Dekkingsplan Waddenzeegebied Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 revisie 04 november 2011
Auteur Save Postbus 321 7400 AH Deventer
Opdrachtgever
Waterfunctionaris - CRW secretariaat Postbus 612 8901 BK, Leeuwarden
datum vrijgave november 2011
beschrijving revisie 04 definitief
goedkeuring GJ
vrijgave MvN
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Inhoud
blz.
1 1.1 1.2
Inleiding Doel Proces
2 2 2
2 2.1 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.3.4
Methode en kaartmateriaal Inleiding Uitgangspunten Toelichting Vakindeling Netwerk Opkomsttijd Kaartmateriaal en tabellen
3 3 3 4 4 5 5 6
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.4.1 3.4.2 3.4.3 3.4.4 3.4.5 3.4.6 3.4.7 3.4.8
Scenario's Inleiding Uitgangspunten Toelichting Scenario beschrijving 1 Mens en dier in nood 2 Verontreiniging oppervlaktewater 3 Ongeval met gevaarlijke stoffen 4 Brand en/of explosie 5 Ordeverstoring 6 Ecologisch incident 7 Aanvaring en/of losgeslagen schip, object of lading 8 Incidenten met veerdiensten
8 8 8 9 9 9 10 10 11 11 11 12 12
4
Middelen
13
5
Uitwerking scenario 8 incident veerdienst
14
6
Aanbevelingen
15
Bijlagen: Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4:
Beschikbare middelen Voorbeelden uitkomsten dekkingsplan tabelvorm Verslaglegging bijeenkomsten Voorbeelden uitkomsten dekkingsplan kaartmateriaal
blad 1 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
1 1.1
Inleiding Doel Doel van het project "Dekkingsplan Waddenzeegebied" is het opstellen van een Dekkingsplan voor het Waddenzeegebied, een gedragen dekkingsplan waarin operationele grenzen worden bepaald. Hiervoor staat de volgende vraag centraal: welke (overheids)hulpverleningsdienst, die voldoet aan de gestelde (kwaliteits)criteria kan in de gegeven situatie het snelste ter plaatse zijn. In deze notitie zijn de aan de werkgroepgroep dekkingsplan voorgestelde uitgangspunten beschreven. Deze uitgangspunten hebben betrekking op: De methodiek waarmee het dekkingsplan wordt opgesteld; De weergave en normering van scenario's in het dekkingsplan; De middelen die worden opgenomen in het plan; Kwalificaties van het personeel; Het gebruik van het plan. Binnen het project is gekozen voor twee sporen, één operationeel en één bestuurlijk spoor. Er is gekozen het bestuurlijke spoor volledig in te vullen en waar mogelijk operationele handvatten mee te nemen voor dat spoor.
1.2
Proces Hieronder zijn de processtappen benoemd die in dit project doorlopen zijn: Processtappen project 1. Voorbereiding 2. Bespreken uitgangspunten dekkingsplan met werkgroep 3. Inventarisatie middelen 4. Bespreken Inventarisatie middelen met werkgroep ste 5. Uitwerken 1 concept Dekkingsplan ste 6. Bespreken 1 concept Dekkingsplan in werkgroep de 7. Uitwerken 2 concept Dekkingsplan de 8. Bespreken 2 concept Dekkingsplan in Operationeel Waddenzee Overleg (OWO) 9. Uitwerken definitief Dekkingsplan 10. Presentatie stuurgroep CRW Vervolg Implementatie, vaststelling, beheer
blad 2 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
2 2.1
Methode en kaartmateriaal Inleiding In dit hoofdstuk worden de uitgangspunten beschreven die worden voorgesteld voor het opstellen van het dekkingsplan (de methodiek). Daarnaast wordt de gehanteerde methode toegelicht.
2.2
Uitgangspunten De actualisatie van het dekkingsplan geschiedt aan de hand van dezelfde methodiek zoals gehanteerd bij het opstellen van het dekkingsplan 2007. De methodiek gaat ervan uit dat de opkomsttijden van vaartuigen in het Waddenzeegebied berekend worden door middel van een vaarroutenetwerk geplot op vakken gebaseerd op het nautisch coördinatenstelsel. Hierdoor wordt per vaartuig per vak berekend binnen welke tijd vaartuigen kunnen arriveren en waar deze dan vandaan komt. Als ondergrond voor het kaartmateriaal wordt gebruik gemaakt van aangeleverd kaartmateriaal door RWS. Het dekkingsplan heeft voor maatgevend scenario's geen rekening gehouden met bedreigingen van buiten de Waddenzee. Dit vraagt namelijk een ander soort opschaling. Deze omstandigheden en de bijbehorende aanpak zijn voor o.a. de Waddenzee beschreven in de Capaciteitsnota 2006-2010 (“Om kwetsbare zee- en deltagebieden te beschermen"). Het berekenen van de opkomsttijden van alle vaartuigen, opgenomen in het plan is gebaseerd op vaartuigen die liggen in hun vertrekhaven (of vanuit een boothuis alwaar het vaartuig is gestationeerd). Er wordt onderscheid gemaakt tussen vaarroutes die wel en niet beschikbaar zijn bij hoog- en laagwater. We gaan ervan uit dat rond hoogwater (2 uur voor tot 2 uur na HW) alle vaarroutes bevaarbaar zijn voor schepen met een diepgang van 1 meter. Bij laagwater zijn alleen de diepere betonde vaargeulen bevaarbaar en vallen delen van de Waddenzee droog. Sommige vaarroutes zijn daarom maar deels bruikbaar. In feite komen er twee dekkingsplannen voor de Waddenzee: één voor hoogwater en één voor laagwater. Voor het passeren van een sluis is een vertragingstijd opgenomen van 15 minuten, bij een tijdig aangekondigde spoedschutting. De sluis van Lauwersoog wordt 's nachts niet bedient, voor een schutting moet in dat geval één uur gerekend worden. Voor de toegankelijkheid van het plan, zijn de bestanden aangevuld met een boeienbestand en worden namen van significante punten/gebieden gekoppeld aan vakken. Het beschouwde gebied komt overeen met het werkingsgebied van het IBP-W. De berekende opkomsttijden in het dekkingsplan zijn in acht van de tien gevallen haalbaar. Harde wind tegen of ijsgang beïnvloeden de opkomsttijden bijvoorbeeld negatief.
