Commissie Samenleving
12 februari 2013
Aan de leden van de commissie: • Samenleving Heerde, 30 januari 2012 Geachte dames en heren, Hierbij nodigen wij u uit tot het bijwonen van de openbare vergadering van de commissie Samenleving. De vergadering wordt gehouden in de raadzaal van het gemeentehuis, ingang Dorpsstraat te Heerde. •
Dinsdag
12 februari
19.30 uur
commissie Samenleving
De stukken liggen voor de raadsleden met ingang van heden ter inzage in de leeskamer. De gezamenlijke voorzitters. AGENDA Algemeen 1. Opening en mededelingen 2. Melding van insprekers bij agendapunten en vaststelling agenda 3. Verslag commissievergadering van 8 januari 2013 4. Lijst met aandachtspunten 5. Spreekrecht publieke tribune over punten die niet op de agenda staan
Pagina 4 13 -
Raadsvoorstellen 6. Realisatie MFA Heerde-Oost 7. Beleidsregels bijzondere begraafplaats
Pagina 16 144
Adviezen/bespreken 8. Muziekkoepel
Pagina 153
Ter 9. 10. 11. 12.
Pagina 167 170 172 176
kennisname informatienota Proces gemeenschapsvoorziening Wapenveld Overzicht stand van zaken Cittaslow Prestatie-indicatoren schulddienstverlening Regionale visie Noord Veluwe Sport
Slot 13. Rondvraag 14. Sluiting
Pagina -
Algemeen Verslagen en lijsten met aandachtspunten
GEMEENTE HEERDE
Verslag openbare vergadering commissie Samenleving van 8 januari 2013 Aanvang Plaats Aanwezig
Afwezig met kennisgeving
19.30 uur raadzaal gemeentehuis te Heerde de voorzitter: J.Grotenhuis de leden: C.J.H. den Boef-Roeke, D.H. Bronsink, I.T.M.S. Bunnik, A. van Dijk-Bruins, H. Dijkslag, B. Horst, H. Hulsebos, J. Kampherbeek, B.J. van der Linde, J. Nitrauw, J. Pierik, H. van de Pol het college: H.A.M. Bögemann de griffie: B. Espeldoorn, M. Spronk-Franken S.I. van Amerongen, A. Westerkamp, W.J.R.M. Pijnenburg
5 Algemeen
10
15
20
25
30
35
40
45
1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering om 19.30 uur. De heer Buist, raadslid en tevens lid van het Algemeen bestuur heeft gevraagd om een toelichting te geven op de stand van zaken bij PrOo. Buist: Samen met de gemeente Epe is men optimistisch over de financiële situatie. Er is veel aandacht aanbesteed en er zijn kritische vragen gesteld aan PrOo. Momenteel lijkt het er redelijk goed uit te zien. In 2013 komt men weer heel langzaam in de positieve cijfers. We worden op de hoogte gehouden. Hulsebos: Hij heeft de indruk, dat de reserves niet groot zijn, maar dat het nu wel op de rit komt voor 2013. Buist: Sinds de aanstelling van de nieuwe directeur zijn er acties ondernomen en ziet het er veel beter uit dan voorheen. Hij heeft vertrouwen in de nieuwe directeur. PrOo heeft wel ingeteerd op de reserves. Bögemann: Hij onderschrijft de woorden van de heer Buist. In 2012 is er een groter tekort, dat wordt in 2013 positiever door de slag die is gemaakt door wegvallen van personeel. Een recente mail geeft aan dat de prognoses van 2012 ook minder slecht eruit komen. Het gaat iets beter. Kampherbeek: In de stukken staat dat u twee maandelijks (financiële) rapportages van de stichting ontvangt. Als we er tweemaandelijks opzitten dan gaat het de goede kant op. Ook graag de commissie op de hoogte brengen? Buist: De afgevaardigden van de gemeente Heerde zijn kritischer dan de meeste andere gemeenten. We hebben gevraagd en voorgelegd dat het goed zou zijn om de gemeenteraden hierin mee te nemen. Dus komt er binnenkort een uitnodiging aan de raadsleden en commissieleden waarin samen gekeken wordt naar de stand van zaken. Wij zitten scherp op de twee maandelijkse informatie. Zodra de twee maandelijkse rapportage bekend is, wordt de commissie via een A-4 tje op de hoogte gebracht. Den Boef: Zijn er financiële consequenties te verwachten in de komende tijd door de problemen die er zijn en niet door het teruglopen van het aantal leerlingen. Zijn er personele gevolgen? Buist: PrOo komt om met ons van gedachten te wisselen over de vergrijzingen en minder leerlingen op de openbare scholen op de Veluwe. Er zaten bij PrOo teveel mensen in dienst en de leeftijd was niet evenwichtig. Een x-aantal mensen zijn vrijwillig uitgetreden. Momenteel is het niet nodig om extra mensen te ontslaan. Hulsebos: Recentelijk zijn er prognoses uitgekomen van 4% afname van leerlingen per jaar. Hier moeten we wel alert op zijn. Bögemann: Wij zijn alert. Met Proo is ook afgesproken dat op enig moment dat zij voornemens zijn een school te sluiten, wij direct op de hoogte worden gebracht. We hebben nog geen signaal opgevangen. Buist: Het teruglopend aantal leerlingen is op alle scholen van toepassing. De financiële perikelen lijken tot het verleden te behoren en als PrOo het goed blijft doen t.a.v de kwaliteiten van het onderwijs dan valt het misschien nog wel mee. Den Boef: Zij is blij dat stichitng PrOo voor openbaar onderwijs niet in de problemen is gekomen met de kwaliteit van het Concept verslag Commissie Samenleving 8 januari 2013 4
onderwijs. Dit heeft misschien nog wel voorrang gehad boven alle financiële problemen. Kampherbeek: Onder de leerlingen aantallen staat in 2013–5,4, 2014-4,9 en in 2015-2,3 %. Dus het gaat vooruit en die mensen hebben de vingers echt weer aan de pols. 5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
2. Melding van insprekers bij agendapunten en vaststelling agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Verslag commissievergadering van Horst: N.a.v. de rondvraag over buurtbemiddeling. In het verslag staat dat er gezocht wordt naar een modus. Kan dit punt op de aandachtspuntenlijst komen? Hij is toch een voorstander van monitoren. Bögemann: Wat moet er gemonitoord worden? We schakelen buurtbemiddeling in als dat nodig is, we nemen alleen geen vast contract af. Horst: Het is overgekomen dat het college er niet is ingestapt omdat het geld kost. Hij ziet graag zien dat het college actief in gesprek gaat met de organisatoren. Bögemann: In een aantal gevallen heeft de gemeente van buurtbemiddeling gerbruik gemaakt. Wil de heer Horst dat dan graag terugzien? Het is niet helemaal duidelijk wat de heer Horst van het college verwacht. Horst: Agenten hebben aangegeven dat de gemeente Heerde na de proef niet verder is gegaan en dat het voor hen heel veel tijd zou scheppen voor andere zaken. Voorzitter: De heer Horst wil een stuk beleid zien. De portefeuillehouder wordt gevraagd een notitie over de stand van zaken en het beleid op te stellen, dit wordt opgenomen op de aandachtspuntenlijst. (Toevoeging aan het verslag: Er is geen budget voor Buurtbemiddeling/mediation in de begroting opgenomen.Afspraak is: zaken voor bemiddeling worden door de politie ingebracht, gemeente beslist.Criterium om zaken in te brengen: ruzies die de openbare orde of leefbaarheid van de buurt raken. Andere zaken zijn vaak spanningen/irritaties tussen buren onderling. Hier speelt veelal privaatrechtelijke kwesties: erfscheiding, geluidsoverlast (hobby’s, dieren), bomen/struiken. Bij privaat en strafrechtelijke zaken treedt de politie op als ‘bemiddelaar/adviseur’ of als handhaver. Burgers kunnen zelf ook Mediation inschakelen (en betalen). Daar is de gemeente geen partij in. De beantwoording is hiermee afgedaan). Van der Linde: Op pagina 10, het zwembad. Is er nog iets te melden over het onderzoek? Bögemann: Het college heeft het besluit genomen om Octopus de gelegenheid te geven om een onderzoek te doen om zichzelf te voorzien. Hier is geld beschikbaar voor gesteld. Het is wel belangrijk om ze hierin te ondersteunen. Octopus doet het verder zelf. Ze krijgen een soort van subsidie. Bunnik: Is er naar aanleiding van het jaarverslag leerplicht ook nog aandacht voor het verzoek wat de commissie heeft voorgelegd voor een jeugdconferentie jeugzorg? Wie neemt er initiatief en wat zijn de plannen? Zij krijgt het idee dat het een beetje weg is gezakt. Bögemann: Er is gewacht om de nieuwe beleidsmedewerker jeugd even aan ons te laten wennen. Voor de zomervakantie komt het onderwerp terug in de commissie. Hulsebos: Wat is het bedrag van de subsidieverstrekking aan het zwembad? Bögemann: Het gaat om € 5.000, -. Den Boef: Zij heeft gevraagd om een lijstje van de Hartinghbank over herplaatsing van hulpmiddelen en het verstrekken van nieuwe hulpmiddelen.Graag een overzicht. Bögemann: Er is vandaag een overzicht gekomen en wordt aan het verslag toegevoegd. Kampherbeek: N.a.v. pagina 8 van 10, wanneer komt de uitwerking van de zorgstructuur in de commissie? Voorzitter: Het punt staat op de agenda. Het verslag wordt met deze opmerkingen vastgesteld. 4. Lijst met aandachtspunten Pierik: In de raadsvergadering is toegezegd dat de verkeersproblematiek rond de CBS De Parel op de aandachtspuntenlijst zou worden opgenomen. Komt dit nog? Voorzitter: Wordt meegenomen. Bunnik: N.a.v. 2012-12, sport en sportaccommodatiebeleid wordt de besluitvorming nog verder naar voren geschoven. Dit baart haar zorgen. Kampherbeek: Sluit zich daarbij aan. Bunnik: De knip was bedoeld om een betere besluitvorming te krijgen. Kampherbeek: Hij vindt dat het in april moet voorliggen in de commissie. Blankvoort: De heer Westerkamp is ziek en ik kan daar nu niet over beslissen. Kampherbeek: Het onderwerp wordt steeds vooruitgeschoven. Het Concept verslag Commissie Samenlevingzaken van 8 januari 2013
pagina 2 van 6 5
5
uitdrukkelijke verzoek is om het eerder te behandelen. Ook de jeugdconferentie van mecrouw Bunnik hierin meenemen. Griffier: Er wordt een lijst met toezeggingen gehanteerd naast de aandachtspuntenlijst, daar staat de jeugdconferentie op omdat dit geen directe invloed heeft op de agenda van de commissie waar de aandachtspuntenlijst voor is. 5. Spreekrecht publieke tribune over punten die niet op de agenda staan Hiervan wordt geen gebruik gemaakt.
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
Raadsvoorstellen 6. Fraude sociale wetgeving Een drietal verordeningen is aangeboden om te voldoen aan de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving. Tevens vindt aanpassing plaats van de gewijzigde AOW-leeftijd. Van Dijk-Bruins: De nieuwe wet treedt per 1 januari 2013 in werking. Wanneer komt er een voorlichting en wanneer wordt het gepubliceerd? Zij heeft al flyers in andere gemeenten gezien. Met dit beleid kunnen we de inkomsten weer verhogen, dus een actievere rol van de gemeente en een scherpere handhaving. Hoe wordt dit aangepakt in de gemeente Heerde? Pierik: In het raadsvoorstel staat op pagina 2 van 3 onder financiën de te verwachten extra inkomsten. Hoeveel boetes en maatregelingen leggen we op per jaar en wat levert het op en wat kost het de gemeente? Kunnen de cijfers meegenomen worden in de kerngetallen die in de jaarrekening staan? Op pagina 10 van 12 onder artikel 6 staat specifiek de inspanningen van jongeren van 27 jaar. Waarom is dit niet voor iedereen? Bunnik: Zij zou het prettig vinden wat terughoudend te zijn in dit soort beleidszaken ten aanzien van de H2O-samenwerking, omdat dit nog in behandeling is. Bij financiën staat bijstelling van inkomensbudget. Praten we dan over zo’n enorm bedrag? Hoe moeten we dit schetsen? Nu lijkt het dat we een enorme fraude hebben. Is de gemeente al toegerust om een scherpere handhaving uit te gaan voeren? Van der Linde: Hij is ook benieuwd naar het antwoord op de laatste opmerking van mevrouw Bunnik. Wat is de berekeningsmethode van de rijksoverheid? Hoe komt men aan een bepaalde bijstelling naar beneden? Het mag geen heksenjacht worden om extra inkomsten te verkrijgen. Bögemann: De fraudes in 2013 kunnen veel zwaarder gestraft worden. Het is een verdere aanscherping van beleid wat de laatse jaren al is ingezet om met elkaar een goed gevoel te houden over de mensen die een uitkering krijgen. Natuurlijk gaan wij geen heksenjacht houden. Verder kan hij geen antwoord geven op alle vragen en worden de antwoorden in het verslag opgenomen. De media is met de publicatie bezig. Er is al iets gepubliceerd in de schaapskooi. Ondanks de discussies die nog lopen is wel afgesproken om intensief met elkaar samen te werken en gezamelijk op te trekken als H2O-gemeenten. Als gemeente Heerde mogen we onze stem wel laten horen. Hoe doen we het, via de medewerkers aan de loketten. De rest van de vragen over aantallen worden in het verslag opgenomen. Van der Linde: Is de korting van de rijksoverheid realistisch? Het is een landelijke wetgeving en het geldt voor alle zelfstandige gemeenten. Samen in H2O-verband oppakken. Pierik: Cijfers van het afgelopen jaar in kaart brengen is ook goed. Bögemann: De regelving is niet alleen voor jongeren tot 27 jaar, de intensie van de regelgeving is gericht op de hele doelgroep. De totale regelgeving en wetgeving van fraudebestrijding slaat op iedereen. Of de korting realistisch is, is moeilijk te zeggen. Als er wel iets over te zeggen valt, wordt het in het verslag meegenomen. Conclusie: De commissie stemt in met behandeling in de raad als A-onderwerp.
Ter kennisneming/informatieverstrekking door college 7.Voedselbank Horst: Op pagina 2 van 2 staat dat er in 2012 nog een uitgewerkte notitie komt. Dit is niet de notitie die is bijgevoegd. Hoe zit het met die notitie? Hulsebos: Hij snapt niets Concept verslag Commissie Samenlevingzaken van 8 januari 2013
pagina 3 van 6 6
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
van dit stuk. Het is een onsamenhangend stuk. Hij mist ook de notitie. Komt het nog terug in de jaarrekening en is er wat besloten? Het ene rapport spreekt van 14 gebruikers en het andere van 6 gebruikers uit de gemeente Heerde. Hij wil de situatie van nu hebben. Hij wil graag weten of het aantal gebruikers eind 2012 ook 100 is geworden. Van der Linde: Mist evenals de heer Horst de notitie. Maar hoe nu verder? Kampherbeek: Sluit zich aan bij zijn voorgangers. Het is onduidelijk. Er staat juli 2012 op de notitie en er wordt verwezen naar een eindrapportage in oktober 2012. Blijkbaar is men er niet toegekomen en het stuk is nog niet af. Hij wil ook duidelijkheid over de huurverhouding. Er zijn 52 huidige afnemers in Epe en 14 in Heerde in juli 2012, gaat het hierom? Het heeft nog niets te maken met de subsidieaanvraag? Wilt u dat ook toelichten? Van de Pol: Hoeveel gezinnen uit Heerde maken er gebruik van de voedselbank. Mijns inziens is dat niet meer dan 10 % in vergelijking met de gemeente Epe. Via de Passerel gehuurd. Is er voor die € 7,500.00 geen leegstaand gebouw te vinden die beschikbaar kan worden gesteld aan de voedselbank? Dijkslag: De huisvesting is onduidelijk, is verlengd tot maart 2013, maar volgens de voedselbank is niet gesproken over het verlengde huurcontract. Moet de voedselbank op zoek naar andere huisvesting? Hoeveel is de subsidie van de gemeente Heerde? Bögemann: De verwarring is enigszins ontstaan door 2 dingen, de evaluatie en de notitie over de samenwerking en beëindiging van de voedselbank. Na overleg met de colleges Epe en Heerde over een doorstart van de voedselbank is er eenmalig subsidie gegeven, een startsubsidie door de gemeenten Epe en Heerde om het pand waar ze zitten goed in te richten en daarna zelfstandig zouden kunnen draaien. Verwarring geven de cijfers van de toezegging en betaling die in verschillende jaren spelen. De overheid stelt dat het verstrekken van voedselpakketten niet nodig zou moeten zijn. Passerel is gestopt en toen kwam de noodkreet van de voedselbank. De voedselbank kwam naar de gemeente om de huur van het pand te betalen. Feitelijk was de afspraak alleen de reeds gegeven eenmalige subsidie. Er zijn gesprekken gevoerd met de voedselbank over huisvesting en oprichten van een bestuur, maar de voedselbank moet het zelf doen. Zij zijn nog op zoek naar een aantal bestuursleden. De voedselbank is nog in gesprek met de huurder en we wachten nog op verslag van de voeselbank. Ze mogen tot medio juni nog in het pand blijven. Het aantal huishoudens dat gebruik maakt van de voedselbank is 14/15. De grotere afname van huishoudens bij de voeselbank zoals in de persberichten is weergegeven, zien we in Heerde nog niet terug. Het college denkt mee met de voedselbank over een mogelijke oplossing. Van de Pol: Waar krijgt de voeselbank geld van om de huur van een pand te betalen? Bögemann: Uit giften, bedrijven die goederen leveren en samenweking met Triada en de Passerel. De Passerel boodt huisvesting en in samenwerking kregen de cliënten van de Passerel dagbesteding aan geboden. Van der Linde: Hoe het nu verder gaat is dus mede afhankelijk van de rapportage van de voedselbank. Zijn er voldoende voedselpakketten? Bögemann: Hij heeft geen signalen ontvangen dat er onvoldoende voedselpakketten zouden zijn. Dijkslag: Het afgeven van voedselpakketten moet wel blijven bestaan, anders vervalt m.n. de jeugd in de criminaliteit. Er zitten ook mensen bij met hulpsanering die een voeselpakket krijgen. Kun je van die mensen geen kleine bijdrage vragen? Bögemann: Er wordt creatief gekeken. Ze hebben hier vooralsnog nog niet voor gekozen. Kampherbeek: De voedselbank is blij dat het aantal huishoudens niet oploopt. Krijgt de commissie nog een eindevaluatie? Bögemann: Een terugblik op die 2 jaar. Op basis van deze evaluatie dat een aantal mensen in een bepaalde periode in hun leven toch gebruik moeten maken van de voedselbank. De voedselbank heeft nu een probleem omdat Passerel is gestopt en het college wacht op uitslag van de voedselbank. 8. Zorgstructuur Pierik: Het is mooi om te zien hoe de regie is opgepakt. Wat nog mist is de regie over de drie dossiers. Wat zijn de ideeën daarover? Horst: Sluit zich aan bij mevrouw Pierik. Het is een leesbaar stuk. Zit goed in elkaar. Bögemann: Bedankt voor het compliment. Aan de ene kant heeft het lang geduurd, maar er zijn grote stappen gezet. Het is lastig om goed de regie te houden en te combineren. Je hebt te maken met verschillende financiële stromingen en dus is het lastig om het goed bij elkaar te houden. Ook gezien het aantal
Concept verslag Commissie Samenlevingzaken van 8 januari 2013
pagina 4 van 6 7
onzekerheden vanuit het Rijk. Uiteindelijk zien we het overgaan van de bureaufuncties naar de keukentafelgesprekken. Bunnik: Graag de zorgpartners van de tweede en derde ring betrekken bij de jeugdconferentie. 5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
9. Stand van zaken beleidsagenda’s Hulsebos: Het stuk is erg onduidelijk. Kan iemand het toelichten? Griffier: Vanuit de raad is er een verzoek geweest om in kaart te brengen wanneer welke beleidsplannen moeten worden vastgesteld. Ook heeft raadslid dhr. Buist gevraagd om een lijst te krijgen van de bevoegdheden van de raad en het college. De concerncontroller heeft ten behoeve van de jaarrekening een overzicht gevraagd en door dit overzicht uit te breiden zou beter inzicht in de planning en verantwoordelijkheden gegeven kunnen worden. De griffie werkt met verschillende aandachtspunten- en toezeggingenlijsten en die zouden hierin goed opgenomen kunnen worden. Inmiddels heeft het MT de handschoen opgepakt om aan dit schema ook de afdelingsplannen te verbinden. Hiermee is het een totaalschema geworden. Nu is het alleen maar bijgevoegd om de commissie een indruk te geven. In de toekomst krijgt de raad alleen inzage in die onderdelen die voor de raad van toepassing zijn, onderzocht wordt of dit via het systeem van Thorbecke.nl beschikbaar gesteld kan worden. Hulsebos: Hele gedeeltes zijn weggevallen. Griffier: Dit komt dan waarschijnlijk door het afdrukken van grote excelbestanden. In de toekomst krijgen jullie de niet uitgebreide versie. Hulsebos: De bedoeling is de feitelijke teksten, hoe het is vetaald in tabellen. Griffier: Het verzoek van de commissie om het in een klein excelbestand aan de commissie voor te leggen wordt besproken met de portefeuillehouder. Van Dijk-Bruins: Het is mij niet duidelijk hoe het kan dat iedere twee weken bestuursopdrachten worden geschreven. Als je werkt met afdelingsplannen is er een aantal uren beschikbaar voor taken, daar heb je dan toch geen capaciteit voor? Blankvoort: Er is niet iedere twee weken een nieuwe bestuursopdracht. Als deze wel komt, wordt er gekeken of het met de bestaande capaciteit kan of dat er extra mensen moeten worden ingehuurd. 10. Zondagopenstelling Odyssee Nitrauw: Naar aanleiding van het punt over de grip op de hangjongeren. Hij stelt voor om een nieuwe jongerenwerker uit te nodigen in de commissie, met een wijkagent die ons bijpraat. Den Boef: Zij wil hierbij de opmerking plaatsen van leuk dat het is geprobeerd en jammer dat het niet is gelukt. De jongerenwerker stond in de krant en hij is alweer vertrokken. Zij maakt zich zorgen over de continuïteit. Graag iemand aannnemen die wat langer blijft en de jeugd van Heerde leert kennen en de problemen kan oplossen. Bögemann: Daar is hij het wel mee eens. Hij is wel blij dat ze heel snel iemand konden vinden om de taak tijdelijk op zich te nemen. Nogmaals onderschrijft hij de voorkeur voor een blijvend persoon. De uitnodiging om de jongerenwerker t.z.t. in de commissie uit te nodigen wordt meegenomen. Op het moment dat de jongerengroep weer komt met ideeën dan moeten ze daarvoor ook de gelegenheid krijgen. Als de commissie daar anders overdenkt dat graag kenbaar maken. Van de commissie krijgt het college toestemming om zonder verdere aankondiging de zondagopenstelling van Odyssee af te geven aan de jongeren als ze met het verzoek komen. 11. Pannakooi Dijkslag: Waar is de pannakooi gebleven? Is de kooi naar een vereniging toe gegaan? Bögemann: De kooi is niet ineens verdwenen. Een gedeelte van de kooi is bij de Rijnsberg neergezet en met Vevo wordt gesproken om de rest van de kooi te plaatsen. Den Boef: Het projectbureau ligt Vevo dwars. Ze kunnen niet vergaderen met een kooi in de buurt. Kan het college nog eens met het projectbureau praten. De kooi kan ook na 16.00 uur en in het weekend worden gebruikt. De Pvda heeft grote problemen gehad met het weghalen van de pannakooi. Niemand zit hier op een kooi te wachten en zij kan zich nu niet aan het idee onttrekken dat de commissie stelselmatig niet werd geïnformeerd. Hulsebos: Deelt de mening van mevrouw Den Boef. Het is verrassend wat
Concept verslag Commissie Samenlevingzaken van 8 januari 2013
pagina 5 van 6 8
er nu uit komt. Dijkslag: De kooi gewoon bij Vevo neerzetten. Bögemann: Het college is nog in gesprek met het project buro. Het is wel goed om er afspraken over te maken.
5
10
15
20
Slot 12. Rondvraag Dijkslag: De jeugd krijgt bij het afsteken van een rotje een boete en in Wapenveld bij De Zwaaikolk is veel overlast geweest en en daar wordt het afgedaan met het valt wel mee. Voorzitter: Gisteravond is deze vraag uitvoerig beantwoord in de commissie Ruimte en het antwoord is te lezen in het verslag van de commissie Ruimte. Van der Linde: Bij het incident in Wapenveld is hij ook benieuwd naar de kosten voor het opruimen bij De Zwaaikolk n.a.v. de overlast van de vuren en wat de totaalkosten voor de gemeente Heerde zijn geweest. Voorzitter: Wordt meegenomen (Toevoeging aan het verslag: de beantwoording is als bijlage 3. bij dit verslag opgenomen). Horst: De gemeentewerf was zaterdag dicht vanwege een sportactiviteit. Dit was nergens afgekondigd. Dit is niet goed gecommuniceerd. Mevr. Blankvoort: zal dit meenemen. 13. Sluiting De voorzitter dankt alle aanwezigen en sluit de vergadering om 21.10 uur. Bijlagen 1. Overzicht cijfers Hartinghbank 2012 2. Beantwoording vragen raadsvoorstel agendapunt 6. fraude sociale wetgeving 3. Overzicht kosten jaarwisseling 2012-2013
Concept verslag Commissie Samenlevingzaken van 8 januari 2013
pagina 6 van 6 9
1.a
Nieuw Gebruikt Totaal
HV%
Per
dec-11 jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec uitstaand
493 494 486 481 479 481 483 478 478 477 482 487 7 25 32
78%
88%
8 5 3 2 5 5 2 1 3 1 4 6
Cummulatief Aantal opgehaalde vz Aantal reparaties Aantal binnengekomen klachten 16 15 2 6 7 4 7 6 4 7 9 10
electrische rolstoel binnen- en buitenshuis
1.e 2.a 2.b
100% 100%
14 20 9 7 7 8 6 6 13 8 8 10
3.a
1 0 1 2 0 2 1 0 1 1 14 15
0% 0% 0% 93%
3.b 0 0 0 3.c 4.a 4.b
3 25 28 2 1 3 1 1 2
89% 33% 50%
4.c 0 0 0 5.a 1 1 2
50%
5.b 0 0 0 0 0 0 7.a 16 0 16 7.b
0%
8.a 8.b
2 6 8 1 0 1 1 0 1
75% 0% 0%
8.c 0 0 0 8.d 0 0 0 8.e 1 0 1 8.f 8.g
0 0 0 2 0 2
0%
8.h 0 0 0 0 0 0
diverse eenvoudig (zonder motor hoog BTW)
8.j 9.a 9.b
0 0 0 1 0 1 0 0 0 10.a
diverse complex (met motor hoog BTW)
diverse complex (met motor laag BTW)
diverse eenvoudig (zonder motor laag BTW)
8.i fiets met electrische trapondersteuning
tandemfiets volwassen
tandemfiets kinderen
aandrijfunit duw rolstoel andrijfunit op achterwielen hoepelrolstoel
handbike aankoppeldeel
kinder autozitjes
electrische kinderrolstoel
kinderrolstoel
douche- en toilethulpmiddelen >450,00 netto kinder duwwandelwagen (buggy)
6.a
douche- en toilethulpmiddelen eenvoudig
badlift electrisch
tillift actief
tillift passief
driewielfiets electrsich volwassen
driewielfiets kinderen
driewielfiets volwassen
scootmobiel maximaal 15 km/h
scootmobiel maximaal 12 km/h
scootmobiel maximaal 10 km/h
electrische rolstoel binnenshuis en directe woonomgeving
rolstoel permanent; vastframe hoepelrolstoel, (semi) permanent gebruik hoepelrolstoel actief gebruik, vouwbaar
rolstoel incidentieel (duw en hoepel)
vastframe rolstoel actief gebruik
1.b 1.c 1.d 1 0 0 7 8 5 8 8 5 10.b
1 0 1 0 0 0
0%
leveringen nieuw gebruikt ophalen reparaties
30 34 34 38 37 45 35 36 50 37 41 35
116 452 0
10
45 93 138 67%
Bijlage 2 verslag commissie SL d.d. 8 januari 2013 Beantwoording gestelde vragen raadsvoorstel agendapunt 6. Fraude sociale wetgeving Actievere rol gemeente De gemeente Heerde werkt al fraude alert, met als resultaat dat bijv. in een aantal gevallen is voorkomen dat er onterecht uitkering werd toegekend. Uit de officiële cijfers over 2011 blijkt dat de Sociale Recherche op ons verzoek in negen gevallen een onderzoek naar uiteenlopende soorten van uitkeringsfraude is gestart. De bespaarde uitkering over 2011 is berekend op ruim € 23.000. De nieuwe wetgeving verplicht de gemeente harder op te treden bij aangetoonde fraude. Hoeveel boetes en maatregelen De verplichting tot het opleggen van een boete is per 1 januari 2013 ingegaan en kwam dus in de afgelopen jaren niet voor. In 2012 is na afronding van het betreffende SR-onderzoek in twee situaties besloten tot terugvordering. Er zijn geen maatregelen opgelegd, omdat de uitkering inmiddels was beëindigd. Het is goed om het aantal boetes en maatregelen als kengetallen op te nemen in de jaarrekening (voor het eerst dus over 2013). Bijstelling inkomensbudget Op macro niveau stelt de rijksoverheid het budget voor de bekostiging van de uitkeringen bij al naar gelang de ontwikkelingen (o.a. prijspeil en aantal uitkeringsgerechtigden). T.a.v. de fraude maakt het rijk de inschatting dat dit landelijk tot besparingen leidt en boekt dit dus meteen als bezuiniging in. Daarna wordt de verdeelsleutel toegepast en ontvangt elke gemeente het haar toegewezen budget. Of dit lokaal gezien realistisch is, is zeer de vraag. Toelichting op de inschatting van het rijk over het aantal boetes en de hoogte van dit bedrag (bron: handreiking RCF en Stimulansz): 8 Financiële gevolgen Bij 1% van de 6,5 miljoen uitkeringen, AOW-pensioenen en kinderbijslagen die jaarlijks worden verstrekt wordt fraude geconstateerd. De meeste fraudegevallen worden geconstateerd in de WWB en de WW. 8.1 Besparingen Dit wetsvoorstel levert besparingen op door zowel hogere boeten, een hogere gepercipieerde pakkans en een hogere incassoratio71. In de eerste plaats door het directe effect, namelijk het stijgen van de boete-inkomsten. Dit verlaagt de uitkeringslasten. Daarnaast is er een gedragseffect. Hogere boetes, pakkans en incassoratio maken fraude minder aantrekkelijk. Hierdoor neemt naar verwachting het aantal fraudeurs af. En daarmee de fraudeschade. Bovendien kan dit een daling van de uitkeringslasten tot gevolg hebben omdat mensen inkomsten naast de uitkering volledig opgeven of de correcte woonsituatie melden. De besparingen leveren de gemeenten volgens berekeningen van het ministerie vanaf 2014 in totaal 52 miljoen op. Daarvan gaat het om 23 miljoen direct effect en 29 miljoen gedragseffect. De besparingen in 2013 zijn lager ingeschat, in verband met de aanloopeffecten gedurende het eerste half jaar. Naar verwachting is de besparing in dit jaar 40 miljoen72. 8.2 Uitvoeringskosten De uitvoeringskosten hebben voornamelijk betrekking op het aanpassen van systemen en werkprocessen, meer bezwaar en beroep, communicatie aan cliënten, hogere werklast voor de rechtspraak, hogere incassokosten, verhoging van de aangiftegrens en de introductie van de bestuurlijke boete voor gemeenten. De uitvoeringskosten voor de gemeenten zijn door SZW geraamd. Het gaat hierbij om een bedrag van 2 miljoen in 2012 en vervolgens jaarlijks 3,8 miljoen. Het gaat hier zowel om incidentele als structurele kosten. Door een verschuiving van het strafrecht naar het bestuursrecht, moeten gemeenten meer zaken zelf oppakken. En hogere boetes en de verplichte terug- en invordering zal tot gevolg hebben dat belanghebbenden eerder in bezwaar gaan tegen besluiten. Door het op nihil stellen van de beslagvrije voet van werknemers- en volksverzekeringen zal vaker een beroep op bijstand worden gedaan. Het UWV heeft aangegeven dat zij jaarlijks zo’n 2.500 keer te maken hebben met recidive. Niet iedereen die recidiveert zal aanspraak kunnen maken op bijstand, maar er zullen wel mensen bij komen. In de incidentele kosten gaat het vooral om opleiding en training, het communiceren naar klanten dat er belangrijke wijzigingen zijn. Maar ook het moeten werken met oud en nieuw recht voor gedragingen die voor en op of na 1 januari 2013 hebben plaatsgevonden. 11
Bijlage 3 bij verslag commissie SL d.d. 080113 Kosten jaarwisseling 2012 – 2013. Zwaaikolk Kosten opruimen door Buitendienst 8 manuur a 45 3 vrachtwagenuur a 65 afvoerkosten 150 euro
= 360 = 195 = 150
totaal derhalve: 705 euro
brandweerinzet: 550 euro
Heerde (bloemstraat en Roskamp samen): Kosten opruimen door Buitendienst: 2 manuur a 45 1 traktor-uur a 65 afvoer 100 totaal:
= 90 = 65 = 100 totaal derhalve: 255 euro
brandweerinzet; 520 euro. Algemeen Ambtelijke (reguliere) voorbereidingsuren: 55 manuur o.a. intern ambtelijk en bestuurlijk overleg, draaiboek opstellen, externe afstemming met derden, informatie verzamelen, uitgifte vuurtonnen, (mondelinge) voorlichting aan publiek, het opstellen van publicaties, opstellen brieven/preventieve dwangsom, evaluatie en informatieverzamelen, gesprekken met burgers. Preventief toezicht in de dagen voorafgaand aan de jaarwisseling: door BOA’s: 28 manuur Vernielingen Er is ongeveer voor 2.000 euro aan vernielingen gepleegd. Hoofdzakelijk betreffen het verkeersborden en afvalbakken. De inzet van particuliere beveiliging. Op de oudjaarsavond tot in de nieuwjaarsmorgen is voor ongeveer 2.500 euro aan manuren particuliere beveiliging ingehuurd.
12
Aandachtspuntenlijst commissie Samenleving vergadering van 12 februari 2013 Nr
Vergadering
86 8 december 2009 11 januari 2011 2011 31 januari (raad) -02 12 juni
2012 14 februari -03 - 28 augustus
2012 14 februari -04 - 28 augustus
2012 14 februari -05 - 28 augustus
Onderwerp
Toelichting
Planning afhandeling
Kulturhus Wapenveld
Informatienota, stand van zaken
n.n.b.
Verordening beheer en gebruik gemeentelijke begraafplaatsen Projectopdracht Wwnv
Verordening 1ste kwartaal 2013 doorlichten en vraag over aanwezigheid bij ruiming hierbij betrekken. Informatienota n.n.b.
Projectopdracht
AWBZ decentralisaties
Projectopdracht jeugdzorg
Relatie met Meerjarenplanning Ja
Afd
Nee
Pu/ Bu
Ja
LO/ ON
Lo/ On
(Beleidsnota Verordeningen) Informatienota
n.n.b.
Ja
LO/ ON
(Deel(beleids)nota Verordeningen) Informatienota
n.n.b.
Ja
LO/ ON
Ja
LO/ ON LO/ ON
(T.k.n. besluitvorming over regiokeuze Conferentie
2012 14 februari, -11 november 2012 12 maart -12 (raad) - 2 oktober - 27 november
MFA HeerdeOost Sport en sportaccommodatiebeleid
2012 17 september -16 (raad)
Integraal beleidsplan gemeentelijke schulddienstverl ening H2O 2012-2016 Motie 2012-15 CDA, CU-SGP, VVD en D66, onderzoek spreekuur stadsbank in Heerde
2012 17 september -16 (raad) – 27 november
Versie, 30 januari 2013
Vaststelling strategiedocument) Definitieve besluitvorming Definitieve besluitvorming volgens planning, knip in 3 categorieën Terugkoppeling uitbreiding prestatieindicatoren
Pilot gaat van start, nadien terugkoppeling
Februari 2013 Afzonderlijk raadsvoorstel bij behandeling perspectiefnota juli 2013 Februari 2013
3e kwartaal 2013
Ja
Nee
PU
Nee
PU
13
2012 6 november -18 (raad)
Voortgang zwembad
2012 6 november -19 (raad)
Bibliotheek Wapenveld
2012 -20 2012 -21 2012 -22
Tegenprestatie Wwb’ers Cittaslow
6 november (raad) 6 november (raad) 17 december (raad)
Beleidsplan drank- en horecawet
Onderzoek privatisering, gekoppeld aan motie 2012-17 Visie op behoud onbemande bibliotheek in Wapenveld. Notitie
Maart 2013
Ja
LO
Februari 2013 ¹
Ja
LO
Maart 2013
Nee
PU
Lijst met actiepunten
Februari 2013
Ja
LO
Nota wordt voor juli ter vaststelling aangeboden, eerste bespreking commissie april.
April 2013
Ja
LO/ V
¹ Stand van zaken opgenomen in memo gemeenschapsvoorziening Wapenveld. Het college heeft kennis genomen van het verzoek om het voorstel eerder te agenderen. Het college zal voor de commissie van maart een informatiememo voorbereiden waarin nader wordt ingegaan op het vervolgproces.
Versie, 30 januari 2013
Blad 2
14
Raadsvoorstellen
15
Raadsvoorstel Raadsvergadering 4 maart 2013 Commissie Samenleving 12 februari 2013
Afdeling en opsteller Leefomgeving/Jan Webbink/
[email protected] Portefeuille Westerkamp/Bögemann Programma Onderwijs, kunst en cultuur
Agendapunt 6
Onderwerp Realisatie MFA Heerde Oost
De raad besluit om: 1. In te stemmen met het haalbaarheidsonderzoek definitiefase en Voorlopig Ontwerp (inclusief optie gymzaal) van de MFA Heerde Oost; 2. Een investeringskrediet beschikbaar te stellen van € 12.832.364,- (inclusief grond) ten behoeve van de realisatie van MFA Heerde Oost; 3. De exploitatiekosten van het functionele ontwerp van € 582.000,- te dekken uit de huuropbrengsten, vrijvallende middelen van de huidige locaties en de opgenomen stelpost nieuwbouw MFA’s/achterstallig onderhoud; 4. In te stemmen met de gemaakte afspraken met de Vereniging Dorpshuis Heerde over o.a. de verwerving van het dorpshuis en de kavel grond kadastraal bekend gemeente Heerde, sectie K, nr. 7875 en hiertoe eenmalig een subsidie/bijdrage te verlenen van maximaal € 580.000,ten behoeve van de inrichting van het theater en de multifunctionele en semimultifunctionele ruimten van de MFA en aflossing van de huidige hypotheek van het dorpshuis. Dit bedrag ten laste te brengen van de voorziening onderhoud scholen; 5. In te stemmen met de conclusies van het verkeersonderzoek MFA Heerde Oost en de daarin opgenomen adviezen en deze adviezen, in nader overleg met de omwonenden en andere betrokkenen, uit te voeren. Ten behoeve van de verkeersmaatregelen aan onder andere de Vicarielaan het hiervoor, op de investeringslijst 2014 gereserveerde bedrag van € 400.000,-, aan te wenden. De overige maatregelen (herinrichting van de Van Meurslaan en de Griftstraat en het opwaarderen van de parkeerplaats aan de Marktstraat) te dekken uit het beschikbaar te stellen krediet voor de grondexploitatie MFA Heerde Oost (zie hieronder onder punt 8); 6. In te stemmen met de tijdelijke huisvesting van het dorpshuis, de Parkschool en de bibliotheek in respectievelijk De Rhijnsberg, de Willem Alexanderschool en de Spreng. De geraamde kosten van de tijdelijke huisvesting ad € 107.500,- ten laste te brengen van de voorziening onderhoud scholen; 7. Voor de inrichting van de gymzaal een bedrag beschikbaar te stellen van € 60.000,- en dit bedrag ten laste te brengen van de voorziening onderhoud scholen;
1/7
16
8. Ten aanzien van de grondexploitatie locatie MFA Heerde Oost: - een krediet van € 3.005.919,- beschikbaar te stellen voor de uitvoering van de grondexploitatie, onder intrekking van het in september 2006 beschikbaar gestelde krediet voor de verwerving van de grond van € 1.055.000,-, en de kosten te dekken uit de betreffende grondexploitatie; - het gecalculeerde verlies van deze grondexploitatie van € 1.009.105,- te dekken uit de geblokkeerde Algemene Reserve; - het renteverlies van de onttrekking uit de geblokkeerde Algemene Reserve (4% x € 1.009.105,-) ad € 40.364,- te dekken uit de besparing van € 43.000,- tussen de oorspronkelijke gecalculeerde exploitatiedekking in de begroting (€ 625.000,-) en de gecalculeerde exploitatielasten van de MFA Heerde Oost (€ 582.000,-). Inleiding Op 19 december 2011 heeft de raad besloten: 1. In te stemmen met het haalbaarheidsonderzoek MFA Heerde Oost; 2. Het haalbaarheidsonderzoek als basis te gebruiken voor de verdere uitwerking in de definitiefase; 3. Scenario 1b (volledige nieuwbouw inclusief GPR=8) als voorkeursscenario te benoemen; 4. Scenario 1b aan te passen en verder uit te werken binnen de huidige financiële kaders; 5. De raad nader te informeren mocht scenario 1b niet aan te passen zijn binnen de huidige financiële kaders; 6. De rapportage met betrekking tot de locatie, omvang en het inrichtingspakket van de gymzaal/turnzaal af te wachten voordat hierover een definitief besluit wordt genomen; 7. In de MFA Heerde Oost te zorgen voor een voorziening in de huisvesting van in ieder geval de Horsthoekschool, de Parkschool, Kristal, de Willem Alexanderschool en de Emmaschool, een en ander conform de bestendige lijn in eerder genomen besluiten en met alle partijen gemaakte afspraken. Conform het projectplan is dit raadsbesluit uitgevoerd. Als vervolg hierop ligt nu bijgaand raadsvoorstel voor. Eerdere besluitvorming en kaders Zie Inleiding Beoogd effect Realisatie van MFA Heerde Oost overeenkomstig het raadsbesluit van 19 december 2011 waarbij: 1. Gebruikers van deze MFA een uitgebreider aanbod aan voorzieningen kunnen bieden dan de gebruikers dit afzonderlijk kunnen; 2. Adequate en toekomstbestendige onderwijshuisvesting voor de genoemde basisscholen wordt gerealiseerd; 3. Meerwaarde voor de burgers van de gemeente Heerde ontstaat op het gebied van onderwijs, kinderopvang, peuterspeelzaalwerk, kunst, cultuur en welzijn; 4. Effectief ruimtegebruik ontstaat door multifunctionaliteit, flexibiliteit en duurzaamheid van de accommodatie; 5. Efficiënt beheer en exploitatie van de accommodatie plaatsvindt. Argumenten 1. Haalbaarheidsonderzoek definitiefase en Voorlopig Ontwerp Na het raadsbesluit van 19 december 2011 is de haalbaarheid van de MFA Heerde Oost verder onderzocht en uitgewerkt in een Voorlopig Ontwerp met bijbehorende investeringsraming. Daarnaast zijn het beheermodel en de exploitatie verder uitgewerkt binnen de gestelde financiële
2/7
17
kaders. Het haalbaarheidsonderzoek is als bijlage 1 toegevoegd. In bijlage 1a worden kort de belangrijkste aspecten uit dit onderzoek toegelicht. Voor het Voorlopig Ontwerp zie bijlage 2. 2. en 3. Investeringskrediet en exploitatiekosten Op 19 december 2011 heeft uw raad besloten scenario 1b (volledige nieuwbouw inclusief GPR=8) verder uit te werken binnen de huidige financiële kaders. Deze financiële kaders worden bepaald door de in de gemeentelijke meerjarenbegroting opgenomen kosten van de gebouwen van de kernpartners die gehuisvest worden in de MFA. In bijlage 5 is dit overzicht opgenomen. Hieruit blijkt dat er vanaf 2014 een structurele exploitatiedekking is van ongeveer € 625.000,-. De investeringskosten van de MFA, inclusief de inrichting van de buitenruimte op de locatie, bedragen € 11.579.021,-. Inclusief grondkosten (€1.253.343,-) bedraagt de investering € 12.832.364,-. De exploitatiekosten van deze investering, waarbij rekening is gehouden met de vergoeding materiële instandhouding van de scholen, marktconforme huuropbrengsten van het Hummelhuis, de huidige huuropbrengsten van de overige gebruikers en betaling van de servicelasten van de gebruikers, komen op € 582.000,-. Dit is € 43.000,- lager dan de beschikbare structurele exploitatiedekking. Dit voorstel voldoet derhalve aan het raadsbesluit van 19 december 2011. 4. Afspraken met Vereniging Dorpshuis Heerde De Vereniging Dorpshuis Heerde is eigenaar van het dorphuis (opstal). De grond is eigendom van de gemeente. Verwerving van het dorphuis is noodzakelijk om de MFA Heerde Oost in zijn huidige vorm te kunnen realiseren. Met het bestuur van de Vereniging zijn diverse gesprekken gevoerd over de verwerving van het dorpshuis. Uitgangspunt van het bestuur van de Vereniging is dat de belangen van hun huidige huurders niet worden geschaad. Concreet betekent dit dat de huidige huren (behoudens indexering) voor een langere periode worden gehandhaafd. Daarnaast wil het bestuur van de Vereniging dat de inrichting van de MFA, voor wat betreft het theater en de multifunctionele ruimten, geschikt is voor het gewenste gebruik. Achterliggende gedachte hierbij is ook dat het bestuur van de Vereniging de toekomstige beheerorganisatie niet op voorhand al met een dure investering (inrichtingskosten) wil confronteren. Op basis van genoemde uitgangspunten hebben wij een akkoord bereikt met het bestuur van de Vereniging. De ledenvergadering van de Vereniging Dorpshuis Heerde zal op 26 februari over deze gemaakte afspraken worden geraadpleegd. 5. Verkeersonderzoek MFA Om de verkeerskundige gevolgen van de MFA in beeld te brengen en duidelijkheid te krijgen over welke aanpassingen aan de infrastructuur en openbare ruimte eventueel gewenst zijn, is een verkeersonderzoek uitgevoerd (zie bijlage 4). Dit onderzoek is uitgevoerd in samenspraak met de kernpartners van de MFA, de Vrienden van de MFA (omwonenden), de Vrienden van het Van Meurspark en Veilig Verkeer Nederland, afd. Heerde. Op basis van kwantitatieve cijfers is geconcludeerd dat de verkeerstoename als gevolg van de relisatie van de MFA zonder problemen op het bestaande wegennet rondom de MFA kan worden afgewikkeld. Ook de extra parkeerbehoefte kan probleemloos door de bestaande parkeercapaciteit worden opgevangen. Dit betekent echter niet dat er niets hoeft te gebeuren. Er is gezocht naar een balans tussen bereikbaarheid en verkeersveiligheid. Daarbij heeft de bereikbaarheid voor fietsers en voetgangers het primaat. Op basis hiervan en in samenspraak met eerder genoemde partijen is een aantal adviezen geformuleerd (zie ook bijlage 4). Met genoemde uitgangspunten en de daaruit voortkomende adviezen wordt een verkeersveilige en fietsvriendelijke omgeving van de MFA gerealiseerd, waarbij de hinder voor de buurt wordt beperkt. Concreet betekent dit dat de Vicarielaan wordt ingericht als fietsstraat en andere in het rapport genoemde knelpunten in de wijk kunnen worden aangepakt. Ook worden de Griftstraat en de Van Meurslaan heringericht. Daarnaast worden de parkeerplaatsen aan de Marktstraat opgewaardeerd. Uitwerking van de adviezen zal in nauw overleg met de omwonenden en overige betrokkenen plaatsvinden.
