Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling RIZA
Aan
afdelingshoofden, DAC-ers, funcc.beh./geg.beheer, s y s t e e m b e h e e r d e r s , RCC, IMA
Bibliotheek 5 ex. + origineel
Contactpersoon
Doorkiesnummer
H . P . J . Alkemade
0320-298414
Datum
Bljlage(n)
j a n u a r i 1996 Ons kenmerk
U w kenmerk
IMA Onderwerp
Aanbieding werkdocument
Geachte mevrouw, heer, Hierbij bied ik u, met excuses voor de kwaliteit van de afdruk, het werkdocument "Automatiseringsplan RIZA 1996 tot 1999" aan. Het document is in de DT-vergadering van 19 december j.l. goedgekeurd. Voor eventuele vragen kunt u uiteraard contact met mij opnemen.
Met vriendelijke groet,
Henk Alkemade
PosUdres Postbus 17. 8 2 0 0 AA Lelystad
Telefoon 0 3 2 0 - 2 9 8 4 1 1
Bezoekadres Maerlant 16
Telefax 0 3 2 0 - 2 4 9 2 1 8 Telex 40772
Bereikbaar met buslijnen 3. 14. 100 en 143 vanaf station NS (halte Noorflerwagenplein)
ministerie van verkeer en waterstaat
rijkswaterstaat riza rijksinstituut voor integraal zoetwaterbeheer en afvalwaterbehandeling tel. 0320-298411, fax. 0320-249218 doorkiesnummer 0320-298414
A u t o m a t i s e r i n g s p l a n RIZA 1996 t o t 1999 status:
Werkdocument auteur(e) datura
definitief
96.013X H . P . J . Alkemade j a n u a r i 1996
riza
Voorwoord Dit automatiseringsplan is opgesteld door het Overleg) en vastgesteld door het DT (Directie overzicht van doelstellingen en beleid m.b.t. van de IT-infrastructuur van het RIZA voor de
ROA (RIZA Automatiserings Team) van RIZA. Het geeft een de ontwikkeling en het beheer jaren 1996 t/m 1999.
Vanwege het ontbreken van een RIZA-breed bedrijfsplan en -informatieplan is gepoogd rechtstreeks een brug te slaan tussen de gewenste IT-infrastructuur en de ontwikkelingen op het gebied van de informatietechnologie, ontwikkelingen in de "waterwereld" en ontwikkelingen binnen RIZA. Het doel van dit automatiseringsplan is enerzijds heldere besluitvorming over automatisering mogelijk te maken, anderzijds richting en samenhang te geven aan decentrale en centrale automatisering. Als laatste -maar zeker niet minste-, dient het automatiseringsplan de gebruikers een beeld te geven van de verwachte mogelijkheden van de IT-infrastructuur van RIZA. Produkten, diensten, kosten en inspanningen worden slechts in globale en geaggregeerde vorm weergegeven. De gedetailleerde uitwerking vindt u in het afdelingsplan van de afdeling IMA (voorzover het RIZA-brede/algemene zaken betreft), het GlS-implementatieplan (voor GIS-zaken) en de automatiseringsplannen van de hoofdafdelingen, vestigingen en de gezamenlijke stafafdelingen (voor de resp. specifieke automatiseringszaken). Namens het ROA, H. Alkemade (voorzitter)
riza
Samenvattinq Automatisering is voor RIZA een onmisbaar hulpmiddel bij de totstandkoming van de primaire produkten en bij de bedrijfsvoering. Door interne en externe ontwikkelingen, neemt het belang van automatisering voor RIZA verder toe. Dit automatiseringsplan is door het ROA opgesteld en zal door het DT worden vastgesteld. Het plan biedt inzicht in en geeft sturing aan de automatisering bij RIZA voor de periode 1996 tot 1999. De belangrijkste doelen voor de komende jaren zijn: Betrouwbare IT-infrastuctuur Applicaties onder Windows Geintegreerde kantooromgeving Toegang tot "electronische snelweg" Verlagen kosten/inspanning en beheer Advies en proefprojecten relevante IT-ontwikkelingen Hierbij streeft het ROA ernaar: . "smart follower" te zijn op het gebied van technologie . Kwaliteit volgens ITIL en ISO-9004-2 . Werkverdeling centraal/decentraal/uitbesteding optimaal in balans . Bedrijfsmatig te werken . Deskundig opdrachtgever/inkoper te zijn
riza
Besluitvorming Het DT van RIZA h e e f t op 19 december 1995 h e t d e f i n i t i e f concept van d i t a u t o m a t i s e r i n g s p l a n ( v e r s i e 12-12-1995) besproken en v a s t g e s t e l d . De r e l e v a n t e p a s s a g e s u i t h e t DT-besprekingsverslag (DT-96-001) z i j n h i e r o n d e r overgenomen. "Ook over d i e rapport wordt in waarderende zin gesproken. Alkemade is hierbij aanwezig en verklaart o.a. de wijze waarop in de financie'le dekking van dit plan is voorzien. Hierin missen nog bijdragen t.b.v. IH voor het FM-contract en voor onderhoudslicenties, terwijl bij EM een hogere bijdrage opgenomen is dan bij h e t vooroverleg overeengekomen is. Wat de decentrale automatiseringskosten betreft is als uitgangspunt gehanteerd dat elke hoofdafdeling op dat punt de eigen behoeften bekostigt. Het DT stemt met inachtneming van deze opmerking in met het plan, met de uitvoering ervan en de beschikbaarstelling van de benodigde middelen. Wat dit laatste betreft acht men het raadzaam het structurele tekort op het automatiseringsartikel bij het overleg op 19 februari a.s. ter sprake te brengen. Verder worden m.b.t. dit plan nog de volgende opmerkingen/afspraken gemaakt en bevestigd: - Besluitvorming aangaande automatisering vindt in het DT plaats; ROA bereidt voor en adviseert het DT terzake. - Aanbevolen wordt het aantal platforms binnen de dienst zo beperkt mogelijk te houden. In de opsomming ontbreekt de automatiseringskern (Apple-Macintosh) bij DXF en ervan uitgaande dat de integratie met andere platformsystemen optimaal is, is het gewenst dat een beknopte omschrijving hiervan in het plan wordt opgenomen. - Het DT acht het zinvol dat, nu FM/RCC een jaar draait, bekeken wordt of de huidige werkwijze aan de verwachtingen voldoet. - Verder wordt als aanbeveling m.b.t. de uitvoering van het plan meegegeven dat, in samenhang met de keuze voor overgang naar Windows 95, de keuze voor en overgang naar het gebruik van tekstverwerking ca. zich snel voltrekt. Een punt van zorg hierbij is wel of de gebruikers voldoende begeleiding en opleiding kan worden geboden zodat zij in staat zijn de technische ontwikkelingen te volgen opdat een goed gebruik mogelijk is." Naar a a n l e i d i n g van de gemaakte opmerkingen: - De b i j d r a g e van IH aan de onderhoudscontracten i s r e e d s v e r w e r k t . B i j d r a g e IH aan FM-contract wordt nader bepaald a l s het FM-contract wordt aangepast a . g . v . de komst van IH. Tot op heden i s een d e r g e l i j k e c o n t r a c t a a n p a s s i n g n i e t aan de o r d e . - De b i j d r a g e van EM b l i j f t -na nader o v e r l e g - ongewijzigd. - Een k o r t e b e s c h r i j v i n g van het Apple-Macintosh p l a t f o r m b i j DXF i s toegevoegd aan hoofdstuk 5 p a r . 2 ( " P l a t f o r m s " ) .
riza
l.
Inhoudsopgave
Voorwoord
2
Samenvatting
3
Besluitvorming
4
1.
Inhoudsopgave
5
2.
Inleiding
6
3.
Begripsvorming
7
4.
Automatisering bii RIZA 4.1 Inleiding 4.2 Missie 4.3 Beleid 4.4 Organisatie 4.5 Financiering
8 8 8 8 8 9
5.
De IT-infrastructuur 5.1 Inleiding 5.2 Platforms 5.3 RIZAnet 5.4 Kantooromgeving 5.5 Ontwikkelgereedschappen/databasemanagementsvstemen
-. .
Visie O P de toekomst 6.1 Inleiding 6.2 Ontwikkelingen en Trends 6.3 Visie op de IT-toekomst van RIZA 6.4 Eisen aan de IT-infrastructuur
11 11 11 12 13 13 14 14 14 15 16
7.
De eerste stappen 7.1 Inleiding 7.2 Problemen 7.3 Doelen 1996-1999
17 17 17 18
8.
Plan van aanpak voor 1996-1998 8.1 Inleiding 8.2 Realisatie van doelen 8.3 IT-pro-iecten
19 19 19 23
SK.
