DIGITALE VIDEO CAMCORDER
Gebruiksaanwijzing
CANON INC.
NEDERLANDS
Ne Canon Europa N.V. P.O. Box 2262 1180 EG Amstelveen The Netherlands Nederland: Canon Nederland NV Neptunusstraat 1 2132 JA Hoofddorp Tel: 023-567 01 23 Fax: 023-567 01 24 www.canon.nl België: Canon België N.V./S.A. Bessenveldstraat 7 1831 Diegem (Machelen) Tel: (02)-7220411 Fax: (02)-7213274 Svizzera: Canon Schweiz AG Division vente indirecte Industriestrasse 12 8305 Dietlikon Tél: (01)-835 68 00 España: Canon España S.A. c/Joaquín Costa 41 28002 Madrid Tel: 901 301 301 Portugal: Seque-Soc. Nac. de Equip., Lda. Praça da Alegria, 58, 2°-C 1269-149 Lisboa Tel: 21-324 28 30 Fax: 21-347 27 51 www.seque.pt
Mini
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier. El papel aquí utilizado es 70% reciclado. O papel impresso contém 70% de papel reciclado.
© CANON INC. 2001
PRINTED IN THE EU
PUB.DIM-464
0014X036 PUB.DIM-464 0702CEL/PS4.0
PAL
Digital Video Cassette
Belangrijke aanwijzingen WAARSCHUWING: HET DEKSEL (OF DE ACHTERWAND) NIET VERWIJDEREN OM HETGEVAAR OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN. IN HET TOESTEL BEVINDEN ZICH GEEN DOOR DE GEBRUIKER TE REPAREREN ONDERDELEN. LAAT REPARATIES OVER AAN DESKUNDIG ONDERHOUDSPERSONEEL.
Ne
WAARSCHUWING: STEL DIT APPARAAT NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT OM ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF BRAND TE VERMIJDEN.
Let op:
GEBRUIK UITSLUITEND DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES OM ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN HINDERLIJKE INTERFERENTIE (STORING) TE VERMIJDEN.
Inleiding
LET OP: TREK DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT WANNEER HET TOESTEL NIET GEBRUIKT WORDT. Voor gebruikers in het Verenigd Koninkrijk Bij vervanging van de zekering mag alleen een zekering van de juiste classificatie worden gebruikt. Denk eraan de zekeringafdekking terug te plaatsen. LET OP: KLANTEN IN HET VERENIGD KONINKRIJK MOETEN DIT LEZEN VOORDAT ZE HET PRODUCT GEBRUIKEN. ZEKERING VERVANGEN HET NETSNOER VAN DIT PRODUCT IS UITGERUST MET EEN STEKKER WAAROP DE BEDRADING NIET KAN WORDEN VERVANGEN (GEPERST), INCLUSIEF EEN ZEKERING VAN 3 AMP. MOET DE ZEKERING WORDEN VERVANGEN, DAN MOET EEN DOOR ASTA OF BSI GOEDGEKEURDE BS1362-ZEKERING VAN DEZELFDE CLASSIFICATIE WORDEN GEBRUIKT. NADAT DE ZEKERING IS VERVANGEN, MOET ALTIJD DE AFDEKKING WEER WORDEN TERUGGEPLAATST. GEBRUIK DE STEKKER NOOIT ALS DE AFDEKKING NIET TERUGGEPLAATST IS. STEKKER VERVANGEN ALS DE AANGESLOTEN STEKKER NIET GESCHIKT IS VOOR UW STOPCONTACT, DAN MOET DEZE VAN HET SNOER WORDEN AFGESNEDEN EN MOET IN PLAATS HIERVAN EEN GESCHIKTE STEKKER WORDEN AANGESLOTEN. SLUIT INDIEN MOGELIJK EEN GESCHIKTE ZEKERING VAN 3 AMP AAN. ALS DE NIEUWE STEKKER GEEN ZEKERING HEEFT, SLUIT DAN IN DE VERDEELKAST EEN ZEKERING VAN 5 AMP AAN. NETSNOERAANSLUITING De draden in de hoofdkabel van dit apparaat zijn gekleurd in overeenstemming met het volgende snoer. (BELANGRIJK) Hoofdkabel
BLAUW ................NEUTRAAL BRUIN. ................SPANNING
Het is mogelijk dat de kleuren van de draden in de hoofdkabel niet overeenstemmen met de gekleurde aanduidingen van de contactklemmen in uw stekker. Ga dan als volgt te werk: De BLAUWE draad moet worden aangesloten op de contactklem die is aangeduid met de letter N of die zwart is. De BRUINE draad moet worden aangesloten op de contactklem die is aangeduid met de letter L of die rood gekleurd is. Noch de blauwe noch de bruine draad mogen worden aangesloten op de aardpen van een driepensstekker.
OM MOGELIJKE ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, MOET DE AFGESNEDEN STEKKER ONMIDDELLIJK WORDEN VERNIETIGD. De identificatieplaat CA-920 bevindt zich aan de onderkant. • Het gebruik van de DV-kabel CV-150F/CV-250F is nodig om tegemoet te komen aan de technische vereisten van de EMC-richtlijnen.
2
Bedienings- en naslaghandleiding Uw camcorder wordt geleverd met twee handleidingen: de "Bedieningshandleiding Digitale Video Camcorder XM2" en de "Bedieningshandleiding Digitale Video Solution Disk".
Ne
Bedieningshandleiding Digitale Video Solution Disk Voorbereidingen Opnemen
Videobeelden monteren
Inleiding
Afspelen
De geheugenkaart gebruiken
Bedieningshandleiding Digitale Video Solution Disk De software installeren De camcorder aansluiten op een computer Stilbeelden naar een computer downloaden
3
Inhoudsopgave Inleiding
Ne
Belangrijke aanwijzingen................................2 Bedienings- en naslaghandleiding ..................3 Dank u voor het kiezen van een Canon ........6 Kennismaking met de XM2............................7
Voorbereidingen
Inleiding
Bedieningselementen van de XM2 ................8 Voorbereiden van de camcorder ..................12 Camcorder inschakelen ................................14 Een cassette inleggen ..................................16 De menu’s gebruiken ..................................18 Draadloze afstandsbediening/statuslampje gebruiken....................................................27 Datum en tijd instellen ................................30
Opnemen Beginnen met opnemen ..............................33 Tips voor het maken van betere video’s........38 Zoomen ......................................................40 Het LCD-scherm gebruiken ..........................41 De beeldstabilisator uitschakelen..................44 Het ND-filter gebruiken ................................45 Stilbeelden opnemen op een cassette ..........46 De filmfunctie selecteren (Normaal/Frame) ..48 Zoeken en bekijken tijdens opnemen ..........49 De verschillende opnameprogramma’s gebruiken....................................................50 Geluid opnemen ..........................................54 De programmeerbare insteltoets (Custom Key) gebruiken..............................56 Digitale effecten gebruiken ..........................60 De kleurenbalken gebruiken ........................65 Een Canon Speedlite gebruiken voor flitsfotografie (optioneel) ............................66 Opnemen met de interval-timer ..................67 Opnemen met de zelfontspanner ................69 DV-regeling gebruiken..................................70 Gebruik van de videolamp VL-3 (optioneel) ..................................................71
4
Gebruik van de microfoon DM-50 (optioneel) ..................................................72 De microfoonadapter MA-300 gebruiken (optioneel) ..................................................73 Handmatige instellingen De belichting handmatig instellen ................74 Handmatig scherpstellen ..............................77 Witbalans instellen ......................................78 AE-verschuiving gebruiken ..........................80 Voorkeuze-instellingen gebruiken (Custom Preset) ..........................................81 Het zebrapatroon gebruiken ........................83 De display-informatie opnemen....................84 Opnames van PC-schermen en andere schermen met behulp van CLEAR SCAN ....84
Afspelen Een cassette afspelen ..................................85 Datum, tijd en camcordergegevens (datacodering) weergeven ..........................88 Op de cassette zoeken (foto zoeken/datum zoeken/indexzoeken) ..................................91 Terugkeren naar een voorheen ingesteld punt (nulstelgeheugen) ..............................92 Aansluitingen voor afspelen via een televisie ................................................93
Videobeelden monteren Monteren op een videorecorder ..................95 Dubben met digitale video-apparatuur naar/van een cassette..................................97 Opnemen vanaf een videorecorder, TV of analoge camcorder - analoge ingang ..........99 Digitaal uitvoeren van analoge video- en audiosignalen (analoog-digitaal omzetter) ..101 Opnemen over bestaande scènes — AV monteren met invoegen............................103 Audio dubben............................................106 De audio mix bijstellen ..............................109 Aansluiting op een PC met een DV-kabel ..111
Een geheugenkaart gebruiken
Opmerkingen bij het gebruik van de batterijen ............................................134 Onderhoud ................................................137 Problemen oplossen ..................................141 Systeemdiagram van de XM2 (verkrijgbaarheid verschilt per land) ......................145 Optionele accessoires ................................146 Schermdisplays ..........................................148 Waarschuwingen ......................................151 Specificaties ..............................................153 Index..........................................................155 Menu in vogelvlucht ..................................157
Ne
Inleiding
Inleiding geheugenkaart ............................112 Stilbeelden opnemen op een geheugenkaart..........................................116 Een geheugenkaart weergeven ..................118 Instellingen van de stilbeelden die op een geheugenkaart zijn opgenomen................120 Voorkomen van abusievelijk wissen (beeldbeveiliging) ......................................122 Een stilbeeld markeren voor een afdruk (afdrukmarkering) ....................................123 Wissen van stilbeelden ..............................125 Beelden combineren en deze dan op een cassette opnemen (titels mengen) ............127 Kopiëren van stilbeelden vanaf geheugenkaart naar cassette ....................130 Een geheugenkaartformatteren..................131 Aansluiting op een PC met een DV-kabel ..132 Overige informatie en voorzorgsmaatregelen..............................................133
Aanvullende informatie
Bevestiging ferrietkern De stereo Video kabel STV-250N en de S-video kabel S-150 met de meegeleverde ferrietkernen dienen gebruikt te worden volgens de technische specificaties. Monteer de ferrietkernen alvoor u de kabels gaat gebruiken. • Leg de kabel door het midden van de kern en sla de kabel er 1 maal omheen, druk de twee helften opelkaar en er volgt een klik. • Er zijn twee verschillende ferrietkernen, de kleine is voor de S-150 S-video kabel en de grote voor de STV-250 Stereo Video kabel.
6c
m
STV-250N Stereo Video Kabel
6c
m
S-150 S-video Kabel
5
Dank u voor het kiezen van een Canon Eerst willen wij u bedanken dat u deze Canoncamcorder heeft aangeschaft. De geavanceerde technologie maakt de camera heel handig in het gebruik - u zult hierdoor snel vorderingen maken bij het maken van video-opnamen van hoge kwaliteit die u voor vele jaren plezier zullen schenken.
Ne
Inleiding
Om de mogelijkheden van de camcorder ten volle te kunnen benutten is het aanbevolen deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen. Dit product is uitgerust met een groot aantal geavanceerde functies die het maken van opnames nog plezieriger zullen maken.
Symbolen die in deze bedieningshandleiding worden gebruikt : Paginanummers : Functies die kunnen worden bediend vanaf de body van de camcorder : Functies die kunnen worden bediend vanaf de draadloze afstandsbediening : Aanvullende opmerkingen voor de bediening van de camcorder ` : Bevestigingspieptonen tijdens de bediening ( 37) Hoofdletters worden gebruikt om te verwijzen naar instellingen die worden weergegeven in de menu’s en de gelabelde toetsen op de camcorder zelf, bijvoorbeeld: "Druk op de toets MENU". • Gebruik de los verkrijgbare DV-kabel CV-150F of CV-250F om de camcorder op uw PC aan te sluiten. Gebruik de meegeleverde USBkabel IFC-300PCU om de camcorder op uw PC met USB-poort aan te sluiten.
Uw camcorder wordt geleverd met de volgende accessoires: Lenskap Draadloze
Grote oogschelp Twee AA-batterijen
afstandsbediening WL-
Lithium-knoopbatterij CR2025 Schouderriem SS-600
Draadloze afstandsbediening WL-D77 Lensdop en lensdopsnoer
Twee AA-batterijen Accu BP-511
S-videokabel S-150 Lithium-knoopbatterij
SCART-adapter PCA10 (Europa, Azië)
STV-250N stereovideokabel
Compacte netadapter CA-560 (inclusief netsnoer)
USB-kabel IFC300PCU S-videokabel S-150
Compacte netadapter CA-920 (incl. netsnoer)
Stereo-videokabel STV-250N
DC-koppelstuk DC-920
Accu BP-915
SD Memory Card SDC-8M
Zachte tas voor SD-geheugenkaart
CD-ROM met software Schouderriem SS-650 Digitale Video Solution Disk*
* Vereist om vanaf een geheugenkaart stilbeelden naar uw computer over te zetten. Raadpleeg de softwarehandleiding voor verdere bijzonderheden.
6
Kennismaking met de XM2 3CCD-systeem met pixelverschuivingstechnologie (Pixel Shift) De Canon XM2 is uitgerust met drie CCD’s die garant staan voor een uitstekende beeldkwaliteit, een hoogst accurate kleurenreproductie en een breed dynamisch bereik met vrijwel geen kleurruis. Bovendien maakt Canon gebruik van een uitzendtechnologie die pixelverschuiving (Pixel Shift) wordt genoemd om een betere beeldkwaliteit te produceren dan die van camcorders die gebruik maken van CCD’s met bijna tweemaal zoveel pixels.
De XM2 is uitgerust met een professioneel fluorietlens uit de L-serie met 20x optische zoom. Fluoriet geeft een uitstekende resolutie, een excellent contrast en een briljante kleurenreproductie, en biedt het ultieme als het gaat om helderheid en beeldkwaliteit.
Geheugenkaart U kunt stilbeelden opnemen op een SD Memory Card of MultiMediaCard. Via de geheugenkaart kunnen stilbeelden gemakkelijk naar een PC worden overgezet. Gebruik de meegeleverde software om stilbeelden te bewerken of mee te sturen met uw e-mailberichten.
Beeldstabilisator De optische technologie van Canon zorgt zelfs bij lange teleopnamen voor stabilisatie van uw opnames.
aansluiten en monteren
Ne
Via de DV-aansluiting kunnen opnames met hoge snelheid worden overgezet zonder dat de kwaliteit van de beelden verslechtert. Opnamen kunt u bewerken en verwerken door de camcorder via de IEEE 1394-aansluiting op een PC aan te sluiten.
Opnemen via analoge ingang Sluit een videorecorder of analoge camcorder aan en neem op met de XM2 op een DV-cassette.
Audio dubben/AV-tussenvoegdubben
Inleiding
Fluorietlens uit de L-serie met 20x optische zoom
DV-aansluiting IEEE 1394
Digitale effecten Toon uw creativiteit door gebruik te maken van de speciale effecten en digitale faders. Deze digitale effecten en faders kunnen uw opnamen visueel aantrekkelijker en gevarieerder maken.
Opnameprogramma’s De XM2 beschikt over 7 opnameprogramma’s: Gemakkelijk opnemen (Easy Recording), Automatisch, Tv, Av, Handmatig, Zand & Sneeuw en Spotlight.
Programmeerbare insteltoets (CUSTOM KEY) Aan de programmeerbare insteltoets kunt u, onafhankelijk van het gebruikte camcorderprogramma, verschillende functies toewijzen.
Toets voorkeuze-instelling (CUSTOM PRESET) USB-poort Met de ingebouwde USB-poort kunnen met hoge snelheid gegevens van de geheugenkaart worden overgezet naar een PC. Door gebruik te maken van de meegeleverde software kunt u op uw PC stilbeelden verwerken en beheren.
U kunt de kleurversterking, kleurfase, scherpte en het instelniveau afstellen en de combinatie opslaan met de toets CUSTOM PRESET.
Opnemen met tussenpozen Met "opnemen met tussenpozen" kunt u een beweging vastleggen die zich over langere tijd uitstrekt. De XM2 kan zodanig worden geprogrammeerd dat gedurende een bepaalde tijdsduur met tussenpozen opnames worden gemaakt.
7
Bedieningselementen van de XM2 Ne
` terugspoeltoets ( kaarttoets (CARD) - (
85)/ 118)
3 stoptoets ( 85)/ indexschermtoets (INDEX SCREEN) ( 119)
Voorbereidingen
Foto-opnametoets (PHOTO) ( 46, 116) Start/stop-toets ( 33)
e/ a afspeel/pauze-toets ( 85)/ titelmengtoets (Title Mix) ( 128) /Diashowtoets (SLIDE SHOW) ( 119) 1 vooruitspoeltoets ( 85)/ kaarttoets (CARD) + ( 118) Opnamepauzetoets (REC PAUSE) ( 98, 100) Toets voor geluid toevoegen (AUDIO DUB.) ( 106) Audio/video-invoegtoets (AV INSERT) ( 103)
Zoomregelaar ( 40) Luidspreker (
87)
Deksel ondersteuningsbatterij ( 136) Ontgrendeltoets batterij (BATT.) ( Zoeker ( LCD-scherm ( 41)
12)
Draaischijven geluidsniveau (AUDIO LEVEL) ( 55) OPEN-toets LCD-paneel ( 41) MENU-toets (
Programmeerbare insteltoets (CUSTOM KEY) ( 56) Toets voor voorkeuzeinstellingen (CUSTOM PRESET) ( 81) Geheugenkaart Deksel compartiment
8
14)
19)
Schakelaar niveau audioopnamen (AUDIO REC LEVEL) ( 55) SELECT-schijf ( 19) Programmakeuzeschakelaar ( 50) DISPLAY-toets ( 36)/ Datacoderingstoets (DATA CODE) ( 88)
Ne
Zoomregelaar (
Draaghendel
40)
Foto-opnametoets (PHOTO) ( 46, 116) Bevestigingspunt voor riem ( 13)
Vergrendelingsschuif (LOCK) ( 33) Oculairadapter ( 12)
Lenskap (
Voorbereidingen
Stereomicrofoon ( 54) 12)
Scherpstelregelaar zoeker ( 12) Cassette/kaartschakelaar (TAPE/CARD) ( 18, 33) Start/stop-toets (
33)
Borgschroef lenskap ( 12)
DC-ingangsaansluiting (DC IN) MIC-aansluiting ( 55, 106)
u LANCaansluiting (
96)
USB-poort ( 132) DV-ingangs/ uitgangsaansluiting ( 97, 101, 103, 111) In/uitgangsaansluiting voor AV (audio/ video) ( 93, 95, 99, 101)
Ingangs/ uitgangsaansluiting voor S-video ( 93, 99, 101) Standby-schuif ( 34)
hoofdtelefoonaansluiting ( 87)
Cassettecompartiment ( 16) Deksel cassettecompartiment (
16)
Open/uitwerpschakelaar (OPEN/EJECT) ( 16)
Riem handgreep ( 13)
9
Ne
Aan/uit-toets ND-filter (
45)
Scherpsteltoets (FOCUS) ( 77) Scherpstelring ( 77)
Voorbereidingen
Geavanceerde accessoireschoen ( Statuslampje (
66, 71-73)
Voedingsschakelaar (POWER) ( 33) Toets "opname zoeken" (REC SEARCH) ( 49)/c toets "opname bekijken" ( 49)
29)
Sensor voor afstandsbediening ( 27) Bevestigingspunt voor riem ( 13) Indicator audioniveau ( 55)
Aan/Uit-toets digitale effecten (D.EFFECTS ON/OFF) ( 61) Keuzetoets digitale effecten (D.EFFECTS SELECT) ( 61) EXP (belichtings)-schijf ( 74)
10
Insteltoets W witbalans (WHITE BALANCE) ( 78) Keuzetoets witbalans (WHITE BALANCE SELECT) ( 78)
Aansluitpunt statief ( 38)
Ne
Keuzetoets digitale effecten (D.EFFECTS SELECT) (
Signaalzender
Foto-opnametoets (PHOTO) ( 46, 116) MENU-toets (
61)
19)
Start/stop-toets (
Zoomtoetsen (
28, 40)
Regeltoetsen (
19)
33) START /STOP PHOTO
Zelfontspannertoets (SELF TIMER) ( 69)
ZOOM
W
T
SET-toets (
SELF TIMER MENU TV SCREEN
SET
DATA CODE D.EFFECTS
Datacoderingstoets (DATA CODE) ( 88) Meeluistertoets (AUDIO MONITOR) ( 109) Opnamepauzetoets (REC PAUSE) ( 98, 100)
ON/OFF MIX
BALANCE AUDIO ST-2 MONITOR ST-1
REC PAUSE
— CARD +
SLIDESHOW
ZERO SET SEARCH MEMORY SELECT
Kaarttoetsen -/+ (CARD - / +) ( 118) Nulstelgeheugentoets (ZERO SET MEMORY) ( 92)
AUDIO DUB.
REW
PLAY
FF
AV INSERT
—/
STOP
+/
Mengbalanstoetsen (MIX BALANCE) ( 109) Diashowtoets (SLIDE SHOW) ( 119) Zoektoetsen ( 91) FF-toets1 (
REMOTE SET PAUSE
Toets voor geluid toevoegen (AUDIO DUB.) ( 106) Audio/video-invoegtoets (AV INSERT) ( 103) Insteltoets afstandsbediening (REMOTE SET) ( 28)
Aan/Uit-toets digitale effecten (D.EFFECTS ON/OFF) ( 61)
SLOW
×2
SET
85)
e afspeeltoets (PLAY) ( + / a e-toets (
85)
86)
WIRELESS CONTROLLER WL-D77
× 2-toets (
86)
STOP-toets 3 (
85)
Langzaamtoets (SLOW M) ( 86) Terugspoeltoets (REW `) ( 86)
Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT) ( 91)
Pauzetoets (PAUSE a) (
Voorbereidingen
TV-schermtoets (TV SCREEN) ( 148)
19)
85)
– / 4a-toets (
86)
11
Voorbereiden van de camcorder De lenskap bevestigen
Ne
Voorbereidingen
1. Verwijder de lensdop. • Bij aanschaf van de XM2 is het snoer van de lensdop bevestigd aan het midden van de Velcroriemgreep. Open de riemgreep en schuif het snoer van de lensdop naar de positie zoals in de afbeelding wordt getoond.
2. Plaats de kap zodanig op de lens dat het Canon-logo naar links wijst. 3. Draai de kap vervolgens zodanig (rechtsom) dat het Canon-logo aan de bovenzijde komt te staan. • U hoeft geen druk uit te oefenen — schroef de kap lichtjes vast.
4. Draai tot slot de borgschroef vast. • Als u de kap wilt verwijderen, voer dan bovengenoemde procedure omgekeerd uit. De lenskap zorgt voor blokkering van strooilicht dat flikkering en echobeelden kan veroorzaken en beschermt het objectief. Zorg er daarom voor dat u tijdens het opnemen de lenskap gebruikt.
De zoeker instellen • Stem in de opnamepauzestand de scherpstelregelaar van de zoeker af op de omstandigheden. • De zoeker staat recht naar buiten en kan naar boven worden gedraaid om het opnemen comfortabeler te maken. Bij opbergen dient u de zoeker plat tegen de camcorder aan te plaatsen. • Om met de zoeker beelden te bekijken, moet u ervoor zorgen dat het LCD-paneel zodanig wordt gedraaid dat het onderwerp het scherm kan bekijken, of dat het paneel volledig wordt gesloten met het scherm naar binnen gericht. • Laat de zoeker niet blootstaan aan fel zonlicht. Anders kan de zoeker inbranden. (Het licht wordt door de zoekerlens geconcentreerd.)
12
De handgreepriem vastmaken
Ne
• Stel de lengte van de handgreepriem zodanig af dat u de start/stop-toets en zoomregelaar probleemloos kunt bedienen.
De schouderriembevestigen
Voorbereidingen
• Bevestig de schouderriem voordat u de camcorder gaat gebruiken. Dit geeft extra zekerheid en een goede draagbaarheid. • Haal de uiteinden door de bevestigingspunten en stel de lengte bij zoals aangegeven. • Laat de zoeker niet blootstaan aan fel zonlicht. Anders kan de zoeker inbranden. (Het licht wordt door de zoekerlens geconcentreerd.)
De grote oogschelp bevestigen Gebruik de meegeleverde grote oogschelp als u opnamen maakt bij fel licht of wanneer u een bril draagt.
1. Verwijder de oogschelp van de camcorder. 2. Vervang de oogschelp door de grote oogschelp. • U kunt deze bevestigen aan de rechterzijde of aan de linkerzijde.
13
Camcorder inschakelen Voordat u met de camcorder aan het werk gaat, dient eerst de netadapter in gebruik te worden genomen om:
Ne
stroom te halen uit een gewoon stopcontact of
een accu op te laden Opmerkingen: • De compacte netadapter zet netspanning van een stopcontact (100-240 V wisselstroom, 50/60Hz) om in de gelijkstroom waarop de camcorder werkt. • Als de adapter naast een TV-toestel gebruikt wordt, kan deze storing in het beeld op de TV veroorzaken — houd de adapter uit de buurt van de TV en de antennekabel.
Voorbereidingen
Een stopcontact gebruiken
4
5 3
2 1 U kunt met behulp van de compacte netadapter en het DC-koppelstuk de camcorder via een stopcontact onmiddellijk van stroom voorzien.
1. Sluit het netsnoer aan op de netadapter. 2. Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact. 3. Sluit het DC-koppelstuk aan op de netadapter. 4. Bevestig het DC-koppelstuk op de camcorder. • Klap de zoeker uit en draai deze omhoog. • Breng de rand van het DC-koppelstuk op één lijn met de lijn op de camcorder. • Schuif het koppelstuk naar beneden in de richting van de pijl totdat het vastklikt.
5. Schakel na gebruik de camcorder uit, maak het koppelstuk los en verwijder het uit de netadapter. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en uit de netadapter. • Druk op de toets BATT. RELEASE en houd deze ingedrukt terwijl u het koppelstuk omhoogschuift. • Altijd moet eerst de camcorder worden uitgeschakeld en de zoeker omhoog worden gezet alvorens de voedingsbron wordt verwijderd.
14
Opladen en plaatsen van de accu
Ne
1 2
3 4
5 Uw accu was gedeeltelijk opgeladen voor deze de fabriek verliet. Hij zou genoeg vermogen moeten hebben om te kunnen controleren of de camcorder naar behoren werkt. U dient de accu echter volledig op te laden als u de camcorder voor meer dan enkele minuten van stroom wilt voorzien.
• Overtuig u ervan dat het DC-koppelstuk niet aangesloten is. • Breng de driehoek op de accu op één lijn met de lijn op de netadapter. • Verschuif de accu totdat deze vastklikt.
2. Sluit het netsnoer aan op de netadapter.
Voorbereidingen
1. Plaats de accu in de netadapter.
3. Steek de stekker van de netadapter in een stopcontact. • De oplaadindicator knippert rood op om aan te geven dat de accu wordt opgeladen. Enkel knipperen betekent dat de accu minder dan 50% opgeladen is. Dubbel knipperen geeft aan dat de accu tussen 50% en 75% is opgeladen. Drievoudig knipperen geeft aan dat de accu meer dan 75% opgeladen is. • De indicator blijft branden wanneer de accu volledig opgeladen is.
4. Haal de accu uit de adapter en plaats deze in de camcorder. • Klap de zoeker uit en draai deze omhoog. • Plaats de driehoek op de accu op één lijn met de lijn op de camcorder, en schuif de accu vervolgens in de richting van de pijl totdat u een klik hoort.
5. Koppel de accu na gebruik los. • Druk op de toets BATT. RELEASE en houd deze ingedrukt terwijl u de accu omhoogschuift. • Altijd moet de camcorder worden uitgeschakeld en de zoeker omhoog worden gezet alvorens de voedingsbron te verwijderen.
Opmerkingen: • Bijzonderheden over het gebruik van de accu vindt u bij "Opmerkingen inzake het gebruik van de accu" ( 134). Hier vindt u de oplaad- en opnametijden en informatie over het opladen van de ondersteuningsbatterij. • Met de optionele dubbele acculader/houder CH-910 kunt u de camcorder voeden vanaf twee accu’s om langere opnamen te kunnen maken. U kunt de accu’s onafhankelijk van elkaar verwisselen zonder de stroom naar de camcorder te onderbreken. Bovendien kan de CH-910 achtereenvolgens twee accu’s opladen wanneer deze op een stopcontact is aangesloten.
15
Een cassette inleggen Gebruik enkel videocassettes met het DV-logo.*
Ne
.
RST
IS FI
SE TH
CLO
* Het D-logo is een handelsmerk.
Inleggen en uitnemen
Voorbereidingen
1. Sluit een voedingsbron aan. 2. Verschuif de OPEN/EJECT-schakelaar om het deksel van het cassettecompartiment te ontgrendelen. • Wacht totdat het cassettecompartiment automatisch opengaat. • U hoort een pieptoon als het compartiment volledig is geopend.
3. Inleggen of uitnemen van de cassette. • Plaats de cassette, met het venster naar buiten gericht, voorzichtig in de camcorder. • Verwijder de cassette door hem recht naar buiten te trekken.
4. Druk op het teken P op het compartiment totdat deze vastklikt. 5. Klik het deksel terug op zijn plaats. Opmerkingen: • Laat het cassettecompartiment met rust als het wordt geopend of gesloten. Probeer dan ook niet het deksel te sluiten. • Let erop dat uw vingers niet bekneld raken tussen het deksel van het cassettecompartiment. • Laat de cassette na gebruik niet in de camcorder zitten — leg de cassette terug in het bijbehorende doosje en berg de cassette op een koele, schone en droge plaats op. • Als er geen cassette in de camcorder aanwezig is, knippert v in het display. • Bij sommige bandtypes is het mogelijk dat niet nauwkeurig wordt weergegeven hoeveel band nog resteert.
16
Beveiligen van cassettes tegen onverhoeds wissen
Ne
REC SAVE REC SAVE
Omgaan met de cassette
Voorbereidingen
Verschuif, om uw opnamen tegen onverhoeds wissen te beschermen, het schuifje op de cassette zodanig totdat de uitsparing te zien is. (Deze stand van de schakelaar wordt gewoonlijk aangeduid als SAVE (behouden) of ERASE OFF (wissen uitgeschakeld.) Als u deze cassette inlegt en de camcorder in de opnamepauzestand ( 33) zet, wordt ongeveer 4 seconden lang de melding "THE TAPE IS SET FOR ERASURE PREVENTION" (cassette wisbeveiligd) weergegeven, waarna in het display het teken v gaat knipperen. De camcorder laat bovengenoemde melding ook zien als u abusievelijk de opnametoets 2 indrukt terwijl de camcorder in de stand TAPE PLAY (VCR) staat. Wilt u echter wel opnieuw op de cassette opnemen, schuif dan het nokje zodanig terug dat de uitsparing gesloten is.
• Teneinde de koppen te beschermen dient u de cassette direct vanuit het doosje in de camcorder te plaatsen — open het deksel dat de band beschermt niet en raak de band zelf niet aan. • Gebruik geen cassettes waarvan de band beschadigd is of gespleten — deze kunnen de camcorder beschadigen. • Steek niets in de kleine gaatjes in de cassette en dek ze niet af met plakband o.i.d. • Hanteer cassettes met de nodige voorzichtigheid — ze kunnen intern beschadigd raken als ze vallen of anderzijds aan schok worden blootgesteld. • Berg cassettes op in de meegeleverde doosjes maar spoel ze eerst terug en zet de doosjes daarna recht overeind. • Een cassette met metalen onderdelen kan na verloop van tijd vuil worden waardoor de overdracht van informatie nadelig kan worden beïnvloed. Daarom is het verstandig om met een katoenen doekje de metalen onderdelen te reinigen als een band ongeveer 10 keer is gebruikt.
Cassettegeheugen De cassettegeheugenfunctie kan met deze camcorder niet worden gebruikt.
17
De menu’s gebruiken Veel geavanceerde functies van de camcorder worden gekozen in menu’s die in het display verschijnen.
Ne
Er zijn 4 hoofdmenu’s: CAM. MENU Cameramenu VCR MENU Videorecordermenu C. CAM. MENU Kaart-cameramenu C.PLAY MENU Kaart-afspeelmenu
2CAM.
MENU
TAPE
CAM. MENU
+
CAMERA
SEL. SETSET MENUCLOSE
Voorbereidingen
CAM. SET UP CSTM PRESET VCR SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY TITLE MIX RETURN
2
VCR MENU
TAPE
VCR MENU
+
C. CAM. MENU
SEL. SETSET MENUCLOSE
CARD
+
SEL. SETSET MENUCLOSE
C. PLAY MENU CARD OPER. VCR SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY RETURN
18
CARD
+
CARD TAPE
CAMERA
CAM. SET UP CSTM PRESET CARD SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY RETURN
2 C. PLAY MENU
CARD TAPE
PLAY (VCR)
VCR SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY RETURN
2 C. CAM. MENU
( ( ( (
CARD TAPE
PLAY (VCR)
SEL. SETSET MENUCLOSE
CARD TAPE
20) 22) 23) 25)
Selecteren in de menu’s
Ne 2, 11 MENU TV SCREEN SET
3-10
1. Zet de POWER-schakelaar en TAPE/CARD-schakelaar in de gewenste stand. 2. Druk op de toets MENU om het menu te openen. • Een van de hoofdmenu’s verschijnt overeenkomstig de instellingen van de TAPE/CARDschakelaar en POWER-schakelaar.
4. Druk de SELECT-schijf in. • Het submenu verschijnt.
5. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag om de pijl bij de gewenste functie te zetten.
Voorbereidingen
3. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag om de pijl bij het gewenste submenu te zetten.
6. Druk de SELECT-schijf in. • De functie en de betreffende instellingen verschijnen.
7. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag om de pijl bij de gewenste instelling te zetten. 8. Druk de SELECT-schijf in. 9. Draai de SELECT-schijf omlaag om de pijl bij b RETURN te zetten. 10.Druk de SELECT-schijf in. • U keert terug naar het hoofdmenu.
11.Druk op de toets MENU. • Het hoofdmenu verdwijnt.
Opmerkingen: • Wanneer u gedurende de procedure op de toets MENU drukt, wordt het menu gesloten. • Kies b RETURN om een menu terug te gaan of om het hoofdmenu te sluiten. • De onderdelen die niet beschikbaar zijn als gevolg van de cassette- of kaart-instellingen of de instellingen in andere menu’s, verschijnen in paars. • Vaak zult u de draadloze afstandsbediening handig vinden om de menu’s te doorzoeken. Druk op de toets MENU om het menu te openen/sluiten en gebruik de pijltoetsen in plaats van de SELECTschijf. Druk op de toets SET om de keuze te bevestigen. • Door op de start/stop-toets of de foto-opnametoets PHOTO te drukken wordt het menu gesloten en begint de opname. • U kunt de menu’s op een aangesloten TV-scherm weergeven door via het menu TV SCREEN ( 148) in te schakelen of op de draadloze afstandsbediening de toets TV SCREEN te gebruiken. Zie 93 voor aanwijzingen omtrent aansluiting op de TV.
19
Overzicht van menu’s
Ne
Zie de aangegeven pagina voor een gedetailleerde beschrijving van de afzonderlijke functies.
