Jaargang 30 nummer 4 2012
DE KLEINE ALK contactorgaan Vogelwerkgroep Alkmaar en omstreken verschijnt vier maal per jaar Redactie Tom Damm Miranda Zutt-van der Made Vaste medewerkers Pierre van der Wielen Erwin van Saane Evert Maarschall Wim Schols Wim Bart Stoop Vormgeving Peter van Brandwijk (072) 515 84 96 Beeldredactie Jan Stok (072) 511 65 20 Redactieadres Tom Damm (06) 42 12 26 10
[email protected] Verspreiding Jannie Nijman (072) 561 56 05 Conny Wubbels Bestuur Voorzitter Harry Smit (072) 511 51 37
[email protected] Secretaris Miranda Zutt-van der Made (0226) 32 02 01
[email protected] Dijk 6, 1721 AE Broek op Langedijk Penningmeester, ledenadministratie Auke Burrie (072) 572 96 94 Acacialaan 1, 1702 ST Heerhugowaard
[email protected] Lid Paul de Jong (072) 564 40 29 Cees de Haan (072) 533 73 37
IJsvogelwerkgroep contactpersoon Rutger Polder,
[email protected], (072) 511 99 39 Roofvogelwerkgroep contactpersoon Dook Vlugt,
[email protected], (072) 589 77 78 Lid worden Het lidmaatschap van onze vereniging bedraagt slechts € 15,00 per jaar. Hiervoor ontvangt u viermaal per jaar ons blad De Kleine Alk en bent u van harte welkom op de door ons georganiseerde activiteiten, waaronder lezingen en excursies. Als welkomstgeschenk ontvangt u tevens het boek ‘Alkmaar heeft vleugels’ (t.w.v. € 9,95 ). Lid wordt u door € 15 over te maken op Gironummer 2197346 en door tevens een mail te sturen naar Auke Burrie,
[email protected], met uw naam, adres, telefoonnummer en e-mailadres. Ook adreswijzigingen kunt u doorgeven aan Auke.
Voorplaat: kleine alk, Frits-Jan Maas
DE KLEINE ALK
1
in dit nummer pagina 3 ▼
Vooraf
Tom Damm
pagina 5 ▼ ▼
De laatste Merel Zwartkopmeeuwen met kleurringen in Cap Gris Nez 2011
Elbert Gonggrijp Miranda Zutt-van der Made
pagina 8 ▼
De Muskuseenden van Daalmeer-Zuid
Ruud Costers
pagina 10 ▼
Inventarisatie Oudorperhout 2012
Dirk van der Made & Hans Schouten
pagina 11 ▼
Verslag Helgoland 4 t/m 7 oktober 2012
Rob Monsees,Roos Hoogedoorn, Pierre van der Wielen & Erwin van Saane
pagina 21 ▼
Raadselvogel van Wim
Wim Schols
pagina 22 ▼
In memoriam: Klaas Koelemaij
Willem Tolman
pagina 23 ▼
IJan Ivangh 1919-2012
Kees (C.) F. Roobeek & Arie Tamis
pagina 25 ▼
Dwergganzen
Gerard Ouweneel
pagina 26 ▼ ▼
Communicatie & Actualiteiten Van het bestuur
Het bestuur
pagina 29 ▼
ANIMO
Tom Damm
pagina 30 ▼
Lezingen
Het bestuur
pagina 33 ▼
Excursienieuws
Erwin van Saane
pagina 35 ▼ ▼
Buitencentrum Schoorlse Duinen Waarnemingen juli t/m oktober 2012
Pierre van der Wielen
pagina 39 ▼
Ogrut 30: Ontvogeld
Kopijsluitingsdatum nr. 1: 1 februari 2013
2
DE KLEINE ALK
Wim Bart Stoop
Vooraf Soms zijn vogels gewoon raar en doen ze dingen die je eigenlijk niet zo gauw verwacht. Er lijken steeds meer cultuurvolgers onder hen te ontstaan. We kennen allemaal wel de Spreeuwen en Kauwen die vlak langs een autoweg of snelweg foerageren zonder op of om te kijken als je er met 80 of 120 km per uur langsraast. Een maand geleden lag een paartje Wilde eenden te slapen in een plantsoentje tussen een drukke weg en een fietspad hier in Heerhugowaard, maar dan direct achter de stoeprand langs die weg. “Ga toch daar lekker rustig aan de slootkant liggen”, wil ik dan tegen ze zeggen. Het waren nog net geen Krakeenden, want die verdenk ik ervan dat ze dit over een paar jaar ook gaan doen. In het afgelopen decennium hebben ze zich snel ontwikkeld tot stads- en dorpseenden: je ziet ze overal in de sloten en soms, nee vaak, is het zoeken naar een Wilde eend. Naast de relatie met wegen en stadswateren is er die met gebouwen die we inmiddels ook al weer een tijd kennen van meeuwen en Scholeksters. Bergeenden hebben natuurlijk ook wel iets met gebouwen, vooral met bunkers, schuurtjes en andere kleine donkere hokken en die zie ik tijdens inventarisaties dan ook wel op daken staan van gebouwen waar ze niet in broeden. Naast Bergeenden vinden ook Nijlganzen het geen probleem gezellig met zijn vieren op een dak te staan, en ook van Wilde eenden heb ik
Boomnest Stormmeeuw, 13 juni 1993, Schoorlse Duinen.
Foto: Jan Stok
DE KLEINE ALK
3
het wel eens gezien. Maar ik keek er toch wel even van op dat een alarmerende Grutto landde op een hoog dak van een boerderijschuur. Je hebt dan natuurlijk wel goed overzicht over de gevaren waaraan je jongen blootstaan... We zien ook wel eens dat vogels plastic en ander menselijk afval gebruiken om hun nesten mee te verfraaien, zoals Meerkoeten, Futen, maar ook Merels. In de jaren 1980 was er in Amsterdam een Fuut die kleurige snijbloemen had gevonden en ze naar zijn nest sleepte! Het kan echter ook met natuurlijker materiaal. Zo schrijft Debby Doodeman op 1 juni bij een foto in het album vanalles wat op Facebook van een nest van een Kokmeeuw op De Kreupel: “Deze heeft er helemaal wat moois van gemaakt met de ruipennen van de grauwe ganzen.” Je kunt je nest ook op een onverwachte plek maken, zoals hoog in een boom als je normaal op de grond zit of op een dak (Stormmeeuw in dennen in duinen na komst Vos, maar ook een keer in populier op industrieterrein Huiswaard) of in een knotwilg (Wilde eend natuurlijk, maar ook Stormmeeuw en Scholekster). Nog gekker kan ook, zoals blijkt uit een bericht van Fred Hustings op 5 juni op de Sovon-website met als titel Doe eens gek, maak een nest in het riet: “Bijna alle Merels broeden in bomen of struiken. Maar een enkeling zoekt het op een onverwachte plek. Dit nest in het riet is het tweede dat ik tegenkwam in negen jaar controleren van nesten van Kleine Karekiet (voor het Nestkaartenproject van Sovon). Vier gezonde jongen, vlak boven water dat bijna tot heuphoogte reikt (bij een klein mannetje zoals ik). Verrassende plek, maar in beide gevallen succesvol. Zouden deze jonge Merels later zelf een plekje in het riet zoeken? (FH)” Ook het natuurlijke gedrag van een vogel is soms onverwacht. In de tuin van de buren waren van de zomer 8 Kauwen en een Ekster rustig aan het foerageren op het gazon, komt er een andere Ekster die van een meter of 50 afstand ineens een roofvogelduikvlucht inzet en de Kauwen de stuipen of het lijf jaagt. Acute agressieve bui bij het zien van zoveel Kauwen in de buurt van wellicht zijn partner? De vogel ging er daarna ook gewoon foerageren. En begin november nog een voor mij onverklaarbare agressieve daad die ik helaas niet lang kon volgen omdat ik na een muziekoptreden met de auto links voorgesorteerd stond voor een verkeerslicht in Haarlem en het spektakel op de stoep rechts plaatsvond. Situatie: een Ekster lag op zijn rug en op zijn linkervleugel stond een Zwarte kraai; aan de andere kant van de Ekster stond ook een Zwarte kraai. Actie: de tweede kraai pikte naar de Ekster, de Ekster rolde naar links en kreeg zowaar de kraai op zijn vleugel om, waarna ze, liggend op hun zij, met de poten in elkaar haakten en met hun snavel pikten; het lukte de kraai om weer op te staan, waarbij hij zelfs op de Ekstervleugel bleef. Drie Eksters landden op de stoep, op minder dan een meter afstand van het tafereel. Licht op groen, helaas. Ik wil maar zeggen, als je goed om je heen kijkt zie je zoveel interessants en verrassends! Tom Damm,
[email protected]
4
DE KLEINE ALK
De laatste Merel
Waarvan zou ik nu nog zingen? De mei is uit de maand en de jongen zijn gevlogen – vorst zonder mededogen kent eerste opgebolde veren. Honger strooit bessen in het rond – tijd vol rijp en raadsels die bevriezen. Er is een grillige winter op komst – waarheen het vliegen te verliezen? Argwaan heeft zijn lettergrepen, slaat bij onraad heftig aan – geen zoetgevooisde nachten meer die de klanken liefde geven – een diminuendo op het eind. Ik vlucht. De tuin is mij geduldig. Hoe zou het zijn om hier te blijven?...
Elbert Gonggrijp, Heerhugowaard, 14 oktober 2012
Zwartkopmeeuwen met kleurringen in Cap Gris Nez 2011 Inleiding Van 14 t/m 18 september 2011 verbleef een aantal leden van de VWG in de omgeving van Cap Gris Nez, om met name zeetrek te tellen. Na het tellen, onderweg naar een leuk vogelgebied, werd er gestopt om in een groep rustende meeuwen op een akker te zoeken naar Zwartkopmeeuwen. Debby Doodeman, Jasmijn Hulleman en Miranda Zutt ontdekten toen gekleurringde Zwartkopmeeuwen en met name Debby en Jasmijn deden er vervolgens alles aan om er de volgende dagen zoveel mogelijk af te lezen. Dat werden er in totaal maar liefst 53! Uiteindelijk bleken er twee niet te kloppen: 31T7 bleek 3TT7 te moeten zijn en R745 bleek R74S te moeten zijn. Zo zie je maar weer dat sommige cijfers en letters makkelijk met elkaar te verwarren zijn.
