De Vlaamse successierechten. Successierechten zijn , naast de schenkingsrechten, in België niet langer een federale bevoegdheid maar wel een regionale bevoegdheid!
Iven De Hoon
De Vlaamse successierechten Successierechten zijn , naast de schenkingsrechten, in België niet langer een federale bevoegdheid maar wel een regionale bevoegdheid. Het zijn echter die successie- of schenkingsrechten die van belang zijn van dat gewest waar de overledene, op het ogenblik van zijn overlijden (of schenking), zijn fiscale woonplaats had. Hiermee wordt in feite de woonplaats bedoeld
Wanneer echter de fiscale
woonplaats, tijdens de 5 jaar voorafgaand aan het overlijden (of schenking), op meerdere plaatsen in België gelegen was dan wordt die plaats genomen waar de fiscale woonplaats tijdens deze periode het langst was (is) gevestigd. Dit om snelle verhuizers te ontmoedigen.
DEEL 1 : SUCCESSIERECHTEN Hoe zijn de Vlaamse tarieven successierechten opgebouwd ? Hier vindt u een overzicht van de tarieven successierechten. Rechte lijn , tussen echtgenoten en samenwonenden (wettelijk of feitelijk na 1 jaar) Schijven
Belasting op vorige schijven
% op deze schijf
0,01 – 50.000,00
0
3%
50.000,01 – 250.000,00
1.500,00
9%
> 250.000,00
19.500,00
27 %
In de rechte lijn, tussen echtgenoten en tussen samenwonenden. samenwonenden
worden
hier
wettelijke
samenwonenden
of
Met
feitelijke
samenwonenen na één jaar bedoeld. Deze tarieven zijn toepasbaar: per rechtverkrijgende op het netto-aandeel in de onroerende goederen enerzijds en op het netto-aandeel in de roerende goederen anderzijds. Roerende en onroerende goederen worden maw apart belast.
1
Tussen broers en zussen Schijven
Belasting op vorige schijven
% op deze schijf
0,01 – 75.000,00
0
30 %
75.000,01 – 125.000,00
22.500,00
55 %
> 125.000,00
50.000,00
65 %
Toepasbaar per rechtverkrijgende op het netto-aandeel van de goederen. Maar hier geen opdeling tussen roerende en onroerende goederen. Tussen anderen Schijven
Belasting op vorige schijven
% op deze schijf
0,01 – 75.000,00
0
45 %
75.000,01 – 125.000,00
33.750,00
55 %
> 125.000,00
61.250,00
65 %
Toepasbaar op het overeenstemmend gedeelte van de som van de netto-aandelen, verkregen door allen samen.
M.a.w. geen opdeling roerend en onroerend en
bijkomend op het geheel waarna de successierechten verdeeld worden.
Hoe gebeurt de aanrekening van het passief van de nalatenschap ? Het is enkel op het netto erfdeel dat er successierechten moeten betaald worden. Maw op het verschil tussen de activa en de passiva. Met passiva bedoelen we de schulden. In Vlaanderen zijn er specifieke regels vastgelegd om de volgorde van de schulden (passief) van de nalatenschap aan te rekenen. Let wel dat de successieregels m.b.t. de aanrekening het "specifiek en niet-specifiek passief" enkel van toepassing op
de
persoonlijke
huwelijksgemeenschap.