3/7
18
6. Tijdelijke huisvesting Om de bouw van de MFA te realiseren zullen het dorpshuis, de bibliotheek en de Parkschool tijdelijk elders onderdak moeten vinden. Hierin kan worden voorzien door het dorpshuis onder te brengen in De Rhijnsberg (Rhijnsburglaan), de bibliotheek in de Willem Alexanderschool (Rooboerskamp) en de Parkschool te huisvesten in het voormalige schoolgebouw van De Spreng (Andoornstraat). Genoemde partijen zijn akkoord met deze tijdelijke huisvesting. 7. Inrichting gymzaal De inrichting is gebaseerd op volledige inrichting van een gymzaal volgens de KVLO-normering. Op deze wijze kan optimaal gebruik worden gemaakt van deze gymzaal. Kanttekeningen 1.1. Het Voorlopig Ontwerp moet nog uitgewerkt worden tot een Definitief Ontwerp. Om diverse redenen kunnen nog wijzigingen (op detailniveau) plaatsvinden die effecten hebben op de ruimtelijke inrichting en de bouwkosten. Dit kan betekenen dat geringe aanpassingen in het Definitief Ontwerp nodig zijn. Op voorhand wordt hierbij er van uitgegaan dat dit binnen de afgesproken (financiële) kaders blijft. 1.2 De Horsthoekschool is, hoewel ze niet heeft geparticipeerd in de werkgroep ontwerp, conform het raadsbesluit van 19 december 2011, en de daaraan ten grondslag liggende overwegingen, meegenomen in het Voorlopig Ontwerp. De leerlingenprognose van 2020 is hierbij, net als bij de andere participerende scholen, het uitgangspunt geweest. Zoals bekend wil de Stichting Proo niet dat de Horsthoekschool opgaat in de MFA. Wel is een afgevaardigde van de Stichting Proo voor alle bijeenkomsten uitgenodigd. De ingenomen standpunten van zowel raad als college ten aanzien van de participatie van de Horsthoekschool in de MFA zijn steeds eenduidig en helder. Die lijn wordt vertaald in heldere juridische te nemen stappen. In de eerste plaats zal op grond van de Wet op het primair onderwijs een procedure worden gestart als bedoeld in artikel 110 van die wet. Dit artikel ziet op geschillen over beëindiging van het gebruik van onderwijsvoorzieningen. Enige tijd later en parallel daaraan zal een procedure worden gestart om de privaatrechtelijke gebruiksrelatie te beëindigen en de gebouwen van de huidige Horsthoek ontruimd te krijgen zodra een adequate voorziening voor de Horsthoekschool in de MFA Heerde Oost ter beschikking kan worden gesteld aan de Horsthoekschool. Voor de motivering van de gemeentelijke standpunten in de genoemde juridische procedures is het noodzakelijk dat het investeringskrediet beschikbaar is gesteld en is ingestemd met het voorlopig ontwerp. Na positieve besluitvorming op het voorliggende voorstel zullen zaken in handen worden gesteld van de gemeenteadvocaat ter afwikkeling en effectuering. Eventuele procedures kunnen het proces beïnvloeden. 1.3. Het voorlopig ontwerp is voor de scholen gebaseerd op de leerlingenprognose 2020. Het blijkt nu dat de werkelijke aantallen leerlingen per school in 2012 afwijken (in positieve en negatieve zin) van de prognoses 2012. Het totale geprognosticeerde aantal leerlingen binnen de gemeente klopt echter wel. Dit kan betekenen dat op het moment van opening van de MFA Heerde Oost de ruimtes van de scholen gewijzigd worden ingevuld ten opzichte van het huidige Voorlopige Ontwerp. De architect heeft deze flexibiliteit ten aanzien van het onderwijs ook meegenomen in het ontwerp. Door de toekomstige gebruikers is afgesproken dat een eventueel extra benodigde ruimte binnen de MFA Heerde Oost wordt opgelost. 1.4. De kernpartners hebben gekozen voor een nieuwe onafhankelijke beheerstichting. Na raadsbesluit zal een selectieprocedure van start gaan. Op moment van ingebruikname van de MFA moet de onafhankelijke beheerstichting operationeel zijn. Is dat niet het geval dan
4/7
19
3.
4.
5.
blijven de kernpartners gezamenlijk verantwoordelijk voor het beheer tenzij er een ander alternatief wordt ontwikkeld. Ook in de overgangsfase tot de nieuwe beheerstichting operationeel is blijven wij met de huidige kernpartners samenwerken om alle beheeraspecten optimaal uit te werken. Het exploitatierisico van het gebruikersbeheer en –exploitatie ligt bij de beheerstichting. Vertrekpunt voor het berekenen van de exploitatie is de huidige exploitatie van de kernpartners. Op basis hiervan blijkt dat er sprake is van een sluitende exploitatie. Door onvoorziene omstandigheden kan de exploitatie echter onder druk komen te staan. In het uiterste geval kan de beheerorganisatie eventueel failliet gaan. Voor de schoolbesturen is de vergoeding materiële instandhouding kaderstellend. Schoolbesturen lopen een financieel risico voor zaken waar zij zelf als schoolbestuur verantwoordelijkheid voor dragen. Indien structurele leegstand ontstaat heeft dit consequenties voor de gemeentelijke dekking van kapitaallasten en reservering groot onderhoud. Weliswaar worden tienjarige huurovereenkomsten afgesloten, maar zullen mutaties in de nabije toekomst mogelijk zijn (zie ook bijlage 1). De gemeentelijke exploitatiekosten zijn o.a. gebaseerd op huurinkomsten van maatschappelijke organisaties en commerciële activiteiten (kinderopvang/bso). Bezuinigingen of andere onvoorziene overheidsmaatregelen kunnen mogelijk effecten hebben op de huurinkomsten. Voor de maatschappelijke organisaties is dit risico gering aangezien de huidige huren als uitgangspunt zijn begroot. De kinderopvang/bso heeft het ruimtebeslag verkleind zodat het leegstandsrisico beperkt is. De bereikte overeenstemming met het bestuur van de Vereniging Dorpshuis Heerde is gebaseerd op een reële inschatting van de inrichtingskosten. De maximale kosten hiervoor (en inclusief aflossing hypotheek) bedragen € 580.000,-. Onze verwachting is dat er ten behoeve van deze kosten subsidies te ontvangen zijn van € 100.000,-. Mocht dit het geval zijn dan wordt de bijdrage uit de voorziening onderhoud scholen € 480.000,-. De stand van de voorziening onderhoud scholen is per 1 januari 2013 € 1.216.000,-. Naast de verkeerskundige gevolgen van de MFA is er ook een centrumvisie waarin de verkeersafwikkeling en parkeren een rol speelt. Op basis van deze centrumvisie moeten er keuzes gemaakt worden over de verkeersafwikkeling en het parkeren. Zaak is ervoor te zorgen dat de verkeerskundige gevolgen van de MFA en centrumvisie goed op elkaar aansluiten en elkaar eventueel versterken.
Financiën 1. Investering Het investeringskrediet dat nodig is voor het realiseren van de MFA Heerde Oost wordt geraamd op € 12.832.364,- (incl. BTW en grond). Tevens is dit bedrag inclusief de extra investeringen voor de duurzaamheidmaatregelen (= GPR 8). 2. Exploitatie De jaarlijkse kosten voor het exploiteren van de MFA Heerde Oost worden geraamd op € 582.000,-. Deze kosten bestaan uit rentekosten, afschrijvingskosten, storting voorziening groot onderhoud, onderhoudskosten, belastingen, verzekeringen, kosten voor energie en schoonmaak en zijn minus de inkomsten (huur) die zonder meer gerealiseerd worden. De BSO/kinderopvang en scholen betalen zelf de kosten voor energie, schoonmaak en tuinonderhoud. De scholen krijgen hiervoor een vergoeding van het rijk. De exploitatielasten kunnen gedekt worden uit de huuropbrengsten, vrijvallende middelen van de huidige locaties en uit de opgenomen stelpost stelpost nieuwbouw MFA’s/achterstallig onderhoud . Daarnaast is conform het raadsbesluit van 4 juni 2012 het resterend bedrag van € 481.590,- van de geraamde investering, voor de realisatie van een gymlokaal plus turnvoorziening bij de Burgemeester Faberhal, als dekking voor de exploitatielasten meegenomen.
5/7
20
3. Grondexploitatie Locatie MFA Heerde Oost De kosten van de grondexploitatie locatie MFA Heerde Oost hebben in hoofdzaak betrekking op de boekwaarden van de opstallen, het bouw- en woonrijp maken van het gebied en de infrastructurele maatregelen (herinrichting van de Van Meurslaan en de Griftstraat en het opwaarderen van de parkeerplaats aan de Marktstraat) minus de opbrengsten van de grond. Het gecalculeerde verlies bedraagt € 1.009.105,-. Dit verlies kan gedekt worden uit de geblokkeerde Algemene Reserve. Het renteverlies van de onttrekking uit de geblokkeerde Algemene Reserve (4% x € 1.009.105,-) ad € 40.364,- kan gedekt worden uit de besparing tussen de oorspronkelijke structurele exploitatiedekking in de begroting (€ 625.000,-) en de gecalculeerde exploitatielasten van de MFA Heerde Oost (€ 582.000,-). De stand van de geblokkeerde algemene reserve is op dit moment (1 januari 2013) € 6.350.000,-. De onderliggende gegevens van de grondexploitatie liggen vertrouwelijk ter inzage (bijlage 6). Vrijkomende locaties na realisatie MFA Heerde Oost Ná realisatie van de MFA Heerde Oost komen de locaties van de Willem-Alexanderschool (Rooboerskamp), de Emmaschool (Ramakerspad), de Horsthoekschool (Oenerweg), Kristal (Emmalaan), Cultuurplein (Elburgerweg) en Wisselwerk (Zwolseweg) vrij. Op 26 november 2012 is in de commissie Ruimte een informatienota over het Plan van aanpak vrijkomende locaties, van de Brede School Heerde West en de MFA Heerde Oost, behandeld. Over de voortgang van deze vrijkomende locaties wordt u in een aparte notitie nader geïnformeerd. Tevens zullen wij een notitie voorleggen over de wijze waarop naar de toekomst toe (financieel gezien) omgegaan kan worden met de zeven vrijkomende locaties (hetzij via de grondexploitatie dan wel via de reguliere begroting). 4. Tijdelijke huisvesting Aan de tijdelijke huisvesting zijn kosten verbonden. Denk hierbij aan verhuiskosten, huurkosten, servicelasten, aanpassing ict-systemen e.d. De totale kosten hiervan zijn geraamd op € 107.500,-. Deze kosten kunnen ten laste worden gebracht van de voorziening onderhoud scholen. De stand van de voorziening onderhoud scholen is per 1 januari 2013 € 1.216.000,-. 5. BTW-teruggave Wij hebben een eerste onderzoek laten uitvoeren naar de mogelijkheden om de met BTW belaste bouwkosten terug te vragen. Duidelijk is dat de BTW die drukt op de bouw van de scholen niet kan worden teruggevraagd. De BTW die drukt op de bouwkosten van de rest van het complex mogelijk wel. Dit hangt onder andere af van de wijze van verhuur van de verschillende ruimten. Bij de verdere uitwerking van het beheer zal dit worden betrokken. In voorliggende plannen is geen rekening gehouden met eventueel BTW-teruggave. Communicatie Vanaf de start van dit project is intensief samengewerkt met de kernpartners, Vrienden van de MFA (omwonenden) en Vrienden van het Van Meurspark bij de ontwikkeling van de plannen. Het resultaat hiervan mag er zijn: een gedragen Voorlopig Ontwerp. Voorbeelden van de samenwerking zijn dat de Vrienden van de MFA en de Vrienden van het Van Meurspark hebben meegedaan in de selectieprocedure voor een architect en volop hebben deelgenomen aan de diverse werkgroepen om te komen tot een ontwerp van het gebouw en de terreininrichting. Hierbij is vooral ingezet op informeren, raadplegen en adviseren. Wij zijn er zeer content mee dat de omwonenden zich georganiseerd hebben via de ‘Vrienden van de MFA Heerde Oost’.
6/7
21
De kernpartners hebben zitting in het gebruikersoverleg en nemen deel aan de verschillende werkgroepen. Aan de werkgroepen neemt ook een aantal ambtelijke adviseurs deel. Daarnaast vindt er op bestuurlijk niveau overleg plaats binnen de stuurgroep, waarin de functionele afdelingen een adviserende rol vervullen. Per onderdeel is eerder in het voorstel al aangegeven welke (andere) partijen een rol hebben gespeeld in de overleggen en totstandkoming van de (voorlopige) besluitvorming en waarmee afstemming heeft plaatsgevonden. Het besluit van uw raad op dit voorstel zal naar alle betrokkenen worden gecommuniceerd. Uitvoering Na besluitvorming wordt het Definitief Ontwerp uitgewerkt. Daarna volgt aanbesteding van de werkzaamheden. Ook wordt een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend. Zodra de aanbesteding en de omgevingsvergunning afgerond zijn kan met de realisatie worden gestart. Advies commissie(s) Dit wordt ingevuld nadat het advies is behandeld in de commissievergadering. Heerde, 29 januari 2013 Het college van Heerde, drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Raadsbesluit 2. Haalbaarheidsonderzoek definitiefase MFA Heerde Oost; 2a. Toelichting op het haalbaarheidsonderzoek en Voorlopig Ontwerp; 3. Voorlopig Ontwerp; 4. Uitwerking scenario’s gymzaal; 5. Verkeersonderzoek MFA Heerde Oost; 6. Gedetailleerd overzicht opstalberekening gemeentelijke exploitatie;
In de kluis vertrouwelijk ter inzage: 7. Gegevens grondexploitatie (vertrouwelijk). 8. Tekening exploitatiegebied 9. Principe overeenkomst Vereniging Dorpshuis Heerde
7/7
22
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 29 januari 2013; besluit: 1. In te stemmen met het haalbaarheidsonderzoek definitiefase en Voorlopig Ontwerp (inclusief optie gymzaal) van de MFA Heerde Oost; 2. Een investeringskrediet beschikbaar te stellen van € 12.832.364,- (inclusief grond) ten behoeve van de realisatie van MFA Heerde Oost; 3. De exploitatiekosten van het functionele ontwerp van € 582.000,- te dekken uit de huuropbrengsten, vrijvallende middelen van de huidige locaties en de opgenomen stelpost nieuwbouw MFA’s/achterstallig onderhoud; 4. In te stemmen met de gemaakte afspraken met de Vereniging Dorpshuis Heerde over o.a. de verwerving van het dorpshuis en de kavel grond kadastraal bekend gemeente Heerde, sectie K, nr. 7875 en hiertoe eenmalig een subsidie/bijdrage te verlenen van maximaal € 580.000,- ten behoeve van de inrichting van het theater en de multifunctionele en semi-multifunctionele ruimten van de MFA en aflossing van de huidige hypotheek van het dorpshuis. Dit bedrag ten laste te brengen van de voorziening onderhoud scholen; 5. In te stemmen met de conclusies van het verkeersonderzoek MFA Heerde Oost en de daarin opgenomen adviezen en deze adviezen, in nader overleg met de omwonenden en andere betrokkenen, uit te voeren. Ten behoeve van de verkeersmaatregelen aan onder andere de Vicarielaan het hiervoor, op de investeringslijst 2014 gereserveerde bedrag van € 400.000,-, aan te wenden. De overige maatregelen (herinrichting van de Van Meurslaan en de Griftstraat en het opwaarderen van de parkeerplaats aan de Marktstraat) te dekken uit het beschikbaar te stellen krediet voor de grondexploitatie MFA Heerde Oost (zie hieronder onder punt 8); 6. In te stemmen met de tijdelijke huisvesting van het dorpshuis, de Parkschool en de bibliotheek in respectievelijk De Rhijnsberg, de Willem Alexanderschool en de Spreng. De geraamde kosten van de tijdelijke huisvesting ad € 107.500,- ten laste te brengen van de voorziening onderhoud scholen; 7. Voor de inrichting van de gymzaal een bedrag beschikbaar te stellen van € 60.000,- en dit bedrag ten laste te brengen van de voorziening onderhoud scholen; 8. Ten aanzien van de grondexploitatie locatie MFA Heerde Oost: - een krediet van € 3.005.919,- beschikbaar te stellen voor de uitvoering van de grondexploitatie, onder intrekking van het in september 2006 beschikbaar gestelde krediet voor de verwerving van de grond van € 1.055.000,-, en de kosten te dekken uit de betreffende grondexploitatie; - het gecalculeerde verlies van deze grondexploitatie van € 1.009.105,- te dekken uit de geblokkeerde Algemene Reserve; - het renteverlies van de onttrekking uit de geblokkeerde Algemene Reserve (4% x € 1.009.105,-) ad € 40.364,- te dekken uit de besparing van € 43.000,- tussen de oorspronkelijke gecalculeerde exploitatiedekking in de begroting (€ 625.000,-) en de gecalculeerde exploitatielasten van de MFA Heerde Oost (€ 582.000,-). Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 4 maart 2013. griffier,
Bijlage 1 versie 30-01-2013
voorzitter,
1/1
23
Haalbaarheidsonderzoek definitiefase MFA Heerde Oost Opdrachtgever Gemeente Heerde Referentienummer 960122/20130118EO01 Samenstelling Igor Grevers, Arjan Grootkarzijn en Mark van Rotterdam Fasedocument / 23 januari 2013
Burg. Drijbersingel 25 | 8021 DA Zwolle Postbus 652 | 8000 AR Zwolle +31 (0)88 235 04 27 www.icsadviseurs.nl
24
Inhoud 1
Inleiding ........................................................................................ 3
1.1 1.2 1.3
Aanleiding ................................................................................................... 3 Proces ........................................................................................................ 3 Leeswijzer ................................................................................................... 3
2
Ambitie en uitstraling van het gebouw .................................................... 4
2.1 2.2
Inleiding ..................................................................................................... 4 Ambitie en uitstraling van het gebouw ................................................................ 4
3
Ruimtelijk en functioneel Programma van Eisen ......................................... 6
3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4
Inleiding ..................................................................................................... 6 Leerlingenprognose ........................................................................................ 6 Totaaloverzicht ruimteprogramma ..................................................................... 6 Multifunctioneel gebied .................................................................................. 7 Semi-multifunctioneel .................................................................................... 9 Ruimtegebruik per vaste gebruiker ................................................................... 11 Buitenruimte .............................................................................................. 18
4
Investering ................................................................................... 20
5
Doorbelasting ruimten ...................................................................... 22
5.1 5.2 5.3
Primaathouderschap..................................................................................... 22 Doorbelasting ............................................................................................. 22 Ontwerp met demarcatie............................................................................... 25
6
Beheermodel ................................................................................. 26
6.1 6.2 6.3
Inleiding ................................................................................................... 26 Beheermodel.............................................................................................. 27 Beheerstichting........................................................................................... 32
7
Exploitatie .................................................................................... 35
7.1 7.2 7.3
Financieel stromenschema’s ........................................................................... 35 Exploitatieopzet.......................................................................................... 36 Risicoanalyse exploitatie beheerstichting ........................................................... 42
Bijlage 1
Beheeraspecten .......................................................................... 45
Bijlage 2
Varianten risico exploitatie ............................................................. 51
De inhoud van deze uitgave is eigendom van ICS Adviseurs B.V. te Zwolle. Enkel de opdrachtgever waarmee ICS Adviseurs B.V. een overeenkomst is aangegaan, heeft een gebruiksrecht voor deze uitgave. De inhoud en omvang van dat gebruiksrecht zijn vastgelegd in de algemene voorwaarden van ICS Adviseurs B.V., d.d. december 2008, dan wel in de overeenkomst zoals hiervoor bedoeld. Elk ander gebruik van deze uitgave, door opdrachtgever en of derden is uitgesloten, inhoudende dat niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, via internet, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van ICS Adviseurs B.V.
25
1
Inleiding
1.1
Aanleiding
In het raadsbesluit van 19 december 2011 heeft de gemeenteraad de opdracht gegeven om de haalbaarheid van de MFA verder te onderzoeken in de definitiefase en uit te werken in een Voorlopig Ontwerp met bijbehorende investeringsraming. Daarnaast was de opdracht om het beheermodel verder uit te werken en de haalbaarheid van de exploitatie te concretiseren binnen de gestelde financiële kaders. In samenwerking met de onderstaande participanten is de definitiefase MFA Heerde Oost uitgewerkt: • CBS WEmma (fusieschool Willem Alexanderschool en Emmaschool). • OBS Parkschool. • OBS de Horsthoek. • GBS Kristal. • Kinderopvang en peuterspeelzaal het Hummelhuis. • Cultuurplein Noord Veluwe. • Bibliotheek. • Vereniging Dorpshuis Heerde (vertegenwoordigt een groot aantal leden). • Wisselwerk. • Gemeente Heerde (gymzaal). Naast de bovenstaande structurele gebruikers zijn er vele verenigingen en incidentele gebruikers die de MFA gaan gebruiken, bijvoorbeeld voor het organiseren evenementen. Een groot deel van deze gebruikers wordt vertegenwoordigd door het Dorpshuis.
1.2
Proces
Eind 2011 is het haalbaarheidsonderzoek MFA Heerde Oost afgerond. De gemeenteraad heeft verdere uitwerking van het plan tot en met een Voorlopig Ontwerp goedgekeurd. In verschillende werkgroepen is er hard gewerkt aan de verdere uitwerking van het plan. In deze werkgroepen hebben de gebruikers, onder begeleiding van de architect en adviseurs, de planvorming verder geconcretiseerd en is in gezamenlijkheid een gedragen Voorlopig Ontwerp uitgewerkt. Het onderliggende document is het collectieve resultaat van de definitiefase haalbaarheidsonderzoek MFA Heerde Oost, hetgeen is vertaald in het Voorlopig Ontwerp.
1.3
Leeswijzer
De rapportage van het haalbaarheidsonderzoek definitiefase MFA Heerde Oost kent een beknopte, maar volledige opzet. Onderliggende rapportage heeft de volgende hoofdstukken: • Ambitie en uitstraling van het gebouw. • Ruimtelijk en functioneel Programma van Eisen. • Investering. • Doorbelasting ruimten. • Beheermodel. • Exploitatie.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
3/52 26
2
Ambitie en uitstraling van het gebouw
2.1
Inleiding
In dit hoofdstuk is de verdere uitwerking van de visie en gezamenlijke ambitie van de toekomstige gebruikers van de MFA Heerde Oost opgenomen ten aanzien van het huisvestingsconcept. Hierbij is de reeds in de initiatieffase geformuleerde visie en ambitie als uitgangspunt genomen welke verder is verdiept: Samenvattend kan gezegd worden dat de MFA Heerde Oost de volgende visie op samenwerking heeft: “De gebruikers werken met elkaar samen en versterken elkaar, vanuit een eigen identiteit, in een flexibele en toekomstgerichte omgeving, waar jong en oud samenkomt”.
2.2
Ambitie en uitstraling van het gebouw
Tijdens de werksessie op 31 januari 2012 zijn door de betrokkenen van de MFA Heerde Oost allereerst een aantal kernthema’s verder uitgewerkt om zo als input te dienen voor de EU-architectenselectie fase 1 en de start van het ontwerptraject. Hierbij gaat het om de gewenste identiteit, beleving en kernwaarden. Middels een brainstormsessie en met behulp van de Piramide van Maslow is verdieping en focus aangebracht. Daarnaast is in het tweede deel van de werksessie ook gezocht naar beelden en metaforen die deze identiteit en kernwaarden ondersteunen. Onderstaand treft u de uitgewerkte kernwaarden aan die de ambitie en uitstraling van de MFA Heerde Oost weergeven: •
Synergie en samenwerking Het is van belang dat het samengaan van partijen meerwaarde creëert. Partijen zoeken actief de voordelen uit samenwerking en meerwaarde voor de andere partners. Het gebouw moet dit optimaal faciliteren. Het gebouw moet flexibel zijn en ontmoeting stimuleren en de bevolking van Heerde samenbrengen. Uitgangspunt is dat programma en huisvesting de optelsom ‘1 + 1 = 3’ gaan bereiken.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
4/52 27
•
Identiteit De betrokken kernpartners behouden hun eigen kleur in de accommodatie rondom een kloppend hart. Elke partij heeft zijn eigen identiteit, uniekheid en vorm en zijn herkenbaar binnen de MFA Heerde Oost. De overkoepelende identiteit van de MFA straalt innovatie en toekomstgerichtheid uit, hetgeen dient te passen bij het lokale karakter van Heerde. Kernwoorden hierin zijn laagdrempeligheid, openheid en gastvrijheid.
•
Mensen centraal De MFA is er voor jong en oud. Men streeft naar een uitnodigend gebouw wat tegelijkertijd veiligheid, kleinschaligheid en geborgenheid uitstraalt. Mensen moeten zich ‘senang’ voelen in het gebouw, het gebouw moet ‘de huiskamer van Heerde’ worden. Dit vraagt een variatie en diversiteit aan ruimten maar tegelijkertijd ook samenhang. Doel is het creëren van een algeheel gevoel van welbevinden. Dit uit zich in: - aandacht voor de menselijke maat (laagdrempelig, kleinschalige opzet); - herkenbare eigen plekken/eenheden binnen de gebouwen; - een goede balans tussen overzicht/openheid en geborgenheid; - ruimtelijkheid van het gebouw (gevoel van ruimte in bijvoorbeeld verkeersruimten en onderwijsruimten, doorzichten zonder grootschalige open ruimten te creëren).
•
Moderne uitstraling passend in omgeving De locatie voor de MFA Heerde Oost is een belangrijke plek in het centrum van Heerde aan de rand van het park (de Van Meursweide en nabij het Van Meurspark) en dichtbij de dorpskern. De betrokken partijen hebben een accommodatie voor ogen: - met een modern onderscheidend en toch herkenbare uitstraling; - die gelijktijdig goed past en opgaat in de omgeving; - en een verbinding legt met aangrenzende park/groen; - waarbij duurzaamheid zichtbaar aanwezig is.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
5/52 28
3
Ruimtelijk en functioneel Programma van Eisen
3.1
Inleiding
In dit hoofdstuk zijn de ruimteprogramma’s voor de (semi-)multifunctionele ruimten, individuele ruimten per participant en de buitenruimte uitgewerkt. Dit is gebaseerd op de diverse gesprekken met de participanten en gezamenlijke werkgroep overleggen ter concretisering en aanscherping van het Programma van Eisen in de definitiefase. Uitgangspunt hierin was de opgelegde financiële kaderstelling van college en raad. Op onderliggend ruimtelijk en functioneel Programma van Eisen heeft de architect haar ontwerp gebaseerd.
3.2
Leerlingenprognose
Het uitgangspunt voor het ruimteprogramma van de scholen is de leerlingenprognose. Op basis van deze leerlingenprognose (bron: Pronexus, maart 2010) heeft de gemeente Heerde het aantal vierkante meters per school berekend voor de jaren 2015, 2020 en 2025. Deze vierkante meters worden vergeleken met de totale vierkante meters die de scholen (na doorbelasting van de multifunctionele ruimten) afnemen in de MFA. Deze vergelijking is opgenomen in het totaaloverzicht van het ruimteprogramma in de volgende paragraaf. Het uitgangspunt is dat de totale oppervlakte van de scholen de norm doorbelasting onderwijshuisvesting 2020 niet overschrijdt.
3.3
Totaaloverzicht ruimteprogramma
In deze paragraaf is het totaaloverzicht van het ruimteprogramma weergegeven inclusief de buitenruimte. Circa 42% van de ruimten is (semi-) multifunctioneel. De multifunctionele gymzaal is in dit percentage buiten beschouwing gelaten. Totaaloverzicht omschrijving multifunctioneel semi-multifunctioneel
Doorbelasting m² no
m² bvo
485
679
1.172
1.641
individueel
smf
mf
totaal
1.216
dorpshuis
170
238
238
833
145
bibliotheek
200
280
280
21
41
342
cultuurplein
99
139
139
477
83
699
hummelhuis
234
327
327
0
44
371
ll
parkschool
321
450
450
53
68
570
72
570
0
horsthoekschool
391
547
547
64
83
693
98
693
0
2020 normering verschil
wemma
722
1.011
1.011
118
153
1.282
212
1.282
0
kristal
226
316
316
37
48
401
40
401
0
wisselwerk
54
76
76
0
10
86
vined gymzaal Totaal
0
0
0
38
5
43
440
528
528
0
0
528
6.231
3.912
1.641
679
6.231
4.514
buitenruimte
3.867
ruimtebeslag (1 bouwlaag)
10.098
bruto-nuttig vehouding algemeen
1,4
bruto-nuttig vehouding sport
1,2
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
6/52 29
NO (nuttig vloeroppervlakte): de som van de vierkante meters van alle speciale ruimten, lokalen, bergingen, sanitair, garderobe. Exclusief verkeer- en technische ruimten. BVO (bruto vloeroppervlakte): de som van de vierkante meters van alle tot het gebouw behorende ruimten (incl. buitenmuren).
3.3.1
Multifunctioneel gebied
In onderstaande tabel zijn de multifunctionele ruimten weergegeven. Multifunctionele ruimten omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
ontmoetingsruimte/foyer
1
250
250
loungeruimte (personeel en mf)
1
75
75
gekoppeld aan foyer, circa 50 personen
keuken
1
30
30
ook als leskeuken
berging keuken
1
10
10
koelcel
1
10
10
berging (algemeen)
1
20
20
entrees
2
0
0
in bruto-nuttig factor, centraal gelegen
balie
1
0
0
in ontmoetingruimte
garderobe personeel
1
0
0
lift
1
10
10
bij twee verdiepingen
installatieruimte
1
0
0
in bruto-nuttig factor
meterkast
1
2
2
specifiek
algemeen
werkkasten
2
3
6
beheerder/concierge
1
12
12
repro
1
10
10
sanitiar algemeen
14
2,5
35
mindervalidentoilet
1
5
5
serverruimte
1
10
10
totaal nuttig vloeroppervlakte
in bruto-nuttig factor, nabij loungeruimte
indien 2 verdiepingen, op elke verdieping 1 centraal gelegen dames en heren, tevens personeelstoilet icm douche, vierkante meters verdeeld over 2 miva's
485
Alle multifunctionele ruimten zijn flexibel inzetbaar en geschikt voor verhuur aan derden. Ontmoetingsruimte/foyer De ontmoetingsruimte van de MFA Heerde Oost doet ook dienst als foyer van de theaterzaal. De ontmoetingsruimte is het hart van de accommodatie, waaraan veel ruimten grenzen en van waaruit deze te bereiken zijn. De gasten die door de hoofdentrees binnenkomen, worden ontvangen in de ontmoetingsruimte. Grenzend aan de hoofdentrees en ontmoetingsruimte is de beheerdersruimte gesitueerd. De loungeruimte is door middel van een flexibele wand gekoppeld aan de ontmoetingsruimte. Hetzelfde geldt voor de mf-zalen. Hierdoor is het bij grote manifestaties en bijeenkomsten mogelijk om meerdere ruimten aan de ontmoetingsruimte te koppelen en daarmee grote gezelschappen te ontvangen. In de ontmoetingsruimte is tevens een bar gesitueerd met daaraan grenzend de keuken. Ook de theaterzaal is nabij de foyer gesitueerd, vanwege de functie als foyer bij voorstellingen. In de ontmoetingsruimte is een deel van de bibliotheek gesitueerd. Dit betreft met name de leestafel en diverse tijdschriftenstellingen. De individuele uitleenruimte van de bibliotheek is open gekoppeld aan de ontmoetingsruimte. De ontmoetingsruimte is op dit moment als 250 m² nuttig oppervlak opgenomen in het ruimteprogramma. Door het efficiënt clusteren van de verhouding tussen de bruto en nuttig vloeroppervlak wordt de ontmoetingsruimte groter.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
7/52 30
Het is wenselijk deze aanvullende vierkante meters te clusteren ten behoeve van de omvang van de ontmoetingsruimte en de uitleenruimte van de bibliotheek. Loungeruimte De loungeruimte is een ruimte waar het personeel van de verschillende organisaties luncht en koffie drinkt. Daarnaast past het in de visie van de participanten dat dit ook een vrije inloop is van bezoekers van de MFA, zoals de ouders van basisschoolleerlingen en bezoekers van de bibliotheek of cultuurplein. Door een flexibele wand is de loungeruimte te scheiden van de ontmoetingsruimte, waardoor de ruimte ook in de avonduren en weekend voor verenigingsactiviteiten of vergaderingen van diverse organisaties te gebruiken is. Keuken De keuken is grenzend aan de bar in de ontmoetingsruimte gesitueerd. De keuken is tevens te gebruiken als leskeuken door kleine groepen kinderen uit de bovenbouw van het basisonderwijs. Berging keuken en koelcel De berging van de keuken en de koelcel zijn bereikbaar vanuit de keuken. Berging algemeen Er is een algemene berging voor de MFA. Hierin kunnen allerlei materialen worden opgeslagen. (Hoofd)entrees Er is geen hoofdentree, maar aan beide zijden van het gebouw is er een entree die prominent en zichtbaar is. De gebruikers en bezoekers gaan via deze entrees naar binnen, met uitzondering van de leerlingen van de basisscholen. Balie/bar Prominent in de ontmoetingsruimte is een balie/bar aanwezig. Deze is gekoppeld aan de beheerdersruimte en keuken. Repro De repro is centraal gelegen in het onderwijsdeel, waardoor deze gemakkelijk bereikbaar is voor de organisaties die in de MFA gehuisvest zijn. Sanitair Het sanitair is nabij de ontmoetingsruimte gelegen. Hierdoor is het sanitair goed te gebruiken door bezoekers en personeel van de MFA. Het aantal is gelijk voor heren en dames, waarbij voor de heren een verdeling is in urinoirs en toiletpotten. Daarnaast is sanitair gepositioneerd bij het theater en cultuurplein. Qua aantal toiletten is er uitgegaan van de praktische noodzakelijkheid en de huidige aantallen. Mindervalidentoilet Er zijn twee mindervalidentoiletten (in combinatie met een douche) in het gebouw. Deze zijn centraal gelegen ten opzichte van zowel de onderwijsruimten als de ontmoetingsruimte / overige partijen.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
8/52 31
3.3.2
Semi-multifunctioneel
Semi-multifunctioneel omschrijving
aantal
m² no
theaterzaal
1
300
totaal m² no opmerking 300
garderobe bezoekers
1
35
35
podiumruimte
1
100
100
mf-zaal 1
1
50
50
doorbelasting aan dorpshuis (60%) en onderwijs (40%), te koppelen aan mf-zaal 2
uitschuiftribune onderdeel van theaterzaal
mf-zaal 2
1
50
50
te koppelen met andere mf-zalen
mf zaal 3
1
50
50
te koppelen met mf-zaal 2
kantoor en magazijn
1
20
20
gebruik door bibliotheek en beheerder dorpshuis, overige oppervlakte uit bruto-nuttigfactor
kleedkamers
2
20
40
grenzend aan theaterzaal en podium
beeldend lokaal 1
1
49
49
vilten 'nat'
beeldend lokaal 2
1
49
49
in onderwijsruimte, schilder
beeldend lokaal 3
1
60
60
keramiek en houtbewerking, gekoppeld aan ovenruimte
danslokaal
1
70
70
dansvloer en spiegelwand
muzieklokaal 1
1
49
49
nagalmtijd 0,6 à 0,8 seconde, geluidsisolatie 85 dB, slagwerk
muzieklokaal 2
1
49
49
nagalmtijd 0,6 à 0,8 seconde, geluidsisolatie 85 dB, pianolokaal
muzieklokaal 3
0
15
0
nagalmtijd 0,6 à 0,8 seconde, geluidsisolatie 85 dB, gebruik van onderwijs
muzieklokaal 4
0
15
0
nagalmtijd 0,6 à 0,8 seconde, geluidsisolatie 85 dB, gebruik van onderwijs nagalmtijd 0,6 à 0,8 seconde, geluidsisolatie 85 dB, gebruik van onderwijs
muzieklokaal 5
0
20
0
verpleegruimte
PM
PM
PM
ihkv passend onderwijs en speciale doelgroepen
speellokaal
2
84
168
koppelbaar met elkaar, bij gebruik door Vined zicht vanuit foyer op zaal
extra m² tbv Vined
1
12
12
berging tafeltennisvereniging
1
15
15
berging speellokaal
1
6
6
totaal nuttig vloeroppervlakte
nabij speellokaal t.b.v. o.a. tafeltennistafels nabij speellokaal
1.172
Semi-multifunctionele gedeelte (primaat beheerstichting) Theaterzaal De theaterzaal is nabij de ontmoetingsruimte gesitueerd, waardoor de ontmoetingsruimte tevens als foyer gebruikt kan worden. De hoogte van de theaterzaal is vergelijkbaar met de huidige hoogte (buitenzijde 9 meter, vrije hoogte binnenzijde circa 6 a 7 meter). Indicatief worden er 300 tot 350 stoelen gerealiseerd. Grenzend aan het theater is de regieruimte gesitueerd met zicht op het podium. Daarnaast grenst aan het theater de berging van de muziekverenigingen en diverse andere bergingen ten behoeve van verenigingen, stoelen en toneel. De podiumruimte is onderdeel van de theaterzaal geworden. De theaterzaal is niet alleen geschikt voor theatervoorstellingen en concerten, maar wordt doordeweeks ook door diverse verenigingen gebruikt, zoals de repetities van de muziekvereniging. Door de uitschuiftribune is de theaterzaal zeer multifunctioneel te gebruiken. De theaterzaal is in samenwerking met de vereniging dorpshuis tot stand gekomen. Hierin is de vereniging bijgestaan door een theaterspecialist om te komen tot een optimale en gedragen vormgeving en inrichting. Garderobe bezoekers De garderobe van de bezoekers is nabij één van de hoofdentrees en de ontmoetingsruimte gesitueerd. Podiumruimte De podiumruimte is ingepast in de theaterzaal. De podiumruimte is niet verhoogd uitgevoerd, maar is gelijkvloers aan de theaterzaal. MF-zalen De multifunctionele zalen zijn door middel van een flexibele wand met elkaar te verbinden. De multifunctionele zalen worden gebruikt door activiteiten als vergaderingen van diverse gezelschappen, bridgen en schaken. De berging van de multifunctionele ruimten wordt vormgegeven in de ruimten zelf en de overige bergingen in de MFA.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
9/52 32
Kleedkamers Voor de theaterfunctie zijn er twee kleedkamers beschikbaar die nabij de podiumruimte gesitueerd zijn.
Semi-multifunctionele ruimten (primaat cultuurplein) Beeldende lokalen In de beeldende lokalen worden groepslessen voor onder andere tekenen, vilten, fotografie en schilderen gegeven. Aan één van de lokalen grenst de oven en glazuurkast. Danslokaal Er is een danslokaal aanwezig met verstelbare barres aan beide zijden en uiteraard flexibele spiegelwanden. De ruimte is tevens voorzien van een dansvloer. Muzieklokalen De muzieklokalen worden gebruikt voor diverse muzieklessen. De muzieklokalen worden met name gebruikt voor repetities door ensembles en één op één muzieklessen. De geluidsisolatie van de ruimten is 85 dB en een nagalmtijd van circa 0,6 à 0,8 seconde. Muzieklokalen (ingepast in onderwijsruimten) Naast bovenstaande muzieklokalen maakt het cultuurplein ook gebruik van een drietal onderwijsruimten voor muziekonderwijs. Aangezien veel muziekleerlingen afkomstig zijn uit het onderwijs, zullen deze lessen na schooltijd plaatsvinden. Met deze reden kan er optimaal multifunctioneel gebruik gemaakt worden van de onderwijsruimten. De primaat van deze ruimten ligt bij het onderwijs, maar het cultuurplein, onderwijs en de beheerstichting maken afspraken over dit gebruik.
Semi-multifunctionele ruimten (primaat bibliotheek) Kantoor en magazijn De bibliotheek en beheerder van de MFA maken gezamenlijk gebruik van een kantoorruimte. Deze grenst aan het domein van de bibliotheek en de ontmoetingsruimte. Aangezien de ruimte met name door de bibliotheek gebruikt zal worden en de beheerder hier incidenteel administratiewerkzaamheden zal doen, ligt het primaat bij de bibliotheek. Over het gebruik maken partijen goede afspraken in het vervolgproces.
Semi-multifunctionele ruimten (primaat onderwijs) Verpleegruimte Deze ruimte is opgenomen in het kader van de verwachte ontwikkelingen omtrent het passend onderwijs. Er is op dit moment nog onvoldoende duidelijkheid om hier vierkante meters en functionele eisen aan te verbinden. Indien noodzakelijk wordt deze ruimte binnen de kaders van het ontwerp van de MFA ingepast. Speellokalen Er komen twee speellokalen in de MFA die met elkaar koppelbaar zijn. Er is rekening gehouden met het gebruik van de speellokalen door tafeltennisvereniging Vined. Zo zijn bijvoorbeeld grenzend aan de speellokalen zitmogelijkheden, waardoor de toeschouwers naar de tafeltennissers kunnen kijken. De tafeltennissers dienen ook de mogelijkheid te hebben gebruik te maken van de kleedfaciliteiten. Hiervoor kunnen zij gebruikmaken van de kleedkamers die bij de gymzaal gesitueerd zijn. De speellokalen zijn met 12 m² vergroot ten behoeve van het gebruik van Vined.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
10/52 33
Berging speellokaal en tafeltennisvereniging Grenzend aan de speellokalen zijn de bergingen voor de speellokalen en de tafeltennisvereniging gesitueerd. Vanuit de bergingen is het speellokaal direct benaderbaar.
