HET MAGAZINE VAN DE BELGISCHE ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
dimensie
Azië,
een continent in beweging Een nieuwe samenwerking met Vietnam China in Afrika FICHE : de Mekong LANDROOF LANDBOUW HIER EN ELDERS
Nr 3/ 2011 • TWEEMAANDELIJKS JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 • P308613 • AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X
Overzicht JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011
4/5/6/7 >
14/15 >
24/25 >
DOSSIER
Een licht in de gruwel
Honger naar land
Aziatische metamorfose CHINA
DUBBELE CENTRALE PAGINA >
VIET NAM Hanoi
Huay Xay
Het fenomeen ‘landroof’ verklaard
LAO PDR Luang Prabang
THEMATISCHE FICHE
Xayabury
Pakxanh
Vientiane
Nongh Khai Thakhek Nakhon Phanom
De Mekong
Savannakhet
Mukdahan
THAILAND Pakxe
Muang Khong
Bangkok
Stung Treng
Siem Reap
CAMBOD BO ODIA
twistappel tussen economische ontwikkeling en duurzaam leven
Kratie Kampong Chhnang Kampong Cham
Phnom Penh Ho Chi Minh
Long Xuyen
My Tho
Can Tho
8-10 China baant zich een weg door Afrika
26-27 Kan Benin de landroof in toom houden?
11 Microfinanciering versterkt de positie van de vrouw in Vietnam
28 Transparantie bevordert voorspelbare en verantwoordelijke hulp
12-13 De Vietnamese tijger is nog jong 18-19 De privé-se ctor is de weg naar economische en sociale ontwikkeling
29 “Dit beroep geeft ons een geprivilegieerd contact met de patiënt” 30-31 Puntkomma
20-22 Industriële, biologische en eerlijke landbouw van hier en elders: De productie in vraag gesteld 23 Congolees parlement stemt eerste kaderwet voor landbouw 2 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
32 Bossen zijn onze thuis!
Gratis abonnement Op www.dimensie-3.be of per mail aan
[email protected]
In een goed geregeerd land is armoede iets om je over te schamen. In een slecht geregeerd land is rijkdom iets om je voor te schamen.” CONFUCIUS
Breng je vrienden in een andere dimensie! Doe zeker mee met de speciale ‘bring a friend’-actie bij dit nummer en geef een abonnement cadeau aan een vriend (zie toegevoegd blad). Voor elke aangebrachte abonnee maak je kans op een bon van 50 euro bij Oxfam Wereldwinkels. De trekking vindt plaats op 7 september 2011. De gelukkigen ontvangen de bon per post.Vergeet dus niet je adres op de kaart te noteren.
3
dimensie
Azië staat er ier jaar na ons vorige bezoek waren we in 2007 opnieuw in Kigali (Rwanda). De stad was onherkenbaar. Het Centre culturel français, de cultuurtempel in de hoofstad, had zijn deuren gesloten. Groot was dan ook onze verbazing toen we het in aanbouw zijnde imposante gebouw van de Chinese ambassade zagen en vaststelden dat Kigali zelfs beschikt over een Institut Confucius waar je de taal van Lao Tse kunt leren, tai-chi beoefenen en andere aspecten van de Chinese cultuur ontdekken. Nieuwe evenwichten, nieuwe spelers…
Toeristische jonk in de Victoriahaven in Hong Kong. © FOTOLIA / Oksana Perkins
Tweemaandelijks tijdschrift uitgegeven door de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD) Redactie:
DGD - DIRECTIE SENSIBILISERINGSPROGRAMMA'S Karmelietenstraat, 15 B-1000 Brussel Tel. +32 (0)2 501 48 81 Fax +32 (0)2 501 45 44 E-mail :
[email protected] www.diplomatie.be • www.dg-d.be Redactiesecretariaat: Elise Pirsoul, Jean-Michel Corhay, Chris Simoens, Thomas Hiergens. Layout en productie: www.mwp.be De artikels geven niet noodzakelijk het officiële standpunt weer van DGD of van de Belgische regering. Overname van de artikels is toegestaan mits bronvermelding en een kopie voor de redactie. Dimensie 3 verschijnt 5 maal per jaar om de 2 maanden, behalve in de zomer.
De spelers die voortaan meetellen zijn de opkomende landen die voor een grote ommekeer hebben gezorgd. Terwijl ze amper tien jaar geleden nog waren aangewezen op de steun van buitenlandse donoren, hebben ze in enkele decennia tijd een weg afgelegd waarover de Westerse industriële revolutie 200 jaar heeft gedaan. Maar het ging zo snel dat ze al in een vroeg stadium geconfronteerd werden met de keerzijde van de industriële ontwikkeling: de koortsachtige zoektocht naar energie en grondstoffen, milieuvervuiling, ontbossing, files… Tot deze opkomende landen behoren twee Aziatische reuzen met ook nog eens de grootste bevolking: India en China. Peking heeft de jongste Olympische Spelen op schitterende wijze georganiseerd, alle markten van de planeet worden overspoeld met Chinese producten, een leger Chinezen legt wegen aan in Centraal-Afrika… Maar hoe is Azië erin geslaagd een zo hoge vlucht te nemen? Moet dit economisch wonder, met zijn voor en tegen, navolging krijgen in de andere ontwikkelingsregio’s van de wereld? Beide landen hebben ook een leeuwenaandeel veroverd in de internationale handel en op het politieke toneel. Hun spectaculaire groei die is afgestemd op een markteconomie, haalde miljoenen mensen uit de armoede – maar zorgde ook voor sociale ongelijkheid en een gebrek aan respect voor de democratie en de rechten van de mens. De ontwikkeling van deze landen straalt af op de hele regio… Niet ver van China, aan de monding van de Mekongrivier, ligt Vietnam. Dat communistische land in Zuidoost-Azië dat na een bloedige oorlog al zijn inspanningen lange tijd heeft moeten toespitsen op de wederopbouw, is uitgegroeid tot een “Aziatische tijger”, een economisch wonder in wording maar nog steeds kwetsbaar. Het is ook het laatste Aziatische land dat nog in aanmerking komt voor officiële ontwikkelingshulp van België. De nieuwe overeenkomst die beide landen zopas sloten, houdt rekening met de huidige ontwikkeling: een privésector in volle bloei die goed gedijt en de bevolking ten goede zal komen, de klimaatverandering die de regio hard zal treffen, een legitiem, sterk bestuur dat minder corrupt is. Niet toevallig werd deze overeenkomst gesloten net voor de Gemengde Economische Commissie BelgiëVietnam. Het is een duidelijk teken aan de wand dat de tijden veranderen en dat de samenwerking gelijke pas probeert te houden met deze ontwikkelingen…
DE REDACTIE
Abonnement: Gratis in België en in het buitenland. Gedrukt op 100% gerecycleerd papier.
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 3
editoriaal
V
AZIË
© wordpress.com/tiananmen
in november 2000 een bezoek bracht aan ervan werden dan nog voortdurend lastig Hanoï, enkele maanden voor hij het Witte gevallen door een Communistische ParHuis verliet. tij die duidelijk vreesde voor een mogelijke onverbiddelijke terugkeer naar het Meteen daarna werden de Verenigde Staten kapitalisme. de eerste economische partner van Vietnam, Een kwarteeuw later gebruikt de Vietnaeen positie die na een tijdje bedreigd werd mese regering nog steeds dollars – hondoor China dat een jarenlange vijandschap derden miljoenen tegelijk – maar dan wel achter zich liet en opnieuw betrekkingen voor het handelsverkeer en voor investeringen, wat duidt op de opzienbarende ontwikkeling van het land. Deze ontwikkeling werd lange tijd tegengehouden door het Amer ikaanse embargo, dat Bill Clinton in februari 1994 ongedaan maakte. Hij was de eerste AmeriIn november 2000 was Bill Clinton de eerste Amerikaanse president die Vietnam bezocht. kaanse president die
4 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
© thepunch.com
T
oen ik in 1985 een pintje bestelde in de bar van het voormalige Hotel Métropole in Hanoï, verbaasde het me niet in het minst dat ik contant in dollars moest betalen – in de communistische landen was het destijds normaal dat je de consumptie van ingevoerde producten in vreemde valuata betaalde. Waar ik niet bij kon, echter, was dat de dienster geen kleingeld in dong (de nationale munt, wat je zou verwachten) maar wel in kwartjes van 25 cent teruggaf. Dus, tien jaar na de oorlog in Vietnam, hanteerde de Vietnamese overheid in een staatseigendom, ongegeneerd bankbiljetten van de Amerikaanse vijand en zelfs zijn kleingeld. Het voorval had iets pathetisch in een samenleving die werd gekenmerkt door complete armoede en uitzichtloosheid, met als enige luxe, in zoverre daar al sprake van kon zijn, de enkele zeldzame privérestaurants. De eigenaars
Er is in dertig jaar tijd veel veranderd in Oost-Azië. Maar de politieke gang van zaken hield zelden gelijke tred met de vaak opzienbarende economische vooruitgang.
aanknoopte met zijn beduchte buur. China en Vietnam die vroeger twee handen op een buik waren, vochten in 1979 een kortstondige maar bloedige oorlog uit, omdat Vietnam in die periode sterk aanleunde bij de Sovjetunie, de gezworen vijand van China. Tegen de achtergrond van het uiteenvallen van de USSR was de verzoening van Washington en Peking met Hanoï ontegensprekelijk het grootste keerpunt van de voorbije dertig jaar in Zuid-Oost-Azië. Als gevolg hiervan herrees een groot land uit zijn as in een regio waar Thailand tot dan het enige moderne en welvarende plekje was, althans voor de opkomst van Maleisië en het zeer specifieke geval van Singapore dat veeleer een stad dan een land is. Zoals we ons wellicht herinneren, veroorzaakte dit keerpunt een ware vietnamania. Na China in de jaren 80 werd Vietnam het nieuwe eldorado van de jaren 90 en de lieveling van buitenlandse zakenlui.
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 5
De euforie bekoelde stilaan, toen duidelijk werd dat de Vietnamese markt ook zijn beperkingen had: de gebrekkige infrastructuur was minder erg dan de welig tierende corruptie en de alom aanwezige bureaucratie. Dat het enthousiasme geleidelijk afnam, neemt niet weg dat Vietnam zich in Azië definitief heeft opgeworpen als een hoofdrolspeler. Het land voerde hervormingen door en stelde zich open, naar het Chinsese voorbeeld. Dat het land zich door het Chinese voorbeeld liet inspireren, wilde Hanoi uiteraard niet geweten hebben toen de verandering zich in 1985 zachtjes aan voltrok…
De globale terugval van de armoede mag niet verhullen dat de ongelijkheid alsmaar toeneemt. China zelf heeft ook een lange weg afgelegd. Bij het overlijden van Mao in 1976 was China door de Culturele Revolutie op sterven na dood en een achtergebleven land. De uitdaging die een 74-jarige man, Deng Xiaoping, op het beruchte 3e plenum van het XIe Centraal Comité van december 1978 aanging, werd afgedaan als waanzinning: een geïsoleerde natie op korte tijd omvormen tot een exportgerichte economische grootmacht, een communistisch land omvormen tot een “sociale markteconomie”, alle hindernissen overwinnen om een miljard mensen te verlossen van armoede en van veelal de grootste ontberingen. Een handvol gewezen vrijheidsstrijders die nog nooit een dollarbiljet hadden vastgehouden, zouden hun visie over een toekomst voor China onderbouwen met buitenlandse investeringen die vaak op miljoenen dollars werden geraamd.
De volgende kleine anekdote geeft een idee van de lange weg die China heeft afgelegd. Toen ik met een (kleine) beurs van onze Franse Gemeenschap in China studeerde, bracht ik in 1984 een bezoek aan de autonome regio Ningxia, die zopas was opengesteld voor buitenlanders. Ik kwam nog maar net uit het station, in de provinciehoofdstad, Yinchuan, of ik werd al gevolgd door een aantal stomverbaasde inwoners. Hun aantal bleef alsmaar toenemen en op bepaald tijdstip werd ik achtervolgd door een stoet van honderden nieuwsgierigen, een scene die een beetje deed denken aan de achtervolging van Jansen en Janssen door een nieuwsgierige menigte in De Blauwe Lotus. De lokale bevolking had nog nooit een ‘langneus’ gezien. Vandaag is China de tweede wereldeconomie – het haalde Japan in – en tevens het land dat het grootst aantal buitenlandse investeringen aantrekt. Wie als toerist in Shangai rondkuiert, waant zich in Tokio of New York. Tot in 1990 was er nochtans helemaal niets op de andere oever van de rivier Huangpu, daar waar zich nu de indrukwekkende zakenwijk Pudong bevindt. Het Chinese mirakel, waaraan de media al zoveel aandacht hebben besteed, is niemand meer onbekend en verbaast haast niemand meer. De meest lucide waarnemers zijn zich er nochtans van bewust dat de Chinese reus (op economisch maar ook op politiek gebied en binnen afzienbare tijd ook in militair opzicht) ook een onrustwekkende keerzijde heeft. De terugdringing van de armoede mag niet verhullen dat de ongelijkheid alsmaar toeneemt: tussen de kustregio’s en de regio’s in het binnenland, tussen de stedelijke bevolking en de bevolking op het platteland, tussen de verschillende maatschappelijke klassen. De ’klassenmaatschappij’ die het maoïsme wilde uitroeien is terug, en die terugkeer is, zacht uitgedrukt,
opvallend, om niet te zeggen aanstootgevend. Getuige hiervan zijn het groeiend aantal miljonairs die nu, door een ironische wending van het lot, lid mogen worden van de Communistische Partij. Als gevolg van de economische herstructurering maakt het land van de ’ijzeren rijstkom’ (dat levenslang recht op een baan garandeerde) nu kennis met een nieuw verschijnsel: de werkloosheid. Deze treft ook jonge universitairen en voedt zo de frustratie. Deze zou weleens kunnen uitmonden in een grote beweging van ontevredenen die in het hele land het vuur aan de lont steekt. Vandaar dat de Chinese regering, het Poolse voorbeeld indachtig, beducht is voor de invloed van de vakverenigingen en het stakingsrecht uit de grondwet schrapte. Ook de milieuproblemen vormen een ernstige bedreiging voor de toekomst van China. Extreme klimaatverschijnselen doen zich steeds vaker voor, met name de droogte die alsmaar grotere gebieden treft. Een derde van het Chinese grondgebied heeft te kampen met bodemerosie en verwoestijning vormt een groot gevaar. De luchtvervuiling zette de autoriteiten ertoe aan het aandeel van steenkool in de elektriciteitsproductie terug te dringen. Maar de voorkeur voor kernenergie moet na de ramp in Fukushima opnieuw worden bekeken, en dit in een politiek stelsel waar transparantie en goed bestuur nog veel te wensen overlaten.
