De nieuwe beroepsprofielen V&VN in relatie tot het vervolgonderwijs! Stand van zaken per 13-05-2013 Theo Swinkels, hoofd vervolgonderwijs V&VN presenteerde op 08 maart 2012 de nieuwe beroepsprofielen voor verpleegkundigen en verzorgenden. Het project richt zich op 2020 hetgeen betekent dat de definitieve besluitvorming aandacht vraagt zodat daarna de implementatie van de voorstellen (al dan niet aangepast) kan beginnen. De nieuwe beroepsopleidingen zullen dan uiterlijk in 2016 moeten starten zodat de nieuwe beroepsbeoefenaren dan ook in 2020 beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt. Gezien de meest recente officiële reacties op de plannen is het echter nog maar de vraag wat er van het gedachtegoed over de nieuwe beroepsprofielen overeind blijft. Tot nu toe worden de plannen afgewezen. Lees hier de reacties uit het veld: ABVA/KABO en CFO MBO Raad BOZ (waaronder NVZ en NFU) VBG Samengevat is de reactie uit het veld als volgt: Op één niveau (HBO) verpleegkundigen opleiden wordt afgewezen. Men wil de huidige situatie handhaven; dus opleiden op MBO en HBO niveau; één titel krachtens artikel 3 Wet BIG (incl. tuchtrecht). De titel zorgkundige wekt veel negatieve reacties op. Beroepsprofiel is alleen op niveau 5 uitgewerkt; een nadere uitwerking van de niveaus 4 en 5 ontbreekt. Cijfermatige onderbouwing zou toegevoegd worden; hierover is nog niets bekend gemaakt. Het concept beroepsprofiel is gebaseerd op een toekomstbeeld van de zorg; dit beeld is eenzijdig tot stand gekomen, niet ter toetsing voorgelegd aan andere organisaties en wordt ook niet onderschreven. Er zijn ook positieve reacties maar binnen het totaal aan reacties zijn de afwijzende standpunten veel sterker, hiermee ligt de discussie open en krijgt deze een belangrijke wending. Wij zijn benieuwd naar de reactie van de minister. De minister heeft in maart 2012 in haar eerste reactie aangegeven dat zij trots is op dit “mooie begin” dat er ligt, al mist zij een goede onderbouwing met cijfers. Ook gaf zij aan dat de reacties van de overige partijen zullen moeten worden afgewacht en dat er daaropvolgend overleg op hoog niveau moet volgen. Dat moment lijkt nu daar. Standpunt CVZ (College voor Zorgverzekeringen) In april 2013 zijn de eerste rapporten van de Commissie Innovatie Zorgberoepen en Opleidingen van het CVZ verschenen. Deze rapporten zijn geen officiële reactie op de concept beroepsprofielen, maar de inhoud van beide rapporten raakt deels de discussie over de beroepsprofielen. Vanuit dat oogpunt leveren ze een bijdrage in de discussie. U kunt de rapporten hier inzien: Voortrekkers in verandering: Advies van de Verkenningscommissie HBO Gezondheidszorg Samenvatting bevindingen 2012. Er bereiken ons regelmatig vragen over ons standpunt. Wat betekenen de nieuwe beroepsprofielen voor het vervolgonderwijs? Daarover valt op dit moment niet meer te zeggen dan dat wij net als altijd de ontwikkelingen in het veld tot uitgangspunt van ons handelen nemen.