•
Plan 1996 en ROA-begroting 1996-1999 9.1 Inleiding 9.2 Automatiseringsplan 9.3 Automatiseringskosten 9.4 Verdeling en financiering van automatiseringskosten
27 27 27 27 28
riza
Inleiding RIZA is een professioneel kennisinstituut op het gebied van duurzame waterhuishouding van binnenwateren. Op maat gemaakte en gepresenteerde kennis wordt een steeds belangrijker "produkt" van RIZA. De kennis -in hoofden, op papier of digitaal aanwezig- die nodig is om dit produkt te maken en te leveren, vormt een belangrijk "werkkapitaal" voor RIZA. Om als kennisinstituut professioneel te kunnen opereren, dient de aanwezige kennis beschikbaar en toegankelijk (ontsloten) te zijn, dient kennisuitwisseling met externe organisaties mogelijk te zijn, dient RIZA haar kennisprodukten te ontwikkelen en op maat te kunnen presenteren. Bij al deze activiteiten speelt automatisering, of liever, de informaticatechnische infrastructuur een vitale rol. Gegevens, informatie en kennis kunnen m.b.v. de IT-technische infrastructuur worden opgeslagen, getransporteerd en gepresenteerd. Ook bij de opwerking van gegevens naar informatie en van informatie naar kennis zijn automatiseringshulpmiddelen van groot belang (denk ook aan standaard pakketten als tekstverwerker, spreadsheet, statistische analyse, presentatiepakket). De razendsnelle ontwikkelingen op het gebied van informatie- en communicatietechnologie bieden RIZA de kansen van vele nieuwe mogelijkheden om zich als HET waterinstituut van Nederland te presenteren, maar ook de bedreigingen van een digitale marktplaats, die net zo vloeibaar en veranderlijk is als het water zelf.
riza
Begripsvorminq
l^
Automatisering is het beschikbaarstellen, beheren en ontwikkelen van de informatica-technische (IT-) infrastructuur. De plaats van de IT-infrastructuur binnen de informatiehuishouding is hieronder weergegeven.
"waarvoor"
Bedrijfsdoelen
-<.^
T
~—^
• > "
A
Informatiemodellen
gegevensmodellen. procesmodellen. Informatiebehoeften
V
Organisatie
A
"S.,> Informatiesystemen
"hoe"
implementatie vanT op|. en technische samenhang
"1 _*<*
<- >
"wat"
V
^"^
A
-L Technische infrastmctuur
standaardsoftware "waarmee" ontwikkelhulpm. netwerken hardware, operating syst. Architectuur
van de informatievoorziening
RWS
Figuur: Lagenmodel
De IT-infrastructuur bestaat uit apparatuur, bekabeling en programma's. Met apparatuur worden computers, printers, modems e.d. bedoeld. Programma's die als algemene "gebruiksvoorwerpen" kunnen worden beschouwd, worden tot de IT-infrastructuur gerekend. Voorbeelden zijn een besturingssysteem als DOS of VMS, softwarepakketten als WP, ARCinfo, SPSS of databasemanagementsystemen als INGRES en ORACLE. Toepassingen als FAIS of DONAR zijn gekoppeld aan specifieke taken en/of organisatiedelen, hebben eigen gegevensverzamelingen en zijn dus niet algemeen toepasbaar. Dergelijke specifieke toepassingen of applicaties worden daarom gerekend tot de informatiesystemen. Deze vallen buiten de IT-infrastructuur. Binnen het RIZA wordt een onderscheid gemaakt tussen het centrale decentrale deel van de IT-infrastructuur.
en het
De centrale technische infrastructuur bestaat uit het RIZAnet (tot aan het aansluitingskastje op de werkplek), inclusief de standaardkantoorsoftware en netwerkdiensten als gedeelde printfaciliteiten, mailfaciliteiten en gezamenlijk gebruik van gegevens en software. Ook de -in de centrale computerruimte opgestelde- mini-computers behoren tot de centrale technische infrastructuur. De decentrale technische infrastructuur bestaat uit de PC's, terminals en werkstations op de werkplek, die al of niet op RIZAnet zijn aangesloten. Datzelfde geldt voor de zgn "lokale" software (niet standaard, niet via het netwerk aangeboden), die op deze apparaten is gelnstalleerd
riza
4.
Automatisering bij RIZA
4. i Inleiding In dit hoofdstuk wordt de structuur van de automatisering bij het RIZA geschetst. Er wordt ingegaan op de missie, de kerntaken, het beleid , de organisatievorm en de financiering. 4.2 Missie De missie van de totale automatiseringsorganisatie (vertegenwoordigd door het ROA) van RIZA is: "Het op basis van vastgestelde diensten en daaraan gekoppelde
behoeften, expertise
beschikbaar stellen van ITaan medewerkers van RIZA"
Vanuit bovenstaande worden de navolgende kerntaken gedefinieerd: ontwikkelen, beheren en operationeel beschikbaar stellen van de ITinf rastructuur . verzorgen van instructie, ontwerpen van standaards en procedures ten behoeve van het gebruik van de IT-infrastructuur en het bewaken daarvan. 4.3 Beleid Het beleid geeft aan HOE wij als automatiseringsorganisatie deze missie zullen nastreven. In het beleid wordt geschetst op welke manier we omgaan met onderwerpen als "kwaliteit", "innovatie" etc.: 1.Innovatie "smart follower" op het gebied van informatie- en communicatie technologie. 2.Kwaliteit Kwaliteitssysteem volgens ITIL en ISO 9004-2 3.Werkverdeling Decentraal waar mogelijk, centraal waar nodig en uitbesteden indien verantwoord. 4.Bedrij fsvoering Bedrijfsmatig werken. Inzicht in de kosten van IT-diensten. 5.Uitbesteding/inkoop/inhuur Deskundig opdrachtgever/inkoper IT 4.4 Organisatie Gedeelde verantwoordelijkheid Het beheer en de ontwikkeling van de IT-infrastructuur is de gedeelde verantwoordelijkheid van de afdeling automatisering, RCC en de hoofdafdelingen. De verdeling van die verantwoordelijkheid is gebaseerd op het onderscheid tussen het centrale en het decentrale deel van de IT-infrastructuur. De afdeling automatisering (IMA) De afdeling automatisering (4 fte) is de afdeling, die verantwoordelijk is voor de centrale technische infrastructuur op operationeel, tactisch en
8
riza
strategisch niveau, inclusief het beheer van de relevante onderhoudscontracten. Facilities Management: RCC Sinds 1 januari 1995 is het operationeel beheer van de centrale technische infrastructuur ondergebracht bij een facility management partner (RCC). Het aansturen van het facility management vindt plaats in het Service Control Team (SCT). De afdeling automatisering levert de voorzitter van dit overleg tussen RIZA en RCC. De decentrale automatiseringskernen De decentrale technische automatiseringsinfrastructuur is de verantwoordelijkheid van de hoofdafdelingen. Het operationeel beheer van de decentrale technische infrastructuur ligt bij de decentrale automatiseringskernen binnen de hoofd- en stafafdelingen. Iedere hoofdafdeling, alsmede de gezamenlijke stafafdelingen, hebben een Decentrale Automatiserings Coordinator (DAC-er) aangesteld. WS heeft voor de vestigingen Arnhem en Dordrecht ieder ook een DAC-er aangesteld. Naast de DAC-ers zijn er nog sub-DAC-ers/systeembeheerders die de decentrale operationele taken uitvoeren. In totaal zijn er 11 fte decentrale automatiseerders. Het RIZA AutomatiseringsOverleg (ROA) De aansturing en afstemming van centrale en decentrale automatisering vindt plaats in het maandelijkse "RIZA AutomatiseringsOverleg" (ROA). Daarnaast adviseert het ROA het DT, resp. beantwoordt vragen van het DT, over hoe om te gaan met nieuwe ontwikkelingen, problemen en wensen op het gebied van de automatisering. Alle DAC-ers en medewerkers van IMA (naar behoefte) hebben zitting in het ROA, dat wordt voorgezeten door het hoofd van de afdeling IMA. Vastlegging gegevens IT-infrastructuur De gegevens van de IT-infrastructuur liggen vast in ISIC (configuratie- en probleemdatabase). Het beheer ligt bij de afdeling IMA. Overige overleggen Intern RIZA: Binnen de hoofdafdelingen bestaan interne automatiseringsoverleggen, die in de betreffende automatiseringsplannen worden genoemd. Op het gebied van GIS is dit jaar een apart RIZA-breed GIS-overleg ingesteld, onder voorzitterschap van het hoofd GIS en databeheer. Extern RIZA: V&W-brede overleggen m.b.t. informatietechnische thema's, worden in het afdelingsplan van de afdeling automatisering vermeld. Hier worden verder alleen vermeld het AlV-overleg (hoofden automatisering- en informatievoorziening van RWS) en het WASD-overleg (hoofden automatisering specialistische diensten RWS). Daarnaast zijn er applicatie-gerichte overleggen, welke in de betreffende beheerplannen zijn vermeld. 4.5 Financiering De financiering van de automatisering vindt plaats volgens het beleid van RWS (par 4.3 van het "Informatie- en automatiseringsbeleid Rijkswaterstaatbreed", RWS, September 1994). Binnen Rijkswaterstaat krijgt iedere dienst per formatieplaats een vast bedrag per jaar voor basisautomatisering (aanschaf en onderhoud van
riza
apparatuur, werkplek- en kantoorautomatisering, netwerken). Dit normbedrag is ca. f3600,-. De kosten voor overige automatisering (inclusief de RWS-brede systemen voor de ondersteunende sectoren als FAIS, COMI-P en NDM) moeten worden betaald uit werkartikelen. Om een juiste verdeling van de werkelijke kosten te kunnen maken, heeft het ROA de begrippen "basisautomatisering" en "overige" automatisering voor het RIZA nader aangescherpt. Basisautomatisering is als volgt te omschrijven: "automatiseringsdiensten voor elke medewerker"
die noodzakelijk
zijn
als
basisvoorziening
ofwel "iedere medewerker een PC met netwerkaansluiting, en printfaciliteiten"
standaard
software
Het ROA is van mening dat op basis van deze omschrijving de volgende onderdelen tot algemene (basis-) automatisering moeten worden gerekend: - aanschaf van pc-artikelen (hardware, software, randapparatuur/hulpmiddelen) ,• - onderhoudscontracten pc's, printers en dienstbrede licenties voor software; - rizaNET; - datacommunicatie. Basisautomatisering wordt rechtstreeks vanuit het automatiseringsartikel gefinancierd door RWS (HW). Tekorten worden aangevuld uit werkartikelen van de hoofdafdelingen, naar rato van het aantal medewerkers, of -bij onderhoudscontracten voor PC'snaar rato van gebruik. Dit betekent dat automatisering die dient ter ondersteuning van projecten en informatiesystemen als overige automatisering wordt beschouwd. Ook de automatisering voor ondersteuning door de stafafdelingen moet hiertoe worden gerekend (boekhoud-pakketten, software voor grafische vormgeving). Deze "overige automatisering" wordt gefinancierd uit de werkartikelen, rekening houdend met de twee volgende uitgangspunten: - de kosten voor de automatiseringsinfrastructuur worden gesplitst over de diverse platforms en worden toegerekend aan de hoofdafdeling die daarvan het meeste gebruik maakt. Dit betekent bijvoorbeeld dat WS de kosten voor de SUN-workstations draagt, dat IH de kosten voor HP-workstations draagt en dat IM het grootste deel van de kosten voor het VAX-park draagt. De kosten voor algemene, door alle hoofdafdelingen gebruikte toepassingen als FAIS, COMI-P en DONAR worden toegerekend aan de hoofdafdelingen. - de stafafdelingen verrichten werkzaamheden ten behoeve van de hoofdafdelingen. Daarom worden de kosten voor automatisering van de stafafdelingen ten laste gebracht van de hoofdafdelingen. IBO Het interdepartementale beleidsonderzoek (IBO) biedt de mogelijkheid om voor het eerst- van de bestaande financiele regelgeving af te wijken. Hierdoor kan de organisatie overgaan van een taak- (input-)gerichte begroting naar een produkt- (output-)gerichte begroting. De automatiseringsbegroting is dan ook waar mogelijk zo ingericht, dat de kosten van produkten en diensten toegerekend worden aan de gebruiker (zie hoofdstuk 9.4). De opdrachtgever voor alle produkten en diensten is het DT van RIZA, behalve waar het decentrale automatisering betreft, waar de opdrachtgever -uiteraard- vanuit een hoofdafdeling optreedt. In 1996 zal gestreefd worden naar een beter inzicht in de integrale produktkosten.
