Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’ Eindrapportage
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’ Eindrapportage
Enschede, 18 juni 2007 NV/07/1673/afp mw. ir. N.M.H. van Vliet mw. ir. G. Vernhout
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
Inhoudsopgave Samenvatting .......................................................................................... 3 1.
Algemeen ......................................................................................... 4 1.1 Aanleiding.............................................................................. 4 1.2 Doelstelling en onderzoeksvragen ............................................. 4 1.3 Gebruikte databestanden ......................................................... 5 1.4 Leeswijzer ............................................................................. 6
2.
Omvang groep cliënten met ‘verblijfszorg thuis’ peildatum 1 juni 2006 ...... 7 2.1 Aanpak.................................................................................. 7 2.2 Resultaten ............................................................................. 7
3.
Eigen bijdrage voor de cliënt .............................................................. 9 3.1 Aanpak.................................................................................. 9 3.2 Resultaten ............................................................................. 9
4.
In- en uitstroom groep cliënten met ‘verblijfszorg thuis’ ........................ 10 4.1 Aanpak................................................................................ 10 4.2 Resultaten ........................................................................... 10
5.
Urenvergelijking .............................................................................. 12 5.1 Aanpak................................................................................ 12 5.2 Resultaten ........................................................................... 13
6.
Kostenvergelijking ........................................................................... 17 6.1 Aanpak................................................................................ 17 6.2 Resultaten ........................................................................... 17
B IJLAGEN Bijlage 1. Bijlage 2. Bijlage 3. Bijlage 4. Bijlage 5.
Verdeling van cliënten met zorg zonder verblijf en een indicatie met verblijf over ZZP’s .......................................................... 20 Vergelijking woonzorg en gemiddelde geleverde zorg bij alle ZZP’s............................................................................. 22 Verdeling geleverde uren exclusief HV per ZZP .......................... 24 Verdeling geleverde uren inclusief HV per ZZP........................... 26 Kostenvergelijking met prijzen d.d. 13 juni 2007 ....................... 28
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 2 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
Samenvatting In opdracht van het Ministerie van VWS zijn door Hoeksma, Homans & Menting organisatieadviseurs B.V. (bureau HHM) diverse bestaande databestanden geanalyseerd om meer inzicht te krijgen in de omvang van de groep cliënten die een indicatie heeft voor verblijf langdurig en zorg thuis ontvangt en de kosten van de zorg aan die cliënten. De databestanden waarvan gebruik is gemaakt zijn het AZR-bestand van het College van zorgverzekeringen (CVZ), het CAKbestand en de scores uit de pilot zorgzwaartebekostiging. In het AZR-bestand komen 197.406 cliënten voor die op 1 juni 2006 een geldig indicatiebesluit hadden voor verblijf langdurig (AWBZ-functiecode 72). Van deze cliënten ontving tenminste 8,4% (16.538) de week voor en/of de week na 1 juni 2006 zorg zonder verblijf. Dit aantal is lager dan het daadwerkelijk aantal cliënten, dat met een verblijfsindicatie zorg thuis ontvangt, gezien de administratieve mismatch bij de koppeling tussen het AZR- en CAK-bestand en het in het CAK-bestand ontbreken van PGB-cliënten en de cliënten die alleen OB, AB en/of BH zonder verblijf krijgen. Wanneer diverse gegevens worden gecombineerd, kan worden geconcludeerd dat jaarlijkse tenminste 8.000 cliënten met een indicatie voor verblijf ook kiezen om zorg thuis te ontvangen (‘instroom’), naast het aantal cliënten dat deze keuze al heeft gemaakt. Uit de vergelijking tussen de in rekening gebrachte extramurale eigen bijdrage door het CAK en de berekende lage intramurale eigen bijdrage door het CAK wordt duidelijk dat circa 95% van de cliënten met een indicatie voor verblijf die zorg thuis ontvangen in het kader van verblijfzorg thuis, meer eigen bijdrage zou moeten gaan betalen. Van de groep cliënten die een indicatie heeft voor verblijf langdurig en zorg thuis ontvangt, zou 80% een indicatie krijgen voor ZZP V&V-1, V&V-2, V&V-3, V&V-4 en V&V-5. Daarbij is een vertaling van indicatie naar ZZP gehanteerd zoals die op basis van de uitkomsten uit de ZZP-pilot kan worden gemaakt. Uit de urenvergelijking tussen de uren woonzorg van een ZZP en het werkelijke aantal geleverde uren volgens het CAK-bestand, wordt duidelijk dat de cliënten met de eerste vier zorgzwaartepakketten meer zorguren PV, VP, OB-alg en AB-alg ontvangen dan de bij het zorgzwaartepakket behorende uren woonzorg. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft in februari 2007 een verkenning uitgevoerd voor een alternatieve berekening van tarieven voor verblijfszorg thuis. Daarbij zijn voor de V&V ZZP’s tarieven berekend. Deze tarieven zijn vergeleken met de kosten van het werkelijke aantal geleverde uren volgens het CAK-bestand op basis van de extramurale tarieven (basistarief + module beschikbaarheid) van 2007. Uit deze vergelijking wordt duidelijk dat wanneer cliënten die in aanmerking komen voor verblijfszorg thuis worden bekostigd volgens de voorlopige ZZP-tarieven deze kosten hoger zijn dan de kosten voor de gemiddelde geleverde zorg op basis van de extramurale tarieven.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 3 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
1. Algemeen 1.1
Aanleiding Het Ministerie van VWS wil inzicht krijgen in de mogelijke financiële effecten van de invoering van ‘verblijfszorg thuis’. Het begrip ‘verblijfszorg thuis’ (andere gebruikte termen zijn ‘full package’, en ‘volledig pakket thuis’) komt neer op het leveren van de zorg, die in het verblijf zou worden geleverd, buiten de muren van de verblijfsinstelling. De cliënten die voor verblijfszorg thuis in aanmerking komen, moeten een indicatie hebben voor verblijf in termen van een zorgzwaartepakket. Het leveren van zorg zonder verblijf aan cliënten met een verblijfsindicatie, komt in de volgende twee situaties voor: 1. Onvrijwillig (voor de cliënt): tijdelijk als overbrugging van de wachttijd, indien er sprake is van wachtlijsten voor verblijf; 2. Vrijwillig (keuze cliënt): structureel op basis van een bewuste keuze van de betreffende cliënt. Bij deze laatste groep cliënten gaat het om verblijfszorg thuis: als structureel alternatief voor intensieve thuiszorg in bijvoorbeeld een woonzorg complex; als structureel alternatief voor verblijf in de instelling. Dit onderzoek heeft zich gericht op de mogelijke effecten als verblijfsgeïndiceerde cliënten voor verblijfszorg thuis kiezen. In opdracht van het Ministerie van VWS zijn door Hoeksma, Homans & Menting organisatieadviseurs B.V. (bureau HHM) diverse bestaande databestanden geanalyseerd om meer inzicht te krijgen in de omvang van deze groep en om de kosten van de zorg voor deze cliënten in kaart te brengen.
