defensiekrant Verkennen in Mali
nummer 25 14 november 2013
3
Krijgsmacht maakt zich klaar voor Mali
4
In het oog van de storm
6
Koningin Maximakazerne klaar
7
Nachtelijke verkenningen
Foto Sgt Eva Klijn
bamako (mali) Een kaartje van Mali en vier handen… Sfeerbeeld van het overleg tussen Nederlandse en MINUSMAmilitairen dat ter voorbereiding van de missie in het Afrikaanse land wordt gevoerd. Ook bij de Verenigde Naties in New York vonden gesprekken plaats over de nieuwe missie van ons land. Meer hierover op pagina 3.
De Defensiekrant vanaf 2014 digitaal den haag Na meer dan 35 jaar
Aanschaf F-35 centraal bij Kamerdebat den haag De F-35 volgt vanaf 2019 de F-16 op als gevechtsvliegtuig van de Nederlandse krijgsmacht. Tijdens een
zogenoemd notaoverleg in de Tweede Kamer tekende zich vorige week een meerderheid af voor de aanschaf van tenminste 37 toestellen. Het ruim 13 uur durende debat met de bewindslieden Dijsselbloem, Kamp en Hennis-Plasschaert over de toekomstplannen voor de krijgsmacht ging vooral over de F-35.
Het debat bood coalitiepartij PvdA voldoende garanties om zich, naast de VVD, CDA, ChristenUnie en SGP, te laten overtuigen. Minister Hennis maakte het kabinetsbesluit voor de F-35 onlangs bekend in de nota ‘In het belang van Nederland’. “Met de keuze voor de F-35 kiest Defensie weloverwogen voor een technisch hoogwaardige en toekomstgerichte luchtmacht. Het toestel biedt in militair- operationeel perspectief de meeste opties.” Maar voor een definitief besluit is een Kamermeerderheid nodig. Die tekende zich bij het debat af. “Dit is een mooie dag voor de luchtmacht, voor de krijgsmacht en voor Nederland”, zo zei Hennis aan het einde van het debat. “Eindelijk duidelijkheid voor het personeel van Defensie, duidelijk-
heid voor onze internationale partners.”
Van Ghentkazerne
Behalve de F-35 kwamen bij het debat op 6 november ook het Joint Support Ship Karel Doorman, het voortbestaan van 45 Pantserinfanteriebataljon en het openblijven van de kazerne in Assen ter sprake. Een aantal fracties vroeg de minister te kijken naar mogelijkheden om de Van Ghentkazerne in Rotterdam open te houden. De bewindsvrouw is daarover in gesprek met de gemeente van de Maasstad. De Kamer gaf aan tijdens de begrotingsbehandeling nog verder te willen spreken over een aantal andere onderwerpen uit de Nota.
als papieren krant te zijn verschenen, gaat de Defensiekrant veranderen. Vanaf januari 2014 kan iedereen met interesse in het wel en wee van Defensie, hierover lezen in een nieuw digitale magazine. De lezers kunnen dit Ezine via internet bekijken met hun eigen computer. De Defensiekrant nieuwe stijl is zowel geschikt voor desktop computers, laptops, tablets als smart Phones.
De digitale krant ziet er in vergelijking met de oude papieren uitgave aantrekkelijk uit met veel foto´s, video´s, infographics en teksten. Die teksten zullen vaak korter zijn dan bij de “papieren” bladen. Uiteraard kunnen artikelen worden gedeeld via social media als Facebook of Twitter. Om het de lezers gemakkelijk te maken, wordt er een speciale webpagina gemaakt waar de lezers hun (privé) emailadres achter kunnen laten. Iedereen die zich op die manier abonneert, krijgt steeds wanneer er een nieuwe Defensiekrant uit is, een emailtje met een melding dat de nieuwste editie bekeken kan worden en een link naar het Ezine.
»»Lees verder op pagina 3
binnenland
2 defensiekrant nr 25 – 14 november 2013
»»Vervolg van pagina 1
De Defensiekrant vanaf 2014 digitaal Deze service is uiteraard gratis, om de krant te lezen is er geen bijzondere apparatuur of software nodig.
Mediacentrum
Bij de nieuwe Defensiekrant gaat het om een zeer geavanceerde website, die is ontwikkeld samen met het ministerie van Algemene Zaken. Het nieuwe Ezine wordt iedere twee weken in opdracht van de directie Communicatie van de Bestuursstaf geproduceerd door het Mediacentrum Defensie. Met het innovatieve project loopt Defensie voorop bij de ontwikkeling van digitale magazines bij de overheid. Met de stap van “papieren” bladen naar digitale Ezines spaart Defensie niet alleen kosten uit maar verbetert ook de informatievoorziening naar de lezers binnen en buiten de organisatie. Voortaan is de Defensiekrant altijd en overal te lezen. Het besluit om de Defensiekrant en de officiële personeelsbladen Alle Hens, Landmacht, de Vliegende Hollander, KMarMagazine, Pijler en Materieelgezien te digitaliseren maakt deel uit van bezuinigingen
die minister Hillen in 2011 bekend maakte. Op deze manier bespaart de organisatie jaarlijks enkele miljoenen euro´s. Dat er geld bespaart kon worden bij de Defensiebladen hadden ook de medewerkers van Defensie gezien. Toen minister Hillen twee jaar geleden aan het Defensiepersoneel vroeg mee te denken over mogelijkheden geld uit te sparen, waren er veel medewerkers die voorstelden te stoppen met de productie van “papieren” bladen. Aan die wens wordt dus gehoor gegeven. Bovendien is de techniek van digitale magazines in de afgelopen jaren sterk verbeterd. De nieuwe Ezines - de zes bladen van de Defensieonderdelen volgen de Defensiekrant later in het eerste kwartaal van 2014 - zijn dan ook een bij uitstek geschikt middel om op de hoogte te blijven van defensieontwikkelingen. De laatste “papieren” Defensiekrant komt medio december 2013 uit. In de komende Defensiekranten meer informatie over de veranderingen bij de Defensiekrant en andere Defensiebladen maar ook over het systeem om je gratis te abonneren.
Eerste Apache gemoderniseerd den haag De vloot Apache gevechtshelikopters onder-
gaat de komende jaren een ingrijpend modificatieprogramma. Midden deze maand wordt bij de Boeing fabrieken in het Amerikaanse Mesa de eerste ‘Block II’ Apache overgedragen aan de Defensie Materieel Organisatie.
De software en hardware van de Apache krijgt een flinke opwaardering. Daarna zijn de heli’s weer volledig interoperabel met de machines van de Amerikanen, de voornaamste Apachegebruikers. Door de modernisering zijn de vliegers zich meer bewust van dreigingen en kunnen ze daar voortaan ook sneller op inspelen. Door moderne dataverbindingen is
de samenwerking met collega’s in de lucht en met grondtroepen ook sterk verbeterd. Alle 29 Nederlandse Apaches doorlopen het modificatieprogramma. Boeing modificeert de acht in de VS gestationeerde toestellen. De overige heli’s krijgen hun operationele opwaardering bij het Logistiek Centrum Woensdrecht. Naar verwachting is de vloot in 2017 volledig gemodificeerd.
Veertienduizend techneuten op missie bij Techbase amsterdam – Cool, gaaf, vet en stoer. Die kreten worden veelvuldig gebezigd door de
jonge bezoekers aan Techbase. Het Techniekfestival van Defensie in Amsterdam trok afgelopen week ruim veertienduizend man. Er is veel te zien en veel te doen. Sleutelen aan een Cougar helikoptermotor van zestienhonderd pk? “Als ik dat vertel, gaan die oogjes spontaan glunderen”, aldus sergeant Kruizen. Een intens brommend geluid galmt over de NDSM-werf. Het industrieterrein in Amsterdam is onherkenbaar omgetoverd in een high-tech militaire basis. “Waar komt dat lawaai vandaan”, vraagt een jongen zich hardop af. Zijn nieuwsgierigheid lokt hem naar de plek waar een pantserhouwitser staat te draaien. Om het artilleriegeschut heen zijn technici van Defensie druk bezig met het beantwoorden van allerlei vragen. Wat is dat voor een ding? Wat voor vooropleiding heb ik nodig om ermee te werken? En tal van andere vragen worden op de militairen afgevuurd. “Dit is precies wat we willen bereiken”, zegt projectofficier kolonel Harold de Jong. “Jonge techneuten enthousiasmeren en laten zien wat zij met hun kennis kunnen betekenen voor de krijgsmacht. Met een dag als vandaag proberen wij het toene-
mend tekort aan technisch personeel tegen te gaan.”
De ervaring
Om dit voor elkaar te krijgen heeft de organisatie dan ook alles uit de kast getrokken. Overal op het terrein staat militair materieel klaar om van binnen en buiten bekeken en betast te worden. “De bezoekers een ervaring meegeven is één van de belangrijkste doelstellingen. Niet toekijken, maar juist meedoen. Dat staat centraal vandaag”, vertelt De Jong. “Tijdens dit festival laten verschillende krijgsmachtdelen zien wat je als techneut bij Defensie kan doen. Van sleutelen aan een F-16 tot lasklussen voor een CV90 pantservoertuig. Je kunt het zo gek niet bedenken.”
klasgenootjes loopt hij rond op het marineschip Zr. Ms. Friesland. Ze hebben de opdracht gekregen om zoveel mogelijk calamiteiten te ontdekken in de machinekamer van het vaartuig. Gewapend met zaklampen zoeken ze haastig naar bijzonderheden. Geknapte elektrische bedrading, kapotte leidingen en een gewonde zien de jongens direct. “Er waren zeventien dingen verstopt en we hebben er dertien van gevonden”, vertelt Diego trots. Op de vraag wat hij het leukste vond van de dag zegt hij stellig: “Rondlopen op dit schip. Na mijn opleiding wil ik in de scheepsbouw werken. En nu ik dit gezien heb, weet ik het zeker. Dat ga ik bij de marine doen.” || tekst tlnt
De vijftienjarige Diego Wolfs heeft dat mogen ervaren. Samen met twee
johanna van
|| waardenberg || foto peter bezemer
Hennis: meer samenwerking op defensie in Europa hoofdorp Europa kan de huidige en toekomstige gevaren in de wereld alleen trotseren
Misdaad houdt zoekteams bezig simonshaven Gespecialiseerde zoekteams van Defensie hebben bijstand verleend aan drie geruchtmakende justitiezaken. Zo zochten militairen op verzoek van de politie naar bewijsmateriaal in de zaak van de tot levenslang veroordeelde Patrick S. Hierbij troffen zij in een bos bij Simonshaven op Voorne-Putten een verborgen kelder aan.
