Colofon
In opdracht van de directeur Publiek en Ontwikkeling Uitgave van: Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend Projectleiding: Bert Mentink Ontwerp omslag: Lassooy Design BNO, Wormerveer Drukwerk: Huisdrukkerij gemeente Purmerend Foto: Denise Kuijk-Floris Bij vragen: Gemeente Purmerend Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Purmersteenweg 42 kamer A2.11 Telefoon: 0299-452496 E-mail:
[email protected]
Digitale rapportage is te vinden op: www.purmerend.nl/stadsgegevens
Mei 2009
Inhoudsopgave
Voorwoord
5
Samenvatting en conclusies
7
Inleiding en verantwoording
17
1
Bevolkingsontwikkeling
19
2
Educatie
23
2.1 Het belang van educatie
26
Economie
27
3.1 Werkgelegenheid
27
3.2 Het belang van werkgelegenheidsgroei
31
3.3 Detailhandel, horeca, toerisme
32
3.4 Het belang van Toerisme en Recreatie
34
Zorg
35
4.1 Gezondheid
35
4.2 Vraag en aanbod zorg en hulp
36
4.3 Sociale Infrastructuur
39
4.4 Het belang van zorg
41
Veiligheid en overlast
43
5.1 Veiligheidsgevoel
43
5.2 Criminaliteit
44
5.3 Overlast
47
5.4 Het belang van bestrijding criminaliteit en overlast.
49
Sport en cultuur
51
6.1 Aantal voorzieningen
51
6.2 Participatie
54
6.3 Het belang van sport en cultuur
56
Wonen
59
7.1 Kwaliteit van het woningbestand
59
7.2 Kwaliteit van de woonomgeving
60
7.3 Vraag en aanbod
62
7.4 Het belang van het onderwerp wonen.
64
Bereikbaarheid
67
8.1 De bereikbaarheid van het centrum van Purmerend voor bewoners
67
8.2 De bereikbaarheid van Purmerend voor mensen van buiten
69
8.3 De bereikbaarheid van Amsterdam
70
8.4 Belang van bereikbaarheid
72
3
4
5
6
7
8
Staat van Purmerend
-3-
B&I, mei 2009
9
Beheer openbare ruimte
73
9.1 Het belang van beheer openbare ruimte
74
10 Dienstverlening
77
10.1 Belang dat de bevolking aan dienstverlening hecht
78
Bronnen
Staat van Purmerend
79
-4-
B&I, mei 2009
Voorwoord
Wat zijn belangrijke thema's voor de toekomst? Hoe profileert Purmerend zich binnen de Metropoolregio Amsterdam? Wat zijn nu de zwakke en sterke punten van Purmerend en hoe blijft Purmerend aantrekkelijk als de woningmarkt in de toekomst ontspant? Deze eerste Staat van Purmerend levert een belangrijke basis voor de antwoorden op deze vragen. Voor het eerst beschrijven we feiten en belevingen uit verschillende bronnen per programma van de programmabegroting samenhangend. Ik heb er alle vertrouwen in dat we hiermee de bestuurlijke discussie over de invulling van de toekomstagenda inhoudelijk goed ondersteunen. Ik wens u een inspirerend debat toe over de agenda van de toekomst van Purmerend. Carlijne Philips Hoofd team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend
Staat van Purmerend
-5-
B&I, mei 2009
Staat van Purmerend
-6-
B&I, mei 2009
Samenvatting en conclusies
Aanleiding Staat van Purmerend De toekomst van Purmerend. Hoe ziet die eruit? En aansluitend daarop: welke punten zouden gemeentelijke aandacht moeten krijgen? Welke punten horen thuis op onze strategische agenda? Om deze vragen te beantwoorden is B&I gevraagd aan te geven hoe Purmerend er nu voor staat en het resultaat te beoordelen in het kader van: 'Purmerend als onderdeel van de Metropoolregio' en 'Purmerend als centrumgemeente'. Voor de Metropoolregio heeft Purmerend op dit moment een belangrijke woonfunctie. Hoe ontwikkelt die zich? Kan Purmerend die behouden? Omgekeerd heeft de Metropoolregio (lees: Amsterdam) een belangrijke werkgelegenheidsfunctie voor Purmerend. Hoe staat het daarmee? Zijn de banen goed bereikbaar en blijven ze in aantal aansluiten op onze vraag? In de structuurvisie is uitgesproken dat Purmerend een centrumgemeente van de regio Waterland wil zijn. Zijn we dat ook? Zo ja, op welke terreinen, waar niet en welke ontwikkelingen mogen we verwachten? In de samenvatting presenteren we puntsgewijs de feiten en meningen over Purmerend. We sluiten daarbij grotendeels aan bij de thema's in de programmabegroting. In de conclusies kijken we wat deze feiten en meningen over Purmerend zeggen over haar woonfunctie, de werkgelegenheid en de gewilde centrumfunctie. Samenvatting Bevolkingssamenstelling en -ontwikkeling De leeftijdsopbouw van Purmerend is niet afwijkend van het Nederlands gemiddelde en van het gemiddelde van de metropoolregio. Amsterdam, dat naar verhouding weinig jongeren en ouderen en veel 20 tot 65 jarigen telt, wijkt wel af van de rest van de metropoolregio. Tot 2020 zal de bevolking nog licht groeien. Dit geldt ook voor de rest van de regio Waterland en de Kop van Noord Holland. De bevolking van Almere, Amsterdam, Haarlemmermeer en Zaanstad groeit nog wel sterk. Na 2020 is bij het bouwen van 4.000 woningen extra nog bevolkingsgroei mogelijk. Dat kan alleen optreden als er geen leegstand optreedt. Over een jaar of vijf zal het aantal overledenen het aantal geborenen gaan overtreffen. Dat wordt steeds sterker. Daardoor ontstaat er meer ruimte voor vestigers van buiten Purmerend. Het aantal jongeren daalt, maar eerst is er nog wel een stijging in Weidevenne. De beroepsbevolking groeit nog licht tot 2013. Daarna blijft ze stabiel. Purmerend vergrijst sterk. Dit is een ontwikkeling waarin Purmerend niet afwijkt van het Nederlands gemiddelde. Het percentage mensen met een hoge opleiding is laag ten opzichte van het Nederlands gemiddelde en het percentage met lage opleiding is hoog. De inkomensverdeling van de Purmerenders wijkt weinig af van het Nederlands gemiddelde. Er zijn iets minder hoge en iets minder lage inkomens. Het percentage eenoudergezinnen is hoger dan gemiddeld in Nederland maar niet hoger dan gemiddeld in de Metropoolregio.
Staat van Purmerend
-7-
B&I, mei 2009
Het percentage niet westerse allochtonen is iets hoger dan het Nederlands gemiddelde, maar is niet hoger dan gemiddeld in de Metropoolregio. Educatie/ Werk en Inkomen Purmerenders zijn tevreden over het aantal en de kwaliteit van basisscholen. Purmerenders zijn iets minder tevreden over voortgezet onderwijs, kinderopvang en speelvoorzieningen. Er zijn ruim 600 voortijdig schoolverlaters geregistreerd, 80% van de voortijdig schoolverlaters is aan het werk. De jeugdwerkloosheid is gering. Economie Werkgelegenheid Er is weinig werkgelegenheid in Purmerend zelf en in de regio Waterland. Binnen de metropoolregio is de regio Waterland (inclusief Purmerend) de regio met de minste werkgelegenheid. De werkgelegenheid in Purmerend is de laatste 10 jaar iets meer gegroeid dan op grond van de bevolkingsgroei zou mogen worden verwacht. Als de capaciteit van bedrijventerreinen en kantoren wordt benut kan Purmerend qua hoeveelheid banen aansluiten bij de rest van de metropoolregio. Er is veel werkgelegenheid bereikbaar vanuit Purmerend met name in Amsterdam en omgeving. De werkloosheid is laag. Te verwachten is dat deze evenals in de rest van Nederland zal stijgen maar wel iets onder het Nederlands gemiddelde zal blijven. Veel (de helft) Purmerenders, die in Amsterdam en omgeving werken, maken gebruik van het openbaar vervoer. Er zijn veel files in woon-werkverkeer richting Amsterdam Detailhandel, horeca, toerisme Purmerenders zijn tevreden over het aantal en de kwaliteit van de winkels en horeca in Purmerend. Verkoopvloeroppervlakte per 1.000 inwoners voor dagelijkse goederen is iets hoger dan gemiddeld in Nederland. Voor niet-dagelijkse goederen is het iets lager dan gemiddeld in Nederland. De centrumfunctie voor winkels is beperkt. De uitstroom van kopers van niet-dagelijkse goederen is groter dan de instroom. Er zijn voor toeristen nauwelijks attracties in Purmerend, maar wel dagbestedingsmogelijkheden. De ligging van Purmerend ten opzichte van toeristische centra en recreatiegebieden is wel gunstig. Door de geringe groei van de bevolking van Purmerend en van de regio zal de koopkracht van deze bevolking niet veel meer stijgen. Wel bestaat de kans dat de vergrijzende bevolking de nietdagelijkse boodschappen meer in Purmerend zou willen doen. Nieuwe winkels in Purmerend zijn levensvatbaar als zij wijzigingen in de huidige koopstromen weten te bewerkstelligen
Staat van Purmerend
-8-
B&I, mei 2009
Zorg Gezondheid Veel mensen vinden dat zij een goede gezondheid hebben. Toch heeft 20% een langdurige ziekte, aandoening of handicap. Dit percentage zal door de vergrijzing stijgen. Bijna de helft (niet anders dan het Nederlands gemiddelde) heeft overgewicht. Dit kan tot meer chronisch zieken leiden dan op grond van de vergrijzing mag worden verwacht. Vraag en aanbod zorg en hulp Purmerenders zijn over het algemeen tevreden over de gezondheidszorg, de maatschappelijke dienstverlening en de individuele voorzieningen in het kader van de Wmo. Volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau zal vraag een aanbod van informele hulp tot 2020 in balans blijven. Er komen meer hulpbehoeftigen, maar ook meer helpers (de jonge ouderen). Tegelijkertijd is te verwachten dat meer mensen niet afhankelijk willen zijn van de informele hulp en liever betalen voor professionele hulp. De vraag naar professionele zorg en hulp zal sterk toenemen. De vraag is of deze in voldoende mate kan worden geleverd. Sociale infrastructuur Purmerenders vinden het wonen in hun buurt over het algemeen prettig. Zij vinden het aantal voorzieningen op het gebied van sport, cultuur en sociaal-cultureel werk over het algemeen ruim voldoende. Purmerenders vinden het aantal voorzieningen voor jongeren onvoldoende en veel mensen zijn het niet eens met de stelling dat er voldoende ontmoetingsmogelijkheden zijn in de buurt. Weinig mensen hebben behoefte aan ontmoetingsplaatsen in de buurt. Als in de Gors en Weidevenne wijkcentra (of wijkpleinen) zijn gerealiseerd is er in iedere wijk een wijkcentrum. Mensen met een beperking achten openbare gebouwen en winkels voldoende toegankelijk, maar zij zijn minder tevreden over de toegankelijkheid van looproutes in de buurt. Purmerenders geven een laag cijfer voor de betrokkenheid van buurtbewoners bij de buurt. Een hoge betrokkenheid is belangrijk, omdat daardoor de kans bestaat dat er meer netwerken ontstaan waarbij mensen elkaar ondersteunen. De kans bestaat dat door de vergrijzing in de toekomst meer mensen betrokken zullen zijn bij de buurt. Veel Purmerenders vinden dat zij onvoldoende mogelijkheden hebben om hun mening te geven bij wijzigingen in de buurt. Veiligheid en overlast Het veiligheidsgevoel Purmerenders geven zeer hoge rapportcijfers voor het veiligheidsgevoel overdag en 's avonds in de eigen buurt. In het centrum en Wheermolen is het veiligheidsgevoel iets minder maar toch nog steeds ruim voldoende. Als mensen elkaar kennen in een buurt en als de woonomgeving er verzorgd uitziet heeft dat positieve gevolgen voor het veiligheidsgevoel.
Staat van Purmerend
-9-
B&I, mei 2009
Criminaliteit Purmerend staat op de Gemeentelijke Veiligheids Index op de 98e plaats. Dat is gunstig als we bedenken dat Purmerend qua omvang de 37e gemeente van Nederland is. Het aantal geregistreerde vermogensmisdrijven is de laatste jaren sterk afgenomen, het aantal geweldsmisdrijven is gelijk gebleven en het aantal vernielingen is iets toegenomen. Vernielingen, bekladding en fietsendiefstal komen volgens de Purmerenders het vaakst voor. Omdat criminaliteit veel door jongeren wordt gepleegd bestaat de kans dat door het afnemende aantal jongeren de criminaliteit zal afnemen. In Weidevenne neemt het aantal jongeren nog sterk toe. Hier is nog wel kans op toename. Omdat Purmerend meer een centrumfunctie krijgt voor uitgaan (P3 en discotheek) kan dit tot toename van criminaliteit en overlast leiden . Het Sociaal Cultureel Planbureau geeft aan dat van veel maatregelen op het gebied van criminaliteitsbestrijding niet kan worden bewezen of het effect heeft. Bewezen effect hebben wel: Gericht politietoezicht op bekend onveilige plekken en tijdstippen (boven algemene inzet), toezicht door horecapersoneel en het plaatsen van goed hang- en sluitwerk. Overlast Hondenpoep, rommel op straat en overlast van groepen jongeren zijn vormen van overlast die volgens de Purmerenders het vaakst voorkomen. De eerste twee scoren gelijk aan het landelijk gemiddelde. Overlast van groepen jongeren scoort ongunstiger dan landelijk gemiddeld. Wheermolen en Centrum scoren op veel overlastaspecten ongunstiger dan de andere wijken. Overlast van groepen jongeren komt volgens de bewoners het meest voor in de Purmer Zuid (hier wonen de meeste jongeren) en Centrum (hier gaan de meeste jongeren uit). De kans is groot dat Weidevenne de positie van de Purmer Zuid overneemt Sport en cultuur Aantal voorzieningen Purmerenders zijn tevreden over het aantal voorzieningen op het gebied van sport, cultuur en sociaal-cultureel werk. Ze zijn minder tevreden over het aantal voorzieningen voor jongeren De golfbaan, P3 en het Nederlands Kindertheater hebben een bovenregionale betekenis Het zwembad en de bibliotheek trekken meer bezoekers dan je op grond van het aantal inwoners van Purmerend zou mogen verwachten. Ze hebben een (geringe) regionale betekenis. De Purmaryn heeft ook een regionale betekenis, maar er is ook veel afvloeiing van theaterbezoekers vanuit Purmerend en de regio naar elders Purmerendse sportvoorzieningen hebben geen regionale betekenis. Er is meer uitstroom van Purmerendse sporters naar elders dan van sporters uit de regio naar Purmerend. De kans bestaat dat door de vergrijzing meer mensen gebruik zullen willen maken van voorzieningen in hun eigen woonplaats. Purmerend geeft voor Kunst en Ontspanning meer geld uit dan het ijkpunt (zie Cebeonrapport). Dit komt omdat voor Purmerend op dit punt geen centrumfunctie is toegekend. Participatie Een groot deel van de jongeren is lid van een sportvereniging. Mensen met een beperking en ouderen gaan meer naar de wijkcentra dan mensen zonder beperking en jongeren. Door de vergrijzing zijn daarom meer bezoekers van wijkcentra te verwachten. Het theater- en bibliotheekbezoek door mensen met een beperking en ouderen is niet afwijkend. Ouderen en mensen met een beperking doen minder aan sport dan andere Purmerenders.
Staat van Purmerend
- 10 -
B&I, mei 2009
Door daling van het aantal jongeren zal waarschijnlijk ook het aantal leden van verenigingen dalen. Een bedreiging voor verenigingen is dat minder mensen vrijwilliger willen zijn. Wonen en woonomgeving Kwaliteit van het woningbestand Purmerenders geven een hoog cijfer voor de kwaliteit van hun eigen woning. Huurappartementen zonder lift in heel Purmerend en huurappartementen met lift in Wheermolen krijgen een wat lager cijfer. Het percentage sociale huurwoningen in Purmerend is hoger dan landelijk gemiddeld. Hierdoor kan Purmerend een aanzuigende werking hebben en in de toekomst nog meer krijgen op zwakke groepen in de samenleving. De kans bestaat dat in de gemeenten die nog wel veel gaan bouwen (Amsterdam, Almere, Haarlemmermeer en Zaanstad) de woningkwaliteit gemiddeld hoger zal worden dan Purmerend. Kwaliteit van de woonomgeving In de wijken Wheermolen, Gors en Purmer Noord geven de bewoners een laag cijfer voor de woonomgeving. In de Purmer Zuid en Weidevenne is dit juist hoog. Een woonomgeving die er goed uitziet is naast de woning zelf een belangrijke reden voor het kiezen van een woning. Op termijn wordt de kwaliteit van de woning en de woonomgeving extra van belang als door het ontstaan van ruimte op de woningmarkt woongebieden met elkaar gaan concurreren. Vraag en aanbod Er is een grote vraag naar appartementen voor ouderen en naar duurdere koop- en huurwoningen (buiten de crisistijd). Beide soorten woningen kunnen voor doorstroming zorgen vanuit goedkopere woningen, die dan weer voor starters en beginnende doorstromers geschikt zijn. Er ontstaat na 2020 meer ruimte op de woningmarkt in Nederland en ook rond Amsterdam. Dan is een concurrerend woonmilieu belangrijk Bereikbaarheid Bereikbaarheid van het centrum van Purmerend door inwoners van Purmerend Purmerenders beoordelen de bereikbaarheid van het centrum per fiets en het openbaar vervoer positief, maar beoordelen de bereikbaarheid per auto minder positief. Omdat de parkeercapaciteit op de drukste uren niet geheel wordt gebruikt, heeft de als slecht beoordeelde bereikbaarheid per auto waarschijnlijk meer met doorstroming te maken dan met het gebrek aan parkeercapaciteit. Door de vergrijzing is er kans op meer spreiding van het bezoek aan het centrum en daarmee een verbeterde bereikbaarheid. Als Purmerend de centrumfunctie voor de regio verder invulling geeft, dan is verslechtering van de bereikbaarheid mogelijk. De al geplande bouw van de Melkwegbrug en de geplande uitbreiding van de parkeercapaciteit kunnen dan voor verlichting zorgen. Bereikbaarheid van Purmerend voor mensen uit de regio. Volgens de monitor stedelijke bereikbaarheid is Purmerend goed bereikbaar. Toch kan het volgende worden geconstateerd: Parkeerdruk voor werkenden in het Centrum en de Gors. Files bij het binnenkomen van Purmerend.
Staat van Purmerend
- 11 -
B&I, mei 2009
Openbaar vervoer vanuit de regio richting Purmerend is niet optimaal. Bereikbaarheid van Amsterdam en omgeving voor Purmerenders Amsterdam is in de spits goed bereikbaar met het openbaar vervoer en slecht met de auto. De helft van de Purmerenders die in Amsterdam en omgeving werkt gaat met het openbaar vervoer. Het aantal Purmerendse forensen kan stabiliseren of zelfs afnemen doordat de beroepsbevolking op termijn niet meer groeit en doordat er extra werkgelegenheid in Purmerend wordt gecreëerd. De Tweede Coentunnel kan zorgen voor verbetering van de bereikbaarheid per auto van Amsterdam. Echter de kans is groot dat meer mensen dan met de auto naar Amsterdam zullen gaan in plaats van met het openbaar vervoer. Uit onderzoek blijkt namelijk dat mensen geneigd zijn de snelste vervoerswijze te kiezen. Daarmee kan dan het goede openbaar vervoerssysteem weer onder druk komen te staan. Purmerenders die aan de zuid- en oostkant van Amsterdam (waaronder de Zuid-as) werken zullen te maken krijgen met het toenemende verkeersaanbod vanuit Almere en Haarlemmermeer, waar de bevolking nog sterk zal stijgen. Beheer openbare ruimte Het rapportcijfer dat Purmerenders voor het beheer van de openbare ruimte geven is aan de lage kant. In de Purmer-Zuid en Weidevenne is men er positiever over dan in de rest van Purmerend. Het schoonhouden in het algemeen en het onderhoud van bankjes en afvalbakken scoren het laagst. Op deze aspecten wordt de komende tijd geïntensiveerd. Een openbare ruimte die er goed onderhouden uitziet, draagt bij aan het gevoel van veiligheid, aan het gebruik van deze ruimte en de voorzieningen door ouderen en mensen met een beperking. Dienstverlening Purmerenders zijn positief over de dienstverlening tijdens een bezoek en per telefoon en minder positief over het schriftelijk contact en het contact per e-mail. Een belangrijk deel van de Purmerenders blijft een voorkeur houden voor contact met de gemeente via een bezoek of per telefoon boven digitale dienstverlening. Er is een tendens gaande dat de gemeente Purmerend meer diensten gaat verrichten voor andere gemeenten in de Regio Waterland. Algemeen De gemeente Purmerend bevindt zich in een ongunstige financiële positie door de Stadsverwarming. De economische crisis kan deze positie op termijn nog verder negatief beïnvloeden.
Staat van Purmerend
- 12 -
B&I, mei 2009
Conclusies In deze paragraaf kijken we wat de feiten en meningen over Purmerend zeggen over de woonfunctie van Purmerend, de werkgelegenheid en de gewenste centrumfunctie. De woonfunctie Prettig wonen Purmerenders waarderen het aantal en de kwaliteit van veel voorzieningen in Purmerend. Dit geldt voor winkels, scholen, sportvoorzieningen, culturele voorzieningen en ook voor de individuele voorzieningen voor mensen met beperkingen. Bovendien vinden de meeste mensen het prettig wonen in Purmerend en voelen zij zich er veilig. Uiterlijk woonomgeving en betrokkenheid scoren minder Over het uiterlijk van de woonomgeving zijn Purmerenders iets minder positief. Dat geldt zowel voor de wijze waarop er is gebouwd als voor het onderhoud. Het sterkst geldt dit voor de wijken Wheermolen, Purmer-Noord en Gors. De betrokkenheid van Purmerenders bij Purmerend en bij hun buurt krijgt eveneens een wat minder hoge score. De wijk Centrum is een uitzondering hierop. Deze wijk scoort wel hoog. Een mooi uiterlijk van de woonomgeving en betrokkenheid van inwoners bij de buurt zijn belangrijke voorspellers voor een goede leefbaarheid op de lange termijn Nu is er nog nauwelijks sprake van leefbaarheidsproblemen. Maar als de woningmarkt in de verre toekomst ruimer wordt, is de kans daarop groter. De kans dat die ruimte in Purmerend ontstaat is groot omdat Purmerend niet, zoals in Almere, Amsterdam, Haarlemmermeer en Zaanstad wel het geval is, investeert in het bouwen van grote aantallen woningen van een goede kwaliteit en in een aantrekkelijke omgeving. Daardoor zal de voorraad van Purmerend relatief minder aantrekkelijk zijn en relatief goedkoop. Het gevaar voor de toekomst is dan dat minder kansrijke groepen zich in Purmerend vestigen en dat meer kansrijke groepen vertrekken. Het hoge percentage sociale huurwoningen kan deze ontwikkeling versterken. Juist kansrijke groepen houden het woonklimaat op peil. Bovendien zouden ze de motor kunnen zijn voor het scheppen van meer werkgelegenheid en variëteit van voorzieningen in Purmerend. De werkgelegenheidsfunctie Veel werkgelegenheid bereikbaar Voor Purmerenders is veel en gevarieerde werkgelegenheid op bereisbare afstand beschikbaar in de Metropoolregio. In Purmerend zelf is voor ongeveer de helft van de werkende bevolking een baan beschikbaar. Voor een stad met een centrumfunctie in de regio is dit heel weinig. De arbeidsplaatsen in Purmerend worden overigens voor bijna de helft bezet door mensen van buiten Purmerend. Vooral bevolkingsvolgzame werkgelegenheid in Purmerend zelf De aard van de werkgelegenheid binnen Purmerend is al heel lang als "bevolkingsvolgzaam" te kenschetsen, d.w.z. het gaat om bedrijven die vooral diensten verlenen aan de bevolking van Purmerend en omgeving (voorbeeld: autobedrijven, detailhandel, makelaars). De laatste 10 jaar is er iets meer groei te bespeuren dan je op grond van de bevolkingsgroei zou mogen verwachten. Die extra groei is vooral waar te nemen in de zorg en de zakelijke dienstverlening.