blad 3 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
2.3
Toelichting
2.3.1
Vakindeling Omdat het om grote open stukken water gaat en het niet wenselijk is voor elke locatie een inzetvoorstel te maken, is een vakindeling voor de plaatsbepaling wenselijk. We hebben hiervoor een raster genomen dat is gebaseerd op de het coördinatenstelsel (noorderbreedte, oosterlengte) welke ook staan afgebeeld op de waterkaarten van de Hydrografische Dienst. De vakken hebben als nummer de coördinaat van het linksonderhoekpunt van een vak gekregen (bijvoorbeeld, vaknummer 52490435 betekent dat het linksonderpunt van dat vak als coördinaat heeft: 52°49' noorderbreedte en 4°35' oosterlengte). Indien er melding binnenkomt van een schip, dat een coördinaat doorgeeft waar het zich bevindt, is direct bekend om welk vak het gaat. Bij de landsgrenzen zijn de vakken gesneden. Deze afgesneden vakken hebben hierdoor soms geen linksonderhoekpunt meer. Deze vakken hebben als vaknummer het nummer gekregen van het linksonderhoekpunt indien het vak gewoon rechthoekig zou zijn. Voor de berekening hebben we deze vakken gekoppeld aan het dichtstbijzijnde hele vak. In enkele gevallen zijn ook de vakken in de omgeving allemaal 'halve' vakken en zijn er dus in de nabijheid geen hele vakken te vinden om aan te koppelen. In die gevallen hebben we voor de berekening de vakken gekoppeld aan het dichtstbijzijnde knooppunt op het vaartraject.
Figuur 2.1
Vakken gesneden op de landgrens
De Afsluitdijk loopt dwars door de vakindeling heen. Het is hier van groot belang dat de betroffen vakken worden gesplitst. Het maakt immers veel uit of een incident aan de ene kant of aan de andere kant van de dijk is gebeurd (o.a. voor de te alarmeren eenheden). Die vakken hebben we op de dijk geknipt. De opgeknipte vakken zijn voor de berekening gekoppeld aan een vak aan de juiste kant van de dijk. De 'halve' vakken aan beide kanten van de dijk hebben hetzelfde vaknummer gehouden. Qua coördinaat vallen beide zijden van de dijk immers in hetzelfde vak. Wel krijgen beide vakken een extra toevoeging blad 4 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
zodat bekend is dat er met deze vakken iets speciaals aan de hand is en bij een melding doorgevraagd moet worden over de exacte locatie.
2.3.2
Netwerk In het rekenmodel wordt per middel per vak berekend binnen welke tijd de snelste kan arriveren en waar deze dan vandaan komt. Hiervoor is uitgegaan van een netwerk met vaarroutes. Alle vakken zijn aan dit netwerk gekoppeld. Het netwerk is gemaakt met behulp van een GIS-systeem. De afstanden zijn op basis van de onderliggende kaart bekend. Er is onderscheid gemaakt tussen vaarroutes die wel en niet beschikbaar zijn bij hoog- en laagwater. We gaan ervan uit dat bij hoogwater alle vaarroutes bevaarbaar zijn. Bij laagwater zijn alleen de vaargeulen bevaarbaar en vallen delen van de Waddenzee droog. Sommige vaarroutes zijn daarom maar deels bruikbaar. In feite komen er twee dekkingsplannen voor de Waddenzee: één voor hoogwater en één voor laagwater. Er is geen rekening gehouden met afgesloten gebieden in de Waddenzee. De snelheid waarmee gevaren wordt verschilt per type boot. In het model heeft elk type middel een zogenaamde snelheidsfactor. Als standaardsnelheid is 55 km/uur genomen. De snelheidsfactor geeft aan hoe snel een vaartuig ten opzichte van de standaardsnelheid kan varen. In bijlage 1 is aangegeven wat de maatgevende snelheden zijn van de verschillende middelen. In onderstaande figuur 2.2 is een uitsnede van het vaarroutenetwerk weergegeven.
Figuur 2.2
2.3.3
Vaarroutes (blauw = deels bruikbaar)
Opkomsttijd De opkomsttijd is de tijd die verloopt tussen het overgaan van de telefoon op een van de meldkamers en het 'ter plaatse' zijn van het vaartuig (het moment van aankomst bij de incidentlocatie). De opkomsttijd bestaat uit: blad 5 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
1
- de verwerkingstijd van de meldkamer plus - de formatietijd van het vaartuig (inclusief eventuele opstapbemanning) plus - de vaartijd van het vaartuig naar de incidentlocatie. In figuur 2.3 is dit aangegeven.
Melding verwerken (AC tijd) alarm
Uitruktijd uitruk
Rijtijd Opkomsttijd
tijd Figuur 2.3
De elementen van de opkomsttijd
Verwerkingstijd De verwerkingstijd van de meldkamers is in het kader van dit onderzoek niet gemeten en is gesteld op 2 1,5 minuut . Dit komt overeen met het uitgangspunt dat in het dekkingsplan van de brandweer van de verschillende veiligheidsregio's wordt gehanteerd. Formatietijd De formatietijd van het vaartuig is opgebouwd uit de uitruktijd van het vaartuig en haar bemanning, waar van toepassing aangevuld met de tijd die nodig is om opstappers aan boord te nemen. Vaartijd De vaartijd van het vaartuig wordt berekend aan de hand van een zogenoemd 'netwerkmodel'. In dit model zijn de vaarroutes, die worden gebruikt en de vaarsnelheden die daar in het overgrote (80%) deel van de gevallen kunnen worden gehaald, opgenomen. Het netwerkmodel berekent de snelste vaarroute en de vaartijd daarover van de vertrekhaven van het vaartuig naar de incidentlocatie op het water.
2.3.4
Kaartmateriaal en tabellen De uitkomsten van de dekkingsberekeningen zijn in de vorm van tabellen en kaarten weergegeven. Over de tabellen: van elk vak dat staat afgebeeld op de waterkaarten van de Hydrografische Dienst is een tabel opgesteld. In de tabellen is aangegeven wat de opkomsttijd van de eerste vier vaartuigen (vertrekhaven en naam van de boot) is van elk soort middel. Daarnaast zijn ook de opkomsttijden van de scenario's gegeven. Als op de waterkaart significante punten/gebieden zijn vermeld, dan is dat in de titel van de tabel opgenomen. Enkele voorbeelden van tabellen worden opgenomen in bijlage 3 van deze notitie.
1. 2.
