Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Inhoudsopgave 3. Waar minimaal aan te voldoen?
3
3.1.
Fysieke belasting in de Arbowet
3
3.2.
Norm voor trillingen
3
3.3.
Norm voor bestraten
4
3.4.
P 90 norm afvalinzameling
4
3.5.
Voldoen aan wetgeving en normen
6
3.6.
Jurisprudentie
6
Bijlagen 1.
Actualisatie van de P 90 norm
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
8
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
2
3
Waar minimaal aan te voldoen? In dit webdocument komen de wettelijke eisen en
• De werkgever dient de werknemer periodiek in de
normen voor fysieke belasting aan de orde. Tevens
gelegenheid te stellen een arbeidsgezondheids-
wordt ingegaan op beschikbare jurisprudentie over
kundig onderzoek te ondergaan (Arbowet art. 18).
fysieke belasting.
3.1.
Fysieke belasting in de Arbowet
Om de risico’s af te wenden geeft de wetgeving aan waar eventueel ingegrepen moet worden (Arbobesluit
De wetgeving geeft algemene doelbepalingen voor
art. 5.3):
fysieke belasting. De Arbowet is een raamwet. Dat
• de organisatie van de arbeid;
betekent dat er in de wet betrekkelijk weinig harde
• de inrichting van de arbeidsplaats;
bepalingen zijn te vinden. In het Arbobesluit, een
• de productie- en werkmethode;
uitwerking van de Arbowet, staan nadere regels om
• de toepassing van hulpmiddelen en persoonlijke
arbeidsrisico’s tegen te gaan.
beschermingsmiddelen.
De wetgeving reikt samengevat de volgende zaken
De wet verlangt dat knelpunten volgens de ‘arbeids-
aan:
hygiënische strategie’ aangepakt worden. Knelpunten
• De fysieke belasting mag geen gevaren met zich
worden dan bij de bron aangepakt, zodat de oorzaak
meebrengen voor de veiligheid en de gezondheid
van het probleem wordt weggenomen (bijvoorbeeld
van de werknemer (Arbobesluit art. 5.2).
de tilhandeling overbodig maken). Als aanpak bij de
• Indien de gevaren van fysieke belasting niet
bron niet mogelijk is, kunnen technische maatregelen
kunnen worden voorkomen, dan dienen de gevaren
worden genomen (het gebruik van tilhulpmiddelen
zoveel als mogelijk is, worden beperkt. De veilig-
die de handeling minder fysiek belastend maken) en
heids- en gezondheidsaspecten van de fysieke
als dit ook niet kan, organisatorische maatregelen
belasting moeten worden beoordeeld (Arbobesluit
(rouleren, zodat men minder lang tilhandelingen
5.3).
hoeft te verrichten). Op de laatste plaats - in principe
• De gevaren moeten geïnventariseerd worden
als tijdelijke noodmaatregelen, totdat betere oplos-
(eventueel als onderdeel van de Risico-
singen voorhanden zijn - moeten persoonlijke
Inventarisatie en Evaluatie (RIE)) (Arbowet art. 5,
beschermingsmiddelen (PBM’s) verstrekt worden.
Arbobesluit art. 5.3). • Tenzij dit redelijkerwijs niet kan worden gevergd,
3.2.
Norm voor trillingen
worden werkplekken ingericht volgens de
Voor trillingen geldt wel een wettelijke grenswaarde.
ergonomische beginselen (Arbobesluit art. 5.4).
In het Arbobesluit staan een actiewaarde en een
• De werknemers moeten adequate voorlichting
grenswaarde voor dagelijkse blootstelling aan
ontvangen over de risico’s van hun werk en over
lichaams- en hand-armtrillingen.
hoe het werk ‘gezond’ uitgevoerd kan worden
Hand-armtrillingen zijn trillingen die via de handen
(Arbowet art. 8, Arbobesluit art. 5.5).
op het lichaam worden overgedragen.