In de vele jaren dat het UMC St Radboud vervolgonderwijs voor verpleegkundigen aanbiedt, is ook gebleken dat daar onze kracht ligt. Vanuit het besef dat er voortdurend gewerkt moet worden aan de deskundigheid van de zorgverleners is het niet opportuun om ook maar even te denken dat we er met nieuwe beroepsprofielen zouden zijn! Nu de meest cruciale onderdelen van de nieuwe beroepsprofielen niet haalbaar lijken is het ook nog veel te vroeg om al vooruit te lopen op de gevolgen van……… In de reacties uit het veld lezen wij juist een bestaansbevestiging van het huidige vervolgonderwijs omdat verpleegkundigen door het volgen van een “specialistische opleiding” prima inzetbaar blijken. Specifiek kunnen we het volgende over de vervolgstappen kwijt: De Sectie Vervolgonderwijs van de Radboud Zorgacademie is lid van de VBG ( www.v-b-g.nl ). Deze organisatie zal in de komende maanden overleggen met de NVZ, NFU en V&VN, vooral om de voortgangsagenda helder te krijgen. Daarbij zal zij benadrukken dat het van belang is dat alle organisaties een soortgelijk beeld hebben van de ontwikkeling van de gezondheidszorg. Omdat er bij V&V2020 een cijfermatige onderbouwing ontbreekt, behoeven de toekomstscenario’s van en voor de zorg beslist meer aandacht. Wij zullen we de landelijke beraadslagingen goed volgen en op het juiste moment een genuanceerd standpunt opstellen. Naar verwachting kunnen we dit voorleggen aan onze Beleidsvergadering op 05-11-2013 of zoveel eerder als nodig blijkt. Er zal daarbij zeker ook aandacht gegeven worden aan de toekomstige plaats van het vervolgonderwijs. Indien u ons iets wilt laten weten over bovenstaande ontwikkelingen verzoeken wij u dit door te geven aan ons via
[email protected] Voor meer informatie over de beroepsprofielen en de reacties verwijzen wij u naar het onderstaande: Bekijk de nieuwe beroepsprofielen op de website van V&VN Bekijk hier de videopresentaties van de ochtendlezingen Bekijk hier alle bijdragen van de sprekers en alle 13 workshops Bekijk hier enkele eerste reacties van deelnemers Vakblad nursing
Tevens treft u de volgende bijlagen aan: 1. 2. 3. 4.
Brief V&VN van 08-03-2012 Een kort artikel van de redactie TvZ en Nursing Persbericht BOZ (BrancheOrganisaties Zorg) Gezamenlijke opvattingen van BOZ leden: Q en A ten behoeve van conferentie 8 maart 2012 van V&VN-presentatie project 2020; nieuwe beroepsprofielen voor de V&V beroepen (2)
BIJLAGE 1:
Utrecht, 8 maart 2012 Beste vakgenoot, Vandaag presenteerde de Stuurgroep V&V2020 aan minister Schippers van VWS en aan V&VN de uitkomsten van het traject V&V2020 en drie nieuwe beroepsprofielen. Een mijlpaal voor onze beroepsgroep, niet in de laatste plaats omdat wij deze keer zelf de regie hadden. Jij leverde daarin als deelnemer aan een van de rondetafelbijeenkomsten een bijdrage, hartelijk dank daarvoor! Wij maken je nu met trots deelgenoot van het rapport V&V2020 ‘Leren van de toekomst’ en de drie nieuwe beroepsprofielen. Nieuwe beroepsprofielen De nieuwe beroepsprofielen voor de verpleegkundig specialist, de verpleegkundige en de zorgkundige beleefden vandaag tijdens het V&V2020-congres hun primeur. De Stuurgroep V&V2020 beschrijft twee niveaus van beroepsuitoefening voor de verpleegkundige beroepsgroep en twee niveaus op het terrein van de verzorging. De verpleegkundige (artikel 3 Wet BIG) en de verpleegkundig specialist (artikel 14 Wet BIG) werken ieder met verschillende verantwoordelijkheden, bekwaamheden en bevoegdheden in de individuele gezondheidszorg. Daarnaast op het terrein van verzorging: de zorgkundige (artikel 34 Wet BIG; dit is een beroep op het gebied van de individuele gezondheidszorg) en de verzorgende/helpende (met primaire gerichtheid op wonen, welzijn en maatschappelijke dienstverlening). Voor de huidige beroepsbeoefenaars verandert er overigens niets aan hun titels. In de bijlage vind je het volledige rapport en de beroepsprofielen. Ons beroep V&VN ziet de aanbevelingen van de Stuurgroep V&V2020 en de nieuwe beroepsprofielen als een laatste stap in de professionalisering van de verpleging. De beroepsgroep heeft zelf verantwoordelijkheid en haar rol genomen: het is ons beroep en dit zijn onze beroepsprofielen! Wij zijn heel goed in staat gebleken om duidelijk te maken wat we doen en waar we voor staan. Na vandaag zullen wij laten zien dat bij ons de toekomst van de zorg in professionele en deskundige handen is. Op www.venvn.nl vind je desgewenst alle actualiteiten en achtergrondinformatie over V&V2020 en de nieuwe beroepsprofielen. Met vriendelijke groet, mede namens de Stuurgroep V&V2020, Pauline Meurs, Marian Kaljouw voorzitter V&VN Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland Churchilllaan 11 3527 GV Utrecht Postbus 8212 3503 RE Utrecht T (030) 291 90 50 F (030) 291 90 59
BIJLAGE 2: Nieuwe beroepsprofielen verpleegkundigen gepresenteerd (van de redactie TvZ en Nursing) 8 maart 2012 Donderdagmorgen presenteerde V&V2020 de nieuwe beroepsprofielen voor verpleegkundigen in 2020. In de voorstellen is de verpleegkundige hbo-opgeleid en zal de mbo-verpleegkundige zorgkundige heten. Een aantal werkgeversorganisaties is op onderdelen zeer afwijzend. Ook de vakbonden maken zich zorgen.