2 CAM. MENU Zet de POWER-schakelaar op CAMERA en zet de TAPE/CARD-schakelaar op Er zijn 7 submenu’s in het CAM. MENU.
Voorbereidingen
1 Submenu camera-instellingen 2 Submenu voorkeuze-instellingen (Custom Preset) 3 Submenu videorecorder-instellingen 4 Submenu afspeel-instellingen 5 Submenu systeem 6 Submenu programmeerbare insteltoets (Custom Key) 7 Submenu titels mengen 8 Hoofdmenu sluiten
CAM. MENU
1 3 5 7
TAPE
.
SEL. SETSET MENUCLOSE
CAM. SET UP CSTM PRESET VCR SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY TITLE MIX RETURN
2 4 6 8
1 Submenu camera-instellingen q w e r t y u i o !0 !1 !2 !3
Digitale zoom ........................................ Filmfunctie............................................. Beeldstabilisator..................................... AE-verschuiving ..................................... 16:9 effect............................................. Zebrapatroon ......................................... Niveau zebrapatroon.............................. Snelheid greepzoom .............................. Snelheid hendelzoom............................. Clear Scan ............................................. Zelfontspanner....................................... Interval-timer ......................................... Terug
40 48 44 80 35 83 83 40 40 84 69 67
SEL. SETSET MENUCLOSE D. ZOOM••••••OFF •• MOVIE MODE NORMAL IMAGE S. i••ON AE SHIFT••••±0 16:9••••••••OFF ZEBRA•••••••OFF ZEBRA LEVEL•90 ZOOM GRIP•••VARIABLE
CAM. SET UP
q e t u
SEL. SETSET MENUCLOSE ZEBRA•••••••OFF ZEBRA LEVEL•90 ZOOM GRIP•••VARIABLE ZOOM HANDLE•MEDIUM CLEAR SCAN••––– SELF-TIMER••OFF INTERVAL RETURN
w r y i
CAM. SET UP
o !1 !3
!0 !2
2 Submenu voorkeuze-instellingen !4 !5 !6 !7 !8
20
Kleurversterking..................................... Kleurfase ............................................... Scherpte ................................................ Instelniveau............................................ Terug
81 81 81 82
CSTM PRESET
!4 !6 !8
SEL. SETSET MENUCLOSE + R + +
COLOR GAIN••– COLOR PHASE•G SHARPNESS•••– SETUP LEVEL•– RETURN
!5 !7
3 Submenu videorecorder-instellingen
Ne !9 @0 @1 @2 @3 @4
Opnamefunctie...................................... Microfoon.............................................. Microfoondemper.......................... 55, Audiofunctie.......................................... Energiebesparing ................................... Terug
35 54 106 54 34
SEL. SETSET MENUCLOSE REC MODE••••SP ••••••••• NORMAL MIC MIC ATT•••••OFF AUDIO MODE••16bit PWR SAVE••••SHUT OFF RETURN
VCR SET UP
!9 @1 @3
@0 @2 @4
4 Submenu afspeel-instellingen Helderheid LCD...................................... 42 Helderheid zoeker.................................. 42 LCD-spiegelfunctie................................. 42 16:9-beeldlijnen..................................... 36 TV-scherm............................................ 148 Indicator audioniveau............................. 55 Beeldgegevens....................................... 32 Kaarttoegangsdisplay........................... 114 Demofunctie.......................................... 37 Terug
SEL. SETSET MENUCLOSE + LCD BRIGHT••– + – EVF BRIGHT•• LCD MIRROR••ON 16:9 GUIDES•OFF TV SCREEN•••OFF AUDIO LEVEL•ON GUIDE INFO••OFF CARD ACCESS•ON
DISP. SET UP
@5 @7 @9 #1
SEL. SETSET MENUCLOSE LCD MIRROR••ON 16:9 GUIDES•OFF TV SCREEN•••OFF AUDIO LEVEL•ON GUIDE INFO••OFF CARD ACCESS•ON DEMO MODE•••ON RETURN
@6 @8 #0 #2
DISP. SET UP
#3
#4
Voorbereidingen
@5 @6 @7 @8 @9 #0 #1 #2 #3 #4
5 Submenu systeem #5 #6 #7 #8 #9 $0 $1 $2
Draadloze afstandsbediening ................. Statuslampje .......................................... Pieptoon ................................................ Display-informatie opnemen .................. DV-regeling............................................ Tijdzone/zomertijd ................................. Datum/tijdweergave............................... Terug
28 29 37 84 70 30 32
SEL. SETSET MENUCLOSE WL. REMOTE••• 1 TALLY LAMP••ON BEEP••••••••ON CHAR. REC••••OFF DV CONTROL••OFF T. ZONE/DST••––– D/TIME SET••––. –––. –––– ––:––:–– ––
SYSTEM
#5 #7 #9 $1
#6 #8 $0
$2
6 Submenu programmeerbare insteltoets (Custom Key) $3 Programmeerbare insteltoets ................. $4 Terug
SEL. SETSET MENUCLOSE CUSTOM KEY••INDEX WRITE RETURN
CUSTOM KEY
56
$3
$4
21
7 Submenu titels mengen
Ne $5 Een titel selecteren............................... $6 Een titel maken.................................... $7 Terug
128 127
SEL. SETSET MENUCLOSE
TITLE MIX
$5 $7
TITLE SELECT CREATE TITLE RETURN
$6
2 VCR MENU
Voorbereidingen
PLAY Zet de POWER-schakelaar op (VCR) en zet de TAPE/CARD-schakelaar op Er zijin 4 submenu’s in het C.PLAY MENU.
1 2 3 4
Submenu videorecorder-instellingen Submenu afspeel-instellingen Submenu systeem Submenu programmeerbare insteltoets (Custom Key) 5 Hoofdmenu sluiten
TAPE
VCR MENU
1 3 5
.
SEL. SETSET MENUCLOSE
VCR SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY RETURN
2 4
1 Submenu videorecorder-instellingen q w e r t y u i o
Opnamefunctie...................................... Uitgangskanaal .................................... Audio dubben ..................................... Microfoon.............................................. Microfoondemper.......................... 55, Audiodemper....................................... Audiofunctie.......................................... Analoog/digitaal-omzetter ................... Terug
35 110 106 54 106 106 54 102
SEL. SETSET MENUCLOSE REC MODE••••SP OUTPUT CH•••L/R AUDIO DUB. ••AUDIO IN MIC•••••••••NORMAL MIC ATT•••••OFF AUDIO ATT•••OFF AUDIO MODE••16bit AVaDV OUT•••OFF
VCR SET UP
q e t u o
w r y i
2 Submenu display-instellingen !0 !1 !2 !3 !4 !5 !6 !7
22
Helderheid LCD...................................... 42 Helderheid zoeker.................................. 42 Displays ............................................... 148 6-seconden automatische datering ........ 90 Dateringscode........................................ 89 Datum/tijdweergave............................... 88 Display programmeerbare insteltoets ..... 56 Indicator audioniveau............................. 55
SEL. SETSET MENUCLOSE + LCD BRIGHT••– + EVF BRIGHT••– DISPLAYS••••ON 6SEC. DATE•••OFF DATA CODE•••DATE/TIME D/TIME SEL. •DATE & TIME CUSTOM KEY••ON AUDIO LEVEL•OFF
DISP. SET UP
!0 !2 !4 !6
!1 !3 !5 !7
3 Submenu systeem
Ne !8 !9 @0 @1 @2 @3
Draadloze afstandsbediening ................. Statuslampje .......................................... Pieptoon ................................................ Tijdzone/zomertijd ................................. Datum/tijdinstelling................................ Terug
28 29 37 30 32
SEL. SETSET MENUCLOSE WL. REMOTE••• 1 TALLY LAMP••ON BEEP••••••••ON T. ZONE/DST••––– D/TIME SET••––. –––. –––– ––:––:–– –– RETURN
@3
SEL. SETSET MENUCLOSE CUSTOM KEY••TV SCREEN RETURN
@5
SYSTEM
!8 @0 @2
!9 @1
4 Submenu programmeerbare insteltoets @4 Programmeerbare insteltoets ................. @5 Terug
56
CUSTOM KEY
@4
Voorbereidingen
2 C. CAM. MENU Zet de POWER-schakelaar op CAMERA en zet de TAPE/CARD-schakelaar op Er zijn 6 submenu’s in het C. CAM. MENU. 1 2 3 4 5 6 7
Submenu camera-instellingen Submenu voorkeuze-instellingen Submenu kaart-instellingen Submenu display-instellingen Submenu systeem Submenu programeerbare insteltoets Hoofdmenu sluiten
CARD
C. CAM. MENU
1 3 5 7
.
SEL. SETSET MENUCLOSE
CAM. SET UP CSTM PRESET CARD SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY RETURN
2 4 6
1 Submenu camera-instellingen q w e r t y u i
Beeldstabilisator..................................... AE-verschuiving ..................................... Zebrapatroon ......................................... Niveau zebrapatroon.............................. Snelheid greepzoom .............................. Snelheid hendelzoom............................. Zelfontspanner....................................... Terug
44 80 83 83 40 40 69
SEL. SETSET MENUCLOSE IMAGE S. i••ON AE SHIFT••••±0 ZEBRA•••••••OFF ZEBRA LEVEL•90 ZOOM GRIP•••VARIABLE ZOOM HANDLE•MEDIUM SELF-TIMER••OFF RETURN
CAM. SET UP
q e t u
w r y i
23
2 Submenu voorkeuze-instellingen
Ne o !0 !1 !2 !3
Kleurversterking..................................... Kleurfase ............................................... Scherpte ................................................ Instelniveau............................................ Terug
81 81 81 82
CSTM PRESET
o !1 !3
SEL. SETSET MENUCLOSE + R + +
COLOR GAIN••– COLOR PHASE•G SHARPNESS•••– SETUP LEVEL•– RETURN
!0 !2
3 Submenu kaart-instellingen
Voorbereidingen
!4 !5 !6 !7 !8
Beeldkwaliteit ...................................... Beeldresolutie ...................................... Bestandsnummers................................ Sluitertijd ............................................. Terug
113 114 115 115
SEL. SETSET MENUCLOSE QUALITY•••••FINE IMAGES RES. •1488×1128 FILE NOS. •••CONTINUOUS SHTR SOUND••ON RETURN
CARD SET UP
!4 !6 !8
!5 !7
4 Submenu display-instellingen !9 @0 @1 @2 @3 @4 @5 @6
Helderheid LCD...................................... 42 Helderheid zoeker.................................. 42 LCD-spiegelfunctie................................. 42 TV-scherm............................................ 148 Beeldgegevens....................................... 32 Kaarttoegangsdisplay........................... 114 Demo-functie......................................... 37 Terug
SEL. SETSET MENUCLOSE + LCD BRIGHT••– + EVF BRIGHT••– LCD MIRROR••ON ••• TV SCREEN OFF GUIDE INFO••ON CARD ACCESS•ON DEMO MODE•••ON RETURN
DISP. SET UP
!9 @1 @3 @5
@0 @2 @4 @6
5 Submenu systeem @7 @8 @9 #0 #1
24
Draadloze afstandsbediening ................. Pieptoon ................................................ Tijdzone/zomertijd ................................. Datum/tijdweergave............................... Terug
28 37 30 32
SEL. SETSET MENUCLOSE WL. REMOTE••• 1 BEEP••••••••ON T. ZONE/DST••––– D/TIMR SET••––. –––. –––– ––:––:–– –– RETURN
SYSTEM
@7 @9 #1
@8 #0
6 Submenu programmeerbare insteltoets
Ne #2 Programmeerbare insteltoets ................. !3 Terug
56
SEL. SETSET MENUCLOSE CUSTOM KEY•ZEBRA RETURN
CUSTOM KEY
#2
#3
2 C. PLAY MENU PLAY Zet de POWER-schakelaar op (VCR) en zet de TAPE/CARD-schakelaar op Er zijn 5 submenu’s in het C. PLAY MENU
Submenu kaartbeheer (CARD OPER.) Submenu videorecorder-instellingen Submenu display-instellingen Submenu systeem Submenu programmeerbare insteltoets Hoofdmenu sluiten
C. PLAY MENU
1 3 5
.
SEL. SETSET MENUCLOSE
CARD OPER. VCR SET UP DISP. SET UP SYSTEM CUSTOM KEY RETURN
2 4 6
1-1 Submenu kaartbeheer (CARD OPER.) (display van één enkel beeld) q w e r t y u
Kopiëren van kaart naar cassette ......... Alle afdrukmarkeringen wissen ............ Stilbeelden wissen................................ Een titel beveiligen............................... Een titel wissen.................................... Formatteren ......................................... Terug
130 124 125 128 129 131
SEL. SETSET MENUCLOSE [ ] COPY PRINT MARKS ALL ERASE IMAGE ERASE TITLE PROTECT TITLE ERASE FORMAT RETURN
Voorbereidingen
1 2 3 4 5 6
CARD
CARD OPER.
q e t u
w r y
1-2 Submenu kaartbeheer (CARD OPER.) (display van indexscherm) i Een beeld beveiligen ............................ o Afdrukmarkering .................................
122 123
CARD OPER.
i
PROTECT PRINT MARK RETURN
SEL. SETSET MENUCLOSE
o
25
2 Submenu videorecorder-instellingen
Ne !0 Opnamefunctie...................................... !1 Terug
35
VCR SET UP
!0
SEL. SETSET MENUCLOSE
REC MODE••••SP RETURN
!1
3 Submenu display-instellingen
Voorbereidingen
!2 !3 !4 !5 !6 !7 !8
Helderheid LCD...................................... 42 Helderheid zoeker.................................. 42 Displays ............................................... 148 Datum/tijdweergave............................... 88 Display programmeerbare insteltoets ..... 56 Kaarttoegangsdisplay........................... 114 Terug
SEL. SETSET MENUCLOSE + LCD BRIGHT••– + EVF BRIGHT••– DISPLAYS••••ON D/TIME SEL. •DATE & TIME CUSTOM KEY••ON CARD ACCESS•ON RETURN
DISP. SET UP
!2 !4 !6 !8
!3 !5 !7
4 Submenu systeem !9 @0 @1 @2 @3 @4
Draadloze afstandsbediening ................. Statuslampje .......................................... Pieptoon ................................................ Tijdzone/zomertijd ................................. Datum/tijdinstelling................................ Terug
28 29 37 30 32
SEL. SETSET MENUCLOSE WL. REMOTE••• 1 TALLY LAMP••ON •••••••• BEEP ON T. ZONE/DST••––– D/TIME SET••––. –––. –––– ––:––:–– –– RETURN
SYSTEM
!9 @1 @3
@0 @2 @4
5 Submenu programmeerbare insteltoets @5 Programmeerbare insteltoets ................. @6 Terug
26
56
SEL. SETSET MENUCLOSE CUSTOM KEY••TV SCREEN RETURN
CUSTOM KEY
@5
@6
Draadloze afstandsbediening/statuslampje gebruiken Met de draadloze afstandsbediening kan de camcorder tot op een afstand van 5 meter bediend worden. Richt de afstandsbediening op de afstandsbedieningssensor terwijl u op de toetsen drukt. Het statuslampje licht op om u te laten weten dat de camcorder binnen bereik is en op uw opdrachten reageert.
Ne
5m
Er zijn vier functies die alleen beschikbaar zijn bij gebruik van de draadloze afstandsbediening: • Speciale afspeelfuncties ( 86) • Zoeken foto/datum/index ( 91) • Nulstelgeheugen ( 92) • Audio mengen ( 109)
Batterijen inleggen
Voorbereidingen
Leg twee AA-batterijen in en let daarbij op de aanduidingen + en -. Zorg ervoor dat de polen van de batterijen met elkaar overeenstemmen.
Opmerkingen: • Het effectieve bereik zal verminderen wanneer de draadloze afstandsbediening gebruikt wordt in fel verlichte plaatsen of buiten. • De camcorder kan moeilijkheden ondervinden bij het oppikken van signalen van de afstandsbediening op bijzonder korte afstand. • Laat de afstandsbediening niet achter in direct zonlicht of op hete of vochtige plaatsen. • Als de batterijen leeg zijn, vervang ze dan beide tegelijk. • Zorg ervoor dat de sensor voor de afstandsbediening niet wordt geblokkeerd door de schouderriem.
27
Gebruik van de afstandsbediening voor twee Canon DV-camcorders
Ne
Om storende invloeden van andere draadloze Canonafstandsbedieningen te voorkomen zijn er twee afstandsbedieningssensorfuncties en een uit-stand. De draadloze afstandsbediening en de camcorder dienen ingesteld te zijn op dezelfde functie om met elkaar te kunnen communiceren.
ZOOM W
T
REMOTE SET
De draadloze afstandsbediening en de camcorder zijn vooraf ingesteld op functie 1. Als u op de camcorder de functie wijzigt, zorg er dan voor dat u ook op de afstandsbediening de functie dienovereenkomstig wijzigt. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
SYSTEM
Voorbereidingen
(
PLAY (VCR)
,
CARD
+
WL.REMOTE••• A1
18)
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
A 1 : Functie 1 A 2 : Functie 2 OFFB : Sensor uitgeschakeld
Om de sensor uit te schakelen:
Open het menu en kies SYSTEM. Kies vervolgens WL.REMOTE, zet dit op OFF B en sluit het menu. •In het display verschijnt B.
Om van functie te veranderen… ...bij de camcorder:
Open het menu en kies SYSTEM. Kies vervolgens WL.REMOTE, zet dit op A 1 of A 2 en sluit het menu. •Na 4 seconden verschijnt de ingestelde functie in het display. ...bij de draadloze afstandsbediening:
Houd de toets REMOTE SET van de draadloze afstandsbediening ingedrukt. Druk tegelijkertijd op toets ZOOM W voor functie 1 of toets ZOOM T voor functie 2. Blijf de toetsen tegelijkertijd langer dan 2 seconden ingedrukt houden. •Zorg er voor dat de functie op de draadloze afstandsbediening dezelfde is als op de camcorder.
Mocht de draadloze afstandsbediening niet juist werken: Zorg ervoor dat dezelfde functie ingesteld staat bij de camcorder en de draadloze afstandsbediening. Controleer welke functie in de camcorder staat ingeschakeld door op een andere toets te drukken dan op de toets REMOTE SET van de draadloze afstandsbediening. De bij de camcorder ingestelde functie verschijnt in paars na ongeveer 4 seconden. Stel nu de functie van de draadloze afstandsbediening op dezelfde wijze in door op de eerder genoemde toetscombinaties te drukken. Vervang de batterijen mocht de draadloze afstandsbediening nog steeds niet werken.
Opmerkingen:
28
• De functie van de camcorder verschijnt ook 4 seconden lang nadat u de camcorder heeft ingeschakeld. • Als u de batterijen vervangt, keert de draadloze afstandsbediening terug naar functie 1. Wijzig de functie, indien nodig, opnieuw.
Het statuslampje uitschakelen
Ne
Het statuslampje vertelt u dat de camcorder bezig is met opnemen. Tijdens close-up opnamen of bij opnamen door glas kan het echter voorkomen dat het knipperende statuslampje wordt gereflecteerd in de lens. Mogelijk wilt u het lampje daarom uitschakelen.
TAPE
+
CAMERA
SYSTEM
(
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
,
CARD
+
PLAY (VCR)
TALLY LAMP•• ON
18)
1. Open het menu en kies TALLY LAMP. • Het statuslampje zal tijdens opnamen niet langer knipperen, maar nog wel oplichten als de camera van de afstandsbediening een signaal ontvangt.
Voorbereidingen
2. Kies de instelling OFF en sluit het menu.
29
Datum en tijd instellen Ne
De datum en/of tijd zijn onderdeel van de datumcodering. Deze kunt u tijdens het afspelen tonen of verbergen ( 88). Stel de datum en tijd in wanneer u voor het eerst de camcorder gaat gebruiken. Plaats eerst de ondersteuningsbatterij voordat u begint ( 136). • Voordat u de datum en de tijd instelt, dient u eerst in het menu de tijdzone waarin u zich bevindt in te stellen.
Voorbereidingen
Tijdzone/zomertijd instellen TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
SYSTEM
(
PLAY (VCR)
,
CARD
+
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
T.ZONE/DST•• N.Y.
18)
1. Druk op de toets MENU. • Het hoofdmenu verschijnt.
2. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag, kies SYSTEM en druk de SELECTschijf in. • Het submenu SYSTEM verschijnt.
3. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag, kies T.ZONE/DST en druk de SELECTschijf in. • De instellingen van de tijdzone verschijnen. • De tijdzone van de camcorder wordt in de fabriek afgesteld op Parijs. Mocht u zich in een andere tijdzone bevinden, stel dan eventueel eerst de tijdzone en zomertijdinstellingen (DST) in.
4. Doorloop de tijdzonelijst naar de door u gewenste tijdzone door de SELECTschijf omhoog of omlaag te draaien. Druk de SELECT-schijf in om de tijdzone in te stellen die overeenkomt met de tijdzone waarin u zich bevindt. • Mocht het nu zomertijd zijn, kies dan de tijdzone met het zomertijdteken U ernaast.
5. Druk op de toets MENU.
30
Ne 16
1 19 18
24
20
4 2 3
17
6
7
10
9
15 8
5
21
23 14 12 22 11
13
14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
Nr. Tijdzone
2
3
4
5
6
7
8
9
10 11 12 13
Nr. Tijdzone WELLGTN (Wellington) SAMOA HONOLU. (Honolulu) ANCHOR. (Anchorage) L.A. (Los Angeles) DENVER CHICAGO N.Y. (New York) CARACAS RIO (Rio de Janeiro) FERNAN. (Fernando de Noronha) AZORES
Voorbereidingen
LONDON PARIS CAIRO MOSCOW DUBAI KARACHI DACCA BANGKOK H. KONG (Hong Kong) TOKYO SYDNEY SOLOMON
1
Opmerkingen: • Nadat u de tijdzone en datum en tijd eenmaal heeft ingesteld is het niet nodig de datum en tijd opnieuw in te stellen wanneer u naar een andere tijdzone reist. Stel de tijdzone in op uw bestemming en de klok van de camcorder verandert dan automatisch zodat de correcte tijd voor de plaats van uw bestemming wordt aangegeven. • De camcorder houdt automatisch het aantal dagen van de maand en schrikkeljaren bij.
31
Klok instellen
Ne
Na het instellen van de datum/tijd worden, telkens wanneer u de spanning inschakelt (in de camcorderprogramma’s TAPE CAMERA en CARD CAMERA), de datum/tijd en de tijdzone waarin u verblijft ongeveer 4 seconden lang getoond. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
SYSTEM
(
PLAY (VCR)
,
D/TIME SET••
18)
CARD
+
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
1.JAN.2002 12:00 AM
1. Druk op de toets MENU. • Het hoofdmenu verschijnt.
2. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag, kies SYSTEM en druk de SELECTschijf in.
Voorbereidingen
• Het submenu SYSTEM verschijnt.
3. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag, kies D/TIME SET en druk de SELECTschijf in. • De jaaraanduiding gaat knipperen.
4. Draai de SELECT-schijf naar boven of beneden om het jaar te veranderen. Druk de SELECT-schijf in om naar een ander deel van het display te gaan. • Nadat u eenmaal van het jaar weggaat, gaat het volgende gedeelte van het display knipperen.
5. Stel de maand, dag, uren en minuten op dezelfde wijze in. 6. Druk op de toets MENU als u klaar bent en om de klok te starten. •De datum kan op elk jaar tussen 2002 en 2030 worden ingesteld. • Als u tijdens het instellen op de toets MENU drukt, worden de seconden op nul ingesteld, sluit het menu en begint de klok te tikken. • Als u na het instellen van de minuten op de SELECT-schijf drukt, kunt u de datum en tijd nogmaals vanaf het begin instellen.
Datum/tijdweergave U kunt ervoor kiezen de datum/tijd tijdens het opnemen te tonen of te verbergen. Wanneer het datum- en tijddisplay is ingeschakeld (ON), worden de datum en tijd in de linker benedenhoek van het display aangegeven, maar de tijdzone verdwijnt na ongeveer 4 seconden. De datum en tijd worden niet over uw opnamen heen gelegd. TAPE
+
CAMERA
,
DISP.SET UP
(
CARD
+
CAMERA
GUIDE INFO•• OFF
18)
Om het display in te schakelen, opent u het menu en kies dan DISP.SET UP. Vervolgens kiest u GUIDE INFO, zet dit op D/T DISPLAY en sluit dan het menu.
32
Beginnen met opnemen 1CARD
1
4
STANDBY LOCK
TAPE
Ne
START STOP
3
STANDBY LOCK
2
Voordat u met opnemen begint • • • • • •
Sluit een stroombron aan ( 14). Leg een cassette in ( 16). Maak de riem van de handgreep vast ( 13). Bevestig de lenskap ( 12). Kies het display: zoeker ( 12) of LCD-scherm ( Stel de zoeker of het LCD-scherm in.
41).
Mogelijk wilt u ook de ondersteuningsbatterij plaatsen ( 136) om de datum- en tijdweergave in te stellen ( 30). Wilt u de filmfunctie instellen, zie dan "De filmfunctie selecteren" ( 48).
Opnemen 2. Zet de standby-schuif in STANDBY. • De spanningsindicator van de camcorder gaat rood branden en in het display verschijnt PAUSE — de camcorder is nu in de "opnamepauzestand". • Wilt u stilbeelden opnemen, zie dan "Stilbeelden opnemen op een cassette" ( 46) en "Stilbeelden opnemen op een geheugenkaart" ( 116).
Opnemen
1. Zet de POWER-schakelaar in CAMERA en de TAPE/CARD-schakelaar in TAPE.
3. Draai de programmakeuzeschakelaar naar de functie [ "Gemakkelijk opnemen". Hierdoor wordt het Easy Recording-programma voor gemakkelijk opnemen ingeschakeld. Met dit programma hoeft u alleen maar te richten en op te nemen zonder dat handmatige instellingen nodig zijn ( 51).
4. Druk op de start/stop-toets om de opname te beginnen. • Er zijn twee start/stop-toetsen waarmee u vanaf beide greepposities controle kunt uitoefenen. • De statuslamp knippert snel en in het display verschijnt REC. • Als u begint met opnemen, gaat de camcorder tellen van 0 SEC. tot 10 SEC. Opnames die korter zijn dan 10 seconden zijn later mogelijk moeilijk te monteren.
5. Druk nogmaals op de start/stop-toets om te pauzeren tijdens de opname. • De opnamepauzefunctie wordt opnieuw ingesteld en de aanduiding PAUSE verschijnt nogmaals in het display. • U kunt zo vaak als u wilt stoppen en opnieuw beginnen met opnemen door de start/stop-toets in te drukken.
Opnemen in een lage hoek Met de camcorder kunnen ook opnames worden gemaakt in een lage hoek. De hendel is uitgerust met een start/stop-toets, de foto-opnametoets PHOTO en zoomregelaars. De snelheid van de zoomregelaars op de hendel kan in het menu worden ingesteld op laag, gemiddeld of snel ( 40). Schuif de vergrendelingsschuif (LOCK) in de richting van de pijl om de hendelregelaars te vergrendelen zodat abusievelijke inschakeling wordt voorkomen.
33
Gebruik van de STANDBY-schuif
Ne
Zolang de POWER-schakelaar in CAMERA staat, kunt u de STANDBY-schuif gebruiken om de camcorder aan en uit te zetten. Hiermee bespaart u op batterijstroom en wordt abusievelijke inschakeling van de start/stop-toets voorkomen. Zet de STANDBY-schuif in STANDBY of LOCK om de standby-functie te activeren of uit te schakelen.
De energiebesparingsfunctie De camcorder wordt automatisch uitgeschakeld als u deze meer dan 5 minuten lang in de opnamepauzefunctie houdt. Hiermee beschermt u de band en videokoppen. U kunt ervoor kiezen de camcorder (SHUT OFF) of alleen het opnamegedeelte (VCR STOP) uit te schakelen. Kiest u VCR STOP, dan blijft de camcorder ingeschakeld, zodat camcorderinstellingen zoals diafragma en sluitertijd behouden blijven. Druk op de start/stop-toets om vanuit de VCR STOPtoestand met opnemen te beginnen. Druk op de programmeerbare insteltoets, waaraan VCR STOP is toegewezen, om de opnamepauzefunctie te activeren ( 56). Als u SHUT OFF heeft geselecteerd en de camcorder wordt uitgeschakeld, zet de standby-schuif dan in LOCK en terug naar STANDBY om de camcorder in te schakelen.
Opnemen
VCR STOP Selecteer in het menu VCR STOP als de functie van de programmeerbare insteltoets. Door op de programmeerbare insteltoets te drukken, wordt dan alleen het opnamegedeelte uitgeschakeld en blijft de camcorder ingeschakeld. Hierdoor kunt u de camcorderinstellingen wijzigen zonder dat de camcorder automatisch wordt uitgeschakeld. Om met opnemen te beginnen, drukt u op de VCR STOP-toets waarna de camera in de opnamepauzefunctie komt.
Nadat u klaar bent met opnemen • • • • • •
Sluit het LCD-paneel. Neem de cassette uit. Zet de standby-schuif in LOCK. Zet de POWER-schakelaar op OFF. Ontkoppel de voedingsbron. Als u de zoeker heeft gebruikt, klap deze dan omlaag naar de uitgangsstand.
Opmerkingen: • Om te controleren of de camcorder juist opneemt kunt u beter eerst een testopname maken. • Voordat u belangrijke opnamen maakt is het verstandig eerst de videokoppen te reinigen met een Canon DVM-CL digitale videokoppen reinigingscassette of een in de handel verkrijgbare digitale videokoppen reinigingscassette. • Om het LCD-paneel te sluiten, draait u deze eerst in verticale richting totdat het scherm naar u toe gericht is, en druk het paneel vervolgens plat tegen de zijkant van de camcorder. • Tijdens het opnemen kunt u het geluid niet beluisteren via de luidspreker. • Voor tips hoe u betere video’s kunt maken, zie 38. • Voor een langere opnametijd, zie "De opnametijd wijzigen" ( 35) • Tijdens close-up opnamen of bij opnamen door glas kan het voorkomen dat het knipperende statuslampje wordt gereflecteerd in de lens. U kunt het lampje eventueel uitschakelen ( 29).
34
De opnamefunctie wijzigen (SP/LP)
Ne
U kunt een band opnemen en afspelen in de functie SP (standaardweergave) of LP (langere weergave). Met LP kan de cassette 1,5 keer langer worden gebruikt. Op een cassette die is opgenomen in de functie LP is het niet mogelijk geluid toe te voegen (audio dubben) of beelden in te voegen (AV-invoegen). Bent u van plan naderhand één van deze functies te gebruiken, neem dan op in de functie SP. TAPE
+
CAMERA
TAPE
,
+
VCR SET UP
(
PLAY (VCR)
,
CARD
+
CAMERA
REC MODE•••• SP
18)
Om over te schakelen op de functie LP: open het menu en selecteer VCR SET UP. Selecteer vervolgens REC MODE, kies LP en sluit het menu. Opmerkingen:
Opnemen
• Bij het opnemen en afspelen van cassettes in de functie LP kunnen de aard van de band en de mate van slijtage invloed hebben op de opname, kan er een mozaïekachtige storing in het beeld verschijnen en kan het geluid vervormd raken tijdens het afspelen van banden die zijn opgenomen in de functie LP. Schakel daarom voor belangrijke opnamen de functie SP in. • Als op dezelfde cassette meer dan één opnamefunctie wordt gebruikt, kan het beeld tijdens het afspelen worden vervormd en is de tijdcodering mogelijk niet juist. • Wanneer de camcorder in de functie LP is ingesteld, kunnen tijdens pauzes tussen opnames mozaïekachtige storingen ontstaan. • Een cassette die op een andere camcorder in de functie LP is opgenomen, kan mozaïekachtige storingen vertonen wanneer de cassette op deze camcorder wordt afgespeeld, en vice versa.
16:9 (opname voor breedbeeld-TV) Produceert beelden in het formaat 16:9 voor afspelen op TV’s met een breed scherm. TAPE
+
CAMERA
,
CAM.SET UP
(
TAPE
+
PLAY (VCR)
16:9•••••••• OFF
18)
1. Open het menu en kies DISP. SET UP. 2. Selecteer vervolgens 16:9, stel dit in op ON en sluit dan het menu.
35
Met de 16:9-beeldlijnen kunt u het breedbeeldformaat 16:9 bekijken in de standaard breedte/hoogte-verhouding 4:3. De 16:9-beeldlijnen worden niet over uw opnames gelegd.
Ne
TAPE
+
CAMERA
,
DISP.SET UP
(
TAPE
+
PLAY (VCR)
16:9GUIDES•• OFF
18)
1. Open het menu en kies DISP. SET UP. 2. Selecteer vervolgens 16:9 GUIDES, stel dit in op ON en sluit dan het menu. Opmerkingen: • In het display wordt "16:9" getoond wanneer u het 16:9-effect inschakelt. • Als u op een normale TV een opname afspeelt die voor 16:9 is gemaakt, wordt het beeld verticaal samengedrukt.
In- of uitschakelen van de opnamedisplays
Opnemen
U kunt het display wijzigen door de toets DISPLAY/ DATA CODE in te drukken. Telkens wanneer u de toets DISPLAY/DATA CODE indrukt, wordt het display als volgt gewijzigd:
DISPLAY/ DATA CODE
Normale weergave Opnamefunctie, operationele functie, tijdcode, waarschuwingen, datum en tijd* Datum en tijd* Geen display * Verschijnt wanneer in het submenu DISP. SET UP (camera-menu) de functie GUIDE INFO is ingesteld op D/T DISPLAY.
Opmerkingen: • Het display wordt gereset als u met de POWER-schakelaar of standby-schuif de stroom uitschakelt. • Dezelfde informatie wordt weergegeven op een aangesloten TV-scherm (TV SCREEN-functie). • De indicator voor het audioniveau kan via het menu naar keuze worden getoond of verborgen, onafhankelijk van de toets DISPLAY/DATA CODE.
36
Pieptonen ter bevestiging/waarschuwing
Ne
De korte pieptonen waarmee bedieningshandelingen worden bevestigd, worden in de illustraties aangegeven door `. U hoort deze pieptonen bijvoorbeeld wanneer u de camcorder inschakelt, tijdens het aftellen van de timer, even voordat de camcorder zichzelf automatisch uitschakelt en bij een ongebruikelijke toestand van de camcorder. Pieptonen worden op de band niet opgenomen. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
SYSTEM
(
PLAY (VCR)
,
CARD
+
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
BEEP••• ON
18)
Om het display uit te schakelen, opent u het menu en kies SYSTEM. Vervolgens kiest u BEEP, stel dit in op OFF en sluit dan het menu.
Demonstratiefunctie U kunt een demonstratie zien van de belangrijkste functies van de camcorder. Als u de demo wilt zien, ga dan als volgt te werk: • Zorg ervoor dat er geen cassette of geheugenkaart in de camcorder aanwezig is, en schakel in het CAM.MENU of C.CAM.MENU de functie DEMO MODE in en sluit het menu. • Laat de camcorder zonder cassette of geheugenkaart vijf minuten staan nadat u deze hebt ingeschakeld.