DE KLEINE ALK
5
Via Camille Duponcheel ontvingen wij uiteindelijk een lange lijst met de life histories. Het leek mij leuk hier een verslagje van te schrijven. Het Mediteranean Gull team bestaat naast Camille uit Pascal Raevel, Peter Bosmans, Peter Meininger, Sylvain Houpert, Dimitri Duray en Renaud Flamant. Het onderzoek richt zich op het in kaart brengen van bewegingen-omzwervingen en populatiedynamiek van in Europa broedende Zwartkopmeeuwen. Ringplaats Voor het ringen van de Zwartkopmeeuwen worden witte, groene en rode kleurringen gebruikt. De meeste afgelezen meeuwen hadden witte kleurringen en deze zijn allemaal aangebracht in België. Dit gebeurde op 8 verschillende plaatsen, waarvan de meesten in de provincie Antwerpen. De groene kleurringen werden aangebracht in Nederland, België en in Le Portel, Pas-De-Calais, Frankrijk. De enige Zwartkopmeeuw met een rode kleurring, H882, is ook de meeuw die het langst geleden geringd is. Op 25 juni 1997 werd deze meeuw als pul geringd in Szeged Feherto, Csongrad te Hongarije. Lake Fehér ligt in het Kiskunság National Park en ligt ten noorden van de plaats Szeged. Het is Hongarijes grootste zoutwatermeer; ‘Fehér’ betekent dan ook ‘wit’. Maar liefst 280 soorten vogels komen hier voor en er komen ook veel bijzondere planten voor. Het is een belangrijke stop voor Europese trekvogels om te rusten en te foerageren. Op 2 november 1997 duikt H882 op in Le Portel, Pas-De-Calais en vrijwel ieder jaar is de meeuw hier van eind juli/augustus tot maart te vinden. In april 1998 is H882 te vinden in Zeebrugge, België, maar vanaf 1999 wordt het broedseizoen doorgebracht in Antwerpen. Op 2 juni 2010 maakt
Één van de gekleurringde Zwartkopmeeuwen (een groene ring aan de rechterpoot verborgen tussen de veren). Foto: Erwin van Saane
6
DE KLEINE ALK
H882 een uitstapje naar het Haringvliet in Zuid-Holland. In 2011 en 2012 wordt H882 afgelezen in Calvados, Frankrijk, mogelijk als gevolg van een strenge(re) winter. Debby en Jasmijn lazen ook een kleurring af van een Zwartkopmeeuw die als pul op 29 augustus 1998 geringd bleek te zijn in Hrusovska in het westen van Slowakije. Deze pul is uit het ei gekropen op Bird Island, een aangelegd eiland van 6,86 ha. Het is de enige plaats in Slowakije waar Zwartkopmeeuwen en Tureluurs broeden en is daarom speciaal beschermd gebied. Ook Visdief en Kokmeeuw broeden hier. We hebben op de ringplaats na verder geen gegevens van deze meeuw ontvangen. Zes van de afgelezen Zwartkopmeeuwen werden in Nederland geringd, allen in het Volkerakmeer, Hellegatsplaten, Zuid-Holland. Vanwege de grote variatie aan bijzondere planten en dieren is Hellegatsplaten een beschermd gebied. Zwartkopmeeuw 31V2 wordt hier op 17 juni 2010 geringd en vervolgens op 17 en 21 juli afgelezen in IJmuiden. Op 11 december duikt de meeuw op in Le Portel en blijft daar zeker tot 7 maart 2011. De volgende aflezing is ook weer in Le Portel op 24 augustus 2011 en door ons op 15 september. Hollander 38R wordt op 10 juni 1998 geringd en duikt ook het jaar daarna in mei op in Hellegatsplaten. Eind juli/augustus is 38R te vinden in Le Portel om in oktober te verhuizen naar en tot maart te verblijven in Paimpol, Côtes d’Amour. In 2003 wordt met zekerheid weer gebroed in de Hellegatsplaten. Maar in 2002, 2005 en 2008 wordt deze meeuw tijdens de broedtijd in België afgelezen. Deze meeuw krijgt nog twee keer een nieuwe ring. Op 29 juni 2011 wordt de meeuw afgelezen bij de Kinseldam nabij Amsterdam. Plaatstrouw Als je de life histories bekijkt valt meteen op dat de meeuwen erg plaatstrouw zijn. Ze worden jaar na jaar in dezelfde omgeving afgelezen en broeden vaak op vaste plaatsten. In juli/augustus komen de meesten naar de omgeving van Le Portel en blijven daar tot maart. In de maanden februari en maart gaan ze wel eens aan de zwerf, mogelijk ook als gevolg van het winterweer, en duiken dan o.a. op in de Sophiapolder, Industrieterrein Moerdijk in Noord-Brabant, zuidelijker in Frankrijk, in Sussex, Engeland, of op verschillende plaatsen in Spanje (3). Omdat meeuwen behoorlijk oud kunnen worden zijn er van sommige meeuwen lange life histories. Een Zwartkopmeeuw als pul geringd in 2000 werd maar liefst 195 keer afgelezen. Ook deze meeuw werd nog tweemaal teruggevangen om de ring te vernieuwen. Je kan je voorstellen wat een gigantisch werk het is om alleen al de administratie van al die geringde meeuwen bij te houden. Maar iedere aflezing vormt een bijdrage aan het onderzoek naar deze prachtige meeuw en indirect vaak ook aan de bescherming ervan. Meer informatie over verschillende kleurringprojecten is te vinden op www.cr/birding.be. Meer informatie over dit project is te vinden op http://medgull.free.fr. Als je Zwartkopmeeuwen afleest meldt deze dan via laatstgenoemde site, het liefst met een foto en eventueel een omschrijving van wat de meeuw doet. Miranda Zutt-van der Made,
[email protected]
DE KLEINE ALK
7
De Muskuseenden van Daalmeer-Zuid Inleiding Het Molentochtpad langs de Molentochtsloot vormt een drukke wandel- en fietsverbinding tussen Alkmaar-Noord en het Geestmerambacht. Wandelend en fietsend kun je er wel omheen, maar als je er niet omheen gaat, moet je er wel omheen. Ik heb het dan over de Muskuseenden (Cairina moschata forma domesticus) die doodgemoedereerd midden op voet- en fietspad blijven zitten wanneer je passeert. De geschiedenis Mevrouw X van de woning met achtertuin aan de oostzijde van het Molentochtpad koopt in 2008 voor haar vier kinderen een paartje Muskuseenden. In 2011 brengt het paar zeven pullen groot die alle hun eerste winter probleemloos overleven. Hartje zomer 2012 gaat het echter fout: in augustus vallen twee eenden ten prooi aan een rondstruinende Vos en een loslopende husky neemt er vier te grazen. Dan zijn er nog maar drie, maar dat is van korte duur. Op 25 augustus 2012 kruipen acht knalgele pulletjes uit het ei in een ‘wild’ nest aan de westzijde van de Molentochtsloot. Ma Muskus neemt het octet onder haar hoede en Mevrouw X hoedt het gehele gezin. Overdag zet zij de pulli een aantal uren op het gras langs de Molentocht in een grote kooi en de overige tijd verblijven zij in haar tuin. Ma Muskus vindt het best zo. Hond, Vos, Mens en Snoek krijgen zo de kans niet om zich aan haar kroost te vergrijpen. In de loop van oktober krijgen de pullen de vrijheid en voor het eerst heeft de Daalmeer een muskuseend-elftal. Drie adulte en acht
Muskuseend in vol ornaat.
8
DE KLEINE ALK
Foto: Elco Rozing
juveniele Muskuseenden proberen ongeschonden de winter door te komen met hulp van mevrouw X en haar kinderen. De stand in Nederland De Muskuseend is inheems in Zuid-Amerika en als exoot in Nederland al goed ingeburgerd. Hij kent een landelijke verspreiding met een concentratie in de Randstad. Verwilderde populaties zijn in ons land niet bekend. De schatting van het aantal broedparen toont een toename van 3-8 paren in 1973-1977, via 15-22 paren in 19791985 naar 200-260 paren in 1998-2000. Het is twijfelachtig of deze toename reëel is. Het melden van ‘boerderij’-exoten als soep- en Muskuseend en soepgans was voor de meeste vogelaars lange tijd not done. Dringende verzoeken daartoe moeten hier verandering in brengen. Daarbij komt dat de meeste vogelaars de favoriete broedlocaties van de Muskuseend, zijnde stadsparken en (kinder-) boerderijen, mijden. Illustratief is dat de Broedvogelatlas van 2002 de eerste Atlas is die de Muskuseend een bespreking waard acht. De Noord-Hollandse broedvogelatlas van 2010 volgt dit goede voorbeeld niet. De aandacht van SOVON voor exoten dateert wel van vóór de eeuwwisseling. Haar broedvogelverslagen vermelden in 1998-2001 en 2009-2010 gemiddeld drie getelde broedparen en de januari-tellingen van watervogels in 2007-2009 gemiddeld 96 individuen. Ten slotte De groeiende belangstelling van vogelorganisaties voor exoten wordt meer en meer overgenomen door vogelaars. De Muskuseend heeft Nederland niet op eigen kracht bereikt en is dus ook een exoot. Anders dan een aantal andere exoten lijkt hij geen concurrent voor inheemse eendachtigen. In exoten geïnteresseerde lezers maak ik hierbij graag opmerkzaam op de mogelijkheid om zich te abonneren op de digitale nieuwsbrief Kijk op exoten via www.ravon.nl/nieuwsbriefexoten. Hiermee beogen de Partners uit het Signaleringsproject Exoten, o.a. Stichting Anemoon, EIS, Floron, KNNV, NMV, RAVON, Sovon, Tinea, Vlinderstichting en Zoogdiervereniging, de informatievoorziening richting vrijwilligers en andere geïnteresseerden te vergroten. Met dit artikel draagt De Kleine Alk hieraan bij. Met dank aan Mevrouw X en haar pleeg-Muskuseenden in Daalmeer-Zuid. Verwijzingen Lensink Rob 2002. Muskuseend. P. 114 [in] SOVON Vogelonderzoek Nederland 2002. Atlas van de Nederlandse Broedvogels 1998-2000 (Nederlandse Fauna 5). NNMN, KNNV & EIS-Nederland, Leiden. Ruud Costers,
[email protected]
DE KLEINE ALK
9
Inventarisatie Oudorperhout 2012 Niets schokkend dit jaar of het moet wederom het slechte broedresultaat zijn, wat hopelijk geen structurele gevolgen krijgt. Ook dit jaar vonden de tellingen plaats volgens de Handleiding Broedvogel Monitoring Project SOVON (Van Dijk & Boele 2011). Het betreft hier 10 tellingen in de periode 12 maart t/m 11 juni. Het resultaat was als volgt: Grasland Grutto Kievit Scholekster Tureluur Territoria grasland
11 13 3 3 30
Water en Moeras Bergeend Wilde eend Slobeend Kuifeend Krakeend Waterhoen Meerkoet Fuut Grauwe gans Canadese gans Nijlgans Knobbelzwaan Rietgors Rietzanger Kleine karekiet Blauwborst Totaal water en moeras
1 3 3 5 3 4 8 2 20 1 2 2 2 2 10 2 70
Bos en Struweel Ekster Fitis Grote bonte specht Heggenmus Houtduif Koolmees Merel Pimpelmees Roodborst Tjiftjaf Gaai Winterkoning Witte kwikstaart Zanglijster Zwarte kraai Totaal bos en struweel Erven en bebouwing Spreeuw Huismus Kauw Tot. erven en bebouwing Totaal aantal territoria Totaal aantal soorten
6 2 1 2 5 6 8 3 1 4 1 5 1 1 2 50 1 5 2 8 158 39
Soorten die de criteria niet haalden waren Groenling, Holenduif, Vink, Watersnip en Wintertaling. Koekoek en Stormmeeuw verdwenen uit beeld, maar opmerkelijk waren nu de foeragerende Gierzwaluwen met in hun kielzog één paar Boerenzwaluwen en één paar Huiszwaluwen. De hoop van vestiging van de Huiszwaluw is nu gericht op de twee geplaatste kunstnesten aan het schuurtje bij molen C. De Lepelaar liet zich ook nog overvliegend zien, maar die schijnen nu een voorkeur voor het nieuwe natuurterrein bij de Geestmerambacht te hebben. De Grauwe gans met halsband MNZ bleef vanaf 2 april t/m 21 mei in het terrein. Aanvankelijk waren er rond half april een groot aantal nesten en een waarneming van 11 jonge Kieviten. Al snel volgde de Nijlgans
10
DE KLEINE ALK
Krakeend, circa 25% van de Nederlandse populatie broedt tegenwoordig in Noord-Holland.
