1III
Transport en infrastructuur in de 21e eeuw Een analyse in het licht van een zich ontwikkelende maatschappij
Transport en infrastructuur in de21 e eeuw Een analyse in het licht van een zich ontwikkelende maatschappij
Colofon
Uitgegeven door:
Ministerie van Verkeer en Waterstaat Adviesdienst Verkeer en Vervoer Postbus 1031 3000 BA Rotterdam Informatie:
Aan dit essay hebben totaal 6 mensen meegewerkt van de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AW). Het gaat om de volgende personen: Frank Waaldijk: Studierichting: Huidige functie:
Lopende tekst Wiskunde Senior Adviseur bij de afdeling Analyse Mens en Maatschappij
Jitka IJsselstijn: Studierichting: Huidige functie:
Uitwerking verhaalvorm en vormgeving Industrieel Product Ontwerpen en Bedrijfskunde Adviseur bij de afdeling Analyse Mens en Maat schappij
Odile van Eijck: Studierichting: Huidige functie:
GIS-kaarten
Richard Savenije: Studierichting: Huidige functie:
Als zelfstandig ondernemer ingehuurd door de afdeling Basisgegvens Bijdrage Scheepvaart en ketenmobiliteit Werktuigbouwkunde Senior adviseur bij de afdeling Scheepvaart
Brainstormsessies aan het begin: Pieter Miltenburg: Bijdrage Verkeers-en mobiliteitsgedrag Studierichting: Psychologie Huidige functie: Senior adviseur bij de afdeling Analyse Mens en Maatschappij Jacorien Wouters: Studierichting: Huidige functie:
Bijdrage energie Technische Natuurkunde Projectmanager bij de afdeling Analyse Mens en Maatschappij
Opmaak: Remco van Lis (AW)
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
Inhoudsopgave
0 Aanpak van het essay 5
Uitgangspunten 5 Werkwijze en schrijfstijl 7 1 Probleemanalyse: mondiaal voorzien 8 Transport en infrastructuur: problemen nu en in de toekomst 8 Analyse: waarom meer transport? 11 2 Oplossingsrichtingen: duurzaam en slim 14 Algemeen 14 Aanpak in dit hoofdstuk 16 Oplossingsrichting 1: Verdeelpunten 18 Oplossingsrichting 2: Innovatief gebruik infrastructuur 25 3 Slotbeschouwing 29
Transport en infrastructuur in de 21" eeuw
De ochtend van 16 juli 2040 was Paul Smith vanaf luchthaven JFK vertrokken naar Nederland. Nu zat hij al weer een half uur in het vliegtuig en had zijn personal communicator maar weer eens te voorschijn gehaald. Hij besluit zijn dochter te bellen en komt tot de ontdekking dat haar pc uit staat. -Ze zal nog wel slapen-, denkt Paul en tikt met zijn screenpen op het scherm. Evenlater verschijnt er op zijn scherm een essay dat geschreven is in 1998. Het gaat over transport in de 21 e eeuw. » "
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
o
Aanpak van het essay
Uitgangspunten Bereikbaarheid in 2040 In dit essay wordt de blik gericht op het jaar 2040, middenin de 21 e eeuw. Deze tijdshorizon is ver genoeg om de essay-wedstrijd eer aan te doen, en toch nog zo dichtbij dat met enig realisme kan worden nagedacht over ontwikkelingen, problemen en oplossingsrichtingen. Hierbij is een inschatting van technische en maatschappelijke ontwikkelingen van belang. Wat betreft de technische ontwikkelingen stelt dit essay zich op het standpunt dat in ruim 40 jaar tijd een zeer vergaande ontwikkeling zal plaatsvinden, waarvan de meeste kiemen echter vandaag al bestaan. Dat een dergelijke ontwikkeling eerder conservatief is dan optimistisch wordt geïllustreerd door drie ontwikkelingen uit het recente verleden: kernenergie, vliegtuigen en computers. Kernenergie De tijdsspanne tussen de publicatie van de relativiteitstheorie van Einstein (1915) en de eerste atoombom (1945) bedroeg slechts 30 jaar. Voor 1915 was het bestaan van radioactieve straling wel al bekend, oftewel kernenergie was in principe in de kiem aanwezig. Vliegtuigen De tijdsspanne tussen het eerste succesvolle prototype van een vliegtuig (gebroeders Wright, 1905) en grootschalige toepassing bedroeg eveneens minder dan 40 jaar. Maar het gedachtengoed gaat minstens terug tot Leonardo da Vinci, en vliegtuigen waren dus al langer in de kiem aanwezig. Computers De tijdsspanne tussen de eerste Cray-computers uit de jaren '50 van deze eeuw en de wijdverspreide personal computer (en laptop) bedraagt opnieuw minder dan 40 jaar. Maar al in de 19e eeuw ontwierp Charles Babbage een computer, en werden theoretische grondslagen gecreëerd voor de moderne informatica.
Welcome aboard on your trip with Go Global®! We hope you are enjoying your current mode of transportation. If you wish to contact your trip host(ess) to obtain personally delivered information please tap your screenpen here. Otherwise tap for information regarding ynur next travel destination. Óf course you can switch to voice mode anytime you like, if you wish to relax and close your eyes. Please use your earphones when in voice mode so as not to disturb the other passengers. Thank you!
S*W
Within a few hours of boarding you will be able to see that marvel of European technology and cooperation called North Sea Island, which happens to be your current flight destination. If you would like to know more about your final travel destination, just tap here.
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
Trends Voor wat betreft de maatschappelijke ontwikkelingen doet dit essay een aantal aannamen, gebaseerd op trends die anno 1998 waarneembaar zijn. Deze trends kunnen zich al of niet doorzetten; daarvoor is geen kristallen bol beschikbaar. De ruimte ontbreekt hier om met verschillende scenario's te werken, in feite kiest het essay impliciet een bepaald soort scenario en probeert daarmee de ook voor andere scenario's meest belangrijke elementen boven water te krijgen. Het essay heeft nadrukkelijk niet de pretentie een nauwkeurige toekomstvoorspelling te zijn.
\H 3'
The EC-financed NSI is a joint initiative of the four North Sea countries Unifed Kingdom, France, Belgium, and the Netherlands, which joined forces and experience under EC supervision to build a mainport island in the North Sea. This island is large enough to accommodate at least all overflow air traffic to and from the above countries' main airports Heathrow, Charles de Gaulle, Zaventem and Schiphol. These airports now accommodate mostly true-destination and true-origin air traffic at a higher price. In this way the constant demand for larger airports has been checked. However one of the seven originally investigated and debated options is still open: to reroute practically all traffic to NSI and all but close existing airports. You can read more about this in the history.
Transport en infrastructuur in de 2 1 " eeuw
Werkwijze en schrijfstijl Het gaat hier om een essay: an analytic or interpretative literary composition usually dealing with its subject from a limited or personal point of view (Webster-Merriam). Er is gekozen voor een analytische benadering, op enkele plaatsen aangevuld en onderbroken door een verhaallijn. De analytische verhandeling kenmerkt zich door zeer verzorgd taalgebruik, de verhaallijn is iets losser van opzet en prettiger leesbaar. Gezien het feit dat team-work voorop staat is een al te persoonlijke benadering vermeden. Desalniettemin zijn de woorden interpretative, literary en limited sterk van toepassing. Probleemanalyse m.b.v. trends De opzet is eenvoudig: eerst vindt een brede, soms abstracte, probleemanalyse plaats. Deze analyse wordt aan de hand van gesignaleerde trends versterkt en verduidelijkt. Oplossingsrichtingen De probleemanalyse mondt uit in de vaststelling van twee hoofdproblemen. Naar aanleiding van deze hoofdproblemen worden twee abstracte oplossingsprincipes geformuleerd, die vervolgens uitkristalliseren in twee oplossingsrichtingen, vanuit een infrastructurele invalshoek. De beperking tot juist deze invalshoek komt voort uit de randvoorwaarden van de essaywedstrijd, en rechtvaardigt de titel Transport en infrastructuur in de 21e eeuw. Echter, de subtitel Een analyse in het licht van een zich vernieuwende maatschappij geeft aan dat bredere maatschappelijke verbanden expliciet zijn meegenomen. Uitwerking in verhaalvorm De infrastructurele oplossingsrichtingen laten zich voor de meesten van ons het beste beschrijven aan de hand van een persoonlijke beschrijving/beleving van een reiziger van de toekomst. Vandaar dat we kiezen voor een verhaalvorm als uitwerking van de oplossingsrichtingen, in de hoop dat daarmee de oplossingsrichtingen echt gaan leven. Slotbeschouwing In de slotbeschouwing ronden we het essay af, door in vogelvlucht de belangrijkste conclusies te presenteren.
The first such idea originated around the turn of the century in the Netherlands, where the capacity problems of the national airport, Schiphol, became so acute that various costly measures were considered. A national airport island in the North Sea was a serious option, extensively studied, but found to be too expensive. To be more precise, it was anticipated that such a Dutch island could not be economically viable since the main air-carriers did not consider the Netherlands (Schiphol) as an 'airport of necessity'. One of the main conclusions of the study (see [RWS-2003; a-c]) was therefore that such an island could attain economie viability only if the UK and/or France were to join in. The Netherlands, at that time not quite as effective in its EC diplomacy as today, decided to solve the Schiphol problem with a large variety of smaller-scale and less effective measures. This sub-optimal solution in turn served as an example to first Belgium and then the UK and France who faced similar problems less than a decade later, due to ever increasing air travel.
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
1
Probleemanalyse: mondiaal vooruitzien
Transport en infrastructuur: problemen nu en in de toekomst Huidige problemen In de 20e eeuw is het transport wereldwijd explosief toegenomen, en dit is niet verwonderlijk. De wereldbevolking nam eveneens explosief toe, de wetenschap en technologie hebben een quantumsprong gemaakt, en de economische activiteiten breidden zich uit in kwantiteit, kwaliteit en onderlinge verwevenheid tot een ongekende complexiteit. Men heeft geprobeerd de voor deze ontwikkeling van de mensheid benodigde transportactiviteiten (zowel personenvervoer als goederenvervoer, en informatietransport!) te faciliteren met behulp van nieuwe infrastructuur en nieuwe vervoersmiddelen. Echter, de wijze waarop dat tot nog toe is geschied heeft een aantal problemen met zich mee gebracht, die steeds nijpender worden nu de algemene groei van de mensheid en haar activiteiten doorzet. Wat zijn nu precies die problemen? Mobiliteit en transport De groeiende mobiliteit en het groeiende transport drukken steeds zwaarder op beschikbare ruimte en milieu. Desalniettemin is de huidige groei onvoldoende om aan de maatschappelijke vraag te voldoen. Een kwaliteitssprong naar een productie- en kennisintensievere samenleving is nodig, en hiervoor is een kwaliteitssprong nodig in het verkeer- en vervoerssysteem (gekoppeld aan informatietransport). Deze kwaliteitssprong speelt zich op meerdere niveau's af, waarvan snelheid er één is, en volume en betrouwbaarheid twee andere. Ook comfort speelt een belangrijke rol. Dit wat betreft het vervoerssyteem an sich. Leefomgeving Daarnaast komt ook de (leef)omgeving zeer sterk om de hoek kijken, juist omdat die omgeving steeds meer onder druk komt. Deze druk wordt alleen al veroorzaakt door de wereldwijde bevolkingsgroei en de daaraan verbonden secundaire effecten. Een kwaliteitssprong in het transportsysteem wat betreft inpassing/afstemming met de leefomgeving en het leefritme wordt tussen nu en 2040 imperatief, om verdere transportgroei acceptabel te maken. Immers, naast economische activiteiten is het voor volwassenen en kinderen belangrijk om te wonen, een sociaal leven te hebben en veilig en ontspannen te recreëren. Transport en infrastructuur kunnen deze waarden bedreigen.
