Bouwdienst Rijkswaterstaat Postbus 20.000 3502 L A Utrecht
BIBLIOTHEEK BOUWDiENST RIJKSWATERSTAAT
c.8i.*&
NR.
WLA
BSW-R-98-
16
Product Data Technology
Ka
*lk
fa
Vo
0
Product Data Technology
Kansen en faalkansen voor de Rijkswaterstaat
Rapportnummer
: BSW/98-16
Afdeling
: Bouwinformatica (BSI)
Datum
: 18 mei 1998
Status
: definitief
Aan de totstandkoming van dit rapport hebben meegewerkt: R.J. van Staveren (BD) R. Jongkind (BD) T.H. Mandemaker (M.I.S.) A . R . W . Zijl (M.I.S.)
Inhoudsopgave
1
Conclusies
1
2
Achtergronden van de studiereis
2
3
Aandachtsgebieden en bevindingen 3.1 Introductie, selectie en implementatie van IT en standaarden in de VS 3.2 viewers en interfaces 3.3 de G W W sector in de VS 3.4 nieuwe trends bij Product Data Technology: loopt de VS voorop?
3 3 3 4
Toepassingsmogelijkheden 4.1 bij de Bouwdienst Rijkswaterstaat 4.2 bij SWAB: Samen Werken Aan Bereikbaarheid 4.3 bij Engineering 2001
6 6 7 7
4
Bijlage Contacten
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
5
8
i
1
Conclusies 1.
In de Verenigde Staten loopt men niet zozeer technologisch voorop, noch is men meer veranderingsbereid, het grootste verschil ligt in de manier waarop de organisatie wordt benaderd bij een (IT) veranderingsproces: • Meer aandacht voor eindgebruikers; faciliteren in plaats van voorschrijven. Er worden slechts gereedschappen ge'i'mplementeerd die daadwerkelijk ondersteunend zijn, vaak gebaseerd op de technologie van vandaag. • Er worden vaak systemen geselecteerd met beperkte functionaliteit waardoor standaardisatie eenvoudiger is, implementatietrajecten worden verkort en kosten worden gereduceerd. • Plannen worden consequenter uitgevoerd. Uitvoerders zijn empowered beslissingen te nemen, die minder consensus gericht hoeven te zijn. Voor civiele bouwprojecten worden specifieke IT-plannen opgesteld. • Veel aandacht voor resultaten die veel meer dan in Nederland gekwantificeerd worden. Uitvoerder worden ook afgerekend op deze resultaten. Kortom in de Verenigde Staten is men ervan overtuigd dat bedrijfsprocessen veranderd moeten worden inclusief de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden teneinde effectief nieuwe informatietechnologie en standaarden te kunnen introduceren.
1.
Voor STEP is in de Amerikaanse G W W sector nog weinig aandacht. Aansluiten op projecten in de VS ligt op dit gebied dan ook niet voor de hand. Standaardisatie heeft al handmatig plaatsgevonden voordat systemen (bijvoorbeeld CAD) werden gei'ntroduceerd.
2.
Weinig nieuws inzake applicaties. Wel meer spelers en algemene viewers, die niet alleen op STEP zijn gericht.
3.