1.2
Doelstelling en onderzoeksvragen Doel van de analyse is om antwoord te krijgen op de vraag welke mogelijke financiële effecten zijn verbonden aan de invoering van ‘verblijfszorg thuis’ voor de AWBZ. De onderzoeksvragen luiden: 1. Hoe groot is de groep cliënten die thans structureel thuis verblijft met een verblijfsindicatie? Welk deel van deze groep zou kunnen opteren voor ‘verblijfszorg thuis’? 2. Wat is voor de groep structureel thuis verblijvenden het verschil tussen de in rekening gebrachte extramurale eigen bijdrage en de lage intramurale eigen bijdrage? 3. Hoe omvangrijk is de jaarlijkse in- en uitstroom van de groep cliënten die structureel thuis verblijft met een verblijfsindicatie en die opteren voor ‘verblijfszorg thuis’?
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 4 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
4a. Voor de groep structureel thuis verblijvenden: hoe groot is het verschil tussen het exacte totale werkelijk gebruik in termen van zorguren en het normatief aantal uren dat zou volgen uit een ZZP-indicatie? Hoe groot is de spreiding van geleverde zorguren van cliënten die worden geïndiceerd voor hetzelfde ZZP? 4b. Voor de groep structureel thuis verblijvenden: wat is de omvang van het gebruik van huishoudelijke verzorging (HV)? 5a. Voor de groep structureel thuis verblijvenden: hoe groot is het verschil tussen de kosten van de totale extramurale zorg en een (voorlopige) prijs van het volledig pakket thuis (VPT)? 5b. Voor de groep structureel thuis verblijvenden: hoe hoog zijn de kosten van huishoudelijke verzorging?
1.3
Gebruikte databestanden In het kader van dit onderzoek zijn diverse databestanden gebruikt om de onderzoeksvragen te beantwoorden. In de volgende hoofdstukken wordt per onderzoeksvraag beschreven welke analyses zijn uitgevoerd op de diverse databestanden en welke aannames daarbij zijn gemaakt. AZR- BESTAND Zorgkantoren hebben via de brancheorganisatie Zorgverzekeraars Nederland (ZN) aan het CVZ periodiek de vulling van hun regionale AZR-databases aangeleverd ten behoeve van het genereren van diverse landelijke beleidsinformatie. Voor dit onderzoek is gebruikgemaakt van de aangeleverde AZRgegevens tussen 1 januari 2004 en 1 juli 2006 van alle zorgkantoren. Alleen de indicatiebesluiten die op 1 juni 2006 nog geldig waren zijn in dit onderzoek meegenomen. De indicatiebesluiten die afgegeven zijn vòòr 1 januari 2004 en mogelijk nog geldig zijn op 1 juni 2006 konden in dit onderzoek niet worden meegenomen (aangezien die nog niet in de AZR zaten). CAK- BESTAND Het CAK-bestand bevat zorggegevens over cliënten die extramuraal zorg (huishoudelijke verzorging (HV), persoonlijke verzorging (PV) en verpleging (VP)) ontvangen en daar een eigen bijdrage over moeten betalen. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de informatie over de geleverde zorg (soort zorg en omvang) en de betaalde eigen bijdrage in 2006 van cliënten met een indicatie voor verblijf. Cliënten die alleen ondersteunende begeleiding (OB), activerende begeleiding (AB) en/of behandeling (BH) zonder verblijf krijgen, komen niet voor in dit bestand. P ILOT ZORGZWAARTEBEKOSTIGING In het voorjaar van 2006 heeft een pilot plaatsgevonden waarin, verdeeld over alle AWBZ-sectoren, een aantal zorgaanbieders voor in totaal circa 20.000 cliënten een ZZP hebben gescoord. Het betreft allemaal cliënten die zorg met verblijf ontvangen. De scores zijn gecontroleerd door indicatiestellers, die in grote lijnen tot dezelfde ZZP-score kwamen. Daarnaast heeft in dezelfde periode
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 5 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
een pilot plaatsgevonden door het CIZ waarbij voor een aantal cliënten naast de reguliere indicaties ook een ZZP is gescoord.
1.4
Leeswijzer In de volgende hoofdstukken wordt per onderzoeksvraag de aanpak en de resultaten beschreven: In hoofdstuk 2 wordt beantwoord wat de omvang van de groep cliënten met verblijfszorg thuis is (onderzoeksvraag 1). In hoofdstuk 3 worden uitspraken gedaan over de eigen bijdrage voor de cliënt (onderzoeksvraag 2). In hoofdstuk 4 wordt weergegeven wat de in- en uitstroom is van de groep cliënten met verblijfszorg thuis (onderzoeksvraag 3). In hoofdstuk 5 wordt het verschil getoond tussen de werkelijk gebruikte zorguren en het normatief aantal uren dat zou volgen uit een ZZP-indicatie, de spreiding in dat verschil (onderzoeksvraag 4a) en wat het geleverde aantal uren HV is voor de groep cliënten met verblijfszorg thuis (onderzoeksvraag 4b). In hoofdstuk 6 wordt tenslotte weergegeven wat het verschil is tussen de kosten van de totale extramurale zorg en de kosten van verblijfszorg thuis (onderzoeksvraag 5a) en wat de kosten zijn van het geleverde aantal uren HV voor de voor de groep cliënten met verblijfszorg thuis (onderzoeksvraag 5b).