Hier worden alle meldkamers bedoeld die een rol hebben bij de inzet in het Waddenzeegebied (GMK's, KWC, KLPD en VP). De overdracht van een alarmering naar een andere meldkamer kost meer tijd dan de gestelde 1,5 minuut. De genoemde tijden in het dekkingsplan gaan ervan uit dat de aanname van de melding en alarmering in één meldkamer plaatsvindt. blad 6 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
De kaarten zijn onder te verdelen in opkomstkaarten van de middelen, dekkingskaarten van de middelen, opkomstkaarten van de scenario's en één overzichtskaart. In de dekkingskaarten is weergegeven welk vaartuig de dekking in het vak verzorgt, elk vertrekhaven heeft hierbij voor alle kaarten dezelfde kleur gekregen. In de opkomstkaart van de middelen is de opkomsttijd van het eerste middel weergegeven. De legenda is voor al deze kaarten gelijk, bij de snelle opkomsttijden in blokken van één kwartier later in één uur of meer. In de opkomstkaarten van de scenario's is de legenda afgestemd op de normering van de verschillende scenario's. Enkele voorbeelden van kaarten zijn opgenomen in bijlage 4 van deze notitie.
blad 7 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
3 3.1
Scenario's Inleiding In dit hoofdstuk is beschreven op welke wijze de dekking en opkomst van de acht scenario's uit het Incidentbestrijdingsplan Waddenzee in beeld gebracht zijn in het dekkingsplan.
3.2
Uitgangspunten Het dekkingsplan geeft inzicht in de dekking van de in tabel 4.1 benoemde acht scenario's (zie tabel 3.1, kolom 2). Om de opkomsttijd en dekking van een scenario in beeld te brengen is de opkomsttijd van het vaartuig dat wordt ingezet voor het primaire proces maatgevend (zie tabel 3.1 kolom 3). In het dekkingsplan is de normering overgenomen uit het handboek "Incidentbestrijding op het water" (zie tabel 3.1, kolom 4). De weergave van scenario 2, Verontreiniging oppervlaktewater, en scenario 6, Ecologisch incident, zijn gecombineerd. Scenario 6 kan een gevolg zijn van scenario 2 en vraagt in aanpak niet direct specifieke middelen op het water. De weergave van scenario 3, Ongeval met gevaarlijke stoffen, en scenario 4, Brand en/of explosie, is ook gecombineerd omdat dit in beide gevallen vraagt om expertise van de brandweer. De scenario's zijn realistisch in beeld gebracht, er wordt vermeld wat de verschillen zijn met worstcase. Tabel 3.1 1. Nummer
Scenario's, maatgevend middel en normering 2. Scenario
3. Maatgevende middelen
4. Maatgevende normering
1
Mens en dier in nood
Reddingsvaartuig (SAR, KNRM)
30 minuten
2/6
Verontreiniging oppervlaktewater / Ecologisch incident Ongeval met gevaarlijke stoffen / Brand en/of explosie Ordeverstoring
Oliebestrijdingsvaartuig
120 minuten
Vaartuig met brandweereenheid I Vaartuig politie
45 minuten 90 minuten
Aanvaring en/of losgeslagen schip, object of lading Veerdiensten
Vaartuig tbv verkeersmanagement
90 minuten
Reddingsvaartuigen (KNRM) 2x type Av. en 2x Type Val. en een Reddingshelikopter
xx
3/4 5 7 8
De legenda van de 'Scenariokaarten' zijn zodanig samengesteld dat in groentinten is weergegeven waar de normering van het scenario gehaald wordt. In roodtinten is in de kaarten aangegeven waar blad 8 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
de opkomst van het maatgevend middel later is dan de normering in het handboek 'Incidentbestrijding op het water' aangeeft.
3.3
Toelichting In het Incidentbestrijdingsplan Waddenzee zijn conform het handboek "Incidentbestrijding op het water" een achttal scenario's opgenomen. Deze scenario's zijn onderverdeeld in een aantal subscenario's met eigen inzetvoorstellen. In het dekkingsplan is per soort middel de opkomsttijd berekend. Omdat er voor de scenario's inzetvoorstellen (alarmeringsvoorstellen) zijn, is per scenario inzichtelijk te maken binnen welke tijd welk type middel aanwezig kan zijn. De opkomsttijd van het middel dat voor de aanpak van het primaire proces wordt gealarmeerd, is in het dekkingsplan als maatgevend beschouwd voor de opkomsttijd van het scenario. In het dekkingsplan wordt op deze manier inzichtelijk gemaakt wat de opkomsttijd per scenario is. Deze zijn getoetst (voor het Waddenzeegebied) aan de basistijdsnormering zoals opgenomen in het handboek "Incidentbestrijding op het water".
3.4
Scenario beschrijving Van de acht opgenomen scenario's is hieronder een beschrijving opgenomen. De beschrijvingen zijn afkomstig vanuit het handboek 'Incidentbestrijding op het water' en het 'Rampbestrijdingsplan veerdiensten Waddenzee'.
3.4.1
1 Mens en dier in nood Onder dit type incident vallen ongevallen met betrekking tot veerboten, beroepsvaart, pleziervaart, sporters en dergelijke. Belangrijke overeenkomst is dat er mensen gered moeten worden en dat het gevaar bestaat op mogelijke verdrinking van personen of dieren in het gebied. Het scenario 'Mens en dier in nood' kan optreden als gevolg van uiteenlopende incidenten. Daarom wordt dit scenario opgedeeld in 8 deelscenario's namelijk: 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8
Persoon overboord/vermist Schip in nood Watersporter in problemen Ongeval/gewonde Ziekte aan boord Neergestort vliegtuig Problemen ijs Problemen wadlopen
De risico's en maatregelen die in dit scenario een rol kunnen spelen zijn: mogelijke gewonden, ongevallen waarbij personen bevrijd moeten worden (bij beknelling), noodzaak directe medische hulp te verlenen en/of transport (vanaf het schip) naar de wal/ziekenhuis te regelen. Voor duiken geldt: De brandweer duikt niet op stromend water, dus niet op de Waddenzee. Er is een convenant tussen KWC en de Duik en demonteerploeg, in geval van nood, te duiken op de Waddenzee. Deze ploeg is blad 9 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
gevestigd in Den Helder en komt met een heli of een schip ter plaatse. De opkomsttijd van deze duikers is zodanig dat er maar in zeer incidentele gevallen sprake kan zijn van een reddende duik. In de praktijk zal er hooguit sprake zijn van een duik om het slachtoffer te bergen.