Foto: Erwin van Saane
met 5 jongen. De Grauwe ganzen bleven ook niet achter en kwamen tot 53 jongen. Ten opzichte van vorig jaar een vermindering van 22 jongen. Er broedden dit jaar twee paar Knobbelzwanen met respectievelijk 7 en 5 jongen. Het aantal jongen van Fuut, Meerkoet en Wilde eend week niet af van het beeld van voorgaande jaren. Door sterke predatie van Zwarte kraai, Kauw, Ekster en Sperwer was het aantal weidevogeljongen geminimaliseerd. Waarschijnlijk reden van vertrek van een groot aantal Grutto’s en Kieviten. Uiteindelijk was er op 2 juni nog een waarneming van twee jonge Tureluurs, één jonge Kievit, één jonge Scholekster en twee jonge Grutto’s. Niet erg hoopgevend en hopelijk geen begin van een nieuwe trend. Komende jaren zullen het uitwijzen. Dirk van der Made, Broekerwaard 19, 1824 EP Alkmaar & Hans Schouten
Verslag Helgoland 4 t/m 7 oktober 2012 Dag 1 Twee grote zagers op Helgoland, door Rob Monsees Dan denk je als vogelaars al snel aan die fraaie noordelijke eenden, maar met 15 leden van de Vogelwerkgroep Alkmaar (en omstreken) op Helgoland zit je er dan toch goed naast.
DE KLEINE ALK
11
De eerste dag verslaan lijkt makkelijk maar met vier auto’s, dertien inzittenden, vertrek halfzes in de ochtend van 4 oktober is dat toch anders. Plots en net op tijd stapt een lid uit. Opa worden is geen kunst, opa zijn een grote.... Die opa mocht met vooraf gekregen toestemming bij die gebeurtenis afwezig zijn. Vogelen op Helgoland gaat voor. Echter, de vergunning werd net voor vertrek ingetrokken. De resterende leden deelden zijn verdriet en vreugde (?) door tijdens het vierdaagse verblijf op Helgoland regelmatig een glas te heffen. Op opa en zijn kleinkind. En wat suggesties voor een naam te bedenken: Helgo voor een meisje en Helgola voor een boy. De snelboot van Cuxhaven naar Helgoland ging zó snel dat er voor De Gevoeligen geen tijd was om zeeziek te worden en slechts alleen een Bruine Kiekendief op naam gebracht kon worden. En dat terwijl het gezelschap inmiddels was uitgebreid met twee reeds in de haven aanwezige leden waardoor de groep uit 15 uitgelezen vogelaars bestond…
Fotograferen van steltlopers op het strand bij de jeugdherberg. Foto: Carina Oosterhuis
Na aankomst op Helgoland werd er, uiteraard niet via de kortste route, naar de JHB gevogeld. Geen slechte start: 66 soorten werden er gespot door Wim, Lide, Erwin, Tom, Pierre, Alma, Rob en Rob, Gerda, Jan, Carina, Auke, Sipke, Joke en Roos. Op enig moment was het weer onbestendig. Regen, veel regen, zullen we wel of zullen we niet opnieuw naar buiten, we zijn al nat. Wel dus, maar niet door allemaal. Wat jeugdleden bleven zo maar binnen zitten. Relaties werden verbroken, polderoverleg hielp niet toen de diehards na terugkomst meldden dat er een Giervalk op geringe afstand passeerde. Auw, de binnenblijvers hadden nu een lijstprobleem dat echter op politieke wijze werd opgelost door de Giervalk te degraderen tot een verkleurde grote Slechtvalk.
12
DE KLEINE ALK
Dat getuigt van een slechte smaak die mogelijk door een boeiende maaltijd positief zou kunnen worden beïnvloed. Helaas, de realiteit was anders. Sommigen spraken van gekookte en gehakte oude scheerlijnen. Er is immers een camping op Helgoland. Na wat determinatiewerk door fijnproevers bleek het echter om pasta pasta pasta te gaan, nog koud ook. Het vegetarische onderdeel, groen van kleur, werd gelinkt aan een kok met haaruitval. Maar vogelaars klagen niet (lang). Met Flensburger bier was het goed spoelen. Op Helgoland wordt via Wokkietokkies op kanaal 7 vogelnieuws uitgewisseld. Helaas waren die van ons, volgens zekere bronnen, afkomstig van de Lidl. Wij kwamen niet verder dan gesprekken van man tot man binnen twee meter afstand. Toch makkelijk. Volgende keer vragen wij iemand van de Technische Dienst van Lidl mee. Of die Siberische boompieper er nu al dag één was of dag twee zal wel uit het verdere verslag blijken. De Bonte Avond, inclusief die slimme Grizzly beer (mannetje) op de laatste avond verliep heel anders dan het naar bed gaan op de eerste dag: bijna iedereen lag er toen om half negen in. Ook de jeugdleden. En die twee grote zagers? Een koppel snurkers van formaat, op basis van vrije keus tot elkaar veroordeeld. Verdere details ontbreken. Overdag bleven zij vrienden en dat is knap!
Kleine strandloper mooi dichtbij op het strand.
Foto: Rob Struyk
Dag 2 Vrijdag 5 oktober, door Roos Hoogedoorn Het is twee uur. Zojuist is er een Oeverloper neergestreken op de pier naast twee mantelmeeuwen en wat Bonte strandlopers. We hebben ons verzameld in de vide van de jeugdherberg. Aan twee kanten zijn ramen waar je geweldig kunt uitkijken over strand en zee en in de rozenbottelstruiken onder ons. Het regent dat het giet.
DE KLEINE ALK
13
Zilverplevier tussen het zeewier.
Foto: Rob Struyk
Vanochtend liepen we gezamenlijk het strand op. We zagen in het water een zeehond luieren op een steen, een tweede ervoor kwispelde met zijn staart. Auke had de ‘scoop’ opgesteld waarin we dit romantische tafereel van dichtbij konden bekijken. Pierre, Erwin en Sipke struinden intussen de bosjes af en ja hoor, de Siberische boompieper heeft zich weer laten horen en binnen een paar minuten heeft de Siberische koorts zich van ons meester gemaakt. De groep splitst zich in tweeën en stelt zich op aan weerskanten van de vermeende schuilplek. En daar kwam de schoonheid aangescharreld langs de rand van het pad. Ging op 1,5 meter voor ons onder een rozenbottel zitten en liet zich van alle kanten bekijken: “markante witte wenkbrauwstreep, lichte en donkere vlek achter z’n wangetje en fijne flankstrepen”. Inmiddels was het zo hard gaan regenen dat we een veilig heenkomen zochten in het dorp waar we koffie met taart bestelden. Behalve de stoerste onder ons: die deden nog een rondje langs de rotswand. Thuisgekomen ontdekte Alma toen die vide waar we lekker droog groepjes Kepen zagen binnenvallen en ‘bontjes’. Even dachten we een boszanger te zien, mooi van dichtbij, maar Pierre hielp ons uit de droom, ging buiten luisteren en stelde vast: “een gewone tjif ”. In de loop van de middag brak de zon door en trokken de wolken weg. Het begon wel erg te waaien. We gingen weer op pad, zagen meteen al grote groepen Keepjes in de struiken landen. Hoog tegen de rotswand met enige begroeiing zaten twee Sperwers op een tak. Bij een bocht in de weg stonden Duitse vogelaars met ‘scopen’ te turen naar een Populier. De Bladkoning, je kon hem horen maar niet zien. Het wachten moe besloten Joke, Gerda en ik richting het dorp te klimmen om boven langs de rand van de rots te lopen. Bij elke bocht in de weg heb je zicht op de prachtige rode rotsforma-
14
DE KLEINE ALK
De Siberische boompieper laat zich uiteindelijk mooi zien.
Foto: Pierre van der Wielen
ties. Je ziet hier vrijwel altijd Jan-van-genten maar wij niet. De wind was inmiddels stormachtig geworden en zo krachtig met vlagen dat wij ons aan de reling moesten vastgrijpen om er tegenop te kunnen. Uiteindelijk gaven we op en liepen dwars door een weiland in de richting van de trap die ons op het strand bracht. We eindigden die middag weer op de vide waar Pierre, Rob en Alma comfortabel met kijker en ‘scoop’ de zee afspeurden. Rob ontdekte een Zeekoet, een beetje een zielige vogel met zwarte smurrie op z’n witte veren, olie dachten wij. Een mantelmeeuw pikte naar hem. Hij leek te zijn verdwenen maar dook even later weer op. Met elke golfslag werd hij meer en meer naar het strand gedreven. En bleef achter een grote steen liggen. Dood? Toch niet; even later tilde hij zijn kopje weer op. Dag 3 Zaterdag 6 oktober, door Pierre van der Wielen De steeds minder uitgerust ogende groep verzamelde weer om 7 uur voor het ontbijt. Tijdens het geleidelijk lichter worden buiten, bleek het toch weer te regenen en hard te waaien. Een deel van de groep koos ervoor om binnen te blijven terwijl de ‘hard core’ vogelaars/sukkels ervoor kozen om in de luwte van het gebouw over het strand en zee te kijken. Pierre wist toch nog wat mensen naar buiten te lokken door op het strand, tussen de stenen, een Bokje te ontdekken. Na de vogel in de scoop gezet te hebben, ging ie zelf toch maar weer lekker droog in de luwte staan. Verder zat er op het strand nog een jonge Zwartkopmeeuw tussen de Kokmeeuwen. In een uurtje of twee zagen we veel Jan-van-genten op zee, een Roodhalsfuut, Dwergmeeuwen, Drieteenmeeuwen en regelmatig groepjes Alken en Zwarte zeekoeten.
DE KLEINE ALK
15
Maar helaas geen echte zeevogels waardoor geleidelijk iedereen toch binnen of in het torentje belandde. In dit kamertje had je ook zicht op zee maar dan uit weer en wind en vanuit een fauteuil. En desnoods zelfs nog met een drankje. Rond 10 uur werd het dan toch droger en even later waagden de eerste mensen zich weer naar buiten. En wat een verrassing: het hele eiland bleek opeens vol te zitten met lijsters, Zwartkoppen, ‘Tjiffen’ etc. Rond 11 uur was iedereen overtuigd dat we echt naar buiten konden en vertrokken we naar de haven om de boot naar Düne te nemen, het eilandje opzij van Helgoland. Hier liggen het vliegveld en de camping en Erwin beloofde ons ook krenten als Waterhoen en Meerkoet! De wandeling schoot echter niet op. Al snel bleken er tussen de lijsters diverse Beflijsters te zitten, tussen de Tjiffen
Vogelen op het eiland Düne.
