DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Dit artikel is een uitgebreide versie van het blog dat Sandra Klein Lenderink op haar website heeft gepubliceerd. Het artikel is geschreven naar de stand van haar wetenschap op 6 juli 2015.
Misschien eerst even beginnen met een nuancering van de titel. De vraag die de laatste jaren aan de orde van de dag is: heeft de DGA in eigen beheer wel een echt pensioen? Met andere woorden, staat tegenover de pensioenverplichting ook een post aan de actiefzijde van de balans om deze toezegging waar te maken? Voor veel DGA’s is dat de laatste jaren door verschillende oorzaken niet het geval. En natuurlijk zijn er DGA’s met voldoende activa die uitzicht hebben op het pensioen dat zij hebben opgebouwd in de B.V. Top! Toch geeft de titel wel aan waar het om gaat, want de plannen die staatssecretaris Wiebes van Financiën op 1 juli 2015 ontvouwde, maken een eind aan het opbouwen van pensioen in eigen beheer op basis van eindloon of middelloon. De DGA kan er voor kiezen zijn pensioen extern te verzekeren, zij het dat er op dit moment geen producten op de markt zijn die een gegarandeerd nominaal pensioen uitkeren. De DGA is aangewezen op een beschikbare premieregeling, al dan niet met garantie. De discussie die al langer speelt, is dat de pensioenvoorziening van de DGA wellicht aan het eind van zijn levenscyclus is gekomen. Pensioen voor de DGA is het laatste decennium complex geworden door de regels die de overheid zelf heeft bedacht. Op 1 juli 2015 heeft de staatssecretaris voor de 3e keer een brief naar de Kamer gestuurd met een oplossingsrichting voor de knelpunten van pensioen in eigen beheer. Eerder werden al proefballonnen opgelaten in december 2013 en juni 2014. Concreet is het allemaal nog niet, er zijn veel vragen die uitgewerkt moeten worden. En dan is een half jaar wel erg kort, al onderkent de staatssecretaris dat gelukkig wel. Zorgvuldigheid gaat boven snelheid.
Auteur: Sandra Klein Lenderink MFP CPC van
Vecht en Plassen Financiële Planning Breedstraat 18 3603 BB Maarssen Tel. 0346 566 770
Het voeren van pensioen in eigen beheer is al jaren een doorn in het oog van de belastingdienst. Op het Ministerie van Financiën wordt al jaren het hoofd gebogen over de toekomst van pensioen eigen beheer en op welke manier het wijzigen van het fiscale systeem mogelijk is. En om die complexiteit op te lossen wordt het opgebouwde stelsel nu (waarschijnlijk) ineens afgeschaft. In plaats van een écht pensioen komt nu een bancaire lijfrente in eigen beheer in de vorm van het oudedagssparen. Een fictief product met een leeftijdsafhankelijke staffel waarbij de pensioenpot wordt opgerent tegen de marktrente gekoppeld aan het u-rendement. Wie belegt er voor zijn oude dag nou in een fictief mandje kortlopende Nederlandse staatsleningen? Wellicht is hier sprake van ontmoedigingsbeleid, want de DGA met een goede beleggingsstrategie haalt veel meer uit zijn pensioengeld. In dit artikel bespreek ik de belangrijkste punten uit de brief van Wiebes. Ik plaats hier en daar kanttekeningen, want duidelijk is het allerminst. Er is nog veel uit te werken. Heb je vragen? Ik help je graag. Pagina 1
DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Pensioen eigen beheer: hoe werd het een molensteen? Wanneer je in loondienst bent bij je eigen B.V., heb je de mogelijkheid om pensioen op te bouwen bij deze B.V. We noemen dat eigen beheer. Eigen beheer biedt een aantal voordelen: je blijft baas over je eigen pensioen, de B.V. heeft een aftrekpost ter grootte van de pensioenpremie waardoor het betalen van belasting is uitgesteld en het pensioengeld blijft in de B.V. als beschikbaar ondernemingsvermogen. Net als bij de grote pensioenfondsen moet ook binnen de B.V. voldoende dekking aanwezig zijn om je pensioenaanspraken te garanderen. Je bent immers verplicht later het opgebouwde pensioen ook daadwerkelijk uit te keren. Met name door economische ontwikkelingen is pensioen in eigen beheer een molensteen om de nek van veel DGA’s. In het verleden was het toegezegde pensioen heel realistisch. Nu zijn de pensioenaanspraken duur door de lage marktrente. Deze rente veroorzaakt een groot verschil tussen de fiscale pensioenverplichting en de commerciële waarde (de werkelijke verplichting van de B.V.). Fiscaal wordt gerekend met 4% rente. De marktrente is eind 2014 slechts 1,27%, waardoor de werkelijke pensioenverplichting veel groter is dan de fiscale pensioenvoorziening die op de balans staat. Daarnaast zijn er nog een aantal andere factoren bepalend zijn voor het bovengenoemde verschil, maar die laat ik hier gemakshalve buiten beschouwing. Het verschil tussen de werkelijke pensioenverplichting en de fiscale voorziening wordt gefinancierd uit het eigen vermogen. Hierdoor wordt het uitkeren van dividend in veel gevallen onmogelijk en wordt tevens een rem zet op de verkoop van de onderneming. Pensioen is daardoor een molensteen om de nek van veel DGA’s. Tijd voor een oplossing ……… Oplossingsrichtingen: betekent dat nu duidelijkheid? Nee, helaas niet. Als DGA (en zijn of haar adviseur) weet je nog steeds niet waar je aan toe bent. Er ligt nog geen keuze in de vorm van een wetsvoorstel en er zijn nog veel losse eindjes in het verhaal van Wiebes. Wel geeft hij aan wat zijn voorkeur is: sparen voor de oude dag in eigen beheer in de vorm van een soort beschikbare premieregeling. En de ingangsdatum van 1 januari 2016? Die blijft vooralsnog staan, al is die wel onderdeel van het debat nu de staatssecretaris aangeeft dat zorgvuldigheid gaat boven snelheid. Twee oplossingsrichtingen: welke zijn dat? In bovengenoemde brief van de staatssecretaris worden twee oplossingsrichtingen uitgewerkt: De oudedagsbestemmingsreserve (OBR); Oudedagssparen in eigen beheer (een variant op de beschikbare premieregeling).
Pagina 2
DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Uitgangspunt van aanpassing van de fiscale regeling van pensioen in eigen beheer is dat aanpassing alleen zinvol is als de wet- en regelgeving alsmede de uitvoering eenvoudiger en begrijpelijker worden. Een ander uitgangspunt is dat de door de DGA ingelegde gelden beschikbaar blijven voor (financiering van) de B.V. Doelstellingen die alleen worden bereikt als voldoende DGA’s ook met bestaande pensioenrechten overstappen naar het nieuwe pensioensysteem. Ik zal beide varianten kort uiteenzetten. De komende maanden zal meer duidelijk worden en kun je één of meer aanvullende blogartikelen verwachten. Oudedagsbestemmingsreserve (OBR) De OBR is een faciliteit in de vennootschapsbelasting. Ik noem dit sparen via een fiscale reserve. Voor de DGA wordt belastingvrij vermogen gereserveerd voor een toekomstige oudedagsvoorziening. In de opbouwfase is geen sprake van een juridisch afdwingbaar pensioenrecht voor de DGA (en de partner). De B.V. is daardoor niet verplicht om de fiscale reserve om te zetten in een oudedagsvoorziening. Het geld van de fiscale reserve is bedoeld om een lijfrente te bedingen bij een bank, verzekeraar of beleggingsinstelling. Heeft de B.V. onvoldoende vermogen om de reserve in één keer af te storten, dan mag de B.V. zelf ook de uitkering verzorgen. Hoe dit zich verhoudt tot de fiscale sanctie die verderop wordt besproken, is mij nog niet duidelijk. Tijdens de uitkeringsfase, als de B.V. zelf de uitkeringen verzorgt, wordt het saldo van de fiscale reserve in eigen beheer