However oppositional forces grew slowly but surely. Of course the main international aircarriers were still able to effectively manipulate isolated governments into attempts to expand airports and related facilities. But local and environmental resistance became increasingly costly in both time and money terms, since high compensation was demanded and usually conceded in the end. The added value of certain types of air transport/air travel (especially transfer) for the economy of the countries involved was often questioned, leading to long and seldom pleasant national discussion in all four countries (and o_th££S_). Finally the option of an island airport reemerged, but this time brought forward by the main aircarriers which in time had merged with other transport firms to become large transport multinationals. Clearly this added a lot of weight to the proposal. Strong diplomatic efforts and unabated lobbying from the transport multinationals resulted in a number of preliminary EC studies using the new generation of sophisticated GIS-based models. These led to the belief that an island airport could be a sustainable common solution. As a result, in 2018 the ££ Committee on NSI was installed, although the limits of its authority, jurisdiction, etc. were yet to be clearly defined. -..«
Transport en infrastructuur in de 21» eeuw
Natuuren milieu De natuur en het milieu staan voor veel mensen iets minder op de voorgrond dan de directe leefomgeving, maar ze zijn daarom niet minder belangrijk. Naast een van oudsher aanwezige menselijke liefde voor de natuur groeit ook in de economische hoek het besef dat we onderdeel uitmaken van een grote kringloop. Tast je vandaag het milieu aan, verwacht dan morgen al het resultaat dat je met dubbele moeite zult moeten proberen op te ruimen. Daarnaast is de natuur behalve een belangrijke waarde ook nog steeds de bron voor al onze economische activiteiten; wie wil vissen moet wel genoeg vis in leven laten. Transport en infrastructuur hebben vaak een negatieve impact op zowel natuur als milieu: Versnippering en verstoring van natuurgebieden; lucht- en watervervuiling; grondvervuiling door olie, banden, asfalt; broeikaseffect vanwege C0 2 -uitstoot; de lijst van schadelijke effecten is langer maar deze zijn het meest direct gerelateerd. Energie Tenslotte is er nog het algemene probleem van energietekort, met name wat betreft aardolie en aardgas. Het toenemend energieverbruik zal deze voorraden tussen nu en 2040 vrijwel volledig uitputten. Dit heeft verregaande consequenties voor de transporttechnologie, en de prijs die voor transport betaald moet worden. Alternatieve energiebronnen zullen door de schaarste van olie en aardgas wel beter kunnen concurreren, maar zij zijn niet op korte termijn in staat voldoende energie te leveren. Winning en transport van alternatieve energie zal de toekomstige agenda daarom meer domineren dan tot op heden. Toekomstige problemen Te verwachten valt dat de bovenstaande problemen in de toekomst zullen toenemen, ook al wordt er hard aan gewerkt om ze te beheersen. Om iets specifieker in te kunnen gaan op toekomstige ontwikkelingen, en deze te analyseren, kiezen we in dit essay de volgende aanpak. We beschrijven heel kort een aantal belangrijke trends en zetten die af tegen een aantal historische constanten. Trends zijn de ingeschatte ontwikkelingen voor de komende 40 jaar. Historische constanten zijn juist die aspecten van het verkeers- en vervoerssysteem die al eeuwen nauwelijks zijn veranderd. Er is weinig reden om aan te nemen dat deze aspecten zich in de komende 40 jaar ineens fundamenteel zullen wijzigen. Tot slot van dit hoofdstuk een beknopte analyse die van pas komt in het volgende hoofdstuk over oplossingsrichtingen.
•
It took another five years (2023) before the Committee was truly accepted, and given enough funding to start preparations for the most attractive option (option 5, an island off the coast of Ostend, Belgium). By that time almost all transport multinationals were heavily involved, as they are to this day. Small wonder then that the original idea of a common airport was broadened to the much more complex ambition of creating a multimodal mainport. It can now accommodate not only passengers but also oil and other bulk products, and all sorts of freight modalities. Experience gained on a smaller scale with joint financing served well for this complex undertaking, in which ultimately a classical solution was preferred and implemented. This solution in simplified form led to the following financing and legal construction.
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
Trends Sterke wereldwijde toename van: - (Lucht)mobiliteit en transport - Economische productiviteit - Bevolking - Ruimte -en milieudruk - ICT - Regionalisering en globalisering - Menselijke component in verkeers- en vervoerssystemen - Nieuwe vervoerssystemen - ...(onvoorzien) Historische constanten - Wet van Brever: 'Behoud van Reistijd en Verplaatsingen': door de eeuwen heen besteden mensen ruwweg 1,5 uur per dag en 10% van hun inkomen aan reizen. Wat dit voor gevolgen heeft wanneer in de toekomst transportsnelheden en/of welvaart toenemen laat zich raden. - Transportbehoefte is groter/'sneller' dan de infrastructuur toelaat: er waren al files in het oude Rome; de ontdekking van Amerika was een bijprodukt van de zoektocht naar een snellere vaarroute op Indië. - Moeizame besluitvorming. - De stand van de techniek loopt ver voor op de maatschappelijke implementatie - Groei van de organisatiegraad: de mensheid/samenleving wordt steeds groter en complexer, de benodigde organisatiegraad groeit navenant. - Menselijk gedrag: de mens vertoont grotendeels nog altijd hetzelfde gedrag als tienduizend jaar geleden (hoewel aangepast aan veranderde omstandigheden), zoals groepsgedrag, egoïstisch gedrag, gewoontegedrag, impulsief gedrag, agressie, liefde, emotioneel en rationeel gedrag. Dat het menselijk gedrag maar langzaam verandert is een mogelijke achterliggende verklaring voor de Wet van Brever hierboven.
«••%'^TL The EC paid for the construction of the NSI and now owns it; that is, NSI is common EC-" territory where special rules apply. Management of NSI is the responsibility of the NSI Board formed by the UK, Belgium, France and the Netherlands. Appropriate funds and decision-making authority are delegated to the Board, but important issues with an impact on the whole EC must be cleared through the NSI Committee which for this reason has been kept intact. Air carriers (as business units of the transport multinationals) initially lease the airport itself through a joint business venture. Other business units and private parties lease other facilities, such as the oil and bulk distribution pipeline system, the wind farm, the HSR (high speed rail) infrastructure and the short-sea terminals. Lease terms are such that the economie risks are more or less divided evenly between the EC and the private parties involved. In thirty years' time part of the EC investment (plus interest) must thus be returned (the part which is not returned represents the monetarised total direct and indirect social benefit to the EC and especially the four countries involved; based on extensive modelling and discussions). After this period leasing parties obtain the purchasing rights to the facilities on the island (but not
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
10
Analyse: waarom meer transport? Evolutie van de samenleving
De explosieve groei van het transport in de afgelopen eeuwen is te begrijpentegen de achtergrond van de evolutie van de mensheid en de samenleving. De vergelijking met de biologische evolutie van een biologisch organisme dringt zich hier op. Immers, de bevolking neemt toe (meer 'eencelligen') en daardoor groeit de verdichtingsgraad en de verbindingsgraad van de samenleving (een steeds complexere 'meercellige'). In de biologische evolutie zien we zo uiteindelijk de menselijke hersenen ontstaan waarin hersencellen van een bepaald type ieder op zich direct fysiek verbonden zijn met 200.000 andere cellen van dat type. Een dergelijke ontwikkeling heeft ook gevolgen voor de organisatiegraad: in het menselijk lichaam vindt zowel zeer centrale en bewuste aansturing vanuit de hersenen plaats, als lokale en onbewuste aansturing (bijvoorbeeld via hormonen, of de hartsinusknoop voor de hartslag). In het licht van deze vergelijking zijn de beide ogenschijnlijk tegenstrijdige maatschappelijke trends regionalisering en globalisering begrijpelijk. Wat in het lichaam onmiddellijk opvalt is dat uiterst vitale processen meestal lokaal worden aangestuurd, en dat de hersenen daarbij nauwelijks kunnen ingrijpen. In feite 'beperkt' de rol van de bewuste aansturing vanuit de hersenen zich tot het richting geven aan het geheel en het (crisis)management op een hoger niveau. We komen hier dadelijk nog op terug. Hoewel op den duur de groei van de transportbehoefte althans op Aarde af zal vlakken, bevindt de mensheid zich nog in de fase van onstuimige groei en ontwikkeling. Om een hogere organisatiegraad (dit is een evolutionaire constante) met bijpassende verdichting te bereiken zijn een aantal randvoorwaarden noodzakelijk. De achterliggende noodzaak wordt alleen al gevormd door de bevolkingsgroei (dit is overigens dezelfde soort noodzaak als bij de stap van ééncelligen naar meercelligen). Een van de randvoorwaarden is dat er voldoende uitwisseling (lees: transport) is binnen het evoluerende 'organisme' (lees: de samenleving). Vandaar dat de transportbehoefte in de toekomst sterk zal stijgen, calamiteiten daargelaten. Om iets meer inzicht te krijgen in de toekomstige transportbehoeften is het zinvol nader te differentiëren. Differentiatie in transportbehoefte Transport ontstaat altijd als gevolg van een achterliggende transportbehoefte. Toenemende druk op de transportsystemen door een groei van de algemene transportbehoefte noodzaakt tot een betere differentiatie van die behoefte. Bijvoorbeeld naar snelheid en belang.
the whole island), yielding just a minor profit for the EC. Lease terms also include a minimum level of service from both sides. Failure to meet this level on the part of the private parties can lead to forfeiture of their right of exploitation. The NSI Board is advised by the extremely influential General NSI Council which represents the most important parties involved, such as the oil companies, the European Association of Travellers (EAT), the transport multinationals, Worldwide Environmental Protection (WEP), the City of Ostend, etc. In case of serious disagreement the General Council can apply for an EC ruling on the matter via the NSI Committee.
Het vliegtuig heeft zojuist de landing ingezet. Het zweeft rustig over het water van de Noordzee. Steeds duidelijker kan hij de golfslag onderscheiden. Vanuit zijn raampje aan de rechterzijde van het vliegtuig ziet hij hoe een grote olietanker zijn lading lost. Langzaam zal de romp uit het water omhoog komen naarmate er meer olie uit het schip gepompt wordt. Het vliegtuig zet een draai naar rechts in en de linker vleugeltip komt omhoog.