Een ander team kwam in actie op een woonwagenkamp in Den Bosch. Defensie werkte daar samen met de politie, gemeentes en de Belastingdienst. Bij de inval werden 29 mensen aangehouden. Van hen werden er later acht vastgehouden op beschuldiging van witwassen. Op en rond het kamp werden twaalf vuurwapens, 350.000 euro aan contanten, merkhorloges, diamanten, zestiende/zeventiende eeuws porselein en diverse kunstwerken met een geschatte waarde van vijf miljoen euro aangetroffen.
De derde inzet vond plaats in Rotterdam. Specialisten van Defensie zochten in de wijk Zevenkamp naar het lichaam van de 24-jarige Ricardo ‘Nookie’ Kooij. Uit politieonderzoek blijkt dat hij hoogstwaarschijnlijk om het leven is gebracht. Mogelijk ligt het stoffelijk overschot bij metrostation De Tochten of Zevenhuizerplas. Inmiddels onderzocht een duikteam en een Advanced Search Team het water en de oevers aan de Dick Ketstraat, het Wollefoppenpark en een deel van de Zevenhuizerplas.
door meer samenwerking op gebied van defensie. Dat zei minister Jeanine Hennis-Plasschaert vorige week in een toespraak voor het Europees Parlement in Brussel.
De bewindsvrouw betoogde dat de Europese landen de huidige militaire tekortkomingen alleen kunnen oplossen door samen te plannen en samen op te trekken. Dat betekent ook meer politieke samenwerking”, aldus Hennis. De minister acht een vrije en veilige
omgeving nooit vanzelfsprekend. Gebeurtenissen, waar ook ter wereld, kunnen van invloed zijn op de eigen veiligheid en vrijheid. Het simpelweg negeren van wereldwijde conflicthaarden is dan ook geen optie, vindt ze. "Zo'n brandhaard kan door een plotseling ‘draaiende
wind’ opeens onze kant opkomen.” Ook vindt Hennis dat de betrokken landen beter moeten kijken naar het inzetconcept van de Europese snel inzetbare eenheden. Over deze EU Battlegroups zei ze: “Gebruik ze of dump ze.”
Veteraneninstituut ontvangt prestigieuze award doorn Op 7 november heeft KTZA b.d. Frank Marcus, directeur van het Veteraneninsti-
tuut, de prestigieuze ‘Legion of Honor Award’ van de Chapel of four Chaplains ontvangen. Marcus ontvangt deze hoogste award voor het onzelfzuchtig dienen van de gemeenschap zonder acht te slaan op ras, etnische groepering of afkomst. Het initiatief van de Joodse Geestelijke Verzorging wordt ondersteund en gedragen door alle dien-
sten Geestelijke Verzorging bij de Krijgsmacht. Hoofdkrijgsmachtrabbijn Sebbag; “Bij Frank staat de mens voorop, ongeacht afkomst of levensbeschouwing. Hij heeft zijn bestaan gewijd aan het stimuleren en faciliteren van
organisaties waar het bevorderen van het welzijn van de medemens voorop staat. Door zijn tolerante houding en respectvolle benadering heeft hij nu ook in de burgermaatschappij groepen in de samenleving dichter bij elkaar weten te brengen”.
binnenland
defensiekrant nr 25 – 14 november 2013 3
Krijgsmacht maakt zich klaar voor Mali den haag Nederland levert op verzoek van de Verenigde Naties ongeveer 380 man voor de Multidimensional Integrated Stabilisation Mission (MINUSMA). Deze VN-missie helpt de Malinese overheid haar gezag over heel Mali te herstellen en de criminaliteit en terrorisme een halt toe roepen. De inzet is voorlopig gepland tot eind 2015 en naar verwachting arriveren de eerste eenheden eind dit jaar.
De Nederlandse bijdrage bestaat voor het grootste deel uit militairen. Zij zullen in de omgeving van Gao vooral inlichtingen verzamelen, verwerken en analyseren. Naast special forces beschikt het Nederlandse detachement over sensor-capaciteit, onbemande systemen en vier Apache gevechtshelikopters. “Zo zijn we de ogen en oren van de VN, die hierdoor effectiever kan optreden”, lichtte minister Hennis Plasschaert toe. De Apaches worden overigens ook ingezet ter afschrikking en om het Nederlands personeel te beschermen. Op het moment dat deze Defensiekrant werd gemaakt, voerden
Defensiemedewerkers in Mali en bij de VN in New York gesprekken om concrete afspraken te maken. Doel is de komst van de Nederlandse militairen verder voor te bereiden. Begin december spreekt de Tweede Kamer verder over deze nieuwe missie.
niet in een gevechtssituatie terecht kunnen komen. Ook dan kunnen ze optreden. Het zijn robuuste eenheden en ze hebben een stevig mandaat.” De special forces kunnen specifieke opdrachten krijgen zoals het ontmantelen van wapendepots en het verrichten van arrestaties.
inlichtinGenmissie
malinese aGenten
De Nederlandse analisten worden gestationeerd op de hoofdkwartieren in Bamako en Gao. De lange afstandverkenners (special forces) opereren in het veld. Volgens minister Hennis vult de inzet van Nederlandse troepen een duidelijke inlichtingenbehoefte in. “Maar dat betekent niet dat onze militairen
Naast militairen gaan politiefunctionarissen en civiele deskundigen mee. Zij richten zich onder meer op het trainen van de Malinese politie, het ontwikkelen van de rechtsstaat en het hervormen van de veiligheidssector. Deze bijdrage sluit goed aan op de Nederlandse inspanningen voor ontwikkelingssamen-
Nederlandse militaire bijdrage aan missie in Mali (Afrika) Waarom gaan we het doen?
Nederland heeft belang bij internationale veiligheid, stabiliteit en een goed functionerende rechtsorde. Door instabiliteit in Mali ontstaat aan de zuidgrens van Europa een broedplaats voor extremisme. Daarnaast vindt er op grote schaal drugshandel, mensensmokkel en wapenhandel plaats. Door de open grenzen in Europa vormt dit een directe bedreiging van Nederland.
MA L I
Daarnaast heeft Nederland in de grondwet staan dat ze de internationale rechtsorde wil bevorderen.
Nederlandse militaire bijdrage aan missie in Mali (Afrika) Mensen, middelen en capaciteiten Verkenningseenheid van ongeveer 90 personen Special Operations Forces in omgeving van Gao
Ondersteunend personeel in Gao, ongeveer 130 personen, ten behoeve van logistiek e.d.
90 130
70
All Sources Intelligence Fusion Unit (ASIFU) met 70 personen. Het grootste deel in Gao, klein deel in Bamako
Gao
MA LI Bamako
10 NLD’ers op de staf van het hoofdkwartier in Bamako
10
60
4 Apache-helikopters + 60 personen ondersteunend personeel in Goa
werking die op dit moment al plaatsvinden in Mali.
broeDplaats
Het noorden van Mali was lange tijd broedplaats van extremisten en een vrijplaats voor het opleiden van terroristen. De VN-inzet moet een terugkeer naar deze situatie definitief voorkomen. Mali ligt op een kruispunt van smokkelroutes voor drugs, wapens, mensenl en illegale migratie naar de landen rond de Middellandse Zee. De opbrengsten hiervan zijn een belangrijke financieringsbron van terrorisme.
huis onbeheersbare situaties ontstaan. De handelsnatie heeft baat bij internationale veiligheid, stabiliteit en een goed functionerende rechtsorde. Maar ook solidariteit met de Malinese burgerbevolking is een overweging voor deelname aan Minusma. Zij is hard getroffen door armoede, onveiligheid en mensenrechtenschendingen. Bijdragen aan versterking van overheidsstructuren die de bevolking gelijke kansen en rechten bieden is daarom belangrijk.
|
Met deelname aan Minusma wil Nederland voorkomen dat dicht bij
| |
tekst anDrÉ twiGt foto's sGt eVa klijn infographics paul koebruGGe
reportage
4 defensiekrant nr 25 – 14 november 2013
Nederlandse militairen in Israël
In het oog van de storm Israël: epicentrum van complexe grensconflicten. Terwijl het land dagelijks balanceert op een smal koord van onrust en vrede, werken Nederlandse militairen er in drie missies mee aan de stabiliteit in de regio. Ze zitten soms in het oog van de storm.
