Informatiebrief
Voor
: Opiniërende bijeenkomst 30 augustus 2011
Van
: College van Burgemeester en Wethouders.
Datum
: 25 augustus 2011
Betreft
: Agendapunt 4a (mededelingen portefeuillehouders)
Portefeuille A.G.M. van de Vondervoort Communicatie naar burgers en bedrijven als de elektriciteit uitvalt. In het rampenplan van de gemeente Sliedrecht is onder nummer 6.2 het draaiboek stroomuitval gemeente Sliedrecht opgenomen. De mogelijke voorbereidingen en gevolgen van een stroomuitval in de gemeente Sliedrecht zijn in dit draaiboek nader in kaart gebracht. In het draaiboek wordt een onderscheid gemaakt tussen een periode van korte en lange stroomuitval. Bepaald is dat een periode van korte stroomuitval een situatie betreft van maximaal enkele uren en een lange stroomuitval een situatie van 24 uur of langer. Bij een korte stroomuitval worden bijvoorbeeld geen noodvoorzieningen getroffen maar wordt een beroep gedaan op de zelfredzaamheid van burgers en bedrijven en de communicatie valt onder de verantwoordelijkheid van het energiebedrijf. Bij een lange stroomuitval komt het (regionaal) beleidsteam regelmatig bijeen, worden selectieve noodvoorzieningen getroffen en vindt communicatie plaats onder leiding van het gemeentelijke team voorlichting. Vanzelfsprekend wordt hierbij nauw samengewerkt met het energiebedrijf. Onlangs zijn ambtelijke voorbereidingen getroffen om het draaiboek stroomuitval gemeente Sliedrecht te wijzigen. Het draaiboek wordt daarbij aangepast aan de laatste actualiteiten, waarna het opnieuw zal worden vastgesteld. Het op dit moment geldende draaiboek stroomuitval gemeente Sliedrecht hebben wij als bijlage A in de box met de stukken voor de opiniërende bijeenkomst in de leeskamer ter inzage gelegd.
Portefeuille J.A. Lavooi Drechtwerk/Wet Werk naar Vermogen. Bij de ingekomen stukken treft u aan de vergaderstukken van het algemeen bestuur van 29 juni 2011, de eerder toegezonden raadsinformatiebrief d.d. 11 juli 2011 en de bestuursopdracht Wet Werken naar Vermogen. Het was de bedoeling dat de directeur van Drechtwerk een toelichting kwam geven in de informatieve bijeenkomst van oktober. Dat lukt niet, waardoor de toelichting later zal moeten plaats vinden. Een positief gevolg daarvan is dat dan tegelijk het plan van aanpak voor de implementatie van de Wet Werk naar Vermogen kan worden gepresenteerd.
-2-
Brede school Baanhoek-west. De plannen voor de brede school Baanhoek West zijn uitgewerkt tot een bestekplan. Het college was voornemens om dit plan direct na de zomervakantie aan de raad te presenteren en haar instemming met het uitvoeringskrediet te vragen, zodat het werk kan worden aanbesteed. Ten gevolge van het standpunt van het openbare schoolbestuur OPOPS is hierin een vertraging opgetreden. Tot het eind van 2011 zal een aanvullende haalbaarheidsstudie worden verricht naar de mogelijkheden om binnen afzienbare tijd te komen tot nieuwbouw van de Roald Dahlschool in de wijk Prickwaert. Aangezien er een direct verband bestaat tussen de ontwikkeling van de onderwijshuisvesting in de wijk Prickwaert en in Baanhoek West, is pas op zijn vroegst begin 2012 mogelijk om het voorstel voor de nieuwe brede school in Baanhoek West aan de raad voor te leggen. Benedenveer. Op 14 april 2008 is tijdens een informatieve bijeenkomst de mogelijke stedenbouwkundige invulling van het gebied Benedenveer gepresenteerd. Een voorstel voor de vervolgaanpak is vervolgens door u behandeld in uw vergadering van 30 juni 2008. Alle daarna gevolgde inspraakreacties en daaruit voortvloeiende aanpassingen zijn met andere ontwikkelingen verwerkt in een voorontwerp-bestemmingsplan Benedenveer. Op dit moment wordt het gewijzigde plan financieel doorgerekend. Binnen enkele maanden worden de voorstelen tot wijziging, de planning en de financiële stand van zaken aan u voorgelegd.
