1
Verpleegstage
2. LOGBOEK 2.1 Administratieve gegevens stageplaats
Naam Student:
Beëindigd studiejaar:
Periode van de verpleegstage: Introductiesessie gevolgd op : Ziekenhuis:
Afdeling:
2.2 Logboek stageactiviteiten Ik heb aan volgende activiteiten deelgenomen: - aantal patiëntenbespreking: Ik heb daaruit geleerd dat: ………………. - het bijwonen van een onderzoek (welke): Ik heb daaruit geleerd dat: ……………….
- multiprofessionele teamvergadering : ja/nee indien ja: wie was aanwezig, wie zat deze vergadering voor? Ik heb daaruit geleerd dat: ……………….
2.3 Logboek vaardigheden Manueel-technische vaardigheden In de gids "praktisch klinisch onderwijs" kan je lezen dat een vaardigheid gradueel beheerst wordt : van niveau 2 (demonstratie en oefenen onder toezicht in het vaardigheidscentrum en in de praktijk) tot niveau 3 (meerdere keren de vaardigheid uitoefenen, eventueel zonder toezicht) tot niveau 4 (het vlot kunnen uitvoeren van de vaardigheid na veelvuldig oefenen in de praktijk) In onderstaande tabel ga je het door jou bereikte niveau aankruisen voor de verschillende vaardigheden en aangeven of je nog verder wenst te oefenen in het vaardigheidscentrum en/of tijdens een volgende stage.
2
Verpleegstage
Vaardigheid
2
3
4
Vaardigheids-
Volgende
centrum
stage
Hygiënische zorgen Inspuiting klaarmaken IM inspuiting geven SC inspuiting geven Parameters (BD, pols,…) Glycaemie bepalen IV-leidingen vervangen Bloedname Droog aseptisch verband Hechtingen verwijderen …
Communicatieve vaardigheden Beschrijf hierna in welke mate je de kans had communicatieve vaardigheden te oefenen. (gesprekken met patiënten of andere hulpverleners, uitleg geven aan familie…)
Verpleegstage
3
3. STAGELEERBOEK 3.1 Omschrijving van persoonlijke leerdoelen Na de eerste week van je stage moet je een tussentijds begeleidingsgesprek houden met de stagebegeleider. Na dit gesprek formuleer je zelf aan de hand van onderstaande vragen je persoonlijke leerdoelen voor de rest van de stage. Leerdoelen zijn zaken waar je nog aan wil werken en je formuleert ze zo concreet mogelijk. Bijv. ‘Ik moet meer parafraseren tijdens een gesprek’ of ‘ik moet de regels van asepsie toepassen tijdens het uitvoeren van een technische vaardigheid’ of ‘ ik moet meer zelfvertrouwen uitstralen als ik bij een patiënt kom’... Datum tussentijds gesprek: …………… Gevoerd met:……………………………………….
1. Mijn leerdoel m.b.t. mijn persoonlijk functioneren als stagiair - openstaan voor kritiek, verantwoordelijkheid t.a.v. opdrachten en patiënten - leergierigheid en toepassen van kennis in nieuwe situaties; inzet; stiptheid
2. Mijn leerdoel m.b.t. mijn houding t.a.v. team
3. Mijn leerdoel m.b.t. mijn houding t.a.v. de patiënt - gerichtheid naar problemen v.d. patiënt en tegemoetkoming hieraan.
4. Mijn leerdoel m.b.t. de werkorganisatie - orde; rekening houdend met de patiënt; overleg met verpleegkundige; efficiëntie
5. Mijn leerdoel m.b.t. de rapportering Schriftelijk, mondeling, spontaan, inbreng tijdens overlegmomenten
6. Mijn leerdoel m.b.t. de vaardigheden Manuele en communicatieve vaardigheden
4
Verpleegstage
3.2 Documentatie leeropdrachten en leerproces Onderstaande vragen hebben betrekking op theoretische voorkennis. Het is de bedoeling dat je tijdens je stage observeert en kritisch beoordeelt hoe deze kennis toegepast wordt in de praktijk. 1. Er is voldoende / onvoldoende aandacht op de afdeling voor rugsparend werken. Er wordt gebruik gemaakt van …………………..................................................... ..................................................................................................................................