United States Security Coordinator
Verkeersader op routekaart naar vrede Het Al-Manara-plein loopt vol. Auto’s zoeken toeterend hun weg rond het knooppunt in het centrum van Ramallah. Voetgangers schieten handig en ontspannen tussen de auto’s door. Het is het einde van de zondag, een gewone werkdag in de hoofdstad van de Westelijke Jordaanoever. Terwijl de eerste avondgebeden via luidsprekers de stad in worden gezongen, drommen mensen samen op en rond het plein. In de sfeervolle mierenhoop van mensen en auto’s schuiven Hans van den Heuvel en Gerrit Hut geroutineerd mee. De twee luitenantkolonels van de luchtmacht werken en wonen al maanden op de ‘Westbank’ en kennen de weg in de
Palestijnse stad.“Dat we hier nu veilig kunnen rijden, is een direct gevolg van het werk van onze missie”, vat Van den Heuvel de missie United States Security Coordinator (USSC, zie kader) praktisch samen. “Een paar jaar geleden was het hier nog erg onrustig. Door de opbouw van de Palestijnse veiligheidsdiensten en het vertrouwen die zij krijgen van Israël en de plaatselijke bevolking, is het dagelijks leven veel rustiger geworden.” De USSC helpt de Palestijnse Autoriteit sinds 2005 bij de opbouw van zeven zelfstandige veiligheidsdiensten, waaronder politie, presidentiële garde en de National Security Force, een soort leger. Het
missiewerk is een heel praktische verkeersader op de Roadmap to Peace, die door de VS, Europese Unie, Rusland en de VN sinds 2003 wordt uitgetekend om de twee strijdende partijen als buren te laten bestaan. “We doen aan capacity building. We bouwen iets op”, vertelt overste Van den Heuvel. Hij is militair technisch adviseur in Ramallah, zijn collega en huisgenoot Hut is coach van Palestijnse instructeurs in Jericho. Aan de ‘overkant’, in Jeruzalem, werken landmachtoversten Gerard Gijsbertsen en Marcel Wolfs op de staf van de Amerikaanse USSC-commandant. Als J6 staan zij garant voor de ontwikkeling van de Palestijnse
USSC Nederland draagt met vier personen bij aan de United States Security Coordinator (USSC). Deze missie vindt plaats in Ramallah op de Westelijke Jordaanoever. Het programma richt zich op het verbeteren van het functioneren van de veiligheidsdiensten en de Presidentiële Garde van de Palestijnse Autoriteit. Communicatie- en Informatiesystemen. “In plaats van de strijdende partijen uit elkaar te houden, werken we mee aan een oplossing”, stelt Gijsbertsen. “We brengen ze dichter bij elkaar. Als de Palestijnen zelfstandig kunnen handelen en de Israëliërs dat vertrouwen, kunnen deze mensen vreedzaam naast elkaar leven.”
Het Al-Manara-plein in Rammalah. Linksboven Overste Hans van den Heuvel voor zijn kantoor in Ramallah. Rechtsboven Overste Gerard Gijsbertsen in Ramallah.
Gijsbertsen proeft dagelijks dat dat er in zit, hoe ingewikkeld het conflict in de regio ook is. “Het is een complexe situatie. Maar dat is vooral politiek. Wij merken dat Israëliërs en Palestijnen in het dagelijks leven prima naast elkaar leven, tussen elkaar zelfs. Ze zien dat ze wat aan elkaar kunnen hebben. Dat biedt perspectief.”
reportage
defensiekrant nr 25 – 14 november 2013 5
Een Nederlandse waarnemer op een waarnemingspost. Rechts Overste Mike Bos (r) en majoor Peter Plaggenborg voor Camp Ziouani, het Israelische UNDOF-kamp.
United Nations Disengagement Observer Force
Rust bewaken in oorlogsgebied Vrede? Nee, het is geen vrede tussen Syrië en Israël. In 1974 hebben de twee buren, onder aanmoediging van de VN, afgesproken niet meer te vechten. Bijna veertig jaar later staan de blauwe baretten nog steeds als peacekeeper tussen de partijen in. In de Area of Separation (AoS), een smalle strook die strekt van Libanon tot aan Jordanië, om precies te zijn. “Niet dat de dreiging van een nieuw gewapend conflict momenteel groot is”, weet luitenant-kolonel Mike Bos, chief liasionofficier bij de United Nations Disengagement Observer Force (UNDOF, zie kader). Met twee bataljons bewaakt en bewaart UNDOF de rust in het grensgebied. “Syrië is in een burgeroorlog verwikkeld en heeft andere prioriteiten. Maar er is
voor ons genoeg te doen. Weggaan is geen optie.” Overste Bos en zijn Nederlandse collega, majoor Peter Plaggenborg, maken onderdeel uit van het liaison- en protocoloffice van UNDOF. Dat is op twee locaties gevestigd : Camp Faouar in Syrië en Camp Ziouani op de door Israël bezet Golan. Ze zijn de ogen, oren en mond voor de VN bij de Syrische en Israëlische autoriteiten. Ze houden de Syriërs en Israëliërs op de hoogte van het VN-werk en andersom. En ze overleggen over de gemaakte afspraken, toezicht en inspecties. Maar ja, de burgeroorlog. Bos: “Geïnspecteerd wordt er momenteel niet aan de Syrische kant. Het is er
onveilig, VN’ers zijn een interessant gijzelingsdoelwit voor bepaalde groeperingen.” Toch is de rol van de VN niet uitgespeeld. “Als het Syrische leger vecht met rebellen, wil er wel eens artillerie over de grens neervallen. Ik weet zeker dat het per ongeluk gebeurt, en hoewel de Israëliërs de situatie begrijpen, accepteren ze deze spillover-incidenten niet en slaan heel snel terug. Door contact te leggen met beide autoriteiten proberen we ze te overtuigen niet te escaleren. Wij bemiddelen met als doel het vuren te laten stoppen en slachtoffers te voorkomen.” De twee landmachters van UNDOF bewaken zodoende een staakt-hetvuren in een land in oorlog. Dat
UNDOF De United Nations Disengagement Observer Force houdt sinds 1974 toezicht op het staakt-het-vuren tussen Israël en Syrië. UNDOF opereert op de Golanhoogten in hetzelfde gebied als UNTSO. Nederland heeft twee officieren gestationeerd op het hoofdkwartier van UNDOF, Camp Faouar in Syrië en op Camp Ziouani aan Israëlische zijde. brengt persoonlijke risico’s met zich mee. “Sommige gewapende groeperingen hebben het gemunt op westerlingen en we bewegen ons door een gebied waar met artillerie en tanks op elkaar geschoten wordt”, constateert Bos. “Gevaar hoort bij het werk van een militair. Maar we moeten ons wel realiseren dat we er middenin zitten. Dit is geen pleziertripje, maar een gewapende missie.”
De aanwezigheid van UNDOF heeft een ‘de-escalerende’ werking, weet Bos ook. “Dat geven beide partijen aan. Israël bezet nog altijd de Golanhoogte, eigenlijk Syrisch grondgebied. En Syrië overtreedt elke dag de afspraken in de AoR. Dus tussen de twee partijen is het nu rustig, maar die rust is wel wankel. Er is geen sprake van vrede.”
United Nations Truce Supervision Organization
Eerste rang in een burgeroorlog Je kijkt er zo een burgeroorlog in, veilig en ontspannen. Mount Bental is een historisch punt in de Zesdaagse Oorlog op de Golan en zodoende een toeristische trekpleister voor Israëlische heldenverering. Maar tegenwoordig geeft de berg vooral ook een wrang uitzicht op gevechten tussen Syrische legertroepen en rebellen, aan de oostelijke voet van de berg. “In het staakt-het-vuren tussen Syrië, Israël en Libanon is een Area of Separation (AoS, red.) afgesproken”, vertelt kapitein Jochem van Leeuwen, militair waarnemer namens de United Nations Truce Supervision Organization (UNTSO, zie kader). “In dat gebied mogen de partijen geen enkele militaire activiteit ontplooien. Maar nu in Syrië
een burgeroorlog woedt, wordt ook in dat gebied dagelijks gevochten.” Het plaatst Van Leeuwen en zijn collega’s in een lastig parket. Nederland levert militaire waarnemers aan UNTSO, in Israël, Syrië en Libanon. Zij moeten toezien hoe beide partijen zich aan de regels houden en in de omliggende gebieden inspecteren op afgesproken aantallen militaire capaciteit. Bij tourbeurt bezetten ze observatieposten (OP’s) langs en in de AoS. Aan Syrische zijde zijn echter al een aantal posten opgegeven en anderen staan soms letterlijk in het midden van de interne strijd, die nu twee jaar woedt. Onlangs nog lag OP56 - een paar kilometer van de Israëlische post - vijf dagen midden in de vuurlinie van een hevig
UNTSO De taak van United Nations Truce Supervision Organization (UNTSO) is het observeren van de afgesproken bestandslijnen tussen Libanon, Syrië en Israël. UNTSO opereert op de Golanhoogte in hetzelfde gebied als UNDOF (United Nations Disengagement Observer Force) en in ZuidLibanon in hetzelfde gebied als UNIFIL (United Nations International Force In Lebanon). Nederland neemt deel aan UNTSO met twaalf mensen.
gevecht. Evacuatie was onmogelijk, dus de VN’ers op de post, onder leiding van twee Nederlandse waarnemers, zaten dagenlang vast in hun bunker. “We hebben dagelijks eersterangs kaartjes bij een burgeroorlog”, stelt kapitein Van Leeuwen cynisch. “Dat is heel bizar. We zijn geen partij in die oorlog, we zijn ook geen doelwit, maar het komt soms erg dichtbij. We blijven echter ons werk doen: we rapporteren wat we waarnemen.” Syrië kan zich voorlopig onmogelijk houden aan de afspraken die UNTSO bewaakt, maar zit nu ook zeker niet te wachten op een strijd aan nog een front. Aan de Israëlische kant van de Tactical Fence (een groot hek dat het hele AoS begrenst), is de Golan intussen een vredige, rurale regio waar niets aan dreiging doet denken. Een wankel evenwicht dus, in een dunne landstrook dat Israël en Syrië al bijna veertig jaar scheidt. De aanwezigheid van UNTSO-militairen is er nog altijd meer dan welkom, wordt de waarnemers verteld. Kapitein Van Leeuwen: “De Israëliërs
zijn erg blij met onze aanwezigheid. Het is hier zo rustig omdat wij er zijn, zeggen ze.”
