uw nummer uw datum
11 juli 2007
ons nummer onze datum verzonden inlichtingen bij
RU/2006/UIT/3562 11 september 2007
sector/afdeling doorkiesnr. bijlage(n) betreffende
AAN het raadslid L. Coenen
E. Pietermans RU/Plannen en Projecten 0475 - 359685 Artikel 43-vragen inzake tijkdelijk gebruik braakliggende terreinen en leegstaande panden voor burgerinitiatieven.
Aantal uren besteed aan beantwoording brief: 4
Ter beantwoording van de door u gestelde vragen op grond van artikel 43 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad met betrekking tot het tijdelijk gebruik van braakliggende terreinen en leegstaande panden door burgerinitiatieven delen wij u, met opneming van de inleiding, het volgende mede. De Stadspartij Roermond vindt het belangrijk dat er adequaat wordt omgesprongen met de beschikbare ruimte in de fysieke omgeving. Voor ons betekent dit in normaal Nederlands dat we geen voorstander zijn van onbeperkt ruimtegebruik of versnippering voor wat betreft bedrijfsterreinen, maar ook dat braakliggende terreinen (beter) worden benut voor noodzakelijke voorzieningen, zoals speel of voetbalveldjes of hondenuitlaatplaatsen. Op onze vraag of we 'bijv. de ‘groenste' gemeente willen worden krijgen wij van wethouder IJff in de commissie OW te horen, dat dit een te hoog gegrepen ambitie is. Wat is dan wel de visie en ambitie van ons stadsbestuur? Hetzelfde geldt voor leegstaande gebouwen. Blijkbaar laten we het initiatief voor een zinvolle benutting volledig over aan het particulier initiatief of aan subsidies van hogerhand (ISVgelden bijv. benutten voor aankoop panden in het Roermondse Veld. In het verleden hebben we hier al vaker vragen over gesteld (bijv. leegstaand pand hotel de Toerist, gebruik fabriekshal in Roerdelta enz.). Zie ook onze motie van 4 november 2004 (samen met GL en Liberalen'97) m.b.t. bestemming open gaten. Naar aanleiding hiervan stellen wij u de volgende vragen. Vraag 1 Bent u het met de Stadspartij eens dat bestemmingsplannen actueel moeten zijn? Wat is de stand van zaken van de actualisering ervan? In het verleden zijn hiervoor extra personeelsgelden geinvesteerd. Graag krijgen we hiervoor (opnieuw) een actueel overzicht in de commissie van september 2007. Antwoord Stadhuis, Markt 31 Postbus 900 6040 AX Roermond Telefoon (0475) 359999 Fax (0475) 336849
SNS-bank 82.15.28.580
Ons nummer Pagina
RU/2006/UIT/3562
2
Wij zijn net als de stadspartij van mening dat bestemmingsplannen actueel moeten zijn. Dat wij dit uiterst serieus nemen blijkt wel uit de gestructureerde aanpak van actualisering van bestemmingsplannen zoals we dat in 2003 in gang hebben gezet en waarover wij de commissie EZ periodiek informeren. Inmiddels is zo’n 75% van het grondgebied geactualiseerd. De laatste 25% wordt nu aan gewerkt. Volgens het Plan van Aanpak zijn in 2010 alle plannen geactualiseerd. Zoals het er nu naar uitziet wordt deze planning gehaald. Vraag 2. Op welke wijze kan uw college nastreven en laten nakomen (handhaven), dat er gewenst of alternatief gebruik van leegstaande panden en terreinen plaatsvindt. Welke wettelijke regels (en bewuste afwijkingen) of beleid zijn hiervoor aan te wenden? Bent u bereid in het kader van de (nieuwe) wet RO een uiteenzetting hiervan te geven in de commissie AZ en Stadsontwikkeling. Graag zien wij een inventarisatie en benutting van mogelijkheden hiertoe in de commissie SO van bijv. september 2007? Hoe staat u hier tegenover? Antwoord Leegstand (bijvoorbeeld pand Swalmerstraat 11 en Marktstraat 11) achten wij niet wenselijk. Het niet gebruiken van een pand of terrein is echter niet verboden op grond van de (bouw)regelgeving. Er bestaan dan ook geen wettelijke mogelijkheden om een rechthebbende te verplichten een pand of terrein te doen gebruiken. In de ruimtelijke ordening wordt namelijk uitgegaan van de zogenaamde toelatingsplanologie; dit wil zeggen dat in een bestemmingsplan wordt aangegeven wat mag, en niet wat moet. Wel kunnen eigenaren/ gebruikers van aangrenzende panden/percelen de betreffende eigenaar privaatrechtelijk aanspreken op het niet-gebruiken van zijn pand of terrein indien hierdoor gevaar, schade of hinder ontstaat (actie op grond van onrechtmatige daad). Indien het bouwwerk in strijd met de bestemming, de bouwverordening of het bouwbesluit wordt gebruikt, kan wel handhavend worden opgetreden. Voorts kunnen wij handhavend optreden indien de veiligheid of gezondheid in gevaar komt. Aan de Woningwet is onlangs namelijk de zorgplicht toegevoegd, die inhoudt dat een eigenaar er zorg voor draagt dat als gevolg van de staat van een bouwwerk of bouwen/gebruik/slopen geen gevaar