3.4.2
2 Verontreiniging oppervlaktewater Als gevolg van een incident kan een schip lading of brandstof verliezen, waarbij deze in het water terechtkomt en tot verontreiniging van het water leidt. Ook kan een lozing vanaf het land (calamiteit of dumping) verontreiniging van het water veroorzaken. Verschillende stoffen reageren verschillend met water: • Drijvende vloeibare stoffen zoals olie en olieachtige substanties (versmering). kunnen eventueel met schermen, veegarmen, olieboom en skimmers (opruimzuigsystemen) worden bestreden (besmering). Daarnaast moeten ze eventueel worden geruimd wanneer ze zijn aangespoeld op een waterstaatswerk zoals dijken, oevers of op het strand. • In water oplossende of dispergerende stoffen veroorzaken verontreiniging die verduistering, verzuring/verloging, opwarming, zuurstofdepletie, toxiciteit en/of bio-accumulatie kan veroorzaken. Deze verontreinigingen kunnen in principe niet opgeruimd worden maar wel zijn dusdanige maatregelen te nemen dat het verontreinigde water snel wordt afgevoerd naar bijvoorbeeld de zee of ander groot water. De stoffen die na het dispergeren overblijven zijn wel op te ruimen. Dit scenario is opgedeeld in 5 deelscenario's, namelijk: 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
3.4.3
Versmering Stof opgelost in water Stof drijft op het water Stof zinkt Verontreiniging kust/oever
3 Ongeval met gevaarlijke stoffen Het gaat hier vooral om incidenten waarbij giftige of explosieve gassen vanuit de 'verpakking' vrijkomen of giftige vloeistoffen die uitdampen en een gaswolk vormen en die een gevaar (kunnen) vormen voor de volksgezondheid. Bij een ongeval met een schip met een giftige lading kan een groter gebied bedreigd worden dan de directe omgeving (afhankelijk van de hoeveelheid vrijkomende stof, aard van de stof en de weersomstandigheden). De giftige gassen kunnen ook het vaste land bereiken en de bevolking bedreigen. Dit scenario is opgedeeld in 8 deelscenario's, namelijk: 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Hinderlijke lucht Vrijgekomen brandbare stof Vrijgekomen chemische stof Vrijgekomen radioactieve stof Ontstaan gaswolk Transportleiding Aantreffen explosief Gedumpte/onbekende stof
Dit scenario heeft nauwe verbanden met scenario 2 en 4. Dit is afhankelijk van de eigenschappen van de stoffen die vrijkomen.
blad 10 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
3.4.4
4 Brand en/of explosie Van explosiegevaar is sprake wanneer er een ongeval is opgetreden op een tanker met explosieve stoffen of gassen, een vrachtschip met lading met explosieve eigenschappen veelal in containers vervoerd, een ongeval met een gasleiding of problemen met vuurwerk en/of munitie aan boord van transportschepen danwel gevonden munitie uit het verleden. Belangrijk aandachtspunt bij explosiegevaar is een snelle ontruiming van de omgeving. Het gaat dan met name om de evacuatie van de aanwezigen op het schip. Daarnaast dient door middel van verkeersmanagementmaatregelen voorkomen te worden dat andere schepen in de gevarenzone komen. Brand kan naast de hierboven genoemde tanker met brandbare en explosieve lading ook plaatsvinden op alle andere schepen. In eerste instantie moet de brand geblust worden met brandbestrijdingsmiddelen die aan boord zijn. Op kleine schepen zal het bij uitbreiding van de brand nodig zijn om van boord te gaan voordat de brandweer arriveert. Dit betekent dat op dat moment ook het evacueren en redden van mensen een belangrijk proces is. Bij grotere schepen (veerboten) biedt het schip op zich wel meer ruimte, waardoor men minder snel genoodzaakt zal zijn om van boord te gaan. Indien het schip niet verder kan varen zal in veel gevallen een reddingsactie nodig zijn (in internationaal verband wordt gewerkt aan het instellen van een 'Safe Haven' aan boord van passagiersschepen). We onderscheiden de volgende deelscenario's, namelijk: 4.1 4.2 4.3
3.4.5
Pleziervaartuig Binnenvaartschip Rondvaartboot
5 Ordeverstoring Het scenario 'Ordeverstoring' is denkbaar op veerboten of partyschepen. Daarnaast kan ook worden gedacht aan grootschalige demonstraties en/of blokkades door belangengroeperingen (milieu, visserij etc). Er is sprake van een ordeverstoring indien de dagelijkse orde aan boord van een schip verstoord is. Als het incident wordt veroorzaakt door relschoppers aan boord zal het schip in principe doorvaren naar de haven. De kapitein waarschuwt de politie, die de relschoppers in de haven zal opwachten. Ook eventuele gewonden worden in de haven opgevangen. Vindt de afhandeling niet in de haven maar op het open water plaats dan verloopt de afhandeling en coördinatie via de afgesproken structuren. We onderscheiden de volgende deelscenario's: 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
3.4.6
Recreatie Partyboot Activisten op een vaartuig Stremming van de vaarweg Bij sluis/op de kant
6 Ecologisch incident Er wordt gesproken van een ecologisch incident als zich omstandigheden voordoen waardoor het ecologische evenwicht wordt verstoord door één van de andere scenario's of door besmettelijke dierziekten. Een virus of ziekte kan grote aantallen dode en/of zieke flora en/of fauna veroorzaken. blad 11 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Bij dit scenario moeten de risico's voor de volksgezondheid continu bewaakt worden. Vooral het inperken en afschermen van de bron en het besmette gebied is in dit scenario van belang. Tevens is voorlichting een belangrijk deelproces waaraan invulling moet worden gegeven. We onderscheiden de volgende 2 deelscenario's: 6.1 6.2
3.4.7
Aangespoelde vogels/dieren Veel zieke/dode dieren in het water
7 Aanvaring en/of losgeslagen schip, object of lading Door een aanvaring of bij het verliezen van lading kan de doorvaart van andere schepen in gevaar komen. Het lokaliseren en verwijderen van het schip, object of lading is hierbij hoofdzaak. Bij het stranden of aanspoelen van objecten en goederen kan het gaan om gevaarlijke en/of ongevaarlijke objecten. Hierop dienen de maatregelen te worden aangepast. Opdrijvende materialen kunnen met netten of kranen worden opgevist en geborgen en moeten eventueel worden geruimd wanneer ze zijn aangespoeld. Zinkende stoffen en materialen kunnen eventueel worden opgebaggerd, gedregd en geborgen. Daarnaast moet onderzoek worden uitgevoerd naar mogelijk (milieu)gevaren en mogelijke oorzaak en gevolgen van het incident. We onderscheiden de volgende 4 deelscenario's: 7.1 7.2 7.3 7.4
3.4.8
In de vaarweg Gezonken Op oever/strand Vermist
8 Incidenten met veerdiensten Een acute ernstige situatie op een veerboot waarbij een snelle evacuatie van de veerboot moet plaatsvinden (groot deel aanwezigen bij aankomst van de hulpverleners reeds in vlotten) en waarbij sprake is van een groot aantal slachtoffers (doden en gewonden die spoedeisende medische hulp nodig hebben). Voor alle eerdergenoemde situaties geldt dat er personen te water kunnen raken of dat het voor de opvarenden riskant is om nog langer aan boord te blijven. Bijvoorbeeld als gevolg van een uitgebroken brand. In dit scenario leidt dit tot een veerboot op open water die niet verder kan varen waardoor de kapitein genoodzaakt is de opvarenden (1000) te evacueren, hierbij ondersteunen de SAR-eenheden. Voorbeeld begingebeurtenis: Door een samenloop van omstandigheden van slecht weer, matig zicht, onregelmatige golfslag en een sterke stroming komt een veerboot halverwege zijn veertraject in moeilijkheden. Dit kan zijn een aanvaring met een ander schip, een stranding op een zandbank of anderszins. Een combinatie van genoemde factoren behoort ook tot de mogelijkheden.
blad 12 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
4
Middelen In dit hoofdstuk zijn de uitgangspunten beschreven welke categorieën van middelen opgenomen worden in het dekkingsplan en aan welke kwalificaties deze categorieën van middelen voldoen.