|| tekst
kap roel van de wiel
|| foto’s sm maartje roos
Boven In het zuiden van de Area of Separation, zijn de VN-OP's opgegeven vanwege de veiligheid. Vanaf Israelische zijde wordt het gebied geobserveerd. Onder Een observatiepost van de VN. De OP's staan soms middenin de vuurlinies van de strijdende partijen in Syrie.
binnenland
6 defensiekrant nr 25 – 14 november 2013
Koningin Máximakazerne klaar voor gebruik
Marechaussee betrekt betonnen vesting langs A4 badhoevedorp Wie door de Schipholtunnel richting Amsterdam rijdt, kan de betonnen kolos met felgroene strepen niet missen. Het gebouw heeft iets weg van een vesting. Die robuuste uitstraling is niet voor niets gekozen. Het ontwerp slaat terug op de functie van de Koninklijke Marechaussee als grensbewaker. 26 november opent Koningin Máxima het naar haar vernoemde complex. Bijna zeven hectare grond heeft de marechaussee tot haar beschikking op slechts een steenworp afstand van Schiphol. Een unicum op het dichtbebouwde en dure luchthaventerrein. Is het niet vreemd om met de huidige bezuinigingen een gloednieuw complex te openen? Districtscommandant Schiphol brigadegeneraal Harry van den Brink: “Ik snap dat gevoel, maar vergis je niet. Voorheen huurden wij kantoorpanden van commerciële partijen. Dat was niet alleen onpraktisch, maar vooral enorm kostbaar. Ook moesten wij onze mensen ‘legeren’ in hotelkamers. Als je zo structureel ruimte tekort komt, moet je naar een oplossing zoeken voor de lange termijn. Ja de kazerne is nu een investering, maar op den duur echt goedkoper.” De Koningin Máximakazerne (KMK) aan Sloterweg 400 bij Badhoevedorp biedt onderdak aan ongeveer 1800 man. Naast kantoren, vergaderruimtes en een bedrijfsrestaurant, zijn er 340 slaapvertrekken. Ook beschikt
het complex over opleidings- en sportfaciliteiten. Met de nieuwe kazerne gaat een lang gekoesterde wens van het district Schiphol in vervulling. Zaten de brigades voorheen versnipperd over meerdere panden zoals Triport en de Elzenhof, nu zitten alle diensten onder één dak. Uitzondering zijn de brigades Vreemdelingenzaken en Grensbewaking. Gezien de aard van de werkzaamheden blijven die op de terminal.
Bouwput
Over smaak valt natuurlijk te twisten. De betonlook van het gebouw is extreem doorgevoerd, behalve in de kantine. Daar knalt het frisse geel en groen je tegemoet. Op de grond komen in het kantoor, keuken en legeringsgebouw ook verschillende kleuren voor. De uitstraling van het interieur is in ieder geval sober en weinig huiselijk. Maar verder lijkt het een architectonisch hoogstandje met aan elkaar geschakelde vleugels die als bouwdozen op elkaar zijn
gestapeld. “Functioneel mooi”, noemt adjudant Sjaak Muinck Keizer zijn nieuwe onderkomen. “Nu voel ik me al snel ergens thuis.” De adjudant leidt ons rond over het terrein. De buurman is het reeds geopende Justieel Complex Schiphol, het zwaarbeveiligde detentiecentrum van de Dienst Justitiële Inrichtingen oogt al even bunker-achtig als de KMK. Getuige de vele camera’s en hoge hekken worden pottenkijkers op beide terreinen duidelijk niet gewaardeerd. Terug naar de rondleiding. De kazerne oogt hier en daar als een bouwput. Zo wordt er nog volop gebouwd aan een leslokaal, een overdekte geweerbaan, sportzaal en parkeerterrein. Muinck Keizer wijst op een braakliggend stuk: “Hier komt een hindernisbaan, klimtoren en we krijgen zelfs een parcours waar we rijdend de schietprocedures kunnen oefenen. Al met al mooie faciliteiten, die zeker niet elk district heeft.”
Oplevering
De nieuwbouw bij Schiphol heeft lang op zich laten wachten. Al sinds eind jaren negentig werd gesproken over centrale huisvesting, omdat de KMar op Schiphol steeds verder uitbreidde. Pas in 2011 ging de eerste paal de grond in. Daarna liep de bouw tussentijds vertraging op. “Dat was vooral een financiële kwestie, waardoor we bepaalde keuzes moesten maken in het ontwerp”, vertelt Van den Brink. “Uiteindelijk wordt de Koningin Máximakazerne in twee fases opgeleverd. De belangrijkste werk- en leefvoorzieningen zijn gelukkig klaar.”
Absolute verbetering
Het is soms nog behelpen en de kinderziektes moeten eruit . Maar inmiddels zijn de meeste mensen op hun werkplek ‘geland’.“Al dat beton zou niet mijn keuze zijn en het mag wat gezelliger”, vindt hoofd bureau Conflict & Crisisbeheersing majoor Martin Steenbergen. “Ten opzichte van Triport is het absoluut een
verbetering. De komende jaren kunnen we er tegenaan.” Ook opperwachtmeester Jan Kuijper senior medewerker Meldkamer, beaamt dat. “Het is een goede ontwikkeling dat we zijn verhuisd. Ook qua faciliteiten en contact met collega’s van de andere brigades. Wat betreft de indeling heb ik nog wel wat tips voor de architect.” Met de contouren van de luchthaven op de achtergrond zitten de collega’s van Schiphol zonder meer op een A-locatie. Niet vreemd dus dat bij een calamiteit de kazerne dient als commandocentrum voor civiele autoriteiten. Van den Brink: “Dankzij de KMK kunnen we nog beter bijdragen aan de veiligheid op de luchthaven en in de regio. Onze operaties gaan 24 uur door. Dan is een comfortabele werk- en leefomgeving wel zo prettig.”
|| tekst
marlous de ridder
|| foto’s maurits van hout
Rijdend over de de A4 is de Koningin Máximakazerne niet missen. Rechts Hoofdingang KMK.
Nieuwe Bestuursstaf van start den haag “We herpakken ons na een intensieve reorganisatieperiode en dat begint vanaf vandaag”, sprak Secretaris-generaal Erik Akerboom op 5
november tijdens de aftrap van de nieuwe Bestuursstaf (BS). Ruim vierhonderd medewerkers kwamen naar de bijeenkomst op het Plein Kalvermarkt Complex in Den Haag.
Met een ingrijpende reorganisatie achter de rug is het voor de BS tijd voor een nieuwe start. Om dat moment gezamenlijk in te luiden was er voor de medewerkers een interactief programma georganiseerd dat in het teken stond van het werk van de BS en de daarbij horende veranderingen. Centraal stonden de zes thema’s van het nieuwe besturingsmodel: vernieuwingen in het operationele domein, samenwerking met militaire en civiele
partners, personeel, financiële duurzaamheid, draagvlak voor de organisatie en eenvoud in besturing en bedrijfsvoering. De aanwezigen konden deze thema’s tijdens speciale discussiesessies bespreken en kregen rondleidingen over de verschillende directies van de BS. Tijdens de aftrap werden de leden van de onlangs gevormde Bestuursraad aan de aanwezige medewerkers voorgesteld. Dat zijn naast de Secretaris-generaal de Commandant
der Strijdkrachten (CDS) generaal Tom Middendorp, de Hoofddirecteur Beleid Wim Bargerbos en Hoofddirecteur Financiën en Control Petra Lugtenburg. Zij deelden hun visie en vertelden waar zij zich de komende tijd mee bezig gaan houden. Defensiebreed met zes geselecteerde thema’s werken is volgens de leden van de Bestuursraad een nieuw concept dat voor effectiviteit en efficiëntie gaat zorgen.
Bruggen slaan
“De werkwijze van de Bestuursstaf verandert sterk, we focussen ons nog meer op samenwerking”, zei Akerboom tijdens de aftrap. Vertrouwen is daarbij een belangrijk aandachtspunt. “Het vertrouwen tussen bestuur en uitvoering is heel kwetsbaar. Om dat te versterken moeten we de contacten in het veld betrekken bij onze werkzaamheden. Intern en extern bruggen slaan.” CDS generaal Middendorp: "Wij zijn
randvoorwaardelijk voor het functioneren van de defensieonderdelen. Daarvoor moeten we meer dan voorheen investeren in de contacten met het werkveld en werken aan herstel van het vertrouwen. Onze rol is vooral om richting te geven aan ontwikkelingen, om duidelijkheid te bieden over keuzes en kaders, en om te zorgen voor gezamenlijkheid." || tekst tlnt
johanna van
|| waardenberg
binnenland
defensiekrant nr 25 – 14 november 2013 7
Delta-compagnie van 11 Infanteriebataljon ogen en oren van operatie
Nachtelijke verkenningen schetsen goed vijandbeeld gilze-rijen 11 Luchtmobiele Brigade en het Defensie Helikopter Commando trainden in week 44 gezamenlijk tijdens oefening WOLFPACK. De Defensiekrant haakte aan bij 11 Infanteriebataljon. Kapitein Jaap Wolting ging als embedded journalist mee met de Alfa-groep.