China heeft de plaats ingenomen van de VS als belangrijkste handelspartner van Zuid-Korea.
© Hughes Ha
rdy
Het ontwaken van China (le réveil de la Chine, zoals Alain Peyrefitte het stelde) veroorzaakte in elk geval een grondige verschuiving in de machtsverhoudingen in
6 JUIN-JUILLET-AOÛT 2011 I dimension 3
AZIË
PHILIPPE PAQUET Nadat hij in Brussel journalistiek en in Peking Chinees studeerde, begon Philippe Paquet in 1984 als journalist te werken voor La Libre Belgique en berichtte b hij over de Aziatische actualiteit. Hij maakte tal van reportages in de regio. Hij is doctor in de geschiedenis van de UCL, lector aan de ULB en is de auteur van werken zoals “L’ABC-daire de la Chine” en “L’ABC-daire du Tibet” (Editie Picquier), en “Madame Chiang Kai-shek. Un siècle d’histoire de la Chine” (Gallimard).
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 7
© Benh Lieu Song / Bangkok
© Peuples solidaires
voor zijn 24 miljoen inwoAzië. Japan ziet zijn reginers. Ze geeft aan dat, in onale suprematie aangetegenstelling tot wat somtast, soms op vernedemige ‘deskundigen’ altijd rende wijze. Zo deed zich beweerden, de Chinese in september 2010 een beschaving niet onverscheepsincident voor enigbaar is met de wester hoogte van de Senterse democratie. Zoals kaku, een archipel die China voor het eiland een zowel Peking als Tokio model van economische opeisen. De Chinezen ontwikkeling was, zou dreigden met economihet eiland China op polische represailles als de tiek gebied de weg kunJapanners de aangehounen wijzen, nu de banden den Chinese bemanning tussen beide historische niet onmiddellijk vrijlieaartsrivalen na lange tijd ten. Ondertussen zet de worden aangehaald. Chinese hegemonie zich overal door, zij het vaak Elders konden de autoop subtiele wijze. ritaire regeringen zich De werkloosheid spaart de jongeren niet en voedt frustraties die kunnen leiden tot enorme onvrede bij de bevolking. Zo heeft China, dat nog nog aan de macht vaststeeds de grootste bondklampen en hun greep genoot is van het communistische Noordzelfs nog verstevigen. In sommige gevallen Korea, nu de plaats van de Verenigde Staten vormen ze zelfs een bedreiging voor kwetsingenomen als eerste handelspartner van bare democratieën zoals in Thailand, waar De Chinese beschaving Zuid-Korea. China breidde ook zijn macht de strijd tussen Geelhemden en Roodhemuit in Centraal-Azië, waar het gigantische den, met een vleugellamme monarchie als is niet onverenigbaar met pijpleidingen bouwt die zich uitstrekken tot toeschouwer, het koninkrijk in een impasse de westerse democratie. de oevers van de Kaspische zee. De leidinheeft doen belanden. In China, Noord-Korea, gen dienen voor het transport van gas en Vietnam en Laos bleven de communistische olie, onmisbare brandstoffen voor de fenoregimes met een eenheidspartij overeind. Hoewel het economische en geopolitieke menale economische groei van het land. In Maleisië en Singapore heeft een demolandschap in Oost-Azië de jongste drie China maakte van Cambodja en, meer cratische ingreep de sterke positie van de decennia diepgaande wijzigingen ondernog, van Birma echte satellietlanden. De machthebbers niet kunnen aantasten, en in ging, kan de politieke stagnatie op zijn minst goedkope Chinese producten vinden in Indonesië is de openstelling van het land in verbijsterend worden genoemd. Naast beide landen gretig afzet en tal van Chihet post-Soeharto tijdperk nog niet meer Japan dat na het einde van WO II met een nese kolonisten gaan er zich vestigen, meer dan een eerste schuchtere poging. In Camdemocratische grondwet een grote voorbepaald in het noorden van Birma (ondanks bodja, dat het moeilijk heeft om de bladzijde sprong nam, en, later, Thailand en de Filiphet openlijk xenofobe karakter van de Birvan de genocide door de Rode Khmer om pijnen, zijn alleen Zuid-Korea en Taiwan erin maanse junta). te slaan (het proces van de verantwoordelijgeslaagd de hindernis te nemen en hun Door zijn greep te verstevigen op Tibet, ken blijft aanslepen), wordt de oppositie aan dictatuur in te ruilen voor een pluralistisch waar de grootste rivieren van Azië ontbanden gelegd en zelfs vervolgd. parlementair stelsel. springen, beschikt Peking nu over een buiHet meest droevige geval is en blijft evenwel In Seoul was de organisatie van de Olympitengewoon bruggenhoofd voor de gehele Birma (nu bekend onder de naam Myansche Spelen in 1988 een mijlpaal, terwijl het regio zodat China zeggenschap kan uitoemar), waar de kwestie van de vrijlating van in Taipei veeleer de loop van de geschiedefenen over de toegang tot water, waar het de winnares van de Nobelprijs voor de nis was die de zoon van Chiang Kai-shek, overleven van tientallen miljoenen mensen Vrede Aung San Suu Kyi, na twee decennia Chiang Ching-kuo, geen andere keuze liet van afhangt. Dit geldt met name voor de gevangenschap of huisarrest, symptomadan de krijgswet op te heffen en in 1987 Mekong, een vitale waterweg die het voortisch is voor het groot aantal systematische hervormingen door te voeren. De omschamalige Franse Indochina van water voorziet schendingen van de mensenrechten. keling van Taiwan is niet alleen van belang (zie pg.16). PHILIPPE PAQUET
CHINA BAANT ZICH een weg
DOOR AFRIKA
© oregonlive.com
Afrika heeft China met open armen verwelkomd. Want China heeft als opkomend land de middelen om een grote nood in Afrika te lenigen: investeringen zonder voorwaarden, wegen en infrastructuur. De grootschalige investeringen van China in Afrika sinds 2000 en het omstreden “Contract van de eeuw” met DR Congo, zorgden voor enige onrust in het Westen. Toch investeert China vijfmaal meer in Latijns-Amerika en vijftienmaal meer in Azië dan in Afrika. Is het gevaar uit Chinese hoek dan overroepen?
8 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
AZIË
De Chinezen stellen ‘investering’ tegenover ‘ontwikkelingshulp’
© IDPM
een rentevoet aangerekend en Wat is het verschil tussen alles moet worden terugbetaald. de Chinese en de Westerse De grote kracht van de Chinezen ontwikkelingshulp? is dus dat ze middelen hebben Vooreerst is China helemaal niet uitgetrokken voor een onderzinnens zich in de politieke aangegefinancierde sector en alles in legenheden van andere landen te één groot contract hebben vastmengen. Het Chinese model is dat gelegd. Zo telt het “Contract van van een economische grootmacht de eeuw” van 9 miljard dollar niet met een extravert systeem: het meer dan 6 bladzijden! Voor de materiaal, de arbeiders worden begunstigden is het feit dat alles geëxporteerd. Je kunt dit het best in één keer wordt vastgelegd vergelijken met de werkwijze van (in tegenstelling tot de Westerse een kolonie, met dit verschil dat donoren met elk hun eigen proeen kolonie de helft van de inkomjecten, contracten en delegaties) sten uit de koperproductie naar veel makkelijker om mee om te de koloniale staat overhevelde. gaan. Aangezien de Europese Vooral de landen die rijk zijn aan Stefaan Marysse is hoogleraar politieke economie aan het Institute for hulp veel groter is dan de Chigrondstoffen komen in aanmerDevelopment Policy and Management (IDPM) aan de Universiteit van nese, zou ze veel meer gewicht king voor de Chinese investerinAntwerpen. Hij is ook directeur van het Centre of the Study of the Great in de schaal leggen als ze zou gen: Angola, Soedan, DR Congo, Lakes Region in Africa, en schreef politiek-economische werken over de Grote Meren. Hij volgt het “Contract van de eeuw” tussen China en worden gebundeld. Nigeria, Zuid-Afrika en NoordDR Congo van nabij op. Afrika. De hulpstructuur is altijd Heeft de komst van de op dezelfde leest geschoeid: infraChinezen de oude betrekkingen tussen Europa en zijn structuurwerken in ruil voor grondstoffen. Maar China doet niet echt aan ontwikkelingshulp: het leent geld tegen rentevoeten die kolonies geen nieuw leven ingeblazen? lager zijn dan de marktrente en probeert daarvoor een staatsJa, de kaarten liggen nu anders. Nu staat “investering” tegenover waarborg los te krijgen. Net dit gebrek aan transparantie maakt “ontwikkelingshulp” en handelsbetrekking tegenover de betrekdeze contracten zo gevaarlijk. king donor-begunstigde. Terwijl het Westen een einde probeert te maken aan gebonden hulp, is dat nu juist wat de Chinezen op Wat is de meerwaarde van de Chinese aanwezigheid grote schaal toepassen. Maar is zoveel vrijblijvende gulheid nog in Afrika, rekening houdend met het groot aantal wel nodig? Handel wordt meer en meer boven hulp geplaatst. Ook hebben de jongste tijd de donoren opnieuw meer belangstelling instellingen en donoren die al ontwikkelingshulp voor Congo, waardoor de Congolese regering ten overstaan van verstrekken aan Afrika die er al hulp verstrekken? de donoren meer keuze en meer gewicht heeft. De Chinezen getuigden van een heldere kijk door hun investeringen af te stemmen op wegen- en infrastructuurwerken. Hoewel Moedigt het Chinese systeem slecht bestuur aan de Westerse donoren al 50 jaar actief zijn in Afrika, is daar weinig omdat het geen rekening houdt met de voorwaarden van te merken. Waarom? Ze hebben middelen uitgetrokken voor “goed bestuur”, de rechten van de mens, justitie, verkiezingen... van goed bestuur die het Westen oplegt? Maar zoals de Chinezen zeggen, “democratie kun je niet eten”. In geval van slecht bestuur, zullen de Chinezen niet proberen om China investeert in “zichtbare” domeinen die te maken hebben dat bestuur ten goede of ten slechte te veranderen. Doordat de met de productie. Daarnaast leggen ze in ijltempo goede wegen Chinezen geen voorwaarden opleggen, staan de andere donoren aan, zoals in Congo, terwijl slechts weinig Westerse bedrijven uiteraard zwakker. Mij lijkt het een goede zaak de Chinezen te dergelijke risico’s aandurfden. Het resultaat: er werden wegen responsabiliseren door bijvoorbeeld een Chinees als hoofd van aangelegd en dat is zichtbaar. Maar voor deze werken wordt een grote instelling aan te stellen. Vervolg op pagina 10
HET CONTRACT VAN DE EEUW In het “Contract van de eeuw” van 2008 kende de Chinese EXIM Bank een lening toe van 9,2 miljard dollar aan de Congolese staat. 3,2 miljard was bestemd voor de modernisering van de mijnontginning. Het contract bepaalde eveneens dat twee Chinese bedrijven belast zouden worden met de uitvoering van infrastructuurwerken ter waarde van 6 miljard dollar: 3.500 km wegen en spoorwegen, weginfrastructuurwerken met name in Kinshasa, 31 ziekenhuizen met 150 bedden en 145 gezondheidscentra. Met deze lening verschafte China zich toegang tot de koperen kobaltreserves ter waarde van 14 miljard dollar. De ontginning van deze ertsen kwam in handen van Socomine, voor 68% eigendom van Chinese en voor 32% van Congolese overheidsbedrijven. Begin 2009 probeerde het IMF deze investering tegen te houden. Congo kon immers geen nieuwe regeling treffen met een geprivilegieerde prefentiële schuldeiser terwijl het de schuldeisers in het Westen nog 11,5 miljard dollar verschuldigd is. In het herziene “Contract van de eeuw” wordt nog slechts 3 miljard dollar uitgetrokken voor infrastructuurwerken. Het blijft echter de grootste overeenkomst van bilateraal economisch partnerschap die China in Afrika heeft. EP
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 9
AZIË Vervolg van pagina 9
Pragmatisch Peking stilt hongerige Chinese economie
CHINA BAANT ZICH een weg
DOOR AFRIKA
© J. Holslag
groeit zo snel aan. In Angola Afrika wint aan belang en DR Congo - twee landen in het buitenlands beleid waarin China heel aanwezig van Peking. Vanwaar de is - zouden al tot 50.000 Chinegroeiende interesse voor zen leven. Maar de assimilatie Afrika? gaat heel langzaam. De Afrikaanse agenda van China is zeer veelzijdig. Het land heeft een grote honger Kunnen we China’s naar minerale ertsen en enerbuitenlands gie. Afrika is dan een interesbeleid herleiden sante leverancier. Maar Chitot pragmatisch nese bedrijven zien Afrika mercantilisme? ook meer en meer als een Eigenlijk wel. Peking voert afzetmarkt. Naast de grote een kameleondiplomatie. bedrijven interesseren de ChiHoewel de autoriteiten van nese fabriekjes, die minder langs om meer spreken over geavanceerde goederen prostabiliteit en duurzaamheid, Dr. Jonathan Holslag is onderzoeker aan het Brussels Institute of duceren, zich ook vaker voor blijkt uit studies dat er de Contemporary China Studies, vaak gevraagd commentator in nieuwsmedia de Afrikaanse markt. En ten voorbije tien jaar maar weinig en publicist in wetenschappelijke tijdschriften en kranten. Zijn research focust slotte is China er ook actief in hoofdzakelijk op regionale veiligheid in Azië en het Chinese buitenlands beleid. veranderd is. De houding van de dienstensector: constructie, Peking hangt af van land tot telecommunicatie, enz. land. Is er een actieve demoNaast de economische agenda is er de politieke strategie. China cratie, dan gedraagt China zich iets voorbeeldiger. Zwaait een weegt steeds meer op mondiale dossiers zoals klimaatverandeautocratisch regime de plak, dan knijpt China de ogen al eens ring en energievoorziening. Goede relaties met Afrikaanse en dicht. Kameleondiplomatie. Men weet dat goede relaties met Afriandere elites zijn dan zeer nuttig. En Peking speelt het ‘historisch kaanse ‘krokodillen’ problemen kunnen geven, maar kiest er uit bondgenootschap’ tussen ontwikkelingslanden nog steeds uit op strategische overwegingen toch voor met hen in zee te gaan. de internationale scène. Al is dat niet meer zo vanzelfsprekend als economische grootmacht. Westerse commentatoren beschouwen het Chinese China heeft geen Grand Strategy voor Afrika. Peking voert veeleer beleid in Afrika als ‘slechte hulp’. Maar is het voor een realistische politiek waarbij het zich voortdurend aanpast aan Peking niet gewoon business? Ze doen niet aan nieuwe noden, aan de internationale context. ontwikkelingssamenwerking. Inderdaad, en ze hebben er geen moeite mee dat toe te geven! U spreekt over Afrika als afzetmarkt voor goedkope Hun ‘ontwikkelingsbeleid’ is slechts een manier om een voet tusgoederen uit ‘de fabriek van de wereld’. Dat is niet sen de deur te krijgen voor grote handelsakkoorden. Vraag is of het zo’n slechte zaak is dat ze wegen aanleggen en infrastrucevident op een koopkrachtarm continent. tuur bouwen zonder daarbij rechtstreeks grote budgetten uit te China kan heel goedkoop afgewerkte goederen produceren. keren aan overheden. De keerzijde is dat het doorgaans gaat over Arbeid is er nog steeds goedkoop. Zo nemen ze de handelsnetleningen van ettelijke miljarden waar voorwaarden worden aan werken over van Libanezen, Indiërs, enz. Allemaal zeer zichtbaar verbonden. Zo zou China Afrika met een nieuwe schuldenberg en voelbaar voor lokale handelaars en de bevolking, en dus zwelt kunnen opzadelen. de frustratie bij hen aan. Er zijn al opstootjes geweest waarbij ChiWat stoort is dat China blijft schuilen achter een achterdochtig, nese bedrijven werden aangevallen en geplunderd. Maar eenantiwesters sentiment, om bijvoorbeeld pragmatische gesprekmaal de lonen in China gaan stijgen, zullen bedrijven uitwijken ken met de EU uit de weg te gaan. Je kan best andere principes naar andere lagelonenlanden. Dan gaan ze misschien meer in hanteren in je buitenlands beleid, maar Afrika zelf produceren. je moet steeds bereid zijn om te praten. Die bereidheid is er vandaag nog Het cultuurverschil tussen Afrika en China heeft geen veel te weinig. Vraag is hoe China zich China is groot. Begrijpen ze elkaar Grand Strategy voor zal gedragen als het nog meer macht genoeg om samen te werken? Afrika. Peking voert verwerft op de internationale scène. Zal In China zie ik dat Afrikaanse elites doorveeleer een realistische Peking blijven schuilen achter principes gaans goed opschieten met hun Chinese zoals non-interventie en soevereiniteit? partners. Maar het is inderdaad zo dat de politiek waarbij het zich Zal Peking dictaturen verder hun gang Chinese gemeenschappen in Afrika dikwijls voortdurend aanpast aan laten gaan? heel geïsoleerd leven. In heel wat Afrikaanse nieuwe noden, aan de steden huizen Chinese communes die nauwelijks de lokale taal machtig zijn. Maar dat internationale context. ELISE PIRSOUL heeft natuurlijk tijd nodig, de groep Chinezen THOMAS HIERGENS
10 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
AZIË RUBRIQUE RU R UB BR RIQ QU UE E
Microfinanciering versterkt de positie van de vrouw in Vietnam Het Belgisch Ontwikkelingsagentschap werkte in een hecht partnerschap samen met de Vietnam Women’s Union om de toegang tot financiële diensten voor vrouwen onder de armoedegrens veilig te stellen. Dit partnerschap heeft zijn eindstadium bereikt, waarin steun voor de sector van de microfinanciering een grote rol krijgt toebedeeld. Deze sector bouwt voort op het succes van het Vietnamees-Belgische kredietproject, dat al meer dan tien jaar het belang beklemtoont van kredietverlening aan vrouwen onder de armoedegrens.