Staat van Purmerend
- 13 -
B&I, mei 2009
Beschikbaarheid van bedrijventerrein De komende jaren groeit de bevolking van Purmerend en de rest van de regio Waterland niet sterk meer. Als de tendens uit het verleden, dat zich vooral bevolkingsvolgzame werkgelegenheid vestigt, doorgaat is er niet veel groei van de werkgelegenheid in Purmerend te verwachten. Echter er komt bedrijventerrein beschikbaar (Baanstee Noord) en ook winkel- en kantoorvloeroppervlakte. Beschikbaarheid van bedrijfsruimte kan op zichzelf extra (stuwende) werkgelegenheid naar Purmerend trekken. Zeker als door de tweede Coentunnel de verbinding van het economisch hart van de metropoolregio richting Purmerend beter wordt. Bereikbaarheid banen in Amsterdam staat onder druk Mede door het grote aantal banen in de metropoolregio en dan met name Amsterdam, is er weinig werkloosheid onder Purmerenders. De bereikbaarheid van deze banen staat echter steeds meer onder druk. De fileproblematiek is groot. De tweede Coentunnel zorgt op termijn voor een extra verbinding met Amsterdam, maar deze zal de toenemende fileprobleem richting Amsterdam vermoedelijk niet oplossen omdat meer mensen de auto zullen kiezen ten koste van het nu zeer goed functionerende openbaar vervoer. Daarnaast zal de groeiende (beroeps)bevolking van de Zaanstreek, Almere en Haarlemmermeer de ring rond Amsterdam extra belasten, met name in het zuid-oosten. Daar hebben ook Purmerenders last van. De centrumfunctie voor de regio Waterland Purmerend is niet in alle opzichten centrum voor de regio Waterland Purmerend is niet op alle terreinen een centrum voor de regio Waterland. Vrij sterk is de regiofunctie voor de gezondheidszorg (o.a. ziekenhuis, jeugdzorg en thuiszorg) en het onderwijs (met name voortgezet onderwijs en het mbo). Op het gebied van cultuur trekken de Purmaryn en P3 veel bezoekers uit de regio, maar theaterbezoekers uit Purmerend en de rest van de regio Waterland gaan ook naar theaters buiten de regio. Wat betreft sport zien we een beperkte regiofunctie van het zwembad, maar nauwelijks een regiofunctie van de Purmerendse sportverenigingen. Het is eerder andersom: vrij veel Purmerenders zijn lid van verenigingen in de omgeving. Voor de dagelijkse boodschappen heeft Purmerend een kleine regiofunctie, maar voor de niet dagelijkse boodschappen geldt dat nauwelijks. Een uitzondering is de doe het zelf branche. Opmerkelijk is wel dat de Warenmarkt veel mensen uit een ruime regio trekt. Dit is nog een gevolg van de Centrumfunctie die de Veemarkt heeft/had. Op het gebied van de werkgelegenheid heeft Purmerend weliswaar een regiofunctie (de helft van de Purmerendse arbeidsplaatsen wordt door niet-Purmerenders bezet) maar zeer veel mensen uit de regio en Purmerend gaan voor hun werk naar Amsterdam. Bij het vervullen van de centrumfunctie van Purmerend voor de regio Waterland zien we dat de ambtelijke organisatie van de gemeente Purmerend ook taken vervult voor andere gemeenten. Een voorbeeld hiervan is de BAG. Uitbreidingskansen centrumfunctie niet vanzelfsprekend Het zal niet eenvoudig zijn de centrumfunctie te versterken. In de eerste plaats beperkt de ligging van Purmerend de kansen om de centrumfunctie te versterken. Zo doet men de dagelijkse boodschappen graag dicht bij huis. En "dichtbij huis" is voor een groot deel van de regio Waterland niet vanzelfsprekend "Purmerend". Voor delen van de regio Waterland liggen Amsterdam Noord, Zaanstad, Hoorn of Alkmaar letterlijk dichterbij dan Purmerend. Denk hierbij aan Wormer en Landsmeer. En als de andere steden iets verder liggen dan zijn ze aantrekkelijker vanwege o.a. hun grotere winkelareaal.
Staat van Purmerend
- 14 -
B&I, mei 2009
De geplande gronduitgifte op bedrijventerrein de Baanstee Noord en uitbreiding van het aantal winkels en kantoren zouden wel een bijdrage kunnen leveren aan aan de centrumfunctie. Het is echter de vraag of de bedrijfs-, winkel- en kantoorruimte vol komt nu de bevolking van Purmerend en de rest van de regio Waterland niet sterk meer groeit. (zie hierboven onder "werkgelegenheid"). Gemakkelijker dan het uitbreiden van centrumfunctie op het gebied van de economie is de uitbreiding van de dienstverlening van de gemeente Purmerend aan andere gemeenten in de regio Waterland. Kansen voor openbaar vervoer Bij het spelen van de centrumrol is de verkeersinfrastructuur een belangrijke factor. Het openbaar vervoer in de hele regio is meer op Amsterdam gericht dan op het centrum van Purmerend. De bereikbaarheid per auto is ook een punt. Bij uitbreiding van het centrum zal er meer verkeersdruk komen op het toch al kleine centrum. Dit pleit ervoor om te kijken hoe het aandeel openbaar vervoer kan worden verhoogd door stimulerende maatregelen. Dan nog blijft het de vraag hoeveel extra verkeer het centrum van Purmerend aankan. Wat is het belangrijkst? Uit bovenstaande blijkt dat Purmerend eigenlijk op elk van de drie terreinen voor een uitdaging staat: de kwaliteit van het woningaanbod gaat (relatief gezien) achteruit, de bereikbaarheid van banen is een probleem en de centrumfunctie is zwak. Het is daarom lastig één aspect aan te wijzen waar Purmerend prioriteit aan zou moeten geven. Het is wel mogelijk de prioriteiten te ordenen. Daarvoor is het belangrijk na te gaan wat essentieel is voor een leefbare stad. Essentieel voor een leefbare stad is de aanwezigheid van kansrijke groepen. Kansrijke groepen leveren doorgaans een grotere bijdrage aan de kwaliteit van hun woonbuurt, de ondernemers onder hen stimuleren de werkgelegenheid en hun uitgavenpatroon geeft een impuls aan de lokale economie. In delen van de stad met een dominante aanwezigheid van kansarme groepen is vaker sprake van verwaarlozing van de buurt, onveiligheidsgevoelens en werkloosheid. Elke stad kent kansrijke en kansarme groepen. De kunst is de juiste balans tussen beide te realiseren. Op dit punt zijn de vooruitzichten voor Purmerend ongunstig. Voor het vestigen en behoud van kansrijke mensen in Purmerend is het van belang hen woningen aan te bieden die passend zijn bij hun sociaal-economische situatie. Om kansrijke groepen vast te (blijven) houden en aan te trekken, is investeren in het Purmerendse woningaanbod essentieel. Bij gelijkblijvende investeringen in het woningaanbod, zal Purmerend minder aantrekkelijk worden dan buurgemeenten met als gevolg een vertrek van kansrijke Purmerenders en een aanzuigende werking op meer kansarme groepen. Een goed woningaanbod zou daarom de de hoogste prioriteit moeten krijgen. Het goede nieuws is dat investeren in het woningaanbod bij uitstek een aspect is waar we als gemeente goed invloed op uit kunnen oefenen. Tegelijkertijd kan investeren in het woningaanbod niet los gezien worden van bereikbaarheid van banen in en buiten Purmerend. Want de keuze om in een stad te gaan wonen, wordt grotendeels bepaald door de dagelijkse reistijd. Aanpak van fileproblematiek en waar mogelijk stimuleren van de lokale werkgelegenheid zou daarom, na investeren in het woningaanbod, op de tweede plaats moeten staan. De aantrekkelijkheid van de stad en de gevarieerdheid van het winkelaanbod, spelen (alhoewel in mindere mate) ook mee in de overweging van bewoners om naar Purmerend te komen of er te blijven. Verder draagt een aantrekkelijke binnenstad bij aan de leefbaarheid en het stimuleert de
Staat van Purmerend
- 15 -
B&I, mei 2009
centrumfunctie van Purmerend in Waterland. Op deze manier is dus ook investeren in de centrumfunctie belangrijk, maar minder dan de voorgaande twee. De conclusie op grond van deze analyse is daarom dat de meeste nadruk op investering in het woningaanbod zou moeten liggen, maar niet zonder eveneens aandacht te schenken aan bereikbaarheid van banen en de centrumfunctie. Wat dit laatste betreft zou de nieuwe Koemarkt overigens nog een onverwacht positieve bijdrage kunnen leveren. Gezien de lokale, maar ook de landelijke financiële ontwikkelingen, is het een uitdaging voor Purmerend om vast te stellen welke instrumenten ter beschikking staan om deze gecombineerde aanpak te realiseren. Voorliggend onderzoek toont dat er in de gemeentelijke organisatie al tal van ideeën leven. Graag nodigen we u uit om deze ideeën te bespreken en aan te vullen met creatieve alternatieven.
Staat van Purmerend
- 16 -
B&I, mei 2009
Inleiding en verantwoording
Achtergrond
Woensdag 3 maart 2010 zijn de nieuwe gemeenteraadsverkiezingen. Enige tijd daarna zal het nieuwe college zich buigen over de gewenste ontwikkelingen voor Purmerend. Het college zal dan speerpunten voor de komende jaren formuleren (strategische agenda). Hoewel dit pas in 2010 gebeurt, begint het hele denken daarover al in 2009 wanneer de politieke partijen hun verkiezingsprogramma's opstellen. De directie wil dit proces ondersteunen door een actueel beeld van Purmerend te geven en te laten zien wat de belangrijke ontwikkelingen en de daaruit voortkomende kansen en bedreigingen zijn in de komende jaren. In verband daarmee heeft de directie het team B&I gevraagd een 'Staat van Purmerend' te ontwikkelen. Deze moet ook input leveren voor de taakanalyse die later dit jaar wordt gemaakt. Dit rapport is tot stand gekomen met medewerking van degenen die beleidsinhoudelijk op de hoogte zijn. Vragen opdrachtgever
Aan de hand van de Staat van Purmerend wil de directie op vier vragen antwoord kunnen geven: 1. Wat voor stad willen we zijn? Waar zijn we goed in? Uitgangspunt is dat Purmerend onderdeel is van de metropoolregio. Welke rol kan en wil Purmerend hierin spelen? 2. Hoe voorkomen we dat er op de lange termijn leefbaarheids problematiek in de stad ontstaat? Wat zijn de succes- en risicofactoren? 3. Hoe vangen we de gevolgen van ontwikkelingen in de samenleving op (hieronder ook demografische ontwikkelingen zoals vergrijzing, ontgroening, krimp bevolking)? 4. Welke prioriteiten kunnen we stellen? Onderzoeksvragen
Per programma (of cluster van programma's) van de programmabegroting hebben we het volgende in beeld gebracht. 1. Wat is de huidige stand van zaken (voornamelijk meningen van burgers en gebruik van / behoefte aan voorzieningen). Nadrukkelijk komt, waar mogelijk, de positie van Purmerend in de regio aan de orde. 2. Wat zijn de te verwachten ontwikkelingen/prognoses (inclusief kansen en bedreigingen)? (ook volgens landelijke instituten zoals het SCP) 3. Welke thema's vinden burgers meer dan gemiddeld belangrijk?. 4. Welke thema's zijn volgens landelijke instituten (zoals het SCP) het meest van belang voor economische en sociale gezondheid/leefbaarheid van een stad (ofwel voor succesvolle steden). Punt 1 geeft weer welke thema's het nu goed of minder goed mee gaat en wat de positie van Purmerend is in de regio. Punt 2 geeft aan wat in de toekomst risico's en kansen (ook in de regio) zijn. Uit punt 1 en 2 valt o.a. te concluderen op welke thema's (functies) wij ons in de metropoolregio zouden kunnen toeleggen en waar andere gemeenten ons aan kunnen vullen. Punt 3 laat zien welke thema's burgers belangrijk vinden en punt 4 laat zien welke factoren volgens landelijke instituten het
Staat van Purmerend
- 17 -
B&I, mei 2009
meest bepalend zijn voor een goed functionerende stad. Uit alle punten samen, kunnen prioriteiten worden afgeleid. Uitwerking
Team B&I heeft de 'Staat van Purmerend' gemaakt op basis van: Reeds aanwezige onderzoeksgegevens van B&I: omnibusenquête 2008, Purmerend in cijfers 2008, ouderenonderzoek 2007, 1-11 jarigenonderzoek 2004, 12-24 jarigenonderzoek 2005 en prognoses 2008; resultaten panelenquêtes. Uitkomsten Regionale Bedrijvenenquete (samenwerking Kamer van Koophandel/grote Noordhollandse gemeenten) een vertaling van landelijke inzichten/ontwikkelingen (o.a. SCP, CBS); Regionale gegevens op vele gebieden. de programmabegroting 2009. In dit geheel ontbreken meningen van bedrijven in Purmerend. In 2009 zal daarom voor het eerst een zogenaamde bedrijvenomnibusenquête worden gehouden. Het proces In februari werd een start gemaakt met deze Staat van Purmerend. Eerst werd met de staf gemeentesecretaris afgestemd wat precies de bedoeling was. Daarbij werden ook de thema's vastgesteld, die een plaats dienden te krijgen in de rapportage. Deze thema's zijn onderdelen van Programma's van de Programmabegroting. Niet alle programma's zijn meegenomen of apart vermeld. Het programma werk en inkomen is niet apart vermeld. Onderdelen zijn terug te vinden onder Economie en Educatie. Het programma Milieu is eveneens niet apart genoemd. Milieuaspecten zijn vooral terug te vinden in de programma's Economie en Bereikbaarheid. Het programma Ruimtelijke Ordening komt eveneens terug in de programma's Economie en Bereikbaarheid en krijgt een plaats in de Conclusies. De concepthoofdstukken zijn besproken met beleidsinhoudelijk deskundigen binnen de gemeente Purmerend. Zij kregen tegelijkertijd ook de gelegenheid om te reageren op de concept Stadsfoto van de Stichting Atlas voor gemeenten. Vanwege de breedte van de opdracht en de beperkte tijd kan het niet helemaal compleet zijn, maar bevat het voldoende informatie voor een inhoudelijke discussie over de toekomstagenda van Purmerend.
Staat van Purmerend
- 18 -
B&I, mei 2009
1
Bevolkingsontwikkeling
Vragen: In hoeverre wijkt de leeftijdsverdeling van Purmerend af van de regio en Nederland? Hoe ontwikkelt het aantal inwoners en de leeftijdsverdeling zich? In hoeverre wijkt het percentage allochtonen af van de regio en Nederland? In hoeverre wijkt het percentage eenoudergezinnen af van de regio en Nederland? In hoeverre wijken opleidingsniveau en inkomensniveau af van de regio en Nederland?
In dit hoofdstuk komt de bevolkingsontwikkeling aan de orde alsmede enkele kenmerken van de bevolking. Huidige situatie Leeftijdsopbouw niet afwijkend van rest metropoolregio Purmerend verschilt qua leeftijdsopbouw weinig van de omringende gemeenten, van de metropoolregio als totaal en van Nederland als totaal. Amsterdam is de enige uitzondering. Hier wonen minder jongeren en ouderen en meer mensen die we kunnen rekenen tot de potentiële beroepsbevolking (20 t/m 64jarigen). Percentage 0-19, 20-64 en 65+ers in Purmerend, de regio en Nederland, 1 jan. 2007 0-19
20-64
65+
Purmerend
24
62
14
Waterland+
25
61
14
Amsterdam
21
68
11
Metropoolregio
24
63
13
Nederland
25
61
14
Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007
14% behoort tot niet-westerse allochtonen Wat betreft etniciteit zijn er wel duidelijke verschillen. Purmerend telt in verhouding tot de omliggende regio (Waterland+) veel allochtonen, maar als je het vergelijkt met Amsterdam zijn het er heel weinig. Ten opzichte van de totale metropoolregio is het iets minder en ten opzichte van Nederland iets meer. Percentage allochtonen, autochtonen in Purmerend, de regio en Nederland 1 jan. 2007 Niet westers
Westers
Autochtoon
Totaal
Purmerend
14
9
77
100
Waterland+
9
7
84
100
Amsterdam
34
14
52
100
Metropoolregio
20
11
69
100
Nederland
11
9
80
100
Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007
Staat van Purmerend
- 19 -
B&I, mei 2009
Percentage eenoudergezinnen hoger dan gemiddeld in Nederland Het percentage eenoudergezinnen is ten opzichte van de metropoolregio met 8,2% gemiddeld. In de regio Waterland is het lager en ook gemiddeld over Nederland is het lager. In Amsterdam is het percentage hoger en dat geldt nog meer voor Almere (10,9%). Eenoudergezinnen in Purmerend, de regio en Nederland 1 jan. 2007 (%) Eenoudergezinnen Purmerend
8,2
Waterland+
6,8
Amsterdam
9,3
Metropoolregio
8,0
Nederland
6,4 Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007
Minder mensen met een hoog opleidingsniveau Het opleidingsniveau van Purmerenders is lager dan het Nederlands gemiddelde. Er zijn naar verhouding meer mensen met een laag opleidingsniveau, ongeveer evenveel met een middelbaar opleidingsniveau en minder met een hoog opleidingsniveau. Opleidingsniveau van Purmerenders van 15 t/m 64 jaar vergeleken met Nederland (%) Purmerend
Nederland
Laag
39
29
Middelbaar
42
43
Hoog
19
28
Totaal
100
100 CBS
Inkomensverdeling niet afwijkend van het landelijk gemiddelde Echter dit lagere opleidingsniveau leidt niet automatisch tot lagere inkomens dan gemiddeld. De inkomensverdeling van Purmerendse huishoudens wijkt namelijk nauwelijks af van het Nederlands gemiddelde. Inkomen van Purmerendse huishoudens vergeleken met Nederland (%) Purmerend
Nederland
Laag
39
40
Midden
43
40
Hoog
18
20
Totaal
100
100 CBS
Ontwikkelingen Op korte termijn nog stijging met 3.000 inwoners Er staan tot 2023 nog ruim 3.000 woningen in de planning. De meeste woningen zijn gepland in Weidevenne (1.460) en Overwhere (1.142). Het gaat om gemiddeld ongeveer 200 woningen per jaar. De meeste woningen (ruim 2.000) staan gepland voor de eerste vijf jaar. Dan zal het inwonertal nog
Staat van Purmerend
- 20 -
B&I, mei 2009
stijgen. Daarna is het te bouwen aantal woningen onvoldoende om de bevolking nog te laten groeien. Door de vergrijzing daalt namelijk de gemiddelde woningbezetting nog enige tijd. Na 2020 nog stijging mogelijk Inmiddels is te lezen in de regiovisie Waterland dat kan worden gedacht aan het bouwen van 1.600 tot 4.000 woningen in de periode 2020 tot 2040. Bij 4.000 woningen zou het huidige bouwtempo gehandhaafd blijven en is te verwachten dat het inwonertal na 2025 weer gaat stijgen. Ook bij 1.600 woningen blijft het inwonertal gehandhaafd, gesteld tenminste dat er geen leegstand ontstaat. Er doet zich op een bepaald moment namelijk een tot nu toe nog niet voorgekomen ontwikkeling voor: het aantal mensen dat overlijdt wordt hoger dan het aantal geboorten. Overledenen laten een woning achter waardoor er weer meer ruimte ontstaat voor vestigers. In 2012 is er voor het eerst een evenwicht tussen geboorte en sterfte. In 2020 overlijden er al 200 inwoners meer dan er worden geboren. De gemiddelde woningbezetting blijft nog wel dalen maar in een minder hoog tempo. Woningvoorraad en inwonertal volgens bevolkingsprognose (april 2008) Woningen
Inwoners
Gemiddelde woningbezetting
2008
33285
78430
2,36
2013
35448
82117
2,32
2018
36115
82114
2,27
2023
36475
81732
2,24
Minimum 2040
38075
82.800
2,17
Maximum 2040
40475
87.800
1 januari
Minimum/maximum
2,17 Team B&I (april 2008)
Grote verschuivingen binnen leeftijdsgroepen Binnen de leeftijdsgroepen treden grote verschuivingen op. Het aantal 0-14 jarigen is nu reeds dalend. Dit heeft gevolgen voor het aantal benodigde kindplaatsen bij kinderopvang, peuterspeelzalen en ook het aantal klaslokalen op basisscholen en de benodigde omvang van scholen voor voortgezet onderwijs. Zie verder het hoofdstuk Educatie. Ook heeft het gevolgen voor voorzieningen voor jongeren. Zie het hoofdstuk Sport en Cultuur. De 15 t/m 64 jarigen, ofwel de potentiele beroepsbevolking, stijgt nog iets tot 2013 en daalt daarna langzaam tot iets onder het niveau van 2008 in 2023. De huidige 15 t/m 64 jarigen maken 68% uit van de bevolking. Het daalt tot 64% in 2023 en daalt daarna zowel in de hoge als de lage variant verder tot nog iets boven de 60%. In absolute zin gaat het bij de hoge variant uiteindelijk wel weer iets stijgen. Wat deze ontwikkeling betekent voor de werkgelegenheid is te zien in het hoofdstuk Economie Het aantal personen van 65 jaar en ouder stijgt sterk. Van 11.032 of 14% naar 16.547 of 20% in 2023. Ook na 2023 zal dit percentage nog verder stijgen. Dit heeft grote gevolgen voor de vraag naar zorg en woningen. Zie verder de hoofdstukken Zorg en Wonen.
De prognose in de gebieden rondom Purmerend1 Een lichte groei van het aantal inwoners, zoals in Purmerend, wordt voorspeld in de rest van de regio Waterland en ook in het gebied ten noorden ervan: de Kop van Noord Holland, Alkmaar e.o. etc.
1
Zie prognoses van Pearl op hun website
Staat van Purmerend
- 21 -
B&I, mei 2009
Net als in Purmerend wordt er op bescheiden schaal gebouwd. In Zaanstad, Amsterdam, Almere en Haarlemmermeer worden nog veel woningen gebouwd. In deze gemeenten stijgt het aantal inwoners nog flink. Veranderingen in de leeftijdsopbouw volgens bevolkingsprognose (april 2008) 1 januari 2008
1 januari 2013
1 januari 2018
1 januari 2023
1 januari 2040 lage variant
1 januari 2040 hoge variant
0-14
14149
13809
12982
12416
12227
13214
15-64
53249
55096
54292
52769
50050
53485
65+
11032
13212
14840
16547
20556
21100
0-14
18,0
16,8
15,8
15,2
14,8
15,1
15-64
67,9
67,1
66,2
64,5
60,4
60,9
65+
14,1
16,1
18,0
20,3
24,8
24,0
Leeftijdsgroep Absoluut
Percentages
Team B&I (april 2008)
Kansen Door na 2020 4.000 woningen te bouwen zal de bevolking weer gaan stijgen en blijft de beroepsbevolking in absolute zin op peil Bedreigingen Door na 2020 weinig te bouwen zal de bevolking wel op peil blijven, maar zal de beroepsbevolking blijven dalen. Bij veel bouwen bestaat de kans dat het wat minder aantrekkelijke deel van de woningvoorraad leegstand zal gaan vertonen en/of bewoond gaan worden door zwakke groepen in de samenleving. (Zie verder de hoofdstukken Economie en Wonen).