2. Na gebruik van een naald wordt deze niet herkapt maar in een naaldcontainer geworpen. Ja O
Nee O
3. Beoordeel de voorzieningen i.v.m. handhygiëne (keuze, beschikbaarheid, juist gebruik): -
type kraan ....................................................................................................................................
-
zepen en ontsmettingsmiddelen ....................................................................................................................................
-
handschoenen .................................................................................................................................... -
handdoeken ....................................................................................................................................
-
instructiekaarten betreffende handhygiëne
........................................................................................................................................... .. 4. Heeft het ziekenhuis voor het wassen van de handen of het systematisch ontsmetten van de handen gekozen? Waaruit besluit je dit? .................................................................................................................................................
5
Verpleegstage
5. Bij fysiek contact met de patiënt wordt ter hoogte van de handen O
geen juwelen gedragen
O
enkel een uurwerk gedragen
O
enkel een gladde effen ring gedragen
O
allerlei juwelen gedragen
6. Waterige ontsmettingsmiddelen worden gedateerd bij ingebruikname O ja
O neen
O geen observatie
Beoordeling: ...............................................................................................................
7. Vóór bloedname voor hemoculturen wordt de huid ontsmet met 1% of 2% joodalcohol O ja
O neen
O geen observatie
Beoordeling: ............................................................................................................. 8. Vóór injectie wordt de huid ontsmet met een alcoholisch ontsmettingsmiddel O ja
O neen
O geen observatie
Beoordeling: ...............................................................................................................
9. De verzorging van een wonde zonder tekens van infectie gebeurt met fysiologisch water (NaCl 0.9%) O ja
O neen
O geen observatie
Beoordeling:............................................................................................................... 10. Volgende antiseptica worden gebruikt bij de wondverzorging: ……………………………………………………………………………………….... Beoordeling: ……………………………………………………………………………………..
Verpleegstage
6
12 Communicatievaardigheden: Hier maak je de Toetsopdracht 7 van de begeleide zelfstudie voor elementaire sociale vaardigheden. Je maakt een verslag van gesprek tussen een patiënt een een hulpverlener. Je beoordeelt dit gesprek aan de hand van de BACOVA scorelijst en aan de hand van de theorie die je gelezen hebt in de begeleide zelfstudie (bijv. je geeft aan welke soorten vragen gebruikt werden, of spiegeling of parafrase aan bod komt,… je geeft indien nodig een verbeterde versie (lengte 1à2 A4)
Verpleegstage
7
3.3 Documentatie reflectie Een stage levert je heel wat nieuwe ervaringen op. Onderstaande vragen helpen je hierover te reflecteren. 1. Uit deze stage leer ik over mezelf dat ik later als arts ………………………………….. ……………………………………………………………………………………………..
2. Uit deze stage leer ik over mezelf als stagiair (assertiviteit, inschakeling in het team, communicatie, eigen initiatief, beleefdheid,………………………………………………
………………………………………………………………………………….. 3. Andere zorgverstrekkers kunnen betrokken zijn bij de behandeling van de patiënt (logopedisten, kinesisten, maatschappelijk werkers,….) a. Tijdens deze stage heb ik volgende zorgverstrekkers ontmoet : …………………………………………………………………………………….. b. Hun specifieke bijdrage bestond uit .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. c. Tijdens deze stage leer ik over de samenwerking tussen de verschillende zorgverstrekkers (verpleegkundigen, artsen, logopedisten, kinesisten, maatschappelijk werkers,….)............................................................................................................. .................................................................................................................................. ..................................................................................................................................
Verpleegstage
4. Mijn meest positieve ervaring + toelichting: …………………………………………………………………….………………. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. ..................................................................................................................................
Mijn minst positieve ervaring + toelichting: …………………………………………………………………………………….. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. ..................................................................................................................................