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
11
Snelheid Differentiëren naar de noodzakelijke minimale snelheid waarmee het transport moet plaatsvinden geeft een a priori beeld van wat voor typen transportsystemen minimaal noodzakelijk zijn, en welke huidige typen gebruikt kunnen gaan/blijven worden. De volgende stelling is nuttig om een ruw begrip te krijgen van wat we bedoelen met 'noodzakelijke minimale snelheid': Stelling: 'Informatie' kan niet snel genoeg getransporteerd worden; daarentegen kan het vervoer van 'productiemiddelen' relatief langzaam plaatsvinden. Deze stelling dekt natuurlijk niet het hele scala aan mogelijkheden, maar opent wel de mogelijkheid om bijvoorbeeld personenvervoer nader te verdelen: bijvoorbeeld 'informatievervoer', 'productiemiddelenvervoer', en 'overig' (zie bijvoorbeeld luchtverkeer voor vakanties). Zakelijk verkeer is redelijk vaak 'informatievervoer', terwijl woon-werkverkeer vaker 'productiemiddelenvervoer' zal zijn. Algemeen kan ook gesteld worden dat langzame fysieke transportsystemen goedkoper zijn en minder druk geven op de leefomgeving dan snelle fysieke transportsystemen. Wat informatietransport betreft is er de interessante substitutie-mogelijkheid van personentransport (hoge omgevingsdruk) naar ICT-oplossingen (lage omgevingsdruk). In principe gaat ook hier de vergelijking met een biologisch organisme min of meer op (snel informatietransport via de zenuwen, nog sneller in de hersenen, langzaam informatie-/ productiemiddelentransport via het bloed). Belang Differentiatie naar belang is een middel om te kunnen prioriteren en/of faciliteren. Alleen al een inventarisatie van de verschillende typen belangen die spelen is nodig voor een goede analyse. Dit is de pijler waarop een geprioriteerde verdeling van schaarse 'capaciteit'/'infrastructuur' moet rusten. Waar mogelijk kan hiervoor een prijsmechanisme gebruikt worden, maar waar niet mogelijk is een vorm van overheidsbemoeienis onontbeerlijk. Uiteraard is er belangenstrijd, dit leidt tot moeizame besluitvorming (historische constante). Vandaar dat er behoefte ontstaat aan een differentiatie naar regionaal belang en globaal belang, waarbij omwille van een snellere besluitvorming de tendens zal zijn zoveel mogelijk autonomie van de regio's; en alleen centraal coördineren/regelen/besluiten op hoofdlijnen daar waar centrale belangen bedreigd worden. Bij een grotere organisatiegraad zal de machtsbalans tussen regio en centrum scherper moeten zijn: op autonoom-regionaal gebied is de regio oppermachtig (tenzij...); op gebied van centraal belang is het centrum (lees bijvoorbeeld: de Europese Commissie) veel machtiger dan nu het geval is.
ziJÊmmm • £ % , ^UHBML • .-> "^ C.7 TO t.'te ^*?-~ H
v
**ü
Het vliegtuig komt terug in horizontale positie en even zijn vanuit de linkerzijde heel in de verte de contouren van Zeeland zichtbaar. Met enige moeite is zelfs de Oosterscheldekering herkenbaar. Langzaam verdwijnt het beeld als het vliegtuig opnieuw naar rechts begint te draaien en North Sea Island weer in zicht komt. Het vliegtuig is nu 180 graden gedraaid en nadert snel de luchthaven. Korte tijd later raakt het de grond. Niet lang daarna kunnen de passagiers uitstappen en Paul begeeft zich naar de uitgang. Het vliegveld is groot, maar dankzij verschillende people-movers, zoals rollende tapijten en FROGsystemen, zijn de afstanden snel te overbruggen. Paul zoekt alvast zijn identity card (ie) en ondertussen bewondert hij het design van dit pas aangelegde vliegveld. Bij de paspoortcontrole stopt hij zijn ie in de gleuf en kijkt in de scanner. Slechts enkele seconden later knikt de douane-ambtenaar bevestigend. Hij neemt zijn ie uit de gleuf en kijkt even om zich heen. Ongeveer 10 meter van hem verwijderd ziet hij de people-mover die hem naar de boot moet brengen. -Would you step aside ma'am, please?- Paul kijkt om en ziet dat de vrouw die voor hem in het vliegtuig zat mee moet naar het douanekantoor. Zou haar netvlies niet in overeenstemming zijn met haar ie?
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
12
Tenslotte In dit hoofdstuk is getracht een achtergrond-analyse te schetsen van de problemen rondom transport en infrastructuur in de 21 e eeuw. Deze analyse is geenszins uitputtend, en laat vele belangrijke vragen onbeantwoord, maar dient in het kader van dit essay als leverancier van bouwstenen voor enkele oplossingsrichtingen. Deze worden uitgewerkt in het volgende hoofdstuk.
Reistijden en prijzen vanaf NSI in 2040 Bestemming Vervoermiddel Omschrijving Amsterdam
Antwerp Brussels Frankfurt London
Rotterdam
boot trein vliegtuig auto* boot trein aoto* trein vliegtuig auto* trein vliegtuig auto* boot boot boot trein vliegtuig auto* trein vliegtuig auto* boot trein vliegtuig auto*
Seaflyer via Umuiden naar Amsterdam HSL via Oostende-tunnel en Brussel Rechtstreeks naar luchthaven Schiphol via Oostende-tunnel en Zeeland of Antwerpen Seaflyer via de Westerschelde HSL via Oostende-tunnel en Brussel Via Oostende-tunnel HSL via Oostende-tunnel Rechtstreeks naar luchthaven Zaventem Via Oostende-tunnel HSL via Oostende-tunnel en Brussel Rechtstreeks naar luchthaven Via Oostende-tunnel Seaflyer via Dover, vervolgens HSL Seaflyer via Harwich, vervolgens met de bus Seaflyer via de Thames HSL via Oostende-tunnel en Kanaaltunnel Rechtstreeks naar luchthaven London Heathrow Via Oostende-tunnel en Kanaaltunnel HSL via Oostende-tunnel en Lille Rechtstreeks naar luchthaven Charles de Gaulle Via Oostende-tunnel en Lille Seaflyer via Hoek van Holland HSL via Oostende-tunnel en Brussel Rechtstreeks naar luchthaven Zestienhoven Via Oostende-tunnel en Zeeland of Antwerpen
Reistijd
Prijs (Euro)
1 h 30 m 2 h 20 m Oh 30 m
148 175 254 175
2h
1h5 m 0 h 50 m 0 h 50 m 0 h 40 m 0 h 20 m 0 h 50 m 2 h 35 m 0 h 45 m 3 h 10 m 0 h 50 m 1 h 15 m 1 h 20 m 2h Oh 25 m 1 h 50 m 1 h40m 0 h 35 m 1 h55 m 1h 1 h 40 m Oh 25 m 1 h20m
fc
88 98 98 87 160 110 195 220 195 148 148 148 188 269 178 180 280 185 112 148 209 148
Prijs (USS) 134 158 229 158 79 89 89 78 145 99 174 198 174 134 134 134 169 243 159 159 166 99 134 189 134
* Prijzen inclusief brandstof en basisheffingen, exclusief huur van EURO 110,- per dag en spitsheffingen. Reistijden bij gemid einiudelde snelheid 100km/h.
m
v
*
k."%Jm
De boot blijkt een supersnelle seaflyer te zijn die hem in anderhalf uur naar Amsterdam brengt. In februari was hij voor een veiling van een unieke serie Rembrandt-etsen naar Amsterdam op en neer gevlogen, en had toen nauwelijks tijd gehad om de stad te bezichtigen. Daarom had hij nu een vakantie naar Nederland geboekt, te beginnen met een bezoek aan Amsterdam. Vanwege zijn drukke agenda had zijn secretaresse in februari een rechtstreekse vlucht naar Schiphol voor hem geboekt. Pas toen hij een half jaar later zijn vakantie ging boeken ontdekte hij hoe duur een rechtstreekse vlucht naar Schiphol wel niet is.Go Global bood hem een reis via NSI aan voor de helft van de prijs.. Volgens Go Global was de totale reis via NSI slechts anderhalf uur langer en zou bovendien de bootreis een aangenaam tijdverdrijf voor de vakantiereiziger zijn. ^fc Het zonnige weer maakt het uitzicht op de duinenrij langs de Hollandse kust extra mooi. Boven de kust hangen prachtige wolkenpartijen. De ramen van de seaflyer waren eigenlijk nog te klein voor dit weidse uitzicht. Tijdens zijn loopbaan als kunsthandelaar had Paul Smith zich altijd afgevraagd of de Hollandse grootmeesters deze wolkenpartijen niet wat overdreven hadden weergegeven, maar het tegendeel bleek waar. Eigenlijk was hij zich ook nooit zo
Transport en infrastructuur in de 21 e eeuw
13
y
Oplossingsrichtingen: duurzaam en slim
Algemeen Er zijn verschillende abstracte oplossingsprincipes die gehanteerd zouden kunnen worden bij de aanpak van de problemen op het gebied van verkeer en vervoer zoals beschreven in het vorige hoofdstuk. Er zijn in feite twee hoofdproblemen te destilleren uit het vorige hoofdstuk, die met elkaar verbonden zijn als communicerende vaten. Het eerste hoofdprobleem is dat de transportvraag het transportaanbod overschrijdt. Dit is tevens een historische constante, en we moeten van dit probleem niet overdreven veel wakker liggen. Maar dit betekent niet dat we niets hoeven te ondernemen, integendeel. Ook het zoeken naar oplossingen voor de transport-problemen is een historische constante. Bovendien, zo laat de analyse in het vorige hoofdstuk zien, is transport en zelfs transportgroei noodzakelijk voor de evolutie van de samenleving. Het tweede hoofdprobleem is relatief nieuwer maar niet minder schrijnend. De ruimte en het milieu op aarde staan steeds meer onder druk. In dichtbevolkte gebieden komt de leefomgeving sterk in de knel. Maar deze gebieden hangen ondertussen zodanig samen met minder dichtbevolkte gebieden, dat oplossingen die lokaal-urbaan lijken te werken toch op grotere schaal onvoordelig kunnen zijn. Zo kan de aanleg van een luchthaven buiten het (semi)urbane gebied lokaal de schijn wekken dat het urbane gebied minder beslag is gaan leggen op de beschikbare ruimte/milieu/leefomgeving. Maar in wezen is die luchthaven een direct uitvloeisel van de stedelijke activiteiten, en dient dus direct betrokken te worden bij beschouwingen over de ecologische druk vanuit het urbane gebied. Dit geldt ook voor het verplaatsen/vervangen van andere transportstromen en activiteiten. Men spreekt hier wel van de ecological footprint van een gebied of activiteit. De twee hoofdproblemen bijten elkaar zodanig, dat traditionele oplossingen steeds minder goed werken. Het uitbreiden van transportcapaciteit door middel van extra infrastructuur en meer transportmiddelen bijvoorbeeld lost wel het eerste hoofdprobleem op, maar verergert het tweede hoofdprobleem en dit wordt hoe langer hoe minder acceptabel. Net zo draagt beperken van het transport wel bij aan het oplossen van het tweede hoofdprobleem, maar verergert daarmee het eerste hoofdprobleem. Toch is het mogelijk win-win situaties te creëren. We zien hiervoor twee abstracte oplossingsprincipes, die in de rest van het essay verder uitgewerkt zullen worden.
