Actueel / Ingrid Glorie Interview met Mamphela Ramphele
‘Dit land is te mooi om te gronde te gaan’ Veel Zuid-Afrikanen hebben hun hoop gevestigd op Agang, het nieuwe politieke ‘platform’ van Mamphela Ramphele. Commentatoren betwijfelen of Agang genoeg kiezers zal kunnen trekken om het bij de verkiezingen van 2014 op te nemen tegen Jacob Zuma’s ANC. Maar Ramphele is vastbesloten om een einde te maken aan de cultuur van corruptie en straffeloosheid aan de top. Eind 2012 verscheen Conversations With My Sons And Daughters, een boek waarin Mamphela Ramphele een scherpe analyse geeft van alles wat er mis is in het huidige Zuid-Afrika, zoals de corruptie, de vriendjespolitiek in regeringskringen en de lamentabele staat van het onderwijs. Ze draagt echter ook een oplossing aan: gewone Zuid-Afrikaanse burgers moeten meer invloed krijgen en meer betrokken worden bij het bestuur van hun land. Op 19 februari 2013 lanceerde Ramphele Agang ‒ geen politieke partij, maar een ‘politiek platform’. Hoewel het onderscheid tussen partij en platform voor velen nog onduidelijk is, springen de overeenkomsten tussen het boek en de kernpunten van Ramphele’s bevlogen toespraak bij de presentatie van Agang direct in het oog. Toch kan het boek volgens Ramphele niet worden opgevat als manifest voor Agang. ‘Puur toeval’, zegt ze, in de woonkamer van haar huis in Kampsbaai, aan de kust van het Kaapse Schiereiland. Een raam over de hele breedte van de kamer biedt een adembenemend uitzicht op het blauwe water van de Atlantische Oceaan. De ruimte is smaakvol ingericht met beelden en schilderijen uit zowel de Europese als de continentale Afrikaanse traditie. En er hangen foto’s die herinneren aan Ramphele’s activistische verleden. Zoals die van Steve Biko, de leider van de Black Consciousness Movement, met wie Ramphele in de jaren zeventig bevriend was. Ze was in verwachting van hun zoon Hlumelo, toen Biko in 1977 in een politiecel om het leven kwam. ‘Het boek is ontstaan op aandrang van jonge mensen, tussen 25 en 45 jaar oud, die zeiden: “Mama – want ze noemen me Mama – jij hebt zoveel wijsheid en ervaring, we willen dat jij onze mentor wordt.” “Dat kan niet”, zei ik, “jullie zijn met te veel.” “OK”, zeiden ze, “schrijf ons dan.” Het schrijven van het boek duurde drie jaar, en toen ik eraan begon, had ik er
nog geen idee van dat mijn levensreis deze wending zou nemen. Maar op een bepaalde manier hangen het boek en Agang toch met elkaar samen, omdat wat ik in het boek zeg, mijn gevoel van hoop weergeeft over dit prachtige land, mijn gevoel van wanhoop over de manier waarop zijn toekomst ondermijnd wordt, en de basisprincipes waarmee we ons land opnieuw kunnen opbouwen.’ ‘Veel mensen zijn gestorven voor onze vrijheid’ Het besluit om Agang op te richten is geleidelijk ontstaan. Al jarenlang oefenden mensen druk op Ramphele uit om in de politiek te gaan. Maar ze blijft liever op de achtergrond, net als in de tijd van de Black Consciousness Movement, gedurende haar jaren van ballingschap in Tzaneen en ook later, als wetenschapper aan de Universiteit van Kaapstad. ‘Mijn kracht ligt in het organiseren, in het opzetten van projecten van onderaf, op grass roots level. En in het persoonlijke contact met mensen. Maar de laatste jaren was het steeds vaker alsof ik tegen een muur op liep. Overal in het land ontmoette ik mensen die meer inspraak wilden en die de regering ter verantwoording wilden roepen. Maar telkens weer stuitte ik op een overheid die niet wilde luisteren. En op een regering die niet in staat was om het land te leiden. De onverschilligheid van de Zuid-Afrikaanse overheid was voor buitenlandse donororganisaties reden om zich terug trekken.’ Het is Ramphele een doorn in het oog dat zoveel macht in Zuid-Afrika berust bij regering en overheid (beide gedomineerd door het ANC), het ANC als partij, de staatspresident (Zuma) en de ANC-partijleider (weer Zuma). ‘Het is allemaal van hetzelfde laken een pak. Daardoor wordt het mogelijk om voor één individu een huis te bouwen voor 200 miljoen Rand en het dan een key point te noemen, een plaats van strategisch belang. Nkandla staat voor alles wat er mis is in dit land. De man die in Nkandla woont, is aan de macht gekomen ondanks het feit dat er wel zevenhonderd beschuldigingen van corruptie tegen hem waren ingebracht en hij er nooit in is geslaagd om zijn naam te zuiveren. En zo’n man bekleedt het hoogste ambt in dit land!’ Tegen mei 2012 was Ramphele ervan overtuigd dat ze iets móest doen om te voorkomen dat deze cultuur van straffeloosheid Zuid-Afrika ten gronde zou richten. ‘Daarvoor is dit land te mooi en te belangrijk’, zegt ze vol vuur. ‘In de eerste plaats voor mijzelf. Ik heb me 45 jaar lang voor dit land ingezet en ik kan niet toestaan dat iemand het kapotmaakt. Ten tweede zijn er vele mensen gestorven om onze vrijheid mogelijk te maken en ik wil geen deel hebben aan het verraad van de offers die zij hebben gebracht. Ten derde heb ik twee kleinkinderen en ik wil niet dat ze
opgroeien in een land waar ze het liefst wég willen. En ten vierde hebben wij als Zuid-Afrikanen een grote verantwoordelijkheid om het continent Afrika tot een succes te maken. We hebben de grootste economie, maar we slagen er niet in om Afrika vooruit te helpen; op dit moment remmen wij de ontwikkeling van Afrika zelfs af.’ ‘Black Consciousness duurde te kort’ Dat het, anders dan in de Arabische wereld, nog steeds niet is gekomen tot een ‘Zuid-Afrikaanse Lente’, komt volgens Ramphele doordat de verschillende bevolkingsgroepen die samen de Zuid-Afrikaanse samenleving vormen, stuk voor stuk een autoritaire cultuur kennen. ‘We hebben nooit geleerd om het gezag van de leiders in twijfel te trekken. De enige periode waarin we begonnen te kijken naar de rol van de psyche bij onze eigen onderdrukking was in de jaren zeventig, in de tijd van de Black Consciousness Movement. Toen begonnen mensen zich af te vragen: hoe komt het dat we een dergelijke behandeling accepteren? Dat iemand tegen je zegt dat je iets niet bent, en je accepteert het? Opeens ben je niet langer jíj, maar je bent niet-ik. Hoe kun je door het leven gaan als niet-ik? Wat is er van jóu geworden? Je hebt jezelf gedood. In Zuid-Afrika doodden mensen die niet van Europese afkomst waren zichzelf, geestelijk, door te accepteren dat ze niet-Europees genoemd werden, niet-blank. De belangrijkste verdienste van de Black Consciousness Movement was dat het ons de ogen opende voor het belang om jezelf een naam te geven. Dat bevrijdde ons, dat bevrijdt je van angst en plaatst je op gelijke voet met anderen.’ Helaas, zegt Ramphele, duurde de periode van de Black Consciousness Movement te kort. Maar de Soweto-opstand zou nooit hebben plaatsgevonden als de Black Consciousness Movement de jeugd van ZuidAfrika niet had bevrijd van angst, en datzelfde geldt voor de massamobilisatie van de jaren tachtig. ‘Maar in 1994 gaven we onze zelfstandigheid uit handen aan één man, Nelson Mandela, en zijn organisatie, het ANC. Mandela zelf zei voortdurend dat deze vrijheid niet het werk was van één man, maar bevochten was door alle Zuid-Afrikanen plus onze vrienden in het buitenland die ons ondersteunden. Maar vanaf 1994 keerden we terug naar een autoritair leiderschap. De negatieve invloed kwam van het ANC in ballingschap, die in de jaren zestig het land had verlaten en die de ontwikkeling van de jaren zeventig niet had meegemaakt.’ Partij of platform?
