■...;-
■
■--■■■.
rH9122
PRIJS 15 CU
(Sinema&
WEEKBLAD;
<:
^Fieöil:ep
■'■/.■: ■•■/■:•-,.,.,-.;..;: 'r.X'-:.-^:>:-'• :'-i-' - ïï^i-ft
N2123
-,. -
■
BU BE yiFÄ
lenberg" en we zijn in staat reeds nu een en ander hieromtrent te vertellen. Bernhard Kellerman schreef in de „Berliner Illustrirte Zeitung" een novelle onder deze titel en Willy Haas en Karl Grune hebben aan de hand daarvan het scenario geschreden, dat de Ufa is gaan verfilmen. De laatste dezer twee is de regie gaan voeren. Belangrijk is deze film niet 't minst doordat Conrad Veidt er een dubbelrol in speelt. Hij vertolkt de beide broeders Schellenberg. Voor
de landen waar men begrijpt, dat de film ook kunst is en niet alleen een handelsartikel — zijn de Berlijnsche fabrikanten en vooral de Ufa dikwijls zeer gelukkig. Ook in „De Gebroeders Schellenberg" heeft men weer een boeiend gegeven. De beide broeders Schellenberg zijn beide in dienst van den ouden Raucheiser, den bezitter van de fabriek van springstoffen. Wenzel is secretaris en Michael is bedrijfsingenieur. Op zekeren dag vliegt de fabriek in de lucht, waarbij twee honderd arbeiders het leven laten.
Liana Haid als Jenny Florian De Ufa is toch ontegenzeggelijk nog het machtigste lichaam in Europa dat zich op het terrein van decinematografie beweegt. Wel heeft het Amerikaansche kapitaal kans gezien om er invloed in te krijgen, maar op de productie zal het niet zoo heel gauw geschieden, in dit opzicht blijft men in de schitterende studio's getrouw aan de oude beginselen. Al hebben de Amerikanen ons in Duitschland reeds zoo een en andere artist afhandig gemaakt, we hebben er zoovele krachten van den eersten rang, dat we bij het eerste stootje er niet bij neerliggen, 't Kan iets lijden, in den loop der jaren hebben we een zeer groot aantal sterren Van beteekenis op elk terrein van de cinematografie gekregen. Er zijn zoovele krachten van beteeken is gekomen, dat men van den anderen kant van de Oceaan er rekening mee is gaan houden en dit heeft gedemonstreerd door de almachtige dollar te laten rollen. In hoeverre de Amerikaansche filmindustrie daardoor later is geworden, of die artisten daar tot volle ontplooiing zijn gekomen, zullen we hier in het midden laten. Wij igK Duitschland denken nog wel eens, bij het zien van wat sommigen nu' brengen, terug aan de dagen van weleer. Maar al zijn er sommigen verdwenen, we kunnen onze filmindustrie nog wel op peil houden. Telkens is er weer een nieuwe figuur die op meer dan gewonen wijze van zich doet spreken. Dat is wel een beetje gevaarlijk, want de kans op .verliezen wordt er te grooter door. De Ufa behoeft dus geen geringer werkzaamheid te ontwikkelen dan vroeger. Ze beschikt nog over de talentvolle actrices en acteurs, ze heeft nog haar knappe regisseurs, ze heeft nog de operateurs die op zoo verdienstelijke wijze het probleem van het licht en donker, de groote renommi^ van' de Duitsche film, weten oh te lossen. Een der nieuwste films die gereed is gekomen is „De Gebroeders Schel-
Conrad Veidt als Wenzel Schellenberg (welke rol hij als dubbelrol speelt met Michael Schellenberg) en LH Dasover ais Esther Raucheisen.
wezenlijking van zijn plannen. Bij een verkooping leert Wenzel een mooi jong meisje kennen, Jenny Florian, de verloofde van den bij de ontploffing zwaar gewonden Georg Weidenbach. Hij protegeert haar als tooneelspeelster en spoedig wordt ze zijn geliefde. Weidenbach, hierdoor tot het uiterste gebracht, wendt zich tot Michael om in zijn kolonie te worden opgenomen. Maar Wenzel heeft gauw genoeg van Janny en te meer omdat hij geheel onder den indruk geraakt van de ongemeene schoonheid van Esther Raucheiser, die echter haar hart heeft verloren aan den avonturier Kaczinsky. Wenzel reist haar na naar Parijs, waar beiden zijn. Kaczinsky heeft een wissel op haar naam vervalscht en voor Wenzel wordt de kans gunstig... hij biedt de reddende hand als Esther zijn vrouw wil worden. Ook Jenny is naar Parijs gesneld en ontmoet Michael, die zijn broer wil opzoeken. Hij bemerkt hoe zenuwachtig Janny is en verliest haar geen oogenblik uit het oog. Als ze echter Wenzel en Esther samen ziet, is haar dat te veel en springt uit het raam. Het huwelijk van Wenzel met Esther is verre van gelukkig. Zij verklaart openlijk dat ze ook verder de geliefde van Kaczinsky zal zijn. Daarover ontsteekt Wenzel in razernij, hij valt z'n vrouw aan en worgt haar. Bij het lijk krijgt hij een zenuwaanval ... hij wordt krankzinnig. Maar Georg en Jenny hebben elkaar weer gevonden en gaan in de bloeiende kolonie van Michael een gelukkige toekomst tegemoet. Berlijn, Mei '26 R. S.
DE GRAAF I^I
UXEMBÜR
CTeder ken! vermoedelijk nog wel de J geschiedenis van den armen graaf, die in Parijs gaat wonen. Van z'n dichtkunst moet hij leven, maar z'n werk is weinig gewild. Met een vriend, den schilder Analole Brizzard leeft hij onder den naam René Duval. Angèle Didier is verloofd met den ouden graaf Kutzinoff. die een brief van zijn broer krijgt, waarin hem verboden wordt met écn niet-adellijke dame te trouwen. Angèle moet dus trouwen met een of anderen edelman en zich weer laten scheiden om aldus een. adclijken naam
den schrik te bekomen. Üaar redt hij een dame. die Angèle Didier heet en zij vertellen elkaar beiden op het punt te staan te gaan scheiden. In Parijs ontmoet hij haar weer en kiest haar tot koningin op een carnaval. De oude graaf vertelt uit wraak, dat René Duval de graaf van Luxemburg is en haar trouwde om geld, waarvoor hij zijn titel verkocht Angèle is zeer beleedigd en vertrekt. Een duel zal plaats vinden, maar Analole s verloofde gaat gauw naar Angèle en legt haar de toedracht van de zaak uit. Dan begeven zij zich
V
Conrad Veidt als Wenzel Schellenberg Hollanders heeft de film een extrabekoring, doordat daarin optreedt Henri de Vries. „De Gebroeders Schellenberg" is wat de Amerikanen noemen een „all star"-film. Want behalve deze beide artisten van wereldreputatie treden nog o.m. op: Lil Dagover, Liane Haid, Bruno Kastner, Julius Falkenstein en Erich Kaiser-Titz. Dat zijn namen die een goede klank hebben, die het bewijs leveren, dat de Duitsche filmindustrie niet ten onder behoeft te gaan bij gebrek aan artisten, dat de verminderde beteekenis van de eens zoo omvangrijke filmproductie, waarvoor tal van maatschappijen zorg droegen, alleen een gevolg is van economische factoren. In de keuze der scenario's—en nu denken we niet aan de vele buitengewone films, die Duitschland aan de spits hebben gebracht van
Raucheiser blijft bij het vernemen van de tijding doodkalm. De fabriek is immers voor vijf millioen verzekerd 1 Hem deert 't heel wat meer, dat zijn secretaris tien minuten te laat komt, daarvoor ontslaat hij hem op staande voet. Maar ook z'n broer verliet de fabriek. De ontploffing heeft diepen indruk op hem gemaakt en hij wil er niet meer toe meewerken om middelen te maken tot verdelging, hij wil juist opbouwend werk doen, helpen om de menschelijke ellende te verlichten. Voor zulke idiote plannen — b.v. kolonies stichten voor werklooze arbeiders — gevoelt Raucheiser absoluut niets. De beide broers gaan dan geheel verschillende wegen. Wenzel heeft van zijn vroegere patroon veel geleerd en wordt door geslaagde huisoperaties een rijk man. Michael werpt zich met al de energie op de ver-
De werklieden redden zich na een explosie In een fabriek van het Ra uchelsen-con eer li.
Eén der meest aansrlipende scenes uit dit drama.
te veroveren. De graaf van Luxemburg wordt hiervoor uitgekozen, maar hoewel men hem een millioen francs biedt, weigert hij. Anatole wordt den volgenden dag bij een gevecht gewond en moet worden geopereerd, wat duizend francs zal kosten. Om zijn vriend te redden zal René nu het aanbod accepterren. Reeds den volgenden dag is hij met Angèle gehuwd zonder haar naam te weten. Thuisgekomen vindt hi| bericht, dat een oom hem een groote erfenis heeft nagelaten. Hij vertrekt naar de Riviera om van
naar de schermzaal. waar René als overwinnaar te voorschijn treedt. Hij brengt zijn vrouw naar huis. Het echtpaar verzoent zich en de oude graaf zal het zonder zijn bruid moeten stellen. . . Een zeer gewilde operettefilm, die vervaardigd is naar Lehar's bekende operette en door de N.V. Emelka te Amsterdam hier te lande is gebracht.
-^r^
>vm^ ■
O0»©<»«
■ o® O ® o
o ®o ®o«
■
■o® 00
Onder leiding van den zanger Heineman trad in 't Amslerdamsche Rembrandt Theater een klein ballet op, dat op kunstgebied inderdaad iets van beteekenis heeft gepresteerd. De drie danskunstenaars, die daarvan deel uitmaken, zijn trouwens geen onbekenden. Wanneer wc namen noemen als Inge Groth, Olga Tanjerowa en Ludowski, dan behoeven we niets meer te zeggen, dat die drie iets moois brengen. Bij dit ballet heeft men nu iets nieuws, namelijk een samengaan van zang en dans. Heineman zingt eenige liederen, waarbij de drie hiervoor genoemden buitengewoon geslaagde danscreaties geven. Dit viertal gaat dezer dagen naar Hamburg, het begin van een buitenlandsche tournee.
o
® ® o
o
© o
©
o
® o
©
© o
© o
0
a
® o
®
e
eo
©
0o
o
©
© o
V
(!)
®
© ©
0e
e
IN ONS WATERLAND Een foto genomen op het Brasemermecr. tijdens den zeilwedstrijd voor zesmeters. o
® o
.» Qo0o—— o0 o©«-
-•© o ©o .
. o0o 0«-
•" © *©o ■
. o©o®c
>®0©0.
-O®» ©O.
'O® o 0
Foto's Godfried de Groot ■
.. ,..^-J.„....,..._^.... -,.^->:^^....^J„.„^l.
_...■.-
■..,__._
...
■■■■
,,'
■.
-.■■■■
-
;>
MH^gl
rlndien gij prijs stelt Zeer aanbevelenswaardig voor een teere huid.
op een hygiënische en vlugge wijze van inzeepen, gebruik dan
Over het licht. De mensch is geen tevreden dier. En nergens is zijn, altijd naar verbetering zoekende, geest zoo tot uiting gekomen, als daar waar het 't licht betrof. Wat te begrijpen is. Het wonderlijke wisselen van zonlicht en duisternis brengt zulke intense gevolgen met zich, dat het denkende wezen er wel naar moet streven om een vervanging te vinden, zoo goed als het maar mogelijk is. Ik vond omtrent de geschiedenis van het licht, juister gezegd van de zonlicht-imitatie., het z.g. kunstlicht dus, een zoo interessant artikel in het tijdschrift Elèctra, een vakblad, dat het gros onzer lezeressen en lezers zeker wel nooit onder de oogen komt, dat ik goed meende te doen er u het een en ander uit over te vertellen.
V .;-..... is direct voor het gebruik gereed en maakt water overbodig, waardoor het schuimslaan geheel vervalt. is volkomen Al kali vrij en antiseptisch, maakt de huid blank en elastisch, terwijl zelfs bij het ruwste weder, het gelaat na het scheren zacht en gaaf blijft. wordt liefst met de vingers ingewreven, waardoor zelfs 't geringste cream-verlies vermeden wordt. spaart door zijn volkomen zuivere alkali-vrije samenstelling het scheermes of apparaat en houdt dit veel langer scherp dan bij gebruik van de y bijtende scheerzeep. vermijdt ieder pijnlijk gevoel en is dus geschikt voor een delicate huid.
Een groote pot bevattend EEN Kg. kost franco door het geheele land f3.— Bij alle Coiffeurs verkrijgbaar of direct na toezending van postwissel
Haagsche Zeepziederij Een dunne laag, met de vingers op de baard gebracht, maakt
het
,DE OOIEVAAR"
rvÄ
Z. B1NNENSINGEL 211, DEN HAAG POSTCHEQUE No. 63107
haar zoo zacht, dat het scheren geen pijn veroorzaakt ^
De geschiedenis der kunstmatige verlichting gaat zeer ver terug. We kunnen haast wel zeggen, dat zoolang er menschen bestaan, ook de behoefte aanwezig is geweest, om het natuurlijke daglicht, nadat dit met zonsondergang verdween, te vervangen door kunstmatig licht. In de oudste tijden kan men nog niet spreken van eenig verlichtingssysteem of verlichtingstechniek. Men stelde zich tevreden met een verlichting, zonder hieraan eenige eischen te stellen. *** Als eerste verlichting deden zulke primitieve middelen dan ook dienst. Men nam b.v. uit een brandend houtvuur een brandenden tak, en verlichtte hiermede bij nacht zijn weg. Men bemerkte, dat harsrijke houtsoorten goed brandden en veel licht verspreidden, en nog eeuwen lang gebruikte men fakkels uit zulke houtsoorten vervaardigd. * * * . Pas bij het in gebruik komen van de eerste olielampen, die het begin vormen van een ontwikkeling van vele soorten kunstmatige lichtbronnen, kan men eenigermate gaan spreken van een verlichtingssysteem, dat in den laatsten tijd uitgegroeid is tot een geheel apart vak: de verlichtingstechniek. De eerste primitieve olielampen zijn bekend uit den romeinschen tijd. Door de afmetingen te vergrooten, of vele kleine lampjes dicht bij elkaar aan te brengen, kon men de noodige lichthoeveelheid betrekkelijk naar willekeur regelen. Zoo is het bekend, dat ten tijde van Nero er reeds straatverlichting bestond. De op hooge masten geplaatste reusachtige oliereser voirs waren zoo groot, dat er
Petroieumbronnen
In de gasfabriek
Interieur van een electriclteitsfabriek bij de christenvervolging zelfs menschen ingeworpen werden. Ook schijnt in dien tijd reeds winkel-etalage verlichting te zijn toegepast, door eenige honderden kleine lampjes op te stellen. *** In het eind van de 15e eeuw werd door Leonardo da Vinci het principe aangegeven van de toepassing van het lampeglas. Dit kreeg echter pas omstreeks 1840 zijn bekende insnoering, waardoor het branden van de pitten veel rustiger werd, en daardoor de luchtuitstralyvg veel gemakkelijker. * In het midden der 19e eeuw werd de petroleum gevonden, die zoo uitermate voor verlichting geschikt is, en ook omstreeks dezen tijd vindt de elec-
irische verlichting haar eerste toepassing. In de 18e eeuw werd de eerste gasfabriek te Londen in bedrijf gesteld. * Over de petroleumverlichting behoeft niet veel gezegd te worden. Principieel is deze geheel gelijk aan de oorspronkelijke olieverlichting, alleen met dit onderscheid, dat petroleum gemakkelijker vervluchtigt, waardoor zij gemakkelijker brandt, en een mooie, warme licht vlam geeft. « Zeer merkwaardig is de strijd tusschen gas- en electrische verlichting, welke men thans nog ziet. Met de vinding van het lichtgas had men principieel 'n zeer grooten stap vooruit gedaan.