Foto: Jan Stok
zaten late Fitissen en Carina ontdekte opeens een totaal verregende Roze spreeuw. Deze liet zich perfect bekijken in de scoop. Gezien de oranje keel at de vogel wel wat slordig van de Duindoornbessen. Uiteindelijk toch bij het bootje aangekomen, arriveerden we spoedig op het eilandje. We zijn rechts om het vliegveld gelopen maar dat kostte nogal wat tijd. Ook hier bleken grote aantallen vogels te zijn ingevallen. Vooral veel lijsters maar lokaal ook nog groepjes Tjiffen en diverse Gekraagde roodstaarten. Op de kleine plasjes zaten wel meerdere Waterhoentjes maar tot grote teleurstelling van de groep was er geen Meerkoet aanwezig. Dan maar een tamme Smient fotograferen. De rest van de route liep vooral langs het strand waar eerst één en om de hoek ‘tig’ Gewone en Grijze zeehonden lagen, beide met ook vrij jonge beesten. Ook vielen er soms uitgeputte Goudhanen en Roodborsten in op het strand. Tijdens één van de fotosessies bij de zeehonden werd
16
DE KLEINE ALK
Jonge Gewone zeehond op Düne.
Foto: Rob Struyk
plots een Velduil opgemerkt die daarna nog enkele keren werd teruggezien. In de noordoostpunt bleek een klein ruig veldje te liggen dat vol zat met vogels. Tientallen Kepen, Kneuen en zelfs enkele IJsgorzen. Daar dichtbij werd ook een groep van zo’n 20 Sneeuwgorzen gevonden met daarbij ook nog eens 5 Strandleeuweriken. Deze konden leuk in de scoop worden bewonderd. Fraai! Dit alles werd echter ruw verstoord toen het van twee kanten opeens hard “Dwerggors” klonk. Een klein tikkend gorsje vloog over de groep maar weigerde te landen. Helaas. De rest van de wandeling was vrij stil en rond 4 uur namen we het bootje terug. Inmiddels had Pierre van zijn Duitse informanten gehoord dat in Mittelland een late Draaihals en een Bladkoning zaten. In de haven op Helgoland splitste de groep zich. Een deel vond het hoog tijd voor een terrasje en een pauze terwijl de rest het hoog tijd vond voor een Draaihals. Beide waren al snel tevreden. Hoewel zowel de Duitsers als de net gearriveerde Harm met zijn groep de Draaihals niet konden vinden, lukte ons dat eenvoudig en we konden de vogel daarna geruime tijd bewonderen. De Bladkoning riep tussendoor nog even maar werd verder genegeerd. Het was immers tijd voor de kliffen. Daar een lekker wandelingetje gemaakt langs de westkant van het eiland over de bovenrand van de hoge, rode kliffen. Het laatste vogelkundige hoogtepuntje was het fotograferen van de Jan-van-genten die vlak onder ons door naar hun broedkolonie vlogen. Tot onze verbazing werd er inderdaad nog gevoerd, twee grote jongen zaten nog op het nest en meerdere oude vogels waren druk aan het baltsen. De rest van de wandeling terug was rustig maar de grote verrassing van de dag kwam bij de accommodatie waar een briefje op de deur hing: “vanwege de harde wind varen beide veerboten morgen niet”. Mogelijk zou er een alternatief komen en anders zou er
DE KLEINE ALK
17
Het afzoeken van de strandvlakte op sneeuwgorzen etc.
Foto: Jan Stok
maandag een nieuwe poging volgen. Dit werd wat dubbel ontvangen. Vrijwel niemand had dwingende afspraken voor de maandag dus op zich zou het best kunnen. Maar
Close-up van Sneeuwgors op Düne.
18
DE KLEINE ALK
Foto: Rob Struyk
nog een dagje in de wind en regen was minder welkom. Tja, wat doe je dan? Simpel: biertje, wijntje, nog maar één en dan opeens Auke die op gang kwam en opeens een flink aantal moppen uit zijn mouw wist te schudden. Het werd nog laat die avond... Voor ons doen dan, 10 uur of zo ;-). Op naar dag 4! Dag 4 Zondag 7 oktober, door Erwin van Saane Vandaag veel onzekerheid: kunnen we wel naar huis? De snelboot vaart niet hadden we gisteren al gehoord en het is niet zeker of de langzamere boot, de Atlantis, wel zal varen. Om 9 uur krijgen we bericht dat we de kaarten voor de boot om kunnen ruilen naar de Atlantis. Het is echter ook nog niet zeker of deze zal varen, er is namelijk een flinke golfslag. Om 12 uur zullen we meer horen. Ondertussen kunnen wel de bedden worden afgehaald en de bagage ingepakt. Als we mee kunnen, dan zal de afvaart om half 2 zijn in plaats van half 5. Tegen 10 uur gaan we pas op pad door de onzekerheden van varen en uitchecken. Pierre en Auke wisselen de kaarten om, wat achteraf niet nodig blijkt te zijn. Een groep gaat vogelen en een aantal zoekt een cafetaria op. Het eiland komt vandaag iets leger over dan de vorige dagen. We komen al lopende voort wat Grote gele kwikstaarten en drie Appelvinken tegen. De Draaihals blijkt nog op zijn plek te zitten en laat zich mooi zien. Daar vliegt ook een Sneeuwgors over. Overal zien we Tjiftjaffen en ook twee late Fitissen. Langs zee zitten 8 Zwartkopmeeuwen en als we daar rondlopen valt er spontaan een Dwerggors uit de lucht en gaat op een paar meter van een aantal van de groep zitten en wordt mooi op de foto gezet!
Uitzicht op de rotsen vanuit de jeugdherberg.
Foto: Jan Stok
DE KLEINE ALK
19
Door de harde aanlandige wind zweven de Jan-van-genten prachtig dichtbij langs de rotsen. Foto: Erwin van Saane
Ondertussen hebben we gehoord dat de boot gaat en we mee kunnen. Er wordt grote drukte op de boot verwacht en we gaan op tijd die kant op om ook een broodje te halen bij de boot. Daar blijkt alles echter dicht te zijn. We besluiten de boot maar af te wachten en niet meer het dorp in te gaan voor eten.
Helgoland.
20
DE KLEINE ALK
Foto: Rob Struyk
Dan zien we de Atlantis in de verte aankomen. Het schip deint flink op en neer. Er wordt het ergste van de boottocht verwacht en meteen worden hier en daar pillen tegen zeeziekte ingenomen. Om half 2 vertrekt de boot en de deining blijkt enorm mee te vallen. We zitten lekker op het achterdek en kunnen mooi rondkijken. Het wordt een leuke ‘pelagische tocht’ met aardig wat Zeekoeten, een paar Alken, twee Noordse stormvogels, waarvan er één prachtig dichtbij de boot komt, en Drieteen- en Dwergmeeuwen. Verder op zee wordt een Grauwe pijlstormvogel gevonden die onder ons en ook onder veel Duitse vogelaars leidt tot heen en weer ge-ren op de boot om een glimp van de vogel op te vangen. Gelukkig lukt dit voor bijna iedereen. Later zien we nog een paar groepen Kleine rietganzen, een groepje Goudplevieren en twee Wulpen. Ook natuurlijk veel Jan-van-genten. Al met al waren het 4 prachtige en gezellige dagen op een mooi eiland met veel spannende soorten en flinke trekbewegingen. Totaal is de groep op 107 soorten vogels uit gekomen. Iedereen hartelijk bedankt voor de geslaagde lange weekend! Helgoland was zo geslaagd omdat Wim, Lide en Erwin de zaken zo goed hadden geregeld. Een goed gezelschap met scherpe vogelaars stond garant voor het verdere succes! Bedankt namens alle deelnemers!
De raadselvogel van Wim.
Illustratie: Wim Schols
DE KLEINE ALK
21
In memoriam: Klaas Koelemaij Op 15 september jl. is Klaas Koelemaij op 54-jarige leeftijd plotseling overleden. Klaas overleed direct na een wadlooptocht van de Friese kust naar Schiermonnikoog. Het waddengebied was voor Klaas als vogelaar en als natuurliefhebber in het algemeen, een zeer favoriete plek. Jarenlang was hij lid van de telgroep Alkmaar die de hoogwatertellingen en de bewaking op de Engelsmanplaat verzorgt. In het dagelijks leven was Klaas docent biologie en techniek. Een combinatie die veelzeggend was voor zijn vele talenten. Opgeleid als bioloog, was hij ook in zeer veel uiteenlopende andere zaken geïnteresseerd en kundig. Eigenlijk teveel om op te noemen. In de afgelopen jaren heeft Klaas veel betekend voor het groen in en rondom Alkmaar. Dit deed hij, onder andere, via zijn lidmaatschap van ANIMO. Zijn kennis van de natuur en duurzaamheid kwam hierbij zeer goed van pas. Klaas stond samen Foto: Peter Kant met zijn vrouw Hennie midden in het leven. Een leven dat altijd vol was met plannen en hobby’s. We zullen deze markante persoon erg missen en wensen zijn vrouw, kinderen, kleinkinderen en zijn vader Wouter Koelemaij heel veel sterkte met dit verlies. Willem Tolman
22
DE KLEINE ALK
Jan Ivangh 1919-2012 Afgelopen oktober overleed in Assen Jan Ivangh op de gezegende leeftijd van ruim 92 jaar. Weinig leden van onze VWG zullen hem hebben gekend, maar er zijn nog enkele ouderen, die Jan in de periode dat hij in Bergen NH actief was hebben meegemaakt. Tijdens zijn jonge jaren in Bergen vergaarde hij veel natuurkennis in de omgeving, hierin gestimuleerd door de plaatselijk bekende leraar Bert Schuil en door lid te worden en actief te zijn in de NJN. Thuis verzorgde hij gewonde of verweesde jonge vogels in een vroege voorloper van het Vogelopvangcentrum. Na de oorlog leidde hij tal van excursies in het bos- en duingebied, was vogelwachter bij De Putten. Verder hield hij op scholen en campings lezingen, verluchtigd met door hem vervaardigde tekeningen en met imitaties van vogelgeluiden. Als ‘ouwe sok’ was hij in 1948 betrokken bij de oprichting van de NJN afd. Bergen en bracht hij zijn kennis over op de jongere garde. Hij ringde vogels en deed onderzoek naar de overwinteringplaatsen van Kluten met ondermeer een fietstocht naar mogelijke plekken in Frankrijk. In de periode 1948-1950 deed hij fenologisch onderzoek naar de aankomstdata van zwaluwen in Noord-Holland. Met een oproep in diverse lokale kranten werden deelnemers verzocht hun waarnemingen in te sturen. Een leuk detail hierbij waren de voorbeschreven en gefrankeerde briefkaarten, waarop de deelnemers enkel soort en datum hoefden in te vullen en die geadresseerd waren aan “Vogelstation Bergen”. In 1957 startte hij met een landelijk onderzoek naar de vermeende achteruitgang van Huis- en Boerenzwaluwen. Oproepen in diverse dag- en verenigingsbladen en voor radio zorgden voor flink Foto: Club voor Natuurgeluiden Registratie wat reacties. Voor dit
DE KLEINE ALK
23
onderzoek maakte Jan gestencilde formulieren met een korte beschrijving en tekeningen van Huis- en Boerenzwaluw en vragen over broedgevallen, omgeving en het voorkomen van in Zuid-Afrika gemerkte Boerenzwaluwen. Opmerkelijk is, dat in er die periode al bedenkingen waren tegen het overvloedige gebruik van pesticiden en de gevolgen hiervan op broedvogels. Eén van de vragen betrof het al dan niet regelmatig spuiten in de omgeving tegen insecten. Hij publiceerde over dit onderzoek in Natura (Ivangh 1956) en hield er tevens een radiopraatje over. Omstreeks 1954 begon hij met eenvoudige middelen en primitieve paraboolreflectoren vogelgeluiden op te nemen. In deze tak van de ornithologie bekwaamde hij zich verder en gaf lezingen over reizen, begeleid met klankbeelden die hij dan maakte. Hiermee was hij diverse malen op de radio te horen en op televisie te zien. Hij werd dan ook een prominent lid van de CNR, de Club van Natuurgeluidenregistratie en produceerde de nodige cd’s met zijn in de natuur gemaakte opnames. Op het internet zijn nog steeds diverse opnames van Jan te vinden, onder meer fraaie geluiden van Kluten, een van zijn favoriete vogelsoorten. Vele jaren bleef hij actief in de milieu-educatie met het geven van lezingen en excursies en hopelijk leeft er zo iets voort van deze gedreven natuurliefhebber. Bronnen Ivangh Jan 1956. Wat is de oorzaak van de achteruitgang van onze zwaluwen? Natura 53(1): 143-147. Ivangh Jan 2003. Herinneringen van een Bergense Natuurliefhebber. Bergense Kroniek 10(1): 13-17. Voous KH 1995. In de ban van vogels. Ornithologisch Biografisch Woordenboek van Nederland. Kees (C.) F. Roobeek & Arie Tamis
24
DE KLEINE ALK
Dwergganzen Gerard Ouweneel stuurde de volgende info over het Zweedse dwergganzenproject: “Tegenslag voor het Zweedse dwergganzenproject. Degenen die het reilen en zeilen van de in Nederland overwinterende Dwergganzen volgen, zal het zijn opgevallen dat in vergelijking met de laatste jaren er tot dusver (4 november, red.) weinig zijn gemeld. Hoewel zulks natuurlijk niet helemaal zeker is, kunnen we er gevoeglijk van uitgaan dat het overgrote deel van de hier in het winterhalfjaar verblijvende Dwergganzen behoren tot de populatie waarmee de Zweden nu al sinds 1980 bezig zijn om de soort weer terug te krijgen als broedvogel in hun land. Die populatie kreeg de afgelopen zomer een paar flinke opdoffers te incasseren. Nadat er in april 2012 vanuit Nederland ruim 120 individuen in Zweden arriveerden, kregen de vogels in Lapland te maken met bar slechte weersomstandigheden, waardoor het een beroerd broedseizoen werd dat uiteindelijk slechts één broedsel met drie vliegvlug geworden jongen opleverde. Dat komt meer voor en behoeft niet desastreus te zijn. Lemmingenzomer 2011 bracht voor de Dwergganzen in Lapland een voortreffelijk broedresultaat, een van de beste van de veertig jaar dat het project nu loopt. Wat het Zweedse projectteam zorgen baart, is dat er na afloop van het broedseizoen 2012 slechts 60 Dwergganzen kwamen opdagen op de najaarspleisterplaatsen. Dat was circa 50% van het voorjaarstotaal, hetgeen duidde op buitengewone predatie tijdens het broed- annex ruiseizoen in Lapland. Dat klopte ook wel want tijdens die maanden werd in het broedgebied waargenomen, dat bijna dagelijks een Zeearend de ruiende,
Dwergganzen achter de Hondsbossche Zeewering, de laatste paar jaar soms meer dan 100.
