse concurrenten zoeken naarstig naar het recept voor het samenvoegen van het hoofdbestanddeel ZnO en de stoffen Co203, Si02, Bi203, en Cr203. Door het toepassen van de MOA in de complete gesloten schakelstations wordt een aanzlenlijke kostenreductie verkregen. Hierdoor wordt de concurrentiepositie van Mitsubishi voor het leveren van onderstations in het Midden Oosten, Azie en Zuid-Amerika verstevigd. Op het ogenblik heeft men te maken met ongeveer gelijke prijzen ten opzichte van de Europese concurrenten, maar men mist in die landen vaak de boot door banden, die van oudsher bestaan tussen de derde wereld landen en Europa. Ook belangrijk voor de toekomst is dat men in Japan werkt met hogere spanningen dan in Europa (men werkt aan een transmissielijn van 1100 KV). Hierdoor heeft men een voorsprong wat betreft de know-how op dit gebied.
BEDRIJFSBEZOEKEN : NIPPON ELECTRIC COMPANY Naam van het bedrijf Bezochte fabriek Adres
Nippon electric company, Ltd Basic Technology Research Lab. 1-I,Miyazaki Yomchome Takatsu-ku, Kakasaki city Japan 10 november 1981 17 juli 1899 64.000 incl. dochterondernemingen
Datum bezoek Oprichtings datum Aantal werknemers Organisatiestruktuur NEC bezit 39 fabrieken in Japan en 18 overzee. Bovendien telt het concern 17 marketing en service firma's in 12 landen, en 33 dochtermaatschappijen. BEDRIJFS ECONOMISCHE KARAKTERISTIEK (1981) omzet $ 4,82 miljard produktie kosten verkooop $ 4,64 miljard bruto winst $ 183 miljoen R&D net to winst $ 99 miljoen interest diversen ASSORTIMENT PRODUCTEN De activiteiten van NEC vinden plaats op gebieden: 1- Communicatie 2. Computers en industriele elec tr. syst. 3. Elec troni sch componenten 4. Consumenten electronika
$ 3,32 miljard $ 818 miljoen $ 227 miljoen $ 219 miljoen 54 miljoen $
vier 36% 24% 23% 13%
fund amen tel e van van van van
de de de de
omze t omzet omzet omzet
BEDRIJFSBEZOEKEN
NIPPON ELECTRIC COMPANY
PRODUCTEN Met meer dan 15000 producten is NEC een van de grootste fabrikanten op het gebied van teleccmmunicatie, computers en andere electronische componenten, apparaten en systemen. De producten van de kleinste electronische componenten tot de grootste communicatiesystemen. Onder NEC's telecommunicatieproducten behoren onder andere telefoonapparatuur, elektronische schakelsystemen en sateliet c anmunicatie systemen. NEC is de groo tste halfgeleider fabrikant. Verder kunnen uit de consumentenelectronica vooral TV toestellen en audio apparatuur genoemd worden. Voor al deze activiteiten zijn binnen het bedrijf zes groepen verantwoordelijk, die de aangeduidt worden met: Switching Group, Radio Group, Transmission and Terminals Group, Information and processing Group, Electron Device Group and Consumer Electronics Group. Elke groep is aktief op een specifiek terrein. Zij worden gezamenlijk gesteund door de zogenaamde R&D group en de Production Engineering Development Group. Technieken worden gemoderniseerd en ook nieuwe technologieen worden geintroduceerd; hetgeen voornamelijk plaatsvindt in de Central Research Laboratories. Momenteel worden de producten van NEC in meer dan 100 landen verkocht. BUITENLANDSE ACTIVITEITEN De buitenlandse activiteiten van NEC zorgden in 1980 voor een verkoop van $ 1,42 miljard, dit is 30% van de totale verkopen van NEC.Dit percentage vertoont een stijgende tendens, als gevolg van uitbreiding van de productie en de marketing activiteiten. Met name het Midden Oosten en Latijns- Amerika zijn de laatste jaren belangrijke exportgebieden voor NEC geworden. KWALITEITSCONTROLE NEC was in 1946 de eerste Japanse onderneming die statistische kwaliteitscontrole methoden introduceerde. Momenteel wordt vooral de nadruk gelegd op geautomatiseerde testsystemen. In november 1979 ontving Nippon Electric Kyushu, een dochtermaatschappij, die zich bezighoudt met het produceren van LSI schakelingen, de "Deming Prize" (zie ook hoofdstuk twee). Deze werd toegekend vanwege de uitzonderlijke resultaten op het gebied van kwaliteitsbeheersing. BEDRIJFSSTRATEGIE Bij het ingaan de jaren tachtig is NEC zich vooral gaan toeleggen op de zg. "C&C" filosofie. Di t houdt in de integratie van de
BEDRIJFSBEZOEKEN : NIPPON ELECTRIC COMPANY computer- en communicatietechnologie. NEC beschouwd dit als de beste basis voor de toekomst. Communicatie en computers vormen samen de hoofdmoot van NEC's aktiviteiten (60%). NEC gelooft dat deze twee takken in de toekomst niet meer zonder elkaar kunnen bestaan. ONDERZOEK EN ONTWIKKELING In 19B1 (fiscaal tot 31 maart) bedroegen de R&D uitgaven 5% van de omzet. In 19BO vond een herstrukturering plaats waarbij twee groepen ontstonden. De R&D Group en de Product Engineering Development Group. Er zijn meer da 400 man betrokken bij deze activiteiten. Enkele belangrijke ontwikkelingen: - een glasvezelcommunicatie experiment (100Mbit, duplex) - C&C systemen - informatieverwerkendsysteem voor niet gecodeerde beelden - interactief CAD master slice layout systeem - general purpose high speed assembly robot - patronengenerator voor fotomaskers - bandbreedte comprimerende transmissie terminals - thermische printkop voor highspeed facsimile TOE KOMSTVERWACHTING - over vijf jaar hoopt NEC weer eerste te zijn op de Japanse computermarkt (dit was NEC ook in 1970, nu is zij derde achter Fujitsu en Hitachi) - X-ray en elektronenstraallithografie als beste lithografiemethode - 16 bit en 32 bit microprocessoren (second source) - SO~, Silicon On Sapphire techniek is veelbelovend - GaAs - junctions
BEDRIJFSBEZOEKEN : NIPPON ELECTRIC COMPANY IHPRESSIES PUNTGEWIJS - Vooral op fysisch gebied wordt research gepleegd om nog meer geheugencapaciteit op een chip te krijgen. Er wordt gewerkt aan een dynamische RAM welke iedere 1 a 10 seconden gerefreshed" moet worden. - De overige ontwikkelings activiteiten beperken microprocessoren en second source activiteiten.
zich
- De grote computers (mini's en mainframes) zijn niet compatible; men zegt de concurrentie weI aan te kunnen.
tot IBM
- De CAD programma's die door NEC worden gebruikt zijn behalve SPICE allemaal zelf ontwikkeld (12 stuks). Zij worden niet uitgewisseld met andere ondernemingen • - de grootste moeilijkheden bij het fabriceren van chips ondervindt men op bij het ontwerpen; de productie levert minder problemen op. - NEC laat een aantal zaken aan andere bedrijven en instellingen over, met name packaging, production machinery en sommige basic technologies (universiteiten). - het gezamenlijke VLSI project, ondersteund door MITI, Ievert welnlg baanbrekend werk op; de echte ontwikkelinge komen uit de bedrijven zelf (dit is ook te zien aan de uitgaven die hier mee gemoeid zijn).
BEDRIJFSBEZOEKEN: NIPPON KOKAN Naam van het bedrijf Bezochte fabriek Adres Datum bezoek Oprichtings datum Aantal werknemers
Nippon Kokan (NKK) Keihin Works 1-1 Minawiwatarida Kawasaki-Ku Kawasaki 210 6 november 1981 1912 1979 voltooing ogishima plant (nieuwe fabriek) NKK 35.000 Keihin 7.000
Organisatiestruktuur President Steel divisions and Engineering, construction & Shipbuilding division
Engineering, Research Development division
* Planning & coordination dep. * * * Project teams * * Technical research center * Quality standards section * Patent section Administration section General coordination section Facility dev. section
Technology of each dive Other dep. of each div. (R&D) Steelworws and other works
Research department System & control research dep. Steelworks and other Works
Economische Karakteristieken: 1978 1979 Omzet Y 1.156.129 Y 1.211.447 Winst Y 10.325 Y 25.178 Produkten 4 soorten plaatstaal, naadloze pijp (5 soorten). 4 soorten gelaste pijp. roestvrije pijp en buis,
totale totale totale totale
capaciteit 6.470 ton/jaar capaciteit 1.113 ton/jaar capaciteit 1.250 ton/jaar 250 tonI jaar capaciteit
BEDRIJFSBEZOEKEN: NIPPON KOKAN De produktie processen zijn veelal geautomatiseerd met als oorspronkelijke reden de schaarste op de arbeidsmarkt. Met name bij de geautomatiseerde transportsystemen krijgt men de indruk, dat de hoge investeringen nauwelijks opwegen tegen de uitgespaarde arbeidskosten. Verschillen in produktieproces ten opzichte van hoogovens:
* * * * * * * * * *
Het grondtransport is volledig overdekt in verband met het stot. De hoogovens hebben vier aftakpunten ( Zes uur kontinu aftappen) Een gedeelte van het schroot (aIleen afkomstig van eigen afval) wordt in een elektrische oven verhit en aan het vloeibare ijzer toegevoegd. De rest wordt geleidelijk toegevoegd om de temperatuur te regelen. 93 % van het staal wordt gefabriceerd met behulp van het kontinue gietproces. 20-40 % van de slabs gaat direkt naar de putovens en wordt niet eerst opgeslagen Tijdens het warm band walsen wordt de plak door een wals verscheidene malen behandeld. De band is hierdoor korter, doch de capaciteit lager. Het computersysteem voor de control en planning kent twee nivo~s (Estel komt tot vier nivo's. Voor aIle I/O software zijn standaard programma's ontwikkeld. Zeer geavanceerd total energy control center Vee I energie besparende maatregelen.
BEDRIJFSBEZOEKEN: NIPPON KOKAN BEDRIJFSSTRATEGIE ENERGIE NKK (Ogishima) de voor de energieopwekking gebruikte olie te vervangen door cokes en kolen. In 1982 hoopt NKK geheel onafhankelijk te zijn van zware olie. Ook energiewinnig uit restwarmte is een belangrijk instrument in het energiebesparingsprogramma dat NKK in 1976 startte. Het doel van dit programma, dat in 1981 voltooid moest zijn, was te komen tot een energiebesparing van 20%. Deze besparing werd al in 1980 gerealiseerd. behelst een besparing van SO % ten opzichte van 1980, te realiseren voor 1986.
KWALITEIT Omdat landen als Korea, Taiwan etc. in de toekomst wellicht een deel van de markt zullen veroveren, opereert NKK vooral op het marktsegment van hoogwaardige staalprodukten. Hier verwacht men minder last van de konkurentie van de opkomende staal producerende landen.
BEDRIJFSBEZOEKEN: NIPPON KOKAN ALGEMENE INDRUKKEN In de ochtend werd een film vertoond over de bouw van de Ogishima plant en werd uitgelegd hoe in de ontwerpfase problemen als milieu vervuiling en energieschaarste, waarvan men zich in die tijd bewust werd, van invloed waren op het ontwerp en de uiteindelijke exploitatie van een moderne staalfabriek als de Ogishima Plant. s' Middags was ruimte voor een bezoeken aan hoogoven,de staalconvertoren, opslag van materialen, de warmbandwalserijen en tenslotte het energy control center. Enige opvallende punten ti jdens de excursie:
*
Ret gehele terrein, zowel het deel waar ontvangstcentrum en kantine gelegen zijn, als de specifiek bezochte bedrijfsonderdelen, verkeren in goede staat en vertoonden zonder uitzondering een grote bedrijvigheid. Opvallend is de grote aandacht, die men besteedt aan groene zone's, die men over het gehele bedrijfscomplex tussen aIle afdelingen kan aantreffen.
* Het
personeel, zowel het kader als de man draagt uniforme bedrijfskleding.
*
op
de
werkvloer,
Men besteedt veel aandacht aan milieu bescherming, onder meer door continu informatie te verschaffen over de kwaliteit van de lucht in de omgeving van het bedri jf.
* AIle
volledig opslag van materialen was overdekt en geautomatiseerd. voor Ret belangrijkst argument autornatisering was personeels tekort.
*
Ret aantrekken van elektrotechnische ingenieurs blijkt voor NKK erg moeilijk te zlJn. Men kan namelijk slechts lage salarissen bieden in vergelijking met elektrotechnische bedrijven.
*
Vragen met betrekking tot het kontinu gietproces en de direkt daarop aansluitende walserijen, werden met grote terughoudendheid beantwoord. De techniek is oorspronkelijk afkomstig uit Rusland. Een bezoek aan deze gietmachine is voor niet NKK personeel niet toegestaan en voor NKK personeel aIleen in bijzondere gevallen.
De Ogishima Plant is een voorbeeld van een mod erne staalfabriek opgewassen tegen de problemen van deze tijd door een zeer hoge graad van automatisering en procesbeheersing. Dit heeft tot resultaat, dat men bij NKK op economische en milieu- en energie technisch verantwoorde wijze kwalitatief hoogwaardig staal kan produceren.
BEDRIJFSBEZOEKEN
NISSAN
Bezoek aan: NISSAN Motor Co. Ltd. 2500 Kamigamo Kamikana - Machi Kavachi - Gun Tochigi Prefecture De NISSAN Motor Co. Ltd. is opgerlcht op 26 december 1933. De door ~ns bezochte fabriek (Tochigl plant) is gebouwd in 1986 en in 1971 in gebruik genomen. De maatschappij heeft in de volgende plaatsen fabrieken (tussen haakjes het aantal werknemers per juni 1981): Oppama (7800), Tochigi (8300), Zama (6100), Morayama (6700), Kyushu (4000), Yokohama (11000) Yoshiwara (4900), Ogikobo en Mijaka (2700). Het totaal aantal werknemers is dus ruim 41000. De door
~ns
bezochte afdeling kende de volgende onderdelen: - Administratieve afdeling - Produktiecontrole en technische afdeling - Kwaliteitscontrole afdeling - Fabrikage afdeling
De NISSAN Motor Co. Ltd. heeft globaal de volgende struktuur: - Chairman/President/Uitvoerend commitee - Secretariaat/Publlc Relations - Administratie - Overzeese divisie - Thuismarkt divisie * Marketing * Verkoop / Reklame * Dealers / Service - Ontwerp afdeling - Research afdeling - Yokohama fabriek - Hachine- en werktuigenfabriek - De fabrieken Yoshiwara, Oppama, 2ama, Ogikubo, Tochigi, Kyushu, Mucayama. - Scheeps departement Overzicht van de bedrijfsresultaten van NISSAN Motor Co. Ltd. (produktie aantallen). trucks/bussen pers.auto's totaal 1976 649.384 1.610.319 1977 1978 1979
662.185 659.466 637.195
1. 615 .866 1. 733.132
l.R74.912
2.303.703 2.278.051 2.392.598 2.512.107
BEDRIJFSBEZOEKEN ; NISSAN BESCHRIJVING VAN HET PRODUKTIEPROCES Algehele coordinatie Een centrale computer (Hitachi 8080) verzamelt gegevens over onderdelenaantallen. Met deze gegevens wordt: de materiaalstroom begeleid met als doel minimale tussenvoorraden te houden (zie in dit verband ook de beschrijving van het APM systeem op vel 4) - het transportsysteem gestuurd zodat iedere component op de juiste tyd op de juiste plaats is - de produktie afgestemd op de vraaggegevens (van 3 maanden eerder).
Persstraten Er zyn 15 persstraten. De persen zyn van Komatsu en Hitachi tosen. De aan/doorvoer tussen de persen verschilt per straat. De verschillende varianten zyn: met de hand onder pers leggen, doorvoer via zuignapppen en lopende band, direkt van de rol, simultane doorvoer en pershandeling via schuiven of overpakken. De platen staal zyn ruim gedimensioneerd, zodat een globale positionering voor de eerste pers voldoet. De verdere pers-posities zyn bepaald door een mal, waar de geperste vorm steeds invalt. Het is mogelijk een mal binnen ca. 7 minuten te verwisselen. Body-assemblage De body wordt geregistreerd en gelabeld. (incl. landbestemming) 95% van de 2000 laspunten wordt automatisch m.b.v. robots aangebracht. Aan het begin van de lyn wordt procesinformatie aan de werknemers gegeven middels een Hitachi computer. Dit gebeurt door het oplichten van informatiewoorden. Eindassemblage Deze lyn is niet geautomatiseerd. De werknemers monteren de onderdelen op een monotoon lopende band. Kwaliteitscontrole AIle produktiemedewerkers zijn georganiseerd in Quality Circles. 20'n QC bestaat uit ong. 15 mensen die verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun werk. Daarnaast wordt de kwaliteitscontrole nog uitgevoerd door speciale controleurs, die op steekproefbasis beoordelen of de gewenste kwaliteit gehaald wordt. Er is een sterke competitie tussen de verschillende QC-groepen. Deze wordt door het management sterk gestimuleerd door het ophangen van borden waarop de gegevens van verschillende groepen weergegeven zijn. Robitics De redenen voor invoering van de robots zyn:
verbetering
van
BEDRIJFSBEZOEKEN
NISSAN
het werkmilieu , verbetering van de produktiekwaliteit verbetering van de kwaliteit van het werk en opheffing van het tekort aan werknemers. Deze robots (Kawasaki,Unimate) bepalen hun soort programma en startsein door de voelerinfo(pallen) onder het werkstuk. Tydens hun handelcyclus is er geen verdere uitwisseling (be halve breakdown). De levensduur van de opgestelde robots is niet precies bekend, maar de meeste in bedrijf zijnde robots werken al meer dan 7 jaar. De ontwikkeling van een volgende generatie robots zal in de toekomst meer en meer door Nissan zelf gedaan worden. Enkele aandachtsgehieden zijn: - toevoegen van visuele funkties voor meer intelligentie; Deze zouden in de eindmontage geplaatst kunnen worden. - meervoudige funkties - meerdere armen Training van de werknemers Redenen: - sneller oplossen van problemen als zyzelf de diagnose kunnen stellen. - bewustwording voor wat zy doen Werknemersvoorwaarden - twee ploegen dienst, nl. van8.00-17.00 en van 20.00-5.00 (in tussenliggende tijden vindt onderhoud plaats) - twee maal tien minuten koffiepauze en een uur lunchpauze salaris: 350.000 yen per maand. Door de verschillende toeslagen kan er een jaarsalaris van 18 maanden ontstaan - 14 dagen betaald vakantie :totaal 30 pensioen: afhankelyk van het aantal werkjaren - voorzieningen: NISSAN zorgt voor huisvesting. De werknemers komen binnen op highschool-nivo. Elke groep kiest zijn eigen chef.
