De film van H.J. Stretton-Ward Henry J. Stretton-‐Ward (roepnaam: Jack) leefde van 1895 tot 1958. Van 1931 tot 1946 was hij voorzitter van de RCTS, de Railway Correspondence and Travel Society. Hij had in de jaren twintig een kleine fabriek waar motorfietsen van het merk “Forfield” werden gemaakt. De geproduceerde motorfietsen waren erg eenvoudig en er werden er niet veel verkocht. Stretton-‐Ward gaf de productie op en ging motor-‐ fietsen van anderen verkopen. Van jongs af aan had hij belangstelling voor spoorwegen en met name stoom-‐ locomotieven. Hij moet niet onbemiddeld geweest zijn, want hij kon zich een 16mm filmcamera en buitenlandse reizen permitteren. Hij filmde en fotografeerde stoom-‐ locomotieven in Engeland, Frankrijk, België en Nederland. In de film “Stoom over Holland” zijn vrijwel alle beelden verwerkt die hij in ons land opnam. Hij monteerde zijn films niet, maar plakte de rollen in chronologische volgorde aan elkaar. Hierdoor zijn we in staat zijn reis naar Nederland te reconstrueren. Maandag 14 september 1931 Aankomst in Hoek van Holland met de nachtboot, daarna door naar Amsterdam, aankomst 8:11 uur. Na intrek genomen te hebben in het Victoria Hotel, ging hij filmen in Amsterdam CS Oostzijde en in het locomotiefdepot Amsterdam CS. Dinsdag 15 september 1931 Filmen in Amsterdam (stadsbeelden), daarna met de trein naar Amersfoort (voor de trein stond loc 6006). Filmen in Amersfoort. Woensdag 16 september 1931 Treinreis Amsterdam – Zwolle met stop in Hilversum. Filmen in Hilversum en Zwolle. Op de heenweg filmde hij vanuit de trein bij Weesp de proefrit van een door Du Croo & Brauns gebouwde locomotief, een drie-‐asser met losse tender voor ‘s Lands Caoutchouc Bedrijf (Sumatra), fabrieksnummer 236 of 238. Donderdag 17 september 1931 Treinreis Amsterdam – Roosendaal, filmen in Roosendaal. In Rotterdam filmde hij het uitzicht vanaf het luchtspoor en de bruggen. Met trein 314 van Roosendaal naar Amsterdam, vertrek uit Roosendaal 16:46. Stretton-‐Ward reed al filmend mee op de loc. In Den Bosch kwam een tweede 3700 voor de trein, Stretton-‐Ward nam plaats op de voorste loc. Kort na de passage van de brug bij Culemborg was de filmrol vol. Wisselen op de rijdende loc is moeilijk, en op deze dag eindigden hier de opnamen. Vrijdag 18 september 1931 Treinreis Amsterdam – Den Haag met stop in Haarlem. Filmen in Haarlem en Den Haag (in Den Haag alleen stadsbeelden).
Zaterdag 19 september 1931 Treinreis Amsterdam – Eindhoven met stop in Rotterdam Delftsche Poort. De twee dames op het perron in Rotterdam DP terwijl een 1300 een vertrekkende trein opduwt, horen waarschijnlijk bij Stretton-‐Ward’s reisgezelschap. Met stoptrein 1213, getrokken door loc 1919, ging het van Rotterdam DP naar Boxtel (vertrek 11:58, aankomst 14:16). Bij het vertrek uit Rotterdam DP filmde Stretton-‐Ward voor de tweede keer het uitzicht vanaf het luchtspoor en de Maasbruggen, maar nu aan de andere kant. Tijdens de vier minuten durende stop in Tilburg filmde hij vanuit de trein een stilstaande 6300. Deze beelden zijn erg onderbelicht en zijn in deze DVD niet gebruikt. In Boxtel stapte hij over in een stoptrein naar Eindhoven, vertrek 14:33, aankomst 15:01. In Eindhoven filmde hij in het locomotievendepot. Hier filmde hij ook een Atlantic (NS serie 2000). Deze beelden worden in deze DVD niet getoond vanwege onder-‐ belichting, bovendien was de machine koud. Zondag 20 september 1931 Treinreis Amsterdam – Scheveningen. Helaas zijn er geen filmbeelden van het station Scheveningen, wel filmde Stretton-‐Ward de strandboulevard. Deze beelden zijn niet verwerkt in deze DVD. Stretton-‐Ward noemde zijn film: “A Week in Holland”. In “The Locomotive” van maart 1932 staat dit bericht: “An exhibition of cinematograph films of locomotives and railway subjects was given by Mr. H.J. Stretton-‐Ward before the Railway Correspondence and Travel Society on February 11 at the headquarters at Liverpool Street Station. The speaker, who is honorary secretary of the Birmingham section of the society, showed an extraordinary variety of railway scenes and views taken in England, Scotland and the Continent. Many pictures of unusual interest were shown, including a number of moving pictures of modern expresses in motion, which proved a great attraction.” In 1989 is “A Week in Holland” in ongewijzigde vorm in Nederland als VHS-‐video verschenen onder de titel: “Een week bij de NS in 1931”. Voor deze DVD is de film “A Week in Holland” gewijzigd. De reizen die Stretton-‐Ward maakte, zijn “in elkaar geschoven” zodat een evenwichtiger beeld ontstaat. Beelden die te kort of te slecht zijn, zijn weggelaten. Verbindende beelden zijn tussengevoegd voor een betere continuïteit. Stretton-‐Ward schreef in december 1957 een “New Year Letter” voor het januari 1958 nummer van “The Railway Observer”, het verenigingsblad van de RCTS. Deze “New Year Letter” kunt u lezen in het pdf-‐bestand “Railway Observer” op deze DVD. Stretton-‐Ward overleed op 28 mei 1958. De necrologie die in het juni-‐nummer 1958 van “The Railway Observer” stond, is in hetzelfde pdf-‐bestand opgenomen.
