Commissie Samenleving
27 november 2012
Aan de leden van de commissie: Samenleving Heerde, 14 november 2012 Geachte dames en heren, Hierbij nodigen wij u uit tot het bijwonen van de openbare vergadering van de commissie Samenleving. De vergadering wordt gehouden in de raadzaal van het gemeentehuis, ingang Dorpsstraat te Heerde.
Dinsdag
27 november
19.30 uur
commissie Samenleving
De stukken liggen voor de raadsleden met ingang van heden ter inzage in de leeskamer. De gezamenlijke voorzitters. AGENDA Algemeen 1. Opening 2. Melding van insprekers bij agendapunten en vaststelling agenda 3. Verslag commissievergadering van 2 oktober 2012 4. Lijst met aandachtspunten 5. Spreekrecht publieke tribune over punten die niet op de agenda staan
Pagina 4 25 -
Raadsvoorstellen 6. Gewijzigde ontwerpbegroting 2013 Felua-groep 7. Formatie griffie 8. Geactualiseerde financiële verordening 9. Aanbesteding accountantsdiensten
Pagina 28 43 56 74
Ter 10. 11. 12. 13. 14.
Pagina 79 82 84 104 106
kennisname informatienota Decentraal spreekuur schulddienstverlening Planning besluitvorming MFA- Heerde Oost Jaarverslag leerplicht 2011-2012 Onderzoek zwembad Stand van zaken accommodatiebeleid
Slot 15. Rondvraag 16. Sluiting
Pagina -
Algemeen Verslagen en lijsten met aandachtspunten
GEMEENTE HEERDE
Verslag openbare vergadering commissie Samenleving van 2 oktober 2012 Aanvang Plaats Aanwezig
Afwezig met kennisgeving
19.30 uur raadzaal gemeentehuis te Heerde de voorzitter: J. Grotenhuis de leden: S.I. van Amerongen, C.J.H. den Boef-Roeke, D.H. Bronsink, I.T.M.S. Bunnik A. van Dijk-Bruins, B. Horst, H. Hulsebos, B.J. van der Linde, J. Nitrauw, J. Pierik, H. van de Pol het college: H.A.M. Bögemann, W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen, A. Westerkamp de griffie: B. Espeldoorn, M. Spronk-Franken J. Kampherbeek, W. van Ommen
5 Algemeen
10
15
20
25
30
35
1. Opening De voorzitter opent de vergadering om 19.30 uur. De heer Van Ommen en de heer Kampherbeek hebben zich afgemeld. De heer Kampherbeek wegens ziekte. 2. Melding van insprekers bij agendapunten en vaststelling agenda Er hebben zich insprekers gemeld bij de punten 7 en 8. De heer Zwiers spreekt in bij agendapunt 7. De heer Hennes, heeft via de mail een bijdrage aangeleverd die ook op de tafels is neergelegd. De heer Hogenbirk spreekt in bij agendapunt 8. Het voorstel is om agendapunt 8 eerst te behandelen en vervolgens agendapunt 7. De agenda wordt met deze wijzigingen vastgesteld. 3. Verslag commissievergadering van 28 augustus 2012 Pierik: Punt 11 op blz. 12, mist het antwoord over de toezegging dat de wachtlijst geactiveerd zou worden. Bögemann: Destijds is gesproken, dat het geld wellicht gebruikt zou kunnen worden voor die personen op de wachtlijst. Er is ook afgesproken zorgvuldig met deze groep om te gaan, maar er is nog niets mee gedaan en er is ook weinig geld beschikbaar voor dit jaar. Hij is daarom ook uiterst terughoudend. Er wordt wel naar eventuele mogelijkheden gekeken om iets te kunnen doen. Pierik: Dan wel graag op tijd terugkoppelen. Bögemann: De intentie is er wel, maar de middelen zijn beperkt. De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. 4. Lijst met aandachtspunten Bunnik: Zij vraag aandacht voor de grote projecten zoals MFA en accommodatiebeleid die allemaal voor het eind van het jaar op de agenda staan. Hier kunnen niet meer grote projecten bij gepland worden. 5. Spreekrecht publieke tribune over punten die niet op de agenda staan Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. Adviezen/bespreken
40
6. Verkenning strategische samenwerking Noord-Veluwe Met de memo wordt de commissie geïnformeerd over de stand van zaken en bestuurlijke verkenningen voor strategische samenwerking binnen de regio Noord-Veluwe.
Concept verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 1 van 8 4
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
De heer Hogenbirk spreekt in. Zijn betoog is toegevoegd. Vragen aan de heer Hogenbirk vanuit de commissie. Van der Linde: Hij raadt de heer Hogenbirk aan om even in de geschiedenis te duiken met de gemeente Epe, want zijn verhaal doet niet helemaal recht aan de geschiedenis. Hogenbirk: Er moeten geen beslissingen worden gemaakt, die niet kunnen worden teruggedraaid. Pierik: Zij wil nogmaals duidelijk van het college horen hoe het contact met de gemeente Epe is verlopen en of de gemeente Epe daadwerkelijk niet wil aanhaken vanwege de beoogde samenwerking H2O. Pijnenburg: Het college heeft meerdere malen gevraagd aan de gemeente Epe om de samenwerking aan te gaan. Ze waren niet geïnteresseerd in deze manier van samenwerking. Zij sluit niet uit dat samenwerking wellicht wel doorgang kon vinden, als er een ander model voorlag. Het college heeft nooit gezegd dat de gemeente Epe niet welkom was. Bunnik: Deze informatienota gaat over de strategische samenwerking Noord-Veluwe. Er wordt gesteld, dat het college zich breed heeft willen oriënteren, waarbij staat dat behalve de regio Noord-Veluwe, de Stedendriehoek in beeld was. Er is dus al een keus gemaakt! Curieus, want de raad is niet op de hoogte. Gelukkig staat in de volgende regel dat de oriëntatie nog gaande is, waarbij het H2O-verband een gezamenlijk optrekken van belang is. Het is niet echt duidelijk wat de richting nu is. Graag horen we van de wethouder wat de overlegpunten met de Stedendriehoek zijn geweest en welke positieve punten er zijn in de samenwerking met de Stedendriehoek in vergelijk met de RNV. De conferentie op 9 oktober a.s. zal meer duidelijkheid geven en graag zien we de uitkomsten terug in de volgende commissievergadering. Het kleine stukje onder inleiding baart de VVD grote zorgen. Daar staat: “Op 2 juli heeft de gemeenteraad ingestemd met het plan van aanpak vervolgonderzoek samenwerking H2O. Daarmee is een traject uitgezet dat duidelijkheid moet opleveren op welke wijze concreet met H2O wordt verder gegaan: bestuurlijke fusie, ambtelijke fusie of meervoudige samenwerking. Behalve deze H2Osamenwerking, speelt er meer op gebied van samenwerking in onze regio”. Volgens de VVD is het niet deze H2O samenwerking, maar de mogelijke H2O samenwerking. Echt schokkend is dat de toegezegde wederzijdse inhuur en kennisuitwisseling niet genoemd wordt bij de opsomming van samenwerkingsmogelijkheden. De unanieme, ondersteunde motie van de raad, waar deze vorm van samenwerking toegezegd is, om meegenomen te worden in het onderzoek, heeft het college dus duidelijk allang naast zich neergelegd. Tijdens de bijeenkomst in Groot Stokkert was de richting ook al duidelijk merkbaar. De niet onpartijdige leiding van deze avond door de heer Ter Braak, directeur van het onderzoeksbureau Wagenaar Hoes en zijn gecensureerde conclusies aan het eind van de bijeenkomst, onderstreepten dat. Bovendien was aan de uitgereikte tekst bij de opgesomde, mogelijke samenwerkingsvormen nog snel de wederzijdse inhuur en kennisuitwisseling toegevoegd, maar er werd verder niet meer over gesproken. Waarschijnlijk is het college dit ook vergeten toe te voegen in dit stuk. Het is nu niet het moment om hier verder op in te gaan. Maar wij maken ons grote zorgen over de voortvarendheid van ons college. De VVD waarschuwt hen met nadruk om in de vervolgbijeenkomsten met andere colleges deze vorm van samenwerking in het onderzoek mee te nemen en serieus uit te zoeken en daarbij uitvoering te geven aan de motie van de raad. De VVD accepteert geen onderzoeksrapport zonder uitwerking van kennisuitwisseling en wederzijdse inhuur. Van der Linde: De ChristenUnie-SGP onderstreept een aantal opmerkingen van de VVD. Zij nodigen het college uit om met name in te zetten in een strategische samenwerking in H2O-verband, een ambtelijke samenwerking. Andere mogelijkheden moeten duidelijk gecommuniceerd worden. Ook richting de burgers. Ook geen nieuws is eigenlijk wel nieuws. Horst: Hij sluit zich aan bij zijn voorgangers over de wederzijdse inhuur. Dat moet in het voorstel terugkomen. Ook hij was verbaasd over het zinnetje de Stedendriehoek was in beeld. Het onderzoek is toch nog lang niet klaar? Hij mist ook Zwolle. Daarnaast is hij bang dat kiezen voor H2O ook tegelijkertijd betekent dat er gekozen wordt voor het RNV. En waarom aansluiten bij het RNV als je al zo groot en krachtig bent? Hulsebos: D66 deelt de mening van de VVD. Staat de deur bij de gemeente Heerde wel open voor samenwerking met de gemeente Epe? Dat de gemeente Epe zich aansluit bij Heerde is logischer dan aansluiten bij de
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 2 van 8 5
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
gemeente Oldebroek. Is de gemeente Heerde soms bang voor aansluiting met de gemeente Epe omdat de gemeente Epe dan misschien de regie zal gaan voeren? Van Amerongen: Sluit zich aan bij de VVD. De communicatie naar de burgers toe open houden. Alle opties moeten op tafel komen. Zij heeft ook contacten gehad met de gemeente Epe en begrijpt de opmerking van mevrouw Pijnenburg niet dat de gemeente Epe niet zou willen instappen in deze vorm van samenwerking. We hebben immers nog niet gekozen? De prioriteiten bij H2O moeten nog allemaal bekeken worden. Pierik: Het voorstel zegt niets anders dan dat we geen beslissing nemen over deelname aan een regio totdat keuzes zijn gemaakt over H2O. Een discussie over de samenwerking H2O staat niet op de agenda. De discussie over welke gevoelens er bij diverse partijen in Epe leven over samenwerking met Heerde is al vaker gevoerd. Hulsebos: Hij vindt het een flauwe opmerking. Er zitten meerdere partijen in de commissie die het anders beleven. Van der Linde: Het antwoord van mevrouw Pijnenburg geeft weer hoe het in het verleden is verlopen. Het maakt uiteindelijk ook een groot verschil als men iemand een op een spreekt of in een commissie. Het anders beleven kan ook hier in de commissie worden uitgesproken ter verduidelijking. Pijnenburg: De gemeente Heerde kent geen enkele angst om samen te werken met een grotere gemeente. De uitnodiging is ook meerdere malen gedaan. De commissieleden zijn vrij om in contact te gaan met de raadsleden van de gemeente Epe. Maar als een grote partner niet wil, dan houdt het op en wij als gemeente Heerde moeten verder. Vanuit de commissie komt een geluid naar voren dat we eigenlijk niets willen. Als dit werkelijk het geval is, geef dit dan aan, dan kunnen we alles gelijk afblazen en hoeven we er ook geen energie meer in te stoppen. De commissie heeft ingestemd om onderzoek te doen naar een ambtelijke samenwerking. Het onderwerp van vanavond was de regionale samenwerking. De wederzijdse inhuur, die motie zijn we niet vergeten. Die wordt onderzocht onder meervoudige samenwerking en er zijn een heleboel modellen die daar onder vallen. Waarom was de stedendriehoek in beeld. Omdat de gemeente Heerde moest aantonen wat de meerwaarde was voor de stedendriehoek als Heerde zich bij de stedendriehoek aan zou sluiten. Daarom hebben wij als richting gekozen voor een strategische samenwerking met de gemeente Hattem en Oldebroek. Maar er is nog geen definitieve keuze gemaakt. Het onderzoek loopt nog. De gemeenten Hattem en Heerde worden geen lid van de uitvoeringsorganisatie van de RNV. Op sommige onderdelen zou het wel logisch zijn bijvoorbeeld bij de visie over zorg, recreatie en toerisme. Elementen die voor de gemeente Heerde belangrijk zijn. Deze elementen kunnen te zijner tijd als de gelegenheid zich voordoet, onderwerp van gesprek zijn over het wat en hoe van een strategische organisatie. Het college neemt daarbij niet zonder instemming van de raad besluiten. Bunnik: Het woord bedelen om bij de stedendriehoek aan te mogen sluiten is niet de juiste benaming. Een betere insteek zou zijn, punten aangeven waarin anderen geïnteresseerd zijn. De insteken vanuit de gemeente Epe zijn, ja tegen samenwerking en tegen wederzijdse inhuur en nee tegen ambtelijke fusie. De bijeenkomst in Groot Stokkert was een informatieve avond en daar hebben wij weldegelijk van ons laten horen. Ik heb gevraagd om de uitwerking van de stellingen, om zelf een mening te kunnen vormen van de discussies en dhr van Dijk heeft ook laten weten dat de weerslag niet correct was. De discussie over het onderzoek hoort niet in de bijeenkomst in Groot Stokkert thuis, dat was informatief. De discussie en besluitvorming hoort in de eigen raad. U geeft aan dat er heel veel ambtelijke energie ingestopt is en dat het onderzoek veel geld kost. De VVD heeft destijds duidelijk aangegeven om te stoppen na spoor 1 en dan vervolgens in de raden te bespreken of het wel dan niet verder gaan met de samenwerking zinvol is en wat er uitgezocht gaat worden, zodat geen onnodig geld wordt uitgegeven.
55
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 3 van 8 6
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
Van der Linde: De ChristenUnie-SGP deelt de mening van het college. Het gaat nu niet over H2O-verband. Hulsebos: Hij heeft destijds ook de suggestie van de VVD gedeeld om te stoppen na spoor 1 en eerst te overleggen. Pijnenburg: Vanavond hebben alle commissieleden wel een waarschuwende vinger opgestoken. De avond was ook bedoeld om de meningen van de commissieleden te horen. De informatieavond was bedoeld om een stand van zaken te geven en een afsluiting van spoor 1. Nu zijn we spoor 2 ingegaan. Het aansluiten bij de gemeente Zwolle is geen optie. We gaan naar heel veel bijeenkomsten van Zwolle. In de omgeving van Zwolle is de gemeente Heerde een belangrijke speler. In dat netwerk van Zwolle doet de gemeente Heerde mee. Deel uitmaken van een strategische regio in een wens van de provincie en dan horen wij niet bij de gemeente Zwolle. Pierik: Wil expliciet in het verslag vermeld hebben dat zij tijdens de conferentie aan Wagenaar Hoes en de griffier van Hattem vragen heeft gesteld over vragen heeft gesteld over het ontbreken van de optie wederzijdse inhuur. Pijnenburg: Het zal expliciet benoemd worden met de voor en de nadelen. Hogenbirk: Stelt het zeer op prijs dat een opmerking van een burger tot deze discussie heeft geleid. 7. Accommodatiebeleid Aan de commissie wordt advies gevraagd over de notitie accommodatiebeleid. Dit advies wordt meegenomen in de voorstellen die voor besluitvorming aan de raad worden voorgelegd. De heer Zwiers spreekt in en zijn betoog is toegevoegd. De commissieleden hebben geen vragen voor de heer Zwiers. Bunnik: De VVD had gehoopt op een stuk waarmee we vooruit konden en waar alle betrokkenen uit de sport, kunst, cultuur en welzijn, eindelijk duidelijkheid in het vooruitzicht gesteld zou worden. Helaas is dit niet het geval. In het raadsvoorstel van 28 augustus werd voor 2 oktober 2012 een discussienota in het vooruitzicht gesteld, welke op 19 december tot besluitvorming in de raad zou kunnen leiden. De VVD heeft toen al aangegeven, dat besluitvorming in december niet haalbaar is, omdat er nog heel veel onduidelijkheden en vragen zijn. De verenigingen hebben op 10 juli aangegeven dat zij voor die datum niet tot een besluitvorming kunnen komen. Er is minstens een half jaar nodig om binnen de besturen tot een besluit te komen. Deze discussienota bevestigt de absolute onhaalbaarheid. Het geeft de indruk van stikken of slikken. Het betekent dat op zijn vroegst in februari er een discussienota aan de commissie kan worden voorgelegd, die recht doet aan alle betrokkenen en een toekomst bestendig beleid geeft. Nu ligt er dus toch een discussiestuk voor, dat ons vier jaar terugzet in de tijd. Hoofdstuk 8 en 9, Nota Sport- en Sportaccommodaties zijn onlosmakelijk verbonden aan de besluitvorming in het Accommodatiebeleid. Weer wordt het Accommodatiebeleid ter vaststelling voorbereid voor de raad, terwijl besluitvorming over hoofdstuk 8 en 9 van de nota nog veel onduidelijkheid geeft. Juist die hoofdstukken zijn van grote invloed op het uit kunnen voeren van het Accommodatiebeleid. Zo zijn nu juist alle problemen uit de afgelopen jaren ontstaan! In de notitie Accommodatiebeleid onder paragraaf 1, wordt gesteld dat bij nota krimp zonder scheuren op 10 september de uitgangspunten zijn vastgesteld. Die punten zijn niet vastgesteld maar besproken. Onderaan deze paragraaf staat, ”de genoemde bedragen worden taakstellend opgenomen in de begroting en na een half jaar wordt bekeken of ze haalbaar zijn”. De begroting is nu dus onzeker? Daar gaat de Provincie nooit mee akkoord, gezien hun brief met de eis tot concrete invulling. Verder staat in Paragraaf 2, “De taakstellende bezuiniging kan alleen behaald worden op posten beheer en onderhoud buitensport”. De vraag wordt gesteld of de gemeente (vervangings)investeringen en/of investeringen voor groot onderhoud geheel of gedeeltelijk voor haar rekening gaat nemen. Door de toezegging, dat de gemeente de kosten voor het vervangen van het kunstgras voor haar rekening neemt, is deze vraag al geen vraag meer. Vervangen van kunstgras wordt volledig betaald en van gewoon gras niet. Dus hoezo streven naar gelijke en eerlijke wijze van behandelen. Overleg wordt er alleen gevoerd met de KNVB. Gelet op de huidige overcapaciteit bij de andere verenigingen, vinden wij dat niet relevant. Weer een discriminerende opstelling naar alles anders dan voetbal. Verenigingen kunnen niet verplicht worden tot inhuur van
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 4 van 8 7
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
de Felua. De Felua kan één van de partijen zijn in de keus van de verenigingen. Na privatisering heeft de gemeente hier niets over te zeggen. De indeling in 3 categorieën heeft niets met een eerlijke wijze van behandelen te maken en kan dus niet gehanteerd worden als een kapstok voor gelijke behandeling. De criteria, die alleen voor categorie 1 zwaar zouden wegen, gelden niet alleen voor voetbal en gymnastiek. Maatschappelijke participatie, gezond opgroeien van kinderen, het sociale belang van sport en sportstimulatie van jeugd en ouderen zijn argumenten, die voor alle sporten gelden en waar alle verenigingen hun verantwoordelijkheid serieus in nemen. In categorie 1 en 2 wordt als zwaar argument ‘historisch perspectief’ genoemd en ‘bovenregionale uitstraling’. Het historisch perspectief is een zeer subjectief argument en mag in een beleid tot gelijkstellen van verenigingen geen argument tot aparte status zijn. De financiële gevolgen, die dit heeft voor de verenigingen, kan in een overgangsregeling van een aantal jaren prima worden geregeld en bijdragen aan een gelijkwaardige situatie in de toekomst. Bovenregionale uitstraling is prima, maar de gemeente is verantwoordelijk voor de basisen/of kernvoorziening. Dit is dus ook geen argument voor een aparte status in het op gelijke wijze gaan faciliteren van alle verenigingen. Bovendien praten we in dit geval ook niet alleen over inwoners uit de gemeente Heerde. Het feit dat de in categorie 3 genoemde verenigingen zelf zonder steun van de gemeente voor hun accommodaties zorgdragen, maakt dat ze daar nu voor gestraft worden. De Nibag rapportages zijn er wel, maar worden niet meegnomen in de begroting Voor het aflopen van het erfpacht contract in 2029 met de Stichting Bosch Uyt den Bogaard moeten nu al besluiten genomen worden. In Paragraaf 3 staat bij de binnensport komt alleen de Faberhal ter sprake. Wat gebeurt er als de gymzaal in de MFA in gebruik is genomen en alle uren die de basisscholen dan niet meer in de Faberhal gebruiken? Wie draaien daar voor op? Toch wordt gesproken over een meeropbrengst van de huur van € 10.800, -. In paragraaf 4 staat dat het ook niet kan worden vastgesteld omdat de betrokken partners kunst en cultuur nog geen zicht op mogelijkheden hebben of nog in overleg met elkaar zijn. Allemaal open staande punten in het Accommodatiebeleid. En een nota Sport en Sportaccommodatiebeleid, waarvan hoofdstuk 8 en 9 weer niet klaar zijn voor besluitvorming. Als we echt een goed besluit willen nemen is december absoluut te vroeg. Zachte heelmeester maken stinkende wonden. De VVD roept het college op om in februari met een nieuw discussiestuk te komen, dat rechtvaardig, eerlijk en duidelijk is. Wat pijn zal doen, maar respect afdwingt. Van Amerongen: Zij is het in grote lijnen eens met mevrouw Bunnik. De notitie deugt niet en het uitgangspunt klopt niet. Hier wordt gewerkt in 3 categorieën die ook nog uit elkaar worden getrokken. Verschillende onderdelen worden net zo als voorheen gedaan. Dus graag een nieuwe notitie. De gevolgen voor sommige verenigingen zijn groot. Het wordt niet in beeld gebracht. Er moet veel meer samen gewerkt worden onder de verenigingen om beheer en onderhoud binnen de grenzen te houden. Pierik: Het is een discussienota. We praten over een richting van het college en hier neemt de commissie geen besluit over. Het is een duidelijke opsomming van waar we staan. Een lastige keuze. We hebben begrip voor het college dat de volledige uitwerking meer tijd vraagt. Of de consequenties van de indeling in de categorieën een gelukkige keuze is, is onzeker. De argumenten zijn niet sterk. Wat zijn de consequenties voor de verenigingen en wat betekent het voor de verenigingen als je onder een bepaalde categorie valt en wie krijgen wat? Als deze gegevens niet voorhanden zijn is het moeilijk te beoordelen. Het CDA kan zich wel vinden in de bezuinigingen van 154.000, - en de aanbevelingen van de Feluagroep en de afbouw van de compensatie van de binnensport. De consequenties van de vervangingsinvestering en privatisering kunnen we niet overzien. Daarvoor heeft het CDA meer informatie nodig. De fractie van het CDA gaat zich hier nog over beraden. Van der Linde: Het is een complexe materie. Hij is blij met de notitie die voorligt. De indeling in verschillende categorieën blijft ondoorzichtelijk. Het zwaarst weegt het
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 5 van 8 8
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
uitgangspunt dat de jeugd tot 18 jaar sport. Verder mist hij de categorie ouderen. Ook moet helder zijn wat er binnen de verenigingen speelt. Hierbij valt ook te denken aan spelers van buiten Heerde. De Felua gaat ons aan het hart, maar we moeten ook reëel zijn. Hoe meer de gemeente aan de vereniginen overlaat, hoe minder de gemeente er zich mee moet bemoeien. We kunnen ze niets gaan opleggen. Horst: Deelt de mening van mevrouw Pierik. De notitie ontwikkelen tot een commissie voorstel. Er moet fors bezuinigd worden en als het niet anders kan dan maar door middel van een tariefsverhoging. Het is wel belangrijk dat er geen verenigingen in problemen komen of omvallen. De consequenties voor de verenigingen moeten in kaart worden gebracht. Wat zijn de gevolgen voor de Felua als de privatisering van onderhoud bij de verenigingen doorgaat en de verenigingen keuze vrijheid hebben. Bij de vervangingsinvestering is hij benieuwd naar het fonds en wat het gaat worden? Er staan rare regelingen in de overeenkomst met de Stichting Bosch Uyt den Bogaart over molenbeek, waarbij niemand belang heeft na afloop van de erfpachtovereenkomst. Verder zijn er onderhandelingen over de geluidsparagraaf. Gaat dit over verruiming of over inkrimping? Hulsebos: In de notitie staat eigenlijk niets, alleen voornemens om een taakstelling te realiseren. Hoe wordt die taakstelling gerealiseerd? Het moet duidelijk zijn. Hoe gaan we om met onze investeringen? Gaan we eigenlijk wel privatiseren? Wat doen we wel en wat niet? Hij vindt het triest dat er geen gemeentelijke samenwerking is op sportgebied. Er ontbreekt te veel in deze notitie om een deugdelijke beslissing over te nemen. Westerkamp: In de vorige commissie is al aangeven dat het een lastige materie is. We hebben aangegeven om een constructieve discussie te voeren. De punten 8 en 9 van het accommodatiebeleid is toen om verschillende redenen niet vastgesteld. Er is gekozen voor een splitsing tussen buiten- en binnensport. Er is een enorm verschil in dekkingspercentage van de verschillende sporten. De gemeente krijgt te maken met bezuinigingen. De taakstelling is uitkomen op 154.000, -. Als het niet haalbaar is aan de lasten kant dan moet het elders vandaan worden gehaald. Bij de jeugd stellen wij een bedrag beschikbaar wat niet in deze discussie is opgenomen. Nibag gevraagd om te kijken naar een nulmeeting. Dit is nog niet inzichtelijk. Zodra dit voorhanden is komt het in de commissie. Deze notitie is naar 22 verenigingen gestuurd en één vereniging heeft gereageerd. Het college heeft aangegeven dat deze notitie een worsteling is. Hij vindt het dan ook niet passend om te roepen we kunnen er niets mee. Meedenken is een optie. En niet zoals de inspreker mee te gaan in de neerwaartse spiraal. De provincie heeft 5 sporten aangegeven die worden gesubsidieerd. Het college heeft gemeend u deze notitie voor te leggen. Het college weet ook dat het nog niet klaar is voor besluitvorming. Er is met veel verenigingen over de Felua gesproken. Felua gaat zich ook meer richten op de markt. Het gaat om 8 personen, die betrokken zijn bij de werkzaamheden aan de sportvelden. Er is overleg met de stichting over een overeenkomst met de gebruikers over de geluidparagraaf en de verruiming. Hoe de taakstelling eruit moet zien kunnen we nog niet concreet aangeven. Het fiscale voordeel is nu nog niet aan te geven. Dit ligt aan de gekozen constructie. Hoeveel leden van buiten af zich hebben aangesloten bij Heerder verenigingen is op dit moment niet bekend. In het ouderenbeleid is verder geen onderscheid gemaakt en daar is ook nog niet direct de behoefte aan ondersteuning. In de ontvangen brandbrief wil de vereniging graag weten wat de concrete voorstellen zijn en wat dat betekend. Van Amerongen: Het kenmerk van een interruptie is dat je iemand interrumpeert op het moment dat jij dat nodig acht. Terwijl daar in de beantwoording van de wethouder aan voorbij werd gegaan. Zij ziet er nu verder vanaf en wacht op de 2de termijn. Bunnik: Is erg verbaasd en teleurgesteld over de boosheid van de wethouder. Mijn inspreekstuk is negatief en daar staat zij ook volledig achter. Een goede discussie over het stuk is niet mogelijk omdat er zoveel ontbreekt. De wethouder stapt heel gemakkelijk over het historische perspectief heen. Hoezo, meedenken over vervanging, als er al besloten is tot vervanging van kunstgras. Er zitten in de notitie weinig handvaten om aan mee te werken en daarom de vraag om een beter voorstel. Van der Linde: De taakstellende bezuiniging is leidend in deze materie en iedere vereniging moet zoveel mogelijk recht gedaan worden. De voorkeur bij de ChristenUnie-SGP gaat uit naar de jeugdleden. De categorieën minder verfijnen en minder categorieën. Ook kijken in de omringende
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 6 van 8 9
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
gemeenten naar het functioneren van verenigingen en de financiering. Van Amerongen: Iedereen moet in eerlijke mate aan sport kunnen doen en daarin de keuze vrijhouden. Anders doe je de burgers daar geen recht mee. Moeten we wel zo’n categorisering hanteren. Zij heeft niet bedoeld de notitie in de prullenbak te verwijderen. Zij ziet meer in samenwerking en te beginnen met de verenigingen in Heerde zelf. Ook de zelfwerkzaamheid is in deze notitie niet te herkennen. Hier kan veel in gedaan worden. Dit moet in het accommodatiebeleid veel meer tot uiting komen. Pierik: Het college heeft geprobeerd recht te doen aan iedere situatie. We willen niet dat verenigingen omvallen. Het zou veel eenvoudiger zijn als alle verenigingen een gelijk bedrag per jeugdlid zouden krijgen, maar dit zou ook tot lastige situaties leiden. In het verleden hebben oppositiepartijen regelmatig gevraagd om meer discussiemogelijkheden in plaats van dichtgetimmerde afspraken. Die kans wordt nu geboden en daar kan de commissie nu toch tevreden mee zijn? Van Dijk-Bruins: Wij willen wel discussiëren. Dit hele stuk gaat over accommodatiebeleid, een indirecte vorm van subsidiëren van de verenigingen. Daarnaast wordt er een bedrag van 28, - per jeugdlid genoemd. Dus dit is subsidie. D66 wil graag een overzicht van hetgeen de verenigingen ontvangen, de indirecte subsidies of de echte subsidie. Wat hebben de voorstellen van de colleges voor gevolgen voor de bestaande verenigingen? Dan kunnen we ook inzicht krijgen in de situaties van de verenigingen. Hulsebos: De kosten van accommodatie en spelende leden moet met elkaar in verhouding zijn. Anders moet er naar andere mogelijkheden worden gezocht, zoals fuseren. Hoe kunnen we gaten opvullen met 0, - in de begroting? Hoe heeft dit kunnen ontstaan? Westerkamp: De provincie heeft vier kernsporten. Dit zijn judo, atletiek, wielrennen, paardrijden. In buitensport zit een groot bedrag aan kapitaallasten. De kapitaallasten lopen na verloop van jaren naar beneden. Alle verenigingen hebben een bijdrage gehad voor de natte ruimtes. Het is een gering aantal spelers dat bij de voetbalvereniging in Wapenveld actief is. De kosten zijn hoog. Het is voor een gemeentelijk bestuur ook lastig om te zeggen dat ze dwangmatig moeten samenwerken. Ook is er geprobeerd om samen te werken met het zwembad in Hattem. In de regio Noord-Veluwe wordt in beeld gebracht waar de gemeenten mee bezig zijn. Het college hoopt in de toekomst op positieve effecten bij diverse sporten. De suggesties worden meegenomen. Er wordt in Heerde geen onderscheid gemaakt van leden van buiten de gemeente. Ook hierin zullen we kijken naar de omliggende gemeenten en het inzichtelijk maken. Bögemann: Ook naar de andere gebruikers wordt gekeken, ook kunst en cultuur. De Felua is een dilemma. Westerkamp: De programmabegroting 2013 is vastgesteld en komt in de volgende commissie. De 154.000, - is als taakstelling opgenomen. Hij stelt voor een knip te maken in de categorieën buitensprot, binnensport en overige accommodaties. Het is nog niet in het college besproken, maar zou het voor de taakstellende begroting van 2013 kunnen helpen om daar een knip te maken op basis van de discussie. Voor de ene partner is meer overleg nodig dan voor een andere. Van der Linde: De ChristenUnie-SGP vindt het overzichtelijker. Horst: De PvdA sluit zich hierbij aan. Hulsebos: Ook D66 is een voorstander, mits er een strakke tijdsplanning aan is gekoppeld. Pierik: Het CDA sluit zich aan bij haar voorgangers. Van Amerongen: GROENLINKS is ook een voorstander voor de knip en het is positief dat de verenigingen niet op elkaar hoeven te wachten. Bunnik: Volgens de VVD zou het ook gunstig kunnen zijn om de knip te maken, mits de bedragen niet vastliggen. Bronsink: Gemeentebelang Boerenpartij ziet de knip tegemoet. Verenigingen zonder bestaansrecht, daar moeten maatregelen op ondernomen worden. Westerkamp: Hij gaat nogmaals in gesprek met het bestuur van de voetbalvereniging Wapenveld en de opmerkingen neutraal aan de orde stellen. Zwiers: Hij reageert graag op de opmerking van neerwaartse spiraal. Dit komt omdat op de ingebrachte woorden, niet wordt gereageerd. Geen enkele vereniging kan gelijk behandeld worden.