In den eersten ontwikkelingstijd van de gasverlichting met open vleermuisbranders, was het echter niet mogelijk, groote lichtsterkten te voorschijn te roepen. De gasvlam op zich zelf geeft weinig licht. Het is dan ook geen wonder, dat men met groote belangstelling de eerste proeven van Davy volgde, die door middel van electrische vonken een bruikbare electrische verlieh ting trachtte te maken. * Door de vinding van de kooldraadlamp scheen de absolute overwinning van de electrische verlichting verzekerd, toen de merkwaardigste figuur in de verlichtingstechniek, n.1. Dr. Auer von Welsbach, zijn uitvinding deed van het gloeikousje voor de gasverlichting. Dit gloeikousje, bestand tegen buitengewoon hooge temperaturen, werd door de gasvlam witgloeiend verhit en was dan in staat een groote hoeveelheid intensief licht uit te stralen van buitengewoon goede en mooie kwaliteit, waartegenover de kooldraadlamp in het nadeel was, door haar nog min of meer roode kleur. *** Het zou er dan ook wellicht slecht uitgezien hebben met de vooruitzichten van de electrische verlichting, als het niet aan dienzelfden Dr. Auer von Welsbach gelukt was, een zeldzaam en moeilijk smeltbaar metaal in zulk een fijnen draad te trekken, dat deze een voldoenden stroom kon voeren om wit heet te worden, zonder te smelten. « Een gtoote vooruitgang was nog de invoering van de wolframlampen. Het metaal wolfram n.1. heeft de eigenschap dat het tot draden gespoten kan worden, waardoor de fabricage van de gloeidraden zeer vereenvoudigd wordt en belangrijk goedkooper uitgevoerd kan worden. * ♦ * De laatste belangrijke uitvinding op dit gebied is de z.g. halfwattlamp, van Amerikaansche afkomst, waardoor het mogelijk is het verbruik zoo zeer te verminderen, dat slechts 1 /2 watt per kaars noodig is. De groote voordeden, waardoor de electrische verlichting zich een plaats in de samenleving heeft veroverd, zulk een grooten invloed heeft gehad op die samenleving, zijn wel het groote gemak van de bediening, haar zindelijkheid, en de onbeperkte mogelijkheid de lichtbronnen juist daar aan te brengen, waar ze noodig zijn. We kunnen ons ternauwernood indenken, hoe men zich vroeger heef{ beholpen. Alleen brengen van tijd tot tijd bedrijfsstoringen nns tot die tijden weer terug. M.E. RCURIUS
-
HET VORSTELI3K BEZOEK AAN AMSTERDAM Zaterdag j.l. begon de koninklijke familie hel gebruikelijke voorjaarsbezoek aan de hoofdstad. Tegen halfzes arriveerde de trein uil Apeldoorn, prins Hendrik was op het slation aanwezig om de familie Ie begroeten, terwijl daarna de autoriteiten aan de koninklijke gasten hulde brachten. Op onze foto links ziet men prinses Juliana opgewekt als altijd. In hel midden, de koninklijke familie de Dam oprijdend, rechts de koningin naast den burgemeester, terwijl z ij op zondagmiddag helaquariumgebouw verlaat-
Nog slechts enkele maanden geleden maakte het Wolff-bureau met ophef melding van de plannen ter verbetering van de haven van Emden. Niet te ontkennen valt een zekere rivaliteit tusschen de noordelijkste nederlandsche haven Delfzijl en de westelijke zeehaven van Duitschland. Het provinciaal bestuur van Groningen, dat sinds een aantal jaren alles in her werk gesteld heeft om Delfzijl's haven geheel te doen aanpassen bij de eischen van het jpodeme scheepvaartverkeer, wijst in een engelsch propaganda-geschrift, gewijd aan „The Seaport Delfzijl" o.m. op het groote voordeel dat genoemde haven 12 mijlen dichter bij de zee ligt dan Emden, hetgeen van belang is niet alleen met het oog op de algemeene onkosten; maar ook wegens het mindere gevaar, dat de schepen er des winters invriezen. Oorspronkelijk was Delfzijl in hoofdzaak van beteekeni§ als invoerhaven van gezaagd hout en balken, nu is zij dit eveneens voor den aanvoer van chiU-salpeter, fosfaat en steenkolen. Nog steeds is de aanvoer van „juffers" en balken uit de
TWEE KRANIGE PRESTATIES bepaalden hoeveel man bij de lossing en belading van een schip noodig waren en wie voor deze werkzaamheden zouden worden aangewezen. Het drankmisbruik was er buitengewoon groot. Stakingen waren aan de orde van den dag. Het provinciaal bestuur heeft aan die wantoestanden een eind gemaakt door in 1916 zelf den stuwadoorsarbeid ter hand te nemen. Sindsdien is er op dit gebied veel verbeterd te Delfzijl. Er heerscht , thans vrede in het havenbedrijf. Stakingen komen er niet of nauwelijks voor. De provincie heeft 10 «/o van de kosten van uitbreiding en verbetering voor haar rekening moeten nemen. Het overige werd bekostigd door het Rijk. De provincie moest voorts zorgen voor de doelma'.ige inrichting der haven en de outillage. Zij heeft dat op waarlijk energieke wijze gedaan. Er werden flinke loodsen gebouwd voor opslag van goederen, en allerlei electrische hef- en hijschwerktuigen opgesteld, hetgeen tonnen gouds heeft gekost. Het lossen van gezaagd hout bijv. geschiedt nu tweemaal zoo vlug als
oostzee-havens en Rusland van overwegend belang. Met het oog daarop is juist dezer dagen aanbesteed het maken van een groote balkenhaven ter verbetering van den toestand. Door de samenwerking tusschen rijk en provincie is er de laatste jaren veel tot stand gebracht, waardoor de conjunctuur van de haven een gansch andere is geworden. Het rijk heeft zich in 1914 ber€i4 verklaard, de uitbreiding en. verbetering der haven zooveel mogelijk -in overeenstemming te brengen met dewenschen van het provinciaal bestuur van Groningen. Dit bestuur op zijn beurt, moest echter vooraf orde en regel scheppen in de haven, waar vooral de arbeidstoestanden te wenschen overlieten. Er bestond destijds geen behoorlijke overeenkomst tusschen werkgevers en werknemers, waardoor deze laatsten, ook wat de loonen be-" treft, aan de grootste willekeur waren prijs gegeven. Niet de werkgevers hadden de regeling van den stuwadoorsarbeid in hun handen, deze werd immers geheel beheerscht door een kleine ploeg havenarbeiders, die zonder dat de werkgevers daarin eenige medezeggenschap hadden,
Da Konlnklllka militaire kapel
_
•s.Gr»venh»ge met bloemen werden Behuldigd.
M
een poetvliegtuig op en neer naerMar.eille telkenmtle de rel» zonder onderbreHin9 volbrengend.
iiE&mmm-ssjim
Da aarsta ttaan salaad
voor de nieuwe gebouwen van de stichting .De vrije religieuse tempel" aan het Daniel Willinkplein, A'dam.
Da Marathonbrug ta Amsterdam
Zaterdagmiddag werd de nieuwe Marathonbrug aan den Marathonweg te Amsterdam in biiziln van verschillende autoriteiten (eestelijkgeopend
De benzine motorwagen Arnhem—Hattam
De H.IJ.S.M. heeft nieuwe benzine motorwagena besteld voor het traject Arnhem—Hattem.
*
Laad- an loslnrichting
Hat auto ongeluk bil Zaltt Op onze foto ziet men hoe vreeselijk gehavend de zware motor-bus ia.
Hat spoorwegongaluk op da Hin Roosendaal -Amsterdam Een vijftal wagens liep uit de raila, terwijl enkele passagier« werden gewond.
"l -■ 5
■.; ■ -, ,
v
,
•■
. -
_
"
; -,
r'tTt't
vóór den oorlog, de kosten zijn 53 o/0 hooger, terwijl de loonen met 171 o/0 zijn gestegen. Het lossen van steenkolen en cokes geschiedt tegenwoordig in de helft van den tijd van vroeger, terwijl de kosten zijn teruggebracht tot op d<* helft. Zoo is door een gelukkige samenwerking van rijk en provincie in de laatste jaren veel tot stand gebracht om deze belangrijke haven in het noorden van ons land geschikt te maken voor het moderne scheep*vaartverkeer, waarvan een groote toeneming, zoowel van dit vericeer als van den in- en uitvoer het gevolg is geweest.
even goed als het buitenlandsch fabrikaat, maar goedkooper.
■^-*$
. -
-*
-
•«
-mt rm
m. JUJ^.XS^VKACJP
v^r>y ir/.
"~rss~Lz -.
■
• . *"
:^--
1^ ' ä
-
• •Wt'
4&
-
>^ m i*':» ■'
éM
B^ -■
*
.•*
-
>••
■
! S ;, ft - -:l1 ... - ' ■ r*. .^ P|' • ;
/
--
-». /* '
•
', ,,
'
X
-
-, ' .
HAAGSCHE TOONEELKRONIEK
MiHiiniiiiimi"mn»»^~"ssw5
POETSEXTRACT „G L I M"
.
■»•>>>•>■■■■;
DE POSTZEGEL
A. V. W.
\ '' - ~ -^Z&'^.^JL-^
rssi
^
p
-.
■
* .,. •
*
*
VOORJAARSSTEMMINa - Door deo beroemdemi ffransclheini scMdeir Millet ^_^_.^^^_^_^___^
Wie Leo Marton niet goed kende, hield hem voor een jovialen kerel, een aangenaam causeur en een vent die er goed in zat. Alleen enkele intiemeren wisten dat hij een schurk was, die voor niets terugdeinsde, wanneer het erop aan kwam geld te verdienen en dat het alleen maar een kwestie van het bedrag was, waardoor de gnens van z'n slechtheid werd bepaald. Door de schijnbare jovialiteit was Henri Dux spoedig in den val geloopen en op den meest amicalen voet met Lex gekomen. De val was heel handig gezet, dat dient gezegd. Dux was een jongen, onervaren student, iemand, die technisch een goeden aanleg had en alleen zijn studie moest eindigen en zijn levens rijpheid moest verkrijgen, om een goede positie te veroveren. Daarbij had hij nog het voordeel, dat zijn grootvader hem 50.000 dollar had nagelaten, uit te betalen op zijn 21ste jaar. Voor het geval Henri eerder zou sterven, verviel het bedrag aan zijn acbterneef Johnny Salt. Deze; Johnny Salt was wel een van degenen, die Lex Marton goed kenden. Toen dus de tijd naderde, waarop Henri bet legaat zou in ontvangst kunnen nemen, had Johnny een conferentie met Marton, als gevolg hiervan toog deze naar de chineezenstad, waar hij TsjiFoe opzocht. Tsji, wat kost de „zekere dood"? Vijfduizend dollar., Wat zeg je ? 5000 dollar voor een drup je van dat goed ? Ik vraag niemand om te koopen, zei de chinees met het meest onverstoorbare gezicht. Er kwam geen beweging in het gelaat van den oosterling, ook nadat Marton al zijn overredingskracht gebruikte om den chinees er toe te brengen het kleine flcschjes beneden het gevraagde bedrag af te geven. En ten slotte betaalde Manson de vijf duizend dollar. Tsji-Foe wist, dat hij bij niemand anders terecht kon. Lcx Marton, dat hij het gift noodig had, want daarop waren al zijn plannen gebaseerd. Je geeft me niet veel, zei hij,, nadat de chinees hem het kleine fleschje had overhandigd, 't is maar een drupje. Een druppel is genoeg, klonk het cynische antwoord. De dood treedt onmiddellijk in, zoodra iemand met zijn tong de stof heeft aangeraakt. Werkt het ook, als ik dit drupje op den acliterkant van oen postzegel uitstort en laat drogen. Wie aan den postzegel likt, zal dood vallen en geen dokter
■
wk
Alexander Molssl In „Een spel van dood en liefde"
Opnieuw heeft de acteur met de procht-stem, en het dichterlijk fijn gevoel, dien Moissi zich.st.ceds.toont, in ons land, en overal in de Residentie triomfen gevierd. Drie voorstellingen waren het, welke ditmaal de bijzondere aandacht van het publiek trokken, omdat men daarin Moissi. die hier optrad met het Weensche Volks-Theater, in een ten onzent door hem nog niet uitgebeelde rol kon aanschouwen. Allereerst zagen we hem in het revolutiestuk „Een spel van dood en liefde" van Romain Rolland, welke zich daarin deed kennen als een auteur, wien het schrijven van een goed, aan alle eischen voldoend, tooneelstuk niet bijzonder afging — waarmee echter allerminst gezegd is, dat aan het stuk ook geen gedachte van eenige waarde ten grondslag gelegen zou hebben. Integendeel de figuur van den „boven de menigte" staanden, nobelen strijder, voor 't goede en geloover in 't goede, 't ware, schoone, van den geleerden de Courvoisier, was ongetwijfeld iets prachtigs en Moissi slaagde er ten volle in dezen „held" zoo te geven, dat, ondanks de tooneelkundige gebreken van dit geestesproduct van Romain Rolland, de avond veel schoons deed beleven. Knap tooneelwerk is zeer zeker „Hendrik IV" van Pirandello. Een jong italiaansch edelman, dien een maskerade voor den keizer van het Duitsche Rijk speelde, die eens naar Canossa ging, valt van zijn paard — hetwelk nl. door Baron Tito Belcredi, een medeminnaar van de hoofdpersoon der maskerade listig aan het schrikken werd gebracht! — en raakt daardoor van de wijs. Hij verbeeldt zich nu verder, dat hij werkelijk Hendrik IV is en heel zijn omgeving speelt om zijnentwille de comedie mede. Zonder dat echter de overigen het weten, komt hij op zekeren dag weer tot zijn volle geestelijk bewustzijn, maar dan blijft hij.zijn rol doorspelen, omdat hij zoo alleen zichzelf kan geven, zooals hij is en zooals hij voelt. En als hij dan, geprikkeld door diens optreden, den man, die eens zijn medeminnaar was en de vrouw huwde, welke hij nog altijd is blijven liefhebben, vermoordt — eindelijk nl- is men er achter gekomen, dat hij comedie speelde en bovenal zijn oude vijand verwijt hem dit — besluit hij voor goed zich waanzinnig te houden. Dit alles is door en door Pirandello, die nu eenmaal de geestelijke acrobatic bemint. Moissi had een zware taak te vervullen, die hem echter voortreffelijk afging. Geen moment behoefde men zich af te vragen, of hij steeds den juisten toon wist te treffen. Op een hoogst enkelen keer na, slaagde hij daar ook in, bij de opvoering van het geestige stuk, eveneens van Pirandello, „De consequenties van het fatsoen". Hierin zag men eindelijk dezen kranigen acteur eens in een rol, die hem niet zoo na verwant was, als hetgeen hij anders pleegt te spelen, althans veel minder de gelegenheid bood om de rol „naar zich toe te halen". Ditmaal moest Moissi werkelijk uit zijn huid kruipen en zich hullen in het kleed door den auteur gemaakt Vandaar, dat zijn creatie des te meer waórdeering verdient. Tot besluit van den avond kon men weer volop genieten van zijn vagebond in Tolstoi s fijne stukje „Er hat an Allem Schuld". De krachten, die hem op zijn jongste tournee vergezelden, waren over het algemeen zeer goed en vooral in „De consequenties van het fatsoen" en in Tolstoi's stukje lieten zij zich van hun beste zijde zien. Laten er zoo nu en dan eens foutjes in de opvoeringen merkbaar zijn geweest, over het algemeen vielen ze toch, indien men zich los wist te maken van chauvinistische overwegingen, zeer te roemen. Wij hebben tenminste weer eenige avonden tooneelgenot gehad, van een gehalte, als ons gedurende het heele seizoen slechts een hoogst enkele maal geboden is. T. K.
kan vaststellen waaraan hij gestorven is. Zij zullen ook nu hartverlamming of zoo iets dergelijks beweren, die westersche geleerden. Deze laatste woorden sprak de chineesche giftmenger met een nauwelijks merkbaren spot uit. De reden waarom Marton deze zekerheid wilde hebben, laat zich uit hetgeen hierboven reeds is medegedeeld, wel vermoeden. Johnny Salt had zich met hem in verbinding gesteld en hem 15.000 dollar beloofd wanneer Lex er in slaagde Henry Dux van het aardrijk te 'doen verdwijnen, voordat hij 21 jaren oud was en dus bezitter van het legaat hem door zijn grootvader nagelaten. Indien Henry eerder stierf, kwam het geld aan Johnny. Voor Marton was dit een voordeelig- zaakje. Na aftrek van de 5000 dollars voor het gift, bleven er 10.000 dollars netto over en een prachtige gelegenheid om chantage te plegen. Johnny kwam leelijk in zijn macht 1 Het was nu Marton's werk om zijn misdadige plannen te volvoeren, zonder dat er later eenige verdenking .op hem kon vallen. Zijn relatie met den chinees had hem aan het zeker werkende gift, dat geen sporen naliet, geholpen. Hij had er voor gezorgd, dat hij met Henri Lux goede vrienden was geworden. Voor Lex zou dus de dood van Henry in de oogen van het publiek het verhes vaneen vriend beteekenen. Het voordeel kwam aan Johnny Salt, met wien Lex blijkbaar, maar heel weinig verkeerde. Na zijn onderhoud met den chinees nam Marton een taxi en liet zich naar zijn kamer rijden. Het kwam er nu op aan, om zijn plannen met de grootst mogelijke nauwgezetheid voor te bereiden. Hij had nog net twaalf uren den tijd voor die voorbereiding. i Lux kwam zijn kamer binnen en vond Vera op de sofa liggen. Vera was het vriendinnetje, dat hem ten zeerste genegen was.