+
CAMERA
,
DISP. SET UP
(
CARD
+
CAMERA
Opnemen
TAPE
DEMO MODE••• ON
18)
De demo-functie wordt als volgt uitgeschakeld: open het menu en selecteer DISP. SET UP. Selecteer vervolgens DEMO MODE, kies OFF en sluit het menu. Opmerkingen: • De openingsanimatie verschijnt niet als de demonstratiefunctie is uitgeschakeld. • De demonstratiefunctie wordt, nadat deze is gestart, als volgt stopgezet: druk op een willekeurige toets, schakel de stroom uit, stop een cassette in de camcorder of plaats een geheugenkaart.
37
Tips voor het maken van betere video’s De camcorder vasthouden
Ne
Houd de camcorder stevig met uw rechterhand vast en houd uw rechterelleboog tegen uw lichaam aangedrukt om een maximale stabiliteit te krijgen. Ondersteun, indien nodig, de camcorder met uw linkerhand. Door oefening kunt u de bedieningsorganen op de tast bedienen zonder uw ogen van de actie af te halen.
Een statief gebruiken
Opnemen
Om ongewenste bewegingen geheel te vermijden kunt u de camcorder op een statief plaatsen (of een plat oppervlak op een geschikte hoogte) en het toestel met de draadloze afstandsbediening bedienen. • Wanneer u een statief gebruikt, zorg er dan voor dat de zoeker niet blootgesteld blijft aan helder zonlicht, omdat deze dan kan inbranden. (Het licht wordt door de lens geconcentreerd.) Wijzig de hoek van de zoeker zodanig dat de zon er niet in schijnt. • Zorg ervoor dat de bevestigingsschroef van het statief niet langer is dan 5,5 mm, omdat anders de camcorder beschadigd kan raken.
38
Geluidsopname Voor meer mogelijkheden bij de geluidsopname kunt u een externe microfoon aansluiten op de MICaansluiting. Bij gebruik van de MIC-aansluiting moet u een microfoon met een ingebouwde voeding gebruiken (condensator-microfoon). U kunt praktisch iedere stereo-microfoon gebruiken, mits deze voorzien is van een stekker van 3,5 mm. Het audioniveau zal echter anders zijn dan bij gebruik van de ingebouwde microfoon.
Compositie
Ne
Het belangrijkste element in de scène hoeft zich niet in het centrum te bevinden. Probeer uw onderwerp eens iets meer naar de zijkant te plaatsen om een interessanter beeld te krijgen. Laat wat ruimte over aan de kant van het kader waarnaar het onderwerp wijst of waarheen het zich beweegt. Laat niet het bovenste van het hoofd van uw onderwerp buiten beeld, en zorg ervoor dat u mensen niet ‘afsnijdt’ bij de nek, heupen of knieën (ga een klein beetje naar boven of beneden).
Pas op voor storende voorwerpen op de achtergrond.
Beeldhoek Probeer uw beeldhoek te kiezen voor u begint in plaats van in te zoomen terwijl u opneemt. Een goede manier om een verhaal te vertellen met video is om te beginnen met een enscenering vanuit de verte die de situatie neerzet, om vervolgens die situatie uit te diepen met middellange beelden en close-ups om details te laten zien. Onthoud dat u voor elke enscenering uw gezichtspunt dient te veranderen.
Middellang shot
Close-up
Opnemen
Onthoud dat iedere beweging van de camcorder of verandering in beeldcompositie een bepaald doel moet hebben. Vermijd overbodige of halfslachtige bewegingen.
Lang shot
Camcorderbewegingen Gebruik draaibewegingen om een landschap op te nemen of een bewegend voorwerp te volgen. Kies het gebied dat u wilt bestrijken en ga met uw gezicht naar het einde van uw draaihoek staan. Draai, zonder uw voeten te verzetten, uw Meedraaien heupen naar de beginpositie. Start de opname, en begin na (PAN) een paar seconden langzaam te draaien vanuit de heup. Houd het laatste beeld een paar seconden vast voor u de opname stopt. Kantel de camcorder om de hoogte van het onderwerp te benadrukken. Kantel naar beneden van de top van een gebouw bijvoorbeeld als een inleiding voor onderwerpen die zich aan de voet hiervan bevinden.
Kantelen (TILT)
39
Zoomen T
Inzoomen
Ne
ZOOM W
Uitzoomen
W
W
T
T
Deze camcorder is uitgerust met 20× optische zoom en 100× digitale zoom. Optische zoom en digitale zoom kunnen worden ingesteld vanaf de greep aan de zijkant, de hendel van de camcorder of met de draadloze afstandsbediening. • Digitale zoom kan niet worden gebruikt in het camcorderprogramma CARD CAMERA.
20× optische zoom Schuif de zoomregelaar naar W toe om uit te zoomen naar groothoek. Schuif de zoomregelaar naar T toe om in te zoomen naar de telepositie.
Opnemen
• De snelheid van de zoomregelaars op de camcorder kan worden gewijzigd in het submenu CAMERA SET UP (ZOOM GRIP: variabel, laag, gemiddeld en snel; ZOOM HANDLE: laag, gemiddeld en snel. • De snelheid van de zoomregelaar op de afstandsbediening kan niet worden afgesteld.
40×/100× digitale zoom De digitale zoom vergroot het zoombereik van de camcorder tot max. 5x. TAPE
+
CAMERA
CAM. SET UP
(
D.ZOOM••• OFF
18)
Om de digitale zoomfunctie te veranderen, opent u het menu en kies dan CAM.SET UP. Kies vervolgens DIGITAL ZOOM, stel dit in op 40 ×of 100 × en sluit het menu. De zoomregeling blijft werken zoals altijd. U kunt in- en uitzoomen tussen 1× en 40× of 1× en 100x vergroting — de camcorder schakelt automatisch om tussen optisch zoomen (tot 20×) en digitaal zoomen (20× tot 100×).
Opmerkingen: • Bij zoomen moet u als regel ten minste 1 meter afstand aanhouden tussen uzelf en het onderwerp. Wanneer de zoom echter in de groothoekstand staat, kunt u onderwerpen scherpstellen die slechts 1 cm van de lens af zijn. • Des te verder u in het digitale zoombereik naar 100× zoomt des te verder vermindert de beeldresolutie. • De zoomindicator wordt langer (lichtblauw) wanneer de digitale zoom ingesteld wordt op 40×. De zoomindicator wordt nog langer (een donkere kleur blauw) wanneer de digitale zoom ingesteld wordt op 100×.
40
Het LCD-scherm gebruiken Het LCD-scherm openen
Ne
Verschuif de toets OPEN van het LCD-paneel en open het paneel door het weg te trekken van de camcorder. Hierdoor gaat het LCD-scherm automatisch aan en de zoeker uit. Als u het LCD-paneel sluit, wordt het LCDscherm automatisch uitgeschakeld en de zoeker weer ingeschakeld.
De hoek van het LCD-scherm wijzigen Open eerst het LCD-paneel in een rechte hoek (90°) ten opzichte van de camcorder.
U kunt nu de door u gewenste paneelhoek kiezen door het paneel om de aslijn naar achteren (tot 180°) en naar voren (tot 90°) te draaien. Opnemen
Als u het paneel tot 180° naar achteren draait, kunt u het onderwerp met de opname op het LCD-scherm laten meekijken of kunt u uzelf in het beeld plaatsen. Wanneer het paneel in deze stand staat, wordt tevens de zoeker geactiveerd. Vanaf deze stand kunt u het paneel ook plat tegen de camcorder drukken, met het scherm naar buiten gericht.
Opmerkingen: • Raak het LCD-scherm niet aan terwijl u het LCD-paneel beweegt. • Houd de camcorder niet bij het LCD-paneel of de zoeker vast. • Draai altijd eerst het LCD-paneel 90° open voordat u probeert om dit naar achteren of naar voren te draaien. • Draai het LCD-paneel altijd verticaal op zijn plaats voordat u het sluit of voordat u het plat tegen de zijkant van de camcorder duwt. • Sluit het LCD-paneel altijd in zijn geheel als het niet in gebruik is. • Let erop dat u de LCD, de zoeker of de lens, buitenshuis of binnenshuis achter glas, niet blootstelt aan direct zonlicht. Hierdoor kunnen deze onderdelen namelijk ernstig worden beschadigd. • Als fel licht op het LCD-scherm schijnt kan hierdoor het beeld moeilijk te zien zijn. Schakel in dit geval over naar de zoeker. U kunt de helderheid van het LCD-scherm naar wens bijstellen.
41
De helderheid van het display afstellen
Ne
U kunt de helderheid van het LCD-scherm en die van van de zoeker afzonderlijk instellen. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
DISP. SET UP
(
PLAY (VCR)
,
+
CARD
LCD BRIGHT••–
+
EVF BRIGHT••–
+
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
18)
1. Open het menu en kies DISP. SET UP. 2. Kies LCD BRIGHT of EVF BRIGHT en stel de helderheid bij. • Draai de SELECT-schijf omhoog om het display helderder te maken, en naar beneden om het donkerder te maken.
3. Sluit het menu. Opmerkingen:
Opnemen
• De camcorder onthoudt uw helderheidsinstellingen zelfs als u de POWER-schakelaar naar OFF schuift. • De helderheid van het LCD-scherm of de zoeker heeft geen invloed op de helderheid van de opgenomen beelden.
Over het LCD-scherm Het bij deze camcorder ingebouwde LCD-scherm is een uiterst precies product. Maar kleine zwarte stipjes of heldere lichtpuntjes (rood, blauw of groen) kunnen onafgebroken op het LCD-scherm blijven staan. Dit is geen storing van het LCD-scherm en deze stipjes of lichtpuntjes worden niet op de band opgenomen. (Effectieve beeldpunten: meer dan 99.99%)
Het onderwerp laten meekijken met de opname Wanneer u het LCD-paneel zodanig draait dat het in de richting van de lens wijst, kunt u uzelf of kan het onderwerp van de opname zichzelf zien tijdens het opnemen. • In het menu kunt u voor de displaystijl kiezen tussen omgekeerd (LCD MIRROR ON) of niet (LCD MIRROR OFF).
TAPE
+
CAMERA
,
DISP. SET UP
(
42
18)
CARD
+
CAMERA
LCD MIRROR••• ON
Om de spiegelfunctie uit te schakelen, opent u het menu en kies vervolgens DISP.SET UP.
Ne
Vervolgens kiest u MIRROR, stel dit in op OFF en sluit dan het menu. • LCD MIRROR ON: Het beeld verschijnt omgekeerd als in een spiegel. • LCD MIRROR OFF: Het beeld verschijnt hetzelfde als wordt opgenomen. • Als u LCD MIRROR ON inschakelt, blijft de opname zelf onveranderd.
De indicators die in het LCD-scherm verschijnen wanneer MIRROR is ingeschakeld: Programma TAPE CAMERA: REC Opnamepauzetoets REC PAUSE EJECT
Programma CARD CAMERA: Geen kaart Opnemen op een geheugenkaart
Opnemen
Programma CARD CAMERA Opnemen op een geheugenkaart
De indicator voor het audioniveau wordt als volgt weergegeven: Op het LCD-scherm: Automatisch
Handmatig
Op de zoeker: Automatisch
Handmatig
43
De beeldstabilisator uitschakelen Ne
Zelfs de kleinste beweging van uw hand is te zien bij filmen met de telelens. Met de optische beeldstabilisator van de XM2 is het echter mogelijk stabiele opnamen te maken bij een zeer sterke vergroting. Anders dan bij elektronische beeldstabilisators treedt geen verlies van beeldkwaliteit op. De optische beeldstabilisator biedt compensatie voor een groot aantal camcorderbewegingen — u maakt zelfs stabiele opnames vanuit een rijdende auto. TAPE
+
CAMERA
,
CAM.SET UP
Opnemen
(
CARD
+
CAMERA
IMAGE S.i••• ON
18)
Om de beeldstabilisator uit te schakelen, opent u het menu en kies dan CAM.SET UP. Kies vervolgens IMAGE S. i, stel dit in op OFF en sluit dan het menu. • In het display verschijnt het teken i wanneer de beeldstabilisator uitgeschakeld is. • De beeldstabilisator kan niet uitgeschakeld worden wanneer de programmakeuzeschakelaar in de stand [ voor gemakkelijk opnemen (Easy Recording) staat.
Opmerkingen: • De camcorder onthoudt uw keuze ook als u de camcorder uitschakelt. • De beeldstabilisator is ontworpen om kleine schommelingen en bewegingen te ondervangen. • Houd de beeldstabilisator uitgeschakeld wanneer de camcorder op een statief gemonteerd is.
44
Het ND-filter gebruiken Ne ND FILTER ON/OFF
Op heldere dagen of tijdens het opnemen van taferelen bij fel licht kan het voorkomen dat het beeld vervaagt, ook wanneer het kleinste diafragma is ingesteld. Als dit gebeurt, kan met het NDfilter dit probleem worden opgelost.
Schakel het ND-filter in door op de toets ND FILTER ON/OFF te drukken. • In het display wordt ononderbroken ND weergegeven wanneer het ND-filter is ingeschakeld. – Als in het display ND ON knippert, is dit een advies om het ND-filter in te schakelen. (Deze aanduiding verschijnt echter niet in de handmatige functie of tijdens belichtingsvergrendeling.) – ND ON met een knipperend "ON" is een advies om een extern ND-filter* aan te sluiten of is een aanduiding dat het licht nog te fel is, ondanks dat u het ND-filter heeft ingeschakeld. Opnemen
– ND OFF met een knipperend "OFF" waarschuwt u dat het ND-filter onder de huidige omstandigheden niet langer geschikt is. Als deze waarschuwing verschijnt, moet u het ND-filter uitschakelen door nogmaals op de toets ND FILTER ON/OFF te drukken. * Als u geen extern ND-filter heeft, zorg dan voor een snellere sluitertijd in het Tv-programma of open het diafragma in het Av-programma.
Opmerkingen: • Het ND-filter kunt u niet in- of uitschakelen tijdens belichtingsvergrendeling of wanneer de fotoopnameknop PHOTO half ingedrukt is. • De camcorder onthoudt uw keuze als u de standby-schuif in LOCK zet. De camcorder wordt echter weer gereset naar de OFF-instelling als u de POWER-schakelaar naar OFF schuift.
45
Stilbeelden opnemen op een cassette Als u op een geheugenkaart stilbeelden wilt opnemen, zie dan
116.
Ne
PHOTO
U kunt stilbeelden opnemen zoals foto’s. De camcorder neemt het beeld en geluid enige seconden lang op de cassette op. De belichting wordt automatisch bijgesteld. Als u uw opname begint met een stilbeeld, is het gemakkelijker om later met de fotozoekfunctie (Photo Search) ( 91) het begin terug te vinden. Tijdens normaal filmen kunt u ook op elk gewenst moment een foto nemen of u kunt eerst de opnamepauzefunctie inschakelen en daarna een stilbeeld nemen.
Opnemen
TAPE
+
CAMERA
Tijdens opnemen
Druk de toets PHOTO volledig in. Het stilbeeld zal dan meteen worden opgenomen. • De camcorder legt het beeld onmiddellijk vast, en neemt de "foto" vervolgens ongeveer 6 seconden lang op de cassette op. Tijdens deze periode worden ook geluiden opgenomen en wordt het stilbeeld in het display getoond. • Een telleraanduiding verschijnt en begint te tellen terwijl de camcorder het beeld opneemt. • De camcorder keert terug naar de opnamepauzefunctie. In de opnamepauzefunctie
1. Druk de toets PHOTO halverwege in en houd de toets in deze stand vast: • De aanduiding "PHOTO" knippert rechtsonder in het display. • De belichting wordt vergrendeld. • F knippert wit in het display terwijl de camcorder scherpstelt en gaat dan ononderbroken als een groen lampje branden wanneer de camcorder gereed is voor het opnemen van een stilbeeld. • Als het onderwerp voor scherpstelling niet geschikt is ( 142), is het mogelijk dat de camcorder niet kan scherpstellen, en blijft in het display F wit knipperen. Blijf de toets PHOTO half ingedrukt houden, en stel vervolgens handmatig scherp met behulp van de scherpstelring. • Als u handmatige scherpstelling gebruikt ( 77), gaat de aanduiding F ononderbroken groen branden. Stel scherp met de scherpstelring.
46
2. Druk de toets PHOTO volledig in om het stilbeeld op te nemen.
Ne
• De camcorder legt het beeld onmiddellijk vast, en neemt de "foto" vervolgens ongeveer 6 seconden lang op de cassette op. Tijdens deze periode worden ook geluiden opgenomen en wordt het stilbeeld in het display getoond. • Een telleraanduiding verschijnt en begint te tellen terwijl de camcorder het stilbeeld opneemt. De aanduiding F verdwijnt uit het display. • De camcorder keert terug naar de opnamepauzefunctie.
Opmerkingen: • De camcorder keert nadat een stilbeeld ongeveer 6 seconden lang is opgenomen, automatisch terug naar de opnamepauzefunctie. Als u gedurende die tijd de POWER-schakelaar op OFF zet, zal de camcorder alleen reageren nadat de opname voltooid is. • De toets PHOTO van de draadloze afstandsbediening heeft geen halverwege-stand. Druk de toets volledig in zodat de camcorder het beeld meteen opneemt.
Opnemen
47
De filmfunctie selecteren (Normaal/Frame) De framefunctie kan worden gebruikt wanneer u scène voor scène een video wilt bekijken zonder dat flikkering optreedt (wat zich gewoonlijk voordoet tijdens pauze van een video). De verticale resolutie van het beeld wordt verbeterd met 1.5×. Zet tijdens het afspelen de video in de pauzestand als u in het display of op een aangesloten TV-scherm een kristalhelder beeld wilt zien. Het is ook mogelijk om uw favoriete stilbeelden naar een PC over te zetten om ze daar te verbeteren en af te drukken. Aangezien de herhalingsfrequentie in de buurt van die van een film ligt, kan deze functie worden gebruikt om een "filmische uitstraling" te creëren.
Ne
TAPE
+
CAMERA
CAM.SET UP
(
MOVIE MODE•• NORMAL
18)
1. Schuif de programmakeuzeschakelaar naar Q (programma AE). 2. Open het menu en kies CAM. SET UP. 3. Selecteer vervolgens MOVIE MODE, stel dit in op FRAME en sluit dan het menu. • In het display verschijnt FRAME.
Opnemen
Opmerkingen:
48
• Om terug te keren naar normaal opnemen, moet u in het CAMERA-menu bij MOVIE MODE opnieuw NORMAL selecteren. • Bij het programma voor gemakkelijk opnemen (Easy Recording) kunt u de framefunctie niet gebruiken. • Het is mogelijk dat framevideo tijdens normaal afspelen niet geheel vloeiend wordt weergegeven. • De digitale effecten WIPE, OVERLAP, STROBE en TRAIL kunnen niet worden gebruikt wanneer de MOVIE MODE is ingesteld op FRAME.
Zoeken en bekijken tijdens opnemen Opname zoeken Als de camcorder in de opnamepauzefunctie staat, kunt u met "opname zoeken" de band voorwaarts of achterwaarts afspelen om het punt te zoeken waar u (opnieuw) met opnemen wilt beginnen. Dit is handig wanneer u aan een eerder gebruikte cassette een nieuwe scène wilt toevoegen. Met ’opname zoeken’ zorgt u voor een naadloze en ruisloze overgang tussen de nieuwe scène en de oude. TAPE
+
Ne REC SEARCH
CAMERA
1. Druk op de camcorder op de toets REC SEARCH + of - en houd deze toets ingedrukt terwijl u in het display het beeld bekijkt. • De toets + speelt de opname voorwaarts af en de toets - achterwaarts.
2. Laat de toets los wanneer u het punt hebt gevonden waar u met de opname wilt beginnen. • De camcorder keert terug naar de opnamepauzefunctie.
Opname bekijken
TAPE
+
Opnemen
Als de camcorder in de opnamepauzefunctie staat, kunt u ’opname bekijken’ gebruiken om de laatste paar seconden van uw opname te bekijken en vervolgens automatisch naar de opnamepauzefunctie terug te keren. U kunt zich er snel van overtuigen of een scène juist is opgenomen en dan doorgaan met het opnemen van de volgende scène, zonder in het beeld ruis te veroorzaken. CAMERA
1. Druk de toets c (opname bekijken) in en laat deze los terwijl u in het display het beeld bekijkt. • De camcorder spoelt de band terug, speelt de laatste paar seconden af en keert terug naar de opnamepauzefunctie.
Let op: • Tijdens "opname zoeken" en "opname bekijken" kan er op het beeld ruis optreden.
49
De verschillende opnameprogramma’s gebruiken Ne
De camcorder beschikt over zeven opnameprogramma’s. Ze bestaan uit verschillende combinaties van camcorder-instellingen voor belichting en andere functies die zo goed mogelijk passen bij de omstandigheden van de opname.
Beschikbaarheid van functies in elk opnameprogramma Gemakkelijk opnemen (Easy Recording) EXP-schijf: belichtingsvergrendeling i Opnameprogramma
Tv
Handmatig
Av
h
Zand & Sneeuw
Spotlight
i
h
h
EXP-schijf: instelling diafragma
i
i
i1)
h
h
i1)
i1)
EXP-schijf: sluitertijd
i
i
h
i1)
h
i1)
i
EXP-schijf: instelling versterking
i
h
i1)
i
Toets W. BALANCE SELECT
Opnemen
Automatisch
i
i (Automatisch)
h
Toets W. BALANCE SET
i
h
Voorkeuze-instelling (Custom Preset)
i
h
Toets CSTM PRESET
i
h
Toets FOCUS A/M
i
h
Scherpstelring
i
h
Toets CSTM KEY
h
h
i (Normaal)
h
i (UIT)
h
Filmfunctie
16:9 Frequentie Clear Scan
i
Activering Clear Scan
i
Digitale effecten (excl. kleurenbalken)
i
i
h2)
i
h2)
i
i
3)
i
h
i
h
h
Kleurenbalken
h
Digitale zoom (alleen programma TAPE CAMERA)
h
h : Beschikbaar
i : Niet beschikbaar
1): Kan worden gebruikt als de belichting is vergrendeld. 2): De frequentie kan worden geselecteerd wanneer Clear Scan is geactiveerd. 3): De sluitertijd kan niet worden gewijzigd wanneer de belichting vergrendeld is terwijl Clear Scan is geactiveerd.
50
Functie AE-programma instellen TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
Ne
CAMERA
1. Schuif de programmakeuzeschakelaar naar Q (programma AE). 2. Druk op de SELECT-schijf om het programmamenu op te roepen. 3. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag en verplaats de pijl omhoog of omlaag door het menu. 4. Druk op de SELECT-schijf om het gewenste opnameprogramma te selecteren. • Het opnameprogramma verschijnt in het display.
Opmerkingen: • De naam van het door u gekozen opnameprogramma verschijnt ononderbroken in de linkerzijde van het display, met uitzondering van Auto, dat na 4 seconden verdwijnt. • Vermijd het wisselen van opnameprogramma’s tijdens het opnemen omdat de helderheid van het beeld plotseling kan veranderen. • De gespecialiseerde AE-programma’s zijn niet geschikt voor alle lichtomstandigheden. Het beeld kan flikkeren, of er kan op het scherm een heldere lijn verschijnen als u de camcorder gebruikt onder lichtomstandigheden die niet geschikt zijn.
Easy Recording
[
[
Opnemen
De eenvoudigste manier om de camcorder te gebruiken is met de programmakeuzeschakelaar in de stand [. De camcorder zal zorgen voor scherpstellen, belichting en andere instellingen, zodat u uw handen vrij heeft om te filmen.
Automatisch Zet onder normale opname-omstandigheden de programmakeuzeschakelaar in AUTO. Dit is hetzelfde als het Easy Recording-programma, behalve dat u nu de mogelijkheid heeft om enkele van de handmatige bedieningsfuncties van de camcorder te gebruiken.
AUTO
AUTO
51
Prioriteit geven aan sluitertijd (sluitertijdvoorkeuze: Tv)
Ne
Gebruik dit programma om de sluitertijd te selecteren. Diafragma en versterking worden automatisch ingesteld.
TV:
TV:
Selecteer de Tv-functie en stel de sluitertijd in door de EXP-schijf naar boven of beneden te draaien. • Draai naar + voor een langere sluitertijd (het beeld wordt helderder) en naar – voor een kortere sluitertijd (het beeld wordt donkerder).
Sluitertijden
Opnemen
• U kunt kiezen uit 12 sluitertijden tussen 1/6 en 1/16000. In het programma CARD CAMERA zijn sluitertijden mogelijk van 1/50 tot 1/500. Als u omschakelt van TAPE CAMERA naar CARD CAMERA, wordt de sluitertijd automatisch gewijzigd: - Sluitertijden van 1/1000 en meer in het programma TAPE CAMERA → 1/500. - Sluitertijden van 1/25 en minder in het programma TAPE CAMERA → 1/50 • Bij opnames op heldere en zonnige dagen zal de camcorder vaak een groot F-getal instellen om de hoeveelheid intredend licht af te stellen, waardoor de scherpstelling vermindert. Dit kan worden gecorrigeerd door een snellere sluitertijd in te stellen of met het ND-filter de hoeveelheid licht te verminderen. • Als u probeert een sluitertijd in te stellen die onder de betreffende omstandigheden te hoog of te laag is, gaat in het display de indicator knipperen. In dat geval moet de instelling worden verhoogd of verlaagd totdat de indicator niet langer knippert. Het is mogelijk dat het beeld niet vloeiend is wanneer een hoge sluitertijd is ingesteld.
Opmerkingen: • Als opnames worden gemaakt bij zeer weinig licht, bevelen wij aan gebruik te maken van een Canon Speedlite ( 66) of videolamp ( 71), die beide verkrijgbaar zijn als optionele accessoire. • De geselecteerde sluitertijd wordt gereset als u de stroom uitschakelt, het opnameprogramma wijzigt of de belichting bijstelt.
Prioriteit geven aan diafragma (diafragmavoorkeuze: Av) Gebruik dit programma om het diafragma (diameter van het irisdiafragma) te selecteren om u een maximale controle te geven over de scherptediepte. Kies uit 10 diafragmawaardes (f/1.6, f/2.0, f/2.4, f/2.8, f/3.4, f/4.0, f/4.8, f/5.6, f/6.7, f/8.0) in het programma TAPE CAMERA en 9 diafragmawaardes in het programma CARD CAMERA (f/2.0 tot f/8.0). De sluitertijd en versterking worden automatisch ingesteld.
Av
Av
Selecteer de Av-functie en stel het diafragma in door de EXP-schijf omhoog of omlaag te draaien. • Draai naar + om het diafragma te openen (het F-getal te verlagen) en naar – om het diafragma te sluiten (het F-getal te verhogen). • Als u probeert een F-getal in te stellen dat onder de betreffende omstandigheden te hoog of te laag is, gaat in het display de indicator knipperen. In dat geval moet de instelling worden verhoogd of verlaagd totdat de indicator niet langer knippert.
Opmerkingen:
52
• De geselecteerde diafragmawaarde wordt gereset als u de stroom uitschakelt, het opnameprogramma wijzigt of de belichting bijstelt. • Als het ND-filter op ON staat en het F-getal wordt verhoogd, kan het beeld donkerder worden. Stel het ND-filter in op OFF en stel opnieuw in.
Handmatig (
74)
Ne
Selecteer dit programma als u bij het opnemen alle creatieve vrijheid wilt hebben. U kunt het diafragma, de sluitertijd en versterking afzonderlijk instellen om precies de belichting te krijgen die u wilt. U kunt in het programma TAPE CAMERA kiezen uit 30 sluitertijden (1/6 tot 1/16000), 19 diafragmawaardes (f/1.6 tot f/8.0) en 4 versterkingswaardes (0dB tot +18dB).
Handbediening:
Selecteer de functie MANUAL en stel de sluitertijd, het diafragma en de versterking in. • Zie voor meer bijzonderheden "De belichting handmatig instellen" (
74).
SAND & SNOW (zand en sneeuw) Gebruik dit programma op plaatsen waar de achtergrond zo fel verlicht is dat het onderwerp onderbelicht in het display overkomt — bijvoorbeeld op een zonnig strand of in een ski-oord. Er kan enige trilling optreden bij het filmen van bewegende onderwerpen.
SAND & SNOW (zand en sneeuw)
SAND & SNOW (zand en sneeuw)
SPOTLIGHT (spotlicht) SPOTLIGHT (spotlicht)
SPOTLIGHT (spotlicht)
Opnemen
Gebruik deze functie bij het opnemen van de door een spot of andere felle lampen verlichte scènes. De belichting wordt automatisch bijgesteld zodat het onderwerp zonder waas scherp wordt opgenomen.
53
Geluid opnemen De audiofunctie kiezen
Ne
De XM2 kan geluid opnemen in twee audiofuncties: • 16-bits (48 kHz, 2 kanalen) voor de hoogste geluidskwaliteit • 12-bits (32 kHz, 2 van 4 kanalen) voor opnames op twee kanalen (stereo 1), waarbij twee kanalen (stereo 2) vrij blijven waaraan u later nieuw geluid kunt toevoegen. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
*
* Alleen beschikbaar wanneer AUDIO DUB. ingesteld is op MIC. IN. VCR SET UP
(
AUDIO MODE•• 16bit
18)
1. Om de functie te wijzigen, opent u het submenu VCR SET UP en kies AUDIO MODE. 2. Selecteer een functie en sluit het menu. • De naam van de geselecteerde functie wordt 4 seconden lang in het display weergegeven.
Let op:
Opnemen
• Voor meer informatie over audio-invoer en hoe u op stereo 2 een band met toegevoegd geluid moet afspelen, kunt u 109 raadplegen.
Het ingebouwde microfoongeluid selecteren U kunt het microfoongeluid afstemmen op de opnamesituatie. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
*
* Alleen beschikbaar wanneer AUDIO DUB. ingesteld is op MIC. IN. VCR SET UP
(
MIC••••••••••NORMAL
18)
1. Open het submenu VCR SET UP en kies MIC. 2. Selecteer de instelling en sluit het menu. NORMAL: VOICE: W.SCREEN:
54
Algemene opnames. Voor opnames van de stem van een persoon. Voor winderige plaatsen zoals het strand of bij gebouwen. Onthoud dat zacht geluid samen met het lawaai van de wind nog zachter wordt.
Het niveau van de audio-opname instellen
Ne
De camcorder stelt het niveau van de audio-opname automatisch in wanneer de schakelaar REC LEVEL ingesteld is op A. U kunt het opnameniveau van de ingebouwde microfoon of een via de MIC-aansluiting of geavanceerde accessoireschoen aangesloten externe microfoon echter handmatig instellen (inclusief microfoons die zijn aangesloten via de optionele microfoonadapter MA-300). De camcorder is aan de zijkant uitgerust met een indicator voor het audioniveau. U kunt deze indicator ook weergeven op het LCD-scherm of de zoeker (open het menu, kies DISPLAY SET UP en stel AUDIO LEVEL in op ON).
Indicator audioniveau aan de zijkant van de camcorder: Op automatisch ingesteld:
Op handmatig ingesteld: MANU
L -dB 50 40 R
30
20
12 6 2 0
L -dB 50 40 R
30
20
12 6 2 0
Indicator audioniveau op LCD-scherm of zoeker: Op automatisch ingesteld:
Op handmatig ingesteld:
2. Stem de L/R LEVEL-schijf af op het gewenste opnameniveau. • Stel het niveau zodanig af dat dit iets hoger is dan 12-punts (de grotere 2 op het LCD-scherm of de zoeker). • Stel, indien nodig, de balans in door de L/R LEVEL-schijf te verdraaien. • Ook wanneer u de LEVEL-schijf omlaag draait, kan het geluid vervormd klinken als het ingangsniveau nog te hoog is. Schakel in dat geval de microfoondemper in.
Opnemen
1. Schuif de schakelaar REC LEVEL naar M.
Microfoondemper Gebruik de microfoondemper als u tijdens het opnemen of dubben van audio het volumeniveau moet verlagen of de audiovervorming van de audio-invoer moet corrigeren. Beluister het niveau van de invoer met de hoofdtelefoon. Stel, indien nodig, de demper in op ON in het submenu VCR SET UP van het menu CAMERA of VCR.
55
De programmeerbare insteltoets (Custom Key) gebruiken Aan de programmeerbare insteltoets kunt u veel gebruikte functies toewijzen (afzonderlijk voor de camcorderprogramma’s TAPE CAMERA, TAPE PLAY (VCR), CARD CAMERA en CARD PLAY (VCR)). Op deze wijze kunt u de camcoder precies afstemmen op de opnamesituaties.
Ne
Standaardinstellingen: Programma Programma Programma Programma
TAPE CAMERA: TAPE PLAY (VCR): CARD CAMERA: CARD PLAY (VCR):
INDEX WRITE TV SCREEN ZEBRA PATTERN TV SCREEN
Om in TAPE CAMERA of CARD CAMERA de huidige instelling van de programmeerbare insteltoets (CSTM KEY) te bekijken, opent u het menu en kies DISPLAY SET UP, GUIDE INFO en CUSTOM KEY. In TAPE PLAY (VCR) of CARD PLAY (VCR) opent u het menu, kies DISPLAY SET UP en stel CUSTOM KEY in op ON. De huidige instelling wordt op het scherm weergegeven. Aan de programmeerbare insteltoets kunnen de hieronder genoemde functies worden toegewezen. * Functies met een asterisk kunnen alleen worden geregeld door de programmeerbare insteltoets.
Opnemen
TAPE + CAMERA
TAPE + PLAY (VCR)
Indexering (Index Write)* Zebrapatroon Video stoppen (VCR Stop)* TV-scherm Microfoon Microfoondemper Snelheid greepzoom Snelheid hendelzoom Indicator audioniveau AE-verschuiving Beeldstabilisator
CARD + CAMERA
TV-scherm Microfoon Microfoondemper Audiodemper Indicator audioniveau
CARD + PLAY (VCR) TV-scherm
Zebrapatroon TV-scherm Snelheid greepzoom Snelheid hendelzoom AE-verschuiving Beeldstabilisator
Instelling wijzigen van de programmeerbare insteltoets TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
,
CUSTOM KEY
(
18)
1. Open het menu en kies CUSTOM KEY. 2. Selecteer de functie. 3. Sluit het menu.
56
CARD
+
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
De programmeerbare insteltoets (CSTM KEY) gebruiken
Ne
• Een functie die is toegewezen aan de programmeerbare insteltoets, wordt beschreven als een toets met dat effect (bijv. toets "INDEX WRITE"). TAPE
Indexering
+
CAMERA
Aan uw opname kunt u een indexsignaal toevoegen om later in het programma VCR gemakkelijk te kunnen zoeken. • Het indexsignaal kunt u niet later toevoegen of wissen. • De toets "INDEX WRITE" kunt u niet gebruiken tijdens foto-opnames of opnames met de intervaltimer. • Indexering kan alleen plaatsvinden met de programmeerbare insteltoets.
• Als u opneemt Druk op de toets "INDEX WRITE" en het indexsignaal wordt ongeveer 6 seconden opgenomen. Gedurende deze tijd verschijnt "INDEX" in de zoeker.