Z
© Mevr. Nguyen Thi Thuy Linh
waardering voor het project, oals in vele ontwikkeen niet alleen voor de positieve lingslanden, hebben invloed op hun levensstandaard. Vietnamese vrou“Het beste aan het programma wen het vaak moeivind ik het sparen en de maandelijk om hun werk en de zorg lijkse afbetalingen, dat is gemakvoor hun gezin te combineren. kelijker voor plattelandsvrouwen Hoewel de Vietnamese econozoals wij”, vertelt mevrouw Le. mie het laatste decennium een De juiste financiële producspectaculaire groei van meer ten, en de mogelijkheid om de dan 7 procent per jaar kende lening op regelmatige basis af en een navenant sterke daling te lossen, onderscheiden het van de armoede, bekleedt Vietnamees-Belgische krediethet land slechts de 113e plaats project van grotere en minder op 169 wat gendergelijkheid flexibele kredietinstellingen. betreft.1 Vrouwen vormen de Mevrouw Vu Thi Lien kocht een meest actieve groep ondernenaaimachine om handdoeken mers op microniveau, waarbij te maken. Deze kleine onderde meest uiteenlopende actineming stelde haar in staat om viteiten worden ondernomen de opleiding van haar twee om het gezinsinkomen aan dochters en zonen te betalen, te vullen. Toch moeten heel en ook om een degelijke latrine wat Vietnamese vrouwen nog voor haar huis te bekostigen. steeds een vorm van garantie Vrouwen V Vro u en uwe n in in de de provincie pro rov o inc nc cie e Hai Hai Phong Ph P hong on organiseren organ or ganise ise eren e zich en zich h om m manden man nden en te Mevrouw Vu vertelt ons: “Mijn vanwege hun echtgenoot kunvlechten, het resultaat van een opleiding in ondernemerschap van het man stierf in 1998 en ik had niet nen voorleggen als ze leninVietnamees-Belgische kredietproject. genoeg geld om mijn huis wat gen willen aangaan. Dankzij comfortabeler te maken.” Dankde toegang tot microfinanciezij het Vietnamees-Belgische kredietprohebben tot krediet. Kleine boeren zoals ringsdiensten kunnen de vrouwen deze ject kon ze dat wel. “Nu help ik mijn zonen mevrouw Le moeten altijd in staat zijn hinderpalen omzeilen en krijgen zij meer om hun eigen huis te bouwen,” vertelt ze. schokken op te vangen. Het uitbreken van keuzemogelijkheden. In de eindfase van het project worden de vogelgriep in 2006, waardoor pluimDe dag van mevrouw Le Ngoc Trang Dai, inspanningen geleverd om een wholesale vee massaal moest worden afgeslacht, 40, begint om 5 uur ‘s morgens. Ze bekomlending and capacity building facility op speelde mee in haar beslissing om geiten mert zich niet alleen om haar gezin, onder te zetten ter bevordering van duurzame te gaan kweken, ook al duurt het langer wie haar zwakke schoonouders, maar microfinancieringsinstellingen. Doordat vooraleer die slachtrijp zijn. zorgt ook voor de dieren op de boerderij. ze vlotter toegang hebben tot financiële Het Vietnamees-Belgische kredietproject Daarbij horen een aantal geiten die ze kon diensten, zoals krediet, sparen en verzeverleent al meer dan tien jaar financiële kopen dankzij een eenjarige lening van keringen, kunnen vrouwen zoals mevrouw diensten aan tienduizenden vrouwen op 100 euro van het Vietnamees-Belgische Le en mevrouw Vu verder bouwen aan en onder de armoedegrens in 17 provinkredietproject. Mevrouw Le woont in een een stabiel inkomen, beter in hun levenscies van Vietnam. Het is gebaseerd op de provincie die bekendstaat voor de teelt onderhoud voorzien en investeren in de Grameenbenadering waarbij kleine solivan tropische vruchten. “Ik kocht vroeger toekomst van hun gezin. daire groepen worden gevormd, waarin fruit om te verkopen op de markt, maar de individuen toegang krijgen tot leningen fruitverkoop is seizoensgebonden. Daarom van 50 tot 150 euro en die terugbetalen besloot ik de lening te gebruiken om geiten in maandelijkse aflossingen met interest. te kopen.” Dit voorbeeld van diversificatie 1 De terugbetaling binnen het programma van bestaansmiddelen illustreert als geen Op basis van de meest recente indicatoren voor menselijke ontwikkeling van de VN. verloopt uitstekend. Leners hebben veel ander dat mensen een betere toegang
dime di dimensie mens nsie ie 3 I JU JUNI-JULI-AUGUSTUS JUNI NI-JJUL ULII AU AUGU GUST STUS US 2011 201 011 1 1 11 1
N
u Vietnam erin geslaagd is om in 2010 het statuut van middeninkomensland te verwerven, rijst de vraag waarom België Vietnam financieel blijft bijstaan. Is Vietnam immers niet één van die snelgroeiende Aziatische tijgers die jaarlijks een groeivoet van 6 à 7 procent voorleggen? Heeft Vietnam in 2010 de armoede niet tot onder 10 procent teruggedrongen? Zijn er geen olie en gas ontdekt in de zuidelijke wateren? Inderdaad, Vietnam doet het goed. Maar zoals de recente wereldwijde financiële crisis heeft bewezen, is er weinig nodig om een land en zijn bevolking terug onder de armoedegrens te dringen.
door de klimaatsveranderingen zal getroffen worden – een stijgende zeespiegel zou de vruchtbare rijstvelden in het zuiden gedeeltelijk onder water zetten – en men begrijpt dat Vietnam zijn huidige koers dringend zal moeten bijstellen. Het land zal groeistrategieën die in het verleden succesvol bleken, moeten aanpassen om een hoog-inkomensland te kunnen worden. Weigert het deze aanpassingen, dan is de kans groot dat het terugvalt in het groepje van arme of laag-inkomenslanden.
De Vietna
Lage lonen Vietnam heeft de laatste decennia jaarlijks zowat 2 miljoen inwoners aan de armoede onttrokken. En de meeste Millenniumdoelen heeft Vietnam al gehaald. Dat is niet alleen dankzij de steun van internationale donoren zoals België maar vooral dankzij een aanzienlijke industriële ontwikkeling. Als lagelonenland kan Vietnam immers goedkoop goederen produceren. Maar deze evolutie heeft ook zijn prijs: de arbeidsomstandigheden zijn vaak ellendig, natuurlijke rijkdommen worden in een ijltempo opgeofferd en de vervuiling is enorm. Voeg hieraan toe dat Vietnam sterk
In juni dit jaar ondertekenden België en Vietnam hun zesde samenwerkingsakkoord. Belgie maakt van 2011 tot 2015 ongeveer 60 miljoen euro vrij om Vietnam in zijn ontwikkeling te steunen.
Valkuil Een land kan de ‘valkuil van het middeninkomen’ best voorkomen door te innoveren en het productieproces te verbeteren. Het concurrentievoordeel op basis van lage lonen en arbeidsintensieve productieprocessen is immers slechts tijdelijk. Gezien de competitie met de andere lagelonenlanden moet Vietnam dus dringend meer investeren in het onderwijs om het menselijk kapitaal en de binnenlandse innovatie te verbeteren. En Vietnam zal zich dringend moeten toeleggen op ‘goed bestuur’ dat
© DGD/Peter D'huys
Een stijgende zeespiegel zou de vruchtbare rijstvelden in het zuiden gedeeltelijk onder water zetten.
innovatie bevordert en corruptie bestrijdt. Ten derde moet de regering alle relevante regelgeving uitvoeren over de veiligheid van producten, intellectueel eigendomsrecht en consumentenrecht. Nu Vietnam de armoede grotendeels overwonnen heeft, wil België deze bijkomende uitdagingen met Vietnam delen. Het samenwerkingsprogramma ondersteunt daarom de aanpassing aan de klimaatsveranderingen, en een goed bestuur. Zo hoopt België een belangrijke rol te spelen in het op te richten fonds dat Vietnam in staat
12 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
moet stellen om de nodige kennis op te doen over ‘propere technologie’. Het budget voor opleiding is verdrievoudigd om het Vietnamees menselijk kapitaal te versterken. Naast het nieuw samenwerkingsprogramma werd ook een economisch programma uitgewerkt dat de band tussen Belgische en Vietnamese ondernemingen zal versterken. België voerde al verkennende gesprekken over samenwerking rond voedselveiligheid. Ook de universitaire samenwerking tussen beide landen betreedt nieuwe paden (zie kader).
AZIË
30 JAAR
Vietnam heeft de laatste decennia jaarlijks 2 miljoen mensen aan de armoede onttrokken.
samenwerking België-Vietnam
Ruim dertig jaar geleden al werd Vietnam een partnerland van België. De eerste jaren steunde ons land hoofdzakelijk de heropbouw. De tijdens de oorlog beschadigde infrastructuur was immers dringend aan herstel toe. Later verschoof de aandacht naar sociale sectoren en de plattelandsbevolking, om de impact van de economische hervormingen in de richting van een markteconomie te verzachten. Vandaag werkt België aan sterkere instellingen, capaciteitsopbouw en betere levenskwaliteit. Met de toenemende integratie van Vietnam in de regio en de wereld verleent ons land ook steun aan de Mekong River Commission (zie p.16).
