De verzamelde werken van Braber
Pagina : 1
__________________________________________________________________________________________
De verzamelde werken van Braber Het complete oeuvre van onze zeer gewaardeerde Rust Roest-columnist
Illustraties:
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 2
__________________________________________________________________________________________
Slap handje of stapje Vandaag is het dan eindelijk zover. Na drie jaar welpen -tja, ik ben een keer blijven zitten- en twee jaar pupillen F nu dan eindelijk in de E. Wij, nou eigenlijk ikke, ben vandaag pupil van de week. We zijn weliswaar met het hele team, maar de mensen op de tribune zullen wel vooral naar mij kijken. De meesten komen toch ook alleen maar voor mij, denk ik. Ik vind het wel kei-spannend, maar dat mag natuurlijk niemand zien. Stoer blijven kijken, daarop heb ik de hele week al geoefend voor de spiegel in de badkamer. Ik heb ons mam gevraagd om m’n shirtje en broek nog een keer goed te wassen. Ze zei dat ze dat al een keer gedaan had deze week, maar toen heb ik er gauw nog een beetje vlek op gemaakt, en toen heeft ze ’t nog een keer gedaan. M’n zaalschoenen had ik woensdagmiddag met Jif helemaal mooi wit gemaakt. Maar dan lijk je net een beginneling, dus ik heb ze gisteren toch maar weer door de zandbak gesleept. Nou ziet ’t weer een stuk beter uit. De wedstrijd begint om half acht, maar voor alle zekerheid moet ik er wel om twee uur zijn. Mamma zee dat dat veels te vroeg is, ze geloofde niet dat we nog moeten warmlopen. Maar uiteindelijk heeft ze toch een paar boterhammen gesmeerd en een pakje roosvicee in m’n tas gedaan. Alsof ik een hap door m’n keel krijg! Trouwens, dat brood kon er nog maar nét bij. De roosvicee heb ik stiekum teruggezet, stel je voor dattie kapot gaat in m’n tas: dan sta ik voor lul. Alles zit erin. Twee paar schoenen, twee shirtjes, maar ik heb maar één zwarte broek. Da’s wel een beetje een gok. Nog een extra t-shirt uit de kast gepakt .. staat wel mooi als warmloopshirt. Verder m’n trainingspak, ook een keer extra gewassen. Deze week extra m’n best gedaan op de training en bij ons in de buurt ook nogal wat kilometers gemaakt. Ik moet er tenslotte rekening mee houden dat ik straks helemaal in de goeie outfit langs de lijn zit, topfit … eigenluk dus gewoon helemaal Klaarzit. Er zal er eens eentje geblesseerd raken, en alle reserves zijn op, of die willen niet, of ze zijn toevallig net even plassen. Van die kans heb ik deze week al twee keer gedroomd. Dat die reserve dus moest poepen en heel lang weg was. Ik erin voor de laatste vijf minuten en nét toen de wekker afging maakte ik het overwinningsdoelpunt. Straks is het eindelijk zover. Ik merk dat al m’n teamgenoten zenuwachtig zijn, allemaal opgewonden en veels te druk. Maar aan mij merken ze niks. Ik trek gewoon het gezicht dat ik geoefend heb, alsof ik hier elke week sta. En ik ga rustig op de bank zitten. Dat lukt trouwens niet zo lang, want ik moet steeds plassen. Eigenlijk weet ik niet met wie ik op mag lopen. Moeten we dat zelf regelen? Zal toch wel met een kerel zijn? Ik vind het stom om met een meisje op te lopen, ik ben toch geen mietje! Of het moet met Kim zijn, dat gaat nog wel, dat is wel stoer! Heeft de treener vandeweek trouwens niks van gezegd. Ha, dan ga ik mooi op tijd bij de mannen rondhangen. Bij Erik of zo, tenminste als ‘ie geen rooie kaart heeft gehad. Maar ook niet bij Teun of bij Martin .. die zijn zo lang, dat doet pijn aan m’n oksel. William dan maar. Zal ik vast naast ‘m gaan zitten? Eindelijk is het zover .. zitten m’n kleren goed? Veters vast? Je zult erover struikelen! Ook een beetje trappelen, staat wel stoer. Tjonge, wat zitten er veel mensen .. allemaal voor mij! Ik pak William z’n hand vast. Nondeju .. hij heeft Floortje al aan z’n andere hand. Die is onnozel, dat gaat wel lukken: “He Floor, die daar heeft nog niemand” En Floor gaat goed stom naar Anke, maar die is reserve! Heb ik ze mooi te pakken .. en William z’n hand ook. Eindelijk fluit de scheids en lopen we op. Zo nonchalant mogelijk .. en nou op m’n allerallerstoerst kijken!! Ze klappen allemaal voor mij !!! Nou komen de namen .. opletten ... Wat zal ik daluk doen bij mijn naam: Stapje naar voren? Slap handje naar boven? Of allebei? Wat zou het stoerst staan? Stapje naar voren zien ze me beter, maar slap naar boven staat stoerder. Dan maar een handje, of toch …? Nee, beter is … Maar … Hé, waarom loopt iedereen nou ineens weg. Shit shit shit .. niet opgelet en m’n eigen naam niet eens gehoord!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 3
__________________________________________________________________________________________
Mijn grote verlangen. Vroeger .. ja, vroeger was alles beter. Dat zeggen ze tenminste, en bij sommige dingen is dat ook zo. Neem nou bijvoorbeeld de roddels in de club. Die zijn er dus niet meer. En dat houdt dan weer in dat je als column-schrijver bittere armoe kent. Vroeger had je kommer-en-kwel en roddels, volop roddels .. er was altijd wel wat. Er smeulde wat, er rommelde wat. We vonden iets van de trainer, of van de vrouw van de voorzitter. Of van de nicht van de zus van … Het bestuur smeedde snode plannen, of juist niet. Ontluikende liefdes voorafgaand aan, en vooral tijdens en na een kampweek. Want daar ging je toch voor op kamp! Dan had je tenminste een onderwerp. Het hoefde niet te kloppen: de spreekwoordelijk klepel, ver weg van de klok gaf voldoende mogelijkheden. De rest verzon je er zelf bij en dat ging erin als natte eierkoek. Genoeg boeiend leesvoer voor het korfbalgepeupel. Zelfs het gastenboek van www.rustroest biedt tegenwoordig geen enkel aanknopingspunt. Voorheen kon je daar ook nog weleens snuffelen aan prille liefdesverklaringen van een junioor van Boemerang, die snakte naar verkering in het bruisende Eindhoven. Maar meer dan Henkies stand van zaken over de nieuwe sporthal en vooral heel veel vergeten korfbalspullen kom je in het gastenboek niet meer tegen. Het leest zo lekker: perikelen tussen de opstellingen. Maar ze zijn er gewoonweg niet meer. Braber heeft bij zichzelf ontdekt dattie onderhand uitgezeurd is over het pieledraaien onder de korf, het gezever over verdedigd schieten, de paaldame en haar 25 secondenklok en meer van dat soort onzin. Braber ontwikkelt zich immers ook nog steeds en heeft daarom besloten wat meer de literaire richting op te zoeken. Zich met dat nobele doel te laten omscholen. Een beurs van het Fonds voor de Letteren is inmiddels binnen. Een soort van Privé- of Storyachtige cursus leidt hem op tot L.V.R.-auteur. Dat staat dus voor een schrijver van Lekkere Vette Roddels. Als stage heb ik gevraagd om het Rust Roest cluborgaan te mogen misbruiken, en dat mag dus. Ik ben dit jaar aan mijn stageperiode begonnen en zit intussen al enkele weken de hele zaterdag beurtelings in de kleedkamers en op de tribunes. Vooral te luistervinken. Ik douche per zaterdag gemiddeld 5 keer, want daar hoorde en zag je vroeger nog eens wat. Nu niet meer dus. Aan de bar is het ook lang niet meer wat het geweest is. De barbaas begint me zat te worden, want ik bestel nooit wat. En daarmee is Braber ten einde raad. Heb vorige week een lange brief naar de redactie gestuurd met de vraag of ik een oproep in het krantje mag doen: een oproep voor, liefst, L.V.R.’s. Maar dat mag ik dus niet van Rien en Il (wat staat dat gek: als je zo het koosnaampje Il van Ilma tikt). Een advertentie, ja dat mocht dan weer wel. Maar die kosten een klein vermogen en niemand leest ze. Schiet ook niet op. Daarom, in een ultieme poging mijn opleiding en toekomst voor mijn bloedjes van kinderen enig perspectief te geven, deze hartenkreet: Wie, of wie .. weet een manier hoe ik aan mijn roddels kan komen?
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 4
__________________________________________________________________________________________
Kleurige kerst
Taipei
Zo, die gezellige maand december weer achter de kiezen! Tjonge, wat was het weer afzien: twaalf keer opnieuw de lootjes moeten trekken, totdat het eindelijk klopte … en daarna het gehannes met de verplichte surprise. En om die surprise uit te leggen moet er dus ook een gedicht bij, liefst een beetje rijmend. Dan maar afwachten of ze de meesterlijk creatieve surprise snappen … die van mij dus meestal niet. Enkele weken later de opmaak voor de kerst, voor het gemak sla ik het uitzoeken van de kerstboom maar even over. Steeds weer de aanleiding voor onze Grote EindejaarsRuzie. Dit jaar -slim idee van mij- hadden we in april, toen we de asperges gingen halen bij de boer, al een lintje met Braber erop om onze boom geknoopt … scheelt een deel van de Grote EindejaarsRuzie en een paar bevroren voeten in december. Dan breekt de o zo gezellige kerstsfeer los, je kunt in huis je kont niet meer keren of je raakt wel ergens een bal, krans of ster. Maar gezellig !! Alle kleine Brabertjes over de vloer natuurlijk en zo heb ik tweede kerstdag geen kerstbal meer over. Maar het is een vredesfeest, dus vooral slikken, slikken en slikken. Ook zo genoten van onze clubkrant, dit jaar weer meer al-dan-niet gejatte gedichtjes? Nooit geweten dat de lieve Rust Roestertjes zo van poëzie hielden, An heeft de trend gezet en ’t worden er elk jaar meer. Kunnen we niet beter Poesie-albums in de kaartenbak doen in ’t vervolg? Een maand vol met wéken zonder korfbal .. ik kom die tijd niet zonder een korfbaltransfusie door. Gekorfbalgoogeld, en ja hoor: in het boerenkeutelgat Nuenen organiseren ze al jaren een internationaal kersttoernooi. Stel je eens voor: er zijn dus mensen in Duitsland, België en nog andere omliggende landen die de o zo gezellige en overgevulde kerstdis aan zich voorbij laten gaan met de legendarische uitspraak: Nee, dank je .. ik moet morgen nog korfballen in Nuenen ! Maar enfin, ik door de sneeuw naar het Nuenense kersttoernooi. Dat was lachen: Naast de eerdergenoemde bovenwindse naties was dit jaar ook Taipei van de partij. Later nog Taipei gegoogeld, maar dat is een teringeind weg, zeker met de kerst. Maar ze waren er: met een man of zestien. En ik zeg het speciaal zo, want in Taipei is het verschil tussen meiskes en jonkskes niet met het blote oog te zien. Zelfs niet aan eventuele rondingen her en der en al zeker niet onder een trainingspak. Maar ze waren er en ze heten allemaal Lee en Kim geloof ik. Dus dat schiet ook niet op. Maar bloedfanatiek, dat wel. En weet je wat het grappige is aan al die Kimmetjes en Leetjes? Ze hebben stuk voor stuk een hele zooi tape op en om hun benen geplakt. In allerhande kleuren: oranje, paars, blauw, groen, ultraviolet en weet ik wat nog meer. Leek wel een omgekeerde carnavalsoptocht (zou trouwens best zo kunnen in Nuenen-Dwèrs) Tja, en Braber zou Braber niet zijn als hij niet het naadje van de kous, nou ja been, wilde weten. Dus ik heb eerst stilletjes-in-m’n-eigen goed in ’t Engels geoefend en heb toen aan de opper Kim, of Lee, dat kon ik niet zien, gevraagd waar dat voor diende: En nou blijken die kleuren in het Taipei-se bijgeloof te staan voor allerlei zaken die bij korfbal verrekte handig zijn: Paars staat voor zuiverheid (handig bij ’t schieten), oranje voor verdraagzaamheid (hoe komt Rust Roest eigenlijk aan die kleur?), groen voor onoverwinnelijkheid (Taipei heeft er die dag duidelijk te weinig van opgeplakt) en zo hebben al die kleuren een eigen betekenis. Je snapt mijn tip voor onze club: plakken wat je plakken kunt !! Om het gesprek nog even af te ronden vroeg ik aan de coach nog naar de zakelijke kant van deze barre trip naar de van Goghvillage: Daarop bleek dat het team was gekomen tegen vergoeding van de reiskosten en een etentje bij de plaatselijke Chinees. Vandaar die blauwe trainingspakken: blauw staat voor bescheidenheid!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 5
__________________________________________________________________________________________
Veel liefs vanuit Sankt Johann in der Schnee Nee, lieve lezertjes, dit jaar geen Kerstverhaal van Braber. Veel te link om te vertellen over Leon de verlosser … die bovendien uit het Westen komt en dat is heel iets anders dan uit het Oosten ... want daar komen toevallig de drie wijzen vandaan. Trouwens, het is in de sfeer van een kerstverhaal eigenlijk toch wel erg verleidelijk om het over een armetierig stelletje in de stal te gaan hebben: Er was immers geen plaats voor ’t arme stel op de Botenlaan en daarom dreigde Rust Roest in een stal terecht te komen. Dat had het ook kunnen worden, maar onze burgervader Rob heeft bijtijds zijn oren naar Brabers opvattingen laten hangen. Dat dus niet in deze vette kersteditie.
Hoezo, dik? Ik ben hier niet de enige, die last heeft van gewichtstoename.
Ditmaal vanuit mijn eigen koerort in Sankt Johann in der Schnee. Met een gemuutlieg karafje schnapss am Tisch. Nog net voor ’t vertrek het onvolprezen klubblad in de koffer gestopt en daar zit ik nu mee op schoot stikvol goede voornemens. Zojuist aanbeland bij de vacatures. Zou er iets voor mij bij zijn? We zoeken een voorzitter … ik denk eigenlijk dat ik dat best zou kunnen. Ik heb tenminste verstand van korfballen en ‘t lullen is ook redelijk ontwikkeld. Maar als ik dan vervolgens zie dat er een gezonde dosis humor wordt gevraagd, tja dan haak ik af. Of misschien als voorzitter van de G-commissie … dat trekt me dus wel. Maar even verder lees ik ‘sympatiseren met de doelgroep’ Wat bedoelen ze daar nu weer mee, dat vertrouw ik dus niet! Ook niet dus. Materiaalman/vrouw spreekt me dan wel weer aan: Hoor eens wat je dan moet kunnen: ‘het in stand houden van het korfbalmateriaal’ Ja zeg, heb je ooit korfbalmateriaal zien liggen dan? Behalve de lijnen. Daar hebben we toch grondplaten en grondpinnen voor. Ik ga daar geen uren het materiaal in stand staan houden op m’n vrije zaterdag.
Maar wat dan wel? Mijn ideale functie stond er niet bij. Ik miste bij de vacatures jammerlijk de functie van afschrijfhuisbezoeker. Want dan had ik zeker gesolliciteerd. Lijkt me wel iets om te doen: Als iemand lid wordt van onze club. En dan een keer afschrijft zonder een goede reden, ‘zulks ter onzer beoordeling’ Eerst krijgt ‘ie een officiële brief, met de heuse handtekening van Leidsman Wim, of misschien wel van Wisse Dekker, die aankondigt dat de Heer Braber als ‘afschrijfhuisbezoeker’ op die en die datum zijn opwachting zal komen maken. En of vader en moeder en lid Pietje of Marietje dan wel thuis willen zijn. Netjes in ’t pak kom ik dan een hartig woordje spreken: Of ze wel weten hoe het hier in het land gaat, dat ze maar doodgewoon gast zijn bij onze club, dat ze zich moeten aanpassen aan onze korfbalzeden en -gewoonten, dat vader en moeder ook betrokken moeten zijn bij de club en ook de spelregels moeten kennen. En minstens een keer per maand ook de training bijwonen. Kortom een donderspeech van dik een half uur. Verder niks … klaar is omdraaien en weer gaan, geen excuses en geen discussie! Jammer, die functie is klaarblijkelijk niet vacant. Volgend jaar misschien.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 6
__________________________________________________________________________________________
En wat doen jullie nu met Anita …? Ik snap er niks meer van. Sla afgelopen maandag het Eindhovense Suffertje open en wat zie ik? Paginabreed half Rust Roest op de rug ... klaarblijkelijk te snel voor de fotograaf. Mooi spandoek op de achtergrond, dat wel. Maar daar ging het artikel niet om; prominent: Rust Roest heeft nu ook z’n eigen Cruijff, z’n eigen Verlosser dus. Iemand gevonden die heel goed schijnt te kunnen mandjeballen en Rust Roest gaat helpen oogsten. De inspanningen van de afgelopen jaren moeten nu de vruchten gaan afwerpen. ’t Kluppie staat over een paar jaar te ballen tegen alle grote Vaderlandse clubs. Op weg naar Ahoy. Guttegut, wat een mooie tijden gaan we tegemoet. Pieledraaien in optima forma natuurlijk. Knallen van grote afstand. Hotseknotsekorfbal. Tuurluk zijn we blij met de Verlosser. Beetje sneu voor Rick, die ik in de krant ineens gebombardeerd zag tot hulpcoach (onze eigen van Basten dus). Maar ik heb het zó te doen met Anita. Anita, als pril prulleke afkomstig van het dameskorfbal, ergens uit het Limburgse land dat nu zowat onder water staat. Anita, al snel na haar afgebroken korfbalcarrière in de weer met al onze kleine Brabertjes die ze onder haar hoede had en ze heeft leren vangen, stapje opzij zetten en doorloopballen heeft leren maken. Die ons allen een vierkantje liet maken, en zorgde dat ieder om-ze-beurt in de aangeef kwam. Anita, de Moeder Aller Veelbelovende Rust Roestertjes lijkt geslachtofferd te worden. En dat is sneu! Ik ga het nu eerlijk bekennen: ik ben fan van Anita. Nou, eigenlijk wel meer dan dat, maar dan stiekum. En omdat ze nu ten faveure van de Verlosser wordt geslachtofferd kom ik daarmee op de proppen, uit de proppenkast dus. Lieve Rust Roestertjes van de Anita-generatie: Laat je geweten spreken! Je weet toch dat ons aller Anita ons het korfballen leerde zoals het moet: lekker ruim, hele vak gebruiken, wachten op die ene mooie kans en dan met een prachtige doorloopbal scoren. Niks knallen vanaf de lijn, niks pieledraaien. Niks bal overgeven op de vierkante centimeter .. Anita is van het ambachtelijke systeem 4-door-het-hele-vak .. d’r enige en onfeilbare systeem. En daar verlang ik weer zo heftig naar. Maar dat mag ze dus niet meer leren aan die jongens en meisjes van de veelbelovende selectie. Dat gaat De Verlosser dus doen. Maar dan anders, ben ik bang. Nou denken jullie natuurlijk dat ik iets tegen die nieuwigheid heb? Is ook zo. En daarom mag van mij De Verlosser best komen, maggen we hem allemaal elke week op z’n rug zien kootsen. Mag ook best een keer in de week treening komen geven, als Anita die andere eer maar haar kunstje mag blijven doen.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 7
__________________________________________________________________________________________ Aan de Burgervader van Eindhoven Stadhuis Eindhoven
Beste Rob, Rob, wat maak je me nou! Jij als nazaat, (of is het nazaad?) van een beroemde Eindhovense korfbalfamilie, ja zelfs jijzelf hebt het edele mandjebal nog mogen beoefenen en je hebt er zelfs je prachtige burgermoeder aan overgehouden. Hoe kun jij aan het hoofd staan van een kolonie ambtenaren die in hun opperste staat van idioterie hebben besloten de sporthal aan de Botenlaan met een enkele pennenstreek te kenselen, dat is de toekomstige sporthal van Rust Roest, dat weet je toch wel ! Bezuinigingen, roepen de sportbarbaren vanachter hun bureau en nog zoiets als “de aanbesteding was te duur”. Beste Rob, het is me klip en klaar … jij hebt geen grip meer op je vazallen. Rob, het kan toch niet zo zijn dat wij ons vreselijk vergist hebben toen wij onze stem op jou uitbrachten … jij, hoop voor alle korfballers van Eindhoven. Rob, ik begrijp best dat jij het hartstikke druk hebt met de verkoop van Affelay, met de pappa’s en mamma’s van die k..jong in Vaartbroek en om Sytse uit de stad te houden. Maar Rob, je hebt toch de zaterdagmiddag nog .. net als vroeger kun je die toch aan ’t korfbal besteden! Ga nou eens met een plukje ambtenaren in je peperdure stadhuis overleggen over alternatieven. Mijn suggesties krijg je alvast gratis: Hier en daar een lantaarnpaaltje saneren, paar parkeermeters erbij, die dure blob weer laten leeglopen of beetje snijden in je representatie. Of nog beter: 3 externe adviseurs een jaartje de deur uit en je bouwt met gemak een schitterende Meindertborg en dan hou je nog geld over om bij de opening de Strijpse Kraaiers te laten opdraven. Rob, je laat ons in de steek met je idiote bezuiniging. Zal ik het je eens even snel zonder rekenmachine voorrekenen: Stel dat de bouw 2 miljoen kost, die schrijf je af over dertig jaar, dat is dus zo’n 65.000 per jaar. Daar heb ik Hero of Piet helemaal niet bij nodig. Onderhoud van de Lievendaal kost je al gauw 15.000 per jaar. Vijf dagen per week een bus laten rijden voor de kindertjes van het Chr. Huygens kost je 40 weken x 5 dagen x 8 lesuren x 12 kilometer x 3,25 per km = € 62.400. Doe daar het onderhoud bij en je bent al veel duurder uit. En je hebt geen sjagrijn van die gimmestiekmeesters van de school en de buschauffeur. Bovendien, beste Rob, heb je het over uitstel van de bouw. Dus ga je over vijf jaar alsnog bouwen, kost de sporthal tegen die tijd minstens 2,5 miljoen en zijn de sloopkosten van de Lievendaal intussen ook een stuk duurder. Ha ha ! Hebben we het nog helemaal niet over die arme Rust Roestertjes die alles hebben gepland op hun nieuwe Meindertborg. Veel teams zijn al gestopt met de wekelijkse poetsbeurt van het clubhuis. Of ga jij straks zelf de Vlooienmarkt organiseren, als die commissie er volgend jaar mee stopt .. ik ben bang dat je wel zult moeten! Beste Rob, keer onmiddellijk terug op je schreden. Van mijn part wacht je nog even en maak je dat pas bij wijze van kado op de verjaardag van Sinterklaas bekend. Dan kunnen de bouwvakkers nog voor de kerst aan de slag. En anders …. Lieve Rob, ik hoop van harte dat we in de tussentijd geen nieuwe verkiezingen voor een burgemeester gaan krijgen, want dan gaat Braber een stemadvies geven en dan ga je voor de bijl. Net als toen, weet je wel, bij die kampioenswedstrijd, toen ik die doorloopbal tegen jou zo mooi maakte.
