Derde Nota van Inlichtingen Selectiefase
aanbesteding voor de ontwikkeling van locatie Het Burgje in Odijk
9 juli 2015
i
blad 1 v an 7
1 Inleiding Op 18 juni 2015 is de aankondiging voor de niet- openbare aanbestedingsprocedure (aanbesteding met voorafgaande selectie) voor de koop en ontwikkeling van Het Burgje te Odijk gepubliceerd op www.tenderned.nl. Gegadigden hebben tot en met 6 juli 2015 de gelegenheid om vragen te stellen over deze aanbestedingsprocedure, de aanbestedingsdocumenten en de bijlagen. De vragen die tijdig zijn ontvangen worden in deze nota van inlichtingen geanonimiseerd met de antwoorden weergegeven. Deze nota van inlichtingen wordt gepubliceerd via www.tenderned.nl en maakt integraal onderdeel uit van de aanbestedingsdocumenten. Tevens maakt de gemeente Bunnik gebruik van de mogelijkheid om de aanbestedingsdocumenten en bijlagen op een aantal punten te verduidelijken dan wel aan te vullen. In geval van tegenstrijdigheden tussen de nota van inlichtingen en de overige aanbestedingsdocumenten prevaleert het bepaalde in de nota van inlichtingen. Indien er meer nota’s van inlichtingen zijn prevaleert, in geval van tegenstrijdigheden tussen de nota’s van inlichtingen, het bepaalde in de meest recente nota van inlichtingen, dus die met het hoogste nummer.
2
Vragen en antwoorden Vraag 1 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) Referentie-eis 1 Risicodragend gebiedsontwikkeling van het Selectieleidraad schrijft men: minimaal 30.000 m2 uitgegeven perceel. Wat wordt hiermee bedoeld; 30.000 m2 uitgeefbaar oppervlakte t.b.v. bouwkavels of 30.000 m2 plangebied? Antwoord op vraag 1 Hiermee wordt bedoeld 30.000 m2 plangebied Vraag 2 Betreft: selectieleidraad par 3.3.3 (samenwerkingsverband en beroep op derden) en par 3.3.4 (voorwaarden aan inhoud tot verzoek tot aanmelding als gegadigde) <
> en <> zijn beiden gevestigd in België. Het is eventueel mogelijk om middels een in Nederland gevestigde vennootschap in te schrijven. Maakt dat voor deelname verschil? Antwoord op vraag 2 Nee, alle gegadigden dienen te voldoen aan de eisen die in de leidraad aan hen worden gesteld en zij moeten bereid en in staat zijn de gevraagde bewijsstukken daartoe te overleggen. Vraag 3 Betreft: selectieleidraad par 2.2 (opgave en werkzaamheden) Er wordt tevens telkens gesproken over ‘verkoop woningen’. Gaat de selectie er per definitie van uit, dat de woningen die worden gerealiseerd in verkoop worden gebracht? Of mag de deelnemer de woningen ook geheel of gedeeltelijk in verhuur brengen? Ofwel zijn verhuurwoningen toegestaan?
blad 2 v an 7
Antwoord op vraag 3 De woningen kunnen verhuurd of verkocht worden. Vraag 4 Betreft: selectieleidraad hoofdstuk 3 Zo wij begrijpen is het in deze fase nog niet van belang om een schetsplan of verkaveling in te dienen en tevens nog geen prijsindicatie voor aankoop van de grond van de gemeente? Antwoord op vraag 4 In de selectiefase hoeft inderdaad door gegadigden nog geen schetsplan, verkaveling of prijsindicatie te worden ingediend. Alleen de vijf geselecteerde gegadigden ontvangen een gunningsleidraad waarin staat opgenomen welke documenten bij inschrijving door hen moeten worden ingediend. Vraag 5 Betreft: Documenten Zijn er naast de documenten die op tendernet staan nog andere documenten beschikbaar en zo ja welke? Antwoord op vraag 5 Nee, documenten worden alleen via Tenderned aan geïnteresseerde gegadigden beschikbaar gesteld. Vraag 6 Betreft: selectieleidraad hoofdstuk 3 De randvoorwaarden met betrekking tot onder meer de koop van de grond zijn niet benoemd en maken onderdeel uit van de gunningsfase doch deze zijn nu reeds relevant voor marktpartijen. De leidraad lijkt geschreven te zijn vanuit het perspectief dat een marktpartij onvoorwaardelijk een bieding uitbrengt en direct na gunning tot betaling en afname van de gronden over moet gaan. Het verzoek om bovenstaande te bevestigen. Antwoord op vraag 6 Het gunningscriterium is de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (emvi) waarbij naast het prijs (grondbod) ook kwalitatieve aspecten van belang zijn. De inschrijvingsfase en de uitwerking van dit gunningscritrium zal in de gunningsleidraad beschreven worden. Bij de gunningsleidraad zal tevens een concept van de koop- en realiseringsovereenkomst worden gevoegd, waarbij de geselecteerde gegadigden in het kader van Inlichtingen vragen kunnen stellen en tekstvoorstellen kunnen doen. Vraag 7 Betreft: selectieleidraad par 1.2 (korte uitleg procedure) Graag uw toelichting / motivatie voor de keuze van een - in de eerste fase - openbare aanbesteding voor deze ontwikkeling. Antwoord op vraag 7 Wij verwijzen naar de motivering voor deze aanbestedingsprocedure zoals verwoord in de selectieleidraad onder par 1.2