Foto: Miranda Zutt-van der Made
DE KLEINE ALK
25
dus het vliegvermogen missende Dwergganzen bejoeg. Gezien werd hoe de arend er eentje bemachtigde en er zijn van zes Dwergganzen prooiresten gevonden. Voorts waren er aanwijzingen dat paren Dwergganzen hun pullen kwijtraakten aan de in Lapland talrijk geworden Rode vossen. Dat zou dan gebeurd zijn toen de ganzen hun pullen over land wegleidden van het merensysteem waar de Zeearend opereerde. De Zweden bediscussiëren nu hoe door te gaan met het project. Dat ze dat überhaupt zullen doen staat vast, liet Bosse Fägerström weten. De teleurstellende gang van zaken in Zweden vindt zijn weerspiegeling in de aantallen Dwergganzen die dit najaar in Nederland verschenen. Eddie Douwma meldde op 8 oktober 2012 dat er 38 waren gearriveerd in Anjum. Van deze groep zijn er waarschijnlijk al na één nacht 34 doorgegaan naar het Oude Land van Strijen, waar schrijver dezes op 9 oktober om 11.00 uur er in totaal 27 roepend zag rondvliegen en invallen. Dick van Houwelingen telde daar later die dag 38 stuks. Op 23 oktober waren er (nog steeds) vier onder Anjum. Dick van Houwelingen telde er op 21 oktober 45 bij Strijen, dus in totaal vijftig stuks, tien minder dan het Zweedse nazomeraantal. Het dringende verzoek is dus uit te kijken naar Dwergganzen. Ook of juist buiten de drie traditionele Nederlandse pleisterplaatsen Anjum, Strijen en Petten”. Gerard Ouweneel in Ganzennieuwsbrief
Communicatie & Actualiteiten Van het bestuur Lezingen Pierre van der Wielen heeft eerder aangegeven te gaan stoppen met het organiseren van de lezingen. Hij heeft voor ons de afgelopen jaren steeds weer een afwisselend en interessant programma verzorgd, waarvoor onze hartelijke dank! We zijn heel blij te kunnen melden dat Harm Niesen bereid is gevonden de taak van Pierre over te nemen. We wensen hem veel succes! Oude waarnemingen Het invoeren van oude waarnemingen uit ons kaartjesarchief staat op een laag pitje. Met de lange winteravonden voor de deur hopen we dat dit een nieuwe impuls krijgt. Het is eenvoudig te leren en je kan het doen wanneer het jou uitkomt. Wil je helpen, meld je dan aan bij Paul:
[email protected] Automatische incasso De contributie van degenen die een automatische incasso hebben ingevuld is in november afgeschreven. Er zijn echter ook leden die ervoor gekozen hebben zelf de
26
DE KLEINE ALK
contributie over te maken, maar dit nog steeds niet hebben gedaan. Wij verzoeken jullie dit zo snel mogelijk alsnog te doen. Website Inmiddels is het Fotoboek op de website in gebruik genomen. Er komen af en toe meldingen van leden die moeite hebben met aanmelden. Dit kan verschillende oorzaken hebben, waaronder een oude versie van de browser, cookies uitgeschakeld, strenge Firewall e.d. Zij kunnen direct een mail met de gekozen gebruikersnaam en wachtwoord (kan later zelf gewijzigd worden) naar de webmaster (
[email protected]) sturen waarop deze de aanmelding regelt. Foto’s graag verkleind (max. 2 MB, max. 640 × 480 pixels) toesturen, met de soortnaam, plaats waar de foto genomen is (alleen in Nederland) en de naam van de fotograaf. De webmaster moet de foto eerst goedkeuren, zodat er enige tijd overheen kan gaan voor de foto geplaatst wordt. Wij hopen dat veel leden hun mooiste plaatjes met elkaar willen delen! Inventarisatie nieuwe broedvogelatlas Sovon/Alkmaar Inmiddels zijn alle blokken in ons werkgebied voor de nieuwe broedvogelatlas van Sovon geclaimd! Top! Wel is de districtscoördinator Kees Scharringa voor het nieuwe atlasproject van Sovon op zoek naar een coördinator bij de VWG Alkmaar e.o. Heb je interesse neem dan z.s.m. contact op met het bestuur. In 2014 willen we ook weer starten met onze 10 jaarlijkse inventarisatie van Alkmaar. Omdat het de langstlopende reeks inventarisaties van stadsvogels in Nederland is heeft dit voor ons een hoge prioriteit. Wij hopen dan ook dat veel leden ons weer willen helpen en willen hier daarom alvast aandacht voor vragen. De methode die Sovon voor hun atlas gebruikt is anders en daarom zou er niet vergeleken kunnen worden met eerder jaren. Dit betekent dat we daar dus geen gebruik van kunnen maken en in 2014 heel Alkmaar moet worden geïnventariseerd. In 2013 willen we een cursus organiseren om leden die willen meewerken, maar hier geen ervaring hier mee hebben of behoefte hebben aan een opfriscursus, op weg te helpen. Natura 2000-gebied Abtskolk & De Putten Er zijn met regelmaat vergaderingen met als doel het opstellen van een beheerplan voor het Natura 2000-gebied Abtskolk & De Putten. Instandhoudingsdoelen voor dit gebied zijn 20 Dwergganzen, 1000 Kolganzen, 1600 Smienten en 600 Grauwe ganzen. Er zijn verregaande plannen om het gebied ‘geschikter’ te maken voor meer recreatie. Uitkijktoren, wandel- en fietsroutes, mogelijk zelfs een bezoekerscentrum. We houden deze ontwikkelingen nauwlettend in de gaten. Grootste zorg is de handhaving van rust in het gebied. Met grote regelmaat lopen er mensen en/of honden door de weilanden en worden vogels met knalapparaten en vuurwerk verjaagd. Noteer kentekens, maak foto’s of een filmpje en meldt dit! De waterstand in De Putten is al lange tijd erg hoog. Natuurmonumenten heeft ons gemeld dat er nu maatregelen zijn genomen om dit te voorkomen. De enorme hoeveelheid neerslag afgelopen najaar heeft het peil echter nog maar langzaam doen dalen.
DE KLEINE ALK
27
Jaarvergadering De jaarvergadering staat gepland op woensdag 13 maart om 19.30 uur. Noteer deze datum vast in de agenda! KNNV/IVN Tweemaal per jaar vergaderen we met de KNNV en het IVN. We zijn ook dit jaar weer uitgenodigd op de Nieuwjaarsborrel van deze clubs, meer informatie hierover volgt nog via de mail. We overwegen om met elkaar op 11 mei (Molendag) 2013 een Natuurdag te organiseren. Hiervoor hebben we hulp nodig, dus meld je aan bij het bestuur als je deze dag zou willen helpen. Hondsbossche en Pettemer Zeewering (HBPZ) Af en toe lijken de ontwikkelingen rondom de zeewering een regelrechte soap. Nadat de VWG een jaar geleden betrokken raakte bij de procedures rondom de kustversterking met grote nadelige gevolgen voor de natuur, zijn we nu weer terug bij af. Destijds presenteerde het Hoogheemraadschap (HHNK) een prachtige presentatie van natte duinvalleien, strandreservaat e.d. terwijl de schaal van het aan te brengen zand dat in zijn geheel niet toeliet. Vele vergaderingen met verschillende natuurorganisaties volgden en nu komt Natuurmonumenten out of the blue met een plan voor een duinmeer. Ze presenteerde dit plan op een vergadering met de zogenaamde Adviesraad waar wij niet welkom zijn (bestaat voornamelijk uit ondernemers uit Petten en Camperduin). Ook dit is zeer opmerkelijk aangezien de woordvoerder van Natuurmonumenten keer op keer aangaf dat we vooral open moeten communiceren. Bij vrijwel iedere vergadering van ons was er dan ook iemand van het HHNK uitgenodigd. En nu dus ineens dit plan,
Zandsuppletie (hier nog) voor de Honsdbossche Zeewering.
