Dinsdag, 26 februari 2013 Vandaag geef ik na de overdracht een korte les over bloed en bloedtransfusie. Er zijn, denk ik, maar weinig plekken in Afrika waar er een koelkast beschikbaar is, om het bloed te bewaren. Daarom zijn we afhankelijk van donoren die oproepbaar zijn, meestal familieleden. Als we een operatie hebben waar we veel bloedverlies verwachten en/of een patiënt van zichzelf al een lage bloedwaarde heeft (Hb), dan moet er eerst een donor in het ziekenhuis zijn. Voor we überhaupt een patiënt gaan opereren. Wat we wel hebben, is een uitstekend opgeleide laborant, Roosevelt is zijn naam. Een lange, slanke vent, met altijd een lach op zijn gezicht. Als hij thuis is en we hebben hem na diensttijd nodig, komt hij zonder morren aanzetten. Soms komt hij zelfs terug om bloedwaarden van patiënten te controleren, zoals onze magere-‐DD-‐prijsvraag-‐patiënt, om zijn suikerwaarde te controleren. Even terugkomend op de les. Ik denk dat iedereen wel weet hoe een infuussysteem eruitziet van de niet medische DD volgers, het een gewoon een slangetje met een filterhuisje ertussen, waar je het infuus in ziet druppelen. Anders maar meer naar GTST kijken, daar word je er mee doodgegooid J. In je bloed zitten o.a. rode bloedcellen zie zuurstof vervoeren, wat belangrijk is voor alle organen. Wat ik een aantal keren op de afdeling had gezien, is dat het niveau van het bloed in het fliterhuisje te laag stond. Als een druppel bloed van een “te hoge afstand” van het bloedzakje in het huisje valt, springen de rode bloedcellen kapot, waardoor ze ook geen zuurstof meer kunnen vervoeren. Dit kan je overigens alleen onder een microscoop zien J. Ik probeer, via een presentatie op mijn laptop, uit te leggen, dat er een streepje op het huisje zit, waar de hoogte van het bloed aangegeven wordt, dat is ong. ¾ van het huisje. Op deze manier vallen de bloedcellen niet kapot, want dat zou zonde. Bloed is in Afrika nou eenmaal erg schaars, omdat je het niet kan bewaren. Iedereen was erg enthousiast en tijdens de overdracht van de dag-‐, naar de avonddienst wordt hier dan ook uitvoerig over gesproken. Ik wil jullie nog even kennis laten maken met Mister Chairman (75 jaar), tenminste, zo begroet ik hem altijd. Hij ligt op bedje 17, het eerste bed van de mannen/vrouwenafdeling, waardoor hij een goed overzicht heeft. Hij is geopereerd aan een liesbreuk, maar heeft een nabloeding gehad en ligt zijn tijd nu een beetje uit, tot de onderhuidse bloeding is verdwenen. Ondertussen doet hij trouw zijn oefeningen (rondjes om het gebouw lopen) om een beetje in beweging te blijven. Hij houdt altijd de afdeling goed in de gaten, ook de
verpleegkundigen. Ook als patiënten liegen, breekt hij tijdens de ochtendronde steevast in. Dit is altijd erg vermakelijk. Ondertussen spreken de patiënten allemaal de waarheid J. Maar ook als het niet goed gaat met een patiënt, zegt hij ook: Kris, check the patiënt on bed 24, o.i.d. Vandaag hebben we twee kleine operaties, een cyste op een arm en het plaatsen van een thoraxdrain (een drain bij de longen). Jawel, ook dat doen we hier! We moesten nog wel even een zgn. waterslot maken, wat hier een under-‐ water-‐seal heet. En dat is even puzzelen met wat zuigpotten en slangen, maar ook dat krijgen we voor elkaar (zie foto).