Staat van Purmerend
- 22 -
B&I, mei 2009
2
Educatie
Vragen: Hoe oordelen ouders over het aantal en de kwaliteit van onderwijs- en kinderopvangvoorzieningen? Hoe is de ontwikkeling van deze voorzieningen gezien de veranderingen in leeftijdsopbouw? Welke impact hebben Sneeuwbal en de ontwikkeling van Brede Scholen? Hoe groot is het probleem van voortijdig schoolverlaten? In het hoofdstuk educatie komen de beoordeling van aantal en kwaliteit van de onderwijs- en kinderopvangvoorzieningen aan de orde en de ontwikkeling van voorzieningen op grond van de verandering in leeftijdsopbouw van de bevolking. Daarnaast komen ook de grote huisvestingsoperatie Sneeuwbal en de ontwikkeling van Brede scholen aan de orde en tenslotte de omvang van het probleem van het voortijdig schoolverlaten. Buiten beschouwing blijven het onderwijsachterstandenbeleid en het beleid ten aanzien van Speciaal Onderwijs. Huidige situatie Wisselende beoordeling voorzieningen voor kinderen Momenteel is ruim 4% van de Purmerendse bevolking beneden de vier jaar. In het centrum wonen relatief weinig kinderen in deze leeftijdsgroep, in Weidevenne relatief veel. De Purmerendse ouders zijn redelijk tevreden over de kwaliteit van peuterspeelzalen en kinderopvang. Voor beide geven zij het cijfer 7,0. Het cijfer voor het aantal peuterspeelzalen en kinderopvangvoorzieningen is iets minder namelijk 6,7 en speelvoorzieningen krijgen een nog lagere beoordeling, namelijk een 6,2. Het werkelijk aantal kindplaatsen voor kinderopvang, peuterspeelzalen en buitenschoolse opvang verschilt sterk per wijk Tevreden over basisscholen 10% van de Purmerendse bevolking is 4 t/m 11 jaar (basisschoolleeftijd). Met name in de Purmer Zuid en Weidevenne wonen veel kinderen van deze leeftijdsgroep. De Purmerendse ouders zijn redelijk tevreden over het aantal en de kwaliteit van de basisscholen. Zij geven er respectievelijk de cijfers 7,2 en 7,0 voor. Over het aantal voorzieningen voor buitenschoolse opvang is men echter minder tevreden. Hiervoor geeft men het cijfer 6,2. Momenteel spelen een grote huisvestingsoperatie (Sneeuwbal) en de realisering van Brede Scholen. Minder tevreden over aantal en kwaliteit scholen voortgezet onderwijs Bijna 8% van de Purmerendse bevolking is momenteel 12 t/m 17 jaar (leeftijd voortgezet onderwijs). Vooral in de Purmer Zuid is deze leeftijdsgroep sterk vertegenwoordigd. Over het aantal en de kwaliteit van de scholen voor voortgezet onderwijs zijn ouders niet heel tevreden. Zij geven gemiddeld een 6,6 voor het aantal en een 6,5 voor de kwaliteit. Voor voorzieningen voor jongeren geven de Purmerenders een laag cijfer, namelijk een 5,6. Dit komt in het hoofdstuk sport en cultuur nader aan de orde.
Staat van Purmerend
- 23 -
B&I, mei 2009
650 voortijdig schoolverlaters Bijna 7% van de Purmerendse bevolking is momenteel 18 t/m 23 jaar. Deze leeftijdsgroep is in Weidevenne nog iets ondervertegenwoordigd. In deze leeftijdsgroep bevinden zich veel mbo en hbostudenten. Voor hbo gaat men de stad uit, maar ook voor mbo gebeurt dat deels. Het mbo wordt wel sterker in Purmerend, nu naast het Regiocollege ook het Horizoncollege zich in Purmerend heeft gevestigd en nu zij ook gaan fuseren. Verder breidt ook de mboafdeling van het Clusiuscollege zich uit. In deze leeftijdsgroep wordt duidelijk of men een startkwalificatie heeft behaald. In de programma begroting is te lezen dat er zo'n 650 voortijdig schoolverlaters zijn geteld. In het jongerenonderzoek uit 2005 bleek dat van de 6.000 18 t/m 24 jarigen er 1.200 geen startkwalificatie hadden. Van deze 1.200 hadden er toen 200 geen baan en volgden ook geen opleiding. Het aantal werkzoekenden zonder werk onder jongeren t/m 23 jaar was per 1 jan. 2008 beperkt, namelijk 95 personen, waarvan 5 personen die langer dan een jaar werk zochten. Sterk Aantal en kwaliteit basisscholen, kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen Uitbreiding Mbo Beperkt aantal werkzoekenden zonder werk onder 18 t/m 23 jarigen Zwak Aantal speelvoorzieningen, voorzieningen voor kinderopvang, peuterspeelzalen, buitenschoolse opvang, scholen voor voortgezet onderwijs (inclusief mbo). Kwaliteit speelvoorzieningen. Zeer ongelijke verdeling peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang over de wijken. Nog vrij groot aantal voortijdig schoolverlaters (80% van hen is wel aan het werk) Absolute aantallen per leeftijdsgroep 1 januari 2008 0-3
4-11
12-17
18-23
98
248
213
239
Overwhere
411
928
761
823
Wheermolen
315
601
461
508
Gors
343
735
660
774
Purmer Noord
637
1378
1268
1244
Purmer Zuid
450
1609
1503
981
Weidevenne
1127
2259
1188
816
Purmerend
3381
7758
6054
Centrum
5385 Team B&I
Percentage per leeftijdsgroep 1 januari 2008 0-3
4-11
12-17
18-23
Centrum
2,4
6,0
5,1
5,7
Overwhere
3,1
7,0
5,7
6,2
Wheermolen
4,4
8,4
6,4
7,1
Gors
3,7
7,9
7,1
8,3
Purmer Noord
4,2
9,1
8,4
8,3
Purmer Zuid
3,3
11,7
11,0
7,2
Weidevenne
7,1
14,3
7,5
5,2
Purmerend
4,3
9,9
7,7
6,9 Team B&I
Staat van Purmerend
- 24 -
B&I, mei 2009
Rapportcijfer speelvoorzieningen en aantal kindplaatsen kinderopvang
Purmer -end
Centrum
Overwhere
Wheermolen
Purmer -Noord
Purmer -Zuid
Weidevenne
Rapportcijfer speelvoorz. in de buurt
6,2
5,6
5,9
6,0
5,9
6,1
6,5
6,5
Aantal kindplaatsen in kdv per 100 0 t/m 3 jr.
15
37
19
Aantal kindplaatsen in pspz per 100 2 en 3 jr.
17
27
29
41
26
13
6
6
21
7
12
15
17
Aantal kindplaatsen in bso per 100 4 t/m 11 jr.
9
32
3
10
2
7
6
13
Gors
Team B&I
Rapportcijfers kinderopvang en onderwijs
Rapportcijfer aantal kinderdagverblijven
6,7
Rapportcijfer kwaliteit kinderdagverblijven
7,0
Rapportcijfer aantal peuterspeelzalen
6,7
Rapportcijfer kwaliteit peuterspeelzalen
7,0
Rapportcijfer aantal buitenschoolse opvang
6,2
Rapportcijfer kwaliteit buitenschoolse opvang
6,8
Rapportcijfer aantal basisscholen
7,2
Rapportcijfer kwaliteit basisscholen
7,0
Rapportcijfer aantal scholen voortgezet onderwijs
6,6
Rapportcijfer kwaliteit scholen voortgezet onderwijs
6,5.
Regionale Omnibusenquete2008
Ontwikkelingen Zoals in hoofdstuk 1 reeds aangegeven daalt het aantal jongeren de komende jaren. Per wijk en per leeftijdsgroep is de situatie uiteenlopend. Veranderingen in de leeftijdsopbouw volgens bevolkingsprognose (april 2008) Leeftijdsgroep
1 januari 2008
1 januari 2013
1 januari 2018
1 januari 2023
0-3
3381
3285
3157
3067
4-11
7758
7458
6886
6687
12-17
6054
6032
5944
5414
18-23
5385
5838
5448
5385
0-3
4,3
4,0
3,8
3,8
4-11
9,9
9,1
8,4
8,2
12-17
7,7
7,3
7,2
6,6
18-23
6,9
7,1
6,6
Absoluut
Percentages
6,6 Team B&I
Het aantal 0-3 jarigen daalt nog met zo'n 300 tot 2023. Deze daling vindt vrijwel uitsluitend plaats in Weidevenne. Als er geen kindplaatsen in de kinderdagopvang bij komen, zal er ondanks deze daling nog een beneden gemiddeld aantal kindplaatsen in Weidevenne blijven. Het aantal kindplaatsen in peuterspeelzalen zal in Weidevenne echter bovengemiddeld worden. In de Purmer-Zuid is momenteel sprake van een sterke daling van het aantal 4 t/m 11 jarigen. Dat zal daar gevolgen hebben voor de bezetting van de basisscholen en zal ervoor zorgen dat het aantal kindplaatsen in de buitenschoolse opvang van beneden gemiddeld nu zal stijgen naar meer
Staat van Purmerend
- 25 -
B&I, mei 2009
gemiddeld in de toekomst. In Weidevenne stijgt het aantal 4 t/m 11 jarigen eerst nog, maar het begint na 2013 te dalen. In de Purmer-Noord is sprake van een lichte daling. Het aantal 12 t/m 17 jarigen blijft tot 2018 redelijk stabiel, maar daalt daarna. Per wijk zijn er heel verschillende ontwikkelingen. In Centrum, Overwhere, Wheermolen en Gors blijft het aantal redelijk stabiel. In Purmer-Noord en -Zuid, waar nu veel 12-17 jarigen wonen, daalt het aantal de komende jaren sterk. In Weidevenne blijft het tot 2018 sterk stijgen. Zie verder het hoofdstuk Sport en Cultuur. De 18 t/m 23 jarigen, veelal mbo- en hboleerlingen, stijgen nog in omvang tot 2013, maar daarna treedt een daling op totdat in 2023 het niveau van 2008 weer is bereikt. Per 1 jan. 2008 was het aantal werkzoekenden zonder werk onder deze groep nog beperkt (95 personen, waarvan 5 langer dan een jaar). De kans bestaat dat door de economische crisis het aantal de komende tijd flink stijgt Kansen Scholen worden al gepland door rekening te houden met de leeftijdsverschuivingen in de diverse wijken. Het levert efficiëntiewinst op door dit ook te doen met peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang. Het vestigen van Brede Scholen biedt kansen op een beter samenhangend aanbod. In sommige wijken kan dit ook worden bereikt door niet fysiek samen te gaan met de potentiële aan de scholen toe te voegen functies, maar er beter mee samen te werken2. Het aantal 18 t/m 23 jarigen neemt de komende jaren toe. Nu bestaat de kans om deze jongeren op te leiden in beroepen waar schaarste in is. (o.a. het onderwijs en de zorg). Door flink in deze groep te blijven investeren wordt uitkeringsafhankelijkheid voorkomen. Bedreigingen Als we geen extra actie ondernemen bestaat de kans dat een vrij groot deel van de 18 t/m 23 jarigen die nu gereed is voor de arbeidsmarkt, vanwege de economische crisis geen kans krijgt.
2.1
Het belang van educatie
Temidden van 19 onderwerpen komt onderwijs op de 8e plaats van de onderwerpen waar volgens de bevolking meer aandacht aan zou moeten worden gegeven. Meer geld/aandacht nodig voor onderwijs
Onderwijs (positie 8)
Meer
Evenveel
Minder
Weet niet
40
40
1
19
Regionale Omnibusenquête 2008
Financiële impact In de Programmabegroting 2009 staat een netto bedrag van 13.009.000,--. Dat is 165,-- per inwoner. Het programma Educatie behoort tot de vier programma's (beheer openbare ruimte, actief in de stad, zorg en educatie), waar veel geld mee is gemoeid. Voor 2010 is een ongeveer even hoog bedrag begroot. Daarna stijgt het naar ongeveer 13.500.000,--. Gezien Sneeuwbal en de Brede School ontwikkeling zal dit bedrag nog wel een aantal jaren op dit niveau blijven. Toch zal de daling van het aantal kinderen op den duur kunnen leiden tot wat minder uitgaven aan educatie.
2
Zie ook: Visie Brede Scholen in Purmerend.
Staat van Purmerend
- 26 -
B&I, mei 2009
3
Economie
Vragen: Wat zijn de kansen van Purmerend wat betreft werkgelegenheidsontwikkeling? Wat zijn de kansen van Purmerend wat betreft het ontwikkelen van een centrumpositie op het gebied van detailhandel, horeca, toerisme en recreatie? Het hoofdstuk economie bestaat uit twee onderdelen, namelijk: Werkgelegenheid Detailhandel, horeca en toerisme.
3.1
Werkgelegenheid
Huidige situatie Weinig werkgelegenheid Purmerend heeft weinig werkgelegenheid. Op dit moment is er theoretisch voor ruim de helft van de werkende beroepsbevolking (12 uur of meer werkend) een baan in Purmerend. Dit geldt ook voor de regio Waterland als totaal. Overigens betekent het feit dat er in Purmerend 54 banen zijn op 100 werkzame personen niet dat al deze banen door Purmerenders worden bezet. Slechts eenderde van de werkende Purmerenders werkt in Purmerend. Bijna de helft van de Purmerendse banen wordt door niet-Purmerenders bezet. Positie in de metropoolregio In de metropoolregio is de Regio Waterland het gebied met de minste werkgelegenheid. In Almere, IJmond, de Regio Haarlem, Zaanstreek, Almere en Gooi- en Vechtstreek zijn er tussen de 70 en 100 banen beschikbaar per 100 werkzame inwoners en in Amsterdam en Haarlemmermeer zijn er respectievelijk 120 en 180 banen beschikbaar per 100 werkzame inwoners. Het zwaartepunt van de werkgelegenheid ligt dus in Amsterdam en ten zuiden daarvan. Dit betekent dat er in de Metropoolregio veel banen bereikbaar zijn voor Purmerenders3. Werkgelegenheid ten opzichte van de werkende beroepsbevolking, 1 januari 2007 Werkzame personen binnen gebied
Aantal werkenden 12 uur en meer
Quote
Purmerend
20257
37400
54
Waterland+
42298
75125
56
Amsterdam
420992
351000
120
Haarlemmermeer
116084
64000
181
Metropoolregio
1008023
989000
102
Nederland
6646293
7074000
94
Berekeningen op basis van Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007 en Regionale Omnibusenquête 2008
3
Zie ook "Stadsfoto Purmerend", Atlas voor Gemeenten, Utrecht 2009
Staat van Purmerend
- 27 -
B&I, mei 2009
Toch lage werkloosheid Weinig werkgelegenheid heeft in Purmerend geen negatieve gevolgen voor de arbeidsparticipatie en werkloosheid. Volgens het CBS was de arbeidsparticipatie in Purmerend in 2007 66,6%. Dat was nauwelijks afwijkend van het gemiddelde van de hele metropoolregio, waarin het 65,9% was. In de omnibusenquête van 2008 kwam het participatiepercentage nog hoger uit, namelijk 71%. De werkloosheid was per 1 januari 2008 met 3,4% van de 15 t/m 64 jarigen bescheiden. Temidden van de 50 grootste gemeenten in Nederland neemt Purmerend de 11e plaats in (1 = laagste werkloosheid). Dit zegt iets over de kansrijkheid van Purmerenders op de arbeidsmarkt. Dit ondanks het feit dat het percentage laag opgeleiden hoog is ten opzichte van het Nederlands gemiddelde en het percentage hoogopgeleiden laag. Zie hoofdstuk 1. Bekend is dat laagopgeleiden minder kans maken op een baan dan middelbaar en hoogopgeleiden. . Weinig aantasting door bedrijventerreinen Het positieve van de huidige situatie is verder dat het landschap in Purmerend en Waterland in verhouding weinig is aangetast door bedrijventerreinen. Het woon- en leefklimaat is daardoor op dit punt gunstiger dan in gebieden met veel werkgelegenheid. Fileleed Een negatief gevolg van een geringe werkgelegenheid is wel dat veel mensen naar hun werk moeten reizen. Er is dagelijks een grote verkeersstroom richting Amsterdam, die fileleed veroorzaakt en ook ongunstig is voor het milieu. Relatief gunstig is wel dat de helft van het vervoer richting Amsterdam geschiedt met het Openbaar Vervoer. Een ander negatief punt is dat door het feit dat weinig mensen in hun eigen gemeente werken er ook minder binding met deze gemeente bestaat. Sterk Lage werkloosheid Veel bereikbare werkgelegenheid Hoog ov-gebruik in woonwerkverkeer Groene omgeving Zwak Weinig werkgelegenheid in Purmerend, o.a. daardoor weinig binding aan de stad. Fileleed. Ontwikkelingen Op peil blijven beroepsbevolking mogelijk Zoals in hoofdstuk 1 al aangegeven bestond per 1 januari 2008 de potentiële beroepsbevolking (de 15 t/m 64 jarigen) uit ruim 53.000 personen. Deze wordt volgens de bevolkingsprognose 2008 t/m 2023 de eerste jaren nog groter, namelijk tot ruim 55.000 in 2013 en zal daarna dalen tot iets minder dan 53.000 in 2023. Op de lange termijn tot 2040 zal bij de variant van het bouwen van 1600 woningen de beroepsbevolking dalen. Bij de variant van het bouwen van 4000 woningen zal de beroepsbevolking op peil blijven. Binnen de potentiële beroepsbevolking wordt het aandeel van de 55 t/m 64 jarigen tot 2023 duidelijk groter en dat van de 35 t/m 44 jarigen kleiner. Of het aantal werkenden daadwerkelijk toe- of afneemt hangt mede af van de arbeidsparticipatie. Deze is nu 71%. Theoretisch kan deze nog hoger worden als ouderen langer blijven doorwerken. Verder kan het gemiddeld aantal uren dat men werkt nog hoger worden. Nu is het zo dat slechts 53% fulltime (35 uur of meer) werkt. Echter voorlopig zitten we in een economische recessie, waardoor de kans groot is dat de arbeidsparticipatie vermindert.
Staat van Purmerend
- 28 -
B&I, mei 2009
Uitbreidingsambities werkgelegenheid Purmerend gaat starten met ontwikkeling van de Baanstee Noord, een bedrijventerrein van 120 ha (80 ha is bestemd voor bedrijven, 40 ha voor groen). Ook is de ambitie om tot 2030 50.000 m2 kantoorlocaties te ontwikkelen en uitbreiding van de bvo's voor uitbreiding van de detailhandel in de Binnenstad. Door het ontwikkelen van het bedrijventerrein Baanstee Noord (81 ha), de uitgifte van m2 kantoren en bvo detailhandel kan het aantal arbeidsplaatsen in Purmerend nog stijgen. Als op de Baanstee Noord hetzelfde aantal arbeidsplaatsen per ha wordt gehaald als op de Koog en de Baanstee Oost en West, dan kan dit leiden tot een uitbreiding van 5.000 arbeidsplaatsen. Wat betreft de kantoorlocaties is de ambitie dat men het wil laten stijgen met 50.000 m2 tot 2030. Bij een norm van 4 arbeidsplaatsen per 100 m2 bvo kan dit leiden tot een uitbreiding met 2.000 arbeidsplaatsen. Voor de uitbreiding van de detailhandel doen we een aanname van 1.000 extra arbeidsplaatsen. Totaal dus 8.000 arbeidsplaatsen. Volgens het in de Programmabegroting voorgestelde uitgiftetempo, kunnen er 5.500 arbeidsplaatsen tot 2023 worden gerealiseerd. Theoretisch zou er dan in 2023 voor 70% van de Purmerendse werkende beroepsbevolking een baan zijn. Purmerend zou met dit percentage op het niveau van veel andere gemeenten rondom Amsterdam komen. Dit geldt niet voor de rest van de regio Waterland, want de regio wil de uitbreiding van haar werkgelegenheid in Purmerend realiseren. De regio Waterland blijft dan waarschijnlijk wel achterlopen bij de andere onderdelen van de metropoolregio. Varianten ontwikkeling beroepsbevolking en aantal banen 2008
2013
2018
2023
2040 lage variant
2040 hoge variant
Potentiële beroepsbevolking
53.249
55.096
54.292
52.769
50.050
53.485
Werkende beroepsbevolking (>/ 12 uur)
37.800
39.100
38.550
36.900
35.525
38.000
Aantal banen
20.300
22.100
23.900
25.700
28.300
28.300
54*
57
62
70
80
74
Quote
Team B&I
* In de programmabegroting staat een quote van 48. Deze is gebaseerd op een grotere werkende beroepsbevolking, waarbij ook degenen die minder dan 12 uur werken zijn meegerekend.
Economische crisis Maar vooralsnog zitten we midden in een economische crisis, die volgens het Centraal Planbureau naar verwachting zal leiden tot een sterke daling van werkgelegenheid in Nederland en tot werkloosheidspercentages die oplopen tot 10%. Gezien ervaringen in het verleden verwachten we dat het percentage werklozen iets gunstiger is dan het landelijk gemiddelde. Stel dat het 8% wordt dan hebben we de komende jaren te maken met een groei van het aantal werklozen van 1800 naar 4400. Wat betreft benutting van bovenstaande capaciteit. Daar zal waarschijnlijk voorlopig geen sprake van zijn. Pas als de economie weer op het niveau van begin 2008 terug is zal die ontwikkeling kunnen starten. Er zijn sectoren waarin nu nog een tekort is aan arbeidsplaatsen. Dit geldt met name voor de zorg en het onderwijs. Kansen in zorg en onderwijs Op korte termijn is er een kans werkgelegenheid te scheppen in sectoren die kampen met een tekort aan arbeidsplaatsen. Te denken valt in ieder geval aan het onderwijs en de zorg. Met name in de zorg zal de vraag naar personeel de komende decennia sterk toenemen. Nu is er een kans om starters op de arbeidsmarkt, een groep die in Purmerend de komende jaren in aantal nog toeneemt, voor deze
Staat van Purmerend
- 29 -
B&I, mei 2009
sector te interesseren. Ook kan een deel van de werklozen hiertoe worden omgeschoold. Deze acties zullen vermoedelijk niet voldoende zijn om het tekort aan arbeidskrachten in de zorg op te vullen. Arbeidskrachten uit het buitenland zullen waarschijnlijk de oplossing zijn. Groei in banen in de gezondheidgezond en zakelijke dienstverlening Op lange termijn, als de economische crisis voorbij is, biedt de capaciteit aan bedrijventerrein, kantoorlokaties en uitbreiding van winkelvloeroppervlakte kansen om Purmerend en de regio Waterland een iets steviger positie te geven in de metropoolregio. Dan zal Purmerend bedrijfstakken moeten interesseren die meer doen dan het verzorgen van de bevolking van Purmerend en de regio. Een lichte verbetering van de positie van Purmerend is overigens de laatste 10 jaar al aan de gang. Tussen 1998 en 2008 steeg het aantal banen in Purmerend van 15.400 naar 20.300. Tegelijkertijd steeg het aantal werkenden van 12 uur of meer van 29.725 naar 37.800. De quote steeg dus van 51,8 naar 53,7. Interessant is om te zien waarin de groei voornamelijk zit. Duidelijk is dat de groei voor de helft in "gezondheid en welzijnszorg" zit. Daarnaast zien we flinke groei in "diverse zakelijke dienstverlening" Werkgelegenheidsontwikkeling 1998 tot 2007 naar sector 1998
2007
61
50
2.090
1.725
62
25
801
1.050
3.442
4.025
Horeca
343
400
Transport
850
1.275
Financiële instellingen
425
500
1.593
2.750
Openbaar bestuur
958
825
Onderwijs
970
1.325
3.243
5.550
534
750
15.372
20.250
Landbouw Industrie Nutsbedrijven Bouwnijverheid Handel en reparatie
Diverse zakelijke dienstverlening
Gezondheid en welzijnszorg Overige dienstverlening Totaal
Purmerend in Cijfers 1999 en 2008
Kans op leegstand Toch is er ook kans op een negatieve ontwikkeling. Door de economische crisis is er kans dat er leegstand ontstaat in bestaande bedrijfsruimten en kantoren. Maar ook als er geen economische crisis is bestaat de kans dat er leegstand ontstaat omdat bestaande bedrijven de voorkeur geven aan een moderne vestiging op het nieuwe bedrijventerrein of in een nieuw kantoorgebouw. Leegstand op de oude bedrijventerreinen hoeft niet echt een probleem te zijn. Het biedt kansen om op deze terreinen iets anders te ontwikkelen, bijvoorbeeld een hoogwaardige woonwijk. Werkgelegenheid met bovenregionaal karakter gewenst. Verder is het de vraag of toename van werkgelegenheid wel kansen heeft nu de komende decennia de beroepsbevolking niet meer groeit en mogelijk zelfs daalt (bij weinig bouwen). Purmerend kent tot nu toe voornamelijk bevolkingsvolgzame werkgelegenheid, d.w.z. bedrijven die bewoners van
Staat van Purmerend
- 30 -
B&I, mei 2009
Purmerend en de regio bedienen. Er is nauwelijks werkgelegenheid met een bovenregionaal karakter. Alleen dat soort bedrijven kan de werkgelegenheid opstuwen tot een hoger niveau. Kansen Een vestigingsklimaat scheppen voor bedrijven met een bovenregionaal verzorgingsgebied. Dan is er kans dat Purmerend een hoger niveau van werkgelegenheid bereikt. Dit heeft diverse positieve effecten, o.a. meer binding met gemeente, sterkere centrumfunctie, vermindering woonwerkverkeer, hetgeen weer gunstig is voor het milieu. Zie hieronder onder "het belang van werkgelegenheidsgroei" Werkzoekenden omscholen naar beroepen waar nu een tekort aan is (zorg, onderwijs). Bij leegstand op bedrijventerreinen, deze terreinen omvormen tot hoogwaardige woonwijken. Bedreigingen Leegstand door economische crisis en door verhuizing bedrijven Het lukt niet om bedrijven met een bovenregionaal verzorgingsgebied naar Purmerend te trekken.
