december 2013
METRIUM MAGAZINE
Reflecties Dwarsliggers gezocht Terzake Met samenwerking naar betere scholen Reflecties Goed bestuur - educational governance helpt dat?
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
d e c e m b e r 2013
01
Inleiding
Inhoud
METRIUM MAGAZINE
Vanaf 1 januari 2013 zijn OSG en METRIUM intensief gaan samenwerken op de
01
Inleiding
2
02
Reflecties
4
specialismen Advies, Administratie en Personeel. Deze intensieve samenwerking
bevalt ons uitstekend, en voor zover we vernemen, onze klanten ook. Dat is ook de
reden dat we vanaf 1 januari 2014 verder gaan als één organisatie onder de naam OSGMetrium. OSGMetrium is een betrouwbare, solide en toekomstgerichte organisatie met vestigingen in heel Nederland. In dit Magazine geven Henk Berg, bestuurder OSGMetrium en Pieter Zondervan, directielid OSGMetrium, een openhartig interview: Dwarsliggers gezocht.
03
04
Dwarsliggers gezocht
Update
8
Cruciale omslag in verzuimaanpak
METRIUM Magazine December 2013
Terzake
10
Met samenwerking naar betere scholen
Verder in dit nummer aandacht voor verzuimaanpak en de mogelijkheden die samenwerking van scholen met zich brengt. Ook een artikel over de Code Goed bestuur. Leidt ‘Goed bestuur’ werkelijk tot beter onderwijs? Of is het niet juist de leerkracht die de kwaliteit van het onderwijs bepaalt?
05
Reflecties
Goed bestuur - educational governance - helpt dat?
06
Actueel
Leeuwarden Culturele Hoofdstad van Europa 2018
07
Reflecties
08
In bedrijf
12
We zijn trots dat we burgemeester Ferd Crone mochten bevragen over het proces dat leidde tot ‘Leeuwarden Culturele Hoofdstad van Europa 2018’. In dit vraaggesprek gaat hij ook in op de vraag ‘wat scholen hiervan kunnen leren’. Het jaar 2013 is bijna voorbij. We naderen de kerstvakantie. Sterkte met de laatste
Colofon
14
Redactie Alie Meindertsma Wim Sipma Vormgeving en opmaak Okkinga Communicatie Redactieadres METRIUM Onderwijsdienstverlening Alie Meindertsma Postbus 586 8901 BJ Leeuwarden T 058 26777208 E
[email protected]
loodjes. En ook vanaf deze plaats: fijne kerstdagen en een goed 2014. De redactie
16
René Zaal over samenwerking: gebruik elkaars talenten
18
Maak Kennis-middagen: meld u aan
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
2
3
Pieter Zondervan en Henk Berg
02
Reflecties
Dwarsliggers gezocht Op 1 januari 2014 zijn OSG en METRIUM gefuseerd. Als dienstverlener voor ruim 700 stichtingen en verenigingen in het onderwijs zetten zij dan voor ruim 2600 scholen de cijfers op de juiste plaats. 70.000 onderwijsmedewerkers krijgen na 1 januari hun loonstrook van de nieuwe organisatie die onder de naam OSGMetrium toonaangevend wil zijn in administratie, advies en bedrijfsvoering. In de eerste plaats in de onderwijssector en op termijn zo mogelijk ook in andere sectoren. Na een jaar lang in een personele unie samengewerkt te hebben is het voor zowel METRIUM als OSG tijd om afscheid te nemen van de oude organisatie en vooruit te kijken naar de nieuwe. Henk Berg en Pieter Zondervan herinneren zich de toekomst. Zij reflecteren op negen filosofische uitspraken. Deze uitspraken liggen op het Inspiratiepad van Buitengoed ‘Fredeshiem’ in Steenwijk. Relaas van een openhartig gesprek.
‘Het is een uitdaging voor OSGMetrium om dwarsigheid te organiseren.’
dwarsigheid te organiseren. Daarmee treedt OSGMetrium in het spoor van haar voorlopers. In 1926 ontstond het eerste Shared Service Centre, zonder dat die term al bekend was. Dwars tegen toen geldende opvattingen in organiseerden kleine verenigingen en stichtingen zich in coöperaties, om gezamenlijke hun belangen te behartigen. Vandaag de dag doen we niet anders, maar blijft het wel nodig om de bielsen, ook dat zijn dwarsliggers, onder het spoor anders neer te leggen. ‘De omgeving van de mens is de medemens’ Verbinden is het sleutelwoord! Werken bij OSGMetrium gaat elke medewerker onderling en met de klant verbinding geven. Verbinding schept een band. Je hebt elkaar niet alleen nodig, je hoort ook bij elkaar. Op dit moment organiseren we ontmoetingen tussen de vestigingen. Dat werkt en wordt gewaardeerd. En het helpt om soms met een vervolg blz. 6 foto: Meint de Vries
‘Zonder dwarsliggers kun je geen spoor uitleggen’ Dwarsliggers hebben we eigenlijk te weinig, volgens Henk Berg. Daarmee doelt hij op de constructieve dwarsligger die lef toont en verantwoordelijkheid neemt. De nieuwe organisatie OSGMetrium zal toonaangevend zijn in de sector onderwijs. Daarvoor zijn kritische tegendenkers nodig. Mensen die hun nek willen en durven uitsteken in het belang van organisatie én in het belang van de klant. Dat is tweerichtingsverkeer: klant én medewerker. ‘Constructief kritische mensen lopen per definitie voorop’ vult Pieter Zondervan aan. ‘Als het er te weinig zijn loop je de kans dat ze niet gehoord worden en zullen ze als vanzelf volgers worden. Wij hebben er dus veel nodig.’ Het is een uitdaging voor OSGMetrium om
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
4
55
vervolg van blz. 4
‘Wij willen het elke dag beter doen.’ ‘Het leven is alleen achterwaarts te begrijpen, maar we zullen het voorwaarts moeten leven’ Als je achterwaarts kijkt, volgens Henk Berg, begrijp je dat ontwikkeling lange tijd heeft stilgestaan. Daar zullen we definitief afscheid van nemen. Stilstand hebben we voorwaarts niet meer nodig. Dat geeft bureaucratisering de voedingsbodem om zich in het onderwijs te ‘nestelen’. Iedereen heeft daar last van, OSG en METRIUM zelf, de onderwijsorganisaties en het ministerie van OC&W. Ontbureaucratiseren is nodig. Het geeft voorwaartse kracht. En het helpt onderwijsorganisaties en onderwijsmedewerkers. Het helpt uiteindelijk ook de leerlingen. Wij begrijpen hoe dat moet en het is niet anders dan klanten helpen. Dienstverlener zijn. Een eigen visie hebben en heel goed luisteren naar de onderwijsklant. Daarmee zorgen we ervoor dat zoveel mogelijk bekostiging naar het onderwijs zelf toevloeit. Elke dag nadenken is wat Henk en Pieter van de medewerkers in de organisatie verwachten: ‘daarmee wordt inefficiëntie
teruggedrongen. ’In de begroting zie je, volgens Henk Berg, dat de kosten voor ontwikkeling en scholing fors hoger zijn als de jaren ervoor. ’Ontwikkeling van mensen verbindt de kennis in de organisatie.’
