Diabetes en bewegen. Samenvatting door J.Kerssen van de lezing door Mw. C.van Mensvoort, diëtiste, drs. S.Praet, sportarts i.o.en Mw. drs. B.Koopmans, bewegingswetenschapper, allen verbonden aan het Máxima Medisch Centrum locatie Veldhoven en de laatste twee ook als onderzoeker aan de Universiteit van Maastricht, op maandag 26 april 2004 voor de DVN afd. Eindhoven. .
Het belang van een goede leefstijl. (mw. van Mensvoort) Voor iedereen maar zeker voor een diabetes patiënt is het van belang een goede leefstijl te hebben. Dat houdt in gezond eten, niet roken en voldoende bewegen. Goede voeding. Enkele aspecten van een goede voeding zijn: - niet te veel vet (20-40% van de totale hoeveelheid calorieën) en niet te veel verzadigd vet (maximaal 10% van de calorieën) - een doelmatige verdeling van koolhydraten over de verschillende soorten (zetmeel, vruchtensuiker, melksuiker, gewone suiker, glucose) Waarom is bewegen goed? De Nederlandse norm voor voldoende bewegen is minstens 5 dagen per week minimaal 30 minuten per dag matig intensieve beweging. Dat is goed omdat beweging: - energie verbruikt en daarmee het lichaamsgewicht en de lichaamssamenstelling (vet/spieren) gunstig beïnvloedt, - de bloeddruk verlaagt en het lipidenprofiel (“cholesterol”) verbetert, - de glucosetolerantie en de insulinegevoeligheid verbetert, - het risico van hart- en vaatziekten vermindert, - de botdichtheid verbetert, - ontspant. Bewegen en medicatie. De bloedsuikerspiegel (de hoeveelheid glucose in het bloed) is het resultaat van de toevoer (door eten) en het verbruik (door bewegen) van koolhydraten en wordt geregeld door de insulinespiegel. Als iemand geen diabetes heeft, gebeurt dit automatisch door aanpassing van de insulinespiegel zodanig dat de bloedsuikerspiegel constant blijft. (ongeveer 6 mmol/l) Als je diabetes hebt moet je het zelf sturen door de juiste balans te vinden tussen de duur/intensiteit van de beweging, de hoeveelheid genuttigde koolhydraten en de dosering van de medicatie (pillen en/of insuline injecties). Of de balans juist is blijkt uit zelfcontrole! (Tenzij je een hypo krijgt want dat merken de meesten ook wel zonder metertje) Insulinegebruikers: let ook op waar je injecteert, lichaamsdelen die actief zijn bij het bewegen geven de insuline sneller door. Ken de werking van je medicatie! Alvleesklier prikkelende pillen (sulfonylureumderivaten, bijv. daonil, diamicron, amaryl) en sommige “nieuwe” medicaties (bijv. starlix, novonorm) kunnen bij regelmatige beweging de kans op hypo‟s vergroten. Dit is in de hand te houden door zelfcontrole en zonodig de hoeveelheid medicijnen aan te passen.
1
Bij het gebruik van insuline dien je rekening te houden met werkingsprofielen: Ultrakortwerkend (bijv. NovoRapid en Humalog): werkingspiek in de eerste twee uren na de inspuiting. Sport in deze periode geeft extra risico op hypo: advies: insuline halveren. Kortwerkende insuline (bijv. Actrapid, Humuline Regular): de werking houdt aan tot ongeveer 6 uur na de inspuiting. In combinatie met Insulatard moet je rekening houden met een piekwerking vroeg in de nacht na sporten in de avond. Mixinsuline (bijv. Mixtard 30, Novomix 30): de werking houdt ongeveer de hele dag aan. Dat maakt het moeilijk de dosering aan te passen tenzij je precies weet wat je die dag gaat doen. Hypo’s: Het krijgen van een hypo tijdens het sporten kan worden voorkomen door van tevoren extra koolhydraten te eten, afhankelijk van de bloedglucosewaarde voor de start. Een richtlijn hiervoor geeft de volgende tabel: Duur en type sport: 0-30 min. lichte inspanning 30–60 min. matige inspanning
> 60 min. matige inspanning
Glucose voor start: < 5 mmol/l > 5 mmol/l < 5 mmol/l 5-10 mmol/l > 10 mmol/l < 5 mmol/l 5-10 mmol/l > 10 mmol/l
Extra koolhydraten: 10 – 15 gram geen 30 – 45 gram 15 gram geen 45 gram 30 – 45 gram 15 gram
Suggesties voor koolhydraten: 15 gram: 1 portie fruit (kleine banaan, appel, peer, 2 mandarijnen/kiwi‟s…..) 1 snee brood 1 plak ontbijtkoek of 1 evergreen 2 volkerenbiscuits of kleine koekjes 1 minimars 30 gram: 1 krentenbol 2 sneden brood met hartig beleg 1 snee brood met dik zoet beleg 3 sultana‟s 2 evergreens 1 stuk taart flink schaaltje vla 45 gram: 1 flesje energiesportdrank 3 sneden brood met hartig beleg 2 sneden brood met zoet beleg 2 eierkoeken 1 Mars broodje kroket
2