De Stuurgroep V&V2020 presenteerde en overhandigde de nieuwe beroepsprofielen aan minister Schippers van VWS. Hoogleraar Verplegingswetenschap Marieke Schuurmans sprak van een historische dag: 'De dag dat verzorgenden en verpleegkundigen hun verantwoordelijkheid namen voor de toekomst van de gezondheidszorg. Ik ben er heel trots op deze beroepsprofielen voor verpleegkundigen en verzorgenden. Het is een eer ze te mogen overhandigen aan minister Schippers en aan beroepsvereniging V&VN.' Nek uitsteken Minister Schippers zei dat er weinig beroepsgroepen zijn die zoveel betrokkenheid tonen bij hun vak als verpleegkundigen en verzorgenden. Tijdens de overhandiging sprak ze: 'U hebt echt uw nek uitgestoken, u hebt laten zien hoe u uw toekomst ziet en dat serieus doordacht. Vandaag is een goed begin. Laten we zo doorgaan, in het belang van de patiënt en een goede gezondheidszorg in de toekomst.' Project V&V2020 Het project V&V2020 had als belangrijkste doel het ontwikkelen van nieuwe, toekomstbestendige beroepsprofielen voor de huidige verpleegkundigen, verzorgenden en verpleegkundig specialisten. Grote veranderingen in de zorg, zoals een snel groeiend aantal ouderen en chronisch zieken met een complexe zorgvraag en comorbiditeit, vroegen volgens de projectgroep nadrukkelijk om een nieuw beroepenhuis, met nieuwe beroepsprofielen. Honderden verpleegkundigen zijn hierover het afgelopen jaar geraadpleegd tijdens rondetafel gesprekken in het land. Niveau 4 en 5 Met de nieuwe beroepsprofielen wordt bovendien gehoor gegeven aan de opdracht van de minister van VWS: een duidelijker onderscheid te maken tussen de niveaus 4 en 5. De Stuurgroep V&V2020 wil toewerken naar een onderscheid in opleiding, beroepstitel en daaraan gekoppeld taken en verantwoordelijkheden: de verpleegkundige heeft in 2020 standaard een hbo-bachelor diploma, en de huidige mbo-verpleegkundige (niveau 4) heet vanaf dan zorgkundige en werkt in relatief stabiele situaties. Volgens het nieuwe beroepsprofiel zullen zij vallen onder de zogenoemde artikel 34 beroepen van de wet BIG. Dit betekent dat zij niet worden geregistreerd in het BIG register en dat het tuchtrecht niet op hen van toepassing is.