::
|f
-—'
■
/
,
O« marinetentoonstelllns welke in het Nederl. hist, museum te Amsterdam wordt gehouden. Onze foto is tijdens de openingsplechtigheid genomen.
-^"^^^^^
Een sympathieke daad
Geschenken voor de bemannina van de „Sumatra"
De sympathieke commandant Jhr. G. L. van Ermel Schorel ontvangt de deputaties, die eenige geschenken kwamen overhandigen.
De prins van Dioklakarta op de aikmaarsche kaasmarkt
De amsterdamsche ver. .Autorijden voor ouden van dagen" heeft weer een aantal oudjes uit de verschillende gestichten een aangenamen dag bezorgd. Dat bewijst onze foto wel!
De haagsche Volksuniversiteit vierde haar lO-Jarig bestaan
Het uitreiken der mobilisatie-medaille te Utrecht Links lcru ziets men mevr. S.Jacob, ae vrouw van den commissaris der Koningin door generaal Snijders gehuldigd. Rechts ontvangt kanunnik Jansen heteereIn het 'midden een overzicht van de plechtigheid op het terrein van de voetbaivereeniging Hercules. Generaal Snijders houdt een rede.
Noodlottije brand bl] Heerenveen
In den nacht van 26 op 26 Mei woedde een felle brand te Oudehaske bij Heerenveen i waarbij vier kinderen om het leven kwamen. Een foto van de plaats des onheus.
Een reusachtige phyten
Een foto van deze slang, welke te Rotterdam werd aangebracht.
mÊmf^^^^^^
Zoo kind. Heb je lang op me gewacht ? Niet meer dan een kwartier. En daar je chocolade goed is, heb ik me niet verveeld. Snoepster, schertste Lex terug. Vera Wrack was een opvallend meisje in het „Ueve" genre. Zij had prachtig' zacht krullend blond haar en oogen van vergeet-me-niet-blauw. Wanneer haar karakter zoo mooi was geweest als haar uiterlijk,, zou ze een bijkans volmaakt schepseltje genoemd kunnen worden. Doch... dan was ze zeker niet de vriendin van Lex geworden. Ontegenzeggelijk was Vera juist het type van meisje om de aandacht van een onervaren jongen man als Henry Dux te trekken. Vooral wanneer zij er de moeite voor deed. Je hebt Henry Dux toch niet gezien ? In geen drie dagen, antwoordde het meisje. Hij belde van morgen op en ik liet het meisje zeggen, dat ik onverwacht de stad uit was gegaan naar buiten, precies zooals je het mij had gezegd. Lex toonde zich tevreden. Prachtig gedaan, zei hij. Wat heb je met Dux eigenlijk voor, Lex. Marton trok zijn schouders op. Over het algemeen was hij nooit erg mededeelraam over zijn plannen, zeker niet wanneer hij op een moord zon. Toch mocht hij -het meisje niet zonder een antwoord laten en op luchthartigen toon zei hij: . Och, je begrijpt het wel. Henry wordt binnenkort meerderjarig en krijgt wat geld. Daar moet ik mijn part van hebb«n. Als het lukt, krijg jij de helft. Lcx vrij vage mededeeling was met opzet zoo gedaan. Het was een kaart in zijn spel. Vera werd daardoor voor haar eigen belangen zijn medewerkster en als later het bericht van Dux' plotselingen dood kwam, zou zij het kunnen bezweren, dat diens overlijden een streep door Marton's pLannien was geweest. Ver.a, je moet een brief aan Henry Dux schrijven. Waarom ? Schrijf hem, dat je voor je vertrek tevergeefs geprobeerd hebt hem aan de telefoon te krijgen en dat je mij nu dit briefje geeft. Je .moest plotseling weg, omdat je bericht had ontvangen, dat je moeder ernstig ziek was. Wanneer dat niet zoo zou geweest zijn, had je hem graag gesproken, omdat je zoo erg z'n raad noodig hebt. Vraag hem om je een briefje naar je moeders adres te schrijven. Geef dat vooral duidelijk op en verzoek hem om het direct te verzenden, zoodat je nog tijdig weet waar je hem morgenavond kunt spreken. Vera voldeed aan zijn verzoek en Lex constateerde met genoegen dat het meisje vol-
T"
komen den juisten toon had weten te pakken, om een lichtelijk romantisch aangeleg(kji jongen man van 21 jaar onmiddellijk naar de pen te doen grijpen om het antwoord te zenden. En dat was hetgeen in Lex' plannen lag. Marton stak den brief in zijn zak en ging toen naar zijn eigen kamer, nadat hij Vera haar beloften had laten herhalen om direct in een taxi naar huis te rijden en onder geen conditie uit te gaan, voordat zij van hem had gehoord. In zijn eigen slaapkamer nam Lex, na alle voorzorgen te hebben genomen, dat niemand hem bij dit werk kon zien of storen, een postzegel uit zijn zakporte-
feuille, legde dezen met de gomzijde boven op een stukje glad carton, haalde toen het tleschje van Tsji-Foe uit zijn zak en liet al het vocht op den postzegel loopen; door het carton voorzichtig om te draaien wist hij het vocht gelijkmatig overde oppervlakte van het zegeltje te verdeden. Hij wachtte rustig totdat het vocht ingedroogd was. Toen nam hij een linnen zakje en liet er den postzegel in glijden, welke hij met zojn handen niet had aangeraakt. Op die wijze had Lex Marton zijn voorbereidingen gemaakt voor den sluwsten doch zekersten moord die denkbaar was. Daarna belde hij Dux en maakte een afspraak met hem,
Een hendie, dat over de pool vioos
Nobilis. de bestuurder van het vliegschip Norge, dat over de Noordpool vloog, nam zijn terrier Titana mee. Het hondje, Nobilis' mascotte, werd in de Ijsstreek duchtig warm ingepakt.
dat zij elkaar in het restaurant Riche zouden ontmoeten. Toen Marton aan den jongeman had medegedeeld, dat Vera hem had gevraagd Dux een briefje voor haar 'te willen overhandigen, accepteerde hij met des te grooter voorliefde. Hij was er op tijd, benieuwd te weten, wat het lieve meisje hem wel zou te schrijven hebben. Lex liet niet lang op zich wachten. Zij dronken samen thee. Na het eerste kopje herinnerde Henry Marton, dat hij hem van een briefje had gesproken. Da's waar ook, excuseer me, dat ik het briefje bijkans had vergeten. Hij zocht in z'n zakje en vond het epistel dat Henry fluks openmaakte en doorlas. Lex in zijn gemakkelijken stoel geleund keek ongemerkt naar den jongen man. Hij was tevreden, alles liep zoo goed als hij maar had durven hopen. Henry las met belangstelling en zei daarna tegen Lex: Ik moet direct een antwoord schrijven. Wanneer ik het nu verstuur is het vanavond nog in Churchwood. Lex keek op z'n horloge. Zeker, maar dan moet je het direct doen. Wacht, ik kan je wel helpen. Ik heb altijd alles bij me. Hier. Daar heb je een velletje papier, een enveloppe, een postzegel ook. 'n Vulpenhouder heb je zeker zelf. Jij bent toch maar een voor beeldig man, lachte Henry. En hij begon direct aan z'n brief. Nu naderde het moment dat Lex Marton als het succes van zijn misdadigersloopbaan beschouwde, de geniale moord. Hoe lang nog of de dagbladen zouden verschijnen, met groote letters berichtend van het tragische ongeval in het restaurant Riche, plotselingen dood van een jongen man, kort voor dat zij zijn erfenis in handen zou gekregen hebben. Nadat Dux den brief had afgeschreven, waaide hij met het papier om den inkt te laten drogen. Hij stopte het epistel in de enveloppe. Lex zag hoe hij aan het gom van den rand likte en daarna de enveloppe sloot en het adres schreef, vervolgens naar den postzegel greep, welke voor hem de doodsbrenger was. Hij hield de enveloppe in zijn linker hand, den postzegel met den zekeren dood erop in zijn rechterhand. Onwillekeurig moest Lex Marton naar hem kijken. Ondanks zijn uiterlijke beheerschtheid klopte zijn hart sneller en toen zag hij hoe Henry Dux op de plaats waar de postzegel moest komen te zitten de enveloppe met zijn tong bevochtigde en daarop de postzegel bevestigde, zonder hem aan de gomzijde aan te raken. (Zie ommezijde. )
^^^^^^" Henry zag dat Lex hem aankeek en lachend zei hij: Ja, dat is zoo'n gewoonte van me. Mn moeder wou nooit hebben, dat ik aan 'n postzegel likte, dat vond ze vies en gevaarlijk, je kunt er allerlei rare ziekten van krijgen. Lex antwoordde alleen met een hoofdknik. Doch achter z'n lippen vormde hij 'n onhoorbaren vloek.
w DE BESTE TWAALF m Hartelijk. Vrouwtje, dat tevergeefs geprobeerd heeft om van haar man toestemming te krijgen tot het koopen, van een dure voorjaarsjapon: Als je me die japon niet geeft, dan sterf ik van verdriet. Je moet me dan begraven laten. En weet, dat een begrafenis véél meer kost dan een japon! Da's waar. Doch 't is een uitgave voor éénmaal.... De nurks. Kijk ereis wat een prachtig cadeau vader me stuurt, riep het vrouwtje opgetogen. Ik wist nooit dat vader zulke kostbare geschenken zou geven. Dat wist ik allang, merkte haar nurks van een man op, van het oogenblik af aan dat ie me jou tot vrouw heeft gegeven, is het me duidelijk geworden. Onbillijk. Wat. zei de oude 'tante tot de jonge nicht, wat weten jullie moderne meisjes van huis houding. Je kunt zelfs geen naald behoorlijk gebruiken. Wacht maar ereis. tante, je zult ereis zien, hoe uitstekend ik een naald in de gramofoon kan zetten. Dai zou onvoorzichtig zijn. Zoo. Jaantje, wil je zoo gauw gaan trouwen, kun je de bruiloft niet uitstellen totdat ik een nieuw meisje heb ? Eerlijk gezegd, liever niet, mevrouw. Ik ken m'n jongen nog niet goed genoeg om dat te durven wagen. Grootere zekerheid. Geloof je. dat iemand me honderd gulden op m'n eerlijk gezicht zou leenen ? Nou, als ik je een raad mag geven, zet dan voor alle zekerheiü je gouden bril op, wanneer je het gaat probeeren.
4
HET HONDJE
2e was al een lijdje in slilte verloofd, Mathilde, de leuüe blondine,. Met Bobbie, die eerstejaars adelborst was, In Willemsoord bij de Marine. Getrouw zond hij wekelijks lettres d'amoux. Gericht aan zijn „Dierbare Tilly 1" (Die brieven ontving zij dan via den broer Van haar boezemvriendinnetje Willie). En altijd, wanneer er zoo'n brief was gekomen, Dan kon zij zoo zaligjes 's nachts liggen droomen. Ze hield dan vaak heele gesprekken met Bob . . . Alleen — wat fataal was — ze droomde hardop. Op zekeren ochtend — 't was bij het ontbijt — Gebeurde het, dat ze „de strop" hadl Toen zusje verklapte, dat Tilly vannacht 't Steeds in haar slaap over „Bob" had 1 Wel eenigszins voorbereid op het geVal, Zei — heel naïf — kleurende Tilly: Dat zij dan bepaald had gedroomd van den hond Van haar boezemvriendinnetje Willie I Gelukkig, dat pa het geval stug negeerde, Omdat hij in 't ochtendblad koersen studeerde. Mama keek haar dochtertje eventjes aan ... Maar daarmee was 't zaakje dan ook van de baan. Toen, eens op een middag, het heele gezin Gezelllgies aan het diner zat. Zei zus met een joligen snuit, dat ze straks ZOo'n gek telefonisch gesprek had I Er was een meneer aan het toestel geweest. Die meende te spreken met Tilly En in dat idee een bericht overbracht Van . . . jeweetwel . , . Het hondje van Willie.Hij zei, dat het beest van de week niet kon schrijven, Omdat 't van zijn baas in zijn mandje moet blijven l Het dier ziet wat rood en zijn hoofd doet wat pijn ; De veearts vermoedt dat het mazelen zijn 1 DIRK DE BOER. &4^<SG^<&4tt<S4tt<SS><3&^<3*Stt<&4b&<&&l£)(&<&&(i
Z'n doel bereikt Ik heb altijd wel gedacht, dat ik nog ereis met een auto zou rijden....
Brandschade. Zoo, lieve schat, wat ben je daar aan het schrijven ? Een vraag om schadevergoeding aan de assurantie. Wat is er dan verbrand ? Een half dozijn koekjes, die ik vanmiddag heb willen bakken.
Uit ervaring. Vader. Ja Jan. Wat beteekent ,,betere helft". In den regel negentiende bij je uitgaven en niets wat be treft je inkomen. Een „levendig" boek. Juffrouw in de leesbiblio theek: Is dit een spannend boek ? , Bediende: Ik geloof wel. Er komen twee moorden in voor.... Juffrouw: Prachtig. Ik houw van boeken met echt leven d'r in .... De hinderpaal. Beklaagde, je beweert datje bereid was de kwestie met getuigen onderling te regelen buiten de rechtbank om. Waar om heb je dat niet gedaan ? Och, Edelachtbare, net toen ik hem bij z'n kraag had, kwam de politieagent tusschenbeiden. De onwillige patiënt. Uw man lijkt me niet zoo goed, mevrouw Smit. Hij houdt het voorgeschrevenc dieet toch wei ? Dat is het juist, dokter. Ik kan hem er niet toe krijgen. Hij beweert dat hij «iet van plan is op korten termijn te verhongeren, alleen om een paar jaren langer te leven. Critiek. Ze zaten samen in den schemer. De kamer was alleen verlicht door de pianolamp. Zij was een schattig meisje, die heel slecht piano speelde. Hij was heel muzikaal. En, zij had een erg moeilijk stuk gespeeld. Mijnheer van Herren, ze zeg gen dat u zoo dol is op goede muziek .... Dat hindert heelemaal niet. juffrouw de Bruin, speelt u gerust maar door....