© DGD/Peter D'huys
mese tijger
WEBSITE: boek “30 jaar samenwerking België-Vietnam” http://diplomatie.belgium.be/nl/binaries/ brochure_vietnam_nl_
Echte samenwerking Kortom, de Belgische ontwikkelingssamenwerking staat in Vietnam voor nieuwe uitdagingen. De vroegere donorontvanger relatie heeft plaats geruimd voor een samenwerking waarbij beide landen informatie uitwisselen over duurzame en milieuvriendelijke economische groei. Dit is nieuw voor Vietnam maar niet voor de Belgische ontwikkelingssamenwerking die al 8 middeninkomenslanden onder haar partnerlanden telt. Dit verklaart trouwens waarom zij een aparte
samenwerkingsstrategie met middeninkomenslanden wil uitwerken. Armoede mag dan al onderdrukt zijn, de weg naar een duurzame en milieuvriendelijke economische ontwikkeling is lang en moeilijk. Via het nieuw samenwerkingsprogramma met Vietnam hoopt België hiertoe bij te dragen. PETER D’HUYS
© DGD/Peter D'huys
is nog jong
Belgische en Vietnamese universiteiten zetten samenwerking op een nieuw spoor In een Memorandum of Understanding van april 2011 hebben de Belgische en Vietnamese universiteiten de wens uitgedrukt om hun samenwerking te vernieuwen. De nadruk ligt voortaan op gemeenschappelijke opleidingen en onderzoek. Er zal tevens geëxperimenteerd worden met formules van publiek-private samenwerking. De universiteiten willen ook hun beurzenprogramma’s beter op elkaar afstemmen. Vietnamese partneruniversiteiten zoals Can Tho University, waar sinds 1998 intens mee wordt samengewerkt, zijn uitgegroeid tot internationaal erkende dynamische onderwijs- en onderzoeksinstellingen. Met hen zullen de Belgische universiteiten voortaan meer op gelijke voet samenwerken. Voor de minder ontwikkelde Vietnamese instellingen blijft de klassieke aanpak van universitaire ontwikkelingssamenwerking aangewezen. Heel wat voormalige Vietnamese bursalen aan Belgische universiteiten bekleden vandaag topposities in Vietnam, zowel in de politiek, de bedrijfswereld als de academische wereld. Op initiatief van de Belgische ontwikkelingssamenwerking in Hanoi werd een website van Vietnamese alumni uitgewerkt (www.vietbelalumni.org). • www.vliruos.be (Vlaamse universiteiten) • www.cud.be (Franstalige universiteiten)
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 13
Een licht in de gruwel
Bukavu, het Panzi-ziekenhuis. Een oord van vrede voor de veel te talrijke vrouwen die het slachtoffer werden van verkrachtingen in de streek. Zij kunnen hier terecht voor medische verzorging en psychosociale ondersteuning, voor hun re-integratie in de maatschappij en zelfs voor juridische follow-up… Aan het hoofd van het ziekenhuis staat de stichter, zelf gynaecoloog en eeuwig bestrijder van het geweld tegen vrouwen: dokter Denis Mukwege. Zijn werk werd zopas bekroond met de Koning Boudewijnprijs.
zich in Bukavu, waar hij in 1999 het Panziange tijd was dokter Mukwege ziekenhuis oprichtte, een gezondheidsde enige gynaecoloog in de centrum dat hulp kon verlenen bij bevalregio. “In ‘99 zag ik voor het eerst lingen. Al heel snel behandelde dokter een vrouw met genitale letsels die Mukwege er vrouwen die het slachtoffer ‘iemand’ haar had toegebracht. Ik begreep waren van seksueel geweld en vervulde er niets van en zij wilde mij toen ook geen het ziekenhuis een voorbeeldfunctie in verdere uitleg geven. Ik was ervan overtuigd het Gebied van de Grote Meren. De voordat deze afschuwelijke letsels een alleenbije 10 jaar behandelde de gynaecoloog staand geval betroffen, maar in de daaropsamen met zijn team meer dan 30.000 volgende weken nam het aantal slachtoffers slachtoffers. alleen maar toe.” Vandaag nog horen deze De patiënten krijgen een allround behanverkrachtingen, die voorheen onbekend deling in het ziekenhuis. De medische waren in het land, tot de dagelijkse realiteit zorgen, de maaltijden en geneesmiddelen in het Oost-Congo. “Deze week werden er zijn er gratis voor patiënten die er erg aan 102 vrouwen verkracht.” toe zijn en voor alle slachtoffers van seksu“Wie een vrouw vernietigt, vernietigt een eel geweld. Niet alleen fysische en emohele maatschappij”, betoogt de dokter, dit tionele letsels krijgen aanis een verschrikkelijk ‘oordacht. In een transitcenter logswapen’ in de handen van bereiden de patiënten zich milities die zich schuilhouden Ik verzorg de voor op de herintegratie op dit grondgebied dat rijk is in de maatschappij. Ze – misschien zelfs té rijk – aan menselijke worden er psychologisch ertsen. En daarnaast spelen dwaasheid. opgevolgd en er wordt ook andere factoren mee: de voor gezorgd dat ze vóór hun vertrek een vroegere opstandelingen die opnieuw in inkomen hebben. Juridische diensten die het reguliere leger werden geïntegreerd, binnen het ziekenhuis gevestigd zijn zorde burgers die worden aangemoedigd gen voor de juridische ondersteuning. Uitdoor de banalisering van dit soort daden eindelijk komen de slachtoffers er fysisch en de straffeloosheid die heel lang de en moreel bovenop en krijgen ze een regel was1. zekere waardigheid terug. ‘Mobiele zieOorspronkelijk wou dokter Mukwege kinkenhuizen’ zoeken de slachtoffers op het derarts worden, maar toen hij als jonge terrein op, om zowel de eerste zorgen als arts vaststelde in welke omstandigheden juridische raadgevingen te verstrekken. vrouwen moesten bevallen, besloot hij gynaecologie te studeren. Hij vestigde Tegelijk blijft de dokter onverminderd de
L
Volgens een enquête van het American Journal of Public Health is het aantal verkrachtingen in Congo gestegen tot 1152 vrouwen per dag, ongeveer 48 per uur, of 26 keer meer dan de schattingen van de VN.
14 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
gruwel waarvan hij getuige is aanklagen tegenover de wereld. Daartoe lanceert hij sensibiliseringscampagnes in de regio en zet hij meer personeel in voor de opvang van de slachtoffers. “Jammer genoeg blijft de situatie onveilig. Het is niet uitzonderlijk dat we bij nieuwe slachtoffers van verkrachting vrouwen terugzien die we 2 jaar eerder voor dezelfde letsels hebben behandeld. Ik zou liever anoniem zijn dan wereldwijde erkenning te genieten voor een situatie die de wereld geen halt wil toeroepen”, verklaarde Denis Mukwege op de receptie na de uitreiking van de prestigieuze Koning Boudewijnprijs. België was als pionier de aansturende kracht in de strijd tegen seksueel geweld in Congo. Het ondersteunt sinds 2004 een gezamenlijk programma in de strijd tegen seksueel geweld. Momenteel werkt België mee aan een globale aanpak met medische, psychosociale en juridische begeleiding en met een re-integratieprogramma voor de slachtoffers van seksueel geweld, in het kader van het Plan de stabilisation et de reconstruction in het oosten van Congo (STAREC - zie Dimensie 3 2/2011). België beloofde aan het Panzi-ziekenhuis een zuurstofeenheid voor het operatiekwartier en voor de intensivecareafdeling. ELISE PIRSOUL
1
Momenteel lopen de eerste processen en veroordelingen van militairen die schuldig werden bevonden aan verkrachtingen, zie Dimensie 3 nr. 2/2011.
ONLINE Panzi-ziekenhuis: www.panzihospital.org
© Stefaan Vanfleteren
GENDER
Sinds 1978 wordt de Koning Boudewijnprijs, waaraan een bedrag van 150.000 euro is verbonden, uitgereikt aan pioniers van de sociale vooruitgang in de ontwikkelingslanden. Naast de financiële steun die hij vertegenwoordigt, is de prijs ook goed voor de zichtbaarheid en promotie van de laureaten. Bekende laureaten van de laatste jaren waren onder meer Ousmane Sy, Paulo Freire en Mohamed Yunus.
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 15
DE
MEKONG De Mekong – de tiende langste rivier ter wereld – is van levensbelang voor miljoenen mensen. Maar vooral de stuwdammen bedreigen mens en milieu. Via de Mekong River Commission stuurt België bij naar een volwaardig duurzame ontwikkeling.
STUWDAMMEN IN CHINA
© Internationals Rivers
twistappel tussen economische ontwikkeling en duurzaam leven
Alleen China heeft dammen op de Mekong zelf. Voorlopig zijn het er 3, maar men overweegt nog 12 extra dammen te bouwen. Manwan was de eerste (1 miljoen m³, 1.750 Megawatt). Xiaowan is gigantisch: 15 miljard m³ en 4.200 Mw als alle generatoren geïnstalleerd zijn. Stuwdammen verbruiken geen water (zoals irrigatiedammen) maar ze verstoren de normale stroming omdat ze het water tijdelijk ophouden. Dit heeft overduidelijk effecten stroomafwaarts: lager waterniveau voor scheepvaart, minder visvangst, met uitsterven bedreigde vissoorten…
XAYABURI
De ‘Mekong River Commission’ is een overlegorgaan tussen Cambodja, Laos, Thailand en Vietnam. De vier landen werken samen aan de duurzame ontwikkeling van de Mekongrivier, hun ‘common treasure’. De Commissie overlegt jaarlijks met de landen van het hogere bekken: Myanmar en China. Samenwerking met China, waar de bronnen van de Mekong zich bevinden, wordt een prioriteit. De Commissie is actief in domeinen zoals irrigatie en droogtebeheer, navigatie, hydro-elektriciteit, overstromingsbeheer, visserij, milieu en toerisme. België steunt 2 domeinen: navigatie (8 miljoen euro van 2005-2012) en duurzame hydro-elektriciteit (3 miljoen euro van 2010-2012).
ONLINE
HET TONLE SAP-MEER Het Tonle Sap-meer is enig in de wereld als meer-rivierstelsel. Tijdens het droge seizoen stroomt het water uit het meer in de Mekong, tijdens het natte seizoen vloeien massa’s water vanuit de Mekong terug in het meer. Het visrijke meer is van vitaal belang voor de helft van alle Cambodjanen en het hele lagere Mekongbekken.
© Colocho
MEKONG RIVER COMMISSION
De vraag voor een megadam in Xayaburi in Laos (225 miljoen m³, 1260 Mw, 3,5 miljard USD) komt vooral uit Thailand. Dat land heeft immers nood aan (hernieuwbare) energie. Voor Laos dat de elektriciteit vrijwel volledig naar Thailand zou uitvoeren, betekent de dam een welkome bron van inkomsten. Maar de ngo’s en de stroomafwaartse landen (Cambodja en Vietnam) hebben bezwaren. Het gewijzigde debiet (en diepte) zou de vispopulatie schaden. Het moerasgebied in het Zuiden van Laos kan opdrogen. Een studie – door België meegefinancierd – stelt voor de bouw met 10 jaar uit te stellen voor meer diepgaande impactstudies. De ministers van de MRClanden hebben hun beslissing uitgesteld tot oktober 2011.
www.mrcmekong.org
• 795.000 km² • Hoger bekken (China, Myanmar) en lager bekken (Thailand, Laos, Cambodja, Vietnam) • 60 miljoen mensen in het lagere bekken
• Rijk aan mineralen en biodiversiteit • Economische topper: handel, visvangst, transport, toerisme, landbouw (rijst, garnalen, groenten, fruit)
MEKONGRIVIER • Lengte: 4.909 km (tiende langste rivier ter wereld) • Debiet: 16.000 m³ per seconde (gemiddeld), 80.000 m³ per seconde (maximaal)
16 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
NAVIGATIE TUSSEN PHNOM PENH EN DE MONDING België leverde financiering én expertise voor: • een akkoord voor vrijheid van navigatie - ook voor vreemde schepen - tussen Cambodja en Vietnam (gebaseerd op het Scheldeverdrag tussen België en Nederland). • de uitbouw van een betrouwbare vaargeul. Het diepste en veiligste traject werd met rivierboeien afgebakend, die via pylonen in contact staan met een satelliet. Hierdoor kunnen boten die op de Mekong varen zich laten leiden door een soort GPS-systeem, zodat obstakels vermeden worden. • een navigatieplan voor Cambodja dat de Wereldbank uitvoert.
© Mekong River Commission/Lieven Geerinck
MEKONGBEKKEN
THEMATISCHE FICHE
DE MEKONG
CHINA C CHIN VIET NAM Hanoi
Huay uay Xay
LAO L AO PDR
NAVIGATIE IN LAOS
Luang Lu uan Prabang a
De Mekong in Laos kent tijdens het droge seizoen een lage waterstand. Dit bemoeilijkt de binnenscheepvaart. In de meeste gebieden is de Mekong de enige verkeersweg (goederen naar markt, kinderen naar school). Het navigatieprogramma heeft permanente boeien geïnstalleerd om de navigatie te vergemakkelijken.
Xay aya ya y Xayabury
Pakxanh
PAK MUN
Vientiane Vie
Nongh Khai Thakhek Nakhon Phanom
Savannakhet © Gorgo
Mukdahan
THAILAND
Pak Mun is één van de stuwdammen in het lagere Mekongbekken, op een zijrivier van de Mekong in Thailand (136 Mw). Het totale potentieel van het lagere bekken bedraagt 30.000 Mw. Stuwdammen hebben wel een grote sociale en milieu-impact. Pakxe Pak
Stung ng Treng
Siem Reap
CAMBOD C AMBOD A BO ODIA Kratie Kampong Chhnang mpong Chhnan Kampong Cham Kam
MEKONG-DELTA
Phnom no Penh h
Ho Chi Ch hi Minh h Min
My yT Tho © Olivier Laumann
Bangkok Bangk angkok
De Mekong gaat in het Zuiden van Laos over in een uitgestrekt moerasgebied. Dat gebied fungeert als een spons en is belangrijk voor de waterhuishouding stroomafwaarts. Scheepvaart van Laos naar Cambodja is niet mogelijk door watervallen.
© Tun Myint
MOERASSEN Muang Mua ua g Khong K ng
ong Xuyen n Long C Tho ho o Can
In de Mekong-delta splitst de Mekong zich in verschillende armen. Deze dichtbevolkte Vietnamese provincie produceert de helft van alle rijst in Vietnam, en kweekt vissen en garnalen.
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 17
RUBRIQUE
DE PRIVÉ-SE Naar het voorbeeld van andere “Aziatische tijgers” is de armoede in Vietnam de jongste 15 jaar aanzienlijk verminderd als gevolg van een gestage economische groei (7% per jaar). Een goede gelegenheid om ons licht op te steken bij BIO, de Belgische investeringsmaatschappij voor ontwikkelingslanden, over de rol en de uitdagingen van de privésector in Azië en in ontwikkelingslanden.