28
DE KLEINE ALK
Foto: Jan Stok
zonder enig overleg vooraf. En met grote vraagtekens bij de haalbaarheid hiervan. Daarnaast werd ons medegedeeld dat het volgens het HHNK, in navolging van EL&I, niet meer nodig zou zijn om te mitigeren/compenseren voor de Steenlopers omdat uit een onderzoek van Imares over 2011 bleek dat hun aantal in de Waddenzee gestegen zou zijn. Gelukkig sprongen Vogelbescherming Nederland en de Faunabescherming hier meteen bovenop en legden even duidelijk uit dat dit niet helemaal klopt! Het is wel duidelijk dat tijdig compenseren/mitigeren voor het HHNK een groot probleem aan het worden is en ze er op alle mogelijke manieren onderuit proberen te komen. Eerder sneuvelde een voorstel om in de westelijke Waddenzee mosselbanken aan te leggen. De Waddenvereniging gaf terecht aan dat compensatie ter plaatste moet plaatsvinden. Nu weer wordt er gesproken over een project op Texel. Ook hier geldt dat dit niet tijdig klaar zal zijn en de vogels er hier niet mee gered zijn. Tijdens een vergadering in september werden de plannen voor monitoring gepresenteerd. Dit is verplicht en de plannen waren dan ook minimaal en rammelden aan alle kanten. De betaler bepaalt, laten we maar zeggen. Opmerkelijk was dat er werd gezegd dat er volgens het ‘hand aan de kraan’ principe zou worden gewerkt. Maar op de vraag of dat betekende dat ze zouden stoppen met opspuiten als blijkt dat het grote nadelige gevolgen heeft voor natuur kwam geen antwoord. Op 8 oktober diende een zaak aangespannen door Stichting Noordzee bij de Raad van State. Inzet is de grens van het Natura 2000-gebied Noordzeekustzone. Deze ligt, juist bij de HBPZ, op de laagwaterlijn. Zou deze, zoals verder langs de kust het geval is, bij de hoogwaterlijn liggen, dan moet er veel meer gecompenseerd/gemitigeerd worden. Voor ons dus een belangrijke uitspraak, die op het moment van schrijven nog niet bekend is. Hoewel er nog steeds met elkaar gepraat wordt is de onderlinge verstandhouding er niet beter op geworden. Er wordt een vuil spelletje gespeeld en een gang naar de Raad van State lijkt onafwendbaar. Het bestuur
ANIMO Sinds januari 2012 vertegenwoordig ik de VWG in de Stichting Alkmaarse Natuur- en Milieuorganisaties, kortweg ANIMO. ANIMO reageert o.a. op plannen van de Gemeente Alkmaar als die volgens de stichting de natuur of het milieu aantasten. Op www.stichtinganimo.nl is hierover meer te lezen. De volgende plannen of projecten zijn voorbijgekomen waarbij vogels of hun leefgebieden in het geding waren en waar zienswijzen voor zijn ingediend: Bomenkap in de Vroonermeer: hier werd erop gewezen dat de bij de voormalige boerderij aanwezige bosjes en singels opgenomen zouden kunnen worden in het plan i.p.v. kappen en nieuwe aanplant realiseren. Dit is helaas niet mogelijk gebleken. Bestemmingsplan Oudorp: hier is gewezen op het belang van de Oudorperpolder
DE KLEINE ALK
29
voor weidevogels en het waarborgen van de kenmerken van het landschap. De zienswijzen zijn te vinden op de website onder Links -> Zienswijzen. Vervolgoverleg was er over de haag langs de N245 (S3) ter hoogte van de Alkmaarse wijken De Horn en Daalmeer, waarover het bestuur in het vorige nummer al iets meldde. Er is binnenkort een overlegje op locatie. Tom Damm,
[email protected]
Lezingen Woensdagavond 20.00 uur buurthuis “De Eendracht”, Papaverstraat 9 te Alkmaar. De KNNV-lezingen zijn chronologisch verwerkt in de overzichten en herkenbaar aan “[KNNV]”; deze vinden plaats in Wijkcentrum Overdie, Ruusbroechof 97 te Alkmaar. Woensdag 20.00 uur. Parkeren Bergerhof Rondom de Eendracht mag tot 20.00 uur alleen geparkeerd worden met een speciale vergunning. Je kan het best parkeren langs de Kruseman van Eltenweg en daar een paar centen in de meter gooien, want een boete is zonde van het geld. Harm Niesen heeft aangegeven de lezingen voor ons te willen organiseren en daarmee hebben we een prima opvolger gevonden voor Pierre van der Wielen. We willen Pierre nogmaals hartelijk danken voor het jarenlang verzorgen van een gevarieerd, boeiend programma met mooie plaatjes en uiteenlopende bestemmingen. We wensen Harm veel succes! We sluiten het jaar af met Jan Stok op 19 december. Woensdag 16 januari Van kind af aan is Michel Veldt al geïnteresseerd in de natuur. Vanaf 2000 deelt hij zijn passie met zijn partner Brenda Veen en samen maakten ze inmiddels al vele reizen. Fotografie ishunbeiderpassieendatzullenwevanavondkunnenzien.Vanavondnemenze ons mee naarAustraliëenlatenonsgenietenvanalhetmooiswatditlandtebiedenheeft. [KNNV] Woensdag 23 januari: Spitsbergen, Beren of ontberen door Ton Pieters Ten noorden van Noorwegen, nog geen 1000 kilometer van de Noordpool, ligt de eilandengroep Svalbard. In 1596 ontdekte Willem Barentsz het gebied en gaf het de naam Spitsbergen. Op de ruige eilanden wonen amper mensen. Het leven is er hard, met lange, koude winters waar je maandenlang van daglicht verstoken bent. Het landschap is rauw, maar de aantrekkingskracht van deze omgeving, ver weg van ons dagelijks bestaan, is magisch. Twee derde van het land is bedekt met ijs en gletsjers. Het klimaat is door de warme golfstroom in de zomer relatief mild met een gemiddelde temperatuur van rond de 5 °C.
30
DE KLEINE ALK
Er valt nauwelijks regen, en in de zomer is het 24 uur per dag licht. Vroeg in de zomer drijft er veel ijs op zee, tegen de herfst is die kans veel kleiner. s Winters wordt bijna de hele eilandengroep ingesloten door pakijs. Spitsbergen is een van de laatste echte wildernissen in Europa. Het heeft een ruige fjordenkust, hoge bergen met besneeuwde toppen en immense gletsjers. Vroeger leefden de inwoners voor een groot deel van de walvisvaart. Vele honderden schepen uit Holland en Friesland bezochten de wateren rond Spitsbergen. Alle Nederlandse plaatsnamen, de nog steeds zichtbare restanten van traanovens en vele honderden graven herinneren aan die tijd. De plantengroei is schaars, maar zeer bijzonder. Op de rotsen en kliffen vinden we enorme broedkolonies zeevogels en aan land leven zoogdieren als poolvossen, rendieren en ijsberen en in zee zeehonden, walrussen en verschillende walvissoorten. Woensdag 20 februari: Marokko door Harm Niesen Marokko is landschappelijk een buitengewoon afwisselend land. In het Noorden mediterraan, zoals Spanje en Zuid-Frankrijk, in het midden de Hoge Atlas met toppen tot bijna 4000 meter en ook ’s zomers sneeuw. In het zuiden en oosten de echte Sahara: kurkdroog en met ’s zomers temperaturen tot 50 graden Celsius en in het westen laat de koele Atlantische Oceaan duidelijk zijn invloed gelden. Eind maart- begin april 2011 waren we een lang weekend aan de Westkust, met als speciaal doel de unieke Gestreepte vechtkwartel. Maar verwacht daar geen foto’s van: slechts één fotograaf is het ooit gelukt daar in het wild foto’s van te maken! Mei – juni 2012 hebben we vanuit Marrakesh een rondreis door de zuidelijk helft van Marokko gemaakt. Eerst door de Hoge Atlas met unieke soorten als Levaillants specht, Atlasbergvink, Seebohm’s tapuit en Atlasgrasmus. Vervolgens naar Merzouga, voor de echte woestijnsoorten als Dikbekleeuwerik, Woestijngrasmus, Woestijnmus en Sahelzandhoen. Daarna al vogelend en vooral ook libellen kijkend naar de Atlantische kust voor de Heremietibis, Zwartkruintsjachra en Eleonora’s valk. Om maar een paar soorten te noemen. Natuurlijk komen alle andere levende wezens ook ruimschoots aan bod. Woensdag 13 maart: jaarvergadering en aansluitend een lezing over Lesbos en Noord-Holland De jaarvergadering begint om 19.30 uur! De uitnodiging ontvangen jullie in februari in de brievenbus. Na afloop neemt Erwin van Saane ons mee naar het mooiste vogeleiland van Griekenland, Lesbos, waar hij in 2011 prachtige plaatjes maakte van bijzondere vogels. Hans Brinks neemt ons mee de provincie in en laat ons genieten van al het moois dicht bij huis. Dinsdag 19 maart: publieksavond met Nico de Haan en Zeiss Noteer deze datum vast in de agenda want het schijnt bijzonder leuk en leerzaam te zijn, aldus Vogelwerkgroep Den Helder waar Nico vorig jaar langskwam. [KNNV] Woensdag 27 maart: Australië door Rob Monsees Bij ons tweede bezoek van twee maanden in 2010 aan dat wonderlijke eiland Australië met veel dieren en weinig mensen trokken we van Perth in het zuidwesten naar
DE KLEINE ALK
31