De kunstkenner Zfker een oud schilderij? Man, hoe kom je erbij. Ik heb 't gisteren pas gekocht.
Het ongeluk. — En hoe is het ten slotte met Baks afgeloopen na zijn auto-ongeluk ? — Erg! — Dood? — Neen, hij is getrouwd met de verpleegster, die hem in het ziekenhuis heeft opgepast.
O ©
^
Marionetten, Maskers, en Schimmen Het scherm, waarop de beelden geprojecteerd, of waar zij vóórgeschoven werden, was met een zuurstofapparaat verlicht, dat door een prima vakman bediend werd, welke daarbij, met de grootst mogelijke bekwaamheid en zorg, de zeventig draden te hanteeren had, waarmede Riviere's gekleurde glazen verschoven werden." Van de vele schimmenspelen uit dien tijd zijn wel het meest beroemd geworden „La Tentation de Saint Antoine" en „La Marche ä l'Etoile". beide van Rivière zelf. Aan dit laatste, ook in boekvorm verschenen spel, ontleende ik het mooie stemmingsgroepje dat u op afbeelding 2 ziet. In Holland werd het schimmenspel geintroduceerd. door den betrekkelijk jonggestorven „schimmen-schuiver" — gelijk hij zichzelf noemde — Ko Doncker, één van de merkwaardigste en fijnzinnigste figuren van een vorige kunstenaarsgeneratie. Ko Doncker bedacht zijn in beeld te brengen verhalen zelf, sneed zijn schimmen zelf, dichtte en declameerde bij de vertooningen ook de vaak zéér geestige toelichtingen zelf. Zijn eerste voorstellingen gaf hij in zijn atelier te Haarlem, waar tegen hooge entreeprijzen een zéér select publiek zijn vertooningen volgde, terwijl hij later het geheele land doortrok met zijn spelen, waarvan zijn „Liefde door alle tijden" wel het meest populair geworden is. Niet zóó bekend, doch heusch niet minder voortreffelijk was zijn „Vaderlandsche geschiedenis" Het laatst trad hij op in een cabaretprogramma, dat Pisuisse ter gelegenheid van de Jaarbeurs 191 7 te Utrecht georganiseerd had. Heel kort daarna maakte een plotselinge dood een einde aan zijn werkzaam leven. Na Doncker leverde Nederland aan schimmenspelers nog op: Hans Beers,,Legende van Erik ende Godelieve" en „Heer Halewyn" — Jan Ponstyn — paedagogische spelen voor kinderen — Dr. J. R. B. de Roos — „De bruiloft van Aladin" en „Vivat Amerika", Rodi Roeters, welke in samenwerking met Pisuisse voor een geneesheeren-congres „De geschiedenis der geneeskunde" vervaardigde, en tenslotte de, mijns inziens meest belangrijke, Pieter van Gelder, een jong, buitengewoon talentvol sierkunstenaar, in wien ik ook het zoeken naar nieuwer, en zuiverder uitdrukkingsmiddelen waardeer.
MooR MET
BESTE !
ROT LOOD lUTKfJM'Jt ZgHg£SZÜ«aa
LALO^.
k.
11
Schim van Pieter van Gelder voor zijn spel „Prikkebeen"
Alex de Haas Een teekening van Rodi Roeters
II. Maskers. In de grijze oudheid is het masker geboren. De meest primitieve en de meest gecultiveerde stammen kenden het. Wilden droegen het ter camouflage op de jaeht, chi neezen, japanners, grieken en andere volkeren, welke op een oude beschaving kunnen terugzien, gebruikten het om de tooneelspelers, welke in hunne theaters heroïeke figuren moesten voorstellen, het aanzien van „Uebermenschlichkeit" te geven. Ontstaan is het masker uil den intuïtieven drang van den mensch om zich bij tijd en wijle uit te leven in een andere gedaante dan die van zijn alledaagschheid. De één geeft alleen aan dezen drang toe, wanneer zijn medemenschen zulks toestaan of voorschrijven, zooals bijvoorbeeld bij carnavalsfeesten, de ander wordt zóó door de zucht om zich anders voor te doen dan hij is, overmeesterd, dat hij willoos gedreven wordt naar het land van den schoonen schijn, het tooneel, en het be roep van acteur kiest. Doch deze zucht kennen niet alleen wij, modernen; de ouden en oudsten hebben haar gekend, en ook zij, die nog in den oerstaat leven, kennen haarl Overal waar geleerden snuffelen, of waar onderzoekers onbekende gebieden betreden, stuiten zij op vermommingen, maskerades en toetakelingen van het men schelijke uiterlijk. In een braziliaansch reisverhaal beschrijven Spix en Martins een feestviering bij de juri's waarbij maskers gebruikt werden. Zij stelden afgrijselijkmonstrueuze koppen voor, en werden gedragen door naakte indianen. Deze maskers bestonden uit een soort muilkorven, welke bekleed waren met geprepareerde boomschors, — turire — overeenkomst vertoonende met de uit geklopte boomschors vervaardigde toeja-stoffen, welke men nog op Midden-Celebes aantreft. De grondkleur dezer maskers was wit. Enkele der feestvierenden waren geheel in zonderling beschilderde turiri-zakken gehuld, en droegen maskers, welke tapierkoppen voorstelden. Ze kropen op handen en voeten en stelden zich aan als wilde dieren. Bij de arrikera's— reisbeschrijvingen van prins Neuwied — was het de gewoonte, zich bij festiviteiten te verfraaien met het gewei en den scalp — waaraan de lange nekharen — van een bison, terwijl de
Een studie door Alex de Haas
aldus uitgedoste beeren ook met hun stemgeluid het gerochcl van dit lieflijk gedierte nabootsten. Ook in Nederlandsch-Indië, o.a. op Borneo, worden bij verschillende ceremoniën maskers gedragen, gelijk afbeelding I u zien doet. De grootste rol heeft het masker altijd op het tooneel gespeeld. De mooiste maskers zijn bewaard gebleven van de oudjapansche nó-spelen. Een sublieme collectie — welke voor mij de clou vormde van de haagsche tentoonstelling — bezit het Handelsmuseum te Amsterdam. Ook Java heeft prachtige maskers opgeleverd, terwijl daarentegen de maskers van de negers — welke o.a. Caroline Dudley in de, van haar recent optreden in de Champs-Elysées bekende, „Revue Nègre" liet zien — eerder merkwaardig dan mooi te noemen zijn. In het antieke theater bij de grieken traden bij de opvoering van tooncelstuk-, ken buiten de koren en de figuratie, drie, hoogstens vier tooneelspelers op. Kwamen in een stuk meer dan 4 personen voor, dan moesten de spelers duubleercn, d.w.z. meerdere rollen op zich nemen. Waar het natuurlijk zelfs voor de grootste tooneelspelers nog onmogelijk zou zijn, in één stuk een god of een held, en tegelijk een matrone, een maagd — vroeger werden de vrouwenrollen eveneens door mannen gecreëerd - of een knaap aannemelijk voor te stellen .nam men zijn toevlucht tof het masker. Het masker werd er echter óók gebruikt als hulpmiddel voor den acteur om zich verstaanbaar te maken. De toeschouwersruimte was namelijk in het antieke theater zóó onwijs groot, dat een normale menschelijke stem er met geen mogelijkheid overheen kon schreeuwen, reden waarom in de mondholte van het masker een schaltrechter werd aangebracht, gelijk de moderne ..conferenciers" — pardon! wat zei u? -- in de dancings gebruiken, teneinde met hun dansliederen boven het spektakel van de jazz en het roezemoezende publiek uit te klinken. Het grieksche masker was van linnen of van hout, en werd als een helm op het hoofd gezet. Streng onderscheidden zich de komische van de tragische maskers. De tragische maskers werden ernstig en schoon gehouden, en hadden vaak een smartelijke uitdrukking. (Wordt vervolgd.)
V
V BkSt 1 ^^^^- ^ JS^^
i
A
%
Masker West Borneo uit het museum te Leiden.
A
^^
VAN OVE.ß.A-L
ALL&5 WAI \l _ Parijs is bezig, om naas>t het gewone politiecorps, een hulp-corps op te richten, dat hoofdzakelijk voor nachtwachtdiensten zal worden gebruikt. De prefect van politie gelooft, dat hij de kosten voor deze manschappen zal kunnen terugvinden uit bijdragen van particulieren, die er prijs op stellen, dat hun woningen, winkels en magazijnen des nachts een bijzondere bewaking hebben.
Fair Compton, de mooie film-actrice, treedt in de engelsche film ,",The Whirlpool" op. Zij draagt in haar rol een heel aparte hoofdbedekking, die bij haar typische schoonheid buitengewoon goed past.
Tusschen Haifa en Bagdad Een autodienst brengt reizigers van Haifa in Pales-tina naar Bagdad. De reis is niet zonder romantische avonturen en voert door de Syrische woestijn. Meer dan eens moeten europeesche reizigers en arabieren helpen om het vehikel uit het zand te duwen. Kussens in allerlei vormen, zooals katten, hondjes, apen worden voor tuinmcu beien gemaakt en in Parijs, zoowel als in Londen, gaarne verkocht. De nieuwe mode voor dansschoentjes is satijn met futuristische teekeningen er op. Deze teekeningen worden zoowel op den geheelen schoen aangebracht als alleen op de hakken en hel riempje. De middeleeuwsche wijde mouwen, die tot ver over de hand vallen, kort om den arm sluiten en bijzonder elegant zijn voor een vrouw die ze weet te dragen, worden bij de moderne korte japonnen aangewend.
collectie wordt ondergebracht in eendaarvoor ingericht gebouw, gevestigd op den Boulevard des Capucines no. 25. Een amerikaansche geleerde heeft vastgesteld, dat de beste bestrijders der malaria de vleermuizen zijn. Deze zoogdieren vernietigen in groote massa de muskieten, welke door hun beet de gevreesde ziekte bevorderen. Met groote moeite is het hem gelukt kunstmatig aangelegde vleermuizen-kolonies te maken, welker woonplaats geconstrueerd werd in de buurt der stilstaande poelen, waar de muskiet zich zoo weelderig voortplant. Het resultaat is bij alle proefnemingen verrassend geweest. De grootste man van de wereld, de chinees Lin Yu-Chin, die een lengte heeft van 2.60 M., zal binnenkort z'n debuut voor de film maken. Vijfhonderd paarden en vijftig kameelen zullen naar Yuma (Arizona) ingescheept worden vanuit Los Angelos, teneinde daar mede te werken aan de film „Beau geste". Zij worden ondergebracht in een kamp, dat dertig mijlen ten zuidwesten van Yuma is gelegen. Uit Yuma zelf zullen 2 50 muilezels worden gerecruteerd. Ook zullen in het kamp 1600 personen verblijf houden, die zes weken zullen medewerken aan de opnamen van de buitenscènes van dit filmwerk, dat de geschiedenis bevat van het fransche yreemdelingenlegioen in de afrikaansche Sahara. Herbert Brenon heeft de regie in handen; de hoofdrollen woeden vervuld door Wallace Beery, Neil Hamilton en Norman Trevor. In de studio's van de Metro-film is op 't oogenblik een kunstzon in gebruik, die een lichtsterkte heeft van 325.000.000 kaarsen, een record in de filmbelichtingl Zooals men weet, heeft de fransche regeering een krachtige poging gedaan, om de corsikaansche rooverbenden, welke dit heerlijke eiland al sinds onheugelijke tijden onveilig maken, te bekampen en te verdrijven. Deze benden zijn een ware vloek. Zij zijn het, die de „vendetta" doen voortbestaan, den eindeloozen strijd tot het vervullen van de bloedschuld. Deze ven detta heeft allerlei gewoonten doen ontsitaan. Zoo kent men de kerkelijke optochten van gemaskerden en daardoor onkenbaar geworden boetedoeners, die zoo uitgedost voor de zielerust van een in de vendetta gevallene komen bidden. Den 2 5en Juli a.s. heeft er in Parijs onder leiding van de Federation musicale de France een groot nationaal en internationaal muziekconcours plaats.
CORRESPONDENTIE /. M. E., Amsterdam. Twee van de door u genoemde namen waren niet juist. De wedstrijd was alléén open voor de deelnemers aan den tocht. Breed gerande stroohoeden, die, evenals de klok-hoedjes, over het hoofd worden getrokken, zullen vati den zomer veel worden gezien. Mijnheer Cognacq, een bekend parijsch filantroop, heeft aan de Ville lumière een groote collectie artistieke meubelen en schilderijen vermaakt. Onder de verzameling zijn vele zeldzame stukken. De
A. /. W„ Kamperland. Uw klachten zijn werkelijk niet per correspondentie te beantwoorden. Onze geneeskundige medewerker schrijft ons, dat ge het beste doet om uw huisarts of een oogarts te raadplegen. /o /?. en Annie W., Almelo. Uw vragen hoop ik in het volgende no. uitvoerig te behandelen.
mmmmmmm^mm^mimtm^^
ONS SPORTHOEK JE Toch weer voetbal. De mensoh wikt.... het noodlot beschikt. Daar had ik me nu ernstig voorgenomen voorloopig eens niet over voetbal te praten en ziet, het resultaat van de promotie- en degradatiewedstrijden en de samenstelling van het Nederlandsch elftal tegen de Denen dwingen me nogmaals mijn kolom met een voetbalpraatje te vullen. Is 't niet merkwaardig, dat dit jaar alle vijf de nummers laatst uit de eerste klasse afdeelingen degradeeren? We hebben in het Westen de promotiewedstrijden nauwkeurig gevolgd en verheugen ons speciaal in het succes van V.U.C. Toch vinden we 't jammer, dat de promotie van V.U.C, noodwendig ten gevolge heeft de degradatie van Haarlem. Jammer, omdat deze degradatie is bewerkstelligd van achter de groene tafel en niet het resultaat is van een eerlijke kamp op het groene veld. Haarlem is de degradatiewedstrijden begonnen met een incompleet elftal en verloor op eigen terrein van V.U.C, met 4—2. Die wedstrijd kost den Haarlemmers het eersteklasseschap. Dat Haarlem niet zwakker, ja sterker Is dan V.U.C., bewees de wedstrijd op het V.U.Cterrein, waar Haarlem overtuigend en allerminst geflatteerd won. De wedstrijdC.V.V.-V.U.C, moest nu de beslissing brengen en heeft die niet gebracht. De beslissing is gevallen op Vrijdag 21 Mei in hotel Terminus te Den Haag. Daar heeft de protestcommissie van den N.V.B, drie uur lang voor de weinig benijdenswaardige taak gezeten te moeten beslissen over het wel en wee van een oude club als Haarlem. Zij heeft ten slotte Haarlem moeten degradeeren, omdat de betrokken arbiter,Mr. E.G. van Bisselick, volhield de spelregels verkeerd te hebben toegepast. En al leek het dan vreemd, dat een oude vos als van Bisselick, zich een moment zou hebben laten intimideeren door een onhebbelijk optreden van den C.V.V. doelman, toen de jjbiter op zijn stuk bleef staan en verklaarde een overtreding in het strafschopgebied niet te hebben gestraft, kon de protestcommissie niet anders meer doen, dan het protest toewijzen. Voor beide clubs, Haarlem en V.U.C, breekt nu een moeilijke tijd aan. Beide vereenigingen kenmerken zich echter door energiek optreden. We zijn dan ook voor beiden niet bevreesd. V.U.C, handhaaft zich wel, zij 't na eenige moeilijke seizoenen en de populaire roodbroeken begroeten we wellicht het volgend seizoen al weer als tweede klas kampioen. Dat zijn ze aan hun oudstrijders als Jan v. d. Berg, Gerth v. Wijk, Stol, Jan Haak, Utermark, Bijleveld en zoovele andere verplicht. Play op Haarlem I , — Na de geduchte nederlaag tegen de Belgen is de N.E.C, wederom aan het passen en meten gegaan. Na eenige oefen- en proefwedstrijden is het haar gelukt werkelijk een flink elftal samen te stellen, dat den Denen heel wat meer tegenstand zal bieden, als de Belgen ondervonden hebben. Gezien de oefenwedstrijd tegen de Middlesex Wanderers is de zoo lang gezochte spil ook nu niet gevonden. Andernissen is nog lang geen de Korver. Ook v. d. Bergen leek ons niet geheel safe. Zou men van Tilburg niet nog eens een kansje geven ? De backs zijn dezelfde gebleven en vooral het feit, dat Denis toch meegaat, is een groote stap in den goede richting. Van Nus is voorts een aanwinst, een speler met veel aanleg en beslist beter dan Sandberg. In de voorhoede is het' medespelen van Buitenweg eene verbetering van 100 ü/0. Schitterend, zooals hij tegen de Engelsche combinatie het spel verdeelde. De Denen hebben zich geducht voorbereid. Niet minder dan 5 oefenwedstrijden zijn gespeeld o.a. tegen Derby County, Havix, Swansea en Aston Villa, alvorens zij den strijd tegen het Oranjeteam aanbinden. Mochten wij ons 13 Juni tegen de Denen rehabiliteeren van de geleden nederlagen tegen de Duitschers en Belgen, dan zal, eind goed, al goed, het voetbal-seizoen een bevredigenden afloop hebben. VETERAAN
HET SPORTMOMENT VAN
DE WEEK
ENSCHEDE VOETBALKAMPIOEN VAN NEDERLAND Onze eerste foto toont hoe enthousiast de enschedeesche supporters waren. Stuwe omhelst de keeper van Enschede. De tweede foto geeft een intressante speikiek. Alles en allen zijn hierop in actie.