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 6 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
2. Omvang groep cliënten met ‘verblijfszorg thuis’ op peildatum 1 juni 2006 2.1
Aanpak Alle cliënten in het AZR-bestand met een indicatie (geldig op 1 juni 2006) voor verblijf langdurig zijn vergeleken met de geleverde zorg zonder verblijf rond 1 juni 2006 in het CAK-bestand, zodat duidelijk is welke cliënten een eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf betalen (onderzoeksvraag 1). De koppeling van de twee bestanden heeft plaatsgevonden op onder andere de cliëntnaam. Aangezien deze koppeling fout kan gaan omdat er bijvoorbeeld een letter in de naam net anders is, is het aantal gekoppelde cliënten lager dan het daadwerkelijk aantal cliënten. Daarnaast komen in het CAK-bestand alleen cliënten voor die tenminste voor HV, PV en/of VP een extramurale eigen bijdrage betalen. Cliënten die alleen OB, AB en/of BH zonder verblijf krijgen, ontbreken daarom in deze analyse. Ook de cliënten met een PGB ontbreken in het CAKbestand. Daardoor is het aantal gekoppelde cliënten ook lager dan het daadwerkelijk aantal cliënten. De volgende gegevens zijn vanuit het CAKbestand toegevoegd aan het AZR-bestand: het aantal uren zorg voor PV, VP en HV dat de cliënt per week geleverd krijgt, de hoogte van de eigen bijdrage die de cliënt betaalt. Het leveren van zorg zonder verblijf aan cliënten met een verblijfsindicatie, komt in de volgende twee situaties voor: Onvrijwillig (voor de cliënt): tijdelijk als overbrugging van de wachttijd, indien er sprake is van wachtlijsten voor verblijf; Vrijwillig (keuze cliënt): structureel op basis van een bewuste keuze van de betreffende cliënt. Aangezien in het AZR- en CAK-bestand geen informatie is opgenomen of een cliënt structureel af wil zien van zijn indicatie voor verblijf, kan deze groep niet op basis van een criterium worden geselecteerd. Er zijn voor enkele criteria (de cliënt is langer dan een aantal maanden geleden geïndiceerd voor verblijf, de cliënt heeft een instelling van voorkeur opgegeven en/of de cliënt wenst bemiddeling) de effecten op de grootte van de groep weergegeven.
2.2
Resultaten In het AZR-bestand komen 197.406 cliënten voor die op 1 juni 2006 een geldig indicatiebesluit hadden voor verblijf langdurig (AWBZ-functiecode 72). Van deze cliënten ontving tenminste 8,4% (16.538) de week voor en/of de week na 1 juni 2006 zorg zonder verblijf. Dit aantal is lager dan het daadwerkelijk aantal cliënten gezien de administratieve mismatch bij de koppeling tussen AZR- en CAK-bestand en het ontbreken van PGB-cliënten en cliënten die alleen OB, AB en/of BH zonder verblijf krijgen.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 7 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
In tabel 1 wordt het effect aangegeven van het toepassen van meerdere criteria op de groep cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen. Deze toepassing vindt plaats om te proberen een onderscheid te maken tussen de cliënten die onvrijwillig en vrijwillig zorg zonder verblijf ontvangen, terwijl ze een indicatie voor verblijf langdurig hebben. Cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen 1: langer dan 4 maanden een indicatie voor verblijf 2: geen voorkeursaanbieder voor verblijf aangegeven 3: geen bemiddeling gewenst
16.538
100%
11.207
68%
3.255
20%
11.064
67%
Tabel 1. Effect van het toepassen van meerdere criteria
De criteria 2 en 3 zijn geen verplichte velden in de AZR. Daarnaast kunnen er verschillen bestaan in de ingevulde gegevens bij deze velden door regionale afspraken over hoe deze velden moeten worden ingevuld. Of de criteria 2 en 3 een goede/betrouwbare indicatie geven om het onderscheid tussen ‘onvrijwillig en vrijwillig’ te maken, zal bij het CIZ en/of de zorgkantoren moeten worden nagevraagd.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 8 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
3. 3.1
Eigen bijdrage voor de cliënt Aanpak Door het ministerie van VWS is aangegeven dat als voor verblijfszorg thuis de intramurale eigen bijdrage zal gelden, dat dit de lage intramurale eigen bijdrage zal zijn. Gemiddeld is de intramurale eigen bijdrage hoger dan de extramurale eigen bijdrage. De gegevens over de in rekening gebrachte extramurale eigen bijdrage zijn beschikbaar uit het CAK-bestand. Door het CAK is vervolgens berekend wat de lage intramurale eigen bijdrage zou zijn voor deze cliënten, als ze zouden zijn opgenomen in een zorginstelling. Met deze vergelijking kan een indicatie worden gegeven of verblijfzorg thuis voor thuiswonende verblijfsgeïndiceerden in het kader van de eigen bijdrage financieel aantrekkelijk is (onderzoeksvraag 2).
3.2
Resultaten Uit de vergelijking tussen de in rekening gebrachte extramurale eigen bijdrage door het CAK en de berekende lage intramurale eigen bijdrage door het CAK wordt duidelijk dat minder dan 5% van de cliënten met een indicatie voor verblijf die zorg thuis ontvangen in het kader van verblijfzorg thuis er financieel op vooruit zou gaan. Deze groep zou minder eigen bijdrage gaan betalen wanneer wordt gerekend met de lage intramurale eigen bijdrage - dan de nu in rekening gebrachte extramurale eigen bijdrage. Dat betekent dat 95% van de cliënten met een indicatie voor verblijf die zorg thuis ontvangen in het kader van verblijfzorg thuis, meer eigen bijdrage gaat betalen, wanneer zij de lage intramurale eigen bijdrage moeten gaan betalen.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 9 v an 2 8
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
4. In- en uitstroom groep cliënten met ‘verblijfszorg thuis’ 4.1
Aanpak Op basis van diverse bronnen (AZR en CIZ) en de resultaten uit hoofdstuk 2 is een indicatie te geven over de jaarlijkse instroom van cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig die zorg thuis ontvangen (onderzoeksvraag 3). Op de vraag of van de instroom bekend is of ze voorheen wel in zorg waren voor verblijf kan geen antwoord worden gegeven omdat de kwantiteit van de meldingen aanvang zorg (met o.a. of de cliënt verblijf ontvangt) in het AZRbestand van 1 juni 2006 nog niet voldoende is. Over de uitstroom is op basis van de AZR-gegevens geen uitspraak te doen, aangezien de berichten mutatie zorg (waarin de beëindiging van zorg kan worden doorgegeven) op 1 juni 2006 nog niet volledig in de AZR werden vastgelegd. In elk geval wordt deze informatie tot nu toe niet opgenomen in het landelijke verzamelbericht.
