De leefbaarometer.nl ontwikkeling van de leefsituatie 1998-2010 in Amersfoort Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal augustus 2011
De Leefbaarometer.nl is een instrument dat is ontworpen om voor heel Nederland op (sub)buurtniveau te kunnen volgen hoe de leefsituatie zich ontwikkelt. Amersfoortse buurten kenmerken zich in het algemeen door een positief tot een zeer positieve score. Vijf prioriteitswijken hebben daarnaast ook buurten met een ‘matige’ score. Sinds 1998 en vooral sinds 2006 zijn de scores in Amersfoort verbeterd. Dit document betreft een overzicht van de Amersfoortse cijfers op deze website door O&S. Achtergrond De www.leefbaarometer.nl is een instrument ontwikkeld door RIGO Research en Advies en Stichting Atlas voor Gemeenten in opdracht van het ministerie van VROM. Het geeft voor heel Nederland op buurt- en zelfs op subbuurtniveau de leefsituatie weer op kaart.
Hiermee kunnen burgers en beleidsmakers tot op postcodeniveau de ontwikkelingen van de leefbaarheid van buurten volgen, zonodig vroegtijdig ingrijpen en bezien of problemen zich verplaatsen (‘waterbedeffect’). Hierna wordt kort de methode beschreven. Daarna volgt een beschrijving van de ontwikkeling tussen 1998 en 2010
figuur 1. www.leefbaarometer.nl: Leefsituatie Amersfoort in 2010
Bron: www.leefbaarometer.nl, RIGO en Atlas voor Gemeenten
De methode De leefsituatie is berekend op basis van 49 indicatoren. Deze indicatoren betreffen voor het grootste deel harde gegevens als aandeel sociale huurwoningen, percentage werkloosheid, bijstand en lage inkomens, aandeel allochtonen en eenoudergezinnen en aangiften van geweld. Voor een klein deel zijn ze gebaseerd op bevolkingsonderzoek, zoals de ervaren overlast uit de Veiligheidsmonitor. Black box De 49 indicatoren zijn weer onderverdeeld naar zes onderliggende ‘dimensies’: wonen, woonomgeving, bevolkingssamenstelling, voorzieningenniveau, sociale cohesie en veiligheid. De ‘leefbaarheidsscore’ geeft de situatie weer in 7 klassen die kunnen variëren van zeer negatief tot uiterst positief. Uit de berekening valt niet af te leiden hoe de buurten scoren op de afzonderlijke indicatoren.
Wel is het mogelijk te zien hoe een buurt of postcodegebied scoort op elk van de zes onderliggende dimensies. Het blijft dus toch een beetje een black box, waarom een buurt voor- of achteruitgaat. Actualiteit Steeds is gebruik gemaakt van de meest recent beschikbare informatie. Veel gegevens zijn echter niet heel recent beschikbaar. De situatie van 2010 geeft dus niet de situatie weer van dat jaar, maar eerder van 2008 of 2009 en deels zelfs van eerdere jaren. Dat is uit de website niet af te leiden. NB het kaartbeeld geeft de buurtgrenzen weer (stippellijn). De informatie is verzameld op postcodegebied (clusterniveau). Zie voor een beschrijving van de 49 indicatoren en onderliggende dimensies, bijlage 1.
figuur 2 Leefsituatie in 1998
2
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
Leefsituatie 1998 Op de kaarten is te zien hoe de buurten van Amersfoort zich sinds 1998 hebben ontwikkeld. In 1998 (figuur 2) zijn er een aantal buurtjes in Kruiskamp, Liendert, Schuilenburg en Randenbroek met een negatieve (oranje) score. Dit geldt bijvoorbeeld voor de omgeving Verdistraat in Randenbroek, omgeving Vasco da Gamastraat in Kruiskamp, en zeer lokaal in Liendert en Schuilenburg. In dezelfde wijken vallen flinke delen in de categorie ‘matig’ (=geel). Ook in andere wijken, De Koppel, Soesterkwartier,
Vermeerkwartier, Schothorst-Zuid en Stadskern, komen buurten voor met een ‘matige’ kwaliteit. Toch overheerst in 1998 de score ‘matig positief’ (lichtgroen) tot ‘positief’ in de meeste prioriteitswijken en in Schothorst, Rustenburg en de Stadskern. De wijken in Amersfoort-Noord (Zielhorst, Kattenbroek, Nieuwland, Hoogland, Hooglanderveen en Vathorst) en in Amersfoort-Zuid (Vermeer-, Leusder- en Bergkwartier) hebben scores die overwegend ‘zeer positief’ zijn. Grote delen van het Bergkwartier krijgen zelfs het predicaat ‘uiterst positief’.