10
riza
5.
De IT-infrastructuur 5.1 Inleiding
In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de IT-infrastructuur op de peildatum l September 1995. Onderstaand overzicht geeft niet meer dan een globale indeling en gaat alleen in op onderdelen, die voor de besluitvorming relevant zijn. Voor een exacte beschrijving van de IT-infrastructuur wordt verwezen naar de ISIC-overzichten (op aanvraag). 5.2
Platforms
Er zijn bij RIZA drie platforms te onderscheiden; 1. Het PC-platform Het betreft ca. 550 PC's (excl. IH), verspreid over de lokaties Lelystad (463), Arnhem (44) en Dordrecht (43). Hiervan zijn er 310 aangesloten op het RIZAnet. 35 PC's zijn geclusterd onder Windows for Workgroups. De PC's van IH (80) staan opgesteld in het Smedinghuis en zijn alle aangesloten op het LAN van IH. Het PC-bestand bestaat uit een mengsel van types (AT, 286, 386, 486 en pentium) met besturingssystemen MS-DOS en OS/2. Ongeveer 40% is uitgerust met een grafische userinterface (Windows). Een ongeveer even groot deel van de PC's is niet geschikt voor Windows. De aanschafstandaard (1995) voor PC's is 486/50i, 8 Mb intern geheugen, 210 Mb harde schijf, draaiend onder DOS 6.0 of Windows 3.11. De aanschafstandaard voor 1996 is Pentium90, 16 Mb intern geheugen, 540 Mb harde schijf, draaiend onder DOS 6.0 of Windows 3.11. 2. Het Werkstation-platform (t.b.v. GIS) Het betreft 13 SUN-werkstations (excl. IH), verspreid over de lokaties Lelystad (7), Arnhem (3) en Dordrecht (3). Deze zijn lokaal gekoppeld, maar gescheiden van RIZAnet. IH heeft 12 HP-werkstations opgesteld in het Smedinghuis, die alle aangesloten zijn op het LAN van IH. De twee besturingssystemen (SOLARIS en HP-UNIX) staan integratie niet in de weg. 3. Het Apple-platform (t.b.v. DTP en grafische vormgeving) Het betreft 11 Apple-Macintosh apparaten, waarvan 2 voor thuiswerk. Er zijn Macintosh apparaten van verschillende types (PowerMac, Quadra, Centrus, CX/CI). De Mac's zijn lokaal gekoppeld in een AppleTalk- netwerk, dat niet is gekoppeld aan het RIZAnet. Wel is in het AppleTalk-netwerk ook een "gewone" PC opgenomen en zijn twee "gewone" PC's aanwezig met RIZAnetaansluitingen. Dit alles t.b.v. bestandsuitwisseling met het niet-Apple platform. 4. Het Mini-platform (t.b.v. applicaties als FAIS, DONAR ed.) Het betreft 9 mini's, alle opgesteld in het computercentrum van RIZALelystad. Deze zijn alle gekoppeld aan het RIZAnet en m.b.v. terminalemulatie (Reflection) door gebruikers te benaderen. 5 mini's hebben het besturingssysteem VAX-VMS (meerdere versies!), 3 mini's draaien onder HP-UNIX. Er is 66n Alpha-server met Windows NT. De hoofdafdeling IH heeft 2 HP mini's in de eigen computerruimte opgesteld.
11
riza
5.3 RIZAnet Het RIZAnet zelf heeft tot doel gezamenlijk gebruik van gegevens en (kantoor- en applicatie-)software mogelijk te maken, alsmede communicatie tussen gebruikers onderling en via V&W-net met de buitenwereld. RIZAnet bestaat uit Dordrecht ieder een.
7 servers in Lelystad en op de vestigingen Arnhem en De besturingssoftware bestaat uit LAN-manager2.2b/OS2.
De PC's zijn op het netwerk aangesloten middels Ethernetkaarten. Als protocol wordt TCP/IP gebruikt (het Internet-protocol). De bekabeling heeft een capaciteit van 2Mb/sec (10base5/2 coax-bekabeling, 4 bridges). Er is een gateway naar het WAN van het ministerie van V&W (V&W-net) met een capaciteit van 64 kb/sec. De vestigingen Arnhem en Dordrecht zijn via V&W-net aan het RIZAnet gekoppeld. Het lokale netwerk van IH is via V&W-net in beperkte mate gekoppeld aan RIZAnet. De mogelijkheden zijn gelijk aan de mogelijkheden tot communicatie met andere diensten/directies binnen V&W. Via V&W-net is externe mail mogelijk middels Route400. Daarnaast is het ook mogelijk toegang te krijgen tot Internet.
12
riza
5.4 Kantooromoeving Via het RIZAnet wordt een "RlZA-menu" aangeboden, waarin zijn opgenomen: standaard kantoorsoftware (WPOffice 4.0, NS-reisplanner, Route400), terminalemulatie (Reflection 4), filetransport (FTP) en RWS-applicaties (FAIS, NDM, DONAR, COMI-P). Ook is een informatiemenu aanwezig. Indien gewenst installeert de DAC-er een prive-menu voor lokale toepassingen. De standaard kantooromgeving wordt gevormd door WPOffice 4.0, bestaande uit tekstverwerker (WordPerfect 5.1), spreadsheet (PlanPerfect 5.1), tekenpakket (DrawPerfect 1.1), tekenpakket (Presentations 2.0), editor van Wp en de Office 4.0 agenda- en mailfuncties. Verder zijn de externe mailfaciliteit via Route400 en reisplanners opgenomen. NB. Via het informatiemenu kan men aan updates komen van anti-virus software en is Host file functionaliteit (TCP/IP en FTP) mogelijk. 5.5 Ontwikkelgereedschappen/databasemanagementsvstemen Op het mini-platform wordt gebruik gemaakt van de dbms's INGRES Oracle en SYBASE. MIMER wordt afgebouwd. De ontwikkelomgeving is C, C++, Fortran, INGRES/Windows4GL, INGRES/ABF. Op het workstation-platform wordt gebruik gemaakt van dbms's INFO (bij GIS: ARCINFO) en INGRES. De gebruikte ontwikkelgereedschappen zijn C, C++, INGRES/Windows4GL en Fortran. Op het PC-platform wordt gebruik gemaakt van ASCII, dBase, LOTUS etc. In de Windows omgeving Access en Excel. Ontwikkelgereedschappen zijn C, C++, Fortran, Visual Basic en INGRES/windows4GL.
13
riza
6.
