13 december 2014
Ontdek verborgen tuinen, zolders en kelders en denk mee over de ruimte voor je wijk Verslag Op zaterdagochtend 13/12 ontdekten een 80 tal wijkbewoners en geïnteresseerden over 3 wandelingen enkele verborgen tuinen, waardevolle zolders en unieke locaties. Iedere wandeling werd begeleid door een (stads)gids. Schepenen Tom Balthazar (schepen van Stadsontwikkeling, Wonen en Openbaar Groen), Elke Decruynaere (schepen van Onderwijs, Opvoeding en Jeugd) en Resul Tapmaz (schepen van Welzijn, Gelijke Kansen, Gezondheid en Sport) wandelden mee door de wijk.
Wandeling 1: Een bezoek aan ‘chambrettes’ op de zolder van Pedic op de hoek met de Theresianenstraat en Marialand. Het park aan KTA- MoBi is een voorbeeld van gedeelde parkzone. Overdag wordt de zone gebruikt door de leerlingen van KTA-MoBi en tot valavond en in het weekend kan het park gebruikt worden door de buurtbewoners. De poort sluit automatisch af bij valavond. Tot slot werd ook een uniek salon bezocht in de Academie voor Muziek, Woord en Dans aan de Poel en werden de bezoekers getrakteerd op een kleine muzikale voorstelling. Wandeling 2: Een bezoek aan enkele unieke plekken in de campussen van LUCA –school of Arts aan de Zwarte Zusterstraat. Voor vele buurtbewoners was dit een echte ontdekking. Wandeling 3: Een bezoek aan het Elisabethbegijnhof en de Basisschool De Muze. Deze school toont aan dat ruimte perfect kan gedeeld worden met buurtorganisaties zoals Scouts, vzw Elisabethbegijnhof. Deze school biedt ook tal van andere naschoolse activiteiten. Tot slot bezochten we Odisee, een school aan de rand van de wijk die vooral kenmerken van het industriële verleden van de Rabotwijk vertoont. Het bezoek aan de brouwerij van de school was een leuke opsteker. Na de wandelingen namen de geïnteresseerden een kijkje op de tentoonstelling van enkele fictieve invullingen voor het Prinsenhofplein, gemaakt door studenten van de opleiding Architectuur.
Een 60 tal buurtbewoners namen deel aan de workshop ‘Ruimte voor je wijk’. Samen met de scholen Academie voor Muziek, Woord en Dans, Basisschool De Muze, KTAMoBi, HTISA, KISP, KU Leuven, Faculteit Architectuur, Campus Sint-Lucas en Sint-Lucas Beeldende Kunsten, dachten we na over hoe we de ruimte voor de wijk in de toekomst kunnen invullen. We analyseerden, aan 4 werktafels, de volgende vragen: -over welke ruimtelijke kwaliteiten beschikt men in de wijk en welke plekken worden als zeer positief ervaren? - welke zijn de behoeften aan ruimte voor de wijk? -over welke opportuniteiten beschikt men in de wijk? -welke zijn mogelijke discussiepunten of mogelijke drempels? -één tafel bracht ideeën aan over het imago of de identiteit van de wijk. Volgende sites/initiatieven werden als positief ervaren: Het gedeeld gebruikt van het park aan KTA-MoBi wordt als idee heel positief onthaald. De toekomst (voorjaar en de zomer van 2015) zal uitwijzen of het park ook intensief zal gebruikt worden door de buurt. Het systeem van automatische vergrendeling van de poort bij valavond is eveneens een goede vondst maar men zal moeten afwachten of het in de
praktijk effectief goed werkt. Indien dit het geval is kan men dit voorbeeld ook aanhalen voor andere sites. Initiatieven als ‘leefstraten’ laten buurtbewoners nadenken over hoe men de ruimte in de buurt optimaal kan invullen. In het kader van de ‘Leefstraat Pekelfabriek’ waren er goede ervaringen in de samenwerking met de nabije scholen ‘De Stadspoort’ en de ‘ex KTA-site aan de Lindenlei’. De sleutel tot succes is dat er een duidelijk aanspreekpunt is bij de trekkers van het initiatief en dat die trekker ook een zekere verantwoordelijkheid wil opnemen. Het mag niet gaan om een losse vereniging van mensen die komen en gaan. Ook het gedeeld gebruik van de speelplaats van basisschool de Muze kwam aan bod. Naast verenigingen als de Scouts, kunnen ook buurtkinderen via een verbindingsdeur met het Elisabethhuis gebruik maken van de speelplaats tijdens activiteiten van vzw Elisabethbegijnhof. Het idee van naschoolse activiteiten in de school zelf (vb. tekenlessen, dans edm) bestaat reeds in ‘de Muze’ maar er zijn zeker nog nieuwe samenwerkingsverbanden mogelijk (vb met Academie voor Muziek, Woord en Dans). Wandelingen door de wijk, zoals vandaag, geven veel inspiratie en zetten zowel bewoners als scholen aan om samen te werken om deze waardevolle plekken te respecteren en optimaal te benutten. Via workshops, zoals vandaag, leggen de scholen contacten met de buurt en met elkaar en komen we tot samenwerkingsverbanden. De stad kan hierin een bemiddelende rol spelen.