Recreatief Knooppunt Sliedrecht Met betrekking tot de ontwikkeling van het Recreatief Knooppunt Sliedrecht zijn, mede in verband met actuele besluitvorming hierover door Gedeputeerde Staten van Zuid Holland, diverse stukken ter inzage gelegd. Ter toelichting daarop volgt hier een opsomming van activiteiten vanaf mei 2009. In mei 2009 is door de Stuurgroep Merwedezone de Transformatievisie Merwedezone vastgesteld. Hierin wordt voorzien in de ruimtelijke ontwikkeling van een Regiopark Merwede met ruimte voor het Recreatief Knooppunt Sliedrecht. Door de dagelijkse besturen van de in de Stuurgroep Transformatie Merwedezone vertegenwoordigde overheidspartijen, behoudens door de provincie Zuid-Holland, is hiermee ingestemd . In de opiniërende bijeenkomst van 14 september 2009 hebt u van deze transformatievisie kennis genomen. De ontwikkeling van Regiopark Merwede wordt ook voorzien in het Uitvoeringsprogramma Groenblauw Netwerk Drechtsteden 2008-2013. In de in juli 2010 vastgestelde provinciale structuurvisie en verordening wordt hiermee nog onvoldoende rekening gehouden. Hierin wordt nog geen ruimte geboden voor de realisering van een Recreatief Knooppunt Sliedrecht te combineren met een uitplaatsing van de bestaande sportvelden. Op verzoek van en met instemming van de provincie is door de Stuurgroep Merwedezone in het 4e kwartaal 2010 het Kwaliteitsteam Groene Hart verzocht over deze problematiek een advies uit te brengen. Uit het ontvangen advies volgt dat het Groene Hart Team op basis van de goed in het landschap passende karakteristiek van de bestaande Alblasserbossen mogelijkheden ziet om te komen tot een krachtige ruimtelijke structuur voor het regiopark, die nieuwe functies ook van een Recreatief Knooppunt Sliedrecht met sportvelden goed kan opvangen. Op basis van dit positieve advies hebben Gedeputeerde Staten de Stuurgroep Merwedezone middels een brief van 18 januari 2011 verzocht te komen met een visie op hoofdlijnen van het
-3-
regiopark als geheel inclusief de verschillende knooppunten, de onderlinge verbindingen en de stad-landverbindingen, met voldoende ruimtelijke kwaliteit (tekst en beeld). En daarin wordt duidelijkheid verschaft over de financiële uitvoerbaarheid van het regiopark. In de visie moet voorts het Recreatief Knooppunt Sliedrecht globaal worden uitgewerkt. Op verzoek van de provincie en met instemming van de Stuurgroep Merwedezone heeft de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden hiervoor het voortouw genomen en BWZ Ingenieurs de opdracht verstrekt voor het maken van de visie op hoofdlijnen. Met instemming van de Stuurgroep Merwedezone heeft de gemeente Sliedrecht parallel hieraan Royal Haskoning opdracht verstrekt voor het maken van de ‘globale uitwerking’ van het Recreatief Knooppunt Sliedrecht. Met de inbreng en instemming van de in de Stuurgroep Merwedezone vertegenwoordigde partijen heeft BWZ Ingenieurs met grote voortvarendheid de ‘Visie Zuidrand Groene Hart‘ vervaardigd Bij schrijven d.d. 1 juni 2011 is de ‘Visie Zuidrand Groene Hart’ met bijlagen door de Stuurgroep Merwedezone aangeboden aan Gedeputeerde Staten om haar te betrekken in de procedure ter vaststelling van de ”Herziening 2011” van de provinciale structuurvisie en verordening. GS hebben hierop in de vergadering van 23 augustus jl. positief gereageerd. Het woord is nu aan Provinciale Staten van Zuid Holland. De tweede herziening van de provinciale structuurvisie en verordening door provinciale staten wordt voorzien in januari 2012.
Portefeuille J.P. Tanis Kwaliteitshandvest gemeente Sliedrecht en servicenormen in relatie tot de evaluatie van het SCD. De evaluatie van het SCD is recentelijk toegelicht in de informerende bijeenkomst van uw raad. Naast de vragen over de evaluatie zelf zijn er vragen over de betekenis voor de gemeente Sliedrecht tegen de achtergrond dat een groter financieel voordeel was verwacht. De evaluatie geeft daar nu geen antwoord op, alleen dat met de doorontwikkeling van het SCD dit najaar de sturing op kwaliteit, processen en ook de normen zullen worden opgepakt. Het college zegt toe dat zij een notitie gaan opstellen waar ingegaan wordt op de vragen die betrekking hebben op de financiële gevolgen en anderzijds op de vragen over de samenwerkingsrelatie. Deze samenwerkingsrelatie is breder dan het financiële vraagstuk alleen en gaat ook in op de betekenis van het SCD voor Sliedrecht en op de servicenormen van het SCD, die betrekking hebben op de samenwerking met de gemeente Sliedrecht. Voor het eind van het jaar zullen we de eerste resultaten daarvan met u delen.
Portefeuille A. de Waard Afvalberging Derde Merwedehaven Herstelbesluit/ambtshalve aanpassing vergunning Derde Merwedehaven Ter uitvoering van het collegebesluit van 14 juni 2011 is door MOB/J. Vollenbroek, namens de gemeente Sliedrecht, per brief van 15 juni 2011 (bijlage 1) beroep ingesteld bij de Raad van State tegen het herstelbesluit/ambtshalve aanpassing van de vergunning. Het beroep richt zich o.a. tegen de te ruim vergunde norm voor visueel waarneembare stofverspreiding bij stortactiviteiten. Rapport MWH verwerking asbesthoudend afval op DMH De raad heeft per brief van 24 mei 2011 de provincie verzocht om inzage in inspectierapporten en toezending van meetresultaten om zodoende meer duidelijkheid verkrijgen met betrekking tot mogelijke risico’s op asbestverspreiding naar de omgeving en op langdurige blootstelling aan asbestvezels van de inwoners van Sliedrecht. Dit verzoek was mede gebaseerd op een advies van extern adviseur Vollenbroek en een GGD advies.