3.3.3
Ruimtegebruik per vaste gebruiker
In deze paragraaf zijn de individuele ruimteprogramma’s opgenomen. Verder is per partij een korte beschrijving gegeven van de functionele wensen die in de bilaterale gesprekken naar voren zijn gekomen.
Beheerstichting De individuele ruimten van de toekomstige beheerstichting zijn in het onderstaande overzicht opgenomen. De invulling is tot stand gekomen in overleg met de vereniging dorpshuis. De vereniging Dorpshuis zal gaan optreden als belangenbehartiger van haar verenigingen. De overige taken qua huisvesting, beheer en horeca worden ondergebracht bij de beheerstichting. Dorpshuis omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
bergingen verenigingen
1
50
berging muziekinstrumenten
1
40
40
berging stoelen
1
20
20
50
berging dorpshuis algemeen
1
40
40
licht/geluid regie
1
20
20
beheerder
1
0
totaal nuttig vloeroppervlakte
0
toneelberging multifunctioneel
170
Bergingen Er zijn diverse bergingen opgenomen in het individuele ruimteprogramma van het dorpshuis. Deze bergingen dienen nabij de ontmoetingsruimte en de theaterzaal gesitueerd te zijn, zodat gemakkelijk stoelen, muziekinstrumenten en overige materialen geplaatst kunnen worden. Licht/geluid regie Vanuit deze ruimte is er zicht op de theaterzaal en het podium.
Bibliotheek Bibliotheek omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
uitleenruimte 1
1
200
200
uitleenruimte 2
0
100
0
gekoppeld aan foyer gekoppeld aan foyer en uitleenruimte 1, afkomstig uit bruto-nuttig factor
totaal nuttig vloeroppervlakte
200
Uitleenruimte 1 en 2 De uitleenruimte van de bibliotheek bedraagt 200 m² nuttig vloeroppervlakte. De uitleenruimte is open en transparant gekoppeld aan de ontmoetingsruimte, waardoor beide ruimten natuurlijk in elkaar overlopen. In de ontmoetingsruimte is een leestafel en een aantal stellingen opgenomen om dit effect te versterken. Door deze open opzet is het toezicht vanuit de ontmoetingsruimte op de uitleenruimte zo optimaal mogelijk en kunnen daarmee de openingstijden van de bibliotheek
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
11/52 34
verruimd worden, met relatief weinig personele inzet. De bibliotheek acht het noodzakelijk om meer vierkante meters in de MFA te hebben om haar inhoudelijk concept optimaal vorm te geven. In dat kader is er een uitleenruimte van 100 m² nuttig vloeroppervlakte opgenomen in het ruimteprogramma, die voornamelijk door het efficiënt inzetten van de verhouding tussen bruto en nuttige vierkante meters moet ontstaan.
Cultuurplein Noord-Veluwe Het cultuurplein heeft, naast de onderstaande individuele ruimten ook semi-multifunctionele ruimten. Deze ruimten worden op dit moment volledig doorbelast aan het cultuurplein, mede doordat de bezettingsanalyse uitwijst dat de ruimten veel door het cultuurplein in gebruik zijn. Cultuurplein omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
kantoor
1
60
60
lounge
1
18
18
restant in bruto-nuttig factor
ovenruimte
1
6
6
2 ovens
glazuurkast
1
2
2
berging
1
13
totaal nuttig vloeroppervlakte
13
nabij kantoren
99
Kantoorruimten De kantoorruimte van het cultuurplein is te midden van haar activiteitenruimten gesitueerd, zodat de identiteit van het cultuurplein in stand blijft. Daarnaast zorgt het voor verbondenheid tussen de back- en frontoffice van het cultuurplein. Lounge Het cultuurplein creëert graag een ‘zitje’ nabij haar kantoren. Deze plek is ontstaan door gangruimten efficiënt met elkaar te clusteren, waardoor er een zitje is ontstaan in de verkeersruimten van de MFA. Ovenruimte en glazuurkast In de ovenruimte staan twee ovens ten behoeve van het bakken van werkstukken van het cultuurplein. Aan deze ruimte zijn specifieke technische eisen verbonden, die in de vervolgfase meegenomen worden. Deze ovenruimte en de glazuurkast dienen nabij de beeldende lokalen gesitueerd te worden. Berging De berging van het cultuurplein is nabij de kantoren gesitueerd.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
12/52 35
Hummelhuis In het onderstaande overzicht zijn de ruimten van het Hummelhuis opgenomen. Direct grenzend aan de groepsruimten is de buitenspeelplaats van de kinderopvang en peuterspeelzaal gesitueerd. Hummelhuis omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
groepsruimte
2
42
84
slaapkamer
2
9
18
grenzend aan groepsruimten, 2x8 slaapplekken
verschoonruimte
1
7,5
7,5
tussen groepsruimten een verschoonruimte
kinderopvang
pantry
1
6
6
tussen groepsruimten, vanuit beide bereikbaar
sanitair
1
7,5
7,5
tussen groepsruimten, vanuit beide bereikbaar
was- en droogruimte
1
5
5
bergruimte
1
12
12
maxi-cosi en algemene berging
kantoor
1
8
8
1 werkplek
bso/psz groepsruimte bso/psz
1
70
70
pantry oplossen binnen m² groepsruimte, te koppelen met flexibele wand
berging
1
6
6
tussen groepsruimten
sanitair psz/verschoontafel
1
4,5
4,5
sanitair
2
2,5
5
totaal nuttig vloeroppervlakte
zicht vanuit de groepsruimte op de peutertoiletjes t.b.v. personeel en bso-kinderen
233,5
Groepsruimten kinderopvang Het Hummelhuis heeft een tweetal groepsruimten ten behoeve van kinderopvang geprogrammeerd. Direct gekoppeld aan deze groepsruimten zijn de slaapkamers en toiletgroepjes. Het Hummelhuis heeft de nadrukkelijke voorkeur om op de begane grond gesitueerd te worden, in verband met de toegankelijkheid voor de kleine kinderen. Berging en was- en droogruimte Deze ruimten liggen centraal ten opzichte van de overige ruimten. Kantoor Het kantoor is nabij de groepsruimten van de kinderopvang en buitenschoolse opvang gesitueerd. Vanuit het kantoor is er zicht op de interne entree van het Hummelhuis. Groepsruimte bso/psz De groepsruimte van de buitenschoolse opvang en peuterspeelzaal is nabij het sanitair en de berging gesitueerd.
Onderwijs In de MFA worden een viertal scholen gehuisvest: Parkschool, de Horsthoek, de WEmma en het Kristal. De scholen krijgen ieder een eigen entree. De eigen entree zorgt ervoor dat de kinderen geborgenheid ervaren en zich niet verloren voelen binnen de MFA. De ruimteprogramma’s van de scholen zijn afgestemd op de leerlingenprognoses en onderwijsnormering in 2020. De verdeling van de leerlingen tussen de scholen kan variëren ten opzichte van deze prognoses. Hetgeen betekent dat er in het ontwerp flexibiliteit is ingebouwd ten behoeve van deze uitwisselbaarheid. Deze flexibiliteit is onder meer vormgegeven door de scholen aan één zijde van het gebouw te situeren, met waar mogelijk doorgangen tussen de verschillende scholen.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
13/52 36
Parkschool De Parkschool geeft haar onderwijs volgens het Dalton concept. Dit betekent onder andere dat er veel groepsmatig gewerkt wordt. Dit groepsmatig werken gebeurt zowel binnen als buiten het lokaal. Parkschool omschrijving
aantal
m² no
1
20
totaal m² no opmerking
algemene en directieruimten directiekamer/IB ruimte
20
onderwijsruimten groepsruimte onderbouw
2
52
104
4 t/m 6 jarigen
groepsruimte bovenbouw
2
52
104
7 t/m 12 jarigen
verwerkingsruimten
4
13
50
entree
1
0
0
in bruto-nuttig factor
bergruimte
4
2
8
grenzend aan groepsruimten
centrale berging
1
20
20
overige ruimten
garderobe
1
0
0
in bruto-nuttig factor
sanitair kinderen
6
2,5
15
circa 3 toiletten per 2 groepsruimten
totaal nuttig vloeroppervlakte
321,4
Algemene en directieruimten De Parkschool heeft een directiekamer/IB-ruimte in het ruimteprogramma. Aangezien bij de Parkschool vermoedelijk niet fulltime een locatiedirecteur aanwezig is, kunnen deze functies gebruikmaken van één ruimte. Onderwijsruimten De lokalen van deze school worden geclusterd rond een ‘verwerkingsplein’ waar de leerlingen in groepjes werken. De Parkschool is volledig op de begane grond gesitueerd, aangezien de boven- en onderbouw van een Daltonschool vaak met elkaar samenwerken. Het situeren van de school op twee verdiepingen is in dit kader niet wenselijk, aangezien het veel verkeer oplevert. Overige ruimten Het sanitair, de garderobe en bergingen zijn centraal gesitueerd ten opzichte van de onderwijsruimten.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
14/52 37
Horsthoek De Horsthoek is een school met een OGO-stempel (ontwikkelingsgericht onderwijs). Dit betekent dat er ingespeeld wordt in het onderwijs op de vraag van de leerling, hetgeen veel flexibiliteit vraagt. Horsthoek omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
directiekamer
1
16
16
IB ruimte
1
12
12
algemene en directieruimten
onderwijsruimten groepsruimte onderbouw
2
49
98
4 t/m 6 jarigen
groepsruimte bovenbouw
3
49
147
7 t/m 12 jarigen
verwerkingsruimten
5
14
68
entree
1
0
0
in bruto-nuttig factor
inloopkast
5
2
10
grenzend aan groepsruimten
centrale berging
1
20
20
garderobe
1
0
0
in bruto-nuttig factor
sanitair kinderen
8
2,5
20
circa 3 toiletten per 2 groepsruimten
overige ruimten
totaal nuttig vloeroppervlakte
390,5
Algemene en directieruimten Directiekamer en IB-ruimte zijn in het onderwijscluster gesitueerd nabij de groepsruimten van de Horsthoek. Onderwijsruimten Ook in deze school wordt er veel in groepen gewerkt. De school wil dan ook veel hoekjes op de gang creëren, met name ten behoeve van de bovenbouwgroepen. De verwerkingsruimten zijn geen aparte kleine ruimten, maar kunnen gezien worden als een vlek die voor deze hoekjes ingezet kan worden. De Horsthoek heeft er geen probleem mee dat de school over twee verdiepingen verdeeld wordt. Overige ruimten Het sanitair, de garderobe en bergingen zijn centraal gesitueerd ten opzichte van de onderwijsruimten.
WEmmaschool De ruimtelijke uitwerking van het onderwijsconcept (zes) van de WEmmaschool is gedurende het proces steeds verder uitgekristalliseerd. In het VO is de optimale ruimtelijke uitwerking opgenomen van het onderwijsconcept dat de WEmma nastreeft. Dit ruimtelijke concept kenmerkt zich door relatief ruime lokalen of ‘leergebieden’, met veel flexibiliteit tussen de verschillende leergebieden. Voor zowel de onder- als bovenbouw kan er één groot leergebied gecreëerd worden door alle wanden open te zetten of meerdere kleinere gebieden voor het werken met je eigen klas of in groepjes. Deze flexibiliteit sluit volledig aan bij het onderwijsconcept.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
15/52 38
WEmma omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
directiekamer
1
16
IB ruimte
1
12
12
teamwerkkamer
5
12
60
9
62
558
entree
1
0
0
centrale berging
1
41
41
garderobe
1
0
0
in bruto-nuttig factor
14
2,5
35
circa 3 toiletten per 2 instructieruimten
algemene en directieruimten 16 verwerkt in leergebieden
onderwijsruimten leergebieden overige ruimten
sanitair kinderen totaal nuttig vloeroppervlakte
in bruto-nuttig factor
722
Algemene en directieruimten De directiekamer en IB-ruimte is op de eerste verdieping gesitueerd, zodat er zo veel mogelijk onderwijsfuncties van WEmma op de begane grond gesitueerd kunnen worden. Tussen de leergebieden zijn teamwerkkamers gesitueerd, waar de leraren de lessen voorbereiden. Deze werkkamers kunnen ook door leerlingen gebruikt worden voor het werken in groepjes. Onderwijsruimten De leergebieden zijn grenzend aan elkaar vormgegeven en door middel van flexibele wanden met elkaar te verbinden. Tussen de leergebieden liggen de teamwerkkamers die door zowel de leerkrachten als leerlingen gebruikt worden. Voor de onderbouw is het sanitair tussen de lokalen gesitueerd en deze zijn vanuit de leergebieden benaderbaar. Daarnaast is er een wastafel in elk leergebied. Het situeren van de school over twee verdiepingen is niet bezwaarlijk, uitgaande van de onderbouw op de begane grond en de bovenbouw op de verdieping. Overige ruimten Het sanitair, de garderobe en bergingen zijn op beide verdiepingen gesitueerd en vanuit de leergebieden makkelijk te benaderen.
GBS Kristal GBS Kristal is op basis van de leerlingenprognose een kleine school, waardoor zij recht heeft op een relatief beperkt aantal vierkante meters. GBS Kristal heeft binnen de kaders van haar normering een opzet gekozen die past binnen hun onderwijsconcept. Relatief kleine groepsruimten, waar klassikaal onderwijs gegeven wordt.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
16/52 39
Kristal omschrijving
aantal
m² no
totaal m² no opmerking
directiekamer
0
16
0
IB ruimte
0
10
0
gebruik van ruimten (semi)multifunctioneel
algemene en directieruimten
onderwijsruimten groepsruimte onderbouw
2
45
90
4 t/m 6 jarigen
groepsruimte bovenbouw
2
45
90
7 t/m 12 jarigen
verwerkingsruimte
1
3
3
clusteren met gangruimten uit bruto-nuttig factor
overige ruimten entree
1
0
0
in bruto-nuttig factor
inloopkast
4
2
8
grenzend aan groepsruimten
centrale berging
1
20
20
garderobe
1
0
0
in bruto-nuttig factor
sanitair kinderen
6
2,5
15
circa 3 toiletten per 2 groepsruimten
totaal nuttig vloeroppervlakte
226
Directiekamer en IB-ruimte In het ruimteprogramma zijn geen ruimten voor directie of intern begeleider opgenomen. Door eventueel enkele ruimten wat kleiner vorm te geven, kan er toch een kantoor/spreekruimte gerealiseerd worden, ten behoeve van deze functies. In het VO is dit op deze wijze vormgegeven. Onderwijsruimten GBS Kristal ziet haar lokalen graag geclusterd nabij elkaar. Door flexibele wanden c.q. brede schuifdeuren tussen de lokalen en de gang te plaatsen kan gemakkelijk het lokaal met het pleintje verbonden worden. Hierdoor ontstaat er onderwijscluster, die op vele manieren gebruikt kan worden. Gezien de (geringe) omvang van de school is splitsing van de boven- en onderbouw niet wenselijk, volgens GBS Kristal. Volledige huisvesting op de begane grond heeft de voorkeur.
Wisselwerk Wisselwerk omschrijving
aantal
m² no
activiteitenruimte
1
49
49
berging
1
5
5
entree
1
0
0
totaal nuttig vloeroppervlakte
totaal m² no opmerking
naar buiten, in bruto-nuttig factor
54
Wisselwerk heeft van de gemeente Heerde onder andere de opdracht om het jongerenwerk vorm te geven. Dit doet zij accommodatiegericht op twee manieren: vindplaatsgericht en preventief. Het vindplaatsgericht jongerenwerk betekent dat men actief naar groepen jongeren toegaat om hen te interesseren in het ontplooien van activiteiten in de ruimte van Wisselwerk. Het preventief jongerenwerk richt zich op de jeugd vanaf twaalf jaar die, voordat zij op straat dreigen te komen, al activiteiten in de ruimte van Wisselwerk geboden wordt. Hier is een link met de basisscholen in de MFA. Voor de (oud)leerlingen die van deze basisscholen afkomstig zijn, is de MFA bekend terrein en dus een laagdrempelige voorziening. Wisselwerk gebruikt een aparte activiteitenruimte. Nabij de activiteitenruimte is de mogelijkheid tot een entree naar buiten. Deze entree is bij voorkeur goed zichtbaar voor de omgeving in verband met toezicht. Buiten de openingstijden van het Wisselwerk om is de activiteitenruimte voor andere activiteiten in te zetten. In de ruimte is sanitair gesitueerd, waardoor het toezicht van de begeleider optimaal en zwerven door het gebouw niet mogelijk is.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
17/52 40
Gymzaal Gymzaal omschrijving
aantal
m² no
gymzaal
1
308
308
toestellenberging
1
50
50
kleedruimten d/h
2
20
40
wasruimten d/h
2
12
24
toilet
2
3,5
7
EHBO-/scheidsrechter-/lerarenruimte
1
11
11
totaal nuttig vloeroppervlakte
totaal m² no opmerking norm gemeente (14x22x5,5)
in kleedruimten inpassen
440
Het Programma van Eisen van de gymzaal is tot stand gekomen in nauw overleg met de gemeente Heerde. Er zijn meerdere scenario’s geanalyseerd en met elkaar vergeleken. De bestaande binnensportcapaciteit bij de Brede School De Rhijnsberg en de Faberhal is hierbij in ogenschouw genomen. De omvang van de gymzaal is optimaal voor het onderwijsgebruik. Er is voldoende capaciteit beschikbaar voor de vier scholen in de MFA. In de avonduren en het weekend kan (als uitwijk van de overige binnensportvoorzieningen) er getraind worden in de gymzaal door verenigingen. De ontmoetingsruimte van de MFA kan fungeren als kantinevoorziening van de sporters.
3.3.4
Buitenruimte
In het overzicht in deze paragraaf is de samenstelling en de omvang van de buitenruimte opgenomen. Minimaal uitgangspunt vormt de normering onderwijswetgeving voor de scholen, aangevuld met wensen van de overige participanten. Op basis van deze aannames blijkt dat de MFA met haar buitenruimte ruim op de beoogde locatie past. Voorts is er gemiddeld ruim 6 m² (minimale wettelijke normering bedraagt 3 m³ per kind) per leerling buitenruimte beschikbaar, middels koppeling van de schoolpleinen en de Van Meursweide. Een eerste werksessie aangaande de inhoudelijke samenwerking en ruimtelijke vertaling in de buitenruimte heeft plaatsgevonden. Op basis hiervan wordt invulling gegeven aan een buitenruimte die openbaar toegankelijk is, met speeltoestellen die geschikt zijn voor een bredere doelgroep dan enkel basisschoolleerlingen. Daarnaast wordt er gekeken naar verbindingen tussen de buitenruimte van de MFA en het Van Meurspark. Zowel de buurt als de vertegenwoordigers van het Van Meurspark worden naast de participanten betrokken in dit proces. Naast dit onderzoek heeft er tevens een verkeerskundig onderzoek plaatsgevonden. De conclusies van dit onderzoek zijn in een apart document vormgegeven.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
18/52 41
Buitenruimte omschrijving
aantal
m² no
1
1.266
1.266
schooltuintjes
PM
PM
PM
pannakooi
schoolplein
totaal m² no opmerking 3 m² per leerling
PM
PM
PM
speelterrein kdv
2
36
72
3 m² per kind
speelterrein psz
1
45
45
3 m² per peuter
speelterrein bso
0
0
0
zandbak kdv/school
3
25
75
terras dorpshuis
0
200
0
onderdeel van schoolplein (bv ander kleur tegels), bruikbaar na schooltijd. Eventueel als dakterras indien meerwaarde aangetoond wordt.
buitenberging berging afvalcontainers
2
30
60
1
10
10
fietsenstalling basisonderwijs
211
1,5
317
fietsenstalling personeel
20
1,5
30
fietsenstalling bezoekers
20
1,5
30
parkeren
35
25
875
mindervalidenparkeerplaats
2
25
50
stelpost
zoen-en-zoef zone
1
200
200
stelpost
toegangspaden
1
80
80
stelpost
subtotaal buitenruimte (excl groenblijvend en gebouw) groenblijvend
1
totaal buitenruimte (excl gebouw)
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
717
idealiter ondergronds aanname: 50 % komt met fiets
stelpost obv CROW
3.110 717 3.827
19/52 42
4
Investering
De investeringskosten zijn gebaseerd op het in hoofdstuk 3 beschreven ruimteprogramma. Hierbij wordt uitgegaan van het behalen van een GPR-score van gemiddeld minimaal 8. Daarnaast gaan we uit van de uitgangspunten voor Frisse Scholen Klasse B met een focus op de thema’s: energie, binnenklimaat/gezondheid en gebruikskwaliteit. Onderstaand de raming van de investeringskosten voor de nieuwbouw van de MFA Heerde Oost: Investeringskosten MFA Heerde Oost - GPR = 8
Onderwijs
m²
€ per m2
totaal
Basis conform VNG
2.947
€
1.664
€
4.903.688
Extra investering GPR = 8
2.947
€
166
€
490.369
€
1.830
€
5.394.056
Totale stichtingskosten
Gymzaal
m²
Basiskosten conform programma
528
Extra investering GPR = 8
528
Totale stichtingskosten
Overig participanten
€ per m2 €
totaal
1.627
€
€
163
€
85.900
€
1.790
€
944.898
m²
858.998
€ per m2
totaal
Basiskosten conform programma
2.756
€
1.729
€
4.764.742
Extra investering GPR = 8
2.756
€
173
€
476.474
€
1.901
€
5.241.216
€
11.580.171
€
1.858
Totale stichtingskosten
Totale stichtingskosten Per m²
6.231 m2
De volgende kosten zijn niet opgenomen in de bovenstaande geraamde investeringsbedragen: • Sloop en bouwrijp maken (onderdeel grondexploitatie). • Kosten aanpassing aangrenzende infrastructuur en het Van Meurspark (onderdeel separaat budget). • Kosten verhuizing en tijdelijke huisvesting (separaat inzichtelijk gemaakt). • Kosten inventaris en inrichting (voor rekening van participanten). Hierbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: • Alle bovengenoemde bedragen zijn inclusief BTW. • Prijspeil december 2012. • Uitgangspunt voor normvergoeding onderwijshuisvesting is 4 keer vaste voet. • Normvergoeding gymzaal is per m2 naar beneden bijgesteld naar aanleiding van groter programma gymzaal. • Herinvestering GPR=8 bedraagt circa 10%. • Investeringsbedrag gaat uit van basis terreininrichting binnen kavelgrens.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
20/52 43
Inmiddels is ook een eerste kostenraming, exclusief marktwerking gemaakt van het Voorlopig Ontwerp, dit laat nog een beperkte overschrijding zien ten opzichte van de taakstellende bouwkosten. Deze is naar verwachting oplosbaar in de nadere uitwerking van de gevels, luifels en overstekken, dan wel binnen het totale investeringsbudget. Uitgangspunt is een marktconforme raming op basis van reële prijzen zonder marktwerking. Deze raming is gebaseerd op het ruimtelijk en functioneel ontwerp wat is goedgekeurd door de gebruikers en gaat uit van de volgende kwalitatieve uitgangspunten: • GPR=8. • Duurzame warmte- en koude opwekking. • Gebalanceerde ventilatie met hoog rendement warmteterugwinning met beperking CO2. • Energiezuinige verlichting met aanwezigheidsdetectie. • Energieprestatie van 30 tot 40% onder bouwbesluit eis. • Onderhoudsarme / - vrije, duurzame materialen toepassen. • Afkoppelen regenwater en waterbesparende maatregelen. Eventuele upgrading van de MFA naar energieneutraliteit is in de toekomst mogelijk. Derhalve maakt dit geen onderdeel uit van de weergegeven investeringskosten. Naast de kosten voor de nieuwbouw MFA Heerde Oost zijn er 3 andere kostenposten welke gerelateerd zijn aan de realisatie van de MFA Heerde Oost, te weten: 1. Tijdelijke huisvesting bibliotheek, dorpshuis en Parkschool: geprognotiseerd € 107.500,inclusief BTW. Afrekening vindt plaats op basis van daadwerkelijke en reële kosten. 2. Aanvullende inrichting multifunctionele ruimten (mandaat beheersstichting): € 580.000,inclusief BTW, mogelijke dekking subsidies € 100.000,- inclusief BTW. Afrekening op basis van daadwerkelijke kosten en overeengekomen inrichting. BTW compensatie ligt bij beheersstichting. 3. Inrichting sportzaal € 60.000,- inclusief BTW.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
21/52 44
5
Doorbelasting ruimten
5.1
Primaathouderschap
Er zijn een drietal niveaus van ruimtelijke samenwerking:
Multifunctioneel Het gebruik van een ruimte is niet toe te schrijven aan één gebruiker, maar aan alle gebruikers. Het is noodzakelijk samen te werken bij het beheer van deze ruimten. De multifunctionele ruimten worden (naar rato) doorbelast op basis van de omvang van de individuele ruimten en semimultifunctionele ruimten.
Semi-multifunctioneel
Pa
rti c ip
an
tA
t pan tici Par
B
Multifunctioneel Multifunctioneel
Semi SemiSemi-multifunctioneel multifunctioneel
Individueel Individueel Het primaat van het gebruik van een ruimte ligt bij één of meerdere (niet alle) gebruikers, ook anderen kunnen gebruik Participant C maken van de ruimte. De semi-multifunctionele ruimten worden in eerste instantie doorbelast aan de kernpartners die voornamelijk gebruik gaan maken van de ruimten, waarna deze naar rato van de omvang van de individuele ruimten per betrokken kernpartners worden doorbelast.
Individueel Het gebruik van een ruimte ligt exclusief bij één participant. Een primaathouder is verantwoordelijk voor de betreffende ruimte in het gebouw.
5.2
Doorbelasting
De doorbelasting van de ruimten is de basis van het beheermodel en de exploitatiebegroting. De onderstaande tabel geeft inzicht in de doorbelasting van de multifunctionele meters. De som per partij (exclusief de bruto-nuttig factor) is opgenomen in het totaaloverzicht. De doorbelastingsystematiek is in de voorgaande paragraaf beschreven.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
22/52 45
Multifunctioneel Doorbelasting Multifunctionele ruimten omschrijving
Dorpshuis Bibliotheek totaal m² no Individueel SMF
specifiek
Cultuurplein Hummelhuis Parkschool Horsthoek WEmma Kristal Wisselwerk
Vined
170
200
99
233,5
321,4
390,5
722
226
54
0
595
15
341
0
38
46
84
26
0
27
ontmoetingsruimte/foyer
250
53
15
31
16
25
30
56
18
4
2
loungeruimte (personeel en mf)
75
16
4
9
5
8
9
17
5
1
1
keuken
30
6
2
4
2
3
4
7
2
0
0
berging keuken
10
2
1
1
1
1
1
2
1
0
0
koelcel
10
2
1
1
1
1
1
2
1
0
0
berging (algemeen)
20
4
1
2
1
2
2
4
1
0
0 0
algemeen entrees
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
balie
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
garderobe personeel
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
lift
10
2
1
1
1
1
1
2
1
0
0
installatieruimte
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
meterkast
2
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
werkkasten
6
1
0
1
0
1
1
1
0
0
0
beheerder/concierge
12
3
1
1
1
1
1
3
1
0
0
repro
10
2
1
1
1
1
1
2
1
0
0
sanitiar algemeen
35
7
2
4
2
4
4
8
2
1
0
mindervalidentoilet
5
1
0
1
0
1
1
1
0
0
0
serverruimte
10
2
1
1
1
1
1
2
1
0
0
totaal nuttig vloeroppervlakte
485
103
29
59
32
49
59
109
34
7
4
De vierkante meters in bovenstaande tabel zijn afgerond tot hele getallen, waardoor cijfers achter de komma niet zichtbaar zijn in de tabel. Hiervoor is gekozen in verband met de leesbaarheid van de tabel.
Semi-multifunctioneel De onderstaande tabel geeft inzicht in de doorbelasting van de semi- multifunctionele meters. De som per partij (exclusief de bruto-nuttig factor) is opgenomen in het totaaloverzicht. Doorbelasting Semi-multifunctioneel
Dorpshuis Bibliotheek
omschrijving
totaal m² no
170
theaterzaal
300
300
garderobe bezoekers
35
35
100
100
podiumruimte
200
Cultuurplein Hummelhuis Parkschool Horsthoek WEmma Kristal Wisselwerk 99
mf-zaal 1
50
30
mf-zaal 2
50
50
mf zaal 3
50
50
kantoor en magazijn
20
5
kleedkamers
40
25
beeldend lokaal 1
49
49
beeldend lokaal 2
49
49
beeldend lokaal 3
60
60
danslokaal
70
70
muzieklokaal 1
49
49
muzieklokaal 2
49
49
muzieklokaal 3
0
0
muzieklokaal 4
0
0
muzieklokaal 5
0
0
verpleegruimte
PM
speellokaal
168
extra m² tbv Vined
12
berging tafeltennisvereniging
15
berging speellokaal totaal nuttig vloeroppervlakte
233,5
390,5
722
226
4
5
9
3
33
40
73
23
Vined
54
15 15
12 15
6 1.172
321,4
595
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
15
341
0
1
1
3
1
38
46
84
26
0
27
23/52 46
Primaathouderschap Beheerstichting Van de theaterzaal, garderobe bezoekers, podiumruimte, mf-zalen en kleedkamers (van het theater) ligt het primaat in eerste instantie bij de nieuw te formeren beheerstichting van de MFA. Conform roostering kunnen participanten en gebruikers gebruikmaken van deze ruimten. Het gebruik en de verhuurcondities worden nader ingevuld. Voor één van de multifunctionele zalen geldt dat deze mede is doorbelast aan de vier scholen. Reden hiervoor is dat de scholen gebruik willen maken van één van de multifunctionele zalen voor muziekonderwijs en/of handvaardigheid. Dit betekent niet dat het per se deze ruimte is, maar men kan ook een andere semimultifunctionele ruimte, indien beschikbaar, gebruiken. Deze doorbelasting heeft tot gevolg dat de scholen (‘met gesloten beurzen’) recht hebben op het gebruik van één van deze ruimten, aangezien het in de totale exploitatie versleuteld is. Hetzelfde geldt voor de doorbelasting van de kleedkamers aan het dorpshuis en het cultuurplein. Het cultuurplein wil deze kleedkamers gaan gebruiken ten behoeve van haar danslessen. Aan dit gebruik zit dus geen incidentele huurvergoeding verbonden, aangezien het volgens deze methodiek in de totale exploitatie versleuteld zit. Bibliotheek De bibliotheek gebruikt naast haar individuele uitleenruimte, tevens een kantoor en magazijn. Dit kantoor wordt grotendeels door hen gebruikt, vandaar dat deze voor driekwart aan hen is doorbelast. Het resterende deel is doorbelast aan de beheerstichting. Gezamenlijk hebben zij het primaat over de ruimte en maken ze afspraken over het gebruik en de inrichting. De bibliotheek beschikt over 200 m² individuele collectieruimte. Hiernaast beschikt zij over 100m² flexibel collectieoppervlak gekoppeld aan de foyerruimte. Deze 100 m² bevindt zich momenteel in de bruto-nuttig factor van het gebouw en wordt naar rato doorbelast. Na afronding van het voorlopig ontwerp wordt dit gecorrigeerd op basis van de feitelijke m², waarbij de bibliotheek 75 m² nuttig oppervlak bekostigd ten behoeve van de gebruikerslasten. Het overige deel wordt bekostigd (25 m² nuttig vloeroppervlak) door de beheerstichting. Cultuurplein Het cultuurplein heeft naast haar individuele ruimten de beschikking over beeldende en muzieklokalen. De bezetting is van dien aard, dat zij als enige de vierkante meters krijgen doorbelast. Het primaat over de ruimte ligt dan ook bij het cultuurplein. In overleg met het cultuurplein kan de beheerstichting deze ruimten (buiten de gebruiksuren) van het cultuurplein verhuren aan andere partijen. Onderwijs Naast de individuele ruimten van de vier scholen, maken de scholen ook gebruik van de gymzaal, de speellokalen en een mf-zaal. Een toelichting op het gebruik van de mf-zaal is hierboven toegelicht. Het gebruik van de gymzaal vindt plaats met de te formeren beheerstichting. Volgens daarvoor geldende normeringen hebben de scholen recht op een aantal uren bewegingsonderwijs (gebaseerd op het aantal leerlingen) in de gymzaal. De gemeente ontvangt hiervoor een klokuurvergoeding. De speellokalen worden doorbelast aan de vier scholen. Zij hebben gezamenlijk het primaat over deze ruimte en maken een rooster welke school op welk moment recht op het gebruik van de twee speellokalen. Dit gebruik zal met name gedurende schooltijd plaatsvinden, waardoor medegebruik buiten deze uren voor onder meer tafeltennisvereniging Vined mogelijk is.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
24/52 47
5.3
Ontwerp met demarcatie
In de afbeeldingen in deze paragraaf zijn de individuele posities van de verschillende gebruikers opgenomen. De oranje gekleurde kaders zijn semi-multifunctionele ruimten. In deze kaders is benoemd bij welke gebruiker het primaathouderschap ligt. Waar het primaat bij de MFA is aangegeven, ligt dit bij de toekomstige beheerstichting. De overige ruimten (waar geen vlak overheen is gelegd) zijn de multifunctionele ruimten. Deze multifunctionele ruimten bestaan onder meer uit installatieruimten, verkeersruimte, sanitair, et cetera. Ruimten die ten behoeve van alle gebruikers zijn. Daarnaast vallen de ontmoetingsruimte en de ‘loungeruimte’ onder deze categorie. Alle partijen maken gebruik van deze ruimten, doordat hier lunchen, koffie drinken, doorheen lopen, et cetera. Deze ruimten worden geëxploiteerd door de te formeren beheerstichting. Roostering van het gebruik van deze ruimten, maar ook van de semi-multifunctionele ruimten van de MFA, onderwijs en cultuurplein en de gymzaal wordt met elkaar afgestemd.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
25/52 48
6
Beheermodel
6.1
Inleiding
In dit hoofdstuk is het beheermodel uitgewerkt. Een beheermodel maakt op hoofdlijnen de (organisatie)verantwoordelijkheid voor het beheer van de MFA inzichtelijk. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de verantwoordelijkheid voor de (semi-)multifunctionele, maar ook voor de individuele ruimten. Beheeraspecten zijn onder te verdelen in huisvesting, diensten en middelen: •
Huisvesting: staat voor het gebouw met de gebouw gebonden installaties en het (groot) onderhoud van het gebouw en het terrein. Onder huisvesting vallen verder zaken die samenhangen met het ter beschikking stellen van het gebouw, zoals financiering, belastingen, heffingen en verzekeringen.
•
Diensten: hieronder vallen voorzieningen die verbonden zijn met het gebruik van de huisvesting, het (klein) onderhoud van de huisvesting en samenhangende ondersteuning van de werkzaamheden.
•
Middelen: deze worden gevormd door de voorzieningen, die nodig zijn voor de directe uitvoering van de werkzaamheden in de organisatie.
De verantwoordelijkheid voor huisvestingsaspecten ligt bij de eigenaar; de gebruikers zijn (gezamenlijk) verantwoordelijk voor de beheeraspecten die onder diensten en middelen vallen. Bij de uitvoering van het beheer onderscheiden we drie typen beheer: •
Het technisch beheer omvat taken die toekomen aan de eigenaar. Hierbij kan gedacht worden aan groot onderhoud, verzekeringen en het voldoen aan de veiligheidsvoorschriften.
•
Het facilitair beheer omvat taken die voortvloeien uit het gebruik van ruimten. Gedacht kan worden aan schoonmaak, klein onderhoud en het ontvangen van bezoekers.
•
Het programmabeheer betreft de inhoudelijke component van de (gezamenlijke) huisvesting. Het betreft bijvoorbeeld het opstellen en beheren van het activiteitenprogramma en het opstellen en bewaken van het inhoudelijke samenwerkingsconcept en/of de samenwerkingsvisie.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
26/52 49
In onderstaand schema is de relatie tussen beheeraspecten, verantwoordelijkheden en type beheer weergegeven.
Over bovenstaande beheeraspecten is uitvoerig gesproken met de gebruikers. In bijlage 1 is een verslaglegging hiervan opgenomen.
6.2
Beheermodel
In paragraaf 6.1 is een onderverdeling gegeven van de aspecten huisvesting, diensten en middelen. In het beheermodel worden deze verantwoordelijkheden toebedeeld aan de gebruikers en eigenaar/verhuurder van de MFA. Deze verdeling van verantwoordelijkheden is tot stand gekomen op basis van het gezamenlijk overleg tussen de eigenaar en de gebruikers. •
Huisvesting: het beheeraspect huisvesting valt onder de verantwoordelijkheid van de eigenaar/verhuurder. Op basis van gedegen onderhoudsafspraken tussen eigenaar en de beheerstichting zouden de middelen voor het groot onderhoud door de gemeente overgedragen kunnen worden aan de beheerstichting.
•
Diensten: beheerdiensten die gebruikers gezamenlijk via de beheerstichting of individueel regelen .
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
27/52 50
•
Middelen: de gebruikers zijn zelf verantwoordelijk voor de middelen in de individuele ruimten. Voor de multifunctionele ruimten worden mogelijk een aantal aspecten door gebruikers gedeeld.
Uitgangspunten beheermodel Eigenaren en gebruikers hebben de onderstaande uitgangspunten voor het beheermodel geformuleerd: • • • • •
Het beheer en de exploitatie van de MFA is zo efficiënt en effectief mogelijk van opzet. Het gezamenlijk beheer leidt tot schaalvoordelen. Het beheermodel is helder en overzichtelijk van opzet, waardoor kernpartners en overige gebruikers profiteren van een goed functionerende MFA. De gebruikers gaan voor een beheermodel waarin de kwaliteit van het beheer goed is en men invloed heeft op deze kwaliteit. Het beheer en de exploitatie van de MFA vindt plaats op basis van een gelijkwaardige samenwerking. De exploitatie van de MFA is bij aanvang al sluitend en leegstandsrisico’s worden door de flexibele en multifunctionele opzet van het gebouw en het beheermodel zo veel mogelijk beperkt. Eventuele risico’s voor de beheerstichting zijn vooraf inzichtelijk en worden betrokken in de besluitvorming ten aanzien van de voorkeur voor een beheerstichting.
Het onderstaande beheermodel is tot stand gekomen na meerdere overleggen met de werkgroep beheer en exploitatie. Er zijn vele varianten besproken, met verschillende niveaus van risico, invloed en zeggenschap. Er is gekozen voor een model, waarin de kernpartners invloed hebben vanuit de gebruikers- en programmaraad op het dagelijks operationeel functioneren van de MFA. Een meerderheid van de kernpartners heeft aangegeven geen rol te willen in het bestuur van de gezamenlijke beheerstichting. De reden hiervan is tweeledig: • Risico: de kernpartners (met uitzondering van het cultuurplein) geven aan geen bestuurdersrisico te willen lopen in de MFA. Hoewel dit risico marginaal is (enkel bij onbehoorlijk bestuur), blijft het voor de meeste partners geen optie. Het exploitatierisico van de MFA ligt bij de op te richten beheerstichting. • Core business: de kernpartners vinden het belangrijk dat zij zich met name kunnen focussen op de core business van hun organisatie. Dit is niet het exploiteren van een MFA. De voorkeur van de meeste partijen gaat uit naar een model waarin zij geen onderdeel zijn van een bestuur. Op basis van het bovenstaande is het beheermodel verder uitgewerkt. Er heeft hiervoor een overleg plaats gevonden met een ambtelijke en bestuurlijke vertegenwoordiging van de gemeente Heerde. Het voorliggende beheermodel is door participanten vastgesteld in het gebruikersoverleg.
Beheerstichting met een onafhankelijk bestuur In de onderstaande afbeelding is de structuur van het beheermodel weergegeven. Onder de afbeelding treft u een toelichting aan.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
28/52 51
• • • •
•
• • •
•
Er wordt een onafhankelijke beheerstichting opgericht voor de MFA. De regie over het selecteren van de onafhankelijke bestuursleden wordt geïnitieerd door de gemeente Heerde. Bestuursleden worden geselecteerd op basis van competenties. Gebruikers mogen kandidaat bestuursleden aan- en voordragen indien deze geen huidige werk- of bestuur relatie hebben met de vaste gebruikers van de MFA Heerde Oost. Afhankelijk van de ambities en doelstelling van de nieuw te vormen beheerstichting kan het exploitatiedeel horeca en verhuur ruimten worden ondergebracht in een aparte entiteit. Hierover is in de werkgroep uitvoerig gesproken (zie bijlage 2). In samenspraak met het toekomstige bestuur van de beheerstichting en participanten worden mogelijkheden nader onderzocht. De gemeente Heerde is als eigenaar verantwoordelijk voor het technisch beheer van de MFA. De kernpartners hebben direct invloed op de totstandkoming en uitvoer van het gezamenlijk programma via de programmaraad. Ditzelfde geldt voor de dagelijkse uitvoer van het facilitaire beheer middels inbreng in de gebruikersraad. Het personeel is in dienst bij de beheerstichting en wordt aangestuurd door het bestuur van de beheerstichting. Een geschillencommissie wordt geformeerd om bij eventuele geschillen te bemiddelen tussen de partijen. De huidige zaalverhuur en horeca van het dorpshuis worden opgenomen in de exploitatie van de beheerstichting. De vereniging dorpshuis blijft bestaan als representant van de verenigingen. Het bestaande dorpshuis heeft een drank- en horecavergunning voor para commerciële instellingen en niet een volledige horecavergunning. Dit betekent dat er een aantal restricties is bij het exploiteren van de horeca. Voor deze beperkingen verwijzen wij naar de verordening van de gemeente Heerde. Het uitgangspunt is dat de huidige horecavergunning voor de MFA gehandhaafd blijft.
De taken, rollen en verantwoordelijkheden van bestuursleden van de beheerstichting worden nader uitgewerkt. Bestuursleden voor de toekomstige beheerstichting worden geworven indien de gemeenteraad op 4 maart 2013 besluit tot realisatie van de MFA Heerde Oost.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
29/52 52
Werving, voordracht en installatie van het bestuur in oprichting staat gepland voor het 2 e kwartaal van 2013. In deze procedure wordt de werkgroep beheer en exploitatie betrokken.
Beheerstichting (in oprichting) Bestuur Het bestuur is belast met het besturen van de stichting. Dit houdt onder meer in dat zij verantwoordelijk is voor de realisatie van de doelstellingen van de beheerstichting, de strategie en het beleid en de daaruit voortvloeiende resultatenontwikkeling. Het bestuur richt zich bij de vervulling van haar taak op het belang van de stichting en weegt daarbij de belangen voor alle kernpartners in de MFA. Haar kerntaken zijn invulling en aansturing gebruikersbeheer, verhuur van ruimten, horeca, programmering en voeren maatschappelijk verantwoorde sluitende exploitatie. Uitgangspunten van het bestuur: • Het bestuur van de nieuwe stichting bestaat uit 5 of 7 bestuursleden. Inwoners van de gemeente Heerde die competent zijn voor de bestuurlijke portefeuilles van voorzitter, penningmeester, secretaris, PR/marketing, huisvesting/beheer en programma worden geworven. • Voor de verschillende bestuursleden wordt een functieprofiel opgesteld begin 2013. • Er wordt in overleg met het nieuwe stichtingsbestuur een roulatierooster opgesteld. • De structuur en de hoogte van de vergoeding voor de bestuursleden sluiten aan bij het karakter van de entiteit en zijn in overeenstemming met eventuele wettelijke voorschriften of subsidievoorwaarden. • In het reglement van de entiteit wordt duidelijk gemaakt hoe de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden verdeeld zijn over de bestuursleden en hoe het bestuur als collectief werkt. • Eventuele nevenfuncties van leden van het bestuur worden gemeld en zijn niet tegenstrijdig met de functie in het bestuur van de beheerstichting. Een bestuurslid heeft geen functie in het bestuur of in de organisatie van één van de kernpartners. • Exacte invulling van bovenstaande punten vindt in nauw overleg plaats met het toekomstige bestuur en de kernpartners. Eén en ander wordt begin 2013 nader uitgewerkt.