Volgende behoeftes aan ruimte werden aangehaald: Voor de site KU Leuven, Faculteit Architectuur, Campus Sint-Lucas werd vanuit de school de nood aan extra atelierruimte voor de studenten aangehaald. Het bestaande atelier in de zolderruimte is te krap geworden. Mogelijke locaties die onderzocht kunnen worden zijn : het huis van Stuvo, de kerk, het brouwershuis, de grote toegang, de eventuele verwerving van het hoekpand Theresianenstraat/Marialand en de aankoop van Pedic in de Theresianenstraat en de site van GO op de Lindenlei. Buurtbewoners geven vooral de nood aan groene ruimte, vergader- en ontmoetingsruimte, spontane ontmoetingsplaatsen, speel-en sportruimte, fietsstallingen, buurtparking, berging en parkeerplaatsen aan. Naast het gebrek aan ruimte , is er ook de nood om de bestaande beschikbaarheid aan ruimtes beter bekend te maken bij de buurtbewoners of bij de verenigingen. De buurtverenigingen kunnen hierin een belangrijke rol opnemen door deze faciliteiten bekend te maken bij hun achterban via buurtkrantjes, websites en sociale media. Zo beschikt de Academie voor Muziek, Woord en Dans bijvoorbeeld over een mooi zalenaanbod (kapel, toneelzaal, rode zaal) , dat door de buurt zou kunnen gebruikt worden. We kunnen in de toekomst deze samenwerkingsverbanden tussen de scholen onderling en tussen de scholen en de buurtverenigingen verder vorm geven. De volgende opportuniteiten, oplossingen om het ruimtegebruik te optimaliseren kwamen naar voor: De parking van de Campus Sint-Lucas Architectuur kan mogelijks opengesteld worden voor de buurt. De buurtbewoners betreuren dat de avondtickets, die uitgedeeld werden aan de bewoners voor hun bezoekers tijdens de avonduren, zijn afgeschaft. Het openstellen van de mooie binnentuin van de Campus Sint-Lucas Archtectuur 24u. op 24u. zou ook fijn zijn. Men verwijst hierbij naar het voorbeeldproject van de Universiteit van Eindhoven waar dit reeds gebeurt. Bestaande scholensites kunnen hun zalen, en binnenruimtes ter beschikking stellen aan de buurt. Als voorbeeld werden de volgende locaties aangehaald: de Parketzaal en de Sportzaal van de Basisschool de Muze, de kapel, de rode zaal en de toneelzaal van de Academie voor Muziek, Woord en Dans, Brouwershuis, Huis van Stuvo op de site van KU Leuven, Faculteit Architectuur. De bestaande openbare ruimte kan in sommige gevallen ook beter benut worden. Vaak zien we onderbenutte ruimte doordat de inrichting geen optimaal gebruik toelaat. De kleine jachthaven aan de Coupure /Lindenlei, de oevers langs Lindenlei/ Recollettenlei zouden nog meer benut kunnen worden door een betere inrichting. De aansluiting of verbinding met het water, zou op deze plaatsen geoptimaliseerd kunnen worden. Het functioneel gebruik maken van het water in de wijk als transportmiddel is ook een opportuniteit voor de wijk. Voorbeelden als watertaxi’s, transport via boten, moet maximaal benut en onderzocht worden.
Men kan binnenplaatsen en binnentuinen van scholensites ook semi-publiek openstellen door ze doorwaadbaar te maken: De site van de Academie voor Woord, Muziek en Dans in de Drabstraat kan via het koetshuis een verbinding vormen met Ramen. Ook de site van Sint-Lucas Architectuur kan haar site doorwaadbaar maken door de verbinding tussen de Hoogstraat /Holstraat en Marialand te optimaliseren. Door deze plekken doorwaadbaar te maken is er meer sociale controle en kan men sociale contacten tussen leerlingen en de buurtbewoners stimuleren. Men kan ook geleidelijk opbouwen door met openingsuren te werken. Men kan potentiekaarten opmaken van tuinen (of groen) die mogelijks semi-publiek kunnen opengesteld worden. (vb. Parking Karmelietenkerk, Brasseursite…)
Bij herontwikkelingen van grote (scholen)sites kan men vanuit Stedenbouw voorwaarden k opleggen naar social return voor de buurt. Volgende voorbeelden worden aangehaald. KTA-Lindenlei kan bij een nieuwe ontwikkeling bijvoorbeeld een groenzone/ parkeerzone openstellen voor de buurt. Ook bij de ontwikkeling van Pedic kunnen er voorwaarden naar de buurt (bewoners, buurtpartners zoals scholen) gesteld worden zoals een mogelijke uitbreiding van gebruik van fietsenstalling door de school Klimop Montessori. De sociale appartementen (Brasseurtoren) aan de Stoppelstraat beschikken over een bijzonder mooie buitenruimte die momenteel onderbenut wordt. Er is een grote vraag uit de buurt om deze buitenruimte te mogen