goede school, een solide stichting of vereniging zijn. Die wil goed onderwijs geven. Dan moet OSGMetrium ‘ontzorgen’, zorgen wegnemen. Henk Berg houdt het bij de vogel: ‘Die vogel zal nooit zeggen: ‘ik had storm tegen’, omdat die vogel met stormwind de lucht niet ingaat. Die gaat op een tak zitten, kijkt om zich heen, observeert. Slim als die is komt de vogel op het juiste moment weer in actie.’ Dat verwachten we ook van elke medewerker. In OSGMetrium zal het probleemoplossend vermogen zo dicht mogelijk bij de klant, in klantteams, gelegd worden. Elke medewerker creëert daarin zijn eigen storm en betrekt daar de collega’s bij die kunnen helpen om klant en medewerker vooruit te helpen.
‘Onze diepste angst is niet dat we onmachtig zijn, onze diepste angst betreft juist onze onmetelijke kracht’ Onze onmetelijke kracht heeft iets van vooroplopen in zich. Dat willen we ook, zegt Pieter Zondervan: ‘Wij willen het elke dag beter doen.’ Dat vraagt veel van organisatie en medewerker. Het is als topsport bedrijven, alles er voor over hebben om voorop te fietsen. ‘Mijn droom is dat we weten hoe de ideale school eruitziet’ zegt Berg. Met de kennis van bedrijfsvoering en de kennis van onderwijsorganisatorische processen wil OSGMetrium zich ontwikkelen tot de onpasseerbare nummer 1. Wij willen het gezag hebben, legt Pieter Zondervan uit, zodat onderwijsorganisaties als vanzelfsprekend naar ons toekomen. Om die reden wil OSGMetrium ook niet alles zelf doen, soms is het slimmer om dat met andere partners te doen. ‘Want vrijheid is voor mensen wat lucht voor vogels is’ Bij OSGMetrium krijgt elke klant een medewerker met vrijheid tot initiatief nemen. Om te komen tot wat beter is. Zondervan: ‘Als mensen die vrijheid voelen dan komt er heel veel energie los, dan ontstaan de goede ideeën.’ Hij voegt eraan toe dat juist dat in iedereen zit, maar met elkaar ontdekken we het niet altijd. De onderwijsorganisatie wil een
foto: Meint de Vries
ander verderop in de toekomst te kijken. ‘Het is weinig effectief’, aldus Pieter Zondervan, ‘om dat in je eentje te doen.’ Dan ontstaat de noodzakelijke dwarsverbinding niet. In alle lagen van de beide organisaties faciliteren we overleg. Iedere medewerker heeft verstand van de inhoud én iedereen heeft een klant. Door die klant centraal te stellen weten we elkaar steeds beter te vinden en wat belangrijker is ‘spreken we steeds dezelfde taal’. En begrijpen elkaar dus veel beter. ‘Op die weg zullen we doorgaan’ zegt Henk Berg, ’we vergaderen niet om te vergaderen, maar om te verbinden en met elkaar beter te worden. ’Op de agenda staat zodoende ook altijd centraal het uitgangspunt ‘Markt, Mens en Kwaliteit’. Op die pijler baseren we ons beleid en verbinden we wat nu nog los zit. De klant vraagt van ons hetzelfde: verderop in de toekomst kijken. Elke klant helpen bij visieontwikkeling op zijn bedrijfsvoering. De focus van OSGMetrium is daarop gericht.’
‘Logica brengt je van A naar B. Verbeelding brengt je overal’ Alle cijfers op de goede plek. Dat is vanzelfsprekend. OSGMetrium heeft maar één doel: de klant helpen om de cijfers te duiden, welk verhaal wordt door de cijfers verteld. Ratio en verbeelding raken elkaar hier aan. Pieter Zondervan en Henk Berg voelen dat evenzo. Vertrouwen in de toekomst hebben is een ’verbeelding’. In ons vakgebied is er een altijd bewegend samenspel van droom en werkelijkheid. De klant als opdrachtgever is de visionaire denker van de ultieme onderwijsorganisatie die hij nastreeft. OSGMetrium de vertrouwenwekkende dienstverlener die droom en werkelijkheid met elkaar verbindt. In elk praktisch probleem willen we de goede gesprekspartner zijn. Volgens Berg en Zondervan vraagt dat van elke medewerker om ruimte te nemen vanuit een besef van verantwoordelijk zijn. Als 550 mensen dat doen dan kleuren die de toekomst
en maakt elke medewerker het verschil. Op grond daarvan zegt Henk Berg ‘zal de onderwijssector ons kennen, want zo willen we zijn.’ En voegt hij er aan toe: ‘Onze verbeelding brengt OSGMetrium verder, de wereld bestaat niet enkel uit onderwijs.’