voor de gezondheid of veiligheid ontstaat dan wel voortduurt. Handhaven kan door middel van het opleggen van een last onder dwangsom of het toepassen van bestuursdwang. Bovendien kunnen wij handhavend optreden indien sprake is van ernstige strijd met de redelijke eisen van welstand als bedoeld in de Nota Beeldkwaliteit (de zogenaamde excessenregeling). Op grond hiervan is onder andere de eigenaar van Swalmerstraat 11 aangeschreven. Indien niet wordt voldaan aan een aanschrijving om de ernstige strijd op te heffen, kan een last onder dwangsom worden opgelegd of bestuursdwang worden toegepast. Als voorbeelden van panden, bij welke wij middels een handhavings- of privaatrechtelijk traject proberen overlast als gevolg van het gebruik of leegstand te voorkomen, zijn te noemen het Koffiehuis Atlas, hotel De Toerist en een aantal panden in het Roermondse Veld. Voor zover thans bekend treedt de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening op 1 juli 2008 in werking. Gekoppeld aan het opleidingstraject voor de betreffende medewerkers zijn wij uiteraard bereid ook de commissie AZ en Stadsontwikkeling te informeren omtrent de inhoud en impact van deze nieuwe wet. Deze wet zal overigens geen nieuwe mogelijkheden bieden voor de problematiek als beschreven in uw vragen.
Ons nummer Pagina
RU/2006/UIT/3562
3
Vraag 3. Op welke wijze wil het college hierover actief communiceren (via dagbladen/ weekbladen/staatscourant) met omwonenden, anders dan via de geijkte kanalen van bestemmingsplanwijzigingen of art. 19 wet RO-procedures? Wanneer kan e.e.a. op digitale wijze kenbaar (burgervriendelijk) worden gemaakt? Is het niet weer eens tijd om de Stadsvisie hierover te delen met onze burgers en belangstellenden, evenals in Swalmen is gebeurd? Antwoord Los van de geijkte kanalen zoals de RoerMondpagina in weekblad De Trompetter en de gemeentelijke website communiceert de gemeente bestemmingsplannen en andere ruimtelijke plannen al jaren op een actieve manier via informatiebijeenkomsten met betrokken bewoners in het bewuste gebied. Recente voorbeelden zijn het DOP in Asenray en de bestemmingsplannen Leeuwen en buitengebied Roerdal. tijdens deze bijeenkomsten bestaat voor bewoners een laagdrempelige mogelijkheid om in gesprek te komen met ambtenaren en bestuurders en vragen en opmerkingen kwijt te kunnen. Volgens de wetgeving zijn gemeenten per 1 juli 2008 verplicht bestemmingsplannen via internet toegankelijk te maken. Op dit moment wordt door de projectgroep GEO-informatie hard gewerkt aan het technisch en organisatorische verhaal. Het streven is er op gericht de informatieontsluiting vóór die datum te hebben gerealiseerd. Voor plannen die op dat moment in behandeling zijn geldt trouwens een overgangsregeling. Vraag 4. Hoe lang mogen panden onbenut leeg en slecht onderhouden blijven staan en plannen (bouwvergunningen) onuitgevoerd? Onlangs heeft u bijv. wel een eigenaar aangeschreven van een monumentaal pand op de Swalmerstraat 11. Welke wettelijke mogelijkheden voor handhaving of bewust gebruik heeft u in dit kader? Zie bovenstaande voorbeelden en bijv. het leegstaand winkelpand op de Marktstraat 11 (schuin tegenover de Limburger)? Vindt u dit een passend gebruik en zo niet, welke mogelijkheden heeft u dan om het straatbeeld te verfraaien? Met een eventuele (onverhoopte) leegloop van de binnenstad door vertrek van bedrijven naar het Retailpark wordt dit een steeds nijpender probleem. In het OPET zijn hierover vragen gesteld: wat is de relevantie hiervan en wat kan het flankerend beleid (fonds van 400.000 euro) hierin betekenen? Zijn er concrete plannen voor benutting van gelden en welke? Antwoord Voor de beantwoording van het eerste deel van uw vraag verwijzen wij naar ons antwoord op vraag 2. Met betrekking tot het niet-gebruiken van een verleende bouwvergunning merken wij op dat wij op grond van artikel 59 van de Woningwet en artikel 4.1 van de Bouwverordening de bevoegdheid hebben om een bouwvergunning in te trekken indien binnen een termijn van 26 weken na het onherroepelijk worden van de bouwvergunning geen begin is gemaakt met de bouwwerkzaamheden, dan wel indien tussen het begin en het einde van de bouwwerkzaamheden deze werkzaamheden langer dan een aaneengesloten periode van 26 weken stilliggen. Ten aanzien van een onverhoopte leegloop van bedrijven uit de binnenstad merken wij op dat wij dat wij denken dat een dergelijke leegloop zich niet voor zal doen. Wel denken wij dat de binnenstad een profielwijziging zal ondergaan, dus meer gericht zal zijn mode, luxe, leisure, vertier en beleving. Dit biedt dus ook kansen aan bedrijven.