gebruiken. Spelende kinderen uit de buurt die gebruik trachten te maken van deze ruimte, worden door sommige huurders weggejaagd. Mogelijks kunnen hier afspraken worden gemaakt met de sociale huisvestingsmaatschappij. De volgende discussiepunten, drempels of mogelijke risico’s bij gedeeld gebruik van ruimtes kwamen naar voren: Bij gedeeld gebruik van zalen of binnenruimtes botsen we steeds op dezelfde vragen ivm het beheer van deze zalen: zoals wie gaat de aanvragen opvolgen, wie levert de sleutels, hoe wordt de opkuis voorzien,…? Algemeen zijn er nogal wat vragen ivm de veiligheid duiken op. Meer toegankelijk maken of doorwaadbaar maken van ruimtes betekent ook dat deze plaatsen extra gevoelig worden voor vandalisme of diefstal. Ook vragen rond budget duiken op. Hoe worden de extra kosten om de site te beveiligen, de kost voor de aanmaak van extra sleutels, extra toegangen, extra onderhoud edm betaald? Mogelijke randvoorwaarden voor gedeeld gebruik zijn: Er moet toezicht worden voorzien Er moeten goede contacten gelegd en onderhouden worden tussen de buurtverenigingen en de scholen. Er moet een vertrouwensband gecreëerd worden. Er moeten duidelijke contactpersoon aangeduid worden bij wie men terecht kan. Er worden best duidelijke afspraken gemaakt ivm het beheer van de gedeelde ruimte
Er moet voldoende respect zijn voor andermans ruimte. Andere problemen of aandachtspunten ivm de ruimte in onze wijk: Algemeen kan gesteld worden dat de druk op de ruimte momenteel te hoog is. De ruimte is beperkt en de huidige huizen en open ruimtes zijn vaak niet afgestemd op dit hedendaagse ruimtegebruik. We zitten in het historisch centrum met oude woningen, en smalle straten. Daarom moet men soms toch keuzes maken. Een goede keuze ,volgens de aanwezigen rond de tafel, is dat men de auto zo veel mogelijk uit het straatbeeld weert op voorwaarde dat er een betere ontsluiting komt met het openbaar vervoer. De auto (en de fiets) domineert het straatbeeld. Het experiment ‘Leefwijk’ biedt in dit kader veel mogelijkheden om concreet na te denken over alternatieven. Een sterk pleidooi wordt gehouden om de bestaande open ruimte zeker niet verder dicht te bouwen en om verder te onderzoeken om de bestaande open ruimte beter toegankelijk te maken door afspraken te maken met de eigenaars of door de doorwaadbaarheid te vergroten. Er wordt bijzondere aandacht gevraagd voor de rijke historische waarde en identiteit van de wijk. Dit historische verleden moeten we nog meer in de kijker plaatsen door bijvoorbeeld meer wandelingen te voorzien en we moeten de bestaande gebouwen optimaal beschermen (veel gebouwen zijn in slechte staat en zijn verloederd en riskeren om te worden afgebroken). We kunnen bepaalde locaties ook een bepaalde identiteit toekennen zodat die meer en beter benut kan worden. (vb. Casinoplein als centrale ontmoetingszone voor de Papegaaibuurt)
Mogelijke oplossingen en acties werden geopperd: De bestaande beschikbare infrastructuur/ruimtes kunnen beter bekend gemaakt worden door een betere samenwerking tussen de scholen en de verenigingen. Er is eveneens een grote bereidwilligheid van zowel de scholen als van de toekomstige gebruikers om samen naar oplossingen te zoeken voor een optimaal gedeeld gebruik van de ruimtes. De stad kan hierin eveneens bemiddelen. Ook bij nieuwe ontwikkelingen op bestaande sites is de vraag om met de nieuwe projectontwikkelaars , de buurt en de stad in dialoog te gaan om te zoeken naar goede oplossingen. Co-creatie kan concreet gemaakt worden. (vb. KTA-Lindenlei) Het vergunningsbeleid bij de Stad zou meer kunnen afgestemd worden in functie van de behoeftes en de potenties naar leefbaarheid van de wijk. Een vergunningsbeleid waarbij aandacht is voor het wijkniveau. Meer initiatieven op buurt maar ook op straatniveau zoals leefstraten, geveltuinacties,… zijn welkom en bevorderen een leefbare wijk!
Na de workshop werd er nagepraat bij een hapje en een drankje. Er werd onder meer geproefd van het surplusbier, een bier gebrouwen in Odisee-KU Leuven, Campus Gent.
Wenst u een gedrukt exemplaar van dit verslag, contacteer dan uw wijkregisseur Brigitte Hantson,
[email protected], 09/266 82 45. Sfeerbeelden en korte filmpjes van de burgemeester en schepenen vindt u op de blog www.gent.be/elisabethbegijnhof-papegaai . Heeft u zelf een creatief idee voor de wijken, plaats het dan op onze digitale ideeënkaart op de blog.