bewust geweest van de kilometers lange zandstranden langs de Zeeuwse eilanden. Een andere seaflyer met bestemming Hoek van Holland maakt een flauwe bocht naar rechts, en ze doorkruisen de hekgolf.. Paul ziet een stad in de verte, en even later geeft het videoscherm aan dat Scheveningen en Den Haag gepasseerd worden. Toen hij via Internet zijn reis ging boeken was het hem opgevallen hoeveel keuzemogelijkheden er eigenlijk waren. Hij had een overzichtelijke tabel aangetroffen met alle mogelijke verbindingen en de bijbehorende prijs. Inmiddels hadden die Europeanen het toch aardig voor elkaar met al die samenwerkingsverbanden. De besluitvorming had misschien wat lang geduurd, maar toen uiteindelijk de consortia waren samengesteld en de contracten waren getekend was de realisatie vlot verlopen. Nu lag er dan toch al 10 jaar een eiland gericht op zowel goederenals personenvervoer, hetgeen niet alleen geleid had tot betere mogelijkheden voor de luchtvaart maar ook voor de scheepvaart. ^ J K^H
Transport en infrastructuur in de 2 1 " eeuw
14
Het eerste oplossingsprincipe is innovatie in de richting van duurzaamheid). Nu al loont het om projecten/oplossingen te toetsen aan dit principe. Gezien het blijvende spanningsveld tussen de twee hoofdproblemen moeten oplossingen die innoveren richting duurzaamheid geprioriteerd worden, zelfs al lijken ze op de kortere termijn nog duurder/minder effectief. Zij bieden als enige namelijk kennisvermeerdering die op termijn de benodigde kwaliteitssprong (zie hoofdstuk 1) in het verkeers- en vervoerssyteem mogelijk maakt. Het tweede oplossingsprincipe is efficiëntie. De kracht van dit principe wordt nog teveel onderschat, terwijl de hele natuur erop draait. Kijk naar het menselijk lichaam en je ziet efficiënt transport, goed geïntegreerd, op alle niveaus. Efficiëntie levert vrijwel altijd winst voor beide hoofdproblemen1'. Er moet daarom veel nadrukkelijker naar gestreefd worden om de efficiëntie van voorzieningen te vergroten. Dit geldt zowel voor nieuwe voorzieningen als voor de reeds bestaande. Een treffend voorbeeld is de al enige tijd lopende discussie of nu wel of niet moet worden geïnvesteerd in uitbreiding van de infrastructuur voor datatransport (zoals glasvezelkabels, koperen telefoonlijnen, satellieten, etc). De snelheid van dit transport heeft absoluut de hoogste prioriteit (zie de stelling in hoofdstuk 1), en dit lijkt ervoor te pleiten om met spoed extra infrastructuur aan te leggen. Maar is dat efficiënt? Nieuwe wiskundige coderingstechnieken maken het sinds kort mogelijk om veel meer dataverkeer af te wikkelen over bestaande (telefoon)lijnen dan voorheen ooit gedacht. Het laatste woord in deze discussie is daarom nog niet gezegd. Het oplossingsprincipe 'efficiëntie' toegepast op deze situatie leidt tot de aanbeveling om tenminste evenveel aan onderzoek naar efficiënt data-transport te spenderen als aan nieuwe infrastructuur, en met minimaal dezelfde urgentie. Dit is ook de uitkomst van het eerste oplossingsprincipe 'innovatie in de richting van duurzaamheid'. Derhalve zou men in voorkomende situaties kunnen overwegen de nieuwe infrastructuur nog even uit te stellen. Metafoor Het is misschien aardig om de twee bovengenoemde oplossingsprincipes als metafoor voor de menselijke eigenschappen neer te zetten. 'Duurzaam' betekent hier 'zo goed mogelijk passend in de Natuur, waardoor deze minimaal of niet belast wordt'. 'Innovatie in de richting van duurzaamheid' staat dan voor het menselijk hart, dat met durf wil gehoorzamen aan de menselijke liefde voor de Natuur. Deze liefde wordt vaak onderschat, maar men hoeft maar een dag in het bos te gaan wandelen om haar te ervaren. 'Efficiëntie' staat daarentegen voor de menselijke geest, die zo slim en creatief mogelijk zoekt naar verbetering en beheersing van de onbuigzame omstandigheden. 1) Hoewel men niet voorbij moet gaan aan 'latente vraag' problemen die boven komen drijven na een vergrote efficiëntie. Ook de Wet van Brever (zie hoofdstuk 1) speelt een rol.
Het eiland heeft via Oostende een rechtstreekse HSL-verbinding met Brussel en Lille-Parijs. Het was niet goedkoop geweest om de weg- en spoortunnel tussen Oostende en NSI aan te leggen, maar een perfecte ontsluiting van het eiland was een eerste vereiste. Daarom zijn er vanaf het eiland ook snelle bootverbindingen naar Nederland en het Verenigd Koninkrijk (UK). Tijdens de planvorming waren er nog ideeën geopperd om het eiland boven op de Kanaaltunnel te bouwen. Deze zou dan gebruikt kunnen worden als directe verbinding naar de UK en het continent. Dit idee had echter als nadeel dat het eiland gebouwd zou moeten worden daar waar de stroming in zee het sterkst is, en het eiland_belangrijke scheepvaartroutes zou hinderen. Bovenal zou bij de vaak voorkomende westenwind het vliegverkeer, om tegen de wind in te kunnen landen, gedeeltelijk over land en daarmee ook over bewoonde gebieden moeten vliegen. Een van de belangrijkste doelstellingen van een eiland in zee was nu juist de veiligheid en het beperken van de geluidsoverlast geweest. Na een uur begint de seaflyer snelheid te minderen. De sluis van Umuiden is bereikt. Eenmaal de sluis door zal het nog 20 minuten varen zijn naar het centrum van Amsterdam. Van daaruit zal hij zich naar zijn hotel begeven. k "^SN^^M
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
15
I
Aanpak in dit hoofdstuk Uitgaande van de twee hierboven genoemde abstracte oplossingsprincipes, efficiëntie en innovatie in de richting van duurzaamheid, dient zich een lijst aan van 'losse' mogelijkheden om de transportproblemen aan te pakken. Uit deze lijst worden twee concrete oplossingsrichtingen gedestilleerd en verder uitgewerkt. In feite kunnen deze concrete oplossingsrichtingen gezien worden als infrastructuur-concepten. Het zijn zeker niet de enige kansrijke concepten, maar dit is een essay en geen standaardwerk, vandaar dat er nogal moet worden ingeperkt. De twee gepresenteerde concepten dienen voornamelijk ter illustratie van de twee genoemde oplossingsprincipes, maar we sluiten niet uit dat men ook in de concepten zelf geïnteresseerd zal raken. De lijst van 'losse' mogelijkheden is evenmin uitputtend, maar schetst de horizon/de ambitie van het essay. In feite zijn alle genoemde mogelijkheden vandaag de dag al aanwezig, meestal net ontkiemd. De toekomst zal leren welke mogelijkheden ook echt gebruikt gaan worden. Mogelijkheden - Alternatieve energie waaronder wind-, zon- en kernenergie - Intermodale benutting: - a Goederenvervoer ondergronds, over water en/of 's nachts; - a Personenvervoer over water; - a Spitscapaciteit van personenvervoer buiten de spits benutten voor goederenvervoer; met behulp van modulaire en multifunctionele systemen - Pay-lanes/rekeningrijden: schaarse mobiliteit wordt relatief duurder - Rekeningvliegen: er komt belasting op intracontinentale vluchten om het prijsafbraakbeleid van de luchtvaartcarriers te keren. - ICT neemt een hoge vlucht om met name de 'onnodige' goederenstromen te bestrijden, en om 'zakelijk' verkeer sneller te laten verlopen. Informatietransport genereert zoveel extra activiteit dat het totale transport per saldo flink toeneemt. - Nieuwe transportsystemen / voertuigen, bijv. Automatische Voertuiggeleiding (AVG) - Nieuwe infrastructuur, bijv. eiland in zee voor luchtvaart / havenactiviteiten - Nieuwe financieringsvormen (exploitatie infrastructuur gedeeltelijk privaat) - Innovatief gebruik bestaande infrastructuur - Corridor-ontwikkeling: bundeling van zoveel mogelijk soorten infrastructuur om ruimtebeslag te verminderen en synergie-effecten te creëren.
Paul had nog overwogen een overnachting in een van de hotels op het eiland te boeken, want ook een verblijf van enkele dagen op het eiland behoorde tot de mogelijkheden. Naast hotels zijn er op het eiland een prachtig zakencentrum en een goed geoutilleerd asielzoekers-i^^jS centrum aangelegd. In dat centrum worden asielzoekers die per vliegtuig naar de EU komen in eerste instantie opgevangen. Op het eiland wordt hun toelatingsprocedure gestart en na zes weken is er een eerste besluit of de asielzoeker in kwestie voor de verdere procedure in aanmerking komt. Asielzoekers kunnen op die manier aan een van de landen in de EU worden toegewezen, waar de verdere procedure volgt. Vanwege de bevolkingsgroei was het toelatingsbeleid in de afgelopen 40 jaar onderwerp van voortdurende discussie geweest. De EU was nog altijd niet voldoende doordrongen van het belang van duurzame investeringen in deze landen. Er waren weliswaar een aantal verbeteringen opgetreden nadat enkele grote bedrijven duurzaam geïnvesteerd hadden in Afrika, maar toch was de stroom economische vluchtelingen nog steeds niet opgedroogd. En daarnaast was er een niet aflatende stroom echt politieke vluchtelingen.
Transport en infrastructuur in de 2 1 " eeuw
16
Geavanceerde gedragsbeïnvloeding middels subtiele communicatiestrategieën (waar overigens botte-bijlmethoden best een onderdeel van kunnen zijn) en communicatietechnologieën (on-line info, routeplanners incl. adviezen over prijs/tijdverhouding etc.) Verhoogd besef van urgentie bij burgers Meer betrokkenheid van burgers Sterker individueel gestuurd gedrag (wat levert het mij op) Spreiding werktijden (bijv. drie blokken: tussen 8 en 13, tussen 12 en 17 en tussen 16 en 21) ....(onvoorzien)
De seaflyer begint weer vaart te minderen. Voordat hij zijn pc^scherm weer in elkaar begint te vouwen kijkt Paul snel nog even hoe het logo van de gezamenlijke Amsterdamse Hotelservice (AHS) eruit ziet. De seaflyer legt aan en de passagiers stappen uit. In een oogopslag ziet hij een bord met het logo van AHS. Het bord staat bij een kleine overdekte servicedesk. Achter deze desk bevindt zich een dame die indien nodig de klanten persoonlijk te woord kan staan. Bij de servicedesk staat een automaat waar hij zijn travelcard insteekt. Deze travelcard is speciaal op maat samengesteld door Go Global. Twee minuten later komt er een onbemand elektrisch stadsvoertuig aanrijden, dat buiten de garage wel bestuurd moet worden. Vlak voor hem stapt zojuist een luxueus gekleed stel in een wagen met chauffeur. -Wie het breed heeft...- denkt Paul.. ^BÜtH
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
17
Oplossingsrichting 1: Verdeelpunten Een van de belangrijkste infrastructurele oplossingsrichtingen voor de groeiende transportbehoefte is het concept van een verdeelpunt. Een verdeelpunt is een strategisch gekozen punt op de grens van het urbane gebied waar mobiliteit / transport en ruimte uiterst schaars zijn. Buiten dit gebied staan de transportmogelijkheden veel minder onder druk, en is er een vrije keuze in de transportwijze. Wie echter iets of iemand het urbane gebied in wil vervoeren (en daarna weer uit) wordt door een prijsmechanisme gedwongen dit via een verdeelpunt te doen. Dit prijsmechanisme kan ondersteund worden door infrastructurele maatregelen.
niet-urbaan
verdeelpunt
begin
corridor
Figuur 1: Ligging van verdeelpunten: op de grens van niet-urbaan en urbaan gebied als onderdeel van een keten. Een typische ketenverplaatsing van 'begin' naar 'eind' is weergegeven in rood. Tussen urbane gebieden kan zich een transportcorridor vormen.
