Artikelen
Mw. M.J.G. Elling FFP1
Afstempelen van pensioen in eigen beheer. De oplossing? 31
2.
De laatste jaren komt het steeds vaker voor dat een BV niet voldoende vermogen heeft om de pensioenverplichting na te komen. De pensioengerechtigde directeur grootaandeelhouder (dga) ziet zich dan geconfronteerd met een lager oudedagsinkomen en mogelijk een belastingheffing in verband met prijsgeven of afkoop. Sinds 18 maart 2013 het besluit ‘Prijsgeven van pensioenrechten door directeur-grootaandeelhouder in verband met onderdekking’ (hierna Besluit afstempelen)2 werd gepubliceerd, zijn echter alle problemen opgelost. Of toch niet?
1.
Heeft de BV tijdens de opbouwfase van het pensioen (dus vóór de pensioendatum) te weinig vermogen om het pensioen uit te kunnen keren en is er dus sprake van onderdekking, dan kan men zich afvragen of dit een probleem is. De BV voelt het tekort niet, omdat de BV nog niet hoeft uit te keren. Er is sprake van een tekort op papier. Bij de bepaling van de ruimte voor een dividenduitkering speelt het tekort wel een belangrijke rol. In de diverse publicaties van (medewerkers van) de Belastingdienst is heel duidelijk gemaakt dat een dividenduitkering kan leiden tot het afkopen of prijsgeven van pensioenaanspraken met alle fiscale sancties van dien.4 Dit standpunt is overigens nog niet uitgeprocedeerd.
Inleiding
In dit artikel behandel ik na deze inleiding eerst hoe in de praktijk tot 18 maart jl. met een vermogenstekort werd omgegaan. Vervolgens komt het Besluit afstempelen aan de orde met de praktische uitwerking hiervan. Ik eindig dit artikel met een antwoord op de vraag voor wie dit besluit werkelijk een oplossing biedt. Voor zover de pensioentoezegging aan de dga in eigen beheer wordt uitgevoerd, dient er ook daadwerkelijk vermogen in de BV te worden gevormd. Er zijn mijns inziens drie belangrijke redenen die er voor zorgen dat dit niet altijd goed gaat. De eerste is het verschil tussen de fiscale en de commerciële waarde,3 waardoor de dga zich niet voldoende heeft gerealiseerd dat er meer geld nodig is dan er fiscaal op de balans staat. De tweede oorzaak is het doen van opnames uit de BV, onder het mom van er is geld, laten we er maar lekker van leven, terwijl men zich niet realiseert dat de BV een verplichting heeft. Maar de derde reden is gelegen bij de grote groep waarbij het echt heeft tegengezeten. Er zijn reële beleggings- en/of ondernemingsverliezen geleden, waardoor het pensioen in het ondernemingsrisico is meegetrokken. Het Besluit afstempelen biedt uitsluitend een mogelijke oplossing voor de BV die in de derde situatie is terecht gekomen.