goederen De
van
de
overledene
gemeenschapsschulden
en
niet
worden
op
de
evenredig
verdeeld over de diverse activa van de huwelijksgemeenschap. De vereffening van
2
de huwelijksgemeenschap gaat juridisch immers de vereffening van de nalatenschap vooraf In de administratieve circulaire vinden we de volgende overzichtstabel :
Erfdeel
van
langstlevende Erfdeel
van
langstlevende
partner die geen aandeel in de partner die wel een aandeel in gezinswoning verkrijgt
de gezinswoning verkrijgt
Specifieke schuld inzake de gezinswoning 1) onroerend actief
1) gezinswoning
2) bedrijfsactiva (60bis)
2) onroerend actief
3) roerend actief
3) bedrijfsactiva (60bis) 4) roerend actief
Specifieke schuld inzake een ander onroerend goed 1) onroerend actief
1) onroerend actief
2) bedrijfsactiva (60bis)
2) bedrijfsactiva (60bis)
3) roerend actief
3) roerend actief 4) gezinswoning
Specifieke schuld inzake een roerend goed 1) roerend actief
1) roerend actief
2) bedrijfsactiva (60bis)
2) bedrijfsactiva (60bis)
3) onroerend actief
3) onroerend actief 4) gezinswoning
NIET specieke schuld 1) bedrijfsactiva (60bis)
1) bedrijfsactiva (60bis)
2) roerend actief
2) roerend actief
3) onroerend actief
3) onroerend actief 4) gezinswoning
3
Moet iemand die een blote eigendom erft ook reeds successierechten betalen ? In een klassieke verdeling van een nalatenschap erft de langstlevende echtgeno(o)t(e) het vruchtgebruik en de kinderen de blote eigendom. De blote eigenaar echter dient ook successierechten te betalen. Niet zo evident als men weet dat de inkomsten later (na het overlijden van de vruchtgebruiker) pas zullen ontvangen worden. Dit wordt al wel eens vergeten. Maar er bestaat een regeling die ervoor zorgt dat er pas later moet betaald worden. Voorbeeld Een neef erft (via testament) van zijn oom. Hij erft de blote eigendom van een appartement. De tante (63 jaar oud) , is nog in leven , erft het vruchtgebruik van dit appartement (waarde in volle eigendom is 300.000 euro). Successierechten ? Tante : vruchtgebruik : 300.000 x (4% x 9,5 ) = 114.000 euro Successierechten :
7.260 euro
Neef : blote eigendom : 300.000 – 114.000 = 186.000 euro Successierechten :
100.900 euro
Er zijn echter voor de neef twee mogelijkheden : -
hij betaalt de successierechten
-
of dit wordt uitgesteld.
Het uitstel is gebaseerd op art 79 van het Wetboek van Successierechten. Het uitstel duurt tot wanneer de vruchtgebruiker overlijdt. De neef moet echter wel een waarborg stellen (bv hypotheek). Maar gratis gaat de zon op …
4
Dit uitstel is niet gratis. De blote eigenaar moet zich ertoe verbinden om bij het overlijden van de vruchtgebruiker een forfaitaire bedrag te betalen uiterlijk binnen de 2 maanden na het verstrijken van de indieningstermijn van de nieuwe aangifte. Het te betalen forfaitair bedrag hangt af van de leeftijd van de vruchtgebruiker. Deze wordt berekend door de te betalen successierechten te vermenigvuldigen met een rentevoet (vandaag 7 %) en met een leeftijdscoëfficiënt van de vruchtgebruiker. In ons voorbeeld bedraagt deze forfaitaire som : 100.900 x 7% x 9,5 = 67.098,50 euro. Jaar
Leeftijd vruchtgebruiker
18
voor iemand die 20 jaar is of minde
17
voor iemand oven 20 tot 30 jaren oud
16
voor iemand boven 30 tot 40 jaren oud
14
voor iemand boven 40 tot 50 jaren oud
13
voor iemand boven 50 tot 55 jaren oud
11
voor iemand boven 55 tot 60 jaren oud
9,5
voor iemand boven 60 tot 65 jaren oud
8
voor iemand boven 65 tot 70 jaren oud
6
voor iemand boven 70 tot 75 jaren oud
4
voor iemand boven 75 tot 80 jaren oud
2
voor iemand ouder dan 80 jaren oud