‘Voorop lopen is resultaat van inspanning.’ ‘God beoordeelt de boom niet naar zijn wortels, maar naar zijn vruchten’ De grootste vrucht is dat elke klant OSGMetrium positief waardeert. Maar tegelijkertijd is onze dienstverlening de vrucht die geplukt gaat worden. We bieden producten die er toe doen. We zitten nooit stil, zegt Pieter, ‘elke boom verliest jaarlijks zijn vruchten, maar ze komen altijd weer terug. ’Als OSGMetrium, aldus Henk en Pieter, zorg kan dragen voor een groot deel van de ontbureaucratisering van het onderwijs, dan plukt de leerling straks de vruchten uit onze boomgaard. Daarin willen we goed worden en bescheiden blijven. Groot zijn is wat je gegund wordt. Voorop lopen is resultaat van inspanning. Die inspanning wil OSGMetrium graag leveren. ‘Laat de zon je gezicht verwarmen, wie met de rug naar de zon staat, ziet alleen z’n schaduw’ Er zit zoveel positivisme in onze medewerkers en er zitten zoveel kansen en mogelijkheden in de markt en in onze klanten’ aldus Pieter Zondervan, ‘dat kan alleen maar succes opleveren.’ Henk relativeert gelijk: ‘het vraagt wel om beweging. ’Letterlijk staan beiden op dit moment met hun gezicht in novemberse zonnestralen. Beiden hebben zich daarvoor in beweging gezet. De uitspraak vraagt
om activiteit: draai je om! Kijk naar het positieve en zoek de kansen. Dat zal binnen OSGMetrium de drijfveer worden. Die beweging zijn we aan het organiseren, zegt Henk Berg. Het sluit volgens hem ook goed aan bij het begin van onze wandeling: we hebben dwarsliggers nodig. Niet om dwars te zijn, maar om stevigheid en fundament te bieden. ‘Al het werkelijke leven is ontmoeting’ Het eind van de wandeling is in zicht. Henk Berg en Pieter Zondervan sluiten hun inspiratietocht af bij een uitspraak van Martin Buber. Henk Berg: ‘er staat ont-moet.’ Dan komt ‘ik wil’ in de plaats voor ‘ik moet’. Dat geeft vrijheid, dat daagt uit om initiatief te nemen. Pieter Zondervan: voor mij staat er ‘contact met de ander’. Horen en vooral luisteren, interesse in wat de ander beweegt. Beiden komen ze nog eens op het begin van de wandeling terug; Dwarsliggers in de vorm van fundatiestenen heb je nodig om een spoor uit te zetten. OSGMetrium heeft fundament gelegd onder de organisatie die op 1 januari 2014 verder gaat. Medewerker bijeenkomsten en
‘OSGMetrium gaat voor geen storm opzij.’ klantcontacten zijn geïntensiveerd. Medewerkers in beweging gezet, we herinneren geschiedenis en gaan voorwaarts. OSGMetrium is zich bewust van kracht en kansen, gaat voor geen storm opzij, stimuleert verbeelding, geeft voeding en beweegt. Niets moet. Nu worden enkel nog dwarsliggers gezocht. ’Ook die gaan we vinden’: Henk Berg en Pieter Zondervan zijn als twee vogels op een tak. Het stormt. Carl Otten
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
6
57
03
Update Cruciale omslag in verzuimaanpak Tweeduizend leerlingen, tweehonderd werknemers en een verzuimpercentage van zes procent. Dat was enkele jaren geleden de stand van zaken voor De Nieuwe Veste, school voor voortgezet onderwijs in Coevorden en Hardenberg. ‘Het moest anders’, stelt directeur bedrijfsvoering Wim Berends.
Het hoge verzuim kostte de school volgens Berends veel geld en zorgde bovendien voor verstoring van het onderwijsproces. Samen met de Arbo Unie zijn ze gestart met een nieuwe verzuimaanpak. Een waar succes voor De Nieuwe Veste en de Arbo Unie: binnen drie jaar daalde het verzuim tot 2,7 procent! Met de nieuwe verzuimaanpak zet De Nieuwe Veste sterk in op eigen verantwoordelijkheid van medewerkers, meer grip op het verzuimproces voor de leidinggevenden en de ‘de-medicalisering’ van verzuim. De rol van de bedrijfsarts is in deze aanpak meer aanvullend en gefocust op de puur medische kant van verzuim. Het grootste verschil met de oude situatie zit volgens bestuurder Erica Schaper dan ook in de rol van de arbeidsdeskundige. ‘Waar mensen die zich ziek melden voorheen direct naar de bedrijfsarts gingen, is nu de arbeidsdeskundige de eerste contactpersoon. Die praat niet over wat er medisch gezien met je aan de hand is en hoe lang je thuis kan blijven; hij kijkt naar wat je nog wél kunt. Die omslag is echt cruciaal.’
