1 Suite Cleopatra De donderdagochtend begon niettemin goed. De gespierde uitsmijter van The Boots, een Libanees met armen en benen als spoorwegbielsen, daagde al om acht uur op, dit keer in het gezelschap van een wat oudere vrouw in een dure bontjas, die zenuwachtig giechelde toen hij om een spiegelkamer met blacklight vroeg. Ze bleven minder dan een uur. Toen ze vertrokken, betaalde de vrouw met een verrukte uitdrukking op haar gezicht voor de kamer en legde er een royale fooi bovenop. Daarna bleef het stil tot negen uur: geen gasten, geen telefoontjes, geen Poolse werksters die aan zijn kop zeurden over de te lange werktijden of de te lage lonen. Een uur lang had Thomas Leerdam tijd genoeg voor zijn eigen bezigheden. Hij bestudeerde de bookmakers online om zijn inzetten voor de volgende dag te bepalen. Het lottospel van EuroMillions sprak hem zoals altijd nog het meest aan. Een jong gezin uit Brussel had er vorige week met een inzet van twee euro 75 miljoen mee gewonnen. Een quickpick noemde men dat. Je had met een quickpick ongeveer één kans op 76 miljoen op de hoofdprijs. Hoe kon je je zo’n astronomisch cijfer concreet voorstellen? Hij sloeg aan het rekenen en kwam tot de conclusie dat dat overeenkwam met een mug die over een rij Coca-Colaflesjes vliegt van hier tot Zanzibar en onderweg in een van de flesjes een druppeltje pis laat vallen. Dat die druppel in zijn flesje zou vallen, was haast even waarschijnlijk als heilig verklaard worden of bij helder weer door de bliksem getroffen worden. Je kon natuurlijk je kansen verbeteren door met spelcombinaties te spelen of door een lot te kopen in een aandelenclub. Dat werd dan kiezen tussen meer inzetten of minder ontvangen bij winst. Hij zuchtte. Met een fractie van de hoofdprijs zou hij al tevreden zijn. Daarmee kon hij al zijn schulden in één klap vereffenen: de achterstallige huur van zijn tweekamerflat aan de Zénobe Grammestraat, de onbetaalde verzekeringspremie voor zijn auto, zijn schuld bij de bank, het honorarium van de advocaat die erin was geslaagd hem te laten veroordelen tot het betalen van een alimentatie van 250 euro per maand aan Sonja, met wie hij slechts twee jaar getrouwd was geweest en die hem in die korte periode met
meer schulden had opgezadeld dan hij als assistent-manager van het Corinthia Antwerp Hotel in die twee jaar had verdiend. Goddank maakte ze het hem niet te moeilijk als hij eens een maand achterliep met de betaling. Dat mocht ook wel. Het was tenslotte haar schuld geweest dat hij bij het Corinthia Antwerp Hotel ontslagen werd. Sonja, die daar toen ook werkte, had een jaar lang als manager van de bar een deel van de ontvangsten van het buffet en van de roomservice achterovergedrukt en toen het uitlekte, had ze Thomas ervoor laten opdraaien. Klokslag negen uur daagde een tweede klant op. Het was een hoofdinspecteur van belastingen die op vijf minuten lopen in het gebouw van het ministerie van Financiën werkte, aan de overkant van de Italiëlei. De vrouw die hem dit keer vergezelde, vermoedelijk weer een van zijn ondergeschikten, was niet groter dan één meter vijftig. Ze bleef achter de belastingambtenaar staan wachten, haar kleine hoofd met strak weggetrokken donker haar bijna geheel verscholen in de grote opgezette kraag van haar mantel. Thomas gaf hem volgens gewoonte een standaardkamer zonder bad op de derde verdieping tegen het voordeeltarief dat de hoofdinspecteur via de belastingconsulent van het hotel had bedongen. Omdat Hotel Apollo een rendezvoushotel was, waar de kamers niet per nacht maar per tijdseenheid werden verhuurd, hoefde hij hen niet in te schrijven. In het hotel was alles erop gericht het bezoek zo discreet mogelijk te laten verlopen. Fiolek, de Poolse schoonmaakster die vandaag dienst had, kwam binnen. Ze zwaaide met haar mobieltje. ‘Moet effekes thuis komen’, zei ze opgewonden. ‘Jasien gevallen. Knie kapot. Moet naar kliniek.’ ‘Is het erg?’ ‘Niet erg. Moet naaien. Blijf niet lang.’ ‘Kan je moeder niet met Jasien naar de kliniek? Ze brengt ze toch ook naar school?’ Een van de regels van het hotel was dat iedere kamer die vrijkwam, onmiddellijk moest worden schoongemaakt. ‘Babka niet genoeg Vlaams spreke. Ik mama moet mee. Ben binnen uur terug. Beloof. Tot dan genoeg propere kamers.’ ‘Goed. Maar maak het niet te lang.’ Op een van de monitors zag Thomas de steenrode cabrio met open vouwdak van Angela Vincenta de garage binnenrijden. Angela was de jongste dochter van een Italiaans gezin
dat zich midden de vorige eeuw in de Limburgse mijnstreek had gevestigd. Ze was een forse vrouw van vijfenveertig, met geblondeerd haar, te rode lipstick en te veel rouge, en verenigde in zich zowel de eigenschappen van haar heetgebakerde Siciliaanse vader, als die van haar zakelijke Milanese moeder. Ze was getrouwd geweest met een veertig jaar oudere man die hoofdaandeelhouder was van een Napolitaanse vennootschap die zich gespecialiseerd had in de exploitatie van lovehotels en striptenten. Bij de verdeling van zijn nalatenschap met de kinderen uit zijn eerste huwelijk had ze driekwart van de aandelen van het hotel in Antwerpen toegewezen gekregen. Angela kwam als een wervelwind naar binnen, gooide haar handtasje op zijn bureau en liep meteen door naar de toiletten aan de achterzijde van het huis. Even later kwam ze neuriënd terug, duidelijk opgelucht, stak een sigaret op en schonk zich een glaasje Disaronno in. Nippend aan haar drankje kwam ze achter Thomas staan en raadpleegde over zijn schouder de ontvangsten van de voorbije nacht op het computerscherm. ‘Hm. Vannacht slechts achttien kamers verhuurd?’ ‘Vanmorgen toch ook alweer twee.’ ‘’t Is nen dikke vette.’ Voor Thomas klonk het Antwerps gezegde als een toespeling op zijn eerlijkheid. Typisch voor Angela. Het ene ogenblik zou ze hem de pincode van haar bankrekening toevertrouwen, en even later was ze bang dat hij er met de kas vandoor ging. Zelf sluisde ze soms tot de helft van de dagontvangsten naar een zwarte rekening. Om zich in te dekken tegen die onberekenbaarheid maakte hij geregeld een kopie van de boekhoudkundige gegevens en de reële ontvangsten van het hotel. De diskette met die gegevens bewaarde hij in een geheime bergplaats in de vestiaire van het personeel. ‘Heb je me gehoord, Thomas?’ Hij haalde de schouders op. ‘De rush kan ieder ogenblik beginnen.’ Het hotel kende zijn eerste golf van toeloop zodra de kantoren van het Administratief en Maritiem Centrum aan de Italiëlei en van de havenbedrijven op het Eilandje aan het werk gingen. Het hotel was de klok rond open en voor de receptie en roomservice waren ze slechts met drie receptionisten, die diensten hadden van telkens twaalf uur, behalve
als een van hen ziek of met vakantie was. Dan dienden – zoals nu het geval was – de twee overigen zijn afwezigheid op te vangen. Op piekuren kwam Angela af en toe een handje helpen, maar Thomas was er nog niet uit of ze dat deed om hun taak te verlichten of omdat ze erop geilde om te weten wie het met wie deed. ‘Oké, Thomas. Neem je gemak.’ Thomas stond op en rekte zich uit. Hij had al twintig uur paraat gestaan en meer dan wat hazenslaapjes had hij die nacht niet gehad. Om de haverklap hadden de aanwezige gasten iets op hun verlanglijstje gehad: wijn, cognac, sherry, frisdrank, koffie, sigaretten. Kamer 23 had zelfs twee keer gebeld om een extra doos Amor Mix te laten brengen. In iedere doos Amor Mix zaten tien condooms met glijmiddel in een variatie van vijf smaken: aardbei, banaan, chocolade, pepermunt en sinaasappel. Nog een wonder dat ze niet om beflapjes met bosbessensmaak hadden gevraagd. Angela nam zijn plaats in achter het kogelvrije glas. Dat glas was geplaatst nadat de receptionist voor wie hij in de plaats was gekomen, voor de tweede keer bij een overval een hersenschudding had opgelopen. Thomas haalde een broodje ham en een flesje bier uit de koelkast en noteerde dat plichtsgetrouw op een steekkaart. Aan het eind van de maand zou dat van zijn loon worden ingehouden. Een grijze Peugeot kwam de nog zo goed als lege garage binnengereden – alle gasten kwamen haast uitsluitend met de auto – en zette zijn voertuig dwars over de witte lijnen van een parkeervak. De chauffeur, een vijftiger die een gejaagde indruk maakte, stapte uit en liep om de auto heen om de passagier te helpen uitstappen. Angela trok een microfoon naar zich toe en klikte de schakelaar om. ‘Wille u alstoeblieft toessen de lijnen parkeren?’ teemde ze met een overdreven Italiaans accent. De chauffeur keek geschrokken om, zoekend naar waar de stem vandaan kwam, zag het luidsprekertje boven de deur naar het hotel, en ging mopperend de auto verplaatsen. ‘Dank oe wel.’ Angela klikte de microfoon uit. ‘De arme man dacht een ogenblik dat zijn vrouw achter zijn rug stond.’ Ze kon er soms op een kinderlijke manier van genieten als ze een getrouwde man wit om de neus zag worden als hij dacht betrapt te worden. Thomas pakte zijn broodje uit en opende het bierflesje. De paartjes arriveerden nu de een na de ander, haast altijd
waren ze van middelbare leeftijd, af en toe een veel oudere man met een heel jonge vrouw, of omgekeerd. Jongere paartjes hadden kennelijk minder behoefte aan een plek om op een discrete manier de liefde te bedrijven. Omdat de gasten vanuit de parking direct het hotel konden binnenstappen door een deur die rechtstreeks uitgaf op de receptie, verliep de doorstroming gesmeerd en waren ze hooguit twee minuten na hun aankomst in de garage verdwenen naar hun kamer. Angela wees hun met professionele vaardigheid hun kamer toe, incasseerde geld en verstrekte aan Thomas commentaar zodra de nieuwe gasten via de trap of de lift buiten gehoorsafstand waren. ‘Die twee kunnen niet wachten tot ze boven zijn. Wedden dat hij haar op de trap al in de billen knijpt?’ Of: ‘Grote neus, kleine piemel. Misschien is hij goed in... je weet wel.’ Ze lebberde uitdagend met het puntje van haar tong en snoof van plezier toen ze de lichtelijk gegeneerde uitdrukking op zijn gezicht zag. ‘En jij, Thomas? Zet dat jouw fantasie nooit aan het werk als je de hele dag die mooie meiden de revue ziet passeren?’ Hij beet in zijn broodje. ‘Niet echt’, mompelde hij met volle mond. ‘Je bent toch niet voor de verkeerde kant, hè Thomas? Dat zou verdomde zonde zijn.’ Thomas onderdrukte een scherp antwoord. ‘Je weet wel beter.’ ‘Nee, serieus. Hoe lang ben je nu al gescheiden? Twee jaar?’ ‘Anderhalf.’ ‘En nog altijd alleen?’ ‘Yep.’ ‘Toch vreemd. Weet je...’ Ze speelde met een potlood terwijl ze naar de juiste woorden zocht. Voor ze zich kon uitspreken, werd ze onderbroken door de komst van nieuwe gasten. Een man en twee vrouwen, de man een intellectueel type in driedelig pak en de vrouwen sexy en toch zedig in kraagloze jasjes, bijpassende strakke rokjes en witte bloezen met open hals. Angela schoof een sleutel door het loket. ‘Je weet dat voor een trio een supplement van vijftig euro wordt gerekend.’ De man keek verbaasd op. ‘Sinds wanneer?’ ‘Je kunt ook twee belendende kamers nemen voor het normale tarief.’ ‘Dat is dan nog duurder.’