BEDRIJFSBEZOEKEN ; NISSAN Volgens de "Guide to NISSAN Motor Co." richt NISSAN zich op zuinige en efficiente auto's, waarby aan een breed pakket eisen tegemoet moet worden gekomen. De nadruk zou hierby liggen op zuinigheid, be perking van de uitlaatgassen en veiligheid. Ret onderzoek richt zich dan ook op deze aspekten. Enkele voorbeelden hiervan zyn de turbo- en dieselmotor. Tevens wordt aandacht besteedt aan het reduceren van het gewicht van de auto's door lichte metalen zoals aluminium en magnesium te gebruiken. Er zullen in de toekomst steeds meer electronische onderdelen in NISSAN's outo's toegepast worden. Anno 1981 maken de electronische componenten gemiddeld per model zo'n 8% van de produktiekosten uit. Verwacht wordt dat dit in de nabije toekomst oploopt tot maar liefst 30%. Een voorbeeld is de ECFI(electronically-controlled fuel injection unit), die de conventionele carburateur kan vervangen. Toepassing van meer electronische componenten betekent meer flexibiliteit in het ontwerp en een gemakkelijker onderhoud en reparatie. Nissan hoopt met dergelijke auto's zijn marktaandeel in bv de VS te kunnen behouden.
BEDRIJFSBEZOEKEN ; NISSAN Algemene impressie De Tochigi plant is een fabriek waar op de plaatsen waar dit mogelyk is de produktie geautomatiseerd. Robots worden voornamelijk in de lasen lakstraten toegepast. De eindassemblage gebeurt nog grotendeels met de hand. Volgens de directie was de robotisering van de Tochigi-plant voorlopig voltooid. Verdergaande robotisering is economisch (voorlopig) Handelspolitiek. Door dreigende handelsbarrieres en een tekort aan grondstoffen in Japan gaat de japanse automobielindustrie in toenemende mate in het buitenland produceren. Nissan deed dit b.v. al in Mexico, Spanje, Itaalie(joint-venture met Alfa Romeo) en in de VS. Eveneens wordt overwogen een fabriek in de Groot Brittanie te bouwen. Vaak automatiseerd men een fahriek in het buitenland nog meer dan in Japan ;Dit omdat men hang is om met andere (westerse) werknemers niet de zelfde kwaliteit te bereiken. Zulke geautomatiseerde fabrieken kunnen aIleen rendabel werken met een erg grote serie produktie: Vaak te groot voor de binnenlandse markt. De resterende onderdelen worden naar Japan gestuurd. Dit heeft dan weer een gunstig effect op de handelsbalans. Action Plate System (Kfu~BAN systeem) Nissan beheerst haar proces zo goed, dat men een systeem ingevoerd heeft dat ten doel heeft de tussenvoorraden zo klein mogelijk te houden. Dit systeem werkt als voIgt: Als er ergens bij de assemblage onderdelen nodig zijn zorgen de werknemers van de assmeblage er voor dat er een nieuwe voorraad opgehaald wordt. Pas hierna maakt men het betreffende produkt weer opnieuw. Opvallend is een minder schone fabriek dan b.v. Volvo in Born. Ook de houding van de japanse werknemers is opmerkelyk: hy het horen van het pauze-signaal worden eerst de werkzaamheden voltooid alvorens de werkplek te veriaten.
BEDRIJFSBEZOEKEN: NTT Bezoek aan: Nippon Telegraph en Telephone Public Corporation Yokosuka Electrical Communication Laboratories (YECL) , datum van bezoek 4 november 1981. oprichtingsdatum 1891 (YECL in nov. 1972). aantal werknemers 1100 (1000 ingenieurs 100 technici). macrostructuur
NTT
heeft
drie
laboratoria,
nl.
in:
Musashina, Yokosuka en Ibaraki. Deze resorteren direct onder het hoofdkantoor. microstructuur van Yokosuka Electrical Communications Laboratory: !-- Planning and Coordination Office
+-- Data Communications Development Division +-- Data Processing Development Division Director+-- Trunk Transmission Systems Development Division +-- Integrated Transmission Systems Development Division
+-- Visual Communication Development Division +-- Customer Equipment Development Division +-- Yamato Research Section
+-- Nakagawa Research Section !-- Administration Division De totale omzet NTT is 4000 miljard Yen, voornamelijk uit telefoon (49 miljoen lijnen). Kosten: YECL neemt 1% van het totale aantal personen van NTT en 2% van de omzet van NTT voor haar rekening. R&D wordt betaald uit de inkomsten van het telefoonverkeer.
BEDRIJFSBEZOEKEN: NTT Bij Yokosuka EC1 doet men onderzoek op een vierta1 hoofdgebieden: - data communicatie - transmissie - video communicatie - input/output equipment - Data communicatie: Naast de te1egraaf en de te1efoon ziet NTT a1s toekomstige derde service de data communicatie. In samenwerking met NEC, HITACHI, FUJITSU en OKI, wordt gewerkt aan de definitie en de standaardisatie van een datacommunicatie-netwerk en architektuur. Men doet ook onderzoek op het gebied van software en hardware voor het Dedenkosa (NTT) Information Processing System. - Transmissie: * ISDN (Integrated Service Digital Network). netwerk NTT doet onderzoek aan dit toekomstig digitaa1 mobie1e (bijvoorbee1d onderzeekabels sate11ietcommunicatie, communicatie). Optisch transmissie systeem. In 1980 zijn veze1s geproduceerd met behulp van het VAD- procede (Vapor-phase Axial Deposition), die een demping bezitten van 0,2 dB/km. Nen verwacht dat deze veze1 over vijf jaar op de markt za1 z1Jn. Bij de mu1timode vezels bestaat de kern uit 50 micron glas en de mantel doorsnede bedraagt 125 micron. Bij monomode veze1s bedraagt de kerndiameter 10 micron. De repeatorafstand 1igt tussen 10 en 20 km. Er is a1 een vezel met een demping van 1 dB/1000 km welke gemaakt is van germaniumsu1fides en -f1uoriden. * Sate11iet communicatie. NTT beschikt over een verplaatsbaar grondstation (4 GHz, receive only) voor professione1e toepassingen. Ret is geschikt voor datasnelheden tot 64 kB/S, waardoor facsimile ook tot de mogelijkheden behoort. Daarnaast doet NTT onderzoek aan een experimentee1 TDMA- systeem (Time Division Multiplex Acces) dat gebruik maakt van kleine grondstations in de 20/30 GHz-band. De datasnelheid bedraagt 19,968 MBPS, hetgeen overeenkomt met 312 te1efoonkanalen. Het netwerk is opgezet voor circa 30 grondstations. - Video communicatie: * High resolution TV. Dit is een televisie systeem (ontwikke1d door NHK), waarin men het aantal lijnen verdubbe1d heeft tot 1250. Het bee1d op de TV wordt hierdoor natuurgetrouwer. De apparatuur hiervoor heeft NTT gekocht. NTT doet aIleen onderzoek aan de transmissie over glasveze1. Dit gebeurt analoog. Echter a1s men later twee kanalen wil overzenden, moet men dit digitaal gaan doen.
*
BEDRIJFSBEZOEKEN: NTT *CAPTAIN - de Japanse versie van onze Viditel. Ret systeem be vat 200000 pagina's (waaronder een aantal lege). Men heeft in de momentele experimentele fase 2000 willekeurig gekozen abonnee's. Het experiment loopt al twee jaar en men verwacht dat over twee tot drie jaar de echte invoering een feit is. Uit de evaluatie blijkt dat het systeem gemiddeld 0,7 keer per dag per abonnee wordt gebruikt. Men kan ongeveer 3000 gestandaardiseerde Kanjikarakters weergeven; de invoer gebeurt via Katakana, dat via software omgezet wordt in Kanji. De gebruiker heeft de mogelijkheid om een hard-copy te maken van het video-beeld. *Facsimile - Input/output equipment: * Kanji-printers. NTT heeft enkele Kanji-printers ontwikkeld, onder andere een grote printer die een snelheid heeft van 15000 regels/min. en een draagbare printer met ingebouwde modem. De karakters zijn opgebouwd uit een matrix van 18 bij 16 punten. Men zendt ze over in een code van 16 bits; in de code kan naast een apart aantal Kanji-karakters ook het Arabisch, Romeins en het Cyrillisch alfabet een plaats vinden. NTT heeft hiervoor een karakter-generator ontwikkeld in een 1 Mbyte ROM.
BEDRIJFSBEZOEKEN: NTT BEDRIJFSSTRATEGIE. De overheid, bedrijven en universiteiten en NTT onderhouden de volgende relaties: - NTT valt onder het ministerie van telecommunicatie. - NTT onderhoudt geen directe contacten met het MITI, hoewel er weI relaties bestaan tussen het MITl en het ministerie van telecommunicatie. Bij standaardisatie van systemen ontwikkeld door NTT en/of het bedrijfsleven speelt het MITI weI een role - Bij de ontwikkeling van computersystemen vindt overleg tussen NTT en het bedrijfsleven plaats over de standaardisatie. - YECL onderhoudt contacten met meer dan 20 universiteiten, waaronder buitenlandse universiteiten b.v.: M.I.T. - De bouw van prototYpen en definitieve modellen wordt uitbesteed aan bedrijven. Eventueel leent YECL hiervoor mensen uit aan de betreffende bedrijven. Wat betreft de patent en voert YECL (NTT) de volgende stratetegie: van patenten die voortkomen uit onderzoek gedaan door YECL, krijgt NTT het patentrecht. Deze rechten worden slechts verkocht als dat bevorderlijk is voor het openbare telecommunicatienetwerk in Japan. Daardoor kunnen patenten ook naar het buitenland verdwijnen. PERSONEELSBELEID. Nieuwe ingenieurs worden aangenomen op aanbeveling van de afstudeerhoogleraar en op basis van een persoonlijk gesprek. Het ingenieursbestand bestaat voor 60% uit elektrotechnische ingenieurs en voor 40% uit computertechnici, natuurkundigen en werktuigbouwers. Direct na indiensttreding ondergaan de ingenieurs een maand groepstraining, daarna een maand discussietraining (besluitvorming, vergadertechniek, etc.) en daarna tien maanden on the job" training (specialisatie). Voor nascholing bestaat er een trainingscursus van circa een jaar binnen YECL. TOEKOMSTVERWACHTING. NTT verwacht dat de vraag naar transmissiecapaciteit zal blijven toenemen waardoor invoer van glasvezelkabels gemakkelijker gaat. De vraag zal onder andere toenemen door het aanbod van nieuwe diensten. Een van deze nieuwe diensten bestaat uit het CAPTAIN-systeem. De apparatuur hiervoor, bij de abonnee, kost circa f 1000,-. Bij de testfase van het systeem was het abonnement gratis; hoeveel dit in de toekomst wordt, was nog niet bekend. Men verwacht dat het CAPTAIN-systeem commercieel haalbaar is. De vraag naar datacommunicatie- mogelijkheden stijgt snel. Om hieraan te kunnen voldoen heeft YECL een
BEDRIJFSBEZOEKEN: NTT computer die vergelijkbaar is met de IBM- 3033. In maart 1982 komt er een computer die drie keer zo snel is en 128 Mbytes aan geheugen heeft. Deze zal geproduceerd worden door Fujitsu.
BEDRIJFSBEZOEKEN: NTT PERSOONLIJKE INDRUKKEN. De locatie is gunstig gekozen, zowel qua natuurschoon als elektromagnetische schoonheid (ver van storingsbronnen). Er is kennelijk geen gebrek aan geld gezien de opzet van het gebouw. de onderzoeksprojecten en de meetapparatuur. De presentatie was erg goed verzorgd (veel informatie). De onderzoeksprojecten zijn erg relevant (toegepast onderzoek) en wetenschappelijk van een hoog niveau.
BEDRIJFSBEZOEKEN : OKI Naam van het bedrijf: OKI Hachijoji-plant oprichtingsdatum 1881 datum van het bezoek: 10-11-1981. Oki is de eerste fabriek die telecommunicatie apparatuur produceerde in Japan. OKI heeft vier hoofdgroepen: 1.Telecommunicatie Industry group: switching systems en transmissions systems en facsimile. 2.Data processing Industry group: Data processing systems. 3.Electronic Devices Industry group: semiconductor devices. 4.Research Laboratory. Het research lab. heeft de volgende afdelingen: Basic Material Dept., Electronic devices Dept., Functional devices dept., Information processing dept., Processor dept., en radio and transmissionm dept. Ongeveer 13.000 werknemers en nog eens 12.000 in met OKI verbonden bedrijven werken in 25 bedrijven, waarvan er 14 in het buitenland verdeeld over 12 landen. De organisatiestructuur is mixed matrix-vormig. Dept. Manufacturing Product Fascimile Switching syst. Data proc. syst-
Engineering
Commercial
'---~---------------r--------------4-
fig. 1 Mixed matrixvormige organisatiestructuur. verkoop 1981
1980 group Tel. Com. Sys. Data Proc. Sys Elect. dev. 26.054 Others
orders 1981
1980
51.657 71 .846 19.202
56.433 78.793 25.356
53.407 68.223 19.666
56.238 80.179
22.796
25.493
23.784
25.994
tabel 1. Orders en verkopen in produktcategorien ( in miljoenen Yen) De netto-verkoop van OKI is Y 186.075 miljoen in 1981.
BEDRIJFSBEZOEKEN : OKI De uitgave voor R&D is in 1981 Y 8.6 miljard. 4% van de werknemers is ingenieur. Het aandeel van de aandeelhouders is Y 34.038 miljoen in 1981. het aantal aandeelhouders is 42.2~6.
BEDRIJFSBEZOEKEN : OKI Produkten van OKI Electric Industry Co. Ltd. OKI heeft zich toegelegd op de volgende produkten. 1.Schakelsystemen met hun uitrusting zoals: -electronische telefooncentrales -electronische telex en datasystemen -crossbar telefoonsysteem -telefoons 2 Transmissie systemen met hun uitsrusting zoals: -PCM transmissie systeem -microgolf systeem -FDM transmissie systeem -televisie -fascimile 3.Dataverwerkings systemen met hun uitrusting zoals: -computers -on line systemen -periferie apparatuur -modem~s
4.Toegepaste electronische systemen met hun uitrusting zoals -havenradar systemen voor scheepvaartbeheer -navigatiesystemen . -snelwegcontrolesysteem -water beheersystemen -milieu beschermingssystemen 5.Componenten zoals' -halfgeleiders -millimeter golfbuis -passieve componenten -opto electronische componenten.
BEDRIJFSBEZOEKEN : OKI Bij OKI handhaaft men de strategie "de juiste informatie op de goede plaats en op het goede tijdstip". Verder streeft men naar de hoogste kwaliteit produkten en willen ze door innovatie en flexibiliteit reageren op de snel wisselende marktbehoeften. Door export van "microline"-produkten wil men de marktpositie voor oa. kantoor automaten en de personal computer verbeteren. Om het ]eiderschap te behouden onderzoekt OKI de consumentenmarkt voortdurend en destilleert hieruit de toekomstige behoefte aan R&D aktiviteiten om zo de fondsen op de meest effectieve manier te gebruiken. Dit onderzoek spitst zich toe op het gebied van nieuwe halfgeleidermaterialen. computersoftware en glasvezeloptica. Verder geeft OKI speciale aandacht aan veldondersteunend onderzoek onder het motto "harmony first", Volgens OKI zullen de computers de fabriek van de toekomst runnen. dit uit zich momenteel in de trend naar digitalisatie die ze door produktinnovatie voortzetten. Voor versteviging van de positie op de Ie markt willen ze de nieuwe halfgeleiderfabriek uitbreiden. Hiervoor is de gerichtheid van IC-technologie van vitaal belang. door de diversiteit van produkten en toepassingen op aIle gebieden van de telecommunicatiesector (oa. opto-electronica) proberen ze ook hier hun positie te verstevigen.
BEDRlJFSBEZOEKEN
OKl
lmpressie De ontvangst was efficient en vriendelijk. Er werd een globaal overzicht gegeven van OKl in een dia-serie. De ruimtes waren rommelig en de apparatuur en het meubilair was ouderwets. Ze besteden speciale aandacht aan de relatie ->spraak ->herkenninng->presentatie en optische printers. Ze maken een grote verscheidenheid aan produkten. Minder geavanceerde glasvezels worden gebruikt voor kort afstand communicatie (500m- 5 km). 25% van de wereldmarkt voor de chips van digitale horloges en cameras is in handen van OKl. De glasvezel binnenkabel heeft lage kosten en goede mogelijkheden tot verbinding (en lage demping) .