In de opnamepauzefunctie 1. Druk op de toets "INDEX WRITE" en in het display verschijnt "INDEX". 2. Druk op de start/stop-toets om de opname te beginnen. • Het indexsignaal wordt ongeveer 6 seconden lang opgenomen. Daarna verdwijnt INDEX. TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
Het zebrapatroon is een reeks diagonale strepen die in het display verschijnen om overbelichte gebieden aan te duiden. Gebruik deze als richtlijn om het diafragma (iris) en de sluitertijd in te stellen. Deze functie kan ook worden geselecteerd in CAM. SET UP in het menu CAMERA of CARD CAMERA (ZEBRA). Het zebrapatroon kan in hetzelfde submenu (ZEBRA LEVEL) worden afgesteld ( 83).
Opnemen
Zebrapatroon
Druk op de toets "ZEBRA" om het zebrapatroon weer te geven. Druk opnieuw op de toets om dit te annuleren. • De camcorder neemt het zebrapatroon niet op. Het verschijnt alleen in het display.
VCR STOP
TAPE
+
CAMERA
U kunt het opnamegedeelte uitschakelen en de camcorder ingeschakeld laten. Op deze wijze kunt u de camcorder instellen zonder dat u rekening hoeft te houden met de 5-minuten timer. • Video stoppen (VCR STOP) kan alleen worden geregeld met de programmeerbare insteltoets. Druk op de toets "VCR STOP" om het opnamegedeelte uit te schakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar de opnamepauzefunctie.
57
TV-scherm
Ne
TAPE
+
CAMERA
,
+
TAPE
PLAY (VCR)
+
CARD
,
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
U kunt de informatie op het LCD-scherm of de zoeker weergeven op een aangesloten TV. Druk op de toets "TV SCREEN" om de informatie op het TV-scherm weer te geven. Druk de toets SET opnieuw in om dit te annuleren.
Microfoon:
TAPE
+
CAMERA
TAPE
,
+
PLAY (VCR)
*
* Alleen mogelijk wanneer AUDIO DUB. is ingesteld op MIC. IN. Druk op de toets "MIC". Selecteer de geluidskwaliteit (NORMAL, VOICE, W. SCREEN) door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien en vervolgens in te drukken.
Microfoondemper
TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
*
* Alleen mogelijk wanneer AUDIO DUB. is ingesteld op MIC. IN. Gebruik de microfoondemper als u, tijdens opnemen of audio dubben, het volume lager moet zetten of de audiovervorming via de microfoon wilt corrigeren.
Opnemen
Druk op de toets "MIC ATT". Selecteer ON of OFF door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien en deze vervolgens in te drukken.
Snelheid greepzoom
TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
Druk op de toets "ZOOM GRIP". Selecteer de snelheid van de greepzoom (VARIABLE, LOW, MEDIUM, FAST) door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien en deze vervolgens in te drukken.
Snelheid hendelzoom
TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
Druk de toets "ZOOM HANDLE" in. Selecteer de snelheid van de hendelzoom (LOW, MEDIUM, FAST) door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien en deze vervolgens in te drukken.
58
TAPE
Indicator audioniveau
+
CAMERA
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
Ne
Druk de toets "AUDIO LEVEL" in om op het LCD-scherm of de zoeker de indicator van het audioniveau weer te geven. Druk de toets opnieuw in om dit te annuleren.
AE-verschuiving
+
TAPE
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
• Alleen mogelijk wanneer het opnameprogramma ingesteld is op AUTO, Tv of Av. Druk op de toets "AE SHIFT" om het menu AE SHIFT op te roepen. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag en maak een keuze tussen –2.0 en +2.0. Druk op de SELECT-schijf om het menu te sluiten.
Beeldstabilisator
TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
Druk op de toets "Image Stabilizer" om de beeldstabilisator in of uit te schakelen.
Audiodemper
TAPE
+
CAMERA
Gebruik de audiodemper als u, tijdens het opnemen of audio dubben, het volume lager moet zetten of vervorming van de audio-invoer moet corrigeren. Druk op de toets "AUDIO ATT". Selecteer ON of OFF door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien en deze vervolgens in te drukken. Opnemen
59
Digitale effecten gebruiken Toon uw creativiteit door gebruik te maken van de speciale effecten en digitale faders. Deze digitale effecten en faders kunnen uw opnamen visueel aantrekkelijker en gevarieerder maken.
Ne
Faders:
Starten of beëindigen van scènes op een cassette met een fade (geleidelijke overgang) naar of vanaf zwart ( 60). Fade Trigger, Wipe*, Overlap* Effecten: Smaak toevoegen aan uw opnamen ( 63). Zwart/wit, Sepia, Art, Gespiegeld, Mozaïek, Stroboscoop*, Spoor* Kleurenbalken: U kunt standaard SMPTE-kleurenbalken weergeven en opnemen ( 65). * Kan niet worden geselecteerd wanneer de filmfunctie ingesteld is op FRAME of wanneer een langzame sluitertijd is ingesteld (1/8, 1/15, 1/30).
Fader Effecten Kleurenbalk
Film h h h
TAPE CAMERA Stilbeeld i h h
CARD CAMERA Stilbeeld i i i
h= Beschikbaar, i= Niet beschikbaar
Opnemen
Opmerkingen: • Wanneer u de digitale effecten niet wilt gebruiken, drukt u op de toets D.EFFECTS/BARS SELECT en kies dan D.EFFECTS |. Druk op de toets D.EFFECTS/BARS ON/OFF om het menu te sluiten. • De camcorder onthoudt het geselecteerde digitale effect ook als u de camcorder uitschakelt. • Digitale effecten kunnen ook worden geregeld vanaf de draadloze afstandsbediening.
Faders Fade Trigger Het beeld wordt geleidelijk zichtbaar. Wanneer u stopt met opnemen, wordt het geleidelijk vager en verdwijnt het.
Wipe De camcorder onthoudt de laatst opgenomen scène als een stilbeeld voordat de opnamepauzefunctie wordt geactiveerd. Als u begint op te nemen, verschijnt de film vanaf de rechterzijde van het scherm totdat het gehele scherm wordt gevuld.
60
Overlapping
Ne
De camcorder onthoudt de laatst opgenomen scène als een stilbeeld voordat de opnamepauzefunctie wordt geactiveerd. Als u begint op te nemen, verandert het stilbeeld geleidelijk in de scène die u opneemt.
De Fade Trigger gebruiken Het geluid en beeld zullen tegelijk in- en uitfaden. Bij gebruik van de fade-functies in het programma TAPE CAMERA moet de programmakeuzeschakelaar op Q staan. TAPE
+
CAMERA
FADER
(
FADER••••••• FADE-T
18)
1. Druk op de toets D.EFFECTS/BARS SELECT. Het digitale effectenmenu verschijnt.
2. Kies FADER en druk de SELECT-schijf in. 3. Selecteer FADE-T en druk op de toets D.EFFECTS/BARS SELECT. • Het menu wordt gesloten en in het display knippert FADE-T.
4. Druk op de toets D.EFFECTS/BARS ON/OFF.
Opnemen
• De instellingen van FADE-T, WIPE en OVERLAP verschijnen.
• De naam van uw keuze stopt met knipperen. • Telkens wanneer u op de toets D.EFFECTS/BARS ON/OFF drukt, wordt de fader ingeschakeld (aanduiding licht continu op) of uitgeschakeld (aanduiding knippert).
5. Druk op de start/stop-toets.
61
Wipe en Overlapping gebruiken
Ne
Bij het gebruik van faders in het programma TAPE CAMERA moet de programmakeuzeschakelaar op Q staan. TAPE
+
CAMERA
FADER
(
FADER••••••• OVERLAP
18)
1. Druk op de toets D.EFFECTS BARS SELECT. Het digitale effectenmenu verschijnt.
2. Kies FADER en druk de SELECT-schijf in. • De instellingen van FADE-T, WIPE en OVERLAP verschijnen.
3. Kies WIPE of OVERLAP en druk op de toets D.EFFECTS/BARS SELECT. Het menu wordt gesloten en de naam van de gekozen fader knippert in het display.
4. Druk tijdens het opnemen op de toets D.EFFECTS/BARS ON/OFF. • De naam van uw keuze stopt met knipperen. • Telkens wanneer u op de toets D.EFFECTS ON/OFF drukt, wordt de gekozen fader ingeschakeld (aanduiding licht continu op) of uitgeschakeld (aanduiding knippert).
Tijdens opnemen Opnemen
5. Druk op de start/stop-toets.
62
• De laatst opgenomen scène wordt onthouden als een stilbeeld en de camcorder gaat over op de opnamepauzefunctie.
6. Druk op de start/stop-toets. • Het opnemen begint, en het stilbeeld gaat geleidelijk over in de scène die u opneemt.
Effecten
Ne
Zwart-wit (BLK & WHT) Voor een zwart-wit beeld.
Sepia Het beeld wordt zwart-wit met een bruine tint.
Art Het beeld wordt als een verf (solarisatie).
Gespiegeld Opnemen
Creëert een symmetrisch beeld alsof er in het midden van het scherm een spiegel aanwezig is.
Mozaïek Het beeld wordt vaag door vergroting van het formaat van enige pixels.
Stroboscoop Het beeld wordt weergegeven in een reeks stilbeelden, waardoor een slow-motion-effect ontstaat.
Spoor Bewegingen van de camcorder of bewegende onderwerpen laten een nabeeld met sporen achter.
63
De effecten activeren
Ne
TAPE
+
CAMERA
EFFECT
(
EFFECT•••••••BLK&WHT
18)
1. Druk op de toets D.EFFECTS/BARS SELECT. • Het digitale effectenmenu verschijnt.
2. Kies EFFECT en druk op de SELECT-schijf. • De instellingen verschijnen.
3. Kies het effect en druk op de toets D.EFFECTS/BARS SELECT. • Het menu wordt gesloten en de naam van het gekozen effect knippert in het display.
4. Druk op de toets D.EFFECTS/BARS ON/OFF.
Opnemen
• De naam van uw keuze stopt met knipperen en het effect wordt geactiveerd. • Telkens wanneer u op de toets D.EFFECTS/BARS ON/OFF drukt, wordt het effect geactiveerd (aanduiding licht continu op) of uitgeschakeld (aanduiding knippert).
64
De kleurenbalken gebruiken U kunt standaard SMPTE-kleurenbalken weergeven en opnemen.
Ne De kleurenbalken activeren TAPE
+
CAMERA
COLOR BARS
(
18)
1. Druk op de toets D. EFFECTS/BARS SELECT. • Het digitale effectenmenu verschijnt.
2. Kies COLOR BARS en druk op de SELECT-schijf. • Het menu wordt gesloten en in het display knippert COLOR BARS.
3. Druk op de toets D. EFFECTS/BARS ON/OFF. • In het display verschijnen de kleurenbalken. • Telkens wanneer u op de toets D.EFFECTS BARS ON/OFF drukt, worden de kleurenbalken geactiveerd of uitgeschakeld.
Opnemen
65
Een Canon Speedlite gebruiken voor flitsfotografie (optioneel) Voor spiegelreflex-achtige flitsfotografie kunt u op de accessoireschoen een Canon Speedlite 220EX, 420EX of 550EX aansluiten. Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de Speedlite.
Ne
De Speedlite bevestigen Schakel de camcorder uit voordat u de Speedlite aansluit of verwijdert. Schuif de Speedlite op de accessoireschoen en maak deze vast met de schoenvergrendeling.
De Speedlite gebruiken
Opnemen
1. Schakel de voeding van de Speedlite in. • Wacht totdat de Speedlite is opgeladen. • Terwijl de Speedlite wordt opgeladen, knippert in het display het teken S in wit. • Wanneer de Speedlite volledig opgeladen is, licht in het display het teken S ononderbroken in groen op. • Vervang de batterij van de Speedlite als het witte teken S blijft knipperen.
2. Druk op de toets PHOTO om het stilbeeld op te nemen. • Zorg ervoor dat de Speedlite opgeladen is voordat u het stilbeeld opneemt. Hoewel het mogelijk is om op te nemen terwijl de Speedlite nog wordt opgeladen, zal de flits niet werken. De Speedlite kan niet worden opgeladen als u de toets PHOTO half ingedrukt houdt. • S verdwijnt uit het display terwijl de camcorder het stilbeeld opneemt. • Als in het display het teken S niet verschijnt wanneer u de Speedlite inschakelt, overtuig u er dan van of de Speedlite volledig op de accessoireschoen is geschoven.
Opmerkingen:
66
• Schakel de Speedlite uit als u geen flits nodig heeft. • In de volgende gevallen kunt u de Speedlite niet gebruiken: - In het opnameprogamma MANUAL (handmatig). - Wanneer de belichting vergrendeld is (S wordt uitgeschakeld als u de EXPOSURE-schijf indrukt. Dit teken verschijnt weer wanneer u de vergrendeling uitschakelt door nogmaals de EXPOSUREschijf in te drukken.) • In de functie sluitertijdvoorkeuze (Tv) kunt u elke sluitertijd kiezen tussen 1/50 en 1/1000 en Clear Scan (kaart: tussen 1/ 50 en 1/500). • De afstandsschoen en het verbindingssnoer voor EOS-modellen kunnen met de XM2 niet worden gebruikt. • De uitklapflitser op de Speedlite 420EX en 550EX kan met de XM2 niet worden gebruikt. • De meervoudige regeling van de Speedlite 420EX/550EX en de Speedlite-zender ST-E2 kunnen met de XM2 niet worden gebruikt. • Bij opnames onder donkere omstandigheden is het mogelijk dat tijdens automatische scherpstelling door de Speedlite een hulplicht wordt uitgezonden om het onderwerp te verlichten terwijl u op de camcorder de toets PHOTO half ingedrukt houdt.
Opnemen met de interval-timer Met de interval-timer kunt u gedurende een geselecteerde tijdsduur met geselecteerde tussenpozen beelden opnemen. Deze functie is handig voor opnames van bloemen, dieren en andere natuurverschijnselen. U kunt een tussenpoze instellen van 30 seconden, 1 minuut, 5 minuten of 10 minuten, en een opnametijd van 0,5 seconde, 1 seconde, 1,5 seconde, of 2 seconden.
Ne
Voorbeeld: 2 seconden opnametijd met een tussenpoze van 5 minuten (= standby-tijd van 5 minuten inclusief de opnametijd van 2 seconden) 2 sec.
Ongeveer 4 min. 58 sec.
Opname
Tussenpoze 5 min.
2 sec. Opname
Ongeveer 4 min. 58 sec. Tussenpoze 5 min.
Standaardinstelling: Opnametijd: 0,5 seconde Tussenpoze: 30 seconden
TAPE
+
CAMERA
CAM.SET UP
(
INTERVAL
INTERVAL T.• ON
18)
REC TIME•••• 0.5sec
Opnemen
INTERVAL•••• 30sec
1. Zet de POWER-schakelaar op CAMERA en de TAPE/CARD-schakelaar op TAPE. • Plaats een cassette .
2. Open het submenu CAM. SET UP en kies a INTERVAL. • Het menu van de interval-timer verschijnt.
3. Kies INTERVAL T. en stel dit in op ON. •U keert nu terug naar het menu van de interval-timer.
4. Kies INTERVAL en stel de tussenpoze in. •U keert nu terug naar het menu van de interval-timer.
5. Kies REC TIME en stel de opnametijd in. 6. Sluit het menu. 7. Druk op de start/stop-toets om de opname te beginnen. • De interval-opname begint en in het display verschijnt INT T. • Wanneer de tussenpoze is ingesteld op 30 seconden of 1 minuut, wordt tussen de opnames de opnamepauzefunctie ingeschakeld. Wanneer de tussenpoze is ingesteld op 5 of 10 minuten, stopt de camcorder tussen opnames.
67
Pauzeren tijdens interval-opnamens
Ne
Druk op de start/stop-toets. • De opnamepauzefunctie wordt ingeschakeld en in het display knippert de aanduiding INT T. • Druk nogmaals op de start/stop-toets om weer met de opname te beginnen. Interval-opnames beëindigen
Zet de camcorder in de opnamepauzefunctie en zet INTERVAL T op OFF in het interval-menu. Let op:
Opnemen
• Het display voor resterende band verschijnt mogelijk niet.
68
Opnemen met de zelfontspanner Voor stilbeelden
Ne START /STOP PHOTO SELF TIMER MENU
Voor films STANDBY LOCK
MENU
De zelfontspanner is handig wanneer u tijdens de video- of stilbeeld-opname op cassette of geheugenkaart zelf in beeld wilt verschijnen. TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
1. Open het menu, kies VCR SET UP en zet de SELF-TIMER op ON. of druk op de toets SELF TIMER op de draadloze afstandsbediening. • De aanduiding SELF-T verschijnt in het display. • Om het onderwerp met de opname mee te laten kijken, draait u het LCD paneel 180° (
42).
Voor films • De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na 2 seconden bij gebruik van de draadloze afstandsbediening). Hoeveel tellen het nog duurt wordt in het display weergegeven (bijv. "5 SEC"). • De aanduiding SELF-T verdwijnt uit het display zodra het opnemen begint. • Het statuslampje gaat knipperen.
Opnemen
2. Druk op de start/stop-toets.
3. Druk op de start/stop-toets om de opname te beëindigen. Voor stilbeelden
2. Druk op de toets PHOTO op de camcorder of op de draadloze afstandsbediening. • De camcorder stelt automatisch scherp 2 seconden voordat het aftellen klaar is. De aanduiding F knippert wit en verandert in groen nadat de scherpstelling en belichting ingesteld zijn. Als u de afstandsbediening gebruikt, dan begint de aanduiding F onmiddellijk na het indrukken van de toets PHOTO te knipperen. • De camcorder neemt het stilbeeld ongeveer 6 seconden lang op. • Als de camcorder in TAPE CAMERA staat, keert deze na een cassetteopname terug naar de opnamepauzefunctie. Als de camcorder in CARD CAMERA staat, dan verschijnt na de opname op een geheugenkaart het beeld dat wordt opgenomen.
Opmerkingen: • Om de instelling van de zelfontspanner te annuleren, zet u via het menu de SELF-TIMER op OFF, of druk op de toets SELF-TIMER op de draadloze afstandsbediening. • Om het aftellen van de zelfontspanner te annuleren, drukt u op de start/stop-toets (bij het opnemen van een film) of op de toets PHOTO (bij het opnemen van een stilbeeld).
69
DV-regeling gebruiken Als via een DV-kabel op de XM2 een ander apparaat zoals een camcorder of een videoopnameapparaat is aangesloten, kunt u het andere apparaat bedienen (opnemen en opnamepauze) door op de XM2 op de start/stop-toets te drukken.
Ne
TAPE
+
CAMERA
SYSTEM
(
DV CONTROL•• OFF
18)
1. Open het menu en kies SYSTEM. 2. Kies DV CONTROL, stel dit in op ON en sluit het menu. Het indrukken van de start/stop-toets heeft het volgende resultaat: A. Wanneer de XM2 in de opnamepauzefunctie staat: XM2: Opnemen: aangesloten apparaat:Opnemen
B. Wanneer de XM2 bezig is met opnemen: XM2: Opnamepauzefunctie
Aangesloten apparaat: Opnamepauzefunctie
C. Wanneer de XM2 niet gereed is voor opnames (geen cassette aanwezig, etc.) Opnemen
Aangesloten apparaat: Opnemen/opnamepauzefunctie
D. Na het inleggen van een cassette terwijl het aangesloten apparaat opneemt: XM2: Opnemen: aangesloten apparaat: Gaat door met opnemen Als nogmaals de start/stop-toets wordt ingedrukt, dan heeft dit het volgende resultaat: XM2: Opnamepauzefunctie Aangesloten apparaat: Opnamepauzefunctie Wanneer het aangesloten apparaat bezig is met opnemen, verschijnt [REC] in het display van de camcorder. Wanneer de opname wordt gestopt, verschijnt [STOP]. Wanneer het andere apparaat in een andere functie dan opnemen, opnamepauze of stop staat, verschijnt, [- - -]. [DV IF] knippert indien DV CONTROL ingesteld is op ON en via de DV-kabel geen apparaat is aangesloten.
Opmerkingen: • Wanneer de XM2 met opnemen stopt zonder dat de start/stop-toets wordt ingedrukt (bijvoorbeeld wanneer de band het einde heeft bereikt) terwijl zowel de XM2 als het aangesloten apparaat aan het opnemen zijn, gaat het aangesloten apparaat door met opnemen. • Wanneer via een DV-kabel twee XM2’s worden aangesloten, zorg er dan voor dat DV CONTROL van het aangesloten apparaat ("connected device") op OFF staat. • Er kan voor DV-regeling slechts één apparaat op de XM2 worden aangesloten. • Het is mogelijk dat de DV-regeling niet met elk aangesloten apparaat goed werkt. • De instelling van de DV-regeling wordt door de camcorder onthouden, ook als u de stroom uitschakelt. Zorg ervoor dat u na gebruik van de DV-regeling de instelling controleert, omdat de band in het aangesloten apparaat overschreven kan worden. • Een DV-kabel mag niet langer zijn dan 4,5 m.
70
Gebruik van de videolamp VL-3 (optioneel) 1
Ne
LOCK
1
K LOC
LOCK
TO AU ON F OF LO
CK
3
Met de optionele videolamp kunt u ook in donkere ruimtes opnames maken. Deze videolamp VL-3 wordt zonder kabel bevestigd aan de geavanceerde accessoireschoen van de camcorder en wordt gevoed door de stroomvoorziening van de camcorder. Zie de gebruiksaanwijzing van de videolamp VL-3 voor nadere bijzonderheden. Schakel de camcorder uit voordat u de videolamp aansluit of losmaakt.
1. Schuif de videolamp op de accessoireschoen en maak de lamp vast met de schoenvergrendeling. • Schuif de videolamp in de richting van de pijl die op de onderkant van de lamp staat, totdat de videolamp stevig op zijn plaats vastklikt. • Let erop dat u de videolamp niet van de camcorder wegtrekt als u de schroef vastmaakt.
2. Zet de camcorder in TAPE CAMERA of CARD CAMERA. • C (Verbinding) verschijnt in het display. • ON: De videolamp brandt voortdurend. • AUTO: De videolamp wordt in/uitgeschakeld overeenkomstig de lichtomstandigheden waaronder wordt opgenomen. In het opnameprogramma MANUAL (handmatig): als de videolamp aan was op het moment dat u naar MANUAL overschakelde, blijft de lamp aan. Als de lamp uit was toen u naar MANUAL overschakelde, blijft de lamp uit.
Opnemen
3. Zet de aan/uit-schakelaar van de videolamp op AUTO of ON.
Voorzorgsmaatregelen: • Tijdens of meteen na gebruik van de lamp mag u de lamp en de omringende onderdelen niet aanraken; deze kunnen zeer heet zijn. Houd de videolamp uit de buurt van plastic en andere brandbare materialen. • Kijk niet rechtstreeks in de videolamp wanneer deze ingeschakeld is. • Draag de camcorder nooit aan de videolamp.
71
Gebruik van de microfoon DM-50 (optioneel) Ne
De hooggevoelige richtingsmicrofoon "Directional Stereo Microphone DM-50" wordt zonder kabel bevestigd aan de geavanceerde accessoireschoen en wordt gevoed door de stroomvoorziening van de camcorder. Gebruik de microfoon bij opnemen op de cassette of bij audio dubben. Zie de gebruiksaanwijzing van de DM-50 voor nadere bijzonderheden. Schakel de camcorder uit voordat u de microfoon aansluit of losmaakt.
1. Schuif de microfoon op de accessoireschoen en maak vast met de schoenvergrendeling.
Opnemen
• Schuif de microfoon in de richting van de pijl die op de onderkant van de microfoon staat, totdat de microfoon stevig op zijn plaats vastklikt. • Let erop dat u de microfoon niet wegtrekt als u de schroef vastdraait.
2. Zet de camcorder in TAPE CAMERA. • C (Verbinding) verschijnt in het display.
3. Kies de gewenste instelling van de gevoeligheidsschakelaar. SHOTGUN: Voor het opnemen van helder geluid vanaf de voorzijde (mono). STEREO 1: Voor het opnemen van geluid vanaf de voorzijde en het omringende gebied. STEREO 2: Voor het opnemen van omringend geluid in een breder bereik dan bij STEREO 1.
Opmerkingen: • Draag de camcorder nooit aan de microfoon. • De DM-50 pikt geen geluid op als op de MIC-aansluiting van de camcorder op een andere microfoon is aangesloten.
72
De microfoonadapter MA-300 gebruiken (optioneel) Ne
Met de microfoonadapter MA-300 kunt u in de camcorder audio invoeren met behulp van microfoons die zijn uitgerust met XLR-connectors, en videosignalen omzetten voor de BNCconnector. Zie de gebruiksaanwijzing van de MA-300 voor nadere bijzonderheden.
De microfoonadapter aansluiten op de camcorder. Schakel de camcorder uit voordat u de microfoonadapter aansluit of verwijdert.
1. Schuif de microfoonadapter recht op de accessoireschoen van de camcorder. • Schuif de microfoonadapter in de richting van de pijl aan de onderzijde en klik hem vast.
De microfoon aansluiten
Opnemen
2. Maak de schoenvergrendeling vast in de richting van de pijl.
Een microfoon met een diameter van 25 mm kan rechtstreeks op de microfoonadapter worden aangesloten. Het is mogelijk dat de microfoon, al naargelang hoe deze is bevestigd, trillingsruis opvangt.
1. Maak de klemschroef los en open de microfoonklem. 2. Plaats de microfoon in de klem en draai de klemschroef vast. • Plaats de microfoon zodanig dat deze niet op het LCD-scherm of de zoeker verschijnt.
3. Sluit de microfoon aan op de audio-ingang. 4. Schakel de camcorder in. • C (verbinding) verschijnt op het LCD-scherm of de zoeker als de camcorder in de opname- of de opnamepauzefunctie staat. • De ingebouwde microfoon van de camcorder wordt automatisch uitgeschakeld.
Opmerkingen: • De accessoireschoen van de microfoonadapter is bedoeld voor exclusief gebruik met microfoons die zijn bevestigd aan een camera-opbouw. • Om videosignalen uit te voeren via de BNC-connector, dient de meegeleverde videokabel te worden aangesloten op de aansluiting VIDEO IN en de aansluiting AV van de camcorder.
73
De belichting handmatig instellen Ne
EXP
1. Zet het opnameprogramma op MANUAL. 2. Druk op de EXP-schijf. • Naast de sluitertijdwaarde verschijnt een pijl.
3. Draai de EXP-schijf omhoog of omlaag om de sluitertijd te verhogen of verlagen. • U kunt kiezen uit 30 sluitertijden (1/6 tot 1/16000) in TAPE CAMERA en 15 sluitertijden (1/50 tot 1/700) in CARD CAMERA. • Zie "Over sluitertijden" ( 75).
shutter speed
iris
no display
gain
Opnemen
4. Druk op de keuzeschijf. • De pijl wordt verplaatst naar het F-getal.
5. Draai de EXP-schijf omhoog of omlaag om het irisdiafragma te openen of sluiten. • U kunt kiezen uit 19 diafragmawaardes (f/1.6 tot f/8) in TAPE CAMERA en 17 diafragmawaardes (f/2.0 tot 1/8) in CARD CAMERA, of het irisdiafragma volledig sluiten. • Zie "Over het irisdiafragma" ( 75).
6. Druk de EXP-schijf in. • De pijl wordt verplaatst naar de versterkingswaarde.
7. Draai de EXP-schijf omhoog of omlaag om de versterking te verhogen of verlagen. • Stel de versterking in op 0 dB, +6 dB, +12 dB of +18 dB in TAPE CAMERA of 0 dB, +6 dB of +12 dB in CARD CAMERA. • Zie "Over versterking" ( 75).
Opmerkingen: • De waardes van de sluitertijd, het F-getal en de versterking worden gereset als u de POWERschakelaar op OFF zet. Als u de standby-schuif gebruikt, worden door de camcorder de door u gekozen waardes onthouden. • Er verschijnt een staafaanduiding in het display die de standaardbelichting aangeeft. • U kunt de belichting in de functie Auto, Tv en Av ook handmatig instellen, maar u moet eerst de belichting vergrendelen om de sluitertijd en het irisdiafragma in te stellen.
74
● Over sluitertijden
Ne
Draai de EXP-schijf naar + voor een langere sluitertijd, of naar – voor een kortere sluitertijd. Beschikbare sluitertijden in TAPE CAMERA: 1/6sec
1/12 sec
1/25 sec
1/50 sec
1/60 sec
1/75 sec
1/90 sec
1/300 sec
1/250 sec
1/210 sec
1/180 sec
1/150 sec
1/120 sec
1/350 sec
1/400 sec
1/500 sec
1/600 sec
1/700 sec
1/800 sec
1/2300 sec
1/2000 sec
1/1600 sec
1/1400 sec
1/1200 sec
1/1000 sec
1/2800 sec
1/3200 sec
1/4000 sec
1/8000 sec
1/16000 sec
CS
Beschikbare sluitertijden in CARD CAMERA: 1/50 sec
1/60 sec
1/75 sec
1/90 sec
1/120 sec
1/150 sec
1/400 sec
1/350 sec
1/300 sec
1/250 sec
1/210 sec
1/180 sec
1/500 sec
1/600 sec
1/700 sec
● Over het irisdiafragma
Beschikbare F-getallen in TAPE CAMERA: F1.6*
F1.8*
F2*
F2.2*
F2.4*
F2.6*
F2.8
F3.2
F6.2
F5.6
F5.2
F4.8
F4.4
F4
F3.7
F3.4
F6.7
F7.3
F8
CLOSE
Opnemen
Draai de EXPOSURE-schijf naar + voor een kleinere scherptediepte, of naar – voor een grotere scherptediepte.
Beschikbare F-getallen in CARD CAMERA: F2*
F2.2*
F2.4*
F2.6*
F2.8
F3.2
F3.4
F3.7
F7.3
F6.7
F6.2
F5.6
F5.2
F4.8
F4.4
F4
F8
CLOSE
* Mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van de zoompositie.
● Over de versterking Draai de EXPOSURE-schijf naar + om de versterking te vergroten of naar – om deze te verlagen. Beschikbare versterkingswaardes in TAPE CAMERA: 0 dB, +6 dB, +12 dB, +18 dB Beschikbare versterkingswaardes in CARD CAMERA: 0 dB, +6 dB, +12 dB
75
Belichtingsvergrendeling/instelling
Ne
●Belichtingsvergrendeling Vergrendel de belichting op het huidige niveau om controle uit te oefenen over de helderheid van het beeld. Om de belichting te vergrendelen, druk u de EXP-schijf in. Druk nogmaals op deze schijf om terug te gaan naar het automatisch ingestelde belichtingsniveau.
EXP
Opmerkingen: • U kunt de belichting niet vergrendelen in het opnameprogramma [ voor gemakkelijk opnemen (Easy Recording) of MANUAL. • Het standaardbelichtingsniveau hangt af van welk opnameprogramma u heeft geselecteerd, maar de sluiter werkt normaliter met 1/50 seconde. • De helderheid van het onderwerp kan veranderen als u tijdens belichtingsvergrendeling zoomt. • Als u de POWER-schakelaar op OFF zet of de standby-schuif op LOCK, wordt de camcorder gereset naar automatische belichting.
Opnemen
●Belichtingsinstelling Als de belichting vergrendeld is, kunt u deze handmatig instellen om onder moeilijke lichtomstandigheden het beeld helderder of donkerder te maken of om de sfeer van het tafereel te manipuleren. Het irisdiafragma van de camcorder kan handmatig, tussen volledig gesloten en volledig geopend, in elke willekeurige positie worden ingesteld. Om het opgenomen beeld helderder te maken, draait u de EXP-schijf omhoog (tot een maximum van +11). Dit kan nodig zijn als de achtergrond erg helder is, of wanneer het onderwerp vanaf achteren wordt belicht. Om het opgenomen beeld donkerder te maken, draait u de EXP-schijf omlaag (naar een minimum van –11). Dit kan nodig zijn als de achtergrond erg donker is, of wanneer het onderwerp in een spotlight staat.
76
EXP
E.LOCK ±0
E.LOCK +11
E.LOCK ±0
E.LOCK –11
Handmatig scherpstellen De camcorder kan automatisch scherpstellen. Het enige wat u hoeft te doen is de camcorder richten en gewoonlijk wordt dan scherpgesteld op wat er in het midden van het display is. Als de scherpstelling niet OK is, dan kan het zijn dat het onderwerp voor automatische scherpstelling niet geschikt is. ( 142). Ook wanneer u een ander filter dan het UV- of ND-filter aansluit, kan het voorkomen dat de automatische scherpstelling niet goed werkt.
Ne
1. Schuif de programmakeuzeschakelaar naar Q. 2. Druk de toets FOCUS A/M zodanig in dat in het display MF verschijnt. 3. Zoom met de zoomregelaar helemaal in tot de telepositie. 4. Verdraai de scherpstelring om scherp te stellen.
FOCUS A/M
5. Gebruik de zoomregelaar om het onderwerp opnieuw in het kader te plaatsen. • Om automatische scherpstelling te hervatten, drukt u nogmaals op de toets FOCUS A/M.
Opmerkingen: Opnemen
• Het is mogelijk dat bij opnames onder donkere omstandigheden het beeld in het LCD-scherm niet scherp is. • Als tijdens handmatige scherpstelling wordt gezoomd, zoom dan uit naar groothoek nadat scherp is gesteld in de telepositie. • De scherpstelling kan verloren gaan als u naar de telepositie zoomt nadat in de groothoekpositie is scherpgesteld. • Automatische scherpstelling wordt aanbevolen voor zoomen naar de telepositie vanaf de groothoekpositie. • Als u de POWER-schakelaar op OFF of de standby-schuif op LOCK instelt, wordt de camcorder gereset naar automatische scherpstelling.
77
Witbalans instellen Het automatische witbalanssysteem compenseert voor een groot scala aan lichtomstandigheden. Hoewel kleine variaties onvermijdelijk zijn zullen kleuren natuurlijk overkomen in vrijwel elke situatie.
Ne
In sommige gevallen zult u betere resultaten krijgen door de witbalans met de hand in te stellen of een van de twee voorkeuze-functies te gebruiken:
W.BALANCE SELECT
x Binnenshuis-functie • Bij filmen met halogeen- of studio/videolampen • Onderwerp heeft één overheersende kleur • Close-ups UBuitenshuis-functie • Filmen bij daglicht, vooral dichtbij-opnamen en wanneer het onderwerp één overheersende kleur heeft
TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
Opnemen
1. Zet de programmakeuzeschakelaar op Q. 2. a) Voor automatische witbalans, of witbalans binnenshuis of buitenshuis drukt u op de toets W. BALANCE SELECT. • In het display verschijnt x/U wanneer u de witbalans op binnenshuis/buitenshuis instelt.
b) Voor handmatige instelling van de witbalans: q Richt de camcorder op een wit object (zoals een blad papier) en zoom in totdat het display hiermee is gevuld. w Druk op de toets W. BALANCE SELECT. • In het display verschijnt W. e Druk op de insteltoets WHITE BALANCE W. • W knippert snel in het display en blijft daarna branden om te tonen dat de camcorder de witbalans heeft ingesteld. • Het teken kan, al naargelang de lichtbron, soms langzamer gaan knipperen in plaats van dat de aanduiding blijft branden. Het resultaat zal beter zijn dan met de automatische instelling, en u kunt doorgaan met opnemen.