Meindert Borg
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 8
__________________________________________________________________________________________
Meindert … ons boegbeeld is niet meer. Natuurlijk weet je dat Meindert qua leeftijd langzamerhand Methusalem en Sinterklaas naar de kroon aan ’t steken is. Maar toch werd ik getroffen door het bericht van zijn overlijden …. een boegbeeld dient rechtop te staan en dat is het beeld dat ik nog immer aan Meindert bewaar… Meindert is onverbrekelijk verbonden met de lange Rust Roest-historie: Mede-oprichter, jarenlang voorzitter en daardoor vooral ook pionier van een protestantse korfbalclub in het katholiek zuiden. Nu zegt je dat gegeven nauwelijks meer iets, maar reken maar dat het in Meinderts’ tijd heel heftig stroomopwaarts roeien was in het zondag-korfballende zuiden. Velen van onze lieve lezertjes zullen Meindert niet meer kennen. Als je 96 bent, dan maak je al een hele poos niet meer de zaterdagse gang naar het veld. Bovendien had Meindert met Braber gemeen dat hij onder meer het afschaffen van het edele middenvak, de idiote nieuwe spelregels en de plestiek manden verfoeide. Zelfs het micro-korfbal, dat we later gelukkig zaalkorfbal zijn gaan noemen, was aan Meindert niet besteed … volgens hem was de grasmat diep in de Siberische vrieswinter ook fris genoeg om te mandjeballen! Maar voor degenen die hem niet hebben gekend: Meindert was een markant man, niet in de laatste plaats door zijn lengte. In de vele jaren dat hij voorzitter was ging het er allemaal wat minder democratisch aan toe en dat was voor Meindert wel heel handig: zijn mening was de enig juiste en daarmee was zijn wil wet. Commissies en werkgroepen waren trouwens ook niet nodig, dat houdt de voortgang maar op. Er zijn zeker nog grijzende leden die Meindert en Sien kennen van de Rust Roest kampen en daaraan bijzondere herinneringen hebben. Onverstoorbaar was Meindert de hoofdleider. Evenzeer onverstoorbaar omdat zijn dag- en nachtritme op het kamp nauwelijks veranderde. En zo kon er naast het overdag-jeugdkamp regelmatig ook nog een nachtelijk kamp ontstaan, waarin er dingen gebeurden waarvan Meindert en tante Sidonia geen weet hadden. Heel oprecht en overtuigd kon hij dan ’s morgens de plaatselijke koddebeier meedelen dat ‘zijn jongeren’ die nacht onmogelijk de vuilnisbakken van de berg hadden laten kletteren. En tijdens de traditionele zondagmorgenkerkgang, ja ja dat deden we nog trouw met alle deelnemers, had Meindert vooraan in de kerk volstrekt niet in de gaten wat zich achter hem afspeelde. Als trouwe Philips-vazal heeft Meindert zich ook nooit kunnen voorstellen dat Rust Roest door Philips van de Herdgang geknikkerd kon worden, hij verzette zich dan ook tegen onze inspanningen om een alternatieve locatie te vinden, vond dat we vertrouwen moesten houden in de goede bedoelingen van Philips. Ook daarmee is de Karel Martelweg nooit helemaal Meinderts zaterdagse bestemming geworden. Uiteraard op de fiets, want toen hij zijn meer dan 20 jaar oude Opeltje inruilde, had het glimmende exemplaar nauwelijks 5000 kilometer op de teller staan. Rust Roest realiseert zich dat ze zonder Meindert nooit zou zijn geworden wat ze nu is.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 9
__________________________________________________________________________________________
Trug ……… Het is alweer een poosje geleden dat jullie van mij gehoord hebben, maar dat ligt niet aan mij hoor. Ik heb gewoon elke drie weken een stukje ingestuurd. Maar dat de redactie dan te lam is om een krantje uit te geven, dat ligt dus niet aan mij. Ik heb zelfs m’n vakantie verschoven, om netjes in de planning te kunnen blijven. Maar dat schiet ook niet op. Misschien plaatsen ze daarom in dit krantje al m’n belevenissen wel na elkaar. Maar over de vakantie gesproken: We zijn met de kleinkinderen naar een sportieve twaalfsterren-camping geweest. Keigaaf en met allemaal cool sportief volk, terwijl er toch ook korfballers tussen zaten. Veldje zeven was helemaal voor het korfbalspul. Veel Vaderlanders, maar ook een enkele Belg, een Tjechiese familie en drie maffe Taiwanners. Heel bijzondere camping. Begint al als je erop komt. Moet je aan de campingbaas Armand Biter (zeg maar ‘Ar’) je identiteitskaart of paspoort laten zien. Hij kijkt dan in z’n computer of je dezelfde bent. Op mijn paspoort een foto van-toen-nog-zonder-baard, dus dat was stevig onderhandelen. Maar Ar had best president van Suriname kunnen worden, hij bleek zeer sensitief voor wat extra euro’s. En we mochten door de slagboom (blauw-witte paal met gele grondplaat die in een geel mandje viel) Naar ons eigen veld: keurige rechthoeken van 30 bij 40 meter met lijnen eromheen en hoekvlaggen. De comfortplaatsen hebben daar dan weer een touw omheen. Ar Biter loopt de hele dag rond om te kijken of je je netjes aan de regels houdt. Hij zegt weinig, maar als je in de fout gaat dan fluit ‘ie loeihard vlak bij je oor. Wij hadden een mooi plekje op veld A, …..met kunstgras. We stonden er met z’n achten. De bewoners van de vier caravans tegenover ons moesten de hele dag een hesje aan. Tja, die zijn dan ook nauwelijks bruin geworden. ’s Morgens al vroeg eruit, want dan gaf Ar oggendgimmestiek; niet te flauw hoor!. ’t Enig nadeel van de camping vind ik dat je om de twee dagen van veld moet wisselen, dan moet je naar veld B of zo. Wij hebben na zes dagen de luifel maar niet meer opgezet. Maar verder prima camping hoor, ’s nachts goed verlicht: palen met gele plastic manden erop met een lampje erin. Weet je dat dat eigenlijk best een tamelijk eroties licht geeft! Wisten jullie niet hè? Nou hoeft dat gemengd doesjen van mij niet, ze kijken altijd zo naar mij; tja niet iedereen is even riant bedeeld. Maar verder alles prima hoor op die camping. We hebben er twee heerlijke weken gehad. Hoe hij heet en waar hij ligt? Vertel ik liever niet aan iedereen, maar als je ’t echt wilt weten schiet me op ’t veld maar een keer aan.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 10
__________________________________________________________________________________________
Mag ik even afrekenen … ’t Is weer bijna zover: Tegendraads aan de normale jaarcyclus van januari tot december gaan alle korfbalclubs bij de wisseling van de veldcompetities, dus omstreeks de zomervakantie, weer hun jaarvergaderingen houden. De meesten in juni, een enkele in september .. als opwarmertje voor een verse competitie? Alle commissies gaan dan bedenken wat ze het afgelopen jaar hebben gedaan, of, wat vaker gebeurt, ze pakken het verslag van vorig jaar en met een paar kleine tekstuele aanpassingen leveren ze hun jaarverslag netjes op tijd in. En dan is er uiteraard ook nog het jaarlijks terugkerende verzoek om het beleid voor het komende jaar op papier te zetten. “O ja, dat moeten we ook nog doen. Iemand iets voor de rondvraag?” Doorgaans wordt hiervoor dus dezelfde procedure gevolgd: “Wat waren we vorige keer ook alweer van plan? Tjeee, is er eigenlijk niet van gekomen. Wie heeft dat plan nog ergens op z’n p.c. staan?” Dus: jaartal aanpassen en hupsakee. Allemaal voor die cruciale jaarvergadering waarin we met elkaar de toekomst van onze club opstuwen in de vaart der volkeren. Daarvoor komt dan een dikke extra krant uit, Rinie doet extra z’n best op een paar passende cartoons en de verslagen- cq. beleidskrant voor de jaarvergadering kan op de post. Tuurlijk, hij wordt door een aantal leden ook nog gelezen, maar niemand zal ooit hardop zeggen: “Hé, wat komt me dat bekend voor!” Zo netjes gaan we ook nog wel met elkaar om. Er schijnen zelfs korfbalclubs te zijn die alleen een verslagenkrant maken, met daarin dus alleen jaarverslagen van de commissies, soms zelfs alleen van het bestuur, niks geen beleid: en die clubs blijven toch ook gewoon al jaren bestaan! Toch denk ik dat we onszelf een heel goede dienst zouden kunnen bewijzen om eens aandacht te besteden aan zo’n beleid: je af te vragen wat je voor de nabije en verdere toekomst wilt. En vooral: wat daarvoor nodig is! Natuurlijk, er zijn altijd al dan niet geldige excuses en factoren die een kink in de kabel tot gevolg zullen hebben, maar toch … En ik snap ook best dat het niet voor alle commissies geldt: Wie herinnert zich nog het hilarische beleid van de Old Paper Boys, die zich eigenlijk als beleid alleen maar druk maakten of ze het oranje busje rijdend zouden kunnen houden. Of van de kampcommissie die al sinds Ben Hur met z’n strijdkarretje de tenten wegbracht, hetzelfde programma draait met het onlosmakelijke poeroeten, lamballen, korf-honk-slagbal en ga-zo-maar-door. Vergeet vooral ook de kerstbomencommissie niet met haar visionair lange-termijn-beleid. Nee, ik heb het dan natuurlijk over het bestuurlijk beleid en vooral het technische beleid. Waarom dit jaar niet ‘ns een keer een veel dunnere beleidskrant met daarin enkele antwoorden op de prangende vraag: “Waar mag je me over vijf jaar op afrekenen?” Stel je een beperkt aantal, maar wezenlijke resultaatgebieden en geef concrete doelen: Je mag me over vijf jaar afrekenen op … en dan zaken als: de omvang van de club, de organisatie, omvang en niveau van het vrijwillig of mijn part professioneel kader, het huishoudboekje, accommodatie en uiteraard het spelniveau: hoe hoog / laag speelt het urste - twidde - derde en ga zo maar door. En uiteraard de vraag of we dan onderhand verlost zijn van Braber.
Het spijt me, maar ik doe geen suggesties meer.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 11
__________________________________________________________________________________________
Gelukkig vroeg ‘ie niet door ... Vorige week zaterdag ome Simon mee naar het veld genomen. Ome Simon is niet meer zo jong, maar nog heel sportief. Hij is 60 jaar gelden naar Australië geëmigreerd en heeft daar carrière gemaakt. Sportief type, heeft nog in het Australies onderwaterhockey-team gespeeld. Simon is altijd in voor iets sportiefs, dus ik dacht: Ik neem ‘m ‘ns mee naar het korfbalveld. Hij kon nog niet terug naar huis, want eerst waren z’n IJslandse spaarcentjes in rook opgegaan en toen stuurden ze die rook ook nog hier naartoe, waardoor zijn terugvlucht uitgesteld moest worden. Onderweg naar het veld een beetje voorbereid natuurlijk, want hoewel ome Simon vroeger wel heeft gekorfbald, moest ik ‘m wel eerst voorzichtig voorbereiden op het plestiek veld, de plestiek mand, dat we het geen 2 x 45 minuten meer volhouden én dat het middenvak inmiddels is weggesaneerd. Op zijn vele “waarom”-vragen moest ik het antwoord schromelijk schuldig blijven. Enfin, we staan een poosje naar de wedstrijd te kijken en toen zag ik het ook: Iemand krijgt een vrije bal – strekt z’n arm zo ver mogelijk uit – z’n vriendje doet hetzelfde, alsof de één op het punt staat door het ijs te zakken en de ander hem nét niet wil helpen. Dus die twee strekken hun arm naar elkaar uit, de een heeft de bal op z’n hand – wipt ‘m effe omhoog en schiet die bal erin!! Scheids staat er met z’n snuffert bovenop, maar fluiten .. homaar! Ik ben verbijsterd … en ja hoor … Simon met z’n zware basstem: “What was that?” Goeie vraag en ikke natuurlijk met m’n mond vol tanden. Realiseerde me op hetzelfde moment: Zoiets kun je toch niet zonder hoogrode konen uitleggen? Dat slaat toch nergens op? Zo’n bal is onverdedigbaar !! En vooral … ’t zietternietuit! Maakt dat het korfbal mooier? Sneller? Aantrekkelijker? Natuurlijk vroeg ik links en rechts om me heen hoe het zat en iedereen zei bloedserieus dat het zo mocht. Dat het een nieuwe regel is: Om-het-korfbal-aan-trek-ke-lij-ker-te-maken! Mensen, waar gaan we heen met zo’n redenering. We maken ons zelf onsterfelijk belachelijk met al die standjes. Denk ook maar ‘ns aan dat gepieledraai … een giller voor elke buitenstaander. Evenals de schotklok … doe er nog maar een paar bij: Je moet een schotklok hebben, nee je moet er twee hebben, voor als ‘ie kapot gaat! Mijn horloge van toen nog 15 guldentjes doet het al vijfentwintig jaar prima en ik heb toch ook geen extra-reserve exemplaar in m’n kontzak. En dan moet dat geschotklok natuurlijk ook nog zo eerlijk mogelijk, dus moeten we een juryvoorzitter en een bediener en nog wat klokkenspul erbij hebben, allemaal neutraal: Moet straks het hele spulletje vanuit hier helemaal neutraal zitten wezen in Sintnicolaasjubbeterp. Lieve Korfballertjes .. waar laten jullie je mee opzadelen !! Altijd gedacht dat we een bond zijn met allemaal mensen die grotendeels de lagere school helemaal hebben afgemaakt en weten dat je een mening hebt over simpele zaken. In een bond die vergaderingen heeft waarin je je mening kenbaar mag maken en waarmee democratisch rekening wordt gehouden. Dus waarin je, al met al met z’n allen zou kunnen bewerkstelligen dat de huidige idioterie een halt wordt toegeroepen. Echt jongens en meisjes, dames en heren, bobo’s en boba’s: het korfbal wordt er heus niet mooier en écht niet aantrekkelijker op. Wél een heel stuk belachelijker! Ik hoor het al: Braber, je wordt oud en je gaat niet met je tijd mee. Nou .. ik daag al m’n lieve lezertjes uit om het me uit te leggen, zodat ik het snap. Dan stuur ik alsnog een brief met die uitleg achter ome Simon aan. Want ome Simon is vertrokken en intussen achter z’n eigen IJslandse rookwolk verdwenen … de lieve man: hij heeft gelukkig niet doorgevraagd.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 12
__________________________________________________________________________________________
Veldkorfbal Zomaar, een paar weken na afloop van het zaalseizoen met veel spannende wedstrijden kan ik het weer eens niet laten om over veldkorfbal, da’s korfballen op een grasveld, na te denken. Al jaren wordt er gezegd dat veldkorfbal zijn of haar (’t is eigenlijk knap lastig bij een gemengde sport om te weten of korfbal een vrouwelijk of mannelijk zelfstandig naamwoord is, bij dameskorfbal is ’t in ieder geval ‘haar langste tijd …’) langste tijd heeft gehad. En als je naar de belangstelling van media en publiek kijkt, klopt dat ook wel. Pogingen om het veldkorfbal aantrekkelijker te maken door o.a. het middenvak eruit te bonjouren, iets waarover ik nog vaak nachtmerries heb, zijn nu niet direct spectaculair succesvol gebleken. Accommodaties worden steeds fraaier en wie nu nog op gewoon groen fris gras speelt, is niet meer van deze tijd en kan eigenlijk beter ophouden te bestaan. Helaas verdwijnen er nog altijd meer verenigingen dan dat erbij komen, om over het grote aantal fusies maar te zwijgen. Nu las ik weer dat MARES ter ziele is gegaan. Heel erg jammer want Maarheeze ligt toch mooi op de route naar Limburg – vanuit de Botenlaan gezien – en zo komt de Limburgse enclave steeds meer in een isolement te liggen. Ondanks veel goedbedoelde pogingen om Limburg er meer bij te betrekken is het nog altijd kommer en kwel in het, toch al zo achtergebleven, zuiden. Hoewel, ik zag laatst bij de uitlagen dat een van onze teams niet eens van Mariarade had kunnen winnen; maar dat zegt waarschijnlijk meer over ons clubke dan over korfbal in Limburg. Maar dit terzijde, we hadden het over veldkorfbal en dat het toch allemaal niks meer wordt omdat niemand er nog interesse voor heeft. Moeten we ons daar nu echt bij neerleggen en zomaar laten wegrotten wat we in meer dan 100 jaar met noeste arbeid hebben opgebouwd en waar wij, ouwetjes, toch mooi die frisse neuzen van hebben overgehouden? Ik dacht van niet, want er is nog veuls te veul moois aan veldkorfbal om dit te laten gebeuren. Om te beginnen moeten we ophouden om ons druk te maken wat anderen ervan vinden. Het is onze sport en daar moeten anderen met hun p… afblijven. Zo, dat is al een mooi begin, vind ik zelf. Maar als je heel eerlijk bent tegenover jezelf dan weet je dat veldkorfbal eigenlijk het mooiste is dat er valt te bedenken. Veel meer gezonde lucht dan in de sporthal is al een geweldig voordeel. Veel meer vrijheid en veiligheid op en rond de velden en natuurlijk veel meer gezelligheid op je eigen terras naast het veld dan in zo’n muffe sporthal. Wat is er nou gezelliger dan op zaterdag lekker met een glas fris in je hand te kijken naar al die nijvere ‘van-denBergjes’ Ze kunnen de Lievendaal trouwens binnenkort afbreken als wij onze eigen MeidertVroegh-borg hebben. Veldkorfbal zal, wat mij betreft, alles overleven en volgens mij uiteindelijk de mensheid meer goed doen dan dat gepieleklooi in zo’n zaal.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 13
__________________________________________________________________________________________
De belevingskant van de Vlooienmarkt Onderhand de duizendste vlooienmarkt voor ons klupke, en al die jaren dezelfde opzet met dezelfde ouwe meuk en vooral dezelfde mensen. Ergens ooit gelezen dat je regelmatig moet innoveren en dat noemen ze dan: Je moet het voor je klanten spannend houden! ’t Enige spannende bij Rust roest is al jaren de opening en hoeveel vertrapte mensen we na de eerste allochtone tsunami van de op-, nee afrit kunnen plukken! Zelfs bij de ouwe meuk van Het Goed gebruiken ze de slogan ‘Avontuurlijk Winkelen’ Daarom heb ik besloten me deze keer maar eens te vermommen als Mistery Guest en de vlooienmarkt als zodanig te gaan bezoeken. Mijn missie: Hoe spannend, avontuurlijk, uitdagend, aanlokkelijk … kortom hoe aantrekkelijk is het voor de klant? Op zoek naar De Beleving van de Vlooienmarkt van Rust Roest! Want echt, ook wij moeten met onze tijd mee. Nou, lieve korfballertjes, om met de conclusie binnen te vallen: die ‘beleving’ valt heel erg tegen! Tenminste van de andere kant. Daar valt nog een heleboel aan te verbeteren. Daar is eerst het wachten: gewoon niet leuk, geen goeie muziek, alleen een blérende meneer uit de luidsprekers die lult over blikjes met wisselgeld en alle mensen naar hun plaatsen. In elk geval geen arbeidsvitaminen, laat staan aankoopstimulerende muziek. Geen aantrekkelijke pronte dames met een blad koffie of een modeshowtje langs het hek van wat er binnen aan uitdagende kleding te koop is. ’t Blijft dus bij saai wachten. Dan kom je binnen, uiteraard rustig en pas na de eerste tsunami, en heb je twee kansen: de beroerde is de kant langs de fietsen en wastafels. Niks tegen Berend en Piet en zo, maar ’t blijven natuurlijk knoestige ouwe mannen met dezelfde uitstraling als het spul dat ze verhandelen. Dat wordt een klein eindje verder een beetje goedgemaakt door iets frissere dames van middelbare ages, maar dan moet je wel tegen de meurende vette geur van oliebollen kunnen. Daar is de ultieme beleving ook niet echt te vinden. Nou, stel dat ik heel erg Mistery de andere kant had genomen: Die oogt in eerste instantie wat fleuriger. Persoonlijk heb ik niet zoveel met grote containers midden in een winkel, maar a lá. Je komt in elk geval voorbij veelkleurige violen. We hebben daarbij maar één jaar te maken met de grijze en iets buikiger stand-in voor Remmelt, dus dat kan nog. En verderop, op een weliswaar fleurig groen veld helaas alleen maar heel-veel-meuk, met alweer veel saai verkoopvolk dat vooral een beetje tegen, in of op de meubels hangt … dat zie je zelfs bij Ikea nergens. ’t Stimuleerde mij, moet me van het hart, niet echt tot de aankoop van een nieuwe inrichting. Maar weer verder … daar staat dichtopeen gepropt achter een veels te kleine kraam de G-groep van de club. Ook daar bespeur ik in mezelf ook niet het ultieme belevingsmoment. Blijft de vraag: waar ga ik m’n goeie geld nou eens kapotslaan? Bij de boeken? Aardige dames, daar niet van, en erg servicegericht om je naar de goede schrijver of genre te leiden. Toch, al die dozen op en achter de tafel …. hét belevingsmoment krijg ik er nog niet mee. Bij de technische mannen van de audio-visuele dienst ga ik het vast ook niet vinden. Da’s meer de hoek van de matineuze openingsschermutselingen en het opnemen van de schade ervan. Altijd gedacht dat korfbal een gemengde sport is … maar kennelrijk is het mooiste deel van die sport tot binnenblijven gedoemd. En inderdaad tref je daarvan een flink deel aan in de grote feesttent. Het moet gezegd: de verkoopkunde laat veelal fors te wensen over, maar omdat het oog ook wat wil is het daar al wat beter toeven. Toch, steeds boven alles uit het geouwehoer uit de luidsprekers van iemand die ergens anders klaarblijkelijk spullen bij opbod verkoopt. Maar daar hoeft toch niet iederéen last van te hebben! Alsmaar verder langs de kramen … om een lang verhaal kort te maken … uiteindelijk … bijna een uur later … helemaal ver weg gestopt … achter smalle donkere gangen … de aller … aller … allerachterste afdeling … een roedel frisse jonge deernen die me uiterst bevallig en liefdevol helemaal in het nieuw hebben gestoken: mijn ultieme belevingsmoment !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 14