blad 3 v an 7
Vraag 8 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A Onder referentie-wens 2-B: Het aantoonbaar gehaald hebben van de EPC-waarde levert 10 pnt op. Aan welke eisen dient een "verklaring van de kopers" te voldoen ten einde de bedoelde prestatie aan te kunnen tonen. Antwoord op vraag 8 De gegadigde dient aan te tonen dat de berekende EPC-waarde aantoonbaar is gehaald. Dit kan bijvoorbeeld door het genoemde opnameprotocol, een certificaat GPR Gebouw maar ook aan de hand van verklaringen van de kopers waarin bijvoorbeeld met een berekening de behaalde EPC-waarde wordt aangetoond. Vraag 9 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A Is het juist dat tbv de ranking er in totaal 60 punten te behalen zijn? Verdeling: 15 tbv archeologie, 30 tbv duurzaamheid en 15 tbv projectomvang? Antwoord op vraag 9 Er zijn inderdaad maximaal 60 punten te behalen maar wel met een andere verdeling zoals door u geschetst: maximaal 20 punten voor de referentie-wensen 1-A tot en met 1-C (ressorterend onder de referentie-eis 1: risicodragende gebiedsontwikkeling), maximaal 25 punten voor de referentie-wensen 2-A en 2-B (ressorterend onder de referentie-eis 2: energiezuinigheid), maximaal 5 punten voor referentie-wens 3-A (ressorterend onder de referentie-eis 3: omgevingsmanagement) en maximaal 10 punten voor referentie-wensen 4-A en 4-B (ressorterend onder de referentie-eis 4:ruimtelijke kwaliteit). Voor uitleg van de puntentoekenning verwijzen wij u zekerheidshalve naar het antwoord op vraag 17 in de Tweede Nota van Inlichtingen. Vraag 10 Betreft: selectieleidraad par 2.1.3 (Aandachtspunten) onder kopje Archeologie en par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A Gesteld is dat de Gemeente verantwoordelijk is en zorg draagt voor de archeologische onderzoeken en eventuele opgravingen. Hoe verhoudt zich deze taakverdeling tot de (referentie-wens 1c + referentie-wens 3a + referentie-wens 4) 15 punten (25% van totaal te behalen punten) die toegekend worden aan de vaardigheden van de ontwikkelaar? Antwoord op vraag 10 De gemeente zal inderdaad verantwoordelijk zijn voor het doen van nader onderzoek en het zorgdragen voor de eventueel noodzakelijke archeologische opgravingen. Inschrijvers moeten er dus rekening mee houden dat wellicht een (beperkt) deel van het plangebied niet bebouwd zal kunnen worden, dan wel dat archeologische waarden in de grond ingepast zullen moeten worden (b.v. ingeval aanwezigheid Limes). Ten aanzien van boerderij Het Burgje en het direct omliggende erf wordt een archeologie-vriendelijke bouwwijze voorgestaan. In de referentie-wensen wordt als onderdeel van de geschiktheidseisen en
blad 4 v an 7
selectiecriteria daarmee dan ook tot uitdrukking gebracht dat gegadigden hiermee aantoonbaar ervaring hebben. Vraag 11 Betreft: selectieleidraad par 1.2 (korte uitleg procedure) en par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A U benoemt dat de gemeente op zoek is naar partijen die zich hebben bewezen op het gebied van (1) kwalitatief hoogwaardige woningbouw, die een (2) visie en werkwijze hebben waarin (2a) flexibiliteit en (2b) creativiteit en (2c) innovativiteit kernbegrippen zijn en die aantoonbare ervaring hebben op het gebied van (3a) duurzame en energiezuinige woningbouw en/of (3b) daarin bereid zijn een zeker risico te nemen. Uit de in te dienen stukken blijkt voornamelijk - mbt de ranking - of en zo ja hoe partijen presteren op punt 3a. Hoe gaat de gemeente alle overige - door haar als zeer relevant bevonden - punten beoordelen wanneer deze niet direct gevraagd worden binnen de kaders van de "in te dienen stukken"? Antwoord op vraag 11 De gemeente is van mening dat met de uitsluitingsgronden, de geschiktheidseisen en selectiecriteria (individueel en in onderlinge samenhang gezien) de kwaliteit en bekwaamheden van de ondernemingen worden getoetst die zich voor deze opgave aanmelden. Vraag 12 Betreft: selectieleidraad par 2.1.3 (aandachtspunten) onder kopje Ontwikkelingen in de omgeving In paragraaf 2.1.3 (blad 9 van de leidraad) wordt bij “Ontwikkelingen in de omgeving” gesproken over de realisatie van een nieuw bedrijventerrein ten zuiden van De Raaphof. In verband met de invloed die een 6 hectare groot bedrijventerrein uitoefent op een open landschap, vragen wij ons af welke gronden betrokken gaan worden in deze plannen. Is het mogelijk hiervan een kaartbeeld te ontvangen waarop de te betrekken gronden duidelijk afgebakend zijn? Antwoord op vraag 12 Een precieze locatie is (nog) niet aan te geven. Op bijgevoegd kaartje is een globaal studiegebied aangewezen. Het betreft het gebied in de directe nabijheid van het terrein Kassing De Raaphof.