78
Bij filmen onder de volgende omstandigheden geeft handmatig instellen van de witbalans een beter resultaat dan het automatische systeem:
Ne
Onderwerpen met één dominerende kleur zoals een strakke lucht, een gladde zee of een woud.
Close-ups
Snel veranderende belichtingsomstandigheden
Bij filmen onder bepaalde soorten TL-verlichting of kwikdamplampen. Opnemen
Opmerkingen: • Schakel digitale zoom uit (indien nodig) om een witbalans te verkrijgen die nauwkeuriger is. • Als de lichtomstandigheden veranderen, reset de witbalans dan door eerst terug te keren naar de automatische instelling, en selecteer vervolgens opnieuw de handmatige balans. • Probeer op te nemen met het licht uit één enkele bron. Een correcte witbalans kan niet worden verkregen voor twee soorten verlichting tegelijkertijd. • U kunt de witbalans niet met de hand instellen of de binnenshuis/buitenshuis-functie kiezen als de programmakeuzeschakelaar in de stand [ (Easy Recording) staat. • Wanneer u de programmakeuzeschakelaar in [ (Easy Recording) zet, wordt voor de witbalans weer de automatische instelling ingeschakeld. • De witbalans wordt teruggezet naar automatisch wanneer u de camcorder inschakelt. Als u vervolgens op de toets WHITE BALANCE W drukt, zal de camcorder de laatste instelling onthouden. • Als u opnames maakt met studio/videolampen, gebruik dan de binnenshuis-functie x. • Bij normale buitenshuis-opnamen krijgt u de beste resultaten door de automatische witbalansinstelling te gebruiken.
79
AE-verschuiving gebruiken Door het niveau van de automatische belichtingsfunctie (AE) te regelen kunt u het beeld donkerder of lichter maken. Hierdoor kunt u compenseren voor tegenlicht of overbelichting.
Ne
TAPE
+
CAMERA
,
CAM. SET UP
(
CARD
+
CAMERA
AE SHIFT•••• ±0
18)
1. Zet het opnameprogramma op Auto, Tv of Av. 2. Open het menu en kies AE SHIFT. Opnemen
3. Draai de SELECT-schijf omhoog of omlaag en kies het gewenste niveau. • De niveaus lopen uiteen van ñ2 tot +2 in stapjes van 0,25 (behalve -1,75 en +1,75). • Hoe hoger de instelling des te helderder het beeld.
4. Sluit het menu. Let op: • AE-verschuiving kan niet worden gebruikt in de opnameprogramma’s Easy Recording, Manual, Sand & Snow of Spotlight.
80
Voorkeuze-instellingen gebruiken (Custom Preset) Om uw opnames creatiever te maken, kunt u de kleurversterking, kleurfase, scherpte en het instelniveau afstellen.
Ne
De voorkeuze-instellingen instellen Als u de voorkeuze-instellingen afstelt, zorg er dan voor dat u het beeld controleert voordat u met opnemen begint. U kunt deze instellingen opslaan onder de toets CSTM PRESET. TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAMERA
CSTM PRESET
(
18)
1. Open het menu en kies CSTM PRESET. • Het menu voor de voorkeuze-instellingen verschijnt.
2. Kies de functie die u wilt instellen. 3. Stel de geselecteerde functie in. • Zie hieronder voor bijzonderheden over elke functie. • Herhaal stap 2 en 3 om, indien nodig, andere functies in te stellen.
4. Sluit het menu. • De instellingen worden opgeslagen totdat nieuwe wijzigingen worden doorgevoerd.
Opnemen
De kleurversterking instellen CSTM PRESET
(
COLOR GAIN•• -
+
18)
Stel af naar + voor een diepere kleur, en naar – voor een lichtere kleur.
De kleurfase instellen CSTM PRESET
(
COLOR PHASE• G
R
18)
Stel af naar R voor een roder beeld, en naar G voor een groener beeld.
De scherpte instellen CSTM PRESET
(
SHARPNESS••• -
+
18)
Stel af naar + voor een scherper beeld, en naar – om de contouren te verzachten.
81
Het instelniveau instellen
Ne
CSTM PRESET
(
SETUP LEVEL• -
+
18)
Stel af naar + voor een helderder beeld, en naar – voor een donkerder beeld.
De voorkeuze-instellingen activeren 1. Zet de programmakeuzeschakelaar op Q. 2. Druk op de toets CSTM PRESET.
Opnemen
• Het beeld weerspiegelt uw voorkeuren.
82
Het zebrapatroon gebruiken Ne
Het zebrapatroon is een reeks diagonale strepen die in de zoeker verschijnen om overbelichte gebieden te accentueren. Gebruik deze als richtlijn om het diafragme (iris) en de sluitertijd in te stellen. De sterkte van het patroon is instelbaar op 80, 85, 90, 95, of 100%.
Het zebrapatroonniveau selecteren TAPE
+
CAMERA
,
CARD
+
CAM. SET UP
ZEBRA LEVEL• 90
18)
1. Open het menu en kies CAM. SET UP. 2. Selecteer ZEBRA LEVEL en selecteer het niveau.
Opnemen
(
CAMERA
3. Sluit het menu.
Het zebrapatroon activeren TAPE
+
CAMERA
,
CAM. SET UP
(
CARD
+
CAMERA
ZEBRA••••••• OFF
18)
1. Open het menu en kies CAM. SET UP. 2. Selecteer ZEBRA LEVEL en stel dit in op ON. 3. Sluit het menu. Let op: • De camcorder neemt het zebrapatroon niet op; het wordt alleen in het display weergegeven.
83
Opnames van PC-schermen en andere schermen met behulp van CLEAR SCAN U kunt de functie Clear Scan gebruiken om PC-schermen of andere schermen op te nemen zonder dat zwarte banden ontstaan die het gevolg zijn van verschillen in de veldfrequenties van de schermen.
Ne
TAPE
+
CAMERA
CAM. SET UP
(
CLEAR SCAN•• 50.3Hz
18)
1. Zet het opnameprogramma op Tv of MANUAL. 2. Draai de EXP-schijf omlaag totdat in het display CS verschijnt. 3. Open het menu en kies CAM. SET UP. 4. Selecteer CLEAR SCAN en stel de frequentie zodanig in dat er in het display geen zwarte banden te zien zijn. • U kunt kiezen uit 170 frequenties tussen 50.3Hz en 200.0Hz.
5. Sluit het menu.
Opnemen
De display-informatie opnemen U kunt de informatie (zoals datum en tijd) opnemen die op het LCD-scherm of de zoeker wordt weergegeven. De informatie wordt dan over het beeld heen gelegd. Anders dan bij de datacodering kunt u de display-informatie later niet meer verbergen. SYSTEM
(
CHAR. REC••• OFF
18)
TAPE
+
PLAY (VCR)
1. Open het menu en kies SYSTEM. 2. Selecteer CHAR. REC, stel dit in op ON en sluit dan het menu. Let op: • Zodra u dit op ON heeft ingesteld, blijft de informatie op het beeld opgenomen totdat u OFF selecteert. Onthoud dat u de informatie later niet meer kunt verbergen.
84
Een cassette afspelen Ne /
CARD TAPE
U kunt het LCD-scherm gebruiken voor afspelen direct na de opname. De camcorder speelt via de ingebouwde luidspreker ook het geluid af ( 87). • Als u een band afspeelt, kunt u het LCD-paneel ook sluiten met de schermzijde naar buiten gericht. • Sluit het LCD-paneel wanneer u de zoeker gebruikt om het afspelen te bekijken. Voor het afspelen van uw opnamen op een TV, zie 93. Voor gebruik van de draadloze afstandsbediening, zie 27.
Let op: • Teneinde onverhoedse opname te voorkomen dient u het schuifje van de cassette zodanig te verschuiven dat de opening te zien is (deze stand van de schakelaar wordt gewoonlijk aangeduid als “SAVE” (behouden) of “ERASE OFF” (uitschakelen van wissen)).
TAPE
+
PLAY (VCR)
1. Zet de POWER-schakelaar in PLAY (VCR) en de TAPE/CARD-schakelaar in TAPE.
2. Leg de cassette in.
Afspelen
• De spanningsindicator van de camcorder licht groen op. • Een piep is te horen ten teken van bevestiging.
3. Druk op de e (afspeel) toets om het afspelen te starten. • Open het deksel om de knoppen op de hendel te gebruiken. • Om het afspelen te beëindigen, drukt u op de 3 (stop) toets. • Om de cassette vooruit te spoelen, stopt u het afspelen en drukt u op de 1 (vooruitspoel) toets. • Om de cassette terug te spoelen, stopt u het afspelen en drukt u op de ` (terugspoel) toets. • Als het afgespeelde beeld niet mooi is (met een mozaïek-achtige storing), reinig dan de videokoppen met een Canon DVM-CL digitale videokoppenreinigingscassette of een in de handel verkrijgbare digitale videokoppen reinigingscassette.
85
Andere afspeelfuncties
Ne
Weergavepauze Druk op de a (pauze) toets. Om normaal afspelen te hervatten, drukt u nogmaals op deze toets of druk op de e (afspeel) toets. De stopfunctie wordt automatisch ingeschakeld nadat de camcorder ongeveer vijf minuten in de weergavepauzefunctie heeft gestaan.
Versneld voorwaarts afspelen Om de opname met ca. 11,5 maal de normale snelheid af te spelen, houdt u tijdens normaal afspelen de 1 (vooruitspoel) toets ingedrukt of houdt u tijdens normaal vooruitspoelen de 1 (vooruitspoel) toets ingedrukt.
Versneld achterwaarts afspelen Om de opname met ca. 11,5 maal de normale snelheid in achterwaartse richting af te spelen, houdt u tijdens normaal afspelen de ` (terugspoel) toets ingedrukt of tijdens normaal terugspoelen ` (terugspoel) toets ingedrukt.
Speciale afspeelfuncties Beeld-voor-beeld voorwaarts afspelen Om beeld voor beeld af te spelen, drukt u tijdens de weergavepauzefunctie herhaaldelijk op de +/ ae toets. Houd deze toets ingedrukt om de beeldenreeks met een vaste snelheid te laten verspringen.
REW
PLAY
FF
–/
STOP
+/
PAUSE
SLOW
×2
Afspelen
Beeld-voor-beeld achterwaarts afspelen Om achterwaarts beeld voor beeld af te spelen, drukt u tijdens de weergavepauzefunctie herhaaldelijk op de -/4a toets. Houd deze toets ingedrukt om de beeldenreeks met een vaste snelheid achterwaarts te laten verspringen.
Vertraagd voorwaarts afspelen Om de cassette met circa 1/3 van de normale snelheid af te spelen, drukt u tijdens normaal afspelen op de toets SLOW M. Druk op de e (afspeel) PLAY-toets om het afspelen opnieuw bij normale snelheid te laten plaatsvinden.
Vertraagd achterwaarts afspelen Om de cassette met circa 1/3 van de normale snelheid in achterwaartse richting af te spelen, drukt u tijdens normaal afspelen op de -/4a toets en vervolgens op de toets SLOW M. Druk op de e (afspeel) PLAY-toets om het afspelen opnieuw bij normale snelheid te laten plaatsvinden.
86
Ingebouwde luidspreker- en hoofdtelefoonaansluiting
Ne
De camcorder is uitgerust met een ingebouwde luidspreker- en hoofdtelefoonaansluiting. Tijdens het afspelen kunt u het geluid beluisteren. Gebruik de luidspreker of de hoofdtelefoon bij gebruik van het LCD-scherm voor het afspelen van de band, en gebruik de hoofdtelefoon bij gebruik van de zoeker. De ingebouwde luidspreker is mono; gebruik de hoofdtelefoon voor stereogeluid.
Ingebouwde luidspreker
Stel het volume van de luidspreker en hoofdtelefoon bij door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien. • Draai de SELECT-schijf naar boven om het volume te verhogen en naar beneden om het te verlagen. • In het display verschijnt een staaf die het huidige volume aangeeft. Deze verdwijnt na 4 seconden. • U kunt het volume volledig dichtdraaien door de SELECT-schijf zover omlaag te zetten dat de aanduiding OFF verschijnt. • U kunt het volume van de hoofdtelefoon onafhankelijk van de ingebouwde luidspreker instellen. • De niveaus die u instelt voor de ingebouwde luidspreker en de hoofdtelefoon worden afzonderlijk onthouden. De camcorder onthoudt de niveaus ook als u de POWER-schakelaar naar OFF schuift.
• Wanneer u de hoofdtelefoon gebruikt, wordt de luidspreker uitgeschakeld. • Het kan soms gebeuren dat het geluid vervormd klinkt wanneer het volume te hoog is ingesteld. Mocht dit het geval zijn, zet het volume dan zachter.
Afspelen
Opmerkingen:
87
Datum, tijd en camcordergegevens (datacodering) weergeven Op een speciaal datagedeelte van de band wordt automatisch een datacodering opgenomen die de datum en tijd van de opname en andere camcordergegevens (sluitertijd- en belichtingsinstellingen) bevat. • Wanneer u een geheugenkaart gebruikt, verschijnen in de datacodering alleen de datum en tijd .
Ne
DATA CODE
Tijdens het programma TAPE PLAY (VCR) kan de datacodering worden weergegeven of verborgen terwijl de camcorder in de afspeelfunctie, langzame functie of functie voor stilbeelden staat. Camcorderdata worden mogelijk weergegeven als "– – –" tijdens vooruitspoelen, terugspoelen, achterwaarts afspelen, voorwaarts en achterwaarts ×2 (2x sneller) afspelen.
Druk op de toets DISPLAY/DATA CODE. Wanneer u een cassette gebruikt, drukt u op deze toets terwijl de camcorder normaal afspeelt, vertraagd afspeelt of een stilstaand beeld weergeeft. • Druk er eenmaal op om hem weer te geven en nogmaals om hem uit te schakelen.
Afspelen
De datum/tijd selecteren Stel in of u de datum, de tijd, of beide aanduidingen in het datacoderingdisplay wilt zien. TAPE
+
PLAY (VCR)
,
DISP.SET UP
(
CARD
+
PLAY (VCR)
D/TIME SEL.• DATE & TIME
18)
Om de datum- en tijdcombinatie te wijzigen, opent u het menu en kies dan DISP.SET UP. Kies vervolgens D/TIME SEL, zet dit op DATE, TIME of DATE & TIME en sluit het menu.
88
De datacodering instellen
Ne
U kunt naar keuze in de datacodering tevens de camcorderdata (sluitertijd- en belichtingsinstellingen) weergeven. TAPE
+
PLAY (VCR)
DISP.SET UP
(
DATA CODE••• DATE/TIME
18)
Open het menu en kies DISP.SET UP. Vervolgens kiest u DATA CODE, zet dit onderdeel op DATE/TIME, CAMERA DATA of CAM. & D/T, en sluit het menu. Alleen beschikbaar in TAPE PLAY (VCR). Datacodering (alleen cassette)
Cameragegevens
Datum/tijd & Cameragegevens
1.JAN.2002
12dB F11 1/250
12dB F11 1/250 1.JAN.2002
12:00:00 AM
12dB F11 1/250
12dB F11 1/250 12:00:00 AM
12:00 AM 1.JAN.2002
12dB F11 1/250
12dB F11 1/250 12:00 AM 1.JAN.2002
Datum/tijd
D/TIME SEL.
Datum
Tijd
Datum & tijd
In CARD PLAY (VCR) is alleen de datum/tijdweergave mogelijk.
Opmerkingen: Afspelen
• De datacodering laat "– – –" zien in de volgende situaties: - Tijdens het afspelen van een niet-opgenomen gedeelte van de cassette. - Als de cassette werd opgenomen voordat de datum en tijd in het geheugen van de camcorder werden ingevoerd. - Als de cassette opgenomen was met een camcorder zonder tijdcodering. - Als ruis of beschadigingen van de cassette het aflezen van de datacodering belemmeren. • De datacodering wordt mogelijk niet juist weergegeven als een met de XM2 opgenomen opname afgespeeld wordt op een andere DV-camcorder. • Ook als via het menu DISPLAYS ( 148) is ingesteld op OFF, verschijnt in het display de datacodering.
89
Zes-seconden automatische datering
Ne
De datum kunt u 6 seconden lang laten weergegeven wanneer u het afspelen begint of om aan te geven dat de datum of tijdzone van de opname gewijzigd is.De 6-seconden automatische datering past zich aan de tijdzone aan die u heeft geselecteerd. TAPE
+
PLAY (VCR)
DISP.SET UP
(
6SEC.DATE••• OFF
18)
Om de 6-seconden automatische datering in te schakelen, opent u het menu en kies dan DISP.SET UP. Kies 6SEC. DATE, zet dit op ON en sluit dan het menu. Let op:
Afspelen
• De 6-seconden automatische datering verschijnt ook wanneer in het menu DISPLAYS op OFF ingesteld is en de datacodering is uitgeschakeld.
90
Op de cassette zoeken (foto zoeken/datum zoeken/indexzoeken) Ne
ZERO SET SEARCH MEMORY SELECT AUDIO DUB. AV INSERT
REW
PLAY
FF
–/
STOP
+/
REMOTE SET PAUSE
SLOW
×2
Hiermee kunt u snel de stilbeelden (foto zoeken) doorlopen, of verschillende opnamedagen of gebieden van de opnames (datum zoeken), of zoeken op indexsignalen ( 57) die op de band zijn opgenomen (indexzoeken). TAPE
+
PLAY (VCR)
1. Druk op de toets SEARCH SELECT om te kiezen uit foto/datum/indexzoeken. • De aanduiding PHOTO SEARCH, DATE SEARCH of INDEX SEARCH wordt 4 seconden weergegeven.
2. Druk op de - en + toets om de stilbeelden, opname-dagen of opgenomen indexsignalen in voor- of achterwaartse richting te doorlopen.
Afspelen
• Door eenmaal de toets in te drukken wordt op de band naar het vorige/volgende stilbeeld of de vorige/volgende dag of index gegaan. • U kunt meer dan eens op de toetsen drukken om naar het corresponderende stilbeeld of de betreffende dag of index te gaan (maximaal 10 maal); druk bijvoorbeeld vijfmaal op de + toets om vijf stilbeelden, dagen of indexsignalen verder te springen. • De aanduiding PHOTO SEARCH/DATE SEARCH/INDEX SEARCH verschijnt in het midden van het display, samen met het - of + teken en het nummer waaruit gekozen wordt. U kunt gemakkelijk van richting veranderen door op de toets van de tegenovergestelde richting te drukken.
Opmerkingen: • Druk op de 3 (stop) toets om tijdens het zoeken te stoppen. • Als u tijdens fotozoeken een zoekprocedure begint dichtbij het begin van een opgenomen stilbeeld, is het mogelijk dat de camcorder eroverheen springt. • Wanneer u de tijdzone ingesteld heeft, kijkt de datumzoekfunctie ook naar een verandering in de datum die voortvloeide uit een bijgestelde tijd. • Een datum/tijdzone kan niet worden geïdentificeerd als de totale opnametijd op die dag/tijdzone minder dan 1 minuut was. • Wanneer het betreffende gedeelte is gevonden en het afspelen start, kan het gebeuren dat er even vóór of na het begin van het gevonden gedeelte gestart wordt. • Als de datacodering niet juist wordt weergegeven, zal de datumzoekfunctie niet correct werken.
91
Terugkeren naar een voorheen ingesteld punt (nulstelgeheugen) Ne
ZERO SET SEARCH MEMORY SELECT AUDIO DUB.
REW
PLAY
FF
AV INSERT
–/
STOP
+/
REMOTE SET PAUSE
SLOW
×2
Gebruik de draadloze afstandsbediening om het punt in te stellen waarnaar u na het afspelen wilt terugkeren. TAPE
+
CAMERA
,
TAPE
+
PLAY (VCR)
1. Druk tijdens het afspelen op de toets ZERO SET MEMORY van de draadloze afstandsbediening bij een punt waarnaar u later wilt terugkeren. • De tijdcode wordt vervangen door een cassetteteller die ingesteld wordt op nul met de  aanduiding. • Druk nogmaals op de toets ZERO SET MEMORY om het nulstelgeheugen te annuleren.
2. Als u klaar bent met afspelen, spoel de band dan terug of vooruit. De band stopt automatisch wanneer deze het nulstelpunt bereikt.
Afspelen
• In het display verschijnt `RTN of RTN1. • De cassetteteller met de  aanduiding verdwijnt uit het display en de tijdcode verschijnt opnieuw.
92
Opmerkingen: • Het nulstelgeheugen werkt mogelijk niet juist wanneer er tussen opnames op een band een onderbreking is. • U kunt het nulstelgeheugen ook gebruiken om in TAPE CAMERA op een band een punt te markeren. Als u vervolgens de band afspeelt en op terugspoelen drukt, komt u terug bij het eerder gemarkeerde punt. • Als u de cassette verwijdert terwijl het nulstelgeheugen is ingesteld, wordt het geheugen geleegd en schakelt de cassetteteller om naar tijdcodering.
Aansluitingen voor afspelen via een televisie Voor een betere beeldkwaliteit verdient het aanbeveling de opnamen af te spelen op een TV met een S (S1)-aansluiting. Als u de camcorder op een TV aansluit met een S1-aansluiting of het Video ID-1 systeem, worden opnames die zijn gemaakt met de 16:9-functie voor breedbeeld-TV’s op een TV automatisch afgespeeld in de breedbeeldfunctie.
Ne
Zie de gebruiksaanwijzing van de TV of de videorecorder voor nadere details.
Als de TV (of videorecorder) een SCART-aansluiting heeft (zonder S (S1)-video) SCARTkabeladapater PC-A10 AUDIO AUDIO VIDEO (R) (L/MONO)
Stereo-videokabel STV-250N
• Sluit de SCART-kabeladapter PC-A10 aan op de SCART-aansluiting van de TV of de videorecorder. • Sluit de camcorder aan op de adapter. Sluit de camcorder aan m.b.v. de stereo-videokabel STV250N. Sluit de witte stekker aan op de witte AUDIO-aansluiting L (links). Sluit de rode stekker aan op de rode AUDIO-aansluiting R (rechts). Sluit de gele stekker aan op de gele videoaansluiting VIDEO. • Stel de TV/VIDEO-keuzeschakelaar van de TV in op VIDEO als u de camcorder aansluit op een TV. • Stel de ingangskeuzeschakelaar van de videorecorder in op LINE als u de camcorder aansluit op een videorecorder.
Als uw TV (of videorecorder) een S-video-ingangsaansluiting heeft Afspelen
Stereo-videokabel STV-250N L AUDIO R VIDEO S-VIDEO
S-videokabel S-150
• Gebruik de S-videokabel S-150 voor verbinding met de S-videoaansluitingen. Gebruik de stereovideokabel STV-250N voor verbinding met de AUDIO-aansluitingen. Sluit de witte stekker aan op de witte AUDIO-aansluiting L (links). Sluit de rode stekker aan op de rode AUDIOaansluiting R (rechts). Sluit de gele stekker niet aan. • Zet de TV/VIDEO-keuzeschakelaar van de TV op Video. • Stel de ingangskeuzeschakelaar van de videorecorder in op LINE als u de camcorder aansluit op een videorecorder.
93
Als de TV (of videorecorder) audio/video-ingangsaansluitingen heeft
Ne
Stereo-videokabel STV-250N L AUDIO R VIDEO
• Sluit de camcorder aan m.b.v. de stereo-videokabel STV-250N. Sluit de witte stekker aan op de witte AUDIO-aansluiting L (links). Sluit de rode stekker aan op de rode AUDIO-aansluiting R (rechts). Sluit de gele stekker aan op de gele videoaansluiting VIDEO. • Zet de TV/VIDEO-keuzeschakelaar van de TV op Video. • Stel de ingangskeuzeschakelaar van de videorecorder in op LINE als u de camcorder aansluit op een videorecorder.
Opmerkingen:
Afspelen
• Als u tijdens het opnemen de TV als monitor gaat gebruiken, denk er dan aan, om terugkoppeling te voorkomen, het volume van de TV uit te zetten zolang de audio-aansluitingen van de camcorder aangesloten zijn. • Als uw TV al op een videorecorder is aangesloten, kunt u de camcorder op de videorecorder aansluiten in plaats van op de TV. Voer bovengenoemde instructies uit.
94
Monteren op een videorecorder Ne
Speel de band af op de camcorder. Stereo-videokabel STV-250N L AUDIO R VIDEO
S-videokabel S-150
S-VIDEO
Neem op een videorecorder de scènes op.
Wanneer u de camcorder op een videorecorder aansluit, kunt u opnamemontage uitvoeren om ongewenste scènes te verwijderen — of u combineert opnamen om zo een eigen videoproductie samen te stellen.
Voorbereidingen 1. Sluit de camcorder aan op de videorecorder. • Zie "Aansluitingen voor afspelen via een televisie" (
93).
2. Maak de voorbereidingen bij de TV en de videocassetterecorder. • Schakel de TV in en zet de TV/VIDEO-keuzeschakelaar op VIDEO. • Schakel de videocassetterecorder in en zet de ingangskeuzeschakelaar op LINE. Leg een cassette in en schakel de opnamepauzefunctie van de videocassetterecorder in. • Zie de gebruiksaanwijzing van de TV en de videorecorder voor nadere bijzonderheden.
3. Zet de POWER-schakelaar van de camcorder op PLAY (VCR) en zet de TAPE/CARD-schakelaar op TAPE.
Videomontage 1. Zoek op de opgenomen cassette het punt juist vóór het gedeelte dat u wilt kopiëren. 3. Begin met opnemen op de videorecorder zodra het te kopiëren gedeelte in beeld verschijnt. 4. Zet de videorecorder aan het einde van het te kopiëren gedeelte in de pauzestand en stop vervolgens de band op de camcorder.
Videomontage
2. Begin met afspelen en bekijk het beeld op het televisiescherm.
5. Herhaal de stappen 1 t/m 4 totdat uw gemonteerde opname voltooid is. Let op: • De kwaliteit van de gemonteerde band zal in het algemeen iets minder zijn dan het origineel.
95
m (LANC) aansluiting
Ne
Met de m aansluiting kunt u compatibele apparaten aansluiten zoals afstandsbedieningen die compatibel zijn met m LANC. De werking van sommige toetsen op andere montageapparatuur kan afwijken van die van deze camcorder.
Opmerkingen:
Videomontage
• m (LANC) is een handelsmerk. Het is de afkorting van Local Application Control Bus System (ingangssysteem voor lokale toepassingsbediening). • We kunnen niet instaan voor de resultaten bij het aansluiten op apparatuur die niet voorzien is van het LANC m symbool.
96
Dubben met digitale video-apparatuur naar/van een cassette Met digitale video-apparatuur die van een DV-aansluiting is voorzien, kunt u gegevens digitaal bewerken, kopiëren en overbrengen, met vrijwel geen verlies van beeld- en geluidskwaliteit. De DVaansluiting is voor zowel ingang als uitgang, aangezien één enkele DV-kabel in beide richtingen gegevens kan verwerken. • Als een digitale videorecorder is aangesloten en vanaf de videorecorder een abnormaal signaal wordt uitgezonden, dan zijn de beelden die op de cassette worden opgenomen mogelijk ook abnormaal (hoewel dit op het TV-beeld mogelijk niet te zien is), of worden deze helemaal niet opgenomen. • Banden die zijn opgenomen met het signaal voor bescherming van auteursrechten, kunt u niet kopiëren.
Ne
REC SEARCH PAUSE SELECT /
ZERO SET MEMORY REW
PLAY
FF
AUDIO DUB.
STOP
+/
–/
AV INSERT PAUSE
SLOW
×2
: Signaalloop
Voorbereidingen Voorbeeld van dubben naar de camcorder
1. Sluit de camcorder en het andere digitale apparaat op elkaar aan. • Sluit de Canon CV-150F DV-kabel (optioneel) aan.
2. Maak het andere digitale apparaat gereed voor gebruik. • Schakel de stroom in en plaats een opgenomen cassette.
3. Zet de POWER-schakelaar van de camcorder op PLAY (VCR) en zet de TAPE/CARD schakelaar op TAPE. 4. Plaats een lege cassette.
Videomontage
• In het display verschijnt DV IN.
97
Dubben
Ne
1. Zoek op de opgenomen cassette het punt juist vóór het gedeelte dat u wilt kopiëren en zet de cassette in de weergavepauzefunctie. 2. Druk op de camcorder op de toets REC PAUSE. • De camcorder komt dan in de opnamepauzefunctie.
3. Begin met opnemen op het andere digitale apparaat terwijl u het beeld volgt. 4. Druk op de e/a (weergave/pauze) toets van de camcorder of op de toets PAUSE a van de draadloze afstandsbediening. • Het opnemen begint.
5. Als u het punt bereikt waar u met opnemen wilt stoppen, druk dan op de stopof pauzetoets. • Het opnemen stopt.
6. Stop het afspelen op het andere apparaat. Opmerkingen: • Als de kabel niet goed aangesloten is, of wanneer de kabel niet aangesloten is wanneer u op REC PAUSE drukt, dan geeft de camcorder de waarschuwing "CHECK THE DV INPUT" weer. Op het scherm kan dan een abnormaal beeld gaan knipperen. • Lege gedeelten tussen opnames op de afspeelband worden op de cassette waarnaar wordt opgenomen, als abnormale signalen opgenomen.
Betreffende auteursrecht Let op de auteursrechten Sommige voorbespeelde videobanden, films en ander materiaal, en tevens sommige televisieprogramma’s zijn auteursrechtelijk beschermd. Ongeoorloofd opnemen van deze materialen kan inbreuk plegen op de wet ter bescherming van auteursrechten.
Videomontage
Auteursrechtsignalen
98
Bij afspelen: Als u een cassette probeert af te spelen waarop auteursrechtsignalen staan ter bescherming van de software, verschijnt enkele seconden “COPYRIGHT PROTECTED PLAYBACK IS RESTRICTED” (auteursrechtelijk beschermd, afspelen is verboden) in het display en daarna geeft de camcorder een blanco blauw scherm weer; de inhoud van de cassette kan niet worden bekeken. Bij opnemen: Als u een opname probeert te maken vanaf software waarop auteursrechtsignalen staan ter bescherming van de software, verschijnt “COPYRIGHT PROTECTED DUBBING RESTRICTED” (auteursrechtelijk beschermd, opnemen is verboden) in het display; de inhoud van de software kan niet worden opgenomen. U kunt met deze camcorder op een cassette geen signalen opnemen die voorzien zijn van auteursrechtbescherming.
Opnemen vanaf een videorecorder, TV of analoge camcorder analoge ingang Ne
U kunt op een cassettte in de XM2 een video opnemen die op uw videorecorder of analoge camcorder wordt afgespeeld (zie voor digitale camcorders 97) als de TV of het andere apparaat met audio/video-uitgangen is uitgerust. • Als vanaf de TV of videorecorder een abnormaal signaal wordt uitgezonden, dan is het mogelijk dat de beelden die op de cassette worden opgenomen, ook abnormaal zijn (hoewel dit op het TV-beeld mogelijk niet te zien is), of dat deze helemaal niet worden opgenomen, of kan in de zoeker de melding COPYRIGHT PROTECTED DUBBING RESTRICTED (kopiëren niet mogelijk vanwege auteursrechtbescherming) verschijnen. • Banden die zijn opgenomen met het signaal voor bescherming van auteursrechten, kunt u niet kopiëren.
/
Stereo-videokabel STV-250N L AUDIO R
: Signaalloop
VIDEO S-VIDEO
S-videokabel S-150
Voorbereidingen 1. Sluit de camcorder aan op de videorecorder, TV of andere camcorder. 2. Maak het apparaat gereed voor gebruik. (Voorbeeld van aansluiting op een videorecorder)
3. Zet de POWER-schakelaar van de camcorder op PLAY (VCR) en zet de TAPE/CARD-schakelaar op TAPE.
Videomontage
• Zet de TV/Video-keuzeschakelaar van de TV op Video. Zie voor nadere bijzonderheden "Aansluitingen voor afspelen op een televisie" ( 93). • Schakel de videorecorder in. Plaats uw opgenomen videocassette en zet de videorecorder in de weergavepauzefunctie. • Zie de gebruiksaanwijzing van de TV en de videorecorder voor nadere bijzonderheden.
4. Plaats een lege cassette.
99
Dubben
Ne
1. Zoek op de opgenomen cassette het punt juist vóór het gedeelte dat u wilt kopiëren en zet de cassette in de weergavepauzefunctie. 2. Druk op de toets REC PAUSE. • De aansluitingen S-video en audio IN/OUT fungeren als ingangsaansluitingen. • De camera komt in de opnamepauzefunctie.
3. Begin het afspelen op het andere apparaat of schakel de TV in zodat u het gewenste programma ziet, en controleer het beeld. 4. Druk op de camcorder op de e/a (weergave/pauze) toets of op de draadloze afstandsbediening op de toets PAUSE a. • Het opnemen begint.
5. Als u het punt bereikt waar u met opnemen wilt stoppen, druk dan op de stopof pauzetoets. • Het opnemen stopt.
6. Stop het afspelen op het andere apparaat. Let op:
Videomontage
• U kunt het beeld bekijken in de zoeker of op het LCD-scherm.
100
Digitaal uitvoeren van analoge video- en audiosignalen (analoog-digitaal omzetter) Ne
Door de camcorder aan te sluiten op uw videorecorder of 8 mm videocamera kunnen opgenomen analoge video- en audiosignalen in een oogwenk worden omgezet in digitale signalen. De digitale signalen kunnen via een DV-aansluitpunt worden uitgevoerd naar de andere apparatuur. Het DVaansluitpunt op de camcorder werkt uitsluitend als een uitgangsaansluiting. • In sommige gevallen zal de omzetting van analoog naar digitaal niet helemaal goed verlopen. Dit kan afhangen van de signaaluitvoer vanaf de aangesloten apparatuur. Bijvoorbeeld signalen die het signaal voor bescherming van auteursrechten bevatten, of abnormale signalen zoals echosignalen, etc. • Het verdient aanbeveling om met een netadapter stroom te gebruiken uit een gewoon stopcontact. • Zorg ervoor dat er in de camcorder geen cassette aanwezig is. • Schakel voordat u aansluitingen verricht eerst van alle apparatuur de stroom uit. • Raadpleeg ook de gebruikshandleidingen van de andere aangesloten apparatuur.
Stereo-videokabel STV-250N
uitvoer: L AUDIO
: Signaalloop
R VIDEO
: Signaalloop S-videokabel S-150
S-VIDEO
DV
IN/OUT
Signaalloop :
In bovenstaande tekening ziet u een aansluiting met een S-videokabel. U kunt in plaats hiervan de gele plug ook aansluiten op de VIDEO-aansluiting.