.~Ï_V
ML
4
De elektrische stadsvoertuigen zijn van meer betaalbare hotels met een goede, maar wat meer beperkte service. Ditmaal moet hij zijn travelcard in een gleuf aan de linkerzijde naast de schuifdeur in het voertuig steken. Direct schuift de deur open. Het in-car informatiescherm geeft aan dat hij aan het einde van de rit zijn travelcard weer uit kan nemen. Een stem verzoekt hem te controleren of al zijn bagage op het bagagerek achter hem staat. Hij kijkt voor het instappen even door het raam van het achterste portier en inderdaad staan daar de weekendtassen die hij op JFK bij de incheckbalie had afgegeven. Daarnaast staat nog een een apart pakketje van zo'n 40'40'15 cm. Een blik op de sticker die erop zit leert hem dat dit de vouwfiets is die hij besteld heeft. Het geheel weegt nauwelijks 4 kg zodat de fiets met gemak kan worden meegenomen tijdens het reizen met andere vervoermiddelen. Hij neemt plaats achter het stuur van de stadsauto. Naast hem bevindt zich nog een andere zitplaats. Voor grotere groepen mensen zouden ze wel speciale voertuigen hebben. Een stem vraagt of zijn bagage in orde is. -Everything just fine- antwoordt Paul om te plagen, en inderdaad herkent de Europese on-board-unit dit taalgebruik niet. -Please choose between luggage OK and luggage not OK- is het neutrale antwoord. Paul antwoordt braaf 'luggage OK', waarmee n
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
18
a-r-ht
Tussen verschillende urbane gebieden kan geprobeerd worden infrastructuur-netwerken en modaliteiten te bundelen tot een corridor. Een corridor levert een multimodale transport-as tussen verdeelpunten van verschillende steden. Het ruimtebeslag van de verschillende infrastructuurnetwerken kan op deze manier beperkt worden, maar er is ook een risico van ongewenste verstedelijking langs en in de corridor. De ruimtelijke ontwikkeling van de betrokken regio's moet daarom zorgvuldig en integraal bestudeerd worden om te komen tot een verantwoorde aanleg en inpassing van de benodigde infrastructuur. In een waterland als Nederland speelt de waterhuishouding hierbij nog een unieke rol. Een gerichte analyse naar de mee- en tegenkoppelende effecten tussen water en transport kan de duurzaamheid van beide systemen vergroten. De werking van een verdeelpunt berust op het 'plezierig' afdwingen van intermodale benutting. Er zijn voor goederen- en personentransport naar en in een urbaan gebied vele modaliteiten beschikbaar; maar zij zijn niet bij voorbaat even attractief. Ook het overstappen / overslaan an sich draagt bij aan een barrière tussen de modaliteiten. Hierdoor doet zich de situatie voor dat op sommige momenten een bepaalde modaliteit overbelast en verstopt raakt, terwijl andere modaliteiten nog capaciteit over hebben.
\ _ Modaliteit A (onderben ut)
Modaliteit B (overbelast)
Barrière die door een verdeelpunt kleiner gemaakt moet worden
Figuur 2: Waarom een verdeelpunt?
hij formeel de ontvangst bevestigt. Direct daarna schuift de deur dicht en vraagt de stem hem of hij via de kortste route of via de toeristische route naar het hotel wil rijden. Hij geeft aan dat hij via de toeristische route naar het hotel wil rijden en de stem vertelt hem welke handelingen hij moet verrichten om via die route bij het hotel te komen. Daarnaast wordt tijdens het wachten voor de verkeerslichten nog wat toeristische informatie gegeven. Het logistieke systeem waarbij de hotelbezoekers vanaf de luchthaven, veerdienst of het treinstation met een snelheid van maximaal 30 km/h naar hun hotel kunnen rijden was enkele jaren geleden ingevoerd voor reizigers die vanuit het buitenland een directe verbinding naar een hotel of appartement hebben geboekt. De reiziger krijgt nu een service aangeboden waarbij hij nauwelijks hoeft te wachten en niet met zijn bagage hoeft te sjouwen terwijl de bagage op hetzelfde moment als de reiziger zelf bij het hotel aankomt. De hotelgasten kunnen ook gebruik maken van het systeem voor andere uitstapjes vanuit het hotel. Dat is wel behoorlijk duurder dan de gewone OV-voorzieningen zoals de waterbus en de watertaxi. Het is in verband met de capaciteit van wegen en parkeergelegenheden niet de bedoeling dat er in de binnenstad op grote schaal gebruik van stadsvoertuigen wordt gemaakt.
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
19
4 v
Een verdeelpunt zorgt ervoor dat bepaalde barrières zo hoog zijn en andere zo laag, dat de totale capaciteit van het (semi-)urbane verkeers- en vervoerssysteem zo goed mogelijk wordt uitgenut. Hierdoor kan de urbane ruimte en het urbane leefmilieu ontlast worden, terwijl tegelijkertijd een veel betere vervoersprestatie geleverd wordt dan thans. Hierbij dient uitdrukkelijk te worden gekeken naar de beleving van de gebruikers, omdat immers de waargenomen barrière de doorslag geeft voor het keuzegedrag met betrekking tot transportwijze. Het imago van de verschillende modaliteiten, de waargenomen reistijdverschillen tussen de modaliteiten, de waargenomen prijsniveaus, de waargenomen comfort/kwaliteit/betrouwbaarheid, zij zijn allen veel belangrijker dan (semi)objectieve verkeerskundige parameters zoals werkelijke reistijd- en prijsverschillen, en werkelijke betrouwbaarheid. Er is natuurlijk wel een verband tussen de waargenomen kwaliteiten en de (semi)objectieve verkeerskundige parameters, maar de waarneming en het bijbehorende gedrag van de gebruikers wijken vaak sterk af van wat op grond van de (semi)objectieve parameters verondersteld werd. In de toekomst zal daarom de gedragscomponent van verkeers- en vervoersmanagement (we spreken liever van transportmanagement) een enorme vlucht nemen. De specificaties voorontwerp, bouw en exploitatie van een verdeelpunt zullen hoofdzakelijk gebaseerd zijn op een gelijkwaardig huwelijk tussen gedragskunde en verkeerskunde. Het woord 'plezierig afdwingen' heeft hierin een grote betekenis. Betrek de gebruiker in alle voortrajecten om achter 'wensen en grenzen' te komen. Creëer draagvlak wanneer nodig, maar beter is om deze noodzaak al te vermijden(l) door oplossingen te kiezen die zich als een virus nestelen in het gedrag van de gebruikers. Want dit gedrag blijkt vaak zeer hardnekkig zelfs als er in principe draagvlak is. Ga er voor de te kiezen communicatiestrategie vanuit dat gebruikers zich volwassen kunnen gedragen maar ook als kleine (soms verwende) kinderen. Er is dan nog een heel scala aan verantwoorde beïnvloeding rondom 'plezierig' en 'afdwingen' mogelijk, waar nu nog te weinig gebruik van wordt gemaakt. Wanneer is een verdeelpunt nu eigenlijk succesvol? In feite zijn er volgens bovenstaande analyse twee hoofdcriteria: één gedragskundig en één verkeerskundig. In verkeerskundig opzicht is een verdeelpunt succesvol wanneer de verschillende modaliteiten en hun capaciteit zo goed mogelijk benut worden. In gedragskundig opzicht is een verdeelpunt pas eigenlijk succesvol wanneer de gebruiker tevreden (of niet al te ontevreden) is over de manier waarop zij/hij of haar/zijn goederen een verdeelpunt heeft/hebben gepasseerd. Dit laatste betekent dat een verdeelpunt zelfs een toegevoegde waarde moet hebben om te kunnen floreren. Naar een voldoende toegevoegde waarde voor voldoende gebruikers zal zeer nadrukkelijk moeten worden gezocht, waarbij opnieuw de waargenomen toegevoegde waarde belangrijker is dan de (semi)objectieve toegevoegde waarde. Ook hier speelt communicatie een hoofdrol, zowel naar de gebruikers toe als in omgekeerde richting. Gelukkig mogen we aannemen dat we in vergelijking met 2040 nu nog in het Stenen Tijdperk van de ICT leven.
1 3 * H H M Q k ' V K B t f t i J Ï "*'£""" *tW TS^ 'TÊÊtt **^5 ~ Eenmaal bij de overkapte ingang van het hotel aangekomen ziet hij iemand naar buiten komen die het bagagerek uit het voertuig haalt. Vervolgens wordt hij verzocht zijn travelcard uit te nemen en uit te stappen. Nu ziet hij dat het bagagerek ook kan rijden en dat hij het eenvoudig voor zich uit kan duwen als hij het hotel inloopt. Bij de receptie maakt hij nogmaals gebruik van de travelcard, en de receptioniste geeft hem een kamernummer op. -Het werkt wel, die klantenbinding- denkt Paul, die niets ziet in een volledig geautomatiseerde maatschappij. In zijn kamer treft hij een computer met groot scherm die is ingelogd op een programma voor reis- en toeristen informatie. Hij is van plan om een tentoonstelling in het Rijksmuseum te bezoeken en bekijkt welke mogelijkheden hij heeft om daar te komen. Hij besluit gebruik te gaan maken van de waterbus die hem door de Amsterdamse grachten naar het Rijksmuseum zal brengen. De waterbus heeft een halte direct bij het hotel en komt daar iedere 20 minuten. Bovendien is er bij een ander hotel op 7 minuten lopen (of 3 minuten fietsen) nog een andere verbinding.