1
Onvoldoende vermogen in de BV
Mw. M.J.G. Elling FFP is als financieel planner/pensioenadviseur werkzaam bij Auxilium Adviesgroep te Leusden. Dit artikel is geschreven op
Daarnaast wordt ook steeds duidelijker dat door de Belastingdienst (ook in de opbouwfase) wordt meegekeken naar de wijze waarop het voor pensioen bedoelde vermogen van de BV wordt belegd. Zeker als de BV een vordering heeft op de dga(rekening-courant, maar ook bijvoorbeeld de eigenwoninglening). De Belastingdienst lijkt steeds meer het standpunt in te nemen dat het pensioen tot voorwerp van zekerheid is geworden, als de lening aan de dga niet onder zakelijke voorwaarden tot stand is gekomen. Zijn er niet voldoende zekerheden bedongen (bijv. hypotheekrecht) of wordt de betaling van aflossing en rente op de lening verrekend met de pensioenuitkering, dan is het pensioen wellicht voorwerp tot zekerheid geworden (fiscale sancties!). Op het moment dat het pensioen tot uitkering moet komen, is het tekort in de BV tastbaar. Zodra het punt in zicht komt dat het pensioen niet meer kan worden uitgekeerd of de loonheffing niet kan worden afgedragen, staat de BV voor het blok. Het verlagen van de uitkering is het afzien (prijsgeven) van een deel van het pensioen, wat leidt tot de fiscale sancties over de gehele pensioenaanspraak. Maar ook het niet toepassen van indexatie van het pensioen, waar dit wel in de pensioenbrief is vastgelegd, wordt gezien als afzien van pensioen. 2.1
Wat zijn de mogelijkheden bij te weinig vermogen in de BV? Op vragen aan de Belastingdienst de pensioenuitkeringen te mogen verlagen bij een tekort in de BV werd negatief gereageerd. Er moet worden doorgegaan met uitkeren totdat de pot leeg is. Pas op dat moment kan het verzoek worden
persoonlijke titel. 2
Besluit ‘Prijsgeven van pensioenrechten door directeur-grootaandeelhouder in verband met onderdekking’ d.d. 18 maart 2013, nr. BLKB 2013/27M; met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013.
3
De fiscale voorziening wordt berekend met fictieve uitgangspunten zoals een rekenrente van 4% en zonder rekening te houden met indexa-
4
Art. 19b lid 1 Wet LB 1964 en art. 30i AWR: Commerciële waarde valt in
tie van de uitkeringen. Bij de huidige lage rentestand is de commerciële
progressieve heffing LB/IB vermeerderd met 20% revisierente (tegenbe-
waarde vaak twee tot drie keer zo hoog dan de fiscale waarde.
wijs onder voorwaarden mogelijk).
Vp-bulletin
PPMG_T2_Vp-bulletin
Afl. 7/8 - juli/augustus 2013
3
Pag. 0001
Artikelen
afstempelen van pensioen in eigen beheer. de oplossing?
ingediend de aanspraken niet voor verwezenlijking vatbaar te verklaren.5 In februari 2010 beantwoordde de Staatssecretaris van Financiën Kamervragen over de mogelijkheid tot verlaging van in eigen beheer opgebouwd pensioen. Door de vragenstellers werd de link gelegd naar gepensioneerden die een lager pensioen ontvangen van een pensioenfonds dat onder toezicht van de Nederlandse Bank staat. Het antwoord van de staatssecretaris was (samengevat): de dga heeft, in tegenstelling tot de werknemer die pensioen opbouwt bij een pensioenfonds, zelf invloed op het beleggingsbeleid van de pensioenuitvoerder. Daarom kan het zo zijn dat een pensioenfonds de opgebouwde pensioenen verlaagt (afstempelt), terwijl de BV die een pensioenverplichting aan een dga heeft deze keuze niet kan maken. Voor het aan de dga toegezegde en in eigen beheer uitgevoerde pensioen bleef dus de bestaande wettelijke mogelijkheid6 over: de BV toont aan dat er sprake is van niet voor verwezenlijking vatbare aanspraken. Een niet voor verwezenlijking vatbare aanspraak kan worden prijsgegeven zonder dat daar fiscale sancties op staan. Alleen als er dwingende maatschappelijke redenen zijn kan er sprake zijn van niet voor verwezenlijking vatbare aanspraken. Dwingende maatschappelijke redenen zijn faillissement, surseance van betaling en schuldsanering. Alternatief voor de BV met te weinig vermogen kan nog wel zijn het afstorten van alle activa naar een verzekeringsmaatschappij, gevolgd door het liquideren van de BV. In deze gevallen is echter de schuld van de dga aan de BV vaak een probleem. Deze is niet altijd direct invorderbaar. En wat, als het geld in onroerend goed zit? Speelt dit alles niet en kunnen de activa worden afgestort, dan nog heeft de BV met onderdekking niet voldoende voor de aankoop van het volledige pensioen. De verzekeraar zal dus een lager pensioen uitkeren dan waar de dga recht op heeft. Het deel van de pensioenrechten dat niet kan worden verzekerd is dan niet voor verwezenlijking vatbaar en kan dus worden prijsgegeven. Vooraf overleg met de Belastingdienst is hier van belang.