Videomontage
Zijde met pijl
101
De analoog-digitaal omzetter inschakelen
Ne
TAPE
+
PLAY (VCR)
VCR SET UP
(
AV DV OUT••• OFF
18)
Om de analoog-digitaal omzetter in te schakelen, opent u het menu en kies VCR SET UP. Kies vervolgens AV \ DV OUT, stel dit in op ON en sluit het menu. Let op:
Videomontage
• Stel voor normaal gebruik in het menu AV\ DV OUT in op OFF. Als ON wordt gekozen, kunnen geen digitale signalen via het DV-aansluitpunt van de camcorder worden ingevoerd. • Als u probeert een analoog-naar-digitaal omzetting uit te voeren wanneer er in de camcorder een cassette aanwezig is, dan bestaat het risico dat omgezette signalen niet worden uitgevoerd naar de aangesloten digitale videoapparatuur. • Als gewerkt wordt met een aansluiting op een computer die is uitgerust met een DVaansluitpunt, dan kan het gebeuren dat u omgezette signalen niet naar uw computer kunt overzetten. Dit hangt af van de software die u gebruikt, en de configuratie van uw computer en de instellingen daarvan.
102
Opnemen over bestaande scènes — AV monteren met invoegen U kunt met de analoge ingangs- of DV-aansluitingen beelden/audio die op de camcorder zijn opgenomen vervangen door beelden/audio die met andere video-apparatuur zijn opgenomen. De originele video en audio zullen worden vervangen door de nieuwe video en audio.
Ne
In te voegen scène
De afspeelcassette
Invoeg-startpunt
Invoeg-eindpunt
Vóór invoegen De cassette in de camcorder
Na invoegen De cassette in de camcorder De beelden en het geluid van de nieuwe scène vervangen die van de oude.
Stereo-videokabel STV-250N L AUDIO R
: Signaalloop
VIDEO S-VIDEO
Videomontage
S-videokabelS-150
: Signaalloop
103
Voorbereidingen
Ne
De cassette in de camcorder: Als u op de XM2 de AV-tussenvoegfunctie gebruikt, maak dan alleen gebruik van cassettes die zijn opgenomen in de SP-functie met continu opgenomen tijdcoderingen. Als er niet-opgenomen gedeelten op de cassette zijn of gedeelten die zijn opgenomen in de LPfunctie, dan zal het opnemen stoppen.
De afspeelcassette: Gebruik enkel cassettes zonder niet-opgenomen gedeelten. Zijn er niet-opgenomen gedeelten of veranderingen in de opnamefunctie, dan is het mogelijk dat u AV niet correct kunt tussenvoegen. In de volgende gevallen kunt u AV niet tussenvoegen: • Als de afspeelcassette slecht is opgenomen. • Tijdens speciaal afspelen: versneld afspelen voorwaarts, versneld afspelen achterwaarts of vertraagd afspelen, enz. (alleen voor analoog).
TV: U kunt geen AV tussenvoegen van een TV-programma met abnormaal gesynchroniseerde signalen, zoals wanneer het programma zelf slechte signalen ontving.
Voorbeeld van opname vanaf een videorecorder
1. Sluit de camcorder aan op de videorecorder.
Videomontage
2. Maak de videorecorder en de TV gereed voor gebruik.
104
• Zet de TV/VIDEO-keuzeschakelaar van de TV op Video. Zie voor nadere bijzonderheden "Aansluitingen voor afspelen op een televisie" ( 93). • Schakel de videorecorder in en plaats een opgenomen cassette. • Zie de gebruiksaanwijzing van de TV en de videorecorder voor nadere bijzonderheden.
3. Zet de POWER-schakelaar van de camcorder op PLAY (VCR) en plaats een opgenomen cassette. • Controleer of het REC/SAVE-schuifje van de cassette in REC (gesloten stand) staat.
4. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op TAPE.
Videomontage
Ne
1. Zoek bij de cassette in de videorecorder het punt dat ongeveer 3 seconden vóór de scène is die tussengevoegd moet worden. Zet de videorecorder bij dat punt in de weergavepauzefunctie. 2. Druk op de camcorder op de PLAY-toets en zoek het opnamestartpunt op. Zet de camcorder bij dat punt in de weergavepauzefunctie. • U kunt de afspeeltoetsen op de camcorder of de speciale afspeelfuncties op de draadloze afstandsbediening net zo gebruiken als in de afspeelfunctie.
3. Druk op de toets AV INSERT. • In het display verschijnen AV INSERT en 2a.
4. Begin met het afspelen van de cassette in de videorecorder. 5. Om te beginnen met tussenvoegen, drukt u op de e/a (weergave/pauze) toets van de camcorder. • 2a verandert in 22a.
6. Om met tussenvoegen te stoppen, drukt u op de STOP-toets van de camcorder. • Het tussenvoegen stopt en de aanduiding AV INSERT verdwijnt uit het display. De camcorder keert terug naar de stopfunctie. • Als u op de e/a (weergave/pauze) toets drukt u i.p.v. de stoptoets, komt de camcorder in de AV-tussenvoegpauzefunctie. • Als u het nulstelgeheugen instelt op de positie van de band waar u met tussenvoegen wilt stoppen, zal de camcorder, telkens wanneer u bij dat punt terugkeert, AV-tussenvoegen stoppen en wordt de stopfunctie geactiveerd.
7. Stop het afspelen op de videorecorder.
Videomontage
105
Audio dubben U kunt op een reeds opgenomen cassette aan het oorspronkelijke geluid een ander geluid toevoegen vanaf audio-producten (AUDIO IN) of met de interne of externe microfoon (MIC. IN). Het oorspronkelijke geluid wordt niet gewist. Als er niet-opgenomen gedeelten op de cassette zijn of gedeelten opgenomen met een andere opnamefunctie dan de SP functie, of met 16 bits of 12 bits 4-kanaals geluid, dan zal het dubben stoppen. Als uw band niet in de SP-functie met 12 bits geluid is opgenomen, dan raden wij u aan om met de analoge ingangsfunctie van de XM2 uw oorspronkelijke band te dubben op een lege band, en vervolgens audio te dubben op de nieuwe band. Zorg er in ieder geval altijd voor dat de audiofunctie van de nieuwe band op 12 bits wordt ingesteld en de opnamefunctie op SP.
Ne
Voeg geluid toe aan cassettes die met deze camcorder in de SP-functie met 12-bits geluid zijn opgenomen.
Andere audio-apparatuur aansluiten
: Signaalloop Stereo-videokabel STV-250N
OUTPUT AUDIO L R
Een audioapparaat (bijv. een CD-speler)
Let op: • Via de AV-aansluiting worden geen videobeelden uitgevoerd. Controleer het LCD-scherm, de zoeker of een TV die op de S-video-aansluiting is aangesloten.Controleer altijd met de luidspreker of hoofdtelefoon het nieuwe geluid.
Videomontage
Om een externe microfoon aan te sluiten:
Opmerkingen: • Als u met de ingebouwde microfoon geluid dubt, sluit dan geen kabels aan op de MICaansluiting. • Als u een TV aansluit op de S-video-aansluiting, kunt u het beeld bekijken op een TV-scherm. Gebruik de hoofdtelefoon om het geluid te controleren.
106
Voorbereidingen
Ne
Zet de POWER-schakelaar van de camcorder op PLAY en zet de TAPE/CARD-schakelaar van de camcorder op TAPE. Plaats een opgenomen cassette. • Controleer of het REC/SAVE-schuifje van de cassette in REC (gesloten stand) staat.
Dubben
/ ZERO SET SEARCH MEMORY SELECT AUDIO DUB.
REW
PLAY
FF
AV INSERT
–/
STOP
+/
REMOTE SET PAUSE
SLOW
×2
AUDIO REC LEVEL A
M
Maak geen kabels naar/vanaf de camcorder los en sluit ook geen kabels aan tijdens het dubben van audio of wanneer u de voorbereidingen voor audio dubben uitvoert. TAPE
+
PLAY (VCR)
VCR SET UP
(
AUDIO DUB.••• AUDIO IN
18)
1. Open het menu en kies VCR SET UP. 2. Kies AUDIO DUB. 3. Kies AUDIO IN of MIC. IN en sluit het menu. 4. Lokaliseer het punt waar u met audio dubben wilt beginnen, en druk vervolgens op de toets e/a of PAUSE.
5. Druk op AUDIO DUB. • In het display verschijnen AUDIO DUB. en2a.
Videomontage
• U kunt de afspeeltoetsen op de camcorder of de speciale afspeelfuncties op de draadloze afstandsbediening gebruiken net zoals bij gewoon afspelen. • Op de camcorder wordt de weergavepauzefunctie ingeschakeld.
107
6. Stel het niveau van het ingangssignaal bij.
Ne
AUDIO IN Automatische afstelling: 1.Schuif de REC LEVEL-schakelaar naar A. Handmatige afstelling: 1.Schuif de REC LEVEL-schakelaar naar M. 2.Stem met de L/R LEVEL-schijven het opnameniveau af. • Stel het niveau zodanig in dat het net boven de 12 punten komt. • Stel, indien nodig, de balans in door de L/R LEVEL-schijf te verdraaien. • Ook wanneer u de LEVEL-schijf omlaag draait, kan het geluid vervormd klinken als het ingangsniveau nog te hoog is. Stel de audiodemper (AUDIO ATT) in op ON in het submenu VCR SET UP van het VCR MENU. MIC IN U kunt het microfoongeluid selecteren en het niveau afstellen wanneer u gebruik maakt van de ingebouwde microfoon ( 106). Met een externe microfoon kunt u alleen het opnameniveau instellen.
7. Druk op de PAUSE-toets (en indien AUDIO IN, begin met afspelen op het andere audio-apparaat). • Het audio dubben begint. • Indien MIC. IN: spreek in de microfoon. • 2a verandert in 2.
8. Druk op de toets STOP wanneer u het punt heeft bereikt waar u wilt stoppen met dubben (en indien AUDIO IN, stop het afspelen op het andere audioapparaat). • Het dubben van audio stopt en de aanduiding AUDIO DUB. verdwijnt uit het display. • De camcorder keert terug naar de stopfunctie. • U kunt het nulstelgeheugen ook instellen ( 92) op de positie waar u met audio dubben wilt stoppen; telkens wanneer u naar die positie terugkeert, zal het dubben van audio dan stoppen. • Als u i.p.v. op de toets STOP op de toets PAUSE drukt, komt de camcorder in de weergavepauzefunctie.
Videomontage
Opmerkingen:
108
• U kunt de DV-aansluiting niet gebruiken terwijl u geluid aan het toevoegen bent. • Mogelijk is het wenselijk om de audio mix bij te stellen ( 109) als u een cassette met toegevoegd geluid afspeelt. • Er kan verlies in de geluidskwaliteit optreden als geluid wordt toegevoegd aan een cassette die opgenomen werd met een andere camcorder dan de XM2. • Er kan enig verlies in de geluidskwaliteit op gaan treden als u drie of meer malen opneemt op dezelfde plaats van de cassette.
De audio mix bijstellen Ne
MIX AUDIO BALANCE MONITOR ST-1 ST-2
Bij het afspelen van een band die opgenomen werd in de 12 bit stand kunt u de audio-afgifte instellen voor het afspelen van stereo 1 (het originele geluid), stereo 2 (eventueel nieuw geluid dat na de opname naar de band was gedubd) of een mengsel van deze twee. • Audio met de 16 bits-stand bevat enkel stereo 1 geluid zodat u geen menging kunt uitvoeren of hoeft uit te voeren. Hetzelfde geldt voor de 12 bits stereo 1-stand, tenzij na het maken van de opname nieuw geluid is toegevoegd. TAPE
+
PLAY (VCR)
Selecteer het uitgangskanaal. • Druk op AUDIO MONITOR van de afstandsbediening. • Als u de toets indrukt, verschijnen er 4 instellingen. De laatst gekozen instelling verschijnt het eerst: - STEREO1 voor enkel stereo 1. - STEREO2 voor enkel stereo 2. - MIX/FIXED voor een gelijk mengsel van stereo 1 en 2. - MIX/VARI. (mengvariabele) voor wanneer u de balans tussen stereo 1 en stereo 2 wilt mengen. • Kiest u MIX/VARI., dan kunt u verder gaan om de balans te mengen. • Gebruik de toetsen ST-1/ST-2 om de balans te mengen. Een staaf verschijnt gedurende vier seconden op het scherm om de menging te laten zien.
Let op: Videomontage
• Als u het uitgangssignaal heeft gekozen, wordt linksboven in het display enkele seconden lang STEREO1, STEREO2, MIX/FIXED of MIX/VARI. weergegeven. Als u de stroom uitschakelt wordt de uitgang ingesteld op STEREO1.
109
De audio-uitgangskanalen selecteren
Ne
Bij het afspelen van een cassette waarvan het audiogedeelte opgenomen is op meerdere kanalen kunt u de uitgangskanalen van dat geluid veranderen.
TAPE
+
PLAY (VCR)
VCR SET UP
(
OUTPUT CH••• L/R
18)
1. Leg een cassette in die opgenomen is met meer-kanalen audio. 2. Open het menu en kies VCR SET UP. Kies vervolgens OUTPUT CH, zet het onderdeel op de gewenste instelling en sluit het menu. • Zie de volgende lijst. Stand OUTPUT CH
Videomontage
L/R L/L R/R
110
Afspeelgeluid Cassette opgenomen Cassette opgenomen met stereogeluid op meerdere kanalen L+R kanalen Hoofd- en subkanaal Alleen L kanaal Alleen hoofdkanaal Alleen R kanaal Alleen subkanaal
Aansluiting op een PC met een DV-kabel Door een DV-kabel te gebruiken en de camcorder aan te sluiten op een PC die is voorzien van een DV-aansluiting die in overeenstemming is met een videokaart die compatibel is met IEEE1394/DV, kunt u beelden die met de camcorder zijn genomen overzetten naar de PC. • Het verdient aanbeveling om uw camcorder met de netadapter tijdens aansluiting uit een gewoon stopcontact van stroom te voorzien. • Schakel de stroom van zowel de camcorder als de PC uit alvorens deze op elkaar aan te sluiten. • Optionele software benodigd. • Om via een USB-kabel stilbeelden vanaf een geheugenkaart over te zetten op een PC, zie 132.
DV
IN/OUT
Ne
CV-150F of CV-250F DV-kabel (optioneel)
Opmerkingen: • Het is mogelijk dat de bediening niet juist werkt, afhankelijk van de software die u gebruikt en de configuratie van uw PC met de daarop gemaakte instellingen. • Raadpleeg voor verdere bijzonderheden de betreffende softwarehandleiding.
Let op: • Verwijder de DV-kabel niet als naar de PC gegevens worden overgezet.
Videomontage
111
Inleiding geheugenkaart Ne
De camcorder kan op 2 soorten geheugenkaarten stilbeelden opnemen, opslaan en beheren: de SD Memory Card (met de camcorder meegeleverd) of de MultiMediaCard (in de winkel verkrijgbaar). De SD Memory Card is uitgerust met een beveiligingsnokje om uw opnames tegen abusievelijk wissen te beschermen. De SD Memory Card en de MultiMediaCard worden aangesloten op dezelfde sleuf. U kunt het volgende doen met een geheugenkaart: MultiMediaCard, SD Memory Card • Stilbeelden opnemen ( 116). Voor Achter • Stilbeelden bekijken Enkel beeld ( 118), diashow ( 119), Aansluiindexscherm ( 119) tingen Beveili• De kwaliteit van stilbeelden selecteren ( 113) gings• Belangrijke stilbeelden beveiligen tegen abusievelijk wissen, nokje afdrukmarkeringen aanbrengen en stilbeelden wissen ( 120-126) • Titels die op de geheugenkaart zijn opgenomen met camcorderopnames combineren (titels mengen) ( 127) • Meerdere stilbeelden kopiëren van kaart naar cassette ( 130) • Stilbeelden vanaf een geheugenkaart overzetten naar een PC ( 132) Als u opneemt op een geheugenkaart kunt u gebruik maken van de meeste functies op de camcorder, zoals de verschillende opnameprogramma’s ( 50), zelfontspanner ( 69), sluitertijd ( 75), witbalans ( 78) en andere handmatige aanpassingen. Welke functies beschikbaar zijn PLAY . wordt aangegeven met het symbool CARD + CAMERA of CARD + (VCR) 2 Als u een andere geheugenkaart gebruikt dan welke is meegeleverd, zorg er dan voor dat u deze met de camcorder formatteert ( 131). Belangrijk • De geheugenkaart plaatsen of verwijderen zonder eerst de POWER-schakelaar op OFF te zetten kan resulteren in beschadiging van gegevens. • Deze camcorder is alleen geschikt voor SD Memory Cards ( *) of MultiMediaCards. U kunt geen andere typen geheugenkaarten gebruiken.
Een geheugenkaart gebruiken
* Het
112
logo is een handelsmerk.
De geheugenkaart insteken en verwijderen
Ne
1. Zet de POWER-schakelaar op OFF. • Als u de geheugenkaart verwijdert, overtuig u er dan van of de kaarttoegangsindicator uit is.
2. Open het deksel van de geheugenkaarthouder in de richting van de pijl. 3. Plaats of verwijder de geheugenkaart. • Duw de geheugenkaart volledig naar binnen. • Verwijder de geheugenkaart door de geheugenkaart naar binnen te duwen en dan terug te laten springen. Probeer de geheugenkaart niet te verwijderen zonder dat u deze eerst naar binnen heeft geduwd.
4. Sluit het deksel van het geheugenkaartcompartiment. • Als u de geheugenkaart in de camcorder steekt, probeer het deksel dan niet met geweld te sluiten zonder dat de geheugenkaart juist geplaatst is.
Opmerkingen: • Wanneer u de camcorder op CARD PLAY (VCR) zet, verschijnt het laatst opgenomen beeld. Als er op de geheugenkaart geen beelden zijn opgenomen, verschijnt NO IMAGES in het display. • Raak de aansluitingen van de geheugenkaart niet aan.
De stilbeeldkwaliteit kiezen Stilbeeldkwaliteit: Fijn, standaard TAPE
+
PLAY (VCR)
,
CARD SET UP
(
CARD
+
CAMERA
QUALITY••••• FINE
18)
• Het is mogelijk dat de beeldkwaliteit, afhankelijk van het stilbeeld, bij alle instellingen hetzelfde is.
Een geheugenkaart gebruiken
Om de beeldkwaliteit te veranderen, opent u het menu en kies dan CARD SET UP. Vervolgens kiest u QUALITY, zet dit op STANDARD en sluit dan het menu.
113
Ne
Het beeldformaat selecteren Beeldformaat: 1488 × 1128 pixels/640 × 480 pixels CARD
+
CAMERA
Stilbeelden
CARD SET UP
(
IMAGES RES.• 1488×1128
18)
Om het beeldformaat van een stilbeeld te veranderen, opent u het menu en kies dan CARD SET UP. Selecteer vervolgens IMAGES RES., stel dit in op "640 × 480" en sluit dan het menu. • In het display verschijnt "640". Maximaal aantal stilbeelden op een geheugenkaart van 8 MB en de betreffende bestandsgroottes 1488 × 1128
Beeldformaat
640 × 480
Aantal beelden
Bestandsgrootte per beeld
Aantal beelden
Bestandsgrootte per beeld
Fijn
Ongeveer 6 beelden
860 KB
Ongeveer 47 beelden
125 KB
Standaard
Ongeveer 10 beelden
580 KB
Ongeveer 93 beelden
65 KB
Beeldkwaliteit
* Het feitelijke aantal hangt af van de opnameomstandigheden en de onderwerpen.
Opmerkingen: • Stilbeelden worden gecomprimeerd en opgenomen in het JPEG (Joint Photographic Experts Group)-formaat. • Zie 117 voor het geheugenkaartdisplay. • Het aantal beelden dat nog op de geheugenkaart kan worden opgenomen, kan soms met 2 beelden tegelijk afnemen.
Kaarttoegangsdisplay In het midden van het display wordt de functionele status van de geheugenkaart weergegeven.
Een geheugenkaart gebruiken
TAPE
114
+
CAMERA
,
DISP.SET UP
(
CARD
+
CAMERA
,
CARD
+
PLAY (VCR)
CARD ACCESS• ON
18)
Om het kaarttoegangsdisplay uit te schakelen, opent u het menu en kies DISP.SET UP. Kies vervolgens CARD ACCESS, stel dit in op OFF en sluit het menu.
Bestandsnummers
Ne
De beelden die u opneemt worden automatisch van een bestandsnummer voorzien, van 0001 tot 9999, en vastgelegd in mappen van elk 9999 beelden. Iedere map heeft een nummer van 100 tot 999 dat op de geheugenkaart wordt opgenomen. Stel de bestandsnummering zo in dat het nummer telkens bij het plaatsen van een nieuwe geheugenkaart wordt teruggesteld of dat een doorlopende nummering wordt toegepast. 1 CONTINUOUS(doorlopend) Wanneer de bestandsnummering op CONTINUOUS (doorlopend) is ingesteld, krijgt ieder beeld een ander nummer toegewezen, om te voorkomen dat beelden dezelfde nummers hebben. Als een geheugenkaart al bestanden bevat, wordt het laagst beschikbare bestandsnummer aan het toegevoegde bestand toegewezen. Dit is handig wanneer u de beelden op een PC wilt bewerken. Wij raden 1 u aan de bestandsnummering op CONTINUOUS te laten staan. 100
Op de kaart zijn drie beelden opgenomen.
100
100-0001 100-0002 100-0003
Wanneer u een nieuwe lege kaart plaatst en een opname maakt. 100-0004
100
2
100-0001
2 RESET Iedere keer dat u een nieuwe geheugenkaart plaatst, keert het bestandsnummer terug naar de standaardwaarde (100-0001). Als de geheugenkaart al bestanden bevat, wordt het laagst beschikbare nummer in de map met het hoogste nummer aan het toegevoegde bestand toegewezen. CARD
+
CAMERA
CARD SET UP
(
FILE NOS.••• CONTINUOUS
18)
Om de instelling voor de bestandsnummering te wijzigen, opent u het menu en kies dan CARD SET UP. Vervolgens kiest u FILE NOS., zet dit onderdeel op RESET en sluit dan het menu.
Het sluitergeluid uitschakelen CARD
+
CAMERA
CARD SET UP
(
SHTR SOUND•• ON
18)
Om het sluitergeluid uit te schakelen, opent u het menu en kies dan CARD SET UP. Kies vervolgens SHTR SOUND, stel dit in op OFF en sluit het menu.
Een geheugenkaart gebruiken
Maakt het geluid van een sluiter die wordt ontgrendeld wanneer op een geheugenkaart een stilbeeld wordt opgenomen.
115
Stilbeelden opnemen op een geheugenkaart Ne
CARD TAPE
Kaarttoegangsindicator
Stilbeelden kunt u opnemen op een geheugenkaart. • Op de geheugenkaart kunnen geen bewegende beelden worden opgenomen. • Geheugenkaarten kunnen geen audio opnemen. • Wanneer u een SD Memory Card gebruikt, controleer dan of het nokje niet in de vergrendelstand staat. Anders kunt u niet opnemen. Zorg dat er voldoende vrije geheugenruimte op de geheugenkaart is die u in de camcorder steekt. Verwijder de voedingsbron of geheugenkaart niet uit de camcorder wanneer de kaarttoegangsindicator knippert. Dit kan beschadiging van gegevens tot gevolg hebben.
1. Zet de POWER-schakelaar in CAMERA en de TAPE/CARD-schakelaar in CARD. • In het display verschijnt het aantal beelden dat nog op de geheugenkaart kan worden opgenomen, evenals andere informatie. • De camcorder wordt automatisch uitgeschakeld indien u deze op een accu gebruikt en langer dan 5 minuten geen bedieningshandeling verricht. Zet de standby-schuif op STANDBY.
2. Druk de toets PHOTO halverwege in en houd de toets in die stand vast. • De belichting wordt vergrendeld. • F knippert wit in het display terwijl de camcorder scherpstelt en gaat dan groen branden wanneer de camcorder klaar is voor het opnemen van een stilbeeld.
3. Druk de toets PHOTO volledig in om het stilbeeld op te nemen. • De aanduiding F verdwijnt uit het display. Het sluitergeluid klinkt en het display lijkt tegelijkertijd even te sluiten, net alsof er een foto wordt gemaakt. • De kaarttoegangsindicator knippert en in het display verschijnt het kaarttoegangsdisplay.
Een geheugenkaart gebruiken
Opmerkingen:
116
• Om de zelfontspanner te gebruiken ( 69), stelt u in het menu of op de draadloze afstandsbediening de zelfontspanner vóór stap 3 in, en druk vervolgens de toets PHOTO volledig in. • De toets PHOTO van de draadloze afstandsbediening heeft geen halverwege-stand. Druk de toets volledig in zodat de camcorder het beeld meteen opneemt.
De indicators die in het display verschijnen bij het opnemen op een geheugenkaart:
Ne Beeldkwaliteit (
>>>>
FINE 50 1488
Aantal beelden dat nog op de geheugenkaart kan worden opgenomen Beeldformaat (
Ondersteuningsbatterij ( 136)
113)
114)
Resterende accuvoeding ( 135)
Zie ook "De indicators die in het LCD-scherm verschijnen wanneer MIRROR is ingeschakeld" (
42).
Aanduidingen van de geheugenkaart:
6 5 0 6 –
rood knipperend: in groen: in geel: in rood: knipperend in rood: knipperend in rood:
Geen kaart 6 of meer beelden 1 tot 5 beelden 0 beelden SD Memory Card is beveiligd Deksel geheugenkaart is geopend
• Alle indicators lichten groen op wanneer een geheugenkaart wordt weergegeven. • De aanduiding van de resterende capaciteit varieert al naargelang de opnameomstandigheden. Het resterende aantal kan soms met 2 beelden tegelijk afnemen.
Een geheugenkaart gebruiken
117
Een geheugenkaart weergeven Ne /
CARD
SLIDE SHOW
CARD TAPE
Volg de onderstaande aanwijzingen om te kijken naar de stilbeelden die op een geheugenkaart zijn opgenomen. (Voor bijzonderheden over aansluiting op een TV, zie "Aansluitingen voor afspelen via een televisie" ( 93 )). • Het is mogelijk dat de camcorder beelden die zijn opgenomen op een camcorder die niet van Canon is, niet kan kopiëren, weergeven enz.
Verander de gegevens die op een geheugenkaart zijn opgenomen niet. • Het is mogelijk dat u de volgende stilbeelden niet juist op deze camcorder kunt weergeven: − Stilbeelden die niet met deze camcorder zijn opgenomen, maar vanaf een PC zijn gedownload. − Stilbeelden die met deze camcorder zijn opgenomen, maar daarna zijn bewerkt op een PC. − Stilbeelden waarvan de bestandsnamen zijn veranderd op een PC. Er zijn 3 methoden om de stilbeelden weer te geven: • Enkel beeld • Diashow:Automatisch achter elkaar in de opnamevolgorde weergeven • Indexscherm Telkens zes beelden tegelijk weergeven Wanneer de camcorder in de weergavepauzestand staat, kunt u, om een stilbeeld te zoeken dat u wilt bekijken, de kaartverspringfunctie gebruiken om snel beelden te doorlopen die ergens op een geheugenkaart zijn opgenomen (Card Jump-functie). Zorg ervoor dat in de camcorder een geheugenkaart is gestoken waarop beelden zijn opgenomen. Verwijder de voedingsbron of geheugenkaart niet uit de camcorder wanneer de kaarttoegangsindicator knippert. Dit kan beschadiging van gegevens tot gevolg hebben.
2 Enkel beeld 1. Zet de POWER-schakelaar van de camcorder op PLAY (VCR). 2. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op CARD. • Het laatst opgenomen beeld verschijnt in het display.
3. Gebruik de toetsen CARD +/– om het gewenste beeld op te zoeken.
Een geheugenkaart gebruiken
• Druk op toets + om het volgende beeld te zien en op toets – om het vorige beeld te zien. • Wanneer u op toets + drukt terwijl u bij het laatste beeld bent, gaat u naar het eerste beeld. Wanneer u op toets - drukt terwijl u bij het eerste beeld bent, gaat u naar het laatste beeld.
118
2 Kaartverspringfunctie (Card Jump) U kunt van het huidige beeld naar een beeld springen dat een niet-aangrenzend nummer heeft, zonder de beelden één voor één weer te geven. In de functie CARD PLAY (VCR) worden rechtsboven het beeldnummer van het huidige stilbeeld en het totale aantal stilbeelden op de geheugenkaart weergegeven. CARD
+
Ne
PLAY (VCR)
Druk bij een weergegeven stilbeeld/film in het display op de toets CARD +/- en houd deze ingedrukt. • Druk op toets + om de beelden voorwaarts te doorlopen en op toets - om de beelden achterwaarts te doorlopen. • Het beeldnummer verspringt voorwaarts of achterwaarts. • Als u de toets loslaat, verschijnt in het display het stilbeeld waaraan het huidig getoonde nummer is toegewezen.
2 Diashow CARD
+
PLAY (VCR)
Druk op de toets MIX/SLIDE SHOW terwijl in het display een stilbeeld wordt weergegeven. • Stilbeelden worden automatisch na elkaar weergegeven.
Om de diashow te stoppen, drukt u nogmaals op de toets MIX/SLIDE SHOW. • De diashow start of stopt telkens wanneer u op de toets SLIDE SHOW drukt.
2 Indexscherm Er worden maximaal 6 beelden tegelijk weergegeven zodat u snel een gewenst beeld kunt opzoeken. CARD
+
PLAY (VCR)
INDEX
1488
1488
100–0143
1488
1488
1488 1488 SEL. INDEXEND
1. Druk bij een in het display weergegeven stilbeeld op de toets INDEX SCREEN. • In het display verschijnen maximaal 6 beelden.
2. Kies een stilbeeld door de SELECT-schijf of de toetsen CARD +/– in te drukken.
3. Druk, met het kader op het geselecteerde beeld, op de toets INDEX SCREEN.
Een geheugenkaart gebruiken
• Rondom het geselecteerde beeld verschijnt een rood kader. • Draai de SELECT-schijf naar boven om naar het volgende beeld te gaan en naar beneden om naar het vorige beeld te gaan. • Als u de SELECT-schijf bij het laatste beeld naar boven draait, komt u in het volgende indexscherm. Als u de SELECT-schijf bij het eerste beeld naar beneden draait, komt u in het vorige indexscherm. • U kunt ook de toetsen CARD +/– gebruiken om van indexscherm te wisselen. Druk op de toets CARD – om het vorige indexscherm weer te geven en op de toets CARD + om het volgende indexscherm weer te geven. • In het volledige display verschijnt het geselecteerde beeld.
119
Instellingen van de stilbeelden die op een geheugenkaart zijn opgenomen Ne
/
U kunt ongewenste stilbeelden tijdens het bekijken hiervan gemakkelijk wissen, stilbeelden beveiligen tegen abusievelijk wissen, of voor een afdruk markeren. (Bestandsbeheer - FILE OPER.)
● Voorkomen van abusievelijk wissen (beveiliging
)
U kunt belangrijke beelden selecteren en deze dan beveiligen tegen abusievelijk wissen. Bij het formatteren van een geheugenkaart zullen echter alle beelden, inclusief de beveiligde beelden, permanent gewist worden. 1. 2.
CARD CARD
+ +
PLAY (VCR) PLAY (VCR)
➡ Menu bestandsbeheer (FILE OPER.) SINGLE ( 121) ➡ Submenu kaartbeheer (CARD OPER.) INDEX ( 122)
● Een stilbeeld markeren voor een afdruk (afdrukmarkering
)
Voordat een beeld vanaf een geheugenkaart kan worden afgedrukt, moet het worden gemarkeerd. De camcorder ondersteunt het DPOF (Digital Print Order Format) afdrukformaat. Op een Canonprinter die DPOF ondersteunt kunnen beelden automatisch worden afgedrukt. Er zijn 3 manieren om voor een afdruk een stilbeeld te markeren. Om een beeld te markeren voor een afdruk of om per keer een afdrukmarkering te wissen:
1. 2.
CARD CARD
+ +
PLAY (VCR) PLAY (VCR)
➡ Menu bestandsbeheer (FILE OPER.) SINGLE ( 121) ➡ Submenu kaartbeheer (CARD OPER.) INDEX ( 123)
Om alle afdrukmarkeringen te wissen:
3.
CARD
+
PLAY (VCR)
➡ Submenu kaartbeheer (CARD OPER.)
SINGLE
(
124)
● Stilbeelden wissen
Een geheugenkaart gebruiken
Beelden één voor één of allemaal tegelijk wissen • Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist. Eerst moet de beeldbeveiliging worden uitgeschakeld. Daarna kan het beeld worden gewist. • Denk goed na als u beelden wilt wissen. Zodra een beeld is gewist, bent u het kwijt. Herstel is niet mogelijk. Om alle beelden één voor één te wissen:
1.
CARD
PLAY (VCR)
➡ Menu bestandsbeheer (FILE OPER.)
SINGLE
(
121)
Om beelden één voor één te wissen of alle beelden op de geheugenkaart in één keer te wissen: PLAY 2. CARD + (VCR) ➡ Submenu kaartbeheer (CARD OPER.) SINGLE ( 125) SINGLE INDEX
120
+
: Bij weergave van een beeld in CARD PLAY (VCR) : Bij weergave van een indexscherm in CARD PLAY (VCR)
Bestandsbeheer (FILE OPER.) CARD
+
Ne
PLAY (VCR)
1. Druk bij een in het display weergegeven beeld op de SELECT-schijf om het menu FILE OPER. te openen. • De PROTECT , PRINT MARK en IMAGE ERASE instellingen verschijnen. • Als u |RETURN kiest, verdwijnt het menu uit het display. Om een beeld te beveiligen:
2. Kies PROTECT • • • •
en druk op de SELECT-schijf.
Op het beeld verschijnt de beveiligingsmarkering , en het beeld kan nu niet worden gewist. Druk de SELECT-schijf opnieuw in om dit te annuleren. Als u |RETURN kiest, verdwijnt het menu uit het display. Om de beeldbeveiliging te wissen, kiest u PROTECT en druk op de SELECT-schijf. verdwijnt en nu kunt u dit beeld wissen.
Om een beeld te markeren voor een afdruk (afdrukmarkering)
2. Kies PRINT MARK • • • •
en druk op de SELECT-schijf.
In het beeld verschijnt het afdrukteken . Druk de SELECT-schijf opnieuw in om dit te annuleren. Als u |RETURN kiest, verdwijnt het menu uit het display. Om een afdrukmarkering te annuleren, kiest u PRINT MARK verdwijnt.
en druk op de SELECT-schijf.
Om het beeld te wissen
2. Kies IMAGE ERASE en druk op de SELECT-schijf. • In het display verschijnt ERASE THIS IMAGE? NO YES. • Als u |RETURN kiest, verdwijnt het menu uit het display.
3. Kies YES en druk op de SELECT-schijf. • Het beeld wordt gewist. • Na het gewiste beeld verschijnt één beeld.
Een geheugenkaart gebruiken
121
Voorkomen van abusievelijk wissen (beeldbeveiliging) Ne
REC SEARCH
CARD
SLIDE SHOW
In dit gedeelte wordt beschreven hoe in het submenu Kaartbeheer (CARD OPER.) het stilbeeld moet worden beveiligd als in de functie CARD PLAY (VCR) een indexscherm wordt getoond (inclusief de manier waarop de instelling kan worden geannuleerd). Een stilbeeld kunt u ook beveiligen via het menu Bestandsbeheer (FILE OPER.) ( 121).
Een beeld beveiligen tijdens het bekijken van een indexscherm CARD
+
PLAY (VCR)
CARD OPER.