Politieke analisten hebben sceptisch gereageerd op de lancering van Agang. Zij gaan ervanuit dat de meeste kiezers de gevestigde partijen, zoals ANC en DA, trouw zullen blijven. Maar Ramphele laat zich door deze sombere voorspellingen niet uit het veld slaan. ‘Op de luchthaven, in de supermarkt, op straat… Overal ontmoet ik mensen die zeggen: godzijdank, nu zullen we écht vrij zijn! We gaan er ook niet vanuit dat we winnen omdat we gelijk hebben. Je wint omdat je aansluit bij de emoties, de hoop, de dromen van mensen, en zij – zij – worden hun eigen bevrijders. En vergeet niet dat alles klein begint. Een reusachtige boom begint als een mosterdzaadje. Ja, we zijn klein, en de verkiezingen zijn al in 2014. Dus we hebben geen tijd en dat weten we heel goed. Daarom kunnen we elke hulp gebruiken die we kunnen krijgen om het enthousiasme van de mensen om te zetten in een formidabele machine.’ De intentie om de kiezers zelf verantwoordelijk te maken voor datgene waar Agang voor staat, verklaart de keuze om te starten met een platform in plaats van een partij. ‘Een platform’, verduidelijkt Ramphele, ‘is een virtuele ruimte waar Zuid-Afrikanen met elkaar in gesprek kunnen gaan. Als ik meteen met een politieke partij was begonnen, dan had ik met een handvol mensen om de tafel gaan zitten om een verkiezingsprogram te schrijven, en dan moet je mensen overtuigen. Maar dat hoeft nu niet. We initiëren gesprekken waardoor mensen gaan inzien dat ze een stem hebben, dat ze hun eigen volksvertegenwoordigers kunnen kiezen, of, als ze dat willen, zelf in het parlement kunnen gaan zitten.’ Niet de schuld van het verleden Daarmee raakt Ramphele aan het onderscheid tussen een gezagsgetrouwe onderdaan en een zelfbewuste en betrokken burger, zoals ze dat ook in haar boek uiteenzet. Dat de regering zo makkelijk wegkomt met corruptie en falend beleid, is volgens Ramphele de oorzaak voor de vele gewelddadige protesten tegen slechte dienstverlening, de afgelopen maanden. ‘De mensen maken alles stuk omdat ze machteloos zijn. Gefrustreerd. Ik noem dat “sociale pijn”: het gevoel dat je hebt als je weet dat wat er gebeurt, verkeerd is, en je bent niet bij machte om er iets aan te doen. Het is als een depressie. Je raakt aan de drank of je begint je vrouw of je kinderen te slaan… Je hebt het onopgeloste trauma van de onderdrukkende regimes uit het verleden, opnieuw geactiveerd door het besef dat de vrijheid ons niet de genezing heeft gebracht waar we naar zochten.’ Ik heb twee zonen, van 35 en 30 jaar oud. Ik heb als ouder vast en zeker fouten gemaakt. Maar dat geeft hen nog niet het recht om te zeggen: ik kan geen baan vinden want mijn moeder heeft me verkeerd opgevoed.
Onze democratie is bijna twintig jaar oud. Om het verleden de schuld te blijven geven is een teken van een regering die weigert verantwoordelijkheid te nemen en rekenschap af te leggen. Ze moeten toegeven dat zíj ons onderwijs kapotgemaakt hebben, evenals onze gezondheidszorg. En die HOP-huizen die worden neergezet zijn een belediging voor de mensen die er in moeten leven. Half zo groot als deze huiskamer, gebouwd met zulk slecht materiaal dat het gevaarlijk is om er te wonen. Wat heeft dat met apartheid te maken?’ ‘Stap voor stap’ Ondanks de huidige problemen is Ramphele optimistisch over de toekomst van Zuid-Afrika, met zijn schitterende natuur, zijn bodemschatten en zijn jonge bevolking. Er moet slechts gezocht worden naar manieren om deze rijkdommen om te zetten in baten die iedereen ten goede komen. Daarvoor moet er geïnvesteerd worden in bijvoorbeeld onderwijs, gezondheidszorg en huisvesting. En elk van deze investeringen zal nieuwe werkgelegenheid meebrengen. Het land beschikt over genoeg kapitaal, maar vanwege de corruptie is de private sector bang om geld in het land te beleggen. Ramphele is ervan overtuigd dat het kán. ‘Natuurlijk, we gaan het doen. Stap voor stap. En de kiezers mogen ons ter verantwoording roepen. Als we het niet goed doen, moeten we weg.’ Dit artikel is voor het eerst verschenen in Maandblad Zuid-Afrika, jrg. 90, nr. 4, april 2013, p. 66, 67, 78.