Wat bedoelt men met de opsplitsing roerend – onroerend ? In Vlaanderen bestaat er sinds enkele jaren een opsplitsing tussen het onroerend en het roerend vermogen om zo de successierechten te berekenen. Zowel het roerend als het onroerend vermogen worden apart belast. Maar vergis u niet. Dit geldt
5
enkel in de rechte lijn, tussen echtgenoten en tussen samenwonenden en niet bij de broers en zusters en de anderen (tenzij ze samenwonen). Hoe zit het met de samenwonenden ? Samenwonenden worden fiscaal gelijkgeschakeld met gehuwden. Fiscaal zijn zij weliswaar gelijk geschakeld met gehuwden maar dit betekent echter niet dat ze van mekaar zullen erven. Het erfrecht legt immers andere regels op. Voor wettelijke samenwonenden daarentegen is een recenten beperkte verbetering gekomen maar enkel wat de gezinswoning en de huisraad betreft. Stel man en vrouw wonen feitelijk samen. Zij hebben één kind. Mevrouw heeft kinderen uit een vorige relatie. Mijnheer sterft ? Gevolg is dat het gezamenlijk kind alles erft. Dit kan verholpen worden door ow te werken met een testament. Wettelijk samenwonenden zijn personen (max twee) die samenwonen en een verklaring hebben afgelegd bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeenschappelijke woonplaats. Feitelijk samenwonenden zijn personen (eventueel meer dan twee) die op de dag van het openvallen van de nalatenschap, ten minste 1 jaar ononderbroken met de erflater hebben samengewoond en er een gemeenschappelijke huishouding mee heeft gevoerd.
Dit kan bewezen worden d.m.v. een uittreksel uit het
bevolkingsregister wat dan een weerlegbaar vermoeden inhoudt van een ononderbroken samenwoning en van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding Wat is er geregeld voor stiefkinderen ? Een vererving (testamentair) tussen een stiefouder en een stiefkind (= een kind van de echtgenoot maar ook een kind van de samenwonende partner) wordt gelijkgesteld met een vererving tussen ouders en hun wettige kinderen en dit zonder
6
enige voorwaarde. Vroeger was de volgorde van overlijden van belang, maar dist is ondertussen afgeschaft. Wat bedoelt men met zorgkinderen ? Zorgkinderen worden in Vlaanderen evenzeer gelijkgesteld met wettige kinderen. Voorwaarde is wel dat er een zorgrelatie van zorgouder en zorgkind moet bestaan. Zulke zorgrelatie wordt geacht te bestaan wanneer iemand, vóór de leeftijd van 21 jaar, gedurende 3 achtereenvolgende jaren bij een andere persoon heeft ingewoond en gedurende die tijd hoofdzakelijk van die andere persoon al dan niet samen met zijn levenspartner, de hulp en de verzorging gekregen hebben die kinderen van hun ouders zouden gekregen hebben. . Is er een goedkoper tarief voor gehandicapte erfgenamen ? Een gehandicapt iemand is : 1° diegene van wie, ongeacht de leeftijd, is vastgesteld dat ingevolge feiten overkomen en vastgesteld vóór de leeftijd van 65 jaar : ofwel zijn lichamelijke of geestelijke toestand zijn verdienvermogen heeft verminderd tot één derde of minder van wat een valide persoon door een of ander beroep op de algemene arbeidsmarkt kan verdienen ; ofwel zijn gezondheidstoestand een volledig gebrek aan, of een vermindering van zelfredzaamheid van ten minste 9 punten tot gevolg heeft, gemeten volgens de handleiding en de medisch-sociale schaal van toepassing in het kader van de wetgeving met betrekking tot de tegemoetkomingen aan gehandicapten ; ofwel na de periode van primaire ongeschiktheid, bepaald in artikel 87 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, zijn verdienvermogen is verminderd tot een derde of minder, zoals bepaald in artikel 100 van dezelfde gecoördineerde wet ; ofwel hij, ingevolge een administratieve of gerechtelijke beslissing, tot ten minste 66 pct. blijvend lichamelijk of geestelijk gehandicapt of arbeidsongeschikt is verklaard ;