De roelwedstrllden op den Bljn te Alfen De charmante Lagadames-junioreploefl, die het nummer stijlrosien won. Het nummer achtriems-senioren Laga en Njord
ju»
vv -..•
*' *
^
' *
EXCELSIOR KORP5ALKAMPIOEN Een aardige kiek uit den wedstrijd te Hilversum.
1mê De draverllen te Woudensteln bii Rotterdam Seledar eerste in de 2e heat om den Hoek-van-Holland prijs.
DE OPVOERING VAN DE DON JUAN DOOR DE WAGNER VEREENIGING
a\?W^\të{ Mr W** ■1^ "^^'^
TI'
i^Br^K
• wil -.1'^ ^ ■ W ff ' ii^^MMifc'iSB^ '
Te Amsterdam werd in den Stadsschouwburg een opvoering van de'Don Juan gegeven. Links, de solisten v.l.n.r.: E. List, Lohfing, G. Schütiendorf, en B. Sterneck. Rechts: een opname van de eerste acte. Op den voorgrond rechts Donna Anna (F. Leider), en links Donna Elvira (E. Ohns).
,
I
g
I
HET MEISJE UIT
HET SLOP
Toen Dr. buiding, de jonge medicus, die xich zoo zeer voor tociale kweitiei iDtcreasccrt. 'i avoads de woning van zijn vriend verliet, besloot hit namr huis te wandelen. Het gesprek had een onderwerp geraakt, dat hem zeer na aan het hart lag. Onderweg redt hij een meisje dat zich wilde ver* drinken. Hij neemt baar mee naar huis en verpleegt haar. Zijn huisjuffrouw, een typisch stijve oude dame, is niet erg ingenomen met de nieuwe logte en begrijpt de bedoeling van den jongen dokter niet. Burding belooft het meisje dat hij haar niet naar haar ouders zal terug zenden indien zij hem helpt door ijverig te leeren. Een vriend van Burding. ]ohnny Stevenson, komt hem bezoeken en Dr. Burding vertelt van zijn plannen. Hierdoor komt ook Burdiags moeder op de hoogte en leest hem da les. Juffrouw Border, de huishoudster, zegt haar betrekking op. Alleen thuis zijnde, krijgt Blaic bezoek van Maud Harlington, die haar tracht te bewegen het huis van Dr, Burding te verlaten en bij haar in betrekking te komen Na eenigc aarzeling zegt ze toe, te zullen komen, AU zij op 't punt staat gekleed en wel te vertrekken, komt Dr. Burding thuis, welke haar de reden van haar vertrek vraagt. Zij zegt niet als proef te willen dienen. Doch Burding weet alles in orde te brengen zoodat Elsle, dol gelukkig, blijft en zich dapper aan huishouding ca studie wijdt. Zij schiet heel goed op. En als Johnny Stevenson, Dr, Burdiags jonge vriend, haar onverwachts bezoekt, vindt hij haar druk bezig in de keuken. Ook mevr. Stevenson komt op bezoek. Zij wil Elsie leeren kennen en vreest, dat zij een indringster is. Doch spoedig leert zij het meisje waardecren en biedt zij Dr. Burding aan hem bij de opvoeding te helpen. Mevrouw Stevenson en haar dochters helpen Elsie nieuwe kleercn koopeo. met «Und zijn zij het over de kleur eens. Elsic wil kleurrijke dingen, de andere dames meer sobere uitvoering. Ala de nieuwe kleercn komen wil Elsie deze direct aan Dr. Burding tooaea, doch deze toont er heel weinig belangstelling voor. Dit is een diepe ontgoocheling voor bet meisje. Johnny maakt Burding hierover een standje. De dokter gaat daardoor inzien, dat hij het meisje meer vrijheid moet geven en stelt mevr. Stevenson voor haar mee naar buiten te nemen. Elsie gelooft echter, dat hij dit alleen doet om aan de menschen te toonen hoezeer zijn „proef" is geslaagd. Op het feest van mevrouw Stevenson blijkt, dat niettegenstaande de ^vooringenomenheid van het gezelschap, Elsic iedereen voor zich inneemt. Al wandelend ontdekt zij Maud en Burding vertrouwelijk bij elkaar. Dit wekt haar jaloezie op. zij wist nu dat zij Burding lief had. johnny maakt haar bet hof. Weer thuis gekomen wordt Elsic verrast met een speciaal voor haar ingericht boudoir. Burding twijfelt met het oog op Johnny's plannen of zij nog lang bij hem zal blijven. Elsie gelooft dat Maud haar plaats zal innemen. Elsie maakt met Dick Laurens een autotocht waarover Johnny zijn misnoegen te kennen geeft, en van welke gelegenheid hij gebruik maakt haar zijn liefde te verklaren, waaraan Elsic niet kan beantwoorden, daar zij Burding den voorraag geeft, Johnny mijdt B«rdings huis. Op een avond dat Elsle met Burding was uitgegaan ontmoetten zü in een restaurant Johnny in gezelschap van lichte vrouwen en sterk onder invloed van den wijn. Elsic besluit Johnny op zijn slecht gedrag te wijzen, waartoe zij weldra gelegenheid vindt in den tuin bij de Stevensons. Johnny is diep getroffen en belooft beterschap, hij hervat zijn bezoeken bij Burding en vertelt een werkkring te hebben gevonden. Op zekeren morgen leest Elsic in de courant van een ongeluk hare ouders overkomen. Genegen te helpen en niet wetend hoe. gaat zij naar mevrouw Stevenson, die haar raad geeft.
Den volgenden dag ging Elsie met Burding naar het ziekenhuis, waar haar moeder was opgenomen. Haar hart klopte hevig en bevend trad zij de kamer binnen, die de zuster haar gewezen' had. Daar lag op het bed haar moeder! Het meisje staarde naar de ruwe trekken op het gezicht der vrouw, wier hoofd bijna geheel in verband lag. Haar oogen waren gesloten, toch was de uitdrukking op het gelaat weerzinwekkend. Elsie rilde van afschuw! O, was dat alles toch slechts een booze droom; maar helaas; het was werkelijkheid; dit walgelijk wezen was haar moeder! Twee jaar geleden had zij haar moeder en haar andere kennissen als een heei gewone zaak aanvaard, had zich zelfs één van hen gevoeld. Ware het niet door Dr. Burding Bij die gedachte schrok zij op. Zij had het recht niet, haar moeder te veroordeelen, want, zonder de goedheid van den dokter, was zij evenzoo geworden. Ze stapte resoluut naar het bed en zag nu ,dat de zieke haar oogen geopend had en haar verwonderd aanzag. „Kom is hier", zei de vrouw^ ik ken je gezicht en as 't niet was voor die kleere, zou ik zwere —" Ze sprong op: „Kom hier, zeg ik, laat ik je is goed anzien". Ze strekte een bevende hand naar haar uit. „Still stil!" zei Elsie, nu nader tredend. Haar weerzin overwinnend, sloeg zij haar arm om; de zieke vrouw en legde haar weer goed op het kussen. „Nu kan
je me zien, zonder je zelf zoo op te winden!" „Lieve hemel, as dat niet Elsie is," riep de vrouw, als door den bliksem getroffen, „Je ben 't; is 't niet?" „Ja, moeder". „Wat 'n fijne dame ben je geworde en wat spreek ie deftig. En waar ben je al die tijd gewees ? Waar heb ie 'm opgepikt ?" „Opgepikt, wie ?" vroeg Elsie verwonderd. Toen zij echter ■ de listige uitdrukking op haar moeder's gezicht zag, begreep zij wat haar moeder bedoelde. Zij ging rillend een weinig op zij, terwijl haar moeder opnieuw vroeg: „Is 't ie goe
Cor Buys in ..De waarheids-knobbel" In het Centraal-theater te Amsterdam wordt „De Waarneidsknobbel'1, een vroolijke engelsche klucht, gespeeld, waarin Cor Ruys gelegenheid krijgt zijn komische talenten on veie manieren te demonstreeren. Een loto van Cor Ruys gekleed als „De dikke dame uit ae autobus".
Elsie stond stijf van schrik. De zieke keek haar een oogenblik aan en sprak toen verachtelijk: „Nou kan ik ook plezier make, as ik uit het ziekehuis kom; jij blijft waar je ben en stuur mij maar de cente. Je hoef niet eens te zegge, dat je je lang verlöre moeder terug gevonde heb. Hé ?" „O!" begon Elsie. „Ik" maar ver der kwam zij niet. Ze keerde zich om en zag haar voogd op den drempel staan. Plotseling kwam het vaste voornemen in haar op, al kostte het haar ook nog zooveel, Burding te verlaten; hoe kon zij hem onder de oogen komen, na de vreeselijke dingen, die haar moeder gezegd had ? Ze deed een wanhopige poging om te vertrekken, maar haar beenen schenen den dienst te weigeren. Toen voelde zij een sterken arm om haar heen en half ondersteund en half gedragen, bereikte zij de wachtende auto. De frissche lucht kalmeerde haar en na eenige oogenblikken keek zij vluchtig naar Burding, die haar in den auto gevolgd was. Toen zij zoo teruggetrokken naast hem zat, legde hij zijn sterke, koele hand over haar bevende, wanne handjes en liet ze daar gedurende den geheelen terugrit. Het was Elsie onmogelijk, nu te spreken en Burding begreep, dat zij tijd moest hebben, om van haar bezoek te bekomen.
Maar het feit alléén, zijn rustige persoonlijkheid naast haar te weten, had een wonderlijke uitwerking op Elsie. Zij wilde dat zij zoo tot het eind van de wereld met hem zou kunnen gaan. Toen zij hun huis bereikt hadden, deed Burding al het mogelijke, om 't haar gemakkelijk te maken. Hij ontdeed haar van hoed en mantel en bracht haar naar zijn studeerkamer, waar een heerlijk vuurtje brandde. Het zag er zoo gezellig, zoo eciht huiselijk uit en Elsie zonk zuchtend in. een sitoel. Als ze dit alles had moeten opgeven, zou het haar hart gebroken hebben. Burding nam een stoel tegenover haar en wachtte geduldig. Na een lange stilte vroeg hij: „Zou je me kunnen vertellen, wat er gebeurd is ? Mogelijk kan ik je dan helpen." „O nee," zei Elsie terugschrikkend. Burding keek haar verbaasd aan. „Het spijt me; ik wilde niet onbescheiden zijn, maar ik dacht...." „Ik gevoel me bezoedeld, onrein, ik ben niet geschikt hier met u te praten," snikte Elsie. Plotseling ging Burding een licht op. Hij, met zijn vele kennis en ervaring, begreep, welke veronderstelling juffrouw Browning geopperd had. Het speet hem erg voor het meisje, dat daar zoo verdrietig over hem was gezeten. „Kom kind," sprak hij rustig, „wat er ook gebeurd is, kan jou niet bezoedelen, je behoeft je daarvoor niet te schamen. Vertel me eens; heb je besloten, wat de beste manier is om haar te helpen?" „Ja," antwoordde Elsie, die door zijn vriendelijke woorden weer geheel opgebeurd was. „Zij verlangt alleen geld; mij heeft ze niet noodig. Wat had ik moeten beginnen als dat wèl het geval geweest was ?" „Dus ook voor mij is er reden, mij te verheugen in het feit, dat ik mijn zorgzaam huishoudstertje nog niet behoef te missen," zei Burding". „Het is niet zoo moeilijk geweest als ik dacht," sprak Elsie. „Ik denk niet, dat ik alles hier zoo gemakkelijk had kunnen opgeven." „Je zoudt het gekund hebben en zeker ook gedaan, als het noodig was geweest." Elsie schudde haar hoofd. „U heeft een te hooge opinie over mij. Ik ben lang zoo goed en edel niet als u." HOOFDSTUK XIV. Een weinig angstig en nieuwsgierig sloeg Burding Elsie den volgenden dag biji haar werk gade. Hij zag, dat zij den vorigen nacht weinig geslapen had en wachtte nu op haar besluit. Hij kende haar karakter voldoende, om te begrijpen, dat zij, nu zij weer opnieuw met de werkelijkheid van het leven kennis gemaakt had, met zonder meer tot haar vroeger rustig geluk zou kunnen terugkeeren. ' Eindelijk werd zijn geduld beloond. Toen zijn dagtaak volbracht was en hij in een wetenschappelijk boek verdiept, bij het vuur zat, werden mevrouw Stevenson en Johnny aangediend. Met een kreet van blijdschap sprong Elsie op. „Hoe heerlijk, dat u gekomen zijit!" „Ik was veel te verlangend, om te vernemen, hoe het je gisteren bij het bezoek aan je moeder gegaan is." „O, gelukkig goed. Ik behoef niet bij haar te komen; zij. schijnt dat net zoo min prettig te vinden als ik." „Den hemel zij) dank!" riep Johnny verheugd. (Wordt vervolgd.)
»ssassMnssasasssssassassas
sssssssiasssssssassssssssssiisiisiasssssassussssis
:
;
;
sissaassssa——a«a»«iissssss«ssssissasssssisisss
sa
aaaaasasssssssssssaa
1 .~?~^ A'RTSA'R DOOR Mr. P. A. 5. VAN LIMBURG BROUWER sssisssassusiasssssssssaassassssasssssiassssssssssssisssa
tllllllSHTITtTTT
*
Op 't laatst der 16de eeuw trok Siddba Rama, door den eerwaarde Koelloeka en 2 dienaren vergezeld door het Himalayagebergte ten einde keizer Akbar belangrijk« brieven te brengen. Zij komen bij den kluizenaar Gaurapada. die hen hartelijk ontvangt. Bij het afscheid belooft Siddha Rama zich tot Gourapada te wenden als er in zijn leven moeilijkheden mochten voorkomen. Op den verderen tocht deelt Koellaka ana Siddha in 't geheim mede dat de kluizenaar niemand minder is dan de vroegere koning van zijn land Nandlgoepta. Na een stevigco rit bereiken zij de' woonplaats van Siddha's oom. Salhana. alwaar eerstgenocmSe zijn verloofde Iravati begroet. Salhana waarschuwt Siddha te waken tegen de hecrschzuchtlge plannen van den grootcn Akbar waarin een gevaar ligt voor zijn eigen land. Zij worden gestoord door de komst van den priester Gorakh, de Yogi een invloedrijk man aan wlcn Siddha wordt voorgesteld. Salhana verwijdert zich met den priester, terwijl Siddha naar een nabijgelegen vijver snelt, waar hij Iravati ontdekt had, Aan hun samenzijn wordt een eind gemaakt door een verzoek van Salhana, aan Siddha. om met hem en Koelloeka het avoadmaal te gebruiken. Iravati gaat naar hare vertrekken. Den volgenden morgen wordt de reis voortgezet en de keizerstad bereikt, alwaar de reeds door Koelloeka gehuurde woning wordt betrokken.