BEDRIJFSBEZOEKEN: SHARP Naam van het bedrijf Oprichtingsdatum
:Sharp corporation :1912
Organisatiestructuur Hoofdkantoor -Sharp precision machinery Inc. -Commodity distribution center -Advanced development and planning center-enineering center -training center -Reliability control division -Corporate design center -TV en Video systems group-TV systems division -Video systems division -Audio systems group -Tape equipment division -Audio equipment division -Appliance systems group -Household appliance division -Refrigeration aplliance division -Kitchen appliance division -Solar systems group -solar systems divisions -energy conversion laboratory -Industrial instruments group -electronic calculater division -reprography division -systems equipment division -applications equipment division -Electronic components group -integrated circuits division -semiconductor application division -display division -electronic component division Statistische gegevens per 31 maart 1979 (AIle getallen in miljoen Yen) Omzet telefoontoestellen en schakelmateriaal radio en transmissie apparatuur computers en datacommunicatieapparatuur elektronische componenten en anderen
Y Y Y Y
Totaal Hiervan is export
Y 440.921 Y 64.537
\·.Jinst (netto)
Y 10.732
43.093 66.217 302.991 28.620
--------
+
BEDRIJFSBEZOEKEN: SHARP Sharp maakt een grote hoeveelheid produkten die in een aantal produktiegroepen zijn onder te verdelen. Tussen de haakjes is een aantal produkten uit de betreffende groep genoemd. -integrated circuits (speech synthesizerchip,microprocessor chip vaak in CMOS) -display devices (LCDjLEDjEL{elktro luminescence}) -kantooruitrusting (calculator,personel computer,kopieermachine, elektronische kassa) -opvoeding (pocket-vertaler) -informatieverwerking (computer, word-processor) -precisie apparaten (kamera, klok, horloge, naaimachine) -gezondheid (elektronische thermometer) -medische elektronica (klinische hartmachine, patientmonitoring, uitrusting) -verkeer (verkeersinformatiesysteem) -communicatie (facsmile, datatransmissie) -omgeving (waterkwaliteit en gasanalyse apparatuur) -energie (zonnecel, zonnesysteem) -ruimte (zonnecellen voor satellieten, ruimtecommunlcatie) -huishoudelijke toepassingen (audio, TV, VCR, keuken toepassingen) -hobby (elektronische spelletjes) Sharp exporteert naar 135 landen, waaronder de VS, Canada, West-Duitsland, Engeland, Zweden, Australie, Brazilie, Taiwan, Korea en Maleisie. Sharp heeft 35 vestigingen in 31 landen. Het officiele devies van het Sharp concern luidt: "Oprechtheid en creativiteit". Volgens de bedrijfsfilosofie is Sharp er niet in de eerste plaats op uit om de omzet te vergroten maar om, door gebruik te maken van hun "unieke" technologie, bij te dragen aan verhoging van welvaart en cultuur van aIle mensen op aarde. Sharp richt zich veel op nieuwe (ontwikkelings-) gebieden van de electrotechniek. Met name de zonne-energie is een gebied waarop Sharp zich sterk manlfesteert, de firma is op dit moment de meest vooraanstaande fabrikant van zonnecollectoren, zowel die voor omzetting naar elektriciteit als naar warmte. Veel onderzoek wordt verricht naar ontwikkeling en toepassing van nieuwe materialen (o.a. halfgeleider-, magnetischeen displaymaterialen). Veel toepassingen worden gevonden op het gebied van de sensoren. Bij de "consumer-electronics" word t veel aandacht besteed aan de reduktie van het energiegebruik, o.a. door het veelvuldig toepassen van dlgitale technologieen. Binnen het concern wordt veel nadruk gelegd op de bedrijfsidentiteit, de zgn. "Corporate Identity", zo bestaat er een speciale "Corporate Identity Manual".
BEDRIJFSBEZOEKEN: SHARP Het bovenstaande in acht nemende bestaat de verwachting groei die het bedrijf doormaakt zich zal voortzetten.
dat
de
Bezocht is de "electronic components group" van Sharp te Tenri. Deze groep heeft de productie lijn voor het automatisch maken van IC's laten zien. Opvallend is de moderne indruk die het bedrijf maakt Er wordt veel aandacht besteed aan het stofvrij houden van de werkruimte. De automatisering van de IC-produktie geeft een geavanceerde indruk. Belangrijke schakels hiervoor zijn het automatisch uitrichten van de maskers, de automatische binding en het filmcarrier systeem, een vinding van Sharp. Met dit laatste wordt de chip, nadat deze beschermd is door middel van het potting- proces, naar het test-station en daarna naar het package-station gevoerd. Hiermee is dus automatisering van de laatste twee process tappen mogelijk gemaakt. Verder is een bezoek gebracht aan het solar-house. Dit is een experimenteel huis met zonnecollectoren, die voor opwekking van electriciteit en verwarming dienen. Er is een accu aanwezig, die voor drie dagen het gebouw van electriciteit kan voorzien. Het water in het reservoir wordt opgewarmd tot ca. 60 C. Verder is er in dit huis een zgn. home control-system te zien, waarmee b.v. het klimaat in de verschillende kamers ingesteld kan worden. Een home comouter speelt in dit alies een centrale rol. Zowel de werknemers als het hogere personeel dragen dezeIfde werkkieding. Ongeveer een derde van het aantal werknemers woont op het fabrieksterrein. Sharp is erg inventief in het bedenken van nieuwe toepassingen. Sharp speeit snel in op nieuwe technologische mogelijkheden. Het produktenpakket biedt een tamelijk kompleet geheel op electrotechnisch gebied en reikt van huishoudelijke produkten tot industriele toepassingen. Sharp is niet gespecialiseerd op een specifiek deel van het elektrotechnisch gebied.
BEDRIJFSBEZOEKEN: SONY Naam van het bedrijf: Sony Corporation Oprichtingsdatum Aantal werknemers waarvan in Japan Datum van het bezoek: Bezochte vestigingen:
mei 1946 35.000 (1980) 28.000 12 november 1981 's ochtends Sony Headquarters 's middags Sony Electronics Corp. (kleurentelevisie fabriek)
Sony heeft 49 vestigingen in Japan en 23 vestigingen in het buitenland, verspreid over 20 landen. Sony Corporation in cijfers (AIle getallen in 1000*$, tenzij anders vermeld) net sales operating income net income total assets and shareholders equity net income per share R en D expenditure cash flow net working capital
$ $ $
423.104 555.664 325.323
$ 4.158.355 1 $ 223.635 $ 442.399 $ 600.100 $
(dollar)
Het assortiment van producten en hun aandeel in de omzet: audio 9 % tape recorders& radio 15 % video tape recorders 23 % TV receivers 28 % others 25 % De bezochte vestiging van Sony Electronics Corp. in cijfers oppervlak bedrijfsvloer 13.800 m2 oppervlak bedrijfsterrein 20.400 m2 kapitaal 192 miljoen Y werknemers 1.440 (waarvan 70% vrouwelijk) aantal geproduceerde kleuren televisies per jaar 420.000 aantal produktielijnen 7 Het bezochte bedrijf was onlangs grondig verbouwd, hetgeen tot gevolg had, dat de graad van produktieautomatisering laag was. Na volledige invoering van de automatisering wordt een jaarproductie van 1.200.000 kleurentelevisietoestellen verwacht met een aanzienlijk geringer aantal werknemers.
BEDRIJFSBEZOEKEN: SONY Productieprocessen Tijdens ons bezoek aan Sony Headquarters hebben we kennis gemaakt met twee produktieprocessen, die binnen Sony toegepast worden. Deze zijn: 1. Het AX-systeem Met dit productieproces worden zeer grote aantallen audio compact cassettes volautomatisch geproduceerd. Het produktieproces is in de volgende vier fasen te onderscheiden: a. plaatsing van het onderste deel van het cassettehuis op een mal. Deze mal doorloopt met de te maken compact cassette het gehele produktieproces en is zodanig geconstrueerd, dat deze eenvoudig te verplaatsen en te positioneren is. b. het opspoelen en plaatsen van de magnetische band in het huis. c. het plaatsen van het onderste deel van het cassettehuis. d. het monteren van het geheel. In zo'n produktiestap zijn een aantal stations te onderscheiden. Bijna de helft hiervan is voor het chequen van de aanwezigheid en de positie van de mal en het produkt. Indien lets fout is gegaan bij eerdere stations, wordt de betreffende cassette gemerkt, en vinden hieraan geen verdere handelingen meer plaats. Tussen elke produktiestap bevindt zich een buffer met maximaal 300 plaatsen. 2. het FX-l systeem Onder het FX-l systeem wordt een flexibel produktiesysteem verstaan. waarmee o. a. de "Sony Walkman" geassembleerd word t. Allereerst worden de te assembleren onderdelen op een tableau of mal gepositioneerd. Vervolgens worden deze onderdelen door een robot, met verwisselbare hulpstukken, geassembleerd, waarbij het tableau steeds in de juiste positie gebracht wordt. Een microcomputer speelt hierin een belangrijke rol.
BEDRIJFSBEZOEKEN: SONY Bedrijsstrategie De bedrijfsstrategie van Sony kenmerkt zich door het steeds weer zoe ken naar produkten, die uniek zijn. Hierdoor treedt in eerste instntie geen prijsconcurrentie van andere bedrijven op. WeI zijn forse research en development inspanningen vereist. Kenmerkend voor deze strategie zijn de volgende door Sony gehanteerde slogans: "Sony one and only" en "Research makes it different" Voorbeelden van dergelijke produkten zijn bijvoorbeeld kleurentelevisietoestellen met kleine beeldmaten, die in het verleden in West-Europa en de USA weinig gangbaar waren, de eerste all-transistor radio en televisie in de wereld. Voorbeelden uit het recente verleden zijn de "Sony walkman" en de "Mavica", een fototoestel met uitwisbaar beeldgeheugen. Marketing Een belangrijk kenmerk van Sony is het uitstekend georganiseerde eigen distributiesysteem. Sony maakt geen gebruik van handelshuizen. Vanwege de sterke concurrentie in Japan heeft Sony zich voornamelijk op de export gericht (70% van de produkten wordt geexporteerd). Wat betreft de video tape recorder (VTR) en de video cassette recorder (VCR) erkent Sony, dat het ontbreken van een wereldstandaard een probleem voor de consument vormt. Er wordt weI op gewezen dat het ontbreken van standaardisatie een grate stimulans is voor de ontwikkeling van de VTR en VCR tengevolge van een hevige concurrentie tussen de fabrikanten onder ling. Wanneer de VTR en de VCR een zekere graad van volwassenheid bereikt zullen hebben, kan een standaardisatie op wereldschaal verwacht worden, volgens Sony. Trends Wat de trends in technologie betreft onderscheidt Sony de volgende vier stromen: - betere kwaliteit (bijv. kleuren, helderheid, contrast) - betere eigenschappen (bijv. kleiner, goedkoper) - nieuwe technologie - hogere informatiedichtheid (bijv. door gebruik van metal tapes) - digitale signaalbewerking (t.g.v. goedkopere (V)LSI) - intelligente eigenschappen (bijv. door microprocessoren) - nieuwe materialen (bijv. dunnere banden met grotere informatiedichtheid) Wat de trend in produktontwikkeling betreft voorziet Sony: - de vervanging van de 8 mm film door de compact video cassette - de vervanging van de fotocamera door de Mavica. - de introductie van fotobewerkingsapparatuur, o.a. in combinatie met de Mavica.
BEDRIJFSBEZOEKEN: SONY Indrukken Sony probeert joint-ventures met andere firmas te vermijden tenzij op een bepaald gebied know-how verworven moet worden (zoals bijv. optische technologie bij de Mavica) In de onlangs verbouwde kleurentelevisie fabriek werden de produkten in een onverwacht hoge mate met de hand gemaakt. Opvallend was dat het goederentransport en de productielijnen vast opgesteld waren. Er werd relatief veel gebruik gemaakt van verticaal goederenverkeer met behulp van automatisch bestuurde liften. De plannen voor automatisering van deze fabriek luidden volgens Sony als voIgt: - het inpakken van de TV-toestellen van verschiIIende grootte in een willekeurige volgorde is reeds geautomatiseerd. - het automatiseren van het centrale magazijn o.a. met behuip van elektrische wagentjes zou twee maanden na ons bezoek geinstalleerd worden. - het stap voor stap doorvoeren van automatisering van het produktieproces. Hierbij komen de voor aIle prod uk ten identieke handelingen het eerst aan de beurt, het relatief gecompliceerde assembleren het Iaatst.
BEDRIJFSBEZOEKEN: TEPCO naam en adres: Tokyo Electric Power Company, Inc. 1-3 Uchisaiwai-chol-chome Chiyoda-Ku Tokyo 100, Japan datum bezoek: 5 november 1981 oprichtingsdatum: 1951 werknemers: waterkrachtcentrales thermische centrales kerncentrales transmissie + distributie verkoop administratie const ructie anderen Totaal
1,387 4,111 1,172 15,010 9,463 6,344 2,518 203
3,4 % 10,2 2,9 37,4 23,5 15,8 6,3 0,5
40,028
bedrijfseconomische karakteristiek: 1977 1980 1979 1978 Totale verkoop(kW) 115,758 131,123 132,287 125,658 ink. uit verkoop(milj Y) 3,066,997 1,986,777 1,781,290 1,725,652 totale inkomsten(milj.Y) 3,135,222 2,036,194 1,824,850 1,769,040 winst (milj Y) 75,123 82,574 129,804 -33,521 690,189 uitgaven voor constructie1,077,324 843,889 905,358 (milj Y)
BEDRIJFSBEZOEKEN: TEPCO Produkten, produktieprocessen en mark ten De electriciteit die Tokyo en omgeving nodig heeft, wordt gemaakt met behulp van 195 centra1es onderverdeeld in: aantal capaciteit(MW) waterkracht thermische gasturbines inwendige verbrandingsmotoren kernenergie totaal
166 14 3 11
1 195
3,362 23,567 180 30 4,696 31,835
De jaarlijkse piek werd bereikt op 22 juli 1980 en bedroeg 28,313 MW dat betekent dat de reservefactor 1,12 bedraagt. De thermischee centrales worden gestookt met olie, lng, naphta en worden samen met de kerncentrales gebruikt voor de basislast, terwijl de waterkracht (en gasturbines) de piekbelasting moeten opvangen. De electriciteit die in het oosten van het voorzieningsgebied wordt geproduceerd moet (over een grote afstand) getransporteerd worden naar het westelijk gedeelte waar de consumtie plaatsvindt. Het hoofdtransmissie systeem bestaat uit een 500 kV netwerk dat bestaat uit de volgende delen: naar a).De hoofdtransmissielijn centrales van grote de verafgelegen punten. b).De 500 kV innerloop transmissielijn die in een halve cirkel om de stad ligt en op verschillende plaatsen verbonden is met de hoofd- en outerloop transmissielijn. c).De 500 kV outerloop transmissielijn waarbijDe lijnen verbonden zijn met de innerloop- en hoofdtransmissielijn voor het van de verkrijgen van een grotere betrouwbaarheid electriciteitsvoorziening. Voor de transmissie in de stadskernen heeft men een 275 kV en 154 kV netwerk die verbonden zijn met het 500 kV netwerk. De 500 kV transmissielijnen zijn allen bovengronds en met een dubbel circuit uitgevoerd. De 275 kV en 154 kV transmissielijnen zijn zowel boven- als ondergronds uitgevoerd. Bovengronds heeft men een dubbel- circuit en ondergronds een driedubbel. Onderstations: Prim. spanningsbereik(kV) aantal o.s. max. vermogen (MVA)
500 275 154 77 of lager
9 29 103 907
28,950 ,000
28,270,000 26,765,000 37,804,360
BEDRIJFSBEZOEKEN: TEPCO totaal
1,048
116,789,360
omdat in de steden de grond erg duur is, en er maar een beperkte ruimte beschikbaar is, worden in steeds grotere mate onderstations ondergronds uitgevoerd die dan SF6 geisoleerd zijn.
BEDRIJFSBEZOEKEN: TEPCO Bedrijfsstrategie: Door middel van een uitgebreid voorlichtinbgsprogramma probeert men de toename van het electriciteitsverbruik terug te dringen. Ret verbruik stijgt jaarlijks nog ongeveer met 6%. Om minder afhankelijk te zijn/worden van olie probeert men een zo groot mogelijke diversificatie van brandstoffen te krijgen. Op het moment heeft men naast olie ook nog lng en naphta als voornaamste bronnen. Daarnaast heeft Tepco ook een ambitieus programma voor de bouw van kerncentrales. Ret aandeel van kernenergie in de opwekking moet van 15% tot 22% in 1985 stijgen. Ook wil men het aandeel van waterkracht van 11% tot 15% laten stijgen. Onderzoek en ontwikkeling: Tokyo Electric Power Co. is betrokken bij een groot aantal projecten om het probleem van Japan's energiebehoefte in de toekomst te helpen oplossen. Dit houdt in onderzoek naar nieuwe energiebronnen, het bevorderen van energiebesparing en het opvoeren van de efficiency van het gebruik van energie. Onderzoek en ontwikkeling van de Co.· samen met de Central Research Institute of Electric Power Industry en de andere ELEKTRICITEITSBEDRIJVEN houdt het volgende in: a).Onderzoek naar de veillgheld van kerncentrales b).Onderzoek en ontwikkeling van koien-olie mixture voor de elektriciteitsopwekking en tevens van technologieen om de uitworp van SOx en NOx te controleren. c).Onderzoek aan geothermische energie en andere alternatieve bronnen. d).Medewerking aan van het de ontwikkeling ultrahogespanningstrans ondergrondse missiesysteem(1100kV) en transmlssiesystemen met een hoge capaciteit. Toekomstverwachting: Omdat het electriciteitsgebruik zal blijven stijgen is men genoodzaakt om in de toekomst een IDIV hoofdtransmissielijn aan te leggen. Tevens zullen er 500 kV transmissielijnen tot in de stadskernen moet worden aangelegd die dan ondergronds zijn. Tot 1990 zal het opgestelde vermogen bijna moeten verdubbelen van 31,835 MW tot 56,939 MW. Dit zal dan opgewekt moeten worden als voIgt: waterkracht 15,5% thermisch 56,9% nucleair 27,6%
BEDRIJFSBEZOEKEN: TEPCO Van de 9 elektriciteitsbedryven in japan is Tokyo Electric Power Co. de grootste wat betreft het vermogen (30%). In tegenstelling tot de nederelandse situatie is TEPCO een prive onderneming, die winst moet maken om te kunnen investeren. Omdat in het fiscale jaar (1 april - 31 maart) 1979 ruim 33000 miljoen yen verlies werd gemaakt als gevolg van de gestegen brandstoffen, heeft men besloten om een tussentydse verhoging van 60% door te voeren. Hiervoor moet weI toe stemming aan het MITI worden gevraagd. Ook stelt het MITI de lange termynplanning op en geeft richtlynen (waarvan het raadzaam is ze op te volgen) voor de bouw van centrales, onderstations enz •• Men rekent by TEPCO met een jaarlykse groei van het elektriciteitsverbruik van ongeveer 6% to 1990 (uit Statistical Review of TEPCO oct 1981). Dit is vry hoog als men bedenkt dat - in het afgelopen fiscale jaar een daling van 0.9% van het verbruik heeft plaatsgevonden - er uitgebreide programma's zyn voor energiebesparing - het MITI voor de komende jaren een plan heeft uitgestippeld, waarby de industrie moet omschakelen van energie-intensieve produkten naar kennisintensieve produkten. De industrie neemt 60% van de afzet van Tepco voor haar rekening. By navraag bleek dat men meer aan 4% styging per jaar denkt. Opvallend is verder dat in de toekomst (1990) een groot deel van met behulp van de elektriciteitsproduktie zal geschieden kernenergie (27.6%) en LNG (34%). Het Toshima onderstation is het grootste 275 kV ondergrondse station wat betreft vermogen. By de bouw is uitgegaan van een levensduur van het schAKELMATERIAAL van 50 jaar. AIle verbindingen naar buiten zyn ondergronds. In verband met transportproblemen over de weg naar de stadskern zyn de transformatoren eenfasig uitgevoerd. Omdat het SF6-schakelmateriaal erg compact is, kan dit ook in verband met het transport, als een van de grote voordelen van het SF6-schakelmateriaal beschouwd worden. Opvallend is dat aIle vermogensschakelaars in aIle ondergrondse stations van het vertikale type zyn. Dit is gedaan, omdat men dan minder ruimte hoeft vry te laten voor het geval dat de schakelaar moet worden gedmonteerd. (huurprys per vierkante meter: 100.000 yen)
BEDRIJFSBEZOEKEN: TOKYO UNIVERSITY Naam van het instituut Adres Datum bezoek Stichtingsdatum
Tokyo University Hongo campus, Tokyo 9-nov-1981 1877
Per 1 mei 1981 was het totaal aantal personeelsleden bij Tokyo University 8568, waarvan ongeveer de helft wetenschappelijk personeel, waaronder 861 hoogleraren en 803 assistant-professors. In totaal waren 14.500 ingeschreven undergraduate-studenten, waarvan er 7090 ingeschreven waren bij het 'College of General Education' en 1861 bij de Faculty of Engineering. Tokyo University is een algemene universiteit, in die zin dat men er zowel een technische als niet-techische studie kan volgen. In totaal zijn er, naast het 'College of General Education' nog acht faculteiten, te wet en voor recht, economie, educatie, techniek (engineering), wetenschappen (science), landbouw, medicijnen en pharmacie. In Japan zijn totaal 446 universiteiten, waarvan 93 nationale en 319 prive instellingen. Er bestaat een groot verschil in status en niveau van de afgestudeerden. Ook de eisen (toelatingsexamen) waaraan men moet voldoen lopen sterk uiteen. Tokyo Universiteit heeft een bijzonder grote prestige. Bij plaatsing op deze universiteit dient de student dan ook aan hoge eisen te voldoen. Ook sommige particuliere instellingen genieten een hoog aanzien, bijvoorbeeld Waseda University. Nadat men toelatingsexamen heeft gedaan, kan men ingeschreven worden aan het 'College of General Education' voor een twee jaar durende studie welke als basis dient voor verdere studie. Na afloop van deze algemene studie kan men dan verder gaan studeren aan een van de negen faculteiten, waaronder de 'Faculty of Engineering'. Een onderdeel hiervan is het Department of Electrical and Electronical Engineering. Of en waar men geplaatst wordt hangt nog weer af van de resultaten behaald in het eerste en tweede studiejaar. In het algemeen moet men hard werken om geplaatst te woden aan de Faculty of Engineering. In het department of Electrical and Electronical Engineering onderscheidt men drie hoofdgroepen. Te weten: Energy and Control Communication and Information Material and Devices Na twee jaar studie aan het Department of Electrical and Electronical Engineering kan men zijn bachelors diploma behalen. Hiervoor wordt geeisd, dat men een groot aantal colleges heeft gevolgd, alsmede een bepaald aantal praktica heeft afgerond. De kolleges worden allen verzorgd door het personeel van het
BEDRIJFSBEZOEKEN: TOKYO UNIVERSITY department of Electrical and Electronical Engineering. Afgaande op de beschrijving zijn de kolleges vergelijkbaar met die van ons. Nadat men zijn bachelors diploma heeft behaald, kan men verder studeren voor het masters diploma. Deze studie duurt ook twee jaar en wordt afgesloten met het schrijven van een thesis en het doen van een research opdracht. Een vervolg op de mastersstudie is de Phd- studie. Hier ligt het accent op het doen van een research opdracht en het schrijven van een thesis, hoewel men ook nog weI kolleges voIgt.