7
2° het kind dat tot ten minste 66 pct. is getroffen door ontoereikende of verminderde lichamelijke of geestelijke geschiktheid wegens één of meer aandoeningen. Een gehandicapte persoon kan in Vlaanderen een vrijstelling van de successierechten genieten. Het bedrag van de vrijstelling voor de gehandicapte erfgenaam wordt bepaald door twee factoren : enerzijds de leeftijd van de gehandicapte en anderzijds de graad van verwantschap met de overledene. De vrijstelling noemt men een „voetvrijstelling‟ wat betekent dat ze eerst op de laagste schijven wordt aangerekend. Jaar
Leeftijd vruchtgebruiker
18
voor iemand die 20 jaar is of minde
17
voor iemand oven 20 tot 30 jaren oud
16
voor iemand boven 30 tot 40 jaren oud
14
voor iemand boven 40 tot 50 jaren oud
13
voor iemand boven 50 tot 55 jaren oud
11
voor iemand boven 55 tot 60 jaren oud
9,5
voor iemand boven 60 tot 65 jaren oud
8
voor iemand boven 65 tot 70 jaren oud
6
voor iemand boven 70 tot 75 jaren oud
4
voor iemand boven 75 tot 80 jaren oud
2
voor iemand ouder dan 80 jaren oud
De gehandicapte erft van iemand volgens de tarieven in de rechte lijn : Dan wordt de vrijstelling berekend door een bedrag van 3.000 euro te vermenigvuldigen met de coëfficiënt die met zijn of haar leeftijd overeenstemment. Bv een gehandicapte persoon is 42 jaar en erft van zijn vader : 3.000 x 14 = 42.000 euro vrijstelling. Het bedrag van de vrijstelling wordt zoals reeds vermeld eerst aangerekend op de laagste schijven en vervolgens op zijn netto-erfdeel in de onroerende massa. Het wordt pas aangerekend op zijn netto-erfdeel in de roerende massa als het erfdeel in de onroerende massa door de vrijstelling tot nul wordt herleid.
8
De gehandicapte erfgenaam erft niet volgens de tarieven in de rechte lijn : Dan wordt zijn vrijstelling bepaald door een bedrag van 1.000 euro te vermenigvuldigen met de corresponderde coëfficiënt van zijn leeftijd. Bv een gehandicapte persoon is 42 jaar en erft van zijn oom : 1.000 x 14 = 14.000 euro vrijstelling. Wat met geadopteerde kinderen ? Kinderen die „ten volle geadopteerd‟ zijn, worden fiscaal op dezelfde manier behandeld als afstammelingen.
Let op enkel minderjarige kinderen kunnen
geadopteerd worden. Kinderen die „gewoon gedopteerd‟ worden (zowel minderjarige als meerderjarige) komen enkel onder de regeling van de afstammelingen terecht indien aan de vier volgende voorwaarden is voldaan : 1° wanneer het adoptief kind een kind is van de echtgenoot van de adoptant; 2° wanneer, op het ogenblik van de adoptie, het adoptief kind onder de voogdij was van de openbare onderstand of van een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, of wees van een voor België gestorven vader of moeder; 3° wanneer het adoptief kind, vóór de leeftijd van eenentwintig jaar, gedurende drie achtereenvolgende jaren hoofdzakelijk van de adoptant, of van deze en zijn levenspartner samen, de hulp en verzorging heeft gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen; 4° wanneer de adoptie gedaan werd door een persoon van wie al de afstammelingen voor België gestorven zijn. De reden van de gewone adoptie is niet zo verwonderlijk. Men zou immers door „snel‟ over te gaan tot een gewone adoptie op deze manier aan successieplanning kunnen doen. Dit wordt op deze manier verholpen.
9