Transport en infrastructuur in de 21° eeuw
20
Tenslotte nog dit: ook in economisch opzicht zal een verdeelpunt succesvol moeten zijn. Kosten en baten moeten inzichtelijk worden gemaakt, zowel op die onderdelen die privaat worden (mee)gefinancierd als op het maatschappelijk geheel. Het monetariseren van zowel directe als indirecte effecten, ook van die effecten waarvoor dat misschien moeilijk lijkt, kan uitkomst bieden. Te verwachten is dat in de toekomst een dergelijke vergaande monetarisatie van verschillende typen effecten gebruikt zal gaan worden als afwegingsinstrument. Uiteraard moet bij een beschouwing over verdeelpunten gedacht worden in termen van ketenverplaatsingen. Transport kent een beginpunt en een eindpunt, en daartussen zijn verschillende transportketens mogelijk. Echter, de afnemer/gebruiker van het transport hoeft niet persé geïnteresseerd te zijn in die verschillende ketens en de wijze waarop ze op elkaar zijn afgestemd. Comfort, snelheid en/of prijs-kwaliteitverhouding van het transport zullen meestal de criteria zijn waarop de gebruiker het transport beoordeelt, waarbij de gebruiker niet vermoeid wil worden met het regelen van alle aansluitingen en overstap-/overslaghandelingen. Vandaar een steeds verdergaande ontwikkeling in de richting van ketenregisseurs. Bij het personenvervoer zijn dit voorlopig nog de reisburo's, bij het goederenvervoer zijn het expeditiebedrijven. De ketenregisseur van de toekomst verzorgt zowel personen- als goederenvervoer of is gespecialiseerd in één van beiden. In ieder geval zullen de vervoerssystemen zodanig zijn ingericht dat deze optimaal benut kunnen worden door vergaande integratie van personen- en goederenvervoer binnen één modaliteit.. Verdeelpunten komen in zeer verschillende uitvoeringsvormen voor. Ze heten bijvoorbeeld distributie- of overslagcentra wanneer het om goederen gaat, ze heten hub wanneer het om luchtvaart gaat, ze heten transferium wanneer het oppervlakte-gebonden personenvervoer betreft. Tevens zijn er verschillende combinaties mogelijk. Ook de schaalgrootte van een verdeelpunt kan verschillen. Een meerlanden-luchthaven verschilt in reikwijdte nogal van een transferium bij Utrecht en dat heeft verregaande consequenties voor de besluitvorming, financiering, realisatie-termijn, etc. Hoe een concreet verdeelpunt er uit komt te zien, en welke modaliteiten aldaar worden bediend, kan slechts ingevuld worden na goede studie en bezinning die is toegespitst op de concrete locatie. De ruimtelijke situatie gekoppeld aan de bestaande infrastructuur (waaronder het water!), en dat weer gekoppeld aan de bestaande en te verwachten transportbehoeften, zijn dermate sturend/ beperkend dat er geen generieke keuzes kunnen worden gemaakt. Ook al te gedetailleerde aanbevelingen kunnen niet worden gedaan. Toch kan wel geconcludeerd worden dat instrumentontwikkeling een belangrijke sine qua non is voor de vereiste studie en bezinning. Hierbij mag een grote rol verwacht worden van GIS-technieken gekoppeld aan transport-, ruimtelijke-ontwikkelings-, economische-, planologische en milieumodellen. Met behulp van geavanceerde GIS-technieken kan men gericht zoeken naar de meest kansrijke lokaties voor een
Met zijn travelcard is het reizen met verschillende maatschappijen geen enkel probleem, wat trouwens ook geldt voor de lokale transit cards. Paul herinnert zich de verhalen van zijn vader hoe het er 40 jaar geleden aan toe ging met de verschillende treinmaatschappijen in Engeland. Hij is blij dat dergelijke problemen nu zijn opgelost. , 's Avonds zit Paul lekker onderuit gezakt TV te kijken op het computerscherm. -Paul, telefoon! Vincent van Dijk voor je- klinkt daar ineens zijn pc weer.. Hij beantwoord het apparaat en krijgt Vincent aan de lijn, die een kunsthandel heeft in Leiden. -Hee Paul, ik hoor van Sarah dat je in Amsterdam bent. Heb je misschien zin om bij mij thuis in Woubrugge langs te komen?Paul had gepland om na zijn verblijf in Amsterdam nog enkele dagen in Rotterdam te verblijven, maar het idee spreekt hem wel aan.. Vincent legt hem uit dat vanwege de ligging van Woubrugge het aantal OV-verbindingen beperkt is en raadt hem aan een auto te huren. Vervolgens zal hij dan met die auto ook naar Rotterdam kunnen rijden alwaar hij de auto bij het transferium aan het einde van de A13 weer in kan leveren. Vanaf dit transferium kan hij dan met de hotelservice naar zijn hotel in Rotterdam.
Transport en infrastructuur in de 2 1 " eeuw
21
verdeelpunt, en daarbij specificeren wat voor type verdeelpunt voor die lokatie het meest geschikt is. Met geavanceerde modellen kan dan geschat worden in hoeverre een dergelijk verdeelpunt bijdraagt aan het oplossen van de transport- en ruimtedrukproblematiek. Uiteraard is het zo dat die geavanceerde GIS-technieken en gekoppelde modellen op hun beurt gevoed moeten worden door relevante basisgegevens zoals een standaard kaart gekoppeld aan (water)wegen-, (metro)spoorlijnen, luchtvaartbestanden, gegevens over vervoersstromen, demografische kenmerken, waterbeheer, natuur, economische effecten (monetarisatie)... en noem maar een zeer lange rij op. En last but not least zullen visualisaties in alle fasen van eerste idee tot (bijna-)realisatie een grote aandacht moeten krijgen. Immers, belangrijke opinievorming bij specialisten, beslissers én gebruikers kan alleen gebaseerd zijn op toegankelijke informatie. Zelf meedenken kan gefaciliteerd worden door interactieve modellen die ingrepen en gevolgen letterlijk in beeld brengen. Dit kan zich uitstrekken van kaartjes van te verwachten transportstromen tot een virtueel architectonisch ontwerp van de inpassing van het verdeelpunt in de omgeving. De hierboven geschetste GIS-technieken en gekoppelde modellen staan nu nog in de kinderschoenen, maar er is bij specialisten wel een breed gedragen besef dat deze instrumenten de toekomst hebben waar het gaat om de aanleg van infrastructuur, in relatie tot de ruimtelijke omgeving, die afgestemd is op transportbehoefte en transportmogelijkheden. We geven twee voorbeelden van een verdeelpunt in de toekomst, waarin geprobeerd is een flink aantal elementen van de voorgaande probleemanalyse en mogelijkheden voor oplossingen mee te nemen.
Voorbeeld 1 : North Sea Island (NSI)
North Sea Island is een eiland voor de Belgische kust dat is aangelegd om de luchthavens en havens voor scheepvaart in enkele omringende Europese landen te ontlasten. De positie van het eiland is zodanig gekozen dat met beperkte infrastructurele aanpassingen steden als Amsterdam, Rotterdam, Brussel Londen en Parijs vanaf dit eiland goed bereikbaar zijn (zie figuur 3 op de volgende pagina). In verhaalvorm is de functie van de luchthaven op het eiland en de aansluiting van deze luchthaven met de eerder genoemde steden uitgebreid omschreven. Ook de scheepvaart gebaat bij North Sea Island. Scheepvaart en luchtvaart worden van elkaar gescheiden door een windmolenpark. De haven op NSI is met name gericht op tankers, die met hun enorme omvang en diepgang de Europese havens maar moeizaam kunnen bereiken. Om NSI te bereiken kan het schip vanaf de wal naar het juiste havenbekken worden geloodst, rekening houdend met de op dat moment geldende waterstand en stromingen. Eenmaal aangekomen bij een vrije ligplaats wordt er direct aangekoppeld met het lossysteem. Voor de tanker is dit nog steeds het bestaande systeem. Grote pompen aangesloten op flinke buizen halen het schip in zo'n 24 uur geheel leeg. Deze ruwe olie wordt ,
-*>JMB^^H
^hj
^^Hi
,
3*U;
•''
*^k
•
v
I
flfc
Paul besluit zijn reisagent vanaf zijn pc een wijzigingsverzoek te sturen. Een kwartier nadat hij deze verstuurd heeft krijgt hij bericht dat zijn reservering voor de HSL kosteloos kon worden afgezegd en dat er een auto voor hem gereserveerd is bij een transferium aan de zuidkant van de stad. Tussen 09.15 uur en 10.45 uur kan hij ter hoogte van Badhoevedorp invoegen op de de AVG-strook voor 12 EURO. Hij krijgt tevens bericht dat er om 09.00 uur geen voertuig van de hotelservice voor hem beschikbaar is en er daarom worden er twee alternatieven aangeboden: 1. Paul kan om 09.45 uur gebruik maken van de hotelservice voor 20 EURO. Ook kan hij gebruik maken van de hotelservice om 08.00 uur, als hij 09.45 uur te laat vindt. 2. Paul kan om 08.30 uur zijn bagage afgeven bij de balie. Zijn bagage zal vervolgens meege geven worden aan het transportbedrijf dat dagelijks vanuit Aalsmeer levensmiddelen levert aan het hotel. Zelf moet Paul dan met de metro naar het transferium en zal daar om 9.15 zijn bagage aantreffen in de auto die hij gereserveerd heeft voor totaal 15 EURO. De eerste optie wordt echter afgeraden tenzij Paul op het transferium nog wil winkelen, daar i de AVG-strook tijdens de spits duur is en ook voor het gebruik van de gewone snelweg betaald moet worden. WL a urVM^2 A S ? M *5^Ék^ p (
• "^3 ie*«
PL!'1
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
•Cl
• » #-
22
. •HF w----rJ
1 1
vervolgens direct doorgestuurd naar een verzamelpunt aan de wal. Al de stromen van verschillende producten worden hier verzameld. Vanuit dit punt wordt met een beperkt aantal leidingen de stroom over de zeebodem naar het vaste land getransporteerd. Hierbij kan ook gedacht worden aan de Rotterdamse haven die reeds beschikt over een grootschalige petrochemische industrie. Het overgrote deel gaat direct door naar het binnenvaartschip dat al klaar ligt. Behalve ruwe olie worden op dezelfde manier andere vloeibare producten zoals, geconcentreerd vruchtensap, grondstoffen voor de bouw, ammoniak, LNG, vloeibaar gemaakte kolen en zelfs levensmiddelen getransporteerd. Containerschepen zullen NSI alleen aandoen als het efficiënt is om de containers van daaruit met goederentrein of vrachtwagen verder te transporteren.
Paul besluit te kiezen voor de laatste optie en de volgende ochtend stapt hij om 8.55 uur in de metro. Hij komt aan bij het transferium waar behalve de metro ook nog de tram, de trein en de ringweg van Amsterdam op aansluiten. In de hal ziet hij dat het grootste deel van de . mensen met zo'n klein pakketje rondloopt dat tot een fiets kan worden uitgevouwen. Zelf had hij vanaf het museum nog een stukje door het centrum van de stad gefietst en hij moest bekennen dat de fiets hem uitstekend was bevallen. Zelfs het in- en uitvouwen van de fiets had nauwelijks inspanning gevergd. In de chaos van mensen die zich haastig voortbewegen ontdekt Paul in de ruime en moderne hal, waar zelfs fietspaden doorheen lopen, vrijwel meteen de bewegwijzering die hem naar de autoverhuur moet leiden. Tevens staat daar op aangegeven dat deze zich op 500 m afstand bevindt. Stom hij had zijn fiets beter zelf mee kunnen nemen. |^^^
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
23
J
North Sea Island
s
^
Legenda -(4 luchthavens •
havens
® steden /'-,,/S^f /\/ /\/
Den Haag J\C\
ferryverbindingen NSI tunnelverbinding hoofdwegen vanaf NSI overige hoofdwegen bestaande HSL
/fy? HSL vanaf NSI til-"~%^.
overige HSL waterwegen vaargeul
6 ! •
|
Akei
INSI
steden:
•^f
1, 2, 3, 4, 5, 6,
O.