__________________________________________________________________________________________
We gaan er weer tegenaan Binnenkort weer vlooienmarkt. Mooie gelegenheid om ‘ns goed te kijken naar alle spullen die er ingebracht worden …. dacht ik! Totdat ik las dat een heleboel spullen die je juist prima kunt gebruiken in een nieuw clubhuis niet hoeven, of liever … niet mógen! Geen meubeltjes, geen koelkasten en geen grote tillevisies. Ik heb het heus gelezen, in het clubblad en nog ‘ns goed nagelezen op de website. Tjonge, in wat voor wereld leven we, in wat voor welvaartssamenleving! Terwijl Jan-Peter juist tegen ons heeft gevaderd dat we ons stoepje moeten vegen en de broekriem moeten aanhalen … je moet trouwens eens proberen in de sneeuwkou een stoep te vegen met een broek die steeds afzakt. Geen wonder dat Bos z’n lidmaatschap van het kabinet heeft opgezegd. Maar dat terzijde, terug naar de klup: Terwijl ik nog maar kort geleden superenthousiast en met natte ogen van pure euforie de schitterende power point van de nieuwe Botenlaan heb mogen aanschouwen. Wat een pracht en wat een praal … maar het wordt daar straks zo onmeugelijk groot dat we daarvoor veels te weinig spullen hebben. Dus, dacht ik, kunnen we met nog twee vlooienmarkten te gaan, nog mooi voor de aanvulling zorgen en wordt straks het nieuwe spulletje in-ene-keer zonder loterij helemaal meubelvol gevuld. Gaan we toch gewoon voor een nostalgische retro-inrichting. Bovendien schermen die jongens van die power point, dus van dat het architectenbureau, heel erg met verantwoord bouwen met allemaal geriesaikelt materiaal en macro-biotische lichtinval, dus daar sluiten wij dan met onze eigen-vlooienmarkt-kringloop-welvaartsresten-spullen mooi op aan. Want wat is er nou heerlijker om na een inspannende pot lekker lui met het hele vak onderuit op een ietwat verschoten Leolux na te keutelen over de gewonnen pot! Benen languit op een oranje-zwart gelakte Jan des Bouvries. Of op een nostalgische chroom barkruk met een koeienvelletje erop, met daarnaast nog een hele zooi barkrukken in allerhande soorten en maten. Beetje wiebelig, dat wel, maar daar merk je na een paar pilsjes niks meer van. Het lijkt mij een gemiste kans. Dus Elzo, Henkie, Joop of hoe al die overjarige randgroep-sjaggeraars ook mogen heten: keer tijdig op je schreden terug en roep ons allemaal op om nog eens in de herkansing de zolder op te gaan of naar de kelder af te dalen. Ten faveure van ons eigenste toekomstige knusse R.R-honk. Ik geef me nou al op als stamgast!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 15
__________________________________________________________________________________________
Valentijntje Je zou het niet zeggen met alle ellende op de wereld, maar ieder jaar weer doen we toch allemaal nog steeds aan Valentijnsdag, net zoals ik elk jaar weer Grote Verzoendag in m’n agenda tegenkom. Waarschijnlijk juist omdat alle grote jongens maar oorlogen blijven voeren en andere fouten blijven maken gaan wij op ons eigen micro-nivo lief zijn voor elkaar. Valentijnsdag .. al is ’t maar voor één dag en dan vaak nog stiekum met een rode roos zonder briefje eraan. Ik moet er elk jaar weer aan terugdenken, aan mijn eigen Valentijntje die ik, waar anders, uit het grote korfbalboeket heb geplukt. Mijn eigen Valentijntje, die de andere 364 dagen gewoon Brabette heet. We speelden in hetzelfde team … nog met drievakken groen-geurend-gras-met-pollen en met een rieten mand, zoals het hoort. Ja, we kenden elkaar al jaren van het korfbal, maar onze hormonen lagen nog rustig in hun nest te wachten tot ze tot wasdom mochten komen en een beetje mochten gaan opspelen. Achteraf bleken die van haar al een poosje aan het rommelen met haar emoties, maar die van mij waren nog volkomen in ruste. Dat schiet dus niet op … Pas achteraf snap ik waarom ze alle ballen op mij speelde, ook al stond ik van-ze-lang-zal-ze-leven niet vrij. Nog steeds vraag ik me af, als ik weer eens een ukkepukpot mag spelleiden, of dat nog steeds zo werkt? En áls dat zo is, dan zie je al heel vroeg wie er nicht of pot gaat worden. Want als jongetjes per se de bal naar een ander jongetje moeten gooien, of het ene meisje per se naar het ander wicht, dan zou dat dus best met die opstartende hormonen te maken kunnen hebben. Let maar op! Ons Brabette heeft er een poos op moeten wachten, totdat het eindelijk klikte … heeft wel een hele kampweek geduurd, maar nadat ik de hele week niet zelf had hoeven koken en afwassen viel eindelijk het muntje: Cupido trof me op borsthoogte, zoals het een goed korfbalcupidootje betaamt. Bij ons dus ook. De rest van het team regelmatig voor lul zettend speelden wij samen de bal door het middenvak, niet gehinderd door enig medespeler. In de aanval natuurlijk hetzelfde .. ik liep me te barsten om erlangs te komen .. kreeg dan altijd de bal, maar omdat ik haar veels te lang bleef aankijken ging er dus nooit genenene in het mandje. Verdedigend is ze nooit sterk geweest, dus als haar tegenstandster er weer eens gloeiend langs was, vond ik dat zo sneu dat ik die meid dan maar opving of met een zwiep opzij zette. Dan maar een strafworp, maar die was veel minder belangrijk dan de dankbare blik van Brabette.
Je begrijpt dat onze prille hormonale ontdekkingsreizen de basale principes van de teamsport aardig geweld aandeden. Wij gaven daar natuurlijk geen moer om, maar onze kootsj bleek minder enthousiast. Wellicht daarom altijd vrijgezel gebleven! Hij zette ons uiteraard al snel in twee verschillende vakken. Daarom heb ik me bekwaamd in slingerballen .. heel ver weg en in de richting van onze Babette. Toch een beetje het gevoel van contact overhouden. Dat hielp dus toch niet en daarom heeft hij ons uiteindelijk onder strikte voorwaarden weer bij elkaar in één vak gezet. En zo werden wij samen de uitvinders van het gepieledraai onder de korf.
Braber & Brabette
Is een Brabantse ook een Brabo, of wordt dat een Braba, Brabin, Brabeuze of wellicht een Brabette?
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 16
__________________________________________________________________________________________
De Paaldame De geschiedenis herhaalt zich. Dat leerden wij vroeger al tijdens de geschiedenisles van Meneer Havinga. Neem nou de geschiedenis van de paaldame .. in de verre historie hét recept voor een geheide overwinning. Zet vier aanvallers in een vak en een beetje rolbewuste vrouw weet haar plaats. Die is dus bij de paal. Kat in ’t bakkie voor de heren: Bal bij de lijn halen, verre worp naar die bewuste paaldame, - kun je eigenlijk gewoon blind doen, want ze staat er toch altijd- en dan in de turbo, op weg naar een geheid goed geplaatste aangooibal, zodat de doorloopbal feilloos tussen het gele plestiek verdwijnt. Eitje, en altijd binnen die verfoeilijke schotklok. Het edele ambacht van de paaldame die het de aanvaller ook een stuk makkelijker maakt. Niks geen systemen 4-0, 2-2, 3-1 of welk ingewikkeld niet-te-onthouden patroon dan ook! Zo deden we dat generaties lang en daarmee werden we generaties lang kampioen. Waarom dan niet meer? Je zult het geloven of niet, maar de feministische beweging heeft het ambachtelijke paaldame-korfbal om zeep geholpen. In de jaren 70 heeft die beweging een actiegroep gestart die veel paaldames, tot in de dorpen aan toe, heeft gemobiliseerd en wier acties hebben geleid heeft tot het afbraak van het echte korfbal. Sindsdien is korfbal de weg kwijt en vormde deze beweging de aanloop tot het destructief korfbalgedrag oftewel de hedendaagse onder-de-korf-pielekontedraaierij. Ik weet het .. ’t zijn harde woorden, maar die moeten in deze tijd ook gezegd kunnen worden. Hoe ging dat in z’n werk. Voor de jongste korfballers onder ons met te weinig historisch besef een persbericht uit de oude doos: Het APB heeft gisteravond in een anoniem telefoontje de kidnapping van Hilligje de Vries opgeëist. Het Anti-Paaldame-Bevrijdingsfront noemt zichzelf een feministische organisatie die vrouwen wil bevrijden die ten prooi dreigen te vallen aan de status van eeuwige paaldame. Het front geeft in een eerder bekendgemaakte anonieme persverklaring aan, dat zij ijvert voor een eerlijke behandeling van korfbalvrouwen. Het front is van mening dat vrouwen die gedurende een reeks van jaren steeds alleen maar in de paalzone verblijven de kans lopen in een zowel maatschappelijk- als sportief isolement te geraken als gevolg van afnemende concentratie, spataderen, faalangst en vooral afnemende interesse van mannen. Het front is van mening dat het uitwaaieren over het gehele aanvalsvak een goede remedie is tegen het risico van het Paaldame- of het Harde Ballensyndroom. Het front acht onder andere ontvoeringen een geëigend middel om de paaldames te hersenspoelen en hen te stimuleren en te faciliteren om hun paalrayon te vergroten, desnoods tot aan de lijn. Die tijden zijn gelukkig voorbij, maar je ziet nog wekelijks op de velden en in de zalen dat we een generatie vrouwen hebben die nog immer last hebben van die beweging. Die dus hun rayon stevig hebben uitgebreid. Laatst zelfs op de tillevisie eentje vanaf de lijn zien schieten … mis natuurlijk, maar ze kwam er wel heel erg dicht bij. En omdat meneer Havinga vroeger al zei dat de historie zich herhaalt ga ik dus hier een pleidooi houden voor de oerdegelijke paaldame-van-weleer. Gewoon, onder de paal en geheid binnen de toegestane schotkloktijd met een doorloopbal een bal in, of in elk geval tégen de mand. Weet je wat het nog meer scheelt? Een boel trainingstijd, want je hoeft per team maar de helft van de tijd de zaal te huren .. je hoeft immers niet meer te trainen op dat gepielekontedraaierij onder de korf. Kwartiertje minder dus. En het andere kwartier, minstens, verdien je door niet meer te hoeven treenen op het afstandschot. Om het nog maar niet eens te hebben over de treener, die zodoende dus ook maar de helft van zijn riante onder-de-tafel-honorarium toegeschoven hoeft te krijgen. De penningmeester is in elk geval al helemaal om! Nou de rest nog.
R R
R R
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 17
__________________________________________________________________________________________
’t Is weer Kerst Deze keer helaas geen kerstverhaal van Braber. De vorige editie heeft een ietsie pietsie te veel kerstballen doen opwaaien, dus Braber houdt zich dit jaar gedeisd. Maar toch, het wordt wel kerst en in korfballand zindert het dan toch wel een beetje. Want met al die vrije dagen achter de boom spannen de korfbal-super-bobo’s zich telkenjare in om het edele mandjesbal stevig aan de man/vrouw te brengen. Ahoy wordt afgehuurd en de top-teams knallen er elke dag twee keer tegenaan. Zelfs de NOS wordt met veel geld en mooie vrouwen over het kerstlint getrokken. En alle bobo’s denken dat half Nederland aan de Studio Sport-buis gekluisterd zit om die fantastische prestaties elke dag weer ademloos te volgen; krant op schoot en alle schutters, doelpunten en standen invullen op de voorgedrukte uitslagenpagina’s. Niet dus ! Maar ’t zou zomaar kunnen …. Vierde kerstdag in een bomvol Ahoy .. zinderende spanning en rode koontjes bij ouders en kinderen. Gratis kussentjes zodat ’t klein spul alles goed kan zien. En dan is het bijna drie uur … de lichten doven, een schijnwerper zoekt de nog lege immense speelvloer af. En dan … de eerste tonen van K3’s Mamasé! denderen de zaal in en terwijl het hele publiek meeblèrt zoekt de schijnwerper de pikdonkere zaal af … en vindt de entree !! Daaruit treden onder de donderende klanken van Mamasé de gladiatoortjes de zaal binnen, aan de hand van de trainster knipperen onze pupillen tegen het felle licht. Zoekend struikelen ze naar het midden, elkaar stevig in de knuistjes vasthoudend. Daar staan ze .. de beste F1-teams van het land. Allen onwennig, van een enkeling -bang in het donker- schitteren de tranen als parels in het felle schijnwerperlicht. Eerst alle coupletten van Mamasé! collectief uitblèren, zo hoort dat. Dan de stem van de speaker -is dat niet Meneer Aart?- die de voorstellingsronde van de teams voor z’n rekening neemt. Bij elke speler flitst er weer een spot aan en binnen een paar minuten staan de teams in veelkleurige schijnwerpers te stralen, klaar voor de uitbal. Die start duurt nog even, want de trainster heeft vooralsnog haar handen vol om alle spelers redelijk over de twee vakken te verdelen. Het komt niet helemaal uit, maar als je een shirtje buitenstebinnen, of te wel binnenstebuiten aantrekt, dan is ook de eerlijke jongetjes-meisjes verdeling netjes voor elkaar. Een lichtflits … glitter dwarrelt naar beneden en daar daalt Pino -fluit reeds in de mond- in een mandje neer. Ahoy op stelten .. het dak gaat eraf! Sportief worden de handjes geschud, getost met een lolly en dan kan het langverwachte spektakel van start. De FINALE … de apotheose van een lange reeks voorronden waarin sportief Nederland wekenlang elke zaterdagavond met de GSM in de hand hun favoriete ploeg naar dit moment heeft ge-SMS-t. De week na kerst zal nooit meer hetzelfde zijn.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 18
__________________________________________________________________________________________
Korfbal en Dirk Scheringa Je zult moeten toegeven dat je deze twee begrippen niet zo heel snel in de aanhef van Braber had verwacht. Maar toch, het zijn namelijk twee zaken die heel sterk verbonden zijn met het begrip imago. Imago is in goed Brabants beeldvorming, dus de manier waarop de mensen kijken naar iets. Dirk Scheringa bijvoorbeeld had het imago van een boef, iemand die met slinkse trucs mensen onnodig veel geld uit de zak klopte. De feiten onderbouwen dit imago zeker voor het verleden, maar meer recent was de bank kennelijk tot inkeer gekomen en stond op het punt de benadeelden te compenseren. Had ook vast alles met imago-verbetering te maken. Korfbal heeft traditioneel een zeer stoffig imago. Hier is sprake van beeldvorming die nergens op gebaseerd is. Immers, de meeste mensen hebben nog nooit een korfbalwedstrijd gezien maar zijn door de media kennelijk beïnvloed dat het een suffe sport is. Nee, eindeloos rondjes rijden op een ijsbaan, dat is pas een dynamische bezigheid! Toch zal niemand bij Studio Sport beweren dat het saai is. Het aardige van de vergelijking tussen Scheringa en korfbal is dat het imago van beide in zich verenigen: zo saai als korfbal en zo zakkenvullen als Scheringa. De media zijn hierin een krachtig wapen gebleken om de beeldvorming te sturen, we hebben het de laatste tijd behoorlijk kunnen merken. Korfballers zullen moeten inzien dat het imago dringend versterking behoeft. Wij zijn daar nauwelijks mee bezig of denken dat dit op den duur vanzelf wel opvalt. En dus, als je het imago van Korfbal wilt versterken dien je korfbal dus groots uit te dragen, ook al zijn we eigenlijk helemaal niet zo groots. Het gaat er niet meer om wat je doet, het gaat er om hoe je het verkoopt. Schrijf gewoon op dat het bestuur deze week heeft besloten om straks in de nieuwe kleedkamers op de Botenlaan allemaal gezamenlijk te g aan douchen, of dat er binnen de club extreem veel geslachtsziekten zijn geconstateerd. Of dat de vlooienmarkt eigenlijk een geheime ontmoeting is van leden van Al Quaida. Iedereen doet het en het werkt kennelijk. Hoewel we er gevoelsmatig absoluut niet aan willen moeten we misschien toch een voorbeeld nemen aan Dirk Scheringa. Het is deze week geen andere zakenman dan vorige week maar hij wordt door een krachtig imagooffensief plotseling wel heel anders beoordeeld door het publiek. We moeten alleen wel de volgorde omdraaien want eerst failliet en dan een beter imago schiet natuurlijk niet écht op.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 19
__________________________________________________________________________________________
Waarom wij niet ? Ook de onder-het-eten telefoontjes zo beu? Net je bord opgeschept, flinke hap in de mond en daar rinkelt de telefoon. Kun je ook gewoon laten rinkelen, maar er is er altijd eentje aan tafel die voldoende nieuwsgierig is en opneemt. Tien seconden en de geïrriteerdheid spat van z’n gezicht; gefopt door een levensverzekeringen-eikel, een energie-leurder, een kunstoffen-kozijn-zeikerd of een hypotheek-maniak. Niemand koopt ooit iets bij zo’n lastpost, dat zeggen tenminste al je vrienden, maar ze bestaan nog steeds, dus ze zullen ooit wel succes hebben met hun avondmaaltijdgezeik. Deze week nog zo’n muts aan de telefoon gehad, lief stemmetje en netjes met twee woorden, daar niet van, maar ik heb he-le-maal geen behoefte aan een scan van mijn verzekeringen. Op m’n allervriendelijkst heb ik haar een deal voorgesteld: Kom gezellig op een vrijdagavond mijn polissen scannen, daarna scan ik jou. Dat hielp! En toch houdt ’t me bezig. Als al die bedrijven dit soort activiteiten met enig succes blijven uitvoeren, dan moet er wel brood in zitten. En daarmee bedacht ik, toen ik in het clubblad zag dat we weer veels te veel meisjes en dus veels te weinig jongetjes hebben korfballen, mijn eigen eureka: Wij gaan, net zoals met scheidsrechteren en clubhuis poetsen en zaalwachten ook een poule opzetten van korfballers met een prettige telefoonstem. Ze krijgen een telefoonboek van de hele regio, gratis van de club, en moeten, op straffe van degradatie naar een lager team, minstens 250 telefoontjes plegen. Nee … beter is ze nét zo lang het hele telefoonboek door te laten bellen totdat ze elk 10 jongetjes telefonisch lid hebben gemaakt. Is dat geen lumineus idee … alleen het idee vind ik zelf al voldoende reden om mezelf voor te dragen als lid van verdienste. Ik zie het helemaal voor me. Met de mond vol en de telefoon tegen ’t oor: “Goedenavond meneer, hebt u kinderen?” “Ja, hoezo?” “Hoe oud zijn de scheetjes meneer?” “Eh .. Truus, hoe oud zijn onze Gerrit en Antoinetje nou eigenlijk? ….… Ellef en acht meneer” Nou, dan kun je helemaal los … da’s natuurlijk kat in ’t bakkie: Je draait meteen je hele verhaal af. Vooral vertellen hoe belangrijk het is om te sporten, hoe leuk korfballen is, jongetjes samen met meisjes is héel errug identiteitsvormend, zomer en winter lekker bezig, veel leuke dingen eromheen, goede begeleiding, goeie fietsenstalling, en ga zo maar door. Vooral niet in de rede laten vallen, dóórlullen, wat er ook gebeurt. En als er ook maar even een spoortje van terughoudendheid is, gauw nog een schepje erbovenop: voor niks een shirtje, zonodig de eerste maand voor nop meetreenen. Nog steeds onvoldoende respons … hupla, een sporttas erbij en een half jaar contributie voor de helft van de prijs. En als bonus … dit jaar voor niks mee op kamp. In elk geval nooit vertellen dat korfballen een sport is die ze op een plestiek veld spelen en dat je op een plestiek korf moet schieten en in de rust ranja uit een plestiek bekertje krijgt. En ook niet dat pappa of mamma om de paar weken moet rijden naar ’s Heer Hoedekenskerke, Alkmaar of Beetsterzwaag en zo. Dan moet ’t lukken.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 20
__________________________________________________________________________________________
Als ik later groot ben. “Zo jongen, zit jij al op school ?” “Ja, meneer, ik ben juist weer begonnen” “Hoe vind je het op school ?” “Goa wel” “En wat wil je later worden als je groot bent ?” “Juryvoorzitter van de schotklok, meneer” “………??” ‘Ja echt, juryvoorzitter van de schotklok bij ’t korfbal …!” “Ju-ry-voor-zit-ter-van-de-schot-klok …. gebruik jij medicijnen of zo .. en heb je ze wel ingenomen” “Nee hoor, ik ben doodnormaal meneer, dat lijkt me namelijk een heel fijne baan. Want die hebben ze tegenwoordig bij ’t korfbal: juryvoorzitters van de schotklok.. Bij ons nog niet hoor. Voorlopig alleen nog maar bij heel hoog spelende teams. Maar ’t komt vast ook ooit nog bij ons. We krijgen namelijk een schotklok … dat wil zeggen dat je in de aanval binnen een bepaalde tijd op de korf moet schieten. Dan staat er dus ergens een klok, of een zandloper, of een eierwekker, of iemand die goed kan tellen en als er dan dertig seconden of zo voorbij zijn en er is nog steeds niet op de korf geschoten, dan ga je naar de scheids joelen of zo en die moet dan affluiten. Ik weet nog niet helemaal precies hoe het gaat werken, maar dat zoek ik nog uit, meneer. En er komen dan ineens een heleboel dingen meer bij kijken, en om dat allemaal goed in de gaten te houden en te managen is er dus een juryvoorzitter van de schotklok. En dat lijkt mij écht te gek gave job. Want tegen die tijd zal alles wel heel errug geprofessionaliseerd zijn en dan zal die job dus ook wel vet betaald worden. Met bonussen en gouden handdrukken en zo” “Jij bent hartstikke gestoord !” “Nee écht, als je op de website van de bond kijkt dan zie je bijvoorbeeld dat de thuisspelende vereniging, da’s dan ook wel zo handig anders moet er een extra busje mee, moet zorgen voor een jurytafel, waar dan helemaal de juryvoorzitter, de klokbediener, de bediener van de schotklok en de speaker moeten zitten. ’t Staat er écht hoor! Dus geen lullig keukentafeltje meer, maar een echte auwerwetsige boerenkeuken-uitschuiftafel van een meter of vier”. “Jij bent gek … of ik ga het worden”. “U kunt het allemaal nalezen op de website hoor, meneer. En ga binnenkort maar ‘ns kijken bij zo’n hoog spelende club. Daar gaan ze aan de gang met zo’n schotklok, enzo. Voorlopig doen ze het alleen nog maar daar, want ze zijn bang dat straks bij kleine clubs iedereen aan de ene kant van het veld zit en ze geen volk meer overhouden voor de toeschouwerskant” . “Meneer, meneer !! …… help, help .. er is hier iemand flauwgevallen!”