Stap voor stap Het jaar 2020 is als leidraad gekozen. Er moet namelijk nog een flink aantal gerichte stappen worden gezet om de profielen concreet te maken. Naast wettelijke wijzigingen moeten de plannen nader worden uitgewerkt, en moeten de voorgestelde beroepsprofielen worden vertaald in de opleidingen en curricula. De stuurgroep stelt voor dat de beroepsgroep de overgang naar een nieuw beroepenstructuur stap voor stap maakt, met behoud van positie. Voor de huidige verpleegkundigen, zowel niveau 4 als 5, verandert dus niets. Verbetering kwaliteit Pauline Meurs van de Stuurgroep van V&V2020 vond het een grote eer om dit project te mogen voorzitten. ‘Met het aanbieden van de profielen aan de minister van VWS en aan V&VN is een eerste stap gezet. Vele stappen zullen hopelijk volgen gericht op het behouden en versterken van de kwaliteit en positie van verpleegkundigen en verzorgenden op alle sectoren van de gezondheidszorg. Uiteindelijk is dat de kern van dit project: de verbetering van de kwaliteit van de beroepsuitoefening, een opwaardering van de opleidingen en een passende inzet van verpleegkundigen en verzorgenden opdat optimaal gebruik wordt gemaakt van hun capaciteiten, kennis en ervaring.’ ‘Downgrading mbo-verpleegkundige’ Een aantal werkgeversorganisaties heeft in een gezamenlijk persbericht deels positief en deels negatief gereageerd. Zij tonen zich verheugd over de betere positionering van de hbo-v’er, maar ze zijn het niet eens met wat zij de ‘downgrading van de mbo-verpleegkundige’ noemen. ‘Deze keuze doet geen recht aan de positie die MBO-verleegkundigen zich de afgelopen jaren hebben verworven’, zo verklaren ACTIZ, GGZ Nederland, de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra, de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen en Gehandicaptenzorg Nederland. Zij vinden dat de stuurgroep van V&V2020 te weinig oog heeft gehad voor de gevolgen voor het aanbod aan verpleegkundigen en verzorgenden op de arbeidsmarkt. Zij vinden dat de 4-jarige MBO-opleiding herkenbaar moet blijven als een verpleegkundige opleiding, bijvoorbeeld tot basisverpleegkundige met minimaal een opleidingstitelbescherming volgens artikel 34 van de wet BIG. Vakbonden CNV Publieke Zaak, Abvakabo FNV en NU'91 uitten hun ongerustheid al voor de presentatie van de beroepsprofielen. Zij deden dit in een brief aan de vaste Kamercommissies. Met de brief bieden de bonden hun hulp aan om mee te denken over alternatieven. Door: Redactie Nursing / Redactie TvZ
BIJLAGE 3:
PERSBERICHT BoZ rea VenV Zorgwerkgevers: Overleg nodig over voorstel V&VN 8 maart 2012 Op 8 maart presenteert een stuurgroep in opdracht van V&VN nieuwe beroepsprofielen voor de verplegende en verzorgende beroepen. De beroepsprofielen zijn de belangrijkste uitkomst van het project V&V 2020. Met het project geeft V&VN een visie op hoe zij denken dat de verpleeg-kundigen en verzorgenden goed kunnen worden toegerust op de te verwachten ontwikkelingen in de zorg. De stuurgroep stelt daarbij voor om in de toekomst verpleegkundigen alleen nog op HBO-niveau op te leiden. De stuurgroep wil de 4-jarige opleiding tot MBO-verpleegkundige schrappen en omvormen tot een 3-jarige MBO-opleiding tot zorgkundige. De keuze om de MBO-verpleegkundige te schrappen vinden de zorgwerkgevers op dit moment een onvoldragen keuze die onvoldoende aansluit bij de te verwachten ontwikkelingen in de zorg en op de arbeidsmarkt. HBO-verpleegkundige beter gepositioneerd Het goede nieuws is dat het profiel van de HBO-verpleegkundige een goede aanzet is om de HBO-er veel helderder te positioneren en toe te rusten voor de toekomst. Er is aandacht voor belangrijke trends zoals meer zorg thuis, meer ouderen en chronische zieken, meer eigen regie van zorgvra-gers, coördinatie en afstemming in ketens, toenemende complexiteit, innovatie, e-health,etc. MBO-verpleegkundige niet op waarde geschat Het slechte nieuws is dat de stuurgroep ten onrechte meent dat voor deze upgrading van de HBOverpleegkundige een downgrading van de MBO-verpleegkundige nodig is. Deze keuze doet geen recht aan de positie die MBO-verleegkundigen zich de afgelopen jaren hebben verworven. In de zorg zijn in de toekomst op alle niveaus heel veel nieuwe verplegenden en verzorgenden nodig. Daarin past niet het lichtvaardig schrappen van de MBO-opleiding