3.
Toch afstempelen?
Antwoordde de Staatssecretaris van Financiën drie jaar geleden op Kamervragen dus nog dat het verlagen van in eigen beheer opgebouwd pensioen niet was toegestaan, tweeëneenhalf jaar later reageerde zijn opvolger op soortgelijke vragen dat er wel een mogelijkheid tot afstempelen zou komen. In zijn brief van 10 september 2012 gaf de staatssecretaris aan dat hij voornemens was in het Belastingplan 2013 een voorstel op te nemen voor vermindering van het pensioen. Per 1 januari 2013 is art. 19b Wet op de
5
In de nota naar aanleiding van het verslag bij het Belastingplan 2013 zijn de voorwaarden rond afstempelen in grote lijnen beschreven. In de praktijk bleek dat de Belastingdienst verzoeken tot afstempelen begin dit jaar niet in behandeling nam, omdat de minister de nadere voorwaarden nog niet bekend had gemaakt. Met het Besluit afstempelen van 18 maart jl. heeft de minister invulling gegeven aan de sinds 1 januari 2013 in de wet geboden mogelijkheid tot verlaging van in de BV opgebouwd pensioen zonder dat hier sancties worden toegepast. De nadere voorwaarden zijn nu bekend. Laten we eens kijken naar het Besluit. Aangewezen gevallen Afstempelen van pensioen is bedoeld voor die situaties waarin de vermogenspositie van het eigenbeheerlichaam door reële ondernemings- en/of beleggingsverliezen op de pensioeningangsdatum ontoereikend is om de pensioenverplichting na te komen. Een eenmalige mogelijkheid dus, op de pensioendatum. Maar niet voor de BV waarin het verschil tussen de fiscale en de commerciële waarde een rol speelt bij het ontstaan van de onderdekking. Tot en met 31 december 2015 wordt een eenmalige mogelijkheid geboden voor situaties waarin de pensioenuitkeringen op 1 januari 2013 al zijn ingegaan. Vanaf 2016 is afstempelen alleen nog mogelijk op de ingangsdatum van het pensioen. Voorwaarden Bij een verzoek tot afstempelen zonder fiscale sancties moet de Belastingdienst beoordelen of is voldaan aan alle van de volgende voorwaarden. 1.
Op de pensioeningangsdatum is sprake van een dekkingsgraad van 75% of minder. Dit percentage sluit aan bij het voorstel van de Commissie voor de verzoekschriften en de Burgerinitiatieven van de Tweede Kamer. In vergaderjaar 2003-2004 werd hier nog tegengestemd. 2.
De onderdekking moet zijn ontstaan door reële ondernemings- en/of beleggingsverliezen.
Zie ook mijn artikel ‘En als het vermogen in de pensioen-BV niet toereikend is?’, Vp-bulletin 2010/38.
6
loonbelasting 1964 uitgebreid met lid 9. Volgens deze nieuwe wettekst kan de minister bepalen dat in bepaalde gevallen op de ingangsdatum van het pensioen geen sprake is van belast prijsgeven. Overigens blijkt uit de plaats van dit nieuwe lid (9) dat dit uitsluitend is bedoeld voor pensioen en dus niet voor een in de BV gehouden stamrecht.7 Ook kan de mogelijkheid tot afstempelen niet worden gebruikt voor een lijfrente in de BV.
Art. 19b lid 1 onder c Wet LB 1964.
4
PPMG_T2_Vp-bulletin
7
In lid 8 staat dat alle voorgaande bepalingen (dus niet lid 9) ook van toepassing zijn voor een aanspraak op een ontslagstamrecht.