Groningen, Almelo en Olst
Deze beelden zijn niet van Stretton-‐Ward, in september 1931 is hij in geen van deze plaatsen geweest. Groningse beelden, opgenomen door K. Terpstra en C.R. Tiddens, zijn ter beschikking gesteld door het Gronings AudioVisueel Archief (GAVA). Voorts zijn beelden in Groningen gemaakt door G. Vrijburg. Deze zijn ter beschikking gesteld door zijn familie. Al deze beelden zijn in de periode 1938 – september 1939 opgenomen. De scène van de trein aan het perron in Zwolle met loc 1506 is van Stretton-‐Ward, een man loopt met een fiets voor de trein langs. Deze scène luidt de beelden van het schoolreisje in: ook voor deze trein stond loc 1506. Het schoolreisje is in het voorjaar van 1932 gefilmd door J. Thie, vader van Bert die ook meeging met het uitstapje naar de Appelbergen in Haren. Deze film is ter beschikking gesteld door het GAVA. De interieur-‐opname in het machinistenhuis van loc 1506 is authentiek. De Almelo-‐beelden zijn eind jaren dertig opgenomen door R. Kampman en zijn afkomstig uit het filmarchief van de Stichting NVBS-‐Railverzamelingen. De beelden van treinen in en bij Olst zijn gefilmd door R. Bakhuis. Zijn kleinzoon Roef Ankersmit heeft deze beelden ter beschikking gesteld. De watertoren te Olst is gebouwd in de periode augustus 1933 – mei 1934, de op-‐ namen dateren waarschijnlijk uit voorjaar 1934. In de oorlog is de watertoren opge-‐ blazen. De huidige toren, inmiddels verbouwd tot appartementen, staat nagenoeg op dezelfde plaats. De opname van de 3700 die voorbijrijdt terwijl bij de kerk een huis gesloopt wordt, is ook in 1933 of 1934 gemaakt. De beelden van het verleggen van de Diepenveenseweg zijn in 1936 gemaakt, nadat in januari 1936 voor de vijfde maal een botsing plaatsvond. Met beelden van de nasleep van deze botsing is dit hoofdstuk ten einde. Geluid Uiteraard is het geluid bij “Stoom over Holland” niet authentiek. Alleen na de Tweede Wereldoorlog is geluid opgenomen van Nederlandse stoom-‐ locomotieven, en veel is het niet. Jan Tittel, geluidstechnicus bij de radio, heeft opnamen gemaakt. Waarschijnlijk deed hij dit samen met Bert Steinkamp. Mozart-‐kenner Jan Tittel was beter bekend als Jan Wagenmeester, een pseudoniem waarin de stoomlocomotief al een beetje doorklinkt. Dankzij zijn opnamen, waarvan er enkele voor deze DVD zijn gebruikt, is bijvoorbeeld bekend hoe de luchtpomp en de fluit van Nederlandse stoomlocs heeft geklonken. Zijn opnamen dienden als voorbeeld, als ijking, om recentelijk in Duitsland, Frankrijk en Polen gemaakte geluidsopnamen zodanig te bewerken dat gebruik van deze opnamen voor Nederlandse locomotieven verantwoord is.