Rust Roest ´Schot´klok
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 21
__________________________________________________________________________________________
De oggendbrom Weekje weggeweest: gekampeerd op zo’n gezellig bebost natuurterreintje. Waar kamperen nog écht genieten is. De auto mudvol, de aanhanger mudvol en de eerste dag vooral heel druk met allerlei niet passende stokken en veel te grote lappen tent. Als dan eindelijk alle haringen op z’n plaats zitten nog even de luie stoel zonder verlies van vingerkootjes proberen uit te klappen en dan kan het Grote Genieten beginnen. Tjonge … wat boften we met het weer en tjonge … wat hadden we een pech: aan de andere kant van ons schitterende bosje bleek de zandbak, wipkip en de schommels. En héeel veel kinderen die samen héeel veel herrie en ruzie maakten op ons dicht-bijde-natuurterreintje. Maar dat terzijde. Wat ik na de afgelopen week echt even kwijt moet is het verdwijnen van de oggendbrom. De oggendbrom? Ja mensen, de charme van het luisterrijk kamperen wordt toch ‘mede mogelijk gemaakt’ door de matineuze begroeting in het washok? Zijn we niet allemaal opgegroeid met de kampeerdersgang naar het washok: pleerol, wastasje, schone onderbroek en klamme handdoek onder de arm en door het natte gras naar het washok voor de eerste oggendkeutel of -plas. Onderweg oefen je stiekum al een beetje op hoe-je-het-gaat-zeggen. En dan, zodra je de deur openzwaait laat je jouw oggendbrom los. De één roept luid en duidelijk “goedemorgen heren, weer lekker weertje vandaag”, voor mij persoonlijk iets te overdreven. Wat meer in mijn richting klinkt de “goeiemoooogge” Nee, mijn voorkeur gaat nog steeds uit naar de “mogge” die opborrelt uit het diepst van mijn onderbuik. Ik oefen altijd stiekum zachtjes even onderweg, zodat hij van zo diep mogelijk opborrelt. Dat doe ik zo al jaren en dat zal ik tot mijn dood blijven doen. Tegen alle verdrukking in, lieve mensen, want deze week heb ik opnieuw moeten vaststellen dat het achteruit gaat met de oggendbrom, nee … het holt achteruit! Ik moet helaas constateren dat de jongere generatie zich schuldig maakt aan deze onmaatschappelijke en ontmenselijkende vervlakking. Steeds minder mensen komen nog binnen met datgene wat kampeerders zo blij met elkaar maakt: De oggendbrom. Ze zeggen gewoon niks meer! En als ik dan binnenbrom, richten zich een aantal tandpasta- of scheerzeepkoppen verrast op vanaf de wasbakken met een blik van: “moet ik jou kennen dan?” Nee, minkukel, je hoeft me niet te kennen, maar je bent wél medekampeerder en daarom veroordeeld tot een vorm van oggendbrom, hoe nodig je misschien ook moet! En daarom heb ik deze week besloten om actievoerder te worden: ik ben uiteraard al op mijn natuurterreintje begonnen, maar ik ga het uitbreiden tot de rest van de wereld, te beginnen met vooral sportclubs. Ik ga de publiciteit zoeken, ik ga posters plakken, ik ga weet-ik-veel wat voor gekke dingen doen om alle sporters en aankomende kampeerders, dus inclusief de Rust Roesters, te bewegen om voortaan, in elk geval vast bij het betreden van de kleedkamers, de oggend-, middag- of avondbrom te doen. Hoe je het doet, verstaanbaar of niet-verstaan-baar: ik vraag je, nee ik gebied je om ons land er weer bovenop te helpen met jouw eigen oggendbrom. Maakt niet uit hoe die klinkt … als je maar, ten teken van begroeting, jouw oggendbrom de kleedkamer inslingert. Begin maar ‘ns, nu meteen, alvast, zachtjes in jezelf te oefenen hoe morgen, overmorgen, … jouw oggendbrom gaat klinken.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 22
__________________________________________________________________________________________
Het moet niet gekker worden Het wordt alsmaar gekker … ik zit hier met het onvolprezen kluporgaan in m’n hand (welja, je kunt het ook anders formuleren) en tref een opzienbarend artikel: Ene Jonkman wil iets met ouwetjes gaan doen. Een imposante lijst oudgedienden prijkt als een lokkertje om te gaan starten met een heuse Rust Roest recreantengroep. Jonkman heten, vrouw zijn .. en dan iets met ouwetjes gaan doen .. ik raak er aardig van in verwarring, maar goed. Benieuwd naar de uitverkorenen kom ik ze tegen: Nel, Ingrid, Annelies, Piet-van-dePenningen, Ilma en nog een zwik. Daartussen tref ik de namen van Hans en Feija, beiden met een vraagteken. Dat vraagteken intrigeert me trouwens; ik weet dat beiden nog in behoorlijke gezondheid in leven zijn, dus dat kan het niet zijn. Misschien zijn ze nog niet gevraagd, of hebben ze nog niet toegezegd of het thuis nog niet durven vragen. ’t Zou allemaal zomaar kunnen. Het lijstje is klaarblijkelijk nog niet compleet, want iedereen, ongeacht leeftijd (nou jaaaaa) mag meedoen. Dus, Meindert, Roel, Evert, Ab, Sjoke, Leen, Jel en Henk …. wat let je!
T.U.V.S
Reserveer op tijd de Witte Raaf en kom allemaal op de maandagavond naar de Karel Martelweg, hang je rollator aan het fietsenrek en ga met onze Rust Roest recreanten aan de slag. Overigens is dit grijze initiatief natuurlijk niet nieuw, we hadden al eens zo’n groep onder de veelzeggende naam: T.U.V.S. wat staat voor Trek Uw Vel Strak. Maar als ik dan verder de invitatie van Annelies lees: “Eerst eens kennis maken met elkaar en de grasmat, na afloop misschien nog een drankje” En dan ga ik de boot missen: Kennismaken met elkaar … lieve Annelies, deze mensen kennen elkaar al meer dan honderd jaar door-en-door en dat is hier en daar al erg genoeg. Kennismaken met de grasmat, ook al zo’n gotspe … deze generatie weet nog prima wat echt gras is. Deze generatie heeft sinds de pre-historie vooral heel lange winters doorgekorfbalt op het harde gras van de Herdgang, voordat ze heel voorzichtig in de Philips Jubileumhal gingen ‘micro-en’ want zo heette zaalkorfbal toen nog. Dus kennismaken met gras vind ik een beetje net zo onzinnig als beweren dat voor korfballen een korf wel handig is. En na afloop “misschien nog een drankje ….” Daarmee gaat bij mij helemaal het schuifje er voor. Alsof je die diehards wilt paaien met een glaasje limonade met een rietje. Nee, meid, de belangrijkste reden voor deelname aan deze nieuwe activiteit is dus vooral dat “misschien nog een drankje” of-te-wel die ‘derde helft’ Gerard, Aart en partners, maak je borst maar nat. Na jullie toch al vermoeiende weekend komt er vanaf nu op maandag een roedel recreanten binnen die precies weet waar Abraham de mosterd en jullie de drank halen.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 23
__________________________________________________________________________________________
Weg met die korfbal-truttigheid ! Wat ziet dat korfbal er toch eigenlijk lullig uit. Geen wonder dat het nog altijd een meidensport wordt genoemd. O.K … het spel is nog best om aan te zien, mits ze maar niet met z’n allen rond de korf gaan staan te pieledraaien, de snelheid: ook niks mis mee, jongens en meiden in één team: té gaaf gék. Maar als de een tegenover de ander gaat staan en er vervolgens maar dicht genoeg tegenaan gaat staan te verdedigen, dan fluit de scheidsrechter voor verdedigd. En dat is héééél errug stom en hééél errug truttig! Zeg nou zelf … dat ziet er toch niet uit! Waarom spreek je nou niet af dat je dat verdedigd afschaft … liefst deze week nog. Het is een volkomen overbodige spelregel, die alle actie uit het spel haalt. Weet je: als je te ver weg staat is het niet verdedigd en als je er te dicht op staat, dan schiet je tegenstander immers óf tegen je hand aan óf recht omhoog. En dan gaattie er evenmin in. Dus de spelregel over verdedigd is volstrekt truttig en dus overbodig, toch ?! Als je het deze week nog doet, dan kan Studio Sport mooi nog een aantal zaalwedstrijden in het programma plannen, want dan wordt ook korfbal mee opgestuwd in de vaart der (sport)volkeren. Dan maak ik misschien in de Landrijt nog wel mee dat korfbal een olympische sport wordt. Daarom, onder het motto: ‘verbeter de korfbalwereld, begin hier in ’t zonnige Zuiden bij Rust Roest’: Braber ‘s oproep aan alle scheidsrechters van de hele wereld: …… stop gewoon met fluiten voor verdedigd schieten. En aan alle spelers: ga gerust met de scheidsrechter in discussie als hij voor verdedigd fluit. Wijs hem op de idioterie van zijn uitsloverij. Misschien moet je soebatten, of de wedstrijd stilleggen voor discussiegroepjes, maar doe iets! Knip voor mijn part dit artikel uit en geef het hem, stop het stiekum in zijn sporttas of leg het op z’n schoteltje bij de koffie. Kwestie van lange adem, maar Brabant, Nederland … ja de hele wereld en je kinds kinderen zullen ons eens dankbaar zijn !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 24
__________________________________________________________________________________________
Supporters Braber kon het ook niet helpen dat hij kort geleden getuige was van het hieronder volgende gesprek tussen 2 Rust Roest-supporters waarvan de namen en de stemmen om privacy-redenen onherkenbaar zijn veranderd. Koos : Het is toch eigenlijk helemaal niks meer tegenwoordig met Rust Roest. Sjaak: Nou, dat moet je niet zeggen, ik vind dat ze goed bezig zijn. Koos : Hoezo goed bezig, ze hebben er toch helemaal niks voor over en ze trainen zo slap en je ziet ze nooit meer een extra buitentraining doen in december. Sjaak: Hallo Koos, we zitten drie keer in de week in de zaal, dan ga je toch niet naar buiten ? Koos: Wij vroeger wel, we trainden nog met sneeuw op het veld en hadden ook nog lol. Sjaak: Dat is toch hartstikke slecht en gevaarlijk voor blessures en tactisch levert dat toch ook niks op. Koos : Hou op, schei uit over tactiek . Hollen, rennen, springen, draaien, schijnbewegingen en schieten, nondedju, dat wil ik zien. Sjaak: Maar daar win je toch niet mee en daar gaat het toch om ? Koos : Wij wonnen vroeger veel meer en we feestten tot diep in de nacht maar afschrijven deden we nooit. Wij gingen niet op wintersport en zo. Sjaak: Maar toch vind ik dat het helemaal niet slecht gaat, kijk jij wel eens naar een training van Rust Roest ? Koos : Je denkt toch niet dat ik naar een praatgroep ga kijken, zwetende lijven en bloed aan de bal, dat wil ik en dat zie ik niet meer bij Rust Roest. Sjaak: Is het bij andere korfbalverenigingen dan beter? Koos : Nog veel slechter, daar ga ik helemaal nooit meer kijken. Sjaak: Houd jij nog wel van korfbal Koos ? Koos: Jawel, alleen wil ik zo graag dat alles weer was zoals vroeger. Sjaak: Laten we om te beginnen dan maar een pilsje gaan pakken, net als vroeger en dan vragen we of Leen hem wil tappen, net als vroeger.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 25
__________________________________________________________________________________________
‘k ben d’r helemaal klaar voor ………. Ik verheug me er alweer bijna een jaar op: De Vlooienmarkt van Rust Roest. Vorig jaar heb ik bij een of ander lullig kraampje gestaan. Zo’n soort ledenwerf-kraam, waar ze ook nog potten en pannen verkochten en een hele kar vol violen. Niks aan! Bovendien is er geen inne allochtoon ook maar voor een millimeter geïnteresseerd in korfbal. Ik heb het toen anders aangepakt: Ik heb al hun kindertjes op een fiets gezet, fietsen zat immers, en ze rondjes laten fietsen. Met een zweep erachter. En die kinderen beginnen allemaal te janken als je zegt dat ze er niet eerder afmogen dan wanneer ze lid worden. Nou, en jankende kinderen zitten we bij Rust Roest ook niet echt op te wachten, die hebben we al meer dan zat als het eerste speelt! Nee, dit jaar ga ik het heel anders aanpakken. Ik heb me namelijk opgegeven als parkeerwachter. Niet op het parkeerterrein, maar op de Karel Martelweg. Ik wil dan zo’n fel oranje hesje ….. én een fluit met een stopbord. En dan ga ik in het begin staan en hou ik auto’s tegen … kijken of er kinderen inzitten en die sleur ik er dan uit en breng ze naar het veld van Rust Roest. Zet ze op het luchtkussen, geef ze een lollie en duw ze meteen een inschrijfformulier mét pen onder hun neus: en nou tekenen! Kijk, dan heb je ze te pakken, want eer die ouders het korfbalveld én een parkeerplek hebben gevonden hebben wij die handtekening wel mooi te pakken. En ik ga natuurlijk vooral voor jongetjes, want die leveren de meeste punten op. Raar eigenlijk dat jongetjes het dubbele waard zijn van meisjes. Want voor jongetjes krijg je twee punten en voor een meisje maar één. Zou dat de invloed van de Islam zijn? Want in die landen zijn jongetjes ook altijd veel belangrijker dan meisjes. Dus als ik het allemaal goed begrijp, is Rust Roest heel goed aan het inburgeren. De moraal van dit verhaal: met een fel oranje hesje kun je dus heel errug goed inburgeren.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 26
__________________________________________________________________________________________
Zeer Geacht Bestuur, Ruim voordat we de zaal weer gaan verruilen voor ‘het veld’ wil ik u laten weten dat ik het zat ben en er mee stop. Gisteren heb ik mijn besluit reeds aan mijn vader in Genderhof meegedeeld. Want ik overleg altijd alles eerst met mijn vader als het om het materiaal gaat. Mijn vader, mijn opa en diens vader hebben altijd voor jullie materiaal gezorgd, dus ik ben het eigenlijk ook wel een beetje aan mijn genen verplicht. Maar, geacht bestuur, de lol is er voor mij af. En mijn vader is het ermee eens, eerlijkheidshalve moet gezegd dat hij het allemaal niet meer precies kan volgen, hij weet niet eens wat voor dag het is, maar ik heb hem gisteren zien knikken, dus hij is het ermee eens. Want, geacht Bestuur, vroeger was de zorg voor het materiaal nog ambachtswerk. Klussen met natuurlijke materialen heette het. Daar heb ik zelfs van het Bestuur bij het L.O.I. nog een schriftelijke cursus voor mogen volgen. Maar daar heb ik nu niks meer aan. De ellende is allemaal begonnen met ijzeren palen. Hout, meneer, dat was tenminste puur. Intussen is zelfs het ijzer al vervangen door alemimimmum. Daarna volgden de plastic lepeltjes in de kantine. Nog erger werd het met de komst van de nylon bal. Die is weliswaar alweer verdwenen, maar het heeft pijn gedaan hoor! Alsof dat nog niet erg genoeg was volgde er daarna de nylon lijnen. Waar is de tijd dat we na de wedstrijd onze zwaar meurende jute lijnen over de waslijn te drogen hingen. Had ik lekker veel werk mee, en nu wordt alles er gewoon zeiknat opgedraaid. Hoekvlaggen; ook al zo’n kunstproduct. Dat wappert toch niet, dat ziet er toch niet uit! En lever mij eens één korfballer die blij is met de plastic korven. Moet je de ballen eens zien butsen, geen idee naar welke kant ze springen. Nee, geef mij maar die lekkere rieten schepmandjes … daar kun je tenminste kampioen mee worden! En dan gaan er nu stemmen op om plastic gras neer te leggen. En daar weet ik niks van, dat is niet met mij overlegd. ’t Is met tranen, beste bestuurderen, dat ik u dit besluit moet meedelen, maar voor mij, eenvoudige ambachtsman, is het kapot! Enne, o ja, ik deel u dit besluit mede namens Fred mee. Hij heeft intussen jullie nieuwe grasmaaier voor een mooi prijsje kunnen verkopen en van dat geld zitten wij nu samen in de bus: een achtdaagse natuurreis.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 27
__________________________________________________________________________________________
En onze kolonie noemen we rustroest … Sinds een oplettende aap een paar miljoen jaar geleden ontdekte dat hij ook op twee poten door het leven kon, en besloot zich voortaan ‘mens’ te noemen, lijkt er veel veranderd. Maar schijn bedriegt. Om dat te bewijzen is geen uitvoerig onderzoek nodig … een rondje over het korfbalveld volstaat. Wat zie je daar: de mannetjes zijn nog steeds op alle fronten de baas, net als twee miljoen jaar geleden. Ze domineren het spel, niet zozeer in kunde, maar wel in hun manier van optreden. Zij regisseren het spel, wijzen de vrouwtjes waar ze moeten staan: “páálen .. kreng!”, schieten op alle mogelijke momenten en menen dat de vrouwtjes al op de goede plek klaar hadden moeten staan voor de afvang, ook al schieten ze mijlenveer naast of over. Het ambt van scheidsrechter is ook nog overwegend voorbehouden aan de mannetjes, die parmantig de fluit hanteren. Bijna geen vrouwtje, die zelfs maar overweegt de scheidsrechterscursus te gaan volgen. De kleine aapjes mogen in de apenkolonie, die we tegenwoordig teamsport noemen, naar hartelust spelen en oefenen. Jonge mannetjes mogen helpen met palen sjouwen en testen in de apendisco hun indrukwekkende mannelijkheid op de jonge vrouwtjes. Die mogen op hun beurt onbekommerd vlooien met andere vrouwtjes. Ik hoor u vertwijfeld uitroepen: “Wat een onzin, hoe zit het dan met de evolutie – wij zijn toch geen apen meer?” Natuurlijk wel. We hebben in de loop van de tijd misschien wat minder harige lichamen gekregen, maar voor de rest zijn we nog steeds wat we al die tijd al waren: apen! Kijk maar eens goed om je heen in de komende tijd, en ontdek: je bent een aap in een grote kolonie soortgenoten. Misschien is korfballen daarom wel zo leuk.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 28
__________________________________________________________________________________________ Hoe zit het eigenlijk ? De opgave voor deze week luidt: Rust Roest heeft: A ? een vet kaderoverschot … B ? veel trainers die op kinderen vallen … C ? errug moeilijke kinderen … D ? een overdreven goeie jeugdopleiding … E ? een alternatieve kader- en kind-opvangfunctie … Tja, deze week maken we het eens een keer wat moeilijker. De puzzels in onze jeugdhoek zijn doorgaans voor mij een makkie, dus ga ik langzamerhand eens voor het echte werk. Tijdens de vlooienmarkt hebben we genoeg verdiend, dus gaan we deze week ook eens voor vette prijzen: deelnemers, let dus binnenkort op je brievenbus! Bovendien is er nu eens iets waar onze jongste leden ook kans hebben. En aangezien Braber alle leden even lief vindt, moet het er maar eens voor allemaal van komen. Wat moet je doen? Geef het antwoord op bovenstaande vraag (onnozele toelichting eigenlijk, wat zou je er anders mee moeten; maar toch een toelichting op de gebruiksaanwijzing, want ik wil iedereen een kans geven) Schrijf je goede antwoord, een letter dus, op een brief- of mooie ansichtkaart, en doe deze in de welbekende ideeënbus in het clubhuis. En als je de komende tijd niet op het veld komt, hetgeen we ons met de komende zonovergoten wiekenden niet kunnen voorstellen, stuur de kaart dan naar Braber te Eindhoven. Komt altijd aan. Vergeet niet je eigen naam op de afzender-kant te vermelden, want anders weten we niet waar de prijs heen moet. Verdere spelregels: je mag overleggen met anderen … misschien een idee als je naar ’t urste gaat kijken en ’teffe-niet-zo-lekker-soepel-loopt. En als jullie er samen helemaal niet uitkomen, dan volgt hier de laatste aanwijzing: Kijk in het clubblad, niet bij ’t eerste, maar bij ’t laatste, nét na de F-jes dus: bij de Welpen. En dan zie je dat die hele kleine Maike en Sofie en Wouter en Frank of-hoe-ze-ook-mogen-heten met z’n viertjes getraind worden door maar liefst Marlieke, Lenneke, Maud, Denise, nog-een-Lenneke en ons aller Bram (…. en dat is zes!) Ik ben hartstikke benieuwd of de goeie oplossing uit de doos komt.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 29
__________________________________________________________________________________________
De Ergens-Ver-Weg-Bekende-Gezichten Dag. Ook erg welkom ! Wil je weer ‘ns korfballen en dan kun je nergens parkeren en moet je eerst een kilometer lopen om op het veld te komen … wat een drukte! Maar ja, alle Brabertjes doen vandaag mee, dus ik dien ook van de partij te zijn. Heb me eerst nog eens via http://www.knkv.nl/web/show/id=87156 de allernieuwste spelregels eigen gemaakt. Tjonge, wat is er veel veranderd, en niet allemaal ten beste! Vervolgens was de overloopkast aan de beurt: nou, die is tenminste nu ook weer eens opgeruimd. Wat lag er veel ouwe korfbaltroep in! Maar behalve de sokken paste ‘dr niks meer. Op naar de Wibra voor een flitsend shirt en een kikke broek. Nou hebben ze daar weinig kikke – spul, maar uiteindelijk lukte het allemaal net beneden een tientje. Gimpies van de buren en de tas zit vol. Vandaag is het dan zover. Alle Brabertjes op een kluitje en met z’n achten aan het korfballen geslagen. Een waar feest! Het korfballen was eigenlijk hartstikke leuk … en het leukste was dat klaarblijkelijk niemand die nieuwe speleregels heeft gelezen, want niemand trok er zich wat van aan. Heb zelfs nog een strafworp vanaf vier meter zien nemen. En zo wint de redelijkheid het van de theorie. Mijn eerste winst! Maar wat nog leuker was: al die oude bekenden. Het feest der herkenning … of juist niet. Want de evolutie van de mens gaat vooral gepaard met grijs- en kaalheid. Soms blijkt herkenning van je oude bekende alleen mogelijk als hij/zij kroost met zich meetorst: in diens gezicht herken je je oude korfbalmaat en zo kom je tot de oplossing van dat Ergens-Ver-Weg-Bekende-Gezicht. Vele gesprekken nemen onderweg naar je wedstrijd een aanvang en worden onverbiddelijk afgekapt door het beginsignaal. Vervolgens, en 17 minuten later, wil je de gespreksdraad hernemen, maar is ‘ie nergens meer te bekennen of weer in druk gesprek met een volgende hernieuwde-kennismaker. Maar het duurt geen tien meter of je hersens moeten opnieuw hard aan ’t werk in de afdeling ‘gezichten’ en een nieuwe reünie ontstaat. Nu sta hier: ik in de rij voor de kotelet en de worst. De aanvankelijke vrolijkheid maakt langzaam plaats voor een van pijn vertrokken gezicht. Dat doe je mensen toch niet aan: In de rij met aanzwellende spierstijfheid!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 30