‘Binnen drie jaar daalde het verzuim tot 2,7 procent.’ De leidinggevende gaat samen met de medewerker en de arbeidsdeskundige in gesprek en samen onderzoeken ze wat de medewerker zélf kan doen
om weer aan het werk te gaan. Volgens personeelsconsulent Arja Tump heeft die insteek de afgelopen jaren een ‘mindshift’ teweeggebracht binnen de school. Leidinggevenden hebben volgens Arja Tump moeten leren hun mensen op hun eigen verantwoordelijkheid aan te spreken, want dat is binnen de onderwijscultuur niet vanzelfsprekend. Langdurige uitval door stress-gerelateerde ziektes komt bijvoorbeeld bij De Nieuwe Veste niet meer voor. ‘Leidinggevenden zijn in de nieuwe aanpak veel alerter op signalen dat iemand naar het kookpunt gaat’ vertelt Wim Berends. ‘Zo iemand kwam vroeger vaak pas bij de bedrijfsarts terecht als het al te laat was. Nu gaan we op tijd een gesprek aan en kunnen we erger voorkomen.’ Tweemaal per jaar is er een strategisch SMT-overleg met de betrokkenen. Daarin wordt het beleid geëvalueerd en zo nodig aangescherpt. ‘Het overleg met het sociaal medisch team is een goed moment om ervaringen te delen, cijfers en trends te analyseren en de rolverdeling te bespreken’, aldus Erica Schaper. De nieuwe verzuim aanpak heeft volgens haar een belangrijke bijdrage geleverd aan een veel bredere cultuurverandering en aan de leiderschapsontwikkeling binnen de school. Nicole Doornbos
Arja Tump en Wim Berends
Vanuit METRIUM zien we dat kosten (materieel en immaterieel) van ziekteverzuim steeds meer aandacht krijgen bij onze klanten. Het bewustzijn dat het actief bezig gaan met het terugbrengen van ziekteverzuim positieve effecten heeft op de gehele organisatie begint meer en meer te ontstaan (zie bovenstaand verhaal van De Nieuwe Veste). Vanuit METRIUM zijn we in eerste instantie betrokken vanuit de bedrijfsvoering bij ziekteverzuim. En inmiddels hebben we een ondersteunende tool in Youforce beschikbaar, namelijk de Verzuim Manager. Deze tool ondersteunt het gehele proces vanaf preventie tot verzuim, reïntegratie en einde dienstverband. Vooral de communicatie en dossiervorming wordt door de Verzuim Manager ondersteund. Op één plek wordt alles rondom verzuim geregistreerd en worden de
acties uitgezet richting leidinggevenden, arbeidsdeskundige en bedrijfsarts. Uw eigen ziekteverzuimbeleid wordt vertaald in de Verzuim Manager, dus ondersteuning op maat voor leidinggevenden en P&O-medewerkers. Bij De Nieuwe Veste zijn we de Verzuim Manager nu samen met de organisatie aan het implementeren. Wat opvalt bij het implementeren van deze tool is dat hét systeem niet het verzuim omlaag brengt, maar dat dé organisatie dat zelf doet! Vanuit METRIUM begeleiden we dit proces van verandering samen met u als klant. Systemen zijn nooit leidend bij dit type trajecten maar ondersteunend en motiverend. Zoals De Nieuwe Veste en de Arbo Unie dit hebben opgepakt is het een mooi voorbeeld van een best practice!
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
8
59
04
Terzake
Met samenwerking naar betere scholen ‘Met samenwerking naar betere scholen’ was het centrale thema van het Noordelijk Onderwijs Peil. Dat werd in september georganiseerd door vier partijen waaronder OSGMetrium. De kernbegrippen van samenwerking zijn: een iteratief proces, gedeelde missie en waarden (hetzelfde doel), samen een inspanning leveren, dialoog aangaan en informatie verstrekken, vertrouwen en gunfactor.
Samenwerking en kwetsbaarheid Frank Smid van OSGMetrium ging in op de wettelijke mogelijkheden van (formele) samenwerking in het onderwijs. Deze zijn zeer beperkt. Ons duale onderwijsbestel geeft slechts op basis van strenge criteria op grond van art. 17d van de WPO de mogelijkheid tot het stichten van een formele samenwerkingsschool. Voor het onderwijs zelf kleven hieraan veel nadelen. Zo moet een van de scholen binnen zes jaar onder de opheffingsnorm komen en kunnen deze samenwerkingsscholen niet onder het openbaar bestuur vallen. Dat er weinig animo is blijkt uit het aantal formele samenwerkingsscholen, landelijk zijn dat er slechts 33. Het onderwijsveld heeft deze belemmeringen zelf uit de weg geruimd door het vormen van informele samenwerkingsscholen. Dit brengt echter weer andere belemmeringen met zich mee. Zo wijkt de rechtspositie van het personeel in het openbaar onderwijs af van die in het bijzonder onderwijs.
Samenwerking en mogelijkheden Vervolgens ging Frank Smid in op het aantal basisscholen met minder dan 100 leerlingen in Noord Nederland. Dat zijn er 490 van de in totaal 1070, dus ruim 46%. In Friesland ligt dat percentage al boven de 50%. Dit staat in schril contrast tot het landelijke percentage van 20%. De kwetsbaarheid die dit, met name voor Noord-Nederland, met zich meebrengt is onderkend door staatssecretaris van OCW Sander Dekker. Met zijn beleidsvisie leerlingdaling in het PO en VO gaat hij in op de belemmeringen en biedt hij tevens oplossingsrichtingen om deze weg te nemen. Zo wordt de fusietoets versoepeld en zal het wettelijk kader voor samenwerkingsscholen worden aangepast. Tevens zal er meer experimenteerruimte worden geboden om de diversiteit van het onderwijs in de kleine kernen te borgen. Samenwerking zal worden beloond. De kleinescholentoeslag zal daarvoor worden omgezet in een (regionale) samenwerkingsbonus. Dit brengt een wijziging van de bekostigingssystematiek met zich mee die nog wettelijk moet worden geregeld. Het wachten is nu op de uitwerking van deze maatregelen, die ongetwijfeld herverdeeleffecten met zich mee zullen brengen.
Een schoolvoorbeeld van samenwerking Johan Heddema en Henk Oosting deelden hun praktijkervaringen die zij hebben opgedaan met het vormen van informele samenwerkingscholen in het Westerkwartier, bestaande uit de West-Groningse gemeenten Marum, Grootegast, Leek en Zuidhorn. Beide heren zijn bestuurders, Heddema van de protestants christelijke vereniging Penta Primair en Oosting van de openbare Stichting Westerwijs. In 2006 deed zich in Sebaldeburen de situatie voor dat de christelijke school de Regenboog met een leerlingaantal van 32 onder de opheffingsnorm zakte. In het dorp had de openbare school Het Prisma destijds nog 55 leerlingen. Heddema en Oosting staken de koppen bij elkaar en stelden zich de vraag, hoe ze een school en dus het onderwijs voor het dorp konden behouden. Op basis van het toen al aanwezige vertrouwen in elkaar werd overeengekomen om één school te vormen.