tot verpleegkundige. De stuur-groep heeft onvoldoende oog gehad voor de gevolgen voor de arbeidsmarkt. Daar waar de vraag blijft mag je het aanbod niet zomaar laten wegvallen. Daarbij speelt dat er aanzienlijk minder HBO- dan MBOverpleegkundigen van de opleidingen komen. Andere oplossing noodzakelijk Zorgwerkgevers erkennen dat het onderscheid tussen MBO- en HBO-verpleegkundigen beter vormgegeven moet worden en waarderen het dat de beroepsgroep zich uitspreekt over de aanpak van dit knelpunt. De gekozen oplossing kan voor het MBO-deel niet op de steun van zorgwerkgevers rekenen. Er zal sprake moeten zijn van een oplossing die uitgaat van de waarde van een 4-jarige MBOopleiding, waarin de term verpleegkundige herkenbaar is (bijvoorbeeld basisverpleegkundige) en waarin minimaal sprake is van opleidingstitelbescherming op basis van artikel 34 van de wet BIG. Vervolg De beroepsgroep heeft gesproken. Zorgwerkgevers willen het initiatief nemen voor een vervolgoverleg en daarin het debat aangaan over passender oplossingen en richting geven aan een toekomst van verplegenden en verzorgenden die ook recht doet aan de vraag van de arbeidsmarkt en de gevarieerde ontwikkelingen in de zorg. Noot voor de redactie (niet voor publicatie) Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de Brancheorganisaties Zorg (BoZ) via Johan van der Spek, secretaris , telefoon 030 273 9728 of 06 1073 1633. www.brancheorganisatieszorg.nl
BIJLAGE 4: Q en A ten behoeve van conferentie 8 maart 2012 van V&VN-presentatie project 2020; nieuwe beroepsprofielen voor de V&V beroepen (2) Vooraf Deze reactie is voorbereid op basis van conceptdocumenten. De definitieve stukken worden pas op de dag zelf bekend gemaakt. Deze reactie is om die reden ook nog niet bestuurlijk geaccordeerd; er is sprake van een eerste en voorlopige reactie. Deze reactie geeft de mogelijke gezamenlijke opvattingen van BoZ-leden weer. Alle branches kennen daarnaast ook sectorspecifieke in- en aanvullingen van de betrokken beroepen. Op de conferentie wordt niet namens BoZ gesproken, maar vanuit de NVZ en Actiz. De congresorganisatie heeft aangegeven de vragen die zullen worden gesteld nog toe te sturen. Deze vragen zijn op dit moment nog niet bekend. Als vertrekpunt zijn daarom de meest voor de handliggende vragen genomen. Q en A’s: Q Wat vindt u van het project 2020 van de V&VN? A. Wij vinden het van grote waarde dat er nu vanuit de beroepsgroep een voorstel ligt voor nieuwe beroepsprofielen voor verpleegkundigen en verzorgenden, en voor de verdere uitwerkingen van de profielen van de verpleegkundig specialisten. Ook de weg waarlangs de profielen tot stand zijn gekomen, kan op onze waardering rekenen. Honderden verpleegkundigen hebben zich in vele rondetafelconferenties over de profielen gebogen en mede inhoud gegeven aan de profielen. Ook zijn alle belangrijke stakeholders in de gelegenheid geweest zich uit te spreken. Dat betekent echter niet dat de profielen zijn gelegitimeerd of gevalideerd door de brancheorganisaties van zorgaanbieders. Wij zien de uitkomsten van het project als een belangrijk advies waar werkgevers, werknemers, andere beroepsbeoefenaren, cliëntvertegenwoordigers, de ministers van OCW en VWS, MBO-raad, HBO-Raad samen met de V&VN mee verder kunnen. Dit advies zal in brede kring besproken moeten worden en op zijn consequenties worden bezien. De komende jaren zijn er veel nieuwe mensen nodig die op alle niveaus in de zorg willen werken. Mede vanwege toename van comorbiditeit en complexiteit van de zorg is het nodig om HBOverpleegkundigen op een hoger niveau te krijgen. Gedurende het project is echter het beeld ontstaan dat er geen behoefte meer zou zijn aan verpleegkundigen niveau 4. Naar de arbeidsmarkt toe is dat een heel verkeerd signaal. De waarde van de MBO-verpleegkundige heeft zich in de praktijk bewezen! De arbeidsmarkt vraagt ook in de toekomst zowel om goed opgeleide HBO- als MBO-verpleegkundigen. Elke zorgorganisatie zal daarbij moeten kunnen kiezen voor een eigen mix aan deskundigheidsniveaus. Q. Wat vindt u inhoudelijk van de profielen? A. Om daar echt iets over te zeggen, zullen we ze eerst goed moeten bestuderen. De afgelopen maanden zijn ze meermalen bijgesteld. Wij baseren ons voorlopig oordeel dan ook op de conceptversies zoals wij die hebben gezien.
