De visie Christiaan Kats 19 september 2012
Laarberg Regionaal bedrijvenpark
Duurzame voedingsbodem voor nieuwe technologie
Afbeelding 1: Eindbeeld 2030
Versie website
2
19 september 2012
1.
Inleiding
2.
De unieke waarden
3.
Biobased Economy
3.1
Groene grondstoffen
3.2
De positie van de boer
3.3
Elke plant is een kleine chemische fabriek
4.
De verbinding van Agro en chemie
5.
De ambitie van Laarberg
Versie website
3
19 september 2012
Inleiding De provinciale, regionale en lokale overheden hebben heel bewust ingezet op een regionaal bedrijvenpark. Een bundeling van krachten om daarmee de concurrentiepositie van de regio te waarborgen, te verstevigen en te verbeteren. Met ruimte voor ondernemingen tot en met milieucategorie 5, maar ook voor de grotere (boven)regionale ondernemingen. Laarberg wil over enige jaren de bindende economische schakel zijn voor de regio. Een duurzame motor voor de regio om ondernemers in de 3 topsectoren ’ [High Tech] Maakindustrie’ , ‘AgroFood’ en ‘Duurzame Energie’ maximaal te faciliteren. De eerste twee industrietakken zijn zeer sterk vertegenwoordigd in de regio en behoren tot de 9 topsectoren die de Rijksoverheid heeft aangewezen. Topsectoren waar Nederland wereldwijd sterk in is en wil blijven. Ondernemingen worden steeds vaker ingericht op basis van het ‘open innovatie model’. Dat vraagt om fysieke plekken waar de sector zich kan clusteren. We denken niet specifiek aan een Science Park [twee derde van de ondernemers vindt namelijk dat een dergelijk concept niet echt veel oplevert op het vlak van innovatie], maar aan het creëren van een plezierige omgeving met toegevoegde waarde.
Afbeelding 2: Co‐engineering & outsourced manufacturing
Een modern bedrijvenpark heeft een hoogwaardige ICT infrastructuur, centrale ontmoetingsruimte, horeca, kinderopvang, goede logistiek, ruimte voor trainingen en wellicht leisure. ‘Enjoy work’ wordt een belangrijke factor om goed personeel te krijgen en te behouden. Het arbeidspotentieel [leeftijd 20‐65 jaar] in de regio loopt fors terug en de arbeidsparticipatie
Versie website
4
19 september 2012
zal landelijk dalen [ouderen hebben over het algemeen een lagere participatiegraad dan jongeren]. Een zeer goede werk‐ en leeromgeving en een prettige leefomgeving zal voor veel mensen een reden zijn om te gaan verhuizen [landelijke of internationale schaal]. Laarberg als aanjager voor innovatie, vergroening en jong talent. Een locatie waar onderwijs, overheid, ondernemers en onderzoek elkaar gaan ontmoeten. Een aanjager voor het benutten van ieders kwaliteiten. Een plek waar de unieke waarden van de regio samen komen. Kortom een nieuw werkmilieu. 1.
De unieke waarden 1. Een goede bereikbaarheid over de weg door de opwaardering van de N18 met een eigen afslag naar Laarberg en een achteruitgang naar de Deventer Kunstweg richting A1. In 25 – 30 minuten via de A35 in Duitsland of op het toekomstige vliegveld Twente! 2. De arbeidsmoraal is in de regio zeer hoog. Ondernemingen willen de beste mensen met een goede arbeidsmoraal. Faalkosten door menselijke fouten [denk eens aan de enorme kosten als producten terug geroepen worden] kunnen funest zijn. 3. De centrale ligging in een gebied waar zeer dichte [intensieve] veehouderij veelvuldig voorkomt, maakt het mogelijk om op regionale schaal de Agro en Chemie met elkaar te verbinden. De Bio‐based Economy 1 gaat er komen. De industrie zal meer dan nu gebruik gaan maken van producten van het platteland. Nederland – en de regio in het bijzonder – heeft een sterke positie om de proeftuin voor de groene chemie te worden; 4. De mogelijkheid om een aansluiting op de aardgassnelweg naar Duitsland te realiseren. Er ligt een landelijke aardgas transportleiding over Laarberg richting Winterswijk/Duitse grens die verder wordt uitgebreid. Op het moment dat de regio meer groen gas produceert dan kan worden afgenomen, is er een mogelijkheid om dit rechtstreeks op het landelijke netwerk in te voeren. Bij kleinere hoeveelheden gaat de invoer gewoon op het netwerk van Alliander; 5. De Grolse Linie [Circumvallatielinie = ringvormige aardenwal rond het aanvalsterrein] uit 1627 loopt dwars over Laarberg. Een unieke waarde [wettelijke bescherming volgens de Wet op de Archeologische Monumentenzorg 2007] die gebruikt gaat worden om het algemene monotone beeld van een bedrijvenpark te doorbreken. De Linie wordt gebruikt om een breed publiek naar Laarberg te trekken. Een beleefpark voor jong en oud om de ontwikkeling, het testen en produceren van groene materialen, chemie en energie te laten zien.