Ons nummer Pagina
RU/2006/UIT/3562
4
Om eventuele leegstand in het kernwinkelgebied te beperken is in het OPET geconcludeerd dat voorlopig vast dient te worden gehouden aan het concentratiebeleid voor winkels. Op deze wijze wordt er voor gezorgd dat het winkelapparaat niet verder over de binnenstad uitwaaiert en er leegstand in het kernwinkelgebied ontstaat. In de toekomst zou wel naar de functie van diverse aanloopstraten gekeken moeten worden. Over de inzet van het fonds flankerend beleid zijn wij met belanghebbenden in discussie. Op een bijeenkomst op 24 september 2007 in de Oranjerie zal hierover met ondernemers verder van gedachten worden gewisseld. Vraag 5. Bent u het met ons eens, dat de officieuze benutting (crossveldje) van het terrein aan de Spoorlaan Noord door ouders en/of buurtvereniging terecht gedoogd moet worden? In hoeverre werkt de eigenaar van het terrein hieraan mee en wanneer moet het volgens planning weer worden opgeleverd voor nieuwbouw? Hoe kan het dat de schrijver van een brief om voldoende aandacht voor spelende kinderen in Vrijveld (mevr. D. Nijskens) na ruim 10 weken nog steeds geen antwoord heeft gekregen op haar brief? Wat is de gebruikelijke termijn van beantwoording? Mijn collega, mevr. Smitsmans (GL) heeft hierover ook aandacht gevraagd tijdens de raadvergadering van 28 juni 2007. Antwoord Het terreintje aan de Spoorlaan Noord is door ouders en/of buurtvereniging op eigen initiatief ingericht voor bepaalde activiteiten. Tegen dit gebruik bestaan, in afwachting van de realisering van de definitieve bestemming, onzerzijds geen overwegende bezwaren voor zover dit geen gevaar of overlast oplevert. Vooralsnog zien wij dan ook geen aanleiding nadere maatregelen te treffen voor dit braakliggende terrein. Uiteraard is ons uitgangspunt dat brieven van burgers, bedrijven en instellingen tijdig worden beantwoord. Door een intern misverstand werd aangenomen dat er mondeling overleg met mevr. D. Nijskens was geweest en de afspraken schriftelijk zouden worden bevestigd. Helaas bleek het hier om een ander overleg te gaan en is er dan ook geen antwoord naar mevr. Nijskens verstuurd. De beantwoording van de brief van mevrouw Nijskens zal op korte termijn plaatsvinden. Vraag 6. Wat is voor u `de ondergrens voor speelruimte en groen' in een bestaande/nieuwbouwwijk waar wij een 3% norm willen nastreven en hoe wordt die nu en straks (na de nieuwbouwplannen in Vrijveld) gerealiseerd? De nota speelruimte is op enig moment bevroren door bezuinigingen. In de nieuwe beheersplannen die we onlangs hebben aangenomen in de Raad wordt aandacht besteed aan een bepaald servicekwaliteitsniveau of voor een gewijzigde vraag in de wijken. Hoe pakt dit concreet uit in bijv. de wijk Vrijveld. Graag een uiteenzetting hierover in de commissie OW, Natuur en milieu van september 2007. Antwoord Er bestaat geen absolute ondergrens voor speelruimte en groen. Uiteraard beseffen wij ook dat de oppervlakte groen en speelruimte een bijdrage kan leveren aan de leefbaarheid van een buurt. Echter de oppervlakte en functie van het groen wordt mede bepaald door de fysieke mogelijkheden, de gewenste woningbouw met daaraan gekoppeld inrichting van de openbare ruimte alsmede de financiële ruimte. Zoals ook in het beheerplan groen is vermeld, is het aanwezige groen per inwoner in de gemeente Roermond 36 m² per inwoner, zulks echter met de kanttekening dat de bereikbaarheid en toegankelijkheid van het groen niet altijd goed is (en daardoor ook de beleving beperkt is). Het huidige beheer is deels op basisniveau en deels lager dan dat.