Afl. 7/8 - juli/augustus 2013
Vp-bulletin
Pag. 0002
Artikelen
afstempelen van pensioen in eigen beheer. de oplossing?
Volgens het Besluit is hiervan in ieder geval geen sprake indien de BV te lage premies/koopsommen heeft ontvangen die niet worden gecorrigeerd (zie hierna onder ‘beoordeling door de Belastingdienst’ bij de fiscale correcties). Ditzelfde geldt voor zowel formele als informele uitdelingen van winst en de terugbetaling van aandelenkapitaal. Ook de onvolwaardige of afgewaardeerde vordering op een pensioengerechtigde of een verbonden lichaam of persoon kan niet leiden tot een reëel ondernemings- en/of beleggingsverlies.
7.
3.
Beoordeling gegevens door belastingdienst Vanzelfsprekend beoordeelt de Belastingdienst zaken als de inhoud van de pensioenbrief en de hoogte van de op de pensioendatum opgebouwde aanspraken. Veel aandacht gaat echter uit naar de waardering van activa en passiva. De pensioenverplichtingen van de BV worden op de fiscale waarde meegenomen. Alle andere passiva (ook een eventuele lijfrente- en stamrechtverplichting) en de activa worden gewaardeerd tegen de werkelijke waarde. Voor onroerend goed wordt aangesloten bij de WOZ-waarde, tenzij aannemelijk kan worden gemaakt dat de werkelijke waarde lager is. Vorderingen op pensioengerechtigden en op verbonden lichamen en personen tellen mee voor het nominale bedrag.
De pensioenaanspraken worden verminderd met ten hoogste een bedrag dat nodig is om tot 100% dekkingsgraad te komen (dit wordt getoetst aan de fiscale pensioenvoorziening). Ook bij afstempelen moet worden gerekend met de fiscale waarde. Het Besluit biedt dus geen oplossing voor het verschil tussen de fiscale en de commerciële waarde van de pensioenverplichting in de BV. 4.
Het vrijgevallen deel van de verplichting behoort tot belastbare winst. De vrijval van een deel van de fiscale voorziening moet worden opgenomen in de aangifte vennootschapsbelasting (Vpb). Indien er verrekenbare verliezen zijn, is deze vrijvalwinst veelal niet zo’n probleem. En bij een BV in zwaar weer zal hier wellicht vaak sprake van zijn. Maar zijn de verliezen inmiddels verdampt, dan betekent dit afstempelen dat Vpb moet worden afgerekend. Het is de vraag of de BV die het pensioen niet volledig kan uitkeren wel liquiditeiten heeft om de Vpb-heffing te voldoen. 5.
Het vrijgevallen deel van de pensioenverplichting behoort tot de belaste winst en is geen informele kapitaalstorting of kwijtscheldingswinst en wordt niet gerekend tot de verkrijgingsprijs van het aanmerkelijk belang. Zonder deze bepaling zou de dga de Vpb-betaling op enig moment in de toekomst in bepaalde mate gecompenseerd kunnen krijgen door een verlaging van de aanmerkelijkbelangheffing. 6.
Alle samenhangende pensioenaanspraken, voor zover opgebouwd in eigen beheer, worden in gelijke mate verminderd. Hiermee wordt gedoeld op de gehele toezegging aan een dga. Niet alleen een verlaging van het ouderdomspensioen, maar dan ook van het partner- en wezenpensioen (als dat is toegezegd). Voor het gedeelte dat het pensioenen eventueel extern is ondergebracht (zoals bij een andere BV of bij een verzekeraar) blijft de aanspraak in stand. Indien bijvoorbeeld het gehele nabestaandenpensioen bij een verzekeringsmaatschappij is ondergebracht, dan heeft een dekkingstekort in de BV geen gevolgen voor de hoogte van het nabestaandenpensioen. Uit telefonische navraag bij de Belastingdienst bleek dat de aanspraak van de ex-partner die bij de echtscheiding is omgezet in een eigen aanspraak op pensioen (conversie) niet hoeft te worden meegenomen bij de verlaging.