-4-
Als vervolg op de brief van 11 juli 2011 (bijlage 2) heeft de gedeputeerde milieu van de provincie laatstelijk met de brief van 19 augustus 2011 (bijlage 3) op de brief van de raad geantwoord. Meegedeeld wordt dat in de eerste week van september een concreet voorstel voor een gestructureerd feitenonderzoek zal worden voorgelegd aan de gemeenten Sliedrecht en Dordrecht. Voorafgaande hieraan zal overleg plaatsvinden tussen gedeputeerde Janssen en de portefeuillehouders van de gemeenten Sliedrecht en Dordrecht. Stortreglement 2010 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben op 6 juli 2011 het bezwaarschrift van de gemeente tegen het fictief goedgekeurde stortreglement 2010, ondanks een positief advies van de bezwarencommissie, ongegrond verklaard (zie het stuk onder nr. 2 op de lijst van ingekomen stukken Ruimte en Groen). Per brief van 9 augustus 2011 (bijlage 4) heeft de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, namens GS van Zuid-Holland, een door Delta ingediende wijziging van het stortreglement goedgekeurd waarbij de mogelijkheid tot het storten van verontreinigde grond tot elke concentratie gevaarlijk afval en het onverpakt storten van asbesthoudend afval uit het stortreglement wordt geschrapt. Daarmee wordt voor een belangrijk deel tegemoet gekomen aan de bezwaren van de gemeente. De provincie blijft echter wel van mening dat dit materiaal volgens de vergunning wel gestort zou mogen worden. Het college heeft bij besluit van 16 augustus 2011 met de brief van 18 augustus 2011 (bijlage 5) beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag. Dit beroep is mede gebaseerd op het door Vollenbroek uitgebrachte advies van 26 juli 2011 (bijlage 6). Bijlagen De volgende bijlagen hebben wij in de box met de stukken voor de opiniërende bijeenkomst in de leeskamer ter inzage gelegd. 1. Beroepschrift Raad van State van MOB namens gemeente Sliedrecht van 15 juni 2011. 2. Brief gedeputeerde Janssen Provincie Zuid-Holland van 11 juli 2011. 3. Brief gedeputeerde Janssen Provincie Zuid-Holland van 19 augustus 2011. 4. Brief Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 9 augustus 2011. 5. Beroepschrift Rechtbank Den Haag van gemeente Sliedrecht van 18 augustus 2011. 6. Advies MOB inzake stortreglement 2010 van 26 juli 2011.
Bioderij De procedure rond de milieuvergunning is afgerond. De Bioderij heeft geruime tijd geleden een aanvraag om een bouwvergunning eerste fase ingediend voor het bouwen van een hoge schoorsteenconstructie. Deze is verleend maar hierop is bezwaar gemaakt door twee omwonenden. Deze omwonenden vrezen geluidsoverlast van de wind tegen de constructie (dit is overigens geen weigeringsgrond voor een eerste fase bouwvergunning, dit komt in de tweede fase aan bod). Evenwel is naar aanleiding van dit bezwaar een overleg gepland tussen gemeente, bezwaarmakers en Bioderij om te kijken of we tot een oplossing kunnen komen zonder naar de bezwaar en beroepscommissie te gaan. Het bleek dat het bedrijf een nieuwe baktechniek wil invoeren en dit zou minder geuremissie opleveren. Hiervoor heeft het bedrijf een geuronderzoek laten uitvoeren. Gedurende dit onderzoek en de gesprekken hierover is de termijn waarbinnen uitsluitsel over het bezwaar gegeven moet worden opgeschort (met goedvinden van de bezwaarmakers). Het bedrijf wil afzien van het bouwen van de in de vergunning voorgeschreven 50 m hoge schoorsteen. De Bioderij stelt dat door de nieuwe baktechniek de hoge schoorsteen niet nodig is om aan de geurnorm te voldoen en wil derhalve de vergunning aangepast zien. In overleggen is hen gemeld dat het initiatief daarvoor bij hen ligt en dat zij met heel goede argumenten moeten komen om op een verantwoorde wijze de vergunning te kunnen wijzigen. Begin augustus is door de OZHZ een reactie gegeven op een ‘concept briefrapport’ dat door de Bioderij is ingediend;
-5-
daarin wordt het bedrijf verzocht een en ander uit te werken in een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning. Uit deze conceptaanvraag moet blijken dat het verantwoord is om de vergunning dusdanig aan te passen dat de schoorsteenconstructie niet verhoogd hoeft te worden naar 50 meter. De conceptaanvraag wordt uiterlijk 15 september verwacht. Na die tijd is er meer informatie of het verantwoord is om de vergunning aan te passen. Zolang niet onomstotelijk vaststaat dat nieuwe technieken garanties geven voor beperking van de overlast tot de geurnorm wordt geen medewerking gegeven aan aanpassing van de vergunning.