Ons nummer Pagina
RU/2006/UIT/3562
5
Voor de uitvoering van de nieuwe beheerplannen wordt thans een strategie uitgewerkt. Thans is nog niet concreet aan te geven hoe dit per wijk uitpakt en is de gevraagde uiteenzetting nog te prematuur. Zodra de uitvoeringsstrategie nader vorm heeft gekregen zullen wij deze bespreken in de Commissie OW, Natuur en Milieu. Tot slot merken wij op dat in het kader van het College UitvoeringsProgramma voor 2006 en 2007 een bedrag van € 30.000,= beschikbaar is gesteld voor het wegwerken van achterstallig onderhoud aan speelterreinen en speelvoorzieningen. Vraag 7. Hoe lang mag het oude pand van de gevangenis nog leegstaan vindt u? Wilt u contact opnemen met de Rijksgebouwendienst en/of de nieuwe eigenaar om het cellencomplex, desnoods op een provisorische manier, als museum in te richten. Gelet op de bijzondere waarde van het cellencomplex en de gangen is het zeker de moeite waard om dit te openen. Wellicht kunt u werklozen inschakelen via een aparte werkloosheidsregeling voor het toezicht? Wat vindt u van het idee en hoe kunnen we dit realiseren? Antwoord Sinds de opening van de nieuwe gevangenis op het industrieterrein Roerstreek-Zuid is duidelijk dat de complexen aan de Pollarstraat, de voormalige monumentale gevangenis en het voormalige eveneens monumentale Bisschoppelijk Paleis (en voorheen Rechtbank Roermond) c.a., op termijn een andere functie zouden krijgen. De complexen zijn eigendom van de Staat (Dienst Domeinen; de Rijksgebouwendienst (RGD) treedt op als beheerder). Indien rijkseigendom aan de publieke dienst wordt onttrokken, is het gebruikelijk dat Domeinen deze complexen in eerste instantie aanbiedt aan collega-overheden. Indien die geen gebruik van het aanbod maken, wordt overgegaan tot een openbare inschrijving, waarbij het complex in principe door Domeinen aan de hoogste bieder wordt gegund. Deze werkwijze geeft echter geen enkele zekerheid omtrent een toekomstige eigenaar, realiteitswaarde van een herontwikkeling en functiewijziging etc. Deze situatie in combinatie met de hoge monumentale waarden van de locatie heeft er uiteindelijk toe geleid dat Domeinen en de RGD hebben besloten om de complexen niet door middel van de gebruikelijke procedure van openbare inschrijving af te stoten, maar als pilotproject te kiezen voor een openbare aanbesteding met voorselectie. De voormalige gevangenis heeft de afgelopen jaren nog dienst gedaan als tijdelijk huis van bewaring voor speciale doelgroepen ( bolletjesslikkers). Deze functie is begin dit jaar beëindigd. Eind juni jl. zijn de sleutels officieel overgedragen aan de Rijksgebouwendienst. Het voormalig Bisschoppelijk Paleis is ter beschikking gesteld aan de stichting Kabath en wordt anti-kraak bewoond. Een openbare aanbesteding met voorselectie wil zeggen dat partijen op basis van vooraf gestelde randvoorwaarden, samengevat in een zogenaamd bidboek, drie maanden in de gelegenheid worden gesteld een visie te ontwikkelen. Onze gemeente is, in de rol van toekomstig vergunningverlener, nauw bij de bepaling van deze randvoorwaarden betrokken geweest. Op basis van, eveneens vooraf bepaalde, toetsingscriteria beoordeelt een Selectiecommissie met vertegenwoordigers van betrokken partijen (Domeinen, RGD, gemeente) de ingediende visies en selecteert de meest aansprekende daarvan. De indieners van de geselecteerde visies worden uitgenodigd om hun plannen op basis van deze visie verder uit te werken en een bieding te doen. Hiervoor is opnieuw drie maanden uitgetrokken. In principe geldt ook nu dat Domeinen zal gunnen aan de hoogste bieder. Een en ander betekent dat het winnende plan in ieder geval voldoet aan de minimaal noodzakelijk geachte basiskwaliteit.