3.2
Het belang van werkgelegenheidsgroei
Voor de bevolking Voor de werkende beroepsbevolking is het een groot voordeel als een deel van hen een arbeidsplaats dichter bij huis kan vinden. Het niet-werkende deel van de beroepsbevolking zal meer bedrijventerreinen en kantoren zien als een aantasting van het landschap en het woongenot. Op de lijst van meer/minder geld/aandacht voor 19 onderwerpen uit de Regionale Omnibusenquête staat werkgelegenheid op de 10e plaats. 35% vindt dat er meer aandacht voor dit onderwerp zou moeten zijn, 40% zegt evenveel en 2% zegt minder. De overigen hebben geen mening4. Andere overwegingen Veel werkgelegenheid in een gemeente heeft een aantal waardevolle effecten. Op de eerste plaats leidt dat ertoe dat meer mensen in de eigen gemeente werken. Dat versterkt de binding met de gemeente, hetgeen er vervolgens weer toe leidt dat mensen er meer aan gehecht raken en niet zo gemakkelijk meer willen verhuizen. Mogelijk gaan zij ook meer gebruik maken van Purmerendse voorzieningen en raken zij meer georiënteerd op mensen in hun eigen buurt, hetgeen weer positieve effecten heeft op de sociale cohesie en de veiligheid in de buurt. Zie verder het hoofdstuk Overlast en Veiligheid en het hoofdstuk Zorg Een tweede effect is dat mensen uit de omliggende gemeenten vaker een baan zullen hebben in Purmerend. Daarmee wordt de regionale positie sterker. Een derde effect heeft betrekking op het verminderen van het forensisme/files richting Amsterdam. Hoewel ook bij veel werkgelegenheid in Purmerend lang niet alle Purmerenders in Purmerend zullen werken, zal toch een groter deel dat doen. Idealiter is de instroom en uitstroom dan in balans. Minder files heeft in ieder geval een positief effect in het licht van duurzaamheid. Zie ook het hoofdstuk Bereikbaarheid.
4
Regionale Omnibusenquête Purmerend 2008, pag. 46
Staat van Purmerend
- 31 -
B&I, mei 2009
3.3
Detailhandel, horeca, toerisme
Huidige situatie Winkelvloeroppervlakte niet-dagelijkse goederen beneden gemiddeld Purmerenders zijn tevreden over het aantal en de kwaliteit van de winkels en de horecagelegenheden in Purmerend. Wat betreft de winkels vervult Purmerend een kleine centrumfunctie voor de buurgemeenten. Voor dagelijkse goederen is er sprake van meer instroom dan uitstroom, voor niet dagelijkse goederen is er meer uitstroom dan instroom. Een uitzondering is de doe-het-zelf brache. Hiervoor vervult Purmerend een sterke centrumfunctie. In overeenstemming met dit beeld is dat het aantal m2 verkoopvloeroppervlakte per 1.000 inwoners voor de dagelijkse goederen boven het Nederlands gemiddelde ligt, maar voor de niet dagelijkse goederen onder het Nederlands gemiddelde. Geen toeristische trekpleisters Wat betreft het toerisme: Purmerend kent geen toeristische trekpleisters meer nu de veemarkt van de Koemarkt is verdwenen. Maar Purmerend ligt wel temidden van een groen gebied en de afstand tot toeristische trekpleisters (Edam, Volendam, Zaanse Schans, De Rijp en Amsterdam) is niet groot. Bovendien biedt Purmerend wel mogelijkheden voor dagbesteding voor toeristen (Warenmarkt, WEC, museum, Koemarkt met terrassen etc) Temidden van het groen Wat betreft recreatie. Purmerend ligt temidden van het groen. Binnen haar grenzen ligt het Purmerbos en het recreatiegebied Purmerland. Binnen 10 km liggen het Twiske en het Hemmeland. Bovendien bieden de omliggende gemeenten Beemster, Zeevang, Waterland, Landsmeer en Wormerland mogelijkheden voor voornamelijk fiets- en waterrrecreatie. Van de Purmerendse bevolking vindt 14% dat er onvoldoende mogelijkheden zijn om in de omgeving van Purmerend te recreëren. Dit percentage is in gemeenten die grote recreatiegebieden binnen hun grondgebied hebben, zoals Oostzaan en Landsmeer, lager. Sterk Tevredenheid over winkels en horeca. Kleine centrumfunctie voor dagelijkse goederen. Meer instroom dan uitstroom van kopers dagelijkse goederen. Goede ligging ten opzichte van toeristische centra en recreatiegebieden.. Wel goede dagbestedingsmogelijkheden voor toeristen Zwak Geringe centrumfunctie voor niet dagelijkse goederen; meer uitstroom dan instroom, Purmerend heeft zelf geen toeristische attracties en weinig voorzieningen met een bovenregionale betekenis. Centrale ligging t.o.v. toeristische attracties en recreatiemogelijkheden niet optimaal benut.
Staat van Purmerend
- 32 -
B&I, mei 2009
Gegevens over detailhandel en horeca
Rapportcijfer aantal winkels
7,3
Rapportcijfer kwaliteit winkels
7,3
Rapportcijfer aantal horecagelegenheden
7,2
Rapportcijfer kwaliteit horecagelegenheden
7,1
% ontevreden over recreatiemogelijkheden
14
% van de Purmerendse kopers dat dagelijkse goederen meestal in Purmerend koopt
98%
Saldo instroom kopers dagelijkse goederen uit regio - uitstroom naar regio en elders
+7.400
% van de Purmerendse kopers dat niet-dagelijkse goederen meestal in Purmerend koopt Saldo instroom kopers niet dagelijkse goederen uit regio uitstroom naar regio en elders
75%
-1.150
% van de kopers in de Regio (inclusief Purmerend) dat dagelijkse goederen meestal in Purmerend koopt
55%
% van de kopers in de Regio (inclusief Purmerend) dat nietdagelijkse goederen meestal in Purmerend koopt
49%
Aantal m2 vvo per 1.000 inwoners dagelijkse goederen Purmerend
352
Aantal m2 vvo per 1.000 inwoners dagellijkse goederen Nederland
322
Aantal m2 vvo per 1.000 inwoners niet dagelijkse goederen Purmerend
1.064
Aantal m2 vvo per 1.000 inwoners niet dagellijkse goederen Nederland
1.267
Regionale Omnibusenquête2008
Ontwikkelingen Er zijn plannen voor uitbreiding van het winkelapparaat van de binnenstad richting de kop van West.. Er zijn ook plannen voor een hotel/congrescentrum op de kop van West. Daarnaast wordt de Koemarkt heringericht. Deze plannen worden mede uitgevoerd in het kader van het versterken van de centrumpositie van Purmerend voor de regio Waterland. Echter niet alleen Purmerend is bezig met het versterken van zijn positie. Dat doet Zaanstad ook via het project Inverdan. Zoals eerder vermeld neemt het aantal inwoners nauwelijks nog toe. Dat geldt ook voor de regio Waterland. De extra koopkracht moet dus komen van mensen die voorheen hun boodschappen elders deden. Kansen Bij het realiseren van winkels en voorzieningen op de Kop van West rekening houden met wat Zaanstad doet. Purmerend kan een specialisme ontwikkelen die Zaanstad niet heeft. Hetzelfde geldt voor het afstemmen van het ontwikkelen van verblijfsaccommodaties met toeristische gemeenten in de buurt. Purmerend kan ervoor zorgen dat het aantrekkelijk is voor toeristen om te verblijven. De vernieuwde Koemarkt kan er een motor voor zijn.
Staat van Purmerend
- 33 -
B&I, mei 2009
Als Purmerend voor toeristen aantrekkelijk is om te verblijven, is dat ook zo voor nieuwe inwoners en voor bedrijven die zich hier willen vestigen. De vernieuwde Koemarkt kan zo een belangrijke motor zijn voor economische ontwikkeling. Bedreigingen Als Purmerend geen rekening houdt met Zaanstad is er een kans dat voorzieningen niet levensvatbaar zijn. Omdat het aantal inwoners in Purmerend en de regio niet sterk meer groeit bestaat de kans dat de levensvatbaarheid van uitbreiding van het winkelareaal beperkt is. Als niet afgestemd wordt met de toeristische plaatsen in de buurt van Purmerend bestaat de kans dat uitbreiding van verblijfsaccommodatie niet lukt.
3.4
Het belang van Toerisme en Recreatie
Voor de bevolking Toerisme en recreatie zijn bij Purmerenders geen onderwerpen die hoog op de lijst staan van onderwerpen waar volgens hen meer geld en aandacht aan zou moeten worden besteed. Zij staan respectievelijk op positie 17 en 12. Ook "verfraaiing Centrum" staat niet erg hoog op de lijst namelijk op de 11e plaats. Toch willen deze posities niet zeggen dat Purmerenders het niet van belang vinden. ..geld /aandacht voor: Meer
Evenveel
Minder
Weet niet
Werkgelegenheid (positie 10)
35
40
2
24
Verfraaiing centrum (11)
32
45
8
15
Recreatie (12)
32
51
2
15
Toerisme (17)
18
48
11
23
Regionale Omnibusenquete2008
Andere overwegingen Toerisme draagt bij aan de bekendheid van een gemeente, hetgeen uiteindelijk ook gunstig kan zijn voor werkgelegenheidsontwikkeling. Financiële impact van het onderwerp economie In de begroting van 2009 is het een bescheiden post van 783.000,--, hetgeen neerkomt op 10,-per inwoner. Voor 2010 wordt een stijging voorzien tot 1.000.000,--. In 2011 en 2012 daalt het naar respectievelijk 760.000,-- en 582.000,--. Financiële risico's zijn waarschijnlijk onder een andere post terug te vinden. Uitgifte van grond in de Baanstee Noord kan voor de toekomst leiden tot flinke winst, maar het kan ook tegenvallen.
Staat van Purmerend
- 34 -
B&I, mei 2009
4
Zorg
Vragen: Wat zijn trends in gezondheid? Hoe kan vraag en aanbod van zorg en hulp in de toekomst in evenwicht blijven? Is de sociale infrastructuur van de wijken berekend op de toekomst? Het hoofdstuk zorg gaat over de thema's gezondheid, vraag en aanbod van zorg sociale infrastructuur van de wijken
4.1
Gezondheid
Huidige situatie Een op de vijf heeft langdurige ziekte, aandoening of handicap Heel veel Purmerenders vinden dat zij een goede gezondheid hebben, namelijk 87%. Toch is dit cijfer wat geflatteerd als we bedenken dat 20% aangeeft een langdurige ziekte, aandoening of handicap te hebben en dat 48% overgewicht heeft. Overigens zijn deze percentages niet afwijkend van het landelijk gemiddelde. Bij 65+ers is het percentage met een goede gezondheid vanzelfsprekend lager en het percentage met een langdurige ziekte, aandoening of handicap hoger namelijk resp. 64% en 36%. Overgewicht komt onder ouderen niet meer voor dan onder jongeren. Ongezonde leefgewoonten, zoals weinig bewegen, slecht eten, roken en drinken vragen om aandacht. In de regio rookt 30% van de volwassenen, waarvan 11% zwaar en is 5% een excessieve drinker.5 Het SCP en RIVM geven aan dat het aantal mensen met chronische ziekten toeneemt. Dit komt niet alleen door de vergrijzing maar ook door ongezonde leefgewoonten.6 Ongezonde leefgewoonten en campagnes Ter bestrijding van ongezonde leefgewoonten (weinig beweging, slechte voeding, roken en drinken) worden landelijke campagnes gevoerd die soms ook een plaatselijke vertaling krijgen. Dit is belangrijk ter voorkoming van ziekten en daardoor het verminderen van zorggebruik. Het SCP geeft aan dat mensen tussen 1995 en 2005 minder vrije tijd hebben gekregen. Hierdoor staat het bewegen en het tijd besteden aan gezond eten mogelijk ook onder druk.
5
Gezondheidsenquête Zaanstreek-Waterland 2005, GGD Zaanstreek-Waterland
6
Een visie op gezondheid en preventie, september 2007, VWS
Staat van Purmerend
- 35 -
B&I, mei 2009
Sterk Veel mensen vinden dat zij een goede gezondheid hebben Zwak Een op de vijf heeft een langdurige ziekte, aandoening of handicap. Bijna de helft heeft overgewicht. Veel mensen hebben ongezonde leefgewoonten. Dit leidt gemakkelijker tot chronische ziekten en daardoor ook tot meer zorggebruik. Ontwikkeling Door de vergrijzing van de bevolking zal het aantal Purmerenders met een goede gezondheid afnemen en zullen er meer mensen met een langdurige ziekte, aandoening of handicap komen. Als de percentages per leeftijdsgroep gelijk blijven leidt dit tot de percentages zoals in onderstaande tabel aangegeven. Ontwikkeling percentages met langdurige ziekte en met goede gezondheid 2008
2013
2018
2023
% met langdurige ziekte etc.
20,7
21,5
22,4
23,1
% met goede gezondheid
87,3
86,7
86,0
85,4
% 65+
14,1
16,1
18,0
20,3
Regionale Omnibusenquete2008
De vraag is of de toename van het aantal mensen met ongezonde leefgewoonten doorzet. Als dat zo is zal dit leiden tot een extra toename van mensen met een langdurige ziekte en tot toename van het zorggebruik. Kansen Door het verder uitbouwen van activiteiten die zijn gericht op preventie van overgewicht wordt voorkomen dat het aantal mensen met chronische ziekten en daarmee het zorggebruik groeien. Bedreigingen Als er weinig aan preventie wordt gedaan is de kans groot dat het aantal mensen met ongezonde leefgewoonten toeneemt. Daarmee neemt het aantal mensen met een chronische ziekte toe en als gevolg daarvan ook het zorggebruik.
4.2
Vraag en aanbod zorg en hulp
Huidige situatie a. Professionele zorg en hulp Tevreden over hulp Purmerenders zijn tevreden over het aantal en de kwaliteit van gezondheidszorgvoorzieningen. Kijken we naar de tevredenheid over de hulpverlening van Algemeen Maatschappelijk Werk en het Sociaal Raadsliedenwerk, dan blijkt het overgrote deel hierover tevreden te zijn. Ook zijn de gebruikers van individuele voorzieningen in het kader van de Wmo over het algemeen tevreden (huishoudelijke
Staat van Purmerend
- 36 -
B&I, mei 2009
verzorging 8,1 en overige hulp 6,87 ). Aan personen van 65 jaar en ouder is in 2007 gevraagd of zij voldoende hulp van instanties krijgen. Van de hulpbehoevenden geeft 21% aan dat dit niet het geval is. De hulp die zij misten bleek toen vooral te gaan om "kleine reparaties en klusjes in en rondom het huis" en computergebruik. Inmiddels hebben verschillende partijen initiatieven ontwikkeld die aan deze behoefte tegemoet komen. Afstemming van hulp Er zijn belangrijke initiatieven genomen om hulpverlening meer op elkaar af te stemmen, met name in de jeugdzorg, de opvoedingsondersteuning en via het Stedelijk Kompas (hulp aan kwetsbaren). De vraag is of deze initiatieven uiteindelijk leiden tot een effectievere hulpverlening. Stijging gebruik professionele hulp Landelijk is het aandeel mensen met een matige of ernstige beperking dat gebruik maakt van professionele hulp (van de thuiszorg of particulier) gestegen sinds 2004. Deze trend was ook al zichtbaar vóór inwerkingtreding van de Wmo (tussen 2005 en 2006): in 2004 gebruikte 39% professionele hulp, in 2006 42% en in 2007 48%. Het is nog te vroeg om te zeggen of deze trend doorzet. b. Informele zorg en hulp Omvang Informele hulp verandert niet. Landelijk krijgt bijna de helft van de mensen met beperkingen (46%) informele zorg. Dat is in de periode 2004-2007 niet veranderd. Wel is er een daling bij mensen in een eenpersoonshuishouden (van 45% naar 40%). Bij de meerpersoonshuishoudens is sinds 2005 een toename te zien (van 48% naar 58%). Dit zou kunnen samenhangen met de verscherping van de indicatiecriteria voor thuiszorg. Sinds 2004 hanteert het Centrum Indicatiestelling Zorg (ciz), dat de indicatiestelling voor de awbz verricht (dus tot 1 januari 2007 ook voor de hulp bij het huishouden), het Protocol gebruikelijke zorg . Expliciet uitgangspunt is dat gezinsleden verantwoordelijk zijn voor de hulp bij het huishouden (en kortdurend ook voor de persoonlijke verzorging). Omdat de overheid zich ervan bewust is dat mantelzorg voor een deel van de mantelzorgers zeer belastend is, is geld uitgetrokken om de mantelzorger te ondersteunen. Nieuw is dat hulp toch wordt toegekend als sprake is van overbelasting van de mantelzorger. Sterk Tevredenheid over gezondheidszorg, maatschappelijke dienstverlening en individuele voorzieningen in het kader van de Wmo. Door het Protocol Gebruikelijke Zorg is het gebruik van huishoudelijke hulp door echtparen wat afgenomen. De scherpe kantjes zijn van dit protocol afgehaald door de belasting van de mantelzorger te laten meewegen bij de indicatiestelling. Zwak In 2007 was er een categorie ouderen die iets mist. Het ging voornamelijk om klusjes in en om het huis. Ondanks allerlei maatregelen is landelijk het gebruik van professionele hulp door mensen, die matig of sterk belemmerd zijn, toegenomen. Dit baart zorgen in verband met de betaalbaarheid van de zorg in de toekomst.
7
In dit cijfer van 6,8 zit de hoge ontevredenheid over het collectief vervoer in 2007 verwerkt. De overige voorzieningen scoren
gemiddeld beter.
Staat van Purmerend
- 37 -
B&I, mei 2009
Ontwikkelingen De vraag is of alle ingezette maatregelen ertoe leiden dat in de toekomst vraag en aanbod van hulp in evenwicht zullen zijn. Vraag en aanbod informele zorg blijft in balans Vooralsnog verwacht het SCP dat, ondanks de vergrijzing, het aantal helpers en ontvangers van informele zorg tot 2020 in balans blijft. Het aantal informele zorgverleners zal toenemen van 1,4 naar 1,6 miljoen, waarbij het aantal helpers tussen de 65 en 75 jaar het sterkst stijgt. Anderzijds wil niet iedereen gebruik maken van deze informele hulp, omdat men zich bezwaard voelt. Bovendien kan een grotere groep ouderen door haar betere sociaal economische positie een beroep doen op professionele particuliere hulp. Toename gebruik individuele voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening Stel dat de hulpverlening per leeftijdsgroep gelijk blijft, dan zou het aantal mensen dat gebruik maakt van Maatschappelijke Dienstverlening met bijna 10% toenemen en van de individuele voorzieningen van de Wmo met ruim 30%8. Prognose maatschappelijke dienstverlening en individuele voorzieningen Wmo 2008
2013
2018
2023
Index gebruik hulp van maatschappelijke dienstverlening
100
103
106
109
index gebruik van individuele voorzieningen (Wmo)
100
107
115
131 Team B&I
Echter er zijn nog andere factoren in het spel (zoals inkomen en mate van chronisch ziek zijn van de toekomstige generatie) die het zorggebruik beïnvloeden. We kunnen er vanuit gaan dat de toekomstige generatie ouderen gemiddeld rijker is. Dat betekent dat zij gemiddeld een hogere eigen bijdrage betalen voor de hen geleverde hulp in het kader van de Wmo. En het kan ook zijn dat zij hulp gaan zoeken in het particuliere circuit. Per saldo zou het ertoe kunnen leiden dat de kosten voor de gemeente daardoor niet toenemen. De vraag naar professionele hulp zal sterk toenemen Het beroep op het professionele circuit (al dan niet via de gemeente) in zijn totaliteit neemt zeker toe. Dit betekent in ieder geval dat de werkgelegenheid in de zorg toeneemt. De grote vraag is of voldoende mensen bereid zullen zijn een baan in de zorg te aanvaarden. Kansen Een gebrek aan arbeidskrachten in de zorg kan voorkomen worden door nog ruimer baan te bieden voor opleidingen in de zorg in Purmerend. Werkzoekenden kunnen door het CWI worden gestimuleerd om een opleiding in de zorg te volgen. Bedreigingen De economische crisis zorgt ervoor dat de inkomenspositie van ouderen toch niet beter zal zijn als die van de huidige generatie. De kosten voor de gemeente voor individuele voorzieningen zullen daardoor toenemen. De kans bestaat dat de overheid die toename niet kan bekostigen, waardoor het huidige niveau van de zorg niet kan worden gehandhaafd.
8
Dit is berekend op basis van de leeftijdsverdeling van de deelnemers aan de klanttevredenheidsenquete Wmo van SGBO.