Het is pikkedonker op kamp Vijf Eiken. Zodra mijn ogen gewend zijn aan de duisternis, ontwaar ik het silhouet van zwaar bewapende Mercedes Benz terreinwagens. Omgebouwde open ziekenwagens zijn de gebalde vuisten van de Delta-compagnie van 11 Infanteriebataljon Garderegiment Grenadiers en Jagers. Een zwaar .50 machinegeweer, twee lichte machinegeweren en antitankraketten kunnen de vijand veel pijn doen. Of, zoals sergeant Yves het zegt: “Vinden, binden en slaan.” De groepscommandant van de Alfa-groep brieft zijn mannen over de nachtelijke opdracht. “Een grondige verkenning door heimelijke infiltratie.” Morgenochtend worden collega’s van 13 Infanteriebataljon door Chinook transporthelikopters afgezet om ‘object Silver’ te veroveren. Intell constateerde dat de tegenstander raketwerpers heeft. “Wij gaan hoe dan ook vermijden dat ze hun
gebied uitbreiden”, vervolgt Yves resoluut. “De verkenningen zijn essentieel om de juiste blocking positions te vinden. Mocht de tegenstander een Quick Reaction Force sturen, vangen wij die op.”
Goed uitzicht op de vijand
De storm die dodelijke slachtoffers in Amsterdam en Veenendaal maakte, is gaan liggen. Gelukkig maar, want zelfs zonder windkracht acht en neerslag vind ik het een uitdaging warm te blijven. De Alfa-groep raast over de A58. Het is zo helder, dat je kunt navigeren op de sterren. Ik zit achterin de bak van korporaal 1 Bob en soldaat 1 Leroy. Bril op, muts over het hoofd. Burgers kijken met grote ogen naar het konvooi. De met netten gecamoufleerde wagens zijn een nachtelijke attractie. Op een landweg - verlichting is inmiddels uit - horen we een waakhond. Het ruikt naar persvoer. De buigzame
antenne klapt tegen boomtakken en tegen de affuit van de .50. Zien waar je rijdt is moeilijk, getuige de communicatie: “Is dat een sloot?” Een half uur later staan we stil op de plek vanwaar we gaan verkennen. Ook ik krijg een nachtzichtkijker. Stapvoets lopen we naar verschillende locaties. Op sommige plekken twijfelt de groepscommandant: “Hebben we hier goed zicht op dat kruispunt?” Na een uur is het duidelijk waar Yves zijn voertuigen over enkele uren neerzet. Nu worden die nog even in het bos geparkeerd. Twee minuten later is het stil, afgezien van de geluiden die een bos produceert. Bij het eerste daglicht nemen Bob en Leroy hun blocking position in. “Iets naar achteren nog”, gidst Bob. “Hooo, voldoende!” Leroy grijpt een handzaag en werkt de harde vormen van de MB weg met natuurproducten. “Ik heb als een blok geslapen”,
geeft Leroy toe. “En jullie?” Zelf zet ik net gapend water op voor koffie. “Alfa, hier Romeo. Er zijn tegenstanders gespot. Houd er rekening mee dat ze bij jullie opduiken.” Uren later hebben we nog geen vijand gezien. Leroy meent dat het werk
‘Ik heb als een blok geslapen’ niet altijd spannend is: “En toch hè, deze aanwezigheid is essentieel. Stel je voor dat wij hier niet waren. De Quick Reaction Force zou onze collega’s van 13 Infanteriebataljon dan in de rug kunnen aanvallen.” De pelotonscommandant komt weer op het net: “Twee kilometer ten zuiden van jullie is een Apache vanaf de grond beschoten.” Bob en Leroy kijken elkaar aan. Ze kunnen weinig anders doen dan hun sector blijven waarnemen. Een blik knakworsten opwarmen dan maar. En als het
brandertje aan is, ook meteen een blik lasagne erop. Bob lacht: “Eten als je eten kunt.”
Perfecte samenwerking
Met gevulde magen trekken Bob en Leroy de takken van de MB. De vijand is verslagen. Langzaam kruipt de terreinwagen uit de struiken. Via smalle paadjes rijden we richting object Silver. Heel smalle paadjes zelfs. Bob moet uit het voertuig om Leroy langs prikkeldraad te sturen. Bijna trekt het een rugzak van de wagen. “Links, links, LINKS!” De samen-werking tussen de mannen is perfect. Als de bak van Yves is bijgetrokken, gaat het als een speer naar object Silver. Daar aangekomen stijgen de Chinooks met daarin 13 Infanteriebataljon net op. Een goed teken. || tekst kap
jaap wolting
|| foto's elnt auke westerterp, || kpl1 hille hillinga
reportage
8 defensiekrant nr 25 – 14 november 2013
Grote crisisoefening in Zuid-Holland Zeer slecht weer en hoog water zorgen voor overstromingen en dijkdoorbraken. Mens en dier moeten worden geëvacueerd. Ondertussen is er een groot evenement in Den Haag dat beveiligd moet worden en tot overmaat van ramp ontspoort een goederentrein met chemische lading. Onder de naam ‘Samen Sterker!’ oefenden de vier Zuid-Hollandse veiligheidsregio’s samen met Defensie en civiele partners (Reddingsbrigade, Rode Kruis, Waterschappen) twee weken de bestrijding van verschillende crisissituaties. Doel: elkaar aanvullen waar nodig en knelpunten oplossen. Defensiekrant maakte een rondje door het rampgebied.
Genisten bouwen noodbrug
Passen en meten Het is een lastige situatie. De genisten van 102 Constructiecompagnie moeten een noodbrug bouwen in een gebied dat geteisterd wordt door overstromingen. Dan gaat het verkeerd: één van de spanbanden wordt in de duisternis op de verkeerde plek vastgemaakt. Waardoor het uiteinde van de overspanning met een klap in het water belandt. “Mensen die werken, maken fouten.
Daar zijn oefeningen voor”, reageert instructeur-bruggen sergeantmajoor Rieny Brugmans nuchter. “Reken maar dat die jongens ervan hebben geleerd.” Met gemengde gevoelens verlaat de eenheid de plek des onheils en dragen het karwei de volgende ochtend over aan hun collega’s van 11 Geniecompagnie Luchtmobiel. Aan hen de taak de brug weer af te breken.
“Dit wordt een uitdaging”, constateert pelotonscommandant eerste luitenant Wouter Peeters bij het zien van de situatie. De gure wind en regen ranselen zijn gezicht, zijn mannen staan tot de knieën in de klei. De brug ligt vastgezogen in de modder. Er is geen beweging in te krijgen. Normaal gesproken is het opbouwen en afbreken van deze brug handwerk, maar nu moet er
toch echt een kraan aan te pas komen. Blubber en regen zijn niet het grootste probleem, er is gewoon heel weinig plek om de kraan neer te zetten. Gelukkig denken genisten in oplossingen: “Het is passen en meten, maar het gaat lukken.” “Doe maar alsof je op een tropisch eiland zit”, roept één van de genisten. De mannen proberen met hun verbeeldingskracht de kou te
negeren. Ze willen aan het werk, maar moeten eerst wachten tot de brug weer op de kant is gehesen. Dan kunnen ze eindelijk aan de slag. Peeters houdt geconcentreerd zijn mannen in de gaten, want een vinger of voet zit snel klem. Met brute kracht tillen zes mannen de stalen onderdelen van 280 kilo per stuk op. “Morgen spierpijn”, weet sergeant Jeroen van den Berg.
De brug ligt bijna op de kant, het afbreken kan beginnen. Rechts Twee militairen van 11 Genie Luchtmobiel kijken naar de mobiele kraan die de brug uit het water gaat takelen.
Luchtmobiel heeft varkentjes op het droge Rond de Reeuwijkse plassen zijn tientallen inwoners ingesloten door het water. Mens en dier moeten geëvacueerd worden. Dit is noodhulp en dat vergt van de militairen
een totaal andere manier van werken dan in conflictsituaties. “We hadden de opdracht schapen en varkens te evacueren, maar ze waren erg wild”, vertelt soldaat-1 Jorrit
Nooij van 11 Geniecompagnie Luchtmobiel. “Ik had drie varkentjes in mijn boot en toen sprong er opeens eentje overboord. Die kunnen dus zwemmen, hebben we
Een groep burgers wordt door de genisten in veiligheid gebracht. Rechts Brandweer en 11 Luchtmobiel overleggen over het evacuatieplan.
gezien.” Gelukkig wist de brandweer het diertje uit het water te takelen, waarna Nooij het verkleumde beestje met een thermo-deken opwarmde. “We hebben geleerd dat
we de volgende keer dieren in een krat moeten vervoeren, want dit werkte niet”, stelt Nooij.
reportage
defensiekrant nr 25 – 14 november 2013 9
In de spoedeisende hulp van het veldhospitaal wordt met vereende krachten een patiënt behandeld. Rechts Een Chinookhelikopter evacueert de gewonden.
Levens redden in veldhospitaal De brancard zoeft door de tenten van het veldhospitaal, dat voor de oefening ‘Samen Sterker!’ op Vliegbasis Valkenburg is gezet. De patiënt is buiten bewustzijn. Artsen en verpleegkundigen rennen af en aan. Het medische team bestaat uit een mix van burgers en militairen die elkaar op medisch gebied aanvullen en verbeteren.