Gebruikersraad Periodiek vindt er overleg plaats, waarin ‘dagelijkse’ beheerzaken worden besproken. Doel van het overleg is afstemming, bespreken van eventuele knelpunten, evaluatie van de gemaakte afspraken en de uitvoering van het beheer, het signaleren van kansen tot verdere samenwerking tussen de gebruikers ten aanzien van beheer, ruimtegebruik en inhoudelijke zaken én verdere expansie van de MFA. Vanuit de gebruikersraad hebben de kernpartners inspraak op het dagelijkse functioneren van de MFA. Randvoorwaarden voor de gebruikersraad: • De gebruikersraad stelt in haar eerste overleg het huishoudelijk reglement vast. Dit regelt de operationele uitvoering van het beheerplan. • De gebruikersraad vergadert regelmatig, in het eerste jaar wordt uitgegaan van twee keer per maand. Na het eerste jaar wordt aan de hand van een evaluatie de frequentie van de gebruikersraad indien nodig aangepast. • De gemeente als eigenaar adviserend desgewenst kan participeren in het gebruikersoverleg. • Omtrent de uitvoering en coördinatie van technisch/facilitair beheer wordt op operationeel niveau geparticipeerd door de kernpartners.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
30/52 53
• •
• • •
Iedere kernpartner heeft een gelijke stem. Het streven is om beslissingen te nemen op basis van consensus tussen de gebruikers. Lukt dit niet, dan wordt er op basis van een stemronde een besluit genomen. Indien één van de kernpartners een fundamenteel bezwaar maakt is een stemronde in de gebruikersraad niet mogelijk. Het bezwaar wordt ter besluitvorming voorgelegd aan het bestuur. Indien dit geen soelaas biedt, wordt er een bindend advies gevraagd aan een gezamenlijk aan te stellen onafhankelijke derde (eventueel geschillencommissie). Het voorzitterschap van het gebruikersoverleg rouleert jaarlijks. De hoofdbeheerder participeert in de gebruikersraad en verzorgd terugkoppeling naar het bestuur ter informatie en besluitvorming. De vertegenwoordigers hebben/krijgen mandaat in het nemen van besluiten.
De wijze en frequentie van afvaardiging van het bestuur in de gebruikersraad dient nader bepaald te worden in overleg met het te vormen bestuur. Evenals de rol die participanten deze afvaardiging toedichten.
Programmaraad De gebruikers vinden het ontwikkelen van een gezamenlijk programma essentieel voor het verwezenlijken van de inhoudelijke doelstellingen van de MFA. Aangevuld met een levendig maatschappelijk en cultureel programma vormt dit de levensader van een goede en eigentijdse MFA. Met deze reden is er inmiddels gestart met het vormgeven van het programma en de programmaraad. De kernpartners nemen met ieder één persoon deel in de programmaraad. Eventueel wordt de programmaraad aangevuld met vertegenwoordigers van verenigingen/organisaties die aan een specifieke activiteit deelnemen dan wel die een belangrijk deel van het programma vormgeven in de MFA (bijvoorbeeld het theaterprogramma). De programmaraad heeft als doel een gezamenlijk programma op te stellen voor de MFA, waar de verenigingen en organisaties op aan kunnen haken. Dit programma is afgestemd met het inhoudelijke concept van de MFA. Het programma verandert regelmatig en is vernieuwend en eigentijds. Het speelt in op de vraag van de gebruikers van de MFA en de bewoners van Heerde in het algemeen. De personen die plaats nemen in de programmaraad zijn creatief en proactief in het verzinnen en organiseren van activiteiten. De programmamanager heeft een initiërende en organiserende rol, echter de programmaraad draagt tevens verantwoordelijkheid voor samenwerking en een bruisende MFA. Randvoorwaarden voor de programmaraad: • Een programmamanager heeft een belangrijke aanjagende en faciliterende rol binnen de programmaraad. Tevens draagt zij zorg voor terugkoppeling richting bestuur ter informatie en besluitvorming. • De programmaraad overlegt maandelijks afzonderlijk van de gebruikersraad. Inmiddels is men gestart met de opzet van een programma en programmaraad. Bij voorkeur wordt dit uitgebouwd en gecontinueerd gedurende de verdere ontwikkelingsfase van de MFA, zodat er een operationeel programma is bij opening. • De programmamanager initieert en coördineert het contact met overige verenigingen en organisaties en nodigt deze partijen waar nodig uit voor de programmaraad. • De gemeente participeert indien gewenst. Verenigingen worden indien dit gewenst is, uitgenodigd om mee te praten. • Iedere (vaste) deelnemer aan de programmaraad heeft een gelijke stem. • De ontwikkelde activiteiten worden ingepast in het jaarrooster van de MFA. Dit gebeurt in overleg met de hoofdbeheerder.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
31/52 54
• •
Het programma wordt jaarlijks geëvalueerd en aangepast. De programmaraad is verantwoordelijk voor het opzetten van een gezamenlijke website en het beheer van deze website.
Verantwoordelijkheden eigenaar en gebruiker Verantwoordelijkheden eigenaar: • De gemeente Heerde is eigenaar van de MFA en verantwoordelijk voor het groot onderhoud. In de huurvergoeding die door gebruikers aan de eigenaar wordt afgedragen is een bedrag voor groot onderhoud opgenomen. Voor de scholen geldt dat de lumpsum vergoeding materiële instandhouding wordt afgedragen aan de gemeente of beheerstichting, hetgeen in de ingebruikgevingsovereenkomst wordt geborgd. De gemeente sluit met de gezamenlijke beheerstichting een huurovereenkomst voor de (semi-) multifunctionele en individuele ruimten van de vaste gebruikers met uitzondering van de scholen en de kinderopvang. Met de onderwijsinstellingen sluit de gemeente een ingebruikgevingovereenkomst. Met de kinderopvang sluit de gemeente een separate huurovereenkomst. • In de huurovereenkomst wordt de huurprijs opgenomen, ter dekking van de kapitaal- en eigenaarslasten. Verantwoordelijkheden gebruiker: • Er wordt een beheerstichting opgericht met een onafhankelijk bestuur. Deze beheerstichting is verantwoordelijk voor de beheeraspecten klein onderhoud, schoonmaak, energie en water, beveiliging/risicobeheer, logistiek (afval, magazijn), repro, post, keuken, telefonie, roostering, horeca en programmabeheer (en eventueel groot onderhoud). • Bovenstaande beheeraspecten worden beschreven in bijlage 1 en nog nader uitgewerkt in het beheerplan. • Met de gezamenlijke beheerstichting wordt door de gemeente Heerde een huurovereenkomst aangegaan, waarin bijbehorende voorwaarden zijn opgenomen. In de huurovereenkomst is aanvullend een huurprijs en huurperiode opgenomen. Daarnaast wordt met het Hummelhuis door de gemeente Heerde een individuele huurovereenkomst aangegaan. • In de ingebruikgevingsovereenkomsten met de schoolbesturen legt de gemeente de afspraken ten aanzien van de scholen vast. • Tussen de gezamenlijke beheerstichting en de individuele gebruikers is een beheerovereenkomst afgesloten waarin de individuele en gezamenlijke beheerverantwoordelijkheid en –taken benoemd en vastgelegd worden. De bijbehorende gebruikerslasten worden door participanten betaalt aan de beheerstichting.
6.3
Beheerstichting
Beheerders (personele uitgangspunten) Centraal uitgangspunt De kernpartners van de MFA vinden het belangrijk dat er zichtbaar één of meerdere beheerder(s) aanwezig is/zijn. De beheerder (in één of meerdere personen) heeft een rol in de uitvoering van diverse beheeraspecten. Zo is hij/zij verantwoordelijk voor (een gedeelte van) het klein onderhoud, niet reguliere schoonmaakwerkzaamheden, roostering en facturatie, horeca, toezicht op bezoekers en gebruikers en een ‘gastheer/-vrouw functie’.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
32/52 55
Het samenstellen van de personele omvang van de toekomstige beheerstichting is afhankelijk van de invulling van de beheeraspecten (zie opzet bijlage 1). Belangrijk element hierin is de huidige samenstelling van de personele beheercapaciteit van de kernpartners. In het kort is deze als volgt samengesteld: Stichting Cambium Stichting Cambium heeft voor de Willem Alexanderschool en de Emmaschool een conciërge en schoonmakers in dienst. Taken van de conciërge zijn de huishoudelijke diensten, kleine onderhoudsen reparatiewerkzaamheden en het bijhouden van de buitenterreinen. Voor deze scholen komt dat neer op 0,2 fte aan conciërge inzet. De schoonmakers werken in totaal circa 0,7 fte. Stichting Proo Stichting Proo heeft onder andere voor de Horsthoek en de Parkschool een conciërge in dienst. Voor beide scholen wordt de conciërge gelijk aan 0,2 fte ingezet. Stichting VGPO Accretio De Kristal heeft een conciërge in dienst (0,05 fte). Deze conciërge is verantwoordelijk voor klein onderhoud, kopieerwerk en tuinonderhoud. Vereniging Dorpshuis De vereniging Dorpshuis heeft een beheerdersechtpaar in dienst, die ondersteund wordt door enkele medewerkers voor bar en bediening. Het beheerdersechtpaar is 2 fte. Voor bediening hebben zij één medewerker in dienst voor 0,8 fte. De overige medewerkers hebben een nul-urencontract. Gemiddeld werken zij gezamenlijk 20 (0,5 fte) uur in de week. Cultuurplein Noord-Veluwe De huidige Hank heeft één schoonmaker in dienst voor 0,28 fte. Kinderopvang en Peuterspeelzaal Hummelhuis Het Hummelhuis heeft geen schoonmaker meer in dienst en is vrij om deel te nemen in het model van MFA Heerde Oost. Voor klein onderhoud hebben ze iemand die op afroep beschikbaar is. Bibliotheek De bibliotheek heeft geen personeel in dienst voor het beheer van haar ruimten. Dit huurt zij nu extern in en de bibliotheek heeft daarmee haar handen vrij voor participatie in de beheerconstructie van de MFA. Wisselwerk Wisselwerk heeft geen beheerpersoneel in dienst gerelateerd aan jongerenwerk. Het uitvoeren van beheertaken door personeelsleden van bovengenoemde participanten onder mandaat van de beheerstichting is mogelijk, indien men competitief is toegerust voor geformuleerde beheertaken. Gemeente Heerde De gemeente Heerde is op dit moment verantwoordelijk voor het beheren en exploiteren van de binnensportaccommodaties in de gemeente Heerde. Voor de Brede School Heerde West is dit model (tijdelijk) gehandhaafd. De gemeente Heerde is voornemens om het gebruikersbeheer van de gymzaal in MFA Heerde Oost onder de op te richten beheerstichting te laten vallen.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
33/52 56
Dagelijkse aansturing gebruikersbeheer: De volgende twee functies geven sturing en invulling aan het geformuleerde gebruikersbeheer : • Hoofdbeheerder: de beheerder heeft een rol in de uitvoering van de diverse beheeraspecten. Zo is hij/zij verantwoordelijk voor (een gedeelte van) het klein onderhoud, niet reguliere schoonmaakwerkzaamheden, roostering en facturatie, horeca, toezicht op de bezoekers en gebruikers en een ‘gastheer/-vrouw functie’. De inzet van de hoofdbeheerder is gebaseerd op de huidige formatie van de vereniging Dorpshuis. • Programmamanager: in beginsel wordt een parttime (0,5 fte) programmafunctionaris aangesteld. Hij/zij is verantwoordelijk voor het verder optimaliseren van de samenwerking tussen de gebruikers. Deze functionaris kan afkomstig zijn vanuit één van de kernpartners door meer uren aan zijn/haar functie toe te voegen. De kosten van deze programmamanager zijn opgenomen in de begroting in het hoofdstuk exploitatie. De gebruikers wensen gedurende twee jaar hiervoor een subsidie te ontvangen van de gemeente. Na deze periode zou de programmamanager zijn kracht en meerwaarde bewezen moeten hebben, waarna de beheerstichting de kosten voor haar rekening neemt of anderszins besluit. Bij de start van de MFA zijn de gebruikers met name bezig om te wennen in het gebouw en ligt de focus op het individuele, primaire proces. Een programmamanager is in deze fase zeer belangrijk om ook de focus op het samenwerken en samenwonen te behouden. De programmamanager initieert overleg, komt met programmavoorstellen en zorgt voor verbindingen tussen de partijen. Hij/zij zoekt nieuwe gebruikers voor de MFA en legt (inhoudelijke) verbindingen met de Brede School Heerde West.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
34/52 57
7
Exploitatie
7.1
Financieel stromenschema’s
In onderstaande paragraaf is het financieel stroomschema van de beheerstichting uitgewerkt. In dit schema zijn alle overeenkomsten opgenomen die gesloten worden tussen de verschillende partijen, op het vlak van eigendom, beheer, exploitatie en gebruik. Daarnaast zijn de verschillende vergoedingen benoemd die betaald worden voor diensten die geleverd worden.
MFA Heerde Oost
Gemeente Heerde Eigendom
Huurovereenkomst
Huur
Huurovereenkomst
Huur
Servicelasten
Beheerstichting
Exploitatie
Vergoeding materiele instandhouding
Ingebruikgevingsovk’s Individuele ruimten + gebruik (semi-)multifunctionele ruimten
Beheer
Scholen Scholen Scholen Scholen
Gebruik
•
• •
•
•
Huur
Verantwoordelijk voor: Van: 1. Technisch beheer 1. Multifunctionele ruimten 2. Facilitair beheer 2. Semi-multifunctionele ruimten 3. Programmabeheer 3. Individuele ruimten
Huurovereenkomsten /
Individuele ruimten + gebruik (semi-)multifunctionele ruimten
Beheerovereenkomsten t.a.v. gebruikerstaken, zoals: energieverbruik, klein onderhoud, schoonmaak, roostering ruimten, sleutelbeheer en administratie
Gebruikers (participanten: cultuurplein, wisselwerk, bibliotheek, verenigingen)
Hummelhuis
Het bovenstaande schema is het beste te lezen van boven naar beneden. In het schema zijn de onderdelen eigendom, exploitatie, beheer en gebruik opgenomen met de verschillende geldstromen en contracten. De beheerstichting functioneert op het snijvlak van beheer en exploitatie en is als zodanig weergegeven. Het eigendom van de MFA Heerde Oost is in handen van de gemeente Heerde en is in deze hoedanigheid verantwoordelijk voor het groot onderhoud. De eigenaar gaat een huurovereenkomst aan met de beheerstichting en de kinderopvang. De beheerstichting en kinderopvang betalen hiervoor een kale huurprijs aan de gemeente. In een kale huurprijs zitten de kapitaallasten, lasten voor groot onderhoud en overige eigenaarslasten opgesloten. In het geval van de kinderopvang wordt er een marktconform tarief gehanteerd. De beheerstichting gaat een huurovereenkomst en een beheerovereenkomst aan met de maatschappelijke gebruikers zoals bibliotheek, cultuurplein en Wisselwerk. De gebruikers betalen een huurvergoeding en een servicelast (of gebruikerslast) aan de beheerstichting. De beheerstichting gaat een beheerovereenkomst met kinderopvang aan. De kinderopvang betaalt vervolgens een servicelast (of gebruikerslast) aan de beheerstichting.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
35/52 58
• •
•
•
7.2
De beheerstichting is verantwoordelijk voor de uitvoering van het facilitair en programmabeheer. Bij scholen is er geen sprake van een huurconstructie, maar van ingebruikgeving. De gemeente gaat een ingebruikgevingsovereenkomst aan met de scholen. Voor het gebruik van de MFA ontvangen de scholen een vergoeding vanuit het rijk. Het gebruikersdeel van de lumpsumvergoeding materiele instandhouding dragen zij over aan de beheerstichting. Het deel dat ten behoeve van het groot onderhoud is, dragen zij over aan de gemeente. De beheerstichting ontvang van de gemeente een budgetsubsidie voor de huisvesting en exploitatie van de MFA. Hiermee vervalt de huidige budgetsubsidie aan de vereniging dorpshuis, die vanaf 2015 door de gemeente wordt betaalt aan de beheerstichting. Voor de multifunctionele ruimten (huidige activiteiten dorpshuis) betaalt de beheerstichting een kale huurvergoeding aan de gemeente. In de huurovereenkomst tussen de eigenaar en de beheerstichting is opgenomen dat ‘onderverhuur’ mogelijk is, mits het verhuur aan partijen betreft die qua imago, gebruik en activiteiten niet conflicteren met de doelstellingen van de MFA.
Exploitatieopzet
De uitwerking van de exploitatieopzet MFA Heerde Oost omvat een gerichte onderbouwing van de exploitatiebegroting van de beheerstichting per 1 januari 2015. Vertrekpunt voor het berekenen van de exploitatie zijn de huidige personeelslasten van gebruikers in relatie tot de huidige beheercapaciteit en -uitvoering. De overige gebruikerslasten zijn gebaseerd op marktconforme tarieven. Voorts zijn de inkomsten uit onder meer zaalverhuur en horeca gebaseerd op de huidige exploitatie vereniging dorpshuis. Ditzelfde geldt voor aanverwante uitgaven. In 2013 wordt het beheerplan in samenspraak met de gebruikers verder uitgewerkt. Belangrijk element hierin vormt de bijbehorende personeelsinzet op basis van bruikbare competenties. Door het bundelen van beheerpersoneel is een efficiencyslag in beheeruitvoer mogelijk. Vanwege frictiekosten zal dienen te blijken of dit financieel haalbaar is. Het toekomstig potentieel aan extra inkomsten vanuit zaalverhuur, horeca en activiteiten is niet meegenomen in de exploitatiebegroting. Eventuele aanvullende beheerinzet zoals sleutelbeheer, roostering en horeca dient uit het toekomstige inkomstenpotentieel bekostigd te worden. De exploitatiebegroting is inclusief btw weergegeven. Het voeren van een (gedeeltelijke) btw exploitatie door de beheerstichting is mogelijk. Op basis van het fiscale onderzoek wordt het exploitatiemodel nader ingevuld. Huidige personeelslasten Onderstaande tabel geeft inzicht in de huidige personeelslasten van de gebruikers. Op basis van de aangeleverde gegevens is inzichtelijk gemaakt welke personeelslasten de verschillende gebruikers voor het beheer op dit moment hebben.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
36/52 59
Partij
VGPO Accretio Proo Cambium Dorpshuis
Bibliotheek Cultuurplein Hummelhuis Wisselwerk Vined Gymzaal
huidige Personeel m² 590 Conciërge
1.539 Conciërge 2.267 Conciërge Schoonmaakster 1.720 beheerder 1 beheerder 2 beheerder 3 barpersoneel Subtotaal 450 Geen 550 schoonmaakster 370 80 105 455 eigen beheerder 8.126
uren Huidige kosten (fte) per jaar 0,05 € 1.750
0,2 0,2 0,7 1 1 0,8 0,5 3,3 0 0,3
Opmerking
oppervlakte huidig incl noodlokaal
€ 7.021 € 28.125 oppervlakte huidig incl kelder
€ 101.509 € € 6.500
aanname obv aantal uren geen, enkel jongerenwerk
n.t.b. n.t.b.
volledige dekking gemeente
4,75
De bovenstaande formatie is een afspiegeling van de huidige personeelscapaciteit van participanten. In overleg met het bestuur van de te formeren beheerstichting en de gebruikers wordt gekeken in hoeverre hierin een efficiencyslag bereikt kan worden. Huidige arbeidscontracten en eventuele frictiekosten die ontstaan uit de eventuele efficiencyslag dienen in deze uitwerking meegenomen te worden. Conciërges werkzaam in het onderwijs kunnen mogelijk deel uitmaken van de facilitaire invulling van het toekomstige beheermodel. Voorwaarde zijn passende competenties voor onderhoud en schoonmaak. Indien conciërges door de scholen met een ander (beheer)doel worden ingezet, wordt dit direct bekostigd door de scholen. Deze bekostiging valt buiten de afdracht van de lumpsumvergoeding materiele instandhouding door onderwijs aan de beheerstichting. Gebruikerslasten huisvesting Onderstaand overzicht geeft een uitsplitsing weer van de gebruikerslasten bestaande uit de huidige personeelslasten en de overige exploitatielasten gerelateerd aan de huisvesting per gebruiker. Tevens is er een algemene beheerlast opgenomen ten aanzien van roostering, horeca, sleutelbeheer et cetera. Deze is gebaseerd op de huidige beheerlast van de vereniging Dorpshuis. Voor alle gebruikers zijn dit (gerichte) aannames op basis van de huidige bedrijfsvoering (voor zover deze inzichtelijk is).
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
37/52 60
GPR = 8
Totaaloverzicht omschrijving
Gebruikerslasten
totaal m² bvo gebruikerslasten
multifunctioneel semi-multifunctioneel dorpshuis
personeel 1.216
bibliotheek
342
cultuurplein
699
hummelhuis
371
parkschool
570
€ € €
overig
Onderwijs
€ 42,80
Overig
€ 45,30
€
27.729
€
55.094
€
15.478
€
15.478
€
25.156
€
31.656
€
16.810
€
16.810
6.880
€
17.536
€
24.416
101.509 6.500
693
€
-
€
29.666
€
29.666
wemma
1.282
€
35.146
€
19.703
€
54.849
kristal
401
€
1.750
€
15.419
€
17.169
wisselwerk
86
€
3.888
€
3.888
vined
43
€
1.944
€
1.944
gymzaal
528
€
22.598
€
22.598
€
195.927
€
273.568
horsthoekschool
Totaal
6.231
€
151.785
Toelichting totaaloverzicht: 1. De berekening van de gebruikerslasten is gebaseerd op onderstaande benchmark per m² bvo. 2. De personeelscomponent dorpshuis bevat de huidige werkgeverslasten van € 101.509,- voor de facilitair beheer, schoonmaak, (klein) onderhoud en horeca. De overige gebruikerslasten van € 27.729,- beslaan de resterende posten als materiaalkosten schoonmaak en klein onderhoud, energie, heffingen, verzekeringen, en dergelijke. Dit bedrag is ruimschoots gebaseerd op de huidige exploitatie vereniging Dorpshuis (jaarrekening 2011). Door de ruimtereductie van circa 500 m² op de functies dorpshuis wordt de resterende personeelscapaciteit bij de overige participanten voor beheerdiensten ingezet. 3. Voor bibliotheek, Horsthoekschool, Wisselwerk, Hummelhuis en Vined wordt uitgegaan van externe uitbesteding van beheer aan/door de beheerstichting. Onderwijs betaalt hiervoor de lumpsumvergoeding materiele instandhouding. Overige partijen het weergegeven marktconforme voorschotbedrag. Correctie van de gebruikerslasten bibliotheek op basis van de aanvullende 75% doorbelasting multifunctioneel collectiedeel (100 m² nuttig vloeroppervlak) is in het bovenstaande overzicht niet verwerkt. Dit betekent een toename van de gebruikerslasten van de bibliotheek ten opzichte van de huidige weergave. Op basis van het vastgestelde Voorlopig Ontwerp wordt deze correctie aangebracht. Dit heeft overigens geen consequenties voor de gepresenteerde exploitatiebegroting van de beheerstichting. 4. Voor het cultuurplein is de huidige personeelslast schoonmaak in mindering gebracht op de totale gebruikerslasten. Uitgangspunt is dat de urencapaciteit schoonmaak wordt aangewend voor de MFA Heerde Oost. De overige gebruikerslasten zijn gebaseerd op een marktconform voorschotbedrag. 5. Voor Parkschool, Kristal en WEmma zijn de personeelslasten conciërge in mindering gebracht op de onderhoudskosten van de gebruikerslasten. Onderwijspartijen betalen de lumpsumvergoeding materiele instandhouding aan de beheerstichting. Indien conciërges door de beheerstichting worden ingezet voor onderhoud en schoonmaak is (gedeeltelijke) compensatie van deze personeelskosten aan onderwijspartijen mogelijk. Gebruikerslasten gymzaal komen volledig voor rekening van de gemeente Heerde. Hiervoor betalen de onderwijspartijen de klokuurvergoeding aan de gemeente / beheerstichting.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
38/52 61
Onderstaand de uitsplitsing van de gebruikerslasten MFA Heerde Oost (kolom Benchmark) is gehanteerd als uitgangspunt voor de exploitatiekosten van de huisvesting MFA Heerde Oost. Gebruikerslasten
per m² (normatief/onderwijs)
Benchmark (gehanteerd)
Onderhoud a. Gebouwonderhoud
€
13,99
€
12,50
b. Tuinonderhoud
€
0,44
€
1,00
c. Schoonmaakonderhoud
€
18,63
€
15,00
€
12,30
a. Electriciteitsverbruik
€
1,50
incl
b. Verwarming
€
6,25
incl
c. Waterverbruik
€
0,48
incl
d. Koeling
excl
d. hygienepakket Energie- en waterverbuik
ws. incl
Publiekrechtelijke heffingen (zonder OZB)
€
1,93
Vaste vergoeding
€
1,35
€
2,00
Totaal
€
44,57
€
42,80
€
€
2,50
44,57
€
45,30
OZB gebruikersdeel Totaal bedrag per m²
Exploitatieoverzicht MFA Heerde Oost (gebruikerslasten) Het onderstaande exploitatieoverzicht is gebaseerd op de invulling van het huisvesting- en beheermodel van de definitiefase MFA Heerde Oost (zie voorgaande hoofdstukken). Aanpassingen bij de verdere uitwerking van de beheerorganisatie en –plan is mogelijk, mits een sluitend financieel kader de basis vormt.
Inkomsten 1. Huisvesting 1a kale huur Bibliotheek, Cultuurplein en Wisselwerk 1b huur verenigingen en zaalverhuur dorpshuis
Exploitatieoverzicht beheerstichting Uitgaven 1. Huisvesting € 28.250 1a huurafdracht gemeente tbv Bibliotheek, Cultuurplein en Wisselwerk € 42.000 1b huurafdracht gemeente multifunctionele huisvesting MFA
2. Exploitatiekosten huisvesting 2a afdracht lumpsumvergoeding materiële instandhouding onderwijs (incl. personeel) 2b afdracht gebruikerslasten gymzaal 2c afdracht gebruikerslasten overige gebruikers (excl. Dorpshuis) 2d afdracht personeelslasten facilitair beheer Cultuurplein 3. Subsidie 3a budgetsubsidie MFA Heerde Oost 3b tijdelijke subsidie programmamanager 4. Horeca 4a buffetinkomsten 4b kosten Buffet 4c bruto marge
€ €
28.250 48.000
2. Exploitatiekosten huisvesting € 132.021 2a gebruikerslasten onderwijs
€
82.324
€ € €
22.598 2b gebruikerslasten gymzaal 63.276 2c gebruikerslasten overige partijen 6.500 2d gebruikerslasten multifunctionele huisvesting mfa
€ € €
22.598 53.026 27.729
€ €
3. Personeellasten 70.930 3a werkgeverslasten facilitair/algemeen beheer 30.000 3c werkgeverslasten programmamanager
€ €
151.785 30.000
4. Organisatiekosten
€
33.749
5. Activiteitkosten
€
-
6. Afschrijvingkosten multifunctionele inrichting
€
7.500
€
484.961
€ 126.758 € 39.015 €
87.743
5. Inkomsten activiteiten
€
-
6. Overige opbrengsten Totaal
€ 4.181 € 487.500 Totaal
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
39/52 62
Toelichting: Inkomsten 1. Huisvesting 1a. De bibliotheek, het cultuurplein en Wisselwerk betalen een kale huurvergoeding aan de beheerstichting gebaseerd op de huidige budgetsubsidie aan genoemde partijen. 1b. Huurvergoeding van de huidige verenigingen vallend onder het Dorpshuis inclusief de (commerciële) zaalverhuur (jaarrekening 2011). 2. Afdracht exploitatiekosten huisvesting 2a. Onderwijspartijen brengen hum lumpsumvergoeding materiele instandhouding in. Voor 2013 bedraagt deze € 44,81 per m². De inbreng van beheerpersoneel is hierin vooralsnog verrekend. Op basis van bruikbare competenties wordt dit in het beheerplan 2013 verder uitgewerkt. Indien beheerpersoneel vanuit onderwijspartijen qua competenties niet past in de uitwerking van het beheerplan, vervalt de (resterende) bekostiging direct aan onderwijs (huidige situatie). 2b. Afdracht gebruikerslasten gymzaal door gemeente Heerde aan beheerstichting. 2c. De afdracht gebruikerslasten van de overige gebruikers is gebaseerd op een marktconforme afdracht van € 45,30 per m². Dit is een voorschot bedrag, waarbij afrekening plaatsvindt op basis van nacalculatie. 2d. Afdracht (in natura) personeelsinzet cultuurplein ten behoeve van schoonmaak. Indien de personeelscapaciteit tussentijds vervalt, wordt dit bedrag opgeteld bij de gebruikerslasten (zie post 2c). 3. Subsidie 3a. Budgetsubsidie MFA Heerde Oost, gebaseerd op de huidige budgetsubsidie vereniging Dorpshuis 2011. 3b. Om de totstandkoming van het gezamenlijk programma te stimuleren, draagt de gemeente Heerde gedurende twee jaar bij aan de subsidiering van een programmamanager. Nadien dient de beheerstichting dit zelfstandig te bekostigen uit potentiele omzetgroei en eventuele bijdrage participanten. Nadere invulling van ambitie, taken en competenties is wenselijk (bespreekpunt). Vooralsnog is er rekening gehouden in de exploitatieraming met 0,5 fte aan programmamanagement op HBO niveau (inclusief werkgeverslasten). 4. Horeca 4a. De buffetinkomsten zijn gebaseerd op de jaarrekening 2011 vereniging dorpshuis. 4b. De kosten buffet idem. 4c. De brutomarge is het verschil tussen 4a en 4b. 5. Inkomsten activiteiten De inkomsten zijn gerelateerd aan toekomstige (gezamenlijke) activiteiten en bijvoorbeeld gerelateerde kaartverkoop. In lijn met de conservatieve begroting worden dergelijke opbrengsten niet meegenomen. 6. Overige opbrengsten Gebaseerd op de huidige contributie en sponsoring van de vereniging Dorpshuis uit de jaarrekening 2011.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
40/52 63
Uitgaven 1. Huisvesting 1a. Kale huurkosten van de beheerstichting te betalen aan de gemeente voor bibliotheek, cultuurplein en Wisselwerk. 1b. Kale huurkosten van de beheerstichting te betalen aan de gemeente voor de multifunctionele inzetbare ruimten van de beheerstichting. Dit gebaseerd op de huidige gemeentelijke dekking huisvestingslasten dorpshuis. 2. Exploitatiekosten huisvesting 2a. Geprognotiseerde gebruikerslasten onderwijs op basis van voorcalculatie benchmark. Hierop is de huidige inbreng van personeelscapaciteit door gebruikers met bijbehorende lasten in mindering gebracht. 2b. Geprognotiseerde gebruikerslasten gymzaal op basis van voorcalculatie benchmark. 2c. Geprognotiseerde gebruikerslasten overige gebruikers op basis van voorcalculatie. Hierop is de huidige inbreng van personeelscapaciteit door gebruikers met bijbehorende lasten in mindering gebracht. Ditzelfde geldt voor de overmaat beheercapaciteit (504 m² bvo) vereniging Dorpshuis in de MFA Heerde Oost. Vanuit de huidige beheercapaciteit kan de vereniging dorpshuis qua personeelsinzet/vrijwilligers circa 500 m² qua klein onderhoud en schoonmaak bij de overige gebruikers uitvoeren. 2d. Geprognotiseerde gebruikerslasten huisvestingdeel met mandaat bij beheerstichting. De personeelslasten voor het uitvoerend facilitair beheer van schoonmaak en klein onderhoud zijn hierin niet meegenomen (verwerkt in post 3a). 3. Personeelslasten 3a. Totale werkgeverslasten ten behoeve van technisch, facilitair en horeca beheer. Gebaseerd op de huidige personeelslasten van participanten. Nadere invulling geschiedt op basis van toepasbare competenties in het beheerplan. 3b. Werkgeverslasten programmanager beslaan het gesubsidieerde deel vanuit de tijdelijke gemeentelijke subsidie voor de duur van twee jaar. 4. Organisatiekosten Organisatiekosten gebaseerd op de jaarrekening 2011 dorpshuis, bestaande uit kantoorkosten, verkoopkosten, algemene kosten en overige personeelskosten. Een eventuele toekomstige toename van deze kosten dient bekostigd te worden uit de omzetgroei van de beheerstichting. 5. Activiteitkosten De toekomstige activiteitkosten worden bekostigd uit toekomstige opbrengsten activiteiten, aanvullende subsidies, donaties en sponsoring. Voorts is een gedeeltelijke bundeling van het bestaande activiteitenbudget / personeelsinzet van participanten mogelijk. 6. Afschrijvingskosten Afschrijvingskosten gebaseerd op multifunctioneel deel inrichting en inventaris beheerstichting vallend binnen het bouwbudget. Eventuele afschrijving op het aanvullende multifunctionele deel inrichting en inventaris dient door de beheerstichting te worden opgebracht uit toekomstige omzetgroei.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
41/52 64
7.3
Risicoanalyse exploitatie beheerstichting
Gemeente De gemeente Heerde bekostigt de totstandkoming van de huisvesting van de MFA Heerde Oost. Deze structurele bekostiging vindt plaats binnen de opgegeven financiële kaderstelling van de gemeenteraad. Ter (gedeeltelijke) dekking ontvangt de gemeente maatschappelijk geoormerkte kale huurinkomsten van maatschappelijke instellingen en de beheerstichting. Deze maatschappelijke huurinkomsten lopen in lijn met de huidige budgetfinanciering van de gemeente aan de maatschappelijke instellingen en de beheerstichting. Een directe aanvulling op de budgetsubsidiering richting maatschappelijke instellingen ten behoeve van toekomstige huisvestingslasten is niet nodig. Kinderopvang en peuterspeelzaal Hummelhuis betaalt een marktconforme huurvergoeding aan de gemeente Heerde. Ditzelfde geldt voor eventuele toekomstige commerciële huurders die structureel en langjarig gebruik maken van de MFA Heerde Oost. De dagelijkse exploitatie van de MFA Heerde Oost ligt bij de beheerstichting (in oprichting) als zelfstandige rechtspersoon. De beheerstichting geeft uitvoer aan het facilitair beheer, zaalverhuur, horeca en programmabeheer. Bekostiging van de dagelijkse exploitatie van de huisvesting loopt via de participanten en gebruikers die hiervoor de feitelijke gebruikerslasten afdragen / huidige personeelscapaciteit beheer inbrengen. Voorts ontvangt de beheerstichting een budgetsubsidie van de gemeente Heerde die overeenkomst met de huidige budgetsubsidie vereniging dorpshuis. Voor de gemeente Heerde vormt de dagelijkse exploitatie van de MFA Heerde Oost door de beheerstichting (in oprichting) geen lastenverzwaring en past volledig binnen de structurele financiële kaderstelling van de MFA Heerde Oost. De kale huurvergoeding van de participanten wordt geïnd door de beheerstichting, die dit vervolgens in één bedrag afdraagt aan de gemeente. Hiervoor wordt een huur- en beheerovereenkomst afgesloten tussen de gemeente Heerde en de beheerstichting. Exploitatierisico’s voor de gemeente Heerde als eigenaar zijn: - Het leegstandsrisico van huisvesting vanwege krimp leerlingenaantal onderwijs, vermindering afname dienstverlening maatschappelijke instellingen en tegenvallende verwachtingen resultaten marktpartijen vormt een exploitatierisico. Dit geldt op de korte termijn vanaf de realisatiefase bij noodgedwongen afhaken/faillissement partners op middellange termijn vanwege afloop contracten. Weliswaar worden ter ondervanging tienjarige huurovereenkomsten afgesloten, maar mutaties in de nabije toekomst zijn mogelijk. Indien structurele leegstand ontstaat heeft dit consequenties voor de gemeentelijke dekking van de kapitaallasten en reservering groot onderhoud. - Het beleid omtrent het onderhoud van het primair onderwijs is aan verandering onderhevig. De gemeenten zijn op dit moment, volgens de onderwijsverordening van de VNG, verantwoordelijk voor het overgrote deel van het buitenonderhoud aan de schoolgebouwen. Per 1 januari 2015 wil de rijksoverheid dit decentraliseren naar de onderwijsbesturen. Aangezien in de situatie van de MFA de gemeente Heerde het volledige eigendom heeft (geen scheiding van juridisch en economisch eigendom) en daarmee verantwoordelijk is voor het buitenonderhoud van de hele MFA, zal dat in de toekomst voor de verantwoordelijkheden geen consequenties hebben. Echter in de financieringsstroom heeft dit wel consequenties. De gemeente ontvangt nu van het rijk de gelden in het gemeentefonds voor het onderhoud aan scholen. In de toekomst ontvangen de scholen deze financiering (gedeeltelijk) in hun lumpsumvergoeding. Indien de rijksoverheid bezuinigt op deze vergoeding, wordt de afdracht van de scholen aan de gemeente als eigenaar minder. Op het moment dat een mogelijke toekomstige bezuiniging substantiële vormen aanneemt,
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
42/52 65
vormt dit een exploitatierisico voor de gemeente Heerde ten aanzien van de reservering groot onderhoud.
Beheerstichting (in oprichting) MFA Heerde Oost De dagelijkse exploitatie van de beheerstichting is gebaseerd op bijdragen van de participanten bestaande uit marktconforme gebruikerslasten of de lumpsumvergoeding materiele instandhouding onderwijshuisvesting, ter dekking van de gerelateerde exploitatiekosten huisvesting. Deze bijdragen passen binnen de huidige bedrijfsvoering van de participanten. Voorts ligt de huidige exploitatie vereniging Dorpshuis ten grondslag aan de exploitatiebegroting (op basis jaarrekening 2011). Hiermee is een exploitatiebegroting van de beheerstichting opgesteld als aanvangsbegroting voor 2015 op basis van de huidige vergoedingen en feitelijk verwezenlijkte omzetten. Het toekomstige aanvullende omzetpotentieel op zaalverhuur, horeca en activiteiten is niet verwerkt in de exploitatiebegroting 2015. Ditzelfde geldt voor aanverwante personeelskosten indien de bemande openingsuren in relatie tot bezetting toenemen. Exploitatierisico’s voor de beheerstichting zijn op basis van handhaving van de huidige beheerinzet geformuleerd. Onderstaand een korte opsomming: - Het toekomstige stichtingsbestuur bestaat in de toekomst uit vrijwilligers (met maximaal een jaarlijkse vrijwilligersvergoeding). Landelijk zijn hiervan goede voorbeelden bekend. Kernpartners uitten hun zorgen over het werven van vrijwilligers met de juiste competenties voor bestuursfuncties. In de lokale praktijk van Heerde blijkt dit doorgaans moeizaam. Indien het beoogde beheermodel met een onafhankelijk vrijwillig bestuur in 2013 niet kan worden vormgegeven, zal een alternatief beheermodel onderzocht dienen te worden. Dit vormt een exploitatierisico indien het alternatieve beheermodel leidt tot een lastenverzwaring op de huidige exploitatie. - Toekomstige bezuinigingen op budgetfinanciering van maatschappelijke instellingen door de gemeente Heerde. Hierdoor komt mogelijk de afdracht van de gebruikerslasten door de participanten aan de beheerstichting in het gedrang, terwijl exploitatiekosten voor de beheerstichting gelijk blijven. - Leegstandrisico huisvesting van onderwijs, kinderopvang en maatschappelijke instellingen in relatie tot de bekostiging van de gebruikerslasten door participanten aan de beheerstichting. Structureel leegstandsrisico voor de eigenaar gebonden huisvestinglasten ligt bij de gemeente Heerde. - Tegenvallende zaalverhuur en horeca inkomsten voor de beheerstichting. De huidige exploitatiebegroting van de beheerstichting is voor deze inkomsten gebaseerd op de jaarrekening 2011 van de vereniging Dorpshuis. Het dorpshuis heeft in 2011 en 2012 enkele incidentele meevallers gehad in de huurinkomsten. Indien deze incidentele meevallers voor 2013 en 2014 niet realiseerbaar zijn, vormt dit een exploitatierisico voor de beheerstichting. Ook wanneer verenigingen en activiteiten de komende jaren (grootschalig) afhaken vormt dit een exploitatierisico. Hier tegenover staat dat de potentiele omzetgroei niet is meegenomen in de exploitatiebegroting van de beheerstichting. Evenals het toekomstig efficiënt inzetten van het huidige beheerpersoneel van participanten. - Afhaken huidige vrijwilligers vereniging Dorpshuis ten behoeve van de beheeractiviteiten in de MFA Heerde Oost. Indien bij afhaken van de huidige vrijwilligers geen nieuwe vrijwilligers worden gevonden, heeft dit consequenties voor de exploitatielasten. Een toename van de exploitatielasten is dan zeer reëel. Het verbijzonderen van de toekomstige horeca-exploitatie en zaalverhuur in een aparte entiteit vormt een mogelijkheid voor de eventuele commerciële ambities van de beheerstichting. Hierdoor loopt de maatschappelijke entiteit beheerstichting geen direct exploitatierisico. Binnen het huidige
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
43/52 66
exploitatiekader van de beheerstichting is dit vooralsnog geen noodzaak, maar biedt het voor de toekomst een optie. De gemeentelijke structurele bijdrage aan de beheerstichting beperkt zich tot de huidige budgetfinanciering vereniging Dorpshuis die vanaf 2015 ten goede komt aan de beheerstichting. Voor de aanvangsperiode van twee jaar bekostigt de gemeente een programma coördinator ter stimulering van het gezamenlijk programma. Bekostiging hiervan vindt plaats middels een aanvullende subsidie. Veiligheidshalve is de investering en exploitatie van huisvesting, zaalverhuur en horeca inclusief btw weergegeven. Eventuele toekomstige mogelijkheden voor btw-compensatie op huisvesting komen eenmalig ten goede aan de gemeente Heerde en zijn qua inrichting en structurele exploitatie voor de beheerstichting. Dit laatste gegeven biedt voor de beheerstichting de mogelijkheid om een weerstandsvermogen voor de startfase op te bouwen. De gemeente Heerde loopt formeel geen exploitatierisico voor de beheerstichting MFA Heerde Oost, aangezien dit wordt ondergebracht in een aparte entiteit met onafhankelijke bestuursleden.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
44/52 67
Bijlage 1
Beheeraspecten
In deze bijlage beschrijven wij de basisopzet van het beheerplan. De basisopzet is gebaseerd op de uitkomsten van het overleg met de kernpartners en eigenaar. Het geeft een goed beeld van de wensen van de kernpartners. Met het te vormen bestuur wordt dit besproken. Het ontwerp wordt getoetst op de gewenste beheeruitgangspunten van de gebruikers. Waar mogelijk wordt de inrichting hierop afgestemd. Verdere specificatie van de beheeraspecten is mogelijk na vaststelling van het definitief ontwerp. In de komende maanden wordt dit hoofdstuk qua uitgangspunten volledig uitgeschreven met een toelichting op de taken en verantwoordelijkheden voor het desbetreffende beheeraspect. Voor dit moment hebben we staccato beschreven wat de gewenste, toekomstige situatie is.
Klein onderhoud Gezamenlijk uitgangspunt is het uitvoeren van klein onderhoud van de MFA in eigen beheer. Dit betekent dat de gezamenlijke beheerstichting personeel in dienst heeft die het klein onderhoud voor de totale accommodatie uitvoert. De gebruikers van de MFA dragen een vergoeding aan de gezamenlijke beheerstichting af voor deze personeelsinzet.
Schoonmaak De beheerstichting besteedt de schoonmaak uit aan een schoonmaakbedrijf. Op basis van het definitieve bestek kan de beheerstichting offertes aanvragen. Mogelijk dat aangehaakt kan worden op de schoonmaak van BSHW en de aanbesteding van de gemeente Heerde. Dit wordt onderzocht gelijktijdig met de aanbesteding van de schoonmaak.
Energie en water De installatietechnische uitgangspunten worden in het bestek van de MFA Heerde Oost geborgd. Hiernaast zijn bij energie en water drie aparte aspecten van belang om te benoemen in een beheerplan: regeling, bemetering en inkoop. Regeling: afhankelijk van de gekozen installaties zal op deze plek wat genoemd worden over de regeling van temperatuur. Bemetering: het geniet aanbeveling aparte meters voor de verschillende delen in het gebouw te plaatsen voor gebruik van elektriciteit (apparatuur/verlichting). Er wordt een bemeteringsplan voor de MFA gemaakt aan de hand van het ontwerp. Uitgangspunt is dat er aparte bemetering is voor de maatschappelijke partners als het Cultuurplein, functies van het dorpshuis, bibliotheek en wisselwerk is, ten behoeve van de terugvordering van de EWB (energie- en waterschapsbelasting en BTW). Inkoop: de kernpartners willen gezamenlijk de energie inkopen. Eventueel kan hier aangehaakt worden op bestaande afspraken van schoolbesturen of het dorpshuis. De meest voordelige aanbesteding is hierbij leidend.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
45/52 68
Ruimtebeheer Ten aanzien van ruimtebeheer zijn er meerder aspecten die in het beheerplan uitgewerkt moeten worden. In de komende werkgroep overleggen komen deze aspecten nog aan de orde. Ter voorbereiding hierop is hieronder een voorzet gedaan voor de verschillende aspecten.