Visie O P de toekomst 6.1
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt een schets gegeven van de ontwikkelingen in de "waterwereld", het beleid van RIZA op langere termijn en de trends in telematica. Op grond van deze zaken wordt de visie van het ROA geformuleerd ten aanzien van de gewenste IT-infrastructuur. 6 .2 Ontwikkelingen en Trends Ontwikkelingen in de "waterwereld" . (inter-)nationale samenwerking . (inter-)nationale uitwisseling van gegevens In steeds sterkere mate werkt RIZA samen met bedrijven, kennisinstituten en overheden in binnen- en buitenland. Deze samenwerkingsverbanden hebben vaak een projectmatig karakter, maar er zijn ook min of meer permanente samenwerkingsverbanden. Vaak treedt de paradoxale situatie op, dat er samengewerkt moet worden met een organisatie die op een ander tijdstip of in een andere situatie een concurrent is. Kenmerkend voor al deze samenwerkingsverbanden is de electronische communicatie en uitwisseling van gegevens en kennis. Electronische communicatie en uitwisseling van gegevens zijn herkenbaar in projecten als EIONET van het Europees Milieu Agentschap en REMMSBOT van de Europese Unie, of het "stekkerdoosproject" voor nationale watergegevens (UvW, STOWA, RIZA). Het LWI-project, hoewel gericht op de concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven, heeft ook tot doel tot uitwisseling en gezamenlijk gebruik van kennis te komen. Het AQUEST-proces beoogt te komen tot een gemeenschappelijke visie in de "waterwereld" op het integraal waterbeheer voor de volgende eeuw. Dit moet leiden tot gezamenlijke ontwikkeling en gebruik van software (zoals modellen) en gegevens, met name ten behoeve van beslissingsondersteuning. Ontwikkelingen bij RIZA . . . .
informatie "op maat" voor de klant interne informatie-ontsluiting toename gebruik(-smogelijkheden) GIS multi-disciplinaire projecten
Het RIZA heeft besloten zich om te vormen van een taakgerichte organisatie in een output- en zelfs vraaggerichte organisatie. Dit vereist een duidelijke orientatie op de klant: "informatie op maat"! Informatie op maat betekent niet alleen dat de "klant" inhoudelijk juiste informatie krijgt, maar ook dat die informatie geschikt is voor het gebruik dat de "klant" ervan wil maken, dus dat de informatie de juiste inhoud heeft (dat is wat anders dan alleen inhoudelijk juist!!), op tijd beschikbaar is, de juiste mate van detaillering en betrouwbaarheid heeft, en aangeboden of opgehaald kan worden in een vorm die de "klant" wenst. De kreet "informatie op maat" is niet alleen van toepassing op "klanten". Het principe is ook toe te passen op interne "klanten" of samenwerkingspartners. Hierbij is de informatiebehoefte minder gericht op vorm en medium, maar veel meer op ontsluiting van kennis en inzicht. Meestal zal de kennis geordend zijn rond thema's. Het moet helder zijn wat de laatste stand van
14
riza
zaken/kennis is, wie ermee informatie etc.
bezig is, wat de status is van bepaalde
Veel informatie die het RIZA aan klanten verstrekt is plaatsgebonden. GIS is de manier om dergelijke informatie visueel weer te geven. De voortgaande trend om informatie te visualiseren, en de mogelijkheden modellen aan GIS te koppelen, zullen leiden tot een verdere toename van het gebruik van GIS bij RIZA. Integraal waterbeheer vereist een multidisciplinaire aanpak. Dit leidt haast als vanzelf tot samenwerkingsverbanden op basis van expertise. Die samenwerkingsverbanden kunnen intern RIZA, nationaal of internationaal zijn en kunnen een ad-hoc, projectmatig of permanent karakter hebben. Trends in telematica toename verwerkingskracht/geheugen computers toename capaciteit netwerken/netwerkdiensten client-server technologie en -toepassingen mobiele communicatie dat a-warehous ing expertsystemen multi-media geografische informatiesystemen (GIS) gebruikersinterface visueel aantrekkelijk/intuitief bedienbaar documentaire informatiesystemen/ workflow-management systemen video-conferencing/beeldtelefonie integratie communicatie-/randapparatuur Alle bovenstaande trends zijn interessant voor het RIZA, maar bij een aantal is het voldoende om als "smart follower" op te treden. Voor enkele geldt echter dat die de strategische positie van het RIZA kunnen beinvloeden: netwerken: communicatie intern, met klanten en met partners. integratie communicatie-/randapparatuur: informatie op maat data-warehousing: ontsluiting van eigen kennis. geografische informatiesystemen (GIS) documentaire informatiesystemen/ workflow-management systemen: voor inzicht in wie waar mee bezig is. 6.3 Visie O P de IT-toekomst van RIZA Op grond van de geschetste ontwikkelingen, is het mogelijk de grote lijnen van een "digitaal RIZA" neer te zetten. Het RIZAnet vormt de kern, de ruggegraat van het "digitale RIZA". Enerzijds wordt intern de aanwezige kennis ontsloten en beschikbaar gemaakt via het netwerk. Anderzijds vormt het netwerk de oprit voor de electronische snelweg naar "klanten", partners en wereldwijd aanwezige kennisbronnen. Enige toelichting is hier wel op zijn plaats. Intern kent RIZA een grote diversiteit aan bestanden, gevuld met gegevens in vele vormen: tekst, afbeeldingen, "pure" data etc. Over al deze digitaal opgeslagen informatie ligt een doorzichtige "glasplaat" in de vorm van een datawarehouse. Dit datawarehouse maakt de grote diversiteit aan informatie in 6en vorm voor iedere RIZAnees via het RIZAnet toegankelijk. Uiteraard is een randvoorwaarde, dat een keus wordt gemaakt welke informatie digitaal toegankelijk moet zijn. Deze informatie moet indien nodig gedigitaliseerd worden. Te denken valt aan post, rapporten etc.
15
riza
De informatie wordt bewerkt, uitgebreid, verfijnd etc. in RIZA-werkprocessen. Het is te verwachten dat kennisen beslissingsondersteunende systemen in die processen een steeds grotere rol zullen gaan spelen. In een aantal gevallen zullen deze processen werken met documentaire informatiesystemen
of
workflowmanagementsystemen.
De informatie die deze
systemen leveren over de kennisprocessen, is in principe ook weer via het RIZA-datawarehouse toegankelijk. Naar "buiten", naar de klant toe, zal RIZA een informatie -die intern in 66n digitale vorm wordt geproduceerd- om moeten zetten in een door de klant gekozen vorm en aan de klant ter beschikking moeten stellen op een door de klant gekozen manier. Het zal dus mogelijk moeten zijn vanuit de RIZA-"informatieschil" informatie een grote diversiteit van randapparaten aan te sturen bij de klant (postbus, TV, PC, fax, printer etc.). Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat de ene klant een rapport op papier krijgt toegestuurd, dat een ander het rapport via het netwerk ophaalt en thuis al of niet print. Het kan betekenen dat een schipper berichten over waterstanden per fax krijgt, via teletekst, of Internet gebruikt. Veel informatie die bij RIZA gebruikt of geproduceerd wordt, is plaatsgebonden. Dergelijke informatie zal steeds meer worden opgeslagen in GISsystemen, zodat de informatie visueel aantrekkelijk (op kaarten) kan worden gepresenteerd. Door de toenemende analysemogelijkheden en de mogelijkheden om modellen als SOBEK te koppelen aan GIS, biedt GIS voor RIZA veel mogeli jkheden om ten aanzien van informatie op maat, ontsluiting van kennis en beslissingsondersteunende systemen. 6 .4 Eisen aan de IT-infrastructuur De belangrijkste eisen die in de bovengeschetste situatie aan de IT-infrastructuur worden gesteld zijn: -RIZAnet .bedrijfszeker .zeer hoge capaciteit .altijd "in de lucht" .van afstand toegankelijk -WAN (V&W-net) .aangesloten op netwerk van netwerken (Internet) .zeer hoge capaciteit en beschikbaarheid -Gegevens .zeer grote opslagcapaciteit .beheren gegevens over gegevens (metagegevens) -PC s/werkstations .aangesloten op RIZAnet .geintegreerde kantooromgeving .toegang tot RIZA-datawarehouse .toegang tot taakgebonden applicaties -Mini's .specifiek voor bedrijfskritische systemen inzetten? -Randapparatuur (printers, faxen, modems, video ed.) .faciliteiten voor digitaliseren (scanning/barcoding) .randapparatuur naar keuze vanaf PC aan te sturen
16
riza
7.
De eerste staooen 7.1 Inleiding
Op dit moment zijn er enkele problemen, die om een oplossing vragen. De oplossing van deze problemen zal moeten voldoen aan de toekomstige eisen aan de IT-infrastructuur. Daarnaast is al een aantal ontwikkelingen in gang gezet. Op grond van deze overwegingen heeft het ROA voor de komende jaren doelen geformuleerd ten aanzien van de IT-infrastructuur en de organisatie van de automatisering bij RIZA. 7.2 Problemen In 1995 is een onderzoek gedaan naar de tevredenheid van de klanten van de automatisering (de RIZA-medewerkers dus). De dienstverlening door de totale automatiseringsorganisatie werd met "een klein zesje" beoordeeld. De belangrijkste problemen waren: . niet iedereen op het netwerk aangesloten . te veel hinderlijke storingen op het netwerk . twee mailsystemen, die niet met elkaar communiceren . onduidelijkheid over mogelijkheden netwerk en kantoorsoftware . documentatie, voorlichting, opleiding ontbreekt meestal . wijzigingen niet aan alle gebruikers bekendgemaakt. . onduidelijkheid over plannen en ontwikkelingen netwerk. . onduidelijkheid over taken en verantwoordelijkheden automatiseringsorganisatie: Wie moet waarvoor worden aangesproken? De DAC-ers, IMA en RCC hebben vastgesteld dat ook uit beheersoogpunt een aantal problemen aanwezig is: . DOS-omgeving niet geschikt voor toekomstige ontwikkelingen. . 2 omgevingen (DOS, Windows) . dubbel beheer . uitwisselingsproblemen . niet-geintegreerde kantooromgeving . meer beheerinspanning . uitwisselingsproblemen . netwerkbesturingssoftware is verouderd . wordt niet meer door leverancier ondersteund . niet geschikt voor toekomstige ontwikkelingen . toename integratieproblemen netwerksoftware/Windowsapplicaties/DOSapplicaties. . verlies van overzicht over de totale IT-infrastructuur . beheersbaarheid afgenomen . bedrijfszekerheid in het gedrang. . geen tijd voor structurele verbeteringen . toename storingen en installatieproblemen Daarnaast spelen enkele ontwikkelingen op de korte termijn: Vanaf 1 januari 1996 is RIZA uitgebreid met een nieuwe hoofdafdeling (Landinrichting en Herstel, IH). Deze hoofdafdeling blijft gehuisvest in het Smedinghuis, maar dient gelntegreerd te worden in RIZA. Hiermee wordt nog een vierde (HP-UNIX) platform van de nieuwe hoofdafdeling IH bij RIZA gelntroduceerd. RIZA verhuist naar verwachting in 1998 naar het Smedinghuis. De verhuizing van RIZA-medewerkers naar het Smedinghuis zal waarschijnlijk gefaseerd verlopen in de jaren tot 1998. Deze medewerkers dienen aangesloten te blijven op het RIZAnet.