‘De eerste informele samenwerkingsschool was geboren.’ Op basis van de schoolgrootte van het Prisma kwam deze onder het openbaar bestuur te vallen. De eerste informele samenwerkingsschool was geboren. Niet alleen op basis van de casus Sebaldeburen maar van uit de gedeelde overtuiging dat de beide besturen samen verantwoordelijk zijn voor het borgen van een kwalitatief zo goed mogelijk onderwijsaanbod in hun gehele regio. Dat ontstijgt dus het belang van de afzonderlijke besturen. Inmiddels hebben Penta Primair en Westerwijs gezamenlijk vier informele samenwerkingsscholen.
Samenwerking & kwetsbaarheid
Basisscholen met minder dan 100 leerlingen
Totaal aantal scholen in provincie
Roze is totaal aantal basisscholen Paars is aantal scholen met minder dan 100 leerlingen In Noord Nederland: totaal 1070 en < 100 leerlingen; 490 scholen, is 46% Landelijk < 100 leerlingen; 1370 en in 2019 zijn dat er 1700 van de huidige 6800 en dat is nu 20% en straks 25% maar dan zit het Noorden al ver boven de 50%. Dit fenomeen is ook onderkend door staatssecretaris Sander Dekker die eind mei op bezoek ging bij een kleine school in Wolphaartsdijk.
Samenwerken is een werkwoord Het ging allemaal niet vanzelf. Allebei hebben ze zich hiervoor de blaren op de tong moeten praten. Om weerstanden weg te nemen en om praktische zaken te regelen. Bijvoorbeeld het kiezen van het bevoegde gezag, het detacheren van personeel van het ene bestuur naar het andere, het zorgen voor draagvlak voor het borgen van de identiteit binnen directie en team, met een identiteitscommissie en een federatiebestuur. Er werden afspraken gemaakt over vieringen, Levo-lessen, zending en goede doelen en in bredere zin het bewaken van de identiteit. Er wordt voor de samenwerkingsscholen tussen de beide schoolbesturen over en weer personeel gedetacheerd. Dat is natuurlijk geen duurzame oplossing. De huidige situatie zal zich in de toekomst verder ontwikkelen. Maar de basis van vertrouwen is er.
Johan Heddema en Henk Oosting vullen elkaar op voortreffelijke wijze aan. Dit geeft misschien tevens de kwetsbaarheid aan van de huidige samenwerkingsmogelijkheden. De afhankelijkheid die er is van de wil en het vermogen tot samenwerking bij individuele bestuurders. In het Westerkwartier was het onderlinge vertrouwen de basis van de succesvolle samenwerking. Dat zal niet overal zo zijn. Een beter faciliterend wettelijk kader voor samenwerking tussen openbaar en bijzonder onderwijs zou zeer welkom zijn. Maar het belangrijkste is dat bestuurders en besturen werken aan vertrouwen in hun regio. Dat zal een belangrijke succesfactor blijken voor toekomstige samenwerkingsverbanden. Frank Smid
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
10
5 11
05
Reflecties Goed bestuur - educational governance - helpt dat? Met veel enthousiasme heeft de onderwijssector de Code Goed bestuur omarmd. Het zou de kwaliteit van het onderwijs ten goede komen als de gedragsregels die daar staan worden opgevolgd. Goed bestuur leidt tot beter onderwijs, zo is de veronderstelling. Maar is dat verband er wel? Is het niet juist de leerkracht die de kwaliteit van het onderwijs bepaalt? Recent onderzoek over Educational Governance werpt licht op dit onderwerp.
Even een stapje terug in de historie: de ‘klassieke besturen’ richtten zich met name op de financiën. De schooldirectie deed het onderwijs, het bestuur zag toe op het geld. De schooldirecteur werd zoveel mogelijk ‘ontlast’ van alles wat niet direct met het onderwijs te maken had. Die tijden zijn voorbij. De schooldirecteur van nu, al dan niet bovenschools, wordt geacht een ‘integraal manager’ te zijn. Met verstand van financiën, administratie, personeelszaken én onderwijs. Dat is nogal wat en roept de vraag op waar de aandacht voor onderwijskwaliteit blijft. Roelande Hofman, universitair hoofddocent aan de RUG met als vakgebied onderwijs en onderwijskunde, deed onderzoek naar het huidige functioneren van besturen en hoe de invloed van
Een belangrijke voorspeller van onderwijsopbrengsten, in termen van CITO scores, is de leerling populatie. Zo’n 65% van de uitkomsten van de CITO scores zijn afhankelijk van de leerling instroom aldus het onderzoek. De rest wordt bepaald door de kwaliteit van de school, de leerkracht en het bestuur. Er zijn inmiddels voldoende aanwijzingen, ook internationaal, dat een goede setting voor de school en de kwaliteit van de school belangrijk is. Dit is bij uitstek een bestuurlijke taak. Er is echter geen standaard recept voor te leveren. Er moet een goede ‘fit’ zijn tussen bestuur en school, en elke context is weer anders. Oftewel: ‘there is no one best way to organize.’
het bestuur op de onderwijskwaliteit is. Anders gezegd: doet een bestuur er toe? Het antwoord is kort samen te vatten: ja, mits….