Openingstijden Er zijn diverse gebruikers in de MFA actief, waardoor de openingstijden ook van elkaar verschillen. De kinderopvang start doordeweeks als eerste om 07.00 uur. Als laatste zijn de gebruikers van het huidige dorpshuis aanwezig tot circa 23.00 uur. De beheerstichting stelt op basis van een rooster de openingstijden van de accommodatie vast.
Roostering De beheerstichting heeft de coördinatie voor de roostering van de ruimten. De aan te stellen beheerder voert het roosteren uit. De roostering van de gymzaal is de verantwoordelijkheid van de gemeente. Uitgangspunt is dat alle gebruikers jaarlijks voor 1 juni hun gebruik van de (semi-) multifunctionele ruimten aangeven aan de beheerder ten behoeve van het rooster voor het volgende schooljaar. Overige afspraken worden in onderling overleg gemaakt.
Receptie/balie De ruimte van de beheerder is nabij één van de hoofdentrees gesitueerd en heeft daarmee goed zicht op deze entree. De beheerderruimte zal dan ook fungeren als een receptie van de MFA.
Sleutelplan en compartimentering In deze paragraaf wordt op basis van het VO uitgewerkt hoe het sleutelplan en de compartimentering gaat zijn.
Administratie en begroting De beheerstichting heeft de verantwoordelijkheid voor het opstellen van de administratie en begroting. De facturatie als gevolg van de verhuur van ruimten wordt centraal door de beheerstichting geregeld op basis van het opgestelde rooster door de beheerder. De gemeente is verantwoordelijk voor de administratie, begroting en facturatie ten behoeve van de gymzaal.
Ruimteverhuur De beheerstichting heeft een coördinerende rol in de verhuur en roostering van de (semi) multifunctionele ruimten aan de kernpartners en aan derden. Zij delegeert deze verantwoordelijkheid aan de beheerder. De gemeente is op dit moment verantwoordelijk voor de roostering en verhuur van de gymzaal. In de toekomstige situatie wordt deze verantwoordelijkheid bij voorkeur bij het stichtingsbestuur ondergebracht. Na invulling van het (voorlopige) jaarrooster staan de (semi) multifunctionele ruimten open voor externe verhuur. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele verhuur.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
46/52 69
Logistiek Het gebouw krijgt meerdere entrees. Op basis van het VO worden deze entrees hier benoemd en wordt onderstaande tekst aangepast.
Externe logistiek Medewerkers De medewerkers van de verschillende gebruikers betreden de MFA via één van de hoofdentrees. Bezoekers De bezoekers van de MFA gebruiken één van de hoofdentrees. Routing De beheerder is verantwoordelijk voor de ontvangst van bezoekers. Indien hij niet op zijn plek is, is er een bel aanwezig. Bezoekers/gebruikers vinden de weg via een transparant huisvestingsconcept en goede verwijzingsborden vanaf één van de hoofdentrees. Expeditie Het afleveren van goederen vindt plaats bij één van de hoofdentrees. Nabij deze hoofdentree is de ruimte van de beheerder, keuken en berging voor opslag van algemene voorraad. Hulpdiensten Er zijn meerdere entrees die het voor hulpdiensten makkelijk mogelijk maakt het gebouw te betreden. Bij voorkeur benaderen de hulpdiensten de MFA via één van de hoofdentrees, zodat de beheerder hen de juiste weg kan leiden. Hier wordt tevens de verkeerskundige maatregel ten behoeve van bereikbaarheid voor hulpdiensten beschreven. Er wordt een defibrillator geplaatst in het gebouw. De locatie hiervan wordt nader aangeduid. In geval van nood is deze bereikbaar voor de hele MFA en de nabije omgeving.
Interne logistiek (zonering) Is aangegeven op de ontwerpen van de architect.
Toezicht, toegankelijkheid en veiligheid Toekomstig: er is een gezamenlijke beheerder die als gastheer/-vrouw toezicht heeft op mensen die de MFA betreden. Er is een gezamenlijk beveiligingssysteem voor de verschillende compartimenten in het gebouw. De bibliotheek heeft poortjes die geplaatst worden, ter voorkoming van diefstal. Aan de hand van het ontwerp wordt gekeken waar deze poortjes komen te staan.
Toezicht De beheerder is verantwoordelijk voor het toezicht op de gebruikers en bezoekers van de MFA. Daarnaast hebben de medewerkers van de gebruikers van de MFA ook een belangrijke rol in het houden van toezicht. De gebruikers maken afspraken met elkaar over de eisen die gesteld worden aan dergelijke toezichthouders, zoals een verplichte verklaring omtrent gedrag en een helder takenpakket.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
47/52 70
Toegankelijkheid In het bestek wordt een sleutelplan opgenomen en uitgewerkt. Belangrijk voor de gebruikers is dat zij toegang hebben tot het gebouw. De beheerder heeft de verantwoordelijkheid voor het dagelijks openen en sluiten van het gebouw. De buitenruimte en het plein zijn volledig toegankelijk en wordt dan ook gedefinieerd als openbare ruimte in het bestemmingsplan.
Brandveiligheid De brandweer geeft op basis van de bouwaanvraagstukken een advies inzake brandzonering en de capaciteit van trappenhuizen en vluchtwegen. Voor de brandmeldingsinstallatie is in sommige gevallen een opgeleid persoon noodzakelijk. Vanuit de beheerstichting wordt er één persoon daartoe opgeleid.
Inbraakveiligheid Het gebouw is voorzien van een centraal geregeld alarmsysteem. De opvolging van het alarmsysteem kan uitbesteed worden aan een beveiligingsbureau of door de gebruikers zelf. De beheerstichting maakt in overleg met de gebruikers deze keuze. Indien opvolging door een beveiligingsbureau de voorkeur geniet, kan eventueel aangehaakt worden op de opvolging van de brede school Heerde West en/of andere gemeentelijke gebouwen.
Sociale veiligheid Bezoekers, gebruikers, kinderen en medewerkers dienen zich veilig te voelen in MFA. Het aanbrengen van technische middelen dient een preventieve werking te hebben. Het creëren van sociale veiligheid is niet alleen met technische oplossingen mogelijk. De beheerder en medewerkers dienen waakzaam te zijn op ongewenste bezoekers, waarvoor doorgaans een handelingsplan wordt opgesteld.
Verantwoordelijkheden beveiliging/veiligheid De beheeraspecten die te maken hebben met de veiligheid van gebruikers van de MFA zijn onder andere het inbraakalarm, de EHBO, het ontruimingsplan en het sleutelplan. Dit kunnen dus technische aspecten zijn, maar ook procedurele afspraken tussen de gebruikers. De veiligheid in en om de MFA onderscheidt drie niveaus van verantwoordelijkheid: 1. Eigenaar: de eigenaar van een gebouw heeft een beperkte verantwoordelijkheid voor de veiligheid. In fysieke zin zijn het de beveiligingssystemen die onlosmakelijk met het gebouw verbonden zijn (brandalarm, vaste brandblusmiddelen) en het voldoen aan de voorschriften op het gebied van een veilig gebouw. Deze aspecten worden geborgd in het bestek van de MFA Heerde Oost. Voor de algehele beveiliging van het gebouw wordt één gezamenlijke beveiligingsinstallatie geïnstalleerd. 2. Beheerstichting: de verantwoordelijkheid voor de organisatorische aspecten van de veiligheid ligt bij de gezamenlijke gebruikers. De beheerstichting is verantwoordelijk voor het opstellen van een bedrijfshulpverleningsplan, een calamiteitenplan en het verzorgen van de EHBO-kisten en eventueel (verplaatsbare) brandblusmiddelen en tevens de jaarlijkse keuring ervan. Daarnaast is de beheerstichting verantwoordelijk voor het uitgeven en beheren van sleutels en daarmee ook voor het sleutelplan. De uitvoer hiervan kan worden gedelegeerd aan de beheerder. Er wordt een veiligheidsplan opgesteld door de beheerstichting voor de MFA. De uitwerking van dit plan vindt plaats gedurende de
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
48/52 71
realisatiefase. Het veiligheidsplan bevat immateriële veiligheidseisen, waaronder vertrouwenspersoon en de materiele vereisten, waaronder brandmelding en –blussers. 3. Individuele kernpartner: de individuele kernpartner heeft een eigen verantwoordelijkheid voor de activiteiten die zij ontplooien. Dit betekent dat de eigenaar en overige gebruikers niet aansprakelijk gesteld kunnen worden voor iets dat onder regie van een andere partij plaatsvindt. De keerzijde is dat gezamenlijke activiteiten kunnen plaatsvinden waarbij de verantwoordelijkheid niet duidelijk geformuleerd is. In ieder geval is het van belang dat elke partij nagaat in hoeverre zij verzekeringstechnisch gedekt is voor gezamenlijke activiteiten of voor activiteiten die buiten de eigen ruimten plaatsvinden. Het is van groot belang dat ieders veiligheid in de MFA gewaarborgd is. Onderlinge afstemming en coördinatie zijn daarbij noodzakelijk. Aandachtspunten: • BHV/EHBO, Risico Inventarisatie & Evaluatie, ontruimingsplan en ontruimingsoefeningen. • Sleutelplan in relatie tot compartimentering. • Opleiding in kader van brandmeldinstallatie en BHV.
Keuken/pantry Er is een centrale horecakeuken in de accommodatie. Deze centrale keuken wordt gebruikt door de medewerkers van de verschillende organisaties in de MFA en voor de functie gebonden horeca voor andere gebruikers van de MFA. De exploitatie van de horeca ligt bij de beheerstichting, die hiervoor personeel inzet.
Inventaris gezamenlijke ruimten De inventaris van de multifunctionele ruimten is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Voor het overige zijn de individuele gebruikers verantwoordelijk. Voor de semi-multifunctionele ruimten is desbetreffende primaathouder verantwoordelijk.
Vuilafvoer De schoonmaak haalt dagelijks de prullenbakken leeg in de individuele en gezamenlijke ruimten van de MFA. De afvoer van specifiek gebruikers gerelateerd afval, zoals luiers van de kinderopvang, wordt door de gebruikers zelf naar de container gebracht.
Tele- en datacommunicatie (ICT) Er wordt een werkgroep ICT geformeerd die de onderstaande vragen behandelt. • Welke contracten zijn er op dit moment en worden deze in stand gehouden? • Op welke manier wordt de tele- en datacommunicatie georganiseerd? • Welke middelen worden hiervoor ingezet? • Komt er een centrale telefoonaansluiting of meerdere?
Repro De repro wordt bij voorkeur gezamenlijk vormgegeven. In eigen compartimenten blijft een printer staan voor kleine hoeveelheden. Voor grotere hoeveelheden wordt dit gezamenlijk vormgegeven.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
49/52 72
Aandachtspunt vormt het langjarige contract van stichting Proo dat op korte termijn gezamenlijke repro in de weg staat.
Postbezorging Er komt een centrale brievenbus voor de hele MFA bij één van de hoofdentrees. Er is een gezamenlijke postbus en vanuit de beheerstichting wordt de post verspreid en opgehaald. Hier wordt eventueel samenwerking gezocht met bijvoorbeeld Philadelphia.
Inkoop De gezamenlijke inkoop is een verantwoordelijkheid van de beheerstichting. De voorkeur is zo veel mogelijk aspecten gezamenlijk in te kopen.
Buitenruimte De buitenruimte wordt net als bij BSHW onderdeel van het openbaar gebied. Er worden afspraken gemaakt tussen de gemeente en overige kernpartners ten aanzien van vervanging en onderhoud.
Contractbeheer De beheerstichting is verantwoordelijk voor het contractbeheer. Het uitgangspunt is zo veel mogelijk gezamenlijk contracten af te sluiten. Voorkeur is bij aanvang al zo veel mogelijk gezamenlijk geregeld te hebben. Voor het overige is het een groeimodel. Bij aflopen van contracten, worden deze gezamenlijk afgesloten. Aandachtspunten op MFA niveau: • Bezien welke contracten samengevoegd kunnen worden (onder meer schaalvoordelen inkoop). • Takenverdeling voor de beheerstichting om opvolging en uitvoering te geven aan contractbeheer namens gezamenlijke kernpartners. Op individueel niveau: • Alle contracten inventariseren, bijvoorbeeld schoonmaak (glasbewassing), beveiliging (alarm), verzekeringen, afval, nutsvoorzieningen, abonnementen/kranten, reclame-uitingen, huurcontracten, onderhoud in de meest brede zin, apparatuur, groenvoorziening, gemeentelijke belastingen, begeleiding door derden, et cetera. • Van alle contracten nagaan of ze afgezegd/beëindigd, omgezet, afgekocht of voortgezet (adreswijziging) moeten/kunnen worden. Actiepunt: het beëindigen van contracten aan het begin van de realisatiefase, zodat vanaf de opening van de MFA in gezamenlijkheid bijvoorbeeld energie, beveiliging en schoonmaak kan worden ingekocht.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
50/52 73
Bijlage 2
Varianten risico exploitatie
Maatschappelijk ondernemerschap beheerstichting Exploitatie horeca De exploitatie van de ruimten en/of horeca kan ook worden uitbesteed aan een ondernemer. In variant 2 (in deze bijlage) heeft dit weinig nut, aangezien er enkel partijen de entiteit hebben opgericht die ondernemerschap willen tonen. In variant 1 behoort het exploiteren van de horeca en eventueel de ruimteverhuur wel tot de mogelijkheden. Voordeel van het exploiteren van de horeca is dat er een vaste pachtsom kan worden afgesproken met de horecaondernemer, waardoor de kernpartners een garantie hebben dat ze een bepaald bedrag ontvangen. Daarentegen zullen de kernpartners de ondernemer vrijheden moeten geven om het omzetpotentieel van de MFA te vergroten. Verder zal er naar verwachting geen ondernemer geïnteresseerd zijn in de MFA zonder dat er een volledige horecavergunning rust op het gebouw. Alternatief is dat de beheerstichting de horeca exploiteert, vergelijkbaar op de manier waarop het dorpshuis het nu uitvoert. Risicoprofielen Inzicht in de risico’s van maatschappelijk ondernemen binnen het beschreven beheermodel zijn onder deze paragraaf toegelicht. Hierin zijn twee varianten uitgewerkt: een laagdrempelig model met een laag risicoprofiel en een zakelijk model met een hoger ‘zakelijker’ risicoprofiel. Vooralsnog geniet de eerste variant met een laag risicoprofiel de voorkeur van een meerderheid van de werkgroep beheer en exploitatie. In de werksessie van 9 oktober 2012 is gesproken over het ambitieniveau van de beheerstichting en de operationele/personele invulling ervan . Dit heeft geleid tot het bespreken van twee varianten: 1. Variant ‘laag risicoprofiel’ op basis van huidige bedrijfsvoering gebruikers; 2. Variant ‘hoger risicoprofiel’ op basis van zakelijk leider met target op programma, zaalverhuur en horeca. Onderstaand zijn de varianten uitgewerkt. Variant ‘laag risicoprofiel’ Het maatschappelijk ondernemerschap wordt georganiseerd vanuit de huidige kernpartners in de MFA. De beheerstichting draagt de verantwoordelijkheid voor de dagelijkse gang van zaken in de MFA, inclusief de verhuur van ruimten en de horeca. Hiervoor wordt idealiter gebruik gemaakt van een parttime programmamanager, ondersteund door combinatiefunctionarissen en gebruikers aangaande het organiseren van een gezamenlijk programma. Dit programma is aanvullend op de huidige individuele activiteiten van kernpartners. Hiernaast wordt een groot deel van het huidige beheermodel gehandhaafd aangaande technisch / facilitair beheer. De beheerstructuur van het dorpshuis vormt hierin het uitgangspunt middels de aanstelling van een hoofdbeheerder. Deze hoofdbeheerder wordt dagelijks ondersteund door medewerkers horeca, schoonmaak e.d. Risico’s: •
Daling inkomsten uit horeca doordat met name verenigingen onder de vlag van het dorpshuis niet meer gebruik maken van de horecafaciliteiten van de MFA. Dit geldt ook in mindere mate voor klanten van het cultuurplein.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
51/52 74
•
• •
Daling inkomsten uit de horeca doordat evenementen in de MFA minder opbrengen dan in voorgaande jaren het geval was. Verenigingen maken in mindere mate gebruik van de MFA dan nu van het dorpshuis. Daling van de budgetsubsidie van een aantal partijen (risico geldt in beide varianten, echter in de ontwikkeling van de MFA wordt gestreefd naar minimalisatie van dit risico voor partijen).
Bovenbeschreven risico’s zijn aanwezig maar praktisch zeer beperkt van aard. Ook vallen ze binnen de directe invloedsfeer van gebruikers, zodat tijdige anticipatie mogelijk is. Zakelijke variant (hoger risicoprofiel) Het maatschappelijk ondernemerschap wordt bij aanvang georganiseerd door het aanstellen van een zakelijk leider. Deze zakelijk leider staat naast de beheerder en wordt aangestuurd door het bestuur. De zakelijk leider krijgt een taakstelling mee voor het werven van nieuwe (commerciële) gebruikers van de MFA en het organiseren van (nieuwe) evenementen. De opbrengsten wegen op tegen kosten van de zakelijk leider. Risico’s •
Op basis van de huidige exploitatie van de kernpartners bestaat er geen exploitatiedekking voor een zakelijk leider en aanverwante kosten. Hiermee lopen de kernpartners gezamenlijk risico voor de winsten en verliezen die voortkomen uit het commercieel handelen van de zakelijk leider.
Het risicoprofiel van het bovenbeschreven risicopunt is een aandachtspunt, omdat het verruimen van exploitatiemogelijkheden marktrisico’s met zich meebrengt. Conclusie: Een meerderheid van de gebruikers opteert voor de variant met een ‘laag risicoprofiel’. Gebruikers dienen gezamenlijk overeenstemming te bereiken over het onderbrengen van mogelijke commerciële verhuur en horeca in een aparte entiteit voor het reduceren van ondernemersrisico. Bij de variant met een laag risicoprofiel is de noodzaak voor een aparte entiteit minder aanwezig, omdat dit risicoprofiel direct stuurbaar is vanuit de beheerstichting. Een gezamenlijke beheerstichting is afdoende voor de dagelijkse aansturing. Indien een of meerdere gebruikers kiezen voor het aanstellen van een zakelijk leider, buiten de bestaande formatie van kernpartners, loopt men een bovengemiddeld ondernemersrisico vanuit het maatschappelijk belang van de beheerstichting. Splitsing van de beheerstichting in een maatschappelijk deel en onderbrengen van de risicodelen in een aparte entiteit is dan te overwegen.
23 januari 2013 | 960122/20130118EO01
52/52 75
Bijlage 1a. 1. Voorlopig Ontwerp Om tot een voorlopig ontwerp te komen is in eerste instantie een architect geselecteerd. De keuze voor een architect is gemaakt door een selectiecommissie bestaande uit de kernpartners, Vrienden van het Van Meurspark, Vrienden van de MFA (omwonenden) en een afvaardiging van de gemeenteraad en gemeente. Als winnaar kwam De Architectenwerkgroep Tilburg (DAT) uit de bus. Het schetsontwerp van deze architect is daarna met betrokken partijen en de architect verder uitgewerkt. Dit was een intensief proces waarbij getracht is om de belangen van genoemde kernpartners, de Vrienden van de MFA, de Vrienden van het Van Meurspark en de gemeente op een evenwichtige manier bij elkaar te laten komen. Het concept Voorlopig Ontwerp is gepresenteerd in de themaraad van 29 oktober jl. De definitieve versie ligt voor u ter inzage. De kernpartners, de Vrienden van de MFA (omwonenden) en de Vrienden van het Van Meurspark stemmen in met het Voorlopig Ontwerp. Het Voorlopig Ontwerp is opgesteld op basis van het vigerende bestemmingsplan. Het Voorlopig Ontwerp kan na besluitvorming in de raad uitgewerkt worden tot een Definitief Ontwerp. 2. Gymlokaal in de MFA Op 4 juni 2012 is in uw raad het voorstel over realisatie van een turnvoorziening en de bouw van een gymlokaal bij de MFA Heerde Oost aan de orde geweest. Besloten is dat voor de realisatie van een nieuw gymlokaal bij de MFA een tweetal opties moet worden uitgewerkt, te weten een optie voor alleen gebruik voor het gymnastiekonderwijs aan leerlingen van basisscholen (conform VNGnormering) en een optie voor multifunctioneel gebruik (conform gymzaal Rhijnsberg). Naast deze opties is er nog een derde optie (KVLO-normering: Koninklijke Vereniging voor Lichamelijke Opvoeders) uitgewerkt. Deze optie is, in tegenstelling tot de VNG-normering meer gericht op het hedendaagse bewegingsonderwijs, waardoor leerlingen meer de ruimte krijgen om te sporten en spelen. Competitiewedstrijden voor volleybal en badminton zijn in deze optie niet mogelijk, tafeltenniswedstrijden wel. Bovengenoemde opties zijn in bijlage 3 verder uitgewerkt. Gelet op de aanwezige functionaliteiten van de Faberhal en de gymzaal Rhijnsberg is een gymzaal in MFA Heerde Oost, waar ook competitiewedstrijden voor volleybal en badminton kunnen worden gespeeld, niet noodzakelijk. Wel vinden wij het belangrijk dat de gymzaal geschikt moet zijn om goed bewegingsonderwijs, conform de huidige maatstaven, te kunnen geven. De norm van KVLO is daarom als uitgangspunt genomen in het Voorlopig Ontwerp (scenario B). 3. Kinderopvang in de MFA In de MFA is ruimte gereserveerd voor kinderopvang. Voor de selectie van de aanbieder van de kinderopvang hebben wij een procedure gevolgd. Als uitgangspunten voor deze procedure is onder andere bepaald dat er marktconforme huur moet worden betaald en er een langdurige (minimaal 10 jaar) huurovereenkomst wordt afgesloten. In het voorlopig ontwerp is gekozen om ruimte te realiseren voor één instelling. Dit omdat eventuele leegstand door toedoen van commerciële marktpartijen structureel op het bordje van de gemeente komt en dus met maatschappelijke middelen dient te worden gecompenseerd. Dit vinden wij niet verantwoord. 4. Duurzaamheid (GPR8 en Frisse Scholen Klasse B) Conform ons gemeentelijk duurzaamheidbeleid wordt de MFA gebouwd volgens normen GPR8 en Frisse Scholen Klasse B. De focus ligt hierbij op de onderdelen: ‘gezondheid’ en ‘gebruikskwaliteit’ en ‘energie’. Dit wil zeggen dat het gebouw een prettig binnenklimaat moet hebben (goede ventilatie, voldoende licht, een goede akoestiek en een beheersbare binnentemperatuur) en daarnaast moet de gebruikskwaliteit hoog scoren en is er aandacht voor beperking van het energiegebruik, dan wel duurzame opwekking. Onder gebruikskwaliteit wordt verstaan: functioneel, open, veilig en multifunctioneel gebouw dat verbonden is met zijn omgeving en zowel intern als extern verbindingen legt. Niet alleen de vormgeving van het gebouw is hierbij belangrijk, maar ook de inrichting en uitstraling van de buitenruimte, waaronder de speelterreinen. Om te voldoen aan genoemde normen worden één of meerdere van de volgende onderdelen toegepast: -gebalanceerde ventilatie met hoog rendement warmteterugwinning met beperking CO2; -warmte koude opslag in de bodem; -energiezuinige verlichting met aanwezigheidsdetectie; 76
-energieprestatie van 30 tot 40% onder bouwbesluit eis; -onderhoudsarme / - vrije, duurzame materialen toepassen; -afkoppelen regenwater en waterbesparende maatregelen; 5. Beheermodel Het beheermodel gaat uit van een onafhankelijke beheerstichting. Deze onafhankelijke beheerstichting wordt gevormd door nog te selecteren bestuursleden. De kernpartners mogen hiervoor kandidaten voordragen. Op moment van ingebruikname van de MFA moet de onafhankelijke beheerstichting operationeel zijn. Is dat niet het geval dan blijven de kernpartners gezamenlijk verantwoordelijk voor het beheer tenzij er een ander alternatief wordt ontwikkeld. Ook wordt er een gebruikers- en programmaraad ingesteld. Doel van de gebruikersraad is de afstemming over de uitvoering van het beheer en het signaleren van kansen tot verdere samenwerking tussen de gebruikers ten aanzien van beheer, ruimtegebruik en inhoudelijke zaken én verdere expansie van de MFA. De kernpartners hebben via de gebruikersraad inspraak op het dagelijks functioneren van de MFA. De programmaraad, waarin ook alle kernpartners zitting hebben, heeft als doel een gezamenlijk programma op te stellen voor de MFA, waar de verenigingen en organisaties op aan kunnen haken. Dit programma moet worden afgestemd op het inhoudelijk concept van de MFA.
6. Exploitatie MFA De gemeente Heerde wordt/blijft volledig eigenaar van de grond en opstallen van de MFA Heerde Oost. Uitgangspunt is dat schoolbesturen het juridisch eigendom aan de gemeente overdragen. Met de overige gebruikers wordt een huurovereenkomst aangegaan. De verantwoordelijkheden voor het eigenaarbeheer liggen bij de gemeente en die van het gebruikersbeheer bij de gebruikers. In het haalbaarheidsonderzoek is omschreven welke taken hier onder vallen. Voor het onderwijsgedeelte is hierbij aansluiting gezocht bij de taken en verantwoordelijkheden behorende tot de vergoeding materiële instandhouding gebouwafhankelijke kosten van de schoolbesturen. Het overige eigenaar gebonden beheer, waaronder groot onderhoud, behoort tot de verantwoordelijkheid van de gemeente. In het haalbaarheidsonderzoek is op hoofdlijnen een opzet gemaakt van de exploitatie via een onafhankelijke beheerstichting. Vertrekpunt voor het berekenen van de exploitatie is de huidige exploitatie van de kernpartners. Voor het dorpshuis is het Jaarverslag 2011 als uitgangspunt genomen. Op basis hiervan blijkt dat er sprake is van een sluitende exploitatie. Door de efficiencyslagen die door kernpartners nog gemaakt kunnen worden op het gebied van beheer en onderhoud kan deze exploitatie naar de toekomst toe verbeteren. De afspraken voor het beheer en de exploitatie worden vastgelegd in overeenkomsten met de kernpartners. Alle kernpartners (muv de Stichting Proo voor wat betreft de Horsthoek) hebben ingestemd met het bijgaand fasedocument (haalbaarheidsonderzoek definitiefase MFA Heerde Oost, bijlage 1) . De individuele overeenkomsten worden begin februari 2013 getekend. De gymzaal gaat qua beheer en exploitatie onderdeel uitmaken van de beheerstichting. Het gebruik door het onderwijs heeft echter het primaat en staat centraal. 7. Vined Binnen het ruimteprogramma van de MFA is extra ruimte opgenomen zodat Vined gebruik kan maken van de speellokalen en gymzaal. De jaarlijkse huisvestingkosten hiervan bedragen € 6.600,-. Deze kosten zijn opgenomen in de geraamde exploitatiekosten ad € 582.000,-. Met Vined vindt nog overleg plaats over hun bijdrage in deze kosten.
77
Voorlopig Ontwerp
MFA HEERDE OOST 15.01.2013
78
Uitganspunten
79
Stedenbouwkundige uitgangspunten: Twee voorkanten
80
Van Meurslaan wordt voet en fietspad
81
Parkeren aan de Markstraat en K&R en bevoorrading aan de Griftstraat
Kiss en ride
voorraad 82
De bestaande looppad wordt doorgetrokken tot aan de Grifstraat
83
Het ontsluitingsprincipe…
84
…leidt tot dit organisatiemodel: alle gebruikers onder een dak
85
Relatie Schema
Welzijnswerk
86
Relatie Schema in m2
WW
87
Workshop met de gebruikers
88
Het ontwerp
89
Situatie tekening
90
Eerste schets voor de speelplaatsen
91
Functionele indeling
Parkschool MF zalen
Cultuurplein
Ww
Kristal
Speellokaal
HorstHoek
Wemma
Gymzaal Foyer
Biblio
Theater
Hummelhuis
92
Plattegrond Begane Grond
93
Plattegrond 1e Verdieping
94
Langsdoorsneden
95
Langsdoorsneden Foyer
96
97
Langsdoorsneden Patio
98
99
Doorsnede Theater
100
101
Doorsnede Speellokaal
102
Architectuur in relatie tot het Park
103
Architectuur in relatie tot het Park
Bestaand
Ambitie
verschillende volumes….
…tot eenzelfde schaal en eenheid
104
Zo ontstaat “Het park” gebouw, een paviljoen in het groen Een geheel verbonden door een horizontale lijn
105
Architectuur
Gevel Grifstraat
Gevel van Meurslaan
106
Architectuur
Gevel impressie van Meurslaan 107
Architectuur
Noordgevel
Zuidgevel
108
Volume van het gebouw Zuidoost invalshoek
109
Volume van het gebouw Zuidwest invalshoek
110
Interieur Impressies
111
Café, Receptie, Foyer en Bibliotheek 112
Bibliotheek en MF zalen 113
Zicht vanuit tussen cultuurplein lokalen en garderobe richting Welzijnslwerk 114
115
Memo Aan
Gemeente Heerde
ICSadviseurs Burg. Drijbersingel 25 | 8021 DA Zwolle Postbus 652 | 8000 AR Zwolle T +31 (0)88 235 04 27 | F +31 (0)38 423 77 16 www.icsadviseurs.nl
Datum
Ons kenmerk
3 januari 2013
960122/MR
Onderwerp
Behandeld door
Omvang en functionaliteit binnensportvoorziening MFA Heerde Oost
Igor Grevers Mark van Rotterdam
Inleiding De gemeente Heerde is voornemens een MFA te realiseren op de locatie van het huidige Dorpshuis en Parkschool aan het Van Meurspark. Onderdeel van het ruimteprogramma is een binnensportvoorziening. De gemeenteraad heeft middels een raadsvoorstel (d.d. …) gevraagd om ter keuze en afweging passende scenario’s voor de ruimtelijke en functionele invulling van deze binnensportvoorziening uit te werken. Uitgangspunt is dat de binnensportvoorziening de omvang heeft van één zaaldeel, oftewel een gymzaal. Echter de vloeroppervlakte en hoogte van een gymzaal kan diverse afmetingen hebben. In de voorliggende memo zijn een drietal scenario’s uitgewerkt met ruimtelijke en functionele consequenties. Na akkoord van het College wordt deze memo vertaald in het rapport ‘definitiefase MFA Heerde Oost’, hetgeen in februari 2013 ter besluitvorming wordt voorgelegd aan het College.
Scenario A: VNG-normering Een belangrijke functie van een gymzaal is het bewegingsonderwijs. De Vereniging Nederlandse Gemeente (VNG) stelt voor het bewegingsonderwijs minimale eisen aan het vloeroppervlak (252 m²) en de hoogte (5,5 m) van een gymzaal. In het onderstaande is het ruimteprogramma weergegeven.
ICS Adviseurs B.V. is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Zwolle onder nummer 05082583
116
2/5
Gymzaal omschrijving gymzaal toestellenberging kleedruimten d/h wasruimten d/h toilet EHBO-/scheidsrechter-/lerarenruimte
aantal
m² no
1 1 2 2 2 1
252 40 20 12 2,5 8
totaal m² no opmerking 252 40 40 24 5 8
totaal nuttig vloeroppervlakte
369
totaal bruto vloeroppervlakte
443
norm vng (12x21x5,5)
ruimer dan landelijke norm in kleedruimten inpassen
De bovenstaande ruimten voldoen aan de eisen voor het bewegingsonderwijs, echter kennen voor een aantal binnensporten beperkingen. In het onderstaande zijn de functionele consequenties weergegeven: -
-
-
-
In scenario A voldoet de gymzaal aan de minimale afmetingen voor het bewegingsonderwijs (conform VNG verordening). Echter in het bewegingsonderwijs is het de tendens dat er meer uitloop noodzakelijk is in verband met de gymlessen die tegenwoordig gegeven worden. De landelijke lichamelijke opvoedersbond (KVLO) adviseert dan ook een oppervlakte van 308 m² (14x22) te hanteren. In de gymzaal past de belijning voor een volleybalveld en badmintonveld. Sporten als handbal en zaalvoetbal kunnen hier niet plaats vinden. Doordat de zaal voor het bewegingsonderwijs wordt ingericht, kunnen er trainingen van andere sporten plaats vinden, zoals basketbal en korfbal. De oppervlakte van de zaal voldoet echter niet aan de normatieve eisen van deze sporten aangaande officiële wedstrijden. Voor geen van bovengenoemde sporten kan er officieel in competitieverband gespeeld worden, aangezien de vrije hoogte dan tenminste 7 meter moet zijn. Wel zijn er trainingen mogelijk voor jeugdteams van de binnensportverenigingen. Seniorenteams ervaren snel hinder van de beperkte uitloop en hoogte van de gymzaal. De gymzaal heeft de omvang om vier tafeltennistafels te plaatsen. De zaal voldoet aan de eisen om er competitie voor tafeltennis te spelen.
Investering De investering voor scenario A is geraamd op twee manieren: - VNG-normering (solitaire gymzaal en kleedkamers) - Gymzaal ingepast in de MFA Heerde Oost (uitgaande VNG-normering) Investeringsbedragen betreffen stichtingskosten inclusief indirecte bouwkosten en BTW (prijspeil december 2012). Er is geen rekening gehouden met inrichtingskosten. De eerste inrichting van gymzaal bedraagt circa € 50.000. Variant A1: VNG-Normering (solitaire gymzaal) De VNG heeft naast normering voor vierkante meters ook normen voor de investering. Dit bedrag gaat uit van een standaard solitaire gymzaal (inclusief kleedkamers) met een sober en doelmatig kwaliteitsniveau en uitstraling. Het normatief investeringsbedrag: € 753.061. 117
3/5
Variant A2: Gymzaal ingepast in MFA Heerde Oost De investeringsraming van MFA Heerde Oost wijkt af van de VNG-normering. In het project MFA Heerde Oost wordt namelijk rekening gehouden met aanvullende duurzaamheidsmaatregelen, waardoor de investering per vierkante stijgt. Echter doordat de gymzaal onderdeel is van een groter geheel (in tegenstelling tot de VNG-normering) worden daarmee de vaste kosten verdeeld over aanzienlijk meer vierkante meters. Dit vereffent het verschil per vierkante meter. De oppervlakte van de gymzaal wordt conform variant A1 gehandhaafd. Het investeringsbedrag MFA Heerde Oost: € 792.784. Resumé: de gymzaal voldoet aan de minimale eisen van de VNG in zowel variant A1 als A2. Er kunnen trainingen plaats vinden voor badminton en volleybal, echter geen wedstrijden. Er kan wel tafeltenniscompetitie gespeeld worden.
Scenario B: KVLO-normering Scenario B is gebaseerd op de eerder genoemde KVLO-normering (Koninklijke Vereniging voor Lichamelijke Opvoeders). Het hedendaagse bewegingsonderwijs vraagt meer bewegingsvrijheid voor de leerlingen (met name voor de bovenbouwleerlingen). Er wordt namelijk, net als in het reguliere onderwijs in de klaslokalen, gewerkt in groepjes. Het gelijktijdig zelfstandig en gedifferentieerd werken in groepen aan verschillende bewegingsactiviteiten, het (sport)spelen op aangepaste veldjes vraagt om bredere en grotere zalen. Dit betekent dat de KVLO adviseert om aan beide zijden van de gymzaal meer uitloop te creëren. De hoogte van de gymzaal blijft net als in scenario A gehandhaafd op 5,5 meter. Gymzaal omschrijving gymzaal
aantal 1
m² no totaal m² no opmerking 308
308
norm gemeente (14x22x5,5)
toestellenberging
1
50
50
kleedruimten d/h
2
20
40
wasruimten d/h
2
12
24
ruimer dan landelijke norm
toilet
2
3,5
7
in kleedruimten inpassen
EHBO-/scheidsrechter-/lerarenruimte
1
11
11
totaal nuttig vloeroppervlakte
440
totaal bruto vloeroppervlakte
528
De bovenstaande ruimten voldoen ruim aan de minimale eisen die gesteld worden door de VNG ten aanzien van het bewegingsonderwijs. Doordat de uitloop verruimd is, krijgt de gymzaal meer gebruiksmogelijkheden. -
Scenario B voldoet ruim aan de minimale normering van het bewegingsonderwijs. Daarnaast voldoet deze afmeting aan de hedendaagse wensen voor het 118
4/5
-
-
bewegingsonderwijs, waardoor leerlingen meer de ruimte krijgen om te sporten en spelen. Qua sportgebruik is scenario B gelijkwaardig aan scenario A. Echter het is voor volleybal en badminton makkelijker sporten door de ruimere uitloopmogelijkheden. Voor geen van bovengenoemde sporten kan er officieel in competitieverband gespeeld worden, aangezien de vrije hoogte dan tenminste 7 meter moet zijn. Wel zijn er trainingen mogelijk voor jeugdteams van de binnensportverenigingen. De gymzaal heeft de omvang om vier tafeltennistafels te plaatsen. De zaal voldoet aan de eisen om er tafeltenniscompetitie te spelen.
Investering Voor dit scenario is de investering geraamd op basis van de inpassing in MFA Heerde Oost qua omvang en investeringsniveau. Investeringsbedragen betreffen stichtingskosten inclusief indirecte bouwkosten en BTW (prijspeil december 2012). Er geen rekening gehouden met inrichtingskosten. De eerste inrichting van gymzaal bedraagt circa € 50.000. Investeringsbedrag: € 944.898. Resumé: de gymzaal voldoet aan de functionele eisen voor bewegingsonderwijs. Er zijn goede trainingsfaciliteiten voor volleybal en badminton, echter er kunnen geen officiële wedstrijden plaatsvinden. De afmetingen in scenario B voldoen ruimschoots voor tafeltenniscompetitie.
Scenario C: Gymzaal+ (overeenstemmend met gymzaal Rhijnsberg) Scenario C is gebaseerd op de omvang van de gymzaal in de Brede School Rhinsberg. Gymzaal omschrijving gymzaal toestellenberging kleedruimten d/h wasruimten d/h toilet EHBO-/scheidsrechter-/lerarenruimte
aantal
m² no
1 1 2 2 2 1
344 50 20 12 3,5 11
totaal m² no opmerking 344 50 40 24 7 11
totaal nuttig vloeroppervlakte
476
totaal bruto vloeroppervlakte
571
norm gemeente (17x24x7)
ruimer dan landelijke norm in kleedruimten inpassen
De bovenstaande ruimten voldoen aan de minimale eisen die gesteld worden door de VNG ten aanzien van het bewegingsonderwijs. Doordat de uitloop verruimd en de hoogte verhoogd is, krijgt de gymzaal meer mogelijkheden. -
In scenario C voldoet de gymzaal ruim aan de minimale normering van het bewegingsonderwijs. Daarnaast biedt het voor het bewegingsonderwijs meer mogelijkheden en kunnen er meer activiteiten en oefeningen plaats vinden. De richtlijn die het KVLO hanteert is zelfs kleiner dan het vloeroppervlak die in dit scenario gehanteerd wordt. 119
5/5
-
-
-
Het vloeroppervlak is gebaseerd op het plaatsen van drie badmintonvelden naast elkaar. Het is geen reguliere oppervlakte die vaak voorkomt, maar specifiek gebaseerd op de functionele wensen qua binnensportafmeting van de gemeente Heerde. Hiermee wordt de uitwisselbaarheid van binnensporten tussen de verschillende gymzalen in Heerde vergroot. Dit vergroot de flexibiliteit van de inroosterbaarheid van de huidige zaalsporten in Heerde. Aandachtspunt vormt het inrichtingspakket dat afgestemd dient te worden op deze specifieke wensen. Dat wil zeggen dat verlichting, klimrekken en overige inrichtingselementen zo worden opgehangen dat het ondermeer de badmintonners niet belemmerd. In de gymzaal is de belijning van volleybal en drie badmintonvelden aangelegd. Doordat de vrije hoogte van de gymzaal 7 meter is, kunnen er ook competitiewedstrijden van deze sporten plaatsvinden. De gymzaal zal ook volledig voor het bewegingsonderwijs ingericht worden, zodat trainingen van de basketbal en korfbal hierin goed uitvoerbaar zijn. De gymzaal is ruimer van opzet ten opzichte van scenario 1 en is hierdoor beter bruikbaar voor binnentrainingen door seniorenteams. In deze gymzaal kunnen 5 tafeltennistafels geplaatst worden. De gymzaal voldoet aan de eisen om er competitie voor tafeltennis te spelen. De afmetingen en functionaliteit van variant C zijn gebaseerd op de uitwisselbaarheid van de sporten in de gymzalen Faberhal en Rhijnsberg. Of eenzelfde behoefte bestaat voor de extra uitwisselbaarheid van sporten middels de gymzaal in de MFA Heerde Oost is de vraag. De huidige roostering van binnensporten in de bestaande gymzalen van Heerde, kan hierin uitsluitsel bieden.
Investering Voor scenario C is de investering geraamd op basis van de inpassing in MFA Heerde Oost qua omvang en investeringsniveau. Investeringsbedrag: € 1.021.850. Resumé: de gymzaal voldoet aan de functionele eisen voor bewegingsonderwijs, volleybal en badminton. Verder kan er voor diverse sporten getraind worden in de gymzaal door seniorenteams.
Resumerend Scenario A en B voldoen aan VNG randvoorwaarden ten behoeve van een gymzaal voor bewegingsonderwijs. De KVLO spreekt haar uitdrukkelijke voorkeur uit voor scenario B aangaande het functioneel gebruik van een gymzaal voor bewegingsonderwijs. Ook biedt scenario B het functioneel betere trainingsfaciliteiten voor binnensport. In beide varianten is geen officiële wedstrijdsport mogelijk, met uitzondering van tafeltennis. Scenario C voldoet in aanvulling wel aan de minimale wedstrijdeisen van betreffende binnensportverenigingen in Heerde. Afweging is of realisatie van scenario C noodzakelijk is ten opzichte van de capaciteit in de gymzalen Rhijnsberg of Faberhal.
120
Verkeersonderzoek MFA HeerdeOost onderzoek naar de gevolgen van de ontwikkeling van een Multi Functionele Accommodatie (MFA) in Heerde-oost 12 december 2012
121
Documentbeschrijving
Titel
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
Ondertitel
onderzoek naar de gevolgen van de ontwikkeling van een Multi Functionele Accommodatie (MFA) in Heerde-oost
Pagina’s
21
Publicatienr.
L&P 803
Verschijningsdatum
12 december 2012 (eerste versie 24 augustus 2012)
Opdrachtgevers
gemeente Heerde
contactpersoon
Jan Webbink
Uitgave:
Ons bedrijf in België:
122
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost onderzoek naar de gevolgen van de ontwikkeling van een Multi Functionele Accommodatie (MFA) in Heerde-oost 12 december 2012
in opdracht van: gemeente Heerde Jan Webbink
123
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
-5-
2.
De situatie nu…..
-7-
2.1
Verkeersintensiteiten
-7-
2.2
Parkeren in het gebied
2.3
Aanvullende tellingen door bewoners uitgevoerd
- 10 -
3.
Verkeerseffecten van de MFA
- 12 -
3.1
Prognose verkeersproductie/-attractie
- 12 -
3.2
Parkeerbehoefte
- 13 -
3.3
Conclusies
- 15 -
4.
Overwegingen en advies
- 16 -
4.1
Veilige fiets- en autoroutes
- 16 -
4.2
Parkeren
- 19 -
4.3
Fietsparkeren
- 20 -
-8-
124
1.
Inleiding In opdracht van de Gemeente Heerde wordt een Multi Functionele Accommodatie (MFA) in Heerde-oost gerealiseerd, waarin vier basisscholen (Horsthoek, Parkschool, Kristal en fusieschool Willem Alexanderschool en Emmaschool), een kinderopvang, buitenschoolse opvang (BSO), peuterspeelzaal ’t Hummelhuis, het Dorpshuis, de bibliotheek, Cultuurfabriek Noord Veluwe en een aantal andere verenigingen en organisaties kunnen worden gehuisvest. Met deze bundeling van onderwijs, opvang, sociaal-maatschappelijk en cultureel werk wordt beoogd een voorziening te realiseren, die een meerwaarde biedt aan de omliggende wijk en het gehele dorp. De gemeente heeft Ligtermoet & Partners gevraagd de verkeerkundige gevolgen van de MFA in beeld te brengen alsmede aan te geven welke aanpassingen aan de infrastructuur en openbare ruimte eventueel gewenst zijn.