Ik heb nog een foto van de röntgenfoto genomen en ik denk dat iedereen wel kan zien dat er hier iets niet goed is J. Het zwarte gedeelte van de long is goed (dat is allemaal lucht), het witte gedeelte daarentegen is vocht. En dat moet eruit. Het gaat om een dame van rond de 70 die naar adem zit te happen. Met deze relatief kleine ingrepen, kan ik mooi mijn AM inwerken en hem begeleiden in wat hij moet doen. Al Hassan is een zeer dankbare en leergierige leerling, ondanks zijn jonge leeftijd. Zoals jullie weten is het hier stukken warmer dan in Nederland momenteel. Toch heb ik wat griepverschijnselen ik in principe wijdt aan het warme weer en de airco in de auto en op de OK. Iets anders wat het zou kunnen zijn is malaria, hoewel ik trouw mijn pillen inneem. Ik vraag Roosevelt of hij mijn bloed wil checken op malaria en vertel hem dat de rest in principe niet nodig is. Als ik hem tussen neus en lippen vertel dat ik B neg. Ben van bloedgroep, wordt hij ineens heel opgewonden en blij en wordt zijn smile alleen nog maar groter. Er
is nl. een vrouw van rond de 60 met een laag Hb en baarmoederhalskanker. Ze moet geopereerd worden, maar hij heeft het hele dorp getest, zonder enig resultaat. Fijn, dat heb ik weer. Hij gaat gelijk met mijn 2 milliliter bloed aan de slag en komt voorlopig zijn laboratorium niet meer uit. Tijdens het plaatsen van de thoraxdrain, steekt hij zijn hoofd om de deur van de operatiekamer en vertelt mij dat mijn Hb heel hoog is, en dat ik inderdaad B neg ben. J. Ik vraag hem of ik malaria heb, maar die test duurt nog een half uurtje. Ik zeg tegen hem dat ik over donatie na zal denken, mits de vrouw geopereerd wil worden. De troep uit de long van de patiënt loopt overigens zo snel de pot in, dat het overloopt naar de andere, dat hadden we even niet voorzien, dus er moet schoon water in de pot waar "belletjes" in staan. Eind van het verhaal is, dat ik geen malaria heb en dat stelt me gerust, is het toch de airco. Woensdag, 27-‐02-‐2013 De dag begint vandaag bewolkt en op een één of andere manier voelt dit warmer aan dan de vorige dagen. Het is vergelijkbaar met de drukkende warmte die je in Nederland kan hebben tijdens warme zomers. In het ziekenhuis op bedje 2 ligt een meisje die ik gisteren met spoed heb opgenomen. Ik kan het niet precies omschrijven (daarom zie foto), maar het een oude ziel in een 3 jarig kind. Het kindje weegt slechts 7 kilo, ik zou het bijna omschrijven als een persoon die anorexia heeft. We staan een beetje voor een raadsel hier. De ouders zie er goed gevoed uit. Hebben mooie kleren aan, dus daar kan het niet aan liggen (geldproblemen dus). Alle controles zijn goed, ze ademt niet snel, hart klopt goed, ze komt alleen wat traag over. Ze vindt het niet eens erg dat ik een infuus aanbreng, terwijl het gros van de kinderen de hele tent bij elkaar schreeuwt. We nemen haar natuurlijk op en kijken wat we voor haar kunnen doen. Eerste diagnose vooralsnog is ondervoeding.
Op de OPD komt er een jongetje met een enorm kaakabces binnen. Erdi besluit het even open te snijden en vraagt of ik ‘m in bedwang kan houden. Als eenmaal de wond is opengemaakt, komt er veel vieze, stinkend pus uit, waardoor ik automatisch van neus-‐ tot mondademhaling over ga. Ik hoef vast niet te herhalen dat het hier nog steeds een graadje of 35 is. Dat, in combinatie met de pus….. We doen er een gaas met jodium in en daarna wordt het verbonden. Als 1e spoedje doen we vandaag een keizersnede bij een jonge dame van rond de 25. Ze is voor de 3e zwanger. De vorige twee baby’s zijn wel geboren, maar hebben het niet overleefd. Ook deze baby ligt een beetje raar in de baarmoeder, hij “staat” nl.. Bij het opvoelen kon Erdi de voetjes al voelen. Als de baby uit de buik is, doet hij in eerste instantie nog niet veel, de kleur van de huid is ook niet goed. Maria en ik beginnen gelijk met reanimeren. We kijken naar de navelstreng of hij klopt, en dat doet tie. Alleen het ademen wil niet op gang komen. Koortsachtig werken we door, maken de neus en de mond schoon en ik houd een kapje op zijn neus en beadem via een ballon. Het lijkt erop dat deze baby ook wat vroeg geboren is, zo rond de 32 weken. En dan, langzaam aan begint hij mee te ademen, totdat we het verlossende gehuil horen. Deze hebben we gered! Hij moet wel een beetje gestimuleerd blijven, door over zijn lichaam te wrijven, maar ook dat gaat na een kwartiertje, stukken beter. Als 2e patiënt hebben we vandaag een liesbreuk. Normaal gesproken doen we dit onder plaatselijke verdoving, maar in het kader van onderwijs gaan we deze onder een ruggenprik (=spinaal) doen. Zo kan ik mijn anesthesiemedewerker laten zien waar hij allemaal op moet letten, als iemand onder spinale anesthesie ligt. Iedereen kijkt geïnteresseerd toe hoe ik bezig ben (zie foto). Voor collegae onder ons, ik heb hier geen mooie setjes, dus om het toch zo steriel mogelijk te doen, gebruik ik de verpakking van de steriele handschoenen als werkveld. Onze 3e patiënt is een dame die al enige tijd met een buitenbaarmoederlijke zwangerschap in de rondte loopt. Bij het openen van de buik komen we de vrucht tegen. Mocht je denken: “Wat doet Kristense op de foto?” dan is het antwoord: “Kijken naar het “kindje”, met een lengte van 2,5 cm.” Ik heb werkelijk nooit geweten
dat een vruchtje van 2 à 3 maanden zo herkenbaar een mens kon zijn, hoofd, ogen, neus, lichaam, armen, benen, handen en voeten. Alles zit er gewoon aan!!!! Mooi hè?!?!?!?! Het is alleen 2,5 cm lang.