O
ntwikkelingsregio’s oefenen niet altijd een grote aantrekkingskracht uit op investeerders. Er zijn te veel risico’s, er is gebrek aan infrastructuur en opgeleid personeel. Multinationals die het risico toch aandurven, bekommeren zich nauwelijks om de sociaal-economische gevolgen in het gastland. En de lokale bedrijven hebben te weinig geld om hun activiteiten te ontwikkelen en volop hun rol te spelen als economische en sociale motor. Om aan het gebrek aan kapitaal en lange termijnkrediet te verhelpen, gaf de Belgische ontwikkelingssamenwerking gestalte aan BIO, de Belgische investeringsmaatschappij voor ontwikkelingslanden. Dimensie 3 sprak met Dimitri Van Raemdonck, senior investment officer bij BIO.
BIO vraagt altijd een advies aan de attachés ontwikkelingssamenwerking.
© GPV
Waarom zette de Belgische ontwikkelingssamenwerking een zuiver economisch instrument op dat los staat van de gebruikelijke doelstellingen van de ontwikkelingssamenwerking?
De chocoladefabriek Grand-Place Vietnam integreert de lokale productie van cacaobonen in zijn circuit.
18 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
Met de oprichting van BIO onder staatssecretaris Eddy Boutmans werd een andere weg ingeslagen. Opdat een land zich kan ontwikkelen moet je rijkdom creëren. Welnu, deze rijkdom kan worden verschaft door de privé-sector, die in ontwikkelingslanden over te weinig financiering beschikt. Aangezien investeren in het Zuiden een groot risico inhoudt, rekenen banken zeer hoge rentevoeten aan op zeer korte termijn, voorwaarden dus die moeilijk liggen voor kleine bedrijven. BIO blijft ook op lange termijn toegankelijk en biedt oplossingen die aangepast zijn aan de noden van kleine en middelgrote ondernemingen (KMO’s). Een aantal soortgelijke initiatieven die in andere Europese landen werden opgestart, hadden hun nut reeds bewezen. Eerst financierde BIO intermediaire instellingen zoals microfinancieringsinstellingen
AZIË RUBRIQUE
CTOR
is de weg naar economische en sociale ontwikkeling? en banken die zich richten op KMO’s, en leerde zo van hun ervaring op het terrein. Sinds 2004 investeert ze rechtstreeks in KMO’s, die uit hun natuur een rechtstreekse impact hebben op de plaatselijke gemeenschap, de streek en het land waarin ze werken. Zonder twijfel is de ondersteuning van de privésector een noodzakelijke vorm van ontwikkelingssamenwerking, complementair met de gebruikelijke aanpak.
De projecten en bedrijven waarin BIO investeert moeten economisch duurzaam zijn en een zo groot mogelijke impact hebben op ontwikkeling: creëren van werkgelegenheid, opleiding, degelijke werkomstandigheden. We toetsen de projecten ook op de criteria die zijn vastgelegd in de Belgische wet over ontwikkelingssamenwerking: gender, milieu, goed bestuur, aidsbestrijding, enz. We verschillen hierin met andere banken die enkel letten op de rendabiliteit van een bedrijf. BIO financiert altijd lokale bedrijven. Essentieel is dat een project het lokale economische weefsel versterkt, waardig werk creëert, knowhow ontwikkelt en de levensomstandigheden van de bevolking verbetert. BIO vraagt altijd een advies aan de attachés ontwikkelingssamenwerking van de ambassade van België in het gastland. Met hun ervaring op het terrein gaan ze na of onze informatie klopt en geven ze ons de garantie dat het project leefbaar is. Bij onze keuze laten
© GPV
Aan de hand van welke criteria kiest BIO de investeringen?
Cacaobonen liggen te drogen.
we ons ook leiden door de geografische en sectorale prioriteiten van de Belgische ontwikkelingssamenwerking, zoals de landbouw in DR Congo.
BIO investeert in Zuidoost-Azië. Hoe onderscheidt de Aziatische markt zich van Afrika? BIO investeert in India, Cambodja, Vietnam en Indonesië. Azië wordt gekenmerkt door een regionale dynamiek die
Bio-invest BIO investeerde 650.000 euro in Grand-Place Vietnam (GPV), de enige chocoladefabrikant in Vietnam. De passie voor chocolade van een Belgisch zakenman leidde tot de oprichting van GPV, de eerste fabriek van Belgische chocolade die vooral bestemd is voor de Vietnamese markt. Er bestond wel een cacaosector in het land maar deze raakte in het slop. De chocoladefabriek GPV creëerde een groot aantal waardige arbeidsplaatsen en maakt geen gebruik van kinderarbeid. De Europese knowhow werd overgedragen aan de Vietnamese kaderleden. De fabriek produceert 3.000 ton chocolade per jaar en kan in Vietnam op een grote afzet rekenen. Ze exporteert intussen ook naar de Verenigde Staten, China en India. Deze export kan het land een groot aantal vreemde valuta opleveren. Sinds 2011 voert GPV niet langer cacao in. Ze maakt voor haar productie gebruik van de lokale cacaoteelt, wat een inkomen verschaft aan de kleine lokale telers.
wordt aangestuurd door “voortrekkers” zoals India en China. Hierdoor is het bankenaanbod uitgebreider, de markt beter gestructureerd en ligt de vraag hoger. Sommige landen zoals Vietnam en Cambodja zeilen mee op deze dynamiek, maar de privésector blijft er kampen met een gebrek aan lange termijnkapitaal. Ook Afrika kent een forse groeispurt, maar heeft nog niet hetzelfde niveau van economische ontwikkeling van Azië bereikt. Daarom is dit continent, en Centraal-Afrika in het bijzonder, een hoge prioriteit voor BIO. Eind 2010 maakte de Belgische regering een bedrag van 9 miljoen euro vrij en kende ze aan BIO een extra bedrag toe van 105 miljoen euro. Gevoegd bij de vorige financieringen, beloopt het totale investeringsbedrag begin 2011 460 miljoen euro, kapitaal en subsidies niet inbegrepen.
ONLINE www.bio-invest.be
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 19
INDUSTRIËLE, BIOLOGISCHE EN EERLIJKE LANDBOUW VAN HIER EN ELDERS:
De productie in vraag gesteld Volgens de Voedsel en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties wordt wereldwijd een derde van al het geproduceerde voedsel weggegooid. In ontwikkelingslanden vooral door slechte wegen en misoogsten, in het Westen vaak gewoon als overschotten, omdat we het niet op krijgen. Is eerbied voor voedsel, voor de eerlijke en duurzame productie ervan, een bewuste keuze voor de westerse consument, en kan hij er ook de meer dan 900 miljoen o ge ge in het et Zuiden u hongerigen mee helpen? Dimensie 3 ging de boer op.
“Goede of slechte boeren, dat bestaat niet” Voor Piet Van Themsche, voorzitter van de Boerenbond en Agricord, moeten beide landbouwsystemen, korte keten en traditioneel, naast elkaar bestaan. De boer maakt zelf de keuze, vanuit een economische logica. In Europa groeit het deel van de markt dat vraagt naar duurzame productiemethodes, bio, korte keten of andere, waarbij nabijheid tussen producent en consument centraal staat. De landbouw moet op die kans inspelen, maar het blijft een niche, die momenteel goed is voor maximum 5% van de voedselproductie. Anderzijds zie je een evolutie van verduurzaming in de traditionele mainstream landbouw. Meer met minder. Dat betekent met minder inputs de effectiviteit verhogen, onder meer door genetica en teelttechnieken. De laatste 15 jaar zie je daardoor erg gunstige evoluties in het gebruik van bestrijdingsmiddelen, verzuring of de emissie van fijn stof. In de toekomst zal men aan de traditionele landbouw nog meer beperkingen opleggen, vanuit de maatschappelijke vraag naar biodiversiteit, waterkwaliteit, klimaat. Deze kosten, die niet in de marktprijs verrekend kunnen worden, zullen door de maatschappij gedragen worden. De korte keten van zijn kant rekent die extra kosten rechtstreeks door aan de
consument. Wat de duurzaamheid van de landbouw betreft, zal het economische steeds dé drijfveer van de boer blijven. De vraag of hij er zijn boterham kan mee verdienen, zal steeds zijn keuze voor deze of gene methode bepalen. Nog vanuit economisch oogpunt kan de korte ketenlandbouw, die evenwaardig is aan de zeer gespecialiseerde landbouw, maar een deel van het verhaal zijn. Men mag niet vervallen in het nostalgische verhaal van de zelfvoorzienende boer. Ernaast moet immers de zeer gespecialiseerde en heel productieve traditionele landbouw zijn rol blijven vervullen. De globale tendensen zoals de uitbreiding van de megasteden, de klimaatontwikkeling en de evolutie naar hernieuwbare energie maken die vraag noodzakelijk. Wel dienen de globale inspanningen, zoals nu binnen de G20, te worden verdergezet om de recente volatiliteit van de voedselprijzen een halt toe p j te roepen. Want de vraag blijft of men voedsel, als basisrecht, srecht, wel als een gewoon handelsgoed kan behandelen. R RVV
“De consument is ook een actor” Catherine is lid van een gemeenschappelijke aankoopcentrale. Ze legt uit waarom ze heeft gekozen voor alternatieve consumptie. Alternatieve consumptie betekent dat mensen in groep gewone consumptieartikelen rechtstreeks bij de lokale bioproducent halen. Ik ben even gaan stilstaan bij ons consumptiegedrag. Ik groeide op in een gezin dat een moestuin had, dat melk en kaas op de boerderij om de hoek kocht. Dat lag voor de hand. Toen ik in Brussel studeerde, had ik er snel genoeg van smakeloos fruit en het gebrek aan contact met de producent. Op de markt maakte ik kennis met bioproducenten en ik ben op hun boerderij geweest. Sindsdien kies ik ervoor alleen nog bioproducten te kopen: voor de smaak, omdat ze lokaal geteeld zijn, en voor het plezier dat het ontdekken van sommige producten mij verschaft. Zo ontdekte ik groenten die in de vergetelheid zijn geraakt zoals de aardpeer, de witte peen en Belgische kazen waarvan ik het bestaan zelfs niet vermoedde. Maar de prijs van bioproducten bleef een struikelblok. Ik besloot deel te nemen aan de oprichting van een gemeenschappelijke aankoopcentrale (GAC) in Brussel. Ik ben echt gewonnen voor deze formule:
20 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
er is niet alleen het groepsgebeuren, een ander voordeel is dat je kunt bestellen wat je wilt en dat je de producent kent. Joël, onze producent, heeft een boerderij in Waals-Brabant en hij houdt van zijn vak. De groep heeft met Joël een vertrouwensband die afwijkt van de klassieke commerciële boodschap. Door haar producten bij Joël te kopen, zorgt de GAC ervoor dat Joël en zijn werknemers een eerlijk loon ontvangen en in degelijke arbeidsomstandigheden kunnen werken. Want ook dat is voor mij biologische landbouw: zich bekommeren om anderen en om de omstandigheden waarin ze moeten werken. Ik ben er stellig van overtuigd dat de consument ook een actor is. Hij kan met zijn daden de wereld tot een betere plek maken. Als kleine schakel in het geheel, heeft hij de macht om te beslissen waar en bij wie hij koopt, welke producten hij zich aanschaft en hoe hij daarbij te werk gaat. EP
LANDBOUW
“Voor mij is agro-ecologie de toekomst” Guy Mergeai is hoogleraar tropische landbouwkunde bij Gembloux Agro-Bio Tech (Faculteit Landbouwwetenschappen, Ulg) Door het besef dat fossiele energie stilaan uitgeput raakt, dat intensieve landbouw zoals we die kennen in de toekomst niet meer zal kunnen worden bedreven, groeit de belangstelling voor agro-ecologische technieken. Maar dit besef is groter in het noordelijk halfrond. Ik geef les aan Afrikaanse beursstudenten die meestal een klassieke opleiding hebben genoten en niet speciaal geïnteresseerd zijn in bio. Maar de producenten in het Zuiden hebben geen keuze, ze beschikken immers niet over voldoende middelen om grote machines en productiemiddelen te kopen. Ik leer hen hoe de natuurlijke processen optimaal kunnen worden benut. Ook sommige technieken van hun voorouders hebben hun nut bewezen en zijn zelfs interessant om in het Noorden te worden toegepast. Ik onderricht vooral agro-ecologie, een landbouwsysteem dat de natuurlijke orde zoveel mogelijk respecteert en het gebruik van productiemiddelen beperkt. ‘Bio’ is zulk een landbouwsysteem, maar niet het enige. Ik ben
pragmatisch ingesteld. Volgens mij zou er niet voldoende eten zijn voor iedereen als nu al meteen op bio zou worden overgestapt. We mogen immers niet vergeten dat de Arabische revoluties verband houden met de voedselprijzen. Deze extreem droge landen kunnen nooit genoeg produceren om in hun voedselbehoeften te voorzien. Bovendien is in de meeste ontwikkelingslanden een ‘groene revolutie’ (een grotere landbouwproductie met behulp van kunstmest, pesticiden, tractoren enz.) niet realiseerbaar, als gevolg van de hoge kostprijs, het gebrek aan brandstof en de moeilijkheid grote arealen te bewerken met de schaarse middelen van de landbouwers daar. Daarnaast moet je rekening houden met de dreigende uitputting van de grond. Om de honger in de wereld uit te roeien, is agro-ecologie een oplossing, zoals Olivier De Schutter (Speciaal rapporteur van de VN voor het recht op voedsel) het stelde (zie Dimensie 3 – 2/2011). Voor mij is agro-ecologie de toekomst van de landbouw. EP
“De wereld voeden met biolandbouw is niet voor morgen” Shenggen Fan, directeur-generaal van het International Food Policy Research Institute, zet zijn visie uiteen over de rol van de biologische landbouw in de voedselproductie. De biologische landbouw moet in Europa en de VS zeker gepromoot worden. De mensen daar kunnen zich biologische voeding veroorloven. Zo zijn er in de VS mensen die bereid zijn drie keer meer te betalen voor biologische dan voor niet-biologische voeding. Maar in ontwikkelingslanden zou ik voorzichtig zijn omdat de opbrengsten op dit moment nog te laag zijn. We moeten immers voldoende voedsel produceren voor iedereen én ervoor zorgen dat de kleine boeren er baat bij hebben. Want als zij biologisch voedsel produceren, zal niemand het kopen. Daarom moeten de biologische boeren van Azië en Afrika toegang krijgen tot de markten in Europa en de VS, waar de mensen de hogere prijzen kunnen betalen.