BEDRIJFSBEZOEKEN: TOKYO UNIVERSITY ENIGE IMPRESSIES - De studie aan Tokyo University is veel schooiser opgezet dan aan een vergeIijkbare Nederiandse universiteit of hogeschooL Men is verplicht op de kolleges aanwezig te zijn. Ret gezag van de hoogieraren is hoog en niet zeiden zal een hoogieraar ook een baan en in extreme gevaIIen zelfs een geschikte huweIijkskandidaat uitzoeken. - Men tracht de creativiteit van studenten te vergroten door ze bewust meer vrijheid te geven bij het uitvoeren en opzetten van research opdrachten. Op deze manler hoopt men de studenten beter voor te bereiden op de toekomstige ontwikkelingen in Japan in de richting van fundamentele research. - Er is weI enige samenwerking met bedrijven, maar de indruk bestaat dat dit toch niet van zo groot belang is. De belangrijkste taak van de universiteit Iigt In het opleiden van studenten, niet in het doen van, voor de industrie interessant, onderzoek.
BEDRIJFSBEZOEKEN : TOSHIBA Naam. Toshiba Tsurumi Plant Adres: 2-4 , Suchiro-Cho, Tsurumi-Ku, Yokohama. Datum bezoek: 11-11-1981 Oprichtingsdatum: Juli 1875 Totaal aantal werknemers vAn Toshiba: 55.447 mannen en 8.376 vrouwen. Tsurumi-works: 2700 werknemers Toshiba heeft veel dochterondernemingen oa. in Korea, Taiwan. Thailand, Maleisie, Singapore, Iran, Brazilie en Engeland. Toshiba heeft 4 sectoren en 1 groep; deze onderverdeeld in divisies. 1. Industrial Electronic Businesssector (9 divisies) 2. Electronic Components Businesssector (5 divisies) 3. Consumer Products Businesssector (21 divisies) 4. Heavy Electrical businesssector (15 divisies) 5. Material Group (3 divisies).
zijn
weer
Sectic 1 en 2 verzorgen 27 % van de omzet,sectie 3 33 %, sectie 4 28% en groep 5 12 h. 1981 1982 Omzet 9.761.209 8.8132.626 Winst 222.969 201.444 in duizenden US $.
BEDRIJFSBEZOEKEN : TOSHIBA De produkten die bij Tsurumi-works worden gefabriceerd z1Jn: 1.Vermogen opwekkend materiaal: AC generatoren, hydraulische turbines, inductie generatoren, DC-generatoren. 2.Elektrische motoren (300KVA-3000KVA): AC-motoren (inductiemotoren,synchrone motore, DC-motoren. 3.Kernenergie-uitrustingen: Uraniumcentrifuges, nucleaire fusieuitrusting, Boiling Water Reactor type voor nucleajre energieopwekking.
D~ fabricage van bovenstaande produkten gebeurt vooornamelijk handmatig. Dit omdat elk produkt andere specificaties heeft en nogal omvangrijk van afmeting is. Van de kleine inductiemotoren wordt de "shaft" geheel automatisch ontworpen. Enige input is specificerende data, waarna het geheel automatisch wordt gefabriceerd.. Het uitlijnen van de rotor en en de generator (bij grote machines op de plaats van bestemming ) gebeurt met behulp van lasers. V~~r de isolatie van de stator en rotor maakt men gebruik van mica-tape die met behulp van een zelf ontwikkelde wikkelmachine wordt aangebracht.
De Heavy Indust ry neemt 24% van de totale export van Toshiba voor haar rekening. De afzetmarkten zijn: Zuid en Midden Amerika. Midden en Verre oosten en het oostblok. Dat men in West europa geen afzetmarkt heeft is te wijten aan de concurrentie vanuit Hest Europa. de transportkosten zijn te hoog voor Japanse producenten in vergelijking met die van West Europese f abrikant en.
Overzicht van enkele voor Tsurumi typische produkten met betrekking tot de marktpositie in vergelijking met andere grote bedrijven:
Stoornturbines: Japanse markt: Export:
T 61% T 26%
M 19% M 38%
H 20% H 36%
Stoomturbinegeneratoren: Japanse markt: T 50% Export: T 30%
M 16% M 46%
H 34% H 21%
T=Toshiba, M=Mitsubishi, H=Hitachi en F=Fuji
F 4''1I.
BEDRIJFSBEZOEKEN : TOSHIBA Toshiba hanteert voor de toekomst de twee E's. Deze E's staan voor Energie en Elektronca. Toshiba denkt hierbij vooral aan kernenergie, halfgeleiders, medische apparatuur en office computers. In het energiegedeelte speelt de Tsurumi- fabriek een belangrijke rol. De Tsurumi-fabriek heeft twee eigen laboratoria voor onderzoek en ontwikkeling Een laboratorium verzorgt de basis research, terwijl de ander meer fabriek- en fabricagegericht onderzoek verricht. De laatste tijd is de vraag naar grote vermogens verminderd. de klant is meer geinteresseerd in een hogere betrouwbaarheid, hogere efficiency en minder onderhoud. op dit moment is onderzoek gaande naar supergeleiding H2-koeling, geluidsreductie,vibraties, temperatuur en ventilatie. de USA Op supergeleidingsgebied ligt Westinhouse in technologischsch voor. Het gebruik van alternerende magneetvelden geeft problemen. bij het gebruik van H2-gas alskoelmedium , moet het isolatiemateriaal aangepast worden. er wordt gewerkt aan glastapes. Bij waterkrachtcentrales is onderzoek gaande naar een groter verval van het water. de 1000 meter grens wordt doorbroken, terwijl 2000 meter haalbaar geacht wordt. de groei van het kernenergiegebeuren moet de verminderde groei van andere produkten 0pvullen. De Tsurumi-fabrieken zien een verschuiving van de produktie plaats. sommige buitenlandse klanten dwingen een gedeelte binnenlands te produceren. soms loopt deze wens tot 40%. Toshiba levert kennis hiervoor en voorziet in de toekomst minder problemen voor de eigen produktie. De Tsurumi-fahriek werkt met een zes-jaren plan dat ieder jaar wordt bijgesteld.
BEDRIJFSBEZOEKEN : TSUKUBA SCIENCE CITY Naam van de instelling Da tum bezoek Oprichtings datum Adres
Tsukuba Science City ll-nov-1981 1973 Sakura-mura Tennodai 1-1-1 Niinari-gun Ibaraki-ken 305 Japan telefoon 0298 (53)2111 telex 3652580 UNTUKUJ
OPZET EN UITWERKING Totaal aantal studenten 12.945 (mei 1980) undergraduate 6.570 Het onderwijs en onderzoek is gescheiden : - onderwijs wordt gegeven in colleges (10) en schools (3) - onderzoek wordt verricht in institutes (26). Een docent behoort tot een institute, maar kan in meer dan een college/school doceren. Bij het opzetten van het systeem heeft men gekeken naar de U.S.A. (University of California, San Diego), Duitsland en Engeland. Vooral de H.Sc.-course is bed,oeld om interdisciplinair werk te stimuleren. Er werd evenwel direct bij gezegd dat interdisciplinair werk aIleen mogelijk is indien er ook monodisciplinaire activiteiten zijn... Aan de Universiteit en Research Instituten is 1000 miljard Yen gespendeerd! Vragend naar de ervaringen tot dusverre werd er· genuanceerd gereageerd. Of de efficiency beter is dan in de "klassieke" universiteiten werd betwijfeld. Het systeem brengt met zich mee, dat er (zeer) veel vergaderd moet worden: een probleem dient onder meer te worden besproken in gremia die respectievelijk gericht zijn op onderwijs en onderzoek, en die soms qua bezetting slechts weinig van elkaar verschillen. De docenten komen uit een grote verscheidenheid van universiteiten en instituten. Daardoor blijkt het moeilijk om tot een consensus te komen (zeer belangrijk in Japan !). Hoogleraren in de technische vakken komen (mede) uit de industrie, welke ondermeer Hitachi. Over de geadverteerde "openheid" van de Universiteit werd schertsend opgemerkt dat er geen omheining rond de campus staat •.. COLLEGE OF INFORMATION In weerwil van de naamgeving van dit college is information science ook nog te vinden in drie andere colleges. Het onderhavige College heeft een toelatingsbeleid dat er als voIgt uitziet:
BEDRIJFSBEZOEKEN : TSUKUBA SCIENCE CITY 80 studenten per jaar in het eerste jaar te weten: 20 "op recommendation" 60 "via examinations" 25 studenten per jaar tot het M.Sc. programma gestart in april 78 8 studenten per jaar tot het Dr. programma gestart in april 81 Aan sommige andere Universiteiten kan een student maximaal 8 jaar doen over de 4-jarige B.Sc. opleiding. Aan de Tsukuba University is dat, doordat per jaar een minimum aantal "credits" moet worden behaald, een maximale periode van 6 jaar. Ret curriculum biedt een specialisatie in information science, resp. information engineering. Met behulp van keuzevakken kan de studie worden toegespitst op: - applied mathematics/operations research - software hardware
9 JANUARI 1982
,da inderdaad, wi) liln beler dan IUllie' Wlj In het Westen zlln stlnkend jaloers op de drle il vier proeent eeonomlsche groel die de Japanners nog steeds realiseren op hun regelmatig schuddende, vul. kanische bodem waarln nauwelljks grondstoffen en energlebronnen zllten. Sommigen begrljpen nlet hoe het kan en praten dus over het "Japanse Industrlile wonder". Anderen proberen de Japanse ontwikkelingen te relativeren en voorspellen dat daar de klap nog moetkomen. Het is waar dat de vaart er ook in Japan een beetje uit Is. Wat _I overelnd billft, Is het Indrukwekkende vermogen tot produktontwikkellng, produktlvlteltsverbeterlng en kwaliteltsverhoging. Opvaliend is tevens de Inzet en doelbewustheld waarmee de Japanners streven naar een snelle ultbouw van de technologlsch hoogwaardige en kennlslntensieve Industriein, zoals de computer· en telecommunicatle·lndustrle. Het heett er dan ook aile schljn van, dal Japan In de komende decennia een zeer geduchte concurrent van Europa en de Verenlgde Staten al blilven.
Japanners niel bezOrgd over dreigende sociale spanningen Koploper waseen werknemervan Fuji dic ruim 3.300 ideecn had. Sii Canon men op 25 jdcecn per 'werknecen 'kerknerner er
Ha,arkmnlenll;e ult de kast heen gepak( en dat de redding dus nabij is, In koor seandeert men; ,Japan. Japan!" doen KLM en JAL goedc zaken, want in groten getale rcis[ men af land dal het toch muar Sommigen komen geJou~ en goede ideeen leru,~ cn wiJ· len van icdere Nederlandse arbeider malen. Het proberen van
hebben gemen zieh ~in Ran Gaku Hollandse studie), het· inhield het bet.tudercn van weszouis geneessterrcnkunde, na~ scheikunde en aardkuude. De Nedetlandse prof verteJde over deze voorouderJijke aetie mel nauweverholen trots en vervoJgde met con~talering dat de rollen nu zUn omgedraaid en dat Nederlanders naar komen in dehoop iel5 te kunnen
h;j J2oo. de
Zij hedicnen zreh van als: Dat kunnen weh de acbrerstand i.." niel te halen, lalen we hel muar ver!!eren. we
kapen de spullen daar weI. '" Ook EW kon de verleiding "iet weerstaan en ging weer cens poolshoogte ncmen tn het land van de lechnologlsehe melk en hDoing. EW verbleef dde weken in Japan dlsdeelnemer van een
studiereis. die werd georgan iseerd door studenten van de drie deklro~ tc(;hnische studieverenigingen van de Technischc Hogescholen in Delft, Twente en Eindhoven. afsluiting van ieder be:r,ock lh'ln universiteit onderzoekin~ rienUe
cenl
van de ver.sehijnen aan de horizon cokel" wolken. varierend tot donde(\\
wolken eem. van dkhterbij bekijken en proberen oa te gaan welke neerslag lij
9 JANUAR! 1982
Oak in Japan gaal hal mindar: van doamdenkan aChlar gaan spoor gaat, blijkt ook uit het goederentrans¥ port dat niet meer toeneemt en uit het feit dat voor het eerst sinds veertien persoonskilometers op binn."land,. vluehten kleiner JS ge·
over, nu is het aamal overuren geslonken tol drie uur en deze dalende tendens zet zieh VOOft Verminderde produktiegroei, automatisering en het gcgeven dat de overheid en gcott bedrij~ yen nauwelijks rnanneltjke werkne~ rners ontstaan. zijn er de oorzaak van da! het aantal Ie werken men per werknemer kkiner wordL De stagnarie van de binnenlandse bestedingen belekenl, dat de eeonomisehe groei van Japan vollcdig afhankelijk is geworden van de vergroling van de export. Dat is niel zo'n gunstig vooruitzieht in een Hjd van recessie, afslankende afzelmarkten en ceo reeds behoorlijk scheef staande handelsbalans die handelsparlners uildagen (ot
het
nemen
van protcctlonistisehc
maatregelen. Bij de Japanse auto-industrie zijn de eerste voortekenen van het kerende tij reeds Zlchtbaur. Mede door de buitengewoon export had Japan in 1981 ren .sehot van ongeveer leven miljard dol~ lar. terwijl de handefsbalans in 1980 nog een fekort van elf miljard dollar liet tien, Bij dit soort gegooehel met getallcn is het goed te beseffen. dal voor Japan mel zijn grote thuismarkt (117 miljoen mensen) de export niet zO belangrijk is als een land ats Nederland, De export . maaktein 1980vijftien..proeentuitvan het Japanse BNP. Di, percentage beeft Japan nodig om de import van grond~ stoffen en energie te kuonen hetalen. [n 1980 gaven de Japanners daarvoOT 7t) mjJjard dollar uit. De slagnerende binnenlandse bestedingen zillen de Japanse regering behoorlijk dwars. Ze wil daaraan Jets doen Onl onder andere de handelsbalans weer in evenwj~! te brengen. Men wil de binnenlandse hestedingen stlrnuleren en de mogelijk heden voar het importeren uitbreiden door allerlei a[ dan niel opzettelijke opgeworpen handctsba:rril~res uit'de weg te ruimen. Dat de Japansc regering daar nauwe~ lijks tot niet in slaagt. komt door onwiL politieke onmacht en geldgebrek. De financi~le sHuatie van de Japanse overheid js deplorabel Jaar oa jaar slaagt de Japanse overheid er niet in de groei van het begrotingsrekoJ1 te ~top~ pen, Zo had men gehoopt in 1980 het financieringstekort iets kleiner te laten worden dan in 1979. Het gal werd echter vier miljard doUar groter. De centrale overheid zit nu opgemet sc;hulden ter waarde van dollar. Dat is bijna 35 van het BNP. Nu helook in 'loor het huidige Suzuki-labinet
onmogetijk is gebJeken de overheidsuitgaven te beperken, heeft men het bele idee maar laten varen en zullen oak in J982 de overheidsuhgaven sneller stijgen dan de economie zal groeien.