55
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 7 van 8 10
Raadsvoorstellen
5
8. 4e wijziging samenwerkingsregeling GGD Gelre-IJssel Vanwege de toetreding van de gemeente Hattem en wijzigingen in wet- en regelgeving moet de samenwerkingsregeling gewijzigd worden. Bunnik: Dit is een voorbeeld van een goed en duidelijk voorstel. Conclusie: De commissie stemt in met behandeling in de raad als A-onderwerp. Ter kennisneming/informatieverstrekking door college
10
15
20
25
30
35
40
9. Financiële Haalbaarheid MFA Heerde-Oost Voor kennisgeving aangenomen. 10.Verbeterplan brandweer gemeente Heerde 2008 en verder Bunnik: In hoeverre is de gemeente Heerde betrokken bij de vervanging van een voertuig (blz. 79)? Pijnenburg: Tot 1 januari 2014 voor 100%. Dan gaat de vrijwillige brandweer over. Bunnik: Wat wordt er gedaan om de 100% voor de opkomsttijd te bereiken, ook in de gebieden van de hoogwatergeul. Pijnenburg: Onlangs is er een onderzoek over aanrijdtijden gedaan en daar scoorde de gemeente Heerde goed. Bij afgelegen plaatsen is de haalbaarheid lager. De hoogwatergeul wordt in de gaten gehouden en daar zal ook een oefening worden gehouden. Slot 11.Rondvraag Den Boef: Bij vernieuwing van bedrijven staan vaak professionele reclameborden. Wat is het beleid daarover? Pijnenburg: Formeel hebben wij daar geen beleid op. Op openbare plekken accepteren wij geen reclameborden, die worden weggehaald. In de APV moet dit geregeld worden. Nu wordt vriendelijk verzocht om de borden weg te halen. (Toevoeging aan het verslag: Bestuurlijk is eerder al de wens geuit om de APV eens goed na te kijken op de bruikbaarheid voor de handhaving. De indruk bestaat dat er wat te veel is verdwenen waardoor we bij handhaving in een lege instrumentenkoffer grijpen. De bebording wordt daarbij meegenomen. Terugkoppeling van de controle van de APV op handhaving wordt opgenomen op de aandachtspuntenlijst van de commissie Ruimte). 12.Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 21.52 uur en dankt alle aanwezigen.
Bijlagen: - Betoog van de heer Zwiers - Betoog van de heer Hogenbirk - Schriftelijke bijdrage van dhr. Hennes.
verslag commissie Samenleving van 2 oktober 2012
pagina 8 van 8 11
Aan de leden van de raad van de gemeente Heerde.
SPORT: EERLIJK DE PIJN VERDELEN. Op die manier verkoopt de gemeente het verhaal aan de Stentor 26 september jongstleden. Dat hiervan naar de mening van TVW totaal geen sprake is, dat hier zou moeten staan oneerlijk de pijn verdelen, moge uit het volgende blijken. In het mondelinge betoog is al aangeven dat de notitie accommodaties die gepresenteerd wordt aan de raadscommissie als broddelwerk bestempeld kan worden en zelfs kwetsend en beledigend genoemd mag worden. Hoewel op veel onderdelen van de notitie accommodaties op velerlei zaken commentaar valt te leveren willen wij ons beperken tot commentaar op de door het college voorgestelde categorie indeling. Categorie 1. Onder deze categorie zijn 5 argumenten genoemd om onder categorie 1 te kunnen vallen, naar onze mening dient deze opsomming met nog minstens 2 belangrijke onderwerpen aangevuld te worden. 1. Sport is van essentieel belang etc. Naar onze mening is dit volledig van toepassing op de tennis, tennis is niet beperkt tot jongeren t/m 18 jaar, maar toegankelijk voor alle actieve sporters van alle leeftijden. 2. De maatschappelijke participatie etc. Hoewel de aantallen minder groot is het raar te veronderstellen dat ook dit argument niet van toepassing is op de tennis. 3. Sporten in teamverband etc. Ook hierin scoort de tennis 100%, hoewel de teams in competitie verband wat kleiner zijn ( 4‐8), is ook deze regel 1 op 1 van toepassing bij de tennis. 4. Richten op de jeugd en mensen met een beperking etc. Het is goed om hier wat meer bij stil te staan. In dit verband durven wij te stellen dat TV Wapenveld zich meer dan welke andere buitensportvereniging binnen Heerde, richt op zowel jeugd als mensen met een handicap. Voorbeelden: ‐ Jaarlijks worden alle basisscholen van Wapenveld uitgenodigd om kennis te maken met sport en het onderdeel tennis, onder leiding van een gediplomeerd tennisleraar. ‐ Jaarlijks wordt er een bovenregionaal jeugdtoernooi georganiseerd, het Jacco Eltingh jeugdtoernooi.
1 12
‐ TVW heeft zich als enige vereniging opengesteld voor rolstoeltennis en biedt hiertoe de mogelijkheid in het les en trainingsprogramma. Tennis verenigingen in de regio verwijzen rolstoel tennissers daarvoor door naar TVW.
5. Historisch perspectief etc. Als dit argument aangevoerd wordt om alles maar bij het oude te laten, dan was de hele heisa van de laatste vier jaar niet nodig geweest en had er veel geld en tijd bespaard kunnen worden. Wat gezien de tekorten hard nodig is. 6. Toegevoegd argument. Landelijk wordt wegens de toenemende vergrijzing sport voor ouderen gestimuleerd, een argument wat in deze opsomming als belangrijk item ontbreekt. Een gemiste kans voor een gemeente waar de vergrijzing ver boven het landelijk gemiddelde uitstijgt. 7. Toegevoegd argument. Belangrijk argument zou kunnen zijn het stimuleren van vrouwen aan team sport. Met name tennis is hier een goed voorbeeld van waarbij vrouwen zelfs tot ver boven de 70 deelnemen aan de actieve sport. Hoewel wij menen voldoende argumenten te hebben aangeleverd, ontkomen wij er toch niet aan om op het feit te reageren waarom nu juist alleen de voetbal scoort in categorie 1. Jong en oud en mensen met een beperking kunnen aan voetbal deelnemen. ‐ Hierbij wordt volledig voorbijgegaan aan het feit dat slechts één van de 5 voetbalverenigingen zich heeft opengesteld voor de zogenaamde G‐sport. In tegenstelling tot TVW die juist rolstoel tennis bevordert. Inmiddels zijn ook 3 rolstoeltennissers daadwerkelijk lid van TVW. ‐ Hierbij wordt in tegenstelling tot de tennis voorbijgegaan aan het feit dat actief deelnemen van ouderen bij voetbal slechts een beperkt begrip is.
Ten aanzien van de argumentatie rond de maatschappelijke participatie is dit zelfs kwetsend te noemen voor de tennisleden, omdat dit alleen benoemd wordt bij de voetbal. Binnen TVW zijn net als bij de voetbal een groot aantal leden betrokken bij vrijwilligers taken. Op de 350 senioren leden zelfs meer dan 50%. Hierbij is niet eens rekening gehouden met het feit dat ook niet lid zijnde ouders zich bij diverse zaken voor de kinderen inzetten, zoals begeleiding etc.
Ja zeker voetbal is de nummer 1 sport van Nederland, met als goede opvolger de tennis als 2e nationale sport. Dat hieruit moge blijken dat er meer jeugdleden zijn bij de voetbal is evident, het is echter onzin dit verschil zo extra te accentueren. De gemeente Heerde rekent al af met dit verschil door een subsidie toe te kennen per jeugdlid, aan de in de gemeente woonachtige jeugdleden. 2 13
Voetbal verplicht deelnemers in groter verband te denken etc. Een argument dat 1 op 1 van toepassing is op de tennis. Ook tennis speelt in competitie verband met teams, ook hier is sprake van teleurstellingen waarbij geïncasseerd moet worden. Tennis kent de indeling naar speelsterkte en het reserve staan. Juist de tennis zou op dit punt zelfs hoger moeten scoren dan de voetbal. TVW heeft het door de tennisbond gepromote systeem Tenniskids ingevoerd. Bij dit systeem staat het behalen van doelen en diploma’s centraal en is trainen en het spelen in competitie verband uitgangspunt om de kinderen te leren tennissen. Daarbij wordt ook nog eens aandacht besteed aan het in acht nemen van de juiste gedragsregels.
Landelijk gezien is voetbal sport nr. 1 etc. Dat het WK en EK veel los maakt is juist, echter wordt hierbij gemakshalve wel aan voorbijgegaan dat bij dit soort evenementen ook allerlei negatieve krachten worden losgemaakt, die zich in de voetbal wereld niet alleen beperken tot dit soort grote festiviteiten. En laten we er niet om heen draaien zelfs regionaal voorkomen. Gezegd mag worden dat dit verschrikkelijke fenomeen vrijwel niet voorkomt bij andere sporten.
Het laatste 5e argument is het enige wat argument wat naar de mening van TVW hout slaat. Beter was het echter geweest om een eerlijker en objectievere afweging’s methode te gebruiken, bijvoorbeeld zoals wij schriftelijk hebben aangedragen en volledig door de gemeente is genegeerd.
Categorie 2. Hoewel het niet in onze bedoeling ligt mede buitensporten in een ander daglicht te stellen bevreemd het ons ten zeerste dat in categorie 2 de Gemzen zijn opgenomen. Nog los van de onverklaarbare argumentatie rond het sportpark Molenbeek. Dat de skeelerclub in dit verband genoemd wordt in het rijtje met bovenregionale uitstraling is terecht. Om nu hiermee de Gemzen op gelijk niveau te zetten lijkt ons op zijn minst erg overdreven. Waarom wordt bij TVW niet het argument gehanteerd van bovenregionale uitstraling als met name een jaarlijks Jacco Eltingh jeugdtoernooi wordt georganiseerd met deelnemers uit de provincies Utrecht, Overijssel, Gelderland, Drenthe en de IJsselmeerpolders? Een toernooi wat wellicht volgend jaar op de rankin lijst gaat komen, waarbij dan zelfs sprake zal zijn van landelijke deelname. Moet in deze overweging niet mee genomen worden dat in tegenstelling tot de vele andere sportverenigingen het ledenbestand van de Gemzen voor een groot deel bestaat uit leden van buiten de gemeente en dat juist deze gemeenten in de kosten zouden moeten bijdragen, zeker als bovenregionaal hier als argument opgevoerd wordt? Overige zaken: Hoewel nog veel meer is aan te merken op de notitie, tot slot nog een opmerking over categorie 3. Op blz. 8 staat onderaan nog een vreemde opmerking dat er sprake is van overcapaciteit bij de tennis, dus vanwege de normen zijn hier geen problemen te verwachten. Voor zover dit het aantal banen betreft klopt dit. Echter normen gaan niet alleen over het aantal banen maar betreft veel meer zaken waarvoor wij al eens aandacht gevraagd hebben.
3 14
Met vriendelijke groeten; Het bestuur van Tennis Vereniging wapenveld.
4 15
16
Mevrouw de voorzitter, leden van de commissie. Dank dat ik de gelegenheid krijg in te spreken. Mijn naam is Hogenbirk, ik spreek als betrokken inwoner van Heerde in, op agendapunt 8 van uw agenda. Ik baseer mijn informatie op wat op de site van de Gemeente Heerde staat en het voorliggende voorstel. Ik weet niet of en zo ja welke intenties tijdens de afgelopen bijeenkomst zijn geuit. De reden waarom ik inspreek is, dat ik mij zorgen maak om de sluipende wijze waarop wij, zonder enige inbreng van de burger, getrokken worden in een steeds nauwere samenwerking met de gemeenten Hattem en Oldebroek. Ik vraag me daarbij af, wie heeft daar het meeste belang bij, Hattem, omdat het klein is, of Oldebroek gezien de bestuurlijke mutaties en de problemen in het ambtelijk apparaat? Maar wat is het belang van Heerde, toekomstige problemen bij deskundigheid en capaciteit? Of zijn er nog andere motieven? En zijn die eventuele problemen niet anders op te lossen? Hoewel steeds wordt gesuggereerd dat er geen onomkeerbare besluiten zullen worden genomen, leert mijn jarenlange ervaring als ambtenaar en adviseur, dat dit sluipende proces, als dit zo doorgaat, op termijn zal leiden tot een gemeente N.O – Veluwe. Ter voorbereiding op dit proces is in de raadsvergadering van januari 2012 het Rapport Andersson Elffers, Felix gepresenteerd, met 7 mogelijkheden variërend van geen samenwerking tot volledige fusie. Wagenaar, Hoes heeft een vervolgonderzoek gedaan. Op basis daarvan is door het college bij de raadsvergadering van juli aan de Raad voorgesteld aan Wagenaar Hoes de opdracht gegeven het onderzoek voort te zetten, met daarin Een realistische vergelijking tussen : ambtelijke fusie bestuurlijke fusie meervoudige samenwerking De mogelijkheid van ( wederzijdse) inhuur genoemd door Andersson c.s., die verre de voorkeur verdiende, zeker als U de factoren kwaliteit en bestuurbaarheid en democratische controle zwaarder liet wegen, werd niet voorgesteld. Op mijn initiatief is via de CDA fractie toen alsnog een motie ingediend om de onderzoeksopdracht uit te breiden met (weder) zijdse inhuur. Door de coalitie partijen werd helaas het voorstel als amendement in te dienen niet ondersteund. De motie is aangenomen. Het gevolg is nu, dat in het voorstel dat vanavond voorligt, de wederzijdse inhuur niet wordt genoemd. Is dit tekenend voor de wijze waarop democratische besluitvorming in de toekomst in dit samenwerkingsverband zal plaats vinden? Ik pleit er dan ook voor dat de raad voet bij stuk houdt en alsnog wederzijdse inhuur als afzonderlijke mogelijkheid laat onderzoeken Op deze wijze houdt U als raad meer opties open en wordt een eventuele toekomstige samenwerking met Epe niet onnodig geblokkeerd. Waarom ben ik zo tegen een samenwerking, eventueel gevolgd door een fusie met Oldebroek? Als ik een oude Heerdenaar over een mogelijk samengaan vraag zegt die me, we gaan toch niet de bult over? De gemeente Oldebroek hoort qua landschap en mentaliteit van de bevolking bij de Noord Veluwe. Hattem, Heerde en Epe, samen de Oost - Veluwe, horen qua mentaliteit van de bevolking, qua landschap, de natuur van Molecaten tot de Kroondomeinen, de IJssel, het Kanaal met zijn ontwikkelingsmogelijkheden, de Dorpenweg, de A 50, twee scholengemeenschappen, voldoende industrieterreinen veel meer bij elkaar dan met Oldebroek. Kortom houdt de mogelijkheid open om in de toekomst nauwer samen te werken met Epe. Ga voor H2E in plaats van H2O. Hattem en Heerde behoren bij de eerste dertig meest aantrekkelijke gemeenten in NL om te wonen, Epe op plaats 86, maar Oldebroek op plaats 236! 1
17
In dat geval zou Oldebroek kunnen samengaan met Elburg, beide Noord - Veluwe Als ik dit aan raadsleden en college leden voorstel, stelt men Epe “wil niet”. Maar wie wil miet in Epe? De Raad daar heeft in een motie aan het Eper College gevraagd om een eventuele samenwerking met Heerde te onderzoeken. Het Eper college werd echter afgewezen met de opmerking dat het lopende proces met H2O nu te veel aandacht vroeg. Maar kun je dan verwachten van Epe, dat ze als laatste aansluit bij de drie gemeenten en eventueel deel uitmaken van een regio tot en met Harderwijk inbegrepen Meerzicht? Mijn oproep aan U geef het College opdracht alsnog de motie van de juli raadsvergadering uit te voeren. Neem geen onomkeerbare besluiten en houdt de optie van een Gemeentelijk samenwerkingsverband op de Oost – Veluwe open. Ook de nu voorliggende strategische verkenning heeft daar invloed op. Leeftijdgenoten zeggen me, je inspanningen hebben geen zin, het is trekken aan een dood paard, alles is al beslist. Zo ben ik niet gebakken, ik verzet me tegen deze wijze van besluitvorming, waarin de bevolking niet wordt gekend. Heerde heeft in het verleden al te veel geld verloren met het in- en uitstappen van samenwerkingsverbanden. Bij mijn uitgeschreven inspraak heb ik de relevante kaartjes en een vergelijking aantallen inwoners en oppervlakte gevoegd. Ik hoop dat de griffier zo vriendelijk wil zijn die aan de raad te willen verspreiden Ik dank U voor uw aandacht
Bijlage 1 en 2 . Vergelijking wederzijdse inhuur versus back-office fusiesamenwerking Andersson. Bijlage 3 Kaartje H2O Bijlage 4 Kaartje H2E Bijlage 5 Vergelijking inwoneraantallen en oppervlakten
2.
18
Schaal voor nadelen
Score +/_
III (wederzijdse inhuur)
Kwaliteit
Nadeel- + voordeel
Voordeel
+/_
Neutraal
Kwetsbaarheid
Nadeel- + voordeel
Voordeel
+
Voordeel
Efficiëntie,productiv Nadeel- + iteit voordeel
Voordeel
-
Nadeel
Bestuurbaarheid & democratische controle
Nadeel- +/voordeel
Neutraal
-
Nadeel
Transactie- en coördinatie kosten
Hooglaag
+
Laag
-
Hoog
Investeringskosten
Hooglaag
+
Laag
-
Hoog
Totaal
5+, 1 +/-
VI Back-office fusie samenwerking
1+,1+/-,4-
19
Tabel 2 Schaal voor – nadelen
Score +/_
III(Wederzijdse) inhuur
VI Back-office fusiesamenwerking
Kwaliteit x2
Nadeel- ++ voordeel
Voordeel
2 +/_
Neutraal
Kwetsbaarheid
Nadeel- + voordeel
Voordeel
+
Voordeel
Efficiëntie,product Nadeel- + iviteit voordeel
Voordeel
-
Nadeel
Bestuurbaarheid & Nadeel- 2+/democratische voordeel controle x2
Neutraal
-2
Nadeel
Transactie- en Hoogcoördinatie kosten laag
+
Laag
-
Hoog
Investeringskosten Hooglaag
+
Laag
-
Hoog
Totaal
6+, 2 +/-
1+,2+/,5-
20
21
22
Vergelijking inwonertal en oppervlakte Gemeente
Heerde
Hattem
Oldebroek
Totaal
Inwoneraantal
18013
11762
22951
52726
Oppervlakte
89,39 km2
24,28 km2
98,78 km2
212,45 km2
Gemeente
Heerde
Hattem
Epe
Inwoneraantal
18013
11762
32542
62317
Oppervlakte
89,39 km2
24,28 km2
157,25 km2
270,92 km2
Rangorde landelijke Waardering Gemeenten volgens Bouter d.d. 28 juni 2012 Hattem 6 Heerde 27 Epe 86 Oldebroek 236 !!!