4.2
Resultaten Uit de trendrapportage van het CIZ1 is op te maken dat er 229.147 besluiten met de functie verblijf in 2005 zijn afgegeven. Op navraag heeft het CIZ deze aantallen ook voor 2006 geanalyseerd en uitgesplitst naar indicatiebesluiten voor verblijf tijdelijk en verblijf langdurig. Dat resulteert in onderstaande tabel. 2005
VB tijdelijk VB langdurig VB tijd + VB lang Totaal
2006
Absoluut
Relatief
Absoluut
Relatief
95.947
42,0%
103.428
41,4%
131.087
57,4%
143.609
57,5%
1.151
0,5%
2.788
1,1%
228.1852
100,0%
249.825
100,0%
Tabel 2. Aantal indicatiebesluiten voor verblijf
In het AZR-bestand is te zien dat 67% van de indicaties voor verblijf langdurig die in het tweede kwartaal van 2006 zijn afgegeven nieuwe indicaties betrof. Dat wil zeggen dat een indicatie is afgegeven voor een cliënt die tussen 1 januari 2004 en het tweede kwartaal 2006 nog niet eerder een indicatie voor verblijf langdurig heeft ontvangen. In paragraaf 2.2 is vastgesteld dat tenminste 8,4% van de cliënten met een indicatiebesluit voor verblijf langdurig zorg thuis ontvangen.
1
Bron: Trendrapportage Landelijke Indicatiestelling AWBZ 2005, CIZ CIZ: ‘In de loop van 2006 heeft er een verfijning plaatsgevonden in de verwerking van de gegevens waardoor een kleine afwijking is ontstaan ten opzichte van de trendrapportage 2005.’ 2
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 10 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
Wanneer bovenstaande gegevens worden gecombineerd kan worden geconcludeerd dat het jaarlijkse aantal cliënten met een indicatie voor verblijf, dat ook kiest om die zorg thuis te ontvangen (‘instroom’), tenminste 8.000 is. Aantal per jaar (2006) A
Indicatiebesluiten voor verblijf langdurig
B
Nieuwe cliënten met een indicatiebesluit voor verblijf langdurig (=67% van A)
C
Aantal cliënten met een indicatiebesluit voor verblijf langdurig, dat ook kiest om die zorg thuis te ontvangen (=8,4% van B)
146.397 98.086
8.239
Tabel 3. Jaarlijkse instroom
Wanneer wordt aangenomen dat de uitstroom gelijk is aan de instroom (tenminste 8.000) en per jaar zijn er tenminste 16.000 cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig die zorg thuis ontvangen, kan worden geconcludeerd dat deze mensen ongeveer twee jaar deze ‘status’ behouden.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 11 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
5. 5.1
Urenvergelijking Aanpak Voor de urenvergelijking (onderzoeksvragen 4a en 4b) is een vergelijking op individueel niveau toegepast, waarbij de indicatie die blijkt uit het AZR-bestand is vertaald naar een ZZP-indicatie met bijbehorende woonzorg (PV, VP, OB alg en AB alg). Op basis van de CAK-gegevens is duidelijk wat het werkelijk aantal geleverde zorguren voor de functies PV, VP en HV is. Hierbij is uitgegaan van de gemiddelde geleverde zorguren per week berekend op basis van een zorgleveringsperiode van vier weken. Het gemiddeld aantal geleverde zorguren voor OB alg en AB alg is geschat op basis van alle aanwezige meldingen aanvang zorg in het AZR-bestand van cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig die zorg zonder verblijf ontvangen. De betrouwbaarheid en de volledigheid van de ‘Melding aanvang zorg’ (MAZ-bericht) als een bericht waarin de daadwerkelijk geleverde functies en omvang worden vastgelegd, kan niet worden gegarandeerd. Een deel van de zorgaanbieders is namelijk nog niet in staat om deze berichten geautomatiseerd vanuit de eigen applicatie aan te maken. Bij de onderzoekers is dus bekend dat op 1 juni 2006 nog niet alle MAZ-gegevens in de AZR bekend waren. De in dit hoofdstuk berekende resultaten zijn een zo goed mogelijke benadering van de werkelijkheid. Voor nauwkeurigere resultaten is aanvullend veldonderzoek nodig. Een vergelijking met de normatieve uren van de ZZP’s heeft plaatsgevonden op basis van de bevindingen uit de pilots van het zorgzwaartebekostigingsproject. Deze zijn gerelateerd aan gegevens uit de AZR. De functiegerichte indicaties die in de AZR zijn opgenomen kunnen niet zonder meer worden vertaald naar ZZP’s. De functiegerichte indicaties voor cliënten met een verblijfsindicatie zijn over het algemeen hoger dan de ZZP-indicaties. De ZZP’s zijn ontwikkeld op basis van de doelmatigheid zoals bij de verblijfsinstellingen is waargenomen. Om de indicatiegegevens in de AZR te gebruiken is een vertaling gemaakt vanuit de omvang van de geïndiceerde functies naar de ZZP’s. Deze vertaling is als volgt gemaakt: tijdens de ZZP-pilot in het voorjaar van 2006 is voor circa 6.500 cliënten een ZZP gescoord door het CIZ. Van deze cliënten is naast het gescoorde ZZP ook de omvang van de rechtsgeldige functiegerichte indicatie beschikbaar. Op basis van deze gegevens is per grondslag en per ZZP geanalyseerd hoeveel uren zorg gemiddeld per ZZP is geïndiceerd. Aangezien de relatie tussen het gescoorde ZZP en de geïndiceerde uren niet altijd eenduidig is, is voor de betreffende ZZP’s de geëxtrapoleerde ZZPverdeling toegepast zoals naar voren is gekomen tijdens de pilot in het voorjaar van 2006.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 12 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
5.2
Resultaten In onderstaande tabel is de verdeling te zien over de ZZP’s voor de cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen. Voor een nadere verdeling van de overige ZZP’s wordt verwezen naar bijlage 1. %
cumulatief %
V&V-1
43,7%
43,7%
V&V-2
25,0%
68,8%
V&V-3
5,7%
74,4%
V&V-4
3,2%
77,6%
V&V-5
2,4%
80,0%
V&V-6
2,1%
82,0%
V&V-7
1,9%
83,9%
V&V-8
0,3%
84,2%
V&V-9
3,1%
87,3%
V&V-10
4,9%
92,2%
Overig
7,8%
100,0%
Zorgzwaartepakket