__________________________________________________________________________________________
Mijn Cluppie (Door de opa van Braber) Thuis heb ik nog een fotoplaat Waarop een groep, een jeugdteam staat In trainingspak, met rode hoofdjes Een zandbak, op de achtergrond een fiets Het zegt u hoogst waarschijnlijk niets Maar het is waar ik gekorfbald heb Dat veld, ik weet nog hoe het was Met negen kinderen op het gras Een doorloopbal, oranje sokken Het clubhuis, ‘k zat hoog op de kruk Zaterdagmiddag, altijd druk Trekdrop en and’re snoeperijen En langs de lijnen bij mijn cluppie Zag ik de korfbalpalen staan Ik was een kind en wist niet beter Dan dat het nooit voorbij zou gaan Het leven was heel simpel, ach, Je leefde heel de zaterdag Op een rol mentos en een mars Van ’s morgens vroeg tot ’s middags laat Met iedereen wat aan de praat Een rondje rennen om ’t veld Het leven is twee velden lang Voor niks en niemand bang Want dit is je eigen cluppie Je pa en ma staan in het veld En in de rust krijg je wat geld Voor een glas ranja met een rietje En langs de lijnen bij mijn cluppie Zag ik de korfbalpalen staan Ik was een kind en wist niet beter Dan dat het nooit voorbij zou gaan De jeugd van toen is pa en ma En loopt hun kroost snel achterna Als ze vragen hoe ’t met me gaat Daar sta je dan, midden in een tent ’t is alsof je ze niet meer kent Er een kloof is in de tijd Die club, die was toen ook van mij Maar ach, die tijden zijn voorbij En zij zijn gewoon doorgegaan Mijn club van toen het is voorbij Niet voor hen maar wel voor mij Het blijft nu bij herinneringen Toen ‘k langs de lijnen van mijn cluppie De korfbalpalen nog zag staan Was ik een kind hoe kon ik weten Dat dat voorgoed voorbij zou gaan
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 31
__________________________________________________________________________________________
Testosteron Het is al weer een paar jaar geleden dat het eerste doping geval in de korfballerij plaats vond. Een jongen uit Den Haag had hiermee een leuk stukje publiciteit voor onze sport verzorgd, maar daarna is het toch weer erg stil geworden aan het korfbal-dopingfront. Gelukkig is er een Amerikaan, genaamd Landis, opgestaan om dit onderwerp weer wat nieuw leven in te blazen en ik zou het er niet over hebben als ik hier geen grote kans werd geboden voor ons als korfballers en voor Rust Roesters in het bijzonder. Want is er nu mooier dan een grote sportprestatie te leveren, nadat je eerst een stuk in je kraag hebt gedronken. Zelfs medische deskundigen beweren dat je testosteron spiegel gaat stijgen na alcohol gebruik, en dat gebruik op langere termijn spierversterkend werkt. Heel vreemd als we toch allemaal weten dat roken en drinken nu niet direct voorwaarden zijn om een sport goed te beoefenen (Darts is een goede uitzondering omdat trillende handjes lastig zijn) Hier ligt dus een flink stuk werk klaar voor onze selectie, want power kunnen ze best gebruiken, dacht ik zo. Zeker als ik nu nog terugdenk aan die wedstrijd tegen, nou ja laat maar … Dat had weinig met topsport te maken, meer een dagje uit naar een leuk dorpje ergens in het westen des lands. De familie van den Berg kan hun inkoopplan drastisch aanpassen, want whisky is het nieuwe toverwoord. Als Landis met 4 whisky’s in zijn kraag 200 kilometer bergop kan fietsen, moet het voor ons toch mogelijk zijn met zo’n power stoot dwars door onze tegenstanders te stormen en de bal striemend in de korf te dunken. Tot nu toe vonden we het wel lekker om na de wedstrijd een pintje te pakken, maar nu het verplicht wordt om vooraf ook al te gaan hijsen, wordt het daardoor misschien ook wel minder leuk. Klein probleem is er nog wel, want wat moeten we met onze vrouwen bij Rust Roest ? Die willen we het toch niet aandoen om zoveel mannelijke hormonen aan te maken dat ze op Oosteuropese gewichtheffers gaan lijken ? Nee, dan nog maar liever een keertje verliezen, …maar niet te vaak, want de mooie vrouwen van Rust Roest zijn immers altijd mijn belangrijkste reden geweest om van deze mooie club lid te zijn. Proost !!!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 32
__________________________________________________________________________________________
Lieve Sinterklaas, Het is weer bijna zover ….. u komt weer naar ons land. Ik heb begrepen dat u dit jaar voor ’t eerst met Iesiejet komt, omdat dat weer een stuk goedkoper en sneller is dan met die aftandse boot. En wat u uitspaart …. tja, daar zijn wij weer vet mee! Maar, lieve Sint, wilt u er dan wel rekening mee houden dat je bij Iesiejet niet zoveel bagage mee mag nemen. En ook geen drank in flesjes, of ze moeten in een doorzichtig plastic zakje zitten. Ik denk trouwens dat u er slim aan doet uw rollator mee te nemen, want ik ben bang dat uw staf in het vrachtruim zal moeten. Ijgenluk is het natuurlijk helemaal geen steekwapen, maar dat weet de doeane immers niet. Maar, lieve Sint, wat ik u ijgenluk wil laten weten is wat er allemaal op mijn vurlangleisje staat. Deze keer heb ik een sociaal leisje gemaakt, dus een leisje niet alleen voor mezelluf, maar voor onze hele club. Ik kan natuurlijk wel allemaal kampioenschappen gaan vragen, maar daar gaat u niet over. Nee, ik wou u vragen of u kunt zorgen voor wat trainingsboeken voor onze trainer. Zodat we niet elke week hetzelfde te doen krijgen op de treening. En of u voor onze trainer ook handschoenen meer wilt nemen, dan hoeft’ie ze niet de hele training in z’n zakken te houden. Enne, kunt u ook iets doen aan het warme water van de doesjes. Want nou het kouder wordt houdt dat ook niet over. Misschien kan de straal ook een beetje bijgesteld worden, want ik wort alsmaar breder. Wat zou het mooi zijn als u kunstgras mee zou kunnen nemen. Dat gaat natuurlijk niet met Iesiejet, maar dat kan gewoon met de boot nagestuurd worden. Dan kannut er liggen als we straks weer uit de zaal komen. Ik moest van mijn vader vragen of u wat Spaanse wijn mee wilt nemen, want hij zegt dat de wijn die ze nou in het clubhuis schenken niet-te-zuipen is. En dan zallut wel, want mijn vader klaagt anders nooit over drank, als er maar alkohol in zit. Wat ik u verder nog vragen wil: als u alle kinderen van Eindhoven straks toch gaat bezoeken … wilt u ze dan allemaal een aanmeldingsformulier in hun schoen doen. Vooral bij alle jongetjes, want dan hoef ik niet meer elke week tegen een meisje te korfballen, omdat ze daarvan veels te veel hebben. Sint … feine rijs en tot gouw !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 33
__________________________________________________________________________________________
Schande ! ! ! Helaas geen leuk stukje deze keer, want Braber is heel verdrietig, en vooral heel errug boos… Was ik al een beetje verdrietig aan het begin van de zaalcompetitie, het is sindsdien alleen maar erger geworden. U wist het misschien niet, maar ik heb altijd het korfbal het allerbelangrijkste gevonden, ook al blijkt dat soms niet uit mijn stukjes. Maar wat ze nu weer klaargemaakt hebben daar in Zeist, bezorgt me zo’n enorme kerstballenbroekhoest, dat ik niet meer geloof dat het nog goed komt. De heren professionals daarginds in Zeist zijn er nog altijd niet in geslaagd om een halve competitie in elkaar te fabrieken, die intussen alweer bijna ten einde is. Aan de lopende band wijzigingen en niet ingevulde wedstrijden die zelfs in een aantal gevallen in arren moede dan maar op Kerstavond worden vastgesteld. Dat is nog erger dan Carnavalszondag of op de Dankdag voor het Gewas. Meer dan 40 jaar geleden waren in Afdeling Zuid 32 gemengde korfbalverenigingen actief. Vele beleidsplannen en herstructureringen verder zijn daar nu nog 22 verenigingen van over. Bovendien hebben we intussen vééeel meer beroepskrachten in dienst waarvan de meesten hoog zijn opgeleid om een organisatie als het KNKV te runnen. Wie kent nog mensen als Harry Schalk en Albert Meijer die letterlijk tot het gaatje gingen om voor ons een competitie op touw te zetten. Zij hadden geen computerprogramma’s, waren zeker geen doctorandus, maar hadden boerenverstand en vooral hart voor de zaak. Korfbal was hun leven en de korfballers waren hun vrienden. En kom nu niet met het verhaal dat het toen veel makkelijker was, want dat is grote onzin. De wil om iets voor elkaar te krijgen, was toen veel groter en ondanks dat er toen wel eens iets fout liep, was er veel meer waardering voor de mensen, die dit ook echt verdienden. Mijn verdriet ging over in woede toen ik in het blad Korfbal het verhaal las van onze Verbondsvoorzitter en zijn directeur, die met krokodillentranen gingen uitleggen dat het inderdaad niet zo best was dit jaar. Het hemeltergendst vond ik dat de medewerkers op de lagere werkniveaus als hoofdschuldigen werden aangewezen. Arroganter kun je het niet met droge ogen bedacht krijgen. Politiek gezien zijn beide heren wat mij betreft al uitgerangeerd, of zojewilt: uitgeverdonkt, maar zelf nemen ze geen verantwoordelijkheid voor hun wanbeleid, dus er staat ons nog wat te wachten. Het bestuur van zo’n vereniging die op Kerstavond zou moeten gaan spelen zegt uiteraard heel wijs: “Doe ’t zelf maar rond ‘t kribje”, maar gelukkig voorzien de reglementen daar weer keurig in: Wedstrijd verloren, 2 winstpunten in mindering en alle kosten voor de club. Zo zal het nog jaren hééeeeeel goed gaan met korfbal, want er komt geld genoeg binnen. Braber wenst alle Rust Roesters, nee alle Korfballers en hun families (overigens behalve bovengenoemde bestuurderen) ’n fantastisch 2007 !!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 34
__________________________________________________________________________________________
Onze ouwe getrouwe …. Tjonge, zo’n clubkrant wordt met de week dikker. En omdat mijn ogen met het vorderen der jaren recht evenredig minder worden, gaat er dus elke keer een hoop tijd in zitten om een beetje bij te blijven. Want zeg nou zelf …… ik wil niet steeds over vroeger zeuren, maar vroeger had je een clúbblad. En dat clúbblad ging over de korfbalclub …. dus over korfbal en dus een korfbalclubblad ! Soms 2 a-viertjes gestencild, maar dan was het al een errug drukke tijd. Daar stond het wedstrijdprogramma dan in, waar en wanneer je moest vertrekken en de opstellingen en dan had je het wel zo ongeveer gehad. O ja, de voorzitter bedacht ook elke paar weken nieuwe woorden voor dezelfde boodschap. Verder soms een aankondiging van een verse baby of een aanstaand huwelijk om de pagina’s te vullen, maar korfbalnieuws was toch de hoofdzaak. Analyses van de wedstrijden, de nieuwe spelregels, de mening van de kootsj. Of de mening over de kootsj … technisch en tactisch concept en de toepassing ervan; daar smullen we elke keer weer van. Kom daar nu ‘ns om in een korfbalclubblad, om een beetje bij te blijven ploeg je zo’n blad natuurlijk nog wel door. En dan kom je één keer per jaar, nee élk jaar dezelfde pagina tegen. De pagina van de vlooienmarkt. O.K … de datum wil nog wel ‘ns wisselen, maar verder is ‘ie net zo als decennia geleden. Berend bij de wasmachines .. Evert bij het gereedschap .. Piet bij de fietsen .. Roel ook op z’n vaste stekkie .. Bram bij ’t opbod en Hero gaat al eeuwen met z’n buiktas rond. Engazomaardoor! Toen ik nog een arbeidzaam leven had, spraken wij wel over job-rotation en promotiemogelijkheden … bij de Rust Roest Vlooienmarkt hebben ze daar nog noooooit van gehoord. Leven die mensen eigenlijk nog wel ?? Is het niet sneu voor de familie om elk jaar die lijst opnieuw onder ogen te krijgen terwijl opa misschien al ruimschoots ten prooi aan de pieren is gevallen. Is er dan niemand bij Rust Roest die zo’n lijst ‘ns een keer nakijkt ??
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 35
__________________________________________________________________________________________
Kunstofvelden Je schrikt toch wel even als je het clubblad openslaat en leest dat Rust Roest kunststofvelden gaat krijgen. Ik heb eerder wel eens wat horen prevelen over kunstgras, maar alsmaar gedacht dat dat een geintje was … “kunstgras”. Maar weet zo’n gemeente veel. Ik ben benieuwd hoe dat kunststofveld eruit gaat zien. Waarschijnlijk wordt er ook ZOAB toegepast vanwege de geluidsoverlast voor de buren, en waarmee tevens opspattend water wordt voorkomen. De konijnen en mollen op ons veld zullen er wel blij mee zijn, die moeten nu allemaal verhuizen zonder vergoeding voor de gemaakte kosten. Trouwens, ik heb gehoord dat er onder dat kunstgrasveld (want zo heet dat natuurlijk) een soort van luchtlaag komt waar helemaal niets zit. Geen rubberkorrels of ander milieu-onvriendelijk spul komt er meer aan te pas. Misschien veert het wel sterker zodat je een soort van trampoline krijgt, waardoor je met een goeie aanloop een doorloper kunt dunken. Als we daar dan goed op trainen, hebben we alvast een paar goals voorsprong op de tegenstander. Nooit weg overigens …. een paar goals voorsprong. Weet je dat er heel veel soorten kunstgras zijn ? Bij Rust Roest schijnen ze kunstgras te krijgen, maar dat is dan weer half om half, zal ik maar zeggen, een gedeelte echt gras met daar doorheen een mooi geweven tapijt. Kunnen weer niet écht kiezen, ben ik bang. Hoef je ook maar half te maaien en half te bemesten. Geen idee of het op waterbasis of met ingestrooide zandkorrels zal gebeuren, maar het lijkt me wel leuk. Heeft iedereen zijn zin, de voorstanders van natuurgras zowel als de kunstgrasfanaten. Ik heb alle vakliteratuur erop nageslagen maar kom er niet uit wat dit nu weer voor een soort veld is. Maar als we straks in een plastic teiltje of op een rubberen matje moeten gaan korfballen, dan kap ik er toch echt mee. Ik vind plastic korven al erg genoeg. Het moet wel een serieuze sport blijven natuurlijk. Gelukkig hebben we bij Rust Roest een paar experts en die gaan het binnenkort wel een keertje uitleggen in dit schitterende cluborgaan
Veld inhalen??
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 36
__________________________________________________________________________________________
Wie bedenkt zoiets nou toch …… Trouw aan ons Strijpse korfbalclubje kun je me niet verwijten. Ik blijf kijken, ook al is het soms niet om aan te zien. Maar een enkele keer ga ik vreemd. Ik heb dat tot op heden nooit gemeld in dit orgaan, maar sinds vreemdgaan een beetje uit de taboesfeer is, zal ik er ook maar mee op de proppen komen. Enige tijd geleden ben ik vreemd gegaan naar een korfbalwedstrijd in een of andere hoge klasse. Het gepieledraai om de korf is daar overigens zeker niet minder hoor ! Maar tot mijn opperste verbijstering zie ik dat, bij het nemen van een vrije bal, de tegenstander gewoon met z’n snottert bovenop degene die ‘m neemt blijft staan. Ik roep nog: “Scheids …. is dat nou helemaal tweeeneenhalvemeter?” Zit de halve tribune me schaapachtig aan te kijken. Wat nu weer. Mijn buurman, klaarblijkelijk regelmatige bezoeker van die club heeft het me toen uitgelegd. Het blijkt een nieuwe spelregel te zijn, die vanaf nu voor alle korfballers gaat gelden. Niks meer tweeeneenhalve meter, gewoon bij het nemen van een vrije bal er bovenop blijven hangen en slechts bij een poging tot doodslag kán er sprake zijn van die historische tweeeneenhalve meter afstand. Sprakeloos was ik … het eind van die wedstrijd heb ik niet meer afgewacht. Een pilletje onder m’n tong en gauw naar huis voor een vette borrel. En wat mij sindsdien nou al de hele tijd puzzelt ….…… wie bedenkt zoiets ?? Er is dus ergens in dit land een korfballer, let wel, die gewoon vrij rondloopt en niet psychiatrisch verklaard is, die op een troosteloze oggend opstaat en zichzelf de meest idiote gedachten toestaat. Want wie, lieve lezertjes, kan mij helpen en me uitleggen welke korfballer bij z’n volle verstand dit soort ideeën op laat borrelen. En da’s zo erg nog niet, maar er zijn dus klaarblijkelijk mensen die met droge ogen een dergelijk verhaal op een zodanige manier aan een of andere commissie kunnen slijten dat die mensen er serieus naar gaan zitten luisteren. En wat veel erger is: alle blije korfballers van Nederland ermee gaan opzadelen. En dat heet dan vrije bal ! Hoezo vrij, wat vrij, wie vrij !!! Korfbal Maakt Het Waar: mijn goede vader zaliger had dus toch gelijk toen hij beweerde dat de daders in dit land veel te veel de hand boven het hoofd worden gehouden. Het blijkt nog erger: twee handen !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 37
__________________________________________________________________________________________
Heilige grond Dat Rust Roest een nieuw veld krijgt weten we nu echt allemaal wel. Brabantia heeft klaarblijkelijk nog geen flauw benul hoe mooi korfbalvrouwen kunnen zijn, als de dood dat al die voetballetjes gemengd willen gaan sporten. Ik snap dat best! Daar moet je dus op inspelen, Hans …..!! Maar daar gaat dit niet over: je kent mijn hartgrondige aversie tegen de verloedering van het pure van korfbal: het begon met plastic bekertjes, nylon lijnen en ballen en via kunstsof korven komen we bij kunstgras. Erger kan niet, dacht ik …! En straks, als die kunststof-accommodatie aan de Botenlaan eenmaal klaar is, zeker ook nog ‘feestelijk in gebruik nemen’ Dat houdt dus in dat je plastic feestelijk in gebruik kunt gaan nemen … kan het nog gekker! Het verlies van mooi, lekker ruikend, mals, groen natuurgras wordt gevierd! Er is trouwens meer nieuw bij Rust Roest, hij heet Fedde, en hij komt oorspronkelijk ook van heel ver. Vandaar dat zijn aanwijzingen soms onbegrijpelijk zijn. Onze Fedde kan bij mij al niet meer stuk, want hij spreekt vol ontzag over zijn Rust Roest. Dat is heel mooi gezegd van Fedde. Nu alleen nog regelen dat het balletje nog vaker in de goede korf wordt gegooid, zodat de beheerder van het scorebord, …. omdraaien van de bordjes gaan we straks natuurlijk ook weer automatiseren op zo’n elektronisch scorebord. Dattie beheerder het dus op zaterdag heel druk gaat krijgen. Ik ben trouwens nog niet gevraagd voor deze belangrijke functie, hetgeen me wel een beetje tegenvalt … ik heb altijd goed kunnen drukken. Heel erg vind ik dat je straks op het nieuwe veld bijna helemaal niets, maar dan ook niets meer mag. Er schijnen zelfs zeer zware straffen te worden uitgedeeld aan overtreders. Hieronder een lijstje van ‘verboden botenlaan-handelingen’ . 1) Kauwgom (met name blaaskauwgum) is ten strengste verboden, controle bij betreding van het veld door een van onze juniorendames, die ervaring heeft met het openkrikken van paardengebitten. 2) De hond uitlaten is er ook niet meer bij op ons veld, terwijl dat juist zo’n fijn bindmiddel zou kunnen zijn voor de buurt én een aantal leden. 3) Uitsteeksels onder je schoenen, spikes, klompen, allemaal in de container, tot ver in de omtrek van de Botenlaan komt een beschermzone om onbetamelijk schoeisel te weren. 4) Over het hek klimmen of eronder door levert 10 stokslagen met een, jawel: plastic rietje op. 5) Lekker sjekkie roken en weggooien op het gras (hé Rien en Henk), pilsje in de hand lekker over de balustrade hangen, kun je op halfjaar schorsing rekenen. 6) Met vuile schoenen het veld op staat gelijk aan een doodzonde, biechten en daarna royement is het gevolg. 7) De paal lekker de grond inrammen en goed wrikken om hem er weer uit te halen zodat je hele fraaie open stukken in het veld krijgt, mag ook al niet meer, dat ging altijd zo lekker met natuurgras. Hou er maar vast rekening mee …. Al deze strenge regels zullen op alle mogelijke manieren kenbaar worden gemaakt aan de leden, zodat je later niet kunt zeggen “Ich habe es nicht gewusst“. Wat ik me eigenlijk alleen afvraag bij dit alles: Mocht dat vroeger dan wel ??
