BASISLES CREATIEF DENKEN primair onderwijs - handleiding leerkracht
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
Basisles Creatief Denken De basisles Creatief Denken laat leerlingen in groep 6, 7 en 8 kennismaken met design in woord en beeld. Leerlingen ervaren plezier in het brainstormen, associëren en in het samenwerken in een designteam. Het proces staat centraal, het eindproduct is minder belangrijk. De les duurt 90 minuten. De voorbereidingstijd is ook ongeveer 90 minuten, inclusief het verzamelen van materiaal. De lijst met benodigdheden vindt u op pagina 7. Voor de leerlingen is alle informatie verwerkt tot een digitale les (in prezi) die in de klas gegeven kan worden. De informatie en opdrachten kunnen als oefening worden gebruikt voordat leerlingen aan de slag gaan met een creatief werkstuk, maar bijvoorbeeld ook als voorbereiding op de Dutch Design Week of op een designproject. De les kan in 90 minuten gegeven worden maar ook naar eigen inzicht worden aangevuld of uitgebreid. De prezi-presentatie vindt u online: I. Op cultuurstation.nl (zie aanbod). II. Op prezi.com vindt u onder Cultuur Station (met spatie) de klassikale designles. Bij de informatie in deze handleiding worden voorbeelden genoemd (in rood) waarbij het beeldmateriaal in de prezi staat. U kunt u hier een selectie uit maken of zelf voorbeelden zoeken, passend bij een eigen thema of opdracht rondom design.
Creatief Denken Design gaat over divergent denken: er is nooit maar één manier om tot een antwoord op een vraag, of oplossing te komen. Verschillende interpretaties en meerdere oplossingen zijn mogelijk. Het is een doorlopend (cyclisch) proces van onderzoeken, definiëren, brainstormen, selecteren, maken, bouwen, presenteren, analyseren en herhalen. Het is een proces van vallen en opstaan. We kunnen allemaal creatief denken, maar als je het oefent word je er beter in. Dat gaan we deze les oefenen door middel van associëren, brainstormen, tekenen en uitbeelden, zoals uitgewerkt in dit model:
© Dafne Wiegers
1
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
1.
Inleiding (15 minuten)
1.1 Wat is design? Prezi: beeld 1 Zolang de mens leeft, wordt er al vorm gegeven aan: gebruiksartikelen, gereedschap, kleding, rituelen en meubels, maar ook aan gebouwen. Allemaal zaken die het leven vergemakkelijken, verrijken of die je bepaalde inzichten geven. Design is dus het vormgeven aan onze omgeving maar ook een proces om vraagstukken op te lossen waarmee wij in ons dagelijks leven te maken hebben. Een designer kan iets toevoegen aan het leven van een ander. Een designer durft creatief te zijn, is nieuwsgierig en heeft empathisch vermogen, want hij of zij moet zich inleven in de wens van de gebruiker of klant. Stap 1 Ter introductie van het thema plaats je verschillende objecten her en der in de ruimte om leerlingen te prikkelen en vragen op te roepen. Liefst allemaal designobjecten van een andere aard (zie pagina 7, bijlage benodigdheden). Stap 2 De leerlingen worden benoemd tot ontwerpers en in designteams van 4 kinderen ingedeeld. Elk team kiest één van de objecten uit. Moedig hen aan om een object te kiezen dat ze interessant vinden, vreemd of opvallend. Stap 3 Elk designteam ontvangt materialen die je als ontwerper nodig hebt (zie pagina 7, bijlage benodigdheden). 1.2 Vormen van design Prezi: beeld 2 Vertel de leerlingen over de verschillende vormen van design. Hiervoor kan ook (meer uitgebreid) de Basisles Design van CultuurStation gebruikt worden (downloaden op cultuurstation.nl, bij aanbod).
De ontwikkeling van industriële vormgeving was een gevolg van de industriële revolutie in de 19e eeuw, toen werd overgeschakeld van ambachtelijke productie (elk stuk uniek) naar serie- of massaproductie. Een gebruiksvoorwerp werd zo ontworpen dat het makkelijk kon worden geproduceerd, in grote aantallen en het liefst zo goedkoop mogelijk. Functionaliteit, efficiëntie en kijkplezier bepaalden in die tijd het design. Vormgeving was een antwoord op een vraag uit de markt of het loste een probleem op. Een smartphone, bijvoorbeeld de IPhone van Apple, is een modern voorbeeld van zon massaproduct. Designers zijn vaak gezien als ‘mooi-makers’, maar in de 20ste eeuw hebben ontwerpers zich juist ook weer losgemaakt van de wetten van de industriële productie en van dat etiket. Sommige ontwerpers houden zich bezig met voorwerpen die geen massaproduct zijn en die in steeds kleinere oplage gemaakt kunnen worden, zogenaamde limited editions. Deze voorwerpen vervaardigen ze soms helemaal zelf, in hun werkplaats. Daarbij laten ze zich niet alleen inspireren door experimentele materialen en innovatieve productietechnieken maar ook door traditionele ambachten en beeldende kunst. Deze objecten zijn vaak niet meer te koop in de winkel, maar worden aangeboden aan een select publiek, als collectors item, en zijn te zien in galeries en musea. Bij design gaat het dus niet meer alleen om praktische gebruiksvoorwerpen, het is een doorlopend proces van vernieuwend ontwerp, materiaalkeuze, productieproces, verkoop (marketing) en het gebruik door de consument. Design heeft vaak een vernieuwend karakter. Zo wordt er bijvoorbeeld gestreefd naar innovatief, duurzamer materiaalgebruik of een vernieuwend productieproces. Voor innovatie is dan ook een ‘open mind’ nodig en een flexibele houding.