‘Dat klopt. Maar het geeft meer mogelijkheden.’ Hij keek naar haar met een vragende frons, wilde kennelijk vragen welke die mogelijkheden waren, maar besloot met een schouderophalen dat niet te doen. ‘Eén kamer is goed genoeg.’ Hij raapte de sleutel op en duwde de vrouwen voor zich uit naar de lift. Angela maakte een notitie in de computer en ging voort alsof ze niet onderbroken was. ‘Van een knappe man als jij verwacht je dat hij aan elke vinger een liefje heeft.’ ‘Laat dat knap er maar af. Ik had best wat langer willen zijn.’ Hij was iets meer dan één meter vijfenzeventig, en in de eenentwintigste eeuw was dat uitgesproken klein. ‘Voor mij ben je groot genoeg.’ Ze monsterde hem goedkeurend. ‘Hoeveel weeg je? Tachtig kilo? Wat meer misschien. Voor mij geen grammetje te veel. Kijk die spierballen. Wat doe je daarvoor? Je slikt toch geen... euh, hoe heet dat ook weer? Anabolen? Dat is slecht voor je libido. Is dat de reden waarom je nog alleen bent? Dat je hem niet meer omhoog krijgt?’ Zijn bier was op. Hij zette het lege flesje iets harder op tafel dan nodig. ‘Ik slik helemaal niks. Ik ben nog alleen omdat ik geen vaste relatie wil. Dat geeft niets dan ellende. Aan vriendinnen heb ik geen gebrek.’ Zijn antwoord strookte niet met de waarheid. Sinds Sonja had hij geen vrouw meer gehad. Hij voelde het niet echt als een gemis. Misschien lag het aan zijn aard. Als hij erover nadacht, moest hij toegeven dat zijn libidineuze neigingen altijd al op een laag pitje hadden gestaan. ‘Jammer’, zei ze. ‘Ik had het anders wel zien zitten, wij tweeën.’ Het was niet de eerste keer dat ze hem liet doorschemeren dat ze wat in hem zag. ‘Je bent natuurlijk jonger, maar niet zoveel. Hoe oud ben je eigenlijk, Thomas?’ ‘Zesendertig.’ ‘Zie je wel. Zoveel schelen we toch niet. Weet je...’ De telefoon ging. De gasten die de nacht hadden doorgebracht, werden wakker. De een na de ander vroegen ze om hun ontbijt. Het volgende halfuur was Thomas in de weer in de keuken en bracht hij de bestellingen op een dienblad naar de kamers. Hij kon het eten ook door de werkster van dienst naar boven laten brengen, maar dan zou zij de mogelijke fooi incasseren en die luxe kon hij zich vandaag niet permitteren. Een geluk dat hij vanmorgen honderd euro had gekregen van de vrouw met de bontjas, anders was
hij nu volkomen platzak geweest. En hij had meer dan dat nodig om de week door te komen. De tank van zijn oude Astra was leeg tot op de bodem. Alleen nog maar om die vol te gooien had hij al vijftig euro nodig. Het laatste ontbijt was bestemd voor twee vrouwen op de vierde verdieping, een oudere tante met een weelderige boezem en een mager grietje dat eruitzag alsof ze aan anorexia nervosa leed. De oudere vrouw had om een glas sinaasappelsap gevraagd en het magere grietje had een groot bord roereieren, broodjes, boter, jam, gebakjes en veel zwarte koffie besteld. Ze hadden de deur op een kier gelaten en liepen al pratend naakt en zonder gêne de badkamer in en uit. Na een bescheiden klopje op de deur zette hij met afgewende blik het dienblad op een tafeltje en bedankte voor de tien euro fooi die ze voor hem klaar hadden gelegd. Thomas trok de deur zachtjes achter zich dicht. Sommige dagen werd hij er kotsmisselijk van. Niet vanwege hun seksuele geaardheid. Het liet hem volkomen koud of de gasten hetero’s, homo’s of lesbiennes waren, maar waar hij zijn buik vol van had, was het heimelijke gedoe, de verdonkerde kamers, de spiegels tegen het plafond, de wulpse schilderijen, het verkreukte beddengoed, de geur van zweet en van overspel. Angela zag aan zijn gezicht dat hij uit zijn humeur was. ‘Drink nog een biertje’, zei ze. ‘Dan gaat het over.’ Hij schudde het hoofd. ‘Met jouw prijzen kan ik me geen tweede veroorloven.’ Een flesje pils kostte volgens de prijslijst algauw drie euro en het personeel kreeg daar geen korting op. ‘Vooruit dan maar. Voor een keer mag het op mijn kosten.’