Men zegt soms dat de ecologische aanpak goedkoper is voor de kleine boer. Maar dat is slechts een deel van de waarheid. Bioboeren hoeven inderdaad geen kunstmest en dergelijke aan te kopen. Vergeet echter niet dat de opbrengst kleiner is, waardoor de kost per eenheid van productie hoger kan liggen. Bovendien vereist biolandbouw meer werk, met andere woorden de arbeidskost is hoger. Je moet met alles rekening houden. Biologische landbouw is oké, maar alleen als en de kleine boeren er baat bij hebben, en er globaal voldoende voedsel is. We kunnen dit niet in een handomdraai realiseren. Er is een transitie nodig naar een milieuvriendelijke, ecologische landbouw. CS
www.ifpri.org
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 21
LANDBOUW
de productie in vraag gesteld
“Teruggeven wat we van India geleerd hebben” Johan D’hulster, bio-groententeler uit Schriek, vertelt over zijn ervaringen in India. en het water. Een gouden regel stelt dat een duurzame landbouw met evenwichtige kringlopen enkel mogelijk is als een derde van het land met bomen bedekt is. Maar veel van die kennis is verloren gegaan. De Britse kolonisator introduceerde de idee van ‘exploitatie van de natuur’. Bomen werden massaal gekapt voor de export van hardhout. Met de Groene Revolutie deden monoculturen, pesticiden, kunstmest en supervariëteiten hun intrede. Vandaag zien we overal verziekte bodems, vervuiling, extreme droogte, verlies van biodiversiteit en een golf van zelfmoorden onder boeren en boerinnen. Het is mijn overtuiging dat we de kleine boer moeten redden, want die zal de wereld moeten redden. Met een landbouw die zich zo harmonisch mogelijk insluit in het geheel. Ik ben blij dat ik daar een steentje toe kan bijdragen. CS © J. D’hulster
De Indian National Trust for Art and Cultural Heritage (INTACH) besloot in 1998 de vervallen tempelstad Khajuraho nieuw leven in te blazen. Daar horen ook verloren groenten- en fruittuinen bij. Zo ben ik als bio-groententeler in het project gerold. Sinds 2005 trek ik jaarlijks enkele weken naar Khajuraho om er mijn ervaring te delen. Ik ben er gewoonweg boer onder de boeren. Intussen is er een boomkwekerij, en heb ik de plaatselijke boeren leren compost maken. Ik heb ook een boekje geschreven over conserverende landbouw dat in India blijkbaar gretig wordt gelezen. Opmerkelijk toch, want een eeuw geleden pas haalde de Brit Albert Howard de composteringstechniek vanuit India naar Europa. India bezit inderdaad een onvoorstelbaar rijke en oude (10.000 jaar!) landbouwtraditie, met een enorm respect voor alle levende wezens, de bodem
www.intach.be
Bio is goed voor de planeet, de gezondheid, de teler en het zorgt voor werk Joël Lambert teelt biogroenten en –graangewassen. Hij is eigenaar van de boerderij Sainte Barbe in Waals-Brabant.
© J. Lambert
In 99 stapte ik van de ‘klassieke’ landbouw over naar biolandbouw omdat mijn kleine landbouwbedrijf niet rendabel was. Ik wilde niet langer werken met dure pesticiden die gevaarlijk zijn voor de landbouw, de grond, de consument. Gewone landbouw bedrijven leek mij zinloos: eerst het plantje stimuleren, nadien de groei ervan onder controle houden. Bioproducten telen is een heel ander vak: je leeft mee met de aarde. Uiteraard is sproeien tegen onkruid in 1 uur makkelijker dan met de hand wieden in 5 dagen. Bioteelt vergt inspanningen, het is zoals een wagen inruilen voor een fiets. Door te kiezen voor het korte verkoopcircuit – rechtstreekse verkoop in mijn winkel, levering aan kleine winkels, groentepakketten en de gemeenschappelijke aankoopcentrales – heb ik rechtstreeks contact met de consumenten. Klassieke landbouw is alleen op industriële schaal mogelijk. Een kwekerij van 400500 kippen is niet meer rendabel, je hebt er nu al 5.000 nodig. Vroeger hadden alle boerderijen boter en vlees, maar met de monocultuur kunnen ze nu zelfs hun eigen producten niet meer eten. Ik produceer mijn eigen vlees, groenten, kaas.
22 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
De situatie is vergelijkbaar met die van de kleine boeren in het Zuiden: je kunt geen klein landbouwbedrijf meer beginnen omdat alle grond is opgekocht door de rijke boeren. En deze haalden meer voordeel uit de hectarepremie van het GLB1. In het dorp waren er vroeger 15 tot 20 boerderijen, nu zijn er nog slechts 4. De gronden zijn ingepikt door alsmaar grotere landbouwbedrijven die aan multinationals leveren. Voor mij is bio de landbouw van de toekomst. De boer krijgt een eerlijke prijs, is meester over zijn product, en hij staat rechtstreeks in contact met de consument. Dat is beter voor de planeet, de gezondheid, en het zorgt voor werkgelegenheid. Op deze 20 hectare werken 2 personen, plus 3 seizoensarbeiders, dan is er nog de winkel, de chauffeur enkele keer per week… EP
1
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU
LANDBOUW
Congolees parlement stemt eerste kaderwet voor landbouw
miljoenen kleine boeren. “Gelukkig erkent eventig procent van de Congode wet dat gezinslandbouw de echte hoeklese bevolking leeft van landsteen is van de Congolese economie”, bouw en geen enkele sector aldus Delbare. “Dat is de verdienste van draagt meer bij tot het bruto enkele jonge landbouworganisaties zoals nationaal product. Toch wordt de boerenRepam die in Kinshasa zijn komen lobbyen.” stiel niet als een volwaardige job aanzien “De wet is er enkel gekomen omdat de in Congo. “Het gebrek aan een coherent boeren zich politiek georganiseerd heblandbouwbeleid kost het land handenvol ben en de druk erop hielden”, bevestigt geld want jaarlijks moeten 640.000 ton voeJan Aertsen, Congo-specialist bij Vrededingswaren uit het buitenland ingevoerd seilanden. Voor het worden om de eigen © R. Van Vaerenbergh / DGD eerst in de geschiebevolking te kunnen denis van Congo is voeden”, illustreert een lobbycel van Lode Delbare. boerenorganisaDe nieuwe landbouwties neergestreken wet die door het parin Kinshasa om het lement is gesluisd, hele proces te volmoet het tij helpen gen. Agricongo, keren. Naast een een platform van kadaster en steunCongolese boerenfonds komen er ook organisaties, werd agrarische adviesradaarbij gerugden. Bovendien worgensteund door den de verschillende De wet is er enkel zes Belgische ngo’s bestuursniveaus vergekomen omdat de (Trias, Vredeseilanplicht om een budget den, SOS Faim, Solte voorzien voor de boeren zoch politiek soc, Oxfam Solidariaanleg en het ondergeorganiseerd hebben teit en Diobass). houd van transportinen de druk erop hielden. Met de hulp van frastructuur. Die is van levensbelang voor de bevriende donahandel in landbouwteurs verzamelde producten. Verder worden agrarische AgriCongo middelen voor een lobbycel productiemiddelen vrijgesteld van invoervan de boeren in Kinshasa. “De uitdaging rechten en ook de exportrestituties voor is nu die permanente vertegenwoordilandbouwproducten worden afgeschaft. ging van de boerenorganisaties mogelijk Aan de kaderwet is een jarenlange diste maken op een structurele manier. Zo cussie voorafgegaan. Aanvankelijk waren beschikken de boerenorganisaties over de Congolese beleidsmakers ervan een blijvende hefboom in de hoofdstad overtuigd dat alle heil zou komen van om het lot van de boerenfamilies te verbegrootschalige plantages en niet van de teren”, besluit Aertsen.
BELGIË STEUNT DE LANDBOUW IN CONGO © IRIN / P. Holtz
Het Congolese parlement heeft dinsdag in Kinshasa de allereerste kaderwet voor de landbouwsector goedgekeurd. “Opmerkelijk is dat boerenorganisaties zich actief gemengd hebben in het politieke debat dat aan de stemming is voorafgegaan”, zegt Trias-directeur Lode Delbare. De Congolese boerenorganisaties konden daarvoor op de steun rekenen van zes Belgische ngo’s.
Z
Landbouw is één van de drie sectoren van de Belgische ontwikkelingssamenwerking in Congo, naast ‘landwegen en veerboten’ en onderwijs. De bedoeling is de familiale overlevingslandbouw op te krikken tot een marktlandbouw. Een landbouw dus die zijn producten op de markt brengt. Dit is essentieel om de voedselzekerheid te garanderen, zeker in de steden. Om dit mogelijk te maken wordt de volledige keten uitgebouwd: niet alleen de teelt, maar ook de verwerking en de verkoop. Belangrijke aandachtspunten zijn verder de milieuvriendelijke aanpak en meer rechten voor de vrouw. Het totale budget voor de landbouw (20102013) bedraagt 63,5 miljoen euro. Maar ook de sector ‘veerboten en landwegen’ (89 miljoen euro) draagt bij tot een betere landbouw. Zonder wegen kunnen boeren immers hun oogst niet naar de markt brengen. Als Congo vooruitgang boekt in goed bestuur, kunnen beide budgetten in 2012 opgetrokken worden tot resp. 88,5 miljoen en 104 miljoen euro. CS
Bron: VILT.be
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 23
Honger Ho on nge err na n Het fenomeen ‘landroof’ verklaard Steeds meer firma’s en landen palmen landbouwgrond in in ontwikkelingslanden. Alleen al in 2009 hebben ze een gebied verworven ter grootte van Frankrijk, 45 miljoen hectare. We zoomen in op het fenomeen.
Landroof, de (m.)
3. Belegging
Fenomeen waarbij kapitaalkrachtige landen of firma’s grote oppervlaktes land opkopen of huren in ontwikkelingslanden om er voedsel of biobrandstoffen te kweken voor de export. Vertaling van het Engelse land grabbing.
Door de toenemende bevolking en vleesconsumptie zit de vraag naar landbouwgrond in stijgende lijn, wat ook de prijzen doet stijgen. Vandaar de interesse van Europese en Amerikaanse pensioenfondsen en hefboomfondsen.
WIE EN WAAROM? 1.Voedselgebrek De hoge voedselprijzen in 2008 maakten de landen met voedselgebrek extra bewust van hun probleem. Vooral de rijke maar droge olielanden uit het MiddenOosten (Saoedi-Arabië, Qatar, Bahrein…) willen hun voedsel elders kweken. Ook het dichtbevolkte China, Zuid-Korea en India speuren naar landbouwland.
WAAR? Vooral Afrikaanse landen zijn in trek: Madagaskar, Ethiopië, Mali, Soedan, Mozambique… Afrika beschikt over veel en spotgoedkoop landbouwland en arbeidskrachten, en een gunstig klimaat. Ook buiten Afrika (Argentinië, Cambodja, de Filippijnen, Pakistan, Oekraïne…) worden landdeals geklonken. Vaak zijn het landen met vrij zwakke regimes.
2. Biobrandstoffen
VOORDELEN
De Europese Unie wil dat tegen 2020 10% van de brandstoffen hernieuwbaar is. Maar Europese firma’s vinden binnen de EU te weinig land om biobrandstoffen te produceren. Ze gaan dus op zoek in het buitenland. Europees Commissaris van Handel Karel De Gucht ontkent dat.
Buitenlandse investeringen zorgen voor extra jobs, toegang tot technologie en markten, uitbouw van infrastructuur, betaling van belastingen en zo meer. Dat is ook een reden waarom regeringen toehappen. Toch geeft
Vooral in arme families zijn de percelen dikwijls heel klein.
24 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
zelfs de Wereldbank toe dat deze voordelen in de praktijk vaak beperkt of onbestaande zijn. Zo creëert een sterk gemechaniseerde landbouw weinig werk en zijn beleggers niet geïnteresseerd in productie.
RISICO’S 1.Voedselonzekerheid De ‘beroofde’ landen verliezen land voor eigen gebruik terwijl hun bevolking toeneemt. Zelfstandige boeren worden aangeworven op de plantages als landarbeider zonder land. Ze kunnen dan zelf geen voedsel meer produceren.
2. Conflicten De plaatselijke bevolking kan in opstand komen. In Madagascar moest president Ravalomanana door het enorme protest in 2008 aftreden. Hij had maar liefst 1,3 miljoen hectare land voor 99 jaar geleased aan het Zuid-Koreaanse Daewoo. Dit is de helft van alle landbouwgrond in zijn land. De landdeal werd afgeblazen. Ook in Ethiopië groeit het verzet.
LANDBOUW NDBO
aar land aa 3. Landdegradatie en milieuvervuiling De kopers en huurders introduceren meestal monoculturen met een hoge input van scheikundige producten. Op termijn vernietigt dat de bodem, en de traditionele kennis.
OPLOSSINGEN 1. Landdeals onder strikte voorwaarden De kopers en huurders dienen: alle belanghebbenden - ook de kleine boeren - in transparante onderhandelingen te betrekken, de lokale gemeenschap voor de onteigening te compenseren, het milieu te respecteren etc. Een land kan ook normen vastleggen. Zo mogen buitenlanders in Brazilië niet meer dan een kwart van de grond in eenzelfde gemeente kopen of huren.
2. De landbouwstiel opnieuw aantrekkelijk maken Kleine boeren – en hun kinderen – zullen hun land minder snel afstaan als hun stiel weer aantrekkelijk wordt. Dit kan onder meer door landhervorming, een
goedkope ecologische aanpak en een betere stockering en verwerking van de oogst.
3. Landhervorming Landeigendom in Afrika is heel complex. In veel Afrikaanse landen wordt landeigendom nog geregeld binnen de familie of het dorp. Vaak is een chef de eigenaar en regelt hij zijn zaken boven de hoofden van de boeren heen. Ofwel heeft de staat land in handen. Deze onzekere situatie demotiveert de boeren om te investeren in productiviteit. Vooral in arme families zijn de percelen dikwijls heel klein. Het land moet immers bij elke generatie onder de kinderen verdeeld worden. Veel landen werken daarom – moeizaam – aan een landhervorming. Landhervorming gaat best gepaard met landverdeling, zodat arme boeren, vrouwen en inheemse volkeren beter aan hun trekken komen. Ook het nut van braakliggende (gemeenschaps)grond moet vastgelegd worden. Want boeren of herders laten er vaak hun vee grazen, of ze vinden er vruchten, brandhout of geneeskrachtige planten.