blad 5 v an 7
Vraag 13 Betreft: selectieleidraad par 3.1 (planning) en par 3.3.4 In paragraaf 3.1 (blad 11 van de leidraad) wordt onder “Planning” gesproken over de bekendmaking van de selectie op 27 juli 2015. Op blad 15, in paragraaf 3.3.4, sub 2, “Verklaring beroepsbevoegdheid” wordt gesteld dat geselecteerde gegadigden bewijsstukken dienen aan te leveren binnen 5 werkdagen na bekendmaking van het (voorlopige) selectiebesluit. Hoe wordt hier omgegaan met de bouwvak? Ons bedrijf is gesloten van week 30 tot en met week 32 (20 juli tot en met 8 augustus). De eerste werkweek na de bouwvak duurt van maandag 10 augustus tot en met vrijdag 14 augustus. Wij gaan er van uit dat de periode van vijf werkdagen dan start. Is dit juist? Antwoord op vraag 13 De planning wordt gewijzigd: het bekendmaken van de selectie (de selectiebeslissing) vindt op 21 augustus plaats (in plaats van 27 juli 2015). De bewijsstukken moeten dan binnen vijf werkdagen na bekendmaking van de selectie worden aangeleverd door de geselecteerde gegadigden. De bezwaartermijn selectie eindigt dan op 11 september (in plaats van 17 augustus 2015). De rest van de planning blijft gehandhaafd. Vraag 14 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A In paragraaf 3.3.4, sub 3, referentie-eis 1 (blad 15 van de leidraad) wordt gesproken over “minimaal 30.000 m2 uitgegeven perceel”. Wij gaan er van uit dat hiermee bedoeld wordt 30.000 m2 uitgeefbaar kaveloppervlak na oplevering. Is dit juist? Antwoord op vraag 14 Zie het antwoord op vraag 1 in deze Derde Nota van inlichtingen
blad 6 v an 7
Vraag 15 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A In paragraaf 3.3.4, sub 3, referentie-eis 2-B (blad 16 van de leidraad) worden 10 extra punten toegekend als de berekende EPC-waarde gehaald wordt. Wij kunnen hier 10 punten krijgen, uitgaande van Algemene Eis II (blad 18 van de leidraad), waarin staat dat “Het overeengekomen eindresultaat zal (…) naar verwachting tijdig opgeleverd worden”. Hoe wordt hier mee omgegaan? Daarbij, wat acht de gemeente als geldig bewijs voor referentie-eis 2-B? Antwoord op vraag 15 Zie het antwoord op vraag 8 in deze Derde Nota van Inlichtingen Vraag 16 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A Doelt u met “omgevingsmanagement" in paragraaf 3.3.4, sub 3, referentie-eis 3 (blad 16 van de leidraad) alleen op datgene dat met het bouw- en woonrijp maken te maken heeft, of op alle aspecten van gebiedsontwikkeling zoals het bestemmingsplan, inventariseren van wensen van potentiële kopers, marketing campagnes, et cetera? Antwoord op vraag 16 Onder omgevingsmanagement moet in dit verband worden verstaan het in overleg met alle stakeholders (belanghebbenden) realiseren van de opdracht, het stroomlijnen en coördineren van de processen rond vergunningaanvragen en het coördineren van de verlegging kabels en leidingen derden. Met ‘de opdracht’ wordt bedoeld ‘opdracht voor gebiedsontwikkeling’. Vraag 17 Betreft: selectieleidraad par 3.3.4 (voorwaarden aan de inhoud van het verzoek tot aanmelding als gegadigde) onder punt 3 (projectreferenties technische bekwaamheid) en bijlage 3A Wat bedoelt u in paragraaf 3.3.4, sub 3, referentie-eis 4 (blad 17 van de leidraad) met “diverse grondgebruikfuncties”? Antwoord op vraag 17: Met ‘diverse grondgebruikfuncties’ wordt bedoeld dat gronden verschillende gebruiksfuncties hebben waarbij verschillende uitgangspunten en technische vaardigheden aan de orde komen om het beoogde gebruik te bereiken (bijvoorbeeld het bouwen van woningen in relatie met het realiseren van openbare ruimte)
blad 7 v an 7