Boven het zogenoemde Mobiel Geneeskundig Operatiekamer Systeem (MOGOS) cirkelt een Chinook-helikopter, die net een groep patiënten heeft gebracht. “Tillen gelijk, 1, 2, 3.” Het schijnbaar levenloze lichaam wordt op een stretcher van de spoedeisende hulp gelegd. “Meneer, hoort u mij?” Het lichaam van de patiënt is vast-
gesnoerd; vermoedelijk nek- of rugletsel. Een kleine beweging kan al fataal zijn. Het team neemt snel een besluit: deze patiënt gaat onmiddellijk door naar de operatiekamer. Het gaat razendsnel in het MOGOS, vinden de civiele collega’s van het Reinier de Graaf ziekenhuis in Delft. “Binnen acht minuten hebben ze
hier een bloedtest binnen. Bij ons duurt dat anderhalf uur”, zegt verpleegkundige Jacolien de Jong. “Ik verwonder me erover dat je de eerste opvang hier zo goed kunt doen. Je zou bijna vergeten dat dit hospitaal in werkelijkheid bestaat uit aan elkaar geklikte tenten.” De civiel-militaire samenwerking in
het veldhospitaal verloopt soepel. Militairen en burgers praten hier dezelfde taal, die van levensreddend handelen. “De samenwerking met civiel personeel is voor Defensie een kans om te laten zien wat de militair geneeskundige dienst in huis heeft. En hoe het is om in een militaire omgeving te werken”, vindt militair arts majoor Christine Vermeulen.
Warme douche voor Luchtmobiel Preuts zijn de mannen van 12 Infanteriebataljon 11 Luchtmobiel niet, want na de chemische ramp gaan ze massaal uit de kleren. Ze spelen het slachtoffer tijdens een grote CBRNoefening (Chemisch Biologisch Radiologisch Nucleair), waarbij gevaarlijke stoffen zijn vrijgekomen. De 471 MOGOS compagnie voert levensreddende handelingen uit en moet de patiëntenstroom in goede banen leiden, zodat iedereen zo snel mogelijk afgespoeld wordt in de decontaminatie unit (DECO-unit). “De uitdaging ligt in het communiceren met civiele hulpdiensten en het coördineren van de patiënten-
stroom”, legt de commandant van de eenheid majoor Rogier Stam uit. “De oefening is daarom een goede gelegenheid om knelpunten aan te pakken en nieuwe procedures vast te leggen.” Voor deze oefening heeft de brandweer de leiding, maar Defensie blijkt een onmisbare speler. 471 MOGOS compagnie beschikt namelijk over geavanceerd materieel. Zo kan de compagnie zonder beschermende kleding in een speciale tent patiënten behandelen, omdat de bevuilde lucht met speciale technieken buiten wordt gehouden. Dat is belangrijk, want met dikke rubberen
handschoenen aan is het aanleggen van een simpel infuus onmogelijk. Nadat de patiënten de eerste geneeskundige hulp hebben gekregen, mogen ze door naar de DECO-unit. De ontsmettingsunit bestaat uit vier straten, die negentig patienten per uur kan ‘schoonspoelen’. Met vier personen tegelijk stappen de mannen van luchtmobiel onder een schuimstraal. Twee minuten lang boenen ze de chemische troep van hun lijf. Vervolgens lopen ze door naar de volgende douche om af te spoelen. De brandweer geeft aanwijzingen. “Houd je hoofd onder de straal”, roept Marinus van Loon,
instructeur en beheerder van het DECON-peloton Rotterdam-Rijnmond. Het is buiten 6 graden. Om onderkoeling te voorkomen trekken de mannen in de volgende tent gelijk een blauw huispak aan.
Ze krijgen er zelfs slippers bij. “Die mogen jullie houden. En bedankt voor de hulp”, roept Van Loon. || tekst
tlnt rosalien van damme
|| foto’s sm gerben van es
Samen sterker! De oefening Samen Sterker bracht een scala aan defensie-eenheden in het veld. Zo leverde 11 Luchtmobiele Brigade infanteristen, geneeskundige steun, genisten en bevoorraders. 20 Natresbataljon kreeg een rol bij bewaken en beveiligen. Het Operationeel Ondersteuningscommando Land leverde genie, geneeskundigehulp, verbindingen en ontsmettingscapaciteit. De Defensie Duikgroep hielp onder water, het Helikopter Commando deed dat vanuit de lucht.
Een groot aantal gewonden komt in aanmerking voor de ontsmettingsstraat. Rechts Brandweer en 471 MOGOS compagnie spoelen een patiënt schoon in de decontaminatie unit.
en verder
10 defensiekrant nr 25 – 14 november 2013
Missie Max op Valkenburg
Prinses Beatrix opent nieuwbouw de Basis
valkenburg Omroep Max maakt zaterdag 23 november doorn Prinses Beatrix heeft in Doorn het nieuwe gebouw van Stichting de Basis opnamen voor het jaarlijkse groetenprogramma voor uitgezonden militairen Missie Max. Plaats van samenkomst is het voormalige Marinevliegkamp Valkenburg.
Voor de zesde keer zet Max de relaties van uitgezonden militairen in het zonnetje. Dat gebeurt in samenwerking met de gezamenlijke thuisfrontorganisaties van Defensie en politie. Het evenement begint om 10.00 uur en eindigt om 16.00. Er zijn optredens van onder anderen zanger Jannes en de sterren van de musical Soldaat van Oranje. Voor de kinderen zijn er diverse klim- en klauter-activiteiten.
Podium
Een aantal bezoekers krijgt de kans rechtstreeks met hun relatie te spreken. Deze mogelijkheid is
beperkt vanwege de duur van de beeldverbinding. Wie hiervoor niet in aanmerking komt, brengt een groet over op een speciale DVD, die nog voor Kerst naar de diverse uitzendgebieden gaat.
Meer verhalen
Omroep Max zendt rond de feestdagen een programma uit van deze dag, aangevuld met de opgenomen groeten en het bezoek van Omroep Max aan een aantal missiegebieden. De tv-uitzendingen zijn op Nederland 1 op 21 december om 17:00 uur en op 30 december om 16:40 uur.
geopend. De organisatie biedt nazorg aan getraumatiseerde (oud)medewerkers van defensie, brandweer, ambulancezorg, openbaar vervoer en politie. In het pand is het trainings- en nazorgcentrum gevestigd. Het pand is ingericht voor het samenzijn van veteranen en om te herdenken. Een betekeniswand in het gebouw werd daarvoor via een muur van natuursteen verbonden aan de gedenkplaats buiten het gebouw. Naast De Basis zitten in het nieuwe gebouw ook het Programma Professionele Weerbaarheid van de politie, de Stichting Waardering Erkenning Politie, de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers, het Landelijk Zorgsysteem voor Veteranen, Stichting het Veteraneninstituut en Stichting Veteranenplatform.
Erkenning en waardering voor gewonde militairen
Nederlandse oorlogsvliegers in voorste gelederen tijdens Tweede Wereldoorlog
den haag Herinneringen en littekens die een mensen-
den haag Ruim 650 Nederlandse vliegers - onder wie gerenommeerde namen als
leven tekenen. Ruim 1400 gewonde oudgedienden en actief Soldaat van Oranje Erik Hazelhoff Roelfzema en Bob van der Stok (bekend van The Great dienende militairen spraken hierover op 8 en 9 november Escape) - streden tijdens de oorlogsjaren moedig en vastberaden tegen de Duitse bezetter. tijdens een door de Staten-Generaal georganiseerde Van deze oorlogsvrijwilligers sneuvelden of verongelukten niet minder dan 235 man. veteranenbijeenkomst in Den Haag. “Uw verhalen raken mij”, zei minister van Defensie Jeanine Hennis-Plasschaert. Dit zijn enkele feiten uit de - onder vlag. Ook beschrijft hij het dagelijkse leven van de Nederlanders in de vlag van het Nederlands Instituut NI M ‘EEnigE wakkErE “U verdient groot respect voor de gebrachte offers.” VOUW
De operationele en de niet-operationele IV-organisaties van Defensie zijn onlangs samengevoegd tot één effectief en doelmatig Joint IVCommando (JIVC). Het JIVC levert onder meer MULAN, vaste telefonie, Video Tele Conferencing, mobiel bellen en mobiel internet, de telestick en de smartcard. Locaties van het JIVC zijn gevestigd in Maasland, Den Helder, Soesterberg en Utrecht. Ook zit het JIVC in het Caribisch gebied. De organisatie valt onder de Defensie Materieel Organisatie.
publiek. Voor informatie, zie: www.defensie.nl/nimh
Aan de hand van interviews en veelal nieuw bronnenmateriaal, waarbij rijkelijk is geput uit Nederlandse én Britse archieven, schetst Van Loo een compleet beeld van de organisatie en inzet van de Nederlandse luchtstrijdkrachten onder Britse B_BOOM088 NIMH Omslag Eenige wakkere jongens.indd 1
VOUW
NI M
jongEns’
geallieerde dienst. Verder is er in zijn boek ruime aandacht voor hun sociale en geografische herkomst en staat de studie uitvoerig stil bij het naoorlogse leven van de oorlogsvliegers. Erwin van Loo is gespecialiseerd in de geschiedenis van de koninklijke Luchtmacht en haar voorgangers. Hij is (co-)auteur en redacteur van diverse onderzoekspublicaties.
Nederlandse oorlogsvliegers in de Britse luchtstrijdkrachten 1940-1945 Erwin van Loo
De inzet van de Nederlandse oorlogsvliegers vanaf Brits grondgebied was tot op heden een grotendeels onderbelicht thema. ‘Eenige Wakkere Jongens’ maakt hieraan voorgoed een einde. Het boek telt 515 pagina’s en is voor € 34,90 als paperback in de boekhandel te koop. ISBN 978 94 6105 926. ISBN 978-94-6105-926-0
VOUW
VOUW
VOUW
Defensie wint magneten den haag Defensie is met de wervingscampagne ‘Je moet het maar kunnen’ flink in
de prijzen gevallen. Tijdens de Employer Branding Experience in het Scheveningse Circustheater won het krijgsbedrijf in de categorie creatieve arbeidsmarktcommunicatie maar liefst drie 'Magneten’.