Ervaringen van deze studiereis kunnen worden gebruikt in projecten van de Bouwdienst Rijkswaterstaat: • Engineering 2001 • SWAB: Samen Werken Aan Bereikbaarheid
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
1
2
Achtergrond van de studiereis Van februari 1996 tot februari 1997 is in opdracht van de toenmalige Hoofddirecteur Infrastructuur & Bouwbeleid van de Rijkswaterstaat het project "PDI voorbereidingsjaar" uitgevoerd. De resultaten van dit project zijn neergelegd in het adviesrapport "Nieuw Realisme". Dit rapport is aangeboden aan de opdrachtgever en besproken in het Coordinatie overleg l&A Infrastructuur en Bouwbeleid. Dit overleg heeft aangedrongen op spoed bij de verdere planvorming en uitwerking. Deze nadere uitwerking van de aanbevelingen wordt inmiddels met kracht ter hand genomen. De Bouwdienst Rijkswaterstaat heeft deelgenomen aan het P D M congres in Los Angeles, georganiseerd door G M d a t a , teneinde informatie te verkrijgen omtrent van belang zijnde ontwikkelingen op het gebied van Product Data Technology in het algemeen en Product Data Management en ISO/STEP in het bijzonder. Een antwoord is gezocht op de volgende vragen: • Hoe gaan organisaties in de Verenigde Staten om met het introduceren, selecteren en implementeren van IT-applicaties en standaarden; • Welke partijen (IT vendors) zijn er op het gebied van viewers en koppelingen; • Hoe wordt er in de Verenigde Staten in de Grond-, W e g - , en Waterbouw ( G W W ) sector omgegaan met P D M en ISO/STEP; • Welke nieuwe trends kunnen worden gei'dentificeerd. Is men in de Verenigde Staten verder of niet op het gebied van Product Data Technology. Hierbij zijn niet alleen techniek en applicaties belangrijk maar ook hoe organisaties met de implementatie en het gebruik omgaan. O m een goed beeld te krijgen van de stand van zaken in de G W W sector in de Verenigde Staten, is een bezoek gebracht aan CalTrans, de Rijkswaterstaat van California. Daarnaast zijn op conferentie gesprekken gevoerd met verschillende bedrijven om kennis uit te wisselen en ervaringen te delen. M.I.S. Organisatie-ingenieurs B.V. heeft Rijkswaterstaat ondersteund bij het bedrijfsbezoek en de gesprekken op de conferentie. Deze kennis en ervaring is op korte termijn bruikbaar in projecten die binnen de Bouwdienst Rijkswaterstaat en Rijkswaterstaatsbreed zijn gedefinieerd, zoals Engineering 2001 en SWAB ("Samen Werken Aan Bereikbaarheid"). Het volgende hoofdstuk zal ingaan op de hierboven genoemde aandachtsgebieden.
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
2
3
Aandachtsgebieden en bevindingen 3.1 Introductie, selectie en implementatie van IT en standaarden in de VS In de Verenigde Staten gaat men veel pragmatischer om met de implementatie van IT-applicaties en standaarden dan bij Rijkswaterstaat, waar alles gericht is op het verkrijgen van consensus. Wanneer er in een Amerikaans bedrijf een nieuwe IT-toepassing wordt gei'ntroduceerd dan wordt er een plan opgesteld dat ook daadwerkelijk in een kort tijdsbestek (maximaal 1 jaar) wordt uitgevoerd. Bij de Rijkswaterstaat wordt veel tijd en energie gestoken in het verkrijgen van een plan dat voldoende draagvlak en consensus heeft. Een dergelijk plan doorloopt vaak vele concepten. Mede hierdoor is de looptijd van verbeteringsprojecten bij de Rijkswaterstaat veelal groter dan bij vergelijkbare organisaties in de Verenigde Staten. Het bovenstaande is terug te voeren op een aantal essentiele verschillen: • in de VS heeft men bij het opstellen van het plan vooral oog voor de toepasbaarheid van de IT-applicatie of standaard voor de eindgebruiker. Er wordt veel aandacht besteed aan gebruiksgemak van een applicatie of standaard voor de eindgebruiker, waardoor de acceptatie van de eindgebruiker groot is. Daarbij wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de technologie van vandaag die direct toepasbaar is. Een illustrerend voorbeeld is het beschikbaar stellen van bibliotheken met standaardonderdelen via intranet. • verantwoordelijkheden in projecten worden beter gedefinieerd waarbij het delegeren van verantwoordelijkheden (empowerment) veelvuldig wordt toegepast gecombineerd met het aanspreken van deze personen op hun verantwoordelijkheid. De personen worden ook daadwerkelijk afgerekend op het in het plan gedefinieerde resultaat en hun verantwoordelijkheid hierin. • de resultaten worden veel meer dan bij Rijkswaterstaat gebruikelijk is, gekwantificeerd naar concrete kentallen. Zo geeft men aan wat de invloed van het gebruiken van een bepaalde standaard is op de doorlooptijd van een project. Ook wordt aangegeven hoeveel sneller een tekening kan worden vervaardigd gebruik makend van een nieuw te implementeren IT-applicatie. Dit werkt zowel voor het management als voor de eindgebruiker acceptatie-verhogend. • M e n durft fouten te maken. Fouten treden regelmatig op omdat implementatietrajecten minder op consensus gebaseerd zijn. Fouten worden echter positief benaderd en vormen aanleiding voor verdere verbetering.