1
Bio‐based Economy: Een economie gebaseerd op groene grondstoffen
Versie website
5
19 september 2012
2.
Biobased Economy
Bio‐based economy is het doorsnijdende thema. Het Interdepartementaal Programma Bio‐based Economy van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie heeft in 2010 een Wetenschappelijke en Technologische Commissie [WTC] aangesteld. Nederland is volgens de WTC in een bijzonder sterke positie om proeftuin voor de groene chemie te worden, waarbij economie, landbouw en innovatie de hoofdrol zullen spelen. Onze wereld is, tot ruim een eeuw geleden, altijd een Bio‐based Economy geweest. Pas de laatste honderd jaar is een (belangrijk) deel van de wereld afhankelijk van fossiele producten en materialen. De laatste jaren is er een publieke herwaardering gekomen van ‘groen’, het meest duidelijk bij de chemie en materialen, waar de belangrijkste drijfveer van de industrie om over te stappen op Bio‐based producten de wens van het publiek is. Hergebruik en neutrale belasting van het milieu staan voorop.
Afbeelding 3: Concept van de Bio‐Based Economy
De cross‐sectorale regie ligt bij het Topconsortium voor Kennis en Innovatie. In januari is het Innovatie contract 2012 – 2015 uitgekomen [Groene Groei – van biomassa naar business]. De volgende werkgebieden worden benoemd: Biobased materialen Bio‐energie & Biobased Chemicaliën Geïntegreerde bioraffinage Teeltoptimalisate en biomassaproductie Terugwinnen en hergebruik: water, nutriënten en bodem Economie, beleid en duurzaamheid
Versie website
6
19 september 2012
3.1 Groene grondstoffen
De meeste mensen denken bij groene grondstoffen nog aan groene brandstoffen [biobrandstoffen]. Maar de energie uit groene grondstoffen staat onder aan de waardepiramide. Onderstaand figuur illustreert dat de meest zeldzame en meest waardevolle producten bovenaan staan, zoals geur‐ en smaakstoffen en medicijnen. Die worden eerst uit de plant [gewassen] gewonnen. Vervolgens worden eiwitten en overige voedingsmiddelen benut, uit het restant worden chemicaliën gehaald, daarna worden de mineralen teruggewonnen en wat overblijft, kan nog altijd nuttig worden gebruikt voor het opwekken van energie. Voor elke teelt kan een dergelijke waarde piramide worden opgesteld.
Afbeelding 4: Waarde piramide groene grondstoffen
We moeten alert zijn dat de prijzen voor groene brandstoffen niet kunstmatig worden verhoogd [stimuleringsmaatregelen] met als gevolg dat hoogwaardige grondstoffen worden vernietigd [zonder gebruik te maken van alle lagen van de waardepiramide] of ten koste gaan van de voedselproductie. In de toekomst zal de beschikbaarheid van grote hoeveelheden groene grondstoffen ‐ en de daarbij behorende verwerkingscapaciteit ‐van strategisch belang blijken te zijn.