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 38
__________________________________________________________________________________________
Herfstvakantie. “Hallo, met Henk.” “U spreekt met de moeder van Bertje. Ik wou u even meedelen dat Bertje er komende zaterdag en de zaterdag erop niet zal zijn. Wij gaan namelijk een weekje naar Landal” “O, en wat moet ík daarmee ?” “Nou, dat zeggik toch, Bertje is er dan niet, want hij gaat met ook mee” “Niks ervan, Bertje speelt in een team … en de eigenschap van een team is dat je mét elkáár een sport bedrijft, en dus niet zomaar op vakantie kunt als je moet spelen ... en jullie Bertje moet beide zaterdagen spelen” “M-m-maar we hebben geboekt” “Da’s uw probleem, mevrouwtje … wij hebben sinds kort bij Rust Roest nieuw beleid: het zogenaamde ‘zerotolerance-afschrijfbeleid’ “Het wát …..!” “Daar begint het al … u hebt me wel gehoord! We zeggen voortaan alles ook maar één keer, en dat wil zeggen dat afschrijven voor een wedstrijd ook onder het nieuwe beleid valt. Vette pech voor u en uw Bertje, maar het teambelang gaat vannuafaan vóór uw gezinsbelang, laat staan het Landal-belang!” “Maar we hebben dit jaar nog helemaal geen vakantie gehad en mijn man is er zó helemaal aan toe ….” “Mevrouwtje, beleid is beleid en zero-tolerance beleid van Rust Roest is pas écht beleid; ‘ns even nakijken, eh … Bertje is meegeweest op kamp, dus hij heeft in elk geval al vakantie gehad” “Dat was maar één week ….” “… met het hééele team. Hebt u enig idee hoe gezond dat is voor de ontwikkeling van uw jochie, die teamspirit op zo’n kamp. Hebt u al eens aan Bertje gevraagd of hij eigenlijk nog wel met u op vakantie wíl! Dik kans dat hij niet eens met u meewil, juist omdattie moet korfballen … met z’n team … en z’n team niet eens in de steek wíl laten. Hebt u hem dat al eens gevraagd … nou …?” “Nee, eerlijk gezegd hebben we al een half jaar geleden geboekt, enne … anders vond hij het altijd heel leuk om naar Landal te gaan, dus we dachten …” “…dus we dachten … dus we dachten. Dat hoort er intussen ook niet meer bij mevrouwtje: dat denken doen wij bij de club wel .. in teamverband denken we, en dat noemen wij bij Rust Roest zero-tolerance-teamverband-denken. En u was ook niet op de ouderavond aan het begin van het seizoen, want daar mogen ouders voor één, en meteen de laatste, keer per jaar suggesties voor het komende jaar aan-dragen, let wel teamsuggésties. En tja, als u dan niet komt, dan wordt het gewoon: wie niet horen wil ….” “Dus ik begrijp dat we nu niet kunnen …” “Helemaal juist, mevrouwtje, u hebt het snel in de gaten. Helaas geldt dat nog niet voor iedere ouder, maar dat komt nog wel … trouwens, ik heb wel een oplossing voor u” “En dat is …?” “Ik neem uw herfstweekje Landal wel over …voor de helft van de prijs
Eenmalige uitgave EKV-RR-krantje. Oplage: 1
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 39
__________________________________________________________________________________________
Trots op Korfbal Van ze lang zal ze leven heb ik me niet met politiek bemoeid en ik heb nóg minder plannen in die richting, maar sinds ik in alle media de zielloze vertoning van ‘IJzeren Rita’ heb moeten slikken houdt het me bezig: Trots op Nederland. En dat blijkt dus geen politieke partij … nee, dat noemt het mens ‘een beweging’ … ‘t Sap schiet me uit de oogleden bij zo’n kretologie! En tóch laat het me niet los. Je kunt dus op iets waarvan je juist al jáaren zegt dat je niet trots bent en waartegen je al sinds mensenheugenis loopt te zeiken met een nieuwe beweging tóch trots worden. Dus doorgeredeneerd is er nog hoop: Ondanks het fulmineren tegen het verdwijnen van het domein van de pure loopkorfballers: het middenvak, het afschaffen van het ambachtelijke emmeren; dames die hun rokje inruilen voor lullige broekjes, plestiek korven en last but not least natuurlijk het p.v.c-gras zóu je kunnen komen tot een nieuwe beweging. De Beweging Trots op Korfbal. Maakt niet uit wat voor korfbal-bobo’s we hebben en wat ze uitbraken, maakt niet uit welke onzinnige competitieindeling weer het levenslicht zal aanschouwen, of nieuwe spelregels rechtstreeks uit de Fabeltjeskrant blijken te komen, maakt allemaal niet meer uit … Dus, lieve lezertjes … sluit je aan, wordt deelgenot van de nieuwe beweging die dus haar roots in Strijp zal gaan krijgen: Trots op Korfbal. Trots op Korfbal is geen club, ook geen vereniging en nog beter nieuws is dat je geen contributie hoeft te betalen. Dus, met de komende feestdagen in ’t verschiet maak je iedereen in je korfbalomgeving blij met jouw fantastische surprise in de zak of onder de boom: het lidmaatschap van de beweging Trots op Korfbal. Wedden dat ze allemaal heel verrast zijn ? En ’t kost jou niks ! En je hebt gespreksstof voor de rest van de avond, want ze gaan natuurlijk vragen hoe dat dan verder moet met inschrijven, contributie, clubblad, activiteiten en dat soort dingen. En dan hoef jij alleen maar te zeggen: Nee, het is een Beweging … en daar zijn wij van nature goed in!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 40
__________________________________________________________________________________________
Het is weer donderdag …. Donderdag, voor mij bijna het afstapje van de drukke week. De vermoeidheid roept dan ook om een licht dutje na het avondeten. Lekker even wegzakken, terwijl de vaatwasser het vuile werk opknapt. Nodig ook, want tegen half acht uur geurt de koffie en bekruipt me weer het ‘wat-ben-ik-tochafgepijgerd- gevoel’ oftewel: Het is vanavond weer rekreanten. Ik heb, zoals steeds, geen zin om de sportspullen bijeen te zoeken en er weer uit te moeten. Het is zo lekker op de bank en buiten zo koud en klam. Maar de ratio overwint steeds weer en even later fiets ik met de gevulde sporttas naar sportpark Botenlaan. Naarmate het kunstgras nadert bespeur ik bij mezelf dat de tegenzin licht afzakt; en zelfs nog omslaat in sluimerend enthousiasme naarmate ik bekende gezichten begroet. Als ik uiteindelijk m’n sportschoenen veter heb ik er zelfs een beetje zin in gekregen. Vanavond in treeningsbroek ? .. of toch maar niet? Ach, mietje, … gewoon dapper met blote benen het kunstgras op. Doorgaans zo’n 15 andere jongens en meisjes tussen de vijf-en-veertig en zeventig, vermoedelijk ook allemaal met aanvankelijke tegenzin, maar toch weer elke donderdagavond de overjarige spieren oprekken. De rekreantengroep heeft ooit overwogen onder de veelzeggende naam T.U.V.S. (Trek Uw Vel Strak) door het stramme leven te gaan, maar uiteindelijk is het toch gewoon een onderdeel van Rust Roest gebleven en is het bij een soort roepnaam gebleven. Met Annelies ! Ja, met Annelies, want deze sportgekke dame heeft indertijd het initiatief tot heroprichting genomen en trekt dientengevolge al jaaaaren de rekreantenkar. Wekelijks schotelt zij fanatiek en met veel inventiviteit de doorgaans zelfbedachte oefeningen voor. Soms onuitvoerbaar in hun eenvoud; maar dat zou ook best te maken kunnen hebben met het enthousiasme en gezelligheid van de sportersgroep bij wie luisteren naar de treener lang niet altijd prioriteit heeft. Stel je maar eens voor: zo’n stelletje stramme sporters, grotendeels VUT-ters, deels grootouders, dus bereisd en vol van kleinkinderen sparen liever de kuit- dan de kaakspieren en op die manier wordt het doorgaans al snel een knotsgezellige chaos. Gelukkig is de conditie en long-inhoud recht evenredig aan de klimmende jaren, dus al snel wordt het vocaal rustiger en kan Annelies zelfs heel behoorlijk haar gang gaan. Een uur lang worden de stramme spieren geteisterd en het vel strak getrokken. Wat je toch allemaal met ballen, pilonnen, hesjes en korven kunt doen! Tot het verlossende fluitsignaal. Dan komt er extra vaart in de meute .. nu in de richting van de warme douches; hoewel die blijken slechts de opmaat naar de grote rekreanten-stamtafel in het clubhuis. Want daar komt de donderdagavond pas echt op gang! Fictie ?? … Nu nog wel, maar wie weet, over een jaar of wat.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 41
__________________________________________________________________________________________
We hebben de Belgen toch … "Jouw fout is, dat je hier zit en niet aan de andere kant van de grote plas," sprak de prullenbak beslist tegen de schoonmaker. Deze had tegenover de prullenbak plaatsgenomen op één van de bureaus in het kantoortje, alwaar hij elke avondronde even genoot van een kleine pauze. Dan spraken ze samen over de belangrijke zaken in het leven, dromen, vrouwen, dromen van vrouwen en die lekkere koffiekar die elke ochtend even langskwam. "In Amerika was dit voor jou het begin geweest van een grootse carrière: Van schoonmaker tot miljonair. Hier is het een begin en ook meteen een einde. Jij zult altijd schoonmaker zijn en als je Abraham ziet zal ik je feliciteren, hier, in dit kantoor." De schoonmaker knikte meewarig. "Dat is het hele probleem met dit land," vervolgde de prullenbak. Hij zat op de praatstoel vanavond, voor zover zo'n gezegde kan opgaan voor een stuk meubilair. Hij maakte niet de indruk dat hij een onderbreking van zijn monoloog zou waarderen en de schoonmaker hield wijselijk zijn mond. "Het is hier te kneuterig. Nooit eens wordt er iets gewonnen. Geen oorlog, geen voetbalwedstrijd, niets! Nooit eens nemen we het heft in eigen handen! Altijd laten we ons door anderen de wetten voorschrijven. Welke sport is nou bijvoorbeeld typisch Nederlands? Voetbal? Nee. Fietsen? Nee." Even zweeg de prullenbak. Diep in hem klonk het geritsel van propjes papier, alsof hij even op deze gedachten kauwde. "Wat we eigenlijk zouden moeten doen is zelf een sport bedenken. Iets dat precies op het lijf van ons Nederlanders geschreven is. Maar ja, waar zijn wíj nou goed in?!" Weer ritselden er propjes. Nu leek er meer iets van wanhoop uit te spreken. "We kunnen goed propjes in prullenbakken gooien!" Het waren de eerste woorden die de schoonmaker deze avond sprak. Hij was binnengekomen, gaan zitten en had meteen een monoloog te verdragen gekregen. Dat was hem zwaar gevallen. Wat de prullenbak had gezegd had hem somber gemaakt, omdat het zo wáár was. Hij was zichtbaar opgelucht, dat hij er eindelijk wat tegenin kon brengen. "En op het gebied van de emancipatie spreken we ook een woordje mee!" Het gezicht van de schoonmaker begon nu zelf een enthousiaste lach te vertonen. "En … en … ja! … als er ergens een grens getrokken wordt, dan weten wij precies hoe we er binnen kunnen blijven!" "Dat is allemaal wel zo," wierp de prullenbak tegen, "maar dan nog: stel dat we een sport kunnen bedenken waarin optimaal gebruik gemaakt wordt van de zojuist door jouw genoemde kwaliteiten, dan hebben we altijd nog een tegenstander nodig! Je kan niet de beste in de wereld zijn zonder iemand te verslaan!" Daar had de schoonmaker niet aan gedacht. De lach verdween van zijn gezicht, heel even, om daarna met verdubbelde sterkte terug te keren. "We hebben de Belgen toch?!" Verbijsterd keek de prullenbak de schoonmaker aan. Zoiets simpels! Dat hij dat zelf niet bedacht had! "Je bent briljant, man! We worden miljonair! Vooruit, vanavond mag je even in mij dansen." De schoonmaker wist niet hoe snel hij zijn schoenen uit moest trekken.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 42
__________________________________________________________________________________________
Persweeën bij Fien De Korfbal bobo Hannes Fuik (niet verwarren met bestaande personen !) heeft besloten dat alle korfballers van Rust Roest een nieuwe spelerskaart moeten halen in hun geboorteplaats. Dus ook Jozef en Maria, gingen naar Leenderstrijp (helemaal fout, zo bleek later toen ze daar aankwamen, want ze bleken naar Strijp te moeten, maar die namen lijken ook zo op elkaar en toen ze de geboorteplaats aan de vader van Jozef hadden gevraagd had ‘ie z’n gebit niet in) Dus dat hele eind weer terug met de bakfiets. Maria was al een hele poos over tijd, ze dacht dat ze zwanger was, maar Jozef beweerde bij hoog en bij laag dadda niet kon, tenminste …. Maria zei nog: “misschien is het wel een onbevlekte ontvangenis”, maar Jozef had geen flauw idee wat dat betekende, iets van een wasmiddel of zo, dus hij liet het maar zo, ze hadden al zo vaak mot sinds ze niet meer ongesteld werd. Met al dat geteut onderweg kwamen ze errug laat in Strijp aan. Gemeentehuis natuurlijk al gesloten, er zat niets anders op dan wachten tot morgen en hier maar overnachten. Natuurlijk geen hotel meer te vinden, zelfs van der Valk zat vol. Geen wonder, want ’t was kerstvakantie. Uiteindelijk naar de het Philips-van Lenneppark, want daar had Jozef een soort huisje gezien. En daar maakten ze zich in het hooi het gemakkelijke tussen het varken Fien, de geiten en de schapen. Tegen twaalven voelde Maria iets vreemds in haar buik. Eerst om de tien minuten, maar na verloop van tijd steeds vaker en heviger. Jozef keek eens goed en dacht: “verrek …. dat zou wel ‘ns een baby kunnen worden” Natuurlijk in heel Strijp en Zeelst geen vroedvrouw te bekennen … en zo gebeurde het dat ze samen al puffend een baby kregen. Jozef had ’t urm in z’n handen, keek naar het gezicht en riep vertwijfeld: “Een meisje …. ’t lijkt je zus wel” “Wie?” …… “Je zus”. Maar toen Maria zag hoe onhandig hij met ’t kind stond te stumperen nam zij de baby van hem over … keek eens goed en riep: “Oen, kijk eens goed, er hangt wat tussen”. En toen keken ze samen, en ja hoor: ’t was een jongen. Dat luchtte op! “Ik heb altijd een jongen willen hebben” zei Maria, “en ik heb ook altijd al een naam gehad: Chris” Maar Jozef stribbelde nog tegen: “Dat mag niet … we hadden eigenlijk al een naam”. “Nou”, zei Maria, “dan geven we hem toch gewoon twee namen: Je-zus-Chris-dus !” Gelukzalig legde Maria Je-zus-Chris-dus aan de borst en de baby begon, gadegeslagen door Fien, de geiten, kippen, schapen en cavia’s gelukzalig te drinken.
?
Omdat Strijp vlak bij België ligt ….. begint het vuurwerk daar altijd al ruim voor kerst. Zo ook deze avond … een groepje Strijpse randgroepjongeren had juist deze dag een prachtige partij vuurpijlen uit België gehaald. En die moesten uitgeprobeerd worden. De mooiste vuurpijl eerst. Met een indrukwekkend ritueel werd de pijl in een fles gezet en de lont werd aangestoken. Een pijl steeg sissend op om met een schitterende sterren -regen weer terug naar de aarde te keren. En een eindje verder zaten toevallig (ja, alles is dit jaar toeval) de drie gebroeders Adriaans bij elkaar. Ze hadden juist hun schaapjes op het droge én geteld en de kudde Kempische heideschapen stond veilig op stal. De Bokma was al een paar keer lekker rondgegaan en ze zaten wat voor zich uit in het duister te staren ….. totdat ze een plof hoorden en een schitterende sterrenregen naar beneden zagen vallen. Sodemieters …. dat was mooi ! …… de herders haasten zich naar de plek waar ze vermoeden dat de sterrenregen was neergekomen. Vlak bij het Philips-van-Lenneppark. “Hopelijk is Fien niet te erg geschrokken …. even binnenkijken” En zo geschiedde het dat drie Brabantse herders schuchter de kleine stal binnentraden en met verbijstering in hun ogen daarbinnen het tafereel aanschouwden. Het verhaal zou nu verder moeten gaan over drie wijzen uit het oosten. Maar talloze naspeuringen, tot voorbij Helmond aan toe, bleken er in het hele oosten geen drie wijzen voorhanden. Nergens …… goede raad bleek duur, dus werden in allerijl drie stand-ins opgetrommeld. Weliswaar uit het westen, maar als ze het laatste stukje om zouden lopen zou geen mens dat in de gaten hebben. De drie onbenullen wilden best wat cadeaus meenemen, maar hadden geen flauw idee wat mirre was…. En zo kwam het dat Jozef, toen hij toevallig naar buiten keek, zich lam schrok en nog juist de zware balk voor de deur kon schuiven voordat Gerard, Rene en Gordon met hun nieuwste CD zouden binnenkomen. Vrolijk kerstfeest !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 43
__________________________________________________________________________________________
Stom … stom … stom … stom Kerstavond 2007. Een alarmerend telefoontje uit het verzorgingshuis. Of Braber binnenkort maar ‘ns bij de Oude Braber wilde langskomen. De Oude Braber kennende duld zo’n bericht geen uitstel en zo zaten we nog op dezelfde kerstavond knus onder de kerstboom bij elkaar. Nou ja, knus is anders. Ik zag het al aan z’n bekende opgezette aderen … pa had zijn geliefde clubblad op schoot. Wat zullen we nu weer hebben? Weer nieuwe spelregels? Gaat ’t kunstgras niet door? Komt het middenvak terug? Dames mogen niet meer in rokjes? Pa’s gezicht sprak boekdelen … het ging niet om iets kleins, het was groter, belangrijker, veel belangrijker, dat kon je voelen! “Heb je ’t blad gelezen” barstte hij los. “Ja, .. eh, …nee, eh …” bang dat ik was dat hij alle opstellingen zou gaan overhoren. “Dat stukje over Jozef en Maria, dat zogenaamde kerstverhaal …!” “Ja, zomaar, kwam ineens in me op”, probeerde ik nog enthousiast. “Snotneus, heb jij enig besef in je pre-puberale hersenpan dat zo’n verhaal door een groep mensen als hééeel errug kwetsend kan worden ervaren ?!?!” “Ja, maar pa, het is gewoon een zwetsverhaal uit-de-dikke-duim. Natuurlijk gebaseerd op het oorspronkelijke kerstbijbelverhaal, maar bedoelt als een parodie. Dat ziet toch iedereen!” “Nee, dus … dat ziet niet iedereen. Voor sommige mensen ligt zoiets heel gevoelig en butst het knalhard tegen hun overtuiging. Evenmin als sommige mensen een spotprent van Mohammed of een cabaretconference kunnen waarderen. Want die voelen zich daardoor geschoffeerd” “Maar pa, je overdrijft …het is toch alleen maar een kul-verhaaltje” Pa raasde door: “Of alleen maar een spotprent, of een mop, of een liedje, of een … dat kun je dus niet maken jochie” En zo ging het maar door. Argumenten rolden van de ene leunstoel naar de andere. Onder de kerstboom hadden wij, vader en zoon Braber, die avond een lange en verhitte discussie zoals we die lang niet hadden gehad. Natuurlijk bleef pa niet boos. Natuurlijk bleef ik niet halsstarrig beweren dat een beetje spot met humor gelezen zou moeten worden. Natuurlijk werden we, het was immers bijna kerst, het uiteindelijk hartgrondig met elkaar eens dat jouw leuk niet ieders leuk is. En dat sommige mensen sommige dingen anders denken en interpreteren dan jij dat bedoelde. Hoe sterk mijn argumenten aanvankelijk ook leken, pa had gelijk. Het was intussen al laat geworden toen ik naar huis fietste, me afvragend waarom ik daar niet eerder aan had gedacht. En ik overwoog onderweg maar steeds op welke wijze ik me zou kunnen verontschuldigen tegenover degenen die zich gekwetst voelden door mijn verhaaltje.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 44
__________________________________________________________________________________________
We gaan weer emmeren … Ik geloofde m’n ogen niet: The Tulips – Taiwan uitslag 44 – 17. Ging aan het rekenen en ontdekte dat je dan na elk doelpunt als een idioot naar de middenlijn moet rennen om weer uit te gooien, niks juichen, anders ga je het niet halen in een uur. Dus hoe lang mag je dan over een doelpunt doen? En omdat ik het ambachtelijk hoofdrekenen nog tot in m’n haarvaten beheers, kwam ik al snel tot spectaculaire tijden. Ik had al snel in de gaten dat je dan dus geen aanval kunt opzetten, laat staan te gaan staan pieledraaien. Er is maar één beproefde manier om dat klaar te spelen: Dame onder de paal en emmeren maar. Maar wie kan er tegenwoordig nog emmeren ??? Nee sterker, wie weet nog wat emmeren is ??? De huidige generatie is met alle gepieledraai en technische en tactische hoogstandjes niet meer opgeleid in het ambachtelijk emmeren. Sonde …! Zie je nou wel! Om te weten wat het is, zal dus een hele generatie op ‘Joe Tjoeb’ moeten gaan zoeken, misschien is daar nog wel een filmpje te vinden. Bij ons had good old Ton het tot kunst verheven. Maar ik was er ook fenomenaal in, zeg ik van mezelf. De korf, die hing toen lekker nog een beetje naar beneden, raakte ik in elk geval. Ton was er nét een beetje beter in en mikte er wel wat meer in. Dus, dames en heren van de technische commissie … Wees Wijs en haal Ton en Braber terug in het urste! Gegarandeerd kampioenschap in de pokkut! Daar kan geen hoofdklasser tegenop; mooi affiesje toch: ‘Rust Roest met Ton en Braber naar Ahoi’. En al emmerend het landskampioenschap binnenhalen en op de platte kar langs de Botenlaan op weg naar het Stadhuisplein … ik zie het al helemaal voor me. Wat zeg je? Nieuwe spelregel? Ach ja, natuurlijk, is alweer twee maanden geleden dat we de boel omgooiden, ’t werd weer tijd. Dus die nieuwe regel is dat schieten van afstand voor twee punten is, als ‘ie er tenminste in gaat en binnen de cirkel één. Vandaar die idiote scores …… oeps! Nou, maakt niet uit toch? Blijft de kunst van het emmeren toch heel belangrijk. Kom Ton, we gaan een vers shirtje kopen. Ze gaan ons heel binnenkort bellen !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 45
__________________________________________________________________________________________
eman- en evrouwcipatie Vorige week maakte ik het nog mee dat er een heer ontbrak; en omdat er toevallig een meisje teveel was bleek het saldo toch toereikend om te kunnen beginnen. Natuurlijk, opgroeiend kroost staat niet te springen om plotseling een geheel andere identiteit aan te moeten nemen. Dus er is van coachingswege wel enige pedagogische kennis en vaardigheden, overredingskracht, morele druk en zonodig gew elddadig optreden nodig om zo’n jongen-alias-meisje of meisje-alias-jongen te laten spelen. Voorts is er dan ook nog het dilemma: Laat je de jongen als meisje spelen of het meisje als jongen. ’t Kan eigenlijk allebei, dus je zoekt naar het mist ontwikkelde ego en die is dan het makkelijkst te bewerken en dus de pineut. Omdat deze identiteitsvervaging met enige regelmaat nodig blijkt in het hedendaagse korfbal moet je gaan nadenken over een oplossing. Is er dan ergens iemand die beter kan nadenken over innovatieve ontwikkelingen binnen het korfbal dan Braber? Nee dus, en daarom stelt Braber voor om het hele gedoe met jongens en meisjes maar af te schaffen. Integratie van het dameskorfbal krijgt de ultieme impuls, maar belangrijker is nog dat we dan helemaal van het identiteitsgehussel af zijn. En daarmee onze korfbalkinderen zich gewoon evenwichtig laten ontwikkelen en tot ongefrustreerde volwassenen laten opgroeien. Bovendien volgen we de wet van de gelijke behandeling, want je zult nog meemaken dat zo’n identiteits-verwisseld kind je straks een proces gaat aandoen. Gewoon stoppen dus met die onzin: Jongens blijven jongens en meisjes blijven meisjes maar ze mogen dekken wie ze willen, althans in het korfbal. Alles loopt door elkaar en het maakt niet uit wie of wat je tegenstander is. Paaldames bestaan niet meer en ieder mag korfballen zoals hij of zij wil: steunende heren worden gemeengoed en een dame knalt vanuit de verste hoek een verrassend schot tussen het gele plastic. Dames hoeven dan ook eindelijk geen rokjes meer aan als ze met een boks handiger denken te kunnen pieledraaien onder de korf. Nou jááaaaaa … nou je ertochoverbegint … het zou met al die gelijkheid in het veld en dus ook onder de korf weleens het einde kunnen betekenen van het gepieledraai en gaan we daar niet allemáál héél errug gelukkig van worden !