De profielen leveren veel bruikbaar materiaal op. Wat opvalt is de duidelijke toekomstgerichtheid en de inzet om de HBO-verpleegkundige heel goed te beschrijven. Er is aandacht voor de belangrijke trends van: meer zorg thuis, ouderen met verschillende chronische aandoeningen, de grotere zelfstandigheid en eigen regie van zorgvragers, coördinatie en afstemming in ketens, toenemende complexiteit en ethische dilemma’s, de innovatie e-health, taakherschikking etc. Daar kunnen we echt verder mee. Wel past de opmerking dat de verpleegkundige nu en straks zorgbreed wordt ingezet. Het profiel neemt soms teveel de cure als vertrekpunt. Het profiel “zorgkundige/basisverpleegkundige” is minder uitgekristalliseerd. En in het profiel van verzorgende ontbreken de verpleegtechnische elementen die karakteristiek zijn voor het huidige profiel van Verzorgende-IG De zoektocht is daar kennelijk deels nog gaande. Verder lijkt het profiel zorgkundige/basisverpleegkundige een downgrading van de huidige MBO-verpleegkundige in te houden. Daar heeft de arbeidsmarkt nooit om gevraagd. Vanuit arbeidsmarktperspectief is er de komende jaren en ook in 2020 verdere behoefte aan een MBO-verpleegkundige op basis van een 4-jarige MBO-opleiding. Een actualisering en upgrading van de HBO-verpleegkundige zou niet moeten leiden tot een downgrading van de MBO-verpleegkundige. Wij vinden het van belang dat de illusie van breed opleiden wordt losgelaten en de profielen meer verschuiven naar branchegericht opleiden. Dat sluit zeker aan op de wens van de arbeidsmarkt. Tenslotte valt op dat de voorstellen geen betrekking hebben op de helpende en op de maatschappelijke zorg. Als je zo fundamenteel wilt ingrijpen in de beroepenstructuur, kun je het sociaal agogische domein niet buiten beschouwing laten. Q. Wat vindt u van de kwestie ‘MBO-HBO-artikel-3’ en het voorstel om verpleegkundige artikel 3 alleen nog op HBO-niveau te laten opleiden? A. De stuurgroep doet wat dit betreft zeer vergaande voorstellen met vergaande consequenties. Wij vinden het een goede zaak dat de stuurgroep een al jarenlang slepend probleem heeft opgepakt en een advies geeft. Wij willen veel verder en diepgaander dan het projectteam kijken naar de consequenties voor opleidingen, functies en arbeidsmarkt. Dat moet echt nog gebeuren en daar willen we intensief bij betrokken zijn. V&VN heeft veel te snel aan de Tweede Kamer bericht dat de 4-jarige opleiding tot verpleegkundige kan verdwijnen. Er is veel nodeloze onrust onder MBOverpleegkundigen, MBO-scholen en werkgevers ontstaan door het advies ten onrechte als een besluit te presenteren. Ook werkgevers vinden het van groot belang dat de ‘niveau 4/5-discussie’ nu tot een oplossing wordt gebracht. Wij willen wel een schot voor de boeg geven wat er bij die oplossing minimaal noodzakelijk is: 1. Er blijft een verpleegkundige MBO-opleiding van tenminste 4 jaar noodzakelijk (als je dit niet doet dan worden de doorlopende leerlijnen en loopbaanperspectieven in de zorg ernstig gefrustreerd). 2. De term verpleegkundige maakt onderdeel uit van de titel, maar wordt voorzien van een voor- of achtervoegsel (bijv. branche-x verpleegkundige/MBO-verpleegkundige/basisverpleegkundige en HBO-verpleegkundige, geregistreerd verpleegkundige; verpleegkundige bachelor o.i.d.). 3. Er is op niveau 4 minimaal sprake van opleidingstitelbescherming op basis van artikel 34 wet Big; de keuze beroepstitelbescherming1 (artikel 3) of opleidingstitelbescherming (artikel 34) moet nader onderzocht;