De wervingscampagne stelt militairen en hun werk onder vaak moeilijke omstandigheden centraal. Bijzonder is dat vanuit hetzelfde overkoepelende thema de campagne telkens voor verschillende doelgroepen op maat is uitgewerkt.
Doelgroepcampagne
De winnende (doelgroep-)campagne
‘Verpleegkunde Xtreme’ laat verpleegkundigen via een online cursus kennismaken met het bijzondere werk bij Defensie. De jury waardeerde ook de wervingscampagne voor infanteristen ‘Werkveld’ met een ‘Magneet’. Opvallend hierbij is dat het oude infanterielied (uit 1947) door rapper Kraantje Pappie in een nieuw jasje werd gestoken.
De derde magneet won Defensie voor de werving van vliegers: ‘Je eerste vlieguur’. Een bijzondere actiesite geeft de doelgroep inzicht in het selectietraject en de functie van vlieger. Dankzij de campagne is de werving van nieuwe militairen het afgelopen jaar bijna verdubbeld.
COLOFON De Defensiekrant is een tweewekelijkse uitgave van de Directie Communicatie van het Ministerie van Defensie, bestemd voor het gehele Defensiepersoneel. De Defensie krant wordt geproduceerd door het Mediacentrum Defensie OPLAGE 30.000 HOOFDREDACTEUR Martin Zijlstra EINDREDACTEUR André Twigt (070 - 318 69 87) layout Cor Barnhoorn BEZOEKADRES Kalvermarkt 32, Den Haag POSTADRES Postbus 20701, 2500 ES Den Haag, MPC 58L E-MAIL
[email protected] DEFENSIESITE www.defensie.nl DRUK OBT bv, Den Haag. De inhoud van de artikelen in de Defensiekrant hoeft niet noodzakelijkerwijs de mening van de minister van Defensie of de krijgsmachtleiding weer te geven. Ingezonden brieven dienen betrekking te hebben op eerder in de Defensiekrant geplaatste artikelen. Zij geven uitsluitend de mening van de inzender weer en kunnen door de redactie worden bekort. Overname van artikelen of delen daarvan is alleen toegestaan met toestemming van de redactie. Aan rechtspositionele informatie kan geen recht worden ontleend. Deze informatie wordt in algemene bewoordingen en met terzijde lating van details weergegeven. Voor volledige informatie wordt verwezen naar de officiële stukken.
VOUW
Erwin van Loo
IV-organisaties samengevoegd
Het nederlands instituut voor Militaire Historie (niMH) in Den Haag is een gespecialiseerd kennisen onderzoekscentrum op het gebied van de nederlandse militaire geschiedenis. Het instituut publiceert wetenschappelijke studies, verzorgt onderwijs aan militaire opleidingsinstituten en universiteiten en maakt zijn verworven kennis en audiovisueel bezit toegankelijk voor een breed
Tijdens de Tweede wereldoorlog namen ruim 650 nederlanders deel aan de luchtstrijd boven Europa. Bijna 250 van hen kwamen daarbij om. wie waren zij? ‘Eenige wakkere jongens’ is de eerste integrale studie over de nederlandse strijdkrachten in groot-Brittannië. Het boek beschrijft de tot dusver onderbelichte geschiedenis van een groep onverschrokken jongemannen – uitgeweken militairen, vrijwilligers van overzee en Engelandvaarders – die hun leven riskeerden voor de vrijheid van anderen.
svp rugdikte aanleveren
‘EEnigE wakkErE jongEns’
Volgens de 87-jarige Gerrib Hartman zijn de gesproken woorden van de minister en de CDS belangrijk. De oudgediende weet hoe moeilijk het is om na terugkomst van een missie geen waardering te ontvangen. “Op twintigjarige leeftijd ging ik als landmacht sergeant op uitzending naar Indonesië. Ik was een oorlogsvrijwil- liger”,vertelt hij. “Het gevoel van bevrijding kende ik maar al te goed. Toen dit gebeurde in Nederland was ik door het dolle heen. Tot op heden kan ik dat gevoel niet beschrijven. Dat wilde ik anderen ook gunnen en daarom vertrok ik naar Indonesië. Ondanks deze vrijwillige keuze kom je terug met minder leuke herinneringen. Erkenning en waardering kunnen op dat moment helpen in het verwerkingsproces. Ik ben blij dat hier tegenwoordig meer aandacht voor is.”
nederlands instituut voor Militaire Historie
Veteranen die tijdens missies gewond zijn geraakt of psychische schade hebben opgelopen, kregen de kans om hun ervaringen te delen met volksvertegenwoordigers,die uiteindelijk beslissen over het uitzenden van militairen. Deze ontmoeting met de leden van de Eerste en Tweede Kamer stond tijdens de bijeenkomst centraal. Omdat hier van beide zijde behoefte aan was is de samenkomst uiteindelijk tot stand gekomen. “Sommigen van u hebben tijden doorgemaakt dat u bij terugkomst geen erkenning kreeg”, sprak Commandant der Strijdkrachten(CDS) generaal Tom Middendorp tot de aanwezigen. “Dit doet soms meer pijn dan de offers die u heeft gebracht. U bent getekend omdat u zich ingezet heeft voor vrede en veiligheid en dat verdient niet alleen aandacht, maar juist ook erkenning en waardering.”
voor Militaire Historie (NIMH) te verschijnen studie - ‘Eenige Wakkere Jongens’. Nederlandse oorlogsvliegers in de Britse Luchtstrijdkrachten 1940-1945’, waarop NIMHmedewerker Erwin van Loo op 15 november aan de Universiteit van Amsterdam hoopt te promoveren.
VOUW
VOUW
bestuurskrant
eenmalige bijlage november 2013
De zes thema’s van Defensie
“Een besluitvaardige Bestuursraad bouwt op haar medewerkers.” Secretaris-Generaal Erik Akerboom
“In de Bestuursstaf moeten we de randvoorwaarden scheppen voor een robuuste en slagvaardige krijgsmacht die overal ter wereld en op alle geweldsniveaus in nationaal en internationaal verband kan opereren.” Commandant der Strijdkrachten, Generaal Tom Middendorp
Centraal staat het primaire proces: inzet en gereedstelling van de krijgsmacht
Den Haag De krijgsmacht vervult een fundamentele taak van de overheid.
Het waarborgen van onze veiligheid en onze belangen, maar ook het brengen van meer stabiliteit en veiligheid in de wereld, vraagt tot ver over de grens onze aandacht en inzet. De nota ‘In het belang van Nederland’ bepaalt de koers voor de krijgsmacht. In het verlengde daarvan willen we ook onze werkwijze verbeteren.
De Secretaris-Generaal (SG) heeft samen met de leden van de Bestuursraad (voorheen het comitéBPB) zes thema’s voor de komende jaren vastgesteld. Ook de hoofden van de defensieonderdelen zijn hier bij betrokken. De thema’s vormen de
De zes thema’s zijn: Klaar voor dreigingen en risico’s
Het eerste thema is vernieuwing van het operationele domein. We willen klaar zijn voor dreigingen en risico’s. Onderdelen van de vernieuwing zijn meer informatie gestuurd optreden, het defensief en offensief optreden in het cyberdomein, integratie van onbemande systemen, verdere ontwikkeling van de 3Dbenadering, het reduceren van het beslag op ruimte en milieu en het beter gebruik maken van simulatie in de gereedstelling.
Bundeling van Krachten
Samenwerking op het gebied van capaciteitsontwikkeling is het tweede thema. We versterken de bundeling van krachten door samenwerking met gelijkgestemde partners te intensiveren.
agenda voor het bestuur van Defensie. Ze moeten een bijdrage leveren aan de verdere verbetering van ons primaire proces: de inzet en gereedstelling van de krijgsmacht.
schap, moderne arbeidsvoorwaarden en beheersing van de personele kosten.
Blijvend in Balans
Financiële duurzaamheid is het vierde thema. We streven naar een structureel evenwicht tussen onze ambities en middelen (lange termijn) en onze activiteiten en middelen (korte termijn). Hiervoor willen we de betrouwbaarheid, actualiteit en transparantie van informatie verbeteren, onze ambities vertalen in geld, het incasseringsvermogen van de organisatie vergroten en verantwoord financieel handelen.
we staan niet alleen Samenwerking biedt de mogelijkheid om gezamenlijk capaciteiten te behouden, levert schaalvoordelen op en kan de reactiesnelheid verhogen. Daarom maken we afgewogen keuzes voor internationale militaire samenwerking, civiel-militaire samenwerking, samenwerking met andere departementen, met het bedrijfsleven en kennisinstellingen en de onderlinge samenwerking tussen operationele commando’s.
defensie is mensenwerK
Mensen zijn ons belangrijkste kapitaal. Personeel is dan ook het derde thema. We hebben voldoende, geschikt en gemotiveerd personeel nodig om onze taken te kunnen uitvoeren. Daarom blijft personele vulling een belangrijk aandachtspunt. Dit geldt ook voor vergroting van het aanpassingsvermogen van de organisatie en het personeelsbestand en voor intensivering van de samenwerking op personeels- en opleidingsgebied. Daarnaast gaat het om goed werkgever-
Het vijfde thema is meer draagvlak voor Defensie; in de eigen organisatie, bij andere departementen, bij het bedrijfsleven, in de samenleving en in de politiek. Met het creëren van draagvlak bedoelen we dat we intern en extern begrip en ondersteuning zoeken voor ons beleid. We vertellen niet alleen wat we doen, maar leggen vooral ook uit waarom we het doen en wat dat oplevert.
doelgericht en doelmatig
Eenvoud in besturing en bedrijfsvoering is het zesde thema. Hiermee ondersteunen we het operationele proces. Het gaat hierbij om een slagvaardige organisatie, eenvoudige en integrale ondersteuning en een solide IV-infrastructuur. Zo zorgen we ervoor dat resultaten zo effectief en efficiënt mogelijk worden behaald. De werkwijze wordt verder verbeterd door processen te vereenvoudigen en door, in plaats van regels, met beperkte en solide kaders te werken. In ons gedrag is rolvastheid een belangrijke succesfactor.