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 46
__________________________________________________________________________________________
Toch wel goed om af en toe eens naar de tandarts te gaan. Zo zat ik pas geleden behoorlijk zenuwachtig op mijn beurt te wachten, hetgeen nog al lang duurde, toen ik in een maandblad zat te bladeren en een erg leuk artikel over korfbal tegenkwam. Het leuke was dat in de kop werd gesteld dat korfbal een klassieke sport is. Dat klinkt toch veel beter dan al die denigrerende aanduidingen als meidensport en sport voor mietjes of watjes. Maar ik werd pas echt enthousiast bij het lezen van het artikel toen het ging over de vraag waarvoor korfbal eigenlijk goed was. Het is niet alleen een belangrijke vraag, waar we naar mijn onbescheiden mening veel te weinig aandacht voor hebben, maar het antwoord deed mijn bloed sneller stromen omdat daar nog eens heel kort en bondig werd uitgelegd wat korfbal voor betekenis heeft. Ik citeer : Korfbal is een veelzijdige training voor het lichaam. Het vele sprintwerk zorgt voor een goed uithoudingsvermogen. De coördinatie en de behendigheid worden verbeterd en bovenal wordt de reactiesnelheid voortdurend verbeterd. Kijk, dan ben je effe terug op aarde of-te-wel met je hoofd in de wolken. We waren het bijna vergeten waarom het allemaal draaide, maar dat is het wat korfbal zo’n mooie sport maakt(e). Tussen haakjes in de verleden tijd, want ik vraag me weleens af of al die hotemetoten, die telkens van die nieuwe, soms onbegrijpelijke, regels bedenken om het spel aantrekkelijker te maken (voor wie eigenlijk ?), er vandaag de dag nog wel eens aan denken wat Nico Broekhuysen in 1902 voor ogen had toen hij onze machtig mooie sport aan de wereld toonde.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 47
__________________________________________________________________________________________
Neef Braber Die ochtend is Neef Braber al vroeg op de weg. Paaszaterdag, een lege strook asfalt tot aan de horizon, vrij uitzicht op dorpjes die exotischer genaamd zijn dan ze er bij liggen. Overbetuwe. Heelsum. Als het klokje op z’n dashboard op 10:00 springt, kletteren de hagelstenen uit het niets op zijn voorruit. Wolfheze, Plankenwambuis en het ritme van de ruitenwissers. Opeens schiet het Neef Braber te binnen. Zaterdag 22 maart. Dan moet het Vlooienmarkt zijn. Hij ruikt de modder en de stenen van de fietsenstalling. Neef Braber loopt langs de verspringbak, waar een vitrinekast op half elf tegen een halve Lundiakast aanhangt. Waar twee kinderen een boxspring en hun vader een grasmaaimachine testen. Door een tent waar het aardewerk netjes bij het aardewerk staat, het glas bij het glas. Weer die scherpe geur en klank van de stenen onder zijn schoenen. Stapels legpuzzels met duizenden stukjes, meer op de grond dan in de doos. Een wand van sneeuwende TV’s en stereotorensmetplatenspeler. Een menigte heeft zich verzameld om de veiling van een foeilelijke koekoeksklok. Je kan raden hoeveel knikkers er in een aquarium gaan. Langs de prijsuitstalling van de enveloppenloterij naar een volgepakte kleedkamer waar Max van de Zak jaloers op zou zijn. Stroe. Zeumeren. De hagel is natte sneeuw geworden. Langs de snelweg zoekt Neef Braber naar een sportveld vol tenten, fietsen en mensenmassa’s. Maar tennisbanen liggen er leeg bij, voetbalvelden modderig en desolaat. Neef Braber is al zeker tien jaar niet op De Engelsbergen geweest, maar hij weet exact wat hij aan zou treffen als hij nu rechtsomkeert zou maken. Hij vraagt zich af of dat een beangstigend beeld of juist een geruststellende gedachte is. Dan ziet Neef Braber ter hoogte van Terschuur een sportpark, een handbalveld en een partytent. Hij neemt de eerstvolgende afslag en rijdt even later de parkeerplaats van de Terschuurse Boys op. Tussen de plassen, onder de partytent zit een jochie op een deken, zijn koopwaar om zich heen uitgestald. “Alles 50 cent” staat op een stuk karton. Handelsgeest in een spookdorp. Neef Braber koopt een stickervel, gaat ook op de deken zitten en vertelt over zijn vlooienmarktervaringen. Als Neef Braber weer in zijn auto stapt, heeft het jongetje een briefje aan de partytent opgehangen dat ‘ie even weg is. Enveloppen kopen.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 48
__________________________________________________________________________________________
Waar zijn ze gebleven … Waar zijn ze gebleven, die je, als half lijk in de sneeuw gelegen, opmonterden met een straaltje rum uit een houten vaatje? Het was een troost in moeilijke tijden: de uitermate vriendelijke kop van een hondenbeest, die boven je verschijnt als je zojuist door de 'Berg-rettung' uit een benarde positie bent bevrijd. Een mooie droom. Waar zijn ze toch gebleven, die goedmoedige hondenbeesten? In deze tijden van dierenemancipatie, met zelfs ‘de Partij voor de Dieren’ in onze volksvertegenwoordiging-banken, zal het wellicht iets te maken hebben met een verbod tot dierenarbeid. Redders waren het, die je op momenten dat het je bijna te veel werd een helpende hand toestaken. OK, we hebben ze natuurlijk nog wel … kijk bijvoorbeeld maar ‘ns in het vorige clubblad, waarin De Vier Musketiers van de Vlooienmarkt, (of waren ’t er meer ?), manhaftig melding doen van hun activiteiten aan de Karel Martelweg. Elke verenging heeft ze, de Sint Bernhardhonden …hondstrouw. Dagelijks te vinden op de berg en altijd speurend of er ergens iets op te lossen is. Maar van lieverlee zijn er steeds meer bergen gekomen en steeds minder Sint Bernhardhonden. En dat is nou net het probleem. Er moet steeds meer gered worden en de redders worden steeds schaarser. En dat is juist de redding voor een voorzitter van een club. Want die arme man moet ambtshalve elke uitgave weer proberen iets herderlijks te verzinnen voor zijn voorwoord. En omdat dat elke keer weer een hele klus is, heeft een voorzitter natuurlijk altijd nog ‘de Sint Bernhardhond’ achter de hand. Niet echt aan een riempje natuurlijk, maar figuurlijk: want er is altijd wel een vacature. En daar gaattie dan weer, de oproep voor een redder van de club. Natuurlijk weet de voorzitter ook wel dat er nog nooit iemand heeft gereageerd op die oproepen in het clubblad. Maar hij heeft de noodkreet wel uitgezonden en blijft dapper hopen op een happende hond. Hij droomt ervan. Draaiend en tollend in bed, omdat hij al weet dat we volgend jaar op zoek moeten naar bijvoorbeeld een nieuwe wedstrijdsecretaris (m/v), o .. en vooral al jaaaren naar een schijtsregters-koordinator die evenzeer van beiderlei kunne mag zijn. Badend in het zweet omdat alle mogelijke opties die al benaderd zijn tot-nu-toe nul op het rekest gaven. En dan ineens … een harige snuit boven zijn zwetend gezicht: De Sint Bernhard – deze keer met het bevrijdende vaatje rum om de nek. Dankbaar slaat hij zijn ogen op naar zijn trouwe redder. Met een laatste krachtinspanning heft hij zijn arm op naar het kraantje en draait het open … En dan gaat de wekker …
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 49
__________________________________________________________________________________________
Het frisse groen Wat hadden we toch lekker veel vrij. De scholen nu eens een keer eensgezind een lange periode tegelijk dicht en dus togen grote groepen vaderlanders bepakt en bezakt naar allerhande vakantieoorden. Uiteraard was Braber ook van de partij, elke gelegenheid aangrijpend om de dagelijkse sleur te ontvluchten en toog met vrouw en alle kinderen op de achterbank naar La Douce France. De pootjes uit en neergestreken op een twaalfsterrenvakantieoord. Wat een feest! Het leven werd er niet makkelijker op, want de Brabertjes kwamen in de omstandigheid dat zowat alle plekken nog vrij waren en dat we dus zelf mochten kiezen waar we wilden gaan staan. En iedereen mag vinden dat inspraak een groot goed is … nou, bij de Brabertjes leidt dat tot een letterlijk soort veldslag! Maar omdat uiteraard de Oude Braber uiteindelijk toch de Baas is vonden we toch nog zijn compromis en dus een prachtige plek. Nee, niet op het verfoeilijke kunstgras! Want vanaf elfsterren kun je daar tegenwoordig ook al mee te maken krijgen. Heerlijk, in de luie stoel met een stevig glas Vin de Table, we blijven natuurlijk wel Zuinige Ollanders, genieten van de vogeltjes. De kinderen in de speeltuin en in het nog ijskouwe ‘aqua-plaza’ of zoiets. De koekoek, de hop (weet je trouwens dat die stomme Fransen dat vogeltje ‘le huup’ noemen, terwijl het beest daar toch ook echt alleen maar ‘hop’ staat te kwelen) de konijntjes, de merels en noem maar op … een feest in de ontluikende natuur. Wat een pracht, wat een frisgroen, wat een klanken pure a la nature. “Bonjour monsigneur” de aardige campingbaas komt ’s morgens even langs, spade op de schouder. We babbelen wat … nou om precies te zijn: Hij babbelt een heleboel en ik mompel wat. Tja, nog even wennen aan de taal. Over een paar dagen zullen me de woorden toch hopelijk wel wat eerder te binnen schieten. Je kent het: Goed nadenken over een vraag, die zo Frans mogelijk stellen en dan geen idee wat de beste man in zijn woordenvloed antwoord. Je ziet aan z’n gezicht dat hij errug bereid is uitleg over zijn doen en laten te geven. En na enige tijd wordt duidelijk dat hij elke morgen met die spade zijn ronde maakt en her en daar mollen naar de Eeuwige Jachtvelden helpt. Toch ziet hij er in het voorbijgaan best vriendelijk uit. Hij rond ons gesprek af met een duidelijke verwijzing naar-wat-hij-vandaag-nog-allemaal-moet-doen. Ik heb geen idee wattie bedoelt. Maar nauwelijks vijf minuten later, ik heb me weer heerlijk met de Paardenfluisteraar en de Vin de Table geïnstalleerd wordt me wreed duidelijk wat zijn plannen waren. Met een oorverdovend lawaai komt hij enthousiast op zijn loeiende maaimachine de hoek om, de veldjes met kunstgras dendert hij voortvarend voorbij, op weg naar ons heerlijke veldje.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 50
__________________________________________________________________________________________
Het paaldame-syndroom. Sinds kort wordt onderzoek verricht naar het paaldamesyndroom. Deze niet-aangeboren afwijking is de laatste tijd vooral gesignaleerd in enkele delen van West Europa. Tot voor kort werd dit syndroom afgedaan als ‘tussen-de-oren’ doch langzamerhand is door empirisch onderzoek meer duidelijk geworden over achtergronden, ntstaansgeschiedenis, verschijningsvormen en methoden voor behandeling. Het paaldame-syndroom, in de volksmond ook wel ook wel Ziekte van Broekhuijsen genoemd, komt overigens bij zowel mannen als bij vrouwen voor, waarbij vanuit een historisch-cultureel bepaalde ‘zorg-attitude’ het syndroom vaker bij vrouwen wordt gesignaleerd. Het paaldame-syndroom uit zich in een buitenproportionele drang naar zorg voor de ander. Het syndroom is tot nu toe alleen in sportsituaties aangetroffen. In gezinsverband is nog weinig onderzoek gedaan, er zijn in elk geval vanuit gezinsverbanden nog geen signalen van het syndroom gesignaleerd. Je ziet het syndroom, de naam zegt het al, vooral bij korfbalsters voorkomen en het uit zich vooral in het zich continue rond de paal blijven hangen. Veel, vooral regionale verenigingen en met name dameskorfbalverenigingen maken melding van hetpaaldame-syndroom. Het syndroom wordt door veel medespelers en scheidsrechters als hinderlijk ervaren. De lijder zelf gaat er zelden onder gebukt. Lichamelijk zijn er geen afwijkingen bij de onderzochte patiënten geconstateerd. Een enkele keer wordt een wat verhoogde bloeddruk aangetroffen, ook kunnen zgn. ‘rode koontjes’ worden waargenomen. Deze zijn echter meer uitzondering dan regel. Opvallende kenmerken zijn wel geconstateerd, zoals wapperende handjes, hevig puffen en andere kenmerken die het best vergeleken kunnen worden met zogenaamde ‘opvliegers’. De patiënt heeft zelf doorgaans weinig last van het paaldame-syndroom; zijn of haar medespelers daarentegen beduidend meer. Zo is de patiënt steeds op dezelfde plek, rond de paal, aanwezig en loopt daardoorgaans danig in de weg. De patiënt kenmerkt zich bij teamvoorbereiding en tactische besprekingen vaakdoor een glazig-afwezige houding. Over de behandeling is nog weinig bekend. Tot nu toe zijn goede ervaringen opgedaan met de aanpak: ‘opjagen, combineren en harde ballen’. De eerste resultaten geven een hoopvol beeld. Een paaldame opjagen geeft, zij het kort, verlichting.Combineren dwingt de patiënt tot meer beweging. Maar het meest succesvol blijkt het op harde wijze werpen van de bal in de richting van de patiënt. Betreffende syndroom-patiënt blijkt dan veelvuldig te bukken, weg te lopen, te gillen of huilend het veld te verlaten. Met deze behandeling is het voorbije jaar door enkele geselecteerde ‘mistery-korfballers’ geëxperimenteerd. De ervaringen zijn, mede onder invloed van hun consequente aanpak, veelbelovend.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 51
__________________________________________________________________________________________
Trug van weggeweest ……… Het zomerreces achter de rug. Nou ja … we hebben een soort herfst gehad. Heel veel gelezen en heel veel gescrabbeld. Schitterend spel, verder niet spannend of zo, maar het houdt m’n woordenschat een beetje op peil zodat ik er weer een jaar tegenaan kan. Scrabbelen zonder woordenboek is het leukst, want dat houdt je relatie scherp! Vroeger deden we nog weleens vieze-woorden-scrabbel, maar sinds de kinderen kunnen lezen is dat linke soep als ze ineens komen binnenrennen. Intussen dus weer een paar maanden verder en een poos geleden dat ik en de voorzitter onze mening boven de stoelen en banken laten uitsteken, maar dat ligt niet aan mij hoor. Ik heb gewoon elke drie weken mijn mening naar de redactie gemeeld. Van de voorzitter weet ik dat eerlijk gezegd niet zeker. Maar over de vakantie gesproken: We hebben het prima naar ons zin gehad. Eerst twee weken naar een Lambalpark en daarna van het geld van de regenverzekering nog tien dagen all-inclusive naar de Costa. Groot feest natuurlijk, hééeeel gezellig met allemaal Hollanders. Allemaal gezellige families met elkaar, een echte gezinsvakantie … De kinderen werden elke morgen al vroeg door de animatie opgehaald en ’s avonds teruggebracht en in bed gelegd. Maar dan zaten wij al op het terras aan de sangria. Elke avond was er wel een programma, zo leuk. ’t Was zo gezellig dat we het terrein niet eens zijn afgeweest. Trouwens, ik hoorde dat het verder weg toch alleen maar dor en droog was. Intussen weer terug en alweer twee keer bij de Weegt Watsjers geweest, want de twee extra kilo’s moeten er nog wel af voordat we weer aan ’t korfballen slaan. Want we hebben uiteraard nog de selecties voor de boeg en daarin wil ik wel in de herkansing. Daarom doe ik er nu geen vakantiefoto’s bij, want daarop zie je die twee kilo veels te goed en als Fedde die ziet kan ik het wel schudden.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 52
__________________________________________________________________________________________
Treenen per vierkante meter ……. Zojuist heeft het bestuur van Rust Roest van de president-direkteur van de Lievendaal een brief ontvangen, waarin de nieuwe gebruiksregels zijn vastgesteld. Het bestuur wilde het document voorlopig geheim houden om niet teveel commotie te veroorzaken, maar Braber heeft op slinkse wijze (hoe anders?) de hand weten te leggen op dit, voor Rust Roest, zo belangrijke document. Een lijvig gebruiksdocument waarmee ik jullie niet zal vermoeien, behalve artikel 327a. Dat is een heel interessante! Dat gaat namelijk over het gebruik van de zaal. Zoals je weet kan de zaal in delen worden gedeeld. Dan spreek je af tot hoe ver je ieder mag komen. Vroeger hing er zelfs een soort gordijn en kon je niet meer van elkaars kunsten genieten. Dat gordijn was aangebracht toen jongens en meisjes nog apart moesten treenen van meneer pastoor. Konden ze zich immers niet “aan elkaar verlustigen”, zoals dat heette. En waarom in drieën? Nou, dat was voor degenen die nog niet wisten of ze later op jongens, respectievelijk meisjes zouden gaan vallen. Nou hangen die gordijnen er niet meer, maar toch daarom nu artikel 327a. Dat gaat over het gebruik van de zaal. De president-directeur van de Lievendaal heeft nu vastgelegd dat elke korfballer of korfbalster maximaal 9,5 vierkante meter tot z’n of d’r beschikking heeft. Hij wil dat vier weken aan zien en dan een voorlopig-definitieve zaalverdeling opleggen aan alle clubs, dus ook aan Rust Roest. Dat houdt dus in dat je er vooral heeeel slim aan doet om in elk geval de eerste vier weken allemaal te komen treenen. Want anders krijg je net zo’n pielig klein vakje zoals de recreanten vorig jaar hadden met z’n achttienen. En dat terwijl ‘het urste’ met z’n zessen twee-derde van de zaal had. Tja, dat is dus over! Ik weet niet of ‘het urste’ groter gegroeid is, maar wel heb ik begrepen dat de recreanten intussen met z’n vierentwintigen zijn. De concurrentie gaat dus een moordende fase in. Ik slaap er intussen slecht van. Spannend hoe dat af gaat lopen!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 53
__________________________________________________________________________________________
Broeken of Rokken Het is weer september, bij uitstek de maand waarin alle vaderlandse kampeerboerderijen en andersoortige groepsaccommodaties alle wiekenden volledig bezet zijn: De FamilieWiekenden breken aan! Korfbalteams houden rekening met een forse absentie en niet zelden heb je aan één vak meer dan genoeg. Want of ze nu willen of niet ... alle kids moeten mee. Nog midden in de selectieperiode, dus nog lang niet zeker van een basisplaats, maar ze moeten aan de tantes en ooms worden geshowd. “Och jongen, wat word jij al toch groooot!” “Ja, tante, wat dacht u anders” Wij hadden het dus al, ons Heel Gezellige Familie Wiekent Het ‘Comité d’Organisation de la Reunion Brabèr’ had zo’n wiekent op stapel gezet. In een boerderij met alles erop en eran. In een periode waarop het plaatselijke vee ‘s nachts om het hardst loeit, de vliegen het meest talrijk en de wespen op z’n gemeenst steken. Zo’n wiekent dus. De hele bubs bijeen, dicht op een kluitje. Je huurt zo’n stal uit een folder waarin staat dattie voor 40 personen is. Ik vind dan dat je ook voor 40 personen zitplaatsen zou moeten leveren. Maar nee hoor, onze familie opeengepropt op de paar gammele banken. Tja .. en zo dicht op elkaar, dat schept een band. Vooral bij de pensioengerechtigde ooms en tantes ontstaat dan in zo’n agrarische omgeving en een overvloed aan knusheid de behoefte om oude koeien uit de sloot te halen. En aangezien de Brabertjes weinig meer dan korfbal gemeenschappelijk hebben, is korfbal al snel het onderwerp waarmee die bejaarde koeien uit de sloot worden gehaald. Vroeger was natuurlijk alles mooier en beter. Het korfbal had nog het alom geroemde middenvak, de hele winter door buiten ballen en kunststof bestond nog niet. We hadden nog geen auto’s en dus werd voor de verre wedstrijden een bus gehuurd. En omdattie net z’n busrijbewijs had gehaald, werden wij in die bus overgeleverd aan de bijzondere verrichtingen van Roel, die met alle geweld wilde rijden. En over meneer Elshout, die hoogstpersoonlijk strookjes met het wedstrijdprogramma in je brievenbus fietste. Niks tactiek, op die strookjes stond al een week vantevoren aangekruist: je staat in ? de aanval ? middenvak ? verdediging. En zo gingen de gesprekken, tot diep in de nacht, over die goeie oude tijd. Ik hoorde het maar wat aan … elk jaar hetzelfde liedje, dat ken ik onderhand wel. Gevlucht van de zich alsmaar herhalende nostalgie. Gevlucht in de actualiteit van het dagblad. En wat lees ik daar pontificaal op de sportpagina? De vaderlandse voetbaldames willen niet langer in broekjes voetballen. Want dat staat zo onflatteus. Nee, de dames willen, net zoals korfbalsters, in rokjes sporten. Ik geef het artikel aan tante Mien en tante Jetje. “Kijk, tante, wat vind je daar nou van?” De dames waren dit keer eensgezind: “Weet je hoe wij vroeger …..?” Ach, laat maar.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 54