figuur 3 Leefsituatie in 2006
3
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
Ontwikkeling 1998-2006 Ook in 2006 is er aan dit beeld niet zoveel veranderd. Vooral Stadskern is verbeterd, maar in de prioriteitswijken is in sommige buurten eerder sprake van verslechtering. Dit is beter te zien op de volgende kaart. Tussen 1998 en 2006 verbeterde de leefsituatie vooral in Stadskern/Zonnehof en
in sommige buurten in Amersfoort-Zuid (de groene vlakken). Hoewel ook in de prioriteitswijken hier en daar vooruitgang werd geboekt waren er meer buurten die te maken kregen met achteruitgang (de oranje vlakken). Deze achteruitgang was vooral zichtbaar in de omgeving van de Weberstraat in Randenbroek en Ariaweg in Schuilenburg.
figuur 4 Ontwikkeling leefsituatie 1998-2006
Toelichting: groene tint geeft een verbetering weer. De oranje tint een verslechtering. De lichtgeel getinte buurten zijn woonbuurten waar tussen 1998 en 2006 geen substantiële verandering plaatsvond.
4
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
Ontwikkeling leefsituatie 2006-2008 figuur 5 Leefsituatie 2008
In 2008 is het beeld duidelijk verbeterd. Buurten met een negatieve score komen in Amersfoort niet meer voor. Wel zijn er nog grote delen van De Koppel (buurt Meridiaan), Kruiskamp, Liendert, Schuilenburg en
5
Randenbroek (buurt 143, Weberstraat e.o.) die ‘matig’scoren op de index van de Leefbaarometer.
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
figuur 6 Ontwikkeling leefsituatie 2006-2008
Tussen 2006 en 2008 zijn in heel Amersfoort verbeteringen zichtbaar (lichtgroen gekleurd). Vooral het Soesterkwartier is verbeterd, maar ook grote delen van Stadskern/Zonnehof, Kruiskamp, Liendert en Schothorst-Zuid gingen vooruit. Verbetering verklaard De website laat voor elke buurt zien welke veranderingen per dimensie zich hebben voorgedaan. De vooruitgang van het Soesterkwartier blijkt vooral gebaseerd te zijn
6
op de dimensies bevolkingssamenstelling en veiligheid. Het is echter niet duidelijk wat dit precies inhoudt. Zo is bevolkingssamenstelling onder meer gebaseerd op aandeel allochtonen, maar vooral ook op sociaal-economische kenmerken als inkomen, werkloosheid en opleiding (zie bijlage 1). Hierdoor is het niet mogelijk om na te gaan op welke van deze indicatoren zich precies veranderingen ten goede hebben voorgedaan in deze wijk.
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
figuur 7 Leefsituatie 2010
Leefsituatie in Amersfoort 2010 De kaart (figuur 1 en 7) laat zien hoe de leefsituatie in Amersfoort wordt ingeschat volgens de meest recent beschikbare cijfers in 2010. Anno 2010 zijn de gebieden met de score ‘matig’ nog verder teruggedrongen in het kaartbeeld. Vrijwel heel Amersfoort kleurt groen, waarbij vooral Amersfoort-Zuid en – Noord donkergroen (=zeer positief) kleuren. De buurten met de score ‘matig’ komen minder voor dan in 2008. Ze liggen vooral in vijf aandachtswijken, De Koppel, Kruiskamp, Liendert, Schuilenburg en Randenbroek.
7
Onderliggende dimensies Kijk je naar de onderliggende dimensies, dan blijkt dat De Koppel (buurt Meridiaan) vooral laag scoort op ‘sociaal-economisch’. Ook voor de andere matig-scorende buurten in Amersfoort geldt dat de lage score vooral komt door de sociaal-economische kenmerken, inclusief aandeel niet-westerse bevolking. Daarnaast zijn de dimensies woningvoorraad en veiligheid vrij laag. Al deze buurten, met uitzondering van omgeving Weberstraat (in Randenbroek) scoren positief op de dimensie ‘voorzieningen’.
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
figuur 8 Ontwikkeling leefsituatie 2008-2010
Hoewel de kaart van 2010, (figuur 7) er duidelijk minder oranje uitziet dan in 2008 (figuur 6), laat de kaart met de ontwikkelingen tussen 2008 en 2010 (figuur 8) nauwelijks
8
verschuivingen zien. Voor zover er sprake is van verschuivingen, gaan die vooral in positieve richting (de groene vlakken) en is er nauwelijks sprake van verslechtering (oranje).