23
Heerde, 29 september 2012. Geacht College en leden van de Commissie Samenleving Met grote verbazing en ontsteltenis hebben wij als bestuur van tennisvereniging HLTC kennis genomen van de Notitie Accommodatiebeleid. Al 4 jaar is er met diverse sportverenigingen gesproken over het Accommodatiebeleid binnen onze gemeente. Ook wij hebben aan een aantal van deze besprekingen onze bijdrage geleverd. Uitgangspunt bij al deze besprekingen was de stellingname van de gemeente: De gemeente wil alle sportverenigingen aan elkaar gelijk stellen. Er bestaat geen onderscheid meer tussen eigendomsituaties en beschikbare financiële middelen in geval van vervanging en of onderhoud. Wij hebben ons gerealiseerd dat deze stellingname voor de gemeente grote financiële consequenties heeft. Dat de gemeente daar iets aan wil veranderen is begrijpelijk en zeker nu er bezuinigd moet worden. Echter, het beleid dat nu wordt voorgesteld in de Notitie Accommodatiebeleid komt ons zeer onrechtvaardig voor. De opdeling van de buitensportverenigingen in 3 categorieën met de bijbehorende argumentatie is een schoffering voor de tennissport. Dragen wij als vereniging dan niet bij aan het gezond opgroeien van onze jeugd? Doen wij dan niet aan maatschappelijke participatie? Wordt er bij ons dan niet in gezinsverband getennist? Wordt er bij ons niet in teamverband gesport? U kunt moeilijk ontkennen dat al deze aspecten bij de tennissport in hoge mate wel van toepassing zijn en soms zelfs nog meer dan bij de voetbalsport. De gebruikte argumentatie om alleen het voetballen onder categorie 1 te laten vallen, is volgens ons volstrekt onterecht en discriminerend voor onze vereniging. Het lijkt er op dat de argumentatie bij deze categorie-indeling alleen maar is verzonnen om de voetbalverenigingen te bevoordelen ten opzichte van de andere verenigingen. Wij stellen u dan ook voor om af te stappen van deze discriminerende categorie‐indeling en over te gaan tot een eerlijke verdeling van de beschikbare middelen voor de buitensportverenigingen. Wij beseffen ons goed dat het beleid waarbij het merendeel van de subsidie altijd is verstrekt aan de voetbalverenigingen niet van de een op de andere dag kan worden veranderd. De Notitie die nu voor ligt verandert echter niets aan de situatie voor de verenigingen die in categorie 3 vallen. De Nota is daar zelfs ook nog onduidelijk over. Enerzijds wordt er gezegd dat er geen redenen worden gezien om de huidige situatie te gaan veranderen en anderzijds wordt er gesproken over een eventuele tegemoetkoming voor (vervangings)investeringen. Heldere voorstellen zijn noodzakelijk om tot goede besluitvorming te komen. Deze notitie is niet helder en is discriminerend, onrechtvaardig en gebaseerd op onjuiste aannames. Als HLTC blijven wij te allen tijde bereid om met u op een constructieve wijze te overleggen over een eerlijke en rechtvaardige verdeling van de geldelijke middelen over de buitensportverenigingen. Met vriendelijke groeten Auke Hennes Voorzitter HLTC
24
Aandachtspuntenlijst commissie Samenleving vergadering van 27 november 2012 Nr
Vergadering
86 8 december 2009 11 januari 2011 2011 31 januari (raad) -02 12 juni
2011 -09 2012 -03
3 oktober (ruimte) 14 februari - 28 augustus
2012 14 februari -04 - 28 augustus
2012 14 februari -05 - 28 augustus
Onderwerp
Toelichting
Planning afhandeling
Kulturhus Wapenveld
Informatienota, stand van zaken
n.n.b.
Verordening beheer en gebruik gemeentelijke begraafplaatsen Bedrijfsvoering
Verordening 4e kwartaal doorlichten en vraag over aanwezigheid bij ruiming hierbij betrekken. Agenda beleidsnota’s 4e kwartaal²
Projectopdracht Wwnv
Informatienota
n.n.b.
(Beleidsnota Verordeningen) Informatienota
n.n.b.
Ja
LO/ ON
(Deel(beleids)nota Verordeningen) Informatienota
n.n.b.
Ja
LO/ ON
Januari 2013
Nee
December 2012
Ja
LO/ ON LO/ ON
November, raad december 2012 raad december 2012 (geknipt onderdeel)
Ja
n.n.b.
Nee
Projectopdracht
AWBZ decentralisaties
Projectopdracht jeugdzorg
Relatie met Meerjarenplanning Ja
Nee
Afd
Lo/ On Pu/ Bu
Ja (niet BV rechtstreeks) Ja LO/ ON
(T.k.n. besluitvorming over regiokeuze Conferentie
2012 14 februari -06 2012 14 februari -07 8 mei
Odyssee
2012 14 februari -11 2012 12 maart -12 (raad) - 2 oktober
MFA HeerdeOost Sport en sportaccommodatiebeleid
2012 28 augustus -15
Pannakooi
MFA HeerdeOost
Versie, 14 november 2012
Vaststelling strategiedocument) Bevindingen zondagsopenstelling Rapportage over de locatie, omvang en inrichtingspakket van de gymzaal met 2 opties Definitieve besluitvorming Definitieve besluitvorming volgens planning, knip in 3 categorieën Herplaatsing
LO/ ON LO/ ON
Ja
LO
25
2012 17 september -16 (raad)
2012 17 september -16 (raad)
2012 22 oktober -17 (raad)
Integraal beleidsplan gemeentelijke schulddienstverl ening H2O 2012-2016 Motie 2012-15 CDA, CU-SGP, VVD en D66, onderzoek spreekuur stadsbank in Heerde
Subsidieverzoek voedselbank
Terugkoppeling uitbreiding prestatieindicatoren
Februari
Nee
PU
de raad over dit onderwerp binnen 3 maanden terug te koppelen in een notitie waarin de kosten en mogelijkheden goed in beeld zijn gebracht; Stand van zaken, toezegging wethouder
Januari
Nee
PU
November³
Nee
PU
¹ 2011-02 De verordening beheer en gebruik gemeentelijke begraafplaatsen wordt doorgeschoven naar het 1ste kwartaal 2013. Voor de afhandeling staan nog 2 punten open, de onderwerpen “het niet ruimen van graven” en “terugkopen graven”. Hierover zal overleg worden gevoerd met vertegenwoordigers van de fracties. ² 2011-09 Het model voor het inzichtelijk maken van de te behandelen beleids- en beheerplannen (inclusief door te voeren actualisaties) is zo goed als gereed. De invulling moet afgestemd worden met de afdelingsplannen van de verschillende afdelingen voor 2013, het punt wordt daarom doorgeschoven naar de commissie van januari. ³ 2012-17 De termijn van november is niet haalbaar gebleken omdat het overleg met de buurgemeente Epe nog gaande is.
Versie, 14 november 2012
Blad 2
26
Raadsvoorstellen
27
Raadsvoorstel Raadsvergadering 17 december 2012 Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Publiek/P. Paalman/0578-699564/
[email protected] Portefeuille H.A.M. Bögemann Programma Werk, Inkomen en Zorg
Agendapunt 6
Onderwerp Gewijzigde ontwerpbegroting 2013 Felua-groep
De raad besluit om: Als zienswijze er bij de Felua-groep op aan te dringen voor 2013 én volgende jaren met een sluitende begroting te komen en de uitstroom naar regulier werk te bevorderen. Inleiding De Gemeenschappelijke Regeling Felua-groep wordt gevormd door de gemeenten Apeldoorn, Epe en Heerde. De gemeenten ontvangen middelen van het rijk om hiermee de plaatsingen in het kader van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) te bekostigen. In ons geval is de Felua-groep het sociale werkvoorzieningbedrijf dat de Wsw uitvoert. In zijn vergadering van 4 juni 2012 heeft de gemeenteraad van Heerde besloten als zienswijze in te stemmen met de ontwerpbegroting 2013, met als uitdrukkelijk streven een sluitende begroting (er werd toen een tekort van € 783.000 verwacht). Gebaseerd op de meest actuele gegevens heeft de Felua-groep de ontwerpbegroting 2013 aangepast. Het Dagelijks Bestuur van de Felua-groep, bestaande uit de portefeuillehouders van de drie gemeenten, heeft hiermee ingestemd. Bevoegdheid / Juridisch kader Wsw Op grond van artikel 27, lid 4 van de GR kunnen de raden van de deelnemende gemeenten hun gevoelens/zienswijze over de ontwerpbegroting aan het Dagelijks Bestuur van de Felua-groep kenbaar maken. Eerdere besluitvorming en kaders Besluit 4 juni 2012: als zienswijze in te stemmen met de ontwerpbegroting 2013, met als uitdrukkelijk streven een sluitende begroting. Beoogd effect Een doelmatige uitvoering van de Wsw. Argumenten Gewijzigde koers Het wetsvoorstel Werken naar vermogen (WnV) is door de val van het kabinet Rutte controversieel verklaard. Bij de ontwerpbegroting 2013 was deze beoogde wet met de daarmee samenhangende vergaande bezuinigingen nog het uitgangspunt. De versie van nu is net als eerder geënt op de door Cedris (de brancheorganisatie voor sociale werkgelegenheid & arbeidsintegratie) afgegeven voorlopige taakstelling, in dit geval voor 2013. Hierbij is zoveel mogelijk rekening gehouden met de zienswijze van uw raad. Een belangrijke financiële peiler is de begrote toename van de omzet uit
1/2
28
plaatsingen. Daarnaast is het algemene uitgangspunt dat de huidige exploitatie op gelijke wijze wordt voortgezet. Verder is er een extra focus op het plaatsen van doelgroepmedewerkers. Het verleden leert dat de Felua-groep telkens een realistische inschatting voor de begroting maakt. Doorkijk ontbreekt In afwijking van voorgaande edities heeft de Felua-groep dit keer helaas geen meerjarenbegroting opgesteld. Omdat daardoor een meerjarenperspectief ontbreekt, is het lastig om het effect van de kostenbesparende maatregelen terug te zien in de komende jaren. Het is geen verplichting maar wel gebruikelijk om met een meerjarenbegroting te werken. Daarom is het zaak dat dit alsnog gebeurt. Wachtlijst Heerde heeft opnieuw te maken met een vermindering van de taakstelling. Direct gevolg is dat de wachtlijst van personen met een Wsw-indicatie verder oploopt. Omvatte de wachtlijst een aantal jaren geleden nog 3 personen, nu - eind augustus 2012 - zijn dat er 14. Alleen al vanuit dit gegeven is er reden genoeg om de Felua-groep te verzoeken alles in het werk te stellen om de uitstroom naar regulier werk te bevorderen. Omdat de wachttijd kan oplopen tot twee of drie jaar, beoordeelt de gemeente op individuele basis of de personen op de wachtlijst via het GildenHus of door middel van vrijwilligerswerk arbeidsmatige activiteiten kunnen verrichten. Zienswijze In het vervolg op de eerdere zienswijze wordt voorgesteld er bij de Felua-groep op aan te dringen voor 2013 én volgende jaren met een sluitende begroting te komen en de uitstroom naar regulier werk te bevorderen. Kanttekeningen Het gedachtegoed achter WnV wordt in “Den Haag” breed gedragen. Het is dan ook aannemelijk dat de volgende regering met een vergelijkbaar wetsvoorstel komt. En het laat zich aanzien dat er opnieuw bezuinigingen worden doorgevoerd. De mate waarin is de onzekere factor. Financiën Geen gevolgen gemeentebegroting De gewijzigde ontwerpbegroting 2013 laat een tekort van € 334.000,00 zien. Er wordt al een aantal jaren geen gemeentelijke bijdrage meer bovenop de rijkssubsidie verstrekt. Dat is op voorhand voor 2013 ook niet nodig. Het over 2013 te verwachten tekort wordt door de Felua-groep uit haar eigen reserves opgevangen. Uitvoering Door de Felua-groep. Advies commissie Dit wordt ingevuld nadat het advies is behandeld in de commissievergadering. Heerde, 23 oktober 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Raadsbesluit; Ter inzage: 2. Gewijzigde ontwerpbegroting 2013 Felua-groep.
2/2
29
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 27 december 2012; gelet op artikel 27, lid 4 van de Gemeenschappelijke Regeling Felua-groep; besluit: Als zienswijze er bij de Felua-groep op aan te dringen voor 2013 én volgende jaren met een sluitende begroting te komen en de uitstroom naar regulier werk te bevorderen. Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 27 december 2012. griffier,
Bijlage 1: 14-11-2012
voorzitter,
1/1 30
Bijlage 2: 14-11-2012
31
Bijlage 2: 14-11-2012
32
Bijlage 2: 14-11-2012
33
Bijlage 2: 14-11-2012
34
Bijlage 2: 14-11-2012
35
Bijlage 2: 14-11-2012
36
Bijlage 2: 14-11-2012
37
Bijlage 2: 14-11-2012
38
Bijlage 2: 14-11-2012
39
Bijlage 2: 14-11-2012
40
Bijlage 2: 14-11-2012
41
Bijlage 2: 14-11-2012
42
Raadsvoorstel Raadsvergadering 17 december 2012 Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Bedrijfsvoering/L. Liefers/0578-699501/
[email protected] Portefeuille W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen Programma Bestuur
Agendapunt 7
Onderwerp Formatie griffie
De raad besluit om: De formatie van de griffier met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2012 structureel uit te breiden met 4 uur per week naar 32 uur per week. De formatie van de plaatsvervangend griffier vanaf 1 oktober 2012 uit te breiden met 1 uur per week en de formatie van notuleer-uren terug te brengen met 1,44 uur per week. Inleiding De werkgeverscommissie heeft voorgesteld om de uren van de griffier beperkt uit te breiden. Daarnaast blijkt uit de urenverantwoording dat het wenselijk is om de uren van de plaatsvervangend griffier beperkt uit te breiden en deze in te wisselen voor de notuleer-uren. Aangezien deze functie door dezelfde persoon wordt uitgevoerd kan deze formatieverschuiving kostenneutraal plaatsvinden. Bevoegdheid / Juridisch kader Gemeentewet, artikel 107. Beoogd effect De werkdruk binnen de griffie verminderen waardoor de kwaliteit van het werk op peil blijft. Argumenten - De fractievoorzitters hebben gesignaleerd dat de werkdruk binnen de griffie hoog is; - Met de urenuitbreiding moet voorkomen worden dat de kwaliteit van het werk onder de werkdruk gaat lijden. Nu blijven een aantal taken structureel liggen; - Uit de urenverantwoording van de griffier kan opgemaakt worden dat de huidige formatie niet toereikend is. - Er is nu een beperkte ruimte beschikbaar voor aanvullende taken; - Door de huidige werkdruk is er geen ruimte voor scholing, terwijl daar wel behoefte aan is; - De werkgeverscommissie heeft het aanbod gedaan voor structurele formatieuitbreiding; Kanttekeningen - Voor de extra kosten voor formatieuitbreiding moet dekking worden gezocht; - Er wordt zeer kritische gekeken naar vacature-invulling en formatieuitbreiding voor de ambtelijke organisatie.
1/2
43
Financiën
Totaal loonkosten
Loonkosten Huidig 61940,12
Extra loonkosten
8718,11
Loonkosten Nieuw 70658,23
De extra loonkosten moeten bijgeraamd worden in de voorjaarsnota 2013. Communicatie Communicatie naar direct betrokkenen. Uitvoering Team Bedrijfsadvisering Advies commissie Dit wordt ingevuld nadat het advies is behandeld in de commissievergadering. Heerde, 13 november 2012 Namens de werkgeverscommissie van de raad, drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen , burgemeester
Bijlagen: 1. Raadsbesluit; 2. Werkplan griffie 2012.
2/2
44
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; Gelet op het aanbod van de werkgeverscommissie; gelet op artikel 107 van de gemeentewet; besluit: De formatie van de griffier met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2012 structureel uit te breiden met 4 uur per week naar 32 uur per week. Daarnaast de formatie van de plaatsvervangend griffier met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2012 uit te breiden met 1 uur per week en de formatie van notuleer-uren terug te brengen met 1,44 uur per week.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 17 december 2012. griffier,
Bijlage 1: 14-11-2012
voorzitter,
1/1 45
Werkplan Griffie Heerde 2012
Terugblik en blik vooruit
www.heerde.nl Bijlage 2: 14-11-2012
46
Inhoudsopgave 1. Aanleiding 2. Doel van het plan 3. Taken van de griffie 4. Taakopvatting van de griffier 5. Ambitie van de raad 6. Bedrijfsvoering griffie 7. Terugblik werkzaamheden vanaf 2009 8. Blik vooruit Bijlagen activiteiten van de griffie en bronvermelding
2 2 2 3 3 4 6 7 8
Griffie Heerde 26 September 2012
Bijlage 2: 14-11-2012
47
1. Aanleiding Op de griffie wordt het werk gedaan zoals het komt en grotendeels geleid door het vergaderrooster. Maar soms is het goed om er even bij stil te staan wat we doen, of we op de goede weg zijn, wat we vast moeten houden en wat we misschien moeten veranderen. De griffie Heerde heeft tot op heden nooit een afdelingsplan uitgebracht terwijl het sinds een paar jaar al wel een wens is. De hoogste tijd dan ook om hiervoor een basis te leggen en deze jaarlijks bij te stellen. In dit plan wordt teruggekeken naar de periode 2009-2012, expliciet stilgestaan bij de 2e helft 2012 en reeds vooruit gekeken naar 2013. 2. Doel van het plan De bedoeling van dit plan is om te beschrijven wat de reguliere taken van de griffie zijn en hoe deze zijn georganiseerd. Daarnaast wordt aan de hand van de ambities voor de lopende raadsperiode aangegeven hoe hieraan vorm gegeven kan worden. Samen vormen deze elementen de input voor het werkplan griffie Heerde 2012, terugblik en blik vooruit. 3. Taken van de griffie Binnen de griffie worden de volgende taken onderscheiden: a. de reguliere administratieve werkzaamheden: zoals de stukkenstroom voor de raads- en commissievergaderingen, auditcommissie, rekenkamer, vergaderingen voorbereiden van agendacommissie en het fractievoorzittersoverleg, ingekomen stukken en notulering; b. communicatieve zaken: uitbrengen van de wekelijkse nieuwsbrief voor de raad, aankondigen van de vergaderingen, terugkoppeling van de raadsvergadering en uitvoering geven aan het communicatieplan; c. facilitaire zaken: zoals het regelen van de vergoedingen voor steunfractieleden, fractiebudget, vergaderfaciliteiten e.d. d. commissie-/raadsgriffierschap: bijwonen en ondersteuning van de vergaderingen van de raad en de raadscommissies ten aanzien van het proces en de besluitvorming, opstellen van voorzittersinstructies, terugkoppeling en bewaken van toezeggingen, doorgeleiden en bewaken van ingediende vragen; e. adviesrol: het geven van gevraagd en ongevraagd advies, zowel richting raads- en commissieleden, bestuurders, ambtelijke organisatie als richting inwoners; f. overleg en vergaderingen: raads- en commissievergaderingen, themabijeenkomsten, werkgroepbijeenkomsten, fractievoorzittersoverleg, agendacommissie, driehoeksoverleg, overleg met de secretaris, afstemmingsoverleg met het MT, terugkoppeling uit het college, griffieoverleg, H2O-griffiersoverleg, griffierskring en rekenkamervergaderingen g. dossiers: inhoudelijk gerichte onderwerpen, voorbereiden van themabijeenkomsten, begeleiden van raadswerkgroepen en concrete voorbeelden zijn het reglement van orde en de vervanging van de geluidsinstallatie. De taken die hierboven onder a. tot en met f. zijn benoemd, worden als reguliere taken aangemerkt. De onder g. genoemde taken zijn veelal incidenteel en onderwerp gebonden.
2 Bijlage 2: 14-11-2012
48
4. Taakopvatting van de griffier De griffier is er primair voor de raads(commissie)leden. Prioriteit ligt bij het goed verzorgen van de stukkenstroom, de informatievoorziening en gevraagd en ongevraagd (inhoudelijke) adviezen geven. De griffier geeft geen adviezen ten aanzien van te maken politiek-inhoudelijke keuzes. De griffier fungeert als schakel tussen de raad en bestuur, ambtelijke organisatie en inwoners ten aanzien van informatievoorziening, raadsprocedures en processen. De griffier zet daarbij in op een goede werkrelatie met zowel de raad, het college als de ambtelijke organisatie, vanuit het besef dat raad en college elkaar over en weer nodig hebben en idealiter elkaars rol versterken, ten dienste van de gemeenschap. We werken vanuit verschillende rollen en de partijen vanuit hun eigen politieke achtergrond maar allemaal voor de inwoners van de gemeente Heerde. De taken worden op dusdanige wijze uitgevoerd dat de objectiviteit en integriteit van de wijze van dienstverlening niet ter discussie mag staan. 5. Ambities van de gemeenteraad De rollen van de gemeenteraad worden primair onderverdeeld in de volksvertegenwoordigende rol, de kaderstellende rol en de controlerende rol van de raad. In het coalitieakkoord zijn de politieke ambities van de coalitie verwoord, overgenomen door het college. Het coalitieakkoord is ter kennisname aan de raad aangeboden. Er zijn vooraf geen ambities vanuit de raad verwoord. Eén van de onderwerpen uit het akkoord betreft de aandacht voor de communicatie met de burger. Op dit terrein zijn de afgelopen drie jaar door de griffie in samenwerking met communicatie al veel stappen gezet. Naar aanleiding van de vaststelling van het communicatieplan van de gemeente is vanuit de raad gevraagd om ook een raadscommunicatieplan te ontwikkelen. In samenwerking met een vertegenwoordiging vanuit de raad is hier verder vorm aan gegeven wat er toe geleid heeft dat in 2012 hiervoor een raadscommunicatieplan is vastgesteld. In dit plan is een aantal doestellingen verwoord. Doelstellingen: De gemeenteraad informeert de doelgroep gedurende de raadsperiode over besluiten en belangrijke discussies Burgers worden betrokken bij de kaderstelling van de raad bij één of twee grote onderwerpen per jaar. Het cijfer voor de stelling ‘Als kiezer heb ik invloed op wat er in de gemeente gebeurt’ uit het onderzoek Waarstaatjegemeente.nl stijgt van 5,4 in 2010 naar 6,0 in 2014 Het cijfer voor de stelling ‘Ik voel mij vertegenwoordigd door de gemeenteraad’ uit het onderzoek Waarstaatjegemeente.nl stijgt van 5,3 in 2010 naar 6,0 in 20141 Het opkomstpercentage bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 is minimaal 65% (2010: 60,1%) In 2014 zal het plan voorafgaand aan de raadsverkiezingen worden geëvalueerd.
1
Het college heeft in het 4e kwartaal 2012 besloten niet meer deel te nemen aan “Waar staat je gemeente” waardoor deze doelstelling vervalt.
Bijlage 2: 14-11-2012
3 49
6. Bedrijfsvoering griffie De taakverdeling binnen de griffie is als volgt. Raadsgriffier 0,78 fte (28 uur per week) Draagt zorg voor logistieke, procedurele en inhoudelijke ondersteuning van de raad Is intern en extern aanspreekpunt voor de raad en raadscommissies bij de kaderstellende, controlerende en volksvertegenwoordigende rol Geeft leiding aan de griffie (centrale coördinatie en bewaking griffiewerkzaamheden) Vervult een schakelfunctie tussen de raad en college, gemeentesecretaris en ambtelijke organisatie Coördineert en faciliteert fractievoorzittersoverleg, agendacommissie en auditoverleg Verricht overige werkzaamheden passend binnen de doelstelling van de griffie Op verschillende producten wordt sinds 2009 tijdgeschreven. Gebleken is dat daar een zekere consistentie in zit over de afgelopen jaren. Vervat in hoofdonderwerpen geeft dat het volgende beeld. Cirkeldiagram uren griffier, beeld 2009 - 1ste helft 2012, gebaseerd op gemiddeld 1450 uur op jaarbasis.
indirect productief en verlof overleggen
8%
6%
dossiers
13% 15%
ondersteuning raad vergaderingen en stukkenstroom
33% 8%
17%
communicatie budgethouder
Plaatsvervangend griffier 0,14 fte (5 uur per week) Communicatie Vervanging griffier bij afwezigheid Secretaris rekenkamercommissie 0,06 fte (10 uur per maand) Reguliere administratieve werkzaamheden rekenkamercommissie Onderzoekstaken op declaratiebasis (bij overschrijding secretarisuren) Griffiemedewerker 0,28 (10 uur per week)2 Reguliere administratieve werkzaamheden Facilitaire zaken
2
Tot 1 januari 2011 betrof dit 0,44 fte = 16 uur per week, vanwege ouderschapsverlof is dit teruggebracht tot 10 uur. In de loop van 2013 zal dit weer iets worden verruimd door afloop van het ouderschapsverlof. Formeel valt de medewerkster onder het bestuurssecretariaat en daarmee onder de gemeentesecretaris.