17
riza
Met ingang van 1996 zullen de europese aanbestedingsregels volledig worden gevolgd. Dat betekent dat de levering van automatiseringsartikelen en -diensten volgens de betreffende procedures europees moeten worden aanbesteed, zodra zij RlZAbreed (!) een bedrag van ca. 280 kfl (leveringen) resp. ca. 450 kfl (diensten) overschrijden. Als gevolg van deze regelgeving zal het ROA alle geplande/voorzienbare automatiseringsuitgaven RlZAbreed moeten sommeren, soms zelfs over een periode van drie jaar! 7.3 Doelen 1996-1999 In het ROA is op basis van de geschetste problemen en ontwikkelingen voor de korte termijn, een aantal doelen geformuleerd, die passen in de ontwikkeling naar de in hoofdstuk 6 geschetste visie. Hierbij gaat het ROA ervanuit dat IH per 1/1/'96 volledig is geintegreerd in RIZA, dus ook de IT-infrastructuur en dat alle RIZA-medewerkers zijn aangesloten op RIZAnet en de RIZA-kantooromgeving. Doelen automatisering RIZA 1996-1999 . Betrouwbare IT-infrastructuur . Applicaties onder Windows . Geintegreerde kantooromgeving . Toegang tot "electronische snelweg" . Verbeteren kwaliteit/ verlagen beheerkosten en -inspanning . Proefprojecten en advies relevante IT-ontwikkelingen
18
riza
8.
Plan van aanpak voor 1996-1998 8.1 Inleiding
In het plan van aanpak wordt een overzicht gegeven van de stappen die het ROA adviseert te zetten in de komende jaren, om de geformuleerde doelen conform het beleid- te realiseren. Als eerste worden de beleidsuitgangspunten geformuleerd. Dit zijn de concrete afspraken, die in het ROA zijn gemaakt om het beleid (hoofdstuk 4.3) "handen en voeten" te geven. Vervolgens worden de IT-technische projecten beschreven. Een meer gedetailleerde uitwerking vindt u in een aantal specifieke plannen. Voor RIZA-brede ontwikkelingen en projecten (ITIL, GIS, RIZAnet e.d.) zijn of worden aparte project- of implementatieplannen gemaakt. De hoofdafdelingen, de gecombineerde stafafdelingen en de vestigingen hebben ieder een gedetailleerd (decentraal) automatiseringsplan. Voor ontwikkelingen rond applicaties als DONAR, FAIS, COMI-P e.d., wordt verwezen naar de betreffende ontwikkel-/en beheerplannen. 8 .2 Realisatie van doelen Organisatie Er wordt geen wijziging van de missie of kerntaken van de gezamenlijke RIZA-automatiseringsorganisatie voorzien. Wel is door voortgaande integratie van telecommunicatie (telefoon, fax etc.) met de IT-infrastructuur, meer afstemming en samenwerking met DX nodig. Het beleid voor de inrichting van de automatiseringsorganisatie is (op hoofdlijnen): -Uitbesteden waar mogelijk (continuiteit gewaarborgd, keuze uit meerdere aanbieders blijft mogelijk, kosten/baten positief) -Decentraliseren waar mogelijk (beheersbaarheid, kwaliteit gewaarborgd) De huidige structuur en werkverdeling van de automatiseringsorganisatie is geschikt voor de uitvoering van haar taken, en kan dus ongewijzigd blijven. Wel zijn enkele aandachtspunten in de organisatie en werkwijze aanwezig. Deze zaken worden op dit moment aangepakt: De nieuwe DAC-er van de stafafdelingen moet -langdurig- worden om- en bijgeschoold. Tot dat moment is hij beperkt inzetbaar. De decentrale automatiseringsorganisatie van IM heeft een acuut capaciteitsprobleem voor operationele taken en een achterstand in te halen vwb. de structurering van het decentraal beheer. Er zal meer discipline van projectleiders nodig zijn om automatiseringsaspecten van hun projecten af te stemmen met de automatiseringsorganisatie (veelal met de DAC-er). Op dit moment worden apparaten en systemen nogaleens "over de muur gegooid" Hierdoor ontstaan problemen om e.e.a. goed aan te sluiten en in te passen. Daarnaast is het vanwege de europese regelgeving voor aanbesteding en vanwege de licencering noodzakelijk het overzicht te bewaren. Communicatie en opleiding Er bestaat bij veel medewerkers van RIZA een grote behoefte aan informatie over en begeleiding bij het gebruik van basisfunctionaliteit als netwerk,
19
riza
mail, tekstverwerker etc. Daarnaast is er grote behoefte aan duidelijkheid over wie voor welke automatiseringsvragen of -problemen moet worden aangesproken en aan terugkoppeling over de oplossing. Tevens wil men op de hoogte worden gehouden van relevante (geplande) wijzigingen. In de projecten "Overgang naar Windows" en "Naar een geintegreerde kantooromgeving" zal veel aandacht worden besteed aan de opleiding van gebruikers. Hierbij zal in een aantal gevallen een inhaalslag moeten worden gemaakt om basisvaardigheden aan te leren. Daar wordt in de betreffende projectplannen rekening mee gehouden. Een van de onderdelen van het "RIZAnet ontwikkelplan" is het verzorgen van goede en toegankelijke gebruikersdocumentatie, waar die nu ontbreekt. Waar dat mogelijk en praktisch is, zal documentatie on-line beschikbaar worden gesteld. In het kader van de invoering van het kwaliteitssysteem zal veel aandacht worden besteed aan informeren en opleiden van de gebruikers (zie ook bij "invoering kwaliteitssysteem"). Ten aanzien van ontwikkelingen op IT-gebied, zal op het netwerk (mogelijk ook nog op papier) een nieuwsbrief o.i.d. worden verspreid. Invoering kwaliteitssysteem RIZA en RCC zijn gezamenlijk een ITIL-kwaliteitsproject gestart, waarmee de bedrijfszekerheid van de centrale technische infrastructuur wordt verhoogd. Op dit moment is het kwaliteitssysteem ingevoerd voor het operationeel beheer van de centrale technische automatiseringsinfrastructuur. DAC-ers, functioneel- en gegevensbeheerders en medewerkers van de afdeling automatisering hebben inmiddels de cursus "ITIL-Essentials" gevolgd. In 1996 zal de ITIL-werkwijze ook op decentraal niveau worden ingevoerd. Hiermee wordt het mogelijk de inspanning en kosten voor het operationeel beheer van de decentrale technische automatiseringsinfrastructuur te verlagen en de kwaliteit te verbeteren. Een plan voor de verdergaande invoering van ITIL zal nog worden opgesteld, rekening houdend met het kwaliteitssyteem KOOBI en het IM-kwaliteitsproject. Dit plan (De verdere invoering van ITIL bij RIZA) zal in het eerste kwartaal van 1996 gereed zijn. In het kader van de invoering van het kwaliteitssysteem is de communicatie met de "klant" een belangrijk onderwerp. Er zal helderheid worden geboden over taken en verantwoordelijkheden binnen de automatiseringsorganisatie. Rond het proces probleemafhandeling worden procedures ontwikkeld die zorgen dat een vlotte afhandeling en een goede terugkoppeling naar de gebruikers een goede gewoonte wordt. Daarnaast zal bij wijzigingen veel aandacht worden besteed aan het informeren, zorgen voor documentatie, opleiden van de RIZA-medewerkers. Binnen het ROA zal nog een besluit worden genomen over het eventueel inrichten van §§n centrale helpdesk voor alle storingen en vragen. Invoering van ITIL betekent dat de aanwezige kennis en ervaring op het gebied van beheer veel meer dan voorheen in procedures worden vastgelegd. De IT-infrastructuur zal in een configuratiedatabase worden vastgelegd. Daarnaast dienen ook storingen op §6n plaats te worden geregistreerd, zodat een kennisbank voor oplossingen kan ontstaan. In dit kader zal ISIC worden vervangen door een nieuw tool voor incidentregistratie en -afhandeling, configuratie- en probleembeheer. Mogelijk zal ook de activa-registratie hiervan deel uitmaken. Het eigendom/beheer van dit tool ligt bij RCC.