• De werkgever ziet toe op de naleving van de
Lichaamstrillingen zijn trillingen die via een steun-
instructies en voorschriften gericht op het
vlak (de stoel of de vloer) het lichaam als geheel in
voorkomen of beperken van risico’s als gevolg
trilling brengen.
van de arbeid (Arbowet art. 8.4). • De werknemer is verplicht om in verband met de
De volgende grenzen zijn vastgelegd:
arbeid de nodige voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht te nemen en naar vermogen zorg te dragen voor de eigen veiligheid en gezondheid en die van andere personen (Arbowet art. 11.)
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
3
Lichaams-
Hand-
Arbeidsinspectie (in overleg met werkgevers- en
trillingen
armtrillingen
werknemersorganisaties) vindt dat de stand der
Actiewaarde
0,5 m/s 2
2,5 m/s 2
techniek het machinaal herbestraten mogelijk maakt,
Grenswaarde
1,15 m/s
5 m/s
kan dit leiden tot bijstelling van de afspraken.
2
2
Deze waarden gelden voor een blootstelling gedurende 8 uur per dag.
Straatstenen en stoeptegels In de beleidsregel 5.3-1 Tillen op bouwplaatsen is
Sinds juli 2005 moet elke werkgever inventariseren of
het volgende opgenomen:
en in welke mate trillingen tijdens het werk voor-
• Straatstenen zwaarder dan 4 kg worden niet
komen. Dit moet in de RIE staan. Als de actiewaarde
handmatig verwerkt.
wordt overschreden, dient de werkgever een Plan van • Stoeptegels zwaarder dan 9 kg worden niet Aanpak met maatregelen (technisch of organisato-
handmatig verwerkt.
risch) op te stellen en uit te voeren. Dit om blootstelling aan trillingen en daarmee gepaard gaande
Deze beleidsregel komt te vervallen als de arbocata-
risico’s tot een minimum te beperken. De grenswaar-
logus voor de bouw gereed is. In deze catalogus
den voor blootstelling mogen niet overschreden
nemen we de normstelling over, zodat deze regel
worden. Mocht dit toch gebeuren, dan moet de
voor stratenmakers bij gemeente blijft gelden.
werkgever direct maatregelen nemen om de blootstelling tot beneden deze grenswaarde terug te
3.4.
dringen.
De huisvuilbeladers hebben te maken met veel fysiek
3.3.
Norm voor bestraten
P 90 norm afvalinzameling
zware factoren. Ze moeten veel lopen, tillen, draaien duwen en trekken. Ter bescherming van fysieke overbelasting zijn er normen vastgesteld voor het
Machinaal straten
dagelijks tillen of verplaatsen van zakken en contai-
Voor bestraten geldt de norm die bepaalt dat machi-
ners de ‘P 90 norm.’
naal straten verplicht is voor oppervlakten vanaf
De P 90 wil zeggen dat de werkzaamheden zo georga-
1500 m2. Werkgevers en werknemers van de straten-
niseerd zijn en zo op de mens toegesneden dat bij een
makerbranche werden het in 2006 eens over deze
gemiddelde populatie, 90% van deze groep de
norm 1 , die uitgangspunt is voor de controles door de
werkzaamheden zonder schade voor hun gezondheid
Arbeidsinspectie. De norm is ook aan de sector
tot de pensioengerechtigde leeftijd kan uitvoeren.
gemeenten opgelegd. Tenzij het door de aard of eigenschappen van het materiaal, of de specifieke
De afgrenzing van de fysieke belasting van een
situatie ter plaatse, niet mogelijk is de norm te
belader is gebaseerd op het rapport
hanteren. Deze afspraak is gebaseerd op de stand
‘Arbeidsbelasting van huisvuilbeladers bij reinigings-
der techniek van 2006. In de toekomst kunnen - door
diensten’. In dit rapport staan de resultaten van een
technische innovaties – mogelijk ook kleinere
onderzoek verricht door de Universiteit van
oppervlakken machinaal bestraat worden. Dit kan
Amsterdam, in samenwerking met de Vrije
leiden tot bijstelling van de gemaakte afspraken.