Staat van Purmerend
- 38 -
B&I, mei 2009
4.3
Sociale Infrastructuur
In deze paragraaf komt de leefbaarheid en sociale samenhang in de wijken aan de orde. De achterliggende gedachte bij het bewerkstelligen van sociale samenhang is dat leefbare, levendige wijken en buurten positief uitwerken op "het meedoen" van alle inwoners, op de opvoeding en het opgroeien van de jeugd, op de inzet van vrijwilligers en mantelzorgers en op het voorkomen van toekomstige beperkingen van de zelfredzaamheid. Huidige situatie
Prettig wonen, maar minder betrokkenheid De Purmerender woont over het algemeen prettig in Purmerend en in zijn of haar buurt. Echter de gehechtheid aan Purmerend en de betrokkenheid bij de buurt krijgen een lagere score. Hoewel weinig mensen behoefte hebben aan plaatsen in de buurt om elkaar te ontmoeten vinden toch vrij veel mensen dat er tekort is aan deze plaatsen. In de Gors en Weidevenne zijn meer mensen dit van mening dan in de overige wijken. Voorwaarden voor ontmoeting in de wijk aanwezig Het beleid ten aanzien van sociaal-culturele centra beweegt zich in de richting van wijkpleinen. In de Gors en Weidevenne, waar nog geen wijkcentra zijn, wordt op korte termijn een start gemaakt met deze pleinen. Een wijkplein wil zeggen dat er naast een (sociaal-cultureel) wijkcentrum ook andere functies zijn te vinden. Te denken valt hierbij aan het wijkmanagement, keuzeadvies, bibliotheekservicepunt etc. Als deze pleinen in de Gors en Weidevenne zijn gerealiseerd zijn er in alle 7 wijken wijkcentra te vinden. Wijkcentra/ wijkpleinen zijn er o.a. op gericht om ontmoeting in de buurt te bevorderen. Het ontmoeten gebeurt daarnaast ook o.a. bij (brede) scholen, wijksteunpunten, gemeenschappelijke ruimtes in flats en commerciële voorzieningen zoals winkelcentra. Het voordeel van Purmerend is dat het bestaat uit compacte wijken, waarin veel commerciële en niet commerciële voorzieningen te vinden zijn. De voorwaarden om elkaar te ontmoeten zijn er dus wel.
Voorzieningen voor jongeren aandachtspunt Het aantal sport, culturele en sociaal-culturele voorzieningen in Purmerend wordt door de inwoners als ruim voldoende ervaren. Een uitzondering zijn de voorzieningen voor jongeren. Die beoordeelt men als onvoldoende. Toegankelijkheid looproutes voor gehandicapten is aandachtspunt De vraag is of het voor gehandicapten mogelijk is van de openbare ruimte gebruik te maken en of winkels en gebouwen voor hen toegankelijk zijn. Openbare gebouwen krijgen een ruime voldoende voor de toegankelijkheid (7,2), voor winkels geldt een wat lager rapportcijfer (6,8) en looproutes krijgen slechts een 6,5. Een factor die ook meespeelt bij het optimaal gebruik maken van de openbare ruimte en de gebouwen in de buurt is het uiterlijk ervan. Zie hiervoor de paragraaf overlast in het hoofdstuk veiligheid en overlast. Betrokken worden bij wijzigingen in de buurt volgens inwoners onvoldoende Wat betreft het actief zijn in de buurt en het betrokken worden: een kleine groep mensen, 12%, is het afgelopen jaar actief geweest om de leefbaarheid in de buurt te verbeteren. 19% heeft de afgelopen 12 maanden vrijwilligerswerk gedaan en 12% mantelzorg. Vrij veel mensen (bijna de helft) vinden dat zij bij wijzigingen in de buurt onvoldoende worden geïnformeerd en betrokken.
Staat van Purmerend
- 39 -
B&I, mei 2009
Huisbezoekproject Als voorzieningen in een wijk aanwezig zijn en als de toegankelijkheid van de voorzieningen en de openbare ruimte optimaal zijn, wil dat nog niet zeggen dat degenen voor wie deze voorzieningen bedoeld zijn er gebruik van maken. Vaak is een steuntje in de rug nodig. Vandaar dat de gemeente Purmerend een huisbezoekproject onder 75+-ers subsidieert Sterk Purmerenders vinden het wonen in hun buurt over het algemeen prettig
Zij vinden het aantal voorzieningen op het gebied van sport, cultuur en sociaal-cultureel werk ruim voldoende Openbare gebouwen en winkels acht men over het algemeen voldoende toegankelijk voor mensen met een beperking In wijken waar nu nog geen sociaal cultureel centrum is wordt gewerkt aan wijkpleinen Veel voorwaarden om elkaar in de wijk te kunnen ontmoeten aanwezig. Er draait een huisbezoekproject voor 75+ers. Zwak Betrokkenheid van mensen bij de buurt en de gehechtheid aan Purmerend
Er zijn volgens de Purmerenders weinig voorzieningen voor jongeren en onvoldoende ontmoetingsplekken in de buurt De toegankelijkheid van looproutes in de buurt voor mensen met een beperking Gegevens die betrekking hebben op de sociale infrastructuur Gemeente Cijfer voor gemeente als plaats om in te leven
7,3
Mate van gehechtheid aan eigen gemeente
6,5
Rapportcijfer aantal sportvoorzieningen
7,3
Rapportcijfer aantal culturele voorzieningen
7,1
Rapportcijfer aantal sociaal-culturele voorzieningen
6,9
Rapportcijfer aantal evenementen
7,1
Rapportcijfer aantal voorz. voor jongeren
5,6
% heeft afgelopen 12 maanden mantelzorg gegeven
12
% heeft afgelopen 12 maanden vrijwilligerswerk gedaan
19
Rapportcijfer toegankelijkheid winkels
6,8
Rapportcijfer toegankelijkheid openbare gebouwen
7,2
Index verloedering
4,6
Buurt Rapportcijfer prettigheid buurt
7,3
Index sociale cohesie (buurt)
6,2
Betrokkenheid buurtbewoners bij de buurt
6,2
% onvoldoende sociale contacten
10
% behoefte aan ontmoetingsplaatsen in de buurt
13
% oneens voldoende ontmoetingsplaatsen
43
% actief betrokken bij de buurt
12
% onvoldoende mogelijkheden om mening te geven
46
Rapportcijfer geschiktheid looproutes
6,5 Regionale Omnibusenquête 2008
Staat van Purmerend
- 40 -
B&I, mei 2009
Ontwikkelingen
Door de vergrijzing zullen in de toekomst meer mensen tijd doorbrengen in hun directe woonomgeving, tenminste als de openbare ruimte en de voorzieningen in de buurt daar aanleiding toe geven. De kans is groter dan tijdens hun werkend leven, dat zij buurtgenoten tegenkomen en dat er meer betrokkenheid ontstaat. Gezien de hoge arbeidsparticipatie van de 15 tot 65 jarigen en het hoge forensisme ligt het niet voor de hand dat jongeren en ouderen meer betrokken zullen raken op elkaar. Ouderen zullen dan ook voornamelijk op elkaar aangewezen zijn. Het aantal jongeren stabiliseert op dit moment. Toch is het aantal in de Purmer-Zuid nu nog op een hoog peil en groeit het in Weidevenne de komende jaren nog sterk. In de pas opgestelde jeugdnota geeft de gemeente aan meer voorzieningen voor jongeren op wijk en stedelijk niveau te willen realiseren. Kansen De betrokkenheid van mensen op elkaar en "meedoen" kan worden gestimuleerd door: Verbetering van de toegankelijkheid van looproutes. Bestrijding van overlast en vervuiling. Ondersteuning van initiatieven die tot meer "meedoen" leiden (b.v. huisbezoekproject) Minimaal de voorzieningenstructuur in de buurt te handhaven en daarbij te letten op de "ontmoetingskwaliteit". Wat betreft "voorzieningen voor jongeren".
Bij het realiseren van voorzieningen dient er rekening mee te worden gehouden dat het aantal jongeren in de Purmer-Zuid nu heel hoog is en dat het in Weidevenne de komende jaren sterk gaat stijgen. Bedreigingen De economische crisis kan ervoor zorgen dat voorzieningen in de wijken onder druk komen te staan en dat minder geld kan worden uitgetrokken voor het beheer van de openbare ruimte. Daardoor neemt de kans dat mensen meer betrokken raken op elkaar af. Als gevolg daarvan bestaat ook de kans dat mensen (met name ouderen) meer een beroep moeten doen op professionele hulp.
4.4
Het belang van zorg
Volgens de bevolking In de omnibusenquête is van 19 onderwerpen gevraagd of de gemeente er meer, evenveel of minder aandacht aan zou moeten besteden. Het onderwerp "toegankelijkheid voor gehandicapten" komt in de prioriteitsvolgorde op de 6e plaats. Voorzieningen op het gebied van sport (16e), cultuur (18e) en sociaal-cultureel werk (19e) krijgen een lage prioriteit als het gaat om het percentage mensen dat vindt dat de gemeente er meer aandacht aan zou moeten besteden. Hieruit kan overigens niet de conclusie worden getrokken dat men deze voorzieningen helemaal niet van belang vindt. Er zijn veel mensen die vinden dat de aandacht die er nu aan besteed wordt voldoende is.
Staat van Purmerend
- 41 -
B&I, mei 2009
Meer, evenveel of minder aandacht voor: Meer
Evenveel
Minder
Weet niet
Toegankelijkheid voor gehandicapten (positie 6)
41
35
1
22
Sportvoorzieningen(16)
18
59
3
20
Culturele voorzieningen (18)
14
64
5
17
Sociaal-culturele voorzieningen (19)
10
59
9
23
Regionale Omnibusenquête 2008
Volgens deskundigen In het denken over zorg staat de Wmo centraal. Twee begrippen zijn hierbij uitgangspunt, namelijk zelfredzaamheid en participatie. De burger is zelf verantwoordelijk voor de inrichting van zijn leven De gemeente neemt algemene maatregelen om belemmeringen weg te nemen. De zelfredzaamheid betreft ook de ondersteuning die burgers elkaar geven via sociale netwerken. De gemeente stimuleert en faciliteert deze. Tenslotte biedt de gemeente een vangnet via individuele voorzieningen als burgers het zelf niet redden en het ook niet redden met sociale steun. In het licht van deze filosofie is "toegankelijkheid voor gehandicapten" een zeer belangrijk punt en vallen sportvoorzieningen, culturele voorzieningen en sociaal-culturele voorzieningen onder voorzieningen die het meedoen kunnen bevorderen. Financiële impact In de begroting 2009 is een bedrag van € 14.667.000 opgenomen. Dat is 183 euro per inwoner. In 2010 en 2011 neemt het bedrag nog iets toe naar ruim 15 miljoen. In 2012 daalt het weer iets beneden de 15 miljoen. Vermoedelijk zal er, gezien de vergrijzing, in de toekomst meer geld nodig zijn voor individuele voorzieningen. Echter het kan zijn dat een groter deel van de gebruikers deze voorzieningen zelf gaat bekostigen.
Staat van Purmerend
- 42 -
B&I, mei 2009
5
Veiligheid en overlast
Vragen: Hoe veilig voelen inwoners van Purmerend zich? Zijn er plaatsen in Purmerend waar men zich minder veilig voelt? Hoe is het gesteld met de criminaliteit in Purmerend? Hoe is het gesteld met allerlei vormen van overlast? Dit hoofdstuk gaat over (sociale) veiligheidsgevoel, criminaliteit en overlast. Rampenbestrijding, verkeersveiligheid en brandweerzorg blijven buiten beschouwing.
5.1
Veiligheidsgevoel
Huidige situatie
Gemiddeld een gunstig rapportcijfer voor veiligheid Purmerenders voelen zich zowel overdag als 's avonds gemiddeld heel veilig, als we af mogen gaan op de rapportcijfers van respectievelijk 8,4 en 7,6 die zij hiervoor in de Regionale Omnibusenquête 2008 geven. Deze cijfers zijn voor Purmerend als geheel sinds 2004 onveranderd. In Wheermolen en het Centrum zijn de cijfers voor het veiligheidsgevoel 's avonds met 6,9 en 7,1 wat lager dan gemiddeld. Overigens is in Wheermolen sinds 2002 sprake van een gunstige tendens (van 6,6 naar 6,9), in Centrum is sprake van een ongunstige tendens (van 7,4 naar 7,1).9 Een op de vijf voelt zich wel eens onveilig Een andere maat voor onveiligheid is het percentage mensen dat zich wel eens onveilig voelt. Ongeveer een op de vijf Purmerenders voelt zich wel eens onveilig. Temidden van de 50 grootste gemeenten staat Purmerend daarmee op een gunstige 7e plaats. Ten opzichte van het landelijk gemiddelde van 20% is er geen afwijking. 10 Zoomen we nog verder in, dan zien we dat het soort woning waarin men woont samenhangt met het veiligheidsgevoel. Bewoners van flats (dit geldt zowel voor huur als koop) geven het cijfer 6,8 voor de veiligheid 's avonds. Dit wil overigens niet zeggen dat de flat de oorzaak is van het onveiligheidsgevoel. Sterk Het veiligheidsgevoel is gemiddeld gunstig in Purmerend. Zwak Het veiligheidsgevoel in Wheermolen en Centrum is wat ongunstiger dan gemiddeld.
9
Zie omnibusenquête 2002, 2004 en Regionale Omnibusenquête 2006 en 2008
10
Zie: Atlas voor Gemeenten 2008
Staat van Purmerend
- 43 -
B&I, mei 2009
Rapportcijfer voor het veiligheidsgevoel 's avonds en overdag in eigen buurt Centrum
Overwhere
Wheermolen
Gors
PurmerNoord
PurmerZuid
Weidevenne
Veiligheid Veiligheid 's avonds in eigen buurt
7,1
7,6
6,9
7,6
7,5
7,7
8,0
Veiligheid overdag in eigen buurt
8,3
8,4
8,1
8,3
8,2
8,4
8,6
Regionale Omnibusenquête2008
Ontwikkelingen
Door de vergrijzing zullen meer mensen gebruik gaan maken van de openbare ruimte en de voorzieningen in hun woonomgeving. Dit gebruik wordt bevorderd als zij zich buiten veilig voelen. Het veiligheidsgevoel hangt o.a. samen met uiterlijk van de woonomgeving en het toezicht dat er is. Als mensen elkaar in een buurt goed kennen heeft dat ook een positief effect op het veiligheidsgevoel, want dan zijn personen die onveilige gevoelens veroorzaken gemakkelijker aan te spreken. Kansen Beter sociaal beheer (huismeesters) en verbeteren van de woonomgeving bieden kansen om het veiligheidsgevoel positief te beïnvloeden. Ook een goed beheer van de openbare ruimte heeft positieve gevolgen voor veiligheidsgevoelens. Daarnaast is het faciliteren van ontmoetingsmogelijkheden in de buurt een positieve zaak. Als veel mensen elkaar in een buurt kennen zijn personen die onveilige gevoelens veroorzaken te plaatsen en gemakkelijker aan te spreken. Bedreigingen Door de kredietcrisis bestaat de kans dat gemeente en woningbouwcorporaties onvoldoende geld hebben om te zorgen voor een goede kwaliteit van de woonomgeving.
5.2
Criminaliteit
Huidige situatie
Relatief gunstige positie in Gemeentelijke Veiligheidsindex Purmerend staat volgens de Gemeentelijke Veiligheids Index (GVI) op 98e plaats11 (1e plaats is het meest ongunstig) van alle 443 gemeenten in Nederland. Ervanuit gaande dat criminaliteit meer voorkomt naarmate een plaats groter is, is deze plek niet ongunstig. Purmerend is qua inwonertal immers de 37e gemeente van Nederland. De GVI is gebaseerd op aangiftecijfers van de politie voor woninginbraken, diverse vormen van diefstal, diverse geweldsmisdrijven en vernielingen. De cijfers zijn gerelateerd aan de bevolkingsomvang en de woningvoorraad en vervolgens geïndexeerd. Purmerend zit met een index van 120 boven het landelijk gemiddelde van 100. Dalende lijn aantal geregistreerde misdrijven Een positieve ontwikkeling is dat het aantal geregistreerde aangiften sinds 2004 een dalende lijn laat zien. Deze doet zich vooral voor bij de vermogensdelicten. Zo daalde het aantal gevallen van diefstal
11
Veiligheidsbeeld Zaanstreek-Waterland 2008, april 2009 politie zaanstreek-waterland
Staat van Purmerend
- 44 -
B&I, mei 2009
uit woning van 273 naar 191 en van diefstal van/uit voertuigen van 525 naar 338. Een uitzondering zijn de winkeldiefstallen. Deze stegen van 102 naar 161. Het aantal geweldsmisdrijven is nog wel iets hoger dan in 2004, maar is na een piek in 2005 weer gedaald. Het aantal aangiften van huiselijk geweld blijft sinds 2005 stabiel. Het aantal aangiften van vernielingen daalde niet. Het steeg van 1014 in 2002 naar 1146 in 2007. Ervaring overlast door criminaliteit Naast deze cijfers is ook de ervaring van criminaliteit door burgers van belang. Hier zien we een tendens die niet in overeenstemming is met de daling van het aantal aangiften. Burgers gaven in 2002 het rapportcijfer 7,4 voor de ervaring van overlast door criminaliteit (inbraak, vernieling, geweldpleging) in de buurt. Dit was in 2008 gedaald naar een 7,0. De wijken Centrum en Wheermolen krijgen rapportcijfers beneden de zeven, namelijk 6,6 en 6,512. Mening over voorkomen criminaliteit In de regionale omnibusenquête konden inwoners aangeven of zij vonden dat bepaalde delicten vaak, soms of zelden/nooit voorkwamen. We zien we dat vernielingen, bekladding en fietsensdiefstal volgens de Purmerenders het vaakst voorkomen. Een op de vijf Purmerenders geeft aan dat vernieling vaak voorkomt. De Gors en de Purmer-Zuid scoren ongunstiger dan gemiddeld. In deze wijken geeft ongeveer 30% aan dat het vaak voorkomt. "Bekladding" komt volgens 11% van de bevolking vaak voor. In Wheermolen is dit 21%. Een op de10 Purmerenders geeft aan dat fietsendiefstal vaak voorkomt. In het Centrum (15%) en Wheermolen (17%) zijn meer mensen dit van mening. Weidevenne scoort in veel opzichten gunstiger dan gemiddeld.Dit geldt niet voor de mening van inwoners dat inbraken vaak voorkomen. 6,3% geeft dit aan tegen 3,6% gemiddeld in Purmerend13. Preventie Het politiebeleid, dat o.a. is gericht op veelplegers en inbraakpreventie lijkt z'n vruchten af te werpen vooral m.b.t. het aantal vermogensdelicten. Daarnaast spelen o.a. Halt en de jeugdnetwerken een rol bij de preventie. Sterk Relatief gunstige positie betreffende het aantal aangiften. Sterke daling van vermogensdelicten. Zwak Vernieling en geweldpleging dalen niet. Vooral inwoners van Wheermolen en Centrum ervaren naar verhouding veel overlast van criminaliteit.
12
Omnibusenquêtes 2002 en 2004, Regionale Omnibusenquêtes 2006 en 2008
13
Regionale Omnibusenquête Purmerend 2008 pag. 131
Staat van Purmerend
- 45 -
B&I, mei 2009
Gegevens over criminaliteit Purmerend
Nederland
Rangorde 493 gem.(1=gem. met hoogste crim) hoogst, 493=laagst)
98
Gemeentelijke Veiligheidsindex
120
100
2004
2008
Woninginbraken
291
185
Diefstal uit bedrijf/instellingen
361
265
Winkeldiefstallen
102
161
Diefstallen af uit voertuigen
525
338
Diefstal van voertuigen
98
48
(Brom) fietsdiefstallen
607
437
Geweldsmisdrijven
555
548
Aantal aangiften Purmerend:
Huiselijk geweld
266 (2005)
231
Overvallen en straatroven
46
51
Zedenmisdrijven
95
83
Discriminatie
84
30
Vernielingen
1071
1131
75
107
Fraude
Veiligheidsbeeld Zaanstreek-Waterland 2008
Gegevens over criminaliteit Purmerend
Nederland
Ervaring overlast van criminaliteit Rapportcijfer overlast van criminaliteit
7,0
Idem Centrum
6,6
Idem Wheermolen
6,5
% komt vaak voor in de buurt (keuze uit vaak, soms en nooit) Vernielingen telefooncellen etc.
20
16
Bekladding
11
7
Fietsdiefstal
10
Inbraak in woningen
4
Lastig gevallen worden op straat
2
Geweld
1 Regionale Omnibusenquête 2008
Ontwikkelingen
Criminaliteit wordt in verhouding vaak door jeugdigen gepleegd. Te verwachten is dat door de vergrijzing van de bevolking de criminaliteit zal dalen. In de Purmer Zuid wonen nu de meeste jongeren. Hun aantal zal de komende jaren dalen. In Weidevenne zal het aantal jongeren nog sterk toenemen. Vernielingen en geweldsdelicten hangen behalve met het aantal jongeren in de bevolking ook enigszins samen met uitgaansgedrag. De positie van Purmerend versterkt zich de laatste jaren op het gebied van uitgaan (P3) en de kans bestaat dat deze tendens zich nog zal voortzetten (discotheek
Staat van Purmerend
- 46 -
B&I, mei 2009
en Koemarkt). Dat trekt jongeren naar Purmerend, waarbij de kans bestaat dat er onder invloed van alcohol meer vernielingen en geweld plaatsvinden. Er zijn heel veel activiteiten van politie, gemeente en anderen die invloed hebben op de omvang van de criminaliteit. Maar wat die invloed precies is, is moeilijk te bewijzen. Het Sociaal Cultureel Planbureau heeft aangetoond dat gericht politietoezicht op bekend onveilige plekken en tijdstippen helpt (boven algemene inzet van politie). Toezicht door horecapersoneel helpt ook. Daarnaast helpt het plaatsen van goed hang- en sluitwerk bij het voorkomen van inbraak14. Kansen Preventieve activiteiten bij voorrang richten op jongeren in de Purmer-Zuid en Weidevenne en ook op de (toenemende) uitgaansjeugd. Daarbij voornamelijk toezicht houden op bekend onveilige plekken en tijdstippen. Bezig blijven met het verbeteren van de structuur in de preventie (beleidsplan Veiligheid). Doorgaan op de ingeslagen wegen, omdat deze blijkbaar werken (bijvoorbeeld Het Keurmerk Veilig Ondernemen en het Keurmerk Veilig Wonen). Bedreigingen
Meer geweld en vernielingen door sterkere positie van Purmerend op gebied van uitgaan 5.3
Overlast
Huidige situatie In de Regionale Omnibusenquête konden Purmerenders van 8 soorten overlast aangeven of die volgens hen vaak, soms of zelden/nooit voorkwamen. Drie soorten overlast springen er duidelijk uit. Dat zijn hondenpoep, rommel op straat en overlast van groepen jongeren. Eenderde deel van de Purmerendse bevolking geeft aan dat overlast van hondenpoep vaak voorkomt. In de wijken Overwhere (25%) en Weidevenne (25%) is dit gunstiger en in de Purmer-Noord (43%) ongunstiger. Purmerend wijkt op dit punt niet af van het landelijk gemiddelde15. Een op de vijf Purmerenders vindt dat rommel op straat vaak voorkomt. In Weidevenne is dit gunstiger (13%) en in Wheermolen ongunstiger (30%). Landelijk is het percentage dat aangeeft dat rommel op straat vaak voorkomt lager dan in Purmerend. Overlast van groepen jongeren komt volgens 13% vaak voor. In Overwhere (9%) en Weidevenne (8%) is dit gunstiger dan gemiddeld. In Centrum (21%) en Purmer-Zuid (19%) ongunstiger. Purmerend scoort op dit punt iets ongunstiger dan landelijk gemiddeld. De andere vormen van overlast (exclusief verkeersoverlast) komen volgens de inwoners veel minder vaak voor. In sommige wijken signaleren meer mensen dan gemiddeld dat deze vormen vaak voorkomen. Centrum en Wheermolen vallen in ongunstige zin op. Terwijl gemiddeld 4% aangeeft dat dronken mensen op straat vaak voorkomt is dat in Centrum 12% en in Wheermolen 7%. Ook van drugsoverlast geeft 4% van de Purmerendse bevolking aan dat dat vaak voorkomt. In Centrum is dat
14
Sociale veiligheid ontsleuteld:veronderstelde en werkelijke effecten van veiligheidsbeleid, Sociaal en Cultureel Planbureau,
juli 2008. 15
De gegevens uit deze paragraaf zijn te vinden in "Regionale Omnibusenquete Purmerend 2008",
Staat van Purmerend
- 47 -
B&I, mei 2009
9% en in Wheermolen 7%. "Overlast door omwonenden" wordt vooral in Wheermolen als een vaak voorkomend probleem gemeld, namelijk door 10% van de inwoners tegen 4% gemiddeld. Sterk Overlast van omwonenden, drugsoverlast en dronken mensen komen gemiddeld in Purmerend relatief weinig voor. Zwak Veel mensen vinden dat hondenpoep, rommel op straat en overlast van groepen jongeren vaak voorkomen. Per wijk zijn er verschillende accenten. Wheermolen en Centrum scoren op veel aspecten ongunstig. Op afzonderlijke aspecten is aandacht nodig voor diverse wijken. Ontwikkelingen Voor beheer openbare ruimte (met name voor het schoonhouden) wordt de komende jaren meer geld uitgetrokken. Dat heeft mogelijk gunstige gevolgen voor de ervaring van overlast van hondenpoep en rommel op straat. In Wheermolen is men bezig een flatcomplex te slopen. Dat zal de overlast door omwonenden waarschijnlijk positief beïnvloeden, maar het zal in andere flatcomplexen blijven bestaan. Een middel om overlast door omwonenden te beheersen is het inzetten van buurtbemiddeling. Purmerend leidt vrijwilligers hiervoor op. Overlast van groepen jongeren komt nu het meest voor in wijken waar ofwel veel jongeren wonen (Purmer-Zuid) ofwel veel jongeren uitgaan (Centrum). Door sterke toename van het aantal jongeren in Weidevenne en door toename van het uitgaan in het centrum bestaat de kans dat de overlast daar zal toenemen. Kansen Blijven investeren in het beheer van de openbare ruimte. Dat vermindert de ervaring van overlast Buurtbemiddeling verder ontwikkelen. Dat draagt bij aan de beheersing van overlast door omwonenden. Wat betreft overlast van jongeren: zie de paragraaf criminaliteit. Bedreigingen De kans bestaat dat er onvoldoende geld is voor beheer van de openbare ruimte Overlast (exclusief verkeer en criminaliteit) Purmerend
Nederland
Hondenpoep
33
33
Rommel op straat
21
20
Overlast van groepen jongeren
13
10
Dronken mensen op straat
4
5
Drugsoverlast
4
5
Overlast door omwonenden
4
4
Overlast door horecagelegenheden
1
-
Overlast van zwervers/daklozen
0
-
% komt vaak voor
Regionale Omnibusenquête 2008
Staat van Purmerend
- 48 -
B&I, mei 2009
5.4
Het belang van bestrijding criminaliteit en overlast.