1
Bij beroepstitelbescherming artikel 3 is sprake van titelbescherming, opname in het Big-register en tuchtrecht. Bij opleidingstitelbescherming artikel 34 is alleen sprake van titelbescherming en is er geen registratie of tuchtrecht
4. Er is een adequaat overgangsregime noodzakelijk van de oude naar de nieuwe situatie dat geen nieuwe verwarring over de positie van de verpleegkundige creëert en dat kan rekenen op het draagvlak van de huidige MBO-verpleegkundigen en voorheen inserviceopgeleiden. 5. Ook het beroep van verzorgenden kan geregeld blijven via artikel 34 en een goede invulling van de dwarsverbanden met de sociaal-agogische beroepskolom is gewaarborgd. Q. Het advies van V&VN is toch een goed antwoord op de grote problemen die op de arbeidsmarkt op ons afkomen? Het wetenschappelijk onderzoek van NIVEL laat dit zien. A.
Het NIVEL geeft aan dat er enorme personeelstekorten bij alle verpleegkundige en verzorgende functies dreigen te ontstaan, met name in de ouderenzorg, thuiszorg en ziekenhuizen. Het NIVEL doet zinnige aanbevelingen om dat tij nog enigszins te keren. Maar wat daarbij opvalt, is dat het NIVEL nergens de aanbeveling doet om de MBO-verpleegkundige te laten vervallen. Het tegendeel is eerder het geval! Zo pleit NIVEL o.a. voor het creëren van meer loopbaanmogelijkheden voor verpleegkundigen en verzorgenden. Het voorstel van de projectgroep belemmert de carrièremogelijkheden. Nu stroomt nog 20% van de MBO-verpleegkundigen door naar de HBO-V, vaak in een verkorte opleiding van 2,5 jaar. In de voorstellen van V&VN wordt de aansluiting veel moeilijker en zullen de volgens het beroepsprofiel van de V&VN opgeleide “zorgkundigen” (een opleiding van 3 jaar of 4 jaar) bijna helemaal vooraan moeten beginnen met de HBO-studie. Ook verwachten we aansluitproblemen van verpleegkundigen die een inservice-diploma of een MBO-diploma hebben en een verpleegkundige vervolgopleiding (zoals bijv. de oncologie verpleegkundige) willen gaan doen gaan doen. Dit loopt nu naar volle tevredenheid maar kan straks niet meer in het voorstel van de V&VN: zij moeten dan eerst nog een HBO-diploma halen voordat ze zich kunnen gaan specialiseren in een bepaald vakgebied. Dit zal tot veel onnodige meerkosten leiden!
Q. Uit een tweede NIVEL onderzoek blijkt dat Nederland het enige land is waar MBO- en HBOopgeleide verpleegkundigen dezelfde wettelijk status hebben. Dat is toch raar? A.
Het NIVEL concludeert dat in alle geselecteerde landen meerdere opleidingswegen en niveaus leiden tot de functie van (basis)verpleegkundige. Meestal betreft het een variant op MBO- en een variant op HBO-niveau. Het naast elkaar bestaan van deze twee niveau’s is dus heel gebruikelijk. Het probleem komt wellicht voort uit het feit dat de Wet BIG vooral bedoeld is om te zorgen dat de patiënt er op kan vertrouwen dat hij te maken krijgt met bekwame beroepsbeoefenaren. De wet is er dus om cliënten te beschermen. Cliënten kunnen er nu op rekenen dat ongeacht het opleidingsniveau, ze te maken hebben met bekwame verpleegkundigen. Het NIVEL concludeert dat de regelgeving in alle landen sterk verschilt. Daar komt niet een eenduidig beeld uit naar voren over de in Nederland gewenste wettelijke oplossing. Verschillende verpleegkundigen ervaren het wel als een probleem dat zowel MBO-ers als HBO-ers dezelfde status hebben in de wet BIG. Wij willen meewerken aan de oplossing van dat probleem (voor de kenmerken van de oplossing zie de beantwoording van andere vragen).