Middelen
Voorbeeld
Toelichting
Reddingsvaartuigen (KNRM)
Vaartuigen van KNRM en DGzRS
Reddingshelikopter I
SAR-heli
Reddingshelikopter II
SAR-heli
Oliebestrijdingsvaartuig
Gecontracteerde bergers
Geneeskundige hulp op het water
Reddingsvaartuigen met opstapregelingen (formeel en informeel) Het tweede reddingsvaartuig van KNRM van elke post met opstapregelingen (formeel en informeel)
Alle opgenomen vaartuigen zijn 24/7 (dag en nacht) operationeel gereed binnen 15 minuten, met opgeleide bemanningsleden en goed materieel. Alle SAR-heli's zijn opgenomen. met een notice 20 minuten van 07.30-21.00, 60 minuten van 21.00-07.30 uur. Daarnaast is er met een notice van 90 min een vleugelvliegtuig (Dornier0, en met 3 uur een helikopter voor de coördinatie van oliebestrijding beschikbaar. Situatie vanaf januari 2013 met één vertreklocatie (Den Helder) en één notice van 20 minuten (24 uur per dag). Vaartuig met de huidige Quick-responscapaciteit. De formatietijd is 60 minuten voor opkomst personeel en voor het aan boord brengen van materieel. Er is ook gekeken naar oliebestrijdingsvaartuigen met uniforme snelheden. Vaartuig waarop ambulancepersoneel (2 personen) kan opstappen. (Geen maatgevend middel voor één van de scenario's). Formatietijd van 15 minuten. Vaartuig met capaciteit voor minimaal 3 opstappers (gekwalificeerd brandweerpersoneel). De bluscapaciteit van de vaartuigen of mobiele pompen die meegaan is doorgaans rond de 500 L/min. Geschikt voor de bestrijding van een kleine / beginnende brand. Voor het scenario gevaarlijke stoffen geldt: Boot met brandweer eenheid aan boord ten behoeve van de verkenning en eventuele grijpredding. Formatietijd van 15 minuten. Vaartuigen die op afstand kunnen blussen met een capaciteit 3 van minimaal 100 m . Boot met politie eenheid aan boord. De formatietijd van de schepen is minimaal 30 minuten. Als de vaartuigen in dienst zijn kan deze tijd korter zijn. De kleinere vaartuigen worden in principe niet op de Noordzee ingezet. Vaartuig met BOA, mobiel verkeersleider of vertegenwoordiger nautisch beheer aan boord. Vaartuigen van Douane en KMAR vallen ook onder deze categorie vaartuigen maar de kanttekening is dat deze vaartuigen zich ook in de Territoriale zee kunnen bevinden.
Vaartuig brandweereenheid I
Vaartuig brandweereenheid II Vaartuig politie
Gustav Meijer KLPD
Vaartuig t.b.v. verkeersmanagement
Vaartuigen Politie en Rijkswaterstaat
De in bijlage 1 opgenomen middelen zijn met de in de bijlage genoemde specificaties opgenomen in het dekkingsplan.
blad 13 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
5
Uitwerking scenario 8 incident veerdienst Voor vijf locaties die liggen op de vaartrajecten van de veerboten naar de Waddeneilanden hebben we de opkomsttijden en volgorde van aankomst van de reddingboten van de KNRM en DGzRS bepaald. De locaties en opkomsttijden zijn weergegeven in figuur 5.1. Op de vijf punten in de trajecten is in de kaart aangeven hoe lang het duurt voordat er een bepaalde hoeveelheid capaciteit aan SAR-eenheden ter plaatse is. Uitgangspunt is geweest dat als er twee reddingboten type Arie Visser, twee reddingboten type Valentijn of soortgelijk aanwezig zijn met daarnaast een reddingshelikopter met notice van 20 minuten, er adequaat opgetreden kan worden. Aandachtspunt hierbij is dat de afhandeling van een 'mass rescue operation' van een verboot sterk afhankelijk is van de zelfredzaamheid van de veerboot zelf, waarbij opgemerkt dat de 'mass rescue'systemen zelf ook de nodige gevaren in zich hebben. Binnen korte tijd is het uitgesloten dat er vanuit de overheid voldoende capaciteit ter plekke is om alle opvarende van boord te halen.
Figuur 5.1 Vijf beschouwde locaties op de vaartrajecten van de veerboten met de opkomsttijden van de eerste vijf aankomende SAR-eenheden In figuur 5.1 valt op dat de verschillen in opkomst tijdens hoog- en laagwater met name in het Oostelijk wad optreden. Op het traject van Harlingen naar Terschelling/Vlieland is de capaciteit na ongeveer een half uur aanwezig, op de overige trajecten duurt het langer. In de meeste gevallen zorgen de kleine reddingsvaartuigen voor de maatgevende tijd (de tijd dat de laatste van vijf eenheden arriveert) in die gevallen zijn de grote reddingsvaartuigen al aanwezig en kan er veel gedaan worden. blad 14 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
6
Aanbevelingen Bestuurlijke conclusies en aanbevelingen zijn opgenomen in de oplegnotitie voor het Bestuurlijk Waddenzee Overleg (BWO) van 26 mei en 21 november. Vanuit het project dekkingsplan Waddenzeegebied zijn door de werkgroep de volgende operationele aanbevelingen geformuleerd: In de rapportage zijn enkele voorbeelden van kaarten voor de opkomst bij laag- en hoogwater opgenomen. De gebieden die bij laagwater niet bereikt worden zijn voor alle middelen (uitgezonderd de helikopter) en scenario's gelijk. De overschrijdingen op de normen voor scenario's vinden dan ook met name in deze gebieden plaats. Omdat varende middelen deze gebieden niet kunnen bereiken is verbetering hier niet mogelijk.