Be.lllingen Waarom deze getallenbrij? Om aan te geven dat bet ook in Japan niet aUe~ maul koek en ei is en dat ook de Ja~ panse overheid sleeht op de porte~ monnee past. De Japanners hebben hetzelfde probJeem als wij. Omdat de binnenlandse eonsumptie niet meer toeneernt, nemen de belastinginkomsten minder sneltoe dan de vaste uitgavcn roals de kosten voor gezondheids:zorg, ambtenarensalarissen en "welzijnsprogramma's voot kindcren" zoals dc Japan Times eind vong jaar sc;hreef. Voor 19BO had men op cen verhoging van de helastinginkomslen van 21 proeent gerekend. het werden er maar 12, cen tegenvaller van twintig miljard dollar. N el zoals by ons, probeeJ1 de overheid in Japan te bezuinigen door op de ccn of andere manier op de ambtenarensalarissen te korten, Een typiseh J a~ panse vom van bezuinigcn is de on~ langs aangekondigde verlaging met tien prO\;ent van de uitkering die werknemers ontvangen aIs zij met pensioen Dit bedrag. dat nu hoger mag zijn dan 63 maanden salaris, dienl ter aanvulling van het kleine pensioenlje, Dat ulfs eerbiedwaardige hoogleraren na hun pensionerlng weI een c.'!:traatje kunnen gcbruiken, bled: ons toen een hoogJe~ raar, die pas met emiraat was gegaan, ons vertelde
beef!: een prohleem, doordat eeonomisehe graei al1een wordt bepaald door de export" Een export dle onder zware druk staat Zo licp in de periooe april-september van voriS jaar de uitvoer van staal naar i Europa terug met zeventig proeen! len opziehte van dezelfde periode in 1980. De Japanse slaalinduslrie produceer~ de dan 001; tien proeent minder. De wins ten van vier van de grootsle vijf Japanse staalindustrieen lagen gemid~ deld dertig procent lager. Dat hel in Japan allemaal wal minder
Je kunt stellen dat de Japanse economie is verslaafd aan groei. A)s je als verstandigs probeert te loekomst van Japan, je niet aan de eonelusie, dat ook Japan niel de gevolgen van de Teeessie in de wereldeeonomie xan ontlopen en dat daardoor in Japan so~ eiale spanningcn zullen ontstaan. Ik schrijfhier opzettelijk "als westerling". omdal de Japansc gesehiedenis laat rieo dat de onheilsvoorspellers al eerder in bet ongelijk zijn gesteld, doordal ze vergaren dat de Japanse eoonomi-
sehe struetuur IS voafZlell van cell oosters eullurele aehtergrond die een grote mate van flexibillteit garandeert Welke sociale probJemen zijn er in Japan te verwaehten? In de eerste plaats de toenemende werkloosheid in combinatie met het ontbreken van goede soeiale voorzieningen wals wij die kennen, rIet offiei~le werkloosheidspereentage nadert weliswaar de 2.5 proeent. maar iedereen weet dat het een :reer geflatteerd percentage is, Ats je zegt dal het wei vier procent za! zijn, is er geen lapanne! die je legenspreekc Dallage percentage van 2,5, is misleidend, doordat de Japanse overheid een andere berekening hanteert dan wij. Zo.is. een arheider die blj een klein hedrijfjc wordt ontslagen en vervolgens teruggaat naar zjjn familie op het plattemnd, geen werldoze. Verder is oak een vrouw zonder baan geen volgens het Ja~ panse eritenUID. Vrouwen vormen namclijk een goedkope en gemakkelijk aanspreekbare arbeidsreserve die geen invlocd in ncgatieve zin heeft op het werkloosheidspercentage. Een vrouw verdient aanzienlijk minder dan een man in dezclfde funetie en kan zonder problemen worden ont..,}agem. "Vrouwen zUn in Japan gewoon twecderangsburgers", rei een student mel cen Amerikaanse vader en een Japanse moeder. lOnder trots tegen EW, Vooral grote bedrijven, die man·
Da manlalpaklas zUn ovaral Her is 3 november en de Japanners hebben C\,lt nationale feestdag, het is de ,.Dag van de Culluur". Na~ tunrlijk heef!. in beginsel iedere Ja~ panner op dele dag vrij. Toeh wordt er nogal veel ,gewerki. Niet aIleen door de restauranthouders en andere horecafters. maar oak door straat~ makers, die het mindcr drukke ver· keer in het eentrum van Tokio he· nutten om het asfalt te fatsoeneren. Ook het beleeft weinig de natlonale fee:stdag, andere de winkels en warenhuizen in Ginzastreet, de Japanse Grote Marh en Lijnbaan samen, veor het verkeer afges)otcn en voonien van een dansend tapijt van zwarte pluizebolleljes. Tenminste lo ziet ren westerling. dIe een kop hoven de gemi.ddelde Japanner uitsteekt, de bovenkant van krioelende menigte, Midden staan parasols, die op deze dug geen dienst hoeven en op de stoep van cen winkel elektronische
Hjkheid te roilrap is een ieden~
walenr,ui,]l>e"",k."
toewcnst Het krioelt van de in rode mantefpakjes, die glimlachen en zeggen het beste met je vOOr te hcbben, Oak in de bus die een vers blik WeSterse lOeristen door de straten van Tokio loods!, zit naast de vrouwelijke gids een klein Japans meisje, dat bij
hel in- en uitstappen in de buurt van Boeddha~tempels en Shinto-heiiligdommen, de toeristen een beziehtiging locwensl. Al tussen a1 die dienstbarc vraag je je soe! af: Is dtl nu $U~ per-effieiente het stralend voorbeeld van optimalisatie en automatisering? Na enkeJe weken Japan word! het duidelijk:. Op het gebied van de dienstverlening zijn de Japanners atIes hehalve efficient Omdat ze daarbij weI effectief zijn, heen het gebrek aan effi·eie,.ev Itout,r ge kanten. In Japan kom chagrijnige ober legen die cen half Uut wenkcn, klappen, ten en wepen belief! mel een non·
... krioelende menigle...
ehalant gebaar cen morsig kopje kome op je lafeltje te kwakken" Dat ren Hollander, die service ont~ wend is, de Japanse dienstverooning op prijs stelt. spreekt voor rich, Maar ook de Japanner wee! het op waarde te schauen Neem bijvoorbee1d die Japanner, die op een avond door een te boog aleoholpromillage in bet hloed. a1s cen wrretje het eta blissemenl uitzwalkt en nel op tijd van een hulpvaardige ober een kotszak onder zijn kin krijgt geschoven. De man doet wat hij niet lalen kan, Wa3rna hij met zijn beneveld hoofd in de richting van die dienslverlener buigt, Het Japanse leken van dank,
9 JANUARI 1982
JAPAII nelijkc werlmcmers meestal levens-
l~in levensstijl onder wes(erse invloed veranderen. En dat kan de stabiliteit van de Japanse samenleving in gevaar brengen. Deze stabiliteit hangt immers. voor een groot deel a1' van het groepsbese1', in hel b~izonder de sterke band met het bedrljf en de familie.
Jange werkgelegenheid. (life-lime employment) bieden. gaan er !ileeds meer toe over vrouwelijke werknemers voor deeltijdbanen in dienst le nemen, In de
laats!c vier ,jaaf is hun aantal 25 toegenomen tot 2,6 is meer dan lien proeent van aIle vrouwelijkc werknemers, die veerrig procent uitmaken "'an de toUtle wer· kende Japanse bevolking.
Beide staan cehter onder druk. De gelinnen heehtcn meer waarhun eigen bedoeninkje. De JapanS
De parHimc werkende Japanse vrouwen, die ongeveer leS uur per dag werten, vormen cen zet!r aantrekkelijk arbeidspotenlieel, omdat zij gemid. deld sleetHs 250 dollar per maand ver-
dienen, Dat is eenderde van bun vrouwelijke eollega's die de hele dag wcrken,
AulomaOslnnu De sLijging van de werkloosheid - het
record van 1959 is bereikt wordt veroorzaakl door lowel de teruglo. pende eeonomisehe groei. als de ver doorgevocrde automatisering, Dat b1eek onder andere bij Canon, waar dank zij het automatiseren van de ca~ meraproduktie nu ten werknemer het werk kan doen, waarvoor eel"${ lcventjen menscn nodig waren" Opde vraag hoe men denkt in de toekomsl met de algemene-reeessie en een minder sterk groeiende omlet door het verzadigd raken van afUlmarkten aan gedwongen onrslagen te ontkomen, antwoordde men dolt xc delen van de componentenproduklie, dje nu nog is ondergebracht bJj toeleverjngsbedrij~ vcn. zelf gaan uitvoeren. Van het feit dat de werkge1egenheid in de kleinere bedriJven daarvan de dupe ltd worbij Canon niet zo onder Het afwentelen op goedkope vrouwen en machleloze klcinere bedrijven vinden wij misschien niet ro netjes. Voor de Ja panners is het heel gewoon en ook de kraeht van hun economie, De grote bedrijven trek ken de economi· sche kar. waarbij de kleine tocleverende bedrijven dc zo nodige flcxibili· tcit of Bever gezegd gedwon. prob[cem. dat mlsschien van ernstiger aard is dan de weliswaar toenemende. maar in vergel~iking met Europa en de Verenigde Staten toch geringe weekloosheid, is de vergrijzjng. In Japan hceft men. afgezien van de geboortengolf n3 de Tweede Wereldoorlog, al tientaJlen jaren cen zeer geJcidclijke bcvolkingstoename van iets meer dan een procent perjaar. De constanfe grad van de mogelijk door de' afwezighcid van uit religie afkomstige elhi· schc bezwaren tegen abortus en hel laagsle djfer VDOr kindersterfte Yan de wereld {acht op de duilcnd). De vergrijzing is een gevolg ,,·an de beheerste bevolkingstocname aan de ene kanL en \r~n de geweJdige vcrhoging van de gemlddelde levensduuf aan de andere kant. In 1935 werd de Japanner gemiddeld :50 Jaar. nu Hgt de delde lcvensduur rond de 75 jaar,
PlnllOlnln Vaor hel pensioen van iedere Japanncr, die tussen zijn S5een Wc jaar mel pensioen gaat, werken nu dertien anderen. In 1980 werd l5 miljard dollar meer aan ontvangen werd uitgegeven, dan aan De uilgaven per gepensioneerde nu nog niet zo hoog, doordat de siocnregelJng nog niet zolang en dU5 nog maar weinigen hel volledj. gc pensiocn hebben hnnen opbouwen. Rond het jaar 2000 za! men jaarljjks cen Id:ort hcbben van 23 miljard dollar. omdat er dan nog maar, vier werkenden slaan cen gc~ pensioncerdc. De staat nu nog maar tien van tijn salaris af als pensioenpremic. Over twintig jaar zaJ dat aclItticn proeent JUoeten zijn en men heeft berekend dal dit aandeel jn 2010 za! zljn opgelopen tot dertig proeent wij kennen ook het bJecm. Alleen is dat dan in Japan, omda! de bouw van onze bevolking.
v".n"i.,,,",,,,
.JluUdcnmlnalllll1
bijelOs waaruohij"lijk ook minder .mel tOt sodale feiden. omdat wij betere oudcdagvnorzieningen hcbben'. In Japan kent men geen AOW. Omd3! het pemioen in Japan zai een Japanner na meestal blijven Vaal;: in helzelfde bedrijf, maar dan op een andere afdeling. in een lagere rang en yoor minder salaris" Vroeger was het vrij normaal dat bejaarde ouders hun kinderen in~ lroKken en dat vp manicr de fl· nandelc problemen werden voorko· men. Door de venveste[ijking van lOwei het sociale gedrag als de wijze van komt hiervan steeds minder Opmerkelijk is dar als je met Japanners over de vergrijzing praal, zij het probJeem mcestai we! onderkennen en vinden dar er voorzorgsmaatregelen motten worden getroffen. maar dat men zieh er verder nid zo druk over maakL Een Japanner Tei tlHt deze luch'h,"'l:~lteid te wijten JS attn cen soort dat tot de Ja· pame geesresgesteldheid behoort. Misschien is het optimisme wei ierecht. want de Japanners lijn mede dank zij een gemiddeJd hoog Qpiei~ dingsniveau. het groepsgerich{ denken en werken. de dis.:ipline en de bereid lerue le doen als de heid een oIru;'andigiheden dal ~isen. in weest problemen hel bieden
allemaal lermen die op de lip pen van ledere Japanse beleidsmaker liggen. is er in Japan eonttl het Weslen niet Japdnners ook tcrreinen informatie en kennis~intensieve indusrrie Ie vcr bij de Japanners achtergekomen om nog leuk te blijven meedoen. Wa1 dat
verhaJen van het van life\'an de be~ time employment. langrij:kste factoren van het Japanse sueces, zljn derhalve nier helemaa! juist. Ruim lachug pmcent van de 54 miljocn ",produkUeve" Japanners werkt in kJeine en middelgrote hedrijven Slechts tien miljoen Japanners mel werken bij eeht grote meer dan vijtbonderd wa:ir li!etime emp10ymenl waarschijnJijk is. De siructuur van de Japame economie dank zij de gcaardheid van de Japanner mdanig. dat bet land een Dinke stoO( bn hebben, Het is dan {lok niet Ie verwHchten dat. hoewel de ceonet
verwIsllrlllklng Als er nog weslerlingen op een rond!open die veIzwakking van de positie van Japan, dan is er voor hen liehlpunt:
EnlrePlnaurs
pragmatist van de zuiverste soort is. Hij schreeuwt geen moord en brand als hij een beetje moe( inleveren, en hesehouwl werken njet als een straf. Shokei Yamamoto, cen van de direeteuren van ~iltsushita Eleetric. verteJde dat ehristenen over het algemcen zo'n hekel aan werken hebben. omda( zij geloven dat, zoals in de Bijbel staHL God de mens uit het Hof VHn Eden heeft weggestuurd om als slraf "de :1ardbodem te bewerhn". Y,lmamoto sfclde dal de westerling werk als een nooti7.akclijk kwaad he.schouwt, (cr· wijl de Japanner het meer ziet als een
Dal westerse we!.matigheden in rue! altijd gelden, koml onder doordat de Japansc eeonomie nief aileen bestaat bij de gratie van de grote bedrijven. de handelshuizen, de banken en de samenwerking tussen overmaar vooral heid en dank zij de van de ontel~ bate entrepreneurs, Karel van Wolfe~ ren, correspondent in Tokio van bet
Dit is weI ex1.reem gestcJd, maar er zit toch kern ,ran waarheid in. Het is onl(}(K'henbaar dat ue Japanse arbelder cen andere instel~ line len van zijn werk heef!. niet te verwaehten dat Hc! is de ver.....:cslerlijking zal leiden tOI cen din.:ct andere houding van de Japanner ten op2ichl~ van zijn werle We] zal
Iedere Japannerdie je spreekt, is ervan ovenuigd dal er a1s gevolg van de verwesterlijking sprake Is van cen vcrbreding van de generatiekJoof. Het baart ze ook wrgen. Drugsgebruik bij de jeugd cnjeugderiminaiileit nemen toe. In cen land waar de criminaliteit nooit eeht tot wasdom is £ekomen, is dat een opvallende ontwikkeling. De jeugd. eriminaliteit is vorig jaar met 25 pro~ cent toegenomen en het gebruik van drugs met 20 procent. Absoluut stelt het ruet 10 veel voor. De vraag is ech· rer: To! hoever kunnen deze onlwikkelingen,gaan, zonder dat de stablliteit de Japanse samcnleving wordt aangetast? In een groeiende economie vall het weI mce met de sodale spanningen, dat we[en wij uit eigcn ervarlng. Maar hoe zal het gaan als de heruchte nulgroei zijn intrede doct, het werkloosheids~ spook achter de heilige berg, Fuji San, vandaan komt en de Japansc overheid gedwongen wordt de buikriem eeht aan te halen? Zullen de in gang gezelte maatschappeiijke veranderingen in de Japanse samen1eving een destabiliserend effect hebben? Een waag waarop nauwelijks een antwoord is Ie geven, Nelzomin a]s op de vraag. wanneer een zware aardbeving het land weer lal treffen. Een onderwerp waarover cen Japanncr niet graag praal omdat hij er als de dood voor is, Wanneer Japan wordt gctrof~ fen door zo'n lWare aardbeving als in 1923, toen in Tokio 130.000mensen de doud vonden in de verwocste slad die hOllten huisjes hrandde als dan zal het door de kwetsbaarheid van de hoogteehnologisebe infrastruetuur voor het lfansport van goederen, en informatie een eatastrofe In de steden i'l men door ruimlegebrek gedwongen, steeds meer in de hoogle gaan bouwen. Een noodgreep waannee veel ners niet zo erg gelukkig zijn, een Japanncr het een vervelend idee te vinden dat ze Mast zijn kanioor cen wolkenkrabber hebben Maar zolang de Japanse de economic en de bodern geen s.:heuren vertonen, blijfl het cen land waar het goed ioevcn i.Il (zie kader) en waarvan wij nog vcd kunnen leren. In enkele vervolgarrikden ;wIlen we daarop tcrugkomen. FRED K APPETIJ~
16 JANUAR I 1982
Een 'and als Nederland mel een starre en albrokkelende Industrie, kljkt mel argusogen naar de flexlbele en dy. namlsehe industrlile ontwikkelingen In Japan. Mel name Is men hevlg geInleresseerd In de rol van het Mlnlsterle van Internatlonale Handel en Induslrle, het MIT •• Tildens een studiere.s had EW tweemaal een onlmoetlng mel ambtenaren van MITI en prObeert nu na Ie gaan wal wi! van de werkwi/ze van hel MIT' wei en niel kunnen ovememen. In leder geva' Illkt een herslel van het vertrouwen tussen overheld en bedrljfsleven geen overbodlge luxe.