3.2
Viewers en interfaces
Door Rijkswaterstaat is geconstateerd dat er meer partijen (IT vendors) zijn die voor Rijkswaterstaat relevante applicaties, zoals viewers en interfaces, kunnen leveren dan voor de conferentie bekend was. Viewers zijn beschikbaar voor ISO/STEP applicatieprotocollen AP 203, AP 202 (hoewel minder populair) en AP 214 (die een groot deel van de functionaliteit van AP202 afdekt). Positief is het feit dat er meer algemene viewers beschikbaar komen die van veel verschillende formaten de files kunnen weergeven, waaronder onder andere STEP-
PDT: kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
3
files. Deze viewers zijn dus niet alleen op STEP of op een ander specifiek applicatie protocol gericht. IGES, een oude gerenommeerde standaard, ondergaat momenteel een verbeteringsslag op basis van de ontwikkelingen in STEP. In de VS is IGES nog de centrale standaard. Er is niet veel gezegd over de web-ondersteuning van P D M applicaties. De toepassing van het web is haast even vanzelfsprekend als het gebruik van een pc. Gesproken is onder andere met de volgende partijen: • IDA/ProSTEP: Hebben een positieve indruk achtergelaten, zowel de organisatie als de gereedschappen. • ITI: Zou interessant kunnen zijn voor het bouwen van een 'bridge' tussen bijvoorbeeld CADOBE en AutoCAD, wellicht gebaseerd op AP 214. Dit zou in de vorm van een pilot project kunnen worden uitgevoerd. • STEP Tools Inc.: Kwam over als een studieclub • Matrix: Zou als P D M systeem interessant kunnen zijn voor de Bouwdienst Rijkswaterstaat.
3.3
De GWW sector in de VS
CalTrans is gedecentraliseerd in 12 districten en op technologisch vlak voorloper in de G W W sector in de Verenigde Staten. Vanuit een centraal hoofdkantoor wordt jaarlijks zo'n $ 175.000 vrijgemaakt voor informatiserings- en automatiseringsprojecten. Uit gesprekken met verschillende personen en afdelingen van CalTrans zijn de volgende conclusies te trekken: • De G W W sector in de Verenigde Staten heeft geen technologische voorsprong, wel weet het beter om te gaan met informatietechnologie. Argumentatie hiervoor is vergelijkbaar met de punten genoemd in paragraaf 2.1. • CalTrans leek niet of nauwelijks op de hoogte te zijn van STEP. De drang om STEP gebaseerd gegevens uit te wisselen is daar ook een stuk lager omdat er al bruikbare, vaak pragmatische, afspraken zijn gemaakt, zelfs voor men C A D introduceerde. Standaarden die zijn afgesproken liggen vast in een boek. • Door de druk op resultaten in projecten en uitgaande van de inspanning benodigd om STEP operationeel te maken is de geringe aandacht voor STEP in de Amerikaanse G W W te verklaren. Binnen projecten is er meer aandacht voor de archivering. Zowel tekeningen als projectdocumenten, worden volledig digitaal gearchiveerd, ondersteund met een P D M systeem voorzien van workflow functionaliteit. • De tekenaar heeft een grote verantwoordelijkheid. De projectleider van de opdrachtnemer tekent voor correctheid; bij ontvangst wordt slechts op compleetheid gecontroleerd en niet meer op correctheid.