Overzicht plangebied (het rood omcirkelde gebied is de plek waar de MFA Heerde Oost is geprojecteerd)
Gevolgde werkwijze Dit rapport is tot stand gekomen in een proces waarin inbreng van en participatie met belanghebbenden centraal stonden. Op basis van een objectieve verkeers- en parkeertelling zijn in een eerste rapportage de eerste bevindingen en oplossingsrichtingen gerapporteerd (rapportage 24 augustus 2012). Na deze eerst in klein comité met een delegatie van bewoners besproken te hebben, is op 15 oktober een informatieavond met de buurt georganiseerd, waar-
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost gemeente Heerde L&P 803 125
-5-
in de oplossingsrichtingen werden toegelicht. Vervolgens is op 26 november een workshop gehouden, waarin ook de meningen van de buurt werden teruggekoppeld. Voorliggende rapportage doet verslag van dit proces. Leeswijzer In hoofdstuk 2 worden de resultaten van een recente verkeers- en parkeertelling weergegeven. Dat is van belang om te kunnen vaststellen hoe de toename aan verkeers- en parkeerbewegingen als gevolg van de MFA moet worden beoordeeld. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de te verwachten verkeers- en parkeerbewegingen die het gevolg zijn van de MFA. Daarna wordt in hoofdstuk 4 ingegaan op de vraag welke maatregelen gewenst zijn om de verkeersgevolgen op een goede wijze op te vangen.
-6-
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
126
2.
De situatie nu…..
2.1
Verkeersintensiteiten
Om een goed beeld te krijgen van het (huidige) gebruik van de wegen rondom de MFA zijn gedurende meerdere dagen mechanische verkeerstellingen uitgevoerd, op alle wegen die een toevoerfunctie kunnen vervullen voor de MFA. Er is geteld op: Veerstraat (Hogepad – Griftstraat), Griftstraat (ten noorden van de Parkschool), Kanaalstraat (Van Meurslaan – Doelbeekseweg), Kerkstraat (Kanaalstraat – Bonenburgerlaan) en Marktstraat, ter hoogte van het parkeerterrein. Er is twee keer geteld, omdat volgens de bewoners de eerste tellingen te hoge intensiteit lieten zien, vanwege het feit dat elders in Heerde straten waren afgesloten. De resultaten van de twee tellingen (uitgedrukt in motorvoertuigen per etmaal) staan aangegeven in de tabellen 1a en 1b. Hieruit blijkt dat over de gehele linie, de intensiteiten tijdens de tweede telling (tabel 1b) inderdaad wat lager waren dan tijdens de eerste telling (tabel 1a). In de eerste telling is uitgegaan van de gemiddelden van twee telweken, de tweede telling heeft betrekking op één telweek. Tabel 1a: intensiteiten op straten rondom MFA Heerde-oost (mvt/etmaal, geteld 5 t/m 18 juni 2012) Lokatie
gem. werkdag
vrijdag
zaterdag
Veerstraat (Hogepad – Griftstraat)
2.700
3.550
2.200
Griftstraat (ten noorden van de Park-
1.100
1.900
850
1.850
2.750
1.500
900
1.600
750
2.600
3.400
2.100
school), Kanaalstraat (Van Meurslaan – Doelbeekseweg) en Kerkstraat (Kanaalstraat – Bonenburgerlaan). Marktstraat
Tabel 1b: intensiteiten op straten rondom MFA Heerde-oost (mvt/etmaal, geteld 6 t/m 12 oktober 2012) Lokatie Veerstraat (Hogepad – Griftstraat) Griftstraat (ten noorden van de Park-
gem. werkdag
vrijdag
zaterdag
1.800
2.050
1.800
650
1.000
600
1.250
1.700
1.200
550
1.050
500
2.100
2.500
2.050
school), Kanaalstraat (Van Meurslaan – Doelbeekseweg) en Kerkstraat (Kanaalstraat – Bonenburgerlaan). Marktstraat
Beide tellingen laten zien dat de Marktstraat en Veerstraat de drukste wegen zijn in de directe omgeving van de locatie, met 2.100 à 2.600 mvt/etmaal op de Marktstraat
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost gemeente Heerde L&P 803 127
-7-
en 1.800 à 2.700 motorvoertuigen per etmaal op de Veerstraat. De waarden uit tabel 1b zijn daarbij het meest representatief. Op de vrijdagen ligt de intensiteit op beide wegen enkele honderden voertuigen hoger en op andere dagen juist lager dan het werkdaggemiddelde. Op zaterdag ligt de intensiteit op vrijwel hetzelfde niveau als de gemiddelde werkdagintensiteit. Het patroon dat de vrijdag drukker is dan de andere dagen, komt op alle wegen terug, evenals het feit dat de zaterdag vrijwel even druk is als de gemiddelde werkdag (waarbij de gemiddelde werkdag wel sterk beïnvloed wordt door de drukke vrijdag, de andere dagen van de week zijn de intensiteiten dus lager). Het patroon over de dag laat een ‘gemiddeld’ beeld zien. Het drukste uur is van 16.00-17.00 uur, waarbij het vanaf 13.00 uur langzaam drukker wordt. Grenswaarden De intensiteiten zijn voor de genoemde straten acceptabel volgens landelijke ervaringscijfers. Hoewel de grenzen niet ‘hard’ zijn en meer als richtwaarden gezien moeten worden, geldt voor een normale woonstraat dat een intensiteit tot ca. 2.500 mvt/etmaal zonder meer toelaatbaar is. Dit komt voor een gemiddeld daguur overeen met ongeveer 3 auto’s per minuut. Voor wegen met een ontsluitingsfunctie in woon- en verblijfsgebieden geldt een waarde van 5 à 6.000 mvt/etmaal nog als toelaatbaar (bron: ASVV, CROW). Vertaald naar de wegenstructuur in Heerde, zouden de Marktstraat en Veerstraat een intensiteit tot 5.000 à 6.000 mvt/etmaal mogen verwerken en de overige straten tot circa 2.500 mvt/etmaal. De huidige intensiteiten liggen overal ruim onder deze waarden.
2.2
Parkeren in het gebied Behalve naar de verkeersintensiteit in de straten rond de MFA, is ook de parkeersituatie in kaart gebracht. Dit is van belang omdat de verschillende functies zullen leiden tot een extra parkeervraag in het gebied en de vraag relevant is of de bestaande parkeercapaciteit toereikend is om deze extra vraag op te vangen. In het bijzonder zou het parkeerterrein aan de Marktstraat een functie kunnen en moeten vervullen voor het parkeren. Om de parkeersituatie in kaart te brengen is het invloedsgebied van de MFA opgedeeld in zgn. parkeersecties. Een sectie is een parkeerterreinen of een (deel van een) straat. Van 18 onderscheiden secties is de parkeercapaciteit bepaald en is op diverse momenten van de dag het aantal geparkeerde voertuigen geteld, om daarmee een beeld te krijgen van de huidige parkeersituatie. De onderscheiden parkeersecties staan aangegeven in navolgende figuur.
-8-
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
128
De totale parkeercapaciteit in het onderzoeksgebied bedraagt 212 parkeerplaatsen; dit zijn alle plaatsen waar nu geparkeerd mag worden. De secties 1 en 3 zouden voor de situatie overdag eigenlijk buiten beschouwing gelaten moeten worden, omdat deze primair een functie vervullen voor het gemeentehuis en niet voor de MFA. Wel kunnen deze secties bij gebeurtenissen in de avond een functie vervullen. De capaciteit op beide secties samen bedraagt 39 parkeerplaatsen waarmee de totale parkeercapaciteit overdag dus 173 plaatsen zou zijn. Tijdens het onderzoek bedraagt het maximale aantal geparkeerde voertuigen dat is geregistreerd 37, dit is inclusief de secties en de geparkeerde voertuigen bij het gemeentehuis. Dit aantal is geregistreerd om 12.00 uur en om 15.10 uur. Dit zijn de momenten dat de scholen uitgaan. Als er rekening mee wordt gehouden dat op en langs de Marktstraat, de Veerstraat en de Kanaalstraat bij voorkeur niet geparkeerd wordt, bedraagt de totale capaciteit 164 plaatsen en is op de drukste momenten een overcapaciteit beschikbaar van 164-37= 127 plaatsen. Als ook de capaciteit voor het gemeentehuis daarop in mindering wordt gebracht (33), zouden dus 94 plaatsen resteren. Op dit moment is de parkeercapaciteit dus meer dan toereikend. Er zijn veel meer parkeerplaatsen dan waar behoefte aan is. Als wordt ingezoomd op het oostelijke deel van het parkeerterrein aan de Marktstraat (sectie 2), met een capaciteit van 73 parkeerplaatsen, stonden daar op de genoemde momenten 18 en 25 auto’s geparkeerd. En is alleen op die plaats de overcapaciteit dus 55 resp. 48 parkeerplaatsen. ’s Avonds is de overcapaciteit veel groter, zeker omdat ook sectie 1 een rol kan vervullen met een capaciteit van 28 plaatsen (33 plaatsen waarvan 5 gereserveerd voor bezoekers gemeentehuis). Dan biedt het totale parkeerterrein capaciteit aan 73+28=101 voertuigen, waarvan er ca. 75 onbezet zijn op het drukste moment nu.
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost gemeente Heerde L&P 803 129
-9-
Om 6.00 uur ’s ochtends staan er slechts 8 voertuigen geparkeerd in het gebied (waarschijnlijk van bewoners). Vanaf 8.00 uur loopt dit aantal op totdat de maximale bezetting om 12.00 uur is bereikt. Daarna is er een kleine middagdip waarna de bezetting vanaf 13.00 tot 16.00 uur weer vrij constant is op het niveau dat ook in de ochtendperiode wordt geregistreerd. Vanaf 16.00 uur neemt de parkeerdruk af tot circa 10 geparkeerde voertuigen aan het einde van de avondperiode. Griftstraat Om een beter beeld te krijgen van het aantal geparkeerde voertuigen dat aan de huidige voorzieningen kan worden toegewezen, is ook naar alleen de Griftstraat gekeken (secties 9 t/m 12). Gezien de onderzoeksresultaten mag er van worden uitgegaan dat de bezoekers aan de huidige voorzieningen (hoofdzakelijk) binnen deze secties parkeren. Om 6.00 uur staat slechts één voertuig geparkeerd, waarvan mag worden aangenomen dat het een voertuig van een bewoner betreft. Om 8.00 uur komen er vier voertuigen bij, die waarschijnlijk toebehoren aan leerkrachten van de school. Daarna is er een piek in parkeerdruk rondom de tijd dat de school begint. De piekwaarde doet zich voor om 8.20 uur, als er 11 voertuigen geparkeerd staan. Vanaf 9.00 uur tot 12.00 uur is de bezetting vervolgens vrij constant en bedraagt circa 6 geparkeerde voertuigen. Om 12.00 is er weer sprake van een piek. Op dat moment wordt ook het grootste aantal geparkeerde voertuigen geregistreerd (13 voertuigen). Na 12.00 uur neemt de bezetting langzaam af tot 2 voertuigen om 14.00 uur. Vervolgens is er rondom 15.00 uur weer sprake van een kleine toename van het aantal geparkeerde voertuigen, met een maximum van 7 geparkeerde voertuigen om 15.10 uur. In het verdere verloop van de dag schommelt het aantal geparkeerde voertuigen tussen de 4 en de 6. Waarna vanaf 18.30 uur de bezetting weer afneemt tot 1 geparkeerd voertuig om 21.00 uur. Tabel 2: samenvatting parkeersituatie sectie(s)
capaciteit
alle
212
alle (m.u.v. parkeren op
164
bezetting drukste
onbenutte capaciteit
moment
op drukste moment
37
175
(12.00 en 15.10 u) rijbaan van Marktstraat,
37
127
(12.00 en 15.10 u)
Veerstraat en Kanaalstraat) 2 (oostelijk deel parkeerter-
73
25 (12.00 u)
48
38
13 (12.00 u)
25
rein Marktstraat Griftstraat (9 t/m 12)
2.3
Aanvullende tellingen door bewoners uitgevoerd Door de bewoners zijn, aanvullend op de tellingen die door ons zijn uitgevoerd, een aantal aanvullende tellingen gedaan. Daarbij is dezelfde sectie-indeling gehanteerd. Uit de bewonerstellingen komt een grotere spreiding naar voren dan uit de telling zoals die door ons is gehouden. Die spreiding wordt uiteraard mede veroorzaakt door het feit dat er op meerdere dagen is geteld.
- 10 -
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
130
De tellingen door de bewoners laten de volgende drukste momenten zien. Dag
aantal
op tijdstip
zondag
39
12.00 u
maandag
62
20.00 u
woensdag
49
15.00 u
donderdag
64
20.00 u
vrijdag
36
15.00 u
zaterdag
22
20.00 u
gem/werkdag
53
Als wordt ingezoomd op sectie 2 (het oostelijk deel van het parkeerterrein aan de Marktstraat) wordt in het onderzoek overdag een hoogste bezetting geconstateerd van 25 auto’s. In de tellingen van de bewoners is dat iets hoger, namelijk 30 voertuigen. Wel vinden de bewoners op 2 avonden een duidelijk hogere bezetting: op donderdag 32 en op maandag 44 voertuigen, gemiddeld dus 38 voertuigen. Tabel 2: samenvatting parkeersituatie (met tussen haakjes en aangegeven met ’ b:’ de waarnemingen van de bewoners) sectie(s)
capaciteit
bezetting druk-
onbenutte capaciteit
ste moment
op drukste moment
alle
212
37 (b: 64)
175 (b: 148)
alle (m.u.v. parkeren op rij-
164
37 (b: 64)
127 (b: 100)
73
25 (b: 30 over-
48
dag, 38 avond)
(b: overdag 43, avond
baan van Marktstraat, Veerstraat en Kanaalstraat) 2 (oostelijk deel parkeerterrein Marktstraat (excl 33 plaatsen westelijk
35)
deel) Griftstraat (9 t/m 12)
38
13 (b: 18)
25 (b: 20 )
De resultaten van de aanvullende tellingen door de bewoners geven geen aanleiding tot een bijstelling van de conclusie dat er sprake is van een ruime overcapaciteit. Wel is die volgens de aanvullende tellingen geen 127 maar 100 plaatsen en is de overcapaciteit dus iets kleiner.
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
- 11 gemeente Heerde L&P 803 131
3.
Verkeerseffecten van de MFA
3.1
Prognose verkeersproductie/-attractie Om de verkeersgevolgen van de ontwikkeling van de MFA te kunnen vaststellen, is met behulp van landelijke ervaringscijfers in inschatting gemaakt van het verkeer dat door de MFA wordt gegenereerd. Als bron is daarbij gebruik gemaakt van gegevens van het CROW (bron: CROW, verkeersgeneratie voorzieningen). Van belang is dat van een dorpshuis geen goede kencijfers bekend zijn. Daarom is daarvoor een inschatting gemaakt, waarbij is uitgegaan van een verkeersgeneratie die het midden houdt tussen een gezondheidscentrum, een buurtsuper en een wijkcentrum. Daarmee wordt de verkeersgeneratie relatief hoog ingeschat. Overigens is de werkelijke waarde voor het bepalen van de toename ook minder relevant, omdat het dorpshuis ook nu al aanwezig is en daardoor het verkeer grotendeels reeds aanwezig is en is verwerkt in de intensiteitcijfers. Dit betekent feitelijk een dubbele overschatting van de verkeersgeneratie van het dorpshuis. Op basis van de landelijke ervaringscijfers moet erop gerekend worden dat de MFA in totaliteit leidt tot ca. 650 à 700 mvt op een gemiddelde weekdag en ca. 700 à 750 mvt/etmaal op een gemiddelde werkdag (zie navolgend overzicht). Bij topdruktes zal sprake zijn van maximaal 1.000 mvt/etmaal.
bvo (m2)
ritten/m2 bvo/weekdag
verkeer/ werkdagetmaal
Dorpshuis
238
0,48
127
Bibliotheek
308
0,1
34
Cultuurfabriek
153
0,122
21
Hummelhuis
440
0,327
160
Parkschool
450
0,116
58
Horsthoekschool
547
0,116
71
Kristal
316
0,116
41
1013
0,116
131
Wisselwerk (jongerenwerk)
76
0,116
10
Vined (tafeltennis)
0
0,116
571
0,128
Wemma (W. Alexander en Emmaschool)
Gymzaal
81
totaal
733
Een deel van het verkeer, namelijk dat van de functies die nu reeds aanwezig zijn, is reeds verwerkt in de telcijfers. Als daarmee rekening wordt gehouden, moet gere-
- 12 -
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
132
kend worden op een verkeerstoename van ca. 500 à 550 motorvoertuigen op een gemiddelde werkdag. Als we deze toename afzetten tegen het huidige gebruik, dan is dit ook als alle verkeer via de Marktstraat/Veerstraat afgewikkeld zou worden, zonder meer acceptabel. De intensiteit daar zou voor een gemiddelde werkdag rond de 2.600 mvt/etmaal uitkomen, ruim onder de acceptabele waarde van 5 à 6.000. Ook op de drukste dag (vrijdag), blijft de intensiteit ruim onder die waarde (ca. 3.000 mvt/etmaal). Maar de praktijk zal zijn dat het verkeer zich over verschillende richtingen verdeelt. Hoewel cijfers daarover niet bekend zijn (en de huidige verdeling van de leerlingen slechts een momentopname is), lijkt het een reële aanname dat ca. 60% vanuit noordelijke en ca. 40% vanuit zuidelijke richting komt. Dan neemt de intensiteit op Marktstraat toe tot ca. motorvoertuigen 2.800 mvt op vrijdag. Op de Kanaalstraat resp. Kerkstraat bedraagt de toekomstige intensiteit ca. 1.900en 1.300 motorvoertuigen op vrijdag (en op de overige werkdagen lager). Daarmee is het verkeer (zeer) goed te verwerken.
3.2
Parkeerbehoefte Auto’s De bundeling van functies in de MFA zal leiden tot een grotere behoefte aan parkeercapaciteit. In navolgende tabel staan de normen aangegeven die op basis van landelijke ervaringen zijn vastgesteld. Daarbij is ervan uitgegaan dat gezien het feit dat de MFA een relatief groot verzorgingsgebied heeft, relatief veel bezoekers met de auto komen. bvo (m2)
kental (ppl/100m2)
aantal parkeerplaatsen
dorpshuis
238
4
10
bibliotheek
308
1,1
3
cultuurfabriek (theater)
153
4
6
hummelhuis
440
0,8
4
parkschool
450
0,75
4
horsthoekschool
547
0,75
4
kristal
316
0,75
3
wemma (W. Alexander en Emmaschool)
1013
0,75
7
wisselwerk
76
0,03
2
vined
0
0
571
2
gymzaal
11
54
De totale parkeerbehoefte die door het gehele MFA wordt opgeroepen blijkt op basis van landelijke kentallen 54 parkeerplaatsen, voor alle functies gezamenlijk. Als we
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
- 13 gemeente Heerde L&P 803 133
dit afzetten tegen het gehele onderzoeksgebied, kunnen deze auto’s met de bestaande parkeercapaciteit worden opgevangen. Want zonder parkeren op de rijbaan van Marktstraat, Veerstraat en Kanaalstraat blijken in de bestaande situatie op het drukst waargenomen moment (waarneming bewoners), 100 parkeerplaatsen vrij. Echter, er zal zich geen situatie voordoen waarin alle situaties op hetzelfde moment op de maximale parkeerbehoefte vragen. Als bijvoorbeeld de scholen in- /uitgaan, zal er niet tegelijkertijd een theatervoorstelling zijn. Voor een maatgevende situatie overdag geldt de gezamenlijke parkeerbehoefte van de scholen, de bibliotheek en het dorpshuis: deze functies vragen om ca. 35 plaatsen. Deze parkeerbehoefte kan volledig op het oostelijk deel van het parkeerterrein aan de Marktstraat wordt opgevangen. Op het maatgevende moment op de avond wordt de maximale parkeervraag veroorzaakt door het dorpshuis, bibliotheek, cultuurhuus en gymzaal. Deze parkeervraag bedraagt ca. 30 plaatsen en kan ook volledige worden opgevangen op het parkeerterrein aan de Markstraat.
Halen en brengen: ultrakortparkeren In de parkeerbehoefte voor de scholen is geen rekening gehouden met het parkeren als gevolg van halen en brengen van kinderen. Een dergelijke voorziening is ook niet te beschouwen als parkeervoorziening maar is er voor ouders die hun (al iets oudere) kinderen bij het brengen uit de auto laten stappen en vervolgens direct weer doorrijden, of slechts een paar minuten blijven. Het is vooral dit verkeer dat zorgt voor overlast, drukte en onoverzichtelijke situaties. De berekening van de capaciteit voor halen en brengen is van diverse factoren afhankelijk. Als wordt uitgegaan van ‘strenge’ uitgangspunten (wat past binnen het Citaslow concept), zou voor het Hummelhuis gerekend moeten worden met ca. 10 plaatsen en voor de overige scholen een ruimte van 25 à 30 plaatsen, totaal ca. 40 plaatsen. Uitgaande van gemiddelde normen, zouden er 15 à 20 ultrakortparkeerplaatsen meer nodig zijn. (ca. 55 à 60). Volgens Veilig Verkeer Nederland zou gerekend moeten worden op ca. 60 plaatsten of volgens tellingen zelfs 80 plaatsen. Bedacht moet worden dat alle ruimte die wordt aangewend voor ultrakortparkeren en halen en brengen slechts gedurende circa 30 minuten van de dag nodig is. Bovendien, de ultrakortparkeerbehoefte voor de bovenbouw (ca. 15 plaatsen) zou op grotere afstand kunnen liggen. Fietsparkeren Er dient voldoende gelegenheid zijn voor het veilig en geordend parkeren van fietsen. Op basis van landelijke ervaringscijfers dient er gerekend te worden met een capaciteit van ca. 40 plaatsen per 100 leerlingen. Bij 28 lokalen met een gemiddelde bezetting van ca. 25 leerlingen leidt dat tot 280 fietsparkeerplaatsen voor de gezamenlijke scholen. Een gedetailleerdere raming kan worden gemaakt als de scholen ieder individueel een parkeertelling uitvoeren en aangeven wat de huidige bezetting is. Voor de overige functies (dorpshuis/cultuurfabriek/bibliotheek) dienen ook nog 50 à 60 fietsparkeerplaatsen beschikbaar te zijn.
- 14 -
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
134
3.3
Conclusies Verkeersintensiteiten: De tweede verkeerstelling die is uitgevoerd, wijst uit dat over het geheel genomen de intensiteit voor alle wegen een paar honderd voertuigen lager uitvalt dan bij de eerste telling. De opmerkingen van de bewoners waren daarmee terecht. Dit maakt de conclusie uit de eerste analyse dat het wat intensiteiten betreft, er in kwantitatief opzicht geen probleem is, alleen maar steviger. Daar komt ook bij dat door een aangepaste programma (ten opzichte van de eerste rapportage) de verkeersgeneratie van de MFA iets minder is dan eerder berekend. Ook dat is dus gunstig. De conclusie dat de toename van het verkeer in kwantitatief opzicht geen probleem is, is aldus op twee manieren sterker geworden. Parkeren autoverkeer Op basis van het gehouden parkeeronderzoek en de extra tellingen die zijn uitgevoerd door de bewoners, kan worden geconcludeerd dat er veel overcapaciteit aan parkeerruimte is. Voor het gehele gebied zijn er op drukste moment 64 voertuigen waargenomen (telling bewoners). Als er daarbij van wordt uitgegaan dat er (in de toekomst) niet meer op de Marktstraat, Veerstraat en Kanaalstraat geparkeerd mag worden, geeft dat een restcapaciteit van 104 plaatsen. Er zijn ruim 50 plaatsen nodig voor MFA. De eerdere conclusies wijzigen dus niet: er is voldoende parkeercapaciteit beschikbaar. Voor het ultrakortparkeren zijn 40 à 60 plaatsen nodig, waarvan bij voorkeur 30 op korte afstand van de school zouden moeten liggen. Nabij het Hummelhuis zijn 10 plaatsen nodig. Parkeren fietsverkeer Voor de gezamenlijke scholen zijn ca. 280 fietsparkeerplaatsen nodig. Voor de overige functies (dorpshuis/cultuurfabriek/bibliotheek) dienen ook nog 50 à 60 fietsparkeerplaatsen beschikbaar te zijn, die dicht bij de (hoofd))ingang geplaatst moeten worden.
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
- 15 gemeente Heerde L&P 803 135
4.
Overwegingen en advies In de voorgaande hoofdstukken is geconcludeerd dat: 1) De verkeerstoename als gevolg van de ontwikkeling van de MFA ca. 500 motorvoertuigen op een gemiddelde werkdag bedraagt. Deze toename kan zonder problemen op het bestaande wegennet rondom de MFA worden afgewikkeld. 2) De parkeerbehoefte van de MFA ca. 48 parkeerplaatsen is plus 40 á 60 voor ultrakortparkeren, waarvan ca. 30 op korte afstand. Er zijn op dit moment in de directe omgeving 168 parkeerplaatsen, waarvan er op het drukste moment 104 niet gebruikt worden. Dit betekent dat de extra parkeerbehoefte in kwantitatief opzicht probleemloos door de bestaande parkeercapaciteit kan worden opgevangen.
4.1
Veilige fiets- en autoroutes Hoewel in kwantitatief opzicht de MFA dus niet tot verkeersproblemen leidt, betekent dat niet dat er niets hoeft te gebeuren. In zijn algemeenheid dient er gezocht naar een balans tussen bereikbaarheid en verkeersveiligheid. In de stedenbouwkundige randvoorwaarden is dat als volgt vertaald: “..Als algemeen uitgangspunt, passend bij de Cittaslow-filosofie geldt dat de bereikbaarheid voor fietsers en voetgangers het primaat heeft. Dat betekent dat waar keuzes gemaakt moeten worden tussen auto enerzijds en fiets en voetganger anderzijds, de fietser en voetganger vóór gaan..” Dat betekent dat op de Griftstraat, maar ook op de Marktstraat/Veerstraat, de snelheid van het gemotoriseerd verkeer op de conflictpunten laag moet zijn, zodat fietsers en voetgangers veilig kunnen oversteken. Vooral het beheersen van de snelheid op kruispunten is daarbij belangrijk, o.a. op de kruispunten Marktstraat/Hogepad, Van Meurslaan/Marktstraat, Van Meurslaan/Kanaalstraat en Kanaalstraat/Griftstraat.
- 16 -
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
136
Fietsverkeer Op de navolgende afbeelding staan de belangrijkste fietsroutes van en naar de MFA aangegeven. Fietsers zullen veel gebruik maken van : Hogepad; Kanaalstraat; Vicarielaan; Marktstraat/Veerstraat. En daarnaast ook van de Kerkstraat, Griftstraat en Van Meurslaan.
Fietsroutes van en naar de MFA
De Vicarielaan heeft ook een relatief belangrijke ontsluitingsfunctie voor de buurt en ook is volgens de bewoners daar sprake van enige doorgaand verkeer. Om de fietsende kinderen voldoende veiligheid te bieden op deze route, zijn hier aanvullende maatregelen gewenst, waarbij vooral een lage snelheid van het autoverkeer van belang is alsmede de positie van de fietsers in het straatbeeld. Overwogen kan worden deze weg als fietsstraat in te richten.
Autoverkeer Voor het autoverkeer moet geprobeerd worden dit te concentreren op de hoofdwegen: Marktstraat/Veerstraat en Dorpsstraat, zodat de Vicarielaan, Kanaalstraat, Kerkstraat en Hogepad zo beperkt mogelijk gebruikt gaan worden door het autoverkeer.
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
- 17 gemeente Heerde L&P 803 137
Bij de functie van de Griftstraat en Van Meurslaan geldt een sterke samenhang, want beide kunnen een functie vervullen voor de auto én fietsontsluiting van MFA. Daarbij is van belang dat bij de keuze die wordt gemaakt de auto-ontsluiting en fietsontsluiting niet samen vallen. In onderstaand overzicht zijn van beide opties in het kort de voor- en nadelen benoemd. Waarbij overigens wel de volgende randvoorwaarden gelden: Bij de keuze voor een auto-ontsluiting via de Van Meurslaan, is dat alleen aanvaardbaar voor de periode in de ochtend en middag tijdens het brengen van de kinderen. Dus een openstelling van twee keer 30 of 45 minuten. De rest van de dag zou de Van Meurslaan alleen toegankelijk zijn voor fietsers en voetgangers. De inrichting zou dit moeten benadrukken (dus bijv. halfverharding, 2 sporenpad o.i.d.); Bij een keuze voor een auto-ontsluiting van de Griftstraat, zou de weg ter plaatse van de school een erfachtige inrichting moeten krijgen, waarbij de weginrichting het beeld oproept dat de weg onderdeel uitmaakt van het schoolplein of de ruimte voor voetgangers. Beide situaties moeten aldus met de nodige nuance bezien worden. Schematisch is dit aangegeven in navolgende figuur.
In onderstaand overzicht staan van beide opties in het kort de voor- en nadelen.
Voordelen
halen en brengen met auto via
halen en brengen met auto via
Van Meurslaan + fietsverkeer via
Griftstraat + fietsverkeer via Van
Griftstraat
Meurslaan
. Nauwelijks extra autoverkeer in
. Van Meurslaan wordt duidelijke en
Griftstraat
exclusieve fiets-/looproute
. duidelijke relatie auto-ontsluiting
. MFA ligt direct aan Van Meursweide
met parkeerterrein Marktstraat Nadelen
. Van Meurslaan wordt 2x daags ge-
. drukker autoverkeer in Grifstraat
bruikt voor halen en brengen, waar-
. kans op rommelige parkeer- en ver-
door geen exclusieve fiets/looproute
keer situatie in Griftstraat
ontstaat
. weinig relatie met parkeerterrein
. enige barriere tussen MFA en van
Marktstraat (parkeren en ontsluiting
Meursweide
vallen niet samen) . wsl ’s avonds meer verkeer in Griftstaat (door verkeer wat op haal- en brengplaatsen parkeert)
- 18 -
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
138
Bij het benoemen van beide alternatieven tijdens de bijeenkomst met de buurt bleek niet een duidelijke voorkeur. Later, bij de workshop over de openbare ruimte bleek dat anders. Een vertegenwoordiging van Vrienden van de MFA (omwonenden) gaf aan geen moeite met méér autoverkeer in hun straat te hebben, mits de weg ter plaatse van de school inderdaad wordt ingericht als ‘schoolzone’ en een erfachtige inrichting krijgt. Daarmee leidt dit tot de volgende uitgangspunten voor de ontsluiting van de MFA. 1. De Marktstraat/Veerstraat vormen de hoofdontsluiting; 2. De Griftstraat krijgt een functie voor het brengen en afzetten van de kinderen met de auto; 3. Ter hoogte van de MFA wordt de Griftstraat ingericht als ‘erf’ of schoolzone; 4. Gebruik van de Vicarielaan door autoverkeer wordt ontmoedigd. Een inrichting waarbij nadrukkelijk de veiligheid van de fietsers wordt bevorderd, is zeer gewenst. Binnen deze uitgangspunten past het als de Vicarielaan als fietsroute of fietsstraat wordt ingericht en op het kruispunt Kanaalstraat/Van Meurslaan voorrangsgerechtigd wordt. Hiermee ontstaat voor de fietsers een veilige en comfortabele route en oversteeksituatie op dit punt. Hetzelfde principe kan worden toegepast op de Marktstraat/Van Meurslaan/Hogepad. Ook een erf-achtige inrichting van de Kanaalstraat ter hoogte van Philadelphia past in deze uitgangspunten en bevordert de veiligheid rondom de omgeving van de MFA.
4.2
Parkeren Langparkeren De hoofdontsluiting van de MFA verloopt primair via de Marktstraat. Langparkeren voor alle functies (ook de scholen) zou maximaal op dit parkeerterrein geconcentreerd moeten worden; er is voldoende capaciteit beschikbaar. Voorwaarde is wel dat een goede, aantrekkelijk ogende en comfortabel loopverbinding aanwezig moet zijn tussen het parkeerterrein en de hoofdingang van de MFA, opdat gebruikers deze loopafstand als logisch accepteren en ook bereid zijn dit stukje te lopen, er moet bij wijze van spreken sprake zijn van ‘een rode loper’. In concreto: een vlakke, brede, schone en bij voorkeur gesloten verharding, een attractieve openbare ruimte, zitbankjes en levendigheid aan deze kant van de MFA. Vanuit de inspraak is ook diverse malen gewezen op het parkeren op de plek van de gemeentewerf. Los van de vraag of dit past in de centrumvisie, kan ten hoogste worden geconstateerd dat een parkeerterrein op deze plek wellicht enige functie kan vervullen voor de MFA -vooral op piekmomenten en voor bezoekers die zowel het MFA bezoeken als het dorpscentrum. Verwacht wordt dat de afstand tussen de gemeentewerf en de MFA te groot is om een substantieel effect te verwachten (nog los van het feit dat de huidige capaciteit toereikend is). Indien op deze plaats een parkeerterrein wordt gerealiseerd en een goede looproute naar de MFA wordt gerealiseerd, zal dat echter bijdragen aan een goede bereikbaarheid van de MFA.
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
- 19 gemeente Heerde L&P 803 139
Halen en brengen Op korte afstand van de scholen en alleen bedoeld voor halen en brengen, zouden ca. 30 parkeerplaatsen gerealiseerd moeten worden. Dit kan alleen in de Grifstraat, als de Van Meurslaan tijdens halen en brengen geen functie vervult. Gezien het feit dat deze plaatsen alleen gedurende de begintijden van de school een functie vervullen, zouden ze bij voorkeur een meervoudige gebruik moet kennen, met naast een parkeerfunctie ook een functie voor de school en spelen ( bijvoorbeeld een atletiekof skeelerbaan of sportveldje o.i.d). Aandachtspunt is dat de plaatsen in ieder geval niet direct voor de schoolingang aan deze kant liggen! Voor het parkeren zijn aldus de volgende uitgangspunten vast te stellen: 1. Langparkeren vindt plaats op het parkeerterrein aan de Marktstraat. Hiertoe dient een zeer aantrekkelijke loopverbinding tussen het parkeerterrein en de hoofdentree van de MFA gerealiseerd te worden. 2. Een parkeerterrein op de gemeentewerf zal bijdragen aan de bereikbaarheid van de MFA (maar is niet strikt noodzakelijk). Om het gebruik van dit parkeerterrein te bevorderen, zal een goede loppverbinding met de MFA aanwezig moeten zijn, die verbinding geeft tussen het parkeerterrein en de hoofdingang van het MFA; 3. Aan de Griftstraat zijn ca. 30 informele parkeerplaatsen gewenst, primair bedoeld voor ‘brengen van de kinderen’ , overdag te gebruiken door (spelende) kinderen en in de avonduren ook geschikt voor langparkeren van de andere functies binnen de MFA. Dit betekent dat de bestaande parkeervakken aan de Grifstraat direct voor de school verwijderd moeten worden. Want parkeren nabij een in-/uitgang is zeer ongewenst. Het verdient aanbeveling juist op die plek een schoolplein-/erfachtige inrichting te realiseren, zodat automobilisten daadwerkelijk ‘voelen’ dat ze bij de school rijden. In het ontwerp van de schoolomgeving dient rekening gehouden te worden met ca. 30 parkeerplaatsen voor het kortparkeren en halen/brengen.
4.3
Fietsparkeren Bij de keuze dat de Griftstraat een functie krijgt voor halen en brengen met de auto, kan de Van Meurslaan optimaal worden ingericht als fietsroute. Het betekent ook dat vooral aan deze zijde de fietsparkeervoorzieningen gerealiseerd moeten worden, zowel voor de scholen als voor de overige functies. Daarbij verdient het aanbeveling als de parkeervoorzieningen worden geïntegreerd met het hoofdgebouw, dat wil zeggen in vormgeving en materiaalgebruik dezelfde kenmerken bezitten. In navolgende figuur (volgende pagina) staan alle uitgangspunten schematisch aangegeven.
- 20 -
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost L&P 803, gemeente Heerde
140
Met voornoemde uitgangspunten, kan een verkeersveilige en fietsvriendelijke omgeving van de MFA worden gerealiseerd, waarbij de hinder voor de buurt wordt beperkt. Door de Grifstraat een functie te laten vervullen voor halen en brengen wordt aldaar enige toename van het verkeer toegestaan, maar met een juiste inrichting van de rijbaan ter hoogte van de MFA, is eventuele overlast te beperken. Van belang is dat zowel aan de zijde van de Van Meurslaan (fietsverbinding, fietsparkeren en ‘rode loper’) als aan de zijde van de Griftstraat (‘integreren rijbaan en parkeren in erf-achtige inrichting) en de Kanaalstraat (erfachtige inrichting t.h.v. Philadelphia) de inrichting van de openbare ruimte een kritische succesfactor vormt. Er dient zeer veel aandacht te worden besteed aan een goede inrichting van de openbare ruimte alhier.
Verkeersonderzoek MFA Heerde-Oost
- 21 gemeente Heerde L&P 803 141
Opstalberekening MFA Heerde-Oost Uitgangspunt rentepercentage 4% afschrijvingstermijn 60 jaar
Norm BVO M2
Bedrag
Jaarlijkse kosten
Scholen
Grondkosten
5.755
575.514
23.021
Oranje Nassauschool (Het Kristal) Parkschool Horsthoekschool Emmaschool / Willem Alexanderschool
401 570 693 1.282 2.946
5.392.827
238.373
Gebouwkosten totaal
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
44.194
Belastingen Verzekeringen
15.828 5.447
Totale kosten scholen Gymzaal Grondkosten Gebouwkosten (optie 2 raadsbesluit 4 juni 2012)
326.862
1.031
103.138
4.126
528
944.898
41.766
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
110,94 M2
7.920
Belastingen Verzekeringen Bijkomende kosten (energie/schoonmaak etc.)
2.773 954 22.598
Dekking realisatie n.a.v. raadsbesluit 4 juni 2012
21.287-
Totaal kosten Gymlokaal
58.851
Vined Grondkosten
84
8.382
335
Gebouwkosten
43
81.588
3.606
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
151,78 M2
644
Belastingen Verzekeringen Bijkomende kosten (energie/schoonmaak etc.)
133 82 1.837
Totaal kosten Vined
6.637
154,69 M2
Bibliotheek Heerde
Grondkosten
667
66.743
2.670
Gebouwkosten
342
649.685
28.717
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
5.125
Belastingen Verzekeringen
1.061 656
Huuropbrengst
17.000-
Totaal kosten bibliotheek Heerde
21.229
62,13 M2
Dorpshuis
Grondkosten
2.376
237.569
9.503
Gebouwkosten
1.216
2.312.512
102.217
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
18.243
Belastingen Verzekeringen
3.776 2.336
Huuropbrengst
48.000-
Totale kosten Dorpshuis
88.075
72,42 M2
142
Cultuurplein
Grondkosten Gebouwkosten
1.365
136.505
5.460
699
1.328.745
58.733
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
10.482
Belastingen Verzekeringen
2.170 1.342
Huuropbrengst
7.000-
Totale kosten Cultuurplein
71.187
101,87 M2
Hummelhuis
Grondkosten
725
108.729
4.349
Gebouwkosten
371
705.588
31.188
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
5.566
Belastingen Verzekeringen Bijkomende kosten (energie/schoonmaak etc.)
1.152 713 16.810
Huuropbrengst
59.779-
Totale kosten Hummelhuis
-
161,09 M2
Wisselwerk
Grondkosten Gebouwkosten
168
16.763
671
86
163.177
7.213
Onderhoudskosten (€ 15,- per M2)
1.287
Belastingen Verzekeringen Bijkomende kosten (energie/schoonmaak etc.)
266 165 3.888
Huuropbrengst
4.250-
Totale kosten Wisselwerk
9.239
Totaal aantal M2 Grond Totaal aantal M2 Gebouw Totale investering Totale jaarlijkse kosten
107,66 M2
12.171 6.230,76
12.832.364 582.081
143
Raadsvoorstel Raadsvergadering 04-03-2013 Commissie Samenleving 12-02-2013
Afdeling en opsteller Publiek/G.J. van Amersfoort, 0578699551,
[email protected] Portefeuille Pijnenburg - Adriaenssen Programma Milieu, riolering en reiniging
Agendapunt 7
Onderwerp Beleid bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond
De raad besluit om: 1. In te stemmen met de beleidsregels “Bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond in de gemeente Heerde” 2. De bevoegdheid tot het aanwijzen van de grond voor maximaal twee graven, als bijzondere begraafplaats als bedoeld in artikel 40, lid 1 Wet op de lijkbezorging, te delegeren aan het College. Inleiding Recent heeft de gemeente Heerde een (voor)aanvraag ontvangen tot het aanleggen van een bijzondere begraafplaats voor enkele personen op eigen grond. Het College staat positief tegenover dit verzoek en heeft daarom besloten de raad voor te stellen beleidsregels vast te stellen voor het aanleggen van enkele graven op eigen grond. In dit beleid zijn in het kort de volgende uitgangspunten en randvoorwaarden opgenomen. 1. Ruimtelijk acceptabel Het verzoek wordt getoetst aan het bestemmingsplan. De ruimtelijke relevantie van de te realiseren graven moet nihil zijn en het bestemmingsplan moet in overeenstemming (kunnen) worden gebracht. 2. Gemeentelijke randvoorwaarden a. De aanvrager moet eigenaar van de grond zijn en de grond moet vrij zijn van alle rechten; b. Aanvrager heeft een aantoonbare binding met de grond; c. Het perceel heeft een minimale grootte van 10.000 m2 voor het aanleggen van één graf, en een minimale grootte van 20.000 m2 voor het aanleggen van twee graven; d. De eigenaar van de grond heeft onderhoudsplicht voor de graven en bij verkoop van het perceel gaat deze verplichting over op de nieuwe eigenaar; e. De graven zijn visueel afgeschermd. 3. Wettelijke randvoorwaarden De graven moeten voldoen aan de technische eisen die zijn opgenomen in het Besluit op de lijkbezorging.
Bevoegdheid / Juridisch kader Wet op de lijkbezorging, Besluit op de lijkbezorging.
1/3
144
Eerdere besluitvorming en kaders
Beoogd effect Aanvragen voor begraven op eigen grond kunnen aan dit beleid worden getoetst en afgehandeld. Argumenten 1.1 De gemeente beschikt niet over beleid voor begraven op eigen grond. Door beleidsregels voor het realiseren van een kleine bijzondere begraafplaats op eigen grond vast te stellen, kunnen eventuele volgende verzoeken hieraan worden getoetst en afgehandeld. Hiermee wordt precedentwerking voorkomen. 2.1
Snelle afhandeling eventuele verzoeken tot aanleg van kleine bijzondere begraafplaatsen op eigen grond. Dit is de eerste keer dan de gemeente Heerde een dergelijke (voor)aanvraag heeft ontvangen. Het is mogelijk dat de gemeente in de toekomst hiervoor meer verzoeken ontvangt. Ervaring uit de praktijk in andere gemeenten leert dat met het oog op een spoedige begrafenis vaak haast geboden is met het nemen van een besluit.
2.2
Wijziging bestemmingsplan is achteraf mogelijk De aanwijzing van de grond als bijzondere begraafplaats op grond van artikel 40, lid 1 Wet op de lijkbezorging moet in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan. De wettekst schrijft niet voor dat de aanwijzing tegelijkertijd gepaard moet gaan met een bestemmingsplanherziening op grond van de Wet op de ruimtelijke ordening. Volgens de jurisprudentie is dit mogelijk op een later tijdstip bij een reguliere herziening van het bestemmingsplan onder voorwaarde dat het één of enkele graven betreft. Onder enkele graven kan maximaal zeven worden verstaan. Om deze reden stelt het College voor de bevoegdheid tot het aanwijzen van grond voor maximaal twee graven als particuliere begraafplaats als bedoeld in artikel 40, lid 1 Wet op de lijkbezorging te delegeren aan het college.
Kanttekeningen De Wet op de lijkbezorging en het Besluit op de lijkbezorging zijn ook van toepassing op bijzondere begraafplaatsen. De verantwoordelijkheid voor een juiste uitvoering van de eisen die hierin zijn gesteld, ligt bij de houder (eigenaar) van de begraafplaats. Financiën De kosten voor de herziening van het bestemmingsplan, indien de wijziging niet kan worden meegenomen in een toekomstige wijziging, de nadere onderzoekskosten van de locatie en de kosten voor het begraven zijn voor de aanvrager. Communicatie De vastgestelde beleidsregels worden bekendgemaakt via publicatie in de Schaapskooi en op de gemeentelijke website.