De weg naar het paleis des Ministers was niet lang; en daar aangekomen en de voorhoven doorgegaan zijnde, werden de beide bezoekers op de vermelding hunner namen terstond naar een der binnenvertrekken geleid om daar den Vizier af te wachten. Ook stelde deze hun geduld niet lang op de proef. Weldra werd een der gordijnen, die het vertrek van de overige scheidden, ter zijde geschoven, en Aboel Fazl trad binnen. Hij was een eenigszins gezet man van middelbare lengte en omstreeks een goede vijftig jaar, in een wel eenvoudig, maar toch kostbaar gewaad van gele, gebloemde zijde gekleed. — 't Verheugt mij, u zoo spoedig hier te zien, — sprak hij na de gewone groeten, die van de zijde van Koelloeka en Siddha zeer eerbiedig waren; — onze jonge vriend betoont zich daarmede, dank zij waarschijnlijk ook uwe aansporing, wijze Koelloeka! niet langzaam in 's Keizers dienst. — 't Ware voorzeker ook een slecht begin, — merkte de aangesprokene op, — indien hij een oogenblik langer dan noodig was had gedraald om de eervolle betrekking te komen aanvaarden, die uwe gunst en die des Keizers hem hebben toegedacht. — Geen gunst! mijn vriend! — hernam Aboel Fazl — geen gunst, maar verstandig beleid, zoo hoop ik. Wij achten hier geenszins nuttig alle betrekkingen steeds in handen te geven van onze eigene grooten, en stellen 't ook op prijs als 's lands oorspronkelijke edelen zich wijden aan onzen dienst. Ook weet gij dat onze Radjpoet's ongaarne hun aanvoerders uit anderen dan van hun eigen stammen zien gekozen. En wat eindelijk kon mij aangenamer zijn dan den zoon van een vriend, en van wien ik ook niet dan goede getuigenissen vernam, tot eene betrekking te roepen die zijn vader gewenscht voor hem acht ? — Veroorloof mij niettemin, edele Heer! — sprak nu Siddha toen de Minister zweeg — het mij toegezegde als eene gunst te blijven beschou-wen en Uwe Excellentie daarvoor mijn dank en dien van mijn vader te betuigen! Ik wil hopen dat ik mij haar niet gansch onwaardig zal maken. — Blijf trouw vóór alles —zei Aboel Fazl ernstig; — 't is een voorschrift dat u thans overbodig schijnt; maar als ge wat langer hier zijt geweest, zult gij aldra bemerken dat het dit in 't geheel niet is in een omgeving, waar verraad menigmaal van alle kanten loert en zich ook de besten nog wel eens tot ontrouw lieteti verleiden. Morgen inmiddels zal uw opperbevelhebber u de noodige instructiën geven voor den dienst. Ook zal hij voorzeker niet nalaten u te waarschuwen, wat voorzichtig met uw
Een herinnering aan de oorlogsjaren Te Maastricht werd op het terrein bij de voormalige Pieterspoorl, het gedenkteeken voor de, in de oorlogsjaren in ons land overleden, fransche vluchtelingen plechtig onthuld.
Radjpoet's te zijn. Want, gij weet het, velen hunner, al bekleeden zij geen bepaalden militairen rang, zijn edelen als gij, en willen dus niet zoo geheel behandeld worden als gewone soldaten. Voor 't oogenblik zult gij, naar ik onderstel, wel eens wat meer van de residentie willen zien dan gij tot nog toe er van gewaar zijt geworden. Ik wil u dus niet langer terughouden. — Doch wacht nog even, — sprak de Minister, toen Siddha zich gereed maakte te vertrekken, — een 'geleider zal u niet onwelkom zijn, en ik meen u een geschikten te kunn«n aanwijzen. — Daarop in de handen klappend, vroeg hij den spoedig verschenen dienaar: — Is mijn neef Parviz hier? — Ik zag hem zooeven nog in den hof gaan, — antwoordde de dienaar. — Zeg, dat ik hem hier wensch te zien! Weinige oogenblikken later verscheen een jonkman van ongeveer Siddha's leeftijd, rijk gekleed en met juweelen en paarlen gesierd en van een bevallig en innemend, schoon ook in weerwil van zijn fijnen zwarten knevel ietwat vrouwelijk voorkomen. — Parviz! — zeide Aboel Fazl, — zie hier de beide beeren uit Ka^mir, van wie ik u de komst gemeld heb. Den edelen Siddha zult gij hoop ik al spoedig uwvriend mogen noemen. Thans wilt gij hem allicht wel tot gids strekken in onze stad, die hij voor 't eerst bezoekt. — Gaarne, oom! — antwoordde Parviz, terwijl hij Siddha beleefd en vnendelijk tevens groette, — 't zal mij niet minder genoegen zijn dan eer. — Zoo gaat dan! — hernam de Minister. — Koelloeka zal misschien nog wel enkele oogenblikken hier willen vertoeven om met mij sommige belangen van Kacmir te bespreken. Doch, mijne beeren! — zeide hij nog m 't bijzonder tot Siddha en den Bramaan, — vergeet vooral niet nog heden mijn broeder Fein een bezoek te brengen! Hij zou 't u erg kwalijk nemen, als gij 't uitsteldet tot morgen, al werd mij de voorrang ook gaarne door hem gegund. — Kom! — zei Parviz, toen zij buiten waren, — 't is gelukkig nog zoo heel warm niet, en we konden dus wel eens dadelijk het eerste gaan zien waar een bezoeker
I
van Agra wel vóór alles heengaat, het palcis van den Keizer. Ten minste als de wandeling u met te zwaar is na uw morgenrit. — Och! — antwoordde Siddha, spoedig gemeenzaam met zijn nieuwen vriend, — om de warmte geef ik in den regel al even weinig als om de kou; wij zijn er in onze bergen wel aan gewend. En ook niet om een weinig moeite. Maar ongaarne zou ik u last veroorzaken om mij iets te laten zien wat gij zelf natuurlijk al lang kent. — Nu, — hernam Parviz wat spotachtig, — zoo'n ijzervreter ben ik wel met als gij, die daar uit de hooge bergen en wilde bosschen komt; maar een wandelingetje kan ik toch nog wel maken en al kreeg ik 't nu ook wat warm, uw gezelschap zal mij de mogelijke vermoeienis wel doen vergeten. Zoo al pratend kwamen de beide wandelaars al spoedig aan de groote, breede. straat, die een der hoofdtoegangen vormde tot de voorhoven der vorstelijke paleizen. — Gij begrijpt wel, — zeide Parviz, — dat we dat alles wat daarbinnen is nu niet in eens zien kunnen, ook al waren we nog zoo bestand tegen vermoeienis; wij zouden er toch den tijd niet voor hebben. Doch laten we nu dan voorloopig eens het een en ander er van bekijken, dan kunt gij u tenminste eenig begrip vormen van het geheel. Gaandeweg zult gij er later wel meer van zien. En een der galerijen binnentredend deed Parviz zich en zijn metgezel aan een wachter kennen, die hun terstond een geleider medegat naar de vo9r bezoekers van hun rang toegankelijke binnengebouwen. En nu ging het door lange reeksen van grootere en kleinere vertrekken, het eene al rijker en fraaier gestoffeerd dan het andere, alle opgetrokken in den luchtigen en bevalligen Moorschen bouwtrant, en waarvan er verscheidene een bekoorlijk uitzicht leverden op de uitgestrekte tuinen met hunne f rissche fonteinen en hun pracht van bloomen en gewassen van allerlei soort. Hier marmeren wanden, ingelegd met sierlijke bloemen van keurig mozaïkwerk; daar spiegels van alle kanten en fijne haast onzichtbare fonteinen, wier dunne stofregen een heerlijke koelte verspreidde; allerwege goudlakensche of zijden, met goud- of z'ilverdraad gestikte gordijnen en voorhangsels van den aard der overige versierselen wisselende kleur, en zware tapijten en zachte zijden kussens, waarop in die omgeving zich ujt te strekken op zich zelf reeds een genot mocht zijn geweest. — Daar ginds, aan den anderen vleugel, — zei Parviz weder, — zou men u nog veel meer fraais kunnen toonen, maar daar kunnen wij natuurlijk niet binnen komen: 't zijn de vrouwenvertrekken. Ik heb eens een kijkje gehad in een paar daarvan, toen ze pas waren afgewerkt en nog niet bewoond werden; ja, wat daar met al aan ten koste moet zijn gelegd! Maar ik schenk u de beschrijving; gij hebt al genoeg te kijken en dus zeker ook weinig lust om nog meer aan te hooren. Is, — vroeg hij den ge leider, — de groote audiëntiehal open ? — Neen, Heer! — antwoordde de ander, — voor 't oogenblik met; maar over een paar dagen.... — Nu, 't maakt ook niet uit, — hernam Parviz. — Binnenkort, — vervolgde
i^^^^^^
hij tot Siddha, zal er wel openbare audiëntie goede honderd olifanten zijn er onder zijn en dan kunnen wij er heengaan. En anderen stellig wel hier; hoeveel er elders van de vertrekken die de keizer zelf be- nog voor den Keizer worden gehouden weet woont, zult gij later misschien wel meer ik met met zekerheid; naar men 2egt moet gewaar worden. Laat ons voor 't ©ogen- hij er nog heei wat bezitten en een evenblik nog wat bijzaken gaan opnemen, die redig aantal kameelen en paarden en jachthet zien toch ook nog wel waard mogen luipaarden. heeten. — Maar, — vroeg Siddha, — wat heeit Tot dusverre had Siddha gemeend, toch één man, al is hij ook Shah Akbar, nu ook nog wel begrip van paleizen te hebben; toch eigenlijk aan zooveel overdaad in nu echter begon hij tot de overtuiging te alles ? komen, dat hij er eigenlijk nog noodt een — Hij voor zich zelf niet veel, — was het gezien had. Niet weinig vooral verbaasde antwoord, — en misschien minder nog dan hem de uitgebreidheid van die stallen, die gij wel meenen zoudt. Geboren in een wilvan boven en uit de verte beschouwd, zich dernis, toen zijn vader als balling rondals heel ten atzonderlijk dorp vertoonden zwiert, en opgevoed in een legerkamp, te midden van de parken waarbinnen ze hecht hij volstrekt niet aan al die inderdaad waren opgericht. overmatige weelde, en zou ongetwijfeld — Wat menigte van edele dieren daar met o.neindig minder tevreden zijn; maar niet zijn moet, — merkte hij op. hij 'is overtuigd en, naar ik geloof, volko— Ja, — antwoordde Parviz, — een men terecht, dat een vorst als hij, in Jeze
MET ONZE JONGENS OP STAP „Het museum Kam te Nijmegen moet wel iets heel bijzonders zijn," zei Bob op zekeren morgen tot neef Piet. ,,Hoezoo ?" „Wel, daar zijn dingen te zien die men in andere museums tevergeefs zoekt." „Hoezoo ?" „Wist je dät nog niet ? De meeste dingen zijn van vóór onze jaartelling." „Dan moeten we er'n& heen 1" We vroegen den weg — en hadden dien gauw gevonden. Van het bekende Hunerpark, waar we een prachtig gezicht hadden op de Betuwe, gingen we naar den Bergendalschen weg en vlak vóór het Canisiuscollege — een zeer groot gebouw — stapten we, links, een straat in, waar we het gebouw, door zijn niet-alledaagsche bouworde, al zeer spoedig zagen. We betaalden ieder een dubbeltje — 's Maandags kost het een kwartje, zou zagen we tenminste op een bord staan — en werden toegelaten. „Wat een potten en kannen," zei Bob, toen we in de groote binnenruimte stonden. „Ja," zei de opzichter, die zoo welwillend was ons rond te leiden; „dat zijn meest urnen, waar de asch in bewaard is geweest vän de dooden. Zooals u misschien zal weten, werden in den romeinschen tijd en vóór dien de lichamen der afgestorvenen verbrand; welnu, de asch werd bewaard in die urnen fn mot de sieraden, geldstukken, enz., aan den schoot der aarde toevertrouwd." „Waar zijn die urnen gevonden?" vroeg Bob. „Wel, wel, jij wil ook alles weten!" riep Piet, die gereed stond een kannetje uit te teekenon en nu eenigszins werd gestoord. „Daar is ze voor hier", zei de opzichter. „De meeste urnen en hetgeen er bij hoort, zooals gouden en zilveren oorringen, vingerringen, geldstukken, haar-
■^^^
landen en onder al die volken en gropten waarover hij heerscht, een indrukwekkende praal niet minder van noode heeft dan een sterk leger en ervaren staatslieden. Wij allen Perzen, Mongolen, Arabieren en Hindoe's, gijlieden zoo goed als wij, zijn nu eenmaal gewoon daartegen op te zien en te meer ontzag voor den monarch te hebben, naar hij meer uiterlijk vertoon maakt. Maar nul — vervolgde Parviz na een jDogenblik stilzwijgen, — 't wordt nu waarlijk onze tijd om naar huis te gaan; de zon begint al te branden en ik wil u ook wel bekennen dat ik wat vermoeid ben. — Zoo laat ons den terugtocht aannemen! — antwoordde Siddha, — en ik dank u inmiddels van harte voor uw vriendelijk geleide. Gij hebt mij hier al haast den weg geleerd. (Wordt vervolgd.)