Bijlage 2: 14-11-2012
4
50
Notuliste raad 0,13 fte (4,5 uur per week) Verslaglegging (financiële) raadsvergaderingen Op afroep verslaglegging themaraden3 Bij onderlinge vervanging eerste aanspreekpunt Notuliste commissie Ruimte 0,05 fte (7,5 uur per maand) Verslaglegging commissievergaderingen Beschikbaar voor onderlinge vervanging Notuliste commissie Samenleving 0,05 fte (7,5 uur per maand) Verslaglegging commissievergaderingen Beschikbaar voor onderlinge vervanging Totaal beschikbaar voor de griffie vanaf 2011 is gemiddeld 1,49 fte. Daarnaast worden ook door andere collega’s ondersteunende taken verricht. Hierbij kan ondermeer gedacht worden aan de bodedienst (onder meer tijdens vergaderingen en repro), de webmaster (beheer website en digitale leeskamer), salarisadministratie en meer ad hoc ICT, financiën en communicatie. Binnen de beperkte omvang is de afstemming van taken goed geregeld. Het beschikbaar aantal uren is krap. Voor de notulisten van de commissies is dit voldoende afhankelijk van het gemiddeld aantal vergaderingen op jaarbasis, de duur van de vergaderingen en de verwerkingstijd. Vanuit capaciteitsoogpunt is het essentieel om de dossiers goed over een jaar te spreiden en niet gelijk te laten lopen. Dit heeft er ook toe geleid dat bepaalde werkzaamheden niet direct opgepakt konden worden en langer moesten blijven liggen. Daarnaast kent het griffiewerk grote pieken en dalen, waardoor er de ene periode lange werkweken zijn, die in rustige perioden -met name het zomerreces- moeten worden gecompenseerd. Verlofuren worden grotendeels aan de notulisten uitbetaald, de griffier heeft via het cafetariamodel ook extra uren verkocht. Ziekteverzuim Het ziekteverzuim voor de (formele) griffie is de afgelopen 3 jaar nihil geweest. De griffiemedewerker heeft zwangerschapsverlof genoten in 2011 maar valt formeel niet onder de griffie. De vervanging is vanuit de organisatie geregeld. Opleidingsbudget Op basis van de budgettaire afspraken is voor de griffie een scholingsbedrag van € 860,00 op jaarbasis beschikbaar. In 2010 is naast de interne trainingen snellezen en presentatietechnieken een training Algemeen en bijzonder bestuursrecht door de griffier gevolgd en in 2011 de training Algemene Wet bestuursrecht voor gevorderden. In 2011 heeft de plaatsvervangend griffier de opleiding commissiegriffier gevolgd ten laste van het budget vacaturevoordeel. Voor 2012/2013 is in overleg met de werkgeverscommissie besproken dat de griffier een opleiding op het gebied van algemeen management of een specifiek opleiding voor griffiers zou gaan gevolg. Inmiddels is gekozen voor de praktijkgerichte opleiding management voor overheid en non-profit organisaties van het NCOI. Deze opleiding duurt 10 maanden en omvat 8 bijeenkomsten van 10.00 uur tot 16.00 uur.
3
Door invoering van de auditcommissie en wisselende invulling van de themaraden is de besteding van het aantal uren teruggelopen. Met het vaststellen van het communicatieplan is voorgesteld om een deel van de uren in te ruilen voor 1 uur communicatietaken. Momenteel wordt door P&O aan een voorstel gewerkt om dit te formaliseren.
5
Bijlage 2: 14-11-2012
51
7. Terugblik werkzaamheden vanaf 2009 Het primaat van de werkzaamheden van een griffie ligt bij het proces. Zonder goede facilitering kunnen de raads- en commissieleden hun werk niet goed doen. In dit hoofdstuk wordt kort beschreven welke taken zoal de afgelopen 3 jaar zijn opgepakt naast de reguliere werkzaamheden. Jaar 2009 Begin 2009 is de nieuwe griffier benoemd. Aangezien de burgemeester in 2008 benoemd was en het MT sinds 2007 als nieuw team van start is gegaan, ontstond er een vrij jong driehoeksoverleg (burgemeester, secretaris en griffier). De griffie heeft de scheiding van de commissiebundels ingevoerd en het strakker organiseren van de uitkering van de vergadervergoeding aan steunfractieleden. Een nieuwsbrief voor raadsleden is ingevoerd evenals sjablonen om gebruik te maken van de instrumenten van de raad (schriftelijke vragen, moties etc.) en afzonderlijke raadsbesluiten bij alle voorstellen. De griffier heeft kennismakingsgesprekken met de fracties gevoerd en de voorbereiding van de verkiezingen van 2012 is opgepakt. Hierbij is vanuit de organisatie extra ondersteuning beschikbaar gesteld voor de uitwerking van het draaiboek. Omdat er een vacature was ontstaan voor de functie van commissiegriffier en hiervoor maar een beperkt aantal uur beschikbaar was, heeft de griffier, conform de wens van de raad, alle commissies voor haar rekening genomen naast de raadsvergadering. Jaar 2010 Het jaar van de verkiezingen en daarmee het inwerken van nieuwe raadsleden en de groei van 5 naar 7 fracties. Voor alle raadsleden is een werkmap samengesteld. De samenwerking H2O is dit jaar een grotere rol gaan spelen waardoor er meer overleg met de regio-collega’s plaatsvond en een gezamenlijke raadsbijeenkomst georganiseerd is. In dit jaar is ook een nieuwe rekenkamercommissie gevormd en van start gegaan. Jaar 2011 In dit jaar is de ondersteuning van de griffier vormgegeven vanuit het beschikbare vacaturevoordeel van 5 uur per week. Dit wordt ingezet voor communicatie voor de raad. Een enquête onder de raads- en commissieleden is uitgezet en bij de raadsleden zijn interviews afgenomen die in de krant worden gepubliceerd. Daarnaast is dit jaar de eerste debattraining georganiseerd en worden de voorbereidingen van de gunning van de geluidsinstallatie opgepakt. Digitalisering wordt in gang gezet en de samenwerking H2O krijgt een vervolg. In dit jaar wordt ook de auditcommissie opgericht ter vervanging van de financieel voorbereidende raad. Jaar 2012 Vanwege het vertrek van de gemeentesecretaris wordt de griffier betrokken bij de werving en moet geïnvesteerd worden in het contact met de interim secretaris en de nieuwe secretaris. De debattraining krijgt tweemaal een vervolg en een incompany training financiën wordt georganiseerd. De gunning van de geluidsinstallatie wordt verleend en daarnaast moet blijvend geïnvesteerd worden in de digitale ontwikkelingen. De samenwerking H2O heeft aanvankelijk voor de griffie wat stil gelegen maar vraagt vanaf de 2e helft 2012 ook weer extra inzet van griffie en raad. In 2012 is de auditcommissie geëvalueerd en geformaliseerd.
6 Bijlage 2: 14-11-2012
52
8. Blik vooruit De griffie is ambitieus en vanuit enthousiasme, betrokkenheid en verantwoordelijkheid gaan we jaarlijks de grens over van de bestaande uren. Daarnaast moeten ook nog voortdurend prioriteiten gesteld worden. Urenuitbreiding griffier Omdat er sprake is van een structurele overschrijding, het veelal om directe uren gaat en de werkzaamheden erkend worden én er daarnaast ruimte moet zijn voor opleiding heeft de werkgeverscommissie voorgesteld de uren van de griffier beperkt uit te breiden. Door personeelszaken wordt hiertoe een voorstel voorbereid voor uitbreiding van de uren met 4 uur per week per 1 oktober 2012.4 Uit onderzoek blijkt dat het moeilijk is om een vergelijking te maken met buurgemeenten. In de gemeente Hattem heeft de griffier 0,6 fte en is in de gemeente Oldebroek de griffier fulltime werkzaam. Beiden herkennen de werkdruk, urenoverschrijding en het stellen van prioriteiten. Daarnaast wordt ook aan hen ondersteuning verleend waarbij in Oldebroek medewerkers onder de griffier vallen en in Hattem de ondersteuning formeel onder een andere afdeling valt. Hieronder is een overzicht opgenomen uit het onderzoek “Inrichting van de griffie” uit 2010 (zie bronvermelding) met een indeling naar gemeentegrootte in vijf groepen. Tabel 1. Gemiddelde omvang griffies 2010 en vergelijking met eerdere onderzoeken Gemeente grootte - 15.000 15.000 – 35.000 35.000 – 60.000 60.000 – 100.000 100.000 + Totaal
2010
2008
2006
0,9 1,7
1,1 1,7
0,8 1,1
2,8
2,8
2
4,2
4,5
3,6
10,73 2,8
8,3 2,7
2,2
2003
6,7 1,7
Verderop in het onderzoek wordt ook de kanttekening gemaakt dat de formatie in iedere gemeente weer anders geregeld is. Een taak kan in de ene gemeente tot de griffie behoren, terwijl die bij een andere gemeente elders (bij de organisatie van het college of als budget voor externe inhuur) is neergelegd. Laatste kwartaal 2012 en 2013 In het laatste kwartaal van 2012 wordt nu voor het eerst een afdelingsplan uitgebracht. Het accent van de werkzaamheden, naast de reguliere werkzaamheden, zal vervolgens liggen bij de voorbereiding van de begrotingsbehandeling, het vervolg van Krimp zonder Scheuren en het onderzoek samenwerking H2O. De plaatsvervangend griffier zal zich gaan richten op de uitvoering van het raadscommunicatieplan waartoe concrete voorstellen worden gedaan. Teleurstellend is dat de herziening van het Reglement van Orde nog geen goed vervolg heeft gekregen en vanwege andere prioriteiten meerdere malen opzij is geschoven. Hier zal nadrukkelijker op ingezet gaan worden om de documenten in 2013 vast te kunnen stellen ten dienste van de nieuwe raad. Het jaar 2013 zullen de voorbereidingen gestart worden voor de gemeenteraadsverkiezingen 2014 en de digitalisering. Begin 2013 zal een afdelingsplan 2013 worden voorgelegd waarin meer ingezoomd zal worden op de taken en planning voor het nieuwe jaar.
4
Bij het uitbrengen van het werkplan is bekend geworden dat de raad van oktober niet meer haalbaar is waardoor dit voorstel wordt voorbereid voor de raad van december en na vaststelling met terugwerkende kracht zal worden uitgevoerd.
Bijlage 2: 14-11-2012
7 53
BIJLAGE 1: ACTIVITEITEN VAN DE GRIFFIE Onderverdeeld naar type taak Reguliere administratieve taken Opstellen en beheer vergaderschema Voorbereiding vergaderstukken agendacommissie Verzending raads- en commissiestukken Beoordeling en verwerking ingekomen stukken Ter inzage legging stukken leesfractiekamer Verzorgen van uitnodigingen belanghebbenden Verzenden stukken fractievoorzittersoverleg, agendacommissie, auditoverleg en rekenkamer Raadsnotulering Archivering vergaderstukken Budgethoudschap Communicatie Publicaties gemeentepagina Verzorgen van uitnodigingen belanghebbenden Actueel houden intranet en website Raadsledencolumn/ uitgelicht Wekelijkse nieuwsbrief De Raadsinfo Uitvoering communicatieplan Facilitaire zaken Contact met de bodedienst over vergaderingen en benodigde faciliteiten Afstemming met bodes over verzending vergaderstukken Vergoedingen raadscommissieleden Declaratie fractiebudgetten Verzorgen van attenties bij ziekte e.d. Registreren en doorgeven belangstellenden bijeenkomsten, e.d. Assistentie bij organisatie (externe)raadsbijeenkomsten Controle op vergaderzaal Commissie-/ raadsgriffierschap Voorbereiding maken voor voorzitter Ondersteuning voorzitter ter vergadering Controle op gang van zaken Gem. wet, RvO, etc. Toezeggingen noteren/ Lijst van toezeggingen bijhouden Besluitvorming formuleren in besluitenlijst/ controle verslaglegging Meerjarenplanning bijhouden Stukken afwerken conform besluitvorming Adviesrol Individuele raadsleden, fractieleden, collegeleden, medewerkers en inwoners zo nodig van (proces)advies voorzien Inhoudelijke (juridische) ondersteuning bij het formuleren van moties, amendementen, schriftelijke vragen, initiatiefvoorstellen Adviezen opstellen t.b.v. agendacommissie en fractievoorzittersoverleg en terugkoppeling aan of afstemming met de organisatie Overleg/ afstemming met de rekenkamercommissie Verantwoording P&C-cyclus Overleg en vergaderingen Raads- en commissievergaderingen 32x p/j Auditcommissie 4x p/j Rekenkamervergaderingen, gemiddeld 1x p/m excl. vooroverleg Themabijeenkomsten 6-8x p/j Werkgroepbijeenkomsten, ad hoc Fractievoorzittersoverleg, 6x p/j 8 Bijlage 2: 14-11-2012
54
Agendacommissie, 10x p/j conform commissiecyclus Driehoeksoverleg, 1x 2/wk Overleg met de secretaris, 1x 3/wk Afstemmingsoverleg met het MT, 10x p/j conform commissiecyclus Terugkoppeling uit het college, wekelijks 1 uur Griffieoverleg, ad hoc H2O-griffiersoverleg, gemiddeld 6x p/j Griffierskring, 4x p/j
Dossiers: Inhoudelijk gerichte onderwerpen uitzoeken Voorbereiden van themabijeenkomsten Begeleiden van raadswerkgroepen Concrete dossiers als voorbeeld het reglement van orde en de vervanging van de geluidsinstallatie.
BIJLAGE 2: BRONVERMELDING - Werkplan griffie Nijkerk 2010-2014 - INRICHTING VAN DE GRIFFIE, Rapportage op basis van de Enquête inrichting griffie 2010 Vereniging van Griffiers, Commissie Belangenbehartiging
9 Bijlage 2: 14-11-2012
55
Raadsvoorstel Raadsvergadering 17 december 2012 Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Bedrijfsvoering/R. Kamp/0578-699417/
[email protected] Portefeuille A. Westerkamp Programma alle
Agendapunt 8
Onderwerp Geactualiseerde financiële verordening gemeente Heerde (artikel 212 Gemeentewet)
De raad besluit om: De geactualiseerde financiële verordening van de gemeente Heerde (artikel 212 Gemeentewet) vast te stellen; Deze vaststelling in te laten gaan per 1 januari 2013. Inleiding De financiële verordening van de gemeente Heerde dient minimaal eens per 4 jaar te worden geactualiseerd. De laatste actualisatie heeft plaatsgevonden in september 2009. Het is echter wenselijk om het financiële beleid op onderdelen aan te passen. Dit maakt een actualisatie van de financiële verordening noodzakelijk. Bevoegdheid / Juridisch kader In artikel 212 van de Gemeentewet is opgenomen dat de raad bij verordening de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vaststelt. Door middel van het vaststellen van de financiële verordening wordt dit geëffectueerd. Eerdere besluitvorming en kaders De huidige financiële verordening is door de raad op 7 september 2009 vastgesteld. Beoogd effect Vaststelling van de geactualiseerde financiële verordening gemeente Heerde (artikel 212 Gemeentewet). Argumenten De financiële verordening is geactualiseerd omdat het wenselijk is om het financiële beleid op onderdelen aan te passen. De belangrijkste wijzigingen t.o.v. de huidige financiële verordening zijn:
1/2
De hoogte van de reserve Wmo is gemaximeerd tot 25% van het resultaat van de producten Wmo huishoudelijke zorg, Wmo zorg en loket welzijn en zorg; Het college neemt een formeel besluit over de restantbudgetten. Hiermee wordt voorkomen dat de overgehevelde budgetten pas benut kunnen worden nadat de jaarrekening is vastgesteld (juli volgend jaar);
56
Tweemaal per jaar, bij de voor- en de najaarsnota, wordt er gekeken of lopende investeringen kunnen worden afgesloten. Een overzicht hiervan wordt opgenomen in de betreffende tussenrapportage; Nieuwe investeringen < € 100.000,- worden lineair afgeschreven, nieuwe investeringen > € 100.000,- worden annuïtair afgeschreven.
Daarnaast zijn er nog enkele kleine aanpassingen en tekstwijzigingen doorgevoerd en is de afschrijvingstabel bijgewerkt. Communicatie De geactualiseerde financiële verordening wordt aangeboden aan de commissie Samenleving en ter vaststelling voorgelegd in de raadsvergadering van 17 december 2012. Na vaststelling volgt er publicatie op Intranet en Internet. Advies commissie Dit wordt ingevuld nadat het advies is behandeld in de commissievergadering. Heerde, 6 november 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Raadsbesluit; 2. Financiële verordening gemeente Heerde; 3. Toelichting op de financiële verordening van de gemeente Heerde; 4. Afschrijvingstabel.
2/2
57
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 6 november 2012; gelet op artikel 212 van de Gemeentewet; besluit: De geactualiseerde financiële verordening van de gemeente Heerde (artikel 212 Gemeentewet) vast te stellen; Deze vaststelling in te laten gaan per 1 januari 2013.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 17 december 2012. griffier,
Bijlage 1: 14-11-2012
voorzitter,
1 / 1 58
Financiële verordening gemeente Heerde (artikel 212 Gemeentewet) De raad van de gemeente Heerde gelet op artikel 212 van de Gemeentewet. besluit, vast te stellen: de verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede de regels voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Heerde.
1. Inleidende bepalingen Artikel 1. Definities In deze verordening wordt verstaan onder: a. afdeling: organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie zoals omschreven in het “Besluit inrichting en werkwijze ambtelijke organisatie” b. administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Heerde en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd. c. raad: gemeenteraad van Heerde.
2. Begroting en verantwoording Artikel 2. Programma-indeling 1. De raad bepaalt bij aanvang van een nieuwe raadsperiode of de bestaande programma-indeling voor de komende raadsperiode moet worden aangepast. Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken 1. De begroting bevat: a. conform BBV een uiteenzetting van de financiële positie; b. een korte toelichting op opbouw én een definiëring van de verschillende onderdelen van de begroting. 2. In de jaarstukken wordt van de investeringen de uitputting van de geautoriseerde investeringskredieten en de actuele raming van de totale uitgaven weergegeven.
Bijlage 2: 14-11-2012
1 59
3. In de jaarstukken worden de werkelijke exploitatiesaldo’s van de kostendekkende exploitaties van rioleringen, afvalstoffen en begraven gemuteerd met de bijbehorende reserve of voorziening. 4. In de jaarstukken wordt het saldo van het product Wmo huishoudelijke verzorging, product Wmo zorg en product loket welzijn en zorg onttrokken of toegevoegd aan de reserve Wmo. Hierbij worden ook de interne doorberekeningen betrokken. De hoogte van deze reserve mag max. 25% van het resultaat van de hierbovengenoemde producten bedragen; het meerdere wordt afgeroomd bij de jaarrekening. 5. In de jaarrekening worden de niet benutte budgetten voor planschades, inclusief de bijbehorende dekkingen, overgeheveld naar het eerstvolgende begrotingsjaar volgend op die van de jaarrekening. 6. Het college dient een formeel besluit te nemen over de restantbudgetten. 7. Met het vaststellen van de jaarrekening worden de bedragen, zoals bedoeld in lid 5 en 6 van dit artikel toegevoegd aan de corresponderende producten van de lopende begroting. De vaststelling van de jaarrekening is op dit punt een wijziging van de lopende begroting, zoals bedoeld in artikel 192 van de Gemeentewet.
Artikel 4. Kaders ontwerpbegroting Het college stelt jaarlijks een Perspectiefnota op en biedt deze ter vaststelling aan de raad aan. In deze Perspectiefnota wordt een voorstel gedaan voor het beleid en de financiële kaders van de ontwerpbegroting voor het volgende begrotingsjaar en de meerjarenraming. Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten en begrotingswijzigingen 1. De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de totale lasten en de totale baten per programma en het overzicht algemene dekkingsmiddelen. 2. De budgetten voor de onderhoudskosten gebouwen (niet zijnde de investeringen) mogen als één totaalbudget worden gezien. De eventuele verschuivingen tussen programma's, producten en functionele indeling worden geautoriseerd bij de eerstvolgende voorjaarsnota of najaarsnota. 3. Bij de begrotingsbehandeling geeft de raad aan van welke nieuwe investeringen hij op een later tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen. De overige nieuwe investeringen worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de financiële positie geautoriseerd. 4. Het college is bevoegd overschrijdingen van de geautoriseerde lasten en onderschrijdingen van de geautoriseerde baten te dekken uit de post onvoorzien tot € 10.000,- per overschrijding. Hierover wordt de raad bij de voorjaarsnota, najaarsnota en jaarstukken geïnformeerd. De eventuele verschuivingen tussen programma's kunnen gelijktijdig worden geautoriseerd. 5. Voor investeringen in de loop van het begrotingsjaar die niet in de begroting zijn opgenomen, legt het college voorafgaand aan het aangaan van de verplichtingen een investeringsvoorstel en een voorstel voor het autoriseren van een investeringskrediet aan de raad voor.
Bijlage 2: 14-11-2012
2 60
Artikel 6. Tussentijdse rapportage 1. Het college informeert de raad door middel van tussentijdse rapportages over de realisatie van de begroting van de gemeente over de eerste vier maanden (voorjaarsnota) en de eerste acht maanden (najaarsnota) van het begrotingsjaar. 2. De tussenrapportage bevat in ieder geval een uiteenzetting over de uitvoering en de bijstelling van het beleid en de mutaties in de lasten en baten per programma en bij de algemene dekkingsmiddelen. Daarnaast bevat de tussenrapportage in ieder geval: a. wijzigingen op de begroting voortvloeiend uit leden 2 en 4 van artikel 5 van deze verordening; b. een overzicht ‘moties’. 3. In de tussenrapportage worden in ieder geval afwijkingen op de oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten en investeringskredieten in de begroting groter dan € 25.000,- toegelicht.
3. Financieel beleid Artikel 7. Waardering & afschrijving vaste activa 1. Geactiveerde kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief worden lineair in 5 jaar afgeschreven. 2. Kosten voor het afsluiten van geldleningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. 3. Voor het afschrijven van de materiële vaste activa met economisch nut worden de methodieken en termijnen gehanteerd zoals vermeld in de bijlage “Afschrijvingstabel” die onderdeel uitmaakt van deze verordening. 4. Tweemaal per jaar, bij de voorjaarsnota en najaarsnota, wordt er gekeken of lopende investeringen kunnen worden afgesloten. Dit overzicht wordt opgenomen in de tussenrapportage. De afschrijving op de investeringen die kunnen worden afgesloten start vanaf 1 mei (voorjaarsnota), respectievelijk 1 september (najaarsnota). De rente wordt pas berekend m.i.v. het nieuwe jaar (vanaf 1 januari). 5. Investeringen ouder dan 2 jaren worden in principe afgesloten tenzij er zwaarwegende argumenten zijn om dit niet te doen. Het MT bepaald in dit geval. 6. Investeringen < dan € 100.000,- worden lineair afgeschreven; investeringen > dan € 100.000,- worden afgeschreven op annuïteitenbasis. 7. Activa met een verkrijgingprijs van minder dan € 5.000,- worden niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Deze uitzonderingen worden altijd geactiveerd. 8. Aankoop en vervaardiging van activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden onder aftrek van bijdragen van derden ten laste van de exploitatie gebracht. Indien hiervan bij raadsbesluit wordt afgeweken, wordt het actief afgeschreven over de verwachte levensduur van het actief of een kortere door de raad aan te geven tijdsduur.
Bijlage 2: 14-11-2012
3 61
Artikel 8. Reserves en voorzieningen 1.Het college biedt ten minste eenmaal in de 4 jaar een bijgestelde nota van reserves en voorzieningen aan. De raad stelt deze nota vast. 2. De nota a. b. c.
behandelt: de vorming en besteding van reserves; de vorming en besteding van voorzieningen; de toerekening en verwerking van rente over de reserves en de voorzieningen.
Artikel 9. Kostprijsberekening 1. Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van goederen, werken en diensten wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten. 2. Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan en onttrekkingen van voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa, de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa en de compensabele BTW. 3. De omslagrente wordt bepaald door het rentetotaal van de uitstaande leningen (staat van opgenomen en langlopende geldleningen) op te tellen bij de begroting vooraf vastgestelde gecalculeerde rente van de financieringsbehoefte (geïnvesteerde / te investeren bedragen minus het eigen en vreemd vermogen), en dit vervolgens te delen door 1% van de totale (geraamde) investeringen. 4. De ontvangen bedragen voor rioolheffingen hebben een verplicht bestedingskarakter voor de exploitatie van rioleringen. Artikel 10. Financieringsfunctie 1. Het college zorgt bij het uitoefenen van de financieringsfunctie voor: a. het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities; b. het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico's zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico's; c. het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities; d. het optimaliseren van de renteresultaten binnen de daarvoor gestelde kaders. 2. Het college neemt bij de uitvoering van de financieringsfunctie de richtlijnen en kaders in acht zoals opgenomen in de Wet fido en in het door de raad vastgestelde Treasurystatuut. 3. Het college biedt ten minste eenmaal in de 4 jaar een geactualiseerd Treasurystatuut ter vaststelling aan de raad aan.