Volgens de bevolking In de omnibusenquête hebben drie van de 19 onderwerpen, waarvan gevraagd is of er meer evenveel of minder aandacht aan besteed zou moeten worden, betrekking op criminaliteit en overlast. Het zijn "criminaliteitsbestrijding", "onderhoud openbare ruimte" en "toezicht op straat". Zij staan in de prioriteitsvolgorde van de Purmerendse bevolking op de plaatsen 3, 4 en 5. Volgens deskundigen Het is buiten kijf dat bestrijding van criminaliteit en overlast belangrijk is. Veiligheid is een van de basisbehoeften. Een belangrijk vraagstuk is welke maatregelen het meest effectief zijn. Volgens het SCP is van heel veel preventieve maatregelen nog onvoldoende bekend wat het effect is. Bewezen is wel dat toezicht op bekend onveilige plaatsen en tijden effect heeft en dat goed hang- en sluitwerk essentieel is ter voorkoming van inbraak. Financiële impact In de Programmabegroting 2009-2012 is een bedrag van € 8.781.352,-- voor 2009. Dit loopt op tot bijna € 10 miljoen in 2012. Het gaat om bedragen van € 110,-- tot € 125,-- per inwoner.
Staat van Purmerend
- 49 -
B&I, mei 2009
Staat van Purmerend
- 50 -
B&I, mei 2009
6
Sport en cultuur
Vragen: Hoe ontwikkelt het aantal voorzieningen op het gebied van sport en cultuur zich? Hoe ontwikkelt het gebruik van deze voorzieningen zich? In hoeverre vervult Purmerend een centrumfunctie hiervoor? Hoe hoog is de participatie aan sport, cultuur etc.? In hoeverre doen mensen met een beperking mee? In dit hoofdstuk gaan we in op het aantal voorzieningen op het gebied van sport en cultuur en het gebruik dat van deze voorzieningen wordt gemaakt.
6.1
Aantal voorzieningen
Huidige situatie Tevreden over voorzieningen Purmerend telt een breed scala aan voorzieningen op het gebied van cultuur, sport en sociaalcultureel werk. Wat betreft cultuur concludeert BMC dat Purmerend gezien het inwonertal een redelijk complete culturele infrastructuur kent. Podiumkunst springt er in positieve zin uit met de Purmaryn, P3/de verbeelding en ook het NKT. Beeldende Kunst en Cultureel erfgoed (waaronder de musea) zijn het minst ontwikkeld. Bibliotheek, Muziekschool en Creativiteitcentrum zijn goede basisvoorzieningen16. Wat betreft sociaal-cultureel werk zien we dat vijf van de zeven wijken een wijkcentrum hebben. De wijkcentra (of wijkpleinen) voor de andere twee wijken zijn gepland. Wat betreft sport zien we dat veel voorzieningen het einde van hun afschrijvingstermijn naderen. Dit schept mogelijkheden om structurele veranderingen door te voeren. 17 Gezien bovenstaande is het niet vreemd dat Purmerenders tevreden zijn over het aantal en de kwaliteit van culturele, sociaal-culturele en sportvoorzieningen. Ook mensen met een beperking zijn tevreden over het aantal en de kwaliteit van deze voorzieningen. Purmerenders zijn niet tevreden over het aantal en de kwaliteit van voorzieningen voor jongeren. 18 Centrumpositie Purmerendse voorzieningen niet sterk Wat betreft de centrumpositie van Purmerendse voorzieningen op het gebied van sport en cultuur moeten we concluderen dat er bij de meeste voorzieningen meer uitstroom van Purmerenders naar elders is dan instroom van bezoekers uit de regio naar Purmerendse voorzieningen. Een klein positief saldo treffen we alleen aan bij het overdekt zwembad en de bibliotheek. Voor theaterbezoek komen veel mensen uit de regio naar Purmerend, maar tegelijkertijd gaan veel Purmerenders en mensen uit de regio Waterland hiervoor ook naar elders.
16
Zie: Cultureel voorzieningenniveau gemeente Purmerend, maart 2008, BMC , pag. 45
17
Zie: Scoren met sport, Sportnota Purmerend 2008-2011
18
Regionale Omnibusenquête Purmerend 2008
Staat van Purmerend
- 51 -
B&I, mei 2009
Niet onderzocht is wat de regionale en landelijke betekenis van de Golfbaan is. Wel is op internet te vinden dat een panel van deskundigen een top 50 heeft samengesteld van 18 holesbanen. Purmerend staat op de 34e plaats. Ook niet onderzocht is wat de positie van P3 is, maar de indruk bestaat dat deze voorziening een bovenregionale betekenis heeft. Sterk Volgens de bevolking voldoende voorzieningen. Geldt ook voor mensen met een beperking (Mogelijke) bovenregionale betekenis van golfbaan en poppodium P3. Regionale betekenis zwembad en bibliotheek. Ook regionale betekenis van de Purmaryn (maar ook afvloeiing vanuit Purmerend en de regio naar elders) Zwak Voor de Purmerendse sportvoorzieningen (m.u.v. het zwembad) geldt dat er meer uitstroom is van Purmerendse sporters naar elders, dan instroom vanuit de regio naar Purmerend. Het aantal en de kwaliteit van jongerenvoorzieningen wordt negatief beoordeeld. Beoordeling diverse voorzieningen door Purmerenders
Rapportcijfer aantal sportvoorzieningen
7,3
Rapportcijfer kwaliteit sportvoorzieningen
7,2
Rapportcijfer aantal culturele voorzieningen
7,1
Rapportcijfer kwaliteit culturele voorzieningen
7,2
Aantal sociaal-culturele centra
7,0
Kwaliteit sociaal-culturele centra
6,9
Aantal voorzieningen voor jongeren
5,6
Kwaliteit voorzieningen voor jongeren
5,6
Regionale Omnibusenquête2008
Bezoekers uit de regio (inclusief Purmerend) dat gebruik maakt van Purmerendse voorzieningen (%) Overdekt zwembad
51
Binnensportaccommodaties
41
Buitensportaccommodaties
34
Sportschool/fitnesscentrum
46
Overige commerciële sportaccommodaties
27
Sportfaciliteiten in openbare ruimte
33
Bibliotheek
54
Theater
42
% Purmerendse inwoners in de regio
49
Regionale Omnibusenquête 2008
Leesvoorbeeld: van alle bezoekers uit de regio inclusief Purmerend die naar een overdekt zwembad gaan, gaat 51% meestal naar het overdekte zwembad in Purmerend. Omdat Purmerend van het totaal aantal inwoners van de regio 49% uitmaakt is dus sprake van iets meer dan je op grond van het aantal inwoners van Purmerend zou mogen verwachten.
Staat van Purmerend
- 52 -
B&I, mei 2009
Ontwikkelingen Plannen theater Kop van West Op het gebied van cultuur zijn er plannen voor verplaatsing van het theater naar de Kop van West, Hierbij is het van belang ook de ontwikkelingen in de regio te volgen.. In Hoorn en Zaanstad zijn de laatste jaren theaters gerealiseerd die meer mogelijkheden bieden dan Purmerend. Bovendien is Amsterdam in de buurt met volop mogelijkheden. Door de vergrijzing van een bevolkingsgroep, die meer te besteden heeft dan de huidige ouderen bestaat de kans dat meer mensen in Purmerend een theater willen bezoeken en dat ook kunnen realiseren, omdat zij er meer tijd voor hebben. Theater de Purmaryn draait momenteel goed (er is sprake van een hoge bezettingsgraad), maar door haar beperkte omvang en de slechte bereikbaarheid kan het in de toekomst voorstellingen mislopen en ook de concurrentie met de grotere theaters in Zaandam en Hoorn verliezen. Nu al gaan veel Purmerenders en mensen uit de regio Waterland naar andere theaters. Deels is dat logisch, waar het grote producties en heel specialistische voorstellingen betreft, die vooral in Amsterdam te vinden zijn. Voor een ander deel gaat het om publiek dat ook in Purmerend zou kunnen gaan. Er is dus een markt voor een groter theater in Purmerend, maar die markt kent wel z'n grenzen. BMC stelt een theater voor met een grote zaal met 750 stoelen (nu 500) en een kleine zaal met 200 stoelen (nu ook 200). Dit lijkt realistisch. Het theater van Purmerend zou dan kleiner blijven dan dat van Hoorn en Zaanstad.. Beide hebben ongeveer 900 plaatsen in de grote zaal en 200 in de kleine zaal. Clustering voorzieningen Verder denkt men aan clustering van voorzieningen, zoals van Muziekschool met Creativiteitcentrum en van het Purmerends Museum en Museum Waterland. Het eerste cluster zou mogelijk vorm krijgen op de Schapenmarkt. Bij het tweede cluster wil men ook een samenwerking realiseren met de Vereniging Historisch Purmerend, die veel leden telt. Multifunctionele (top) sporthal Purmerend heeft plannen voor een multifunctionele (top) sporthal. Deze komt deels in de plaats van een bestaande sporthal die aan het einde van de afschrijvingstermijn zit. Wat betreft een topsporthal. Er is nu nauwelijks sprake van topsport in Purmerend. Topsport kan een aantal functies vervullen. 1. Het kan Purmerend meer op de kaart zetten. Ondernemers komen hierdoor mogelijk eerder op het idee om hun bedrijf hier te vestigen. 2. De jeugd van Purmerend kan zich meer identificeren met plaatselijke sporters en is dan mogelijk eerder geneigd om te gaan sporten. 3. Het leidt er mogelijk toe dat Purmerenders zich meer gehecht gaan voelen aan hun stad en er ook trots op kunnen zijn. Dat gehecht zijn aan Purmerend kan een steuntje in de rug gebruiken, want het gemiddelde cijfer dat Purmerenders voor hun gehechtheid aan Purmerend geven is "slechts" een 6,5. Wijkpleinen Het beleid ten aanzien van sociaal-culturele accommodaties beweegt zich in de richting van wijkpleinen. In de Gors en Weidevenne, waar nog geen wijkcentra zijn, wordt een start gemaakt met deze pleinen. Een wijkplein wil zeggen dat de sociaal culturele functie wordt gecombineerd met andere functies (o.a. met het wijkkantoor en een bibliotheeksteunfunctie) Als deze pleinen in de Gors en Weidevenne zijn gerealiseerd zijn er in alle 7 wijken wijkaccommodaties te vinden. Daarnaast zijn er nog andere ontmoetingsplekken in de vorm van wijksteunpunten en gemeenschappelijke ruimtes in flats waar ouderen elkaar kunnen ontmoeten.
Staat van Purmerend
- 53 -
B&I, mei 2009
Kansen Het bouwen van een (iets) groter en "mooier" theater. Het effect hiervan kan zijn dat meer Purmerenders in Purmerend een theater bezoeken, hetgeen met name voor de grotere groep (kapitaalkrachtige) ouderen in een behoefte voorziet en de hechting aan Purmerend bevordert. Als zo'n theater een bijzondere uitstraling krijgt kan het een naam verwerven in de theaterwereld en ook een van de redenen zijn waarom mensen zich in Purmerend willen vestigen. Een topsporthal kan soortgelijke effecten hebben. Wijkpleinen maken de kans dat mensen elkaar in de buurt ontmoeten groter. Dit kan de sociale cohesie bevorderen en ook de bereidheid van mensen om elkaar te ondersteunen (zie ook hoofdstuk Zorg) Bedreigingen Een te groot theater en een te grote topsporthal kunnen mogelijk de concurrentie niet aan met naburige accommodaties. Accommodaties die geen uitstraling hebben schieten hun doel voorbij.
6.2
Participatie
Huidige situatie Deelname Ongeveer de helft van de bevolking doet aan sport. Eveneens ongeveer de helft gaat naar het theater en ruim een kwart naar de bibliotheek. Zes procent gaat naar een wijkcentrum/buurthuis. De vraag is of deze percentages laag of hoog zijn. Ten opzichte van de directe regio is het percentage sporters en het percentage bezoekers van sociaal-culturele voorzieningen wat lager. Theater en bibliotheek scoren gemiddeld ten opzichte van de regio. Verenigingsverband Het sporten (maar ook cultuur) in verenigingsverband is een groot goed. Verenigingen zijn zelfredzame organisaties die belangrijke functies vervullen in de samenleving. Er is een educatieve functie in de zin dat jongeren leren in teamverband te spelen en regels leren voor het omgaan met elkaar. Leden ontwikkelen sociale netwerken en daardoor neemt ook de binding met hun omgeving toe. Of een vereniging goed kan functioneren hangt voor een groot deel af van vrijwilligers. Landelijk onderzoek laat zien dat het percentage sporters in verenigingsverband daalt. Op grond van de ledencijfers van gesubsidieerde verenigingen zien we dat het aantal leden gepercenteerd op het aantal jeugdigen en volwassenen in de bevolking de laatste jaren is gestabiliseerd. Dit zegt nog niet alles over het percentage dat in verenigingsverband sport. In 2006 gaf 27% van de Purmerenders aan als actief deelnemer een sportvereniging te bezoeken. Dit komt overeen met de 28% van de Nederlandse bevolking die aangeeft lid te zijn van een sportvereniging. Het zijn vooral jongeren die lid zijn. Van de 12 t/m 17 jarigen was in 2005 57% lid en van de 18 t/m 24 jarigen 40% Voor veel jeugdigen spelen verenigingen dus nog steeds een belangrijke rol. Volwassenen sporten ook veel bij een sportschool of ongeorganiseerd, want van de sporters beoefende in 2006 32% zijn/haar belangrijkste sport in verenigingsverband, 29% sportte via een sportschool en 32% deed het ongeorganiseerd/individueel. Mensen met beperking doen evenredig mee Een andere vraag is of mensen met een beperking en ouderen voldoende participeren. Zij blijken ongeveer evenveel als mensen zonder beperking naar het theater te gaan en naar de bibliotheek. Ze gaan echter meer dan gemiddeld naar een wijkcentrum, maar doen weer minder dan gemiddeld aan
Staat van Purmerend
- 54 -
B&I, mei 2009
sport. Jongeren doen meer dan gemiddeld aan sport. Het percentage dat naar buurthuizen, bibliotheek of theater gaat wijkt niet veel af van het gemiddelde. De gemeente stimuleert het sporten en het sporten in verenigingsverband door: Jeugdsubsidies aan verenigingen Subsidies voor de Purvac, sportbuurtwerk en instuifactiviteiten voor ouderen en mensen met handicap. Sterk Mensen met een beperking en ouderen maken meer gebruik van wijkcentra/buurthuizen dan mensen zonder beperking en jongeren. Theater- en bibliotheekbezoek door mensen met een beperking en ouderen niet afwijkend Vooral onder jeugd spelen verenigingen nog een grote rol. Instuifactiviteiten voor diverse doelgroepen Zwak Mensen met een beperking en ouderen doen minder aan sport dan mensen zonder beperking. Ontwikkelingen (zie ook hoofdstuk zorg)
Sportverenigingen mogelijk onder druk Wat betreft de sportverenigingen: omdat er in de toekomst minder jongeren in Purmerend zullen zijn kan het gebeuren dat sommige sportverenigingen onder druk komen te staan. Ook het feit dat minder mensen bereid zijn vrijwilliger te zijn binnen een vereniging vormt een gevaar. De komende jaren zullen de babyboomers massaal met pensioen gaan. Onder deze groep is een potentieel aan vrijwilligers te vinden. Daarbij is het wel van belang dat ze een binding met die verenigingen hebben. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door activiteiten voor deze groep te organiseren Kansen voor sociaal-culturele centra Sociaal-culturele centra worden nu in verhouding meer door ouderen bezocht. Als dit in de toekomst zo blijft zal er een toename van het aantal bezoekers optreden. Door de vergrijzing en daardoor een toename van mensen met een beperking is het nog meer van belang dat looproutes en gebouwen toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Voorzieningen voor jongeren Het aantal jongeren stabiliseert op dit moment. Toch is het aantal in de Purmer-Zuid nu nog op een hoog peil en groeit het in Weidevenne de komende jaren nog sterk. In de pas opgestelde jeugdnota geeft de gemeente aan meer voorzieningen voor jongeren te willen realiseren. Kansen Verenigingen doen er goed aan het voor vrijwilligers (bijvoorbeeld ouderen) aantrekkelijk te maken zich voor hun vereniging in te zetten. Zo blijven verenigingen levensvatbaar en kunnen ze hun positieve rol voor de jeugd (en volwassenen) blijven behouden Door bij het beheer van de openbare ruimte de toegankelijkheid van looproutes voor mensen met een beperking te verbeteren wordt de kans groter dat deze mensen meer "meedoen". Ook bestrijding van overlast en vervuiling kunnen ertoe leiden dat mensen zich meer uitgenodigd voelen om gebruik te maken van de openbare ruimte en de voorzieningen (zie hoofdstuk veiligheid en overlast en hoofdstuk wonen en woonomgeving).
Staat van Purmerend
- 55 -
B&I, mei 2009
Wat betreft de betrokkenheid bij Purmerend en de buurt: hier ligt een grote kans voor de gemeente om initiatieven van burgers, die leiden tot meer betrokkenheid, te ondersteunen. Daarin kunnen sociaal-culturele centra een rol spelen. Wat betreft "voorzieningen voor jongeren": voorzieningen voor jongeren dienen met voorrang in de Purmer-Zuid en Weidevenne te worden gerealiseerd/uitgebreid. Bedreigingen Sommige verenigingen kunnen door een mindere instroom van leden of door een gebrek aan vrijwilligers onder druk komen te staan. De economische crisis kan ervoor zorgen dat voorzieningen in de wijken, en de sport- en cultuurvoorzieningen onder druk komen te staan en dat minder geld kan worden uitgetrokken voor het beheer van de openbare ruimte. Deelname aan sport, cultuur en sociaal-cultureel werk
waar onder: licht tot sterk
65+
15-24
belemmerd % minstens eens per jaar naar theater
52
46
48
48
% minstens een maal per maand naar bibliotheek
27
28
31
25
% minstens eens per maand naar buurthuis
6
12
16
5
% doet minstens eens per maand aan sport
51
33
32
69
% sport in verenigingsverband (2006)
27
% 12 t/m 17 jarigen lid sportvereniging
59
% jeugdleden van sportvereniging op 5-17 jarigen
42
% seniorenleden van sportvereniging op 18-64 jarigen
8 Regionale Omnibusenquête Purmerend 2008 en Purmerend in Cijfers 2008
6.3
Het belang van sport en cultuur
Volgens de bevolking In de Regionale Omnibusenquête is van 19 onderwerpen gevraagd of de gemeente er meer, evenveel of minder aandacht aan zou moeten besteden. Het onderwerp "toegankelijkheid voor gehandicapten" komt in de prioriteitsvolgorde op de 6e plaats. Voorzieningen op het gebied van sport (16e), cultuur (18e) en sociaal-cultureel werk (19e) krijgen een lage prioriteit als het gaat om het percentage mensen dat vindt dat de gemeente er meer aandacht aan zou moeten besteden. Hieruit kan overigens niet de conclusie worden getrokken dat men deze voorzieningen helemaal niet van belang vindt. Er zijn veel mensen die vinden dat de aandacht die er nu aan besteed wordt voldoende is. Meer, evenveel of minder aandacht voor: Meer
Evenveel
Minder
Weet niet
Toegankelijkheid voor gehandicapten (positie 6)
41
35
1
22
Sportvoorzieningen (16)
18
59
3
20
Culturele voorzieningen (18)
14
64
5
17
Sociaal-culturele voorzieningen (19)
10
59
9
23
Regionale Omnibusenquête 2008
Staat van Purmerend
- 56 -
B&I, mei 2009
Andere criteria voor het belang Sport, cultuur en sociaal cultureel werk kunnen de binding met de stad en de sociale cohesie in de buurt bevorderen. Ze kunnen helpen sociale netwerken te versterken. Deze sociale netwerken zijn weer van belang voor de ondersteuning die mensen elkaar kunnen bieden. Sport draagt ertoe bij dat mensen voldoende bewegen en een gezonde levensstijl opbouwen. Financiële impact In de begroting van 2009 staat bij het programma Actief in de Stad een bedrag van ruim €16 miljoen ofwel € 204 euro per inwoner. Het programma Actief in de Stad behoort tot de vier programma's (beheer openbare ruimte, actief in de stad, zorg en educatie), waar veel geld mee is gemoeid. Dit bedrag stijgt tot 2012 naar € 17,5 miljoen.
In het rapport Uitgaven en ijkpunten Purmerend 2008 is te lezen dat de rubriek Kunst en Ontspanning een hoge post is van € 140 ,-- per inwoner. Dit is € 33,-- hoger dan het ijkpunt. Dit heeft te maken met het feit dat Purmerend twee theaters heeft (Purmaryn en P3), terwijl voor het ijkpunt Kunst en Ontspanning van het gemeentefonds voor Purmerend geen centrumfunctie wordt gehonoreerd. In tegenspraak hiermee zijn de CBScijfers over de uitgaven per inwoner op het gebied van "kunst en cultuurbeheer- en verspreiding" dan blijken deze met € 75,-- per hoofd van de bevolking beneden het landelijke gemiddelde van € 84,-- per hoofd van de bevolking te liggen. Het CBS houdt geen rekening met de mindere centrumfunctie van Purmerend. Bovendien is de indeling van Begrotingsposten anders.
Staat van Purmerend
- 57 -
B&I, mei 2009
Staat van Purmerend
- 58 -
B&I, mei 2009
7
Wonen
Vragen: Hoe is het gesteld met de kwaliteit van het woningbestand in Purmerend? Waar is het goed en waar is het minder goed? Waar zijn problemen te verwachten? Welke rol vervult Purmerend in de regio? Hoe is het gesteld met de kwaliteit van de woonomgeving? Waar is het goed en waar is het minder goed? Waar zijn problemen te verwachten?