nauwd kreeg. Daar, voor de stad, zijn heel wat slagen geleverd tusschen de bataafsche en romeinsche eskaders. Tenslotte bleven de romeinen dt baas en hielden de stad blijvend bezet. Die bezetting bracht mee een groot aantal dienaren, kooplieden, slaven, enz. en deze menschen hadden weer hun vrouwen en kinderen. Zoo kwam langs de rivier een zeer groote nederzetting, die huizen en villa's lieten bouwen en de zeden en gewoonten van die dagen invoerden, kortom, het werd een romeinsche stad. U begrijpt dus, dat op de plaats, waar vroeger zoo'n strijd werd gevoerd, ook het een en ander werd gevonden. Het eigenaardigste is, dat verscheidene artikelen zoo goed bewaard zijn Museum Kam te Nijmegen gebleven. Kijk 'ns aan!" En hij liet ons eenige vingerringen zien van pronkrijke romeinsche schoonen met steenspelden, lampen, enz. zijn ge- den is maar even een halve tjes van de edelste soort; ook vonden in het Hunerpark en meter lang. sierspelden en broches met moomgeving. De heer Kam heeft Van het „groote" gingen we zaïek ingelegd, zóó mooi en ze veelal zelf opgegraven, na- naar het „kleine", n.1. de afdeefijn bewerkt, als men heden tuurlij-k met eenige helpers, ling goudon en zilveren munten. ten dage maar wenschen zou. want dat zou voor hem alleen Daar waren er uit het consuBob verlustigde zich in al dat te bezwaarlijk zijn geweest." laire tijdperk (pl.m. 200 jaar „Heeft u óók helpen graven ?" voor Chr.), verder van Nero, kleine gedoe en kon zich niet begrijpen, dat de menschen vroeg Bob. Tiberius, Agrippa, enz., enz. vóór tweeduizend jaren derge,,Alweer een vraag," zei Piet. Toen ging het tochtje op„Mot vragen wordt men wijs," waarts: een breede, granieten lijk werk konden maken. Neef Piet had veel oog voor zei de opzichter. „Ja, ik heb trap, bracht ons naar de galeook helpen graven en nogal rijen, waar we eerst aantroffen de voorwerpen uit het steenlang: twintig jaar. Dat ging het bronzen borstbeeld van den tijdperk. „Een bijl van steen, die nogal met moeilijkheden ge- stichter van het museum, mr. scherp is," zei-die, „daar moet paard, want alles moest zeer G. M. Kam. In de kasten en heel wat tijd voor zijn geweest, voorzichtig worden uitgegraven vitrines waren te zien, goed gedie te slijpen!" en schoongemaakt, om breken rangschikt, de duizenden voort„Daar zou jij geen geduld te voorkomen." brengselen der romeinsche We waren inmiddels in den kunsttnijverheid, benevens voor- voor hebben gehad," zei Bob. Wij dankten den opzichter kelder gekomen, d.i. dat gewerpen uit het steentijdperk voor zijn toelichtingen, stapten deelte, dat lager ligt dan de (vermoedelijk 3000 jaar voor naar buiten en togen weer naar vloer van het hoofdgebouw. Chr.). Daar lagen de „groote vond„O, wat een massa aardige het Hunerpark, waar we een plaatsje zochten — en vonden sten": koelvaten, watervaten, lampjes!" riep Bob in vervoe— onder het lommer van een dakpannen van pl.m. 45 c.M., ring uit, toen ze misschien wel zwaarden van 2 M., sleutels, een vijfhonderdtal in den meest heerlijken zomcreik, om tedrooumkisten van steen, enz., enz. verschillenden vorm kon aan- men van het oude Noviomagum, Het meest trok de aandacht de schouwen. „En allemaal uit den haar romeinsche bevolking en kunstschatten ... overblijfselen van een mam- grond gehaald ?" Op eens werden we gestoord mouth, een dier, dat vermoe„Op de plaats, waar nu de delijk duizenden jaren vóór electrische centrale en de tram- door het brommen van een ónze jaartelling heeft geleefd; remise staat," vertelde de op- vliegmachien, die boven ons dat een der tanden heeft een ge- zichter, „was vroeger een groote kringde; Toen begrepen we, 0 wicht van 20 K.G. •— volgens haven. De romeinsche vloot we in Nijmegen zaten, A . D°. 1926. den opzichter — en een klein vond daar haar toevlucht, als ze gedeelte van een der slagtan- het op het groote water te beTHEOPHILE-MALUSSE.
^"
^^
Verkeerd begrepen
ONS DIERENHOEKJE
door P. MONTOOMEKY Verteld voor de jonge lezeressen en lexers van ons blad BarOD Evtrwd verloor Jong iljn vrouw, dit htm twet |oag(ni ndltt. Humphrey, een wilduog. en Alfred, ces iwakkcr vestje. HUB truuchc kioderjuSrouw heet Virginle. De baron te lid v*s het Perlemest es dssrom dikwijli van hui« Hi) moet dut de opvoeding van de kiaderes wel us dt vreemde vrouw overlates, die dt knaap)«« stet begrtjpt. Vooral Humphrey la ces vreemde natuur. Uiterlijk ongevoelig es altijd voor kattenkwaad te visden, il dit knaapje au fond een xecr gevoelig kind die z's lieve, te vroeg gettorves moeder, heel erg mitt. Alfred 1« een xwak kereltje, naar lichaam en naar karakter. Hl) wordt door lijn ouder broertje heclemaal beh«r«cht. Zoo heeft hij ticb laten mectroonen op etn ultitapjc waarvan de jongen« op den terugweg verdwaald raken. Alfred ia door dit avontuur ilek geworden en heeft weer longostiteking. Humphrey wil zijn broertje wat radljije« brengen en wordt door Virginle erg beknord. Weet hij dan slet hoe vrtetelijkziek Alfred wal. Virgisle heeft geen idee hoe diep zij het Innerlijk zoo gevoelige kisd heeft gekwetil. Hij hield tooveel van tijs broertje es ees gevoel van aaamlooie verlatenheid kwam over Humphry. Doch toodra it Alfred niet heriteld of Humphry l|kt weer de ..oude.' Humphrey krijgt een duchtig Mandje van zijn vader, Den volgenden dag neemt de baron zijn zoontje« mee naar een oogetfeeit. Aangezien hij naar de «tad terug moet. laat hij hen op 't veld achter en zegt hun op Virginle te moeten wachten. Humphry tracht z'n broertje over.te halen om naar dan koelen vijver te gaan, om daar een overhangesden tak te beklimmen, hetgeen de baron hun ttreng verboden heeft. Ees tljdlasg amuaeeres zich de kiaderes met het vreemde lpt1 es Is deze aparte omgtvlsg. Zij merken slet hoe het weer vtrandtrd en nu hebbes ilj het ongeluk van des tak Is het water te vallen. Baron Bverard wordt telegrafitck geroepen. Hij vraett natuurlijk dat Alfred weer ziek zal worden. Over Humphrey 1« hij heclemaal niet osgtrutt Uien kan een ntt pak niet achaden dacht hij, doch at« hij thuUkomt. ervaart de vader het ergate. Alfred la ongedeerd gebleven, doch Humphrey It zwaar gewond, de art« heeft om twee der btkwaamttt doktoren getelegrafeerd. Aan het bed van zijn wildzang begrijpt de baros «rat wat -de aard van xijn oudtics zoontje wat, AU Humphrey weer tot bewuttzija komt it z'n eertta gedachte bij Alfred, daarna «preekt hij pa« over zich zelf en vraagt of hij erg ziek 1« en •preekt van het oogttfetat, Alfred vraagt wanneer Humphrey komt tpelea. en alt hij den volgenden morgen Is de ziekenkamer wordt toegelaten zegt hij dat Humprey niet ziek mag zijn. Alfred had In verband met Humphrey't nekte het woord boltcuz gehoord es vraagt dezes de beteekcslt hiervan. Humphrey vraagt den baron of hij werkelijk belteuz tt, es deze It niet bij machte het antwoord te geven. Het kind valt in onmacht. Bijgekomen vencbaft een blik op zijn moeder't portret hem beruttlng, hij verlangt te tterven om met zijn moeder verecnlgd te worden, en verlangd niet door een dokter beter gemaakt te werden. Bi| het onderzoek biedt Humphrey geen verderen tegtnttand; en de doktoren verklaren den baron dat het kind moet tterven. Velerlei overwegingen verostruttco des baron, na deze mededeeliog. en dl gedachte van een beter leven hiemamaala kan hem «lecht« ten deel« trootien. De volgende dagen wat Humphry telden bij kennte.
De wereld van het kind is zoo geheimzinnig. Alles is zoo wondervol en verborgen, dat de omienlijke en eeuwige dingen temauwemood onibegrijipelijker zijn dan de zichtbare en tijdelijke. Waar alles vreemd is, is 't een evert vreemd als 't ander. Hoe vele onbegrijpelijke dingen gebeuren dagelijks rondom hem, b.v. het geheimzinnige van geboren worden en sterven, en toch, hoé spoedig is hij, er aan gewoon? Slechts enkele dagen, en het schijnt of het nieuwe broertje of zusje altijd heeft bestaan; en wordt eeni verlies niet in huis geleden of in zijne onmiddellijke nabijheid, dan vraagt hij er zelden verder naar, als hij den schok der eenste mededeeling heeft doorstaan, maar vergenoegt zich al het gebeurde in deze gedachte samen te vatten: „Mama schreide gisteren en wijt krijgen allen zwarte kleederen aan." Hij gelooft en neemt alles
En wat zeg je van ons beiden. Ik met me witte huid ben een echte engelsche buldog en mijn makker is een boxer.
EEN EN ANDER OVER AARDBEVINGEN EN DE SEISMOGRAFISCHE TOESTELLEN Het zal den meesten lezers wel bekend zijn, dat dieren zeer gevoelig zijn voor een opkomst zijnde aardbeving. Bij de eerste zwakke schokken uiten zij reeds hun onrust en hun angst, lang voordat de menschen het gevaar, dat hen bedreigt, vermoeden. Deze eigenschap der dieren is natuurlijk niet voldoende voor de hedendaagsche wetenschap, om te kunnen constateeren, dat ergens op den aardbol een aardbeving te verwachten is. Men heeft dan ook een andere oplossing gevonden. Sinds een kwart eeuw zijn er toestellen geconstrueerd, welke vrij nauwkeurig de op komst zijnde ramp aanwijzen, Zoo'n toestel is geplaatst op een ondergrond van groote cementblokken, waardoor de bijkomende, niet te vermijden trillingen, die o.a. door het passeeren van zware voertuigen ontstaan, geen invloed op hef toestel kunnen uitoefenen. De lange metalen verticale stang, die contact heeft met deze zware lundeering, draagt aan den top een horizontale • naald met zeer fijne punt. Wanneer nu door de stang ook de naald in beweging komt, brengt deze op haar beurt op een strook papier, welke met een speciaal geprepareerde stof bedekt is, allerlei krassen en strepen te voorschijn. De kenner, die deze strook afleest, aarzelt niet in het stellen van zijn diagnose en ziet of een aardbeving van grooten omvang ergens op onze planeet in aantocht is.
Alle scismografen van Prankrijk en van Europa gaven bij groote rampen dezelfde afdrukken en daar de voornaamste observatoria voortdurend met elkaar in verbinding staan, weet men fluks in geheel Europa, dat er een ramp heeft plaats Sedert enkele jaren is men, ' door verbetering in de toestellen, in staat aan te geven op welk gedeelte van den aardbol de schok woedt, welke door de seismografen wordt aangegeven. Het zijn zeer gecompliceerde berekeningen, waardoor men met juistheid te weten kan komen, op hoeveel kilometer afstand en in welke richting het centrum van de stoornissen gelegen is. Natuurlijk zal de juistheid, wat den afstand betreft, nog wel kleine verschillen van meerdere honderden mijlen moeten toelaten. Met zekerheid kan men echter weten, of de getroffen streek zich bevindt in het oosten ot ruiden van Europa of in het midden van Azië. Nog even willen we bij deze beschouwing het werk van een hongaarsch geleerde vermelden, die beweert de aardbevingen te kunnen voorspellen uit de bewegingen van zekere gevoelige planten, waarvan de stengels en de bladeren bepaalde neigingen zouden vertoonen als een hevige schok op handen is. Ook een beroemd hindoesch geleerde, dr. Bose, bekend om zijn uitvindingen op het gebied der telegrafie zonder draad, schrijft aan de planten een ziel en zelfs bijna dierlijke eigenschappen toe.
voor waarheid aan wat hem wordt verteld, en redeneert niet en vraagt nimmer bewijzen. Hij gelooft zijne ouders onvoorwaardelijk — en waarom, ook niet — hebben zij ndet altijd gelijk gehad ? Daar hij niet kan begrijpen, moet hij vertroüiwen, en bij een onvoorwaardelijk geloof en eene levendige verbeelding, zijm alle dingen mogelijk! Het kan zijn, dat gedachten als deze in het hart van baron Everard omgingen, als hij aan de sponde van dit kind zat, dat van het begin tot het einde door hem niet was begrepen. Op zekeren dag schrikte Humphrey als uit een droom wakkier en zeide op ängstigen toon: „Hebt gij. niet beloofd, dat zij mij niet weder gezond zouden maken?" ,,Ja, lieveling." „Een oogenblik dacht ik — of droomde ik — dat ik weder geaond werd — en — het was —." „Het was?" herhaalde baron Everard, vneezende dat in het hart van het kind zich een verlangen deed gevoelen om te biijiven leven, en dat deze wensch hem ten laatste toch te machtig zou worden. „Het was zoo verschrikkelijk!" zeide hij huiverend. Vreemd! dat wij onderhevig zijn aan zulk eene plotselinge verandering van gevoel. Deze zelfde woorden, die het hart des vaders rust gaven, deden zijn gevoel pijnlijk aan, en vóór hij het zelf wist, had hij op bijna verwijtenden toon gezegd: „Verschrikkelijk Humphrey! om Ibij mij te blijven ?" „Je vergeet vader — je vergeet wat ik zou zijn." „Maar ik zou je zoo gelukkig gemaakt hebben als ik maar kon, mijne kleine Humphrey", barstte de baron uit. „Je zoudt nooit —." Hij hield op, want in de oogen van het kind lag eene uitdrukking van afgetrokkenheid, en hij staarde strak op het portret. De |baron meende, dat hij niet geluisterd had; maar na eenige oogenblikken sprak hij weder. „Ik dacht juist, dat het mij niet zooveel had kunnen schelen, als moeder nog maar leefde. Ik kon dan in hare armen liggen zooals vroeger (naar het portret wijzende) — maar nu —" „Nu zou je in mijn armen kunnen liggen, mijn kind." „In uwe armen, vader? Je neemt Alfred altijd in uiwe armen, maar mij nooit." „Ik dacht altijd, dat je er niets om gaf, Humphrey." „O, dat deed ik dikwijl®, maar ik wist dat u meer van hem hield!" „Stil! Stil! Wanneer heb je er naar verlangd ?" „Wel, niet 200 heel dikwijils, vader — somtijds maar — langen tijd geleden." (Wordt vervolgd.)
——^—■^^^-^^—
WAT DE DOKTER ZEGT Colitis. Een lezer doet mij het ver zoek eens het een en ander ^pede te declen over de ziekte „colitis" en ik kan daaraan zonder bezwaar voldoen. Onder colitis verstaan we in het algemeen: ontsteking van den dikken darm (colon = dikke darm) en onder dezen naam vatten we daardoor een groot aantal verschillende ziektetoestanden sa men, want er zijn ontstekingachtige aandoeningen van den dikken darm van verschillenden aard en beteekenis'. Ter herinnering dien ik nog even te vermelden, dat de dikke darm het laatste deel van den weg vormt, die het voedsel op zijn reis- door het spijsverteringskanaal doorloopt. De be langrijkste omzettingen van het voedsel geschieden niet hier, maar in den dunnen darm. Daar worden de voedende bestand deelen uit het voedsel weggehaald en de rest, de onvcrtecr bare sloffen gaan verder, en komen in den dikken darm. De darminhoud wordt hier o.a. ingedikt, totdat de rest ten slotte als ontlasting het lichaam verlaat. Natuurlijk gebeuren er in den, dikken darm nog wel andere\dingen. maar die doen hier nu minder ter zake. De ontstekingstoestanden van den dikken darm nu kunnen we b.v. verdeden in acute en chronische. Van acuut spreken we, wanneer een ziekte vrij plotseling begint en (meestal) binnen niet al te langen tijd ook eindigt. Zoo'n acute dikke darmontsteking uit zdch door 't vrij plotseling beginnen van krampen in den buik en het optreden van diarrhea, dunne ontlasting, die vaak een groot aantal malen per dag verschijnt. Vaak is deze ziekte een deel van de z.g. acute maagdarmontsteking, die de meeste menschen uit ondervinding wel kennen en waarbij immers vrij plotseling misselijkheid, braken, buikpijn en diarrhee optreden, gepaard met een vrij heftig gevoel van ziek zijn. Men weet ook, dat onder invloed van doelmatige behandeling beterschap als regel gauw komt. Die acute maagdarmontsteking kan door velerlei oorzaken ontstaan, o.a. eten van verkeerde stoffen, te veel eten, gebruiken van bedorven voedsel en ook door vergiften natuurlijk. In het laatste geval kan de zaak ook ernstige beteekenis krijgen. Van chronische colitis spreken we ab de ontsteking van den dikken darm een sleepend verloop heeft. Dan duurt de ziekte inderdaad vaak heel lang, wel jaren b.v. en is niet zelden zeer hardnekkig tegenover de behandeling. De verschijaiselen uiten zich natuurlijk alweer.