(
PROTECT
18)
Zorg ervoor dat in de camcorder een geheugenkaart is gestoken waarop beelden zijn opgenomen.
1. Druk bij een in het display weergegeven beeld op de toets van het indexscherm. • In het display verschijnen maximaal 6 beelden. • Selecteer het beeld dat u wilt beveiligen (Indexscherm
119).
2. Open het menu en kies CARD OPER. 3. Kies \
PROTECT .
4. Druk op de SELECT-schijf. • Op het beeld verschijnt de beveiligingsmarkering , en het beeld kan nu niet worden gewist. • Druk de SELECT-schijf opnieuw in om dit te annuleren.
5. Sluit het menu. Let op: Een geheugenkaart gebruiken
• Om de beeldbeveiliging te wissen, selecteert u het beveiligde beeld en druk op de SELECT-schijf. De beveiligingsmarkering verdwijnt.
122
Een stilbeeld markeren voor een afdruk (afdrukmarkering) Ne
In dit gedeelte wordt beschreven hoe in CARD PLAY (VCR) het stilbeeld in het submenu Kaartbeheer (CARD OPER.) moet worden beveiligd (inclusief de manier waarop de instelling kan worden geannuleerd). - Bij weergave van een indexscherm kunt u het stilbeeld markeren voor een afdruk. - Bij weergave van één enkel beeld kunt u alle afdrukmarkeringen wissen. U kunt een stilbeeld ook voor een afdruk markeren via het menu Bestandsbeheer (FILE OPER.) ( 121).
Een stilbeeld markeren voor een afdruk tijdens het bekijken van een indexscherm CARD
+
PLAY (VCR)
CARD OPER.
(
PRINT MARKS
18)
Zorg ervoor dat in de camcorder een geheugenkaart is gestoken waarop beelden zijn opgenomen.
1. Druk bij een in het display weergegeven stilbeeld op de toets INDEX SCREEN. • In het display verschijnen maximaal 6 beelden. • Selecteer de afbeelding die u voor een afdruk wilt markeren (Indexscherm
119).
2. Open het menu en kies CARD OPER. 3. Kies \ PRINT MARK . 4. Druk op de SELECT-schijf. • Naast het beeld verschijnt de afdrukmarkering . • Druk de SELECT-schijf opnieuw in om dit te annuleren.
5. Sluit het menu. Opmerkingen: Een geheugenkaart gebruiken
• Om een afdrukmarkering te annuleren, selecteert u het beeld met de afdrukmarkering en druk op de SELECT-schijf. De afdrukmarkering verdwijnt. • Als er op de geheugenkaart veel beelden zijn opgenomen, kan het enige tijd duren voordat op het beeld een afdrukmarkering verschijnt.
123
Alle afdrukmarkeringen wissen
Ne
CARD
+
PLAY (VCR)
CARD OPER.
(
PRINT MARKS
ALL ERASE
18)
Zorg ervoor dat in de camcorder een geheugenkaart is gestoken waarop beelden zijn opgenomen.
1. Open bij een in het display weergegeven stilbeeld het menu en kies CARD OPER. 2. Kies PRINT MARKS
ALL ERASE.
• In het display verschijnt ERASE ALL PRINT MARKS
3. Kies YES. • De afdrukmarkering
Een geheugenkaart gebruiken
4. Sluit het menu.
124
verdwijnt uit het beeld.
? YES NO.
Wissen van stilbeelden Ne
REC SEARCH
CARD
SLIDE SHOW
In dit gedeelte wordt beschreven hoe in het submenu Kaartbeheer (CARD OPER.) het stilbeeld moet worden gewist tijdens weergave van een enkel beeld in CARD PLAY (VCR). Een stilbeeld kunt u ook wissen via het menu Bestandsbeheer (FILE OPER.) ( 121). CARD
+
PLAY (VCR)
CARD OPER.
(
IMAGE ERASE
18)
Zorg ervoor dat in de camcorder een geheugenkaart is gestoken waarop beelden zijn opgenomen. Om per keer één stilbeeld te wissen:
1. Kies het stilbeeld dat u wilt wissen. • Gebruik, indien nodig, het indexscherm ( 119) of de kaartzoekfunctie ( 119) en zorg ervoor dat het display wordt gevuld door het stilbeeld dat u wilt wissen. • Als u het indexscherm gebruikt, druk dan op de toets INDEX SCREEN nadat u het beeld heeft geselecteerd. Het door u geselecteerde beeld vult het gehele display.
2. Open het menu en kies CARD OPER. 3. Kies IMAGE ERASE. • De CANCEL, SINGLE en ALL instellingen verschijnen. • Om het wissen te annuleren, kiest u CANCEL en sluit het menu.
4. Kies SINGLE. • In het display verschijnt ERASE THIS IMAGE? NO YES.
5. Kies YES.
6. Sluit het menu.
Een geheugenkaart gebruiken
• Het beeld wordt gewist en het vorige beeld verschijnt om te worden gewist. • Om nog een enkel beeld te wissen, gaat u met de toetsen CARD +/- naar dat beeld, en kies YES. • Als het beeld dat u wilt wissen een beveiligd beeld is, verschijnt YES in een paarse kleur en kan die optie niet worden gekozen. • Als u NO kiest, komt u terug bij stap 4.
125
Ne
Alle stilbeelden in een map wissen
1. Open het menu en kies CARD OPER. 2. Kies IMAGE ERASE. • De CANCEL, SINGLE en ALL instellingen verschijnen. • Om het wissen te annuleren, kiest u CANCEL en sluit het menu.
3. Kies ALL. • In het display verschijnt ERASE ALL IMAGES? [EXCEPT FOR
IMAGES] NO YES.
4. Kies YES. • Alle beelden in de map van het weergegeven beeld, behalve de beveiligde beelden, worden gewist. • Als u NO kiest, komt u terug bij stap 2.
Een geheugenkaart gebruiken
5. Sluit het menu.
126
Beelden combineren en deze dan op een cassette opnemen (titels mengen) Combineer een op de geheugenkaart opgenomen titelbeeld met camcorderopnames. U kunt de kleur van een titel wijzigen en het mengniveau instellen.
Ne
Een titelbeeld maken • Speedlite en videolamp kunnen bij het maken van een titel niet worden gebruikt. TAPE
+
CAMERA
TITLE MIX
(
18)
1. Steek een geheugenkaart in de camcorder. 2. Zet de POWER-schakelaar in CAMERA en de TAPE/CARD-schakelaar in TAPE. 3. Open het menu en selecteer \ TITLE MIX. • Het titelmengmenu verschijnt.
4. Selecteer \ CREATE TITLE. • Het menu CREATE TITLE verschijnt.
5. Druk de toets PHOTO volledig in • F knippert in wit en wordt groen en brandt ononderbroken.
6. Druk de toets PHOTO volledig in • F verdwijnt en de camcorder neemt de titel op. De kleur kiezen
1. Selecteer COLOR SELECT in het menu CREATE TITLE. 2. Selecteer de kleur door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien. 3. Druk op de SELECT-schijf. Het mengniveau instellen
1. Selecteer MIX LEVEL in het menu CREATE TITLE. 2. Stel het mengniveau bij door de SELECT-schijf omhoog of omlaag te draaien. 3. Druk op de SELECT-schijf. Het titelbeeld opnemen op de geheugenkaart • U moet de titel op de geheugenkaart opnemen om de titelmengfunctie te kunnen gebruiken.
2. Druk op de SELECT-schijf. • De camcorder neemt de titel op de geheugenkaart op.
Let op: • Aan titelbeelden kan, al naargelang de kleurselectie, hetzelfde bestandsnummer worden toegewezen.
Een geheugenkaart gebruiken
1. Selecteer RECORD in het menu CREATE TITLE.
127
Ne
Een titelbeeld selecteren TAPE
+
CAMERA
1. Zet de POWER-schakelaar in CAMERA en de TAPE/CARD-schakelaar in TAPE. 2. Open het menu en selecteer \ TITLE MIX. • Het titelmengmenu verschijnt.
3. Selecteer \ TITLE SELECT. • Maximaal 6 titels worden weergegeven.
4. Selecteer de titel die u wilt combineren. 5. Druk op de SELECT-schijf. • U keert nu terug naar het titelmengmenu.
De titelmenging activeren 1. Schuif de programmakeuzeschakelaar naar
Q en kies een opnameprogramma.
• Titel mengen kan niet gebruikt worden in het opnameprogramma [ voor gemakkelijk opnemen (Easy Recording).
2. Druk op de toets MIX/SLIDE SHOW. • De geselecteerde titel verschijnt in combinatie met uw opname. Het gecombineerde beeld op de band als film opnemen
1. Druk op de start/stop-toets. Het gecombineerde beeld op een band als stilbeeld opnemen
1. Druk de toets PHOTO half in • F knippert in wit en wordt groen en brandt ononderbroken.
2. Druk de toets PHOTO volledig in • F verdwijnt en de camcorder neemt het stilbeeld op.
Een titelbeeld beveiligen
Een geheugenkaart gebruiken
U kunt een titelbeeld beveiligen om abusievelijk wissen te voorkomen. • Bij het formatteren van een geheugenkaart zullen echter alle beelden, inclusief de beveiligde beelden, permanent gewist worden.
128
1. Open het menu en kies CARD OPER. 2. Kies \ TITLE PROTECT
en druk op de SELECT-schijf.
• Het indexscherm voor titelbeveiliging verschijnt.
3. Selecteer het titelbeeld dat u wilt beveiligen en druk op de SELECT-schijf. • Het beveiligingsteken verschijnt, en het titelbeeld kan nu niet meer worden gewist. • Druk de SELECT-schijf opnieuw in om dit te annuleren.
Een titelbeeld wissen
Ne
1. Open het menu en kies CARD OPER. 2. Kies \ TITLE ERASE en druk op de SELECT-schijf. • Het indexscherm voor titels wissen verschijnt.
3. Selecteer het titelbeeld dat u wilt wissen en druk op de SELECT-schijf. • Controleer tijdens het selecteren het titelbeeld op het indexscherm. • In het display verschijnt ERASE THIS TITLE? NO YES en het titelbeeld knippert.
4. Kies YES en druk op de SELECT-schijf. • Het titelbeeld wordt gewist. • Als u een ander titelbeeld wilt wissen, kies dan het volgende titelbeeld, kies YES en druk op de SELECT-schijf. • Als u NO selecteert, keert u terug in het indexscherm voor titels wissen.
Een geheugenkaart gebruiken
129
Kopiëren van stilbeelden vanaf geheugenkaart naar cassette Ne /
U kunt meerdere stilbeelden kopiëren van de geheugenkaart naar een cassette. • De datacoderingen van de stilbeelden geven aan op welke datum en tijd de kopieën worden gemaakt. CARD OPER.
(
COPY[
]
18)
Zorg ervoor dat in de camcorder een geheugenkaart is gestoken waarop beelden zijn opgenomen, evenals een cassette met genoeg ruimte voor opnames. TAPE
+
PLAY (VCR)
1. Lokaliseer op de cassette het punt waar u met kopiëren wilt beginnen en zet hem stop. CARD
+
PLAY (VCR)
2. Kies met de toetsen CARD +/- het eerste beeld dat u wilt kopiëren. • Op de cassette worden vanaf de geheugenkaart dit stilbeeld en alle daaropvolgende stilbeelden gekopieerd. • Als u alle stilbeelden op de geheugenkaart wilt kopiëren, kies dan het eerste beeld.
3. Open het menu en kies CARD OPER. ] Kies COPY. 4. [ • De CANCEL en EXECUTE instellingen verschijnen.
Een geheugenkaart gebruiken
5. Kies EXECUTE.
130
• • • • •
Kies CANCEL om te stoppen met kopiëren. In het display verschijnt de cassette- en kaartinformatie en het kopiëren begint. ]. In het display verschijnt NOW COPYING [ Elk beeld wordt ongeveer 6 seconden lang op de cassette gekopieerd. Het kopiëren stopt wanneer alle beelden zijn gekopieerd of wanneer de band vol is.
6. Druk op de toets 7 wanneer de door u gewenste beelden zijn gekopieerd.
Een geheugenkaartformatteren Ne
Formatteer nieuwe geheugenkaarten als u het bericht CARD ERROR krijgt, of om permanent en snel alle stilbeelden op een geheugenkaart te wissen, inclusief beveiligde beelden. De SD Memory Card die bij deze camcorder wordt geleverd, is reeds geformatteerd. • Ga zorgvuldig te werk bij het formatteren van een geheugenkaart waarop opnames staan. Alle beelden zullen namelijk permanent worden gewist. • Als u extra geheugenkaarten koopt, formatteert u deze dan met de camcorder, niet met een PC of een ander apparaat. CARD
+
PLAY (VCR)
CARD OPER.
(
FORMAT
18)
Zorg ervoor dat er een geheugenkaart in de camcorder is geplaatst.
1. Open het menu en kies CARD OPER. 2. Kies FORMAT. • De CANCEL en EXECUTE instellingen verschijnen.
3. Kies EXECUTE. • Kies CANCEL wanneer u besluit om de kaart niet te formatteren. • In het display verschijnt FORMAT THIS CARD? NO YES.
4. Kies YES. • Het formatteren begint en in het display verschijnt NOW FORMATTING. • Als u NO kiest, komt u weer bij stap 3.
5. Sluit het menu.
Een geheugenkaart gebruiken
131
Aansluiting op een PC met een DV-kabel Ne
U kunt via de USB-interface stilbeelden downloaden vanaf een geheugenkaart naar een op de camcorder aangesloten PC. Met de meegeleverde software kunt u uw stilbeelden beheren, opslaan en afdrukken. Als u stilbeelden afdrukt, kunt u hieraan titels en kaders toevoegen. Gebruik de USB-kabel en de Digitale Video Solution Disk-software van Canon die met de camcorder zijn meegeleverd.
: Signaalloop USB-kabel IFC-300PCU
Raadpleeg de gebruikshandleiding van de Canon Digitale Video Solution Disk voor meer bijzonderheden over het aansluiten van de camcorder op een PC en het installeren en gebruiken van de software. • Raadpleeg tevens de handleiding van uw PC. PC CONNECT[USB]
"PC CONNECT [USB]" verschijnt om aan te geven dat de camcorder met een USB-kabel op de PC is aangesloten.
Voorzorgsmaatregelen: • Terwijl gegevens worden overgezet (wanneer op de camcorder de kaarttoegangsindicator knippert) mag de USB kabel niet worden verwijderd. Als u dat wel doet, kan dat leiden tot beschadiging van de gegevens op de geheugenkaart. • De aansluiting werkt mogelijk niet naar behoren. Dit kan te wijten zijn aan de specificaties en instellingen van de software en de PC. • De beeldbestanden op uw geheugenkaart en de beeldbestanden die u op de harde schijf van uw computer heeft opgeslagen (gedownload), zijn uw waardevolle en originele beeldbestanden. Als u de beeldbestanden op uw computer wilt gebruiken, zorg er dan voor dat u hiervan eerst kopieën maakt en het gekopieerde bestand gebruikt, zodat u het origineel ongeschonden kunt bewaren.
Een geheugenkaart gebruiken
Opmerkingen:
132
Tijdens het verrichten van de USB aansluiting: • De bedieningselementen, behalve de POWER-schakelaar en TAPE/CARD-schakelaar op de camcorder, kunnen niet worden gebruikt.
Overige informatie en voorzorgsmaatregelen De camcorder formatteert de geheugenkaart in DCF (Design rule for Camera File system). U kunt beelden die u met deze camcorder op een geheugenkaart heeft opgenomen overzetten naar een PC met behulp van de volgende producten die zijn gemaakt voor gebruik met MultiMediaCard of SD Memory Cards:
Ne
PC-kaartadapter: In deze adapter kunt u de geheugenkaart steken. De adapter past in de PC-kaartgleuf waarvan de meeste laptop-PC’s zijn voorzien. FD-adapter In deze adapter kunt u een geheugenkaart steken. De adapter past in het diskettestation van een PC.
Bevestigd is dat de volgende geheugenkaarten met deze camcorder kunnen worden gebruikt (vanaf juni 2002) SD Memory Card— Panasonic: 8 MB, 16MB, 32 MB, 64 MB SanDisk: 8 MB, 16MB, 32 MB, 64 MB MultiMediaCard— Panasonic: 8 MB, 16MB, 32 MB, 64 MB • We kunnen echter niet garanderen dat al deze geheugenkaarten naar behoren werken.
Voorzorgsmaatregelen betreffende het Een geheugenkaart gebruiken
Specificaties SD Memory Card SDC-8M Capaciteit Interface Bereik bedrijfstemperatuur Afmetingen Gewicht
8 MB SD Memory Card standaard 0°C – 40°C 32 × 24 × 2,1 mm 2g
Een geheugenkaart gebruiken
• Als u extra geheugenkaarten koopt, formatteert u deze dan met de camcorder, niet met een PC of een ander apparaat. Geheugenkaarten die met een PC of ander apparaat zijn geformatteerd, werken mogelijk niet correct. • Het verdient aanbeveling op de harde schijf van uw PC of op een ander extern geheugenapparaat reservekopieën te maken van de geheugenkaartbeelden. Beeldgegevens kunnen beschadigd of verloren raken vanwege een defect in een geheugenkaart, of wanneer een geheugenkaart blootgesteld wordt aan statische elektriciteit De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de inhoud van de geheugenkaart indien gegevens beschadigd of verloren raken. • Verwijder de voedingsbron of geheugenkaart niet uit de camcorder wanneer de kaarttoegangsindicator knippert. • Gebruik de geheugenkaart niet op plaatsen die onderhevig zijn aan sterke magnetische velden. • Probeer de geheugenkaart niet te demonteren. • De geheugenkaart niet buigen of laten vallen en deze niet blootstellen aan sterke trillingen of schokken. • Zorg dat de geheugenkaart niet nat wordt. • Verwijder het label van de geheugenkaart niet en plak er ook geen andere labels op. Bevestig labels op het etui van de geheugenkaart. • Stel de geheugenkaart niet aan hoge temperaturen of hoge vochtigheid bloot. • Wanneer de geheugenkaart snel van een koude naar een warme plaats wordt gebracht, kan zich condensatiewater op de kaart afzetten, waardoor de kaart niet meer juist functioneert. Om dit te voorkomen, steekt u de geheugenkaart in een plastic zak en laat deze dan langzaam acclimatiseren voordat u de kaart uit de zak neemt. Indien er toch condensatie optreedt, moet u de geheugenkaart op een constante temperatuur houden zodat al het condensatiewater op een natuurlijke wijze kan verdampen. • Raak de aansluitingen van de geheugenkaart niet aan en zorg dat er geen stof of vuil op de aansluitingen terechtkomt. Bewaar de geheugenkaart in het bijbehorende etui om de aansluitingen te beschermen. • De geheugenkaart kan slechts op één manier in de camcorder worden gestoken. Steek de geheugenkaart nooit met geweld achterstevoren of ondersteboven in de camcorder. Dit kan resulteren in beschadiging van de geheugenkaart of de camcorder.
133
Opmerkingen bij het gebruik van de batterijen Ne
Oplaad- en opnametijden • Deze tijden kunnen uiteenlopen — de veiligste handelwijze is om altijd 2 of 3 maal het aantal accu’s bij de hand te hebben als u denkt dat nodig is. • U zult meer opnametijd per acculading verkrijgen als u de camcorder tussen de verschillende opnames uitschakelt, in plaats van deze steeds in de opnamepauzestand te laten staan. • De oplaadtijd varieert al naargelang de oplaadomstandigheden. Accu
Oplaadtijd
BP-915
1 uur 25 min.
BP-930
2 uur 25 min.
BP-945
3 uur 40 min.
Accu
Maximale opnametijd
Gebruikelijke opnametijd*
Bij gebruik van de zoeker Bij gebruik van het LCD-scherm Bij gebruik van de zoeker Bij gebruik van het LCD-scherm
BP-915
2 uur
1 uur 35 min.
1 uur 5 min.
55 min.
BP-930
4 uur 40 min.
3 uur 55 min.
2 uur 35 min.
2 uur 15 min.
BP-945
7 uur
5 uur 55 min.
3 uur 55 min.
3 uur 25 min.
* Gebruikelijke opnametijd: Tijden bij benadering voor opnames met herhaalde bedieningshandelingen zoals starten/stoppen, zoomen en stroom aan-uitzetten. De feitelijke tijd kan korter zijn. * U kunt gebruik maken van de accu bij een temperatuur tussen 0° en 40°C , maar de accu werkt het best tussen 10° en 30°C. Bij lage temperaturen zal de accu sneller leegraken, bijvoorbeeld op een skipiste. Een beter resultaat krijgt u door de accu in uw jaszak of ergens anders te verwarmen, en daarna te gebruiken. • Als de accu veel sneller leeg is dan (bij normale temperaturen) gebruikelijk is, dan is het einde van zijn levensduur bereikt, en moet de accu worden vervangen.
Let op: • Deze cijfers geven aan hoe lang u van de weergave via het LCD-scherm kunt genieten bij aansluiting van een volledig opgeladen accu. De weergavetijd kan bij lage temperaturen korter zijn.
Aanvullende informatie
Accu
134
Weergavetijd (via het LCD-scherm)
BP-915
1 uur 45 min.
BP-930
4 uur 15 min.
BP-945
6 uur 25 min.
Hoeveel stroom is er over?
Ne
De indicator in het display geeft aan hoeveel stroom er ongeveer over is in de accu:
Opmerkingen:
↓
• Wanneer de accu geheel leeg is, verschijnt in het display 4 seconden lang de aanduiding "CHANGE THE BATTERY PACK" (verwissel van accu). Tevens gaat dan de markering ’accu leeg’ knipperen. Ook gaat dan de spanningsindicator knipperen. • De indicator is niet constant — deze varieert al naargelang de omstandigheden waaronder de accu en camcorder worden gebruikt.
↓ ↓ ↓
100% 75% 50% 25%
CHANGE THE BATTERY PACK
0%
Wanneer opgeladen moet worden U kunt een lithium-ion accu opladen wanneer het u uitkomt. In tegenstelling tot een conventionele accu hoeft hij niet eerst volledig ontladen te worden. Echter omdat de accu zichzelf na verloop van tijd ontlaadt is het het beste om hem op te laden op de dag dat u van plan bent hem te gebruiken, of een dag tevoren.
Zorg voor de accu Bevestig altijd het aansluitingsdeksel. • Sta niet toe dat metalen voorwerpen met de aansluitingen in aanraking komen, omdat dit kortsluiting kan veroorzaken en de accu kan beschadigen. Bevestig altijd het aansluitingsdeksel wanneer u de accu niet gebruikt.
De aansluitingen van de accu’s dienen schoon gehouden te worden zodat ze goed blijven werken. • De camcorder, adapter of accu werken niet naar behoren als de aansluitingen vuil zijn. Bevestig altijd het aansluitingsdeksel wanneer u de accu niet gebruikt. Accu’s opbergen. • Als u een opgeladen accu lange tijd opbergt (ongeveer 1 jaar), kan de levensduur korter worden of de prestatie nadelig worden beïnvloed. Wij raden u aan de accu in de camcorder eerst volledig te ontladen en deze dan op een droge plaats op te bergen. Als u de accu langere periodes niet gebruikt, moet u deze ten minste 1x per jaar in de camcorder volledig opladen en volledig ontladen voordat u hem weer opbergt. Aanvullende informatie
135
Ne
De ondersteuningsbatterij installeren Open het dekseltje van de ondersteuningsbatterij en steek de CR2025-lithiumbatterij met de + zijde naar buiten gekeerd in het vak. Klik het deksel terug op zijn plaats. Deze ondersteuningsbatterij zorgt ervoor dat de camcorder de datum, tijd en andere instellingen in het geheugen kan bewaren wanneer de hoofdvoeding wordt losgekoppeld. De batterij gaat ca. 1 jaar mee. In het display gaat het teken y knipperen als de batterij vervangen dient te worden (of niet ingelegd is). Verwijder de oude batterij door deze omhoog te duwen, dan los te laten en vervolgens te verwijderen. Zorg ervoor dat u eerst een stroombron op de camcorder aansluit, zodat de camcorder de gemaakte instellingen onthoudt bij het vervangen van de batterij.
GEVAAR! Behandel de accu met de nodige voorzichtigheid. • Houd hem uit de buurt van open vuur (hij kan exploderen). • Stel de accu niet bloot aan temperaturen boven de 140°C. Houd hem uit de buurt van verwarmingsapparaten, en laat hem bij heet weer niet achter in een afgesloten auto. • Probeer hem niet uit elkaar te halen of er aan te knutselen. • Laat hem niet vallen en stoot er niet tegen aan. •Laat de accu niet nat worden.
WAARSCHUWING! • Verkeerde behandeling van de bij dit toestel gebruikte batterij kan leiden tot brandgevaar of chemische brandwonden. Niet opladen, demonteren, verhitten boven 100°C of verbranden. • Vervang de batterij door een CR2025 van Panasonic, Hitachi Maxell, Sony, Sanyo, of met Duracell DL2025. Gebruik van andere batterijen kan brand of een explosie tot gevolg hebben. • De gebruikte batterij moet aan de leverancier teruggegeven worden voor een veilige verwerking.
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen:
136
• Pak de batterij niet vast met een tang of andere metalen gereedschap — dit kan kortsluiting veroorzaken. • Veeg de batterij af met een schone, droge doek om verzekerd te zijn van een goed contact. • Houd accu en batterijen buiten bereik van kinderen — mocht een kind een batterij inslikken, raadpleeg dan onmiddellijk een arts; als de batterij lekt kan de batterijvloeistof de maag en ingewanden aantasten. • Om het gevaar op een explosie te vermijden mag de batterij niet gedemonteerd, verwarmd of in water ondergedompeld worden.
Onderhoud Voorzorgsmaatregelen Vermijd hoge temperaturen en een hoge vochtigheidsgraad. • Laat de camcorder bijvoorbeeld niet in een auto in warm weer achter. • Wees ook voorzichtig met de hitte die veroorzaakt wordt door videolampen. • Breng de camcorder niet een vochtige kamer binnen.
Ne
Vermijd plotselinge veranderingen in temperatuur. • Als u de camcorder van een koude naar een warme plaats brengt, kan zich op de lens en interne delen condens vormen ( 140). Richt de lens nooit op sterke lichtbronnen. • Richt deze nooit op de zon en laat hem niet gericht staan op heldere onderwerpen. • Wees in het bijzonder voorzichtig als de camcorder op een statief staat. Vermijd magnetische of elektrische velden. • Gebruik de camcorder niet dicht in de buurt van TV-zenders, draagbare communicatie-apparaten of andere bronnen met elektrische of magnetische straling. Dit kan storing in het beeld of permanente schade aan de camcorder veroorzaken. Stel de camcorder niet bloot aan water. • Gebruik een regenhoes als u opnames maakt in lichte regen of mist. • U loopt gevaar op elektrische schokken als water in de camcorder binnendringt — neem zo snel mogelijk contact op met deskundig onderhoudspersoneel. Bescherm de lens. • De lens kan beschadigd raken door zand of stof — wees in het bijzonder voorzichtig op winderige dagen. Hanteer de camcorder met de nodige voorzichtigheid. • Trillingen of stoten kunnen schade veroorzaken. • Gebruik de zoeker of het LCD-paneel niet als een draaghendel. Knutsel niet aan de camcorder. • Dit is bijzonder gevaarlijk daar u gevaar loopt op elektrische schokken — mocht de camcorder niet goed werken laat hem dan nakijken door erkend onderhoudspersoneel.
Aanvullende informatie
137
Ne
Opslag Als u de camcorder langere tijd niet zult gebruiken, ga dan als volgt te werk: verwijder de cassette en de accu en berg deze op een plaats op vrij van stof en vocht waar de temperatuur niet hoger is dan 30°C. Controleer na opslag of elk onderdeel en elke functie van de camcorder nog steeds in orde is.
Let op: • Deze voorzorgsmaatregelen zijn ook van toepassing op accu’s en cassettes.
Onderhoud Zoeker: • Reinig het zoekerscherm. Draai de zoeker omhoog. Verwijder de afdekking van de zoeker en maak deze schoon met een wattenstaafje, etc. Als u klaar bent, plaats deze dan weer plat tegen de camera aan. • Het zoekerscherm kan gemakkelijk bekrast raken. Wees voorzichtig met schoonmaken. LCD • Reinig het LCD-scherm m.b.v. een in de handel verkrijgbaar reinigingsdoekje voor brillen. • Verplaatsing van de camcorder tussen hete en koude temperaturen kan op het oppervlak van de lens tot condens (waterdruppels) leiden. Veeg het vocht weg met een zachte, droge doek. • Bij lage temperaturen kan het display veel donkerder lijken dan normaal. Dit is normaal en duidt niet op een storing. Het display keert terug naar de normale toestand wanneer het scherm opwarmt.
Aanvullende informatie
Camcorderbehuizing en lens • Reinig de behuizing en de lens met een zachte, droge doek. Gebruik nooit met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige oplosmiddelen zoals verfverdunner.
138
w q
q w
Videokoppen • Als op het afgespeelde beeld mozaïek-achtige storingen verschijnen, dan zijn de videokoppen mogelijk vuil. Wanneer de videokoppen zwaar vervuild zijn, kan het gebeuren dat u een leeg blauw scherm of een waarschuwing ziet. • Voor een optimale beeldkwaliteit moet u de videokoppen na iedere 20 gebruiksuren reinigen met behulp van de Canon DVM-CL digitale videokoppen-reinigingscassette. Herhaal het reinigen (maximaal 5 maal) als de storing niet verdwijnt. • Gebruik geen reinigingscassette van een nat type daar deze schade kan veroorzaken.
Ne
De camcorder gebruiken in het buitenland Voedingsbronnen • De compacte netadapter kan gebruikt worden voor de stroomvoorziening van de camcorder en om de accu’s op te laden in elk land waar de netspanning tussen 100 en 240V wisselspanning, 50/60Hz is. Neem contact op met uw Canon dealer voor nadere informatie omtrent verloopstekkers voor gebruik in het buitenland. Afspelen via de televisie • Hoewel u uw opnames altijd via het LCD-scherm kunt afspelen kan de camcorder alleen aangesloten worden op TV’s die hetzelfde PAL-systeem gebruiken. Dit TV-systeem wordt in de volgende landen gebruikt: Algerije, Australië, Bangladesh, België, Brunei, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Hongkong, Ierland, Ijsland, India, Indonesië, Italië, voormalig Joegoslavië, Jordanië, Kenia, Koeweit, Liberia, Maleisië, Malta, Mozambique, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noord-Korea, Noorwegen, Oeganda, Oman, Oostenrijk, Pakistan, Portugal, Qatar, Sierra Leone, Singapore, Spanje, Sri Lanka, Swaziland, Tanzania, Thailand, Turkije, Verenigde Arabische Emiraten, Verenigd Koninkrijk, Jemen, Zambia, Zuid-Afrika, Zweden, Zwitserland.
Aanvullende informatie
139
Ne
Condens Op de camcorder kan zich condens vormen wanneer deze van een koude naar een warme plaats wordt verplaatst. Zowel de videoband als de camcorder zelf kan beschadigd raken als de camcorder gebruikt wordt terwijl er condens aanwezig is. Er kan zich condens vormen:
Wanneer u de camcorder van een koude plaats meeneemt naar een warme kamer
Wanneer een koude kamer snel wordt verwarmd
Wanneer de camcorder wordt achtergelaten in een vochtige kamer
Wanneer de camcorder vanuit een kamer met actieve airconditioning wordt meegenomen naar een warme, vochtige plaats
De camcorder beschermen tegen condens • Neem de videocassette uit en berg de camcorder in een plastic zak op voordat u de camcorder naar een warme of vochtige ruimte overbrengt waar condens een probleem zou kunnen vormen. Wacht totdat de temperatuur van de camcorder gelijk is aan de kamertemperatuur alvorens hem uit de plastic zak te nemen en hem te gebruiken. Wat er gebeurt wanneer er condens wordt gesignaleerd • De aanduiding "CONDENSATION HAS BEEN DETECTED" (condens gesignaleerd) verschijnt gedurende circa 4 seconden in het display. Daarna gaat de spanningsindicator knipperen en gaat in het display het teken h knipperen. Als er een cassette in de camcorder aanwezig is, stopt deze automatisch en verschijnt in het display 4 seconden lang de aanduiding "REMOVE THE CASSETTE" (verwijder de cassette) en gaat in het display het teken v knipperen. Als u pieptonen heeft ingeschakeld, dan hoort u deze. Verwijder de cassette, anders kan deze beschadigd raken. • De camcorder signaleert condens niet altijd onmiddellijk, zodat het 10 à 15 minuten kan duren voordat de condenswaarschuwing verschijnt. • Het is onmogelijk een videoband in te leggen als condens gesignaleerd is.
Aanvullende informatie
Welke stappen dient u te nemen • Verwijder de cassette, laat het cassettecompartiment open staan en schakel de camcorder uit. • Plaats de camcorder op een droge plaats totdat de condens verdampt is. Nadat de condenswaarschuwing met knipperen is gestopt, moet u minstens een uur wachten voordat u de camcorder weer gebruikt.
140
Problemen oplossen Loop eerst door deze lijst wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder. Mogelijk oorzaken worden voor elk probleem in de lijst gegeven — zie de paginanummers tussen haakjes voor meer informatie.
Ne
Zorg ervoor dat de camcorder op de juiste wijze aangesloten is als u hem met een TV of videorecorder gebruikt. Raadpleeg uw dealer of onderhoudswerkplaats mocht een probleem onoplosbaar lijken.
Opnemen/afspelen Probleem
Probleem Oorzaak en/of wat te doen
? Er gebeurt niets wanneer ik op de toetsen druk.
• De camcorder is niet op de juiste functie ingesteld ( 33, 85). • De cassette is niet ingelegd of is wisbeveiligd ( 16-17). • De cassette heeft het eind bereikt. • De stroombron is niet op de juiste wijze aangesloten, of de accu is leeg of niet op de juiste wijze aangesloten ( 14-15, 135). • De functie kan met het betreffende opnameprogramma niet worden gebruikt ( 50).
? De camcorder heeft zichzelf uitgeschakeld.
• De camcorder was meer dan 5 minuten lang in de opnamepauzefunctie ( 34, 116, ). • De accu is leeg ( 15, 135).
? Tijdens het plaatsen of uitnemen van een cassette stopt plotseling de beweging van het cassettecompartiment.
• De accu is leeg. Laad de accu op of vervang de accu ( 15).
? De start/stop-toets werkt niet.
• De cassette is niet ingelegd of is wisbeveiligd ( 16-17). • De cassette heeft het eind bereikt.
? Er is geen beeld in het display.
• De camcorder is niet op de juiste functie ingesteld ( 33, 85).
? Er is een blanco blauw scherm in het display.
• U probeert materiaal af te spelen of op te nemen dat auteursrechtelijk beveiligd is ( 98). • De videokoppen zijn erg vervuild ( 139).
? De camcorder stelt niet scherp.
• De ( • De • De
camcorder staat op handmatige scherpstelling 77). zoekerlens moet worden afgesteld ( 12). lens is vuil ( 138).