Q
Waarom hebben werkgevers in de praktijk geen duidelijke afzonderlijke functies voor HBO en MBO verpleegkundigen gecreëerd?
A.
Zorgaanbieders moeten volgens de Kwaliteitswet de zorg zodanig organiseren dat dit redelijkerwijs leidt tot goede zorg. De inspectie ziet daar op toe. Organisaties verschillen daarbij in hun keuze met betrekking tot de inrichting van het functiegebouw. Er zijn organisaties die expliciet onderscheid maken tussen HBO- en MBO-verpleegkundigen. Er zijn ook organisaties die dat onderscheid minder maken. Deze variatie zorgt ervoor dat er goed kan worden aangesloten op de lokale situatie, de werkwijze van een organisatie en specifieke kenmerken van de zorg. Beroepen worden landelijk geregeld, functies krijgen op organisatieniveau invulling.
Wij vinden het wel van belang dat de competenties die mensen verwerven in een opleiding aansluiten bij de competentie die een functie van hen vraagt. Daarin lijkt ons zeker verbetering mogelijk en we willen met beroepsorganisaties en werknemersorganisaties kijken hoe we dat kunnen doen. Q. Hoe moet het nu verder? A. Wij stellen voor dat organisaties van werkgevers, werknemers, andere beroepsbeoefenaren, cliëntvertegenwoordigers, de ministers van OCW en VWS, MBO-Raad, HBO-Raad en V&VN in overleg gaan over de profielen en de beroepen- en opleidingsstructuur. De profielen zijn nu – terecht ontwikkeld vanuit het perspectief van de beroepsgroep. Ze moeten nu verder worden ontwikkeld door onder andere het werkgeversperspectief van arbeidsmarkt, inrichting functiegebouw etc. erbij te betrekken. Wij stellen een vervolgtraject voor waarin een commissie van betrokken partijen de adviezen over de profielen in een breder perspectief beziet en vervolgstappen voorstelt op het gebied van de BIG regeling, beroepenstructuur, opleidingen etc. Wij willen daarbij geen misverstand laten ontstaan op het punt dat we ons committeren aan het feit dat de kwestie MBO/HBO-verpleegkundigen wordt opgelost en dat daarin het advies van het projectteam een belangrijke rol speelt. Waar het ons om gaat, is dat we willen investeren in werkbare en werkzame oplossingen die kunnen rekenen op het benodigde draagvlak. Als je kijkt naar de inzet van V&VN, dan richt die zich vooral op de oplossing van het enkelvoudige vraagstuk m.b.t. het onderscheid tussen MBO- en HBO-verpleegkundigen. De visie die de V&VN heeft, is in de praktijk nog niet uitgeprobeerd of op zijn consequenties onderzocht. Wij pleiten voor een meerdimensionale benadering waarin de belangrijkste betrokken partijen samen optrekken. Wat zou dit model bijvoorbeeld betekenen voor het systeem van herregistratie, voor de vervangingsvraag in instellingen, voor de personeelskosten, voor de wervingskracht van de sector, voor leerlingenstromen, voor het functiegebouw of voor taakherschikking? Wat zijn de afbreukrisico’s, welk transitiemodel wordt voorgestaan, welke ruimte biedt de wet BIG, hoe kan het zich verhouden tot door werkgevers ontwikkelde beroepscompetentieprofielen? De beroepsgroep heeft gesproken. Nu is het moment aangebroken om de dialoog te verbreden en te verdiepen. Wij zouden graag van de ministers van VWS en OCW een reactie krijgen op ons voorstel om daartoe een gezaghebbende commissie in te stellen die binnen een jaar richtinggevende uitspraken doet.