^im
VOOR DE LEZERESSEN
Een baanbreekster De vrouw heeft zoo geleidelijk in ons land zich overal weten te doen gelden. Wij hebben vrouwelijke kamerleden, vrouwelijke professoren doktoren, dokters, thans heeft ook de eerste vrouwelijke makelaarster haar intree gedaan. Mevr. M. E. Lagaai, wier oortret hier is gereoroduceerd, wera door de Rechtbank te Amsterdam, beëedigd als makelaar in onroerende qoederen. Mevr. Lagaay is oe eerste vrouwelijke makelaar in ons land
LAAT ADAM HELPEN Nafuurlijk vindt Adam hel nief prettig, wanneer zijn Eva gevaar loopt om te vallen. Haar eerste val heeft hem al ellende genoeg gebaard! In de huishouding is het onvermijdelijk, dat van tijd tol tijd een ladder wordt gebruikt. Wie geen dubbele trap ter beschikking heeft, moet een enkelvoudige ladder nemen, waarbij het gevaar voor slippen, en daardoor vallen, niet tot de onmogelijkheden behoort. Adam neemt nu een stuk rubber, b.v. een deel van een ouden fietsband en bedekt daarmee het ondergedeelte van de ladder. Zelfs wanneer deze op een gladden vloer gezet wordt, is het wegglijden daarvan zoo goed als onmogelijk geworden. Een rubberband aan het bovengedeelte van de ladder aangebracht, biedt hef voordeel, dat de muur door het scherpe hout niet zoo licht beschadigd wordt. Adam doel met dit „ladderwerk" dus goede diensten
^^^^^™ vooral in de ontlasting, die onregelmatig is; vaak treden hardnekkige diarrhee-aanvallen op, terwijl de ontlasting slijm, etter en ook bloed kan bevatten. Dat gaat dan gepaard met een meer of minder hevigen toesitand van algemeen ziek zijn; vooral komen, zooals begrijpelijk is, meer of minder hevige buikpijnen voor. Zeer duidelijk is altijd de invloed van het voedsel. Sommige dingen wekken steeds klachten en verergering vanden toestand op; ander soort voedsel wordt beter verdragen en doet de klachten geheel of althans gedeeltelijk verdwijnen. Welk voedsel dit is, hangt van het bepaalde geval af en is in het algemeen niet te zeggen. Grove groenten b.v. worden altijd heel slecht verdragen, maar er zijn ook dergelijke patiënten, die melk" heel slecht kunnen hebben, wat voor anderen weer heel nuttig kan zijn. Dat moet dus in elk geval afzonderlijk worden uitgemaakt. De oorzaken kunnen zeer verschillend zijoi. Soms zitten er bijzondere aandoeningen achter als' tuberculose, dysenterie b.v. Soms kan men het voortdurend gebruiken van ondoelmatig voedsel, aanwijzen, maar in andere gevallen vindt men niets bijzonders en moet een bijzondere gevoeligheid van den dikken darm worden aangenomen, ook voor normaal voedsel. De beteekenis is dus zeer verschillend; het kan ernstig zijn, zelfs op den duur fataal (als er bijzondere oorzaken achter zitten) en ook betrekkelijk onschuldig. Maar alle gevallen eischen een nauwkeurige en voortdurende behandeling, die voor een groot deel natuurlijk bestaat in de regeling van het dieet. De zaak eischt van den patient altijd veel geduld en uithoudingsvermogen, want, zooals gezegd, meestal is de toestand zeer hardnekkig en dieetfouten plegen zich dadelijk op onaangename wijze door verergering te wreken. Men dient zich dus stipt aan de geneeskundige voorschriften te houden, al duurt het ook lang en is het dieet vaak lang niet aangenaam. Overigens verschilt de behandeling in de verschil lende gevallen te veel, dan dat ik daar verder op zou kunnen ingaan. H. L. S.
Dames, wilt ge een aardige bibliotheek bezitten? Geeft U ons dan abonné's op. Voor eiken abonné, dien gij ons aanbrengt, zenden wij U een mooi boek!
PPPBW^1
HET SCHOONHOUDEN VAN HANDSCHOENEN
Elke vrouw weet dat, onverschillig hoe fraai en modieus haar japon ook moge zijn, zij toch niet correct gekleed is, indien haar handschoenen niet elegant, vlekkeloos en goed passend zijn. Al de fijne handschoenen worden tegenwoordig van afwaschbaar materiaal vervaardigd hetgeen de duurzaamheid hiervan ten zeerste verhoogt. Laat U eens afwaschbare handschoenen toonen van peau de suède. Waschleder, wildieder en van verschillende soorten zijde en wol. Gebruik bij het wasschen van peau de suède en wildlederen handschoenen een lauw Lux sop en doe een weinig Lux in het spoelwater — dit houdt ze zacht en soepel.
^^^"
m^^m
Geneesktachfigje Huidzeep
FOÜRSTEPTANGO
De ideale xonerdans 1926
DANSINSTITDUT C HUNKERT Stadkoaderskadc 1S2 Amsterdam TeL 24232
—
-m
-
m mm QEMämmK P
De beroemde D.D.D. zeep heeft een verzachtende werking in alle gevallen van huidziekten. Deze zeep, tegelijk gebruikt met de D D.D. oplossing, geeft verlichting aan lijders van exzeom, ringworm, zeere plekken, jeukende uitslag of eenige andere vorm van huidziekte.
HET ..BUREAU-PISUISSE" 2e Schuytstraa» 65 - Den Haag TeiefoM 3GG44
D.DD- '<*p Per stuk i f. ƒ.. D.D.D. Oplossing ia jf. mi« /. 0.7f m f. t SO bij alU apotk, em drog.
Befastxich «cl ket SAMENSTELLEN na Cabaret pr«yi —■■'» ea kei lyaaiaeei ea vaa Fi llla^aadUa, Coaccrlea, Drawiay rooflÉ-Eatertaiaaients.Setrée&aarticaiières
KiaJfi xai-alejlknea. etc etc.
Nooit werd een wagen met meer enthousiasme ontvangen. Nooit was het publiek zoo eenparig in lofuitingen. De verkoop in enkele weken is boven iedere verwachting vermenigvoudigd. Meer dan 100 voordeelen boven iedere wagen in zijn prijsklasse.
AJAX SIX CNASH BUILT5
1
iHIB I
Neem gerust een proef net
MONA LISA TOILETZEEP zij zal U in alle opzichten bevredigen en l) zult er de heilzame uitwerking van op Uw huid met voldoening constateeren. Zij is door haar fijne geur en schitterende kwaliteit
Torpedo. 5 plaatsen f 3575.— Sedan. 5 plaatsen, 4 deuren ... f 4200.—
DE ZEEP DER UPPER TEN.
w~|£E^AJ^Rlg|5
In het brandpunt der publieke belangstelling staat:
AJAX SIX /M
(NASH BUILT)
GEeR.OOBBELMAMM MIJMEGEfl
N. V. H. ENGLEBERT & Cos AUTO-HANDEL
_
Uw
Zenuwen korren krt
DEN HAAG
rush en worden ^esferW" door
Godfried de Groot >rmstellaan 64, Tel. 28474 /Fmsterdam Specialiteit in T^oderne en yTftistiebe foto's T\cn iie de vele reproduclies van ons verhin„?Jel,0?eefeblad"ClneroaaSheater
WELTEVREDEN
/HA.B0BBEI
Mijnhardrsi
Alléén eek mei" den Naam Mijnhardt op de Verpakking
isaa
V
TUTYI-FKÜTTII
00LTGENSPLAAT
\Zeiiuw-hableften; Glazen buisje
OPGERICHT
N.vZAADHANDEL ^a^tNZA/VDTEELT
Lercria« mmm landbouwer» e« tuinbezttlcrs Me« vr»ne prijscouraot Op bijna alle plaatsen reriesenwoorilied
Tutti-Frutti is Vruchtendrops in rollen. Tutti-Frutti is verfrisschend en fijn van smaak. Tutti-Frutti is een versnapering voor iedereen.
DE CAMERA
VraagtdaaromoveraleenTyTY^Peyfiril-rol
J
FABRIKANTEN: VEKA - ROTTERDAM
l
24 nummers per Jaar f 1.50 per kwartaal
Verkrijgbaar in 5 verschillende smaken
^ßtkvi geneest en ve^tftaaäck
ein het W.B.Theater te Rotterdam wordt een ' alleraardigste cowboy-sensatie-film vertoond in 5 acten, die tot titel draagt: „In een gevaarlijk Parket". Twee zeer geliefde artisten, de bekende cowboy acteur Harry Carey en de bekoorlijke Lilian Rich, vervullen de hoofdrollen in deze avontuurlijke geschiedenis, die zich afspeelt in donker San Francisco. Harry Carey heeft de rol van Pat Halahan, den sheriff van Boulder County, die op zekeren dag verrast wordt met een erfenis van ettelijke tonnen. Hij moet daarvoor naar San Francisco en het leven in die groote stad maakt een diepen indruk op hem. Door onervarenheid ziet hij zich gauw in moeilijke situaties gewikkeld, die hem de gramschap van Bradley, den chef der detectives, op den hals haalt. Op den vooravond van zijn vertrek breekt een jong meisje. Flora Day, in zijn hotelkamer in. Pat slaagt er evenwel in haar het verkeerde van haar daad onder het oeg te brengen en hij zal een broche, die zij gestolen heeft van een dame, terugbrengen. Pat vervult deze opdracht, maar bemerkt, dat de dame de vrouw is van Bradley, en deze betrapt hem in de slaapkamer van zijn echtgenoote. Pat ontkomt evenwel en bereikt zijn hotel. Flora zal met haar misdadig leven breken, wat Vlugge Mundy, het hoofd der
dievenbende, lang niet aangenaam is; hij wil zich wreken op haar verlamden vader. Juist komt Pat binnen, die zich voorstelt als de beruchte roever Chicago Kid. Deze verschijnt evenwel zelf ten tooneele en Mundy zweert zich nu ook op Pat te zullen wreken. Het misverstand tusschen Pat en Bradley wordt opgehelderd en als Pat door Mundy in een kelder wordt gesleurd, wordt hij door Bradley gered. Hij weet Flora uit de handen van Vlugge Mundy te redden, die er zelf het leven bij laat. Zij gaan samen naar Boulder County, waar zij een gelukkige toekomst tegemoet gaan.
'-
TERROT, JE
ET JANSEN GEBEURD?
»ET LACHEN
VAN MAX PAULÉ
MUZIEK VAN C. VAN RAAMSDONK
^S (&MdaM)ce,'Hwtbr.
r - iJ- J
Het cir.ca^liite«»»)« wsfki^^eJaa-M Mtj'H
^ £AtiC.
pssjp & y,o
i
^^
r
J
CJ
g
0* jm
CUfVL/.
s
É ^ i i r r ^'ifJ- J1 ij J'PJ r PIr
i j
^pelheeft'tpit.bliekweerdjen le..veif Mfj'n wedistwurhuÄfidooräe döti.ke..retia^it'tHu^ waartz^wkm^Jeslum we
z*n Zij"
i^j Ji r u
mm
3
■m
if
F'
V '
^^^ i2_ V
*»
•
V
jjCMnmeieen a«.de.ne «au Haar die ikzdoeer.lijkver.-. t»iptt'V^...^le Zj' wo^eet^mM al—Jé^Zij »a^ «ttótnHAiiat Tech *
P
JJJ
J3 j. J
ï
.cuur.
^ÏFT^ r'rr r i1 r^rr^ S
p, JJII,J
•
ïI
Jj1ir
15
"*M
jJ ^^
3SÖ
f
^■^^^^■^
—^^^^^^^^^^mmmmm^mmm—m^^^^^m^mimmB^
^
^=^
W
w
*U4C.
i
^:
-^
^
p
If
^
^P^
5:
i
p- ■
3
^^ t^ loch-en, la^li^en, Pienrctje«wetladi.e« Miä«t'ti^l«hje brood/ Bi
ttwet—ik iHi|titiu.iiefl weer.yM/..ekn.'Bieir..rdt jsitwAläxh.en
^ _
ää ^ fi
^
W^F
Het circus is uit en mijn werk is gedaan. Mijn spel heeft 't publiek weer doen leven. Mijn weg is naar huis, door die donkere nacht, 't Huis, waar 't zoo knusjes kon wezen. Zij is weggegaan, met een anderen man. Haar die ik zoo eerlijk vertrouwde. Zij was eens m'n alles, zij was eens m'n schat, Toch moet ik mijn tranen weerhouden. Pierrot, je moet lachen, lachen, lachen, Pierrot, je moet lachen.. .. Want 't is toch je brood.
Ze zat hier in 't circus en wel Haast dien man, Gekleed, fijn in dons en in zijde. Ze hoorde me nog met een cynische lach. Ze wist, dat ze mij zoo deed lijden. Maar lachen, dat moest ik, het is toch je brood. Je kunt van de liefde niet leven. Maar 't is of ik leef in een sombere roes, Komt lacht thans, Pierrot om 't even. Pierrot, je moet lachen, lachen, lachen, Pierrot, je moet lachen Al lach jij je dood. MAX PAULÉ
4
Tom Jansen belooft zijn meisje op den vooravond van zijn huwelijk het rechte pad te zullen bewandelen. Hij wordt echter dadelijk daarop door zijn vrienden uitgenoodigd deel te nemen aan een gokspelletje en de politie doet onverwachts een inval. Jansen en een dikke vriend bemachtigen een schuilplaats in het Turksche damesbad. Zij krijgen het al spoedig benauwd in het stoombad en trekken hun bovenkleeren uit. Het gelukt hun vrouwen kleeren in handen te krijgen en onder de oogen van de politie, die naar de spelers komt zoeken verlaten zij als dames de inrichting. Jansen krijgt dan kleeren van zijn dikken vriend, die hem niet bepaald om het lijf gegoten zitten. Dan komt een broer van den dikzak, die zijn ambtsgewaad reeds vooruit gezonden had. raad schaffen want Jansen neemt diens costuum. dat hem keurig zit. De vrouw van den vriend, die den broer nog nooit gezien heeft, houdt Jansen voor den geestelijke en verzoekt hem zijn eigen huwelijk in te zegenen. Een lastig probleem. Jansen s meisje, dal niets meer van den brulde-
gom hoort, zal maar met een anderen minnaar in het huwelijksbootje slappen en Jansen zal hel huwelijk inzegenen. Vlak voor hel beslissende oogenblik lilt hij even zijn bril op en het meisje herkent hem. Nu wil zij den ander niet trouwen. Van de algemeene verwarring gebruik makend, vlucht Tom in een voor de kerk staande aulo. waarmee juist de ware geestelijke arriveerde om den indringer Ie ontmaskeren. De geestelijke wordt in de auto meegevoerd en niettegenstaande zijn tegenspartelen moet hij het huwelijk van Tom en meisje inzegenen, want nu zij elkaar weer gevonden hebben, blijven zij elkaar trouw, Jansen is echter het gesprek van den dag geworden en eenige dagen lang begroeten de menschen elkaar met de woorden: „Wat is er met Jansen gebeurd? Tot ook deze avonturen in het vergeetboek raken en het jonge paar een gelukkig leven beschoren is. Een komische Universai-schlager met Reginald Denny en Marion Nixon in de hoofdrollen en die uitgebracht wordt door de Dutch American te Amsterdam.
J-.
■■
.' '-"■■.
. .I««»««««.,
'
"Tl
•
: 3R
IIf
f
M'il-;..
i
t
m
BM
iLé ■*%■.
l.
>
Foto Godfried de Groot
TÄCKIE CQOGAN <