RAPPORTEN EN INFO OVER LANDROOF www.grain.org (‘Seized: the 2008 land grab for food and financial security’) siteresources.worldbank.org (‘Rising interest in farmland’) www.ifad.org (‘Land grab or development opportunity?’) www.ifpri.org (‘Land grabbing by foreign investors in developing countries’) www.foeeurope.org (‘Africa: up for grabs’) www.oaklandinstute.org (‘The great land grab’) Farmlandgrab.org (de ngo GRAIN verzamelt hier alle gegevens over land grabbing) www.srfood.org (website van Olivier De Schutter, speciaal VN-rapporteur voor het Recht op Voedsel)
STEMT RESOLUTIE OVER LANDROOF
In een resolutie van mei 2011 vraagt de Senaat aan de Belgische regering om de partnerlanden bij te staan die met landroof geconfronteerd worden. De regering zou de partnerlanden moeten stimuleren om te kiezen voor familiale en duurzame landbouw. “We kunnen niet aan ontwikkelingssamenwerking
doen zonder rekening te houden met landroof”, zegt PSsenatrice Olga Zrihen, auteur van de tekst. “Een oplossing zou kunnen zijn om via de Verenigde Naties een modelovereenkomst voor te stellen voor de huur van gronden in het Zuiden.”
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 25
© Illustraties: Serge Dehaes
BELGISCHE SENAAT
Kan Benin
de landroof in toom houden? Een immense zee van golvende hoge grassen en struiken, en hier en daar een boom, zover het oog reikt. Benin blijkt te baden in een overvloed van braakliggend land. In Za Kpota bezoeken we enkele gevallen van ‘landroof’.
O
werken. Maar tot nu toe heeft hij niets met de grond gedaan. Misschien wil de Libiër het aan iemand anders doorverkopen? De familiechef heeft nu spijt van zijn verkoop. Sommige boeren zijn illegaal naar hun land teruggekeerd.” Maar er is ook sprake van zeer grote deals. Zo heeft de Beninse overheid 300.000 ha toegezegd aan Maleisië voor een oliepalmplantage. En 200.000 ha voor een jatrophaplantage van het Italiaanse Green Waves. Dergelijke oppervlaktes zijn niet als een aaneengesloten geheel te vinden. Het wordt met beetjes bijeengesprokkeld. Voorlopig beschikt Green Waves enkel over 150 ha in Ouessè. Merkwaardig genoeg zijn de meeste
© C. Simoens / DGD
nze gids Nestor Mahinou houdt voor de Beninse ngo Synergie Paysanne alle relatief grote landaankopen bij. Onderweg houden we halt bij een primitieve open loods met wat oude machines. “Dat is een onderhoudsstation van uit China geïmporteerde machines”, zegt Mahinou. “Maar op de 600 hectare (ha) die de Chinezen hiervoor bemachtigden, kweken ze vooral zoete maïs, fruit en groenten. Voor de Chinezen in Benin, maar ook voor export.” In Za Kpota wil een jonge boer zijn verhaal kwijt. “Een Libiër kocht in ons dorp 800 ha land om een ananassapfabriek te bouwen. Om de familiechef te overtuigen beloofde hij boeren aan te werven om op het land te
landkopers Beninse ambtenaren, militairen of verkozenen. Ze kopen land, maar doen er achteraf niets mee. Misschien omdat ze het werk onderschat hebben? Of is het speculatie? In het arrondissement Allahe, dat deel uitmaakt van Za Kpota, heeft een ex-generaal 65 ha gekocht. “Hij heeft de mensen om de tuin geleid”, zegt arrondissementschef Lion Agbogbe in zijn PC-loos kantoortje. “Als ze terugkeren naar het nu braakliggende land, worden ze manu militari verwijderd. Ik kan landverkoop niet verbieden, maar ik probeer wel de mensen te sensibiliseren. Als ik over een aankoop hoor, verzet ik me onmiddellijk.”
Bijscholen De gemeentebesturen doen een beroep op Synergie Paysanne om de landversassing te becijferen. Nochtans moeten alle landaankopen bij de gemeente geregistreerd worden. “De eerste gemeenteverkiezingen vonden pas plaats in 2002, het is allemaal nieuw”, verklaart Célestin Adagbe, secretaris-generaal van de burgemeester van Za Kpota. “De landverkoop gebeurt nog informeel. We moeten de hervorming van het landeigendom beter organiseren.” “Volgens de huidige regeling moet elke aankoop van meer dan 2 hectare vergezeld zijn van een project dat de gemeenschap vooruithelpt”, vult Mahinou aan. “Maar de verkozenen van een gemeente kennen de regeling nog niet, daarom leiden we hen op. Overigens vinden we dat de huidige regeling niet ver genoeg gaat. Landbezit moet beperkt worden tot maximaal 50 ha. Wie meer land nodig heeft, moet het huren. We zijn hiervoor in overleg met de regering.”
Grootschalig
De Beninse Nationale Dienst voor Voedselzekerheid verkoopt goedkope rijst aan de minstbedeelden. Maar landroof, naast de bevolkingsaangroei en de klimaatverandering, kunnen op termijn de voedselzekerheid ondermijnen.
26 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
De grote lappen grond waar buitenlanders op azen, zijn bestemd voor een grootschalige, exportgerichte landbouw, met een hoge input aan kunstmest, pesticiden en verbeterde zaden. De Beninse President
Boni-Yayi wil dit soort landbouw gebruiken om van Benin een landbouwmacht te maken. “Dat hij bereid is om een miljoen hectare aan te bieden, sluit aan bij zijn visie”, zegt Mahinou. “In december 2010 was hij aanwezig op een congres met de Golfstaten.” Maar de ngo’s zitten niet te wachten op het westers model van exportgerichte landbouw. Ze willen in de eerste plaats dat het land zelf zijn voedsel verbouwt. En dat de kleinschalige, familiale landbouw niet ontwricht wordt door sterk gemechaniseerde reuzenplantages die kleine boeren landloos en werkloos achterlaten. Is elke vorm van buitenlandse investering dan slecht? “Het is meer slecht dan goed”, stelt Jeanne Zoundjihekpon met klem. Ze is professor aan de universiteit én activiste voor de ngo GRAIN. “Honger komt nog geregeld voor. Dan doet men beroep op het Wereldvoedselprogramma terwijl sommige maïskwekers geen afzet vinden voor hun maïs! Bovendien neemt de bevolking toe. Neen, we moeten alles inzetten op voedselsoevereiniteit. Landroof is een catastrofe!” Eenzelfde zorg deelt Irenée Aboudou, directeur-generaal van de Nationale Dienst voor Voedselzekerheid. “We zijn nog niet voor alles zelfvoorzienend. De bronnen zijn beperkt maar de noden onbeperkt! Investeringen zijn oké, alleen moet de staat een degelijk kader voorzien zodat onze mensen er geen schade van ondervinden.”
© C. Simoens / DGD
LANDBOUW
We moeten alles inzetten op voedselsoevereiniteit. Landroof is een catastrofe! Taxi-moto Spijtig genoeg zijn de jongeren weinig te vinden voor de boerenstiel. “Een leven als kleine boer loont niet”, vertrouwt onze chauffeur ons toe. Net als vele anderen heeft hij er de brui aan gegeven. Mest, pesticiden en zaden zijn duur. Op hun geërfde lapje grond kunnen jonge boeren moeilijk concurreren met de producten uit de buurlanden, en zeker niet met die uit het Westen. Zo worden tomaten goedkoop uit het olierijke Nigeria ingevoerd. Bovendien zijn er geen installaties om voedsel te verwerken. “Een sinaasappelsapfabriek hebben we nodig!”, roepen de boeren in Za Kpota ons toe. “Alleen dan is het interessant om over te schakelen op sinaasappels, nu katoen minder aantrekkelijk wordt.” Veel ontmoedigde jongeren zijn een gemakkelijke prooi voor landopkopers. Met het geld dat ze voor hun land krijgen, kopen ze liever een taxi-moto. Of ze plaatsen het
“Een sinaasappelsapfabriek hebben we nodig!” Zonder verwerkingsmogelijkheden is voor velen de boerenstiel weinig aantrekkelijk.
geld bij een kredietinstelling, waar het meer opbrengt dan wat je met boeren kunt verdienen.
Centre Songhai Heeft pater Godfrey Nzamujo een sleutel in handen? Zijn Centre Songhai kweekt ongeveer alles, zonder scheikundige producten (Dimensie 3 - 2/2011). Met weinig input haalt hij goede opbrengsten. En hij leert jonge boeren hoe ze op een eenvoudige manier voedsel kunnen verwerken. Toch heeft zijn benadering ook grootschalige trekjes, zoals een kippenbatterij voor eieren. “We moeten zoveel mogelijk onafhankelijk zijn van het buitenland, en met onze eigen rijkdommen werken”, vindt Nzamujo. Ook de minister van Buitenlandse Zaken Jean-Marie Ehouzou is enthousiast. “Centre Songhai wijst de weg
die we moeten inslaan. Onze jongeren leren er hun landbouw moderniseren. Voedselzekerheid is al te belangrijk voor ons land.” Blijkbaar beschikt Benin over troeven om geen slachtoffer te worden van landroof: enkele bezorgde ambtenaren en politici, Centre Songhai en actieve ngo’s. Ngo’s die de overheid respecteert en die het beleid kunnen beïnvloeden. “Neen, de landroof in Benin is nog niet zo erg als in andere Afrikaanse landen”, besluit een strijdvaardige Zoundjihekpon. “Maar we zien veel gebeuren. Daarom moeten we nú handelen. Informeren, sensibiliseren. Alleen zo kunnen we een catastrofe voorkomen.” CHRIS SIMOENS
ONLINE synergiepaysanne.org
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 27
TRENDS
Transparantie De hulpsector werkt alsmaar harder aan meer transparante hulp. Transparantie moet de hulpstromen meer voorspelbaar maken en donoren toelaten verantwoording af te leggen aan de burger. In de ‘klas van transparante donoren’ zijn de Scandinavische landen, Nederland en het Verenigd Koninkrijk de beste leerlingen. België gaat echter een bank vooruit, want met ODA online maakt het zijn ontwikkelingsuitgaven openbaar.
D
e afgelopen 10 jaar zijn aanzienlijke inspanningen geleverd om de kwaliteit van de hulp te verbeteren. Want het moest beter, daar was de hulpindustrie het in de vorige eeuw al grondig over eens. Met de High Level Fora over Hulpdoeltreffendheid (Parijs 2005, Accra 2008, Busan 2011) wordt op hoog niveau getimmerd aan de weg naar meer doeltreffende hulp. Een van de werven is transparantie: een beter zicht op de financiële hulpstromen en op welke resultaten dat oplevert. Concreet betekent dit dat men in Noord en Zuid toegang heeft tot heldere informatie over geplande activiteiten en beloftes, en de mate waarin hieraan werd tegemoet gekomen.
bevordert voorspelbare en verantwoordelijke hulp
Momenteel is er nog een gebrek aan informatie over de transactie- en administratieve kosten, het kostenplaatje van technische coöperatie, de eigen consultants, de opvang van vluchtelingen, enz. Het is bijgevolg moeilijk na te gaan wat het aandeel is van de hulp die uiteindelijk terechtkomt op het terrein. Maar er is hoop. Steeds meer initiatieven pogen de ontwikkelingsuitgaven in kaart brengen. Een van de bekendste is het International Aid Transparency Initiative. Ook bij het Comité voor Ontwikkelingshulp (DAC) van de OESO - het DAC verenigt de traditionele donoren met het doel hulp te verbeteren - worden stappen gezet in deze richting. Zo is er Aidflows, een samenwerking tussen het DAC en de Wereldbank, dat hulpdata gebruiksvriendelijk aanlevert. En de Belgische ngo’s deden al serieuze inspanningen met het publiceren van vele data op ngo-openboek.be.
ODA ONLINE MAAKT BELGISCHE HULPCIJFERS PUBLIEK Om de totale Belgische ontwikkelinghulp (ODA = Official Development Aid) in kaart te brengen, beheert de Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD) een databank waarin alle ontwikkelingsinterventies van Belgische overheden worden samengebracht: ODA.be. Om de transparantie over haar hulpcijfers te verhogen, zijn de cijfers vanaf nu rechtstreeks beschikbaar voor het publiek. Iedereen kan de voorheen interne databank online consulteren: ODA online. U kan gegevens opzoeken per continent, land, sector, uitvoerder of trefwoord.
ONLINE www.dg-d.be – cijfers - databank
28 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
Verantwoording afleggen Overheden zijn verantwoordelijk voor de budgetten die ze beheren, zo ook voor de officiële ontwikkelingshulp (ODA). Een transparante donor is bijgevolg een open boek over zijn uitgaven. Overheden moeten kunnen verantwoorden waarvoor men de publieke centen inzet. Burgers hebben daar recht op. Het is dan ook een primaire taak van donoren om hun ontwikkelingsuitgaven transparant te maken. Naast de eigen burgers, zijn hulporganisaties natuurlijk ook - en misschien zelfs nog meest - verantwoording verschuldigd aan de finale begunstigden, zij die de hulp ontvangen.
Voorspelbare hulp Naast de verantwoording van de uitgaven, is er nog een tweede goede reden om de internationale samenwerking op transparante leest te schoeien: het maakt de hulp meer voorspelbaar. Hoeveel voorziet een donor in de toekomst voor een ontwikkelingsland? Overheden in het Zuiden moeten weten hoeveel, wanneer en op welke manier ze de middelen zullen ontvangen. Enkel dan kunnen ze hun budgetten voor ontwikkelingsacties plannen. Donoren dienen dus tijdig en correct te informeren over hun toekomstige hulpstromen. Zo vermijden ze de budgetcyclus van het ontwikkelingsland te ondermijnen. Donoren die beloven, maar uiteindelijk met minder, te laat of helemaal niet over de brug komen, zijn onbetrouwbare partners. THOMAS HIERGENS
ONLINE www.aidtransparency.net www.aidflows.org www.ong-livreouvert.be
OP STAP MET
“DIT BEROEP GEEFT ONS EEN GEPRIVILEGIEERD CONTACT
MET DE PATIËNT” egin mei kwam ik aan in Abidjan voor een urgentiemissie van Handicap International die de missie van Artsen Zonder Grenzen in Ivoorkust ondersteunt. Al van dag één wordt het pijnlijk duidelijk hoeveel leed de oorlog heeft veroorzaakt.
mobilisatie, mensen in verticale positie helpen, ademhalingsoefeningen. Die laatste zijn nodig bij schade aan de borstkas of wanneer pompjes werden geplaatst in de longen. Met behulp van zelfgeknutselde hulpmiddeltjes werken we aan de houding van de patiënt.