Broome in het noordwesten. Deels langs de kust, deels door het binnenland. Dat in tegenstelling tot 2008 toen wij rondtrokken in het noorden en oosten van Australië. Perth heeft zijn Swan River. Yanchepp NP herbergt de in het voortbestaan bedreigde Short-billed White-tailed Cocatoo. Nambung NP met zijn enorme stenen pilaren die sprekend op termietentorens uit het Noorden lijken. De fossiele kokers van wormen die 30 miljoen jaar oud zijn en uiterst gaaf te bewonderen zijn bij Kalbarry. Monkey Mia met veel bijzonders maar wij komen speciaal voor de Grassluiper. Het endemische vogeltje komt voor op de drukke parkeerplaats van Monkey Mia , zeggen veel reisverslagen. Wij bereiden ons voor op een warme zoektocht maar zien, terwijl wij nog rijden, drie exemplaren. 28 oktober is een bijzondere dag. We ontmoeten de eerste levende organismen van onze aarde, bacteriën, 3500 miljoen oud maar pas in 1954 ontdekt. Stromatolieten, levende fossielen die door middel van microben zuurstof produceren. Bij gunstige omstandigheden zie je dat nu nog gebeuren. Imposant, het zet je aan het denken. Je fantasie wordt ook geprikkeld door de gezaagde bouwblokken van fossiele schelpjes. 3000 km naar het noorden ligt het vogelringstation bij Broome. Bloedheet. Wadvogels uit verre streken. Rosse Grutto’s. Op het voetbalveld 20 Kleine Wulpen. Bij Ellendale Pool een baltsende Australische Muskuseend. Díe maakt er werk van! De naam van de Musk duck stamt af van het bezoek dat Kaptein Vancouver van de Discovery in 1791 bracht. Hij noteerde dat “deze eend zo sterk naar muskus ruikt dat het hele schip er van vergeven is”. Rottnest Island, Ratteneiland, met een hele Hollandse geschiedenis. Geen rat maar een Quokka en dat ís een kleine kangoeroe en het wás een nachtdier. Was, want omdat er geen vossen meer zijn op Rottnest Island is het nu een “hele dag”-diertje geworden. Voor ons wel zo makkelijk! Pinguïn Island, het woord zegt het al. Er komen de kleinste pinguïns van de wereld voor. Vogelaars kunnen – soms – niet of slecht lezen want als we een bordje met hek passeren “geen toegang, gevaarlijk, geen pinguïns hier”, vinden we snel een paartje ergens in een rotsspleet. In Dryanda State Forst, wat een hitte, veel nachtdieren met namen als bilby, boodie, mala. Eindelijk zie we de lang gezochte Short-beaked Echidna, een kleine egel. Een eileggend zoogdiertje. We zoeken ons driemaal in de rondte naar de Numbat, die om half elf ’s ochtends start met arbeid (termieten vangen) en de Gedoornde duivel. We zoeken vast té goed want we vinden ze niet. Hyden ligt 340 ten oosten van Perth en trekt meer dan 100.000 bezoekers per jaar. Geen Volendam voor ons toch? Maar ja, Wave Rock kun je niet passeren. Oceaangolven van graniet, in alle kleuren, 15 meer hoog en 110 meter lang. We zijn er bijna alleen, rekenen we de ontelbare vliegen even niet mee. Vanavond maakt u opnieuw kennis met een (ander) deel van Australië. Lekkernijen als de ernstig bedreigde Koala, de Bob-tail Skink die vol overgave zijn enorme blauwe tong naar je uitsteekt, de merkwaardige snavel van de Lepelbekeend en nog veel meer! Omdat het VWG-programma in zeer korte tijd geregeld moest worden is het onder voorbehoud. Harm Niesen,
[email protected] [KNNV] Rob Monsees,
[email protected]
32
DE KLEINE ALK
Excursienieuws Alle excursies vertrekken vanaf de parkeerplaats achter station Alkmaar, tenzij anders vermeld. Dat is met name het geval bij de KNNV-excursies, waarvan soms een flink deel ’s avonds doordeweeks is. Deze zijn chronologisch verwerkt in de overzichten en herkenbaar aan “[KNNV]”. Zie ook internet http://www.vwg-alkmaar.nl/ en http://www.knnv.nl/alkmaar/. Zaterdag 15 december: Oostvaardersplassen o.l.v. Rutger Polder Het jaar sluiten we af in één van de mooiste natuurgebieden van Nederland. Vertrek: 8:00 uur. Duur: hele dag. [KNNV] Zaterdag 15 december: Wandelen vanaf station Castricum Michel Rühland neemt ons mee richting Hoefijzermeertje. Wat we te zien krijgen hangt van het weer van de laatste dagen af, maar wie weet. Vertrek: 10.00 uur achterkant station Castricum (de trein vanuit Alkmaar vertrekt om 9.42 en om 9.45). Zaterdag 12 januari: rondje Noordkop o.l.v. Pierre van der Wielen De ideale methode om al je collega-vogelaars nog wat verlaat een vogelrijk nieuw jaar te wensen en die vogels gelijk ook samen te gaan bekijken. Tijdens het rondje Noordkop worden de diverse gebieden langs de kust tussen Camperduin en Den Helder bezocht waarna we via de Waddenkust de grote leegte van de Wieringermeer induiken op zoek naar ganzen en zwanen. Vertrek: 8:00 uur. Duur: hele dag.
Excursie naar de Noordkop begin dit jaar. Den Oever bij 20 graden vorst. Foto: Jan Stok
DE KLEINE ALK
33
[KNNV] Zaterdag 12 januari: Dagexcursie naar de A.W.D. De Amsterdamse Waterleiding Duinen zijn een afwisselend duingebied, die door zijn vele kanalen en watertjes een geliefd overwinteringsgebied vormen voor watervogels.(misschien zijn de waterspreeuwen weer present). Vertrek 9:00 uur achterkant station Alkmaar. Aanmelden van meerijders en autobezitters met plaats over noodzakelijk bij Jan Verkaik. Zaterdag 2 februari: Zeeland o.l.v. Harm Niesen Altijd een excursie die garant staat voor leuke waarnemingen. Vaak veel ganzen, soms wat zeevogels en wie weet hangen er nog wat Velduilen rond? Te bezoeken gebieden zijn onder andere de Brouwersdam (met duikers, fuutjes en IJseenden), omgeving Prunjepolder met veel steltlopers en ganzen en de inlagen met nog meer watervogels. Vertrek: 7:00 uur. Duur: hele dag. [KNNV] Zaterdag 9 februari: Vogelen op de Zuidpier van IJmuiden Als het weer een beetje meezit is er van alles te zien in en rond de haven en langs de pier. Vertrek 9.00 uur achterkant station Alkmaar Aanmelden van meerijders en autobezitters met plaats over noodzakelijk bij Jan Verkaik Zaterdag 9 maart: Zuidpier e.o. o.l.v. Paul de Jong Tijdens deze excursie wandelen we de Zuidpier af op zoek naar Paarse strandlopers, Oeverpiepers en zullen zeker op zee zoeken naar Zeekoeten en Kuifaalscholvers. Ook wordt het Kennemermeer niet overgeslagen. Vertrek: 8:00 uur. Duur: hele dag. [KNNV] Zaterdag 23 maart: Zeevang en Marken Vanaf Alkmaar rijden we eerst naar de polder de Zeevang die bekend staat om z’n vele overwinterende Smienten, maar ook de vele terug gekeerde Grutto’s en andere steltlopers. Op Marken maken we daarna een rondwandeling om naar de duizenden ganzen en Goudplevieren te kijken. Vertrek 9:00 uur achterkant station Alkmaar. Aanmelden van meerijders en autobezitters met plaats over noodzakelijk bij Jan Verkaik. Zaterdag 13 en zondag 14 april: Limburg o.l.v. Jan Stok Zuid-Limburg in het voorjaar is natuurlijk altijd genieten. De voorjaarsflora komt net op gang, de Middelste bonte spechten baltsen volop en ook de overige specialiteiten zoals Taigaboomkruiper (ondersoort Kortsnavel-) en Europese kanarie zijn met wat moeite vaak wel op te sporen. Afhankelijk van de interesses van de deelnemers zullen we pogingen doen om Dassen of andere leuke niet-vogels te zien te krijgen. Graag uiterlijk 15 januari aanmelden. Voor deze deelnemers zal dan een onderkomen geboekt worden. Het wordt op prijs gesteld als u zich uiterlijk drie dagen voor aanvang van de excursie aanmeldt, zodat tijdig de beschikbaarheid in de auto’s kan worden geregeld. Doe dit
34
DE KLEINE ALK
voor de VWG-excursies bij Erwin van Saane, voor de KNNV-excursies bij de excursieleiders (ook voor inlichtingen), zie onder. Er wordt voor de auto’s gerekend met een tarief van 15 cent per kilometer. We raden de bestuurders aan in het bezit te zijn van een inzittendenverzekering. Erwin van Saane,
[email protected] of (072) 564 43 25 of (0623) 70 84 61 [KNNV] Sipke Gonggrijp (072) 506 74 95, Rob Monsees (072) 589 47 13 of Jan Verkaik (072) 561 56 05
Buitencentrum Schoorlse Duinen Openingstijden: dinsdag tot en met zondag van 10-17 uur. In het buitencentrum vindt u bosbrasserie IJgenweis. Daar kunt u genieten van biologische streekproducten. Voor alle excursies en activiteiten aanmelden op (072) 509 33 52 (ook voor inlichtingen), tenzij anders vermeld. Luisteren naar Bosuilen De Bosuil, even groot als de Velduil maar kleiner dan de Oehoe, is te vinden in de Schoorlse Duinen. De klank van het vrouwtje is een schel WIEK! ke-WIEK! Het spookachtige geluid van het mannetje kent u vast uit speelfilms. Tijdens deze excursie op 21 december met de boswachter van Staatsbosbeheer ga je luisteren naar deze uilen. Deze wandeling gaat door afhankelijk van de weersomstandigheden. Gebied: Schoorlse Duinen Aanvangstijd: 19.30 uur, eindtijd: 21.30 uur. Tips: Kinderen mogen vanaf 9 jaar mee. Prijs volwassenen: €10, Prijs kinderen: €5. http://www.staatsbosbeheer.nl/, Activiteiten, “Schoorl” of Natuurgebieden, “Schoorlse Duinen” (of klik op Noord-Holland en op Schoorlse Duinen)
Waarnemingenoverzicht juli t/m oktober 2012 We ontvingen in deze periode maar liefst 6.400 waarnemingen. Het is daardoor niet mogelijk om alle waarnemingen te noemen maar een ieder die geïnteresseerd is, kan alles terugvinden op www.waarneming.nl. In dit overzicht alleen de leukere, meer opvallende waarnemingen. Redenen daarvoor kunnen zijn opvallend vroege of late waarnemingen, hoge aantallen, schaarse soorten of vogels op sterk afwijkende plaatsen. Dank aan alle waarnemers!