7.1
Kwaliteit van het woningbestand
Huidige situatie Hoog cijfer voor kwaliteit van de woning Purmerenders geven een hoog cijfer voor de kwaliteit van hun woning, namelijk een 7,8. De vraag is of dit voor alle woningen in alle wijken geldt. Wheermolen is de enige wijk waar men een rapportcijfer lager dan 7,5 geeft, namelijk een 7,3. Naar type woningen zijn er ook verschillen. Alle soorten woningen krijgen een cijfer ver boven de zeven, behalve appartementen zonder lift. Deze krijgen een 6,9. Er is ook verschil naar huur of koopwoning. Koopwoningen worden veel hoger gewaardeerd dan huurwoningen. En per wijk zijn er verschillen. Huurappartementen met lift in Wheermolen krijgen een rapportcijfer van 6,7, terwijl dit type woningen in heel Purmerend een 7,1 krijgt. De Purmerendse woningvoorraad wijkt niet sterk af van het landelijk gemiddelde als we kijken naar de verhouding eengezins-meergezins. Wat betreft het percentage koop zien we ook geen afwijkingen, maar we zien wel een naar verhouding hoog percentage sociale huur. Het aantal kamers laat ook een een kleine afwijking van het Nederlands gemiddelde zien: er zijn meer vierkamerwoningen dan gemiddeld en minder vijfkamerwoningen. Verder is de woningvoorraad gemiddeld jonger dan het Nederlands gemiddelde. Woningen gebouwd in de periode 1945 -1970 worden landelijk gezien als woningen van de slechtste kwaliteit. In Purmerend behoort 17% tot deze categorie tegen landelijk 28%. Veel woningen in Overwhere Zuid en Wheermolen stammen uit deze periode. Sterk Bijna alle woningen in Purmerend worden goed beoordeeld door hun bewoners. Het percentage woningen uit de als slecht bekend staande periode 1945 t/m 1970 is beneden het landelijk gemiddelde. Zwak Huurappartementen zonder lift in heel Purmerend, huurappartementen met lift in Wheermolen
Staat van Purmerend
- 59 -
B&I, mei 2009
Rapportcijfers eigen woning naar soort Totaal
Huur
Koop
Eengezinswoning in rij
7,9
7,3
8,1
Twee onder een kap
8,4
-
8,4
Vrijstaand
8,4
-
8,4
Appartement begane grond
7,8
7,4
-
Appartement zonder lift
6,9
6,7
7,7
7,4
7,1
8,0
Appartement met lift
Regionale omnibusenquête 2008
Het voorkomen van soorten woningen in Purmerend t.o.v. Nederland (%)
Purmerend
Nederland
38
33
Overige huur
3
11
Koop
58
57
Eengezinswoning
70
71
Appartement
30
29
Sociale huur
1 of 2 kamer
4
9
3 kamers
21
19
4 kamers
45
34
5 kamers of meer
30
38
t/m 1944
2
21
1945-1970
17
28
1971-1990
53
33
1991-
28
18
Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007
7.2
Kwaliteit van de woonomgeving
Beoordeling woonomgeving uiteenlopend De (fysieke) woonomgeving krijgt van de Purmerenders een lager cijfer dan de woning waarin ze wonen, namelijk een 6,8. Per wijk loopt het uiteen van 6,2 in Wheermolen tot 7,2 in Weidevenne. De bewoners van Wheermolen, de Gors en de Purmer Noord geven een gemiddeld cijfer van 6,5 of minder. Purmer-Zuid en Weidevenne krijgen de hoogste cijfers namelijk 7,1 en 7,2. Binnen de wijken zijn er ook verschillen: in Wheermolen krijgt de buurt Wheermolen West (6,1) een lager cijfer dan Wheermolen Oost (6,4). In de Purmer-Noord krijgt de buurt Overlanderstraat het laagste cijfer namelijk een 6,0. In de Gors krijgt de Gors Noord een 6,4 en de Gors Zuid een 6,6. Bloemkoolwijken De Gors-Zuid is de enige typische "bloemkoolwijk" in Purmerend. De Gors-Noord en de Purmer-Noord hebben er ook kenmerken van, maar wel in mindere mate. Bloemkoolwijken zijn wijken gebouwd in de periode 1970 tot 1985 met een sterke woonerfstructuur. Deze wijken zouden in de toekomst minder gewild kunnen zijn. De Gors Zuid wordt wel iets beneden het Purmerends gemiddelde beoordeeld, maar beter dan de wijken Wheermolen en Purmer-Noord en de buurt Gors-Noord. In het onderzoek "de Bloemkoolwijk als getto?" wordt geconstateerd dat bloemkoolwijken beter scoren dan de vroegnaoorlogse wijken (in Purmerend met name Wheermolen) en slechter dan de nieuwere wijken (in Purmerend de Purmer-Zuid en Weidevenne). Opgemerkt moet worden dat de Gors-Noord en de
Staat van Purmerend
- 60 -
B&I, mei 2009
Purmer-Noord slechter scoren dan de Gors-Zuid. Deze buurt respectievelijk wijk zijn in een periode van economische neergang gebouwd. De Gors-Zuid is nog in een economische bloeiperiode gebouwd. Het groen in de buurt krijgt een ongeveer even hoog cijfer als de woonomgeving in z'n algemeenheid, namelijk een 6,7. Het loopt uiteen van 6,4 naar 7,0. De Purmer-Noord (6,4) en Weidevenne (6,4) krijgen de laagste cijfers. Speelvoorzieningen krijgen gemiddeld lage cijfers, namelijk een 6,2. Deze scoren in alle wijken een 6,5 of minder. De Purmer-Zuid en Weidevenne krijgen een 6,5. De andere wijken een 6,1 of minder. Sterk De woonomgeving in Purmer-Zuid en Weidevenne.. Het groen in Purmer-Zuid Zwak Woonomgeving in Wheermolen, Purmer-Noord en Gors Het groen in de Purmer-Noord en Weidevenne Speelvoorzieningen in alle wijken. Uiterlijk en voorzieningen in de buurt (Lemon) (rapportcijfers) PurmerOverCentrum end where
Wheermolen
Gors
Purmer Noord
Purmer Zuid
Weidevenne
de woningen
7,3
7,4
7,1
6,7
7,3
7,0
7,6
7,8
uw woonomgeving
6,8
6,9
6,7
6,2
6,5
6,5
7,1
7,2
het groen
6,7
6,8
6,9
6,6
6,6
6,4
7,0
6,4
de speelvoorzieningen
6,2
5,6
5,9
6,0
5,9
6,1
6,5
6,5
Regionale omnibusenquête 2008
Ontwikkelingen Herstructurering in Wheermolen In de wijk (Wheermolen) die qua woonomgeving het slechtst wordt beoordeeld, wordt momenteel een complex huurappartementen met lift gesloopt. Woningbouwvereniging Wherestad heeft plannen om op termijn ook andere delen van de woningvoorraad in Wheermolen te slopen. Daarmee bestaat de kans dat deze wijk als geheel in de toekomst beter gaat worden beoordeeld. De wijken (Gors en Purmer Noord) die qua woonomgeving ook slechter dan gemiddeld worden beoordeeld komen mogelijk in de toekomst ook op de agenda voor herstructurering te staan. Kansen door middel van wijkontwikkelingsplannen Landelijk wordt gewaarschuwd voor mogelijke negatieve tendensen in wijken die in dezelfde periode als de Gors en de Purmer-Noord zijn gebouwd.19 Een van de vragen die wordt gesteld is wat er buiten de woning nodig is om de negatieve beoordeling van de woonomgeving om te buigen. Immers de woningen worden in deze wijken wel positief beoordeeld. De wijkontwikkelingsplannen, die in Purmerend voor deze wijken zijn en worden gemaakt, bieden kansen om negatieve ontwikkelingen te keren. Het rapport "De bloemkoolwijk een getto?" ziet de toekomst van dit soort wijken overigens niet somber in. Ze waarschuwt voor een te negatieve berichtgeving waardoor dit zou kunnen leiden tot een self-fulfilling prophecy.20
19
Bloemkoolwijken, woningvoorraad en bevolkingsdynamiek in laat-naoorlogse woonwijken, 2006 SEV
20
De Bloemkoolwijk een getto?, 2007 Universiteit Utrecht pag. 120
Staat van Purmerend
- 61 -
B&I, mei 2009
Kansen Door herstructurering van Wheermolen kan de kwaliteit van de woonomgeving verbeteren Uitvoering van wijkontwikkelingsplannen voor de Purmer Noord en de Gors kunnen ervoor zorgen dat de woonomgeving in deze wijken beter gaat worden beoordeeld. Bedreigingen Door de economische crisis gaan verbeterplannen niet door
7.3
Vraag en aanbod
Huidige situatie Doorstromers wensen vooral seniorenwoningen en twee onder een kap of vrijstaande woningen Van alle Purmerendse huishoudens (de doorstromers) is 38% enigszins verhuisgeneigd. Bij 10% is de verhuisgeneigdheid groot. De belangrijkste woonwensen gaan uit naar vrijstaande woningen, twee onder een kap en woningen speciaal voor ouderen. Als zij hun woonwensen realiseren laten zij vooral eengezinswoningen in een rij achter. Starters wensen vooral eengezinswoningen in een rij en appartementen Starters hebben vooral interesse voor eengezinswoningen in een rij en appartementen. Eengezinswoningen in een rij komen in voldoende mate vrij voor starters als de verhuisgeneigde doorstromers hun verhuiswens realiseren. Probleem is wel dat de (koop)eengezinswoningen in een rij, die doorstromers achterlaten, voor veel starters te duur zijn. Appartementen komen in mindere mate vrij voor starters omdat veel verhuisgeneigde doorstromers een appartement (geschikt voor ouderen) wensen. Dit vraagt om enige differentiering van appartementen, appartementen meer geschikt voor jongeren en appartementen meer geschikt voor ouderen. In de praktijk gebeurt dit al door bepaalde appartementengebouwen speciaal voor senioren te bestemmen. Woningaanbod in gemeenten SRA vult elkaar aan Purmerend is geen woningmarktgebied waar een hek om staat. We zijn onderdeel van de SRA. De SRA is een economisch aantrekkelijk gebied. Mensen uit het hele land en ook uit het buitenland trekken naar Amsterdam en omgeving om er werk te vinden. Amsterdam is zeer geschikt om grote groepen starters op te vangen. Het beschikt namelijk over een hoog percentage sociale huurwoningen en daarnaast ook (studenten) kamers. Ook een deel van de Purmerendse starters trekt naar Amsterdam. Roltrapregio Als jongeren een gezin gaan vormen hebben zij vaak behoefte aan een eengezinswoning. Deze woningen zijn zeer beperkt (maar wel in toenemende mate) voorradig in Amsterdam, maar ruimschoots te vinden in de grote gemeenten rondom Amsterdam, waaronder Purmerend. Een deel van degenen die in deze eengezinswoningen terechtkomen wil op termijn nogmaals verhuizen naar een vrijstaande woning of twee onder een kap. Dat kan niet altijd in de woongemeente worden gerealiseerd. In de kleine gemeenten in het SRA zijn deze woningen wel in ruime mate aanwezig. De SRA wordt gezien bovenstaande wooncarrières wel gezien als een zogenaamde "roltrapregio". Overigens maakt niet iedereen deze wooncarrière. Een deel van de gezinnen (zowel arm als rijk) blijft in Amsterdam en de stap naar de kleine gemeenten wordt ook door lang niet iedereen gemaakt.
Staat van Purmerend
- 62 -
B&I, mei 2009
Sterk De SRA als geheel kan de woningbehoeften van haar bewoners goed vervullen. Amsterdam is het meest geschikt voor starters, gemeenten als Almere, Haarlemmermeer en Purmerend zijn het meest geschikt voor beginnende doorstromers. De kleinere gemeenten in de regio zijn het meest geschikt voor mensen die de stap naar een vrijstaande woning willen maken. Purmerend heeft in principe voldoende woningen in de voorraad om starters te bedienen. In principe omdat er dan wel doorstroming vanuit deze woningen moet plaatsvinden. Zwak Het gebrek aan doorstroming zorgt ervoor dat soorten woningen die ruim aanwezig zijn in de voorraad toch onvoldoende beschikbaar komen voor woningzoekenden. Huurappartementen schaars. Zowel belangstelling van starters als van senioren. In Purmerend zijn dure koop- en huurwoningen schaars. Deze kunnen voor doorstroming zorgen Ontwikkelingen 3.000 woningen tot 2020 Purmerend bouwt de komende periode niet zoveel meer als het de periode daarvoor heeft gedaan. Er staan tot 2023 nog ruim 3.000 woningen in de planning. De meeste woningen zijn gepland in Weidevenne (1.460) en Overwhere (1.142). Het gaat om gemiddeld ongeveer 200 woningen per jaar. De meeste woningen (ruim 2.000) staan gepland voor de eerste vijf jaar. Dan zal het inwonertal nog stijgen. Daarna stabiliseert het. Mogelijk nog 4.000 woningen extra na 2020 Inmiddels is te lezen in de Regiovisie Waterland dat kan worden gedacht aan het bouwen van 1.600 tot 4.000 woningen in de periode 2020 tot 2040. Bij 4.000 woningen zou het huidige bouwtempo gehandhaafd blijven en is te verwachten dat het inwonertal na 2025 weer gaat stijgen. Ook bij 1.600 woningen blijft het inwonertal gehandhaafd, gesteld tenminste dat er geen leegstand ontstaat. Er doet zich op een bepaald moment namelijk een tot nu toe nog niet voorgekomen ontwikkeling voor: het aantal mensen dat overlijdt wordt hoger dan het aantal geboorten. Overledenen laten een woning achter waardoor er weer meer ruimte ontstaat voor vestigers. Echter tot 2020 moet rekening worden gehouden met minder ruimte voor vestigers (jonge gezinnen) dan we de laatste decennia gewend waren. De mensen die Amsterdam willen verlaten zullen voornamelijk naar Almere en Haarlemmermeer trekken, gemeenten die nog wel grootschalig bouwen. Masterplan wonen met zorg Onduidelijk is nog wat precies de behoefte van senioren in de toekomst zal zijn. Zullen zij wel gaan verhuizen of zullen ze in hun huidige woning willen blijven? Omdat de babyboomers over het algemeen in duurdere en betere woningen zitten dan hun ouders is de kans dat zij zullen willen blijven wonen waar zij nu wonen groot. Dan ontstaat minder ruimte voor starters. De gemeente kan inzetten op het verhuizen van ouderen naar woningen die meer voor hen geschikt zijn en/of die in de zogenaamde woonservicezones liggen. Zij kan ook de ouderen ondersteunen om zo lang mogelijk in de huidige woning te blijven wonen. Omdat mensen individuele voorkeuren hebben, ligt het voor de hand om beide te faciliteren. Dit is ook het uitgangspunt dat is genoemd in het "Masterplan wonen met zorg, deel 1" van de Gemeente Purmerend. In dit rapport staat een gedetailleerde uitwerking van het soort woningen voor ouderen dat in de toekomst nodig is.
Staat van Purmerend
- 63 -
B&I, mei 2009
Woningvoorraad en inwonertal volgens bevolkingsprognose (april 2008) 1 januari
Woningen
Inwoners
2008
33285
78430
2013
35448
82117
2018
36115
82114
2023
36475
81732
2040 (min)
38075
82.800
2040 (max)
40475
Minimum/maximum
87.800 Team B&I (april 2008)
Kansen Omdat de vergrijzing sterk toeneemt is het een uitdaging om het restant van de bouwcapaciteit op twee manieren in te zetten zo veel mogelijk aan de behoefte van ouderen tegemoet te komen. Als zij worden verleid om te verhuizen ontstaat er ook ruimte voor starters om de door deze ouderen achtergelaten eengezinswoningen te huren of te kopen. Positief is dat de toekomstige generatie ouderen (de huidige babyboomers) vermogender zijn dan hun ouders. De behoefte aan een woning in de sociale huurvoorraad zal onder deze groep geringer zijn dan onder de huidige generatie ouderen.. zo veel mogelijk aan de behoefte aan dure woningen (vrijstaand en twee onder een kap) tegemoet komen. Ook daardoor ontstaat ruimte in de goedkopere voorraad en het voordeel is dat meer kansrijke mensen aan Purmerend worden gebonden. Het zijn vaak deze mensen die bedrijven opzetten en werkgelegenheid creëren. Bedreigingen Door de vergrijzing zal na 2020 landelijk gezien de vraag naar woningen afnemen. Met name in de economisch zwakke gebieden dreigt er dan leegstand in het minder aantrekkelijke deel van de woningvoorraad. Als de metropoolregio sterk blijft in economisch opzicht is er niets aan de hand. Als dat niet het geval is dreigt leegstand.
7.4
Het belang van het onderwerp wonen.
Prioriteit nr. 1 voor inwoners Wonen is voor Purmerenders zeer belangrijk. Van een lijst van 19 onderwerpen kiezen zij de onderwerpen "betaalbare huurwoningen" en "goedkope koopwoningen" als eerste en tweede onderwerp waar meer geld en aandacht aan zou moeten worden besteed. Percentage meer, evenveel of minder aandacht voor betaalbare en goedkope woningen Meer
Evenveel
Minder
Weet niet
Betaalbare huurwoningen (1)
56
27
3
15
Goedkope koopwoningen (2)
51
28
5
16
Regionale omnibusenquête 2008
Creatieve klasse Door middel van het bouwen van bepaalde typen woningen kunnen mensen aan de stad worden gebonden die van betekenis kunnen zijn voor de stad. Gesproken wordt over de "creatieve klasse", die werkgelegenheid kan creeren. Niet alleen het bouwen van goedkope woningen leidt tot
Staat van Purmerend
- 64 -
B&I, mei 2009
beschikbaarheid van betaalbare woningen. Als dure woningen worden gebouwd waar behoefte aan is, komen goedkopere woningen vrij. Financiële impact In de Programmabegroting 2009 - 2012 staat voor 2009 een bedrag van 1.449.000,--- voor het programma Wonen opgenomen. Dit is 18,-- per inwoner. Dit is een zeer kleine post en het behoort tot de vier goedkoopste programma's (met milieu, bereikbaarheid en economie). Voor 2010 verwacht men een nog kleiner saldo. In 2011 stijgt het sterk tot boven de 3.000.000,--. Daarma daalt het weer tot bijna 2.000.000,--.
Staat van Purmerend
- 65 -
B&I, mei 2009
Staat van Purmerend
- 66 -
B&I, mei 2009
8
Bereikbaarheid
Vragen: Is het centrum van Purmerend nu en in de toekomst goed bereikbaar voor de eigen inwoners?. Is Purmerend als geheel nu en in de toekomst goed bereikbaar voor mensen die hier komen werken en winkelen? Zijn de werkgelegenheidslocaties (Amsterdam en omgeving) voor Purmerenders nu en in de toekomst goed bereikbaar? In dit hoofdstuk behandelen we de bereikbaarheid op drie manieren. Eerst kijken we naar de bereikbaarheid van het centrum van Purmerend voor de eigen inwoners, vervolgens komt de bereikbaarheid van Purmerend aan de orde voor degenen die hier werken en winkelen. Tenslotte komt de bereikbaarheid van de (stads)regio voor Purmerenders aan de orde. De onderwerpen verkeersveiligheid en parkeren komen alleen zijdelings aan de orde.
8.1
De bereikbaarheid van het centrum van Purmerend voor bewoners
Huidige situatie Positieve beoordeling bereikbaarheid per fiets en openbaar vervoer De inwoners van Purmerend zijn over het algemeen tevreden over de bereikbaarheid van het Centrum per fiets en met het openbaar vervoer. Over de bereikbaarheid per auto is bijna eenderde ontevreden. Op de drukste tijd (zaterdagmiddag 14.00uur) bleek volgens een telling in 2007 de parkeercapaciteit voor 77% te zijn benut. Bereikbaarheid heeft daarom waarschijnlijk vooral te maken met de doorstroming van het verkeer richting centrum. In verband daarmee is o.a. eenrichtingverkeer rond de Binnenstad ingesteld. Tot 7,5 kilometer gebruikt 40% meestal de auto De gemeente wil het gebruik van fiets en openbaar vervoer bevorderen. Vooral de fiets wordt nu al bij afstanden tot 7,5 kilometer door 40% meestal gebruikt. Ter bevordering van het gebruik van het openbaar vervoer loopt een experiment voor gratis busvervoer op zaterdagen, koopavonden en koopzondagen. Tevredenheid over bereikbaarheid van het centrum van de gemeente Purmerend, 2008 (%) Tevreden
Niet tevreden Niet ontevreden
Ontevreden
Met de fiets
93
6
1
Met het openbaar vervoer
72
19
9
Met de auto
41
28
31
Regionale omnibusenquête Purmerend 2008
Staat van Purmerend
- 67 -
B&I, mei 2009
Meest gebruikt vervoermiddel bij afstanden tot 7,5 kilometer
Vervoermiddel
%
Met auto
38
Met fiets
40
Met openbaar vervoer
5
Te voet
14
Overig
3
Regionale omnibusenquête Purmerend 2008
Sterk Binnenstad volgens Purmerenders goed bereikbaar met fiets en openbaar vervoer. 60% gebruikt bij afstanden tot 7,5 kilometer meestal niet de auto. Parkeercapaciteit nog niet voor 100% benut. Zwak Volgens inwoners is binnenstad met auto slecht bereikbaar Ontwikkelingen Het aantal inwoners neemt niet sterk meer toe. Als gevolg daarvan neemt normaal gesproken het bezoek aan het centrum door Purmerenders ook niet sterk toe. In de planning staat het realiseren van een fiets-/voetgangersbrug tussen Weidevenne en het centrum. Het autoverkeer vanuit Weidevenne kan daardoor flink afnemen. Door de vergrijzing van de bevolking bestaat bovendien de mogelijkheid dat meer mensen meer gespreid over de week het centrum bezoeken. Er zijn echter ontwikkelingen die ervoor kunnen zorgen dat de infrastructuur richting binnenstad toch meer wordt belast: 1. Het gemeentebestuur streeft naar een sterkere centrumfunctie van Purmerend. Concreet uit zich dat in plannen voor de Kop van West, waar commerciële en niet commerciële voorzieningen worden gepland. 2. Het autobezit en daarmee mogelijk ook het autogebruik neemt nog steeds toe. Onder de huidige generatie ouderen is het autobezit nog beperkt. Bij de babyboomgeneratie is het autobezit vrijwel algemeen. Kansen Door het bouwen van de (al geplande) Melkwegbrug kan de verkeersdruk op de binnenstad verminderen. Door de al geplande extra parkeercapaciteit aan de randen van het centrum wordt voorkomen dat mensen rondjes blijven rijden bij het zoeken naar een parkeerplaats. De doorstroming wordt dan bevorderd. Bedreigingen Door het bereiken van een sterkere regiofunctie neemt de druk op de binnenstad toe.