Bij de keuze van wat je eet is het nodig op lichaamsgewicht en cholesterol te letten. Als je te zwaar bent is het beter -indien mogelijk- de dosering insuline/pillen te verminderen dan extra te eten. Als je cholesterol te hoog is kies dan producten met weinig (verzadigd) vet. Voor insulinegebruikers: bij een ½ uur intensieve sport is gemiddeld 30% minder kortwerkende insuline nodig waarbij in principe dan niets extra gegeten hoeft te worden. Bij langdurige sport (schaatsen, marathon lopen e.d.) is meer insulinebeperking nodig en zijn er extra koolhydraten nodig tijdens én na het sporten. Als je een hypo krijgt wordt aangeraden circa 20 gram glucose te gebruiken. Dit kan in de vorm van druivensuikertabletten (5 – 7 stuks) of iets vloeibaars met suiker (1/3 glas ranjasiroop of en groot glas frisdrank (niet light!) of een half flesje Dextro energiedrank. Vochtgebruik: Het is belangrijk om voldoende te drinken! Je gewicht vóór en ná het sporten hoort hetzelfde te zijn. Het zogenaamde direct afvallen door sportinspanning is alleen maar vochtverlies. Dorstgevoel is geen goede graadmeter want dat krijg je pas bij 2% gewichtsverlies. Maar vochtverlies doet je prestaties wel snel dalen. Regelmatig drinken moet je jezelf aanwennen. Wat kies je om te drinken? water, bevat geen koolhydraten! isotone sportdranken (dorstlessers), bevatten 6 gram koolhydraten en 30 kcal per 100 ml energiedranken: 13 gram koolhydraten en 60 kcal per 100 ml (Let op de inhoudsmaat van het flesje/blikje!) Nog wat punten: Als vlak voordat je met bewegen begint je bloedglucosewaarde hoog is, zorg dan dat er voldoende insuline in je lichaam is om de voeding van je spieren met glucose mogelijk te laten blijven. De verhoogde insulinegevoeligheid dankzij het sporten kan nog 24 – 48 uur er na aanhouden; houdt daar rekening mee! Sport bij voorkeur als er anderen bij zijn. Zorg dat tenminste één medesporter weet wat te doen bij een ernstige hypo. Aanbevelingen: Houd de balans tussen bewegen/eten/medicatie met behulp van zelfcontrole. Leer daarvan hoe het lichaam reageert en hoe dus de volgende keer bij te sturen. Pas op dat extra voeding verbruikt wordt door inspanning en niet leidt tot gewichtstoename. Vang hypo‟s goed op. Beleef veel plezier van bewegen.
-o-o-o-o-o-o-o-
3
Het effect van training bij type 2 diabetes. (drs. Praet) Wat is er aan de hand bij patiënten met type 2 diabetes? Bij patiënten met Diabetes Mellitus type 2 (DM2) worden het hart en de bloedvaten minder elastisch. De gevolgen daarvan zijn: - het hart kan minder goed ontspannen, - grotere hartspierbelasting, - verslechterde doorbloeding, - verhoogde bloeddruk. De binnenbekleding van de bloedvaten functioneert minder goed. Dit is afhankelijk van de HbA1c. Medicijnen die het cholesterol verlagen (zgn statines of lipidenverlagers) verbeteren dit helaas niet. De spieren van de DM2 patiënt bevatten meer vet: - de vetverbranding is gedaald, waardoor de vetstapeling toeneemt, - de energie productie is gedaald, - de insuline gevoeligheid is gedaald, - de opslag van koolhydraten is verminderd. Als gevolg daarvan is de fitheid (meet baar in de zuurstofopnamecapaciteit) van DM2 patiënten significant verlaagd. Ook zijn er verhoogde risico‟s op hart- en vaatziekten bij 80% van de DM2 patiënten. Bij aanwezigheid van drie of meer risico factoren is de kans op een hart- of herseninfarct driemaal zo hoog. Wat kan je daar met beweging aan doen? In de USA is een onderzoek uitgevoerd waarbij drie groepen “pre-diabeten” (mensen met indicaties dat ze onderweg zijn om DM2 te krijgen) begeleid, waarbij de eerste groep een strakke leefstijlbegeleiding kreeg (dieet, beweging, sport), de tweede metformine en een leefstijladvies, de derde een “nep”pil en een leefstijladvies. Vier jaar later had van de eerste groep 20% werkelijk DM2, de tweede 29%, de derde 37%. Conclusie: Een leefstijl met gezond eten en goed bewegen vermindert duidelijk de kans op het krijgen van DM2 (en vermindert tevens de kans op hart- en vaatziekten). Er werd berekend dat het toepassen van programma‟s voor leefstijlbegeleiding tevens voor de verzekering op lange termijn kosteneffectief is. Wat voor beweging is het meest nuttig? In een studie in Canada werden krachttraining en duurtraining met elkaar vergeleken. Het bleek dat alleen krachttraining uiteraard de kracht verbetert maar verder weinig effect heeft. Duurtraining verbetert de HbA1c en de zuurstofopname. Duurtraining gecombineerd met krachttraining geeft nog meer verbetering van de HbA1c. Bij mensen met overgewicht verbetert hierbij duidelijk ook de insulinegevoeligheid. Hoe werkt het? Het effect van krachttraining is dat de snelle “witte” spiervezels beter gaan werken, dat de spiermassa toeneemt en de glucoseopname verbetert.