Ons nummer Pagina
RU/2006/UIT/3562
6
Inmiddels is fase 1 van de openbare inschrijving met voorselectie met succes afgerond. Op 15 juni jl. heeft de selectiecommissie maar liefst 13 ingediende visies beoordeeld. Op basis hiervan zijn vier partijen geselecteerd om, op basis van hun visie voor een restauratie/herontwikkeling van de locatie, een plan verder uit te werken en een bieding te doen. Het rapport van de selectiecommissie is overigens integraal in te zien op de internetsites van Domeinen, de RGD en onze gemeente. De termijn waarop de inzendingen moeten zijn ontvangen sluit op 14 oktober a.s. Het is de bedoeling de nieuwe eigenaar de complexen uiterlijk begin december a.s. afneemt. Daarna start het overleg met de nieuwe eigenaar in het kader van de te verlenen vergunningen voor de realisatie van de plannen. Wij gaan ervan uit dat deze zo snel als mogelijk daadwerkelijke tot realisatie van de plannen zal overgaan. De thans geselecteerde visies voorzien overigens alle in een combinatie van wonen en commerciële functies op de locatie. Hoewel wij waardering hebben voor uw suggesties om een tijdelijke invulling aan het complex te geven, lijkt het ons niet verstandig om het ingeslagen traject daar op dit moment mee te belasten. Wel zullen wij in het overleg met de nieuwe eigenaar over de planontwikkeling nagaan of het mogelijk is om in de periode tot aan de daadwerkelijke uitvoering een tijdelijke functie aan de complexen te geven. Of dit uiteindelijk een optie is en hoe die tijdelijke functie dan wordt ingevuld, is uiteraard aan de nieuwe eigenaar. Vraag 8. Gelet op het gemis van een bureau stadstoezicht in de nabijheid van het centrum zou een tijdelijk kantoor kunnen worden ingericht. Is het de moeite waard om gelet op de overtredingen en de bereikbaarheid in het winkelgebied hiertoe over te gaan? De bereikbaarheid van stadstoezicht zou ermee gediend zijn. Bij een toekomstig vertrek uit dit pand kan wellicht een ander leegstaand pand hiertoe in het centrum worden ingericht. Antwoord De afdeling Stadstoezicht is sinds 2001 gehuisvest op de Slachthuisstraat alwaar destijds een stuk aanbouw is gerealiseerd bij de werf. Een van de redenen was de samenwerking tussen de afdelingen BOR en Stadstoezicht. Vanuit de locatie op de Slachthuisstraat zijn medewerkers op loopafstand van het centrum van Roermond. De afstand Slachthuisstraat naar het Munsterplein is 1 kilometer. De afdeling plant dagelijks medewerkers voor voetsurveillance in de centrum. Daarnaast wordt er wekelijks een wijkspreekuur gehouden in het MFC ’t Paradies’ aan de Munsterstraat. Hierbij is de wijkboa van Stadstoezicht aanwezig. Burgers kunnen daar met klachten, opmerkingen of ideeën terecht. De afdeling Stadstoezicht is daarnaast ook telefonisch en digitaal benaderbaar. Een extra kantoor inrichten in het centrum van de stad naast het huidige kantoor is een te grote belasting in de aansturing en is vanuit het oogpunt van bedrijfsvoering dan ook niet wenselijk. Het eventueel verplaatsing van het kantoor van Stadstoezicht naar het centrum kent zijn voordelen maar ook nadelen. Een verplaatsing van het kantoor ergens binnen de singelring betekent dat medewerkers het centrum in 5 minuten kunnen belopen, daar waar dit nu vanaf de huidige lokatie maximaal een kwartier is. De bereikbaarheid zou, afhankelijk van een locatie, in het centrum voor automobilisten verminderd worden. Immers de parkeerdruk in het centrum is hoger dan net buiten de singelring. Tot slot zullen de kapitaalslasten van huisvesting wellicht stijgen aangezien de prijzen van onroerend goed in het centrum hoger zijn.
Ons nummer Pagina
RU/2006/UIT/3562
7
Gelet op het vorenstaande is een gehele of gedeeltelijke verplaatsing van Stadstoezicht naar het centrum vooralsnog niet aan de orde. Een kopie van deze brief is aan de overige leden van de raad gezonden.
Burgemeester en wethouders van Roermond, De secretaris, De burgemeester,