20
riza
Het "RIZA AutomatiseringsOverleg" (ROA) is inmiddels uitgebreid met een vertegenwoordiger van RCC. Deze is aanwezig bij de bespreking van relevante onderwerpen. Integratie IH in IT-organisatie IH kan als nieuwe hoofdafdeling van RIZA naadloos aansluiten op de huidige organisatie en werkwijze van RIZA rond decentrale automatisering. De verantwoordelijkheid voor het netwerkbeheer en kantoorautomatisering zal aan IMA worden overgedragen. Dit geldt uiteraard ook voor de bijbehorende budgetten. Voor de samenwerking op GIS-gebied en de verdere RlZA-brede invoering van GIS wordt een centrale GIS-ondersteuningsgroep ingesteld. De verdere invoering en het toenemend gebruik van GIS, vereisen inzet van IMA om de technische infrastructuur geschikt voor GIS te maken en te houden, alsmede voor het RDBMS-beheer. De gegevens voor gezamenlijk gebruik, dienen op een dataserver beschikbaar te zijn. Een gedetailleerd overzicht van de plannen rond GIS vindt u in het GISimplementatieplan van de afdeling GIS- en databeheer van de hoofdafdeling IH. Onderhoud en vervanging apparatuur IMA zal via Europese aanbesteding een meerjarige raamovereenkomst sluiten voor de levering van ca. 200 PC's (1/3 van het totale bestand) per jaar. Hiermee is een bedrag gemoeid van ca. 900 kfl/jaar. Onderhoudscontracten worden alleen afgesloten voor kritische PC's (bijv. servers), voor het overige zal de garantieregeling voldoende (en goedkoper) zijn. Storingen moeten in het Nederlands kunnen worden aangemeld en evt. reparaties zullen binnen een afgesproken tijd moeten worden uitgevoerd. Voor workstations wordt niet gewerkt met een afschrijvings-/vervangingsregeling. Vervanging/upgrading vindt plaats naar behoefte. Deze behoefte komt voort uit projecten, beheer- en gebruikskosten spelen een ondergeschikte rol. Voor mini's en randapparatuur zijn ook ontwikkelingen op het gebied van gebruik en beheer van belang: Nog in 1995 zal de VAX voor AQUALARM worden vervangen. Samen met RCC zal in 1996 worden onderzocht of ook -een deel van- de overige VAX-machines kan worden vervangen door kleinere, goedkopere (onderhoud!) en snellere apparaten. In het kader van het project "redesign Labinfos" wordt hardwarevervanging voor het Labinfos voorzien. Standaarden In het ROA wordt de standaardconfiguratie van een PC vastgesteld (zonder merknamen vanwege Europese aanbesteding). Op dit moment is de aanschafstandaard: Pentium 90 met 16MB werkgeheugen en 500 MB harde schijf (inmiddels wordt alleen nog 850 Mb geleverd), voorzien van een 17" kleurenmonitor. Het ROA stelt het standaard "kantoormenu" vast. De standaard PC-configuratie voldoet te alien tijde aan de aansluitvoorwaarden voor het netwerk, die worden opgesteld door het tactisch beheer. De nieuwe PC wordt aangesloten op het netwerk en voorzover mogelijk geinstalleerd vanaf het net. Door de netwerkaansluiting krijgt de gebruiker de beschikking over een kantoormenu (Windows) met een kantooromgeving. De DAC-er draagt zorg voor goede werking en installatie van eventuele afwij-
21
riza
kende zaken. Een PC-beheertool registreert en bewaakt de hard- en software configuratie. Op dit moment is de kantoorsoftware lokaal aanwezig. Er wordt naar gestreefd om de kantoorsoftware vanaf een centrale server te gebruiken. Gevolgen: -Er is nog maar een versie van de standaard kantoorpakketten (centraal) aanwezig. Er wordt bijvoorbeeld nog maar 66n versie van een tekstverwerker -zoals WP of Word- beschikbaar gesteld. Datzelfde geldt voor het spreadsheet-, teken, presentatie en planningspakket Voorwaarde: Het netwerk moet zo bedrijfszeker zijn dat dit ook kan! Standaard: Standaard PC-configuratie Netwerkaansluiting Windows Office-omgeving (installatie en gebruik via netwerk), keuze voor WP of Microsoft of Lotus Een aantal RIZA-brede applicaties als FAIS, COMI-P, DONAR ?? NB. De office omgeving omvat tekstverwerking, mail en E-mail, agenda, spreadsheet teken-/presentatiepakket. Mogelijk Internet, aansturing FAX, printer, copier vanaf PC. Standaardisatie Er is een aantal belangrijke redenen om de variatie in hard- en software terug te brengen: -Verminderen storingsgevoeligheid/installatieproblemen. Door de grote variatie is het totaal van de IT-infrastructuur zeer complex geworden. Er treden allerlei onverwachte storingen en problemen op, vaak leidt oplossing van het ene probleem tot het optreden van een ander. Met name bij aansluiting op het RIZAnet treden problemen op (waar ook anderen last van kunnen hebben). -Verminderen inspanning voor opleiden/inleren van gebruikers. Voor gebruikers kost de overgang van tussen verschillende Operating systemen. User Interfaces en bedieningsinstructies van hard- en software telkens weer opleiding/inleren. -Verminderen beheerkosten/inspanning. De beheerder dient van alle markten thuis te zijn, heeft contact met allerlei verschillende leveranciers, heeft meer tijd nodig om bij te blijven met de ontwikkelingen en zal meer tijd nodig hebben per installatie, storing of vraag. -Verbeteren communicatie en gegevensuitwisseling. De diversiteit maakt communicatie en uitwisseling van gegevens intern RIZA en met andere organisaties (nationaal en internationaal) moeilijker en duurder. Er zijn meer vertaalslagen en interfaces nodig. -Verlagen kosten voor licenties/onderhoudscontracten. Op dit moment betaalt RIZA (incl. LI) zo'n 870 kfl per jaar aan licenties en onderhoudscontracten. Door kwantumkortingen op een beperkter assortiment, kunnen deze kosten worden verlaagd. RIZA zal waar mogelijk verder standaardiseren op hardware, besturingssoftware, Office-omgeving, datacommunicatie en (koop)-softwarepakketten. Voor de standaardconfiguratie(s) kunnen wij (DAC, RCC en IMA) de werking garanderen. Overige moeten eerst worden getest en geaccepteerd, tenzij het een volkomen stand-alone configuratie is (en blijft). De standaard kantooromgeving.de multi-user applicaties en bestanden zullen
22
riza
centraal beschikbaar worden gesteld. Iedereen beschikt daardoor over dezelfde versie van software en gegevens. Hiermee kan ook de beschikbaarheid worden gegarandeerd en wijzigingen kunnen gecontroleerd worden doorgevoerd. Locale software is in principe niet meer toegestaan, m.u.v. single-user resp. in ontwikkeling zijnde software (bijv. modellen). NB. In sommige gevallen is de gebruikersgroep zo klein en het gebruik zo specifiek dat het soms niet praktisch is de software centraal beschikbaar te stellen. Gegevens die voor een groep gebruikers benodigd zijn, zullen op het netwerk worden opgeslagen. Gegevens die voor €€n (of twee) gebruiker(s) bestemd zijn, kunnen naar keuze lokaal of op het netwerk worden opgeslagen. Ten behoeve van het testen van software en apparatuur is een testomgeving beschikbaar, die een zo getrouw mogelijke kopie is van de relevante produktie-omgeving. Technologische ontwikkelingen Nieuwe technologie en toepassingen die -in potentie- tot de standaarduitrusting behoren, worden -na besluitvorming in ROA en DT- eerst geintroduceerd bij IMA, om technisch te worden getest en geevalueerd. Vervolgens wordt e.e.a. geinstalleerd bij DAC-ers en in de IM-printerruimte (etalage/algemeen gebruik). In deze fase wordt ook de brede invoering en het beheer georganiseerd. Als laatste wordt de noviteit RIZA-breed geimplementeerd. IMA draagt in dat geval zorg voor financiering en beheer. Als de nieuwe technologie of toepassing specifiek aan een project of hoofdafdeling is gekoppeld, zal de introductie projectmatig zijn en tekenen ROA en IMA voor akkoord. IMA biedt desgewenst advies en ondersteuning. 8.3 IT-proiecten Ontwikkeling RIZAnet RIZAnet is de basis van alle IT-diensten. De bedrijfszekerheid, beschikbaarheid en toegankelijkheid zijn voorwaarden voor deelname van RIZA aan de "digitale markt". Omdat RIZAnet zo belangrijk is, wordt een apart ontwikkelplan voor het netwerk en de netwerkdiensten opgesteld. In dit RIZAnet ontwikkelplan wordt nauwkeurig aangegeven welke aktiviteiten wanneer worden uitgevoerd. In 1996 zal iedere RIZA-medewerker met een vaste werkplek zijn aangesloten op RIZAnet. Op dit moment is ca. 50% van de PC's aangesloten (de PC's bij IH zijn weliswaar op een netwerk, maar niet op RIZAnet aangesloten). Daarnaast zal een "SHIVA-box" worden geinstalleerd en zal een tiental snelle modems worden aangeschaft, zodat ook vanaf andere lokaties contact met RIZAnet mogelijk is. Het besturingssysteem voor het netwerk zal worden vervangen door WindowsNT, een stabieler en toekomstvaster systeem dan het huidige Lanmanager 2.1. Hiermee wordt tevens naadloos aangesloten op de overgang naar Windows van de PC's. Om het operationeel en tactisch beheer van RIZAnet mogelijk te houden in een situatie van toenemende complexiteit, zal een aantal beheertools worden ingezet. Er zal -na onderzoek- een keus worden gemaakt voor een PC-beheerpakket, waarmee alle op het netwerk aangesloten PC's kunnen worden "doorgelicht" op hard- en software configuratie. Problemen a.g.v. afwijkende installaties of ontbrekende licenties zijn