4. Financieel beheer en interne controle Artikel 11. Administratie De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij kan worden gebruikt voor:
Bijlage 2: 14-11-2012
4 62
a. het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de gemeente als geheel en in de afdelingen; b. het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen, schulden, contracten; c. het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende budgetten en investeringskredieten en voor het maken van kostencalculaties; d. het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de gemeentelijke productie van goederen en diensten en de maatschappelijke effecten van het gemeentelijke beleid; e. het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid (verordening art. 213), de doelmatigheid en de doeltreffendheid (verordening art. 213A) van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving; f. de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving; g. het verschaffen van informatie aan derden zoals Provincie, Rijk, CBS, Belastingdienst en de gemeentelijke accountant. Artikel 12. Verantwoordelijkheid en interne controle Het college is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarstukken. Deze verantwoordelijkheid houdt in dat zowel de baten als lasten als de activa als passiva een getrouwe weergave geven van de werkelijkheid. Daarnaast is zij verantwoordelijk voor een rechtmatige totstandkoming. Dit betekent dat de begroting in overeenstemming moet zijn met de relevante wet- en regelgeving waaronder gemeentelijke verordeningen. Tenslotte is het college verantwoordelijk voor een zodanige interne controle als noodzakelijk is om het opmaken van de jaarstukken en de rechtmatige totstandkoming ervan mogelijk te maken en te borgen met uitsluiting van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de interne controlefunctie zijn vastgelegd in het interne controle statuut. Artikel 13. Misbruik en oneigenlijk gebruik Het college zorgt voor en legt de regels vast voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en eigendommen. Deze regels zijn door de raad vastgelegd in de nota ‘misbruik en oneigenlijk gebruik’.
5. Financiële organisatie Artikel 14. Financiële organisatie 1. Het college zorgt voor en legt vast: a. een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een eenduidig toewijzing van de gemeentelijke taken aan de afdelingen in een organisatie verordening; b. een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd; c. de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten in een mandaatbesluit;
Bijlage 2: 14-11-2012
5 63
d. de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie; e. de kostenverdeelsleutels voor het eenduidig toewijzen van de lasten en baten aan de producten van de productraming en de productrealisatie. Artikel 15. Inkoop en aanbesteding Het college zorgt voor en legt vast de interne regels voor de inkoop en de aanbesteding van goederen, werken en diensten. Deze regels zijn door het college vastgelegd in de nota ‘inkoop en aanbestedingsbeleid’.
6. Slotbepalingen Artikel 16. Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van het begrotingsjaar 2013. De stukken voor dit begrotingsjaar en latere begrotingsjaren voldoen aan de bepalingen van deze verordening. 2. Deze verordening treedt in de plaats van de ‘Financiële verordening gemeente Heerde’ vastgesteld door de raad op 7 september 2009. Artikel 17. Citeertitel Deze verordening wordt in de gemeentelijke stukken aangehaald onder de naam ‘Financiële verordening gemeente Heerde’. Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van 17 december 2012.
de voorzitter,
_______________
Bijlage 2: 14-11-2012
de griffier,
______________
6 64
Toelichting op de financiële verordening gemeente Heerde Artikel 2. Programma-indeling De indeling van de programma’s wordt in principe bij aanvang van iedere raadsperiode door de raad vastgesteld. Het BBV bepaalt in aanvulling hierop dat het college de producten aan de programma’s toewijst. Op grond van artikel 189 van de Gemeentewet berust het budgetrecht bij de raad. De raad neemt uiteindelijk de beslissing welke bedragen zij voor taken en activiteiten op de begroting beschikbaar stelt. Gedurende het begrotingsjaar kan de raad op grond van artikel 192 Gemeentewet besluiten nemen tot wijziging van de begroting. De gemeente kan slechts uitgaven doen voor de bedragen die hiervoor op de begroting zijn gebracht (vierde lid artikel 189 Gemeentewet). De raad kan kiezen op welk niveau zij budgetten beschikbaar stelt. Zij kan er voor kiezen een budget voor een samenstel van activiteiten beschikbaar te stellen. In deze verordening is de keuze vertaald naar het beschikbaar stellen van budgetten per programma. Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken In dit artikel wordt aangegeven dat bij het opstellen van de begroting de verplichtingen en richtlijnen van het BBV worden gevolgd. In dit artikel wordt de verplichting in het BBV om in de begroting aandacht te besteden aan de investeringen nader uitgewerkt door te bepalen dat er bij de uiteenzetting van de financiële positie een overzicht van de investeringen wordt gegeven. De leden 3 en 4 regelen dat overschotten of tekorten van kostendekkende exploitaties toegevoegd of onttrokken worden aan de bijbehorende bestemmingsreserves. Lid 5 regelt dat voor de planschades de niet benutte budgetten worden overgeheveld naar het jaar volgend op die van de jaarrekening. Lid 6 regelt dat het college een besluit moet nemen over de niet benutte budgetten (restantbudgetten). Hiermee wordt voorkomen dat de overgehevelde budgetten pas benut kunnen worden nadat de jaarrekening is vastgesteld (juli volgend jaar). Lid 7 regelt dat de budgetten zoals bedoeld in lid 5 ook daadwerkelijk aan de begroting worden toegevoegd die volgt op die van het rekeningjaar. Artikel 4. Kaders ontwerpbegroting Het artikel bepaalt dat de gemeenteraad vooraf aan het opstellen aan de begroting (voor de zomer) een Perspectiefnota vaststelt waarin de hoofdlijnen voor het beleid en de financiële kaders voor de komende jaren zijn vastgelegd. De kaders geven richting aan het college voor het opstellen van de ontwerpbegroting en de meerjarenraming. Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten Artikel 5 bevat nadere regels voor de autorisatie van de begroting en investeringskredieten. De autorisatie van de baten en lasten vindt plaats op programmaniveau (lid 1). Voor begrotingswijzigingen doet het college gedurende het jaar voorstellen aan de raad. Ook uitgaven voor investeringen moeten worden geautoriseerd. De autorisatie van deze investeringskredieten worden bij begrotingsbehandeling meegenomen (lid 3). De raad kan bij de begrotingsbehandeling aangeven welke investeringskredieten hij op een later tijdstip wenst te autoriseren. Zo kan de raad de autorisatie van politiek belangrijke investeringen combineren met de behandeling van de inhoudelijke kant van het investeringsvoorstel. Het bedrag voor een dergelijke investering blijft wel op de begroting staan als voorziene uitgaaf, maar de raad autoriseert de uitgaaf nog niet. Het college is nog niet bevoegd verplichtingen voor de investering aan te gaan. In lid 4 staat dat het college bevoegd is overschrijdingen van lasten en onderschrijdingen van baten te dekken uit de post onvoorzien. Meestal komen
Bijlage 3: 14-11-2012
1 65
gedurende het begrotingsjaar nieuwe investeringsvoornemens op tafel die bij het opstellen van de ontwerpbegroting nog niet waren voorzien. Het laatste lid van het artikel regelt de autorisatie van de investeringskredieten voor deze investeringen. Artikel 6. Tussentijdse rapportage Een belangrijk onderdeel van de planning & control cyclus voor de raad zijn de tussenrapportages. Op basis van tussenrapportages wordt de raad geïnformeerd over de uitputting van budgetten en investeringskredieten en de voortgang van de uitvoering van het beleid op programmaniveau. Er worden twee tussenrapportages opgesteld; een voorjaarsnota (t/m april van het begrotingsjaar) en een najaarsnota (t/m augustus van het begrotingsjaar). Het tweede lid bevat bepalingen over de minimale inhoud van de rapportage. Het derde lid bepaalt dat over elke afwijking ten opzichte van de begroting op programmaniveau groter dan € 25.000,- het college zich in de rapportage moet verantwoorden. Artikel 7. Waardering & afschrijving vaste activa In het tweede lid van artikel 212 Gemeentewet is onder letter a de uitdrukkelijke bepaling opgenomen dat de financiële verordening in elk geval de regels voor waardering en afschrijving van activa bevat. Hieraan is in artikel 7 invulling gegeven. Het eerste lid bepaalt dat kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief lineair in 5 jaar worden afgeschreven. Deze immateriële activa mogen volgens het BBV ook ineens ten laste van het resultaat worden gebracht. De maximale afschrijvingstermijn voor de kosten van het afsluiten van geldleningen is gelijk aan de looptijd van de lening. Het tweede lid bepaalt echter dat dit direct ten laste van het resultaat wordt gebracht. In het 3e lid wordt verwezen naar de afschrijvingstabel die als bijlage aan deze verordening is toegevoegd. In deze tabel worden de afschrijvingstermijnen van diverse investeringen weergegeven. In lid 4 wordt geregeld wanneer lopende investeringen worden afgesloten en vanaf welk moment er kapitaallasten in de vorm van afschrijvingskosten en rentekosten worden toegerekend. Lid 5 geeft als richtlijn dat investeringen van 2 jaren of ouder worden afgesloten. Indien noodzakelijk dan kan hiervan worden afgeweken. Lid 6 maakt een splitsing tussen lineair afschrijven (investeringen tot € 100.000,-) en annuïtair afschrijven (investeringen boven € 100.000,-). In lid 7 wordt aangehaald dat activa met een verkrijgingprijs van minder dan € 5.000,niet geactiveerd worden. Uitzondering hierop zijn de gronden en terreinen, deze worden altijd geactiveerd. Het 8e lid bepaalt dat activa met een meerjarig maatschappelijk nut, onder aftrek van bijdragen van derden en bestemmingsreserves, direct ten laste van de exploitatie worden gebracht. Met toestemming van de raad mogen deze investeringen worden geactiveerd. Dit is nodig omdat de gemeente regelmatig grote investeringen in de openbare ruimte uitvoert. Een dergelijke (meerjarige) investering belast de begroting zwaar indien het bedrag direct ten laste van de exploitatie wordt gebracht. Artikel 8. Reserves en voorzieningen Lid 1 bepaalt dat het college eens in de vier jaar een nota over de reserves en voorzieningen aan de raad aanbiedt. Met het vaststellen van deze nota stelt de raad de kaders vast voor de vorming van reserves en voorzieningen. Voor een investeringsvoornemen kan de raad een bestemmingsreserve vormen. Een deel van de algemene reserve wordt hiervoor afgezonderd. Hiermee wordt op de balans van de gemeente tot uitdrukking gebracht dat een toekomstige investering een beslag op het
Bijlage 3: 14-11-2012
2 66
eigen vermogen gaat leggen. In het tweede lid zijn de voorwaarden voor een voorstel voor een dergelijke bestemmingsreserve opgenomen.
Artikel 9. Kostprijsberekening Artikel 212 Gemeentewet bepaalt in het tweede lid, letter b dat de verordening in ieder geval bevat de grondslagen voor de berekening van de door het gemeentebestuur in rekening te brengen prijzen en tarieven voor rechten. De grondslag voor de prijzen en tarieven vormt de samenstelling van de kostprijs van de diensten waarvoor prijzen en heffingen in rekening worden gebracht. In artikel 9 van de verordening staan de kaders voor de bepaling van de kostprijzen van de gemeentelijke diensten. Lid 1 van het artikel bepaalt dat de kostprijs bestaat uit de directe kosten en de indirecte kosten die direct met de dienst samenhangen. Het tweede lid bepaalt dat onder de indirecte kosten ook worden verstaan bijdragen aan bestemmingsreserves en voorzieningen voor noodzakelijke vervanging van betrokken activa en de compensabele BTW. Hiermee wordt invulling gegeven aan de mogelijkheid die artikel 229b Gemeentewet biedt. De kaders in het artikel vormen de basis waarbinnen het college haar systematiek van kostentoerekening kan vormgeven en de kostenverdeelsleutels voor de toerekening van indirecte kosten kan vaststellen. Door in lid 4 aan te geven dat de ontvangen bedragen van de rioolheffing een verplicht bestedingskarakter hebben, wordt er voor gezorgd dat de ontvangen bedragen ook daadwerkelijk ten goede komen aan deze exploitatie. Door deze formulering wordt voldaan aan de criteria van het BBV om het exploitatiesaldo in een voorziening te mogen storten. Het alternatief is de lijn te volgen zoals beschreven staat in de notitie riolering van de commissie BBV. Deze notitie schrijft voor dat er voor het sparen voor toekomstige investeringen een voorziening gevormd moet worden. Tevens moet er voor groot onderhoud een aparte voorziening worden aan gehouden. Daarnaast zouden de exploitatiesaldo’s weer in een reserve gestort moeten worden. Dit komt de overzichtelijkheid niet ten goede. Ook verplicht dit elk jaar voor de begroting en de jaarrekening tot een onoverzichtelijke rekenexercitie. Om nu te kiezen voor een voorziening die gevormd wordt in verband met een verplicht bestedingskarakter kan dit alles worden vermeden. Artikel 10. Financieringsfunctie De financieringsfunctie (Treasury) is een belangrijk onderdeel van het middelenbeheer. Gezien de kwetsbaarheid van deze functie bevat artikel 212 Gemeentewet de expliciete bepaling dat de financiële verordening hierover regels voor het beleid en de organisatie bevat. Het eerste lid bevat richtlijnen voor de uitvoering van de financieringsfunctie. In het tweede lid bepaald dat in het door de raad vastgestelde Treasurystatuut, de kaders voor Treasurybeleid zijn weergegeven, die bij de uitvoering van de financieringsfunctie in acht moeten worden genomen. Artikel 11. Administratie Onder artikel 11 zijn algemene bepalingen opgenomen voor de inrichting van de gemeentelijke administratie. Op hoofdlijnen wordt opgedragen welke gegevens systematisch moeten worden vastgelegd en aan welke eisen deze gegevens moeten voldoen. Artikel 12. Interne controle De accountant controleert jaarlijks van de gemeenterekening of deze een getrouw beeld geeft van de gemeentelijke financiën en of de (financiële) beheershandelingen die eraan
Bijlage 3: 14-11-2012
3 67
ten grondslag liggen rechtmatig zijn verlopen. In artikel 12 draagt het college op maatregelen te treffen opdat gedurende het jaar of voorafgaand aan de accountantscontrole de gemeente zelf nagaat of de cijfers in de administraties een getrouw beeld geven en of de financiële beheershandelingen die aan de baten en lasten en de balansmutaties ten grondslag liggen rechtmatig (zijn) verlopen. Artikel 13. Misbruik en oneigenlijk gebruik Artikel 13 bepaalt dat in gemeentelijke regelingen en werkprocedures voldoende maatregelen worden getroffen om misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en eigendommen te beperken. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld het treffen van voldoende verificatiemaatregelen vooraf van de antecedenten van een aanvrager van een gemeentelijke subsidie, zodat subsidies wel daadwerkelijk worden verstrekt aan rechthebbenden. Het treffen van afdoende beleid op het gebied van misbruik en oneigenlijk gebruik maakt deel uit van het rechtmatigheidoordeel van de accountant. Artikel 14. Financiële organisatie Artikel 14 geeft de uitgangspunten voor de financiële organisatie. Volgens het eerste lid letter a van artikel 160 Gemeentewet is het college bevoegd regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie van de gemeente. Het college wordt onder letter a, b, c en d van het artikel uit de verordening opgedragen bepaalde van deze regels die de financiële organisatie betreffen, vast te leggen in besluiten. De regels bedoeld onder de letters a en b zijn door het college gezamenlijk vastgelegd in een organisatiebesluit. Hetgeen weergegeven onder de letter c is door het college vastgelegd in een mandaatbesluit. Het college heeft de regels voor de organisatie van de financieringsfunctie (letter d) in een apart Treasurystatuut vastgelegd. Onder letter e wordt het college opgedragen ook de kostenverdeelsleutels voor het toerekenen van kosten aan de producten vast te leggen. Artikel 15. Inkoop en aanbesteding In artikel 15 draagt het college op een inkoopreglement op te stellen. Dit is opgenomen in het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Deze regels moeten natuurlijk Europa-proof zijn. Europese aanbestedingsregels maar ook nationale aanbestedingsregels moeten worden nageleefd en vormen het kader waarbinnen een dergelijk inkoopreglement moet worden opgesteld. Nadere uitwerking van het inkoop- en aanbestedingsbeleid ligt vast in het inkoophandboek en de inkoopvoorwaarden. Artikel 16. Inwerkingtreding De verordening treedt in de plaats van de vorige op grond van artikel 212 Gemeentewet ingestelde verordening. Het artikel bepaalt dat de verordening van toepassing is op alle stukken van het genoemde begrotingsjaar en latere jaren. De jaarstukken van het vorig begrotingsjaar moeten nog voldoen aan de bepalingen uit de oude verordening.
Bijlage 3: 14-11-2012
4 68
Bijlage: Afschrijvingstabel Onderstaande tabel maakt als bijlage onderdeel uit van de financiële verordening. In de tabel wordt aangegeven wat de afschrijvingstermijn is van een investering. De te hanteren afschrijvingsmethodiek is lineair voor bedragen onder de € 100.000,- en annuïtair voor bedragen boven de € 100.000,-.
Omschrijving activa
Afschrijvingstermijn (in jaren)
Apparatuur / voorzieningen (roerend) Container Defibrillator Kantoormachines Kopieerapparaat Schoonmaakmachines (sportvloeren) Tijdregistratieklokken Automatisering Aggregaat noodstroom Airco's Beeldschermen Desktops/laptops I-pads Printer Overige hardware, waaronder centrale hardware Software, waaronder software centrale systemen Server Straalverbinding Straalmast Brandweer Aanhangwagen Adembeschermende middelen Aggregaat Alarmontvangers Algemene uitrusting brandweervoertuigen Autoladder Autospuit / slangenwagen Bluskleding Brandslangen Chemicaliënoveralls / gaspakken Command & Control system Communicatieset Dienstauto Droogkasten Duikpakken Duiktoestellen Explosiemeters Hefkussenset
Bijlage 4: 14-11-2012
10 10 5 5 10 5
10 5 4 4 3 5 4 4á7 4 5 10
15 5 10 7 5 15 15 7 10 8 15 10 8 10 5 10 7 10
1 69
Helmen Hulpverleningsvoertuig / WOV voertuig Hydraulische ram Hydraulische schaar Hydraulische spreider Koetakel Meetbank adembescherming Motorspuitaanhanger Motorspuit, draagbaar Motorzaag Pendosismeter Persluchtflessen Persluchtvulinrichting Portofoons Reddingszagen Redgereedschap voertuigen brandweer Redvesten Revisie tankautospuit Rookgenerator Tankautospuit Testapparatuur ademlucht Valbeveiliging Verbindingsapparatuur brandweer Vultableau Warmtebeeldcamera's Waterkanon Waterongevallenwagen Watertank opbouw aanhanger Zuurstofkoffer
7 15 10 10 10 10 6 15 10 10 7 10 15 7 5 10 10 5 7 15 5 5 8 10 10 10 15 10 10
Bruggen Aandrijving (mechanisch) Aanleg bruggen beton/staal Aanleg bruggen hout Elektrische installaties Epoxy deklaag Remmingswerken bruggen Renovatie bruggen beton/staal Slagbomen Stalen hangkabels
25 60 25 20 30 25 30 20 10
Gebouwen Buitenkozijnen Complete verbouwing / restauratie monumenten Dakbedekking pannen Dakbedekking plat dak Dakbedekking rond dak Fietsenstalling hout Fietsenstalling steen Garagedeuren
25 25 40 20 20 10 20 10
Bijlage 4: 14-11-2012
2 70
Gebouwen permanent (nieuwbouw vanaf 1-1-2009) Gebouwen semi-permanent Grote verbouwingen (verlenging levensduur) Houten onderkomens plantsoenen Kleine verbouwingen Loodsen / opslagplaatsen Voegwerk
60 30 25 10 15 20 20
Gebouwen inrichting Binnenzonwering Bureaustoelen Buitenzonwering Inventaris / Meubilair Scheidingswand (beweegbare wand) Sportvloer Toestellen gymzalen / sporthallen Vloerbedekking
15 8 10 20 10 20 20 10
Gebouwen / technische voorzieningen (onroerend) Brandblusinstallatie (sprinkler) C.V. installaties C.V. leidingen, radiatoren Geluidsinstallaties Keukenapparatuur Leidingen etc. Lift installaties Lift besturing en deuren Sanitair Technische installaties (beveiliging/telefoon/ventilatie/ etc.) Ventilatie en verwarming (airco) Verlichting (incl. bedrading) Waterleiding, riolering
15 20 40 8 15 25 25 15 20 10 10 20 40
Openbaar groen, recreatieplassen begraafplaatsen speeltuinen Aanleg / herinrichting plantsoenen / herplant bomen etc. Banken / picknickplaatsen Hekwerken Renovatie speelplaatsen Renovatie verhardingsstructuur begraafplaatsen Speeltoestellen Zandstranden, recreatieplassen aanleg / herinrichten
30 10 15 15 40 10 10
Rijdend materieel Aanhangwagen Aanhangwagen afzet containers Bestelauto Bladblazer Bladwagen Cirkelmaaier
15 15 8 15 15 10
Bijlage 4: 14-11-2012
3 71
Cultivator Diamantboor Grafdelfmachine Gravely Heftruck Hogedrukreiniger Keet, schaftwagen Kettingzaag, boomfrees Klepelmaaier (behorend bij tractor) Maaier Materieel wegen Mini kipper Motormaaier Personenauto Pick-up auto (enkele en dubbele cabine) Reinigingswagen Rigid camera Rolbezem (behorend bij tractor) Sneeuwploeg Snipperwagen Takkenversnipperaar Tractor Transportband Voorlader (behorend bij tractor) Vrachtauto Wegenschaaf Weiderol Weidesleep Zoutstrooier
15 10 10 10 15 10 15 5 8 5 5 10 5 8 8 10 10 8 15 15 15 8 15 8 8 15 15 15 15
Riolen en gemalen Actualisatie GRP Afkoppelen hemelwaterafvoer Gemalen (gebouwen) Installaties Rioolbuizen Rioolaanleg gebouwen Persrioolleidingen
5 45 45 15 60 25 60
Sportparken en terreinen Aanleg speelvelden, tennisvelden e.d. Afrastering / ballenvangers Beregeningsinstallatie Drainage Geluidsinstallatie Herbelijnen kunststofbaan (atletiekbaan) Kleedkamers Kunstgrasveld (toplaag) Kunstgrasveld (sporttechnische laag) Kunstgrasveld (onderbouw)
25 15 20 20 8 10 40 12 20 40
Bijlage 4: 14-11-2012
4 72
Kunststofbaan (atletiekbaan) Lichtinstallatie Renovatie speelvelden Toplagen verharding sportparken
25 25 15 20
Straatmeubilair en –verlichting en verkeersregulering Armaturen en lichtmasten Interlokale bewegwijzering Rijwielklemmen en - blokken Schakelkast verkeersregelinstallatie Straatnaamborden Verkeersborden Verkeerslichtbakken Verkeersregelinstallatie (compleet) Verkeerszuilen Wegwijzers
20 20 10 10 10 10 10 15 10 10
Wegen, straten en pleinen Asfaltering / herbestrating / reconstructies Bermverbetering buitengebied / grasbetonstenen Fietspaden/wegen met betonverharding Fietspaden/wegen met halfverharding (recreatief) Kleine investeringen wegen Parkeervoorzieningen Rotondes
30 30 40 20 15 20 30
Bijlage 4: 14-11-2012
5 73
Raadsvoorstel Raadsvergadering 17 december 2012 Commissie Samenleving 26 november 2012
Agendapunt 9
Afdeling en opsteller Bedrijfsvoering/H.H.R. van der Veen-Kruizinga/0578-699416/
[email protected] Portefeuille Westerkamp
Onderwerp Aanwijzen openbaar accountant voor de controle van de jaarstukken van de gemeente Heerde voor de begrotingsjaren 2013 en 2014.
De raad besluit om: Voor de uitvoering van de accountantsdiensten Ernst & Young Accountants LLP aan te wijzen voor de begrotingsjaren 2013 en 2014 (met een verlengingsoptie van twee jaren). Inleiding en argumenten In 2008 zijn samen met Hattem en Heerde de accountantsdiensten aanbesteed. Het resultaat was een overeenkomst met Ernst & Young voor 2 jaren met een optie voor twee keer een jaar verlenging. Voor Hattem en Heerde is het contract met Ernst & Young ingegaan met ingang van het kalenderjaar 2009. Oldebroek is een jaar later ingestapt vanwege doorlopende verplichtingen met de vorige accountant. De looptijd van de overeenkomst eindigt op 31 mei 2013. Dit jaar dient een nieuw contract met een accountant te worden gesloten voor de periode vanaf 1 juni 2013. Aanbestedingsprocedure In het voorjaar van 2012 is besloten, samen met andere organisaties waarmee de Inkoopsamenwerking Noord Veluwe wordt gevormd, de aanbesteding van de accountantsdiensten uit te voeren. Doel van de gezamenlijke aanbesteding is kwalitatieve en kwantitatieve voordelen te realiseren. De aanbestedingsdocumenten zijn ambtelijk voorbereid en in mei 2012 aan de auditcommissie voorgelegd met de mogelijkheid daarop te reageren. De gezamenlijke aanbesteding is gesplitst in twee percelen: - Perceel 1: de gemeenten Hattem, Heerde en Oldebroek; - Perceel 2: de gemeenten Ermelo, Nunspeet, Harderwijk en Putten, en de gemeenschappelijke regelingen (Regio Noord Veluwe, Sociale Dienst Veluwerand, Natuur- en Recreatieschap Veluwerandmeren en de Omgevingsdienst Noord Veluwe i.o.). Voor beide percelen is eenzelfde programma van eisen opgesteld. Door de accountantskantoren kon op één of beide percelen worden ingeschreven. Nadat de aanbesteding is gepubliceerd, zijn de accountantskantoren in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen en zijn deze beantwoord. Eind juli zijn de offertes van de accountantskantoren ontvangen. Op maandag 10 september 2012 hebben de accountantskantoren voor een vertegenwoordiging van de auditcommissies, de gemeenteraden en algemene besturen een presentatie gegeven.