100,0% Tabel 4. Verdeling over ZZP’s van cliënten met zorg zonder verblijf en indicatie met verblijf
V&V-1 V&V-2 V&V-3 V&V-4 V&V-5 V&V-6 V&V-7 V&V-8 V&V-9 V&V-10 Overig
Figuur 1. Verdeling over ZZP’s van cliënten met zorg zonder verblijf en indicatie met verblijf
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 13 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
Uit bovenstaande tabel en figuur wordt duidelijk dat cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen met name cliënten zijn die zouden vallen onder een V&V-ZZP. Slecht 7,8% van de cliënten zou onder een andere zorgzwaartepakket dan een V&V-ZZP vallen. De eerste vier V&V-zorgzwaartepakketten omvatten meer dan driekwart van deze groep cliënten. In onderstaande tabel is te zien hoeveel zorguren gemiddeld per week worden geleverd aan cliënten met hetzelfde ZZP (onderzoeksvraag 4a): HV, PV, VP volgens het CAK-bestand en OBalg, ABalg volgens de in de AZR aanwezige MAZgegevens. In de tweede kolom zijn de uren woonzorg (PV, VP, OB alg en AB alg) weergegeven die bij het betreffende ZZP horen. Voor een vergelijking bij alle ZZP’s wordt verwezen naar bijlage 2. Uren woonzorg conform ZZP
Gemiddeld geleverde zorg
PV,VP, OBalg, ABalg
Totaal (PV,VP, OBalg, ABalg)
HV
PV
VP
OB alg
AB alg
V&V-1
4
4,4
2,7
2,5
0,7
1,1
0,03
V&V-2
6
7,6
2,8
4,8
1,6
1,1
0,03
V&V-3
9
9,9
3,0
6,8
2,3
0,9
0,03
V&V-4
10
10,2
2,6
5,1
1,6
3,4
0,05
V&V-5
16
13,4
3,1
7,8
2,2
3,4
0,05
V&V-6
16
13,1
2,6
9,1
3,1
0,9
0,03
V&V-7
19
16,7
2,5
11,7
2,6
2,3
0,04
V&V-8
24
17,3
2,9
14,4
2,0
0,9
0,03
V&V-9
16
12,1
2,7
8,3
2,7
1,1
0,03
V&V-10
27
19,6
2,9
13,6
4,4
1,6
0,04
ZZP
Tabel 5. Gemiddelde geleverde uren per V&V-ZZP
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen en die onder de eerste vier V&VZZP’s zouden vallen (meer dan driekwart van deze totale groep cliënten) gemiddeld meer zorg ontvangen dan het ZZP aan uren woonzorg omvat. Bij de cliënten die onder de andere V&V-ZZP’s zouden vallen is het omgekeerde het geval.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 14 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
In onderstaande staafdiagram is te zien hoe de verdeling is van de zorguren (PV, VP, OB-alg, AB-alg) die per week worden geleverd aan cliënten met hetzelfde V&V-ZZP. In bijlage 3 (exclusief HV) en 4 (inclusief HV) is dit in tabelvorm weergegeven.
< 5 uur (AZR/C AK)
70%
60% 5-10 uur (AZR/C AK)
10-15 uur (AZR/C AK)
50%
40%
30% 15-20 uur (AZR/C AK)
> 20 uur (AZR/C AK)
20%
10%
0% V&V-1 (ZZP: 4u)
V&V-2 (ZZP: 6u)
V&V-3 (ZZP: 9u)
V&V-4 (ZZP: 10u)
V&V-5 (ZZP: 16u)
V&V-6 (ZZP: 16u)
V&V-7 (ZZP: 19u)
V&V-8 (ZZP: 24u)
V&V-9 (ZZP: 16u)
V&V-10 (ZZP: 27u)
Figuur 2. Verdeling geleverde uren per V&V-ZZP
Hoewel uit tabel 5 blijkt dat de cliënten die onder de eerste vier V&V-ZZP’s zouden vallen gemiddeld meer zorg ontvangen dan het ZZP aan uren woonzorg omvat, blijkt uit bovenstaande figuur dat daarnaast ook veel cliënten minder zorg ontvangen dan het ZZP aan uren woonzorg omvat. De spreiding van de geleverde zorguren van cliënten die onder hetzelfde ZZP zouden vallen is groot. In onderstaande tabel wordt weergegeven het geleverde aantal uren HV per week aan de cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen (onderzoeksvraag 4a). Klasse
Uren HV per week
%
-
0
38,0%
Klasse 1
0-2
15,2%
Klasse 2
2-4
51,8%
Klasse 3
4-7
27,2%
Klasse 4
7-10
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
4,5%
P agi n a 15 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
Klasse
Uren HV per week
Klasse 5
10-13
1,1%
Klasse 6
13-16
0,2%
-
> 16
0,1%
%
100,0% Tabel 6. Verdeling geleverde uren HV
Opvallend is dat slechts 62% van de cliënten met een indicatie voor verblijf langdurig, die zorg zonder verblijf ontvangen, HV krijgen geleverd. Wanneer zij zouden zijn opgenomen in verblijf, zouden zij namelijk allemaal HV ontvangen aangezien de HV dan als onderdeel van het verblijf wordt geleverd.
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 16 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
6. Kostenvergelijking 6.1
Aanpak De gegevens over het gebruik van de extramurale zorg, die onderdeel worden van verblijfszorg thuis zijn zo goed mogelijk op individueel niveau ingeschat op basis van AZR- en CAK-gegevens. Bij de geleverde zorg wordt uitgegaan van de extramurale tarieven (basistarief + module beschikbaarheid) van 2007 en voor HV is uitgegaan van de trendmatig aangepaste tarieven 2006 en er is rekening gehouden met de verhouding tussen alphahulp (15%) en huishoudelijke verzorging (85%) zoals die blijkt uit de productieafspraken 2006 (bron: NZa). Vervolgens is een vergelijking gemaakt met de situatie waarin de verblijfsgeïndiceerden verblijfszorg thuis krijgen met een ZZP en bijbehorend tarief. De NZa heeft in een brief van 12 december 2006 laten weten dat ZZP-prijzen niet voor 1 april 2007 beschikbaar zijn. De NZa heeft in februari 2007 een verkenning uitgevoerd voor een alternatieve berekening van tarieven voor verblijfszorg thuis. Uitgangspunt bij deze berekening is dat de financiering plaatsvindt op basis van de beleidsregel extramurale zorg. Omdat op moment van schrijven per 1 april 2007 sprake zou zijn van indicatiestelling voor verblijfscliënten in termen van ZZP’s, is in deze verkenning door de NZa gebruik gemaakt van de landelijke vertaaltabel waarmee de indicaties zijn omgezet in functies en klassen. In de tarieven voor verblijfszorg thuis zijn niet de tarieven voor behandeling en dagbesteding (OB-dag en AB-dag) meegenomen. Wel is een tarief opgenomen voor een dienstenpakket bestaande uit huishoudelijke verzorging en maaltijden (€ 4.819,90).