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
4
•
•
Wanneer systemen (bijv. CAD) worden geintroduceerd wordt vaak gekozen voor een beperkte functionaliteit wat standaardisatie ten goede komt. Strikte afspraken worden gemaakt omtrent het uitwisselingsformaat. In Nederland neemt men vaak meer speelruimte en is voor uitwisseling over het algemeen meer budget beschikbaar. Voor bouwprojecten worden aparte IT-plannen opgezet. Implementaties van nieuwe systemen hebben gemiddeld een looptijd van 1 jaar en worden doorgaans stap voor stap geintroduceerd.
3.4 Nieuwe trends bij Product Data Technology: loopt de VS voorop? O p de conferentie waren weinig nieuwe elementen ten opzichte van de Europese conferentie in het najaar '96. Wel werd geconstateerd dat meer en meer applicaties worden ontwikkeld voor deelgebieden in plaats van totaaloplossingen. Ook werd aangegeven dat voor de selectie van een gereedschap goed naar de organisatie en bedrijfsprocessen moet worden gekeken. O p basis van die analyse is in de meeste gevallen een geschikt gereedschap te vinden. Daarnaast was de integratie van ERP met configuratiemanagement een nieuwe ontwikkeling. Geconcludeerd mag worden dat de Verenigde Staten geen technologische voorsprong heeft op het gebied van Product Data Technology. Ze zijn organisatorisch wel beter in staat om nieuwe technologie te introduceren en ermee om te gaan.
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
5
4
Toepassingsmogelijkheden 4.1
bij de rijkswaterstaat
Rijkswaterstaat is georganiseerd in 1 hoofdkantoor, 9 regionale directies en een aantal specialistische directies. De bouwdienst valt als specialistische directie organisatorisch onder het hoofdkantoor en is ondersteunend aan de regionale directies. In de praktijk is de bouwdienst zowel opdrachtnemer van de regionale directies als (in sommige gevallen) van het hoofdkantoor. De rijkswaterstaat heeft ten aanzien van Product Data Technology te maken met de volgende functionele aandachtsgebieden : • afsprakenstelsels voor digitaal tekeningenverkeer • hulpmiddelen voor digitaal tekeningenverkeer • digitaal beheer en archivering In het werkprogramma l&A/Ontwikkeling Infrastructuur zijn een aantal projecten aan de orde die ingaan op bovengenoemde functionele aandachtsgebieden. Zo hebben de regionale directies op dit moment sterke behoefte aan ondersteuning op het gebied van documentbeheer, het komen tot afsprakenstelsels en daarvoor benodigde hulpmiddelen. De bereidheid tot benodigde organisatorische veranderingen op de werkvloer kan echter een probleem vormen. De bestaande organisatie van de Rijkswaterstaat kent nog andere struikelblokken voor succesvolle invoering van PDT. W e noemen hier een drietal. Elke regionale directie is zelf verantwoordelijk voor de gang van zaken in zijn regio (decentralisatie), wil daarbij zo min mogelijk "hinder" ondervinden van centrale projecten en sturing vanuit bouwdienst en hoofdkantoor (centralisatie), en voert derhalve projecten bij voorkeur autonoom uit. Het hoofdkantoor heeft vertrouwen in de bouwdienst als centraal uitvoeringsapparaat voor rijkswaterstaatsbrede zaken en ziet haar als intermediair tussen regionaal uit te voeren projecten en het centraal gedefinieerde beleid. O m dit concept succesvol uit te kunnen voeren kan het hoofdkantoor dit vertrouwen uitstralen in de richting van de regionale directies. Het hoofdkantoor kan sturen op uniformering en standaardisatie en kan daar ook centraal budget voor vrij maken. De invoering van IBO biedt hiervoor goede mogelijkheden. De bouwdienst heeft (mede vanuit projecten uit het verleden) binnen de regio's vaak het imago van een alwetende organisatie met relatief lange termijn oplossingen die niet direct op korte termijn hun geld in de regionale projecten opleveren. De bouwdienst zal zich zelf moeten inspannen om dit imago en deze cultuur te veranderen. Momenteel wordt vanuit de regionale directies gezamenlijk met de bouwdienst gewerkt aan praktische oplossingen voor: • Richtlijnen Tekeningenverkeer Waterstaat; • BibliCAD; • (Quick Scan) documentbeheer.