1/3
74
Offertes Deloitte. Accountants B.V., Ernst & Young Accountants LLP en Baker Tilly Berk N.V. hebben op perceel 1 (H2O) ingeschreven. De eerste twee kantoren hebben ook op perceel 2 ingeschreven. De inschrijvingen zijn allereerst beoordeeld om vast te kunnen stellen of deze voldoen aan de gestelde (minimum)eisen. Daar voldoen alle inschrijvingen aan. Daarna is een score bepaald per accountantskantoor op basis van de vastgestelde gunningcriteria (geoffreerde prijs, kwaliteit en presentatie). De inschrijving van Ernst & Young Accountants LLP is zowel voor perceel 1 als perceel 2 de economisch meest voordelige inschrijving. Gunning en overeenkomst Gezien de uitkomsten van de beoordeling is het voornemen de accountantsdiensten te gunnen aan Ernst & Young Accountants LLP. Alle drie de inschrijvers zijn begin oktober geïnformeerd over de uitkomsten van de aanbesteding (voorlopige gunning). Inschrijvers hebben tot 19 oktober 2012 de tijd om bezwaren in te dienen tegen de uitkomst van de aanbestedingsprocedure. Definitieve gunning vindt plaats na goedkeuring door de drie (H2O-)gemeenteraden. Voor de aanbesteding van accountantsdiensten is gekozen voor een contractperiode van 2 jaar vast en een verlengingsoptie met nog eens twee jaren. Het contract gaat dus over de begrotingsjaren 2013 en 2014. In het voorjaar van 2014 zal gezamenlijk geëvalueerd worden en dient u een besluit te nemen of gebruik wordt gemaakt van de verlengingsoptie. Bevoegdheid / Juridisch kader In het kader van artikel 213, lid 2, Gemeentewet is het een bevoegdheid van de raad om de accountant aan te wijzen die onder andere belast is met de controle van de jaarrekening. Beoogd effect Aanwijzen van de openbaar accountant voor het uitoefenen van de accountantscontrole op de jaarstukken van de gemeente Heerde voor de begrotingsjaren 2013 en 2014 met een verlengingsoptie van twee jaren. Financiën Ernst & Young Accountants LLP heeft voor Hattem, Heerde en Oldebroek een totaalbedrag van € 58.000 geoffreerd. Per gemeente is dit als volgt gespecificeerd: Hattem: € 18.000; Heerde: € 20.000; Oldebroek: € 20.000. Voor onze gemeente is dit bedrag € 370 hoger dan de huidige overeenkomst (uitgaande van de kosten betreffende het controlejaar 2011, na indexatie). Gezien de fase waarin het zelfcontrolerend vermogen van de organisatie zich bevindt verwachten wij dat het budget van de accountantskosten toereikend is om de kosten te kunnen dekken. Communicatie Het opstellen, ondertekenen en verzenden van de brieven voor voorlopige gunning en afwijzing is namens de deelnemende gemeenten en gemeenschappelijke regelingen gedaan door de heer R.J.M. Kleijn, projectregisseur Inkoopsamenwerking Noord Veluwe. De definitieve overeenkomst zal door de burgemeester worden ondertekend.
2/3
75
Advies commissie Samenleving Dit wordt ingevuld nadat het advies is behandeld in de commissievergadering. Heerde, 23 oktober 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Raadsbesluit; Ter inzage: 2. Collegeadvies ‘Aanwijzen openbaar accountant voor de controle van de jaarstukken van de gemeente Heerde voor de begrotingsjaren 2013 en 2014’.
3/3
76
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 23 oktober 2013; overwegende dat het contract met de huidige accountant eindigt op 31 mei 2013; gelet op artikel 213, lid 2 Gemeentewet; gelet op de economisch meest voordelige aanbieding na aanbesteding van de accountantsdiensten in regionaal verband; besluit: voor de uitvoering van de accountantsdiensten Ernst & Young Accountants LLP aan te wijzen voor de begrotingsjaren 2013 en 2014 (met een verlengingsoptie van twee jaren). Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 16 december 2012. griffier,
Bijlage 1: 14-11-2012
voorzitter,
1 / 1 77
Ter kennisneming/ informatieverstrekking
78
Informatienota commissie Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Publiek/P. Paalman/0578-699564/
[email protected] Portefeuille H.A.M. Bögemann Programma Werk, Inkomen en Zorg
Agendapunt 10
Onderwerp Decentraal spreekuur schulddienstverlening
De commissie neemt kennis van: de uitkomsten van het onderzoek naar de mogelijkheden van een decentraal spreekuur voor de schulddienstverlening. Inleiding De gemeenteraad van Heerde heeft in zijn vergadering van 17 september 2012 naast de vaststelling van het “Integraal beleidsplan gemeentelijke schulddienstverlening H2O 2012-2016” een motie aangenomen waarin het college wordt verzocht om: 1. te onderzoeken of een medewerker van de Stadsbank 1 dagdeel per week in Heerde aanwezig kan zijn in plaats van in Zwolle; 2. een deel van dit dagdeel samen kan vallen met de avondopeningstijden van de afdeling burgerzaken voor een open spreekuur en/of op afspraak; 3. te onderzoeken of deze medewerker van de Stadsbank zowel de eerste opvang van mensen met vragen over schulddienstverlening kan uitvoeren als vragen cliënten van de Stadsbank; 4. het Centrum voor Jeugd en Gezin mede te onderzoeken als locatie; 5. de raad over dit onderwerp binnen 3 maanden terug te koppelen in een notitie waarin de kosten en mogelijkheden goed in beeld zijn gebracht; Bevoegdheid / Juridisch kader Wet gemeentelijke schuldhulpverlening, ingegaan per 1 juli 2012. Eerdere besluitvorming en kaders Zie onder inleiding. Kernboodschap Vanuit de H2O-afstemming hebben Hattem en Oldebroek aangegeven ook in dit onderzoek te willen worden betrokken. Daarom is gekeken naar de mogelijkheid van een spreekuur in elke afzonderlijke gemeente (variant 1) en een gezamenlijk, regionaal spreekuur (variant 2). Pilot De gemeente Zwolle is bereid om bij wijze van pilot mee te werken aan het realiseren van een decentraal spreekuur. Dit mag, wanneer een gemeente dat wenst, gedeeltelijk samenvallen met de avondopeningstijden. Deze vorm van dienstverlening is voor de gemeente Zwolle nieuw. Daarom stelt Zwolle voor de eerste zes maanden de activiteiten nauwkeurig te monitoren om zodoende
1/3
79
betrouwbare gegevens te genereren voor een definitieve beslissing. Hierbij wordt primair uitgegaan van een werkplek naar keuze van de gemeente binnen de eigen dorps-/stadskern. Een spreekuur voor de combinatie van de H2O-gemeenten is wat Zwolle betreft evenzeer een mogelijkheid. Gelet op de onderstaande aantallen is dat volgens de inschatting van Zwolle wellicht voordeliger. Aantallen Daarbij is in de eerste plaats van belang hoeveel personen naar verwachting gebruik zullen maken van het spreekuur. Op basis van de Zwolse registratie zijn er de volgende aantallen aanvragen voor schulddienstverlening geweest: Gemeente
Per jaar
Per week
Heerde
20
0,4
Hattem
20
0,4
Oldebroek
24
0,5
Totaal 64
1,3
Uitgaande van deze aantallen is de aanloop per gemeente klein. Naast de daadwerkelijke aanvragen zijn er ook verzoeken om informatie, bespreking van problemen of mensen die zich oriënteren op de mogelijkheid van een aanvraag. Men mag de bovenstaande aantallen op basis van de Zwolse ervaring vermenigvuldigen met een factor drie. Naast werkzaamheden vanwege een aanvraag schuldregeling zullen er vermoedelijk ook beperkte werkzaamheden voor budgetbeheer gaan plaatsvinden in de decentrale gemeente in plaats van in Zwolle. Het aantal huishoudens in budgetbeheer is eveneens bekend: Stand van zaken budgetbeheer H2O per 15 oktober 2012 Basis Volledig Plus Fin.beheer Totaal Hattem 1 9 0 5 Heerde 0 21 0 2 Oldebroek 3 11 4 10
15 23 28 66
w.v. gestart 2012 4 5 4 13
Kosten Omdat het in eerste aanleg een pilot betreft en deze vorm van dienstverlening zoals gezegd nieuw is voor Zwolle, worden de kosten gebaseerd op het tarief voor een schulddienstverlener gedurende een dagdeel (= vier uur) vermeerderd met reiskosten. In de berekening van deze kostprijs wordt er van uitgegaan dat de schulddienstverlener gebruik kan maken van een volledig ingerichte en veilige werkplek in de decentrale gemeente. De kosten van licenties voor software blijven voor rekening van de gemeente Zwolle. Belangrijke voorwaarde is dat de schulddienstverlener met een token kan inloggen op het Zwolse GWS en Allegro. Variant 1 Realisering van een decentraal spreekuur in elke afzonderlijke H2O-gemeente is op zich mogelijk. Per gemeente moet dan een geschikte locatie met dito werkplek worden gevonden. En, zeker niet onbelangrijk, moet er een digitale aansluiting op het Zwolse systeem worden gemaakt. Dat is naar verluid technisch mogelijk, maar vergt nog wel de nodige inspanning. Wat de kosten daarvan zijn, is op dit moment niet bekend. Die kosten komen in elk geval voor rekening van de decentrale gemeente. Voor Heerde geldt dat de locatie van het CJG door de gemeenteraad als optie is genoemd. Wanneer hiervoor wordt gekozen, vervalt daarmee logischerwijze de combinatie met de avondopenstelling in
2/3
80
het gemeentekantoor. Ervan uitgaande dat de ict-hobbel kan worden genomen is het CJG-Heerde bereid om het spreekuur één dagdeel onderdak te verlenen. Uit praktische overwegingen komt de woensdagochtend hiervoor het beste uit. beslispunt 1: wel of geen decentraal spreekuur in elke gemeente; beslispunt 2: keuze voor locatie gemeentekantoor of CJG. Variant 2 Omdat de drie H2O-gemeenten elk de schulddienstverlening afnemen van de gemeente Zwolle, was het voor de hand liggend om ook het beleid op elkaar af te stemmen. Met de vaststelling door de gemeenteraden van het Integraal beleidsplan gemeentelijke schulddienstverlening H2O 2012-2016 heeft dit vorm gekregen. Een logische en ook efficiënte stap in de uitvoering van het gezamenlijk beleid is een H2O-spreekuur. Als locatie is Wezep het meest centraal en vanuit de drie gemeenten ook goed te bereiken. beslispunt 3: wel of geen H2O-spreekuur; beslispunt 4: locatiekeuze. Communicatie Wanneer besloten wordt tot het realiseren van een decentraal spreekuur schulddienstverlening, moet aan het bestaan van dit spreekuur de nodige ruchtbaarheid worden gegeven. Dat kan via de gebruikelijke kanalen van de Schaapskooi, de website en de informatieverstrekking binnen het Loket Welzijn en Zorg. Vervolg Voor afloop van de pilot moet duidelijk zijn of er al of niet doorgegaan moet worden met een decentraal spreekuur. De resultaten van deze evaluatie worden aan de commissie Samenleving voorgelegd. Heerde, 7 november 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: Geen.
3/3
81
Informatienota commissie Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Leefomgeving/Ontwikkeling/Jan Webbink/
[email protected] Portefeuille Westerkamp en Bögemann Programma Onderwijs, kunst en cultuur.
Agendapunt 11
Onderwerp Planning besluitvorming MFA Heerde-Oost
De commissie neemt kennis van: De raadsbehandeling over de besluitvorming MFA Heerde-Oost, op basis van het Voorlopig Ontwerp in relatie tot het investeringskrediet, is verplaatst van 17 december 2012 naar 4 maart 2013 (commissie 11 of 12 februari 2013). Redenen hiervoor zijn: - de inrichting van de buitenruimte inclusief de parkeer- en verkeersafwikkeling is nog niet gereed; - de uitwerking van het beheer- en exploitatiemodel is nog niet gereed zodat de overeenkomsten met de kernpartners binnen het MFA nog niet opgesteld kunnen worden; Deze wijziging van de planning is mede op verzoek van omwonenden en kernpartners van de MFA Heerde-Oost. Voor de omwonenden is de afhandeling van het verkeer, inclusief het parkeren, nog een belangrijk item en de kernpartners krijgen op deze manier extra tijd om hun achterban mee te nemen in de ontwikkelingen. De oorspronkelijke planning van realisatie van de MFA (januari 2015) wijzigt niet. Inleiding Op 19 december 2011 heeft de raad ingestemd met het haalbaarheidsonderzoek MFA Heerde-Oost. Tevens heeft de raad opdracht gegeven de definitiefase verder uit te werken. In de aandachtspuntenlijst van de commissie Samenleving is aangegeven dat de definitieve besluitvorming in december 2012 zou plaatsvinden. Eerdere besluitvorming en kaders Op 19 december 2011 heeft de raad ingestemd met het haalbaarheidsonderzoek MFA Heerde-Oost. Tevens heeft de raad opdracht gegeven de definitiefase verder uit te werken binnen de huidige financiële kaders. Kernboodschap De raadsbehandeling over de besluitvorming MFA Heerde-Oost, op basis van het Voorlopig Ontwerp in relatie tot het investeringskrediet, is verplaatst van 17 december 2012 naar 4 maart 2013 (commissie 11 of 12 februari 2013). Communicatie Met de kernpartners en de omwonenden is dit besproken.
1/2
82
Heerde, 13 november 2012. Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen ter inzage: 1. Advies college d.d. 13 september 2012.
2/2
83
Informatienota commissie Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Leefomgeving/C.S. Dubbeldam/699 567/
[email protected] Portefeuille Bögemann Programma Onderwijs, kunst en cultuur
Agendapunt 12
Onderwerp Jaarverslag Leerplicht, schooljaar 2011-2012
De commissie neemt kennis van: Het in de gemeente Heerde gevoerde leerplichtbeleid in het schooljaar 2011-2012. Inleiding De Leerplichtwet 1969 schrijft voor dat het college jaarlijks verslag uitbrengt aan de raad over het in het laatst afgesloten schooljaar in de gemeente gevoerde beleid inzake de handhaving van de leerplicht en de kwalificatieplicht en de resultaten daarvan. Bevoegdheid / Juridisch kader Leerplichtwet 1969. Kernboodschap De raad, via de raadscommissie Samenleving, te informeren over het gevoerde leerplichtbeleid in het schooljaar 2011-2012. Op landelijk, regionaal en lokaal niveau is stevig ingezet op de aanpak schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. De doelstelling is om het aantal voortijdig schoolverlaters te verminderen met 40%. Uit de voorlopige cijfers blijkt dat de gemeente deze doelstelling niet heeft gehaald. De belangrijkste reden hiervoor is de verbeterde registratie en sluitende aanpak, waardoor alle voortijdig schoolverlaters direct in beeld zijn. Voor het nieuw te maken meerjaren beleidsplan voortijdig schoolverlaten 2012-2015 (regio IJsselVecht) is in het voorjaar van 2012 een analyse uitgevoerd naar de oorzaken van voortijdig schoolverlaten in de regio. De gemeente Heerde doet het als gemeente binnen de regio goed op het gebied van verminderen van voortijdig schoolverlaten, maar de postcode 8191 (Wapenveld) behoort tot de 5 gebieden met het grootste % voortijdig schoolverlaters van de regio. De gemeente wil doorgaan op de ingeslagen weg met het uiteindelijke doel voortijdig schoolverlaten te verminderen en daarmee jongeren optimale kansen te bieden op meedoen in onze samenleving.
1/2
84
Heerde, 13 november 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Jaarverslag Leerplicht, schooljaar 2011-2012 Bijlagen ter inzage: 2. Advies college d.d. 13 november 2012.
2/2
85
2011-2012
Jaarverslag leerplicht
86
Inleiding .............................................................................................................................2 1. Doelstelling en wettelijk kader............................................................................................3 1.1. Wettelijk kader ...........................................................................................................3 1.2 Doelgroep ...................................................................................................................3 1.3 Uitgangspunten ...........................................................................................................3 2. Gemeentelijke gegevens....................................................................................................4 2.1 Aantal leer- en kwalificatieplichtigen ...............................................................................4 2.2 Leerplichtadministratie .................................................................................................4 2.3. Formatie....................................................................................................................4 2.4. Financiën ...................................................................................................................5 3. Schoolverzuim .................................................................................................................5 3.1. Verzuim naar soort......................................................................................................5 3.2 Verzuimmeldingen .......................................................................................................5 3.3 Cijfers en interventies leerplicht .....................................................................................6 3.4. Signaalverzuim...........................................................................................................6 4. Vrijstellingen ...................................................................................................................7 Vervangende leerplicht .........................................................................................................7 Vrijstelling op lichamelijke of psychische gronden .....................................................................7 Vrijstelling vanwege bedenkingen richting school ......................................................................7 Vrijstelling vanwege schoolbezoek buitenland...........................................................................7 Vrijstelling van geregeld schoolbezoek vanwege ziekte ..............................................................7 Vrijstelling vanwege het volgen van voldoende ander onderwijs ..................................................7 Verlof vanwege andere gewichtige omstandigheden ..................................................................8 Verlof vanwege vakantie .......................................................................................................8 Schorsing............................................................................................................................8 5. Voortijdig schoolverlaten ...................................................................................................8 5.1. Regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaten (RMC) ..................................8 5.2. Streefcijfers ...............................................................................................................9 5.3. Aanval op Uitval....................................................................................................... 10 5.4. Klaar voor de Start…?! ............................................................................................... 10 5.5. Integraal jeugdbeleid................................................................................................. 11 5.6. Wet Werk en Bijstand / WIJ........................................................................................ 12 6. Samenvatting ................................................................................................................12 Schoolverzuim ................................................................................................................... 12 Voortijdig schoolverlaten ..................................................................................................... 13 Tot slot............................................................................................................................. 13
Bijlage 1: Inzet financiële middelen 2010…………………………………………………………………………………………….14 Bijlage 2: cijfers RMC gemeente Heerde 2011-2012……………………………………………………………………………15 Bijlage 3: integrale handanving leerplicht …………………………………………………………………………………………..16
Bijlage 1: 14-11-2012
87
1
Inleiding Het jeugdbeleid in Heerde heeft tot doel “de voorwaarden te scheppen die jeugdigen in staat stelt om te groeien naar zelfstandigheid en deel te nemen aan de samenleving op het moment en wijze die aansluit op hun behoefte”. Eén van de onderdelen van het integraal jeugdbeleid is het leerplichtbeleid. Leerplicht gaat om aanzienlijk meer dan vaststellen welke kinderen leerplichtig zijn en controleren of zij daadwerkelijk naar school gaan. Leerplicht draagt actief bij aan het beschermen en versterken van het recht op onderwijs. Leerplichtbeleid draagt bij aan het creëren van optimale kansen voor iedere kind om zich te ontwikkelen tot een volwassene die in staat is om mee te doen in de samenleving en daarin zelfstandig te functioneren. Die kansen liggen, als het om leerplicht gaat, vooral in het zodanig doorlopen van het onderwijs dat dit wordt afgesloten met een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt. De gemeente is verantwoordelijk voor het toezicht op de Leerplichtwet 1969 en de kwalificatieplicht. Deze wet biedt het kader voor de bewaking en bescherming van het recht op onderwijs. Naast de controlerende en handhavende taak kent de uitvoering van de leerplichtfunctie ook een preventieve en zorgmaatschappelijke taak. De leerplichtambtenaar werkt samen met verschillende instanties om de zorg rondom jongeren gezamenlijk en in samenhang uit te voeren. In het verlengde van de leerplichtwet en kwalificatieplicht geeft de gemeente uitvoering aan de RMC-wet (regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaten). Het centrale doel van deze wet is het scheppen van voorwaarden voor jongeren tot 23 jaar om voor hen de hoogst haalbare en meest passende onderwijs- en/of marktpositie te bereiken. Leeswijzer In dit verslag leest u op welke wijze de gemeente Heerde vorm geeft aan haar taak volgens de Leerplichtwet, kwalificatieplicht en de RMC-wet. Hoofdstuk 1 en 2 schetsen de beleidskaders en de kerngegevens voor de gemeente Heerde. In hoofdstuk 3 is aandacht voor de cijfers en aanpak van schoolverzuim. In hoofdstuk 4 wordt het vrijstellingenbeleid beschreven. Vervolgens geeft hoofdstuk 5 inzicht in de cijfers, samenwerkingsafspraken en maatregelen op het terrein van voortijdig schoolverlaten. Tenslotte volgt in hoofdstuk 6 een samenvatting.
Bijlage 1: 14-11-2012
88
2
1. Doelstelling en wettelijk kader 1.1. Wettelijk kader Het volgen van onderwijs is een recht, maar ook een plicht. Dit recht op onderwijs, en de bepaling dat het primaire onderwijs voor iedereen verplicht zal zijn, is vastgelegd in verschillende internationale verdragen die ook Nederland binden. De gemeente heeft de taak te waarborgen dat jongeren optimaal van het recht op onderwijs gebruik kunnen maken. Dit is verankerd in de Leerplichtwet 1969, de kwalificatieplicht en de RMC-wet. De kern van deze taak ligt in het voorkomen van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. Signaleren, zorg en helder handhaven staan hierbij centraal. 1.2 Doelgroep De leerplichtwet 1969 bestaat uit de volledige leerplicht die loopt vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand dat een kind vijf jaar is geworden tot en met het schooljaar waarin de jongere 16 jaar wordt (of aan het einde van het twaalfde schooljaar). Na het laatste schooljaar van de volledige leerplicht begint de kwalificatieplicht. De kwalificatieplicht verplicht alle jongeren tot 18 jaar om een volledig programma van onderwijs te volgen totdat zij een startkwalificatie hebben behaald (een diploma op minimaal havo- of mbo 2niveau). Aansluitend worden jongeren tot 23 jaar, die nog niet in het bezit zijn van een startkwalificatie, ondersteund bij het vinden van een school, leerwerktraject of een passende baan. 1.3 Uitgangspunten De gemeente streeft ernaar dat alle leerplichtige kinderen en jongeren deelnemen aan onderwijs en de school regelmatig bezoeken. Het behalen van de startkwalificatie is belangrijk omdat dit de jongeren uiteindelijk de beste kansen biedt om zelfstandig mee te kunnen doen aan onze samenleving. In de dagelijkse praktijk wordt met de volgende uitgangspunten gewerkt: Voorkomen van schooluitval is beter dan genezen. Het accent ligt op de preventie van voortijdig schoolverlaten. Schoolverzuim kan een signaal zijn dat er iets met het kind of de directe leefomgeving van het kind aan de hand is. Het is daarom van belang dat de leerplichtambtenaar in een zo vroeg mogelijk stadium een verzuimmelding krijgt en hier tijdig actie op onderneemt. Zonder een goede leerlingen- en verzuimadministratie geen goede preventieve en curatieve aanpak van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. Een stevige samenwerking tussen gemeenten, scholen en regionale partners biedt kansen voor goede kwaliteit. Leerplicht is een belangrijk onderdeel binnen het integraal jeugdbeleid. Door participatie van de leerplichtambtenaar binnen de bestaande zorgstructuren in de gemeente Heerde wordt gewerkt aan een sluitende keten rondom ‘risicojongeren’. In de integrale aanpak van schoolverzuim wordt de maatschappelijke zorgfunctie ondersteund door strafrechtelijk optreden. De leerplichtambtenaar heeft een opsporingsbevoegdheid. De formatie voor de uitvoering van de Leerplichtwet voldoet aan de landelijke richtlijn. Het toezicht op de kwalificatieplicht wordt door de gemeente zelf uitgevoerd en is geïntegreerd in de werkzaamheden van de leerplichtambtenaar. Alle jongeren vanaf 18 jaar blijven in beeld tot zij een startkwalificatie hebben of 23 jaar zijn geworden. Uit kosten- en efficiëntieoverwegingen is de trajectbegeleiding van deze doelgroep neergelegd bij de gemeente Zwolle. Zij zijn de centrumgemeente voor de RMC regio IJssel-Vecht en maken onderdeel uit van het jongerenloket binnen het Werkplein de Lure.