2
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
De 3D-printer zorgt er voor dat we nu bijvoorbeeld al ingewikkelde en nieuwe 3D-vormen kunnen printen. Een voorbeeld hiervan is geprinte, draagbare kleding van modeontwerpster Iris van Herpen. Er zijn drie richtingen in vormgeving: industriële vormgeving, grafische vormgeving en vrije vormgeving (vroeger bekend als ‘kunstnijverheid’ en later als ‘toegepaste kunst’): • Industriële vormgeving (3D) wordt in grote oplagen uitgevoerd in een fabriek. • Grafische vormgeving is de 2D-variant, vormgeving in het platte vlak. • Vrije vormgeving is meestal uniek en hand gemaakt; voor de ontwerper is minder be langrijk of zijn werk wel bruikbaar is of mak kelijk in serie kan worden gemaakt.
stuk waarvoor hij een oplossing wil bedenken. Een kunstenaar creëert vaak vanuit zichzelf en de uitkomst kan puur esthetisch zijn. Maar sommige ontwerpers voeren het liefst hun eigen creatieve ideeën uit op een ambachtelijke en expressieve manier. Dit zijn vaak ontwerpen in een kleine oplage, of unica. Die komen eerder terecht bij rijke opdrachtgevers, verzamelaars of in het museum, vergelijkbaar dus met kunstwerken.
Als we inzoomen op design zien we veel disciplines, maar de belangrijkste zijn: • productdesign of industrieel design (3D) Prezi: beeld 3 • mode- of fashion design Prezi: beeld 4 • grafisch of graphic design (2D) Prezi: beeld 5 • social design Prezi: beeld 6 • design for debate Prezi: beeld 7 Overige voorbeelden die benoemd kunnen worden: • binnenhuis- of interior design • architectuur • gamedesign • bio-design • fooddesign Bespreek kort met de leerlingen: maar, wanneer is een ontwerp dan kunst? De grenzen tussen vormgeving en kunst vervagen. Een ontwerper start meestal vanuit de vraag van een opdrachtgever of een maatschappelijk vraag-
3
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
2.
Kern & Opdrachten
2.1 Oefenen in creatief denken (45 minuten) Prezi: beeld 8 Creativiteit heeft te maken met het leggen van verbanden en het zoeken naar en vinden van oplossingen. Je kunt iets schilderen op een leeg doek maar je kunt ook creatief zijn in het ontkurken van een wijnfles zonder kurkentrekker. Jammer genoeg vinden maar weinig mensen van zichzelf dat ze creatief zijn, maar creatief zijn is geen talent. Het is niet iets wat je leert. Creativiteit leer je af, of meer precies: het geloof in je eigen creativiteit. In deze les is het daarom belangrijk dat leerlingen plezier hebben in het brainstormen en op de meest gekke ideeën komen. Alles kan en alles mag! Stap 4 Prezi: beeld 9 Bekijk ter inspiratie samen de video One Minute van Pierre Lota. Stap 5 De kinderen bekijken nauwkeurig het object van hun keuze. Stap 6 Prezi: beeld 8 Stel de kinderen ondertussen vragen als: wat denk je dat het object is en waar wordt het voor gebruikt? Stap 7 De functie van het object mag nu vergeten worden. Bedenk samen zoveel mogelijk andere functies waar je het object ook voor zou kunnen gebruiken. Niets is te gek! Elke leerling schrijft zoveel mogelijk ideeën op gele post-it briefjes (1 per briefje) die per team op een groot vel papier worden geplakt. Zo krijg je een gezamenlijke brainstorm en ontdek je dat iedereen weer andere ideeën heeft bij hetzelfde object. Prikkel de leerlingen om verder te denken dan hun eerste idee door rond te lopen en vragen te stellen:
- wat zie er als je het object omdraait? - wat gebeurt er als je het object in gedachte vergroot of verkleint? - wat kan het object worden als je het een an dere kleur geeft, bijvoorbeeld rood met wit te stippen? - wat gebeurt er als je twee ideeën samen voegt? - kun je het object ook draagbaar maken, als kledingstuk? - welke naam zou je het nieuwe object willen geven? Toelichting: een ontwerper moet heel creatief zijn. Hij moet altijd verschillende oplossingen bedenken. Prikkel de leerlingen daarom vooral om verder te denken dan hun eerste ingeving! Als je verder denkt na je eerste idee zal je zien dat je veel meer ontdekt! Stap 8 Prezi: beeld 9 Elk ontwerpteam kiest het beste idee dat uit de brainstorm is gekomen. Nu worden de leerlingen op een ander pad gezet. Als ontwerper ben je namelijk nooit klaar met het eerste idee dat in je opkomt. Ter inspiratie ontvangt elk ontwerpteam een foto. Opnieuw mogen ze vrij associëren, zonder dat ze zich laten beperken door reeds bestaande objecten of werkwijzen. Op deze manier worden creatieve vermogens geprikkeld om een probleem vanuit verschillende invalshoeken te bekijken. Stap 9 Elk ontwerpteam krijgt een envelop met daarin een foto/plaatje. Het plaatje moet ‘de klant’ voorstellen. Leerlingen worden op deze manier geprikkeld om opnieuw te associëren (misschien hun eerste idee te schrappen…) en rekening te houden met de wensen van hun klant, zoals een echte ontwerper. Ze gaan verder met brainstormen op een groot vel
4
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
en maken tekeningen. Het proces staat weer centraal.