3.2 De positie van de boer Concurrentie om groene grondstoffen heeft niet alleen negatieve gevolgen. De productie van materialen en energie uit groene grondstoffen geeft een nevenroute voor verwerking van de oogst, ook in tijden van overproductie, zodat de opbrengst van de oogst groter en minder risicovol wordt en investeringen worden gestimuleerd. En wanneer reststoffen van de landbouw
Versie website
7
19 september 2012
beter verwerkt kunnen worden door tweede generatie technologieën kan hieruit een (beperkte) nieuwe inkomstenbron voor de boer voortkomen. In de nieuwe agrochemie combinatie kan voorbewerking van de oogst voor industriële bewerking beter op lokale of regionale schaal plaats vinden. De groene chemie kan zo een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het platteland. Boeren en hun coöperaties kunnen wellicht een groter deel van de waardeketen voor hun rekening nemen.
3.3 Elke plant is een kleine chemische fabriek De opgebouwde chemicaliën in de kleine chemische fabriek kunnen verder worden verwerkt, maar het zal ook de moeite waard zijn om de plant ‐ als een fabriek op het veld ‐ zo goed mogelijk op die verdere verwerking in te richten, onder meer door genetische aanpassingen. Voor geneesmiddelen, vaak gemaakt van genetisch aangepaste organismen als bacteriën, schimmels, gisten maar ook planten, zijn genetische bewerkingen nooit een probleem geweest. Bij grondstoffen voor de groene chemie is dit nog een discussie maar dat zal – anders dan bij voeding‐ en voedergewassen – sneller geaccepteerd gaan worden. Met moderne katalyse en met ‘witte’ of industriële biotechnologie kunnen tegenwoordig [meestal met laag energiegebruik en zonder lastige oplosmiddelen of productie van chemisch afval] de groene grondstoffen worden gewonnen.
Afbeelding 5: voorbeeld groene grondstoffen
Versie website
8
19 september 2012
4.
De verbinding van Agro en chemie
Met de groene chemie zullen de grootschalige geclusterde chemie en de verspreide agrarische bedrijven naar elkaar toe groeien. Agro en chemie zullen verbonden raken. Laarberg is een ideale locatie om dit te stimuleren en huisvesten. De koppeling met de sterk vertegenwoordigde Food & Nutrition en de agrarische bedrijven kan leiden tot nieuwe innovatie en werkgelegenheid in de regio. Voorbehandeling van de oogst om deze gereed te maken voor verwerking brengt lokale chemische bedrijvigheid met zich mee, zoals bio raffinage, lokale energieopwekking en productie van biologisch afbreekbaar verpakkingsmateriaal, zoals b.v. de PlantBottle van Coca Cola [de fles is volledig recyclebaar], groene producten voor de bouw of de auto‐industrie. De gewassen die hiervoor het meest in aanmerking komen zijn aardappelen, suikerbieten en gras. Maar ook de productie van nieuwe stoffen uit algen, eendenkroost en zeewieren zijn hiervoor geschikt. We kunnen bijvoorbeeld ook denken aan brandnetels als grondstof voor de textielindustrie.
Afbeelding 6:Biorefinery
Er zal ook een andere kijk komen op mest. In dierlijke mest en in digestaat [restproduct vergiste mest] zitten bestanddelen die essentieel zijn voor de bodemvruchtbaarheid en groei van planten. De productie van kunstmest slurpt energie, put de grondstof fosfaat uit en verarmt de bodemstructuur. Door na de vergisting de dikke fractie van drijfmest als restproduct van de biogas productie [fosfaatrijke deel] te scheiden, te drogen of composteren en persen ontstaat een hoogwaardige organische korrel. Een prima hoogwaardig [export]product en één van de oplossingen voor de mestproblematiek van de intensieve veehouderij. Een uitdaging voor de Achterhoek.
Versie website
9
19 september 2012
5.