Uiteindelijk sluiten we om 19.30 uur de deuren van het ziekenhuis, om na het eten, lekker te gaan slapen. Donderdag, 28-‐02-‐2013 Jullie zullen je ondertussen afvragen hoe ik aan stoom en internet in de middle of nowhere kom.
De “compound” van Lion Heart Fondation ligt aan een rivier. Deze rivier splitst zich ter hoogte van “the guesthouse”. Op deze plek is “The Hydro” gebouwd, een soort waterkrachtcentrale. Maar om waterkracht over te zetten in stroom, heb je wel een bepaalde waterhoogte nodig en momenteel is de stand van de rivier erg laag, vanwege het droogteseizoen. Er is (dus) bedacht om een soort tweede (bijna) afsluitdijk te maken in de rivier,
zodat er meer water onze kant opkomt en de waterstand voor “The Hydro” hoger wordt. Prima, plan, maar nu nog de uitvoering. Toevallig hebben we hier nog een 2e Filippijnse Maria (kortweg Maria Hydro), die een aantal medelandgenoten heeft opgetrommeld om dit klusje te klaren, samen met 2 locals. Het zand wat op de bodem ligt van “onze” rivier zuigen we op, om dit vervolgens in zakken rijst te proppen (à 30 kg). Op deze manier slaan we twee vliegen in 1 klap, meer water en de rivier aan onze kant uitdiepen. Die zandzakken gaan in een houten bootje ( met local nr 1) en legt ze dan in de andere rivier. Er zijn 4 zandzakken nodig om de 4e boven het waterniveau te krijgen. En we hebben 300 rijstzakken….. Zien jullie het voor je? De 2e local is de enige Sierraleoonse die kan duiken (90% kan niet eens zwemmen!) en hij gaat met de zuigslang over de bodem van “ons” stuk van de rivier. De Filippijnse mensen zorgen ervoor dat de duiker zuurstof krijgt (je hebt hier nl. geen zuurstoftankjes die je op je rug doet) en besturen het vlot waar de zuigslang aan bevestigd is. In totaal zijn ze hier zo 3 à 4 dagen mee bezig, maar ik moet zeggen, het werkt ècht heel goed. En de (bijna) afsluitdijk ziet er prachtig uit, maar daar moet je misschien een Nederlander voor zijn. J. Het is werkelijk een luxe om dit allemaal hier te hebben, ondanks dat het wel eens uitvalt, maar ach, dan komt er altijd wel weer een techneut om het te maken. Een deel van de locale bevolking krijgt ook al stoom via deze centrale, mits ze dit kunnen betalen natuurlijk. Bekijk de foto’s maar, dan wordt er een groot deel duidelijk, denk ik.