2/3
145
UitvoeringNa de vaststelling van de beleidsregels informeert de teamcoördinator Burgerzaken en Belastingen de secretaris van de Stichting Molenbezit gemeente Heerde zodat de Stichting het officiële verzoek kan indienen. Advies commissie(s) Heerde, 18 december 2012 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Raadsbesluit 2. Verzoek Stichting Molenbezit Gemeente Heerde. 3. Beleidsregels bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond in de gemeente Heerde. Ter inzage: 4. Collegeadvies d.d. 18-12-2012
3/3
146
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 18 december 2012; gelet op artikel 40, lid 1 Wet op de lijkbezorging; besluit: 1. de Beleidsregels bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond in de gemeente Heerde vast te stellen; 2. de bevoegdheid tot het aanwijzen van de grond voor maximaal twee graven, als bijzondere begraafplaats als bedoeld in artikel 40, lid 1 Wet op de lijkbezorging, te delegeren aan het college. Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 4 maart 2013. griffier,
Bijlage 1 versie 30-01-2013
voorzitter,
1/1
147
148
Beleidsregels
Bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond in de gemeente Heerde
December 2012 149
Aanleiding Recent heeft de gemeente Heerde een aanvraag ontvangen tot het aanleggen van een begraafplaats voor enkele personen op eigen grond. De gemeente Heerde heeft nog geen beleid op dit gebied. Door beleid vast te stellen waarin een toetsingskader is opgenomen, kunnen eventuele verzoeken of aanvragen van particulieren om een bijzondere begraafplaats op eigen grond voor enkele personen te realiseren, worden beoordeeld. Bovendien wordt precedentwerking hiermee voorkomen. Toetsingskader Het toetsingskader wordt gevormd door de Wet op de lijkbezorging (Wlb) , Besluit op de lijkbezorging, en de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Deze wettelijke voorschriften hebben voornamelijk betrekking op de technische aspecten voor het aanleggen van een bijzondere begraafplaats. Voor de afweging van het algemeen belang en het belang van de aanvrager, worden gemeentelijk randvoorwaarden opgesteld. Wet ruimtelijke ordening (Wro) Op grond van artikel 40 Wlb wijst de gemeenteraad grond aan als begraafplaats. Tussen de eigenaar van de grond en de gemeenteraad moet overeenstemming bestaan over de plaats. De aanleg van een bijzondere begraafplaats voor enkele graven op eigen grond moet in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan of daarmee in overeenstemming (kunnen) worden gebracht. Dit is mogelijk als de ruimtelijke relevantie van de te realiseren graven nihil is. Per aanvraag of verzoek moet dit worden beoordeeld. Het wijzigen van het bestemmingsplan mag volgens de jurisprudentie ook op een later tijdstip bij een reguliere herziening van het bestemmingsplan. Voorwaarde is dan wel dat het dan één of enkele graven betreft. Onder enkele graven moet maximaal zeven worden verstaan. Gemeentelijke randvoorwaarden 1. De aanvrager moet eigenaar van de grond zijn en de grond moet vrij zijn van alle rechten. Dit is nodig zodat een ononderbroken gebruik van de grond mogelijk is zonder dat een andere partij aanspraak kan maken op de grond. 2. De aanvrager heeft een aantoonbare binding met de grond. De aanvrager moet aantonen op welke wijze hij binding heeft met de grond (b.v. een landgoed dat meerdere generaties in eigendom is van de betrokken familie) en is minimaal 20 jaar woonachtig op het perceel.
3.
Voor de aanvraag tot het aanleggen van één graf moet de afmeting van het perceel minimaal 10.000 m2 zijn. Voor een aanvraag voor twee graven moet het perceel minimaal 20.000 m2 groot zijn. Het perceel waarop het eigen graf is gesitueerd moet groot genoeg zijn om de andere functies van het perceel en omliggende percelen niet in gevaar te brengen. Aan de grootte van het perceel wordt daarom een minimale oppervlakte worden gesteld van 10.000 m2 voor één graf en 20.000 m2 voor twee graven
4. Bijzondere begraafplaats voor maximaal twee graven. De ruimtelijke relevantie van maximaal twee graven is kleiner en maakt het mogelijk het bestemmingsplan op een later tijdstip te herzien.
150
5. De eigenaar heeft onderhoudsplicht voor het graf of de graven. Bij verkoop van het perceel gaat deze verplichting over op de nieuwe eigenaar (aan te tonen d.m.v. notariële akte). De eigenaar is verplicht het graf of de graven netjes te onderhouden. Bij eventuele verkoop van het perceel is de nieuwe eigenaar verplicht het onderhoud van het graf of de graven over te nemen. Dit kettingbeding op onderhoudsplicht dient de eigenaar aan te tonen door het overleggen van een notariële akte waarin dit is vastgelegd
Wettelijke randvoorwaarden 1. Visuele afscherming en afstand Vanaf een openbare weg of openbaar toegankelijk perceel mogen omwonenden geen hinder ondervinden van een graf op eigen grond. De minimale afstand tot openbare weg, erfgrens met derden, woning, gebouw met woonbestemming of een als woonruimte in gebruik zijnde gebouw moet minimaal 30 meter bedragen. Ook moet de begraafplaats visueel afgeschermd zijn, eventueel met behulp van een natuurlijke fysieke afscheiding. 2. Geen geluidhinder Geluidhinder vanuit de omgeving mag de rust op de begraafplaats niet verstoren. 3. Technische eisen: -
-
-
-
Er mogen geen ondergrondse leidingen en kabels binnen een straal van 20 meter van de graven liggen. Leidingen en kabels kunnen mogelijk in verband met de grafrust niet hersteld of vervangen worden. Bodemgesteldheid moet geschikt zijn of geschikt worden gemaakt voor het gebruik als begraafplaats. Het bodemmateriaal mag het proces van lijkvertering niet in ongunstige zin beïnvloeden. Bij het begraven in een grafkelder is de bodemgesteldheid niet van belang. Grondwaterpeil voldoet aan de voorgeschreven eis. De graven moeten zich ten minste dertig centimeter boven het niveau van de gemiddeld hoogste grondwaterstand bevingen. Dit is niet van toepassing indien in een grafkelder wordt begraven. Begraafplaats mag niet in een grondwaterbeschermingsgebied liggen.
Inwerkingtreding Om deze beleidsnotitie een gewenst juridische status te doen hebben zoals bedoeld in artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, dient dit beleid officieel bekend te worden gemaakt. Dit kan zoals in deze gemeente gebruikelijk is via publicatie in de Schaapskooi en op de website www.heerde.nl.
151
Adviezen/ bespreken
152
Discussienota commissie Commissie Samenleving 12 februari 2013
Afdeling en opsteller LO/M.Visser/R.vaan ‘t Einde 0578-699547/699447
[email protected] ,
[email protected] Portefeuille A. Westerkamp, H.G. van der Stege en H.A.M. Bögemann Programma Kunst, Cultuur en Onderwijs, Openbare Ruimte
Agendapunt 8
Onderwerp Muziekkoepel Van Meurspark
De commissie geeft als advies: 1. de muziekkoepel in het Van Meurspark volledig te herstellen. 2. de muziekkoepel in het Van Meurspark af te breken. Inleiding De muziekkoepel in het Van Meurspark is op 9 september 2012, nadat al eerder vernielingen waren aangericht, ernstig vernield. De muziekkoepel heeft cultuurhistorische waarde. In 1953 werd de eerste steen gelegd door de toenmalige voorzitter van koninklijk fanfarekorps Wilhelmina, nadat de eigen muziektent op het dorpsplein in Heerde wegens reconstructie van het plein weg moest. Sinds de voltooiing heeft de muziekkoepel diverse wijzigingen ondergaan. Wij hebben overwogen of de muziekkoepel behouden moet blijven en, bij behoud, of wij de achterkant van de muziekkoepel willen herstellen. Daarbij hebben wij ons ook laten adviseren door de cultuurhistorisch adviseur van het Gelders Genootschap. Onze voorkeur gaat uit naar volledig herstel van de muziekkoepel. Gedeeltelijk herstel door de achterbouw te verwijderen is wat ons betreft geen optie. Essentie van de problematiek De muziekkoepel is vernield en er moet een besluit worden genomen of deze wordt hersteld of afgebroken. Argumenten De muziekkoepel heeft vanwege de ligging in het Van Meurspark een stedenbouwkundige waarde. De parkachtige omgeving is karakteristiek voor de plaats en positionering van muziekkoepels in Gelderland. Door het bijzondere ontwerp met een achterbouw, heeft de huidige muziekkoepel zeldzaamheidswaarde.
1/2
153
De muziekkoepel is van algemeen historische waarde als tastbare herinnering aan het actieve muzikale verenigingsleven dat Heerde rijk is en is daarmee ook een overblijfsel van de culturele lokale geschiedenis. De muziekkoepel in ‘de huiskamer’ van Heerde, het Van Meurspark, kan bij de herinrichting van het centrum opnieuw een functie kan krijgen. De muziekkoepel heeft een prominente plek langs de verbindingsroute met de MFA Heerde Oost en kan opnieuw een rol gaan vervullen bij sociaal culturele activiteiten. Kanttekeningen Op de investeringslijst staat een bedrag van € 25.000,- geraamd voor een mobiele muziekkoepel in het centrum. Wanneer de huidige muziekkoepel wordt hersteld, wordt dit investeringsbedrag daarvoor aangewend en zijn daarnaast nog extra middelen noodzakelijk. Communicatie Wij informeren de vrienden van het Van Meurspark over ons besluit en de inwoners van de gemeente Heerde via een persbericht. Vervolg Als u volledig herstel van de muziekkoepel adviseert, zal de opdracht hiertoe zo spoedig mogelijk worden verstrekt zodat de muziekkoepel op 30 april a.s. is hersteld. Heerde, 31 januari 2013 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: Redengevende beschrijving muziekpaviljoen
2/2
154
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
REDENGEVENDE BESCHRIJVING MUZIEKPAVILJOEN gemeente postcode + plaats straat + huisnr. naam object
: Heerde : Heerde : Van Meurspark (ongenummerd) : Wilhelmina
oorspr. functie huidige functie bouwjaar architect bouwstijl/type
: muziekpaviljoen : muziekpaviljoen : 1953 : André C. Kammeijer uit Heerde : Shake-Handsstijl uit de Wederopbouwperiode
naam beschrijver datum foto’s datum beschrijving bronnen
: T. S. van Lint MA : 23-09-2011 : 24-10-2011/ 23-02-2012 : Laansma, S., Brouwer, T., Muziektenten in Gelderland, Zutphen 1986. Jubileumboek Koninklijk fanfarekorps Wilhelmina Heerde 90 jaar 1898-1988, 1988. Gedenkboek Wilhelmina 1898-1988. www.gelderlandinbeeld.nl (geraadpleegd op 24-10-2011). www.kich.nl (geraadpleegd op 19-10-2011). www.heerde.nl (geraadpleegd op 24-10-2011). www.wilhelmina-heerde.nl (geraadpleegd op 24-10-2011). www.destentor.nl (geraadpleegd op 24-10-2011).
GELDERS GENOOTSCHAP
1
SECTOR CULTUURHISTORIE
155
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Typering MUZIEKKOEPEL met luifel en repetitielokaal uit de Wederopbouwperiode (1953). Historie en ligging In het Veluwse dorp Heerde bevindt zich in het centrumgebied tussen de Dorpsstraat en de Marktstraat ook een groen parkachtig gebied met een open karakter, genaamd het Van Meurspark en de Van Meursweide. De muziekkoepel in Heerde is, zoals veel muziekkoepels in Gelderland, gelegen in een openbaar park. De aanleg van het Van Meurspark en de Van Meursweide bestaat uit twee open ruimten met een min of meer vierkante grondvorm, een groot en een kleiner gazon. Beide gazons worden omringd door een dubbele rij bomen. De muziekkoepel ligt in de hoek van ‘het kleine gazon’ in het Van Meurspark, achter het gemeentehuis aan de Dorpsstraat. De opening van de muziekkoepel is schuin gepositioneerd in de richting van de Marktstraat. In 1898 werd het Koninklijk Fanfarekorps ‘Wilhelmina’ opgericht. Het was voor het eerst dat Heerde een eigen muziekkorps kreeg. Het fanfarekorps bezat vanaf 1925 een muziektent op het Dorpsplein te Heerde. In 1952 moest deze muziektent daar weg vanwege de reconstructie van het dorpsplein. Er ontstonden plannen een nieuwe muziekkoepel te plaatsen in het Van Meurspark achter het gemeentehuis, waarvoor het fanfarekorps grond aankocht. Tevens zou men in het Van Meurspark een wandelpark aanleggen. Als architect werd André C. Kammeyer aangesteld, gevestigd aan de Zwolseweg 40 te Heerde. Eerder ontwierp hij onder meer de Kruiskerk aan de B. van Dijklaan (1938), een verplaatsbare muziekkoepel voor de Christelijke Muziekvereniging ‘Soli Deo Gloria’ (1947) en het Oorlogsmonument (1948) in het Van Meurspark. Tevens had hij in circa 1947-1948 ook al werk verricht voor fanfarekorps ‘Wilhelmina’. Op 29 augustus 1953 werd de eerste steen gelegd door de voorzitter van ‘Wilhelmina’, D.W. Koppen. Het opschrift op de stichtingssteen luidt: KONINKLIJK FANF. CORPS ‘WILHELMINA’ DOOR SAMENWERKING TOT STAND GEKOMEN 29 AUG. 1953. Op 4 juni 1954 werd de muziekkoepel officieel geopend. Ruim twintig jaar werd de muziekkoepel veelvuldig gebruikt voor concerten en concoursen. In de jaren zeventig werd de muziekkoepel steeds minder gebruikt en het bouwwerk raakte in verval. In 1977 werd het muziekpaviljoen verkocht aan de gemeente Heerde. Sindsdien zijn de koepel en het bijbehorende repetitie- en berginglokaal te huur voor verenigingen. In 1979 kocht de gemeente ook de inventaris van ‘Wilhelmina’. Sinds de voltooiing in 1953 heeft de muziekkoepel diverse wijzigingen ondergaan. De hoofdvorm is intact gebleven. Ook de plattegrond is ongewijzigd. Wat betreft het exterieur zijn de twee kolommen ter ondersteuning van de luifel vervangen, de vensteropeningen aan de achtergevel zijn dichtgezet en de oorspronkelijke vensters van glas tussen de verticale, bakstenen stroken in de zijgevels zijn verdwenen. Deze openingen zijn deels dichtgemetseld. De meest opvallende verandering aan de muziekkoepel is de muurschildering in graffiti welke de hele bakstenen muur aan de voorzijde bedekt, inclusief de twee deuren en het kleine dichtgezette venster. De deuren met kroondecoratie erboven zijn behouden, maar minder goed zichtbaar. Het graffitikunstwerk toont in grote letters het woord KOEPEL op een achtergrond van geschilderde puzzelstukken. De reden van deze toevoeging is dat de muziekkoepel jarenlang ernstig te lijden had door verloedering en vandalisme door (hang)jongeren. Gelegen in het park, achter het gemeentehuis, beschut door bomen en uit het zicht vanaf de Dorpsstraat en de Marktstraat bleek de muziekkoepel een aantrekkelijke hangplek voor jongeren en doelwit van graffiti. Om het verval tegen te gaan, besloot de gemeente Heerde in 2008 tot actie over te gaan. De plaatselijke jongeren werden benaderd om samen met de sociaal GELDERS GENOOTSCHAP
2
SECTOR CULTUURHISTORIE
156
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
culturele organisatie Bintwerk en graffitikunstenaar Stefan Alberts de voorzijde van de muziekkoepel van een muurschildering te voorzien. De muurschildering doet afbreuk aan de uitstraling van de muziekkoepel. Voor de totale uitstraling van het paviljoen zou het beter zijn deze later toegevoegde schildering te verwijderen. Enkele jaren na de voltooiing van de muziekkoepel van de Koninklijke Fanfare Wilhelmina, werd in 1956 ook voor de Christelijke Muziekvereniging ‘Soli Deo Gloria’, een nieuwe muziekkoepel gebouwd, ter vervanging van de door Kammeijer ontworpen verplaatsbare muziekkoepel. Deze koepel werd gerealiseerd op de Brink. In 1973 moest dit object plaatsmaken voor de bouw van een nieuw postkantoor. Daardoor is de muziekkoepel van Kammeijer in het Van Meurspark de enige nog resterende muziekkoepel in het dorp Heerde. Beschrijving muziekpaviljoen Plattegrond en opbouw Het muziekpaviljoen is in de lengte-richting gebouwd, heeft een duidelijke voor- en achterkant en is georiënteerd op het gazon in het park. De plattegrond heeft de vorm van een zeshoek aan de voorzijde, die daarachter overgaat in een langgerekt parallellogram. De muziekkoepel is opgebouwd uit twee volumes, waarbij de voorzijde veel hoger is dan de achtergevel. Het voorste deel vormt de feitelijke muziekkoepel en bestaat uit een basement dat als podium dient, twee kolommen en een dak in de vorm van een luifel. De muziekkoepel heeft een open karakter waarbij de zijgevels zijn opengewerkt. Het gebouw is speciaal ontworpen voor concerten en optredens. Het achterste deel wordt door vier gevels omsloten en is gebouwd als repetitielokaal en als berging voor het fanfarekorps. De gevels zijn opgetrokken in rode baksteen en gemetseld in Vlaams verband. Het object is voorzien van een plint. Deze plint is uitgevoerd in een baksteen met een afwijkende kleur. De muziekkoepel heeft een niet oorspronkelijke bitumen dakbedekking. Het dak bestaat wat betreft de vorm uit twee delen. Het achterste, rechthoekige deel heeft een flauwe dakhelling, naar voren toe omhoog lopend. Het voorste deel heeft een grotere hellinghoek en vormt de luifel. De knik bevindt zich precies op de overgang van het lage bouwvolume naar de luifel. Op datzelfde punt vergroot het dak niet alleen wat betreft de hoogte maar ook in de breedte. Het dak van het bouwwerk volgt de plattegrond niet helemaal, want de luifel heeft aan de voorzijde geen hoekige maar een ronde vorm. Het bouwwerk heeft een houten, witte dakrand die doorlopend aan alle zijden de daklijn volgt. Voorgevel De VOORZIJDE van de koepel is helemaal open. Het basement aan de voorzijde bestaat uit een gemetselde verhoging in baksteen, op de hoeken voorzien van een sluitsteen. De vloer van het paviljoen heeft een blokmotief. De luifel wordt ondersteund door twee slanke ronde ijzeren kolommen. Het podiumgedeelte is aan de achterzijde begrensd door een bakstenen muur met twee deuren, beiden aan de bovenzijde voorzien van een decoratie in de vorm van een kroon. Tussen de deuren is een klein (dichtgezet) venster. Zijgevels De ZIJGEVELS worden niet gevormd door een gesloten muuroppervlak, maar door verticale elementen (penanten). Onder de luifel bevinden zich rechts en links aan weerszijden vier bakstenen verticale elementen met daartussen drie verticale (deels open) ruimten omlijst door zwartgeverfde houten kozijnen. De openingen zijn later dichtgezet met een baksteen in een afwijkende kleur en opgetrokken in een afwijkend metselverband. In de zijgevels van het repetitielokaal zijn de openingen tussen de penanten volledig dichtgezet met houten platen.
GELDERS GENOOTSCHAP
3
SECTOR CULTUURHISTORIE
157
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Achtergevel De ACHTERGEVEL heeft een centraal geplaatste en sobere achteringang, zonder omlijsting. Boven de deur bevindt zich een decoratief baksteenreliëf waarbij de suggestie van een fronton wordt gewekt. Aan weerszijden van de deur bevindt zich een kleine vierkante (venster)opening. Interieur Het INTERIEUR van het repetitielokaal en berging bestaat uit een open ruimte met links tegen de achterwand een kleine toiletruimte. Het repetitielokaal heeft een grijze tegelvloer. De muren zijn opgetrokken in witgeschilderde baksteen, een kleine houten trap voert omhoog naar het podium. De houten kozijnen zijn voorzien van een horizontale roedeverdeling. De gevelopeningen zijn dichtgezet met houten platen. In het interieur bevinden zich verder geen bijzondere elementen.
GELDERS GENOOTSCHAP
4
SECTOR CULTUURHISTORIE
158
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Reden van plaatsing Architectuurhistorische waarde Het object is een goed en, ondanks de aangebrachte muurschildering, tamelijk gaaf bewaard voorbeeld van een gebouw uit de Wederopbouwperiode in de bouwstijl ShakeHands. Het bouwwerk met een bijzondere opstand en plattegrond is van belang als voorbeeld van een muziekkoepel, speciaal voor deze functie gebouwd. De muziekkoepel valt op door het unieke ontwerp, de bijzondere vormgeving en de gaafheid van de hoofdvorm van het object. De koepel is van belang als onderdeel van het oeuvre van de architect A.C. Kammeijer. Kammeijer is voor de gemeente Heerde en omgeving een belangrijk architect en neemt een prominente plaats in binnen de regionale architectuurgeschiedenis. Tevens is het object van typologische waarde vanwege zijn positie in de ontwikkeling van muziekkoepels in Nederland. Anders dan veel mobiele muziektenten die eerder gebouwd werden, is dit gebouw niet verplaatsbaar. De muziektent als architectonisch verschijnsel raakt in veel Nederlandse steden en dorpen steeds meer buiten gebruik. Zelden worden nieuwe muziekkoepels gebouwd. De muziekkoepel is waardevol vanwege de relatieve zeldzaamheid. Bovendien is het de enige muziekkoepel in het dorp Heerde die nog overeind staat. Stedenbouwkundige waarde De muziekkoepel is van stedenbouwkundige waarde vanwege de ligging in het openbare Van Meurspark, in het centrumgebied van Heerde. Deze ligging in een parkachtige omgeving is karakteristiek voor de plaats en positionering van muziekkoepels in Gelderland. De muziekkoepel heeft een duidelijke voor- en achterkant en door de positionering in de hoek van het park heeft het gebouw een zichtbare relatie met de omgeving. Binnen het oorspronkelijke ontwerp is rekening gehouden met de karakteristieken van het terrein. Algemeen historische waarde Het muziekpaviljoen is van algemeen historische waarde voor de gemeente Heerde in het algemeen en voor het dorp Heerde in het bijzonder als tastbare herinnering aan het actieve muzikale verenigingsleven dat Heerde rijk is. Het object is een relevant overblijfsel van de culturele lokale geschiedenis en vormt een uiting van de band met het Nederlandse Koningshuis. Daarnaast staat de muziekkoepel symbool voor het hernieuwde vertrouwen in de toekomst van de inwoners van de gemeente Heerde in de periode vlak na de Tweede Wereldoorlog.
GELDERS GENOOTSCHAP
5
SECTOR CULTUURHISTORIE
159
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Luchtfoto: de locatie van de muziekkoepel is met rood omcirkeld (bron: googlemaps).
Foto van de oude muziektent op het Dorpsplein (foto ca. 1927).
GELDERS GENOOTSCHAP
6
SECTOR CULTUURHISTORIE
160
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Bouwtekening van het muziekpaviljoen, 4 juni 1953. Op de situatieschets onder aan de pagina is te zien dat in het ontwerp ook het voorliggende terrein is meegenomen (gemeentearchief Heerde).
GELDERS GENOOTSCHAP
7
SECTOR CULTUURHISTORIE
161
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Historische foto van de muziekkoepel (bron:gelderlandinbeeld.nl).
Muziekkoepel in gebruik tijdens Koninginnedag, foto vóór 2009 (bron: www.heerderweb.nl).
GELDERS GENOOTSCHAP
8
SECTOR CULTUURHISTORIE
162
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Muziekkoepel in 2008 (bron: www.destentor.nl).
Voorzijde.
GELDERS GENOOTSCHAP
9
SECTOR CULTUURHISTORIE
163
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Linker zijgevel.
Achtergevel. GELDERS GENOOTSCHAP
10
SECTOR CULTUURHISTORIE
164
VAN MEURSPARK, HEERDE
REDENGEVENDE BESCHRIJVING
Rechter zijgevel.
Interieur repetitielokaal. GELDERS GENOOTSCHAP
11
SECTOR CULTUURHISTORIE
165
Ter kennisneming/ informatieverstrekking
166
Informatienota commissie Commissie Samenleving 12 februari 2013
Afdeling en opsteller E. Jousma / 0578 699508 /
[email protected] Portefeuille H.A.M. Bögemann Programma
Agendapunt 9
Onderwerp Proces gemeenschapsvoorziening Wapenveld
De commissie neemt kennis van: Proces gemeenschapsvoorziening Wapenveld. Historie In 2006 is er door Grontmij en Ingenieursbureau het Noorden een locatietoets, een programma van eisen MFA Wapenveld en de rapportage van de haalbaarheidsstudie MFA Wapenveld opgesteld. Hierbij waren de Ds. Wesseldijkschool (later De Parel), Bintwerk: Peuterspeelzaal en Senioreninloop, ’t Hummelhuis, De Hank en Verian: consultatiebureau betrokken. In juni 2007 heeft een overleg plaatsgevonden met de partijen die tot dan toe hebben meegedacht in de totstandkoming van een Kulturhus in Wapenveld. Hoewel de partijen de gedachte van een Kulturhus ondersteunden, zagen zij op dat moment geen reden om een Kulturhus in Wapenveld te gaan bouwen. In 2008 is door de gemeenteraad een bedrag beschikbaar gesteld om een onderzoek in te stellen naar de eventuele realisatie van een Kulturhus in Wapenveld en is opdracht verstrekt aan Ebbens architecten om een haalbaarheidsonderzoek uit te voeren van een Kulturhus in Wapenveld. Er is gesproken met de eerder genoemde partijen, uitgezonderd De Parel en ’t Hummelhuis. Conclusie van deze gesprekken was dat De Hank onvoldoende meerwaarde zag in een Kulturhus ten opzichte van de bestaande huisvesting en dat echte dragers voor een breder Kulturhus ontbraken. Vervolgens zijn er in de eerste helft van 2011 gesprekken met de Bibliotheek Noord-Veluwe, Verian (consultatiebureau) en Wisselwerk (Welzijnswerk) hervat over het realiseren/organiseren van activiteiten onder één dak in de locatie aan de Putterweg. Deze ontwikkeling past binnen de visie van de woonservicezone. Partijen waren enthousiast, maar in afwachting van het Dorpsplan Wapenveld zijn deze gesprekken on hold gezet. In november 2011 is het Dorpsplan Wapenveld gepubliceerd, daarin wordt onderstaande genoemd over een gemeenschapsvoorziening: ‘Een groot uitroepteken wordt gezet bij het realiseren van een accommodatie waar een groot aantal verenigingen en instellingen in participeren. Daarbij gaat het de Wapenvelder niet alleen om het gebouw, maar vooral om de samenwerking tussen de verschillende organisaties en de dorpsbewoners. De bibliotheek vervult hierin een grote rol. […] Als gebruikers van de gemeenschapsvoorziening denken de bewoners van Wapenveld aan de huisartsenpraktijk met de apotheek, het consultatiebureau, de politie, het toeristisch informatiepunt maar ook de peuterspeelzaal, crèche en ouderensoos. De bibliotheek is bovendien noodzakelijk voor de
1/3
167
ontwikkeling van de jeugd en voor de sociale contacten van ouderen.Ook verenigingen kunnen gebruik maken van deze voorziening, zoals de muziekschool en het creatief centrum De Hank, de dansstudio, een mogelijk nieuwe fanfare en andere organisaties. Verder moet in deze voorziening ruimte zijn voor het houden van vergaderingen. Deze gemeenschapsvoorziening kan ook een podiumfunctie krijgen waar (theater-) optredens kunnen plaatsvinden. Wapenveld moet wel een locatie hebben waar zij haar (toekomstige) kampioenen kan huldigen! Hoewel de vraag naar een dergelijke gemeenschappelijke voorziening groot is, realiseert men zich dat dit alleen te realiseren is met voldoende financieel draagvlak. Het kan alleen succesvol zijn wanneer de kosten voor de gebruikersgroepen laag blijven.’ Het Dorpsplan Wapenveld geeft aan dat door het realiseren van een gemeenschapsvoorziening in het centrum van Wapenveld, het leefklimaat van de inwoners van Wapenveld wordt vergroot. In gesprekken tussen het college en de Dorpsraad Wapenveld is aangeven, dat een accommodatie van dergelijke omvang niet realistisch is en dat gezocht dient te worden naar een kleinschalige samenwerking tussen partijen waar de gemeente invloed op heeft zoals de bibliotheek, het senioreninloopcentrum en het Centrum voor Jeugd en Gezin. Zowel de Dorpsraad als uw commissie heeft aangegeven inzicht te willen krijgen in de mogelijkheden van een gemeenschapsvoorziening in Wapenveld. Daarnaast spelen er ook nog andere zaken: - Dorpshuis ’t Spyker in Wapenveld is in 2003 verkocht, sinds 2007 heeft de koper geen verplichting meer om het dorpshuis in stand te houden. Dit betekent dat er binnen Wapenveld op termijn geen dorpshuisachtige accommodatie meer aanwezig is. - Het college heeft op dit moment de voorlopige keus gemaakt om de bezuiniging van de bibliotheek leidend te laten zijn. De gestelde bezuiniging van € 53.000,- op de bibliotheek is alleen op termijn mogelijk wanneer de huisvestingskosten worden gedeeld met andere partners waarbij voorzieningen worden geclusterd én er sprake is van een onbemande vestiging van de bibliotheek in Wapenveld. Er worden verschillende locaties onderzocht, waaronder Putterweg (huidige locatie bibliotheek). Voor de overige locaties, wordt eerst contact gezocht met de eigenaren voordat deze als mogelijkheid openbaar worden genoemd. Maatschappelijke belang De gemeente krijgt de komende jaren veel taken overgeheveld op het sociaal maatschappelijke terrein: de decentralisaties van de AWBZ, de jeugdzorg en de invoering van de participatiewet. Het doel van deze overheveling is dat zorg laagdrempelig, in samenhang en dichtbij de burgers voorhanden is/wordt georganiseerd. Het recht op zorg verdwijnt, de formele zorg wordt anders ingevuld en steeds meer afhankelijk van informele zorg en initiatieven vanuit de wijk/buurt/sociale netwerk. Daarom zal ook onderzoek plaatsvinden naar een brede sociale gemeenschapsvoorziening in Wapenveld. De bibliotheek heeft een belangrijke functie bij het stimuleren van taalontwikkeling. Eerdere besluitvorming en kaders Op 18 december 2012 is de projectopdracht gemeenschapsvoorziening Wapenveld goedgekeurd door het college. Kernboodschap Er is een projectopdracht opgesteld om te verkennen of, binnen de bezuinigingsopgave van de bibliotheek, het kansrijk is om een gemeenschapsvoorziening in Wapenveld te realiseren. Een winwin situatie kan mogelijk ontstaan doordat deze gemeenschapsvoorziening ook voorziet in de maatschappelijke behoefte en wens van de Dorpsraad Wapenveld. Het resultaat is een voorstel over een invulling van een gemeenschapsvoorziening op een locatie in Wapenveld. Deelname van partners bepaalt de omvang van multifunctionele/semi-multifunctioneel/activiteit gerichte ruimten en dus de grootte van een gemeenschapsvoorziening.
2/3
168
Communicatie De communicatie met de betrokken partners en de Dorpsraad Wapenveld vormt een belangrijk onderdeel van het project om draagvlak te creëren en zal pro-actief plaatsvinden. Vervolg Het voorstel over de locatie en de invulling van een gemeenschapsvoorziening in Wapenveld wordt aan de raad aangeboden voor de vergadering van 17 juni 2013. Heerde, 22 januari 2013 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Ter inzage: 1. Collegeadvies d.d. 22 januari 2013
3/3
169
Informatienota commissie Commissie Samenleving 12 februari 2013
Afdeling en opsteller Leefomgeving/B. Bruggeman/ 0578-699 446/
[email protected] Portefeuille W.R.J.M. Pijnenburg Programma
Agendapunt 10
Onderwerp Overzicht stand van zaken Cittaslow
De commissie neemt kennis van: De stand van zaken rondom Cittaslow. Inleiding In de commissie Samenleving van 27 november 2012 is de toezegging gedaan dat inzicht zou worden gegeven over de huidige stand van zaken rondom Cittaslow. In oktober 2012 is een Raadsbulletin gemaakt met daarin een korte uitleg over het keurmerk Cittaslow en wat op dat moment de stand van zaken was. Dit overzicht sluit hierop aan. 1. een kleine groep ondernemers, burgemeester Pijnenburg en wethouder Van der Stege hebben de Cittaslow ondernemersdag op 1 november 2012 in de gemeente Borger-Odoorn bijgewoond. Zij hebben dit als zeer positief en leerzaam ervaren. Bedoeling is dat er in 2013 wederom zo’n dag georganiseerd wordt en dat geprobeerd wordt vanuit Heerde meer ondernemers enthousiast te krijgen voor deelname; 2. er zijn masten en banieren besteld met het Cittaslow logo om op een aantal prominente plaatsen in onze gemeente neer te zetten (plaatsing dit voorjaar); 3. de nieuwjaarsreceptie van het college en de raad is in het teken gezet van Cittaslow. Zo is Cittaslow door de burgemeester naar voren gebracht in haar toespraak en zijn streekproductenhapjes verstrekt aan de aanwezigen; 4. het Cittaslow logo is toegevoegd in onze huisstijl (briefpapier, website, visitekaartjes etc.); 5. burgemeester Pijnenburg en wethouder Van der Stege hebben op 9 januari 2013 Heerde gepromoot op de Vakantiebeurs in Utrecht. De stand van het Veluws Bureau voor Toerisme, waar die middag gebruik van mocht worden gemaakt, stond helemaal in het teken van Heerde. Het filmpje van Cittaslow Heerde werd continu gedraaid en de fietsroutes en Cittaslow krant vonden gretig aftrek. Al met al een zeer geslaagde middag; 6. op donderdag 28 februari 2013 vindt de jaarlijkse burgemeesters bijeenkomst van de Cittaslow gemeenten plaats in Heerde. Doel van deze bijeenkomst is ondermeer om te praten over de internationale ontwikkelingen en contacten rondom het Cittaslow netwerk; 7. begin maart 2013 is, eveneens in Heerde, het jaarlijkse wethouders overleg van de Cittaslow gemeenten gepland. Alle portefeuillehouders zijn hierbij aanwezig, omdat er diverse beleids onderwerpen besproken worden. Doel van deze bijeenkomst is het versterken van het nationale netwerk van Cittaslow gemeenten;
1/2
170
8. eén keer in de twee maanden vindt een telefonisch overleg plaats tussen de ambtelijke projectleiders. Zo wordt onder meer besproken waarvoor Europese subsidie aangevraagd kan worden en wie daarin willen participeren. Op dit moment wordt subsidie aangevraagd voor een Centrum Manager (initiatief ligt bij de gemeente Vaals) wat voor Heerde ook zeer interessant is. Maar er worden ook kleinere zaken besproken, zoals de organisatie van een voetbaltoernooi voor D-tjes van de Cittaslow gemeenten (optie 15 september 2013); 9. op 5 februari 2013 vindt een studiedag/kennisuitwisselingsdag plaats in de gemeente Midden-Delfland tussen de ambtelijke projectleiders; 10. op 19 april 2013 wordt weer de jaarlijkse Cittaslow netwerkbijeenkomst voor de colleges en de raden gehouden. Dit jaar georganiseerd door de gemeente Borger-Odoorn; 11. Intern is het de bedoeling om een ambtelijke werkgroep samen te stellen om er onder andere voor te zorgen dat de Cittaslow gedachte verder ingebed wordt in de organisatie. Bedoeling is dat medewerkers bij de afweging van nieuwe (beleids-) ontwikkelingen de vraag beantwoorden ‘aan welke Cittaslow kwaliteiten deze ontwikkeling bijdraagt’. Dit moet een vast onderdeel worden in de planning & control cyclus. Een stuk bewustwording moet benadrukt worden en blijven. Maar ook om te zorgen dat sleutelfiguren binnen onze organisatie, de Cittaslow gedachte naar buiten toe (in H2O verband, regionaal en richting bewoners, bezoekers en ondernemers) verder uitgedragen. En ook niet onbelangrijk, het uitwerken van de mogelijkheid om ondernemers meer te betrekken bij Cittaslow door het ‘Supporterschap’. Ondernemers kunnen, onder bepaalde voorwaarden, supporter worden van Cittaslow Heerde. Op die wijze wordt het keurmerk ook verder uitgedragen. Al deze acties worden opgenomen in een werkplan/actieplan; 12. de Stichting Recreatie Wapenveld heeft op 17 januari 2013 een ontbijtbijeenkomst gehouden voor alle partijen die actief zijn op het gebied van recreatie en toerisme in de gemeente. Opzet van de bijeenkomst was om te peilen of er draagkracht bestond voor het oprichten van een toeristische organisatie voor de promotie van de gemeente Heerde in brede zin. Tijdens de bijeenkomst is voorgesteld om Cittaslow als kapstok te gebruiken hierbij. Dit is positief ontvangen. Dit wordt dan ook nader uitgewerkt; 13. in 2014 vindt de Internationale bijeenkomst voor Cittaslow gemeenten plaats in Nederland. Dit zal ook de nodige voorbereiding kosten om een aantrekkelijk programma aan te bieden.
Vervolg De raadsleden worden in het vervolg via de Planning & Control Cyclus op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen rondom Cittaslow. Heerde, 29 januari 2013 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Ter inzage: 1. Collegebesluit d.d. 29-01-13
2/2
171
Informatienota commissie Commissie Samenleving 12 februari 2013
Afdeling en opsteller Publiek/P. Paalman, 0578-699564,
[email protected] Portefeuille H.A.M. Bögemann Programma Werk, Inkomen en Zorg
Agendapunt 11
Onderwerp Prestatie-indicatoren schulddienstverlening
De commissie neemt kennis van: De stand van zaken met betrekking tot de managementgegevens/prestatie-indicatoren schulddienstverlening..
Inleiding Het Integraal beleidsplan gemeentelijke schulddienstverlening H2O 2012-2016 is behandeld in de commissie SL van 28 augustus 2012 en vastgesteld in de raadsvergadering van 17 september 2012. Bij de behandeling in de cie en in de raad is aangedrongen op het voorzien in prestatie-indicatoren om de uitvoering van het vastgestelde beleid te meten. Vanuit de commissie zijn daarvoor suggesties gedaan (buiten de vergadering om). De portefeuillehouder heeft de raad toegezegd hierop terug te komen. Met de bijgaande informatienota wordt dat gedaan Aan de hand van de behandeling van het betreffende raadsvoorstel in de commissievergadering is naderhand vanuit de commissie een aantal prestatie-indicatoren aangereikt. Deze zijn: het aantal gezinnen dat gebruik maakt van schulddienstverlening. Het aantal gezinnen daarvan dat ook andere vormen van hulp krijgen die onder de gemeente valt waar mee wordt samengewerkt (en welke hulp is dat); het aantal gezinnen daarvan dat al eerder schuldhulpverlening heeft gehad het aantal aanvragen voor crisishulp en de wachttijd het aantal aanvragen voor reguliere schulddienstverlening en de wachttijd (Wachttijd: duur tussen tijdstip van gewenste hulp en het moment waarop iemand in aanmerking komt)
het aantal beëindigingen schulddienstverlening, hoeveel vrijwillig, hoeveel gedwongen aantal afwijzingen voor schulddienstverlening het aantal aanvragen per kwartaal; het aantal preventieve gesprekken het aantal doorverwijzingen naar andere instanties (en welke) het aantal evaluaties
1/4
172
Bevoegdheid / Juridisch kader Artikel 2 Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs): “De gemeenteraad stelt een plan vast dat richting geeft aan de integrale schuldhulpverlening aan de inwoners van zijn gemeente” Eerdere besluitvorming en kaders Vaststelling door gemeenteraad van Integraal beleidsplan gemeentelijke schulddienstverlening H2O 2012-2016 op 17 september 2012. In paragraaf 7 van het integraal beleidsplan is over de prestatie-indicatoren het volgende opgenomen: Het monitoren van beleid is de laatste stap in de beleidscyclus. Om te onderzoeken of beleid succesvol is, is het van belang om indicatoren te koppelen aan de uitvoering en mogelijke scores te registreren. Deze scores laten zien of het beleid succesvol is geweest en of bijstelling van doelstellingen nodig is. Indicator Onder vroegtijdig wordt in dit verband verstaan “het signaleren van financiële problemen voordat de betrokkene zijn grip hierop verliest en de zaken escaleren”. Snel wil zeggen binnen vijf werkdagen. Accuraat Snelle en accurate doorverwijzing naar de juiste betekent dat de verwijzing via een warme instelling overdracht leidt tot het daadwerkelijk oppakken van de problematiek door de meest geëigende instelling. Effectieve samenwerking tussen de ketenpartners De samenwerking is effectief wanneer de problematiek daadwerkelijk wordt opgepakt en, voor zover dit in het vermogen van de ketenpartners ligt, ook wordt opgelost. Integrale aanpak van Schulddienstverlening Alle relevante ketenpartners zijn betrokken bij de oplossing van de financiële problemen. Wachtlijsten bij de afdeling Crisishulp is binnen drie dagen beschikbaar. In Inkomensondersteuning andere situaties geldt een maximale termijn van vier weken. Goede voorlichting en informatievoorziening aan Adequate informatie en advies leidt ertoe dat inwoners en andere belanghebbenden financiële problemen worden voorkomen of op zijn minst niet verder toenemen. Vermindering van terugval door goede nazorg Het recidivepercentage van landelijk gemiddeld 80% is per 31 december 2015 in H2O verminderd naar ten hoogste 50%. Doelstelling Vroegtijdige signalering van financiële problemen
Het verder concretiseren van bovenstaande doelstellingen en verwachte scores, is ook onderwerp van gesprek met onze ketenpartners. Kernboodschap 1. Er zijn concrete prestatie-indicatoren afgesproken met de gemeente Zwolle De gemeente Zwolle heeft, net als voor de andere regiogemeenten die het gehele traject van schulddienstverlening aan Zwolle hebben uitbesteed, voor H2O een overeenkomst voor het afnemen van de dienstverlening opgesteld. Bij deze “Overeenkomst inzake samenwerking op het terrein van
2/4
173
Schulddienstverlening” behoren ook de specifieke werkafspraken. Daarin zijn de volgende managementgegevens (lees: prestatie-indicatoren) opgenomen:
Kwartaalrapportages - Binnen een maand na afloop van elk kwartaal verantwoordt de gemeente Zwolle de verrichtte werkzaamheden over het laatste kwartaal - In januari vindt een verantwoordingsrapportage plaats over het afgelopen kalenderjaar De kwartaalrapportages zullen de volgende informatie bevatten: Budgetbeheer - aantal cliënten in budgetbeheer basis - aantal cliënten in budgetbeheer totaal - aantal cliënten in financieel beheer -
instroom in budgetbeheer basis instroom in budgetbeheer totaal instroom in financieel beheer
-
uitstroom uit budgetbeheer basis uitstroom uit budgetbeheer totaal uitstroom uit financieel beheer
Schulddienstverlening - aantal telefonische intakes - aantal schuldregelingen (nieuwe aanvragen ) - aantal schuldregelingen (actuele schuldbemiddelingen ) - slagingspercentage (dit is het slagingspercentage van alle door ons uitgevoerde SR en kan niet per gemeente worden uitgesplitst, de gemeentes worden hierover op klantniveau ingelicht, zie terugkoppeling op klantniveau) WSNP - aantal afgegeven verklaringen WSNP Wachttijd/doorlooptijd (dit zijn de wachttijden en doorlooptijden voor alle door ons uitgevoerde SR) - Wachttijd intake - Tijdigheid fase 1 (doorlooptijd) - Tijdigheid fase 2 (doorlooptijd) 2. De afgesproken prestatie indicatoren zijn uniform De werkafspraken worden gemaakt tussen de gemeente Zwolle en de regiogemeenten. Dat geldt dus ook voor de H2O-gemeenten. De hierboven vermelde managementgegevens zijn voor alle deelnemende gemeenten gelijk. 3. De uniforme indicatoren komen niet precies overeen met de suggesties vanuit de commissie Naar de inschatting van dit moment komen deze uniforme prestatieindicatoren in essentie tegemoet aan de noodzakelijke gegevens. De prestatie-indicatoren die vanuit de commissie zijn gesuggereerd zijn soms gedetailleerder. Omdat de Wgs nog betrekkelijk nieuwe wetgeving is, kan het zijn dat de uitvoeringspraktijk in de loop van de tijd uitwijst dat er behoefte is aan meer managementgegevens. Na afstemming met de gemeente Zwolle worden die gegevens dan ook aan alle regiogemeenten aangeleverd.