Kogelwonden
Het is eigen aan ons beroep een geprivilegieerd contact te krijgen met de patiënt. Tijdens de kinesitherapie brengen we veel tijd met hen door, tijd om te luisteren. Michel rouwt om zijn verloren been. Ouara blijft volledig uitgeput. Anderen vertellen over het geweld dat ze ondergingen, de angsten waarmee ze kampen. Hun blikken zijn leeg en verwilderd.
B
Geprivilegieerd contact Het conflict in Ivoorkust maakte veel slachtoffers. De meesten werden geraakt door kogels en kampen nu met ernstige complicaties. Vaak hebben gewonden zich lang verstopt omdat de onveiligheid op straat hen bang maakte. En nadien konden de ziekenhuizen de toestroom niet aan. Ze kampen met een tekort aan personeel, er is een totaal gebrek aan medicijnen en chirurgisch materiaal, en mogelijkheden om materiaal te steriliseren zijn afwezig. De wonden zijn dus zwaar geïnfecteerd, er is gangreen… © HIB
Nana Yamousso
Patiënten zonder kleren
Artsen Zonder Grenzen heeft zich geïnstalleerd in het ziekenhuis van Nana Yamousso in Treichville, Abidjan. De capaciteit van het ziekenhuis - 20 bedden - verdubbelde meteen. De spoedafdeling ligt propvol. We installeren drie tenten op de binnenplaats. Velen moeten dringend een operatie ondergaan. Naast oorlogsslachtoffers liggen er ook een pak hoogzwangere vrouwen met verloskundige problemen. De operatiezalen draaien op volle toeren om breuken te herstellen, schotwonden te behandelen en zware verbanden te verversen om infecties te voorkomen.
Postoperatieve kine Onze patiënten zijn vooral mannen geraakt door kogels. Ze hebben schotwonden, breuken, verbrijzelde botten, amputaties… Gelukkig konden we snel starten met postoperatieve kinesitherapie:
Wie ? Luc Etienne, medewerker Handicap International Belgium
We geven krukken aan een meisje van twaalf van wie we het linkerbeen moesten amputeren. Ze leert opnieuw stappen en we maken haar stomp klaar zodat er binnenkort een prothese om kan. Ik zie patiënten zonder kleren. Ze hebben geen familie, geen bezittingen, helemaal niets. Anderen durven niet terug haar huis omdat ze bang zijn voor de heersende onveiligheid. Misschien werden hun huizen wel geplunderd en vernield.
Wat ?
Rechtop
urgentiemissie in Ivoorkust na de oorlog
Op de spoedafdeling melden zich mensen aan met breuken die al twee of drie maanden oud zijn. Zo is er een jongeman van 21, hij lag in de urgentietent met een verbrijzeld dijbeen. Zijn been was korter gemaakt, maar hij had nog steeds enorm veel pijn. Dankzij mobilisatie, een goede houding ’s nachts (met behulp van twee zakken zand) en spieroefeningen, kon hij twee dagen later rechtop staan. Ondersteund door twee houten krukken, is hij beginnen stappen.
Waarom ? oorlogsslachtoffers terug op de been helpen
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 29
Puntkomma
BELGIË
Wereldburgerschap in de klas:
Kleur Bekennen ondersteunt en adviseert scholen bij het opvoeden van jongeren van 10-18 jaar tot wereldburgers. Haar doel is een zo breed mogelijke ondersteuning te bieden bij projecten en trajecten rondom wereldburgerschap. Zo biedt Kleur Bekennen advies op maat en financiele ondersteuning, zijn er twee documentatiecentra waar vrije toegang is tot kwalitatief educatief materiaal en organiseert ze vormingen voor leerkrachten. In elke provincie werkt een educatief medewerker, die het eerste aanspreekpunt is voor scholen en educatieve organisaties. De coördinatie heeft haar zetel bij het Belgisch agentschap voor Ontwikkelingssamenwerking (BTC) in Brussel.
Kleur Bekennen heeft als doel goede kwaliteit te leveren en een zo groot mogelijke impact van projecten, workshops en nascholingen binnen een school te creëren. Daarom vinden we het belangrijk dat een project wordt gedragen door een team van leerkrachten. Kleur Bekennen zorgt dat zij toegang hebben tot kwalitatief goede en gebruiksvriendelijke educatieve materialen. De lesmaterialen uit de documentatiecentra en de workshops op onze website worden daartoe speciaal gescreend. Zo weet je als leerkracht dat je iets goeds in je les haalt! ZIN OM JE LEERLINGEN OP TE VOEDEN TOT WERELDBURGERS? Surf voor alle info naar www.kleurbekennen.be.
STEUNT DUURZAME, FAMILIALE LANDBOUW
Strategienota Landbouw en Voedselzekerheid De Belgische ontwikkelingssamenwerking ondersteunt duurzame, familiale landbouw. Doel is de voedselzekerheid te verbeteren en een bijdrage te leveren tot duurzame economische groei. Dat moet waardig werk creëren in rurale gebieden. In een nieuwe strategienota stelt de Belgische ontwikkelingssamenwerking haar visie op landbouw en voedselzekerheid op scherp. Terwijl de steun van België voor deze sector sinds enkele jaren stijgt, is de nieuwe nota ingegeven door de wens om de effectiviteit van onze hulp te verbeteren.
© agra-alliance
Hoe doe je dat? Kleur Bekennen streeft ernaar om de nieuwe generatie meer bewust te maken van het effect dat hun handelen heeft op samenlevingen hier én in het zuiden. Zij wil jongeren via de leerkrachten stimuleren om zich actief in te zetten voor een meer duurzame samenleving en dat ze verder kijken dan hun eigen grenzen.
A
nno 2011 zijn de uitdagingen waarvoor de landbouwsector staat enorm. Demografische ontwikkelingen, de toenemende verstedelijking, de veranderende verbruikspatronen en de nieuwe maatschappelijke verwachtingen (zoals de bescherming van het leefmilieu en het behoud van de biodiversiteit) oefenen grote druk uit op de vraag naar voedingsmiddelen. Om deze mondiale uitdagingen beter te kunnen aanpakken, wil de nieuwe strategienota de Belgische hulp inzake landbouw en voedselzekerheid doelmatiger maken. De nota zet de prioritaire krachtlijnen uit voor interventies van de Belgische ontwikkelingssamenwerking in deze sector. Productie, commercialisering, bestuur en gender worden in de nota vooropgesteld als de vier strategische prioriteiten van het Belgisch ontwikkelingsbeleid inzake landbouw en voedselzekerheid: 1. Landbouwproductie: verbeteren en veiligstellen van de productie en de productiviteit in de landbouw in het licht van duurzame ontwikkeling. 2. Commercialisering van de productie: valorisatie van de landbouwproducten en verbetering van de markttoegang.
3. Bestuur in de landbouwsector: versterking van de coördinerende, faciliterende en regulerende rol van de staat en versterking van de civiele maatschappij en de landbouworganisaties. 4. Plattelandsvrouwen: individuele en collectieve empowerment van plattelandsvrouwen.
De strategienota kwam tot stand in samenwerking met het Platform Landbouw en voedselzekerheid dat de verschillende actoren van de Belgische samenwerking inzake landbouw groepeert. De nota moet eerst en vooral dienen als referentiedocument voor de indicatieve samenwerkingsprogramma’s en als informatiebron voor onze partnerlanden over de domeinen waarin België een bijzondere expertise en meerwaarde kan bieden. De interventies van het Belgisch Fonds voor de Voedselzekerheid, dat werkt rond de verschillende aspecten van voedselzekerheid in Sub-Sahara Afrika, schrijven zich eveneens in in dit algemene strategische kader. Hetzelfde geldt voor het Belgische beleid inzake voedselbijstand.
30 0 JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 I dimensie 3
Een nieuwe met
© Mylene / Rwanda
samenwerkingsovereenkomst
Rwanda
Op 18 mei ondertekenden België en Rwanda een nieuwe overeenkomst voor gouvernementele samenwerking. Het samenwerkingsprogramma, dat loopt van 2011 tot 2014, omvat drie grote pijlers: gezondheidszorg, energie en decentralisering.
O
m de samenwerkingsdomeinen te bepalen hield België rekening met de specifieke uitdagingen waar Rwanda voor staat, en met zijn eigen meerwaarde. Zo heeft ons land in Rwanda een erkende expertise in de gezondheidszorg en is het een voortrekker onder de donorlanden. De gezondheidszorg blijft dus stevig gefinancierd: 55 miljoen euro. Verder heeft het Land van Duizend Heuvels af te rekenen met een grote bevolkingsdruk op een beperkt grondgebied (met dezelfde oppervlakte als België, bestaande uit grote heuvels, waarvan de hellingen moeilijk te bewerken zijn). De samenwerking zal er dus hoofdzakelijk in bestaan het land te helpen evolueren naar een diensteneconomie, en daarnaast oplossingen te vinden voor het aanzienlijke tekort aan energie
via hernieuwbare bronnen (voor 55 miljoen euro, waaronder een pilootproject voor geothermische energie in het vulkaangebied). Ook al ging Rwanda er de laatste jaren duidelijk op vooruit, toch blijft er een wijde kloof tussen de steden en het platteland. België zal daarom de decentralisatie ondersteunen. Het totale bedrag van de samenwerking bedraagt 160 miljoen euro, tegenover 145 miljoen van het vorige programma, wat van België de derde grootste donor van Rwanda maakt. Deze verhoging sluit aan bij de Belgische strategie om zijn gouvernementele samenwerking en Centraal-Afrika meer gewicht te geven. Naar het voorbeeld van Burundi en DR Congo zal Rwanda een bijkomende schijf van 40 miljoen euro toegeschoven krijgen na een tussentijdse evaluatie op basis van criteria van politiek en economisch bestuur.
Millennium Consumptiedoelen Professor Munasinghe streeft een nieuw mondiaal consumptiepatroon na De Sri Lankaanse Professor Mohan Munasinghe, ex-lid van het Internationaal Klimaatpanel, werkt 8 ‘Millennium Consumptiedoelen’ (MCG’s) uit. Deze verwoorden het engagement van de 20% rijksten om minder te verbruiken. Een aanvulling dus van de Millennium Ontwikkelingsdoelen, die het leven van de armsten willen verbeteren. en recent rapport van het VN-milieuprogramma UNEP1 stelt dat de wereldvoorraad aan goedkope en kwaliteitsvolle grondstoffen zoals olie, koper en goud snel op raakt. Exploitatie van de overblijvende voorraden vereist dan weer meer energie en water. “De consumptie van grondstoffen explodeert”, zeggen de auteurs. “Dit is op geen enkele manier vol te houden. Voorspoed en welzijn zijn echt niet afhankelijk van een steeds grotere consumptie.” Het is vanuit die zorg dat professor Munasinghe de MCG’s uitwerkt. “De 20 % rijksten verbruiken 80 % van de globale output, 60 keer meer dan de armste 20 %. In plaats van de rijken als een probleem te zien, moeten zij overtuigd worden om bij te dragen tot de oplossing. En die rijken leven zowel in het Noorden als in het Zuiden.” Tot nu toe bevatten de MCG’s onder andere: halveren van het totale energieverbruik, beperken van de militaire uitgaven met 75 %, halveren van het overgewicht, vervangen van het Bruto Binnenlands Product (bbp) door een bredere welzijnsindicator. Dat laatste is ook het belangrijkste advies van het UNEP-rapport. “Het bbp is een veel te enge parameter die een vertekend beeld kan geven. Een grote ramp zoals de orkaan Katrina kan het bbp bijvoorbeeld doen stijgen.”, zeggen de auteurs. “Het bbp meet alles, behalve wat voor de mensen echt van belang is.” De MCG’s zijn voorlopig slechts een schets.Alle suggesties voor een evenwichtiger consumptiepatroon kan je meegeven op www.millenniumconsumptiongoals.org. Professor Munasinghe wil de MCG’s op de agenda krijgen van Rio+20, de grote VN-top over Duurzame Ontwikkeling in 2012.
© J-M Corhay
E
1
Decoupling: natural resource use and environmental impacts from economic growth (www.unep.org)
dimensie 3 I JUNI-JULI-AUGUSTUS 2011 31
© Greenpeace / F. Reynaers
Bossen zijn onze thuis!
D
e Verenigde Naties hebben 2011 uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Bossen. Want bossen zijn echt van vitaal belang voor ieder van ons. Ze spelen een rol in tal van zaken waar we misschien niet direct bij stil staan zoals een stabiel klimaat met voldoende regen. Het onderstaande lijstje maakt het belang wat concreter. Toch blijven jaarlijks massa’s bossen verloren gaan. Is ontginning mogelijk zonder het welzijn van de toekomstige generaties te ondermijnen?
• Bossen beschermen tegen aardverschuivingen, overstromingen en verwoestijning. • Bossen bezorgen miljoenen stedelingen drinkbaar water.
• Jaarlijks gaat circa 13 miljoen hectare bos tegen de vlakte (ruim 4 keer België). • Tegen 2050 verdwijnt 112 miljoen ha bos in Afrika, 82 miljoen in LatijnsAmerika en 38 miljoen in Azië.
• Bossen herbergen talloze geneeskrachtige planten en voedsel. • Bossen vormen een natuurlijke opslagplaats van CO2. • De bossen huisvesten 80% van alle biodiversiteit aan land.
Internationaal Jaar van de Bossen: www.un.org/en/events/iyof2011
State of the World’s Forests 2011 www.fao.org
Forests for a living planet www.wwf.org
• 300 miljoen mensen leven in bossen. • 1,6 miljard mensen hangen voor hun levensonderhoud af van bossen. • Handel in bosproducten wordt geschat op 327 miljard dollar in 2004.
DGD - DIRECTIE-GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING Karmelietenstraat 15 • B-1000 Brussel Tel. +32 (0)2 501 48 81 • Fax +32 (0)2 501 45 44 E-mail :
[email protected] www.diplomatie.be • www.dg-d.be