Doel A: ‘Geboren in het Koninkrijk’: studenten – zowel kerkelijk als niet-kerkelijk – komen tot persoonlijke geloofsovergave aan Jezus en leren dit proces voor zichzelf verwoorden.
Doel A bestaat uit vier inhoudelijke elementen waar we bij stil zullen staan in deze studie: 1. ‘persoonlijke’ 2. ‘geloofsovergave’ 3. ‘aan Jezus’ 4. ‘dit kunnen verwoorden’ Dit zullen we doen door per onderdeel naar een paar Bijbelteksten/gedeeltes te kijken om daaruit relevante principes te destilleren. Verder moedigen we je aan je eigen gedachtes over deze zaken te formuleren. Dit zal je helpen scherp te krijgen wat je zelf wel en niet gelooft. Daarnaast is je persoonlijke overtuiging de belangrijkste basis en motivatie in je leiderschap. Van hieruit kan en wil je zelf anderen ondersteunen en uitdagen.
Ad. 1 ‘persoonlijke’ Lees de volgende teksten rustig door en probeer per tekst(gedeelte) de principes te verwoorden, vanuit de context, die betrekking hebben op dit element van doel A. - Matt. 16:13-17
- Joh. 3:1-7
- Joh. 3:36
- Joh. 6:60-70
Wat zijn je conclusies als je deze gedeeltes hebt gelezen mbt het ‘persoonlijke’ aspect van overgave?
Ad. 3 ‘aan Jezus’ Voor de opbouw is het beter als we eerst naar wie Jezus is kijken voordat we over overgave nadenken. Lees de volgende teksten rustig door en probeer per tekst(gedeelte) te verwoorden welke ‘belangrijke’ aspecten van wie Jezus is hieruit naar voren komen.
- Joh. 1:14-18
- Joh. 1:29
- Joh. 14:6+7
- Luc. 6:46-49
- Kol. 2:6-10
Wat wil God vanuit deze gedeeltes openbaren over essentiële aspecten van wie Jezus is?
Ad. 2 ‘geloofsovergave’ Lees de volgende teksten rustig door om per tekst(gedeelte) de verschillende aspecten te ontdekken die met Bijbelse ‘geloofsovergave’ te maken hebben. Maak onderscheid tussen die dingen die te maken met zaken/keuzes die God van ons vraagt, en die dingen die God alleen kan doen en die Hij belooft te doen, als wij doen wat Hij van ons vraagt. WAT: - Luc. 5:4-11
- Marcus 1:15-17
- Rom. 3:21-26
- Hand. 2:37-40
- Hand. 26:18
- Rom. 1:1-6 en Rom. 16:26
Hoe zou jij geloofsovergave op basis van deze gedeeltes beschrijven: ‘geloofsovergave wordt gekenmerkt door …’ HOE: - Joh. 5:39+40
- Joh. 1:12+13
- Openbaring 3:20
Wat voegen deze gedeeltes toe aan jouw begrip van geloofsovergave?
Welke reactie vraagt God van ons op basis van wie Jezus is?
Ad. 4 ‘dit kunnen verwoorden’ Lees de volgende teksten rustig door en probeer per tekst(gedeelte) te ontdekken en te verwoorden waarom het belangrijk is dat iemand niet alleen tot een innerlijke geloofsovergave komt, maar dat hij/zij dit ook duidelijk hardop verwoordt naar Jezus en anderen. Daarnaast dat hij/zij leert uitleggen aan anderen wat er precies is gebeurd. - Rom. 10:9+10
- Matt. 16:15+16
- Hand. 26:16-18
- Rom. 1:16
- 1 Petr.3:14-16
Wat voor praktische voordelen zou het kunnen hebben om je eigen geloofsovergave te kunnen verwoorden voor jezelf en anderen?
* mijn eigen positie: 2 Kor. 13:5 ‘onderzoek bij jezelf of je vast op God vertrouwt, stel jezelf op de proef. Je weet toch van jezelf dat Jezus Christus in je is? Als dat niet zo is, dan heb je de proef niet doorstaan.’
Als jij je jezelf onderzoekt op basis van bovenstaand vers, wat is dan je conclusie? Waar baseer je die op? Als je twijfelt, waar komt dit dan door?
Waar sta jij in relatie tot de vier verschillende elementen van doel A? Welke elementen zijn al wel op jou van toepassing en welke nog niet, of niet helemaal? Probeer te verwoorden waarom je dit denkt!!!
* mijn eigen overtuiging: Ik geloof dat het belangrijk is dat iemand tot een persoonlijke geloofsovergave aan Jezus komt, omdat …
Ik versta onder geloofsovergave de volgende dingen …
Het is belangrijk dat iemand, als hij/zij een keuze voor Jezus wil maken, tot de volgende conclusies over Jezus komt (of is gekomen): …
Ik geloof dat het belangrijk is dat iemand die tot persoonlijke geloofsovergave aan Jezus is gekomen, wordt geholpen dit duidelijk voor zichzelf te kunnen verwoorden, omdat …
NB 1 We zijn ons bewust dat er begrip is van het belang van dit doel en dat mensen hier persoonlijk in uitgedaagd en ondersteund moeten worden. Hoe je dit praktisch kunt doen (hoe je met iemand een gesprek kunt voeren om diegene te helpen eerlijk te kijken waar hij/zij staat op dit gebied; hoe je iemand tot Jezus kunt leiden; wat je met iemand kan bidden?) behandelen we nu niet. Zorg dat er in je stad of kringhuis/dispuut aandacht aan gegeven gaat worden, zodat jij en je kringleiders hier ook in worden toegerust.
NB 2 denk na en bidt over de vraag hoe jij als nestor aandacht kan geven aan dit onderwerp (doel A) binnen je huis. Een paar tips: - Wat kan je samen met je kringleiders doen om hen te helpen overtuiging en visie voor dit doel te ontwikkelen? (bijv. deze studie ☺) - Hoe kan jij je kringleiders ondersteunen zodat zij binnen hun kring durven nadenken en zicht krijgen op de mensen voor wie dit nog een belangrijke stap is (voordat er aan andere dingen gebouwd kan worden)? - Is er iets wat je bijv. bespreekbaar zou kunnen maken binnen je dispuutsuur? - Denk na over de mogelijkheid om leden van je kringhuis uit te dagen hun eigen proces te vertellen in een persoonlijk getuigenis, zodat ze geoefend raken in het verwoorden en anderen hier door geïnspireerd kunnen worden.