3.4 Documentatie begeleidingsmomenten niet van toepassing voor de verpleegstage!
8
Verpleegstage
9
4. EVALUATIE 4.1 Evaluatie van stagiair door stageleider ZIE ANDER FORMULIER !!! 4.2 Zelfevaluatie Na de stage word je geëvalueerd door de stagebegeleider. Dit zou samen met een zelfevaluatie moeten helpen je volgende stage beter voor te bereiden. Formuleer aan de hand van je evaluatie leerdoelen die je wenst te bereiken tijdens een volgende stage. Persoonlijke leerdoelen zijn aspecten die je wenst te verbeteren. Ze worden als volgt geformuleerd: bijv. ‘Ik moet meer parafraseren tijdens een gesprek’ of ‘ik moet meer zelfvertrouwen tonen tijdens het uitvoeren van een vaardigheid’ of ‘ ik moet op tijd komen’ of ‘ik moet de regels van aseptisch werken toepassen in alle situaties’ ...
1. Persoonlijkheid - openstaan voor kritiek, verantwoordelijkheid t.a.v. opdrachten en patiënten - leergierigheid en toepassen van kennis in nieuwe situaties; inzet; stiptheid
2. Houding t.a.v. team
Houding t.a.v. de patiënt - gerichtheid naar problemen v.d. patiënt en tegemoetkoming hieraan.
3. Werkorganisatie - orde;, rekening houdend met de patiënt; overleg met verpleegkundige; efficiëntie
4. Rapportering Schriftelijk, mondeling, spontaan, inbreng tijdens overlegmomenten
5. Voor welke vaardigheden voel ik mij nog niet competent en wil ik tijdens een volgende stage of in het vaardigheidscentrum nog verder oefenen. (zowel manuele als communicatieve vaardigheden!)
10
Verpleegstage
4.3 Evaluatie van stage-onderdeel door de stagiair Schrijf hierna in welke mate je deze stage bijgedragen heeft in je opleiding tot basisarts:
4.4 Evaluatie van de stageplaats door de stagiair Geef hierna aan in welke mate deze stageplaats voor jou een krachtige leeromgeving was. Je kan telkens in enkele woorden je score toelichten. 1. De verpleegkundigen waren op de hoogte van de doelstellingen van de verpleegstage Helemaal niet
Eerder niet
Eerder wel
Helemaal wel
Indien niet heb ik hen de website van de verpleegstage getoond ja
2 Ik voelde mij opgenomen in het team Helemaal niet Eerder niet
Eerder wel
Helemaal wel
3. Mijn evaluatie werd opgemaakt door: O de hoofverpleegkundige O de verpleegkundige waar ik het meest mee gewerkt heb O ik weet het niet O het voltallige team
4. Het verpleegkundig werk wordt toegewezen volgens - patiëntentoewijzing - taaktoewijzing Ik vond dit positief / negatief omdat…………….
5. Ik werd toegewezen aan een zelfde verpleegkundige gedurende één dag enkele dagen een hele week de hele periode Ik vind dit positief / negatief omdat …………………................................................................. ………………............................................................................................................................... …………………...........................................................................................................................
11
Verpleegstage
4.5 Feedback door de stagecoördinator
Na afloop van de stage moet je je stagemap indienen bij Mevr. Eva De Wasch (elektronisch) Zij kijkt de map na en geeft je feedback op de volgende aspecten: Vul volgende gegevens in: Naam van de student: Beëindigd studiejaar: Datum verpleegstage: Ziekenhuis: Evaluatieformulier en stagemap ingediend op (datum) Onvoldoende Nauwkeurigheid van de observatie Verband tussen observatie en reflectie Perspectief van de patiënt Diepgang van de reflectie Creativiteit (alternatieven) Persoonlijke inbreng Emotionele dimensie Morele dimensie Volledigheid (alle rubrieken werden ingevuld) Schriftelijk verslaggeving (taalgebruik) Orde Andere opmerkingen:
Te verbeteren en terug te sturen :
voldoende
goed