__________________________________________________________________________________________
Waar bemoeit ‘ie zich mee Poosje niet geweest … Hamstring en post-korfbal-stress-syndroom, je kent het wel. Maar van mijn psych mag ik langzamerhand weer aan korfballen gaan denken.“ga maar een keer voorzichtig naar het veld, als het mooi weer is” En dat bleek niet tegen dovemansoren gezegd, dus ik met de Witte Raaf naar de Karel Martelweg. Het trof, dacht ik nog, ’t urste speelt thuis. Daar maar ‘ns op gewacht. Weer niet in de gaten dat de creativiteit van de heren spelregelwijzigers geen grenzen kent. Dat er bij ’t spelletje grensrechters zijn, is weliswaar wennen, maar niet meer heel vreemd. Als je niet kunt korfballen en de spelregels eigenlijk te moeilijk zijn voor je, en als je desondanks korfballen nog steeds leuk vind, dan ben je op die manier toch ook van de straat. En natuurlijk ook altijd erg sneu, dat die jongens bij tijd en wijle hun arm uit de kom staan te zwaaien, zonder dat hun baas reageert, is natuurlijk best reden voor een fikse frustratie. Maar dat weet je als je kiest voor een dergelijk vazallenbestaan. Thuis niks te vertellen waarschijnlijk en toch de behoefte om je ergens op deze wereld te laten gelden, er zijn nog wonderlijk veel van dergelijke mensen. Troost je dames: meestal mannen! Klaarblijkelijk hebben die lijnboys zich intussen georganiseerd. Misschien in het VvLLdL (Het Verbond van Lulletjes langs de Lijn) of zoiets. Klaarblijkelijk hebben ze in groepsverband gelobbied bij de korfbalbobo’s en zowaar een status gekregen. En dan komen die spelregelmutsen natuurlijk ook vanzelf om de hoek en doen hun stinkende best om te kijken wat voor spelregelfratsen ze kunnen bedenken om ze vervolgens over de korfbalgoegemeente te kunnen uitstrooien. Je gelooft het of niet, maar toen ik laatst bij ’t urste was kwam er ineens zo’n VvLLdL-menneke na een fluitsignaal als een idioot het veld oprennen met z’n veels te grote vlag. Spuugleelukke kleuren overigens. En gaat met z’n snottert bijna bovenop de spelers die een vrije bal moeten nemen staan loeren. Niemand zegt iets tegen hem, niemand gunt ‘m een blik waardig en volgens mij trekt niemand iets van z’n gezwaai met die spuugleelukke vlag aan. Volgens mij wilde iemand ‘m ook nog wegduwen! En dan … fluit de scheids en weet zo’n menneke niet hoe snel hij weer van ’t veld moet rennen. Heel errug sneu. Ik ben na de wedstrijd naar ‘m toe gegaan, … praatte er tenminste iemand met ‘m … en nou gaat hij volgende week mee naar mijn psych.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 55
__________________________________________________________________________________________
Zo wordt het nooit wat …. De Sint zit nog niet op z’n boot of de eerste ‘fijne kerstdagen en een gelukkig Nieuwjaar’ valt al in m’n brievenbus. Idioot eigenlijk, je stuurt een verjaardagskaart toch ook geen drie weken vantevoren! Vervolgens is het elke avond koopavond en lopen hele hordes zeven dagen per week kwijlend te Eftelingen langs de schappen bij Coppelmans. Wat een gedoe! En toch vaart de recessie er wel bij … alle verkooprecords worden weer gebroken. Logisch dat je, ik tenminste, denkt: wat kunnen we hier van leren ? Tja, lieve korfballertjes, want ook wij korfballers kunnen van de samenleving om ons heen best nog wel wat leren: Exposure bijvoorbeeld. Moeilijk woord voor uitstraling. Korfbal moet meer aan exposure doen … het gaat ook om ‘de beleving’! Ook al zo’n jeukwoord! Want wat Coppelmans kan, kunnen wij toch ook ? Bij Coppelmans kom je niet bij SBS, maar ik weet zeker dat wij korfballers wel de platte beeldschermen kunnen halen, áls we maar wat meer aan exposure doen! En die exposure en die beleving kunnen bij het ‘korfballen met kerst’: wat spuitbussen met dennenspray mee naar de Lievendaal en spuiten maar. Geen palen, maar dennenbomen, met bovenin een van hulsttakken gevlochten mandje. Daaromheen een krans van flikkerende led-lampjes in alle kleuren van de regenboog. Het begint al bij binnenkomst … een kinderkoortje met vier blokfluithummels spelen jouw allermooiste kerstliedjes. Op zoek naar een plekje op tribunes prikkelt de dennengeur je snotkoker al. Het is warm en het wordt nog lekkerder als je je plekje gevonden hebt en een bevallige kerstnimf een plaid over je knieën drapeert. Het wordt donker en onder een sterrenregen verschijnen de teams, in een arrenslee. Gevolgd door de Kerstman op een hert met een fluitje in de mond. De teams stellen zich zingend aan je voor en als de dames in hun rode pakjes zich omdraaien ontwaar je twee schattige vleugeltjes op de rug. De heren, net kleine Kerstmannetjes, lopen in gewatteerde laarzen … kun je nauwelijks snelheid mee maken, maar ’t staat wel errug stoer. De teams zien er eigenlijk ongeveer hetzelfde uit, maar het leuke is dat ze verschillende belletjes aan hun rode hesjes hebben en daar kun je dus aan horen welke partij de bal heeft! En de bal, je begrijpt het al, niet van leer of plastiek, maar … Dát is dus exposure van korfbal … dat is de ultieme beleving. Wedden dat SBS, Studio Sport en alle andere media staan te dringen!! Eerlijk is eerlijk … één nadeel: in de kantine hebben ze alleen maar chocomel. Tog feine daagen,
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 56
__________________________________________________________________________________________
Tuvalu Topoverleg Het moet een vreemd gezicht zijn voor de reizigers en de grondmedewerkers op de Tuvalu Resort Air Strip wanneer de twee bejaarde bebaarde mannen het vliegtuig uitstappen. De één lang en mager, met de baard tot op de navel, de ander kleiner en wat dikker, een volle baard en een vrolijke lach. Beide bezonnebrild en gekleed in hawaiioverhemd, bermuda en witte sportsokken in sandalen. Ze stoten elkaar aan, kijken om zich heen en nemen tegelijk een stevige zucht tropenwind. Aan de achterkant van het vliegtuig worden een paard en acht rendieren naar de stallen geleid. Traditiegetrouw vindt deze topbijeenkomst ieder jaar plaats, direct na de kerstdagen. De helpers krijgen tot Oud&Nieuw de tijd om te genieten van alle geneugten die Tuvalu en hun verdiende salaris ze kan bieden, terwijl de beide heren genieten van een uitgebreide behandeling in het kuuroord. Geknipt en geschoren trekken zij baantjes in de baai of nippen ze onder een palmboom aan een fruitcocktail. De stress van de feestdagen verdwijnt als sneeuw voor de tropenzon. Dat geldt niet voor de man die verderop, in dezelfde baai, onder een andere palmboom op zijn laptop aan het werk is. De opdracht die hij kreeg van zijn hoofdkantoor is even complex als prestigieus. En de dagen die hij heeft ter voorbereiding op zijn afspraak zijn bijna om. “Heren, hartelijk welkom en dank voor uw tijd. Als geen ander weet u wat voor moeilijke tijden we doormaken. Voor velen verzacht u de wonden in de winterwonder decembermaand, maar in januari zal de financiële crisis weer genadeloos toeslaan. Ook uw beider kapitaal moet onder druk staan en wie weet of de nationale overheden hun bijdragen voor volgend jaar nog op kunnen brengen.” Hij laat bewust een stilte vallen. De airco zoomt, de twee toegesprokenen rechten hun rug en wisselen een blik. “Wij hebben uw beider ondernemingen bestudeerd en zien een uitstekende opportunity om optimaal te profiteren van synergie en schaalvoordeel. Uw doelmarkten overlappen elkaar nauwelijks, uw processen zijn goed op elkaar af te stemmen en er zijn zeer lucratieve opkomende markten waar u samen sterk staat. Graag zou ik u de voordelen van een fusie verder toelichten.” Hij klapt zijn laptop open, maar wordt onderbroken door zijn gesprekpartners. “Nicolaas, waarde vriend. Spreekt deze meneer over een fusie?” “Onmiskenbaar, Claus. Met uw permissie zal ik Piet vragen deze meneer vriendelijk de deur te wijzen.” “Graag. Laten we geen minuut langer stilstaan bij deze nonsens. We hebben nog een speelgoed-conferentie te bezoeken.” Aan het einde van de dag overzien de Sint en de Kerstman vanuit hun strandstoel de baai van Tuvalu. De zon werpt lange schaduwen op het zand en maakt een bijzonder silhouettenspel van de volleybalwedstrijd tussen elven en pieten. “Hij had geen flauw idee…” grinnikt de goedheiligman. Hij schept een hand zand en laat deze langzaam tussen zijn vingers weglopen. “Nee broer, dat is ons familiegeheim.”
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 57
__________________________________________________________________________________________
Verrekte snotneuzen, Nou moe … elk goed lid dient zijn/haar bijdrage te leveren aan het voortbestaan van zijn/haar club. En dus dien je het clubblad goed te lezen, want het kan zomaar zijn dat je bij het vervoer, het zaalwachten of de edele fluiterij wordt ingedeeld. En wee je gebeente, als je dat over het hoofd hebt gezien ! Dus zag ik laatst dat ik de eer had om op het zaterdagse, onzindelijke tijdstip van negenen in de Lievendaal op te treden, om aldaar een wedstrijd van de allerukste ukkies te leiden. Wat een feest, al die opgewonden rondrennende ukkepukken … enthousiasme is leuk, maar nog niet om die tijd. Ik voelde me dan ook veel verwant met de sjaggerijnige zaalbeheerder, die op dit matineuze uur de deuren ontsloot. De hele horde joelend naar binnen en onder de bezielende leiding van een hele zwik overijverige moeders in de sportkleren gehesen. Klopte niks van … meisjes met shirtje binnenstebuiten. Stuk of zes meiden en nauwelijks jongens. Wachten dan maar … helemaal fout, zo werd me te verstaan gegeven. Want, ja mensen, let op wat ik intussen weet: meisjes die hun bloesje verkeerd-om-aan-hebben zijn eigenlijk jongetjes. Identiteitscrisis in de dop natuurlijk. En zo kom je dan toch uiteindelijk nog aan twee partijen van acht ukkepukken. Die vervolgens wel allemaal door elkaar gaan lopen, zodat je geen idee hebt of ze zich een beetje gelijkelijk over de vakken hebben verdeeld. Maar dat heb ik maar zo gelaten, want de machinist gaf me het sein dat het scorebord ging lopen. De wedstrijd begon … eerst maar ‘ns de hinderlijk-in-de-weg-lopende moeders boos aangekeken, maar dat maakte geen indruk. Totdat een urm toch wel heel nadrukkelijk met de bal aan de wandel ging. Tja, daar ga je dan voor fluiten en geef je een vrije bal. Blijft zo’n snotaap doodgemoedereerd voor z’n tegenstander staan. Ik wacht met fluiten … geen beweging. Ik kijk boos … kijkt even boos terug. Ik zeg … afstand. Zegt ‘ie … schiet nou op! Ik zeg … tweemetervijfentwintig. Kijkt ‘ie me aan of ‘ie snot ziet branden. Een moeder komt op me af en zegt “nieuwe spelregel, scheids” met onverholen minachting over zoveel onwetendheid. Ik probeer nog wat, maar al die priemende ukkiepukkie-ogen doen me er het zwijgen toe. Het zal wel. Het zwaaien en roepen van de machinist deed me beseffen dat er gewisseld moest worden, en dat deden we dus ook maar. Een verkeerd-om-shirtje komt nog naar me toe: “Mag ik nou schieten, meneer ?” “Van mij mag het ….!” Wat een crime … waarom wel in het clubblad dat je moet rijden en zaalwachten, maar waarom geen nieuwe spelregels? Zwetend, maar dan niet van het lopen, ben ik bijna toe aan het eindsignaal. Een jongen breekt prachtig door, maar wordt verdedigd door een lang-blondharig verkeerd-om shirtje. Maar dat laatste had ik dus niet gezien – en floot voor een strafworp. Ik probeer nog: “hé meisje, je mag toch geen jongen verdedigen ..!” Fout, héeelemaal fout dus. Op zo’n moment ontdek je dat de ukkiepukkies van tegenwoordig allemaal assertiviteit in hun basisschoolpakket hebben … met allemaal een vette voldoende!
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 58
__________________________________________________________________________________________
Recht op en neer …! Kort geleden in het ED, oftewel Eindhovense Suffertje: een foto van een Tjechische bonestaak die korfbalt bij PSV en met droge ogen meedeelt dattie binnenkort naar een grotere club zal gaan, omdat daar vast wel belangstelling voor talenten zal zijn. Nou moe, ik heb helemaaaal niks tegen Tsjechen, wie kan er trouwens iets hebben tegen de uitvinders van het pils; ik heb niks tegen PSV, noch tegen het Eindhovense Suffertje … maar om nou zwart-op-wit te suggereren dat ons vaderlandse korfbal zit te wachten op buitenlanders om het spelpeil te verhogen? Dat gaat me echt te ver. Ze zouden toch geleerd moeten hebben van het experiment met die paar verdwaalde import-Belgen! Ik zie het al helemaal voor me … Fedde naar de vreemde-talencursus om Ping-Lou-Yi, Robertos, Antoinettilospoulos en Brittovitch uit te kunnen leggen hoe en waar ze moeten lopen. Tactische besprekingen met handen en voeten. Want het spelpeil moet omhoog en gelukkig hebben ze bij Coppelmans, bij de Chinees en bij Frits in het magazijn nog wel een paar vacatures. Dus een baan is snel geregeld voor onze nieuwe medelanders ... die dus Rust Roest gaan opstuwen in de vaart der volkeren. Op naar de hoofdklasse en daarna meteen door in de Europacup. Alle grote clubs, ook wij dus, hebben intussen hun scouts, tot op de Galapagos-eilenden, opdracht gegeven te speuren naar nieuwe buitenlands talent. Want alleen daarmee kun je nog meekomen in het hedendaagse mandjesbal. Rust Roest heeft, zo vernam ik uit betrouwbare bron, al gevorderde plannen om samen met Eddy in Nieuw Zeeland bij de Maori’s en in Azerbeijan dependances op te richten die de jonge talentjes van schoenen moeten voorzien en ze daarna gaan klaarstomen voor het grote werk in de Lievendaal, of heet het straks op de Botenlaan het Strijp-o-Drome. Maar uit nog betrouwbaarder bron heb ik vernomen dat ons technisch vernuft een duivels geniaal plan in voorbereiding heeft: In de oerwouden van Afrika wordt een opleidingskamp ingericht met als doel om voormalige Masai-krijgers voor te bereiden op hun reis naar Strijp: Ik zie het al helemaal voor me .. niks meer pieledraaien onder de korf, maar gewoon vier boomlange Masai-springers recht op en neer.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 59
__________________________________________________________________________________________
Tot tien uur Dit jaar maar ‘ns wat vroeger gaan. ’t Is toch mooi weer en vaak wel gezellig bij de poort en ik kan dan eerst nog even langs het hek kijken of ’t wat is. Tjonge, niet eens ‘t eerst! Maar wel bekende gezichten, we kletsen wat over de andere keren. Paar weken geleden nog, in tongelre, was het helemaal niks .. veel te duur, veel te veel regen en alleen maar troep. “Hou efkes dit plaatsje bezet, ik ben zo terug” Even een rondje gelopen en in een hoekske gepist. ’t Lijkt minder dan vorig jaar. Maar zo te zien is ’t bij de TV’s niet slecht. Meubels is ook minder, maar daar kom ik toch niet voor. Verrek .. dit jaar liggen zo-te-zien de schoenen buiten, stonk zeker te veel binnen. Van mij hadden ze geen tent hoeven zetten met dit mooie weer .. zund van het geld. Och gut, daar komt dat stelletje weer met die kar violen. Hoort toch helemaal niet hier thuis,’t is geen woenselse mert. Lijkt wel of ze nou al ruzie hebben, die twee. Ach gatverdemme … laat die vent met die microfoon toch ‘ns effe z’n kop houwen. Dat lult maar door en ’t gaat nergens over. Die mensen van die klup weten toch best dat ze straks in die tent moeten gaan staan en dat ze daar wisselgeld krijgen. Da’s al vijfendertig jaar zo en dat zal de komende vijfendertig jaar ook niet anders worden. Toch altijd weer een stel van die klup die je niet écht aan het werk ziet komen. Blijft allemaal een beetje bij de trappen hangen. Zeker de selectie of zo, die zijn daar zeker te goed voor. Ze zeggen wel dattut een korfbalklup is, maar ik zie ze voorlopig alleen maar voetballen. Voordeel van zo’n korfbalklup is wel dat er verrekte mooie meiskes bij lopen. Trouwens ook heel veel van die heel oude, maar die zijn misschien vroeger ook wel mooi geweest. Wat ruik ik toch ….? Och ja, ze hebben hier de idiote gewoonte om meer dan drie maanden te laat nog eens met oliebollen aan te komen. Hoe ze toch aan de spullen voor dat beslag komen? Want die kun je nou helemaal niet kopen. Laatst nog aan Bets gevraagd, heeft stad en land afgezocht, maar nergens te krijgen. Nou mensen, nog een half uur. En die vent met die microfoon wordt zeker zenuwachtig, want hij gaat steeds meer lullen. Is er daarbinnen nou niemand die die microfoon in z’n ….. Ik ben lang niet de enige, ’t is druk vandaag. Dat wordt rennen, want anders ben ik weer te laat. Al die jonge galloppers achter me lopen me zo voorbij. Of zal ik proberen om nou vast door dat kleine hekske binnen te komen. Kan me toch niet voorstellen dat die ene met die microfoon iedereen kent. Ben ik mooi als eerste bij ’t spul. Tja, maar als me niet kennen en ze mikken me weer buiten sta ik mooi achteraan … toch maar niet doen. Nog vijf minuten en het bakkest maar door … zet dan die luidsprekers toch af! Als ik nou straks eerst naar de tillevisiehoek ga, dan kan ik daarna altijd nog binnen kijken … een mooie schilderijlijst is ook nooit weg voor ons jankende sigeunerinnetje en een nieuwe zomerjas voor ons Bets om d’r te verrassen. Ooo .. daar komen ze aan, ze gaan het slot losmaken. Alles schrap .. nog efkes … en nou gaan …. kortste weg scherp langs de fietsen aanhouden .. nog steeds voorop … nog toen meter … waarom gaan die anderen nou benedenlangs? Shit .. shit .. shit, nonde … vorig jaar kon je nog wel gewoon langs de boeken naar de tillevisies.
De verzamelde werken van Braber
Pagina : 60
__________________________________________________________________________________________