Vp-bulletin
PPMG_T2_Vp-bulletin
Alle pensioengerechtigden, de werkgever, het bestuur van de BV en de aanmerkelijkbelanghouders verklaren zich schriftelijk akkoord. Onder pensioengerechtigden kan zich ook een ex-partner bevinden. Het is natuurlijk maar de vraag of de ex bereid is te tekenen voor verlaging. De ex-partner hoeft niet mee te tekenen, indien bij de echtscheiding conversie is uitgevoerd en dit geconverteerde pensioen in stand blijft.
Vervolgens moet de Belastingdienst bepalen of fiscale correcties dienen te worden toegepast. Dit zijn correcties op de waarde van de activa en de overige passiva van de BV in verband met uitdelingen van winst, terugbetalingen van aandelenkapitaal, onvolwaardige vorderingen en afwijkende pensioenpremies of -koopsommen. Zo worden de activa verhoogd, indien in de laatste zeven kalenderjaren voorafgaand aan het verzoek tot afstempelen formeel dividend is uitgekeerd. De verhoging van de activa is dan het in die jaren uitgekeerde dividend vermeerderd met een samengestelde interest van 4% dan wel het U‑rendement8 van de maand december van het jaar van uitkering.9 Ditzelfde geldt voor de terugbetaling van aandelenkapitaal in de afgelopen zeven kalenderjaren. In het geval van extern eigen beheer10 in een fiscale eenheid moet daarnaast worden berekend of de premies/koopsommen in de zeven kalenderjaren voorafgaand aan het verzoek tot afstempelen marktconform waren (gelijk aan de premies die een professionele verzekeraar zou hebben berekend). In het Besluit afstempelen is bij de bepalingen rond de fiscale correcties vermeld dat wordt verondersteld dat een uitbetaling van dividend en een terugbetaling van aandelenkapitaal niet heeft geleid tot afkoop van het pensioen. In de praktijk zal dit betekenen dat een BV waarin sprake is
8
Het U‑rendement wordt afgeleid van het gemiddelde effectieve rendement dat wordt behaald op alle door de Staat der Nederlanden uitgegeven en in de Officiële Prijscourant doorlopend genoteerde, guldens- en euro-obligatieleningen met een gemiddelde resterende looptijd tussen 2 en 10 jaar. Professionele verzekeraars gebruiken het U‑rendement.
9 10
De BV mag een keuze maken tussen de beide rentepercentages. Het pensioen wordt in een andere BV opgebouwd, dan de BV waarmee het dienstverband is.
Afl. 7/8 - juli/augustus 2013
5
Pag. 0003
Artikelen
afstempelen van pensioen in eigen beheer. de oplossing?
geweest van dividend en/of terugbetaling van aandelenkapitaal uitsluitend een verzoek zal indienen tot afstempelen, indien men er zeker van is dat niet kan worden betoogd dat sprake is van afkoop. Zou de belastingdienst daar namelijk wel een geslaagd beroep op doen, dan treden (alsnog) de fiscale sancties in werking. En dat risico zal de gemiddelde dga niet willen lopen. In de praktijk zien we de situatie dat de BV deel uitmaakt van een fiscale eenheid. Ook in dat geval worden uitsluitend de activa en passiva van de pensioenuitvoerder zelf beoordeeld. Er komt geen betekenis toe aan de omstandigheid dat er sprake is van een fiscale eenheid. Er vindt geen fiscale consolidatie plaats, zo wordt gesteld in het Besluit afstempelen. Praktijkvoorbeeld Aan de hand van voorbeelden maak ik duidelijk wat dit Besluit voor de praktijk betekent.