Staat van Purmerend
- 68 -
B&I, mei 2009
8.2
De bereikbaarheid van Purmerend voor mensen van buiten
Huidige situatie Volgens Monitor Purmerend relatief goed bereikbaar Uit de Monitor Stedelijke Bereikbaarheid 2006 (Ministerie van Verkeer en Waterstaat, 3-12-2007) blijkt dat de gemeente Purmerend goed bereikbaar is. De gemeente scoort zowel objectief als subjectief beter dan vergelijkbare steden als Haarlem, Alkmaar, Leiden en Zoetermeer. Toch is in de Programmabegroting te lezen dat de grens van de afwikkelingsmogelijkheden is bereikt. We onderscheiden de bereikbaarheid van Purmerend voor mensen die er werken en mensen die er winkelen. Parkeerdruk in Centrum en Gors voor werkenden Van de ruim 20.000 arbeidsplaatsen in Purmerend worden er ruim 10.000 door Purmerenders bezet en bijna 10.000 door mensen van elders. 8.000 arbeidsplaatsen bevinden zich in het Centrum en de Gors. In deze wijken is een hoge parkeerdruk voelbaar met name op dinsdag als de warenmarkt plaatsvindt. Niet alle mensen, die met de auto naar hun werk komen, kunnen parkeren op de plaatsen die beschikbaar zijn bij het bedrijf waar zij werken. Zij zoeken naar gratis plaatsen in de buurt. Het kost tijd om Purmerend binnen te komen Behalve het parkeren is ook het binnenkomen van het centrum in de ochtendspits via de afslag Purmerend van de A7 een "probleem". Er staan soms flinke files. Een belangrijk ander deel van de arbeidsplaatsen (5.300) bevindt zich op de bedrijventerreinen de Koog en Baanstee. Deze zijn te bereiken via de N244. Deze weg is in de spits eveneens behoorlijk druk. De vraag is wat een acceptabele tijd is om op de plek van bestemming te komen. Mensen die naar Purmerend komen om te winkelen hebben met name op zaterdagmiddag enige moeite om het centrum binnen te komen. Het openbaar vervoer is voor de meeste bezoekers uit omliggende gemeenten geen alternatief. Sterk Volgens monitor stedelijke bereikbaarheid relatief goede bereikbaarheid. Zwak Parkeerdruk voor werkenden in Centrum en Gors Files bij binnenkomen Purmerend Openbaar vervoer vanuit regio richting Purmerend niet optimaal. Ontwikkelingen Het gemeentebestuur wil dat Purmerend zich verder ontwikkelt als Centrumgemeente van de regio Waterland. De voorwaarden daarvoor worden geschapen door ontwikkeling van het bedrijventerrein de Baanstee Noord en door toevoeging van kantoor-, winkelvloeroppervlakte en parkeergelegenheid. Het aantal inwoners in de regio Waterland als totaal (zonder Purmerend) neemt tot 2025 niet toe. Dit ondanks het feit dat er in de komende jaren nog extra woningen worden gebouwd. In een enkele gemeente treedt nog een lichte stijging op, in de meeste gemeenten is sprake van gelijk blijven of daling van het aantal inwoners. In alle gemeenten neemt het aantal ouderen sterk toe. Een sterke groei van het inwonertal zien we nog wel in Zaanstad en Amsterdam. Qua infrastructuur zijn er plannen om de bereikbaarheid van Purmerend te verbeteren. Zo wordt gedacht aan verdubbeling van de N244. Daarmee wordt het bedrijventerrein de Baanstee Noord beter
Staat van Purmerend
- 69 -
B&I, mei 2009
bereikbaar. Verder wordt er gedacht aan een brug over het Noord Hollands Kanaal tussen de Beemster en Weidevenne, zodat het nieuwe winkelareaal beter bereikbaar wordt. In de binnenstad zou een herstructurering van het Looijersplein nog iets kunnen opleveren. Kansen Het uitvoeren van plannen voor verdubbeling van de N244, voor een brug over het Noordhollands kanaal bij de Beemster en de aanleg van parkeergarages aan de rand van de Binnenstad wordt de bereikbaarheid van Purmerend beter. Door vanuit de belangrijke plaatsen in de regio zoals Oosthuizen, Middenbeemster, Monnickendam, Edam, Volendam, Ilpendam, Landsmeer betere openbaar vervoerfaciliteiten te realiseren richting Purmerend (bijvoorbeeld extra en/of gratis vervoer op zaterdagmiddagen en de koopavonden en -zondagen) kan het openbaarvervoergebruik vanuit de regio worden gestimuleerd en de verkeersdruk op de binnenstad minder worden. Door vergrijzing van de bevolking van de regio bestaat de kans dat meer mensen dan nu het geval zich op de nabije omgeving oriënteren en ook meer gespreid over de week de stad bezoeken. Bedreigingen De extra investeringen brengen hun geld niet op. De kans is aanwezig dat extra werkgelegenheid en extra kantoor- en winkelvloeroppervlakte niet haalbaar is. Het aantal inwoners van de regio stijgt namelijk niet. Het patroon van kopers zou moeten worden omgebogen van Amsterdam, Zaanstad, Hoorn en Alkmaar naar Purmerend.
8.3
De bereikbaarheid van Amsterdam
Huidige situatie Zoals in het hoofdstuk economie reeds aangegeven is het forensisme en het daarmee samenhangende fileleed groot. 70% van de Purmerendse beroepsbevolking werkt buiten Purmerend en een groot deel daarvan werkt in Amsterdam e.o. Van degenen die in Amsterdam en directe omgeving werken gaat de helft met het openbaar vervoer. Uit onderzoek dat in 2007 is uitgevoerd (Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007) blijkt dat veel van de busreizigers dit vervoer kiezen omdat het sneller is dan de auto. In de afgelopen decennia is d.m.v. het realiseren van vrije busbanen bereikt dat de bus zonder oponthoud Amsterdam kan bereiken. Behalve door snelle ov verbindingen wordt het openbaar vervoer ook bevorderd door het parkeerbeleid van de gemeente Amsterdam. Het is vrijwel niet meer mogelijk om gratis te parkeren in Amsterdam. Toch wordt door de gezamenlijke gemeenten in de Stadsregio (SRA) gestreefd naar het beperken van de reistijd per auto richting Amsterdam. Dit is o.a. gebeurd door aanleg van de Zeeburgertunnel en de Piet Heintunnel. In Purmerend gebeurt het door bijvoorbeeld het aanleggen van een turborotonde op de Laan der Continenten en het werken met doseerlichten. Sterk Helft met openbaar vervoer naar werk in Amsterdam. Zwak Nog veel files
Staat van Purmerend
- 70 -
B&I, mei 2009
Ontwikkelingen Tweede Coentunnel Het beschikbaar stellen van een spitsstrook op de A7 heeft het afgelopen jaar geleid tot een iets betere doorstroming. Tegelijkertijd is ook zichtbaar dat (waarschijnlijk daardoor) het aandeel van de auto in het forensenverkeer richting Amsterdam weer toeneemt. Inmiddels is begonnen met de aanleg van de tweede Coentunnel en de Westrandweg. Deze zijn vanaf 2012 beschikbaar. Ook dit kan ervoor zorgen dat het autoverkeer toeneemt maar dan op veel grotere schaal dan d.m.v. de spitsstroken. Minder forensen, maar niet minder files Zoals in het hoofdstuk Economie reeds aangegeven zal de beroepsbevolking na 2013 waarschijnlijk niet meer stijgen. Dat geldt ook voor de gemeenten rondom Purmerend. Als de ambitie van werkgelegenheidsgroei in Purmerend (en ook bestemd voor de regio) wordt waargemaakt, dan bestaat de kans dat het forensisme richting Amsterdam zelfs iets afneemt. Ook de gevolgen van de recessie zullen dat effect hebben. Toch kunnen we niet de conclusie trekken dat daarmee ook het fileprobleem wordt opgelost. Veel forensen kiezen voor de snelste vorm van vervoer21. De auto wordt dan weer sneller dan het openbaar vervoer. Gevolg is dat weer meer mensen met de auto zullen gaan en een ander gevolg kan zijn dat het hoge niveau van het huidige openbaar vervoer richting Amsterdam onder druk komt te staan. Ook toename filedruk door groei bevolking Almere, Amsterdam, Haarlemmermeer en Zaanstad, Het forensisme vanuit Purmerend, de rest van Waterland en (vooral) ook de Kop van Noordholland richting Amsterdam zal door de verwachte demografische krimp afnemen. Echter Zaanstad, Amsterdam, Haarlemmermeer en Almere zullen nog wel een flinke demografische groei doormaken. Het gevolg daarvan is dat de rondwegen rond Amsterdam nog sterker belast zullen worden. Daar zullen forensen uit de noordelijke regio's (waaronder Purmerend) ook last van hebben, waardoor vermoedelijk toch veel Purmerenders zullen blijven kiezen voor het openbaar vervoer. Andere aanpassingen die voor betere doorstroming kunnen zorgen Het zogenaamde project Gebiedsgericht Benutten Purmerend is erop gericht om de reistijd van Purmerend richting A7 (Amsterdam) te verminderen. Het gaat om kleinere zaken als doseerlichten en turborotondes. Maar ook om grotere als het verdubbelen van de N244 en een bypass bij de Laan der Continenten. Deze moeten er ook toe leiden dat er minder doorgaand verkeer door de binnenstad gaat. Kansen Op termijn minder forensen richting Amsterdam door toename werkgelegenheid in Purmerend en door afname beroepsbevolking. Daardoor mogelijk minder files Verbetering doorstroming door verdubbeling N244 en aanpassing Laan der Continenten. Bedreigingen Door de tweede Coentunnel neemt autoverkeer toe ten koste van het openbaar vervoer. De hoge frequentie van het openbaar vervoer richting Amsterdam kan daardoor minder worden. Files blijven door groter verkeersaanbod vanuit Amsterdam, Zaanstad, Almere en Haarlemmermeer.
21
Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007 pag. 95
Staat van Purmerend
- 71 -
B&I, mei 2009
8.4
Belang van bereikbaarheid
Bereikbaarheid is vanzelfsprekend een heel belangrijk punt voor de bevolking. Dit geldt ook voor bedrijven. Als een gemeente meer bedrijvigheid naar de eigen gemeente wil trekken dan is een goede verkeersinfrastructuur een absolute voorwaarde. Financiële impact Bereikbaarheid is een van de weinige programma's die geen geld kosten maar juist opleveren.
Staat van Purmerend
- 72 -
B&I, mei 2009
9
Beheer openbare ruimte
Vragen: Hoe is het gesteld met het beheer van de openbare ruimte? Wat zijn redenen om te intensiveren? Huidige situatie Score voor onderhoud openbare ruimte niet erg hoog De inwoners van Purmerend geven een 6,7 voor de staat van onderhoud van de openbare ruimte als geheel. De geschiktheid van looproutes voor mensen met een beperking krijgt een 6,5. Van acht onderhoudsaspecten krijgt het schoonhouden het laagste cijfer namelijk een 6,1. Intensivering op schoonhouden en onderhoud bankjes/afvalbakken Deze beoordeling komt overeen met het kwaliteitsniveau dat het bureau DHV tezamen met raadsleden en ambtenaren van de gemeente Purmerend heeft bepaald22. De conclusie is dat het huidige onderhoudsniveau achterloopt bij het gewenste niveau. Om het gewenste niveau te bereiken is een hoge investering nodig ( 6 miljoen incidenteel en 4,3 miljoen structureel). Omdat al een extra investering nodig was omdat het te beheren gebied van Purmerend door nieuwbouw is uitgebreid heeft de Raad besloten om alleen te intensiveren op de aspecten die het laagst scoren. Dat zijn het schoonhouden van de openbare ruimte en het onderhoud van bankjes en afvalbakken. Weidevenne en Purmer-Zuid scoren goed Per wijk zijn er verschillen in de waardering van het onderhoud. In z'n algemeenheid valt op dat Weidevenne en de Purmer-Zuid goed scoren. Per wijk zijn er verschillende aspecten die om aandacht vragen. Hieronder zijn alle aspecten die een 6,5 of minder scoren vet gedrukt. Rapportcijfers voor aspecten van de openbare ruimte in de buurt, Purmerendse wijken, 2008 Centrum
Overwhere
Wheermolen
Gors
PurmerNoord
PurmerZuid
Weidevenne
Purmerend
Onderhoud voetpaden en trottoirs
6,2
6,3
5,9
6,2
6,3
7,0
7,2
6,5
Onderhoud fietspaden
6,6
6,5
6,3
6,5
6,6
7,0
7,3
6,6
Onderhoud wegen en straten
6,6
6,7
6,2
6,5
6,5
7,0
7,2
6,7
Onderhoud groen
6,8
6,8
6,6
6,5
6,4
6,8
6,9
6,8
Onderhoud speelvoorzieningen
5,9
6,0
5,9
6,0
6,1
6,6
6,8
6,4
Onderhoud straatverlichting
7,0
7,1
6,9
6,9
6,9
7,4
7,3
7,1
Onderhoud bankjes en afvalbakken
6,3
6,2
6,0
6,0
5,9
6,4
6,8
6,2
Schoonhouden openbare ruimte
6,2
6,1
5,9
5,8
5,5
6,2
6,7
6,1
6,2
6,4
6,1
6,2
6,6
6,7
7,0
6,5
6,7
6,7
6,6
6,6
6,5
6,8
6,9
6,7
Voor mensen met een beperking: Geschiktheid looproutes in de buurt Algemeen oordeel: Staat van onderhoud als geheel
Regionale Omnibusenquête Purmerend 2008
22
Zie: "Van kostenpost naar Beleggingsfonds"
Staat van Purmerend
- 73 -
B&I, mei 2009
Sterk In de Purmer-Zuid en Weidevenne is het onderhoudsniveau over het algemeen goed Zwak In z'n algemeenheid blijft het onderhoudsniveau achter bij de verwachtingen die raadsleden en beheerders ervan hebben. Het rapportcijfer dat de bevolking voor het onderhoud van de openbare ruimte geeft is aan de lage kant. Het schoonhouden in het algemeen en het onderhoud van bankjes en afvalbakken scoren het laagst In Wheermolen, de Gors en de Purmer Noord krijgen relatief veel onderhoudsaspecten een rapportcijfer van een 6,5 of lager. Ontwikkelingen Vergrijzing vraagt om extra kwaliteit looproutes Het aantal ouderen neemt toe. Daardoor neemt ook het aantal mensen dat slecht ter been is toe. Dat vraagt om extra kwaliteit van looproutes in de buurt, zodat het voor deze mensen gemakkelijker wordt de voorzieningen in de buurt te bereiken. Bekend is dat een openbare ruimte die er verzorgd uitziet minder gevoelens van onveiligheid oproept en uitnodigt om er gebruik van te maken. Bovendien is het goed voor het imago van de gemeente, zowel ten opzichte van de burger als ten opzichte van bijvoorbeeld potentiële ondernemers. Integraal en planmatig beheer De gemeente gaat over op Integraal en planmatig beheer. Integraal wil zeggen dat onderhoud plaatsvindt van gevel tot gevel. De rijweg, fietspaden, voetpaden, groen en riolering worden tegelijkertijd aangepakt. Daarvoor is een goede afstemming van partijen binnen en buiten de gemeente nodig. Planmatig wil zeggen dat iedere buurt eens in de zoveel jaar aan de beurt is. Kansen Door te investeren in de kwaliteit van looproutes in de buurt zullen mensen die slecht ter been zijn eerder zelfstandig gebruik kunnen maken van voorzieningen in de buurt. Een schone en goed onderhouden buurt bevordert het veiligheidsgevoel en nodigt uit om er gebruik van te maken. Een schone en goed onderhouden buurt verbetert het imago van de gemeente bij de burger. Een schone en goed onderhouden buurt verbetert het imago bij mensen die iets willen ondernemen binnen de gemeente. Bedreigingen Onderhoud brengt veel kosten met zich mee. In financieel moeilijke tijden dreigt hierop te worden bezuinigd. Dit resulteert er dan in dat bovenstaande kansen niet worden benut.
9.1
Het belang van beheer openbare ruimte
Volgens de inwoners Inwoners van Purmerend vinden het beheer van de openbare ruimte een belangrijk punt. Het staat op de vierde plaats van 19 onderwerpen waar volgens Purmerenders meer geld en aandacht aan besteed zou moeten worden (Na betaalbare huurwoningen, goedkope koopwoningen en criminaliteitsbestrijding).
Staat van Purmerend
- 74 -
B&I, mei 2009
Andere belangrijke aspecten Een goed beheer van de openbare ruimte heeft een aantal positieve effecten. Het bevordert deelname aan de maatschappij met name voor mensen met een beperking. Het bevordert het veiligheidsgevoel. Draagt bij aan een goed imago van de gemeente bij de burger Het draagt bij aan een goed imago van de gemeente bij degenen die hier iets willen ondernemen. Financiële impact Beheer openbare ruimte is een post van 16.292.587 op de begroting van 2009. Dat is 206,-- per inwoner. Het is de hoogste post op de begroting en in hoogte vergelijkbaar met de posten Zorg, Actief in de Stad en Educatie. Men voorziet een geleidelijke stijging tot 18.500.000,-- in 2012.
Staat van Purmerend
- 75 -
B&I, mei 2009
Staat van Purmerend
- 76 -
B&I, mei 2009
10
Dienstverlening
Vragen: Hoe ervaren de inwoners nu de gemeentelijke dienstverlening? Wat zijn de gevolgen van verdere doorvoering van de een loket gedachte (KCC) en de uitbreiding van de digitale dienstverlening? Huidige situatie De inwoners van Purmerend zijn redelijk tevreden over de dienstverlening door de gemeente Purmerend. Het meest tevreden is men over het contact via een bezoek, in iets mindere mate is men tevreden over het telefonisch contact en het minst tevreden is men over de schriftelijke dienstverlening (email en post). Purmerend maakt momenteel de overstap naar een nieuw klantcontactcentrum. Dit is het eerste aanspreekpunt voor alle eerste klantcontacten via alle kanalen (bezoek, telefonisch, internet, email, meldingen in de wijk). Verder worden steeds meer diensten digitaal geleverd. Toch hebben lang niet alle burgers voorkeur voor digitale afhandeling. Wat betreft de openingstijden van de gemeente. Hiervoor geeft men het cijfer 6,8. Dat is geen slecht cijfer, maar wel voor verbetering vatbaar. Sterk Dienstverlening bij bezoek en in mindere mate per telefoon. Zwak Dienstverlening per brief en email Rapportcijfer dienstverlening en percentage voorkeur digitaal of bezoek
Rapportcijfer dienstverlening bij bezoek
7,4
Rapportcijfer dienstverlening bij telefonisch contact
6,9
Rapportcijfer dienstverlening bij schriftelijk contact
6,1
Rapportcijfer dienstverlening receptie/kcc
7,5
Rapportcijfer dienstverlening Burgerzaken
7,4
Rapportcijfer dienstverlening Bouwzaken
6,8
Rapportcijfer voor openingstijden
6,8
Voorkeur voor digitaal of bezoek % voorkeur voor digitaal boven bezoek
48%
% voorkeur voor bezoek boven digitaal
36%
% geen voorkeur voor digitaal of bezoek
16%
Totaal
100% Regionale Omnibusenquête 2008
Ontwikkelingen De ontwikkeling van het digitale loket gaat verder. Het is niet zo dat dit andere vormen van contact (bezoek en telefonisch) helemaal overbodig maakt. Gezien ontwikkelingen die zich hebben
Staat van Purmerend
- 77 -
B&I, mei 2009
voorgedaan bij andere instellingen (postkantoor, bankwezen) is wel te verwachten dat het bezoek minder zal worden. De gemeente wil dichtbij de burger staan en heeft daarom via wijkkantoren de mogelijkheid geopend om meldingen te doen. In de Kadernota doet het College het voorstel om de dienstverlening via wijkkantoren af te bouwen. Dit o.a. omdat er weinig van die mogelijkheid gebruik wordt gemaakt. Het ging in het eerste kwartaal van 2009 gemiddeld om ongeveer 2 bezoekers per dag per wijkpost. Een kwart van deze bezoeken is verwerkt tot een ingevoerde KCCmelding. Een ontwikkeling die waarschijnlijk een negatieve invloed heeft op de dienstverlening zijn de beveiligingsvoorschriften (o.a. biometrie). Een andere ontwikkeling is dat gemeenten zich gaan ontwikkelen als hèt loket voor alle overheidsdiensten (dus ook die van het rijk en de provincie). Dit zou in 2015 gerealiseerd moeten zijn. De vraag is of het Rijk de kosten die daarmee zijn gemoeid volledig via het gemeentefonds vergoedt. Kansen Eén loket voor alle overheidszaken houdt bij een verdere digitalisering het aantal bezoeken op peil. Bij één loket voor alle overheidszaken hoeft de burger zich niet meer af te vragen waar hij/zij moet zijn. Bedreigingen Het in stand houden van de mogelijkheid op wijkniveau meldingen te doen kost geld en kan bovendien tot verwarring leiden over de plek waar men moet zijn. Beveiligingsvoorschriften leiden tot meer bureaucratische en tragere afhandeling. In 2015 het loket zijn voor alle overheidsdiensten kan extra kosten met zich meebrengen die niet door het Rijk worden vergoed.
10.1
Belang dat de bevolking aan dienstverlening hecht
We mogen aannemen dat de inwoners het belangrijk vinden dat de dienstverlening snel, vriendelijk, proactief en vakkundig geschiedt. Of zij vinden dat het belangrijk is dat zaken op wijkniveau kunnen worden gemeld weten we niet. Financiële impact Met het programma publieksdiensten is in 2009 3,7 miljoen gemoeid ofwel 47 per inwoner. De begrotingen van 2010 en 2011 laten stijgingen zien tot ongeveer 5 miljoen in 2011. In 2012 daalt het weer iets tot 4,8 miljoen.
Staat van Purmerend
- 78 -
B&I, mei 2009
Bronnen
Gezondheidsenquête Zaanstreek-Waterland 2005, GGD Zaanstreek-Waterland Sociale Staat van Nederland 2007, SCP Programmabegroting 2009-2012, Gemeente Purmerend Regionale Omnibusenquête 2008, Gemeente Purmerend Regionale Omnibusenquête 2006, Gemeente Purmerend Purmerend in Cijfers 2008, Gemeente Purmerend Een visie op gezondheid en preventie, september 2007, VWS De jeugd heeft Purmerend, oktober 2008, Gemeente Purmerend Blijvend in balans. Een toekomstverkenning van informele zorg. SCP 2007 Kijk op informele zorg. SCP 2005 Tweede tussenrapportage wmo-evaluatie 2008, SCP en Nivel Rapport tevredenheid cliënten wmo Purmerend, 2008, SGBO Onderzoek Senioren Purmerend 2007, gemeente Purmerend Jongerenenquête 12 t/m 24 jaar Purmerend 2005, gemeente Purmerend Vitaal met karakter, Regiovisie Waterland 2040, 2008, Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Waterland Van kostenpost naar beleggingsfonds, kwaliteitskeuzes Openbare Ruimte, 2008, gemeente Purmerend Woningmarktrapportage Stadsregio Amsterdam, 2008, RIGO Atlas 2008 voor gemeenten, 2008, Stichting Atlas voor Gemeenten Wmo-monitor Purmerend 2008, Gemeente Purmerend De staat van Haarlemmermeer 1: Trendrapport 2008, Gemeente Haarlemmermeer Masterplan wonen met zorg, deel 1, 2008 Gemeente Purmerend. Structuurvisie 2005-2020 Huisvestingsvarianten Advies in scenario's Cultureel Voorzieningenniveau, maart 2008, BMC Wijkgericht werken in Purmerend, juni 2008 gemeente Purmerend Visie Brede Scholen in Purmerend, 2008, gemeente Purmerend Sociale veiligheid ontsleuteld:veronderstelde en werkelijke effecten van veiligheidsbeleid, juli 2008, Sociaal en Cultureel Planbureau, Cultuurnota Purmerend, april 2007. Scoren met sport, sportnota Purmerend 2008-2011, Gemeente Purmerend juni 2007 Metropoolregio Amsterdam in beeld 2007, O.&S.Amsterdam Metropoolregio Amsterdam in beeld 2008, O.&S Amsterdam
Staat van Purmerend
- 79 -
B&I, mei 2009
Bloemkoolwijken, woningvoorraad en bevolkingsdynamiek in laat-naoorlogse woonwijken, 2006, SEV Monitor Stedelijke Bereikbaarheid 2006, december 2007 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Stadsfoto Purmerend, Utrecht 2009, Atlas voor Gemeenten Veiligheidsbeeld Zaanstreek-Waterland 2008, april 2009 politie Zaanstreek-waterland De Bloemkoolwijk een getto? Universiteit Utrecht, november 2007 CBS: Statline
Staat van Purmerend
- 80 -
B&I, mei 2009