3/4
174
Indien de commissie aangeeft dat zij prijs stelt op gedetailleerdere gegevens dan kan deze wens in worden gebracht in het afstemmingsoverleg. Op voorhand is niet te zeggen of voldoende ruimte bestaat om als gemeente Heerde af te wijken van de algemene afspraken. Communicatie N.v.t. Vervolg In de jaarrekening worden de resultaten van de schulddienstverlening over dat jaar opgenomen. Heerde, 29 januari 2013 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen
, burgemeester
B. van Zuthem
, gemeentesecretaris
Ter inzage: 1. Collegebesluit d.d. 29-01-2013
4/4
175
Informatienota commissie Commissie Samenleving 12 februari 2013
Afdeling en opsteller Leefomgeving/H.J. Regterschot/0578-699561/
[email protected] Portefeuille Westerkamp Programma Welzijn en Sport
Agendapunt 12
Onderwerp Regionale visie Noord Veluwe Sport
De commissie neemt kennis van: De Regionale Visie Noord Veluwe Sport. Inleiding Het regionaal ambtelijk en bestuurlijk overleg sport van de Regio Noord Veluwe (=RNV) heeft een impuls gekregen met de mogelijkheid van provinciale subsidie. Het gaat om een budget van € 30 mln. voor de gehele provincie Gelderland in het kader van de Nota Gelderland Sportland 2012-2016. De portefeuillehouders Sport hebben het DB van de RNV geadviseerd de zaak op te pakken. Hierover heeft het DB op 14 november 2012 positief besloten. De regionale visie Noord Veluwe Sport is de uitwerking van de oriëntatiefase. De portefeuillehouders Sport hebben aangegeven de zaak verder te willen ontwikkelen. Dit op basis van de reeds langer levende intenties om tot regionale samenwerking te komen maar ook zeker vanwege de provinciale subsidiemogelijkheid. Het DB van de RNV onderschrijft deze regionale visie. Voor de positionering van de regionale visie zijn de volgende punten van belang: 1. Vanwege de gewenste samenhang is gekozen voor een gezamenlijk optrekken als regiogemeenten. Hoewel sport geen RNV-taak is, is de notitie Noord-Veluwe Sport, visie en ambities 2016 in opdracht van het Dagelijks Bestuur van de Regio Noord-Veluwe ontwikkeld. Het inhoudelijke opdrachtgeverschap lag bij het regionale portefeuillehoudersoverleg Sport. 2. De notitie Noord-Veluwe Sport, visie en ambities 2016 is geschreven in de context van een subsidieaanvraag bij de provincie Gelderland in het kader van de Nota Gelderland Sportland 2012-2016. 3. De notitie Noord-Veluwe Sport, visie en ambities 2016 is niet bovenliggend aan, maar wordt mede gevormd door lokale bouwstenen uit het (sport)beleid. Lokale en bovengemeentelijke activiteiten op het gebied van sport en beweging vormen een geheel en versterken elkaar. 4. De notitie is geen uitvoeringsprogramma, maar de afronding van de oriëntatiefase. In de vervolgfase wordt het een programma ontwikkeld dat de basis is voor een subsidieaanvraag bij de provincie Gelderland. In de notitie worden acht ambities beschreven, waarvan elke gemeente er tenminste een aantal kan onderschrijven. Iedere gemeente bepaalt dus voor zichzelf aan welke ambitie ze al dan niet wil deelnemen. In de ontwikkelfase kan iedere gemeente voor het programma/subsidieaanvraag bijdragen aan de uitwerking van zaken die het meeste aansluiten bij de gemeentelijke ambities.
1/2
176
5. 6.
1.
2.
Voor ons als gemeente Heerde gaat het met name om de ontwikkelingen rond de renovatie van de skeelerbaan en ontwikkelingen rond het Apeldoorns kanaal. Regio Noord-Veluwe dient het te ontwikkelen programma als subsidieverzoek in (mandatering voorzitter portefeuillehoudersoverleg sport/voorzitter RNV). De uitvoering (na toekenning van de subsidie) is een zaak van de (afzonderlijke/samenwerkende) gemeenten. Dit overeenkomstig de taakverdeling oriëntatie-/ontwikkelfase en uitvoeringsfase. RNV blijft als subsidieaanvrager verantwoordelijk voor de programmaresultaten richting provincie (net als bij stads- en regiocontract). In de uitvoering kan iedere gemeente in een zelfgekozen tempo en omvang deelnemen. Bovenlokale samenwerking wordt als een meerwaarde gezien en naar behoefte en vermogen ingevuld. Omdat de provinciaal beschikbare subsidie wordt toegekend volgens het principe “wie het eerst komt, het eerst maalt” ligt het tempo hoog. De intentie is om elkaar eerst te vinden in ambitie en doelstellingen. Alle afspraken worden gemaakt onder voorbehoud van met de provincie nader overeen te komen cofinanciering. Uitgangspunt is dat er geen aanvullende gemeentelijke bijdragen in geld met de projecten zijn gemoeid, of zoals in de regionale visie staat ‘meer sport, voor hetzelfde geld’.
Bevoegdheid / Juridisch kader n.v.t. Eerdere besluitvorming en kaders n.v.t. Kernboodschap De regionale visie Noord-Veluwe Sport geldt als vertrekpunt voor een gezamenlijke subsidieaanvraag bij de provincie Gelderland. Deze visie zal verder worden uitgewerkt in een programma dat de basis is voor een gezamenlijke subsidieaanvraag van de deelnemende gemeenten bij de provincie Gelderland met als randvoorwaarde dat binnen de subsidieaanvraag geen beroep zal worden gedaan op extra gemeentelijke inzet in geld. Communicatie n.v.t. Vervolg n.v.t. Heerde, 29 januari 2013. Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen B. van Zuthem
, burgemeester , gemeentesecretaris
Bijlagen: 1. Regiovisie Noord Veluwe sport versie januari 2013 Ter inzage: 2. Collegebesluit d.d. 29 januari 2013
2/2
177
178
Voorwoord De acht gemeenten op de Noord-Veluwe hebben hun ambiteuze visie op het gebied van gezondheid voor onze inwoners in het algemeen en kansen voor de sport in het bijzonder uitgewerkt onder de veelzeggende naam ‘Noord-Veluwe Sport!’. Gedachten en ideeën om vanuit lokale sport- en beweegimpulsen ook te komen tot bovenlokale en regionale ideeën zijn versterkt door het provinciale programma ‘Gelderland Sport!’. De regio Noord-Veluwe presenteert zich als dé regio voor outdoor sporten en bewegen. Ruimte, rust en ligging geven een ideale uitgangspositie om bepaalde vormen van sportbeoefening niet bij gemeentegrenzen te laten stoppen, maar grensoverschrijdend op te pakken. Dit heeft geleid tot een integraal plan, in meerjarig perspectief! Deze visie is de opmaat voor concrete, thematische, geclusterde uitwerkingsprogramma’s. Last but not least geeft deze visie ook ruimte om gemeenteoverschrijdende accommodaties op te richten voor activiteiten/sporten die bovenlokaal beoefend worden. Vanuit onze inhoudelijke doelstellingen, die aansluiten bij de Gelderse doelstellingen, willen we als regio meer doen aan sport en bewegen, met hetzelfde geld. Op uw plaatsen, klaar voor de start, GO! Edward van der Geest Wethouder sport gemeente Nunspeet, namens de collega’s van Hattem, Heerde, Oldebroek, Elburg, Harderwijk, Ermelo en Putten
Januari 2013 179 2
3
Inhoudsopgave
Pagina
Inleiding
6
1. De context van Noord-Veluwe Sport
8
2. Visie en vertrekpunten
11
3. Ambities
13
4. Vervolg
24
180 4
5
Inleiding Voor u ligt het samenwerkingsprogramma Noord-Veluwe Sport!. Aan het tot stand komen van deze regionale visie op sport en bewegen werken mee de regiogemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek en Putten, evenals de gemeenten Heerde en Hattem die met de Noord-Veluwe meedoen aan het Regiocontract 20122015. De samenwerking tussen de gemeenten wordt in dit programma geprojecteerd op sport en bewegen. Het beleidsprogramma van de provincie ‘Gelderland Sport!’ is de inspiratie en katalysator geweest om gezamenlijk na te denken over samenwerkingsmogelijkheden gericht op het bevorderen van vitaliteit, excellente prestaties en de economische impact, door middel van sport in de regio. Tijdens het proces om te komen tot dit programma is goed nagedacht over de wijze van samenwerking op dit terrein. Samenwerken kan op verschillende niveaus; op strategisch, tactisch en/of operationeel niveau. Tijdens de bijeenkomst op 22 oktober is nadrukkelijk gekozen om op al deze niveaus de samenwerking te zoeken en ook nader te concretiseren. In dit samenwerkingsprogramma staan dan ook vooral de gezamenlijke ambities op het terrein van sport en bewegen centraal. De individuele ambities worden in mindere mate belicht. Het kernwoord is meerwaarde; samenwerking moet voor gemeenten een duidelijke tastbare meerwaarde hebben. De overtuiging is aanwezig dat op dit terrein van elkaar te leren is, inspiratie gevonden kan worden en dat het geheel meer kan zijn dan de som der delen.
Dit programma is tot stand gekomen in overleg met de bestuurders en beleidsmedewerkers die sport in hun portefeuille hebben. Tijdens de eerste bijeenkomst met de betreffende beleidsmedewerkers zijn er lokale en regionale bouwstenen aangedragen voor het programma en is er een keuze gemaakt voor het niveau van samenwerken. Op basis hiervan is er een eerste versie van het samenwerkingsprogramma van Noord-Veluwe Sport! opgesteld. Tijdens de tweede bijeenkomst, die gezamenlijk met de bestuurders en beleidsmedewerkers heeft plaatsgevonden, is deze versie besproken en zijn de acht ambities vastgesteld. Op basis hiervan is de tweede versie van het samenwerkingsprogramma geschreven. Nadat deze versie aan alle betrokkenen is voorgelegd is de definitieve versie tot stand gekomen.
Leeswijzer In dit samenwerkingsprogramma is beschreven hoe het samenwerkingsprogramma tot stand is gekomen. In hoofdstuk 2 is de context beschreven en is er weergegeven op welke wijze er binnen het landelijk, provinciaal, regionale en lokale beleid aandacht is voor sport en bewegen. In hoofdstuk 3 is de toekomstvisie geschetst en is er een aantal vertrekpunten geformuleerd. De acht ambities zijn weergegeven in hoofdstuk 4, hierbinnen wordt richting gegeven aan hetgeen de regio de komende jaren in relatie tot een aantal hoofdthema’s wil bereiken. In hoofdstuk 5 wordt tenslotte aangegeven hoe het vervolg er uitziet.
Als inspirerend voorbeeld werden de recreatieve voorzieningen (paden) genoemd voor fietsen, wandelen en paardrijden. Door het ontsluiten van deze (lokale) voorzieningen kan de regio zich krachtig manifesteren. Dit geldt niet alleen naar de eigen inwoners van de regio om (nog) vitaler te worden, maar ook voor vele bezoekers van buiten de regio met een grote betekenis voor de regionale economie. 181 6
7
Het hoofddoel van het programma Gelderland Sport luidt:
1. De context van Noord-Veluwe Sport! Landelijk De aandacht voor sport en bewegen en de erkenning en waarde ervan voor de samenleving is de afgelopen jaren sterk gegroeid. In 2006 heeft NOC*NSF het initiatief genomen om een Olympische beweging in gang te zetten. Met het Olympisch Plan 2028 is er een plan ontwikkeld om te komen tot een samenleving van Olympisch niveau, met als inspirerend vergezicht het organiseren van de Olympische Spelen in 2028. Dat heeft onder meer geleid tot een nieuwe landelijke sportambitie onder de titel ‘Nederland Sportland 2016’. Dat het huidige kabinet nu afziet van het binnenhalen en organiseren van de Olympische Spelen zal vooralsnog niets af doen aan de bovengenoemde landelijke sportambitie. In het regeerakkoord wordt de ambitie om de Nederlandse sport op Olympisch niveau te brengen nog steeds onderschreven. Daarnaast is er in het nieuwe regeerakkoord aandacht voor het bevorderen van samenwerking tussen gemeenten, bedrijven, scholen en sportverenigingen en wil het kabinet samen met gemeenten bevorderen dat er bij aanleg van nieuwe wijken voldoende ruimte voor sport en bewegen is. Ook erkent het dat topsportevenementen zeer waardevol kunnen zijn voor de Nederlandse economie en een positieve uitstraling hebben richting de breedtesport.
Provinciaal De provincie Gelderland heeft kansen gezien om de landelijke sportambitie te benutten. Zij heeft zichzelf ten doel gesteld om, in het spoor van het Olympisch Plan 2028 en Nederland Sportland 2016, de komende vier jaar van Gelderland in de volle breedte een ‘sportland’ te maken. Met het programma Gelderland Sport! zet zij door middel van sport in op een gezond, vitaal en aantrekkelijk Gelderland. Door op integrale wijze zowel de breedtesport als de talenten- en de topsport te versterken, wil ze drie doelen dienen: een vitalere Gelderse samenleving, meer excellente prestaties en een grotere economische impact. Onder het motto: ‘met sport halen we het beste uit Gelderland!’ wil de provincie gezamenlijk met al haar Gelderse partners op het terrein van de sport deze ambitie vorm gaan geven.
“Met de inzet van sport wil de provincie Gelderland in 2016 een gezond, vitaal én aantrekkelijk Gelderland realiseren. Dit doet zij door op integrale wijze samen met haar partners zowel de breedtesport als de talenten- en topsport in Gelderland te versterken, als ook sport in te zetten als middel om ruimtelijke kwaliteiten en economische kansen te versterken en te benutten.” Op de drie hoofdthema’s wil de provincie de onderstaande doelstellingen bereiken.
Doel Vitale samenleving:
“In 2016 is Gelderland een vitale sportprovincie geworden: meer Gelderse burgers (75%) sporten en bewegen ter bevordering van de gezondheid en sociale cohesie en ter vermindering van overgewicht.”
Doel Excellente prestaties:
“In 2016 hebben meer sporters zich ontwikkeld tot talenten en meer talenten zijn toppers geworden. We hebben 20% meer talenten en topsporters, meer topevenementen, meer topaccommodaties.”
Doel Economische impact:
“In 2016 willen de provincie dat met de inzet van sport de Gelderse bedrijven vitaler zijn, het vestigingsklimaat verbeterd is en de Gelderse economie sterker is geworden.”
Subsidieregeling Gelderland Sport! Vanaf 1 augustus 2012 kunnen bedrijven, gemeenten en (sport)organisaties gebruik maken van de nieuwe subsidieregeling Gelderland Sport!. De provincie kan voor sportgerelateerde activiteiten een subsidie beschikbaar stellen (waarbij 50% cofinanciering een vereiste is) ter bevordering van sportieve bewegingsruimten, actieve senioren, sport en gezondheid bij jeugd, talentontwikkeling, sportevenementen in de kernsporten, vitale werknemers en kennis en innovatie. Het kader waar binnen subsidie kan worden aangevraagd is Gelderland Sportland: het programma 2010-2016. De activiteiten moeten passen binnen hun drie inhoudelijke deelprogramma’s: Vitale samenleving, Excellente prestaties en Economische impact.
182 8
9
Regionaal Begin 2010 hebben de raden van de gemeenten op de Noord-Veluwe de Toekomstvisie Regio Noord-Veluwe 2030 vastgesteld. De visie heeft de titel ‘Care Valley Veluwe’ gekregen. Care Valley Veluwe gaat ervan uit dat in 2030 er een bruisend netwerk aanwezig is van kleine culturele en sportieve activiteiten, die een functie hebben voor eigen inwoners, maar ook voor toeristen van buiten de regio. De visie beschrijft de belangrijkste kernwaarden van de regio. Provincie Gelderland investeert met het regio- en stadscontract in de regio NoordVeluwe. Met het Regiocontract en Stadscontract wordt de komende vier jaar fors geïnvesteerd in een sterke regio en in een sterke stad door het uitvoeren van een groot aantal projecten gericht op het versterken van de ruimtelijke, economische en sociale structuur. Daarnaast beschikken de zes regiogemeenten over een regionaal gezondheidsbeleid. Dit beleid is er op gericht om de gezondheid van jeugd en jongeren te beschermen. Een belangrijk onderdeel van dit beleid bestaat uit het bevorderen van een gezonde leefstijl bij kinderen en jongeren. Hattem en Heerde hebben ook hun eigen gezondheidsbeleid alleen in een ander verband opgesteld.
Lokaal Elke gemeente kent lokale beleidsnota’s, zoals de nota sport, jeugd, accommodaties, Wmo etc. In deze nota’s wordt het lokale beleid van de betreffende gemeente op het betreffende beleidsterrein weergegeven. Het lokale beleid vormt de basis voor de lokale bouwstenen die zijn aangedragen bij het vormgeven van dit programma.
2. Visie en vertrekpunten van Noord-Veluwe Sport! Met dit samenwerkingsprogramma heeft de regio een beeld voor ogen wat zij met sport en bewegen wil bereiken. In dit hoofdstuk wordt de toekomstvisie geschetst en worden de vertrekpunten weergeven waar bij het opstellen van het dit gezamenlijke programma vanuit is gegaan.
Visie van Noord-Veluwe Sport! In 2016 is de Noord-Veluwe een vitale regio geworden. Meer inwoners sporten en bewegen ter bevordering van de gezondheid en sociale cohesie en ter vermindering van overgewicht. Zij kunnen in hun directe omgeving sporten of bewegen. Dit geldt voor de doelgroep jeugd, die actief en gezond door het leven gaat. Maar ook voor de snel groeiende groep senioren, die veel baat heeft bij de diverse aangeboden sport- en bewegingsactiviteiten. Het bedrijfsleven is betrokken bij de sport en werknemers zijn zich meer bewust van het belang van een actieve leefstijl. Door de inzet van sport zijn bedrijven in de regio vitaler geworden, is het vestigingsklimaat verbeterd en de economie op de Noord-Veluwe sterker geworden. Het landschap van de Noord-Veluwe biedt voldoende mogelijkheden en aanbod om te sporten en te bewegen, is sportief ingericht en nodigt uit tot bewegen. Meer sporters hebben zich ontwikkeld tot talenten en meer talenten zijn toppers geworden. Met de komst van één of meerdere aantrekkelijke regionale sportevenementen heeft de Noord-Veluwe zich in de kijker gespeeld en een extra dimensie gegeven aan het organiseren van sportactiviteiten.
Vertrekpunten Gelderland Sport! is dé inspiratiebron en katalysator geweest om gezamenlijk met de acht gemeenten op de Noord-Veluwe sport en bewegen centraal te stellen en vorm en inhoud te geven aan deze regionale sportvisie. Op basis van lokale bouwstenen, Care Valley Veluwe, regiocontract Noord-Veluwe, stadscontract Harderwijk, het regionale gezondheidsbeleid en Gelderland Sport! is er een stip op de horizon gezet en is dit regionale samenwerkingsprogramma tot stand gekomen.
183 10
11
Bij het opstellen van samenwerkingsprogramma sport is uitgegaan van de volgende vertrekpunten: ■ De gemeenten in de regio Noord-Veluwe omarmen Gelderland Sport! en willen actief en in samenwerking uitvoering geven aan deze visie. Het betreft hier de zes regiogemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek en Putten, en de twee contractgemeenten Heerde en Hattem. ■ Dit samenwerkingsprogramma is opgesteld omdat de ambitie en overtuiging aanwezig is dat samenwerking op het gebied van sport en bewegen een grote meerwaarde heeft. ■ Het samenwerkingsprogramma is belangrijker dan de subsidieaanvraag vanuit de regio en/of de gemeenten op de Noord Veluwe. Subsidie is een katalysator voor het realiseren van de ambities in dit samenwerkingsprogramma. ■ Samenwerking kan op vele wijzen worden ingevuld; de meerwaarde van samenwerking voor de gemeenten is het beslissende criterium. Dit betekent dat per ambitie en/of per fase de samenwerking in vorm en inhoud kan verschillen. ■ De wensen vanuit de regio sluiten aan bij de drie de hoofdthema’s van Gelderland Sport!: Vitale samenleving, Excellente prestaties en Economische impact. ■ Vitale samenleving, Excellente prestaties en Economische impact zijn te onderscheiden hoofdthema’s, maar ze zijn niet los van elkaar te zien. ■ Noord-Veluwe Sport! heeft een looptijd tot 2020, maar zal in 2016 geëvalueerd en waar nodig bijgesteld worden.
3. Ambities Om de toekomstvisie te bereiken is er een aantal ambities uitgewerkt. In deze ambities wordt weergegeven wat de regio de komende jaren wil bereiken. De ambities zijn, in navolging van het landelijke en provinciale sportbeleid, ingedeeld in drie hoofdthema’s. Dat zijn vitale samenleving, excellente prestaties en economische impact.
Hoofdthema 1: Vitale samenleving Onder een vitale samenleving kan veel worden verstaan. Sport is een goed instrument om een vitale samenleving te bereiken. Of het nu om opvoeding en ontwikkeling, gezondheid, integratie of participatie gaat, overal kan sport een bijdrage aan leveren. Iedereen zou in zijn of haar directe omgeving moeten kunnen sporten, of het nu gaat om kinderen, volwassenen of senioren. Aansprekende sportevenementen kunnen worden benut als ‘kapstok’ om breedtesportactiviteiten te organiseren ter stimulering van het sport- en beweeggedrag van de jeugd. Sport- en beweegactiviteiten worden ingezet om burgers te verleiden om mee te doen met laagdrempelige en leuke sportactiviteiten. Daarvoor is ook de ruimtelijke inrichting binnen de regio van belang. De omgeving moet voldoende mogelijkheid en aanbod bieden voor sporten en bewegen.
Ambitie 1: Sport, bewegen en jeugd Sport en bewegen speelt een belangrijke rol ter voorkoming van overgewicht onder kinderen en jongeren. Daarnaast kan het in positieve zin bijdragen aan de algemene opvoeding en ontwikkeling van kinderen en jongeren. De provincie heeft op het gebied van sport, bewegen en jeugd voor ogen dat er in 2016 in een aanzienlijk aantal Gelderse gemeenten interventies uitgevoerd worden gericht op de bevordering van lichamelijke activiteit en de preventie van overgewicht. In de regio Noord-Veluwe beweegt 25% van de 4- tot en met 11-jarigen minder dan zeven uur per week. Van de middelbare scholieren voldoet 86% niet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) voor jongeren. Daarnaast is het zo dat van de 5-jarigen in de Noord-Veluwe 14% overgewicht heeft. Bij de 14-jarigen gaat het hier om 16% (Beleidsnota gezondheid 2012-2015).
184 12
13
In de periode 2008-2011 zijn op diverse basisscholen en in het voortgezet onderwijs op de Noord-Veluwe programma’s ingevoerd die aanzetten tot meer beweging en voorlichting geven over verstandige eetgewoonten. Op basis van Gelderland Sport!, de huidige cijfers en het regionaal gezondheidsbeleid is de keuze gemaakt om ook de komende jaren op dit thema in te zetten, met als doel om meer kinderen en jongeren in beweging te krijgen en hen te informeren over een gezonde en actieve leefstijl.
Ambitie 1
Stimuleren van een actieve en gezonde leefstijl onder kinderen en jongeren en daarmee bereiken dat het aantal kinderen en jongeren dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen met 10% is toegenomen. Uitwerking Op basis van deze ambitie gaan de regionale inspanningen om een gezonde en actieve leefstijl te bereiken bij kinderen en jongeren onverminderd door op de Noord-Veluwe. Beweegprogramma’s en informatie over gezonde voeding zullen een vast onderdeel vormen van het aanbod en de methodieken van organisaties die met jeugdigen werken, zoals sportverenigingen, welzijnsorganisaties en scholen. Programma’s binnen het basisonderwijs en het voortgezet en middelbaar onderwijs worden de komende jaren gecontinueerd en verbreed. Bewezen succesvolle interventies worden ingezet om deze ambitie te realiseren. Buurtkracht, empowerment en participatie vormen hierin de onderliggende principes.
Ambitie 2: Actieve Senioren Zelfredzaamheid en gezondheid van senioren is mede gezien de vergrijzingproblematiek een belangrijk maatschappelijk aandachtspunt en verdient daarom bijzondere aandacht. Sporten beweegactiviteiten worden de laatste jaren steeds vaker ingezet voor bevordering van welzijn en participatie van ouderen, vanwege zowel hun gezondheidswaarde (bijvoorbeeld voorkomen obesitas, diabetes) als hun sociaal integratieve waarde (tegengaan van eenzaamheid c.q. niet participeren in de maatschappij). Ondanks deze activiteiten blijft overgewicht/obesitas vooralsnog een groot probleem bij deze doelgroep. Bewegen en een actievere leefstijl houden senioren langer gezond en zelfredzaam, waardoor het beroep op de zorg gereduceerd wordt. (Bron: Gelderland Sportland, programma 2010-2016).
De provincie wil dat in 2016 55% van de senioren voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. De Noord-Veluwe vindt net als de provincie een actieve en gezonde leefstijl onder senioren zeer van belang. Onderzoeken tonen aan, dat ‘sport en bewegen’ tot op hoge leeftijd gezondheidswinst oplevert en daarmee ook economisch zeer aantrekkelijk is. De doelstelling van de regio is om een gezonde leefstijl onder senioren te stimuleren en senioren aan het bewegen te krijgen. Het aantal senioren in de regio dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen is op dit moment niet bekend en zal door middel van een monitor nog in beeld gebracht moeten worden.
Ambitie 2
Stimuleren van een actieve en gezonde leefstijl onder senioren en daarmee bereiken dat het aantal senioren dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen met 10% is toegenomen. Uitwerking Op de Noord-Veluwe worden de komende jaren beweegprogramma’s om een gezonde en actieve leefstijl onder 55-plussers te stimuleren regionaal ingezet. Concrete beweegprogramma’s kunnen een bijdrage leveren aan het realiseren van de ambitie ‘actieve senioren’, zoals de programma’s ‘Topfit!’ en ‘Kies je senioren sport’. Daarnaast kunnen beweegtuinen worden gerealiseerd. Onderzoek heeft uitgewezen dat bewegen in de Beweegtuin leidt tot meer sociale interactie tussen bewoners. Een Beweegtuin is een geschikt middel om senioren in beweging te krijgen. Een Beweegtuin bestaat uit laagdrempelige beweegtoestellen in een beweegvriendelijke omgeving bij zorgcentra of woonzorginstellingen. Het doel is om bewoners en eventueel omwonenden met plezier in de buitenlucht meer in beweging te krijgen. 185
14
15
Ambitie 3: Sportieve beweegruimte Om sport en bewegen in Gelderland de komende jaren in de volle breedte op een hoger niveau te brengen wil de provincie de sportinfrastructuur versterken. Dit wil zij niet alleen doen door te investeren in top- en breedtesportaccommodaties, maar ook door investeringen in de sportinfrastructuur in de openbare ruimte, conform de kernsportplannen en in afstemming met gemeenten en andere partijen. De provincie wil bereiken dat er in 2016 meer beweegvriendelijke fysieke- sport- en beweegmogelijkheden in de Gelderse openbare ruimte gerealiseerd zijn, zodat aan de verwachte toenemende vraag naar sportieve mogelijkheden buiten kan worden voldaan. De regio beschikt over diverse voorzieningen voor sport en bewegen in de openbare ruimte, zoals wandel-, fiets-, klompen- en ruiterpaden, skatebanen, enz. De NoordVeluwe ligt centraal in Nederland, is een uitgestrekt gebied en beschikt over veel water, bossen en zandgebieden. De Noord-Veluwe heeft met het programma ‘Buitengewoon Sportief’ binnen het regiocontract de ambitie geformuleerd om verder te groeien op het gebied van buitensport/outdooractiviteiten. Dit in relatie tot de economische waarde van deze activiteiten en in relatie tot toerisme, recreatie en gezondheid.
Ambitie 3
In 2020 is er over de gehele regio Noord-Veluwe een groot en aansluitend netwerk van paden, routes en sportieve voorzieningen gerealiseerd, waar intensief door inwoners en toeristen gebruik van wordt gemaakt. Uitwerking Voorzieningen worden regionaal meer onder de aandacht gebracht en de kwaliteit en mogelijkheden ervan worden verbeterd en waar mogelijk vergroot. Op deze wijze wordt het mogelijk gemaakt om meerdaagse arrangementen, inclusief overnachting(en) aan te bieden aan mensen die de Noord-Veluwe te paard, te voet, over het water of op de fiets willen verkennen. Activiteiten die aan deze ambitie bijdragen zijn: ■ Realiseren van een regionaal groot en dekkend netwerk van mountainbikepaden, klompenpaden, wandelroutes, fietspaden en ruiterpaden, kanoroutes in samenwerking met de horeca, zodat meerdaagse trektochten over de Veluwe mogelijk zijn. ■ Het bevaarbaar en recreatief aantrekkelijk maken van Apeldoornskanaal. ■ Het recreatief aantrekkelijker maken van de stranden langs het Veluwe meer (van strand Putten tot aan Elburg). ■ Samenwerken met defensie om sportvoorzieningen toegankelijk te maken voor een breder publiek. ■ Terugbrengen van de oude grandeur van de Zuiderzeestraatweg.
In de huidige situatie zijn de routes en paden veelal lokaal bekend, worden lokaal gepromoot en lopen meestal tot aan de gemeentegrenzen. De regio heeft zichzelf als doel gesteld om de regio meer op de toeristische kaart te zetten en toerisme en sport met elkaar te verbinden. Dit wil zij doen door de diverse voorzieningen zoals wandelroutes, fietsroutes, ruiterpaden, mountainbikeroutes, trimbanen en klompenpaden in de gehele regio op elkaar aan te sluiten en een regionale aantrekkelijke uitstraling te geven.
186 16
17
Fotografie Henrieke van Assen
Ambitie 4
Verbeteren van het topsportklimaat door het situeren van een regionaal Olympisch Netwerk met een fysieke front office en het realiseren van één of meerdere Regionale Trainings Centra. Uitwerking In Gelderland is begin 2010 een eerste stap gezet in de realisatie van een Olympisch Netwerk Gelderland (ONG). Dit netwerk is de verbindingsschakel tussen landelijke (sport) organisaties en het regionale en lokale niveau. Partijen in het netwerk zijn de overheid, het onderwijs, de zorg, de sport en het bedrijfsleven. Het ONG richt zich op talentherkenning en talentontwikkeling en op de ondersteuning van topsportverenigingen en prestatiegerichte sportverenigingen in Gelderland. Maar ook ouders van Gelderse talenten en coaches worden ondersteund. Extra aandacht gaat uit naar sporters die nog niet gearriveerd zijn en vooral de talenten. Dit betreft ook topsporters en talenten met een beperking. Het ONG is het uitvoerend orgaan voor de beleidsvoornemens op het gebied van topsport en verbindt in de uitvoering van alle maatregelen en programma’s de breedtesport en de topsport met elkaar.
Hoofdthema 2: Excellente prestaties We staan voor een cultuur van uitmuntende prestaties. Door een optimale inspanning willen we maximaal resultaat halen. Om dit te bereiken is het van belang om topsportfaciliteiten en talentprogramma’s te ondersteunen. Om topsport in de regio een kans te geven zijn hoogwaardige trainingsaccommodaties nodig, zowel geschikt voor gebruik door de top- als door de breedtesport.
Ambitie 4: Talenten-/topsportstimulering De provincie wil bereiken dat er in 2016 20% meer toptalenten en topsporters deel uit van de nationale top. Daarnaast wil de provincie in het kader van het versterken van de Gelderse (top)sportinfrastructuur de mogelijkheid bieden tot het realiseren van Regionale Trainings Centra (RTC) binnen de kernsporten. De Noord-Veluwe vindt het eveneens belangrijk dat talenten en topsporters zich kunnen ontwikkelen en heeft zich laten inspireren door het programma van de provincie. Op basis daarvan heeft de Noord-Veluwe zich ten doel gesteld het topsportklimaat in de regio verbeteren. Zij wil een fysieke front office van het ONG realiseren in de regio en daarnaast één of meerdere RTC mogelijk te maken.
In deze regio zal vanuit het ONG fysiek een frontoffice in de vorm van een digitaal topsportinformatie centrum gevestigd worden in sportcentrum de Sypel in Harderwijk. Dit vanwege de centrale ligging en de combinatie met de opleiding sport en bewegen van ROC Landstede, die in Harderwijk wordt aangeboden. Doelstellingen van het frontoffice zijn: ■ creëren en versterken van de regionale (top)sportinfrastructuur; ■ stimuleren van talentontwikkelingen en talentherkenning; ■ creëren van faciliteiten en randvoorwaarden voor topsporters en talenten; ■ ontwikkelen van meer regie op topsport, zodat topsport ook voor andere maatschappelijke doelen (zoals integratie, voorkomen schooluitval of hangjeugd) kan worden ingezet; ■ verbinden van top- en breedtesport. Naast een regionaal Olympisch Netwerk vindt de Noord-Veluwe het realiseren van RTC van belang. Wensen op dit gebied zijn er in de regio voor de sporten atletiek, trampoline springen, beachvolleybal, skeeleren, mountainbiken/cyclocross en handboogschieten.
187 18
19
Hoofdthema 3: Economische impact Sport levert de economie veel op in de zin dat er veel wordt uitgegeven aan sport. Dat geldt voor de opbrengsten van innovaties in de topsport, maar ook aansprekende (top)sportevenementen hebben een economische spin-off voor de economie. Met deze evenementen kan ook de vrijetijd recreatie en het toerisme in de regio naar een hoger niveau worden gebracht. Ten slotte heeft sport ook een grote waarde voor de gezondheid van werknemers en de vitaliteit van het regionale bedrijfsleven dat onder andere zorgt voor minder ziekteverzuim.
Ambitie 5: Sportevenementen en side-events Sportevenementen vormen het podium waarop topsporters en talenten zich kunnen meten met anderen en zich kunnen presenteren aan een breed publiek. Het zet sport in de schijnwerpers en daarmee alles wat sport goed en mooi maakt: gezondheid, talentontplooiing, fair play en de voorbeeldwerking voor de jeugd en achterstandsgroepen. (Top)sportevenementen kunnen ook een inspiratiebron zijn om zelf in beweging te komen. Ze zijn niet alleen voor de sport, maar ook economisch en maatschappelijk van waarde voor de regio. Inzetten op evenementen en side-events kan een waardevolle investering zijn in de toeristensector. Sportevenementen kunnen een bijdrage leveren aan de beeldvorming van de Noord-Veluwe als een gezonde, sportieve en aantrekkelijke regio. De provincie ondersteunt het organiseren van evenementen en side-events. Een aantal topsportevenementen vindt al plaats in de regio. In Heerde vinden bij de skeelervereniging Nationale en Europese kampioenschappen plaats. Ook zijn er in verschillende gemeenten diverse breedtesportevenementen zoals het jaarlijkse concours voor spring- en dressuurruiters, de Nunspeetse Keiler en de halve marathon in Harderwijk. Voor de Noord-Veluwe valt er veel winst te behalen door lokale evenementen regionaal weg te gaan zetten. Krachten van gemeenten worden gebundeld, hierdoor kunnen evenementen gemakkelijker georganiseerd worden, zullen er meer mensen aan deelnemen en wordt de economische impact groter.
Ambitie 5
Bestaande en nieuw georganiseerde sportevenementen en side-events een regionaal karakter geven.
Uitwerking Vanuit deze ambitie kunnen er evenementen plaatsvinden zoals de regionale Special Olympics (voor mensen met een verstandelijke beperking), de Zuiderzeestraatrun, een regionaal korfbalevenement of side-events in het kader van het WK beachvolleybal, dat in 2015 in Nederland georganiseerd zal worden.
Ambitie 6: Vitale werknemers Uit tal van onderzoeken blijkt dat gezonde en vitale werknemers productiever en minder lang ziek zijn. Een gezonde werknemer zal daardoor minder vaak aanspraak maken op de gezondheidszorg. Bovendien vergroot het de kans om tot op hogere leeftijd door te kunnen werken. Dit heeft er echter nog niet toe geleid dat bedrijven massaal aandacht aan gezondheidsbeleid besteden. TNOonderzoek (2008) laat zien dat gemiddeld slechts dertien procent van de bedrijven op dit gebied actief is. De provincie heeft als doel gesteld dat in 2016 65% van de Gelderse werknemers in de leeftijd van 25 tot en met 64 jaar voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. De regio ziet eveneens het belang van fitte werknemers in en wil hier ook een bijdrage in leveren door werknemers de stimuleren actief en gezond te leven. Van de inwoners van de Noord-Veluwe is bekend dat 54% van de inwoners tussen de 18 en 65 jaar voldoen aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. Het exacte aantal werknemers dat voldoet aan deze norm is vooralsnog niet bekend. Dit aantal zal nog gemeten moeten worden.
Ambitie 6
Stimuleren van een actieve en gezonde leefstijl onder werknemers en daarmee bereiken dat het aantal werknemers dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen met 10% is toegenomen. Uitwerking Wandelen (lunchwandelen), hardlopen (tussen de middag), Nordic Walking en fietsen (van en naar het werk) zijn laagdrempelige activiteiten die grote groepen werknemers kunnen aanspreken. Maar ook aantrekkelijke buitenruimtes en sportevenementen kunnen gebruikt worden om hen enthousiast te krijgen en te stimuleren tot (meer) sporten en bewegen. 188
20
21
Uitwerking Vanuit de publiek private samenwerking kan bekeken worden hoe verbindingen tussen sportieve buitenruimten, horeca en verblijfsruimten gelegd kunnen worden. Het aanbieden van sportieve recreatieve arrangementen waarbij men meerdere dagen te voet, op de fiets, over het water of te paard zich over de gehele Veluwe kan bewegen kan een dergelijk innovatief project zijn.
Concrete beweegprogramma’s en methodes kunnen een bijdrage leveren aan het realiseren van de ambitie ‘vitale werknemers’. Een van de vele methodes om een actieve leefstijl te stimuleren bij werknemers is COACH. Dit is een effectieve methode voor het stimuleren van lichamelijke activiteit van mensen met bewegingsarmoede. Al vanaf 2006 wordt COACH toegepast bij bedrijven, werknemers die onvoldoende bewegen en geen affiniteit hebben met sport/trainen. De interventie leert de deelnemers hoe zij leefstijlactiviteiten kunnen inbouwen in hun dagelijks leven. Het gaat daarbij niet om sport, maar om eenvoudige activiteiten als wandelen, fietsen en traplopen. Om deze ambitie te kunnen realiseren is het van belang om betrokkenheid en draagvlak te creëren bij het bedrijfsleven, sportaanbieders, zorgverzekeraars etc. De komende jaren zal dan ook hierin geïnvesteerd worden en zullen publiek-private samenwerkingen op dit gebied gestimuleerd worden.
Ambitie 7: Kennis en innovatie Kennis en innovatie zijn beide van belang voor het op een hoger niveau brengen van sport en bewegen in deze regio. De provincie wil door investeringen in de ontwikkeling en toepassing van nieuwe methodieken en producten voor top- en breedtesport en door versterking van de samenwerking tussen partners uit beleid, onderzoek en wetenschap en de sportpraktijk, kennisontwikkeling en innovatie op het terrein van de sport optimaliseren. De regio heeft de wens om kennis en innovatie te stimuleren door sport, toerisme en het bedrijfsleven meer met elkaar te verbinden.
Ambitie 7
Investeren in de ontwikkeling van drie innovatieve publiek private samenwerkingsprojecten op het terrein van sport en bewegen in relatie tot toerisme.
Een ander project dat kan worden opgepakt is het openstellen van de (sportieve) voorzieningen waarover defensie beschikt. Deze voorzieningen lenen zich erg goed om sportief actief te zijn in de buitenlucht. Vanuit de publiek private samenwerking kan men uitwerken hoe deze locaties voor een breder publiek toegankelijk kunnen worden gemaakt voor outdooractiviteiten.
Ambitie 8: Sport- en beweegvoorzieningen Gelderland beschikt op dit moment over een beperkt aantal topsportaccommodaties, over een divers scala aan breedtesportaccommodaties en over een niet gedefinieerde hoeveelheid voorzieningen voor sport en bewegen in de openbare ruimte. Voor het behalen van de hoofddoelstelling is het nodig dat de provincie beschikt over een aantrekkelijke en adequate infrastructuur voor sport en bewegen. Het gaat daarbij onder andere om accommodatie voor top- en breedtesport. De provincie wil met Gelderland Sport! bijdragen aan het realiseren van enkele hoogwaardige topaccommodaties voor de sport, specifieke (multifunctionele) breedtesportaccommodaties en uit voorzieningen voor sport en bewegen in de openbare ruimte. Het investeren in infrastructuur is complex en kostbaar. De Noord-Veluwe wil de komende jaren in de regio de plannen met betrekking tot de sportinfrastructuur op elkaar afstemmen en dan vooral de bovenlokale voorzieningen.
Ambitie 8
Gemeenten hebben elkaar gevonden in een bovenlokale voorzieningenstructuur. Uitwerking Voorzieningen die de komende jaren vanuit deze ambitie gerealiseerd kunnen worden zijn: ■ regionale atletiek, wieler en skeeleraccommodatie; ■ regionale (top)sporthal geschikt voor turnen/trampoline springen op hoog niveau; ■ multifunctionele regionale sportaccommodatie met vijf sporten (voetbal, tennis, korfbal, hockey en fietscross); ■ regionale (top)skeelerbaan; ■ regionaal beachvolleybal complex; ■ regionale hippische accommodatie. 189
22
23
4. Vervolg Allereerst moet het programma zoals nu voorligt worden vastgesteld. Hiermee wordt de richting aangegeven van een gezamenlijke stip aan de horizon tot 2020 met daarbij concrete ambities die mede kunnen worden gerealiseerd door gebruik te maken van de subsidiemogelijkheden in het kader van Gelderland Sport!. Deze uitgave dient voor de noodzakelijke communicatie met interne (gemeenten, bestuurders en medewerkers) en externe (provincie) stakeholders. Vooral de dialoog met de provincie is van belang. Dit kan worden gezien als een eerste stap in de gezamenlijke positionering van de regio op het beleidsterrein sport. Uiteindelijk moet dit leiden tot een krachtige en onderscheidende subsidieaanvraag richting de provincie.
Voor het uitvoeren van bovengenoemde stappen en het nemen van betreffende besluiten is een efficiënte en effectieve aansturing noodzakelijk. Hiervoor zijn de volgende opties denkbaar: 1. De afzonderlijke gemeenten investeren in het beschikbaar stellen van ambtelijke uren om de noodzakelijke uitwerking te realiseren. Dit proces wordt aangestuurd door een interne projectleider, een medewerker van een van de gemeenten. 2. De afzonderlijke gemeenten investeren in het beschikbaar stellen van ambtelijke uren om de noodzakelijke uitwerking te realiseren. Dit proces wordt aangestuurd door een externe projectleider aangesteld door de regio. 3. Er worden externe adviseurs en een projectleider aangesteld om op basis van een kleine tijdsinvestering van de ambtenaren de noodzakelijke uitwerking te realiseren.
Vervolgens is het noodzakelijk om vast te stellen welke routing wordt gevolgd naar het daadwerkelijk indienen van een subsidieverzoek. Het streven is om halverwege februari 2013 een verzoek in te dienen. Voordat het zover is zijn de volgende activiteiten en/of besluiten noodzakelijk: ■ Het onderzoeken van de mogelijkheden van (50%) cofinanciering vanuit de gemeentelijke en regionale begroting en de besluitvorming hierover. ■ Het verder uitwerken van de ambities in doelstellingen en resultaten en de besluitvorming hierover. ■ Het organiseren van een ‘cross over café’ om de betrokkenheid te verkrijgen en draagvlak te realiseren bij het maatschappelijk middenveld (sportverenigingen) en bedrijven in de regio. ■ Het vertalen van de doelstellingen en resultaten in kosten voor het realiseren van de ambities en de besluitvorming hierover. ■ Het zoveel mogelijk meetbaar maken van de eerder genoemde ambities (monitoring en evaluatie). ■ Het opstellen van een meerjarenplanning om de doelstellingen en resultaten te behalen in de komende jaren en de besluitvorming hierover. ■ Het aangeven van de deelname van de gemeenten aan het realiseren van de ambitie en de besluitvorming hierover. ■ Het verder uitwerken van de (meerwaarde van) samenwerking en de besluitvorming hierover. ■ Het opstellen van een communicatieplan voor de interne en externe communicatie. ■ Als laatste dient afgesproken te worden of er individueel (per gemeente), in gedeeltelijke samenwerking (tussen meerdere, maar niet alle gemeenten) of in collectieve samenwerking een aanvraag wordt gedaan. De subsidieregeling vanuit de provincie staat alle mogelijkheden toe.
190 24
25
191 26
27
Regio Noord-Veluwe Bezoekadres: Oosteinde 17, 3842 DR Harderwijk Postadres: Postbus 271, 3840 AG Harderwijk Telefoon: 0341 47 44 00 Telefax: 0341 47 44 99 E-mail:
[email protected] Internet: www.regionoordveluwe.nl
Januari 2013 192