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
Bijlage 1 Achtergronden bij de Leefbaarometer De monitor werkt met zeven leefbaarheidsklassen, variërend van uiterst positief tot zeer negatief. De score is gebaseerd op zes verschillende thema’s of ‘leefbaarheidsdimensies’: de (kwaliteit van de) woningvoorraad, de (kwaliteit van de) woonomgeving, ofwel publieke ruimte, het voorzieningenniveau, de bevolkingssamenstelling, de sociale samenhang en veiligheid. Elk thema is opgebouwd uit een aantal indicatoren die volgens de onderzoekers de leefbaarheid binnen dit thema goed voorspellen. Het gaat daarbij om de volgende indicatoren en dimensies: Indicator
Dimensie
1 Dominantie vrijstaande woningen 2 Dominantie tweekappers 3 Dominantie flats met meer dan 4 verdiepingen 4 Dominantie etagewoningen
Dimensie Woningvoorraad
5 Dominantie boerderijen en tuinderijen 6 Dominantie stedelijke statuswoningen 7 Dominantie suburbane statuswoningen 8 Dichtheid 9 Percentage sociale huurwoningen 10 Dominantie 1940-1959 bouw 11 Dominantie 1970-1979 bouw 12 Dominantie vroegnaoorlogs (1945-1960) 13 Dominantie vooroorlogse bouw (tot 1940) 14 Waarde verkochte huurwoningen 15 Aandeel sloop 16 Geluidsbelasting railverkeer
Dimensie Publieke ruimte
17 Geluidsbelasting totaal 18 Nabijheid groot water 19 Groene ruimte tussen vroegnaoorlogse bouw 20 Water in de wijk 21 Uitzicht op binnenwater 22 Nabijheid supermarkt
Dimensie Voorzieningen
23 Nabijheid bankfiliaal 24 Nabijheid groot winkelcentrum 25 Aandeel niet-werkende werkzoekenden 26 Dominantie inkomens tot 2x modaal 27 Dominantie minimuminkomens
Dimensie Bevolkingssamenstelling/ Sociaal-economisch
28 Dominantie inkomens meer dan 2x modaal 29 Aandeel niet-westerse allochtonen 30 Aandeel hoogopgeleiden
9
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
31 Dominantie middelbare paren zonder kinderen 32 Dominantie jonge paren zonder kinderen 33 Dominantie oudere paren zonder kinderen 34 Dominantie jong alleenstaand 35 Dominantie middelbaar alleenstaand 36 Aandeel ouderen 37 Aandeel gezinnen met kinderen
Dimensie Sociale Samenhang/ levensfase
38 Homogeniteit gezinnen met oudere kinderen 39 Homogeniteit gezinnen met jonge kinderen 40 Dominantie eigenaar bewoners 41 Verhuizingen (mutatiegraad) 42 Vernielingen 43 Verstoring openbare orde 44 Geweldsmisdrijven
Dimensie Veiligheid
45 Diefstal uit de auto 46 Overlast 47 Nabijheid natuurgebied 48 Nabijheid bos 49 Nabijheid kust
Niet toebedeeld aan een dimensie
Gewicht van de indicatoren Niet logisch in het model is de aanduiding van dimensies. Zo bestaat de dimensie ‘bevolkingssamenstelling’ vooral uit sociaal-economische kenmerken, terwijl de dimensie ‘sociale samenhang’ vooral gebaseerd is op kenmerken van de bevolkings- en leeftijdsopbouw. Overigens wegen niet alle indicatoren even zwaar mee voor het bepalen van de uiteindelijke leefbaarheidsscore. De indicatoren niet-werkende werkzoekenden, niet-westerse allochtonen en overlast tellen het zwaarste mee. Uit empirisch onderzoek blijken deze de sterkste samenhang te vertonen met leefbaarheid. Bronnen De meeste indicatoren kunnen berekend worden op basis van bestaande registraties van het CBS, soms bewerkt door onderzoeksbureaus. Sommige informatie, zoals nabijheid supermarkt en bankfiliaal en het aandeel hoog opgeleiden, is gekocht van het WDM, een instantie die consumenteninformatie verzamelt en bewerkt of van Cendris (verhuizingen). Sommige indicatoren zijn door de onderzoekers zelf berekend, zoals nabijheid van bos en natuurgebied door Atlas voor Gemeenten. Een enkele indicator is gebaseerd op informatie uit de Politie-/Veiligheidsmonitor, namelijk de indicator voor overlast. Betrouwbaarheid op (sub)buurtniveau Het bijzondere karakter van de Leefbaarometer is het feit dat op zo’n laag schaalniveau informatie kan worden verstrekt, terwijl sommige gebruikte bronnen een veel globaler beeld geven (zoals bijvoorbeeld de Veiligheidsmonitor die voor Amersfoort alleen op stadsniveau beschikbaar zijn). De uitkomsten van de individuele indicatoren zijn daarom niet geschikt voor weergave op buurtniveau. Wel zeggen de onderzoekers in staat te zijn om voor de afzonderlijke dimensies een score te 10
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010
berekenen op delen van buurten. Deze is uiteraard minder betrouwbaar dan de totaalscore van de leefbaarheid. Voor meer informatie over de methodiek van de Leefbaarometer wordt verwezen naar de rapportage instrumentontwikkeling op de website: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/aandachtswijken/documenten-enpublicaties/rapporten/2008/05/01/rapportage-instrumentontwikkeling.html
11
Leefbaarometer Amersfoort 1998-2010