Het onderzoek wijst verder uit dat de groep besturen die de Code Goed Bestuur toepassen hogere onderwijsopbrengsten realiseren. Dat wil overigens niet zeggen dat de code op zich tot beter onderwijs leidt. Geconstateerd is ook dat fusies, dreigende opheffing, personeelsconflicten en andere incidenten aantoonbaar leiden tot mindere onderwijsprestaties. Deze scholen functioneren ook minder vaak als ‘lerende organisatie.’ Schoolontwikkeling Scholen kunnen zichzelf verbeteren door hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Besturen kunnen dat
ondersteunen. Het onderzoek toont aan dat actieve besturen, die scholen aanzetten tot zelfevaluatie en kwaliteitszorg, daadwerkelijk bijdragen aan verbetering van het onderwijs. Dat is overigens wel een proces van een aantal jaren. Feit blijft dat besturen die de Code Goed Bestuur omarmen en in de praktijk brengen beter functioneren. Op hun scholen zijn de resultaten beter. De nadruk die deze besturen leggen is met name de aandacht voor kwaliteitszorg op de scholen en op samenwerking. Dus geen regels van bovenaf, maar duidelijk maken dat samen de klus geklaard wordt. Uiteraard moet daar de bedrijfsvoering voor op orde
Een paar interessante resultaten op een rij: • Besturen die zich typeren als een lerende organisatie behalen hogere onderwijsresultaten. • Effectieve scholen zijn voortdurend uit op verbetering van het eigen functioneren, niet omdat het moet maar uit eigen initiatief. Zij vormen een ‘lerende organisatie.’ • Belangrijk hierin is de optimale samenwerking tussen leerkrachten. • Zwakke scholen kenmerken zich bestuurlijk door: o besturen die niet gericht zijn op schoolontwikkeling en die zich nauwelijks bezighouden met kwaliteitsbeleid. o Het zijn vaak besturen waar sprake is van conflicten, managementproblemen en directiewisselingen. o Ook is er een hoger ziekteverzuim, meer externe mobiliteit, openstaande vacatures en een ongunstige leerling populatie. Een cumulatie van risicofactoren dus. • Excellente scholen daarentegen hebben een cultuur die gericht is op evaluatie, sterk leiderschap, professionele en positief ingestelde leerkrachten en betrokken ouders.
‘Geen regels van bovenaf, maar duidelijk maken dat samen de klus geklaard wordt.’ zijn: personeelsconflicten, budgetproblemen etc. verstoren dit proces. Van belang is ook dat beleid geen ‘papieren tijger’ is. Samen denken, samen doen is kort samengevat een goede route. De schoolleider heeft hierin een cruciale rol. Bijvoorbeeld als het gaat om personeelsbeleid en wat de leerkrachten daarvan ervaren. Beleid en dagelijkse praktijk mogen niet veel van elkaar afwijken. Wim Sipma
METRIUM zet zich in voor een goede en gezonde bedrijfsvoering van onderwijsorganisaties. Wij geven ook regelmatig cursusavonden op maat voor besturen en toezichthouders. Meer info hierover is te verkrijgen bij Nicole Doornbos,
[email protected]. Ook kunnen we dieper ingaan op de specifieke aandacht voor de kwaliteit van onderwijs. Elvrie Croes (
[email protected]), vestigingsmanager Enschede, is oud onderwijsinspecteur.
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
12
5 13
06
Actueel
Leeuwarden Culturele Hoofdstad van Europa 2018 Het zal weinigen zijn ontgaan: Leeuwarden heeft de titel ‘Culturele Hoofdstad van Europa 2018’ binnengesleept. En heeft daarmee andere belangrijke steden als Utrecht, Eindhoven en Maastricht verslagen. Hoe is ze dat gelukt, die Leeuwarders? Een stad waarvan de inwoners tot nu toe gekscherend altijd zeiden ’t Is niks, ’t was niks en ’t sil oek noait wat wurde. ’Wij gingen in gesprek met burgemeester Ferd Crone van Leeuwarden die in de stad bekend staat als een ‘beminnelijke bemoeial’. Het gesprek gaat over samenwerking, het realiseren van ambities en trots. En natuurlijk de lessen voor het onderwijs.
Om te beginnen: kunt u uitleggen wat Culturele Hoofdstad is? ‘Culturele Hoofdstad is eigenlijk een heel mooi initiatief. Het bestaat al sinds 1985 en Athene was de eerste. Elk jaar mogen twee Europese steden zich culturele hoofdstad noemen. Het is ooit opgericht om mensen met elkaar in verbinding te brengen, cultuur uit te wisselen en om de mensen in Europa elkaar beter te laten kennen. Met behoud van hun eigen cultuur in alle diversiteit. In feite een gedachte die nog steeds actueel en nodig is. Dit jaar zijn het Franse Marseille en het Slowaakse Košice culturele hoofdstad.’
‘Het werd een project van ons allemaal, jonge mensen en jonge talenten.’ Hoe heeft Leeuwarden deze titel volgens u binnen weten te halen? ‘Dat komt door wat ik noem een ‘dubbele innovatie.’ Het was toch altijd wat een top down gebeuren. De meer elitaire kant van cultuur zeg
maar. Wij hebben dat doorbroken. We hebben cultuur van onderop de ruimte gegeven. Cultuur als onderdeel van de samenleving. Ten tweede hebben we diversiteit aangebracht. Cultuur in brede zin. Overal in Europa zie je bij mensen vergelijkbare problemen. Armoede heb je overal, problemen met verkeer zie je overal, zorgen om natuur en milieu zie je overal. Er is zoveel dat ons verbindt. Daar hebben we thema’s rondom bedacht. En ons de vraag gesteld: hoe kunnen we dat samen oplossen? Een voorbeeld is de grutto. Terecht maken we ons daar in Friesland zorgen om, maar het is een Europees verschijnsel. De grutto heeft het overal moeilijk, hij vliegt over heel Europa heen en overal maken mensen zich er zorgen om. We hebben dus een themaproject rondom natuur en milieu waarin dit soort zaken naar voren komen. We verbinden niet alleen mensen, maar ook nog eens belangrijke Europese thema’s op allerhande gebied. Dat is ook heel duidelijk terug te vinden in ons bidbook. Van de jury hebben we juist op deze punten de complimenten gekregen en het was doorslaggevend in de voordracht van Leeuwarden.’