“Door vanaf het begin de relevante partijen te betrekken kunnen we de besluitvorming in een keer goed doen. Dat gaat ons allemaal een hoop bestuurlijke drukte schelen.” Hoofddirecteur Beleid Wim Bargerbos
“Graag zet ik me in voor een blijvende solide financiële basis voor Defensie. Essentieel daarvoor is een beheerste begrotingsuitvoering. En inzicht in kosten, niet alleen bij aanschaf, maar gedurende de hele levensduur. Zo borgen we de balans tussen middelen en doelen. Daar gaan we de komende tijd met vele betrokkenen verder aan werken.” Hoofddirecteur Financiën en Control Petra Lugtenburg
bestuursstaf 2
bestuurskrant nr 1 – 5 november 2013
Nieuwe Bestuursstaf van start Den Haag Op 1 november is de nieuwe Bestuursstaf van
start gegaan. Nieuw in de Bestuursstaf zijn de hoofddirecties Beleid en Bedrijfsvoering. Samen met de Defensiestaf en de Hoofddirectie Financiën en Control geven zij inhoud aan de BACK-structuur: Beleid dat op een plaats wordt gemaakt, een centrale Allocatie van middelen, minder maar scherpere Control en eenduidige Kaders voor de bedrijfsvoering.
Ook gaat er op een andere, thematische manier samengewerkt worden, zowel binnen de Bestuursstaf als met de andere defensieonderdelen. Medewerkers zijn in
dienst van de Bestuursstaf en niet langer van directies. Samen met de invoering van generieke functiebeschrijvingen vergroot dat de flexibiliteit.
organIsatIe-eenheden
Uitvoerende werkzaamheden zijn overgebracht naar andere defensieonderdelen. De MIVD, de MLA, de IGK en het MHK worden bijzondere organisatie-eenheden. Ze maken geen onderdeel meer uit van de Bestuursstaf, maar worden wel door de Bestuursstaf ondersteund.
overgang
De Auditfunctie Defensie gaat over naar het ministerie van Financiën. De Bestuursstaf bestaat dan uit 662 vte’n.
Den Haag De omvang van de Bestuursstaf neemt sterk
af. Dat geldt echter niet voor de hoeveelheid werk die moet worden verzet. Om de uitvoering van taken nog beter te stroomlijnen is het allereerst van belang dat de taakverdeling helder is en dat dubbel werk wordt vermeden. Daarvoor is een doorlopende samenwerking binnen de Bestuursstaf en met de uitvoerende en ondersteunende defensieonderdelen nodig. Thematisch samenwerken helpt daarbij.
In het nieuwe besturingsmodel staat thematisch samenwerken centraal. Doel is te komen tot een integraal product, onder verantwoordelijkheid van één trekker die aanspreekbaar is op kwaliteit en tijdigheid. Vanaf het begin worden door de trekker alle relevante partijen betrokken. Deelnemers aan een thematische groep hebben
Secretaris-Generaal / Plaatsvervangend Secretaris-Generaal
Directie Bedrijfsondersteuning Bestuursstaf
Thematisch samenwerken wordt de norm
Bureau Secretaris-Generaal
Defensiestaf
Hoofddirectie Financiën & Control
Hoofddirectie Bedrijfsvoering
Hoofddirectie Personeel
Directie Juridische Zaken
Directie Communicatie
BBD en AOD 2013 op vernieuwd intranet
Taken, verantwoordelijkheden en samenwerking vastgelegd Besturen, uitvoeren, en ondersteunen zijn in de nieuwe organisatie van het ministerie van Defensie onlosmakelijk met elkaar verbonden. De organisatorische voorwaarden voor de onderlinge samenwerking zijn in Besturen Bij Defensie (BBD) 2013 vastgelegd. Voor de nieuwe organisatie zijn ook de taken en verantwoordelijkheden (met ingang van 1 november 2013) op hoofdlijnen vastgelegd in het Algemeen Organisatiebesluit Defensie (AOD) 2013.
Intranet vernIeuwd
BBD 2013 en AOD 2013 zijn terug te vinden op het vernieuwde intranet
Het intranet wordt in de komende maanden nog verder aangepast en opgeschoond. Onderlinge samenwerking
Nieuwe beradenstructuur Met het van start gaan van de nieuwe Bestuursstaf wordt er ook een nieuwe beradenstructuur ingevoerd. De beraden zijn gericht op ondersteuning van de besluitvorming. Stafoverleg wekelijks o.l.v. de minister en met SG, HDB, CDS, HDFC en DCo
Bestuursraad wekelijks o.l.v. de SG met HDB, CDS, HDFC zo nodig aangevuld met ...
Politiek beraad Minister, SG, HDB, CDS, HDFC , HDBV, HDP, DJZ, DCo, PSG, CZSK, CLAS, CLSK, KMar, DMO, CDC
Departementaal beraad 2-wekelijks o.l.v. de SG met HDB, CDS, HDFC , HDBV, HDP, DJZ, DCo, PSG, CZSK, CLAS, CLSK, KMar, DMO, CDC
Plv. Secretaris-Generaal Frits Herman de Groot (Hoofd Bestuursstaf): “Niet meer denken in directies, maar mensen inzetten bij thema’s en onderwerpen waarbij ook hun specifieke deskundigheid noodzakelijk is. Dat wordt de norm bij de Bestuursstaf.”
Elkaar vinden Een nieuwe inrichting van de Bestuursstaf vraagt ook om een nieuwe inrichting van de medezeggenschap.
van de Bestuursstaf. Hier zijn ook de regieagenda met een toelichting op de zes thema's en de nota en kaart over thematisch samenwerken te downloaden.
Het comité-BPB heet voortaan Bestuursraad. Dit drukt de veranderingen uit en sluit aan bij benamingen elders binnen de Rijksoverheid. De Bestuursraad is het hoogste ambtelijke overlegorgaan. Daarnaast bestaan het Departementaal beraad, het Politiek beraad en het Stafoverleg. Voor de lijnverantwoordelijken is er ruimte om zelf overleg te organiseren. Dit overleg maakt geen deel uit van de beradenstructuur van Defensie.
BestuurlIjke drukte vermInderen
Thematisch samenwerken zorgt voor commitment vooraf, regie tijdens en een check na het uitwerken van een thema. Dit alles zorgt voor kortere afstemmingstrajecten, brengt focus aan in de besluitvormingsfase en vermindert daarmee de bestuurlijke drukte in de Bestuursstaf. De belangrijkste uitgangspunten van het thematisch samenwerken staan op een kaart die op intranet is te vinden. In 2014 worden verschillende activiteiten georganiseerd om het thematisch samenwerken te ondersteunen.
Directie Financiën & Control Bestuursstaf
Hoofddirectie Beleid
voldoende mandaat. Dat voorkomt dat discussies op een hoger niveau worden overgedaan. De richtinggevende thema’s worden vastgesteld na behandeling in de Bestuursraad en na consultatie van het Departementaal Beraad.
De Medezeggenschapscommissie van de Bestuursstaf (DMC) vindt het belangrijk dat de stem van het personeel wordt gehoord en is al in gesprek met de PSG over de vormgeving van de nieuwe DMC. Uitgangspunt daarbij is dat de Bestuursstaf uit een formatie bestaat en de DMC dus opkomt voor de belangen van alle medewerkers van de Bestuursstaf. De documenten die tijdens de aftrap van de nieuwe Bestuursstaf aan de DMC zijn overhandigd, hebben met name invloed op de manier waarop wij binnen de Bestuursstaf met elkaar samenwerken. Het succes van deze nieuwe manier van werken is afhankelijk van ons allemaal.
Samen werken Defensie is volop in beweging. Overal in de organisatie vinden veranderingen plaats. Nieuwe eenheden worden opgericht, andere verdwijnen, of veranderen van locatie of samenstelling. Op 1 november is ook de reorganisatie bij de Bestuursstaf voltooid. Dat betekent dat we helaas van mensen afscheid hebben moeten nemen. Ook zijn er nieuwe collega’s bijgekomen, die ik hierbij graag welkom heet! Ik ben blij dat de Bestuursstaf er nu is in deze nieuwe vorm. Aan de adviezen waarvan jullie me voorzien hecht ik zeer veel waarde. We gaan samen ongetwijfeld een drukke tijd tegemoet. Te beginnen met de debatten in de komende weken. Ik zie uit naar onze samenwerking.
Ik roep u dan ook op de documenten kritisch te lezen en in gesprek te gaan met uw collega's en leidinggevenden over hoe we dit gezamenlijk werkbaar gaan maken. Juist in een organisatie die significant kleiner is geworden, moeten we het hebben van samenwerken. En dan is het goed dat wij en onze leidinggevenden elkaar en de medezeggenschap weten te vinden. Minister van Defensie | Majoor Nicole de Wolf | wnd. Voorzitter DMC
Jeanine Hennis-Plasschaert