Toepassing: Het dekkingsplan is een nadere uitwerking van het Incidentbestrijdingsplan Waddenzee. Het plan zal worden gebruikt voor: o Melding en alarmering. Het dekkingsplan is leidend voor de eerste alarmering. De procesverantwoordelijke kan hiervan afwijken indien daarvoor gegronde redenen zijn. o Inhoudelijke begeleiding van het hulpverleningsproces vanuit de meldkamers. o Het in beeld brengen van de dekking en opkomsttijd per discipline. o Operationeel gebruik GIS-kaartlagen door verschillende diensten. Ook het Lauwersmeer zou in een volgende versie opgenomen kunnen worden in het dekkingsplan Waddenzeegebied; dit is nu niet gedaan omdat het meer geen onderdeel is van het werkingsgebied IBP-W. De kaarten zijn operationeel ook bruikbaar in CoPI of ROT, door kaartlagen toe te voegen is er scenariospecifiek nog de nodige informatie toe te voegen, denk aan zeehondenrustplaatsen.
Gebruik: Het plan wordt beheerd door de CRW. Het plan wordt 1x per jaar geactualiseerd. Brandweer dient op het water gebruik te maken van brandwerende redvesten, dit is op dit moment niet overal het geval; Als ook andere watergebieden op dergelijke wijze een dekkingsplan opstellen ontstaat uniformiteit.
blad 15 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Bijlage 1:
Beschikbare middelen
blad 16 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Beschikbare middelen voor dekkingsplan Waddenzee
Le
te ng
Br
ee
dte
Algemeen
t IVW en ter ie u wa em I II jd tat m/ tijd et ag eti 5k No eid eid tie 2 an ati ph nh nh =5 01 ng m ) o ma uig i m t 2 r s 1 r r i e lp r ee r ee it n v fo ig er ar t te fo c / e e ) i u / e a i o e a d j t f t e e e n e c h i i k ig v e r r w w s rti tic e pa tic ac hu na /u) rtu ve ng ige op nd nd ng ce cto liti ap No No (ca eli eli aa nd r ki jdi (kn (km tbv po bra bra sfa sh sh sv i ed se ing n-c ch pe ku tri mp ng ca eb eid eid eid nn de tis es ing ing uig uig ing es uig uig be ga po rst lis ne elh elh elh ma dd dd dd nd ar g ar t ar t art art red ieb ep us i a o e l i e l e e e a n n n a a a a e e D W V S S S r W B g B G R R V V R O V V Specificaties vaartuig Beschikbaarheid Capaciteit Functies
Reddingswezen Joke Dijkstra Dorus Rijkers
AV, Havenreddingboot
18,8
6,1
1,25 x
x
35
63
1,2
10
15
6
10
15
KNRM
Den Helder reserevloot
JF, Havenreddingboot
14,9
5,6
1x
x
34
61
1,2
10
15
4
15
10
15
KNRM
Zalm
Texel - De Koog
Float500, Reddingboot
5,1
2
0,75 x
x
25
45
0,8
10
15
3
5x
15
15
KNRM
Francine Kroesen
Texel - Oudeschild
7,5
2,7
0,75 x
x
32
58
1
10
15
3
15 x
15
10
KNRM
Beursplein 5
Texel - De Cocksdorp
Atl. 75 gelegen in de haven Val, Strandreddingboot, L-
10,6
4,1
0,75 x
x
33
59
1
10
15
4
50 500 L/m
15
15
15
KNRM
Graaf van Bylandt
Vlieland
W/NHavenreddingboot JF,
14,9
5,6
1x
x
34
61
1,2
10
15
4
90 500 L/m
15
10
15
KNRM
Huibert Dijkstra
Vlieland
15
10
KNRM
Gul
Vlieland
Atl.75, Reddingboot op trailer. KHV, L-W/N Float500, Reddingboot
15
15
KNRM
Arie Visser
Terschelling West
op trailer L-W/N AV, Havenreddingboot
KNRM
Frans Hogewind
Terschelling Paal 8
KNRM
Tonijn
Terschelling Paal 8
Val, Strandreddingboot, KHV,L-N Reddingboot Float500,
KNRM
Anna Margaretha
op trailer. L-W/N Ameland Ballummerbocht AV, Havenreddingboot
KNRM
Maria Hofker
Ameland Nes
KNRM
Koning Willem I
Schiermonnikoog
KNRM
Edzard Jacob
Schiermonnikoog
KNRM
Jan en Titia Visser Eemshaven
KNRM
Annie Jacoba Visser Noordwijk Palace
KNRM
KNRM
Den Helder
[1]
7,5
2,7
0,75 x
x
32
58
1
10
15
3
15 x
5,1
2
0,75 x
x
25
45
0,8
10
15
3
5x
18,8
6,1
1,25 x
x
35
63
1,2
10
15
6
10,6
4,1
0,75 x
x
33
59
1
10
15
4
5,1
2
0,75 x
x
25
45
0,8
10
15
3
18,8
6,1
1,25 x
x
35
63
1,2
10
15
6
Atl.75, Reddingboot op trailer, l-W/N, KHV AV, Havenreddingboot
7,5
2,7
0,75 x
x
32
58
1
10
15
3
18,8
6,1
1,25 x
x
35
63
1,2
10
15
6
Atl.75, Reddingboot op trailer, L-W/N, KHV JF, Havenreddingboot
7,5
2,7
0,75 x
x
32
58
1
10
15
14,9
5,6
1x
x
35
63
1,2
10
15
Lauwersoog buiten
Val, Havenreddingboot
10,6
4,1
0,75 x
x
33
59
1
10
15
Lauwersoog binnen
Atl.75, Reddingboot in drijvend boothuis Val, Havenreddingboot,
120 500 L/m 50 500 L/m 5x 120 500 L/m 15 x
15
10
15
15
15
15
15
15
15
15
10
15
10
15
15
10
3
120 500 L/m 15 x
15
10
4
90 500 L/m
15
10
15
4
50 500 L/m
15
10
15
7,5
2,7
0,75 x
x
32
58
1
10
15
3
15 x
15
10
10,6
4,1
0,75 x
x
33
59
1
10
15
4
50 500 L/m
15
10
7,5
2,7
0,75 x
x
32
58
1
10
15
3
15 x
15
10
9
2,9
0,75 x
x
35
63
1,2
10
15
3
20 x
15
10
15
KNRM
Jap en Wiecher Visser Politiek Veronica
KNRM
Johanna Margareta Den Oever
DGzRS
Alfried Krupp
4
145 2000m3/u
15
15
DGzRS
Bernhard Gruben
Norderney
23m Reddingskruiser
23,1
6
1,55 x
x
23
41
0,8
10
15
4
145 380m3/u
15
10
15
15
DGzRS
Woltera
Just
9,5m Reddingboot
9,41
3,61
0,96 x
x
18
32
0,6
10
15
3
26 45m3/u
15
10
15
DGzRS
Cassen Knigge
Norddeich
8,5m Reddingboot
0,93 x
x
31
0,6
10
15
15
KNRM
Harlingen
120 500 L/m 90 500 L/m
Harlingen Borkum
Lancering middelsmiddels Davit Atl.75, Lancering kraan gelegen Harder, IJsselmeerzijde. Voor 27,5 Reddingskruiser
27,5
6
8,52
1,63 x
3,12
x
23
41
17
0,8
10
15
15
15
10
3
13 x
Bristow / Kuwa Seaking S61N
Den Helder
SAR Helikopter
x
x
x
x
x
130
234
4
20
60
4
30 x
20/60
DHC / Kuwa
Westland Lynx
Den Helder
SAR Helikopter
x
x
x
x
x
135
243
4
20
60
4
6x
20/60
10
DHC / Kuwa
Agusta Bell 412SP Leeuwarden
SAR Helikopter
x
x
x
x
x
135
243
4
20
60
4
11 x
20/60
Kustwacht
Dornier 228-212
Schiphol
Vleugelvliegtuig
x
x
x
x
x
200
360
7
90
90
4
KLPD
P49
Den Helder
-
x
26
47
0,8
30
90
4
KLPD
P162
Lauwersoog
RIB
KLPD
P48
Harlingen
-
KLPD
P117
Harlingen
RIB
KLPD
P44
Delfzijl (Handelshaven)
-
notice 15 mins van 07.30-21.00, 60 mins van 21.00-07.30 uur 20
notice 20 mins van 08.00-16.30, 60 mins van 16.30-08.00 uur notice 15 mins ma.-vr. indien st.by Vlieland, 60 mins vanaf leeuwarden.