Universiteit Amsterdam en het Academisch Medisch Centrum Amsterdam. 2
Bij bestraten geldt als uitgangspunt: zoveel mogelijk
Dit onderzoek naar de arbeidsbelasting van huisvuil-
gebruikmaken van machinale en mechanische
beladers is in opdracht van de Nederlandse
technieken. Dit geldt ook voor herbestraten, maar de
Vereniging van Reinigings- en
hiervoor beschikbare machinale en mechanische
Afvalverwijderingsdeskundigen (NVRD) en gesubsidi-
technieken zijn nog niet volledig uitontwikkeld.
eerd door het Ministerie van SZW in de periode
Herbestraten mag daarom voorlopig nog volledig
september 1990- april 1993 uitgevoerd.
handmatig worden uitgevoerd. Als de
1
Persbericht Ministerie van SZW, 12 juli 2006 ‘Met de hand bestraten taboe bij grote projecten’
2
Stassen ARA, Markslag AMT, Frings-Dresen MHW, Kemper HCG, De Looze MP, Toussaint HM. 1993 Arbeidsbelasting van huisvuilbeladers bij reinigingsdiensten: conclusies, richtlijnen en aanbevelingen. Sdu Uitgeverij Plantijnstraat, Den Haag.
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
4
De P90-norm per 1 januari 1998: Beladersnormen per dag in tonnen/ colli Leeftijd
B.T. ZB
B.T. ZS
B.T. MC
B.T. WC
18 tot 30 jr.
4,9
12,8T-829C
3,8
8,8T-1257C
5,5
11,3T-514C
6,0
15,2T-138C
30 t/m 39 jr.
3,6 9,3T-1329C
2,8
6,4T- 914C
4,0
8,3T-377C
5,4
13,7T-125C
ouder dan 39 jr. 2,3 5,8T- 829C
1,7
4,0T- 571C
2,5
5,2T-236C
3,4
8,6T- 78C
B.T. = netto belaadtijd in uren
De richtlijnen worden geformuleerd in termen van:
ZB = zakken buitenwijk
- De maximaal toelaatbare duur van de taak beladen
ZS = zakken stadswijk MC = minicontainers WC = wijkcontainers
per werkdag. - Het maximaal toelaatbare tonnage en het maximaal aantal colli dat per werkdag mag worden opgehaald.
Toelichting op de normen Bij de P 90 norm gaat het in beginsel om een uurnorm. Er zal om pragmatische redenen per dag gemeten worden. De normen gelden per persoon op basis van
- De leeftijdsindeling < 30 jaar, 30 t/m 39 jaar en ≥ 39 jaar.
Uitzonderingen beladingsmaxima
een acht urige werkdag. Uitgangspunt daarbij is dat de belasting per persoon over de werkdag verdeeld
Algemeen
wordt. Per dagdeel zal men dus ongeveer een
Indien men wil afwijken van de P 90 norm zal
evenredig deel van de norm moeten hanteren. Dit wil
minimaal hetzelfde beschermingsniveau moeten
zeggen bij een ½ of een ¼ dag beladen, moet ook een
worden bereikt, bovendien zal er een degelijke
½ respectievelijk een ¼ van de norm gehanteerd
onderbouwing moeten zijn. De onderbouwing zal uit
worden. Indien niet een hele dag gewerkt wordt,
een wetenschappelijk onderzoek moeten bestaan,
bijvoorbeeld bij een halve vrije dag of indien men
gelijkwaardig aan het onderzoek van de Universiteit
’s middags voor het einde van de dag klaar is, moet
van Amsterdam. 3
de norm evenredig verlaagd worden. Bij het vermeerderen van de werkdag naar negen uur of meer mag
Taakroulatie
de norm niet evenredig verhoogd worden. Het begrip
Op basis van een acht urige werkdag en bij een
werkdag is bedoeld zonder verplichte pauzes.
voertuigbezetting van minimaal drie personen, die afwisselend laden en het voertuig besturen, mag een
Middelen tussen twee of meer dagen is eveneens niet
ieder zijn individuele maximum tonnage cq. aantal
toegestaan. Bij het meer beladen van het beladings-
colli beladen.
maximum per dag kan dit de volgende of andere dagen niet worden gecompenseerd door dan minder
Oudere werknemers
te beladen. Dit geldt ook voor het omgekeerde.