verhoogd met de marktrente (gebaseerd op het u-rendement). Fiscaal gezien behoort de OBR tot het fiscale vermogen van de B.V. Dit betekent dat de mogelijkheden om dividend uit te keren worden verruimd als we dit vergelijken met de verplichting bij de huidige pensioenopbouw in eigen beheer. Maar als het verplichte aanwendingsmoment daar is en er blijken onvoldoende middelen aanwezig om de fiscale reserve over te dragen aan een toegestane uitvoerder zoals hierboven aangegeven, kan de fiscus op dat moment wel toetsen of een teveel aan dividenduitkeringen daarvan de oorzaak is. Blijft aanwending achterwege, dan valt de reserve vrij in de winst. Er is dan vennootschapsbelasting en een rentevergoeding van 40% over deze reserve verschuldigd. Met deze oplossing is het verschil in fiscale en commerciële waardering nog een hekel punt. Gezien de onderliggende techniek laat ik dit aspect hier even buiten beschouwing. Oudedagssparen in eigen beheer Bij oudedagssparen in eigen beheer kan jaarlijks maximaal een bepaald percentage van het loon opzij worden gezet in de B.V. Dit kan op basis van een vast percentage of op basis van een staffel die stijgt naarmate de DGA ouder wordt. Pagina 3
DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Vanaf het moment dat de opbouw van het vermogen in de B.V. aanvangt, heeft de DGA een juridisch afdwingbaar recht op het opgebouwde pensioenpotje. Voor de B.V. is dit een verplichting en daarmee gekwalificeerd het pensioenpotje als vreemd vermogen. Het pensioenpotje wordt jaarlijks verhoogd met de marktrente. Deze verhoging komt ten laste van de winst. Het geld wordt net als bij de OBR gebruikt om extern een lijfrente aan te kopen of om gelijkmatige uitkeringen vanuit eigen beheer te doen gedurende 20 jaar. Daarnaast mag geld aan de pensioenpot worden onttrokken om extern het overlijdensrisico voor de partner en de kinderen af te dekken. Dit gaat dan ten koste van de opbouw van de pensioenpot. Tijdens de uitkeringsfase wordt het saldo verhoogd met de marktrente (u-rendement). Het geld mag tussentijds worden afgestort bij een bank of verzekeraar. Er kan dividend worden uitgekeerd als het vermogen in de B.V. meer is dan de waarde van de oudedagsspaarverplichting. Wordt meer dividend uitgekeerd, dan wordt dit gezien als afkoop. De waarde van de verplichting wordt aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking met een revisierente van 20%. Overgangsregeling: gaat die er wel komen? Wiebes merkt in zijn brief op dat de Belastingdienst heeft vastgesteld dat de DGA momenteel nog maar weinig pensioenverplichtingen in eigen beheer aangaat en dat bij bestaande pensioenverplichtingen in eigen beheer in het merendeel van de gevallen niet meer wordt gedoteerd. Er wordt gesuggereerd een uitfasering van het pensioen in eigen beheer in de afweging mee te nemen, mits die begeleid wordt door een aantrekkelijke overgangsregeling. Wiebes heeft aan de Kamer de vraag voorgelegd of er prijs wordt gesteld op een nadere uitwerking van een dergelijke route. Op een overgangsregeling die decennia gaat duren, zit niemand te wachten al is de overheid daar wel goed in. Kijk voor de vergelijking maar eens naar overgangsregimes die bij hypotheken de laatste jaren zijn ingevoerd. Van pensioen in eigen beheer naar de nieuwe regeling: hoe stappen we over? Voor wat betreft de overstap van oud naar nieuw zijn er twee mogelijkheden: Pensioenaanspraken omzetten in oudedagssparen of de oudedagsbestemmingsreserve; Pensioenaanspraken niet omzetten en verdere opbouw stoppen. Pensioenaanspraken omzetten De fiscale pensioenverplichting kan worden omgezet in de nieuwe faciliteit. De DGA kan zo in eens worden bevrijd van de molensteen die om de nek hangt als we kijken naar de mogelijkheden om dividend uit te keren. Vaak is het uitkeren van dividend voordeliger dan het opbouw van pensioen in de B.V. Feitelijk keurt de staatssecretaris met deze route goed dat wordt afgezien van pensioen, want de werkelijke pensioenverplichting waaraan de DGA rechten ontleent is gebaseerd op de huidige marktrente en niet op de fiscale waarde. Pagina 4
DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Bij omzetting worden de pensioenaanspraken in één klap verlaagd. Ik vind dit een opmerkelijke draai van eerder geformuleerd standpunt. Feitelijk wordt afgezien van pensioen en hierop staan op basis van de huidige wetgeving strenge sancties (een gecombineerde heffing van 72% over de waarde van de pensioenaanspraken in het economisch verkeer). De schatkist loopt zo vele miljoenen mis in de uitkeringsfase van het pensioen. Maar blijkbaar weegt dit op tegen een structurele besparing van € 3 mln per jaar. Door de omzetting van de pensioenaanspraken wordt de vermogenspositie van de B.V. vaak flink verbeterd. Pensioenaanspraken niet omzetten De huidige regelgeving blijft van toepassing op de opgebouwde pensioenaanspraken. Er is civiel-juridisch een pensioen toegezegd waar zowel de DGA als de partner rechten aan kunnen ontlenen. De eerder huidige waarderingsregels blijven daarmee ook van toepassing. Dat betekent mogelijk een beperking van de mogelijkheden dividend uit te keren. Maar dat is dan en bewuste keuze van de DGA, even afgezien van het feit of de omzettingsroute wellicht wordt geblokkeerd door een (ex-) partner. Toekomstige opbouw van een oudedagsvoorziening in eigen beheer vindt plaats op basis van het nieuwe fiscale kader. Of een dergelijke overgangsregeling er komt is allerminst zeker. Wiebes heeft zich eerder uitgelaten dat hij vindt dat echtelieden het civiel-juridisch probleem maar ‘aan de keukentafel moeten oplossen’. De partner: wat is zijn of haar positie eigenlijk? Zowel de OBR als de oudedagsspaarregeling is geen pensioen in de zin van de Wet Verevening Pensioenrechten bij scheiding. Het is een lijfrente, waardoor deze wet niet van toepassing is. De wet kan volgens de staatssecretaris wel zodanig worden aangepast dat bij scheiding het ‘potje’ van de oudedagsspaarregeling wordt verdeeld net als bij pensioen. De OBR is alleen een fiscale reserve en geen verplichting in de opbouwfase en kan niet voor deze verdeling in aanmerking komen. De rechtsbescherming van de partner is minimaal in het nieuwe fiscale kader. De partner krijgt pas rechtsbescherming als het pensioenpotje bij een bank, verzekeraar of beleggingsinstelling is ondergebracht. En bij omzetting levert de partner veel in. Ik heb berekeningen gezien waarbij het pensioen bij omzetting met 40-50% daalt. Voor de DGA niet zo erg, maar de vraag is of je daar als partner zomaar mee moet instemmen. Om de huidige pensioenaanspraken om te zetten in de nieuwe regeling is een zorgvuldige afweging van de belangen van de B.V., de DGA en zijn of haar partner vereist. In veel gevallen zullen de rechten van de partner minder zijn dan in het huidige pensioensysteem. Een goede financiële planning met een goed en begrijpelijk advies met alternatieven biedt hier zeker uitkomst. De partner van de DGA zal immers rechtsgeldig moeten instemmen met een wijziging. En hoe zit het dan met de ex-partner? Pagina 5
DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Die kan zomaar aanspraken kwijtraken als er verplicht wordt ‘afgestempeld’ tot de fiscale reserve. Voorlopige conclusie: het is nog niks! Drie keer is helaas nog geen scheepsrecht. Nog steeds is niet duidelijk in welke vorm het ‘pensioen’ van de DGA in eigen beheer kan worden voortgezet. De staatssecretaris heeft voorkeur voor oudedagssparen, omdat dit meer knelpunten oplost en minder nieuwe problemen oplevert. Het goede nieuws is dat het belangrijkste knelpunt van het huidige systeem wel wordt opgelost. DGA’s kunnen in beide varianten weer aan hun geld komen. Doe je als DGA een keer iets dat niet fiscaal niet mag of keer je teveel dividend uit, dan is de reserve progressief belast met revisierente. En als dat geld er niet is, dan is dat een bedrijfsrisico van de DGA, net als nu. Een onbegrijpelijk punt is het oprenten van de pensioenpot met de marktrente. Er moet natuurlijk een maatstaf worden gevonden, maar de kans dat de B.V. meer rendement maakt doordat in andere waarden wordt belegd dan in kortlopende Nederlandse obligaties is zeer reëel. Waarom niet aansluiten bij de welbekende 4% vanuit de huidige fiscale waardering van pensioen in eigen beheer of bij de vermogensrendementsheffing? De gevolgen van het afschaffen van pensioen in eigen beheer in de huidige vorm komt aan bod bij de behandeling in de Tweede Kamer. De aanspraken worden bevroren, zodat voor de toekomst in de B.V. alleen nog gebruik kan worden gemaakt van de OBR of oudedagssparen in eigen beheer. Of er een overgangsregeling komt en hoe die er dan uit ziet, wordt alleen uitgewerkt als de Kamer hier voorkeur voor heeft. Wiebes heeft het probleem alleen geadresseerd. Een overgangsregeling heeft tot gevolg dat we nog tientallen jaren met het huidige pensioensysteem rekening moeten houden. Dat wil niemand. Het is mij (nog) niet duidelijk geworden met de richtinggevende brief waarom het huidige systeem helemaal op de schop moet. Met een paar technische aanpassingen kan een vergelijkbaar resultaat worden bereikt. Haal de angel van de commerciële waardering uit het systeem en we hebben een fiscaal pensioen. In de uitkeringsfase wordt het toegezegde pensioen betaald en als de pot leeg is, jammer dan. Een andere optie is om de B.V. aan te wijzen als toegestane uitvoerder van lijfrente. Ook dan kan de DGA in zijn B.V. gewoon een pensioenpotje opbouwen, waarbij het geld voor de onderneming beschikbaar blijft.
Pagina 6
DGA pensioen eigen beheer: weg met het ‘echte’ pensioen? Belangrijke keuzes: financiële planning biedt uitkomst De DGA moet de komende periode belangrijke keuzes maken ten aanzien van zijn pensioen. Wat het wordt weten we nog niet. Een nieuwe regeling? Afschaffen van de bestaande regeling? Alles laten zoals het was? Een goed onderbouwd advies is en blijft voor de DGA van groot belang. Een advies dat bij voorkeur begint met een gedegen financiële planning. Er zijn veel vragen waarop een antwoord nodig is.
Wat is de huidige financiële positie van de B.V., is de eigen beheervoorziening aanwezig? Het geeft de DGA inzicht in zijn of haar pensioen en de reële mogelijkheden voor de oude dag. Hoe denkt de DGA zelf over zijn pensioenvoorziening? Als er inzicht is vanuit financiële planning, kan de vraag worden beantwoord of de nieuwe regeling wel interessant is. De DGA kan ook een oudedagsvoorziening opbouwen in box 3, kiezen voor dividenduitkering na pensionering of gebruik maken van bestaande lijfrentemogelijkheden. Kiest de DGA voor de nieuwe regeling, wat doen we dan met de huidige pensioenvoorziening? Welke mogelijkheden biedt de wetgever nog? Is het overlijdensrisico en het arbeidsongeschiktheidsrisico in voldoende mate afgedekt? Als er meer dividendruimte ontstaat, is het dan interessant om dividend uit te keren of laat de DGA de liquiditeiten in de B.V.? Beleggen in de B.V. of beleggen in privé is dan een actueel onderwerp.
Vragen over je financiële planning. Laat het me gerust weten. Ik help je graag!
Pagina 7