Bijlage 1: 14-11-2012
89
3
2. Gemeentelijke gegevens 2.1 Aantal leer- en kwalificatieplichtigen In het verslagjaar waren er in de gemeente Heerde 2850 leer- en kwalificatieplichtigen. Dit is onderverdeeld in 2463 leerlingen die volledig leerplichtig zijn, en 387 kwalificatieplichtigen. Van de leer- en kwalificatieplichtige leerlingen volgden 1501 leerlingen primair onderwijs en 85 leerlingen bezochten een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Daarnaast volgden 1283 leeren kwalificatieplichtigen voortgezet of beroepsonderwijs. Driekwart van de leerlingen die voortgezet onderwijs volgen, gaan naar CC de Noordgouw in Heerde (574) of Hattem (100), of naar de RSG NO-Veluwe in Epe (148). 2.2 Leerplichtadministratie De leerplichtadministratie is een belangrijke schakel in een sluitende aanpak van schoolverzuim. De gemeente Heerde werkt met het jeugdvolgsysteem (JVS) van MetaObjects. Dit is een cliëntvolgsysteem waarin de jongere en de daaraan gerelateerde werkprocessen centraal staan. Het systeem is gekoppeld aan de gemeentelijke basisadministratie. Ook wordt verbinding gemaakt met DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs, de vroegere Informatie Beheer Groep) om de in- en uitschrijvingen automatisch te verwerken. Sinds de zomer van 2011 worden alle in- en uitschrijvingen automatisch verwerkt. De gemeente Heerde en gemeente Hattem werken in dezelfde JVS-omgeving (H2). De leerplichtambtenaar van Heerde is de applicatiebeheerder van het systeem. Zij onderhoudt de contacten met de leverancier, verwerkt de importberichten, beantwoordt (indien mogelijk) de vragen van de leerplichtambtenaar van Hattem en is verantwoordelijk voor alle benodigde werkzaamheden om het systeem up-to-date te houden. In de zomer van 2011 zijn 2 extra applicaties aangeschaft die de werking van en het werken met het systeem flink hebben verbeterd. De ene is een koppeling met het verzuimloket van DUO. Alle scholen moeten schoolverzuim bij dit loket melden, en niet meer rechtstreeks bij de leerplichtambtenaar. De koppeling zorgt ervoor dat de informatie direct in JVS te zien is, en dat niet de informatie van de site van DUO afgehaald moet worden, om vervolgens in het eigen JVS geplaatst te worden. De andere functionaliteit is het werkproces absoluut verzuim. Elke week zoekt het systeem de absoluut verzuimers op en wordt er automatisch een werkproces aan deze leerling(en) gekoppeld met bijbehorende brief. Dit zorgt ervoor dat het inzicht in welke leerling zorg/aandacht nodig heeft steeds beter wordt. Het JVS wordt sinds 2011 gebruikt als “kapstok” voor leerlingenvervoer. Een speciale applicatie “leerlingenvervoer” koppelt de leerlinggegevens aan de schoolinschrijving en het bijbehorende vervoer. De leerplichtambtenaar is ook voor dit onderdeel applicatiebeheerder. De uitvoering van “leerlingenvervoer” ligt bij het team publiekscentrum. 2.3. Formatie Bij de gemeente Heerde is één leerplichtambtenaar werkzaam. De leerplichtambtenaar is ook beëdigd buitengewoon opsporingsambtenaar en bevoegd voor het opmaken van proces-verbaal. De leerplichtambtenaar houdt zich naast de “echte” leerplichttaken ook bezig met aanverwante jeugdzorgtaken. Ze beheert het secretariaat van de zorgnetwerken in de gemeente, is het aanspreekpunt voor informatie uit en voor het justitieel casusoverleg (JCO) en voor de bespreking van de jeugdige ex-gedetineerden. De landelijke richtlijn voor leerplichtformatie is 1 fte voor 3800 leerplichtigen, en de formatie van de gemeente Heerde voldoet aan de norm.
Bijlage 1: 14-11-2012
90
4
2.4. Financiën Voor het gemeentelijk toezicht op de kwalificatieplicht en de uitvoering van de RMC-functie ontvangt de gemeente geoormerkte en structurele middelen. In 2011 bedroeg de bijdrage voor RMC-taken € 13.720,- en voor de uitvoering van de kwalificatieplicht is een bedrag van € 15.250,- ontvangen. 50% van de RMC-bijdrage houdt de gemeente Zwolle in voor de RMC-trajectbegeleiding. In bijlage 1 staat een overzicht van de inzet van de financiële middelen.
3. Schoolverzuim Schoolverzuim heeft de laatste jaren steeds meer maatschappelijke aandacht gekregen. Een effectieve aanpak van schoolverzuim is dan ook om verschillende redenen belangrijk. Veelvuldig schoolverzuim gaat vaak vooraf aan voortijdige schooluitval. Jongeren die zonder startkwalificatie het onderwijs verlaten kunnen zich moeilijker handhaven op de arbeidsmarkt. Spijbelen en schoolverlaten gaan vaak samen met persoonlijke problemen en/of ongunstige gezins- of leefomstandigheden bij de jongere zelf. Bovendien is ongeoorloofd schoolverzuim een strafbaar feit. 3.1. Verzuim naar soort Er zijn verschillende soorten schoolverzuim. Als een jongere met een geldige reden, zoals ziekte, wegblijft van school, dan is dat geoorloofd verzuim. Dit type verzuim is niet direct strafbaar, maar kan wel reden voor zorg zijn. Daarnaast is er ongeoorloofd schoolverzuim, onderverdeeld in absoluut en relatief schoolverzuim. Absoluut schoolverzuim is wanneer een leer- of kwalificatieplichtige niet is ingeschreven op een school. Als een leerling wel op een school staat ingeschreven, maar zonder geldige reden wegblijft, spreken we van relatief verzuim. Het relatief verzuim bestaat uit luxe verzuim – wanneer ouders hun kinderen zonder toestemming buiten de schoolvakantie mee op vakantie nemen – en signaalverzuim. Bij deze laatste vorm van verzuim wordt het niet regelmatig naar school gaan gezien als signaal voor achterliggende problemen. Dit type verzuim komt in de praktijk het meeste voor. Absoluut verzuim Schoolverzuim
Luxe verzuim Relatief verzuim Signaalverzuim
3.2 Verzuimmeldingen De school meldt verzuim bij de gemeente. Dat moet uiterlijk na drie achtereenvolgende verzuimdagen, bij zorgen om de situatie van de leerling, het liefst eerder. De leerplichtambtenaar kan dan tijdig maatregelen treffen. Ook maakt de school melding als de leerling gedurende vier opeenvolgende lesweken meer dan 16 uur van de lestijd heeft verzuimd. Scholen voor voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs zijn sinds het schooljaar 2009-2010 verplicht om verzuim bij het digitale verzuimloket van de Informatie Beheer Groep (IB-groep) te melden (tegenwoordig DUO). Het speciaal onderwijs en het primair onderwijs zullen in de loop van 2013 ook via dit loket gaan melden. Na melding bij het verzuimloket zal de verantwoordelijke gemeente door de IB-groep worden geïnformeerd. Deze werkwijze levert betrouwbare gegevens op en leidt ertoe dat gemeenten het verzuim, als mogelijke voorloper van schooluitval, beter in beeld krijgen. De leerplichtambtenaar krijgt ook via andere wegen signalen dat een leerling school verzuimd, bijvoorbeeld van de ambulant jongerenwerker of een medewerker van Bureau Jeugdzorg. Deze Bijlage 1: 14-11-2012
91
5
meldingen worden gecontroleerd bij de desbetreffende scholen. Is de school in gebreke gebleven dan wordt hierover een gesprek gevoerd. 3.3 Cijfers en interventies leerplicht Onderstaand overzicht toont het aantal verzuimmeldingen in het verslagjaar 2011-2012 en de schooljaren 2005-2006 tot 2011-2012. Over het schooljaar 2008-2009 zijn geen cijfers gegenereerd. In dat jaar is overgestapt op het Jeugdvolgsysteem, en zijn de gegevens deels in het systeem, deels op papier verwerkt. Vanwege deze overgang zijn de gegevens alleen met veel werk te verkrijgen en er is voor gekozen om dit niet te doen omdat er voldoende actuele gegevens zijn en omdat de ‘oude’ methode niet te vergelijken is met de huidige. De “oude” methode stelde een jongere of het gezin centraal. In het Jeugdvolgsysteem wordt uitgegaan van werkprocessen. Dit betekent bijvoorbeeld dat bij luxe verzuimmeldingen in de oude situatie, als het om een gezin met 3 kinderen ging, er sprake was van één melding, en in het Jeugdvolgsysteem zijn drie werkprocessen luxeverzuim aangemaakt. De komende jaren kunnen de cijfers beter vergeleken worden. Ook de genomen acties die in hoofdlijn door de leerplichtambtenaar zijn genomen staan in het overzicht. Ongeoorloofd schoolverzuim (wettelijk)
20052006
20062007
2007- 2009- 2010- 20112008 2010 2011 2012
Absoluut verzuim Luxe verzuim Relatief/Signaalverzuim
0 8 34
0 5 9
1 4 18
11 23 52
5 5 41
37 2 65
Zorg/incidenteel verzuim (ondersteunend)
5
3
7
9
8
11
31 1 6 18
15 1 3 4
18 1 4 15
21 1 8 18
24 0 4 11
29 0 4 10
Interventies waarschuwing HALT-afdoening Proces-verbaal Besproken in MDT
Bij alle meldingen doet de leerplichtambtenaar onderzoek. De melder wordt bevraagd, als er een vermoeden van zorg is dan wordt informatie bij hulpverlenende instanties opgevraagd. Alle meldingen hebben minimaal één contactmoment gehad. Bij 27 leerlingen zijn 10 of meer contactmomenten geweest, met als maximum 61 contactmomenten tijdens het schooljaar. Onder contactmomenten worden alle acties, zoals het verzenden of ontvangen van een e-mail of het voeren van een telefoongesprek, gerekend. Alle signalen dat er sprake kan zijn van schoolverzuim of andere zorgen pakt de leerplichtambtenaar actief op. Zij onderzoekt het signaal en onderneemt actie. Dit kan een eigen interventie zijn of doorverwijzing/inschakeling van een andere instantie. 3.4. Signaalverzuim De belangrijkste oorzaak voor signaalverzuim is problematiek die in het kind gelegen is. Bijvoorbeeld gedrags- en gezondheidsproblemen van het kind. Daarnaast, of tegelijkertijd, spelen omgevingsfactoren een belangrijkere rol. Voorbeelden zijn pedagogisch onmachtige ouders of een onveilig schoolklimaat. 3.5 Aanpak schoolverzuim In de aanpak van schoolverlaten staan de begrippen signaleren, zorg en helder handhaven centraal. De aanpak is afhankelijk van het type en de ernst van de verzuimmelding en richt zich op de oorzaak. Over het algemeen zal een eerste gesprek op de school van de leerling plaatsvinden. Bijlage 1: 14-11-2012
92
6
Hierbij zijn de mentor, de ouders van de leerling én natuurlijk de leerling zelf aanwezig. Het verzuim kan worden afgedaan met een waarschuwingsbrief en/of een gesprek met de leerling en de ouders. Vaker is een intensiever traject gewenst. Met het doel het schoolverzuim te beëindigen helpt de leerplichtambtenaar de leer- en kwalificatieplichtige jongeren, maar ook de ouders en school. De leerplichtambtenaar kent veel partners op het terrein van de jeugdzorg (waaronder het CJG) die, afhankelijk van de vraag, een duidelijke meerwaarde hebben binnen de integrale aanpak van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. Binnen deze integrale aanpak is regelmatig een strafrechtelijke reactie nodig. Enerzijds vanwege de normstellende werking, maar ook vooral vanwege de mogelijkheid om hulpverlening af te dwingen. In het schooljaar 2011-2012 werd in vier situaties een strafrechtelijke reactie passend geacht, waarbij tweemaal niet alleen de jongere, maar ook de ouder(s)/verzorger(s) verantwoordelijk voor het verzuim werden gehouden. Dit leidde in alle gevallen tot dagvaarding voor de kantonrechter. In al deze zittingszaken is (op voorhand) een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming uitgevoerd. In drie gevallen werd jeugdreclassering met een (voorwaardelijke) werkstraf opgelegd. Eén zaak is nog onder de rechter.
4. Vrijstellingen Elk kind moet regelmatig naar school. Toch wordt een leerling in een aantal situaties vrijgesteld van de inschrijvingsplicht of van geregeld schoolbezoek. In het laatste geval spreken we van verlof. Het is, op grond van de Leerplichtwet en het gemeentelijk mandaatstatuut, aan de leerplichtambtenaar te bepalen of een verzoek om vrijstelling gegrond is. Hieronder volgt een opsomming van de vrijstellingsgronden die mogelijk zijn.
Vervangende leerplicht In uitzonderlijke gevallen kunnen jongeren vanaf 14 jaar een ‘alternatieve route’ volgen. Jongeren volgen in dat geval wel onderwijs, maar werken daarnaast ook in de praktijk.
Vrijstelling op lichamelijke of psychische gronden Als leerlingen die vanwege een lichamelijke en/of verstandelijke handicap geen regulier onderwijs kunnen volgen, wordt vrijstelling van de inschrijvingsplicht verleend. Een arts of psychiater, niet zijnde de behandelend arts, geeft hiervoor een verklaring af.
Vrijstelling vanwege bedenkingen richting school Een beroep op vrijstelling van de inschrijvingsplicht kan ook worden gedaan als er overwegende bedenkingen zijn tegen de richting van het onderwijs op alle binnen redelijke afstand van de woning gelegen scholen. De kinderen volgen thuisonderwijs.
Vrijstelling vanwege schoolbezoek buitenland Soms kiezen ouders ervoor om hun leerplichtige kind in het buitenland onderwijs te laten volgen. Een leerling doet bijvoorbeeld mee aan een uitwisselingsprogramma.
Vrijstelling van geregeld schoolbezoek vanwege ziekte Dit geldt wanneer leerlingen door langdurige ziekte de school niet ‘geregeld’ kunnen bezoeken. Belangrijk is dat – ondanks de ziekte – het leerproces wordt voortgezet en een onnodige leerachterstand wordt voorkomen. Doorgaans worden de leerling en de betrokken school ondersteund door een consulent onderwijs aan zieke leerlingen vis de Stichting IIsselgroep Expertis, dan wel een ambulant begeleider via de Ambelt.
Vrijstelling vanwege het volgen van voldoende ander onderwijs Leerlingen vanaf 15 jaar kunnen vrijstelling krijgen wanneer het reguliere onderwijs niet aansluit bij hun ontwikkelingsmogelijkheden en een alternatieve route wel passend onderwijs biedt. Deze vrijstellingsgrond wordt ook gebruikt wanneer een verkeerde schoolkeuze is gemaakt en tussentijdse instroom geen optie meer is. Dit onder voorwaarde dat de jongere een dagbesteding heeft en op een later moment weer instroomt binnen een opleiding. Bijlage 1: 14-11-2012
93
7
Verlof vanwege andere gewichtige omstandigheden Deze vorm van vrijstelling wordt verleend wanneer er sprake is van buitengewone omstandigheden, zoals een huwelijk, jubileum of overlijden van naaste familie. Het zijn omstandigheden die in de basis buiten de wil van de leerling of ouders gelegen zijn. Een verlofaanvraag voor de duur van maximaal 10 schooldagen wordt aan de schooldirecteur voorgelegd. Zodra de verlofperiode een langere tijd bestrijkt, beslist de leerplichtambtenaar. De directeuren in de gemeente Heerde nemen zeer regelmatig contact op met de leerplichtambtenaar om de aanvraag te bespreken.
Verlof vanwege vakantie De verlofaanvraag van leerlingen die vanwege het specifieke beroep van de ouder(s) slechts buiten de schoolvakanties op vakantie kunnen worden door de schooldirecteuren behandeld. De aanvraag mag voor een periode van maximaal 2 weken zijn, en niet gedurende de eerste 10 schooldagen na de zomervakantie. De leerplichtambtenaar heeft geen beslissingsbevoegdheden op deze verlofsoort.
Schorsing Schorsing is een sanctiemogelijkheid van de school. De school is verplicht om hiervan melding te doen bij de leerplichtambtenaar. De oorzaak van een schorsing is bijna altijd ontoelaatbaar gedrag van de leerling. Door de schorsing is de leerling geoorloofd niet in de klas. De leerling moet over het algemeen apart zitten en strafwerk maken. Vervangende leerplicht Lichamelijke of psychische gezondheid Bedenkingen richting school Schoolbezoek buitenland Ziekte Tijdelijk werk Voldoende ander onderwijs Andere gewichtige omstandigheden Schorsing
0 1 0 0 1 4 1 5 4
5. Voortijdig schoolverlaten Het is een gegeven dat het met het merendeel van onze jongeren goed gaat. Ze doorlopen de school goed en sluiten deze periode af met een startkwalificatie. Om verschillende redenen lukt het een kleine groep niet. Zij lopen het risico op voortijdig schoolverlaten of verlaten daadwerkelijk het onderwijs zonder in bezit te zijn van een startkwalificatie (een diploma op minimaal havo-, vwo- of mbo-2 niveau). Volgens landelijke cijfers hebben voortijdig schoolverlaters twee keer zo vaak geen of geen passende baan dan jongeren die wel een startkwalificatie hebben. Naast een verhoogde kans op werkloosheid is voortijdig schoolverlaten ook nauw verweven met risico op criminaliteit en armoede. Om tegenwicht te bieden aan deze maatschappelijke problemen staat het tegengaan van voortijdig schoolverlaten hoog op de landelijke, regionale en gemeentelijke agenda. In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan onze doelstellingen en de diverse voorzieningen en maatregelen in de aanval op de schooluitval. 5.1. Regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaten (RMC) De gemeente Heerde maakt deel uit van de regio IJssel-Vecht, één van de 39 RMC-regio’s. Deze indeling is door de nationale overheid gemaakt. De RMC’s zijn ingesteld om een sluitende aanpak rondom voortijdig schoolverlaten te organiseren. Het centrale doel van het RMC is het scheppen van voorwaarden voor jongeren tot 23 jaar waardoor zij de voor hen hoogst haalbare en meest passende onderwijs- of arbeidsmarktpositie kunnen bereiken. Het RMC-beleid wordt gezien als een verlengstuk van het leerplichtbeleid. Bijlage 1: 14-11-2012
94
8
De trajectbegeleiding van deze jongeren, afkomstig uit Heerde, wordt verzorgd door de medewerkers van de gemeente Zwolle. De betrokken trajectbegeleiders hebben zitting in het jongerenloket binnen Werkplein de Lure. In dit Werkplein hebben zij korte lijnen met regionale samenwerkingspartners zoals de Regionale opleidingscentra. De trajectbegeleiders dragen zorg voor een goede informatieoverdracht richting gemeente Heerde, zodat ook lokale netwerken en partners optimaal worden ingezet. In tegenstelling tot de Leerplichtwet kent de RMC-wet geen justitiële sanctiemogelijkheden. Het uitgangspunt is dat een opleiding (behalen van startkwalificatie) vóór werk gaat. Voor de gemeente Heerde is één RMC-trajectbegeleider aangewezen. Hij voert de gesprekken met de jongeren zoveel mogelijk op het gemeentehuis, zodat hij gemakkelijk contact met de consulenten werk en inkomen en de leerplichtambtenaar heeft. 5.2. Streefcijfers De gemeente heeft samen met de gemeenten van de RMC-regio IJssel-Vecht afspraken gemaakt over het gericht werken aan het terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters. Het streven is het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters terug te brengen met 40%. Dit betekent dat aan het eind van het schooljaar 2011-2012 maximaal 43 jongeren uit de gemeente Heerde zonder startkwalificatie het onderwijs verlaten. De landelijke cijfers over het schooljaar 2011-2012 worden in maart 2013 beschikbaar gesteld. In het jaarverslag van 2010-2011 stond beschreven dat volgens de voorlopige cijfers van de gemeente Heerde het aantal voortijdig schoolverlaters 37 was. Uit de definitieve cijfers blijkt dit aantal 34 te zijn. In de twee hieronderstaande tabellen van het ministerie van OCW de definitieve cijfers voortijdig schoolverlaten van de gemeente Heerde en die van de RMC-regio. De gemeente Heerde heeft het streefcijfer ruimschoots gehaald. In 2010-2011 is het aantal voortijdig schoolverlaters ten opzichte van de start in 2005-2006 gehalveerd. Uit de voorlopige cijfers van de RMC rapportage 2011-2012 blijkt dat er 49 nieuwe voortijdig schoolverlaters zijn begeleidt door de RMC-trajectbegeleiders (bijlage 2). Nieuwe voortijdig schoolverlaters zijn de jongeren die tijdens het verslagjaar als voortijdig schoolverlater worden aangemerkt. Dit cijfer kan nog aangepast worden door het ministerie. Gemeente Heerde 2005/06
2006/07
2007/08
2008/09
2009/10
2010/11
Totaal
1.597
1.549
1.542
1.532
1.488
1.500
vsv'ers
71
47
39
42
33
34
% VSV
4.4%
3.0%
2.5%
2.7%
2.2%
2.3%
RMC-regio 10: IJssel-Vecht 2005/06
2006/07
2007/08
2008/09
2009/10
2010/11
Totaal
37.480
37.833
37.414
37.106
36.881
36.682
vsv'ers
1.121
1.151
968
869
943
934
% VSV
3.0%
3.0%
2.6%
2.3%
2.6%
2.5%
Bron: Ministerie van OCW, aanval op schooluitval
Het grootste deel van de leerlingen valt uit op het moment dat ze van het voortgezet onderwijs naar het beroepsonderwijs overstappen. Een warme overdracht van vmbo-leerlingen naar het mbo is aan te bevelen. In de regio IJssel-Vecht wordt in het kader van de ‘Actie Doorstroom’ met een digitaal systeem de leerlingen tijdens de overstap vmbo-mbo gevolgd. De mentor van de vmbo-school vult in waar de leerling naartoe gaat, en de mentor/coach van het mbo controleert of de leerling Bijlage 1: 14-11-2012
95
9
daadwerkelijk is aangekomen. De leerplichtambtenaar heeft ook toegang tot dit systeem en kan indien nodig relevante informatie toevoegen. Naast het moment van voortijdig schoolverlaten wordt in de aanpak van voortijdig schoolverlaten ook gekeken naar verschillende andere oorzaken van voortijdig schoolverlaten. De meest voorkomende zijn: - kind- of omgevingsfactoren; - gebrek aan motivatie/aantrekkingskracht arbeidsmarkt; - gebrek aan cognitieve vaardigheden/moeilijkheidsgraad opleiding; - andere verwachting opleiding/beroep; - vraag versus aanbod leerwerkbedrijven. 5.3. Aanval op Uitval In de strijd tegen schooluitval zijn door het Rijk in de laatste jaren belangrijke stappen gezet, verwoord in het actieplan ‘Aanval op Uitval”. Maatregelen zijn de invoering van de kwalificatieplicht, het aanwijzen van één verzuimloket en het subsidiëren van onderwijsprogramma’s voor structurele vermindering van het aantal uitvallers. Uit deze rijksmiddelen en op basis van ervaringscijfers hebben de scholen voor voortgezet en beroepsonderwijs in de regio IJssel-Vecht een gezamenlijk programma opgesteld. In dit programma ligt het accent bij mentorprojecten, doorstroom vmbombo, zorgstructuren en het verbeteren van beroeps- en opleidingsbeelden. Daarnaast is in samenwerking met de gemeenten een verzuimprotocol ontwikkeld. Het kabinet heeft de doelstelling voor het tegengaan van voortijdig schooluitval (vsv) aangescherpt. Landelijk mag het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters in 2016 maximaal 25.000 zijn. Zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie: dat is in de eerste plaatst goed voor de jongere zelf. Jongeren met een startkwalificatie komen vijf keer minder vaak voor in de criminaliteitscijfers. Ze vinden ook beter hun weg op de arbeidsmarkt: de kans op werkloosheid is voor jongeren zonder startkwalificatie twee keer zo hoog. Zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie is ook gunstig voor ons allemaal: goed opgeleide arbeidskrachten dragen immers bij aan economisch herstel. Voorkomen van schooluitval is geen gemakkelijke opgave. Het begint met goede kwaliteit van onderwijs. Kwalitatief goed en uitdagend onderwijs zorgt ervoor dat jongeren geboeid worden en blijven gedurende hun hele schoolloopbaan. Voor een effectieve aanpak van vsv is bovendien goede samenwerking met partners in de keten nodig. De vsv-aanpak ‘Aanval op de Schooluitval 20082011’ moedigde scholen aan om schooluitval te verlagen en verbeterde de regionale samenwerking. Daardoor daalde het aantal nieuwe vsv-ers in de afgelopen jaren enorm. Dat succes wordt voortgezet met nieuwe prestatiegerichte convenanten voor de periode 2012 tot en met 2015. Het Rijk steunt de vsv-aanpak met in totaal ca. 110 miljoen euro per jaar. Wat goed is wordt behouden en verbeteringen die mogelijk zijn doorgevoerd. Uitgangspunten daarbij zijn resulataatgerichtheid, administratieve eenvoud, continuïteit en borging van de vsv-aanpak na 2015. In het voorjaar van 2012 zijn de nieuwe convenanten ondertekend. Bron: Ministerie van OCW, aanval op schooluitval
5.4. Klaar voor de Start…?! De gemeenten in de regio IJssel-Vecht trekken gezamenlijk op om te werken aan een effectieve bijdrage aan het voorkomen en bestrijden van schooluitval. Om dit te realiseren is er tussen de regiogemeenten structureel overleg op uitvoerend, beleids- en bestuurlijk niveau. Binnen dit verband is de nota ‘Klaar voor de Start..?! het meerjaren beleidsplan Voortijdig Schoolverlaten (VSV). De beleidsperiode 2008-2011 is afgesloten, en momenteel wordt gewerkt aan het nieuwe meerjaren beleidsplan VSV 2012-2015. In voorbereiding hierop is in maart 2012 tijdens het portefeuillehoudersoverleg VSV/RMC besloten een onderzoek in te stellen naar de oorzaken van het voortijdig schoolverlaten in de regio IJssel-Vecht.