Beladers geboren voor 1 juli 1956 mogen de norm
De norm op basis van een acht urige werkdag blijft
van een 30- tot 39-jarige aanhouden mits zij perio-
de grens.
diek, doch minstens éénmaal per jaar, gezondheids-
Op basis van de resultaten en de in de literatuur
kundig worden onderzocht. Indien dit onderzoek leidt
bestaande normen met betrekking tot de toelaatbare
tot een lagere belastingsnorm, dan moet het lagere
belasting van het zuurstoftransportsysteem van een
beladingsmaximum direct voor de betreffende
acht urige werkdag zijn richtlijnen opgesteld voor
belader worden ingevoerd.
het beladen van zakken, mini- en wijkcontainers.
3
Als preventief hulpmiddel om gezondheidseffecten van arbeidsrisico’s vroegtijdig te signaleren en de gezondheid van de werknemers te bewaken en te bevorderen is het ‘PAGO voor huisvuilbeladers’ ontwikkeld. Het PAGO bestaat uit een vragenlijst, een aantal gezondheidstests en een specifieke test voor fysieke belasting. De normering van een leeftijds categorie op het individu kan worden bijgesteld indien de resultaten van het PAGO dat aangeven. Meer informatie over het PAGO voor huisvuilbeladers, is te vinden op www.aeno.nl.
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
5
Wettelijke basis:
dat bij hen het zogenoemde ‘healthy workers effect’
Arbowet: Artikel 5 beleidsvoering, inventarisatie en
een rol speelt en dat deze beladers een zwaardere
evaluatie en plan van aanpak.
belasting aan kunnen dan de populatie waarvan in het
Arbobesluit: artikel 5.2 voorkomen van gevaren
wetenschappelijk onderzoek is uitgegaan.
(fysieke belasting), artikel 5.3 beperken van gevaren en inventarisatie en evaluatie (fysieke belasting) en
Door gemeente Delft is een aanpassing op de
artikel 5.5 voorlichting (fysieke belasting).
norm gedaan voor 140 liter containers. Deze wordt in bijlage 1 weergegeven. Deze norm is niet
Taakroulatie
verplichtend voor andere gemeenten. De tabel
Bij taakroulatie neemt de kwaliteit van het werk in
van de gemeente Delft is niet gevalideerd.
het algemeen toe. Door het afwisselend besturen en beladen van het inzamelvoertuig ontstaan regelmatig fysieke herstelperiodes. Gelet hierop en tegemoet komend aan wensen uit de branche worden bij
3.5.
Voldoen aan wetgeving en normen
taakroulatie de beladingsmaxima per persoon gehan- Paragrafen 3.1. tot en met 3.4. geven weer, aan welke teerd, waarbij het volgende uitgangspunt in acht
minimale wettelijke eisen en normen voor fysieke
wordt genomen:
belasting gemeenten moeten voldoen. Deze arboca-
Het individuele beladingsmaximum mag niet
talogus biedt kennis, instrumenten, oplossingen,
worden overschreden.
voorlichtingsmateriaal en voorbeelden van goede praktijken om tegemoet te komen aan deze vereisten
Bij zakken en minicontainers
en fysieke belasting aan te pakken. Gemeenten zullen
Het hanteren van de beladingsmaxima per persoon
maatwerkoplossingen moeten vinden. Belangrijke
bij taakroulatie geldt uitsluitend bij het rouleren van
basisinstrumenten hierbij zijn de RIE Gemeenten en
de beladersfunctie en de chauffeursfunctie op het
het digitale oplossingenboek fysieke belasting. Zie
inzamelvoertuig (met steeds twee beladers achter
verder webdocument 4.
het voertuig) en op basis van een acht urige werkdag. Zij geldt dus niet indien een belader rouleert met
3.6.