Wat kenmerkte uw aanpak? ‘We hebben er duidelijk geen project van gemeentelijke en provinciale bestuurders gemaakt. Dat dreigde in het begin wel, maar dat roer hebben we omgegooid. Door onze aanpak van onderop, mensen de ruimte te geven maar wel de kaders te schetsen, zag je een heel nieuw elan ontstaan. Het werd een project van ons allemaal, jonge mensen en jonge talenten. Je zag het op straat, je merkte het in de winkels. Culturele hoofdstad begon te leven. Zeker nadat we door de eerste selectie kwamen. Ook middelbare scholen en het HBO doen mee. Oplossingen bedenken doe je samen en creativiteit ook. Je moet dat faciliteren, maar dan gebeurt er ook wat. En wat je nu ziet is een enorm enthousiasme, je merkte dat ook bij de definitieve uitslag in september. Vanuit
trots en ambitie hebben we veel tot stand weten te brengen. Leeuwarden leeft en dat is goed voor de hele provincie Fryslân.’ Wat kunnen scholen hiervan leren? ‘Het belangrijkste is wel dat je mensen de ruimte moet geven. Ze kunnen veel, er is veel talent, ieder op zijn eigen gebied. Als je dat weet aan te boren dan kan je veel bereiken. Probeer het als bestuurder vooral niet allemaal zelf te bedenken. Dat lukt je nooit. Iedereen doet mee is toch wel de belangrijkste succesfactor. We noemen dat ‘mienskip’: je bereikt alles met elkaar als je elkaar ook de ruimte gunt.’
Wim Sipma
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
14
5 15
07
Reflecties René Zaal over samenwerking: gebruik elkaars talenten René Zaal is Algemeen directeur Financiën & bedrijfsvoering bij de Stichting Flore in Heerhugowaard. Onder de stichting, die in 2007 is ontstaan uit een fusie, vallen 31 scholen met verschillende achtergronden: interconfessioneel, protestants-christelijk en katholiek. In totaal werken er zo’n 750 mensen. Flore heeft een duidelijke visie: doe waar je goed in bent. Alleen dan kunnen scholen, kinderen, leerkrachten ‘groeien en bloeien’. Floreren dus. Dit uitgangspunt passen ze toe in de omgang met elkaar, tussen de scholen,
Ambtelijk-politieke cultuur
Professionele cultuur
Gelijke monniken, gelijke kappen
Erkende ongelijkheid
Toeschouwer
Eigenaar van je werk
Wandelgangenpraat
Elkaar aanspreken op gedrag
Notulen
Actielijsten
Overlegstructuur
Werkstructuur
Erop terugkomen
Ervoor gaan
Denken in problemen
Denken in oplossingen
Namens anderen praten
Voor jezelf praten
Gericht op bewaking en controle
Gericht op ontwikkeling
Uniformiteit in veranderingen
Pluriformiteit in veranderingen
Reageren op wat iemand is
Reageren op wat iemand doet
Zich snel gepasseerd voelen
Niet alles hoeven weten
Zich indekken
Risico nemen
Besluiten nemen op grond van overtuigingen
Beslissen op grond van ervaringen
Werken met besluitvormingsprocedures
Werken met beslissers
Veranderingsprocessen starten met document
Veranderingsprocessen starten met ontwerp
maar ook op hun leverancier METRIUM. ‘Bij samenwerking gaat het erom dat je elkaars talenten gebruikt’.
‘METRIUM schreef wel de K van Klant met een hoofdletter’
Iedereen weet welke kant we ongeveer opgaan met deze professionele cultuur. We doen het met elkaar hoewel de precieze uitkomst op voorhand niet vaststaat.’ Toch is er bewust voor gekozen om een cultuuromslag te gaan maken. René Zaal: ‘Het onderwijs verandert steeds. Scholen moeten daar flexibel op kunnen inspelen. Dat red je niet met lange communicatielijnen.’ Voorbeelden: dan weer staan de CITO toetsen centraal in de publieke opinie, dan weer nieuwe dingen als pestprotocol, dokter Corrie, meer bewegen, gezonder eten, passend onderwijs en ga zo maar door. ‘Scholen en leerkrachten die van elkaar willen leren hebben een open, leergierige cultuur nodig. Dat maakt het onderwijs beter.’ foto: Marjolein Ansink Fotografie
De scholen van Flore hebben een hoge mate van autonomie. En ze zijn vooral bezig met onderwijs. Het bovenschoolse richt zich grotendeels op ondersteuning op financieel en administratief gebied, huisvesting, ICT, PSA, Arbo en HR. Bewust wordt niet gesproken van ‘bovenschools management.’ René Zaal: ‘Wij zijn een servicekantoor van de scholen. We regelen de administratie, houden de financiële vinger aan de pols, zorgen voor het onderhoud, geven bouwbegeleiding et cetera.’ Dit beleid is na de fusie zo vormgegeven, samen met de schooldirecteuren. Nu dit beleid goed staat is het overal wel bekende directieberaad afgeschaft: ‘Het had geen toegevoegde waarde meer.’ Zo langzamerhand worden de formele hiërarchische lijnen en de bijbehorende ambtelijke cultuur vervangen door een meer professionele cultuur. Open, gericht op samenwerking, gebruik van individuele talenten, aansporen van intern ondernemerschap enzovoort. ‘Twee van onze schooldirecteuren zijn door hun collega’s gevraagd regisseur van dit proces te worden.