Balans na afstempelen (ervan uitgaande dat er te verrekenen verliezen zijn en dat dus geen vennootschapsbelasting hoeft te worden afgedragen over de vrijval): Liquiditeiten
450.000
Eigen vermogen Pensioenvoorziening
Totaal
450.000
0 450.000
450.000
Voorbeeld 2, ook andere verplichting in BV - geen stille reserves Stel dat de balans van de BV er op de pensioendatum van de dga als volgt uitziet: Balans vóór afstempelen: Pand
200.000
Eigen vermogen
-420.000
Voorbeeld 1, alleen pensioen in BV Stel dat de balans van de BV er op de pensioendatum van de dga als volgt uitziet:
Vordering op dga
50.000
Pensioenvoorziening
600.000
Liquiditeiten
30.000
Schuld bank
100.000
Balans vóór afstempelen:
Totaal
Liquiditeiten
Totaal
450.000
450.000
Eigen vermogen
-150.000
Pensioenvoorziening
600.000
450.000
De pensioenverplichting van de BV betreft een levenslang ouderdomspensioen aan de dga ter grootte van € 40.000. Na overlijden van de dga heeft de partner van de dga een aanspraak op een levenslang partnerpensioen van € 28.000 per jaar. Nu de dekkingsgraad 75% is (450.000/600.000 * 100%) kan afstempelen worden overwogen. Bij daadwerkelijke afstempeling mag het pensioen worden verminderd met ten hoogste het bedrag dat noodzakelijk is om de dekkingsgraad van de pensioenverplichting op 100% te stellen, zo staat in het Besluit. In dit geval kan het pensioen met maximaal 25% worden verlaagd. Na afstempeling bedraagt het uit te keren ouderdomspensioen € 30.000, de aanspraak op partnerpensioen € 21.000 en de fiscale voorziening van deze pensioenen € 450.000. Een vrijval in de winst van € 150.000. Vermindering van het pensioen conform het Besluit resulteert in een dekkingsgraad van 100%. Dat zien we in de Balans na afstempelen.
6
PPMG_T2_Vp-bulletin
280.000
280.000
De pensioenverplichting van de BV betreft een levenslang ouderdomspensioen aan de dga ter grootte van € 40.000. Na overlijden van de dga heeft de partner van de dga een aanspraak op een levenslang partnerpensioen van € 28.000 per jaar. Of de vordering op de dga al dan niet kan worden terugbetaald, is in deze niet van belang. In het Besluit staat dat het nominale bedrag moet worden aangehouden. Gaan we ervan uit dat de vermelde € 200.000 de WOZ-waarde van het pand is en dat dit aansluit bij de werkelijke waarde van het pand, dan is er sprake van een dekkingsgraad van 40% (280.000/700.000 * 100%). Nu de dekkingsgraad lager is dan 75% kan afstempelen worden overwogen. Het pensioen mag, zoals we bij voorbeeld 1 zagen, worden verminderd met ten hoogste het bedrag dat noodzakelijk is om de dekkingsgraad van de pensioenverplichting op 100% te stellen. In dit geval kan het pensioen met maximaal 60% worden verlaagd. Na afstempeling bedraagt het uit te keren ouderdomspensioen € 16.000, de aanspraak op partnerpensioen € 11.200 en de fiscale voorziening van deze pensioenen € 240.000. Een vrijval in de winst van € 360.000. Nu de BV nog andere verplichtingen naast het pensioen heeft, resulteert vermindering van het pensioen conform het Besluit nog steeds in een negatief eigen vermogen en dus een lagere dekkingsgraad dan 100%. Dat wordt duidelijk in de Balans na afstempelen.
Afl. 7/8 - juli/augustus 2013
Vp-bulletin
Pag. 0004
Artikelen
afstempelen van pensioen in eigen beheer. de oplossing?