6.2
Resultaten In onderstaande tabel is tabel 5 uit deze rapportage als uitgangspunt genomen voor het berekenen van de tarieven.
Tarieven per ZZP per jaar (excl. behandeling en dagbesteding)
Kosten totaal voor gem. geleverde zorg (HV, PV, VP, OB-alg, AB-alg) per jaar
Kosten totaal voor gem. geleverde zorg (PV, VP, OB-alg, ABalg) per jaar
V&V-1
€ 15.719
€ 14.529
€ 11.247
V&V-2
€ 20.883
€ 23.287
€ 19.884
V&V-3
€ 33.248
€ 29.991
€ 26.346
V&V-4
€ 37.265
€ 29.554
€ 26.394
V&V-5
€ 49.246
€ 38.632
€ 34.865
V&V-6
€ 48.763
€ 37.719
€ 34.560
V&V-7
€ 60.842
€ 45.675
€ 42.637
V&V-8
€ 75.615
€ 46.680
€ 43.156
ZZP
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 17 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
Tarieven per ZZP per jaar (excl. behandeling en dagbesteding)
Kosten totaal voor gem. geleverde zorg (HV, PV, VP, OB-alg, AB-alg) per jaar
Kosten totaal voor gem. geleverde zorg (PV, VP, OB-alg, ABalg) per jaar
V&V-9
€ 54.152
€ 35.110
€ 31.828
V&V-10
€ 79.071
€ 54.990
€ 51.466
ZZP
Tabel 7. Tarieven per V&V-ZZP en kosten voor gemiddelde geleverde zorg per jaar
Uit bovenstaande tabel wordt duidelijk dat wanneer cliënten die in aanmerking komen voor verblijfszorg thuis worden bekostigd volgens de voorlopige ZZPtarieven deze kosten hoger zijn dan de kosten voor de gemiddelde geleverde zorg op basis van de extramurale tarieven (onderzoeksvraag 5a). In bijlage 5 is tabel 7 weergegeven maar dan met de indicatieve prijzen zoals de Nza die op 13 juni 2007 heeft gepubliceerd3. De kosten van alleen de huishoudelijke verzorging zijn weergegeven in tabel 8 (onderzoeksvraag 5b). De gemiddelde geleverde uren HV per week zijn gebaseerd op het CAK-bestand.
ZZP
Verdeling cliënten over ZZP’s
Gem. geleverde uren HV per week
Kosten gem. geleverde uren HV per week
V&V-1
43,74%
2,7
€ 63,10
V&V-2
25,04%
2,8
€ 66,59
V&V-3
5,66%
3,0
€ 69,59
V&V-4
3,19%
2,6
€ 60,17
V&V-5
2,35%
3,1
€ 72,64
V&V-6
2,06%
2,6
€ 60,53
V&V-7
1,86%
2,5
€ 58,95
V&V-8
0,32%
2,9
€ 67,09
V&V-9
3,10%
2,7
€ 63,54
V&V-10
4,92%
2,9
€ 66,61
GGZ-1
1,30%
1,8
€ 41,57
GGZ-2
0,36%
1,7
€ 40,45
GGZ-3
0,22%
1,0
€ 24,15
GGZ-4
0,27%
1,8
€ 42,66
GGZ-5
0,20%
1,4
€ 33,83
GGZ-6
0,28%
1,7
€ 39,74
GGZ-7
0,16%
1,1
€ 26,21
3
Nza, Care 07-13, 13 juni 2007
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 18 va n 28
Analyse databestanden ten behoeve van ‘verblijfszorg thuis’
ZZP
Verdeling cliënten over ZZP’s
Gem. geleverde uren HV per week
Kosten gem. geleverde uren HV per week
VG-1
0,30%
0,9
€ 21,96
VG-2
0,29%
1,4
€ 32,91
VG-3
0,58%
1,2
€ 27,52
VG-4
0,81%
0,5
€ 11,68
VG-5
0,57%
0,4
€ 9,43
VG-6
0,52%
1,3
€ 29,33
VG-7
0,53%
0,3
€ 6,99
LG-1
0,12%
2,5
€ 59,59
LG-2
0,15%
1,7
€ 39,80
LG-3
0,13%
1,0
€ 23,37
LG-4
0,06%
1,9
€ 44,95
LG-5
0,05%
0,0
€ 0,00
LG-6
0,08%
2,9
€ 67,92
LG-7
0,22%
1,6
€ 37,98
ZGaud-1
0,28%
3,1
€ 72,43
ZGaud-2
0,08%
2,1
€ 48,31
ZGaud-3
0,06%
4,0
€ 93,24
ZGvis-1
0,04%
3,8
€ 87,64
ZGvis-2
0,06%
4,2
€ 97,38
ZGvis-3
0,04%
1,7
€ 39,44
ZGvis-4
0,03%
0,0
€ 0,00
ZGvis-5
0,01%
0,0
€ 0,00
100,00%
2,7
€ 62,09
Totaal
Tabel 8. Kosten voor gemiddelde geleverde zorg HV per week per ZZP
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agi n a 19 va n 28
Bijlage 1.
Verdeling van cliënten met zorg zonder verblijf en een indicatie met verblijf over ZZP’s
%
cumulatief %
92,23%
92,23%
GGZ-1
1,30%
93,54%
GGZ-2
0,36%
93,89%
GGZ-3
0,22%
94,11%
GGZ-4
0,27%
94,38%
GGZ-5
0,20%
94,58%
GGZ-6
0,28%
94,86%
GGZ-7
0,16%
95,02%
VG-1
0,30%
95,32%
VG-2
0,29%
95,61%
VG-3
0,58%
96,19%
VG-4
0,81%
97,00%
VG-5
0,57%
97,57%
VG-6
0,52%
98,09%
VG-7
0,53%
98,61%
LG-1
0,12%
98,73%
LG-2
0,15%
98,88%
LG-3
0,13%
99,01%
LG-4
0,06%
99,07%
LG-5
0,05%
99,12%
LG-6
0,08%
99,19%
LG-7
0,22%
99,41%
ZGaud-1
0,28%
99,69%
ZGaud-2
0,08%
99,77%
ZGaud-3
0,06%
99,83%
ZGvis-1
0,04%
99,87%
ZGvis-2
0,06%
99,92%
ZGvis-3
0,04%
99,96%
ZGvis-4
0,03%
99,99%
ZGvis-5
0,01%
100,00%
Zorgzwaartepakket V&V-1 t/m 10
100,00%
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 20 va n 28
Bijlage 1.