23
riza
hiermee vroegtijdig op te sporen. Ook kan een "standaard netwerk-PC" geautomatiseerd worden geinstalleerd en geregistreerd in de configuratiedatabase. Een tweede beheertool is specifiek voor het netwerk bedoeld. Dit geeft informatie over het aktuele gebruik van het netwerk en eventuele storingen daarin. Naast het ondersteunen van het dagelijks operationeel beheer, wordt het ook mogelijk trends te herkennen en potentiele knelpunten eerder te signaleren. Het is duidelijk dat veel problemen met het RIZAnet ontstaan doordat in een aantal gevallen -noodgedwongen- moet worden ontwikkeld en getest op het produktiesysteem. Omgekeerd komt het ook voor dat men onvoldoende heeft kunnen testen voor een systeem of wijziging in produktie werd genomen. Naast de invoering van ITIL zal ook een gescheiden testomgeving (een testnetwerk) zorgen voor een grotere bedrijfszekerheid van RIZAnet. Om de bedrijfszekerheid te vergroten, is het ook mogelijk de risico's voor uitval van -delen van- het RIZAnet te verlagen en de gevolgen daarvan te verkleinen. Om dit te realiseren, zal een functiescheiding van de servers worden aangebracht. Bij uitval van een server is dan een functie buiten bedrijf, maar niet het hele netwerk. Veel storingen worden veroorzaakt door gebrek aan servercapaciteit. Door servers voor specifieke taken in te zetten, wordt dit probleem ook aangepakt. Daarnaast zal voor de belangrijkste servers en applicaties een risicoanalyse en calamiteitenplan worden opgesteld. Integratie IH in IT-infrastructuur Om integratie en samenwerking (m.n. op GIS-gebied) mogelijk te maken wordt een 100 MB dataverbinding (glasvezelkabel) tussen Maerlant en Smedinghuis aangelegd. Integratie van de kantooromgevingen van RIZA en IH vereist behalve een vaste kabelverbinding, integratie onder een nieuw netwerkbesturingssysteerrt: Windows NT. (zie ook "overgang naar Windows") De introductie van Windows NT maakt ook de integratie van SUN- en PCplatform bij RIZA mogelijk (wens van WS). Overgang naar Windows RIZA zal in 1996 geheel overgaan op Windows. Ongeveer 250 PC's zijn niet geschikt voor Windows (beneden de standaard 486, 8 Mb). Deze zullen moeten worden vervangen of opgewaardeerd (indien mogelijk). Bij goede testresultaten, wordt direct overgestapt op Windows95 i.p.v. Windows 3.11. Windows95 is gebruiksvriendelijker, heeft een beter bestandsbeheer en is naar verwachting stabieler dan Windows 3.11. Voor de overgang naar Windows wordt een projectplan opgesteld. Dit plan, Overgang naar Windows, zal niet alleen inzicht geven in technische, maar ook in organisatorische en opleidingsaspecten van de overgang. Het ROA fungeert als opdrachtgever/stuurgroep. Er is een aantal belangrijke redenen om als RIZA over te gaan op Windows: - Gebruiksvriendelijkheid. De Windowsomgeving is gebruiksvriendelijker dan de DOS-omgeving. De omgang met Windows is snel te leren en de werkwijze van (standaard) applicaties onder Windows is veel meer uniform, zodat het makkelijker is om met verschillende pakketten te leren werken. - Toekomstvastheid. Nieuwe (versies van) applicaties worden veelal niet meer ontwikkeld onder DOS, maar onder Windows. Dit geldt zowel voor standaardpakketten als speciaal voor RWS/RIZA ontwikkelde pakketten. Vrijwel alle gebruikte standaardapplicaties zijn onder Windows beschikbaar. RIZA
24
riza
sluit zich aan bij internationale standaarden. - Verminderen beheerkosten/inspanning. De beheerder kan zich concentreren op de Windows-omgeving en zal daardoor betere ondersteuning kunnen leveren resp. daarvoor minder tijd nodig hebben per installatie, storing of vraag. - Verbeteren communicatie en gegevensuitwisseling. De diversiteit aan besturingssystemen maakt communicatie en uitwisseling van gegevens intern RIZA en met andere organisaties (nationaal en internationaal) moeilijker en duurder. Er zijn meer vertaalslagen en interfaces nodig. Naar een geintegreerde kantooromgeving Zoals in hoofdstuk 7.2 al is aangegeven, levert de huidige niet-geintegreerde kantooromgeving zowel de gebruikers als de beheerders veel onnodige problemen op. Er zal dan ook een project worden gestart om te komen tot een geintegreerde kantooromgeving. Een projectplan moet nog worden opgesteld, maar de volgende elementen zullen daar zeker in voorkomen: De eerste stap van dat project zal zijn een vergelijkend onderzoek uit te voeren, toegespitst op de invoering en het gebruik bij RIZA, tussen de geintegreerde kantooromgevingen van WordPerfect, Microsoft en Lotus. Bij dit onderzoek zal veel aandacht worden besteed aan de afstemming met de secretariaten. Nadat -medio 1996- een keus is gemaakt, wordt begonnen met de invoering. Veel aandacht zal moeten worden besteed aan de voorlichting en opleiding van de mensen. Na uitvoering van het project zal via het netwerk een standaard geintegreerde kantooromgeving ter beschikking worden gesteld, die bestaat uit: - Tekstverwerker, presentatie (teken-)pakket, spreadsheet. - Agenda (door ieder te raadplegen), planningspakket en urenverantwoordingssysteem. - Workflowmanagementsyteem tbv. informatieverwerkende processen, die volgens bepaalde procedures en binnen een bepaalde tijd moeten worden uitgevoerd. - Communicatieset, bestaande uit adressenlijst (van interne/externe (video?)telefoon, fax, E-mail, printer) waarmee door een keuze aan te klikken, verbinding wordt gemaakt en kan worden gesproken, gefaxed of geprint. - Informatieset "De informatiemarkt", bestaande Internet-etalages als de RIZA-homepages en Nederland Digitaal Waterland, maar ook gegevensbanken, waaronder de eigen RIZA-bibliotheek. Ook een digitaal telefoonboek, reisplanner e.d. zullen hier beschikbaar zijn. Daarnaast is er een applicatie-omgeving, bestaande uit een persoonlijk of groepsgewijs (bijv. afdeling of functie) toegesneden set applicaties, ieder op te starten door het aanklikken van het betreffende ikoon. Hierbij kunnen ook applicaties van andere organisaties zijn. Een aantal van deze applicaties kan generiek zijn (denk o.a. aan "Netscape" en "FTP") en bestaan uit bouwstenen waarmee gegevens uit verschillende bronnen kunnen worden opgehaald resp. geintegreerd kunnen worden verwerkt. Toegang tot de electronische snelweg De eerste stap op de electronische snelweg is de oprit. Op dit moment hebben we een heel klein opritje via V&W-net (capaciteit 64 KB/s). Dit is zichtbaar in de zeer trage respons bij het surfen op Internet, het gebruik van applicaties elders (bijv. bij het RIVM) en het overhalen van bestanden van elders. Overigens ligt dit niet altijd aan V&Wnet, ook elders in netwerken kunnen opstoppingen voorkomen. De vraag die RIZA aan V&W-net stelt is een capaciteit van 2 MB/s per 1
25
riza
januari 1997. Er is nog dit jaar een verdubbeling voorzien. Daarnaast zal het RIZA een drastische uitbreiding van het aantal Route400aansluitingen zien, alsmede van het aantal Internetaansluitingen (bij voldoende capaciteit en beveiliging). Verhuizing RIZA naar het Smedinghuis. De verhuizing van RIZA-medewerkers naar het Smedinghuis zal gefaseerd verlopen in de jaren tot 1998. Deze medewerkers dienen aangesloten te blijven op het RIZAnet. Door de aan te leggen kabelverbinding zal aan deze voorwaarde worden voldaan. Er zal een verhuisplan moeten worden opgesteld voor de automatiseringsapparatuur. Als de kabelverbinding operationeel is, kan RIZA functioneren los van de locatie van mensen en systemen. De verhuizing van apparatuur kan dus gefaseerd of in §en keer, op een moment naar keuze plaatsvinden. Nieuwe technologie/nieuwe toepassingen Het DT heeft besloten tot het speerpunt "Tools voor kennistransport". Hiermee geeft het DT te kennen groot belang te hechten aan de ontsluiting en overdracht van kennis binnen RIZA en de levering van informatie op maat naar de "klant". In hoofdstuk 6.2 is aangegeven welke "nieuwe" technologien voor RIZA het belangrijkst zijn. Deze nieuwe technologien zullen in proefprojecten worden uitgeprobeerd. Het eerste nieuwe proefproject betreft interne kennisontsluiting en is RlZAbreed van belang. Het heeft ten doel informatie over buitenlandse cont(r)acten RlZAbreed beschikbaar te stellen, op een toegankelijke en visueel aantrekkelijke manier. Medio 1996 zou dit mini-datawarehouse operationeel moeten zijn. Het tweede nieuwe proefproject is naar buiten gericht en heeft ten doel het berichtencentrum van RIZA aan de klant "informatie op maat" te laten leveren. Hiervoor zijn o.a. kennis van klanten, hun informatiebehoeftes en hun apparatuur nodig (mini-datawarehouse), maar ook geintegreerde communicatie- en randapparatuur. Op dit moment loopt al een proefproject om te leren omgaan met een Documentair Informatie Systeem (DIS). Er zijn nog geen concrete plannen om een proefproject te starten rond "workflowmanagement".