Balans na afstempelen (ervan uitgaande dat er te verrekenen verliezen zijn en dat dus geen vennootschapsbelasting hoeft te worden afgedragen over de vrijval): Pand
200.000
Eigen vermogen
-60.000
Vordering op dga
50.000
Pensioenvoorziening
240.000
Liquiditeiten
30.000
Schuld bank
100.000
Totaal
280.000
280.000
Voorbeeld 3, ook andere verplichting in BV - wel stille reserves Is in de situatie van voorbeeld 2 de WOZ-waarde (en werkelijke waarde) van het pand € 300.000, dan is de dekkingsgraad 54,29% (380.000/700.000 * 100%). Ook nu is de dekkingsgraad lager dan 75%. Het pensioen mag worden verminderd met maximaal 45,71%. Na afstempeling bedraagt het uit te keren ouderdomspensioen € 21.716 en de aanspraak op partnerpensioen € 15.201. De fiscale voorziening van deze pensioenen is € 325.740 en de vrijval in de winst € 274.260. Voorbeeld 4, rangorde in passiva In het Besluit stelt de staatssecretaris dat rekening moet worden gehouden met de rangorde volgens het burgerlijk recht van de overige passiva ten opzichte van elkaar en ten opzichte van de pensioenverplichting. Wat betekent dit in dit kader? Stel, dat in de situatie van voorbeeld 2 voor de schuld op de balans (€ 100.000) hypothecaire zekerheid is bedongen. In dat geval heeft de schuld een hogere rangorde dan de pensioenverplichting. Zijn er geen stille reserves, dan is de dekkingsgraad 30% (180.000/600.000 * 100%). Vermindering van het pensioen kan met maximaal 70%.
4.
Wie kiest er voor afstempelen?
Om te kunnen bepalen voor wie afstempelen een mooi alternatief is voor het niet voor verwezenlijking vatbaar laten verklaren van het pensioen, dienen we eerst de verschillen tussen beide opties te bepalen. Het niet voor verwezenlijking vatbaar zijn van het pensioen: • er hoeft op de pensioendatum geen inzicht in de stand van zaken te worden gegeven; • er kan worden doorgegaan met uitkeren totdat de pot leeg is; • zodra het pensioen niet voor verwezenlijking vatbaar is, vervalt de aanspraak. Bij overlijden is er dan dus ook geen recht meer op een eventueel toegezegd partnerpensioen en geen imputatie op de vrijstelling voor de te betalen erfbelasting;11 • zodra de activa zijn verbruikt, kan de BV worden geliquideerd (na akkoord van de Belastingdienst!). 11
Art. 32 lid 2 SW 1956.
Vp-bulletin
PPMG_T2_Vp-bulletin
Het afstempelen van pensioen: • er dient een verzoek tot afstempelen te worden gedaan. Hierbij moeten veel gegevens (uit het verleden) worden aangeleverd; • de pensioenuitkering en daarmee het inkomen in Box 1 wordt verlaagd; • Na afstempeling van het pensioen is ook de aanspraak op partnerpensioen (als die is toegezegd) lager. Bij overlijden van de dga, betekent het lagere partnerpensioen een lagere imputatie op de vrijstelling voor de te betalen erfbelasting. Voor de daadwerkelijke inkomenspositie van de partner is het belang van afstempelen gering. De prijsgegeven aanspraak op partnerpensioen zou überhaupt niet te verwezenlijken zijn geweest; • als gevolg van de vermindering van het pensioen valt een deel van de fiscale voorziening vrij. Indien er verrekenbare verliezen zijn, dan kan door de vrijval van de pensioenvoorziening verliesverdamping wellicht worden voorkomen. Het afstempelen van pensioen leidt er toe dat een BV langer in stand moet worden gehouden. Het vermogen wordt (aldus het Besluit) beter gespreid over de verwachte uitkeringsduur. Zeker als de BV in zwaar weer verkeert, kan het echter wenselijk zijn de BV te liquideren en zo toekomstige kosten (zoals die voor de opmaak van de jaarstukken en de actuariële