dapanse MITI niel Ie imileren, wei leerzaam Wij, ondergetekcnde en nog dric deelnemers van de studiercis (z.e kader), zijn wjuist he! MITI (Ministry of International Trade and Industry) binnengekomen en melden ons bij de babe die ruetop een balie lijkl We zijn aan de vroege kant en worden daarom verzocht even te wachten in ,zen re~ eeplicdie niet op ceo receplic lijk:t. Het vertrck been meer weg van een roffimelhok. Ben paar stapcl~ papier worden oprij geschoven en we kunnen zitten op ceo wat armetierig banksteL Is dit nu het MITI, waarovcr in het huitenland 1.0 vol ontJ.ag wordt gespmken? Is dil flU het M1TI dat vorig .jnar door meer dan dertienhonderd huitcnlandse delegaties werd bewcht, in de hoop er de sleutel te vinden tot bet industriele sucees wills dat in Japan bestaat? De twijfels over de iuisl~ heid van onze verblijfpiaats worden snel weggenomen door de dodelijk vermoeid ogende en handelende meneer Iizuka van de West European Division van het MrTt Hij heeft ons bezoek gerege1d en komt ons ophalen om ons mee tc nemen naar een andere, comfortabelere ruimlc, DaarzuUen wi] kunnen wacbtcn op de heren van het MIT!, die onze reeds r.-oegestuurde vragen hebben bestudeerd en daamp hopelijk anlwoord 1,ulien geven, Terwljl we door de gangen lopen eo hier en daar door een openstaande deur eeo blik nanr bjn~ nen werpen, vallen van vcrbazing onze ogen bijna nit de kassen, Het is me daar een ro(zooi, aIsof er een papieroorlog woedt. Op hureaus, tafds en grond. overal staan stapels papjeren. Kniediep in het papier verplaatsetl de ambtenaren z1ch door hun bureien. Bij het aanschouwen van deze schijnhare bende begint hel ons duidelijk te worden, waarom de Japanners z.o ontze(~ tend veel waarde hechten aan de e1ek· tronisering .~n infonnatiserlng. In het infonnatietlJdperk zal in het ,.kantoor van de wekomst" het zakdoe:kje van de portier immel'S hel enige slukje pa~ pierzijn. De eoorme hoeveelheden papier hel MITI worden niet aIleen zaakt door een mogelijk doorgesehoten bureaucratisering. die onlosmakelijk is veroonden met de langdurige en omslachtige Japanse be$iissingsproce~ dures, waarin ledereen meepraat. De
papierstapds zijn ook cen gevoIg van he! veel ruimle vergende Japanse te~ kenschrift en hel taalgcbruik dat meer besehrijvend van nard is dan bet onze. Die ochtend spreken we met name over de manier waarap het MITI onderzoeksprajecten aple!, waarln wordE samengewerkf met jndustrieen die nonnaa! gesproken elkaar op leven en dood beconcurreren. Deze samcnwcrkingsverbandcn noemt men "research associaties". Het MITt zorgt voor de administratieve rompslomp en steit geld beschikbaar, dat maet worden te~ rugbetaald zoora de betrokken induslrieen geld verdienen met de re· sulfaten deze samenwerkjngsver. banden. Bij voorheeld dank zi.1 de pa· tenten die tijdens het samenwerkingsverband zijD verkregen, Over de meer algemene vlsie en werk~ wijze hadden we a1 een week eerder een gesprek, Her MIT) hestaar met de huidige organisatie en naam sinds 1949. toeD het ministerie werd gereorganiseerd na een carriere als Minjsie· ric van Industrie en Commercie en Ministerie van Munities (1943), Br werken ongeveer 15JJOO mensen, van wie zo'n 3.500 in Tokio. Een van de zeven bureaus van het ~Hn is: het .,Internatlonal Trade POlicy Bureau". Daaronder res"wrteert hel ,Jnlematlonal Trade OffiL'e".
IIIloedal Een van de directeuren van dat kanlOor, Atsuo Shibota, vertelde ons, weI· ke vier remmende invtoeden op de Ja~ panse economie het huidlge beleid van MITI bepaten: L De verzwakking van de concurreD· tiepositie van de JapaDse industrie door de toenemende industrialisatie in de ontwikkelingslanden met hun lage Ioonkosten en grotere hoeveelbeden grondstoffen en energie,
2. Het duurder worden van gronds{offen en energie. 3. Hellandgebrek voor verdere industrialisatie. 4. Grotere eoncurrentie op de elektronikamarkt. Om deze groeiende problemen hel hoofd te bieden wil het MITI cen ver·
schuiving van zware, energie~intensie. 'Ie industrie naar kennisintensieve industrie en meer samenwerking mel Europa en de Vererugde Staten. Dit laal£le is am protectionistische maatregelen te voorkomen. Dat wii beslist niet zeggen, dat het MITI zo overtuigd is van het gctijk van de handelsplIrtners, die steen en been klagen over de scheefstaande handelsbalans. Shibota verzuchtle: "Wij kunnen loch wei jul1ie industrie!!n ontwikkeJen1" Waara.an hij weI denkl, is het doen van directe investcringen (het contact tussen Honda en British Leyland in En·geland is daarvan cen \'oorbeeJd) en samenwerking in markeling en ontwikkeJing, De op stapel staande afstemming tussen Philips ell de Japanse elektronikafabrikanten over het standaardiseren van de eerste generatie draagbare videocamera's met ingebouwde cassette lijkl dit vClOrnemen te bevestigen De in bet artikel van vorige week reeds genoemde zelfverzekerdheid \'an de Japanners bleek weI heel duidelijk uit de woorden van Shibota: "Wij willen belpen de ontwikkelde landen nieuw leven in te b1azco. Wij hebben er geen EW r~sde met 36 &l.udenlen en drle hoogleraren gedurende drie .-eken door Japan. De studlehlll& waa georganlseerd door de elek~ trotechnische stu~verenlglngen van de drle Technlsche Hogs· scholen wan oem. ElndhOwen en Twente. Oil Is het twilt&de srtiket van een korte serle over Japan.
baat bij am julhe economic gebukt gaal onder deprcssie, intlatie en werkloos~ heid. Dat Ieidt lot conflicten en het is d;larom voor ons van belang 'negcs' te exporteren. Samenwerking is daartoe cen goed middel!'
BIObal1 Shibota vond ookdat het niet eerlijk is om Japan alleen te beooroe\en op grand van bilateral!! handelshalansen. VanUlt Japans oogpunl is alJeen de globale beialingsbalans van Japan jnteressanL Uiteraard wa., ook Shibota van mcning dat er op de Japanse markt pJaafs is voor ieder produkt dat zowel qua kwaliteit als qua prijs con-
currerend is. Helaas zijn er veel tegen voorbcelden. Bijvoorbeeld die boot "r/,chnoh'gic waJrin Japan lwak mer auto's die terug moest, omdat tij- ie :iin, maar waarmec in he! butumland ;teeds merr slIra s wardf ,ebock I dens het Iransport naar Japan het MITI besloOf dat de afstand tussen (em~ ling die voot een grOOl deel mogelijk is licht en achterUcht een paarcentimeter gemaakt door MITl Niet alleen door hel seheppen van financiele groter moest zijn. van On~ Een andere methode om de bandels- voorwaarden, bet balans in evenwichl te brengen. derzoek op eigen onderzoekinstituten is het mcer uitbeswden van de en bet opzetten van de reeds genoem~ produktie van halffabrieken aan Der- de research assodaties, maar ook door de·Wcreldlanden, Hel MlTI he- het bevorderen van een bewustworschauwt dit als cen logiscbe eonse- dingsproces< quentie van het streven naar hel verder uttbouwen van de kennisjnteat;ieve industrie . De bewustwQrding wordt in een:te inw Gcrien onze ervaringen tijdcns de studiereis, is Japan inderdaad bezig stantie berelkl door bet jaarlijks puhliceren van enkde witboeken en raphet zwaartepunt van de industrie te voor de verleggen. Vooral de enorm energjeke porten, waarin MITl vorig jaar toekomst uitzet. Hel marne.r waarop de eleltronjsche industrie rich ontwikkell. duidt daar op. ..'eeschenen "Rapport of the InformaOok de wfiware·markt die westerse tion lndustry Committee" 15 daarvan land en tol hun domcin rekenen orodat een voorbeeld, Het rapport laat zien welk heillapan k,Ul verwachten als het de Japanners gehandicapf zouden zijn door taalproblemen, wordt met veel doelbcwusl het infonnatietijdperk binnenstapt. De bedoeling van dit elan bestormd. Blj de staaJfabriek Kokan vcrtelde men dat hun soort rapporten is het uitlokken van ootwikke!de soflware voor pro~ discusstes in parlement en media, Dit cesbesturing en energiebeheerSing .is cen noodzakelijke fase in het berei~ werd verkocht aan Amerikaaose ken van consensus. Menigcen is jaloers op de resultaten &laalfabrieken. Bij heL bezoek aan het softwarehouse van het MITl en vraagl1.ich af, of wij in Nederland ook niet cen dergelijk Computer Service Kabushiki Kaish (CSK) werd ons duidelijk. dat Japan- minlslcrie kunnen <:reeren Alvorens nees we! degelijk in staal zijn op het een JXtgjng te doen om enke!e lessen utt het functioneren van het MITI te terrein van de software cen forse partij leren voor de Nederlandse situatie. is mee te blazen, CSK is het een na grootste softwarehouse van Japan. Her het waarschijnlijk nuttig eerst aan te bedrijf werd in 1974 opgerichl en nu ' geven dat er belangrijke "'ersehiHen bestaan tusseD de rollen die de over~ werken er reeds 2,600 mensen. Vorlg hedcn in Japan, respectievelijk in Nejaar zijn er 600 mensen bijgekomen en de omzet naar f30 miljoen gul- derland spelen. Een van de mee5t in het oog lopel1de den Japan zljn 2,600 softwarehou~ ses die samen in 1980 cen omzet had~ verschillen is de mate, waarin beide overheden cen beslag lcggen op de al· den van zes mi~iard gulden, In gemene middelen. Zo maken de uitpanse software·indusrrie zljn gaven voor goederen en diensten van half miljoen mensen werkzaam en be~ staal desondanks een nijpend tekort de Japanse overheid ongeveer lien aan personeel. Het MITI, dat we! met procent Ult van de binnenlandse behet looStiaampje .,Kyoitu Mama" stedingen, tcrwiJI daL in NederJand (bezorgde moeder) wordi aangeduid, tegen de tWlntig procent looPL Deze heeft onlangs vier miljoen gulden be- en andere overheidsuitgaven worden schikbaar gesteld am knelpunten in de uiteraard voor het grootste ded opgeontwikkeling van de software·indus~ bracht door belastingen en premies De beJasting- en premiedruk tn Japan tne weg te nemen, Kortom, de Japanse compulerhard- is 26 procent van bet bruto binnenware en ~s()ftwarewinduslrie maakt eeo lands produk.t, en die in Nederland is ~ geweldigc groei door. Een ontwikkew
Llilel
16 JANUARI 1982
JAPAN
Overheid en bedri)ISleven Iwee kanlen van dezellde munl ...
46 procent Met andere overheid in l'\ederland heefi lijk meer invloed op de eoonomische gang vao zaken dan de overbeid in lapa!!. De oorzaak dat de Nederlandse overheid er niel in slaagt dele positie Ie benutten VOOf ceo herstel van de ecovia het met de rnond doel de rendementen van bet bedrijfsleven re vcrbeteren of 1e herstellen, is helaas cen voor de hand liggende, De centrale overheid en dus de ministeries, Lito instellingen die bet politick beleid mocicn uitvoeren flU eenmaal de parlementaire democratic. waarop we tcrccht zo tro/.<; 7jjn, Wat ons nu echter opbreekt is, dat we ceo heleid hebben dut wordt bepaald door die hun bestaamcen ideologie, re11-
of andere levensovertuigi'ltg, Ben beleid garandeert niet allijd economt;;che ontwikke· ling.
Parlemen. 001 Japan heeft een parlementaire democratie met cen gekOl.en volksvertegenwoordiging, Aileen kent men er geen verzuiling en cindeloze disputen waarin cen ehrislelijke, socialisti~he of kapitaJis{ische ethiek een hoofdrol vertoLkt Ben Japanner is voor aUes cen pragmatist die "het geld uit jouw zak wil halen", wals een Japanner zci. Een medewerker van Philip,\ in zei dat Japan een lapi!8.listisch nisme heef!., Politieke partijen die geen bedrijfswinstmaximalisatie in het v.'lande! hebben staan, hebhen in het parlement, de "Diet", vcel minder invloed. De grootste pariij is de Liberal Democratic Party (LDP), die met 56 procent van de 511 leden, de mcer~ derheid in het Huis van Afgevaardig~ den (Sjugi'in) heeft. Deeen na groolrste partij is de Socialist Party, waartoe 21 procent van de afgevaardigden beho~ ren. Het:zal duidelij1 zijn dal de a1 tjenla1~ len jaren door de LDP behemte regeringen een beleid hebben gevoerd, dat het bedrijfsleven niet onwelgevallig was. Niet in de laatste plaats doordar de LDP zeer goede relaties onderhoudt mel de Federatie van Economische Organisaties. de Keidanren {de .lapanse VNO). Deze rel.'l!ies zijn vooral in Japan van zo'n grote beteke~ nis, omdat het een land is waar het belang van de informele contaeten enorrn zwaar spreekwoord zegt: voordeur en een Verder zjjn de vele infonne1e contacten belangrijk, doordat in Japan besJui!en langzaam tot stand komen gedurendc vele niet~officielc bijeenkomsten on~ der het genot van een laquerware kommegc groene thee of cen kruikje warme sake. De aldus gegroeide diffuse besluitvormingsstruetuur, w.'larin de stem van het bedrijfsleven luid en duidelijk doorklinkt, zelfs lot bij de premier, die :roals altijd uit LDP.kringen is gerekruteerd, heeft ertoe geleid dat het Japanse overheidsbeleid bjjna synoniem is met industriebeleid, of werkgeversbeteid, 10 men wit, Dal laatste is in Japan eenvoudiger te bereiken dan bij ons door bel ontbreken van nalionaaf werknemel"Sorganisaties. hebben de werknemers :rich
per bedrijf georganiseerd. In 1979 had 56 procenr van de hedrijven met meer dan honderd werknemers. een vakbond. Op dele manler IS Japan versehoond operette.achtige vervan in Nederla.nd kunnen toning aansehouwen, aJs de soeiaJe "parl~ ners" zich in het SER-gebouw rond de tafel scharen en messen Irekken bii het bij voorbaat vergeefs pogen lot afIe komen. In Japan vindt 65 van de bedrijven het resullaat de meesl heslissende bij het vaststeHen van de lonen. Slechts zeven proccnt is van mening dal de Kosten VOOr levensonderhoud het meest doorslaggevend zijn"
contact me[ het bedrijfsleven in Japan beduidend intiemer dan in Nederland. Wanneer na zeer veei overleg bij her MITI een voorstel op tafel ligl, zal nauweiijks icmand zieh nog daartegen verzetten. De bekende consensus is dan a1 bereikt, onder andere via de vde achterdeuren. De kraeht van Ml~ TI is het ontbreken van macht. MITI legt de industrie niet wai MlTl vindt da t het heste is het land Nee, MITI vraagt aan de industrie wat vcor haar het hesle is, wani dal is dan volgens de Japanse definitie het besle voor het land Wanneereenmaal de MITIMriehtIijnen houdt iedereen zich weudijke bepa~ lingen dat eisen. maar omdat hel vol~ gen van die riehtJijnen profijt oplever!. Bijvoorbeeld doordat de finaneiering eenvoudiger is als een project voldoet aan de MlTl~richtlljnen. MITI zelf hoeft oak niet voor het geld te wrgen;
SChandaal Je kunt afvragen, waarom de Japanners in groten getale op de lDP stemmen. De leiders hebben zich in het verleden nogal loals onder andere bleek uit Lockheed-sehand.'laL De toenmaJige premier Kakuei Tanaka zag zich gedwongen af te (reden omdat hij vijf miljoen gulden smeerge1d zou hebben ontvangen. Zijn zakenvriend Osuma kreeg een jaar gevangenlsstraf aan zijn kimono. Toen wij op de dag van de uitspraak in het proees tegen Osuna mngs het door joumalistcn belegerde gereehtsgebouw reden, vertelde cen medewerker van de Tokiose elektricitettsmaatsch.'lppij TEPCO, dal de Japanners zich niet zo sloorden aan het gedrag van hun Op mjjn verbaasde bllk hij mer; "Iedereen weet er wordl gerotzooid. Die oorruptje hoort erbij. Wij vinden het ook cen verfoeilijk systeem, maar we kunnen het niet veranderen." De reden dat de Japanners de LDP trouw blijven ondanks de corruplie en omkooppraktijken van de topmenscn, is het simpele feit dat hel onder Jeiding van de LDP goed gaat met Japan en Djn bewoners. En hierrnee is het dr~ kelije ges)oten. Japans economie groeil, de mensen hebben dus geen reden om ontevreden le :rijn, stemmen daarom op de rege~ ringspartij LDP, die goed bevriend is met het bedrijfsJeven en dal zo wil holuden, d us geed .luistert naar de wensen van de ondernemers, daaraan zoveel mogelijk tegemoet komt, waar~ door het economisch draaiNlak wordt verbreed en de economie blijft grooten, enzoyoort. viferaard is bovens.taande een vaarlijke verslmpeling van de lijkheid, maar deze karikatuur geeft wei aan hoe het kiln komen dal hel bedrijfsleven in niet zo veel te klagcn heeft over overheidsbeleid en. wat veel beJangrijker is, bedrijfsleven overheid in redelijke harmonie samenwerken. Deze hannonie wordl niet aJleen be~ reiki door een begripvolle overheld die als manonel van het functioneert, maar ook het bedrijfsleven in Japan een dynamischer 1arakter heeft dan bijvoorbeeld
lerlrollwen
het gemiddelde NederIandse bedrijf. Tevens heeiT: het Japanse bedrijfsleven minder last van een mispJaalSte blinde colncurrentiedrift len opz:iehtc van vaderlandse collega's., waardoor er een het beiang van beter 7jcht bestaat samenwerking. Het veert Ie ver olm nu dieper in gaan op de versehillen in management Daarover trouwens onderhand al vele geschreven. In &amen werking lUssen en bedrijfsJeven in Nederland minder geslaagd dan in .Iapan. Ons overheids.beleid is tolt nu echt industrie~ of we1rkn,em',rsr'cleid geweest, doordat socialisten en chrisM (enen andere sfellen, waarvoor ze zeer memen hebben" Het is bij~ voorbeeld cen prachtig sociaal stelseI, waarop we tot voor kort met recht trots waren.