Jurisprudentie
andere functies binnen het bedrijf. In die gevallen
In Nederland krijgen jaarlijks meer dan 20.000
geldt het uitgangspunt dat de werkdag met betrek-
werknemers een beroepsziekte. De WIA, de opvolger
king tot het beladen is ingekort en zal het beladings-
van de WAO, geeft beperkte mogelijkheden op een
maximum dus evenredig moeten worden terugge-
uitkering. In de praktijk worden slachtoffers van
bracht.
beroepsziekten vaak ontslagen en belanden ze in de bijstand. In een aantal gevallen wordt daarom
Bij wijkcontainers
getracht de schade veroorzaakt door een beroeps-
In dit geval zijn de beladingsmaxima gebaseerd op
ziekte te verhalen op de werkgever. Dan spreken we
een belader die bij het beladen hulp van de chauffeur
over een letselschade. In een letselschade zaak is de
krijgt. Het beladen van een voertuig met wijkcontai-
volgorde: ‘naming-blaming-claiming’.
ners door één persoon overschrijdt het toegestane beladingsmaximum! De in de tabellen vermelde
‘Naming’
beladingsmaxima voor wijkcontainers gelden voor
Allereerst moet objectief door een medicus vastge-
het laden door twee beladers. Indien twee beladers
steld worden dat daadwerkelijk sprake is van een
en de bestuurder hun taken rouleren, mag het betref- ziektebeeld, met andere woorden: er dient een fende beladingsmaximum met 50% worden verhoogd. diagnose gesteld te worden. Oudere werknemers
‘Blaming’
Bij bedrijven waar de leeftijd van de beladers over-
De tweede fase is dat vastgesteld dient te worden dat
wegend boven de 40 jaar ligt, kunnen, bij het in acht
het ziektebeeld een beroepsziekte betreft waarbij een
nemen van de beladingsmaxima, personele capaci-
oorzaak-gevolg relatie bestaat tussen het werk en de
teitsproblemen ontstaan. In veel gevallen hebben
klacht. Tevens dient dan vastgesteld te worden of de
deze oudere beladers dit werk reeds voor een
werkgever verwijtbaar gehandeld heeft.
geruime periode gedaan. Daarbij is het aannemelijk
Tegenwoordig wordt hier het principe van de omge-
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
6
keerde bewijslast toegepast: de werkgever moet aan
Hieronder volgt een voorbeeld van casuïstiek
kunnen tonen dat aan alle wettelijke verplichtingen
betreffende letselschadezaken over fysieke belasting
voldaan is.
in Nederland uit 2001:
‘Claiming’
Een vrouw werkt gedurende langere tijd als vuilnis-
De derde stap is het vaststellen van de schade. In
medewerker. De P 90 norm bepaalt dat medewerkers
veel letselschadezaken ontstaat verwarring omdat
–indien zij een bepaalde leeftijdsgrens overschrijden-
getroffenen vaak met het claimen willen beginnen.
minder zakken mogen tillen en minder containers
Claimen betreft echter de afrondende fase nadat
mogen verplaatsen. De vrouw heeft een zaak aange-
oorzaak gevolg en schuldvraag vastgesteld zijn.