Alleen zoeken, x kan wel reddingvlot droppen 7-11 pers.
KLPD
Rijksrederij (RWS, Douane, EL&I, Kustwacht) DNZ-M Arca Scheveningen
Arca
26,4
6
1,4 x
6
2,5
0,75 x
x
30
54
1
30
90
2
12
30
30
26,4
6
1,4 x
x
26
47
0,8
30
90
4
12 620 L/m
30
30
7
2,5
0,75 x
x
35
63
1
30
90
2
12
30
30
26,4
6
1,4 x
x
26
47
0,8
30
90
4
12 620 L/m
30
30
83,0
12,8
5 bij 6 uur onbeperkt vanuit 5-6 binnen geen
5,5
Stern
Makkum
L > 20 m / < 30 km/u
21,0
5,5
1,6
Visarend
Den Helder
L > 20 m / > 30 km/u
42,8
7,1
2,6
DNZ-M
Zirfaea
Scheveningen
Zirfaea
63,0
11,5
3,9
DNN
Amasus
Lauwersoog
L < 20 m / < 30 km/u
15,5
4,7
1,0
DNN
Asterias
Eemshaven
L > 20 m / < 30 km/u
35,4
8,1
1,0
DNN
Kennemer
Harlingen
L < 20 m / > 30 km/u
30,5
7,0
1,3
EL&I
Harder
Eemshaven
L < 20 m / < 30 km/u
19,8
4,9
1,0
EL&I
Krukel
Lauwersoog
L < 20 m / < 30 km/u
18,2
4,9
1,0
EL&I
Phoca
Texel, Oudeschild
4,9
1,1
DNN
Portunus
Delfzijl
L > 20 m / n.v.t.
25,3
8,0
0,38 tot 1,25
DNN
RWS 74
Lauwersoog
L > 20 m / > 30 km/u
24,0
5,8
1,4
DNN
RWS 76
Harlingen
L > 20 m / > 30 km/u
24,0
5,8
1,4
DNN
RWS 812
Lauweersoog
L > 20 m / > 30 km/u
7,6
2,7
1,0
DNH
Scheurrak
Den Oever
L > 20 m / > 30 km/u
26,5
10,3
1,2
EL&I Kustwacht
DNN
L < 20 m / < 30 km/u
19,8
n.v.t.
200 mijl
n.v.t. onbeperkt 5 bij 6 uur 5 mijl vanuit 5 bij 6 uur 15 mijl vanuit 6 bij 6 uur 15 mijl vanuit 8 bij 6 uur 15 mijl vanuit 6 Bft 15 mijl 7 Bft bij 6 15 mijl uur 5
5 mijl
7
15 mijl
7
15 mijl geen
geen 7 bij 6 uur vanuit 5 bij 6 uur
15 mijl
13
24
0,3
10
120 120
8
15
0,3
10
43
0,8
10
22
0,3
10
120
19
0,3
10
120
2
10
10
18
0,3
10
120
3
10
7
13
0,3
10
120
3
10
18
0,3
10
120
0,3
10
120
10
10
10 8
15
120
12
> 100 2000 L/m
30 30 30
30
15
120
30
10
18
0,3
10
120
n.v.t. 25
n.v.t. 45
0,8
10
120
2
25
45
0,8
10
120
2
10
18
0,3
10
120
2
42
0,8
10
120
10
17
10
23
30
30
12
0
Siege
Harlingen
L < 20 m / < 30 km/u
15,5
4,7
1,0
9
0,3
10
120
Harlingen
L > 20 m / < 30 km/u
32,2
6,9
1,5
vanuit geen
5 mijl
Stormmeeuw
15 mijl
17
31
0,6
10
120
Stormvogel
Harlingen
L > 20 m / < 30 km/u
25,7
5,4
1,4
geen
geen
10
18
0,3
10
120
DNZ-N
Terschelling
Terschelling
B3
44,2
10,3
3,1
12
21
DNZ-N
Schuitengat
Terschelling
B4
38,2
8,7
1,8
DNZ-N
Waddenzee
Lauwersoog
B4
38,4
8,7
1,4
DNZ-N
Nieuwe Diep
Den Helder
B4
38,2
8,7
1,8
geen onbeperkt 8 bij 6 uur 15 mijl vanuit 5 bij 6 uur 5 mijl vanuit 8 bij 6 uur 15 mijl vanuit
30
24
EL&I
DOUANE
12 620 L/m
10 10
30
0,3
10
60
9
9
17
10
18
0,3 0,3
10 10
60 180
7 7
10 10
10
180
7
10
9
17
0,3
15
bluspomp 180 m3 per uur, manifolt op dek, 2 schuimkanon, 100 l schuimvormend middel 10
60
Privaat Bergers Tarzan
Den Helder
1,70
11
19
0,3
60
BDS/OOMS volgens plan RWS
Acta Marine
Jutter
Den Helder
Sleepboot
13,40
3,88
1,85
9
16
0,3
60
BDS/OOMS volgens plan RWS
Ooms
Alcmaria
Texel
Sleepboot
13,40
3,80
1,40
9
16
0,3
60
Ooms
Rekere
Texel
Sleepboot
15,40
4,50
1,90
9
16
0,3
60
Noordgat
Hurricane
0,85
47
84
1,2
Noordgat
Tempest
Terschelling
Bergingsvaartuig RIB
10,60
4,10
0,65
42
75
1,2
5
Noordgat
Typhoon
Terschelling
Bergingsvaartuig RIB
11,10
3,65
0,65
42
75
1,2
5
mobiele pomp 60 m3 per uur met diverse slangen en spuitstukken, mobiele pomp 15 m3 per uur, Hurican 60 mobiele pomp ca. 30 m3 per uur met slang en spuitstukken, diverse electrische klokpompen voor 5 duims slangen, mobiele schuimset (kan op elk van de hier genoemde vaartuigen) mobiele pomp 60 m 3 per uur met diverse slangen en spuitstukken, mobiele pomp 15 m 3 per uur, diverse 60 electrische klokpompen voor 5 duims slangen
Noordgat
Barracuda
Terschelling
Bergingsvaartuig RIB
0,95
52
93
1,2
BDS
Nomad
Harlingen
Bergingsvaartuig RIB
10,00
3,00
0,50
34
62
1,2
5
2 bluspomp
BDS
Andries
Harlingen
Sleepboot
20,00
3,60
1,25
9
16
0,3
5
bluspomp 160 m3 per uur
BDS
HA-32
Harlingen
Beunschip
30,00
8,50
0,80
9
16
0,3
5
Veltman
Compaen
Ameland