_
j
Oostende Hoek van Holland Antwerpen Terneuzen Vlissingen Zeebrugge
Voorbeeld 2: Transferium Rotterdam Blaak In dit hoofdstuk is reeds eerder beschreven wat een verdeelpunt is en waar deze doorgaans gesitueerd zijn. Om een stad is vaak een ringweg gelegen. Corridors (wegen die eventueel gebundeld zijn met spoor- en of waterwegen) uit verschillende richtingen sluiten ergens op deze ring aan. Niet alle verdeelpunten zijn op de ring gelegen. Het is ook mogelijk om verschillende modaliteiten die in een corridor gebundeld zijn net buiten de ring samen te laten komen. Eén of meer modaliteiten die weinig druk uitoefenen op de beschikbare ruimte in de stad dienen dan om zoveel mogelijk transport stad inwaarts over plaats te laten vinden. De juiste verdeling over de verschillende modaliteiten vindt plaats met behulp van het prijsmechanisme. Zo is het ook mogelijk een verdeelpunt net binnen de ring te hebben liggen, bijvoorbeeld als daar een goede aansluiting op het metronet is. Als voorbeeld hebben wij Rotterdam genomen en daar een aantal mogelijke verdeelpunten aangegeven die ingericht zouden kunnen worden als tranferium. Tevens laat de plattegrond zien dat er ook op grote schaal uitbreiding van de bebouwing buiten de ringweg te verwachten is. Wellicht is het de moeite waard om in zo'n de aanleg van een tweede ring in overweging te nemen. In dit voorbeeld hebben wij deze nog even buiten beschouwing gelaten. Een van de mogelijke verdeelpunten die binnen de ring gelegen is, is Rotterdam Blaak. Dit is een verdeelpunt waar zowel doorgaande weg, waterweg, spoorweg en metronet op aansluiten indien een oppervlakte van ruim twee hectare in ogenschouw wordt genomen. Alle ingrediënten voor een perfect verdeelpunt zijn in principe aanwezig, maar er zijn ook een aantal beperkingen voor een verdeelpunt in dit stadsdeel. Onder de weg door loopt een tunnel voor de metro. Deze wordt gekruist door de spoorwegtunnel die nog dieper onder de grond loopt. Direct naast station Blaak is de Oude haven gelegen die gekenmerkt wordt door oude cultuur en in 1998 nog moderne architectuur. Aan de andere zijde ligt de Binnenrotte die een enkele dagen per week gebruikt wordt als marktplein en in principe ook een stukje cultureel erfgoed is. Dit betekent dat er wel een doorgaande weg loopt, maar dat ingrijpende maatregelen genomen moeten worden om parkeergelegenheid te creëren. Het aanleggen van een parkeergarage ondergronds stuit op problemen door de al aanwezige ondergrondse bebouwing en de Oude Haven. Een parkeergarage op de lege plek naast de Oude Haven betekent dat vanaf die kant het uitzicht op, wat in de 19e eeuw het hoogste gebouw van Europa was, wordt ontnomen en zou vanuit cultureel oogpunt niet wenselijk kunnen zijn. Op dit moment bevinden zich nog parkeerplekken op de kade van de Maas, maar inmiddels gaan er steeds meer stemmen op daar een boulevard van te maken. Als alternatief kan Kralingse Zoom gebruikt worden om wegennet en metronet op elkaar aan te laten sluiten. Voor een aansluiting met de snelle schepen voor personenvervoer kunnen (ondergronds) peoplemovers worden ingezet die van station Blaak naar de kade onder de Willemsbrug gaan.
L*- L Met zijn travelcard haalt hij op de gebruikelijke manier zijn hybride huurauto op. Ook hier wordt hij verzocht zijn bagage te controleren. Het voertuig is standaard uitgerust met een on-board unit en ISA (Intelligent Speed Adaption), waarmee hij ook gebruik kan maken van de automatische voertuiggeleiding (AVG), die sinds enkele jaren grootschalig is ingevoerd. De meeste opdrachten kunnen gegeven worden door simpelweg je vinger op de juiste plaats voor het scherm te houden. Het is ook mogelijk mondeling opdrachten te geven. Tevens is er een toetsenbord dat je naar je toe kunt trekken en dat gebruikt kan worden om tijdens de verplaatsing over de automatische snelweg te kunnen werken. Zodra hij de besturing overneemt zal alle communicatie met de computer weer middels spraak plaats moeten vinden. Toetsenbord en beeldscherm zijn gedurende het verrichten van de rijtaak geblokkeerd. Paul kent dit allang vanuit de VS, maar hier is het relatief nieuw. . -^J De on-board unit (OBU) toont het adres van Vincent en vraagt of hij nog wijzigingen in zijn reisplan aan wil brengen. Paul geeft door dat er geen wijzigingen zijn en de OBU toont de route op het scherm. Paul bekijkt de route en rijdt vervolgens weg. Op dat moment krijgt hij aanwijzingen met behulp van de stem die hem over de ringweg van Amsterdam naar de AVG-strook leidt.
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
24
Legenda verdeelpunten metro: / V bestaand •*\/ toekomstig ferry: / \ / bestaand /\/ toekomstig fSJ spoorwegen • stations / \ / rijkswegen vaarwegen j»#4 toekomstige bebouwing
d)
Een andere belangrijke oplossingsrichting ligt in het voortdurend zoeken naar manieren om infrastructuur voor zoveel mogelijk verantwoorde doeleinden te gebruiken (inclusief de water-infrastructuur en de telecommunicatie-infrastructuur). Op die manier kan de 'ecological footprint' van het verkeers- en vervoerssysteem verkleind worden ten opzichte van het klassieke ééngebruik. Ook kan door gericht zoeken naar mogelijkheden voor (innovatief) hergebruik/ander gebruik de functionele levensduur van bestaande infrastructuur aanzienlijk worden verlengd. Nieuwe infrastructuur is dan minder snel noodzakelijk, en desinvesteringen doen zich minder vaak voor. In feite vraagt dit om een verandering van beeldvorming rondom infrastructuur. Het met tegenzin accepteren van de noodzaak van sommige infrastructurele voorzieningen gaat plaats maken voor een enthousiast zoeken naar alternatieve benuttingsvormen van bestaande of aan te leggen infrastructuur. Hierbij staan zowel de objectieve meerwaarde (zoals bijvoorbeeld vergroting efficiëntie/ verkleining ecological footprint) als de waargenomen meerwaarde (zoals bijvoorbeeld: 'de weg levert als zonnecollector toch een aardige bijdrage aan ons energieprobleem') centraal. Bij het gericht zoeken naar innovatief meerdimensionaal gebruik van infrastructurele voorzieningen speelt opnieuw de instrumentontwikkeling een belangrijke rol. We schreven al over de rol van GIStechnieken gekoppeld aan transport-, milieu- , economische- en ruimtelijke-ontwikkelingsmodellen. Deze geavanceerde 'GIS-based models' leveren tegelijkertijd de benodigde visualisaties die alle fasen van het ontwerp- en besluitvormingsproces ondersteunen. Om de kansen voor bepaalde oplossingen verantwoord in te schatten zijn deze instrumenten onontbeerlijk. Hieruit kan geconcludeerd worden dat investeringen in de ontwikkeling van deze instrumenten robuust zijn, dat wil zeggen: zij leveren hun geld op onafhankelijk van demografische, economische, transportgerelateerde en andere ontwikkelingen in de toekomst. Naar dezelfde robuustheid kan worden gestreefd bij infrastructurele investeringen. Het accent op innovatief meerdimensionaal gebruik leggen betekent tegelijkertijd een grotere robuustheid van de investeringen, omdat de infrastructuur beter mee kan buigen met de ontwikkelingen. Bij het ontwerp van nieuwe infrastructuur vraagt dit om een uitgekiend en weldoordacht concept: mocht na een aantal jaren de situatie waarvoor de infrastructuur is gebouwd zich wijzigen, dan geen nood: de infrastructuur laat zich met relatief weinig moeite afstemmen op de nieuwe situatie. Dit noemen
we flexibiliteit van de infrastructuur. Dit is iets heel anders dan dynamisch gebruik van de infrastructuur, hoewel ook dynamisch gebruik van de infrastructuur kan bijdragen aan een betere benutting. Onder dynamiek verstaan SSf "*Zj IkZ^lk. ^B Hftdk S " ^ ***** f ' ' IB~^UV ^ ^ P * Dk ~ \. * In de VS had de invoering van AVG iets minder lang op zich laten wachten dan in Europa. Toch was het traag verlopen, ondanks het feit dat de techniek al net na de eeuwwisseling in een ver gevorderd stadium was geweest. De weggebruiker was terughoudend geweest met het uit handen geven van de rijtaak en bovendien waren er vele maatschappelijke discussies gevoerd over aansprakelijkheidskwesties voordat men het systeem daadwerkelijk op de weg had willen plaatsen. Inmiddels waren ook technieken voor de onderlinge communicatie tussen voertuigen zover ontwikkeld dat voor het efficiënt benutten van de rijstroken het AVG-systeem feitelijk niet meer nodig was. De AVG-strook was daarmee meer een soort veredelde betaalstrook geworden. Go Global heeft ook nu weer de reis goed verzorgd. Eenmaal bij Badhoevedorp aangekomen geeft de -stem hem te kennen dat er vanwege een ISA-defect aan een vrachtwagen op de gewone rijstrook niet harder dan 25km/h gereden kan worden en dat hij er verstandig aan doet gebruik te maken van zijn reservering voor de AVG-strook. Hij rijdt door het poortje aan het begin van de AVG-strook en enkele seconden later vertelt de stem hem dat er 12 EURO van zijn tegoed is afgeschreven. fcr '^KN^M
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
25
we het binnen gegeven kaders inspelen op de steeds wisselende situatie. Maar wat te doen als een gegeven kader verandert? Het in kunnen spelen op veranderende kaders noemen we flexibiliteit. De huidige verkeerssignalering is bijvoorbeeld behoorlijk dynamisch, maar kan nauwelijks flexibel worden genoemd: wat te doen met al die elektronica als de weggerelateerde transportvraag zich wezenlijk wijzigt? Of wanneer het voertuigenpark verandert? En de in-car apparatuur inclusief reisinformatie een hoge vlucht neemt? Het is hoog tijd dat in de beeldvorming het onderscheid tussen de elektronische infrastructuur op/langs de weg en de weg zelf verdwijnt. Het is in feite één geïntegreerde infrastructurele voorziening, die integraal op flexibiliteit beoordeeld moet worden. Flexibiliteit verhoogt de robuustheid van de investeringen, bij dynamiek is dit zeer afhankelijk van de flexibiliteit van de middelen waarmee de dynamiek kan worden bewerkstelligd. In het licht van het voorafgaande geven we een aantal ruw uitgewerkte voorbeelden van concrete infrastructurele voorzieningen die in de toekomst een rol zullen gaan spelen, en waarbij innovatief gebruik centraal staat. Voorbeeld 3: De weg als zonnecollector Anno 1998 gebruiken we de weg in feite alleen voor transport. Maar diezelfde weg kan ook een zonnecollector-functie vervullen. Het principe is eenvoudig. Leid 's zomers relatief koel water door het asfalt, waarbij het water verwarmd wordt door de zon die op de weg schijnt. Teglijkertijd wordt het wegdek afgekoeld, hetgeen spoorvorming en warmte-schade aan het wegdek helpt voorkomen. Sla het warme water ondergronds op in een aquifer en gebruik het in de winter om voorwerpen/ objecten naar keuze te verwarmen. Bijvoorbeeld het wegdek zelf wanneer het sneeuwt of ijzelt, dan hoeft er niet gestrooid te worden. De verwarming voorkomt zo vorstschade en strooischade aan het wegdek en bespaart het milieu een portie verzouting. Maar ook het (voor)verwarmen van gebouwen is een mogelijke toepassing. Het idee van de weg als zonnecollector is ondertussen genoegzaam bekend, maar het wordt sinds kort ook op verschillende lokaties ter wereld uitgeprobeerd. De eerste resultaten zijn positief. Niet alleen is de energie-opbrengst groter dan verwacht, ook kan er flink worden bespaard op wegonderhoud vanwege de beschermende koeling in de zomer en verwarming in de winter. Kan dit idee nog worden verfijnd? Er worden ook spoelsystemen ontworpen om zoab (zeer open asfaltbeton) te reinigen. Integratie met de zonnecollector-functie ligt hier voor de hand. Daarnaast geldt ook hier dat er water gebruikt wordt. Dat water komt ergens vandaan en gaat ergens naar toe, en vormt dus een onderdeel van de waterhuishouding. Wellicht kan de aanvoer bestaan uit verontreinigd water, dat in het wegdek gefilterd wordt tot minder verontreinigd water. Hierdoor neemt de verontreiniging in het wegdek zelf toe, maar de verontreiniging is dan precies gelokaliseerd en kan bij wegonderhoud gericht worden aangepakt. Zo is de weg niets meer dan een tijdelijke opslagplaats van de verontreiniging totdat deze wordt verwerkt. Deze opslagplaats bevindt zich daar waar de milieuschade gering is, en levert daarnaast (voor)gereinigd water.
