De fiscale gevolgen van de boekhoudhervorming
De Belgische context • De belastbare winst van ondernemingen wordt bepaald conform de regels van het boekhoudrecht, behoudens uitdrukkelijke afwijking in de fiscale wet • Het boekhoudrecht heeft als effect maar niet als doel de belastbare basis van ondernemingen te bepalen: – het boekhoudrecht moet evolueren om haar eigen doelstellingen te bereiken – het komt aan de fiscale wetgever toe om af te wijken (of niet) van de boekhoudkundige evoluties in functie van de fiscale noden
1
De fiscale gevolgen van de boekhoudhervorming • KMO-definitie in het WIB • Waarderingsregels – Kosten van onderzoek – Andere mogelijke impact? • Voorziening • Bestellingen in uitvoering • Herwaarderingsmeerwaarde • Principe “substance over form”?
KMO-definitie • Fiscale gunstmaatregelen voor KMO’s • Sedert aanslagjaar 2010 fiscale voordelen veelal gekoppeld aan de definitie van art. 15 W. Venn. • Aangezien art. 15 W. Venn. wordt aangepast (en de categorie van de micro-onderneming wordt toegevoegd), mogelijk fiscale impact
2
KMO-definitie • Geldt de nieuwe omschrijving van een KMO op boekhoudkundige vlak ook op fiscaal vlak? • Uitgangspunt: – Ja – continuïteit – Maar verder berekening van de criteria op geconsolideerde basis voor ALLE vennootschappen
KMO-definitie Wijziging
Geldt onverkort in fiscalibus?
Hoe geregeld?
Verhoging van de drempels
Ja
Automatisch
Geen berekening meer op geconsolideerde basis
Nee
Verwijzing naar art 15, § 1 tot 6 ipv naar art. 15 Venn. W.
Micro
Ja
• Micro zijn kleine ondernemingen • Specifieke gunstmaatregelen
Overgang van één categorie naar een andere
Ja
Automatisch
Inwerkintreding
Ja
Automatisch
3
KMO-definitie • Vrijstelling interesten bij crowdfunding KMO (art. 21, 13°, a) WIB); • Tax shelter voor starters: 30% belastingvermindering op kapitaalinbreng in geld (art. 14526, § 3, eerste lid WIB); • Tax shelter voor starters: 45% belastingvermindering op kapitaalinbreng in geld voor micro (art. 14526, § 3, 6de lid WIB); • “Gewone” liquidatiereserve (art. 184quater WIB); • Aftrek tot 120% beveiligingskosten (art. 185quater WIB); • Investeringsreserve (art. 194quater WIB); • Geen verplichting pro rata temporis afschrijving in jaar van aanwerving (art. 196, § 2, 1° WIB);
KMO-definitie • Eenmalige afschrijving bijkomende kosten i.p.v. samen met de activa (art. 196, § 2, 2° WIB); • Investeringsaftrek (art. 201 WIB); • Octrooi-aftrek: geen afzonderlijke bedrijfsafdeling (art. 205/2, § 1 WIB); • Notionele interestaftrek: + 0,5% (art. 205quater WIB); • Geen toepassing taks 0,4% op meerwaarde op aandelen (art. 217 WIB); • Geen vermeerdering bij ontoereikende voorafbetalingen tijdens eerste drie boekjaren (art. 218, § 2 WIB); • Geen ‘fairness tax’ (art. 219ter §7 WIB92);
4
KMO-definitie • Lagere RV op nieuwe kapitaalinbreng (art. 269, § 2 WIB); • Vrijstelling BV “young innovative companies” + hoger percentage vrijstelling storting BV (art. 2753 en 2757 WIB); • Vrijstelling 10% doorstorting BV voor jonge ondernemingen (20% voor micro - art. 27510 WIB); • Investeringsaftrek (art. 201 WIB); • Bijzondere liquidatiereserve (art. 541 WIB); • Thin cap (art. 198, § 3 WIB);
Waarderingsregels: Kosten van onderzoek • Richtlijn 2013/34/EU: alleen kosten van ontwikkeling kunnen nog worden geactiveerd (>< kosten van onderzoek); • Aanpassing art. 60 KB en 61 W. Venn: alleen kosten van ontwikkeling worden nog bedoeld • In fiscalibus, investeringsaftrek alleen van toepassing op vaste activa -> het verbod om kosten van onderzoek te activeren heeft als gevolg dat kosten van onderzoek niet meer in aanmerking komen voor de investeringsaftrek
5
Waarderingsregels: Kosten van onderzoek • Going forward, mogelijkheid om kosten van onderzoek nog steeds te activeren voor zover ze voor het geheel in hetzelfde boekjaar worden afgeschreven. • Naar het verleden toe, overgangsregeling: kosten van onderzoek geactiveerd onder het oude regime kunnen verder worden afgeschreven overeenkomstig het gewone ritme.
Waarderingsregels: Voorzieningen • Toevoeging van een waarderingsregel: de beste schatting op balansdatum van de kosten die als waarschijnlijk worden beschouwd of, in geval van een verplichting, de beste schatting van het bedrag dat vereist is om de verplichting op de balansdatum na te komen • Voorziening voor kosten van een milieuverplichting voortaan expliciet vermeld
6
Waarderingsregels: Bestellingen in uitvoering • Mogelijkheid om de ontvangen vooruitbetalingen rechtstreeks te compenseren met de bestellingen in uitvoering.
Waarderingsregels: Herwaarderingsmeerwaarde • Verbod om een in kapitaal opgenomen herwaarderingsmeerwaarde rechtstreeks of onrechtstreeks aan te wenden om overgedragen verliezen aan te zuiveren voor het nog niet afgeschreven gedeelte. • Alleen een bedrag verminderd met de geraamde belasting op de herwaarderingsmeerwaarde mag in het kapitaal worden opgenomen.
7
Substance over form? • Richtlijn 2013/34/EU: posten van de winst- en verliesrekening en de balans worden verantwoord en gepresenteerd gelet op het wezen van de desbetreffende transactie of overeenkomst. • De lidstaten kunnen ondernemingen vrijstelling verlenen van de voorschriften van lid 1, punt h). • Belgische keuze om het principe “substance over form” niet in het boekhoudrecht te transponeren, onder meer om rekening te houden met de link tussen boekhoudrecht en fiscaal recht.
8