Aanvullende informatie
141
Let op:
Ne
• Sommige onderwerpen zijn niet geschikt voor automatische scherpstelling. In dat geval krijgt u vaak betere resultaten met handmatige scherpstelling ( 77). Stel scherp op iets op ongeveer dezelfde afstand, vergrendel de scherpstelling en richt de camcorder dan weer op het
Horizontale strepen
Veel onderwerpen op verschillende afstanden
Achter glas
Zonder veel contrast (bijv. een witte muur)
Reflecterende oppervlakken (bijv. de glanzende carrosserie van een auto)
Snel bewegende objecten
Donkere onderwerpen
Nachtscènes
Opnemen/afspelen (vervolg) Probleem
Probleem Oorzaak en/of wat te doen
? Sommige/alle digitale effecten werken niet.
• Er zijn een aantal beperkingen aan het gebruik van digitale effecten. ( 60).
? De e (afspeel) toets werkt niet.
• De camcorder is niet ingesteld op TAPE PLAY (VCR) ( 85). • Er is geen cassette ingelegd ( 16). • De cassette heeft het eind bereikt.
Aanvullende informatie
? Er is een heldere streep op het scherm.
142
•Als u opneemt op donkere plaatsen, kan een helder licht in het tafereel tot gevolg hebben dat een verticale lichtbalk ("smeer") verschijnt. Dit is een normaal fenomeen bij camcorders.
? Het weergavebeeld ziet er niet mooi uit (met mozaïek-achtige storing).
• De videokoppen moeten worden gereinigd ( 139).
? Er is geen beeld op het TV-scherm.
• AV \ DV OUT (analoog-digitaal omzetter) is in het menu niet ingesteld op OFF ( 101).
? Er is geen beeld op het TV-scherm, hoewel de band wel loopt.
• De videokoppen moeten worden gereinigd ( 139). • De TV/VIDEO-keuzeschakelaar op de TV is niet op VIDEO ingesteld ( 93-94).
? Er komt tijdens het afspelen geen geluid • De luidspreker is met de keuzeschijf uit de luidspreker. uitgeschakeld ( 87). • Er is een hoofdtelefoon aangesloten.
Geheugenkaart Probleem
Probleem Oorzaak en/of wat te doen
? De geheugenkaart kan niet in de camcorder worden geplaatst.
• De kaart is niet juist geplaatst ( 113). Pak de kaart op de juiste wijze vast en steek hem opnieuw naar binnen.
? De aanduiding knippert rood in het display terwijl er een geheugenkaart geplaatst is.
•Schakel de camcorder uit en dan weer in, en verwijder de kaart en plaats hem opnieuw in de camcorder. Als de aanduiding blijft knipperen, formatteer dan de geheugenkaart.
? Er gebeurt niets wanneer ik op de toetsen druk.
•De camcorder is niet ingesteld op CARD CAMERA of CARD PLAY (VCR) ( 116, 118). •Er is geen geheugenkaart geplaatst ( 113). •U gebruikt een SD Memory Card waarvan het nokje in de vergrendelstand staat. Schuif het nokje in de andere stand. •De geheugenkaart is vol. Wis beelden ( 120) of plaats een nieuwe geheugenkaart. •De stroombron is niet op de juiste wijze aangesloten, of de accu is leeg of niet op de juiste wijze aangesloten ( 14-15, 135). •De functie kan met het betreffende opnameprogramma niet worden gebruikt ( 50).
? De toets PHOTO werkt niet.
•Er is geen geheugenkaart geplaatst ( 113). •U gebruikt een SD Memory Card waarvan het nokje in de vergrendelstand staat. Schuif het nokje in de andere stand. •De geheugenkaart is vol. Wis beelden ( 120) of plaats een nieuwe geheugenkaart. •Het maximale bestandsnummer is bereikt. Stel via het menu de bestandsnummering in op RESET ( 115) en plaats een nieuwe geheugenkaart. •U gebruikt een niet-geformatteerde geheugenkaart. Formatteer de kaart ( 131).
? Het beeld kan niet worden gewist.
•Het beeld is beveiligd ( 120). •U gebruikt een SD Memory Card waarvan het nokje in de vergrendelstand staat. Schuif het nokje in de andere stand.
Ne
Aanvullende informatie
143
Ne
Overige Probleem ? De draadloze afstandsbediening werkt niet.
•De functie voor de afstandsbedieningssensor is in het menu ingesteld op OFFB ( 28). •De functies voor de afstandsbedieningssensor zijn verschillend tussen de camcorder en de afstandsbediening ( 28). •De batterijen zijn leeg of niet ingelegd.
? De spanningsindicator knippert.
•Controleer de schermdisplays (
Aanvullende informatie
? Er zitten luchtbellen binnen de lens.
144
Probleem Oorzaak en/of wat te doen
135).
• Dit is onwaarschijnlijk, maar kan gebeuren als u de camcorder op plaatsen gebruikt waar de luchtdruk laag is, bijvoorbeeld in een vliegtuig. De luchtbellen verdwijnen ongeveer na een week nadat de camcorder weer onder normale atmosferische druk staat.
? De camcorder werkt niet goed.
•Bij storing van buitenaf kan de microprocessor van de camcorder tijdelijk problemen krijgen. Als er in het display willekeurige letters verschijnen of wanneer de normale werking wordt onderbroken, verwijder dan de stroombron en sluit deze weer aan.
? De DV-kabel is op de juiste wijze aangesloten maar het display is leeg.
•Verwijder de kabel en sluit hem opnieuw aan of schakel de camcorder uit en vervolgens weer in.
? De camcorder wordt warm tijdens het gebruik.
•Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Systeemdiagram van de XM2
(verkrijgbaarheid verschilt per land)
Ne
VideolampVL-3
SchouderriemSS-650
Stereo-richtingsmicrofoon DM-50
Draadloze afstandsbediening WL-D77
MiniDV Video: Cassette
DCkoppelstuk DC-920
Adapter CB-920 voor auto-accu (binnenkort verkrijgbaar)
Accu uit de BP-900-serie
Compacte netadapter CA-920
Microfoonadapter MA-300
Accu uit de BP-900-serie
Groothoekconverter WD-58H Dubbeleaccuoplader/houder CH-910 Zoomafstandsbediening ZR-1000
S-videokabel S-150
TV Scartadapter PC-A10
Stereo-videokabel STV-250N Speedlight 220EX/420EX/550EX
Videorecorder DV-kabel CV-150F PC-kaartadapter
Accu uit de BP-900-serie
Accuvideolamp VL-10Li
SD Memory Card of MultiMediaCard
Stereomicrofoon (in de winkel verkrijgbaar)
Digitaal apparaat
FD-adapter
USB-kabel IFC-300PCU DV-kabel CV-150F/CV-250F
Aanvullende informatie
Draagtas HC-4100
Personal Computer
145
Optionele accessoires AccuBP-915, BP-930, BP-945
Ne
Extra batterijen voor gebruik met de XM2.
Adapter CB-920 voor auto-accu Geeft stroom aan uw camcorder of laadt accu’s op terwijl u onderweg bent. De adapter voor de auto-accu wordt aangesloten op de bus van uw sigarettenaansteker en werkt op 12–24 V DC negatiefgeaarde auto-accu’s.
Dubbele accu-oplader/houder CH-910 Deze bevat twee accu’s die achtereenvolgens kunnen worden opgeladen. Daarna kan deze oplader/houder rechtstreeks worden aangesloten op de XM2 waardoor tweemaal zolang kan worden opgenomen/afgespeeld. Ook kan deze oplader/houder gebruik maken van accu BP-945 waarmee tot 14 uur opnametijd mogelijk is.
Groothoekconverter WD-58 Deze lens vermindert de brandpuntsafstand met een factor 0,7 om u een breed perspectief te geven bij opnames binnenshuis, evenals voor landschappen e.d.
Richtingsgevoelige stereo-microfoon DM-50 Deze super-richtingsgevoelige microfoon met hoge opnamegevoeligheid kan aan de geavanceerde accessoireschoen van de camcorder worden bevestigd. De microfoon heeft een zeer hoge gevoeligheid en kan worden ingesteld als een richtingsgevoelige microfoon (mono) of een stereomicrofoon die tevens duidelijk het geluid aan de voorzijde opvangt voor het verkrijgen van een optimale opname van het totale geluid.
VL-3 Videolamp
Aanvullende informatie
Bevestig deze videolamp aan de camcorder bij het opnemen in een donkere kamer. Wanneer de automatische instelling gekozen is, wordt de videolamp automatisch in/uitgeschakeld overeenkomstig de lichtomstandigheden waarbij wordt opgenomen.
146
Accu-videolamp VL-10Li
Ne
Deze compacte doch krachtige videolamp kan worden gebruikt voor opnames zowel binnenshuis als buitenshuis. • Gebruik de accu’s uit de BP-900-serie om de lamp van stroom te voorzien. De opnameduur is ongeveer als volgt: BP-915: 60 min., BP-930: 120 min., BP-945: 170 min.
Speedlite 220EX/420EX/550EX Bevestig deze aan de XM2 voor spiegelreflex-achtige flitsfotografie. 220EX
420EX
550EX
Microfoonadapter MA-300 Met de microfoonadapter MA-300 kunt u in de XM2 audio invoeren met microfoons die voorzien zijn van XLR-connectors en kunt u videosignalen omzetten voor de BNC-connector.
Draagtas HC-4100 Een stevige, afsluitbare tas waarin u de camcorder veilig en stijlvol kunt transporteren en bewaren.
O
RY CA SO
VI INE DE
N GENU NO
Dit merkteken is het symbool van echte Canon video-accessoires. Bij gebruik van Canon video-apparatuur, bevelen wij het gebruik aan van Canon-accessoires of producten met hetzelfde symbool.
Aanvullende informatie
147
ACCES
Schermdisplays Ne
U kunt ervoor kiezen om op het LCD-scherm of de zoeker al dan niet de operationele status weer te geven. Het display verschijnt ook op een TV die op de camcorder is aangesloten.
TV SCREEN DATA CODE
Schermdisplays Druk op de toets TV SCREEN van de draadloze afstandsbediening of zet in het menu de functie TV SCREEN op OFF om de displays op het TV-scherm te verbergen. U kunt ook de programmeerbare insteltoets (Custom Key) gebruiken als deze op TV SCREEN ingesteld is ( 56). (De displays verschijnen op het scherm in wit.) Ze worden niet toegevoegd aan opnames die met de camcorder worden gemaakt. DISP. SET UP
(
TV SCREEN••• ON
18)
Om de TV SCREEN functie uit te schakelen, opent u het menu en kies dan DISP.SET UP. Vervolgens kiest u TV SCREEN, zet dit onderdeel op OFF en sluit dan het menu. Voor instructies over aansluiting op een TV, zie
93.
De LCD-schermdisplays uitschakelen U kunt de displays uitschakelen om een mooi scherm zonder aanduidingen te krijgen. DISP. SET UP
(
DISPLAYS•••• ON
18)
Om de displays uit te schakelen, opent u het menu en kies DISP. SET UP. Vervolgens kiest u DISPLAYS, zet dit onderdeel op OFF en sluit het menu.
Aanvullende informatie
• Als u de displays uitschakelt, is er op het LCD-scherm (en ook op het aangesloten TV-scherm) niets meer te zien, maar de camcorder zal nog wel waarschuwingsdisplays laten zien. • Bij bediening van de camcorder verschijnt ongeveer 2 seconden lang het display met de operationele status. De displays verdwijnen echter niet als een indexscherm wordt gebruikt.
148
Schermdisplays in TAPE CAMERA
Ne
qwert y #0 @9 @8 @7 @6 @5 @4 @3 @2 @1
T SP REC MANUAL 0:12:34 S1/500 10sec 60min F1.8 SELF–T 0dB j h A1 ON CP NDMF VOICE MF CHAR.REC 16bit [DV IF]16:9 FADE–T PHOTO U N.Y. 12:00 AM 15.JAN.2002F C
W
u i o !0 !1 !2 !3 !4 !5 !6
#2 @0 !9 !8!7 #1
!1 Afstandsbedieningssensorfunctie ( 28) !2 Microfoon ( 54)/ Microfoondemper ( 55) !3 Audiofunctie ( 54) !4 Breedbeeldfunctie ( 35) !5 Fotofunctie ( 91), indexfunctie ( 91), filmfunctie ( 48) !6 Indicator audioniveau ( 55) !7 Zelfontspanner ( 69)/ interval-timer ( 67) !8 Aangesloten optionele videolamp, microfoon of microfoonadapter !9 AF/AE vergrendeld in fotoopnamefunctie ( 46, 116) @0 Display-informatie opnemen ( 84)
q Witbalans ( 78) w Herinnering opnamepauzestand ( 33)/Aftelling zelfontspanner ( 69)/Timer foto-opnames e Beeldstabilisator ( 44) r Ondersteuningsbatterij ( 136) t Opnamefunctie ( 35) y Condenswaarschuwing ( 140) u Operationele functie ( 33) [REC, PAUSE, EJECT, STOP, K (opname zoeken)] i Bandteller o Resterende band !0 Resterende accuvoeding ( 135)
@1 Dateringscode ( 88) @2 Tijdzone/zomertijd ( 30) @3 Digitale effecten ( 60) @4 Handmatige scherpstelling ( 77) @5 Voorkeuze-instelling (Custom Preset) ( 81) @6 Versterking ( 74) @7 F-getal ( 74) @8 Sluitertijd ( 75)/belichtingsvergrendeling ( 76)/ AE-verschuiving ( 80) @9 Opnameprogramma ( 50) #0 Zoom ( 40) #1 DV-regeling ( 70) #2 ND-filter ( 45)
Schermdisplays in de functie TAPE PLAY (VCR). q w !8 !7 !6 !5 !4
SP STOP 0:00:00:00 ST–1 ST–2 60min INDEX SEARCH j h A1 TV SCREEN NORMAL 0dB 16bit F1.8 16:9 1/500 DV IN 12:00 AM SPEAKER 1.JAN.2002 MIX/VARI.
e r t y u i o !0 !1 !2
!3
y Resterende accuvoeding ( 135) u Afstandsbedieningssensorfunctie ( 28) i Microfoon ( 54) o Audiofunctie ( 54) !0 Breedbeeldfunctie ( 35) !1 DV IN ( 97) !2 Volume luidspreker/ hoofdtelefoon ( 87)/ indicator audioniveau ( 55)
!3 Ondersteuningsbatterij ( 136) !4 Dateringscode ( 88) !5 Programmeerbare insteltoets (Custom Key) ( 56) !6 Foto zoeken/datum zoeken/ indexzoeken ( 91)/ audio dubben ( 106)/ AV invoegen ( 103) !7 Mengbalans ( 109) !8 Audio mengen ( 109)
Aanvullende informatie
q Opnamefunctie ( 35) w Condenswaarschuwing ( 140) e Operationele functie ( 85) [REC, PAUSE, EJECT, STOP, speciaal afspelen, audio dubben, AV invoegen, etc.] r Bandteller t Resterende band
149
Ne
Schermdisplays in CARD CAMERA qw @2 @1 @0 !9 !8 !7 !6 !5
W
e
T
MANUAL S1/720 F2.0 0dB ON CP NDMF MF
10SEC SELF–T
FINE 9999 1488 j h A1
12:00 AM 15.JAN.2002F !4
!3 !2!1
!0 o
o Condenswaarschuwing ( 140) !0 Ondersteuningsbatterij ( 136) !1 Zelfontspanner ( 69) !2 Opname op kaart ( 116) !3 AF/AE vergrendeld ( 46, 116) !4 ND-filter ( 45) !5 Datum/tijdweergave ( 32) !6 Handmatige scherpstelling ( 77)
q Witbalans ( 78) w Aftellen zelfontspanner ( 69) e Beeldstabilisator ( 44) r Beeldkwaliteit ( 113) t Resterende kaartcapaciteit ( 117) y Beeldformaat ( 114) u Resterende accuvoeding ( 135) i Afstandsbedieningssensorfunctie ( 28)
r t y u i
!7 Voorkeuze-instelling (Custom Preset) ( 81) !8 Versterking ( 74) !9 F-getal ( 74) @0 Sluitertijd ( 75)/ belichtingsvergrendeling ( 76)/ AE-verschuiving ( 80) @1 Opnameprogramma ( 50) @2 Zoom ( 40)
Schermdisplays in CARD PLAY (VCR) q w 101–0001 9999/9999 1488 !2 !1
TV SCREEN
!0
12:00 AM 15.JAN.2002
j h A1
e r t y u
oi
Aanvullende informatie
q Afdrukmarkering ( 123) w Beveiligingsmarkering ( 122) e Bestandsnummer ( 115) r Huidig beeld/totaal aantal beelden ( 119) t Beeldstabilisator ( 114)
150
y Resterende accuvoeding ( 135) u Afstandsbedieningssensorfunctie ( 28) i Condenswaarschuwing ( 140)
o Ondersteuningsbatterij ( 136) !0 Datum/tijdweergave ( 88) !1 Programmeerbare insteltoets (Custom Key) ( 56) !2 Lezen vanaf kaart
Waarschuwingen De camcorder toont ongeveer 4 seconden lang verschillende waarschuwingen.
Ne SET THE TIME ZONE, DATE AND TIME
Tijdzone, datum en tijd zijn niet ingesteld. Verschijnt telkens wanneer u de stroom inschakelt totdat u de tijdzone, datum en tijd instelt ( 30). De accu is vrijwel uitgeput . Vervang de accu of laad deze op.
CHANGE THE BATTERY PACK
Vervang de cassette of wijzig de stand van het THE TAPE IS SET FOR ERASURE beveiligingsnokje op de cassette ( 16, 17). PREVENTION
REMOVE THE CASSETTE
CHECK THE DV INPUT
CONDENSATION HAS BEEN DETECTED
TAPE END
CHECK THE CASSETTE [REC MODE]
CHECK THE CASSETTE [AUDIO MODE]
CHECK THE CASSETTE [BLANK]
HEADS DIRTY, USE CLEANING CASSETTE
De DV-kabel is niet aangesloten, of het aangesloten digitale apparaat is uitgeschakeld ( 97).
In de camcorder is condens ontdekt (
140).
De band heeft het einde bereikt. Spoel de band terug of verwijder deze ( 86).
De opname is in een andere functie dan de SP-functie gemaakt. Audio dubben of AV invoegen is niet mogelijk ( 103, 106). De opname is gemaakt in de 16-bits of 12-bits 4-kanaals functie. Audio dubben is niet mogelijk ( 106).
De camcorder heeft op de band een leeg gedeelte ontdekt. Audio dubben of AV invoegen is niet mogelijk ( 103, 106).
Verschijnt onmiddellijk nadat u met het opnemen bent begonnen en de videokoppen erg vuil zijn. Reinig de videokoppen ( 139). U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band af te spelen ( 98).
Aanvullende informatie
COPYRIGHT PROTECTED PLAYBACK IS RESTRICTED
De camcorder is gestopt om de cassette te beschermen. Verwijder de cassette en begin opnieuw ( 140).
151
Ne
COPYRIGHT PROTECTED DUBBING RESTRICTED
U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band af te spelen. Kan ook weergegeven worden als tijdens opname via de analoge ingang een abnormaal signaal wordt verzonden ( 98, 99).
Waarschuwingen m.b.t. de geheugenkaart Er is geen geheugenkaart geplaatst (
113).
NO CARD
THE CARD IS SET FOR ERASURE PREVENTION
De SD Memory Card is wisbeveiligd. Vervang de kaart of wijzig de positie van het beveiligingsnokje ( 112).
Er is op de geheugenkaart geen titelbeeld opgenomen. NO TITLES
NO IMAGES
CARD ERROR
Op de geheugenkaart is geen vrije ruimte meer aanwezig. Vervang de geheugenkaart of wis beelden ( 125).
NAMING ERROR
Bestands- of mapnummers hebben al de maximale waarde bereikt ( 115).
PRINT MARK ERROR
Aanvullende informatie
Er is een geheugenkaartfout opgetreden. De camcorder kan niet opnemen of afspelen. De fout kan tijdelijk zijn. Als het bericht CARD ERROR na 4 seconden verdwijnt en rood knippert, moet u de camcorder uit- en weer aanzetten, en de kaart verwijderen en opnieuw insteken. Indien in groen verandert, kunt u doorgaan met opnemen/afspelen ( 116, 118).
CARD FULL
UNIDENTIFIABLE IMAGE
152
Er zijn op de geheugenkaart geen beelden opgenomen ( 116).
IN CARD POSITION
MEMORY CARD COVER IS OPEN
Het beeld wordt opgenomen in een JPEG-formaat of een formaat dat niet compatibel is met de camcorder, of het beeld bevat corrupte gegevens.
Het gemarkeerde bestand kan niet worden bewerkt (
123).
Verschijnt wanneer u in CARD CAMERA op de start/stop-toets drukt om u te vertellen dat er geen beeld is opgenomen.
Het deksel van het geheugenkaartcompartiment is geopend.
Specificaties XM2 Stroomverbruik (nominaal): Stroomverbruik (AF ingeschakeld): Televisiesysteem: Video-opnamesysteem: Geluidsopnamesysteem: Beeldsensor: Bandformaat: Bandsnelheid: Maximale opnametijd (met een cassette van 80 min.): Tijdsduur vooruitspoelen/terugspoelen: Lens: Scherpstelsysteem: Minimale scherpstelafstand: Maximale sluitertijd: Minimale belichting: Aanbevolen belichting: Filterdiameter: Zoeker: LCD-scherm: Microfoon: Opnamemedia: Aantal pixels voor opname: Beeldformaat:
Ne 7,2 V gelijkstroom 4,8 W (bij gebruik zoeker), 5,7 W (bij gebruik LCD-scherm) CCIR-standaard (625 lijnen, 50 velden) PAL-kleurensignaal 2 gedraaide koppen, helisch aftastend DV-systeem (Consumer digitale videorecorder SD-systeem) Opnemen met digitale componenten Digitaal PCM geluid: 16 bits (48 kHz/2 kanalen); 12 bits (32 kHz/4 kanalen); 1/4 inch CCD (charge coupled device), ca. 3 × 470.000 pixels (3 × 440.000 effectieve pixels) Videocassettes met het merkteken "MiniDV". SP: 18,83 mm/sec. LP: 12,56 mm/sec. SP: 80 min., LP: 120 min. Ongeveer 2 min. 20 sec. (met een cassette van 60 min.)
Aanvullende informatie
F/1,6–-2,9, 20x aangedreven zoom, f=4,2-84 mm TTL autofocus, handbediend scherpstellen mogelijk 1 m, 1 cm bij een maximale groothoek 1/16.000 sec. (1/700 sec. bij gebruik van een geheugenkaart) 0/37 lx (bij langzame sluiter van 1/8 sec.) Meer dan 100 lx 58 mm 0,44 inch, TFT kleuren LCD, ongeveer 180.000 pixels 2,5 inch, TFT kleuren LCD, ongeveer 200.000 pixels Microfoon: stereo electret condensmicrofoon MultiMediaCard, SD Memory Card 1488 × 1128 pixels, 640 × 480 pixels Design rule for Camera File system (DCF), in overeenstemming met Exif 2.2*, in overeenstemming met Digital Print Order Format (DPOF) (alleen stilbeelden die voor een afdruk zijn gemarkeerd) * Deze camcorder ondersteunt Exif 2.2 (ook "Exif Print" genoemd). Exif Print is een standaard voor verbetering van de communicatie tussen camcorders en printers. Door een met Exif Print compatibele printer aan te sluiten worden de beeldgegevens die tijdens opname met de camcorder zijn gemaakt, gebruikt en geoptimaliseerd, waardoor afdrukken van zeer hoge kwaliteit worden geproduceerd. Bestandsformaat: JPEG (compressiefunctie: Fijn/standaard) Geschatte capaciteit SD Memory 1488 × 1128: Fijn 6 beelden/ standaard 10 beelden Card SDC -8M*: 640 × 480: Fijn 47 beelden/ standaard 93 beelden * Het feitelijke aantal varieert al naargelang de beelden. USB-aansluiting: mini-B Invoer/uitvoer DV-aansluiting: Speciale 4-pins connector (in overeenstemming met IEEE 1394)
153
Invoer/uitvoer A/V-aansluiting:
Ne
Invoer/uitvoer S-videoaansluiting: Invoer MIC-aansluiting:
Hoofdtelefoonaansluiting: LANC aansluiting: Bedrijfstemperatuur: Afmetingen: Gewicht:
Ministekkerbus ø 3,5 mm Audio-invoer: 0 dBV (47 Kohm belasting)/ 47 Kohm (AUDIO ATT ON) -10 dBV (47 Kohm belasting)/ 47 Kohm (AUDIO ATT OFF) Audio-uitvoer: 4 dBm (47 Kohm belasting)/3 Kohm of minder Video: 1 Vp-p/75 ohm asymmetrisch 1 Vp-p (Y-signaal), 0,3 Vp-p (C-signaal) Stereo-ministekker bus ø3,5 mm -35 dBV (met 600 ohm mic)/5,6 Kohm (MIC ATT ON) -55 dBV (met 600 ohm mic)/5,6 Kohm (MIC ATT OFF) Stereo-ministekkerbus ø 3,5 mm Mini-ministekkerbus ø 2,5 mm 0 - 40°C (32 - 104°F) 118 × 136 × 306 mm 1,12 kg
Compacte netadapter CA-920 Stroomvoorziening: Stroomverbruik: Nominaal uitgangssignaal: Bedrijfstemperatuur: Afmetingen: Gewicht:
100-240 V AC, 50/60 Hz 24 W Adapterfunctie: 7,2V DC, 2,0 A Opladerfunctie: 8,4 V gelijkstroom 1,5 A 0 - 40°C (32 - 104°F) 75 × 99 × 51 mm 215 g (zonder netsnoer)
Accu BP-915 Type accu: Nominale spanning: Bedrijfstemperatuur: Accu-capaciteit: Afmetingen: Gewicht:
Oplaadbare lithium-ionaccu 7,2 V gelijkstroom 0 - 40°C (32 - 104°F) 1500 mAh 38,2 × 20,5 × 70,5 mm 96 g
Aanvullende informatie
Gewicht en afmetingen zijn bij benadering. Fouten en omissies voorbehouden. Specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
154
Index 16:9-beeldlijnen ·········································36 16:9-breedbeeld·········································35
Draadloze afstandsbediening ·····················27 DV dubben ················································97 DV-regeling ················································70
Å Aansluitingen·····························93, 111, 134 Accessoires ··········································6, 146 Accu ··················································15, 134 Accu-oplader··············································15 AE-verschuiving··········································80 Afdrukmarkering······································123 Afspelen Band ····················································85 Geheugenkaart ··································118 Afstandsbedieningssensor ··························28 Analoge ingang ·········································99 Analoog-digitaal omzetter························101 Audio dubben··········································106 Audio mengen ·········································109 AV invoegen ············································103 Audiodemper ···········································106 Audiofunctie ··············································54 Audioniveau, indicator ·························43, 55 Automatisch···············································51 Automatische scherpstelling·······················77
Ne
‰ Effecten ·····················································60 Energiebesparing········································34 Ï Faders ························································60 Filmfunctie ·················································48 Formatteren ·············································131 Foto zoeken ···············································91 Framefunctie ··············································48 Ì Geheugenkaart ········································112 Gemakkelijk opnemen (Easy Recording) ·····51 Ó Handgreep, riem ········································13 Handgreep, zoom ······································40 Handmatig ·················································53 Handmatige scherpstellen ··························77 Helderheid ·················································42 Hendel, zoom ···········································40 Hoofdtelefoon ···········································87 È
ı Beeldgegevens ···········································32 Beeldkwaliteit···········································113 Beeldresolutie···········································114 Beeldstabilisator ·········································44 Bestandsbeheer (FILE OPER.)·····················121 Bestandsnummers ····································115 Beveiligen, beeld ······································122 Beveiligen, titel·········································128 Breedbeeld-TV············································35 Buitenland, gebruik van de camcorder ·····139
Indexering (Index Write) ·····························56 Indexscherm·············································119 Instelniveau ················································82 Interval-timer··············································67 Kaarttoegangsdisplay ·······························114 Kleurenbalk················································65 Kleurfase····················································81 Kleurversterking ·········································81 Kopiëren van stilbeelden ··························130 Ò
Ç
LANC ·························································96 LCD, helderheid ·········································42 LCD, spiegelfunctie ····································42 LCD-scherm ··············································41. Lensdop ·····················································12 Lenskap ·····················································12 LP-functie···················································35 Luidspreker ················································87
Cassettebeveiliging·····································17 Clear Scan··················································84 Condens ··················································140 Î
˜ Meeluistertoets ········································109 Mengbalans ·············································109 Menu’s ·······················································18 Microfoon ··················································54 Microfoondemper ······································55
Aanvullende informatie
Datacodering ·············································88 Datum en tijd·············································30 Datum zoeken ···········································91 DC-koppelstuk ···········································14 Demonstratiefunctie···································37 Diafragmavoorkeuze Av ·····························52 Diashow ··················································119 Digitale effecten·········································60 Digitale zoom·············································40 Display-informatie opnemen ······················84
155
ˆ
Ne
◊ ND-filter ·····················································45 Netadapter·················································14 Nulstelgeheugen ········································92
Versterking·················································74 Video ID-1-systeem ······························36, 93 Videocassettes ···········································16 Videokoppen reinigen ······························139 Videomontage ···········································95 Voorkeuze-instellingen (Custom Preset)······81 Vooruitspoelen ···········································85
Ø Onderhoud ··············································137 Ondersteuningsbatterij ·····························136 Opname bekijken·······································49 Opname zoeken·········································49 Opnamefunctie ··········································35 Opnamepauzefunctie ·································33 Opnameprogramma’s·································50 Opnemen Band ··············································33, 46 Geheugenkaart ··································116 ∏
Í S1-video-aansluiting ···································93 SD Memory Card ·····································112 Schermdisplays·········································148 Scherpstellen··············································77 Scherpte·····················································81 Sluitergeluid ·············································115 Sluitertijd····················································75 Sluitertijdvoorkeuze Tv ·······························52 Speedlite ····················································66 SP-functie···················································35 Spotlight ····················································53 Standby-schuif ···········································34 Statief ························································38 Statuslampje ··············································29 S-video/S1-video ································93, 101 Ê Telefoto······················································40 Terugspoelen··············································85 Tijdcode ·····················································92 Tijdzone ·····················································30 Titels mengen ··········································127 TV-scherm ··················································93 Ë Uitgangskanaal ········································109 Aanvullende informatie
Weergavepauze ·········································86 Windscherm···············································54 Wissen, alle afdrukmarkeringen ···············124 Wissen, een titel ······································129 Wissen, stilbeelden···································125 Witbalans···················································78 Û
Pieptoon ····················································37 Problemen oplossen ·································141 Programmeerbare insteltoets (Custom Key)···56
156
„
Zand & Sneeuw ·········································53 Zebrapatroon ·············································83 Zebrapatroon, niveau ·································83 Zelfontspanner ···········································69 Zes-seconden automatische datering··········90 Zoeker ·······················································12 Zoeker, helderheid······································42 Zomertijd ···················································30 Zoomen ·····················································40 Zoomsnelheid ············································40
Menu in vogelvlucht Camcorderinstelling Functie 16:9-effect 16:9-beeldlijnen
Submenu h h h
Zes-seconden automatische datering
AE-verschuiving Analoog-digitaal omzetter Audio dubben Audiodemper Audiofunctie Beeldgegevens Beeldkwaliteit Beeldresolutie Beeldstabilisator Bestandsnummers Beveiligen van een titel Clear Scan Datacodering Datum/tijdinstelling Datum/tijdselectie Demonstratiefunctie Digitale zoom Display-gegevens opnemen Displays Draadloze afstandsbediening DV-regeling Energiebesparing Filmfunctie Formatteren Helderheid LCD Helderheid zoeker Indicator audioniveau Instelniveau Interval-timer Kaarttoegangsdisplay Kleurfase Kleurversterking Kopiëren van kaart naar cassette Microfoon Microfoondemper Opnamefunctie Pieptoon Programmeerbare insteltoets, instelling Programmeerbare insteltoets, aan/uit
h h
h h h h h h h h h h
h
h h h
h h h
h h h h h h h
h
h h
h
h h
h h h h h h h h
h h h
h h h h h
h h h h h h
h
h h
h h
h h h
h h h h
h
h
h h h h
h h
h h h h
h h h h h
h
h h
Aanvullende informatie
Scherpte Sluitergeluid Spiegelfunctie LCD Statuslampje Tijdzone/zomertijd
h
CAM. SET UP DISP. SET UP. DISP. SET UP. CAM. SET UP. VCR SET UP VCR SET UP VCR SET UP VCR SET UP DISP. SET UP. CARD SET UP CARD SET UP CAM. SET UP. CARD SET UP CARD OPERATION CAM. SET UP. DISP. SET UP. SYSTEM DISP. SET UP. DISP. SET UP. CAM. SET UP. SYSTEM DISP. SET UP. SYSTEM SYSTEM VCR SET UP CAM. SET UP. CARD OPERATION DISP. SET UP. DISP. SET UP. DISP. SET UP. CUSTOM PRESET CAM. SET UP. DISP. SET UP. CUSTOM PRESET CUSTOM PRESET CARD OPERATION VCR SET UP VCR SET UP VCR SET UP SYSTEM CUSTOM KEY DISP. SET UP. CUSTOM PRESET CARD SET UP DISP. SET UP. SYSTEM SYSTEM
Ne
157
Ne
Camcorderinstelling Functie Titels mengen TV-scherm Uitgangskanaal
Submenu h h
h h h h h
Wissen van alle afdrukmarkeringen
Aanvullende informatie
Wissen van een beeld Wissen van een titel Zebrapatroon Zebrapatroon, niveau Zelfontspanner Zoomsnelheid greep Zoomsnelheid hendel
158
h h h h h
h h h h h
→TITLE MIX DISP. SET UP. VCR SET UP CARD OPERATION CARD OPERATION CARD OPERATION CAM. SET UP. CAM. SET UP. CAM. SET UP. CAM. SET UP. CAM. SET UP.
DIGITALE VIDEO CAMCORDER
Gebruiksaanwijzing
CANON INC.
NEDERLANDS
Ne Canon Europa N.V. P.O. Box 2262 1180 EG Amstelveen The Netherlands Nederland: Canon Nederland NV Neptunusstraat 1 2132 JA Hoofddorp Tel: 023-567 01 23 Fax: 023-567 01 24 www.canon.nl België: Canon België N.V./S.A. Bessenveldstraat 7 1831 Diegem (Machelen) Tel: (02)-7220411 Fax: (02)-7213274 Svizzera: Canon Schweiz AG Division vente indirecte Industriestrasse 12 8305 Dietlikon Tél: (01)-835 68 00 España: Canon España S.A. c/Joaquín Costa 41 28002 Madrid Tel: 901 301 301 Portugal: Seque-Soc. Nac. de Equip., Lda. Praça da Alegria, 58, 2°-C 1269-149 Lisboa Tel: 21-324 28 30 Fax: 21-347 27 51 www.seque.pt
Mini
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier. El papel aquí utilizado es 70% reciclado. O papel impresso contém 70% de papel reciclado.
© CANON INC. 2001
PRINTED IN THE EU
PUB.DIM-464
0014X036 PUB.DIM-464 0702CEL/PS4.0
PAL
Digital Video Cassette