4
Het effect van duurtraining is dat de langzame “rode” spiervezels beter functioneren, de spierdoorbloeding en de energieproductie toenemen en het vet beter verbrandt. Conclusies. - Trainingsprogramma‟s onder begeleiding verbeteren de risicofactoren bij DM2. - Training waarbij kracht en duur worden gecombineerd is het meest effectief. - Bij complicaties als gevolg van diabetes is nog veel onduidelijk, advies: training voorzichtig opbouwen. - Voorlopig advies: o 150 – 180 minuten training per week o gedurende 3 – 6 maanden trainen onder begeleiding o van tevoren een sportkeuring laten doen. -o-o-o-o-o-o-o-
Diabetes type 2 en bewegen. (drs. B.Koopmans) In Z.O.Brabant wordt een onderzoek gedaan naar Diabetes en Bewegen door de Universiteit van Maastricht in samenwerking met het MMC, het Diabetes Centrum Eindhoven en de Sportservice Noord Brabant. De sprekers zijn blij dat zoveel bezoekers van de lezing hebben meegewerkt aan het invullen van de enquête die er toe dient om voor het onderzoek het “profiel” van de DM2 patiënt beter te leren kennen. Aanleiding tot het onderzoek is dat er te weinig kennis bestaat over het waarom en hoe van DM2 en bewegen. Dit geldt zowel bij de patiënten als bij de zorgverleners en de bewegingsaanbieders (sportverenigingen e.d.). Een gevolg hiervan is dat onder patiënten een sterke bewegingsarmoede heerst, maar ook factoren als kosten, motivatie en het niet bekend zijn met het regionale beweegaanbod spelen hierbij een rol. Doel is te komen tot meer kennis bij de betrokkenen en verantwoorde en duidelijke richtlijnen om uiteindelijk: - de DM2 patiënt aan het bewegen te krijgen en te houden - beweeg- en begeleidingsprogramma‟s in te bedden in de bestaande zorg. Vraagstelling: - Wat is het profiel van de DM2 patiënt? (enquête) - Wat weten de zorgverleners en de patiënten over DM2 en bewegen? - Wat is de optimale training en begeleiding afhankelijk van de situatie en toestand van de patiënt? - Wat zijn de mechanismen; hoe werkt bewegen op DM2? - Hoe kan het bewegingsaanbod worden aangepast? Beweeg! - klussen en tuinieren - de trap in plaats van de lift - lopen/fietsen in plaats van auto/bus - wandelen en fietsen als uitje
5
- sporten op elk niveau, afhankelijk van je mogelijkheden De Nederlandse norm voor bewegen is: Minstens 5 dagen per week (beter iedere dag!) minimaal 30 minuten per dag matig intensieve beweging. Bijna alle Nederlanders zijn het hier mee eens, maar slechts ca. 40% haalt deze norm. Zie deze norm als een minimum. Om de diabetes echt goed „te lijf te gaan‟ is het noodzakelijk om meer te bewegen. Smoezen: Ik heb diabetes, ik ben te oud, te zwak, te moe, te druk. Deze smoezen kunnen stuk voor stuk weerlegd worden, bijv. te moe: als je stil gaat zitten voel je jezelf nog vermoeider, bewegen doet je juist fitter voelen. Het is alles een kwestie van prioriteit stellen (en een passende vorm van bewegen kiezen). Praktische tips: - kies iets uit dat je leuk vindt, - stel je zelf een doel, - bouw rustig op, - houd je vorderingen bij in een logboek, - beloon jezelf als je een doel hebt bereikt, - geef aan je arts door dat je gaat sporten, - als je intensief wilt trainen, laat je dan van tevoren keuren bij het Sport Medisch Adviescentrum, - sport samen met anderen; gezellig en verstandig, - neem altijd een koolhydraatrijk drankje of snack mee, - geef niet op, het ervaren van het positieve effect heeft tijd nodig; meestal is het na 3 maanden al voelbaar. Regelmatig bewegen moet eigenlijk een vanzelfsprekend deel van je leefstijl worden, alleen dan blijven de positieve effecten van bewegen behouden. Bewegen, waar doe je dat? - Sportservice Noord Brabant: o Beweegwijzer aangepast sporten - Eindhovense Sportraad: o Sportcoaching o Beweegaanbod aangepast sporten - Meer bewegen voor ouderen: o (water) gymnastiek o volksdansen o sport en spel WWWeetjes: - www.sportiefbewegen.nl - www.dvn.nl Veel plezier!
6