26
riza
9.
Plan 1996 en RQA-begroting 1996-1999 9.1
Inleiding
De hoofdafdelingen en de vestigingen hebben ieder een gedetailleerd automatiseringsplan. Voor de RIZA-brede ontwikkelingen en projecten (ITIL, RIZAnet ed.) is of wordt een projectplan opgesteld. In dit hoofdstuk zal dan ook met name worden ingegaan op de gecombineerde financiele planning. NB. De nieuwe hoofdafdeling IH is volledig in de begroting opgenomen. 9.2 Automatiseringsplan Tijdens de presentatie van -de belangrijkste elementen- van het automatiseringsplan 1996-1999 aan het Directieteam (op 05-09-1995), is ervoor gekozen om in 1996 de overstap te maken naar een Windows-omgeving. Tevens wordt in 1996 een keuze gemaakt voor en begonnen met de invoering van een geintegreerde kantooromgeving. Er werd geconstateerd dat de voor RIZA beschikbare capaciteit van V&W-net moet worden uitgebreid. Het RIZAnet is de basis van de RIZA-informatievoorziening en moet dus toegankelijk en bedrijfszeker zijn. Voorgesteld wordt de afschrijvingstermijn voor PC's vast te stellen op 3 jaar. 9.3
Automatiseringskosten
Alle automatiseringskosten zijn verzameld op artikelonderdeel 02.03.01 "algemene automatisering". De enige uitzondering vormen de kosten voor V&Wnet, die op artikelonderdeel 02.33.00 worden verzameld. Op deze beide artikelonderdelen wordt door de Hoofddirectie (HW) een budget beschikbaar gesteld. Dit dekt maar een deel van de totale geschatte kosten. De hoofdafdelingen wordt gevraagd de tekorten aan te vullen. Groepering van de automatiseringskosten naar artikelonderdeel levert het volgende overzicht op: Artikel 02.03.01 plan 1249: algemene automatisering
Kf(wens) Kf(rvw) Kf(knelp.)
1996
1997
1998
1999
5665 1570 4070
5550 1570 3980
5550 1570 3980
5550 1570 3980
27
riza
Artikel 02.33.00 plan 3944, deelplan 598 Beheer technische infrastructuur V&W Kf(wens) Kf(rvw) Kf(knelp.)
1996 415 400 15
1997 480 400 80
1998 480 400 80
1999 480 400 80
9.4 Verdeling en financiering van automatiseringskosten Voor de financiering van de automatiseringskosten is het van belang een onderscheid te maken tussen kosten voor voor "basisautomatisering", de kosten voor "overige algemene automatisering" (kosten voor dienstbrede informatiesystemen als FAIS, COMI-P, DONAR etc.) en de kosten voor "(hoofdafdelings-) specifieke automatisering" (zie hoofdstuk 4.5 voor een toelichting) . De kosten voor "basisautomatisering" worden gedragen door HW. Eventuele tekorten worden aangevuld door de hoofdafdelingen, naar rato van aantal medewerkers. De kosten voor "overige algemene automatisering" worden gedragen door de hoofdafdelingen, naar rato van het aantal medewerkers. De kosten voor "specifieke automatisering" komen voor rekening van de betreffende hoofdafdeling. De verdeelsleutel is naar rato van gebruik voor wat betreft onderhoudskosten, licenties en FM-contract. De kosten voor RIZA-brede, infrastructurele automatiseringsprojecten (basisautomatisering), worden omgeslagen over de hoofdafdelingen, naar rato van het aantal medewerkers. De kosten van aanschaf/ ontwikkeling van eigen hard- en software worden rechtstreeks aan de hoofdafdelingen toegerekend. Een bijzonder geval vormen de automatiseringskosten van de stafafdelingen. Deze kosten worden beschouwd als kosten voor "overige algemene automatisering" en dus gedragen door de hoofdafdelingen, naar rato van het aantal medewerkers. Kosten en financiering automatisering in 1996 De automatiseringskosten bedragen in 1996 in totaal 6055 kfl (5640 kfl op artikel 02.03.01 + 415 kfl op artikel 02.33.00). Hiervan is een bedrag van 3045 kfl benodigd voor basisautomatisering. Voor overige automatisering is 3010 kfl nodig. De randvoorwaarde voor basisautomatisering bedraagt 1970 kfl (1570 kfl op artikel 02.03.01 + 400 kfl op artikel 02.33.00). De hoofdafdelingen dienen gezamenlijk in 1996 dus 1075 kfl voor basisautomatisering en 3010 kfl voor overige automatisering te reserveren.
28
riza
Overzicht: Automatiseringskosten RIZA 19 96
KOSTEN (kfl)
Totaal
Algemeen basis
Project
Specifiek
v-
Onderhoudscontracten/softwarelicenties
915
185
400
330
FM-contract
680
230
230
220
Ontwikkeling RIZAnet
645
645
Onderz./voorber. geintegreerde kantooromgeving (1)
250
Vervanging PC'_ t.b.v. overgang naar Windows
1250
Opleidingen t.g.v. overgang naar Windows
200
Reguliere vervanging PC's IH
100
Decentrale automatiseringskosten (excl. staf)
1565
Automatisering staf
60
V&W-net
415
415
Totaal automatisering
6080
1575
250
1250 200 100 1565 60
,;
Bijdrage HW 1996
; /.'I:
4
'Jit eindejaarsgeld 1995
1400
100
Uit opleidingsbudget
200
Nog bij te dragen door hoofdafdelingen 1996
2510
690
1700
315
2115 180*
1200
100
20C 375
300
1835
* 180 kfl voor onderhoudscontracten/softwarelicenties IH zijn reeds in de bijdrage van HW verwerkt.
29
riza
Overzicht bijdragen hoofdafdelingen 1996 BIJDRAGE KOSTEN (kfl)
Totaal (afgerond)
EM
IH
IM
ws
Onderhoudscontracten/softwarelicenties (1)
525(*)
67
0
246
212
Bijdrage FM-contract (2)
220
35
0
135
50
Decentrale automatiseringskosten (excl. staf) (3)
1465(**)
266
725
60
410
Overgang naar windows (4)
50
11
8
14
19
Onderzoek/voorber. gentegr. kantooromgeving (4)
250
55
40
70
95
Kosten hoofdafdelingen
2510
434
773
52S
786
(***)
(1) Verdeeld naar rato van gebruik (zie bijgevoegd overzicht onderhoudscontracten/softwarelicenties) (2) Verdeeld naar rato van geschat gebruik: IM=61%, WS=22% en EM=16% (zie bijgevoegd overzicht kosten/diensten FM-contract) (3) Volgens eigen opgave (zie de decentrale automatiseringsplannen voor 1996 van de hoofdafdelingen). (4) Verdeeld naar rato van aantal medewerkers: EM=21%,IH=15%, IM=27%, WS=37% * 180 kfl voor onderhoudscontracten/softwarelicenties IH zijn reeds in de bijdrage van HW verwerkt. ** 100 kfl voor decentrale automatisering is al besteed in de eindejaarsproblematiek van 1995. •*** 200 kfl voor opleidingen dienen uit het eigen opleidingsbudget te worden bekostigd.
30
riza
Financiering automatisering in 1997 t/m 1999 Voor 1997 vallen de eenmalige kosten ad 1450 kfl t.b.v. overgang naar Windows weg, maar wordt 1000 kfl meer uitgegeven aan de invoering van een geintegreerde kantooromgeving. Voor de begroting wordt uitgegaan van een afschrijvingstermijn van 3 jaar voor PC's, hetgeen resulteert in vervanging van gemiddeld 200 PC's en een structurele kostenpost van 900 kfl per jaar, ingaande in 1997. De kosten voor ontwikkeling van RIZAnet dalen na 1996 structureel met 215 kfl naar 430 kfl. In 1998 en 1999 vallen de eenmalige kosten weg voor invoering van de geintegreerde kantooromgeving. Overzicht: Automatiseringskosten RIZA 1997 t/m 1999 KOSTEN (kfl)
Totaal
Regulier
Onderhouds cont racten/softwarelicenties
915
915
FM-contract
680
680
Ontwikkeling RIZAnet
430
Reservering projekten (na 1997)
1000
1000
Overgang naar geintegreerde kantooromgeving in 1997(1)
1000
1000
Reguliere vervanging PC's
900
900
Decentrale automatiseringskosten (excl. staf)
1565
1565
Automatisering staf
60
60
V&W-net
•
;
-
.
.
.
:"
480
Totaal automatisering
6030
5030
Bijdrage HW
1970
1970
Nog bij te dragen door hoofdafdelingen 1996
4060
3060
1000
1000
De automatiseringskosten worden in de jaren na 1996 gefinancierd op de wijze van 1996. De verdeelsleutel voor het tekort voor basisautomatisering zal in September van het voorgaande jaar worden vastgesteld. Hiervoor zal het personeelsbestand van RIZA worden gebruikt. Er zal naar worden gestreefd de "gebruikskosten" meer rechtstreeks te meten en aan de gebruikende hoofdafdeling toe te rekenen. Waar dit -nog- niet mogelijk is, wordt uitgegaan van de huidige -in het ROA vastgesteldemeetmethode.
31