or
Be'alles Het gevo.lg van hel niet-Japanse over~ heidsbe1eid is dat he! Minislerie van Economische 7...aken noott een MITTachtige roI heeft mogen. kunnen of wHlen spelen. Dat heeft ertoe geleid dat de rela(les tussen HZ en het bedrijfsleven niet van eenzelfde harte-
lijkheid zijn als tussen het MITI en hel Japanse bedrijfsleven. Ais wij willen ondenoeken in hoeverre van EZ een Mimsterie van Industrie naar Japans voorbeeld kan worden gemaakt, dan moeien we dus twee za· ken goed voor ogen houden: ten eerste dat de Neder1andse overheid als gevolg van haar aandeel in hel bruto produkt meer kan· sturen door middel van belasfingverlaging en dergelijke dan de overheid, en ten tweede dat veel mlnder prettige verhouding beeft met het bedrijfsleven, Dat het wegnemen van hel hier en daar hardnekkige wedenijdse wantrouwen tussen EZen het bedrijfsleven van het grootste belang is. bewijst de manier waarop het MITI functioneert. Ret MITI heeft evena.ls EZ de laaLSte jaren gekolen voor een gedifferentieerd stirnulerend beJeid. EZ gebruikI als middelen voor hel eoonomisch structuurbeleid: de wel regeling, bet sccrorbelejd, het tiebeleid en de investeringspremiere. geJing. AUem.'laJ instrumenten waarmee via ongeveer 130 regelingen het bedrijfsleven cen handje maet worden geholpen" MITI daarentegen meld het minder in hel sturen mel bebulp van een verzameling lonken
Om een dergelijke siluatie van con~ sensus over ,.hoe verder te gaaa'" in Nederland te bereiken, zul.len dus in ieder de contaelen russen overbedrijfsleven moeten worden heid versterklen het anderling wantrouwcn worden weggenomen. Er za1 vertrou~ wen in clkaars desknndigheid moe len komen. In Nederland hoon men vanuit het bedrijfsleven nolgal eens hel verwijt aan het adres van EZ, da( er weinig kennis van en begrip voor de omstandigheden van het bedrijfsIeven leven. He1aas is dit vaak terecht. Maar daar staat dat het Nederlands management de Jaatste tien jaar niel bepaald uitmunt door innovatief handelen en ondernemers~ zin. Het lijkl dan ook noodzakeJijk, wil HZ en bedrijfsleven dkaar mindcr n.'lar het leven staan en meer als partners behandclen. dat ambientnen zich meer inzetten, en ook de kr~i!5en om de banden bedriji...teven aan te halen. Daardoor kan dan gemakkelijker kennis worden ujt· gewisseld en begrip voor eIkaars mogelijkheden en moeUijkheden ontstaan. Een dergeli}ke vera.nderende houdjng is noodzakelijk, wil EZ DOlt een flltsoenlijk industrieministerie :-,,'orden dat cmgszins Hjkt op hel MITJ nog een lange weg Ie gaan. Als. hel VNO en NCW eens wat min~ der uuren en EZ wat meer de boer op gaat, bereiken we misschien in Nederland een situatie loals in waar men er vanuit gaal dat en bedrijfsleven twee kauten van dezclfde muntzijn, FRED KAPPETIJN
23 JANUARI 1982
OLIE Menlgeen voorspelde dat de ollecrlsls In 1973 voor Japan de economlsehe doodsleek zou zlJn. Hoe zou Immers een land, dat nagenoeg verstoken Is van energlebronnen en 75 procent van de prlmalre llnerglebehollftll dllkt milt 01111, een dergllllJkll rlgollreuze prllsstilglng kunnen overillven? Het antwoord was IIlgllnIIlk nogal slmpel. Gewoon llnerglebesparlng lin een klelner olill-aandeel In de De energillvoorzillning. llconomle groeldll tussen '73 en '79 met 24 procllnt, lerwlJI hilt llnergillveri)rulk slechts milt aeht proeent toenam. Hilt aandeel olle Is van 75 tllruggilbracht naar 65 procent. Het lIinde van due ontwlkkelinglln is nog nlet In ziehl
Basparingan an karnanargia makan Japan mindar alhankali)k In Ned~land kun je nog vaak van "deskundigen" vememen dat economische greet dan, en aileen dan. 130 worden berejkt als de bcschikbaarheid van energie eveneens toeneeml. Niet zo lang geleden schrokken deze enef-
giescenarioschrijvers er zelfs niet voor lerug om aan ted-ere procent groei van hel Bruw lSat;onaal Produkl (BNP),
een 1 procent hoger encrgieverbruik le koppelen, Dat cen sterke reJatie tussen beide grocipercentages onderhand geen houdbaar wtgangspunt meet hocft Ie zijn. bewijst de ontwikkeling van het Japanse energieverbruik sinds de eer· ste oliecrists. In de periode 1973-1979 nam het BNP van Japan toe met ruim 24 procent. te:rwijl het energieverbruik steeg met slechts acht procenr, ofte weI een koppelfactor van 0,34. Een dergelijke ontkoppeling van nomiscbe groei en toename van energieverbruik, gaat natuurlijk niet vanzelf. Daarvoor is weI cen duidelijk en deugdelijk encrgiebeleid nodig. dat in de eerste pJaats een cnergiebesparingsbeleid is. Het energiebeletd van Japan steunt op dezelfde twee pijlers aIs die in Nederland: diversificatic van energicdragcrs {minder olie cn meer steenkool en uranium), en energi.ebesparing. Ookin Japan is hel diversificatiebeleid vooral gericht op hel terugdringen van het otte-aandeet in het verbruik van prj~ maire energic.ln 1975 was het aandeel 75 procent. nu is en het streven IS een percentage van vijftig procent in 1990. In 1980 .lag hel olicverbruik in Japan rien pnx;ent lager dan in 1979, bij een economische groei van vicr procenL
I08m.rend Deze opzienbarende reductic van het olievcrbruik is voor een aanzlenIijk deel te danken aan de voortvarende wijze waarop de energiebesparings- en omschakelprogramma's worden uitgevoerd door de industrie~n die veel energie nodig hebben, zoaJs chemie. staal, textiel. papjer en cement Deze indu5lrieen bespaarden sinds 1973 ge~
middeld meer dan 25 procent op het ·olieverbruik. Tijdem een bezoek aan de Keihin Sw.alfabriek. van Nippon Kobn (NKK) op het kunstmalige eiland Ohgishima in de Baai van Tokio. werd ult de doeken gedaan en llanschouwelijk gemaakl hoe men die hoge besparingscijfers bereikL NKK is de op cen na grootste staalfa· briek van Japan, met cen jaarlijkse produktie van veertien mi1joen ton st K ?p e En'''gi,ecelllrum het lichtbare de beheersing van en de daannee energiebesparing van belang acht. ,.Total Energy Control (TEeS) wordt gevorrnd door een computersysteem met vier forse computers en hel "Cydic Digital Transmitting System". Al dH reken- en communicatiegeweld is nodig voor he! uil,,·oeren van onder andere de volgende taken: voorspellen van de nivcaus van de verschillende gashouders op het terrein, regelen van de dellng voor de eigen elektriciteilSCenuale (410 MegaWatt), registreren en voorspellen van de clektriciteitsbe· hoefie en gegevens vai'ideggen over en beheersen van de energieconsumptie. Dank zij TEeS heen men bij NKK in vier jaat tijd een energiebesparing van twintig procent bere:ikt Geen geringe prestatie. Daarbij is hel aandeel ruwe olie teruggebracht van vijmen naar fwee procent. Maar nog is men niet tevreden. Dat werd duidelijk toen na de bezichtiging van de regeJkamer nog een gesprek werd gevocrd met enkele gastheren van NKK. Nadat wij door gedienstige lapanse da~ mes waren voorzien van hete en vochtige banddoekjes voor hel verfrissen van gezichl en handen, vertelde men dat ~KK met een nieuw energjebesparingspro@ramma, SAVE·50, in 1986 nog eens tien procenl wi! afsnoepen van het huidige energieverbruik. Het olieverbruik zal dan tot nul zijn gereduceerd, Dank zij rigoureuze energiebesparingsmaatregelen :zoals
project, beslool men in 1980 enkele onderdelen van het project lc versnelJen. Men ging meer geld en aandacbt besleden aan het vloeibaar mden van steenkool, geotbermlso;be energie en zonne-energie Deze doe altematieve bronnen moe ten ln 1990 "'oorzien in vier a vijf procent van de primaire energiebehoefte. (n totaal zuBen de alternatieve giebronnen in 1990 ongeveer procent van de primaire energiebe~ hoefte delicn. Voor de kemenergie streeft men naar tien procenl, waarover steaks meer. Andere onderwerpen waaraan men op AIST in het kOOer van het Sunshine Project werkt, zijn kolenvergassing en waterntoftechnoJogie, Verder besteedt EW rei_ mef 36 l'Iltu.lepten en drie men aandacht aan OTEC ("Ocean hooogkraren gedurende drie weKen Thermal Energy Conversion"). superdoor Japan, De studiereis was goofgeJeidende magneten. vliegwlelen en ganiseenJ door de elektrot«hoi'CRe windenereie. st.~ngen 'fan de drie TechHet ..SuMhine Project" dient dus voor nlscbe Hogescholen van Delft, Eindde ontwikkeling van schone, alternahoven en TflUte. Dit is bet derde at· tieve energiebronnen. Maar, zoaJs at is tlkel van een korre serie over Japan. gebleken, de rijn ook zeer gecbanneerd energiebesparing, wetefiSChappelijke onderstenning Ie Om het onderzoek en de ontwikkcling geven, besteedt het Ministerie van In- daarvan te bundelen en te coMdinetemationale Handel en Industrie(MI- ren, heeft men in 1978 bet "MOOnlight 11) veel aandacht cn redelijk vee! geld Project" gestart. Vorigjaar beeft MITt Ban energieonderzoek. Welke projecdaaraan 83 miljoen gulden besteed, ten MITI onder beheer heefl of mede- Binnen het Moonlight Project doet financiert, werd uil de doeken gedaan men onder andere onderzoek: naar de door vertegenwoordigers van MITI, mogetijkheden Om warmteverspiUing die zich niet fieten demoraliseren door tegen ie gaan. De helft van de energi.e een lo nu en dan gebrekkige vertaling die wordt verbruikt, verdwijnt in de vorm van wannte in de atmosfeer, rivieren en zeeC!n. Ten slotte onderzoekt en ontwillelt men s)'Stemen ,"'oor het Ret energie.onderroek., dat onder de verkrijgen van een hoger rendement hoede ,,'an de overheid wordt uitge- bij de elektricitei.tsopwekk.ing en vervoerd, vindt plaats in hct in 1948 op- beterde energieopsla.l!Systemen. gerichte ,,Agency of Industrial Science, Volgens een in 1980 verschcnen rapllnd Technolo8J" (AIST). Van de 1,1 port, gaf Japan in 1978 2,7 mHjard miljard gnlden die het A(ST nitgeefl, gulden uit aan energie~onderzoek.:
Lange termiln
Oak in Japan praducenten Ie (Jan een veel Ie haog ge!ipannen )'"erwacnting van de gratH van hel e/eklricire#sgebruik
teit met kemcentrales op te wekken, Hr is dan ook een aantal folX kemcen~ . trales in aanbouw. BijvoorbeeJd twee centrales mel ieder een 1100 MegaWatt bij "Tokyo Co," (fEPCO). de elektriciteitsmaat>schappij van Tokio en omgeving Deze grootste elektriciteitsproducent van Japan levert eJektridteit aan 37 miljoen mensen. Dat komt neer op ruim dertig procent van de Japanse bevolking. De vijf kemcentraJes van TEpCO, met een totaaJ vermogen van 4,6 GigaWatt (GW is een miljard Watt) leveren ruim twintig proeent· van de elektricilcit I A1s aUe plannen door~aan heen Japan in 1990 5.1 GW aan kemenergievermogen sman, Er moet dan wet eerst een wonder gebeuren, Het betekent namelijk dat in de komende tien jaar hel aantal kemcentrales van ruim 20 tot 55 moet worden uitgebreid. Van die 35 zijn er nu elfin aanoouw. Voor die andere moeten de bouwplannen nug eerst worden getoerst aan 33 voorsebriften en moe ten 66 procedures. worden ,gevolgd. Vit opiniepeilingen biijk.t Wit Japanners uitbreiding van kemenergie zien aJs om'ennijdelijk en in het belang van 's lands eeonomie.
llllsbehoud Met a1 deze ontwikkelingen op de aChtergrond doet het vreemd aan dat men voor de komende tien jaar cen jaarlijkse groei van het elektricitejts~ verbrulk verwacbt van zes procenr. De afgelopen vijf jaar groeide het aantal verkochte kiloWatturen mel gemid~ deld 4,5 procent. Na enig doorvragen was men bij TEPCQ. dat in 1980 ten procent minder stroo~ verkocht dan in 1979, geneigd toe te gcven dat vIer procent een waarsehijnHjkcr groeipercentage is dan de zes procent die men nu nag officieel hanteerL Uil de aetiviteilen in Japan blijkt dllt men door het gebrek aan eigen ener~ giebronnen, dus. uit lijfsbehoud, is ge~ dwongcn de ,groei van het energiever. bruik te beperken en de afllankclijk~ heid van olie te verklctnen. Beide doelen worden I.eer voorfvarend nagestreefd en het is inmiddels. duidelijk dat de Japanse econOlTUe voorlopig blijft groeien doordat twee olieerises. niet in staat zijn gewee.l)t de conCU!renriepositie aan tc tasten. Eens te meer het bewijs dal het vaderlandse gezeur en gemQPper over "dat alIes zu mociHjk is door de hoge energieprij~ zen'" vaak.,geen hout snijdt FRED KAPPETlJN
6 FEBRUARI 1982
JAPAN
,Onze induslrie heell behoelle aan crealiele onderzoekers' Japanners zijn
na~pers".
is nog
" steeds een veel gehoorde uitspraak. Vrocger Wa'i dat zek.er waar. Nu is het nog maar gedceltelijk waar. Een felt blljft dat Japan ook nu nog meer geld uitgeeft aan het importeren van teehnologie dan htt ontvangt met
technologic-export In 1979 was de vemouding I op 3,7 (export 0,15 miljard gulden en import 2,76 miljard gulden). In t978 wa$ de verhoudin! nog 4,6; mel andere woorden: het verschil tussen imPQrt en export van technotogie wordt kleiner. Het buitenland staat niet meer bepaaId te springen om know-how aan de Japanners te ,'crkopen, want het is nu voor iedereen wei duidelijk dat de lapanners meesters rijn in procesbeheersing, produklieverhoging en kwa~ liteitsverbetering, waardoor ze op meerdere gebieden met behuJp van gekoehte teehnologie .leer geduehte coneunenlen zijn geworden. In Japan besefl men dan ook heel goed. dat het in de naaste toekomst sterler za1 zijn aangewezen op eigen fundamentuJ ondcrzoek en dus op creativileit en originaliteit Of lapanst wetenschappeHjke onder~ zoders in dezelfde mate aIs hun westerse oollega's over deze lwee karaktereigenschappen besehikken. weten weeigeuHjk niet De Japanner is immers een groepsmens, die er geen behoefte aan heen rich van de andere groepsIeden te ondeNehciden, Een Japans spreekwoord zegt Wit een spij~ ker die uit de balk steekt, erin dien! te worden geslagen. Tijdens cen van ooze bezocken aan het Minist.erie van Intemationale Handel en lndustrie (MITI), vertelde cen ambl.Cnaar dat men va::;t hesloten was het percentage van het bruto nationaal produkt(BNP) dat Japan aan "Research en development" (R&D) besteedl, te verhogen, Het percentage is nu 1.8. netzoalsin Nederland; menwil her in lapan binnen enkele jaren op 2,5 procent brengen. Dat dan hetVerenigde zelfde percentage aJs in Staten, alleen Is daarin dat eijfer wel de zeer omvangrijke mililaire R&D me<:~ gerekend.