Bronvermelding
Bij de samenstelling van deze DVD is veelvuldig gebruik gemaakt van Internet. De geïnteresseerde kijker kan in de film en in deze tekst genoeg aanknopingspunten vinden om zelf verder te speuren. In 1989 is voor de toen verschenen video door Jaap Nieweg en Bert Steinkamp een achtergrondschets en beeldbeschrijving van “A Week in Holland” gemaakt. Van deze achtergrondschets is dankbaar gebruik gemaakt. Gelukkig zijn boeken nog steeds onmisbaar. Met name de volgende titels waren behulpzaam bij het maken van deze film: Overzicht van de Nederlandse spoor-‐ en tramwegbedrijven, samengesteld door ir. J.W. Sluiter e.a., ISBN 90 5345 224 9, Locomotiefloodsen en tractieterreinen in Nederland 1839-‐1958, door H. Waldorp en J.G.C. van de Meene, ISBN 90 6097 323 2, Vervlogen Stoom, door Hans van Poll en Bert Steinkamp, ISBN 90 71513 39 4, De Nederlandse stoomlocomotieven, door H. Waldorp, R.C. Statius Muller en A.J. Veenendaal jr., ISBN 90 6013 262 9, de volgende boeken van Paul Henken over een bepaalde locomotiefserie, uitgegeven door Uquilair: NS-‐serie 1700, ISBN 90 71513 366 4, NS-‐serie 3700, ISBN 90 71513 38 6, NS-‐serie 3900, ISBN 978 90 71513 75 6. De NVBS NVBS staat voor: Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in het Spoor-‐ en tramwegwezen. De vereniging is opgericht in 1931, hetzelfde jaar waarin Stretton-‐Ward zijn film maakte. De vereniging heeft o.a. een winkel en een bibliotheek, welke gevestigd zijn in het stationsgebouw van Amersfoort, “NVBS Centraal”. Verspreid over het land zijn er afdelingen die activiteiten organiseren. Het verenigingsblad “Op de Rails” verschijnt maandelijks. Voor meer informatie: www.nvbs.com
Afkortingen en begrippen Atlantic: Beyer Peacock: Beijnes: Blikken Tinus: Driemaster: Du Croo & Brauns: Gooische: Grote Groene: HSM: Jumbo: Kolenpremie:
Mitropa: NCS: NZH: Oververhitter: Platluis: Polygonaal:
Pullman: Ramsbottom:
RTM: Schwartzkoppf: Staatsspoor: Voorwarmer: Zeppelin: ZHESM: Zuiderzeetramweg:
Locomotief met de asindeling 2B1: twee loopassen verenigd in een draaistel, twee aangedreven assen en tenslotte een loopas. Beyer, Peacock & Company, Ltd, Gorton Foundry, Manchester. Koninklijke Fabriek van Rijtuigen en Spoorwagens J.J Beijnes. De schrijfwijze “Beynes” komt ook voor. Bijnaam van de NS-‐stoomlocomotieven 2101-‐2135. Bijnaam van de NS-‐stoomlocomotieven 2901-‐2946. N.V. Machinefabriek Du Croo & Brauns. Naamlooze Vennootschap Gooische Tramweg-‐Maatschappij. Bijnaam van de NS-‐stoomlocomotieven 1301-‐1479. Hollandsche IJzeren Spoorweg-‐Maatschappij. Bijnaam van de NS-‐stoomlocomotieven 3701-‐3820. Toelage die het personeel kon verdienen door zuinig met brandstoffen en smeermiddelen om te gaan. Mitteleuropäische Schlaf-‐ und Speisewagen Aktiengesellschaft, exploiteerde restauratie-‐ en slaaprijtuigen in Duitsland. Nederlandsche Centraal-‐Spoorweg-‐Maatschappij. De officiële afkorting is: NZHTM, Noord-‐Zuid-‐Hollandsche Tramweg-‐ Maatschappij. Inrichting om de stoom, nadat zij in de ketel is gevormd, verder te verhitten bij gelijkblijvende druk. Algemeen toegepast bij locomotieven sinds plm. 1910. Bijnaam van de NS-‐stoomlocomotieven 8201-‐8232. Veelhoekig. Locomotiefloodsen zijn rechthoekig, of polygonaal. Een polygonale loods lijkt rond te zijn. Zuiver ronde loodsen waren zeldzaam. In het middelpunt van een polygonale of ronde loods bevond zich een draaischijf. Luxe rijtuig, gebruikt door de Compagnie Internationale des Wagons-‐Lits (CIWL). Veiligheidsklep, waarbij één spiraalveer twee kleppen dichthoudt. Als de stoomspanning in de ketel te hoog wordt, worden de kleppen gelicht en ontwijkt stoom in de buitenlucht totdat de stoomdruk voldoende is gezakt: het “blazen”. Rotterdamsche Tramweg-‐Maatschappij. Berliner Maschinenbau-‐Actien-‐Gesellschaft vormals L. Schwartzkopff, Berlin. Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen. Inrichting tot het voorwarmen van het ketelvoedingwater. Hiervoor wordt warmte gebruikt die anders verloren zou gaan. Bij de in Amersfoort getoonde voorwarmer wordt gebruik gemaakt van de warmte van afgewerkte stoom. Bijnaam van de NS-‐stoomlocomotieven 3601 – 3608. Zuid-‐Hollandsche Electrische Spoorweg-‐Maatschappij. Door de spoorwegen geëxploiteerde tramlijn Nunspeet -‐ Hattemerbroek.
De spoorwegkaart van Nederland anno 1930 staat als pdf-bestand “Kaart” op deze DVD. Tekst afgesloten op 28-09-2012 Ton Pruissen