2.2
Stel hen deze vragen: - Beschrijf de klant, wat zie je op het plaatje? - Waar komt deze klant vandaan? - Waar heeft deze klant behoefte aan? - Heeft hij veel/weinig geld? - Moet je ontwerp nu aangepast worden voor deze klant en hoe dan?
Stap 10 Elk designteam maakt reclame voor haar nieuw bedachte product. Leg de functie van het product zo goed mogelijk uit en beschrijf hoe de klant het gaat gebruiken. Schrijf op en beeld uit. Dit kan in de vorm van een tekst, toneelstukje, poster of tekening zijn. Humor gewenst! Geef elke ontwerpteam 10 minuten de tijd om hun pitch voor te bereiden. De presentaties mogen maximaal 2 minuten duren.
Toelichting: moedig de leerlingen weer aan om de meeste vreemde ideeën te delen met elkaar. Op die manier krijgen ze ook veel plezier in het brainstormen. Laat hen vertellen, tekenen en opschrijven wat ze allemaal bedacht hebben. Nogmaals: het proces is belangrijker dan het eindproduct.
Presenteren (25 minuten) Prezi: beeld 10
5
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
3.
Afsluiting (5 minuten)
Korte terugblik op de les Prezi: beeld 11 Creativiteit kun je oefenen. Door een nieuwe functie te bedenken voor een simpel object zie je dat het mogelijk is om op een eenvoudige manier heel creatief te zijn. Ook een plaatje of foto kan verrassend werken en je weer op een heel ander pad brengen. Stap 11 De resultaten van elk ontwerpteam worden ingeleverd en/of opgehangen. Door de brainstormoefeningen en schetsen op te hangen in de klas worden de leerlingen af en toe herinnert aan de aanpak bij creatief denken. Op deze manier krijgt ook het proces de aandacht in plaats van het eindproduct. Wil je een vervolg geven aan deze les? Laat de ontwerpteams hun beste ontwerp uitvoeren in een les beeldende vorming.
©2015 CultuurStation Eindhoven Samenstelling: Karina van Heck Eindredactie: Sylvia van de Wouw
6
Basisles Creatief Denken - handleiding leerkracht
Bijlage: benodigdheden
1. Algemeen - Een fotocamera, om het proces vast te leg gen - Een lokaal met digibord - De Prezi-presentatie ‘Creatief Denken’ (van Cultuur Station [met spatie] op prezi.com) 2. Bij de inleiding Verzamel 10 voorwerpen die symbool staan voor design. Voorwerpen die tot de verbeelding spreken en waar een andere functie voor te bedenken is dan die voor de hand ligt. Bijvoorbeeld: - Productdesign: kurkentrekker, kersenont pitter, vreemde lamp, raar bestek, uitschuif bare pannenzetter, lampenkap, gereed schap, perforator, kinderspeelgoed, meu belstuk, ventilator, handdoek ophangsys teem - Mode en textiel: badpak, panty, rugzak, sie raad, koptelefoon, handschoenen, hoofd bedekking - Technologisch design: joystick, toetsen bord, klokje, metertje, speaker, stekkers, onderdelen van een object
3. Voor elk designteam - Enkele blokjes Post It’s - Een notitie- of schrijfblok - 4 vellen tekenpapier - Een stapeltje divers gekleurd papier (A4) - 2 stukken karton (2 x A3) - Een doosje stiften - Een doosje kleurpotloden - Een schaar - Hobbylijm 4. Bij creatief denken Verzamel 10 verrassende plaatjes of foto’s van mogelijke klanten. Doe ze elk apart in een envelop. Ieder ontwerpteam krijgt zo één ‘klant’. Bijvoorbeeld foto’s van een oude man zonder tanden, een kind, Sinterklaas, een baby, Mark Rutte, een topmodel, een zwerver etc. De plaatjes mogen ook in het midden laten waar de klant precies vandaan komt.
7