DE KLEINE ALK
35
Gebiedsafkortingen: HbZ = Hondsbossche Zeewering NHD = Noord-Hollands Duinreservaat
TB = telpost Bergen aan Zee TC = telpost Camperduin
Op 16 en 17 juli werd een vroege Roodkeelduiker langs TC gezien. In de rest van de herfst werden geen opvallende aantallen gemeld. Er waren in de periode slechts 4 meldingen van Parelduikers, alle vliegend langs TC of de HbZ. Bijzonder zijn de twee zomermeldingen van Kuifduikers langs de HbZ: 1 langsvliegend op 16 juli en 2 daar op zee op 19-8. Tussen 20-7 en 23-9 verbleven 1-2 Geoorde futen op de nieuwe plasjes bij de Kleimeer. Deze plasjes zijn nu al een magneet voor leuke waarnemingen en kunnen met regelmatige bezoeken wel eens wat echte klappers gaan opleveren! Langs TC werden regelmatig Noordse stormvogels gemeld met maxima van 16 op 29-9 en 19 op 14-9. Ondanks het ontbreken van een echt stormachtige periode werden toch op 13 dagen Grauwe en op 6 dagen Noordse ‘pijlen’ gemeld. Voor de beide soorten ging het om 1 tot 3 vogels per dag. Een van de specialiteiten van de regio, de Vale pijlstormvogel, werd tussen 15-7 en 1-9 op 7 datums gemeld met telkens 1 vogel. Tussen 14-9 en 18-9 werden vrijwel dagelijks Vale stormvogeltjes gemeld met op de 14e 8 stuks en de overige dagen slechts 1. Roerdompen zijn bij ons in de regio niet zo heel algemeen dus het exemplaar dat zich tussen 10 en 30 augustus bij de Abtskolk vaak mooi liet zien, was dan ook erg populair. Andere waarnemingen waren in de Kleimeer/Geestmerambacht en op 26 oktober vloog er 1 hoog over het NHD. Blijkbaar zijn er ondanks de strenge winterperiodes van de laatste jaren toch nog wat Kleine zilverreigers over: op 2-7 vloog er 1 over de Daalmeer, 1 tot 2 verbleven tussen 4 en 8-8 in de plasjes bij de Kleimeer, op 4-8 zat er ook nog 1 bij de Schoorlse Duinen en de laatste zat op 25-8 in de Stad van de Zon in Heerhugowaard. Van de Grote zilverreiger werden maar liefst 51 waarnemingen ingevoerd. Deze zijn afkomstig uit de gehele periode en ook het gehele werkgebied. Purperreigers zijn hier een stuk zeldzamer maar dit bleek een goed najaar voor deze soort met 1 in de Bergermeer op 4 en 5-8, 1 achter De Putten tussen 14 en 16-8 en 1 bij de plasjes bij de Kleimeer tussen 20 en 22-9. Er waren drie meldingen van Zwarte ooievaars: op 27-7 2 over het NHD, op 1-8 1 over Bergen aan Zee en de laatste op 15-8 over het NHD. De enige melding van de gewone Ooievaar was op 8-8 toen er 2 over de HbZ vlogen. Een regelrechte bijzonderheid voor de regio is de Zwarte ibis. Landelijk was er een kleine influx en hier werden er een paar gezien. Op 11-8 vloog er 1 over de wat verraste trektellers nabij Bergen aan Zee en op 23-9 liep er 1 achter De Putten. De eerste Toendrarietgans van het najaar liep op 27-10 tussen de ‘kollen’ in de Vereenigde Harger- en Pettemerpolder. De eerste 18 Kolganzen werden daar al op 4 oktober gezien en eind oktober zaten er alweer 890. Op 14-9 werden de eerste 4 Rotganzen gemeld. Leuk was de groep van 60 die op 7-10 over het centrum van Alkmaar vloog. Kleurrijker waren de 3 Casarca’s die op 10-10 over Polder Q vlogen. De eerste Smient van het najaar zat op 6 juli in De Putten (of is nooit weggeweest?). Daarna werden vanaf 22-8 de volgende trekkers gezien. Op deze laatste datum werd
36
DE KLEINE ALK
ook alweer de eerste Pijlstaarten gezien, 10 langs TC. De plasjes bij Koedijk (de Kleimeer) trokken tot 2-9 leuke aantallen Zomertalingen: er werden er tot maximaal 15 gemeld. De enige waarneming buiten dit gebied was op 6-7 1 ex in de Mijzenpolder. Oók een mooi eendje is de IJseend. Op 24-10 zat er 1 in De Putten en op 26-10 vlogen er 2 langs TC. Het bekende (escape) vrouwtje Buffelkopeend zat op 26-10 weer eens op de Zomerdel in het Geestmerambacht. Ook als doortrekker lijkt de Blauwe kiekendief steeds schaarser te worden. Tussen 17-8 en 26-10 werden er slechts 13 gemeld, vrijwel allemaal dicht langs de kust. Op 11 en 20-10 werden Ruigpootbuizerds geclaimd. Die van de 11e in het NHD en die van de 20e in Polder L nabij Petten. Helaas sluiten de beschrijvingen Buizerds niet uit. Tussen 30-8 en 27-10 werden 11 langsjakkerende Smellekens gezien. Over de gehele periode waren er ruim 30 Slechtvalkmeldingen. Zoals altijd het merendeel rond De Putten maar ook in de duinen, de Mijzenpolder en rondom Alkmaar en Heiloo werden er gezien. Bijzonder was de melding van een ongedetermineerde vorkstaartplevier op 5-9 langs Camperduin. Op 12-8 vloog de eerste Morinelplevier van het najaar over Polder Q.
Morinelplevier, 28 augustus 2012, Parkeerplaats Hargen aan Zee.
Foto: Jan Stok
Twee vlogen er op 25-8 langs Camperduin. Erg populair waren de twee jonge vogels die tussen 28 en 31-8 op de parkeerplaats bij Hargen verbleven. Op 30-10 liep er een Kanoet in de plasjes bij de Kleimeer. Daar werden ook tot 102 (op 5-7) Kemphanen geteld. Het enige Bokje liep op 26-10 in De Putten. De eerste Houtsnippen doken op 14-10 op waarna er, met name in de duinen, regelmatig gezien werden. Tussen 4 en 6-10 verbleef een late Bosruiter in de Harger- en Pettemerpolder. De eerste Rosse franjepoot vloog op 28-10 langs TC.
DE KLEINE ALK
37
Er werden 5 Middelste jagers doorgegeven. Vier tussen 12 en 18-9 langs TC en 1 op 6-10 langs Egmond aan Zee. Eind augustus/begin september werden landelijk opvallend veel Kleinste jagers gezien. Ook in onze regio werden er meer dan gebruikelijk gezien. Op 22-8 1 nabij Koedijk en op 14-9 1 in de Wimmenummerduinen en verder nog eens 15 vogels langs TC. Een jonge Vorkstaartmeeuw passeerde de TB op 1-10 en de enige Pontische meeuw zat op 7-7 op de HbZ. Ongebruikelijk is de Grote burgermeester die op 10-8 de tellers op de TB verraste. Lachsterns deden het redelijk dit najaar maar binnen onze regio was er slechts één waarneming: op 25-8 vlogen er 2 over het NH-kanaal richting Alkmaar. Reuzensterns deden het iets beter met 1 over de TB op 27-7 en een tweede boven de Abtskolk e.o. op 12-8. Op 28-10 werd de eerste Kleine alk van het najaar langs TC gemeld.
Alk
Foto: Hans Brinks
Papegaaiduikers deden het beter met eind oktober vrijwel dagelijks meldingen: 1 op de 25e, 26e, 27e en de 28e. Tijdens het ringen van Kerkuilen in Langedijk keken de ringers op 10-7 raar op toen er ook nog een Oehoe in de schuur bleek te zitten! Velduilen zijn altijd al leuk maar om er hartje zomer één op een tuinbankje in de Huiswaard te hebben (2-7) is helemaal verassend. Daarnaast was er op 12-8 1 in de duinen bij Camperduin. Er werden drie Draaihalzen gemeld: 1 in een tuin in Oudorp op 28-8, de tweede nabij de TB op 5-9 en de laatste op 15-9 in de Schoorlse Duinen. Strandleeuweriken waren weer dun gezaaid; 1 over de Schoorlse Duinen op 11-10 en 5 over de HbZ op 26-10. Grote piepers deden het beter met 7 stuks: een vroege op 9-9 in de Leihoek, 1 over de TB op 8, 19 en 2 op 20 oktober; op 13-10 vloog er 1 over het Klein Ganzenveld en 26-10 1 over de parkeerplaats bij Hargen. Duinpiepers
38
DE KLEINE ALK
waren schaarser met op 28-8 1 over TC, op 23-9 1 over Bergen en op 10-10 1 over het NHD bij Egmond. De laatste schaarse pieper was een Roodkeelpieper op 20-10 over de bekende TB. Bijzonder was de hybride Boeren- × Huiszwaluw die op 23-9 in het NHD rondvloog. Vanaf eind oktober werden de eerste Pestvogels waargenomen. Op de 26e 1 in het NHD, op de 28e daar nog 1 en op de 30e 1 in Bergen aan Zee. De laatste was op de 31e in Aagtdorp. Het begin van weer een invasie? (Ja, in Alkmaar minimaal 45 vanaf begin november, misschien wel 80-100 op 11-11, maar de dagen erna werden kleinere aantallen gezien, red.) Houd Waarneming.nl in de gaten en je kunt ze volgen! Op 17 en 20-8 werden in de Bakkersdam Waterrietzangers gemeld. Op 1-9 en 8-10 zat er een Sperwergrasmus nabij de parkeerplaats van Hargen. Tussendoor zat er ook nog 1 in het NHD op 3-9. Ongebruikelijk vroeg was de Grauwe fitis die zich tussen 26-7 en 30-7 in het NHD met enig geduld leuk liet zien en horen. Of, werd er gespeculeerd, heeft de vogel daar sinds het voorjaar gezeten? Zijn kleine broertje, de Bladkoning, werd 5 keer gemeld met telkens 1 op 22-9 (Schoorlse Duinen), 27-9 (NHD), 6-10 (Schoorl), 11-10 (Schoorlse Duinen) en tenslotte 21-10 (NHD). Een late Fluiter zat op 2-9 in de Schoorlse Duinen. Op 2-10 vloog een Klapekster samen met wat Gaaien over de TB. Ondanks het klagen van de trektellers dat er “zo weinig waren” werden tussen 23-9 en 28-10 toch nog minimaal 47 IJsgorzen ingevoerd. Zoals te verwachten alle nabij de kust. Sneeuwgorzen deden het een stuk slechter met naast de ene vogel die vanaf 9-9 op de HbZ verbleef slechts 19 extra vogels. Nog schaarser was de Ortolaan. Op 19-9 foerageerde er 1 in het NHD en op 23-9 vloog er nog 1 over het NHD. Een Dwerggors werd op 7-10 kort gezien nabij Camperduin. Pierre van der Wielen,
[email protected]
30: Ontvogeld
“Dit hele gebied”, zei de man met een zuur gezicht, “kan direct achter de rode contour worden opgeborgen. Is er nog iets anders te zien dan infrastructuur en kantoorkolossen? Er vliegt geen vogel meer rond. In het transportkanaal is geen kikker meer te vinden, en dat is logisch met die steile wanden. Maar ook de waterhoenen hebben hier niets meer te zoeken. Neemt u van mij aan dat dat wat wil zeggen.” Ik zocht naar de bushalte waar ik was uitgestapt, toen mijn oog viel op een klein rood en geel streepje. Kijk aan! Een puttertje. Dat is toch mooi. Dat is toch een heel zeldzame vogel, die zomaar even mijn pad kruist.
DE KLEINE ALK
39
De man keek mij aan met een blik of hij me wilde verdelgen. En ik weet het wel, hoor. Je moet klagers negeren of gelijk geven en er zeker niet tegenin gaan. Dan heb je niet door hoe het werkt. Met mijn puttertje – en hij zat er echt – had ik zijn ontvogelmythe volledig onderuit gehaald. En dat deed zeer. Hij ging mij nu uitleggen dat het enige dat hier nog vloog van metaal of digitaal was. Alle ganzen waren vervangen door vliegtuigen, en dat puttertje dat ik had gezien was een verzameling puntjes die op een geraffineerd geplaatst scherm werden geprojecteerd. Bij het Ministerie hadden ze het helemaal gehad met vogels en ze wilden er alleen nog maar afbeeldingen van toestaan. De echte waren allemaal gekooid, verjaagd of de nek omgedraaid. Op het moment dat ik me omdraaide was het vogeltje al gewist. Later ben ik serieus gaan twijfelen, toen ik al thuis was. Achteraf gezien was het wel stug dat in een gebied waar mus noch kraai komt ineens een puttertje opduikt. Dat is wel heel onwaarschijnlijk. Maar om aan te nemen dat het een digitale vogel was vond ik wel erg ver gaan. Ik sliep slecht die nacht. De volgende ochtend trok bij het uitlaten van de hond de vreemde stemming van de vorige dag door mij heen. Net als de lage nevels door de tuin. Met mijn ogen volgde ik sloom de riem aan het eind waarvan geen hond was. Die blafte vanuit de bosjes een vogeltje tevoorschijn. Een puttertje nog wel! Wie weet dezelfde als de vorige dag. Om mij te laten zien hoe echt hij is, en hoe ongerept de struiken in mijn tuin. Maak mij wat wijs!
Oplossing pagina 21: Rode patrijs
40
DE KLEINE ALK