spannen omdat zij, gezien haar leeftijd, het belading-
Vaak wordt hier van smartengeld gesproken. De
maximum van 30 tot en met 39-jarigen aan diende te
vergoedingen in de vorm van smartengeld bedragen
houden. Zij betoogt dat zij een eigen werkindeling
maximaal € 20.000. De vergoeding voor gederfde
heeft die minstens net zo veel bescherming biedt
inkomsten en noodzakelijke uitgaven kan sterk
waarbij zij meer zakken kan tillen dan de norm
oplopen. Iemand die op zijn dertigste arbeidsonge-
voorschrijft. De rechter wijst de vordering af op grond
schikt verklaard wordt en kan aantonen dat daarmee
van de destijds geldende wet en regelgeving.
ten minste sprake is van 30 jaar inkomstenderving en
Het door appellante in hoger beroep gevoerde betoog
van 30 jaar extra kosten maken (bijvoorbeeld voor
- dat de in de eis opgenomen P 90 norm een onge-
schoonmaakwerk thuis of tuinonderhoud) kan hier
rechtvaardigde leeftijdsdiscriminatie inhoudt, slaagt
een claim voor indienen. Te claimen bedragen kunnen niet. De rechtbank heeft onder verwijzing naar de als gevolg hiervan sterk oplopen. In Nederland wordt
uitspraak van de Afdeling van 26 februari 2001 in zaak
de overgrote meerderheid van dergelijke zaken
no. 200001471/1 - met juistheid overwogen dat het
uiteindelijk geschikt voor een bedrag tussen de
onderscheid naar leeftijd dat de P 90 norm maakt,
€ 30.000 en € 80.000. De reden dat er in Nederland
gelet op het doel waarvoor de voorschriften zijn en
geen sprake is van ‘Amerikaanse toestanden’ is
konden worden gegeven, niet ongerechtvaardigd is.
voornamelijk dat door rechters rekening gehouden
De reden die hier achter ligt is dat voor beroepen met
wordt met de werkelijke schade. Een voorbeeld: als
specifieke eisen in een aantal gevallen bijzondere
een medewerker 1500 euro verdiende en zijn WIA-
beschermingsmaatregelen gerechtvaardigd zijn.
uitkering hem 1100 euro oplevert, is de daadwerkelijke schade slechts 400 euro per maand. Met dat
Geconcludeerd kan worden dat de P 90 normering
bedrag wordt vervolgens gerekend.
leidend is in de uitspraak van de rechtbank. Als gemeente is het belangrijk om medewerkers in te roosteren volgens de leeftijdsindeling en bijbehorende tonnage en/of colli uit de P 90 norm. In het algemeen kan geconcludeerd worden dat gemeenten aan moeten kunnen tonen dat men aan de minimale wettelijke verplichtingen voldoet.
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
7
Bijlage
1
Actualisatie van de P 90 norm
De P 90 norm gaat niet in op de grootte van de containers (140, 240, of 280 liter). De norm geldt voor al deze containers. De gemeente Delft ging met een audit na of dit terecht is (zie hiervoor webdocument 6 goede praktijken van gemeenten). De P 90 norm dateert uit 1993. Na die tijd vonden veranderingen plaats in werkwijzen en grootte van aanbiedplaatsen. In 2009 vindt daarom overleg plaats met betrokken partijen uit de afvalinzameling en reiniging, de Arbeidsinspectie en de Universiteit van Amsterdam over een gewenste actualisatie van de P 90 norm. Het A+O fonds Gemeenten neemt de resultaten hiervan op in deze deelarbo catalogus. Ter informatie voor gemeenten is de door de gemeente Delft opgestelde norm voor 140 liter containers opgenomen. Deze norm is niet verplichtend voor andere gemeenten. De onderstaande tabel van de gemeente Delft is nog niet gevalideerd. Aangepaste P 90 norm van de gemeente Delft voor minicontainers 140 liter: Beladersnormen per dag in tonnen / colli Leeftijd
Minicontainers 140 liter
Ton / colli
18 tot 30 jaar
11,3 / 642
30 tot 40 jaar
8,3 / 471
40 jaar en ouder
5,2 / 295
Webdocument 3 Waar minimaal aan te voldoen?
Arbocatalogus Fysieke belasting Sector Gemeenten
8