René Zaal
Samenwerking met METRIUM Het principe ‘doe waar je goed in bent’ past Flore ook toe op de samenwerking met METRIUM. ‘Natuurlijk zijn we klant. Maar we willen vooral samenwerken. Hoe wij werken moet passen bij hoe METRIUM werkt. Door dat goed op elkaar af te stemmen ben je allebei gewoon beter bezig. Zowel qua kwaliteit als qua kosten.’ Er waren
destijds, in 2007, een paar redenen om voor METRIUM te kiezen. ‘Qua systemen waren ze niet veel verder dan anderen. Maar METRIUM schreef wel de K van Klant met een hoofdletter,’ licht René Zaal toe. Inmiddels is de samenwerking hechter geworden. ‘Wij muteren nu zelf in Raet. En ook de financiële administratie doen we helemaal zelf op de systemen van METRIUM.’ Verder gebruikt Flore de diensten van METRIUM vooral als het gaat om continuïteit en deskundigheid. ‘Er zijn ingewikkelde situaties genoeg binnen de CAO waar we METRIUM regelmatig voor inschakelen. Alle specifieke deskundigheid hoeven wij niet te hebben. Ook doen we een beroep op hun juridische kennis. Verder hebben we hier vervanging in de administratieve ondersteuning, bijvoorbeeld bij ziekte.’ René Zaal verwacht nog wel weer veranderingen in de samenwerking. ‘Je bent continu met elkaar aan het finetunen. Er doen zich altijd weer nieuwe situaties en kansen voor die opgelost moeten worden. Vaste contactpersonen zijn dan erg belangrijk. Gelukkig hebben we die.’ Overigens is het wel een balans zoeken: het prijsverschil tussen ‘zelf doen’ en ‘uitbesteden’ wordt zwaar beïnvloed door de verplichte 21% BTW. Dat is wel jammer.’ Wat betreft de fusie tussen OSG en METRIUM. ‘Wij verwachten dat we wel betrokken worden bij nieuwe ontwikkelingen. Heel belangrijk daarbij zal zijn de toegang tot de data die we hebben. Ik voorzie hierin flinke ontwikkelingen. We hebben allerhande gegevens op financieel, personeel en onderwijskundig gebied. Die gegevens moeten we ontsluiten en gebruiken. Om het onderwijs en de bedrijfsvoering verder te verbeteren.’ Wim Sipma
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
16
5 17
08
In bedrijf
Maak Kennis-middagen: meld u aan Ook dit voorjaar organiseert OSGMetrium weer een viertal (gratis) themabijeenkomsten voor u. Bijeenkomsten, die wij Maak Kennis-middagen noemen. Data, tijden en locatie worden later bekend gemaakt. U kunt zich wel alvast voorlopig aanmelden via een mailtje aan
[email protected]. Later volgt nog een uitnodiging.
Ziekteverzuim: beleid, preventie, begeleiding en vervanging
Juridische aspecten in het onderwijs
Zicht op nut en onnut van de Code Goed bestuur
Goed onderwijs is ook goede bedrijfsvoering
Ziekteverzuim is altijd al een lastig iets geweest in het onderwijs. Het onderwijs moet doorgaan, de kosten en de administratieve lasten moeten beheersbaar blijven en de verzuimbegeleiding vraagt aandacht. Hoe kan je dat het beste aanpakken zonder de lopende werkzaamheden al te zeer te verstoren? Wat kan je doen in de voorbereiding en hoe regel je de uitvoering? De adviseurs van OSGMetrium hebben hier expliciete ideeën en instrumenten voor. Die u veel werk en onzekerheden kunnen besparen. Ook op het gebied van de modernisering van de ziektewet en het eigen risicodragerschap. U hoort er alles over tijdens deze bijeenkomst.
In het onderwijs gelden allerhande regelingen waar bestuurders en schoolleiders mee te maken hebben. Denk aan de CAO, de (G)MR, fusievoorschriften, aansprakelijkheid, ontslagrecht, verenigings- en stichtingsrecht, bestuurlijk recht. In deze interactieve bijeenkomst worden de hoofdlijnen en de ontwikkelingen op dit punt op een rijtje gezet. Uiteraard is er volop gelegenheid tot het stellen van vragen en om op specifieke items in te gaan. De bijeenkomst wordt geleid door de juristen van OSGMetrium. Zij hebben veel ervaring op een breed terrein in het onderwijs.
Veel besturen werken al met deze code. Maar is die wel nuttig? Leidt het niet tot onnodige rompslomp? Welke knelpunten worden ervaren? Wordt het onderwijs er beter van? In deze bijeenkomst wordt ingegaan op de meest recente onderzoeken op dit gebied. Die geven tal van nuttige aanwijzingen over de do’s en don’ts voor bestuurders. Ook wordt ingegaan op de belangrijke rol die voor schoolleiders is weggelegd. Deze bijeenkomst wordt geleid door ervaren consultants van OSGMetrium en er is alle gelegenheid om ervaringen en tips uit te wisselen.
Scholen en schoolbesturen krijgen een budget van de overheid om hun onderwijsactiviteiten uit te voeren. Maar al te vaak wordt er weinig ruimte gevoeld om met dat budget keuzes te maken. Het ene jaar volgt op het andere, het budget van vorig jaar is uitgangspunt en wordt versleuteld naar het komende jaar. Nieuwe activiteiten komen hierdoor altijd in de knel. Extra geld komt er immers niet bij. In deze bijeenkomst gaan we de speelruimte verkennen: hoe zet u een stip op de horizon en hoe koppelt u onderwijsprioriteiten aan uw begroting? Het één kan immers niet zonder het andere. De bijeenkomst is een mengeling van strategie, vooruitkijken, begroten en bedrijfsvoering en wordt gegeven door ervaren OSGMetrium consultants. Ook wordt ingegaan op de nieuwste onderzoeken op dit gebied.
U kunt zich voor deze gratis themabijeenkomsten alvast aanmelden via
[email protected].
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G
18
5 19
METRIUM Leeuwarden Archipelweg 204 Postbus 586 8901 BJ Leeuwarden T (058) 2677277 F (058) 2660004 METRIUM Enschede Capitool 1 Postbus 195 7500 AD Enschede T (053) 4803600 F (053) 4357035 METRIUM Hoogeveen Crerarstraat 6A Postbus 2073 7900 BB Hoogeveen T (0528) 820920 F (0528) 233524
Aangenaam O N D E RW I J S D I E N S T V E R L E N I N G