• 7*^BHMk?t V V 4 J
> ""*» v~ "" \~^% T ' K
Vtt ~
Zijn reis over de AVG-strook verloopt rustig. Net als Paul een leuke internetsite over het vervoer van drinkwater in olietankers aan het lezen is laat de computerstem hem weten dat hij over twee minuten de rijtaak weer over moet nemen. De snelheid op de AVG-strook neemt iets af en hij stuurt zijn auto naar de uitvoegstrook. De stem leidt hem naar de N446. Even later rijdt hij Woubrugge binnen en stopt voor de woning van zijn zakenvriend. Die avond stapt hij rond 21.30 uur in de auto en rijdt via Leiden naar transferium Blijdorp bij Rotterdam. Wie verder rijdt over de Ruit van Rotterdam betaalt tol. Deze daluren zijn vier keer zo goedkoop als de spitstijden. BH Hij komt bij de garage waar hij direct over kan stappen op de hotelservice. Vermoeid gaat hij uiteindelijk slapen. Een van de volgende dagen blikt Paul uit het hotelraam op de Maas, en constateert dat het prachtig weer is. Hij besluit een terrasje op te gaan zoeken op de boulevard langs de Boompjes. Wat hij niet weet is dat het aanleggen van deze boulevard het toch al zo kleine aantal parkeerplaatsen in dit gedeelte van de stad nog verder heeft teruggedrongen, zeer tegen de zin van de plaatselijke winkeliers.
ï- w
Transport en infrastructuur in de 21' eeuw
26
'.
ïïimM
TLMÊÊ
Het voor- en natransport van water dat elders gebouwen verwarmt (bijvoorbeeld) is een apart punt van zorg. Het voortransport van onverwarmd water kan misschien geïntegreerd worden in andere waterstromen omwille van efficiëntie. Het transport van verwarmd water vraagt speciale aandacht. Buisleidingen liggen voor de hand, maar ook transport per schip is mogelijk. Aan de hand van deze randvoorwaarden kan men een principe-ontwerp schetsen dat kan dienen als inspiratiebron.
Weg (onder lichte verkan-i ting)
Zonnecollectorfunctie en koeling; evt. gekoppeld aan spoel- en/of filtersysteem
Aanvoer afvalwater eventueel via (olie)pijpleidingen
Warm waterpijpleiding, eventueel gecombineerd met oliepijpleiding
Geluidswal vervaardigd van uitgegravan wegen kanaalgrond
Elektriciteitskabel te gebruiken voor AVG en datatransport
Kanaal voor scheepvaart; eventueel afwatering van poldergebied; eventueel verontreinigd
Geluidswal vervaardigd van uitgegraven kanaalgrond
Figuur 3: Innovatief gebruik van gebundelde infrastructuur; een inspiratie-schets.
Het paste echter wel in het gemeentelijk beleid om het aantal auto's in de stad terug te dringen en nadat er extra investeringen in het openbaar vervoer in dit gedeelte van de stad waren gedaan was het dan uiteindelijk toch van de grond gekomen. De horeca was zeer te spreken over deze uitbreiding alhoewel ook zij graag wat meer parkeergelegenheid voor hu klanten hadden gewild. Tijdens het nuttigen van een tweede kopje koffie klinkt weer de stem van zijn pc. Vincent ha besloten om naar een expositie in hotel New York te gaan en nu zijn vriend Paul toch in Rotterdam is Ondanks zijn voornemen zich tijdens zijn vakantie niet zakelijk bezig te gaan houden besluit Paul toch mee te gaan en ze spreken om 13.30 af bij de Leuvehaven. Van daaruit gaan ze met de watertaxi naar hotel New York. Het bezoek aan de expositie loopt uit op een zakelijk diner in het restaurant van het hotel.
kW
Transport en infrastructuur in de 2 1 ' eeuw
27
Voorbeeld 4: Medegebruik oliepijpleidingen voor afvalwater Een andere ontwikkeling is de vermindering van de olievoorraden; zozeer zelfs dat bij het huidige gebruik de nu aangeboorde voorraden in 2040 volledig zullen zijn uitgeput. Ook al is het waarschijnlijk dat nieuwe voorraden zullen worden gezocht, toch zal mede door verhoogde kosten en de CO2effecten de olieconsumptie en daarmee het olietransport in omvang afnemen. De bestaande infrastructuur voor dit transport (olietankers en pijpleidingen) krijgt dan een overcapaciteit. Kan deze worden benut? Een interessante mogelijkheid is het medegebruik van oliepijpleidingen voor het transport van afvalwater (en zelfs irrigatiewater). Industrieel afvalwater kan via oliepijpleidingen (die geheel of gedeeltelijk buiten gebruik zijn geraakt) worden vervoerd naar zuiveringsinstallaties, bijvoorbeeld in het havenindustriegebied. Het aldus gezuiverde water kan per olietanker worden vervoerd naar het olie producerende Midden-Oosten waar het als irrigatiewater kan worden gebruikt. Op die manier varen olietankers niet leeg terug. Men bedenke hierbij dat het scheiden van het water en de olie relatief eenvoudig is, vanwege de volstrekt verschillende fysische en chemische eigenschappen. Ook valt te overwegen om de zuivering van het afvalwater pas te doen plaatsvinden op de plek waar het als irrigatiewater gebruikt gaat worden, maar dit vraagt om een goede zuiveringstechniek. Het Midden-Oosten zal terecht niet willen worden opgezadeld met de industriële verontreiniging die Europa produceert. Een andere optie voor het voorgezuiverde water is om het na te filteren in de duinen, om het vervolgens aan het grondwater toe te voegen. Wellicht is de kunststof verwerkende industrie in de toekomst zelfs in staat om bestaande technieken zover door te ontwikkelen, dat in de lege compartimenten in de olietankers, zakken geblazen kunnen worden. Op deze manier kan ook drinkwater vervoerd worden naar het Midden-Oosten. Daar de druk wordt opgenomen door de wanden van de tanker is de enige eis aan deze zakken dat ze volledig waterdicht zijn. Voorbeeld 5: Medegebruik van elektriciteitskabels voor datatransport en AVG Als laatste schetsmatige voorbeeld bekijken we de elektriciteitsinfrastructuur. De huidige elektriciteitsleidingen kennen net als de weginfrastructuur een eenzijdig gebruik: uitsluitend voor elektriciteitstransport. Door de aangebrachte wisselstroomfrequenties gericht en slim te variëren kan men echter tegelijkertijd informatie transporteren. Door dit te combineren met het inspiratie-wegontwerp in figuur 3 ontstaat het idee om elektriciteitskabels in de geluidswerende wal aan weerszijden van de weg op te nemen (hiervoor hoeft niet extra gegraven te worden, men legt de kabels en stort de grond er overheen, net als bij andere leidingen die in de wal kunnen worden opgenomen). Het elektriciteitstransport in deze kabels geeft een magnetisch veld dat gebruikt kan worden voor Automatische Voertuiggeleiding (AVG). Uiteraard vraagt dit om precisie-aanleg en zorgvuldig beheer een onderhoud. Nogmaals: dit en de vorige voorbeelden zijn ter verduidelijking en ter inspiratie. Hoe een concreet realisatie-traject kan verlopen is moeilijk voorspelbaar.
Als een Fransman vertelt dat er de volgende ochtend een Van Gogh geveild wordt in Lyon neemt Vincent direct contact op met zijn reisagent en boekt een vliegreis van Schiphol naar Lyon voor maar liefst 2.000 Euro. - Je hebt er heel wat voor over —, denkt Paul die besluit deze veiling aan zich voorbij te laten gaan. Die avond gaat Paul op tijd met de watertaxi terug naar zijn hotel aan de Leuvehaven. De volgende dag al vertrekt hij weer. Zijn kort zakelijke uitstapje was de moeite waard geweest maar had hem weinig tijd overgelaten o de stad te bezichtigen. Hij is zojuist opgestaan en bezig zijn spullen in te pakken. Over drie uur zal vanaf transferium Blaak een draagvleugelboot naar Hoek van Holland vertrekken. Hij zal direct na zijn ontbijt met de hotelservice naar het transferium gaan. Na het inchecken van zijn bagage zal hij dan nog zo'n anderhalf uur door de stad kunnen fietsen. Vincent had hem het adres van een goede fietsenwinkel in het centrum gegeven zodat hij voor zichzelf zo'n geweldige vouwfiets zou kopen. *
Transport en infrastructuur in de 2 1 " eeuw
28
Slotbeschouwing
In dit essay hebben wij een poging gedaan om enkele oplossingsrichtingen te zoeken om het transportaanbod beter af te stemmen op de transportvraag. Daarbij hebben we zoveel mogelijk rekening gehouden met de druk die de transportgroei op de beschikbare ruimte en het milieu uitoefent. Het verdeelpunt en innovatief gebruik van bestaande infrastructuur zijn slechts twee oplossingsrichtingen uit een lange reeks mogelijkheden. Graag hadden wij nog vele andere oplossingsrichtingen uitgewerkt, maar onder druk van de beperking op de ruimte (lees maximaal toegestane omvang van dit essay) en tijd die de organisatie hiervoor ter beschikking gesteld had, is dit het eindresultaat.
Nog net op tijd, maar uitermate tevreden met zijn aankoop onder de arm stapt hij om 11.00> uur op de draagvleugelboot. Natuurlijk had hij het pakketje ook thuis kunnen laten bezorgen maar in de tijd die hij aan het einde van de middag nog op NSI door wil brengen kan hij een vouwfiets nog goed gebruiken. De bootverbinding naar Hoek van Holland van 12.00 uur die hij geboekt heeft is bedoeld als combinatie van transport en toeristische attractie. Deze doet er ruim een uur over om in Hoek van Holland aan te komen en doet onderweg uitgebreid de Rotterdamse havens, de Hartelkering en de stormvloedkering Nieuwe Waterweg aan. Vanwege het broeikaseffect moeten deze reusachtige waterwerken veel vaker dicht dan de eens in de 10 jaar die bij de aanleg was voorspeld. Tijdens de tocht wordt allerlei informatie over overslag, shortsea schepen en andere scheepvaart gegeven.
3
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
29
Bij zijn overstap op de seaflyer naar NSI besluit hij meteen zijn nieuwe rijwiel uit te testen. Naar zijn bagage heeft hij verder geen omkijken meer, dat wordt voor hem geregeld. Op de seaflyer valt hem direct op dat deze anders is ingedeeld dan de seaflyer die hem op de heenweg naar Amsterdam gebracht heeft, terwijl hij aan de buitenzijde geen enkel verschil gezien heeft. Hij vraagt de steward naar de rede hiervoor. Deze legt hem uit dat de seaflyers over een modulaire opbouw beschikken. Afhankelijk van het aantal reserveringen van passagiers wordt vastgesteld hoeveel ruimte er overblijft om goederen met een laag gewicht te kunnen vervoeren. Per vaart wordt dan bepaald welke modules het best geplaatst kunnen worden.
Transport en infrastructuur in de 2 1 e eeuw
30