Vrijdag, 1-‐3-‐2013
Een groot gedeelte van de moeders met kinderen is gisteren en vandaag ontslagen, waaronder ook Kris. Voordat dit gebeurt, wordt er een mooie foto gemaakt van de hele groep. Is het geen prachtig plaatje? Twee moeders zitten in rolstoel. De moeder links op foto is de dame woensdag is bevallen, dus die is nog niet mobiel. De dame rechts is al een tijdje in het ziekenhuis. Zij heeft tijdens de bevalling van haar tweeling (als je goed kijkt, zie je 2 hoopjes lappen in haar armen, waar de kinderen in liggen, een jongen en een meisje) een hersenbloeding gekregen door een te hoge bloeddruk. Ze is nu halfzijdig verlamd, maar weet zich aardig te redden. Ze heeft gelukkig ook een schat van een man, die heel de dag de kinderen verzorgd en fysiotherapie met haar doet. In Nederland is dit al een hele opgave, laat staan hier. Toch wel weer even goed om bij stil te staan…..
Gisteren is er ook nog een jonge vent binnengebracht die een ongeluk met de motortaxi heeft gehad. Een gebroken been tot gevolg en een nogal gecompliceerde breuk ook! Zowel zijn kuit-‐ als scheenbeen is gebroken. Het röntgenapparaat is echt een ongekende luxe hier. Na een beetje ketamine (slaapmiddel/pijnstilling), wordt het been opnieuw gezet en daarna gegipst. Normaal zouden hier de halve ijzerwinkel (schroeven en platen) van de afdeling Orthopedie van het Erasmus in dit been moeten. Hier kunnen we het alleen met gips doen, dit gaat minimaal een half jaar duren. Vandaag weet Mr. Chairman te vertellen (alvoor de overdracht begint) dat de patiënt met zijn gebroken been naar huis wil. Die informatie komt uit de eerste hand, want die “gast” ligt namelijk op bedje 18, naast Mr. Chairman J. Aangezien het gips zijn werk doet (nl. de breuk bij elkaar houden, zodat de losse boteinden niet meer langs elkaar schuiven, wat dus de pijn veroorzaakt), denkt hij dat hij genezen is, terwijl wij weten dat hij nog een lange weg te gaan heeft. Erdi probeert de jongen weer opnieuw uit te leggen dat het zo niet werkt en dat hij maar beter zijn energie in de verpleegkundigen kan steken, of beter gezegd, in de vriendschap met hen, omdat hij hier nog een heeeeeele lange tijd zal verblijven.
In de medische wereld is het een “soort van” gewoonte om bij bepaalde ingrepen en/of handelingen die een arts in opleiding voor het eerst zelfstandig uitvoert (met goed gevolg natuurlijk) te trakteren. Of het nu een eerste operatie is, een eerste thoraxdrain, een eerste ruggenprik, het maakt niet uit. Kweet niet wie dit ooit verzonnen heeft, maar goed, daar gaat het niet om J. Meestal wordt er getrakteerd op kroketten (die zijn favoriet), met op een goede tweede plaats saucijzenbroodjes of appelflappen. Twee dagen geleden heeft Yankouba zijn eerste liesbreuk operatie gedaan (zie DD van woensdag). Hij is een CHO, een soort Physician Assistant, in opleiding. Hij was dan ook erg trots dat hij de operatie, samen met Erdi, mocht doen. Naast de operatie leert hij ook hoe hij het moet documenteren en wat de afspraken zijn voor de verpleegafdeling. Ik roep, na de laatste hechting,:”Kroketten!!!!” Erdi moet lachen en de rest van het personeel (Fatimata (omloop), El Hassan (anesthesiemedewerker i.o) en Maria (behoeft verder geen introductie meer), kijken ons niet-‐begrijpend aan. Yankouba is de eerste die zegt: “What?!?!”. Ik leg hem het bovenstaande verhaal uit en probeer via de internetverbinding van de buren een plaatje van een kroket binnen te halen. Dat lukt. Er komt een diepe frons in zijn voorhoofd en ik zie dat hij al beren op de weg ziet, hoe gaat hij in hemelsnaam kroketten in Sierra Leone maken. Ik maak het hem onmiddellijk gemakkelijk door te zeggen dat het niet perse kroketten hoeven te zijn, maar dat het meer een “gezegde” is, een uitdrukking. Zij gezicht klaart op. Ik stel voor dat hij gewoon een Sierraleoonse versie van een traktatie meeneemt. En ja hoor, vandaag is het zover. Yankouba heeft een groot blik bij zich met pindakoekjes die Fatimata voor hem heeft gebakken. En zo vieren we in de OPD de eerste liesbreuk van Yankouba. Op de foto zien jullie uiterst links Mohammed (zeer gedreven schoonmaker), Fatimata, Erdi, Maria, Yankouba, Roosevelt (de laborant), Isha (apotheek).