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
6
4.2
bij SWAB (Samen Werken Aan bereikbaarheid)
Over 2 jaar moet de omzet van het ministerie van V & W voor de Nederlandse infrastructuur (spoor- en autowegen) verdubbeld zijn, in sommige sectoren zelfs verdrievoudigd. IT biedt mogelijkheden om aan deze krachtsinspanning in ieder geval voor een deel te voldoen, als alternatief voor al te grote uitbreiding van het personeelsbestand. De huidige Informatie Technologie is er rijp voor; het grootste probleem is echter de massatraagheid van de organisatie. Met name de organisatorische aspecten rondom de introductie, selectie en implementatie van IT-applicaties en standaarden zijn belangrijk voor het welslagen, doch stuiten ook vaak op grote weerstand. Daarnaast wordt vaak slechts een klein deel van een proces verbeterd door implementatie van IT en locale standaarden. Het komt de effectiviteit van projecten op dit gebied ten goede als de processen integraal worden bekeken en worden verbeterd: procesverandering voordat IT wordt ge'i'mplementeerd. In vaktermen wordt dit ook wel aangeduid met Business Process Redesign.
4.3
bij de bouwdienst
Bij de bouwdienst loopt het project Engineering 2001. Dit is een verbeteringsproject om ook in de volgende eeuw een effectief en efficient ingenieursbureau te kunnen zijn binnen Rijkswaterstaat. Ook bij dit project zijn de leerpunten ten aanzien van PDT van belang. 4.4 voorbehoud Nieuwe projecten die binnen RWS zijn gedefinieerd, zoals SWAB en Engineering 2001, kunnen qua aanpak baat hebben bij de ervaringen die zijn opgedaan tijdens de studiereis. Echter, de verschillen tussen de VS en Nederland zijn er niet voor niets en hangen vaak samen met ons eeuwenoude erfgoed. Ook in dat geval kan deze studiereis verhelderend werken en ons goed doen bezinnen op de vraag waarom we de dingen doen zoals we ze hier doen.
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
7
Bijlage:
Contacten State of California Department of transportation Engineering Service Center Office of Engineering Technology 1727 3 0 Street P.O. Box 942874 Sacramento, C A 94274-0001 http://www.dot.ca.gov • Angela Gladden, P.E., Chief Technology Investigations Unit Tel. (916)227-0277 Fax. (916) 227-2200 E-mail: trangelaOtrws.dotca.gov • Glen W. Boulware, Supervisor, Project Plans Tel. (916) 227-6323 Fax. (916) 227-6330 • H.W. Griffin, P.E., Chief Office of Engineering Technology Tel. (916)227-0171 Fax. (916)227-2200 • Philip A. Faires, Senior Delineator Tel. (916) 227-6325 Fax. (916) 227-6330 th
InterData Access, inc. (IDA) 1127 S. Mannheim Rd. Suite 305 Westchester, IL 60154 USA http://www idacorp.com • William E. Turcotte II, President Tel. (708)344-1815 Fax. (708) 344-2840 E-mail:
[email protected] www.idacorp.com EACL (atomic energy) 2251, rue Speakman Mississauga (Ontario) Canada L5K 1B2 • Liviu Vrancea, Directeur du Programme IntEC Services de soutien a la technologie de I'information Tel. (905) 823-9060-2100 Fax. (905) 855-9470 Hughes Space & Communications (HSC) El Segundo, C A • Matthew Fonck Tel. (310)416.4845 E-mail:
[email protected] • Dr. Jose Amoedo Tel. (310)662.6148
PDT; kansen en faalkansen voor Rijkswaterstaat
8