Verdeling van cliënten met zorg zonder verblijf en een indicatie met verblijf over ZZP’s
0,04% 0,06% 0,04%
0,03%
0,06% 0,08%
0,01%
0,28% 0,08%
1,30%
0,22%
0,05% 0,06% 0,13% 0,15% 0,12% 0,36%
0,53% 0,22%
0,27%
0,52%
0,20%
0,28%
0,16%
0,57%
0,30% 0,29% 0,81%
GGZ-1 VG-2 LG-3 ZGvis-1
GGZ-2 VG-3 LG-4 ZGvis-2
GGZ-3 VG-4 LG-5 ZGvis-3
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
0,58%
GGZ-4 VG-5 LG-6 ZGvis-4
GGZ-5 VG-6 LG-7 ZGvis-5
GGZ-6 VG-7 ZGaud-1
GGZ-7 LG-1 ZGaud-2
VG-1 LG-2 ZGaud-3
P agina 21 va n 28
Bijlage 2.
Vergelijking woonzorg en gemiddelde geleverde zorg bij alle ZZP’s
Uren woonzorg conform ZZP
ZZP
PV,VP, OBalg, ABalg
Gemiddeld geleverde zorg
Totaal (PV,VP, OBalg, ABalg)
HV
PV
VP
OB alg
AB alg
V&V-1
4
4,4
2,7
2,5
0,7
1,1
0,03
V&V-2
6
7,6
2,8
4,8
1,6
1,1
0,03
V&V-3
9
9,9
3,0
6,8
2,3
0,9
0,03
V&V-4
10
10,2
2,6
5,1
1,6
3,4
0,05
V&V-5
16
13,4
3,1
7,8
2,2
3,4
0,05
V&V-6
16
13,1
2,6
9,1
3,1
0,9
0,03
V&V-7
19
16,7
2,5
11,7
2,6
2,3
0,04
V&V-8
24
17,3
2,9
14,4
2,0
0,9
0,03
V&V-9
16
12,1
2,7
8,3
2,7
1,1
0,03
V&V-10
27
19,6
2,9
13,6
4,4
1,6
0,04
GGZ-1
6
4,1
1,8
1,1
0,6
2,1
0,21
GGZ-2
11
6,0
1,7
2,7
1,0
2,1
0,21
GGZ-3
13
5,3
1,0
2,0
1,0
2,1
0,21
GGZ-4
13
4,8
1,8
1,5
1,0
2,1
0,21
GGZ-5
16
16,6
1,4
12,1
2,2
2,1
0,21
GGZ-6
21
7,3
1,7
3,2
1,8
2,1
0,21
GGZ-7
31
11,4
1,1
3,7
5,4
2,1
0,21
VG-1
7
4,0
0,9
0,8
0,7
2,2
0,21
VG-2
10
3,6
1,4
0,7
0,6
2,2
0,21
VG-3
13
4,0
1,2
1,0
0,7
2,2
0,21
VG-4
15
6,3
0,5
2,5
1,4
2,2
0,21
VG-5
20
6,7
0,4
2,8
1,5
2,2
0,21
VG-6
17
5,0
1,3
1,8
0,8
2,2
0,21
VG-7
23
10,9
0,3
6,0
2,5
2,2
0,21
LG-1
12
8,0
2,5
1,7
4,6
1,5
0,10
LG-2
17
4,5
1,7
2,1
0,8
1,5
0,10
LG-3
15
6,2
1,0
2,3
2,2
1,5
0,10
LG-4
18
12,1
1,9
9,9
0,6
1,5
0,10
LG-5
21
3,8
0,0
0,0
2,1
1,5
0,10
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 22 va n 28
Bijlage 2.
Vergelijking woonzorg en gemiddelde geleverde zorg bij alle ZZP’s
Uren woonzorg conform ZZP
ZZP
PV,VP, OBalg, ABalg
Gemiddeld geleverde zorg
Totaal (PV,VP, OBalg, ABalg)
HV
PV
VP
OB alg
AB alg
LG-6
23
8,8
2,9
4,9
2,2
1,5
0,10
LG-7
27
13,2
1,6
6,4
5,1
1,5
0,10
ZGaud-1
15
3,0
3,1
0,6
0,9
0,8
0,75
ZGaud-2
36
11,2
2,1
6,5
3,1
0,8
0,77
ZGaud-3
43
6,9
4,0
4,0
1,4
0,8
0,77
ZGvis-1
8
2,1
3,8
0,6
0,0
0,8
0,77
ZGvis-2
15
2,6
4,2
0,8
0,2
0,8
0,77
ZGvis-3
19
14,1
1,7
9,2
3,4
0,8
0,77
ZGvis-4
26
18,2
0,0
12,8
3,9
0,8
0,77
ZGvis-5
30
2,4
0,0
0,1
0,7
0,8
0,77
7,5
2,7
4,6
1,5
1,3
0,05
Totaal
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 23 va n 28
Bijlage 3.
Verdeling geleverde uren exclusief HV per ZZP
In onderstaande tabel is te zien hoe de verdeling is van de zorguren (PV, VP, OB-alg, AB-alg) die per week worden geleverd aan cliënten met hetzelfde ZZP. In de tweede kolom zijn de uren woonzorg (PV, VP, OB alg en AB alg) weergegeven die bij het betreffende ZZP horen. In bijlage 4 is dezelfde tabel weergegeven, maar dan met de geleverde zorg inclusief HV.