Bergingsvaartuig
10,80
3,20
0,60
36
65
1,2
60
Veltman
Runner
Ameland
Bergingsvaartuig
7,80
3,10
Acta Marine
Terschelling
Sleepboot
15,42
Bergingsvaartuig RIB
18,00
12,00
4,21
6,00
3,00
60
60 60
60
60
60
0,80
43
78
1,2
60
Waddenzee-Expedities Dutch-Harber
Lauwersoog
Bergingsvaartuig
8,00
2,50
0,60
36
65
1,2
60
Waddenzee-Expedities Dream West
Lauwersoog
Bergingsvaartuig
10,50
3,45
0,80
23
41
0,8
60
Rouzand BV
Lauwersoog
Beunschip
48,00
7,12
1,20/2,20
11
20
0,3
Rouzand Express
Rouzand BV
Vertrouwen
Lauwersoog
Beunschip
48,50
7,35
1,20/2,50
11
20
0,3
Bijma
Gruno II
Delfzijl
Sleepboot
16,00
5,00
1,55
11
19
0,3
60
Bijma
Gruno III
Delfzijl
Sleepboot
19,85
5,35
2,10
11
19
0,3
60
Bijma
Gruno IV
Delfzijl
Sleepboot
21,60
7,26
2,40
11
19
0,3
Bijma
Eemsmond I
Delfzijl
Ponton
42,50
9,33
0,45
n.v.t.
n.v.t.
Bijma
Eemsmond VIII
Delfzijl
Ponton
30,00
15,50
0,55
Ecoloss
Dolfijn
Delfzijl
Bergingsvaartuig RIB op trailer
Ubels Offshore Vrijheid
Eemshaven
Bergingsvaartuig
via Bijma
Delfzijl
Bergingsvaartuig RIB
Searider
Hulpdienst Northern Northern DivingBase
0
2,10
0,50
n.v.t. 19
n.v.t.
5,20
34
0,6
10,50
3,50
0,90
28
50
0,8
6,40
2,50
0,65
36
Vlieland
2,40
65 13
23
0 60
1,2 0,3
1 Daf brandblus 3500 ltr per minuut , 1 Lister algemene dienstpomp 900 ltr per minuut, 1 Bluskanon 60
Hulpdienst Northern Northern DivingDiver
Vlieland
Bergingsvaartuig RIB
11,50
0,55
38
68
1,2
5
12 1 dieselbluspomp 900 ltr per minuut
Hulpdienst Northern Northern DivingRanger
Vlieland
Bergingsvaartuig RIB
13,5
0,8
39
70
1,2
5
12 1 dieselbluspomp 900 ltr per minuut
v.d. Lee
Schiermonnikoog
60 De Boer volgens plan RWS
60
0,3
De Boer volgens plan RWS
60
Havendiensten Wasser und Schiffahrtsamt Gustav Meyer Emden Emden
Blusboot
Kon. Marine
Sleepboot Lingeklasse
Linge (+ 4 andere)
Den Helder
3,60 27,50
8,30
2,70 x
x
13
23
0,3
12
22
0,3
60
bluspomp 6000 ltr/min, worplengte 100m, waterkanon op hydr. mast (ook schuim), gasdicht15en 600 ltr60svm, ademluchtcompressor, gaspakken
9
5 ? via S.O.D
?
> 100
Bluskanon max 15 bar, 3.5 ton blusschuim.
30
15
alle vijf bemand?
Schip bemand van 08.00 - 22.30 uur
Brandweer -
-
Overig KMAR
Glinder
[1] KHV: Kusthulpverleningsvoertuig [2] l-N/W: lanceerbaar aan zowel Waddenzee - als Noordzeezijde Harlingen
L > 20 m / < 30 km/u
32,2
6,9
1,5
geen
15 mijl
17
31
0,6
10
120
30
15
blad 17 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Bijlage 2:
Voorbeeld uitkomsten dekkingsplan tabelvorm
In deze bijlage een voorbeeld van de tabellen zoals deze voor alle vakken op de Waddenzee gegenereerd zijn. In dit voorbeeld is per soort middel de opkomst van de eerste vier middelen aankomende middelen opgenomen.
blad 18 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Bijlage 3:
Verslaglegging bijeenkomsten
blad 19 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 20 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 21 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 22 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 23 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 24 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Bijlage 4:
Voorbeelden uitkomsten dekkingsplan kaartmateriaal
In deze bijlage worden als voorbeeld de opkomst- en dekkingskaarten opgenomen van een aantal soorten middelen.
blad 25 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 26 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 27 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
blad 28 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Hoogwater
Laagwater
blad 29 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Hoogwater
Laagwater
blad 30 van 31
Dekkingsplan Waddenzeegebied - Notitie uitgangspunten projectnr. 234608 110988 - DI08 november 2011, revisie 04
Hoogwater
Laagwater
blad 31 van 31