Bijlage 1: 14-11-2012
96
10
De VSV-analyse is in juni 2012 afgerond. De belangrijkste conclusies: - In de regio zijn behoorlijke successen geboekt als het gaat om het beheersen en terudringen van voortijdig schoolverlaten. De redenen hiervoor zijn de (gunstige(re)) omstandigheden en de inzet van de gemeenten en het resultaatgericht werken van de medewerkers. - Heerde heeft de gegevensadministratie goed voor elkaar. Er liggen kansen op het gebied van koppeling van de gegevensadministratie met andere gemeenten danwel andere systemen (werk/uitkering). - In de samenwerking met de VO scholen lopen lokaal/regionaal activiteiten (verzuimprotocol, ziekteverzuim als signaal). Er zijn aanvullende afspraken nodig over vroegtijdig en snel actie ondernemen en ouderbetrokkenheid. - Een gericht VSV-beleid is waardevol voor de toekomst van de jongeren en de mate waarin gemeenten een uitkering moeten verstrekken. - Er is een afnemend percentage nieuwe voortijdig schoolverlaters. Een gevolg hiervan is dat er wel mínder voortijdig schoolverlaters zijn, maar dat het wel verhoudingsgewijs steeds meer een ‘harde kern’ gaat worden van de moeilijkere gevallen. De afname in aantal betekent niet een afname in inspanning die het kost om de voortijdig schoolverlaters bij te staan. - Tot op dit moment is voornamelijk geïnvesteerd in het terugdringen van de groep nieuwe VSV-ers. Een grote groep oud VSV-ers betekent dat het totale gemiddelde VSV-ers aan de hoge kant blijft. Uit de analyse: Heerde heeft 119 oud VSV-ers:
Heerde
-
geen arbeids‐ uitzend actuele overeen‐ inkomsten werk komst 14 17
uitkering uitkering % werkend totaal Wajong anders 60 14 14 65% 119
Het grootste risico zit in de groepen “geen actuele inkomsten”, “uitzendwerk” en “uitkeringen”. Postcode 8191 (Wapenveld) behoort tot de 5 gebieden met het grootste % VSV-ers (van de regio). In Heerde zijn geen verhoogde risicofactoren voor VSV (persoonsgebonden: persoon en schoolprestatie, en omgevingskenmerken: gezin en school).
Het volledige rapport staat op de site van de regio: www.jijvaltnietuit.nl. De analyse is uitgevoerd om de groep VSV-ers beter in beeld te krijgen, zodat goed op de verschillende deelgroepen kan worden ingezet. Heerde presteert als gemeente binnen de regio IJssel-Vecht goed in het terugdringen van voortijdig schoolverlaten. De analyse laat zien dat extra inzet in Wapenveld wenselijk is. Dit wordt in het meerjaren beleidsplan Voortijdig Schoolverlaten 2012-2015 en het gemeentelijk sociaal maatschappelijk beleid meegenomen. In het najaar van 2012 zal het meerjaren beleidsplan Voortijdig Schoolverlaten (VSV) 2012-2015 worden uitgewerkt. 5.5. Integraal jeugdbeleid De gemeente Heerde hecht aan een gezond en veilige leefomgeving voor iedereen. De gemeente is van mening dat preventie loont. De pedagogische infrastructuur wordt versterkt en ‘meedoen’ staat centraal. In 2012 is gewerkt aan een herziening van de zorgstructuur van de gemeente Heerde. De definitieve uitwerking krijgt vorm in het najaar van 2012. Het doel is om in het nieuwe stelsel het werken en denken vanuit de eigen kracht centraal te stellen. Deze insteek vraagt om een cultuuromslag op de werkvloer, binnen instellingen en in de samenwerking met de overheid. De leerplichtambtenaar draagt haar steentje bij in deze herziening. Tevens levert de leerplichtambtenaar een bijdrage aan zorg- en adviesteams en netwerkorganisaties gericht op een integrale aanpak van voortijdig schoolverlaten. Een opsomming van de diverse zorgstructuren staat beschreven in bijlage 3. Bijlage 1: 14-11-2012
97
11
5.6. Wet Werk en Bijstand / WIJ De WIJ, de Wet investeren in jongeren, is per 1 januari 2012 afgeschaft. De jongeren van 18 tot 17 jaar die onder deze wet vielen zijn overgegaan naar de de Wet Werk en Bijstand (WWB). De gemeente doet jongeren van 18 tot 27 jaar die zich melden voor een uitkering, een aanbod. Dit kan een vorm van scholing, een baan of een combinatie van beide zijn, afgestemd op de situatie van de jongere. Bij acceptatie van het leeraanbod krijgen ze waar nodig een inkomen dat gelijk is aan de hoogte van een bijstanduitkering. Als zij het aanbod niet accepteren dan krijgen zij ook geen uitkering van de gemeente. Deze maatregelen zijn bedoeld om te bevorderen dat jongeren duurzaam aan de slag komen en om te voorkomen dat zij afhankelijk worden van de bijstand. De consulenten werk en inkomen van de gemeente Heerde werken nauw samen met de RMCtrajectbegeleiders.
6. Samenvatting Het gemeentelijk beleidskader heeft tot doel de voorwaarden te scheppen die jeugdigen in staat stelt om te groeien tot een volwassene die optimaal kan meedoen aan onze samenleving. Deze kansen liggen ondermeer in het goed doorlopen van het onderwijs met als afsluiting een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt. Jaarlijks behalen ruim 200 jongeren een startkwalificatie. Om verschillende redenen loopt een kleine groep jongeren vast in het onderwijs, is er schoolverzuim en bestaat de kans op voortijdig schoolverlaten.
Schoolverzuim Vanwege de maatschappelijke gevolgen van voortijdig schoolverlaten is er in toenemende mate aandacht voor de aanpak van schoolverzuim en het voorkomen van schooluitval. Dit heeft zich de afgelopen jaren vertaald in het landelijk als gemeentelijk beleid en in de cijfers van schoolverzuim. De daling in het aantal luxe verzuimmeldingen was tijdens het schooljaar al zichtbaar. Daarnaast bleek uit gesprekken met verschillende directeuren dat de regels rondom de leerplichtwet 1969 niet duidelijk waren. Zo wist een directeur niet dat als een een verlofaanvraag was afgewezen en de leerlingen tóch afwezig waren dat hiervan een melding bij de leerplichtambtenaar gedaan moest worden. De leerplichtambtenaar heeft in oktober 2011 de directeuren van het basisonderwijs voorlichting gegeven over de regels rondom luxe verzuim. Dit heeft niet geleid tot een stijging in het aantal meldingen terwijl dat wel de verwachting was. In het huidige verslagjaar is een stijging van het aantal verzuimmeldingen. Op dit moment is de landelijke tendens dat het aantal verzuimmeldingen stijgt. Een verklaring hiervoor is gelegen in de volgende ontwikkelingen: - invoering van de kwalificatieplicht (verhoging leerplichtige leeftijd); - invoering van één verzuimloket; - verbeterde afspraken rondom melden van verzuim tussen scholen en leerplichtambtenaren, vastgelegd in het verzuimprotocol; - verbeterde registratie van afwezigheid binnen de scholen; - verbeterde zorgstructuren binnen scholen; - invoering methodiek ‘Ziekte als Signaal’ in het voortgezet onderwijs; - (doorontwikkeling) doorstoomactie vmbo-mbo; - actievere voorlichting, zowel richting jongeren en ouders als samenwerkingspartners. De oorzaken van schoolverzuim zijn divers en vragen om een integrale aanpak. De gemeente werkt dan ook nauw samen met het onderwijs, regiogemeenten, justitie, het veiligheidshuis, het CJG en andere instellingen betrokken bij de zorg voor jongeren. Deze samenwerking wordt ondermeer vormgegeven binnen de regiegroep jeugdbeleid en de daaronder “hangende” zorgnetwerken: de MDT’s en het straatgroepenteam, en de Zorg- en Adviesteams, verbonden aan de scholen. Naast signaleren en zorg is er ook aandacht voor helder handhaven. In het verslagjaar werd in 4 situaties van signaalverzuim gekozen voor een strafrechtelijke reactie. Bijlage 1: 14-11-2012
98
12
Voortijdig schoolverlaten De doelstelling is om het aantal voortijdig schoolverlaters te verminderen met 40%. Dit betekent dat aan het eind van schooljaar 2011-2012 maximaal 42 jongeren zonder startkwalificatie het onderwijs verlaten. Uit de voorlopige cijfers komt naar voren dat deze doelstelling niet is gehaald (49). Deze cijfers zijn nog niet definitief en kunnen nog worden aangepast door het ministerie. Deze jongeren zijn allemaal in beeld. In het vorige verslagjaar, 2010-2011 was een daling van 52% voortijdig schoolverlaters gerealiseerd ten opzichte van de start in 2005-2006. Cijfers van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen laten zien dat onze gemeente het over het algemeen goed doet en onder het landelijk gemiddelde scoorde qua aantal voortijdig schoolverlaters. De verwachting is dat dit voor het verslagjaar niet geldt. De belangrijkste reden hiervoor is de verbeterde registratie en sluitende aanpak. Alle voortijdig schoolverlaters zijn nu direct in beeld, waardoor er geen jongeren gemist worden.
Tot slot De algemene conclusie is dat zowel op landelijk, regionaal als lokaal niveau stevig is ingezet op de aanpak van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. De gemeente wil dan ook doorgaan op de ingeslagen weg met het uiteindelijke doel het voortijdig schoolverlaten te verminderen en daarmee jongeren optimale kansen te bieden op meedoen in onze samenleving.
Bijlage 1: 14-11-2012
99
13
Bijlage I
Inzet financiële middelen 2010
Kwalificatieplicht - leerplichtadministratie
wat software
bedrag
15.250,00
8.863,29
- applicatiebeheer Heerde en Hattem
uren inzet
2.903,60
- registratiehandelingen
uren inzet
5.807,19 15.250,00
RMC - samenwerking netwerkpartners
wat
bedrag
uren inzet
2.060,00
- project Klaar voor de Start
uren inzet
1.800,00
- deelname lokale zorgnetwerk
uren inzet
3.000,00
6.860,00
(inclusief voorlichting en advies)
(inclusief terugkoppeling aan regioleerplichtambtenaren)
Bijlage 1: 14-11-2012
6.860,00
100
14
Bijlage 2: cijfers RMC gemeente Heerde 2011-2012
Aantal Begeleide nieuwe voortijdig schoolverlaters Begeleide oude voortijdig schoolverlaters Totaal
49 8 57
Bestemming herplaatste voortijdig schoolverlaters Aan het werk zonder startkwalificatie (sk) Opleiding/onderwijstraject Werk in combinatie met opleiding Nog in bemiddeling Wil geen bemiddeling Startkwalificatie (sk) behaald Hoogst haalbare bereikt WIJ Wajong Opvangvoorziening/zorg/hulpverleningstraject zonder sk Verhuisd buiten de regio Detentie Totaal
13 13 1 4 3 0 1 1 12 5 4 0 67
Bijlage 1: 14-11-2012
101
15
Bijlage 3: integrale handhaving leerplicht Multi Disciplinaire Teams (MDT’s) Het gemeentelijk jeugdbeleid wordt vormgegeven door de regiegroep jeugdbeleid. Er zijn 3 MDT’s in de gemeente, één voor de 12-18 jarigen, en 2 voor de 0-12-jarigen, waarvan 1 voor Heerde en 1 voor Wapenveld, Veessen en Vorchten. Vooral het MDT 12+ speelt een belangrijke rol in de integrale aanpak voor schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. Leden van het MDT zijn: Bureau Jeugdzorg, GGD, politie, Algemeen Maatschappelijk werk, straathoekwerker, zorgcoördinator school en de leerplichtambtenaar. 7 keer per jaar multidisciplinair casuïstiekoverleg; doelgroep: jongeren van 12-18 jaar; taken: signaleren, afstemming, casusbespreking, registratie en doorverwijzing naar hulpverlening. Zorg- en Adviesteams (ZAT’s) Om problemen bij een leerling vroegtijdig te signaleren en om verzwaring van de problematiek en eventueel schooluitval te voorkomen zijn binnen de scholen voor voortgezet en beroepsonderwijs Zorg- en Adviesteams ingericht. Doorgaan zijn de volgende partijen vertegenwoordigd in het ZAT: professionals uit het onderwijs, jongerenwerk of politie, leerplicht, bureau Jeugdzorg, GGD en maatschappelijk werk. (twee)maandelijks multidisciplinair overleg; doelgroep: leerlingen voortgezet en beroepsonderwijs; taken: signalering, afstemming, casusbespreking en verwijzing naar hulpverlening Justitieel Casusoverleg (JCO) In het JCO worden de jongeren besproken waartegen een proces-verbaal is opgemaakt. Ook leerplichtzaken worden in het JCO besproken. Het JCO is ondergebracht in het Veiligheidshuis. In het JCO zijn de politie, het Openbaar Ministerie, de Raad voor de Kinderbescherming, de jeugdreclassering (onderdeel van Bureau Jeugdzorg) en de gemeenten vertegenwoordigd. Dit overleg is voortgekomen uit de wens om te komen tot meer maatwerk, dan wel een betere afstemming tussen preventieve en repressieve mogelijkheden in de aanpak van schoolverzuim (en natuurlijk de andere strafzaken). wekelijks casuïstiekoverleg; doelgroep: jongeren 12-18 jaar; taken: afstemming, consultatie, voorstellen straftraject op maat. Jongerenloket Voor de uitvoering van de wettelijke taken, gericht op de aanpak van voortijdig schoolverlaten en jeugdwerkloosheid, zijn verschillende partijen verantwoordelijk. Vanuit een gemeenschappelijk doel, namelijk perspectief bieden aan jongeren, is in 2007 in Zwolle een fysiek jongerenpunt ingericht. Binnen dit loket hebben de volgende partijen zitting: Centrum Werk en Inkomen (CWI), consulenten Sociale Zaken (gemeenten), consulenten Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (RMC) en de beide Regionale Opleidingscentra (ROC’s). Voor de gemeente Heerde kunnen jongeren ook terecht bij het jongerenloket in Apeldoorn, de jongerenloketten overleggen welk jongerenloket de jongere het beste kan begeleiden/helpen. doelgroep: voortijdig schoolverlaters 16-23 jaar; één punt waar alle jongeren met hun vragen over scholing en werk terecht kunnen; uitgangspunt: ‘school first’ met het doel duurzame instroom van jongeren op de arbeidsmarkt te bevorderen. Regionaal netwerk leerplicht/RMC Met de gemeenten binnen de regio IJssel-Vecht is er op zowel uitvoerend, beleids- als bestuurlijk niveau structureel overleg. Dit om te komen tot een optimale kwaliteit en afstemming van taken en verantwoordelijkheden binnen de regio IJssel-Vecht op het terrein van leerplicht en RMC. doelgroep: jongeren 4-23 jaar; taken: afstemming en nieuwe beleidsinitiatieven. Bijlage 1: 14-11-2012
102
16
Ziekteverzuim als Signaal Binnen de regio IJssel-Vecht wordt gewerkt met de methodiek ‘Ziekteverzuim als Signaal’ (ZAS). ZAS heeft als insteek om kinderen die door ziekte meer dan gemiddeld van school verzuimen, voortijdig in contact te brengen met de jeugdarts van de GGD. Dit om te voorkomen dat het ziekteverzuim uitmondt in een leerachterstand en/of voortijdig schoolverlaten. Binnen deze werkvorm is een nauwe samenwerking tussen de jeugdarts, de scholen voor voortgezet onderwijs en de leerplichtambtenaar. bij zorgwekkend ziekteverzuim tijdig melden en onderzoek jeugdarts; taken: controle rechtmatigheid schoolverzuim, dan wel verzuimbegeleiding (onderzoek, advisering/doorverwijzing hulpverlening). De gemeente Heerde heeft een andere GGD dan de overige gemeenten van de regio IJssel-Vecht (GGD Gelre-IJssel i.p.v. GGD IJssel-Vecht). Met onze GGD zijn vergelijkbare afspraken gemaakt voor de leerlingen die op de Noordgouw en RSG NO-Veluwe naar school gaan. Bovenschoolse voorzieningen Jaarlijks worden jongeren aangemeld bij Rebound, doorgaans via de leerplichtambtenaar in samenwerking met de scholen. Rebound is een bovenschoolse voorziening en biedt tijdelijke opvang aan leerlingen die door hun gedrag niet meer te handhaven zijn op school. Binnen Rebound volgt de leerling een niet-vrijblijvend programma om vervolgens binnen enkele maanden een nieuwe start te maken in het reguliere onderwijs, waar de schoolloopbaan vervolgt kan worden. Naast Rebound wordt ook ‘Herstart’ en ‘Op de rails’ aangeboden. Deze voorzieningen zijn ingericht voor jongeren die thuiszitten zonder uitzicht op plaatsing binnen het speciaal onderwijs, dan wel voor jongeren met gedragsproblemen zonder indicatie voor deze vorm van onderwijs.
Bijlage 1: 14-11-2012
103
17
Informatienota commissie Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller LO/W. Blankvoort/0578-699550/
[email protected] Portefeuille A. Westerkamp Programma Welzijn en Sport
Agendapunt 13
Onderwerp Onderzoek zwembad
De commissie neemt kennis van: Het besluit van het college van 6 november 2012 om zwem- en waterpolovereniging Octopus de gelegenheid te bieden om de haalbaarheid van overname van het zwembad met inzet van vrijwilligers te onderzoeken en het resultaat daarvan voor 1 januari 2013 aan het college kenbaar te maken. Inleiding Op 2 oktober 2012 hebben wij besloten in de niet-openbare aanbestedingsprocedure Revelingseweg in zijn geheel niet tot gunning over te gaan omdat de procedure onder de door de gemeente gestelde randvoorwaarden geen planvoorstellen heeft opgeleverd die passend zijn binnen de financiële doelstellingen en kaders. Naar aanleiding van dit besluit heeft een gesprek plaatsgevonden met zwem- en waterpolovereniging Octopus. Wethouder Westerkamp heeft aangegeven, dat met name de voorwaarde voor in stand houden van een wedstrijdbad van 25 bij 12,5 meter en het leveren van zwembaddiensten aan verenigingen voor een periode van 25 jaar tegen een verenigingstarief, potentiële belangstellenden heeft afgeschrikt maar ook geen planvoorstellen heeft opgeleverd die passend zijn binnen de financiële doelstellingen en kaders die door de gemeenteraad zijn gesteld. Van de zijde van Octopus is aangegeven, dat zij graag de mogelijkheid willen onderzoeken om het zwembad over te nemen met inzet van vrijwilligers. Hiervoor hebben zij contact gezocht met de KNZB die hen hierin wil adviseren. Op 30 oktober 2012 is er een ledenvergadering waarin de leden van Octopus over dit voornemen zijn geïnformeerd. Er waren veel leden aanwezig, waarbij het opvallend was dat er uit alle leeftijdscategorieën vertegenwoordigers waren. Octopus heeft namelijk ook op zatermorgen een zwemgroep voor ouderen. De uitkomst hiervan is dat de leden graag willen dat het onderzoek plaats vindt. Van gemeentezijde was al aangegeven, dat een dergelijk onderzoek, geen langdurige vertraging tot gevolg mag hebben, gelet op de financiële opgave die er voor het product zwembad is. Octopus kan er mee instemmen dat een dergelijk onderzoek begin januari 2013 moet zijn afgerond en dat de conclusies voor deze datum zijn gedeeld met de leden en met de gemeente. U bent door het college tijdens de behandeling van de begroting op 6 november 2012 hierover geïnformeerd. Tijdens deze vergadering is door alle fracties uitgesproken, dat er tot 1 april 2013
1/2
104
gewerkt kan worden aan een haalbare oplossing. Als er geen definitief haalbare oplossing is, is raadsbreed uitgesproken, dat het zwembad per 1 augustus 2013 sluit. Tevens is aangegeven, dat het beschikbare bedrag in de begroting van € 160.000,- niet alleen bedoeld is voor de activiteiten van Octopus, maar dat ook vrij zwemmen mogelijk moet blijven. Op dit moment is het zwembad 15 uur per week geopend voor vrij zwemmen. Overigens zijn er ook marktpartijen die hun belangstelling kenbaar maken voor het zwembad als de voorwaarde voor instandhouding van het wedstrijdbad niet langer aan de orde is. Met deze marktpartijen worden verkennende gesprekken gevoerd (passend binnen de kaders die daarvoor zijn gesteld: versterkend aan de omgeving zijnde een recreatieontwikkelingsgebied en voorkomen van permanente bewoning), waarbij duidelijk wordt aangegeven dat Octopus de gelegenheid krijgt om een eigen onderzoek te doen. Bevoegdheid / Juridisch kader Het college is verantwoordelijk voor de uitvoering van het programma dat door de gemeenteraad is vastgesteld. Eerdere besluitvorming en kaders De bezuiniging op het product zwembad is een opgave in het kader van Krimp zonder Scheuren. Kernboodschap Zwem- en waterpolovereniging Octopus de mogelijkheid bieden om te kijken of zij in staat zijn om binnen het beschikbare budget in de gemeentebegroting het zwembad of tenminste het wedstrijdbad te blijven exploiteren. Communicatie In de maanden november en december 2012 vinden er gesprekken plaats met zwem- en waterpolovereniging Octopus. Er worden ook verkennende gesprekken gevoerd met belangstellende marktpartijen. Vervolg In de commissievergadering van 12 februari 2013 wordt verslag gedaan van de uitkomsten van het onderzoek van zwem- en waterpolovereniging Octopus en worden vervolgstappen voorgesteld. Heerde, 6 november 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen ter inzage: 1. Advies college d.d. 6 november 2012.
2/2
105
Informatienota commissie Commissie Samenleving 27 november 2012
Afdeling en opsteller Leefomgeving/H.J. Regterschot/0578-699561/
[email protected] Portefeuille Westerkamp/Bögemann Programma Onderwijs, Kunst en Cultuur en Welzijn en Sport
Agendapunt 14
Onderwerp Stand van zaken Accommodatiebeleid
De commissie neemt kennis van: De laatste stand van zaken met betrekking tot het accommodatiebeleid en het vervolgtraject. Inleiding In de raadsvergadering van 12 maart 2012 is de Nota Accommodatiebeleid vastgesteld. In deze Nota zijn richtinggevende uitspraken gedaan over onder andere de te realiseren bezuinigingen en de privatisering van diverse sportverenigingen. Daarnaast dienen de hoofdstukken 8 en 9 van de Nota Sport- en Sportaccommodatiebeleid over het tarievenbeleid en de financiering van de sportaccommodaties nog te worden vastgesteld. Ondertussen zijn er overleggen geweest met diverse geledingen, zoals buitensport, binnensport en huurders van gemeentelijke accommodaties. In de vergadering van de commissie Samenleving van 2 oktober jongstleden is een discussienota inclusief een notitie accommodatiebeleid besproken. Geconstateerd is dat het, gelet op de complexiteit van de materie en de eventuele (financiële) gevolgen voor zowel de verenigingen als de gemeente, het niet mogelijk zal zijn, zoals wel was gepland, dat de raad in de vergadering van 17 december a.s. besluiten kan nemen over het toekomstige accommodatiebeleid en de hoofdstukken 8 en 9 van de Nota Sport- en Sportaccommodatiebeleid. Wel zijn onder andere de volgende afspraken gemaakt. -Afgesproken is dat er een knip zal worden gemaakt in drie onderdelen, die elk afzonderlijk zullen worden opgepakt en afgehandeld richting besluitvorming. Het gaat om buitensport, binnensport en overige (gemeentelijke) accommodaties. Hierin zullen de taakstellende bezuinigingen, zoals besproken in de raadsbrede commissie van 10 september 2012, worden meegenomen. Voor buitensport is dit € 69.000,-, voor de binnensport € 25.000,- en voor de overige accommodaties € 60.000,-. Afrondende gesprekken worden gevoerd met gebruikers van zowel de binnen- als buitensport over overdracht van het beheer. De realisatie van de besparing zal redelijkerwijs niet voor het begin van het nieuwe seizoen (1 augustus) zijn. Als de gesprekken met de gebruikers niet tot overeenstemming leiden, resteert een tariefsverhoging om de besparing alsnog te realiseren per 1 januari 2014. -Daarnaast is toegezegd dat de in de commissievergadering gemaakte opmerkingen/aanvullingen
1/2
106
zoveel mogelijk mee zullen worden genomen in het vervolgtraject. -De kosten, die hiermee gemoeid zijn, zullen in kaart worden gebracht. Hierbij denken we aan (vervangings)investeringen, eventuele fondsvorming voor toekomstige investeringen, varianten voor subsidieverstrekking aan verenigingen etc. Deze en andere afspraken zullen leidend zijn in de komende gesprekken met de diverse verenigingen. Kernboodschap De komende tijd wordt invulling gegeven aan de taakstellende bezuinigingen van € 69.000,- binnen de buitensport, van € 25.000,- binnen de binnensport en € 60.000,- binnen de overige gemeentelijke accommodaties. Deze taakstelling wordt gerealiseerd hetzij door lastenverlaging danwel door inkomstenverhoging. Vervolg In maart 2013 zal de commissie worden geïnformeerd over de uitkomsten van de diverse gesprekken en de standpunten van het college. De (financiële) gevolgen van het vast te stellen accommodatiebeleid en de vaststelling van de hoofdstukken 8 en 9 van de Nota Sport- en Sportaccommodatiebeleid worden aangegeven in de in juni 2013 door de raad te bespreken Perspectiefnota 2014 – 2017. Heerde, 13 november 2012. Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen ter inzage: 1. Advies college d.d. 13 november 2012.
2/2
107