Geleverde zorg (PV, VP, OB-alg, AB-alg)
ZZP
uren woonzorg
< 5 uur
5-10 uur
10-15 uur
15-20 uur
> 20 uur
V&V-1
4
66%
28%
5%
1%
1%
V&V-2
6
33%
41%
18%
5%
3%
V&V-3
9
25%
30%
23%
15%
8%
V&V-4
10
15%
39%
31%
11%
3%
V&V-5
16
11%
29%
29%
18%
13%
V&V-6
16
26%
24%
13%
12%
25%
V&V-7
19
15%
25%
16%
14%
31%
V&V-8
24
29%
21%
6%
12%
32%
V&V-9
16
27%
22%
21%
15%
16%
V&V-10
27
21%
14%
12%
13%
40%
GGZ-1
6
73%
24%
1%
1%
1%
GGZ-2
11
42%
47%
8%
0%
3%
GGZ-3
13
48%
35%
17%
0%
0%
GGZ-4
13
52%
45%
0%
3%
0%
GGZ-5
16
14%
38%
33%
10%
5%
GGZ-6
21
23%
57%
13%
3%
3%
GGZ-7
31
24%
47%
12%
6%
12%
VG-1
7
81%
16%
3%
0%
0%
VG-2
10
84%
16%
0%
0%
0%
VG-3
13
69%
27%
3%
0%
0%
VG-4
15
45%
36%
16%
1%
1%
VG-5
20
25%
61%
13%
2%
0%
VG-6
17
47%
47%
5%
0%
0%
VG-7
23
18%
38%
11%
20%
14%
LG-1
12
85%
8%
0%
0%
8%
LG-2
17
63%
31%
0%
6%
0%
LG-3
15
29%
50%
21%
0%
0%
LG-4
18
33%
0%
33%
0%
33%
LG-5
21
80%
0%
20%
0%
0%
LG-6
23
50%
13%
13%
13%
13%
LG-7
27
26%
17%
22%
9%
26%
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 24 va n 28
Bijlage 3.
Verdeling geleverde uren exclusief HV per ZZP
Geleverde zorg (PV, VP, OB-alg, AB-alg)
ZZP
uren woonzorg
< 5 uur
5-10 uur
10-15 uur
15-20 uur
> 20 uur
ZGaud-1
15
83%
13%
3%
0%
0%
ZGaud-2
36
11%
44%
22%
0%
22%
ZGaud-3
43
50%
33%
0%
0%
17%
ZGvis-1
8
100%
0%
0%
0%
0%
ZGvis-2
15
83%
17%
0%
0%
0%
ZGvis-3
19
0%
50%
0%
0%
50%
ZGvis-4
26
0%
33%
0%
0%
67%
ZGvis-5
30
100%
0%
0%
0%
0%
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 25 va n 28
Bijlage 4.
Verdeling geleverde uren inclusief HV per ZZP
Geleverde zorg (HV, PV, VP, OB-alg, AB-alg)
ZZP
uren woonzorg
< 5 uur
5-10 uur
10-15 uur
15-20 uur
> 20 uur
V&V-1
4
36%
43%
15%
4%
2%
V&V-2
6
19%
34%
28%
13%
7%
V&V-3
9
15%
26%
22%
18%
19%
V&V-4
10
6%
33%
29%
21%
11%
V&V-5
16
3%
24%
26%
22%
25%
V&V-6
16
19%
22%
13%
14%
32%
V&V-7
19
8%
22%
13%
19%
38%
V&V-8
24
21%
15%
12%
15%
38%
V&V-9
16
17%
23%
19%
15%
26%
V&V-10
27
14%
17%
12%
11%
47%
GGZ-1
6
33%
59%
6%
1%
1%
GGZ-2
11
32%
39%
24%
3%
3%
GGZ-3
13
35%
43%
22%
0%
0%
GGZ-4
13
28%
59%
10%
3%
0%
GGZ-5
16
10%
33%
33%
14%
10%
GGZ-6
21
20%
40%
23%
13%
3%
GGZ-7
31
24%
41%
12%
12%
12%
VG-1
7
59%
34%
6%
0%
0%
VG-2
10
52%
42%
6%
0%
0%
VG-3
13
45%
50%
3%
2%
0%
VG-4
15
36%
41%
20%
2%
1%
VG-5
20
21%
61%
11%
7%
0%
VG-6
17
33%
53%
13%
2%
0%
VG-7
23
16%
38%
13%
16%
18%
LG-1
12
38%
54%
0%
0%
8%
LG-2
17
44%
50%
0%
0%
6%
LG-3
15
14%
57%
29%
0%
0%
LG-4
18
33%
0%
17%
17%
33%
LG-5
21
80%
0%
20%
0%
0%
LG-6
23
50%
13%
13%
0%
25%
LG-7
27
26%
17%
13%
17%
26%
ZGaud-1
15
37%
47%
17%
0%
0%
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 26 va n 28
Bijlage 4.
Verdeling geleverde uren inclusief HV per ZZP
Geleverde zorg (HV, PV, VP, OB-alg, AB-alg)
ZZP
uren woonzorg
< 5 uur
5-10 uur
10-15 uur
15-20 uur
> 20 uur
ZGaud-2
36
11%
0%
67%
0%
22%
ZGaud-3
43
33%
33%
17%
0%
17%
ZGvis-1
8
25%
75%
0%
0%
0%
ZGvis-2
15
33%
33%
33%
0%
0%
ZGvis-3
19
0%
25%
25%
0%
50%
ZGvis-4
26
0%
33%
0%
0%
67%
ZGvis-5
30
100%
0%
0%
0%
0%
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 27 va n 28
Bijlage 5.
Kostenvergelijking met prijzen d.d. 13 juni 2007
In onderstaande tabel is uitgegaan van tabel 7 maar dan met de indicatieve prijzen zoals de Nza die op 13 juni 2007 heeft gepubliceerd (die zijn exclusief kapitaallasten en inclusief hotelmatige kosten). In de prijzen per ZZP zijn niet de prijzen voor behandeling en dagbesteding meegenomen.
Tarieven per ZZP per jaar (excl. behandeling en dagbesteding)
Kosten totaal voor gem. geleverde zorg (HV, PV, VP, OB-alg, AB-alg) per jaar
Kosten totaal voor gem. geleverde zorg (PV, VP, OB-alg, ABalg) per jaar
V&V-1
€ 18.469
€ 14.529
€ 11.247
V&V-2
€ 22.834
€ 23.287
€ 19.884
V&V-3
€ 28.006
€ 29.991
€ 26.346
V&V-4
€ 29.711
€ 29.554
€ 26.394
V&V-5
€ 40.610
€ 38.632
€ 34.865
V&V-6
€ 42.092
€ 37.719
€ 34.560
V&V-7
€ 47.468
€ 45.675
€ 42.637
V&V-8
€ 57.152
€ 46.680
€ 43.156
V&V-9
€ 40.730
€ 35.110
€ 31.828
V&V-10
€ 63.046
€ 54.990
€ 51.466
ZZP
Uit bovenstaande tabel wordt duidelijk dat wanneer cliënten die in aanmerking komen voor verblijfszorg thuis worden bekostigd volgens de indicatieve ZZP-prijzen deze kosten hoger zijn dan de kosten voor de gemiddelde geleverde zorg op basis van de extramurale tarieven (exclusief HV).
NV/07/ 1673/afp, © HHM 2007
P agina 28 va n 28