berekening van de pensioenvoorziening) te voorkomen. Anderzijds kan het verlagen van Box 1‑inkomen leiden tot een lagere belastingheffing (inkomstenbelasting). En zijn er wel verrekenbare verliezen, of moet daadwerkelijk Vpb worden afgedragen? Het Besluit lijkt (!) ruimte te bieden om één pensioenregeling (naar keuze) af te stempelen, ook indien er pensioenregelingen zijn voor meerdere (ex-)werknemers. Bijvoorbeeld in de situatie dat man en vrouw beiden aandeelhouder zijn en aan beiden pensioen is toegezegd. Stel dat het Box 1‑inkomen van de vrouw lager is dan dat van de man. Dan kan het gunstig zijn om alleen het pensioen van de man af te stempelen. Afstempelen is één van de mogelijkheden om fiscale sancties te voorkomen. De dga die een verzoek tot afstempelen wil indienen, zal bij zijn beslissing zeker in overweging nemen hoe de stukken van de BV kunnen worden beoordeeld. De Belastingdienst moet niet op basis van de aangeleverde stukken kunnen stellen dat dividenduitkeringen of terugbetalingen van aandelenkapitaal in het verleden al hebben geleid tot afkoop van het pensioen. Want in dat geval leidt een verzoek tot vermindering van het pensioen tot een fiscale heffing van maximaal 72% (52% inkomstenbelasting en 20% revisierente). Voor wie afstempelen van pensioen een goede mogelijkheid biedt, is dus van de subjectieve omstandigheden van de BV en de dga afhankelijk. En dan moet niet alleen de huidige situatie, maar ook die in de zeven kalenderjaren vooraf-
Afl. 7/8 - juli/augustus 2013
7
Pag. 0005
afstempelen van pensioen in eigen beheer. de oplossing?
Artikelen
gaand aan het verzoek tot afstempelen in ogenschouw worden genomen. Daarbij dienen ook de kosten van het adviestraject rond afstempelen te worden betrokken.
5.
Conclusie
De positieve houding van de staatssecretaris in september 2012 ten opzichte van afstempelen leek baanbrekend. Een mogelijkheid waar al eerder om was gevraagd, maar die tot dan toe steeds was afgewezen. Nu we echter de voorwaarden kennen waaronder afstempelen van dga-pensioen wordt toegestaan, zijn we minder opgetogen. Zo heeft het afstempelen in lang niet alle gevallen een dekkingsgraad van 100% tot gevolg. En het rekening houden met dividenduitkeringen tot zeven jaar terug zal een stevige horde zijn. Indien het verzoek tot afstempelen in 2013 of 2014 wordt gedaan, wordt de waarde van de activa onder andere gecorrigeerd met het in 2007 uitgekeerde dividend. In het jaar 2007 werd het tarief in Box 2 eenmalig verlaagd naar 22%, waardoor dga's juist werden aangespoord om dividend uit te keren. Een ander aspect is dat het Besluit geen oplossing biedt voor de situatie waarin er wel vermogen in de BV aanwezig is, maar dit vermogen niet liquide is. Het is bijvoorbeeld belegd in onroerend goed of in een eigenwoninglening aan de dga. Na indiening van het verzoek tot afstempelen geeft de Belastingdienst een niet voor bezwaar vatbare beschikking af. Het feit dat de Belastingdienst alle relevante gegevens op een presenteerblaadje krijgt aangereikt in combinatie met een niet voor bezwaar vatbare beschikking zal velen ervan weerhouden een verzoek in te dienen. Het Besluit afstempelen zal in de praktijk zeker een rol gaan spelen. Voor een klein aantal dga's is de verlaging van het pensioen een prima mogelijkheid in een moeilijke situatie. Het bij de aankondiging van de mogelijkheid tot verlaging van pensioenuitkeringen ontstane enthousiasme is echter inmiddels wel danig getemperd.
8
PPMG_T2_Vp-bulletin
Afl. 7/8 - juli/augustus 2013
Vp-bulletin
Pag. 0006