Overlleidsaandeel Het MITI wil de forse verhoging van de R&D-uitgave bereiken door het vergroten "an het aandee! van de overheid. Of het MITI bij zichzelf en andere ministeries daarvoor de financieIe middelen kan vrijmaken, i& zeer de vraag, doordat ook de Japanse overheid is gedwongen fors om te bUIgen, "Maar het MITI zal zijn uiterste best doen," w xci men ons. Momenteel neernt de overhetd 35 procent van de t<>tale Japanse R&D van 45 miljard gulden voor haar rekening. In Japan werken tegen de 6OOJX)O mensen in de R&D-sector. van wie de helft in het b-edrijfsJeven en 200.000 op de universiteiten, Van die 600.000 zijn er 350.000 onderzoeker. Ai met al vol-
Dat vindt men bij het MIT en daarom heen het vorig jaar het "Re~ search and Development System of
Japan ltan nlet langer vertrouwen op de Import van technologlsche kennl. ult het bultenland. Het wordt de hoogste tlld om zeit mer 'undamenteel ondarzoek te verrlchten. Oat verelst creatlvltelt en orlglnalHelt, elgenschappen waarvan men zagt dat Japanner8 er mlndar me zlln bahept dan wi). In Japan doet men _ I moeHe om deze stelling te ondergraven. UHeraard doe! men dat op zlln Japans, due door het Instellen van commlssles en het conclpltren van systemen. Of het werkt, zal de toekomst leren. Basie Technology for Next Generation lndustries'" op poten gezet. Dit sys. teem is bedoeld voor de co5rdinatie en de bevordedngvan de R&l)..bijdragen uit industriele, aeademisehe en over~ heidsseetoren. Dete projeetaanpak verschill van de vorige, dourdat bet is gerieht op fundamented onderzoek. Daarom is men nu gedwongen tc streven naar uitbreiding van de (:ontaclen tussen jaboratoria van de overheid en het bedrijfsleven en cen verbetering van de e06rdinatie ten behoeve van het vennijden van dUbbel onderzoek en het bevor. deren van R&D dat op de langere ter~ mijn is gericht. Dat ook in lapan wat meer coordinatie geen luxe is, bled ons bij de twee be~ zoeken aan Tsubuka Scienee City cn Kyoto University. Op behle instituten doet men kernfusie-onderzoek, maar wed men nauwelijks ieu af van elkaars activiteiten. Dus, Japan beseft da1 het meer aan fundamenteel onderzoek moet deen en hel MITT heefl een nieuwe structuur opgezet,. waarin overhejd en be~ drijfsleven ook op het R&D-gebied beter geooOrdineerd en meer toekomstgerieht kunnen samenwerken. Blijft de vraag: Op welke gebieden moet Japan zieh rjthren? Om deze vraag te beantwoorden is het "Longterm Planning Committee for Industrial Technology Developments" een overleg gestart Deze commJssie is een apart adviesorgaan van de directeur~ generaal van het "Agency of Industrial Science and Technology (AIST)" cen door de JapanM! o"erheid gefinancierd conglomeraat van onder:zoeksinstitu. len, dat in 1981 voor J.l miljard guJ~ den aan onderzoek en ontwjkkeling besteedde dat "hoewel van groot S(}w ciaaJ en eeonomtsch belang, toch buiten het vermogen van paniculiere instellingen ligt, door beperkingen loals streefdatu~, finaneiering en risleo".
het grate econonUsehe vemnd<:ringen rot gevolg heeft. Verder zal het onder· zoek 20 meuw moeten zijn, dat het zeker de cerste tlen jaar nog niet zal worden toegepast en 2';11 het in ieder geval de potenti.ele innovaties waaraan in de Verenigde Staten en Europa wonh gcwerkl, moeten bevatten. Uiteindeiijk heeft men twaalf proJeeten uilgelmzcn, vanerend van nieuwe kunstslOITen tot drie-dimensionale gelntegreerde schakelingen (chips). In hoevene deze projeeten succesvol 2:ullen zijn. is een moeilijk te beantwoo~ den vra3£, omdat het voor het eerst IS dat de J apanners zieh zo nadrukkelijk met fundamenteel onderzoek gaan bezighouden. Hoewel het MITI ook hierin een stirn ulerende en sturende rol probeert te speien, is het nog maar de vraag (If het gewen&te resultaat 1,a1 worden oereikl. Het MITI bes(:hikt over sleehts twaalf proeeut van het R&D~budget van de overheid. Vijftig procent van het R&D-budget g~~t naar het MlnislCrie van OnderwlJs, Wetenschappen en Cultuur (Mombusho), dat daarmee voornamelijk meer dan 560 nationaJe onderwijsinstellingen fmaneierc Een kwart van het overheidsbudget voor R&D wordt uilgegeven door het
lebrek Hel lOu yoor de Japanse lnduslrie 2':ijn. als ze zeU- meer fundamenonderzoek lOU verrichten. Maar ook daar hecft men te kampen met een niJpend gebrek aan originaliteit e·n creativiteit Het Nomura Research Institute koml in zijn reeentelijk verschenen rapport "What sustains lapa~ nese technoloi!v?" tot de conclusie, dat men 1n de Jai~nse bedriJven te weinig zijn best deel om de ereativiteit van indjviduen op waarde de schatten of te belonen, Uit een enquete, die werd gehouden onder managers van driehonderd be· langrijke lapanse bedrijven, blijkt dat de helft van deze mensen als belangnjkste reden voor het ontbreken van originaliteit in Japanse b-edrijven, o~ geen het vertrouwen op de buiten~ landse technologie. Op de tweede plaats komt de geringe finane~eIe en social<: beloning voor een Indivtdu dat
ew
relade met 36 studemen en drle hooglereren gedufende drle
welten door Japan. De atudlerell WH georganl.Hrd door de etek~ troteehnfeehe etudleverenigingen van de drle Teehnlsche HovetJCholen van Delfl, EindhOven en Twente. Dh Is het wletde artlkel woo
een korte aerie over Japan.
Tien laar Na rijp beraad kwam de commissie tot de votgende zes terreinen waarop l3~ pan zich via fundamentele R&D vcr~ der moet bekwamen: materiaien, paraten, biotechnologie, nologie, meetinstrumenten en eomputerprogrammatuur" Al het onderzoek dat op deze gebieden zal worden gestarl, zal als het uiteindelijk eommer· deel wordt toege-pasr. moeten leiden tol verandering van bestaande of ontstaan van nieuwe bedrijven, waardoor
('STA), dat tot hel bureau van nister-presidenl behoort. STA, dat grote invloed op het overheidsbcleid heeft, fmanciert cen aantal zeer grote onderz«k:instelltngen. zoals de natio~ nale instituten voor kemenergie en voor ruimtevaart. Ook het STA maakt zieh lOrgen over het gebrek aan treativiteit en heeft daarom het "Creative Science and Teehnolo2V Promotion System" ontwikla:ld. Ditsysteem moet ervoor wrgen dat goede onderzoekers uit overheid, bedrijfsleveu en univer~ sitaire instituten, voor een bepaalde periode in aIle rust fundamenteel on~ derzoek kunnen doen en daama weer kunnen terugkeren naar het cigen be~ drijf of instituut. Voor een Japanner is het garanderen van de mogel1Jkheid lerug te keren van groot be~~ng. buidelijk is dat hel MITI "het zeker niet alleen voor het zeggen heeft als het om R&D gaat. Dit mjnisterie kan dan wel wensen dat in Japan meer fundamenteel onderzOek wordt verricht, maar de eigen middelen om dat te verwezenlijken zijn nogal beperkt.
De universiteit lion Tokio
zich cen extra R&D~inspanning getroost Een lastig aspect bij de beoordeling van de mate van originaHteit bij de lapanners. is he1 ontbreken van een deugde1ijke definitie van originaJiteh en ereativirejL Zo zijn er menscn die beweren dat de prestaties van de Japanners op gebieden als de chipteehnologie (VLSI, Very Large &:ale Integration), optisehe communieatie (g!asvezelkabel en lasers) en industri~le robots. getuigen "an een aan originalitett grenzend vennogen om bestaande technieken te oombineren en te verbe~ .teren. Een illustratle van het feil dat lapan~
neI'S het zat njn te worden uitgekreten voor naapers, is he-t vorigjaar door het MIT! publiek gemaakte plan om de zo2enaamde vijfde-generatie-oompu~ ter~ te ontwiHelen. Dit vijfde-genera~ tie-eomputer-project dient slecht.. een doeI; het tegen de eeuwwisseling doorbreken van de IBM-hegemonic. Daannee hebben de lapanners rieh geen geringe opgave gestcld; het MITI been. zich bercid verklaard in de kow mende tien jaar een miljard gulden in dil project Ie loteken, Zoals gebruikeljjk: wH het MIT! een .onderz.oek~samenwerkjngsverband
(Research Association) oprichten. waarin onderzoekers van verschillen~ de grate lapanse eompulerfabrikanten gedurende enige tijd zulle.n samenwerken. Nieuw IS dat men In dit speciale geval graag ook buitenJandse bedrij"en in de Research Association wil opnemen. Het was zeer opmerke1ijk bij het MITI te vememen, dat men goede hoop had dat IBM deel l.oU uitmaken van d<: ~~<1!C~ !,-~so eiation. Een deelname rou voIgens de door. ~et . MIT! gest.e1de regels inder~ daad kunnen. olndat IBM aan de voorwaarde voldoet dat het voldoende R&D in lapan verricht Bij ons hewd aan IBM in lapan, toonde men zich daar zeer gereserveerd en wilde men aUeen kwijt "dat het in beraad was"
gaao
Inlellilelltlt
Het vijfde~generatie-computer-project moet oornputers opleveren die een zekere mate ....an intelligentie bczltten, waardoor Ie "oor leken een handelbare partner lOllen zijn. Het welslagen van dit ambitieuze project "'ereist op veel terreinen fundamenteJe kennis. bij voorheeld op hel gebied van de kunsunatige intelJigenlie. Een onder~ :roeksgebied dat in Japan onderontwikkeld is. In oktober vorigjaar organiseerde het MITI in Tokio een vierdaagse confe~ rentie. Voor deze conferentie werd onder andere de bekende ondeu.oeker op het gehjed van de kunstmatige in~ telligentie, dr. prof. E, A. Feigenbaum, "an Stanford Universitv in de Ver~ enigde Staten, uitgenodigd, De voor:ritter van de oonferentie, prof. Tohru Moto-oka, zei: "The fifth-generationcomputer is the space shuttle in the world of knowledge". Dat een dergelijk project niet kan worden uitgevoerd door een steI imi~ tarots, begreep Moto-oka ook wet Hij ZCI dat "de lapanners met dit projeet de resl van de wereld leunnen tonen dat ze weI crearief zijn", Dit project is voor de Japanners duideHjk een prestigeprojccr, Voor de Westerse wereld wordl het cen angstig afwachten. want als de Ja~ panners ook nog leer planmatig creatief kunnen zijn, dan wordt het uker de hoogsle tijd voor herinduslrialisatie en a1 dat moois waarover wij met ons allen zo fyn kunnen praten. FRED KAPPETiJN (Zie ook pagina 23)
6 FEBAUARI 1982
WETEISCHIP In de toekomst kan Japan nlet meer vertrouwen op de know-how van het bultenland. Japan zlet zlch gedwongen creatleve en ortglnale onderzoekers op Ie letden. Oat betekent dat het als eeuwenlang als "goad" aangemerkte groepsbesef moet worden verzwakt of door. broken, ten elnde de genlala, elgenwflZe en ambltleuze Enstein ron in
OnS
Individualist de noodzakelilke rulmle Ie geven. Oat Is met name voor het welenschappellJke onderwIJs een geWeldlg probleem. EW sprak hlerover met professor Kenechl Fukui, een van de twee wfnnaars van de NobelprlJs voor de seheikunde 1981.
systcem van
')
wetenschappelljk onderwijs zijn mislukt." Zo, denl je dan als journalist, een Illooic binnenkomer roof mijn
aniket Verder is er weinig positiefs aan deze uitspraak van Fukui te onl~ deU:en; tenminste voor Japan. Dat besefi de NobelpriJswinnaar oak en itij kijkt er dan oak. niet vrolijk hiJ Op het moment van deze wrange constatering zitten wij al meer dan een uur in zijn werkkamer te praten. Niet over seheikundige rea<:ties, maar weI over het toekennen van Nobelprijzen en over het reilen en zeilen van de Japanse wetenschap. Fukui is somber gestemd, omdat hij inziet dat Japan is. gedwongen zelf creaLief en origineel ondenoek te verrichten. maar daarin wordt belemmerd door sociale, cultu~ rele, financiele en institutionele facto~ ren. De eerste belemmering houdt verband mel hel feit dat Einstein in Japan waarschijnlijk zijn draai niet had kun~ nen vinden, namelijk de ongelooflijk strenge toelatingseisen van goede uni~ versiteiten zoals die van Tokio en Kyoto. Na het verlaten van de "Upper Seeondary School" kun je toelatingsexamen doen voor de universiteit. Als je daarvoor slaagt, wit dat nog niet zeggen dat je wordt toegeiaten tot een van de vooraanstaande unlversiteiten. Daarvoor moet een speciaal examen worden afgelegd. Omdat bet geen kinderacbtige examen is, bestaan er sehaJen die speeiaal voor ro'n examen oplelden. Als je eenmaal op bijvoorbeeld de Univen;iteit van Tokio zit, dan is je kos~e gekochl Uit de boot vallen is er niet hij, en mime tijd voor je afstuderen staan de grote bedrijven a1 aan je te trekken. Op de Universileit van Tokio neeft men de regel opgesteld dat de ,.I..ransferperiode" pas een balf jaar voor het afstuderen ingaal Tijdens de lunch vertrouwde ten student elektroteehniek mij toe, dal Hitachi hem al veel eerdcr met succes had benaderd. Gezicn de grote belangen is het geen wonder dat ouders en kinderen lot het uiterst.e gaan om in dit compelitie-systeem mel kopje onder te gaan. ,AIs je wilt worden toegelaten tot een van· de bek.ende universitei[cn, dan moeten je oud~rs veel geld uitgeven, te beginnen b~ een gerenommcerde kleutcrschoo)", aldus Fukui
L8enlJd De creativiteit dodende selectie is niet het enige mankemenl aan het Japanse wetenschappctijke onderwijssystcem. systeem kan het jonge genie niet ontwikkelen. Alles hangt flf van Jeefhjd, niet van genialiteit. Een Knappe jonge medewerker un niet ZO~ maar hoogleraar worden. De regel IS dat hij mjnima.al negen jaar moet zijn afgesludeerd. Dat is geen wei.enscha.ppelijk criterium. Die regel is dus on~ rin." Fukui een u/lent beminnelijk is en tot enkele agressie in staat lijkt, hij zich nu toch op" Hij heen ineens minder moeite met de In zijn agen schijnende zon en k.ijktmij zonder knippercn aan met cen blik van .. Begrijpt udal nou?". Omdat bij ons bezoek cen week eerder aan de Universitcit van Tokio, was verteld dar men pogingen deed de creativiteit te stimuleren, opper ik bemoedigend dat er nu toch wei verandering in de lucht zit. "Misschien". antwoordt bij, ,.maar ~'1t) er aJ iets vcra~dcrl, dan gaal bel nog veel tc Iangzaam door de bureaucratic." Fukui zakt terug in zijn stoel. SQIJIber. De zon sc1tijnt fel naRr binnen en Ijjki haar best Ie doen Fukuls hurneur en kamer Wal de kamcr betren, lukt het jn ieder geval
JIPIISE IOBELPRIJSWIIIIIR KEIECHI FUKUI:
,Onderloekers louden bier meer ruimle moelen kriluen' maar matig. De Jamp blijfi stuk, de richtbaar geplarnuurde muren bJijven vies en het goedkoopte uitstralende meubiJair heeft zijn beste tijd gebad. Deze waf annoedige entourage is geen ult,z:ondering op de Japanse universiteiten, het is standaard. Na enkele bezoeken rum verschillende universitei· ten in Japan, besef je pas in wat voor w«:lde onze Nederlandse universiteiten baden of m ieder geval hebben gebaad.' , De fmanciering van het wetenschap. pelijke onderzoek kent in Japan nag meer bureaucratie en de finandering IS nog eenvormiger dan bij om;. Dat is dan ook de derde reden die Fukui noemt, voor het achterblijven van de creatlvileit in de Japanse wetenschap, belgeen onder ander blijkt uit het relatier kleine aantal Japanse Nobel· prijswinnaars. Japan (elt, niettegen~ staande hel a1 zo lange tijd gemiddcld hoge opleidingsniveau, slechls zes Nobelprijswinna;lfS. AIleen Fukui kan, zij hel met enige moeite, worden gerekend tot de naOOrlogse Hebting van afgeswdeerden.
SubSidie Om aan Ie tonen hoe weinig flexibel het financieringssysteem van de 1apanse unlversitciten is, verrell Fukui over zijn eigen situatic. Zijn vakgroep bestaat uit twee "assOCiate professors" (te vergelijken me! wetensehappelijk
niet ro gek veel doen hij. evenals ooIlegi,-h.lOglera"en. recbt op een van de universiteit die terie van Onderwijs, W"ten"chaPl"" en Cultuur worth gevuld, groep krijgt daaruit per jaar gemiddeld 20.000 tot 30.000 gulden. Het jaar 1981 was een uitzonderlijk goed jaar met pO.OOO uil de pol. Fukui doet niet aan contractresearch, hetgeen gezien het fundamentcle karakter van zijn onderzoek. niet zo vreemd is. Maar niet alleen daarom verricbt hij geen contractresearcb; hel conlract tUSSCn universiteiten en be~ drijfsleven is in Japan in het algemeen de niet zo intiem, A!s ecn meer praktijk gerichte eontractrcscarch de contacten via het univer:,ileitsbestuur geregeld. Hiermee lijn wi] aangekomen op het vierde punt van wrg van Fukui: "De inefficientJc door het aan cOOrdjnaoe ,en van het wetenschappelijk onder.wek is enOnil," Daarvoor zijn volgens hem
twee oonaken aan te wijzen, Ten eer~ ste hel groepsbesef waardoor een Jacr geen behoefte aan beeft lijn eigen groep te treden. en ten tweede de afwezigheid van finandele middelen \toor hijvoorbeeJd het maken van reizen. Enigszins gegeneerd vertelt Fukui dat er nog wei eens een student van hem v(}Or enige tijd naar het builenland gaar, om bijvoorbeel.d bij Roald Hoff~ mann kennis op le doen, maar dat hiJ deze gastvrijheid niet kan beantwoor~ den omdal er geen geld voor is. Tn Japan kent men oak niet de "sabbatical leave'" de regeling dank zij welke een hoogleraar een jaar lang op een wetenschappebjke instelling in het builenland kan biJtanken, Daf de afsteniming van ondenoek en de uitwissellng van onderzoeksresultaren nog weI eens te wensen over lab1eek ODS bezoek aan de van Kyoto, waar onderhet gebied van kcrnfusieniet wjsten wat hun coUcin Tsukuba Science City waar wij week cerder waren, aan experimenten aan be! voorbereiden waren.
Theorie al weer Jaren erkend pofessor Keneehi Fukui (63) is stnds 1951 hoogleraar in de Fvsische Seheikunde aan de Vni~ v~rsiteit van Kyoto, waaraan hij in 1948 promoveerde. Zoals het de honkvaste Japanner betaamt, is Fukui nog steeds verbonden aan de "Faeulty of Engineering" van de Universiteit van Kyoto en weI aan de Afdeling (vakgroep in Nederlandse terrninologie) Koolwatcrslofchemie Fukui heeft zijn Nohelprijs moeten delen mel zijn collega en vriend professor Roald HotTmann (44) die in 1949 rijn geboorteland Polen verliet en naar de Verenigde Staten ernigreerde. Hij is stnds 1974 aan de Cornell Unive~ity verbonden am hoog1eraar in de natuurkunde. Fukm kreeg ziJD Nohelprijs voor net opstellen van de "frontier orbital" theorle, die inhield dat voor het verldaren en vwrspellen van scheikundige reacues het vol~ doende is te ki.jken naar slechts twee banen waartn elektronen zich in een moJccuul bewegen, namelijk HOMO en LUMO. HOMO (highenergy occupied mole<.'Ular orbital) staat voor de buitcnsle baan waarin ZtM nog cen elektron bevindt, en Lt;MO (low-energy unoccupied molecular orbital) "'wr dc eerstc baan waarin rich geen elektron bevindt. Niet alleen de juistheid van de hypothese, maar ook de goede wiskundige onderbouwing van wat nu al weer vele jaren ats algemeen erkende theorie wordt beschouwd. hebben de wijzc mannen 10 Stockholm tot hun beslissing gebracht. In hun verantwoording schrijven zij dat de Kracht van de theorie Hgl in het succesvol "making generalizations through simplifications". ondenoek {bijvoorbeeld chiptechnologie. VLSI), wordt opgericht, daarin de universiteiten niet zijn vertegenWeI bestaan er in Japan V"'1 Hummele COntae«," lus,