De ambitie van Laarberg
Laarberg wil letterlijk ruimte voor ondernemingen creëren om de krachten te bundelen en kennis te delen in de genoemde sectoren. In de komende 20 jaar willen wij de resterende gronden op Laarberg fase 1 [van de circa 35 hectare is nog 10 hectare vrij beschikbaar] en fase 2 [42 hectare] tot ontwikkeling brengen. Wij willen koppelingen tot stand zien te brengen tussen de ’[High Tech] Maakindustrie’, ‘AgroFood’ en ‘ Duurzame Energie’. Ketenintegratie kan leiden tot meerwaarde. Er is een locatie nodig waar ondernemingen samen kunnen werken aan nieuwe grondstoffen, halffabricaten en producten. Een groene parkachtige omgeving, waarbij het beleven een belangrijke factor zal zijn. Daarmee zal het regionale bedrijvenpark zich in alle opzichten onderscheiden van de lokale bedrijventerreinen, maar ook van het regionale bedrijvenpark A18. Het Biobased Transitiepark zal nieuwe innovatieve productiebedrijven van groene grondstoffen, chemie en energie aantrekken. Mineralen en grondstoffen uit afval [mest, bioafval, hoog calorisch afval [HCA], etc.] kunnen door deze innovatieve bedrijven worden teruggewonnen. Er is ruimte nodig voor laboratoria, demonstratie‐ en testomgevingen en daarnaast voor op‐ en overslag en bewerking van biomassa. Er ontstaat een spin off voor de[ High Tech] Maakindustrie en synergie met het platteland. Ook vanuit Brussel is er volop aandacht voor lokale energieopwekking, voedselvoorziening en groene grondstoffen productie. Op het moment dat Laarberg de broedkamer/proeftuin voor de regio gaat worden dan kan deze kennis en nieuwe product marktcombinaties in de maakindustrie geëxploiteerd worden. Laarberg als voedingsbodem voor nieuwe technologie. Tevens zal er een koppeling moeten komen met het onderwijs. Zowel met lager [AOC Borculo] , middelbaar, hoger als universitair onderwijs. De Achterhoek is als agro grondstofleverancier gelegen op de assen van kenniscentra Larenstein [HAN], Radboud Universiteit, WUR [Wageningen], UT [Enschede], maar ook Duitse universitaire kenniscentra in Osnabrück en Münster. Naast de duurzame energie zal zoals gezegd de focus ook liggen op duurzame (bouw)materialen, klimaatinstallaties etc. en de handel die daarin met ondermeer Duitsland kan plaatsvinden. Wij willen ook de ruimte bieden aan de opwekking van energie d.m.v. de nieuwste generatie zonnecellen. De regio heeft zich ten doel gesteld om per gemeente 3 hectare zonne‐energie te realiseren. Er zijn mogelijkheden om dit te realiseren op de daken van nieuwe ondernemingen [waaraan wel constructieve eisen gesteld worden], maar tevens is er een mogelijkheid om tijdelijke proefopstellingen in te passen. Versie website
10
19 september 2012
Naast zonne‐energie en energieopwekking uit groene grondstoffen zullen alle mogelijkheden voor duurzame energieopwekking aandacht gaan krijgen, te denken valt dan bijvoorbeeld nog aan windenergie, energie uit aardwarmte of grondwater. Het Biobased transitiepark kan een netto uitgeefbaar oppervlak krijgen van ruim 20 hectare. In het Regionaal Programma Bedrijventerreinen is dit verankerd. Wij zoeken waar mogelijk naar samenwerking met agrarische bedrijven in de regio. Zie ook de film op de website www.biobasedeconomy.nl [3D‐film op YouTube]. In het Biobased Transitie Centrum op Laarberg zullen alle ondernemingen in de mooie omgeving van De Grolse Linie 1627 hun verhaal kwijt kunnen aan potentiële klanten, investeerders, leveranciers, etc. Het onderwijs kan praktijkvoorbeelden laten zien. Maar ook het publiek kan kennis maken met de ondernemers van de toekomst. Naast het verkopen van gronden willen wij ondernemers een zichtbare meerwaarde aanreiken. Er komen verbindingen tot stand die anders nimmer tot stand zouden gaan komen. Wellicht kunnen we komen tot een energieneutraal of zelfs energieopwekkend regionaal bedrijvenpark. We kunnen een synthese tussen energie en ruimte tot stand gaan brengen.
Versie website
11
19 september 2012